Griffle/775193
Bijeenkomsten Raadhuisplein 2011/2 op 10 en 17 februari 2011 RAADHUISPLEIN 10 FEBRUARI 2011 Tijd
Omschrijving
Ruimte
Voorz./secr./portef.
19.30 uur 20.30 uur
1. RONDE
kamer 2,03
dhr. Koel e wijn dhr. Van Vliet dhr. Witte
Volkshuisvestelijke norm bij bouwen / startersleningen - duurzaamheidsleningen A. De bouwopgave van de gemeente Soest ligt momenteel In Soesterberg. Het College van B en W stelt voor om de norm van 40 %betaalbare woningbouw) - 60% In Soesterberg los te laten met als doel het middeldure segment In Soesterberg te vergroten. Er worden wel twee randvoorwaarden voorgesteld: per project bekijken welk aandeel betaalbaar bouwen wenselijk Is en een ondergrens van 20% betaalbaar bouwen te stellen. In deze bijeenkomst kunnen verduidelijkende vragen worden gesteld. Dit onderwerp Is geagendeerd voor de Raad van 17 februari 2011 (gewoon agendapunt). B. Aan vrijgevallen middelen, die volkshuisvestelijk besteed dienen te worden. Is € 607.950 beschikbaar. Door het College van B en W wordt voorgesteld de helft beschikbaar te stellen voor het (weer) verstrekken van startersleningen en de andere helft voor het verstrekken van duurzaamheidsleningen, Blj de startersleningen Is het voorstel om uit te gaan van een maximum lening van €30.000 blj een maximale koopsom van € 250.000. De duurzaamheidslening is bedoeld voor eigen woningbezitters die bepaalde energiebesparende maatregelen willen treffen. In deze bijeenkomst worden richtinggevende ultspral<en gevraagd, zie hiervoor ook de aanbiedingsbrief (bijgevoegd). Na deze Ronde wordt/worden de gewenste regeling/regelingen verder uitgewerkt, rekening houdend met de gemaakte opmerkingen. Daarna zal dit voor besluitvorming aan de Raad worden voorgelegd.
DE ONTMOETING/ DE RONDE
Over het Soester Vergadermodel Het Soester vergadermodel, het Raadhuisplein bestaat uit vergaderingen op twee donderdagavonden en heeft vaste onderdelen: Eerste vergaderavond De Ontmoeting/Ontmoetingen met presentaties en themabijeenkomsten De Ronde/Rondes met Inhoudelijke bespreking (^zonder innemen van standpunten) Tweede vergaderavond De Raad met debat en besluitvorming De betrokkenheid van inwoners en instanties is het grootst blj de Ontmoeting (zij praten op basis van gelijkwaardigheid mee). Bij de Ronde kunt u gebruik maken van het spreekrecht. Daarvoor kunt u zich tot aanvang van de bijeenkomst melden bij de secretaris van de bijeenkomst. De spreektijd bedraagt maximaal vijf minuten per spreker met een maximum van 15 minuten per bijeenkomst In de Ronde, Blj meer dan drie sprekers wordt de beschikbare tijd dus herverdeeld; 15 minuten gedeeld door het aantal sprekers. Wilt u de raad toespreken over een niet eerder geagendeerd onderwerp In de Ontmoeting, Ronde of Raad ? U krijgt dan In de Raad (tweede vergaderavond) maximaal vijf minuten spreektijd (maximaal in totaal 15 minuten spreektijd per raadsvergadering). Voor het spreekrecht kunt u zich tot vlak voor aanvang melden blj de griffier van de gemeenteraad. Onder "niet eerder geagendeerd" wordt verstaan een periode van drie maanden voorafgaand aan het spreekrecht. Ook het eerder gebruik van het spreekrecht in deze periode van drie maanden is hierin begrepen.
RAADHUISPLEIN
19.30 uur 20.30 uur
20.30 uur 21.30 uur
2011/2
10 17
FEBRUARI FEBRUARI
en
10 FEBRUARI 2 0 1 1
RONDE/ONTMOETING
1. RONDE Volkshuisvestelijke norm bij bouwen/ startersleningenduurzaamheidsleningen
2. RONDE Vervangende hulsvesting Don Bosco
kamer 2.03 3.0NTM0ETING Wabo
raadzaal
kamer 2.03 21.30 uur ~ 21.45 uur
PAUZE
21.45 uur 22.30 uur
4. ONTMOETING Stand van zaken Apolio-Noord raadzaal
17 FEBRUARI 2 0 1 1 19.30 uur
2011 2011
(Raadzaal, zie aparte agenda)
RAAD
19.30 uur 20.30 uur
2. RONDE
raadzaal
Vervangende huisvesting Don Bosco Tijdens de Raad van 4 november 2010 Is er een motie aangenomen over vervangende hulsvesting van de Scoutinggroep Don Bosco aan de Den Blleklaan/Bosstraat.
mevr. OostromWernsen mevr, KuijerFranken mevr. Coppes
Ter uitvoering hiervan stelt het College van Ben W voor om medewerking te verlenen aan de realisatie van de plannen van Don Bosco en hiervoor een Investeringssubsidie van €30.000 beschikbaar te stellen en uit te gaan van een gemeentegarantie voor een lening van maximaal €100.000. Voorgesteld wordt de locatie voor de huisvesting Iets op te schuiven ten opzichte van het oorspronkelijke verzoek van Don Bosco, namelijk ln de hoek van de spoorlijn-Den Blleklaan.
20.30 uur 21.30 uur
In deze Ronde kunnen verduidelijkende vragen gesteld worden. Hierna Is agendering voor besluitvorming In de Raad van 17 maart 2011 voorzien, 3. ONTMOETING
kamer 2.03
dhr. Baskaya dhr. Van Vliet dhr. Witte
raadzaal
dhr. Van Vuuren dhr. Van Vliet dhr. Witte
Wabo Op 1 oktober 2010 Is de Wet algemene bepaling omgevingsrecht (Wabo) In werking getreden. Deze wet beoogt de regeldruk te verminderen. Burgers en bedrijven kunnen een omgevingsvergunning in één keer digitaal aanvragen In plaats van apart een bouwvergunning en andere vergunningen In de situatie van vóór 1 oktober 2010. In deze Ontmoeting zal de raad Inhoudelijk geïnformeerd worden over de Wabo zelf, de gevolgen ervan voor de gemeente Soest, hoe ver Is Soest met de Invoering van de Wabo, eerste ervaringen, etc.
21.45 uur 22.30 uur
4. ONTMOETING Stand van zaken Apollo-Noord In februari 2010 heeft de raad het bestemmingsplan Apollo-Noord vastgesteld. Vervolgens Is In 2010 gewerkt aan de totstandkoming van het stedenbouwkundig plan, het verkavelingsplan, het beeidicwaiiteitspian en de financiële onderbouwing. In deze Ontmoeting wordt een presentatie gegeven van het stedenbouwl
Raadsvergadering Kenmerk Nummer voorstel Agendapunt Portefeuille
17 februari 2011 Ruimte/757730 RV 11-09 11 Wethouder Witte
Onderwerp: Volkshuisvestelijke norm betaalbaar bouwen Aan de gemeenteraad, Voorstel tot besluit 1) In te stemmen met het loslaten van de huidige randvoorwaardelijke norm voor betaalbaar bouwen voor toekomstige woningbouw in Soesterberg; 2) In te stemmen met het instellen van een nieuwe randvoorwaardelijke ondergrens van 20% betaalbaar bouwen waarbij aangetekend dat voor elk project wordt bekeken welk aandeel betaalbaar bouwen gewenst Is; 3) In te stemmen met het handhaven van de grens van 40% betaalbaar bouwen in de kern Soest. Inleiding Vanuit het oogpunt van optimalisatie Is voor Apollo Noord gespeeld met de volkshuisvestelijke norm om te bezien welke voordelen dit kan opleveren. Daaruit ontstond de vraag welk effect de vigerende norm heeft op het huidige en toekomstige Soesterberg. Wanneer goed gekeken wordt naar de huidige voorraad, de wensen ten aanzien van wonen en de specifieke doelgroepen waarvoor gebouwd gaat worden luidt het antwoord op die vraag 'een negatief effect'. Het zwaartepunt wat betreft de bouwopgave binnen de gemeente Soest ligt overduidelijk In Soesterberg. Met de (her)ontwikkellng van Apollo-Noord, de vliegbasis, het dorpshart en Soesterberg-Noord wordt het dorp gerevitaliseerd en zal de nadruk heel sterk liggen op het toevoegen van l<walltelt en het versterken van de herkenbare identiteit, De huidige voorraad en de bijbehorende leefomgeving vragen om een kwaliteitsimpuls welke alleen gerealiseerd kan worden wanneer er In grote mate gedifferentieerd wordt wat betreft toevoegingen op de woningmarkt. Momenteel is de woningmarkt van Soesterberg te typeren in termen ais eenzijdig en relatief goedkoop. Om te revitaliseren in alle opzichten is het zogezegd nodig om kwaliteit toe te voegen. Met de huidige norm wat betreft betaalbare woningbouw is dit slecht mogelijk. Deze norm dicteert namelijk dat dat er In de gemeente Soest minimaal 40% van alle nieuwbouw in de betaalbare sector wordt gerealiseerd, i,e, < € 200.000 voor de koopsector en beneden de huurtoeslaggrens voor de huursector. Wanneer ontwll
-2De toepassing van de norm op deze locatie gaat om bovenstaande reden zijn doel voorbij. De norm is Ingesteld om differentiatie te bevorderen cq, zeker te stellen. Op een locatie met relatief veel betaalbare woningen waar gebouwd wordt vanuit een groeigedachte en waar dus vestigers van buiten moeten worden getrokken Is het niet voor hand liggend om de norm toe te passen. Ook moet ten aanzien van de volkshuisvestelijke norm In ogenschouw worden genomen dat de woningmarkt geen vast gegeven Is, De woningmarkt Is zoais het woord al zegt een markt; i,e. afhankelijk van vraag, aanbod en andere factoren. De wonlngmarl
Een evenwichtige woningmarkt In Soest; Het creëren van een evenwichtig aantrekkelijk woon- en vestigingsklimaat In de gemeente Soest; Een grote mate van differentiatie bij toekomstige woningbouw in Soesterberg; Toevoegen van kwaliteit waar het woningen en woonomgevingen betreft.
Argumenten 1) De opgave In Soesterberg vraagt om het loslaten van de norm De kwantitatieve opgave in Soesterberg maakt het dat er veelal gebouwd wordt voor bulten. 2) Differentiatie en verleggen zwaartepunt van eminent belang voor aantrekken vestigers Om aantrekkingskracht uit te oefenen op de zogenaamde vestigers is de aanwezigheid van een aantrekkelijk vestigingsklimaat met een grote mate van diversiteit van woningen van eminent belang. 3) Aandeel betaalbare woningen In Soesterberg Is groot cq. aandeel dure woningen Is klein Zoals in bijgevoegde memo te lezen is (zie bijlage), is de huidige voorraad (grotendeels) relatief goedkoop. Enkel de categorieën twee-onder-een-kap en vrijstaand hebben bovengemiddelde prijzen. De meergezinswoningen en de rij- en hoekwoningen In Soesterberg kennen een gemiddelde waarde die beneden de gemiddelde woningwaarde in Nederiand ligt en zeker beneden de gemiddelde woningwaarde in de regio. Voor een evenwichtige woningmarkt binnen de gemeente is het noodzakelijk om het middeldure segment in Soesterberg te vergroten. Anders loopje kans op een tweedeling. 4) Bestaande voorraad en bestaande woonomgeving zijn eenzijdig en kwalitatief laagwaardig De huidige voorraad is zoals gezegd tamelijk eenzijdig (zie bijlage) en als gevolg daarvan draagt de voorraad niet blj aan een kwalitatief goed woonklimaat. Differentiatie In woningbouw en kwalitatief goede woningen zorgen in de regel voor een kwalitatief goede woonomgeving, 5) Pragmatische benadering biedt mogelijkheid om flexibel te zijn en In te spelen op trends Doordat er voor eik project afzonderiijk wordt gekel<en naar de gewenste volkshuisvestelijke norm voor betaalbaar bouwen, kun je als gemeente flexibel zijn. Voor de opgave in Soesterberg geldt dat deze (zeer) gefaseerd gerealiseerd zal worden. In de tijd zullen voorkeuren veranderen en bepaalde
-3 ontwikkelingen zich voordoen. De pragmatische Insteek biedt de mogelijkheid om op leder moment een actuele visie neer te leggen aan de hand waarvan de norm bepaald kan worden. Dit draagt bij aan de evenwichtigheid van de woningmarkt In de gemeente Soest en garandeert kwaliteit. Voor de kern Soest is dit, gezien de beperkte (geplande) tevoegingen, niet aan de orde.
Kanttekeningen/risicobeheersing Het risico dat er zou zijn wanneer de norm volledig wordt losgelaten, Is ondervangen door het instellen van een harde ondergrens. Deze ondergrens waarborgt de toevoeging van woningen In het goedkope segment waardoor er aan de vraag naar deze woningen voldaan kan worden; de bereikbare voorraad wordt op peil gehouden. Er wordt per project gekeken welke volkshuivestelijke norm gehanteerd wordt, met daarbij de aantekening dat in ieder geval de ondergrens wordt gehanteerd. Er wordt jaariijks geëvalueerd of er voldoende betaalbare woningen zijn. Dit om tijdig blj te sturen in het geval dat er scheefgroei is. Aanpak/uitvoering Indien u zich kunt vinden in de uiteengezette uitgangspunten en voorgestelde aanpak wordt u een raadsbesluit voorgelegd. Na vaststelling In de raad zal onderhavige aanpak als ranc^voorwaarde worden gesteld blj bouwaanvragen. Communicatie Communicatie vindt plaats vla de daarvoor bestemde kanalen. Betrokken partijen in Soesterberg worden rechtstreeks op de hoogte gebracht van uw besluit. Evaluatie en verantwoording Zie risicobeheersing; bereikbare voorraad op peil houden. Verder kan je stellen dat de mate waarin er verkocht wordt je verantwoording Is voor het gevoerde beleid. Verder kan evalueren enkele jaren na realisatie middels bewonersonderzoek. Kosten, baten, dekking N.v.t. Referendabel ia/nee la
Soest, 3 februari 2011 Burgemeester en wethouders van Soest, de secretaris, de burgemeester,
A.R, Veenstra
A. Noordergraaf
4Bijlage MEMO Opsteller: Betreft;
M, de Jongh Woningmarkt Soesterberg
In deze memo wordt de woningmarkt van Soesterberg beschreven aan de hand van het rapport 'De woningmarkt in Soesterberg' en recentere data en ontwikkelingen. Genoemd rapport Is In het voorjaar van 2006 opgeleverd door onderzoeksbureau Quintis. Hetgeen In dit rapport Is opgenomen, wordt geactualiseerd en bijgesteld met behulp van lokale data, het WoON 2009 van het Ministerie van VROM en overige informatie. Koop De huidige voorraad van de kern Soesterberg kan getypeerd worden in termen als eenzijdig, relatief goedkoop en relatief oud. Zoals In onderstaande tabel is te zien, bestaat de voorraad In de koopsector vooral uit rij- en hoekwoningen (maar liefst 56%), Binnen deze categorie Is eveneens bijzonder weinig differentiatie naar prijscategorie. Nagenoeg 8 op de 10 rij- en hoekwoningen hebben een waarde tussen de € 200.000 en € 300.000 en de gemiddelde waarde van een dergelijke woning bedraagt € 254.869. Wat verder opvalt is het bijzonder kleine aantal 'luxere' c q , duurdere appartementen. Uit verscheidene onderzoeken ("Rood voor groen op Soestberg", WoON 2009, "De woningmari
1
1 1
Woninqvoorraad Soesterbera Eigendomspositie Woningtype Totaal Koop Huur 39 36 Appartement 3 0 85 Benedenwoning 85 95 6 89 Bovenwoning 555 177 378 Flat 28 26 Geschakelde woning 2 269 145 Hoekwoning 414 6 6 l\/lalsonette 0 643 1,032 389 Rijwoning 251 246 5 Twee-onder-een-kap-woning 223 208 15 Vrijstaand 2.728 1.617 1.111 Totaal
Tabei 1 Woningvoorraad Soesterberg naar eigendomspositie (Bron WOZ waardering 2010)
Een meergezinskoopwoning In Soesterberg kost gemiddeld € 173,168 (bron: WOZ 2010 gemeente Soest),
-5Huur Wat betreft de huursector kan gesteld worden dat exact de helft van de totale voorraad gerekend kan worden tot de zogenaamde bereikbare voorraad (woningen met een huur tot maximaal de 2° aftoppingsgrens). Wanneer er rekening wordt gehouden met Huur op Maat is de bereii
^ Daarbij moet verder aangetekend worden dat er voor de kern Soest een aanzienlijk overschot wat betreft de bereikbare voorraad wordt berekend. Dat wil zeggen dat de bereikbare voorraad aanzienlijk groter is dan de aandachtsgroep (bron; WoON 2009),
Woningvoorraad Soesterberg Eigendomspositie \Woningtype
Totaal
Koop
Appartementen
39
36
3
Benedenwoningen
85
0
85
Huur
Bovenwoningen
95
6
89
'Flatwoningen
555
177
378
Geschakelde woningen
28
26
2
Hoek- en eindwoningen Maisonettes
414
269
145
6
6
0
Rijwoningen Twee-onder-een-kapiwonlngen
1,032
643
389
251
246
5
Vrijstaande woningen Totaal
223
208
15
2.728
1.617
1.111
Tabel 2 Woningvoorraad Soesterberg naar typologie (bron: WOZ waardering 2010) 1) 780 meergezlns = 29% van de totale voorraad; 2) 1948 grondgebonden, waarvan 1032 In rij = 53% van alle grondgebonden woningen; 3) en 74% van alle grondgebonden woningen kan onderverdeeld worden in rij- en hoekwoningen. 1
Woningvoorraad Soest Eigendomspositie
•Woningtype
Totaal
Koop
Appartementen
804
479
325
Benedenwoningen
246
35
211
Bovenwoningen
315
144
171
4,197
1.255
2,942
Flatwoningen
Huur
Gescliakelde woningen
270
266
4
Hoek- en eindwoningen Maisonettes
1,700
1.290
410
188
60
128
[Rijwoningen
3.782
2,744
1.038
Twee-onder-een-kapwoningen
3.099
2.979
120
Vrijstaande woningen
2,216
2,169
47
Totaal
16.817
11.421
S.396
Tabel 3 Woningvoorraad Soest naar typologie (bron: WOZ waardering 2010) 1) 5750 meergezlns = 34% van de totale voorraad; 2) 11067 grondgebonden, waarvan 3782 in rij = 34% van alle grondgebonden woningen; 3) en 49% van aiie grondgebonden woningen kan onderverdeeld worden in rij- en hoekwoningen.
Behandeld door dhr. CM. de Jongh doorkiesnummer 035-6093467
Postbus 2000 3760 CA Soest Bezoekadres Raadhuisplein 1 Telefoon (035) 609 34 11 Fax (035) 609 36 89 Internet www.soestnl E-mall
[email protected]
Soest, 26 januari 2011
afdeling ons kenmerk onderwerp
Aan de Gemeenteraad d.t.v, het Presidium
verzonden;
Ruimte 767346 Aanbiedingsbrief blj notitie 'Volkshuisvestelijke bestedingsdoelen'
Geachte leden van de raad, In de raad van 4 november jongstleden Is uw raad een notitie toegezegd welke handelt over verschillende volkshuisvestelijke bestedingsmogelijkheden, te weten de startersiening en de duurzaamheidslening, Deze notitie is een eerste Idee van het college wat betreft de bestedingsdoelen en Is bedoeld om richtinggevende uitspraken van de raad te krijgen, Onderilggende notitie gaat uitgebreid in op de genoemde regelingen en somt per regeling de argumenten en kanttekeningen op. Ook wordt er per regeling aangegeven welke afwegingen van belang zijn wanneer ertoe wordt overgegaan. De bijlagen laten per regeling zien hoe een en ander in andere gemeenten geregeld is, In deze aanbiedingsbrief wil het college uw raad concrete vragen voorieggen ten aanzien van genoemde regelingen. Door richtinggevende reacties van uw raad kan het college op korte termijn aan de slag met de uitwerking ervan, 1) Ten aanzien van de Starterslening stelt het college voor deze regeling opnieuw leven In te blazen en de helft van de in 2010 ontvangen subsidies (€ 303.975) hieraan toe te wijzen. Het college zal daarbij actief de samenwerking zoeken met corporaties en/of marktpartijen. Voorts stelt het college voor de maximale koopsom te begrenzen op € 250.000 en de maximale lening op €30,000. 2) Ten aanzien van de Duurzaamheidslening stelt het college voor deze regeling in het leven te roepen en de helft van de In 2010 ontvangen subsidies (€ 303,975) hieraan toe te wijzen. Voorts stelt het college voor de leningen beschll
FSC Mixed Sources lihdiifiüiii-iuiL'tiiif
W«V1)K0'9
Pagina 2 van de brief, nr. 767346
Graag zien we uwrichtinggevendereactie op bovenstaande voorsteilen tegemoet zodat we op korte termijn aan de slag kunnen met de uitwerking. Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Soest, de secretarts,
de burgemeester.
A.R, Veenstra
A. Noordergraaf
Bljlage(n); - Beleidsnotitie 'Volkshuisvestelijke bestedingsdoelen' 4- bijlagen
Rulmte/753570
GEMEENTE SOEST
Volkshuisvestelijke bestedingsdoelen Datum: 26 januari 2011 Opsteller; CM. de Jongh
Inleiding Volkshuisvesting, woningmarkt; twee begrippen die de laatste jaren veelvuldig in het nieuws waren en twee terreinen waarop bijzonder veel ontwikkelingen zijn (geweest). Een belangrijke factor hierin is de economische neergang die zijn intrede deed vanaf eind 2007. De weerslag daarvan op de woningmarkt (en daarmee de volkshuisvesting) was en Is groot. Een en ander heeft als gevolg dat Nederianders nu langer in hun huls blijven wonen, dat ze eerder geneigd zijn te huren en dat ze eerder bereid zijn te investeren In de eigen woning. Een ander resultaat van de zogenaamde kredietcrisis is een aanscherping van de eisen voor hypothecaire leningen, vooral voor starters. Dat heeft als gevolg dat het voor deze groep nog lastiger is geworden om een eerste woning te bemachtigen. Dat de woningen sinds eind 2007 goedkoper zijn geworden doet daar weinig aan af. De daling van woningprijzen heeft wel veel gevolgen voor de woningmarkt an sich. Verhuisbewegingen nemen drastisch af waardoor de doorstroming volledig is gestokt; de dynamiek Is nagenoeg verdwenen. Een ander groot thema dat samenhangt met de woningmarkt is energiebesparing In de gebouwde omgeving. De prognoses geven aan dat energiekosten In de komende jaren een steeds hogere post worden in de woonlasten. De grootste winst met het besparen van energie is te behalen binnen de bestaande voorraad. Eerder werd ai aangeven dat Nederianders steeds langer in hun huls blijven wonen én dat ze (mede als gevolg daarvan) eerder geneigd zijn te investeren in de eigen woning. Bovenstaande ontwikkelingen hebben blj de raad, bij het college en binnen de gemeentelijke organisatie geleld tot verschillende Ideeën en/of oplossingen die inspelen op de situaties en/of problemen die spelen, Eén van deze ideeën Is een bestaande regeling, i.e. de starterslening (1), terwijl het andere idee nieuw en onontwikkeld is, te weten het duurzaamheidsfonds (2). Genoemde Ideeën worden hierna behandeld. Onderhavige notitie moet richting geven aan de besluitvorming. Het college hoopt dat de raad aan de hand van deze notitie aan kan geven welke kant ze op wil met een dezer maatregelen of misschien wel alle maatregelen. Vooraf is het goed om kennis te nemen van het voornemen van het college om de vrijvallende middelen van Besluit Woninggebonden Subsidies en de betaling over 2009 voor het Besluit Locatiegebonden Subsidies beschikbaar te stellen voor de zogenaamde SVn-regellngen, te weten de starterslening en de duurzaamheidslening. In totaal is er vanuit subsidieregelingen € 607.950 bijgeschreven wat volkshuisvestelijk besteed dient te worden.
1.
starterslening
Er wordt in deze paragraaf kort Ingegaan op de achtergrond van deze regeling, daar de gemeentelijke Verordening VROM Starterslening al bijna een jaar van kracht is. Een startersregeling voor koopstarters op de woningmarkt Is in het leven geroepen om voor hen de toegankelijkheid tot de lokale woningmarkt te bevorderen. Daarnaast waren argumenten om deze regeling in te voeren het bevorderen van doorstroming op de woningmarkt, het stimuleren van de woningmarkt in het algemeen en het feit dat rijk en provincie een bijdrage leverden aan de startersleningen. Dit laatste verdient extra toelichting daar de bijdrage van het rijk eind mei 2010 Is komen te vervallen. De provinciale pot is bijna leeg en de provincie heeft Inmiddels te kennen gegeven dat deze niet bijgevuld zal worden. In de perioden januari 2010 tot en met september 2010 zijn 10 startersleningen verstrekt. Daarbij moet worden aangetekend dat er In de periode eind mei tot en met medio augustus geen leningen verstrekt konden worden in afwachting van een collegebesiuit over de voortzetting van de starterslening. Aanvragen voor een startersiening l
Startersregeling kan doorstroming bevorderen De Soester woningmarkt blijft blj continuering van de starterslening toegankelijk voor koopstarters. Dit heeft positieve gevolgen voor de doorstroming; de koopstarter zorgt voor een kettingreactie op de lokale woningmarkt. Er komt immers in veel gevallen een (huur)wonlng vrij en het geeft de verkoper de kans om een stap te zetten op de koopwoningmarkt (wooncarierre) wat op zijn beurt een opwaarts effect genereert wat betreft de mobiliteit,
3)
De huidige tijd vraagt om een steuntje In de rug De urgentie voor starters om extra hulpmiddelen aan te kunnen spreken Is groter dan ooit door het wegvallen van de koopsubsidie en de nadelige effecten van de economische crisis die banken ertoe brengt om voorzichtiger met hypothecaire leningen om te gaan,
4)
Er kan financieel geparticipeerd worden door corporaties en marktpartijen Burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort zijn voornemens de starterslening nieuw leven in te blazen in een vernieuwde variant, waarbij er sprake is van
co-financiering door De Alliantie, Portaal Eemland en Bouwfonds, Deze partijen dragen blj wanneer een door hun ontwikkelde woning wordt gekocht met een starterslening. Voor corporaties geldt ook dat ze voor de verkoop van oud-huurwonlngen bijdragen aan de startersiening. De Amersfoortse situatie Is niet voiiedig vergelijkbaar met die In Soest. Amersfoort heeft overduidelijk te maken met een enorme opgave In Vathorst waar afzetproblemen. Toch krijgt ook de gemeente Soest te maken met een grote nieuwbouwopgave In Soesterberg, De partijen die daar gaan ontwikkelen zijn gebaat blj meer financiële draagkracht blj startende huishoudens. Dit om het verkooppeil hoog te houden en doorstroming te bevorderen. Wanneer de raad daarmee Instemt zal de gemeente actief derden benaderen om te participeren in de starterslening om zodoende tot een robuuste regeling te l
NHG strenger, lening aan jongeren met een te klein Inkomen gevaarlijk Er komt steeds vaker kritiek op het feit dat de starterslening jongeren mogelijk ln de financiële problemen kan brengen. Er wordt overduidelijk boven de macht geleend wanneer er gebruik wordt gemaakt van de regeling; men leent immers dat deel van de verwervingskosten dat hypotheekverstrekkers niet kunnen/mogen uitlenen volgens de geldende normen,
3)
Prijsopdrijvend effect woningmarkt Door als overheid op te treden aan de vraagzijde van de woningmarkt breng je een latente vraag aan het oppervlak ten opzichte van een aanbod welke als gevolg van de crisis gelijkblijvend of zelfs dalend Is, Een consequentie hiervan l
4)
Het Is onduidelijk of gestelde voorwaarden voorzien In een behoefte De raad stelt voor dat een starterslening maximaal € 25,000 mag bedragen. Het is echter de vraag of je met een dergelijk bedrag voorziet In de financiële behoefte die er Is. Wanneer er gekeken wordt naar de leningen die in 2010 verstrekt zijn, valt op dat het gemiddelde leenbedrag al flink hoger is dan het voorgestelde maximale leenbedrag (namelijk € 29.747), Dit was echter wel blj maximale verwervingskosten van € 350.000,
5)
Het Is onbekend hoezeer er vraag Is naar startersleningen Aangezien er vooraf geen doelstellingen zijn geformuleerd en niet bekend is hoe groot de vraag van starters naar koopwoningen is, is niet te zeggen of de regeling succesvol is geweest en of er nog veel toekomstige vraag naar startersleningen zal zijn. De belangrijkste graadmeter Is het aantal daadwerkelijke aanvragen dat bij het SVn Is binnengekomen. De latente vraag naar de leningen is niet meetbaar.
2.
Duurzaamheidsfonds
Een andere bestedingsmogelijkheid is het instellen van een fonds waaruit Soester hulzenbezitters tegen gunstige voorwaarden kunnen lenen om vervolgens energiebesparende maatregelen te nemen In de eigen woning. Globaal bezien kan gesteld worden dat een dergelijk fonds dezelfde inkleding heeft als het fonds waaruit de startersieningen worden gefinancierd; de gemeente stelt een zeker budget beschikbaar voor een zekere periode en met een verordening Is vastgelegd wie kan lenen, onder weli<e voorwaarden en voor welke doeleinden. De Duurzaamheidslening wordt, net als de starterslening, gefaciliteerd door het SVn en biedt gemeenten een financieringsinstrument dat particuliere eigenaren stimuleert tot het treffen van energiebesparende maatregelen aan de eigen woning. SVn heeft de Duurzaamheidslening ontwikkeld ln samenspraak met gemeenten en provincies (bron: SVn). Zoals te lezen is in het raadsprogramma vormen duurzaamheid en energiebesparing een integraal onderdeel van het gemeentelijk handelen. De lening past daarom uitstekend in lokaal beleid voor energiebesparing en verduurzaming. Daarbij moet opgemerkt dat op het vlak van duurzaamheid, naast energiebesparing, ook water een voorname rol Inneemt, Waar mogelijk zullen ook maatregeien op het gebied van water worden betrokken. De grootste winst wat betreft het besparen van energie In de gebouwde omgeving is te behalen in de bestaande voorraad. Energiebesparende maatregeien in bestaande woningen dragen niet alleen blj aan de beoogde duurzame, energieneutrale gemeente, maar de effecten ervan zijn ook in directe zin bijzonder aantrekl<elljk voor de bewoners zelf. Denk aan meer wooncomfort, een beter binnenklimaat, maar vooral ook een aanzienlijk lagere energierekening. Aangezien energiekosten In de toekomst alsmaar een groter deel gaan uitmaken van de woonlasten van huishoudens is dit laatste van groot belang. Particuliere huiseigenaren hebben niet altijd voldoende financiële reserves om in energiebesparende maatregelen te kunnen Investeren. Een financieel steuntje in de rug in de vorm van een laagrentende lening kan hen over de streep trekken. Voor particulieren waarbij de wens om energie te besparen latent aanwezig is, kan de aanwezigheid van een duurzaamheidslening deze wens aan de oppervlakte brengen. Met de Duurzaamheidslening van SVn kunnen gemeenten de noodzakelijke energiebesparing in bestaande koopwoningen stimuleren. De Duurzaamheidslening maakt het voor particuliere eigenaren mogelijk om tegen aantrekkelijke voorwaarden en een lage rente geld te lenen voor het treffen van energiebesparende maatregelen in en aan de eigen woning. De voorwaarden die het SVn hanteert; De duurzaamheidslening is de eerste 3 jaar aflossingsvrij. De eigenaar betaalt dan alleen rente; Na de eerste 3 jaar gaat de eigenaar rente en aflossing betalen; De duurzaamheidslening heeft een looptijd van 10 jaar tot bedragen van € 7.500,- en een looptijd van 15 jaar voor grotere bedragen; De lening bedraagt minimaal € 2,500,- en maximaal € 15,000,-; De rente Is gebaseerd op het 10 of 15 jaar vaste rentetarief van het SVn, met daarop een korting van 3 procentpunten. Het Is mogelijk om af te wijken van de door het SVn gestelde voorwaarden, maar dan Is er geen sprake meer van een SVn Duurzaamheidslening maar van een maatwerkovereenkomst. Een gevolg daarvan zou onder andere zijn dat er geen gebruik meer gemaakt kan worden van de standaardverordening en de communicatlematerialen van het SVn.
Bulten de algemene voorwaarden van het SVn kan een gemeente In de verordening zelf bepalen welke doelgroep ln aanmerking komt (bv. woningen tot een bepaalde WOZ-waarde, woningen uit een bepaalde bouwperiode et cetera), door wie werkzaamheden uitgevoerd moeten worden (bv. een erkend aannemer) en voor well<e maatregelen er geleend kan worden (bv, zonnepanelen, microwarmtekrachti
Aantal woningen
Aandeel
tot 1900
59
0%
1900-1910
153
1%
1910-1920
275
2%
1920-1930
1,270
10%
1930-1940
1,503
12%
1940-1950
105
1%
1950-1960
811
6%
1960-1970
2,033
16%
1970-1980
2.492
19%
1980-1990
1.534
12%
1990-2000
1.730
13%
2000-2010 Totaal
1.075
8%
13,040
100%
Fig. 1 Voorraad koopwoningen gemeente Soest naar bouwjaar (Bron; WOZ 2010)
Zowel in relatieve als absolute zin zien we in de jaren '60 en '70 de meeste toevoegingen aan de woningvoorraad (35% van de voorraad is In deze decennia gerealiseerd). Een kwart van de voorraad (25%) is voorooriogs. Wat dit betekent voor de energiezuinigheid is te lezen in de volgende tekst die afkomstig is van de website van Milieu Centraal.
Bouwjaar zegt iets over gevelisolatie
Het is blj de bewoners vaak onbekend of de woning (volledig) is geïsoleerd. Alleen een Isolatiebedrijf kan met zekerheid vaststellen of er gevellsolatie van goede kwaliteit aanwezig Is, Maar het bouwjaar van uw woning geeft al een Indicatie; ook bouwtekeningen en informatie over eventuele eerdere verbouwingen kunnen inzicht geven. Bouwjaar voor 1920 Hulzen die zijn gebouwd voor 1920 zijn tijdens de bouw niet geïsoleerd. In veel van deze oudere hulzen is vaak later gevellsolatie aangebracht (na-isolatie). Bijvoorbeeld een voorzetwand tegen de binnenkant van de buitenmuur. Woningen uit deze periode hebben geen spouw (luchtlaag) in de buitenmuur.
Bouwjaar 1920 tot en met 1975
Woningen gebouwd tussen 1920 en 1975 hebben meestal een gevel met een spouw, die blj de bouw niet Is geïsoleerd. Een deel van de buitenmuren uit deze periode zijn later wel na-geïsoleerd, ln veel gevallen Is de spouw opgevuld met Isolatiemateriaal - spouwmuurisolatie dus, Bouwjaar 1976 tot en met 1988 Gevels van woningen gebouwd in de periode 1976 tot en met 1988 zijn tijdens de bouw al geïsoleerd. Maar de kwaliteit Is beperkt. Een deel van de woningen heeft later de gevellsolatie alsnog verbeterd (na-isolatie). Bouwjaar 1989 en later In de gevels van hulzen uit bouwjaar 1989 of later, zit standaard Isolatie; meestal is dat spouwmuurisolatie. Hoe nieuwer de woning, des te beter de gevelisolatie.
Argumenten 1) Grootste slag wat betreft energiebesparing Is te slaan In de bestaande voorraad Met de constante aanscherping van energieprestatiecoëfficienten In de nieuwbouw wordt van rijkswege al gewaarborgd dat er energiezuinige woningen worden toegevoegd aan de voorraad, In de bestaande voorraad is er echter sprake van een groot aandeel woningen dat slecht geïsoleerd Is en welke over veel zogenaamde koudebruggen beschikken en daarmee veel energie verioren laten gaan. 2)
Een duurzaamheidslening stimuleert particuliere woningbezitters om te investeren In energiebesparende maatregelen ofln duurzame energie Met een laagrentende lening stimuleert de gemeente eigenwoningbezitters om te investeren in energiebesparing of verduurzaming. Deze mogelijkheid kan drempels wegnemen blj latent geïnteresseerden.
3)
Een revolverend fonds zet het (eventueel) beschikbare budget zo efficiënt mogelijk In, daar het uitgeleende geld immers terugvloeit In het fonds De uitgeleende gelden vloeien op termijn (welke afhankelijk Is van het te lenen bedrag) terug in het gemeentelijke fonds waarna het weer ingezet kan worden voor het al dan niet zelfde doel,
4)
Met het Instellen van een duurzaamheidslening wordt een praktische vertaling gegeven aan het raadsprogramma Door het mogelijk maken van duurzaamheidsleningen wordt handen en voeten gegeven aan de uitspraak dat'duurzaamheid een Integraal onderdeel van het gemeentelijk handelen' Is.
5) Het Instellen van een regeling voor duurzaamheidsleningen draagt blj aan het realiseren van doelstellingen vastgelegd In het Duurzaamheidsplan 2010-2014 In het Duurzaamheidsplan staat opgenomen dat er in de particuliere woningvoorraad aanzienlijke stappen genomen moeten worden op zowel de korte als langere termijn. Zonder initiatieven als de duurzaamheidslening (gecombineerd met een sterk communicatieplan) kunnen deze stappen niet genomen worden. 6) De regeling maakt deel uit van een landelijke regeling welke op zijn beurt aansluit blj Meer Met Minder, Verder wordt er middels de duurzaamheidslening bijgedragen aan de SloKdoelstellingen waaraan de gemeente zich heeft gecommitteerd.
Kanttekeningen 1) Deze regeling Is gericht op maatregelen die eigenwoningbezitters aan hun huls kunnen treffen en niet zozeer op het gedrag van bewoners Inzake energiebesparing en duurzaamheid. 2) Met deze regeling wordt enkel de particuliere zijde van de woningmarkt bediend. 3) Een regeling als deze werkt alleen op de gewenste manier wanneer het begeleid wordt door een sterk communicatieplan. Middels communicatie moet de burger gestimuleerd worden om gestimuleerd te worden.
Voorbeeldregeling Duurzaamheidsleningen Artikel 1 Begrippen Deze regeling verstaat onder: a) een aanvraag: een verzoek aan het college om voordracht bij de SS/n voor een Duurzaamheidslening; b) een aanvrager: een meerderjarige natuurlijke persoon die een aanvraag doet; c) het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente xxxxx; d) een Duurzaamheidslening: een gemeentelijke stimuleringslening, die aan aanvrager na voordracht door het college door de SVn kan worden verstrekt ten behoeve van de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van duurzaamheidsmaatregelen, die worden getroffen in de eigen woning; e) duurzaamheidsmaatregelen: energiebesparende en duurzame maatregelen en voorzieningen als bedoeld In artikel 5, lid 1; f) een EPA-maatwerkadvies: een advies dat voorafgaand aan het uitvoeren, plaatsen of aanbrengen van één of meer van de in artikel 5 lid 1 genoemde maatregelen en voorzieningen wordt opgesteld door een gecertificeerd bedrijf; g) Werkelijke kosten de kosten van duurzaamheidsmaatregelen als bedoeld in artikel 5, lid 1, eventueel vermeerderd met de kosten van een EPA-maatwerkadvies, de kosten van een energieprestatlecerfificaat, mogelijke legeskosten, bijkomende kosten voor het verkrijgen van de Duurzaamheidsleningen en de kosten van door een deskundig vakbedrijf terzake van deze duurzaamheidsmaatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren en verminderd met de van derden ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen in deze kosten, h) SVn: de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten te Hoevelaken. Artikel 2 Toepassingsbereik Deze verordening is uitsluitend van toepassing op: Bestaande woonruimte in de gemeente xxxxx van minimaal.,., jaar oud, die geschikt en bestemd is voor permanente bewoning. Artikel 3 Budget Het college stelt jaarlijks het budget vast dat beschikbaar is voor het verstrekken van Duurzaamheidsleningen. Artikel 4 Puurzaamheldsleningen Het college kan een aanvrager bij SVn voordragen voor een Duurzaamheidslening ten laste van het in artikel 3 bedoelde budget.
Artikel 5 Duurzaamheidsmaatregelen 1. Tot de duurzaamheidsmaatregelen worden gerekend: a) Warmtepomp b) Zonnepanelen c) Zonneboiler d) Kleinschalige windturbine e) Gevellsolatie f) Dakisolatie g) Vloerisolatie h) Raamisolatie i) venA/armingsinstallatie 2,
Het college kan de in het eerste lid vermelde lijst van duurzaamheidmaatregelen uitbreiden en/of inkorten.
Artikel 6 De aanvraag Een aanvraag wordt schriftelijk bij het college ingediend op een door de gemeente beschikbaar gesteld formulier en gaat vergezeld van een opgave van: a) b) c) d)
een kopie van de samenvatting van het EPA-maatwerkadvies; de te treffen duurzaamheidsmaatregelen; de werkelijke kosten van het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen alsmede een financiële onderbouwing van deze opgave (op basis van offertes); een planning van de uitvoering van de werkzaamheden.
Artikel 7 Afhandelen aanvraag 1. Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken. 2. Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren, 3, Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn Is gecompleteerd, verklaart het college de aanvraag niet ontvankelijk. 4, Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af, 5, Het college neemt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag dan wel na het compleet worden van de aanvraag een beslissing, 6. Uit overschrijding van de in het vijfde lid bedoelde termijn kan de aanvrager niet afleiden dat zijn aanvraag is of wordt gehonoreerd. Artikel 8 Afwijzen aanvraag Het college wijst een aanvraag af, Indien: a) het budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren; b) de werkelijke kosten naar zijn oordeel niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat; c) de werkelijke kosten minder bedragen dan € 2.500,-; d) de aanvraag blj hem wordt Ingediend na het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen; e) naar zijn oordeel gegronde redenen bestaan aan te nemen dan wel vastgesteld wordt, dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze verordening wordt of zal worden voldaan;' Artikel 9 Voordracht Het college besluit aanvrager bij SVn voor een Duurzaamheidslening voor te dragen indien uit de blj de aanvraag ingediende bescheiden blijkt dat met het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan een of meer van de hiernavolgende doelen:
a) een beperking van de energievraag, dan wel een vermindering van CO2 uitstoot; b) het verhogen van het aandeel duurzame energiebronnen ln de energievoorziening van de woning;
Artikel 10 Toekenning 1. De toekenning van een Duurzaamheidslening geschied onder voorbehoud van een positieve krediettoets van SVn. 2. SVn verstrekt en beheert een toegekende Duurzaamheidslening. Artikel 11 Voorwaarden SVn Op Duurzaamheidsleningen van SVn zijn van toepassing de SVn documenten 'Algemene bepalingen voor geldleningen' en de 'Productspecificatie Duurzaamheidslening' zoals deze documenten aanwezig zijn in de SVn informatiemap, die deel uitmaakt van de deelnemingsovereenkomst tussen gemeente xxxxxx en SVn. Artikel 12 Kenmerken van Duurzaamheidslening 1. De hoofdsom van de door het college toegekende Duurzaamheidslening is ln beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten. 2. ln afwijking van het eerste lid bedraagt de hoofdsom van de Duurzaamheidslening niet minder dan € 2.500,- en niet meer dan € 15.000 (incl. BTW).
Artikel 13 Bouwkrediet Duurzaamheidsleningen komen via een bouwkrediet van SVn tot uitbetaling op basis van facturen van door derden uitgevoerde werkzaamheden, dan wel facturen van de aanschaf van zelf uitgevoerde maatregelen. Artikel 14 Nadere regels Het college kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.
Artikel 15 Hardheidsclausule Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze verordening naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening. Artikel 16 Naamgeving en inwerkingtreding Deze regeling kan worden aangehaald als "Regeling Duurzaamheidslening xxxxxxx" en treedt in werking met ingang van xxxxxxxxx.
Aldus vastgesteld op
te xxxxxxxxx
Raadsvergadering Kenmerk Nummer voorstel Agendapunt Portefeuille
17 maart 2011 SL/773484 RV 11-10 Wethouder Coppes
Onderwerp: Vervangende huisvesting scoutinggroep Don Bosco
Aan de gemeenteraad. Voorstel tot besluit 1. Medewerking te verienen aan de plannen van scoutinggroep Don Bosco met betrekking tot het realiseren van vervangende hulsvesting; 2. Deze vervangende huisvesting te realiseren op de locatie in de hoek van het spoor Den Blleklaan/Bosstraat; 3. Voor dit bouwplan een investeringssubsidie ad € 30.000,- ter beschikking te stellen; 4. Genoemd bedrag onder punt 3 te dekken uit de algemene middelen; verwerken vla de Voorjaarsnota; 5. Als uitgangspunt hanteren dat ons college een gemeentegarantie verieent van maximaal € 100.000- als garantstelling voor de hypothecaire lening die Don Bosco zelf aangaat om een nieuw clubgebouw te kunnen realiseren; 6. Alle bijkomende kosten zoals bouwrijp maken (aanleg nutsvoorzieningen etc) en aanpassingen parkeervoorzieningen voor rekening te laten komen van Don Bosco. Inleiding Scoutinggroep Don Bosco heeft zich tot de gemeente gewend met een verzoek om financiële ondersteuning voor het realiseren van een nieuw clubgebouw. De scoutinggroep, bestaande uit circa 75 leden, geeft aan dat het huidige onderkomen van de scoutinggroep aan de Heideweg niet meer geschikt Is, Over de bouwplannen zijn diverse gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van Don Bosco. In november 2010 heeft uw raad een motie aangenomen die het college opdraagt een actieve rol te vervullen In het proces om te komen tot vervangende huisvesting voor de scoutinggroep Don Bosco in het bosgebiedje aan de Den Blleklaan/Bosstraat, De afgelopen periode zijn nadere gesprekken gevoerd en Is verkend hoe hieraan Invulling gegeven kan worden. Met dit voorstel willen wij invulling geven aan de motie. Beoogd resultaat Vervangende hulsvesting voor scoutinggroep Don Bosco. Argumenten 1,1 Het huidige clubgebouw aan de Heideweg voldoet niet meer. Het gebouw, in eigendom van de scoutinggroep, is verouderd en de staat van onderhoud Is niet goed meer te noemen. Het gebouw staat ingeklemd tussen woningen en een kinderdagverblijf. Opknappen van het pand is relatief duur en de huidige locatie wordt niet meer als optimaal beschouwd. 2.1 Meest optimale ontsluiting. Eerdere plannen gingen uit van een Integrale aanpak van het gebied Den Blleklaan/Bosstraat (visie Bosstraat), Met deze plannen, waaronder de bouw van een KPN-antennemast, kon de nieuwbouw voor Don Bosco 'meeliften' naar een locatie achter de manege El Dorado. Van deze plannen Is alleen nieuwbouw Don Bosco nog opportuun. Door het wegvallen van de andere plannen en hiermee de integrale aanpak van het beoogde plangebied is het gebied achter manege El Dorado niet langer de meest geschll
. ' "23,1 Een vergelijkbaar Investeringsbedrag beschikbaar te stellen als scoutinggroep Palz- en Eemgeuzen heeft gekregen. In 2005 heeft uw raad besloten een bedrag beschikbaar te stellen van € 27.500 en een garantstelling van maximaal € 100,000,- ten behoeve van nieuwbouwplannen voor deze scoutinggroep. Met een vergelijkbaar bedrag willen we Don Bonsco nu ondersteunen. Overigens heeft scoutinggroep de Palz- en Eemgeuzen uiteindelijk geen bankgarantie nodig gehad, zij hebben een 2^ hands strandpaviljoen op de kop getikt waardoor de benodigde subsidie van de gemeente uiteindelijk slechts 13.000 euro was. 4.1 Er is geen bedrag gereserveerd voor deze bijdrage ad € 30,000,In de gemeentelijk Meerjarenbegroting is geen bedrag gereserveerd voor deze nieuwbouwplannen. Daarom wordt voorgesteld om de te verienen Investeringssubsidie ten laste te brengen van de algemene middelen. 5.1 Analoog aan het besluit ten behoeve van scoutinggroep Palz- en Eemgeuzen een bankgarantie af te geven voor maximaal € 100.000,Het lijkt ons redelijk om nu voor een vergelijkbaar bedrag garant te gaan staan als destijds voor Palz- en Eemgeuzen, Deze garantie vraagt de scoutinggroep aan voor het verkrijgen van een hypothecaire lening die zij af wenst te sluiten voor de financiering van het nieuwe clubgebouw, waarvan de scoutinggroep zelf eigenaar wordt. De gemeente is eigenaar van de grond. Volgens het gemeentelijk Treasurystatuut Is het de bevoegdheid van ons college om gemeentegaranties onder de 5 ton te verstreld<en, Voorgesteld wordt om in principe voor maximaal € 100.000,- garant te gaan staan op voorwaarde dat Don Bosco voor de financiering van de bouwplannen een sluitende begroting kan overieggen. Kanttekeningen/risicobeheersing 1.1 Financiële haalbaarheid. Bestudering van de Ingediende onderilggende meerjarenbegroting van Don Bosco roept de vraag op of de scoutinggroep dejaariijkse financiële lasten die blj de nieuwbouwpiannen horen niet onderschat. Zo staat in de begroting van Don Bosco een bedrag voor onderhoud oplopend naar€ 1.000,- per jaar. Op basis van gemeentelijke ervaringscijfers wordt het onderhoud voor de eerste 5 jaar begroot op gemiddeld circa € 6.750,per jaar. Na deze periode dient rekening gehouden te worden met onderhoudskosten van gemiddeld circa € 11.250,- per jaar. Deze bedragen zijn aanzienlijk hoger dan het bedrag dat Don Bosco zelf heeft begroot (€ 1.000,-), De meerjarenbegroting van Don Bosco gaat er vanuit dat ongeveer de helft van de benodigde Inkomsten binnengehaald dient te worden door verhuur van het gebouw aan derden. Planning Is dat de scouting alleen zelf het gebouw gebruikt op de donder- en vrijdagavonden en de zaterdagen, De overige uren zouden dan door derden (structureel) gehuurd moeten worden. Ervaring met soortgelijke (gemeentelijke) gebouwen leert dat verhuur overdag toch moeilijk (structureel) te realiseren Is. 2.1 Aanpassing bestemmingsplan. In het voorontwerpbestemmingsplan Klaarwater, Smitsveen en Bosstraat Is een clubhuis voor Don Bosco nog niet meegenomen. Door een wijzigingsbevoegdheld hierin op te nemen kan planologische inpassing worden gerealiseerd. Het opnemen van een dergelljl<e bevoegdheid kan alleen als de financiële haalbaarheid van het plan gegarandeerd is en de nieuwbouw binnen de bestemmingsplanperiode (10 jaar) ook daadwerkelijk gerealiseerd kan worden, 3.1 Locatie. De voorgestelde locatie 'hoek' Den Blleklaan/Bosstraat Is niet onomstreden bij omwonenden. Er zijn nu al klachten omtrent het huidig gebruik van dit gebied. Uitbreiding met activiteiten van de scoutinggroep zou (nog) meer klachten l
-3€ 150,000,- zijnde de hypothecaire lening die zij wenst af te sluiten voor de financiering van het nieuwe clubgebouw. Voorstel is om voor maximaal € 100,000,- garant te staan; te zijner tijd te regelen door ons college, 6.1 Opbrengsten verkoop huldig terrein Heldeweg. Scoutinggroep Don Bosco geeft aan dat gemeente met de verkoop hiervan een aanzienlijk bedrag kan genereren - dat eventueel gebruikt kan worden als dekking van de bijdrage aan Don Bosco. Uitgaande van het huidige gebruik en de huidige bestemming dan zullen eventuele opbrengsten nu beperkt zijn. Uitspraken over toekomstige opbrengsten bij gewijzigde plannen en bestemming zijn speculatief. Bovendien is het college van mening dat opbrengsten uit verkoop van gemeentegrond In eerste Instantie terug dienen te vloeien naar de algemene middelen, Aanpak/ultvoerina Het bestemmingsplan Klaarwater, Smitsveen en Bosstraat pas aanpassen als financiële haalbaarheid en realisering plannen gegarandeerd Is. Communicatie Scoutinggroep Don Bosco schriftelijk op de hoogte brengen van het besluit. Omwonenden Informeren over besluit en vervolgstappen. Evaluatie en verantwoording Na realisatie van een nieuw clubgebouw de bijdrage evalueren. Kosten, baten, dekking Eenmalig een bedrag van € 30,000,- beschikbaar stellen ten laste van de algemene middelen en dit als Investeringssubsidie beschikbaar te stellen, Blj de Voorjaarsnota 2011 dit bedrag verwerken, Referendabel ia/nee Nee. Soest, Burgemeester en wethouders van Soest, de secretaris, de burgemeester.
A.R. Veenstra
•
A, Noordergraaf
^osco
SSVK
se».
_?pftnr.'Sf^iratB
GEMEENTE BELANGEN GROEN SOEST
PVDA Aangepaste versie d.d. 4 november 2010
Motie Huisvesting Scoutinggroep Don Bosco De gemeenteraad van Soest, bijeen op 4 november 2010, ter bespreking van de meerjarenbegroting 2011-2014, heeft kennisgenomen van de wens van Scoutinggroep Don Bosco uit Soest om te kunnen beschikken over passende huisvesting voor de verenigingsactiviteiten. Overwegende dat: -
de Scoutinggroep Don Bosco ai meer dan 80 jaar actief in Soest en uit circa 100 ieden bestaat; de laatste 15 jaar is geliuisvest aan de Heideweg, deze accommodatie niet voldoet aan de functionele en brandveiliglieldseisen die aansluiten op de functie en doelstellingen van de scoutinggroep; al vanaf 2003 gezocht wordt naar een locatie voor een nieuw clubgebouw aan de Blleklaan/Bosstraat; de Scoutinggroepen een belangrijke functie vervullen in de opvoeding van de jongere jeugd met aandacht voor normen en waarden, en bewijstzijn hoe om te gaan met natuur en milieu; de Scoutinggroepen vervullen in Soest een brede maatschappelijke functie, zoals bijdrage 4 mei viering, Glldefeesten e,d.
Verzoekt: e
het College van Burgemeester en Wethouders een actieve rol te vervullen in het proces om te komen tot ven/angende huisvesting aan de Den Blieklaan/Bosstraat en een voorstel met die strekking in januari 2011, met financiële paragraaf, aan de raad te doen toekomen;
En gaat over tot de orde van de dag Namens fracties CDA, PvdA, Leefbaar Soest, Gemeentebelangen Groen Soest
^ 2 m ^®^^ . ^
ADVIESNOTA GEMEENTE SOEST steller advies: A,M, Buijs
hfd Kenmerk Afdeling: 769189 Bedrijfsvoering
Par. dir
Datum: 11-1-2011
Onderwerp: Apollo Noord
Voorstel tot besluit: » De raad informeren over stand van zaken woningbouwplan Apollo Noord
Advies secretaris:
Cb^(^\
( ^
Beslissing
J
Openbaar
3a,
Bijzondere aspecten
3a,
Portefeuillehouder
wethouder Witte
Overieg met portefeuillehouder
3a
Overleg met andere afd.
Ruimte, Realisatie
Ter Inzage voor beleidsveld
Ruimte
Bijiage(n)
geen
Ba.W verg.d.d.
kö m ^Q'^'
AN
HW
JvB
YK
RC
Akkoord
Bespreken
V/ R<^-
Volledig voorstel behorend blj: 769189
-2-
Voorstel tot besluit De raad informeren over stand van zal<en woningbouwplan Apollo Noord. Inleiding Project Apollo Noord is een belangrijk onderdeel van cluster Soest I van het programma Hart van de Heuvelrug. Andere projecten In het cluster Soest I zijn Jessurunkamp, Kodakterrein, RIchelleweg, Ecoduct Boele Staal, Oude Kamp en Soesterveen. Apollo Noord levert: samen met Richeileweg de financiële basis voor de andere projecten van cluster Soest I. Het Programmabureau Hart van de Heuvelrug stelt jaariijks de Mastergrex op om inzicht te verschaffen in de financiële stand van zaken van het gehele programma en clusters in het bijzonder. Beoogd resultaat Het uiteindelijke resultaat van het project is een kwalitatief passende buurt: in Soesterberg en een financiële bijdrage aan het programma Hart van de Heuvelrug, Het project Is van groot belang voor de gemeente Soest en het dorp Soesterberg, Daarom willen wij u, naast de regelmatige rapportage in de P&C cyclus, tussentijds informeren over belangrijke stappen, alvorens het project ter besluitvorming aan u voor te leggen. De planning is om het stedenbouwkundig plan. Inclusief de financiële onderbouwing vóór het zomerreces 2011 met u te bespreken. Argumenten en voortgang Apollo Noord was onderdeel van het bestemmingsplan "Hart voor Groen 2005". In 2008 is de wijzigingsbevoegdheld voor onder andere Apollo Noord, door de Raad van State vernietigd. Er Is toen een nieuw bestemmingsplan opgesteld voor Apollo Noord - KdK, I.e, het gebied achter Kontakt der Kontinenten, Het gebied achter de Open Ankh, wat ook behoort tot het project Apollo Noord (Apollo Noord - OA), is niet in dat bestemmingsplan opgenomen omdat de onderhandelingen met de eigenaar nog In volle gang waren (en zijn). Het bestemmingsplan Apollo Noord Is In februari 2010 In de raad vastgesteld. Het bestemmingsplan is dus geldig. Er zijn echter drie bezwaarschriften blj de Raad van State Ingediend op de goedkeuring door de raad van het bestemmingsplan. De zitting van de Raad van State over deze bezwaarschriften was op 18 januari 2011. De uitspraak wordt In de eerste helft van 2011 verwacht. Tegelijkertijd is In februari 2010 aan de raad de stedenbouwkundige studie gepresenteerd die voor het gebied achter Kontakt de Kontinenten is opgesteld. De raad heeft met instemming op deze presentatie gereageerd, In de loop van 2010 is verder gewerkt aan de totstandkoming van het stedenbouwkundig plan, het verkavelingsplan, het inrichtingsplan, het beeldkwallteitsplan en de financiële onderbouwing. Het plan Is In een fase beland waarin een finetuning plaatsvindt tussen het woningbouwprogramma, de uit te geven grond, de woningtypologie en de opbrengst van het plan, In het woningbouwprogramma is de verdeling 40% goedkoop en 60% duur aangehouden. Dit resulteert In een geraamde grondwaarde van 15,5 min, euro. Het woningbouwprogramma bestaat dan uit 200 woningen In verschillende categorieën. Soesterberg heeft een woningmarkt waarin in het middeldure segment (tussen €200,00 en €400,000) minder aanbod Is dan wenselijk wordt geacht. Een separaat advies over de volkshuisvestelijke norm wordt aan u voorgelegd. In het advies wordt u voorgesteld de volkshuisvestelijke norm voor Soesterberg los te laten en een nieuwe ondergrens van 20% betaaibare woningen aan te houden, met dien verstande dat voor elk project In Soesterberg bekeken wordt welk aandeel betaalbaar bouwen gehanteerd gaat worden. Voor de motivatie van het loslaten van de voli<shuisvestelljl<e norm in Soesterberg verwijzen wij u graag naar het bedoelde advies (RV/11-09). Mede op basis van het bovengenoemde advies Is In overieg met de specialisten van de afdeling Ruimte onderzocht wat de resultaten zouden zijn blj een woningbouwprogramma van 20% goedkoop en 80% duur. Dit resulteert in een geraamde grondwaarde van 16,3 min, euro. In onderstaande tabel Is zichtbaar gemaakt wat de Invloed is van het woningbouwprogramma op de financiële resultaten van een plan. De gevolgen van de veranderingen op de woningmarkt (bijvoorbeeld een andere fasering In verband met de afzetmogelijkheden) zijn nog niet zichtbaar gemaakt in deze ramingen. In de
Volledig voorstel behorend blj; 769189
-3-
financiële onderbouwing van het definitieve stedenbouwlcundige plan is dit, na overieg met de betrokken ontwikkelaar, voorzover als mogelijk verwerkt, aantal woningen (absoluut) 171 203
woningen v.o.n. tot 2 ton euro 23 % 40%
woningen v.o.n, 2 - 4 ton euro 52% 45%
woningen v,o,n, 5 ton euro 29% 15 %
grondwaarde In euro's 16,3 min 15,5 min
Zoals In het advies over de volk^shulsvestelijl<e norm ln Soesterberg is beargumenteerd, heeft de woningmarkt In Soesterberg behoefte aan een kwantitatieve en l<walitatleve verbreding van het middeldure segment (2 tot 4 ton v.o,n,), KanttekenIngen/risicobeheersInQ Voor het uiteindelijke, definitieve stedenbouwkundig plan voor Apollo Noord - KdK heeft een berekening plaatsgevonden over de l
DE RAAD
Griffie/775259
Bijeenkomsten Raadhuisplein 2011/2 op RAADHUISPLEIN 17
10 en 17 februari 2011
FEBRUARI 2 0 1 1
DE RAAD
19.30 uur
Agenda: 1.
Vaststelling agenda
2,
Mededelingen van de voorzitter
3. Spreekrecht over een niet eerder geagendeerd onderwerp 4.
Vragenkwartier, waaronder reactie op bijdrage(n) bij het agendapunt Spreekreclit Voorgesteld als hamerstukken:
5,
Overzicht Ingekomen stukken (bijgevoegd)
6.
Overzicht toezeggingen (bijgevoegd)
7,
Planningkalender 2011 per beleidsveld (bijgevoegd)
8, Verslaglegging van; - Raadhuisplein 2011-1 van 13 en 20 januari 2011 (wordt nagezonden) 9,
RV 11-06 ; Inkoop- en aanbestedingsbeleid {Ronde 13 januari 2011) De nota Inkoop- en aanbestedingsbeleid Is reeds besproken In de Ronde op 13 januari 2011, Aandachtspunten blj deze nota zijn o,a. de toegenomen aandacht voor duurzaam Inkopen, sociale werkvoorziening/Inschakeling werklozen, Kan de raad Instemmen met deze nota?
10. RV 11-11; Wijziging tenaamstelling en benoemingen De Begeleidingscommissie polltlesurveillanten heeft gevraagd de tenaamstelling te wijzigen in Klankbordgroep Veiligheid.
raadzaal
dhr. Noordergraaf dhr. Van Vliet
Door het vertrek van het raadslid de heer R.A, Corbelj zijn er enkele vacatures ontstaan. Voorgesteld wordt hierin te voorzien door de benoeming van: - de heer M.K. van Geet In de Klankbordgroep Veiligheid; - de heerJ.C. van Vuuren in de Klankbordgroep regionalisering brandweer; Stemt de Raad in met de gewijzigde tenaamstelling en de voorgestelde benoemingen ? Overige agendapunten: 11. RV 11-09: Volkshuisvestelijke norm (Soesterberg) (Ronde 10 februari 2011) Zie ook de toelichting blj de Ronde op 10 februari 2011, Stemt de Raad In met het loslaten van de norm voor betaalbaar bouwen (40 %) In Soesterberg en In plaats daarvan: per project bekijken welk aandeel wenselijk Is; als ondergrens 20 % betaalbaar bouwen aan te houden, 12, Sluiting
Binnengekomen brieven
1 februari 2011
Ingekomen brief Nummer Naam
Adres
2010/22 2011/3 2011/4
Barneveld Etten-Leur Soest
Eem-Vallei Educatief Gemeente Etten-Leur Rekenkamercie Soest
Datum ontvangst
Uitgaande brief
Onderwerp
Datum verzending
18-11-2010 Begroting 2011-2014 5-1-2012 Motie inzak decentralisatie vanrijkstakenzone 24-1-2011 Onderzoek Werkpunt
11-1-2011 6-1-2011 n.v.t.
Overzicht toezeggingen
en schriftelijfce vragen (exclusief Collegeprogramma Toezegging door/ vragen van
2010-2014)
2011-5 Afhandeling vóór
Nummer
Omschrijving
2010/01
Verzoek Audit-commissie om bouwgrondexploitatie Dorpsplein Soesterberg te bespreken in een Ronde
Audit-commissie
2010/02
Rapportage gevolgen economische crisis per kwartaal: ontwikkeling aantal faillissementen
College
2010/05
Nadere uitwerking om te komen tot een goed leesbaar jaarverslag (tbv inwoners). Zie ook Raad 10 Juni 2010, notulen, biz. 18.
College
2010/12
Wanneer opheffing afsluiting Weteringpad ?
Wethouder Van Berkel
Raad 10 juni 2010, notulen blz. 19
2010/14
Notitie over Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO)
Wethouder Witte
Ontmoeting 17 juni 2010, De Groene Berg
Tussenbericht per e-mail d.d. 12 oktober 2010: notitie in 2011.
2010/20
Bezien hoe een eerdere behandeling van de Programmaverantwoording mogelijk !s (als onderdeel van een betere spreiding van documenten).
Wethouder Kemmeriing
Presidium 30 augustus 2010, agendapunt 2
Tussenbericht per e-mail d.d. 10 november 2010: i.o.m. accountant, uiteriijk april 2011.
Te vinden in Brief 12 mei 2010 van de Auditcommissie, blz. 2 Reg.nr. 711488 Brief 18 mei 2010 inzake accountantsrapp., blz. 1 Reg.nr. 713087 Brief College d.d. 3 juni 2010, inzake beantwoording vragen programmaverantwoording 2009, zie pagina 1.
Wijze van afhandelen Initiatief aan Raad.
Elk kwartaal
Zie e-mail d.d. 12 oktober 2010.
Tussenbericht per e-mail d.d. 10 november 2010: wordt betrokken bij jaarrekening 2010. Toezegging in raadsvergadering 1609-2010. Effectuering eind 2010/begin 2011.
Nummer Omschrijving
Toezegging door/ vragen van
Te vinden in
2010/27
Raadsvoorstel / Notitie maken met daarin uitgewerkt Wethouder Van Berkel de (beheerskosten voor het realiseren van zoutkisten, tevens bekijken op welke wijze andere gemeenten zout aan inwoners ter beschikking stellen.
De Ronde 14 oktober 2010; evaiuatie gladheidsbestrijding.
2010/28
Monumentenverordening, raadsvoorstel 28 oktober 2010: onderzoek naar "WABO-bestendigheid", met name beschermde dorpsgezichten (voorbeeld Weert). Bezien mogelijkheden om lessen aan te bieden in het omgaan met geld. Informeren over onderzoek locaties vervangende nieuwbouw Groot Engendaal Agenderen voorstel startersleningen/ duurzaamheidsleningen
Wethouder Witte
Raad 28 oktober 2010
Wethouder Kemmeriing Wethouder Witte
Raad 4 november 2010, notulen blz. 38. Raad 4 november 2010, notulen blz. 35. Raad 4 november 2010, notulen biz. 49.
2010/30 2010/31 2010/35
Wethouder Witte
I2010/36
Voorstel over huisvesting scouting Don Bosco aan de Blieklaan/Bosstraat
2010/38
Onderzoek naar gecombineerde schaats-/skeelerbaan in gebied Campus-Noord
Wethouder Witte
Ronde 27 oktober 2010, Masterplan Soesterberg, verslag blz. 16.
2010/39
Onderzoek naar opschuiving overkluizing N237 in westelijke richting
Wethouder Witte
Ronde 27 oktober 2010, Masterplan Soesterberg,
Raad 4 november 2010, motie 6, notulen blz. 55.
Afhandeling vóór
Wijze van afhandelen
Op proef 10 zoutkisten, december 2010. E-mail d.d. 1 februari 2011.
januari 2011 Zie stukken Tussenbericht Raadhuisplein 10 per e-mail d.d. februari 2011. 1 december 2010: relevante info komt nog, verwachte behandeling in februari 2011. januari 2011; Zie stukken tussenbericht Raadhuisplein 10 per e-mail d.d. februari 2011. 20 december 2010: wordt februari 2011;
Nummer
2010/40
2010/41
2010/44
2010/45
2010/53
Omschrijving
Toezegging door/ vragen van
verslag blz. 17. Ronde 27 oktober 2010, Masterplan Soesterberg, verslag blz. 18. Noodzakelijk om 4/5 mei monument op het Odijkplein Ronde 27 oktober 2010, Wethouder Witte te verplaatsen ? Masterplan Soesterberg, verslag blz. 22. Het opstellen van criteria voor benutting van het Ronde d.d. 18 november Wethouder Witte Investeringsfonds voor grote investeringsprojecten (zie 2010, Najaarsnota 2010, p. 6 van de Najaarsnota 2010). blz. 2. Het voorieggen van een onderzoeksplan aan de Raad Wethouder Van Berkel Ronde d.d. 18 november voor de tunnel bij de Ossendamweg in het kader van 2010, Najaarsnota 2010, de pakketstudie VERDER. blz. 3. Bespreking nieuwbouw Groot Engendaal, naar Raad Raad 16 december 2010 aanleiding van aanhouden initiatiefvoorstel Raad 16 december 2010. Onderzoek naar Bloemheuvel als (alternatieve) inverdienlocatie
Gp'^elde vragen van ' ^ D over honden krakers Beukenlaan
2011/03
De raad schriftelijk bevestigen waartoe er besloten Wethouder Van Berkel wordt indien het Grondwaterplan en het Waterplan vastgesteld wordt, dit in relatie tot de kostencomponenten benoemd in de scenario's voor de opbouw van de riooiheffing. De raad schriftelijk in kennis stellen van ervaringen van Wethouder Van Berkel andere gemeenten over het ontkoppelen.
2011/6
Gestelde vragen van Leefbaar Soest over de veiligheid in de wijk De Eng
Afhandeling vóór
Wethouder Witte
2010/54
2011/04
Te vinden in
WD
Leefbaar Soest
E-mail d.d. 30 december 2010
Begin 2011
Raad januari 2011; tussenbericht per e-mail d.d. 24/12: wordt maart 2011. Binnen vier weken na 30/12
Ronde d.d. 13 januari 2 0 1 1 ; Waterplan, grondwaterplan en rioleringsbeleid Ronde d.d. ISjanuari 2 0 1 1 ; Waterplan, grondwaterplan en rioleringsbeleid E-mail d.d. 27 Januari 2011
Binnen vier weken na 27/1
Wijze van afhandelen
Begeleidend schriiven bij planningskalender 2011-02 Inleiding Bijgevoegd treft u de pianningskalender 2011-02 aan voor de raadhuispleinbijeenkomsten van donderdag 10 en 17 februari 2011, In deze planningsl
Pagina 1 van 2
deze nota en afstemming is onlangs gestart. Bespreking van deze nota's wordt voorzien in de Ronde van april en de Raad van mei. Een extern bureau werkt aan het opstellen van accommodatiebeleld. Dit bureau heeft de betreffende rapportage nog niet afgerond. Bespreking van het accommodatiebeleld wordt voorzien ln de Ronde van maart. Voor de Ronde van oktober 2010 stond de voortgangsrapportage Wet Inburgering (actueel t/m augustus 2010) geagendeerd. Besloten Is toen de rapportage niet te agenderen, maar ter Inzage te leggen voor de raad, In deze rapportage stond ook een korte vooruitblik op landelijke ontwikkelingen. Op dit moment is daar echter niet veel over te zeggen, anders dan al eerder naar de raad Is gecommuniceerd. Mogelijk dat In de loop van 2011 meer duidelijkheid van de rijksoverheid komt over de toekomst van de inburgering. Een presentatie op dit moment heeft naar onze mening geen toegevoegde waarde. Daarom wordt dit onderwerp vooralsnog van de pianningskalender gehaald, In januari 2011 is besloten om voor het aanpassen van de Verordening individuele voorzieningen Wet Maatschappelijke Ondersteuninq gemeente Soest 2007 in samenwerking met de gewestelijke gemeenten Amersfoort, Leusden, Baarn en Bunschoten een blauwdruk van de Verordening en bijbehorende beleidsregels op te stellen. Deze blauwdruk zal volgens planning 31-05-2011 worden opgeleverd. Hierna is het de taak aan iedere individuele gemeente om de blauwdruk te vertalen naar de lokale situatie. Per 01-01-2012 kan in Soest dan een Verordening van kracht gaan. Een Verordening waarbij een kanteling in denken en doen Is vormgegeven en een stap is gemaakt van verzorging naar ondersteuning om te kunnen participeren, In het proces van gewestelijke samenwerking Is het niet effectief een tussentijdse Verordening van kracht te laten gaan. Dit past ook niet In het proces van inventarisatie en invulling. Hierom is besloten de bespreking van een gekantelde verordening te verschuiven naar het 4® kwartaal 2011, Daarom wordt dit onderwerp vooralsnog van de planningskalender gehaald en er weer opgezet zodra in de planningskalender het 4^ kwartaal van 2011 aan de orde Is.
Pagina 2 van 2
Planningskalender Raadhuisplein 2011-02
10 en 17 februari 2011
Beleidsveld Bestuur nr.
Ondeniverp
laarlijks laarhjks laarlijks
Jaan/erarrtwoording 2010 Voorjaarsnota Kademota 2012
2009- 62 2010-21 2010-22 2010-24 2010-24 2010-24 2010- 62 2010- 68
Inkoop- en aanbestedingsbeleid 2011-2014 Aanpassing APV Nota Misbruik & Oneigenlijk Gebruik Nota grondpnjsbeleid Nota bovenwijkse voorzieningen Nota grondbeleid Winkeltijdenbeleid Actualisatie verordening Gemeentelijke ombudsman
1 jj |H<,fi^
tl-) X'i^J'f f « ^ ^ \ /
"
f^ ^^ ^ie,kv!^rfeaI2011fti[J,f^j
februari
|Continueonderwerpen! 1 < / ,1 * 3^ t "^ J l^|lfl} | <.f4! 2010- 36 Kemtakendiscussie/visiedocument 2010- 37 a Gebiedsgericht werken/heryking wijkgencht werken b Participatie
niaart; %
; / fe-^si,2e1fcwartaató01:Ifi\j|l^ \ april
mêï
\
jiint Raad Ronde Ronde
Ronde
Raad Ronde
Raad
Ronde Ronde Ronde Ronde Raad Raad ^ l
'^
1i
f') > f
'SiU^
i
Ronde
Raad Raad Raad
rtj 1
M
^ '^
1
Beleidsveld Ruimte nr.
Onderwerp
I e kwartaal 2011
|
.^februari > maart 2009- 20 Waterplan, Grondwaterplan 2010-2014 en discussienotitie Riolenngsbeleid 2010- 61 Gemeentelijk Riolenngsplan (GRP) 2010- 14 Bestemmingsplan Recreatiebedrljven 2010- 30 Bestemmingsplan Amersfoortestraat 15 a f m d 2010- 34 Bestemmingsplan Soest Midden en Soest Zuid 2010- 57 Beleidsnotitie 'Volkshuisvestelyke bestedingsdoelen' 2010- 53 Presentate WABO 2010- 65 Mastergrex Hart van de Heuvelmg 2010- 69 Eerste schetsinvulling Apollo 2010- 73 Volkshuisvestelijke nomi 2010- 74 Nieuwbouw lokatie Groot Engendaal 2010- 78 Startnotitie ondertunneling Ossendamweg en stationsontwikkelmg Soest-zuid JGrote projecten
i
april
mei
Ronde
Ronde Raad Ronde
|
^ juni
Raad
Ronde Ontmoeting Ronde Ontmoeting Ronde
Raad Raad Ronde Ontmoeting/ Ronde
Raad
^
2009- 12 Concept ontwikkelingsplan Van Weedestraat 2007- 33 Samenwerkingsovereenkomst Vliegveld Soesterberg 2008- 21 Masterplan Soesterberg 2008- 05 Revitalisenngsplan Smitsveen
2e kwartaal 2011
Ontmoeting/ Ronde Ronde
Raad
Raad Raad
Beleidsveld Welzijn
nr.
Onderwerp
2008- 40 Integraal Huisvestngsplan Onderwijs 2010-40 Accommodatiebeleld 2010- 58 Herhuisvesting scouting Don Bosco
2e kwartaal 2011
16] kwartaal 2011 J
februari
maart
Ronde
Ronde Raad
^prïl Ronde
,, mei
|
Junf
Raadsvergadering Kenmerk Nummer voorstel Agendapunt Portefeuille
17 februari 2011
BV/763368 RV 11-06 9 Wethouder Kemmeriing
OnderwsmL Nota Inkoop- en aanbestedingsbeleid gemeente Soest 2011 - 2014
Aan de gemeenteraad, Voorstel tot besluit De nota inkoop- en aanbestedingsbeleid gemeente Soest 2011 - 2014 vast te stellen Inleiding In 2004 is de vorige nota "inkoop- en aanbestedingsbeleid" door de raad vastgesteld. Inmiddels hebben zich veel ontwikkelingen voorgedaan, die van invloed zijn op het beleid op het gebied van inkoop en aanbesteding van gemeente Soest. Deze ontwikkelingen en de gevolgen daarvan zijn beschreven In de nu vooriiggende nota. Beoogd resultaat Het opnieuw vaststellen van de beleidsuitgangspunten t,a,v. het inkoop- en aanbestedingsbeleid. Argumenten Door de veranderde wet- en regelgeving en de jurisprudentie op aanbestedingsgebied uit de afgelopen jaren en de versterkte aandacht t.a.v. aspecten als duurzaamheid (o.m. vastgelegd In het collegeprogramma en het duurzaamheidsplan 2010 - 2014) is herziening van vorige nota inkoop- en aanbestedingsbeleid noodzakelijk. Kanttekeninoen/risicobeheersino Door het beleid opnieuw af te stemmen op wet- en regelgeving en bijbehorende jurisprudentie wordt de rechtmatigheid van de uitvoering van de aanbestedingen voor de komende jaren opnieuw geborgd. Het is zeer waarschijnlijk, dat in de komende beleidsperiode sprake zal zijn van nieuwe nationale wetgeving Inzake inkoop en aanbesteding. Vooruitlopen hierop is onmogelijk. De wetgever worstelt al ruim 3 jaar met de totstandkoming van een aanbestedingswet. Zodra deze wet totstandgekomen Is, zal de raad hieromtrent worden geïnformeerd en zullen waar nodig aanpassingen worden voorgesteld om met het Inkoop- en aanbestedingsbeleid van gemeente Soest aan de nieuwe wetgeving te voldoen, Teneinde een zo breed mogelijk draagvlak te houden voor het voorgestelde beleid. Is bij de totstandkoming van deze nota vooroverieg gevoerd met de afdelingen waar naar de ervaring de meeste en grootste aanbestedingen plaatsvinden (de afdelingen Dienstveriening, Realisatie en Samenleving). Blj monde van de afdelingshoofden van deze afdelingen is aangegeven dat deze afdelingen zich goed kunnen vinden in het voorgestelde beleid. Aanpak/uitvoering Na vaststelling van deze nota zullen de gevolgen daarvan worden beschreven In de Interne afspraken en procedures,
- 2Communicatie Met alle afdelingen zal uitvoerig worden gecommuniceerd, waarbij de meest betrokl<enen van elke afdeling tevens worden uitgenodigd om een informatiebijeenkomst bij te wonen waarin op diverse aspecten toelichting zal worden gegeven en waar de vragen die mochten leven worden beantwoord. Tevens zal via het Intranet melding worden gemaakt van het aangepaste inkoop- en aanbestedingbeleid. Evaluatie en verantwoording n.v.t. Kosten, baten, dekking n.v.t. Referendabel ia/nee nee Soest, 3 februari 2011 Burgemeester en wethouders van Soest, de secretaris, de burgemeester,
A,R. Veenstra
A. Noordergraaf
MENO Aan: Van: Betreft: Datum:
De leden van de Raad Wethouder Y. Kemmeriing toezegging m.b.t. de werkwijze en criteriadocumentén duurzaam inkopen 27 januari 201l/BV/774321
Inleiding In de Ronde van 20 januari j l . Is de toezegging gedaan, dat zal worden aangegeven of het onderzoeksrapport, gemaakt door KPMG ln opdracht van de Adviescommissie Terugdringing Administratieve Lastendruk (Actal), m.b.t. de werkwijze en criteriadocumentén duurzaam Inkopen gevolgen heeft voor de nota Inkoop- en aanbestedingsbeleid gemeente Soest 2011 - 2014 en de voorziene raadsbehandling daarvan op 27 februari 2011, Beoogd resultaat Invulling geven aan de gedane toezegging. Situatieschets De vorige staatssecretaris van Milieu heeft begin 2010 aan het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal) gevraagd om een advies inzake de administratieve lastendruk blj duurzaam inkopen. Actal heeft daartoe een onderzoek laten uitvoeren door KPMG. Het rapport naar aanleiding van dit onderzoek Is Inmiddels uitgebracht aan Actal, die dit rapport vervolgens heeft doorgestuurd aan de staatssecretaris Infrastructuur & Milieu, dhr. J. Atsma. In dit rapport staat forse kritiek t.a.v. de huidige werkwijze van criteriadocumentén, afvinklijsten en de neiging tot overvragen op het gebied van certificaten en bewijzen. Het rapport is inmiddels openbaar gemaakt en onderwerp van discussie op diverse platfoms op Internet. Nog niet duidelijk Is, wat de staatssecretaris voornemens Is te gaan doen met de adviezen uit het rapport, KPMG heeft onderzoek gedaan naar de volgende 4 categorieën; e Catering; • Utiliteitsbouw; • Kantoormeubilair; e Transportdiensten. Soest heeft in deze categorieën de afgelopen jaren geen omvangrijke aanbestedingen uitgevoerd. Alleen op het gebied van catering hebben we enige ervaring. Maar ook hier zijn we niet echt vergelijkbaar, omdat wij niet 1 grote aanbesteding hebben van de cateringdienst zelf, maar wel de producten zelf inkopen. De inkoop valt hierbij wel uiteen In kleinere gedeelten naar diverse leveranciers, waardoor van een aanbesteding geen sprake meer Is, Huidige werkwijze gemeente Soest Momenteel maakt ook gemeente Soest -zoals veel gemeenten in Nederiand- gebruik van de criteriadocumentén, opgesteld door Agentschap NL, Gemeente Soest hanteert daarbij zo veel mogelijk het principe van eigen verklaringen in plaats van bewijsstukken en certificaten, Aiieen aan het het eind van een aanbesteding, blj het voornemen tot
gunning, wordt aan de winnende partij gevraagd om de eigen verklaring waar nodig te staven met bewijsstukken. Nablie toekomst De discussie m.b.t, de criteriadocumentén is nog niet uitgewoed. Het is dan ook nog niet zeker waar dit toe zal lelden. Wel is te verwachten, dat we niet zullen terugkeren naar een situatie, waarin helemaal geen regels of criteria zullen bestaan. Hoe nu verder "duurzaam inkopen" Is een onderdeel van het Inkoop- en aanbestedingsbeleid; zeker niet onbelangrijk, maar dit hoeft geen reden te zijn om besluitvorming omtrent het totale beleid vertraging op te laten lopen. We stellen de Raadconform hetgeen Is afgesproken in de Ronde, voorom de procedure tot vaststelling en besluitvorming t.a.v, het Inkoop- en aanbestedingbeleid volgens afspraak voort te zetten en te agenderen volgens planning voor de raadsvergadering van 17 februari a,s. Daarnaast zullen wij de ontwikkelingen omtrent duurzaam Inkopen op de voet blijven volgen, waarbij het uitgangspunt Is om (zo veel mogelijk) aan te sluiten blj de landelijke trent, maar wel zelf kritisch blijven en niet voetstoots overnemen. Dit zou In het komende halfjaar kunnen leiden tot aanpassingen in het landelijk voorgestelde beleid, die ook gemeente Soest overneemt. Als dat het geval blijkt, zullen we de raad hierover tijdig informeren en waar nodig vragen besluiten te nemen. Wanneer er in de komende weken nadere informatie bekend wordt (b.v. n.a.v. de behandeling van dit onderwerp In de tweede kamer, waarbij staatssecretaris Atsma aanwezig zal zijn), zullen wij u daarover berichten, desnoods mondeling tijdens de bespreking van dit onderwerp op 17 februari a.s.
n.b. Naast de blj deze memo gevoegde managementsamenvatting van het KPMG rapport, zal het gehele rapport voor u ter inzage liggen.
Bijlage; managementsamenvatting uit het rapport "Inhoudelijke naievingsiasten Programma Duurzaam Inkopen Overheid", van KPMG in opdracht van Actal
Bijlage
managementsamenvatting uit het rapport ^^Inhoudelijke naievingsiasten Programma Duurzaam I n k o p e n Overheid", van KPI^G in opdracht van Actal
Aciiil
^imm
MioiM^ke mlmliigsiasleii Programma Diiiirznam Iiéopsii Ovwiield: otideitoelmaar 'I sectoren
Managementsamenvatting Actal heeft KPMG de opdracht gegeven om de inhondeHJke naievingsiasten te onderzoeken die voortvloeien uit het Programma Duurzaam Inkopen van de overheid. Doel van het onderzoek is hel versehaffen van een kwantitatieve raming van de inhoudelijke naievingsiasten, inzicht te verfa'd'gen in (de belangrijkste) knelpunten die door de bedrijven worden ei7ai'en en eventuele oplossingsrichtingen om de lasten en de knelpunten te vermuideren, Hierbij is door Actal voorgesteld om het onderzoek te beperken tot vier doelgroepen, Vimgstellliig Het onderzoek is uitgevoerd aan de hand van de volgende onderzoeksvragen: 1 Met welke inhoudelijke verplichtingen uit het Programma Duurzaam Inlcopen heeft de doelgroep te maken? 2 Wat Is de omvang van de Inhoudelüke naievingsiasten voor de doelgroep ten gevolge van het programma Duurzaam Inkopen van de overheid? 3
Wat z(|n de belangrijkste knelpunten die door de doelgroepen ervaren worden?
Conclusie en aanbevelingen Ad, 1 IitlioiidellJIce verplichtingen Programma Duurzaam Iiikopeit Er is geen integrale nulmeting uitgevoerd van de Inhoudelijke naievingsiasten van het programma duurzaam inkopen, KPMQ heeft in ovedeg met Actal en VNO-NCW vier doelgroepen geselecteerd voor het onderzoek. Voor de selectie van deze doelgroepen is aangesloten bij de brede bedrijfsseotorindeling zoals gehanteerd in het onderzoek naar de administratieve lasten van duurzaam inkopen (Vei-voershedr^jven, Bouwsector, Handelsbedryven en Zakelijke Dienstverlening), KPMG heeft in overleg met Actal en VNONCW per bedrijfsbrede sector één doelgroep geselecteerd, zodat elke bedrijfsbrede sector vertegenwoordigd is, Om de vraag te beantwoorden met welke Inhoudelijke verplichtingen de geselecteerde doelgroepen te maken hebben is geïnventariseerd welke productgroepen relevant z^jn per doelgroep. Per prod\wtgro6p is vervolgens bepaald welke criteriadocumentén relevant zijn. Onderstaande tabel is hiervan het resultaat;
Onterina
-
Tra na port
" Transportdiensten
M e u b e l s ealor Ullllteltsboiiw
Kanloomiöubllatr KanlooroebouWan KanlooröeboUWen Kahtoargebouwan KanlaaröebaUWen oaterlne
iMi«mïiHaüisi«E!ffiBimim^^ beheer e n onderhoud nIaUWbaUW huur e n a a n k o o p rana\QlIa
-- K Kaannttoooorm l ael rn s ei ebuobul w - Kentaorsebouv/an - Kanlooroebouwsn - KantaorgaboUWan - cptöring -Tranaportdlenatötl - Verhuisdiensten -BevalHöitid
Tabel 2. Relevnnie prodiiolgroepen eu crKerladooumeiilen per doelgroep
beheer e n ohdertioud nleuwboUW huur e n a a n k a o p ranovalla
Actal Jiilioitdelyice naimiigslaskn Pi ogi anima Duin zaam Mopen Oniheid ondeizoeimaai 'Isecloien
Vervolgens heeft KPMQ per doelgroep de lelevante orlteüadocumenten bestudeeid en de inhoudelijke veiplichtingen waatmee de dcelgioepen te maken hebben geïnventaiiseeid. Hieibij IS zowel naai de verplichte oUteila (mininuim eisen en contiaotbepallngen) als de gunnlngsoiitei la gekeken. De inventatlsatie van de inhoudelijke veiplichtingen heeft de basis gevoimd voor expeitpatiels (pel doelgioep) en (veldiepende) intei views, waailn de knelpunten zijn bepaald en de inhoudelijke naievingsiasten zijn geraamd, Ad 2, lllllotidelijke naievingsiasten Programma Duinzaam Inkopen Op basis van panelbijeenkomsten waaiby biancheverenlgingen en bedujven betiokken zijn en verdiepende intei views blj bedryven is per doelgioep een laming gemaakt van de inhoudeUjke naievingsiasten; •
Ontering; De naievingsiasten zyn vooi de doelgroep catering geraamd op oiica EUR 34,5 miyoen per jaar. Dit komt vooinamelijlc door de hogere inkoopprijs van biologische / duurzame pioduoten, De biologische producten en/of pioducten met andeie diiuizaamheldskenmeiken die eateranis betiekken van leveianoleis zyn momenteel vaak wat duurdei in piljs (niet (alleen) dooi het pioduotlepiooes by de leveianoier, maai ook dooidat leveianoleis moeten kunnen aantonen dat pioduoten biologisch en/of duuizaam zyn), Deze meeikosten wolden dooibelast aan de bezoeker van hetbedryfsiestauiant,
e Utiliteitsbouw; De naievingsiasten zyn vooi de doelgioep 'Utiliteitsbouw' geiaamd op chcaBUR 125 tot 375raiyoen per jaar. Er is aangegeven dat de kosten vooi het duurzaam ondeihouden, lenoveien, bouwen of veihuien vooinameüjk zitten in het gebruik van andeie (duurdeie) matedalen en toepassen van eneigiebesparings- en milieutechnieken, Hieidoor liggen de kosten van de duuizame bouw, veihuur of renovatie iets hoger dan leguliei bouw/ienovatie etc. Deze meeikosten lefleoteien zich in een hogeie pdjs vooi de Idant, Daar staan voor de klant ook baten tegenovei (lageie seiYloekosten, hoger lendement etc), •
Kantoormeubilair; Op basis van de gehouden expeitpatiels en de veidiepende interviews is geconcludeerd dat er geen spiake is van inhoudeüjke naievingsiasten die voortvloeien uit de eisen zoals opgenomen in het huidige oiiteiladooument voor kantooimeubilaii. Ook zonder de Nederlandse cilteila voldoen bedryven aan de eisen die daarin verwooid zyn, aangezien deze kwaliteitseisen dooi de Bü reeds gesteld zyn. De daaidoor veiooizaakte Inhoudeiyke naievingsiasten vallen bulten de scope van dit ondeizoek. Wel leidt het oriteiiadooument tot administiatleve lasten, maar ook die vallen bulten de scope van dit ondeizoek.
o Transportdiensten; Op basis van de gehouden iiiteiviews is geoonoludeeid dat ei geen spiake is van inhoudeiyke naievingsiasten die voortvloeien uit de eisen zoals opgenomen in het huidige oiteiladoounientvooi transportdiensten. De bediyven hebben aan gegeven dat zy leeds voldoen aan de oilteila, aangezien de piivate maikt vaak even zwaie of zwaaideie eisen stelt, Daainaast bepeiken ondeinemeis vanuit bediijfseoonotnische ledenen het aantal kilometeis en de uitstoot, Br zou daaiom volgens de
mm
AM Mioiideli/lce naievingsiasten Programma Duurzaam Iniiopen Overheid; onderzoeknaar 4 sectoren
bedrijven niets veranderen als er geen eisen meer werden gesteld vanuit het progi'amma duurzaam Inkopen, De inhoudeiyke nalevingskosten als gevolg van de EU-regelgeving (roetfllters) vallen bulten de scope van dit ondeKoek, Ad3, Belangrijkste hnelptinleii die door de doelgroepen ervaren worden Bedrijven eivaren diverse knelpunten. Een aantal is doelgroepspecifiek en een aantal Imelpunten zijn in alle doelgroepen aangetroffen. De knelpunten die in alle doelgi'oepen zyn aangetroffen worden hieronder weergegeven; /
Oeen goede oonmninlcatie over gewijzigde criteria
Watmeer er een wyziging m de criteria heeft plaatsgevonden wordt hier naar de mening van de respondenten niet of nauwelyks over gecommuniceerd door de overheid, met als gevolg dat bedryven niet weten dat er nieuwe en/of gewyzigde criteria zyn waar zy aan moeten voldoen, Anderzyds hanteren opdrachtgevers niet altyd de meest recente versie, 2 Criteria moeilijk In te zetten als gimnlngscrlteiia De meetbaarheid en vergeiykbaarheid van duurzaamheid is lastig, waardoor het moeiiyk is om als gunningscriterium te gebruilcen, Ook ervaren inkopers duurzaamheid slechts als één van de belangryke beleidsterreinen. Daarnaast kan byvoorbeeld de stimulering van het MICB een faelangtljk criterium zyn, 3 Cor\flio1erende (aanvullende) eisen In verschillende sectoren worden ondernemingen met conflicterende eisen geconfronteerd, Daarby worden soms inhoudehjlce eisen gesteld die conflicteren met de minimum duui'zaainheidsoriteria of het behalen van deze minimumeisen bemoeiiyken, Ben voorbeeld daaivan is de eis dat de te leveren bureaustoelen chromen poten moeten liebben, terwyi ln aanbesteding staat dat geen chroom gebruikt mag worden ln de coathig, Ben voorbeeld van (aanvullende) eisen die het halen van de minlnnimeisen bemoeiiyken is liet uitsluiten van bepaalde productsoorten (byvoorbeeld brood of koffle), die een groot gedeelte van het volume bepalen en niet mogen worden meegenomen in het percentage biologische producten, 4 Bewijsvoering belastend Ondernemers ei-varen dat de bewysvoering belastend en kostbaar is, Veel opdrachtgevers hanteren een eigen manier van uitvragen van bewüsraiddelen om aan te tonen dat bedrijven aan de gestelde criteria voldoen. Er bestaan verschillende formats voor bewysvoering. Ook worden door veel inkopers bewysmiddelen gevraagd aan alle Indieners in plaats van gebruik te maken van eigen verklaringen en het alleen opvragen by de winnende party, Ben deel van de Inkopers heeft aangegeven aan elke party te vragen alles aan te tonen en het niet eedyk te vinden stukken pas na gunning op te vragen.
Actai Iniioiideiijke mileiingslaslen Programma Dmirzaam Inkopen Overfieidi onderzoek naar't sectoren
5 Mogelykheid tot valse concurrentie Aanbestedende diensten van ryksoverheid en gemeenten gebruiken de duurzaamheidscriteria vaak In de aanbestedingen, By de respondenten leeft het beeld dat vaak niet wordt gecontroleerd of de bedryven die de opdracht uitvoeren ook daadwerkelyk aan de criteria voldoen. Het gevolg is dat de goede (dure) bedryven naar hun mening een concurrentienadeel hebben, 6
Voordeel grote bedrijven bij duurzaam inkopen
De respondenten binnen drie doelgroepen (catering, utiliteitsbouw en kantoormeubilair) en de inkopers geven aan dat grote bedryven vaak voordelen hebben ten aanzien van kleine bedryven bij het voldoen aan duurzaamheidseisen omdat zy meer ervaring hebben met de criteria en certificering voor hen relatief goedkoper is dan voor kleme bedrijven, Duiu'zaam inkopen leidt daarmee tot toetredingsbeperkingen of- barrières voor Idelne ondernemingen, 7 Alleen gericht op producten, niet op bedrijfsprocessen Bedryven kunnen zich niet onderscheiden door duurzame processen. Alleen de duurzaamheid van de producten of diensten doet ter zake by de huidige criteria. Naar de mening van ondernemingen hebben zy daardoor onvoldoende keuzevryheld om zich hetzy via de producten, hetzy via het proces op duurzaamheid te richten, In een aantal sectoren is aangegeven dat naar de mening van de respondenten elk bedryf reeds aan de criteria voldoet.
Algemene conclusies Duurzaamheidscriteria leiden tot lagere innovatie dan mogelijk en hogere kosten door beperldng In criteria en onvoorspelbaarheid over ontwikkelingen tn de criieria en bijbehorende termijnen Op basis van het onderzoek concluderen wl) dat het hanteren van de huidige duut'zaamlieldsct'iteria (zoals opgenomen in de oriteriadoouinenfen) leidt tot inhoudeHJke naievingsiasten en dat zy een minimumnorm vaststellen voor de duurzaamheid ten aanzien van de gemeten criteria, Blj een aantal criteria is de minimumnorm niet strenger dan de bestaande regelgeving en praktyk, Daarmee dragen de criteria op dat punt niet by aan duurzaamheid, wel aan hogere administratieve lasten. Hoewel die criteria niet tot extra inhoudeMjke nalevingskosten lelden, leiden ze wel tot een (onnodige) toename van de administratieve lasten omdat aangetoond moet worden dat de onderneming voldoet aan eisen, waar hy toch al aan moest voldoen. Daar waar de minimumnorm boven wettehjke normen ligt, leidt het uiteraard wel tot grotere duurzaamheid (en veelal extra inhoudeiyice nalevingskosten). De huidige duurzaamheidscriteria geven bedryven beperkt de mogelykheid zich te onderscheiden ten aanzien van duurzaamheid en maken het voor bedryven niet of beperkt voorspelbaar in welke richting zy moeten Innoveren, Dit veroorzaakt een rem op innovatie en verhoogt de onzekerheid en kosten van bedryven, In combinatie met de vorige conclusie dat een
mmm
Aclal Inlioiideiilke naievingsiasten Programma Dmirzaam Inkopen Owlieid: onderzoek naar'I sectoren
deel van de criteria niet strenger is dan de huidige regelgeving, roept dit de vraag op of de duui'zaamheidsoriteria maximaal bydragen aan het beleidsdoel van de overheid om duurzaamheid te vergroten. De inhoud en het gebruik vati de criteria leiden tot lagere innovatie dan mogelyk riolitlng duurzamere producten en productie en hogere kosten door onvoorspelbaarheid voor ondernemers. Hier liggen een aantal oorzaken aan ten grondslag; o Ten eerste is aangegeven dat niet alle aspecten van duurzaamheid tot uiting komen in de criteria die momenteel gelden. De criteria beperken zich tot een beperkt aantal productcriteria. Bedryven hebben aangeven dat zy graag de vrijheid hebben zich ook ofjuist op de duurzaamheid van hun productieproces te richten, Bovendien worden producten die aan de definitie van duurzaamheid voldoen, maar waarvoor geeü certificaat beschikbaar is defacto uitgesloten, o Ten tweede zet het formuleren van de huidige duurzaamheidscriteria een rem op de uinovatie van bedryven, Bediijven worden door de opzet van de (gunnings)oriteria beperkt In hun mogelykheden om zioh te onderscheiden. Dit heeft te maken met de aard van de criteria, die voor een aantal sectoren betekenen dat ongeveer ieder bedrijf aan de gunningscriteria voldoet, dan wel dat geen enkel bedryf meer dan de minimumnorm zal aanbieden. Daarnaast heeft dit te maken met de onvoorspelbaarheid die het programma duurzaam Inkopen van de overheid met zich mee brengt, Deze onvoorspelbaarheid wordt veroorzaakt doordat verschillende inkopers op versohUlende manieren met de criteria omgaan, Per aanbesteding kan het belang o,q, zwaarte van de toepassing van de criteria en welke criteria zyn opgenomen verschillen. Omdat niet alle inlcopende overheden altyd het laatste document hanteren, is er zelfs op ieder moment tot op zekere hoogte spralce van verschillende criteria (in onderstaand figuur zichtbaar gemaalct met oriterium b).
Flgmir 2. Onvoorspelbaarheid gehanteerde nonn inkopers o Ten derde ontbreekt het aan een voor ondernemers zichtbare visie op duurzaamheid op langere termyn. Hierdoor kunnen bedryven minder goed inspelen op toekomstige
KËMB,
Actai Inlioiideiilke iialevingslaslen Programma Dmirzaam Mopen Overlield; ondeizoek naar V sectoren
ontwlklceliugen, omdat zy niet (kunnen) weten wat over 5 of 10 jaar als duurzaam wordt gepercipieerd. De periodiek andere focus en het feit dat de criteria niet voorspelbaar ln de tyd zyn, heeft een snelie(i'e) afschryving van investeringen van bedrijven tot gevolg, dan wel zal er toe leiden dat bedrijven wachten met het investeren in duurzame productiemiddelen, In onderstaand figuur wordt dit geïllustreerd. Het is voor ondernemers niet duldehjk of een toekomstige norm zal leiden tot het veivallen van huidige criteria (criterium a in figuur), aanscherping van huidige criteria (criterium b in figuur), versoepeling van huidige criteria (criterium c in figuur) of aanvulling met nieuwe criteria (oriterium e ln figuur), Daarby valt het op dat een criteriadocument regelmatig wordt gewyzigd, In een enkel geval werd het ln enkele weken tyd zelfs tweemaal gewyzlgd. Het zal duideiyk zyn dat dit voor ondernemers het risico van versnelde afschiljvingen en een sterk verminderde voorspelbaarheid met zich mee brengt. HuHIjönoim Ii0<
Figuur 3. Onvoorspelbiiarheld toekomslige norm
Dmirzaamheidscriteria lelden lot inhoudelijke naievingsiasten Inkopers en ondernemingen geven aan dat duurzaam produceren duurder ican zyn. Inkopers geven aan dat de kosten 10-20% hoger zyn. Dit beeld is het meest eenduidig by de catering. Duurzaam produceren is daar in veel gevallen duurder, byvoorbeeld omdat gewassen een lagere opbrengst kennen of er meer ruimte nodig is om de dieren te houden. Maar ook by de bouwsector geldt dit beeld, alhoewel een deel van de bouwers aangeeft dat duurzaam bouwen niet duurder hoeft te zyn, By kantoormeubelen en transportdiensten wordt echter aangegeven dat de Nederiandse criteria niet tot een kostenstyging leiden, omdat zy een formalisering zyn van eisen die ln het kader van EU-richtiynen ook al aan de producten worden gesteld of omdat zy reeds aan de verplichtingen voldoen vanwege de (zwaardere) eisen vanuit de private sector of vanuit 'corporate social responsibility', Inlcopers geven daarnaast wel aan te verwachten dat het prijsverschil op veel markten hi de loop der tyd gereduceerd zal zyn. Daar waar de kostenstyging (byvoorbeeld by dlerenwelzyn) komt doordat alle producenten een hogere kostprys zullen kennen, is dat overigens uiteraard minder te verwachten, Naast hogere kosten voor de aan te kopen producten, geven inkopers aan ook
Actai Iniioiidelyke naievingsiasten Pi ogi anima Dimi zaam Inkopen Om/ieid ondel zoek naai dseoloien
voor de kosten van de eigen activiteiten in het kader van de aanbestedingen hogere kosten te hebben ais gevolg van een groter tydsbeslag, Ten slotte leidt duurzaam Inkopen tot een tendens tot verdeie certificering van producten en bedrijven. De respondenten geven aan dat het elgenUjk niet doeniyk is een aanbesteding te winnen zonder certificaten; de Inkopers lezen eventuele toelichtingen minder goed en kunnen dozo ook niet altyd snappen. Het gevolg is een sterke druk tot certificering In de betrokken markten en dus tot kosten voor ondernemers. Voor grote ondernemingen zyn deze gemakkeiyker te dragen dan voor kleine ondernemingen; het gevolg is een toename van toetredingsdrempels voor kleine ondernemingen.
Gemeente Soest
Inkoop- en aanbestedingsbeleid
2011-2014
Versie Datum
2.9 16 december 2010
INHOUDSOPGAVE 1
INLEIDE
3
1.1 1.2 1.3 1.4
aanleiding doel lint en noodzaak collegeprogramma
3 3 3 3
2
ONTWnCKELINGEN SINDS 2004
5
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
wet-en regelgeving drempelbedragen aanbestedingsdossier inlcoopadviseiir duurzaam inkopen besluitvorming bij aanbesteding Sociale aspecten
5 6 8 8 8 9 10
3
ERVARINGEN MET AANBEVELINGEN «AANBESTEDEN OPENBAAR"
11
4
BELEIDSKADERS INKOOP EN AANBESTEDING
13
5
BEGRIPPENLIJST
15
Bijlage 1:
Ervaringen met de aanbevelingen uit het rapport "Aanbesteden openbaar".
Bijlage 2:
Beco-rapport "Duurzaam Inkopen in Soest; nulmeting"
versie 2.9 16-12-2010
1 Inleiding 1.1 aanleiding in 2004 is de nota "Inkoop en aanbestedingsbeleid" (Verseonnummer: 409752) vastgesteld voor het aanbesteden van werken, leveringen en diensten van de gemeente Soest. Sindsdien hebben zich verschillende veranderingen voorgedaan die van invloed zijn op het beleid op het gebied van inkoop en aanbesteding van de gemeente Soest, > > > > > >
>
>
>
Er Is een nieuwe Europese richtlijn voor aanbestedingen gekomen (Richtlijn 2004/18/EG); Er is een nieuw aanbestedingregiement voor werken gekomen (ARW2005); Er Is een rechtmatlgheidstoets van de gemeentelijke uitgaven door de accountant ingevoerd; In 2005 heeft de Raad de Algemene InkoopvoonA/aarden aangenomen en deze verplicht gesteld bij alle aanbestedingen, uitgevoerd door de gemeente; Er Is een groei van rechtszaken waar fe nemen naar aanleiding van aanbestedingen (zowel landelijk als Europees); In 2006 heeft de gemeenteraad een onderzoek laten uitvoeren door de rekenkamercommissie naar de manier waarop gemeente Soest aanbesteedt. Het onderzoeksrapport bevatte 18 aanbevelingen, die aile door de raad zijn overgenomen; Het college van B&W heeft op 19 december 2006 een Milieubeleidsverklaring 2007-2012 aangenomen over interne milieuzorg. Hiermee sluit gemeente Soest aan op het landelijke programma DBO (Duurzame Bedrijfsvoering Overheden) die als doelstelling heeft om in 2010 voor 50% en in 2015 voor 100% duurzaam In te kopen; In 2008 heeft de rekenkamercommissie, In opdracht van de Raad, een ven/olgonderzoek uigevoerd naar de naleving van de eerder uitgebrachte en door de Raad overgenomen aanbevelingen. Naar aanleiding van dit onderzoek zijn op vier punten aanscherpingen gedaan. Een nieuwe aanbestedingswet Is in de maak.
De gevolgen van bovengenoemde ontwikkelingen voor het Inkoop- en Aanbestedingsbeleid van de gemeente Soest zijn venvoord ln voorliggende nota.
1.2 doel Doel van deze nota is het vaststellen van beleidsuitgangspunten voor het Inkoop- en Aanbestedingsbeleid. Dit beleid wordt verder uitgewerkt in interne richtlijnen.
1.3 nut en noodzaak Rond aanbesteden spelen vele belangen. De gemeentelijke organisatie richt zich op een veelheid van externe publieke belangen en politieke en beleidsmatige doelstellingen en wil aan dit alles op een zo goed mogelijke wijze vormgeven. Daarnaast is aanbesteden gebonden aan strikte (Europese) regels, die het noodzakelijk maken de toepassing daarvan in de organisatie te borgen, In het kader van deze nota wordt het beleid rondom inkoop en aanbesteding als volgt omschreven: Hef waarborgen van een hoge mate van integriteit, doelmatigheid, effloiëntie en transparantie van de Inkoopfunotie van de gemeente Soest
1.4 collegeprogramma Het college heeft in haar collegeprogramma "Soest, waar iedereen meetelt" laten zien dat zij staan voor aandacht voor milieu en voor een transparante wijze van werken. In programma 4 Natuur en Milieu wordt stilgestaan bij het Duurzaamheidsplan 2010-2014 (Verseonnummer 713030),
Als een belangryke ambitie van het Duurzaamheidsplan wordt gemeld dat"... onze organisatie in 2015 kiimaatneutraal is en dat dit onder meer wordt bewerkstelligd door duurzaam inkopen". versie 2.9 16-12-2010
3
Duurzaam inkopen is het rekening houden met milieu- en sociale aspecten in alle fasen van het inkoopproces. B\\ milieuaspecten gaat het om het effect van een product, dienst of werk op het milieu, bijvoorbeeld door energie of materiaalgebruik. Bij sociale aspecten gaat het om thema's als kinderarbeid of mensenrechten. Het effect van deze aanpak is dat wanneer overheden naar deze producten, diensten en werken vragen, de markt sneller zal omschakelen naar een duurzame aanbod. Daarnaast heeft de gemeente een voorbeeldfunctie tegenover inwoners en bedrijven.
versie 2.9 16-12-2010
2 Ontwikkelingen sinds 2004 Het Soester inkoop- en aanbestedingsbeleid uit 2004 was in essentie gericht op: het volgen van wet- en regelgeving; " het toepassen van procedures; ■ het hanteren van drempelbedragen; ■ het introduceren van een aanbestedingsdossier; " het inzetten van tekenbevoegdheid/mandatering; " het inzetten van een inkoopadviseur. Op deze punten werd voorzien In regels en afspraken, Op elk van bovenstaande punten wordt weergegeven welke verandering heeft plaatsgevonden en wat er ten aanzien van het beleid wordt voorgesteld. Vervolgens wordt stilgestaan bij de aanbevelingen van de rekenkamercommissie,
2.1 wet-en regelgeving in de nota uit 2004 werd reeds gesteld dat gemeente Soest de wet- en regelgeving op Europees en nationaal niveau altijd zal volgen. Gemeente Soest zal dit uiteraard ook de komende jaren blijven doen. De Europese richtnjnen zijn sinds 2004 in grote lijnen nog dezelfde. Het Europese aanbestedingsbeleid wordt geheel gevolgd voor opdrachten van werken, diensten en leveringen. Wel is er één nieuwe richtlijn voor aanbestedingen gekomen (Richtlijn 2004/18/EG) als vervanging van de drie bestaande richtlijnen (voor Leveringen, Diensten en Werken apart). De verschillen tussen de oude richtlynen en de nieuwe gezamenHjke richtlijn zijn echter vooral procedureel en niet zo zeer inhoudelijk. De nieuwe rechtlijn heeft geleid tot vereenvoudiging van de uitvoenng. Ook is er sinds 2004 meer jurisprudentie beschikbaar gekomen, waardoor het handelen in de praktijk zich in sommige gevallen heeft aangepast. De ervaring is namelijk dat door marktpartijen steeds vaker de weg naar de rechtbank wordt gezocht, Het is daarom van belang om blj de Interpretatie van de Europese richtlijnen uit te gaan van een zo groot mogelijke haalbaarheid en rechtmatigheid. Dit kan bijvoorbeeld met zich meebrengen dat er gekozen wordt voor een wat zwaardere procedure of dat er gekozen wordt voor het inzetten van een gespecialiseerde aanbestedingsjunst. De Interpretatie van de complexe Europese wet- en regelgeving leidt, onder Invloed van jurisprudentie, sneller tot juridische procedures. Daarom speelt de gemeente Soest bij twijfel in de aanbestedingsprocedure zo veel mogelijk op safe door weg te blijven van de grenzen van de wet en, waar nodig een second opinion te vragen aan een gespecialiseerde aanbestedingsjurist Op nationaal niveau bestond in 2004 nog geen wetgeving. Dat is In grote lijnen nog steeds het geval. Wel is sinds februari 2010 de wet WIRA van kracht. Deze wet regelt de manier waarop overheden moeten omgaan met vediezende partijen na een aanbesteding en hoe die partijen worden geïnformeerd. Verder wordt ai meer dan drie jaar gewerkt aan een nationale aanbestedingswet. Deze Is al eens gesneuveld in de Eerste kamer en is nu aan een tweede ronde bezig. De verwachting is dat deze nieuwe wet in 2011 zal worden aangenomen. Gemeente Soest volgt dan uiteraard ook deze nieuwe wet en zal waar nodig de handelwijze daarop aanpassen. Sinds 2004 hebben de volgende wüzigingen plaatsgevonden in wet- en regelgeving. Deze zijn inmiddels standaard worden in alle aanbestedingen: ■
Het Besluit Aanbestedingsreglement Overheden (kortweg Bao, een richtiyn die is afgeleid van de Europese aanbestedingsrichtlijnen).
■
De ARW-2005 (Algemene Richtlijn Werken 2005) (zie hien/oor ook de behandeling van de aanbevelingen van de rekenkamercommissie, punt 11)
Tenslotte is sinds 2005 de accountant wettelijk verplicht om de rechtmatigheid van aanbestedingen te controleren en daarover te rapporteren. versie 2,9 16-12-2010
E
Soest volgt de Europese en nationale wetgeving In haar Inkoop- en aanbestedingsprocedures.
2.2 drempelbedragen Europese drempelbedragen Wanneer de totale contractwaarde (excl. BTW) van een aanbesteding boven het Europese drempelbedrag voorde betreffende categorie uitkomt, is Europese aanbesteding verplicht. Het verloop van de Europese drempelwaarden zag er in de afgelopen jaren als volgt uit: Per 1-1-2004 1-1-2006 1-1-2008 1-1-2010 n.b,:
Europese drempel voor diensten en leveringen
Europese drempel voor werken
€ € € €
€ € € €
236.000,00 211.000,00 206,000,00 193.000,00
5,923.000,00 5.278.000,00 5.150.000,00 4.845.000,00
By het aanbesteden van diensten Is er een groep diensten, die anders mag worden behandeld. Deze "vrijgestelde diensten" behoeven niet volgens de Europese procedures te worden aanbesteed, maar een melding vooraf naar de EU en een melding achteraf naar de EU, waarin de gegunde partij wordt genoemd, volstaat. Zij moeten dan wei aan de volgende twee voonwaarden voldoen: 1) De dienst moet voorkomen in de lijst "bijlage 2B" van de Europese richtlijn (en wordt daarom ook wel "2B-dienst" genoemd. De diensten op deze lijst hebben als kenmerk, dat zij in het algemeen een nationaal karakter hebben, zoais b.v. ondenA/ijsdiensten); 2) Er mag geen grensoverschrijdend belang zijn, Dit houdt in, dat de aanbestedende dienst lokaal of regionaal gebonden moet zijn (gemeente, provincie of regionaal samenwerkingsverband) en niet aan de buitengrenzen van het land mag liggen. Gemeente Soest voldoet per definitie en door jurisprudentie aan voonA/aarde 2 door de afstand tot de buitengrens van Nederland, Per aanbesteding van een dienst behoeft gemeente Soest dus alleen vast te stellen of aan voonvaarde 1) wordt voldaan om de conclusie te trekken dat er sprake is van een "vrijgestelde dienst". In dat geval wordt dus slechts 2twee maal eene melding naar de EU gedaan, ongeachte de geraamde hoogte van de aanbesteding.
In 2004 waren de drempelbedragen voor Europees aanbesteden beduidend hoger. Deze drempelbedragen worden per 1 januari van elk even jaartal opnieuw vastgesteld. Gezien de koersontwikkeling van de euro ten opzichte van diverse andere muntsoorten heeft dit geleld tot telkens weer een verlaging van de drempelbedragen. Soest hanteert de Europese drempelbedragen in haar inkoop- en aanbestedingsprocedures. Soester drempelbedragen Gemeente Soest heeft in 2004 het volgende uitgangspunt genomen: wanneer bij een aanbesteding de contractwaarde boven de € 25.000,- uitkomt, wordt er melding van die aanbesteding gedaan bij de inkoopadviseur. Deze werkwijze heeft goede ervaringen opgeleverd en vormt een bijdrage aan de efficiency en transparantie van de Soester aanbestedingen. By de aanbestedingen tussen de € 25,000,- en de € 50,000,- wordt nu zo veel mogelijk gestreefd naar meen/oudig onderhands aanbesteden, maar uitzonderingen zyn mogelijk (met name als men de markt goed kent en wanneer het uitbreidingen van bestaande zaken betreft, zoals regelmatig gebeurt blj ICT). Verder wordt blj het aanbesteden van werken en vrijgestelde diensten onder de € 500.000,- drie tot vyf offertes aan de markt gevraagd, in de praldijk worden daarby de volgende bandbreedtes gehanteerd: aanbesfedingsbedrag boven € 25.000 € 25.000 - € 50.000 €50,000-€150.000 €150.000-€250,000 € 250.000 - € 500.000 boven € 500.000 versie 2,9 16-12-2010
soort aanbesteding
handelswijze
Werk; dienst en levering Werk; dienst en levering Werk; dienst en levering Werk dienst en levering tot € 193,000 Werk Werk tot € 4.845.000 en vrijgestelde dienst
melden aan Inkoopadviseur meervoudig onderhands aanbesteden minimaal 3 offertes minimaal 4 offertes minimaal 5 offertes nationaal aanbesteden
De drempel voor Europees aanbesteden van Werken lag in 2006 in de buurt van vijf miljoen euro. Aangezien een werk met een geschat aanbestedingsbedrag van vijf miljoen euro by de gemeente Soest zelden of nooit voorkomt, heeft de rekenkamercommissie In 2006 de aanbeveling gedaan een eigen drempelbedrag te introduceren voor Werken. Deze drempel is ingevoerd en houdt in dat werken met een geschat aanbestedingsbedrag vanaf € 600.000,- nationaal worden aanbesteed (werkwijze lijkt sterk op Europees aanbesteden, maar melding en publicatie geschiedt niet Europees, maar landelijk). De ervaring met de hoogte van dit drempelbedrag blijkt in de praktyk in te houden dat er een gerede kans is, dat hierdoor een onbekende aannemer (dus niet voorkomend op onze groslijst) de opdracht gegund krijgt. Gevolg daarvan Is, dat er een beduidend grotere inspanning wordt gevraagd van de medewerkers van gemeente Soest, die belast zijn met controles tijdens de uitvoering van het werk . Met name by werken tussen de € 500.000 en de € 1,000,000 is de verhouding tussen grotere inspanning en het relatieve voordeel van de kans op een nog scherpere aanbieding uit een nationale aanbesteding t.o.v. een meervoudig onderhandse aanbesteding eerder nadelig dan voordelig. Als voorbeeld noemen we hier de herinrichting van de Middelwijkstraat. Ook het Aanbestedingsinstituut Bouw en Infra beschrijft in hun nieuwste publicatie "Behendig in aanbesteden", november 2010, het volgende: "Op grond van de beleidsregels Aanbesteding van Werken 2005 (BAW2005), zoais vastgesteld door de bouwministeries, zijn de aanbestedende diensten van het rijk verplicht om werken van een geraamde waarde van meer dan 1,5 miljoen doormiddel van een openbare aankondiging op de markt te brengen. Voor decentrale overheden geiden deze beleidsregels niet In beginsel zijn zij dan ook vrij om onder de Europese drempel te bepalen of zij openbaar, ai dan niet met voorselectie, wensen aan te besteden Het Aanbestedingsinstituut Is van mening dat als de drempel van €1,5 miljoen passend Is blj Rijksprojecten, deze drempel ook het uitgangspunt zou moeten zijn bij decentrale projecten. Het openbaar aanbesteden van projecten met een kleinere omvang leidt tot een wanverhouding tussen de omvang van de opdracht en de maatsohappelijke kosten van zowel opdrachtgever als opdrachtnemer(s) samen, die voor de aanbesteding gemaakt moeten worden". Deze onbalans tussen de grootte van de Inspanning en mogelijk te behalen voordeel by nationaal openbaar aanbesteden wordt opgeheven door de introductie van de volgende bandbreedte in de drempelbedragen: Aanbestedingen van een werk met een geschat aanbestedingsbedrag van meer dan € 500.000 maar niet meer dan € 1.000.000 worden onderhands aanbesteed, (met zo mogelyk gebruikmaking van de grolijst), waarby minimaal 7 offertes worden gevraagd. Aanbestedingen van een werk met een geschat aanbestedingsbedrag van meer dan € 1.000,000 worden altijd nationaal openbaar aanbesteed. t
Door uitbreiding van de Soester regels op het gebied van "vrijgestelde diensten" en de Introductie van de bandbreedte voor werken tussen € 500,000 en € 1.000.000 ontstaat de volgende tabel met bandbreedtes: aanbestedingsbedrag
soort aanbesteding
handelswijze
boven € 25.000 € 25.000 - € 50.000 €50.000-€150.000 €150.000-€250.000
Werk; dienst en levering melden aan inkoopadviseur Werk; dienst en levering meen/oudig onderhands aanbesteden Werk; dienst en levering minimaal 3 offertes Werk en vrygestelde dienst, minimaal 4 offertes dienst en levering tot € 193,000 € 250.000 - e 500,000 Werk en vrijgestelde dienst minimaal 5 offertes €500,000-€1.000.000 Werk en vrijgestelde dienst minimaal 7 offertes boven €1.000.000 Werk tot € 4.845.000 nationaal aanbesteden en vrygestelde dienst n.b.: onder de tabel met Europese drempelbedragen wordt verklaard wat wordt verstaan onder een "vrijgestelde dienst". Deze bandbreedtes hebben goede ervaringen opgeleverd en vormen een bijdrage aan de efficiency en transparantie van de Soester aanbestedingen.
In Soest wordt een aanbesteding met een contractwaarde tot € 25.000 gemeld bij de inkoopadviseur Aanbestedingen tussen €25.000 en €50.000 worden onderhands aanbesteed en aanbestedingen tussen €50.000 en € 1.000.000 kennen een minimaal aantal aan te vragen offertes. Werken met een geschat aanbestedingsbedrag vanaf € 1.000.000,- worden nationaal aanbesteed. Voor aanbestedingen tussen € 500.000 en€1.000.000 geldt dat minimaal 7 offertes moeten worden gevraagd. Afwijkingen op de Soester regels zijn aiieen mogelijk door een voorstel aan het college, waarbij de argumenten voor de afwjking van zowel de aanbestedende afdeling als die van de inkoopadviseur worden vermeld.
versie 2.9 18-12-2010
2.3 aanbestedingsdossier in Soest wordt gewerkt met een gestandaardiseerde structuur voor elk aanbestedingsdossier. Daardoor bevat elk aanbestedingsdossier alle Informatie die nodig Is om verantwoording over de gevolgde werkwyze te kunnen afleggen by iedere vorm van controle (van interne controle t/m inzage vanuit de WOB en bij mogelyke rechtszaken). Na aanvankelijke aanloopproblemen by de naleving van de structuur, blijkt de werkwijze in de praktijk inmiddels prima te voldoen. Ook de verplichtingen voortvloeiend uit de nieuwe wet WIRA worden goed nageleefd met de ingevoerde dossierstructuur In Soest gelden regels voor dossier-opbouw met als belangnjkste doelstelling het te allen tijde verantwoording kunnen afleggen over de gevolgde werkwijze bij een aanbesteding.
2.4 inkoopadviseur ln 2004 was de kern van de rol van de inkoopadviseur: 1, scherpere prijzen te bewerkstelligen; 2, bewaken dat wordt voldaan aan wet- en regelgeving door Inzet van kennis en en/aring bij complexere aanbestedingen. Op het punt van "scherpere prijzen" is by het uitkomen van het adviesrapport met de aanbevelingen van de rekenkamercommissie door de Raad de taakstelling Inkoop vastgesteld. Deze taakstelling Is ruimschoots gehaald. Mede vanuit de aanbevelingen van de rekenkamercommissie (2006) zyn aan de rol en verantwoordelykheid van de inkoopadviseur enkele onderdelen toegevoegd: 3, rechtmatigheid van elke aanbesteding tijdens de aanbesteding. De regulier controles achteraf (eerst van de controller en daarna door de accountant) dienen de rechtmatigheid dan aiieen nog te bevestigen. 4, controle vanuit het financiële systeem op de naleving van de wetgeving over splitsen en samenvoegen van opdrachten. Aan de hand van de resultaten van deze controle kan tijdig bijgestuurd worden. In de afgelopen jaren is de inkoopadviseur ingezet voor: 5, adviseren en infomeren van afdeiingsmedewerkers, die structureel of incidenteel met inkoop en aanbesteding te maken hebben (vraagbaakfunctie); 6, opstellen van een afdelingsoverstijgend inkoopjaarpian. Hiermee wordt zichtbaar gemaakt wanneer bepaalde capaciteit nodig is, zowel van de Inkopende afdeling als van de inkoopadviseur. Vanuit dit overzicht kunnen ook termijnen worden bewaakt zodat tydnood wordt voorkomen. 7, bevorderen (waar mogelyk en noodzakelijk) van ambtelijke samenwerking met gemeenten in de regio, Hiertoe vinden enkele malen per jaar afstemmingsbijeenkomsten met buurgemeenten plaats en kan tijdig Intern worden afgestemd of samenwerking Is gewenst, De rol en bevoegdheden van de Inkoopadviseur richten zich op de volgende ondenA/erpen: • een zo goed mogelijke kwaliteit en daarbij zo scherp mogelijke prijzen; ■ nakoming van wet- en regelgeving ta.v. inkoop en aanbesteding; ■ controle van de rechtmatigheid tijdens aanbesteding en hierop tijdig bijsturen; " controle of de wetgeving ta.v. splitsen en samenvoegen van opdrachten wordt nageleefd en voorstellen ter verbetering doen; " adviseren en informeren van de inkopende afdelingen; opstellen en bewaken van een gemeentelijk inkoopjaarplan; ■ bevorderen van samenwerking op gebied van inkoop en aanbesteding.
2.5 duurzaam inkopen "Duurzaam inkopen" heeft al meer dan 10 jaar de nodige aandacht gekregen blj gemeente Soest. Zo heeft Soest in 2001 de "duurzaaminkopen prijs" van het Ministerie van VROM gewonnen. In "Inkoop- en aanbestedingsbeleid 2004" Is het duurzaam Inkopen gering belicht geweest Soest kon in die jaren nog maar zeer beperkt gebruik maken van landelyk draagvlak en gestelde kaders. Inmiddels heeft op landelijk niveau al veel standaardisatie plaatsgevonden. Binnen gemeente Soest hebben sinds 2004 de volgende ontwikkelingen plaatsgevonden: • Het college van B&W heeft op 19 december 2006 een Milieubeleidsverklaring 2007- 2012 aangenomen over interne milieuzorg, Deze beleidsverklaring is op 12 februari 2007 publlekeiyk ondertekend. Daarmee heeft gemeente Soest versie 2.9 16-12-2010
8
•
•
zich verbonden aan de inspanningsverplichting om in 2010 voor 50% duurzaam in te kopen en in 2015 voor 100% duurzaam in te kopen. In de tweede helft van 2009 heeft gemeente Soest meegedaan aan het project DUIK II (Duurzaam InKopen, 2° tranche), Acht gemeenten uit de regio (onder regie van het Servicebureau Gemeenten en met medewerking en subsidie van de provincie Utrecht) hebben aangegeven dat zy hun inkopen en aanbestedingen in de komende jaren zo duurzaam mogelijk willen verrichten. Een belangrijk element daarby was het bepalen op welke wijze duurzaamheid wordt gemeten. De gemeenten binnen het project DUIK II hebben een nulmeting uitgevoerd over de inkopen en aanbestedingen over het jaar 2008 vanuit de vraag in hoeverre deze ais duurzaam zijn aan te merken. Uit deze nulmeting (uitgevoerd door Beco^) blijkt dat de gemeente Soest al heel goed op weg Is met Duurzaam Inkopen en Aanbesteden en zelfs veruit als beste scoort van de acht deelnemende gemeenten in het DUIK II project Overigens geeft dit geen enkele garantie voor scores voor de komende Jaren, aangezien de nieuwe meetmethode er van uit gaat dat aiieen aile aanbestedingen in enig kalenderjaar meetellen voor de score, leder begint dus elk jaar weer met een blanco score, In 2010 heeft de raad ook het Duurzaamheidsplan 2010 - 2014 aangenomen. Een belangryke ambitie van het Duurzaamheidsplan is dat"... onze organisatie in 2015 kllmaatneutraal Is en dat dit onder meer wordt bewerkstelligd door duurzaam Inkopen".
Ter ondersteuning van de gemeenten by het invoeren van duurzaam inkopen is een centrale rol weggelegd voor Agentschap.nl (voorheen SenterNovem). Agentschap.nl is het instituut dat de standaard criteria (eisen en wensen) t.a.v. duurzaamheid by aanbestedingen opstelt en beheert. Bij gemeente Soest zijn deze eisen en wensen per categorie voor iedereen toegankelijk op de Q-schijf
(Q!\Algemeen/Inkoop
en aanbesteding\Duurzaain inkopen\Critoria Agentschap nl).
Door de hier genoemde eisen by een aanbesteding toe te passen mag deze aanbesteding by monitoring als "duurzaam" worden gekenmerkt. Aangezien gemeente Soest streeft naar 100% duurzaam aanbesteden In 2015, is het uitgangspunt om de eisen van Agentschap.ni altijd toe te passen. De doorAgentschap.nl genoemde wensen mogen ook worden toegepast, maar zyn niet van invloed op het al dan niet kenmerken van de aanbesteding als "duurzaam" voor de monitoring. Argumenten voor een uitzondering op het hanteren van deze standaard werkwijze kunnen zyn: " (sterk) hogere prijs ■ beperkte beschikbaarheid van materialen Het staat gemeente Soest uiteraard vrij om aan bovengenoemde eisen en wensen nog eigen eisen en/of wensen toe te voegen. Dit beïnvloedt de duurzaamheidsmoniforing verder niet. De ervaringen van de afgelopen jaren (by gemeente Soest maar ook landelijk) laten zien, dat leveranciers al fors inspelen op de veranderende vraag van overheden en dit effect is nog groelendel Dat wil zeggen dat de leveranciersmarkt beïnvloedt kan worden door gezamenHjk de vraag te veranderenl). Alle aanbestedingen van de gemeente Soest hebben ais uitgangspunt, de eisen van duurzaam Inkopen, zoals verwoord door Agentschap.nl (SenterNovem) te hanteren In de aanbestedingsstukken. Elke uitzondering hierop dient vooraf de goedkeuring te hebben van het college van B&W. Hierdoor worden deze aanbestedingen volgens de landelijke monitor gekenmerkt als "duurzaam". De gemeente Soest voldoet op deze wijze aan de doelstellingen uit het Duurzaamheidsplan 2010 - 2014. Waarmogelijk worden ook de wensen, zoals verwoord doorAgentschap.nl (SenterNovem) gehanteerd ln de aanbestedingsstukken.
2.6 besluitvorming bij aanbesteding Wettelijk is bepaald dat blj Europese en nationale aanbestedingen nauwkeurig wordt aangegeven en gepubliceerd, welke keuzes by een aanbesteding zyn gemaakt. Daarby gaat het om inzicht in keuzes zoals: • wat is er nodig? • welke bedryven kunnen dat leveren? • welke voorwaarden stellen wy daarby? • voor hoelang gaan we een contract aan? • met welke andere gemeenten kunnen we samenwerken?
Eni<ele conclusies uit het Beoo-rapport 2009 (heeft betreiiidng op de aanbestedingen uit 2008): "gemeente Soest Imopt voor ongeveer 64% duurzaam in. "Kennis en beleid van duurzame Inkoop zijn in Soest uitstei<end geborgd, Zowel decentrale inkopers ais de inkoopadviseur zijn uitstekend op de hoogte van de mogeiijifheden van duurzaam Inkopen." "De houding ten opzioiite van duurzame inkoop in Soest is als positief te beschouwen. Dit geldt voor alle afdelingen." versie 2,9 16-12-2010
De transparantie van de keuzes brengt met zich mee dat het moeizaam zo niet onmogelyk is, om gedurende de aanbestedingsprocedure op eerdere keuzes terug te komen. Er is sinds 2004 in een veel sterkere mate sprake van juridisering van de aanbestedingstrajecten. Meer dan voorheen worden de essentiële keuzes, die by een aanbesteding spelen aan het begin van het aanbestedingstraject gemaakt. Bestuuriijke verantwoordelykheid voor de inkoopprocessen (niet de Inhoudelyke verantwoordelijkheid) ligt by de verantwoordelijke portefeuillehouder voor financiële zaken. De bevoegdheid tot het gunnen van werken, leveringen en diensten namens de gemeente is deels gemandateerd aan de directie en daarvandaan naar het afdelingshoofd. De inhoudelyk verantwoordelijke portefeuillehouder wordt altyd tijdens de voorbereidingsfase geïnformeerd over inkoopen aanbestedingsprocedures en de te maken keuzes hierin (b.v, financiële risico's, aangaan van verplichtingen). Tevens worden dan ook afspraken gemaakt over de rol van de portefeuillehouder tydens de uitvoering van de aanbesteding en de momenten waarop de portefeuillehouder wordt geïnformeerd over de voortgang, Uiteraard zal by de meeste aanbestedingen aan het eind van het aanbestedingstraject nog een formeel besluit van het college van B&W plaatsvinden. By de mandatering is gezocht naar de balans tussen de integrale verantwoordelykheid van de afdeling en de noodzakelijke functiescheidingen. Het vertrouwen en de mate van betrokkenheid vormen de basis by de mandatering. Het college gunt als hei een werk betreft van > €2.000,000; de directie gunt als het een opdracht betreft tussen >€500.000 - <€2.0O0.O00; het afdelingshoofd gunt als het een opdracht betreft <€500.000. Binnen een aanbestedingsprocedure kan voor effiency, doelmatigheid en tijdswinst gebruik gemaakt worden van het mandaatbesluit. Bestuuriyke verantwoordelykheid voor de inkoopprocessen (niet de inhoudelijke verantwoordelykheid) ligt blj de verantwoordeiyke portefeuillehouder voor financiële zaken. De inhoudelyk verantwoordelyke portefeuillehouder wordt altyd tijdens de voorbereidingsfase geïnformeerd over Inkoopen aanbestedingsprocedures en de im- en expliciete keuzes hierin, zoals de balans tussen de duurzaamheidscriteria en de mogeiyke meerkosten daarvoor. De bevoegdheid tot het gunnen van werken, leveringen en diensten namens de gemeente is vanuit het college deels gemandateerd aan de directie en daarvandaan naar het afdelingshoofd. Het college gunt als het een werk betreft van > €2.000.000; de directie gunt als hef een opdracht betreft tussen >€500.000 - <€2.000.000; het afdelingshoofd gunt ais het een opdracht betreft <€S00,000.
2.7 Sociale aspecten Gemeente Soest neemt deel In het Regionaal sociaal Werkvoorzieningsschap Amersfoort en omgeving (RWA). Om haar doelstellingen te venA^ezeniyken heeft het RWA een bedrijvengroep Amfors, waaronder diverse werkmaatschappijen hangen, zoals Mailfors, Cleanfors en Greenfors. By het aanbesteden van diensten bestaat de mogelykheid om een dienst alleen open te stellen voor WSW-bedrijven zoals de bedrijvengroep van Amfors. Hieraan worden dan wel bepaalde voorwaarden gesteld. De uitleg van deze voonA/aarden levert nogal eens interpretatieverschillen op en zyn dan ook regelmatig ondenwerp van een juridisch meningsverschil. Bovenstaande levert echter ook vaak de mogelykheid om blj het aanbesteden van een dienst rekening te houden met de deelname van gemeente Soest in RW/VAmfors door een opdracht direct quasi ln te besteden of alleen open te stellen voor WSW-bedryven. By aanbesteding van diensten, neemt gemeente Soest, waar mogelyk In ovenA/eging gebruik te maken van de optie om een dienst zodanig aan te besteden, dat deze alleen opengesteld wordt voor WSW-bedrijven. Naast bovenstaande mogelykheden overweegt gemeente Soest by elke aanbesteding van een dienst als mogelyk kwaliteitscriterium of extra kwaliteitspunten worden gegeven als bedrijven kunnen aantonen, datzy een extra inspanning leveren om mensen met een uitkering in dienst te nemen en te houden. Tevens vraagt Soest, waar mogelyk, by het aanbesteden van werken, aan aannemers naar hun bereidheid om cliënten van de afdeling Werk ervaring op te laten doen en deze vervolgens waar mogelijk daarna in dienst te nemen. versie 2.9 16-12-2010
10
3 Ervaringen met aanbevelingen "Aanbesteden Openbaar" ln 2006 heeft de rekenkamercommissie in opdracht van de Raad een onderzoek uitgevoerd naar de rechtmatigheid en doeimaligheid van de inkoop en aanbestedin.g by gemeenle Soest. Als resultaat van dit onderzoek zijn 18 aanbevelingen gedaan. De Raad heeft vervolgens in april 2006 besloten om deze 18 aanbevelingen over te nemen en is daarmee vastgesteld beleid. Begin 2008 is een onderzoek uitgevoerd door de rekenkamercommissie naar de opvolging van de overgenomen aanbevelingen. Uit dit vervolgonderzoek kwam naar voren dat by vier aanbevelingen nog geen volledige Implementatie had plaatsgevonden, In de navolgende periode zyn ook deze vier aanbevelingen in de organisatie geïmplementeerd. Onderstaand volgen nu de 18 aanbevelingen met daarby vermeld wat de status Is en wat de en/aringen in de afgelopen jaren zyn geweest. 1.
Het drempelbedrag voor nationaal aanbesteden van weri<en vast te stellen op € 500.000. Deze regel werkt sinds 2006, maar geeft naast praktische bezwaren ook een zekere onbalans tussen de grootte van de extra Inspanning en een mogelijk te behalen voordeel by nationaal openbaar aanbesteden. Op dit punt Is reeds dieper ingegaan by de behandeling van de Soester drempelbedragen in paragraaf 2,2.
2.
Met en/aringsdeskundigen uit de eigen regio bespreken wat de voor- en nadelen zijn van openbaar aanbesteden. Het is leerzaam voor Soesf om met en/aringsdeskundigen uit de eigen regio te bespreken wat de voor- en nadelen zijn van openbaar aanbesteden. Deze kennisuitwisseling kan er tevens toe bijdragen dat de benodigde aanpassing van de procedures voorde grotere weriien met minder Inspanning tot stand kunnen komen. in de afgelopen jaren is enkele malen besproken met buurgemeenten. De ambtelyke samenwerking met buurgemeenten wordt gezocht zodat planningen tijdig afgestemd kunnen worden. Dit biykt nuttig en leerzaam te zyn en soms ook daadwerkelyk te lelden tot een gezamenlyk aanbestedingstraject. Overigens heeft gemeente Amersfoort Inmiddels het drempelbedrag van € 100.000 voor het nationaal aanbesteden van werken verhoogd naar € 400.000.
3.
Opnemen van nacalculaties blj aanbestedingen van werken, zodat de grote afwijkingen tussen voor- en nacalculatie vergeleken kunnen worden. Dit is standaard onderdeel van het aanbestedingsdossier Inclusief verantwoording van verschil tussen directieraming en offerteprijs en tussen offerteprijs en uiteindelyke kosten. Dit werkt naar tevredenheid.
4.
Selectiecriteria opstellen voor opname van bedrijven op de groslijst voor weri<en. Dit is gebeurd en werkt naar tevredenheid (overigens alleen voor werken in de wegen-sector, incl. grond- en rioolwerken).
5.
Als sprake Is van een mogelijke Bibob toetsing als onderdeel van de aanbestedingsprocedure, dit vooraf vernielden in de stukken. Dit wordt gedaan, indien van toepassing, Overigens wordt vaker de mogelijkheid van toetsing door een VOG-rp verklaring vaker gehanteerd. Ook dit wordt vooraf vermeld in de stukken. Een VOG-rp verklaring is een schrifteiyke Verklaring Omtrent het Gedrag voor rechtspersonen, waarmee een rechtspersoon zyn integriteit kan tonen aan partners, bedrijven en overheden.
6.
Het Invoeren van een checklist voor dossiervorming. Dit is Ingevoerd en werkt naar tevredenheid en wordt ook gehanteerd by de rechtmatigheidcontroles,
7.
Onderscheid maken in selectie- en gunningcriteria In de standaardbestekken en betere en duidelijker selectiecriteria fonvuleren. Dit Is doorgevoerd en werkt naar tevredenheid. Steeds vaker wordt dit gehanteerd om een gescheiden selectie- en gunningsfase uit te voeren (werkbesparend voor zowel gemeente als aanbiedende partijen).
8.
Voor alle aanbestedingen een inschrijftermijn voor de leveranciers hanteren die overeenkomt met de regelgeving. Dit is ingevoerd.
9.
In de weriiwljze borgen dat In overeenstemming met het aanbestedingsbeleid aiie inliepen boven de €25.000 aan de Inimopadviseur worden gemeld. Dit Is ingevoerd en uit controle bHjkt dat dit goed wordt nageleefd.
10. De directieramingen in het aanbestedingsdossier archiveren en zichtbaar maken, inclusief meer- en mindenvert< en verklaring van afwijldngen. Dit is standaard onderdeel van het aanbestedingsdossier Inclusief verantwoording van verschil tussen directieraming en offerteprys en tussen offerteprijs en uiteindelyke kosten (zie ook punt 3). versie 2.9 16-12-2010
11
11. Het MT, College van B&Wende Raad een beslissing laten nemen over het wel of niet toepassen van de ARW 2005 In plaats van de UAR 2001. ARW2005 is in Soest standaard werkwijze, overigens blj nagenoeg alle Nederiandse gemeenten. Wel is gebleken dat er een spanningsveld Is ontstaan door het besluit van de Raad in 2005, op advies van de rekenkamercommissie, om de Algemene Inkoopvoorwaarden (AlV) van gemeente Soest verplicht te stellen by alle aanbestedingen (behoudens uitzonderingen). Blj het gebruik van de ARW2005 in combinatie met de AlV van gemeente Soest bHjken in specifieke gevallen overiappingen en tegenstellingen op te treden. Het is daarom goed om een specifieke AlV voor werken te maken als een samenvatting uit de algemene Soester AlV, waarin deze overiappingen en tegenstellingen zyn weggenomen, Een set Algemene Inkoopvoonvaarden specifiek voor wedden opstellen. De huidige Algemene Inkoopvoonvaarden dan beperi<en tot aanbestedingen van leveringen en diensten. 12. Voor de selectie van uit te nodigen leveranciers uit de groslijst duidelijke criteria vastleggen. De opgestelde lijst met uit te nodigen leveranciers opnemen in het dossier De criteria voor de selectie van leveranciers liggen vast en in 2010 heeft actualisering van de groslijst plaatsgevonden. 13. De taken van de concerncontroller zo snel mogelijk Invullen en continuïteit bieden voor de organisatie. De concerncontroller controleert jaariyks de rechtmatigheid van aanbestedingen. Vervolgens wordt dit weer gecontroleerd door de accountant. 14. Uitbreiding rol concern controller: uitvoerende werkzaamheden betreffende controle op aanbestedingen duidelijk hier neerleggen. Intern een jaarlijks terugkerend rechtmatlgheldonderzoek Invoeren op het gebied van aanbestedingen. Dit is ingevoerd (zie ook punt 13), 15. Het roulatiesysteem van lokale leveranciers bij gebruik van de groslijst uitbreiden naar de regio. Deze werkwijze Is inmiddels ingevoerd. 16. De betrokkenen bij dit onderzoek hebben In de reactie bij de wederhoor aangeven de hien/oor genoemde aanwijzingen over te nemen. Over bijvoorbeeld een halfjaar een vervolgonderzoek door de controller laten uitvoeren om dit vast te kunnen stellen. De implementatie van de aanbevelingen Is in 2008 ook getoetst door de rekenkamercommissie zelf, 17. Hef onderscheid aangeven tussen 1-A Diensten en 1-B Diensten en dlf beleid definitief vast laten stellen. Per 1-1-2006 is er geen verschil meer in de voorgeschreven drempelbedragen voor Europees aanbesteden van 1-A en 1-B diensten. Overigens heten deze diensten Inmiddels 1-A en 1-B diensten, in navolging van de Europese wetgeving, 18. Een structurele werkwijze invoeren bijvoorbeeld door begrotingsanalyse om Europese aanbestedingen van diensten op te sporen en het missen daan/an te voorimmen. Dit punt is direct Ingevoerd. Zowel jaariyks vooraf blj de samenstelling van de inkoopjaarplanning als door controles ln het financiële systeem. Overigens komt het niet of nauwelyks voor dat meerdere afdeling hetzelfde willen inkopen. Meer ervaringen met de aanbevelingen uit het rapport "Aanbesteden openbaar" zyn opgenomen in bijlage 1.
versie 2.9 16-12-2010
12
4 Beleidskaders inkoop en aanbesteding in voorgaande hoofdstukken is ingegaan op de wettelijke verplichtingen die gelden voor inkoop- en aanbestedingsprocedures en is er ingegaan op de ontwikkelingen op het gebied van de Inkoop- en aanbesteding sinds 2004. Daarnaast is er stilgestaan by de ervaringen die opgedaan zyn in het werken met de aanbevelingen zoals die gedaan zyn door de rekenkamercommissie in 2006. De conclusies die in de verschillende hoofdstukken zyn aangegeven, zyn in dit hoofdstuk samengebracht en vormen tezamen de beleidskaders voor het Inkoop- en aanbestedingsbeleid van de gemeente Soest. Het beleid rondom inkoop en aanbesteding als volgt omschreven: Het waarborgen van een hoge mate van Integriteit, doelmatigheid, efficiëntie en transparantie van de Inkoopfunctie van de gemeente Soest Het inkoop- en aanbestedingsbeleid wordt uitgevoerd binnen de volgende kaders: LSoest 2. 3.
volgt de Europese en nationale wetgeving ln haar Inkoop- en aanbestedingsprocedures.
Soest hanteert de Europese drempelbedragen In haar Inkoop- en aanbestedingsprocedures. De Interpretatie van de complexe Europese wet- en regelgeving leidt, onder invloed van Jurisprudentie, sneller tot Juridische procedures, Daarom zoekt de gemeente Soesf niet de grenzen van de wet op in een aanbestedingsprocedure en laat zich waar nodig adviseren dooreen gespecialiseerde aanbesfedlngsjurist De raad heeft in 2006 besloten de aanbevelingen uit het rapport "Aanbesteden openbaar" van de rekenkamercommissie over te nemen. ZIJ zijn daarmee vastgesteld beleid. Alle aanbevelingen zijn geïmplementeerd. Bestuuriijke verantwoordelijkheid voor de Inkoopprocessen (niet de inhoudelijke verantwoordelijkheid) ligt bij de verantwoordelijke portefeuillehouder voor financiële zaken. De inhoudelijk verantwoordelijke portefeuillehouder wordt altijd tijdens de voorbereidingsfase geïnformeerd over inkoop- en aanbestedingsprocedures en de lm- en expliciete keuzes hierin, zoals de balans tussen duurzaamheidscriteria en de mogelljl<e meeriiosfen daarvoor.
De bevoegdheid tot hef gunnen van werken, leveringen en diensten namens de gemeente Is vanuit hef college deels gemandateerd aan de directie en daarvandaan naar het afdelingshoofd. Het college gunt als het een weri< betreft van > €2,000.000; de directie gunt ais het een opdracht betreft tussen >€ 500.000 - <€2.000.000; hef afdelingshoofd gunt als het een opdracht betreft <€500.000. In Soest wordt een aanbesteding met een contractwaarde tof € 25.000 gemeld bij de inkoopadviseur. Aanbestedingen tussen €25.000 en €50.000 worden onderhands aanbesteed en aanbestedingen tussen €50.000 en € 1.000.000 kennen een minimaal aantal aan te vragen offertes. Wed<en met een geschat aanbesfedingsbedrag vanaf € 1.000.000,- worden nationaal aanbesteed. Voor aanbestedingen tussn € 500.000 en € 1.000.000 geldt dat minimaat 7 offertes moeten worden gevraagd. Afwijkingen op de Soester regels zijn aiieen mogelijk door een voorstel aan het college, waarbij de argumenten voor de afwjking van zowel de aanbestedende afdeling als dte van de inkoopadviseur worden venveld. In Soest gelden regels voor dossier-opbouw mef als belangrijkste doelstelling het fe allen tijde verantwoording kunnen afleggen over de gevolgde weriiwijze bij een aanbesteding.
versie 2.9 16-12-2010
13
JO. Een set Algemene Inkoopvoorwaarden specifiek voor weri<en opstellen. De Algemene Inkoopvoonvaarden dan beperken tot aanbestedingen van leveringen en diensten. 11. Alle aanbestedingen van de gemeente Soesf hebben als uitgangspunt, de eisen van duurzaam inkopen, zoals venvoord doorAgentschap.nl (SenterNovem) fe hanteren in de aanbestedingssfukken. Elke uitzondering hierop dient vooraf de goedkeuring te hebben van hef college van B&W. Hierdoor worden deze aanbestedingen volgens de landelijke monitor gekenmerkt als "duurzaam". De gemeente Soesf voldoet op deze wijze aan de doelstellingen uit hef Duurzaamheidsplan 2010 - 2014, Waarmogelijk worden ook de wensen, zoals venvoord doorAgentschap.nl (SenterNovem) gehanteerd ln de aanbestedingssfukken. 12. De rol en bevoegdheden van de Inkoopadviseur In Soest richten zich op de volgende onderwerpen: een zo goed mogelijke l<wallteit en daarbij zo scherp mogelijke prijzen; nalmming van wet- en regelgeving ta.v. Inkoop en aanbesteding; controle van de rechtmatigheid tijdens aanbesteding en hierop tijdig bijsturen; controle of de wetgeving ta.v. splitsen en samenvoegen van opdrachten wordt nageleefd en voorstellen ter verbetering doen; adviseren en informeren van de Inkopende afdelingen; opstellen en bewaken van een gemeentelijk inkoopjaarplan; bevorderen van samenwerking op gebied van Inkoop en aanbesteding. 13. BIJ aanbesteding van diensten, neemt gemeente Soesf, waarmogelijk in overweging gebruik fe maken van de optie om een dienst zodanig aan fe besteden, dat deze alleen opengesteld wordt voor WSW-bedrijven. Naast bovenstaande mogeliJI
versie 2,9 16-12-2010
14
5 Begrippenlijst Onderstaand worden begrippen verklaard, die anders wellicht tot verschillende Interpretaties kunnen leiden en/of een specifieke betekeniis hebben In het kader van overheidsaanbestedingen. Aanbesteden: Het proces dat vooraf gaat aan het verstrekken van een opdracht aan een derde voor de uitvoering van werken of de levering van diensten of producten. Dienst: Derichtiynomschrijft het begrip dienst of dienstverlening niet. Het is te beschouwen ais een restbegrip. Als het geen werk of levering is, is het een dienst. Bijvoorbeeld: accountantsdiensten, schoonmaakdiensten, verzekeringsdiensten etc. Inkoop: Alle handelingen van de gemeente waar een externe factuur tegenoverstaat. Levering: Onder levering wordt verstaan de aankoop, leasing, huur of huurkoop van producten. Indien de levering van producten bepaalde installatlewerkzaamheden met zich mee brengt, dan behoren de installatlewerkzaamheden tot de opdracht voor levering, NIet-dIscrimInerend; Geiyke behandeling blj geiyke functionaliteit, ongeacht merk, type, fabrikant, leverancier en land (binnen de EU). Objectief; Zonder enige vorm van partijdigheid. Proportioneel: Gestelde eisen en wensen in een rechtvaardige verhouding definiëren tot hetgeen van een leverancier wordt venA/acht (gestelde termijnen, boetebedingen, omzeteisen enz.) Raamovereenkomst; Een overeenkomst tussen een of meer aanbestedende diensten en een of meer ondernemers met het doel gedurende een bepaalde periode de voonA/aarden Inzake te gunnen overheidsopdrachten vast te leggen. Transparantie; Het stellen van heldere en duldelyke criteria voor selectie en gunning en het inzichtelijk maken van de aanbestedingsprocedure, zodat deze verifieerbaar is en op rechtmatigheid kan worden getoetst. Werk; Een product van bouw, dan wel wegenbouwkundige werken In hun geheel dat er toe bestemd is als zodanig een economische of technische functie te vervullen. By werken kan het gaan om de uitvoering van een werk of het geheel van ontwerp en uitvoering van een werk of het laten uitvoeren van een werk.
versie 2,9 16-12-2010
15
Bijlage 1 Ervaringen uit de organisatie met de aanbevelingen uit het rapport "Aanbesteden openbaar". Nr. 1
2
3
4
5
6
7
8
Omschrijving verlagen van het drempelbedrag voor nationaal aanbesteden van werken naar €500.000,-
Ervaring in de afgelopen jaren Dit speelt alleen binnen de afdeling Realisatie. Aangezien de meeste aanbestedingen onder de grens van € 500.000,biyven, is de ervaring hiermee niet zo groot. Maar de ervaring die hiermee is opgedaan, is niet onverdeeld positief. Bekend bij velen is de reconstructie van de Middelwykstraat. Hier hadden we te maken met een onbekende aannemer die slecht in de hand te houden was en waar soms byna dageiyks moest worden gewaakt en gecorrigeerd om de zaak in de hand te houden, (Zie in dit verband ook de opmerking over gemeente Amersfoort by de behandeling van aanbeveling 2 In par, 2,7).
De enkele keer dat we in de toekomst wel boven deze grens uitkomen, zullen vooraf en tydens de uitvoering zodanige maatregelen worden getroffen, dat ook onbekende aannemers in het gareel worden gehouden. Met ervaringsdeskundigen uit de eigen Ook de gemeenten uit de regio vinden het Europees of nationaal regio bespreken wat de voor- en aanbesteden van werken een stuk lastiger dan het Europees nadelen zyn van openbaar aanbesteden van diensten of leveringen. aanbesteden. Het is leerzaam voor Hoofdoorzaak daarvan is, dat by een dienst of een levering gemakkeiyker Soest om met en/aringsdeskundigen is vast te stellen of men voldoet aan de gestelde eisen, Tijdens de uit de eigen regio te bespreken wat de uitvoering van een werk gebeuren altyd onvoorziene zaken. En dan is het voor- en nadelen zyn van openbaar makkeiyker communiceren met een bekende party dan met een aanbesteden. Deze kennisuitwisseling onbekende, kan er tevens toe bydragen dat de Bovendien realiseert een bekende partij zich voortdurend, dat deze ook benodigde aanpassing van de voor de toekomst ln beeld wil biyven voor opdrachten. procedures voor de grotere werken met minder inspanning tot stand kunnen komen. De ervaring, dat hiermee een verklaring wordt gevonden voor aiwykingen Opnemen van nacalculaties bij aanbestedingen van werken, zodat de t.o.v. eerdere ramingen is op zich positief. Wel bHjkt dat die verklaringen grote afwyklngen tussen voor- en lang niet altyd kunnen worden doorgetrokken naar de toekomst. Zo komt nacalculatie vergeleken kunnen het regelmatig voor, dat een voordelig verschil (of soms ook een nadelig worden. verschil) vooral wordt verklaard door een forse projectkorting. En dat deze vooral afhankelijk Is van de omstandigheden van dat moment. Selectiecriteria opstellen voor opname De werking van de groslijst op zich Is prima, maar blijft beperkt tot de van bedrijven op de groslijst voor GWW-sector. Alle overige aanbestedingen -ook by werken- biyken werken. telkens weer een zodanige specialisatie te kennen, dat een groslijst daarvoor aan te leggen niet lonend is. Als sprake Is van een mogelyke Bibob Op zich werkt dit. Maar gelukkig hebben we nog geen echte hands-on en/aring, doordat tot nu toe nog geen gebruik Is gemaakt van een Bibob toetsing ais onderdeel van de onderzoek. Overigens is dit onderdeel inmiddels formeel opgenomen in aanbestedingsprocedure, dit vooraf de nota "Beleidsregels voor de toepassing van de Wet Bibob in Soest" vermelden in de stukken. De invoering hien/an is zeker positief en heeft al regelmatig geleid tot Het invoeren van een checklist voor "leermomenten" en tot uitbreiding van de checklist en aanscherping van dossiervorming. afspraken. Mede gezien het feit dat de wettelyke plicht op dit punt ook behoorlijk is Onderscheid maken in selectie- en aangescherpt, is de werking hIen/an geen punt van discussie, maar puur gunningcriteria in de een kwestie van verplichte naleving. standaardbestekken en betere en duidelyker selectiecriteria formuleren. Evenals blj aanbeveling 7 is dit een punt van verplichte naleving. Voor alle aanbestedingen een Inschrljftermyn voor de leveranciers hanteren die overeenkomt met de regelgeving.
versie 2.9 16-12-2010
16
Raadsvergadering Kenmerk Nummer voorstel Agendapunt Portefeuille
1 februari 2011 Griffle/775266 RV 11-11 10
Onderwerp: Wijziging tenaamstelling en benoemingen
Aan de gemeenteraad, Voorstel tot besluit 1. Instemmen met de wijziging van de tenaamstelling van Begeleidingscommissie politiesurveillanten in Klankbordgroep Veiligheid. 2, Over te gaan tot de benoeming van de heer M.K. van Geet In de Klanl
Soest, 3 februari 2011 Het Presidium van de gemeenteraad van Soest, de griffier, de voorzitter,
M. van Vliet MPM AA
A, Noordergraaf
Nr,
Omschrijving in de werkwijze borgen dat in overeenstemming met hef aanbestedingsbeleid alle Inkopen boven de 25.000 euro aan de inkoopadviseur worden gemeld. 10 De directieramingen in het aanbestedingsdossier archiveren en zichtbaar maken, Incl, meer- en mindenA/erk en verklaring van afwyklngen, 11 Het MT, College van B & W en de Raad een beslissing laten nemen over het wel of niet toepassen van de ARW 2005 In plaats van de UAR 2001, 12 Voor de selectie van uit te nodigen leveranciers uit de grosiyst duideHjke criteria vastleggen. De opgestelde lijst met uit te nodigen leveranciers opnemen in het dossier. 113 De taken van de concern controller zo snel mogeiyk invullen en continuïteit bieden voor de organisatie. 14 Uitbreiding rol concern controller: uitvoerende werkzaamheden betreffende controle op aanbestedingen duldeiyk hier neerleggen. Intern een jaariyks terugkerend rechtmatlgheldsonderzoek invoeren op het gebied van aanbestedingen. 15 Het roulatiesysteem van lokale leveranciers by gebruik van de groslijst uitbreiden naar de regio. 16 De betrokkenen by dit onderzoek hebben In de reactie by de wederhoor aangeven de hiervoor genoemde aanwijzingen over te nemen. Over bijvoorbeeld een halfjaar een ven/olgonderzoek door de controller laten uitvoeren om dit vast te kunnen stellen. Het onderscheid aangeven tussen 1-A 17 Diensten en 1-B Diensten en dit beleid definitief vast laten stellen. 18 Een structurele werkwyze invoeren bv. door begrotingsanalyse om Europese aanbestedingen van diensten op te sporen en het missen daarvan te voorkomen.
versie 2,9 16-12-2010
En/aring in de afgelopen Jaren Deze werkwyze heeft In de afgelopen jaren ertoe geleid dat een aantal malen moest worden geconcludeerd, dat men scherper had moeten redeneren by het bepalen wat de werkwijze had moeten zyn vanuit de regelgeving. Controle bHjft nodig, aangezien interpretatie hiervan lastig blijft. De en/aring hiermee is zeker positief, (zie ook antwoord op aanbeveling 3). Lering op basis van deze onformatie heeft een gunstig effect op de bewustwording. Geen enkele gemeente past nog een oudere versie dan ARW2005 toe.
Wordt tegenwoordig als automatisme uitgevoerd is nooit meer een discussiepunt.
Dit punt is niet besproken In het kader van deze nota.
Rechtmatlgheidscontrole scherpt het handelen door afdelingen verder aan, En hef gunstige gevolg daan/an is, dat de accountant in de afgelopen jaren niet of nauwelijks opmerkingen hierover had.
Dit wordt inmiddels nageleefd en levert geen problemen op.
Implementatie is door het nalevingsonderzoek van de rekenkamercommissie zelf In 2008 geconstateerd.
Dit is Inmiddels een wettelijk plicht.
ln de afgelopen jaren zyn geen misgelopen Europese aanbestedingen geconstateerd.
17
Raadsvergadering Kenmerk Nummer voorstel Agendapunt Portefeuille
17 februari 2011 Rulmte/757730 RV 11-09 11 Wethouder Witte
Onderwerp: Volkshuisvestelijke norm betaalbaar bouwen
Aan de gemeenteraad, Voorstel tot besluit 1) In te stemmen met het loslaten van de huidige randvoorwaardelijke norm voor betaalbaar bouwen voor toekomstige woningbouw In Soesterberg; 2) In te stemmen met het instellen van een nieuwe randvoorwaardelijke ondergrens van 20% betaalbaar bouwen waarbij aangetekend dat voor elk project wordt bekeken welk aandeel betaalbaar bouwen gewenst is; 3) In te stemmen met het handhaven van de grens van 4 0 % betaalbaar bouwen in de kern Soest. Inleiding Vanuit het oogpunt van optimalisatie is voor Apollo Noord gespeeld met de volkshuisvestelijke norm om te bezien welke voordelen dit kan opleveren. Daaruit ontstond de vraag welk effect de vigerende norm heeft op het huidige en toekomstige Soesterberg. Wanneer goed gekel<en wordt naar de huidige voorraad, de wensen ten aanzien van wonen en de specifieke doelgroepen waarvoor gebouwd gaat worden luidt het antwoord op die vraag 'een negatief effect'. Het zwaartepunt wat betreft de bouwopgave binnen de gemeente Soest ligt overduidelijk ln Soesterberg. Met de (her)ontwiklceling van Apollo-Noord, de vliegbasis, het dorpshart en Soesterberg-Noord wordt het dorp gerevitaliseerd en zal de nadruk heel sterk liggen op het toevoegen van kwaliteit en het versterken van de herkenbare Identiteit. De huidige voorraad en de bijbehorende leefomgeving vragen om een kwaliteitsimpuls welke alleen gerealiseerd l
-2 De toepassing van de norm op deze locatie gaat om bovenstaande reden zijn doel voorbij. De norm is ingesteld om differentiatie te bevorderen c q . zel<er te stellen. Op een locatie met relatief veel betaalbare woningen waar gebouwd wordt vanuit een groeigedachte en waar dus vestigers van buiten moeten worden getrokken is het niet voor hand liggend om de norm toe te passen. Ook moet ten aanzien van de volkshuisvestelijke norm in ogenschouw worden genomen dat de woningmarkt geen vast gegeven Is. De woningmarkt is zoals het woord al zegt een markt; l,e. afhankelijk van vraag, aanbod en andere factoren. De woningmarkt zit al enkele jaren in woelig water en Is aan vele veranderingen onderhevig. Zo is de markt op dit moment veel meer vraaggestuurd dan voorheen. De behoeften en wensen van consumenten hebben aan belang gewonnen en het is aan de markt om beter te luisteren naar wat consumenten willen. Een proces dat uiteraard als overheid alleen maar toe te juichen is. Door de mogelijkheid te bieden om te differentiëren, zorg je er als overheid voor dat er aan zoveel mogelijk verschillende behoeften voldaan kan worden. Dit heeft niet alleen positieve effecten op verkoopbaarheid, maar ook op bewonerstevredenheid op langere termijn en alles wat daar uit voortkomt (meer sociale betrokkenheid, meer fysieke betrokkenheid et cetera). Waar in Soesterberg Juist een oververtegenwoordiging van goedkopere woningen in een bepaald segment is en er sprake is van een grote nieuwbouwopgave Is dat in de kern Soest heel anders. Daar zien we juist dat een relatief groot deel van de woningen in het dure segment (boven € 400.000) vallen. Ook Is er daar zeker geen sprake van een grote opgave wat betreft nieuwbouw in het komende decennium. Dit maal
Een evenwichtige woningmarkt in Soest; Het creëren van een evenwichtig aantrekkelijk woon- en vestigingsklimaat in de gemeente Soest; Een grote mate van differentiatie bij toekomstige woningbouw In Soesterberg; Toevoegen van kwaliteit waar het woningen en woonomgevingen betreft.
Argumenten 1) De opgave In Soesterberg vraagt om het loslaten van de norm De kwantitatieve opgave in Soesterberg maakt het dat er veelal gebouwd wordt voor bulten, 2)
Differentiatie en verleggen zwaartepunt van eminent belang voor aantrekken vestigers Om aantrekkingskracht uit te oefenen op de zogenaamde vestigers is de aanwezigheid van een aantrekkelijk vestigingsklimaat met een grote mate van diversiteit van woningen van eminent belang.
3) Aandeel betaalbare woningen In Soesterberg is groot cq. aandeel dure woningen is klein Zoals ln bijgevoegde memo te lezen Is (zie bijlage), Is de huidige voorraad (grotendeels) relatief goedkoop. Enkel de categorieën twee-onder-een-kap en vrijstaand hebben bovengemiddelde prijzen. De meergezinswoningen en de rij- en hoekwoningen In Soesterberg kennen een gemiddelde waarde die beneden de gemiddelde woningwaarde in Nederland ligt en zeker beneden de gemiddelde woningwaarde in de regio. Voor een evenwichtige woningmarkt binnen de gemeente is het noodzal<elijk om het middeldure segment in Soesterberg te vergroten. Anders loop je kans op een tweedeling. 4)
Bestaande voorraad en bestaande woonomgeving zijn eenzijdig en l<walltatlef laagwaardig De huidige voorraad is zoals gezegd tamelijk eenzijdig (zie bijlage) en als gevolg daarvan draagt de voorraad niet bij aan een kwalitatief goed woonklimaat. Differentiatie In woningbouw en kwalitatief goede woningen zorgen in de regel vooreen kwalitatief goede woonomgeving.
5)
Pragmatische benadering biedt mogelijkheid om flexibel te zijn en in te spelen op trends Doordat er voor elk project afzonderlijk wordt gekeken naar de gewenste volkshuisvestelijke norm voor betaalbaar bouwen, kun je als gemeente flexibel zijn. Voor de opgave in Soesterberg geldt dat deze (zeer) gefaseerd gerealiseerd zal worden. In de tijd zullen voorkeuren veranderen en bepaalde
-3 ontwikkelingen zich voordoen, De pragmatische Insteek biedt de mogelijkheid om op leder moment een actuele visie neer te leggen aan de hand waarvan de norm bepaald kan worden. Dit draagt blj aan de evenwichtigheid van de woningmarkt in de gemeente Soest en garandeert kwaliteit. Voor de kern Soest is dit, gezien de beperkte (geplande) tevoegingen, niet aan de orde.
Kanttekeningen/risicobeheersing Het risico dat er zou zijn wanneer de norm volledig wordt losgelaten, is ondervangen door het instellen van een harde ondergrens. Deze ondergrens waarborgt de toevoeging van woningen in het goedkope segment waardoor er aan de vraag naar deze woningen voldaan kan worden; de bereikbare voorraad wordt op peil gehouden. Er wordt per project gekeken welke volkshuivestelijke norm gehanteerd wordt, met daarbij de aantekening dat in ieder geval de ondergrens wordt gehanteerd. Er wordt jaarlijks geëvalueerd of er voldoende betaalbare woningen zijn. Dit om tijdig blj te sturen in het geval dat er scheefgroei Is. Aanpak/uitvoering Indien u zich l
Ja
Soest, 3 februari 2011 Burgemeester en wethouders van Soest, de secretaris, de burgemeester,
A.R. Veenstra
A, Noordergraaf
Bijlage MEMO Opsteller: Betreft;
M. de Jongh Woningmarkt Soesterberg
In deze memo wordt de woningmarkt van Soesterberg beschreven aan de hand van het rapport 'De woningmarkt in Soesterberg' en recentere data en ontwikkelingen. Genoemd rapport is in het voorjaar van 2006 opgeleverd door onderzoeksbureau Quintis. Hetgeen In dit rapport is opgenomen, wordt geactualiseerd en bijgesteld met behulp van lokale data, het WoON 2009 van het Ministerie van VROM en overige informatie. KOOP
De huidige voorraad van de kern Soesterberg kan getypeerd worden in termen als eenzijdig, relatief goedkoop en relatief oud. Zoals ln onderstaande tabel is te zien, bestaat de voorraad in de koopsector vooral uit rij- en hoekwoningen (maar liefst 56%). Binnen deze categorie is eveneens bijzonder weinig differentiatie naar prijscategorie. Nagenoeg 8 op de 10 rij- en hoekwoningen hebben een waarde tussen de € 200.000 en € 300.000 en de gemiddelde waarde van een dergelijke woning bedraagt € 254.869. Wat verder opvalt is het bijzonder kleine aantal Muxere' c q . duurdere appartementen. Uit verscheidene onderzoeken ("Rood voor groen op Soestberg", WoON 2009, "De woningmarkt in Soesterberg") dat de vraag naar dit segment groter is dan het aanbod, Het merendeel van de meergezinswoningen bevindt zich In het goedkopere segment.^ Überhaupt Is er weinig aanbod wat betreft meergezinswoningen voor huishoudens die willen kopen. De gemiddelde waarde van een koopwoning ln Soesterberg bedraagt € 327.420. Wanneer je weet dat rij- en hoekwoningen gemiddeld € 254.869 waard zijn en meergezinswoningen gemiddeld € 173.168, dan is duidelijk dat de overige woningen een flinke waarde vertegenwoordigen. De gemiddelde waarde van de overige 486 woningen is € 539.727. De stap omhoog van rij- of hoekwoning naar 2-onder-l-kap of vrijstaand is aldus een grote.
Woninqvoorraad Soesterberq Eigendomspositie Woningtype Totaal Koop Huur 39 36 3 Appartement 85 0 85 Benedenwoning 95 6 89 Bovenwoning 555 378 177 Flat 2 Geschakelde woning 28 26 145 269 Hoekwoning 414 iVlaisonette 6 6 0 389 1.032 643 Rywoning 251 246 5 Twee-onder-een-kap-woning 15 Vrystaand 223 208 Totaal 2.728 1.617 1.111 Tabel 1 Woningvoorraad Soesterberg naar eigendomspositie (Bron WOZ waardering 2010)
* Een meergezinskoopwoning In Soesterberg kost gemiddeld € 173,168 (bron; WOZ 2010 gemeente Soest),
Huur Wat betreft de huursector kan gesteld worden dat exact de helft van de totale voorraad gerekend kan worden tot de zogenaamde bereikbare voorraad (woningen met een huur tot maximaal de 2^ aftoppingsgrens). Wanneer er rekening wordt gehouden met Huur op Maat is de bereikbare voorraad een stuk groter en bedraagt deze ruim meer dan de helft, namelijk 6 1 % van de totale voorraad huurwoningen. WoON 2009 (een door VROM geïnitieerd woningmarktonderzoek met gemeentelijke oversamplings) geeft aan dat er een aandachtsgroep in Soesterberg is welke 550 huishoudens telt. Volgens een telling van de corporaties (toegelaten Instellingen) in 2010 is het aantal bereikbare woningen 556, Daar zijn de woningen van particuliere aanbieders en van nieuwkomer Mitros nog niet in meegerekend. Er kan worden gesteld dat er op zijn minst spral<e Is van een evenwicht tussen aandachtsgroep en kernvoorraad.^ Er wordt ln dit onderzoek geen doorkijk gegeven naar de toekomst en daarmee dus ook niet naar de toekomstige vraag naar deze goedkope woningen in de huursector.
^ Daarbij moet verder aangetekend worden dat er voor de kern Soest een aanzienlijk overschot wat betreft de bereil
1
Woningvoorraad Soesterberg Eigendomspositie Totaai
Koop
Huur
Appartementen
39
36
3
Benedenwoningen
85
0
85
Bovenwoningen
95
6
89
Flatwoningen
555
177
378
Geschakelde woningen
28
26
2
Hoek- en eindwoningen
414
269
145
WVoningtype
6
6
0
Rijwoningen Twee-onder-een-kapwoningen
1.032
643
389
251
246
5
Vrijstaande woningen
223
208
15
2,728
1.617
Maisonettes
Totaal
1.111 1
Tabel 2 Woningvoorraad Soesterberg naar typologie (bron: WOZ waardering 2010) 1) 780 meergezlns = 29% van de totale voorraad; 2) 1948 grondgebonden, waarvan 1032 in rij = 53% van alle grondgebonden woningen; 3) en 74% van alle grondgebonden woningen kan onderverdeeld worden in rlJ- en hoekwoningen. 1
Woningvoorraad Soest Eigendomspositie Totaal
Koop
Appartementen
804
479
325
Benedenwoningen
246
35
211
WVoningtype
Bovenwoningen Flatwoningen
Huur
315
144
171
4.197
1.255
2.942
Geschakelde woningen
270
266
4
Hoek- en eindwoningen
1.700
1.290
410
128 1
188
60
Rijwoningen Twee-onder-een-kapwoningen
3.782
2.744
1.038
3.099
2.979
120
Vrijstaande woningen
2,216
2.169
Totaal
16.817
11.421
Maisonettes
47 5.396 j
Tabel 3 Woningvoorraad Soest naar typologie (bron: WOZ waardering 2010) 1) 5750 meergezlns = 34% van de totale voorraad; 2) 11067 grondgebonden, waarvan 3782 ln rIJ = 34% van alle grondgebonden woningen; 3) en 49% van alle grondgebonden woningen kan onderverdeeld worden in rij- en hoekwoningen.