LVE/JVT/FME
a 04 82
20150925 n rvb JAP2016 - revised na RvB 25.09.2015 25 september 2015
Ontwerp Jaaractieplan 2016 Goedgekeurd door de Raad van bestuur van 25/09/2015
Inhoudstafel INLEIDING ......................................................................................................................... 4 1
Werkdomein Ondernemen en ontwikkeling ........................................................................ 5 1.1
2
3
Fysieke en mentale ruimte voor ondernemen met bijzondere aandacht voor KMO’s ........ 5
1.1.1
Bedrijventerreinen bouwrijp beschikbaar .............................................................. 5
1.1.2
Bedrijventerreinen in ontwikkeling en voorbereiding ............................................... 5
1.2
Slimme logistieke poorten verder uitbouwen ............................................................. 5
1.3
Innoveren in prospectie en aanbod .......................................................................... 5
1.4
Minstens 60% uitgifte uit reconversie, hergebruik en verdichting ................................. 6
1.5
Opwaarderen oude terreinen .................................................................................. 6
1.6
Begeleiden van ondernemingen .............................................................................. 6
1.7
Een ondernemersvriendelijk klimaat creëren ............................................................. 7
1.8
Sociale economie verweven met lokale economie ...................................................... 7
1.9
Over de grenzen de regio promoten......................................................................... 7
1.10
Kwalitatieve en betaalbare woonprojecten ................................................................ 7
Werkdomein Ruimte en leefomgeving ............................................................................... 8 2.1
Partnerschap met lokale besturen verstevigen........................................................... 8
2.2
Grens- en sectoroverschrijdend werken.................................................................... 8
2.3
Visie en plannen vertalen op het terrein ................................................................... 9
2.4
Werkmethodes en kennis delen............................................................................... 9
2.5
Een gedragen regionale ruimtelijke visie uitwerken .................................................... 9
Werkdomein Mens en Samenleving ................................................................................ 11 3.1
Wonen .............................................................................................................. 11
3.2
Cultuur.............................................................................................................. 12
3.3
Sociaal beleid ..................................................................................................... 12
3.4
Sport en recreatie ............................................................................................... 12 ▪
▪
▪
▪
▪
PP
3.5 4
Sociale economie ................................................................................................ 12
Werklijn e-Government ................................................................................................ 13 4.1
Brede aanpak e-Government, focus op visie en aanpak ............................................ 13
4.2
ICT laten renderen en bestuurskracht versterken .................................................... 13
4.3
Open data en mobiele toepassingen ...................................................................... 13
4.4
Bestaande platformen verbreden en verdiepen ........................................................ 14
4.5
Uitbouwen van een multikanaalsdienstverlening ...................................................... 14
4.6
Innovatie vertalen op het terrein ........................................................................... 14
5
Werklijn Proces- en projectregie .................................................................................... 15 5.1
Deskundig adviseren van lokale besturen ............................................................... 15
5.2
Antwoord op complexe vraagstukken ..................................................................... 15
5.3
Regionale visie ontwikkelen door samen te dromen, te denken en te doen .................. 15
6
Werklijn Communicatie en participatie ............................................................................ 16 6.1
Actiever en creatiever imago vormen ..................................................................... 16
6.2
Doordacht en effectief communiceren .................................................................... 16
6.3
Kijken wordt deelnemen ...................................................................................... 16
6.4
Werven, verbeelden, digitaliseren ......................................................................... 17
6.5
Debatteren over de streek ................................................................................... 17
7
Interlokale en interbestuurlijke samenwerking ................................................................. 18 7.1
De belangen van de gemeenten behartigen ............................................................ 18
7.2
Delen van middelen en expertise........................................................................... 18
7.3
Eenvoudiger overleggen, krachtiger aansturen ........................................................ 18
7.4
Nieuwe samenwerking opstarten ........................................................................... 18
7.5
Interbestuurlijke samenwerking ............................................................................ 19
8
Regionale samenwerkingsverbanden en projecten ............................................................ 19 8.1
Behoud door ontwikkeling .................................................................................... 19
8.2
Mobiliteit, infrastructuur en publieke ruimte ............................................................ 19
8.3
Klimaatneutrale regio .......................................................................................... 20
8.4
Blauw-groen netwerk .......................................................................................... 21
8.5
Streekontwikkeling ............................................................................................. 22
9
Leiedal als organisatie .................................................................................................. 23 9.1
Bestuurlijke werking............................................................................................ 23
9.2
Een organisatie die de krachten wil bundelen .......................................................... 23
9.3
Een transparant en interactief bestuur ................................................................... 23
9.4
Een beperkte overhead die zoveel als mogelijk wordt gedeeld met andere organisaties . 24
9.5
Een begeesterende en motiverende organisatie in een regionaal en internationaal netwerk 24
10
Financiën .............................................................................................................. 25 LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
10.1
Raming financieringsbronnen voor 2016 ................................................................. 25
10.2
Implicaties voor uitgaven: kostenbeheersing........................................................... 25
10.2.1 10.3
Implicaties voor de gewone werkingskosten..................................................... 25
Implicaties voor de bijzondere externe werkingskosten ............................................ 26
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
INLEIDING
Dit document is het ontwerp Jaaractieplan 2016 van de Intercommunale Leiedal. De structuur van het document volgt deze van het Beleidsplan 2014-2019. Voor elk van de drie werkdomeinen en werklijnen worden de belangrijkste dossier en acties opgelijst. Leiedal bevindt zich net als haar gemeenten op een sleutelmoment in haar bestaan. De gemeenten staan financieel onder druk. Het economisch fundament van Leiedal verandert. De maatschappelijke uitdagingen op vlak van demografie, tewerkstelling, mobiliteit, woningmarkt en -typologie, energie, ecologie en zorg zijn dringend en vergen een krachtige, geïntegreerde en doordachte aanpak. De verwachtingen van burgers en bedrijven inzake dienstverlening, efficiëntie en bestuurskracht zijn hoog. Ook in 2016 wil Leiedal ten dienste staan van haar vennoten en de regio Zuid-West-Vlaanderen. In een snel wijzigende context zal Leiedal in 2016 meer dan ooit haar maatschappelijke meerwaarde aantonen voor haar lokale besturen, de regionale en intergemeentelijke partners en de bovenlokale besturen. De acties van in het Jaaractieplan 2016 ondersteunen de vijf principes die aan de grondslag liggen van de werking van Leiedal: samen, strategisch, streekgericht, stimulerend en slimmer. Ook in 2016 zal Leiedal werken op drie sporen: (i) als verlengstuk en partner van lokale besturen; (ii) als betrouwbare en dynamische actor in de brede regio en (iii) als stakeholder in de grensoverschrijdende samenwerking.
Dit document vormt eind 2016 meteen ook de basis van het werkingsverslag 2016.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
1
Werkdomein Ondernemen en ontwikkeling Leiedal wil een slimme en duurzame groei en tewerkstelling helpen realiseren. We hebben een blijvende nood aan fysieke ruimte voor ondernemen, in het bijzonder voor KMO’s. Samen met het snel op de markt brengen van de reeds bestemde gronden, wil Leiedal in het bijzonder werk maken van de creatie van nieuwe ruimte door inbreiding, reconversie en hergebruik. Daarnaast zal Leiedal ook mentale ruimte voor ondernemen scheppen. Zo zal aandacht gegeven worden aan trajectbegeleiding, het uitvoeren van praktijkgerichte studies rond ruimtelijke economische vraagstukken, het stimuleren van de samenwerking tussen bedrijven via parkmanagement en de bereikbaarheid via de verschillende vervoersmodi.
1.1
Fysieke en mentale ruimte voor ondernemen met bijzondere aandacht voor KMO’s
1.1.1
Bedrijventerreinen bouwrijp beschikbaar ●
1.1.2
Bedrijventerreinen in ontwikkeling en voorbereiding ●
● ● ●
1.2
Uitvoering (sloop-) en infrastructuurwerken van uitbreiding regionaal terrein Kortrijk-Noord; KMO-zones Waregem Groenbek, Bellegem Emdeka, Lendelede Nelca, Zwevegem Losschaert en Marke Torkonjestraat. Opstarten technische uitvoeringsdossiers, archeologisch onderzoek, opmaak subsidiedossiers KMO-zones Deerlijk Vichtesteenweg en Lauwe Bramier. Opstarten aankopen gronden en voorbereidingen: uitbreiding Kortrijk Beneluxpark, Evolis Harelbeke 2de fase. Opvolgen juridische en bestemmingsprocedures in afwachting van realisatie Waregem Blauwpoort.
Slimme logistieke poorten verder uitbouwen ●
●
1.3
Verkoop en verkoopspromotie van Gullegem-Moorsele, Evolis Kortrijk-Harelbeke-Zwevegem, Kortrijk Beneluxpark, De Blokken Zwevegem, Bellegem Emdeka, Waregem Groenbek, Zwevegem Esserstraat (bedrijfsverzamelgebouw) en uitbreiding Kortrijk-Noord.
Valoriseren van de conclusies van het project ‘Trans-port’. Dit project onderzoekt de economische kritische succesfactoren om de aanwezigheid van waterlopen in de regio beter te valoriseren. Vliegveld Kortrijk-Wevelgem: de implementatie finaliseren van de nieuwe uitbatingsstructuur in samenwerking met de Vlaamse overheid en de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) (zie ook 5. Werklijn Project- en procesregie).
Innoveren in prospectie en aanbod ●
Het Vlaamse subsidieproject ‘Kameleon’ (zie ook 8.1 Behoud door ontwikkeling) leidde tot een accuraat zicht op de onderbenutte en (potentieel) leegstaande economische sites. Op basis van de resultaten van ontwerpanalyses en haalbaarheidsstudies zullen strategische sites geheel of gedeeltelijk worden aangekocht. Dit moet toelaten om een aantal leemtes in het regio-aanbod LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
● ●
1.4
Minstens 60% uitgifte uit reconversie, hergebruik en verdichting ● ●
●
1.5
Snelle realisatie van de lopende reconversieprojecten: KMO-zones Waregem Groenbek, Bellegem Emdeka, Lendelede Nelca en Zwevegem site ex-Hanssens. Aankoop van strategische sites met het oog op het behalen van de vooropgestelde doelstelling van 60% uitgifte uit reconversie, hergebruik en verdichting. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan de grotere sites op de Leiedalterreinen die op vandaag of in de nabije toekomst leeg (zullen) staan. Uitvoeren van het project ‘Activeringsteams onderbenutte gronden’ in samenwerking met de POM West-Vlaanderen en de West-Vlaamse Intercommunale (wvi) en met steun van Vlaanderen met als doel onderbenutte gronden met een economische bestemming te activeren. Dit omvat o.m.: o Focus op de aanpak van de leegstand op de bedrijventerreinen Deerlijk-Waregem en Kortrijk-Noord. o Verdere uitwerking in samenwerking met Waterwegen en Zeekanaal nv (W&Z) van de transformatie van de site Infrax in Harelbeke naar een watergebonden bedrijventerrein.
Opwaarderen oude terreinen ●
●
●
1.6
in te vullen. Zo zal de aankoop onderzocht worden van een aantal sites in het stedelijk weefsel om een complementair aanbod uit te bouwen t.a.v. het Beneluxpark. Inrichting van het transformatorgebouw op de site Transfo als hub voor creatieve bedrijven. Verfijnen van de methodiek om duurzame en kwalitatieve “ruimte om te ondernemen” te ontwikkelen. Hierbij zullen verbanden worden gelegd tussen o.m. ruimtelijke kwaliteit, mobiliteit, energie, ecologie en de digitale evoluties (zoals Internet of Things).
Begeleiding van de opmaak van herinrichtingsplannen en/of subsidiedossiers op vraag van de gemeenten met het oog op het verkrijgen van 85% subsidie voor de herinrichting van de bedrijventerreinen: Wevelgem-Zuid, Gullegem-Moorsele, Harelbeke-Zuid, LAR-Noord en Kortrijk-Noord. Bundelen en analyseren van goede nationale en internationale praktijken om gelijktijdig met een revitaliseringsproject de kwaliteit op lange termijn te behouden door de introductie van nazorg- en parkmanagement. Dit wordt ook mee opgenomen als actie in het Interreg VB NSR project ‘BISEPS’ (onder voorbehoud van goedkeuring). Implementatie van een uniform bewegwijzeringssysteem op Kortrijk Beneluxpark, Kortrijk Kennedypark en Deerlijk-Waregem.
Begeleiden van ondernemingen Inzetten op de verdere implementatie van een professionele begeleiding van ondernemingen door onder meer de uitrol van: ● Het in 2015 goedgekeurde samenwerkingskader met makelaars. ● De Vlaamse ‘Bizlocator-toepassing’ in de regio Zuid-West-Vlaanderen. Deze toepassing is een kruispuntwebsite die het vastgoedaanbod aan bedrijfspanden en bedrijfsgronden aanbiedt dat in portefeuille zit van diverse publieke en private makelaars en ontwikkelaars. LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
●
1.7
Een ondernemersvriendelijk klimaat creëren ● ●
1.8
●
Participeren aan het Regionaal Overleg Sociale Economie (ROSE) en expertise aanbieden aan W13 (cf. 3.5 Sociale economie). De beslissing van 2015 omtrent de ondersteuning van de werking van Kanaal 127 wordt aangehouden.
Over de grenzen de regio promoten ●
● 1.10
Inzetten op een kernversterkend beleid o.m. door de uitvoering van de Vlaamse subsidieprojecten ‘Kameleon’ en ‘Samen slimmer naar het werk’. Opstart van het Vlaams subsidieproject ‘Detailhandelsbeleid’ rond het stimuleren van kleinhandel n.a.v. de oproep ondernemingsvriendelijke gemeente (onder voorbehoud van goedkeuring).
Sociale economie verweven met lokale economie ●
1.9
Het inschakelen van externe ontwerpmatige begeleiding voor strategische dossiers in het voortraject van hun investeringsbeslissing.
Opmaak van een actieplan voor de verkoopspromotie en marketing met onder meer: o Deelname aan Realty, MIPIM en Bedrijvencontactdagen Waregem; o bestendigen van het partnerschap met vestigingsconsulenten en tussenpersonen, Flanders Investment and Trade en de POM; o Gerichte mailings en advertenties; o Persacties; o Organisatie van investeringsseminaries. Actief participeren aan de uitbouw van de Strategische As 1 (Economie) van de Eurometropool.
Kwalitatieve en betaalbare woonprojecten ● ●
● ● ● ●
Verkoop en marketing van bouwrijpe gronden in Spiere-Helkijn Elleboogstraat, Anzegem Ter Schabbe, Deerlijk Sneppe en Kortrijk-Heule Peperstraat. Uitwerken en opvolging van een Publiek-Private Samenwerking (PPS) voor (een gedeelte van) de zones Spiere-Helkijn Elleboogstraat, Kortrijk-Heule Peperstraat, Lendelede Nelca, Marke Torkonjestraat en Zwevegem Losschaert. Uitvoering infrastructuurwerken Kortrijk-Heule Peperstraat en Zwevegem Losschaert. Opstart van technische uitvoeringsdossiers voor Lendelede Bergkapel. Actieve verkenning en aankoop van sites en gronden in functie van een kernversterkend beleid in coproductie en cocreatie met overige actoren. Introductie van nazorgmanagement op de recent gerealiseerde zones.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
2
Werkdomein Ruimte en leefomgeving Sinds haar ontstaan werd Leiedal aangesproken als deskundige op het vlak van ruimte en leefomgeving voor dossiers die een langetermijnvisie, een optimale terreinkennis en een grote mate van continuïteit vereisen. Dit wil Leiedal blijven aanhouden, sterker nog aan de hand van het partnerschap met lokale besturen te verstevigen, nog meer grens- en sectoroverschrijdend te werken en visies en plannen concreet op het terrein te vertalen. Naast dit partnerschap van lokale besturen wil Leiedal een regionale ruimtelijke visie uitwerken waarbij veel aandacht gaat naar de dynamiek van het ondernemen, duurzaam ruimtegebruik, klimaatneutraliteit, mobiliteit en het blauw-groene netwerk. Deze regionale visie krijgt haar gedragenheid door participatie en een heldere communicatie.
2.1
Partnerschap met lokale besturen verstevigen ● ●
●
● ● ● ●
●
2.2
Leveren van eerstelijnsadvies aan de lokale besturen omtrent de inrichting van ruimte en leefomgeving. Gemeentelijke opdrachten en studies uitvoeren inzake mobiliteit en publieke ruimte: o Sneltoets, actualiseren, verbreden en verdiepen van gemeentelijke mobiliteitsplannen: Avelgem, Kuurne, Lendelede, Spiere-Helkijn, Wevelgem. o Opmaak masterplan publieke ruimte zoals het centrum van Menen (as stationGrote Markt-Waalvest). o Begeleiding heraanleg publieke ruimte zoals het Robeceynplein in Spiere-Helkijn. Ondersteunen en versterken van het lokale beleid rond onroerend erfgoed en dit vanuit de intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst (IOED): o Opmaak van beheersplannen voor beschermde monumenten, stads- en dorpsgezichten en landschappen. o Ondersteunen van gemeenten bij het herbestemmen van parochiekerken geïnspireerd door de resultaten van het doorlopen traject in het kader van het Programmeringsdocument voor plattelandsontwikkeling (PDPO). o Uitwerken van kerkenplannen voor de gemeenten in functie van beheer en herbestemming. Activeren en faciliteren van lokale acties ter uitvoering van het lokaal klimaatbeleid vanuit de regionale coördinatierol binnen het burgemeestersconvenant. Verkennen van intergemeentelijke dienstverlening inzake intergemeentelijke handhaving rond milieu en stedenbouw. Participeren aan de bekkenwerking Leie en Bovenschelde. Opvolging van de bovenlokale plannen en projecten (Seine-Schelde, Kortrijk-Oost, Beleidsplan Ruimte Vlaanderen, herziening PRS …) in functie van het verankeren van de beleidsvisie vanuit de lokale besturen. Opvolgen van de Vlaamse wetgeving rond ruimte en leefomgeving (omgevingsvergunning, omgevingsplanning, trage wegen, Vlarem-treinen ...) en het ondersteunen van de lokale besturen bij de implementatie hier van.
Grens- en sectoroverschrijdend werken ●
Het toepassen van een integrerende methodiek bij de uitvoering van projecten: LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
Integreren van ontwerpend onderzoek in elke ruimtelijke opdracht en dit als methodiek om de verschillende thema’s (zoals mobiliteit, natuur, milieu, wonen, bedrijvigheid en water) geïntegreerd aan te pakken. o Toepassen van de methodiek van de ontwerpworkshop bij de lokale en regionale strategische ruimtelijke projecten met bijzondere aandacht voor participatietrajecten. o Inzetten van multidisciplinaire teams. Meewerken aan het verderzetten van het grensoverschrijdend overleg tussen de Scheldegemeenten onderling en de Leiegemeenten onderling. Samen met de gemeenten op zoek gaan naar samenwerkingsverbanden voor de realisatie van grensoverschrijdende projecten (bv. regionaal zwembad, zwembad Wervik …). Participeren aan de thema’s ‘mobiliteit’ en ‘blauw-groen netwerk’ binnen de strategische visie van de Eurometropool. o
● ● ●
2.3
Visie en plannen vertalen op het terrein ● ● ●
2.4
Werkmethodes en kennis delen ● ● ● ● ●
2.5
Actualiseren van de gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen (bv. GRS Anzegem) in functie van het versterken van het strategisch karakter. Meewerken aan de voorbereidende studies vanuit de stad Kortrijk in het kader van de herziening van het GRS Kortrijk. Doorvertalen van de resultaten van regionale projecten en de inzichten uit het proces van de regionale visie naar gemeentelijke visies, plannen en projecten.
Faciliteren van onderling overleg en kennisuitwisseling omtrent complexe stedenbouwkundige dossiers tussen stedenbouwkundige ambtenaren. Capteren van problematieken die leven bij gemeenten, organiseren van uitwisselingsmomenten en stimuleren van gezamenlijke kennisopbouw. Ondersteunen van gemeenten bij lokaal woonoverleg. Begeleiden van de gemeenten bij het implementeren van de omgevingsvergunning. Ondersteunen van de gemeenten bij de implementatie van de Digitale Stedenbouwkundige Informatie (DSI) door het aanbieden en coördineren van vorming en het aanbieden en uitvoeren van concrete implementatieoplossingen.
Een gedragen regionale ruimtelijke visie uitwerken ●
De regionale ruimtelijke visie inhoudelijk vervolledigen: o Uitwerken van ontbrekende elementen zoals een visie op woonuitbreidingsgebieden, watergebonden bedrijvigheid, regionaalstedelijke functies en open ruimtefuncties. o Opmaak van de synthese van de verschillende deelrapporten en –projecten zijnde de ruimtemonitors wonen en ondernemen, visie ruimtelijk-economische structuur, spoorrapport, visie ‘REgio Kortrijk Openbaar Vervoer’ (REKOVER), projecten ‘Kameleon’ en ‘Warmer Wonen’.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
Opmaak van een synthese van drie inhoudelijke krachtlijnen: kernversterkend beleid, blauw-groen netwerk en regionale hubs. o Opmaak van een communicatief document dat de essentie van de regionale visie helder stelt. Bouwen aan een politiek draagvlak voor de regionale visie en deze doorvertalen naar lokale projecten. Inbedden van de regionale ruimtelijke visie in de herziening van het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen en de opmaak van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. o
● ●
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
3
Werkdomein Mens en Samenleving Leiedal helpt de streek ontwikkelen tot een plek waar het goed werken, maar ook leven en wonen is. Werken aan streekontwikkeling is dus mee een antwoord bieden aan de uitdagingen rond demografie, zorg, sociale cohesie, welzijn, thuisloosheid, armoede, sociaal beleid, recreatie, cultuur, sport en leefkwaliteit in deze regio. Het opbouwen van een wervend imago van deze regio is eveneens een uitdaging. In het verleden werkte Leiedal ook al rond deze facetten, want zij zijn onlosmakelijk verbonden met het werken aan de werk- en leefomgeving van mensen. Door het verder ontwikkelen van het werkdomein “Mens en samenleving” wil Leiedal deze facetten nog nadrukkelijker betrekken in haar werking. Leiedal wil de komende jaren de intergemeentelijke en streekpartners ondersteunen die actief zijn in de domeinen van wonen, cultuur, sociaal beleid, sport en recreatie en sociale economie. In die ondersteunende rol gaat het over het zichtbaar maken en activeren van de kruisverbanden.
3.1
Wonen ●
● ●
●
●
●
Opmaken van plannen en studies ter ondersteuning van de rol van de gemeente als regisseur van het lokaal woonbeleid zoals de sectorstudie wonen Menen, het lokaal toewijzingsreglement, het luik wonen binnen de herziening van het GRS Anzegem. Ondersteunen van gemeenten bij lokaal woonoverleg. Verder ontwikkelen van regionale visievorming rond wonen in het bijzonder rond de ruimtemonitor wonen, de problematiek van appartementisering en maatschappelijke ontwikkelingen rond collectief wonen. Warmer Wonen (zie ook 8.3 Klimaatneutrale regio): o Als programmaregisseur ‘Warmer Wonen’ de schaalvergroting en versnelling nastreven van de begeleiding naar kwalitatieve energiezuinige renovatie in de regio. o Samenwerken met bedrijven en kennisinstellingen met als doel de energieambitie van woningrenovatie te verhogen. Dit zal gebeuren in het kader van het IWTproject ‘RenBEN’ en het Horizon 2020-project ‘REFURB 2.0’. o Inzetten op een sterkere ondersteuning van eigenaars om de niet-technische barrières bij woningrenovatie (zoals ontbreken van knowhow en projectmanagement) weg te werken, de private investeringen te doen toenemen, de woningrenovatiegraad te verhogen en de CO2-uitstoot te reduceren. o Organiseren van groepsaankopen rond energie, samen met de lokale besturen. Focus op duurzaam wonen bij het ontwerp en de realisatie van woonprojecten: o De kennis omtrent waterhuishouding, verworven in het kader van de woonzone Losschaert, inzetten in geplande (woon)projecten. o Verderzetten van het intern traject om in de ontwerp- en realisatiefase van de eigen woonprojecten relevante duurzaamheidsaspecten te integreren. Opvolgen van het beleidsdomein ‘woonzorg’ in het bijzonder het regionaal strategisch plan woonzorg en de evoluties op wetgevend vlak rond woonzorg.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
3.2
Cultuur ● ● ●
3.3
Sociaal beleid ● ● ●
3.4
Ondersteunen van W13 via shared services (huisvesting, ondersteunende diensten) en via samenwerkingsprojecten. Ondersteunen van W13 met specifieke technische en inhoudelijke expertise vanuit de werkdomeinen en werklijnen van Leiedal. Organiseren en ondersteunen van groepsaankopen (bv. groepsaankoop zonnepanelen, isolatie ...) mede ter ondersteuning van het bestrijden van energiearmoede.
Sport en recreatie ●
3.5
Ondersteuning van de werking van zuidwest via shared services (huisvesting, ondersteunende diensten) en samenwerkingsprojecten (zoals onroerend erfgoed). Meewerken aan de operationele uitbouw van het regionale project UiTpas. Samenwerking bij de uitrol van de regionale werking rond roerend erfgoed (in de schoot van zuidwest) en het onroerend erfgoed (binnen de intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst IOED).
Opvolgen en uitvoering helpen geven aan de beleidsopties genomen op basis van de resultaten van het in 2014 en 2015 gevoerde onderzoek naar de mogelijkheden om intergemeentelijke dan wel regionale schaal een zwembadinfrastructuur te ontwikkelen.
Sociale economie ● ●
Participeren aan het Regionaal Overleg Sociale Economie (ROSE) en expertise aanbieden aan W13 (cf. 1.8 Sociale economie verweven met lokale economie). De beslissing van 2015 omtrent de ondersteuning van de werking van Kanaal 127 wordt aangehouden.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
4
Werklijn e-Government Leiedal wil haar opgebouwde kennis en ICT-instrumenten valoriseren, en zo de kostenefficiëntie en bestuurskracht van lokale besturen te verhogen. ICT en e-Government kunnen tot aanzienlijke winsten in de werking leiden. Leiedal wil lokale besturen ondersteunen om op een overwogen manier in te spelen op technologische ontwikkelingen en de wijzigende verwachtingen van burgers en ondernemingen. Innoveren blijft een sleutelwoord in de e-Governmentwerking, waarbij extra aandacht blijft gaan naar het vertalen van deze innovatie in zowel de dagelijkse werking van de lokale besturen en hun elektronische dienstverlening als de eigen werking van Leiedal.
4.1
Brede aanpak e-Government, focus op visie en aanpak ● ●
4.2
ICT laten renderen en bestuurskracht versterken ● ●
●
●
●
4.3
Inhoudelijk debatteren met de regio rond digitale dienstverlening en communicatie waarbij de gemeentelijke processen overstegen worden. De Europese en Vlaamse doelstellingen stipuleren dat alle interacties met de overheid digitaal moeten kunnen. In 2016 wil Leiedal de ambities van het Vlaamse ‘Radicaal Digitaal’ en de Europese ‘Digitale Agenda’ vertalen naar gemeentelijke en intergemeentelijke ambities en een aansluitend werkprogramma.
Het ondersteunen van de gemeenten bij hun ambitie om elektronische dienstverlening verder te ontwikkelen bij de interacties tussen lokale overheid en burger. Het ontwikkelen van shared services rond data-infrastructuur, databeheer en data-analyse met het oogpunt om schaalvoordelen te genereren. We willen gemeenten ondersteunen bij het optimaal aanwenden van beschikbare informatie en data en samen op zoek gaan naar het creëren van meerwaarde zoals het beschikbaar maken van open data. Het technisch en methodologisch ondersteunen van gemeenten om hun (geografische) data te aggregeren in informatiesystemen. Dit moet leiden tot meer automatisatie, data-centralisatie, het verhogen van efficiëntie en het creëren van een meerwaarde in bestuurskracht. Digitale en analoge administratieve processen op een slimme manier optimaliseren en implementeren. De LEAN-methodiek laat toe om veranderingsprocessen te laten renderen door weerstand en verspilling weg te nemen. Op maat begeleiden van gemeenten bij het behandelen van digitale gegevens, informatieveiligheid en privacy.
Open data en mobiele toepassingen De toepassingen die binnen Europese projecten ontwikkeld werden, verder valoriseren en bruikbaar maken: ● Het monitoren en aanwenden van sociale media als communicatiemiddel. Via rollenspellen communicatieambtenaren trainen in het optimaal beheren van sociale media kanalen. ● Het beoordelen van de paraatheid waarmee een gemeente kan/wil inzetten op sociale media. ● Het aanbieden van een begeleidingstraject voor open data. Daarbij wordt bij de gemeenten gekeken welke data voorhanden is en wordt een infrastructuur uitgebouwd die het toelaat om regiobreed informatie aan te bieden in een gestructureerd en open formaat. LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
● ● ● ● 4.4
Bestaande platformen verbreden en verdiepen ● ●
4.5
Evaluatie en toetsing van de bestaande samenwerking van de Digitale Regio Kortrijk. Voorbereiden, op basis van interne en externe analyses van de websites, van de thematieken en werven van het samenwerkingsverband 2017-2019. Niet-limitatief zijn dit: o Het versterken van digitale communicatie binnen en buiten de gemeente. o Het bepalen van de randvoorwaarden voor de implementatie van verdere koppelingen met het Customer Relationship Management systeem (CRM). o Het optimaal aanwenden van de functionaliteiten van geoloketten. o Het ontwikkelen van een regiobreed platform waarbij open data aangeboden wordt. o Het automatiseren van geoprocessen en centraliseren van geografische data. o De maatschappelijke ontwikkelingen van breedband in de regio volgen en inspelen op opportuniteiten voor samenwerkingsverbanden met het oog op hoge snelheid dataverkeer, informatiedeling en kostenefficiëntie. o Het efficiënt beheren van erfgoed door koppelingen te maken met beeldbanken.
Uitbouwen van een multikanaalsdienstverlening ●
● ●
●
4.6
De organisatie van hackathons om open data te valoriseren. Het continueren van applicaties die het handhavingsbeleid in de regio kunnen verbeteren. Binnen de Digitale Regio Kortrijk (DRK) samenwerkingsmodellen voorstellen die open data en de eraan gekoppelde shared services verder uitbouwen en ondersteunen in de regio. Het linken van waardevolle (open) data en het visualiseren in slimme front-end applicaties.
Het integraal benaderen, analyseren en ondersteunen van gemeenten bij hun digitale, mobiele en sociale communicatiekanalen en het technisch begeleiden bij de realisatie van hun prioriteiten. Het ondersteunen van gemeenten bij hun lokale dienstverlening door methodes te ontwikkelen en aan te reiken voor kanaalsturing en gebruikersonderzoek. Het doorlichten van ICT-gebruik binnen de administraties van de gemeenten met specifieke aandacht voor de bestuurlijke meerwaarde. Op die manier worden de digitale objectieven en strategieën bepaald. Het toepassen van de LEAN-methodiek en procesanalyse voor de ontwikkeling van digitale communicatie bij de gemeenten.
Innovatie vertalen op het terrein ● ● ● ● ●
Het heroriënteren en digitaal inspireren van de gemeenten op domeinen van smart cities, sociale media, open data, data-analyse, data-visualisatie en informatieveiligheid. De deelname aan Vlaamse en Europese onderzoeksprojecten gericht op praktische eGovernment toepassingen en het betrekken van stakeholders binnen de regio bij de realisatie. Het voorbereiden van een nieuwe generatie Vlaamse en Europese e-Governmentprojecten. Het actief participeren aan Vlaamse en Federale beleidsvoorbereiding inzake lokaal eGovernment. Het detecteren en ondersteunen van regionale innovatieve initiatieven om samenwerkingsopportuniteiten te verzilveren. LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
5
Werklijn Proces- en projectregie Om de slaagkansen van processen en projecten gaaf te houden en te verhogen zal Leiedal haar beschikbare deskundigheid in de toekomst nog explicieter aanwenden voor beleids-, participatie- en projectprocessen op lokaal en regionaal niveau en de eigen projecten. Voor kleine, generieke projecten of vragen zal ad hoc advies beschikbaar zijn. Voor meer specifieke, complexe processen en projecten is een integrale begeleiding meer aangewezen.
5.1
Deskundig adviseren van lokale besturen ● ●
5.2
Antwoord op complexe vraagstukken ● ● ●
5.3
Uitvoeren van diverse snelverkennende onderzoeken en haalbaarheidsonderzoeken om lokale besturen en partners te ondersteunen bij een gemotiveerde beleidsvoering. Begeleiden van de lokale besturen bij het realiseren van de kwaliteitsambities via het inschakelen van geëigende methoden en instrumenten (bv. toeleiden naar de WinVorm oproep, Open Oproep van de Vlaamse Bouwmeester, ontwerpend onderzoek, en financiële analyses).
Actief verkennen en begeleiden van diverse PPS-projecten bij lokale besturen. Ondersteunen bij de planvorming en realisatie van reconversieprojecten op bovenlokaal niveau, waaronder Transfo met focus op het nieuwe Transfogebouw, stationsomgevingen ... Inhoudelijk meewerken aan het complex project Hoog Kortrijk (inclusief Kortrijk-Oost).
Regionale visie ontwikkelen door samen te dromen, te denken en te doen De regionale ruimtelijke visie implementeren door samenwerking met lokale en bovenlokale partners en via concrete regionale projecten: ● Blauw-groen netwerk: ‘Groene Sporen II’, ‘Trans.port’ ● Mobiliteit, infrastructuur en publieke ruimte: ‘Samen slimmer naar het werk’, ‘Rekover+’ ● Behoud door ontwikkeling: reconversie en hergebruik. Voorbeelden hiervan zijn ‘Kameleon’, onroerend erfgoed (IOED) en herbestemming parochiekerken. ● Klimaatneutrale regio waaronder aspecten van energie en duurzaamheid. ● Samen met de gemeenten opstellen van een ruimtelijk actieprogramma.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
6
Werklijn Communicatie en participatie In 2016 wil Leiedal nadrukkelijker werk maken van communicatie en participatie in beleidsvormende en -uitvoerende processen. De intercommunale wil ook de stakeholders en burgers nauwer betrekken via interactie en participatie om zo een groter draagvlak te creëren. Leiedal zal actiever en creatiever communiceren. De communicatie zal ook preciezer verlopen, met een goede mix volgens boodschap en doelgroep. Verbeelden en digitaliseren zijn de twee centrale werkwoorden de komende jaren. Onderliggend wil Leiedal een duurzaam, correct en coherent imago opbouwen. De intercommunale wil meer dialoog over de streek en streekprojecten organiseren.
6.1
Actiever en creatiever imago vormen
6.2
Doordacht en effectief communiceren
6.3
Actiever communiceren over het opzet, de regie en de resultaten van de Leiedalprojecten, over de verschillende clusters heen. Indien nodig worden hiervoor nieuwe communicatieacties ontwikkeld en geïmplementeerd (zoals gerichte mailings). Evaluatie en verdere uitbouw van de netwerkformule ‘Uit met Leiedal’ met als doel het netwerk op periodieke basis te betrekken bij eigen initiatieven of externe inspirerende projecten. Waar mogelijk gezamenlijke communicatie voeren met streekpartners over gedeelde en geïntegreerde projecten en acties.
Opstellen van een schematisch en richtinggevend communicatieplan waarmee ieder communicatie-initiatief doelgericht kan bepaald en gestuurd worden conform de behoeften en doelstellingen. Op die manier verzekeren dat de acties optimaal afgestemd zijn op doelstellingen, doelgroepen en stakeholders. Inhoudelijke, technische en vormelijke evaluatie en bijsturing van de website. Optimaliseren van het beheer van de klantenrelaties via een CRM door onder meer de te volgen kanalen in kaart te brengen en in processen vast te leggen. Maximaal koppelen van jaarkalender en inhoudskalender. Uitwerken en implementeren van methodieken rond ‘projectcommunicatie’ om naast de generieke deelelementen de specifieke identiteit van elk project te destilleren. Vinger aan de pols houden m.b.t communicatie bij de gemeenten en de regio door op vaste tijdstippen een communicatiecafé te organiseren. Verbreden van Koffie Leiedal als instrument voor interne communicatie door de in house partnerorganisaties actief te betrekken.
Kijken wordt deelnemen
Regionale projecten bevattelijk maken en dichter bij de burger brengen door laagdrempelige acties op het getouw te zetten. Innovatie in formats en kanalen moeten meer betrokkenheid creëren bij regionale projecten en immobiliaire projecten. Ervaringen op basis van evaluaties van inspraak- en participatietrajecten borgen, intern uitdragen en een kerngroep uitbouwen van medewerkers die kunnen ingezet worden ten behoeve van toekomstige trajecten van onze vennoten. LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
6.4
Werven, verbeelden, digitaliseren
6.5
Diverse formats ontwikkelen en testen op het vlak van cocreatie met zowel de vennoten, streekpartners als met het nieuwe middenveld.
De inhoud van de offline kanalen (brochures, infoborden...) ook digitaal optimaal laten renderen door de teksten en beelden op een verhalende manier in te schakelen (storytelling). Op die manier feitelijke en informatieve communicatie op een wervende manier brengen naar de diverse stakeholders. Doordacht inzetten van cartografische instrumenten en dit naar analogie met de Leieparkkaart. Een beeldenbank (foto, video en ander beeldmateriaal) opzetten die zowel naar opzet, input, beheer als output aan de wensen van de diverse gebruikers en beheerders beantwoordt. De nodige interne communicatie en opleiding voorzien om medewerkers beelden optimaal te laten inzetten. Zowel in het kader van de onthaalfunctie in de kantoren van Leiedal als bij evenementen audiovisuele middelen inzetten om de regio bevattelijker te maken en het streekgevoel te versterken. De huisstijl evalueren, indien nodig bijsturen en toepassen op nieuwe kanalen.
Debatteren over de streek
Samen met de vennoten en streekpartners fora ontwikkelen om zowel bestaande als nieuwe regionale thema’s bespreekbaar te maken om gezamenlijk een geïntegreerde visie en aanpak te ontwikkelen. Verder uitbouwen van de vaste netwerkmomenten (Ontmoetingsavond en Samenkomst) met een maximale inbreng van de vennoten en partners. Tijdens de Samenkomst vooral inzetten op relevante gemeentelijke projecten die een gezamenlijke aanpak vragen, op de Ontmoetingsavond samen nadenken hoe regionaal te anticiperen op toekomstige uitdagingen onder de noemer OPEN [de] TOEKOMST.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
7
Interlokale en interbestuurlijke samenwerking Het behartigen van de belangen van gemeenten en het delen van middelen en expertise zijn kerntaken van Leiedal. Meer nog dan vroeger dient Leiedal te werken als verlengstuk en partner van lokale besturen, als een betrouwbare en dynamische actor in de brede regio en als stakeholder in de grensoverschrijdende samenwerking. Daadkrachtige en effectieve uitvoering van opdrachten, functionele en relevante samenwerking, en openheid voor aansturing door beleidsmakers maken centraal deel uit van de werking.
7.1
De belangen van de gemeenten behartigen ● ● ●
7.2
Delen van middelen en expertise ● ● ●
7.3
Gemeenten ondersteunen met betrekking tot de implementatie van de omgevingsvergunning. Samenwerking met andere samenwerkingsverbanden in het kader van het handhavingsbeleid en de intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst. Ondersteunen van gemeenten bij de inkanteling van de OCMW’s.
Eenvoudiger overleggen, krachtiger aansturen ●
● ●
7.4
Opvolgen van de strategische dossiers van bovenlokaal en regionaal belang. De engagementen die bepaald zijn in de afsprakennota’s en realisatieovereenkomsten professioneel, efficiënt, daadkrachtig en tijdig uitvoeren. Bewaken van de afspraken gemaakt met bovenlokale partners (W&Z, Ruimte Vlaanderen, provincie West-Vlaanderen …).
Op basis van de evaluatie van 2015 verder oriënteren en uitbouwen van de beleidsgroepen als forum waar beleidsmakers de actuele thema’s en uitdagingen bespreken en aftoetsen wat kan leiden tot het opstarten en bijsturen van activiteiten van Leiedal. Opnemen van de coördinatorrol bij de uitvoering van de afspraken, projecten en ambities van het regionaal overleg. Actief betrekken van Vlaamse en federale parlementairen uit de regio in de beleidsvoorbereiding en beleidsuitvoering van regiodossiers.
Nieuwe samenwerking opstarten ●
●
●
Uitbouwen van de rol van Leiedal als platform voor interlokale samenwerking voor die domeinen en sectoren van lokale besturen waar interlokale samenwerking nog geen structurele vorm heeft gekregen. Via debat en andere formules aansluiting zoeken en vinden bij het “nieuwe” middenveld als basis voor verdere innovatie en als voeding voor komende beleidslijnen (nieuwe bewegingen en netwerken, crowdsourcing initiatieven ...). Versterken van de samenwerking van Leiedal, namens de gemeentelijke vennoten, met de sociale partners.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
7.5
Interbestuurlijke samenwerking Actieve en relevante betrokkenheid van Leiedal in intergemeentelijke, regionale, provinciale, Vlaamse en grensoverschrijdende samenwerkingsverbanden.
8
Regionale samenwerkingsverbanden en projecten De regionale projecten van Leiedal kaderen in het RESOC-Streekpact en de strategie Eurometropool 2020 en maken deze plannen concreet op het terrein. Zo helpt Leiedal deze grote en door vele organisaties en besturen gedeelde streekambities realiseren. Bij de opmaak van het RESOCStreekpact 2013-2018 kiezen de partners resoluut voor een geïntegreerde aanpak, over de sectoren heen. Ook de Eurometropoolstrategie 2020 wil krachten bundelen en actuele thema’s zoals economie, tewerkstelling, onderwijs, mobiliteit, energie, wonen, zorg, cultuur, toerisme en omgevingskwaliteit verbinden in projecten.
8.1
Behoud door ontwikkeling ● ● ●
●
8.2
Ondersteunen bij de planvorming en realisatie van reconversieprojecten op lokaal en regionaal niveau zoals Transfo. Kennisdeling en –verspreiding met betrekking tot het beheer en herbestemming van religieuze gebouwen. Communiceren over en implementatie van de uitgewerkte instrumenten en methodieken ontwikkeld binnen het project ‘Kameleon’. Dit past in het kader van de proactieve dienstverlening en het ruimtelijk ontwerpend onderzoek voor de herinvulling van lege plekken in de kernen. Opstarten van de intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst (IOED) met focus op: o de opmaak van een actieplan rond bouwkundig erfgoed; o het oprichten van een pool van archeologen en architecten met expertise in onroerend erfgoed; o het ontwikkelen van een duurzaam partnerschap met de lokale erfgoedactoren; o de verankering in de organisatie.
Mobiliteit, infrastructuur en publieke ruimte ●
●
Uitwerken van ruimtelijke deelprojecten in relatie tot de visie van het strategisch project ‘REgio Kortrijk en Openbaar VERvoer’. Dit gebeurt in het kader van het Vlaams subsidieproject ‘REKOVER(+)’: o Stationsomgevingen op de spoorlijn ‘Leielijn’ van de verstedelijkte Leieregio: Wervik, Menen, Wevelgem, Kortrijk, Harelbeke en Waregem; o Regionale hubs: Hoog Kortrijk, Kortrijk-Oost en de omgeving van de luchthaven Kortrijk-Wevelgem. Ondersteunen van gemeenten en ondernemingen om duurzaam pendelgedrag te promoten en te communiceren over het mobiliteitsbeleid. Dit zal gebeuren via het Vlaamse subsidieproject ‘Samen slimmer naar het werk’. Voor zes tewerkstellingspolen in de regio worden volgende activiteiten uitgevoerd: LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
Verzamelen en visualiseren van woon-werkverplaatsingen; Inzicht verwerven in mobiliteitspatronen rond ondernemingen; Tools en services promoten en oplossingen op maat ontwikkelen; Concrete maatregelen uitrollen (onder voorbehoud van goedkeuring van het Interreg VB NSR project ‘Share North’). Ondersteunen en begeleiden van steden en gemeenten bij belangrijke infrastructurele vraagstukken, uitdagingen rond mobiliteit en missing links in de regionale weginfrastructuur. Hierbij wordt gefocust op: o Het complex project Hoog Kortrijk en Kortrijk-Oost; o De verkeerswisselaar Waregem-Zuid (E17-N382); o De verkeerswisselaar Kortrijk-West en Wevelgem-Gullegem (A19-R8). Streven naar kwaliteitsvolle publieke ruimte: o Werken aan de cocreatie en coproductie van publieke ruimte (onder voorbehoud van goedkeuring van het Interreg VB NSR project ‘CCC3’); o Inzetten van de methodieken rond het inrichten van publieke ruimte die samen met Designregio Kortrijk werden ontwikkeld; o De eigen realisaties inzake bedrijventerreinen en woonprojecten als voorbeeldprojecten gebruiken op gebied van publieke ruimte, en dit zowel bij het ontwerp als bij de uitvoering; o Gemeentebesturen blijvend sensibiliseren over het belang van kwalitatieve publieke ruimte. o o o o
●
●
8.3
Klimaatneutrale regio ●
Verderzetten van de trekkersrol in het programma ‘Warmer Wonen’ waarbij ingezet wordt op het stimuleren van een schaalvergroting en versnelling in de renovatiemarkt om tot een meer kwalitatief woningpatrimonium in de regio te komen: o Verhogen van de energie-ambitie van woningrenovatie in de regio via ‘RenBEN’ (IWT-financiering) en ‘REFURB 2.0’ (Horizon 2020-financiering, Europese Commissie). In beide projecten staat samenwerking met bedrijven en kennisinstellingen centraal; o Renoveren van 30 woningen in Harelbeke, Menen en Kortrijk naar ‘BEN-niveau’. Dit zal gebeuren binnen het IWT-project ‘RenBEN’. De exemplarische waarde van deze renovaties zal gericht worden gecommuniceerd; o Ontwikkelen en uitrollen van een ‘regionale energielabelatlas’ waarmee burgers de energieprestatie van hun woning kunnen nagaan. Deze atlas wordt ontwikkeld in het kader van het Horizon 2020-project ‘Refurb 2.0’.
●
Permanente ondersteuning bieden aan de gemeenten in de vormgeving, uitvoering en communicatie van hun lokaal klimaatbeleid: o Opvolgen van de uitvoering van het regionale duurzame energie-actieplan (2014) door middel van een voortgangsrapportage en een monitoring van de CO2-uitstoot en andere indicatoren; o Uitwerken van lokale acties en plannen ter uitvoering van het lokaal klimaatbeleid. Dit zal onder meer gebeuren via het benutten van de mogelijkheden van monitoring, het voeren van een projectregie en het aanleveren van expertise.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
o o o
●
8.4
Opzetten en ondersteunen van regionale initiatieven zoals groepsaankopen, kennisuitwisseling, en netwerking met stakeholders; Inzetten op de bewustwording bij de burgers via gerichte communicatie; Fondsen werven voor de realisatie van lokale en regionale klimaatneutrale ambities. Alle projecten dienen gekenmerkt te worden door sterke en complementaire samenwerkingsverbanden.
Ruimtelijke integratie van hernieuwbare energie: o Inzetten op de integratie van hernieuwbare energie op bedrijventerreinen. Dit zal gebeuren in het kader van het Interreg VB NSR project ‘BISEPS’ (onder voorbehoud van goedkeuring). o Het project omvat het begeleiden van bedrijven voor de investering in middelgrote duurzame energie-installaties (middelgrote windenergie, warmte-krachtkoppeling, warmte-uitwisseling …) op bestaande bedrijventerreinen; het wegwerken van niettechnologische barrières en het vertalen van deze initiatieven naar bedrijventerreinbeheer.
Blauw-groen netwerk ●
●
●
●
Blijven verbeteren van de landschappelijke en natuurlijke kwaliteit van de Leievallei en dit door een verderzetting van de projectregie van ‘Groene Sporen’. Enkele focusprojecten in 2016 zijn: o De uitbreiding van de digitale Leieparkkaart naar Frankrijk en het fijnmazigere netwerk van beken; o Begeleiden van de gemeenten in de opvolging van het Interreg V FWVL project ‘Valys’ (onder voorbehoud van goedkeuring Europees subsidiedossier); o Uitwerken van een intergemeentelijke Gaverbeekvisie; o Opvolgen van de horizontale verwevenheid van communicatie en participatie doorheen alle deelprojecten (mits goedkeuring van het Interreg V FWVL project ‘Valys’). Organiseren en faciliteren van overleg tussen de Schelde- en Leiegemeenten als platform voor kennisdeling rond een brede waaier aan gedeelde thematieken. Voorbeelden van deze thematieken zijn de gebiedsvisies, riviervalleien, fietsmobiliteit, gezamenlijke initiatieven, en de culturele evenementen. Begeleiden van de gemeenten bij de werkzaamheden in het kader van het project SeineSchelde. De opvolging focust op: o Rivierherstel; o Het complex project Kanaal Bossuit-Kortrijk; o Afwerken, communiceren en waar mogelijk implementeren van de resultaten uit het onderzoek naar potentieel watergebonden bedrijvigheid in het kader van ‘Trans.port bis’ o Begeleiden van de stad Menen en de stad Wervik in het kader van de Leiewerken in functie van een optimale afstemming op de stadsontwikkelingsplannen. Ontwikkelen van lokale klimaatplannen en sensibiliseringsacties door: o Voorbereiden van een Europees project in het kader van het LIFE-programma; o Opvolgen van de klimaatpotentiestudie (onder voorbehoud van goedkeuring van het Europees Interregproject ‘Reveille’) en de begeleiding van gemeenten tot het ondertekenen van de Mayors Adapt. LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
Integreren van de basishemelwaterplannen (conceptniveau) en klimaatplannen. Meewerken aan de expo Water.War! die gericht is op sensibilisering over dringende waterproblematieken als gevolg van de klimaatverandering. Meewerken aan de definiëring en concretisering van de Eurometropolitane Blauwe ruimte door: o De opstart van een ‘Atlas 2.0’; o Medewerking geven aan de opmaak van een Europees aanvraagdossier mee opgenomen door de Eurometropool; o Vertalen van de concepten over de Eurometropolitane Blauwe ruimte in alle projecten van het blauw-groen netwerk. Visie rond open ruimte ontwikkelen door: o Screenen van het aanbod en de nood aan groene en open ruimte in de regio; o Mee inhoudelijk voorbereiden van het VRP-Congres Open Ruimte; o Opvolgen van het VLM/ANB platform ‘Open Ruimte’ via Vlinter. o o
●
●
8.5
Streekontwikkeling ● ●
● ●
Ten volle opnemen van de trekkersrol van Leiedal in het RESOC-Streekpact om samen met de lokale besturen, het middenveld en de bovenlokale besturen specifieke deelacties te realiseren. Participeren in streekorganisaties en streeknetwerken zoals Eurometropool, Transfo, Designregio Kortrijk, WinVorm, Kortrijk In ... De participatie kan zowel financieel, logistiek als door andere vormen van samenwerking. Bijdragen leveren in regionale organisaties zoals Xpo, XIM, XOM, Bedrijvencentrum Kortrijk, Ondernemerscentrum, vzw Mobiel en ROSE. Evaluatie van een verdere financiële deelname aan het Microsoft Innovation Centre (MIC).
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
9
Leiedal als organisatie
9.1
Bestuurlijke werking ● ●
● ● 9.2
Activeren van de uitvoering van de regioprojecten vanuit een trekkersrol. De lokale besturen krijgen nieuwe taken en verantwoordlijkheden. Leiedal denkt actief mee met de lokale besturen over de rol en meerwaarde van een intergemeentelijke aanpak van de gemeenschappelijke uitdagingen en ambities. Leiedal werkt proactief projecten uit ten bate van de lokale besturen en de regio. Faciliteren van effectief en efficiënt overleg op regionale schaal.
Een organisatie die de krachten wil bundelen Leiedal wil als organisatie de vele krachten bundelen, zowel extern als intern. Externe krachtenbundeling: o Namens de lokale besturen ten volle de rol opnemen van actieve partner in overleg op regionale schaal. Inhoudelijk meedenken, proactief werken en kwalitatief uitvoeren. o Actief en proactief samenwerken met (nieuwe) intergemeentelijke samenwerkingsverbanden in de regio met het oog op krachtdadig en overwogen activeren en uitvoeren van een intergemeentelijk en regionaal beleidsprogramma. o Samenwerken met partners om in het belang van de regio en de vennoten antwoord te kunnen bieden op de uitdagingen die door de hogere overheden werden geformuleerd betreffende de rol en werking van intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Interne krachtenbundeling: o Verder implementeren van de methodiek van programmaregie. o Gericht inzetten van medewerkers in projectwerking op basis van competenties, vaardigheden en talenten. o Evalueren en uitbouwen van de methodiek van gemeenteclubs. o Inzetten op het verder uitbouwen van methodieken, instrumenten en vorming ter versterking van programmatorische en projectmatige samenwerking.
9.3
Een transparant en interactief bestuur ● ● ● ●
Evalueren van de verschillende initiatieven die Leiedal onderneemt in het kader van openbaarheid van bestuur. Verder inzetten op het optimaliseren van de leesbaarheid, verstaanbaarheid en toegankelijkheid van bestuursdocumenten. Ten volle uitbouwen van de werking van de beleidsgroepen, in lijn met de in 2015 uitgevoerde evaluatie van haar werking. Actief informeren van gemeentelijke en provinciale politieke en ambtelijke fora over de werking van Leiedal.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
9.4
Een beperkte overhead die zoveel als mogelijk wordt gedeeld met andere organisaties ● ● ●
9.5
Organiseren van gezamenlijke aanbestedingen, raamcontracten en andere vormen van samenaankoop tussen lokale besturen. Ontwikkelen van shared services met intergemeentelijke en streekorganisaties. Maximaal benutten en delen van vergaderfaciliteiten van Leiedal met intergemeentelijke en regionale samenwerkingsverbanden.
Een begeesterende en motiverende organisatie in een regionaal en internationaal netwerk ●
●
●
●
In 2016 wil Leiedal verder bouwen aan de transitie naar ‘Het Nieuwe Werken’ inclusief een ondersteunend modern HR-beleid. Leiedal zet als lerende kennisorganisatie in op ambassadeurschap van medewerkers, zelfregelend teamwork, coachend leiderschap en talentmanagement. Leiedal wil inzetten op toekomstgerichte technologie, een doorgedreven delen van informatie, congruente systemen, het optimaliseren van interne sleutelprocessen, het ondersteunen van projectmatig werken en programmaregie, gedeelde en gedragen methodieken, en het versterken van een interne en externe horizontale coördinatie. Naast vaktechnische vorming, wil Leiedal in 2016 inzetten op opleiding en vorming gericht op gebruik van technologie, intern en extern samenwerken en project- en programmamanagement. Leiedal zet in op professionele medewerkers die klantgerichtheid, transparantie, betrouwbaarheid, samenwerken, wendbaarheid, ondernemen en initiatiefnemen, daadkracht, innoveren en de wil om voortdurend te verbeteren hoog in het vaandel dragen en uitdragen.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
10
Financiën
10.1
Raming financieringsbronnen voor 2016 Tabel 1: Raming financieringsbronnen 2016
10.2
Gewone werkingskosten
Bijz. externe werkingskosten
Totaal
Kosten Financieringsbronnen Toerekening aan eigen realisatie Marge uit verkopen Betaalde opdrachten Subsidies Bijdragen gemeenten Diverse eigen inkomsten
4.670.200,00
716.000,00
5.386.200,00 0,00 83.000,00 2.949.700,00 798.000,00 624.500,00 706.000,00 225.000,00
Totaal
4.670.200,00
83.000,00 2.595.700,00 678.000,00 382.500,00 706.000,00 225.000,00
354.000,00 120.000,00 242.000,00
716.000,00
5.386.200,00
Implicaties voor uitgaven: kostenbeheersing In het beleidsplan 2014-2019 werd een potentiële marge uit verkoop van 2.608.000,00 euro ingeschat. Uitgaande van de huidige inschatting zou deze marge uit verkoop 2.949.700,00 euro bedragen. Mits een aanhoudend rationeel beheer van de uitgaven, is er ruimte voor nieuwe investeringen in gronden, streekontwikkeling en –projecten. Deze investeringen zijn ook nodig om het inkomstenniveau op middellange en op lange termijn op peil te houden.
10.2.1
Implicaties voor de gewone werkingskosten Door het uitblijven van de indexering van de lonen, de daling van de gemiddelde leeftijd van de medewerkers de voorbije twee jaar en de toename van taken en opdrachten (onder meer voor het IOED) is er ruimte ontstaan voor nieuwe aanwervingen. Eind 2015 worden er al een stedenbouwkundig ontwerper en een jurist aangeworven. Een verdere uitbreiding van het aantal medewerkers zal afhankelijk zijn van de toename van betaalde opdrachten en/of van de engagementen binnen de streekontwikkeling en -projecten. Bij de bepaling van de personeelskost werd er tevens rekening gehouden met een index van 1% en een anciënniteitstoeslag van 1%, op jaarbasis dus 2% extra.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
In onderstaande tabel zijn deze principes in cijfers vertaald: Tabel 2: Samenvatting gewone werkingskosten
kosten eigen aan het instituut algemene werkingskosten kosten externen Personeel pensioenen statutairen Afschrijvingen Totaal
Begroting 2015
Beleidsplan 20142019 (jaar 2016)
Begroting 2016
220.000,00 470.000,00 95.000,00 3.200.000,00 138.000,00 210.000,00 4.333.000,00
221.000,00 478.000,00 110.000,00 3.439.000,00 141.000,00 210.000,00 4.599.000,00
229.200,00 454.000,00 109.000,00 3.432.000,00 147.000,00 299.000,00 4.670.200,00
Vanuit de opties van het vereenvoudigen van de bestuurlijke organisatie in de regio kan er in 2016 ook verder gestreefd worden naar het verdelen van overheadkosten met andere intergemeentelijke samenwerkingsverbanden door o.m. een gezamenlijke huisvesting en het gemeenschappelijk gebruik maken van dezelfde algemene diensten. Voor de afschrijvingen wordt er rekening gehouden met een stijging omwille van de investeringen die nodig zijn voor de renovatie van het bestaand kantoorgebouw. Deze zullen wellicht in het voorjaar 2016 worden opgestart. Hiermee wordt rekening gehouden. 10.3
Implicaties voor de bijzondere externe werkingskosten Bijzondere externe werkingskosten zijn uitgaven die gericht zijn op het initiëren, ontwikkelen en ondersteunen van regionale projecten (in de voorbije beleidsperiode waren dit streekontwikkelingsprojecten, e-Governmentprojecten, reconversieprojecten, blauw groenenetwerkprojecten, mobiliteits- en infrastructuurprojecten en energieprojecten). In de periode 2008-2013 bedroegen deze uitgaven in totaal gemiddeld 880.773 euro per jaar. In de begroting 2015 was het voorziene bedrag veel lager dan dit gemiddelde. Uitgaande van de marge uit verkopen is in 2016 te voorzien dat er sterk op deze streekontwikkeling en -projecten kan worden ingezet. In 2016 zal dit bedrag voornoemd gemiddelde benaderen indien alle projecten ingediend voor het verwerven van provinciale, Vlaamse en/of Europese subsidies zouden goedgekeurd worden.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015
PP
Tabel 3: Samenvatting bijzondere externe werkingskosten
Streekontwikkeling Streekprojecten Totaal
Begroting 2015
Beleidsplan 20142019 (jaar 2016)
Begroting 2016
160.000,00 310.500,00 470.500,00
208.000,00 536.000,00 744.000,00
165.500,00 550.500,00 716.000,00
Begroting 2015
Beleidsplan 20142019 (jaar 2016)
Begroting 2016
4.333.000,00 470.500,00 4.803.500,00
4.599.000,00 744.000,00 5.343.000,00
4.670.200,00 716.000,00 5.386.200,00
Tabel 4: Samenvatting raming totale werkingskosten
Gewone werkingskosten Bijzondere externe werkingskosten Totaal
Bij deze begroting werd rekening gehouden met het in 2016 niet indexeren van de bijdrages van de gemeenten en van de uurtarieven die worden toegepast in het kader van de uitvoering van de exclusieve dienstverlening. In het al drie jaar op rij niet indexeren van deze kosten mag echter geen aanleiding gevonden worden om dit automatisch in 2017 ook toe te passen.
LVE/JVT/FME
- a 04 82
- DOC15112 20150901_JAPvoorMAT
- 4 september 2015