27 OER CAH Studeren met een functiebeperking INLEIDING
In zowel de samenleving als binnen het onderwijsveld is er een toenemende emancipatie van gehandicapten waar te nemen : mensen met een functiebeperking, waaronder ook dyslexie of chronische ziekten zijn begrepen. Ook binnen CAH Vilentum zijn er altijd studenten geweest met een lichamelijke en/of zintuiglijke functiebeperking. Meestal werd ten aanzien van deze groep studenten een ad-hoc beleid gevoerd en werd getracht voorzieningen te treffen waardoor de student met zo min mogelijk hinder de opleiding kon voltooien. In 2002 is dit ad-hoc beleid vertaald naar een beleid dat vastere werkvormen heeft. Deze notitie brengt in beeld wat er tot op heden gedaan is en wordt voor studenten die met een functiebeperking aan de hogeschool komen studeren. Het gaat dan om studenten in het reguliere dagonderwijs, in de deeltijdopleidingen en in de internationale opleidingen. Verder wordt besproken in hoeverre de hogeschool daadwerkelijk tegemoet kan komen aan voorzieningen die voor studenten met een functiebeperking nodig zijn. De huidige Coördinatoren Studeren met een Functiebeperking zijn Locatie Dronten+Barneveld: dhr. J.W.M. van Diepen Locatie Almere: mevr. L. van Geest
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 1 van 17
versie 1.0, september 2015
1
HOOFDSTUK 1 – Doelstelling en doelgroep 1.1. Doelstelling beleidsnotitie De instelling voert graag een actief beleid voor studenten met een functiebeperking. CAH Vilentum staat achter een Aangepast Hoger Onderwijs en treft waar mogelijk voorzieningen voor de doelgroep. Momenteel uit zich dit in een actief beleid. CAH Vilentum acht het noodzakelijk dat er een expliciet en implementeerbaar beleid is en dat dit beleid zodanig wordt uitgevoerd dat het ook naar buiten toe herkenbaar is. Door middel van deze notitie wil CAH Vilentum duidelijk maken dat potentiële studenten ondanks een functiebeperking door de hogeschool gestimuleerd worden om te kiezen voor een HBO-studie. 1.2. Doelgroep Onder de doelgroep wordt verstaan studenten die één of meerdere functiebeperkingen hebben. ‘Er is sprake van een beperking als er vanwege een langdurige of blijvende, lichamelijke of psychische aandoening één of meerdere zichtbare of onzichtbare functiebeperkingen aanwezig zijn. We onderscheiden: Visuele beperkingen Auditieve beperkingen Motorische beperkingen Psychische beperkingen Beperkingen als gevolg van hersenfunctiestoornis ( waaronder dyslexie) Beperkingen als gevolg van chronische ziekte Deze beperkingen kunnen tot gevolg hebben dat de student belemmeringen ondervindt bij activiteiten in het kader van op reguliere wijze deelnemen aan het onderwijsproces en er materiële en/ of immateriële voorzieningen noodzakelijk zijn tijdens de instroom-, doorstroom- en uitstroomfase van de studie.’(opgesteld in het LPT-2, 14-05-01) In deze beleidsnotitie spreken we over studenten met een functiebeperking. Bij het zich voordoen van belemmeringen is het kenmerkende probleem voor de doelgroep het efficiënt inzetten van energie en tijd voor de studie. Immers, zowel de organisatie van het dagelijkse leven als de organisatie van de studievoorwaarden vragen, naast de feitelijke studie, extra tijd en energie. CAH Vilentum acht het van belang om voorafgaand aan en tijdens de studie regelmatig te overleggen met de desbetreffende student wat de onderwijskundige belemmeringen zijn voor de studie, de stages en het uiteindelijke beroep. 1.3. Uitgangspunten Uiteraard wil CAH Vilentum voldoen aan de relevante wetgeving op het onderhavige terrein, met name de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek en de Wet Gelijke Behandeling op grond van handicap en chronische ziekte. CAH Vilentum wil bevorderen dat studenten met een functiebeperking die zich aanmelden, zoveel mogelijk de studie van hun keuze met succes kunnen volgen en voltooien. Dit houdt in dat CAH Vilentum wil: - vooraf: een goede voorlichting verstrekken (over mogelijke belemmeringen die de betreffende studenten te wachten zouden kunnen staan (ook bijv. in beoogde beroepen) en over mogelijkheden voor oplossingen en tijdigheid bij het realiseren hiervan en hoe dit alles te bereiken) - zo veel en zo tijdig mogelijk noodzakelijke en geschikte aanpassingen en voorzieningen realiseren (behoudens waar deze een onevenredige belasting voor CAH Vilentum vormen) - goede begeleiding verzorgen (ter voorkoming en/of wegneming / reducering tot het uiterste van belemmeringen) - zoveel mogelijk medewerkers en docenten die hierbij betrokken (kunnen) zijn, informeren en toerusten om het bovenstaande te kunnen bereiken.
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 2 van 17
versie 1.0, september 2015
2
HOOFDSTUK 2 – Huidig beleid 2.1.
Inleiding
Studenten die van een bijzondere voorziening gebruik willen maken op grond van hun functiebeperking, zullen dit zelf kenbaar moeten maken ter initiëring van het creëren van oplossingen. CAH Vilentum doet wat in haar vermogen ligt zodat belemmeringen als gevolg van de functiebeperking in de dagelijkse deelname aan het onderwijsproces zo tijdig mogelijk tot een minimum kunnen worden teruggebracht. CAH Vilentum streeft ernaar de betreffende studenten in een zo vroeg mogelijk stadium ertoe te bewegen de benodigde aanzet te geven. 2.2. Vastgelegd beleid Dit document is onderdeel van de Onderwijs- en Examenregeling van CAH Vilentum. 1. CAH Vilentum biedt, voor zover het in haar vermogen ligt, aan studenten met een handicap, dezelfde kansen op het volgen van onderwijs als aan studenten zonder handicap. Het beleid is vastgelegd in de notitie ‘ Studeren met een handicap’. 2.
Permanent zijn daartoe de volgende voorzieningen geregeld : de algemene ruimten zijn per rolstoel bereikbaar er is een invalidentoilet aanwezig in het examenreglement is voor studenten met een handicap de mogelijkheid voor verlengde toetstijd opgenomen.
3. Individuele begeleiding Elke aspirant student wordt uitgenodigd tot het voeren van een intake gesprek, waarin ook zaken met betrekking tot een eventuele handicap aan de orde gesteld worden. Specifieke afspraken worden vastgesteld in de toelatingsbrief. 4. Eén van de medewerkers, de contactpersoon studie + handicap, is gespecialiseerd op het gebied van handicap en studie en functioneert als aanspreekpunt voor de betrokken studenten en begeleiders.
2.3. Huidige uitvoering van het vastgelegde beleid Op dit moment wordt op CAH Vilentum zoals reeds gezegd beleid gevoerd, sinds augustus 2002 niet meer ad-hoc maar actief. Hieronder wordt beschreven hoe dit op dit moment in de dagopleidingen gebeurt. Bijlage 4 geeft weer welk tijdspad met bijbehorende activiteiten in ieder geval jaarlijks wordt gehanteerd. De deeltijdopleidingen implementeren dit beleid sinds mei 2004. 2.3.1. Beleid t.a.v. studenten wiens functiebeperking vóór aanmelding wordt gemeld Studenten met een functiebeperking worden uitgenodigd zelf contact met de school op te nemen en om een intake-gesprek te vragen. De gesprekken worden via de administratie aangevraagd en de verantwoordelijke aldaar stelt Bureau Onderwijs op de hoogte van het bijzondere karakter van het te voeren gesprek. Vervolgens wordt een lid van het desbetreffende programmateam die de aspirant student gaat begeleiden tijdens het eerste jaar, uitgenodigd om bij het gesprek aanwezig te zijn. CAH Vilentum vindt het belangrijk om in een reeds vroegtijdig stadium de betrokkenen in te lichten. Tijdens het gesprek wordt de aard van de functiebeperking besproken en wordt de aspirant student meteen geïnformeerd over voorzieningen die CAH Vilentum kan bieden. Verder wordt gekeken of de studie en stages haalbaar zijn en moet duidelijk worden welk perspectief er is voor de toekomstige beroepsuitoefening. Hierover dient eenduidig en duidelijk gesproken te worden. Zo zal helder moeten zijn aan welke eindtermen studenten minimaal moeten voldoen1, voor welke competenties/beroepsvaardigheden dispensatie kan worden verleend en welke programmaonderdelen gecompenseerd kunnen worden. Ook kan besproken worden of de opleiding opleidt voor functies waarvoor verschillende motorische, zintuiglijke of sociale vaardigheden een 1
Hoogste prioriteit volgens enquête gehouden onder het personeel (augustus 2002), zie verder 2.4
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 3 van 17
versie 1.0, september 2015
3
vereiste zijn of niet. Hierbij wordt de aspirant student nadrukkelijk gevraagd naar zijn ideeën en gedachten over haalbaarheid van de studie en beroepsperspectief. De hoofdgedachte tijdens het gesprek is een open gesprek waarin geen keuzes worden opgelegd door de instelling, maar waarin een aspirant student op basis van de voorlichting zelf kan kiezen voor het al dan niet gaan studeren aan de hogeschool. Wel stimuleert de hogeschool de aspirant student tot nadenken over het verloop van de studie en bespreekbaar maken van eventuele belemmeringen; de hogeschool probeert tevens oplossingen aan te dragen die uiteindelijk resulteren in een afsprakenlijst. De gemaakte (hoofd)afspraken worden na aanmelding in de toelatingsbrief vermeld. Als de aspirant student besluit zich aan te melden treedt het uitvoeringsprotocol in werking zoals in Bijlage 1 is vermeld. 2.3.2. Beleid t.a.v. studenten die in een later stadium dan bij de aanmelding hun functiebeperking melden Op het centrale aanmeldingsformulier wordt specifiek gevraagd naar eventuele opmerkingen over de gezondheidstoestand/handicap. Het woord handicap is toegevoegd op het aanmeldingsformulier vanaf het cursusjaar 2002-2003. Dus ook als een aspirant student niet op een intakegesprek komt, is er ruimte voor het melden van een functiebeperking. Studenten met een functiebeperking anders dan dyslexie en die dit alleen vermelden op het aanmeldingsformulier en niet zelf om een aanmeldingsgesprek vragen, worden op initiatief van Bureau Onderwijs uitgenodigd voor een gesprek. In iedere eerste lesperiode – bij aanvang van het nieuwe cursusjaar - vraagt de contactpersoon studie + handicap, via de mail, alle studenten die denken aanspraak te kunnen maken op extra toetstijd in verband met een functiebeperking, i.h.b. dyslexie, zich te melden. Ook wordt expliciet gevraagd naar aanwezige functiebeperkingen die een belemmering zouden kunnen vormen voor het volgen van de studie. De ervaring leert dat studenten zich gemakkelijk melden en dan ook andere functiebeperkingen dan dyslexie aankaarten. Als ze eenmaal gereageerd hebben op de mail, nodigt de contactpersoon de student individueel uit voor een gesprek waar afspraken worden gemaakt ten aanzien van voorzieningen (bijv. bij de examens zoals extra toetstijd in geval van dyslexie, een speciale stoel en/of tafel, examens op A3-formaat bij een visuele beperking of een aparte ruimte bij de examens bijvoorbeeld in verband met concentratieproblemen). Ook wordt besproken welke voorzieningen op de vorige school voor de student zijn getroffen. Bovendien wordt een verklaring van een externe deskundige of een verklaring van de vorige school gevraagd. Vervolgens wordt een protocol 2 opgesteld waarin de afspraken worden vastgelegd. Dit protocol wordt door zowel de student als de contactpersoon studie + handicap ondertekend . Het is dus geen vrijblijvende zaak; beide partijen kunnen elkaar op de gemaakte afspraken aanspreken. Dyslectische studenten ontvangen een dyslexiekaart3 die persoonsgebonden is en die geldig is voor de duur van de opleiding. Door het tonen van deze kaart maakt de student aanspraak op extra toetstijd. De kaart dient overigens altijd samen met de collegekaart te worden getoond. Insteek bij het gesprek is de student duidelijk te maken dat het gaat om het wegnemen van belemmeringen en dat we op geen enkele manier de privacy van de student zullen schenden of de informatie aan derden doorgeven. Wel wordt aan de student gevraagd of en zo ja welke informatie doorgegeven mag worden aan vakdocenten/mentor en of de student dat zelf wil doen of dat de verantwoordelijke dit moet doen. De examencommissaris wordt aan het begin van elke examenperiode op de hoogte gesteld indien een student recht heeft op extra toetstijd of andere aanpassingen tijdens examens nodig heeft, bv. een aparte ruimte, een speciale stoel of examens op een ander formaat. Formeel heeft de voorzitter van de examencommissie de eindverantwoordelijkheid; deze verantwoordelijkheid is gedelegeerd naar de contactpersoon studie + handicap. Sinds augustus 2001 registreert de administratie welke studenten iets hebben ingevuld op het inschrijfformulier bij de vraag over de gezondheidstoestand. Deze informatie heeft een vertrouwelijk karakter; d.w.z. indien de student er tijdens het kennismakingsgesprek niet naar verwijst of niet reageert op de mail van de contactpersoon studie + handicap, blijft deze informatie liggen en wordt er
2 3
Zie bijlage 3 Zie bijlage 9
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 4 van 17
versie 1.0, september 2015
4
vervolgens niets concreets mee gedaan. Anders wordt de informatie doorgespeeld aan Bureau Onderwijs, die de informatie ter kennisgeving doorgeeft aan de mentor. De kennismakingscommissie en werkweekcommissie vragen overigens op hun formulieren ook altijd expliciet naar de gezondheidstoestand van de aspirant student in verband met het programma (soms veel fietstochten, zwemactiviteiten, nachtelijke activiteiten e.d.) en de werkplek tijdens de werkweek. Studenten met een lichamelijke functiebeperking, ook tijdelijk als gevolg van een ziekte of een ongeluk, kunnen vrijstelling krijgen voor het vak lichamelijke opvoeding. Tevens wordt de praktijkcommissie in kennis gesteld zodat bepaalde praktijkopdrachten, waaronder stages, in de vorm van een vervangende opdracht moeten worden getoetst. In ieder geval gaat alles in goed overleg met de student en wordt gekeken naar de mogelijkheden in plaats van naar de beperkingen. Voor wat betreft het volgen van de lessen kan de roostercommissie het verzoek krijgen lokalen in te roosteren voor de klas waarin de betreffende student zit, zodanig dat het lopen tot een minimum wordt beperkt en er in ieder geval geen lokalen worden ingeroosterd die zich op een verdieping bevinden. 2.4. Deskundigheidsbevordering personeel Zoals gezegd worden de vakdocenten op basis van instemming van de student in kwestie tijdig op de hoogte gebracht indien een student een functiebeperking heeft. Dit loopt uiteen van het melden van de functiebeperking tot het specifiek uitleggen hoe om te gaan met de functiebeperking. In augustus 2002 is tijdens de stafconferentie een enquête gehouden waarin gevraagd werd welke onderwerpen de hoogste prioriteit hebben als het gaat om beleid voor studenten met een functiebeperking.4 De hoogste prioriteit bij het personeel ligt bij het vooraf bekijken welke consequenties het aannemen van studenten met een functiebeperking heeft m.b.t. de eindtermen van de opleiding. Er zal gesproken moeten worden over de mogelijkheden en onmogelijkheden voor een student om te kunnen voldoen aan de kernkwalificaties behorende bij een opleiding. De op één na hoogste prioriteit volgens de enquête die gehouden is onder het personeel is het (bij)scholen van docenten in de implicaties die lesgeven aan studenten met een functiebeperking met zich meebrengen. Andere prioriteiten die achtereenvolgens worden genoemd zijn:
Aandachtspunten voor de begeleiding in de propedeuse : ten behoeve van de begeleiding per opleiding een lijst opstellen waar duidelijk in kaart wordt gebracht welke vaardigheden essentieel zijn om aan de eindtermen van het desbetreffende diploma te voldoen. Ook een overzicht van mogelijke functies maken die studenten met een bepaalde functiebeperking kunnen vervullen.
Studeren met een functiebeperking en de beroepspraktijk. Wat zijn de consequenties voor de beroepspraktijk als iemand met een functiebeperking komt studeren ? Wat zijn de consequenties voor de stages : wat kunnen vervangende opdrachten zijn voor studenten met een lichamelijke functiebeperking ?
Een communicatieplan schrijven waarin wordt aangegeven hoe (wie, wat en op welke manier) medewerkers van CAH Vilentum intern en extern communiceren over en naar studenten met een functiebeperking. In dit plan wordt ook aandacht besteed aan de manier waarop aankomende studenten worden geïnformeerd over ‘Studeren met een functiebeperking’ en de voor hen belangrijke wetenswaardigheden in dat verband (o.a. hoe te handelen).
Aanpassingen in het curriculum t.b.v. studenten met een functiebeperking. De consequenties voor het onderwijzend personeel in kaart brengen.
De komende jaren zal systematisch in volgorde van belangrijkheid aandacht geschonken worden aan deze onderwerpen. 2.5. Kwaliteitscontrole en bewaking 4
Zie bijlage 8 uitkomst prioriteitenlijst enquête
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 5 van 17
versie 1.0, september 2015
5
Op dit moment wordt met de betrokken studenten aan het einde van tenminste 2 van de 4 examenperiodes geëvalueerd of de school de juiste voorzieningen treft (zie bijlage 5). Indien de student geen signalen afgeeft, wordt ervan uit gegaan dat alles naar wens verloopt. Het is wenselijk om minimaal jaarlijks een kort gesprek met de student aan te gaan om te inventariseren waar zaken nog verbeterd kunnen worden. Ook aan het onderwijzend personeel wordt jaarlijks gevraagd of het beleid dat gehanteerd wordt op de hogeschool tot tevredenheid stemt of enige aanpassing behoeft. 2.6. Materiële voorzieningen Het is de verantwoordelijkheid van CAH Vilentum dat er voorzieningen zijn voor studenten met een functiebeperking zodat zij optimaal kunnen studeren. Conform de wetgeving moet een onderwijsinstelling het studieprogramma zodanig inrichten dat studerenden redelijkerwijs kunnen voldoen aan de studievoortgangsnorm. Er moet een aanbod van voorzieningen zijn waar de student gezien zijn specifieke vraag gebruik van kan maken om de studeerbaarheid te optimaliseren. Naast de reeds genoemde zaken in de voorgaande paragrafen zijn er ook materiële voorzieningen nodig. Hieronder volgt een opsomming van de aanwezige voorzieningen gericht op de toe -en doorgankelijkheid van het gebouw.
Er is een route vanaf de parkeerplaats naar de ingang van het gebouw die vrij van obstakels is. Er is een vaste parkeerplaats voor gehandicapten op het parkeerterrein. De toegang tot de onderwijsgebouwen is zelfstandig te realiseren voor mensen met een motorische handicap (er is een hellingbaan). De deuren naar de afzonderlijke ruimtes zijn minimaal 90 cm breed 85% van de vloeren is afgewerkt met een rolstoel- en cara-vriendelijke vloerbedekking Het gebouw is schoon en de temperatuur en de luchtvochtigheid zijn gelijkmatig i.v.m. gebruikers met aandoeningen aan de luchtwegen. Er zijn voor rolstoelers aangepaste toiletten. Lichtschakelaars, deurkrukken en stopcontacten zitten op ca. 90 cm hoogte. De openbare telefoon is zelfstandig te gebruiken. De bewegwijzering binnen en buiten het gebouw is adequaat. De garderobe is voor rolstoelers bereikbaar en bruikbaar.
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 6 van 17
versie 1.0, september 2015
6
HOOFDSTUK 3 – ERVARINGEN, ACTIEPUNTEN en AANBEVELINGEN 3.1.
Ervaringen tot nu toe
Ten aanzien van dyslectische studenten is de praktijk dat er extra toetstijd wordt gegeven tijdens de examens. Ook wordt er rekening gehouden met het niveau van de verslagen voor wat betreft spelling. Wel wordt een sterk appèl gedaan op de student om de spellingcontrole te gebruiken en schriftelijk werk door anderen te laten nakijken. Docenten kunnen m.b.v. het format dyslexie kenmerken (bijlage 6) specifieke dyslexiefouten herkennen. De in 2.3.2. genoemde dyslexiekaart die studenten tijdens het examen op hun bureau dienen neer te leggen, schept meteen duidelijkheid aangezien de surveillant weet dat die student recht heeft op extra toetstijd. Bovendien wordt de student aangeraden op elk in te leveren werk een D op het voorblad te vermelden zodat de docent meteen weet dat het om een student met dyslexie gaat. Uiteraard gaat het wel in goed overleg, immers als de student van mening is dat hiermee zijn privacy geschonden wordt, kan het ook op een andere manier worden geregeld bijvoorbeeld door de kaart te tonen op het moment extra tijd nodig blijkt te zijn.. Aangezien de hogeschool relatief klein is, weet de examencommissaris na een examenperiode reeds welke studenten recht op extra tijd hebben. Dit wordt tevens voorafgaande aan elke periode gecommuniceerd met de examencommissaris. Studenten met zware lichamelijke handicaps hebben zich tot op heden niet aangemeld. Wel heeft de school af en toe te maken met slechthorende en slechtziende studenten. In beide gevallen wordt de lijn gevolgd zoals beschreven in paragraaf 2.3. Aangezien het niet vaak voorkomt dat docenten te maken hebben met een slechthorende student, heeft de contactpersoon studie + handicap de ambulant begeleider van de student uitgenodigd om de vakdocenten te informeren over hoe ze het beste les kunnen geven. Mede door de uitleg en een video is hierdoor duidelijk geworden met welke onderwijskundige zaken rekening gehouden dient te worden. Enkele voorbeelden: -duidelijk articuleren -niet schrijven op het bord en tegelijk uitleggen – de docent staat dan met zijn rug naar de klas -sheets bijvoorbeeld van tevoren aan de student uitreiken zodat hij zich op het college kan concentreren Daarnaast hebben de ouders van een slechthorende student een lijst met gespreksrichtlijnen voor goedhorenden aan de klassendocent gegeven (Bijlage 7) In de toekomst worden vakdocenten door de contactpersoon studie + handicap op dit vlak (bij)geschoold. Ten aanzien van slechtziende studenten is de vakdocenten gevraagd transparanten van tevoren te kopiëren en de examens op A3-formaat te laten afdrukken. Voor slechthorende studenten blijkt het vinden van een stageplek wat problemen op te leveren, ondanks inzet en volhardendheid van student, ouders en school. De school laat bedrijven (stagebieders) weten dat ze ondersteuning kunnen verwachten bij de begeleiding. Hierdoor wordt duidelijk dat studeren met een functiebeperking en de consequenties voor de beroepspraktijk (lees : stages) beter in beeld gebracht dienen te worden. Dit heeft de aandacht van de contactpersoon studie + handicap. Af en toe heeft de school ook te maken met studenten die lijden aan chronische vermoeidheid (M.E.) of M.S. Vaak is het zo dat de studenten deze ziekte gedurende hun studie krijgen. Met hen wordt dan persoonlijk een aangepast studieplan opgesteld. Studenten vinden op aanraden van de contactpersoon studie + handicap ook steeds vaker de weg naar het IBG om extra studiefinanciering te krijgen vanwege bijzondere medische omstandigheden. De vermelding van Studeren met een handicap op de website van de hogeschool leidt regelmatig tot vragen van aspirant studenten en ouders op welke manier tegemoet gekomen kan worden aan studeren met een functiebeperking. Aangezien de naam en e-mail adres van de contactpersoon vermeld staat in de samenvatting, kunnen prangende vragen direct aan deze contactpersoon worden 27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 7 van 17
versie 1.0, september 2015
7
gesteld. Deze manier van werken wordt bijzonder op prijs gesteld. Het feit dat de hogeschool een duidelijk beleid heeft en rekening houdt met functiebeperkingen en waar nodig aanpassingen doet ten behoeve van de student met een functiebeperking, doet aspirant studenten besluiten zich in te schrijven voor een studie aan de hogeschool. 3.2. Actiepunten Op basis van wat beschreven is in deze notitie, kan geconcludeerd worden dat CAH Vilentum een actief beleid heeft ten aanzien van studenten met een functiebeperking. In deze notitie is op schrift gesteld hoe het beleid gestalte wordt gegeven, wie waarvoor verantwoordelijk is en wie welke informatie doorspeelt. Het is zowel in het belang van de student als van de instelling dat een student niet tot nauwelijks studievertraging oploopt. Per 1 januari 2005 is een werkgroep SOS ingesteld bestaande uit de studentendecanen, de vertrouwenspersonen, de contactpersoon studie + handicap en de studiebegeleider. Deze werkgroep signaleert ‘probleem’studenten, monitort en verwijst hen in de eerste instantie binnen de instelling door. Op deze wijze werken de verschillende collega’s niet naast elkaar, maar met elkaar met als doel eventuele belemmeringen en problemen voor de student op een adequate manier aan te pakken. In de komende cursusjaren moeten de volgende zaken in ieder geval nog nader uitgewerkt worden zodat het beschreven beleid nadrukkelijk binnen CAH Vilentum geïmplementeerd kan worden.
Nader uitwerken van de deskundigheidsbevordering personeel met als doel begrip en acceptatie bij docenten en staf te creëren. Minimaal 1 keer per jaar zal de contactpersoon het personeel moeten informeren over het beleid dat CAH Vilentum Dronten voert ten aanzien van studenten met een functiebeperking. Dit zal gestalte krijgen in de vorm van een lunchboxbijeenkomst, een informatie uur en een stuk schriftelijke ondersteuning. De contactpersoon zal nieuwe collega’s met regelmaat op de hoogte stellen van het te voeren beleid en de consequenties daarvan. Na elke examenperiode evalueren en jaarlijks een gesprek voeren met de studenten met een functiebeperking.
3.3.Aanbevelingen Het is van belang dat CAH Vilentum, ook al is het een betrekkelijk kleine hogeschool, betrokken blijft bij de landelijke Werkgroep Ontwikkeling Beleid (WOB, voorheen het Landelijk Project Team) en dat er voor deze problematiek ruimte wordt gegeven in de vorm van urentoekenning aan de contactpersoon voor het beleid rondom studie + handicap. Verder verdient het aanbeveling een (kleine) ‘werkgroep monitoring en advisering’ in te stellen (waarin ook een of liefst enkele studenten met een functiebeperking vertegenwoordigd zijn), die tenminste eenmaal per jaar bijeenkomt en die jaarlijks bespreekt wat er goed gaat en wat er te verbeteren is en die gevraagd en ongevraagd advies kan uitbrengen aan de contactpersoon studie + handicap. Ook is het wenselijk jaarlijks kort verslag te doen van de gang van zaken op de hogeschool omtrent dit onderwerp.
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 8 van 17
versie 1.0, september 2015
8
Bijlage 1 Uitvoeringsprotocol na aanmelding Na aanmelding worden de volgende commissies/organen door Bureau Onderwijs op de hoogte gesteld : de kennismakingscommissie, die de introductieweek organiseert de werkweekcommissie, die de werkweek organiseert de praktijkcommissie, die belast is met stages en praktijkscholen de roostercommissie in verband met de roosters de contactpersoon studie + handicap het programmateam van de desbetreffende opleiding de mentor/klassendocent de docent lichamelijke opvoeding de campusraad, indien de student intern wil gaan wonen de technische dienst, in verband met een eventuele (extra) parkeerplaats 5 Hiervoor wordt de checklist gehanteerd zoals die te vinden is in Bijlage 2 van deze notitie. Voordat de student daadwerkelijk met de opleiding start, worden de vakdocenten aan het begin van het cursusjaar op de hoogte gebracht door Bureau Onderwijs en de contactpersoon studie + handicap. Laatstgenoemde stelt aan het begin ven het cursusjaar een protocol op met desbetreffende student (zie bijlage 3). Ten aanzien van de stages die de student zal moeten volgen tijdens zijn opleiding, wordt samen met de praktijkcommissie bekeken welke mogelijkheden er zijn om daadwerkelijk deel te nemen aan stages. Ook zal gesproken moeten worden over eventuele vervangende opdrachten. Afspraken die hierover gemaakt worden, worden ook schriftelijk vastgelegd. Studenten met een lichamelijke functiebeperking (ook tijdelijk als gevolg van een ziekte of een ongeluk) kunnen vrijstelling krijgen voor het vak lichamelijke opvoeding. Tevens wordt de praktijkcommissie in kennis gesteld zodat bepaalde praktijkopdrachten, waaronder stages, in de vorm van een vervangende opdracht moeten worden getoetst. In ieder geval gaat alles in goed overleg met de student en wordt gekeken naar de mogelijkheden in plaats van naar de beperkingen. Voor wat betreft het volgen van de lessen kan de roostercommissie het verzoek krijgen lokalen in te roosteren voor de klas waarin de betreffende student zit, zodanig dat het lopen tot een minimum wordt beperkt en er in ieder geval geen lokalen worden ingeroosterd die zich op een verdieping bevinden.
5
sinds 22 maart 2002 is er een vaste parkeerplaats t.b.v. gehandicapten op het parkeerterrein aanwezig.
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 9 van 17
versie 1.0, september 2015
9
Bijlage 2 CHECKLIST PROCEDURE STUDENTEN MET FUNCTIEBEPERKING Activiteit
Door wie
Verwerkt/ doorgegeven
Gesprek met aspirant student met een functiebeperking
Bureau Onderwijs/ Aanmeldingscomm./ programmateam en mentor Bureau Onderwijs
Datum
Mondelinge afspraken in toelatingsbrief bevestigen Registreren op basis Administratie van het aanmeldingsformulier Inventariseren Contactpersoon s+h studenten met een functiebeperking Indien de aard van de handicap aanleiding geeft, informeert de contactpersoon s+h onderstaande organen binnen de school Informeren KMC Praktijkcommissie informeren Werkweekcommissie informeren Roostercommissie informeren Docent l.o. Campusraad Indien van toepassing Technische dienst Indien van toepassing Mentor Vakdocenten Examencommissaris
Contactpersoon s+h Contactpersoon s+h Contactpersoon s+h Contactpersoon s+h Contactpersoon s+h Contactpersoon s+h Contactpersoon s+h Contactpersoon s+h Contactpersoon s+h Contactpersoon s+h
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 10 van 17
versie 1.0, september 2015
10
Bijlage 3 FORMAT PROTOCOL/vragenlijst eerste contact met Contactpersoon handicap en Studie Naam : Klas : Studieloopbaan : Aard van de handicap : Heeft een externe instantie de handicap vastgesteld ? Heeft de school hier reeds een kopie van ?
Heeft een vorige school aandacht geschonken aan deze problemen ? Zo ja, op welke manier ?
Welke verwachtingen heeft de student van CAH Vilentum ?
Moet de contactpersoon docenten op de hoogte stellen of doet de student dit liever zelf ?
Gemaakte afspraken : 0 0 0 0 0 0 0
examens maken in een aparte ruimte extra toetstijd aangepast meubilair gebruik laptop tijdens examens aangepaste opdrachten , nl.
Handtekening contactpersoon studie en handicap CAH Dronten
Handtekening student
Datum
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 11 van 17
versie 1.0, september 2015
11
Bijlage 4 TIJDSPAD GEDURENDE EEN CURSUSJAAR Activiteit Registreren instromende studenten (eerst door de administratie, vervolgens door contactpersoon studie + handicap) Informeren personeel door contactpersoon studie + handicap Evalueren ervaringen studenten door contactpersoon studie + handicap Geregistreerde studenten vragen naar de geboden faciliteiten na een examenweek door contactpersoon studie + handicap Informatiebijeenkomst organiseren voor personeel
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Wanneer uitvoeren Ieder jaar augustus/september
Ieder jaar in september en eventueel nogmaals in februari (bij wijzigingen) Einde van het cursusjaar, mei/juni Aan het einde van elke les/examenperiode
Ieder jaar augustus/september
Pagina 12 van 17
versie 1.0, september 2015
12
Bijlage 5 Schema evaluatiemomenten tijdens de studie Elk jaar : na elke examenperiode via de mail kort vragen naar de ervaringen, eventuele problemen signaleren en aanpakken. Jaar 1 : Mei – kort gesprek met de contactpersoon studie + handicap over de ervaringen van het eerste jaar Jaar 2 : Mei – kort gesprek met de contactpersoon studie + handicap over de ervaringen van het tweede jaar en met het oog op de stage in de tweede helft van het derde jaar eventuele problemen signaleren. Deze signalen doorgeven aan stagebegeleiders. Jaar 3 : Februari – alvorens de student op stage gaat, kort overleg met opleidingsdocent en eventueel contactpersoon studie + handicap Jaar 4 : februari – nu het afstuderen nadert samen met de student terugkijken op de schoolloopbaan en hoe de school heeft gefunctioneerd m.b.t. het aanbieden van faciliteiten. Voor studenten die de verkorte opleiding volgen, vallen de evaluatiemomenten van jaar 2 en 3 samen. Aandachtspunten tijdens de evaluatiemomenten 1. Heeft CAH Vilentum voldoende gedaan voor de student tijdens het afgelopen jaar – zodat hij zijn studie heeft kunnen volgen ? 2. Hoe waren de examen omstandigheden ? 3. Zijn er aspecten waardoor er studievertraging optreedt ?
STAGES : Is er voldoende rekening gehouden met de functiebeperkingen van de student ?
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 13 van 17
versie 1.0, september 2015
13
Bijlage 6 Format dyslexiekenmerken Problemen met de spelling: 0 ongebruikelijke pengreep 0 handschrift wisselt (rommelig) of is onleesbaar 0 schrijft zeer traag 0 veel fouten bij het overschrijven 0 veel verbeteringen aangebracht 0 letters zoals de b en d worden omgedraaid 0 lettercombinaties zoals de ei en de ie worden omgedraaid 0 letters zoals de b, p en d worden niet herkend 0 letters of woorddelen worden vergeten 0 letters of woorddelen worden te veel toegevoegd 0 willekeurig gebruik ei/ij (mein) 0 willekeurig gebruik f/v (flek) 0 fouten in de werkwoordspelling 0 hoofdletters staan op de verkeerde plek 0 punten en komma’s staan op de verkeerde plaats (interpunctiefouten) 0 moeite met de zinsopbouw (geen goed lopende zinnen) 0 woorden letterlijk schrijven zoals ze gezegd worden 0 de spelling is niet consequent
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 14 van 17
versie 1.0, september 2015
14
Bijlage 7 GESPREKSRICHTLIJNEN VOOR GOEDHORENDEN 1. Een slechthorende probeert te verstaan door te horen, door van de lippen te lezen en door de gezichtsuitdrukking te zien. Kijk dus altijd de slechthorende aan als u tegen hem spreekt. 2. Voel u niet opgelaten wanneer de slechthorende u daarom strak aankijkt. 3. Spreek langzaam en rustig. Houd geen hand voor de mond. Niet spreken met sigaret of sigaar in de mond. 4. Schreeuw nooit tegen een slechthorende; het hoortoestel versterkt al het geluid van uw stem. 5. Heb wat geduld als u een zin moet herhalen. Zeg hetzelfde woord nooit vaker dan twee keer. Gebruik de volgende keer liever een omschrijving. 6. Zorg voor een goed verlichte kamer; bij schemering kan de slechthorende moeilijk van de mond aflezen. 7. Zorg dat u naar het licht kijkt zodat het licht op uw mond valt. 8. Een slechthorende reageert soms wat trager omdat hij eerst luistert of hij u verstaat, en daarna pas de inhoud ervan tot zich door laat dringen. 9. Lach de slechthorende niet uit als hij verkeerd antwoordt. Vertel hem dat hij het verkeerd begrepen heeft. 10. Als u zich speciaal tot een slechthorende richt, noem dan eerst zijn naam en raak hem even aan, dan weet hij dat hij moet luisteren en kijken. 11. Noem zo mogelijk eerst het onderwerp van gesprek, vooral in gezelschap, opdat de slechthorende weet waarover het zal gaan. 12. Zorg ervoor dat in kring of gezelschap ook de slechthorende kan mee lachen en meepraten. Tracht hem bij het gesprek te betrekken (alleen zijn binnen een groep maakt veel eenzamer dan alleen thuis zijn). 13. Als radio of TV aanstaan, kan een slechthorende u moeilijk verstaan. Zet deze voor een gesprek bij voorkeur uit. 14. Indien de slechthorende moe wordt (luisteren via een hoortoestel en liplezen zijn zeer vermoeiend) en hij zich liever wil terugtrekken, toon daar dan begrip voor. Zeg niet “Waarom ga je nu weg, het is juist zo gezellig!”. Voor hem is het waarschijnlijk niet gezellig. (Van een rolstoelgebruiker verlangt u ook niet dat hij ‘gezellig’ aan een hardloopwedstrijd meedoet). 15. Benader een slechthorende nooit ongemerkt van achteren; hij hoort u soms niet aankomen en hij kan daarvan schrikken. 16. Realiseer u dat een hoorapparaat slechts een hulpmiddel is en geen geneesmiddel. ± 30% kan je aflezen (liplezen), een slechthorende moet zelf dus veel invullen.
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 15 van 17
versie 1.0, september 2015
15
Bijlage 8 Uitkomst prioriteitenlijst enquête, gehouden 21 augustus 2002 onder het personeel : Waar moeten we (samen) aan werken ? Wat heeft prioriteit ? Wat verdient de nodige aandacht ? Waar zou volgens jullie het komende jaar extra aandacht aan besteed moeten worden ? Hoogste prioriteit = 1, laagste prioriteit = 7 1. Studeren met een functiebeperking in relatie tot geschiktheid voor de opleiding. Het in kaart brengen welke consequenties het aannemen van studenten met een functiebeperking heeft, m.b.t. de eindtermen van de opleiding; ofwel : voor elke opleiding een discussie opstarten over mogelijkheden en onmogelijkheden om te kunnen voldoen aan de kernkwalificaties. 2.
Docenten (bij)scholen in de implicaties die lesgeven aan studenten met een functiebeperking met zich meebrengen bv. themamorgen organiseren over beeldvorming. Aan de hand van casuïstiek met elkaar van gedachten wisselen /kennis nemen van elkaars gedachtengoed over studeren met een functiebeperking. bv. themamorgen gericht op het vergroten van kennis voor het lesgeven aan een groep studenten waaronder bijvoorbeeld een slechthorende student.
3.
Aandachtspunten voor de begeleiding in de propedeuse :ten behoeve van de begeleiding per opleiding een lijst opstellen waar duidelijk in kaart wordt gebracht welke vaardigheden essentieel zijn om aan de eindtermen van het desbetreffende diploma te voldoen. Ook een overzicht van mogelijke functies maken die studenten met een bepaalde functiebeperking hebben. (bv. een afgestudeerde VH met een lichamelijke functiebeperking kan heel goed een bureau functie gaan vervullen).
4.
Studeren met een functiebeperking en de beroepspraktijk. Wat zijn de consequenties voor de beroepspraktijk als iemand met een functiebeperking komt studeren ? Wat zijn de consequenties voor de stages : wat kunnen vervangende opdrachten zijn voor studenten met een lichamelijke functiebeperking/ willen we deze mogelijkheid ook bieden ?
5.
Een communicatieplan schrijven waarin wordt aangegeven hoe (wie, wat en op welke manier) medewerkers van CAH Vilentum intern en extern communiceren over studenten met een functiebeperking. Het gezamenlijk uitdragen van het beleid, m.a.w. weten waar we voor staan; welke faciliteiten biedt CAH Vilentum Dronten/kan CAH Vilentum Dronten bieden ? Wat wordt verstaan uit de zinsnede uit de beleidsnotitie 'CAH Vilentum wil belemmeringen in de dagelijkse deelname aan het onderwijsproces tot een minimum beperken'.
6.
Aanpassingen in het curriculum t.b.v. studenten met een functiebeperking. De consequenties voor het onderwijzend personeel in kaart brengen aangezien CAH Vilentum Dronten ‘belemmeringen in de dagelijkse deelname aan het onderwijsproces tot een minimum wil beperken’. Wat betekent dit voor de docent belasting en begeleiding ?
7.
Zelf aangedragen actiepunten RSI problematiek
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 16 van 17
versie 1.0, september 2015
16
Bijlage 9 DYSLEXIEKAART Naam (STUDENT) heeft recht op extra toetstijd ten gevolge van dyslexie. Deze kaart is geldig voor de duur van de opleiding aan CAH Vilentum Dronten en persoonsgebonden. Op verzoek dient de collegekaart overlegd te worden. Afgegeven datum J.W.M van Diepen Coördinator Studeren met een Functiebeperking
Begeleidende brief Beste
,
Hierbij ontvang je je dyslexiekaart. Deze oranje kaart dient voor vakdocenten als herinnering tijdens examens dat je recht hebt op extra toetstijd. Richtlijn is een half uur extra tijd per examen. Raadzaam is om op elk examen of elk in te leveren werk een D te vermelden. Deze kaart is persoonsgebonden en wordt eenmalig uitgereikt. Tijdens schriftelijke examens dien je de kaart bij je te hebben en op je bureau neer te leggen tezamen met je collegekaart. Mocht je hier bezwaar tegen hebben in verband met privacy, dien je in ieder geval de kaart desgewenst te kunnen tonen aan de examencommissaris en/of surveillant. Mochten de omstandigheden zoals opgesteld in het protocol gewijzigd moeten worden, schroom dan niet contact met mij op te nemen.
Ik hoop dat je er profijt van hebt.
Vriendelijke groet,
J.W.M. van Diepen Coördinator Studeren met een Functiebeperking
27 OER CAH Studeren met een functiebeperking
Pagina 17 van 17
versie 1.0, september 2015
17