Berichten vanuit de Pabo Mutaties personeel Ruim 10 jaar heeft Anjo Mooren met passie bij Pabo Groenewoud gewerkt. Anjo heeft in de afgelopen jaren veel verschillende rollen en taken gehad, zoals docent pedagogiek en onderwijskunde, specialist „jonge kind‟, studieloopbaanbegeleider en stageregiocoördinator en stagebegeleider. Haar hart lag bij „het jonge kind‟, het werkveld en de stage. Zij heeft hierin veel betekend en opgebouwd. Anjo heeft besloten een nieuwe uitdaging aan te gaan en wordt per 1 februari directeur van de Freinetschool „de Regenboog‟ in Malden. Zoals Anjo zelf schreef over haar stap: ´soms ben je helemaal niet op zoek naar een schat, en vind je er juist een ( vrij naar de Tao van Pooh). We vinden het jammer dat Anjo weggaat. We zullen haar deskundigheid, enthousiasme, spontaniteit en collegialiteit erg missen.
2
4 Chronos nieuwsbrief
e
Opgericht 20-05-2005
Omdat Pabo Groenewoud nauw met het werkveld samenwerkt, zullen we gelukkig Anjo (maar dan in een andere rol) regelmatig tegenkomen. Anjo bedankt, het ga je goed en tot ziens. En dan de nieuwkomers…
Siebe van der Kooij Docent bewegingsonderwijs
Elise Boom Docent dansante vorming
1
IN MEMORIAM
Verslag terugkomdag alumni over autisme Op woensdag 31 oktober vond er een terugkomdag plaats op Pabo Groenewoud voor onze alumni. Het programma zag er als volgt uit:
Op 6 oktober 2007 overleed, op 83jarige leeftijd, Thieu van den Hoogenband in zijn woonplaats Nijmegen. Thieu was jarenlang docent aardrijkskunde aan de Katholieke Pabo in Arnhem. Ook was hij daar, voor hij afscheid nam, nog werkzaam in de bibliotheek. We wensen zijn vrouw Liesbeth veel sterkte.
Op 2 februari j.l. is Tity Cox-Eijck op 84 jarige leeftijd in Roermond overleden. Jarenlang werkte Tity op de Opleidingsschool voor Kleuterleidsters in Nijmegen als muziekdocente. Zij leerde de studenten werken met de Wardmethode. Zij was een enthousiaste lerares en heeft met veel plezier lesgegeven. Ze had alles over voor de “meiden”zoals ze onze studenten noemde. Bovendien was ze ook erg betrokken bij collega‟s waarvoor ze altijd klaarstond. Wij wensen de familie van Tity veel sterkte met haar overlijden.
15.00 tot 16.00 uur een bijdrage van Joop Schep en zijn begeleidster Hanneke Neuteboom 16.00 tot 16.15 koffiepauze 16.15 tot 17.30 een bijeenkomst onderleiding van Hélène Janssen Duijghuijsen 17.30 broodjes met soep en daarna gelegenheid tot het uitwisselen van ervaringen en bijpraten.
Hoewel er maar 25 alumni ingeschreven hadden, hebben we besloten om de dag gewoon door te laten gaan en hebben we ook studenten van de Pabo in laten schrijven om deze middag bij te wonen. In een mum van tijd was de collegezaal vol. Joop ging, ondersteund door Hanneke, in op wat het is om als autist te leven en te leren in een wereld met niet-autisten. Hij gaf een helder beeld van de problemen die een autist tegenkomt. Het sterke van zijn verhaal is dat hij heel concrete voorbeelden kon geven van waar het mis kan gaan. Hij belichtte zijn opvoeding door zijn ouders en ook zijn leven op school. Wij kregen zo een kijkje in de keuken van het leven van een autist. Hij kon heel goed aangeven wat zijn moeilijkheden waren en hoe hij daarmee had leren omgaan. Het voorbeeld van de emmer die niet te vol mag worden en waar hijzelf verantwoordelijk voor is, sprak iedereen aan. Hij gaf veel voorbeelden hoe een leerkracht een autistische leerling kan ondersteunen en vooral wat hij/zij niet moet doen. Als hij zijn draad kwijt raakte, hielp Hanneke hem weer verder. Ook verduidelijkte zij soms zijn verhaal met een voorbeeld of gaf zij hem een hint om door te gaan. Dat liep vloeiend in elkaar over. Joop gaf ook de mogelijkheid om vragen te stellen en dat is heel bijzonder en hij beantwoordde die vragen heel duidelijk . Hij sloot zijn verhaal af met een zelfgemaakt gedicht over autisme. Dat was een primeur. Je kon een speld horen vallen in een overvolle collegezaal. Men was zeer onder de indruk van dit ontroerende verhaal. 2
inspelen op de behoefte en mogelijkheden van de scholen waarmee ze in zee gaat. Er zijn scholen die al dan niet door VTB intussen veel op dit gebied te bieden hebben voor hun leerlingen. Toch blijken deze scholen net als andere, waarvoor wetenschap en techniek nog maar weinig tot ontwikkeling zijn gekomen, vragen te hebben betreffende de verdere implementatie. Het gaat er hierbij steeds om hoe de onderzoekende grondhouding bij kinderen behouden en ontwikkeld kan worden. Welke talenten van kinderen kunnen we, meer dan nu het geval is, aanboren? Wat vraagt een en ander van de leraren en welke werkwijze en middelen kunnen succes verzekeren, ook op de langere termijn?
Joop Schep Om 16.15 uur gingen we in lokaal 137 naar een lezing van Hélène Janssen Duijghuijsen. Zij heeft kinderen met autisme, hun ouders en leerkrachten begeleid. Zij verdiepte het verhaal van Joop en ging in op de achtergrond van autisme en de gevolgen daarvan. Zij kan meesterlijk de theorie en de praktijk aan elkaar koppelen waardoor de vragen die het verhaal van Joop opriep uitgelegd werden. Zij gaf indrukwekkende voorbeelden uit haar eigen praktijk en ook adviezen aan de aanwezige leraren. Ze ging in op vragen en het werd een levendige discussie. Zij is met al haar deskundigheid een heel bescheiden persoon gebleven die vol aandacht en betrokkenheid met onze alumni omging. Je kon zien dat ze er plezier in had om haar ervaringen met ons te delen. Ook van haar hebben we veel kunnen opsteken die middag. Daarna was er een informeel gedeelte met een maaltijd en gelegenheid om ervaringen uit te wisselen en om bij te praten. Docenten van Pabo Groenewoud waren hiervoor ook uitgenodigd en zo vond de afsluiting plaats van een zeer geslaagde alumnimiddag.
In het boekje dat Chronos elk jaar uitbrengt, staat voor het komende najaar het thema „Wetenschap en techniek‟ op de rol. We willen alle alumni uitnodigen daar vóór de zomervakantie een bijdrage voor aan te leveren. Je kunt bijvoorbeeld denken aan - een artikel over de manier waarop techniek in jouw school geïntegreerd binnen andere vakgebieden aan bod komt; - een techniekgedicht of –lied; - het draaiboek voor een techniekmiddag op school; - uitvindsels (bijv. in de vorm van ontwerpschetsen en/of digitale foto‟s van eindproducten) van leerlingen; - een protocol van een kringgesprek met kinderen: „Wat verstaan ze onder „Wetenschap‟? (of over een ander interessant gespreksthema in dit kader) - filosoferen met kinderen over techniek - uitdagende probleemstellingen die met eigen ontwerpen/maaksels kunnen worden opgelost - een artikel over „omgaan met nieuwsgierigheid en/of verwondering‟ - een ontdekhoek als inspirerend onderzoeksterrein - een artikel over creatief denken.
Fief Bleeser.
Kenniscentrum Wetenschap Techniek Gelderland
en
Het zingt overal al rond in de regio. Pabo Groenewoud maakt deel uit van een van de (tot nu toe) vier kenniscentra die in Nederland de komende jaren basisscholen helpen bij de versterking van hun curriculum en organisatie op het gebied van wetenschap en techniek. Verdere professionalisering van het team is daarin een belangrijk element. Natuurlijk wil „ons‟ kenniscentrum daarbij zo goed mogelijk
Kun je geluid ook voelen? Vol nieuwsgierigheid kijken we uit naar wat er binnenkomt via
[email protected] 3
Voor deze Chronosuitgave kunnen ook opstellen van leerlingen worden ingestuurd onder de titel „Mijn uitvinding‟. Misschien kun je zelf al een voorselectie maken. Het beste opstel wordt geplaatst. De auteur krijgt een prachtig kinderboek over uitvindingen! Jos Marell
Wereldwijs Pabo Groenewoud is trots op haar internationale karakter. Jaarlijks gaat een grote groep studenten naar het buitenland voor unieke leerervaringen. Ik ben Lieke Steenhof, vierdejaars studente aan onze pabo. Ook ik heb de kans om in het buitenland te studeren met beide handen aangepakt. Maar waar ga je naartoe? Voor het waar moeten we kijken naar het waarom. Nu zijn wij idealisten, u en ik. Echte juffen en meesters willen de kinderen en van daaruit ook de wereld graag wat wijzer maken. En dan is het waar zo gevonden. Ik ging naar een ontwikkelingsland, daar is natuurlijk nog veel te doen! Daar hebben ze niet eens ramen in het schoolgebouw, laat staan goed onderwijs. Voor mij bestond de mogelijkheid naar Nepal te gaan, een van de armste landen ter wereld. Ontwikkelingswerk, iets voor een echte idealist! Nooit eerder was ik in een ontwikkelingsland geweest. Nepal bleek zo ontzettend anders dan welk land dan ook waar ik ooit ben verbleven. De grootste leerervaring voor mij is het besef van wat een ontwikkelingsland nu eigenlijk is. Besef is misschien een groot woord, ik kan niet zeggen dat ik nu de complexiteit van een land als Nepal bevat. Maar, ik kan natuurlijk wel mijn persoonlijke mening beschrijven. Een ontwikkelingsland is naar mijn mening een land met een totaal gebrek aan kennis. In alle lagen van de samenleving is er een achterstand wat betreft opleiding. Het land vooruit willen helpen is zo ontzettend moeilijk. Hoe kun je een team leerkrachten dat niet in lange termijnen denkt helpen een leerlingvolgsysteem op te zetten? Hoe kun je open dagen verbeteren als het nut van een draaiboek ongezien blijft en het wiel dus telkens opnieuw uitgevonden wordt? Je kunt een school niet vooruit helpen op een korte termijn. Ik heb mezelf goed geholpen met
waardevolle leerervaringen, maar wat heb ik nu achtergelaten? Als vrijwilliger, als stagiaire verbeter je een maatschappij niet zomaar. Een school help je dan ook niet gauw verder, omdat deze verbonden is aan de maatschappij. Wat ik hiervan nu echt heb geleerd, en dit vind ik voor mij persoonlijk belangrijker dan bijvoorbeeld de wetenschap dat ik een watje ben boven op een berg of het vertrouwen overal les te kunnen geven, is dat ontwikkelingswerk helemaal niets voor mij is. Voorheen leek het me een uitdaging, heel leuk om je in te zetten voor scholen die je hulp écht kunnen gebruiken. Ik wist wel dat als dit zo makkelijk zou zijn, er geen ontwikkelingslanden bestonden. Mijn beeld was dat van kleinschalige projecten. Maar wat bleek, de wildste plannen kun je veel beter hier in Nederland uitvoeren. Op een school waar mensen de voorkennis hebben die jouw ideeën nodig hebben. Hoe heb ik het ooit in mijn westerse wereldbol gehaald om ontwikkelingswerk te willen gaan doen? Mijn eigenlijke idealisme kan ik er helemaal niet in kwijt.
Natuurlijk is mijn bovenstaande motivatie om naar Nepal te gaan lichtelijk overdreven. In mijn geval speelde de aanwezigheid van mijn favoriete tante waar ik zomaar mocht logeren een iets grotere rol dan de bovenstaande argumenten. Neemt niet weg dat ik als juf in hart en nieren wel degelijk idealistisch ben. Dat bleek al toen ik in de eerste lid ben geworden van de studentenraad! De studentenraad (sr) is nu een duidelijk voorbeeld van een orgaan waar studenten hun wilde plannen ten uitvoer kunnen brengen. Het hiermee te verwerven inzicht in Nederlandse organisatiestructuren is een mooi bijkomend voordeel.
4
Misschien vraagt u zich af wat de studentenraad tegenwoordig nu eigenlijk doet. De meest recente overwinning van ons als kwaliteitsbewakers is toch wel het opnieuw tot leven wekken van de teloorgegane sportcommissie. Verder hebben we een maandelijks inloopuur om de contacten met de studenten te verstevigen en zijn we betrokken geweest bij de verbetering van het onderwijs voor het „nieuwe leren‟. De studentenraad doet het goed. Wij zijn zeer tevreden met de zichtbare vooruitgang die de pabo met iedere nieuwe jaarlaag weer weet te boeken. Regende het nog klachten in het eerste jaar „vernieuwingsonderwijs‟, nieuwe studenten zijn tot nog toe tevreden. Zo tevreden, dat de studentenraad weinig interessant voor hen blijkt. Ons ledental laat te wensen over.
shirts. Zowel de welkomst- brochure als het activiteitenprogramma wordt er almaar mooier op. Ik ben er erg trots op dat we zo zijn gegroeid! De oprichting van de CIS als onderdeel van de studentenraad zorgde destijds voor een rap stijgend aantal leden bij de studentenraad. Internationalisering is, nog meer dan ontwikkelingswerk, hip. Iedereen komt graag een beetje wereldwijs over. De CIS vormt goede bewijslast (ook erg hip) en een interessant gespreksonderwerp. Nu is de CIS een onafhankelijke commissie geworden en lijdt de studentenraad weer onder een dalend aantal leden. Actieve leden gaan naar het buitenland en studeren vervolgens af. Het blijft lastig nieuwe studenten te vinden die zich in willen zetten voor de kwaliteitsbewaking van onze pabo. Écht idealisme is toch iets minder hip. Jammer vind ik, het moge duidelijk zijn dat deelname aan de studentenraad veel kan betekenen voor de persoonlijke ontwikkeling. Een wereldwijze docent weet wat er in de eigen omgeving te halen valt! Lieke Steenhof
Minors op Pabo Groenewoud Behalve de studentenraad kun je op de pabo ook nog prima aan de slag met het verruimen van je wereldbol via de jaarlijks inkomende internationale studenten. De pabo stuurt immers niet alleen studenten naar het buitenland, zij ontvangt ze ook. Misschien wist u het niet eens, maar ieder jaar volgt een groep van 20 tot 30 internationale studenten hier aan pabo Groenewoud een module in hun eigen, internationale klas. Zelf was ik in 2005/2006 actief als student-assistent voor bureau Internationalisering, zodoende ben ik dat jaar terecht gekomen in deze internationale klas. In ditzelfde jaar is de Commissie voor de Internationale Studenten (CIS) opgericht. Toen nog met zijn vijven, organiseerden we verspreid over drie maanden verscheidene activiteiten zoals schaatsen, filmavonden en een schoolfeest. Nu gaan we met de CIS ons derde jaar in. De buitenlandse studenten worden niet meer drie, maar vijf maanden vermaakt. We hebben 16 leden om alles vlekkeloos te laten verlopen en onze eigen
Sinds 2007 is er voor studenten van Pabo Groenewoud de mogelijkheid om zich te profileren door middel van het kiezen van een minor. Minors bieden de studenten de gelegenheid om eens te snuffelen aan een andere opleiding of zich toe te leggen op een eigen specialiteit. Een minor is een pakket waarmee studenten zich kunnen specialiseren of verbreden in kennis en competenties. Een minor heeft een studielast van een half jaar (30 ECTS) en duurt doorgaans een semester. De meeste minors worden twee keer per jaar aangeboden: soms als een blok in een semester, soms als lint door het hele studiejaar. Studenten kiezen hun minor zelf, in overleg met hun studieloopbaanbegeleider: omdat het onderwerp hen interesseert én er omdat er een relatie is met het beroep waarvoor ze de opleiding volgen. Soorten minors
5
verdiepende minors: studenten gaan zich verder specialiseren binnen hun eigen beroep(profiel) verbredende minors: studenten ontwikkelen hun beroepscompetenties in een andere / bredere context doorstroom minors: studenten die meer aan onderzoek willen doen gaan zich voorbereiden op het doorstuderen aan een universiteit (of masterstudie aan het hbo). Door een verbredende minor te kiezen kijken studenten over de grenzen van hun eigen vak heen. Met een verdiepende minor kunnen ze zich in hun eigen vak specialiseren. De minor ‘Special Needs’ als voorbeeld: In de minor Special Needs in education besteden we veel aandacht aan het doorgronden van ontwikkeling van kinderen. Studenten brengen leerlijnen in kaart en kijken hoe leren en ontwikkeling elkaar versterken en beïnvloeden. Ze signaleren en onderzoeken wat de ondersteunings- (pedagogische) en instructie(didactische) behoeften van kinderen zijn. Ze brengen in kaart wat een kind (extra) nodig heeft om gestelde doelen te bereiken.
en leren de studenten te overleggen met collega‟s, intern begeleiders, externen en ouders. In een stage van een half jaar passen studenten de opgedane kennis en vaardigheden direct toe. De begeleiding in de praktijk neemt een belangrijke plaats in het geheel in. De motivatie Waarom kiest zo‟n grote groep studenten voor de verdiepende minor Special Needs in Education? Het antwoord is even eenvoudig als ontwapenend: deze studenten willen goed onderwijs kunnen bieden aan ALLE leerlingen die ze in hun groep krijgen. Los van alle wetgeving puilt de opleiding uit van enthousiaste mensen die zich realiseren dat het uiteindelijk de leraar is die er toe doet! Naast de minor „special needs in education‟ biedt Pabo Groenewoud ook nog de volgende minors aan: onderwijskundig leiderschap in het primair onderwijs vernieuwingsonderwijs kunst en cultuur het nieuwsgierige kind in een wereld van wetenschap en techniek de brede school leren voor het leven; spiritualiteit, religie en filosoferen onderwijzen in een internationaal perspectief groepsleerkracht VMBO Het mag duidelijk zijn dat studenten volop de ruimte krijgen om zich te verdiepen en/of te verbreden. En het aantal minors breidt nog steeds uit, op de Pabo en op de HAN.
Dit betekent het uitbreiden van observatietechnieken en het kritisch hanteren van signaleringsinstrumenten. Maar ook nieuwe kennis opdoen met betrekking tot ontwikkelingspsychologie en theorieën met betrekking tot leren en gedrag. Bij dit alles staat steeds de vraag centraal: “wat heeft dit kind/ hebben deze kinderen nodig om te ontwikkelen en wat kan ik doen/ inzetten om dit mogelijk te maken?”. Door het werken met groepshandelingsplannen in het kader van de WSNS 1-zorgroute wordt ook de organisatie en management kant onder de loep genomen
Bert Claessens i.s.m. Wilma v.d. Berg
Tenslotte Web-tip: http://www1.han.nl/restyle/shpopn/content/Alumni_Chronos.xml Op de website staat een link waar je je persoonlijke gegevens kunt inzien. Daarvoor hoef je alleen je 6
E-mailadres in te voeren en dan op wijzigen te klikken. Je ontvangt dan een e-mail met daarin een link naar „update alumnus‟. Vervolgens kun je daar je gegevens controleren en eventueel aanpassen. Om redenen van privacy is voor deze procedure gekozen. Het juiste e-mailadres van Chronos is:
[email protected] Als u tips of suggesties voor ons heeft dan horen wij die graag. Het bestuur van Alumnivereniging Chronos brengt u een collegiale groet!
7