1/ 5
Advies EGTOP over additieven in bio
17/10/2012
samenvatting Elke Denys Een team van experts (Expert Group on organic Processing, EGTOP) boog zich over de lijst met toegelaten additieven in biologische producten. Ze namen de bestaande lijst onder de loep en keken in het bijzonder naar enkele vragen om bepaalde additieven toch toe te laten in biologische voeding. Hieronder vind je het advies van de EGTOP over deze additieven. Dit advies zullen ze nu voorstellen aan de verschillende lidstaten gevolgd door een stemming om bepaalde additieven al dan niet toe te laten. Steviolglycosiden (E960) Steviolglycosiden kunnen niet worden toegelaten in biologische producten als additief. De EGTOP erkent de bijzondere waarde van deze steviolglycosden omdat ze de enige zoetstof zijn van natuurlijke oorsprong met 0 calorieën en geen directe invloed op de glycemische index. Maar het probleem is dat er een bepaald proces, met name ionenwisselaars nodig zijn om deze steviolglycodisden te verkrijgen. Dit proces is nodig om de zuiverheid van de glycosiden te garanderen maar is niet toegelaten in bio. De EGTOP sluit dus niet uit, dat indien innovatie ervoor kan zorgen dat we in de nabije toekomst pure steviolglycosiden kunnen produceren zonder deze ionenwisselaars, deze wel kunnen toegelaten worden in bio. Carnaubawas en bijenwas (E903 en E901) Carnaubawas en bijenwas waren al toegestaan als technische hulpstof, maar in de praktijk bleek de grens tussen technische hulpstof en additief niet altijd duidelijk. Ze werden gebruikt als ‘releasing agent’ maar waren vaak ook nog in het eindproduct te vinden. Vandaar dat de EGTOP het advies heeft gegeven om beide wassen toe te staan als additief en zo verwarring op de markt te vermijden. Ze kunnen wel alleen gebruikt worden als ‘glazing agent’. Carnaubawas moet bovendien biologisch gecertificeerd zijn, dit wil zeggen dat er bij de extractie geen heptaan gebruikt is en geen waterstofperoxide als bleekmiddel.
2/ 5
De bijenwas moet afkomstig zijn van bijen geteeld volgens de biologische productiemethode. Thiamine (TH) en Diamoonium waterstoffosfaat (TH en DAP) Beide stoffen zijn eerder al goedgekeurd als technische hulpstof bij de productie van biologische wijn. Deze stoffen zijn noodzakelijk als nutriënten voor de gist. Het advies van de EGTOP luidt dat ze ook moeten toegelaten worden bij de productie van fruit- en honingwijnen. Natriumcarbonaat (Na2CO3) (E500) Natriumcarbonaat was al toegelaten als additief voor producten van plantaardige oorsprong, dulce de leche, zure roomboter en zuremelkkaas en als technische hulpstof bij de bereiding van suiker. De EGTOP is van mening dat natriumcarbonaat echter ook noodzakelijk is bij de productie van zetmeel en gluten als technische hulpstof, meerbepaald als zuurteregelaar. Verder formuleert de EGTOP dat de beperking voor gebruik van natriumcarbonaat als additief moet opgeheven worden. Er zijn immers meerdere dierlijke producten waar natriumcarbonaat ook een nutiige functie heeft. In belang van de verder ontwikkeling van de biosector en de ontwikkeling van nieuwe producten is het daarom noodzakelijk dat natriumcarbonaat zonder beperkingen mag gebruikt worden. Houtvezels De EGTOP formuleert in haar advies dat het gebruik van houtvezels als technische hulpstof moet toegelaten zijn. Houtvezels kunnen gebruikt worden als filtermateriaal. Er zijn ook andere technische hulpstoffen die hiervoor kunnen gebruikt worden zoals natuurlijke silicaten of cellulose maar gezien de natuurlijke oorsprong van houtvezels is er geen reden om het gebruik ervan te verbieden. De vezels moeten wel afkomstig zijn van duurzaam geproduceerd hout met certificaat. Bovendien mogen geen toxische stoffen aanwezig zijn op de houtschilfers bijvoorbeeld van behandeling van het hout na de oogst.
3/ 5
Ionenwisselaars en adsorptie technieken De EGTOP geeft hierover een negatief advies, bij beide technieken wordt het voedingsproduct immers ingrijpend veranderd op moleculair niveau. Er worden bepaalde moleculen aan het product onttrokken en andere (onder de vorm van anionen en kationen) toegevoegd. Het product krijgt daardoor eigenschappen die niets meer met het origineel ingrediënt te maken hebben en dit is dus niet in lijn met de productieregels van biologische voeding. De ionen toegevoegd aan het product volgens deze techniek staan immers ook niet op de lijst van technische hulpstoffen of additieven en kunnen dus wettelijk niet worden toegevoegd. Ionenwisselaars en adsorptie technieken worden niet behandeld als ‘technische hulpstof’ maar als verwerkingstechniek. Dit advies van de EGTOP geldt enkel voor het gebruik van deze technieken voor de productie van een zoetstof op basis van carob. Voor de productie van wei of zetmeel voor babyvoeding kan een uitzondering gemaakt worden omdat deze wei en dit zetmeel aan bepaalde voorwaarden moet voldoen met betrekking tot de nutritionele kwaliteit. Zwaveldioxide en kaliumdisulfiet (E220 en E224) Beide additieven waren enkel toegelaten voor gebruik in fruit- en honingwijnen waar geen extra suiker aan werd toegevoegd. Deze laatste beperking met betrekking tot de toevoeging van suiker moet volgens de EGTOP worden weggelaten. Er zijn immers heel wat fruitwijnen die gemaakt worden van minder suikerrijke vruchten waar het noodzakelijk is extra suiker toe te voegen. Natriumcitraat (E331) De EGTOP adviseert dat de voorwaarde die oplegt dat natriumcitraat enkel kan gebruikt worden voor de productie van dierlijke producten moet worden opgegeven. Natriumcitraat heeft immers een belangrijke invloed op de reductie van acrylamide bij gebakken producten op basis van volle granen. Natriumcitraat
4/ 5
kan ook een invloed hebben op de bindingseigenschappen van pectine in jams en confituren. In belang van de verder ontwikkeling van de biosector en de ontwikkeling van nieuwe producten is het daarom noodzakelijk dat natriumcitraat zonder beperkingen mag gebruikt worden. Citroenzuur (E330) Tot op vandaag is citroenzuur enkel toegelaten als additief voor producten van plantaardige oorsprong. Omdat citroenzuur een belangrijke zuurteregelaar is, ook bij de verwerking dierlijke producten zoals eieren, is de EGTOP van mening dat deze beperking moet opgeheven worden. Ook als technische hulpstof moeten de beperkingen opgeheven worden en zou het voor alle toepassing mogelijk moeten zijn citroenzuur te gebruiken. De EGTOP adviseert dat in belang van de verder ontwikkeling van de biosector en de ontwikkeling van nieuwe producten het noodzakelijk is dat natriumcitraat zonder beperkingen mag gebruikt worden als additief en als technische hulpstof Wijnsteenzuur (E334) Het gebruik van dit zuur was beperkt tot gebruik in producten van plantaardige oorsprong. Volgens de EGTOP moet dit zuur echter ook worden toegelaten in dierlijke producten en meerbepaald in honingwijnen. Glycerol (E422) Glycerol kan zowel van dierlijke als van plantaardige oorsprong zijn, maar het kan ook geproduceerd worden via petrochemie. De EGTOP adviseert enkel gebruik van plantaardige glycerol. De EGTOP is er zich van bewust dat er ook een vraag is om het gebruik van glycerol uit te breiden. Nu mag het enkel gebruikt worden voor de extractie van plantenextracten. Over een mogelijke uitbreiding wou de EGTOP zich niet uitspreken omdat er te weinig informatie aanwezig was in het aanvraagdossier over dit specifiek gebruik. Pectine (E440)
5/ 5
De EGTOP adviseert dat het gebruik van pectine beperkt moet blijven tot plantaardige producten en producten op basis van melk. Er was een vraag om pectine ook toe te laten in hambereidingen om het slicen te vergemakkelijken maar dit is dus negatief geadviseerd. Ehanol, gelatine, plantenolie’s en rijstmeel Deze stoffen zijn momenteel toegelaten als technische hulpstof. Gezien deze stoffen voldoende beschikbaar zijn in biologische vorm adviseert de EGTOP dat deze stoffen dan ook enkel mogen gebruikt worden in biologische vorm, zelfs al worden ze gecatalogeerd als technische hulpstof. Geen advies De EGTOP heeft nog geen advies gegeven over het gebruik van ozon als bewaringstechniek groenten en fruit, azijnzuur als technische hulpstof bij de verwerking van vis en mogelijke additieven die noodzakelijk zijn voor de productie van biologische aroma’s. Deze zaken zullen bekeken worden als de EGTOP een volgend mandaat krijgt.