Van slachtoffer naar rolmodel De Nieuwe Toekomst, Zeeland Tussenrapport pilotproject 2014/2015 Inhoudsopgave 1.
Inleiding
2.
De aanpak
3.
De Nieuwe Toekomst Zeeland
4.
Aandachtspunten en aanbevelingen
Bijlage 1
De landelijke organisatiestructuur
Bijlage 2
De Zeeuwse organisatiestructuur
Tussenrapport Pilot De Nieuwe Toekomst Zeeland 2014/2015, P. Van der Werff -‐Masson
1
1. Inleiding Het landelijke project De Nieuwe Toekomst is een maatschappelijk participatie project. Het sluit aan bij de nieuwe participatie wetgeving en bevordert zowel lokaal als landelijk de samenwerking van alle betrokken partijen rondom huiselijk geweld. Het doel van het project. De Nieuwe Toekomst (DNT) richt zich op maatschappelijke participatie en economische zelfstandigheid van vrouwen, die slachtoffer zijn geweest van huiselijk geweld. Het is een extra steun om de vrouwen hun eigen potentieel te laten verkennen en activeren. Het is een uitnodiging om hen zelf weer proactief de regie over hun eigen leven te laten nemen, financieel onafhankelijk te worden en een voorbeeld voor hun gezinnen te zijn. Uitvoering. De uitvoering van het project berust op vrijwilligerswerk van vrouwen én maatschappelijk betrokken ondernemers onder de landelijke koepel van de Nederlandse Vrouwen Raad (NVR) en de Federatie Opvang (FO). In Zeeland zijn dat: het “Zeeuws Vrouwen Platform” (ZVP) en Emergis. De 3 andere organisaties in Nederland zijn: het Vrouwen Platform Carree (Overijssel) FNV Vrouw en het FAM Netwerk (Limburg) . Landelijk zijn er negentig vrijwillige vrouwelijke coaches bij het project betrokken. Financiering. Het pilot project wordt in 2014/2015 voor 50% door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap (Directie Emancipatie) en voor 50% door de deelnemende gemeenten gefinancierd. In Zeeland is het CZW Bureau in Goes vertegenwoordiger van alle 13 gemeentes. Na 2015 vervalt de financiële deelname van het ministerie. Achtergrond & historie. Jaarlijks worden landelijk rond de 220.000 volwassenen slachtoffer van ernstig en structureel geweld in huiselijke kring. Ruim twee derde van het huiselijk geweld wordt gepleegd door partners of ex-partners. Er zijn aanzienlijke verschillen tussen mannen en vrouwen ten aanzien van de aard en omvang van het huiselijk geweld. De meeste slachtoffers zijn vrouwen. Intimidatie, dreiging en controle over (ex)partner maakt deel uit van het geweld. Dit vindt plaats in de intieme sfeer van het eigen huis en kan maanden soms jaren voortduren waardoor de impact op de slachtoffers bijzonder groot is. Om die reden hebben vrouwen die in of uit de vrouwenopvang of hulpverlening komen vaak een lange weg te gaan voordat ze hun leven weer op de rails hebben en hun eigen kost (weer) kunnen verdienen. Sommigen zijn zodanig fysiek en geestelijk beschadigd dat het hen ook niet meer lukt. Vanwege de specifieke achtergrond van deze groep is een gerichte aanpak ontwikkeld. De methodiek richt zich op vrouwen die, na een periode van opvang en hulpverlening, toe zijn aan het zetten van stappen op weg naar een betere toekomst voor henzelf (en hun kinderen). In de vrouwenopvang zijn alle vrouwen begeleid met de methodiek “Krachtwerk” waarin de vrouwen ondersteund worden bij het inventariseren van hun krachten en ambities. De methodiek van “De Nieuwe Toekomst” sluit hier goed op aan en is specifiek gericht op het empowerment van vrouwen om proactief aan de slag te gaan om een baan te vinden, een opleiding te volgen of om vrijwilligerswerk te doen. Financiële onafhankelijkheid is het uiteindelijke doel, omdat daarin de beste langdurige bescherming ligt tegen huiselijk geweld.
Tussenrapport Pilot De Nieuwe Toekomst Zeeland 2014/2015, P. Van der Werff -‐Masson
2
De vrouwen die in aanmerking willen komen voor deelname aan het traject moeten de Nederlandse taal in voldoende mate beheersen om de training te kunnen volgen en vooral ook gemotiveerd zijn om uit hun isolement te stappen en maatschappelijk te participeren. Van maart 2012 tot april 2013 heeft de NVR in samenwerking met Carree en de FNV-Vrouwenbond een landelijke pilot gehouden in Overijssel. Twee-derde van de 18 deelnemende vrouwen heeft de training afgerond en is maatschappelijk gaan participeren. Dankzij deze zeer positieve resultaten is besloten om in 2014-2015 dit project landelijk in 8 gemeentes in Nederland uit te rollen na aanpassing van de methodiek. Beoogd wordt De Nieuwe Toekomst in de regio’s te implementeren als een regulier empowerment programma voor deze doelgroep. 2. De aanpak Het doel van het project is om in een jaar tijd de deelnemers van slachtoffer naar rolmodel te laten groeien. De gehanteerde methodiek is opgebouwd uit drie stappen: a) Voorselectie van de deelnemers door vrouwenopvang of een maatschappelijke organisatie en een intake gesprek met de coördinator ; b) Het trainen van deelnemers door speciaal opgeleide professionele trainers in “De Toekomstwerkplaats”; c) Het begeleiden van deelnemers gedurende 9 maanden door een vrijwillige coach. De voorselectie. De voorselectie is een belangrijke basis voor het slagen van het project en de individuele deelname. De betrokken vrouwenopvanghuizen die de vrouwen al langere tijd begeleiden of de maatschappelijke werkinstellingen kunnen een cliënte op dit project wijzen als ze denken dat de vrouw er aan toe is om haar leven weer in eigen handen te nemen en weerbaar genoeg is om haar kenniskring te vergroten. De intake met de coördinator is een eerste actieve stap naar de nieuwe toekomst. De doelstelling van dit gesprek is om gezamenlijk te verkennen welke mogelijk nog niet benoemde kennis aanwezig is, welke kennis ontbreekt maar vooral een eerste stap om een vertrouwensrelatie op te bouwen tussen de projectuitvoerders en de vrouw zelf. Het trainen van de deelnemers. Het trainen van de deelnemers wordt door professionele trainers uitgevoerd. Ze zijn gespecialiseerd en specifiek opgeleid in de activeringsmethodiek “Toekomstwerkplaats” van De Nieuwe Toekomst en hebben kennis van de doelgroep. Deze methodiek is in een samenwerkingsverband van de Hogeschool Windesheim, de Nederlandse Vrouwen Raad en Federatie Opvang ontwikkeld. De training voor de deelnemers bestaat uit 10 wekelijkse bijeenkomsten in groepsverband van maximaal 12 deelnemers per trainer. Tijdens de tien bijeenkomsten wordt gewerkt aan: -‐ het verkennen van eigen potentieel, talent en passie -‐ door zelfkennis een vooruitblik naar de ideale toekomst -‐ hoe concrete stappen te zetten om deze droom te verwezenlijken en financieel onafhankelijk te worden
Tussenrapport Pilot De Nieuwe Toekomst Zeeland 2014/2015, P. Van der Werff -‐Masson
3
-‐
hoe van slachtoffer naar rolmodel te groeien
Het begeleiden van deelnemers door vrijwillige coaches. Halverwege de training worden de deelnemers aan hun persoonlijke coach gekoppeld. Deze ontmoeten ze regelmatig een op een tijdens de volgende 9 maanden. Na het opbouwen van een vertrouwensband worden de deelnemers aangemoedigd en geholpen om hun leven zelfstandig op te pakken en door werk en inkomen financieel onafhankelijk te worden. De vrijwillige coaches vervullen hierin een belangrijke rol, ook door het delen van hun (professionele) kennis en netwerk. De werving van de coaches. De werving van de coaches is door het aanspreken van bestaande netwerken en het publiceren van oproepen in de lokale kranten op gang gekomen. De coaches zijn door de coördinator geselecteerd en alle begeleiders zijn meerdere dagen in de methodiek en de specifieke vraagstukken van de doelgroep getraind door docenten van de Hogeschool Windesheim. Het samenwerkingsverband. In de vier deelnemende provincies ( Limburg, Noord Holland, Overijsel en Zeeland) wordt de samenwerking vorm gegeven door vrouwenopvang organisaties (bestaande uit de professionele vrouwenopvang, aangesloten bij Federatie Opvang), de vrouwenorganisatie, (aangesloten bij de NVR) en de deelnemende gemeenten. (Zie bijlage 1.) In de Provincies bestaan de teams minimaal uit een contactpersoon vrouwen organisatie en een contactpersoon vrouwenopvang. Per provincie zijn er twee locatieteams die vanuit het provincieteam worden gecoördineerd. In Zeeland is dit net iets anders in verband met een geringer inwoneraantal. (Zie bijlage 2.) 3 De Nieuwe Toekomst Zeeland Het “Zeeuws Vrouwen Platform”(ZVP) heeft als opdracht van de Provincie Zeeland om voor de vrouwen (jong, oud, allochtoon of autochtoon) in Zeeland betekenisvolle activiteiten te ontplooien en samenwerking te bevorderen tussen vrouwen en hun organisaties. Het project “De Nieuwe Toekomst” is vanuit dit perspectief naar Zeeland gehaald. Geschiedenis. In het najaar 2012 heeft het Zeeuws Vrouwen Platform kennis genomen van het pilot project DNT in Overijssel. In april 2013 hebben Emmy Galama en Pernette van der Werff als vrijwillige bestuursleden van het ZVP contact opgenomen met de landelijke stuurgroep en aangegeven interesse te hebben voor het uitrollen van dit project in Zeeland. Na landelijk overleg over de haalbaarheid en financiering - zowel door het ministerie als door het CZW Bureau te Goes - is in september 2014 het project in Zeeland officieel gestart. De coördinator Pernette van der Werff en de twee trainers Rijna Witte (Walcheren) en Bianca Janssen (Zeeuws Vlaanderen) zijn na een sollicitatie procedure benoemd. In september/oktober 2014 heeft het Zeeuwse kernteam een plan van aanpak uitgewerkt. Omdat in Zeeland de twee vrouwenopvangcentra in de Gemeente Terneuzen (Zeeuws Vlaanderen) en in de gemeente Vlissingen (Walcheren) gevestigd zijn, is besloten om voor deze pilot de nadruk van de uitvoering in de genoemde regio’s te leggen. Deelnemers kwamen uit de gemeenten Goes, Hulst, Middelburg en
Tussenrapport Pilot De Nieuwe Toekomst Zeeland 2014/2015, P. Van der Werff -‐Masson
4
Vlissingen en waren voor een groot deel nog onder zorg of nazorg van de opvanghuizen en hun medewerkers. De trainers zijn in november getraind. De werving van coaches en deelnemers is begin november 2014 gestart en de intake gesprekken zijn gehouden in de maanden december 2014-januari 2015. De trainingen van de deelnemers zijn in februari 2015 gestart en in april met uitstekend resultaat geëindigd. Van de 25 ingeschreven deelnemers hebben 21 deelnemers hun certificaat behaald. Betrokken Zeeuwse Organisaties. Naast het Zeeuwse Kernteam (Zeeuws Vrouwen Platform, Emergis Vrouwenopvang en CZW Bureau Goes) heeft Orionis Walcheren dit project actief gevolgd en is Maatschappelijk Werk Walcheren ervan op de hoogte geweest. “De Stichting Droom” Vlissingen heeft op zeer genereuze wijze een trainingslocatie gefaciliteerd en ook “Toonbeeld” (Gemeente Terneuzen) is coöperatief met het project meegegaan. Op deze locaties hebben de 10 trainingsdagen en de certificering plaatsgevonden. Deelnemers achtergrond, kennis en leeftijd. • Van de 25 deelnemers hebben 7 deelnemers de Nederlandse nationaliteit. De overige deelnemers komen uit Oostblok landen of van buiten de EU. Het kennisniveau varieerde van 6 jaar basisschool tot universitair opgeleid. • Taalkennis NL: voldoende om deze training te kunnen volgen B1/B2-C2 + moedertaal niveau) • Taalkennis: met name Frans (2 Marokkaanse deelnemers hebben BA Frans) , Berbers en Arabisch. Een deelnemer spreekt alle Arabische talen., Slovaaks, Oekraïens. Resultaten eind april 2015. • Van de 25 beginnende deelnemers zijn 21 deelnemers gecertificeerd. • Van de 21 gecertificeerde zijn twee fulltime aan het werk (horeca) (wasserette) en zijn en drie deeltijd aan het werk (2 x schoonmaak), (1 in schoenenzaak) • Meerdere deelnemers zijn actief met vrijwilligerswerk (ouderen en gehandicapte zorg). Een deelnemer is ingeschreven bij Scalda voor een MMZ Niveau 3 opleiding vanaf het nieuwe schooljaar. • De ambities liggen met name bij sommige jonge vrouwen hoog, zoals een diploma halen om docente Frans te worden op een middelbare school, werken met gehandicapten, satirische theater stukken schrijven, werken in de horeca, rolmodel zijn en werken met vrouwen in de opvang, of zelfstandig ondernemer worden. • Wat opvalt is dat alle deelnemers ondanks soms zware fysieke beperkingen weer actief alle mogelijkheden oppakken die hen aangeboden worden. Een deelnemer heeft bijvoorbeeld op uitnodiging bij Orionis Walcheren al twee keer een presentatie over dit project gegeven. Vooruitblik De Nieuwe Toekomst Zeeland. Aan de hand van de zeer positieve tussentijdse resultaten wordt halverwege het project door alle betrokken partijen de wens geuit om De Nieuwe Toekomst als vast empowerment programma voor deze doelgroep in Zeeland ( 2016-2017) te vestigen.
Tussenrapport Pilot De Nieuwe Toekomst Zeeland 2014/2015, P. Van der Werff -‐Masson
5
Tweede helft van de pilot. In de tweede helft van de pilot gaat de aandacht naar de volgende punten: -‐ Terugkomdagen voor deelnemers - Intervisie bijeenkomsten coaches en trainers -‐ Effectievere PR -‐ Versterking van de bedding voor deze doelgroep als preventie voor generatie overschrijdende vraagstukken -‐ Waarborging van opgebouwde kennis -‐ Waarborging van financiering - Uitwerking stappenplan voor solide vestiging van het project in Zeeland 4 Aandachtspunten en aanbevelingen Het CZW Bureau te Goes zal in samenwerking met de gemeentes, de betrokkenen instanties en het Zeeuws Vrouwen Platform kijken hoe de financiering gewaarborgd kan worden voor 2016/2017. Een aandachtspunt is het feit dat de Zeeuwse situatie als gevolg van de reisafstanden afwijkt van het landelijke beeld, waardoor geen minimale vergoeding voor vrijwilligerswerk is gewaarborgd. Om zicht te krijgen op de financiële effecten van dit initiatief voor de afzonderlijke gemeenten, is het wenselijk om de resultaten van te monitoren. Immers het bespaart een gemeente gemiddeld per jaar €10.000 wanneer een vrouw uit een uitkering naar werk en eigen inkomen uitstroomt. Het Zeeuws Vrouwen Platform is een vrijwilligers bestuur en dit project is met name door Emmy Galama (voorzitter) en Jet Dominicus (penningmeester) gesteund. Voor het goede verloop van het project zou het wenselijk zijn om een extra bestuurslid ter ondersteuning van het project aan te trekken. Concluderend kan gesteld worden dat met het project De Nieuwe Toekomst het Zeeuws Vrouwen Platform met zowel landelijke als lokale partijen in samenwerking is getreden om de opdracht van de Provincie Zeeland - om voor alle vrouwen (jong, oud, allochtoon of autochtoon) van Zeeland betekenisvolle activiteiten te ontplooien en samenwerking te bevorderen tussen vrouwen en hun organisaties - te waarborgen. Het project heeft niet alleen de maatschappelijke participatie van de betrokken vrouwen significant verhoogd maar is door de brede samenwerking met zelfstandige ondernemers, professionele coaches met verschillende specialismen, hoofden van HR afdelingen, gepensioneerde leidinggevenden en gepassioneerde vrouwen een mooi voorbeeld van een breed gedragen aanpak die leidt tot integratie en sociale cohesie. De opbouwende ontmoetingen hebben bijgedragen aan een betere acceptatie van verschillen en een bewustwording van de (noodzaak van een) eigen bijdrage aan een sociale betrokkenheid die generatie overschrijdend is. 25 juni 2015 C. Pernette van der Werff – Masson Coördinator De Nieuwe Toekomst Zeeland
Tussenrapport Pilot De Nieuwe Toekomst Zeeland 2014/2015, P. Van der Werff -‐Masson
6
Bijlage 1
De landelijke organisatie
Stuurgroep
Projec-eam
Contactpersonen overleg
Team Limburg
Team Noord Holland
Stuurgroep Voorzitter Lid stuurgroep
Team Overijssel
Team Zeeland
Lid stuurgroep VNG
: Dieny Scheffers namens NVR bestuur : Wilma Wielakkers namens Vrouwenopvang / Federatie Opvang : Ico Kloppenburg
Projectteam Projectleider namens NVR Projectleider namens FO
: Yvonne Carels : Avalon de Bruijn
Contactpersonen overleg Voorzitters Contactpersoon Overijssel Contactpersoon Limburg Contactpersoon Zeeland Contactpersoon Noord Holland
: Yvonne Carels & Avalon de Bruijn : Willemien Penterman : Charlotte van Dijk : Emmy Galama : Lili Brouwer
Tussenrapport Pilot De Nieuwe Toekomst Zeeland 2014/2015, P. Van der Werff -‐Masson
7
Bijlage 2
De Zeeuwse organisatie
Contactpersoon Coördinator Kernteam
Contact persoon: Project Coördinator: Kernteam Zeeland: Irma de Muijnck: Saskia Ummels: Emmy Galama : Pernette van der Werff :
Emmy Galama Voorzitter ZVP Pernette van der Werff-Masson ZVP Emergis Vrouwenopvang CZW Bureau Goes (13 Zeeuwse gemeenten) ZVP ZVP
Tussenrapport Pilot De Nieuwe Toekomst Zeeland 2014/2015, P. Van der Werff -‐Masson
8