2007 bezien vanuit: 1. De Kondratieff Cyclus 2. De 8,6 jaren cyclus van Armstrong Met een toetje: 3. Goud als investering
De Kondratieff cyclus 1.1.1. De Cyclus Een van de grootste bijdragen aan de theorie over cycli leverde Nikolai Kondratieff. Deze econoom die aan het begin van de 20e eeuw leefde, ontwikkelde op basis van onderzoek een cyclustheorie die nu de naam Kondratieffcyclus heeft. Wij kunnen heden ten dage profiteren van het werk van Kondratieff. Helaas heeft Nicolai zelf iets minder geluk gehad. De Russische overheid vond de inzichten van hem minder geslaagd en noemde het zelfs staatsgevaarlijk. Op last van Joseph Stalin werd Kondratieff in 1938 gearresteerd en geëxecuteerd. Kondratieff deed onderzoek naar conjunctuurgolven in de economie in de 19e en begin 20e eeuw. Hij ontdekte een bepaalde constante golfbeweging en dat vormde de basis voor zijn Cyclus. In beginsel beslaat het golfpatroon een 50 tot 60 jaar. Kondratieff onderkende binnen deze lange cyclus 4 tijdsperioden die hij toepasselijk Lente, Zomer, Herfst en Winter noemde. In onderstaande grafiek ziet u een weergave van de Kondratieff Cyclus.
De 4 seizoenen binnen de Cyclus hebben elk eigen karakteristieken. Deze karakteristieken zijn het gevolg van de opbouw van de cyclus en daarbinnen de subcycli. 1. Lente De Lente is de zogenaamde opbouwfase met als belangrijkste kenmerken: De Winter heeft veel kapot gemaakt en de Lente wordt dan ook gezien als de periode van opbouw en tot bloei komen. Met het dal in cyclus achter de rug kenmerkt deze fase zich door economische groei, geringe concurrentie. Het is een uitermate goede periode voor investeerders in aandelen en onroerend goed, maar slecht voor metalen en andere grondstoffen. De rente en inflatie blijven laag, de aandelen en onroerend goed zijn zeer laag gewaardeerd. Het vertrouwen in de economie is laag als gevolg van de vorige Winter. We zien een dalende werkloosheid en lichte stijging van lonen en prijzen. Het innovatieve karakter is een van de belangrijkste kenmerken van de Lente. De meest recente 'lenteperiode' was van 1949-1966.
2. Zomer De Zomer wordt gezien als de consolidatiefase. In de Zomer versterkt de economie verder, totdat de eerste tekenen van stagflatie zich aankondigen; een stagnerende economie met stijgende inflatie. Het is geen goede tijd voor aandelen, wel zien we een goede markt voor edelmetalen en onroerend goed. De stagflatie wordt structureel van aard en er volgen ernstige recessies. De productiviteit daalt en de werkloosheid stijgt. Vaak zien we tegen het einde van de Zomer hyperinflatie. De laatste 'zomerperiode' deed zich voor van 1966-1981. 3. Herfst Het derde seizoen is de herfst of ook wel plateaufase. We zien een afname in de groei door lagere prijzen als gevolg van toenemende concurrentie en de groei neemt toe. Er is sprake van Desinflatie, waarbij de inflatie afneemt. Je zou kunnen zeggen dat we na de lente een tweede groeifase zijn gestart. De 'herfst-periode' heeft dezelfde kenmerken als een golf 3 in de Elliott Wave Theorie. Uitbundig gedrag en een zeer positief sentiment tot aan het extreme toe. De plateaufase is ook de fase waarin de zogenaamde bubbles ontstaan (liquiditeiten, onroerend goed, aandelen, etc.). De prijzen en rentestanden zakken gestaag. Niemand denkt negatief en men is bereid om schulden aan te gaan. De laatste herfstperiode was van 1982 tot 2000. 4. Winter Tot slot de Winter ofwel de liquidatiefase. Net als in het echte leven is de Winter nou niet de beste periode in het jaar. De Winter begint met een eerste correctie. Aandelenmarkten leveren in en er ontstaat deflatie als gevolg van inzakkende prijzen. Prijzen van metalen en goederen bodemen in het begin van de winter en beginnen daarna aan een lange periode van stijging. Het aantal bedrijven dat faillissement aanvraagt stijgt, consumenten gaan failliet en het financiële- en economische systeem kraakt in al haar grondvesten en stort ineen. De werkloosheid stijgt, de economie krimpt en de deflatie neemt toe. Het is een periode van sociale onrust en oorlogen. 1.1.2. Waar zitten we nu De gemiddelde duur van de Kondratieffcyclus ligt tussen de 55 en 60 ligt. We zouden daarom mogen aannemen dat eind 2000, begin 2001 de nieuwe winter is begonnen. Hierover zijn de meningen echter verdeeld. Ten eerste is er de groep die zegt dat we het ergste gehad hebben en al weer op weg zijn in de Lente. Ik geloof hier absoluut niet in en de bewijzen liggen voor het oprapen. Ik geloof eerder dat er sprake is van een zogenaamde valse lente die veroorzaakt is door de FED die de rentestanden verlaagde tot 1% om er maar voor te zorgen de cyclus te verstoren. Het probleem is echter dat ze de cyclus misschien kunnen vertragen, maar uiteindelijk zal de klap alleen maar groter worden. De verlaging van de rentestanden zorgde voor een enorme bubble in de huizenmarkt en een enorme kredietexpansie. De reden waarom wij denken dat er sprake is van een valse lente is het feit dat de schuldenberg nooit gesaneerd is en dat consumenten niet gestopt zijn met consumeren. In tegendeel, de consument in Amerika heeft zoveel geconsumeerd dat er sprake is van een onwaarschijnlijke schuldengroei. In tegenstelling tot Japan en Nederland, waar de spaarquote hoog is, leven de amerikanen met een netto schuldpositie.
In de grafiek is duidelijk te zien wat er gebeurde in de vorige Winterperiode. De schuldenpositie werd gesaneerd zodat met een ‘schone lei’ de Lente ingegaan kon worden. De Winter nu kan niet voorbij zijn. De Schuldenberg moet gesaneerd worden. De tweede groep stelt dat we nog in de herfst zitten en dat de Winter nog moet beginnen. Zij zeggen dat de cyclus expandeert dat we hierdoor nog in de laatste fase van de herfst zitten. Er zijn twee belangrijke redenen voor een expansie van de lengte van de cyclus. Ten eerste leven mensen langer dan vroeger, wat een verlenging van de cyclus zou opleveren. Ten tweede zegt men dat Centrale banken beter in staat zijn om te interveniëren. Ze doen dit bij de eerste tekenen van recessie, dus eerder en met meer kracht. De reden voor een krachtige interventie is duidelijk. Ze willen voorkomen dat de schuldenberg implodeert die de Winter vol doet ontbranden. Dat de Centrale Banken geïntervenieerd hebben, moge duidelijk zijn. De FED verlaagde de Rente om de recessie tegen te gaan en de Centrale Banken van Japan en China ondersteunen de policy door in enorme hoeveelheden schatkistpapier van de Amerikanen te kopen. We zien als gevolg van de interventies de hierboven genoemde valse lente ontstaan.
Vanaf 2000 verlaagde de FED de Rente met als doel de recessie tegen te gaan. Dit veroorzaakte de valse Lente die nu aan het aflopen is. De derde groep is de groep die er vanuit gaat dat de Winter begonnen is. We zijn van mening dat dit het geval is. Maar of we nu aan het einde van de herfst staan of aan het begin van de Winter, in beide gevallen gaan een slechte periode tegemoet. Het kan niet zo zijn dat deze nu al voorbij is. De oudere generatie kan hier over meepraten. Die hebben de Zomer meegemaakt met de recessies in de jaren ’70. De Winter is normaal gesproken nog een paar graadjes erger. Het rare fenomeen dat zich ook nu weer manifesteert is het feit dat bijna niemand denkt dat er zwaar weer op komst is. We hebben dan wel een paar jaren geleden een klapje gehad, maar de economie doet het weer goed en de vooruitzichten zijn rooskleurig. We zijn alleen met zijn allen een beetje huiverig voor inflatie. Het feit alleen al dat niemand, maar ook niemand het over deflatie heeft, zou alle alarmbellen moet laten rinkelen. De kans op deflatie is levensgroot en uiterst reëel. Begin dit jaar hadden we een officiële inversie van de Yieldcurve en wat zei Greenspan: ‘’Dit keer is het anders, er volgt geen recessie’. De kans daarop is echter net zo groot als dat je een ijsbeer in de Sahara tegenkomt.
De tekenen dat we aan de Winter begonnen zijn zien we overal om ons heen. In onderstaand overzicht een opsomming: -
De bubble op de huizenmarkt begint leeg te lopen; Als gevolg daarvan loopt de economie in de US ernstige averij op; Deze wordt bevestigd door de rente; de 10-jaarsrente is ondanks een verhoging van de korte rente met meer dan 500% op ongeveer hetzelfde niveau gebleven; De eerste bankschandalen hebben we inmiddels achter de rug; Er zijn steeds meer maatregelen om de eigen markt te beschermen van die van buitenaf (protectie door invoertarieven); Netto schuldpositie van de consument in de VS en een enorme schuldenberg; Downgrade van de schulden van GM en Ford tot de junkstatus; Pensioenfondsen in Amerika die nu al moeite hebben om aan de verplichtingen te voldoen.
Conclusie: De tekenen wijzen erop dat alles in het werk gesteld wordt om de cyclus af te wenden. Het verleden leert echter dat dit slechts uitstel van executie is. De executie zelf wordt door het uitstel zelfs een stuk bloediger. Men mag dan wel denken dat het deze keer allemaal anders gaat, maar dit is ijdele hoop. De cyclus herhaalt zich. We zitten aan het begin van de Winter en we mogen ons voorbereiden op een stormachtige periode. Ze noemen die de Winter !!!
2.
Economische vooruitzichten
2.2.1 Inleiding Vanuit de theorie van de Kondratieffcyclus lijkt het scenario voor het komende decennium wel duidelijk. We gaan een slechte tijd tegemoet met deflatie als kenmerk. Dat dit voor de beurzen uiterst negatief is, moge duidelijk zijn. Maar als we kijken naar wat er werkelijk gebeurt op dit moment is er nog een tweede scenario mogelijk. We zijn op dit scenario gestuit bij het bestuderen van de theorie van een andere cycleguru: Martin Armstrong. Ik hoor u denken: wie is Martin Armstrong? Hij was aan het eind van de 20e eeuw een gevierd analist. Hij heeft bijvoorbeeld de top in de Nikkei tot op de dag goed voorspeld. Ik weet niet wat het is met mensen die een enorme contributie leveren aan de cyclische theorie, maar ook met Martin Armstrong gaat het niet echt goed. Hij is opgepakt, verdacht van handelen met voorkennis en nog een aantal andere zaken. Hij zit nog steeds. Tot zover alles niet zo bijzonder. Maar nu komt het: Alles wat met hem en zijn theorie te maken had is weg. Als u op Internet googlet dan vindt u echt niets. Dit maakt het verdacht. Er gaan dan ook allerlei geruchten over de reden waarom. De belangrijkste is dat hij de cycluscode gekraakt heeft en dat dit niet echt door de overheid gepruimd wordt. Hoe het ook zij: we zijn, met wat er bekend is van zijn theorie, aan de slag gegaan en komen tot een opmerkelijk scenario. 2.2.2 de 17,2-jaarscyclus Martin Armstrong bestudeerde de markten en kwam erachter dat er een cyclus bestaat van 8,6 jaar. Als we 8,6 jaar terugrekenen naar dagen dan komen we uit op ongeveer 3141 dagen. En laat dit nou net een vermenigvuldiging zijn van het getal Pi (3,14159)! 2 keer Pi is 6,283. Doen we dit ook maal duizend dan komen we op 6.283 dagen en dat is 17,2 jaar. Gaan we even terug naar onze middelbare school, dan weten we dat 2xPi de omtrek van een cirkel is. Ofwel in onze gedachtengang; 17,2 jaar is een cyclus. We weten dat Fibonacci en Pi overal terugkomen in ons leven en waarom niet in de Beurs. Fibonacci zien we vooral terugkomen in de fluctuaties in koersen met de welbekende extensies en retracements volgens de Gulden Ratio (onder andere 0,618 en 1,618). Wat nou als de duur van een cyclus bepaald wordt door Pi of in dit geval 2Pi. Kunnen we daar iets van terugvinden in de Beurs. In 1720 was er de zogenaamde South Sea Bubble. De grootste financiële crisis van voor die tijd was in 1092 (financiële crisis met rentes tot 50%). Toevalligerwijs!! 628 jaar 100x6,283) voor 1720. Weer 628 jaar daarvoor in 464 toen het Romeinse Rijk overlopen werd door de Vandalen en de Romeinse valuta in ernstige crisis belandde. Niets aan het handje. De volgende keer is gepland in het jaar 2348 en wie dan leeft wie dan zorgt. 2.2.3 De cyclus toegepast op de USA De USA kent zijn oorsprong op 4 juli 1776 met de onafhankelijkheidsverklaring. De Cyclus heeft een duur van 17,2 jaar. Als we vanuit de start 13 cycli afronden dan komen we uit op 23 februari 2000. Een datum die precies valt tussen de toppen van de Dow Jones en de Nasdaq. Toeval?
Maar het is beter om te kijken naar de individuele cycli en de onderverdeling ervan in 8,6 jaar. En dan met name de kenmerken van deze periodes in de geschiedenis. Ook hier komen we tot een opmerkelijk gegeven. In ruim 200 jaar is het een aantal malen voorgekomen dat er 2 periodes achter elkaar kwamen met lage inflatie en hoge groei. De zogenaamde boomperioden die uiterst positief zijn voor de Beurs. De laatste keer dat dit voorkwam was de periode 1982 tot 2000 (of 1981 -1998, hierover zijn de meningen verdeeld). Overigens beide wel perioden van circa 17,6 jaar! De periodes waarin we eerder dit soort booms hebben meegemaakt waren van 18191836, 1871-1896 en 1948-1965. Belangrijker is echter om te zien wat er in de historie gebeurde na dergelijke perioden. 2 keer ontstond er een situatie, waarbij er sprake was van hoge inflatie en lage groei (Stagflatie), de derde keer een situatie met een lage groei en een lage inflatie (Deflatie). In de periode die daarop volgde (of er nu sprake was geweest van stagflatie of deflatie) volgde een periode van hoge inflatie en hoge groei. Het is dus nog nooit voorgekomen (nooit!) dat er na 2 boomperioden nog een derde volgde. Met andere woorden; de kans op een gunstig beursklimaat voor de komende jaren is niet aanwezig. Dat wil niet zeggen dat de beurs niet kan stijgen. Dit kan in het geval van hoge inflatie wel degelijk. Alleen dan nog is de beurs qua verdiencapaciteit niet aantrekkelijk door de hoge inflatie. Blijven er voor de cyclus vanuit 1998 of 2000 dus twee scenario’s over. De eerste is een periode van stagflatie gevolgd door 1 van hoge inflatie. Het andere scenario is een periode van deflatie gevolgd door hoge inflatie. 2.2.4. Welk scenario heeft de voorkeur Vanuit bovenstaand perspectief is er 1 scenario dat onze voorkeur heeft en dat is het scenario van stagflatie. De reden hiervoor is redelijk eenvoudig. De Commoditycyclus (ongeveer 51 jaar) is gebodemd in 2000-2001. Met stijgende commoditieprijzen (en dat zien we sinds 2001) is een scenario van hoge inflatie en lage groei het meest voor de hand liggend. De Goudprijs bijvoorbeeld is in 3 jaar tijd verdriedubbeld van laag in de 200 naar 730 in mei van 2006. Een hoge inflatie staat synoniem voor een stijgende goudprijs. Niet dat Goud nou zoveel duurder wordt. De valuta waarin de Goudprijs en bijna alle commodities uitgedrukt worden (de USdollar) wordt goedkoper. Wat voor bewijzen ondersteunen onze keuze: -
Commoditieprijzen stijgen sinds 2000-2001; Er komen steeds meer berichten van stagnerende economische groei; De voorspellingen van IMF en andere instanties duiden op een stagnerende economische groei; De korte rente is sinds anderhalf jaar van 2 naar 5,25% gestegen om het inflatiegevaar te beteugelen; De lange rente (indicator voor economische verwachtingen is gedaald); De Eurodollar heeft Elliottechnisch in december 2004 een golf 1 afgerond en zit nu in een golf 2 of is een golf 3 gestart. Verwachting een enorme daling van de dollar;
Hoe zit het met de hoge inflatie? We zien commoditieprijzen de pan uit rijzen en de inflatie is volgens de FED onder controle. Dit rijmt absoluut niet met elkaar. Niet voor niets wordt er vaak verwezen naar het gezegde: ‘‘There are lies, great lies and Statistics’’ Het is de mening van vele analisten over de hele wereld dat de werkelijke inflatie in de VS veel hoger moet zijn dat de opgegeven cijfers. Schattingen lopen uiteen van 7-10% op jaarbasis. Het feit dat de FED besloten heeft om de cijfers ten aanzien van de geldhoeveelheid (M3) niet meer bekend te maken, komt de FED ongetwijfeld niet verkeerd uit. Wat zouden de effecten moeten zijn van een hoge inflatie en een lage groei? - Stijgende commoditieprijzen; - Dalende dollar; - Lage lange rente en hoge korte rente; - Recessie als gevolg van de inversies in de Yieldcurve - Zijwaarts tot dalende beurs. Nou zijn er milde stagflatieperioden en zware stagflatieperioden. Zoals het er nu naar uitziet (geprobeerd wordt in ieder geval om het zo te laten overkomen) is er sprake van een milde stagflatieperiode. Iedereen heeft de mond vol van een ‘’zachte landing’’ van de economie. En Bernanke heeft ons verzekerd dat de Inverted Yieldcurve van februari dit jaar niet zou leiden tot een recessie. Dit keer is alles anders?? In mei zijn weliswaar met name de olie- en goudprijs in elkaar gedonderd, maar opmerkelijkerwijs is bijvoorbeeld de dollar bijna blijven liggen. Het lijkt erop alsof de olie- en goudprijs enigszins gemanipuleerd worden met het oog op de verkiezingen in november. Met het dalen van de commoditieprijzen doemt gelijk weer het deflatiespook op. Immers, als de prijzen van commodities in zijn totaliteit gaan dalen is de kans op desinflatie groot. En dat gepaard met een vertragende economische groei veroorzaakt de periode van deflatie. Op dit moment (eind oktober 2006) zitten we redelijk op een cruciaal punt. De Goudprijs is flink gedaald, maar een nieuwe dalingsgolf past niet echt in het stagflatieplaatje. De commoditiecycle en het bearishe sentiment ten aanzien van Goud (dat is bullish) doen ons een voorkeur hebben voor het snel hervatten van de stijging van de Goudprijs Voor de Olieprijs geldt een ander verhaal. Deze is weliswaar flink gedaald, maar dit geschiedde in een impulsieve vorm. De verwachting is dat na een flinke correctie Olie nog een keer naar beneden moet voordat deze bodemt. En dat kan nog een poosje duren. Dit neemt niet weg dat ook voor Olie daarna een hele fors stijging verwacht wordt. Maar dan hebben we het over een langere termijn en niet nu gelijk. Als je naar de langjarige grafieken kijkt van de olie- en goudprijs dat valt enige correlatie op. Dit betekent dat in grote lijnen (behoorlijk groot) een fors stijgende goudprijs betekent dat de olieprijs ook moet stijgen. Het dal van de olieprijs is nu niet exact aan te geven.
Goud 3.1.
Inleiding In hoofdstuk 1 van onze outlook is uitgebreid ingegaan op de Kondratieff cyclus. Als we kijken naar de cyclus dan valt gelijk op dat de prijs van goud het goed doet In de Zomer en Winter. In de laatste Zomerperiode (jaren ’80) bereikte de goudprijs een record van 850 dollar. In de Herfsperiode zakte de goudprijs in om uiteindelijk, zoals het hoort, te bodemen in het begin van de winterperiode. Daarna is de Goudprijs begonnen aan een indrukwekkende stijging. Volgens de cyclustheorie moet de goudprijs een langjarige stijging ondergaan. We hebben er slecht 5 jaar opzitten en volgens ons gaan we nog verder stijgen. Tim Wood, een bekende analist, bestudeert de goudprijs al jaren en constateerde dat normaal gesproken we nu een goudprijs tussen de 1.100 en 2.200 dollar zouden moeten zien. Veel analisten zijn het met hem eens en voorspellen een goudprijs van 1.000 dollar en nog meer, veel meer. Of het zover komt weten we niet. Wel gaan we er vanuit dat we Goud tijdens de Winterperiode een van de beste investeringen is.
3.2.
3.3. Waarom Goud ? Goud is de ultieme verzekering. Als in de Winterperiode de valuta onder druk komen te staan, zal goud overeind blijven. Goud zal altijd als een vorm van geld worden beschouwd, omdat Goud een hoge intrinsieke waarde heeft, in de hele wereld bijna hetzelfde waard is, zeldzaam is, stabiel, onverwoestbaar en misschien wel het belangrijkste; Goud is zeer liquide. Goud is bijna overal in te wisselen tegen geld. Goud vormt voor ons een wezenlijk onderdeel van de portefeuille uit. 3.4. Waarom moet de Goudprijs stijgen ? Er zijn meerdere redenen waarom wij denken dat de Goudprijs verder moet stijgen. - Valutacrisis In hoofdstuk 1 is ingegaan op de financiële huishouding van Amerika. Het behoeft geen betoog; de US-dollar moet in de komende Winterperiode van de Kondratieffcyclus in elkaar zakken. Net als waarschijnlijk nog een aantal andere valuta. Het investeren in andere valuta dan de US-dollar is dan ook niet de meest waarschijnlijke investeringscategorie. Goud als een vorm van valuta is dan de beste investering. We weten dat Amerika ongebreideld de geldpersen laat rollen. Dat dit niet voort kan duren is ook een uitgemaakte zaak. Zonder voldoende goudreserves ontstaat er een niet te stoppen inflatie. Landen met grote dollarreserves willen het probleem voor zijn en zijn de laatste jaren begonnen om goud in te kopen. - Wordt Goud duurder of ons geld goedkoper?? Historisch gezien wordt Goud duurder als de US-dollar goedkoper wordt. De essentie echter is dat Goud niet duurder wordt, maar de Dollar goedkoper. Met de daling van de Dollar in de afgelopen jaren wordt impliciet al aangegeven dat het er niet echt goed voorstaat in de VS. Maar hoever kan de dollar dan nog vallen? Hierover zijn de meningen verdeeld. Maar een realistische voorzichtige schatting is dat de Dollar nog minimaal 50% moet dalen in waarde. Dit betekent een stijging van de Goudprijs die ons weer in de buurt van de top brengt (850 dollar). - Toenemende vraag naar Goud De wereldwijde vraag naar Goud neemt toe. In China bijvoorbeeld is het sinds een paar jaar toegestaan fysiek Goud in bezit te hebben. Dit heeft een enorme vraag naar Goud tot gevolg. Ook in India, de grootste goudmarkt van de wereld, zien we een toenemende vraag naar Goud. In de afgelopen jaren is gebleken dat Centrale Banken Goud op de markt dumpten om de prijs in toom te houden. Dit kan echter niet zo voortduren. Nog sterker, steeds vaker duiken de geruchten op dat Centrale Banken van Rusland, China en Arabische landen voornemens zijn om de Goudvoorraad van het land te vergroten (zie valutcrisis). - Stagnerend aanbod De Goudproductie stagneert na een forse daling in 2004. Veel van werelds productiefste mijnen raken uitgeput, de kostprijs van het delven van Goud in deze mijnen stijgt snel. Het vinden en in exploratie nemen van nieuwe goudmijnen duurt lang. Daarnaast stijgen de productie- en arbeidskosten naarmate het moeilijker wordt om het goud te delven. Dit alles heeft een prijsopdrijvend effect.
- Zwakke aandelenmarkten en huizenmarkt De aandelenmarkten zijn per saldo niet echt vooruitgekomen in de afgelopen jaren. En het is nog geen hartje Winter. We mogen dan van de aandelenmarkten niet veel verwachten. De val van de huizenmarkt zal de recessie in gang zetten. Ze zeggen niet voor niets dat als de huizenmarkt verkouden raakt, dat de economie van de VS dan rijp is voor een hele zware longontsteking. De eerste tekenen hebben we gezien. Het wachten is op de gevolgen voor de financieringsmarkt. Grote hypotheekverstrekkers Fanny Mae en Freddy Mack gaan zware tijden tegemoet. In tijden van tegenslag is Goud altijd een goed alternatief gebleken. - Manipulatie van de Goudprijzen Nadat de Goudprijs losgekoppeld werd van de dollar kende Goud een bullmarkt die resulteerde in een top op 850 dollar. Wat velen niet weten is dat de achter de schermen hard gewerkt is om de Goudprijs te beïnvloeden. Een rapport van Sprott Management uit Canada laat zien dat: -
Centrale Banken in 1998 ingegrepen hebben om het Hedge Fund LCTM te redden. LCTM ging over de kop terwijl ze een shortpositie op 300-400 ton Goud hadden. De FED spendeerde 3,5 miljard om LCTM te redden; Centrale Banken dumpen Goud uit hun voorraad op de markt om de prijs te drukken. Tussen 1994 en 1996 is dit aantoonbaar gedaan door de FED, De Centrale Bank van Engeland deed dit het 1999 en ook nu gebeurt het nog steeds; Onlangs is onderzocht hoeveel Goud er in de kluizen van Centrale Banken ligt. Het blijkt dat de werkelijke voorraad zo maar 33% lager ligt dan dat je zou mogen verwachten. Ofwel, een derde van de voorraad is weg?
Wat we proberen te zeggen is dat de Goudprijs al veel hoger had moeten staan, ware het niet dat de Centrale Banken zich met de Goudprijs bemoeien. Conclusie: Goud is voor het komende decennium een van de beste investeringen. Naar verwachting zal de Goudprijs de komende jaren nog behoorlijk stijgen. 3.5. Hoe te profiteren In tegenstelling tot een aantal andere sectoren is er in Goud op meerdere manieren te verdienen. Natuurlijk zijn er de Goudfondsen die onderdeel uit gaan maken van onze portefeuille. Ook individuele aandelen zullen profiteren van een stijgende goudprijs. Tot slot is er de mogelijkheid om te profiteren van de Goudprijs zelf door middel van turbo’s. Voor de langere termijn kunnen turbo’s gebruikt worden om te profiteren van de stijging van de Goudprijs, voor de korte termijn kan het ook dienen als een hedge tegen de goudaandelen in de portefeuille bij te verwachten langer durende correcties in de Goudprijs.