10312568
!10312568!
NM 2015/13 ARBEID Beëindiging met wederzijds goedvinden. Exit-mediation. Betermelding in overleg met bedrijfsarts. Vaststellingsovereenkomst. p. 33 NM 2015/14 ARBEID Samenwerking. Communicatie. Vertrouwen. p. 34 NM 2015/15 FAMILIE Echtscheiding. Huwelijksgoederenregime. Toepasselijk recht. Investeringen in echtelijke woning. p. 36 NM 2015/16 FAMILIE Scheiding van tafel en bed. p. 40 NM 2015/17 OVERHEID/ARBEID Interne mediation. Overheid. Plichtsverzuim. Onvoorwaardelijk strafontslag. Exitmediation. p. 43
NM 2015/18 ZAKELIJK Vennootschap onder firma. Ontbinding. p. 44 NM 2015/19 ZAKELIJK Bestuurdersaansprakelijkheid. Faillissement. p. 47 NM 2015/20 ARBEID Verzuim. Verstoorde samenwerking. Ontbinding arbeidsovereenkomst. Cultuurverschil. p. 50 NM 2015/21 OVERHEID Geluidshinder evenementen en feesten. Parapluomgevingsvergunning. Handhaving vergunningsvoorschriften. p. 52 NM 2015/22 FAMILIE Echtscheiding. p. 55
Jaargang 2015 - aflevering 2 juni
T1b_NM_1502_lijm_V02.indd 1
6/15/2015 7:36:57 PM
Overige informatie Nederlandse Mediation is een uitgave van Wolters Kluwer Nederland B.V. Verschijnt 4 x per jaar. Nederlandse Mediation online: € 100,- per jaar (excl. btw), per gebruiker. Nederlandse Mediation online inclusief folio-tijdschrift: € 126,- per jaar (excl. btw), per gebruiker. Losse nummers prijs: € 30,- per aflevering.
Redactie Fred Schonewille (hoofdredacteur), Dirk-Jan Bender, Annet Draaijer, Eva Schutte, Marieke Zon
Secretaris van de redactie Paula Boshouwers, tel. 020 - 8203405, e-mail: paulaboshouwers@ reulingschutte.nl Uitgever Nicolai Duin, e-mail:
[email protected] Vaste medewerkers Toos Bik, Lia Bode, Harm van Gijssel, Liesbeth Gombert, Simone Kalff, Arthur de Kok, Fer Kousen, Joost Maassen, Nicole Kreté-Marres, Kornelie Oostlander, Aletta Renken, Kim Richel, Annette van Riemsdijk, Manon Schonewille, Alexandra Vester, Martine de Voort, Jacques de Waart, Nienke Wiersma, Heleen Witkamp Aanbevolen citeertitel: NM 2015/1 Missie en formule In Nederland worden veel conflicten en geschillen inmiddels via mediation beslecht. De vertrouwelijkheid die mediation kenmerkt brengt echter mee dat de resultaten daarvan onbekend zijn. Daardoor is er sprake van een leemte in de informatievoorziening die onwenselijk is. De praktijk maar ook het wetenschappelijk onderzoek en het onderwijs zijn ermee gediend om kennis te kunnen nemen van de resultaten die in mediation tot stand komen. Nederlandse Mediation (NM) wil deze leemte invullen door op consistente en gestructureerde wijze casuïstiek te behandelen, vergelijkbaar met jurisprudentietijdschriften. De mediations worden aangeleverd door professionele mediators werkzaam in de praktijk en geselecteerd en bewerkt door de redactie en het team van vaste medewerkers.
Abonnementenadministratie en productinformatie: Wolters Kluwer, Klantenservice, Postbus 23, 7400 GA Deventer, www. wolterskluwer.nl/klantenservice. Ook adres-/ naamswijzigingen kunnen d.m.v. een verbeterd adreslabel worden doorgegeven aan voornoemd adres. Abonnementen kunnen schriftelijk of per e-mail tot uiterlijk drie maanden voor het einde van de abonnementsperiode worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch met een jaar verlengd. Gebruik persoonsgegevens: Wolters Kluwer legt de gegevens van abonnees vast voor de uitvoering van de (abonnements-)overeenkomst. De gegevens kunnen door Wolters Kluwer worden gebruikt om u te informeren over onze relevante producten en diensten. Indien u hier bezwaar tegen heeft, kunt u contact opnemen met klantenservice. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en Wolters Kluwer geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor gevolgen hiervan. Alle rechten in deze uitgave zijn voorbehouden aan Wolters Kluwer Nederland B.V. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Wolters Kluwer. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van art. 16h t/m 16m Auteurswet jo. Besluit van 27 november 2002, Stb. 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (Postbus 3051, 2130 KB).
Anonimisering De bijdragen voor de publicatie Nederlandse Mediation worden geanonimiseerd aangeleverd door de redactie en door Wolters Kluwer verwerkt en gepubliceerd. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en Wolters Kluwer geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor gevolgen hiervan. In Nederlandse Mediation wordt gebruik gemaakt van geanonimiseerde, niet voor derden herleidbare, casus. De redactie behoudt zich het recht voor om tot personen herleidbare gegevens weg te laten, te wijzigen of te veralgemeniseren, zonder dat dit ten koste gaat van de essentie van de casus. De weergave van de overeenkomst De papieren uitgave van Nederlandse Mediation bevat alleen de relevante bepalingen van de overeenkomst. In de online uitgave zijn de volledige overeenkomsten raadpleegbaar. Deze overeenkomsten zijn te herkennen aan de decimale publicatienummers (bijv. NM 2015/4.1). In een aantal gevallen zijn de relevante bepalingen van de overeenkomst (papieren uitgave) en/of de volledige overeenkomst (online uitgave) helemaal niet opgenomen.
T1b_NM_1502_lijm_V02.indd 2
6/15/2015 7:36:58 PM
ARBEID
NEDERLANDSE MEDIATION
NM 2015/13 ARBEID Beëindiging met wederzijds goedvinden. Exitmediation. Betermelding in overleg met bedrijfsarts. Vaststellingsovereenkomst. Art. 7:900 BW Partijen: werkgever multinational en werkneemster op ondersteunende/secretariële functie Essentie De werkneemster, 58 jaar en 35 jaar in dienst van werkgever, heeft zich met spanningsklachten/burn-out ziek gemeld. De door de bedrijfsarts bevestigde arbeidsongeschiktheid duurt al enige maanden. De interventie mediation doorbreekt de patstelling waarin partijen zich bevinden. De constructieve houding van partijen en hun adviseurs draagt vervolgens bij aan een snelle en respectvolle oplossing. INHOUD MEDIATION Casus In de intakefase blijkt dat de medewerkster zich grote zorgen maakt om haar positie binnen het bedrijf. Zij heeft, na ruim 30 jaar dienstverband, een slechte beoordeling gekregen en ziet dit als een voorbode voor ontslag. Dit werkt ontregelend en leidt tot een langdurige ziekmelding en een impasse waarin partijen er niet in slagen op een goede manier met elkaar in gesprek komen over een oplossing. De werkneemster geeft verder aan dat zij zich niet meer ziet terugkeren in de organisatie. De manier waarop het beoordelingstraject is gegaan heeft haar diep gekwetst. Ook heeft zij het gevoel dat er in de verander(en) de organisatie iets anders van haar wordt verwacht dan dat zij kan bieden. Zij durft dit echter niet (als eerste) te zeggen, uit angst voor de mogelijke consequenties. De mediator vraagt de medewerkster of zij dit, onder de geheimhouding van de mediation mag delen met de werkgever, indien in de intake met de leidinggevende zou blijken dat de werkgever ook in de richting van afscheid nemen denkt. De werkneemster stemt daarin toe. In de intake met de leidinggevende blijkt dat ook hij van mening is dat afscheid nemen in de gegeven omstandigheden voor beiden de beste optie is. Hij geeft daarbij aan dat hij graag in overleg met de medewerkster wil kijken hoe dat afscheid op een goede en respectvolle manier vorm te geven. De mediator koppelt dit, met toestemming van de leidinggevende, via de advocaat van de medewerkster (die inmiddels in beeld is) terug aan de medewerkster. Het verschaffen van deze duidelijkheid blijkt een belangrijke stap in de mediation. Het daaropvolgende plenaire gesprek verloopt goed en snel, mede doordat beide partijen en de adviseurs zich constructief opstellen en denken vanuit de geïnventariseerde belangen. Door de werkgever wordt in eerste instantie een voorstel NM 2015/13
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 33
gedaan op basis van de (per 1 juli 2015 o.a. in ontbindingsprocedures geldende) transitievergoeding. De werkneemster doet een voorstel op basis van de kantonrechtersformule, met een neutrale C-factor. Na de caucus wordt van de kant van de werkgever aangegeven dat het belang van een goed en respectvolle afscheid zwaar weegt; de werkgever is bereid mee te gaan in het voorstel van de medewerkster. Dat de medewerkster niet in eerste instantie ‘het onderste uit de kan heeft gevraagd’, door bijvoorbeeld in te zetten op een hogere C-factor speelt daarin ook een rol. De medewerkster geeft verder aan dat de verkregen duidelijkheid, in de vorm van een regeling waarmee zij verder kan, maakt dat zij zich in staat voelt zich op korte termijn beter te melden. Afgesproken wordt de betermelding in overleg met de bedrijfsarts te doen en de vaststellingsovereenkomst ook pas tegen die tijd te tekenen. Afgesproken wordt dat de legal counsel en de advocaat van de medewerkster de regeling verder uitwerken, op basis van het in de mediation bereikte akkoord op hoofdlijnen en het door de mediator opgesteld eerste concept voor de vaststellingsovereenkomst. Partijen organiseren de ondertekening van de vaststellingsovereenkomst zelf. De mediator wordt op de hoogte gehouden en stuurt na ontvangst van de getekende overeenkomst het beëindigingsbericht. Belangen Bij het inventariseren van de belangen bleken deze zonder uitzondering gelijkgesteld te zijn. Voor de werkneemster was van groot belang dat zij duidelijkheid zou krijgen. De onduidelijkheid over haar toekomst bij de werkgever werkte fnuikend; zij werd daar letterlijk ziek van. Zij wilde werken aan haar herstel en weer aan het werk (thuiszitten was niets voor haar). Dit werd verder vertaald in de belangen: blik op de toekomst en “door kunnen”. Ook voor de werkgever was duidelijkheid belangrijk. Het niet in gesprek kunnen raken leidde tot stilstand. Beweging was nodig. Het goed zorgen voor haar werknemers, zoals de werkgever dat al van oudsher deed was ook belangrijk, voor beiden. Dit werd verwoord in: een waardig afscheid met respect voor het (lange) dienstverband dat er was. Dit was heel belangrijk voor de werkneemster die praktisch haar hele werkende leven bij de werkgever gewerkt had en zich daarvan een integraal onderdeel voelde (ze gebruikte zelf het woord familie). Ook was erkenning dat het afscheid moeten nemen voor de werkneemster moeilijk was, belangrijk. De betrokken leidinggevende begreep dit en liet dit tijdens de mediation ook merken, door dit expliciet te benoemen en door de manier waarop hij (onder)handelde.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
33
6/15/2015 7:29:39 PM
ARBEID
NEDERLANDSE MEDIATION
Resultaat De mediation heeft geresulteerd in een vaststellingsovereenkomst, waarmee beiden partijen, gegeven de wederzijdse belangen, op een goede manier door kunnen. Naast een regeling waarmee zij in financieel opzicht tevreden zijn, hebben partijen afspraken gemaakt over een goede afronding, afscheid, communicatie en referenties.
Verslaglegging Van de plenaire bijeenkomst heeft de mediator een beknopt (email) verslag gemaakt met als bijlagen foto’s van de flip-over met daarop de door partijen gezamenlijk geïnventariseerde belangen, de hoofdlijnen van de bereikte overeenstemming alsmede een concept vaststellingsovereenkomst. In het verslag heeft de mediator tevens de door partijen gemaakte procesafspraken verwoord inzake de betermelding door de werkneemster in overleg met de bedrijfsarts en de tussen partijen, de juristen en de mediator gemaakte afspraken over het vervolg.
Opmerkingen mediator Deze mediation is een voorbeeld van hoe in mediation een (al maanden bestaande) impasse kan worden doorbroken en daarmee een oplossing versneld kan worden. De veiligheid (lees: vertrouwelijkheid) van de mediation maakte het mogelijk dat partijen, in eerste instantie richting/ via de mediator en daarna over en weer, open durfden te zijn over hun wensen en belangen, waardoor zij op een constructieve wijze met elkaar in gesprek kwamen over een oplossing, hetgeen daarvoor niet voldoende lukte. Uit deze mediation blijkt verder dat niet onderschat moet worden hoe blokkerend het kan zijn als een van beide partijen of beiden hun werkelijke zorgen of wensen niet uitspreken. Dit speelt niet alleen bij partijen maar ook bij hun adviseurs/advocaten.
Duur De intakegesprekken duurden circa 1,0 uur (werkneemster), respectievelijk circa 0,5 uur (werkgever). De plenaire bijeenkomst duurde 1,5 uur. Tussen de intakes en het plenaire gesprek heeft de mediator telefonisch contact gehad met partijen over de insteek van de mediation. De totale doorlooptijd van de mediation was (desondanks) 3 maanden. Tussen de diverse afspraken zat steeds enkele weken (vanwege vakanties, zakenreis en volle agenda’s). Paula Boshouwers, ReulingSchutte te Amsterdam RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST
PROCES MEDIATION De hoofdlijnen van de door Partijen overeengekomen afspraken zijn de volgende: - einde met wederzijds goedvinden met inachtneming van de opzegtermijn; - vergoeding op basis van de neutrale kantonrechtersformule; - vrijstelling van werkzaamheden; - eindafrekening waarbij vakantiedagen worden geacht te zijn genoten; - budget voor afscheid; - vergoeding van advocaatkosten; - positief getuigschrift en referentie; - afspraken over communicatie en geheimhouding van de regeling De overeenkomst is ondertekend in april 2015.
Verwijzing door rechter Er is geen sprake van een verwijzing door de rechter. Na overleg met de medewerkster heeft de bedrijfsarts mediation voorgesteld. Co-mediation Er was geen sprake van co-mediation. De mediation is begeleid door één mediator. Achtergrond mediator De mediator is een gespecialiseerde full-time mediator, met ruime ervaring in het mediaten van arbeid- en samenwerkingeschillen, voormalig advocaat. Partijbegeleiders en andere betrokkenen De medewerkster werd in de intakefase bijgestaan door een vertrouwenspersoon (familielid) en in het vervolg van de mediation door een ervaren arbeidsrechtadvocaat. De werkgever werd in de intakefase vertegenwoordigd door de direct leidinggevende van de medewerkster. In de plenaire bijeenkomst schoof de interne legal counsel aan.
NM 2015/14 ARBEID Samenwerking. Communicatie. Vertrouwen. Partijen: Twee collega's
Intake/plenair/caucus Met iedere partij is één individueel intakegesprek gevoerd, vervolgens heeft één gezamenlijke bijeenkomst plaatsgehad, met één caucus, aan beide kanten.
34
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 34
Essentie De samenwerking tussen partijen verloopt al 8 jaar zeer moeizaam. Beide partijen communiceren niet (meer) tot nauwelijks op de werkvloer. De leidinggevende/directeur vindt dat er wat moet gebeuren omdat niet alleen de werknemers zelf, maar ook de collega’s hinder ondervinden van deze moeizame werkrelatie.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/14
6/15/2015 7:29:40 PM
NEDERLANDSE MEDIATION
ARBEID
INHOUD MEDIATION
gen. Er wordt weer gelachen op de werkvloer. Beiden gaan weer met plezier naar het werk.
Casus In 2008 is werkneemster X in dienst getreden bij bedrijf A. Door de toenmalige directeur zijn werkneemster X gouden bergen beloofd in de zin van haar te vervullen functie. Na het vertrek van de toenmalige directeur is werkneemster X toegevoegd aan het secretariaat. Daar is zij in haar ogen niet hartelijk ontvangen. Bovendien werd er in haar ogen veel gekletst op het secretariaat, waardoor zij zich slecht kon concentreren. De nieuwe directeur heeft haar daarom een eigen kamer gegeven. In de ogen van werkneemster Y was dit een hele vreemde actie. De nieuwe directeur had immers aangegeven dat werkneemster X zou worden toegevoegd aan het secretariaat in verband met de werkdruk. Werkneemster X en Y zijn twee totaal verschillende typen, zoals zij zelf met de mediator bespreken. Werkneemster X is regelmatig depressief en is zeer gevoelig voor letterlijk alles wat werkneemster Y tegen haar zegt en/of vraagt. Werkneemster Y is recht door zee en begrijpt regelmatig niet wat er in de reactie van werkneemster X gebeurt. Zij bespreekt vanaf enig moment alleen het hoognodige met X. Door de actie reactie van beide werkneemsters verslechtert de communicatie en de samenwerking. Werkneemster X heeft hier meer last van dan werkneemster Y. In ieder geval is de directeur er klaar mee. Hij wordt regelmatig aangesproken door X en Y omdat zaken niet soepel verlopen. Reden om mediation op te starten.
Opmerkingen mediator In deze mediation bleek al tijdens de voorgesprekken dat beide werkneemsters veel vooroordelen hadden over de ander. Werkneemster Y had de indruk dat X zich verheven voelde boven Y. Werkneemster X was niet gecharmeerd van de toon waarop zij door Y steeds werd aangesproken. Werkneemster Y werkte samen met twee andere collega’s op het secretariaat en werkneemster X zat in haar kamer alleen vanwege concentratieproblemen en voelde zich steeds eenzamer worden. PROCES MEDIATION Verwijzing door rechter Verwijzing via een arbodienst. Co-mediation Nee, de mediation is begeleid door één mediator. Achtergrond mediator Jurist en 14 jaar ervaring als arbeidsmediator. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Er waren geen andere betrokkenen. Intake/plenair/caucus Begin november 2014 vonden de intakegesprekken plaats. De drie gezamenlijke bijeenkomsten, waarvan een in aanwezigheid van de directeurleidinggevende hebben in de periode van eind november tot half december 2014 plaatsgevonden. Het evaluatiegesprek eind februari 2015.
Belangen Herstel communicatie, samenwerken en vertrouwen. Uit de voorgesprekken blijkt dat beiden elkaar weer serieus willen nemen. Beiden willen met plezier naar hun werk. Beiden willen een goede sfeer. Resultaat Allereerst is er in twee bijeenkomsten alles besproken wat de deelnemers aan het mediationtraject aan elkaar kwijt wilden. Er is gehuild en geschreeuwd. De mediator constateerde dat de werkneemsters beiden niet goed wisten wat de ander bedoelde, zei, hoorde en begreep. De mediator gaf als huiswerkopdracht voor de volgende gezamenlijke bijeenkomst mee om o.a. een gebruiksaanwijzing te schrijven over zichzelf. Dit bleek het kantelpunt te zijn in het mediationtraject. Beiden kregen inzicht in hoe om te gaan met de ander. Deze gebruiksaanwijzingen en alle verdere gemaakte afspraken zijn vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst, die door partijen ondertekend is. Na 3 maanden heeft een evaluatie plaatsgevonden. X en Y kunnen goed samenwerken. Communiceren helder met elkaar en hebben veel aan de gebruiksaanwijzin-
NM 2015/14
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 35
Verslaglegging Er heeft geen verslaglegging plaatsgevonden. Duur 12 uren. Simone Kalff, Confluent RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST Uitgangspunten: - Beiden gaan uit van de beste bedoelingen van elkaar. - Beiden communiceren op een rustige normale manier met elkaar. - Beiden houden rekening met elkaar. - Beiden luisteren naar elkaar. - Beiden letten op de toon waarop ze elkaar aanspreken. - Beiden nemen elkaar serieus. - Beiden proberen in de schoenen van de ander te gaan staan om zo de ander beter te begrijpen.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
35
6/15/2015 7:29:40 PM
FAMILIE -
-
NEDERLANDSE MEDIATION
Als de een de ander niet begrijpt, spreekt die de ander aan en zegt wat het met je doet. Dit doen beiden direct om te voorkomen dat zaken blijven hangen en leiden tot onbegrip. Beiden streven hetzelfde belang na, namelijk dat het goed loopt op het werk. Beiden betrekken elkaar bij belangrijke zaken. Beiden overleggen vaker met elkaar. Beiden delen gezamenlijk de verantwoordelijkheid voor het goed lopen van de te verrichten werkzaamheden.
Belgische notaris in een notariële akte het Belgisch huwelijksvermogensrecht van toepassing verklaard nadat ze getrouwd waren en voordat zij hun Belgische woning hadden aangekocht. De man en de vrouw hebben ieder eigen geld geïnvesteerd in de aankoop en verbetering van de eigen woning. Er is waarschijnlijk sprake van onderwaarde van deze echtelijke woning. De man is financieel in staat om de woning over te nemen en te blijven bewonen na de echtscheiding, de vrouw niet. INHOUD MEDIATION
Afspraken: - X benadert Y als een gelijke collega en verwacht van Y, dat zij normaal antwoord geeft en op een rustige toon zaken vraagt of bespreekt. Dan kan X ook normaal antwoord geven. - Y stelt zich opener op, let op haar toon en heeft geen oordeel over X. X heeft ook geen oordeel over Y. Denk hierbij aan ANNA: Altijd Nagaan, Niets Aannemen. - X zal Y op een rustige toon benaderen, i.p.v. op een belerende toon of i.p.v. als een schooljuf. Y kan X aanspreken als zij dit oude gedrag weer ervaart. X geeft aan dat als Y dit heel rustig doet en een beroep doet op X even wat minder door te draven, dit een positief effect kan hebben. - Y zal X meer betrekken bij zaken het werk aangaande. In ieder geval zal Y werkneemster X niet meer negeren. - Y zal wat meer tekst gaan gebruiken en X wat minder tekst. - Beiden informeren elkaar bij afwezigheid. Elke maandag bespreken beiden de aan- en afwezigheid. X geeft bovendien aan Y direct te informeren en niet achteraf. - Beiden lopen vaker bij elkaar binnen en zijn sociaal geïnteresseerd. - X geeft aan beter te willen luisteren en meer ruimte bij de ander te laten. - Meningsverschillen mogen. Enige onderbouwing van beide kanten zal helpen. Als je elkaar toch niet kan vinden, helpt het om los te laten. De ander wordt er niet op afgerekend.
NM 2015/15 FAMILIE Echtscheiding. Huwelijksgoederenregime. Toepasselijk recht. Investeringen in echtelijke woning. Art. 1:100 ev. BW/IPR Partijen: man en vrouw Essentie De vrouw wil na een kinderloos huwelijk van iets meer dan 3 jaar scheiden. Partijen hebben de Nederlandse nationaliteit, zijn in Nederland getrouwd, maar wonen in België en hebben bij een 36
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 36
Casus De man en de vrouw zijn kort na hun eerste ontmoeting verliefd geworden op elkaar. Ze hebben in de ander de liefde van hun leven gevonden en houden nog steeds van elkaar. Ze zijn nog relatief jong. Ze zijn in Nederland getrouwd en hebben daarna samen een huis gekocht in België – iets wat in de grensstreek niet ongebruikelijk is – en daar ieder al hun spaargeld ingestoken om het tot een ‘klein paleisje’ te maken. Op aanraden van vrienden zijn ze bij de notaris geweest en hebben in een akte het Belgische huwelijksvermogensrecht van toepassing verklaard. Partijen kunnen de achtergrond van deze door hen gemaakte keuze echter niet meer terughalen. De echtelieden zijn iets meer dan drie jaar gehuwd, hebben geen kinderen en de vrouw heeft aangegeven te willen scheiden. De man is een echte goedzak maar heeft ook een bijna onbedwingbare drang op internet betaalsites te bezoeken, iets waar de vrouw emotioneel niet meer tegen kan: het is voor haar net of ‘de deur altijd open staat’ en er ongemerkt vreemden hun leven binnen komen. Daarbij kost het bezoeken van deze websites veel geld. De vrouw vindt een echtscheiding verschrikkelijk maar heeft ingezien dat ze voor zichzelf moet kiezen om geestelijk gezond te blijven en dat scheiden helaas de enige reële optie is. De man wil beslist niet scheiden maar kan zichzelf ondanks zijn goede intenties niet veranderen en berust er uiteindelijk in dat een scheiding onvermijdelijk is. Tijdens de mediation staat een aantal vragen centraal: welk huwelijksvermogensrecht is van toepassing – het Nederlandse of dat van België –, hoe moet het met de echtelijke woning en hoe zit het met het spaargeld dat door elk van beiden in deze woning is geïnvesteerd? Aangezien de man en de vrouw beiden de Nederlandse nationaliteit hebben is de Nederlandse rechter bevoegd maar gezien het feit dat de echtgenoten in België wonen, komt ook de Belgische rechter bevoegdheid toe. Partijen maken vrij snel duidelijk dat zij liever naar Nederlands recht in Nederland willen scheiden en aldus wordt besloten.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/15
6/15/2015 7:29:40 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
In België kent men geen vaststelling van een WOZ-waarde waardoor enige objectief vastgestelde indicatie van de waarde van het huis ontbreekt. Partijen moeten derhalve hetzij zelf de waarde van de woning in onderling overleg vaststellen, hetzij deze laten taxeren. De man heeft de bank in België benaderd waar partijen hun hypotheeklening hebben afgesloten, met de vraag of hij in staat is om deze lening alleen voort te zetten en daarmee het aandeel in de eigendom in de woning van zijn vrouw over te nemen. De vrouw wil sowieso terug naar Nederland en overweegt niet om het aandeel in de woning van de man over te nemen. De bank heeft de man verteld dat hij met zijn huidige inkomen weliswaar de hypotheeklening alleen zou kunnen dragen, maar dat hij verder nog slechts € 6.000,extra zou kunnen lenen. De vrouw heeft geen geld en kan de man daardoor niet haar aandeel in een eventuele onderwaarde van het huis uitbetalen in het geval dat de man het huis zou willen overnemen. De man en de vrouw hebben ieder € 7.500,eigen geld in de woning gestoken en hebben verder ‘elke cent’ die ze maandelijks van hun inkomen overhielden in het huis geïnvesteerd voor verbetering van de woning. Daarnaast hebben ze nog een negatief saldo van € 3.000,- op een bankrekening, welk geld gebruikt is voor de aanschaf van terrastegels en mazout (stookolie). De inrichting die ze samen hebben gekocht is op maat voor de woning uitgezocht. De vrouw gaat veel kleiner wonen en zal slechts enkele meubelstukken kunnen meenemen. De vrouw zou mogelijk een bescheiden recht kunnen hebben op een bijdrage in haar levensonderhoud van de man, maar zij ziet daar in de gegeven omstandigheden van af. De echtgenoten doen over en weer geen aanspraak op het verevenen van de tijdens het huwelijk opgebouwde ouderdomspensioenrechten, gezien de korte duur van hun huwelijk. Belangen De man heeft te kennen gegeven graag in de woning te willen blijven wonen en er verder voor te willen zorgen dat zijn vrouw een goede start kan maken in Nederland. De vrouw heeft ingebracht dat het voor haar belangrijk is om schuldenvrij te kunnen starten en daarnaast een geldbedrag mee te krijgen voor de inrichting van haar nieuwe (huur)woning in Nederland. Resultaat Partijen kiezen ervoor in Nederland te scheiden naar Nederlands huwelijksvermogensrecht, hetgeen meebrengt dat door hen de wettelijke gemeenschap van goederen van toepassing wordt verklaard. Daarnaast stellen ze vast dat de echtelijke woning een waarde vertegenwoordigt die NM 2015/15
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 37
gelijk is aan de openstaande hypotheekschuld en er daardoor geen sprake is van een over- of onderwaarde van deze woning. Partijen hebben verder de volgende concrete afspraken met elkaar gemaakt: - ieder draagt de helft van het negatieve banksaldo ad € 3.000,- ; - de man geeft de vrouw het bedrag ad € 6.000,- mee dat hij nog bij de bank kan lenen, bij wijze van overnamesom van het aandeel van de vrouw in de meubels die achterblijven in de voormalige echtelijke woning; - de man neemt de kosten van het overschrijven van de eigendom van de woning voor zijn rekening (in België moet men in een geval als het onderhavige overdrachtsbelasting en ereloon van de notaris betalen ter hoogte van ongeveer € 4.000,-); - de vrouw ziet af van partneralimentatie en pensioenverevening; - de vrouw ziet af van haar investering in de woning ad € 7.500,- en overige investeringen in de verbetering van de woning; - de vrouw ziet af van de verkoopopbrengsten van terrastegels en dergelijke die nog over zijn en verkocht zullen worden. Opmerkingen mediator Partijen zijn zeer emotioneel tijdens het eerste gesprek. De eerste vraag die zich voordoet is, gezien de situatie, of partijen wel zeker weten dat ze willen scheiden. Is de scheidingsmelding wel duidelijk gedaan? Nadat beiden hun relaas hebben gedaan vraagt de mediator de vrouw de man aan te kijken en hem duidelijk te zeggen dat zij hun huwelijk echt wil beëindigen. De man huilt, maar bevestigt dat hij het begrijpt en stemt ermee in te gaan praten over de afwikkeling van de scheiding. In de loop van het proces is er nog een moment waarop blijkt dat de vrouw zich zorgen maakt over zowel haar eigen financiële positie – met het oog op de hoge kosten die ze straks zal hebben nu ze opnieuw moet starten –, als over haar aanstaande ex-echtgenoot, omdat ze zich afvraagt of hij wel goed voor zichzelf zal kunnen zorgen in financiële zin gezien het feit dat zij altijd de financiën deed. Na een interventie van de mediator wordt de vrouw duidelijk dat zij dit zal moeten loslaten omdat dit een van de consequenties van de scheiding is. De man begrijpt dat zijn vrouw er niet op uit is het onderste uit de kan te halen maar oprecht bezorgd is. Vervolgens zijn de echtelieden in staat om financiële afspraken te maken.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
37
6/15/2015 7:29:40 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
PROCES MEDIATION Verwijzing door de rechter Het betrof in casu een mediation waarvoor de echtgenoten de mediator op eigen initiatief hebben benaderd, via haar website. Co-mediation Er is geen co-mediator betrokken geweest bij deze scheidingsmediation. Achtergrond mediator De mediator is jurist en werkt zelfstandig vanuit een notariskantoor. Zij is ACB Legal Mediator en IMI certified family mediator. Partijbegeleiders en andere betrokkenen De echtgenoten hebben geen eigen adviseurs ingeschakeld en er zijn evenmin andere derden betrokken geweest bij deze mediation, behoudens de door de mediator ingeschakelde advocaat die het verzoekschrift tot echtscheiding op gemeenschappelijk verzoek van de echtgenoten heeft ingediend bij de rechtbank. Intake/plenair/caucus De mediation is aangevangen met een gezamenlijk intakegesprek waarin informatie over mediation is verstrekt en de werkwijze van de mediator aan de orde is geweest. Vervolgens hebben uitsluitend gezamenlijke mediationgesprekken plaatsgevonden. Verslaglegging De mediator heeft geen verslagen gemaakt. De achtergrond hiervan is dat zij in deze zaak voor een vooraf overeengekomen vast bedrag heeft gewerkt en verslaglegging geen onderdeel uitmaakt van dat pakket; wel zijn via email afsprakenlijstjes toegestuurd aan de cliënten. Duur Er hebben na het intakegesprek in totaal drie gesprekken plaatsgevonden die elk ongeveer twee uren hebben geduurd. De mediation is in een periode van een kleine twee maanden afgerond. mr. C. (Lia) Bode, Team Notarissen/Scheiden met je hart RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST CONVENANT De ondergetekenden 1. “de vrouw” 2. “de man” In aanmerking nemende dat de man en de vrouw hun afspraken willen vastleggen inzake de beëindiging van hun huwelijk.
38
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 38
Voor het geval tussen partijen de echtscheiding wordt uitgesproken en de beschikking zal worden ingeschreven in het huwelijksregister hebben de partijen de gevolgen van hun scheiding op de hieronder omschreven wijze met elkaar geregeld. Ten aanzien van de vermogensrechtelijke aspecten van dit convenant heeft die regeling het karakter van een vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:900 e.v. BW. Ter beëindiging en/of ter voorkoming van onzekerheid of geschil omtrent hetgeen dan tussen partijen rechtens geldt, verklaren zij het volgende met elkaar te zijn overeengekomen en tussen hen bindend vast te stellen. 1. Persoonsgegevens (…) 2. Vermogensrecht Het huwelijk is gesloten in de wettelijke algehele gemeenschap van goederen naar Nederlands huwelijksvermogensrecht. De man en de vrouw stellen vast dat zij thans ook willen scheiden naar Nederlands vermogensrecht. 3. Duurzame ontwrichting (…) 4. Partneralimentatie De man en de vrouw doen uitdrukkelijk afstand van elk recht om voor hun levensonderhoud nu of later van elkaar partneralimentatie te vorderen. De man en de vrouw erkennen op het belang en de gevolgen van dit ‘nihilbeding’ te zijn gewezen, zich daarvan bewust te zijn en de gevolgen daarvan te accepteren. De man en de vrouw zullen op voormeld nihilbeding niet terugkomen, ook niet op grond van gewijzigde omstandigheden. In overeenstemming met het bepaalde in artikel 1:159 BW is daarom, behalve in de hierna genoemde gevallen, geen wijziging van het nihilbeding mogelijk. Op deze manier willen de man en de vrouw bereiken dat de man en de vrouw van elkaar weten waar de man en de vrouw ook in komende jaren aan toe zijn. De man en de vrouw zijn echter bekend met het bepaalde in genoemd artikel 1:159 leden 2 en 3 BW, alwaar met betrekking tot het beding van niet-wijziging een vervaltermijn is opgenomen en de rechter, op grond van redelijkheid en billijkheid, bij ingrijpende wijziging van omstandigheden een bevoegdheid tot wijzigen is verleend. 5. Eigen woning De man en de vrouw zijn gezamenlijk eigenaar van het registergoed. Dit registergoed werd hun eigendom door levering aan hen samen ieder voor een onverdeeld gelijk gedeelte.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/15
6/15/2015 7:29:40 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
De man en de vrouw hebben een geldlening, waarvoor het registergoed als voormeld met hypotheek werd bezwaard en waarvoor de man en de vrouw samen, voor gelijke delen, en jegens de bank hoofdelijk aansprakelijk zijn. De leenschuld bedraagt thans in hoofdsom € 285.624,00. De rente is in het verleden door de man en de vrouw samen voldaan, uit het beschikbare inkomen, als kosten van de huishouding. De man en de vrouw hebben de waarde van de woning in het economisch verkeer in onderling overleg vastgesteld op € 285.000,00. De man zal de woning van de vrouw overnemen. De vrouw en de man zullen de eigendomsakte en de hypotheekakte op naam laten stellen van de man, waarbij de vrouw uit haar hoofdelijkheid voor de hypotheek wordt ontslagen. De kosten van de notariële akte voor de wijziging van de eigendom van de huidige woning aan de man worden gedragen door de man. De man heeft het gebruiksrecht van de woning vanaf het moment dat de vrouw de echtelijke woning verlaat. De man zal de volledige woonlasten voor zijn rekening nemen vanaf 1 mei 2015, waaronder de hypotheeklasten, GWE en verzekeringen. De man vrijwaart de vrouw voor alle aansprakelijkheden terzake. 6. Toedeling De man en de vrouw hebben als peildatum de datum van indiening van het verzoekschrift gekozen. Aan de man worden toegedeeld de navolgende baten: - de bij hem in gebruik zijnde auto en de bijbehorende no-claimrechten. De man zal de bijbehorende schadepolis en premieverplichtingen overnemen inclusief eventuele achterstallige premiebetalingen. - de op zijn naam staande bankrekeningen: x x - de helft van saldo van de volgende bankrekening: x saldo -€ 3.312,37. De man zal het negatieve saldo in de maanden mei en juni aanzuiveren tot een bedrag van -€ 1.656,18. De man zal de volgende bankrekeningen op zijn naam laten zetten en voortzetten: (…) (…) Onder de verplichting van de man de schulden die op zijn naam en/of door zijn toedoen zijn ontstaan en nog zullen ontstaan, te voldoen. NM 2015/15
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 39
Aan de vrouw worden toegedeeld de navolgende baten: - de bij haar in gebruik zijnde auto en de bijbehorende no-claimrechten. De vrouw zal de bijbehorende schadepolis en premieverplichtingen overnemen inclusief eventuele achterstallige premiebetalingen - de op haar naam staande bankrekeningen: (…) (…) Onder de verplichting van de vrouw de schulden die op haar naam en/of door haar toedoen zijn ontstaan en nog zullen ontstaan, te voldoen. De man en de vrouw verklaren over en weer dat er geen verdere schulden en/of bezittingen bekend zijn. Voor zover er toch nog schulden en/of bezittingen blijken te bestaan worden die toebedeeld aan de partij die ze heeft aangegaan of verworven, tenzij aangetoond wordt dat de partij op wiens/wier naam deze schuld staat van het bestaan niet heeft kunnen weten. In dat geval zal de schuld alsnog voor rekening van beide partijen komen. Spaartegoeden De man en de vrouw zullen onverkort meewerken bij de wijziging van de tenaamstelling van spaarrekeningen. 7. Belasting De belastingteruggave over 2014 zal door de man en de vrouw bij helfte worden gedeeld. De belastingaangifte 2015 van zowel de man als de vrouw zal worden verzorgd door (…) 8. Inboedel De man en de vrouw hebben de inboedel van de echtelijke woning in onderling overleg verdeeld. De man en de vrouw zullen onverkort meewerken aan de levering van de inboedel aan de andere partner en bij het uitvoeren van de afspraken in het kader van de boedelverdeling. Nadat alle afspraken hieromtrent zijn uitgevoerd verklaren de man en de vrouw dat de inboedel is verdeeld. De man zal de vrouw € 6.000,00 betalen voor de inboedel die in de echtelijke woning blijft staan. Dit bedrag zal de man uiterlijk 1 maand nadat de echtscheiding is ingeschreven in het huwelijksregister is ingeschreven overmaken naar een nader door de vrouw aan te duiden bankrekening. Bij te late betaling is de man de wettelijke rente over het bedrag verschuldigd zonder dat een ingebrekestelling nodig is, en bovendien voor elke dag dat de betaling uitblijft nadat vijf dagen na verzending van een schriftelijke aanmaning zijn verstreken, een boete van € 100,- (éénhonderd euro) per dag, onverminderd alle de gerechtigde
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
39
6/15/2015 7:29:40 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
overigens ter beschikking staande rechtsmiddelen.
15. Toepasselijk recht Op dit convenant is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.
Uitvoering (…)
16. Slotbepaling De man en de vrouw verbinden zich deze overeenkomst noch geheel, noch gedeeltelijk te zullen (laten) ontbinden op grond van enigerlei tekortkoming in de nakoming daarvan. Nakoming zal steeds gevorderd kunnen worden, al dan niet met schadevergoeding.
9. Ouderlijke boedel De man en de vrouw zijn volgens hun opgave niet gerechtigd in een onverdeelde ouderlijke boedel, met als gevolg dat de gemeenschap niet een dergelijk erfdeel omvat. Indien een familielid van de man of de vrouw komt te overlijden voordat de echtscheiding is ingeschreven in het huwelijksregister en er sprake is van een erfenis zal deze erfenis geen deel uitmaken van de gemeenschappelijke boedel en niet verrekend worden tussen de man en de vrouw. 10. Pensioen Volgens opgave van de man en de vrouw bestaan er pensioenaanspraken waarop de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding van toepassing is. De man en de vrouw doen bij deze afstand van hun recht op het tijdens het huwelijk door de andere partner opgebouwde ouderdomspensioen en daaraan verbonden nabestaandenpensioen.
17. Ondertekening (…) Hierbij verklaart de mediator dat de in dit convenant opgenomen afspraken tussen partijen het resultaat zijn van en overeenkomen met de afspraken die naar aanleiding van uitvoerig overleg tussen partijen zijn gemaakt.
NM 2015/16 FAMILIE Scheiding van tafel en bed. Art. 1:168 BW e.v. Partijen: man en vrouw Essentie Partijen wensen uitdrukkelijk een scheiding van tafel en bed omdat zij de mogelijkheid van verzoening open willen houden.
11. Kwijting en vrijwaring (…)
INHOUD MEDIATION 12. Kosten De kosten van het opstellen en uitvoeren van het convenant en het opstellen van het verzoekschrift, de akte van verdeling en de burgerlijke stand worden, voor zover in dit convenant niet anders is bepaald, door de man en de vrouw ieder voor de helft gedragen en uit de gemeenschappelijke rekening voldaan. 13. Procedure Door de man en de vrouw zal middels tussenkomst van een advocaat een gezamenlijk verzoek tot echtscheiding worden ingediend. De man en de vrouw kiezen hiertoe domicilie bij (…). De rechtbank te (…) zal worden verzocht de inhoud van dit convenant evenals de hierbij behorende bijlagen integraal onderdeel uit te laten maken van de echtscheidingsbeschikking. 14. Geschillen Ingeval de man en de vrouw in de toekomst van mening verschillen over de interpretatie of uitvoering van dit convenant zullen de man en de vrouw trachten door middel van onderling overleg tot een regeling te komen.
40
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 40
Casus Partijen zijn circa 40 jaar getrouwd. In de zomer van 2014 heeft de man een relatie gehad met een ander, waarop de vrouw de woning heeft verlaten. Zij is gaan wonen in een woning van haar broer. Zij wenst nu deze woning op haar eigen naam te kopen. Partijen hebben overwogen om staande het huwelijk huwelijksvoorwaarden op te stellen, doch wensen toch te scheiden en financieel onafhankelijk van elkaar te zijn. Daarnaast willen zij wel de mogelijkheid van een verzoening openhouden. Belangen Een groot belang van de vrouw is om op korte termijn en onafhankelijk van de man een woning te kunnen kopen. Daarnaast willen partijen dusdanig uit elkaar gaan dat een verzoening in de toekomst wellicht mogelijk is. Partijen zien over en weer af van partneralimentatie. Voorts willen partijen (de waarde van) een lijfrenteverzekering wegstrepen tegen een huwelijke schuld. Ten aanzien van de pensioenen wensen partijen het ouderdomspensioen reeds te verdelen. Het bijzonder nabestaandenpensioen dat tot de datum van de ontbinding van het huwelijk door de vrouw c.q. de man is (en zal worden) op-
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/16
6/15/2015 7:29:40 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
Partijbegeleiders en andere betrokkenen Er waren geen begeleiders of andere betrokkenen.
gebouwd, wordt overeenkomstig de wettelijke regeling voor de man c.q. de vrouw gereserveerd. Resultaat Het convenant is na twee besprekingen door partijen getekend. In verband met de koop van de nieuwe woning had de vrouw een belang bij een spoedige regeling. Partijen hebben dit in goed onderling overleg kunnen bereiken. Voorts zijn partijen erin geslaagd om in overleg de (gevolgen van) scheiding van tafel en bed te regelen: de lijfrenteverzekering is gesplitst waarbij de huwelijkse schuld aan de man is toegescheiden. Partijen hebben de waarde van de schuld verrekend in de verdeling van de inboedelgoederen. Voorts is het ouderdomspensioen reeds verdeeld daar waar het nabestaandenpensioen zal blijven worden opgebouwd. Partijen zijn door de mediator verzocht om bij een definitieve scheiding dan wel verzoening wederom contact op te nemen met de mediator in verband met de mogelijke gevolgen hiervan.
Intake/plenair/caucus Er zijn twee besprekingen met partijen geweest waarna partijen nog een laatste keer zijn langs geweest om het echtscheidingsconvenant te ondertekenen. Verslaglegging Van elke bespreking is een verslag gemaakt. Duur Er hebben twee besprekingen van ieder circa twee uur plaatsgevonden over een periode van circa twee maanden. Mr. T.C.P. Christoph, ZonFamilierechtGroep RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST ECHTSCHEIDINGSCONVENANT
Opmerkingen mediator In deze casus speelde de scheiding van tafel en bed en de wensen van partijen hieromtrent een rol. Partijen zijn geïnformeerd over het feit dat de scheiding van tafel en bed een bijzondere vorm van scheiden is: door een scheiding van tafel en bed eindigt weliswaar de huwelijksgemeenschap, maar leidt dit niet tot beëindiging van het huwelijk. Met name de wens om wel te scheiden, maar toch de mogelijkheid van de verzoening open te houden heeft partijen doen besluiten te scheiden van tafel en bed. Hierbij zijn partijen ook geïnformeerd dat de scheiding van tafel en bed eindigt door de verzoening van de echtgenoten. Op het tijdstip dat zij een eensluidend verzoek in het huwelijksgoederenregister hebben doen inschrijven zal de scheiding ophouden te bestaan. Dit heeft verstrekkende consequenties. Zij doet namelijk alle gevolgen van het huwelijk herleven, alsof er geen scheiding van tafel en bed heeft plaatsgevonden. De geldigheid van de rechtshandelingen die tussen de scheiding en de verzoening zijn verricht, worden alsdan beoordeeld naar het tijdstip van de handeling.
Verwijzing door rechter Er is geen sprake van een verwijzing door de rechter. Co-mediation Nee, de mediation is begeleid door één mediator. Achtergrond mediator De mediator is een vFAS advocaat-scheidingsmediator.
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 41
NEMEN IN AANMERKING: (…) Het huwelijk van partijen is duurzaam ontwricht. Partijen wensen een scheiding van tafel en bed. Partijen hebben zich daartoe gewend tot de advocaat-scheidingsmediator, met het verzoek hen beiden te informeren, te begeleiden en voor hen aan de Rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht te verzoeken tussen hen de scheiding van tafel en bed uit te spreken. Voor het geval de scheiding van tafel en bed tussen partijen wordt uitgesproken en de beschikking wordt ingeschreven in huwelijksgoederenregister, hebben partijen de gevolgen van deze scheiding van tafel en bed op de hieronder omschreven wijze met elkaar geregeld. (…) (…) PARTIJEN VERKLAREN HET VOLGENDE MET ELKAAR TE ZIJN OVEREENGEKOMEN: Artikel 1. KINDEREN (…)
PROCES MEDIATION
NM 2015/16
DE ONDERGETEKENDEN: (…)
Artikel 2. PARTNERALIMENTATIE Nihilbepaling 2.1 Partijen kunnen ieder in hun eigen levensonderhoud voorzien uit arbeid en/of vermogen. Op basis daarvan komen partijen overeen, dat zij na de scheiding van tafel en bed tegenover elkaar niet tot betaling van alimentatie gehouden zullen zijn.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
41
6/15/2015 7:29:40 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
Artikel 3. DE ECHTELIJKE WONING EN DAARMEE VERBAND HOUDENDE RECHTEN EN LASTEN Huur 3.1 Partijen zijn huurders van de woning te x aan x. Na datum echtscheiding zal dit huurrecht toekomen aan de man. Partijen zullen de rechter op grond van het bepaalde in artikel 7:266 lid 5 BW verzoeken te bepalen dat de man huurder zal zijn van voornoemde woning. Alle verplichtingen die voortvloeien uit de huurovereenkomst met betrekking tot voornoemde woning zijn tot datum ondertekening van dit convenant voldaan. De man neemt vanaf datum ondertekening convenant al deze verplichtingen voor zijn rekening. Artikel 4. VERDELING OVERIGE VERMOGENSBESTANDDELEN VAN DE HUWELIJKSGEMEENSCHAP Peildatum 4.1.1 (…)
Verdeling, toedeling en levering 4.3.1 (…) Banktegoeden/effecten/opties 4.3.2 (…) Lijfrenterekening 4.3.3 Partijen hebben de volgende lijfrenteverzekering afgesloten: bij x, nummer x, verzekeringnemer: de man, De rechten voortvloeiende uit deze polis zullen door partijen worden gesplitst. (…) Inboedelgoederen/sieraden 4.3.4 (…) (Overige) schulden 4.3.5 De schuld van partijen aan de bank x (contractnummer: x) op x december 2014 ter grootte van € x komt voor rekening van de man, zulks onder vrijwaring van de vrouw. Uit hoofde van het vorenstaande dient de vrouw aan de man te voldoen afgerond € x. Voldoening vindt plaats middels verrekening met de toedeling van de inboedelgoederen aan de man zoals hiervoor vermeld in art. 4.3.4. Totale overbedelingsvordering 4.3.6 (…) Nagekomen baten en/of lasten 4.3.7 (…)
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 42
5.2 Indien over aanslagen inkomstenbelasting over de jaren dat partijen fiscaal partner waren een geschil met de belastingdienst ontstaat, zullen partijen dit geschil in overleg, eventueel met behulp van een fiscaal adviseur, behandelen. Artikel 6. DE PENSIOENEN EN DE VEREVENING DAARVAN 6.1 De man heeft vóór althans tijdens het huwelijk van partijen aanspraken op ouderdoms- en partnerpensioen opgebouwd: • bij het pensioenfonds 1 onder relatienummer 123.
Omvang gemeenschap 4.2.1 (…)
42
Artikel 5. FISCALE REGELING 5.1 Partijen stellen vast dat zij t/m het kalenderjaar 2014 fiscaal partners zijn. Tot en met dat jaar zullen zij in overleg met elkaar de aangiftes inkomstenbelasting (laten) doen. De aanslagen inkomstenbelasting die betrekking hebben op de jaren waarin men fiscaal partner was komen voor rekening van beide partijen ieder voor de helft, zodra de aanslag onherroepelijk vaststaat. Eventuele teruggaven over deze periode zullen door partijen bij helfte worden gedeeld. Vanaf 2015 zal ieder der partijen de eigen aangifte doen dan wel laten doen en de aanslagen die op die aangifte betrekking hebben voor zijn/ haar rekening nemen. Een eventuele teruggave zal ieder der partijen kunnen behouden.
6.2 De vrouw heeft vóór althans tijdens het huwelijk van partijen aanspraken op ouderdomsen partnerpensioen opgebouwd: • bij pensioenfonds 2 onder relatienummer 123. 6.3 Standaardverevening De door partijen tijdens het huwelijk opgebouwde ouderdomspensioenaanspraken zullen worden verevend conform de in artikel 1:155 BW jo 2 lid 1 van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding (de Wvps) opgenomen standaardregeling. 6.4 Partijen geven hierbij opdracht aan de mediator om binnen twee jaar na de totstandkoming van de echtscheiding aan voormelde pensioenuitvoerder(s) mededeling te doen van de echtscheiding en van het tijdstip daarvan door middel van het daartoe voorgeschreven formulier, zulks teneinde te bewerkstelligen dat: • de vrouw een direct vorderingsrecht zal verkrijgen jegens de in artikel 6.1 vermelde pensioenuitvoerder(s) ter grootte van de helft van het ouderdomspensioen van de man en daarmee ook een rechtstreekse uitbetaling van de pensioenuitvoerders, voor zover dit in de huwelijkse periode is opgebouwd; en/of
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/16
6/15/2015 7:29:40 PM
OVERHEID/ARBEID
NEDERLANDSE MEDIATION
•
de man een direct vorderingsrecht zal verkrijgen jegens de in artikel 6.2 vermelde pensioenuitvoerder(s) ter grootte van de helft van het ouderdomspensioen van de vrouw en daarmee ook een rechtstreekse uitbetaling van de pensioenuitvoerders, voor zover dit in de huwelijkse periode is opgebouwd.
Het in dit artikel genoemde formulier zal worden ondertekend door beide partijen. (Bijzonder) partnerpensioen: standaardregeling 6.5 Het (bijzonder) nabestaandenpensioen dat tot de datum van de ontbinding van het huwelijk door de vrouw/de man is en zal worden opgebouwd wordt overeenkomstig de wettelijke regeling voor de man/de vrouw gereserveerd. Artikel 7. KWIJTING EN VRIJWARING 7.1 (…) Artikel 8. KOSTEN 8.1 (…) Artikel 9. GESCHILLEN 9.1 (…) Artikel 10. SLOTBEPALING 10.1 (…)
NM 2015/17 OVERHEID/ARBEID Interne mediation. Overheid. Plichtsverzuim. Onvoorwaardelijk strafontslag. Exitmediation. Art. 80 e.v. ARAR Partijen: de directeur (bevoegd gezag) van een overheidsorganisatie en een medewerker Essentie Onvoorwaardelijk strafontslag vanwege zeer ernstig plichtsverzuim. INHOUD MEDIATION Casus De medewerker heeft verboden contacten onderhouden op de werkvloer. Er is in de organisatie een duidelijke werkinstructie waardoor de medewerker op de hoogte was van de ernst van deze gedraging en de eventuele tuchtrechtelijke gevolgen daarvan. De gedraging is opgevat als zeer ernstig plichtsverzuim en aan de medewerker is de straf van ontslag opgelegd. Aan het ontslag is geen werkloosheidsuitkering verbonden. Ontslag zonder recht op uitkering is de zwaarste disciplinaire maatregel in het ARAR. De medewerker heeft tegen het ontslagbesluit bezwaar aangetekend. In het bezwaarschrift heeft hij om mediation verzocht. Door het interne mediationbureau (Loket Conflictbemiddeling Rijk) NM 2015/17
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 43
is vervolgens contact opgenomen met de organisatie en de medewerker. Na een korte intake onder leiding van de mediator van het bureau is besloten tot mediation. Belangen Het gezamenlijk belang van partijen is dat er een wederzijds acceptabele beëindiging van het dienstverband in de plaats komt van het strafontslag. Dat belang is meteen aan het begin van de mediation in de overeenkomst (artikel 1 – Globale omschrijving van de kwestie) vastgelegd. Overige belangen zijn het voorkomen van procedures, een financieel vangnet en een ‘schoon’ blazoen voor de werknemer. Resultaat De mediation startte met een gezamenlijke bijeenkomst van partijen. Tijdens het bespreken van de standaard mediationovereenkomst en met name artikel 1 werd duidelijk dat partijen wilden uitkomen op een voor beide aanvaardbare ontslagregeling. Wat precies voor partijen aanvaardbaar zou zijn tekende zich snel af. De medewerker vroeg aandacht voor zijn situatie. Hij begreep de impact van zijn gedrag maar benadrukte dat zijn handelen was ingegeven door goede bedoelingen. Hij realiseerde zich de onherroepelijkheid van zijn ontslag maar vond dat hij onevenredig werd benadeeld door het ontbreken van elke vorm van uitkering. Hij zou in zeer serieuze financiële problemen komen waaronder de gedwongen verkoop van zijn huis. Bovendien zou hij met een strafontslag nooit meer in aanmerking komen voor een andere betrekking. Hij stelde voor het strafontslag te vervangen door een meer neutralere ontslaggrond, bijvoorbeeld ongeschiktheidsontslag (artikel 98, eerste lid, onder g, ARAR) met daaraan verbonden een werkloosheidsuitkering. Hij vroeg tevens om een algemene referentie. De directeur schilderde de ernst van het plichtsverzuim waarbij hij aangaf ‘te willen bewegen’ naar een oplossing maar dat ontslag op zich onvermijdelijk en niet onderhandelbaar was. Hij gaf aan een lange procedurele nasleep te willen voorkomen en stelde voor het ontslagbesluit in te trekken als de medewerker op zijn beurt om ontslag zou verzoeken. Een referentie wilde hij niet verstrekken. In reactie op het voorstel van de directeur bracht de medewerker naar voren dat een ontslag zonder uitkering voor hem niet acceptabel was. Hij had inmiddels een werkzaam leven van 33 jaar achter de rug en was al geruime tijd in dienst bij de huidige werkgever. Hij vond dat daaraan niet voorbij kon worden gegaan. Na een korte schorsing kwam de medewerker met een gewijzigd voorstel: een ongeschikt-
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
43
6/15/2015 7:29:40 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
heidsontslag met alleen een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW) waarbij hij zou afzien van de zogenoemde bovenwettelijke WW als bedoeld in het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid sector Rijk.
zijn partijen in onderling overleg tot een vaststellingsovereenkomst gekomen. Verslaglegging Geen verslaglegging. Aan het begin van de mediation is dat met partijen besproken.
De bijeenkomst eindigde met de toezegging van de directeur dat hij over het voorstel zou nadenken en binnen enkele dagen uitsluitstel zou geven.
Duur De intake-gesprekken namen circa twee uren in beslag. In totaal was er één mediationbijeenkomst nodig om te komen tot een oplossing. Deze bijeenkomst nam in totaal circa twee-eneen-half uur in beslag. De doorlooptijd van deze mediation besloeg circa 3 maanden.
Mediator en partijen zijn daarna niet meer bij elkaar geweest. Er is vrij snel overeenstemming bereikt over een nieuw ontslagbesluit met toekenning van een (gedeeltelijke) uitkering. Een vaststellingsovereenkomst maakt deel uit van het ontslagbesluit. Opmerkingen mediator Dit arbeidsgeschil had kunnen leiden tot langslepende en kostbare procedures met een voor alle partijen onzekere afloop. Als gevolg van de interventie van het mediationbureau is het anders gelopen en hebben partijen een gezamenlijke oplossing bereikt met oog voor ieders belangen, met name door te voorzien in een financieel vangnet voor de medewerker. Interessant is dat met behulp van mediation verdere escalatie is voorkomen in een conflict dat doorgaans als niet mediabel wordt gezien, de strafoplegging bij plichtsverzuim. Vooral het onderzoek naar wensen en behoeften en het vertellen van ‘het verhaal’ aan elkaar waren succesvolle onderdelen van het mediationproces.
Mr. F.P.M Kousen MDR, Expertisecentrum Organisatie & Personeel Loket Conflictbemiddeling Rijk RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST De vaststellingsovereenkomst en het nieuwe ontslagbesluit zijn opgesteld door de juridisch adviseur van de overheidsorganisatie in overleg met de jurist van DAS Rechtsbijstand.
NM 2015/18 ZAKELIJK Vennootschap onder firma. Ontbinding. Art. 14 e.v. WvK Partijen: twee vennoten in vof Essentie Partijen hebben een vof opgericht en werken samen binnen een onderneming in de retailsector. De verschillende visies over hoe ondernemerschap eruit zou moeten zien en ingevuld zou moeten worden leiden tot fricties. In de mediation wordt onderzocht of er afspraken gemaakt kunnen worden om de samenwerking beter te laten verlopen of dat de oplossing moet worden gezocht in het scheiden der wegen. De vriendschap tussen partijen blijkt aanvankelijk in de weg te staan aan een oplossing.
PROCES MEDIATION Verwijzing door rechter Geen verwijzing door de rechter. Inschakeling mediator via het intern mediationbureau. Co-mediation Geen co-mediation. De mediation is begeleid door één mediator. Achtergrond mediator Registermediator intern/jurist.
INHOUD MEDIATION
Partijbegeleiders en andere betrokkenen De directeur werd bijgestaan door een HR-functionaris en de medewerker door een jurist van DAS Rechtsbijstand. De partijbegeleiders waren aanwezig bij de mediationbijeenkomst. Intake/plenair/caucus Na afzonderlijke intake-gesprekken heeft er een gezamenlijke mediationbijeenkomst plaatsgevonden. Overigens zijn intake en mediation door verschillende mediators gedaan. Dat is de gebruikelijke werkwijze bij het Loket Conflictbemiddeling Rijk. Na de mediationbijeenkomst
44
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 44
Casus X en Y zijn goed bevriend en erg op elkaar gesteld. X runt een goed lopende onderneming in de retailsector. Y ondersteunt haar daar geregeld bij. De samenwerking bevalt zo goed dat ze besluiten samen een soortgelijke onderneming te starten op een andere locatie. X en Y maken afspraken voor samenwerking en richten per notariële akte een vof op. De financiële inbreng in de vof is gelijk. Daarnaast zal X haar kennis en ervaring, die ze heeft opgedaan in haar andere onderneming, inbrengen. Zij zal haar tijd verdelen over beide ondernemingen. Y zal haar tijd besteden aan de nieuwe onderneming. Partijen hebben afgesproken
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/18
6/15/2015 7:29:40 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
dat de eerste paar maanden voor Y als leertraject gezien moeten worden. Na enige tijd ontstaat er tussen partijen een conflict over de inzet van beiden en de manier waarop ze invulling geven aan de gemaakte afspraken. X vindt dat Y meer ondernemerschap kan laten zien en dat veel werk op haar neer komt. Y daarentegen is van mening dat X te veel de bedrijfsvoering bepaalt en dat zij onvoldoende ruimte en kansen krijgt om haar rol in te vullen. Aangezien ze er samen niet uitkomen, maar zien dat de ontstane situatie niet langer gaat, kiezen ze ervoor om een mediator in te schakelen. In de mediation komt de start van de samenwerking, de onderlinge relatie van partijen en het ontstane conflict aan de orde. Omdat partijen goed bevriend zijn vinden ze het lastig om elkaar aan te spreken op het functioneren en de haperende samenwerking. Ze zijn bang dat hun vriendschap eronder zal gaan leiden en ze willen de ander niet kwetsen. Zodra dat op tafel ligt en partijen daarover openlijk kunnen spreken ontstaat er ruimte om te praten over hoe ze verder willen. X geeft aan onvoldoende vertrouwen te hebben dat de samenwerking nog gaat slagen. Zij wil de samenwerking met Y beëindigen en de onderneming zelf voortzetten. X meent dat Y het ondernemerschap niet in de vingers heeft en dat ook niet gaat krijgen. Y zou het redelijk vinden als haar nog de kans wordt geboden om te laten zien wat ze als ondernemer in huis heeft. Ze heeft veel geïnvesteerd in de nieuwe onderneming, zowel wat geld als tijd betreft. Bovendien heeft ze haar baan opgezegd, zodat ze al haar energie kan richten op de nieuwe onderneming. Het einde van de samenwerking ziet ze als een gebrek aan erkenning voor wat ze geïnvesteerd en ervoor opgegeven heeft. Partijen onderzoeken vervolgens de mogelijkheden van voortzetting en beëindiging van de samenwerking. Ze bespreken wat in hun optiek zou kunnen of moeten veranderen om de samenwerking voort te kunnen zetten en hoe ze de toekomst van de onderneming en hun rol daarin zien. Het blijkt dat X en Y daarover sterk uiteenlopende visies hebben. X erkent de inspanningen van Y en spreekt ook haar waardering daarvoor uit. Niettemin heeft ze, nu de toekomstvisies op tafel liggen, nog minder vertrouwen gekregen in verdere samenwerking en volhardt ze in haar wens om de onderneming alleen voort te zetten. Y geeft aan veel moeite te hebben met de opstelling van X. Ze mist de erkenning voor haar inspanningen en opofferingen. Bovendien voelt ze te weinig ruimte en vertrouwen van de zijde van X jegens haar om nog goed te kunnen functioneren binnen de gezamenlijke onderneming. Partijen komen tot de conclusie dat beëindiging de beste optie is en dat X de onderneming zal voortzetten.
NM 2015/18
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 45
Partijen gaan in mediation verder onderhandelen over de voorwaarden waaronder de samenwerking kan worden beëindigd. Ze schakelen een accountant in om de financiële afwikkeling te regelen, maken praktische afspraken over sleuteloverdracht, toegang tot mailverkeer en hoe ze het team gaan informeren. Y krijgt de gelegenheid om rustig afscheid te nemen van de onderneming en het personeel. De onderhandeling verlopen in alle redelijkheid en partijen blijken in staat om de ontbinding en afwikkeling van de vof binnen enkele maanden te effectueren. De wegen gaan scheiden. Belangen De volgende belangen komen op tafel: - Vriendschap. - Gevolgen onderlinge relatie bij einde samenwerking. - Continuïteit van de onderneming. - Erkenning voor inbreng en verrichte inspanningen. - Vrijheid in uitoefenen ondernemerschap. - Op goede manier afscheid kunnen nemen van de onderneming. - Het niet beschadigen van elkaar, naam en reputatie. - Vertrouwelijkheid. - Correcte verevening van de vof met inzet van accountant. - Vooruit kunnen kijken. Resultaat Partijen hebben in de mediation uiteindelijk de volgende afspraken met elkaar gemaakt: - De vof wordt ontbonden. - De onderneming zal door X worden voortgezet. - De inbreng van Y wordt volledig aan haar terugbetaald en verder wordt afgerekend conform de opstelling van de accountant. - De overeenkomsten van de vof komen op naam van X. - Er komen afspraken over aansprakelijkheid, vrijwaring en geheimhouding. - Y krijgt gelegenheid om afscheid te nemen van het personeel van de onderneming. De afspraken zijn vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst, waarvan het concept en de definitieve tekst door de mediator zijn opgesteld in overleg met partijen. Opmerking mediator Partijen hebben elkaar kunnen vertellen wat hun vriendschap betekent, wat de ander voor ze betekent en wat het met ze doet om zakelijk afscheid te nemen. Door deze zaken bespreekbaar te maken is een basis gelegd voor een snelle oplossing van het conflict.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
45
6/15/2015 7:29:40 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
overeenkomst tot aan de datum van ondertekening van de vaststellingsovereenkomst.
PROCES MEDIATION Verwijzing door rechter Het betreft geen doorverwijzing van de rechtbank. Partijen hebben zelf het initiatief tot mediation genomen.
Aletta Renken, AR Mediation te Naarden RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST
Co-mediation Geen co-mediation. De mediation is begeleid door één mediator. Achtergrond mediator MfN-registermediator die ruim twintig jaar afwisselend werkzaam geweest is als advocaat, bedrijfsjurist en rechter-plaatsvervanger. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Partijen zijn niet door advocaten of juridisch adviseurs bijgestaan tijdens de mediation. Partijen zijn in de gelegenheid gesteld om zich over de door de mediator opgestelde vaststellingsovereenkomst juridisch te laten adviseren. Door partijen is een accountant ingeschakeld om de financiële afwikkeling te begeleiden. Intake/plenair/caucus De eerste twee bijeenkomsten hebben kort na elkaar plaatsgevonden. In het eerste gezamenlijke gesprek is uiteengezet wat de situatie op dat moment was, de achtergrond van de samenwerking en de persoonlijke verhoudingen. In het tweede bijeenkomst is dieper ingegaan op de vriendschap tussen partijen en de betekenis die ze eraan hechten, mede in samenhang met hun zakelijke samenwerking. Dit gebeurde door afzonderlijke gesprekken tussen partijen en de mediator (caucus), gevolgd door een gezamenlijk gesprek. Partijen hebben, in overleg met de mediator, afgesproken om ter voorbereiding op het derde gesprek na te denken over twee opties (samenwerking voortzetten, beëindigen in onderling overleg) en onder welke (rand)voorwaarden dat wat hen betreft zou kunnen. In het derde gesprek bleek dat verdere samenwerking geen optie meer was. In de twee opvolgende gesprekken zijn de afspraken om tot beëindiging van de vof te komen uitgewerkt. De afspraken zijn vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst. Verslaglegging De mediator heeft de tussentijdse verslaglegging aan partijen gemaild. Duur In totaal hebben vijf gesprekken plaatsgevonden met een gemiddelde duur van twee-en-half uur. De mediation heeft drie maanden geduurd vanaf de datum van ondertekening van de mediation-
46
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 46
Artikel 2. Afspraken en uitvoering daarvan Partijen wensen, ter beslechting van hun Geschil, hun nieuwe rechtsverhouding als volgt vast te leggen: a. Partijen stellen vast dat de vof per [...] is ontbonden met beider toestemming. De ontbinding is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. b. X heeft per [...] de onderneming voortgezet onder de naam [...]. c. Partijen stellen vast dat de eigendom van de roerende zaken die eigendom waren van de vof en/of mede-eigendom waren van Y, voor zover betrekking hebbende op de vof, zijn overgedragen aan X. Daaronder vallen onder andere inventaris en voorraden. d. Partijen stellen vast dat de navolgende contractuele rechten en verplichtingen van de vof per genoemde datum uitsluitend toebehoren aan respectievelijk voor rekening en risico komen van X, nu deze rechten en verplichtingen op X zijn overgegaan door contractoverneming c.q. contractvernieuwing: - de huurovereenkomst betreffende […]; - de franchiseovereenkomst […]; - de kredietovereenkomst […]; - alle vaste lasten (gas, water, elektra), abonnementen en verzekeringen, aan beide Partijen bekend. e. X verklaart dat er per datum van ondertekening van deze overeenkomst geen contractuele verplichtingen meer staan op naam van de vof en/of X en Y tezamen voor zover deze betrekking hebben op de onderneming. Y verklaart dat zij inzage heeft gehad in de onder d. genoemde overeenkomsten waaruit blijkt dat deze per genoemde datum niet meer op naam staan van de vof en/of haar naam. f. De rekening die bij [...] te naam gesteld stond van de vof is per [...] omgezet op naam van X. g. De Verevening is in opdracht van Partijen uitgevoerd door [accountant]. Partijen stellen vast dat de bevindingen van [accountant] zoals neergelegd in de [...] hun instemming hebben. h. Met inachtneming van de uitkomst van de Verevening en nader gemaakte afspraken over verrekening van kosten zijn Partijen het volgende overeengekomen: - X zal aan Y haar inleg van € [ ] (zegge: [...] euro) terugbetalen; - daarop zal X de navolgende kosten in mindering brengen: [...];
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/18
6/15/2015 7:29:40 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
-
X zal uiterlijk op [...] een totaalbedrag van € [...] overboeken naar rekeningnummer [...] t.n.v. Y. i. Partijen zullen in gezamenlijk overleg aangifte doen bij de belastingdienst voor zover de aangifte betrekking heeft op de vof. Beide Partijen hebben te allen tijde recht op inzage in en op afschriften van de boekhouding van de vof. j. Partijen stellen vast dat hun Geschil zal zijn beëindigd als alle in artikel 1 van deze overeenkomst genoemde afspraken correct en tijdig zijn nagekomen. Artikel 3. Aansprakelijkheid, vrijwaring en finale kwijting 1. Partijen stellen vast dat zij hoofdelijk aansprakelijk blijven voor verplichtingen van en aanspraken jegens de vof, uit welke hoofde ook, tot [datum ontbinding]. Daaronder wordt mede verstaan het tijdig en correct aangifte doen bij belastingdienst en sociale verzekeringsinstellingen namens de vof en het tijdig betalen van opgelegde aanslagen. 2. Na [datum ontbinding] is X aansprakelijk voor verplichtingen van en aanspraken jegens de vof uit welke hoofde ook en vrijwaart zij Y ter zake en zal zij Y schadeloos stellen. 3. Beide partijen blijven ieder voor zich aansprakelijk voor het tijding en correct doen van de eigen belastingaangifte en opgave bij sociale verzekeringsinstellingen, alsmede betaling van opgelegde aanslagen. Partijen vrijwaren elkaar over en weer ter zake daarvan. 4. Met inachtneming van het bepaalde in de leden 1 t/m 3 verlenen Partijen elkaar voor wat betreft de Verevening over en weer finale kwijting.
NM 2015/19 ZAKELIJK Bestuurdersaansprakelijkheid. Faillissement. Art. 2:300a BW jo. art. 2:138 , 2:23 BW Partijen: curator, oud-bestuurder, vereffenaar, leden Raad van Toezicht, beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar Essentie Het bestuur en de Raad van Toezicht van een stichting zijn vanwege de slechte financiële positie van de stichting overgegaan tot ontbinding met aanstelling van een vereffenaar. Enkele maanden later wordt de stichting failliet verklaard. De curator verwijt het bestuur en de leden van de Raad van Toezicht hun taak onbehoorlijk te hebben vervuld. Het bestuur en de Raad van Toezichtleden wijzen echter iedere aansprakelijkheid van de hand. Een bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure wordt voorbereid. In de mediation die volgt na verwijzing door de rechtbank, wordt, onder uitdrukkelijke handhaving van de respectieve standpunten, getracht om het geschil op te lossen. INHOUD MEDIATION
Artikel 4. Juridisch, financieel en fiscaal advies (...)
De faillissementscurator stelt zowel de bestuurder als de leden van de Raad van Toezicht op grond van onbehoorlijk bestuur, als bedoeld in artikel 2:300a BW jo. artikel 2:138 BW, aansprakelijk voor het totale (aanzienlijke) bedrag aan schulden van de stichting voor zover deze niet uit het faillissement zouden kunnen worden voldaan. De curator verwijt de bestuurder en de Raad van Toezichtleden dat de wijze waarop zij hun taken in de periode voorafgaand aan het faillissement hebben vervuld een belangrijke oorzaak voor het faillissement is geweest. Zo zou de boekhouding niet op orde zijn geweest en zouden zij, volgens de curator, oneigenlijk gebruik hebben gemaakt van spaartegoeden. Ook verwijt de curator hen dat zij niet al veel eerder het faillissement van de stichting hebben aangevraagd. De vereffenaar wordt verweten dat hij niet direct na zijn aanstelling alsnog het faillis-
Artikel 5. Geheimhouding (...) Artikel 6. Geen negatieve uitlatingen (...) Artikel 7. Vaststellingsovereenkomst (...) Artikel 8. Ontbinding overeenkomst (...) Artikel 9. Toepasselijk recht en mediation (…)
NM 2015/19
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 47
Casus Een stichting, met een bestuurder en een Raad van Toezicht, voorziet onder meer in haar vermogen door subsidies en vergoedingen voor door de stichting verleende diensten. Als de subsidies teruglopen wordt er een saneringsplan opgesteld. Activiteiten worden zo veel mogelijk afgebouwd, arbeidsovereenkomsten met personeel beëindigd en activa worden verkocht. Uiteindelijk wordt besloten de stichting te ontbinden. Er wordt een vereffenaar aangesteld als bedoeld in artikel 2:23 BW. Ongeveer een half jaar later wordt de stichting op verzoek van de verhuurder van een van haar panden door de rechtbank in staat van faillissement verklaard.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
47
6/15/2015 7:29:40 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
sement heeft aangevraagd, maar is gestart met de vereffening. De bestuurder, leden van de Raad van Toezicht en de vereffenaar betwisten dat hen een verwijt te maken valt en wijzen dan ook iedere aansprakelijkheid van de hand. Zij vinden daarentegen dat zij zich enorm hebben ingezet om de stichting staande te houden en voelen zich in hun goede naam aangetast door de opstelling van de curator. Het faillissement van de stichting is volgens hen veroorzaakt door het wegvallen van overheidssubsidies. Zij benadrukken dat zij alles in het werk hebben gesteld om subsidie te behouden dan wel terug te krijgen. De curator dagvaardt in eerste instantie alleen de oud-bestuurder en de leden van de Raad van Toezicht. De vereffenaar wordt nog niet in de bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure betrokken. Op verwijzing van de rechtbank vindt mediation plaats. Ook bij dit proces is de vereffenaar aanvankelijk niet betrokken. Tijdens de eerste mediationbijeenkomst zijn enerzijds de curator en anderzijds de oud-bestuurder, de volledige Raad van Toezicht en hun advocaat aanwezig. Partijen wisselen uit hoe zij aankijken tegen de ontstane situatie en wat hun standpunten, maar ook gevoelens en belangen daarbij zijn. Aan de zijde van (vooral) de Raad van Toezicht lopen de emoties hoog op. Tijdens de tweede bijeenkomst wordt getracht meer helderheid te krijgen over de feitelijke gang van zaken in een poging de verschillende zienswijzen hierover te verenigen en daarmee het verschil van inzicht te beperken tot de juridische vertaling hiervan. Dit blijkt lastig. De perceptie van beide partijen staat lijnrecht tegenover elkaar. Aan de zijde van de oud-bestuurder en de Raad van Toezicht bestaat behoefte om inzicht te krijgen in de samenstelling van het faillissementstekort. De curator overhandigt hiertoe een kopie van de complete crediteurenadministratie. Afgesproken wordt de vereffenaar te vragen om het onderzoek naar de crediteurenadministratie te doen en hem ook bij de mediation te betrekken. Het (voor)overleg met de vereffenaar en het onderzoek naar de crediteurenadministratie neemt geruime tijd in beslag, met als gevolg dat de derde bijeenkomst veel later dan gepland plaatsvindt. Tijdens deze derde bijeenkomst licht de vereffenaar het resultaat van zijn onderzoek toe aan de hand van een door hem opgesteld overzicht, waaruit volgt dat, naar zijn oordeel, ongeveer 50% van de concurrente crediteuren betwistbaar zou zijn. Vervolgens wordt onderhandeld over en uiteindelijk overeenstemming bereikt over een voor beide partijen acceptabele financiële bijdrage aan de boedel.
48
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 48
Belangen Voor de curator was het vooral van belang om snel duidelijkheid, en daarmee snel zicht op enige uitkering aan de concurrente crediteuren te krijgen. Op de aansprakelijkheidsstelling na kon het faillissement worden afgewikkeld. Hij zou daarmee graag een langdurige en kostbare bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure voorkomen. Dit echter niet tegen iedere prijs. Hij moest een eventuele regeling kunnen verantwoorden ten opzichte van de rechter-commissaris, die hem het groene licht voor de bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure heeft gegeven, en ten opzicht van de faillissementscrediteuren. De bestuurder, leden van de Raad van Toezicht en ook de vereffenaar (die later is gaan deelnemen aan de mediation) hebben ook een belang bij het voorkomen van een juridische procedure. Dit niet alleen vanwege de daaraan verbonden kosten, maar wel vanwege de emoties, stress en tijd die het voeren van verweer met zich meebrengen. Daarbij is hun reputatie en goede naam van belang. Zij voelen zich bovendien zeer gekrenkt zowel door de beslissing van de curator hen aansprakelijk te stellen als door de wijze waarop zij zijn bejegend. Zo heeft het feit dat de concept-dagvaarding naar hun huisadressen is gestuurd veel losgemaakt, niet alleen bij henzelf maar ook bij hun gezinsleden. Dit geldt vooral voor de leden van de Raad van Toezicht, die hun activiteiten altijd naast hun gewone werk hebben verricht zonder dat zij hiervoor een vergoeding ontvingen. Zij hebben juist behoefte aan erkenning van hun goede trouw en hun inzet voor de stichting. Ook hebben zij er behoefte aan hun verhaal te kunnen doen. Zij hebben het gevoel onvoldoende gehoord te zijn door de curator. Resultaat Overeengekomen is, onder uitdrukkelijke handhaving van hun juridische standpunten m.b.t. de aansprakelijkheid, dat van de zijde van de bestuurder en de leden van de Raad van Toezicht een financiële bijdrage wordt geleverd die voldoende is om de boedel- en preferente crediteuren integraal en een bepaald percentage van de concurrente crediteuren te voldoen, een en ander tot een maximumbedrag. Daarmee ontstond er een belang aan de zijde van de aansprakelijkgestelden om de concurrente crediteuren, voor zover daartoe aanleiding bestaat, te betwisten en daarmee de omvang van het faillissementstekort terug te brengen. In dit kader is afgesproken dat de vereffenaar zich, in nauw overleg met de curator, hierover zal buigen. Ook zal de vereffenaar de verificatievergadering bijwonen. De curator heeft voor deze oplossing toestemming van de rechter-commissaris en de advocaat van de aansprakelijkgestelden van de verzekeraar gevraagd en verkregen.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/19
6/15/2015 7:29:40 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
Opmerkingen mediator Het was aanvankelijk zoeken naar een goed evenwicht tussen de partijen, gelet op de beslissing van de curator om zich niet te laten bijstaan, het aantal deelnemers aan de mediation van de andere partij en hun wens zich wel door hun advocaat te laten begeleiden. Uiteindelijk is dat evenwicht gevonden doordat de oud-bestuurder en de Raad van Toezichtleden vanaf de tweede bijeenkomst werden vertegenwoordigd door slechts één Raad van Toezichtlid, bijgestaan door hun advocaat. Wat de mediation verder lastig maakte was het verschil in opstelling: de curator vanuit een afstandelijker, meer juridische benadering en de aansprakelijkgestelden vanuit hun persoonlijke, meer emotionele betrokkenheid. Waar partijen hun juridische posities zo anders (bleven) inschatten, is het steeds maar terugkomen op en benadrukken van de respectieve belangen tijdens het onderhandelingsproces behulpzaam gebleken.
rijke administratie te laten beoordelen door de vereffenaar. Vervolgens heeft het nog geruime tijd geduurd voordat de rechter-commissaris en de verzekeraar het onderhandelingsresultaat hebben geaccordeerd. Uiteindelijk heeft de mediation ruim een half jaar geduurd. Eva Schutte, ReulingSchutte te Amsterdam RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST
PROCES MEDIATION Verwijzing door rechter De rechtbank heeft partijen verwezen naar mediation in het kader van de rechtbankpilot mediation in faillisementen. Co-mediation Er was geen sprake van co-mediation. Achtergrond mediator De mediator is fulltime werkzaam als MfN-geregistreerd mediator in de zakelijke markt, met ongeveer 30 jaar ervaring als advocaat in diezelfde markt. Partijbegeleiders en andere betrokkenen De oud-bestuurder en de leden van de Raad van Toezicht werden bijgestaan door een advocaat, die tevens voor de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekeraar optrad. De verzekeraar gaf er de voorkeur aan niet zelf aan de mediationtafel plaats te nemen. Intake/plenair/caucus Er heeft geen individuele intake plaatsgehad. Wel is er vooral tijdens het onderhandelingsproces meerdere malen gebruikgemaakt van de caucus. Verslaglegging Verslaglegging vond plaats in vrij korte mailberichten. Duur Er zijn drie bijeenkomsten geweest, de eerste twee bijeenkomsten hebben kort na elkaar plaatsgevonden. De derde bijeenkomst heeft enige maanden op zich laten wachten. Redengevend hiervoor was de behoefte om de omvangNM 2015/19
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 49
VASTSTELLINGSOVEREENKOMST Artikel 1 Met het sluiten van onderhavige vaststellingsovereenkomst erkennen de Bestuurder en de RvT-leden op geen enkele wijze aansprakelijkheid voor het ontstaan van het Faillissementstekort. Artikel 2 De Verzekeraar zal aan de boedel een financiële bijdrage leveren ter grootte van het bedrag dat nodig is om de nog openstaande boedel- en preferente vorderingen (een bedrag van maximaal € [x]) integraal en maximaal 30% van de concurrente vorderingen te voldoen, zulks tot een maximum bedrag van totaal € [x], derhalve een bedrag van in totaal maximaal € [x]. Artikel 3 Betaling van deze financiële bijdrage zal plaatsvinden binnen vier weken nadat de Curator schriftelijk opgave heeft gedaan aan de Verzekeraar van het exacte bedrag na de definitieve vaststelling daarvan, door overmaking op rekening [rek. nr.] t.n.v. mr. [...] q.q. (…). Artikel 4 De Vereffenaar zal zich inspannen, binnen redelijke grenzen qua tijdsbelasting, om in nauw overleg met de Curator, die concurrente vorderingen te betwisten, waarvoor voldoende aanleiding bestaat. Betwisting zal plaatshebben indien zowel de Vereffenaar en de Curator hiertoe gezamenlijk van mening zijn dat er voldoende feitelijke en juridische grondslag bestaat. Indien de Vereffenaar een vordering van een crediteur wil betwisten zonder de instemming van de Curator is dit mogelijk indien de kosten van de eventuele renvooiprocedure niet door de boedel gedragen behoeven te worden. De Vereffenaar zal ervoor zorgen dat in dat laatste geval de kosten door een derde gedragen zullen worden. Met het oog hierop zullen de Vereffenaar en de Curator gezamenlijk, binnen 4 weken na ondertekening van deze vaststellingsovereenkomst, de lijst concurrente crediteuren doornemen. Ook zal de Vereffenaar de verificatievergadering bijwonen.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
49
6/15/2015 7:29:40 PM
ARBEID
NEDERLANDSE MEDIATION
Artikel 5 Ter zake van de inhoud en de uitvoering van deze overeenkomst zullen Partijen aan derden, behoudens ten aanzien van de rechter-commissaris en voor zover noodzakelijk voor de afwikkeling van deze overeenkomst, geen enkele mededeling doen. Artikel 6 t/m 10 (…)
NM 2015/20 ARBEID Verzuim. Verstoorde samenwerking. Ontbinding arbeidsovereenkomst. Cultuurverschil. Art. 7:685 BW Partijen: Verkoopleidster internationale retailorganisatie en werkneemster in leidinggevende functie (filiaalhoudster) in aanwezigheid van haar echtgenoot Essentie Een werkneemster krijgt na een reorganisatie en tijdens haar re-integratieproces te maken met een andere leidinggevende. Van beide zijden ontbreekt het vertrouwen voor een goede samenwerking in de toekomst. Door de veranderende eisen van de organisatie passen de organisatie en werkneemster niet langer bij elkaar. Tijdens de mediationgesprekken ontstaat begrip voor elkaar en is er sprake van toenadering. Maar door onvoldoende transparantie aan het eind van het proces dreigt er toch nog een kink in de kabel te komen. INHOUD MEDIATION Casus In 2011 is werkneemster (55 jaar) in dienst getreden bij werkgever. Werkneemster heeft bij meerdere vestigingen en op meerdere locaties als filiaalhoudster voor werkgever gewerkt. Werkneemster is in 2012 overbelast geraakt en heeft zich destijds ziek gemeld in verband met een burn-out. De toenmalige verkoopleidster heeft haar laten re-integreren waardoor werkneemster weer voor 80% inzetbaar is. Na een reorganisatie, waarin besloten wordt om afscheid te nemen van een van de twee verkoopleidsters in Nederland, verdwijnt de toenmalige verkoopleidster van het toneel en is de andere verkoopleidster verantwoordelijk voor het filiaal van werkneemster. De stijl van leidinggeven van deze verkoopleidster sluit aan bij de wensen van de organisatie en wijkt af van de stijl van de oude verkoopleidster. De wens van de organisatie is om beter te sturen op resultaten. In de organisatie is sprake van coalitievorming. Een deel van de collega’s steunen de nieuwe verkoopleidster en een ander deel van de collega’s heeft het gevoel dat de
50
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 50
oude verkoopleidster ‘eruit is gewerkt’. Er is veel roddel en achterklap. Een eerste functioneringsgesprek tussen werkneemster en de verkoopleidster verloopt niet naar wens. De verkoopleidster laat weten twijfels te hebben bij de belastbaarheid van werkneemster. Werkneemster geeft aan het functioneringsgesprek te hebben ervaren als een ‘afbraakgesprek’. Later ontstaat ook onenigheid over de verkoopresultaten van het filiaal, de kwaliteit van het leidinggeven van werkneemster en over de gewerkte uren. De verkoopleidster stuurt de werkneemster hierop naar huis. Werkneemster voelt de oude spanningsklachten weer terugkeren en meldt zich ziek. Werkneemster voelt zich gespannen en angstig. Zij wil eigenlijk niet meer terugkeren bij de organisatie. De organisatie wordt steeds hiërarchischer en de buitenlandse beleidscultuur past niet bij de wensen van werkneemster. De verkoopleidster maakt zich zorgen over de belastbaarheid van werkneemster en over de toekomst. Hoe nu verder? Het bedrijf moet door. Belangen Het is belangrijk voor werkneemster om alles netjes af te sluiten en alle tijd en energie te steken in haar herstel. Ze wil gewaardeerd worden voor haar inzet en wil met een goeie referentie vertrekken. Ze wil dingen los kunnen laten en zich richten op de toekomst. Ook wil ze te zijner tijd de winkels waar ze gewerkt heeft binnen kunnen lopen voor een praatjes met haar voormalige collega’s. Werkneemster wil graag weer werken, in een platte en democratische organisatie. De verkoopleidster wil een bijdrage leveren aan een gezonde organisatie waarin een positieve bedrijfscultuur en teamspirit een grote rol spelen. Ze wil voldoen aan de gestelde doelen en eisen. De tijd waarin de oude verkoopleidster nog voor de organisatie werkzaam was is verleden tijd. Ze wil beoordeeld worden op haar eigen merites en eigen stijl van leidinggeven. Dat zij haar eigen werk goed kan doen zonder roddel en achterklap is ook heel belangrijk voor haar. Daarnaast zijn de bedrijfsresultaten belangrijk en het vertrouwen dat ze kan stellen in de medewerkers ook. Resultaat Door de vertrouwelijkheid van het mediationproces durven partijen uit te spreken dat ze waarschijnlijk allebei beter af zijn als er afscheid van elkaar wordt genomen. Doordat er zaken worden uitgesproken ontstaat er meer begrip. Het was niet de bedoeling van de verkoopleidster om werkneemster af te breken in het functioneringsgesprek. Werkneemster heeft verheldering kunnen geven over de gewerkte uren en over een aantal gemaakt keuzes in het filiaal. Dat
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/20
6/15/2015 7:29:40 PM
ARBEID
NEDERLANDSE MEDIATION
de verkoopleidster last heeft van de negatieve beeldvorming is duidelijk geworden voor werkneemster. En werkneemster heeft begrip voor de verkoopleidster gekregen doordat duidelijk is dat zij in opdracht van de organisatie handelde en vooral probeerde haar eigen werk goed te doen. Beide partijen zien in dat de roddel en achterklap negatieve gevolgen heeft voor beiden. De onduidelijke situatie die er nu is moet worden opgehelderd, zodat de collega’s weer verder kunnen, de verkoopleidster minder last heeft van de roddels en werkneemster met een positief gevoel afscheid kan nemen van haar collega’s zonder het gevoel te zijn weggestuurd. Er wordt onderhandeld over een afscheidsregeling en na een ingelaste caucus hebben partijen een principeakkoord bereikt over de wijze waarop er afscheid genomen zal worden. De verkoopleidster moet met betrekking tot de financiële afspraken en de datum uitdiensttreding eerst ruggenspraak voeren met het hoofd P&O van de organisatie. De verkoopleidster moet een lange reis maken voor de mediationbijeenkomsten en besloten wordt te proberen e.e.a. via de mail af te handelen. Om te kunnen overleggen en bij de onderhandelingen betrokken te kunnen worden, zal het hoofd P&O eerst een geheimhoudingsverklaring tekenen. Het hoofd P&O is werkzaam in het buitenland, Nederlands is niet haar voertaal. Ook de advocaat van werkneemster wordt bij de onderhandelingen betrokken en tekent hiertoe een geheimhoudingsverklaring. Afgesproken wordt dat de verkoopleidster – na het overleg met het hoofd P&O – via de mail een voorstel voor de datum uitdiensttreding en de hoogte van de ontslagvergoeding zal doen. Werkneemster zal dit overleggen met haar advocaat en zodra er overeenstemming is zal de mediator een conceptvaststellingsovereenkomst opstellen en rondsturen. Werkneemster laat weten dat zij aan het verbouwen is en dat ze zeer slecht bereikbaar zal zijn de komende weken. Ze zal slechts sporadisch haar e-mail kunnen controleren. Vervolgens is er sprake van een misverstand. De organisatie doet een eerste voorstel, compleet met begeleidende brief. Deze brief is opgesteld door het hoofd P&O en kent een formele toon. De beide documenten worden per mail aan werkneemster gestuurd, maar niet aan de mediator. De mediator stuurt na enkele dagen een kattenbelletje aan partijen met de vraag wat de stand van zaken is. Hierop laat de verkoopleidster weten dat er kennelijk een misverstand is en niet was begrepen dat de mail met het voorstel ook aan de mediator gestuurd moest worden. Van de kant van werkneemster wordt een mail gestuurd, waarin wordt gevousvoyeerd en in juridische taal wordt toegelicht waarom het gedane voorstel niet passend is. De dag daarop stuurt NM 2015/20
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 51
werkneemster een nieuwe mail, wederom in formele taal opgesteld, met de mededeling dat de onderhandelingen zullen worden opgeschort omdat volgens haar het salaris verkeerd (te weinig) is uitgekeerd. De mediator maakt via de mail twee belafspraken. In het telefoongesprek met de verkoopleidster wordt een reden gegeven voor de hoogte van het bedrag van het salaris. Ook blijkt dat mogelijk tijdens de mediationgesprekken niet voldoende duidelijk was geworden dat het beleid van de organisatie is altijd zelf de vaststellingsovereenkomsten op te stellen en dat zij daartoe een vaststaand format gebruiken. Vandaar de formele toon van de overeenkomst en de brief. De verkoopleidster geeft verder aan teleurgesteld te zijn over de toon van de mails van werkneemster en weinig vertrouwen meer te hebben in de afloop. De organisatie is zich aan het beraden op een juridische procedure. Verkoopleidster laat weten dat de mediator dit alles aan werkneemster mag melden. In het gesprek met de werkneemster komt naar voren dat ze in paniek is geraakt toen ze haar salarisstrook zag en op advies van haar advocaat de beide mails heeft gestuurd. Ze heeft daarin de tekst gekopieerd uit de mails die afkomstig waren van haar advocaat. Dat erin gevousvoyeerd werd, had ze niet gezien, ze is erg druk met de verbouwing en heeft nauwelijks tijd om haar mails te checken. Werkneemster schrikt van het effect van de toon van haar mails, dit was niet haar bedoeling. De toelichting over de hoogte van het salaris die de verkoopleidster had gegeven, neemt de zorg weg bij werkneemster. Direct daarop stuurt werkneemster in haar eigen woorden een e-mail aan de verkoopleidster waarin ze uitleg geeft over de reden van haar mails en dat het niet haar bedoeling was “een bom onder de onderhandelingen te leggen”. Een akkoord wordt diezelfde dag nog bereikt. Opmerkingen mediator De combinatie van het misverstand, waardoor de mediator niet had gemerkt dat er een brief met een vaststellingsovereenkomst was gestuurd, met en de toon en de vorm van deze brief en overeenkomst, leidden tot een formalisering van de onderhandelingen en opnieuw tot een grote afstand en wantrouwen tussen partijen. Deze afstand werd nog vergroot door de formele taal van de advocaat van werkneemster, die werkneemster, onbedoeld wellicht, overnam. Partijen herkenden zich daardoor niet langer in de onderhandelingen en de bereikte toenadering en overeenstemming stond op losse schroeven. PROCES MEDIATION Verwijzing door rechter Geen doorverwijzing door de rechter. Doorverwijzing op advies bedrijfsarts.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
51
6/15/2015 7:29:41 PM
OVERHEID
NEDERLANDSE MEDIATION
Essentie De mediation betreft de door de Buurtvereniging gestelde hinder en overlast in verband met door de Gemeente toegestane evenementen.
Co-mediation Nee. Achtergrond mediator Jurist en 14 jaar arbeidsmediator.
INHOUD MEDIATION Partijbegeleiders en andere betrokkenen Hoofd P&O en advocaat werkneemster. Intake/plenair/caucus Twee afzonderlijke intakegesprekken van elk een uur, twee gezamenlijke gesprekken van twee uur per gesprek. Tijdens het laatste gesprek een korte, ter plaatste, ingelaste caucus met beide partijen. Verslaglegging De mediator heeft twee korte verslagen gemaakt. Duur 9 uur, doorlooptijd zeven weken. Nienke Wiersma, Mediation Plus RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST De mediator beschikt niet over de vaststellingsovereenkomst. De belangrijkste punten uit de vaststellingsovereenkomst van 16 oktober 2014 waren: a. Einde arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden per 1 maart 2015. b. Bruto-beëindigingsvergoeding van ongeveer vier maandsalarissen. c. Vrijstelling van werk. d. Geen negatieve uitlatingen over en weer. e. Positief getuigschrift en referentie. f. Geen concurrentie- of relatiebeding. g. Finale kwijting.
NM 2015/21 OVERHEID Geluidshinder evenementen en feesten. Parapluomgevingsvergunning. Handhaving vergunningsvoorschriften. Hoofdstuk 2 Wabo; Afd. 3.2 Awb Partijen 1. vereniging van bewoners en ondernemers (hierna: de Buurtvereniging); 2. horeca-onderneming (hierna: de Horeca-exploitant); 3. expositie- en evenementenorganisatie (hierna: de Evenementenorganisatie); 4. het college van B&W, vertegenwoordigd door diverse ambtenaren van diverse (drie) gemeentelijke diensten (hierna: de Gemeente).
Casus De Gemeente heeft in het verleden ten behoeve van de Horeca-exploitant herhaaldelijk vrijstellingen ex artikel 17 van de WRO (oud) en bouwvergunningen ex artikel 45 Woningwet (oud) verleend. De Gemeente heeft vervolgens besloten, in overleg met de Evenementenorganisatie en de Horeca-exploitant, om een procedure te starten waarbij voor onbepaalde tijd wordt afgeweken van het bestemmingsplan, vooruitlopend op een nieuwe bestemming van de in het geding zijnde locaties. De Evenementenorganisatie heeft een omgevingsvergunning aangevraagd voor een afwijking van het bestemmingsplan als voorzien in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). De Horeca-exploitant heeft separaat vergunning aangevraagd voor de activiteit bouwen van horecagebouwen en -terrassen. Vanwege de onlosmakelijke samenhang tussen alle activiteiten als bedoeld in artikel 2.7 lid 1 van de Wabo zijn in overleg met de Gemeente de lopende bouwaanvragen ingetrokken en is de aanvraag om vergunning voor gebruik in afwijking van het bestemmingsplan gewijzigd/ aangevuld, zodat de activiteiten in één aanvraag konden worden opgenomen. De gevraagde zogenaamde Paraplu-omgevingsvergunning werd verleend en daartegen heeft de Buurtvereniging tijdig beroep ingesteld. De Buurtvereniging verwijt de Gemeente dat zij in de planologische afweging het commerciële belang van de Evenementenorganisatie en de Horeca-exploitant ten onrechte zwaarder heeft laten wegen dan de belangen van omwonenden. De Buurtvereniging verwijt de Gemeente dat met de verlening van de omgevingsvergunning het de Horeca-exploitant mogelijk wordt gemaakt om eveneens evenementen, feesten en partijen te organiseren welke overlast zullen bezorgen aan de omwonenden. De omgevingsvergunning geeft de Horeca-exploitant immers toestemming om de huidige percelen te gebruiken in afwijking van het bestemmingsplan, inclusief het oprichten van bouwwerken. De Buurtvereniging verwijt de Gemeente niet onpartijdig te zijn wegens eigen belang bij het aantrekken van bezoekers uit de wijde omgeving onder het mom van “verlevendiging van de buurt”. De Buurtvereniging voert verder aan dat ook overigens de besluitvorming over de omgevingsvergunning chaotisch en onzorgvuldig heeft plaatsgevonden. De Gemeente betwist onzorgvuldig te werk te zijn gegaan en stelt zich – kort samengevat – op
52
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 52
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/21
6/15/2015 7:29:41 PM
OVERHEID
NEDERLANDSE MEDIATION
het standpunt dat zij nu eenmaal te rekenen heeft met ook andere belangen dan die van de Buurtvereniging. De Gemeente heeft de bestaande normen en regelgeving toegepast, ook die ten aanzien van de toegestane geluidswaarden. De Buurtvereniging verwijt de Horeca-exploitant stelselmatig de vergunningvoorschriften te overtreden, met name door de al veel te hoge toegestane aantallen decibellen te overschrijden, en stelt dat de vestiging van een grootschalige horeca exploitatie inclusief zalenverhuur met het karakter van een (openlucht) disco en partycentrum in de nabijheid van een rustige woonomgeving onrechtmatig en onaanvaardbaar is. De Evenementenorganisatie en de Horeca-exploitant verwerpen de verwijten van de Buurtvereniging en betwisten dat de vergunningvoorschriften worden overtreden. Ter terechtzitting oppert de bestuursrechter de mogelijkheid van mediation. Alle partijen stemmen ermee in een poging te wagen om een minnelijke regeling te bereiken. Belangen Aan het begin van het mediationproces zijn de volgende belangen door partijen ingebracht: De Buurtvereniging - wegnemen van overlast door (vooral in de buitenruimte georganiseerde) evenementen, met door DJ geproduceerde versterkte dance, c.q. housemuziek; - het kunnen vertrouwen op adequate handhaving en het nakomen van afspraken over klachtenafhandeling; - ermee rekening houden dat er al een groot aantal andere evenementenlocaties in de buurt zijn die geluidsoverlast geven. Gemeente: - waarborgen goede fysieke leefomgeving, maar ook verdere ontwikkeling van recreatieve voorzieningen mogelijk maken in het belang van de Gemeente als geheel; - toepassing gelijkheidsbeginsel vanuit objectieve normen en beleid; - procedures beperken; - efficiënte handhaving; - adequate vergunningverlening. De Evenementenorganisatie: - behoefte aan een aantrekkelijke extra locatie voor evenementen en een horecavoorziening; - vergunningverlening waardoor gezonde exploitatie mogelijk is met inachtneming van het profiel/functie die zij heeft en deze bij voorkeur versterkt; NM 2015/21
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 53
-
dit alles in balans met de buurt.
Horeca-exploitant: - gezonde exploitatie en optimale samenwerking met de Evenementenorganisatie; - invulling geven aan vraag van bewoners/bedrijven; - met zekerheid voor de toekomst in verband met nieuwe vergunningaanvragen. Resultaat De mediation is geslaagd en afgesloten met een feestelijke bijeenkomst van de partijen. Partijen hebben een volledige overeenstemming bereikt. Dankzij alle goede wil van de partijen en niet in de laatste plaats door de vakkundige wijze waarop de mediator de mediation heeft gevoerd. De afspraken in de vaststellingsovereenkomst zijn gericht op de toekomst. Er zijn voor enkele onzekerheden evaluatiemomenten ingelast. In de loop van de mediation bleek dat een aantal vragen ten aanzien van de feiten moest worden beantwoord. In het mediationproces is veel aandacht besteed aan de selectie van het onderzoeksbureau waar iedereen vertrouwen in heeft, in de formulering van de onderzoeksopdracht, en de gelegenheid om de onderzoeksresultaten te becommentariëren. Dankzij deskundige adviezen van door partijen ingeschakelde onafhankelijke en neutrale onderzoeksbureaus/adviseurs (waarvan uiteindelijk de kosten grotendeels door de Gemeente voor haar rekening zijn genomen) zijn veel onduidelijkheden opgelost, vooral door geluidsmetingen en het concretiseren/objectiveren van het begrip geluidsoverlast. Er is veel aandacht besteed aan een feitenonderzoek en het leggen van een feitenbasis waar alle partijen vertrouwen in hebben. Aan de uiteenlopende belangen is uiteindelijk zo veel mogelijk tegemoet gekomen en al met al kan worden vastgesteld dat de in de vaststellingsovereenkomst gemaakte afspraken onverhoopte nieuwe conflicten zoveel als mogelijk is zullen voorkomen. Opmerkingen mediator en coach mr. H.J. van Gijssel Qua proces zijn twee opvallende punten te noemen. Ten eerste: gemiddeld zaten zeven, acht actieve en gemotiveerde personen namens de vier partijen aan tafel, met daarnaast een aantal andere betrokkenen en deskundigen “in de achterban”. Ondanks de verschillen in belangen en percepties, en ondanks de tijd die het iedereen kostte, bleef men respectvol in gesprek met elkaar, actief, oplossingsgericht én ook kritisch. Hoewel
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
53
6/15/2015 7:29:41 PM
OVERHEID
NEDERLANDSE MEDIATION
wellicht lager hadden moeten worden gesteld. Met de Gemeente hadden zij natuurlijk ook belang bij een goede verstandhouding met de buurt, zoals de Buurtvereniging belang had bij een goede verstandhouding met de Evenementenorganisatie en de Horeca-exploitant. Het was mooi om te zien hoe partijen elkaar in die verschillende belangen vonden.
het soms lastig was, bleef iedereen zich inzetten, en haakte niet af. Ten tweede: de inhoudelijke materie (geluidhinder) is behoorlijk technisch en vergt specifieke deskundigheid. Men is niet afgegaan op alleen de deskundigheid van de Gemeente, maar er is veel tijd, energie (en ook geld) geïnvesteerd in het leggen van een gemeenschappelijke feitenbasis in de specifieke situatie, waar iedereen vertrouwen in had.
PROCES MEDIATION
Zo zijn er verschillende metingen op verschillende locaties uitgevoerd, rekening houdende met weersomstandigheden, is advies gevraagd over denkbare maatregelen etc. Dit alles kostte natuurlijk wel veel tijd, energie, en geld. Qua inhoud van de afspraken is interessant dat er afspraken zijn gemaakt over de uitgangspunten voor de nieuwe milieuvergunning, opgenomen in de definitieve ontvankelijke aanvraag, die als bijlage aan de overeenkomst is gehecht. Het buitengewoon complexe geheel van feiten, de verschillende aard van de regelgeving die de verhoudingen tussen de partijen beheersen (bestuursrecht en privaatrecht) en de uiteenlopende belangen (commercieel belang, prettige leefomgeving, belang van zorgvuldigheid en evenwichtig behoorlijk bestuur) maakten de totstandkoming van goede onderlinge afspraken zeer lastig. Alle partijen hadden echter grote belangen bij de totstandkoming van goede afspraken. De kansen van de Buurtvereniging om via de bestuursrechter haar doel te bereiken konden niet hoog worden ingeschat. De bestuursrechter mag immers niet op de stoel van de Gemeente gaan zitten en kan de wettelijke bevoegdheden van de Gemeente niet beperken. De kansen van de Buurtvereniging om haar doel te bereiken via de burgerlijke rechter leken eveneens gering. Daarbij kwam dat de Buurtvereniging niet beschikte over genoeg geld om te blijven procederen en ook niet over de faciliteiten en de middelen om bewijs te leveren van de overschrijding van de vergunningvoorschriften. De Evenementenorganisatie kon zich beroepen op de vergunningen die zijn verleend, evenals de Horeca-exploitant. Een vergunning vrijwaart een vergunninghouder weliswaar niet per definitie van aansprakelijkheid uit hoofde van onrechtmatige daad maar het zou voor de Buurtvereniging wel eens zeer lastig geweest kunnen zijn om haar stelling dat de Horeca-exploitant de vergunningvoorschriften heeft overtreden hard te maken en dat schade is berokkend aan de Buurtvereniging als rechtspersoon zelf. De Evenementenorganisatie en de Horeca-exploitant voorzagen problemen bij nieuwe aanvragen, temeer daar in de loop van de mediation duidelijk was geworden dat de geluidsgrenzen 54
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 54
Verwijziging door rechter Het betreft hier een verwijzing door de bestuursrechter. Co-mediation Geen co-mediation. De mediation is begeleid door één mediator. Achtergrond mediator Mevrouw mr. M.O. Pe MPM MDR MSc is een MfN-geregistreerde mediator met ervaring als jurist in het bestuursrecht. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Eén der partijen heeft zich in deze mediation laten begeleiden door mr. H.J. van Gijssel (advocaat en mediator met ervaring op het gebied van bestuursrechtelijk en privaatrechtelijk samenhangende conflicten) als mediationcoach. Hij zat gedurende het gehele mediationtraject als partijbegeleider aan tafel tijdens de verschillende mediationbijeenkomsten, maar dus niet als deelnemer. De overige partijen lieten zich vertegenwoordigen door gemachtigden, niet zijnde advocaten. Intussen keken hun advocaten wel op de achtergrond mee. In de loop van de mediation werd een onafhankelijk akoestisch bureau betrokken dat geluidsonderzoek/metingen verricht heeft, alsmede een akoestisch adviseur van de Buurtvereniging. Intake/plenair/caucus Omdat het een rechtbankmediation betrof had de intake eigenlijk al plaatsgevonden. De partijen begrepen wat mediation inhoudt. Een nader onderzoek naar eventuele medebelanghebbenden vond plaats bij aanvang van de mediation. Voor de mediationovereenkomst heeft de mediator een raamovereenkomst opgesteld, die gedurende het vervolg van het proces verder is doorontwikkeld, toen de inhoudelijke afspraken verder vorm kregen. Met name de juristen van de Gemeente en van de expositie-en Evenementenorganisatie hebben hierin een actieve rol gespeeld.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/21
6/15/2015 7:29:41 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
Er wordt een uitzondering gemaakt op de geheimhoudingsplicht voor het beantwoorden van eventuele vragen van de Gemeenteraad over de inhoud van de Overeenkomst en het op verzoek vertrouwelijk beschikbaar stellen van een kopie van de Overeenkomst aan de gemeenteraad.
Verslaglegging Van alle bijeenkomsten zijn verslagen door de mediator opgesteld. Hierin werd een persoonlijke samenvatting en weergave gegeven door de mediator van de naar haar mening voor partijen meest relevante zaken zoals geïnventariseerde verwachtingen, wensen belangen en (tussentijdse) afspraken.
Partijen zijn tot afspraken gekomen met betrekking tot de toegestane geluidsgrenswaarden zoals die zijn bepaald in het rapport van het akoestisch onderzoek en zijn gevoegd bij de aanvraag om een nieuwe omgevingsvergunning teneinde vervolgens te worden opgenomen in die nieuwe omgevingsvergunning voor de Evenementenorganisatie, voor zover deze betrekking hebben op de exploitatie van de Horeca-exploitant.
Duur In het kader van de mediation zijn over een periode van twee jaren tien gezamenlijke gesprekken gevoerd. Daarnaast heeft tussen enkele partijen afzonderlijk overleg plaatsgevonden met instemming van de overige partijen. De laatste bijeenkomst bestond uit het doornemen van de vaststellingsovereenkomst en het gezamenlijk ondertekenen. De bijeenkomsten namen gemiddeld circa twee uren in beslag. De aan de conflicten ten grondslag liggende emoties van de partijen waren aanvankelijk vooral kenbaar aan de zijde van de Buurtvereniging, niet in de laatste plaats omdat de bestuursleden die aan de mediation deelnamen zich niet serieus genomen voelden door de andere partijen. In het mediationproces kwam daar verandering in nadat onder de leiding van de mediator er een inventarisatie had plaatsgevonden van de feiten (los van de interpretatie daarvan) en van de diverse belangen. Aldus ontstond enerzijds een meer zakelijke benadering en anderzijds meer begrip zodat partijen qua ratio en emoties meer op dezelfde communicatiegolflengte uitkwamen. Dat gaf ruimte om gezamenlijk onderzoek te doen naar de vraag waarom de interpretatie van de feiten uiteen liep. Er vond in overleg onderzoek plaats, mede door externe deskundigen, naar aanvaardbare geluidswaarden. Vervolgens werd door partijen gezamenlijk gekeken naar de opties om aan de belangen van de partijen tegemoet te komen, bijvoorbeeld naar de wijze waarop kon worden gemonitord dat een overschrijding van de nog aanvaardbare geluidswaarden voor de toekomst kon worden voorkomen. Uiteindelijk lukte het partijen om daar afspraken over te maken.
De Horeca-exploitant zal zich inspannen de Buurtvereniging en Gemeente zo snel als mogelijk of ten minste twee weken van te voren, op de hoogte te stellen van evenementen waarbij een monitoringsysteem (met een meetmicrofoon) zal worden ingezet (i) middels een e-mail aan het door de Buurtvereniging en Gemeente opgegeven emailadres en (ii) op haar website. Er zijn voor de naleving van de bepalingen in de milieuvergunning afspraken gemaakt over toezicht en handhaving door zowel de Evenementenorganisatie als de Gemeente. Voorts zijn er afspraken gemaakt over een monitoringsysteem en inzage van de meetresultaten. Er zijn een klachtenregeling en klachtenprocedure overeengekomen. Partijen hebben datums afgesproken om de resultaten van de afspraken in de vaststellingsovereenkomst te evalueren en dat in geval van blijvende klachten in opdracht van en bekostigd door de Gemeente extra metingen zullen worden uitgevoerd door een onafhankelijke partij.
NM 2015/22 FAMILIE Echtscheiding. Art. 1:157, 1:158, 1:159, 1:100, 1:392 en 1:155 BW Partijen: man en vrouw met twee minderjarige kinderen en ieder een eigen bedrijf
H(arm) J. van Gijssel, Van Gijssel advocatuur en mediation, Froon Helmonds Advocaten RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST Op grond van de geheimhoudingsverklaring en de uitdrukkelijke wens van partijen dat de bepalingen in de overeenkomst op geen enkele wijze herleid kunnen worden tot de partijen dient te worden volstaan met een korte samenvatting van de meest belangrijke afspraken.
NM 2015/22
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 55
Essentie Partijen willen op een respectvolle manier uit elkaar waarin zij in de toekomst samen de zorg voor de kinderen op een gelijkwaardige manier delen en ieder in zijn of haar eigen levensonderhoud voorziet zonder dat er over en weer een verplichting is tot het betalen van partneralimentatie.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
55
6/15/2015 7:29:41 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
en de jaarstukken op heeft gesteld en de financiele afwikkeling regelde.
INHOUD MEDIATION Casus Partijen hebben samen twee minderjarige kinderen. Zij hebben ieder hun eigen bedrijf in de vorm van een eenmanszaak. De man heeft een ernstige ziekte die hem op dit moment nog niet belet in zijn arbeidswerkzaamheden maar op termijn mogelijk wel. Belangen Financiële onafhankelijkheid en gelijkwaardige zorgverdeling. Er is zeer uitvoerig gesproken over de voor- en nadelen van het doen van afstand van partneralimentatie. Uiteindelijk is gekozen voor een bepaling in het convenant waarbij ieder van partijen indien er sprake is van een onvrijwillige inkomensdaling alsnog de mogelijkheid heeft om indien de ander daarvoor de draagkracht heeft een beroep te doen in een bijdrage in de kosten van zijn of haar levensonderhoud.
Intake/plenair/caucus Er zijn alleen gesprekken geweest waarbij partijen samen aanwezig waren. Tussentijds is een keer telefonisch overleg geweest wat weer terug is gekoppeld naar de andere partij in de volgende gezamenlijke bespreking. Verslaglegging Van iedere bespreking is een verslag gemaakt. Duur 3 besprekingen over een periode van 3 maanden. N.P.J.M. Kreté van KreteMarres Advocatuur en Mediation RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST ECHTSCHEIDINGSCONVENANT
Resultaat Er is een convenant tot stand gekomen waarin recht wordt gedaan aan wederzijds respect, gelijkwaardigheid als ouders en financiële onafhankelijkheid maar ook de zorgplicht ten opzichte van elkaar als ex-partners. Opmerkingen mediator Het lastige van deze mediation was dat partijen het eigenlijk niet nodig vonden om afspraken te maken omdat zij nu op een goede manier met elkaar omgaan en erop vertrouwden dat zij er in de toekomst ook voor elkaar zouden zijn als dat nodig zou zijn. In deze heeft de mediator gewezen op het feit dat het juist belangrijk is om goede afspraken te maken als er sprake is van een goede verhouding zodat er meer kans is dat deze goede verstandhouding ook bij een wijziging van omstandigheden met bijvoorbeeld nieuwe partners, in de toekomst zal voorbestaan. PROCES MEDIATION Verwijzing door rechter Er heeft geen verwijzing via de rechtbank plaatsgevonden maar via de fiscalist van partijen.
DE ONDERGETEKENDEN: (…) IN AANMERKING NEMENDE DAT: – (…) KOMEN OVEREEN ALS VOLGT: met betrekking tot de echtscheidingsprocedure: Artikel 1 1.1 verzoekschrift Partijen zullen direct na ondertekening van dit convenant een gemeenschappelijk verzoek tot echtscheiding indienen bij de Rechtbank Den Haag. 1.2 verzoek tot inschrijving Partijen zullen, teneinde de inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente x te bevorderen, binnen 14 dagen na het uitspreken van de echtscheiding de ambtenaar van de burgerlijke stand verzoeken tot inschrijving van de echtscheidingsbeschikking over te gaan. met betrekking tot de kinderen:
Co-mediation Nee. Achtergrond mediator De mediatior is vFas-advocaat en scheidingsmediator en heeft naast een rechtenstudie de HBO Jeugdwelzijnswerk gevolgd. Partijbegeleiders en andere betrokken Partijen hadden een gezamenlijke fiscalist die een overzicht heeft gemaakt van het vermogen 56
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 56
Artikel 2 2.1 gezag Na de echtscheiding zullen partijen het gezag over de kinderen gezamenlijk blijven uitoefenen. Partijen verplichten zich de ander op de hoogte te brengen van gewichtige aangelegenheden met betrekking tot de persoon en het vermogen van de kinderen. Beslissingen over gewichtige aangelegenheden zullen gezamenlijk moeten worden genomen.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/22
6/15/2015 7:29:41 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
Partijen beschouwen als gewichtige aangelegenheden in elk geval de te nemen beslissingen over schoolkeuze, beroepsopleiding, medische behandelingen en ingrepen, alsmede over een verblijf in het buitenland. 2.2 verblijfplaats K1 wordt ingeschreven op het GBA-adres van de man en K2 op het GBA-adres van de vrouw. De kinderen zullen echter feitelijk altijd samen bij de ene dan wel bij de andere ouder verblijven. Aan de inschrijving op het GBA-adres van de kinderen worden geen juridische gevolgen verbonden. 2.3 verdeling zorg- en opvoedingstaken Partijen achten een goed en regelmatig contact met hun kinderen van groot belang. Partijen hebben met inachtneming van de wijze waarop zij tijdens het huwelijk de zorgtaken voor de kinderen hebben verdeeld een co-ouderschapsregeling afgesproken. De kinderen verblijven om en om een week bij een van partijen. De wisseldag is op zondag. De vakanties en feestdagen worden eveneens om en om bij helfte verdeeld. 2.4 communicatie Partijen brengen elkaar op de hoogte van alle belangrijke informatie die betrekking heeft op de kinderen. De communicatie zal zo veel als mogelijk mondeling verlopen. Belangrijke aangelegenheden in het leven van de kinderen zullen niet worden besproken in aanwezigheid van de kinderen. 2.5 kinderrekening Alle belastingvoordelen als alleenstaande ouder zoals het kindgebonden budget en de alleenstaande ouderkop zullen worden overgemaakt naar de kinderrekening. De kinderbijslag wordt eveneens overgemaakt naar de kinderrekening. De kosten van de kinderen, niet zijnde de dagelijkse kosten van eten en drinken en wonen en vakanties, worden van deze rekening voldaan. Partijen zijn allebei gemachtigd tot deze rekening en kunnen middels een pinpas dan wel middels overboekingen de kosten van de kinderen van deze rekening betalen. Een eventueel tekort op deze rekening zal naar draagkracht worden aangevuld. Partijen constateren dat hun draagkracht op dit moment gelijk is en de kosten van de kinderen die niet kunnen worden voldaan uit het saldo van deze rekening zullen derhalve bij helfte worden voldaan. Een eventueel tekort op deze rekening zal eveneens bij helfte worden aangevuld. Uitgaven die
NM 2015/22
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 57
hoger zijn dan gemiddeld zullen pas worden gedaan na toestemming van de andere ouder. Een bovengemiddelde uitgave is in ieder geval een uitgave boven de € 100,--. 2.6 kinderbijslag De kinderbijslag komt ten goede aan de kinderrekening. 2.7 extra bijdrage Indien een van partijen meer dan de helft van de dagen de zorg voor de kinderen heeft dan heeft hij of zij het recht om een vergoeding voor de dagelijkse kosten te ontvangen van € 20,-- per kind per dag voor iedere dag dat het kind meer dan de afgesproken regeling bij een van partijen is. met betrekking tot het levensonderhoud: Artikel 3 3.1 levensonderhoud Partijen stellen vast dat zij op dit moment in staat zijn om in hun eigen kosten van levensonderhoud te voorzien. Indien er sprake zou zijn van een onvrijwillige inkomensdaling dan kan degene die kan aantonen dat er aan zijn of haar kant sprake is van een onvrijwillige inkomensdaling waardoor hij of zij niet meer in staat is om in zijn of haar levensonderhoud te voorzien alsnog aanspraak maken op een bijdrage in de kosten van zijn of haar levensonderhoud. In onderling overleg zal dan worden bepaald of de ander in staat is om bij te dragen in de kosten van het levensonderhoud van de ander en wat de hoogte van de bijdrage dient te zijn. 3.2 duur Partijen zijn ervan op de hoogte dat de alimentatieverplichting volgens de wettelijke bepalingen maximaal 12 jaar duurt, te rekenen vanaf de datum van inschrijving van de echtscheidingsbeschikking. Partijen kunnen tot uiterlijk 3 maanden na ommekomst van deze termijn aan de rechter verlenging van de duur vragen. Verlenging is alleen mogelijk als de beëindiging van de alimentatie dermate ingrijpende gevolgen heeft dat de beëindiging in strijd moet worden geacht met de redelijkheid en billijkheid. 3.3 samenwonen, huwelijk, geregistreerd partnerschap Indien er sprake is van samenleven met een ander als waren zij gehuwd of een geregistreerd partnerschap dan wel huwelijk dan vervalt het recht op partneralimentatie definitief voor diegene die hiertoe overgaat met ingang van de datum van het samenwonen, hertrouwen, respectievelijk van het laten registreren van het partnerschap.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
57
6/15/2015 7:29:41 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
met betrekking tot de huwelijksgoederengemeenschap: Artikel 4 4.1 verdeling Partijen gaan hierbij over tot verdeling van hun huwelijksgoederengemeenschap. De verdeling en de daaruit voortvloeiende leveringen vinden plaats onder de opschortende voorwaarde van de ontbinding van het huwelijk door de inschrijving van de echtscheidingsbeschikking.
en voorts, zonder verdere verrekening, de baten die na de peildatum aan de zijde van de vrouw in de gemeenschap zijn gevallen en nog zullen vallen. De vrouw verplicht zich om de navolgende schulden voor haar rekening te nemen: – ½ hypothecaire geldlening x
€ 99.121,--
– ½ hypothecaire geldlening x
€ 300.879,--
– eenmanszaak x
€ 32.505,--
4.2 peildatum Partijen komen overeen dat als peildatum voor de omvang en de waardering van de goederen van de huwelijksgemeenschap zal gelden 31 december 2014.
en voorts, zonder verdere verrekening, de schulden die na de peildatum op haar naam en/of door haar toedoen zijn ontstaan.
4.3 baten Tot de huwelijksgoederengemeenschap van partijen behoren de navolgende baten:
4.6 baten en schulden voor de man Aan de man worden de navolgende baten toegedeeld:
– de echtelijke woning
PM
– auto merk: x
€ 3.500,--
– IB teruggave 2013
€ 3.914,--
– aandelen x
€ 110.152,--
– inboedel
PM
– saldo bankrekeningen
PM
4.4 schulden Tot de huwelijksgoederengemeenschap van partijen behoren de navolgende schulden: – hypothecaire geldlening x – hypothecaire geldlening x
€ 300.879,--
– IB aanslag 2013
€ 898,--
– rekeningcourantschuld x
€ 105.400,--
– eenmanszaak x
€ 22.962,--
– eenmanszaak x
€ 32.505,--
4.5 baten en schulden voor de vrouw Aan de vrouw worden de navolgende baten toegedeeld: PM
– auto merk: x
€ 3.500,--
– IB teruggave 2013
€ 3.914,--
– ½ inboedel
PM
– ½ saldo bankrekeningen
PM
58
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 58
PM
– aandelen x
€ 110.152,--
– ½ inboedel
PM
– ½ saldo bankrekeningen
PM
en voorts, zonder verdere verrekening, de baten die na de peildatum aan de zijde van de man in de gemeenschap zijn gevallen en nog zullen vallen. De man verplicht zich om de navolgende schulden voor zijn rekening te nemen:
€ 99.121,--
– ½ verkoopopbrengst echtelijke woning
– ½ verkoopopbrengst echtelijke woning
– ½ hypothecaire geldlening x
€ 99.121,--
– ½ hypothecaire geldlening x
€ 300.879,--
– IB aanslag 2013
€ 898,--
– rekeningcourantschuld x
€ 105.400,--
– eenmanszaak x
€ 22.962,--
en voorts, zonder verdere verrekening, de schulden die na de peildatum op zijn naam en/of door zijn toedoen zijn ontstaan. 4.7 overbedeling Op grond van de bovenstaande verdeling is de man overbedeeld met een bedrag van € 2.991,50. De waarde van de bedrijven alsmede de hoogte van de rekeningcourantschuld op de peildatum is nog niet bekend. Bovengenoemde waarde van de bedrijven alsmede de hoogte van de rekeningcourantschuld is van 31 december 2013.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/22
6/15/2015 7:29:41 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
Partijen zullen de heer x van x te x vragen de jaarstukken van 2014 op te stellen en om aan de hand daarvan de waarde van de bedrijven en de hoogte van de rekeningcourantschuld op de peildatum te bepalen. Het door de heer x in te nemen standpunt op dit punt is bindend. Een eventuele over- of onderbedeling van een der partijen zal zo veel als mogelijk worden gecompenseerd bij de verdeling van de inboedel. 4.8 inboedel (…)
6.2 periode tot en met 31 december 2014 De heffingen en teruggaven met betrekking tot de jaren tot en met 31 december 2014 worden bij helfte voldaan dan wel bij helfte verdeeld, zulks zonder nadere verrekening.
4.9 bankrekeningen (…) 4.10 nalatenschappen (…) Artikel 5 echtelijke woning 5.1 levering echtelijke woning (…) 5.2 lasten echtelijke woning (…) Artikel 6 aandelen in de besloten vennootschap Partijen geven hierbij opdracht aan notaris x van Notariaat x te x of diens plaatsvervanger, om, nadat de echtscheidingsbeschikking is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand een notariële akte te passeren waarbij de aandelen in de besloten vennootschap x aan de man worden geleverd. De kosten van deze akte zijn voor rekening van de man. Artikel 6 fiscale regeling 6.1 algemeen Partijen zullen tot en met 1 januari 2016 in overleg met elkaar de aangiften inkomstenbelasting (laten) doen en spreken daarbij het volgende af. Onder “heffingen” wordt in dit artikel verstaan: teruggaven alsmede betalingsverplichtingen ingevolge aanslagen en voorlopige aanslagen inkomstenbelasting/premies volksverzekeringen, teruggaven alsmede betalingsverplichtingen uit hoofde van de inkomensafhankelijke bijdrage voor de zorgverzekeringswet, de zorgtoeslag, huurtoeslag, kinderopvangtoeslag en het kindgebonden budget, alsmede eventuele rente begrepen in deze teruggaven en/of betalingsverplichtingen. Het eventueel te behalen voordeel uit middeling in de zin van artikel 3.154 Wet inkomstenbelasting 2001 wordt nadrukkelijk niet aangemerkt als heffing in de zin van dit artikel. Bij zowel de berekening van de heffingen op grond van dit artikel als de optimalisatie van de aangiften maken partijen nadrukkelijk gebruik NM 2015/22
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 59
van de mogelijkheid van toerekening van bepaalde inkomensbestanddelen in de zin van artikel 2.17 Wet inkomstenbelasting 2001 en de mogelijkheid om op grond van lid 7 van voornoemd artikel op verzoek inkomensbestanddelen toe te rekenen over het volledige kalenderjaar waarin het fiscaal partnerschap is verbroken door indiening van het echtscheidingsverzoek en/of wijziging van de inschrijving in de gemeentelijke basisadministratie door (ten minste) een der partijen.
6.3 periode tot en met 31 december 2015 Heffingen welke zien op de periode van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015 komen toe aan degene op wiens naam de teruggave en/of aanslag is gesteld. Het voorgaande is niet van toepassing voor eventuele heffingen welke reeds in de vermogensafwikkeling tussen partijen in aanmerking zijn genomen als materiële belastingschuld voor de inkomstenbelasting/premies volksverzekeringen (belastinglatentie), zulks tot het bedrag waarvoor zij in de vermogensafwikkeling in aanmerking zijn genomen. 6.4 periode vanaf 31 december 2015 Heffingen welke zien op de periode vanaf 31 december 2015 worden zonder nadere verrekening gedragen door de persoon op wiens naam deze zijn gesteld. 6.5 niet aan periode te herleiden Voor zover heffingen niet kunnen worden herleid naar een bepaalde datum, worden deze voor het doel van deze bepaling pro rata toegerekend aan de periode tot 31 december 2014. 6.6 Partijen zijn op de hoogte van de fiscale gevolgen van beëindiging van het huwelijk en de huidige eigenwoningregeling. De regeling heeft tot gevolg dat de aftrekbaarheid van de hypotheekrente na het verstrijken van de 2-jaarsperiode wordt beperkt, afhankelijk van de eigendomssituatie. Voor de mede-eigenaar/niet-bewoner in dit geval de vrouw verhuist de eigen woning fiscaal naar box 3, waardoor de hypotheekrente niet meer aftrekbaar is. Partijen hebben om die reden de regeling afgesproken zoals opgenomen in artikel 5.2 van dit convenant.
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
59
6/15/2015 7:29:41 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
6.7 optimalisatie aangiften over de jaren tot en met 31 december 2014 Onverlet de draagplicht met betrekking tot heffingen zoals omschreven in de leden 6.1 tot en met 6.6 van dit convenant maken partijen voor de jaren tot en met 31 december 2014 gebruik van de mogelijkheid om de aangiften in onderling overleg en binnen de grenzen van wet- en regelgeving op elkaar af te stemmen. Het voordeel als gevolg van deze optimalisatie alsmede de kosten hiervan worden tussen partijen gedeeld als onderdeel van de vermogensafwikkeling. 6.8 Het voordeel van optimalisatie dat voor deling in aanmerking komt wordt als volgt vastgesteld: - De aangiften inkomstenbelasting/premies volksverzekeringen worden door partijen opgesteld overeenkomstig de onderlinge draagplicht zoals omschreven in de leden 6.1 tot en met 6.7 van dit convenant. De hieruit voortvloeiende heffingen worden aangemerkt als de “eigen heffing” van respectievelijk de vrouw en de man. - De aangiften worden geoptimaliseerd binnen de mogelijkheden die de (fiscale) weten regelgeving daartoe biedt. De geoptimaliseerde aangiften worden ingediend. - Het verschil tussen de eigen heffing (van de man en de vrouw) en de heffing na optimalisatie wordt aangemerkt als het voordeel van de optimalisatie dat voor deling in aanmerking komt. - Na ontvangst van de aanslag respectievelijk teruggaven heeft de ene partij een betalingsverplichting aan de andere partij. Deze betalingsverplichting bedraagt een zodanig bedrag, dat na voldoening hiervan beide partijen de eigen heffing dragen en de helft van het voordeel van de optimalisatie hebben ontvangen. 6.9 Indien en voor zover de geoptimaliseerde aangifte leidt tot een (voorlopige) betalingsverplichting van een der partijen die hoger is dan de eigen heffing, is de andere partij gehouden om het verschil tussen beiden voor te schieten. 6.10 periode met ingang van 1 januari 2016 Met ingang van 1 januari 2016 verzorgt ieder de eigen aangifte inkomstenbelasting/premies volksverzekeringen en vindt slechts afstemming plaats indien en voor zover discussie over de heffingen ontstaat welke van invloed kan zijn op de heffing van de ander. De geschillenregeling van artikel 14 van dit convenant is hierop nadrukkelijk van toepassing.
Artikel 7 pensioenaanspraken 7.1 opgebouwde pensioenaanspraken Partijen constateren dat pensioenaanspraken, vallende onder de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding (hierna: Wvps) zijn opgebouwd. a. door de man bij: - x - x b. door de vrouw bij: - x - x 7.2 niet standaardverevening De door partijen opgebouwde pensioenaanspraken zullen niet worden verevend overeenkomstig de in art. 3 lid 1 van de Wvps opgenomen standaardregeling. In plaats daarvan komen partijen overeen dat: - 100 % van de pensioenaanspraken vallende onder de Wvps in x en 100% van de pensioenaanspraken van het x aan de man worden toebedeeld en 0% van de pensioenaanspraken vallende onder de Wvps in x en 0% van de pensioenaanspraken van het x aan de vrouw wordt toebedeeld; - 100 % van de pensioenaanspraken vallende onder de Wvps bij het x en 100% van de pensioenaanspraken van de x aan de vrouw worden toebedeeld en 0% van de pensioenaanspraken vallende onder de Wvps bij het x en 0% van de pensioenaanspraken van de x van het x aan de man worden toebedeeld. 7.3 mededelingsformulier - Partijen geven hierbij opdracht aan mr. N.P.J.M. Kreté-Marres om na de inschrijving van de echtscheidingsbeschikking aan de hiervoor genoemde pensioenuitvoerder(s) mededeling te doen van de echtscheiding en van de tussen partijen gemaakte afspraken omtrent de verevening. - Partijen verplichten zich het mededelingsformulier te ondertekenen. 7.4 bijzonder nabestaanden pensioen - Partijen zijn zich ervan bewust dat het bepaalde in de Wvps geen betrekking heeft op het bijzonder nabestaandenpensioen. - Partijen zijn ervan op de hoogte dat in verband met de wetswijziging met betrekking tot het nabestaandenpensioen zij na de echtscheiding bij overlijden mogelijk geen aanspraak meer hebben op de opgebouwde rechten van het nabestaandenpensioen van degene die is overleden. met betrekking tot schulden: Artikel 8 schulden (…)
60
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 60
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
NM 2015/22
6/15/2015 7:29:41 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
met betrekking tot kwijting en vrijwaring: Artikel 9 kwijting en vrijwaring (…) Slotartikelen: Artikel 10 kosten (…) Artikel 11 rechten en aanspraken (…) Artikel 12 effectuering Partijen verbinden zich dadelijk na ontbinding van hun huwelijk alle maatregelen te zullen nemen, respectievelijk daaraan te zullen meewerken, nodig ter effectuering van al het vorenstaande. Artikel 13 ontbinding (…) Artikel 14 geschillen (…)
NM 2015/22
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 61
Afl. 2- 2015
Stylesheet: T1nm V1.0
61
6/15/2015 7:29:41 PM
8 e DRUK
BESTEL NU!
Arbeidsrecht
Arbeidsrecht TEKST & C O M M E N TA A R
HET NIEUWE ONTSLAGRECHT
Tekst & Commentaar
TC_adv_168x242.indd 1 T1b_NM_1502_bw_V02.indd 62
Kunt u zonder?
30/04/2015 15:11 6/15/2015 7:29:41 PM
Legal Mediation Academy
NIEUW! Uw cliënten vragen om een professional die meer kan bieden dan een generalist die de communicatie faciliteert. Ook krijgt mediation een steeds duidelijker positie in het juridische systeem. Komende nieuwe wetgeving stelt strengere eisen aan de kwaliteit van mediators. Dus ook aan u! Deze ontwikkeling vraagt om mediators die inhoudelijk gespecialiseerd zijn én over juridische competenties beschikken. Volg een cursus en/of congres bij de LMA en word dé mediation professional!
Cursussen en congressen
www.wolterskluwer.nl/LMA
T1b_NM_1502_bw_V02.indd 63
6/15/2015 7:29:42 PM
ESSENTIE
efficiënt
rendement
snelheid
Sneller tot essentie met een Navigator webinar of training
GRAT
IS
Wolters Kluwer biedt verschillende GRATIS trainingen en webinars aan om u te ondersteunen bij het gebruik van de vernieuwde Navigator. Na het volgen hiervan kunt u efficiënter werken, komt u sneller tot essentie en haalt u meer rendement uit Navigator.
Bekijk de data en meld u aan via www.wolterskluwer.nl/navigator/support
Sneller tot essentie. T1b_NM_1502_bw_V02.indd 64 34997-ADV NAVIGATOR 168X242.indd 1
6/15/2015 7:29:44 PM 21-05-15 12:33
memo 2 015
NU INCLUSIEF HANDIGE APP!
Het Advocatenmemo 2015 Alle essentiële feiten en cijfers handzaam bij elkaar
Nu inclusief ADVapp: dé app voor advocaten
ADVapp is beschikbaar in de App Store (Apple) en in Google Play (Android).
Ga voor meer informatie naar www.wolterskluwer.nl/advocatenmemo
34704_Campagne AdvApp_168x242.indd 1 T1b_NM_1502_lijm_V02.indd 3
19-03-15 16:57 6/15/2015 7:36:58 PM
Compendium van het personen- en familierecht Nieuwe, twaalfde druk Compendium van het personen- en familierecht In deze twaalfde druk zijn een groot aantal wetswijzigingen en relevante nationale en internationale jurisprudentie verwerkt. Dit boek biedt weer een actueel overzicht van het volledige personen- en familierecht. In een achttiental hoofdstukken behandelen de auteurs alle onderdelen van het steeds veranderende Boek 1 BW. Wortmann en Duijvendijk-Brand nemen verschillende onderwerpen voor hun rekening. Aan de orde komen onder andere: Het naamrecht; Het huwelijksrecht; Het geregistreerd partnerschap; Het huwelijksvermogensrecht; De (echt)scheiding; Afstamming en adoptie;
Auteur: Druk: ISBN: Datum verschijning: Aantal pagina’s: Prijs:
Ouderlijk gezag en voogdij; Kinderbeschermingsmaatregelen; Alimentatie; Maatregelen ter bescherming van meerderjarigen, zoals mentorschap en beschermingsbewind.
mr. S.F.M. Wortmann , mr. J. van Duijvendijk-Brand. 12 9789013127034 29 januari 2015 424 € 44,50 (incl. btw)
www.wolterskluwer.nl in onze shop bestelt u zonder verzendkosten
1503_Compendium PenFR_168x242.indd 1 T1b_NM_1502_lijm_V02.indd 4
25-03-15 11:31 6/15/2015 7:36:59 PM