Pagina 1 / 7
Afsprakenkader MPG en wonen tussen de Amsterdamse gemeentelijke diensten Wonen, Zorg en Samenleven (WZS) en Maatschappelijke Ontwikkeling (DMO) en de Amsterdamse Woningcorporaties verenigd in de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties (AFWC) 09 januari 2012 Inleiding Bij een beperkt aantal multiprobleemgezinnen (hierna te noemen MPG-gezinnen) is de problematiek dermate complex dat het de betrokken hulp en dienstverleners niet lukt een aantal problemen te stabiliseren dan wel op te lossen. Voor deze groep kan onder regie van de gemeente worden besloten tot de inzet van een zogenaamd MPG-traject. In een MPG-traject voert een gezinsmanager/coach 1 (verder gezinscoach) regie over het gezin en de betrokken hulp- en dienstverleners. Het doel van de MPG-aanpak is om via gecoördineerde hulp op de verschillende leefgebieden de situatie van een gezin (en daarmee voor de opgroeiende kinderen) te verbeteren en de overlast voor de omgeving te stoppen.
Gezinsplan van aanpak Onderlegger en uitgangspunt van een MPG-traject vormt het gezinsplan van aanpak. De gezinscoach stelt samen met het gezin en de hulp- en dienstverleners dit gezinsplan van aanpak op. Voor zowel de individuele problemen van gezinsleden als problemen die het gezin als zodanig heeft staan in het gezinsplan van aanpak doelen geformuleerd. De gezinscoach spreekt vervolgens met hulp- en dienstverleners af wie in de uitvoering welke verantwoordelijkheid heeft. De gezinscoach ziet toe op naleving van de afspraken binnen de daartoe afgesproken termijnen en organiseert met vaste regelmaat een uitvoerdersoverleg.
Woningtoewijzing in het kader van MPG-aanpak Huurschuld of woonoverlast met de dreiging van gedwongen ontruiming blokkeert vaak interventies in de zorg en begeleiding aan het gezin. In een aantal MPG-trajecten is de woonproblematiek dan ook een dominante stagnerende factor. In een MPG-traject 1
Gezinsmanagers/coaches zijn werkzaam bij een instelling voor jeugd en opvoedhulp, Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam, William Schrikker Groep, MEE of een andere lokale zorg of dienstverlener waarmee door de gemeente een overeenkomst is gesloten. Voor de aansturing van MPG- trajecten maakt de benaming gezinsmanager of gezinscoach geen verschil. Het verschil in benaming is terug te voeren op de historie die verschillende aanbieders hebben met vergelijkbare werkwijzen.
Pagina 2 / 7
vormt het gezinsplan van aanpak de onderlegger en het uitgangspunt om te komen tot een bewoningsovereenkomst. Beide documenten zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden (de één eindigt als de ander eindigt). In gevallen waarbij sprake is van woonoverlast door het MPG-gezin houden de partijen rekening met de belangen van omwonenden in het verhuizen van het MPG-gezin naar een andere buurt. Bij het aanbieden van hulp en begeleiding in combinatie met vervangende woonruimte aan MPG-gezin werken de Amsterdamse corporaties met speciaal hiervoor ingerichte bewoningsovereenkomsten. Het betreft verplichte begeleiding onder regie van een gezinscoach aangevuld met een tijdelijke bewoningsovereenkomst op naam van het gezin voor een maximale periode van 2,5 jaar Doorloopt het MPG-gezin deze periode met goed gevolg, dan kan de tijdelijke overeenkomst worden vervangen door een regulier huurcontract voor onbepaalde tijd. Als het MPG-gezin de woon- of begeleidingsverplichtingen niet correct nakomt staat het de woningcorporatie vrij om de onderhavige bewoningsovereenkomst te ontbinden of op te zeggen. Het MPG-gezin kan in dat geval geen beroep doen op enige vorm van huur- of ontruimingsbescherming. Het verstrekken van een woning is namelijk vooraf afhankelijk gesteld van het krijgen van begeleiding. Het bedrag dat het MPG-gezin op jaarbasis voor het wonen betaalt is aanzienlijk lager dan het bedrag dat de gemeente investeert in hulp en begeleiding.
Toekenning woonurgentie De diensten Wonen, Zorg en Samenleven (WZS) en Maatschappelijke Ontwikkeling (DMO) van de gemeente Amsterdam en de zes Amsterdamse woningcorporaties; deAlliantie Amsterdam, Eigen Haard, De Key, Rochdale, Stadgenoot en Ymere komen de volgende afspraken overeen: a. Alleen indien ‘woonproblematiek’ het dominerende (stagnerende) element is en als zodanig tot uitdrukking is gebracht in het gezinsplan van aanpak, gelden de afspraken tussen DMO, WZS en Corporaties. De afspraken betreffen het beschikbaar stellen van 25 urgenties per jaar voor zowel (O)MPG)gezinnen als inwonende volwassen kinderen van MPG gezinnen (gezamenlijk); b. Het afgeven van woonurgenties en toewijzen van woningen geldt enkel en uitsluitend voor Amsterdamse gezinnen en inwonende volwassen kinderen die in een MPG-traject worden begeleid en aan de volgende voorwaarden voldoen; o o o o o o o
Geldige verblijfstitel hebben; Minimaal twee jaar wonen en ingeschreven staan in Amsterdam; Geldig GBA- adres hebben in Amsterdam; Lid van WoningNet zijn; Voldoende zelfredzaam zijn (zelfstandig kunnen wonen); Voldoende inkomen hebben en voldoen aan de voorwaarden voor een sociale huurwoning; In geval van schulden, is de omvang bekend en is er een regeling getroffen;
Pagina 3 / 7
o o o
Geen eigen mogelijkheden hebben voor het verkrijgen van een woning (onvoldoende woon- of inschrijfduur); Bemiddeling door de woningcorporatie naar een andere woning geen optie is; Gegevens van huidige verhuurder moeten bekend zijn.
c. Alleen door tussenkomst van de procesmanagers MPG worden gezinnen of inwonende volwassen kinderen voor urgentie en toewijzing voorgedragen. Hiervoor moeten de volgende documenten door gezinscoaches worden aangeleverd: o o o o o
Het gezinsplan van aanpak waarin het voorzien in woonruimte als doelstelling is geformuleerd; Kopie paspoort of ID- kaart van aanvrager en evt. partner; Recente loon of uitkeringspecificatie van aanvrager en evt. partner; Documenten waaruit in geval van schulden aantoonbaar blijkt dat er een regeling is of wordt getroffen; Document, voor zover niet in gezinsplan van aanpak, met personalia van alle gezinsleden (naam, adres en geboortedata)
d. Het gezin (of volwassen kind) werkt onvoorwaardelijk en actief mee aan het succesvol realiseren van het gezinsplan van aanpak; e. Bij het beschikbaar stellen van een woning is sprake van een eenmalig aanbod; f. De woning komt, op basis van de bewoningsovereenkomst, op naam van het gezin; g. Bij in gebruik nemen van de woning draagt het MPG-gezin in samenspraak met de gezinscoach zorg voor zaken als inrichting/stoffering van de woning en het betalen van aan bewoning verbonden kosten. h. De duur van een begeleidingstraject en evaluatiemomenten worden bij het toewijzen van een woning overeengekomen en vastgelegd in zowel het gezinsplan van aanpak als de bewoningsovereenkomst; i. Wanneer de begeleidingsperiode met goed gevolg wordt afgesloten wordt het MPGtraject beëindigd en komt het gezin in aanmerking voor een reguliere huurovereenkomst. Het formele besluit hierover wordt genomen in overleg tussen Dienst Wonen, Zorg en Samenleven, Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling en Corporatie; j. In geval van problemen tijdens het wonen op een nieuw adres wordt er teruggevallen op de binnen de MPG- aanpak overeengekomen escalatieroute. Dit betekent dat de procesmanager in stelling wordt gebracht om zorg te dragen voor noodzakelijke maatregelen en/of beslissingen; k. Ultieme sanctie van de escalatieroute, bij herhaaldelijk tekortschieten, is de ontruiming van het gezin uit de beschikbaar gestelde woning. De woningcorporatie kan daartoe overgaan na overleg en in samenwerking met de Dienst Wonen, Zorg en Samenleven en Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling. l. Bij het ontstaan van een onder j beschreven situatie wordt geen andere woonruimte aangeboden en eindigt het MPG-traject. De gezinscoach draagt hierbij zorg voor de positie van de in het gezin aanwezige kinderen, ondermeer door melding aan de bevoegde instanties;
Pagina 4 / 7
m. Een half jaar na bekrachtiging van deze samenwerkingsovereenkomst evalueren de gemeente (WZS en DMO) en de Amsterdamse woningcorporaties de samenwerking. De evaluatie is op het niveau van procesmanagers MPG, adviseur uitvoeringsbeleid Aandachtsgroepen WZS en namens de corporaties een beleidsmedewerker van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties;
De procesmanager MPG en een medewerker Indicaties Aandachtsgroepen van WZS bespreken het betreffende MPG-gezin voordat ze een woonurgentie toekennen en overwegen hierbij de volgende zaken: 1. Welke problematiek speelt er? 2. Heeft het gezinsplan van aanpak voldoende draagvlak bij de diverse uitvoerders van hulp- en dienstverlening als ook (en vooral) bij het gezin? 3. Is het gezinsplan van aanpak voldoende realistisch en zijn de gestelde doelen in voldoende mate met elkaar in samenhang? 4. Hoe is de begeleiding geregeld? 5. Wie ziet op langere termijn toe op het opnieuw voorkomen van problemen in de woonsituatie van het gezin? 6. Het ontbreken van structurele huisvesting veroorzaakt stagnatie bij het oplossen dan wel substantieel terugdringen van de problemen in het gezin. Hierbij kan er dus zowel sprake zijn van slechte of te kleine huisvesting dan wel een dreigende huisuitzetting op grond van schulden en/of overlast. 7. Waarom speelt verhuizing naar een andere woning een rol bij het oplossen van een (aantal) problemen? 8. Wat moet er verder voor dit specifieke gezin geregeld zijn? 9. Wat is de vraag/het voorstel aangaande de woning? Is de vraag realistisch en uitvoerbaar? Zowel tegen de achtergrond van de algemene en aanvullende voorwaarden als de gevraagde termijn waarbinnen een oplossing voor de stagnatie moet zijn bereikt? 10. Het betreft een eenmalig aanbod van een woning. Gezinscoaches sturen aan op acceptatie van het aanbod. Is het gezin maximaal bereid mee te werken aan iedere aangeboden mogelijkheid tot andere huisvesting die naar het oordeel van de betrokken hulp/dienstverleners en WZS reëel is?
Als aan alle toetsingscriteria en voorwaarden is voldaan verleent WZS een woonurgentie. Dit vormt de basis voor WZS om in het wekelijkse aanbod van WoningNet te zoeken naar een geschikte woning. Indien deze is gevonden wordt door WZS in overleg met de betreffende corporatie bij positief besluit de woning toegewezen. Het zoeken naar geschikte woningen zal evenredig worden verdeeld over de verschillende corporaties.
Pagina 5 / 7
Woning De woningcorporatie biedt het MPG-gezin eenmalig en niet vrijblijvend een woning aan indien is voldaan aan de in dit afsprakenkader/convenant opgenomen voorwaarden, waarbij geldt dat: 1. Het gezin door de betrokkenen redelijkerwijs in staat wordt geacht om de woning, ook na de overeengekomen periode van begeleiding/hulpverlening, als een goed huurder te bewonen; 2. Het gezin zich committeert aan het gezinsplan van aanpak. Dat betekent dat zij, gedurende een tussen hen, gemeente en corporatie overeengekomen periode, verplicht begeleiding/hulpverlening onder regie van een gezinscoach en eindverantwoordelijkheid van gemeente (procesmanager DMO) aanvaardt; 3. Het gezin zich committeert aan de (voorwaarden van de) bewoningsovereenkomst. Dat betekent dat zij de daarin opgenomen voorwaarden onverkort nakomt. De gezinscoach heeft hier een toeziende en signalerende rol in;
Bij bemiddeling naar een woning is de gezinscoach contactpersoon voor het opmaken van de noodzakelijke afspraken. Het begeleidings- en hulpverleningstraject De gezinscoach werkt onder uitvoeringsverantwoordelijkheid van de organisatie waarbij hij in dienst is. De eindverantwoordelijkheid voor de uitvoering van MPGtrajecten in dit kader berust bij de stedelijk procesmanagers MPG Amsterdam (DMO). De gezinscoach heeft minimaal wekelijks contact met het gezin ter ondersteuning en controle. In de uitvoering is het gezinsplan van aanpak het leidende en bepalende document. Als problemen blijvend stagneren of als partijen afspraken op basis van het gezinsplan niet nakomen, dan kan de gezinscoach de procesmanager MPG van de gemeente Amsterdam (DMO) inschakelen. Vanuit zijn regierol heeft de procesmanager het mandaat om problemen te escaleren naar het niveau van management en bestuurders van uitvoeringsorganisaties en gemeentelijke diensten. In het uiterste geval kan hij besluiten zeer ernstige stagnaties te escaleren naar de voor jeugdzaken verantwoordelijk wethouder.
Problemen in de uitvoering In geval van problemen bij individuele urgentie, bij toewijzingsproblemen of bij problemen gedurende de bewoning bepalen de betrokken partijen in onderling overleg of de problemen aanleiding zijn tot het nemen van maatregelen naar het MPG-gezin. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de binnen de MPG aanpak overeengekomen escalatieroute, waarbij de procesmanager MPG het mandaat heeft zaken te door te zetten naar bestuurders en managers van gemeente en instellingen.
Pagina 6 / 7
De ultieme maatregel vormt daarbij het uit huis zetten van het gezin op grond van het niet nakomen van de gemaakte afspraken in gezinsplan van aanpak of de bewoningsovereenkomst. Hierbij staat het gezin geen beroep open op (enige vorm van) huurbescherming. Aan een eventuele ontruiming is de consequentie verbonden dat het gezin vanuit het MPG-traject geen andere woning meer aangeboden krijgt. In het geval van ontruiming als gevolg van het niet nakomen van de gemaakte afspraken, maakt de gezinscoach melding van zorgen voor het welzijn en veiligheid van de betrokken kinderen bij bevoegde instanties (zoals het Advies en Meldpunt Kindermishandeling). In geval van problemen in de samenwerking tussen partijen vindt eveneens op initiatief van iedere bij deze overeenkomst betrokken partij spoedoverleg plaats. Wordt in onderling overleg niet tot overeenstemming gekomen, dan treedt de verantwoordelijk wethouder voor de MPG-aanpak op als arbiter. Monitoring en evaluatie De gemeentelijke diensten WZS en DMO en de Amsterdamse woningcorporaties gaan deze overeenkomst aan voor een periode van 1 jaar na ondertekening. Na evaluatie kunnen de partijen besluiten tot verlenging van de overeenkomst.
Pagina 7 / 7
BIJLAGE
Proces van aanmelding tot afsluiting
Aanmelding gezin door gezinscoach bij procesmanager MPG
Check algemene voorwaarden en documenten door procesmanager
Voldoet niet terug naar gezinsmanager
Inbreng gezin door procesmanager bij Indicaties Aandachtsgroepen van WZS Terugverwijzing regulier Urgentie verleend
? Wat is de kern van het probleem? Welke problematiek? ? Is het gezinsplan van aanpak voldoende realistisch? ? Hoe is de begeleiding geregeld? ? Wie ziet op langere termijn toe op het opnieuw voorkomen van problemen in de woonsituatie van het gezin? ? Waarom speelt verhuizing naar een andere woning een rol bij het oplossen van een (aantal) problemen? ? Is de woningvraag realistisch en uitvoerbaar? Zowel tegen de achtergrond van de algemene en aanvullende voorwaarden als de gevraagde termijn waarbinnen een oplossing voor de stagnatie moet zijn bereikt?
WZS zoekt in WoningNet naar geschikte woningen Geschikte woning gevonden. Overleg met betreffende corporatie
Geen akkoord met corporatie zoektocht verder
Overleg corporatie met huurder en gezinsmanager over voorwaarden van verhuur Evaluaties DM O,WZS, corporatie
Tekenen bewoningsoverkomst
Gezinsplan van aanpak als bijlage
Begeleiding gezinscoach
Ingrijpen procesmanager (laatste kans) of einde overeenkomst
Continueren begeleiding of afsluiten
Ontruiming en melding AM K