2010, een bijzonder jaar 2010 was in meerdere opzichten een bijzonder jaar. Voor het eerst in onze lange geschiedenis werd de drempel "van 3.000 cliënten in begeleiding" doorbroken. De toename van het aantal hulpvragen is op zich niet nieuw, wel dat het stijgingspercentage vooral de laatste jaren aangroeit, vorig jaar nog met 11,1%. Het stijgend aantal hulpvragen is een indicatie van de toenemende problematiek in onze samenleving. Problematisch middelengebruik weegt niet alleen zwaar voor de cliënt maar ook op zijn/haar persoonlijke levenssfeer (gezin, familie, omgeving…). Hoeveel spanning, teleurstelling, woede … schuilt er niet achter het naakte cijfer van 3.021 cliënten die vorig jaar op ons beroep deden? Terwijl het aantal hulpvragen jaarlijks toeneemt blijft het aantal hulpverleners omzeggens constant, met als resultaat een stijgende werkdruk, waarvan het plafond overschreden is, en het opduiken van wachtlijst(jes). De ambivalente motivatie van probleemgebruikers kennende weten we dat een hulpvraag snel moet beantwoord worden, zo niet gaat de kans verloren met heel wat miserie voor zowel de cliënt als zijn omgeving. Wij investeren niet alleen in hulpverlening, maar zeker ook in preventie. Uit grootschalig evaluatieonderzoek blijkt dat in Limburg het middelengebruik bij jongeren afneemt, een signaal dat ons aanzet om op de ingeslagen preventieve weg verder te gaan. Nagenoeg ¼ van alle in Vlaanderen geregistreerde preventieactiviteiten worden door ons (mede)georganiseerd! Met steun van Limburgs Sterk Merk (LSM) kwamen vorig jaar nieuwe middelen vrij, waardoor we een extra impuls konden geven aan de sporten jeugdhuissector. Vorig jaar vierden we samen met de collega's van het LiSS het 25 jarig jubileum van het straathoekwerk. In 1985 introduceerde CAD de straathoekwerkmethodiek in België. Ondertussen een begrip geworden, maar toen geassocieerd met straatleggers… Dat deze methodiek, meer dan ooit noodzakelijk is bewijst het bijgevoegd jaarverslag van onze SHW equipe, waarbij ik je bijzondere aandacht vraag voor de ervaringsverslagen die er aan toegevoegd zijn.
Jaarverslag online
1
Dat onze dienst (nog steeds) pionier is in ontwikkeling van nieuwe methodieken wordt o.m. bewezen door de online hulpverlening die jaar na jaar uitbreidt, zoals de nieuwe website www.cannabishulp.be. Maar we blijven ook 'beweging brengen' in de dagelijkse werking. Zo stapten in september 22 van onze methadoncliënten naar Santiago de Compostela. Onze jaarlijks uitbreidende werking vereist vanzelfsprekend ook een aangepast infrastructuur. We willen daaraan - althans in eerste instantie tegemoet komen door onze nieuwbouw op de Salvatorstraat. Ter ere van onze stichter en blijvende inspirator legde Minister Jo Vandeurzen, samen met onze voorzitter de eerste steen. In de nazomer van 2011 plannen we de verhuis. Marcel Vanhex 9 mei 2011
Jaarverslag online
2
HULPVERLENING CAD LIMBURG 1
AANTAL AANTAL CLIENTEN M
V
TOT
%M
%V
overgedragen dossiers (lopende begeleiding op 01.01.'10)
996
310
1.306
76,3
23,7
nieuwe dossiers (1° contact met C.A.D. in '10)
872
376
1.248
69,9
30,1
heropende dossiers (begeleiding heropgenomen in '10) onbekend
357
104
461
77,4
22,6
6
0
6
100,0
0,0
2.231
790
3.021
73,8
26,2
TOTAAL
In 2010 werden 3021 cliëntsystemen (cliënten, hun familieleden en/of andere directe betrokkenen) begeleid. We zien een stijging van 301 dossiers tegenover vorig jaar. Dit is een opmerkelijke stijging, in vergelijking met de geleidelijke opmars de voorbije jaren. De stijging is vooral te wijten aan het hoge aantal overgedragen dossiers (1306 tgo 1072 in 2009). Gezien er meer en meer evidentie is voor het gegeven dat verslaving een chronische aandoening is van bio-psycho-sociale oorsprong, en ook vanuit die visie behandeld wordt binnen onze dienst, kunnen we verwachten dat dit cijfer nog kan stijgen. Samen met de hoge instroom van nieuwe cliënten die de laatste jaren manifesteert, betekent dit echter wel een extra belasting voor onze hulpverleners gezien het aanbod niet evenredig mee evolueert met de zorgvragen.
Jaarverslag online
3
2
LEEFTIJD EN GESLACHT MANNEN a.c.
< 18 jaar 18 - 24 jaar 25 - 34 jaar 35 - 44 jaar 45 - 54 jaar 55 - 64 jaar > 64 jaar onbekend TOTAAL
VROUWEN
%
a.c.
TOTAAL
%
a.c.
%
94 390 666 527 409 117 15 13
4,2 17,5 29,9 23,6 18,3 5,2 0,7 0,6
31 64 167 167 216 97 27 21
3,9 8,1 21,1 21,1 27,3 12,3 3,4 2,7
125 454 833 694 625 214 42 34
4,1 15,0 27,6 23,0 20,7 7,1 1,4 1,1
2.231
100,0
790
100,0
3.021
100,0
Opvallend in deze tabel is dat vrouwen en mannen verschillen in gemiddelde instapleeftijd in de alcohol- en drughulpverlening. Bij mannen ligt de grootste cliëntgroep in de leeftijdscategorie 25-34j.. Vrouwen stappen later in de hulpverlening: de grootste groep hier is tussen 45 en 54 jaar. Opmerkelijk is het grote verschil in de adolescentieperiode: 17.5% van de mannelijke cliënten stappen in hulpverlening tussen 18 en 24 jaar, tegenover slechts 8.1% van de vrouwelijke cliënten. Bij 65-plussers is de ratio omgekeerd en mochten we in 2010 meer vrouwen dan mannen optekenen. 4
BURGERLIJKE STAAT a.c.
ONGEHUWD Alleenstaand Samenwonend met contract Samenwonend (zonder contract)
%
1.083 520 61 197
35,8 17,2 2,0 6,5
GEHUWD
621
20,6
GESCHEIDEN
161
5,3
Jaarverslag online
4
Feitelijk gescheiden Gescheiden van tafel en bed Uit de echt gescheiden WEDUWSTAAT ANDERE ONBEKEND TOTAAL
74 27 208
2,4 0,9 6,9
40
1,3
4
0,1
25
0,8
3.021
100,0
29.1 % leeft samen met een partner. In onze begeleidingen wordt veel aandacht besteed aan steun vanuit omgeving. Een partner speelt hierin een belangrijke rol. 5
LEEFSITUATIE a.c.
%
ALLEENWONEND
650
21,5
OUDERLIJK GEZIN Bij beide ouders Co-ouderschap Bij moeder met partner Bij moeder alleenstaand Bij vader met partner Bij vader alleenstaand Bij grootouders
147 350 24 83 186 15 56 4
4,9 11,6 0,8 2,7 6,2 0,5 1,9 0,1
EIGEN GEZIN Samenwonend met partner Samenwonend met partner en kinderen Eenoudergezin
120 511 453 105
4,0 16,9 15,0 3,5
BIJ FAMILIE Bij kinderen Bij andere familieleden
7 5 6
0,2 0,2 0,2
PLEEGGEZIN
2
0,1
Jaarverslag online
5
COLLECTIEVE WOONVORM Begeleidingstehuis (jeugdhulpverlening) Onthaal-, oriëntatie- en observatiecentrum (jeugdhulpverlening) Gemeenschapsinstelling (jeugdhulpverlening) Gevangenis Asielcentrum
49 10 4
1,6 0,3 0,1
2 30 2
0,1 1,0 0,1
THERAPEUTISCH MILIEU Therapeutische Gemeenschap (drughulpverlening) Beschut Wonen
4 4 40
0,1 0,1 1,3
119
3,9
33
1,1
3.021
100,0
ANDER ONBEKEND TOTAAL
Zoals in bovenstaande tabel willen we hier wijzen op het grote aantal cliënten die in een gezinscontext leven: 68.8%. Bij een groot deel van deze dossiers kan het systeem ingeschakeld worden in de begeleiding van cliënten. Toch mogen we niet vergeten dat een heel aantal van onze cliënten een zeer geïsoleerd bestaan leiden en niet kunnen terugvallen op steun van familie. Daarom besteden we binnen onze dienst veel aandacht aan een goede netwerking met andere diensten.
6
BEROEP (laatst uitgevoerde beroep) a.c.
%
NIET-BEROEPSACTIEF Huishouden Leerling, student
644 49 287
21,3 1,6 9,5
ARBEIDER Ongeschoolde arbeider Geschoolde arbeider
612 352 380
20,3 11,7 12,6
BEDIENDE Lager bediende
184 54
6,1 1,8
Jaarverslag online
6
Gekwalificeerde bediende Hoger/ middenkader
169 39
5,6 1,3
ZELFSTANDIGE Zelfstandige zonder beroepsopleiding Zelfstandige met beroepsopleiding Vrij beroep/ zelfstandige met A1-diploma of hoger
76 15 35 20
2,5 0,5 1,2 0,7
ANDERE BEROEPSACTIVITEIT
12
0,4
ONBEKEND
93
3,1
3.021
100,0
TOTAAL
Deze cijfers slaan op de laatst uitgevoerde beroepswerkzaamheid. Het geeft voor een heel aantal cliëntdossiers een zicht op de professionele achtergrond, eerder dan de huidige activiteit. Bijvoorbeeld een zelfstandige die failliet is gegaan en daarna op leefloon komt, of een arbeider die reeds 9 maanden op ziekenkas staat. 64.5% heeft dus een professionele voorgeschiedenis. In de volgende tabel zien we dat slechts 38.4% van ons cliënteel ook effectief zijn of haar inkomsten momenteel verkrijgt door te werken.
Jaarverslag online
7
7
INKOMSTEN a.c.
%
EIGEN BEROEPSACTIVITEITEN Voltijds eigen beroepsactivteiten Deeltijds eigen beroepsactivteiten
323 708 131
10,7 23,4 4,3
UITKERINGSGERECHTIGDE WERKLOZE Voltijds uitkeringsgerechtigd werkloos Deeltijds uitkeringsgerechtigd werkloos
207 184 14
6,9 6,1 0,5
PENSIOEN
103
3,4
14
0,5
ZIEKTE/INVALIDE ziekte minder dan 1 jaar ziekte meer dan 1 jaar (invaliditeit)
375 139 156
12,4 4,6 5,2
OCMW
121
4,0
25 0
0,8 0,0
111 68 265
3,7 2,3 8,8
1
0,0
76
2,5
3.021
100,0
MINDERVALIDE
ANDERE Alimentatie GEEN voorziet in levensonderhoud via inkomen partner voorziet in levensonderhoud via inkomen ander familielid geen vaste personen om te voorzien in levensonderhoud ONBEKEND TOTAAL
Er is een stijgende trend merkbaar in het aantal cliënten die langer dan een ziektevergoeding hebben gekregen en een invaliditeitsuitkering verkrijgen. Activering is een belangrijke peiler binnen onze hulpverlening, in het kader van reïntegratie en hervalpreventie. Verslavingsproblemen op zich zijn geen indicatie voor invaliditeitsuitkering.
Jaarverslag online
8
8
OPLEIDING a.c.
GEEN ONDERWIJS GEVOLGD LAGER ONDERWIJS
% 6
0,2
81
2,7
SECUNDAIR ONDERWIJS Algemeen secundair onderwijs Technisch secundair onderwijs Beroeps secundair onderwijs Kunst secundair onderwijs
148 165 410 874 20
4,9 5,5 13,6 28,9 0,7
DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS
131
4,3
LEERTIJD (LEERCONTRACT)
191
6,3
0 3 93
0,0 0,1 3,1
0 288 82
0,0 9,5 2,7
18
0,6
511
16,9
3.021
100,0
BUITENGEWOON ONDERWIJS Buitengewoon lager onderwijs Buitengewoon secundair onderwijs HOGER ONDERWIJS Hogeschoolonderwijs Universitair onderwijs ANDERE ONBEKEND TOTAAL
Van de 3021 cliëntsystemen waarvan het opleidingsniveau gekend is, zien we dat het merendeel beroepssecundair onderwijs gevolgd heeft en in tweede instantie technisch secundair onderwijs. De stijgende trend van hoogopgeleide cliënten zet zich ook dit jaar voort.. 9
PROBLEMATIEK hoofdproduct a.c.
OPIATEN Jaarverslag online
9
%
2de en evt. volgende producten a.c. %
heroïne opium-morfine codeïne voorgeschreven methadon niet-voorgeschreven methadon buprenofine andere opiaten niet gespecifieerd
567 1 8 4 1 3 62
20,7 0,0 0,3 0,1 0,0 0,0 0,1 2,3
48 3 10 18 2 1 2 2
2,6 0,2 0,5 1,0 0,1 0,1 0,1 0,1
subtotaal
646
23,6
86
4,6
STIMULANTIA cocaïne amfetamine xtc (mdma) andere stimulantia niet gespecifieerd
186 326 3 2 6
6,8 11,9 0,1 0,1 0,2
290 209 79 7 23
15,6 11,2 4,2 0,4 1,2
subtotaal
523
19,1
608
32,7
SLAAP- EN KALMEERMIDDELEN barbituraten e.d. benzodiazepine pijnstillers andere slaap- kalmeermiddelen niet gespecifieerd
2 25 9 8 1
0,1 0,9 0,3 0,3 0,0
6 134 7 8 34
0,3 7,2 0,4 0,4 1,8
subtotaal
45
1,6
189
10,2
HALLUCINOGENEN lsd paddestoelen en andere plantafleidingen niet gespecifieerd
1 1
0,0 0,0
9 3
0,5 0,2
1
0,0
2
0,1
subtotaal
3
0,1
14
0,8
1
0,0
2
0,1
0
0,0
3
0,2
VLUCHTIGE SNUIFMIDDELEN bepaalde vluchtige snuifmiddelen onbepaalde vluchtige Jaarverslag online
10
snuifmiddelen subtotaal
1
0,0
5
0,3
CANNABISDERIVATEN hasj marihuana andere cannabisderivaten niet gespecifieerd
14 394 0 174
0,5 14,4 0,0 6,4
16 225 1 228
0,9 12,1 0,1 12,3
subtotaal
582
21,3
470
25,3
ALCOHOL bier wijn sterke drank aperitieven andere alcohol niet gespecifieerd
404 138 89 16 5 166
14,8 5,0 3,3 0,6 0,2 6,1
121 75 88 13 4 119
6,5 4,0 4,7 0,7 0,2 6,4
subtotaal
818
29,9
420
22,6
ANDERE PSYCHOACTIEVE DRUGS niet-gespecifieerde geneesmiddelen anti-depressiva GHB andere specifieke drugs
1
0,0
0
0,0
1 19 3
0,0 0,7 0,1
1 45 1
0,1 2,4 0,1
subtotaal
24
0,9
47
2,5
OVERIGE VERSLAVINGEN (geen middelen) gokken internetverslaving andere verslavingsproblemen
73 13 5
2,7 0,5 0,2
17 1 2
0,9 0,1 0,1
subtotaal
91
3,3
20
1,1
2.733
100,0
1.859
100,0
TOTAAL relevante derden / geen verslaving Jaarverslag online
288
11
De verdeling van de aanmeldingsproblematiek over het toegenomen aan tal dossiers, blijft dezelfde als de voorbije jaren. Er is een duidelijke evolutie merkbaar in ons aanbod naar relevante derden (288 dossiers in 2010 vs 39 dossiers in 2000). Zoals eerder vermeld betrekken we, waar mogelijk, de omgeving meer en meer in de hulpverlening. In 52.5% van de dossiers is alcohol een hoofd- of nevenproduct. Gebruik van illegale middelen kan gefaciliteerd worden door overmatig alcoholgebruik. Daarnaast willen we de aandacht vestigen op de groeiende evidentie voor de positieve effecten van het gelijktijdig stoppen met het roken van tabak in het begin van de behandeling van afhankelijkheidsproblemen.
Jaarverslag online
12
9.1
FREQUENTIE HOOFDPRODUCT
HOOFDPRODU CT
FREQUE NTIE niet gebruikt
TOTA AL 1x/w eek
26x/w eek
dagel onregelm onbek ijks atig end
voorbije maand OPIATEN heroïne opium-morfine codeïne voorgeschreve n methadon nietvoorgeschreve n methadon andere opiaten niet gespecifieerd subtotaal STIMULANTIA cocaïne amfetamine xtc (mdma) andere stimulantia niet gespecifieerd subtotaal SLAAP- EN KALMEERMIDDE LEN barbituraten e.d. Jaarverslag online
24 0 1 0
16 0 0 0
55 0 1 0
450 1 6 4
4 0 0 0
18 0 0 0
567 1 8 4
0
0
0
1
0
0
1
0
0
1
2
0
0
3
0
3
7
48
0
4
62
25
19
64
512
4
22
646
46 74 1 0
14 15 1 0
51 80 0 1
43 129 0 1
23 20 1 0
9 8 0 0
186 326 3 2
0
1
2
2
0
1
6
121
31
134
175
44
18
523
0
0
1
1
0
0
2
13
benzodiazepin e pijnstillers andere slaapkalmeermiddel en niet gespecifieerd subtotaal HALLUCINOGE NEN lsd paddestoelen en andere plantafl. niet gespecifieerd subtotaal VLUCHTIGE SNUIFMIDDELEN bepaalde vluchtige snuifmiddelen subtotaal CANNABISDERI VATEN hasj marihuana niet gespecifieerd subtotaal ALCOHOL bier wijn sterke drank aperitieven andere alcohol niet Jaarverslag online
3
0
1
17
3
1
25
1 1
0 0
0 1
8 6
0 0
0 0
9 8
0
0
0
0
0
1
1
5
0
3
32
3
2
45
0 0
1 0
0 0
0 0
0 1
0 0
1 1
0
0
0
1
0
0
1
0
1
0
1
1
0
3
0
1
0
0
0
0
1
0
1
0
0
0
0
1
3 61 11
1 46 14
2 87 31
7 174 113
1 17 1
0 9 4
14 394 174
75
61
120
294
19
13
582
66 14 17 4 3 29
9 3 3 0 0 7
109 24 15 0 0 38
172 77 43 10 1 48
41 16 11 1 0 28
7 4 0 0 1 16
404 138 89 16 5 166
14
gespecifieerd subtotaal ANDERE PSYCHOACT. DRUGS nietgespecifieerde geneesmidd. anti-depressiva GHB andere specifieke drugs subtotaal OVERIGE VERSLAVINGEN gokken internetverslavi ng andere verslavingsprob lemen subtotaal TOTAAL
133
22
187
351
97
28
818
0
0
0
0
0
1
1
0 3 0
0 3 0
0 4 0
1 7 3
0 2 0
0 0 0
1 19 3
3
3
4
11
2
1
24
10 1
1 0
26 1
12 10
18 1
6 0
73 13
0
0
0
3
1
1
5
11 373
1 139
27 539
25 1401
20 190
7 91 91 2.733
relevante 288 derden / geen verslaving Het dagelijks gebruik geeft een indicatie van de mate van afhankelijkheid en vinden we vooral terug bij middelen die ook aanleiding kunnen geven tot een fysiologische dependentie zoals opiaten, slaap- en kalmeermiddelen, GHB en alcohol. Toch zijn van de 818 cliënten die zich aanmelden met een alcoholprobleem, maar 351 cliënten dagelijks drinker. Veel cliënten melden zich aan omwille van problematisch drinken, en niet zozeer omwille van ernstige lichamelijke afhankelijkheid. 9.2
TOEDIENINGSWIJZE HOOFDPRODUCT
Jaarverslag online
15
HOOFDPRODU CT
TOEDIENIN G SLIK SNUIV INHALE / EN REN
INJECTE AND REN ERE
NIE ONBEK TOTA T END AL VA N TOEPASSING
DRI NK OPIATEN heroïne opium-morfine codeïne voorgeschreve n methadon nietvoorgeschreve n methadon andere opiaten niet gespecifieerd subtotaal STIMULANTIA cocaïne amfetamine xtc (mdma) andere stimulantia niet gespecifieerd subtotaal SLAAP- EN KALMEERMIDD ELEN barbituraten e.d. benzodiazepin
Jaarverslag online
22 0 7 4
7 0 0 0
428 0 0 0
100 1 0 0
1 0 1 0
0 0 0 0
9 0 0 0
567 1 8 4
1
0
0
0
0
0
0
1
3
0
0
0
0
0
0
3
3
1
49
7
0
0
2
62
40
8
477
108
2
0
11
646
1 8 3 1
163 299 0 0
14 0 0 1
4 16 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
4 3 0 0
186 326 3 2
2
4
0
0
0
0
0
6
15
466
15
20
0
0
7
523
2
0
0
0
0
0
0
2
25
0
0
0
0
0
0
25
16
e pijnstillers andere slaapkalmeermiddel en niet gespecifieerd subtotaal HALLUCINOGE NEN lsd paddestoelen en andere plantafl. niet gespecifieerd subtotaal VLUCHTIGE SNUIFMIDDELE N bepaalde vluchtige snuifmiddelen subtotaal CANNABISDERI VATEN hasj marihuana niet gespecifieerd subtotaal ALCOHOL bier wijn sterke drank aperitieven andere Jaarverslag online
7 8
0 0
0 0
1 0
1 0
0 0
0 0
9 8
1
0
0
0
0
0
0
1
43
0
0
1
1
0
0
45
1 1
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
1 1
1
0
0
0
0
0
0
1
3
0
0
0
0
0
0
3
0
0
1
0
0
0
0
1
0
0
1
0
0
0
0
1
0 4 1
0 0 0
14 390 173
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
14 394 174
5
0
577
0
0
0
0
582
404 138 89 16 5
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
404 138 89 16 5
17
alcohol niet gespecifieerd subtotaal ANDERE PSYCHOACTIE VE DRUGS nietgespecifieerde geneesmiddel en anti-depressiva GHB andere specifieke drugs subtotaal OVERIGE VERSLAVINGEN gokken internetverslavi ng andere verslavingspro blemen subtotaal
166
0
0
0
0
0
0
166
818
0
0
0
0
0
0
818
1
0
0
0
0
0
0
1
1 18 2
0 0 0
0 0 1
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 1 0
1 19 3
22
0
1
0
0
0
1
24
0 0
0 0
0 0
0 0
36 7
33 6
4 0
73 13
0
0
1
0
2
2
0
5
0
0
1
0
45
41
4
91
TOTAAL
946
474
1072
129
48
41
relevante derden / geen verslaving
288
Jaarverslag online
18
23 2.733
10
VERWIJZER a.c.
%
EIGEN INITIATIEF Nieuwe patiënt Ex-patiënt van eigen CGG op eIgen initiatief Eigen initiatief niet gespecifieerd
250 234 383
8,3 7,7 12,7
subtotaal
867
28,7
Ouders Familie Werk Ex-patiënt of patiënt eigen CGG Patiëntengroep/zelfhulpgroep Vrienden/kennissen/buren Initiatief vanuit omgeving andere
116 61 17 26 3 20 58
3,8 2,0 0,6 0,9 0,1 0,7 1,9
subtotaal
301
10,0
4 334 45 3
0,1 11,1 1,5 0,1
PARAMEDICUS (privé) Psychotherapeut
11
0,0 0,4
CENTRUM VOOR GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG Andere vestiging of team eigen CGG Ander CGG
54 25 29
1,8 0,8 1,0
ALGEMEEN ZIEKENHUIS Psychiatrische afdeling voor volwassen (PAAZ) K-dienst binnen (AZ)
7 95 2
0,2 3,1 0,1
INITIATIEF VANUIT OMGEVING
GEZONDHEIDSZORG GENEESHEER (privé) Huisarts Psychiater Andere geneesheer
Jaarverslag online
19
Spoedopname (AZ)) Andere dienst (AZ)
38 16
1,3 0,5
PSYCHIATRISCH ZIEKENHUIS Psychiatrische afdeling voor volwassen (PZ) Psychiatrische afdeling voor kinderen (PZ) Dagactiviteit psychiatrisch ziekenhuis (PZ) Spoedopname (PZ)
14 80 1 7 5
0,5 2,6 0,0 0,2 0,2
SAMENWERKINGSVERBAND BESCHUT WONEN Initiatief beschut wonen Psychiatrische zorg in de thuissituatie (PZT)
1 17 3
0,0 0,6 0,1
DRUGHULPVERLENING Crisis Interventiecentrum Therapeutische gemeenschap Dagcentrum drughulpverlening Medisch sociaal opvangcentrum (MSOC) De druglijn
2 4 17 1 62 9
0,1 0,1 0,6 0,0 2,1 0,3
OVERIGE INITIATIEVEN GEZONDHEIDSZORG Wijkgezondheidscentrum Revalidatiecentrum (ambulant)
1 2 1
0,0 0,1 0,0
14
0,5
904
29,9
35
1,2
DIENST VOOR THUISZORG
1
0,0
CENTRUM VOOR INTEGRALE GEZINSZORG
1
0,0
3 2 18 1 15 1 1
0,1 0,1 0,6 0,0 0,5 0,0 0,0
GEZONDHEIDSZORG ANDERE Subtotaal WELZIJNSZORG OCMW
ALGEMEEN WELZIJNSWERK Centrum voor teleonthaal CAW - algemeen CAW - Jongeren Adviescentrum CAW - crisisopvang CAW - slachtofferhulp CAW - Jusitieel Welzijnswerk Jaarverslag online
20
CAW: andere deelwerking OVERIGE INITIATIEVEN WELZIJNSZORG Straathoekwerk WELZIJNSZORG ANDERE
10
0,3
11
0,0 0,4
14
0,5
113
3,7
9 2 3 2 2 6 6
0,3 0,1 0,1 0,1 0,1 0,2 0,2
30
1,0
Centrum kinderzorg en gezinsondersteuning (Kind en Gezin) Vertrouwenscentrum Kindermishandeling (Kind en Gezin) Voorzieningen kinderen en jongeren andere
1
0,0
1 1
0,0 0,0
subtotaal
3
0,1
1 1 1 3
0,0 0,0 0,0 0,1
1 5
0,0 0,2
1 2
0,0 0,1
15
0,5
subtotaal BIJZONDERE JEUGDSBIJSTAND Begeleidingstehuis Centrum voor onthaal en oriëntatie Thuisbegeleidingsdienst Dienst begeleid zelfstandig wonen Gemeenschapsinstelling Comité Bijzondere Jeugdzorg Bijzondere jeugdbijstand andere subtotaal VOORZIENINGEN KINDEREN EN JONGEREN
GEHANDICAPTENZORG (VFSIPH) Medisch-pedagogisch instituut Tehuis voor kort verblijf Internaat of semi-internaat (voor minderjarigen); Gezinsverv. tehuis en bezigheid- en/of nursingtehuis (meerderj. Dagcentrum voor meerderjarigen; Dienst voor begeleid wonen (meerderj. mentaal gehandicapte personen) Beschutte werkplaats Gehandicaptenzorg andere subtotaal
Jaarverslag online
21
JUSTITIE Federale politie/lokale politie Straf- en herstelbemiddeling
214 5
7,1 0,2
45 1
1,5 0,0
24 34 106 2
0,8 1,1 3,5 0,1
COMMISSIE Commissie voorwaardelijke invrijheidstelling Probatiecommissie
1 5
0,0 0,0 0,2
RECHTBANK Jeugdrechtbank Onderzoeksrechter Procureur
2 7 1 2
0,1 0,2 0,0 0,1
1 21
0,0 0,7
JUSTITIE ANDERE
231
7,6
subtotaal
702
23,2
5
0,2
SCHOOL Paramedische/sociale dienst school
48 1
1,6 0,0
subtotaal
54
1,8
VDAB Arbeidstrajectbegeleiding (ATB)
2 4
0,1 0,1
ANDERE INITIATIEVEN Advocaat
1 3
0,0 0,1
OVERIGE INITIATIEVEN ANDERE
3
0,1
JUSTITIEHUIS Justitiehuis - commisie ter bescherming van de maatschappij Justitiehuis - voorwaardelijke invrijheidstelling Justitiehuis - vrijheidstelling onder voorwaarde Justitiehuis - probatie Justitiehuis - bemiddeling
GEVANGENIS Psycho-sociale dienst van gevangenis (PSD)
ONDERWIJS CLB
OVERIGE INITIATIEVEN
Jaarverslag online
22
subtotaal
13
0,4
ONBEKEND
19
0,6
3.021
100,0
TOTAAL
Jaarverslag online
23
11
REGIO a.c.
%
Noord-Limburg Zuid-Limburg Maasland West-Limburg Midden-Limburg
389 664 347 342 1.164
12,9 22,0 11,5 11,3 38,5
TOTAAL LIMBURG
2.906
96,2
74 41
2,4 1,4
3.021
100,0
buiten de provincie onbekend TOTAAL
12
GEMEENTE a.c.
Alken As Beringen Bilzen Bocholt Borgloon Bree Diepenbeek Dilsen-Stokkem Genk Gingelom Halen Ham Hamont-Achel Hasselt Jaarverslag online
% 37 28 102 117 35 22 46 81 49 344 17 14 21 27 478
24
1,2 0,9 3,4 3,9 1,2 0,7 1,5 2,7 1,6 11,4 0,6 0,5 0,7 0,9 15,8
Hechtel-Eksel Heers Herk-de-Stad Herstappe Heusden-Zolder Hoeselt Houthalen-Helchteren Kinrooi Kortessem Lanaken Leopoldsburg Lommel Lummen Maaseik Maasmechelen Meeuwen-Gruitrode Neerpelt Nieuwerkerken Opglabbeek Overpelt Peer Riemst Sint-Truiden Tessenderlo Tongeren Voeren Wellen Zonhoven Zutendaal
25 21 32 1 90 27 102 19 31 82 32 100 30 52 145 17 47 16 40 58 34 27 202 21 121 5 20 78 13
0,8 0,7 1,1 0,0 3,0 0,9 3,4 0,6 1,0 2,7 1,1 3,3 1,0 1,7 4,8 0,6 1,6 0,5 1,3 1,9 1,1 0,9 6,7 0,7 4,0 0,2 0,7 2,6 0,4
2.906
96,2
Buiten limburg
74
2,4
Onbekend
41
1,4
3.021
100,0
TOTAAL LIMBURG
TOTAAL
Jaarverslag online
25
13
KANTOOR a.c.
Beringen Bilzen Genk Hasselt Heusden Lanaken Maasmechelen Neerpelt Sint-Truiden Tongeren Onbekend TOTAAL
% 114 22 939 1129 44 46 190 271 161 103 2
3,8 0,7 31,1 37,4 1,5 1,5 6,3 9,0 5,3 3,4 0,1
3.021
100,0
Onze gedecentraliseerde werking zorgt ervoor dat mensen uit heel de provincie terecht kunnen bij de CAD in hun eigen gemeente of in de nabijheid. Natuurlijk is er een grotere concentratie in de omgeving van centrumsteden als Hasselt, Genk en Sint-Truiden. 14
AFSLUITING
14.1
AARD VAN AFSLUITING
AFSLUITING
a.c.
%
dossiers afgesloten in '10 dossiers verder in behandeling
1.572 1.449
52,0 48,0
TOTAAL
3.021
100,0
Jaarverslag online
26
a.c. beëindigd in wederzijds overleg beëindigd door HV contacten verbroken beëindigd door overlijden van cliënt beëindigd door zelfmoord cliënt beëindigd en extern doorverwezen vroegtijdig beëindigd (tegen advies van hulpverlener) andere afsluiting onbekend TOTAAL
%
634 2 397 12 6 337 129
40,3 0,1 25,3 0,8 0,4 21,4 8,2
35 20
2,2 1,3
1.572
100,0
Er is nog steeds een hoge dropout binnen de begeleidingen, 34% van de contacten zijn verbroken of beëindigd tegen advies.
Jaarverslag online
27
14.2
DOORVERWIJZING NA AFSLUITING a.c.
%
GEZONDHEIDSZORG GENEESHEER (privé) Huisarts Psychiater
0 6 1
0,0 1,8 0,3
PARAMEDICUS (privé) Psychotherapeut Andere paramedicus
5 1
0,0 1,5 0,3
2 15 9
0,6 4,5 2,7
0 4 1 1
0,0 1,2 0,3 0,3
4 28 6
1,2 8,3 1,8
0 1
0,0 0,3
3 1 7 1 220 14 2
0,9 0,3 2,1 0,3 65,3 4,2 0,6
1
0,0 0,3
CENTRUM VOOR GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG Andere vestiging of team eigen CGG Ander CGG ALGEMEEN ZIEKENHUIS Psychiatrische afdeling voor volwassen (PAAZ) K-dienst binnen (AZ) Andere dienst (AZ) PSYCHIATRISCH ZIEKENHUIS Psychiatrische afdeling voor volwassen (PZ) Psychiatrische afdeling voor kinderen (PZ) SAMENWERKINGSVERBAND BESCHUT WONEN Initiatief beschut wonen DRUGHULPVERLENING Crisis Interventiecentrum Therapeutische gemeenschap Dagcentrum drughulpverlening Medisch sociaal opvangcentrum (MSOC) Ambulante drughulpverlening Andere drughulpverlening OVERIGE INITIATIEVEN GEZONDHEIDSZORG Revalidatiecentrum (ambulant)
Jaarverslag 2010 CAD Limburg VZW
28
Subtotaal
333
98,8
1 1
0,3 0,3
OVERIGE INITIATIEVEN WELZIJNSZORG WELZIJNSZORG ANDERE
1
0,0 0,3
subtotaal
3
0,9
Begeleidingstehuis
1
0,3
subtotaal
1
0,3
337
100,0
WELZIJNSZORG ALGEMEEN WELZIJNSWERK CAW - algemeen
BIJZONDERE JEUGDSBIJSTAND
TOTAAL
14.3
ALGEMENE TOESTAND BIJ AFSLUITING
lich. sociaal gezondheid a.c. % a.c. % opgeklaard 47 3,0 37 2,4 verbeterd 255 16,2 342 21,8 onveranderd 624 39,7 655 41,7 verslechterd 66 4,2 63 4,0 niet v 177 11,3 65 4,1 toepassing onbekend 403 25,6 410 26,1 TOTAAL 1.572 100,0 1.572 100,0
Jaarverslag 2010 CAD Limburg VZW
29
gebruik vrije middelen tijd a.c. % a.c. 150 9,5 46 391 24,9 320 455 28,9 629 47 3,0 42 134 8,5 87
TOTAAL % 2,9 20,4 40,0 2,7 5,5
395 25,1 448 28,5 1.572 100,0 1572 100,0
% 4,5 20,8 37,6 3,5 7,4 26,3 100,0
Alcoholhulp in 2010 Alcoholhulp kende een stijgend aantal bezoekers tijdens 2010 (zie verder bij „statistieken‟), wat erop wijst dat de website naast het aanbod op gebied van online hulpverlening ook een informatieve en preventieve functie vervult.
Bezoekers Alcoholhulp De website kreeg 145.587 bezoekers tijdens 2010, bijna 40.000 meer dan in 2009. De populairste pagina‟s in het informatieve gedeelte waren: „zelftest‟, „lichamelijke effecten en risico‟s', „soorten problematisch gebruik‟, „psychische effecten‟, „risico‟s van stoppen‟, „ondersteunende medicatie‟ en „persoonlijke ervaringen‟. De overgrote meerderheid van de bezoekers kwam via Google. De belangrijkste zoekwoorden die men hierbij gebruikte waren: „antabuse‟, „ontwenningsverschijnselen alcohol‟, „levercirrose‟, „alcoholverslaving‟, „alcoholvergiftiging‟ en „campral‟. Uit het bovenstaande zouden we voorzichtig kunnen afleiden dat een meerderheid van bezoekers zelf alcoholproblemen ervaart of iemand kent die hiermee te maken heeft.
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
30
De zelftest De zelftest werd ongeveer 10.000 maal uitgevoerd. Meer mannen dan vrouwen deden de test, 62% tegenover 48%. Er waren opvallende schommelingen tussen de verschillende maanden, met variaties tussen 600 en 1.200 uitgevoerde tests per maand. De hoogste aantallen noteerden we rond het einde van het jaar, met een dal tijdens de zomermaanden. Ongeveer 20% van de testpersonen gaven aan dat ze het voorbije jaar opvallend meer waren gaan drinken. Bijna 21% van de testpersonen rapporteerden dagelijks meer dan 6 glazen te drinken. 39% van hen lieten verstaan dat ze van plan waren minder te gaan drinken, 36% dat ze dat niet van plan waren. Het zelfhulpprogramma Er hebben zich 838 mensen geregistreerd voor het zelfhulpprogramma, waarvan 51% vrouwen en 49% mannen. Een kleine 100 mensen haakten vrijwel onmiddellijk af. De overigen volgden gemiddeld gedurende een 3tal weken het programma. Ongeveer een vierde was van plan om volledig te stoppen met drinken. Een meerderheid van deelnemers, bijna 60%, was hoger geschoold (d.w.z. volgden verdere opleiding na hun secundaire studies). De sterkst vertegenwoordigde leeftijdscategorieën waren: 35-44 jaar (32,4%), 45-54 jaar (25,6%) en 25-34 jaar (20,5%). Een belangrijk gegeven is dat een overgrote meerderheid van deelnemers voordien nooit beroep gedaan had op enige vorm van hulpverlening. Slechts 14% had voordien reeds hulp gezocht, zoals gesprekken met de huisarts, contact met een centrum of zelfhulpgroep, of andere vormen van begeleiding. De online begeleiding Er waren 373 aanmeldingen om het programma te volgen met begeleiding door een professionele hulpverlener, waarvan 52% mannen en 48% vrouwen. Ongeveer 37% van deze mensen haakten af tijdens of vlak na de aanmelding, dus meestal zonder dat er enig contact geweest M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
31
was met een hulpverlener via mail of chat. Dat is meer dan in 2009 toen we 25% afhakers telden, tijdens of vlak na aanmelding. Nadat deelnemers effectief met de begeleiding van start gingen, stopten 13% onaangekondigd zonder opgave van reden. Een 6% stopte de begeleiding in onderling overleg met hun hulpverlener, meestal omdat ze verdere begeleiding niet meer nodig vonden. Ongeveer 6% werd in overleg verwezen naar ambulante of residentiële hulpverlening. Een meerderheid van deelnemers, iets meer dan 50%, was hoger geschoold (d.w.z. volgden verdere opleiding na hun secundaire studies). De sterkst vertegenwoordigde leeftijdscategorieën waren: 35-44 jaar (29,6%), 45-54 jaar (28%) en 25-34 jaar (25,5%). Verder valt te noteren dat 73,5% van de deelnemers aan het werk waren (waarvan 16,5% half time). De overigen waren werkloos, kregen een ziekte-uitkering of volgden een opleiding. In tegenstelling tot het zelfhulpprogramma hadden in 2010 veel meer deelnemers voordien reeds beroep gedaan op hulpverlening, ongeveer 55%. Hiervan was 5,3% wegens alcoholproblemen opgenomen geweest in een algemeen ziekenhuis, 21% had beroep gedaan op de huisarts, 16,8% op een andere hulpverlener en 12% op een zelfhulpgroep (AA, SOS Nuchterheid of andere). Deelnemers aan de online begeleiding scoorden in 2010 op de AUDIT (alcoholtest van de Wereldgezondheidsorganisatie) gemiddeld 24,2 punten. Een score boven 20 op deze test wijst erop dat men zich in een „hoge risicozone‟ bevindt wat alcoholgebruik betreft, met een grote kans op afhankelijkheid. Voor deelnemers met het programma begonnen rapporteerden ze gemiddeld 38 glazen alcohol te drinken per week. Diegenen die het volledige programma afmaakten en een eindevaluatie invulden rapporteerden gemiddeld nog 11 glazen per week te drinken. Ongeveer 35% gaf aan volledig gestopt te zijn. Evaluaties door deelnemers Een heel aantal deelnemers die het volledige begeleidingsprogramma van 12 weken hadden afgerond, vulden daarna een evaluatieformulier M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
32
in. Er kon gereageerd worden op een aantal stellingen via een 5-punten schaal (helemaal oneens – niet eens – neutraal – mee eens – helemaal eens). Hieronder de resultaten:
93% vond het programma een goede aanpak van hun probleem, 6% reageerde neutraal, 1% was het oneens 93% vond dat ze een vooruitgang gemaakt hadden i.v.m. hun probleem, 2% was neutraal, 5% vond van niet 96% vond het online programma overzichtelijk en duidelijk, 4% reageerde neutraal 91% ervaarde voordelen van minderen of stoppen met drinken, 9% reageerde neutraal, 1% was het niet eens 78% vond dat de algemene kwaliteit van hun leven erop vooruit gegaan was, 18% reageerde neutraal, 5% vond van niet 52% vond dat ze beter met mensen en situaties konden omgaan waar ze vroeger problemen mee hadden, 41% reageerde neutraal, 7% vond van niet 97% vond de hulpverlener voldoende deskundig (“goed in zijn vak”), 3% reageerde neutraal. 98% gaf aan de hulpverlener goed te vertrouwen, 2% was neutraal. 100% voelde zich respectvol behandeld door de hulpverlener (82% was het hiermee helemaal eens, 18% was het hiermee eens) 92% vond dat ze voldoende inspraak hadden tijdens het verloop van de begeleiding, 7% stond hier neutraal tegenover, 1% vond van niet
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
33
Bespreking Alcoholhulp blijkt een breed publiek te bereiken, maar vooral mensen die problemen ervaren op gebied van alcoholgebruik en mensen uit hun directe omgeving. Dit laatste merkten we vooral aan de mails die we kregen van partners en familieleden. Dikwijls bleken deelnemers aan de online begeleiding reeds het hele traject van de website doorlopen te hebben: zelftest, informatie, persoonlijke verhalen en het zelfhulpprogramma. Het is dus duidelijk een voordeel dat de website meer biedt dan enkel een begeleidingsprogramma. We noteerden relatief veel afhakers bij aanvang van de online begeleiding. We hebben er het raden naar wat de beweegredenen hiervoor zijn. We kunnen evenmin verklaren waarom het er in verhouding meer waren dan het jaar voordien. Het is natuurlijk een feit dat de meeste behandelingen voor verslavingsproblemen een hoog aantal drop-outs rapporteren. Dit zou eigen zijn aan mensen met een afhankelijkheidsproblematiek. Helaas zijn er geen eenduidige gegevens bekend over de drop-out cijfers bij reguliere face-to-face behandelingen, waardoor we geen vergelijking kunnen maken. Het is mogelijk dat de drempel om met de online begeleiding te beginnen nog te hoog is. In ieder geval zijn we van plan de aanmeldingsprocedure, die nu in twee stappen verloopt, te vereenvoudigen en korter te maken. Verder hebben we de indruk dat de ernst van de problematiek bij deelnemers toegenomen was tegenover vorig jaar. De gemiddelde AUDIT score bijvoorbeeld steeg van 20 naar bijna 25. De toenemende bekendheid van Alcoholhulp in de hulpverleningssector kan hiervoor een gedeeltelijke verklaring vormen, waardoor meer mensen die reeds ernstige alcoholproblemen hadden de weg naar de website vonden. Het feit dat de online begeleiding doelgroepen bereikt die ondermaats aan bod komen binnen de reguliere hulpverlening, werd nogmaals bevestigd. Het gaat hier met name over vrouwen, werkenden en hoger geschoolden. Deze drie groepen zijn veel sterker vertegenwoordigd bij het online publiek. Dit heeft enerzijds te maken met de lagere drempel en het M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
34
feit dat men anoniem kan deelnemen. Schaamtegevoelens en vrees voor stigmatisering spelen bij deze groepen een grotere rol. Anderzijds is de online hulp voor hen bereikbaarder, ten minste voor de werkende groep, omdat men minder afhankelijk is van de kantooruren. Effectieve deelnemers die het programma ook daadwerkelijk afmaakten zijn zeer tevreden over de gevolgde werkwijze. Ook de waardering voor hun individuele hulpverleners is zeer hoog. Uit concrete chatgesprekken bij afronding kwam dikwijls reeds tot uiting dat deelnemers het contact met hun hulpverlener als zeer persoonlijk en ondersteunend ervaarden. Deelnemers die in de loop van de begeleiding het programma stopten deden dat meestal omdat ze het gevoel hadden alleen verder te kunnen. Deelnemers die tijdens de eerste weken van de begeleiding stopten gaven aan dat het online werken hen niet bleek te bevallen omdat ze zich moeilijk konden uiten via het geschreven woord, of dat ze constateerden dat ze nog “niet klaar waren voor verandering”. Een aantal van deze laatste groep meldde zich na verloop van tijd echter opnieuw aan. Een niet te onderschatten factor in het geheel van de online begeleiding die niet aan bod komt in het cijfermateriaal, is het afgeschermde forum voor deelnemers aan het programma. Via dit forum kunnen deelnemers anoniem contact met elkaar onderhouden en ervaringen uitwisselen. Ook deelnemers die reeds lange tijd gestopt zijn met het programma blijken regelmatig terug te komen. Er heerst een opvallend positieve sfeer op het forum, waarbij deelnemers doorgaans respectvol met elkaar omgaan en elkaar steunen op moeilijke momenten. De mogelijkheid van het forum werd door de meeste deelnemers hoog gewaardeerd, ook wanneer ze er niet actief aan deel namen.
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
35
Bekendmaking en onderzoek Alcoholhulp kreeg aandacht in een aantal dag- en weekbladen, ondanks het feit dat er tijdens dit werkingsjaar minder geïnvesteerd werd in publiciteit. Ter promotie van de website werd vooral gewerkt aan de bekendmaking binnen de hulpverleningssector. Er werden een 4-tal elektronische nieuwsbrieven verstuurd naar allerlei organisaties zoals CGG‟s, ziekenhuizen, CAW‟s en OCMW‟s. Eén nieuwsbrief was expliciet gericht naar werkgevers, bedrijven en preventieorganisaties. Dit resulteerde telkens in aanvragen voor folders en affiches. De website werd eveneens gepresenteerd op een aantal studiedagen en workshops, o.a. op „Klikt het‟ in Duffel, de regionale studiedag middelenmisbruik te Mechelen, studiedag VAD in het Vlaams parlement en de studiedag „e-mental health‟ te Schaarbeek. Verder werden er ook contacten gelegd met een aantal drughulpverleningsorganisaties die interesse toonden om het online aanbod binnen hun werking te integreren. In de loop van april vond een introductie tweedaagse plaats voor hulpverleners, die georganiseerd werd in samenwerking met de VAD. Deelnemers aan deze tweedaagse werden vertrouwd gemaakt met het programma en het hulpverlenerpaneel. Tijdens dag 2 vond een chat training plaats. In 2011 zullen een aantal organisaties de online begeleiding ook gaan gebruiken, in eerste instantie in combinatie met face-to-face gesprekken. Later zullen ze ook cliënten rechtstreeks online gaan begeleiden. M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
36
Statistieken 2010 Bezoekers website Totaal: 145.587. Dit betekent een gemiddelde per maand van meer dan 12.000 bezoekers. Het hoogste aantal noteerden we in november met 14.268 bezoekers. Zelftest Totaal: 9.931 Zelfhulpprogramma Totaal aantal aanmeldingen: 838, waarvan 49% mannen en 51% vrouwen. Studieniveau’s:
lager onderwijs: 5,25% middelbaar onderwijs: 35,4% hoger onderwijs: 59,3%
Verdeling per provincie:
Brussel: 4,4% Vlaams-Brabant: 16% Antwerpen: 25,3%
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
37
Limburg: 8,6% West-Vlaanderen: 12% Oost-Vlaanderen: 16,2% Wallonië: 4,2% Buitenland: 13%
Verdeling over de leeftijdscategorieën:
jonger dan 18 jaar: 1,7% 18 – 24 jaar: 5,6% 25 – 34 jaar: 20,5% 35 – 44 jaar: 32,4% 45 – 54 jaar: 25,6% 55 – 64 jaar: 12,7% Ouder dan 65 jaar: 1,5%
Online begeleiding Totaal aantal registraties: 373 Waarvan 52% mannen en 48% vrouwen. Studieniveau’s:
Lager onderwijs: 1,7% Lager secundair: 9,6% Hoger secundair: 37,5% Hoger niet-universitair: 34% Universitair: 16,5%
Werksituaties:
Totaal aantal werkenden: 73,5% (waarvan 16% half-time) Werkloos: 5,6% Rest: gepensioneerd, opleiding, invaliditeit,…
Voordien hulpverlening:
Opname in een algemeen ziekenhuis: 5,3%
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
38
Opname in een psychiatrisch ziekenhuis of op een gespecialiseerde ontwenningsafdeling: 0 Gesprekken met een hulpverlener: 16,8% Groepsgesprekken of AA: 12,3% Bij een huisarts: 20,4%
Verdeling per provincie:
Brussel: 3,4% Vlaams-Brabant: 13,4% Antwerpen: 30,3% Limburg: 15,8% West-Vlaanderen: 14,4% Oost-Vlaanderen: 21,5%
Verdeling over de leeftijdscategorieën:
jonger dan 18 jaar: 1% 18 – 24 jaar: 3,4% 25 – 34 jaar: 25,5% 35 – 44 jaar: 29,6% 45 – 54 jaar: 28% 55 – 64 jaar: 10% ouder dan 65 jaar: 1,5%
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
39
Preventie in alle maatschappelijke sectoren In 2010 organiseerde de preventie-equipe van CAD (waarvan de VGGZmedewerkers deel uit maken) 1249 activiteiten. De registratie gebeurde met Ginger, een registratieprogramma voor drugpreventieactiviteiten in Vlaanderen. Een gedetailleerd overzicht hiervan is ter inzage bij het preventieteam. Al deze activiteiten werden gepland, voorbereid en geëvalueerd in samenwerking met of op vraag van onze partners in de 42 gemeenten waar we actief zijn. Ook dit jaar illustreren de cijfers dat „het Limburgs Model‟, de geïntegreerde aanpak met ondersteuning van lokale besturen werkt! Dit blijkt uit het feit dat deze 1.249 preventieactiviteiten ongeveer 1/4 uitmaken van alle in Vlaanderen geregistreerde activiteiten! Belangrijker nog, en basis voor onze motivatie om op de ingeslagen weg verder te gaan zijn de positieve signalen inzake afname van het middelengebruik uit het Limburgs Jongerenonderzoek (Provincie Limburg i.s.m. LPV), de evolutie in de resultaten van de VAZZD leerlingenbevraging en de internationale Espad studie. De duidelijke verwijzingen naar hoog risicogroepen, de vaststellingen inzake problematisch gebruik en de confrontatie met moeilijk bereikbare groepen houden dan weer uitdagingen in om nog meer planmatig te werk te gaan en om op zoek te gaan naar meer expertise
Soort activiteit 2010
5%
7% overleg consult/advies coaching
41%
vorming 30%
vroeginterventie andere 7% 10%
30% van deze preventieactiviteiten zijn vormingen gericht op emancipatie van sleutelfiguren in de diverse maatschappelijke sectoren. Dat is 2% M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
40
minder dan vorig jaar. Deze evolutie is te wijten aan het feit dat de vormingen, die kaderen in het project „vroeginterventie‟ vanaf dit jaar afzonderlijk geregistreerd worden en door collega‟s van het hulpverleningsteam opgenomen worden. We onderstrepen het belang van overleg (41%, exact evenveel als in 2009). We kunnen immers ons werk enkel doen in overleg en met een mandaat van lokale partners. Hier valt echter een significante daling waar te nemen (van 66% in 2005 en 58% in 2006 en 54% in 2007, 45% in 2008, 41 in 2010) als resultaat van een constructieve samenwerking op langere termijn. Een planmatige aanpak van preventieactiviteiten (cfr. evidence based werken en planmatige aanpak) vergt steeds een verkenning van de beginsituatie, planning en evaluatie. Via overlegmomenten creëren we een groter draagvlak, bepalen we een gemeenschappelijke strategie en beogen we een multiplicatoreneffect. In de beoogde netwerking is coaching, advies en consult niet onbelangrijk (samen goed voor 17%). Dit is meer dan een verdubbeling over de drie laatste jaren. We slagen er in als maar meer intermediairen aan te zetten tot participatie in preventie.De activiteiten die we ontplooiden naar het bedrijfsleven in het kader van CAO 100 hebben hier zeker ook mee te maken. Vroeginterventie daalde met 2% door de eerder aangehaalde activiteiten georganiseerd door collega‟s van het hulpverleningsteam.
Doelgroepen Cliëntsysteem 32% jongeren families volwassenen
61% 7%
Continuïteit door te werken met sleutelfiguren! Wij kiezen voor deze aanpak in plaats van kortstondige „optredens‟ van een preventiewerker direct ten behoeve van het cliëntsysteem. Daarnaast maken initiatieven als vroeg interventie (waarbij zowel met jongeren als hun ouders gewerkt wordt), extra aandacht voor consult, het werken met ervaringsdeskundigen, aanbod in de gevangenis voor gedetineerden dat M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
41
onze activiteiten ten behoeve van directe cliënt(systemen) relatief hoog blijft (40%, en dat is toch 3% minder dan in 2009). Voor het aantal initiatieven naar intermediairen blijft de teller dit jaar dus steken op 60%, wat een toename is tov vorig jaar.
Doelgroepen intermediairen
21% 14%
Preventiewerkers
Sleutelfiguren
Bestuursniveau
65%
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
42
Onderwijs, welzijn en vrije tijd krijgen veel aandacht. Eigenlijk blijft de verdeling over de sectoren relatief constant over de laatste jaren. De misvatting als zou drugpreventie iets voor alleen scholen en alleen voor jongeren zijn lijkt ten minste voor een stuk van de baan! De toename in sector arbeid heeft te maken met CAO 100. De activiteiten in de sector arbeid stonden vaak in het teken van CAO 100. We gaven prioriteit aan coaching van het drugbeleid in organisaties uit de sociale tewerkstelling. Voor politie en justitie springen vormingen ter promotie van het vroeginterventieproject en de heropstart van cursussen voor gedetineerden in de gevangenis van Hasselt in het oog. Vormingen voor OCMW‟s en aanverwante diensten ( oa. gezins- en bejaardenhulp) inzake motivationele gespreksvoering en signaalherkenning maken deel uit van ons werk in de sector welzijn. Voor onderwijs hebben we ons voornemen om te investeren naar bijzondere doelgroepen en mensen met minder verbale mogelijkheden waargemaakt door de lancering van het project “straffe stappen”.
Projecten Volgende projecten maakten deel uit van het preventiewerk in 2010: Europeers, Europarents, Middelen en arbeid, Opleiding motivationele gespreksvoering, interculturele hulpverlening en preventie, Tupper Care, sensibilisering alcohol, groepen voor gedetineerden, deskundigheidsbevordering van intermediairen in verschillende sectoren, opstart LSM (Limburg Sterk Merk), Drugs een ramp op kamp,
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
43
vroeginterventie, materiaalontwikkeling voor BUSO, ambras in de klas, straffe stappen, gokken, gaming en internet… Wil je hierover bijkomende informatie, weet dat je steeds welkom bent bij CAD Preventie en Documentatie.
Samenwerkingsverbanden Limburgs Platform Verslaving (LPV) Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen (VAD) Euro Net (Europees Netwerk voor praktijkgeoriënteerde drugpreventie) EuPrevent, euregionale samenwerking Euregio Maas-Rijn. Documentatiecentrum Het documentatiecentrum is een kleine mediatheek waar heel wat informatie over verslaving, alcohol, drugs, medicatie, tabak, gokken, internetafhankelijkheid e.d. te verkrijgen is. Deze informatie kan men halen uit boeken, rapporten, tijdschriften, brochures, folders, affiches, lespakketten, powerpointpresentaties, spelen en video‟s. Al dit materiaal kan met uitzondering van de tijdschriften uitgeleend worden. Er is ook een mogelijkheid om op internet info te zoeken.
Aanvragen In 2010 kregen we 1.304 documentatieaanvragen. Van deze 1.304 aanvragen kwamen er 234 van buiten de provinciegrens. 164 personen bezochten het documentatiecentrum. Er werden 119 telefonische en 988 schriftelijke aanvragen ingediend. Deze schriftelijke aanvragen kwamen via mail binnen. 33 aanvragen verliepen via CAD medewerkers zelf. Het aangevraagde materiaal varieerde van boeken, rapporten, video‟s, spelen, affiches, brochures, folders, CAD/MSOC info, video- en spellenlijsten, info over preventiemethoden, lespakketten, info rond laatste stand van zaken wetgeving cannabis en infostanden. De aanvragers zijn studenten, leerkrachten, organisaties (bijv. jeugdhuizen, verenigingen e.d.), scholen, cliënten e.a. In 2010 is er de site “Hanot‟s docu kit” op onze website up to date gemaakt. Dit is een site waar het informatief materiaal zijnde recente boeken, dvd‟s, spel- en lesmateriaal en brochures en folders vermeld zijn die bij ons uitle
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
44
Straathoekwerk Het CAD Straathoekwerk is vertegenwoordigd in 5 Limburgse steden/gemeenten. Silvie en Patrick in Hasselt, Bert in Tongeren, Alexander in Heusden-Zolder, Clemens in Houthalen-Helchteren en sinds november 2010 Maarten in Genk. Samen hadden zij met 500 gasten een werkrelatie.
GESLACHT TOTAAL % MAN 440 88,0% VROUW 60 12,0% TOTAAL 500 100,0% De Straathoekwerkprojecten van de CAD bereiken vooral mannen. Slechts 12% van de bereikte gasten zijn vrouwen. Dit kan verklaard worden door het feit dat de meeste straathoekwerkers mannen zijn en vlotter contacten leggen met mannelijke leden van de doelgroep. Ook het feit dat vrouwen met een afhankelijkheidsproblematiek hiermee minder naar buiten komen speelt hierbij een rol. En in de mijngemeenten heerst er vooral een mannencultuur. De Hasseltse straathoekwerkster had contact met 31 verschillende vrouwen (26,7% van haar gasten).
LEEFTIJD TOTAAL % -18 18 3,6% 18 - 20 27 5,4% 21 - 25 63 12,6% 26 - 35 157 31,4% PLUS 35 235 47,0% TOTAAL 500 100,0% Druggebruikers zijn een vrij constante groep. De meesten van deze doelgroep zijn chronisch verslaafden. Door de continuïteit van de straathoekwerkers groeien de werkers mee met de gasten, waardoor de
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
45
groep “plus 35” stilaan uitbreidt. Er komen nu ook meer jongeren bij daar het aanbod en de bereikbaarheid van middelen steeds makkelijker wordt. DRUGS TOTAAL 110 154 12 5 30 70 15 0 26 0 5 73 500
Alcohol Poly Heroïne Amf Cocaïne Cannabis Medicatie Halluc Gokken GHB Methado Geen/onb TOTAAL
% 22,0% 30,8% 2,4% 1,0% 6,0% 14,0% 3,0% 0,0% 5,2% 0,0% 1,0% 14,6% 100,0%
Bijna één derde van de gasten waar de CAD straathoekwerkers mee werken gebruikt drie of meer verschillende producten. Dit zijn veelal heroïnegebruikers die het methadonprogramma volgen en daarnaast ook nog benzodiazepines en alcohol gebruiken. Opvallend is dat afgelopen jaar het cocaïnegebruik bij de polygebruikers sterk toeneemt. Meer dan één op vijf gasten (22%) heeft een problematisch alcoholgebruik en 14%, veelal rondhangende jongeren, gebruikt enkel cannabis. Er worden ongeveer evenveel mensen bereikt die een probleem ondervinden met cocaïne (6%) en gokken (5%). In de mijngemeenten is er een sterke toename van gokkantoren. INKOMEN TOTAAL 153 109
Ziekte Werkloos M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
46
% 30,6% 21,8%
OCMW Werk GEEN School Pensioen TOTAAL
29 139 24 38 8 500
5,8% 27,8% 4,8% 7,6% 1,6% 100,0%
59% van de gasten leeft van een vervangingsinkomen. 31% vanuit de mutualiteit, 22% werkloosheid en 6% probeert te leven van een leefloon. De gasten die een invaliditeit verwerven zijn niet zo snel geneigd om deze zekerheid op te geven. Dit zijn allemaal gasten waarbij we spreken van een polygebruik. Meer dan een kwart (28%) van de gasten heeft een inkomen uit arbeid, terwijl één gast op twintig helemaal geen inkomen heeft. Dit zijn vaak gasten die ambtelijk geschrapt zijn en bij gebrek aan een domicilieadres geen recht hebben op een vervangingsinkomen. CONTACTPLAATS TOTAAL 155 251 41 19 6 1 0 12 0 15 500
Straat Café Soc Rest Buro Gevang Psych TG HB Tel JH/Buurt TOTAAL
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
47
% 31,0% 50,2% 8,2% 3,8% 1,2% 0,2% 0,0% 2,4% 0,0% 3,0% 100,0%
De contactplaatsen, zoals in de cijfers vermeld, duiden op de plaats van eerste kennismaking. De meerderheid van de contacten gebeuren vindplaatsgericht. De helft van deze contacten vonden plaats op café (50,2%), bijna één derde (31%) op straat. Meestal werken de straathoekwerkers met individuele gasten, af en toe met meerdere gasten tegelijk. Levensdomeinen
Drugs Wonen Vrije tijd Socio-Emotioneel Administratie School Werk Psychisch Medisch Justitie Financieel Info Prev Samenleving Opvoeding relaties Verblijf totaal
Totaal 941 540 319 2579 70 56 315 272 185 102 388 44 2 44 300 12
% 15,3% 8,8% 5,2% 41,8% 1,1% 0,9% 5,1% 4,4% 3,0% 1,7% 6,3% 0,7% 0,0% 0,7% 4,9% 0,2%
6169
100,0%
Net als vorige jaren blijkt naar het socio-emotionele aspect veel aandacht te gaan. Luisteren naar mensen is een belangrijk onderdeel van de werkvorm straathoekwerk. Praten over hoe het met een gast is en hoe hij/zij zich voelt in zijn/haar situatie is van belang voor het opbouwen en onderhouden van een vertrouwensrelatie. Andere uitschieters zijn jaarlijks M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
48
terugkerend: middelengebruik, huisvesting, financiële situatie, tewerkstelling en vrijetijdsbesteding. In het wonen is het financiële aspect een steeds terugkerend fenomeen. De woningen die goedkoop verhuurd worden zijn niet altijd degelijke woningen. Na het betalen van huur en nutsvoorzieningen is het voor gasten vaak moeilijk om rond te komen met hun (vervangings-) inkomen.
Doorverwijzingen en samenwerkingen
CAD OCMW gemeentelijke diensten HVM, SVK, huurderssyndic, verhuurder,.. Psychiater, PAAZ, PZH, TG, Tepsi,.. huisarts Justitiehuis, PSD, JWW, advocaat,… VDAB, interim, soc. tewerkst, werkgever,.. Crisisopvang, residentiële opvang, thuislozenwerk,… Fin. Interventies (deurwaarder, schuldbemid, bewindv) Sint-Vincentius, sociaal restaurant, buurtwerk,… CGG, zelfhulpgroepen,… Vakbond Nutsvoorzieningen, belastingen, RVA, Mutualiteit,.. coördinator Sportclub LiSS Jeugdhuis, CLB, JWW, BJZ, JRB,… Spuitenruil Algemeen ziekenhuis CAW Integratiedienst Politie M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
49
totaal 528 272 93 142 184 67 108 87 74 55 149 32 10 98 77 7 69 61 32 44 20 2 22
% 22,8% 11,8% 4,0% 6,1% 8,0% 2,9% 4,7% 3,8% 3,2% 2,4% 6,4% 1,4% 0,4% 4,2% 3,3% 0,3% 3,0% 2,6% 1,4% 1,9% 0,9% 0,1% 1,0%
Opleiding andere TOTAAL
31 49
1,3% 2,1%
2313
100,0%
Het is belangrijk dat de straathoekwerkers hun lokaal netwerk onderhouden en uitbreiden. Daardoor kunnen de gasten gemakkelijker worden doorverwezen naar de sociale voorzieningen, die ze omwille van verschillende redenen zelf moeilijk of niet bereiken. De belangrijkste partners in het netwerk van de straathoekwerkers zijn de CAD en het OCMW (samen goed voor 34,6% van de doorverwijzingen). Vaak werken de straathoekwerkers nauw samen met de hulpverlener(s) van een specifieke gast bij het CAD en/of OCMW om de hulpverlening zo goed mogelijk af te stemmen en te laten aansluiten bij de vragen en noden van de gast. Dit gebeurt ook vaak in een LCO (lokaal cliëntoverleg). Ook de psychiatrische voorzieningen zijn belangrijke partners in ons netwerk. 8% van de doorverwijzingen/samenwerkingen gebeuren naar/met psychiaters, de PAAZ (psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis), een PZH (psychiatrisch ziekenhuis), een TG (therapeutische gemeenschap), TEPSI (toxicomanie-eenheid voor psychiatrische spoedinterventie), … Er waren ook 74 doorverwijzingen naar de crisisopvang. Tot slot enkele belangrijke signalen: Ook dit afgelopen werkjaar viel op hoe zeer het samengaan van middelengebruik en zware psychische problemen toegenomen is op straat. Deze toenemende dubbeldiagnose en het moeizame zoeken naar betaalbare en degelijke woningen zijn onder andere signalen waar het straathoekwerk extra aandacht voor vraagt. Om de leefwereld van onze gasten te verduidelijken volgen nog enkele straatverhalen. Avondwerk in de stationsbuurt
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
50
Op een zonnige woensdagavond ga ik werken in de cafés aan het station. Aan een vrij recent heropend café zet ik mij op het terras. Het café wordt uitgebaat door de dochter van één van mijn gasten. Dit café wil een ander imago nastreven dan de andere cafés in deze buurt. Het interieur is licht, modern en strak. Er staan verschillende pooltafels en er is een aparte rookruimte. Ik ga buiten zitten om de sfeer van deze buurt goed te kunnen opsnuiven. Naast het café is een Afrikaanse winkel en gezien de stijgende populatie Afrikanen in Hasselt hangt er altijd een gezellige sfeer. Zwarte Afrikanen staan buiten te praten, te zingen en djembé te spelen. Frits en Herman komen bij me zitten. Met Frits heb ik het over zijn zoektocht naar een nieuwe woonst. Herman is te zeer onder invloed en speelt af en toe voor stoorzender. Mijn volgende halte is café De Max. Dit café is sinds jaren een gevestigde waarde in de stationsbuurt en wordt uitgebaat door meisjes uit Rusland. De “portier” van dienst is een Iranees die reeds 7 jaar in Hasselt verblijft. In dit café word ik altijd met open armen ontvangen omdat ik hem in contact heb gebracht met dhr. Cuypers van het PRIC in het kader van zijn regularisering via art 9 bis. Sinds toen is zijn procedure vlotter verlopen en heeft hij zijn permanente verblijfsvergunning. Verder heb ik hier die avond contact met een Marokkaanse gast met gokproblemen, iemand met psychische problemen en iemand met overmatig alcohol- en amfetaminegebruik. We praten die avond over zeer algemene dingen. Mijn laatste halte is café Cascade. Dit café is enkel ‟s avonds laat open en heeft meer het karakter van een discotheek. De Turkse uitbater ken ik van het café dat zijn vader verderop in de stationsbuurt uitbaat. In de Cascade komen, naast de klanten van de naburige zaken, vooral jongeren tussen 20 en 30 jaar. Die avond kom ik daar twee gasten tegen die ik deze winter heb leren kennen in de dagopvang. Kris is een jonge gast van 20 jaar. Het was een leuk weerzien. Hij woont nu in Hasselt bij een oudere man. De situatie is niet ideaal, maar hij berust hierin. We hebben het over zijn minderjarige vriendin die geplaatst is door de jeugdrechtbank. Hij probeert voor haar bezoekrecht te regelen. Verder zie ik Rik die een eigen studio heeft gevonden in Hasselt. De man drinkt enorm veel en heeft mentaal wat achterstand. Hij vraagt naar thuisbegeleiding en ik ga dat verder met hem oppakken. Het was een aangename werkavond. Gevangenis
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
51
An zit sedert een tweetal maanden in de gevangenis. Op aanraden van lotgenoten nam ze in de maand augustus contact met mij op. Ik ken An al een tijdje. We hadden voornamelijk onderhoudende gesprekken op straat, “hulp vragen” is niet zo aan An besteed. An huurt een klein appartement in de stad. Eind augustus moet ze echter uit haar woning. Vermits ze in de gevangenis zit, kan ze haar spullen niet opruimen. Dit zou ten eerste betekenen dat An haar spullen kwijt zou geraken wanneer de huisbaas haar appartement zou laten ontruimen. Ten tweede zou An de rekening gepresenteerd krijgen van de opruimingsen poetswerken. Een rekening die zal worden afgehouden van de waarborg die ze in de toekomst nog zal kunnen gebruiken. An vraagt of ik kan opruimen of op zijn minst kan uitkijken naar mogelijke oplossingen. Na overleg met het straathoekwerk-team ga ik samen met verschillende andere diensten aan de slag. Bij de PSD (Psycho-sociale dienst van de gevangenis) probeer ik samen met An een uitgangspermissie vast te krijgen. Het lijkt me beter om samen met de huurder de woning te betreden. De directie van de gevangenis keurt dit echter niet goed. Na overleg met de partners zal ik dan toch instaan voor de opruiming. Ik ben geruggesteund door het feit dat deze “actie” gedragen is door verschillende diensten. Het OCMW zal instaan voor het poetsen en de verdere administratieve afhandeling met de huisbaas. Ikzelf onderhoud de contacten met de huisbaas i.v.m. de praktische afhandeling. “De draaideur” van VZW Vriendschap zal de verhuis en de stockering van de spullen op zich nemen. In overleg met vzw Draaideur en OCMW doe ik de aanvraag voor de verhuis bij de stad Hasselt. Het OCMW zal dit financieel ondersteunen. JWW (justitieel welzijnswerk) en PSD zijn het communicatiekanaal tussen de verschillende diensten en An. Bij nader inzien zal ook de klusjesdienst van het OCMW worden ingeschakeld om mogelijke kleine herstellingen uit te voeren. Op deze manier hebben we met z‟n allen getracht om An geen twee stappen achteruit te laten zetten. Al haar bezittingen kan ze na haar detentie terugkrijgen en haar huurwaarborg krijgt ze integraal terug, waardoor ze na haar detentie terug een woning kan zoeken. Uit ervaring weten we dat dit probleem zich vaker voordoet. Meestal lopen we achter de feiten aan en komen gasten pas terug aankloppen na hun detentie en moeten ze hun leven terug opbouwen vanaf nul. Bij An zal dit over een paar maanden anders zijn…
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
52
Alleen Warre is een jonge man van vijfentwintig jaar. Hij woonde tot voor enige tijd nog bij zijn moeder. Hij heeft reeds een bewogen geschiedenis. Vier jaar was hij gedwongen opgenomen in de psychiatrie met als diagnose: paranoïde schizofrenie en anti-sociale persoonlijkheid. Daarbij kampt Warre met een alcoholprobleem en lijdt hij aan ADHD. Warre is iemand die er eigenlijk alleen voor staat en weinig tot geen netwerk heeft. Vrienden, kennissen, familie, professionele hulpverleners heeft hij niet. Sedert anderhalf jaar woont Warre alleen en doet hij verwoede pogingen om hier ook in te slagen. Ondanks de regelmatige steun van zijn moeder, wil dit maar niet lukken. Warre slaagt er niet in om voor zichzelf te zorgen, hoe graag hij ook wil. Het laatste half jaar gaat de situatie er zienderogen op achteruit. Ondanks zijn invaliditeitsuitkering (toch één zekerheid die hij heeft) stapelen de schulden zich op. Hij heeft nauwelijks eten in huis en moet regelmatig beroep doen op voedselpakketten. De buren klagen meer en meer over hem bij zowel burgemeester als politie (lawaai, vuil,…). Naar aanleiding van deze klachten controleert de politie soms tot 3 maal per dag bij hem thuis. Warre belandt bijna ieder weekend in de politiecel. Iemand met een klantenkaart bij de lokale politie. De herhaaldelijke politiecontroles en zijn regelmatig verblijf in de plaatselijke politiecel hebben uiteindelijk toch gezorgd dat hij serieuze inspanningen begint te doen om zijn leven wat op de rails te krijgen. Met steun van de straathoekwerker probeert hij op regelmatige basis zijn voedselpakket af te halen, er is een pro-deo advocaat ingeschakeld om hem bij te staan voor de rechtbank (vechtpartijen) en er zijn contacten met het OCMW. Kortom, er was terug een beetje steun en een netwerk die een opening boden naar wat rust in zijn leven. Maar enkele weken later loopt het weer uit de hand. Bij een ruzie slaat hij een raam in en op de koop toe wordt hij beschuldigd van het dragen van een wapen. Hij wordt opnieuw gedwongen opgenomen. De straathoekwerker, die toch regelmatig een bezoekje brengt, heeft hem al enkele dagen niet opgemerkt, maar ziet wel dat alle ramen open staan. Na wat zoekwerk verneemt ze dat hij opgenomen is. Ze neemt contact met hem en luistert naar zijn verhaal. Hij vertelt haar dat hij daar geen persoonlijke spullen heeft. De straathoekwerker neemt contact op met diverse diensten en personen om een aantal persoonlijke spullen aan hem te bezorgen. Maar blijkbaar is er niemand die dit tot zijn taak rekent. M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
53
Na twee weken bellen, mailen enz.. wordt uiteindelijk de sleutel opgestuurd en kan de straathoekwerker zijn appartement gaan sluiten, de ramen dicht doen en hem zijn persoonlijke spullen bezorgen. Twee weken waarin niemand zich om hem bekommerde. Murat Murat is een jongen van 20 jaar, hij heeft in zijn jeugdjaren lange tijd in de kinderpsychiatrie of in instellingen doorgebracht. De sociale dienst van de jeugdrechtbank heeft altijd een oogje in het zeil gehouden. Toen Murat 18 werd, is de opvolging van de jeugdrechtbank gestopt en raar maar waar: dit was een vervelende zaak voor Murat en zijn hele gezin. Naast Murat bestaat het gezin uit vader, moeder en een broer en zus die jonger zijn. Door het wegvallen van de begeleiding kwam het gezin onder hoogspanning te staan. Opeens waren er geen alternatieven meer bij een crisis in het gezin, er was geen hulpverlening meer aanwezig, niemand keek nog om naar het gezin. Murat die de straathoekwerker al langer kende, zag in die man een redder in nood. En het was Murat die de straathoekwerker uitnodigde bij zijn thuis en zijn ouders overtuigde om hun vertrouwen in de straathoekwerker te stellen. Na een uitgebreide kennismakingfase waarin er veel gepraat, geroepen, met verwijten geslingerd, geduwd en getrokken werd, was het gezin klaar om op zoek te gaan naar hulp. Samen met de straathoekwerker werden verschillende diensten gecontacteerd, gaande van opvoedingsondersteuning, psychiatrie tot alternatieve tewerkstelling. Alles werd in het werk gesteld om het gezin sterker te maken, maar alles draaide telkens op hetzelfde uit: Murat behoorde niet tot de juiste doelgroep, de problematiek van Murat is niet onze specialiteit of als Murat heel lang kan wachten, kunnen we hem misschien helpen. Met de snelle opvolging van crisissen in het gezin, waren dat niet de antwoorden waar het gezin op zat te wachten. Na verloop van tijd werd het Lokaal Cliëntoverleg van het OCMW gecontacteerd. Dat is een grote stap voor het gezin. Ineens moesten zij aan tafel zitten met hulpverleners van diensten zoals het OCMW, opvoedingsondersteuning, alternatieve trajectbegeleiding en straathoekwerk. Toch leek dit goed te gaan, de straathoekwerker was de vertrouwenspersoon, er werden plannen gemaakt voor Murat (helaas niet M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
54
altijd met Murat en het gezin) tegen honderd per uur. Al deze plannen vielen één voor één in het water. Met als gevolg dat dienst na dienst afhaakte. De belangrijkste reden was telkens dat Murat onvoldoende gemotiveerd was en het gezin te zwak voor het traject. Het ergste scenario leek zich te voltrekken, het gezin zette een stap achteruit door al die negatieve ervaringen. Twee jaar na Murats meerderjarigheid, is de straathoekwerker nog steeds de enige persoon waar het hele gezin beroep op kan doen. Hij kan wel met zijn vragen bij allerlei diensten terecht. Het gezin wil en kan dat niet meer. Ik, als straathoekwerker, denk dat dit een mooi voorbeeld is van hoe het hulpverleningsnetwerk wel werkt, maar toch heel afgebakend is. Iedere dienst heeft zijn specialiteit en zijn knowhow. Dit werkt goed voor het merendeel van de mensen. Voor iemand als Murat en zijn gezin, die net dat tikkeltje meer steun, overtuiging en hulp nodig hebben, werkt dit systeem vaak niet. Zij blijven in de kou staan. Gestopt Ronald is een 58 jarige man, ex-alcoholist. Hij is in 2007 in Hasselt terecht gekomen omdat de benzine van zijn auto op was. Ronald had een jaar voordien ruzie gehad met zijn huisbaas en was vertrokken. Hij kampeerde in zijn auto en toerde door de provincie. Hij had in die tijd een ernstig drankprobleem. Hij werd ambtelijk geschrapt en kreeg geen pensioen meer. Hij is blijven rondrijden en heeft al zijn geld opgemaakt aan drank en benzine en toen dat op was stond hij in Hasselt geparkeerd. Via Patje, een 40 jarige man die in de winter van 2007 op straat leefde, heb ik Ronald ontmoet. Ze kwamen bij mij voor slaapzakken en voedselpakketten. Ze hebben toen met z‟n twee de winter doorgebracht in de auto. Op een gegeven moment was de verstandhouding tussen de twee zoek omwille van heroïnegebruik in de auto en is Patje na een meningsverschil vertrokken. Ondertussen had ik via de pensioendienst geregeld dat Ronald zijn pensioen elke maand krijgt als ik hen een “bewijs van leven “ doorfax. Ronald en ik spraken elkaar geregeld op café en daar is hij beginnen praten over zijn drankprobleem. Ik heb hem doorverwezen naar de CAD en hem uitgelegd hoe het daar in zijn werk gaat. Hij zou erover nadenken. Begin 2008 heeft hij Jan leren kennen op café bij wie hij een tijdje heeft kunnen logeren. Hij kwam regelmatiger op café en heeft daar nog twee lotgenoten leren kennen. M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
55
Ondertussen had hij mij verteld dat hij niet naar de CAD zou gaan. Hij is nogal een éénzaat en wil niet zijn hele leven vertellen aan iemand die hij niet kent. Ik heb het er niet meer over gehad. Midden 2008 werd Jan ziek. Volgens Ronald kwam dit door de drank. In oktober 2008 heeft hij zelf beslist om niet meer te drinken en dat is tot nu toe gelukt. Het is nu april 2009 en Ronald woont in bij een lotgenoot die niet drinkt en dat stimuleert, zegt hij. Uiteindelijk heeft hij zelf de beslissing genomen om te stoppen en dat ook gedaan. Hij is mij dankbaar daarvoor. En toch hebben we het maar één keer gehad over stoppen. Dat vond hij juist knap. De mensen nemen zoals ze zijn en niet zagen dat ze moeten stoppen met drinken. Bij Bernadette en Roel Roel huurt een huisje waar hij met zijn moeder woont. Beiden genieten ze een vervangingsinkomen vanuit het OCMW. Mijn eerste huisbezoek bij Bernadette en Roel is tijdens mijn eerste jaar als straathoekwerker. Ik herinner mij perfect de indruk bij het binnenkomen in het rijhuis waar zoon en moeder wonen. De helft van de smalle gang bestaat uit een trap naar boven die ik pas jaren later zou betreden. Geuren overvallen me, een mengeling van eten en heroïnerook, van dieren en mensen die in een spaarzaam verluchte ruimte leven. Bij het betreden van de woonkamer zie ik een stoffen sofa waarop een man van midden veertig ligt te slapen naast een hond. Bernadette wijst me een andere zetel aan waarop ik mag gaan zitten. Ik plaats mezelf voorzichtig op de leuning van de sofa waarin man en hond vredig doorslapen. Bernadette verontschuldigt zich omdat ze niets kan aanbieden om te drinken. Frisdrank of koffie is niet in huis en kraantjeswater durft ze me niet geven omdat er geen zuiver glas is. We praten over de situatie in huis, hoe ze bang is om Roel op een dag dood aan te treffen door een overdosis of zelfmoord. Dat ze niet wil opgenomen worden in een ontwenningsprogramma omdat er dan niemand in huis blijft om voor Roel en haar beide honden en enkele katten te zorgen. Intussen zijn we vier jaar later. Jurgen, de 18-jarige halfbroer van Roel is ook in het huisje getrokken. Net als John, de man die vier jaar geleden op de sofa lag te slapen. Bernadette slaapt tegenwoordig elke nacht op die sofa want haar slaapkamer is nu van Jurgen. Door met twee mensen meer in het huis te M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
56
wonen, zijn de eindafrekeningen van de nutsvoorzieningen catastrofaal. Plots moet er 1600 € bijbetaald worden. En de voorschotfacturen stijgen waardoor hun leefloon plots onvoldoende blijkt om van te overleven. Roel heeft zicht op een contract volgens art.60 van de OCMW-wetgeving. Maar als Roel werkt, heeft Bernadette geen recht meer op een leefloon. John en Jurgen hebben beiden ook een vervangingsinkomen maar gebruiken dit hoofdzakelijk om in hun eigen behoeften te voorzien. John geeft maandelijks een deel van zijn inkomen aan Bernadette en Roel, maar dit wordt niet gebruikt om rekeningen te betalen of eten te kopen. Langzaam maar zeker glijdt het hele huishouden af richting dakloosheid, ambtelijke schrapping, geen inkomen meer. Bernadette en Roel vinden dat er maar eens iets gedaan moet worden om hen vooruit te helpen. De politie viseert hen, de samenleving is tegen hen, niemand helpt, niemand wil inzien dat zij niet verantwoordelijk zijn voor deze situatie, ze zijn er de slachtoffers van. Zij hebben er niet voor gekozen verslaafd te worden, schulden te krijgen en te moeten stelen. Dus zijn ze gelaten en klagen over de situatie. Mogelijkheden worden aangeboden maar er gebeurt voorlopig weinig. Helaas … Je kan een paard wel tot bij het water brengen, maar je kan het niet dwingen om te drinken. Er moet wel iemand zijn die blijft proberen het paard te laten drinken. Ingebakken Een man van zesenveertig jaar, laten we hem Roger noemen, is van Spaanse afkomst. Hij is geboren en getogen in de wijk waar ik werk, kent iedereen en iedereen kent hem. Roger behoorde vroeger, zo‟n twintig jaar geleden, tot de harde kern van de wijk, die de wijk een slecht imago bezorgde. Nu is hij uitgeblust, zijn lichaam platgebrand. Zijn hoofdproblematiek nu is alcohol, zijn verslaving onderhoudt hij door elke dag van ‟s morgens tien uur op café te gaan zitten. Dit houdt hij dan vol tot omstreeks een uur of vier in de namiddag. Waarna hij thuis bij zijn ouders, waar hij nog steeds woont, gaat eten en slapen. Af en toe gaat hij dan ‟s avonds nog zwaar op de lappen, waarbij een lijntje coke nooit ver weg blijkt te zijn. Zijn moeder lijdt aan een zware vorm van dementie. Zijn vader is ook zeer slecht voor het moment. Hij staat in voor de verzorging M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
57
van zijn ouders, want zijn zussen kijken, volgens hem, niet echt naar hen om. Om deze situatie elke dag te kunnen volhouden, is Roger sinds bijna een jaar terug heroïne beginnen roken. En dit na zeven jaar clean te zijn. Hij heeft mij altijd verteld dat hij nooit meer methadon zou willen nemen. Neen, dat was wel het laatste wat hij opnieuw wilde meemaken. Op een dag komt Roger op mijn bureautje aan, in het midden van de wijk. Hij ziet er de laatste weken slechter en slechter uit, en ik uit mijn bezorgdheid hierover. Hij doet het verhaal dat zijn heroïnegebruik terug de spuigaten uitloopt en beseft dat hij niet op zichzelf kan stoppen. Hij wil en moet er nu iets doen, voordat hij terug in zijn oude situatie rolt. Hij vraagt of hij via mij in het methadonprogramma van het MSOC terecht kan. De huisarts die hem destijds met methadon ondersteunde mag dit inmiddels niet meer. Ik vertelde hem dat ik hiervan op de hoogte was en samen belden we naar het MSOC in Genk. Omwille van de goede band die ik met Roger heb, en natuurlijk ook omwille van zijn uiterst slechte toestand, krijg ik na overleg met mijn coördinator de toestemming om hem morgen nog tot bij een hulpverlener van het MSOC in Genk te brengen voor een methadonintake. Hij kan ook meteen naar de dokter voor een urinestaaltje af te leveren. In principe moet hij enkele dagen wachten op de resultaten hiervan vooraleer hij een voorschrift van methadon krijgt. Maar na overleg met de psychiater en de hoofdarts van het MSOC, waarbij ik als straathoekwerker hen kan verzekeren dat de man terug volop aan het gebruiken is, krijgt hij die dag nog een voorschrift mee voor een opstart op lage dosis. Dit is ook wat hij wil, een lage dosis, en niet te lang. Ik leg hem uit wat hij waarschijnlijk nog heel goed weet van vroeger, namelijk dat hij niet te snel mag zijn in zijn afbouw, zowel in tijd als in het te snel afbouwen van zijn dosis. Wanneer we terug onderweg zijn naar de wijk, druk ik hem enkele keren op het hart dat het wel een zeer uitzonderlijke situatie is waarin we ons bevinden. Namelijk dat het niet de bedoeling is dat ik als straathoekwerker taxi speel voor elke gast. Van zodra ik dit hem een tweede keer zeg (om het hem duidelijk in te prenten dat hij dit niet meer mag verwachten van mij) vliegt hij tegen mij uit. Wat ik wel dacht van hem, dat hij niet stom is, en dat het allang goed was, hij zou mij niet meer lastig vallen. Na de 10 seconden durende tirade kijkt Roger mij strak aan en blijft het even stil. Ik begin zacht met mijn hoofd te schudden en Roger begint te lachen. We lezen van mekaars gezicht af dat dit even zijn ingebakken reactie was die M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
58
hier opspeelde. Zonder er controle over te hebben was zijn oude junkgedrag even de kop op komen steken. Hij wilde zich helemaal niet kwaad maken, maar deed dit toch, omdat hij zich dit verdedigingsmechanisme heeft aangeleerd door de jaren heen. Hij excuseert zich niet, maar ik weet dat hij zich ongemakkelijk voelt op dat moment. Ik zet hem af in de wijk, we groeten elkaar en hij wandelt richting café om iets te gaan drinken.
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
59
HULPVERLENING MSOC KEMPEN JAARVERSLAG 2010 1
AANTAL: 131 AANTAL CLIENTEN M
V
TOT
%M
%V
overgedragen dossiers (lopende begeleiding op 01.01.'10)
57
12
69
82,6
17,4
nieuwe dossiers (1° contact met MSOC Kempen in '10)
38
18
56
67,9
32,1
heropende dossiers (begeleiding heropgenomen in '10) niet ingevuld
3
0
3
100,0
0,0
1
2
3
33,3
66,7
99
32
131
75,6
24,4
TOTAAL
2
LEEFTIJD EN GESLACHT MANNEN a.c.
< 18 jaar 18 - 24 jaar 25 - 34 jaar 35 - 44 jaar 45 - 54 jaar 55 - 64 jaar
VROUWEN
% 0 20 51 20 6 3
a.c.
0,0 20,0 51,0 20,0 6,0 3,0
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
% 0 7 16 8 0 0
60
TOTAAL 0,0 22,6 51,6 25,8 0,0 0,0
a.c.
% 0 27 67 28 6 3
0,0 20,6 51,1 21,4 4,6 2,3
> 64 jaar TOTAAL
3
0
0,0
0
0,0
0
0,0
100
100,0
31
100,0
131
100,0
NATIONALITEIT a.c.
%
België India Iran Portugal Tsjetsjenië Oezbekistan niet ingevuld
120 2 1 1 1 1 5
91,6 1,5 0,8 0,8 0,8 0,8 3,8
TOTAAL
131
100,0
4
BURGERLIJKE STAAT a.c.
ONGEHUWD Alleenstaand Samenwonend met contract Samenwonend (zonder contract)
% 49 36 1 21
37,4 27,5 0,8 16,0
GEHUWD
5
3,8
GESCHEIDEN Feitelijk gescheiden Uit de echt gescheiden
7 1 2
5,3 0,8 1,5
ONBEKEND
6
4,6
niet ingevuld
3
2,3
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
61
TOTAAL
5
131
100,0
a.c.
%
LEEFSITUATIE
ALLEENWONEND
37
28,2
OUDERLIJK GEZIN Bij beide ouders Co-ouderschap Bij moeder met partner Bij moeder alleenstaand Bij vader met partner
10 23 1 4 8 1
7,6 17,6 0,8 3,1 6,1 0,8
EIGEN GEZIN Samenwonend met partner Samenwonend met partner en kinderen
21 11
16,0 8,4
COLLECTIEVE WOONVORM Gevangenis
1 2
0,8 1,5
ANDER
7
5,3
ONBEKEND
2
1,5
niet ingevuld
3
2,3
131
100,0
TOTAAL
6
BEROEP a.c.
NIET-BEROEPSACTIEF Leerling, student ARBEIDER
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
62
% 61
46,6
3
2,3
39
29,8
Ongeschoolde arbeider
9
6,9
Geschoolde arbeider
5
3,8
BEDIENDE
4
3,1
ZELFSTANDIGE
2
1,5
ANDERE BEROEPSACTIVITEIT
1
0,8
ONBEKEND
4
3,1
niet ingevuld
3
2,3
131
100,0
TOTAAL
7
INKOMSTEN a.c.
%
EIGEN BEROEPSACTIVITEITEN Voltijds eigen beroepsactivteiten Deeltijds eigen beroepsactivteiten
22 31 3
16,8 23,7 2,3
UITKERINGSGERECHTIGDE WERKLOZE Voltijds uitkeringsgerechtigd werkloos
24 2
18,3 1,5
ZIEKTE/INVALIDE
15
11,5
7
5,3
OCMW ANDERE
3
2,3
GEEN
10
7,6
ONBEKEND
11
8,4
3
2,3
131
100,0
niet ingevuld TOTAAL
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
63
8
OPLEIDING a.c.
LAGER ONDERWIJS
% 4
3,1
11 3 8 23
8,4 2,3 6,1 17,6
DEELTIJDS ONDERWIJS
4
3,1
LEERTIJD (LEERCONTRACT)
2
1,5
Buitengewoon secundair onderwijs Hogeschoolonderwijs
3 3
2,3 2,3
67
51,1
3
2,3
131
100,0
SECUNDAIR ONDERWIJS Algemeen secundair onderwijs Technisch secundair onderwijs Beroeps secundair onderwijs
ONBEKEND niet ingevuld TOTAAL
9
PROBLEMATIEK hoofdproduct 2de en evt. volgende product. a.c. % a.c. %
OPIATEN heroïne opium-morfine voorgeschreven methadon
45 2 18
35,4 1,6 14,2
19 0 7
15,0 0,0 5,5
0
0,0
2
1,6
6
4,7
0
0,0
niet-voorgeschreven methadon andere opiaten M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
64
niet gespecifieerd
21
16,5
1
0,8
subtotaal
92
72,4
29
22,8
8 8 0 1
6,3 6,3 0,0 0,8
28 9 2 0
22,0 7,1 1,6 0,0
17
13,4
39
30,7
benzodiazepine
0
0,0
5
3,9
andere slaapkalmeermiddelen niet gespecifieerd
1
0,8
0
0,0
0
0,0
1
0,8
subtotaal
1
0,8
6
4,7
onbepaalde vluchtige snuifmiddelen niet gespecifieerd
1
0,8
0
0,0
0
0,0
1
0,8
subtotaal
1
0,8
1
0,8
marihuana niet gespecifieerd
0 7
0,0 5,5
8 25
6,3 19,7
subtotaal
7
5,5
33
26,0
ALCOHOL bier niet gespecifieerd
0 1
0,0 0,8
1 12
0,8 9,4
subtotaal
1
0,8
13
10,2
STIMULANTIA cocaïne amfetamine xtc (mdma) niet gespecifieerd subtotaal SLAAP- EN KALMEERMIDDELEN
VLUCHTIGE SNUIFMIDDELEN
CANNABISDERIVATEN
ANDERE PSYCHOACTIEVE DRUGS M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
65
onbepaalde drugs of substanties GHB andere specifieke drugs
0
0,0
1
0,8
6 2
4,7 1,6
1 3
0,8 2,4
niet gespecifieerd
0
0,0
1
0,8
subtotaal
8
6,3
6
4,7
127
100,0
127
100,0
TOTAAL niet ingevuld
9.1
4
FREQUENTIE HOOFDPRODUCT
HOOFDPRODUCT
OPIATEN heroïne opium-morfine voorgeschreven methadon andere opiaten niet gespecifieerd subtotaal STIMULANTIA cocaïne amfetamine niet gespecifieerd
FREQUEN TIE niet aanwezi g
1x/we 2ek 6x/we ek
4
2
1
1 4 1 1 1
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
dagelij onbeke ks nd
TOTA AL niet ingevuld
36 2 18
2
45 2 18
2
5 17
1 1
6 21
3
3
78
4 0
92
1
2 2
4 4
1 0 0 0
8 8 1
66
subtotaal SLAAP- EN KALMEERMIDDELE N niet gespecifieerd subtotaal VLUCHTIGE SNUIFMIDDELEN onbepaalde vluchtige snuifmidd. subtotaal CANNABISDERIVA TEN niet gespecifieerd subtotaal ALCOHOL niet gespecifieerd subtotaal ANDERE PSYCHOACT. DRUGS GHB andere specifieke drugs subtotaal TOTAAL
3
1 8
niet ingevuld
4
1
4
8
1 0
1
17
1
0
1
0
0
0 0
1
0
0
0
1
0 0
1
0
0
0
1
0 0
1
1
6
0
7
1
6
0 0
7
0
0
1 0
0
0
1
0 0
1
0
4 1
1
1
6 2
1 6
0 8
5 99
1
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
1
67
1 0 6 0
8 127
9.2
TOEDIENINGSWIJZE HOOFDPRODUCT
HOOFDPRODUCT
TOEDIENING SLIK/ SNUIVE INHALERE INJECTER ONBEKEN TOTA N N EN D AL DRIN intravene K us
OPIATEN heroïne opium-morfine voorgeschreven methadon andere opiaten niet gespecifieerd subtotaal STIMULANTIA cocaïne amfetamine niet gespecifieerd subtotaal SLAAP- EN KALMEERMIDDELE N andere slaapkalmeermiddelen subtotaal VLUCHTIGE SNUIFMIDDELEN onbepaalde vluchtige snuifmiddelen subtotaal CANNABISDERIVA TEN
25 2
2
18
3 5
4 22
6 21 92 8 8 1 17
18 5 2 25
1 1 3 4
1
1
1 1
1
7
1
2
3 2 1 6
1
0
0
0
0
1
1
0
0
0
0
1
0
0
1
0
0
1
0
0
1
0
0
1
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
1 11 39
45 2 18
68
niet gespecifieerd subtotaal ALCOHOL niet gespecifieerd subtotaal ANDERE PSYCHOACTIEVE DRUGS GHB andere specifieke drugs subtotaal TOTAAL niet ingevuld
10
0
0
7 7
0 0
0 0
7 7
1 1
0 0
0 0
0 0
0 0
1 1
6 2
0 0
0
0 0
0 0
6 2
8 36
0 8
0 48
0 7
0 28
8 127
4
VERWIJZER a.c.
%
EIGEN INITIATIEF Nieuwe patiënt Ex-patiënt van eigen CGG op eigen initiatief Eigen initiatief niet gespecifieerd
1 2 39
0,8 1,5 29,8
subtotaal
42
32,1
Ouders Familie Initiatief vanuit omgeving andere
1 1 16
0,8 0,8 12,2
subtotaal
18
13,7
12
9,2
INITIATIEF VANUIT OMGEVING
GEZONDHEIDSZORG GENEESHEER (privé)
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
69
Huisarts Psychiater Andere geneesheer
13 1 13
9,9 0,8 9,9
CENTRUM VOOR GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG
3
2,3
ALGEMEEN ZIEKENHUIS
1
0,8
DRUGHULPVERLENING Therapeutische gemeenschap Medisch sociaal opvangcentrum (MSOC)
2 1 6
1,5 0,8 4,6
52
39,7
OCMW
1
0,8
ALGEMEEN WELZIJNSWERK AUTONOOM CAW
1 1
0,8 0,8
WELZIJNSZORG ANDERE
5
3,8
subtotaal
8
6,1
RECHTBANK
1
0,8
JUSTITIE ANDERE
5
3,8
subtotaal
6
4,6
OVERIGE INITIATIEVEN ANDERE
2
1,5
subtotaal
2
1,5
niet ingevuld
3
2,3
131
100,0
Subtotaal WELZIJNSZORG
JUSTITIE
TOTAAL
11
GEMEENTE a.c.
Aarschot Antwerpen 1
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
% 4 1
70
3,1 0,8
Averbode Balen Beerse Dessel Geel Grobbendonk Heist-op-den-berg Herentals Herenthout Herselt Hoogstraten Hulshout Kasterlee Lichtaart Lille Meerhout Merksplas Mol Morkhoven Noorderwijk Oevel Olen Oud-Turnhout Pulle Ravels Sint-Lenaarts Tongerlo Turnhout Vorselaar Vorst (Brabant) Vosselaar Weelde Westerlo
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
1 5 2 2 11 1 4 22 1 2 1 1 5 2 1 2 2 7 2 4 1 3 2 1 1 2 1 16 2 1 1 1 9
71
0,8 3,8 1,5 1,5 8,4 0,8 3,1 16,8 0,8 1,5 0,8 0,8 3,8 1,5 0,8 1,5 1,5 5,3 1,5 3,1 0,8 2,3 1,5 0,8 0,8 1,5 0,8 12,2 1,5 0,8 0,8 0,8 6,9
Onbekend TOTAAL
12
ACTIVITEITEN
12.1
CONTACTWIJZE-LOCATIE
7
5,3
131
100,0
a.c. Herentals Mol Turnhout TOTAAL
12.2
% 83 21 27
63,4 16,0 20,6
131
100,0
AARD VAN CONTACT a.c.
%
AARD VAN ACTIVITEIT INTAKE administratieve intake probleemdefiniëring
29 3 1
1,2 0,1 0,0
subtotaal
33
1,4
gezinstherapie individuele therapie andere psychotherapeutische activiteit
1 308 5
0,0 13,2 0,2
Subtotaal
314
13,5
3 32
0,1 1,4
PSYCHOTHERAPEUTISCHE ACTIVITEIT
ANDERE THERAPEUTISCHE ACTIVITEIT adviesgesprek M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
72
medic. behandeling sociale behandeling
1441 187
61,9 8,0
subtotaal
1663
71,4
teambespreking onderhoud met familie onderhoud met hulpverlening onderhoud met anderen cliëntoverleg andere activiteit
74 1 11 1 33 190
3,2 0,0 0,5 0,0 1,4 8,2
subtotaal
310
13,3
methadonverstrekking
1
0,0
dropout
1
0,0
subtotaal
2
0,1
niet ingevuld
6
0,3
2.328
100,0
ANDERE ACTIVITEIT
TOTAAL
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
73
13
AFSLUITING
13.1
AARD VAN AFSLUITING
AFSLUITING
a.c.
%
dossiers afgesloten in '10 dossiers verder in behandeling
22 109
16,8 83,2
TOTAAL
131
100,0
a.c. beëindigd in wederzijds overleg contacten verbroken beëindigd door zelfmoord cliënt Eenzijdige beëindiging door cliënt TOTAAL
13.2
% 10 2 1 9 22
45,5 9,1 4,5 40,9 100,0
DOORVERWIJZING NA AFSLUITING a.c.
%
GEZONDHEIDSZORG GENEESHEER (privé) PSYCHIATRISCH ZIEKENHUIS Therapeutische gemeenschap Medisch sociaal opvangcentrum (MSOC) Psychosociaal revalidatiecentrum (residentiëel)
3 1 1 2 1
27,3 9,1 9,1 18,2 9,1
Subtotaal
8
72,7
ONBEKEND
3
27,3
11
100,0
TOTAAL
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
74
13.3
ALGEMENE TOESTAND BIJ AFSLUITING arbei d
wone n
gezon dheid
oplei ding
justitie socia al
a. % a. % a. % a. % a. % a. % c. c. c. c. c. c. opgekl 0 0, 0 0, 0 0,0 0 0, 0 0, 1 4, aard 0 0 0 0 5 verbet 5 22 2 9, 1 4,5 1 4, 0 0, 4 18 erd ,7 1 5 0 ,2 onver 1 63 1 72 7 31, 9 40 1 50 1 54 ander 4 ,6 6 ,7 8 ,9 1 ,0 2 ,5 d verslec 2 9, 3 13 5 22, 0 0, 3 13 4 18 hterd 1 ,6 7 0 ,6 ,2 niet v 0 0, 0 0, 2 9,1 1 45 7 31 0 0, toepa 0 0 0 ,5 ,8 0 ssing onbek 1 4, 1 4, 7 31, 2 9, 1 4, 1 4, end 5 5 8 1 5 5 TOTAA 2 10 2 10 22 10 2 10 2 10 2 10 L 2 0, 2 0, 0,0 2 0, 2 0, 2 0, 0 0 0 0 0
M1010-110422JBR-REGjvslmsocKempen2010
75
gebru ik midd. a. % c. 1 4, 5 8 36 ,4 5 22 ,7
vrije tijd
0, 0 3 13 ,6 1 63 4 ,6
2,3
7 31 ,8 0 0, 0
1
15, 9 0,0
1
4 18 8,0 ,2 2 10 100 2 0, ,0 0
4, 5 2 10 2 0, 0
a. c. 0
0
TOT AA L % %
4, 5 0, 0
22, 7 51, 1