Schoolgids 2014/2015 Het Sint-Janslyceum valt onder het bestuur van de
STERK IN ONTWIKKELING SCHOOLGIDS 2014/2015
Sint-Janslyceum Sweelinckplein 3 5216 EG ’s-Hertogenbosch tel. 073-6154780 fax 073-6154781 email
[email protected] website www.sjl.nl
Sint-Janslyceum
Schoolgids 2014/2015
INHOUDSOPGAVE
Woord vooraf .............................................................................. 3 Lestijden en vakantieregeling ..................................................... 5 Een eerste kennismaking ........................................................... 8 Doelstelling en identiteit ............................................................ 10 De inrichting van het onderwijs ................................................ 13 Organisatie en communicatie ................................................... 17 Begeleiding ............................................................................... 21 Buitenschoolse activiteiten ....................................................... 30 De dagelijkse onderwijspraktijk ................................................ 32 Kwaliteitszorg ........................................................................... 34 De regels van ons huis ............................................................. 36 Rechten en plichten ouders, leerlingen en bevoegd gezag ..... 50 Overlegorganen ........................................................................ 52 Ouderbijdrage ........................................................................... 56 Algemene informatie 14.1 Financiële regelingen - de overheid .............................. 59 14.2 Verzekeringen ............................................................... 60 14.3 Sponsoring .................................................................... 61 14.4 Boekenvoorziening ........................................................ 62 14.5 Toelating algemeen ....................................................... 63 14.6 Toelating brugklas ......................................................... 63 14.7 Toelatingen havo-4/atheneum-5 ................................... 64 14.8 Toelating overige leerjaren ............................................ 65 14.9 Toelating zorgleerlingen ................................................ 65 14.10 Zorg voor jeugd ............................................................. 66 15 Informatiebronnen .................................................................... 68 16 Gegevens personeelsleden ...................................................... 69 17 Algemene adressen .................................................................. 72 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
1
Sint-Janslyceum
Bijlagen Opbrengstenkaart .................................................................... 74 Lessentabel .............................................................................. 76 Overgangsnormen / Weging toetsen ........................................ 80 Toelatingscriteria ...................................................................... 89 In-, door- en uitstroomgegevens .............................................. 93 Ouderbijdrage schooljaar 2014/2015 ....................................... 98 Gedragscode voor computergebruik door leerlingen van het Sint-Janslyceum ...................................................................... 100 Klachtenregeling Ons Middelbaar Onderwijs .......................... 103 Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie van de Vereniging OMO ..................................................................... 113 Reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken ............... 123 Leerlingenstatuut .................................................................... 137
2
Schoolgids 2014/2015
EEN WOORD VOORAF
Dit is de schoolgids van het Sint-Janslyceum. Voor iedereen die betrokken is bij onze school bevat deze gids veel informatie. Sinds enkele jaren leveren wij de schoolgids digitaal aan. Modern onderwijs vraagt ook moderne communicatiemiddelen. Op onze website (www.sjl.nl) is de schoolgids te lezen. Wij vertrouwen erop dat de informatie op deze wijze ook goed overkomt. Voor degenen die geen mogelijkheid hebben om de schoolgids digitaal in te zien, is een beperkt aantal exemplaren gedrukt. De gegevens van de personeelsleden worden in een aparte brochure aan de leerlingen verstrekt. De schoolgids is geschreven voor ouders en leerlingen die voor de taak staan om een school voor voortgezet onderwijs te kiezen uit het aanbod van scholen in de omgeving. Natuurlijk wil elke ouder/leerling die school kiezen, die het beste past bij de mogelijkheden en kwaliteiten van de leerling, en die de leerling het beste begeleidt naar volwassenheid, passend bij de ideeën van de leerling en de ouders. Daarnaast wordt de schoolgids aangeboden aan de ouders/leerlingen die hun keuze voor het Sint-Janslyceum al gemaakt hebben. De informatie die deze schoolgids bevat is ook van belang voor deze doelgroep. Deze schoolgids is immers tevens bedoeld om de communicatie tussen school, ouders en leerlingen te stimuleren. Bovendien geldt de schoolgids als informatiebron voor de inspectie en andere belangstellenden. Wij proberen u allen met deze schoolgids onder meer te informeren over: - onze doelstellingen; - de inrichting van ons onderwijs; - de wijze waarop het Sint-Janslyceum omgaat met leerlingen die extra zorg nodig hebben; 3
Sint-Janslyceum
-
onze bijzondere kwaliteiten; de waarden en normen die de school hanteert; de resultaten van ons onderwijs.
Het is onmogelijk om in deze schoolgids alle informatie op te nemen die betrekking heeft op het onderwijs op het Sint-Janslyceum. Daarom zijn er regelmatig verwijzingen naar andere informatiebronnen. Op onze website (www.sjl.nl) is ook veel (en actuele) informatie te vinden. Speciaal voor de nieuwe brugklasleerlingen en hun ouders is een uitgebreid informatiepakket samengesteld. De schoolgids geeft niet op alle vragen antwoord. Wie meer of andere informatie wil, is dan ook van harte welkom voor een persoonlijk gesprek. Mentoren zijn in de meeste gevallen de eersten bij wie leerlingen of ouders met hun vragen zullen aankloppen. Natuurlijk staan ook de jaarlaagcoördinatoren, de leden van de schoolleiding, alle vakdocenten en onze collega’s van het onderwijsondersteunend personeel open voor vragen en opmerkingen van leerlingen en hun ouders. Aarzel dus niet om met een van ons contact op te nemen, zeker niet als u met zorgen of kritiek rondloopt die niet vanzelf overgaan. Ik ben er van overtuigd dat al onze medewerkers, maar ook leerlingen die al wat langer op het Sint-Janslyceum zitten, u met plezier verder zullen helpen. Het geven van goed onderwijs lukt immers het beste in een open klimaat waarin het voor iedereen vanzelfsprekend is om de ander vooruit te helpen en de zwakke en sterke punten in het functioneren van de school en haar bewoners samen te bespreken. Van harte hoop ik dat deze schoolgids een bevestiging is van de keuze die eerder is gemaakt of juist een stimulans zal zijn voor een toekomstige keuze voor het Sint-Janslyceum.
R.J. Scheepens MSc MEd, rector
4
Schoolgids 2014/2015
1
LESTIJDEN EN VAKANTIEREGELING
Regulier rooster (maandag t/m woensdag, vrijdag) e 1 lesuur 08.30-09.20 uur e 2 lesuur 09.20-10.10 uur e 3 lesuur 10.10-11.00 uur kleine pauze 11.00-11.20 uur e 4 lesuur 11.20-12.10 uur e 5 lesuur 12.10-13.00 uur grote pauze 13.00-13.30 uur e 6 lesuur 13.30-14.20 uur e 7 lesuur 14.20-15.10 uur kleine pauze 15.10-15.20 uur e 8 lesuur 15.20-16.10 uur e 9 lesuur 16.10-17.00 uur
45 minuten-rooster (donderdag, speciale dagen) e 1 lesuur 08.30-09.15 uur e 2 lesuur 09.15-10.00 uur e 3 lesuur 10.00-10.45 uur kleine pauze 10.45-11.05 uur e 4 lesuur 11.05-11.50 uur e 5 lesuur 11.50-12.35 uur grote pauze 12.35-13.00 uur e 6 lesuur 13.00-13.45 uur e 7 lesuur 13.45-14.30 uur kleine pauze 14.30-14.40 uur e 8 lesuur 14.40-15.25 uur e 9 lesuur 15.25-16.10 uur
Toetsweekroosters Onderbouw: toetsweek 1 en 2 regulier 08.30-09.30 uur 09.45-10.45 uur 11.00-12.00 uur 11.00-12.30 uur 13.00-14.00 uur 13.00-14.30 uur 13.00-15.00 uur
Bovenbouw: toetsweek 2 en 4
dyslexie 08.30-09.45 uur 10.00-11.15 uur 11.30-12.45 uur 11.30-13.15 uur 13.30-14.45 uur 13.30-15.20 uur 13.30-16.00 uur
periode 1 2 3 3 4 4 4
5
Sint-Janslyceum
Bovenbouw: toetsweek 1 en 3 regulier 08.30-09.20 uur 08.30-10.10 uur 10.10-11.00 uur 11.20-12.10 uur 11.20-13.00 uur 13.30-14.20 uur 13.30-15.10 uur 13.30-16.30 uur
dyslexie 08.30-09.30 uur 08.30-10.30 uur 10.00-11.00 uur 11.10-12.10 uur 11.10-13.10 uur 13.30-14.30 uur 13.30-15.30 uur 13.30-17.00 uur
periode 1 1,2 3 4 4,5 6 6,7 6,7,8
In het rooster staan periodes dan wel lesuren vermeld. Bij gelijke periode of lesuur kan de lengte van de toets verschillend zijn, waarmee de eindtijden ook verschillend zijn.
6
Schoolgids 2014/2015
Vakantieregeling schooljaar 2014/2015 Herfstvakantie:
20 oktober t/m 24 oktober 2014
Kerstvakantie:
22 december 2014 t/m 2 januari 2015
Voorjaarsvakantie: 13 februari t/m 20 februari 2015 e
2 Paasdag:
6 april 2015
Meivakantie:
27 april t/m 8 mei 2015
Hemelvaart:
14 mei en 15 mei 2015
e
2 Pinksterdag:
25 mei 2015
Zomervakantie:
20 juli t/m 28 augustus 2015
N.B. In de zomervakantie is de schooladministratie alleen in de eerste en de laatste week geopend. De schooladministratie is in die weken tussen 10.00 en 15.00 uur telefonisch bereikbaar.
Vakantieregeling algemeen Bovenstaande data zijn na overleg in de regio vastgesteld. U gelieve hiermee in uw eigen planning rekening te houden. Mocht u echter dringende redenen hebben om van bovenstaande (vakantie)-planning te willen afwijken, dan dient u een met redenen omkleed schriftelijk verzoek minimaal drie weken vóór de gewenste ingangsdatum in te dienen bij de conrector leerlingenzaken. Verlof buiten de vakanties om kan slechts in uitzonderlijke gevallen worden verleend. Voor de volledige regeling: zie de website.
7
Sint-Janslyceum
2
EEN EERSTE KENNISMAKING
Een korte introductie van het Sint-Janslyceum kan u mogelijk al een beeld geven van de doelstellingen, de begeleidingsstructuur en het onderwijs dat wij nastreven en u op weg helpen bij uw keuze voor het Sint-Janslyceum of u de bevestiging geven dat u de juiste keuze gemaakt heeft. Al ruim negentig jaar is hét Sint-Jan naast dé SintJan, die nog veel ouder is, een bekend begrip in Den Bosch. Sint-Jan naar wie onze school genoemd is, is de schrijver van het Johannesevangelie. De eerste woorden van dat evangelie staan in een mozaïek op de gevel van de school aan de kant van de Homeruslaan: “In principio erat verbum” en dat betekent: “In den beginne was het woord”. Omdat deze Sint-Jan zoveel heeft geschreven, wordt hij dikwijls afgebeeld met pen en papier. In de geschiedenis van de katholieke kerk is Sint-Jan een heel bijzondere. Als school willen we graag voor al onze leerlingen iets bijzonders betekenen: een plek waar het veilig is voor iedereen, waar veel te beleven valt en waar leerlingen met plezier heen gaan en veel leren.
School met traditie én sprankelend jong Het Sint-Janslyceum is een school met traditie. De medewerkers kunnen immers voortbouwen op een degelijk, negentigjarig fundament waarop in de loop der jaren duizenden mensen een schat aan ervaring aan elkaar hebben doorgegeven. Het huidige SintJanslyceum is een tamelijk traditionele school; dat is één van de sterke kanten waarin de aantrekkingskracht van de school ligt. Dat wil niet zeggen dat de medewerkers op onze school wars zijn van vernieuwingen: waar wenselijk en/of noodzakelijk worden onderwijsvernieuwingen doorgevoerd, maar nooit zonder de eigen cultuur te verloochenen.
8
Schoolgids 2014/2015
Het Sint-Janslyceum is echter ook sprankelend jong gebleven. Dat lukte niet alleen omdat het onderwijs zelf steeds veranderde, maar vooral ook omdat er steeds enthousiaste nieuwe leerlingen binnenkwamen. Dat zal ook in de toekomst het geval zijn. Hoewel in de loop der jaren steeds meer verantwoordelijkheden voor het leerproces van de leraar naar de leerlingen verschuiven, blijven docenten ook in de hogere klassen hun leerlingen coachen. Voor hen blijft het immers steeds opnieuw een uitdaging om al die opgroeiende mensen te stimuleren en te helpen bij het volwassen worden. Dat doen ze graag in goed overleg met de eerstverantwoordelijken voor de opvoeding: de ouders. Wij vinden het daarom belangrijk om goed met ouders te communiceren. Dat geldt met name voor degenen die zich zorgen maken over de studie van hun kind of kritisch staan tegenover onze werkwijze. Vakdocenten, mentoren, jaarlaagcoördinatoren en leden van de schoolleiding zijn in zo’n situatie altijd bereid om te luisteren en vervolgens uit te zoeken of het mogelijk is om samen tot een verbetering te komen. Overigens geldt voor de leerlingen die meerderjarig zijn (18 jaar of ouder), dat zij zelf handelingsbevoegd zijn. Dat betekent dat waar in deze schoolgids vermeld staat dat ouders verzoeken in kunnen dienen of brieven moeten ondertekenen, voor deze groep leerlingen geldt, dat zij dat volgens de wettelijke regelingen zelf mogen doen. Een samenspel tussen ouders en leerlingen blijft ook in deze gevallen natuurlijk erg wenselijk.
9
Sint-Janslyceum
3
DOELSTELLING EN IDENTITEIT
Het Sint-Janslyceum is een school voor voortgezet onderwijs. Bij onderwijs én begeleiding staat de leerling zo centraal mogelijk. De organisatie is zo opgezet dat de leerling zich in de eigen klas en binnen de eigen afdeling thuis kan voelen en gemakkelijk toegang heeft tot de mensen die voor hem/haar van belang zijn: de vakdocenten, de leiding van de afdeling, de speciale functionarissen.
Doelstelling van de school In het beleidsplan "Kwaliteitszorg" van het Sint-Janslyceum is onze visie/missie als volgt geformuleerd: Op het Sint-Janslyceum willen we de leerlingen goed voorbereiden op hun toekomst door hen een positieve en veilige leeromgeving te bieden. Goed voorbereiden betekent in onze ogen aandacht voor: - zelfstandigheid - verantwoordelijkheid - kennis - vaardigheden - maatschappelijke betrokkenheid - creatief vermogen Een positieve en veilige leeromgeving vraagt om: - heldere regels - zorg voor elkaar - aandacht voor het individu - uitdagingen en kansen - balans tussen traditie en innovatie - deskundige en stimulerende medewerkers Als Mission Statement van het Sint-Janslyceum is gekozen voor: "Het Sint-Janslyceum: sterk in ontwikkeling".
10
Schoolgids 2014/2015
De identiteit van de school Het Sint-Janslyceum is een katholieke school die zijn wortels heeft in de Joods-Christelijke traditie. Katholiek betekent allereerst dat we ons laten inspireren door het leven en de woorden van Jezus van Nazareth. Dit houdt volgens ons op de eerste plaats in dat we oog moeten hebben voor het welzijn van elk individu. We proberen daarom zo samen te leven en te werken dat we voortdurend ook bijdragen aan het geluk van de ander. Katholiek zijn betekent voor ons ook, dat leerlingen met andere dan christelijke overtuigingen welkom zijn. We verwachten wel een loyale opstelling ten opzichte van elkaars levensovertuiging.
Het Sint-Janslyceum, een OMO-school Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs is opgericht in 1916. Het is een vereniging van scholen voor voortgezet onderwijs variërend van gymnasium tot praktijkonderwijs. De scholen liggen voornamelijk in Noord-Brabant. Wij bieden goed onderwijs geïnspireerd vanuit de katholieke traditie. Wij geven onze leerlingen een passende startpositie voor het vervolgonderwijs en voor toetreding tot de maatschappij. De scholen van de vereniging Ons Middelbaar Onderwijs hebben ieder een eigen identiteit. Door kennis tussen scholen te delen versterken we de professionaliteit van docenten. Onze scholen werken samen, maar behouden ook hun kleinschaligheid. En daar profiteren al onze leerlingen van. Wilt u meer lezen over het beleid van vereniging Ons Middelbaar Onderwijs voor de komende jaren? Lees dan het strategische beleidsplan: Koers 2016. U vindt het plan op www.omo.nl. U vindt hier ook het jaarverslag. Het Sint-Janslyceum valt onder het bestuur van de vereniging Ons Middelbaar Onderwijs. De rector is verantwoordelijk voor de gang van zaken binnen de school. Hij rapporteert rechtstreeks aan de voorzitter van de raad van bestuur. 11
Sint-Janslyceum
De voorzitter van de raad van bestuur van vereniging Ons Middelbaar Onderwijs is Eugène Bernard. U kunt de raad van bestuur op de volgende manieren bereiken: Spoorlaan 171 Postbus 574, 5000 AN Tilburg 013 - 5955500
[email protected] De school heeft een raad van advies. Hierin zitten personen die bij onze school betrokken zijn. De raad denkt mee over de ontwikkelingen binnen de school en is een klankbord voor de rector.
Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs De vereniging heeft een ledenraad. Daarin zitten ouders van leerlingen en twee afgevaardigden leden van elke raad van advies van alle OMO-scholen. De leden wonen een keer per jaar de ledenraadvergadering bij. Daar worden o.a. de leden van de raad van toezicht gekozen. Ook praten ze mee over het beleid van de vereniging. Wilt u ook lid worden? Op www.omo.nl kunt u zien hoe u dat doet.
12
Schoolgids 2014/2015
4
DE INRICHTING VAN HET ONDERWIJS
Het Sint-Janslyceum heeft vier afdelingen: de brugklassen vormen samen een afdeling, evenals klas 2 t/m 6 vwo (voorbereidend wetenschappelijk onderwijs), klas 2 t/m 5 havo (hoger algemeen voortgezet onderwijs) en klas 2 t/m 4 mavo (middelbaar algemeen voortgezet onderwijs). Binnen het vwo zijn er twee richtingen: gymnasium en atheneum. De afdelingen blijven steeds herkenbare onderdelen van het éne Sint-Janslyceum, maar het is een eenheid in verscheidenheid, aangepast aan het eigen karakter van elke afdeling. De leiding van iedere afdeling is in handen van een adjunct-sectordirecteur. Brugklas De leerlingen starten in de brugklas. Op grond van de adviezen van de basisschool en de uitslag van de Cito-toets/Drempelonderzoek/ Givo/Nio melden de ouders hun kind aan voor een van de vier soorten brugklas: mavo, mavo/havo, havo/atheneum of atheneum/ gymnasium. Voor een aantal leerlingen is een directe keuze voor mavo beter. De toelatingscommissie besluit, zo nodig na overleg met de afleverende basisschool, welke brugklas het meest geschikt lijkt te zijn. Doordat de brugklassen elkaar “overlappen”, is het mogelijk dat een leerling die zich anders ontplooit dan in het begin gedacht werd, in de loop van het schooljaar overstapt naar een ander niveau. Grondgedachte bij deze indeling in vier typen brugklassen is, dat een leerling plezier moet hebben en houden in de studie en zich thuis moet voelen op het Sint-Janslyceum. Een voorwaarde is dan, dat de leerling het geboden onderwijs aankan, maar er ook genoeg uitdaging in vindt. De atheneum/gymnasium-brugklas is met name bestemd voor die leerlingen die overwegen te kiezen voor de gymnasium-afdeling. Gedurende het AG-brugjaar maken de leerlingen al uitgebreid kennis met de antieke cultuur en krijgen lessen Latijn. Hierdoor weten de leerlingen wat zij kunnen verwachten van de gymnasium-afdeling en 13
Sint-Janslyceum
kan de keuze tussen het atheneum en het gymnasium, aan het einde van het brugjaar, goed gefundeerd zijn. Omdat de overgang van basisschool naar vervolgonderwijs groot is, besteden we veel aandacht aan de indeling van de brugklassen: elke leerling mag wensen indienen om bij vrienden of vriendinnen geplaatst te worden; we zorgen ervoor dat kinderen die wat verder van school wonen, altijd een of meer plaatsgenoten in dezelfde klas aantreffen, zodat ze samen van en naar huis kunnen gaan. Dat is een veilig gevoel voor veel ouders! Na de brugklas is er een ruime keuze voor de leerlingen: gymnasium, atheneum, havo, mavo; en voor de leerlingen die nog aarzelen tussen havo en mavo, is er onder bepaalde voorwaarden een tweede havo/mavo-klas. In het speciale informatiepakket voor de nieuwe brugklassers is meer uitgebreide informatie te vinden. Om extra aandacht te schenken aan reken- en taalvaardigheden is in het eerste leerjaar één uur per week gereserveerd voor rekenen en wordt één uur meer Nederlands per week gegeven waarin aandacht besteed wordt aan taalvaardigheden (grammatica, spelling e.d.). Beide vaardigheden worden apart becijferd. Sinds kort is het Sint-Janslyceum aspirant lid van de vereniging Begaafdheids-Profiel Scholen (BPS). Deze vereniging heeft tot doel te komen tot een landelijk dekkend netwerk van scholen voor voortgezet onderwijs (begaafdheidsprofielscholen), die kwalitatief hoogwaardig onderwijs en begeleiding bieden aan de specifieke doelgroep van (hoog)begaafde leerlingen. Het Sint-Janslyceum krijgt drie jaar de tijd om volwaardig lid te worden. In deze periode zullen we op onze vwo-afdeling beleid maken en uitvoeren ten aanzien van (hoog)begaafde leerlingen. Zo zijn er voor de brugklas modules ontwikkeld zoals “Go” en denklessen aardrijkskunde. Voor een kleine groep onderpresteerders is een specifieke training ontwikkeld. Wat betreft de atheneum/gymnasium-brugklassen zijn er AG+ lessen, zoals Spaans, architectuur en journalistiek schrijven. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met mevrouw Sala, coördinator van de atheneum/gymnasium-brugklassen. 14
Schoolgids 2014/2015
Vwo (gymnasium en atheneum) Na de brugklas duurt de vwo-opleiding vijf jaar. Binnen het vwo zijn er twee richtingen: gymnasium en atheneum. Het atheneum legt de nadruk op het hedendaagse in de maatschappij en stelt, zeker in de laatste leerjaren, hoge eisen aan de leerling: het bereidt de leerling onder andere voor op een studie aan een universiteit. Het gymnasium wil de leerling naast het bovenstaande de band met het verleden duidelijk voor ogen stellen, en dan vooral met de Romeinse en Griekse bronnen van onze beschaving. Binnen de vwo-afdeling is in het kader van de Begaafdheidsprofielschool extra aandacht voor meer begaafde leerlingen in alle jaarlagen: in de onderbouw wordt gewerkt met verdiepingsmodules, in de bovenbouw werken de leerlingen zelfstandig aan eigen gekozen projecten. Voor meer algemene informatie: www.begaafdheidsprofielscholen.nl. Havo Het havo heeft na de brugklas nog 4 leerjaren. Het is ook mogelijk eerst de verlengde h2m-klas te volgen en daarna naar havo-3 te gaan. Na het havo zijn er eigenlijk twee vervolgopleidingen: hoger beroepsonderwijs of atheneum. Mavo De mavo-opleiding duurt, inclusief de brugklas, vier jaar. Sommige leerlingen gaan pas naar de mavo-afdeling na de h2m-klas. De afdeling is in principe bestemd voor leerlingen die later middelbaar beroepsonderwijs willen volgen, of door willen gaan naar het havo. De mavo-opleiding is met name gericht op een vervolgopleiding binnen het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Onder verantwoordelijkheid van de decaan wordt dan ook veel aandacht besteed aan studie- en beroepskeuzebegeleiding. Oriëntatie op de diverse sectoren in het mbo moet leiden tot een juiste en verantwoorde keuze. Om de leerlingen daarbij nog beter te kunnen helpen krijgen de leerlingen 15
Sint-Janslyceum
het vak technologie aangeboden. De naam van het vak is enigszins misleidend. Het gaat bij dit vak over uitgebreide loopbaanoriëntatie. Op een moderne, technologisch getinte wijze verwerven de leerlingen tijdens hun oriëntatie op de diverse sectoren van de vervolgopleidingen de nodige competenties. Naast de leerlingen die doorstromen naar het mbo is er ieder jaar een groep leerlingen die zich in de loop van het verblijf op het mavo zodanig ontwikkelt, dat voortzetting van de studie op havo het meest passend lijkt. Ook deze leerlingen willen we goed begeleiden. Natuurlijk zijn we daarbij gehouden aan de wettelijke kaders en hangen de doorstroomkansen af van de aansluiting van het vakkenpakket op het gekozen Tweede Fase profiel en van de capaciteiten van de leerlingen. Om aansluitingsproblemen te voorkomen, stellen we enkele aanvullende pakketeisen voor mavo-leerlingen die door willen stromen naar havo-4. Bovendien is er een uitgebreid voorbereidingstraject in mavo-4. Ook bieden we voor leerlingen die van mavo willen doorstromen naar havo-4 een verplicht te volgen aansluitingscursus Nederlands, Engels en wiskunde aan. Doorstroommogelijkheden Vrije pakketkeuze op alle afdelingen Is voor ons een hoog goed. Leerlingen kunnen ook doorstromen van mavo naar havo en van havo naar vwo. Dankzij de grootte van de school kunnen veel extra vakken worden aangeboden (filosofie, Spaans, management en organisatie, kunstvakken als examenvak, informatica) en zijn veel verschillende combinaties mogelijk. Maatschappelijke stage Alle leerlingen dienen tijdens hun schoolcarrière een maatschappelijke stage te vervullen. Op het Sint-Janslyceum doen de leerlingen hun maatschappelijke stage in het derde leerjaar.
16
Schoolgids 2014/2015
5
ORGANISATIE EN COMMUNICATIE
Het Sint-Janslyceum kent als bevoegd gezag het bestuur van de vereniging Ons Middelbaar Onderwijs te Tilburg. Voor alle scholen van Ons Middelbaar Onderwijs geldt een aantal reglementen. Daarnaast is er een managementstatuut, een schoolmanagementstatuut en een reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken. In deze documenten zijn afspraken opgenomen over onder andere de volgende onderwerpen: toelating, schorsing en verwijdering, bevordering en doubleren, het volgen van de lessen en de bezwaar- en beroepsmogelijkheden bij meningsverschillen. In het algemeen is het zo dat bij deze zaken besluiten worden genomen door een of meer personeelsleden en/of het directielid leerlingenzaken. Tegen deze besluiten kan bezwaar worden gemaakt bij de rector. Het Sint-Janslyceum heeft een schoolleiding van acht personen. De kerndirectie bestaat uit: - R.J. Scheepens MSc MEd (rector), belast met personeelszaken, professionalisering, onderwijs, communicatie en public relations; - Drs. T.H. van ’t Klooster (directielid), belast met personeelszaken en leerlingenzaken; - B.I. Minderhoud BC (directielid), belast met financiën en de interne organisatie. De overige leden van het managementteam zijn: - Mevrouw P.M. Lurinks (adjunct-sectordirecteur brugklas); - Mevrouw P.W. Krijger MA (adjunct-sectordirecteur vwo); - F.M.I.M. Meertens (adjunct-sectordirecteur havo); - Mevrouw J.G.E.W. Ringens MME (adjunct-sectordirecteur mavo); - M. Bos (manager bedrijfsvoering), belast met facilitaire zaken, huisvesting en ICT. Elke leerling heeft een mentor die speciale aandacht voor zijn/haar klas of groep heeft. Daarnaast behoort elke leerling tot een jaarlaag die een eigen coördinator heeft. Deze behartigt de goede gang van zaken van die jaarlaag en coördineert onder meer het werk van de mentoren. De jaarlagen worden weer per afdeling gecoördineerd 17
Sint-Janslyceum
door de adjunct-sectordirecteuren. Het directielid "leerlingenzaken" is verantwoordelijk voor de onderlinge afstemming tussen de afdelingen. De achterliggende gedachte van deze getrapte structuur is de organisatie in de beleving van de leerling zo doorzichtig en dichtbij mogelijk te maken en te houden. Om het u gemakkelijk te maken, treft u hierbij een schematische weergave aan van de afdelingsstructuur van het Sint-Janslyceum. Ook voor de ouders is het zo - naar we hopen - gemakkelijk om te weten wie in eerste instantie hun vragen zal kunnen beantwoorden. directielid leerlingenzaken
adjunctsectordirecteur brugklas
adjunctsectordirecteur mavo
adjunctsectordirecteur havo
adjunctsectordirecteur vwo
jaarlaagcoördinatoren
jaarlaagcoördinatoren
jaarlaagcoördinatoren
jaarlaagcoördinatoren
mentoren
mentoren
mentoren
mentoren
Communicatie Het Sint-Janslyceum hecht sterk aan een goede communicatie met alle betrokkenen. Veel informatie staat in deze schoolgids. Daarnaast is onze website (www.sjl.nl) een belangrijke informatiebron, waar zeer regelmatig actuele informatie op staat. Om de ouders zo goed mogelijk op de hoogte te houden, verschijnt ongeveer acht maal per schooljaar een ouderbulletin. De ouders worden via een e-mailbericht erop geattendeerd als een nieuw ouderbulletin is verschenen. Ook andere informatie wordt in principe via e-mail aan ouders medegedeeld. 18
Schoolgids 2014/2015
Voor de leerlingen is naast e-mail ook de schoolkrant een belangrijk communicatiemiddel. De schoolkrant van het Sint-Janslyceum heet het Sint-Janskruit. Dit blad komt drie keer per jaar uit. De redactie bestaat uit leerlingen en twee personeelsleden. Ook voor de ouders is de schoolkrant het lezen zeer de moeite waard. Via Magister (MWP) kunnen ouders de cijfers van hun kinderen bekijken, alsmede huiswerk en gegevens rond te laat komen, verwijdering uit de les enz. In de jaaragenda staan de avonden aangegeven waarop alle onderwijsgevenden voor de ouders te spreken zijn. Voor die avonden wordt een speciaal rooster gemaakt. Aan het begin van het schooljaar is er voor iedere klas een kennismakingsavond waarbij met name de communicatie tussen school en ouders onderwerp van gesprek is. Daarnaast zijn er gedurende het jaar meerdere informatieve thema-avonden, bijv. rondom de buitenlandse reizen of ten behoeve van de keuze van de vervolgstudie. Communicatie met ouders vindt ook plaats in de oudervereniging en de medezeggenschapsraad (zie ook hoofdstuk 12 overlegorganen). Het contact met de oudervertegenwoordigingen is belangrijk omdat het Sint-Janslyceum uitgaat van medeverantwoordelijkheid van de ouders voor de vorming die hun kinderen op school ontvangen. Onze school hecht grote waarde aan de adviserende rol van ouders bij de ontwikkeling van het onderwijskundig beleid of bij het mede vormgeven aan specifieke schoolthema’s rond identiteit, veiligheid en waarden en normen. Daarom zijn er ook ouderpanels, waarin van gedachten wordt gewisseld over jaarlaag- en/of afdelingsspecifieke aangelegenheden. Mogelijk zult u er ook behoefte aan hebben om, naar aanleiding van bepaalde ervaringen of op basis van uw vragen rond de vorderingen, van gedachten te wisselen met een van de docenten, functionarissen of schoolleiders. U kunt dan te allen tijde de telefoon nemen of even een briefje of een mailtje sturen: alle medewerkers nemen uw vragen serieus. Voor bepaalde specifieke onderwerpen treft u onderstaand een lijst aan met contactpersonen.
19
Sint-Janslyceum
Contactpersonen roosters jaaragenda vakantieregeling overgangsnormen en -regelingen examenzaken toelating brugklas toelating mavo toelating havo toelating vwo uitwisselingsleerlingen huisregels verlies/diefstal/vernielingen verzekeringen schoolkrant schoolbibliotheek schoonmaak gebouw verhuur gebouw kluisjes zorgcoördinator dyslexie/dyscalculie faalangstbestrijding vertrouwensgroep rouw en verdriet leerlingen met gescheiden ouders artistiek festival musical toneelspelen op school spaarsysteem schoolreizen organisatie schoolreizen medezeggenschapsraad ouderbijdrage maatschappelijke stage suggesties/ideeën
20
H. van Laarhoven/H. Verlinde B. Minderhoud T. van ’t Klooster T. van ’t Klooster L. Bouman P. Lurinks J. Ringens F. Meertens P. Krijger P. van Iersel T. van 't Klooster B. Minderhoud B. Minderhoud P. Rooijackers M. Bos M. Bos B. Minderhoud M. Bos T. Bruijn/M. van Riel T. Bruijn A. Jansen M. van der Sanden S. van Heesch S. van Heesch S. de Leeuw S. Fennis S. van Dieperbeek B. Minderhoud B. Minderhoud O. Boas B. Minderhoud A. Pallada R. Scheepens
Schoolgids 2014/2015
6
DE BEGELEIDING
6.1 INLEIDING Om tot de opleiding te komen die voor de individuele leerling het meest geschikt is, zijn veel keuzes nodig. En daarbij mag een leerling begeleiding van de school verwachten. Maar een leerling vraagt meer en heel uiteenlopende dingen: persoonlijke aandacht, stimulansen, extra steun als alles eens niet zo gemakkelijk loopt als wenselijk is. Een grote school heeft ook een breed aanbod van begeleidingsactiviteiten. Dat aanbod loopt op het Sint-Janslyceum van studielessen tot decanenondersteuning, van vertrouwensgroep tot mentoren, van faalangstbestrijding tot jeugdartsspreekuur. Bovendien is het Sint-Janslyceum aangesloten bij “De Meierij”, het regionale samenwerkingsverband VO/VSO. Binnen dat samenwerkingsverband is veel specifieke kennis op het gebied van leer- en opvoedingsproblemen beschikbaar. Het ondersteuningsprofiel is met behulp van het samenwerkingsverband tot stand gekomen. Zie ook www.demeierij-vo.nl. Belangrijk is dat velen op onze school, los van het hierboven genoemde aanbod, bereid zijn op vragen van leerlingen in te gaan, en samen te zoeken naar een antwoord. Dat heeft in het verleden goed gewerkt en we gaan daar gewoon mee door, met een open oog voor al die individuen die van een school niet alleen vakgebonden kennis, maar ook persoonlijke belangstelling verwachten. Sprekend over begeleiding dienen we voortdurend te beseffen dat we niet te maken hebben met een voor jaren vaststaande begeleidingsstructuur. Voortdurend dwingen allerlei maatschappelijke ontwikkelingen ons tot bezinning op de vraag op welke wijze wij binnen onze beperkingen onze leerlingen het best kunnen ondersteunen in hun groei naar een grotere zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en volwassenheid. Dit is ook de reden dat in het verleden gestart is met een zorgadviesteam binnen de school. Hierin vindt structureel over21
Sint-Janslyceum
leg plaats tussen functionarissen van de school en externe deskundigen. In dit overleg worden individuele leerlingen besproken en wordt afgesproken welke hulp het beste is. Op verschillende terreinen proberen wij de begeleiding gestructureerd gestalte te geven. Elke docent is in onze ogen de eerstverantwoordelijke om leerlingen te helpen en te begeleiden indien er problemen zijn: de vakdocent indien het vakinhoudelijk niet naar wens verloopt en de mentor als er op sociaal-emotioneel gebied een helpende hand nodig is. In sommige gevallen is extra begeleiding gewenst. Dan zijn er binnen onze school diverse mogelijkheden om daarin te voorzien. In het verdere verloop van dit hoofdstuk is een aantal van deze mogelijkheden aangegeven. In voorkomende gevallen zoeken we extra ondersteuning buiten school.
6.2 PROBLEMEN WAARVOOR EXTRA ONDERSTEUNING VERLEEND KAN WORDEN
Dyslexie De school besteedt aandacht aan de begeleiding van leerlingen met dyslectische problemen. De leerlingen in de brugklas worden gescreend door middel van dictee en taalbegrip op eventuele problemen of achterstanden op taalgebied. Wie ervoor in aanmerking komt, kan extra begeleiding krijgen. Het is onmogelijk en onbetaalbaar om in het reguliere onderwijs individuele specialistische begeleiding te realiseren. Binnen het Sint-Janslyceum zijn evenwel enkele speciaal daarvoor opgeleide docenten werkzaam die de begeleidingsstructuur in dezen zo ideaal mogelijk vorm proberen te geven. In de toetsweek en bij examens krijgen dyslectische leerlingen, als dat nodig is, extra tijd voor de vakken waar ze meer dan anderen, moeite mee hebben. De zorgcoördinator behartigt de belangen van deze leerlingen. Om voor deze extra faciliteiten bij toetsen/examens/vakkenkeuze gebruik te kunnen maken dient een recent onderzoek van een terzake deskundige orthopedagoog te worden overlegd, waaruit blijkt dat de 22
Schoolgids 2014/2015
desbetreffende leerling dyslectisch is en baat heeft bij deze regeling. Meer informatie vindt u in het ondersteuningsplan op de website. Dyscalculie De school besteedt aandacht aan leerlingen met dyscalculie. De leerlingen in de brugklas worden gescreend door middel van een rekentoets op de computer op eventuele problemen of achterstanden op rekengebied. Wie ervoor in aanmerking komt, kan extra begeleiding krijgen. Het is onmogelijk en onbetaalbaar om in het reguliere onderwijs individuele specialistische begeleiding te realiseren. Binnen het Sint-Janslyceum zijn evenwel enkele speciaal daarvoor opgeleide docenten werkzaam die de begeleidingsstructuur in dezen zo ideaal mogelijk vorm proberen te geven in de brugklas. In de toetsweek en bij examens krijgen leerlingen met dyscalculie, als dat nodig is, extra tijd. De zorgcoördinator behartigt de belangen van deze leerlingen. Om voor deze extra faciliteit bij toetsen/examens in aanmerking te komen, dient een recent onderzoek van een terzake deskundige orthopedagoog te worden overlegd, waaruit blijkt dat de desbetreffende leerling dyscalculie heeft en baat heeft bij deze regeling. AD(H)D en ASS Ook voor deze leerlingen geldt dat de zorgcoördinator regelt dat zij verlenging van tijd kunnen krijgen indien dit noodzakelijk is. Faalangst-reductie-training Veel leerlingen zijn gespannen als ze proefwerken moeten maken of examens moeten afleggen. Als die spanning erg groot is, kan er sprake zijn van faalangst. De school wil leerlingen helpen die te grote angst te bestrijden. Dat gebeurt onder meer in de zgn. faalangstreductie-training. Voor leerlingen in het examenjaar bieden we een cursus aan die gericht is op het voorkomen van examenvrees.
23
Sint-Janslyceum
Sociale vaardigheidstraining Aan leerlingen, die om een of andere reden minder goed functioneren in de klas, kan een sociale vaardigheidstraining worden aangeboden. Leerlingen krijgen in de cursus instrumenten aangereikt om zicht te krijgen op hun eigen handelen en de vaardigheden te ontwikkelen die nodig zijn om op een adequate wijze om te gaan met de interacties uit de omgeving. Gespreksgroepen Er zijn enkele activiteiten ontwikkeld die jaarlijks leiden tot een aantal avondbijeenkomsten voor leerlingen. Er zijn twee werkgroepen: "kinderen met gescheiden ouders" en "rouw en verdriet bij leerlingen". Vakmatige begeleiding Voor alle leerlingen bestaat de mogelijkheid om in de onderbouw op beperkte schaal extra vakmatige begeleiding of remedial teaching te krijgen. De mentor en de jaarlaagcoördinator van de leerling kunnen daar nadere informatie over geven. Huiswerkbegeleiding De docenten hebben afspraken gemaakt over hoe we op het SintJanslyceum omgaan met huiswerk. Deze afspraken staan vermeld op de zgn. huiswerkafsprakenkaart. Ze zijn hier voor de volledigheid opgenomen. 1. Je schrijft het huiswerk in je agenda op. Als je afwezig bent geweest, informeer je bij je klasgenoten of je docent naar het huiswerk. Ook het raadplegen van Magister is een mogelijkheid, omdat de docenten het huiswerk daarin noteren. Achterstallig huiswerk haal je zo snel mogelijk in. 2. Je maakt je huiswerk zo goed en verzorgd mogelijk.
24
Schoolgids 2014/2015
3. Als je je huiswerk niet hebt gemaakt vanwege ziekte of huiselijke omstandigheden, dan meld je je vóór de lessen bij de jaarlaagcoördinator met een briefje van je ouders. 4. Je verdeelt je huiswerk goed over de dagen om piekbelasting te voorkomen. 5. Je levert je werkstukken en dossiers zelf, op tijd en bij je docent tijdens de les in. 6. Als je maar één dag afwezig bent geweest, maak je een ruim van te voren opgegeven toets gewoon mee. 7. Als je een toets met een geldige reden hebt gemist, meld je je vóór of tijdens de eerste les bij je leraar om een afspraak te maken over het inhalen van de toets (zie ook hoofdstuk 10, punt g). 8. Je laat na schooltijd geen boeken of schriften achter in je kluisje. 9. Als je problemen hebt met het huiswerk, dan bespreek je dit met de vakdocent, je mentor of jaarlaagcoördinator. Er is ook gelegenheid om na school onder toezicht huiswerk te maken. Hiervoor vragen we een kleine vergoeding. Tenslotte bestaat er voor leerlingen van de onderbouw de mogelijkheid om huiswerkbegeleiding te krijgen van leerlingen van de bovenbouw. Ook daarvoor wordt een kleine vergoeding gevraagd. Tutorproject In de brugklas en mavo-2 loopt al enkele jaren een succesvol tutorproject. Het project houdt in dat oudere leerlingen (tutoren) jongere leerlingen (tuti’s) helpen met huiswerk, plannen en uitvoeren van studietaken. In de brugklas is dit project alleen bestemd voor de allochtone leerlingen; onze ervaring is dat deze leerlingen de Nederlandse taal vaak onvoldoende beheersen en derhalve niet optimaal kunnen presteren op hun niveau. In mavo-2 krijgen de leerlingen door mee te doen aan het project, een impuls qua motivatie, waaraan het juist in dat leerjaar vaak ontbreekt. Voordat de begeleiding start, volgen de tutoren een cursus die georganiseerd wordt door de school.
25
Sint-Janslyceum
6.3 ONDERSTEUNINGSFUNCTIONARISSEN ZAT Het Sint-Janslyceum stelt zich ten doel om ervoor te zorgen dat leerlingen hun schoolloopbaan kunnen doorlopen op een passend niveau wat betreft capaciteiten en interesse, waarbij vroegtijdig schooluitval zoveel mogelijk wordt voorkomen. Er kunnen situaties zijn die het behalen van deze doelstelling verstoren. Hiervoor heeft de school het ondersteuningssysteem ingericht. Tot een bepaald niveau vindt de ondersteuning plaats binnen school. Het kan echter zijn dat de ondersteuning het niveau van de school overstijgt en dat inzet of advies van externen nodig is. Om ervoor te zorgen dat er tijdig en juist gebruik gemaakt wordt van deze expertise heeft het Sint-Janslyceum het ZAT (zorg advies team) ingericht. Deelnemers op afroep: Extern: politie, divers, Bureau Jeugdzorg, schoolmaatschappelijk werk. Intern: conrector leerlingzaken, zorgcoördinator, jaarlaagcoördinator (wisselend) en vertrouwenspersoon. Het ZAT komt op een vast dagdeel in de maand bij elkaar. Zorgcoördinator De zorgcoördinator zorgt er op school voor dat de leerlingen adequate ondersteuning ontvangen. Hiervoor worden contacten gelegd met de ouders, docenten, mentoren en externe instanties. In deze contacten kan de zorgcoördinator informatie en/of advies geven, doorverwijzen en eventueel begeleiden. Vertrouwensgroep De vertrouwensgroep bestaat uit docenten, die in nauw overleg met de schoolarts, de schoolmaatschappelijk werkster en de sociaal verpleegkundige, hulp proberen te bieden aan leerlingen die niet op de eerste plaats met hun studie, maar meer met zichzelf in de knoop zitten. De vertrouwensgroep introduceert zich als volgt: 26
Schoolgids 2014/2015
“Het overkomt iedereen wel eens, dat je over het een of ander in de put zit. Het is dan fijn als er iemand is met wie je daarover kunt praten. Dat kunnen je ouders zijn, een goede kennis, een vriend of vriendin. Het van je af kunnen praten, lucht op. Het kan ook zijn, dat je niemand om je heen hebt met wie je kunt praten. Ook komt het voor, dat je in een situatie terecht bent gekomen, die voor je gevoel zo erg is, dat je er niet zo goed over durft te praten met de mensen die je goed kent, omdat je bijvoorbeeld bang bent dan hun waardering te verliezen. Is er iets dergelijks met je aan de hand, en durf je daar met je ouders, je vrienden en kennissen niet over te praten, dan is het goed te weten dat je bij ons op school bij veel leraren terecht kunt. Je mag zelf kiezen. Je mentor is misschien de eerste aan wie je dan denkt, maar je kunt natuurlijk ook een van de andere leraren kiezen van wie je les hebt. Er zijn ook enkele docenten die, naast de lessen die ze geven, een speciale taak hebben om in zo’n geval naar je te luisteren, vooral te luisteren, en die dan samen met jou willen kijken hoe je weer plezier in je leven kunt krijgen. Je kunt overal op school, waar je ons treft, een afspraak maken.” Mentoren Bij elke klas, en in de bovenbouw bij elke groep, hoort een docent die de speciale zorg heeft voor die leerlingen. In de brugklas ligt daarbij de nadruk op introductie en begeleiding. Want de overstap van basisschool naar zo’n grote vervolgschool vraagt heel wat van de leerling. Een steuntje in de rug is dan heel prettig. Maar ook de andere klassen hebben in hun mentor een aanspreekpunt en - hopelijk - een vertrouwenspersoon, die de studie en de ontwikkeling van de leerlingen positief probeert te volgen en te stimuleren. Mentoren hebben als taak de leerlingen van een klas of groep te begeleiden bij de studie en de andere problemen die zij in dat verband tegenkomen. Ze ondersteunen de schooldecanen bij de voor27
Sint-Janslyceum
bereiding op de keuze van het vakkenpakket, het profiel, de sector en de vervolgopleiding. Jaarlaagcoördinatoren De jaarlaagcoördinatoren overleggen vaak met de mentoren en begeleiden leerlingen in situaties die het niveau van de mentoren overstijgen. Decanen Als de leerling geconfronteerd wordt met individuele keuzes rond het vakkenpakket, de sector of het profiel, staan de decanen klaar. Zij zijn speciaal opgeleid om samen met de leerling vragen te beantwoorden als: - voor welke vakken heb ik aanleg en interesse? - waardoor worden mijn studieresultaten bepaald? - welk beroep trekt me? - welke eisen stellen dat beroep en die vervolgstudie? De decaan/mentor praat over dit alles met de leerling, eerst klassikaal en later individueel, geeft informatie en organiseert jaarlijks enkele avonden over studievoorlichting. De decanen, die te vinden zijn in de mediatheek, worden door de leerlingen vaak, en graag, bezocht. Ook vinden desgewenst gesprekken plaats tussen de decaan en ouders, met name rond de keuze van pakketten/profielen. Schoolpastor Vaak hebben katholieke scholen iemand in huis die een schoolpastorale taak uitoefent. Ook het Sint-Janslyceum kent al jaren een dergelijke functie. Een van onze docenten heeft, naast zijn normale lesgevende taak, als bijzondere opdracht de christelijke identiteit in de dagelijkse schoolpraktijk in stand te houden. De schoolpastor zal zijn voelhorens ook uitsteken om activiteiten welke ingaan tegen de christelijke identiteit te signaleren en vervolgens kritisch bespreekbaar te 28
Schoolgids 2014/2015
maken. Alle leden van de schoolgemeenschap kunnen een beroep doen op de pastor. Schoolmaatschappelijk werkster Wanneer de problematiek de mogelijkheden van de mentoren, jaarlaagcoördinatoren of vertrouwensgroep overstijgt, wordt de hulp ingeroepen van de schoolmaatschappelijk werkster om de juiste weg te vinden in de talloze begeleidingsmogelijkheden. Zij verwijst, houdt de voortgang in de gaten en rapporteert terug. De schoolmaatschappelijk werkster is bereikbaar in 1-30. De schoolarts en sociaal verpleegkundige Als externe hulpverleners zijn de schoolarts en de sociaal verpleegkundige op het Sint-Janslyceum actief. Vanzelfsprekend zijn zij in eerste instantie aanwezig voor de leerlingen, die bij hen terecht kunnen met vragen op allerlei gebied. Zij hebben elke maand een spreekuur waar leerlingen die dat willen op in kunnen tekenen. Ook ouders en docenten (en dan met name de mentoren en jaarlaagcoordinatoren) raadplegen hen geregeld met vragen. Zo is, eventueel telefonisch, snelle hulp mogelijk. De schoolarts en de sociaal verpleegkundige werken ook nauw samen met de vertrouwensgroep. Specifieke ondersteuning De faciliteiten die we krijgen voor leerlingen met bepaalde achterstanden worden over alle leerjaren verdeeld. Individuele leerlingen of kleine groepjes kunnen zo heel gericht extra ondersteuning krijgen. Het Sint-Janslyceum heeft docenten in huis die hiervoor speciaal geschoold zijn.
29
Sint-Janslyceum
7
BUITENSCHOOLSE ACTIVITEITEN
Het Sint-Janslyceum streeft er naar om naast het reguliere lesprogramma een breed scala aan buitenschoolse activiteiten aan te bieden. Hieronder vallen zeer uiteenlopende zaken. Wij vinden deze buitenschoolse activiteiten belangrijk omdat ze mede de sfeer op school bepalen en die sfeer is weer nodig om de leerling zich thuis te laten voelen en daardoor goed te laten presteren. Het kunnen activiteiten zijn voor een grote groep leerlingen of juist voor een heel klein groepje. Steeds geldt dat ze op enigerlei wijze in relatie moeten staan tot het hoofddoel van de school en dat ze daarin moeten passen: de leerlingen goed voorbereiden op hun toekomst door hen een positieve en veilige leeromgeving te bieden. Een greep uit het aanbod: - buitenlandse reizen - vakexcursies - toneellessen - sportactiviteiten - het Artistiek Festival - een musical - schoolfeesten/gala - het Model European Parliament - internationale uitwisselingsprojecten - een debatclub - lessen Cambridge-Engels Het is een van de taken van de schoolleiding om in het bonte aanbod van mogelijke buitenles-activiteiten zo te sturen dat in voorkomende gevallen de verplichting om deel te nemen aan alle betrokkenen met recht opgelegd kan worden (b.v. als het een in het kader van de lessen geïntegreerde excursie betreft). In andere gevallen zal de schoolleiding beoordelen of de doelstelling die wordt nagestreefd ook waargemaakt wordt als niet alle leerlingen deelnemen die worden uitgenodigd. 30
Schoolgids 2014/2015
Eenzelfde overweging geldt ook ten aanzien van de begeleiders: sommige activiteiten worden georganiseerd door uitsluitend een beroep te doen op vrijwilligers binnen het team, andere activiteiten vallen voor hen binnen het normale takenpakket en kunnen dan ook opgedragen worden. Helaas is het bijna altijd zo dat leraren die zo’n activiteit begeleiden daardoor voor andere klassen lesuitval veroorzaken: ook in dat opzicht moeten steeds de voor- en nadelen tegen elkaar afgewogen worden. En een niet te verwaarlozen aspect is dat de kosten van alle “extra’s” binnen de perken moeten blijven: de financiën mogen geen echte belemmering zijn om deel te nemen. In uitzonderlijke situaties (bij ernstig wangedrag) kan een leerling worden uitgesloten van deelname van buitenschoolse activiteiten.
31
Sint-Janslyceum
8
DE DAGELIJKSE ONDERWIJSPRAKTIJK
In de dagelijkse onderwijspraktijk proberen we de doelstellingen of de missie die we binnen de school hebben uitgezet vorm te geven. Onze eerste opdracht is het verzorgen van zo goed mogelijk onderwijs zodat elke leerling een zo groot mogelijke kans heeft een diploma te behalen. Maar wij vinden dat onze taak verder reikt dan alleen het bijbrengen van kennis. In de dagelijkse praktijk van het onderwijs dient de school ook bij te dragen aan de ontwikkeling van de leerlingen tot zelfstandige jonge mensen met een kritisch oordeelsvermogen. Daarom behoort het ook tot onze opdracht om leerlingen op te voeden tot zorgvuldigheid en respect in hun omgang met anderen. Het gaat om een bepaalde houding die wij als school trachten over te dragen door: -
de manier waarop wij zelf de leerlingen benaderen; de wijze waarop we de leerstof presenteren; de ruimte die we de leerling geven voor eigen inbreng; de mate waarin we deze inbreng serieus nemen; het organiseren van bepaalde acties waarbij zorg voor anderen centraal staat.
Het bijbrengen van deze brede vorming vormt een impliciet onderdeel van onze dagelijkse onderwijspraktijk. Een school als het SintJanslyceum behoort méér te zijn dan een kennisinstituut. Het gaat immers om leerlingen die in hun groei naar volwassenheid ook gebaat zijn bij een brede culturele en sociale vorming en een respectvolle benadering van normen en waarden. In de dagelijkse onderwijspraktijk proberen wij ook deze idealen en doelstellingen vorm te geven. Om dit te realiseren is een goed geoliede organisatie nodig. Omtrent een paar algemene kenmerken hiervan zullen we u in deze schoolgids informeren. De algemene lessentabel wordt gemaakt aan de hand van vastgesteld beleid. Daarbij wordt uitgegaan van de wettelijke kaders en het 32
Schoolgids 2014/2015
onderwijskundige en pedagogische beleid dat in de school is uitgezet. Bij het maken van het lesrooster is de leerling de centrale factor. Uitgangspunten zijn: zoveel mogelijk lestijden tussen 08.30 en 15.10 uur en geen tussenuren voor de klassen 1 t/m 3. In de onderbouw zullen bij eventuele lesuitval de lessen zoveel mogelijk verschoven worden, zodat ze aaneengesloten gegeven worden. Bij tussenuren in de hogere leerjaren stimuleren wij de leerlingen zoveel mogelijk zelfstandig hun studie voort te zetten in een van de zelfstudieruimtes van de school. Op dagen met leerlingenbesprekingen wordt een 45 minuten-rooster gehanteerd waardoor de lesuitval beperkt blijft. Voor de exacte tijden: zie hoofdstuk 1. Onze school houdt een nauwkeurige afwezigheidsregistratie per leerling bij; mede daardoor is er weinig sprake van ongeoorloofd lesverzuim.
33
Sint-Janslyceum
9
KWALITEITSZORG
De discussie over de kwaliteit van scholen voor voortgezet onderwijs heeft de laatste jaren bijzondere aandacht gekregen. In deze discussie bestrijdt feitelijk niemand dat scholen zich moeten verantwoorden over hun kwaliteitsdoelen en de mate waarin deze worden behaald. De overheid heeft de schoolgids als instrument aangewezen om publiekelijk verantwoording af te leggen in de vorm van de opbrengstenkaart. Als bijlage is dan ook de opbrengstenkaart van het SintJanslyceum toegevoegd. De opbrengstenkaarten, ontwikkeld door de Inspectie van het Onderwijs, kunnen een extra hulpmiddel zijn bij de keuze van een middelbare school. De Inspectie heeft geprobeerd de vergelijking tussen scholen zo breed mogelijk te maken. Op de opbrengstenkaart worden de resultaten van een school afgezet tegen die van scholen in vergelijkbare omstandigheden en vergeleken met landelijke gemiddelden. Nadeel van de opbrengstenkaart is dat alleen de resultaten of het rendement van scholen gemeten wordt. Niet meetbaar blijft de mate waarin de school heeft bijgedragen aan de sociale, creatieve en culturele vorming van leerlingen. Gelet op onze doelstellingen of onze missie zijn deze aspecten evenzeer van belang. De opbrengstenkaart geeft aan in hoeverre het de school is gelukt de leerlingen zo goed mogelijk “af te leveren”. Anders gezegd: de opbrengstenkaart geeft het resultaat weer van de kwaliteitszorg die de school ontwikkeld heeft. Kwaliteitszorg houdt daarbij in dat de school systematisch werkt aan het op peil brengen, het op peil houden en het verbeteren van een aantal zaken “waar de school voor staat”. Binnen het Sint-Janslyceum proberen we steeds systematisch te werken aan de verdere verbetering van de kwaliteit van ons onderwijs op basis van de door ons geformuleerde missie. Een opsomming van alle activiteiten die we in dit kader ondernemen is ondoenlijk en te aanmatigend. Een paar aandachtspunten willen we hierbij wel aanstippen. 34
Schoolgids 2014/2015
Voor ons is optimalisering van de begeleiding een belangrijke doelstelling. Op dit terrein zal dus altijd een actief beleid gevoerd worden. Verbetering van de kwaliteit van ons onderwijs proberen we ook te bereiken door de professionele ontwikkeling van medewerkers van het Sint-Janslyceum te stimuleren. De school is voortdurend onderhevig aan maatschappelijke, politieke en onderwijskundige verandering. Via deskundigheidsbevordering en een actief personeelsbeleid proberen we de kennis, houding en vaardigheid van de medewerkers te laten aansluiten op de onderwijskundige veranderingen. De discussie over kwaliteit en rendement van ieder vakgebied - op basis van examenresultaten, deelnamepercentage, rapportcijfers en het oordeel van eindexamenleerlingen - wordt regelmatig met vakgroepen gevoerd. Ook de functionerings- en beoordelingsgesprekken met medewerkers beschouwen we als een instrument om de kwaliteit van ons onderwijs te verbeteren. Een leerlingenenquête is een integraal onderdeel van deze gesprekken. Bovendien is het begeleidings- en beoordelingstraject van nieuwe medewerkers zeer intensief, zodat ook zij in de meeste gevallen kunnen voldoen aan de eisen die wij aan onze personeelsleden stellen. Regelmatig doet het Sint-Janslyceum ook mee aan kwaliteitsonderzoeken die derden uitvoeren en waaruit gegevens gedistilleerd worden ten behoeve van de bijsturing van ons beleid. Bij dergelijke onderzoeken worden ook leerlingen, oud-leerlingen, ouders en toeleverende scholen betrokken. Sinds begin 2011 is het project "Vensters voor Verantwoording" gestart. De overheid publiceert van alle scholen een grote hoeveelheid belangwekkende gegevens. De scholen kunnen daarbij zelf een toelichting schrijven. De betreffende website: www.schoolvo.nl.
35
Sint-Janslyceum
10
DE REGELS VAN ONS HUIS
“De regels van ons huis” klinkt wat vriendelijker dan schoolreglement. Wel wordt hetzelfde bedoeld. Natuurlijk is het op een school als de onze nodig onderling duidelijke afspraken te hebben om het geheel prettig leefbaar te houden voor iedereen. Dat houdt in dat leerlingen moeten weten aan welke regels ze zich moeten houden en wat wij als gemeenschap beschouwen als belangrijke waarden en normen of leefregels. Dat wil zeggen dat leerlingen moeten weten welke regels gelden bij “gewone” situaties als ziekte, te laat komen, verlofregelingen, eventueel wangedrag en welke kledingregels gelden. Het uitgangspunt van al deze regels is dat ieder lid van onze schoolgemeenschap mede verantwoordelijk is voor de vrijheid van de ander. Daarom: bezorg elkaar geen overlast, maar spreek ook als je overlast ervaart. De school kent daarnaast heel wat regelingen die slechts voor bepaalde groepen leerlingen belangrijk zijn; bijvoorbeeld: - wat zijn de voorschriften rond het kiezen van een extra vak in het examenpakket? - hoe is het spaarsysteem rond schoolreizen opgezet? - hoe verloopt de intekening op de schoolreizen? - hoe luidt het examenreglement en programma van toetsing en afsluiting? Deze schoolgids wordt te uitgebreid als we al die afspraken zouden opnemen. In grote lijnen is het zo dat de regels mondeling of schriftelijk worden bekendgemaakt aan de betrokken leerlingen. Veel informatie is ook te vinden op onze website. Andere belangstellenden kunnen steeds informatie verkrijgen bij de afdelingsteams. Voor leerlingen en ouders volgen hieronder enkele regels en afspraken die voor iedereen gelden. a. Contact van de ouder met de school Als u contact wenst met de jaarlaagcoördinatoren of de leden van de schoolleiding, dan kunt u het beste bellen of mailen, ook om een afspraak voor een gesprek te maken. 36
Schoolgids 2014/2015
De decanen zijn het best bereikbaar op donderdag. Mentoren zijn vaak het gemakkelijkst thuis te bereiken, omdat zij tijdens de lessen niet gestoord kunnen worden. b. Ouderspreekuren (tien-minuten gesprekken) Voor de in de jaaragenda geplaatste ouderspreekuren kunnen de ouders gesprekken aanvragen met de vakdocenten en/of mentor van hun kinderen, desgewenst vergezeld van hun kind. De docent moet dan wel van tevoren ingelicht worden. De ouders ontvangen een lijst met de namen van alle docenten (zo mogelijk digitaal) en kunnen daarop per leerling de namen van maximaal drie docenten, met wie zij een gesprek wensen, aankruisen. Zodra het rooster klaar is, ontvangen de ouders bericht hoe laat en in welk lokaal zij de betrokken docenten kunnen spreken. De data voor de tien-minuten gesprekken vindt u in de jaaragenda zodat u daar met uw planning al rekening mee kunt houden. Mocht het tijdsbestek van tien minuten niet toereikend zijn, dan wordt van docenten en ouders verwacht dat er buiten het kader van deze spreekuren een andere afspraak wordt gemaakt. c. Rapporten Elke leerling krijgt aan het einde van het schooljaar cijferrapportage. De brugklasleerlingen ontvangen vergadering eveneens een schriftelijke rapportage. jaar is in Magister te zien welke cijfers zijn behaald. Het overgangsrapport is bepalend voor bevordering beslissingen vallen in de eindrapportvergaderingen.
een schriftelijke na de adviesGedurende het of afwijzing. De
d. De regels die gelden voor de schoolkrant, schoolreizen, excursies, feesten, interne doorstroming, enz. zijn vastgelegd en liggen bij de schoolleiding ter inzage. Te gelegener tijd worden deze regels aan belanghebbenden verstrekt. Zie ook het overzicht “contactpersonen” in hoofdstuk 5 van deze schoolgids. e. Schoolbenodigdheden Iedere leerling moet er zelf voor zorgen dat hij de juiste boeken en andere hulpmiddelen bij de lessen bij zich heeft. Dat geldt ook voor agenda, rekenmachine e.d. 37
Sint-Janslyceum
f. Schoolbibliotheek/mediatheek De mediatheek is vrij toegankelijk voor alle leerlingen van het SintJanslyceum, tijdens tussenuren en na lestijd. Leerlingen kunnen er studeren, aan werkstukken of opdrachten werken, naar informatie zoeken op internet of in boeken. Je kunt er presentaties voorbereiden, spreekvaardigheids- of luistertoetsen voor de moderne vreemde talen maken, voor een opdracht een speelfilm bekijken. Óf een boek lenen: voor je plezier, je leesdossier of opdracht of voor je werkstuk. De decanen en de infotheek voor studie en beroepen hebben er niet toevallig ook hun plek gevonden. De voorzieningen in de mediatheek zijn gratis. Voor afdrukken of kopiëren wordt een kleine bijdrage gevraagd. Het lenen van boeken is gratis; boete wordt opgelegd voor te laat ingeleverde boeken. De openingstijden zijn van 08.30 tot 16.30 uur. Tijdens pauzes is de mediatheek gesloten. In de kleine pauzes kunnen wel boeken geleend en teruggebracht worden. Om er voor te zorgen dat ook iedereen plezierig in de mediatheek kan werken, gelden er enkele gedragsregels: - niet eten of drinken (daar is de kantine voor) - gedraag je rustig (anders stoor je anderen) - doe iets voor school (niet spelen, ook niet op de computer) g. Ziekte Als een leerling door ziekte niet naar school kan komen, meldt een ouder dit vóór 08.30 uur telefonisch (073-6154780) aan de school. Als een leerling tijdens een schooldag ziek naar huis wil, meldt hij dit op de coördinatorenkamer van zijn afdeling; de aanwezige jaarlaagcoördinator kan toestemming geven naar huis te gaan. Indien er niemand aanwezig is, gaat de leerling naar de meldkamer. Er wordt altijd contact opgenomen met één der ouders. De leerling dient bij thuiskomst dit telefonisch te bevestigen aan school. Bij terugkeer na ziekte, dient de leerling een door één der ouders ondertekende bevestiging van zijn ziekte mee te nemen en af te geven op de coördinatorenkamer; een formulier daarvoor staat op de website. Het kan voorkomen dat een leerling veel lessen verzuimt door ziekte of om andere medische redenen. Wanneer de ouders/verzorgers dit 38
Schoolgids 2014/2015
melden, geldt dit als geoorloofd verzuim. In deze gevallen mist de leerling wel een belangrijk deel van het onderwijs. - Bij regelmatig of veelvuldig verzuim door ziekte kunnen we de leerling laten oproepen door de schoolarts. - Wanneer niet wordt ingegaan op een oproep van de schoolarts, zal dit worden gemeld bij de leerplichtambtenaar. Indien gewenst kan een leerling huiswerkvrij krijgen voor de eerste dag van terugkeer na ziekte; dit geldt echter niet voor geplande proefwerken of overhoringen als het verzuim door ziekte niet langer geduurd heeft dan één dag. Indien toetsen door ziekte of een andere geldige reden niet zijn meegemaakt, moet er een inhaaltoets worden gemaakt. De tijden en data van de inhaaltoetsen worden aan het begin van het schooljaar bekendgemaakt. Verlof wordt verleend voor bezoek aan een arts, orthodontist of therapeut; een verzoek daartoe dient van te voren, ondertekend bij de jaarlaagcoördinator ingeleverd te worden. Indien mogelijk dient dit bezoek buiten schooltijd plaats te vinden. Indien verlof om deze reden vaker voorkomt en voortdurend op dezelfde tijd plaatsvindt, zal de jaarlaagcoördinator verzoeken de tijden te wisselen. Als dit niet mogelijk is, dient dit schriftelijk bevestigd te worden. Bij veelvuldig verlof om medische redenen zal de mentor contact opnemen om de gevolgen van het verzuim in kaart te brengen en ondersteuning te bieden bij het leerproces. Vrijstelling op medisch advies van het actief deelnemen aan de gymlessen wordt verleend door de conrector leerlingenzaken, na overleg met de docent lichamelijke opvoeding. Bij kleine blessures is de leerling normaal in de les aanwezig. h. Huiswerkvrij Als door bijzondere omstandigheden het huiswerk niet gemaakt kan worden, moet een verzoek om vrijstelling vooraf bij de jaarlaagcoördinator worden ingediend. De dagen voor welke geen huiswerk wordt opgegeven, staan vermeld in de jaaragenda. i. Schoolvakanties In de jaaragenda staat nauwkeurig aangegeven op welke dagen de verschillende vakanties beginnen en eindigen. Buiten die vakanties 39
Sint-Janslyceum
zijn alle lesdagen verplicht voor alle leerlingen. Als toch extra verlof gewenst is, dient dit schriftelijk te worden aangevraagd bij de conrector leerlingenzaken. Een dergelijk verlof wordt zeker niet toegekend als voor de leerling een schoolexamen of centraal examen gepland is of als een toetsweek in het rooster is opgenomen. Extra verlof houdt niet vanzelfsprekend in dat proefwerken en overhoringen die tijdens het verlof worden afgenomen, mogen of moeten worden ingehaald. Voor extra vakantieverlof heeft de overheid zeer strikte regels opgesteld, die zo nodig via de leerplichtambtenaar worden gehandhaafd. Voor de volledige regeling "Verzuim en verlof": zie de website. j. Naar school en naar huis Leerlingen betreden en verlaten de school via de centrale leerlingenin/uitgang. Alleen (tijdelijk) gehandicapte leerlingen mogen na toestemming van de jaarlaagcoördinator van de hoofdingang gebruikmaken. Het is aan leerlingen met scooters niet toegestaan op het schoolterrein te rijden met ingeschakelde motor. Leerlingen mogen geen fietsen stallen buiten de fietsenrekken; deze worden verwijderd. Om 07.55 uur gaan de schooldeuren open. Leerlingen dienen tien minuten voor aanvang van de lessen aanwezig te zijn. Om 08.23 uur gaat de eerste zoemer. Dan gaat iedereen naar de leslokalen. Om 08.30 uur gaat de tweede zoemer en begint het eerste lesuur. Tijdens de schooltijden is het voor de leerlingen van klas 1 en 2 niet toegestaan het schoolterrein te verlaten. k. Gangen De gangen zijn bedoeld als loopruimte. Het is dus niet toegestaan dat leerlingen deze blokkeren door er te gaan zitten of er tassen te laten slingeren. Omdat we een groot gebouw hebben dat we netjes en ordelijk willen houden, is er een aantal regels opgesteld waaraan elke leerling zich dient te houden: 40
Schoolgids 2014/2015
-
-
-
De leerling krijgt een kluisje ter beschikking om zijn spullen tijdens de lessen op te bergen. De kluisjes zijn alleen bestemd voor zaken die op school zijn toegestaan. De leerling betaalt bij ontvangst van de kluissleutel éénmalig een borgsom van € 5,00. Wanneer de leerling van school vertrekt, ontvangt de leerling de borgsom terug tegen inlevering van de originele kluissleutel, mits het kluisje schadevrij en schoon wordt opgeleverd. Schade die tussentijds wordt aangericht, wordt direct verhaald op de leerling. Bij verlies van de oorspronkelijke kluissleutel, wordt een nieuwe kluissleutel verstrekt tegen betaling van € 5,00. De gebruiker van een leerlingkluisje gaat er door het in gebruik nemen mee akkoord dat de schoolleiding op elk gewenst moment een controle kan (laten) uitvoeren op aanwezigheid van drank, drugs, wapens of andere verboden waar, inclusief het doorzoeken van in de kluis gelegen tassen, jassen o.i.d. De ruimtes waar de kluisjes staan, zijn geen verblijfsruimtes: leerlingen mogen er alleen komen om iets uit hun kluisje te halen, of er iets in te leggen. Jassen, jacks, petten e.d. mogen niet mee naar de gangen en lokalen worden genomen. Tassen mogen niet onbeheerd zomaar ergens worden neergezet. Tijdens de lessen zijn de gangen en de hal geen verblijfsruimtes. Daar dient rust te heersen, zodat de lessen niet gestoord worden. Ook voor de leerlingen die de studiehoeken gebruiken die verspreid over het gebouw zijn ingericht, is het sleutelwoord: geen overlast voor anderen! De school is niet aansprakelijk voor verlies of diefstal van voorwerpen, kleding, enz., noch voor door derden daaraan toegebrachte schade.
l. Pauzes In de grote pauze gaan alle leerlingen zo snel mogelijk naar de kantines op de begane grond, de hal of naar buiten. In de kleine pauze mogen de leerlingen in de gangen blijven op de begane grond en de eerste verdieping, voor het lokaal van de volgende les. Maar ook dan 41
Sint-Janslyceum
geldt: blokkeer de gangen niet! Tijdens de pauzes kunnen leerlingen ook verblijven in de binnentuin. Er mag daar niet gerookt worden.
m. In de klas Het is de leerlingen niet toegestaan in het klaslokaal te zijn voordat er een docent aanwezig is. Wanneer een docent niet op tijd bij zijn lokaal aanwezig is, dienen de leerlingen na vijf minuten een afgevaardigde naar de receptie te sturen. De leerlingen mogen de klas niet verlaten zonder toestemming van de docent; in de regel dus niet voordat de zoemer is gegaan en de leraar de les heeft beëindigd. In de leslokalen mag niet worden gegeten, gedronken of gesnoept. Er wordt door onoordeelkundig gebruik nogal eens schade toegebracht aan de zonwering in de lokalen. Leerlingen mogen deze zonwering dan ook niet uit eigen beweging neerlaten of ophalen. De docent ziet erop toe, dat de ramen aan het einde van het laatste lesuur worden gesloten en dat de stoelen op de tafels worden geplaatst. n. Strafmaatregelen Leerlingen worden niet uit de les verwijderd als ze hun huiswerk niet af hebben of hun spullen niet bij zich hebben. Wel dienen zij de volgende lesdag een uur terug te komen. Zij krijgen dan de opdracht een tekst over te schrijven. Dit is voor ouders en leerlingen in te zien in Magister. Nadere informatie vertrekken mentoren en jaarlaagcoördinatoren. Wij vinden het belangrijk dat de lessen op tijd beginnen. Telaatkomers dienen zich de volgende dag om 08.00 uur (met hun schoolpasje) te melden. Wangedrag tijdens de les is een ernstige zaak die de goede voortgang van een les verstoort en die een prettige onderlinge sfeer belemmert. Bij ernstig storend gedrag kan een leerling uit de les worden verwijderd. Na verwijdering uit de les moet een leerling zich onmiddellijk bij de jaarlaagcoördinator melden. Na overleg met de betrokken docent zal in de meeste gevallen aan de leerling een straf opgelegd worden. 42
Schoolgids 2014/2015
Een leerling die ondanks verwijdering uit de les en bestraffing de sfeer toch nadelig blijft beïnvloeden, kan voor één of meerdere dagen intern dan wel extern worden geschorst. De ouders worden, zo mogelijk dezelfde dag, hiervan in kennis gesteld. Bij aanhoudend wangedrag na schorsing kan de conrector, belast met leerlingenzaken, na overleg met de jaarlaagcoördinator, overgaan tot het in werking stellen van de procedure tot verwijdering van de school. Ook indien een leerling zich schuldig maakt aan wangedrag buiten de lessen (hierbij valt onder andere te denken aan opzettelijke vernieling, diefstal, agressie tegenover schoolgenoten) kan hij/zij worden voorgedragen tot verwijdering van school. Tegen een besluit van de conrector leerlingenzaken kan bezwaar worden gemaakt bij de rector. Tegen het besluit van de rector kan beroep worden aangetekend bij het College van Beroep Regio Noord-Oost. o. Ongeoorloofd verzuim / spijbelen Wanneer een leerling zonder geldige reden een of meer lesuren verzuimt, zal de jaarlaagcoördinator maatregelen nemen. De soort maatregelen hangt af van de verzuimduur, eventuele verzachtende omstandigheden en eventuele recidive. Maatregelen kunnen bestaan uit (ook in combinatie): - mondelinge of schriftelijke waarschuwing; - gesprek met ouders en leerling; - strafmiddag (verplicht verblijf op school gedurende een middag); - interne schorsing (uitsluiting van de lessen; wel de verplichting op school te zijn en aangewezen werkzaamheden uit te voeren); - verplichting tot inhalen van verzuimde tijd tijdens vakantiedagen; - externe schorsing (uitsluiting van schoolbezoek); - verwijdering van school; - melding bij het verzuimloket en via deze bij de leerplichtambtenaar. p. Melding van verzuim bij de leerplichtambtenaar In de volgende gevallen is de school verplicht een melding te maken bij het verzuimloket: - ongeoorloofd verzuim; - bij vakantie zonder toestemming; 43
Sint-Janslyceum
-
bij zorgwekkend verzuim (frequent kortdurend verzuim of anderszins); bij veelvuldig ziekteverzuim; als de leerling vaak te laat is (meer dan 5 keer per half schooljaar); bij voortijdig schoolverlaten (zonder startkwalificatie). De school heeft de plicht de voortijdige schoolverlaters terstond te melden aan de gemeente van de woonplaats van de leerling. Dit gaat zowel om meldingen als een leerling het onderwijs verlaat zonder een startkwalificatie, als om situaties dat een leerling gedurende een aaneengesloten periode van tenminste een maand zonder geldige reden het onderwijs niet bezoekt.
-
q. Een leefbare school Hoewel het begrip “leefbaar” niet voor eenieder dezelfde inhoud heeft, is het goed om voor een school als de onze ook wat dit betreft regels te stellen. Het is in dit verband dan ook heel normaal dat iedereen eraan meewerkt onze school niet te (laten) vervuilen. Alle leden van onze schoolgemeenschap worden geacht mee te werken aan het schoonhouden van de school en het terrein om de school. Er wordt dus gebruik gemaakt van de prullenbakken in alle lokalen, gangen, kantines en rondom het schoolgebouw. Deelname aan de milieudienst is verplicht. Voor gebruik van laptops, tablets, daisy-spelers geldt dat deze binnen de les gebruikt mogen worden, voor zover daar vanuit de schoolleiding toestemming is gegeven, bijvoorbeeld op basis van het dyslexiebeleid. Voor zover bovenstaande niet geldt, vallen deze apparaten onder dezelfde regels als hieronder geformuleerd voor mobiele telefoons, laptops, tablets en smartphones, kortweg mobieltjes. 1. Tijdens toetsen is elk gebruik van een mobieltje verboden; overtreding hiervan wordt gezien als fraude en zal leiden tot het toekennen van het cijfer 1.
44
Schoolgids 2014/2015
2. Tijdens lessen is het gebruik van een mobieltje als agenda toegestaan, maar alleen op de momenten die daartoe geëigend zijn, bijvoorbeeld bij het maken van afspraken als huiswerk, toetsen, mondeling enz. Je zult daarbij de aanwijzingen van de docent altijd moeten volgen. 3. Buiten de leslokalen is het gebruik van mobieltjes toegestaan, met uitzondering van bellen, het maken van opnames (zowel geluid als foto’s) en alle toepassingen waarbij hoorbaar geluid wordt geproduceerd. Dit geldt ook voor de mediatheek, behalve als je daar les hebt: dan gelden de regels onder 2. 4. Buiten de muren van de school mogen alle mogelijkheden gebruikt worden, maar opnames maken mag alleen als degenen die het betreft het er mee eens zijn. Als je bovenstaande regels overtreedt, zal het mobieltje worden afgenomen. Bij de eerste keer overtreding zal de straf over het algemeen een opstel zijn van twee kantjes en krijg je je mobiel aan het einde van de dag terug; bij herhaalde overtreding of een ernstige overtreding ben je je mobiel langer kwijt en kunnen er ook andere maatregelen volgen. De jaarlaagcoördinator bepaalt de strafmaat. Als bijlage is toegevoegd de regeling "Gedragscode computergebruik door leerlingen". Het is ten strengste verboden op school kansspelen te organiseren en/of deel te nemen aan kansspelen. In het hele gebouw is er voor leerlingen een rookverbod. Dat bezit en gebruik van alcohol en drugs op school beslist niet zijn toegestaan, is voor ons een vanzelfsprekende zaak. Bij schoolfeesten voor leerlingen van de bovenbouw zijn licht-alcoholische dranken verkrijgbaar. Met betrekking tot drugsgebruik volgen hier puntsgewijs onze regels. - Uitgangspunt is een “zero-tolerance-beleid”. - Met gebruikers van softdrugs (op schoolterrein, tijdens schoolactiviteiten, in de buurt van de school) zal de eerste keer worden gesproken in de trant van: “cursus volgen en eens en nooit meer”. De tweede keer volgt de procedure tot verwijdering. De ouders worden hiervan uiteraard op de hoogte gesteld.
45
Sint-Janslyceum
-
Met dealers van drugs of gebruikers van harddrugs kennen we nog minder mededogen: zij worden direct van school verwijderd en er wordt aangifte gedaan bij de politie. - Het signaleren is bepaald niet eenvoudig. De surveillanten en overige collega’s zijn alert. Bij vermoedens van gebruik worden de namen van leerlingen doorgegeven aan de schoolleiding. Overigens blijft het een lastige materie. Het gedoogbeleid van de overheid staat gebruik van softdrugs toe. Toch kunnen we niet accepteren dat leerlingen “onder invloed” op school verblijven. En hoewel wij ervan overtuigd zijn dat leerlingen van alle scholen in Nederland drugs gebruiken (dus waarom leerlingen van het Sint-Janslyceum niet?) willen wij absoluut niet dat in en rond de school drugs gebruikt of verhandeld worden. r. Kleding In het schoolgebouw is een zodanig klimaat dat alleen binnenkleding volstaat. Jassen, petten e.d. kunnen in het kluisje worden opgeborgen en mogen in het schoolgebouw niet worden gedragen. De kleding moet fatsoenlijk zijn en niet storend of uitdagend voor anderen. Daarnaast mogen de kleding en bijbehorende attributen geen gevaar opleveren voor anderen. Bovendien moet normale communicatie niet belemmerd worden. Een leerling die om religieuze redenen een hoofddoek wil dragen, zal in beginsel, na een schriftelijk verzoek van de ouders daartoe, toestemming verkrijgen. Ondanks verkregen toestemming om een hoofddoek te dragen kan een leerling toch gedwongen worden om uit veiligheidsoverwegingen de hoofddoek af te doen. Te denken valt daarbij aan de lessen lichamelijke opvoeding en bij bepaalde praktische opdrachten. Gezichtsbedekkende kleding (burka, niqaab) is verboden om redenen van herkenbaarheid en communicatiemogelijkheden. s. Schoolpas Iedere leerling ontvangt aan het begin van het schooljaar een schoolpas. Dit pasje is noodzakelijk bij gebruik van sommige interne faciliteiten (zoals bibliotheek en internet) en bij de kaartverkoop voor feesten in of buiten de school. Daarnaast dient iedere leerling zijn 46
Schoolgids 2014/2015
pasje te kunnen tonen bij het melden in verband met te laat komen en bij het overtreden van schoolregels. De leerlingen dienen hun schoolpas dan ook altijd bij zich te hebben op school en bij schoolactiviteiten. t. Omgang met leerlinggegevens Het Sint-Janslyceum verzamelt informatie van alle leerlingen die bij ons op school zijn ingeschreven in de leerlingenadministratie. Dit doen wij allereerst om leerlingen passend onderwijs te geven zodat ze een diploma kunnen halen. We hebben de informatie ook nodig om ervoor te zorgen dat we de leerlingen zo goed mogelijk kunnen begeleiden bij het doorlopen van de school en waar nodig extra ondersteuning te kunnen bieden. De algemene informatie over leerlingen staat in het leerlingdossier (naam, adres, cijfers, absentie en verzuim, enz.) evenals de informatie die nodig is voor begeleiding (bijvoorbeeld: testresultaten, observaties, afspraken uit leerlingbesprekingen en zorgoverleg, resultaten van specifieke begeleiding). We zorgen er voor dat gegevens over leerlingen uit het leerlingdossier alleen binnen de school worden gebruikt. In de school wordt er regelmatig over leerlingen gesproken, bijvoorbeeld in de rapportvergadering, de leerlingbespreking en het interne zorgoverleg. Dit overleg is nodig om de vorderingen van de leerlingen te volgen, problemen te signaleren en met de docenten afspraken te maken over leerlingbegeleiding. Voor leerlingen die extra begeleiding of zorg nodig hebben, wordt samengewerkt met externe deskundigen in het ZAT (zorgadviesteam). Als we een leerling willen bespreken met deze externen wordt er daarvoor eerst aan ouders/verzorgers toestemming gevraagd. Als de leerling ouder is dan 16 jaar, dan vragen we de leerling zelf om toestemming. Volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens heeft u als ouder/ verzorger, en leerlingen ouder dan 16 jaar zelf, recht op inzage, recht op correctie en recht op verzet. Wilt u meer weten over deze wet, kijkt u dan op www.cbpweb.nl. Heeft u vragen over het leerlingdossier of over de overlegorganen in de school, neem dan contact op met de zorgcoördinator of de jaarlaagcoördinator. 47
Sint-Janslyceum
u. Inzage proefwerken In het leerlingenstatuut is vastgelegd dat leerlingen recht hebben op inzage in proefwerken. Ouders hebben dat recht ook. Indien ouders van dat recht gebruik willen maken, dienen zij binnen twee weken nadat het resultaat is verwerkt in Magister een afspraak te maken met de docent wanneer en waar dat zal plaatsvinden. In de regel zal dat op school zijn. Indien remedial teachers gemaakte proefwerken willen gebruiken bij de begeleiding van leerlingen, wordt door de remedial teacher met de docent afgesproken dat de leerling het proefwerk in een gesloten envelop meekrijgt. v. Diversen EHBO-materiaal is aanwezig in de gymlokalen, bij de conciërges in de kantine en bij de receptie. Bij een ongeval kan eerste hulp verleend worden door een aantal leden van het onderwijsondersteunend personeel en door de docenten LO. Vernielingen, gebroken ruiten, diefstal e.d. moeten worden gemeld bij de manager bedrijfsvoering, de heer M. Bos. Alleen degenen die als leerling zijn ingeschreven hebben, naast de eigen medewerkers, direct toegang tot het schoolterrein, schoolgebouw en kantines. Anderen dienen zich bij de receptie te melden. w. Klachten Hoezeer we ook proberen geen fouten te maken, de kans erop bestaat altijd en dan moet het voor ouders en/of leerlingen mogelijk zijn gehoor te krijgen voor klachten. Nu kan een klacht vaak voorkomen worden door goede communicatie. Daarom raden we in het algemeen zowel leerlingen als ouders aan, eerst de man of vrouw te benaderen die iets gedaan (of nagelaten) heeft, wat verkeerd lijkt te zijn. “Hogerop” kan altijd nog. Als het nodig is derden in te schakelen, is hier de volgorde: 1. algemeen: mentor – jaarlaagcoördinator – conrector leerlingenzaken – rector; 2. bij overgangsproblemen: jaarlaagcoördinator – conrector leerlingenzaken – rector – College van Beroep Regio Noord-Oost; 48
Schoolgids 2014/2015
3. bij examenproblemen: secretaris eindexamen. Daarna afhankelijk van het soort probleem (zie examenreglement op de website in het PTA). De school hanteert de OMO-klachtenregeling, omdat de school is aangesloten bij de klachtencommissie van OMO. Onze school beschikt ook over een “Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie”. Daarnaast is er het reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken. De vertrouwenspersonen kunnen daar desgewenst nadere informatie over geven. De bovengenoemde regelingen zijn in de bijlage opgenomen.
49
Sint-Janslyceum
11
RECHTEN EN PLICHTEN OUDERS, LEERLINGEN EN BEVOEGD GEZAG
Managementstatuut Ons Middelbaar Onderwijs Het managementstatuut Ons Middelbaar Onderwijs regelt de verhouding tussen de raad van bestuur en de rector. Schoolmanagementstatuut Ons Middelbaar Onderwijs Het schoolmanagementstatuut regelt de verhouding tussen de rector en de overige leden van de schoolleiding en andere functionarissen. N.B. Voorbehoud hierbij is dat het schoolmanagementstatuut van de school is vastgesteld door de raad van bestuur en aldus in werking is getreden. Reglement voor de Raden van Advies Ons Middelbaar Onderwijs Het reglement voor de raden van advies Ons Middelbaar Onderwijs regelt de relatie tussen de rector en de raad van advies. Medezeggenschapsreglement Ons Middelbaar Onderwijs Het medezeggenschapsreglement Ons Middelbaar Onderwijs regelt de samenstelling en bevoegdheden van de medezeggenschapsraad. Privacyreglement Ons Middelbaar Onderwijs In het privacyreglement staat op welke wijze de school zich aan de kaders van de Wet Bescherming Persoonsgegevens houdt. Het Leerlingenstatuut De rechten en plichten van leerlingen staan in het leerlingenstatuut. Reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken Het reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken regelt de procedure rond de behandeling van bezwaar en beroep. Het gaat dan om besluiten met betrekking tot examenzaken en de toelating, bevordering, schorsing en verwijdering van leerlingen.
50
Schoolgids 2014/2015
Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie en geweld (waaronder pesten) en discriminatie De raad van bestuur heeft deze regeling vastgesteld voor de vereniging Ons Middelbaar Onderwijs ter bevordering van een prettig schoolklimaat en een prettige omgang met elkaar. Klachtenregeling Ons Middelbaar Onderwijs Op basis van deze regeling kunnen ouders en leerlingen een klacht indienen over gedragingen, beslissingen of het nalaten daarvan van personeel, schoolleiding of bestuursleden. Een klacht wordt door de klachtencommissie pas in behandeling genomen als er op de school zelf geen bevredigende oplossing is gevonden. Bovengenoemde reglementen zijn opgenomen als bijlage in de schoolgids dan wel te downloaden van de website van Ons Middelbaar Onderwijs, www.omo.nl.” Het Bossche Veiligheidsreglement In het kader van het veiligheidsbeleid van het Sint-Janslyceum is een aantal maatregelen vastgelegd in het zogenaamde veiligheidsplan van het Sint-Janslyceum. Bovendien heeft het Sint-Janslyceum het convenant "School en veiligheid" ondertekend. In dit convenant zijn samenwerkingsafspraken vastgelegd tussen de scholen in 's-Hertogenbosch enerzijds en de gemeente, politie, leerplicht en hulpverleningsinstanties anderzijds.
51
Sint-Janslyceum
12
OVERLEGORGANEN
De interne democratisering heeft op het Sint-Janslyceum vorm gekregen in een viertal organen. Dat zijn allereerst de oudervereniging en de leerlingenraad. Deze twee organen worden beide betrokken bij de ontwikkeling van beleid en bij de dagelijkse gang van zaken op school. Daartoe is er geregeld overleg tussen deze organen en de schoolleiding over allerlei praktische zaken betreffende het onderwijs, de activiteiten daaromheen en het opvoedkundige klimaat op school. Daarnaast functioneert de medezeggenschapsraad, waarin ouders, leerlingen en medewerkers vertegenwoordigd zijn. Een belangrijk overlegorgaan is bovendien de Raad van Advies. Over deze Raad is in het hoofdstuk “Doelstelling en identiteit” geschreven. Hierna wordt van de eerste drie genoemde organen een korte beschrijving gegeven.
Medezeggenschapsraad In de medezeggenschapsraad zijn drie geledingen vertegenwoordigd: het personeel, de ouders en de leerlingen. De bevoegdheden van elke geleding van de medezeggenschapsraad zijn wettelijk vastgelegd. De medezeggenschapsraad houdt zich in hoofdzaak met meer algemene beleidszaken bezig zoals: de zelfstandigheid van de school, het toelatingsbeleid, het taakverdelingsbeleid, de organisatie van de school, de begroting, onderwijskundige reorganisaties enz. Op een aantal punten is voor vaststelling of wijziging van dat beleid de instemming van de raad of een geleding nodig; op andere punten is adviesrecht wettelijk vastgelegd. De raad onderhoudt geregelde contacten met de schoolleiding enerzijds en met het bestuur van de oudervereniging en de leerlingenraad anderzijds. In de raad hebben zitting: vier ouders, vier leerlingen, zes docenten en twee onderwijsondersteunende medewerkers. De zittingsduur van elk lid van de medezeggenschapsraad is in principe twee jaar. De raad vergadert acht tot tien keer per jaar. In het jaar52
Schoolgids 2014/2015
verslag van de medezeggenschapsraad wordt vermeld over welke onderwerpen advies is uitgebracht c.q. met welke voorgenomen besluiten ingestemd is. N.B. Hieronder volgen de namen zoals die bekend waren bij het samenstellen van deze schoolgids. Voorzitter Dhr O Boas, personeelslid Secretaris Mw L Knol, personeelslid Leden - Personeelsgeleding Dhr P Beets Dhr T Manders Mw J Ophuijsen Mw J Papavoine Dhr G Smit Dhr R Wittenbernds
- Oudergeleding Mw M Huijbregts Dhr J Trompert Dhr T Vriens Mw M van de Wetering - Leerlinggeleding Maarten Groeneveld Bob Hamelers Jasper van Kempen Ramon van der Putten
Oudervereniging De oudervereniging wordt gevormd door alle ouders/verzorgers van de leerlingen van het Sint-Janslyceum. Zij wordt vertegenwoordigd door een bestuur dat zich tot taak stelt om namens alle ouders/verzorgers van leerlingen de betrokkenheid met de school concreet gestalte te geven en een harmonische ontwikkeling van de leerlingen te bevorderen. Alleen ouders die nadrukkelijk aan het bestuur van de oudervereniging melden geen prijs te stellen op het lidmaatschap, worden niet als lid aangemerkt. Het bestuur van de oudervereniging bestaat uit maximaal 16 personen. Het bestuur vergadert eenmaal per zes weken met de rector. 53
Sint-Janslyceum
Tijdens het overleg stelt het bestuur zaken aan de orde, die zij vanuit de invalshoek van ouders van belang vindt. De schoolleiding legt op die vergadering een aantal zaken voor, waarover zij advies vraagt aan de ouders. In het jaarverslag van de oudervereniging wordt vermeld over welke onderwerpen advies is uitgebracht. Daarnaast organiseert het bestuur van de oudervereniging jaarlijks één of meer thema-avonden. Het bestuur van de oudervereniging streeft ernaar dat een of meer van haar bestuursleden zitting hebben in de medezeggenschapsraad. Het bestuur van de oudervereniging staat open voor opmerkingen en reacties van de ouders bij vragen, opmerkingen of gesignaleerde problemen. Er kan contact worden opgenomen met de oudervereniging via de website van het SintJanslyceum via de button ‘Ouders’ en vervolgens in het menu aan de linkerzijde onder ‘Oudervereniging’. Hier vindt u informatie over de ouderverenging en haar activiteiten. Naast het bestuur van de oudervereniging functioneren sinds enkele jaren ouderpanels. In deze ouderpanels zitten ouders en leerlingen uit eenzelfde jaarlaag en/of afdeling. Zij overleggen over specifieke jaarlaagaangelegenheden met de betrokken collega's uit de jaarlaag/ afdeling, te weten de adjunct-sectordirecteur en jaarlaagcoördinatoren c.q. mentoren. De oudervereniging streeft ernaar bij elk ouderpanel als toehoorder aanwezig te zijn.
Leerlingenraad De leerlingenraad is een belangenorganisatie die zich actief inzet voor leerlingen van het Sint-Janslyceum. In deze raad zitten leerlingen uit alle leerjaren en van alle afdelingen. De leerlingenraad speelt een belangrijke rol bij veel zaken die de leerlingen aangaan. In het leerlingenstatuut worden alle rechten en plichten van de leerlingen omschreven. Het leerlingenstatuut is als bijlage opgenomen in deze schoolgids.
54
Schoolgids 2014/2015
De afgelopen jaren was de leerlingenraad heel actief. De raad had meerdere subcommissies: - de feestcommissie die zowel voor onder- als bovenbouw feesten organiseerde alsmede het galabal voor de bovenbouw; - de medezeggenschapscommissie die de geleding leerlingen vertegenwoordigde in de medezeggenschapsraad; - de commissie Valentijnsdag; - de belangencommissie. De leerlingenraad vergadert regelmatig in zijn geheel maar de subcommissies komen ook apart bij elkaar. Wanneer de leerlingenraad in zijn geheel bij elkaar komt, is de rector daar meestal bij aanwezig. Natuurlijk biedt de schoolkrant alle ruimte aan de leerlingenraad om activiteiten aan te kondigen of er verslag over te doen. De leerlingenraad heeft een reglement opgesteld, waarin taken en bevoegdheden van de leerlingenraad zijn vastgelegd. De leerlingenraad verricht al jaren uitstekend werk en hoopt dat nog vele jaren te kunnen blijven doen.
55
Sint-Janslyceum
13
OUDERBIJDRAGE
Algemeen De school maakt ten behoeve van het onderwijs een aantal kosten. Een groot gedeelte daarvan wordt vergoed uit de subsidie, die de school ontvangt van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. Deze subsidie dekt echter niet alle kosten zodat scholen genoodzaakt zijn aan ouders een bijdrage te vragen. Het OMO beleid Ouderbijdrage kent twee categorieën. Onderstaand zijn deze categorieën omschreven, inclusief een niet limitatieve opsomming van specifieke materialen en diensten. Categorie 1: Lesmateriaal, verbruiksmateriaal en diensten door scholen kosteloos aan ouders te verstrekken: - Lesmateriaal: leerboeken, werkboeken, project en tabellenboeken, examentrainingen, eigen leermateriaal van de school, bijbehorende cd’s / dvd’s en de ontsluiting van digitaal leermateriaal (de kosten van licenties) die een leerling in dat leerjaar nodig heeft. - Verbruiksmateriaal: zoals verf, hout, tekenpapier, eenvoudige gereedschappen. - Diensten: activiteiten en diensten die het collectieve belang van de school dienen en/of als algemene voorziening gelden: mediatheek, leeszaal, zorgstructuur, computers, leerlingenraad, diploma-uitreiking, viering, introductie, sportdag. Categorie 2: Lesmateriaal en diensten door scholen tegen betaling aan ouders te verstrekken: ouderbijdrage voor noodzakelijke schoolkosten en facturering van geleverde diensten: - Lesmateriaal: materiaal dat ouders op verzoek van school aanschaffen, door school omschreven als essentieel vanuit onderwijskundig perspectief en noodzakelijk voor het volgen van onderwijs (specifiek lesmateriaal). In deze categorie valt materiaal 56
Schoolgids 2014/2015
dat persoonsgebonden is, door meer gezinsleden kan worden gebruikt en/of jaren meegaat: agenda, atlas, woordenboek, multomappen, gereedschap, rekenmachine, sportkleding, materiaal studie- en beroepskeuze. - Diensten: educatieve excursies, culturele activiteiten en andere diensten, door school omschreven als essentieel vanuit onderwijskundig perspectief, maar waarvoor de school geen bekostiging krijgt. Voor deze activiteiten geldt dat in alle gevallen de school een vervangend programma tijdens de normale lestijd als alternatief moet bieden in het geval de ouder beslist hiervoor niet te betalen. Diensten die niet essentieel zijn vanuit onderwijskundig perspectief, zoals borg opbergkastjes, een schoolkamp, een wintersportreis of bepaalde festiviteiten, worden gefactureerd als geleverde dienst vanuit het principe ‘de gebruiker betaalt’. Een overzicht van deze diensten is opgenomen als bijlage bij deze schoolgids. Kluisjes Met betrekking tot het gebruik van kluisjes stelt de schoolleiding zich op het standpunt dat iedere leerling van het Sint-Janslyceum een kluisje tot zijn/haar beschikking heeft. Iedere leerling krijgt tegen betaling van een borgsom (€ 5,00) de beschikking over een kluissleutel. Bij verlies van de kluissleutel kan tegen betaling van een nieuwe borgsom een nieuwe sleutel verkregen worden. De borgsom wordt gerestitueerd (tegen inlevering van de oorspronkelijke kluissleutel) wanneer de leerling de school verlaat (bij eindexamen of tussentijds). Iedere leerling is er verantwoordelijk voor dat de kluisjes aan het einde van ieder schooljaar leeg, schoon en in de oorspronkelijke (goede) staat worden achtergelaten. Wanneer dit niet het geval is, kan de toegang tot de kluisjes in het nieuwe schooljaar ontzegd worden. Bij vormen van moedwillige beschadiging c.q. vandalisme kan eveneens het gebruik van de kluisjes ontzegd worden (zonder restitutie van de borgsom).
57
Sint-Janslyceum
Excursies In de bijlage staan de kosten die samenhangen met de verplichte klas en/of leerjaar gebonden vakgerichte excursies met een educatief belang. Verstrekking informatie Informatiemateriaal van de school (zoals rapporten, informatiebrochure, brieven) wordt per leerling éénmaal gratis verstrekt. Indien door welke omstandigheden dan ook een ouder extra exemplaren wenst, bijv. bij echtscheiding, worden deze alleen verstrekt tegen betaling van de kostprijs, vermeerderd met administratiekosten en eventueel portokosten. Deze kosten moeten vooraf worden voldaan. Overigens wordt steeds meer gecommuniceerd met de ouders via e-mail. Incasso Voor de verplichte ouderbijdrage geldt dat de bijdrage gekoppeld is aan een bepaald leerjaar, vak c.q. afdeling. Alleen wanneer de leerling dat vak op de betreffende afdeling en in het betreffende leerjaar daadwerkelijk volgt, behoeft u de verplichte bijdragen te voldoen. De ouderbijdrage van het Sint-Janslyceum wordt in de maand september/oktober centraal vanuit OMO te Tilburg geïnd. Aan de hand van de specificatie in de bijlage kunt u de exacte bijdrage voor uw zoon/dochter vaststellen. Het kan voorkomen dat aan u naast de genoemde ouderbijdrage nog andere bijdragen worden gevraagd. Het betreft dan altijd bijdragen voor vrijwillige zaken, zoals een kaartje voor een toneelvoorstelling, een wel aangeraden maar niet verplicht boek, een vrijwillige excursie buiten lestijd, buitenlandse reizen etc.
58
Schoolgids 2014/2015
14
ALGEMENE INFORMATIE
14.1 FINANCIËLE REGELINGEN - DE OVERHEID Tegemoetkoming scholieren (18+) Leerlingen vanaf 18 jaar kunnen in aanmerking komen voor een maandelijkse tegemoetkoming in de studiekosten, aangezien de ouders geen kinderbijslag meer ontvangen. Deze "tegemoetkoming scholieren" is een gift en bestaat uit een basistoelage en een eventuele aanvullende toelage. Omtrent deze regeling kunt u informatie vinden op de website van DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs), www.duo.nl.
Stichting Leergeld 's-Hertogenbosch Ouders met een bruto gezinsinkomen lager dan € 26.147,- per jaar en een max. vermogen tot € 21.000,- ontvangen voor hun kind(eren) een maandelijks Kindgebonden Budget. Dit budget is vanaf 1 januari 2010 voor kinderen vanaf 12 jaar verhoogd met een bedrag van ong. € 20,= per maand. De verhoging is in de plaats gekomen van de WTOS en is bedoeld voor de extra schoolkosten zoals een excursie, gymkleding, huur van een kluisje etc. Mocht u geen Kindgebonden Budget ontvangen ondanks dat u een (gezamenlijk) minimum inkomen heeft dan kunt u contact opnemen met Stichting Leergeld ’s-Hertogenbosch. Tel. 073- 6149472. Ook wanneer u een minimuminkomen hebt en uw kinderen willen sporten of een andere activiteit gaan doen kan Leergeld een aanvraag doen bij het Jeugdsportfonds en Jeugdcultuurfonds. Stichting Leergeld ’s-Hertogenbosch kan alleen kinderen helpen welke woonachtig zijn in ‘s-Hertogenbosch en tussen de 4 en 18 jaar zijn. Voor kinderen die in een andere gemeente wonen kunt u het beste de site raadplegen van leergeld Nederland (www. leergeld.nl). Leergeld ‘s-Hertogenbosch is bereikbaar op maandag tot en met donderdag tussen 10.00 en 13.00 uur op tel.073-6149472 of e-mail:
[email protected]. 59
Sint-Janslyceum
14.2 VERZEKERINGEN De school heeft een verzekeringspakket. Deze bestaat uit een aansprakelijkheids-, een reis- en een ongevallenverzekering. Deze zijn op basis van secundaire dekking afgesloten. Dit betekent dat in eerste instantie de particuliere verzekering van de leerling (of de ouders) aangesproken wordt. Vergoedt deze verzekering de kosten niet? Dan kan een beroep gedaan worden op de verzekering van de school.
Aansprakelijkheidsverzekering De aansprakelijkheidsverzekering biedt de school en zij die voor de school actief zijn (docenten, vrijwilligers of bestuursleden) dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. De school is niet zonder meer aansprakelijk voor alles wat tijdens schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Er is pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van verwijtbaar gedrag. Komt er tijdens de gymles bijvoorbeeld een bal tegen een bril? Dan hoeft de school deze kosten niet te vergoeden. De school is niet aansprakelijk voor schade door onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Het is dus belangrijk dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering afsluiten. De school is niet aansprakelijk voor beschadiging aan persoonlijke eigendommen (kleding, fiets, bril, etc.) of voor verlies of diefstal ervan. Ook niet als deze zijn opgeborgen in een kluisje. Het is aan te raden hiervoor zelf een verzekering af te sluiten.
Reisverzekering Onder de doorlopende reisverzekering zijn deelnemers aan schoolreizen en buitenlandse reizen verzekerd tegen personenschade en zaakschade. De polisvoorwaarden kunt u inzien op de schooladmi60
Schoolgids 2014/2015
nistratie. Vindt u de dekking onvoldoende? Dan kunt u uw kinderen op eigen initiatief bijverzekeren. Voor andere of hogere vergoedingen aanvaardt de raad van bestuur geen aansprakelijkheid.
Ongevallenverzekering De ongevallenverzekering dekt letselschade ten gevolge van een ongeval gedurende schooltijden en evenementen in schoolverband. De verzekering geldt ook als een leerling onderweg naar school of naar huis een ongeluk krijgt. De leerling moet dan wel de kortste weg gevolgd hebben. Deze verzekering is een aanvulling op de eigen verzekering. Materiële schade (kleding, fiets, bril etc.) is niet gedekt onder deze verzekering.
14.3 SPONSORING De afgelopen jaren werd er in de politiek gesproken over regulering van sponsoring in het onderwijs. De discussie kwam op gang naar aanleiding van signalen over uitwassen in de Verenigde Staten. Met de invoering van de Kwaliteitswet is de school verplicht aan te geven of en op welke wijze ze omgaat met sponsormiddelen. Eventuele klachten over beslissingen van het bevoegd gezag om gebruik te maken van sponsoring en uitingsvormen van sponsoring, kunnen bij de Klachtencommissie worden ingediend. De wettelijke regeling omtrent sponsoring is vastgelegd in een convenant. Het convenant "scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring" dat gedragsregels bevat die scholen als richtlijn kunnen gebruiken bij hun sponsorbeleid, ligt op de schooladministratie ter inzage en is te downloaden van de website van Ons Middelbaar Onderwijs, www.omo.nl. Het doel is dat scholen op een verantwoorde en zorgvuldige manier met sponsoring omgaan als ze daarmee te maken krijgen. Het belangrijkste uitgangspunt in deze regeling is dat er geen bemoeienis van de sponsor ontstaat met de onderwijsinhoud of de organisatie van het onderwijs. 61
Sint-Janslyceum
Dat sponsoring zeer geleidelijk binnensluipt in de scholen is een gegeven. Hierbij gaat het om geld, goederen of diensten waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt. Schenkingen vallen dus niet onder het begrip sponsoring. Wanneer we de situatie van het SintJanslyceum in ogenschouw nemen zien we dat er bijvoorbeeld advertenties geplaatst worden in de schoolkrant. Ook is het voorgekomen dat via sponsoring (schenkingen) enige computers de school zijn binnengekomen of een bijdrage is gegeven voor de realisatie van de op te voeren musical. Op dit moment is er geen actief beleid ontwikkeld om deze zogenaamde derde geldstroom voor het Sint-Janslyceum vorm te geven. Gelet op de beperkte middelen die de overheid ons ter beschikking stelt is het duidelijk dat in de nabije toekomst mogelijk wel een omslag gemaakt moet worden van kleine, sporadische bijdragen naar gerichte fondsverwerving. Voor meer informatie over dit thema kunt u terecht bij de schoolleiding.
14.4 BOEKENVOORZIENING Iedere leerling moet er zelf voor zorgen dat hij de juiste boeken ontvangt. Over welke boeken hij moet beschikken en hoe hij deze moet bestellen staat beschreven in een brief die de boekenleverancier Iddink u mailt (zie ook www.iddink.nl). De meeste boeken van de boekenlijst worden "gratis" verstrekt (d.w.z. de rekening wordt door school betaald), maar een aantal leermiddelen (atlas, tekendoos, agenda, aanbevolen boeken) moeten door de ouders zelf worden betaald. De ouders/leerlingen wordt geen borgsom in rekening gebracht voor de "gratis" schoolboeken. Uiteraard wordt van de leerlingen verwacht dat zij op een nette en zorgvuldige wijze omgaan met de boeken. Een eventuele schadenota dient wel door de ouders/ leerlingen zelf te worden betaald.
62
Schoolgids 2014/2015
14.5 TOELATING ALGEMEEN Wegens de grootte èn groei van de school wordt nagedacht over eventuele beperkende maatregelen met betrekking tot de toelating. Zodra hierover een besluit is genomen zal dat worden gepubliceerd op de website. In zijn algemeenheid geldt dat voor aanmelding voor de klassen 2 tot en met 6 de deadline 1 april is. Voor de brugklassen zijn er drie aanmeldingsdagen in maart.
14.6 TOELATING BRUGKLAS De OMO-scholen met vwo/havo/mavo in de gemeente ’s-Hertogenbosch - het Jeroen Bosch College, het Rodenborchcollege en het Sint-Janslyceum - hanteren dezelfde toelatingscriteria. De gang van zaken bij de toelating is als volgt: Week 11: aanmelden op 9, 10 en 11 maart 2015. Leerlingen met een advies lager dan mavo worden op het Sint-Janslyceum niet ingeschreven. Voorlopige plaatsing op basis van het advies van de basisschool. De wens van de ouders voor een bepaald type brugklas wordt genoteerd en wordt meegenomen bij de definitieve plaatsing in mei. Week 12: (waar nodig) loten op grond van vastgestelde maximale aantallen plaatsen per type brugklas. Week 13 t/m 16: bepalen of ingelote leerlingen toelaatbaar zijn zowel qua capaciteiten (advies & LVS) als qua ondersteuningsvraag. Op het Sint-Janslyceum gaat het dan over de aanmeldingen met mavoadviezen en over aanmeldingen met een ondersteunings-indicatie. Voor leerlingen die op grond van hun ondersteuningsvraag worden afgewezen geldt de zorgplicht. Week 17: afname Citotoets 21, 22 en 23 april 2015. 63
Sint-Janslyceum
Week 20: uitslag wordt bekend gemaakt na de meivakantie, vanaf 11 mei. Week 21: voorbereiding voor de plaatsingscommissie: advies basisschool, LVS, wens ouders en uitslag Citotoets naast elkaar leggen en waar nodig voorlopige plaatsing wijzigen. Bij bespreekgevallen neemt de school contact op met de basisscholen voor nader advies. Week 24: vanaf 8 juni, vergadering met de plaatsingscommissie; tijdens deze vergadering wordt een uitspraak gedaan over leerlingen die in de bespreekzone zitten. Het Sint-Janslyceum, het Rodenborchcollege en het Jeroen Bosch College hanteren hiervoor een gezamenlijke plaatsingscommissie (voorheen: toelatingscommissie) waarin ook vertegenwoordigers uit het P.O. zitten. Week 25: ouders worden geïnformeerd over de definitieve plaatsing van de leerling en kunnen hiertegen in beroep gaan bij de rector van de school. De zomervakantie start in week 30 op maandag 20 juli. Er zijn dus 5 weken beschikbaar om eventuele beroepsprocedures op te starten en af te ronden. Tegen een besluit van de toelatingscommissie kan bezwaar worden gemaakt bij de rector. Daarbij kan een derde toelatingsgegeven betrokken worden in de besluitvorming. Tegen het besluit van de rector kan beroep worden aangetekend bij het College van Beroep Regio Noord-Oost.
14.7 TOELATING HAVO-4/ATHENEUM-5 Voor leerlingen met een diploma mavo is toelating mogelijk tot havo4. Leerlingen met een havo-diploma kunnen worden toegelaten tot atheneum-5. Voor beide categorieën is een speciale procedure ontwikkeld. De decanen en de adjunct-sectordirecteuren van de betrokken afdelingen kunnen hierover meer informatie verstrekken. 64
Schoolgids 2014/2015
14.8 TOELATING OVERIGE LEERJAREN Over toelating tot de overige leerjaren wordt beslist door een toelatingscommissie op basis van het toelatingsbeleid klas 2 tot en met 6. De adjunct-sectordirecteuren kunnen hierover meer informatie verstrekken.
14.9 TOELATING ZORGLEERLINGEN Op onze school wordt bij een aanmelding van leerlingen met een bijzondere ondersteuningsbehoefte aan de hand van onderwijskundige vragen bezien of de school in staat is onderwijskundige antwoorden te bieden. Centraal in die beantwoording staat het belang van de leerling en de mogelijkheden van de school om het ontwikkelingsproces van de leerling te ondersteunen zonder daarbij de belangen van medeleerlingen op een ernstige wijze te schaden. De school zal bij die beantwoording gebruik maken van de ondersteuning van bijvoorbeeld een school aangesloten bij een Regionaal Expertise Centrum en/of van de mogelijkheden die het Samenwerkingsverband WSNS of VO-VSO biedt. Bij de besluitvorming zullen de volgende aandachtspunten aan de orde komen: pedagogisch klimaat, leerstofaanbod, leerlingenzorg, professionalisering, ondersteuning en de praktijk van alledag. Een verdere uitwerking van genoemde punten is te vinden in het “Beleidsplan ondersteuning” en de nadere uitwerking van de procedure. Op de administratie en onze website zijn deze documenten ter inzage.
65
Sint-Janslyceum
14.10 ZORG VOOR JEUGD Samenwerking met jeugdhulp voor leerlingen die extra zorg nodig hebben. Scholen werken al lange tijd intensief samen met jeugdhulp. Het zijn bijna altijd een schoolmaatschappelijk werker en een jeugdarts en/of jeugdverpleegkundige. Vanaf 1 januari a.s. zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de gehele jeugdhulp. Vanaf die datum kunnen de scholen bij de Basisteams Jeugd en Gezin (BJG) een beroep doen op preventie, ondersteuning en jeugdzorg. De school richt zich op problemen die samenhangen met het leren en de omgang met elkaar binnen de school. Het BJG richt zich op problemen die samenhangen met de (psychische) gezondheid, het thuismilieu en/of buurt en vrije tijd. De samenwerking tussen school en het BJG kenmerkt zich door een integrale aanpak richting de jongere en het gezin. Beide gaan uit van de eigen kracht en het netwerk van het gezin en benutten deze waar mogelijk. School en BJG’s werken daarom nauw samen, liefst in een zo vroeg mogelijk stadium en in de eigen omgeving van de jongere. Alleen dan kunnen jongeren zich optimaal ontwikkelen en kan escalatie van problemen worden voorkomen. Iedere school heeft vaste contactpersonen binnen de Basisteams Jeugd en Gezin die rechtstreeks benaderd kunnen worden door de zorgcoördinator van de school. Dit gebeurt altijd in goed overleg met ouders/verzorgers. De BJG-professionals vormen de toegang tot vormen van jeugdhulp, waarvoor een toegangsbesluit nodig is. Uitwisseling van persoonsgebonden informatie tussen onderwijs en professionals uit de BJG’s voldoet altijd aan de wettelijke eisen ten aanzien van gegevensuitwisseling. U kunt als ouders deze professionals ook zelf benaderen als u een vraag heeft.
66
Schoolgids 2014/2015
Zorgsignaleringssysteem Het zorgsignaleringssysteem “Zorg voor Jeugd” is een beveiligd softwareprogramma waarin organisaties, die betrokken zijn bij jongeren kunnen zien welke andere organisaties er nog meer bij een bepaalde jongere of gezin betrokken zijn. Als twee of meerdere organisaties hun zorg over een bepaald kind/jongere uitspreken, wijst het systeem automatisch een organisatie aan die de zorg gaat coördineren. In Zorg voor Jeugd komt geen informatie te staan over welke hulp wordt geboden of om welke problemen het gaat. Er komt alleen in te staan dat er zorgen zijn over een kind of jongere of dat er hulp wordt geboden door een instelling. Informatieplicht Alle scholen in de gemeente 's-Hertogenbosch hebben een zorgadviesteam (ZAT). Hierin participeren de zorgcoördinator van de school, de arts of verpleegkundige van de GGD, de schoolmaatschappelijk werker van Juvans en de leerplichtambtenaar van de gemeente. Dit zijn de mensen/organisaties die een signaal kunnen geven aan Zorg voor Jeugd. Voordat zij dat doen, worden de ouders en/of verzorgers van deze jongere geïnformeerd. Op het moment dat een signaal wordt afgegeven, hebben ouders dan ook recht op inzage of correctie van mogelijk foute gegevens. Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld Het Sint-Janslyceum houdt zich aan de Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld. Deze Meldcode bestaat uit een overzichtelijk stappenplan, waarin staat wat de school moet doen, wanneer ze te maken krijgen met (vermoedens van) geweld, en draagt zo bij aan zorgvuldig handelen. Het doel van de Meldcode is kinderen/jongeren te beschermen tegen geweld, geweld zo snel mogelijk te stoppen en alle medewerkers te ondersteunen in het nemen van de juiste besluiten in deze complexe problematiek. 67
Sint-Janslyceum
15
INFORMATIEBRONNEN
In vorige hoofdstukken is meerdere malen verwezen naar andere informatiebronnen. In het hierna volgende overzicht laten we deze bronnen kort de revue passeren. Voorlichtingspakket brugklas Alle nieuwe brugklasleerlingen ontvangen dit pakket. Naast algemene informatie betreffende de inrichting van het brugklasjaar en de begeleiding, is in het materiaal ook opgenomen een informatiebulletin door en voor brugklassers, de aanmeldingsprocedure en een overzicht van de snuffelstages en inschrijvingsdata. Het totale pakket wordt op de website van de school gepubliceerd. Het voortgezet onderwijs: gids voor ouders, verzorgers en leerlingen Deze gids, een uitgave van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, is bestemd voor ouders, verzorgers én leerlingen in het voortgezet onderwijs en geeft informatie over rechten en plichten, over mogelijkheden en beperkingen binnen het onderwijs. Programma van toetsing en afsluiting Iedere bovenbouw-leerling ontvangt uitleg over deze regeling met belangrijke informatie ten aanzien van: regels schoolexamen/eindexamen; data centraal examen; bepaling uitslag etc. Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) staat op de website. Ter inzage bij de administratie liggen verder onder meer de volgende informatiebronnen: - Sponsoring (publicatie OC & W) - De ouderbijdrage (publicatie OC & W en beleid OMO)
68
Schoolgids 2014/2015
16
GEGEVENS PERSONEELSLEDEN
Aan het begin van het schooljaar worden de namen, telefoonnummers en e-mailadressen van de medewerkers op het beveiligde deel van de website van de school geplaatst. Uit privacy-overwegingen is van een aantal personeelsleden geen privé-telefoonnummer opgenomen. Ouders kunnen deze personeelsleden via e-mail benaderen. De leden van het onderwijsondersteunend personeel zijn via het nummer van de school te bereiken. Hieronder volgen de namen van de personeelsleden met een speciale functie. Voor hun emailadressen kunt u terecht op de website.
SCHOOLLEIDING Kerndirectie rector directielid directielid
Dhr RJ Scheepens MSc MEd Dhr drs TH van ’t Klooster Dhr BI Minderhoud BC
Overige leden schoolleiding adjunct-sectordirecteur brugklas adjunct-sectordirecteur vwo adjunct-sectordirecteur havo adjunct-sectordirecteur mavo manager bedrijfsvoering
Mw PM Lurinks Mw PW Krijger MA Dhr FMIM Meertens Mw JGEW Ringens MME Dhr M Bos
69
Sint-Janslyceum
JAARLAAGCOÖRDINATOREN coördinator brugklas A/G
Mw CMLL Sala-de Rooy
coördinator brugklas H/A
Mw ATPM Luijten-Audenaerde
coördinator brugklas M/H en M Dhr AGM van de Wiel
coördinator VWO-2
Mw SAAC Hörmann-Vorst
coördinator VWO-3
Dhr JHA Vlemmix
coördinator VWO-4
Dhr JM Hoedemakers
coördinator VWO-5
Dhr ECH Janse
coördinator VWO-6
Dhr W 't Lam
coördinator HAVO-2
Mw YY Nauta
coördinator HAVO-3
Mw AHP van Aken
coördinator HAVO-4
Dhr drs LAM Bouman
coördinator HAVO-5
Dhr RMHM Strik
coördinator MAVO-2
Mw ALGC van den Dries-Gersjes
coördinator MAVO-3
Dhr OLA Steijger
coördinator MAVO-4
Mw HJW Steijger
70
Schoolgids 2014/2015
CONTACTPERSOON PRIMAIR ONDERWIJS Dhr FAM van Tilborg HOOFD ADMINISTRATIE Mw MJ van Gerven ROOSTERMAKERS Dhr HAM van Laarhoven Dhr AJ van der Leest Dhr JG Verlinde DECANEN MAVO HAVO VWO
Mw IGP Rovers-Daverveld Mw MJE van de Loo Mw AMW Wasser
SCHOOLPASTOR Dhr drs LAM Bouman ZORGCOÖRDINATOR Mw TH Bruijn-Klein Nagelvoort Mw MHJ van Riel-Brouwers SECRETARIS EXAMENS Dhr drs LAM Bouman OPLEIDINGSDOCENT Mw drs S Schimmel
71
Sint-Janslyceum
17
ALGEMENE ADRESSEN
Sint-Janslyceum Sweelinckplein 3 5216 EG ’s-Hertogenbosch Bankrelatie: Rabobank: 18.45.13.510 Telefoon: 073-6154780 Fax: 073-6154781 Website: www.sjl.nl E-mail:
[email protected] Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs Postbus 574 5000 AN Tilburg Telefoon: 013-5955500 Oudervereniging Sint-Janslyceum Website: www.sjl.nl/ouders E-mail:
[email protected] Inspectie van het onderwijs E-mail:
[email protected] Website: www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis) Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld, discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering, extremisme e.d.: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900-1113111 (tijdens kantooruren en tegen lokaal tarief) Klachtencommissie Ons Middelbaar Onderwijs Postbus 90154 5000 LG Tilburg Telefoon: 013-5944446 E-mail:
[email protected] 72
Schoolgids 2014/2015
Stichting Schoolreizen Sint-Janslyceum (spaarregeling) Secretariaat en administratie t.a.v. Dhr BI Minderhoud BC p/a Sweelinckplein 3 5216 EG ’s-Hertogenbosch Bankrelatie: ING-bank: 67.49.62.826 Telefoon: 073-6154780 Leerplichtconsulenten ’s-Hertogenbosch Postbus 12345 5200 GZ ’s-Hertogenbosch Telefoon: 073-6155842 Jeugdgezondheidszorg GGD Vogelstraat 2 5212 VL ’s-Hertogenbosch Telefoon: 073-6404523 Juvans Maatschappelijk Werk en Dienstverlening Regio ’s-Hertogenbosch Orthenseweg 2-D 5212 XA ’s-Hertogenbosch Telefoon: 073-6444244 Studiefinanciering en tegemoetkoming studiekosten IB-groep Telefoon: 050-5997755
73
Sint-Janslyceum
BIJLAGE
Opbrengstenkaart 2014 het Sint-Janslyceum
het Sint-Janslyceum
’s-Hertogenbosch
Sweelinckplein 3 5216 EG
’s-Hertogenbosch
VMBO, HAVO, VWO
2351 leerlingen, waarvan 39% in de eerste twee leerjaren en waarvan
2351 leerlingen
in het derde leerjaar en hoger: 11% VMBO, 26% HAVO en 24% VWO.
1 vestiging
265 leerlingen VMBO in leerjaar 3 en 4, waarvan 100% theoretische leerweg. ONDERBOUW
% leerlingen dat in leerjaar 1 onderwijs volgt
22%
VWO-klassen
78%
VMBO-T/HAVO en HAVO/VWO-klassen
in één onderwijssoort % leerlingen dat in leerjaar 1 onderwijs volgt in meerdere onderwijssoorten Rendement onderbouw
vergelijkingsgroep: VMBO-T/HAVO/VWO VMBO-T
Adviesstructuur na 2e leerjaar
HAVO
vmbo-k
0%
vmbo-t
vmbo-kt
0%
vmbo-t
37%
VWO havo
14%
vmbo-t/havo 26%
havo/vwo
47%
havo
32%
vwo
39%
vmbo-t/havo 32%
havo/vwo
28%
havo+
vwo
4%
31%
10%
% leerlingen in leerjaar 3 zonder zittenblijven
85%
92%
98%
BOVENBOUW
VMBO-T
HAVO
VWO
86%
52%
55%
Van 3e leerjaar naar diploma zonder zittenblijven Gemiddeld cijfer centraal examen 2013 Alle vakken Nederlands
74
6,4
6,3
6,5
6,1
6,0
6,3
Schoolgids 2014/2015 BOVENBOUW
VMBO-T
HAVO
VWO
Gemiddeld cijfer centraal examen 2013 Engels, Frans en Duits Aardrijkskunde en geschiedenis Economie Wis-, natuur-, scheikunde en biologie
6,3
6,4
6,6
7,3
6,5
6,1
5,9
6,4
6,5
6,6
6,2
6,7
Latijn en Grieks
6,5 HAVO
VWO
Deelname examen 2013 per profiel Cultuur en maatschappij
21%
29%
Economie en maatschappij
49%
24%
Natuur en gezondheid
12%
19%
Natuur en techniek
18%
28%
75
Sint-Janslyceum
BIJLAGE Onderstaande lessentabellen zijn onder voorbehoud, eventuele wijzigingen worden aan het begin van het schooljaar doorgegeven.
LESSENTABEL VOOR DE BRUGKLASSEN ne
tv
la
fa
en
gs
ak
lv
wi
rv
bi
mu
te
lo
men
B1AG
3
1
2
2
2
2
2
2
4
1
2
2
2
3
2
B1HA
3
1
3
3
2
2
2
4
1
2
2
2
3
2
B1MH
3
1
3
3
2
2
2
4
1
2
2
2
3
2
B1M
3
1
3
3
2
2
2
4
1
2
2
2
3
2
LESSENTABEL VOOR M2, M3 EN M4 ne
fa
du
en
gs
ak
lb
M2
3
2
3
2
2
2
M3
3
2
3
3
2
2
M4
4
4
4
4
4
4
tie
mu
te
ha
kv1
M2 M3 M4
76
2 2
2
2
2
3
4
4
1
ma
ec
wi
na
2
2
3
3
2
2
3
2
2
2
4
4
4
4
4
2
lo
men
3
1
2
1,5
2
0,5
sk
bi
tn 2 2
Schoolgids 2014/2015
LESSENTABEL VOOR H2M, H2 EN H3 ne
fa
du
en
gs
ak
lb
ec
wi
na
H2M
3
2
3
2
2
2
2
2
3
H2
3
2
3
2
2
2
2
2
H3
3
2
3
3
2
1
2
te
ha
lo
men
H2M
2
2
1
H2
2
2
1
2
2
1
H3
2
sk
bi
tn
2
2
2
3
2
2
2
3
2
2
mu
2
2
LESSENTABEL VOOR H4 EN H5 netl
fatl
dutl
entl
s-e
ges
ak
lb
maat
econ
mo
wisA
wisB
H4
4
3
3
3
3
3
3
2
4
3
3
3
H5
3
4
4
3
4
3
3
4
3
3
4
wisD
in
nat
schk
biol
ckv
kumu
kubv (te)
kubv (ha)
lo
men
H4
3
3
4
3
4
2
3
3
3
2
1
H5
3
3
4
3
4
3
3
3
2
1
2
77
Sint-Janslyceum
LESSENTABEL VOOR A2 EN A3 ne
fa
du
en
gs
ak
lb
ec
wi
na
A2
3
2
3
2
2
2
2
2
3
2
A3
3
2
3
3
2
1
2
3
2
2
te
ha
lo
men
2
2
1
2
2
1
A2 A3
2
sk
bi
tn
2
2
mu
2
2
sk
bi
LESSENTABEL VOOR G2 EN G3 ne
la
gr
fa
du
en
gs
ak
lb
ec
wi
na
G2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
G3
3
2
3
2
3
2
2
1
2
3
2
tn
te
ha
lo
men
2
2
1
2
1
G2
2
G3
2
78
2
2 2
Schoolgids 2014/2015
LESSENTABEL VOOR AG4, AG5 EN AG6 netl
latl
grtl
fatl
dutl
entl
s-e
ges
ak
lb
AG4
3
3
3
3
3
2
3
3
2
1
AG5
3
3
3
2
2
3
3
3
3
2
AG6
2
4
4
3
3
2
3
2
3
maat
2
fi
econ
3
3
3
3
3
3
mo
wisA
wisC
wisB
wisD
in
anw
nat
schk
biol
ckv kcv
AG4
2
3
3
3
3
3
2
3
3
3
2
AG5
3
3
3
4
2
2
3
2
3
1
AG6
3
3
3
4
3
3
3
3
3
ku
kumu
kubv (te)
kubv (ha)
lo
men
AG4
3
3
3
2
1
AG5
3
3
3
2
1
1
1
AG6
3
79
Sint-Janslyceum
BIJLAGE OVERGANGSNORMEN
VASTSTELLING CIJFERS De rapportcijfers worden bepaald conform de afspraken over weging van toetsen, zoals elders in de schoolgids staat vermeld. Daarnaast geldt het volgende: - de cijfers worden rekenkundig afgerond naar een geheel cijfer (dus: 5,4 –> 5 en 5,5 –> 6); deze cijfers vormen de eindcijfers per vak; - een eindcijfer lager dan drie wordt voor de overgangsvergadering op 3 gesteld; - indien niet voor de start van de rapportvergadering de cijfers door een docent zijn gewijzigd, worden de cijfers als vastgesteld beschouwd, zoals die op de vergaderlijst of in Magister zijn vastgelegd.
ALGEMENE OPMERKINGEN: - Aan het eind van ieder schooljaar wordt in de overgangsvergadering een besluit genomen over de voortgang van de studie van de leerlingen, uiteraard met uitzondering van de leerlingen uit de examenklassen. - De jaarlaagcoördinator van de jaarlaag is de voorzitter van de overgangsvergadering. Indien deze afwezig is, wijst de adjunctsectordirecteur van de afdeling een vervanger aan. - Stemgerechtigde leden van de vergadering zijn alle docenten die les geven aan een leerling en de voorzitter. - Een leerling wordt aan het einde van het schooljaar beoordeeld op grond van het pakket waarmee hij de laatste afsluitende toetsweek is ingegaan. Dit pakket bepaalt de overgang, maar een rapportvergadering mag hiervan in het voordeel van de leerling afwijken. - Bij de besluitvorming kan in de leerjaren dat er keuzes voor het pakket worden gemaakt, het gekozen vakkenpakket een rol spelen. 80
Schoolgids 2014/2015
-
-
-
-
-
De vergadering kan dan namelijk besluiten de leerling alleen te bevorderen als het pakket wordt gewijzigd en aangeven wat die wijzigingen in dienen te houden. De leerling kan er echter voor kiezen, als dat gezien de regels voor doubleren mogelijk is, te doubleren. Indien een leerling in de bovenbouw niet bevorderd kan worden op basis van zijn gekozen profiel, maar door herschikking van zijn profiel- en vrije-deel-vakken wel bevorderd kan worden, dan heeft deze leerling recht op bevordering. De leerling mag er dan voor kiezen zijn oude profiel te behouden en dus de huidige klas te doubleren. Indien hij bevorderd wordt, is dat met het herschikte profiel. Ieder lid van de vergadering kan, op basis van hem bekende bijzondere omstandigheden, voorstellen een leerling in bespreking te brengen in afwijking van de overgangsnormen. Een dergelijk voorstel moet voorafgaande aan de vergadering bij de voorzitter van de vergadering worden gedaan. De voorzitter beslist samen met de mentor of het voorstel wordt gehonoreerd. Een zorgleerling (een leerling waarvan een onderwijskundig rapport is opgesteld, dat aan de school ter beschikking staat) die op grond van de behaalde cijfers niet voldoet aan de overgangsnormen, wordt altijd in bespreking gebracht. Bij de stemming over een leerling, die in afwijking van de overgangsnormen in bespreking is gebracht, gelden de standaardregels voor stemmen bij rapportvergaderingen. De regels voor het stemmen zijn als volgt: ieder lid van de vergadering heeft één stem (ongeacht het aantal vakken dat dit lid geeft); de voorzitter stemt als laatste; bij staken van de stemmen beslist de stem van de voorzitter.
OVERGANGSNORMEN VOOR DE ONDERBOUW Algemene overgangsregel Onderstaande overgangsnormen gelden voor de overgang van • klas 1 naar klas 2 • klas 2 naar klas 3 • klas 3 HAVO/VWO naar 4 HAVO/VWO 81
Sint-Janslyceum
Bij de overgang wordt het aantal verliespunten berekend dat de lijst van een leerling geeft te zien. Een eindcijfer 5 telt als één verliespunt; het eindcijfer 4 of 3 telt voor twee verliespunten. Vervolgens wordt het rekenkundig gemiddelde berekend over alle eindcijfers en op één decimaal afgerond. Een leerling wordt bevorderd als: - het gemiddelde over alle vakken 6,0 of hoger is én - het totaal aantal verliespunten niet hoger is dan drie én - er geen eindcijfer 3 op het rapport voorkomt én - (bij de overgang van HAVO-3 en VWO-3 naar 4) voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde elk minimaal een 6 is behaald. Een leerling, niet brugklas, wordt afgewezen als: - het aantal verliespunten hoger is dan vier. Een leerling wordt besproken: - in de overige gevallen. De uitkomst van de bespreking kan zijn: bevorderen (eventueel met gedwongen pakketwijziging) of afwijzen. Een leerling uit de brugklas wordt altijd besproken: - bij vier tekortpunten of meer. Tijdens deze bespreking wordt besloten op welke vervolgafdeling, intern of extern, de leerling zijn/haar schoolcarrière vervolgt. Aanvullende overgangsregel vanuit brugklas Onderstaande overgangsregel geldt, naast de algemene regel, voor de bevordering vanuit de HAVO/atheneum-brugklas naar atheneum2 en vanuit de MAVO/HAVO-brugklas naar HAVO-2. Een leerling uit de MAVO/HAVO-brugklas wordt zonder bespreking bevorderd naar HAVO-2 en een leerling uit de HAVO/atheneumbrugklas wordt zonder bespreking bevorderd naar atheneum-2 als: - het gemiddelde over alle vakken 7,3 of hoger is én - er geen onvoldoende eindcijfer op de cijferlijst voorkomt én - hij niet heeft gedoubleerd in de brugklas. 82
Schoolgids 2014/2015
Bij bovengenoemde overgang kan een leerling na bespreking worden bevorderd naar HAVO-2 resp. atheneum-2 als: - het gemiddelde over alle vakken 7,0 of hoger is én - er slechts één 5 als eindcijfer voorkomt en geen verdere onvoldoendes én - de meerderheid van de vergadering positief oordeelt over de inzet en motivatie van de leerling als het gaat om de overstap naar het hoogste niveau. Aanvullende overgangsregel vanuit de derde klas HAVO en VWO Voor de overgang van HAVO-3 naar HAVO-4 en VWO-3 naar VWO4 gelden de volgende aanvullende voorwaarden: Een leerling wordt bevorderd als: - voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde elk minimaal een 6 is behaald en afhankelijk van het gekozen profiel onderstaande scores zijn behaald bij de genoemde vakken: bij keuze voor C&M: HAVO en atheneum: ne & gs & du of fa: samen 21 punten gymnasium: ne & gs & la of gr: samen 21 punten bij keuze voor E&M:
HAVO: ne & wi & gs: samen 21 punten atheneum: wi & gs & du of fa: samen 21 punten gymnasium: wi & gs & la of gr: samen 21 punten
bij keuze voor N&G:
sk & wi & na of ak: samen 21 punten
bij keuze voor N&T:
sk & na & wi: samen 21 punten
83
Sint-Janslyceum
Aanvullende overgangsregel bij overstap van gymnasium/ atheneum naar HAVO of van HAVO naar MAVO Onderstaande regel geldt, naast de algemene overgangsregel, bij de overstap van: • brugklas atheneum/gymnasium naar HAVO-2 • brugklas HAVO/atheneum naar MAVO-2 • gymnasium-2 naar HAVO-3 • atheneum-2 naar HAVO-3 • HAVO-2 naar MAVO-3 • HAVO-3 naar MAVO-4 Bij de berekening van het gemiddelde cijfer worden voor een gymnasiumleerling de cijfers voor de klassieke talen niet meegerekend, tenzij dat voor de leerling een hoger gemiddelde oplevert. Een leerling wordt bevorderd als: - de eindvergadering van oordeel is, dat de overstap een betere voortzetting van de schoolcarrière is én - het gemiddelde over alle vakken 5,5 of meer is én - het aantal voldoendes groter is dan of gelijk is aan het aantal onvoldoendes. Aanvullende overgangsregel bij overstap van atheneum-3 of gymnasium-3 naar HAVO-4 Onderstaande regel geldt naast de algemene overgangsregeling bij de overstap van VWO-3 naar HAVO-4. Een leerling wordt bevorderd van VWO-3 naar HAVO-4 als: - de eindvergadering van oordeel is dat de overstap een betere voortzetting van de schoolcarrière is én - het gemiddelde over alle vakken 5,7 of meer is én - voor de profielkeuze wordt voldaan aan de volgende regel: bij keuze voor C&M profiel: ne & gs & du of fa: samen 18 punten keuze voor E&M profiel: ne & gs & wi: samen 18 punten keuze voor N&G profiel: wi & sk & na of ak: samen 18 punten keuze voor N&T profiel: wi & na & sk: samen 18 punten 84
Schoolgids 2014/2015
Aanvullende overgangsregel bij overstap van gymnasium naar atheneum Onderstaande regel geldt voor de overstap van • gymnasium-2 naar atheneum-3 • gymnasium-3 naar atheneum-4 Een leerling wordt bevorderd naar de volgende klas atheneum als: - hij/zij daartoe vóór de vergadering heeft verzocht én - de afgeronde cijfers voor Latijn Grieks elk niet lager zijn dan 5 én - de leerling voldoet aan de algemene overgangsregels na het schrappen van de cijfers voor Latijn en Grieks In de overige gevallen wordt de mogelijke overstap in bespreking gebracht.
OVERGANGSNORMEN VOOR DE BOVENBOUW Deze overgangsnormen gelden voor de overgang van •
MAVO-3 naar MAVO-4
Een leerling wordt bevorderd als zijn overgangsrapport voldoet aan de volgende voorwaarden: 1. er zijn maximaal drie onvoldoendes én 2. er is géén cijfer lager dan 4 én 3. er is maximaal één 4 én 4. bij twee onvoldoendes is er minstens één afgerond eindcijfer hoger dan 6; bij drie onvoldoendes zijn er minstens twee afgeronde eindcijfers hoger dan 6 Alle andere leerlingen zijn afgewezen en worden besproken. Een leerling kan na bespreking alsnog bevorderd worden door de vergadering.
85
Sint-Janslyceum
N.B. - Als de leerling is bevorderd naar de examenklas krijgt hij voor KV1 automatisch de beoordeling V of G (cijfer < 7,5 resp. > 7,5) op zijn diplomacijferlijst. - Bij de besluitvorming kan in de leerjaren dat er keuzes voor het pakket worden gemaakt, het gekozen vakkenpakket een rol spelen. De vergadering kan dan namelijk besluiten de leerling alleen te bevorderen als het pakket wordt gewijzigd en aangeven wat die wijzigingen in dienen te houden. De leerling kan er echter voor kiezen, als dat gezien de regels voor doubleren mogelijk is, te doubleren. • • •
HAVO-4 naar HAVO-5 VWO-4 naar VWO-5 VWO-5 naar VWO-6
Algemene opmerking: De door de leerling behaalde cijfers worden rekenkundig op een geheel getal afgerond, waarmee de eindcijfers van het overgangsrapport zijn bepaald. Het combinatiecijfer is het afgeronde gemiddelde van de eindcijfers van de ‘kleine vakken’ (studielast ≤160). Het betreft op H4: ckv, lb, lo op V4: anw, ckv (of kcv), lb, lo op V5: ckv (of kcv), lb, lo, ma Het combinatiecijfer telt hoogstens als een 7 mee. De ‘grote vakken’ zijn de vakken met een studielast ≥ 320. A 1. 2. 3. 4. 86
Een leerling wordt bevorderd als zijn overgangsrapport voldoet aan de volgende voorwaarden: er is geen eindcijfer lager dan 4 èn bij de grote vakken+combinatiecijfer is er maximaal één 4 èn bij een 4, 4+5 of 5+5 bij de grote vakken+combinatiecijfer is het gemiddelde van deze vakken minimaal een 6.0 èn er zijn maximaal twee onvoldoendes in de ‘grote vakken’ + combinatiecijfer èn
Schoolgids 2014/2015
5. 6. 7.
er is maximaal één onvoldoende in de ‘kleine vakken’ èn er is maximaal één onvoldoende voor de kernvakken Netl, Entl & wiskunde èn het gemiddelde van de op 1 decimaal afgeronde cijfers van de gekozen CE-vakken is 5,50 of hoger.
B.
In alle andere gevallen is de leerling afgewezen.
C.
Onder bepaalde voorwaarden kan afgeweken worden van de overgangsnorm (zie schoolgids).
N.B. Als de leerling is bevorderd naar de examenklas krijgt hij voor ckv automatisch de beoordeling V of G (cijfer < 7,5 resp. ≥ 7,5) op zijn diplomacijferlijst. Voor lo moeten de prestaties van de leerling in de examenklas naar behoren zijn. Als het cijfer ≥ 5,5 is krijgt hij de beoordeling V en als het cijfer ≥ 7,5 is de beoordeling G. • De normen voor slagen voor het diploma MAVO, HAVO, Atheneum en Gymnasium vormen een onderdeel van het examenreglement, dat tezamen met het PTA aan het begin van het schooljaar via de website wordt gepubliceerd.
87
Sint-Janslyceum
WEGING TOETSEN (ONDERBOUW) VAK ONDERDEEL mondelinge beurt schriftelijke overh. werkstuk presentatie practicum proefwerk 1e halfj. proefwerk 2e halfj. gem proefw 1e halfj. gem proefw 2e halfj. schr/werkb/hw contr handelingsdelen huisw.controle ontwerp/schets spelling grammatica woordenschat lezen/schrijven/fictie VAK ONDERDEEL mondelinge beurt schriftelijke overh. werkstuk presentatie practicum proefwerk 1e halfj. proefwerk 2e halfj. gem proefw 1e halfj. gem proefw 2e halfj. schr/werkb/hw contr handelingsdelen huisw.controle ontwerp/schets spelling grammatica woordenschat lezen/schrijven/fictie
88
NE
TV
KL
FA
DU
EN
GS
AK
LB
LV
EC
XXX
XXX
XXX
1
1
1
XXX
1
1
XXX
1
XXX
XXX
1
1
1
1
1
1
1
1
1
XXX
XXX
XXX
2
XXX
1
2
2
2
2
2
1
XXX
XXX
2
XXX
1
XXX
1
1
1
1
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
1
XXX
XXX
XXX
2
2
2
2
2
2
2
2
2
XXX
XXX
3
3
3
3
2
2
2
2
2
XXX
XXX
3
3
3
3
3
3
3
3
3
XXX
XXX
4
4
4
4
3
3
3
3
3
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
1
1
1
1
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
4
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
3
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
3
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
1
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
WI
RV
NA
SK
BI
TN
MU
TE
HA
LO
XXX
XXX
1
1
1
XXX
1
XXX
XXX
XXX
1
1
1
1
1
1
1
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
1
1
2
1,2 of 3
2
3
3
XXX
XXX
XXX
1
1
2
3
2
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
1
1
1
XXX
1
XXX
XXX
1
2
2
2
3
3
XXX
2
XXX
XXX
3
2
2
2
3
3
XXX
2
XXX
XXX
3
3
3
3
3
3
XXX
3
XXX
XXX
XXX
3
3
3
3
3
XXX
3
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
1
1
1
1
1
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
3
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
1
1
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
Schoolgids 2014/2015
BIJLAGE Toelatingscriteria voor het schooljaar 2014/2015 voor de brugklassers e van basisscholen waarbij de Cito het 2 gegeven vormt.
Toelaten
Bespreken
atheneum/ gymnasium
havo/ atheneum
mavo en mavo/havo
- V-advies en Cito 542 of hoger
- V-advies of H/V-advies en Cito 535 of hoger
- H-advies of M/H-advies en Cito 526 of hoger
- H/V-advies en Cito 545 of hoger
- H-advies en Cito 539 of hoger
- M-advies en Cito 531 of hoger
- V-advies en Cito 541 of lager
- V-advies of H/V-advies en Cito 534 of lager
- H-advies of M/H-advies en Cito 525 of lager
- H-advies en Cito 538, 537, 536, 535
- M-advies en Cito 530, 529, 528, 527, 526
- H/V-advies en Cito 544, 543, 542
- M/H-advies en Cito 539 of hoger Afwijzen
- H/V-advies en Cito lager dan 542
- H-advies en Cito lager dan 535
- M-advies en Cito 525 of lager
- H-advies ongeacht Cito-uitslag
- M/H-advies en Cito 538 of lager
- G-advies, ongeacht Cito-uitslag
- M-advies ongeacht Cito-uitslag
- M/K-advies, ongeacht Cito-uitslag - K-advies, ongeacht Cito-uitslag - B-advies, ongeacht Cito-uitslag - LWOO-advies ongeacht Cito-uitslag
89
Sint-Janslyceum
Toelatingscriteria voor het schooljaar 2014/2015 voor de brugklassers e van basisscholen waarbij de Givo of Nio het 2 gegeven vormt.
Toelaten
Bespreken
atheneum/ gymnasium
havo/ atheneum
mavo en mavo/havo
- V-advies en NIO-V of H/V
- V-advies: altijd toelaten, ongeacht NIO-uitslag
- H-advies: altijd toelaten, ongeacht NIO-uitslag
- H/V-advies en NIO-V of H/V
- H/V-advies en NIO-H of hoger
- M/H-advies en NIO-M of hoger
- H-advies en NIO-H of hoger
- M-advies en NIO-M of hoger
- V-advies en NIO-H of lager
- H/V-advies en NIO-M/H of lager
- M/H-advies en NIO-M/K of lager
- H/V-advies en NIO-H
- H-advies en NIO-M/H
- M-advies en NIO-M/K
- M/H-advies en NIO-H of hoger Afwijzen
90
- H/V-advies en NIO-M/H of lager
- H-advies en NIO-M of lager
- M-advies en NIO-K of lager
- H-advies, ongeacht NIO-uitslag
- M/H-advies en NIO-M/H of lager
- G, M/K, K, K/B, Badvies, ongeacht NIO-uitslag
- M-advies ongeacht NIO-uitslag
- LWOO-advies ongeacht NIO-uitslag
Schoolgids 2014/2015
Toelatingscriteria voor het schooljaar 2014/2015 voor de brugklassers e van basisscholen waarbij de Drempeltoets het 2 gegeven vormt.
Toelaten
Bespreken
atheneum/ gymnasium
havo/ atheneum
mavo en mavo/havo
- V-advies en drempel V of H/V
- V-advies: altijd toelaten, ongeacht drempel-uitslag
- H-advies: altijd toelaten, ongeacht drempel-uitslag
- H/V-advies en drempel-V of H/V
- H/V-advies en drempel-H of hoger
- M/H-advies en drempel-M of hoger
- H-advies en drempel-H of hoger
- M-advies en drempel-M of hoger
- V-advies en drempel-H of lager
- H/V-advies en drempel-M/H of lager
- M/H-advies en drempel-M/K of lager
- H/V-advies en drempel-H
- H-advies en drempel-M/H
- M-advies en drempel-M/K
- M/H-advies en drempel-H of hoger Afwijzen
- H/V-advies en drempel-M/H of lager
- H-advies en drempel-M of lager
- M-advies en drempel K of lager
- H-advies, ongeacht drempel-uitslag
- M/H-advies en drempel-M/H of lager
- G, M/K, K, K/B, Badvies, ongeacht drempel-uitslag
- M-advies ongeacht drempel-uitslag
- LWOO-advies ongeacht drempel-uitslag
91
Sint-Janslyceum
Bij de toelating van leerlingen kan eventueel ook medische of psychische informatie een rol spelen. Als na zorgvuldig overleg tussen betrokken ouders, de afleverende school, medische of psychische begeleiders en eventueel andere derden de school het inzicht heeft dat zij geen passend onderwijs kan bieden, zal de betreffende leerling niet worden toegelaten! Zie ook: toelatingsbeleid zorgleerlingen (hoofdstuk 14.9).
92
Schoolgids 2014/2015
BIJLAGE
IN-, DOOR- EN UITSTROOMGEGEVENS
93
Sint-Janslyceum
Eindexamenresultaten afdeling mavo havo vwo
2012/2013 95% 79% 90%
2013/2014 93% 84% 91%
Uitstroomgegevens Om meer zicht te krijgen op de redenen die aan ongediplomeerde uitstroom ten grondslag liggen, gaan de jaarlaagcoördinatoren jaarlijks na - wie er van de medewerkers betrokken zijn geweest bij gesprekken met de betrokken leerling; - wat we als school hadden kunnen doen om te voorkomen dat de leerling zonder diploma het Sint-Janslyceum verlaat. Wanneer we spreken over leerlingen die zonder diploma de school verlaten, kunnen we enkele categorieën onderscheiden: - de leerlingen die verhuizen; - de leerlingen die op ons advies de school verlaten; het komt elk jaar bij een aantal leerlingen voor dat de docentenvergadering het advies geeft de studie voort te zetten in een van de andere leerwegen van het vmbo; - de leerlingen die de school moeten verlaten omdat ze voor het tweede jaar in dezelfde klas zijn blijven zitten of omdat ze niet voldoen aan de speciale voorwaarden waarop ze werden aangenomen; - de leerlingen die zakken voor het eindexamen en er de voorkeur aan geven elders, en dat is dan bijna altijd in een ROC (VAVO) of in een particulier onderwijsinstituut, de examenklas over te doen; - de leerlingen die om gezondheidsredenen hun studie afbreken; - uitwisselingsstudenten, die maximaal voor een periode van een jaar op het Sint-Janslyceum verblijven.
94
Schoolgids 2014/2015
Reden van uitstroom
reden verhuizing op ons advies reglementair op eigen initiatief niet behalen examen gezondheidsredenen uitwisselingsstudent emigratie overig vertrokken na 1 jaar vavo verwijderd buitenland totaal
2011/2012 abs. rel. 5 0,2 18 0,8 10 0,4 23 1,0 6 0,2 3 0,1 2 0,1 1 0,1 6 0,2 1 0,1 75* 3,2
2012/2013 abs. rel. 6 0,2 7 0,3 19 0,8 48 2,0 21 0,9 4 0,1 2 0,1 3 0,1 8 0,3 1 0,1 1 0,1 1 0,1 121** 5,1
* waarvan 19 leerlingen tussentijds en 56 leerlingen aan het einde van het schooljaar ** waarvan 24 leerlingen tussentijds en 97 leerlingen aan het einde van het schooljaar
95
Sint-Janslyceum
Uitstroom van vwo-, havo- en mavo-gediplomeerden naar het vervolgonderwijs De schooldecanen hebben schematisch in beeld gebracht op welke opleiding onze eindexamenleerlingen hun studie voortzetten.
Toekomstplannen VWO 2014
Communicatie 6%
Taal & Communicatie 8%
Onderwijs & opvoeding 2%
Gedrag & Maatschappij 8%
Techniek 26%
Natuur & Milieu 6%
Economie & Bedrijf 37%
96
Schoolgids 2014/2015
Toekomstplannen HAVO 2014
Toekomstplannen MAVO 2014 Horeca 6%
Elders 4%
HAVO 15%
Toerisme 3% Economisch 13%
ICT 7%
Sport 4%
Welzijn-Gezondheidszorg 14%
Technisch 12%
Communicatie 6%
Creatief 8%
97
Sint-Janslyceum
BIJLAGE OUDERBIJDRAGE SCHOOLJAAR 2014/2015 B1
M2
M3
M4
H2
H3
H4
H5
EDUCATIEVE EXCURSIES excursies te/ha excursies la/gr/kcv (Archeon B1)
20,00
20,00
28,00
excursie Nijmegen(kl/G3) excursie Overloon (gs/A3) excursie R'dam (ak/M3,H5)
25,00
25,00
excursie Den Haag (gs/AG3) excursie Xanten (kl/G2) excursie Aken (M3,H3)
17,50
17,50
excursie Keulen (A2) excursie universiteit (V4) excursie Lille (fa/H3)
30,00
excursie Ieper (gs/en/V5) excursie Amsterdam (gs/V6) excursie Wijchen (lb/H3,V3)
10,00
excursie Leiden (bi/H2)
20,00
excursie ckv/kcv (H4,V4)/kv (M3)
8,00
8,00
excursie Tilburg (fi/V6) excursie Rivierengebied (ak/V6) excursie Un.Utrecht (na/H5,V6)
30,00
LESMATERIALEN agenda/studieles brugklas
13,00
tekendoos brugklas
21,00
studie- en beroepskeuze rekenmachine TI 30 x IIB Multiview lesmateriaal informatica
98
5,00
8,50
8,50
8,50
8,50
5,00
17,50
17,50
15,00
Schoolgids 2014/2015
OUDERBIJDRAGE SCHOOLJAAR 2014/2015 (vervolg) AG2
AG3
AG4
AG5
AG6
EDUCATIEVE EXCURSIES excursies te/ha excursies la/gr/kcv (Leiden G4)
30,00
excursie Nijmegen(kl/G3)
25,00
excursie Overloon (gs/A3)
20,00
excursie R'dam (ak/M3,H5) excursie Den Haag (gs/AG3) excursie Xanten (kl/G2)
15,00 20,00
excursie Aken (M3,H3,) excursie Keulen (A2)
20,00
excursie universiteit (V4)
10,00
excursie Lille (fa/H3) excursie Ieper (gs/en/V5)
40,00
excursie Amsterdam (gs/V6) excursie Wijchen (lb/H3,V3)
30,00 10,00
excursie Leiden (bi/H2) excursie ckv/kcv (H4,V4)/kv (M3)
8,00
excursie Tilburg (fi/V6)
15,00
excursie Rivierengebied (ak/V6)
0,00
excursie Un.Utrecht (na/H5,V6)
30,00
LESMATERIALEN agenda/studieles brugklas tekendoos brugklas studie- en beroepskeuze
8,50
5,00
8,50
17,50
17,50
rekenmachine TI 30 x IIB Multiview lesmateriaal informatica
17,50
99
Sint-Janslyceum
BIJLAGE GEDRAGSCODE VOOR COMPUTERGEBRUIK DOOR LEERLINGEN VAN HET SINT-JANSLYCEUM 1 – Wat? Hieronder staan regels voor het gebruik van de op school beschikbare communicatiemiddelen, zoals computer, internet (mobiel of vast), e-mail en (mobiele) telefoon. 2 – Wie? Deze gedragscode geldt voor leerlingen die gebruik m aken van de communicatiemiddelen op werkplekken van de school. De code geldt ook wanneer de leerling vanuit een andere apparaat (bijvoorbeeld de computer thuis) inlogt op het netwerk van de school. 3 – Hoe wel? Leerlingen mogen gebruik maken van de communicatiemiddelen van de school als dit nodig is voor het volgen van onderwijs. De leerling mag alleen onder zijn/haar eigen naam en wacht woord inloggen op het netwerk. 4 – Hoe niet? De communicatiemiddelen mogen niet gebruikt worden voor het doen van strafbare handelingen. Het is niet toegestaan om: - iemand elektronisch lastig te vallen; - inlognaam en/of wachtwoord van anderen uit wisselen of te gebruiken; - e-mail te versturen op naam van een ander; - via e-mail dreigende, beledigende, seksueel getinte, racistische of discriminerende berichten en kettingmailberichten te verzenden; - massa e-mails te sturen naar adressen van de school; - iemand telefonisch door aanhoudend bellen lastig te vallen; 100
Schoolgids 2014/2015
-
dreigende, beledigende, seksueel getinte of discriminerende uitspraken te doen, telefonisch, via SMS of voice-mail; - op internet pornografisch, racistisch, discriminerend, beledigend of aanstootgevend materiaal te bekijken of te downloaden; - handelingen in de digitale omgeving te verrichten die de naam van de school of een betrokkene bij school kunnen schaden. Het is niet toegestaan om: - het netwerk te verstoren of het apparaat te beschadigen; - opzettelijk "computervirussen" op de computer te plaatsen; - de programma's op de computer van de school te kopiëren; - e-mailadressen van medewerkers en leerlingen van de school door te geven aan personen buiten de school; - zelfstandig programma's te installeren op computers van school. Wanneer een leerling zelf elektronisch of telefonisch wordt lastig gevallen, kan hij/zij dit melden bij de jaarlaagcoördinator.
5 – De computer thuis Leerlingen moeten met respect omgaan met andere leerlingen en met medewerkers van de school. Het maakt daarbij niet uit op welke manier dit contact plaatsvindt. Het geldt ook wanneer er contact is via de computer, telefoon of ander apparaat. 6 – Digitaal contact met de leraar Digitaal contact met medewerkers is in ieder geval wel toegestaan wanneer er contact is via een digitale leeromgeving of een e-mailadres. De schoolleiding ontraadt ernstig dat leerlingen contact zoeken met medewerkers van de school via hyves, facebook, twitter, msn of sms. Dit geldt ook voor contact via andere sociale netwerken en chat. Wanneer er toch digitaal contact is met medewerkers van de school, moeten leerlingen zich correct gedragen naar de medewerkers en medewerkers professioneel naar leerlingen.
101
Sint-Janslyceum
7 – Controle De school kan de netwerken en computers controleren op overtredingen van de regels in deze code. 8 – Straf Bij overtreding van de regels mag de leerling tijdelijk of volledig geen gebruik meer maken van de computer of andere communicatiemiddelen van de school. Ook kan de schoolleiding één van de wettelijke sancties (schorsing of verwijdering) opleggen als de overtreding naar haar oordeel van ernstige aard is.
102
Schoolgids 2014/2015
BIJLAGE PREAMBULE KLACHTENREGELING VERENIGING ONS MIDDELBAAR ONDERWIJS
De wet op het voortgezet onderwijs verplicht Ons Middelbaar Onderwijs om een klachtenregeling vast te stellen en een klachtencommissie in te stellen. Volgens de wet kunnen ouders, leerlingen en personeelsleden klachten indienen over gedragingen en beslissingen van het bestuur of het personeel. Het klachtrecht heeft een belangrijke signaalfunctie. Door de klachtenregeling ontvangen het bestuur en de school signalen die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Met de klachtenregeling van Ons Middelbaar Onderwijs streven we daarom naar een zorgvuldige behandeling van klachten. Zo wordt niet alleen het belang van de betrokkenen gediend, maar ook het belang van de school. Het spreekt voor zich dat klachten op een behoorlijke manier worden afgehandeld. Daarbij nemen we ook ten opzichte van de aangeklaagde een behoorlijke afhandeling in acht. Als een klacht die is ingediend onterecht blijkt te zijn, zullen het bestuur en de directie van de school zich inspannen om de betrokkene indien nodig zo goed mogelijk te rehabiliteren. Elke school heeft een voorfase klachtbehandeling. Deze voorfase biedt de mogelijkheid een klacht op school af te handelen. Pas als daar geen oplossing uit volgt kan de klacht officieel ingediend worden bij de klachtencommissie. Ons Middelbaar Onderwijs heeft één klachtencommissie ingesteld voor de klachtenregeling en de regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie . Het adres van de klachtencommissie is: Postbus 90154, 5000 LG Tilburg. Het telefoonnummer is 013-5944446, e-mail:
[email protected]. 103
Sint-Janslyceum
SCHEMATISCHE WEERGAVE Binnen Ons Middelbaar Onderwijs bestaan drie typen klachten. Voor elk type klacht geldt een aparte regeling, bestaat een bevoegde instantie en is de voorfase klachtbehandeling wel of niet van toepassing.
Toepasselijke regeling
Voorfase klachtbehandeling op schoolniveau
Bevoegde instantie
Algemene klachten
Klachtenregeling
Voorfase van toepassing
Rector/directeur klachtencommissie
Persoonlijke integriteit
Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie
Voorfase niet van toepassing
Klachtencommissie
Leerlingkwesties
Reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken
Voorfase niet van toepassing
Rector/directeur regionale commissie
Algemene klachten Klachtafhandeling dient primair op schoolniveau plaats te vinden. Indien het niet lukt om op school de zaak op te lossen dan kan de klager alsnog besluiten om de klachtencommissie in te schakelen. De klachtencommissie neemt een algemene klacht pas in behandeling nadat de voorfase klachtbehandeling op schoolniveau is doorlopen. Persoonlijke integriteit Klachten met betrekking tot de persoonlijke integriteit, te weten seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie, zijn zodanig van aard dat zij niet afgehandeld worden via de voorfase klachtbehandeling op schoolniveau. Deze klachten gaan recht104
Schoolgids 2014/2015
streeks naar de klachtencommissie, met toepassing van de “Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie”. Leerlingkwesties De voorfase klachtbehandeling op schoolniveau is evenmin van toepassing bij kwesties rondom de toelating, bevordering/afwijzing tot een volgend leerjaar, schorsing, definitieve verwijdering van leerlingen en onregelmatigheden bij het eindexamen. Deze zaken worden ook niet doorverwezen naar de klachtencommissie, maar in bezwaar en beroep behandeld door de rector of directeur/regionale commissie op de wijze zoals vermeld is in het “Reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken”.
TOELICHTING VOORFASE KLACHTBEHANDELING OP SCHOOLNIVEAU Elke school wil klachten zoveel mogelijk voorkomen. Mocht zich echter toch een klacht voordoen, dan moet deze klacht op een effectieve manier worden opgelost. De school gaat er hierbij van uit dat klachten in de regel van eenvoudige aard zijn en in principe binnenschools kunnen worden opgelost. De school hanteert bij de afhandeling van klachten de volgende uitgangspunten: Klachten kunnen zowel mondeling als schriftelijk worden geuit. Een mondelinge klacht kan tegen een ieder worden geuit. De persoon binnen de school die de klacht ontvangt heeft de verantwoordelijkheid om hier iets mee te doen. Deze fase is informeel.
Schriftelijk klachten kunnen het vervolg zijn op een in eerste instantie geuite mondelinge klacht, of kunnen direct zijn ingediend zonder dat de klager eerst informeel contact heeft gehad met de aangeklaagde.
Schriftelijke klachten worden ingediend bij de rector/directeur, die ervoor zorgt dat de klacht wordt afgehandeld. Uitgangspunt daarbij is dat de klacht wordt afgehandeld door de betrokkene/aan105
Sint-Janslyceum
geklaagde zelf of, als dat niet mogelijk is, door zijn direct leidinggevende. De afhandeling van de klacht moet op een behoorlijke manier gebeuren. Hierbij staat bemiddeling om tot een oplossing te komen voorop. Onder behoorlijke afhandeling van een klacht wordt in ieder geval verstaan: Het verstrekken van voldoende informatie aan de klager De klager in de gelegenheid stellen zijn/haar klacht toe te lichten Eventueel informatie vragen aan derden Afhandeling binnen redelijke termijn. Indien een klacht wordt behandeld door een ander dan degene tegen wie de klacht is ingediend, dient ook ten aanzien van de aangeklaagde een behoorlijke afhandeling in acht te worden genomen. De afronding van een schriftelijke klacht gebeurt door een schriftelijke mededeling van de rector/directeur aan de klager. Daarin wordt aangegeven wat de bevindingen en de conclusies zijn naar aanleiding van de klacht. Indien de klacht door bemiddeling is opgelost, wordt aangegeven op welke wijze dat is geschied. De klager heeft vervolgens altijd nog de mogelijkheid de klacht voor te leggen aan de klachtencommissie van Ons Middelbaar Onderwijs.
106
Schoolgids 2014/2015
KLACHTENREGELING VERENIGING ONS MIDDELBAAR ONDERWIJS
Artikel 1: Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. school: een school als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs; b. commissie: de commissie als bedoeld in artikel 2; c. klager: een leerling, een ouder/voogd/verzorger, een lid van het personeel; d. klacht: klacht over gedragingen en beslissingen van de aangeklaagde dan wel het nalaten van gedragingen en het niet nemen van beslissingen door de aangeklaagde; e. aangeklaagde: (een lid van) het personeel, het bevoegd gezag; f. bevoegd gezag: raad van bestuur van Ons Middelbaar Onderwijs; g. rector/directeur: persoon die door de raad van bestuur in deze functie is benoemd. Artikel 2: Instelling en taken klachtencommissie 1. Er is één klachtencommissie voor de scholen van het bevoegd gezag die de klacht onderzoekt en het bevoegd gezag hierover adviseert; 2. De klachtencommissie geeft advies aan het bevoegd gezag over: a. (on)gegrondheid van de klacht; b. het nemen van maatregelen; 3. De klachtencommissie neemt, ter bescherming van de belangen van alle direct betrokkenen, de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht bij de behandeling van een klacht. De leden van de klachtencommissie zijn verplicht tot geheimhouding van alle zaken die zij in die hoedanigheid vernemen. Deze plicht vervalt niet nadat betrokkene zijn taak als lid van de klachtencommissie heeft beëindigd; 4. De klachtencommissie brengt jaarlijks aan het bevoegd gezag schriftelijk verslag uit van haar werkzaamheden.
107
Sint-Janslyceum
Artikel 3: Samenstelling klachtencommissie 1. De klachtencommissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden. Voorts zijn er een plaatsvervangende voorzitter en twee plaatsvervangende leden; 2. Het bevoegd gezag benoemt, schorst en ontslaat de (plaatsvervangende) voorzitter en de (plaatsvervangende) leden; 3. De (plaatsvervangende) voorzitter en de (plaatsvervangende) leden kunnen geen deel uitmaken van het bevoegd gezag en niet werkzaam zijn voor of bij het bevoegd gezag. Artikel 4: Zittingsduur 1. De (plaatsvervangende) voorzitter en de (plaatsvervangende) leden worden benoemd voor een periode van vier jaar en zijn terstond herbenoembaar voor maximaal 2 perioden; 2. De (plaatsvervangende) voorzitter en de (plaatsvervangende) leden kunnen op ieder moment ontslag nemen. Artikel 5: Indienen van een klacht 1. De klager dient een klacht in bij de rector/directeur, die er voor zorgt dat de klacht wordt behandeld op schoolniveau. De afronding van de klacht geschiedt door een schriftelijke mededeling van de rector/directeur aan de klager, waarin wordt aangegeven wat de bevindingen en de conclusies zijn naar aanleiding van de ingediende klacht en hoe op de klacht zal worden gereageerd. 2. De klager kan de klacht schriftelijk indienen bij de klachtencommissie, nadat de voorfase klachtbehandeling op schoolniveau, zoals bedoeld in het vorige lid, is doorlopen. De klachtencommissie neemt een klacht pas in behandeling na afronding van deze voorfase. 3. De klacht dient binnen 60 werkdagen na de gedraging of beslissing bij de klachtencommissie te worden ingediend, tenzij de klachtencommissie de termijn wenst te verlengen; 4. Indien de klacht bij het bevoegd gezag wordt ingediend, verwijst het bevoegd gezag de klager naar de klachtencommissie; 5. Indien de klacht wordt ingediend bij een ander orgaan, verwijst de ontvanger de klager aanstonds door naar de klachtencommissie. De ontvanger is tot geheimhouding verplicht; 108
Schoolgids 2014/2015
6. Op de ingediende klacht wordt de datum van ontvangst aangetekend; 7. Na ontvangst van de klacht deelt de klachtencommissie het bevoegd gezag, de klager en de aangeklaagde binnen vijf werkdagen schriftelijk mee dat zij een klacht onderzoekt en wat de aard van de klacht is; 8. Klager en aangeklaagde kunnen zich laten bijstaan of laten vertegenwoordigen door een gemachtigde. Artikel 6: Intrekken van de klacht Indien de klager tijdens de procedure bij de klachtencommissie de klacht intrekt, deelt de klachtencommissie dit aan de aangeklaagde en het bevoegd gezag mee. Artikel 7: Inhoud van de klacht 1. De klacht wordt schriftelijk bij de klachtencommissie ingediend en ondertekend; 2. De klacht bevat ten minste: a. de naam en het adres van de klager; b. de dagtekening; c. een omschrijving van de klacht; 3. Indien niet is voldaan aan het gestelde in het tweede lid, wordt de klager in de gelegenheid gesteld het verzuim binnen twee weken te herstellen. Is ook dan nog niet voldaan aan het gestelde in het tweede lid, dan kan de klacht niet-ontvankelijk worden verklaard; 4. Indien de klacht niet-ontvankelijk wordt verklaard wordt dit aan de klager, de aangeklaagde en het bevoegd gezag schriftelijk en met redenen omkleed gemeld. Artikel 8: Vooronderzoek / vereenvoudigde behandeling / schriftelijke behandeling 1. De klachtencommissie is in verband met de voorbereiding van de behandeling van de klacht bevoegd alle gewenste inlichtingen in te winnen. Zij kan daartoe deskundigen inschakelen en hen zo nodig uitnodigen voor de hoorzitting. Indien hieraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het bevoegd gezag vereist. 109
Sint-Janslyceum
2. Totdat de klager en de aangeklaagde zijn uitgenodigd om op een hoorzitting van de commissie te verschijnen, kan de voorzitter het onderzoek naar de klacht sluiten indien voortzetting van het onderzoek niet nodig is omdat de commissie kennelijk onbevoegd is of de klacht kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond is. 3. Met eenstemmig goedvinden van de commissie, de klager en de aangeklaagde kan de behandeling van de klacht schriftelijk geschieden. In dat geval wordt de klager in de gelegenheid gesteld te reageren op het door de aangeklaagde ingediende verweerschrift, waarna de aangeklaagde in de gelegenheid wordt gesteld te dupliceren op de door de klager ingediende conclusie van repliek. Artikel 9: Hoorzitting 1. De voorzitter bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de klager en de aangeklaagde tijdens een niet-openbare vergadering in de gelegenheid worden gesteld te worden gehoord. De hoorzitting vindt plaats binnen vier weken na ontvangst van de klacht; 2. De klager en de aangeklaagde worden buiten elkaars aanwezigheid gehoord, tenzij de klachtencommissie anders bepaalt. 3. De klager en de aangeklaagde kunnen zich hierbij laten bijstaan door raadslieden; 4. Van elke hoorzitting wordt een verslag gemaakt. Het verslag bevat: a. de namen en de functie van de aanwezigen; b. een zakelijke weergave van wat over en weer in de zitting is gezegd; 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en een lid van de commissie. Artikel 10: Advies 1. De klachtencommissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het advies; 2. De klachtencommissie rapporteert haar bevindingen schriftelijk aan het bevoegd gezag, onder toevoeging van het verslag van de hoorzitting, binnen vier weken nadat de hoorzitting heeft plaatsgevonden. Deze termijn kan met vier weken worden verlengd. Deze ver110
Schoolgids 2014/2015
lenging meldt de klachtencommissie schriftelijk en met redenen omkleed aan de klager, de aangeklaagde en het bevoegd gezag; 3. De klachtencommissie geeft in haar advies een gemotiveerd oordeel over het al dan niet gegrond zijn van de klacht. De klachtencommissie stuurt het advies en het verslag van de hoorzitting in afschrift aan de klager en de aangeklaagde; 4. De klachtencommissie kan in haar advies tevens een aanbeveling doen over de door het bevoegd gezag te treffen maatregelen. Artikel 11: Quorum Voor het houden van een zitting is vereist, dat ten minste de helft van het aantal leden van de klachtencommissie, en de voorzitter aanwezig zijn. Artikel 12: Niet-deelneming aan de behandeling De voorzitter en de leden van de klachtencommissie nemen niet deel aan de behandeling van een klacht, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn. Artikel 13: Beslissing op advies Binnen vier weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie deelt het bevoegd gezag aan de klager, de aangeklaagde, en de klachtencommissie schriftelijk gemotiveerd mee of hij het oordeel over de gegrondheid van de klacht deelt en of hij naar aanleiding van dat oordeel maatregelen neemt en zo ja welke. Deze termijn kan met ten hoogste vier weken worden verlengd. Deze verlenging meldt het bevoegd gezag schriftelijk en met redenen omkleed aan de klager, de aangeklaagde en de klachtencommissie. Artikel 14: Openbaarheid 1. De rector/directeur legt deze regeling op de school (en haar nevenvestigingen) ter inzage; 2. De rector/directeur stelt alle belanghebbenden op de hoogte van deze regeling, door middel van publicatie in de schoolgids.
111
Sint-Janslyceum
Artikel 15: Seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie. Een klacht die betrekking heeft op seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie dient afgehandeld te worden via de Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie van Ons Middelbaar Onderwijs en niet via deze klachtenregeling. De voorfase klachtbehandeling op schoolniveau is op deze zaken niet van toepassing. Artikel 16: Toelating/bevordering/schorsing/verwijdering leerlingen en onregelmatigheden bij eindexamen De klachtencommissie is niet bevoegd en deze klachtenregeling is niet van toepassing indien het gaat om kwesties met betrekking tot de toelating, bevordering/afwijzing tot een volgend leerjaar, schorsing, definitieve verwijdering van leerlingen en onregelmatigheden bij het eindexamen. Deze zaken worden niet doorverwezen naar de klachtencommissie, maar behandeld door de rector of directeur/regionale commissie op de wijze zoals vermeld in het reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken Ons Middelbaar Onderwijs. De voorfase klachtbehandeling op schoolniveau is op deze zaken niet van toepassing. Artikel 17: Overige bepalingen 1. Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2012; 2. In gevallen waarin de regeling niet voorziet, beslist het bevoegd gezag; 3. Deze regeling kan worden aangehaald als "Klachtenregeling Ons Middelbaar Onderwijs". Aldus definitief vastgesteld in de vergadering van de raad van bestuur van Ons Middelbaar Onderwijs op 15 november 2011.
112
Schoolgids 2014/2015
BIJLAGE PREAMBULE REGELING TER VOORKOMING VAN SEKSUELE INTIMIDATIE, AGRESSIE, GEWELD (WAARONDER PESTEN) EN DISCRIMINATIE VAN DE VERENIGING OMO
De Raad van Bestuur van Ons Middelbaar Onderwijs in aanmerking nemende dat: -
-
-
-
op 1 oktober 1994 de Wet van 29 juni 1994 tot wijziging van de arbeidsomstandighedenwet in verband met seksuele intimidatie, agressie en geweld in werking is getreden (Staatsblad 1994, 586); artikel G6 ondernemings-CAO van Ons Middelbaar Onderwijs de werkgever verplicht gebruik te maken van een door de personeelsgeleding van de (G)MR op criteria getoetste regeling "Seksuele intimidatie", agressie, geweld en discriminatie; in de missie van Ons Middelbaar Onderwijs als kernopdracht de werkgeversrol als volgt is geformuleerd: "Het is de ambitie van Ons Middelbaar Onderwijs zich positief te onderscheiden in haar werkgeversrol, met inbegrip van de interactie tussen werkgever en werknemer. Professionaliteit staat in die rol voorop. Kernbegrippen zijn: optimale arbeidsvoorwaarden, welzijn, loopbaanbegeleiding, deskundigheidsbevordering en mobiliteit"; het Hoofdbestuur van Ons Middelbaar Onderwijs in zijn vergaderingen van 25 maart 1996 en 31 mei 1999 de volgende besluiten heeft genomen ten aanzien van de regeling seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie: 1. Seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie als gedrag in, om of in verband met de school wordt niet getolereerd; 2. Elke school dient een of meer vertrouwensperso(o)n(en) aan te stellen die tot taak heeft (hebben): het verzorgen van de eerste opvang van personen die met seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie zijn geconfronteerd en het bieden van hulp en advies. Tevens moet(en) de vertrouwensperso(o)n(en) een bijdrage leveren 113
Sint-Janslyceum
-
-
aan de verbetering van de werk- en leefsituaties in de school door middel van beleidsadviezen; 3. Elke school dient te beschikken over een regeling seksuele intimidatie. Daarbij wordt gebruik gemaakt van deze regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie; 4. De schoolleiding dient er voor zorg te dragen dat de in de school geldende regelingen zoals het schoolreglement, het leerlingenstatuut en dergelijke verwijzen naar de regeling als bedoeld onder 3; 5. Elke school is verplicht een klachtenregeling en -procedure in te richten; 6. Het Hoofdbestuur zal seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie sanctioneren met disciplinaire maatregelen; seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie structurele aandacht behoeft door middel van preventie en opvang; voorbeeldgedrag van personeel belangrijk is ten opzichte van de leerlingen van de school; de zorg voor een prettig schoolklimaat en een prettige omgang met elkaar een taak van de school is.
heeft in zijn vergadering van 1 juli 2003 de navolgende regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie van Ons Middelbaar Onderwijs vastgesteld.
114
Schoolgids 2014/2015
REGELING TER VOORKOMING VAN SEKSUELE INTIMIDATIE, AGRESSIE, GEWELD (WAARONDER PESTEN) EN DISCRIMINATIE VAN DE VERENIGING OMO
Artikel 1: Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: 1. Seksuele intimidatie: ongewenste seksuele toenadering, verzoeken om seksuele gunsten of ander verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag van seksuele aard waarbij - voor zover het een werknemer betreft - tevens sprake is van een van de volgende punten: a. onderwerping aan dergelijk gedrag wordt hetzij expliciet hetzij impliciet, gehanteerd als voorwaarde voor de tewerkstelling van een persoon; b. onderwerping aan of afwijzing van dergelijk gedrag door een persoon, wordt gebruikt of mede gebruikt als basis voor beslissingen die het werk van deze persoon raken; c. dergelijk gedrag heeft het doel de werkprestaties van een persoon aan te tasten en/of een intimiderende, vijandige of onaangename werkomgeving te creëren, dan wel heeft tot gevolg dat de werkprestaties van een persoon worden aangetast en/of een intimiderende, vijandige of onaangename werkomgeving wordt gecreëerd (artikel 3, lid 3, ARBO-wet). 2. Agressie, geweld en pesten: voorvallen waarbij een werknemer of leerling psychisch of fysiek wordt lastiggevallen, bedreigd of aangevallen, onder omstandigheden die rechtstreeks verband houden met het verrichten van de arbeid dan wel het schoolbezoek (artikel 3, lid 4, ARBO-wet). 3. Discriminatie: elke vorm van ongerechtvaardigd onderscheid, als bedoeld in artikel 2 van de Algemene Wet Gelijke Behandeling, elke uitsluiting, beperking of voorkeur die ten doel heeft of tot gevolg kan hebben dat de erkenning, het genot of de uitoefening op voet van gelijkheid van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden op politiek, economisch, sociaal of cultureel terrein of op andere terreinen van het openbare leven wordt tenietgedaan of aangetast. Discriminatie kan zowel bedoeld als onbedoeld zijn. 115
Sint-Janslyceum
4. Klager: een leerling, een ouder/voogd/verzorger van een minderjarige leerling, een lid van het personeel, een stagiaire of een ander die werkzaamheden verricht voor de school dan wel deel uitmaakt van de schoolgemeenschap, die meent te zijn geconfronteerd met seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie en een klacht hierover heeft ingediend bij de klachtencommissie. 5. Klacht: een mondeling of schriftelijk ingediende klacht met motieven omkleed, betreffende seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie. 6. Aangeklaagde: de persoon tegen wie een klacht met betrekking tot seksuele intimidatie, agressie of geweld (waaronder pesten) en discriminatie is ingediend. 7. Bevoegd gezag: Raad van Bestuur van Ons Middelbaar Onderwijs. 8. School: een school als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs. 9. Directeur: eindverantwoordelijk schoolleider. Artikel 2: De vertrouwenspersoon 1. De vertrouwensperso(o)n(en) heeft (hebben) als functie: a. het verzorgen van de eerste opvang van personen die met seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie zijn geconfronteerd; b. eventueel volgend op a, het bieden van hulp en advies; c. een bijdrage leveren aan de verbetering van de werk- en leefsituatie op de school door middel van beleidsadviezen aan de directeur. 2. In het kader van de in lid 1 beschreven functie beschikt een vertrouwenspersoon over de volgende bevoegdheden: a. het horen van een klager; b. het op eigen initiatief raadplegen van interne en externe deskundigen; c. het voeren van gesprekken met personeelsleden van de school, leerlingen, de directeur, het bevoegd gezag en zulks op vertrouwelijke basis; 116
Schoolgids 2014/2015
3.
4.
5. 6.
d. het geven van voorlichting over de functie vertrouwenspersoon en over seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie; e. het begeleiden van een klager en/of deze vertegenwoordigen bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie; f. het begeleiden van een klager bij het inschakelen van een hulpverlenende instantie; g. het zorgen voor nazorg; h. signalen van seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie opsporen en op grond hiervan het bevoegd gezag en de directeur gevraagd dan wel ongevraagd van advies voorzien omtrent het te voeren beleid; i. signalen over een onzorgvuldig handelen van de klachtencommissie opvangen en hieromtrent gevraagd dan wel ongevraagd advies uitbrengen aan het bevoegd gezag en de directeur. De vertrouwensperso(o)n(en) wordt (worden) benoemd door de directeur. Een vertrouwenspersoon kan afkomstig zijn uit dan wel van buiten de school. De vertrouwenspersoon is, voor zover de wet dit toelaat, verplicht tot geheimhouding omtrent alle zaken die hij in zijn functie verneemt. De vertrouwenspersoon kan geen deel uitmaken van de klachtencommissie. Personeelsleden die kennis hebben van een (intieme) relatie tussen een personeelslid en een leerling dienen dit te melden aan de vertrouwenspersoon.
Artikel 3: De klachtencommissie 1. De klachtencommissie bestaat uit een voorzitter en twee leden. Voorts zijn er een plaatsvervangend voorzitter en twee plaatsvervangende leden. 2. Het bevoegd gezag benoemt, schorst en ontslaat de (plaatsvervangend) voorzitter en de (plaatsvervangende) leden. 3. De leden van de commissie dienen inzicht te hebben in de problematiek rond seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie in het onderwijs en zo mogelijk 117
Sint-Janslyceum
kennis op het gebied van juridische, rechtspositionele, sociale en/of medische aangelegenheden. 4. De (plaatsvervangend) voorzitter en de (plaatsvervangende) leden kunnen geen deel uitmaken van het bevoegd gezag en niet werkzaam zijn voor of bij het bevoegd gezag. 5. De (plaatsvervangend) voorzitter en de (plaatsvervangende) leden worden benoemd voor een periode van 4 jaar en zijn terstond herbenoembaar voor maximaal 2 perioden. De (plaatsvervangend) voorzitter en de (plaatsvervangende) leden kunnen op ieder moment ontslag nemen. 6. Er is één klachtencommissie voor de scholen van het bevoegd gezag. Artikel 4: Het indienen van een klacht 1. Een klacht wordt ingediend bij de klachtencommissie. 2. Een klacht kan zowel schriftelijk als mondeling worden ingebracht. Van een mondeling ingediende klacht wordt onmiddellijk procesverbaal opgemaakt, dat wordt ondertekend door de klager(s) en door degene bij wie de klacht wordt ingediend. Klager(s) ontvang(t)(en) zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen een termijn van een week een afschrift van het proces-verbaal. 3. De klachtencommissie attendeert de klager op de mogelijkheid de vertrouwenspersoon als bedoeld in artikel 2 in te schakelen. 4. Een klacht kan door meerdere personen tezamen worden ingediend. 5. De anonimiteit van de klager wordt - op diens verzoek - zoveel mogelijk gewaarborgd. Degene die de klacht ontvangt wijst de klager op de mogelijke consequenties van het klachtenonderzoek. 6. De klachtencommissie stelt, na ontvangst van een klacht, aangeklaagde onverwijld op de hoogte. Artikel 5: Het intrekken van de klacht 1. De klager kan te allen tijde, tot het moment van de uitspraak, de klacht intrekken. Van het intrekken van de klacht moet de klachtencommissie, en voorzover ingeschakeld de vertrouwenspersoon, op de hoogte worden gesteld. 118
Schoolgids 2014/2015
2. De aangeklaagde wordt schriftelijk door de klachtencommissie op de hoogte gesteld van het feit dat de klacht is ingetrokken. Artikel 6: Klachtenbehandeling door de klachtencommissie 1. De klachtencommissie onderzoekt de klacht door de klager en aangeklaagde te horen. Dit horen geschiedt, binnen vier weken nadat de klacht bij de commissie is ingediend. Indien de aangeklaagde weigert te worden gehoord, zal de commissie aangeklaagde per aangetekend schrijven uitnodigen alsnog schriftelijk of mondeling op de klacht te reageren binnen een termijn van een week. Voldoet aangeklaagde ook hieraan niet, dan wordt de klacht als onbetwist in de procedure opgenomen. Hiervan wordt aangeklaagde in kennis gesteld. 2. Klager en aangeklaagde kunnen zich bij het horen door raadslieden laten bijstaan. Op verzoek van de klager, of de klachtencommissie kan bij het horen van de klager de vertrouwenspersoon aanwezig zijn. Van alle hoorgesprekken worden door de commissie verslagen opgesteld. Een afschrift van het verslag wordt de gehoorde toegezonden binnen een week na het horen. 3. De klachtencommissie is bevoegd informatie in te winnen bij de klager, de aangeklaagde en eventuele andere informatiebronnen. Hierbij wordt de uiterste zorgvuldigheid betracht ten aanzien van de anonimiteit van de klager en de aangeklaagde. Tevens kan de klachtencommissie de situatie ter plaatse in ogenschouw nemen. 4. Leerlingen en personeel in dienst van het bevoegd gezag, alsmede het bevoegd gezag zelf, die door de klachtencommissie worden benaderd om informatie te verstrekken in het kader van het klachtenonderzoek, zijn gehouden de gevraagde informatie te verstrekken en hieromtrent geheimhouding te bewaren tegenover anderen. 5. De leden van de klachtencommissie zijn te allen tijde verplicht tot geheimhouding omtrent alle zaken die zij in hun functie vernemen. Deze plicht tot geheimhouding geldt niet ten opzichte van de overige leden en plaatsvervangende leden van de klachtencommissie, het bevoegd gezag, de klager en aangeklaagde en eventueel artsen en politie/justitie. 119
Sint-Janslyceum
6. De commissie zorgt ervoor dat de klager de consequenties van de klachtenprocedure kent; de commissie verzekert zich ervan dat de klager akkoord gaat met de procedure. 7. Na ontvangst van de klacht stelt de commissie het bevoegd gezag onmiddellijk in kennis van het feit dat zij een klacht heeft ontvangen en deze onderzoekt. Het bevoegd gezag wordt tevens onverwijld op de hoogte gesteld van de inhoud van de klacht. Van de inhoud van een strafbaar feit wordt het bevoegd gezag altijd onverwijld op de hoogte gesteld. 8. De klachtencommissie rapporteert schriftelijk haar bevindingen aan het bevoegd gezag, binnen zes weken nadat de klacht bij haar is ingediend. In het rapport geeft de commissie een gemotiveerd oordeel of de klacht al dan niet gegrond is gebleken. Een klacht kan door de commissie gegrond worden geoordeeld indien zij boven elke redelijke twijfel is verheven. Klager en beklaagde ontvangen bij aangetekend schrijven een afschrift van de rapportage. 9. Indien er naar het oordeel van de commissie sprake is van een gegronde klacht, kan zij in haar rapport tevens een advies uitbrengen omtrent te treffen maatregelen. Een en ander is gericht op het beëindigen van seksuele intimidatie, agressie en/of geweld (waaronder pesten) en discriminatie en het voorkomen van verdere seksuele intimidatie of agressie en geweldplegingen door de aangeklaagde. Besluitvorming omtrent maatregelen is voorbehouden aan het bevoegd gezag. Artikel 7: Rol van het bevoegd gezag 1. Indien de klager bezwaren heeft tegen deelname aan het onderzoek van de klacht door (een of meer leden van) de klachtencommissie, schakelt de klachtencommissie voor het desbetreffende onderzoek plaatsvervangende leden van de klachtencommissie in. 2. Indien het bevoegd gezag overeenkomstig artikel 6.7 in kennis is gesteld van een klacht en de inhoud daarvan, kan het bevoegd gezag onder voorbijgaan van deze klachtenregeling (disciplinaire) maatregelen nemen. 120
Schoolgids 2014/2015
3. Onverminderd artikel 7.2 neemt het bevoegd gezag op grond van het rapport van de klachtencommissie een besluit over te treffen maatregelen en op te leggen sancties. Het bevoegd gezag neemt binnen vier weken na verzending van het afschrift van het rapport zijn besluit. 4. Verlenging van de termijn waarbinnen het bevoegd gezag een besluit neemt is mogelijk. Van deze verlenging stelt het bevoegd gezag alle betrokkenen: klager, aangeklaagde, vertrouwenspersoon, klachtencommissie, schriftelijk op de hoogte. 5. Klager, aangeklaagde en klachtencommissie worden onverwijld schriftelijk in kennis gesteld van een eenmaal genomen besluit en van de motieven van het bevoegd gezag. 6. Straffen en maatregelen in deze regeling bedoeld, worden opgelegd: - in het geval de aangeklaagde een personeelslid is, overeenkomstig de ondernemings-CAO van OMO; - in het geval de aangeklaagde een leerling is overeenkomstig het inrichtingsbesluit WVO, het algemeen reglement van Ons Middelbaar Onderwijs en het schoolreglement; - in alle overige gevallen naar bevind van zaken. Artikel 8: Misbruik 1. Indien het bevoegd gezag tot het oordeel komt dat een klager de in deze regeling opgenomen klachtenprocedure bewust ten onrechte heeft gebruikt, wordt dit: - t.a.v. leerlingen bestraft overeenkomstig de in artikel 7.6 genoemde regelingen; - t.a.v. personeelsleden aangemerkt als plichtsverzuim. De Raad van Bestuur kan maatregelen nemen of straffen opleggen overeenkomstig de ondernemings-CAO van Ons Middelbaar Onderwijs; - t.a.v. een andere persoonscategorie door het bevoegd gezag naar bevind van zaken afgehandeld met als uiterste consequentie het beëindigen van alle contacten met de school.
121
Sint-Janslyceum
Artikel 9: Wijzigingen Deze regeling kan worden gewijzigd bij besluit van het bevoegd gezag. Artikel 10: Evaluatie Deze regeling wordt geëvalueerd door het bevoegd gezag op een door het bevoegd gezag te bepalen wijze. Artikel 11: Openbaarheid 1. De directeur zorgt ervoor dat een exemplaar van deze regeling aan ieder personeelslid en aan de medezeggenschapsraad is uitgereikt. 2. De directeur draagt er zorg voor dat een exemplaar van deze regeling in de school op een voor alle belanghebbenden toegankelijke plaats ter inzage beschikbaar is. 3. De directeur draagt er zorg voor dat alle belanghebbenden op de hoogte gebracht zijn van deze regeling. Artikel 12: Overige bepalingen 1. Deze regeling treedt in werking op 1 augustus 2003. 2. In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het bevoegd gezag. 3. Deze regeling kan worden aangehaald als de “Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie Ons Middelbaar Onderwijs’’.
Aldus vastgesteld in de vergadering van de Raad van Bestuur van Ons Middelbaar Onderwijs op 1 juli 2003.
122
Schoolgids 2014/2015
BIJLAGE REGLEMENT BEZWAAR EN BEROEP IN LEERLINGENZAKEN
PREAMBULE
Dit reglement regelt de procedure welke dient te worden gehanteerd voor de behandeling van bezwaar en beroep tegen besluiten met betrekking tot A. toelating, bevordering, schorsing en verwijdering van leerlingen en B. examenzaken. De in dit reglement genoemde leerlingenzaken vallen niet onder de reikwijdte van de Klachtenregeling Ons Middelbaar Onderwijs. A. Toelating, bevordering, schorsing en verwijdering van leerlingen In artikel 27 van de Wet op het Voortgezet Onderwijs en de artikelen 2 t/m 9 en 12 t/m 15 van het Inrichtingsbesluit WVO zijn de wettelijke vereisten voor de toelating, bevordering (en afwijzing tot een volgend leerjaar), schorsing en (definitieve) verwijdering van leerlingen vastgelegd. Deze wettelijke vereisten omtrent leerlingenzaken zijn binnen Ons Middelbaar Onderwijs verder ingekaderd in het managementstatuut en dit reglement. Daarnaast zijn er schoolspecifieke regelingen zoals een schoolreglement en/of leerlingenstatuut. Besluiten in de genoemde leerlingenzaken mogen niet in strijd zijn met deze voorschriften. B. Examenzaken Examenzaken worden ingekaderd door het Eindexamenbesluit vwohavo-mavo-vbo en schoolspecifieke regelingen zoals het examenreglement en het programma van toetsing en afsluiting (PTA). Raad van Bestuur Ons Middelbaar Onderwijs juni 2011 123
Sint-Janslyceum
REGLEMENT BEZWAAR EN BEROEP IN LEERLINGENZAKEN
Hoofdstuk I
Algemene bepalingen
Hoofdstuk 2
Toelating, bevordering (en afwijzing tot een volgend leerjaar), schorsing en (definitieve) verwijdering van leerlingen
Hoofdstuk 3
Examenzaken
Hoofdstuk 4
De regionale beroepscommissie
Hoofdstuk 5
Slotbepalingen
124
Schoolgids 2014/2015
Hoofdstuk 1
Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsbepaling In dit reglement wordt verstaan onder: a. Ons Middelbaar Onderwijs: de vereniging Ons Middelbaar Onderwijs, gevestigd te Tilburg. b. Raad van bestuur: de raad van bestuur van de vereniging Ons Middelbaar Onderwijs, bevoegd gezag. c. Rector/algemeen directeur: persoon die door de raad van be1 stuur in deze functie is benoemd. Artikel 2 Werkingsomvang 1. De raad van bestuur van de vereniging Ons Middelbaar Onderwijs heeft voor de onder zijn bevoegd gezag staande scholen voor voortgezet onderwijs een reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken opgesteld. 2. Leerlingenzaken worden onderscheiden in de volgende categorieën: A. toelating, bevordering (en afwijzing tot een volgend leerjaar), schorsing en (definitieve) verwijdering en B. examenzaken. Hoofdstuk 2
Toelating, bevordering (en afwijzing tot een volgend leerjaar), schorsing en (definitieve) verwijdering van leerlingen
Artikel 3 Primair besluit 1. Besluiten tot (niet-)toelating, bevordering en afwijzing tot een volgend leerjaar, schorsing en (definitieve) verwijdering van leerlingen zijn bevoegdheden, die door de rector/algemeen directeur binnen de school zijn doorgemandateerd. 2. Het primaire besluit van door een daartoe gemandateerde functionaris in de school wordt schriftelijk aan de ouders/verzorgers en/of de leerling zelf medegedeeld en bevat ten minste: a. een motivering van het besluit en b. de bezwaarmogelijkheid bij de rector/algemeen directeur, onder verwijzing naar dit reglement. 1
Met rector/directeur wordt zowel een mannelijk als vrouwelijk persoon bedoeld.
125
Sint-Janslyceum
3. Een primair besluit tot verwijdering wordt slechts genomen nadat de functionaris de ouders en/of de leerlingen heeft gehoord en tevens overleg heeft plaatsgevonden met de Inspectie van het Onderwijs. Hangende dit overleg kan de leerling worden geschorst. Artikel 4 Bezwaar 1. Tegen een besluit tot (niet-) toelating, bevordering en afwijzing tot een volgend leerjaar, schorsing en definitieve verwijdering van leerlingen kan bezwaar worden gemaakt bij de rector/algemeen directeur. Tegen het niet tijdig nemen van een beslissing kan eveneens bezwaar worden gemaakt bij de rector/algemeen directeur. 2. De bezwaartermijn bedraagt voor besluiten met betrekking tot schorsing en bevordering (en afwijzing tot een volgend leerjaar) 1 werkweek en met betrekking tot toelating en (definitieve) verwijdering 6 werkweken na dagtekening van het primaire besluit. 3. De rector/algemeen directeur bevestigt schriftelijk aan partijen de ontvangst van een bezwaarschrift. 4. De rector/algemeen directeur neemt kennis van de op het bezwaar betrekking hebbende adviezen en rapporten. 5. De rector/algemeen directeur hoort enerzijds de ouders, verzorgers en/of leerling en anderzijds de functionaris die het primaire besluit heeft genomen. Partijen kunnen in elkaars bijzijn worden gehoord. Het horen van partijen vindt plaats op school. De ouders, verzorgers en/of leerling kan zich laten bijstaan door een vertrouwenspersoon of gemachtigde. 6. De rector/algemeen directeur toetst of het bezwaar ontvankelijk is en of het primaire besluit in redelijkheid tot stand is gekomen. 7. De rector/algemeen directeur beslist zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 1 werkweek voor wat betreft schorsing en bevordering (en afwijzing tot een volgend leerjaar) en binnen 4 werkweken voor wat betreft toelating en (definitieve) verwijdering, na dagtekening van het bezwaarschrift. 8. Indien een zwaarwegend belang dit vereist, kunnen de in lid 7 van dit artikel genoemde termijnen met maximaal eenzelfde periode worden verlengd. De rector/algemeen directeur doet in dat 126
Schoolgids 2014/2015
geval hiervan schriftelijk en met redenen omkleed mededeling aan partijen. 9. Bij gegrondverklaring van het bezwaar vernietigt de rector/algemeen directeur schriftelijk en met redenen omkleed het primaire besluit en neemt in plaats daarvan een nieuw besluit. Tegen dit nieuwe besluit staat direct beroep open bij de regionale commissie als bedoeld in artikel 8 van dit reglement. 10. De rector/algemeen directeur kan gedurende de behandeling van het bezwaar tegen een besluit tot schorsing de strafmaat opschorten totdat door de rector/algemeen directeur de beslissing op bezwaar is genomen. Hangende de behandeling van het bezwaar tegen een besluit tot definitieve verwijdering kan aan de desbetreffende leerling de toegang tot de school worden ontzegd. Artikel 5 Beroep 1. Indien een bezwaar in een leerlingenzaak niet-ontvankelijk of ongegrond wordt verklaard, kan beroep worden ingesteld bij een regionale commissie als bedoeld in artikel 8 van dit reglement. Daarnaast staat rechtstreeks beroep open bij de regionale commissie tegen een in bezwaar genomen nieuw besluit van de rector/algemeen directeur als bedoeld in artikel 4 lid 9 van dit reglement. 2. Na ontvangst van het beroep beslist de commissie zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen 1 werkweek voor wat betreft schorsing en bevordering (en afwijzing tot een volgend leerjaar) en binnen 4 werkweken voor wat betreft toelating en (definitieve) verwijdering. 3. Indien een zwaarwegend belang dit vereist, kunnen de in lid 2 van dit artikel genoemde termijnen met maximaal eenzelfde periode worden verlengd. De commissie doet in dat geval hiervan schriftelijk en met redenen omkleed mededeling aan partijen. 4. De commissie kan gedurende de behandeling van het beroep tegen een besluit tot schorsing de straf opschorten totdat door de commissie de beslissing op beroep is genomen. Hangende de behandeling van het beroep tegen een besluit tot definitieve verwijdering kan door de commissie, op verzoek van de betrokken 127
Sint-Janslyceum
rector/algemeen directeur, aan de desbetreffende leerling de toegang tot de school worden ontzegd.
Hoofdstuk 3
Examenzaken
Artikel 6 Examencommissie 1. De school dient een examenreglement te hebben waarin, conform wetgeving en dit reglement, de gang van zaken rond examinering is geregeld. Hierin wordt in ieder geval geregeld de wijze waarop door de school aan de leden 2 tot en met 5 genoemde bepalingen uitvoering wordt gegeven. 2. De rector/algemeen directeur stelt in ieder geval één examencommissie in. 3. De examencommissie heeft (onder andere) de volgende taken: a. behandelen van verzoeken van kandidaten voor bijzondere maatregelen bij een schoolexamen of toets, wegens persoonlijke omstandigheden van de kandidaat; b. behandelen van verzoeken van kandidaten voor vrijstelling of ontheffing; c. behandelen van klachten van kandidaten over een primair besluit van de examinator, waaronder de inhoud of de beoordeling van een schoolexamen of toets; d. behandelen van klachten van kandidaten over de omstandigheden waaronder een schoolexamen of toets is afgelegd. 4. Tegen een primair besluit van de examencommissie - als bedoeld in lid 3a en b - kan de leerling of diens wettelijke vertegenwoordiger, binnen vijf werkdagen nadat het besluit aan de kandidaat is medegedeeld, schriftelijk en gemotiveerd bezwaar maken bij de rector/algemeen directeur. Binnen vijf werkdagen nadat het bezwaar is binnengekomen deelt de rector/algemeen directeur schriftelijk en gemotiveerd het besluit aan de leerling mede. Tegen het besluit op bezwaar van de rector/algemeen directeur kan beroep worden ingesteld bij de regionale beroepscommissie als bedoeld in artikel 8 van dit reglement. De betreffende rector/algemeen directeur maakt geen deel uit van de commissie die het beroep behandelt. De regionale beroepscommissie maakt het besluit binnen 5 werkdagen na ontvangst van het beroepschrift 128
Schoolgids 2014/2015
bekend. Indien een zwaarwegend belang dit vereist, kan de termijn met maximaal eenzelfde periode worden verlengd. 5. Tegen een primair besluit van een examinator als bedoeld in lid 3c of een omstandigheid als bedoeld in lid 3d kan de leerling of diens wettelijk vertegenwoordiger, binnen vijf werkdagen nadat het besluit aan de kandidaat is medegedeeld dan wel de omstandigheid zich heeft voorgedaan, schriftelijk en gemotiveerd bezwaar maken bij de examencommissie. De examencommissie vraagt de rector/algemeen directeur om een reactie op het bezwaar. Binnen vijf werkdagen nadat het bezwaar is binnengekomen deelt de examencommissie schriftelijk en gemotiveerd haar besluit aan de leerling mede. Tegen het besluit op bezwaar van de examencommissie kan beroep worden ingesteld bij de regionale beroepscommissie als bedoeld in artikel 8 van dit reglement. De betreffende rector/algemeen directeur maakt geen deel uit van de commissie die het beroep behandelt. De regionale beroepscommissie maakt het besluit binnen 5 werkdagen na ontvangst van het beroepschrift bekend. Indien een zwaarwegend belang dit vereist, kunnen de hiergenoemde termijnen met maximaal eenzelfde periode worden verlengd. Artikel 7 Onregelmatigheden 1. De wettelijke bevoegdheid om maatregelen te kunnen nemen indien een leerling zich (1) ten aanzien van enig deel van het eindexamen aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, (2) dan wel ten aanzien van een aanspraak op ontheffing aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, (3) dan wel zonder geldige reden afwezig is, wordt door de rector/algemeen directeur binnen de school doorgemandateerd. 2. De maatregelen die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn (art. 5 lid 2 Eindexamenbesluit vwo-havo-mavo-vbo): a. toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of het centraal examen; b. ontzeggen van (verdere) deelname aan een of meer toetsen van het schoolexamen of centraal examen; 129
Sint-Janslyceum
c.
ongeldig verklaren van een of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen of het centraal examen; d. bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de rector/algemeen directeur aan te wijzen onderdelen. Indien het hernieuwd examen betrekking heeft op een of meer onderdelen van het centraal examen legt de kandidaat dat examen af in een volgend tijdvak van het centraal examen. 3. Tegen een genomen maatregel in een examenkwestie kan binnen 5 werkdagen nadat de maatregel is medegedeeld bezwaar worden gemaakt bij de rector/algemeen directeur. 4. Indien een bezwaar in een examenzaak door de rector/algemeen directeur niet-ontvankelijk of ongegrond wordt verklaard, kan beroep worden ingesteld bij de regionale beroepscommissie als bedoeld in artikel 8 van dit reglement. De betreffende rector/algemeen directeur maakt geen deel uit van de commissie die het beroep behandelt (art. 5 lid 4 Eindexamenbesluit vwo-havomavo-vbo). De regionale beroepscommissie maakt haar besluit binnen 5 werkdagen na ontvangst van het beroepschrift bekend. Indien een zwaarwegend belang dit vereist, kan de termijn met maximaal eenzelfde periode worden verlengd. 5. De wijze waarop door de school aan de in de leden 1 tot en met 3 genoemde bepalingen uitvoering wordt gegeven, wordt neergelegd in het examenreglement.
Hoofdstuk 4 Artikel 8
De regionale beroepscommissie
Samenstelling van de regionale beroepscommissie 1. Er zijn 4 regionale beroepscommissies. De verdeling van scholen over de 4 regio’s is als bijlage aan dit reglement gehecht. 2. Elke commissie bestaat uit 3 leden, zijnde rectoren/algemeen directeuren van scholen uit de desbetreffende regio. De commissie bestaat uit een voorzitter, een plaatsvervangend voorzitter en een lid. 130
Schoolgids 2014/2015
3. De voorzitter, de plaatsvervangend voorzitter en het lid worden door de raad van bestuur steeds benoemd voor een termijn van drie jaar. Zij zijn opnieuw benoembaar na afloop van deze termijn. 4. De zitting van de commissie vindt plaats onder leiding van de voorzitter. 5. De leden van de commissie nemen met betrekking tot hetgeen zij in of uit hoofde van hun hoedanigheid vernemen strikte geheimhouding in acht. Tevens geldt dit met betrekking tot de wijze waarop de besluitvorming binnen de commissie tot stand is gekomen. 6. De commissie kan zich laten ondersteunen door een secretaris, welke geen onderdeel uitmaakt van de commissie. Tot de taken van de secretaris kunnen behoren het verzorgen van de correspondentie, het verzamelen van de benodigde stukken, het bewaken van de procedure, het notuleren van de hoorzitting en het opstellen van de conceptuitspraak van de commissie. Artikel 9 Procedure bij de regionale beroepscommissie 1. Indien het beroep een leerlingenzaak betreft aan een school waarvan een van de leden van de commissie rector/algemeen directeur is, wordt in de plaats van dit lid een ander lid uit de regio aangezocht. 2. Het beroepschrift, inclusief alle bijlagen/producties, wordt schriftelijk en per post ingediend en wordt gericht aan de rector/algemeen directeur van de school waar het bezwaar is behandeld. Deze rector/algemeen directeur zendt het beroepschrift onverwijld door aan de voorzitter van de desbetreffende regionale commissie. 3. Het beroepschrift is door de indiener persoonlijk ondertekend en houdt in: a. naam, adres, woonplaats, telefoonnummer van de indiener; b. opleiding en studentennummer van de desbetreffende leerling; c. de dagtekening; d. een duidelijke omschrijving van de beslissing en de persoon waartegen het beroep is gericht, vergezeld van een kopie van die beslissing of, indien het beroep is gericht tegen het 131
Sint-Janslyceum
4. 5.
6.
7. 8. 9.
10.
132
weigeren of uitblijven van een beslissing, een duidelijke omschrijving van de beslissing die naar het oordeel van de indiener had moeten worden genomen; e. de gronden, waarop het beroep berust, dat wil zeggen een gemotiveerde uiteenzetting waarom naar het oordeel van de indiener de beslissing onjuist is of waarom het onjuist is dat er geen beslissing is genomen. Een beroepschrift dat niet aan deze eisen voldoet kan nietontvankelijk verklaard worden, nadat aan de indiener de gelegenheid is geboden om binnen een gestelde termijn, de verzuimen te herstellen en hij/zij binnen die gestelde termijn hieraan niet heeft voldaan. De voorzitter van de commissie bevestigt schriftelijk de ontvangst van het beroepschrift. De voorzitter van een regionale commissie kan onmiddellijk uitspraak doen, indien hij/zij van oordeel is dat de commissie onbevoegd is, dat wil zeggen dat de leerling zich niet tot de commissie maar tot een ander orgaan dient te wenden. In dat geval zendt de commissie het document door naar het andere orgaan. De commissie verzoekt de verweerder om binnen maximaal 2 werkweken een gemotiveerd verweerschrift in te dienen waarin ten minste de gevolgde procedure en de gronden van het besluit staan vermeld. De commissie zendt een kopie van het verweerschrift aan de indiener van het beroepschrift. De op de zaak betrekking hebbende relevante stukken worden gedurende de procedure steeds in afschrift naar partijen gestuurd. De commissie neemt kennis van op het beroep betrekking hebbende adviezen en rapporten. De commissie toetst of het beroep ontvankelijk is en of het primaire besluit in redelijkheid tot stand is gekomen. De commissie kan het tegen het bezwaar ingestelde beroep kennelijk gegrond dan wel ongegrond verklaren of aan partijen een bemiddelingsvoorstel doen. Indien een hoorzitting door de commissie noodzakelijk wordt geacht, bepaalt de commissie op zo kort mogelijke termijn de plaats en het tijdstip van de zitting en nodigt partijen hiervoor tijdig uit. De commissie hoort enerzijds de ouders, verzorgers en/of leerling en anderzijds de rector/algemeen directeur die het be-
Schoolgids 2014/2015
zwaar heeft behandeld. Partijen kunnen in elkaars bijzijn worden gehoord. Het horen van partijen vindt plaats op een andere school dan waar de desbetreffende leerlingenzaak betrekking op heeft. De ouders, verzorgers en/of leerling kunnen zich tijdens het horen laten bijstaan door een vertrouwenspersoon of raadsman. Indien partijen getuigen en/of deskundigen mee willen brengen naar de zitting, dan dienen de namen en hoedanigheden van deze personen ten minste 4 werkdagen vóór de zitting schriftelijk aan de commissie te zijn medegedeeld. 11. Bij gehele of gedeeltelijke gegrondverklaring van het beroep vernietigt de commissie geheel of gedeeltelijk schriftelijk en met redenen omkleed het oorspronkelijke primaire besluit en neemt in plaats daarvan een nieuw besluit. De uitspraak van de commissie is gedagtekend en bevat ten minste de namen en hoedanigheden van partijen, de feiten waarop de uitspraak is gebaseerd, de gronden waarop de uitspraak rust (de overwegingen van de commissie) en de beslissing van de commissie. Artikel 10 Evaluatie/jurisprudentie 1. De voorzitter van elk der regionale commissies zendt binnen 3 maanden na afloop van elk schooljaar een (beknopt) jaarverslag aan de raad van bestuur. 2. In het jaarverslag wordt ten minste vermeld hoeveel beroepschriften in elk van de (sub-) categorieën toelating, bevordering, schorsing, verwijdering en examenzaken zijn ontvangen en op welke wijze deze beroepschriften zijn afgehandeld. Bij het jaarverslag worden alle door de commissie in het desbetreffende schooljaar genomen besluiten gevoegd. 3. Door de persoonsgegevens van (natuurlijke) personen in de bij het jaarverslag gevoegde besluiten te vervangen door letters of neutrale termen als (bijvoorbeeld) leerling, ouder, afdelingsleider, conrector en rector/algemeen directeur zal de privacy worden beschermd. 4. De raad van bestuur bundelt alle door elk van de commissies genomen besluiten en zendt deze aan alle rectoren/algemeen directeuren dan wel maakt deze besluiten op andere (digitale) wijze voor alle rectoren/algemeen directeuren toegankelijk. 133
Sint-Janslyceum
Hoofdstuk 5
Slotbepalingen
Artikel 11 Juridische procedures Zodra in een leerlingenzaak sprake is van een geschil voor de rechter stelt de rector/algemeen directeur of voorzitter van de regionale commissie de raad van bestuur hiervan onverwijld op de hoogte en worden alle op de zaak betrekking hebbende stukken aan de raad van bestuur toegezonden. Artikel 12 Onvoorziene omstandigheden In die gevallen waarin dit reglement niet voorziet en waaromtrent een onmiddellijke of spoedige beslissing noodzakelijk is, beslist de voorzitter van de raad van bestuur van Ons Middelbaar Onderwijs. Artikel 13 Evaluatie De raad van bestuur evalueert dit reglement 3 jaar na inwerkingtreding. Artikel 14 Ingangsdatum en werkingsduur Dit reglement treedt in werking op 1 augustus 2011 en is van kracht voor onbepaalde duur. Artikel 15 Citeertitel Dit reglement kan worden aangehaald als ‘Reglement leerlingenzaken Ons Middelbaar Onderwijs’.
134
Schoolgids 2014/2015
Bijlage 1 Regio-verdeling inzake behandeling beroep tegen leerlingenzaken School waar het primaire besluit wordt genomen en bezwaar kan worden gemaakt: Regio West/Midden 1 OMO Scholengroep Bergen op Zoom 2 Roncalli Scholengemeenschap 3 OMO Scholengroep Tongerlo 4 Munnikenheide College 5 2College 6 De Nieuwste School 7 Sint-Odulphuslyceum 8 Theresialyceum 9 Mill-Hillcollege 10 Kwadrant Scholengroep 11 OMO Scholengroep De Langstraat 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28
Regio 's-Hertogenbosch Jeroen Bosch College Sint-Janslyceum Rodenborch-College Gymnasium Beekvliet Maurick College Duhamel College Jacob-Roelandslyceum Baanderherencollege Hervion College Regio Oost Fioretti College Zwijsen College Veghel Maaslandcollege OMO Scholengroep Helmond Instelling VO Deurne Varendonck-College Elzendaalcollege Merletcollege Regio Eindhoven
Commissie voor behandeling van het beroep: Voorzitter: dhr. mr. J. van Pelt Plaatsvervangend voorzitter: mw. mr. C.W.M. Zandbergen Lid: dhr. mr. T.J. Oudejans dhr. drs. M.J.M. van Loo
Voorzitter: mw. drs. M.J.G. van IJzendoorn MME Plaatsvervangend voorzitter: dhr. E.A.C. de Gier MME Lid: dhr. drs. H.W.M. van der Linden
Voorzitter: mw. M. van Roosmalen MSC MME Plaatsvervangend voorzitter: dhr. drs. J.H. Schapenk Lid: mw. drs. I. van Nieuwenhuijsen
135
Sint-Janslyceum
29 30 31 32 33 34 35
136
Rythovius College Sondervick College Scholengemeenschap Were Di Van Maerlantlyceum Lyceum Bisschop Bekkers Eckartcollege Sint-Joriscollege
Voorzitter: dhr. drs. A.I.P.J. van Beurden MEM Plaatsvervangend voorzitter: dhr. P.H.M. Smetsers Lid: dhr. C.H. Streng
Schoolgids 2014/2015
BIJLAGE LEERLINGENSTATUUT
ARTIKEL I. BETEKENIS In het leerlingenstatuut worden de rechten en verplichtingen van de leerlingen vastgelegd. Wanneer iedereen op school weet waar men aan toe is, wie wat mag of moet, dan levert dat een bijdrage aan de goede sfeer en goede onderlinge verhoudingen op school.
ARTIKEL II. DOELSTELLING Doelen: Het helder zijn over de binnen school geldende regels. Het voorkomen en oplossen van problemen. Het voorkomen van willekeur, discriminatie en uitsluiten. Het helder zijn over verschillende overtredingen, de mogelijk erop volgende maatregelen en de wijze van beroep er tegen.
ARTIKEL III. BEGRIPPEN School: Sint-Janslyceum Leerlingen: alle leerlingen die op het Sint-Janslyceum ingeschreven staan en daadwerkelijk onderwijs volgen. Ouders: de feitelijke verzorgers van leerlingen. Onderwijzend personeel (docenten): personeelsleden met een onderwijstaak. Stagiairs: personen die les geven onder het toezicht van de desbetreffende docent en dus ook onder diens verantwoordelijkheid vallen. Voorvallen blijven daarom ook ter beoordeling van de docent. Mentor: docent, aangewezen om een leerling of een groep leerlingen gedurende het schooljaar te begeleiden. Onderwijsondersteunend personeel: personeelsleden van de school met een andere taak dan lesgeven, niet zijnde de leden van de schoolleiding. 137
Sint-Janslyceum
Schoolleiding: de rector samen met de overige leden van het managementteam. Bevoegd gezag: de Raad van Bestuur van OMO. De leerlingenraad: een uit en door de leerlingen gekozen groep die de belangen van leerlingen behartigt. Geleding: een onderdeel van de school, met name leerlingen, onderwijzend personeel, onderwijs-ondersteunend personeel, ouders, directie. Medezeggenschapsraad: het vertegenwoordigend orgaan van de verschillende geledingen binnen de school, als bedoeld in artikel 3 van de wet Medezeggenschap op Scholen. Bemiddelingscommissie: commissie waarop drempelloos een beroep gedaan kan worden bij vermeende overtredingen van dit reglement. Schriftelijk (document): een documentatie die geschreven of gedrukt is. Digitaal (document): een documentatie per e-mail of via Magister. Huiswerk: hetgeen door de docent wordt opgegeven als opdracht voor de volgende les of lessen. Proefwerk: toets, van tevoren aangekondigd, over meer stof dan in één les behandeld is. Overhoring: al dan niet van tevoren aangekondigde toets over de stof van één les. Onderbouw: klas 1, 2, H3, V3 Middenbouw: klas M3 Bovenbouw: klas M4, H4, H5, V4, V5, V6 Proefwerkweek: periode van één of meer dagen waarin geen les wordt gegeven, maar alleen toetsen of schoolexamens worden afgenomen; per jaarlaag geldend.
ARTIKEL IV. PROCEDURE EN WIJZIGINGEN 1. Dit gehele statuut moet elke twee jaren worden vastgesteld. 2. Zolang er geen nieuw statuut is, geldt het oude leerlingenstatuut. 3. Een voorstel tot wijziging van dit statuut geschiedt schriftelijk bij de rector van het Sint-Janslyceum. Een dergelijk voorstel kan 138
Schoolgids 2014/2015
worden ingediend door een geleding van de medezeggenschapsraad of door de schoolleiding. a. De schoolleiding en de medezeggenschapsraad kunnen voorstellen doen tot wijziging van het statuut ongeacht het verloop van de werkingsduur van twee jaar. b. Bij tussentijdse wijzingen/wijzigingsvoorstellen: i. Kan het statuut wederom geheel worden vast gesteld voor twee jaren. ii. Kan het statuut deels gewijzigd worden en de vastgestelde einddatum worden gehandhaafd. 4. De schoolleiding van het Sint-Janslyceum legt voorstel met betrekking tot wijziging, het vernieuwen en/of vaststellen van het statuut voor aan de leerlingengeleding van de medezeggenschapsraad en de leerlingenraad. De geleding zal zich op haar beurt beraden en bezien of het statuut volgens het voorstel gewijzigd kan worden. a. Is dit wel het geval dan wordt er een principe akkoord opgesteld. b. Is dit niet het geval dan zal zij alle ruimte en tijd (met een maximum van een half jaar) krijgen om wijzigingen te onderzoeken en voor te leggen aan de schoolleiding. Nadat de leerlingenraad advies heeft uitgebracht, zal het statuut ter instemming worden voorgelegd aan de medezeggenschapsraad. Als laatste zal het statuut worden vastgesteld door de rector, zoals vastgelegd in het managementstatuut Ons Middelbaar Onderwijs. 5. Voor het wijzigen van namen, naamgevingen en pagina’s hoeft de schoolleiding geen toestemming te krijgen van de medezeggenschapsraad en geldt bovenstaande procedure niet.
ARTIKEL V. DE PUBLICATIE Na een (hernieuwde) vaststelling, wijziging en/of aan het begin van een nieuw schooljaar zullen alle betrokkenen per mail en via de school website het gehele statuut verstrekt krijgen. Bovendien zal een verwijzing naar het leerlingenstatuut worden opgenomen in de schoolgids. 139
Sint-Janslyceum
ARTIKEL VI. TOEPASSING De in het leerlingenstatuut vastgelegde regelingen zijn bindend voor: a. De leerlingen b. De ouders c. Het onderwijzend personeel d. Het onderwijsondersteunend personeel e. De schoolleiding f. De medezeggenschapsraad
ARTIKEL VII. HET GEVEN VAN ONDERWIJS DOOR LERAREN 1. De leerlingen hebben er recht op dat de leraren hun onderwijstaak naar beste vermogen verrichten en zich houden aan op school geldende regels en normen. 2. Is een leerling of groep leerlingen van mening dat een leraar niet voldoet aan het in lid 2 gestelde dan kan dit bij de schoolleiding aan de orde worden gesteld. 3. Leerlingen hebben recht op een gelijkwaardige beoordeling. 4. Bij langdurig lesuitval hebben leerlingen er recht op dat er gepaste maatregelen worden genomen.
ARTIKEL VIII. HET VOLGEN VAN ONDERWIJS DOOR LEERLINGEN 1. De leerlingen zijn verplicht de lessen te volgen en zich zodanig te gedragen dat een ordelijk verloop van het onderwijs mogelijk is. a. Als de docent of diens plaatsvervanger bij ernstig storend gedrag van een leerling besluit hem te verwijderen, vertrekt de leerling zonder enige tegenwerking, richting de jaarlaagcoördinator en wanneer die niet aanwezig is, dient men zich te melden bij de meldkamer. De afwerking geschiedt conform dit statuut. b. Verwijdering om het feit dat een leerling zijn huiswerk niet af heeft of spullen niet bij zich heeft, is verboden. Afwerking geschiedt conform artikel XIV en XV. 2. In geval van absentie dient dit voor de aanvang van de lessen aan de school gemeld te worden door (een van) de ouders. 140
Schoolgids 2014/2015
3.
4.
5.
6.
a. Wanneer ongeoorloofd verzuim/spijbelen word geconstateerd gelden de regels onder ongeoorloofd verzuim/spijbelen, van de schoolgids. Van de lessen kan alleen door de jaarlaagcoördinator/adjunctsectordirecteur/conrector/rector vrijstelling worden verleend. Daartoe dient een schriftelijk of digitaal verzoek te worden ingediend. Regelingen omtrent verlof zijn vastgelegd in het verzuimen verlofprotocol. Indien bij het begin van een lesuur de docent (nog) niet aanwezig is, blijft de leerlingengroep bij het lokaal. Wanneer de docent na 5 minuten niet is gearriveerd, wordt er door een van de leerlingen geïnformeerd bij de receptie. Op basis van de ingewonnen informatie wordt verder gehandeld. Bij het niet volgen van deze procedure wordt dit gezien als ongeoorloofd verzuim/spijbelen. Bij problemen inzake lessen, huiswerk en proefwerken is de mentor respectievelijk de jaarlaagcoördinator, conrector, rector de aangewezen persoon bij wie de leerlingen terecht kunnen. De regels tot het volgen van onderwijs maken deel uit van het leerlingenstatuut en zijn vermeld in de schoolgids.
ARTIKEL IX. ONDERWIJSTOETSING 1. De toetsing van het onderwijs geschiedt door middel van werkstukken, scripties, gemaakt huiswerk, praktisch onderzoek, een overhoring, presentaties, proefwerken; Proefwerken dienen minimaal 5 schooldagen van tevoren zijn aangekondigd. 2. Een huiswerkoverhoring: dit is een test ter toetsing of het opgegeven huiswerk/de kort tevoren behandelde leerstof geleerd en begrepen is en kan zonder vooraankondiging gehouden worden. 3. De leraar bepaalt in welke mate een punt van een toetsing meetelt voor het eindcijfer. Dit is te allen tijde voor afname bekend gemaakt. Voor de bovenbouw zie lid 8. 4. Een leerling in de onderbouw mag slechts één proefwerk per schooldag krijgen. Bij herkansingen en toets/(school)examenweken mag van deze regel afgeweken worden. In de bovenbouw is het streven naar maximaal twee toetsen per dag. 5. Drie schooldagen voor een proefwerkweek is het toetsvrij. 141
Sint-Janslyceum
6. Een proefwerk mag alleen behandelde lesstof bevatten die vooraf is afgerond en duidelijk is opgegeven. 7. De vorm van het proefwerk moet tevoren duidelijk zijn en ook hoe het cijfer meetelt bij het vaststellen van een rapportcijfer. De regeling weging toetsen is opgenomen in de schoolgids. 8. De proefwerkregeling onderbouw wordt jaarlijks aan de leerlingen bekendgemaakt in de schoolgids, de regeling voor de bovenbouw in het PTA. a. Tussentijdse wijzigingen van het PTA: hiervoor kan een vakgroep een verzoek indienen bij de PTA commissie die ervoor zorgt dat alle betrokken van de wijziging op de hoogte worden gesteld. b. In het PTA dient alles duidelijk te zijn omschreven en dient geen ruimte te zijn voor discussie. In het PTA behoort te staan; i. Welke onderdelen van het examenprogramma worden getoetst, ii. De inhoud van de verschillende onderdelen, iii. De periodes waarin het onderdeel wordt behandeld, alsmede de duur van de toetsen en de weging ervan. 9. De docent moet de uitslag van een proefwerk of overhoring binnen 10 schooldagen publiceren op Magister. 10. Een proefwerk wordt altijd nabesproken in de les, indien de leerlingen dat wensen, collectief of individueel. 11. Een volgend proefwerk kan als regel niet afgenomen worden voordat het vorige proefwerk is besproken. 12. Een leerling heeft altijd recht op inzage in zijn proefwerk. 13. Beoordelingsnormen van een toets worden door de leraar zo nodig toegelicht. 14. Wie het niet eens is met de beoordeling van een proefwerk, gaat met zijn bezwaar naar de leraar; bij blijvende onenigheid kan de jaarlaagcoördinator bemiddelen. Leidt dit niet tot een bevredigende oplossing, dan wordt de schoolleiding ingeschakeld. Wanneer de schoolleiding van mening is dat er terecht bezwaar wordt gemaakt kan zij het cijfer na overleg met de adjunctsectordirecteur en de vakgroep ongeldig laten verklaren.
142
Schoolgids 2014/2015
15. De leerling die met een geldige reden niet heeft deelgenomen aan een toetsing heeft recht alsnog aan de toetsing deel te nemen. a. Bij een niet geldige reden word het cijfer 1,0 toegekend. De herkansingsregeling kan gebruikt worden om dit cijfer te herkansen. 16. Bij fraude volgt een sanctie.
ARTIKEL X. WERKSTUKKEN Wanneer het maken van een werkstuk onderdeel is van het onderwijsprogramma en meetelt in een rapportcijfer, dan dient van tevoren duidelijk te zijn aan welke normen een werkstuk moet voldoen, wanneer het gereed moet zijn en wat er gebeurt bij te laat inleveren. Voor het te laat inleveren is een regeling vastgesteld.
ARTIKEL XI. RAPPORTEN 1. Het eindrapport geeft een overzicht van de prestaties van een leerling voor de vakken die hij heeft gevolgd. 2. De cijfers worden in de onderbouw rekenkundig afgerond op een geheel cijfer en in de bovenbouw op één decimaal. 3. Een rapportcijfer dient in de onderbouw gebaseerd te zijn op minimaal zes cijfers.
ARTIKEL XII. OVERGAAN EN ZITTENBLIJVEN 1. In de schoolgids staat duidelijk aangegeven aan welke normen een leerling moet voldoen om toegelaten te worden tot een hoger leerjaar en of er recht bestaat op doubleren. 2. Voorwaardelijke toelating tot een hoger leerjaar is niet mogelijk.
ARTIKEL XIII. VERWIJDERING OP GROND VAN LEERPRESTATIE 1. Het is niet toegestaan een leerling tijdens een schooljaar op grond van onvoldoende leerprestaties naar een andere school of afdeling te sturen. 143
Sint-Janslyceum
2. De schoolleiding kan een leerling wel een advies geven zich voor een andere school of afdeling in te schrijven.
ARTIKEL XIV. HUISWERK EN OVERIGE SPULLEN 1. Tijdens de lessen heeft de docent de mogelijkheid een opdracht te geven voor de volgende les(sen). 2. Er moet een redelijke verdeling van de stof plaatsvinden. 3. Er wordt te allen tijde van uit gegaan dat de leerling zijn huiswerk af en bij zich heeft. Is dit niet het geval, zie artikel XV lid 2b. 4. Er wordt te allen tijde van uit gegaan dat de leerling zijn boeken bij zich heeft. Is dit niet het geval, zie artikel XV lid 3. 5. De dagen waarvoor geen huiswerk gemaakt hoeft te worden staan opgenomen in de jaaragenda. 6. Als door bijzondere omstandigheden de leerling zijn huiswerk niet af heeft en/of boeken niet bij zich heeft kan hij een verzoek om vrijstelling bij de jaarlaagcoördinator indienen. Indien dit verzoek wordt ingewilligd, is dit bindend voor alle betrokkenen. 7. Er wordt uitgegaan van de vakkundigheid en de goedwillendheid van een docent. Die mag ook besluiten af te zien van maatregelen wegens bijzondere redenen.
ARTIKEL XV. MAGISTER 1. Op het Sint-Janslyceum geldt Magister als het leidende communicatie middel m.b.t. opgegeven opdrachten/huiswerken/proefwerk etc., hierna genoemd opdracht. 2. De omschreven opdracht wordt om 17.00 uur op de dag van het opgeven in de agenda van Magister definitief. a. Voldoet de leerling aan de omschreven opdracht, dan heeft hij zijn huiswerk af. b. Voldoet de leerling niet aan de omschreven opdracht, kan hij worden genoteerd op Magister. Dit geschiedt door de notitie HV. Hij zal dan de volgende schooldag het 8ste uur terug moeten komen. 3. Heeft de leerlingen zijn boeken/schriften/lesmateriaal niet op orde, kan hij worden genoteerd op Magister. Dit geschiedt door 144
Schoolgids 2014/2015
de notitie BV. Hij zal dan de volgende schooldag het 8ste uur terug moeten komen. 4. De docent moet de uitslag van een proefwerk of overhoring binnen 10 schooldagen publiceren op Magister. 5. Bij een langdurige uitval van het programma Magister stelt de schoolleiding een vervangend beleid op, met een geldigheid van 10 schooldagen met een overgangsfase. Zij stelt de betrokken hiervan op de hoogte. Ook wanneer er eerder wordt terug gevallen op het oude systeem zal zij dit met de betrokkenen communiceren.
ARTIKEL XVI. ELEKTRONISCHE APPARATEN 1. Voor gebruik van laptops, tablets, daisy-spelers geldt dat deze binnen de les gebruikt mogen worden, voor zover daarvoor vanuit de schoolleiding toestemming is gegeven, bijvoorbeeld op basis van het dyslexiebeleid. 2. Voor zover bovenstaande niet geldt, vallen deze apparaten onder dezelfde regels als hieronder geformuleerd voor mobiele telefoons, laptops, tablets en smartphones, kortweg mobieltjes. a. Tijdens toetsen is elk gebruik van een mobieltje verboden; overtreding hiervan wordt gezien als fraude en zal leiden tot het toekennen van het cijfer 1. b. Tijdens lessen is het gebruik van een mobieltje als agenda toegestaan, maar alleen op de momenten die daartoe geëigend zijn, bijvoorbeeld bij het maken van afspraken als huiswerk, toetsen, mondeling enz. De leerling zal daarbij de aanwijzingen van de docent altijd moeten volgen. c. Buiten de leslokalen is het gebruik van mobieltjes toegestaan, met uitzondering van bellen, het maken van opnames (zowel geluid als foto’s) en alle toepassingen waarbij hoorbaar geluid wordt geproduceerd. Dit geldt ook voor de mediatheek, behalve als je daar les hebt: dan gelden de regels onder b. d. Buiten de muren van de school mogen alle mogelijkheden gebruikt worden, maar opnames maken mag alleen als degenen die het betreft het er mee eens zijn. 145
Sint-Janslyceum
e. Als de leerling bovenstaande regels overtreedt, zal het mobieltje worden afgenomen. Bij de eerste keer overtreding zal de straf over het algemeen een opstel zijn van twee kantjes en krijgt de leerling zijn/haar mobiel een (werk)dag later terug; bij herhaalde overtreding of een ernstige overtreding is de leerling zijn/haar mobiel langer kwijt en kunnen er ook andere maatregelen volgen. De jaarlaag-coördinator bepaalt de strafmaat. 3. Leerlingen en medewerkers houden zich aan de code: "Gedragscode computergebruik door leerlingen/ mede¬werkers van het Sint-Janslyceum".
ARTIKEL XVII. TOELATING TOT DE SCHOOL 1. De toelating van leerlingen geschiedt conform het beleid zoals dat in de schoolgids is vermeld. 2. De schoolleiding draagt zorg voor voldoende informatie over de gang van zaken op school aan de aspirant-leerling en zijn/haar ouders. 3. Als een aspirant-leerling niet wordt toegelaten, dan geeft de schoolleiding de gronden waarop deze beslissing is gebaseerd. 4. Het beleid maakt deel uit van het leerlingenstatuut.
ARTIKEL XVIII. AANSTELLING VAN DOCENTEN EN BENOEMING VAN DE SCHOOLLEIDING 1. De Raad van Bestuur, gehoord de medezeggenschapsraad, stelt een procedure vast om de rector te benoemen. 2. Beslissingen over benoeming van andere medewerkers worden door de rector genomen.
ARTIKEL XIX. VRIJHEID VAN MENINGSUITING 1. Onze school heeft het recht op vrijheid van meningsuiting hoog in het vaandel staan. Dit wordt door alle betrokkenen onderstreept. 2. Binnen de school worden de omgangsvormen gehanteerd als beschreven in de notitie "Respectvol omgaan met elkaar". 146
Schoolgids 2014/2015
ARTIKEL XX. VRIJHEID VAN UITERLIJK 1. Een ieder heeft het recht op vrijheid van uiterlijk. 2. Een ieder heeft het recht op vrijheid van kledij, waarbij rekening wordt gehouden met algemeen geldende normen over kleding die passend is om op school te dragen (zie schoolgids). 3. De school kan alleen bepaalde kleding verplicht stellen wanneer deze kleding aan bepaalde doelmatigheids-/veiligheidseisen moet voldoen.
ARTIKEL XXI. SCHOOLKRANT 1. De schoolkrant is in de eerste plaats bestemd voor de leerlingen, maar is ook beschikbaar voor andere geledingen. 2. Voor de schoolkrant wordt op voorstel van de schoolkrantredactie tweejaarlijks een apart redactiestatuut door de schoolleiding, na instemming van de medezeggenschapsraad, vastgesteld. Hierin komen aan de orde: a. Samenstelling van de redactie, waarbij er een meerderheid aan leerlingen dient te zijn. b. Benoemingsprocedure van redactieleden. c. Vastleggen van de verantwoordelijkheid van de redactie voor de inhoud. d. Beschikbaarheid van voldoende geld, papier, drukfaciliteiten en dergelijke. e. Recht op weerwoord van de lezers. f. Rechten en plichten van de schoolleiding m.b.t. de schoolkrant. g. Rechten en plichten van de (leden) medezeggenschapsraad m.b.t. de schoolkrant. h. De doelen van de schoolkrant. 3. De schoolleiding is niet bevoegd een nummer van de schoolkrant of een stuk eruit te wijzigen of verschijning ervan te verbieden, tenzij iemand wordt beledigd of gekwetst of de inhoud in strijd is met het redactiestatuut. 4. Een persoon die ook maar iets in de breedste betekenis van het woord heeft gedaan voor, toegevoegd aan, enz. een schoolkrant mag hiervan geen hinder of last ondervinden. 147
Sint-Janslyceum
5. De vaststelling van het redactiestatuut dient binnen een half schooljaar na vaststelling van het leerlingenstatuut te geschieden. 6. Het redactiestatuut maakt deel uit van het leerlingenstatuut.
ARTIKEL XXII. PUBLICATIEMOGELIJKHEDEN 1. Er is een aanplakbord waarop leerlingen, leerlingenraad en andere leerlingenorganisaties zonder toestemming vooraf mededelingen betrekking hebbend op het schoolgebeuren en van nietcommerciële aard kunnen ophangen. 2. De leerlingen, leerlingenraad en andere leerlingenorganisaties kunnen met enige regelmaat, met toestemming van de schoolleiding, mededelingen en oproepen over activiteiten op de schoolmonitoren plaatsen. 3. De leerlingenraad en andere leerlingenorganisaties kunnen aanspraak maken op een subonderdeel van de website van de school, om de schoolkrant, eigen publicaties, uitnodigingen en mededelingen te plaatsen. 4. De leerlingenraad en andere leerlingenorganisaties kunnen een verzoek doen bij de schoolleiding een document digitaal naar bepaalde personen zoals omschreven in artikel VI te communiceren.
ARTIKEL XXIII. BIJEENKOMSTEN 1. De leerlingen hebben het recht te vergaderen en daarbij gebruik te maken van de faciliteiten van de school. 2. Anderen (leraren, schoolleiding, ouders) worden alleen toegelaten op een bijeenkomst van de leerlingen, als de leerlingen dat toestaan. 3. De schoolleiding is niet bevoegd een vergadering van leerlingen te verbieden. 4. De schoolleiding is verplicht voor een vergadering de leerlingen een ruimte ter beschikking te stellen, een en ander binnen de praktische mogelijkheden van de school. 5. De leerlingen zijn verplicht een beschikbaar gestelde ruimte op een behoorlijke wijze achter te laten. 148
Schoolgids 2014/2015
6. De gebruikers zijn verantwoordelijk en aansprakelijk voor eventuele schade.
ARTIKEL XXIV. LEERLINGENRAAD 1. Aan de leerlingenraad wordt zo mogelijk een vaste ruimte, maar in ieder geval een afsluitbare kast ter beschikking gesteld. 2. Voor activiteiten van de leerlingenraad worden door de schoolleiding drukfaciliteiten, apparatuur en andere materialen in redelijke mate ter beschikking gesteld. 3. Activiteiten van de leerlingenraad kunnen niet tijdens de lesuren plaatsvinden, tenzij na toestemming van de schoolleiding. 4. Een persoon die ook maar iets in de breedste betekenis van het woord heeft gedaan als lid van de leerlingenraad mag van dit feit alleen geen hinder of last ondervinden. 5. Voor de leerlingenraad wordt op voorstel van de leerlingenraad tweejaarlijks een apart leerlingenraadreglement door de schoolleiding, na instemming van de medezeggenschapsraad, vastgesteld. Hierin komen aan de orde: a. De samenstelling. b. De wijze van benoeming/aftreding/positie/weg sturen enz. van het bestuur van de leerlingenraad. c. De werving van leden en eventuele verkiezingen die daarop kunnen volgen. d. De zittingsduur van een lid. e. Welke zaken zij openbaar en besloten kan bespreken. f. De functie van de leerlingengeleding van de medezeggenschapsraad binnen de leerlingenraad. g. De taken. h. De doelstelling. 6. De vaststelling van het leerlingenraadreglement dient binnen een half schooljaar na vaststelling van het leerlingenstatuut te geschieden. 7. Het leerlingenraadreglement maakt deel uit van het leerlingenstatuut.
149
Sint-Janslyceum
ARTIKEL XXV. LEERLINGENREGISTRATIE EN PRIVACYBESCHERMING 1. Er is op school een leerlingenregistratie, al dan niet met behulp van de computer. 2. De leerlingenregistratie staat onder verantwoordelijkheid van de schoolleiding. 3. Het bevoegd gezag, gehoord de medezeggenschapsraad, geeft op voorstel van de schoolleiding twee-jaarlijks aan welke gegevens van leerlingen geregistreerd mogen worden. 4. Ouders hebben de bevoegdheid tot inzage van de gegevens die over hun kind(eren) genoteerd zijn en het recht onjuiste gegevens te doen wijzigen, behoudens persoonlijke notities van medewerkers. 5. De schoolleiding geeft binnen 10 schooldagen aan de betrokkene(n) te kennen of gewenste correcties al dan niet uitgevoerd zullen worden. 6. Indien de betrokkene(n) niet tevreden is/zijn met het antwoord van de schoolleiding kan/kunnen de betrokkene(n) zich direct wenden tot de bemiddelingscommissie. 7. Gegevens van leerlingen zijn onder door de schoolleiding vast te stellen voorwaarden, toegankelijk voor: a. de leraren; b. de schoolleiding; c. de administratie; d. de ouders/meerderjarige leerling (18 jaar of ouder), voor zover het eigen kind/het de leerling zelf betreft; e. externen voor zover wettelijk voorgeschreven; 8. Verder heeft niemand toegang tot deze gegevens, behoudens uitdrukkelijke toestemming van zowel de schoolleiding als de ouders of meerderjarige leerlingen. 9. De leden van de bemiddelingscommissie hebben recht van inzage van de betreffende relevante gegevens gedurende de behandeling van de klacht. 10. Behoudens wettelijke voorschriften worden de gegevens over een leerling bewaard, nadat de leerling de school heeft verlaten. Deze blijven opvraagbaar of worden op verzoek na 5 jaren vernietigd. 150
Schoolgids 2014/2015
11. De schoolleiding houdt zich het recht voor de schoolkluizen die verhuurd zijn aan de leerlingen zonder voorafgaande aankondiging te controleren op: a. Het opslaan/stallen van binnen de school verboden middelen. b. Het opslaan/stallen van wapens. c. Het naar behoren bijhouden van het gehuurde object. d. Het naleven van de huurvoorwaarden. 12. Ten behoeve van onze veiligheid en die van onze goederen heeft de schoolleiding besloten in en rondom ons pand camera’s te plaatsen. ARTIKEL XXVI. REGELS VAN HET HUIS Jaarlijks worden in de schoolgids de regels van het huis gepubliceerd. Wijzigingsvoorstellen daarop kunnen via de schoolleiding worden ingediend.
ARTIKEL XXVII. BEGELEIDING DOOR DE MENTOR De mentor is een docent die een bijzondere plaats inneemt: Hij behartigt de belangen van de leerlingen afzonderlijk en van zijn klas/groep als geheel. Hij verzorgt de contacten met de vakdocenten en de jaarlaagcoordinator. Hij verzorgt de contacten met de ouders. Hij houdt het leerlingendossier bij. Hij is de eerste persoon met wie ouders of leerlingen contact op kunnen nemen als daar behoefte aan is. Deze taken worden verricht in nauw overleg met de betreffende jaarlaagcoördinator. ARTIKEL XXVIII. TE LAAT KOMEN 1. De schoolleiding, met instemming van de medezeggenschapsraad, heeft een regeling vastgesteld voor leerlingen die te laat komen (zie schoolgids). a. Richtlijn is 08.00 uur melden. 2. Wijzigingsvoorstellen daarop kunnen via de schoolleiding worden ingediend. 151
Sint-Janslyceum
ARTIKEL XXIX. ONGEWENSTE INTIMITEITEN 1. Ongewenste intimiteiten zijn ten strengste verboden. 2. Een ieder, genoemd in artikel VI, die zich gekwetst voelt door een ongewenste benadering of intimiteit van de kant van een ieder genoemd in artikel VI, kan zich wenden tot, een vertrouwenspersoon, een mentor, jaarlaagcoördinator en/of de schoolleiding. 3. Het bevoegd gezag heeft een regeling vastgesteld: "Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie van de Vereniging OMO.
ARTIKEL XXX. MAATREGELEN 1. Lijfstraffen zijn ten strengste verboden. 2. Een eventuele maatregel kan getroffen worden door een medewerker van de school. 3. Opgelegde maatregelen dienen evenredig te zijn met de zwaarte van de overtreding. 4. Bij bepaling van de maatregel kan rekening worden gehouden met verzachtende of verzwarende omstandigheden. 5. Ook dient er, zo mogelijk, een verband te bestaan tussen de aard van de overtreding en de soort maatregel. Het moet ook duidelijk zijn voor welke overtreding welke maatregel wordt getroffen. 6. Er wordt te allen tijde naar gestreefd dat een maatregel zoveel mogelijk een lerend effect zal hebben op de leerling zodat hij de volgende keer deze fout niet meer zal begaan. Tevens wordt er gestreefd naar een bepaald inzicht van de leerling. 7. Bij de praktische uitvoering van een maatregel wordt redelijkerwijs met de mogelijkheden van de leerling rekening gehouden. 8. De schoolleiding heeft met instemming van de medezeggenschapsraad een regeling vastgesteld inzake bezwaar/beroep tegen een maatregel.
ARTIKEL XXXI. BELONEN 1. De schoolleiding heeft zoveel mogelijk het uitgangspunt de zaken die leerlingen goed doen, goed regelen en/of zich ergens 152
Schoolgids 2014/2015
goed (extra) voor inspannen te belonen. Hierbij is het doel het stimuleren en aanleren van goed gedrag. 2. Hiervoor stelt de schoolleiding, gehoord de medezeggenschapsraad, zoveel mogelijk beleid/richtlijnen op. 3. Het beleid/de richtlijnen maken deel uit van het leerlingenstatuut.
ARTIKEL XXXII. LEERLINGENGELEDING MEDEZEGGENSCHAPSRAAD 1. De leerlingengeleding van de medezeggenschapsraad bestaat uit 4 leerlingen. Die zijn onderverdeeld in: a. Een voorzitter; b. Een secretaris; c. Een budgethouder; d. Platform vertegenwoordiger/vicevoorzitter. 2. De leerlingen mogen geen enkel nadeel ondervinden van hun lidmaatschap van de medezeggenschaps¬raad. 3. De leerlingengeleding heeft dezelfde rechten als genoemd in artikel XXII en artikel XXIII. 4. De leerlingengeleding legt jaarlijks een verslag af aan de leerlingen over de zaken die zij hebben behandeld, zich voor hard hebben gemaakt en hun standpunten tegenover zaken. 5. Ongeveer 4 maanden voor het einde van het schooljaar kunnen mensen zich inschrijven om de vertrekkende leden op te volgen of om nog een termijn zitting te mogen nemen. Hierbij wordt het reglement van de medezeggenschapsraad gevolgd.
ARTIKEL XXXIII. BEMIDDELINGSCOMMISSIE 1. Bij vermeende onjuiste of onzorgvuldige uitvoering van het leerlingenstatuut, niet de rector betreffende, heeft iedereen die behoort tot de categorieën genoemd in artikel VI, behoudens de rector, het recht om schriftelijk of digitaal bezwaar aan te tekenen bij de bemiddelingscommissie. 2. De bemiddelingscommissie is samengesteld uit drie personeelsleden en drie leerlingen en wordt voorgezeten door een adjunctsector directeur. 153
Sint-Janslyceum
3. 4. 5. 6. 7.
8.
9. 10. 11.
12.
154
a. De leden worden door de vertegenwoordigende lichamen van de eigen medezeggenschap benoemd. b. Uit de adjunct-sectordirecteuren wordt door de schoolleiding een voorzitter benoemd. c. De voorzitter heeft geen stemrecht. d. De benoeming geldt voor de duur van twee schooljaren. e. Op dezelfde wijze wordt voor ieder lid van de vaste bemiddelingscommissie een plaatsvervanger benoemd. Op verzoek van één der partijen of op eigen verzoek kan een lid van de bemiddelingscommissie zich bij een zaak verschonen. De bemiddelingscommissie wijst uit haar midden een secretaris aan en neemt zelf haar notulist aan. Een bezwaarschrift wordt te allen tijde, schriftelijk voorzien van naam en ondertekening aangeboden aan de secretaris. Een bezwaarschrift kan zowel individueel als collectief worden ingediend. De bemiddelingscommissie stelt de klager in de gelegenheid het bezwaar mondeling toe te lichten en stelt degene, tegen wie een bezwaar is ingediend, in de gelegenheid verweer te voeren. a. Degene die een bezwaar heeft ingediend en degene tegen wie een bezwaar is ingediend, kunnen zich bij de behandeling van de klacht door de bemiddelingscommissie laten bijstaan door een ander. b. Door betrokkenen kunnen getuigen worden opgeroepen De commissie kan informatie inwinnen bij alle betrokkenen, al dan niet op verzoek van degene(n) die om bemiddeling resp. advies vraagt (vragen). De zitting van de bemiddelingscommissie is openbaar, tenzij één van de betrokkenen verzoekt de zitting besloten te verklaren. De uitspraken van de bemiddelingscommissie zijn openbaar en worden gepubliceerd. De afhandeling van een bezwaar door de bemiddelingscommissie geschiedt binnen vijftien schooldagen na indiening van het bezwaar. De bemiddelingscommissie doet uitspraak in de vorm van een advies aan de schoolleiding. Deze uitspraak wordt tevens aan alle andere direct betrokkenen medegedeeld.
Schoolgids 2014/2015
a. De uitspraak wordt beargumenteerd: i. Gegrond, verklaard. ii. Gedeeltelijk gegrond, verklaard iii. Ongegrond, verklaard. 13. De uitspraak van de bemiddelingscommissie is voor de betrokken partijen bindend. 14. Mochten de betrokken partijen hiermee toch niet akkoord gaan, kan er binnen 3 schooldagen bezwaar worden ingediend bij de rector. 15. De schoolleiding draagt zorg voor uitvoering van de definitieve uitspraak. Indien de klacht de schoolleiding betreft draagt het schoolbestuur zorg voor de uitvoering van de definitieve uitspraak.
ARTIKEL XXXIV. SLOTBEPALING Van dit Statuut kan te allen tijde worden afgeweken, mits alle betrokkenen daarmee akkoord zijn.
Het leerlingenstatuut wordt medio 2014 in de medezeggenschapsraad besproken en opnieuw vastgesteld.
155
Sint-Janslyceum
156
Schoolgids 2014/2015
157
Sint-Janslyceum
158