8 Voorbeeld: een verslag in APAstijl Op de volgende pagina’s vind je een voorbeeld van een onderzoeksverslag – in artikelvorm – waarin de belangrijkste APA-richtlijnen zichtbaar zijn gemaakt; het weergegeven onderzoek is volledig fictief. Je kunt dit verslag gebruiken als model voor je eigen verslag. Het voorbeeldartikel illustreert aan welke formele eisen een onderzoeksverslag moet voldoen. In de kantlijn worden inhoud, structuur en opmaak toegelicht. De toelichtingen in kleur hebben betrekking op bronvermeldingen. Je kunt het voorbeeldartikel ook gebruiken om inzicht te krijgen in de stijl die onderzoeksverslagen moeten hebben. Een artikel, paper of verslag moet in een neutrale, zakelijke en heldere stijl worden geschreven, in correct Nederlands, zonder spel- en andere taalfouten. Aan deze eisen kun je op verschillende manieren voldoen. Ga het voorbeeld dus niet imiteren, maar ontwikkel een eigen schrijfstijl. Raadpleeg zo nodig een boek met schrijfadviezen.
Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij
115
is aak er m p de o en sob k stra
Vrouwen hebben tegenwoordig net zo vaak longkanker als mannen: ongewenst gevolg van emancipatie? Anton Zuiderveld en Zwanet van Delden1
vermeld altijd een publicatiedatum
informatieve en bondige titel; als het kan ook uitnodigend
auteurs op volgorde van bijdrage
aangeboden voor publicatie: 13 oktober 2003
Abstract
korte samenvatting in het Engels: aanleiding, vraag, methode en belangrijkste uitkomsten
Smoking is an unhealthy habit. Men used to smoke more than women did. Therefore more men than women died from lung cancer. Today women die as much from lung cancers as men do. This raises the question whether the relationship between sex and smoking still exists. A survey among 2052 people showed that the relationship has vanished. Whenever people do smoke however, men smoke more than women do. This makes them more prone to health problems.
Inleiding2
geef in de inleiding aan wat er waarom is onderzocht
In de medische literatuur is men het erover eens dat roken de gezondheid schaadt. Rokers zijn in het algereeds bekende inzichten worden samengevat of geparafraseerd weergegeven, met verwijzingen naar de bron
meen vaker ziek dan niet-rokers en rokers overlijden vaker aan longkanker dan niet-rokers (Pijp, 1981). Op grond van deze gegevens heeft de overheid in de afgelopen decennia verschillende voorlichtingscampagnes gelanceerd (zie bijvoorbeeld ‘Roken maakt meer kapot’, 1983 en Nieuwe antirookcampagne, 1993).
markeer het begin van een nieuwe alinea met een inspringing, behalve na witregel(s) of bovenaan nieuwe pagina
relevante informatie over auteurs: werkkring en evt. nevenwerkzaamheden.
116
basis-literatuurverwijzing: auteursnaam en jaartal, tussen haakjes en gescheiden door komma verankering: wat is er al bekend?
Omdat roken vroeger tot de mannen- en niet tot de
vrouwencultuur behoorde, rookten tot aan de tachtiger
1 Zuiderveld en Van Delden zijn als onderzoekers verbonden aan de Stichting Stop killing by smoking uit Groningen. 2 Met dank aan de Stichting Gezondheidsbevordering die het onderzoek heeft gefinancierd.
literatuurverwijzing met een onbekende auteur
kan er sprake zijn van belangenverstrengeling? Vermeld financiers, opdrachtgevers en andere betrokken partijen.
Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij
als de verwijzing (grammaticaal) deel uitmaakt van de zin, gebruik je bij meerdere auteurs ‘en’
jaren van de vorige eeuw meer mannen dan vrouwen. Pijp en Stoker (1983) lieten zien dat mannen dan ook vaker dan vrouwen aan longkanker stierven. Recent onderzoek heeft uitgewezen dat het onderscheid tussen mannen- en vrouwencultuur voor een groot deel is
aanleiding bij gebruik van twee of meer publicaties van een auteur uit één jaar: letter toevoegen
verwijzing naar een publicatie met twee auteurs (variant op basistechniek)
verdwenen (Zij aan Zij, 2001) en dat er tegenwoordig net zoveel vrouwen als mannen aan longkanker ster-
literatuurverwijzing met een organisatie als auteur
ven (Smokeniet, 2000a). Dit roept de vraag op of met het verdwijnen van het onderscheid tussen mannen- en vrouwencultuur, ook het verband tussen roken en sekse
punt die zin afsluit komt na verwijzing
verdwenen is. Lijden mannen en vrouwen tegenwoordig in gelijke mate aan gezondheidsklachten ten gevolge van roken? Als dat zo is, zou dat een onbedoeld en ongewenst gevolg van de vrouwenemancipatie zijn waarvoor drin-
relevantie/doelstelling
gend moet worden gewaarschuwd. Mannen rookten en roken om hun man-zijn te onderstrepen. De reclame heeft daarop handig ingespeeld. Een mooi voorbeeld daarvan is de Marlboro-man. Vrouwen daarentegen roken omdat het ‘gezellig’ is (Pluim, Staart, Wijn & ontwikkelen van vraagstelling en onderzoeksvragen
Kop, 2000). Dit onderscheid leidt ertoe te veronderstellen dat mannen de gehele dag door roken en vrouwen alleen op de ‘gezellige’ momenten. Daarvan hebben vrouwen er per dag gemiddeld drie tot vier (Pluim et al., 2000). Het is daarom te verwachten dat vrouwelijke rokers minder roken dan mannelijke.
Het is bekend dat rokers meer gezondheidsklachten
in een verwijzing die volledig tussen haken staat, gebruik je bij meerdere auteurs ‘&’. de tweede en volgende verwijzing naar een publicatie met drie t/m vijf auteurs verkort je met ‘et al.’ Naar publicaties met zes of meer auteurs verwijs je ook de eerste keer al met ‘et al.’
hebben dan niet-rokers (Smokeniet, 2000b). We veronderstellen dat er meer gezondheidsklachten zullen optreden bij zware rokers dan bij mensen die minder roken.
Op grond van het voorgaande formuleren we de vol-
gende onderzoeksvragen bij de eerder gegeven vraagstelling over de aan roken gerelateerde gezondheidsklachten van mannen en vrouwen:
vraagstelling
• is er nog steeds een verband tussen sekse en roken? • als mensen roken, hebben mensen die veel roken meer gezondheidsklachten dan mensen die minder roken? Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij
117
Methode
onder ‘methode’ geef je weer hoe het onderzoek is uitgevoerd
Opzet. De onderzoeksvraag kon niet worden beantwoord met behulp van een bestaande dataset. Daarom was dataverzameling noodzakelijk. Het onderzoek is exploratief van aard. Er is gebruik gemaakt van een survey. De respondenten zijn benaderd met behulp van een mondeling
welk type onderzoek is gedaan?
afgenomen enquête. Operationalisering. In de onderzoeksvragen is sprake van drie variabelen: sekse, roken en gezondheidsklachten. De eerste variabele is eenvoudig te operationaliseren. Aan de respondenten in het onderzoek is gevraagd beschrijf methode (en resultaten) in de tegenwoordige tijd tenzij het accent ligt op een handeling in het verleden en gebruik van de verleden tijd dus noodzakelijk is
of ze man of vrouw zijn. Wat betreft het roken hebben we ons beperkt tot het roken van sigaretten. Tot de rokers
Hoe is er gemeten? Geef zoveel informatie dat andere onderzoekers het onderzoek zouden kunnen herhalen.
rekenen we mensen die dagelijks één of meer sigaretten roken. We vroegen de respondenten of ze aan dit criterium voldeden of niet. De hoeveelheid gerookte sigaretten werd vastgesteld door de rokers te vragen hoeveel sigaretten ze gemiddeld per week roken. Gezondheidsklachten zijn geoperationaliseerd als het aantal dagen dat de respondenten het laatste jaar wegens ziekte niet naar het werk zijn gegaan of, bij niet-werkenden, wegens ziekte het huis niet hebben kunnen verlaten (Van Aartsen, 1999). Hypothesen. Naar aanleiding van de vraag of er een verband is tussen sekse en roken formuleerden we twee hypotheses. De eerste luidt dat er geen verband is tussen sekse en het feit of men rookt. De alternatieve hypothese luidt dat dat verband er wel is en dat mannen vaker
in de hypothesen geef je je verwachting weer over het antwoord op de onderzoeksvragen
roken dan vrouwen. De tweede hypothese heeft alleen betrekking op de rokers, waarbij de nulhypothese luidt dat vrouwen evenveel sigaretten roken als mannen. De alternatieve hypothese luidt dat vrouwen minder sigaretten roken dan mannen. Wat betreft de vraag of rokers die veel roken meer gezondheidsklachten hebben dan rokers die weinig roken, formuleerden we de nulhypothese dat
118
Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij
er geen verband is. De alternatieve hypothese luidt dat er een positief verband bestaat tussen het aantal gerookte sigaretten en het aantal verzuimde dagen. Steekproef. De theoretische populatie van het onderzoek bestaat uit alle volwassenen (18 jaar of ouder) in Nederland. Om technische en financiële redenen was het niet mogelijk hieruit een aselecte steekproef te trekken. We
beschrijf hoe de onderzoekseenheden zijn geselecteerd
hadden de middelen 3000 mensen te laten enquêteren als we dicht bij huis bleven. We besloten 3000 respondenten uit Groningen in onze steekproef op te nemen door middel van een systematische steekproef met een aselect begin. We besloten gebruik te maken van het telefoonboek voor particulieren van de stad Groningen. Nadat met behulp van een tabel met random getallen was bepaald dat we met de letter B moesten beginnen, werd elk twintigste adres uit gids in de steekproef opgenomen tot een aantal van 3000 was bereikt. Procedure. De respondenten werden ’s avonds door getrainde enquêteurs op hun huisadres bezocht. Eerst werd vastgesteld of degene die de deur opende 18 jaar
beschrijf welke meetprocedure is gevolgd
of ouder was. Was dat het geval dan werd de enquête afgenomen. Was dat niet het geval dan werd gevraagd of er een volwassene in huis was en werd gevraagd of deze aan de deur wilde komen.
werkwoordstijd: zie bij ‘methode’
Resultaten
Wat heb je gevonden? Beschrijf een voor een de onderzoeksvragen, de gedane analyse en de uitkomsten daarvan.
Aan de enquête hebben 2052 personen deelgenomen. Dat betekent een respons van 68%. In de steekproef bevonden zich 812 vrouwen en 1240 mannen. Daarmee wijkt de steekproefverdeling wat betreft vrouwen en mannen
begin met het beschrijven van de onderzoeksgroep
significant af van de Groningse volwassenenpopulatie, waarin vrouwen en mannen ongeveer fifty-fifty verdeeld zijn (χ2 = 89,27, df = 1, p. ¬≤ .00). Van de respondenten roken er 914 wel en 1138 niet. Het ziekteverzuim onder Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij
119
de respondenten is gemiddeld 11,1 dagen per jaar met een in de resultatenbeschrijving mag je inhoudelijke tussenkoppen gebruiken
standaarddeviatie van 3,34 dagen. Het verband tussen sekse en roken De eerste onderzoeksvraag betreft het verband tussen
de onderzoeksvragen (deelvragen) structureren de beschrijving van de resultaten
sekse en roken. In het volgende gaan we na of er een verband is tussen sekse en het al dan niet roken. Daarna gaan we na of er bij de rokers een verband is tussen sekse en het aantal gerookte sigaretten.
We formuleerden de nulhypothese dat er geen ver-
band is tussen sekse en al dan niet roken. De alternatieve hypothese luidt dat dat verband er wel is en dat mannen vaker roken dan vrouwen. Omdat de varabelen in dit geval beide van nominaal meetniveau zijn, is er getoetst verwijs naar tabellen (en figuren) met behulp van het nummer elke tabel (en figuur) krijgt een nummer en een opschrift
met behulp van kruistabellen. De resultaten daarvan zijn weergeven in tabel 1. Tabel 1
Het verband tussen sekse en roken,
met tussen haken de verwachte frequenties. Roken
Sekse gegevens die de lezer moet kunnen vergelijken, staan naast elkaar in de tekst leg je uit wat de lezer in een tabel of figuur moet opmerken
vrouw
nee 451 (450.3)
ja
N
361 (361.7)
812
man
687 (687.7)
553 (552.3)
1240
1138
914
2052
een tabel of figuur moet ook zonder toelichting te begrijpen zijn
Uit de tabel blijkt dat de onder de nulhypothese verwachte frequenties de geobserveerde frequenties dicht benaderen. De gevonden samenhang in de tabel is dan ook niet significant (χ2 = .004, df = 1, ns). Op grond hiervan aanvaarden we de nulhypothese. Er is geen verband tussen sekse en al dan niet roken. Verschil tussen mannelijke en vrouwelijke rokers Het tweede verband tussen sekse en roken heeft alleen betrekking op de rokers. Hier formuleerden we de nulhypothese dan vrouwen en mannen gemiddeld evenveel roken. De alternatieve hypothese luidt dat vrouwen gemiddeld minder roken. Hier wordt het verband tussen een variabele op nominaal niveau en een variabele
120
Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij
op intervalniveau onderzocht. Daarom gebruiken we de t-toets voor verschillen tussen gemiddelden. Er wordt eenzijdig getoetst. In statistische termen luiden de hypothesen: Ho Ov = Om Ha Ov < Om Waar Ov is het gemiddeld aantal gerookte sigaretten door de vrouwen en Om is het gemiddeld aantal gerookte sigaretten door de mannen. De resultaten zijn weergegeven in tabel 2. Tabel 2
Verschil tussen vrouwen en mannen in gemiddeld
aantal wekelijks gerookte sigaretten
in een tabel heeft elke kolom een opschrift
Groep
n
O
sd
t
p ≤
vrouw
361
100.9
29.85
-3.00
.00
gebruik in een tabel uitsluitend horizontale lijnen
man
553
107.0
30.51
in een tabel hanteer je dezelfde taal als in de rest van het onderzoeksverslag
Uit de tabel blijkt dat onze voorspelling de juiste richting heeft. De vrouwen in de steekproef roken minder dan de mannen. Het gemiddelde verschil is significant (t = -3.00, df = 912, p ≤ .00). Op grond hiervan accepteren we de alternatieve hypothese en nemen we aan dat in de populatie de vrouwen minder roken dan de mannen. Verband tussen roken en ziekteverzuim Met betrekking tot de tweede onderzoeksvraag luidt de nulhypothese dat er geen verband is tussen aantal gerookte sigaretten en dagen ziekteverzuim. De alternatieve hypothese luidt dat er een positief verband bestaat tussen het aantal gerookte sigaretten en het aantal verzuimde dagen. Het gaat hier om variabelen die beide ten minste op intervalniveau zijn gemeten. We toetsen de hypothese met behulp van Pearsons r. Er wordt eenzijdig getoetst. In statistische termen luiden de hypothesen:
Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij
121
Ho rsz = 0 Ha rsz > 0 s staat voor het aantal gerookte sigaretten en z voor het aantal dagen ziekteverzuim. Uit de toetsing blijkt dat de correlatie tussen aantal gerookte sigaretten en het aantal verzuimde dagen positief en significant is (r = .34, n = 914, p ≤ .00, eenzijdig getoetst). Op grond hiervan accepteren we de alternatieve hypothese en nemen we aan dat de gevonden correlatie ook geldt voor de populatie. in de conclusie geef je het antwoord op de in de inleiding gestelde (hoofd)vraag
begin je conclusie met het herhalen van de vraagstelling
Conclusie en discussie In de inleiding spraken we het vermoeden uit dat met het verdwijnen van het onderscheid tussen mannen- en vrou-
in de discussie geef je aan welke kritiek mogelijk is op het onderzoek en welke implicaties de uitkomsten hebben
wencultuur, het verband tussen sekse en rookgewoonten ook is verdwenen. We vroegen ons af of dit betekent dat mannen en vrouwen in gelijke mate lijden aan gezondheidsklachten ten gevolge van roken. Het lijkt erop dat dit niet het geval is. Mannelijke rokers lijden vaker aan gezondheidsklachten dan vrouwelijke rokers.
beantwoord de gestelde vraag
Het verband tussen roken en sekse is weliswaar ver-
dwenen (er roken relatief net zoveel vrouwen als mannen), maar onderzoek binnen de groep rokers heeft laten zien dat mannen méér roken dan vrouwen. Een groter aantal gerookte sigaretten blijkt van invloed op de gezondheid: er bestaat een positief verband tussen het aantal gerookte sigaretten en het aantal dagen ziekteverzuim. geef de interpretatie van de gevonden resultaten
De vrouwenemancipatie heeft als onbedoeld en
ongewenst gevolg gehad dat vrouwen evenveel roken als mannen. Uit dit inhaaleffect is te verklaren dat vrouwen tegenwoordig even vaak als mannen sterven aan longkanker. De motieven waarom vrouwen roken zijn anders dan die van mannen. Dat heeft tot gevolg dat de vrouwen die roken wel minder roken dan hun mannelijke lotgenoten.
122
Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij
Opmerkelijk is dat vrouwen in de steekproef duidelijk zijn ondervertegenwoordigd. We wijten dat aan de gevolgde procedure. Onze enquêteurs belden ’s avonds aan en ondervroegen de volwassene die de deur opende. Kennelijk zijn dat vaker mannen dan vrouwen. Het ver-
discussie: welke kritiek is mogelijk? Kunnen de resultaten van het onderzoek vertekend zijn?
dient derhalve aanbeveling om de gevolgde procedure te verfijnen door een systematische quota-steekproef te trekken. Dat kan door per systematisch getrokken adres aselect te bepalen of er een vrouwelijke dan wel mannelijke respondent moet worden geënquêteerd.
We trokken een systematische steekproef met een
aselect begin uit de inwoners van de stad Groningen. We deden dat met behulp van het telefoonboek. Aangezien bijna elk particulier adres in Nederland en in Groningen in het telefoonboek voorkomt, levert dat geen problemen op wat betreft de representativiteit van de steekproef. Ook zijn er geen redenen om aan te nemen dat de rookgewoonten in Groningen afwijken van de rookgewoonten in Nederland. Ook in dit opzicht zal de steekproef dus representatief zijn. Het feit dat vrouwen ondervertegenwoordigd zijn, kan de representativiteit van de steekproef bedreigen. We denken echter niet dat dit het geval is. De representativiteit wordt alleen bedreigd als het niet openen van de deur samenhangt met het feit of iemand al dan niet rookt. Dat lijkt onaannemelijk. Mannen zullen ‘s avonds waarschijnlijk eerder de deur openen vanwege het mogelijk gevaar voor de veiligheid dat daarmee samenhangt. Je weet maar nooit wie er in het donker aanbelt.
De resultaten zetten aan tot nadenken. Roken is een
slechte gewoonte. Het draagt bij aan ziekteverzuim. Daarom is het niet alleen voor de rokers, maar voor alle Nederlanders een dure gewoonte. Daarbij komt dat vrouwen het rookge-
discussie: implicaties en aanbevelingen
drag van mannen overnemen. Het lijkt tijd dat de overheid weer eens aandacht besteedt aan de negatieve gevolgen van het roken. Een stevige publiciteitscampagne lijkt op zijn plaats. Daarin zal extra aandacht moeten worden besteed aan vrouwen. Het moet duidelijk worden dat roken slecht is. Ook al doe je alleen voor de gezelligheid mee. Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij
123
Noot van de auteurs De auteurs danken Klaas Westerhof voor zijn bijdrage
hier kun je een persoonlijke opmerking kwijt (vgl. voorwoord in een boek of rapport)
aan de totstandkoming van een eerdere versie van dit artikel.
volgorde: alfabetisch op achternaam van de eerste auteur
Literatuur
(of: ‘bronnen’) vermelding van de in het artikel gebruikte bronnen
Aartsen, L.T. van (1999). Methodologie voor de medische wetenschappen. In B.E. Raad & M. Daad (red.),
bundel
Onderzoek in soorten en maten (pp. 34-56). Zwolle: IJsseluitgeverij. solo-publicaties komen voor groepspublicaties
Nieuwe antirookcampagne gestart. (1993, 15 augustus). NRC Handelsblad, p. 4.
bericht uit de krant, auteur onbekend
Pijp, J.J.H. (1981). Oorzaken van sterfte geïnventariseerd. Meppel: Ten Brinke.
boek
Pijp, J.J.H. & Stoker, P. (1983). Sterftecijfers 1970-1980: longziekten en hun gevolgen. Tijdschrift voor respiratoire geneeskunde, 46, 224-236. bij meerdere auteurs gebruik je in de literatuurlijst het &-teken om voorlaatste en laatste auteursnaam te scheiden
tijdschriftartikel, doorgenummerd
Pluim, B.R., Staart, K., Wijn, D.J. & Kop, J.E. (2000). Bij een bakkie hoort een peukie. Een verkenning van het rookgedrag van vrouwen. Genderstudies, 16(3), 10-16. Roken maakt meer kapot dan je lief is [tv-spot uit voor-
beeldbron
lichtingscampagne]. (1983, april). Geraadpleegd op http://www.postbus51.nl Smokeniet, S.M. (2000a). Longkanker neemt af en rukt op: het verband met roken. Tijdschrift voor huisartsgetweede publicatie van dezelfde auteur in hetzelfde jaar niet-doorgenummerd tijdschrift
neeskunde, 44, 86-98. doi: 1234567898765 Smokeniet, S.M. (2000b). Rokers kampen vaker met gezondheidsproblemen dan niet-rokers. Vakblad voor
tijdschriftartikel, papieren versie; één auteur
sportstudies, 8(2), 3-8. Zij aan Zij, Instituut voor Vrouwenvraagstukken (2001). Emancipatiemonitor 1995- 2000. Den Haag: auteur.
124
tijdschriftartikel, digitale versie met DOI
rapport, organisatie als auteur
Annejet Dijkstra (2012) Verwijswijzer - onderzoeksrapportage en bronvermelding volgens de APA-richtlijnen (H8) www.verwijswijzer-apa.nl Antharis Uitgeverij