22. Dementie: omgekeerd leven ‘Vorige week heb ik mijn 75ste verjaardag gevierd. Ik ben gelukkig nog goed gezond, maar de laatste tijd merk ik dat ik vergeetachtiger word. Ik maak me daar wat zorgen over. Niet dat ik meteen denk dat ik Alzheimer krijg, maar wat als het wel zo is? Mijn vrouw heeft reuma en ik help haar veel in huis. Als ik achteruit zou gaan, is dat straks misschien niet meer mogelijk.’ Steeds meer mensen krijgen te maken met dementie, een ingrijpende ziekte die in allerlei vormen voorkomt. Wat gebeurt er met je als je dement wordt? Welke zorg heb je nodig? En hoe staat het met de discussie over ernstige dementie en levensbeëindiging? Je kunt geen specifieke leeftijd aanwijzen waarop iemand een ‘oudere’ wordt. Het ouder worden is een proces van geleidelijke en spontane veranderingen. Nadat je de volwassenheid hebt bereikt, volgt er een langzame teruggang van allerlei lichaamsfuncties. Deze achteruitgang zien we niet als ziekte. Ook op mentaal gebied merk je in de loop van je leven een achteruitgang. Op hogere leeftijd komt vergeetachtigheid bijvoorbeeld vrij algemeen voor: het is een normaal verouderingsverschijnsel. Bij het ouder worden kun je ook te maken krijgen met ernstige achteruitgang van vooral je kortetermijngeheugen, je leervermogen en je inzicht in de omgeving. In die gevallen is er sprake van een ziekte. Je kunt denken aan de ziekte van Alzheimer en andere vormen van dementie: ‘abnormale’ vormen van veroudering die duidelijk afwijken van het normale ouder worden. Bij deze ziektes worden hersendelen ernstig aangetast. Nu de gemiddelde leeftijd in Nederland stijgt, neemt het aantal mensen met dementie toe (hoofdstuk 32).
Meer dan verwardheid Dementie, de ziekte van Alzheimer en andere vormen van verwardheid worden nogal eens door elkaar gehaald. Maar verwardheid kan zich ook in allerlei andere situaties voordoen, bijvoorbeeld bij gebruik van geneesmiddelen die de hersenfuncties aantasten of bij een ernstige ziekte. Een beroerte (cerebrovasculair accident, CVA) of een aandoening die de zenuwen aantast, kan net zoals dementie leiden tot verwardheid. Daarnaast kunnen allerlei kleinere aandoeningen leiden tot kortdurende verwardheid (een delirium). Het gaat dan om relatief onschuldige zaken zoals het vasthouden van urine (urineretentie) of ontlasting (obstipatie), een langdurig slaaptekort of het ontbreken van prikkels (door bijvoorbeeld sociaal isolement). Ook een verblijf in een ziekenhuis kan aan verwardheid bijdragen. Tien tot twintig procent van de ouderen heeft hier 173
DEEL 4 LEVEN IN DE LAATSTE FASE
last van, bijvoorbeeld als gevolg van spanningen rondom een ingreep, of het gebruik van verdoving (anesthesie) en pijnstilling (analgetica) na de operatie. Een verward iemand is te herkennen aan het onvermogen om: • … een gesprek te volgen. • … adequaat op vragen te reageren. • … te beseffen waar hij is. • … vanuit een juist tijdsbesef te denken. • … goede beslissingen te nemen over zijn veiligheid. • … zich belangrijke feiten te herinneren. Acute verwardheid kan dus heel veel verschillende oorzaken hebben en is meestal van voorbijgaande aard. Het is wel noodzaak dat een arts de oorzaak meteen medisch aanpakt. Het ligt anders bij een verwardheid die zich langzaam ontwikkelt. In zo’n geval kan dementie de oorzaak zijn. In dat geval is medische hulp ook nodig, maar niet dringend. Een medische behandeling kan de achteruitgang bij patiënten met dementie soms vertragen, maar het kan de mentale vermogens tot op dit moment niet herstellen. Meestal is de achteruitgang niet te stoppen.
Vormen van dementie Dementie is een aandoening die schrik aanjaagt. Mensen die voorheen uitstekend functioneerden, gaan zich steeds onaangepaster gedragen. De omgeving komt langzamerhand buiten de belevingswereld van de patiënt te staan. Voor de omgeving en voor de patiënt wordt het leven als het ware omgedraaid: het lijkt alsof je als dementerende patiënt in ‘de achteruit’ staat. Dementie is een verzamelnaam voor een aantal aandoeningen. Kenmerkend zijn de combinaties van meervoudige stoornissen in verstandelijke vermogens, stemming en gedrag. Er zijn verschillende oorzaken voor dementie. De meeste bekende zijn: • De ziekte van Alzheimer. • De vasculaire dementie. Hierbij wordt de mentale verstoring veroorzaakt door bloedstolsels in de kleine bloedvaten van diepe delen van de hersenen. De stolsels maken dat kleine delen van de hersenen geen zuurstof meer ontvangen. Daardoor ontstaan infarcten: door zuurstofgebrek sterft het weefsel af. Daarnaast is er een aantal minder bekende oorzaken voor dementie, zoals: • Dementie als gevolg van een functiestoornis van de schildklier. • De ziekte van Huntington (een ernstige hersenaandoening). • De ziekte van Creutzfeldt-Jacob (de ‘gekkekoeienziekte’, een infectieziekte). • De ziekte van Parkinson (een hersenaandoening die ook beven en problemen met bewegen veroorzaakt). • Dementie als gevolg van aids. 174
22. DEMENTIE: OMGEKEERD LEVEN
• Het syndroom van Wernicke-Korsakoff: een hersenaandoening die voorkomt bij onder meer alcoholisten. • Dementie als gevolg van ernstig hersenletsel. Mensen met ouderdomsdiabetes – diabetes type 2 – hebben meer kans om dement te worden dan mensen zonder deze vorm van suikerziekte. Dat bleek medio 2013 uit onderzoek van dr. Kristine Yaffe en collega’s aan de Universiteit van California. Misschien komt dit wel doordat bij oudere mensen de diabetes ‘te goed’ met medicijnen onder controle wordt gehouden. Dat veroorzaakt bij ouderen soms een té laag bloedsuikergehalte – hypoglykemie – in het bloed. Daardoor kunnen ze bijvoorbeeld flauwvallen. Mensen waarvan de arts weet dat die wel eens een hypoglykemie hebben gehad, hebben een tweemaal zo groot risico om dement te worden. Bij ouderen kan de huisarts de streefwaarden van HbA1c beneden 7 daarom beter bijstellen naar 8. Dementie kan iedereen treffen. Denk maar aan bekende mensen zoals de voormalige president van Amerika Ronald Reagan, onze voormalige vorstin Juliana, de Engelse filosofe Iris Murdoch en schrijvers zoals Hugo Claus en Gerard Reve. Als de diagnose dementie is gesteld, roept dat gevoelens van onmacht en ontreddering op. De vaststelling van de ziekte confronteert je met veel vragen. Bijvoorbeeld over de oorzaak van de aandoening en het verloop ervan. Of over de mogelijkheden op het gebied van zorg en ondersteuning. Niet alleen als patiënt zit je met vragen, ook als familielid komt er veel op je af. Als mantelzorger kun je je afvragen welke hulp en begeleiding je in deze situatie kunt krijgen. Veiligheid bieden, liefdevol zijn, niets onverwachts doen, zijn of haar levensverhaal meenemen en tonen dat de dementerende er mag zijn zoals hij of zij is (het gedrag zo veel mogelijk ‘valideren’). Anders gezegd: verleid die persoon. Omdat er veel meer bekend is over de hersenen en de fasen die deze doorlopen, de prikkels die zij krijgen en het gedrag dat daarbij hoort, is er ook meer duidelijk over hoe we een dementerende het beste kunnen benaderen.
Alzheimer in detail De meest voorkomende oorzaak van dementie is de ziekte van Alzheimer. Bij 60 tot 70 procent van de dementerenden is er sprake van Alzheimer. Het eerste verschijnsel is meestal vergeetachtigheid: het kortetermijngeheugen gaat achteruit. De ziekte begint meestal na het 70ste levensjaar, maar kan ook op jongere leeftijd ontstaan. Alzheimer kan nog niet worden genezen, maar er zijn wel medicijnen die het ziekteproces kunnen vertragen. Ben je als patiënt actief en in een goede lichamelijke conditie, dan heeft dat een gunstige invloed op het verloop. De diagnose wordt meestal gesteld door het uitsluiten van andere aandoeningen in het brein. Op dit moment kun je de ziekte van Alzheimer pas ná het overlijden met zekerheid vaststellen. In de nabije toekomst gaat dat waarschijnlijk veranderen. In 2007 hebben Amerikaanse onderzoekers van de bekende Standford Universiteit in Californië een bloed175
DEEL 4 LEVEN IN DE LAATSTE FASE
test ontwikkeld. Daarmee kun je de ziekte van Alzheimer al zes jaar vóór de eerste symptomen vaststellen. De test heeft een nauwkeurigheid van negentig procent. Er is aanvullend onderzoek nodig om de resultaten van zo’n test te bevestigen, maar Amerikaanse laboratoria hebben inmiddels een prototype van de test in gebruik genomen. Een vroege diagnose is belangrijk voor het geval er in de toekomst een genezende behandeling komt tegen deze vorm van dementie. Natuurlijk heeft deze preventieve test ook een andere kant: wil je deze informatie op voorhand al hebben? In hoofdstuk 17 keken we al naar de voor- en nadelen van preventief onderzoek. Een van de meest opvallende kenmerken van Alzheimer is de ernstige vergeetachtigheid. Eerst wordt het kortetermijngeheugen aangetast. Later volgt ook het langetermijngeheugen. Dit zijn twee gescheiden systemen, al staan ze met elkaar in verbinding. Een patiënte in de eerste fase van de ziekte van Alzheimer kan vergeten zijn waar de autosleutels liggenLezen (kortetermijngeheugen). Intussen ze niet vergeten waar de Meer islezen sleutels voor dienen en in welk merk auto zij rijdt. Dat - gebeurt mogelijk later wel, als ze haar langetermijnherinneringen begint kwijt te raken. Als je dement bent, heb je vaak een abnormaal slaappatroon en nachtelijke rusteloosheid. Naarmate het proces van dementie vordert, neemt de duur van de diepe slaap af. Daardoor word je gemakkelijk wakker. Vaak zijn er ook nog andere ouderdomskwalen die bijvoorbeeld pijn veroorzaken en die bijdragen aan het slaapprobleem. Behandeling van Samenleving Afweging de oorzaken kan het slaapprobleem verlichten. ’s Middags een dutje doen werkt juist niet, dat heeft een slechte invloed op de nachtslaap. Er zijn wel andere eenvoudige zaken die je slaapritme kunnen verbeteren: regelmatig buiten in de zon wandelen, een aangename temperatuur in de slaapkamer en ’s avonds geen drank of voedsel met cafeïne gebruiken.
Medisch Het bekendste symptoom van Alzheimer is vergeetachtigheid. Wetenschappelijk Symptomen van Alzheimer
In het begin heb je als patiënt vaak nog door dat je geheugen achteruitgaat. Dit kan leiden tot depressiviteit en angst. In de loop van de ziekte gaat het geheugen verder achteruit en worden mentale vermogens verder aangetast. Dan ontstaan ook andere symptomen, zoals: • Moeite met concentreren. Behandeling • Moeite geschreven en gesproken taal te begrijpen. • Rondzwerven en verdwalen, zelfs in een bekende omgeving.
Bijbels
Geleidelijk worden deze verschijnselen erger en kunnen zich andere symptomen ontwikkelen, zoals: • Langzaam bewegen en onzeker lopen. Pastoraal • Snelle stemmingswisselingen van vrolijk tot verdrietig. • Persoonlijkheidsveranderingen, agressie en achtervolgingswaan. Uiteindelijk kan volledige verzorging thuis of in een verpleeghuis nodig zijn. 176
els
leving
ch
s
Behandeling 22. DEMENTIE: OMGEKEERD LEVEN
‘Mijn lezen vrouw heeft de ziekte van Alzheimer. Ze gaat nu regelmaMeer Pastoraal tig naar de dagbesteding, maar daar wordt ze heel onrustig van. Mijn kinderen vinden dat ze beter kan worden opgenomen in een verpleeghuis. Ik wil haar graag thuis blijven verzorgen. Ik ben bang dat ze in een nieuwe omgeving helemaal niet zal kunnen wennen.’ Voor veel demente ouderen is mantelzorg de enige manier om Afweging thuis te kunnen blijven wonen. Vaak neem je als partner of familielid deze zorg op je. Het is dan belangrijk dat de behoeften van patiënt en mantelzorger goed in evenwicht zijn. Anders kun je als patiënt zorg tekortkomen, of als mantelzorger juist méér doen dan je aankunt. In een vroeg stadium van dementie is het belangrijk dat je als patiënt zo onafhankelijk en actief mogelijk blijft. Bij het voortschrijden van de ziekte heb je steeds meer zorg nodig. Er zijn allerlei manieren om hulp te krijgen bij geheugenverlies, verlies van beoordelingsvermogen en onvoorspelWetenschappelijk baar gedrag. Bijvoorbeeld door: • Een prikbord met een lijst van dingen die moeten worden gedaan. • Bij zwerfneigingen: een badge met adres en telefoonnummer. • Briefjes ter herinnering dat apparaten moeten worden uitgezet. • Hulpmiddelen bij het in bad gaan.
Behandeling
Vanuit de christelijke ethiek is het passend om je in de zorg te richten op de beleving van de dementerende. Je richt je niet op een direct antwoord op het vragen en zoeken van de patiënt, maar je kijkt wat daaráchter zit. Meestal is dat een zoektocht naar rust en overzicht. Goede zorg betekent in dit geval vaak: veiligheid bieden, liefdevol zijn, niets onverwachts doen, het levensverhaal laten langskomen. We noemen dat een validationPastoraal benadering: een bevestigende benadering (zie kader). Je komt de zieke tegemoet in zijn ervaringen en laat merken dat hij er mag zijn zoals hij is. Deze mensen behoren tot de zwaksten in onze op nut en genot gerichte cultuur. Zij verdienen een levensbestendig perspectief. Prikkels uit de omgeving kunnen het welbevinden van deze mensen maken of breken. Het begeleiden van iemand met dementie vraagt daarom ook veel van die omgeving. Goede informatie, emotionele begeleiding of praktische en sociale steun zijn van groot belang voor partners, mantelzorgers en andere verzorgers. Ben je mantelzorger, dan is het belangrijk dat je minstens één ‘vrije dag’ per week neemt. Anders zul je de zorg en aandacht niet goed kunnen opbrengen, zeker niet als je zelf ook ouder bent. Het kan je ook goed doen als je contact hebt met een steungroep. Verder kun je dagcentra of andere vormen van zorg zoeken die je helpen om deze last te dragen. Soms is hulp van naaste familie of vrienden het meest plezierig voor de patiënt, omdat dat het meest vertrouwd aanvoelt. Maar dat is niet altijd mogelijk. Als de ziekte steeds ernstiger vormen aanneemt, kun je gebruikmaken van enkele dagen dagverzorging. Je kunt voor de keuze komen te staan je partner of familielid te laten opnemen in een verpleeghuis. Vaak is dat een heel moeilijke afweging. Voor mensen met dementie is verandering van 177
Lezen Meer lezen DEEL 4 LEVEN IN DE LAATSTE FASE
-
omgeving namelijk heel ingrijpend. Maar de zorg thuis kan te zwaar worden. Dat is absoluut geen vorm van falen. Soms kan het gewoon niet anders. En soms heeft een patiënt ook meer medische verzorging nodig. Dan doe je de persoon tekort door haar of hem thuis te willen houden. Het is Samenleving steeds vaker mogelijk om als echtpaar te Afweging worden opgenomen. Daarnaast zijn er steeds meer zorginstellingen die werken met afdelingen die zijn gespecialiseerd in mensen met dementie, zoals kleinschalige woonprojecten. Steeds vaker worden patiënten opgevangen in een leefomgeving die doet denken aan de situatie van vroeger. Zo kunnen ze zo goed en veilig mogelijk worden verzorgd.
De validation-benadering Medisch In de zorg voor mensen met dementie wordt vaak de validaWetenschappelijk
tion-benadering toegepast. Validation betekent letterlijk ‘bevestiging’. Je moet je daarvoor verdiepen in de innerlijke belevingswereld van de oudere: empathie is heel belangrijk. De benadering houdt kortweg in dat je de gedachten en gevoelens van de dementerende herkent en bevestigt als de realiteit. Dat geeft de zieke partner of patiënt steun en vertrouwen: hij of Behandeling zij voelt zich begrepen en gewaardeerd. Zo creëer je een gevoel van veiligheid, dat leidt tot vermindering van spanning en Bijbels angst. Bij de validation-benadering accepteer je het verlies van de cognitieve functies. De nadruk ligt op de beleving, op de gevoelswereld.
Dementie en euthanasie
Pastoraal
Veel mensen met het syndroom van Down krijgen de ziekte van Alzheimer. Het is extra schrijnend dat juist bij deze mensen aan de ‘waarde’ van hun leven wordt getwijfeld. Veel kindjes met Down worden nooit geboren. Door abortus verliezen ze het leven. Aan de andere kant van het leven zie je de patiënten met Alzheimer, waaronder veel Down-patiënten. De kans bestaat dat euthanasie bij deze wilsonbekwame alzheimerpatiënten in de toekomst vaker voor zal komen. De waarde en de waardigheid van mensen met aandoeningen zoals Down en Alzheimer staat onder druk. Waar blijft de solidariteit met deze zwakken en kwetsbaren? Doen zij niet juist het sterkste beroep op onze verantwoordelijkheid? Is het niet juist ónze taak om te zorgen dat zij zo veel en zo lang mogelijk zelf verantwoordelijkheid kunnen dragen? Het is niet ondenkbaar dat de vraag om zorg voor dementerenden de komende decennia groter zal zijn dan de hoeveelheid beschikbare zorg. Je kunt verwachten dat de roep om levensbeëindiging bij verregaande dementie dan zal toenemen – zeker in onze cultuur waarin de waarde van het leven wordt gerelativeerd. Intussen ervaren mensen met dementie hun ontluistering vaak maar ten dele, omdat het inzicht in hun ziekte in de loop van de tijd verdwijnt. Er is dus geen sprake van het ‘uitzichtloos’ en ‘ondraaglijk’ lijden dat de euthanasiewet vereist bij levensbeëindiging. Tijdens de ziekte blijft de betrokkene wel gevoelig voor stemmingen. Er blijft behoefte aan veiligheid en vertrouwen. Goede zorgverlening erkent dat en zet juist daarop in. 178
22. DEMENTIE: OMGEKEERD LEVEN
De meningen van artsen over levensbeëindiging bij gevorderde dementie lopen uiteen, zo bleek tijdens het KNMG-symposium Grenzen aan euthanasie in oktober 2012. Ook als er een euthanasieverklaring is, willen artsen toch weten of de betrokkene intussen niet van mening is veranderd. Maar kun je daar als arts nog zekerheid over krijgen als een dementerende niet meer consistent is over zijn of haar doodswens? De doodswil van dementen blijft een beladen onderwerp. In een christelijke levensvisie beschik je tot de natuurlijke dood toe over menselijke waardigheid. Daaraan doen levensomstandigheden en levensmogelijkheden niets toe of af. Intussen gaat de euthanasiewet in ons land ervan uit dat de waarde van een mensenleven relatief is. Als iemand ‘uitzichtloos of ondraaglijk lijdt’, mag zijn leven volgens deze wet worden beëindigd. Dat is schrijnend. Leidt dat niet tot dehumanisering van de samenleving? Komen geld en nuttigheidsdenken niet in de plaats van solidariteit en mededogen, van zorg en aandacht? Natuurlijk heb je bij deze ziekte te maken met specifieke vragen rond behandelbeslissingen. Wanneer behandel je wel en wanneer niet? Op welk moment moet je een betrokkene opnemen in het ziekenhuis – is een opname eigenlijk wel de beste weg? Het kan ook zijn dat je dementerende familielid een behandeling of voedsel weigert. Hoe ga je daarmee om? Juist op deze punten leven er veel medisch-ethische vragen. Ze komen in de volgende hoofdstukken aan bod. In het algemeen geldt dat allereerst de oorzaak van een probleem moet worden vastgesteld. Daarna kun je met de arts afwegen in hoeverre een behandeling proportioneel is: weegt het positieve effect op tegen de negatieve bijwerkingen? In deze overwegingen kan de eerder genoemde levenslijn een belangrijk handvat zijn bij het nemen van beslissingen. De levenslijn geeft je inzicht in het proces van groeien, bloeien, ouder worden, aftakelen en sterven. Als je naar de levenslijn van mensen kijkt, zie je dat de opgaande lijn op een gegeven moment afvlakt en ombuigt (hoofdstuk 24).
Tot slot: de oude dag In het verleden werd er heel anders tegen dementie aangekeken dan nu. William Shakespeare (1564-1616) geeft een opvallende omschrijving van dementie als een natuurlijke slotfase van het leven. In het toneelstuk As You Like it zegt Jacques: ‘… een man speelt in zijn leven vele rollen (…) Het laatste bedrijf, waarmee deze merkwaardig bewogen geschiedenis wordt besloten, is de tweede kindsheid en klare vergetelheid…’ Als je nog verder terugzoekt, vind je bijzondere woorden over de zorg aan mensen met dementie. In het apocriefe Bijbelboek De Wijsheid – vergelijkbaar met de Spreuken van Salomo – geeft de Egyptische Jood Jezus Sirach (circa 200 v.Chr.) een reeks wijze raadgevingen. In hoofdstuk 2 gaat het over gehoorzaamheid aan je ouders en echte ootmoed. Daar lezen we: ‘Mijn kind, verzorg uw vader op zijn oude dag en doe hem toch geen verdriet zolang hij leeft. Ook als hij zijn verstand zou verliezen, blijf je dan verdienstelijk opstellen en veracht hem niet, u die nog in uw volle kracht bent’ (Jezus Sirach 2: 12-13). ‘Een verstandig mens leert Gods Woord graag’, zo besluit hij (2: 29). Veel kernachtiger kan de oproep tot christelijke zorg voor je demente naaste niet worden verwoord. 179
DEEL 4 LEVEN IN DE LAATSTE FASE
Boeken over dementie
Lezen J. Bernlef (1937-2012) werd Meer in 1984lezen bij het grote publiek be-
kend met zijn roman Hersenschimmen. Daarin beschrijft deze arts het dementeringsproces uit het oogpunt van een dementerende man. In het boek woont de 71-jarige oud-zakenman Maarten Klein met zijn vrouw Vera in Noord-Amerika, waar hij na zijn pensionering een rustig bestaan leidt. Tot er plotseling storingen in zijn brein optreden. Maarten verliest zijn greep op taal, herinnering en realiteit. HijAfweging wordt een vreemdeling in zijn Samenleving eigen wereld. Het contact met Vera, zijn enige houvast, raakt hij langzaam kwijt. Indrukwekkend is ook Elegie voor Iris. John Bayley was tot 1992 hoogleraar literatuurwetenschappen in Oxford. Meer dan veertig jaar is hij getrouwd geweest met de bekende romanschrijfster en filosofe Iris Murdoch, die 26 romans en zes boeken over filosofie schreef. De laatste vier jaar van haar leven lijdt zij aan Medisch Wetenschappelijk de ziekte van Alzheimer. Bayley verzorgt haar zelf. Zij sterft op 8 februari 1999. De herinneringen aan hun gezamenlijke leven zijn tijdens haar ziekte opgeschreven. Bayleys Elegie gaat niet alleen over een uitzonderlijk huwelijk, dat lijkt op een aaneenschakeling van zonovergoten momenten. Het is ook een eerbetoon aan het schrijverschap van Murdoch.
Behandeling
Een ander fascinerend boek is Ik heb Alzheimer van Stella Braam. De vader van deze journaliste krijgt in 2003 te horen Bijbels dat hij Alzheimer heeft. Hij doet zijn dochter verslag van de veranderende wereld van de alzheimerpatiënt. Hij belandt in een zorgcentrum in Maastricht. Daar zet hij de boel op stelten, ‘gijzelt’ zijn afdeling en eist inspraak in de zorg. Hij wordt platPastoraal gespoten met dubieuze medicatie en verdwijnt achter slot en grendel in een ander verpleegcentrum. ‘Het stempel dementie is een vrijbrief om je burgerrechten te ontnemen’, tekent Stella Braam op uit zijn mond. Zij volgt de lotgevallen van haar vader op de voet. Een onthutsend maar ook hilarisch verhaal van een strijdbare alzheimerpatiënt die in opstand komt tegen de zorg. Soms zegt ze zomaar tegen mij: meneer van Jan Mul is een dichtbundel. Wat betekent het als iemand in je familie of gezin lijdt aan Alzheimer? De gedichten in deze bundel lichten een tipje op van de sluier. De dichter heeft zelf ervaren wat de gevolgen van deze ziekte zijn: op jonge leeftijd werd bij zijn eigen vrouw Alzheimer geconstateerd. In zijn gedichten verwoordt hij zijn gevoelens tijdens dit proces van toenemende eenzaamheid.
180