Collegevoorstel
Openbaar Onderwerp
Verslag Leerplicht 2013/2014 en 2014/2015 Programma
BW-nummer
Onderwijs Portefeuillehouder
R. Helmer-Englebert Samenvatting
Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr.
Ter uitvoering van de Leerplichtwet dient het verslag Leerplicht door ons te worden vastgesteld en te worden aangeboden aan de Raad.
MO10, Sanne Smeets, 2130 Datum ambtelijk voorstel
3 december 2015 Registratienummer
15.0012619
Ter besluitvorming door het college
1. Het verslag Leerplicht 2013/2014 en 2014/2015 vast te stellen. 2. De brief aan de Raad over het verslag Leerplicht 2013/2014 en 2014/2015 vast te stellen. Steller
Paraaf akkoord
Datum
Paraaf akkoord
Datum
Sanne Smeets
Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad Besluit B&W d.d. 19 januari 2016
X Conform advies Aanhouden Anders, nl.
nummer: 3.8
Bestuursagenda
Portefeuillehouder
CV 20132014 en 20142015
Collegevoorstel
1
Probleemstelling
Ter uitvoering van de Leerplichtwet dient het verslag Leerplicht door ons te worden vastgesteld en te worden aangeboden aan de Raad. 2
Juridische aspecten
Ter uitvoering van de Leerplichtwet bieden wij de Raad dit verslag Leerplicht aan. 3
Doelstelling
Doel van dit voorstel is het verslag Leerplicht 2013/2014 en 2014/2015 vast te stellen en de Raad te informeren over de uitvoering van de Leerplichtwet door het Bureau Leerplicht. 4
Argumenten
Het informeren van de Raad over de resultaten van het leerplichtbeleid. Hieronder wordt ingegaan op de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van leerplicht in de schooljaren 2013/2014 en 2014/2015. De Leerplichtwet onderscheidt absoluut en relatief verzuim. Bij absoluut verzuim is een leerplichtig kind niet ingeschreven op een school. Relatief verzuim houdt in dat een leerling wel staat ingeschreven op een school, maar niet aanwezig is. Tot deze groep behoren de frequente spijbelaars en de thuiszitters volgens de wettelijke definitie. Deze laatste zijn leerlingen die staan ingeschreven op een school, maar meer dan vier weken thuis zitten. Passend onderwijs Een belangrijke ontwikkeling op het gebied van leerplicht de afgelopen jaren is de invoering van het passend onderwijs op 1 augustus 2014. Hiermee hebben de scholen zorgplicht gekregen en zijn zij verantwoordelijk om een passende plek te bieden voor kinderen die extra onderwijsondersteuning nodig hebben. Eén van de doelen hiervan is het terugdringen van thuiszitters. Bureau Leerplicht had in het schooljaar 2014/2015 in totaal 256 casussen die in directe relatie stonden tot ‘thuiszitters’. Deze worden bij voorkeur ‘leerplichtigen die niet naar school gaan’ genoemd. Van de 256 casussen rondom thuiszitters waren er 81 relatief verzuimers die tot de wettelijke definitie ‘thuiszitters’ behoren. Niet alle relatief verzuimers (96) behoren tot deze wettelijke definitie. Leerlingen die minder dan vier weken verzuimen en leerlingen die in het kader van preventie worden behandeld worden als relatief verzuimers geregistreerd, maar zijn geen wettelijke thuiszitters. Deze cijfers zijn er niet over het schooljaar 2013/2014; thuiszitters worden pas vanaf 2014/2015 geregistreerd. Sociale Wijk Teams Met de komst van de nieuwe Jeugdwet zijn gemeenten verantwoordelijk geworden voor jeughulp. In Nijmegen is de toegang hiertoe georganiseerd in het Sociale Wijkteam (SWT). Met name in schooljaar 2014/2015 is gewerkt aan het versterken van de samenwerking tussen leerplicht en het SWT. Daarbij is geïnvesteerd op het ‘elkaar weten te vinden’. Overgangspreventie Tijdens schooljaar 2014/2015 is Bureau Leerplicht preventiever dan voorheen gaan werken aan de begeleiding van bij hen bekende kinderen die de overstap van primair naar voortgezet onderwijs maken. Bureau Leerplicht heeft 150 kinderen begeleid in het kader van deze
Collegevoorstel
Vervolgvel
2
overgangspreventie. Vijftien van deze jongeren zijn niet ingeschreven op een school. Zes zijn meerderjarig en door de leerplichtambtenaar overgedragen aan het jongerenloket voor verdere begeleiding. Zes jongeren zijn op het moment in behandeling bij een leerplichtambtenaar. De overige drie zijn vrijgesteld van leerplicht. Vrijstelling van leerplicht kan bijvoorbeeld worden afgegeven bij ziekte, onderwijs in het buitenland of het leiden van een trekkend bestaan. Rechtmatigheidscontroles In de verzuimprotocollen is de gemeente met de schoolbesturen een adviserende rol voor de leerplichtambtenaar overeengekomen. Op deze manier brengen ze samen eventuele tekortkomingen en ontwikkelpunten in beeld. De afgelopen jaren zijn deze verzuimprotocollen geüpdatet en opnieuw vastgesteld. Nieuw is het verzuimprotocol voor Helicon mbo. Aanjaagfunctie Er is in het schooljaar 2012/2013 op het ROC Nijmegen gestart met een Aanjaagteam voortijdig school verlaten (vsv). Dit team heeft de taak om samen met het ROC Nijmegen de verzuimaanpak steviger neer te zetten. De doelstelling om het aantal vsv-ers over 2013/2014 1 met 20% terug te dringen is ruim gehaald (-24%). Op basis van zeer voorlopige vsv-cijfers over schooljaar 2014/2015 kunnen we stellen dat deze daling zich voortzet met een daling van 12% (van 352 naar 293). Op een totaal van 7.856 studenten aan geheel ROC Nijmegen is dit een percentage van afgerond 4%. Entree opleiding ROC Per 1 augustus 2014 verzorgt het ROC Nijmegen de Entree opleiding. Deze opleiding vervangt het oude mbo-niveau 1 van “Arbeidsmarktgekwalificeerd Assistent (AKA). Doelstelling van het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW) is dat met deze nieuwe mbo 1 opzet, de kwaliteit van het mbo verhoogd wordt. Ter voorbereiding op de invoering van de Entree-opleiding heeft Bureau Leerplicht deelgenomen aan enkele bijeenkomsten met het onderwijsveld. Deze bijeenkomsten hadden het doel om met elkaar te verkennen of en welke knelpunten er voor jongeren zouden kunnen ontstaan bij de invoering van de Entree-opleiding. Deze bijeenkomsten hebben geresulteerd in enkele praktische afspraken rond toeleiding van jongeren uit het praktijkonderwijs, voortgezet speciaal onderwijs en vmbo naar de Entree-opleiding. Extra inzet bij Kristallis In 2015 is de samenwerking vanuit leerplicht geïntensiveerd. Na het ontvangen van signalen van de bij de school betrokken leerplichtambtenaar en het uitvoeren van de rechtmatigheidscontrole op de locaties Neerbosch en H400, is een leerplichtambtenaar één dagdeel per week vrij gemaakt voor het werken op beide locaties. De leerplichtambtenaar heeft als taak om te adviseren over de verdere ontwikkeling van het verzuimbeleid op de school en het optimaliseren van de uitvoering van dat beleid op de betreffende locaties. Het project en de interne organisatie bij Kristallis is nog in ontwikkeling. Na de start van het project wordt het verzuim bij Kristallis erkent er gemeld bij Bureau Leerplicht. Ook is Bureau Leerplicht een vaste partner geworden bij de begeleiding van zorgleerlingen. Samenwerking bestrijding voortijdig schoolverlaten (vsv) Het afgelopen jaar hebben we actief geparticipeerd in het versterken van de samenwerking tussen het RMC-Trajectbureau (aanpak verzuim 18+) en het Jongerenteam van het 1
Definitieve cijfers zijn in maart 2016 bekend.
Collegevoorstel
Vervolgvel
3
Regionaal Werkbedrijf. Zij zien en ervaren dat er nog winst kan worden geboekt, vooral voor jongeren tussen de 16 en 18 jaar voor wie het reguliere onderwijs geen toekomstbestendige oplossing is. Zij hebben baat bij andere trajecten zoals combinaties van werken en leren, of zorg en leren. Bureau Leerplicht zal input leveren bij het opladen van een nieuwe aanpak van voortijdig schoolverlaten. Uw Raad zal bij dit proces betrokken worden en in maart een startnotitie van ons college ontvangen. Doelstelling is om vóór de start van het nieuwe schooljaar een nieuwe vsv-aanpak te realiseren. 5
Financiën
Dit voorstel heeft geen financiële consequenties. 6
Participatie en Communicatie
Na de vaststelling wordt het verslag Leerplicht openbaar. 7
Uitvoering en evaluatie
Het verslag betreft de feitelijke weergave van de uitvoering door het Bureau Leerplicht inclusief een beschrijving van de actuele ontwikkelingen die relevant zijn voor het leerplichtbeleid. 8
Risico
De vaststelling van het verslag Leerplicht 2013/2014 en 2014/2015 brengt geen risico’s met zich mee.
Bijlage(n):
Brief aan de Raad en verslag Leerplicht 2013/2014 en 2014/2015
Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsontwikkeling
Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 323 59 92 E-mail
[email protected]
Aan de gemeenteraad van Nijmegen
Postbus 9105 6500 HG Nijmegen
Datum
19 januari 2016 Onderwerp
Verslag Leerplicht 2013/2014 en 2014/2015
Ons kenmerk
Contactpersoon
MO10/15.0012620
Sanne Smeets
Datum uw brief
Doorkiesnummer
(024) 3292130
Geachte leden van de Raad, Bijgevoegd treft u aan het verslag Leerplicht over de schooljaren 2013/2014 en 2014/2015. Het verslag geeft inzicht in de resultaten, ontwikkelingen en de uitvoering van het leerplichtbeleid. Hieronder wordt ingegaan op de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van leerplicht in de schooljaren 2013/2014 en 2014/2015. De Leerplichtwet onderscheidt absoluut en relatief verzuim. Bij absoluut verzuim is een leerplichtig kind niet ingeschreven op een school. Relatief verzuim houdt in dat een leerling wel staat ingeschreven op een school, maar niet aanwezig is. Tot deze groep behoren de frequente spijbelaars en de thuiszitters volgens de wettelijke definitie. Deze laatste zijn leerlingen die staan ingeschreven op een school, maar meer dan vier weken thuis zitten. Passend onderwijs Een belangrijke ontwikkeling op het gebied van leerplicht de afgelopen jaren is de invoering van het passend onderwijs op 1 augustus 2014. Hiermee hebben de scholen zorgplicht gekregen en zijn zij verantwoordelijk om een passende plek te bieden voor kinderen die extra onderwijsondersteuning nodig hebben. Eén van de doelen hiervan is het terugdringen van thuiszitters. Bureau Leerplicht had in het schooljaar 2014/2015 in totaal 256 casussen die in directe relatie stonden tot ‘thuiszitters’. Deze worden bij voorkeur ‘leerplichtigen die niet naar school gaan’ genoemd. Van de 256 casussen rondom thuiszitters waren er 81 relatief verzuimers die tot de wettelijke definitie ‘thuiszitters’ behoren. Niet alle relatief verzuimers (96) behoren tot deze wettelijke definitie. Leerlingen die minder dan vier weken verzuimen en leerlingen die in het kader van preventie worden behandeld worden als relatief verzuimers geregistreerd, maar zijn geen wettelijke thuiszitters. Deze cijfers zijn er niet over het schooljaar 2013/2014; thuiszitters worden pas vanaf 2014/2015 geregistreerd.
www.nijmegen.nl
Raadsbrief
Gemeente Nijmegen Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsontwikkeling
Vervolgvel
1
Sociale Wijk Teams Met de komst van de nieuwe Jeugdwet zijn gemeenten verantwoordelijk geworden voor jeughulp. In Nijmegen is de toegang hiertoe georganiseerd in het Sociale Wijkteam (SWT). Met name in schooljaar 2014/2015 is gewerkt aan het versterken van de samenwerking tussen leerplicht en het SWT. Daarbij is geïnvesteerd op het ‘elkaar weten te vinden’. Overgangspreventie Tijdens schooljaar 2014/2015 is Bureau Leerplicht preventiever dan voorheen gaan werken aan de begeleiding van bij hen bekende kinderen die de overstap van primair naar voortgezet onderwijs maken. Bureau Leerplicht heeft 150 kinderen begeleid in het kader van deze overgangspreventie. Vijftien van deze jongeren zijn niet ingeschreven op een school. Zes zijn meerderjarig en door de leerplichtambtenaar overgedragen aan het jongerenloket voor verdere begeleiding. Zes jongeren zijn op het moment in behandeling bij een leerplichtambtenaar. De overige drie zijn vrijgesteld van leerplicht. Vrijstelling van leerplicht kan bijvoorbeeld worden afgegeven bij ziekte, onderwijs in het buitenland of het leiden van een trekkend bestaan. Rechtmatigheidscontroles In de verzuimprotocollen is de gemeente met de schoolbesturen een adviserende rol voor de leerplichtambtenaar overeengekomen. Op deze manier brengen ze samen eventuele tekortkomingen en ontwikkelpunten in beeld. De afgelopen jaren zijn deze verzuimprotocollen geüpdatet en opnieuw vastgesteld. Nieuw is het verzuimprotocol voor Helicon mbo. Aanjaagfunctie Er is in het schooljaar 2012/2013 op het ROC Nijmegen gestart met een Aanjaagteam voortijdig school verlaten (vsv). Dit team heeft de taak om samen met het ROC Nijmegen de verzuimaanpak steviger neer te zetten. De doelstelling om het aantal vsv-ers over 2013/2014 met 1 20% terug te dringen is ruim gehaald (-24%). Op basis van zeer voorlopige vsv-cijfers over schooljaar 2014/2015 kunnen we stellen dat deze daling zich voortzet met een daling van 12% (van 352 naar 293). Op een totaal van 7.856 studenten aan geheel ROC Nijmegen is dit een percentage van afgerond 4%. Entree opleiding ROC Per 1 augustus 2014 verzorgt het ROC Nijmegen de Entree opleiding. Deze opleiding vervangt het oude mbo-niveau 1 van “Arbeidsmarktgekwalificeerd Assistent (AKA). Doelstelling van het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW) is dat met deze nieuwe mbo 1 opzet, de kwaliteit van het mbo verhoogd wordt. Ter voorbereiding op de invoering van de Entree-opleiding heeft Bureau Leerplicht deelgenomen aan enkele bijeenkomsten met het onderwijsveld. Deze bijeenkomsten hadden het doel om met elkaar te verkennen of en welke knelpunten er voor jongeren zouden kunnen ontstaan bij de invoering van de Entree-opleiding. Deze bijeenkomsten hebben geresulteerd in enkele praktische afspraken rond toeleiding van jongeren uit het praktijkonderwijs, voortgezet speciaal onderwijs en vmbo naar de Entree-opleiding.
Extra inzet bij Kristallis 1
Definitieve cijfers zijn in maart 2016 bekend.
www.nijmegen.nl
Raadsbrief
Gemeente Nijmegen Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsontwikkeling
Vervolgvel
2
In 2015 is de samenwerking vanuit leerplicht geïntensiveerd. Na het ontvangen van signalen van de bij de school betrokken leerplichtambtenaar en het uitvoeren van de rechtmatigheidscontrole op de locaties Neerbosch en H400, is een leerplichtambtenaar één dagdeel per week vrij gemaakt voor het werken op beide locaties. De leerplichtambtenaar heeft als taak om te adviseren over de verdere ontwikkeling van het verzuimbeleid op de school en het optimaliseren van de uitvoering van dat beleid op de betreffende locaties. Het project en de interne organisatie bij Kristallis is nog in ontwikkeling. Na de start van het project wordt het verzuim bij Kristallis erkent er gemeld bij Bureau Leerplicht. Ook is Bureau Leerplicht een vaste partner geworden bij de begeleiding van zorgleerlingen. Samenwerking bestrijding voortijdig schoolverlaten (VSV) Het afgelopen jaar hebben we actief geparticipeerd in het versterken van de samenwerking tussen het RMC-Trajectbureau (aanpak verzuim 18+) en het Jongerenteam van het Regionaal Werkbedrijf. Zij zien en ervaren dat er nog winst kan worden geboekt, vooral voor jongeren tussen de 16 en 18 jaar voor wie het reguliere onderwijs geen toekomstbestendige oplossing is. Zij hebben baat bij andere trajecten zoals combinaties van werken en leren, of zorg en leren. Bureau Leerplicht zal input leveren bij het opladen van een nieuwe aanpak van voortijdig schoolverlaten. Uw Raad zal bij dit proces betrokken worden en in maart een startnotitie van ons college ontvangen. Doelstelling is om vóór de start van het nieuwe schooljaar een nieuwe VSVaanpak te realiseren. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben. Hoogachtend, College van Burgemeester en Wethouders, De Burgemeester,
De Gemeentesecretaris,
drs. H.M.F. Bruls
drs. B. van der Ploeg
www.nijmegen.nl
Raadsbrief
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015 Gemeente Nijmegen
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
1
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015 School is voor kinderen een belangrijke plaats om hun talenten te ontwikkelen, naar gelang hun capaciteiten. Er is voor leerlingen en ouders veel te kiezen. Nijmegen heeft een breed aanbod van goede scholen verspreid over de stad. Het merendeel van de jongeren heeft een succesvolle schoolloopbaan. Toch zijn er ook leerlingen bij wie het op school niet altijd soepel verloopt. Zij hebben andere onderwijsbehoeftes of extra ondersteuning nodig van professionals binnen of buiten de school. Bureau Leerplicht heeft zich in de afgelopen jaren daarom sterk geïnvesteerd in de relatie met de scholen. Leerplicht adviseert scholen over verzuimbeleid, zorgstructuur en uitvoeringspraktijk. Het verzuimprotocol en het verzuimbeleid van de scholen vormen de basis voor een gedegen gezamenlijke verzuimaanpak. Bureau Leerplicht adviseert op casusniveau, spreekt scholen aan op hun verantwoordelijkheden en verbindt het onderwijs met zorgpartners, zodat leerlingen hun opleiding succesvol kunnen afronden. Deze aanpak heeft de afgelopen jaren gewerkt. Leerlingen die (ongeacht de reden) niet naar school gaan, zijn beter in beeld. Gezamenlijk zoeken we naar oplossingen om het aantal thuiszitters te laten dalen. Ik kijk met tevredenheid terug op de resultaten van de afgelopen twee schooljaren. Renske Helmer- Englebert Wethouder Onderwijs
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
2
1. Inleiding Met dit verslag informeren wij u over de relevante ontwikkelingen in het kader van de Leerplichtwet in de schooljaren 2013/2014 en 2014/2015. Eerst wordt er ingegaan op relevante zaken die de afgelopen schooljaren hebben gespeeld en de relatie hiervan met leerplicht. In het tweede hoofdstuk geven wij informatie over de ontwikkeling in de cijfers van verzuim en het aantal meldingen en een beschrijving van de omgeving waarbinnen het Bureau Leerplicht zijn werk verricht. De informatie is een aanvulling op cijfers uit de vsv-monitor en de stadsmonitor. Tot slot biedt het laatste hoofdstuk een doorkijkje naar de toekomst. In dit hoofdstuk gaan we in op de door ons geleerde lessen, toekomstige ontwikkelingen en onze aanpak in het huidige en de daaropvolgende schooljaren.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
3
2. Ontwikkelingen in 2013/2014 en 2014/2015 Dit hoofdstuk gaat in op de relevante ontwikkelingen die er bij Bureau Leerplicht hebben gespeeld in de schooljaren 2013/2014 en 2014/2015. Passend onderwijs Met de invoering van de Wet Passend Onderwijs op 1 augustus 2014 hebben scholen zorgplicht. Dat betekent dat de school waar ouders hun zoon of dochter hebben aangemeld verplicht is om een passende plek te bieden als het kind extra onderwijsondersteuning nodig heeft. Dit kan op de eigen school zijn of op een andere school binnen het samenwerkingsverband. Een van de belangrijkste doelen van passend onderwijs is het reduceren van het aantal thuiszitters. Onder thuiszitters verstaan we: leer- en kwalificatieplichtige kinderen en jongeren die wel op een school staan ingeschreven, maar langer dan vier weken ongeoorloofd verzuimen (= relatief verzuim en de smalle wettelijke definitie); leer- en kwalificatieplichtige kinderen en jongeren die niet op een school staan ingeschreven, zonder dat daarvoor op grond van de Leerplichtwet vrijstelling is gegeven(= absoluut verzuim en de brede definitie); leer- en kwalificatieplichtige kinderen en jongeren voor wie het onderwijs (tijdelijk) niet in staat is een passend onderwijsaanbod te formuleren. Daarnaast werkt Bureau Leerplicht preventief in het bestrijden van thuiszitters. Dat doen ze wanneer een leerling het risico loopt om thuis te zitten of wanneer een leerling korter dan vier weken thuis zit. De samenwerkingsverbanden hebben als taak om ervoor te zorgen dat alle kinderen een passende plek krijgen. Binnen het samenwerkingsverband maken scholen afspraken over onder andere de begeleiding en ondersteuning die alle scholen in de regio kunnen bieden en over welke leerlingen een plek kunnen krijgen in het speciaal onderwijs. Belangrijkste implicatie voor gemeenten van de Wet Passend Onderwijs is dat samenwerkingsverbanden verplicht zijn om over het ondersteuningsplan op overeenstemming gericht overleg (OOGO) met de gemeente(n) te voeren binnen het verband. Passend onderwijs streeft naar een passende plek voor ieder kind. Van alle betrokkenen wordt verwacht dat ze zich maximaal inzetten om thuiszitten te voorkomen, en als het zich toch voordoet, dit zo snel mogelijk oplossen. Hiervoor zijn de afgelopen jaren verschillende acties in gang gezet, zoals verbetering van de registratie, versterking van de leerplichtfunctie en inspanningen om te komen tot een sluitende regionale thuiszittersaanpak. Passend onderwijs regio 2507, waar de gemeente Nijmegen tot behoort, heeft zich zelf als doel gesteld om de belangrijkste oorzaken van thuiszitten, verzuim en voortijdig schoolverlaten in beeld te brengen deze terug te dringen en de voortgang te monitoren. De regio 2507 zet in op het monitoren en terugdringen van thuiszitters in zowel de smalle definitie die landelijk wordt gemonitord als de brede definitie. Vanuit de leerplichtfunctie heeft Bureau Leerplicht de kinderen en jongeren in beeld die thuiszitten zonder passend onderwijsaanbod. Hierover wordt de gemeenteraad van Nijmegen één tot tweemaal per jaar geïnformeerd. Door frequent overleg met het samenwerkingsverband willen zij het aantal thuiszitters tot een minimum beperken. Sociaal Wijkteam Sinds januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk geworden voor jeugdhulp en zorg uit de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015. De toegang naar deze vormen van zorg is
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
4
georganiseerd via het Sociaal Wijkteam (SWT). Met name in schooljaar 2014/2015 is gewerkt aan het versterken van de samenwerking tussen leerplicht en het SWT. Daarbij is geïnvesteerd op het “elkaar weten te vinden”. Als zorg en leerplicht elkaar raken schakelen het SWT en de leerplichtambtenaar met elkaar om zorg en leerplicht op elkaar af te stemmen. Deze samenwerking verloopt nog niet altijd als vanzelfsprekend. Daarnaast verzorgt de leerplichtambtenaar de intermediairfunctie tussen onderwijs en zorg. Overgangspreventie Tijdens schooljaar 2014/2015 is Bureau Leerplicht preventiever dan voorheen gaan werken aan de begeleiding van bij hen bekende kinderen (in behandeling geweest of actueel in behandeling in schooljaar 2014/2015). Nadat alle vmbo-leerlingen die in het examenjaar zaten in maart 2015 zijn aangeschreven, zijn tevens door de leerplichtambtenaren alle bij hen bekende jongeren geselecteerd die mogelijk een risico lopen bij de schoolovergang. Voor deze jongeren is in beeld gebracht bij welke school en opleiding zij zich hebben aangemeld. Indien er geen aanmelding had plaatsgevonden, heeft de leerplichtambtenaar de jongere en ouders begeleid naar decaan of contactpersoon van de mogelijk nieuwe opleiding om alsnog die begeleiding te ontvangen die nodig is om ze een plekje in het onderwijs te geven. Begeleide kinderen bij overgangspreventie aantal Nieuwe inschrijving per 1 augustus 2015 84 Nieuwe inschrijving per eind september 2015 16 Geen nieuwe inschrijving 12 Continuering inschrijving “oude” school van inschrijving 35 Vrijgesteld van de leerplicht 3 Eindtotaal 150 Tabel 1: aantal kinderen begeleidt door Bureau Leerplicht in het kader van de overgangspreventie 135 van deze 150 leerlingen hebben per 1 oktober (teldatum) een inschrijving op een school. Dit kan zijn een nieuwe school van inschrijving of continuering van de inschrijving op de oude school. Dit laatste komt voor in die situaties waarbij de leerling van vmbo naar havo overstapt of wanneer de jongere het diploma niet heeft weten te bemachtigen. Vijftien jongeren zijn niet ingeschreven op een school. Zes van deze jongeren zijn meerderjarig en door de leerplichtambtenaar overgedragen aan het jongerenloket voor verdere begeleiding. Zes jongeren zijn op het moment in behandeling bij een leerplichtambtenaar. Het betreft hier twee soorten situaties: zeer complexe gelaagde problematiek; problematiek in het systeem (leerling is niet aangenomen omdat hij/zij geen erkend leerbedrijf kon vinden, leerling heeft Entree afgesloten met een negatief bindend studieadvies, door een wettelijk hiaat kunnen deze jongeren niet door het jongerenloket worden begeleid). Drie leerlingen zijn van de leerplicht vrijgesteld omdat zij op een andere wijze onderwijs volgen. Dat kan zijn via het leger, via een werkgever, loopbaanbemiddeling via het jongerenloket of een particulier opleidingsinstituut. Rechtmatigheidscontroles In de verzuimprotocollen is de gemeente met de schoolbesturen een adviserende rol voor de leerplichtambtenaar overeengekomen. Op deze manier brengen ze samen eventuele tekortkomingen en ontwikkelpunten in beeld, in de veronderstelling dat alle partijen de
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
5
intentie hebben om het verzuimbeleid op orde te hebben en te houden en daarmee te voldoen aan de Leerplichtwet. De leerplichtambtenaren scholenbenadering (lpa-s) leggen jaarlijks schoolbezoeken af en leggen hun bevindingen in een schriftelijke rapportage vast. In deze rapportage legt de leerplichtambtenaar het verzuimbeleid van de school, zijn aanbevelingen en zijn bevindingen vast. De onderwerpen van onderzoek zijn: in-en afschrijvingen, verzuimregistratie, verzuimmeldingen, vrijstellingen, schorsingen, verwijderingen en verzuimbeleid. Zowel de directeur als het bestuur worden hierna geïnformeerd en geadviseerd over de bevindingen. Verzuimprotocol primair onderwijs Nijmegen In 2012 is met de bestuurders primair onderwijs een verzuimprotocol vastgesteld. In 2013, 2014 en inmiddels ook 2015 hebben drie lpa-s alle po scholen bezocht en samen met de betrokkenen gekeken naar het verzuimbeleid en de uitvoering daarvan op de school(locatie). Bureau Leerplicht ziet over de gehele linie bij het tweede schoolbezoek verbeteringen van het verzuimbeleid en de uitvoering daarvan op de scholen. Daarnaast wordt er jaarlijks contact gezocht met de betrokken besturen om af te stemmen of er tevredenheid is over de manier van werken of dat er zaken zijn die aandacht vragen of anders moeten worden vormgegeven. De bestuurders geven aan tevreden te zijn en de huidige aanpak te willen continueren. In juni 2015 hebben we met elkaar afgesproken het verzuimprotocol te actualiseren op basis van ervaringen en een aantal wetswijzigingen, zoals invoering van passend onderwijs. Regionaal verzuimprotocol voortgezet (speciaal) onderwijs regio Nijmegen In 2013 is een eerste versie van het Regionaal verzuimprotocol voortgezet (speciaal) onderwijs regio Nijmegen vastgesteld. In 2014 hebben twee lpa-s alle Nijmeegse scholen voor v(s)o, bezocht en samen met de betrokkenen gekeken naar het verzuimbeleid en de uitvoering daarvan op de school(locatie). Na deze eerste ronde van schoolbezoeken zijn de schoolbezoeken met de individuele bestuurders geëvalueerd. In 2015 wordt in opdracht van het BEVO (Bestuurlijk Overleg Voortgezet Onderwijs) het verzuimprotocol v(s)o opnieuw tegen het licht gehouden. Aanleiding hiervan zijn de schoolbezoeken en een aantal wetswijzigingen (waaronder passend onderwijs). Het streven is om een geactualiseerde versie in december aan het BEVO voor te leggen en in januari aan het BOVO (een bestuurlijk overleg waaraan zowel vo bestuurders als wethouders deelnemen) en vervolgens ook aan de regio gemeenten. Regionaal verzuimprotocol beroepsonderwijs en volwassen educatie In schooljaar 2014/2015 is contact gezocht met Helicon mbo voor een verzuimprotocol beroepsonderwijs en volwassen educatie (bve). Aangezien Helicon een heel andere organisatie is dan het ROC Nijmegen komt er een versie die is afgestemd op de binnen Helicon gebruikte terminologie. De planning is om in schooljaar 2015-2016 het verzuimprotocol vast te stellen, waarna er ook op Helicon mbo audits worden ingepland. In 2014 is met het ROC Nijmegen een verzuimprotocol bve vastgesteld. Op basis daarvan zijn meerdere teams binnen het ROC ge-audit. Tussentijds wordt er overleg gevoerd met de directie om af te stemmen, ervaringen uit te wisselen en elkaar te informeren over ervaringen met de audits. Het streven is om in schooljaar 2015-2016 alle teams binnen het ROC Nijmegen tenminste één maal te hebben bezocht. Aanjaagfunctie Er is in het schooljaar 2012/2013 op het ROC Nijmegen gestart met een aanjaagteam voortijdig school verlaten (vsv). Dit team had de taak om samen met het ROC Nijmegen de Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
6
verzuimaanpak steviger neer te zetten. Beoogde resultaten waren: “op korte termijn streven naar een reductie van 20% vsv in 2013/2014 en nog eens 10% in schooljaar 2014/2015. Uiteindelijk doel is het verder verminderen van het aantal vsv’ers, en dat het aantal meldingen weer een dalende lijn laat zien.” We hebben de volgende resultaten bereikt: Aantal vsv’ers Verandering t.o.v. Schooljaar ROC Nijmegen voorgaand schooljaar 2011-2012 659 ijkmoment 2012-2013 461 -30% 2013/2014 352 -24% 2014/2015 Nog niet bekend Nog niet bekend Tabel 2: aantal voortijdig schoolverlaters bij ROC Nijmegen
Doelstelling n.v.t. n.v.t. 20% 10%
In schooljaar 2013/2014 is het aantal vsv’ers gedaald met 24% op ROC Nijmegen. Naast alle andere maatregelen om vsv te bestrijden, heeft het aanjaagteam hierin zeker een bijdrage geleverd. Naast deze daling heeft het aanjaagteam geleid tot het vaststellen van een verzuimprotocol op ROC Nijmegen, waardoor de verzuimaanpak op het gehele ROC Nijmegen meer gestandaardiseerd is. Het aanjaagteam heeft afdelingen getraind en voorgelicht over verzuimregistratie en -aanpak. Dit project liep door tot en met het schooljaar 2014/2015. Extra inzet bij Kristallis Kristallis biedt voortgezet speciaal onderwijs aan leerlingen in de leeftijd van 12 t/m 19 jaar met specifieke onderwijs-, opvoedings- en opgroeibehoeften. Om bij Kristallis onderwijs te kunnen volgen is een toelaatbaarheidsverklaring speciaal onderwijs nodig van het samenwerkingsverband. Kristallis is een school met een populatie jongeren die meer dan gemiddeld te maken heeft met complexe problematiek en bij wie verzuim in enige vorm regelmatig een rol speelt. Het belang van een goede samenwerking tussen school en Bureau Leerplicht is om die reden groot. Daarnaast waren er zorgen over het verzuimbeleid en de uitvoering er van op beide locaties van Kristallis. Neerbosch was door de inspectie beoordeeld als een zwakke school, H400 als een zeer zwakke school. Gezegd moet worden dat beide scholen in oktober 2015 allebei opnieuw zijn beoordeeld en inmiddels is de beoordeling zwak bij Neerbosch opgeheven en is H400 beoordeeld als zwak, vanwege het feit dat de inspectie een positieve ontwikkeling ziet op de school. In 2015 is de samenwerking vanuit Bureau Leerplicht geïntensiveerd. Na het ontvangen van signalen van de bij de school betrokken leerplichtambtenaar en het uitvoeren van de rechtmatigheidscontrole op de locaties Neerbosch en H400, is een lpa-s één dagdeel per week vrij gemaakt voor het werken op beide locaties. De lpa-s heeft de taak om te adviseren over de verdere ontwikkeling van het verzuimbeleid op de school en het optimaliseren van de uitvoering van dat beleid op de betreffende locaties. Daarvoor is het nodig om een relatie met de betrokkenen op school op te bouwen en inzicht te verkrijgen in de dagelijkse praktijk van het omgaan met verzuim op de school. Daarnaast worden er gesprekken gevoerd met het doel om veranderingen en verbeteringen in de verzuimaanpak op de scholen te realiseren. Dit doet de lpa-s door informatie te verstrekken, voorlichting te geven, mee te denken en feedback te geven bij casuïstiek. Ook kijkt de lpa-s mee in het registratiesysteem en maakt deze scholen attent op de signalen die ze uit hun eigen systeem kunnen en moeten halen.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
7
Dit is de eerste keer dat Bureau Leerplicht er voor gekozen heeft om de lpa-s op een dergelijke manier in te zetten op een risico school. Deze werkwijze blijkt effectief om de samenwerkingsrelatie tussen de school en Bureau Leerplicht te bevorderen. Ook op andere scholen kan deze werkwijze ondersteunend zijn bij de (her)inrichting of verfijning van de verzuimregistratie. Opschalingsmodel Wanneer bij het tweede schoolbezoek geen of onvoldoende verbetering is doorgevoerd maakt de lpa-s met de bestuurder concrete afspraken over de benodigde veranderingen. Wanneer ook dit geen verbetering oplevert wordt, na een derde schoolbezoek, de Onderwijsinspectie geïnformeerd. In dit laatste geval wordt ook het gemeentebestuur geïnformeerd. Entree opleidingen ROC Per 1 augustus 2014 verzorgt het ROC Nijmegen de Entree opleiding. Deze opleiding vervangt het oude mbo-niveau 1 van “Arbeidsmarktgekwalificeerd Assistent (AKA). Doelstelling van het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW) is dat met deze nieuwe mbo 1 opzet, de kwaliteit van het mbo verhoogd wordt. Studenten zijn wettelijk toelaatbaar tot deze opleiding als zij: minimaal 16 jaar oud zijn; het voortgezet (speciaal) onderwijs zonder diploma verlaten; afkomstig zijn uit het praktijkonderwijs en in staat zijn het Entree-diploma te behalen; volwassen zijn zonder vo-diploma en geschikt voor de Entree-opleiding. Eventuele plaatsing verloopt via een intake-procedure, zoals ook van toepassing is op toelating tot andere opleidingen op niveau 2, 3 en 4. Ter voorbereiding op de invoering van de Entree-opleiding heeft Bureau Leerplicht deelgenomen aan enkele bijeenkomsten met het onderwijsveld. Deze bijeenkomsten -geïnitieerd door de gemeente Nijmegen- hadden als doel om met elkaar te verkennen of en welke knelpunten er voor jongeren zouden kunnen ontstaan bij de invoering van de Entree-opleiding. Eerste gevoelens waren namelijk dat met name jongeren vanuit het praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs minder kansen zouden krijgen om een mbo-opleiding te volgen. Deze bijeenkomsten hebben geresulteerd in enkele praktische afspraken rond toeleiding van jongeren uit het praktijkonderwijs, voortgezet speciaal onderwijs en vmbo naar de Entree-opleiding. Bureau Leerplicht blijft aandacht houden voor ontwikkelingen op dit terrein. Samenwerking ten behoeve van bestrijden voortijdig schoolverlaten Bureau Leerplicht maakt deel uit van de keten in het voorkomen van voortijdig schoolverlaten. Het afgelopen jaar hebben zij actief geparticipeerd in het versterken van de samenwerking tussen het RMC-Trajectbureau (aanpak verzuim 18+) en het Jongerenteam van het Regionaal Werkbedrijf. Zij zien en ervaren dat er nog winst kan worden geboekt, vooral voor jongeren tussen de 16 en 18 jaar voor wie het reguliere onderwijs geen toekomstbestendige oplossing is. Zij hebben baat bij andere trajecten met combinaties van werken en leren, of zorg en leren. Bureau Leerplicht zal hiervoor aandacht vragen en input leveren bij het opladen van een nieuwe aanpak voortijdig schoolverlaten.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
8
3. Cijfers In dit hoofdstuk wordt het verzuim in cijfers weergegeven. Welke leerlingen verzuimen er en wat is de soort en omvang van het verzuim? Soorten verzuim De Leerplichtwet onderscheidt absoluut en relatief verzuim. Bij absoluut verzuim is een leerplichtig kind niet ingeschreven op een school. Relatief verzuim houdt in dat een leerling wel staat ingeschreven op een school, maar niet aanwezig is. Tot deze groep behoren de frequente spijbelaars en de thuiszitters volgens de landelijk gehanteerde definitie. Deze laatste zijn leerlingen die staan ingeschreven op een school, maar meer dan vier weken thuis zitten. Bij relatief verzuim wordt ook onderscheid gemaakt tussen luxe verzuim en signaalverzuim. Luxe verzuim houdt in dat een leerling tijdens de schoolperiode zonder toestemming met vakantie gaat. Signaalverzuim is een gevolg van problemen van de leerling of in diens leefomgeving. Aanwijsbare nalatigheid bij ouders of jongere is bij veel casuïstiek moeilijk vast te stellen door de complexiteit waarbinnen het verzuim zich afspeelt. Het werkproces Zorg & Bemiddeling richt zich op preventie en op die casuïstiek waarbij het onderwijs geen passend lesaanbod weet te formuleren. De leerplichtambtenaar controleert wekelijks op absoluut verzuim, onderzoekt de oorzaak en bemiddelt de leerling bij een plaatsing op een school. Als een leerling wel is ingeschreven, maar niet naar school gaat stelt de leerplichtambtenaar, doorgaans na melding door de school, ook een onderzoek in. Melder van verzuim Soort melder 2013/2014 Administratie 512 DUO 572 Leerling 3 Onderzoek leerplichtambtenaar 94 Ouder(s) / verzorger(s) / voogd 100 School 422 Via ander werkproces 61 Zorginstanties 12 Eindtotaal 1776 Tabel 3: cijfers naar melder van verzuim over 2013/2014 en 2014/2015
2014/2015 674 690 5 74 85 396 72 7 2003
Het merendeel van de meldingen wordt verzorgd door het onderwijs via het DUO loket. In 2014/2015 zijn 674 casussen ontstaan vanuit onderzoek door de leerplichtambtenaar naar het ontbreken van een inschrijving op een school (absoluut verzuim). Hiervan is het merendeel administratief verzuimer, bijvoorbeeld omdat de school laat is met melden of omdat de school problemen heeft met het melden in BRON waardoor de mutatie niet door komt bij Leerplicht. Ook komt de leerplichtambtenaar regelmatig casuïstiek tegen die nog niet is gemeld, die op basis van gesprek met de school in aanmerking komt voor preventieve aanpak, of vanuit onderzoek alsnog casuïstiek blijkt te zijn. In 2014/2015 zijn 74 casussen ingebracht door de leerplichtambtenaar. Scholen voor primair onderwijs kunnen nog niet melden via het verzuimloket, zij verzorgen de meldingen per mail. Met ingang van 1 augustus 2016 zal ook het po in staat zijn om meldingen via DUO door te geven. Tevens is het mogelijk dat ouders, zorginstanties of leerlingen melden dat er sprake is van (aankomend) verzuim. In die situaties voert de leerplichtambtenaar ook een onderzoek uit,
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
9
adviseert hij of zorgt hij voor de verbinding zodat de partijen die het verzuim kunnen opheffen of kunnen voorkomen betrokken raken. 61 en 72 maal was er een eerder werkproces voorafgaand aan de casus. Bijvoorbeeld omdat relatief verzuim of absoluut verzuim resulteerde in een vrijstellingsaanvraag of een werkproces zorg en bemiddeling (preventie) overging in relatief of absoluut verzuim. Enkele kinderen waren nog niet leerplichtig op het moment van melding. Bij deze leerlingen is preventief gehandeld, zodat zij op hun vijfde verjaardag een plekje in het onderwijs hadden. Daarnaast waren er meldingen die betrekking hadden op jongeren die niet langer onder de Leerplichtwet vielen; zij hadden een startkwalificatie behaald of waren meerderjarig. Deze jongeren waren wel bij Bureau Leerplicht bekend en uit zorg zijn deze overgedragen naar het jongerenloket voor verdere begeleiding. Het gaat hier om warme overdrachten waarbij de leerplichtambtenaar mee is gegaan naar het gesprek bij de jongerenadviseur. Meldingen naar leeftijd Leeftijd 2013/2014 2014/2015 9 4 98 62 5 84 6 67 52 73 7 55 64 8 66 76 9 65 66 10 74 58 11 121 100 12 215 13 138 228 144 14 249 191 15 294 286 16 402 436 17 18 6 1776 Eindtotaal 2003 Tabel 4: verzuimmeldingen naar leeftijd Het aantal meldingen onder po-leerlingen laat een paar duidelijke pieken zien: onder vierjarigen omdat instroom niet altijd vanzelf gaat; de implementatie van het passend onderwijs en de transities hebben veel vragen opgeleverd bij ouders. Hierover hebben zij veelvuldig contact gezocht met Bureau Leerplicht. Dit heeft het aantal meldingen in deze categorie fors doen stijgen. Het aantal meldingen over vijfjarigen is relatief hoog omdat op deze leeftijd leer- en/of gedragsproblematiek zich toenemend openbaart; vervolgens nemen de aantallen jaarlijks met enkele leerlingen toe, echter weinig significant. Onder elfjarigen zijn de eerste grotere toenames zichtbaar en onder de twaalfjarigen stijgen de aantallen opvallend (94 meldingen verschil tussen elf- en twaalfjarigen). Enkele oorzaken: overgang van po naar vo; wennen en/of niet kunnen aarden in het vo (bv moeite hebben met afname structuur, toename eigen verantwoordelijkheid, moeite met leerstrategie enz.).
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
10
Vanaf vijftien jaar stijgt het aantal meldingen verder (45 meldingen verschil tussen veertien en vijftienjarigen). Oorzaken hiervan zijn onder meer: jongeren zorgen vaker voor ouders en/of broertjes en zusjes; puberen met eventueel daaraan gekoppelde toename gedragsproblematiek; onderpresteren of (te) hoge verwachtingen openbaren zich in toenemende mate. Tot slot stijgt het aantal onder zestienjarigen met zelfs bijna 108 ten opzichte van de vijftienjarigen. Verklaringen hiervoor zijn: schoolovergang met de daaraan gekoppelde risico’s; late aanmelding, verlengde intakes, verkeerde schoolkeuzes; verzuim verhuld als ziekteverzuim; de leerling volgt op andere wijze onderwijs dan de reguliere weg op een bekostigde school. Verzuim en uitstroom Absoluut verzuim
2013/2014 2014/2015
Afgedaan (zie afdoening) Inschrijving bij school Foutieve melding Niet (meer) leerplichtig Start werkproces relatief verzuim Start werkproces vrijstelling van inschrijving Verhuizing Verwijzing naar Jongerenloket Uithuisplaatsing Overdracht naar volgend schooljaar
4 418 22 34 0 47 33 2 1 11
1 511 0 0 2 50 42 40 0 28
Totaal Absoluut verzuim Tabel 5: soorten werkprocessen en uitstroom bij absoluut verzuim
572
674
Bij de absoluut verzuimers kon de leerplichtambtenaar niet vaststellen of zij naar school gingen omdat er geen inschrijving van een school was ontvangen. Bij 418 en 511 jongeren was er sprake van late aanlevering van de inschrijving door de school, was de inschrijvingsprocedure nog niet volledig afgerond, had de school problemen met het melden van de inschrijvingen (automatiseringsproblemen bij school of DUO), of was een interventie door de leerplichtambtenaar nodig om een inschrijving gerealiseerd te krijgen. 28 casussen zijn overgedragen naar het schooljaar 2015/2016 omdat er nog geen sprake was van een inschrijving en een inschrijving ook nog niet direct in het verschiet lag. Het gaat hier doorgaans om complexe gestapelde problematiek of systeemproblemen (geen stageplaats, geen leer/werkbedrijf, negatief bindend studieadvies (maar wettelijk gezien zijn deze jongeren nog niet kwalificatieplichtvrij).
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
11
Relatief verzuim 2013/2014 2014/2015 221 Afgedaan (zie afdoening) 335 45 Andere school 0 1 Detentie 0 43 Foutieve melding 48 441 Naar school 369 36 Niet (meer) leerplichtig 56 51 Overdracht naar komend schooljaar 90 0 Start werkproces absoluut verzuim 4 12 Start werkproces vrijstelling van inschrijving 12 1 Uithuisplaatsing 3 12 Verhuizing 33 4 Verwijzing naar instantie 6 8 Verwijzing naar Jongerenloket 0 31 Verzuim geoorloofd 26 906 Totaal Relatief verzuim 982 Tabel 6: soorten werkprocessen en uitstroom bij relatief verzuim De overgrote meerderheid aan meldingen heeft te maken met relatief verzuim. In schooljaar 2013/2014 ging het om 906 leerplichtigen en in 2014/2015 om 982 leerplichtigen. Het merendeel van de afdoeningen (proces verbaal, Halt-afdoening, waarschuwing) worden vanuit dit werkproces afgegeven. De niet (meer) leerplichtige jongeren zijn overgedragen aan het jongerenloket omdat zij meerderjarig werden. Het komt soms voor dat verzuim geoorloofd blijkt, dit gebeurt meestal in situaties waarbij het verzuim samen gaat met een ziektebeeld. Na onderzoek door een jeugdarts is bij deze jongeren gebleken dat zij niet belastbaar waren en daardoor geen enkele vorm van onderwijs konden volgen. Foutieve meldingen komen ook voor. In de meeste gevallen gaat het om verzuimregistraties die niet helemaal op orde zijn. Dit is bijvoorbeeld een die jongere ziek was maar geregistreerd werd als ongeoorloofd afwezig. Helaas is er wel een onderzoek door de leerplichtambtenaar nodig om dit vast te stellen. Het verzuim was bij 90 casussen in 2014/2015 nog niet opgehouden aan het einde van het schooljaar. Deze meldingen zijn door de leerplichtambtenaar meegenomen naar het nieuwe schooljaar voor verdere interventie. Het merendeel van de interventies leidt tot directe of snelle terugkeer naar school. Een klein gedeelte keerde niet meer terug op hun oude school. Vrijstelling van geregeld schoolbezoek 2013/2014 2014/2015 Afwijzing 8 2 Toekenning 68 92 Verzoek ingetrokken 1 2 Totaal Vrijstelling van geregeld schoolbezoek 77 96 Tabel 7: soorten werkprocessen en uitstroom bij vrijstelling van geregeld schoolbezoek In bovenstaande tabel staat het aantal aanvragen voor vrijstelling van geregeld schoolbezoek. In de meeste gevallen werd de aanvraag toegekend. Het gaat hierbij om situaties waarbij overmacht of gewichtige omstandigheden spelen. Voorbeelden hiervan zijn het overlijden van een dierbare in het buitenland, ziekte op vakantie en vertragingen bij een vlucht.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
12
Vrijstelling van inschrijving 2013/2014 2014/2015 Actuele inschrijving 5 0 Afwijzing 1 3 Akkoord artikel 15 29 21 Toekenning 84 82 Verzoek ingetrokken 4 2 Verzoek niet rechtsgeldig 6 15 Totaal Vrijstelling van inschrijving 129 123 Tabel 8: soorten werkprocessen en uitstroom bij vrijstelling van inschrijving Bovenstaande tabel laat het aantal verzoeken tot vrijstelling van inschrijving zien. Enkele jongeren zijn vrijgesteld omdat ze op een andere wijze onderwijs genieten. 82 maal werd een aanvraag in 2014/2015 toegekend. Deze groep is als volgt verder onder te verdelen: - zeventien jongeren zijn om lichamelijke of psychische redenen niet in staat om naar school te gaan; - tien kinderen volgen geen onderwijs omdat hun ouders bezwaar hebben aangetekend tegen alle richtingen van onderwijs in Nijmegen en omgeving; - 54 leerplichtigen volgen onderwijs in het buitenland; - één kind leidt een trekkend bestaan. Zorg en Bemiddeling 2013/2014 2014/2015 Melding aan de Raad vd Kinderbescherming 0 1 Andere school 24 0 Naar school 20 68 Niet (meer) leerplichtig 5 5 Overdracht naar komend schooljaar 22 21 Start werkproces absoluut verzuim * 4 5 Start werkproces relatief verzuim * 2 6 Start werkproces vrijstelling van inschrijving * 4 3 Uithuisplaatsing 1 1 Verhuizing 4 11 Verwijzing naar instantie 2 4 Verwijzing naar Jongerenloket 4 3 Totaal Zorg en Bemiddeling 92 128 Tabel 9: soorten werkprocessen en uitstroom bij zorg en bemiddeling Tot slot zijn er de werkprocessen Zorg en Bemiddeling. Deze werkprocessen worden gehanteerd op het moment dat het onderwijs niet in staat is om een passend onderwijsaanbod te formuleren of wanneer en sprake is van dreigende schooluitval zonder dat er sprake is van concreet verzuim. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan geëscaleerde situaties tussen school en ouder(s) en toenemende gedragsproblematiek. Leerplichtigen die niet naar school gaan in 2014/2015 Van dit onderwerp zijn er alleen cijfers over schooljaar 2014/2015. Deze gegevens werden eerder nog niet geregistreerd. Het schooljaar 2014/2015 was een pilot jaar. Bureau Leerplicht had in totaal 256 casussen die in directe relatie stonden tot “thuiszitters”. Bureau Leerplicht noemt deze groep bij voorkeur leer- of kwalificatieplichtigen die niet naar school gaan (ongeacht de reden). 170 kinderen zijn een week of langer niet naar school geweest doordat ze niet wilden, werden thuis gehouden, het onderwijs geen aanbod kon formuleren of als gevolg van een verhuizing.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
13
De registraties van instanties, omstandigheden en indicaties is niet altijd volledig geweest, omdat de diepgaande intake die nodig is om dit goed in beeld te krijgen. Op basis van de benamingen van de werkprocessen kan een beeld worden gegeven van de verhoudingen. De absoluut verzuimers stonden niet op een school ingeschreven. De relatief verzuimers gingen niet naar school waarbij ouders en leerlingen een oorzaak van het verzuim vormden (ongeacht verwijtbaarheid). De werkprocessen Zorg en Bemiddeling hebben betrekking op preventieve inzet voordat van uitval sprake is en de situaties waarbij het onderwijs niet in staat is een passend onderwijsaanbod te formuleren. Soort verzuim Absoluut verzuim 80 Relatief verzuim 96 Zorg en Bemiddeling 80 Eindtotaal 256 Tabel 10: thuiszitters naar soort Van de 256 casussen waren er 81 relatief verzuimers die tot de wettelijke definitie ‘thuiszitters’ behoren. Niet alle relatief verzuimers (96) behoren tot deze wettelijke definitie. Leerlingen die minder dan vier weken verzuimen en leerlingen die in het kader van preventie worden behandeld worden als relatief verzuimers geregistreerd, maar zijn geen wettelijke thuiszitters. Leerplichtigen die niet naar school gaan komen in vrijwel alle Nijmeegse wijken voor. De meeste kinderen en jongeren waren afkomstig uit de wijken Biezen, De Kamp, Hatert en Neerbosch-Oost. Ook is een groot gedeelte van de thuiszitters (nog) niet formeel gevestigd in Nijmegen, dus niet aan een wijk toe te schrijven. 178 van de kinderen die thuis zaten hebben een indicatie, sommigen hebben er meerdere. In de meeste gevallen veroorzaakt de ondersteuningsbehoefte die ten grondslag ligt aan de indicatie het thuiszitten.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
14
Indicatie ADHD/ADD Angststoornis Autisme/Asperger/PDD NOS Disharmonisch profiel Dyslectie/Dyscalculie Fysieke beperking Kenmerken van: ongeïndiceerde gedragsproblematiek lwoo ODD Overige Psychische en psychiatrische problematiek PTSS so / vso / svo/ pro Sociaal en zelfstandig zwak Spraakproblematiek Taalachterstand ZMOK Zwak begaafd / verstandelijk beperkt Totaal Tabel 11: indicaties van thuiszitters Afdoeningen Soort Waarschuwing Haltafdoening Proces verbaal Totaal Tabel 12: aantal afdoeningen naar soort
17 7 21 4 3 2 12 72 15 14 6 8 14 6 3 17 41 10 272
2013/2014 2014/2015 90 214 9 15 130 114 229
343
Het aantal processen verbaal is op de totale caseload van Bureau Leerplicht Nijmegen laag met 5,7 %. Het proces verbaal wordt opgemaakt als: - een waarschuwing niet heeft geleid tot gedragsverandering; - een Halt-afdoening niet overeenkomstig afspraak wordt uitgevoerd; - er grote zorgen zijn om een jongere; - ouders er bewust voor hebben gekozen hun kinderen van school te houden. Het is het eindpunt van een lang proces en tevens het begin van een nieuw proces, want als het verzuim aanhoudt is de leerplichtambtenaar niet klaar en continueert de interventie. Afhankelijk van de medewerking van ouders en/of jongere kan er hangende een uitspraak van de rechter wel of geen resultaat behaald worden als het verzuim voortduurt. In gevallen waarbij het lang duurt voordat een zaak bij de rechter wordt voorgeleid, kan het betekenen dat alle partijen moeten wachten en een kind / jongere langdurig geen dwangtraject noch onderwijs krijgt. In het schooljaar 2014/2015 had Leerplicht te maken met meerdere processen verbaal die pas na zes maanden of meer ter zitting werden gebracht. Soms kan er in de tussentijd sprake zijn van een aanvullend proces verbaal waarin nieuwe feiten aan de orde komen. Wanneer verzuim nog niet opzienbarend is, wordt doorgaans een formele waarschuwing afgegeven. Indien er sprake is van recidive, zal nader onderzocht worden welke oorzaak aan het verzuim ten grondslag ligt. Afhankelijk van die oorzaak zal een traject worden
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
15
ingezet waarmee gedragsverandering wordt beoogd en/of waarmee zorg en/of ondersteuning wordt georganiseerd. Aantal meldingen per leerplichtige 1 2 3 4 5 6 Eindtotaal Tabel 13: aantal meldingen per leerplichtige
2013/2014 2014/2015 1130 1251 230 278 46 41 9 13 0 3 2 1 1417 1587
De 2003 meldingen in 2014/2015 hadden betrekking op 1586 jongeren en kinderen. Veel van deze werkprocessen zijn gestart vanuit een preventief karakter. Er was nog geen meldenswaardig verzuim, maar door gedragsproblematiek of financiële problematiek waren er voldoende voortekenen voor een verhoogd risico op uitval. Op het moment dat daadwerkelijk verzuim start volgt een nieuw werkproces voor dat specifieke verzuimsoort. Ook kwam het voor dat er een afdoeningsescalatieladder in werking trad. In eerste instantie werd er een waarschuwing afgegeven voor het verzuim. Vervolgens ontstond er gaande weg wederom verzuim waarvoor een Halt-afdoening werd afgegeven en tot slot is er een proces verbaal geschreven. Een afdoening is altijd het einde van een werkproces. Wanneer schoolgang geen reële optie meer is, is het mogelijk dat een nieuw werkproces wordt aangemaakt. Dit komt omdat er bijvoorbeeld geen sprake meer is van inschrijving op de onderwijsinstelling, of omdat een vrijstelling is aangevraagd. Processen Verbaal Een proces verbaal wordt opgemaakt in situaties waarbij een waarschuwing niet heeft geleid tot gedragsverandering, een Halt-afdoening niet overeenkomstig afspraak wordt uitgevoerd, als er grote zorgen zijn om het kind of de jongere of omdat ouders er bewust voor hebben gekozen hun kinderen van school te houden (zoals om eerder op vakantie te gaan). Het is het eindpunt van een lang proces en tevens het begin van een nieuw proces, want als het verzuim aanhoudt is de leerplichtambtenaar niet klaar en continueert de interventie. Afhankelijk van de medewerking van ouders en/of jongere kan er hangende een uitspraak van de rechter wel of geen resultaat behaald worden indien het verzuim voortduurt. Indien het lang duurt voordat een zaak bij de rechter wordt voorgeleid, kan het betekenen dat alle partijen moeten wachten en een kind / jongere langdurig geen dwangtraject noch onderwijs krijgt. In het schooljaar 2014/2015 had Leerplicht te maken met meerdere processen verbaal die pas na zes maanden of meer ter zitting werden gebracht. Soms kan er in de tussentijd sprake zijn van een aanvullend proces verbaal waarin nieuwe feiten aan de orde komen. Wanneer verzuim nog niet opzienbarend is, wordt doorgaans een formele waarschuwing afgegeven. Indien er sprake is van recidive, zal nader onderzocht worden welke oorzaak aan het verzuim ten grondslag ligt. Afhankelijk van die oorzaak zal een traject worden ingezet waarmee gedragsverandering wordt beoogd en/of waarmee zorg en/of ondersteuning wordt georganiseerd. Doorlooptijden en zwaarte van trajecten Onderstaande tabellen geven de doorlooptijd en zwaarte van de trajecten in 2014/2015 weer. Over het schooljaar 2013/2014 zijn geen gegevens beschikbaar.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
16
Zwaarte (tijdsbesteding) Veder 0 - 60 minuten Licht 61 - 240 minuten Middel 241 - 600 minuten zwaar 601 - 900 minuten zwaar plus > 900 minuten Tabel 14: tijdsbesteding per casus in 2014/2015 Doorlooptijd in maanden 0 dagen - 1 maand 1 maand - 2 maanden 2 maanden - 3 maanden 3 maanden - 6 maanden 6 maanden - 1 jaar Tabel 15: doorlooptijd per casus in 2014/2015 Aantal contacten per werkproces 1 - 10 contacten 11 - 20 contacten 21 - 50 contacten meer dan 50 contacten
2014/2015 210 654 238 79 40
2014/2015 1119 357 212 238 77
2014/2015 949 698 325 31
Tabel 16: aantal contacten per werkproces in 2014/2015 Opvallende zaken bij scholen Het valt op dat bij enkele scholen de casuïstiek niet op basis van meldingen niet door de school worden opgestart. Ook waren er enkele scholen te laat met aanleveren van inschrijvingen, waardoor de lpa voor de teldatum een onderzoek moest opstarten om te achterhalen of de leerling al dan niet op een school stond ingeschreven. Dit onderzoek is nodig om te achterhalen welke leerlingen nog geen inschrijving hebben (absoluut verzuim = vsv’ers) en hen alsnog naar een school van inschrijving te begeleiden. Het onderzoek bestaat voor een deel uit deskresearch (het bellen van de laatste school van inschrijving, het benaderen van de mogelijk nieuwe school van inschrijving, het benaderen van ouders) en waar nodig het afleggen van huisbezoeken. Reden voor late aanlevering is variërend van technische storingen tot procesmatige keuzes van de scholen. Soms gaat het dus om een keuze van de school om te laat aan te leveren. Soms hebben scholen hun zaken gewoon niet goed op orde, door bijvoorbeeld te weinig kennis bij de medewerkers waardoor onnodige fouten worden gemaakt. En in andere gevallen kunnen scholen er niets aan doen en is er sprake van een technische storing. Verder is het opvallend dat buitenscholen zeer weinig melden. Dit is een lastig te ondervangen probleem, omdat het hier gaat om breed verspreid verzuim. De leerplichtambtenaar zal in deze met ingang van schooljaar 2015/2016 de signalenbox van de Inspectie van het onderwijs benutten.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
17
4. Toekomst In dit hoofdstuk wordt er aangegeven welke wettelijke wijzigingen er hebben plaatsgevonden. Hoe Bureau Leerplicht zich ontwikkeld, en waar, op basis van ervaringen van het verleden, meer aandacht aan wordt gegeven. Monitoren effecten passend onderwijs Per 1 augustus 2014 is de Wet Passend Onderwijs van kracht. Het doel van de wet is dat voor alle leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte zo passend mogelijk onderwijs wordt gerealiseerd. Bureau Leerplicht blijft monitoren hoeveel kinderen om welke redenen geen passend onderwijsaanbod krijgen. Zij zullen hierover met het samenwerkingsverband ‘actietafels’ beleggen om zo oplossingen te vinden/forceren voor jongeren die recht hebben op onderwijs, maar hier verstoken van blijven. We zullen hierbij overigens ook andere partners betrekken. Dit kan het schoolmaatschappelijk werk zijn, maar juist ook externe betrokkenen, zoals een zorgverlener. We zien namelijk vaak dat deze jongeren te maken hebben met multi-problematiek die niet enkel door de school opgelost kan worden. Dit vraagt om samenwerking die soms boven het (individuele) organisatiebelang uitgaat. Hoe ontwikkelt Bureau Leerplicht zich In de komende schooljaren gaat het passend onderwijs zich meer uitwerken. In 2014/2015 stond het nog in het teken van de invoeringsfase, in 2015/2016 worden kinderziektes verder aangepakt. De afgelopen jaren is er voor het eerst gewerkt met een leerplichtambtenaar scholenbenadering (lpa-s). Deze aanpak is gezien de verbeterslag die er is gemaakt in het verzuimbeleid op deze scholen erg succesvol gebleken. In de toekomst zal Bureau Leerplicht vaker vanuit deze benadering gaan werken. Ook is Bureau Leerplicht meer preventief gaan werken dan voorheen. Alle overgangsleerlingen van het vmbo naar het mbo worden actief benaderd. De jongeren die al bekend zijn bij Bureau Leerplicht worden extra in de gaten gehouden. Regionaal Beleidsplan Leerplicht 2016-2019 In samenwerking met de gemeenten uit de regio (Beuningen, Druten, Groesbeek, Heumen, Mook en Middelaar en Wijchen) hebben we een regionaal beleidsplan leerplicht geschreven voor de periode 2016-2019. Deze is reeds naar de gemeenteraad van Nijmegen verzonden ter vaststelling. Doelstelling van dit regionale plan is om gezamenlijk een gelijk ambitieniveau af te spreken, waarbij door een gezamenlijke aanpak er geen, of minimale verschillen zijn tussen de uitvoering van de leerplichtfunctie. Zo krijgen leerlingen in dezelfde klas, maar woonachtig in verschillende gemeenten, een gelijke behandeling. Regionaal hebben we met elkaar afgesproken toe te werken naar een (meer) preventieve inzet van de leerplichtfunctie. In het beleidsplan zelf is uitgewerkt hoe we dit concreet uitvoeren. Nieuwe aanpak voortijdig schoolverlaten Per schooljaar 2016-2017 start een nieuwe periode in de aanpak van voortijdig schoolverlaten. De gemeente Nijmegen neemt hierbij -als contactgemeente voor de regiohet voortouw om samen met het onderwijs en andere partijen te komen tot nieuwe ambities en afspraken. Bureau Leerplicht zal hierin participeren en haar kennis -mede op basis van casuïstieken- inbrengen. Opting out Vooruitlopend op het loslaten van de landelijke criteria en duur van lwoo en de lwoo-licenties op 1 augustus 2018, kunnen samenwerkingsverbanden voortgezet onderwijs per 1 januari 2016 kiezen voor opting out. Hiermee kunnen zij afwijken van de regels voor de vaste indicatiecriteria voor lwoo en de lwoo-licenties.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
18
Er zijn 2 vormen van opting out: opting out bij de landelijke criteria, procedure en de duur van de ondersteuningstoewijzing voor lwoo; opting out van de lwoo-licenties. Het is niet mogelijk om via opting out eigen criteria op te stellen of een eigen duur te kiezen voor de toewijzing van pro. Tijdens de wetsbehandeling in de Tweede Kamer is deze mogelijkheid tot opting out voor pro uit het wetsvoorstel gehaald. Samenwerkingsverbanden kunnen zelf criteria en procedure vaststellen om te beoordelen of een leerling is aanwezen op het lwoo. Daarnaast kan het samenwerkingsverband de geldigheidsduur van de ondersteuningstoewijzing bepalen. Een leerling krijgt in ieder geval voor minimaal 1 jaar lwoo toegewezen. Kamerbrief over onderwijs op een andere locatie dan school Lichamelijke of psychische redenen Voor leerlingen die vanwege lichamelijke of psychische redenen tijdelijk of gedeeltelijk niet naar school kunnen, wordt het beter mogelijk om een deel van het onderwijs buiten de school te volgen. In zeer uitzonderlijke situaties, waarin de school en het samenwerkingsverband (nog) niet instaat zijn een passend aanbod te bieden, komt er een mogelijkheid om bekostigd onderwijs te volgen bij instellingen die geen onderdeel uitmaken van het bekostigde stelsel. Dit biedt vooral ook ruimte voor onderwijs bij kleinschalige initiatieven. Sportieve en culturele talenten Voor leerlingen in de basisschoolleeftijd met een bijzonder talent op het gebied van sport en cultuur wordt, net als nu in het voortgezet onderwijs al mogelijk is, geregeld dat zij in uitzonderlijke gevallen, ten behoeve van de ontwikkeling van hun talent, onderwijstijd op een andere locatie mogen invullen. Tijdelijk verblijf in het buitenland Voor kinderen van reizende ouders wordt het mogelijk om onder strikte voorwaarden tijdelijk het onderwijs op afstand te volgen. Afspraken hierover worden in overleg met en onder verantwoordelijkheid van de school vastgelegd in een individueel onderwijsplan en uitgevoerd. De leerplichtambtenaar beoordeelt of er geen andere belemmeringen zijn. Thuisonderwijs onder strikte kwaliteitsvoorwaarden Artikel 5 onder b van de Leerplichtwet, dat ouders de gelegenheid geeft om hun kind vanwege richtingsbedenkingen volledig te onttrekken aan het onderwijs, wil de Staatssecretaris afschaffen. In plaats daarvan doet hij een voorstel voor het inrichten van thuisonderwijs waarbij het recht op goed onderwijs voor het kind kan worden gegarandeerd. Kwetsbare jongeren in het MBO Enkele maanden geleden werd in de media aandacht besteed aan de positie van kwetsbare jongeren in het MBO. MBO’s zouden door de financiering niet in staat zijn deze jongeren voldoende begeleiding te bieden en afgerekend worden op slechte vsv-resultaten. De Minister van OCW komt nu met beleid om de positie van kwetsbare jongeren te versterken. Dit beleid richt zich o.a. op volgende doelgroepen: uitvallers Praktijkonderwijs en Speciaal onderwijs, VMBO-b, Vmbo-LWT (duaal traject leren-werken), Entree, MBO niveau 2, en leerlingen die vanuit Entree moeten doorstromen naar de arbeidsmarkt. Het gaat om onder andere de volgende maatregelen: • Maatregelen gericht op de Entree-opleiding: Sommige doelgroepen jongeren met een Vmbo-diploma (m.n. basis) kunnen nu niet (bekostigd) instromen in de Entree. Tegelijkertijd zijn sommige leerlingen ondanks hun Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
19
diploma niet in staat de stap naar MBO 2 te maken. OCW wil mogelijk maken dat deze doelgroep wel toelaatbaar is tot de Entree. • Afstroommogelijkheid in mbo niveau 2: Voor sommige jongeren is niveau 2 net te hoog. Ze kunnen nu niet ‘afstromen’ naar de Entree. OCW wil dit mogelijk maken. Daarnaast ziet OCW dat er een doelgroep is die taalen rekeneis niet haalt. Er ontstaat mogelijkheid om niveau 2 diploma te behalen zonder te voldoen aan taal- en rekeneis. Uiteraard zolang opleiding en beroep dit toelaat. • Versterking RMC-functie: Het aanpakken van verzuim onder 18+ en voorkomen van vsv is een wettelijke taak van de gemeente en ondergebracht in de RMC-functie. OCW ziet dit als goede infrastructuur om boven de partijen te handelen in belang van jongere. Doelstelling is dat taken van RMC-functie versterkt worden. Mogelijk ook extra middelen beschikbaar.
Verslag Leerplicht schooljaren 2013/2014 en 2014/2015
20