32_001 rev.dat tek.nr. 864-B2 (beton vld. vloer) rev.dat

Ref. nr. STAT-864(b)

Statische (ontwerp)berekening voor een vloeistofdichte betonvloer met geïntegreerde (tankstation) luifel fundering, voor een truck tankstation aan de Graafschap Hornelaan 151 te Weert

Opdrachtgever:

Liqal BV. tav. dhr. M. van der Meer Postbus 9407 4801 LK BREDA T. 0854-86 1000 M. 06-4807 3770 E. [email protected]

Datum:

08-12-2014

Bijlage(n):

(Liqal BV.) tek.nr. P1402/32_001 rev.dat. 01-12-2014 tek.nr. 864-B2 (beton vld. vloer) rev.dat. 08-12-2014

Aantal pagina’s: Aantal bijlage(n):

1 t/m 79 --

Silvesterstraat 20 6603 DX WIJCHEN T 024-324 5401 F 024-324 5402 E [email protected] Ingeschreven bij het KIVI (Koninklijk Instituut van Ingenieurs) nr. 94755 - Op al onze diensten is de RVOI 2001 van toepassing -

1


2

1. Inhoudsopgave : 1.1.

Omschrijving: project relevante gegevens

blz.

08

stroken methode, strook 1

blz.

09 t/m 34


blz.

35 t/m 54


blz.

55 t/m 64


blz.

65 t/m 73

schetsmatig tekenwerk tbv. bouwconstructie

blz.

74 t/m 79


3

2. Voorwoord : 2.1.

INLEIDING: De opdrachtgever is voornemens om voor een onbemand (truck)tankstation een “in het werk gestorte” vloeistofdichte betonvloer met geïntegreerde luifelfundering te gaan realiseren. Het tankstation is gelegen aan de Graafschap Hornelaan 151 te Weert. Ons bureau is gevraagd om voor de vloeistofdichte vloer de sterkte- en stabiliteitsberekening op te stellen. De in het werk gestorte vloeistofdichte tankstation vloeren dienen te voldoen aan de CUR aanbeveling 65, BRL 770 en CUR / PBV handboek 196. Ten tijde van deze opdracht zijn ons alleen geotechnische gegevens aangereikt welke betrekking hadden op de nieuwbouw van het naast gelegen bedrijfspand (nr. 151). Dit bedrijfspand dateert van eind 2007 / begin 2008. Het bijbehorende fundatieadvies (FUGRO, 7207-0402-000.R01) is destijds medio augustus 2007 opgesteld. De navolgende (ontwerp) statische en semi-dynamische beddingconstante(n) zijn aangehouden voor het ontwerp van de vld. vloer van het tankstation : CSTAT = 3,5 MN/m³ en CSEMI-DYN. = 5,5 MN/m³. De geotechnische parameters en geadviseerde grondverbetering, zoals deze omschreven zijn in het FUGRO rapport, dienen als uitgangspunt voor het constructief advies van de vloeistofdichte betonvloer. Wij adviseren dringend om de aangenomen waarden en de gronddrukspanningen afkomstig uit deze berekening te toetsen aan de resultaten van het nog uit te voeren geotechnisch onderzoek ter plaatse van de vloeistofdichte vloer. Voor alsnog is de dichtstbij zijnde sondering 4 (FUGRO) genomen als uitgangspunt. Het voornemen is om de vloer te dilateren. Daar de kans op zettingen reëel zijn zal de vloer na opstijven van het beton binnen 48 u. opgezaagd worden met als doel krimp/ zettingsscheuren te voorkomen. Qua verkeersbelasting (zgn. zwaarverkeer) is de NEN-EN 1991-2 als uitgangspunt genomen. Belasting(en) haaks op de rijrichting worden bepaald a.d.h.v. BM1 (belastingmodel 1). Parallel aan de rijrichting worden de belasting(en) per rijstrook genomen met BM1 en BM2. Door de rijbaanscheiding (pompeilanden) kunnen BM1 en BM2 nooit op 0,50m¹ uit elkaar komen te staan. Derhalve is de belastingcombinatie plaatveld(midden) 0,50m¹ tussen BM1 en BM2 geen belastinggeval (zie ook blz. 7 tbv. het model). De belasting(en) nabij de plaatrand zullen voor de bovenwapening maatgevend zijn, en de belasting(en) midden op een vloerveld zullen maatgevend zijn voor de onderwapening. De gekozen bovenwapening ø10-100 (maaswijdte 100mm¹) voldoet aan de scheurwijdte criterium die voor vloeistofdichte betonvloeren gelden. De onderwapening ø12-150 voldoet eveneens aan het scheurwijdte criterium. De onderwapening ø10-150 zou welleswaar voldoen aan de sterkte, echte niet aan het scheurwijdte criterium. Derhalve als onderwapening ø12-150 (B 500B) handhaven. Na uitvoeringswerkzaamheden de vloer afdekken met folie om uitdrogen van het nog verse beton tegen te gaan (zgn. uitdrogingskrimp) of de vloer inspuiten met curing compound of e.d. Gebruik op de puinbaan/ zandbaan (grondverbetering cunet) een PE-folie werkvloer om interaktie van het vocht uit de betonmortel met de ondergrond tegen te gaan.


4

3. Algemeen : 3.1.

INDIEN VAN TOEPASSING ZIJN DE NAVOLGENDE NORMEN: BRL 7700 CUR aanbeveling 65 CUR / PBV 196

Aanleg of herstel van een vloeistofdichte voorziening Ontwerp, aanleg en herstel van vloeistofdichte voorziening in beton Handboek, ontwerp en detaillering bodembeschermende voorzieningen

Eurocode 0, grondslagen : NEN-EN 1990 Grondslagen van het constructief ontwerp Eurocode 1, belastingen op constructies : NEN-EN 1991-1-1 Algemene belastingen, volumieke gewichten, eigen gewicht en opgelegde belastingen voor gebouwen NEN-EN 1991-2 Belasting op constructies, verkeersbelasting op bruggen Eurocode 2, ontwerp en berekening van betonconstructies NEN-EN 1992-1-1 Algemene regels en regels voor gebouwen Eurocode 7, ontwerp en berekening van het geotechnisch ontwerp NEN-EN 1997-1 Algemene regels NEN 9097-1 Aanvullende bepalingen voor het geotechnisch ontwerp

3.2.

UITGANGSPUNTEN BEREKENING: Bouwwerk aanduiding: Gevolgklasse: Referentie periode:

industrieel, met 1 bouwlaag CC1 RC1 (KFI factor = 0,9) 15 jaar

(NEN-EN tabel B1) (NEN-EN 1990 B3.3) (NEN-EN 1990, NB A1.1) geeft factor: 0,87

Uiterste grenstoestand: Ψ0, Ψ1 en Ψ2 factoren: Belasting factoren:

stootbelasting:

STR/ GEO (groep B) (NEN-EN 1990) categorie E, (industrieel) Ψ0=1,00 / Ψ1 = 0,90 / Ψ2 = 0,80 gamma Gk.j: G;j = ongunstig 1,2 . KFI of 1,35 . KFI, G;j = gunstig 0,9 gamma Qk,j: Q;j = 1,5 . KFI (indien van toepassing) stoot = 1,00


5

3.3

UITGANGSPUNTEN MATERIALEN : BETON CONSTRUCTIE (in het werk gestorte vloeistofdichte vloer C35/45): Betonkwaliteit: C35/45 (voorheen B35) (rekenstadium; σc = 23,3 N/mm²) Materiaalfactor [C] 1,50 Milieuklasse (boven): XC4, XF2, XA3 (voorheen 5d, carbonatatie [nat/ droog], dooizouten en chemische aantasting) Milieuklasse (onder): XC3, XF2 (voorheen 2, matig vochtig, dooizouten) Wcf  0,45 (volgens NEN 8005) Cementgehalte: >320 kg/m³ Mortel kwaliteit: CEM III/B 32,5 N Consistentie: 2 (3) (in overleg met bouwkundig aannemer) Betonstaal wapening: B500B (geribd, fyd = 435 N/mm²) Ontkisten: niet dragende delen na 3 dagen, overig in overleg met betonconstructeur! Opmerking: --

4. Belastingen : 4.1.

EIGEN GEWICHT(EN): eigen gewicht betonplaat Dvloer= 220mm¹ : 22 cm. gewapend beton: 5,50 kN/m² + P;kar;g1: 5,50 kN/m² Opgelegde belasting tgv. verkeer : BM1 Q1k = 300 kN, q1k = 9,0 kN/m² BM2 Q2k = 200 kN, q2k = 2,5 kN/m²

4.2.

4.3.

Water accumulatie: NEN-EN 1991-1-1

Botsbelasting door voertuigen: NEN-EN 1991-1-7, art. 3.4

(NEN-EN 1991-2) (NEN-EN 1991-2)

gezien het ontwerp, vooralsnog niet van toepassing.

voor bouwwerken in categorie CC1 (RC1) behoeft men voor alsnog géén rekening te houden met een botsbelasting door voertuigen. Eventueel te treffen voorzieningen ; toepassen van rampalen of betonnen (aanrij)blokken.


6

32_001 rev.dat tek.nr. 864-B2 (beton vld. vloer) rev.dat

Recommend Documents