2014. Pagina 1

NOODPLANNING TISP

Schooljaar 2013 – 2014 Opgesteld: Jan Goos / Julien Gijbels Preventieadviseur Datum: 06/01/2014

Pagina | 1

Inhoud 1.

OVERZICHT VAN VERSCHILLENDE ARTIKELS UIT HET ARAB

5

2.

DE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN

6

2.1 BRANDBESTRIJDINGSMIDDELEN 2.1.1 Uitrusting 2.1.2 Periodieke controles

6 6 6

2.2 De alarminstallatie 2.2.1 Uitrusting 2.2.2 Periodieke controles

7 7 7

2.3

7

Toegang en vluchtwegen

2.4 Interventieploeg 2.4.1 Samenstelling 2.4.2 Opleiding

7 7 8

3.

9

ORGANISATIE VAN DE ONTRUIMING

3.1

Algemene richtlijnen

9

3.2

De crisisstaf

9

3.3

Crisiscentrum

9

3.4

Taakverdeling voor de specifieke opdrachten

10

3.5

Ontruimingsoefeningen

11

3.6

Inhoud evacuatiekoffer

12

4. 4.1

INFORMATIE AAN PERSONEEL EN LEERLINGEN Informatie aan het personeel

13 13

4.2 Brochure personeel DEEL A: brand en evacuatie DEEL B: bomalarm DEEL C: nucleair alarm en SEVESO-alarm

13 14 18 19

4.3

Informatie aan de leerlingen

22

4.4

Brochure leerlingen

22

INFORMATIE AAN DE LEERLINGEN

23

5.

25

EVACUATIEPLANNEN

Pagina | 2

6.

ORGANISATIE EN TAKEN CRISISTEAM

25

6.1

LIJST CRISISTEAM EN BELANGRIJKE TELEFOONNUMMERS

26

6.2

NAMENLIJST

27

6.3

TAKEN/OPDRACHTEN VAN HET CRISISTEAM

28

6.4

TAAKMAP TECHNISCH DIRECTEUR ( of vervanger)

29

6.5

TAAKMAP ADMINISTRATIEF DIRECTEUR ( of vervanger)

30

6.6

TAAKMAP PEDAGOGISCH DIRECTEUR 3 graad( of vervanger)

31

6.7

TAAKMAP LEERLINGENCONTROLE

32

6.8 TAAKMAP ONTHAAL AANWEZIGHEIDSLIJST ONDERHOUDSPERSONEEL

33 34

6.9

TAAKMAP ONDERHOUDSPLOEG

35

6.10

TAAKMAP TAC + T.A.’s

36

6.11

TAAKMAP preventieadviseur

37

6.12

TAAKMAP EHBO- team

38

6.13

TAAKMAP interventieploeg

39

de

6.14 CONTROLELIJSTEN Controlelijst: Verloop van de evacuatie Controlelijst : Lokalen Controleplaats: Blok A Controlelijst : Lokalen Controleplaats: Blok B Controlelijst : Lokalen Controleplaats: Blok C Controlelijst : Lokalen Controleplaats: Blok D Controlelijst : Lokalen Controleplaats: Blok E Controlelijst : Lokalen Controleplaats: Blok F Controlelijst: Lokalen Controleplaats: BlokG+H Controlelijst : Lokalen Controleplaats: Blok I Verzamelstaat controlelijsten gebouwen1/2 Verzamelstaat controlelijsten gebouwen2/2 LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 1 ( oostzijde van de trap) LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 1 (oostzijdevandetrap) LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 1 ( westzijde van de trap) LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 1 ( westzijde van de trap) LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 2 LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 2 LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 3 LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 3 LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 4 LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 6

7.

ANDERE NOODSITUATIES

39 40 42 43 44 45 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62

63

7.1

TAAKMAP CRIMINALITEIT

63

7.2

TAAKMAP ONGEVAL MET PERSONEELSLID

64

7.3

TAAKMAP ONGEVAL MET LEERLING

68

Pagina | 3

7.4

TAAKMAP VOEDSELVERGIFTIGING

71

7.5

TAAKMAP INFECTIEZIEKTE

78

7.6

TAAKMAP ZELFDODING OF ZELFMOORDPOGING

82

7.7

TAAKMAP VERMISTE PERSOON

84

7.8

TAAKMAP ONGEVAL BIJ BUSUITSTAP

85

7.9

TAAKMAP CRISIS BUITEN DE SCHOOL MET DREIGING VOOR DE SCHOOL

86

Pagina | 4

1. OVERZICHT VAN VERSCHILLENDE ARTIKELS UIT HET ARAB



Art. 52.1

Algemeenheden



Art. 52.4

Toegang



Art. 52.5

Uitgangswegen en ontruiming



Art. 52.6

Gasinstallaties



Art. 52.8

Voorkoming van brand



Art. 52.9

Brandbestrijdingsmiddelen



Art. 52.10

Waarschuwing, alarm, organisatie van brandbestrijding



Art. 52.11

Periodieke controle



Art. 52.12

Informatie aan het personeel



Art. 52.13

Plannen



Art. 54

Veiligheidssignalering

Pagina | 5

2. DE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN

In het artikel 52 van het ARAB wordt beschreven welke voorzorgen er genomen moeten worden ter voorkoming en bestrijding van brand. Gezien de school meer dan 50 personeelsleden tewerkstelt, zijn er een aantal voorzieningen wettelijk opgelegd.

2.1

BRANDBESTRIJDINGSMIDDELEN

2.1.1Uitrusting   

 

In de school zijn op verschillende plaatsen waterschuimblussers, poederblussers en CO2 –blussers aangebracht. In het labo chemie is een blusdeken voorzien Bij de centrale verwarmingsinstallaties op stookolie zijn automatische blusinstallaties geïnstalleerd, en alle stookplaatsen zijn voorzien van een noodstop om de gastoevoer af te sluiten; tevens is er een centrale noodstop voorzien om de volledige gastoevoer af te sluiten vanuit de receptie en vanuit de werkplaats onderhoud. Op een grondplan is de plaatsing van de verschillende toestellen aangegeven. Naast de blusapparaten zijn er ook nog 31 haspels.

Aandachtspunten:  De snelblussers moeten voorzien zijn van een Benor-keurmerk (voldoet aan Norm NBN S21-011 tot S21-018)  De poederblussers moeten van het type ABC-poeder zijn.  Waterschuimblussers zijn voorzien in blok F.  CO2 – toestellen zijn voorzien voor:  Keuken  Computerlokalen  Werkplaats onderhoudspersoneel  Werkplaats carrosserie BW2  Spuitcabine houtbewerking EW10

2.1.2Periodieke controles 

 

De preventieadviseur zorgt voor een jaarlijkse controle op de staat van de toestellen. Deze controle wordt ingeschreven op een controleblad. Hierop worden eventuele opmerkingen opgeschreven een doorgegeven aan de vergadering van het CPBW. De belangrijkste aandachtspunten bij de controle zijn:  Intact zijn van de verzegeling (loodje)  Uitwendige beschadiging  Bereikbaarheid en zichtbaarheid van de toestellen  Proper maken van de toestellen (stof en ander vuil)  De verplichte jaarlijkse controle van de toestellen gebeurt door een firma Jaarlijkse controle van de haspels gebeurt door de afd. San. en C.V. aan de hand van een overzichtslijst, te bekomen bij de P.A. Jaarlijkse controle van de noodverlichting gebeurt door de afd. elek. aan de hand van een nog op te maken inventarislijst.

Pagina | 6

2.2 2.2.1

De alarminstallatie

Uitrusting

De school beschikt over een brandalarminstallatie met alarm sirene. Deze wordt automatisch geactiveerd worden door detectoren of manueel geactiveerd worden door het indrukken van de brandmelderschakelaars (rode kastjes) die verspreid zijn over de verschillende gebouwen of door gebruik te maken van een klavier. De installatie dient tevens als inbraakpreventie.

2.2.2Periodieke controles Een jaarlijkse controle van de alarminstallatie wordt door de betrokken firma uitgevoerd.

2.3     

2.4

Toegang en vluchtwegen De uitgangen, nooduitgangen en vluchtwegen zijn met pictogrammen aangeduid. In elk klaslokaal, labo- en praktijklokaal hangen aan de uitgang richtlijnen in verband met de evacuatierichting en de verzamelplaats. Op elk verdiep is een grondplan met de vluchtwegen en aanduiding van nutsvoorzieningen (brandblussers, haspels,….) In de onderrichtingen van de leerlingen en van het personeel staan de wegen beschreven die men in geval van evacuatie moet volgen. Nooduitgangen zijn best voorzien van een panieksluiting; indien die er niet is dan dient er een kastje (met glazen wand) met de sleutel voor de uitgang voorzien. Bij de controle van de blusapparaten wordt tevens de beschikbaarheid van de sleutels gecontroleerd. De deuren van de nooduitgangen draaien naar buiten open.

Interventieploeg

2.4.1Samenstelling 

 

In onze school is de optie genomen om niet echt gebruik te maken van een interventieploeg, gezien de beperkte beschikbaarheid van klasvrije mensen, maar wel om zoveel mogelijk personeelsleden vertrouwd te maken met het gebruik van kleine blusmiddelen via de firma SAVAL. Wanneer er een begin van brand is mogen bovenstaande personeelsleden een bluspoging wagen, zonder daarbij hun eventuele leerlingen in gevaar te brengen. Wanneer een leraar zijn leerlingen tot op de verzamelplaats gebracht heeft, en overlaat aan een collega, dan mag hij helpen bij het blussen na afspraak met het crisisteam tot zolang de brandweer er is.

Pagina | 7

2.4.2Opleiding   

Jaarlijks worden er min. 2 ontruimingsoefeningen gehouden. De beschikbaarheid van de interventieploeg kan dan getoetst worden. Bluscursus kleine blusmiddelen van SAVAL. Lijst personen die cursus reeds gevolgd hebben:  In 2001: Janssen Hans, Bogaerts Rudy, Roey Ivo, Bervoets Fons, Beyens Jan, Beyens Marc, Spooren Johan, Luyten Remy  In 2002: Vennekens Fons, Maes Luc, Janssen Marcel, Catry Vicky, Claes Benny, Thijs Peter,Rombouts Peter, Janssen Walter, Daniels Gunther.  In 2003: Boes Gunther, Teurfs Emiel, Maes Luc  In 2004: De Pauw Bart, Smets Benny, Plessers Marc, Bertels Marc  In 2005: Sauviller Staf, Hendrickx Jan, Verhees Frans, Geukens Fons, Stijns Frans, Geuens Johan, Dierckx Guy.  In 2006: Vanhoof Erik, Leynen Koen, Gruyaert Koen  In 2007: Wagemans Lars, Meulemans Peter, Blommaerts Peter, Engelen Peter, De Vocht Ludo, Schoofs Danny  In 2008: Melis Wies, Schoonis Jef, Mondelaers Kevin, Geentjes Cliff, Gielen Wouter, Beyens Marc, Goukens Guido, Wouters Bart, Govaerts Danielle  In 2009: Koen Leysen, Benny Evens, Kurt Verholen, Orhan Celal,Abdel Latifine, Smolders Pelle, Willekens Raf  In 2010: Benny Smets, Johan Spooren, Leonel Sterckx, Ivo Van Roey, Johny Geboers, Jan Beyens, Bert Van den Broeck, Hanne Thijs  In 2011: Beyens Marc, Janssen Marcel, Thijs Peter, De Smet Jacques  In 2012: Martens Jeroen, Schroyen Stijn.  In 2013: Boes Gunther, De Pauw Bart, Smets Benny

Pagina | 8

3. ORGANISATIE VAN DE ONTRUIMING

3.1   

    

3.2  

3.3  

Algemene richtlijnen Een alarmsituatie wordt aangekondigd door het langdurig functioneren van de sirene of door een alarmboodschap op Uw telefoon. Iedereen onderbreekt onmiddellijk de telefoongesprekken. De T.A. van de betrokken afdeling gaat zich ter plaatse informeren( in zoverre dat hij de situatie zelf opmerkt) en brengt deze informatie door tot in het crisiscentrum. Als de plaats nauwkeurig omschreven kan worden, begeven 2 leden van crisisstaf zich onmiddellijk naar de plaats van de ramp. De rest van de crisisstaf verzamelt zich in het crisislokaal en verdeelt de verdere taken. Deze taken zijn beschreven op verschillende taakmappen. Leerkrachten die op het ogenblik van evacuatie klasvrij zijn, begeven zich zo snel mogelijk naar de verzamelplaats en wachten op nadere instructies. De leerkrachten die zich in een klaslokaal bevinden, zorgen voor de ontruiming van de gebouwen en brengen de leerlingen in veiligheid op de verzamelplaatsen. Personeelsleden met een specifieke taak voeren deze uit en doen briefing bij de crisisstaf. Bezoekers in de school worden gevraagd de school te verlaten; eventueel zich mee te begeven naar een verzamelplaats. Na het beëindigen van de noodsituatie komen alle verantwoordelijken naar de crisisstaf voor een evaluatievergadering.

De crisisstaf De administratief directeur is het hoofd van de crisisstaf. Bij diens afwezigheid neemt de ste pedagogisch directeur 1 graad de leiding over. De overige directeurs blijven stand-by en vallen in, indien nodig. In laatste instantie neemt de preventieadviseur de leiding. Taak van de crisisstaf:  Opvolgen van de evacuatie, controle van de gebouwen  Evalueren van de situatie  Opdracht geven tot verwittigen van de hulpdiensten, na zich goed geïnformeerd te hebben.  Coördinatie met hulpdiensten, opvang slachtoffers, opvang familie, informeren van de overheid.  Info bij mekaar brengen van eventuele slachtoffers of vermisten.  Organiseren van opvang  Opdrachten geven tijdens de noodsituatie aan onderhoudspersoneel en ander beschikbaar personeel.  Opvang van de pers, en persbericht voorbereiden.  Informeren van ouders en/of familie  Contact met ziekenhuizen, CLB-hulpverleners.  Contact met verzekeringsmaatschappijen.  Afblazen van de noodsituatie

Crisiscentrum ste

Het crisiscentrum bevindt zich in het bureel pedagogisch directeur 1 graad. Wanneer dit lokaal onbruikbaar is door brand of rook wordt het verplaatst naar lokaal DB1 ( bureel Daniel Swinnen) dat in een andere zone ligt. Het crisisteam neemt dan het evacuatiekoffer mee, waarin alle nodige informatie te vinden is en de GSM van de school(te vinden bij Edith).

Pagina | 9

3.4 Taakverdeling voor de specifieke opdrachten ( zie mappen evacuatiekoffer) 

Technisch Directeur (Taakmap technisch directeur)  HOOFD van de crisisstaf( hij/zij neemt alle belangrijke beslissingen!)  Hij verdeelt de taakmappen  Daarnaast heeft hij de volgende deeltaken:  Verwittigen van de hulpdiensten  GSM toestel meebrengen  Coördinatie met de hulpdiensten ste de  Vervanger: in eerste instantie:directeur 1 - 2 graad; de  tweede instantie: Ped.directeur 3 graad;  derde instantie:TAC



Administratief Directeur 1 graad ( Taakmap administratief directeur 1 graad)  Opvang pers en samenstellen persbericht.  Opvang familie van eventuele slachtoffers  Opdrachten geven aan onthaal via taakmap  Opdrachten geven aan TAC/TA’s via taakmap  Opdrachten geven aan interventie-ploeg via taakmap  Opdrachten geven aan mensen secretariaat via taakmappen  Opdrachten geven aan mensen onderhoudsdiensten via taakmap de  Vervanger: Ped.directeur 2 graad



Ped.directeur 3

ste

de

graad ( Taakmap pedagogisch directeur 3

ste

de

graad)

  

Opdrachten geven aan EHBO-ploeg via taakmap Opvang slachtoffers. Indien noodzakelijk, taken toewijzen aan leraars die lesvrij zijn en zich verzameld hebben op de speelplaats.  Contact onderhouden met ziekenhuis  Contact leggen met CLB ivm psychische opvang van mensen  Vervanger: TAC Opmerking: Het is belangrijk dat, tijdens de normale schooltijd, alle personeel met een specifieke opdracht zijn afwezigheid steeds meldt bij de receptie. Bij het verlaten van de school moet elke afwezigheid meegedeeld worden . 

Leerlingencontrole ( Taakmap leerlingencontrole)  De mensen van het ondersteunend personeel zorgen voor de controle van de leerlingen op de verzamelplaatsen  Afhankelijk van het aantal zones die geëvacueerd worden dienen een voldoende aantal mensen deze controle op zich te nemen  Om zich voldoende zichtbaar op te stellen dragen zij een fluovest!  Na die zorgvuldige controle brengen zij verslag uit bij het hoofd van de crisisstaf



Onderhoudspersoneel ( Taakmap onderhoudspersoneel) Kunnen naast het openen van de poorten nog enkele specifieke taken uitvoeren zoals: - helpen bij bluswerken - voorwerpen die in de weg staan helpen verplaatsen - het openzetten van poorten 1 en 3 en deze vergrendelen zodanig dat ze openblijven



Technisch Adviseur Coördinator TAC + TA’s (Taakmap TAC en TA’s)  Coördinatie van de controle op de ontruiming in de werkplaatsen en klaslokalen.  Controle uitschakelen elektriciteit, eventueel afsluiten gas.  Hulpdiensten opwachten en begeleiden met grondplannen  Begeleiden van de hulpdiensten in de werkplaatsen

Pagina | 10

 

Bij afblazen van de alarmsituatie: controle in de werkplaatsen alvorens de spanning wordt heringeschakeld Vervanger: T.A.’s van de afdeling waar op dat moment geen evacuatie plaats heeft



Preventieadviseur (Taakmap preventieadviseur)  Leiding en coördinatie indien directeur en zijn vervangers afwezig zijn.  Opmaken van draaiboek en opmaken evaluatieverslag



Onthaal (Taakmap onthaal)    



Uitvoeren leerlingencontrole op de verzamelplaatsen Beheer telefooncentrale Opvang slachtoffers Opvang familie

Interventieploeg ( Taakmap Interventieploeg) Leiding: crisisteam Blusploeg bestaat uit: alle opgeleide personen die op het moment van het alarm vrij zijn.   

Begeven zich naar het crisislokaal voor inlichtingen: plaats van onheil en type brand Begeven zich naar de plaats van het onheil en nemen onderweg het aangewezen blustoestel mee Na aankomst van de brandweer: plaatsen zich onder leiding van brandweercommandant

 EHBO-ploeg bestaat uit: Christine Huysmans, Lief Baudeweyns, Edith Cools, Van Baelen Nicole, Hantson Eric, Steurs Thomas, Van Hoof Francis.   

3.5  



Begeven zich, indien zij geen leerlingen hebben of geen taak naar afwezigheden, naar het crisiscentrum voor inlichtingen: plaats van noodsituatie De EHBO ploeg zorgt voor de gewonden op de plaats van het onheil Zij zorgen voor de evacuatie van gewonde personen indien dit medisch verantwoord is.

Ontruimingsoefeningen Er worden per schooljaar 2 ontruimingoefeningen gehouden:  September – oktober: aangekondigde oefening  April – Mei: niet aangekondigde oefening Het scenario van een aangekondigde evacuatieoefening wordt vooraf op het comité PBW besproken. Voor een niet aangekondigde oefening zal dit met een beperkt aantal personen uitgewerkt worden. Vooraf neemt de receptie contact op met de beveiligingsfirma en brandweercommandant. De preventieadviseur vraagt op voorhand enkele personen voor het controleren en evalueren van de oefening. Hij doet briefing aan deze mensen en bezorgt hun de nodige evaluatieformulieren. Wanneer echter een onaangekondigde alarmsituatie doorgegaan is ten gevolge van bv. detectie of breken brandglas, dan kan die situatie in de plaats komen van een ontruimingsoefening.

Pagina | 11

3.6                    

Inhoud evacuatiekoffer Een inventaris met de inhoud van de evacuatiekoffer, met daarop de datum waarop de inhoud voor het laatst gecontroleerd werd Evacuatiedossier + alle taakmappen. Plannen van de school met de aanduiding van blustoestellen, uitgangen en nooduitgangen Lijst telefoonnummers hulpdiensten Fotoboek personeelsleden Lijsten met adressen en telefoonnummers leerlingen Kaft met lessenroosters van leerlingen en leraars Overzichtstabel met lokaalbezetting Interventieplan Bijzondere medicatie, ons toevertrouwd voor individuele leerlingen met gezondheidsproblemen (vb. suikerziekte) Overzicht plaats detectoren en breekglazen Bedieningshandleiding alarmsystemen van de school Sleutel brandweerkluis Sleutel ontgrendeling poort 3 Zaklamp Fluo-vestjes( 6 stuks) Vervangglazen breekglas Lijst aanwezige klassen en personen op woensdagnamiddag Originele( blanco) controlelijsten leerlingen oordopjes

P.S. Het spreekt voor zich dat alle info die in dit koffer aanwezig dient te zijn steeds de meest recente informatie moet zijn en regelmatig dient ge-updatet.

Datum laatste controle …../…../…….

Pagina | 12

4. INFORMATIE AAN PERSONEEL EN LEERLINGEN

 

4.1      

4.2

In elke werkplaats is een grondplan aangebracht met aanduiding van de vluchtwegen en richtlijnen in geval van een noodsituatie. De vluchtwegen staan aangeduid met genormaliseerde pictogrammen

Informatie aan het personeel De richtlijnen i.v.m. de waarschuwing voor een noodsituatie en de ontruiming gebouwen wordt schriftelijk aan alle personeelsleden bezorgd. In onderstaande brochure zijn deze onderrichtingen opgenomen Nieuwe personeelsleden worden geïnformeerd via een informatiebrochure voor personeelsleden. Personeelsleden met een specifieke opdracht krijgen persoonlijk onderrichtingen preventieadviseur en beschikken over de nodige middelen voor het uitvoeren opdrachten. Onderrichtingen specifieke opdrachten: zie bijlagen Na de evacuatieoefening wordt er een verslag uitgehangen in het leraarslokaal.

van de

nieuwe van de van de

Brochure personeel

Pagina | 13

Informatie aan de personeelsleden DEEL A: brand en evacuatie Brand Pulserend signaal

Alarmoefening Waarschuwing

Ononderbroken signaal

Begeleiding bij ontruiming en controle

Wachten op verdere instructies

1. Waarschuwing bij brand Bij brand gaat automatisch een sirene af, door activering van een detector. Indien er in een lokaal met rook of brand geen detector aanwezig is en dit niet automatisch gedetecteerd wordt, dient de noodsituatie gemeld te worden door het breken van een brandglas, door het telefoneren naar nr. 014/202007 of intern via vast toestel 7000, of door een mondelinge boodschap aan het onthaal (E.Cools).

2. Het alarmsignaal De alarminstallatie beschikt over 2 verschillende geluidssignalen: Een ononderbroken signaal geeft aan, dat het gaat over een evacuatieoefening die gestart wordt van op een centraal klavier, liefst aan het onthaal, in de buurt van het crisislokaal. Een pulserend signaal geeft aan dat het om een echt brandalarm gaat. Dit signaal wordt geactiveerd door een rookdetector of het breken van een brandglas. Over welk van de twee signalen het nu ook gaat; de procedure zal weinig verschil geven, met die uitzondering dat in het eerste geval de hulpdiensten niet verwittigd worden. Detectoren bevinden zich in lokalen met een verhoogd brandrisico’s zoals : labo’s, opslagplaatsen, keukens, stookplaatsen, spuitcabines enz. Deze melders reageren op temperatuursverhogingen of rookontwikkeling. Ga onmiddellijk over tot evacuatie van je lokaal, ook al zie je niet meteen iets verdachts.

3. Ontruiming Bij het horen van het alarmsignaal worden onmiddellijk alle gebouwen verlaten. Vooraleer men het lokaal verlaat worden de leerlingen geteld. De leerkracht neemt de aanwezigheidslijst mee of indien die ontbreekt neemt hij/zij een puntenboek. Het ontruimen gebeurt rustig, zonder lopen, doch op kordate wijze. Zorg dat er geen achterblijvers zijn. De normale vluchtrichting wordt aangegeven op de evacuatieinstructies! De leraar begeleidt zijn leerlingen en geeft de vluchtweg aan .

Pagina | 14

Alleen als de gewone weg niet toegankelijk is worden de pictogrammen “nooduitgang” gevolgd.

Alle materiaal blijft in de klassen, ook boekentassen, boeken, ed. Ramen en deuren worden gesloten om uitbreiding van de brand te vertragen. De lichten die reeds aan zijn, moeten blijven branden om de zichtbaarheid te bevorderen. Lichten die op het moment van de noodsituatie niet branden worden best uitgelaten. In de werkplaatsen en labo’s worden, indien mogelijk, alle machines uitgeschakeld en de gastoevoer afgesloten. Opmerking:  



Alle leerkrachten en/of andere personeelsleden denken eraan om bij het verlaten van de school of bij wijziging van lokaal het onthaal te verwittigen. 014/202007 Leerkrachten en alle andere personeelsleden die zich in het leraarslokaal of elders zonder lesopdracht bevinden (behalve diegenen die een specifieke opdracht hebben bij een crisissituatie), begeven zich naar de speelplaats; rechtover het leraarslokaal aan plaszuil.

Onderhoudspersoneel, dat geen specifieke taak heeft bij evacuatie, begeeft zich bij het alarmsignaal naar het onthaal.

4. Vluchtwegen en verzamelplaatsen  De leerlingen vormen 1 rij op de verzamelplaats.  Ze stellen zich op in alfabetische volgorde.  De begeleidende leerkracht zorgt voor de nodige rust op de verzamelplaats.  De begeleidende leerkracht voert zorgvuldig de aanwezigheidscontrole uit.  In principe is de verzamelplaats dezelfde als de plaats waar de leerlingen verzamelen om een les te volgen; met uitzondering van blok B,C,D en F;  daarvoor zijn de verzamelplaatsen verlegd naar een locatie verder verwijderd van de gebouwen.

GEBOUW / lokalen

Vluchtweg binnen de schoolgebouwen

Blok A

Ofwel via traphal conciërge, Ofwel via traphal hoge bouw Ofwel via sectionele poort, Ofwel via trap B11,B12,B13 Via gangen Via doorgangen Via doorgangen Ofwel via zuidzijde, Ofwel via overdekte speelplaats. Ofwel via overdekte speelplaats, Ofwel via uitgang Kruisven. Ofwel via nooduitgang West Ofwel via refter, overd. speelpl., Ofwel via traphal hoge bouw Ofwel via traphal, ofwel via refter,ofwel via

Blok B Blok C Blok D Blok E Blok F Turnzalen+refter

Blok G Blok H

Pagina | 15

Blok I

traphal conciërge Via trap aan westzijde

Pagina | 16

5. Leerlingencontrole De leerkracht meldt zo snel mogelijk aan de verzamelplaatsverantwoordelijke (secretariaat):  De naam van de klas  Namen van de (eventueel) achtergebleven leerlingen en de plaats waar hij/zij denkt dat ze zich nog bevinden  Namen van de afwezige leerlingen van die dag en de reden van die afwezigheid.

6. Einde van de evacuatie Het einde van de evacuatie wordt afgekondigd door het crisisteam. Het einde wordt vastgesteld door de adm. directeur in samenspraak met het crisisteam en afgeroepen langs de geluidsinstallatie.

7. Alarm tijdens speeltijd of middagpauze Bij een evacuatie tijdens een speeltijd en/of middagpauze gaan de leerlingen naar het midden van de speelplaats. De crisisstaf verzamelt onmiddellijk en geeft via de geluidsinstallatie de volgende instructies: - de leerlingen verzamelen op de verzamelplaats van het eerstvolgende lesuur - de leden van het secretariaat nemen de aanwezigheid

8. Opmerkingen   

Tracht niet te panikeren, blijf steeds rustig Loop nooit naar de plaats van het onheil. Niemand loopt terug naar de gebouwen of verlaat zijn klasgroep

Pagina | 17

DEEL B: bomalarm Bomalarm Pulserend of ononderbroken signaal



In feite verandert er nu niets voor wat betreft het evacueren van de gebouwen tot op het moment dat alle aanwezige personen in de school op de verzamelplaatsen geteld zijn . Daarna zal iedereen via de geluidsinstallatie gevraagd worden om per klas te evacueren naar de parking van de Alma recht tegenover de school. Dit doen we om iedereen te beschermen tegen eventueel rondvliegende glasscherven indien de bom echt zou afgaan. De gebouwen zullen achteraf pas terug in gebruik kunnen genomen worden als de politie het gebouw heeft vrijgegeven.

Pagina | 18

DEEL C: nucleair alarm en SEVESO-alarm Nucleair alarm Geen signaal vanuit de school; wel een signaal van de overheid!



Geografisch bevinden wij ons als school in een sector waarin het risico bestaat dat er bij een nucleair ongeval de school moet kunnen instaan voor de veiligheid van al zijn aanwezige personen. We kunnen in deze situatie de alarmsirene niet gebruiken omdat dan iedereen naar buiten zou lopen, maar worden daarentegen op de hoogte gebracht door een extern signaal. Het principe moet immers zijn: iedereen zo vlug mogelijk naar binnen en daar blijven tot het alarm wordt opgeheven. Om dit zo gestructureerd mogelijk te laten verlopen bespreken we één voor één alle stappen die dienen genomen te worden. Stap1: - Iedereen binnen de school moet verwittigd worden. - De coördinatie gebeurt door D.Swinnen - De verwittiging gebeurt bij gebrek aan een afroepinstallatie in ieder lokaal door de crisisstaf persoonlijk. G. Van Genechten verwittigt het onderhoudspersoneel K. Nicasy verwittigt blok B en blok C B. Claes verwittigt blok F( ook de buitenactiviteiten) P.Mentens verwittigt blok E J. Gijbels verwittigt blok I J. Derks verwittigt blok D P.Swinnen verwittigt blok H S.Meynendonckx verwittigt blok A B.Grob verwittigt blok G en het leraarslokaal -VOOR ALLE KLASSEN DIE ZICH BEVINDEN IN BLOKKEN F, G, H, EN A GELDT: - De lessen gaan zoveel als mogelijk gewoon door; behalve die klassen die met buitenactiviteiten bezig zijn; - zij moeten zo vlug mogelijk evacueren naar binnen, op de plaats waar ze normaal binnenactiviteiten hebben. - ramen en deuren sluiten - eventuele kunstmatige ventilatie uitschakelen - ventilatieroosters boven de ramen sluiten (dit doe je door het zwarte hefboompje naar boven te tuimelen) - spanning uitschakelen en lichten doven - evacueren naar REFTER.( via de gangen binnen de gebouwen!) -VOOR ALLE KLASSEN DIE ZICH BEVINDEN IN BLOKKEN B, C, D , E EN I GELDT: - ramen en deuren sluiten - eventuele kunstmatige ventilatie uitschakelen - ventilatieroosters boven de ramen sluiten (dit doe je door het zwarte hefboompje naar boven te tuimelen) - de persoonlijke spullen van de leerlingen,zoals bv. boekentassen en jassen, meenemen. - spanning uitschakelen en lichten doven - evacueren naar SPORTZALEN.

Pagina | 19

Stap 2: -Wanneer iedereen verwittigd is moeten we bij de plaatsing in refter en sporthal rekening houden met het feit dat alle personen die buiten zijn geweest, en mogelijk radioactief besmet zijn, apart dienen te blijven van de niet besmette personen; coördinatie hier gebeurt in 1ste instantie door J.Gijbels. - Er moet ten allen tijde vermeden worden dat besmette personen in contact komen met niet besmette personen! BESMET : SPORTZALEN NIET BESMET: REFTER - De personen die zich in de andere blokken op dit moment nog in hun lokalen bevinden, blijven ter plaatse. - Wanneer het alarm langer zou duren dan de normale schooluren, dan moeten we zorgen dat iedereen een hapje kan eten en drinken. Het is dan misschien aangewezen om de personen die zich nog in de lokalen bevinden, zich te laten verplaatsen naar de refter. - Alle personen die komen uit blokken B,C,D en E, en allen diegene die op het moment van het nucleair ongeval een buitenactiviteit hadden (bv. L.O.), begeleiden naar de sportzalen. Die begeleiding gebeurt door Claes, Gijbels, Mentens, Van Genechten, Derks, Nicasy. - De verdeling van eten en drinken kan dan gemakkelijker uitgevoerd worden. - De coördinatie in de refter gebeurt door P.Swinnen , B.Grob, S.Meynendonckx. - De zorg voor voedsel en drinken, het vernemen van info via de openbare omroepen en het contact met de ouders gebeurt op dat moment door de directie. Stap 3: - Communicatie via de telefoon moet beperkt blijven tot binnenlijnen. - Alleen de receptioniste mag gebruik maken van buitenlijnen, op voorwaarde dat altijd minimum 1 buitenlijn beschikbaar blijft, voor inkomende telefoons van de overheid. - Informeren van de ouders van de situatie is geen opdracht van de school maar dient te gebeuren door de overheid via radio en TV. - Wanneer ouders zelf informeren naar hun kinderen, dan bestaat de opdracht van de receptie erin om de ouders te kalmeren en de raad te geven om te luisteren naar info vanuit de overheid. Hun kinderen worden hier goed opgevangen. - Wanneer instructies komen van de overheid via politie of brandweer, dan verbindt de receptie die door aan de adm. directeur of ped..directeur 1ste graad en zij zorgen er dan voor dat de crisisstaf op de hoogte wordt gebracht. Stap 4: - Wanneer het alarm wordt opgeheven, dan laten we de gebruikte lokalen opruimen en daarna mogen de leerlingen naar huis. - Als nu dat alarm wordt opgeheven na de normale schooluren, dan dienen de ouders van diegenen die normaal met de bus komen verwittigd te worden, zodat zij hun kinderen kunnen komen afhalen aan de school

Pagina | 20

Opmerkingen: -

-

Indien tijdens een crisissituatie ouders hun kinderen onmiddellijk willen meenemen, ondanks het feit dat de situatie nog niet echt duidelijk is ; bv vanwege weinig info van de overheid, moeten zij een document tekenen waarin zij de school ontheffen van de verantwoordelijkheid. Indien bij een SEVESO-bedrijf in de buurt van de school een gifwolk zou ontstaan die in de richting van de school drijft , dan is het uiteraard ook de bedoeling dat iedereen binnen blijft. We hoeven dan echter geen scheiding te doen tussen besmette en niet-besmette personen!

Pagina | 21

4.3    

4.4

Informatie aan de leerlingen In het begin van elk schooljaar geeft de klastitularis in elke klas een uiteenzetting i.v.m. de veiligheid in het algemeen en de brandbeveiliging in het bijzonder. Deze onderrichtingen worden opgenomen in de doelstellingen van de onthaaldagen voor nieuwe leerkrachten. De leerlingen krijgen de richtlijnen schriftelijk meegedeeld via het schoolreglement. In de onderstaande brochure zijn deze onderrichtingen opgenomen.

Brochure leerlingen

Pagina | 22

INFORMATIE AAN DE LEERLINGEN Brand Pulserend signaal

Alarm Waarschuwing

Ononderbroken signaal



1. Waarschuwing bij brand Bij het horen van het alarmsignaal wordt onmiddellijk het gebouw verlaten. Vooraleer men het lokaal verlaat wordt het aantal geteld. De leerkracht neemt de aanwezigheidslijst mee of indien die ontbreekt neemt een puntenboek. Het ontruimen gebeurt rustig, zonder lopen, doch op kordate wijze. Zorg dat er geen achterblijvers zijn. De leraar geeft de vluchtweg aan : Alleen als de gewone weg niet toegankelijk is worden de pictogrammen “nooduitgang”

gevolgd: Alle materiaal blijft in de klassen, ook boekentassen, boeken, ed. Ramen en deuren worden gesloten om uitbreiding van de brand te voorkomen. De lichten moeten blijven branden om de zichtbaarheid te bevorderen. In de werkplaatsen en labo’s worden, indien mogelijk, alle machines uitgeschakeld en de gastoevoer afgesloten.

2. Het alarmsignaal Een ononderbroken signaal geeft aan dat het gaat om een evacuatieoefening of over een bomalarm. Een onderbroken signaal geeft aan dat het gaat over een brandalarm. In beide gevallen wordt overgegaan tot ontruiming!!

3. Ontruiming Bij het horen van het alarmsignaal wordt onmiddellijk het gebouw verlaten. Vooraleer men het lokaal verlaat worden de leerlingen geteld. De leerkracht neemt de aanwezigheidslijst mee of indien die ontbreekt neemt een puntenboek. Het ontruimen gebeurt rustig, zonder lopen, doch op kordate wijze. Zorg dat er geen achterblijvers zijn. De leraar geeft de vluchtweg aan Alleen als de gewone weg niet toegankelijk is worden de pictogrammen “nooduitgang” gevolgd. Alle materiaal blijft in de klassen, ook boekentassen, boeken, ed. Ramen en deuren worden gesloten om uitbreiding van de brand te reduceren. De lichten die reeds aan zijn moeten blijven branden om de zichtbaarheid te bevorderen. Pagina | 23

Lichten die nog niet aan zijn mogen alleen aangedaan worden indien men er zeker van is dat dit geen explosie gevaar met zich meebrengt. In de werkplaatsen en labo’s worden, indien mogelijk, alle machines uitgeschakeld en de gastoevoer afgesloten.

4. Verzamelplaatsen en vluchtwegen In elk leslokaal hangt aan de uitgang een blad waarop de evacuatierichting en evacuatieplaats vermeld staan. De leerlingen vormen rijen op aanwijzing van de begeleidende leerkracht. Ze stellen zich op in een enkele rij, in alfabetische volgorde. Help de leerkracht de aanwezigheidscontrole zo snel mogelijk uit te voeren door orde en stilte te bewaren. Verlaat de verzamelplaats niet en wacht op nadere instructies. Iedereen blijft op de verzamelplaats tot de alarmfase wordt afgemeld.

5. Opmerkingen     

Tracht niet te panikeren, blijf steeds rustig; ook bij het wachten op de verzamelplaats. Loop nooit naar de plaats van het onheil! Niemand loopt terug naar de gebouwen of verlaat zijn groep zonder instructie van de leraar! Iedereen volgt nauwgezet de instructies van zijn leraar. Ongehoorzaamheid leidt tot chaos en geeft extra moeilijkheden die een vlotte evacuatie verhinderen. Een stroef verlopende evacuatie kan anderen in gevaar brengen! In de school zijn verschillende veiligheidsvoorzieningen aanwezig: blusapparaten, pictogrammen, brandmelders,enz. Deze zijn er geplaatst voor de veiligheid van jou en alle anderen. Beschadig deze installaties niet. Het kan in gevallen van nood dramatische gevolgen hebben waarvoor jij dan verantwoordelijk bent. Opzettelijke beschadigingen zullen dan ook steeds zéér zwaar bestraft worden!

Pagina | 24

5. EVACUATIEPLANNEN In iedere werkplaats hangt een evacuatieplan waarop de noodzakelijke elementen zichtbaar zijn, zijnde de plaats van blustoestellen, haspels, pictogrammen voor evacuatie, brandmelders, en de ligging van de evacuatiewegen. Voor wat betreft de gebouwen waar alleen klaslokalen gelegen zijn is voorzien dat in iedere traphal en op elk niveau een evacuatieplan hangt. In het evacuatiekoffer bevindt zich een map met recente plannen.

6. Organisatie en taken crisisteam

Pagina | 25

6.1

LIJST CRISISTEAM EN BELANGRIJKE TELEFOONNUMMERS

ALARMNUMMER INTERN TISP: 7891

Noodnummers Medische spoeddienst Brandweer Politie Rode Kruis

100 - 112 100 – 014/313333 101 105

Brandwondencentrum Antigifcentrum Slachtofferhulp Kempen Rampenambtenaar Mol

03/ 217 75 95 070/ 245 245 014/230242 014/330851

Telefoonnummers crisisteam: Functie

Naam

Tech. Directeur Adm. Directeur Ped. Dir. 3de gr Ped. Dir. 1e 2de gr Prev.Adv. Prev.Adv. TA TA TA TA TA

School GSM nr.school

Swinnen Daniël 7101 Swinnen Paul 7102 Meynendonckx Stef 7103 Grob Ben 7104 Goos Jan 7202 Gijbels Julien 7201 Claes Benny 7204 Derks Jorn 7206 Mentens Patrick 7203 Van Genechten G. 7205 Nicasy Kris 7105

0476/951221 0476/951244 0476/951279 0476/951301 0476/843704 0476/951344 0476/951368 0476/951346 0476/951348 0476/951569 0476/951246

GSMnr prive 0486/472892 0474/407116 0476/473101 0498/577653 0485/110357 0494/123635 0475/852327 0478/556498 0497/342971 0478/217562 0485/027967

GSM: crisislokaal: 0495/106564(onthaal) Deze GSM bevat alle bovenstaande privénummers! GSM:projecten:0497/704420 In deze GSM werden nummers voorgeprogrammeerd: Antigifcentrum: 070 245245 Arbeidsgeneesheer. P. Weytjens 014 400220 TISP: 014 202007

Pagina | 26

6.2

NAMENLIJST

1. Leden van de crisisstaf 1.1 Fase 1 Adm. directeur Ped. Directeur 1ste en 2de graad Ped. Directeur 3de gr Tech. Directeur TAC PA Alle TA’s 1.2 Fase 2 Leden bij fase 1 met Brandweercommandant Politie

2. Leden van de interventieploeg Leiding: P.A. Leden: zie pag.5

3. Leden van de EHBO-ploeg Kristine Huysmans, Lieve Baudeweyns, Edith Cools, Nicole Van Baelen, Leyssens Bert Hantson Eric, Steurs Thomas Van Hoof Francis 4.GEMEENTEAMBTENAAR NOODPLANNING : Ria Geens Rechtstreeks nummer: 014/33.08.51 GSM: 0479/71.37.89 E-mail: [email protected]

5. Noodsituaties CLB De wijze waarop de school het CLB in zeer dringende gevallen kan bereiken

In zeer dringende gevallen (bv. een epidemische besmetting op vrijdagavond of het begin van een vakantie) kunnen school en CLB elkaar bereiken buiten de schooluren of tijdens de vakantie op volgende wijze: CLB-arts: Jos Proost 0478/258802 Coördinator: Katrien Spaepen 0498 104247 Directeur: Pierre Goor 0474/421590

Pagina | 27

6.3

TAKEN/OPDRACHTEN VAN HET CRISISTEAM

In geval van een oproep via de receptie i.v.m. een alarmsituatie begeeft ieder lid van het crisisteam zich zo snel mogelijk naar de receptie. Vraagt of krijgt informatie van het crisisteam. Belt de hulpdiensten, overheid, noodambtenaar gemeente, CLB of geeft de opdracht om te bellen aan de receptionist(e). Verdeelt de taken aan iedereen die in het crisislokaal aanwezig is, door het uitdelen van de taakmappen. Vergaart zo snel mogelijk alle informatie over het volledig vrij zijn van alle lokalen via controles van de TA’s Opvang van de brandweer en bespreekt de situatie met de brandweercommandant. (eventueel klaarhouden van persoonsgegevens en plannen van de school) Zorgt voor opvang van slachtoffers en familieleden van slachtoffers. Vangt de pers op. Geeft sein tot opheffing evacuatie.

Pagina | 28

6.4

TAAKMAP TECHNISCH DIRECTEUR ( of vervanger)

Voor verantwoordelijke oproep brandweer

1. Zorgt ervoor dat hij altijd bereikbaar is voor de overige leden van het crisisteam; blijft daarom best in de buurt van het crisiscentrum en indien hij zich verplaatst neemt hij het GSM-toestel van de school mee. Gaat of iedereen van het crisisteam ook aanwezig is en hoe de resterende taken best verdeeld worden. 2. Zorgt er mede voor dat de taakmappen goed verdeeld worden.

3. Bij waarschuwing hulpdiensten( hij neemt de beslissing of er effectief gebeld wordt na het inwinnen van de nodige informatie!) Indien er gebeld wordt zorgt hij ervoor dat de juiste info meegedeeld wordt! 1. 2. 3.

Onderbreek elk telefoongesprek Bel 100/112 Zeg: Brand, ontploffing of bomalarm In:

TECHNISCH INSTITUUT SINT PAULUS

Blok:…………………………………… Lokaal:…………………………………. Verdieping:…………………………….. Best te bereiken via: …………………. Er zijn …… gekwetsten of ………..mensen in gevaar. Geef eventueel speciale risico’s aan. Vb labo, kelder, stookinstallatie

4. Coördinatie met de hulpdiensten vervullen. 5. Tijdens de oefening vult hij de gegevens in die zouden moeten uitsluitsel geven

over het verloop van de oefening ( controlelijst verloop van de evacuatie)

Pagina | 29

6.5

TAAKMAP ADMINISTRATIEF DIRECTEUR ( of vervanger)

1. Verdeelt de taakmappen.(leerlingencontrole, onthaal, onderhoudsploeg,TAC en TA’s, interventieploeg)

2. Hij doet de coördinatie van de leerlingencontrole in samenspraak met onthaal; Normale volgorde is: - secretariaat leerlingen( 7402/7403) - secretariaat begeleiding lln (7601/7602/7603) - secretariaat administratie(7401) - secretariaat personeel: (7301/7302/7303) - boekhouding( 7501/7502) Bij evacuatie van gebouw 1: 2 personen( 1 persoon neemt de westzijde(scheiding is centrale as van de gedalleerde speelplaats) voor zijn rekening, en 1 persoon neemt de oostzijde voor zijn rekening) Voor de controle van de andere gebouwen komt er telkens 1 persoon bij Wanneer we dus een volledige evacuatie doen zijn er in totaal 5 personen nodig om snel een goed beeld te hebben van de situatie van de evacuatie van de leerlingen. Samengevat:

Controle gebouw 1: Controle gebouw 2+6: Controle gebouw 3: Controle gebouw 4: TOTAAL AANTAL:

2 personen 1 persoon 1 persoon 1 persoon 5 personen

(1 west,1oost) gebouw6=blokI

3. Controleert of er permanentie is in het EHBO-lokaal ( min. 2 personen)(Lief Baudeweyns 7004 + Cis 7022). Indien deze personen niet zouden kunnen, zoek je andere personen met een EHBO-opleiding.(zie taakmap EHBO-team) 4. Hij coördineert de (eventuele )taken van de onderhoudsmensen nadat zich zij zich hebben aangemeld voor aanwezigheid op het onthaal.

5. Gaat ook na welk lokaal kan dienst doen als opvanglokaal voor familieleden. Spreekt de personeelsleden aan die kunnen fungeren om familieleden op te vangen, eventueel te recruteren uit personeelsleden die vrij waren op het moment van de noodsituatie ( bevinden zich normaal op de speelplaats) 6. Zorgt eventueel voor opvang van de pers; best is om de pers tijdelijk onder te brengen in een lokaal en later na overleg met het crisisteam de pers te woord te staan. 7. Maakt de megafoon gebruiksklaar indien de geluidsinstallatie zou uitvallen 8. Vervangt indien nodig de adm. directeur.

Pagina | 30

6.6

TAAKMAP PEDAGOGISCH DIRECTEUR 3de graad( of vervanger)

Verdeelt de taakmap van de EHBO-ploeg Opvang slachtoffers Wanneer er slechts 1 slachtoffer is , dan zorgt hij/zij ervoor dat de EHBOmensen die stand-by zijn in het EHBO-lokaal zich ter plaatse begeven om het slachtoffer(indien mogelijk) te repatriëren. Wanneer er meerdere slachtoffers zijn die kunnen gerepatriëerd worden zorgt hij/zij ervoor dat een aantal vrijgekomen leerkrachten die zich op de speelplaats bevinden worden ingeschakeld om hulp te bieden. ( zie ook lijst EHBO-ers) Indien er slachtoffers zijn, die omwille van de zware kwetsuren niet mogen of kunnen verplaatst worden, dan doet hij/zij de coördinatie met de hulpdiensten. Wanneer het EHBO-lokaal te klein wordt dan zoekt hij/zij naar bijkomende ruimte. Hij/zij geeft de nodige info onmiddellijk door naar het hoofd van het crisisteam. Nadien wordt door hem/haar contact gehouden met ziekenhuis waar de slachtoffers naartoe zijn gebracht. Na ingrijpende gebeurtenissen is het mogelijk dat er psychologische opvang dient te gebeuren, hiervoor wordt contact gelegd met CLB Mol en in 2 de instantie met CLB Kempen.

Pagina | 31

6.7

TAAKMAP LEERLINGENCONTROLE

Voor de verzamelplaatscontrole( secretariaat)

1.

Neem de desbetreffende controlelijst, trek een fluovestje aan, en begeef je onmiddellijk naar de speelplaats.

2.

Ga naar de verzamelplaats

3.

Verifieer en noteer:  Klas  De namen en de mogelijke plaats waar de vermiste leerlingen zich kunnen bevinden  De namen van de eventuele zieke leerlingen.  Geef zo vlug mogelijk informatie door aan de voorzitter van de crisisstaf, na een grondige controle met de klassenlijst! (bevindt zich ook in uw map).

4.

Blijf ter beschikking van de brandweer in de buurt van het crisislokaal.(bureel P.Swinnen) Let op: bij evacuatie van zone 1 wordt de controle opgesplitst, en wordt de controle door 2 personen uitgevoerd. 1 iemand doet de controle van het linkse gedeelte( scheiding is het midden van de gedalleerde speelplaats). De 2de persoon neemt de rechterzijde voor zijn rekening. Deze scheiding is bedoeld om sneller de controle te kunnen uitvoeren!

5.

LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 1

LINKS GEDEELTE OF OOSTZIJDE

BLOK A

RECHTS GEDEELTE OF WESTZIJDE

BLOK H

BLOK F

BLOK G

Pagina | 32

6.8

TAAKMAP ONTHAAL

1. Verwittig bij alarm onmiddellijk het crisisteam: Alarmnr. 7112(boodschap inspreken) OPGELET: om zeker te zijn dat iedereen gealarmeerd is; wordt aangeraden om de crisisstaf extra te verwittigen via hun GSM. 2. Blijf ter plaatse en geef het evacuatiekoffer aan het hoofd van het crisisteam(normaal adm. directeur ) Verwittig de mensen van het secretariaat voor de leerlingencontrole in volgorde: a. -secretariaat leerlingen ( 7402/7403) b. -secretariaat begeleiding lln (7601/7602/7603) c. -secretariaat administratie (7401) d. -secretariaat personeel: (7301/7302/7303) e. -boekhouding: (7501/7502) 4. Verwittig min. 2 personen voor opvang in het EHBO-lokaal. In eerste instantie Lief(7004) en Cis (7022); eventueel aan te vullen met de andere hulpverleners. 5. Blokkeer de schuifdeur om bezoekers de toegang tot de school te ontzeggen, en vraag hen om buiten te wachten tot de noodsituatie is beëindigd. 6. Duidt de aanwezigheid van het onderhoudspersoneel aan op een lijst en bezorg die lijst aan de directeur 1ste graad 7. Blijf altijd ter plaatse, alleen bij gevaar gaat u naar het uitwijklokaal DB1 (bureel Daniel Swinnen); vergeet echter niet de evacuatiekoffer!! 8. Houd de telefoonlijnen zoveel mogelijk vrij door de gesprekken te beperken tot de meest noodzakelijke info a. Van zodra er telefonische oproepen komen met vragen naar info, hou u dan aan de volgende tekst totdat de woordvoerder van het crisisteam die verandert. b. “De zaak wordt momenteel onderzocht. Gelieve uw naam, adres, faxnummer en telefoonnummer op te geven. c. Onze woordvoerder zal met u contact opnemen van zodra wij over meer informatie beschikken.” d. Registratie van binnenkomende oproepen 3.

Nr

Naam

Adres

Fax nr.

Tel nr

Uur oproep

9. Hou je klaar om in geval van gekwetsten te helpen bij het verzorgen of evacueren van de slachtoffers 10. Vraag bezoekers die opdagen tijdens een noodsituatie beleefd maar kordaat om het gebouw te verlaten en buiten te wachten tot de situatie uitgeklaard is! 11. Na afloop van de alarmsituatie maakt hij/zij het evacuatiekoffer terug in orde; - alles netjes terug opbergen Pagina | 33

-

De ingevulde controlelijsten verwijderen en lege lijsten in de plaats brengen in de taakmappen Nakijken of alles terug op zijn plaats is via overzichtslijst De ingevulde lijsten bezorgen aan de preventieadviseur

P.S. 1. Tijdens het verloop van een schooljaar zal het gebeuren dat er nog leerlingen in- of uitgeschreven worden. Er zit in het evacuatiekoffer een alfabetische lijst met leerlinggegevens; en om niet telkens de ganse lijst opnieuw dienen uit te printen, zal de lln.administratie bij elke verandering een mailtje sturen naar o.a. het onthaal waarop deze wijziging staat. Diegene op het onthaal die dit mailtje toegestuurd krijgt ; print dit berichtje af en steekt dat bij in de map met die alfab. lijst! 2. Tijdens het verloop van een schooljaar is de afspraak zo dat alle lokaalwijzigingen bij jullie opgegeven worden en ook dient een personeelslid dat de school verlaat daarvan melding dient te maken. Je noteert alle wijzigingen dienaangaande.

AANWEZIGHEIDSLIJST ONDERHOUDSPERSONEEL Naam personeelslid

Aanwezig

De Smet Jacques Van Roey Ivo Melis Wies Leyssens Bert

Rozette Van Geel

Ingrid Mennen Jacqueline Van Velthoven Gulay Gumus

Pagina | 34

6.9

TAAKMAP ONDERHOUDSPLOEG

1. Begeef je zo snel mogelijk naar de poort waarvoor jij verantwoordelijk bent. - IVO of MARCEL zorgt voor de opening en vergrendeling van POORT 1 - BERT of JACQUES begeeft zich naar POORT 3, en zorgt voor opening en vergrendeling. - POORT 2 wordt slechts geopend op vraag van de brandweer; sleutel te krijgen bij conciërge of directeur. - P.S. om niet voortdurend op de knop van de poort te moeten drukken kan poort 3 geblokkeerd worden met een sleutel, en bij poort 1 zal men best het oog afdekken - Andere mensen die bij het onderhoudspersoneel horen maar hier geen opdracht hebben melden zich hoe dan ook op het onthaal!! - Indien één van bovenvermelde personen niet aanwezig is neemt iemand anders deze taak over! 2. Wanneer uw opdracht uitgevoerd is, ga je je melden bij het onthaal. 3. Wacht daar op verdere instructies van het crisisteam.

4. Na het afblazen van de noodsituatie worden de poorten terug gesloten.

Pagina | 35

6.10

TAAKMAP TAC + T.A.’s

1.De TAC en de betrokken TA bekijken(eventueel) de schoolplannen op de receptie en begeven zich naar de plaats van het onheil en brengen telefonisch verslag uit aan het crisislokaal. Indien één van hen of beiden afwezig zijn nemen 1 of 2 andere TA’s de opdracht over. 2.De TAC(of zijn vervanger) controleert tegelijkertijd of het gebouw volledig ontruimd werd en dat de energietoevoer in het gebouw afgesloten is. ( gas+elektriciteit) 3.De TA coördineert de eventuele bluswerkzaamheden tot de brandweer gearriveerd is. 4.Nadien houden zij zich ter beschikking van de brandweer. 5.De overige TA’s begeven zich met een controlelijst van een gebouw naar de getroffen blokken om een controle te doen naar het verloop van de alarmsituatie. Wanneer zich een noodsituatie voordoet in gebouw1-2-3-4-5 dan dienen volgende controlelijsten ingevuld te worden: Gebouw1: - blok A - blok F - blok G - blok H Gebouw2: - blok B - blok C Gebouw3:

-

blok D blok E

Gebouw4:

-

blok F

Gebouw6:

-

blok I

Naargelang het aantal TA’s wordt het werk gelijkmatig verdeeld. 6.Na de controle wordt de nodige informatie verstrekt aan het crisisteam.

Pagina | 36

6.11

TAAKMAP preventieadviseur

-In geval de directeur en adjunct-directeur aanwezig zijn en hun taak waarnemen zal de preventieadviseur een controlerende taak op zich nemen -Indien geen van beiden aanwezig is zal hij hun opdrachten overnemen -Hij geeft instructies aan de leden van de interventieploeg. -Hij neemt de controlelijst ( verloop van de evacuatie) en gaat het verloop van de alarmsituatie nakijken. -Aan de hand van de verkregen gegevens van de controle van de gebouwen vult de P.A. de verzamelstaten in samen met de administratief directeur.

Pagina | 37

6.12

TAAKMAP EHBO- team

De leden van dit team die tijdens een crisissituatie geen andere opdracht hebben, of geen leerlingen hebben, begeven zich naar het crisislokaal (bureel P.Swinnen). Zij dienen ervoor te zorgen dat zij minimum per 2 stand–by zijn in het EHBO-lokaal. Daar zorgen zij voor eventuele opvang van slachtoffers of zullen zij van daaruit een interventie doen naar de plaats van het ongeluk indien zij daarvoor gevraagd worden. De beslissing om een interventie te doen ligt bij het crisisteam of de brandweerofficier. Achteraf is het verplicht om eender welke tussenkomst te registreren op het daarvoor bestemde formulier in het EHBO-lokaal.

Pagina | 38

6.13

TAAKMAP interventieploeg

Het personeel dat een opleiding gekregen heeft voor het gebruik van kleine blusmiddelen begeeft zich indien zij geen andere opdracht hebben en geen leerlingen hebben naar het crisislokaal (bureel P.Swinnen). Daar wachten zij op verdere instructies van het crisisteam.

6.14

CONTROLELIJSTEN

Pagina | 39

Controlelijst: Verloop van de evacuatie Aanvangsfase: tijdstip van waarschuwing:

Aanmelding op het secretariaat( via bevraging receptionist(e)): Aandachtspunten van de waarschuwingsfase Is er een melding geweest over de noodsituatie? Was de melding volledig? - plaats - omvang - gewonden tijdstip van de melding:

ja

nee

Alarmfase / tijdsmetingen: Tijdstip alarmsignaal: 1ste tijdstip: indruk volledige ontruiming Tijdstip volledige ontruiming met vermisten:

Vermisten: Klas / Naam

Reden / Opmerkingen

Pagina | 40

Uitvoering van specifieke opdrachten: Opdracht Vorming crisisstaf - Snelheid: - Aanwezigen(aantal):

Opmerkingen

Onderhoudsploeg: - Aanmelding: - Aantal: - Snelheid:

EHBO - ploeg: - Aanmelding: - Snelheid: - Aantal: Ploeg leerlingencontrole: - Aanmelding: - Snelheid: -Aantal / namen:

Opvang hulpdiensten Controlelijsten geëvacueerde gebouwen Afsluiten elektriciteit / gas in de betrokken afdeling:

Opmerkingen:

Pagina | 41

Controlelijst : Lokalen

Controleplaats: Blok A

Naam controleur: .......................................... Verloop van de evacuatie:

Datum:

Aandachtspunt Werd er gelopen? Was er veel lawaai? Werden de normale wegen gebruikt? Was er paniek? Werden persoonlijke bezittingen mee genomen? Waren er opstoppingen / versperringen? Waar? Bleven de klassen ( leerkracht - leerlingen) tesamen? Welke specifieke problemen waren er? Verliep volgens u de evacuatie vlot?

Ja

nee

A1 A2 A3 A4 A5 A6 AB5 AB6 A20 A19 A18 A17 A16 A15 A14 A13 A12 A11 A10 AB1 AB2 AB3

Noodverlichti ng werkt niet

Verlichting uit

Venster open

Deuren lokaal open

Niet ontruimd

Lokaal

Waarnemingen:

Opmerkingen

Pagina | 42

Controlelijst : Lokalen Naam controleur:

Controleplaats: Blok B Datum:

..........................................

Verloop van de evacuatie: Aandachtspunt Werd er gelopen? Was er veel lawaai? Werden de normale wegen gebruikt? Was er paniek? Werden persoonlijke bezittingen mee genomen? Waren er opstoppingen / versperringen? Waar? Bleven de klassen ( leerkracht - leerlingen) tezamen? Welke specifieke problemen waren er? In de werkplaatsen : Bleven machines draaien? Verliep volgens u de evacuatie vlot?

Ja

Nee

Noodverlichting werkt niet

Verlichting uit

Venster open

Deuren lokaal open

Niet ontruimd

Lokaal

Waarnemingen:

Opmerkingen

B1 B2 BW1 BB1 BM1 B11 B12 B13 BW2 BB2 BB3 BB4

Pagina | 43


Controleplaats: Blok C

..........................................

Datum:

Verloop van de evacuatie: Aandachtspunt Werd er gelopen? Was er veel lawaai? Werden de normale wegen gebruikt? Was er paniek? Werden persoonlijke bezittingen mee genomen? Waren er opstoppingen / versperringen? Waar? Bleven de klassen ( leerkracht - leerlingen) tesamen? Welke specifieke problemen waren er?

Ja

nee

In de werkplaatsen : Bleven machines draaien? Verliep volgens u de evacuatie vlot?


Verlichting uit

Venster open

Deuren lokaal open

Niet ontruimd

Lokaal

Waarnemingen:

Opmerkingen

CW1 CW2

CW3 C1 C2 C3 C4 C5 C6 C8 CW4

Pagina | 44


Controleplaats: Blok D

..........................................

Datum:

Verloop van de evacuatie: Aandachtspunt Werd er gelopen? Was er veel lawaai? Werden de normale wegen gebruikt? Was er paniek? Werden persoonlijke bezittingen mee genomen? Waren er opstoppingen / versperringen? Waar? Bleven de klassen ( leerkracht - leerlingen) tesamen? Welke specifieke problemen waren er? In de werkplaatsen : Bleven machines draaien? Werden de lasposten spanningsloos gezet? Verliep volgens u de evacuatie vlot?

Ja

nee


Verlichting uit

Venster open

Deuren lokaal open

Niet ontruimd

Lokaal

Waarnemingen:

Opmerkingen

D1 DW4 DW3 DW5 DL1 DW2 DW6 D2 D3 DW1 DM1 D4 D5 DW7 DW8 DLK1 DB11 DB12 DB1 Pagina | 45

DB2 DB3 DM2 DM3 DM4

Pagina | 46


Controleplaats: Blok E

..........................................

Datum:


Ja

Nee



Verlichting uit

Venster open

Deuren lokaal open

Niet ontruimd

Lokaal

Waarnemingen:

Opmerkingen

E1 E2 E3 EM3 EW1 EW2 EW3 EW4 EW5 EW7 EW8 EW9 EW10

Pagina | 47


Controleplaats: Blok F

..........................................

Datum:

Verloop van de evacuatie: Aandachtspunt Werd er gelopen? Was er veel lawaai? Werden de normale wegen gebruikt? Was er paniek? Werden persoonlijke bezittingen mee genomen? Waren er opstoppingen / versperringen? Waar? Bleven de klassen ( leerkracht - leerlingen) tezamen? Welke specifieke problemen waren er?

Ja

Nee

In de labo’s : Werd het lokaal spanningsloos gezet? Verliep volgens u de evacuatie vlot?

F1 F2 F3 F4 FM2 F11 F12 F13 F14 F15 F21 F22 F23 F24 F25 FS1 FS2 FS3 F26 REFTER

Noodverlichtin g werkt niet

Verlichting uit

Venster open

Deuren lokaal open

Niet ontruimd

Lokaal

Waarnemingen:

Opmerkingen

Pagina | 48

Controlelijst:

Lokalen

Controleplaats: BlokG+H

Naam controleur: .......................................... Verloop van de evacuatie:

Datum:

Aandachtspunt Werd er gelopen? Was er veel lawaai? Werden de normale wegen gebruikt? Was er paniek? Werden persoonlijke bezittingen mee genomen? Waren er opstoppingen / versperringen? Waar? Bleven de klassen ( leerkracht - leerlingen) tezamen? Welke specifieke problemen waren er? Verliep volgens u de evacuatie vlot?

Ja

Nee

G1 G2 GLK G11 G13 G14 G15 G16 GM11 HB11 HB12 H12 Toiletten H23 H22 H21 G24 G23 G22 G21 G20 GM21 HB1 HB2 HB3 HB4 HB5

Noodverlichti ng werkt niet

Verlichting uit

Venster open

Deuren lokaal open

Niet ontruimd

Lokaal

Waarnemingen:

Opmerkingen

Pagina | 49


Controleplaats: Blok I

..........................................

Datum:


Ja

Nee



Verlichting uit

Venster open

Deuren lokaal open

Niet ontruimd

Lokaal

Waarnemingen:

Opmerkingen

I1 I2 I3 I4 I5 I6 Leraarslokaal(IL K) techn.ruimte gas/water(IM1) Techn.ruimte Electr.(IM2)

Pagina | 50

Verzamelstaat controlelijsten gebouwen1/2 Datum:

Elektrische verdeelkast

Gas niet uitgeschakeld

Venster open

Lokaal niet ontruimd

Deuren open

..........................................

Deuren open geblokkeerd

Lokaal

Gebouw

Naam controleur:

Opmerkingen

Blok A

Blok B

Blok C

Pagina | 51

Verzamelstaat controlelijsten gebouwen2/2 Datum:

Elektrische verdeelkast

Gas niet uitgeschakeld

Venster open

Lokaal niet ontruimd

Deuren open

..........................................

Deuren open geblokkeerd

Lokaal

Gebouw

Naam controleur:

Opmerkingen

Blok D

Blok E

Blok F

Blok G

Blok H

Blok I

Pagina | 52

LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 1 ( oostzijde van de trap) pagina : 1 van 2

BLOKKEN A + H DATUM:

ALARM Lokaal

KLAS

UUR

CONTROLE- LIJST AANTAL

begin : einde :

LEERLINGEN

NAMEN van de ONTBREKENDE LEERLINGEN

A14

A15

A16

A17

A3

A4

A5

A6

A20 OPMERKINGEN :

Pagina | 53

LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 1 (oostzijdevandetrap) pagina : 2 van 2

BLOKKEN A + H DATUM:

ALARM Lokaal

KLAS

UUR


begin : einde :

LEERLINGEN


A1 A2

A10 A11 A12 A13

H22 H23

OPMERKINGEN :

Pagina | 54

LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 1 ( westzijde van de trap) pagina : 1 van 2

BLOKKEN G + F DATUM:

ALARM Lokaal

KLAS

UUR


begin : einde :

LEERLINGEN


G20

G21

G22

G23

G24

H21

G11

G13

G14

G15

G16

OPMERKINGEN :

Technisch Instituut SINT-PAULUS

pagina : 4 van 4

Pagina | 55

LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 1

( westzijde van de trap)

pagina : 2 van 2

BLOKKEN G + F DATUM:

ALARM Lokaal

KLAS

UUR


begin : einde :

LEERLINGEN


FR

G1

G2

F26

FS1

FS2

FS3

FOS

FW11

OPMERKINGEN :

Pagina | 56

LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 2 pagina : 1 van 2

BLOKKEN B - C DATUM:

ALARM Lokaal

KLAS

UUR


begin : einde :

LEERLINGEN


B1

B2

BW1

BW2

B11

B12

B13

OPMERKINGEN :

Pagina | 57

LEERLINGENCONTROLE GEBOUW 2 pagina : 2 van 2 BLOKKEN B - C DATUM:

ALARM Lokaal

KLAS

UUR


begin : einde :

LEERLINGEN


CW1

CW2

CW3 C1

C2

C3

C4

C5

C6

C8

CW4 OPMERKINGEN :

Pagina | 58


BLOKKEN D - E DATUM:

ALARM Lokaal

KLAS

UUR


begin : einde :

LEERLINGEN


D1

D2

D3

D4

D5

DW1 DW2 DW3 DW4 DW5 DW6 DW7 DW8

OPMERKINGEN :

Pagina | 59


BLOKKEN D - E DATUM:

ALARM Lokaal

KLAS

UUR


begin : einde :

LEERLINGEN


E1 EW2 EW3 EW4 EW5a EW5b EW7a EW7b EW7c EW8 EW9 E3

OPMERKINGEN :

Pagina | 60


BLOK F DATUM:

UUR

ALARM Lokaal

KLAS


begin : einde :

LEERLINGEN


F1 F2 F3 F4

F11 F12 F13 F14 F15

F21 F22 F23 F24 F25 OPMERKINGEN :

Pagina | 61


BLOK I DATUM:

UUR

ALARM Lokaal

KLAS


begin : einde :

LEERLINGEN


I1 I2 I3 I4 I5 I6

OPMERKINGEN :

Pagina | 62

I

7. ANDERE NOODSITUATIES

7.1

TAAKMAP CRIMINALITEIT

Wat te doen bij criminaliteit? 1. Blijf kalm 

Daag de persoon die de criminele feiten pleegt niet uit. Vraag wat hij/zij wil en schik u naar zijn/haar eisen totdat de politie overneemt

2. Geef alarm 

BEL 112



Verwittig de directie 7101 of 0476/95 12 21



De directie oordeelt samen met de hulpdiensten over een eventuele evacuatie

Pagina | 63

7.2

TAAKMAP ONGEVAL MET PERSONEELSLID

Wat te doen bij een ongeval? 1. Geef alarm 

Verwittig het secretariaat



Indien meer hulp vereist: BEL 112



Denk aan zoveel mogelijk informatie:



Reden van de oproep, omschrijving van de verwondingen



Man/vrouw



Leeftijd



Plaats van het slachtoffer, eventueel gebouw, verdieping en lokaalnummer



Bij bewustzijn/bewusteloos



Eventueel gekende problemen



Breng volgende personen op de hoogte:



Directie



Preventieadviseur



Arbeidsgeneesheer (bij arbeidsongeval en technisch ongeval)



Personeelsadministratie

2. Extra maatregelen bij technisch ongeval 

De arbeidsinspectie wordt verwittigd, evenals de FOD Economie, Directie Elektrische Energie voor ongevallen met elektrische

Pagina | 64

installaties. 

Gegevens: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene Directie Energie, Afdeling Infrastructuur Koning Albert II-laan 16 1000 Brussel Tel.: 02 277 91 25 Fax: 02/277.52.05 E-mail : [email protected]

Pagina | 65

3. Extra maatregelen bij arbeidsongeval 

Naast de voorgaande verplichte vermeldingen voor de directie/EHBO verantwoordelijke/schoolarts/hulpdiensten moet ook de functie van het slachtoffer vermeld worden bv. leerling houtbewerking, conciërge, …



De aangifte van elk arbeidsongeval met ten minste vier dagen ongeschiktheid moet binnen de TIEN DAGEN na het ongeval doorgestuurd worden naar de Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk bevoegd op de plaats waar het ongeval gebeurde



Een ernstig ongeval dat zich op de arbeidsplaats zelf voordoet, moet binnen de TWEE DAGEN volgend op de dag van het ongeval ter kennis gebracht worden van de Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk bevoegd op de plaats waar het ongeval gebeurde



Bij een dodelijk arbeidsongeval en een arbeidsongeval dat volgens de eerste medische diagnose de dood of een blijvende arbeidsongeschiktheid van meer dan 25% tot gevolg kan hebben moet de Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk, bevoegd op de plaats waar het ongeval gebeurde, ONMIDDELLIJK in kennis worden gesteld

Pagina | 66

Gegevens Provinciale Afdeling Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk Provincie Antwerpen Theater Building Italiëlei 124 - bus 77 2000 Antwerpen Tel: 03 232 79 05 - Fax: 03 226 02 53 [email protected]

Pagina | 67

7.3

TAAKMAP ONGEVAL MET LEERLING

Wat te doen bij een ongeval? 4. Geef alarm 

Verwittig het secretariaat zodat de hulpverlener kan ter plaatse komen. Intern 7000 of 014/202007



Indien meer hulp vereist: BEL 112



Denk aan zoveel mogelijk informatie:



Reden van de oproep, omschrijving van de verwondingen



Man/vrouw



Leeftijd



Plaats van het slachtoffer, eventueel gebouw, verdieping en lokaalnummer



Bij bewustzijn/bewusteloos



Eventueel gekende problemen



Breng volgende personen op de hoogte:



Directie



Preventieadviseur



Arbeidsgeneesheer (bij arbeidsongeval en technisch ongeval)



Leerlingadministratie

5. Extra maatregelen bij technisch ongeval 

De arbeidsinspectie wordt verwittigd, evenals de FOD Economie, Pagina | 68

Directie Elektrische Energie voor ongevallen met elektrische installaties. 

Gegevens: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene Directie Energie, Afdeling Infrastructuur Koning Albert II-laan 16 1000 Brussel Tel.: 02 277 91 25 Fax: 02/277.52.05 E-mail : [email protected]

6. Extra maatregelen bij arbeidsongeval(enkel bij ongeval op stage !) 

Naast de voorgaande verplichte vermeldingen voor de directie/EHBO verantwoordelijke/schoolarts/hulpdiensten moet ook de functie van het slachtoffer vermeld worden bv. leerling houtbewerking, conciërge, …



De aangifte van elk arbeidsongeval met ten minste vier dagen ongeschiktheid moet binnen de TIEN DAGEN na het ongeval doorgestuurd worden naar de Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk bevoegd op de plaats waar het ongeval gebeurde



Een ernstig ongeval dat zich op de arbeidsplaats zelf voordoet, moet binnen de TWEE DAGEN volgend op de dag van het ongeval ter kennis gebracht worden van de Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk bevoegd op de plaats waar het ongeval gebeurde



Bij een dodelijk arbeidsongeval en een arbeidsongeval dat volgens de eerste medische diagnose de dood of een blijvende arbeidsongeschiktheid van meer dan 25% tot gevolg kan hebben moet de Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk, bevoegd op de plaats

Pagina | 69

waar het ongeval gebeurde, ONMIDDELLIJK in kennis worden gesteld

7. Extra maatregelen bij ongeval op een speelterrein 

De directie licht de aangewezen administratieve dienst (FOD Economie: Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid) ONMIDDELLIJK in over elk ernstig incident en elk ernstig ongeval dat een gebruiker of derde overkomt tijdens het gebruik van een speelterrein of speeltoestel



Indien mogelijk: neem foto's!



Gegevens: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid Centraal Meldpunt voor Producten North Gate Koning Albert II-laan 16 1000 Brussel Tel.: 02 277 92 78 Fax: 02 277 54 38 E-mail: [email protected]

Gegevens Provinciale Afdeling Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk Provincie Antwerpen Theater Building Italiëlei 124 - bus 77 2000 Antwerpen Tel: 03 232 79 05 - Fax: 03 226 02 53 [email protected]

Pagina | 70

7.4

TAAKMAP VOEDSELVERGIFTIGING

Wat te doen bij een voedselvergiftiging? 1. Geef alarm 

Verwittig de directie of het secretariaat van de school



Indien meerdere leerlingen zich tegelijk ziek voelen: BEL 112



De directie neemt contact op met de CLB-arts of een huisarts uit de omgeving. Deze zal een beslissing nemen rond de verdere aanpak



Het crisisteam wordt samengeroepen



De Provinciale Controle Eenheid (PCE) wordt onmiddellijk verwittigd. Dit wordt telefonisch gedaan en bevestigd door de gelijktijdige overmaking van het meldingsformulier via fax of e-mail met minimale invulling van de verplichte velden (zie volgende pagina’s)

Gegevens Provinciale Controle Eenheden Provincie Antwerpen Italiëlei 124 Bus 92 2000 Antwerpen Tel: 03 202 27 11 - Fax: 03 202 28 11 GSM: 0478 87 62 19 (Enkel in uiterst dringende gevallen buiten de diensturen) [email protected]

Pagina | 71

FORMULIER VOOR DE MELDINGSPLICHT

zoals voorzien bijlage I van het ministerieel besluit van 22 januari 2004 betreffende de modaliteiten voor de meldingsplicht in de voedselketen

ALGEMENE INFORMATIE

01:

BEDRIJF DAT DE MELDING DOET:

ERKENNING N°

GEGEVENS VAN DE CONTACTPERSOON (tEl., fax, email, GSM)

idem BUITEN KANTOORTIJD

02:

BEDRIJF PRODUCTVERANTWOORDELIJKE: ERKENNING N°

03:

GEGEVENS VAN DE CONTACTPERSOON (tEl., fax, email, GSM) idem BUITEN KANTOORTIJD

04:

DATUM EN UUR VAN DE INITIËLE MELDING:

Pagina | 72

PRODUCT

05:

PRODUCTCATEGORIE:

06:

PRODUCTNAAM/ HANDELSBENAMING: MERK

07:

IDENTIFICATIE VAN DE BETREFFENDE PARTIJEN:

08:

DATUM VAN MINIMALE HOUDBAARHEID OF UITERSTE GEBRUIKSDATUM EN/OF FABRICAGEDATUM :

09:

VERKOOPPERIODE

10:

BETROKKEN HOEVEELHEID OF VOLUME

11:

UIT DE MARKT TE NEMEN OF TERUG TE ROEPEN HOEVEELHEID OF VOLUME

12:

PRODUCTBESCHRIJVING ( (directe) verpakking, staat, foto of afbeelding…):

13:

WAAR BEVINDT ZICH HET PRODUCT

14:

IDENTIFICATIE EN HOEVEELHEID OF VOLUME VAN IN VERGELIJKBARE OMSTANDIGHEDEN VERKREGEN PRODUCTPARTIJEN WAARBIJ HET PROBLEEM ZICH EVENTUEEL KAN VOORDOEN

Pagina | 73

HERKOMST VAN HET PRODUCT

15:

Indien andere dan de productverantwoordelijke : NAAM EN ADRES VAN DE FABRIKANT/OF PRODUCENT/OF VERPAKKER/OF BEZITTER VAN DE ERKENNING:

ERKENNINGSNUMMER :

GEGEVENS VAN DE CONTACTPERSOON (tEl., fax, email, GSM)

16:

NAAM EN ADRES VAN DE TRANSPORTEUR: GEGEVENS VAN DE CONTACTPERSOON (tEl., fax, email, GSM)

17:

NAAM EN ADRES VAN DE IMPORTEUR OF DISTRIBUTEUR OF BEZITTER VAN DE ERKENNING:

GEGEVENS VAN DE CONTACTPERSOON (tEl., fax, email, GSM) 18:

LAND VAN HERKOMST VAN HET PRODUCT

19:

REFERENTIE VAN HET GEZONDHEIDCERTIFICAAT BIJ DE INVOER

Pagina | 74

DISTRIBUTIE (OF LOKALISATIE) VAN HET PRODUCT

20:

DISTRIBUTIE IN BELGIË

JA-NEEN

INDIEN JA : LIJST BESTEMMINGEN (naam en adres) EN KWANTITEIT 21:

BIJ DE GEBRUIKER OF CONSUMENT

JA-NEEN

INDIEN JA : KWANTITEIT 22:

DISTRIBUTIE IN DE ANDERE LIDSTATEN

JA-NEEN

INDIEN JA : LIJST (landen en naam en adres geadresseerden) EN KWANTITEIT

23:

UITVOER NAAR DERDE LANDEN

JA-NEEN

INDIEN JA : LIJST (landen en naam en adres geadresseerden) EN KWANTITEIT en bijhorende gezondheidscertificaten

AARD VAN HET PROBLEEM

24:

AARD VAN HET GEVAAR:

25:

AANLEIDING TOT HET INCIDENT

26:

RESULTATEN VAN DE ANALYSES:

27:

DATUM BEMONSTERING :

28:

GEGEVENS VAN HET LABORATORIUM DAT DE ANALYSES UITVOERDE:

29:

GEBRUIKTE ANALYSEMETHODE:

Pagina | 75

30:

AARD VAN HET RISICO (uitwerking op de gezondheid van mens, dier of plant):

31:

AANTAL patienten (leeftijd, gezondheidstoestand, enz.) oF OMVANG VAN DE SCHADE (DIEREN – PLANTEN …….)

GETROFFEN MAATREGELEN:

32: VOORZIENE MAATREGELEN: 33:

REEDS ONDERNOMEN MAATREGELEN:

ADVIEZEN AAN CONSUMENTEN OF GEBRUIKERS

34:

WAT DOEN MET HET PRODUCT:

35:

ADVIEZEN AAN CONSUMENTEN OF GEBRUIKERS

36:

PLAATS VAN TERUGNAME VAN HET PRODUCT EN GEGEVENS

37:

VOORWAARDEN INZAKE TERUGNAME VAN HET PRODUCT

38:

TEL.NR. VAN HET BEDRIJF DAT VERANTWOORDELIJK IS VOOR PRAKTISCHE AANGELEGENHEDEN

ANDERE INFORMATIE Pagina | 76

39*:

BIJ FAVV GECONTACTEERD PERSOON :

40*:

ANDERE INFORMATIE

41:

DATUM VAN DE afsluiting VAN DE MELDING

Handtekening melder:

Pagina | 77

7.5

TAAKMAP INFECTIEZIEKTE

Wat te doen bij een infectieziekte? 1. Interne melding 

Verwittig:



Directie



Preventieadviseur



Arbeidsgeneesheer



Schoolarts



CLB



Overleg met de CLB-arts alvorens een beslissing te nemen. Het crisisteam wordt samengeroepen indien nodig. De directeur is verplicht om:



De aandacht van de ouders te vestigen op het mogelijke besmettingsgevaar



De ouders duidelijk te maken welke voorzorgsmaatregelen ze kunnen nemen



Het sluiten van de school of klas onmiddellijk te melden aan het departement Onderwijs

2. Externe melding 

Overleg met de CLB-arts alvorens een beslissing te nemen



Verwittig de provinciale afdeling van het Toezicht Volksgezondheid – Dienst Infectieziektebestrijding Pagina | 78

(zie volgende pagina’s) 

Buiten de kantooruren? Tel. 02 512 93 89.

Gegevens Toezicht Volksgezondheid - Dienst Infectieziektebestrijding Provincie Antwerpen Lange Kievitstraat 111-113, bus 31 2018 Antwerpen Tel: 03 224 62 04 - Fax: 03 224 62 01 [email protected]

Pagina | 79

Meldingsformulier aangifte van een infectiezieke

Melding van infectieziekten

ZG-091210

In te vullen door de behandelende afdeling

Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid

ontvangstdatum

Afdeling Toezicht Volksgezondheid Team Infectieziekten Waarvoor dient dit formulier?

Met dit formulier maakt u melding van meldingsplichtige infectieziekten, zoals bepaald in de volgende regelgevende teksten: -

het ministerieel besluit van 19 juni 2009 betreffende de bepaling van de lijst van infecties die gemeld moeten worden en tot delegatie van de bevoegdheid om ambtenaren-artsen en ambtenaren aan te wijzen;

-

het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juni 2009 betreffende initiatieven om uitbreiding van schadelijke effecten die veroorzaakt zijn door biotische factoren tegen te gaan, artikel 4;

-

het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid, gewijzigd bij de decreten van 16 juni 2006 en 18 juni 2008.

Gegevens van de melding infectieziekte meldingsdatum

dag

maand

jaar

ziektegeval

bevestigd

niet bevestigd

diagnose

klinisch

epidemiologisch

laboratoriumtechnisch

land van besmetting Gegevens van de geïnfecteerde persoon ‘Voor- en achternaam’ en ‘andere contactgegevens’ zijn facultatief. U kunt ze vermelden als u dat nodig acht voor het nemen van maatregelen. Onder ‘andere contactgegevens’ worden bijvoorbeeld adres, telefoonnummer of e-mailadres verstaan. voor- en achternaam geslacht geboortedatum

mannelijk dag

vrouwelijk maand

jaar Pagina | 80

postnummer en gemeente andere contactgegevens dossierreferentie Gegevens van de melder Vul de onderstaande gegevens in of druk uw stempel af. voor- en achternaam

Druk in dit vak uw stempel af.

functie straat en nummer postnummer en gemeente telefoon- of gsm-nummer e-mailadres Gegevens van de behandelende arts U hoeft deze rubriek alleen in te vullen als de behandelende arts niet de melder is. voor- en achternaam straat en nummer postnummer en gemeente telefoon- of gsm-nummer e-mailadres Aanvullende informatie Ik verbind me ertoe aanvullende informatie mee te delen als de bevoegde ambtenaar-arts die noodzakelijk acht om profylactische maatregelen te nemen overeenkomstig artikel 5 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juni 2009 betreffende initiatieven om uitbreiding van schadelijke effecten die veroorzaakt zijn door biotische factoren tegen te gaan. Aan wie bezorgt u dit formulier? Bezorg dit formulier zo snel mogelijk aan de arts Infectieziektebestrijding van de afdeling Toezicht Volksgezondheid in uw provincie. U vindt de contactgegevens op in de rubriek Contact.

Pagina | 81

7.6

TAAKMAP ZELFDODING OF ZELFMOORDPOGING

Wat te doen bij zelfdoding, zelfmoordpoging of plots overlijden op school? 1. Blijf kalm en geef alarm 

BEL 112 indien dit binnen school gebeurt



Verwittig secretariaat en/of directie



Secretariaat verwittigt:



Directie



Dienst preventie

 Interne leerlingenbegeleiding  Ondersteunende cel  CLB  Dienst slachtofferhulp

2. Aandachtspunten 

Spreek af wie zorgt voor: 

Opvang leerling, broers, zussen of personeelslid



Opvang klasgenoten en/of collega's



Contactopname ouders en/of familieleden

3. Overleg tussen de betrokken diensten actief in de opvang  

Bespreek de stand van zaken en stel een stappenplan op:

Wie verder opvangen / wie mag naar huis? Pagina | 82



Situatie van de leerling? Situatie ten opzichte van de ouders?



Brief naar de ouders van de andere leerlingen?



Extra klassenraad?



Acties volgende dagen? (één minuut stilte, begrafenis, klasgesprek, herdenkingsplaats, …) 

…

Pagina | 83

7.7

TAAKMAP VERMISTE PERSOON

Wat te doen wanneer een leerling vermist is? 1. Blijf kalm en geef alarm 

Verwittig de directie en het secretariaat



Roep het crisisteam samen

2. Verdere afhandeling 

Verzamel gegevens over de vermiste leerling. Dit houdt in:



Waar is de leerling laatst gezien?



Wie had als laatste contact met de leerling?



Wat is zijn/haar normale reisweg van/naar de school?



Welk vervoermiddel gebruikt hij/zij om naar school te gaan?



Hoe was zijn/haar recente gemoedstoestand?



Heeft deze leerling een bepaald ziektebeeld of allergieën?



Wat is de gezinssituatie van de leerling?



Zijn er nog persoonlijke bezittingen van hem/haar aanwezig op de school (boekentas, kledij, schoolmateriaal, …)? 

…



Verwittig de ouders van de vermiste leerling



De directie beslist wanneer de politie verwittigd wordt om een zoekactie te starten

Pagina | 84

7.8

TAAKMAP ONGEVAL BIJ BUSUITSTAP

Wat te doen bij een busongeval? (directie) 1. Aandachtspunten 

De directie beslist of het crisiscentrum wordt opgestart.



Taken:



Het gebeuren coördineren



Zich informeren over het ongeval (zijn alle externe hulpdiensten en overheden ingeschakeld bv. brandweer, ambulance, politie, etc.)



Verbinding maken met alle betrokkenen (begeleiders, autobusmaatschappij, eventueel de hulpdiensten ter plaatse, behandelende artsen, ziekenhuizen enz…)



Beslissen met de andere aanwezigen van het crisisteam of er iemand van de school ter plaatse gaat



Zorgen voor de goede uitvoering van de taken van het crisisteam (personen aanduiden en taken verdelen)



Overleggen met de gemeente (burgemeester, ambtenaar noodplanning of politie)

Pagina | 85

7.9

TAAKMAP CRISIS BUITEN DE SCHOOL MET DREIGING VOOR DE SCHOOL

Wat te doen bij een crisis buiten de school met mogelijke dreiging voor de school? 1. Aandachtspunten 

De directie wordt in kennis gesteld door de hulpdiensten of de overheid



Roep het crisisteam samen



Volg de richtlijnen van de overheid bv. schuilen of evacueren



Informeer de leerkrachten en leerlingen

Pagina | 86

2014. Pagina 1

Recommend Documents