Eenmalige subsidiebetaling Toelichting 16/2/2015
Achtergrond Herclassificatie alternatieve subsidies door INR: <2014: Gespreide aanrekening gezien voorwaardelijkheid o.b.v. bezettingsnormen >=2014: Voorwaardelijkheid niet aanvaard, aanrekening ineens voor het PA subsidie op moment van betaling van de 1e gebruikstoelage (GT) Gebruikstoelage = kapitaal + intrestdeel Bij blijvende uitbetaling via gebruikstoelage dient intrest nog verder te worden aangerekend. Overweging: Gezien alternatieve subsidie budgettair ineens aangerekend, kunnen we die (onder voorwaarden) ook ineens uitbetalen voor het openstaande saldo van het principieel akkoord? Voordeel voor overheid: intrest uit gebruikstoelage dient niet meer aangerekend
Belangrijk: principe van eenmalige uitbetaling werd goedgekeurd, modaliteiten kunnen nog wijzigen
Het mechanisme Overheid leent aan intrestvoeten lager dan de bancaire intrestvoeten (intrestvoet overheidsschuld op 20 jaar vast: 1,1%) Overheid betaalt kapitaalsubsidie voor openstaande kapitaalsaldo ineens uit aan voorzieningen Overheid realiseert intrestbesparing voor het verschil tussen intrestvoet in gebruikstoelage – intrestvoet overheidsschuld Voorzieningen kunnen bancaire leningen, intrestlasten en eventuele zekerheden vermijden
Voordelen voor de sector Direct: grotere solvabiliteit en financiële flexibiliteit meer onderhandelingsruimte voor eventuele toekomstige projecten
Direct: besparing van leninglasten Intrestkosten Aanverwante kosten & tijdsinvestering lening: Wetgeving overheidsopdrachten (indien nog nieuwe lening) Kosten van eventuele zekerheden: waarborgpremie (bij VIPAwaarborg), hypotheken
Indirect: intrestbesparing voor de overheid wordt geherinvesteerd in de sector voor nieuwe projecten.
Uitbetaling openstaand kapitaalsaldo van het principieel akkoord: Openstaand kapitaalsaldo van het PA subsidie = PA subsidie – kapitaaldeel van reeds betaalde gebruikstoelagen Voorbeeld: Voorziening: PA subsidie van €1 mio in 2013 Aanvangsbevel in 2013, gebruikscoëfficiënt 6,4781% Gebruikstoelage = 6,4781% x €1 mio = €64.781/jaar Vraag: indien reeds 1 gebruikstoelage in 2014 werd betaald, waarop heeft de voorziening recht bij eenmalige uitbetaling?
Voorbeeld: openstaand saldo
basisbedrag (BB) openstaand BB intrestdeel
aantal betalingen intrest gebruikstoelage
(indicatief) jaar 1GT
aantal_betalingen 1 2 3 4 5
1.000.000,00 automatisch ingeladen 961.263,00 berekend 25.035,13 berekend aantal betaalde gebruikstoelagen, indien cijfer < 0: betaling gebruikstoelage nog niet begonnen
1 automatisch ingeladen 2,6044 automatisch ingeladen 64.781,00 automatisch ingeladen
jaar waarin eerste gebruikstoelage werd betaald of indicatief indien nog geen eerste gebruikstoelage
2014 automatisch ingeladen
beginkapitaal intrest 1.000.000,00 961.263,00 921.517,13 880.736,13 838.893,02
kapitaaldeel 26.044,00 25.035,13 23.999,99 22.937,89 21.848,13
eindsaldo 38.737,00 39.745,87 40.781,01 41.843,11 42.932,87
gebruikstoelage= intrest+kapitaaldeel 961.263,00 64.781,00 921.517,13 64.781,00 880.736,13 64.781,00 838.893,02 64.781,00 795.960,15 64.781,00
Indien reeds 3 betalingen: openstaand saldo = 880.736,13 euro
Voorwaarden voor eenmalige subsidiebetaling Eenmalige subsidiebetaling van toepassing op goedgekeurde alternatieve subsidies met principieel akkoord Keuzevrijheid van de voorziening om eenmalige subsidiebetaling te vragen Indien keuze voor eenmalige subsidiebetaling: verplichte terugbetaling voor: OCMW’s: VIPA-projectleningen boven 40% van het bouwplafond, gelimiteerd tot 60% bouwplafond VZW’s: VIPA-gewaarborgde leningen boven 40% van het bouwplafond Bouwplafond = 10/6 x kapitaalsubsidie = theoretische bouwkost
VZW: illustratie bouwplafond en terugbetaling leningen Ongewaarborgde lening
Eigen inbreng 40% van bouwplafond €400.000
PA subsidie 60% van bouwplafond €600.000
Bouwkost boven bouwplafond € 200.000
Bouwplafond = theoretische bouwkost = PA Waarborg = €1.000.000
Welk deel van de leningen terug te betalen? Enkel gewaarborgde leningen uit rode deel (60%) : reden? Indien eenmalige subsidiebetaling, is er geen voorfinanciering van gebruikstoelagen meer nodig voor de subsidie van 60% van het bouwplafond. Enkel 40% van het bouwplafond voor eigen inbreng kan nog worden aangehouden. Berekening verplicht terug te betalen deel van de gewaarborgde lening: 10
PA waarborg = × PA subsidie 6 40% van de gewaarborgde lening hoeft niet te worden terugbetaald: 10 4 = × PA subsidie × 6 10 2 = × PA subsidie 3 Het deel van de gewaarborgde lening dat wel direct moet worden terugbetaald: 2 3
Het nog openstaand bedrag (saldo) van de gewaarborgde lening − PA subsidie
Lening = voor openstaand kapitaalsaldo Voor kapitaalsaldo, parallel met subsidieuitbetaling = ook voor openstaand saldo In opnameperiode: Opgenomen bedragen op 1/9/2015 Na opnameperiode, in aflossingsperiode: Saldo na aflossing kapitaaldeel, op 1/9/2015 Tijdstip Y: uitbetaling vermoedelijk 2e jaarhelft 2015 In opnameperiode: hou rekening met situatie op dat tijdstip, na eventuele verdere opnames In aflossingsperiode: idem, hou rekening met aflossing op dat tijdstip
OCMW’s : projectlening? Identieke formule: Verplichte terugbetaling lening = Het nog openstaand bedrag (saldo) van de 2 3
gecorrigeerde projectlening − PA subsidie
Probleem: projectlening omvat ook deel boven bouwplafond, vandaar correctie met beperking tot bouwplafond Berekening verplicht terug te betalen deel van de projectlening: 40% van het bouwplafond en het deel boven het bouwplafond moeten niet worden terugbetaald. Het deel van de projectlening dat wel direct moet worden terugbetaald: Het nog openstaand bedrag (saldo) van de projectlening 2 −(𝐰𝐞𝐫𝐤𝐞𝐥𝐢𝐣𝐤𝐞 𝐛𝐨𝐮𝐰𝐤𝐨𝐬𝐭 − 𝐛𝐨𝐮𝐰𝐩𝐥𝐚𝐟𝐨𝐧𝐝) − PA subsidie 3 Belangrijk: bouwplafond voor berekening van verschil met werkelijke bouwkost = geïndexeerd PA subsidie (basis voor gebruikstoelage) x 10/6 en niet het uitstaand kapitaalsaldo (<> commentaar rekenblad).
OCMW’s : projectlening? Identieke formule: Verplichte terugbetaling lening = Het nog openstaand bedrag (saldo) van de 2 3
gecorrigeerde projectlening − PA subsidie
Probleem: projectlening omvat ook deel boven bouwplafond, vandaar correctie met beperking tot bouwplafond Berekening verplicht terug te betalen deel van de projectlening: 40% van de projectlening en het deel boven het bouwplafond moeten niet worden terugbetaald. Het deel van de projectlening dat wel direct moet worden terugbetaald: Het nog openstaand bedrag (saldo) van de projectlening 2 −(werkelijke bouwkost − bouwplafond) − PA subsidie 3
In het voorbeeld: Deel niet verplicht terug te betalen: 2 (€1.200.000 – €1.000.000) + ∗ €600.000 3 = €200.000 + €400.000 = €600.000 (blauw + groen) Verplicht terug te betalen: Indien €700.000 projectlening: €700.000 - €600.000 = €100.000
Stappenplan (voorbeeld VIPA-002) Stap 1: raadpleeg openstaand bedrag subsidie waarop recht bij eenmalige uitbetaling: Tabblad “interesseformulier”: cel B10 Tabblad “openstaande subsidie”: detail over berekening op basis van reeds betaalde gebruikstoelagen in kolom F Stap 2: vul de op 1/09/2015 opgenomen gewaarborgde lening (vzw) of projectlening in in “interesseformulier”, cel B13: In opnameperiode: opgenomen bedrag In aflossingsperiode: openstaand kapitaalsaldo Belangrijk voor OCMW’s: beperking tot bouwplafond
Stappenplan: voorbeeld stap 2 voor OCMW In geval van OCMW moet enkel rekening gehouden met de projectlening tot beloop van het bouwplafond In te vullen bedrag in B13 = A-B A = opgenomen deel (in opnameperiode) of kapitaalsaldo (in aflossingsperiode) van projectlening B = MAX((werkelijke bouwkost – bouwplafond);0) of: positief verschil werkelijke bouwkost en bouwplafond (=geïndexeerd PA subsidie)
Stappenplan: voorbeeld stap 2 voor OCMW Voorbeeld: Werkelijke bouwkost = €1.500.000 PA subsidie = €600.000 Welk bedrag invullen bij een projectlening van: Geval a) €200.000 Geval b) €600.000 Geval c) €1.500.000 Oplossing: Bepaal overschrijding werkelijke bouwkost van bouwplafond: 10
Bouwplafond = ∗ €600.000 = €1.000.000 6 Deel boven bouwplafond= €1.500.000 - €1.000.000 = €500.000 Dit deel moet in mindering worden gebracht op de opgenomen bedragen van de projectlening.
Op te nemen bedrag in cel B13: Geval a) 200.000 – 500.000 = -300.000 => 0 Geval b) 600.000 – 500.000 = +100.000 Geval c) 1.500.000 – 500.000 = +1.000.000
Stap 3: excel berekent het verplicht terug te betalen deel van de lening Positief verschil van: 2 Openstaande gewaarborgde lening − ∗ bedrag eenmalige 3 subsidiebetaling Voorbeeld: Basisbedrag subsidies = 600.000 euro Geen enkele gebruikstoelage werd betaald, dus bedrag staat volledig open Hoeveel terug te betalen lening bij een opgenomen gewaarborgde lening of projectlening van: Geval a) €100.000 Geval b) €400.000 Geval c) €700.000 Geval d) €1.000.000
Stap 3: excelberekening verplicht terug te betalen deel van de lening in euro
1.000.000
700.000
400.000
(a) 100.000 terug te betalen
0
(b) 400.000 0
(c) 700.000 300.000
(d) 1.000.000 600.000
Stap 4: tussenkomst in wederbeleggingsvergoeding Verbrekingskosten: Wederbeleggingsvergoeding aan de bank voor intrestverlies op vervroegd terugbetaalde leningen of kosten terugdraaien indekkingsinstrumenten Verbrekingskosten hoog in geval van leningen met: Vaste intrestvoet Variabele intrestvoet met nog lange looptijd tot eerstvolgende renteherziening
Tussenkomst overheid is beperkt tot verschil tussen A-B: A: Intrestbesparing overheid door niet meer uitbetalen gebruikstoelagen = intrestdeel van eerstvolgende gebruikstoelage (2015/16) B: intrestvoet die overheid betaalt op de schulden aangegaan voor de eenmalige subsidie-uitbetaling Zie tabblad “Interesseformulier”, cel B22
Stap 5: welke 3 interesses moet aanvrager kenbaar maken? Interesse 1: volledige eenmalige subsidiebetaling: Interesseformulier, Cel B26: Ja = 1 Nee = 0
Indien interesse voor eenmalige subsidiebetaling: Interesse 2: volledige eenmalige subsidiebetaling mits betaling van ‘terug te betalen leningen’ in cel B16: In cel B32: Ja= 1 Nee= 0
Interesse 3: Of indien terug te betalen leningen (cel B16) < eenmalige subsidiebetaling (B10): Geen terugbetaling lening Verminderde eenmalige subsidie = volledige eenmalige subsidiebetaling (B10) – terug te betalen lening (B16)
Stap 5: illustratie verminderde eenmalige subsidie Voorbeeld uit stap 3: geval c: Volledige eenmalige subsidiebetaling= €600.000 Reeds opgenomen leningbedrag (gewaarborgd of projectlening=B13) = €700.000 Leningterugbetaling (B16): 2 3
Opgenomen lening − ∗ eenmalige subsidiebetaling 2 3
= €700.000 − ∗ €600.000 = €300.000
Alternatief: vermindering eenmalige subsidie met leningterugbetaling: Volledige eenmalige subsidiebetaling – lening-terugbetaling = €600.000 – €300.000 = €300.000 Restsaldo wordt uitbetaald via gebruikstoelagen
Indicatieve interesse volgens status lening Informatie ter ondersteuning van interesse: B16: terug te betalen leningen B22: wederbeleggingsvergoeding
Interessegroep 1: geen verplichte terugbetaling lening: Wanneer? (Nog) geen leningen Vzw’s: gewaarborgde leningen beperkt tot 40% bouwplafond OCMW’s: projectleningen beperkt tot: 40% bouwplafond + (bouwkost – bouwplafond) Voorzieningen in bouwperiode: Indien nakende leningen: probeer flexibiliteit in financiering in te bouwen (bv. overbruggingskrediet) Voorzieningen met reeds in gebruik genomen gebouwen: Voorbeeld: financiering met eigen liquiditeiten, ongewaarborgde leningen en beperkte gewaarborgde leningen Voordeel eenmalige betaling: versterking van eigen middelen voor andere projecten Volledige eenmalige subsidiebetaling: cel B26=B32 = 1
Indicatieve interesse volgens status lening Interessegroep 2: partiële, verminderde eenmalige subsidie verplichte leningterugbetaling < eenmalige subsidiebetaling? Indien ja: keuze voor verlaagde eenmalige subsidie, deel verplichte leningterugbetaling verder uitbetaald via gebruikstoelagen In te vullen: B26=B36=1 Interessegroep 3: leningen in opnameperiode: Vergelijk de kostprijs voor terugbetaling van “terug te betalen leningen” + kostprijs in geval van geen verdere opname gewaarborgde leningbedragen boven 2/3 eenmalige subsidiebetaling (bv. in opnameperiode) met overheidstussenkomst (=B22) Door de bank aangerekende kostprijs < tussenkomst overheid in verbrekingskosten? U kan nog waarborg bekomen voor 2/3 van PA subsidie.
Indicatieve interesse volgens status lening Interessegroep 4: leningen met variabele intrest en korte duur tot aan eerste renteherzieningsdatum: Beperkte wederbeleggingsvergoeding Wanneer minder interessant (maar vrijblijvende keuze) i.f.v. wederbeleggingsvergoeding: Leningen met vaste intrestvoet Leningen met variabele intrestvoet met lange duur tot de eerste renteherzieningsdatum
Timing 1) Instemming met principe van eenmalige subsidiebetaling 2) 25/2/2015: uiterste datum indienen interesse 3) Begrotingscontrole: begin maart + verdere nabesprekingen
4) Midden april: uitsluitsel 5) 2e helft 2015: eerste betalingen (volgens aanrekeningsmoment)
Meer informatie Veel gestelde vragen op website Contact: Liesbet Bohets (ziekenhuizen)
[email protected], 02/553.08.34 Iris Van den Sande (personen met een handicap)
[email protected], 02/553.75.12 Nico Vermeiren (ouderenzorg en personen met een handicap)
[email protected], 02/553.08.31