INHOUD Inleiding p2 1. Informatie over het weer p3 2. Algemene tips beperking gevolgen ongunstig weer p4 3. Onwerkbaar weer en de consequenties voor de bouwtijd p5 4 Het weer en de cao p6 5. Vorst ww 2015-2016 p9 6. Weerverletdekking Celsiuspro p10 7. Verletbeperkende maatregelen p12 8. Motieven verletbestrijding opdrachtgever/architect p16 9. Andere weersverschijnselen p17 10. Griep in de winter p19 Bijlage: organisaties voor informatie over weerverlet p20
! L A I C E SP
BOUWENDNL
WEERSPECIAL
2015
jaaargang 11
INFORMATIE TER ONDERSTEUNING VAN UW INDIVIDUELE BEDRIJFSVOERING
WEERSPECIAL
OKTOBER 2015
INLEIDING Deze weerspecial is bedoeld om bedrijven in de bouw- en infrasector te ondersteunen bij het ondervangen van risico’s die samenhangen met het weer. In deze special staat daarom veel (achtergrond)informatie en praktische tips die van pas kunnen komen in periodes met extreem weer.
Recente ontwikkelingen: •
•
Arbeidstijden verruimd In de cao voor de Bouwnijverheid 2015 zijn nieuwe afspraken gemaakt over arbeidstijden. Deze bieden u meer flexibiliteit en betere mogelijkheden om in de bedrijfsvoering rekening te houden met weersomstandigheden. Kijk voor actuele informatie op de website van uw werkgeversorganisatie of neem contact op met
[email protected] (079-3252250). Gewijzigde berekening WW zorgt voor hogere kosten vorst WW De WW dagloonberekening is met ingang van 1 juli 2015 veranderd en een stuk ongunstiger geworden voor medewerkers die minder dan 1 jaar hebben gewerkt. Tegenwoordig deelt UWV het loon dat in het afgelopen jaar is verdiend door 261 (het gemiddeld aantal uitkeringsdagen in een jaar). Omdat in de CAO staat dat werkgevers
•
de vorst WW moeten aanvullen tot 100%, wordt de vorst WW een stuk minder aantrekkelijk voor werkgevers. Maatschappelijk is er dusdanig veel ophef over deze maatregel dat deze mogelijk weer wordt aangepast. Houd de berichtgeving van uw werkgeversorganisatie in de gaten. Scholingsfonds vervalt Na 1 januari 2016 kunnen scholings- en verletkosten van de zogenaamde 62A-cursussen niet meer gedeclareerd worden, tenzij de cursus in 2015 heeft plaatsgevonden. Plan de winterscholing dus tijdig in. Begin op tijd aan de voorbereidingen voor de winterperiode. Denk alvast na over de organisatie van het werk, maak een slecht-weer-plan (zie hoofdstuk 7.1) en downloadt nu alvast de benodigde checklists en formulieren.
DISCLAIMER Bij het samenstellen van de inhoud van deze publicatie is gestreefd naar de grootst mogelijke zorgvuldigheid. Partijen, betrokken bij de totstandkoming ervan, sluiten iedere aansprakelijkheid uit voor onjuistheden, onvolledigheden en eventuele gevolgen van het handelen op grond van informatie die door deze publicatie beschikbaar is.
2
OKTOBER 2015
WEERSPECIAL
1. INFORMATIE OVER HET WEER 1.1 VAN VORSTVERLET NAAR WEERVERLET Tot de winter van 2007/2008 kende de bouw- en infrasector het zogenaamde vorstverlet. Als er vanwege vorst niet gewerkt kon worden, konden deze onwerkbare dagen worden gedeclareerd bij het Risicofonds. Daar droegen alle bedrijven die onder de Cao voor de Bouwnijverheid vielen, premie voor af. Aangezien het vorstrisico voor de bedrijven individueel verschillend uitpakte en het risico steeds vaker gezien werd als een normaal ondernemersrisico, nam het draagvlak voor de collectieve regeling steeds verder af. Vanaf 2007 bestaat de collectieve regeling niet meer en worden onwerkbare dagen door vorst gezien als ondernemersrisico. Tot op zekere hoogte. Als er sprake is van meer dan 15 onwerkbare dagen vanwege vorst, kan een beroep gedaan kan worden op de vorst WW. Zie hoofdstuk 5.
1.2 HOEVEELHEID VORSTDAGEN IN DE PERIODE 2000–2015 In onderstaande tabel staat het aantal vorstdagen (op werkdagen) in de afgelopen 15 jaar. Onderstaande tabel gaat er vanuit dat er van een vorstdag sprake is: • als om 7.00 uur de temperatuur -3,5 graden of lager is; • of als om 7.00 en 10.00 uur de temperatuur -0,5 graden of lager is; • of als om 10.00 uur de temperatuur -1,5 graden of lager is. Deelen Eelde Eindhov Maastr. Rotterd. Schiphol Twente 2000/2001
11
12
11
7
8
7
10
2001/2002
8
8
11
11
7
6
11
2002/2003
24
23
21
19
20
19
27
2003/2004
11
11
7
9
6
6
12
2004/2005
23
14
23
23
12
10
24
2005/2006
19
20
16
25
13
13
22
2006/2007
8
5
7
5
4
2
7
2007/2008
6
7
7
9
7
6
9
2008/2009
14
11
11
14
11
11
15
2009/2010
33
34
27
32
19
24
36
2010/2011
33
33
25
25
20
22
34
2011/2012
13
15
12
13
12
11
16 31
2012/2013
30
28
25
29
20
19
2013/2014
3
4
1
0
1
0
3
2014/2015
9
10
9
6
4
6
11
16,3
15,7
14,2
15,1
10,9
10,8
17,9
gemiddeld
Bron: TBB/Weerverletbestrijding
1.3 DE WEERMODULE: ACTUELE INFORMATIE OVER HET WEER, TOEGESPITST OP DE BOUW Op de website van Bouwend Nederland (www. bouwendnederland.nl) en Bureau Weerverletbestrijding (www.vorstverlet.nl) staat vrij toegankelijke informatie over het weer in elk van de 26 KNMI weerstations: de weermodule. De weermodule laat niet alleen zien wat de temperatuur is, maar ook of de vorstnorm behaald is. Zowel de vorstnorm in de cao voor de bouwnijverheid (is het wel of niet te koud om te werken) als de vorstnorm voor de Vorst WW (was de dag koud genoeg om mee te tellen voor de Vorst WW). • U kunt een paar dagen terugkijken en een paar dagen vooruitkijken. • Door de postcode van de bouwplaats in te voeren, weet u van welk weerstation u de gegevens moet raadplegen. • Door op “uw” weerstation te klikken, ziet u direct een printbaar overzicht van de dagen die in die winter voldoen aan de vorstnorm. Zowel de vorstnorm van de CAO als de vorstnorm voor de vorst WW.
1.4 UITGEBREID BOUWWEER: ALLEEN VOOR LEDEN VAN BOUWEND NEDERLAND Ook om andere redenen dan cao en vorst WW kan het belangrijk zijn dat u precies weet wat het weer wordt of was op de bouwlocatie: • Sommige werkzaamheden zijn nu eenmaal erg temperatuur- of neerslaggevoelig. • Soms is het nodig dat wordt aangetoond wat het gemiddelde aantal onwerkbare dagen was in een bepaald postcodegebied. • Soms moet achteraf aangetoond worden dat er sprake was van onwerkbare dagen. Voor dit soort vragen heeft Bouwend Nederland met Meteo Consult de aanvullende module Uitgebreid Bouwweer ontwikkeld. De module biedt een zeer uitgebreide weersverwachting, neerslagradarbeelden en historische weersinformatie. Met name de historische weersinformatie wordt erg op prijs gesteld. Ook kan een onwerkbare dagen rapport worden opgevraagd voor een bepaald weerstation of postcode. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van standaardcriteria, maar u kunt zelf ook criteria invoeren. De onwerkbare dagen gegevens zijn tot 2 jaar terug beschikbaar. De module Uitgebreid Bouwweer is alleen toegankelijk voor leden van Bouwend Nederland.
3
WEERSPECIAL
OKTOBER 2015
2. ALGEMENE TIPS BEPERKING GEVOLGEN ONGUNSTIG WEER 1 INZETTEN MEDEWERKERS OP ANDERE BOUWLOCATIE Zet, indien mogelijk, uw mensen bijtijds op een andere bouwlocatie in als er een gevoelstemperatuur onder de -6°C wordt verwacht en er buiten gewerkt moet worden. Het werk moet wel passend zijn voor de betreffende werknemer.
Het opruimen of verbouwen van de eigen werkplaats alsmede het onderhoud van het materieel is ook bij uitstek geschikt om in de winter uit te voeren.
2 FLEXIBELE PERSONEELSBEZETTING
8 MAATWERK ARBEIDSTIJDEN
Zorg zo mogelijk voor een flexibele personeelsbezetting in de winterperiode. Bepaal uw beleid over het aantrekken van nieuwe medewerkers. De verschillende werkgeversorganisaties kunnen u op maat adviseren over de mogelijkheden van tijdelijke contracten e.d. Ook is daar bekend of er collegiale in- en uitleenmogelijkheden in de regio zijn.
De huidige CAO biedt, ook voor het midden- en kleinbedrijf, diverse mogelijkheden om arbeidstijden af te spreken waarmee verleturen wegens onwerkbaar weer kunnen worden opgevangen. Deze mogelijkheden staan in hoofdstuk 3 van de CAO.
3 CALCULEER ONWERKBAAR WEER Een aantal bedrijven neemt een toeslag van bijvoorbeeld 5% in het uurloon op als risico voor onwerkbaar weer. Daarbij gaan ze er vanuit dat een deel van het personeel bij barre weersomstandigheden wel inzetbaar is. Het bedrijf moet zelf bepalen welk percentage reëel is in de eigen situatie.
4 OVERLEG MET ONDERAANNEMERS OVER KOSTEN VAN DOORWERKMAATREGELEN Vaak is het zo dat onderaannemers en toeleveranciers ook baat hebben bij doorwerkvoorzieningen. Daarom is het raadzaam hier in een vroeg stadium afspraken over te maken.
5 VERZAMEL DATA OVER KOSTEN VAN DOORWERKMAATREGELEN Het structureel bijhouden van gegevens die betrekking hebben op doorwerken is vaak een opgave die naderhand veel voordelen oplevert bij calculaties voor nog te verwerven werken.
6 KORTING OP HET UURTARIEF Een aantal bouwbedrijven schrijft hun vaste klantenkring aan met een aanbieding voor binnenwerk in de winter (vergelijkbaar met de winterschilder).
4
7 PLAN INTERNE EIGEN KLUSSEN IN DE WINTERPERIODE
9 SCHOLING EN OPLEIDING Vanzelfsprekend is de winter vaak de beste periode om uw medewerkers te scholen en opleidingen te laten volgen. Plan dat zo mogelijk in. Denk hierbij aan de afspraken die er in de CAO zijn gemaakt over scholing. Zie art. 62a. Houdt u er rekening mee dat u scholingsdagen die na 1 januari 2016 zijn ingepland, niet meer kunt declareren bij het Scholingsfonds.
10 PLAN FUNCTIONERINGSGESPREKKEN IN DE WINTERPERIODE Het voorbereiden en houden van functionerings-en beoordelingsgesprekken kunt u het beste plannen in de periode waarin het weer voorspelbaar slechter is. Dit geldt ook voor eventuele beursbezoeken en dergelijke.
OKTOBER 2015
WEERSPECIAL
Tip: Zorg dat de bouwplaats begaanbaar blijft
Sneeuw op de zandbaan
Afdekken van de zandbaan
Bron: TBB/Weerverletbestrijding
Bron: TBB/Weerverletbestrijding
Doordat u (een deel van) de zandbaan afdekt kunt u deze bij lichte tot matige vorst vorstvrij houden en vrij van sneeuw. Hiermee voorkomt u vooral verlet bij de uren voor de eerste schaft. Op bovenstaande foto (foto 2) waarbij sneeuw op de zandbaan lag is dit deels gaan smelten en daarna weer opgevroren. Gevolg hiervan was een week stagnatie. Afdekken van de zandbaan met bijvoorbeeld landbouwfolie kost (foto 3) relatief weinig geld en kan bijdragen aan de voortgang van werkzaamheden.
3. ONWERKBAAR WEER EN DE CONSEQUENTIES VOOR DE BOUWTIJD Mogelijke correctie op de bouwtijd vanwege weersomstandigheden Als gevolg van onwerkbare werkdagen wegens weersomstandigheden kan de bouwtijd worden verlengd. Dit is geregeld in de in de bouwsector gehanteerde gebruikelijke algemene voorwaarden (UAV en AVA) en volgt ook uit de wet (in bijzondere omstandigheden kan er sprake zijn van overmacht). De algemene voorwaarden kennen specifieke bepalingen over de vraag of en wanneer een correctie op de bouwtijd mag worden toegepast. Let wel, er kan alleen maar sprake zijn van bouwtijdverlenging bij contracten waarin de uitvoeringstermijn in werkbare dagen is vastgelegd. Bij contracten met een concrete start- en einddatum, alleen een einddatum of een termijn in dagen, geldt dat de aannemer rekening moet houden met de kans op onwerkbaar weer. Hij kan slechts een beroep doen op overmacht indien de weersomstandigheden aantoonbaar afwijken van hetgeen hij (op
basis van historische gegevens) redelijkerwijs had mogen verwachten. Gegevens KNMI waarnemingsstation Het is in het algemeen aan de aannemer om te bewijzen dat er sprake is geweest van een onwerkbare werkdag wegens weersomstandigheden. Het meest overtuigende bewijs levert een op de bouwplaats gevoerde registratie van weersomstandigheden en werkzaamheden in bijvoorbeeld een dagboek op. Ontbreken dergelijke gegevens dan kan een beroep worden gedaan op gegevens van een KNMI waarnemingsstation. Met de postcode indeling heeft iedere postcode een representatief KNMI waarnemingsstation. Indien u in discussie met een opdrachtgever onwerkbare dagen wilt claimen dan moet u wel het hiernavolgende in acht nemen. Weersomstandigheden Het zal duidelijk zijn dat het al dan niet kunnen werken ook afhankelijk is van de stand van het werk
5
WEERSPECIAL
OKTOBER 2015
en de nog uit te voeren werkzaamheden. Zo zal bij het wind- en waterdicht zijn van het werk een grote hoeveelheid regen in beginsel geen onwerkbare werkdag kunnen opleveren. Ook zal het zo kunnen zijn dat een dag met 30C onwerkbaar is. Als er bijvoorbeeld die dag gemetseld moet worden, hetgeen boven de 6°C moet plaatsvinden en er geen andere werkzaamheden kunnen worden verricht. Grootste gedeelte van machines en medewerkers De regelingen in de algemene voorwaarden voor aanneming van werk bepalen de eisen om een dag als onwerkbaar te kunnen aanmerken. Soms is alleen sprake van één onwerkbare dag. Ook komt het voor dat halve onwerkbare dagen meetellen. De UAV en de AVA kennen nog een aanvullend vereiste. Er is pas sprake van een ‘onwerkbare’ werkdag indien met het grootste gedeelte van de machines en medewerkers niet gewerkt kan worden gedurende 5 uur (hele onwerkbare werkdag) of 2 uur (halve onwerkbare werkdag). Dat kan dus betekenen dat een dag waarop de temperatuur lager is dan 0 0C, de windkracht hoger is dan 6 bft en het
Alleen volgens de weernormen zou immers sprake zijn van onwerkbare dagen. Als aan de noodzakelijke voorwaarde die hiervoor vermeld staat niet is voldaan, is geen sprake van een onwerkbare dag. Andersom is het ook mogelijk dat een dag volgens de weernormen werkbaar was, maar de situatie ter plaatse niet toeliet dat machines en medewerkers konden worden ingezet. Raadpleeg daarom ook de verslaglegging van uw projecten.
Voorbeeld Indien bijvoorbeeld 2 werknemers buiten werken (met een gevoelstemperatuur van -6 0C) en 6 mensen in een gebouw dat al wind- en waterdicht is en waar de gevoelstemperatuur hoger is dan - 6 0C, dan zal er geen sprake zijn van een onwerkbare werkdag. Immers het merendeel van de werknemers kan nog werken. Indien een aannemer een beroep wil doen om op basis van de gevoelstemperatuur een dag tot onwerkbaar aan te doen merken is het wenselijk dat de aannemer zelf dagelijks de gevoelstemperatuur op zijn bouwlocatie bijhoudt.
langer dan 5 uur regent, toch werkbaar kan zijn.
4 HET WEER EN DE CAO 4.1 WERKZAAMHEDEN STAKEN VANWEGE DE WEERSOMSTANDIGHEDEN (ARTIKEL 73 LID 2 CAO) Een werknemer heeft bij buitenwerkzaamheden waarbij hij direct aan de buitenlucht is blootgesteld het zelfstandig recht zijn werkzaamheden te staken indien sprake is van een gevoelstemperatuur van -6⁰ Celsius of lager, ongeacht of er sprake is van vorst. Hij heeft dat recht ook indien de rijwegen dan wel looppaden niet in begaanbare staat verkeren. Wel moet er dan sprake zijn van vorst. Hetzelfde geldt indien er geen winter-/doorwerkkleding ter beschikking is gesteld of er een sneeuwdek op het werkobject/de werkplek ligt dat niet met eenvoudige middelen is te verwijderen. Indien een van de hierboven genoemde situaties zich uiterlijk om 10.30 uur nog voordoet, is de werknemer gerechtigd het werk te verlaten. De gevoelstemperatuur volgens de 10 uur-meting van het KNMI-weerstation in het postcodegebied waarin het bouwproject zich bevindt en waar de werknemer werkzaam is, is daarbij bepalend.
6
De temperaturen van de diverse weerstations, maar ook de weerstations zelf, kunt u vinden op de sites van de werkgeversorganisaties in de sector of op de site van het Technisch Bureau Bouwnijverheid/ Weerverletbestrijding www.weerverlet.nl.
4.2 MAATREGELEN BIJ TOCHT (ARTIKEL 70B, LID 6 CAO) De werkgever zal maatregelen treffen opdat vanaf 1 september tot 1 mei op bouwwerken waar binnenwerk moet plaatsvinden, indien noodzakelijk, de betreffende ruimten zo goed mogelijk tochtvrij gemaakt kunnen worden. Onder tochtvrij wordt verstaan dat de ruimten rondom met glas of ander materiaal zijn afgedicht.
4.3 LOONDOORBETALING (ARTIKEL 73, LID 4 CAO) De werkgever is in geval van arbeidsverhindering in verband met ongunstige weersomstandigheden verplicht aan de werknemer het vast overeengekomen loon door te betalen. Voor een verdere uitleg over de werkgeversverplichtingen m.b.t. loondoorbetaling verwijzen wij naar artikel 73, lid 4 CAO.
OKTOBER 2015
WEERSPECIAL
Door vermindering van de handvaardigheid is de kans op ongevallen bij koude weersomstandigheden aanzienlijk groter dan normaal. Ook sneeuw of ijzel op de bouwplaats vergroot de onveiligheid.
Zo worden door gladheid ladders, steigers en ander klimmaterieel onbegaanbaar. In de ruwbouwfase zijn het trappen, vloeren, steigers en daken die glad kunnen worden, maar ook bouwmaterialen zoals balken, platen, etc.
Tochtdicht Bron: TBB/Weerverletbestrijding
4.4 GEVOELSTEMPERATUUR (ARTIKEL 73, LID 2 CAO) Een werknemer heeft bij buitenwerkzaamheden waarbij hij direct aan de buitenlucht is blootgesteld het zelfstandig recht zijn werkzaamheden te staken indien sprake is van een gevoelstemperatuur van -6⁰ Celsius of lager, ongeacht of er sprake is van vorst. Het gaat daarbij niet om de gevoelstemperatuur op de bouwlocatie maar om de temperatuur die het KNMI weerstation, waaronder de bouwplaats valt, aangeeft. Het is een bekend verschijnsel dat bij toenemende wind de omgevingstemperatuur kouder aanvoelt dan hij daadwerkelijk is. Er is dan sprake van een zogenaamde gevoelstemperatuur. Van belang is de CAO bepaling waarin er geen sprake hoeft te zijn van vorst bij staking van de werkzaamheden wanneer de gevoelstemperatuur -6˚C is (zie artikel 73, lid 2 CAO). Bij lichamelijke arbeid wordt een omgevingstemperatuur van 10-15°C door de gemiddelde werknemer als prettig ervaren. De aanwezigheid van wind, hoge luchtvochtigheid of neerslag bepalen mede de omgevingstemperatuur waarbij een werknemer zich nog behaaglijk voelt. Blootstelling aan koude weersomstandigheden zal, indien er geen beschermende maatregelen worden getroffen, onbehaaglijk aanvoelen.
Zorg er, indien mogelijk, tijdig voor dat u uw werknemers binnen, of ander passend werk kunt aanbieden. Indien er sprake is van werkzaamheden die niet als passend zijn aan te merken moet u daarover vooraf met uw werknemers overeenstemming bereiken.
4.5 BEGAANBAARHEID BOUWPLAATS (ARTIKEL 73, LID 2 CAO) Looppaden en rijwegen moeten begaanbaar zijn. Goede persoonsbegaanbaarheid van bouwterreinen komt de productiviteit en veiligheid ten goede en zorgt voor een vermindering van het aantal klachten aan de nek, rug en benen van de medewerkers. Bovendien is er bij vorst de verplichting dat de looppaden en rijwegen begaanbaar moeten zijn. Om bouwwegen en looppaden in begaanbare staat te houden kunt u aan de volgende technische maatregelen denken: • Gaten en kuilen dichten en rijsporen egaliseren; • Zorgen voor gladheidsbestrijdingsmiddelen, zoals scherp zand, strooizout en sneeuwschuivers; • Afvoeren van oppervlaktewater met bijvoorbeeld drainage, greppeltjes, riolering en pompen; • Schoon zand aanbrengen rond woningen; • Sneeuwvrij maken van steigervloeren, werkvloeren en trappenhuizen.
Bij toenemende of langdurige koudebelasting hebben werknemers minder beheersing over hun handen door verstijving van de gewrichten en verlies van tastzin. Dit betekent een verminderde vaardigheid. Begaanbaarheid Bron: TBB/Weerverletbestrijding
7
WEERSPECIAL
OKTOBER 2015
TIP Arbouw heeft de keuzewijzer persoonsbegaanbaarheid ontwikkeld. Dit is een checklist voor de begaanbaarheid op bouwplaatsen die u gratis kunt downloaden van www.arbouw.nl. Als u als zoekterm Keuzewijzer Persoonsbegaanbaarheid intikt, hebt u ‘m direct te pakken.
4.6 SNEEUWDEK VERWIJDEREN Het sneeuwdek op het werkobject moet bij vorst met eenvoudige middelen te verwijderen zijn. Als dat niet het geval is en er geen vergelijkbare werkzaamheden kunnen worden aangeboden mag de werknemer zijn werkzaamheden staken.
Persoonlijke beschermingsmiddelen mogen pas worden toegepast als maatregelen aan de bron of collectieve beschermingsmiddelen geen of onvoldoende bescherming bieden. In de Arbowet is geregeld dat de werkgever zorg moet dragen voor persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM), waaronder kleding. En de werknemer moet deze gebruiken. Goede PBM, zoals kleding, een muts, handschoenen en gevoerde werkschoenen kunnen er voor zorgen dat de werknemers minder last hebben van kou. Goede kleding of handschoenen vertragen de warmteafgifte. Het is dan ook slimmer om bijvoorbeeld handschoenen aan te doen als je warme handen hebt, dan om te wachten totdat de handen koud zijn. Goede werkkleding is van belang voor werkgever én werknemer Iedereen die in de buitenlucht werkt, verdient optimaal beschermende werkkleding. Daar is de buitenwerker bij gebaat en ú ook als werkgever. De juiste kleding heeft preventieve, productieve en positieve effecten. Productief: uw investering in optimale beschermende werkkleding verdient zich terug. De positieve effecten op korte termijn: • Mensen kunnen langer doorwerken bij zon en bij kou1; •
Er is minder ziekteverzuim; Comfortabel geklede mensen functioneren beter en kunnen kwalitatief beter werk leveren. •
Sneeuwdek en toch begaanbaar Bron: TBB/Weerverletbestrijding
4.7 DOORWERKKLEDING Als er geen adequate winter-/ doorwerkkleding ter beschikking is gesteld, hebben werknemers bij vorst het recht hun werkzaamheden te staken. Om de discussie te vermijden over de vraag welke kleding voldoet, heeft Arbouw eisen opgesteld waaraan kleding moet voldoen.
Preventief: Werken in de kou, regen en wind kan risico’s veroorzaken: • Men voelt zich onbehaaglijk als men werkt in zeer koude, natte of tochtige arbeidsomstandigheden. De concentratie neemt af en de kans op ongevallen toe. • Bij werken onder extreme koude neemt de bloedtoevoer naar de handen en voeten af en verstijven de gewrichten. • Werken onder extreme kou en natte omstandigheden kan leiden tot onderkoeling. • Een sterke koude wind kan de gezondheid nadelig beïnvloeden, vooral als men natte kleding draagt. Positief: Bedrijfskleding draagt bij aan een positief imago en naamsbekendheid van de onderneming: • Het geeft eenduidige en verzorgde uitstraling; • De onderneming is herkenbaar in het straatbeeld; • Goede kleding betekent zorg en aandacht voor de medewerkers.
Met goede kleding rondom vriespunt asfalteren
Bron: VBW asfalt
8
Wat is de juiste beschermende kleding ? Het juiste kledingpakket bestaat uit een op elkaar
1
TNO heeft vastgesteld dat functionele werkkleding een winst oplevert van ten minste 20 extra werkuren per persoon.
OKTOBER 2015
WEERSPECIAL
afgestemd en intelligent meerlagen-systeem. De praktijk heeft aangetoond dat winddichte kleding belangrijker is dan warme kleding. Het toepassen van een meerlagen-systeem geeft een ieder de mogelijkheid snel kleding aan/uit trekken. Iedereen heeft een andere warmte/koude huishouding. De argumenten om te kiezen voor optimaal beschermende kleding zijn voor de werkgever anders dan voor een werknemer, die de kleding gaat dragen. Voor de werkgever spelen de investeringen, afschrijvingen en exploitatiekosten een rol, terwijl een werknemer vooral belang hecht aan gemak en draagcomfort. Een investering in kleding verdient zich uiteindelijk op alle fronten terug.
Ledenvoordeel doorwerkkleding Voor doorwerkkleding heeft Bouwend Nederland een ledenvoordeel met twee partners: Intersafe Groeneveld en Secur. Beide bieden forse kortingen en extra services. Beide hebben o.a. hoge zichtbaarheidskleding in het assortiment. Dat is (ook als de temperaturen ver boven nul zijn) in de winter altijd een aanrader omdat het in de winter nu eenmaal veel langer donker is. Zichtbaarheid verhoogt de veiligheid. In de bouw én in de infra. Voor meer informatie: kijk op www.bouwendnederland.nl/ledenvoordelen.
4.8 CONFLICTEN OVER DOORWERKEN Indien er een verschil van mening is over de vraag of er op basis van de CAO doorgewerkt moet worden, is er een mogelijkheid om een onafhankelijk oordeel te krijgen van het team Weerverletbestrijding, onderdeel van het Technisch Bureau Bouwnijverheid (TBB). Dit team, dat door werkgevers- en werknemersorganisaties wordt aangestuurd, houdt zich onder meer bezig met mediation. Een uitspraak van het team Weerverletbestrijding is bindend voor werkgever en werknemer. U kunt ook rechtstreeks contact opnemen met het team Weerverletbestrijding via www.weerverlet.nl
Goede werkkleding verdient zichzelf terug Bron: TBB/Weerverletbestrijding
5. VORST WW 2015-2016 5.1 ALGEMEEN Als er in de winterperiode op meer dan 15 dagen niet gewerkt kan worden vanwege of ten gevolge van vorst, kan de werkgever in de winter 20152016 namens de werknemer bij het UWV een WW-uitkering aanvragen. De werkgever betaalt de werknemer een aanvulling op de WW-uitkering tot 100% van het loon. Dit is een cao-afspraak die is opgenomen als artikel 74 van de Cao voor de Bouwnijverheid. Voor de werkgever is er dus een eigen risicoperiode van 15 dagen. Deze periode hoeft niet aaneengesloten te zijn. Voorwaarde is wel, dat de werkgever voor iedere dag waarop er sprake is van een vorstdag, een melding doet aan UWV. Hiervoor is er een speciaal formulier beschikbaar op de site van UWV. Deze melding moet – afhankelijk van het moment waarop
door een objectieve meting door één van de daarvoor aangewezen KNMI-weerstations de vorstnorm is gehaald – tijdig worden doorgegeven aan UWV. Om misbruik te voorkomen zijn er uitvoeringsbepalingen bij dit cao-artikel opgesteld en wordt de regeling door UWV streng gecontroleerd.
5.2 VOORWAARDEN VORSTDAG Van een vorstdag is sprake als aan de volgende voorwaarden is voldaan: • het betreft een werkdag (maandag t/m vrijdag) én • de werkdag valt in het tijdvak lopende van de eerste maandag in november tot en met de laatste vrijdag in maart van het daarop volgend jaar (=winterseizoen) én • vanwege vorst wordt niet gewerkt én een vorstnorm is gehaald; óf
9
WEERSPECIAL
•
OKTOBER 2015
wegens de gevolgen van vorst wordt niet gewerkt.
5.3 VORSTNORM Een vorstnorm is gehaald wanneer: • de gemeten temperatuur tussen 00.00 uur en 07.00 uur lager is geweest dan -3° Celsius dan wel • de gemeten temperatuur om 07.00 uur en om 10.00 uur daaropvolgend -0,5° Celsius of lager is dan wel • de gemeten temperatuur om 10.00 uur -1,5° Celsius of lager is dan wel • de gevoelstemperatuur om 10.30 uur volgens de KNMI-meting van 10.00 uur -6,0° Celsius of lager is. Hierbij hoeft geen sprake te zijn van vorst.
5.4 CALAMITEITENREGELING: VERMOEDELIJK VANAF 1 APRIL 2016 De Calamiteitenregeling is een onderdeel van de Wet Vereenvoudiging Regelingen UWV. Hiermee komt er voor alle sectoren een uniforme WW-regeling wegens onwerkbaar weer. De invoering van dit onderdeel van deze wet is voorzien per 1 april 2016. De cao-afspraken over een tijdelijke vorst WW-regeling, zoals die nu is opgenomen in artikel 74 van de CAO voor de bouwnijverheid gelden in ieder geval tot en met de winterperiode 2015-2016.
6. WEERVERLETDEKKING CELSIUSPRO 6.1 ALGEMEEN Bouwend Nederland heeft samen met verzekeraar CelsiusPro een voor de Nederlandse markt bouwspecifiek weerproduct ontwikkeld. Ook niet-leden kunnen hier gebruik van maken. Bij de ontwikkeling van dit weerproduct is goed geluisterd naar de bedrijven en is rekening gehouden met de beperkingen van voorgaande regelingen. Het doet recht aan de filosofie dat weerverlet een individueel ondernemersrisico is waarbij voor buitenproportionele risico’s risicobeperking kan worden gezocht voor die bedrijven die dat wenselijk achten. Bewust keuze maken De keuze om financiële risico’s van extreme weersomstandigheden af te dekken wordt naast de aard van de werkzaamheden in belangrijke mate ook bepaald door de financiële positie van de onderneming. Het is uiteindelijk de ondernemer zelf die de beslissing moet nemen of hij/zij buitenproportionele risico’s wil afdekken. Via de website kan online een aanvraag voor de vorstverletdekking worden ingediend. De klant doorloopt daarbij een aantal vragen om weloverwogen te kunnen kiezen. Wat is de vorstgevoelige periode voor de werkzaamheden? Hoeveel omzet denk ik in die tijd te maken? Welk percentage daarvan wil ik gedekt hebben, en hoeveel dagen eigen risico neem ik voor m’n rekening? Bijzonder aan de oplossing is dat het om een financieel contract gaat, een zogeheten weerderivaat. Bij een verzekering moet de verzekerde aantonen dat er schade is geleden. Dat geldt hier niet. Je kiest binnen dit product het bedrag dat je per vorstdag als uitkering wilt ontvangen, boven je
10
eigen risico. Dat is wat je ook feitelijk krijgt, of er nu gewerkt is op die dagen of niet.
6.2 ACHTERGRONDEN CELSIUSPRO CelsiusPro AG is een in Zwitsers bedrijf, gespecialiseerd in weercertificaten. Swiss Re is een van ‘s werelds grootste en meest veelzijdige herverzekeraars, heeft een A+ rating, en heeft vestigingen in meer dan 25 landen. Swiss Re is CelsiusPro’s strategische partner voor weerrisicomanagement en risico-overdracht en verstrekt risicocapaciteit en deskundigheid over weerrisico’s ten behoeve van het online platform van CelsiusPro. Voor dit voor de bouw ontwikkelde product is samengewerkt met de Nederlandse makelaars Aon Risk Solutions en Meeùs Bouw & Infra. Deze gespecialiseerde makelaars zijn toonaangevend op het gebied van risicomanagement, bouwrisico’s en bouwverzekeringen. Beide makelaars hebben hun marktkennis en specifieke deskundigheid ingebracht bij de ontwikkeling van dit specifieke weerproduct.
6.3 ARGUMENTEN OM TE KIEZEN VOOR CELSIUSPRO NAAST VORST WW Vorst WW en een weerverletcertificaat bij CelsiusPro sluiten elkaar niet uit. U maakt als ondernemer zelf de afweging om een weerverletdekking aan te schaffen als aanvulling op vorst WW, of ter dekking van kosten van de maatregelen die u neemt om weerverlet te voorkomen. Flexibel maatwerk Ondernemers kunnen zelf de temperatuur- of
OKTOBER 2015
WEERSPECIAL
neerslagnormen bepalen waaronder de uitbetaling moet plaatsvinden. De periode dat een werkgever het risico wil afdekken is eveneens flexibel. Als een ondernemer bijvoorbeeld in februari weersafhankelijke activiteiten wil uitvoeren, kan hij alléén voor die maand een dekking afsluiten. Daarom is dit product bij uitstek geschikt voor het midden- en kleinbedrijf. Via de website van Bouwend Nederland kunnen ondernemers eenvoudig drie soorten weercertificaten afstemmen met hun eigen behoeften: een koudedagen-, een regendagen- of een hittedagencertificaat. (30-daagse trend op uitgebreid bouwweer op www.bouwend-
Onderstaande keuzes zijn naar eigen inzicht te combineren: • Periode De periode waarvoor u het risico wilt afdekken, is volledig flexibel. Als u bijvoorbeeld zeer sterk weersafhankelijke activiteiten moet uitvoeren in de maand februari, kunt u ervoor kiezen enkel voor die periode een dekking af te sluiten. Ook kunt u eraan denken het risico van de maanden november en december geheel voor uw eigen rekening te nemen. Bijvoorbeeld omdat u door middel van een jaarplan heeft afgesproken dat uw werknemers in die periode minder uren maken. • Normen U kunt zelf de temperatuur- of neerslagnormen bepalen waaronder de uitbetaling moet plaats vinden. • Weerstations U kunt zelf een keuze maken voor één van de 24 weerstations waarop uw certificaat gebaseerd wordt. Schade hoeft u niet aan te tonen om voor uitbetaling in aanmerking te komen. De waargenomen waarden op deze stations worden automatisch voor u bijgehouden en na afloop van de dekkingsperiode vindt bij overschrijding van het aantal eigen risicodagen automatisch een uitkering plaats. • Uitkering De uitkering kunt u in uw onderneming naar eigen inzicht aanwenden, bijvoorbeeld voor technische voorzieningen of loonverlet.
nederland.nl/hulpmiddelen)
Met nadruk wordt er op gewezen dat u zich indekt voor calamiteiten. De minimale eigen risicoperiode betreft altijd het aantal dagen waarop in het verleden de gekozen temperatuur- of neerslagnorm zich gemiddeld voordeed. Daarmee wordt nog eens benadrukt dat het normale weerverletrisico een individueel ondernemersrisico is.
Moet over de premie van een certificaat en de uitkering btw worden afgedragen? Nee. Weerderivaten zijn vrijgesteld van btw.
Voorbeeld Als er bijvoorbeeld de laatste 20 jaar bij weerstation Twente 22 dagen van -2˚C voorkwamen in een bepaalde periode in het jaar dan kunt u pas dekking krijgen na 22 dagen voor die betreffende periode. Veelgestelde vragen over CelsiusPro Geldt een maximum voor het aantal te kopen certificaten? Nee. Er geldt geen maximum voor het aantal te kopen
certificaten. Zo kunt u voor opeenvolgende perioden certificaten afsluiten, of voor verschillende weken certificaten kopen met ieder hun eigen norm en eigen relevante weerstation. Kan op één certificaat voor meerdere weerstations worden gekozen? Nee. U kunt per certificaat slechts voor één norm en voor één weerstation kiezen. Desgewenst kunt u per locatie/werk of per norm aparte certificaten aankopen. Het is eenvoudig een extra certificaat voor een specifiek werk af te sluiten en nu extra interessant, aangezien de minimumpremie slechts € 500 bedraagt. Kunnen op één certificaat meerdere periodes worden afgedekt? Nee. Eén certificaat biedt dekking voor een bepaalde periode. Wel is de sluiting tussen Kerst en Oud en Nieuw eruit gehaald, wat een deel van de noodzaak wegneemt. Zijn de gevolgen van vorst ook af te dekken? Nee. U kunt echter wel de uitkering per dag dusdanig verhogen dat u ook financiële middelen heeft voor de gevolgen van vorst.
Disclaimer De verantwoordelijkheid voor advies en toelichtingen op verzekeringen ligt niet bij Bouwend Nederland. Bouwend Nederland bemiddelt niet en adviseert evenmin inzake verzekeringen. Uitsluitend de polisvoorwaarden bepalen de reikwijdte van de dekking zodat aan deze beknopte uitleg geen rechten kunnen worden ontleend. Bouwend Nederland verzekeringen worden kritisch beoordeeld door een onafhankelijke verzekeringscommissie. Deze commissie bestaat uit insurancemanagers van grote bouwconcerns en ondernemers vanuit de secties binnen Bouwend Nederland. Daarmee wordt gespecialiseerde kennis gebundeld met praktisch ondernemerschap.
11
WEERSPECIAL
OKTOBER 2015
7. VERLETBEPERKENDE MAATREGELEN 7.1 BOUWVOORBEREIDING Het is in het belang van een onderneming dat er bij de bouwvoorbereiding reeds gedacht wordt om het eventuele weerverlet tijdens de bouw tot een minimum te beperken. Tijdens de bouwvoorbereiding moet aandacht worden geschonken aan de inschrijvingsbegroting, de inkoop en de werkvoorbereiding. Inschrijvingsbegroting • Analyseer het bestek op weersgevoelige werkzaamheden • Analyseer het bestek op eisen die betrekking hebben op het treffen van doorwerkmaatregelen. Bijvoorbeeld doorwerkmaatregelen die nodig zijn om het werk op tijd te kunnen opleveren • Verzamel data over kosten en baten van doorwerkmaatregelen en houdt deze paraat voor het bedrijf • Overleg met toeleveranciers en onderaannemers over prijzen van doorwerkmaatregelen • Overleg met toeleveranciers en onderaannemers over prijskortingen voor de door de hoofdaannemer te treffen doorwerkmaatregelen • Selecteer een bouwmethode, die minder gevoelig is voor slecht weer. Voorbeelden zijn a) ontkoppelen van werkzaamheden b) prefabricage: beglaasd gevelelement, geprefabriceerde dakfolie c) zelfklimmende bekisting, tunnelbekisting d) verwarmd beton, verwarmde bekisting Inkoop • Overleg met de afdeling werkvoorbereiding over de (van bestek of uitvoeringsplan afwijkende) specificaties van materiaal en materieel voor doorwerkmaatregelen • Regel in het contract tussen hoofd- en onderaannemer - wie de afdekmaterialen, verwarmingsapparatuur, windschermen enz. verstrekt, wie daar gebruik van mag maken en wie voor het beheer op de bouwplaats zorgt - de verplichting om het personeel van onderaannemers te instrueren over doorwerkmogelijkheden - de verplichting om problemen met werken tijdens slecht weer te melden aan de hoofdaannemer - sancties bij het niet nakomen van afspraken over doorwerken bij slecht weer
12
Werkvoorbereiding • Organiseer alle verplichte maatregelen volgens de CAO • Pleeg, zodra de startdatum van de bouw bekend is, overleg met toeleveranciers over - het tijdstip van leveringen de wijze van levering (bijvoorbeeld: stenen winddroog verpakt en gepalletteerd, droge mortel in silo’s) - de verwerking tijdens koud weer en de beschermende maatregelen daarvoor • Pleeg, zodra de startdatum van de bouw bekend is, overleg met de gemeente en nutsbedrijven over - het gebruik van bestaande of aan te leggen rioleringen voor de afvoer van water van de bouwplaats - het gebruik van bestaande of aan te leggen wegen op of grenzend aan de bouwplaats - het gebruik van bestaande of aan te leggen voorzieningen voor gas of stadsverwarming voor het drogen of verwarmen van het bouwwerk gedurende de afbouwwerkzaamheden
Creëren doorwerkmogelijkheid Bron: TBB/Weerverletbestrijding
OKTOBER 2015
Maak een zodanige planning van de werkzaamheden dat - de ruwbouw niet of slechts een klein deel in de winterperiode valt - het dak en de gevel snel zijn te sluiten. - er een werkvoorraad is voor binnenafbouw Maak een zodanige planning voor de afroep van de bouwmaterialen dat de opslag van deze materialen op de bouwplaats minimaal is. Maak een slecht-weer-plan. Een slecht-weerplan bevat maatregelen die nu moeten worden genomen als er over een bepaalde periode slecht weer wordt verwacht •
•
•
WEERSPECIAL
Het slecht-weer-plan Een bijzondere maatregel om door te kunnen werken is het ontwerpen van een slecht-weerplan. Een slecht-weer-plan is te vergelijken met een rampenplan: niet de calamiteit is de aanleiding voor het plan maar het ‘slechte’ weer dat verwacht wordt op grond van de weersverwachtingen. In het kader van het voorbereiden van de uitvoering wordt er door de werkvoorbereider een uitvoeringsplan gemaakt, dat onder andere aandacht kan besteden aan het omgaan met weersomstandigheden die het werken op de bouwplaats kunnen belemmeren. Het slecht-weer-plan kan ook worden beschouwd als een deelplan van het uitvoeringsplan. Het doel van een slecht-weer-plan is een plan klaar te hebben dat wordt uitgevoerd wanneer er zich slecht weer voordoet of op komst is. Het plan wordt in de voorbereidingsfase gemaakt.
Inhoud slecht-weer-plan Een slecht-weer-plan bevat een aantal maatregelen die worden genomen bij een bepaalde weersverwachting of bij een bepaald soort slecht weer. In het slecht-weer-plan kan worden beschreven wie, waar en wanneer de sneeuw op de bouwplaats opruimt nadat deze is gevallen. Ook zou in dit plan kunnen staan dat wanneer de grondgesteldheid van de bouwplaats zodanig slecht is dat er nauwelijks transport mogelijk is, dat er dan voorzieningen worden getroffen in de zin van: afvoeren water, rijplaten leggen of tijdelijk met puin verharden.
Risicoafweging Wanneer een slecht-weer-plan is ontwikkeld kan hiervan een kostencalculatie gemaakt worden. Deze kostencalculatie maakt het mogelijk, mede op basis van de kansen op slecht weer, de risico’s in te schatten en diverse slecht-weer-plannen te vergelijken. Op basis van weersverwachtingen neemt de uitvoerder beslissingen om maatregelen te treffen. Belangrijk is dat de uitvoerder beschikt over een
op maat toegesneden weersverwachting voor zijn project. Op basis van de weersverwachting moeten er maatregelen genomen worden . Voorbeeld Stel dat het aanhoudend droog blijft, dat in de loop van de dag de wind toeneemt tot windkracht 6, dat er overmorgen een neerslagkans is van 60%, dat er dan sneeuw wordt verwacht en dat de buitentemperatuur de komende week zal dalen tot -2°C. Maatregelen die over tien dagen nodig kunnen zijn: • Plaatsen van verwarmingsapparatuur • Materieel vorstbestendig maken • Winddicht maken van het gebouw Maatregelen die over twee dagen nodig kunnen zijn: • Schoonmaken van rijwegen i.v.m. sneeuwruimen • Afdekken van materialen Maatregelen die binnen 24 uur nodig kunnen zijn: • Sneeuwruimen • Storten met warm beton • Stoppen met hijswerkzaamheden i.v.m. hoge windkracht Een andere goede mogelijkheid (ongeacht de ‘termijn’) is het werk zodanig te organiseren dat er altijd een werkvoorraad is, die niet weerkritisch is en die ook niet op het kritieke pad van de planning ligt. De kans bestaat dan dat verlet hierdoor vermeden kan worden en er gewoon doorgewerkt wordt. Deze mogelijke ommezwaai naar andere werkzaamheden moet al in de werkvoorbereiding worden aangewezen en met de verantwoordelijke uitvoerder worden besproken.
7.2 HANDREIKINGEN VOOR DE UITVOERDER Belangrijke voorwaarden om de winter met zo weinig mogelijk verlet door te komen zijn: • Aanwezigheid van een slecht-weer-plan • Een schone en goed afwaterende bouwplaats • Minimale opslag op de bouwplaats door ‘just in time’ levering • Voldoende afdek- en beschermingsmiddelen • Goede wintervoorzieningen voor het personeel • Een goede onderhoudsconditie van het materieel • Afstemming en samenwerking met de onderaannemers • Het bouwwerk zo snel mogelijk wind- en waterdicht maken • Mogelijkheden om bij verlet de medewerkers binnen te laten werken, bijvoorbeeld op andere bouwprojecten
13
WEERSPECIAL
OKTOBER 2015
•
Uitvoeringstechnische maatregelen (bijvoorbeeld: het afdekken van bouwmaterialen, het verstrekken van winterkleding, het afschermen voor wind en regen en verwarming van de werkplek) Mogelijke andere verletbeperkende maatregelen zijn: 1. Vorstvrije bouwwatervoorziening 2. Materiaal en materieel beschermen 3. Verwarmen van glas- en waterdichte bouwwerken 4. Werkplekken afschermen tegen wind en regen 5. Verzorgen van goede oriëntatie/werkverlichting
Voorbeeld afdekken/beschermen (beperkt toepasbaar) Bron: Layher
Niet alleen uitvoeringstechnische maatregelen De uitvoerder kan het verlet en de daaruit volgende schade beperken door: • Alle maatregelen te treffen die volgens de CAO verplicht zijn (zie art. 70a, 70b en 73). • Eigen personeel en onderaannemers te informeren over de doorwerkmaatregelen. • Er voor te zorgen dat er voldoende voorzieningen zijn op het moment dat het weer omslaat (wie voor zulke situaties materieel wil huren moet tijdig reserveren!) • Dagelijks kennis nemen van de weersverwachting om aan de hand daarvan de doorwerkmaatregelen te nemen die zijn voorzien in het slecht-weer-plan. • De verlet-uren naar werksoort en oorzaak te registreren met het doel hier inzicht in te verkrijgen. • De werkelijke kosten van doorwerkmaatregelen te registreren. • De doorwerkmaatregelen periodiek te bespreken in relatie tot eventuele mogelijkheden tot vermindering van het aantal uren verlet, verbetering van de arbeidsomstandigheden en de verbetering van de bouwkwaliteit. Overige aandachtspunten Verletbestrijding strekt zich voorts ook uit tot • Productietechnische maatregelen (bijvoorbeeld: het gebruik van cementsoorten met een grotere hydratiewarmte, het gebruik van winterlijm voor kalkzandsteen)
14
Vorstvrije bouwwatervoorziening Bron: TBB/Weerverletbestrijding
1. Vorstvrije bouwwatervoorziening • Aanbrengen van aftapmogelijkheden • Isoleren van tappunten en bovengrondse leidingen • Bouwwaterleidingen 60-80cm diep ingraven • Meterputten met aftappunt voorzien van dubbel deksel en isolatiemateriaal • Waterslangen vorstvrij opbergen • Leidingen elektrisch verwarmen • Hydrofoor vorstvrij opslaan
OKTOBER 2015
WEERSPECIAL
2. Materiaal en materieel beschermen • Materiaal vrij van de grond opslaan • Materieel en materiaal afdekken • Vorstgevoelige materialen opslaan in een vorstvrije ruimte
Materiaal afdekken Bron: TBB/Weerverletbestrijding Afschermen
3. Verwarmen van glas- en waterdichte bouwwerken • Aanleggen van een externe verwarmingsinstallatie • In gebruikstellen van een tijdelijke of definitieve CV-installatie • Vroegtijdige afspraken maken met nutsbedrijven
Bron: TBB/Weerverletbestrijding
5. Verzorgen van goede oriëntatie/ werkverlichting In de periode november tot maart is er minder daglicht. Met minder licht zal de kans op onnauwkeurigheid toenemen en hiermee neemt de kans op ongevallen ook toe. Denk hierbij aan struikelen en het niet kunnen zien van onveilige situaties. Ook het veilig omgaan met machines en werktuigen wordt bemoeilijkt. Tevens kunnen wand- en vloeropeningen slecht of niet gezien worden. Passende verlichting op de goede plaats, die natuurlijk ook voldoet aan de veiligheidsvoorschriften, kan de veiligheid in hoge mate bevorderen. De bouwlampen kunnen een vaste opstelling hebben of verplaatsbaar zijn. Bovendien is er de handbouwlamp voor eventueel maatwerk.
Verwarming Bron: TBB/Weerverletbestrijding
5
Zie ook art.70b, lid 6 van de cao.
4. Werkplekken afschermen tegen wind en regen2 • Steigers voorzien van zeilen, krimpfolie of gaas • Met snel te monteren windschermen • Plaatsen van overkappingen op de werkplek • Plaatsen van windschermen rond silo’s • Raamopeningen van woningen en werkruimtes voorzien van glas of folie
15
WEERSPECIAL
OKTOBER 2015
8. MOTIEVEN VERLETBESTRIJDING OPDRACHTGEVER/ARCHITECT 8.1 ALGEMEEN De belangrijkste motieven voor verletbestrijding voor een opdrachtgever kunnen de volgende zijn: • Kwaliteit. Goede werk- en productieomstandigheden dragen bij aan de kwaliteit van het product. • Geld. Discontinuïteit in de productie brengt altijd kosten met zich mee. Maar tegenmaatregelen kosten ook geld. Er bestaat dus een optimum van ‘discontinuïteit’ en ‘tegen-maatregelen’, waarbij de productiekosten minimaal zijn. Zo’n optimum is afhankelijk van het bouwwerk met name ontwerp, bouwtechnieken, bouwperiode en bouwplaats omstandigheden. • Tijd. Het werk dient vóór een overeengekomen datum te worden opgeleverd. • Organisatie. Het is ook in het belang van de opdrachtgever dat er goede, vakbekwame medewerkers aangetrokken worden en behouden blijven voor de bedrijfstak. Goed personeel aantrekken en behouden betekent: goede verzorging en waardering van medewerkers. De arbeidsomstandigheden wegen daarbij steeds zwaarder.
gevolgen voor leerlingen, leraren en ouders kan hebben. Zo zijn er talrijke voorbeelden te noemen.
8.2
HET ONTWERP
De mogelijkheden om door te werken bij slecht weer worden ruimer indien er in het ontwerp: • Meer repetitie is • Meer gebruik gemaakt wordt van geprefabriceerde bouwelementen • Bij het monteren en verbinden van die elementen niet meteen water nodig is • Het sluiten van gevels niet afhankelijk is van eventueel metselwerk (bijvoorbeeld beglaasde gevelelementen) • Het aanbrengen van de dakbedekking, inclusief de randafwerking, al kan plaats vinden vóór de gevelsluiting of het metselwerk • Geen technische ruimten of apparaten op het dak zijn gesitueerd; dan kan gemakkelijk een geprefabriceerde dakfolie worden toegepast Een mogelijkheid om de financiële gevolgen van vorst te beperken is om de opdrachtgever aan te bieden personeel van de aannemer in te zetten bij sneeuwruimen en gladheidbestrijding. Dit moet dan wel tijdig zijn besproken en overeengekomen met de werknemers binnen de onderneming. Aannemer en opdrachtgever zouden de voordelen die op deze manier worden bereikt kunnen delen.
Bij opdrachtgevers is veelal nog onbekend dat het vorstverletrisico tegenwoordig geheel voor rekening van de aannemer komt.
8.3 HET BESTEK
Overkapping snelweg Bron: Layher
Professionele opdrachtgevers weten als geen ander dat stagnatie in het bouwproces, als gevolg van ongunstige weersomstandigheden, vaak leidt tot vertraging bij de oplevering. De opdrachtgever krijgt veelal hogere kosten in rekening gebracht en er is vaak sprake van maatschappelijke schade. Het is evident dat een wegreparatie die te laat klaar is grote ergernis van weggebruikers tot gevolg heeft en een te laat opgeleverd schoolgebouw nadelige
16
De opdrachtgever kan in het bestek (administratief deel) voorwaarden opnemen voor het doorwerken bij slecht weer. Bijvoorbeeld de verletbeperkende maatregelen die in de CAO verplicht zijn: • De opdrachtgever verplicht de rijwegen en looppaden in begaanbare staat te houden • De opdrachtgever verplicht de aannemer voor tochtvrije arbeid zorg te dragen • De opdrachtgever verplicht de aannemer winter/ doorwerkkleding beschikbaar te stellen
OKTOBER 2015
WEERSPECIAL
Daarnaast kunnen er nog een aantal algemeen aanvaarde verletbeperkende maatregelen worden voorgeschreven zoals • Het vorstvrij aanleggen van de bouwwaterleiding • Het verplicht beschermen van materiaal en materieel • Het verwarmen van glas- en waterdichte bouwwerken • Het verplicht zorgen voor goede verlichting
Zeilkap Bron: Layher
9. ANDERE WEERSVERSCHIJNSELEN 9.1 HITTE Hoewel deze weerspecial tegen de winter wordt uitgebracht lijkt het zinvol ook aandacht te schenken aan hitte en de gevolgen die dat heeft voor de werknemer. Naar aanleiding van ervaringen met hete zomers zijn verschillende landen begonnen met waarschuwingen en gedragsadviezen wanneer sprake is van een hittegolf. Van belang is daarbij dat een omgevingstemperatuur die warmer is dan de lichaamstemperatuur gevaar kan opleveren voor de gezondheid.
temperatuur in grote stedelijke gebieden. In grote steden kan de temperatuur belangrijk hoger zijn dan daarbuiten. Dit effect staat bekend als het “stedelijk wamte eiland”. Gemiddeld is het in steden een enkele graad warmer dan op het platteland, maar tijdens heldere nachten met weinig wind kan dit verschil oplopen tot meer dan vijf graden. Met name tijdens een periode met aanhoudende warmte kan dit extra warmtestress opleveren voor stedelijke bewoners.
De hoogste temperaturen worden in ons land vrijwel altijd ver in het binnenland geregistreerd. Het relatief koele zeewater heeft een temperende invloed op de temperatuur in de kustregio’s. Zo varieert het langjarig gemiddelde van het aantal tropische dagen van nul op de Wadden tot zes plaatselijk in het zuidoosten van het land. Van jaar tot jaar loopt het aantal zomerse en tropische dagen flink uiteen.
Bij welke temperatuur is het in de zomer nog verantwoord om te werken? Bij het werken bij hoge temperaturen kan gezondheidsschade optreden, variërend van warmte-uitslag, hittekrampen en hitte-uitputting tot zelfs een hitteberoerte. Als de temperatuur op de werkplek boven de 40 °C stijgt, is er bijna altijd een risico op gezondheidsschade en moeten er maatregelen worden genomen. Ook bij lagere temperaturen dan 40°C kan gezondheidsschade optreden als er sprake is van bijvoorbeeld zwaar werk, zwangerschap, een slechte lichamelijke conditie, een hoge luchtvochtigheid en invloed van zonnestraling. Naast maatregelen die direct resultaat hebben, zoals:
De KNMI waarnemingsstations waar de temperatuur wordt gemeten bevinden zich buiten steden in landelijk gebied. Daardoor zijn ze onderling goed vergelijkbaar maar minder representatief voor de
17
WEERSPECIAL
OKTOBER 2015
aanpassing van het werkrooster, extra pauzes op een koele plaats inlassen, het verstrekken van extra drinken, het installeren van ventilatoren of airco’s enzovoorts, zullen bij terugkerende problemen meer structurele maatregelen getroffen moeten worden. Een hoge warmtebelasting kan ook veiligheidsrisico’s met zich meebrengen. Door een hoge warmtebelasting neemt het concentratievermogen af waardoor de kans op ongevallen toeneemt. Dit speelt vooral bij functies waarin aandacht en concentratie nodig zijn, zoals bij werken op hoogte. Daarnaast kunnen werknemers met longaandoeningen (CARA), werknemers met hartaandoeningen en werknemers die medicijnen tegen onder meer hoge bloeddruk gebruiken extra last van de warmte hebben. Het is de verplichting van de werkgever om te voorkomen dat werknemers gezondheidsschade kunnen oplopen t.g.v. hoge temperaturen op de werkplek. De werkgever moet beoordelen of dit risico aanwezig is en zo nodig passende maatregelen nemen, bij voorkeur in overleg met de betrokken werknemers. Een advies van de Arbodienst is vaak zinvol, speciaal als het gaat om individuele problemen. Wat doet de Inspectie SZW? Indien bij een inspectie blijkt dat er sprake is van een risico op gezondheidsschade als gevolg van warmtebelasting, kan de Arbeidsinspectie maatregelen eisen. Is de temperatuur op de werkplek hoger dan 40 °C en is er sprake van ernstig risico voor de gezondheid, dan kan tevens het werk worden stilgelegd. De werknemer kan bij de Inspectie SZW een klacht indienen, als hij/zij een sterk vermoeden heeft dat hij/zij gezondheidsschade kan oplopen door warmtebelasting en waarbij het niet mogelijk blijkt de problemen binnen het bedrijf in onderling overleg met de werkgever op te lossen. Huidkanker Mensen die in de buitenlucht werken hebben volgens KWF Kankerbestrijding meer kans huidkanker te ontwikkelen dan mensen die binnen werken. Aangeraden wordt dat werknemers die buiten werken zich vaker insmeren tegen verbranding, een shirt aan hebben, lange broek dragen en helm of pet opzetten. Ook moet er extra water gedronken worden om uitdroging te voorkomen. Weerverletcertificaat voor hitte Naast een weerverletcertificaat voor kou en regen is er ook een weerverletcertificaat voor hitte tegen betaling te verkrijgen bij CelsiusPro. Bedrijven met buitenproportionele risico’s ten aanzien van hitte kunnen er voor kiezen om risicobeperking te zoeken als dat wenselijk wordt geacht. Met een heat-day certificaat wordt een vooraf bepaalde som uitbetaald voor elke dag dat de maximum temperatuur hoger ligt dan gespecifieerd.
18
9.2 BLIKSEM Bliksem kan de voortgang van de werkzaamheden in de bouw nogal eens parten spelen. De vraag is: wat te doen bij onweer? Bij het beantwoorden van deze vraag is het probleem dat de plaats en het moment dat de bliksem inslaat niet te voorspellen zijn. Het beste is het om bij onweer tijdig een veilige werkplek op te zoeken. Tijdig is als de bliksem 3 km of meer van de bewuste locatie is verwijderd. De tijd tussen de bliksem en de donder is dan ca. 10 seconden of meer. Het is dan tijd een veilige plek te zoeken, zeker indien men op een dak, een steiger, in het open veld of in een mast aan het werk is.
Voorbeelden van veilige plekken zijn - een bouwwerk met een bliksembeveiliging - een metalen cabine van een auto, hijskraan, graafmachine of ander materieel, ramen, dak en deuren gesloten, antenne ingeschoven - een bouwwerk zonder bliksembeveiliging echter op voldoende afstand van metalen leidingen, radiatoren e.d.
Raak tijdens het onweer de binnenkomende leidingen, zoals water-, elektra-, telefoon- en antenneleidingen niet aan. In het algemeen kan worden gezegd dat het bij onweer binnenshuis veiliger is dan buiten. Echter, houten bouwsels zoals keten zijn niet zonder risico. Machinisten van torenkranen doen er goed aan op hun werkplek in de cabine te blijven zitten. Zij zitten in een kraancabine van metaal. Een kraancabine van kunststof biedt deze veiligheid niet en moet tijdig worden verlaten. Kunststoffen cabines worden onder andere gebruikt bij de kleinere mobiele torenkranen. Indien men niet tijdig een veilige plek kan bereiken handelt men als volgt: - schuil niet onder alleenstaande bomen - houdt minimaal 3 meter afstand van boomstammen en laaghangende takken - ga in open veld in hurkzit zitten met de armen om de benen geslagen - ga niet in groepen bij elkaar zitten - schuil niet in de nabijheid van metalen hekken, lichtmasten, bouwliften, torenkranen, kraanbanen van torenkranen, steigers en andermaterieel van metaal (tenzij voorzien van een bliksemafleiding) Na hevig onweer en mogelijke blikseminslag moeten arbeidsmiddelen gecontroleerd/gekeurd worden op mogelijke gebreken voordat ze weer in gebruik genomen mogen worden.
OKTOBER 2015
WEERSPECIAL
9.3 WIND In Nederland waait het veel. Bij hijswerkzaamheden in de bouw is het dikwijls niet eenvoudig om vast te stellen wanneer een hijskraan met het oog op de wind buiten bedrijf moet worden gesteld. Bij het inschatten van windrisico’s zijn twee vragen relevant, te weten: 1. 2.
De hiermee verband houdende risico’s zijn: het in gevaar komen van de stabiliteit van de hijskraan, te hoge spanningen in de constructie van de hijskraan en het niet kunnen beheersen van de last. Het is de kraanmachinist die, gezien zijn deskundigheid, bepaalt wanneer hijswerk als gevolg van de wind niet meer verantwoord is.
Tot welke windsnelheid mag de kraan volgens de fabrikant doorwerken? Tot welke windsnelheid kan de last voldoende worden beheerst?
10. GRIEP IN DE WINTER Vaccinatie Elke winter wordt één op de tien mensen getroffen door de griep. De door griep gevelde medewerker kan binnen een paar uur erg ziek worden met klachten als forse hoofdpijn, hoesten, gevoel van algemene malaise, koorts en spierpijn. Griep duurt ongeveer drie tot vijf dagen, maar een volledig herstel kan twee tot drie weken duren. Griep kan door een groot aantal virussen veroorzaakt worden. Geschat wordt dat 30-40% van de griepgevallen veroorzaakt worden door het influenzavirus. Dat betekent dat niet al het aan griep gerelateerde verzuim met de jaarlijkse griepprik voorkomen kan worden. Maar wel een aanzienlijk deel. Vanuit de continuïteit van de onderneming gezien kan het wenselijk zijn een zo hoog mogelijk percentage werknemers gevaccineerd te hebben. Zeker als er sprake is van een epidemie. Omdat het influenzavirus ieder jaar van samenstelling verschilt, moet
men ieder jaar opnieuw worden gevaccineerd. De vaccinatie beschermt voor een groot deel tegen de griep. Als iemand echter toch de griep krijgt zijn de klachten minder erg of ze duren korter. Op vrijwillige basis bieden veel werkgevers een griepvaccinatie aan. Uw arbodienst kan desgewenst op locatie (tegen vergoeding) de griepvaccinatie voor uw medewerkers verzorgen. Enkele jaren geleden werd verwacht dat de Mexicaanse griep naar verwachting ook in Nederland de kop zou opsteken. Om uw bedrijf draaiende te houden werden er adviezen verstrekt om de risico’s voor de bedrijfsvoering te minimaliseren. Aangeraden wordt de beschikbare informatie alert te blijven volgen als zich weer een grieppandemie dreigt voor te doen.
19
WEERSPECIAL
OKTOBER 2015
BIJLAGE: ORGANISATIES VOOR INFORMATIE OVER WEERVERLET Bouwend Nederland Zilverstraat 69 2718 RP Zoetermeer 079-3252252
[email protected] Aannemersfederatie Nederland Nieuweweg 226 3905 LT Veenendaal 0318-544900
[email protected]
Arbouw Ceintuurbaan 2 Postbus 212 3840 AE Harderwijk www.arbouw.nl 0341-466200 Inspectie SZW Postbus 820 3500 AV Utrecht www.inspectieszw.nl 0800-5151 Technisch Bureau Bouwnijverheid Team Weerverletbestrijding Ceintuurbaan 2 Postbus 1128 3840 BC Harderwijk www.weerverlet.nl 0341-436360
20