3. REGLEMENT INWENDIGE ORDE PROVINCIE ANTWERPEN

3. REGLEMENT INWENDIGE ORDE PROVINCIE ANTWERPEN 1.00

PROVINCIALE STRUCTUUR

Art. 1.01

Provinciale Raad De Provinciale Raad bestaat uit alle provinciale medewerkers, die regelmatig medewerking verlenen in de federatie op provinciaal vlak. Alle leden hebben stemrecht. Desgevallend mogen volmachten worden gegeven, doch elk lid mag maximaal één ander lid bij volmacht vertegenwoordigen. Diegenen die driemaal na elkaar zonder geldige reden een vergadering van de Provinciale Raad verzuimen, worden als ontslagnemend beschouwd en verliezen hun stemrecht. De Provinciale Raad heeft tot taak: De verkiezing van: 1. Provinciale Voorzitter 2. Provinciale Secretaris 3. Commissievoorzitters worden door de onderlinge commissies voorgedragen en verkozen door de Provinciale Raad, te weten: - scheidsrechterscommissie - wedstrijdleiding - controlecommissie - juridische commissie - jeugdcommissie De verkiezingen hebben jaarlijks plaats binnen de maand na de algemene provinciale vergadering. Ze worden verkozen voor een termijn van drie jaar, 1/3 ervan is elk jaar uittredend en herkiesbaar. Voor de functie van voorzitter der juridische commissie dient de kandidaat bij voorkeur te beschikken over een juridisch diploma.

Art. 1.02

Provinciaal Comité Het Provinciaal Comité bestaat uit: - de Provinciale Voorzitter - de Provinciale Secretaris - de Voorzitters der diverse commissies - de verantwoordelijken der verschillende subcommissies Het Provinciaal Comité heeft tot taak: - bespreking en beslissing over de aan het comité voorgestelde punten aangaande de organisatie van Sporcrea vzw - afd. Volley. - toepassing van de reglementen van inwendige orde. - beslissing over de voorstellen van de verscheidene bestuursorganen, zoals daar zijn: commissies en Provinciaal Uitvoerend Comité. Het Provinciaal Comité is het wetgevende orgaan van de provincie. Het Provinciaal Comité wordt voorgezeten door de Provinciale Voorzitter, terwijl het agenda wordt samengesteld door de Provinciale Secretaris, die tevens van deze vergadering verslag opstelt. Bij stemming heeft elke commissie recht op maximum twee (2) stemmen. 03/1

Art. 1.03

Provinciaal Uitvoerend Comité Het Provinciaal Uitvoerend Comité bestaat uit: - de commissievoorzitters - de Provinciale Voorzitter - de Provinciale Secretaris Alle leden zijn stemgerechtigd. Het Provinciaal Uitvoerend Comité benoemt uit zijn leden een voorzitter. Het Provinciaal Uitvoerend Comité heeft tot taak: - bevordering van de samenwerking tussen de commissies. - het bepalen van het provinciale beleid met betrekking tot de organisatie en het bevorderen van de sport in de provincie. - het stellen van alle daden van beheer om het beleid, na aanvaarding door het Provinciaal Comité, te verwezenlijken. - nemen en uitvoeren van dringende beslissingen onder controle van het Provinciaal Comité. Het Provinciaal Uitvoerend Comité is verantwoording verschuldigd aan het Provinciaal Comité.

Art. 1.04

Verkiezingen Verkiezingen van personen geschieden steeds bij geheime stemming. In de eerste stemronde moet de kandidaat 2/3 meerderheid der aanwezige stemmen behalen om verkozen te worden, met dien verstande dat om geldig te vergaderen minstens de helft der leden plus één aanwezig of vertegenwoordigd dient te zijn. Hetzelfde geldt voor de tweede stemronde. In de derde stemronde is het behalen van een relatieve meerderheid der aanwezige stemmen voldoende om verkozen te worden.

Art. 1.05

Taak van de Provinciale Voorzitter De Provinciale Voorzitter - bepaalt data en dagorde van vergadering van Provinciale Raad en Provinciaal Comité in overleg met de Provinciale Secretaris en leidt de werkzaamheden ervan. - vertegenwoordigt zijn provincie op alle officiële en sportieve aangelegenheden die hij van rechtswege of op uitnodiging bijwoont. - heeft het recht alle vergaderingen van commissies en Provinciaal Uitvoerend Comité bij te wonen en kan deze op verzoek voorzitten, behalve deze van de juridische commissie. - woont alle vergaderingen, samenkomsten enz. bij waarvoor hij een officiële uitnodiging heeft ontvangen, na samenspraak met het Provinciaal Uitvoerend Comité. - onderhoudt contacten met de bestaande clubs, eventueel geïnteresseerden, alsook de regionale competities.

03/2

Art. 1.06

Taak van de Voorzitter van het Provinciaal Uitvoerend Comité De Voorzitter van het Provinciaal Uitvoerend Comité - bepaalt data en dagorde van bijeenkomsten van het Provinciaal Uitvoerend Comité. - vervangt op verzoek van de Provinciale Voorzitter, hem op alle officiële en sportieve plechtigheden. - leidt bij afwezigheid van Provinciale Voorzitter, het Provinciale Comité en Provinciale Raad. - propageert Sporcrea vzw - afd. volley in de provincie door middel van geschriften, ontmoetingen en organisaties. Hij kan dit doen in samenwerking met verschillende commissies of kan hiervoor zelf een werkgroep oprichten waarvan hij de samenstelling kenbaar maakt. - staat in voor de samenwerking met de pers.

Art. 1.07

Taak van de Provinciale Secretaris De Provinciale Secretaris - ontvangt alle briefwisseling, geeft er onmiddellijk het nodige gevolg aan en verzendt alle officiële documenten naar de betrokken commissies. - maakt voor desbetreffende leden afschriften van vergaderingsverslagen en andere documenten. - houdt het archief bij. - roept in opdracht van de Voorzitter alle vergaderingen bijeen. - kan een administratieve commissie bijeenroepen. - houdt controle op het valideren van lidkaarten - verkoop van brochures en andere administratieve formaliteiten.

03/3

2.00

CLUBS - LEDEN VAN DE P.A.V.

Art. 2.01 Aanneming Art. 2.01.01 De aanvragen tot aansluiting, gebeurlijk vergezeld van de statuten, het aansluitingsformulier, de bestuurslijst en de overige eventuele documenten die door de federatie verstrekt of gevraagd worden, behoorlijk ingevuld en ondertekend, worden aan het provinciaal secretariaat opgestuurd, die de aansluiting ter kennis brengt aan de secretaris-generaal. Art. 2.01.02 De aanvragen tot aansluiting moeten ondertekend worden door de voorzitter en de secretaris van de aan te sluiten club. Deze verantwoordelijke leden moeten verplichtend aansluiten bij Sporcrea vzw - afd. volley en minimum 18 jaar zijn. Art. 2.01.03 Een bestuurslid van een club kan nooit speler of speelster zijn van een andere club. Art. 2.01.04 Iedere club is verplicht twee bestuursleden op te geven, als afgevaardigden van die club tegenover de federatie. Eén ervan is verplicht aanwezig te zijn op de algemene vergadering, de werkvergaderingen en eventuele speciale vergaderingen. Hij/zij moet de lidkaart van Sporcrea vzw - afd. volley kunnen voorleggen. Bij ontstentenis hiervan kan door de club volmacht gegeven worden aan een derde (lid van de federatie en betrokken club). Boete voorzien. Art. 2.01.05 Bij afhandelingen van clubaangelegenheden op de federatiezetel, moet de betrokkene zijn aansluitingskaart bij zijn club, kunnen voorleggen. Art. 2.02

Borgstelling Voorzitter en secretaris blijven altijd borg tegenover de federatie voor eventuele schuldvorderingen of inbreuk op het reglement. Bij de aanneming onderschrijft elke club automatisch de in voege zijnde statuten en reglementen.

Art. 2.03

Bestuurswijziging Iedere wijziging in de samenstelling van het bestuur van een club of verandering van adres van de verantwoordelijken - voorzitter of secretaris - dient onmiddellijk aan het provinciaal secretariaat te worden meegedeeld.

Art. 2.04

Werkingstoelagen Voor zover aan de clubs formulieren ter hand worden gesteld voor het bekomen van werkingstoelagen zijn de clubs verplicht deze telkens in te vullen. (boete voorzien)

03/4

Art. 2.05

Fusie Het is aan de bij de federatie aangesloten clubs toegestaan samen te smelten onder volgende voorwaarden:

Art. 2.05.01 De clubs moeten op het ogenblik van de fusie aanvraag financieel in orde zijn tegenover de federatie. Art. 2.05.02 De clubs welke wensen samen te smelten moeten minstens één kalenderjaar aangesloten zijn. Art. 2.05.03 De samensmelting moet, om geldig te zijn, ingediend worden na het kampioenschap en vóór 15 mei van het lopend jaar. Art. 2.05.04 a.

b.

De aanvragen tot fusie dienen ondertekend te worden door minstens de twee derden van de leden van elke club, aangesloten op het einde van het kampioenschap. In geval van fusie zal de nieuw gevormde club deelnemen aan het kampioenschap in de afdeling waarin normaal de hoogst gerangschikte ploeg speelt. Wanneer meerdere clubs fusioneren, mag elke ploeg in de reeks van het vorige seizoen blijven, behoudens stijgen of dalen.

Art. 2.05.05 Een afschrift van de beslissing, overeenkomstig de bovenvermelde normen, zal aan het provinciaal comité worden overgemaakt, samen met de aanvraag tot fusie. Deze beslissing zal bevatten: naam, voornaam, lidnummer bij de federatie en voorkomend op de lidkaart samen met de handtekening. Art. 2.06

Verandering van benaming De aanvraag tot verandering van benaming moet door de club ingediend worden na het einde van het kampioenschap en vóór 15 mei.

Art. 2.06.01 De clubs die deze wijziging in de bij hun aansluiting voorgelegde statuten hebben voorzien, dienen zich aan deze statuten te houden. Art. 2.06.02 Voor de andere clubs, dient de aanvraag tot naamswijziging ondertekend te worden door de twee derden van de bij het einde van het kampioenschap aangesloten leden. Art. 2.06.03 Een afschrift van de beslissing, in overeenstemming met de bovenvermelde normen, zal aan het provinciaal comité worden overgemaakt samen met de aanvraag tot naamsverandering. Deze beslissing zal bevatten: naam, voornaam, lidnummer bij de federatie en voorkomend op de lidkaart en handtekening.

03/5

Art. 2.07

Ontslag

Art. 2.07.01 De vraag tot ontslag van een club moet voor de P.A.V., per aangetekend schrijven, ondertekend door voorzitter en secretaris rechtsgeldig, ingediend worden bij het provinciaal secretariaat, dat het ontslag zal doorgeven aan het secretariaat-generaal. Zolang dit niet gebeurde (of indien het schrijven te laat verzonden wordt), blijft de club aangesloten voor het volgend jaar met alle rechten en plichten die daaruit voortvloeien. Art. 2.07.02 Het ontslag zal slechts toegestaan worden, indien de club volledig in orde is tegenover de nationale / provinciale penningmeester en de andere clubs van de federatie. Art. 2.07.03 De leden van clubs waarvan het ontslag wordt aangevraagd kunnen aanstonds optreden in een andere club, na het vervullen van de vereiste aansluitingsformaliteiten. Art. 2.07.04 Ontslagnemingen der clubs worden geregeld volgens de wet op de verenigingen zonder winstgevend doel. Art. 2.07.05 Een club is niet verplicht in te schrijven voor de competitiewedstrijden. Ze betaalt dan wel het jaarlijks lidgeld en houdt de volledige borgsom op peil. Art. 2.08

Aanleunende kringen

Art. 2.08.01 Buiten de clubs die deelnemen aan de gewone competitie van stijgen en dalen en eventueel aan de competitie met bekerformule, kunnen clubs die deelnemen aan door de federatie georganiseerde of gepatroneerde speciale competitie hun aansluiting vragen bij de federatie. Art. 2.08.02 Teneinde de propaganda voor de volleybalsport te verbreden, ook als recreatiesportbeweging, kunnen derhalve initiatieven worden genomen zoals o.a.: - gezinsvolleybal voor gezinsverenigingen en waarbij er gemengd kan worden opgetreden; - jeugdvolleybal, waarbij eveneens gemengd kan worden gespeeld; - minivolleybal; - familie volleybal voor leden van bepaalde familie(s); - wijkcompetitie; Art. 2.09

Niet spelende clubs Alle clubs die de lichamelijke opvoeding en de sport bij hun leden willen bijbrengen, doch niet ondergebracht worden als effectieve of aanleunende club, kunnen hun aanvraag tot aansluiting eveneens indienen.

03/6

3.00

VERZEKERING

Art. 3.01

De verzekering zal de minimum voorwaarden dekken die voorgeschreven worden door het terzake uitgevaardigde Koninklijk Besluit vanwege het Ministerie van Nederlandse Cultuur. Een afschrift van deze polis kan opgevraagd worden op het provinciaal secretariaat.

Art. 3.02

Ongevallen tijdens wedstrijden onder controle van Sporcrea vzw afdeling volley dienen verplicht genoteerd te worden op het wedstrijdblad.

Art. 3.03

Het ongevalformulier dient verplicht ondertekend te worden door de clubsecretaris en aan het provinciaal secretariaat verzonden te worden.

03/7

4.00

GELDWEZEN

Art. 4.01

De penningmeester is gelast met het beheer der gelden en het opmaken en verzenden der clubrekeningen.

Art. 4.02

Naargelang de stand der rekeningen zal de penningmeester deze opmaken en naar de clubsecretarissen verzenden. Het schuldig saldo moet binnen de tien dagen betaald zijn, tenzij anders vermeld op de factuur (boete voorzien); nadien een boete per bijkomende week. Gebeurlijke missingen of debetposten, die het gevolg zijn van een toegepaste boete, waartegen beroep werd aangetekend, zullen gebeurlijk worden vergoed op een volgende rekening. De vereffening van een rekening door post- of bankrekening zal derwijze moeten geschieden, dat de schatbewaarder in het bezit is van een bewijs van vereffening, ten laatste de morgen van de 11de dag, volgend op die van de postdatum van verzending van de rekening.

Art. 4.03

Voor bijzondere stortingen, zoals storten of aanvullen van de renteloze waarborg, jaarlijkse bijdrage der spelers voor verzekering en aansluiting, verkoop van kaarten, enz... is het comité niet verplicht rekeningen naar de clubs te sturen, zo de te storten sommen en betalingstermijn aan de clubs kenbaar gemaakt zijn.

03/8

5.00

LEDEN

Art. 5.01

Speler - coach De benaming "speler" gebruikt in de reglementen is zowel toepasselijk op de speler(s) als speelster(s) en coach(es) en dient als dusdanig te worden gelezen.

Art. 5.02

Aansluiting Om als lid aan te sluiten, moet men het aansluitingsformulier door het secretariaat laten valideren en dateren. Het aansluitingformulier moet vooraf getekend zijn door het toekomstig lid en door de clubsecretaris. Het moet vergezeld zijn van een recente pasfoto. Een speler beneden de 18 jaar, de dag van de aansluiting, moet zijn aansluitingsformulier laten medeondertekenen door de ouders of hun wettelijke vervanger(s). Aansluitingscategorieën: senior niet-spelend en aanleunend jeugd

Art. 5.03

Spelerscategorieën De spelers worden ingedeeld in volgende categorieën in het lopende seizoen: - min-min E-jeugd : minder dan 11 jaar op 31 december - miniemen D-jeugd : minder dan 13 jaar op 31 december - cadetten C-jeugd : minder dan 15 jaar op 31 december - scholieren B-jeugd : minder dan 17 jaar op 31 december - junioren A-jeugd : minder dan 19 jaar op 31 december - senioren : 18 jaar en meer op 31 december - veteranen heren : minstens 35 jaar op 31 december - veteranen dames : minstens 30 jaar op 31 december

Art. 5.04

Dubbele aansluiting Het is verboden gedurende een speelseizoen, gelijktijdig bij meer dan één club van Sporcrea vzw - afd. volley aangesloten te zijn. Mits een schriftelijke toelating van de clubsecretaris waarvan hij aangesloten is, mag een speler worden opgesteld bij een andere club voor het betwisten van vriendschappelijke wedstrijden of tornooien. Uitzondering hierop wordt gegeven voor de leden, die deel uitmaken van een club uitkomend in schoolcompetitie, regio- of recreatieve activiteiten en die bij een andere club mogen aangesloten zijn voor de normale competitie van de federatie.

03/9

Art. 5.04.01 De spelers die een ploeg coachen kunnen, naast hun normale lidkaart, een coachkaart bekomen. Deze coachkaart geeft geen recht op deelname aan wedstrijden of tornooien. De coachkaart kan bekomen worden volgens de onderrichtingen vermeld in het kalenderboekje doch zal niet uitgereikt worden aan spelers beneden de 18 jaar. Art. 5.05

Vrijheidsaanvraag

Art. 5.05.01 Elke speler/speelster kan zijn/haar aanvragen tussen 1 en 31 mei (Decr. dd. 1/1/1997) Art. 5.06

Procedure vrijheidsaanvraag

Art. 5.06.01 a.

b.

Om een vrijheid te bekomen dient de speler/speelster tijdens de daarvoor voorziene periode, deze aanvraag per aangetekend schrijven aan de club én aan de federatie te verzenden. Een vrijheidsaanvraag, aangevraagd door een speler/speelster jonger dan 18 jaar, dient mede ondertekend te zijn door de wettelijke vertegenwoordiger van deze minderjarige.

Art. 5.06.02 Te schrappen leden De clubs dienen een lijst van de te schrappen leden van hun club (vrijheidsaanvragen niet inbegrepen) naar het Provinciaal Secretariaat te zenden met bijgevoegd de lidkaarten. Deze lijst moet uiterlijk op 31 mei van het lopend jaar op het Provinciaal Secretariaat toekomen. Bijkomende schrappingen van senioren kunnen worden toegestaan tot 30 september mits de club die men wenst te verlaten een schriftelijke aanvraag zendt aan het provinciaal comité die hierover zal beslissen. Voor jeugdspelers dient deze lijst uiterlijk op 30 september op het Provinciaal Secretariaat toe te komen. De leden die niet voorkomen op deze lijst en geen vrijheidsaanvraag hebben ingediend blijven automatisch bij hun club aangesloten beschouwd.

03/10

Art. 5.07

Basisspeler

Art. 5.07.01 Voor de aanvang van de competitie moeten de clubs een afpuntlijst (welke op de werkvergadering ingevuld dient afgegeven) opstellen, in machineschrift. De lijst bevat de namen van de spelende leden in numerieke (van laag naar hoog) volgorde (volgens licentienummer) en afzonderlijk voor dames en heren senioren. Art. 5.07.02 Clubs die in competitie met jeugdploegen uitkomen, dienen een aparte afpuntlijst op te stellen, zowel voor jongens als voor meisjes. Art. 5.07.03 Basisspelers zijn zij die 8 (acht) wedstrijden in één ploeg gespeeld hebben. Art. 5.07.04 Per ploeg in competitie kan er één speler per ploeg dubbelspelen. Dit wil zeggen in twee ploegen aantreden. Art. 5.07.05 Men mag maximaal 2 (twee) wedstrijden per week spelen. Art. 5.07.06 Jeugdspelers mogen maximaal 3 (drie) wedstrijden per week spelen. Art. 5.07.07 Bij reglementering van basisspelers wordt er geen rekening gehouden met weken, maar, met gespeelde wedstrijden. Art. 5.07.08 Na de achtste wedstrijd in één bepaalde ploeg is men basisspeler van die bepaalde ploeg. Men mag als basisspeler, in een hogere ploeg aantreden, niet in een lagere ploeg. Art. 5.07.09 Men mag van de '1°' ploeg niet naar de '2°' ploeg en lager. Dus niet per afdeling. Art. 5.07.10 De laagst spelende ploeg mag per competitiewedstrijd beroep doen op maximum 2 basisspelers van een hoger spelende ploeg. Art. 5.07.11 De clubs ontvangen geen lijst van de basisspelers meer. Art. 5.07.12 Bij overtreding zal de ploeg, waar de overtreder heeft gespeeld, bestraft worden, en niet noodzakelijk de laagst spelende ploeg. Art. 5.07.13 Bekerwedstrijden tellen niet mee als gespeelde wedstrijden in de normale competitie.

03/11

Art. 5.08

Vermelding 'speler' op wedstrijdblad Alle namen op het wedstrijdblad vermeldt, vallen onder de reglementen en statuten. Ze worden maar als 'gespeeld' geteld, indien ze vermeldt worden in de rotatie. In geval van forfait worden de in de hoofding 'spelers' vermelde namen, beschouwd als vermeld in de rotatie.

Art. 5.09

Niet-gekwalificeerde speler Wanneer een club een niet-gekwalificeerde heeft laten optreden in één of meerdere wedstrijden, zal de controle commissie, spijts alle andere algemene of bijzondere schikkingen der reglementen, van ambtswege de club in kwestie de punten doen verliezen van de wedstrijden aan die deze speler heeft deelgenomen. De club zal bovendien worden beboet per niet-gekwalificeerde speler, per wedstrijd. Deze boete wordt verdubbeld, wanneer de speler onder een valse naam heeft gespeeld. Met niet-gekwalificeerde speler wordt bedoeld: niet voldaan aan alle voorwaarden om als speler in die wedstrijden te mogen worden opgesteld, bv geen lid; geschorst; 2de wedstrijd van een basisspeler; enz... Waar speler vermeld staat, moet gelijktijdig worden gelezen "coach".

Art. 5.09.01 In de laagste herenafdeling mogen 3 dames op het wedstrijdblad ingeschreven worden, waarvan er slechts 2 dames gelijktijdig aan het spel mogen deelnemen. Art. 5.09.02 Om als jeugdspeler(ster) in de seniorenreeksen aan te treden dient men minimum 14 jaar te zijn en in het bezit van een geldige seniorlicentie. Art. 5.10

Einde competitie Alle spelers/speelsters welke een geldige aansluitingskaart hebben zijn speelgerechtigd.

Art. 5.11

Sportuniform De scheidsrechter vermeldt iedere afwijking van het voorgeschreven sportuniform op het wedstrijdblad zodat de boete kan worden toegepast. (cfr. van de Internationale Volleybalspelregels). Indien een volledige ploeg speelt in een uniforme sportkledij doch niet van de Internationale Volleybalspelregels, zal de wedstrijdleiding de secretaris van deze club schriftelijk verwittigen en maximum 4 weken na verzendingsdatum de tijd gunnen om dit in orde te brengen. Na deze periode wordt forfait uitgesproken voor de wedstrijden die gespeeld worden in de niet-voorgeschreven sportkledij. Een speler die op zijn shirt geen nummer draagt van 1 tot en met 99 mag niet deelnemen aan de wedstrijd. Indien deze speler toch deelneemt, zal forfait uitgesproken worden tegen de betrokken ploeg omdat deze speler niet gekwalificeerd is.

03/12

Art. 5.12

Lidkaartencontrole

Art. 5.12.01 a.

b.

De afgevaardigde zal voor de wedstrijd de lidkaarten van iedere speler aan de scheidsrechter overhandigen. Deze doet nazicht in aanwezigheid van de afgevaardigden en of de kapitein. Deze formaliteiten zullen moeten geschieden vóór de aanvang van de wedstrijden voor de spelers als dan aanwezig. Bij de inschrijving tussen twee sets, zal dit dienen te gebeuren voor de speler die later zou zijn aangekomen. De scheidsrechter is tevens gerechtigd, zo hij het nodig acht, de voorlegging der identiteitskaarten te eisen. Dit zal dan ook geschieden op verzoek van een afgevaardigde of een kapitein. Voor aanvang van de wedstrijd zal de scheidsrechter discreet de vergoeding ontvangen van de ploeg of ploegen die dit verschuldigd zijn in baar geld. Bij niet-betaling is er boete voorzien.

Art. 5.12.02 Iedere speler ouder dan 12 jaar, die zijn lidkaart niet kan voorleggen, is verplicht zijn identiteitskaart aan te bieden. De scheidsrechter zal dit vermelden op het wedstrijdblad, zodat de boete kan worden toegepast. Een speler die noch lidkaart, noch identiteitskaart kan voorleggen, mag aan geen enkele wedstrijd deelnemen. In geval van deelname wordt forfait (Zie art. 5.09.) uitgesproken. Art. 5.12.03 Iedere speler, jonger dan 12 jaar, die zijn lidkaart niet kan voorleggen is verplicht zijn identiteitskaart voor te leggen, indien hij er een heeft. Indien deze speler geen identiteitskaart heeft en toch wordt opgesteld zal de scheidsrechter de wedstrijd onder voorbehoud laten spelen. Tevens zal hij vragen aan de coach, kapitein of een bestuurslid een verklaring neer te schrijven op het wedstrijdblad in het vak opmerkingen, waarop hij op zijn erewoord verklaart dat bedoelde speler inderdaad aangesloten is bij bedoelde club bij de federatie. De wedstrijdleiding zal uitspraak doen over wedstrijduitslag. Boete wordt toegepast. Art. 5.12.04 Fotokopieën van in het reglement vernoemde documenten zijn te allen tijde verboden. Art. 5.12.05 Geen wijzigingen mogen aangebracht worden op de lidkaarten. (boete voorzien) Een adreswijziging gebeurd door middel van een nieuw aansluitingsformulier volledig ingevuld en ondertekend door de clubsecretaris.

03/13

Art. 5.14

Clubs in andere vorm van competitie Clubs die activiteiten hebben, hetzij in de interscholencompetitie, hetzij in de naschoolse competitie, zullen worden beschouwd als nieuwe clubs voor de tweede vorm. De leden die van een andere club deel uitmaken en wensen bij de als "nieuw-beschouwde" club uit te komen, zullen hiervoor de procedure van transfer (cfr. art. 5.05 en 5.06) moeten gebruiken, ook al hebben zij een lidkaart bij de federatie voor deze club, voor de eerste vorm van competitie.

Art. 5.15

Leden van aanleunende kringen De leden van aanleunende kringen en niet-spelende clubs, krijgen een speciale vergunning, waarmee niet kan deelgenomen worden aan officiële competitiewedstrijden of bekerorganisaties.

Art. 5.16

Leden niet aangesloten bij een club Alle personen die niet wensen aan te sluiten bij een club, kunnen zich rechtstreeks bij de federatie richten en een aansluiting individueel aanvragen. Zij krijgen een lidkaart die hen toelaat officiële functies te bekleden bij de federatie.

Art. 5.17

Beschermlid De titel van beschermlid kan worden toegekend aan de persoon(onen) die door hun stand of werkzaamheid nuttig zijn geweest, nog zijn of kunnen zijn aan de federatie.

Art. 5.18

Lid van verdienste De titel van "lid van verdienste" kan worden toegekend aan de persoon(onen), die aan de federatie bijzondere diensten heeft (hebben) bewezen.

03/14

Art. 5.19

Sporcrea-eremetaal Ter ere van verdienstelijke leden kan een nationaal Sporcreaeremetaal toegekend worden, in de gradatie brons, zilver en goud in functie van verdienste of prestatie.

Art. 5.19.01 Brons:

-

Art. 5.19.02 Zilver:

-

Art. 5.19.03 Goud:

-

Art. 5.20

een bestuurslid van één bij de federatie aangesloten vereniging, met minstens 15 jaar bestuursfunctie; een speler die minstens 15 selecties heeft bekomen voor zijn provinciale of voor de nationale ploeg; een scheidsrechter met 15 jaar praktijk in de federatie; een bestuurslid van één bij de federatie aangesloten vereniging, met minstens 25 jaar bestuursfunctie; een lid van het provinciaal comité van een bij de federatie aangesloten afdeling met 15 jaar bestuursfunctie; een scheidsrechter met 25 jaar praktijk in de federatie; een persoon, die door zijn verdienste heeft bijgedragen tot de uitbouw van de federatie. een lid van het Nationaal bureau met 10 jaar bestuursfunctie; een lid van de Raad van Beheer met 15 jaar bestuursfunctie; een lid van de nationale commissies met 15 jaar functie; een lid van het provinciaal comité van een bij de federatie aangesloten afdeling met 25 jaar bestuursfunctie. een personaliteit, die door bepaalde omstandigheden, de federatie grote diensten heeft bewezen.

Sporcrea vzw - afd. volley. kunststuk Een club welke 10 - 20 - 30 - 40 enz. jaar ononderbroken lid is van de federatie kan een aandenken verkrijgen.

03/15

6.00

KAMPIOENSCHAP

Art. 6.01

Reglementen De wedstrijdreglementen zijn bindend voor alle bij de federatie aangesloten clubs en leden. Door aansluiting verklaren de clubs en leden zich akkoord met deze reglementen.

Art. 6.02

Interpretatie reglementen In laatste instantie beslist het provinciaal/nationaal comité over de interpretaties van de reglementen en eventueel niet voorziene gevallen.

Art. 6.03

Kampioenschappen Jaarlijks worden er kampioenschappen ingericht, waarvan alle wedstrijden worden gespeeld volgens de Internationale Volleybalspelregels. Gebeurlijke wijzigingen door de eigen federatie aangebracht hebben steeds voorrang. Ter aanvulling van de Internationale Volleybalspelregels wordt bepaald: a. bij uitwijzing voor de rest van de set wordt er geen scheidsrechtersverslag opgesteld. b. bij uitsluiting voor de rest van de wedstrijd wordt steeds een scheidsrechtersverslag ten behoeve van de federatie opgesteld.

Art. 6.04

Afdeling Maken deel uit van een afdeling, alle ploegen welke het vorig jaar in die afdeling gespeeld hebben uitgenomen stijgers en dalers, volgens de richtlijnen vermeld in het kalenderboekje van het lopende seizoen.

Art. 6.05

Indeling nieuwe clubs De federatie behoudt het recht de nieuwe clubs in bepaalde reeksen in te delen.

Art. 6.06

vervalt

Art. 6.07

Meerdere effectieve ploegen Een club kan maximaal 2 ploegen inschrijven in eender welke reeks, uitgezonderd in de laagste.

Art. 6.08

Rangschikking De rangschikking wordt opgemaakt door optelling van de punten die behaald werden na elke wedstrijd. Bij gelijkheid van punten telt vooreerst het aantal gewonnen wedstrijden, nadien het setgemiddelde en indien beide ploegen nog gelijk zijn en in aanmerking komen voor stijgen of dalen worden testwedstrijden gespeeld onder voorwaarden bepaald door de wedstrijdleiding.

03/16

7.00

SCHEIDSRECHTER

Art. 7.01.01 a.

b.

De clubs moeten minstens één (1) officieel erkende scheidsrechter ter beschikking stellen van de scheidsrechterscommissie. Volgens de noodwendigheid zal er, op voorstel van de scheidsrechterscommissie, door het provinciaal comité een scheidsrechterscursus worden ingericht. Gedurende het speelseizoen kan de scheidsrechter, aangesloten bij een club, niet van club veranderen. Daardoor kan de club, om welke redenen ook, een scheidsrechter niet tijdelijk afstaan aan een andere club. Om van club te veranderen volgt de scheidsrechter de normale procedure van vrijheidsaanvraag. Een individueel aangesloten scheidsrechter kan gedurende het speelseizoen wel aansluiten bij een club, mits een nieuwe lidkaart te laten valideren voor deze club.

Art. 7.01.02 De scheidsrechters ressorteren onder onmiddellijke bevoegdheid van de scheidsrechterscommissie en dienen zich daarom te gedragen naar de aanwijzingen die hun gegeven worden door de scheidsrechterscommissie. Art. 7.02

De clubs welke met meerdere ploegen in competitie uitkomen zijn verplicht zoveel maal een scheidsrechter ter beschikking te stellen van de scheidsrechterscommissie als zij ploegen hebben in competitieverband, met een maximum van vijf (5), uitgezonderd voor jeugdploegen.

Art.7.03

Niet leveren van scheidsrechter De in gebreke blijvende clubs lopen een boete op per ontbrekende scheidsrechter, en deze boete wordt apart aangerekend voor heen- en terugronde.

Art. 7.04

Ter beschikking stellen Een scheidsrechter, die effectief deelneemt aan de activiteiten van zijn club op vrijdag, zaterdag of zondag moet zich buiten deze dagen, nog één van deze dagen ter beschikking stellen van de scheidsrechterscommissie zoniet zal hij worden beschouwd als een ontbrekende scheidsrechter.

03/17

Art. 7.05

Onwettige afwezigheid Een scheidsrechter, die zich ongewettigd onttrekt aan de aangeduide wedstrijd of tornooi of verplichte vergadering, zal een boete oplopen. Een scheidsrechter, die zonder toestemming van de scheidsrechterscommissie, zich laat vervangen door een collega, zal als ongewettigd afwezig worden beschouwd en beide worden beboet.

Art. 7.06

Stopzetting activiteiten Een scheidsrechter, die zich opeenvolgende malen (of meer nietopeenvolgende malen) onttrekt aan de aangeduide wedstrijd, kan verplicht worden zijn activiteit als scheidsrechter stop te zetten, en wordt aanzien als niet-geleverde scheidsrechter.

Art. 7.07

Schrapping ontslag Een scheidsrechter, die ofwel een gans jaar inactief is, ofwel niet de helft van het aantal wedstrijden, waarvoor hij werd aangeduid, heeft geleid, kan als scheidsrechter worden ontslagen. Zo hij zich achteraf terug wil ter beschikking stellen van de scheidsrechterscommissie, zal deze zijn aanvraag onderzoeken. Dit geldt ook voor de scheidsrechter die zelf zijn ontslag heeft ingediend. Hij kan verplicht worden opnieuw de scheidsrechterscursus te volgen en het examen af te leggen.

Art. 7.08

Kledij

identiteit

Art. 7.08.01 De scheidsrechter dient zich op het speelveld aan te bieden in de voorgeschreven kledij (witte trui met federatieteken - witte pantoffels grijze broek). Boete voorzien. Art. 7.08.02 Voor elke officiële wedstrijd wordt, door de zorgen van de provinciale/nationale scheidsrechterscommissie een scheidsrechter aangeduid. Deze moet voor elke wedstrijd zijn scheidsrechterskaart afgeleverd door de federatie kunnen tonen. Art. 7.09

Deconvocatie Indien een scheidsrechter de wedstrijd waarvoor hij officieel aangeduid werd, niet kan leiden, dient hij de scheidsrechtersverantwoordelijke hierover in te lichten minimum 48 uren vóór het aanvangsuur van bedoelde wedstrijd. Zo de verontschuldiging gebeurt tijdens de 48 uren welke de dag van de wedstrijd voorafgaat, zijn de aanduidingskosten voor een plaatsvervanger te dragen door de deconvocerende scheidsrechter (forfaitair bepaald).

03/18

Art. 7.10

Afwezigheid van scheidsrechter Bij afwezigheid van de aangeduide scheidsrechter, zorgt de thuisploeg voor een scheidsrechter die minstens de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. Bij afwezigheid van de aangeduide scheidsrechter heeft de thuisploeg a. 15 minuten tijd om na het officiële aanvangsuur de wedstrijd aan te vatten zonder sancties. b. Indien de wedstrijd tussen 15 en 20 minuten na het voorziene aanvangsuur aanvangt, verwittiging + boete. Bij herhaling boete + forfait. c. 20 minuten na het officiële aanvangsuur mag de wedstrijd niet meer aanvangen. (boete + forfait) De afwezigheid van de officiële aangeduide scheidsrechter is nooit een voldoende reden om de wedstrijd uit te stellen.

Art. 7.11

Taak van de scheidsrechter Bij zijn aankomst op het terrein, minstens 20 minuten vóór het officiële aanvangsuur van de wedstrijd, controleert de scheidsrechter het terrein en het spelmateriaal. Hij vermeldt alle tekortkomingen op het wedstrijdblad. De scheidsrechter eist eveneens vóór de aanvang van de wedstrijd de voorlegging van de vergunningen van de spelers, vervangers en de officiële coaches. De gevalideerde vergunning van een coach mag desgevallend de naam van een andere club dragen dan diegene waarvoor hij de officiële coach is. De scheidsrechter vermeldt de naam van de club op het wedstrijdblad. Hij leidt de ontmoeting van het begin tot het einde.

Art. 7.12

Gedrag spelers De spelers staan onder de uitsluitende leiding van de scheidsrechter van zodra zij op het speelveld zijn getreden. Zij moeten zich aan zijn besluiten onderwerpen totdat zij de sportinstelling hebben verlaten.

Art. 7.13

Handtastelijkheden

Art. 7.13.01 Degene, die aangesloten bij de federatie, handtastelijkheden pleegt, zal door de provinciale voorzitter onmiddellijk geschorst worden tot verschijnen voor de klachtencommissie. Deze commissie zal de som vaststellen welke de aanvaller moet betalen voor de stoffelijke en morele schade. Zo de aanvaller deze som niet voldoet, zal hij worden uitgesloten en zal de scheidsrechter kunnen gemachtigd worden zich tot de gewone rechtbank te wenden. Art. 7.13.02 Wanneer de commissie, belast met het onderzoek, oordeelt dat een club of haar leden schuld treft of de verantwoordelijkheid draagt voor schade aan derden veroorzaakt, zal het vergoeden van de schade ten laste van de club kunnen gelegd worden, in afwachting dat de daders zulks doen.

03/19

Art. 7.14

Gelegenheidsscheidsrechters De gelegenheidsscheidsrechter heeft dezelfde bevoegdheid als de scheidsrechter, door de commissie voor de wedstrijd aangeduid. Na aanvang van de tweede set mag de gelegenheidsscheidsrechter niet meer vervangen worden.

Art. 7.15

Taak thuisploeg Vanaf zijn aankomst is de scheidsrechter te gast bij de bezochte club. Als dusdanig zijn bestuur en spelers van de bezochte club verplicht hem alle hulp en bescherming te verlenen; zij moeten ervoor zorgen dat hij in alle veiligheid naar zijn bestemming kan terugkeren. Een afgevaardigde van deze club zal hem het klaargemaakte wedstrijdblad en de lidkaarten overhandigen.

Art. 7.16

Scheidsrechtersverslag Een scheidsrechter van een wedstrijd, is verplicht binnen de vijf (5) kalenderdagen schriftelijk en ondertekend een verslag te zenden van de gebeurlijke wanorde of onregelmatigheden (terrein verlaten, opstootjes enz...) die zich vóór, tijdens of na de wedstrijd hebben voorgedaan. Dit verslag moet worden gezonden aan de secretaris van de provinciale afdeling.

Art. 7.17

Schrappingen wedstrijdblad Wanneer er op een wedstrijdblad schrappingen of bijvoegingen gebeuren moeten deze geparafeerd worden door de dienstdoende scheidsrechter. Spelers die niet aanwezig zijn worden volledig geschrapt. Na de wedstrijd zal de scheidsrechter de lidkaartnummers van de spelers schrappen die niet in de rotatie voorkwamen.

Art. 7.18

Aansluiting scheidsrechters Een scheidsrechter kan individueel aangesloten zijn mits rechtstreekse betaling van het lidgeld aan de federatie. Wanneer een scheidsrechter aangesloten is bij een club dan zorgt de club voor de betaling van het lidgeld aan de federatie. Tijdens het kalenderjaar zal minstens één vergadering gehouden worden, waarop aanwezigheid verplicht is. (Boete gelijk aan wedstrijdvergoeding)

03/20

Art. 7.19

Kwalificatie scheidsrechters

a. Cursist

Na het behalen van 65% der punten op het scheidsrechtersexamen, met een minimum van 50% op de reglementen en 50% op het wedstrijdblad. b. Regionaal De scheidsrechter die 20 wedstrijden heeft geleid en minstens 1 jaar cursist is geweest. c. Provinciaal Na gunstige activiteitsverslagen van de begeleidingscommissie. d. Kandidaat Federaal Na gunstige activiteitsverslagen van de federale begeleidingscommissie e. Federaal Na 2 jaar Kandidaat Federaal en regelmatig in 1ste afdeling heren als 1ste scheidsrechter wedstrijden hebben geleid, en na gunstige activiteitsverslagen van de begeleidingscommissie en slagen in een theoretische proef met een minimum van 75%. (Zie art. 7.20) f. Internationaal Na 2 jaar Federaal scheidsrechter en gunstig advies van de scheidsrechterscommissie. De scheidsrechter met graad internationaal moet volledig ten dienste staan van de Federatie en de scheidsrechterscommissie. g. Erescheidsrechter De titel van erescheidsrechter wordt toegekend na 20 jaar activiteit als scheidsrechter in de federatie in gelijk welke rang. (Zie art. 7.20) Art. 7.20

Benoeming De benoeming tot Federaal scheidsrechter gebeurt door de Raad van Beheer op voordracht van de federale scheidsrechterscommissie. De benoeming van ere-scheidsrechter wordt bekrachtigd door de raad van beheer op voordracht van de provinciale scheidsrechterscommissie.

03/21

8.00

WEDSTRIJDEN

A. Algemene schikkingen Art. 8.01 Alle drukwerken in verband met competitie- en tornooiwedstrijden moeten vermelden dat de wedstrijden plaats vinden onder controle van Sporcrea vzw - afd. volley. (Boete voorzien.) Art. 8.02

De leden van de homologatiecommissie controleren de terreinen en sportuitrusting. Uit het verslag dat zij indienen kunnen boeten en/of puntenverlies voortvloeien.

Art. 8.03

De bestuur- en comitéleden van de federatie hebben steeds vrije toegang én op de terreinen én in de inrichtingen van de aangesloten clubs.

B. Organisatie Art. 8.08 De wedstrijden van eerste afdeling heren en dames worden gespeeld op vrijdag. Art. 8.09

Bij jeugdwedstrijden zou het wenselijk zijn het aanvangsuur te voorzien vóór 20.00 uur.

Art. 8.10

Afbakening

Vertraging

Art. 8.10.01 De afbakening van het terrein en de installatie van de uitrusting moeten in orde zijn 15 minuten vóór de aanvang van de eerste wedstrijd. (Boete voorzien.) Art. 8.10.02 Indien wedstrijden niet kunnen aanvangen op het voorziene uur zal de scheidsrechter de reden vermelden op het wedstrijdblad. Indien de vertraging méér dan 15 min bedraagt wordt de wedstrijd niet meer gespeeld. a. Indien de vertraging op het voorziene aanvangsuur te wijten is aan de nalatigheid van een der betrokken clubs en deze vertraging niet méér dan 15 min bedraagt, zal aan deze club een verwittiging gegeven worden. Bij een tweede inbreuk wordt er een boete voorzien. Bij een derde inbreuk wordt er forfait uitgesproken door de wedstrijdleiding. b. In geval de vertraging te wijten is aan het te laat eindigen van een vorige - op hetzelfde terrein - gespeelde wedstrijd van de federatie, zal de scheidsrechter de wedstrijd toch laten aanvangen en de tijd tussen twee wedstrijden beperken tot 15 min. Art. 8.11

De bezochte club stelt een veilige plaats ter beschikking van de scheidsrechter van waarop hij het terrein en het net kan overschouwen (boete bij klacht van de scheidsrechter en/of homologatiecommissie).

03/22

Art. 8.12

Het scorebord moet zo worden geplaatst, dat de twee scheidsrechters de score duidelijk kunnen zien. De punten worden erop aangeduid met op voorhand klaargemaakte, duidelijke cijfers. De ploeg die opslag heeft moet ook aangeduid zijn op het scorebord. Boete voorzien. Een T/O moet op het scorebord aangeduid worden, en duidelijk zichtbaar zijn. De thuisploeg is verantwoordelijk voor de bediening van het scorebord. (Boete voorzien)

Art. 8.13

Organisatie wedstrijd De bezochte club is diegene waarvan de naam eerst vermeld staat op de kalender. Dit blijft waar, zelfs als de wedstrijd op neutraal terrein wordt gespeeld of op het terrein van de tegenstrever. De organisatie van een wedstrijd valt volledig ten laste van de bezochte club. Die organisatie omvat o.a. a. Terrein en materiaal moeten in orde zijn met de internationale spelregels en met het reglement van het kampioenschap. (Boete voorzien.) b. Het wedstrijdblad moet 20 minuten vóór de wedstrijd worden overhandigd aan de scheidsrechter. Het moet dan ingevuld zijn en vergezeld van de lidkaarten. (Boete voorzien.) c. Twee gekleurde officiële wedstrijdballen + vier inspeelballen voor de bezoekende ploeg. (Boete voorzien.) d. Een voldoende gefrankeerde omslag voor het verzenden van het wedstrijdblad door de scheidsrechter, hem ter hand stellen vóór de wedstrijd. (Boete voorzien.) e. Verbandkist of een EHBO-lokaal ter beschikking hebben. f. Het telefoneren van de uitslagen tijdens de voorziene uren. (Boete voorzien.) Clubs die een foutieve uitslag meedelen kunnen worden beboet. g. De thuisploeg stelt 1 (één) gesloten fles niet bruisend water ter beschikking voor de bezoekende ploeg (Boete voorzien).

Art. 8.14

Wedstrijdblad

Art. 8.14.01 Vóór iedere wedstrijd wordt door de zorgen van de bezochte club een wedstrijdblad opgemaakt. Het wedstrijdblad moet door de respectieve ploegen worden ingevuld: a. minimum 20 minuten voor het officiële aanvangsuur. b. met vermelding van namen, licentienummers of geboortedatum van spelers en coaches in numerieke volgorde volgens licentienummer. c. in drukletters met blauwe of zwarte inkt of balpen. d. blad volledig ingevuld. e. zelfklevers is toegestaan en dient conform te zijn met het wedstrijd blad.(Boete voorzien) Art. 8.14.02 Vóór aanvang van de wedstrijd zal de scheidsrechter de namen van de afwezige spelers en coaches op het wedstrijdblad schrappen en de schrappingen paraferen.

03/23

Art. 8.14.03 Het wedstrijdblad dient vóór de wedstrijd ondertekend te worden door de kapiteins voor controle van het juiste aanvangsuur. Het wedstrijdblad dient door de kapiteins tevens na de wedstrijd ondertekend te worden nadat de scheidsrechter het wedstrijdblad heeft ingevuld en alle opmerkingen door zichzelf of door de kapiteins geformuleerd genoteerd zijn. Bij weigering door één van de kapiteins zal deze een waarschuwing gegeven worden. Art. 9.05.02.a. Art. 8.14.04 Een geconstateerde nalatigheid door één van de betrokken partijen, moet door de scheidsrechter worden vermeld op het wedstrijdblad. Art. 8.14.05 Enkel de ter beschikking gestelde officiële wedstrijdbladen mogen gebruikt worden. (Boete voorzien.) C. Terreinafgevaardigde Art. 8.20.01 De taak van terreinafgevaardigde wordt door de kapitein van de thuisploeg waargenomen. Art. 8.20.02 De thuisploeg staat in voor het onthaal en de begeleiding van de scheidsrechter en de bezoekende ploeg, leidt de scheidsrechter en de bezoekende ploeg naar hun kleedkamer, stelt een tafel ter beschikking van voor de controle van het wedstrijdblad en de vergunningen, zal de scheidsrechter bijstaan bij de controle van het speelveld en hem de wedstrijdballen ter beschikking stellen. D. Duur - uitstel - stilleggen Art. 8.30 De winnaar van een wedstrijd is diegene, die het eerst drie sets wint. De winnaar bekomt 3 punten indien de wedstrijd met 3-0 (0-3) of met 31 (1-3) werd gewonnen,2 punten indien met 3-2 (2-3) werd gewonnen. De verliezende ploeg krijgt 1 punt indien ze de wedstrijd met 2-3 (3-2) verliezen en 0 punten indien met 1-3 (3-1) werd verloren. Wie een wedstrijd verliest door forfait, verliest hierdoor 1 punt. Art. 8.31

Uitstel

Art. 8.31.01 Uitstel wordt enkel om gegronde redenen toegestaan, mits schriftelijke aanvraag van de secretaris van de club, welke minstens 14 dagen op voorhand moet toekomen op het provinciaal secretariaat en betaalt een forfaitair bedrag aan administratie kosten. Art. 8.31.02 Wanneer een zaal niet vrij is, moet de vraag, in acht genomen art. 8.31.01, samen met een officieel document van het Gemeentebestuur of de zaaleigenaar, op het provinciaal secretariaat toekomen. De wedstrijdleiding behoudt zich het recht om na te gaan of de aangehaalde argumenten met de werkelijkheid overeenstemmen. Art. 8.31.03 Voor alle andere aanvragen moet(en) de reden(en) grondig gefundeerd zijn. De wedstrijdleiding zal na onderzoek uitspraak doen.

03/24

Art. 8.32

Alleen de wedstrijdleiding kan een wedstrijd op voorhand afgelasten omwille van de onbeschikbaarheid van het terrein.

Art. 8.33

Slechts in uitzonderlijke gevallen (bv. met doel van nutteloze en dure verplaatsingen te besparen) kan de wedstrijdleiding op voorstel van de thuisspelende club, de toelating geven een wedstrijd uit te stellen. Zo de wedstrijdleiding achteraf de reden van het uitstel onjuist acht, kan de betrokken club met puntenverlies worden bestraft.

Art. 8.34

Heerkracht uitgezonderd, mag het uur niet worden veranderd bij wederzijds akkoord der clubs. De wedstrijdleiding alleen is bevoegd om uren te wijzigen. Overtreding kan aanleiding geven tot forfait voor beide ploegen.

Art. 8.35

De scheidsrechter kan een wedstrijd stilleggen en/of verdagen wanneer normaal spelen onmogelijk wordt. Een wedstrijd die langer dan een half uur wordt stilgelegd, wordt definitief gestopt.

Art. 8.36

Een definitief stilgelegde wedstrijd wordt herspeeld op een datum, plaats en uur door de wedstrijdleiding te bepalen, in overleg met de betrokken clubs.

E. Forfait Art. 8.40.01 Forfait wordt uitgesproken: a. Indien een club één of meerdere niet-gekwalificeerde spelers opstelt (art. 5.09). (Boete voorzien.) b. Indien een ploeg weigert te spelen op een terrein door de federatie aangeduid. (Boete voorzien.) c1. Onvolledige ploeg op het voorziene aanvangsuur, boete en verplaatsingsonkosten ten laste van de forfaitgevende club. c2. Volledig afwezige ploeg op het voorziene aanvangsuur, boete en verplaatsingsonkosten ten laste van de forfaitgevende club. d. Indien een ploeg vrijwillig het terrein verlaat vóór het einde van de wedstrijd. (Boete voorzien.) e. De ploeg waarbij de reglementsovertreding wordt vastgesteld. Art. 8.40.02 Forfait kan uitgesproken worden: a. Wanneer een club niet in orde is met haar sportuitrusting op het voorziene officiële aanvangsuur. Iedere achterstand op dit uur moet door de scheidsrechter op het wedstrijdblad worden vermeld, met opgave van de redenen. (Boete voorzien.) b. Tegen de club, door wiens nalatigheid de wedstrijd te laat aanvangt. (Boete voorzien.) c. Indien het sportmateriaal onvolledig is of niet in orde. (Boete voorzien.) d. Indien de club(s) art. 8.34 overtreden heeft (hebben). (Boete voorzien.)

03/25

Art. 8.41

Een forfait kan worden uitgesproken tegen de twee ploegen. (Boete voorzien.)

Art. 8.42

Forfait wordt niet uitgesproken of kan herroepen worden bij bewezen heerkracht. De nodige bewijsstukken zullen op het provinciaal/nationaal secretariaat moeten toekomen binnen de acht (8) dagen, volgend op de uitspraak.

Art. 8.43

Gevolgen van forfait: a. Aftrek van 1 punt voor die wedstrijd. b. Boete volgens RIO

Art. 8.44

Een club die vijf (5) werkdagen vóór de ontmoeting de wedstrijdcommissie schriftelijk verwittigt dat forfait wordt gegeven, betaalt een forfaitair bedrag en administratiekosten. (Art. 13.02)

Art. 8.45

Bij algemeen forfait is er een globale boete voorzien, na onderzoek. Bovendien zullen de terreinkosten van de nog te spelen uitwedstrijden worden aangerekend.

Art. 8.46

Indien een club "algemeen forfait" geeft voor één of meerdere van haar ploegen, zal deze met reden omklede aanvraag onderzocht worden door het Provinciaal Comité.

Art. 8.47

Indien een ploeg driemaal forfait geeft voor een te spelen wedstrijd kan de federatie overgaan tot het uitspreken van algemeen forfait voor die ploeg.

F. Buiten kalender Art. 8.50 De clubsecretarissen die om één of andere reden afwezig en dit langdurig zijn, zijn verplicht schikkingen te treffen in clubverband voor hun briefwisseling. Art. 8.51

Een club mag niet onder een andere naam spelen. (Boete voorzien.)

Art. 8.55.01 Zonder voorafgaande melding aan het provinciaal secretariaat mogen de clubs geen wedstrijden in binnen- en buitenland spelen, die niet door de federatie werden uitgevaardigd. (Boete voorzien.) Voor de internationale wedstrijden zal bij voorkeur contact worden opgenomen met clubs aangesloten bij de Internationale Federatie F.I.C.E.P. waarvan de nationale secretariaten kunnen bekomen worden bij de federatie. Art. 8.55.03 De aanvragen voor inrichting van tornooien moeten minstens 30 dagen voor de manifestatie overgemaakt worden aan het secretariaat van het provinciaal comité (reglementen en kalender van het tornooi moeten ten laatste 14 dagen voor de manifestatie, ingeleverd worden).

03/26

Art. 8.55.04 Clubs die deelnemen aan tornooien ingericht door clubs aangesloten bij Sporcrea vzw - afd. volley moeten dus geen aanvraag tot toelating indienen. Art. 8.56.01 Voor alle in België gespeelde wedstrijden zal de thuisclub de uitslagen meedelen binnen de 72 uren, bij middel van een regelmatig ingevuld wedstrijdblad. Dit wedstrijdblad wordt verstuurd naar de door de federatie aangeduide verantwoordelijke, aan wie eveneens de competitiewedstrijdbladen moeten worden gezonden. Art. 8.56.02 Voor de wedstrijden gespeeld in het buitenland zal de betrokken club binnen de 72 uren het secretariaat van het provinciaal comité kennis geven van de behaalde resultaten. Art. 8.56.03 Voor de tornooien moet de inrichtende club binnen de 72 uren de resultaten van alle wedstrijden en rangschikkingen schriftelijk overmaken aan het secretariaat van het provinciaal comité. Art. 8.56.04 Clubs die deelnemen aan tornooien, ingericht door clubs aangesloten bij Sporcrea vzw - afd. volley moeten dus geen resultaten meedelen.

03/27

Art. 8.57

Clubs die tornooien inrichten moeten in hun tornooireglementen volgende punten voorzien (boete voorzien.) : a. .......... richt een volleybaltornooi in onder controle van het provinciaal comité van Sporcrea vzw - afd. volley; b. De wedstrijden zullen plaatsvinden op .......... te ......... (aanduiding van gemeente + omschrijving ligging van terreinen); c. Het bestuur behoudt zich het recht voor de nodige wijzigingen aan het reglement aan te brengen, mits voorafgaande toestemming van de federatie; d. Het inrichtend comité is niet verantwoordelijk voor gebeurlijke ongevallen, welke zich vóór, tijdens of na de wedstrijden zouden voordoen; e. Alle geschillen en gevallen, door dit reglement niet voorzien, zullen door het inrichtend comité worden beslecht en in geval van beroep door het provinciaal comité van Sporcrea vzw - afd. volley; f. Alle klachten en beroepen moeten worden ingediend volgens de reglementen van de federatie; g. Spelers die deelnemen aan het tornooi zijn onderworpen aan de reglementen van de federatie; h. Scheidsrechters die wedstrijden op het tornooi leiden zijn onderworpen aan de reglementen van de federatie; i. Spelers aangesloten bij een schoolse organisatie en een naschoolse club zullen, wanneer beide organisaties aantreden in éénzelfde tornooi, enkel mogen deelnemen met die club, waarvoor zij vanwege de federatie het laagste aansluitingsnummer bekwamen. Bij onderlinge overeenkomst van beide organisaties, die voorafgaandelijk dient meegedeeld aan het provinciaal secretariaat, mogen de betrokken spelers aantreden met de andere club; j. Alle verklaringen of schikkingen van dit reglement die niet in overeenstemming zijn met de standregels en met de reglementen van de federatie zijn nietig. Aldus opgemaakt in ......... exemplaren te ................. de ..................... 20..

De Voorzitter,

De Secretaris,

03/28

De volgende punten zijn bedoeld als leidraad en kunnen aan de omstandigheden worden aangepast: - de inzet is een beker ........., definitief geschonken aan de eindoverwinnaar; - mogen aan het tornooi deelnemen, alle clubs bij voormelde federatie aangesloten; - de deelnemende clubs storten een waarborg van ........Euro, die terug zal betaald worden, zodra de ingeschreven club voldaan heeft aan haar verplichtingen; - het tornooi zal in poules worden gespeeld, waarvan de deelnemers na een enkelvoudige competitie, volgens het bereikte resultaat voor de finale- en rangschikkingwedstrijden zullen worden ingedeeld; - het tornooi zal toegankelijk zijn voor fanionteams, reserveteams (heren en/of dames), scholierenteams, kadettenen/of miniementeams. De deelnemende ploegen zullen zich 30 minuten voor de aanvang van het tornooi aanbieden, teneinde eventueel de laatste onderrichtingen in ontvangst te nemen; - ploegen die vijf minuten na het officieel aanvangsuur van hun wedstrijd zich niet op het terrein hebben aangeboden, verliezen de eerste set; indien zij na 15 minuten zich nog niet hebben aangeboden verliezen zij de wedstrijd; - alle wedstrijden worden gespeeld naar 2 sets, de finalereeksen worden gespeeld naar twee winnende sets. De finale naar drie winnende sets. - elke ingeschreven club zal door de federatie erkende scheidsrechters ter beschikking stellen van de organisators, zonder dat die aanspraak maken op enige vergoeding; in verhouding met het aantal ingeschreven ploegen. - voor elke gewonnen set bekomt de ploeg één punt, voor elke gewonnen wedstrijd bekomt de ploeg bovendien een derde punt. - in geval van gelijke setstand zal die ploeg het wedstrijdpunt krijgen die het hoogst aantal punten in beide sets heeft verworven. Indien er gelijkheid van punten is zal elke ploeg een half wedstrijdpunt toegewezen krijgen.

03/29

9.00

RECHTSPROCEDURE - ALGEMEEN

Art. 9.01

De rechtsprocedure in de federatie wordt door drie rechtscolleges behandeld: nl. de klachtencommissie, de beroepscommissie en de cassatiecommissie.

Art. 9.02

Het provinciaal Comité/Volleyraad is te allen tijde gerechtigd van ambtswege een onderzoek in te stellen, leden en afgevaardigden te dagvaarden wanneer onregelmatigheden vermoed worden.

Art. 9.03

Wanneer onregelmatigheden vermoed worden, mag het één van zijn leden met een schriftelijke opdracht naar een wedstrijd zenden of de nodige stappen zetten. Deze persoon zal worden aanzien als "drager van bijzondere opdracht" die voorafgaandelijk door de voorzitter of de provinciale secretaris zal moeten tegengetekend zijn.

Art. 9.04

Een club welke een "drager met bijzondere opdracht" niet behoorlijk zal ontvangen of het nodige niet doet, opdat hij/zij zich goed van zijn/haar opdracht zou kunnen kwijten, zal worden beboet, verliest de punten en zal desgevallend uitgesloten worden voor een bepaalde tijd. Het Provinciaal Comité/Raad van Beheer kan één of meerdere van deze straffen toepassen.

Art. 9.05

Straffen

Art. 9.05.01 a. herspelen van een wedstrijd b. toepassing van een "forfait" Art. 9.05.02 a. waarschuwing (2de waarschuwing een blaam) b. blaam (geschorst voor één wedstrijd) c. schorsing van alle terreinfuncties voor één of meerdere wedstrijden Art. 9.05.03 Schorsing van langere duur: a. schorsing voor een kampioenschap b. schorsing voor een volledig jaar c. uitsluiting als speler d. uitsluiting als officieel e. voorstel tot uitsluiting uit de federatie Deze opsomming is niet gelimiteerd. Art. 9.06

Bij elke vraag om inlichtingen betreffende spelers, die voorkomen op een wedstrijdblad, zal de voorziene som aan administratiekosten op de clubrekening worden gedebiteerd.

03/30

10.00

RECHTSPRAKTIJK

Art. 10.01

Samenstelling van de rechtscolleges

Art. 10.01.01 De klachten-, beroeps- en cassatiecommissie zijn samengesteld uit een aantal rechters (niet noodzakelijk juristen) die onderling een voorzitter, een ondervoorzitter en een secretaris verkiezen. De verkiezing gebeurt binnen de maand na de Provinciale Raad en bij geheime stemming. Art. 10.01.02 De rechters worden benoemd door de Provinciale Raad op voorstel van Provinciaal Comité/Volleyraad. Art. 10.01.03 De leden van de rechtscolleges worden aangesteld voor onbepaalde duur. Hun mandaat begint na aanstelling door de Provinciale Raad. Hun mandaat eindigt in de volgende gevallen: - Bij vrijwillig uitdrukkelijk ontslag. - Bij afzetting door de Provinciale Raad die deze beslissing slechts kan nemen met 2/3de meerderheid en na de betrokkene te hebben gehoord. Art. 10.01.04 Er worden notulen gehouden van elke zitting. Art. 10.01.05 De beslissingen van de rechterlijke colleges worden overgemaakt aan het secretariaat van de federatie (per provincie), en aan alle partijen betrokken in het geschil. Een kopie van de beslissing wordt gezonden aan het secretariaatgeneraal. Art. 10.01.06 De commissie zal steeds samengesteld zijn uit een oneven aantal rechters. Er mag nooit meer dan één verenigingslid van eenzelfde vereniging zetelen. Ook mag geen rechter zetelen zo hij zelf of zijn vereniging, direct of indirect, enig belang in de zaak kan hebben. Art. 10.01.07 De verantwoordelijke van de reglementencommissie mag alle zittingen van de rechtscolleges volgen en adviseert deze. Bij afwezigheid kan hij/zij zich laten vervangen door een lid van het provinciaal comité. Art. 10.01.08 De verantwoordelijke van de reglementencommissie neemt geen deel aan de beraadslagingen. Indien de klacht uitging van een provinciaal/federaal orgaan, adviseert hij deze, na de uitspraak, om al dan niet beroep aan te tekenen tegen de genomen beslissing.

03/31

Art. 10.02

Aanhangig maken van de klachten of beroep

A. Klacht Art. 10.02.01 Een ingediende klacht is slechts geldig indien: a. Ze binnen de 5 (vijf) kalenderdagen (postdatum geldt) na het aangeklaagde feit verstuurt werd aan de provinciale secretaris Sporcrea vzw. afdeling volleybal. b. Per aangetekend schrijven of per drager. c. Opgesteld in behoorlijke termen. d. Ondertekend door de voorzitter en de secretaris, evenals door de kapitein indien het om spelaangelegenheden gaat. e. En een borgsom, waarvan het bedrag jaarlijks wordt bepaald, gedebiteerd zal worden op de clubrekening. B. Beroep Art. 10.02.02 Een ingediend beroep is slechts geldig indien: a. Ze binnen de 10 (tien) kalenderdagen (postdatum geldt) volgend op de schriftelijke kennisgeving van de uitspraak van de klachtencommissie verstuurd werd aan de provinciale secretaris Sporcrea vzw. afdeling volleybal. b. Per aangetekend schrijven of drager. c. Kort, klaar en in behoorlijke termen opgesteld. d. Ondertekend door de voorzitter en de secretaris, evenals door de kapitein, indien het om spelaangelegenheden gaat. e. Een borgsom, waarvan het bedrag jaarlijks wordt bepaald, gedebiteerd zal worden op de clubrekening. Art. 10.03

Bevoegdheid van de klachtencommissie

Art. 10.03.01 Alle geschillen en klachten kunnen in eerste aanleg aanhangig gemaakt worden voor de klachtencommissie. (cfr. Art. 5.13) Art. 10.03.02 De klachtencommissie behandelt het beroep: - tegen straffen of beslissingen uitgesproken door de aangesloten verenigingen tegen hun leden. - tegen de door de federatie, of een van haar commissies, uitgesproken administratieve straffen. Art. 10.03.03 De klachtencommissie oordeelt zowel over de ontvankelijkheid als over de gegrondheid van de klacht. Art. 10.04

Bevoegdheid van de beroepscommissie

Art. 10.04.01 De beroepscommissie is bevoegd om in de laatste aanleg te oordelen over het beroep ingesteld door elke belanghebbende tegen een beslissing van de klachtencommissie uitgesproken in eerste aanleg.

03/32

Art. 10.05

De cassatiecommissie

Art. 10.05.01 De cassatiecommissie kan de beslissing van de beroepscommissie verbreken op grond van procedurefouten, miskenning van de statuten en/of reglementen. Bij verbreking dient de zaak opnieuw behandeld te worden door de beroepscommissie in een anders samengestelde zetel, waarin geen rechter mag zetelen die reeds in een vorige aanleg in de zaak gezeteld heeft. De beroepscommissie doet in laatste aanleg uitspraak rekening houdende met de argumentatie van de beslissing van de cassatiecommissie. Art. 10.06

Oproepingen

Art. 10.06.01 De klachtencommissie, respectievelijk de beroepscommissie of cassatiecommissie roept de partijen en de getuigen op om te worden gehoord op de zitting van de commissie. De oproeping vermeldt plaats, datum en uur van de zitting en bevat voor de getuigen en aangeklaagde een kopie van de klacht. De oproeping dient uiterlijk 6 (zes) kalenderdagen voor de zitting te worden verzonden. De postdatum geldt als bewijs. Een afschrift van de oproeping wordt verstuurd aan het secretariaat van de vereniging waarvan een opgeroepen persoon effectief lid is. Iedere opgeroepene kan zich laten bijstaan door 1 persoon naar keuze. Indien hij/zij minderjarig is moet hij tevens vergezeld worden van zijn wettige vertegenwoordiger, of een gevolmachtigde van zijn club. Een aangesloten vereniging van de federatie kan zich door ten hoogste 2 afgevaardigden, voorzien van de nodige volmacht, getekend door de voorzitter en de secretaris van de vereniging, laten vertegenwoordigen en zich laten bijstaan door één persoon naar keuze. Art. 10.06.02 Oproeping voor commissie Diegene die, hoewel regelmatig opgeroepen door een commissie, en die zich ongeacht de reden van zijn oproeping niet aanbiedt of en vooraf geen voldoende uitleg verschaft over zijn afwezigheid, kan van ambtswege geschorst worden tot hij vrijwillig verschijnt. Dit wil zeggen dat deze geschorste persoon kan verzoeken om te verschijnen voor de commissie die de schorsing heeft uitgesproken. Deze commissie kan de schorsing pas herroepen op de dag van verschijnen. Tegen schorsing is geen beroep mogelijk.

03/33

Art. 10.07

Procedure

Art. 10.07.01 Elke partij kan, op eigen kosten, voor de zitting kopie bestellen van het dossier of het dossier inzien. De veroorzaakte kosten in geval van procedure worden ten laste gelegd van de verliezende partij. De commissie kan eventueel de kosten verdelen mits daarover een gemotiveerde uitspraak te doen. Onder kosten wordt verstaan: 1. De kosten van de commissieleden en de door de commissie opgeroepen getuigen. 2. De dossierkosten. 3. Een forfaitair in eerste aanleg en .......... in beroep en ........... in cassatie, cumulatief op te tellen. De federatie zal de kosten, indien de vereniging of het verenigingslid veroordeeld wordt, debiteren op de clubrekening. Art. 10.08

Zitting en uitspraak

Art. 10.08.01 Vervalt Art. 10.08.02 De commissie dient samen te komen binnen de 14 (veertien) kalenderdagen na ontvangst op het provinciaal secretariaat van de klacht of het ingestelde beroep. Art. 10.08.03 Partijen kunnen ter zitting getuigen meebrengen, mits zij namen en adressen van deze getuigen uiterlijk 3 (drie) werkdagen voor de zitting schriftelijk ter kennis brengen van het provinciaal secretariaat en/of secretariaat-generaal van de federatie. Art. 10.08.04 Ter zitting kunnen de opgeroepen partijen hun standpunten argumenteren en motiveren. De commissie kan alles doen wat ze nuttig oordeelt in het kader van het onderzoek. Getuigen worden gehoord, nieuwe getuigen kunnen worden opgeroepen en een nieuwe zitting kan worden belegd binnen de 14 (veertien) kalenderdagen. Indien de klachtencommissie bij de behandeling van de klacht vaststelt dat een derde partij geheel of gedeeltelijk aansprakelijk is voor de aangeklaagde feiten, kan ze deze derde partij in het geding betrekken. Indien deze partij niet aanwezig is op de zitting wordt de klacht behandeld op de eerstvolgende zitting van de klachtencommissie. Art. 10.08.05 De standpunten en motivatie van de partijen evenals de verklaringen van de getuigen worden genoteerd en door de gehoorden voor akkoord ondertekend. Art. 10.08.06 De commissie stelt een gemotiveerd proces-verbaal op van haar beslissing.

03/34

Art. 10.08.07 De gemotiveerde beslissing wordt binnen de 8 (acht) kalenderdagen ter kennis gebracht aan: a. De veroordeelde, rechtstreeks per aangetekende brief, met afschrift aan de clubsecretaris waartoe betrokkene behoort. b. De andere betrokken partijen per gewone brief. c. Het provinciaal secretariaat van de federatie. d. Een kopie naar het secretariaat-generaal. e. Alle leden van de commissie, die de beslissing genomen heeft. Art. 10.08.08 Na het verstrijken van de voorziene termijn voor beroep of cassatie wordt de beslissing gepubliceerd in het officieel federatieorgaan. De uitspraak gaat in de 8ste kalenderdag na verzending van de beslissing, tenzij anders gemotiveerd in de beslissing. De poststempel geldt als bewijs. Het dossier van het geschil wordt gedurende een periode van 5 jaar op het secretariaat-generaal bewaard. Het dossier van een lagere kamer moet steeds beschikbaar zijn voor inzicht door een hogere kamer. Art. 10.09

Beroep tegen de uitspraak van de klachtencommissie

Art. 10.09.01 Beroep tegen de uitspraak van de klachtencommissie is mogelijk mits een gemotiveerde aangetekende brief verstuurd aan de provinciale secretaris van de federatie. Deze stuurt de brief door aan de voorzitter van de beroepscommissie. De beroepscommissie oordeelt over de ontvankelijkheid en de gegrondheid van het beroep. Om ontvankelijk te zijn moet het beroep aangetekend verzonden worden binnen de 8 (acht) kalenderdagen na de dag van de verzending van de beslissing door de klachtencommissie. Art. 10.09.02 Door het instellen van beroep wordt de tenuitvoerlegging van de beslissing opgeschort tot de beroepscommissie uitspraak gedaan heeft. Art. 10.10

Voorziening in cassatie

Art. 10.10.01 De voorziening in cassatie om reden van procedurefouten of miskenning van de reglementen is mogelijk mits een gemotiveerde aangetekende brief te versturen aan de provinciale vergadering van de federatie. Deze stuurt de brief door aan de voorzitter van de cassatiecommissie. De cassatiecommissie oordeelt over de ontvankelijkheid en de gegrondheid van het verzoek tot cassatie. Om ontvankelijk te zijn moet de cassatie aangetekend verzonden worden binnen de 14 (veertien) kalenderdagen na de dag van de verzending van de beslissing van de beroepscommissie. De voorziening in cassatie schort de uitvoering van de beslissing van de beroepscommissie op.

03/35

Art. 10.11

Gratie

Art. 10.11.01 Het provinciaal comité/Volleyraad heeft het recht gratie te verlenen voor straffen uitgesproken door de klachtencommissie en de beroepscommissie. Vragen om vermindering of kwijtschelding van straffen moeten schriftelijk en met redenen omkleed worden ingediend bij de voorzitter van het Provinciaal Comité/Volleyraad. Het besluit tot gratieverlening dient in het Provinciaal Comité/Raad van Beheer te worden aangenomen met een meerderheid van 2/3de van de stemmen. Art. 10.12

Procedure bij minnelijke schikking

Art. 10.12.01 De voorzitter van de klachtencommissie kan in eerste aanleg uitspraak doen over een dossier zonder oproeping van de te betrokken partijen en een sanctie voorstellen bij minnelijke schikking. De sanctie bij minnelijke schikking moet schriftelijk aan de clubsecretaris én aan de betrokkene medegedeeld worden. De voorzitter van de klachten commissie bepaalt in zijn beslissing wanneer de sanctie begint te lopen. Indien de club de sanctie bij minnelijke schikking niet aanvaard, dient de betrokken club een klacht in te dienen. (cfr. Art. 10.02.01)

03/36

Art. 10.13

Spoedprocedure

Art. 10.13.01 Bij dringende gevallen en ten uitzonderlijke titel wordt de spoedprocedure voorzien. De bevoegdheid om het dringend karakter van bepaalde klachten of betwistingen te beoordelen berust bij de provinciale secretaris van de federatie onder verantwoordelijkheid van het Provinciaal Comité. De spoedprocedure kan enkel met het oog op het regelmatig en sportief verloop van de competitie. Tegen deze procedure is geen enkel verhaal of beroep mogelijk. De klachtencommissie zetelend in spoedprocedure of de beroepscommissie zetelend in spoedprocedure dient de aan haar voorzitter overgemaakte klacht of betwisting binnen de kortst mogelijke termijn na ontvangst van de klacht vanwege de secretaris te behandelen. De oproepingstermijn wordt beperkt tot 48 uur. De oproepingen zijn aan geen enkele vormvereiste onderworpen. Zij geschieden ofwel bij aangetekende brief, ofwel telefonisch, ofwel per fax, ofwel per e-mail. De beslissing van de klachtencommissie, zetelend in spoedprocedures wordt aan de partijen ter zitting kennis gesteld. Tegenover de partijen die niet bij de bekendmaking der uitspraak aanwezig zijn of weigeren de uitspraak voor kennisname te ondertekenen, wordt de beslissing bij verstek genomen. Onmiddellijk na kennisname van de uitspraak kunnen de partijen schriftelijk ten opzichte van de voorzitter van de klachtencommissie in spoedprocedure beroep aantekenen. Dit dient binnen de 24 uur per aangetekende brief aan de provinciale secretaris bevestigd te worden met een gemotiveerd verzoekschrift. Bij verzuim van één der beide vormvereisten is het ingestelde beroep niet ontvankelijk. De oproepingstermijn, procedure van kennisname en van cassatie zijn voor de beroepscommissie in spoedprocedure dezelfde als voor de klachtencommissie in spoedprocedure. De beslissing van de commissie in beroep in spoedprocedure is uitvoerbaar ondanks cassatie.

03/37

11.00

DOPING

Art. 11.01

De producten die opgenomen of die vrijgegeven worden als zijnde verboden of stimulerende middelen, via het Ministerie van Volksgezondheid en die aanleiding kunnen geven tot een positief bevinden mogen niet door de sportbeoefenaars van Sporcrea vzw, afdeling volley benut worden.

Art. 11.02

Indien de betrokkene op doping wordt betrapt, zal hij bij een eerste inspectie geschorst worden voor een termijn van twee jaar. Bij een tweede maal positief bevonden, zal hij uit de federatie gesloten worden.

12.00

MEDISCHE SPORTKEURING

Art. 12.01

Het presportief medisch onderzoek is verplichtend voor elk lid, dat wil aansluiten bij een club, door middel van het door de federatie beschikbaar gesteld formulier.

03/38

13.00

BOETEN EN ADMINISTRATIEKOSTEN

Art. 13.01

Volgende boeten worden toegepast

1,50

bij inbreuk op art. 8.13.f (progressief oplopend

1,50/week) 4.02

2,50

bij inbreuk op art. 5.09 / 5.11 / 5.12.02 / 5.12.03 / 5.12.05 / 8.02 8.10.01 8.11 / 8.12 / 8.13 a,b,c,d,e,f,g / 8.14.01 a,b,c,d,e 8.14.05 / 8.55.01 / 8.57

3,75

bij inbreuk op art. 8.01 / 9.04

5,00

bij inbreuk op art. 4.02 / 5.12.01.b

7,50

bij inbreuk op art. 7.10.b / 8.10.02.a / 8.40.01.a / 8.51

12,50

bij inbreuk op art. 8.44

18,50

bij inbreuk op art. 8.40.01.c1 / 8.41

25,00

bij inbreuk op art. 8.40.01.b,d / 8.40.02.a,b,c,d

25,00

bij 2de inbreuk op art. 8.40.01.c1

30,00

bij 3de inbreuk op art. 8.40.01.c1

35,00

bij 4de inbreuk op art. 8.40.01.c1

40,00

bij 5de inbreuk op art. 8.40.01.c1

25,00

bij inbreuk op art. 8.40.01.c2

35,00

bij 2de inbreuk op art. 8.40.01.c2

45,00

bij 3de inbreuk op art. 8.40.01.c2

55,00

bij 4de inbreuk op art. 8.40.01.c2

65,00

bij 5de inbreuk op art. 8.40.01.c2

75,00

per ronde art. 7.03

150,00

+ terreinkosten bij inbreuk op art. 8.45

Art. 13.02

Volgende administratieve kosten worden opgelegd

2,50

bij inbreuk op art. 8.44

4,00

bij inbreuk op art. 8.31.01

12,50

bij inbreuk op art. 2.04

25,00

bij inbreuk op art. 2.01.04

03/39