16 de Activiteitenverslag 2009 Cel voor Financiële Informatieverwerking
VOORWOORD............................................................................................................................ 5
I
SAMENSTELLING VAN DE CEL.................................................................................................. 7
II
WETGEVENDE ONTWIKKELINGEN........................................................................................... 9 Omzetting van de derde Europese richtlijn – Wet van 18 januari 2010 tot wijziging van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, en het Wetboek van vennootschappen........................ 9
III
STATISTIEKEN......................................................................................................................... 15 1. Kerncijfers............................................................................................................................ 15 1.1. Van 1 december 1993 tot 31 december 2009...................................................................... 15 1.2. Evolutie over de 5 laatste jaren.......................................................................................... 15 1.3. Evolutie van het aantal doorgemelde meldingen in vergelijking . met het aantal ontvangen meldingen................................................................................. 16 1.4. Evolutie van het gemiddeld aantal meldingen per maand................................................. 16 1.5. Evolutie van het aantal nieuwe dossiers per referentieperiode............................................. 17 1.6. Evolutie van het aantal aan de parketten doorgemelde dossiers......................................... 17 1.7. Verzet tegen de uitvoering van een verrichting.................................................................... 17 2. Ontvangen meldingen.......................................................................................................... 19 2.1. Onderverdeling per jaar van het aantal meldende ondernemingen. en personen / totaal aantal meldende ondernemingen en personen.................................... 19 2.2. Verdeling van het aantal meldingen per sector................................................................... 20 2.3. Verdeling van het aantal meldingen per jaar en per sector – evolutie per jaar..................... 22 2.4. Overzicht van de verzoeken om inlichtingen ontvangen . van buitenlandse meldpunten – evolutie per jaar................................................................ 23 2.5. Overzicht van de verzoeken om inlichtingen gericht aan buitenlandse meldpunten . in 2008 en 2009................................................................................................................ 26 2.6. Meldingen van de casino’s................................................................................................. 29 2.7. Verdeling van het aantal meldingen per gerechtelijk arrondissement.................................. 31 3. Dossiers................................................................................................................................ 33 3.1. Indeling van de dossiers volgens de aard van de belangrijkste verrichtingen...................... 33 3.2. Geseponeerde dossiers........................................................................................................ 34 3.3. Openstaande dossiers......................................................................................................... 35 4. Doormeldingen..................................................................................................................... 37 4.1. Aantal doorgemelde dossiers per meldende instelling......................................................... 37
2
INHOUD
4.2. Door de Cel aangegeven bedragen in de doorgemelde dossiers........................................... 38 4.3. Verdeling per gerechtelijk arrondissement van de dossiers die tussen 01/12/93 en 31/12/09 werden doorgemeld en het door de gerechtelijke overheden gegeven gevolg......................... 39 4.4. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de aard van de verrichting......................... 41 4.5. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens witwasstadium........................................... 43 4.6. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens het belangrijkste onderliggend misdrijf...... 44 4.7. Door de Cel aangegeven bedragen in de doorgemelde dossiers volgens . het belangrijkste onderliggend misdrijf.............................................................................. 47 4.8. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de nationaliteit . van de belangrijkste betrokkene.......................................................................................... 48 4.9. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens verblijfplaats van de belangrijkste betrokkene.....50
IV
TRENDS OP VLAK VAN WITWASSEN EN FINANCIERING VAN TERRORISME........................ 53 1. Huidige trends...................................................................................................................... 53 1.1. Dossiers in verband met economische en financiële misdrijven............................................ 53 1.2. Dossiers in verband met illegale handel............................................................................. 67 1.3. Dossiers in verband met financiering van terrorisme........................................................... 74 2. Andere werkwijzen................................................................................................................ 77 2.1. Gebruik van belastingparadijzen........................................................................................ 77 2.2. Witwassen in nichesectoren................................................................................................ 79 2.3. Witwassen en fraude met notionele intrest.......................................................................... 81 3. Financiële stromen............................................................................................................... 83 3.1. Oplichting......................................................................................................................... 84 3.2. Illegale drughandel........................................................................................................... 86 3.3. Handel in clandestiene werkkrachten................................................................................. 87 3.4. Exploitatie van prostitutie.................................................................................................. 89 3.5. Ernstige en georganiseerde fiscale fraude........................................................................... 90 3.6. Financiering van terrorisme.............................................................................................. 94
V
ANDERE ACTIVITEITEN........................................................................................................... 97 1. De Financiële Actiegroep (FAG)........................................................................................... 97 2. Het Comité van deskundigen van de Raad van Europa inzake de evaluatie van maatregelen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (MONEYVAL)..... 99 3. De Egmont Groep................................................................................................................. 99 4. Internationale samenwerking.............................................................................................. 100 5. Wederzijdse evaluaties......................................................................................................... 100 6. Vorming van magistraten.................................................................................................... 100 7. Diverse activiteiten............................................................................................................. 101
3
VOORWOORD
Het aantal meldingen ontvangen door de CFI in 2009 is blijven toenemen tot uiteindelijk 17.710 meldingen, hetzij een maandelijks gemiddelde van 1.431 tegenover 1.296 in 2008 en 1.069 in 2007. Het aantal nieuwe dossiers (4.925) dat in de loop van datzelfde jaar werd geopend op basis van deze meldingen is nagenoeg op hetzelfde niveau gebleven als in 2007 (4.927) en 2008 (4.875). Dit toont aan dat de kwaliteit van de opsporingen door de financiële sector is gegroeid. De CFI ontvangt steeds vaker per dossier een groter aantal meldingen afkomstig van verschillende melders. Als we rekening houden met de witgewassen bedragen die preventief werden opgespoord en die door de CFI werden overgemaakt aan de gerechtelijke overheden, dan bereikt het totaal hiervan in het jaar 2009 2.141,42 miljoen EUR. Dit cijfer, dat veel hoger is dan de vorige jaren, vloeit voornamelijk voort uit de doormelding van één enkel dossier waarin een globale stroom van 1,7 miljard EUR afkomstig van een Oost-Europese bank via het Belgische banksysteem werd doorgesluisd met als bestemming verschillende tegenpartijen wereldwijd. De analyse in deze zaak toonde duidelijk het verband aan tussen de eigenlijke opdrachtgevers van de bankverrichtingen en feiten van ernstige en georganiseerde fiscale fraude, corruptie, verduistering, oplichting of georganiseerde misdaad. Deze zaak toont ten overvloede het volume en de flexibiliteit aan waarmede misdaadgeld wordt omgezet, alsook het grensoverschrijdend karakter ervan en de banden met fondsen van multi-criminele oorsprong. In dit opzicht moet de overheersende aanwezigheid van financiële, economische en sociale misdaad die aan de basis liggen van de omstreden bedragen opgespoord door de CFI in 2009 vooral opvallen in een context van internationale crisis. Op één jaar vertegenwoordigen de gecumuleerde bedragen in dit soort dossiers alleen al 1.971,49 miljoen EUR van het reeds vermelde totaal van 2.141,42 miljoen, hetzij 92 %. Deze vaststelling is een beduidende indicator van de echte dreiging die de financiële netwerken van de misdaad- en ondergrondse* economie kunnen betekenen voor de stabiliteit van de socio-economische structuur van de democratische staten. In casu geldt deze vaststelling des te meer door eraan te herinneren dat de bevoegdheid van de CFI tot doormelding naar de parketten enkel kan uitgeoefend worden voor de meest ernstige misdaadvormen die aan de basis liggen van de opgespoorde gelden. Een concreet voorbeeld hiervan is dat van de verschillende filières van mensenhandel, exploitatie van de prostitutie (Afrikaanse en Oost-Europese netwerken) en handel in clandestiene werkkrachten (bouwsector en industriële reinigingssector) waarvan 227 dossiers in 2009 werden overgemaakt aan het openbaar ministerie. De uitbuiting van de slachtoffers van deze netwerken gaat samen met het plegen van belangrijke fraude op het vlak van de sociale zekerheid en de fiscale wetgeving. De opbrengst van deze fraude vergroot nogmaals de illegale winst van de organisatoren en van diegenen die op één of andere wijze hun steun verlenen als mededader en/of medeplichtige, weze het in het buitenland of in eigen land. In dit type van parallelle circuits is het gebruik van bankverrichtingen in de tijd beperkt tot het strikt noodzakelijke om aan de verrichtingen een wettelijke schijn te geven, zoals dit het geval is bij fictieve vennootschappen en de tussenkomst van een stroman. Dit betekent eveneens dat het gebruik van baargeld één van de meest geschikte middelen blijft die deze structuren toelaat de sporen van de onrechtmatige inkomsten te doen verdwijnen. Over het algemeen - overigens net zoals in 2008 - moeten we het belang onderlijnen van het gebruik van contant geld in de witwasoperaties die werden opgespoord, ontleed en overgemaakt aan de verschillende parketten.
5
Dit fenomeen vindt men ook terug in de dossiers die werden overgemaakt met betrekking tot ernstige en georganiseerde fiscale fraude. Zo bereiken in 2008/2009, voor wat enkel deze dossiers betreft, de contante inkomende stromen een bedrag van 41,815 miljoen EUR voor een totaal van 91,477 miljoen EUR voor de girale verrichtingen komende van het buitenland en 55,327 miljoen afkomstig van de Belgische banken. Voor de uitgaande stromen tellen we een totaal bedrag van 20,696 miljoen contanten voor een samengeteld bedrag van 71,306 miljoen bankoverdrachten naar het buitenland en 62,181 miljoen naar een rekening in België als bestemming. Het contant geld vertegenwoordigt zodoende 28,5 % van de verrichtingen in het eerste geval en 15,4 % in het tweede geval. De aangehaalde voorbeelden, waaronder deze die in het huidige activiteitenverslag worden uitgewerkt, zetten één van de rollen van de CFI op de voorgrond. Naast haar operationele kerntaak heeft de Cel eveneens de opdracht deze tendensen onder de aandacht te brengen. Zodoende kunnen zowel de privé als de publieke partners, die betrokken zijn in de strijd tegen het witwassen, te gelegener tijd worden gewaarschuwd. Zij hebben zo de mogelijkheid een tegenstrategie uit te werken, geëigende procedures in te voeren en zo nodig hun acties op mekaar af te stemmen. Het optimaal functioneren van het hele systeem zou moeten leiden tot het recupereren van een maximum aan misdaadkapitaal. De nieuwe coördinerende opdracht waarmee de CFI belast werd door de wet van 18 januari 2010 tot wijziging van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (BS van 26 januari 2010) draagt tot deze logica bij. Het nieuwe artikel 22 bepaalt inderdaad: “Deze autoriteit krijgt tevens de opdracht te zorgen voor overleg en een doeltreffende samenwerking tussen de nationale overheidsinstanties die rechtstreeks of onrechtstreeks betrokken zijn bij de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, met inachtneming van hun specifieke bevoegdheden.”** De wetgever heeft aldus bekrachtigd hetgeen altijd al de leidraad is geweest van de werking van de CFI: een zo doeltreffende mogelijke schakel in een geïntegreerd samenwerkingssysteem tussen zowel de publieke als de privésector in de strijd tegen het fenomeen van het witwassen. Men kan niet omheen deze vaststelling: de witwasactiviteiten zijn inderdaad de financiële verzamelplaats van alle ernstige misdaadvormen – waaronder de economische, de sociale en de financiële criminaliteit - met als doel het pure winstbejag. Om deze reden moeten de inspanningen die op dit gebied reeds werden geleverd binnen het preventieve en strafrechtelijke stelsel worden gehandhaafd en voortgezet. De beoordeling hiervan zal tijdens de 4e evaluatieronde van de FATF gebeuren waarvan de aanvang in 2012 wordt verwacht. België zal normaal één van de eerste Staten zijn waarvan de doeltreffendheid van haar globale systeem ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme zal worden getoetst.
Jean-Claude Delepière
* De studies die regelmatig op internationaal niveau werden gemaakt zijn van oordeel dat het witwassen van geld elk jaar tussen de 2 en 5 % van het wereldwijde BBP vertegenwoordigen (cfr. de uiteenzetting door het IMF tijdens de vergadering van de FATF in oktober 2009). Volgens het IMF, zou het wereldwijde BBP in 2009 60.000 miljard USD vertegenwoordigen (http://www.imf.org/external/datamapper/index.php). Zich baserende op de schatting van 2 tot 5 % van het BBP, zouden we in 2009 dus een totaal van 1.200 tot 3.000 miljard USD van witgewassen bedragen behalen. ** De wet van 18 januari 2010 die de derde Europese antiwitwasrichtlijn (2005/60/CE) omzet, moest worden opgenomen in het nationaal recht voor 15 december 2007. Ondertussen heeft de Cel reeds initiatieven genomen om de meldende sectoren te informeren over nieuwe opduikende fenomenen (money mules, fraude inzake CO2-emissierechten, Braziliaanse clandestiene werkkrachten, ‘Nigeriaanse’ oplichting).
I. SAMENSTELLING VAN DE CEL1
Voorzitter :...................................................................................Dhr. Jean-Claude DELEPIÈRE Vicevoorzitter :.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................ Dhr. Philippe de MÛELENAERE Plaatsvervangende voorzitters :..................................................... HH. Boudewijn VERHELST Philippe de KOSTER Leden :.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .............................................. HH. Michel J. DE SAMBLANX Luc BATSELIER Jean-Claude LEYS Johan DENOLF Hoofd van de onderzoeksdienst : .. ............................................................ Dhr. Kris MESKENS Hoofd van de administratie : . . . . . . .......................................................... Dhr. Philippe BOSMAN
1. Toestand op 31/12/2009
7
II. WETGEVENDE ONTWIKKELINGEN Omzetting van de derde Europese richtlijn – Wet van 18 januari 2010 tot wijziging van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, en het Wetboek van vennootschappen Op 26 januari 2010 verscheen in het Belgisch Staatsblad de wet van 18 januari 2010 tot wijziging van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, en het Wetboek van vennootschappen. Deze wet trad in werking op 5 februari 2010.
Naast de aanpassingen die noodzakelijk zijn om de richtlijn om te zetten en die rekening houden met het derde wederzijdse evaluatieverslag van België door de FAG, wijzigt de wet van 18 januari 2010 tot slot ook de structuur van de wet en hernummert het de artikelen om tegemoet te komen aan de vermeerdering van het aantal bepalingen sinds 1993.
De wet van 18 januari 2010 beoogt voornamelijk twee doelstellingen.
De eisen gesteld aan de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme ondergingen de laatste jaren een belangrijke evolutie op internationaal vlak, en dit meer in het bijzonder door de herziening van de 40 aanbevelingen van de FAG in juni 2003 en de aanneming van de Bijzondere FAG-aanbevelingen in de strijd tegen de financiering van terrorisme in 2001 en 2004.
Enerzijds de omzetting naar Belgisch recht van de Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme de derde antiwitwasrichtlijn2, evenals van haar uitvoeringsrichtlijn, Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie van 1 augustus 2006 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen van richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de definitie van politiek prominente personen en wat betreft de technische criteria voor vereenvoudigde klantenonderzoeksprocedures en voor vrijstellingen op grond van occasionele of zeer beperkte financiële activiteiten3. Anderzijds houdt de wet van 18 januari 2010 ook rekening met de resultaten van de evaluatie van het Belgische stelsel ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme die in juni 2005 door de Financiële Actiegroep tegen het Witwassen van Geld (FAG) werd uitgevoerd om na te gaan of het stelsel conform is aan de FAGaanbevelingen en om de doeltreffendheid ervan te toetsen4.
In België werd met deze internationale normen reeds in zeer grote mate rekening gehouden door de wet van 12 januari 2004 tot wijziging van het preventief antiwitwasstelsel5 , benevens meer specifiek wat de financiële sector betreft, door het Reglement van de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen van 27 juli 2004, goedgekeurd door Koninklijk besluit van 8 oktober 2004, en door haar Circulaire van 22 november 2004 over de waakzaamheidsverplichtingen met betrekking tot de cliënteel en de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme6 .
Hoewel het Belgische stelsel over het geheel genomen grotendeels in overeenstemming werd bevonden met de FAGaanbevelingen, waren er nog een aantal aanpassingen aan het wettelijk kader nodig om volledig te beantwoorden aan bepaalde aanbevelingen.
Grosso modo kan men stellen dat de wet van 18 januari 2010 geen essentiële wijzigingen teweegbrengt voor de financiële sector, daar heel wat verplichtingen die nu reeds vervat zitten in het hiervoor vernoemd Reglement van de Commissie voor het Bank-, Financieen Assurantiewezen, worden overgenomen in de wet van 11 januari 1993. Men kan echter wel van een Big Bang spreken voor de niet-financiële beroepen die onder de wet van 11 januari 1993 vallen.
2. PB L 309 van 25 november 2005, blz. 15. 3. PB L 214 van 4 augustus 2006, blz. 29. 4. Het verslag is beschikbaar op de webstek van de Cel voor financiële informatieverwerking (www.ctif-cfi.be).
5. Wet tot wijziging van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, en de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs, B.S., 23 januari 2004. 6. Circulaire PPB 2004/8 en D.250 van 22 november 2004, gewijzigd door circulaire PPB 2005/5 en D.258 van 12 juli 2005.
9
Voor een gedetailleerd en artikelsgewijs overzicht van al de wijzigingen die door de wet van 18 januari 2010 werden aangebracht aan het preventief antiwitwasstelsel kan verwezen worden naar het Overzicht van de aangebrachte wijzigingen aan de wet van 11 januari 1993 door de wet van 18 januari 20107. Wij beperken ons daarom hieronder tot een opsomming van de belangrijkste wijzigingen: • om te voldoen aan het toepassingsgebied van de derde antiwitwasrichtlijn, moest enkel het toepassingsgebied ratione personae voor de financiële ondernemingen (artikel 2, § 1) aangepast worden. Dit werd uitgebreid tot instellingen voor collectieve belegging die hun effecten rechtstreeks verhandelen bij het publiek. In het verlengde van de inwerkingtreding van de wet van 14 december 2005 houdende afschaffing van de effecten aan toonder, werd het toepassingsgebied ook uitgebreid tot de vereffeningsinstellingen als bedoeld in artikel 23, § 1, van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten ; • de definitie van de financiering van terrorisme werd aangepast aan de richtlijn 2005/60/EG, en komt overeen met artikel 2, § 2, b), van het kaderbesluit van de Raad van de Europese Unie van 13 juni 2002 inzake terrorismebestrijding, en artikel 2 van het Internationaal verdrag ter bestrijding van de financiering van terrorisme, opgemaakt te New York op 9 december 1999 ;
10
• de identificatie en verificatiegegevens door cliënten en hun uiteindelijke begunstigden hebben voortaan betrekking op hun naam, de voornaam, de geboortedatum en de geboorteplaats, en slechts in de mate van het mogelijke op hun adres ; • voor handelaren in diamant worden de identificatieverplichtingen uitgebreid tot hun diamantleveranciers waarbij aankoopverrichtingen leiden tot betalingen in contanten ; • er worden maatregelen ingebouwd om de identificatie van de uiteindelijke begunstigde te vergemakkelijken wanneer de cliënt een vennootschap of een rechtspersoon is. De eerste maatregel bestaat erin de cliënt-vennootschappen/rechtspersonen te verplichten om betreffende hun uiteindelijke begunstigden de nodige informatie te verschaffen aan de meldingsplichtigen, wanneer ze met hen een zakenrelatie aangaan of wanneer ze een occasionele verrichting uitvoeren. De tweede maatregel last een nieuwe bepaling in het Wetboek van vennootschappen in die een mededelingsplicht oplegt aan niet-beursgenoteerde vennootschappen die aandelen aan toonder of gedematerialiseerde aandelen hebben uitgegeven voor belangrijke deelnemingen vanaf de drempel van 25% zodat de cliënt-vennootschappen zelf over de nodige informatie beschikken om aan hun mededelingsverplichting aan de meldingsplichtigen te voldoen ;
• de lijst met onderliggende misdrijven opgesomd in de wet van 11 januari 1993 omvat nu diefstal of afpersing. De verzwarende omstandigheden bij diefstal of afpersing “met geweld of bedreiging” werden geschrapt ;
• een identificatiedrempel van 1.000 EUR wordt ingevoerd voor de procedures ter identificatie van de cliënten van casino’s die een financiële verrichting wensen uit te voeren in verband met het spel, en dit in zoverre er geen vermoeden is van witwassen van geld of van financiering van terrorisme ;
• de identificatieverplichtingen met betrekking tot de uiteindelijke begunstigden van de cliënt worden uitgebreid: het begrip uiteindelijke begunstigen wordt in de wet vastgelegd aan de hand van een 25% drempel van de aandelen of stemrechten van een vennootschap, of 25% van het vermogen van een rechtspersoon of een juridische constructie ;
• De wet van 12 januari 2004 voorzag reeds in de mogelijkheid voor financiële instellingen om een beroep te doen op een derde zaakaanbrenger voor de uitvoering van hun klantenonderzoeksmaatregelen. De wet breidt thans deze mogelijkheid uit naar alle andere categorieën van niet-financiële personen en instellingen beoogd door de wet van 11 januari 1993 ;
7. Overzicht van de aangebrachte wijzigingen aan de wet van 11 januari 1993 door de wet van 18 januari 2010 (www.ctif-cfi.be).
• het risicobenaderingsprincipe (“risk-based approach”) wordt volledig ingebouwd in de wet. Versoepelde klantenonderzoeksmaatregelen voor bepaalde cliënten/uiteindelijke begunstigden en producten worden limitatief opgesomd in de wet. De gevallen waar een verscherpt klantenonderzoek vereist is, staan niet-limitatief opgesomd in de wet. Een verscherpt klantenonderzoek en aldus een verhoogde bestendige waakzaamheid moet worden toegepast door de meldingsplichtigen in alle situaties die omwille van hun aard een hoger risico op witwassen van geld of financiering van terrorisme kunnen inhouden ; • de verplichting om een schriftelijk verslag op te stellen naar aanleiding van het onderzoek van een verrichting die, of een feit dat, verband kan houden met het witwassen van geld of de financiering van terrorisme wordt uitgebreid tot de niet-financiële beroepen ; • de verplichting om over een passende organisatie en passende interne controleprocedures te beschikken wordt uitgebreid naar de niet-financiële beroepen ; • de financiële instellingen krijgen onrechtstreeks toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen, waardoor zij de identificatiegegevens kunnen verifiëren van de cliënten en van de lasthebbers en de uiteindelijke begunstigden van de cliënten die niet aanwezig zijn bij hun identificatie, en de identificatiegegevens van hun cliënten en van de lasthebbers en de uiteindelijke begunstigden van hun cliënten actualiseren ; • voortaan moeten de aan de wet onderworpen personen en instellingen bij de aanwerving van hun werknemers en vertegenwoordigers nagaan zo deze over een passende professionele betrouwbaarheid beschikken ten aanzien van de risico’s die verbonden zijn aan de taken en de functies die zij zullen moeten uitoefenen ; • de verplichting om een antiwitwasverantwoordelijke aan te stellen wordt uitgebreid naar de niet-financiële beroepen die hun activiteiten uitoefenen binnen grote structuren ;
• het verbod tot betaling in contanten wordt verstrengd ; • aan de CFI wordt formeel de taak toevertrouwd te waken over een efficiënte samenwerking en de coördinatie van het overleg tussen de nationale autoriteiten die betrokken zijn in de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme ; • de burgerlijke aansprakelijkheid van de CFI als administratieve overheid, alsook deze van de bestuurs- en beslissingsorganen bij de uitoefening van hun wettelijke opdracht, kan voortaan enkel worden ingeroepen in geval van bedrog of zware fout ; • de CFI kan zich voortaan niet enkel verzetten tegen de uitvoering van de verrichting waarvan ze door een melder op de hoogte werd gebracht vóór het verstrijken van de uitvoeringstermijn, maar kan deze bevoegdheid nu eveneens gebruiken om in het kader van de behandeling van een melding de uitvoering van verrichtingen te verhinderen bij een andere financiële instelling, zonder dat deze laatste zelf een melding heeft verricht ; • de omvang van de kennisgevingsplicht voor advocaten wordt verduidelijkt naar aanleiding van het arrest nr. 10 van 23 januari 2008 van het Grondwettelijk Hof. Alleen wanneer de advocaat een activiteit uitoefent in één van de materies die zijn opgesomd in het nieuwe artikel 3 (vroeger artikel 2ter), buiten zijn specifieke opdracht van verdediging of vertegenwoordiging in rechte en van het verlenen van juridisch advies, is hij onderworpen aan de verplichting om gegevens waarvan hij kennis heeft aan de CFI mee te delen. Juridisch advies valt bijgevolg onder het beroepsgeheim, tenzij de advocaat deelneemt aan witwasactiviteiten of activiteiten voor financiering van terrorisme, het juridisch advies voor witwasdoeleinden of voor financiering van terrorisme wordt verstrekt, of de advocaat weet dat zijn cliënt juridisch advies wenst voor witwasdoeleinden of voor financiering van terrorisme. In dergelijke gevallen blijft de meldplicht bestaan ; 11
• naar aanleiding van voormeld arrest van het Grondwettelijk Hof heeft de wetgever beslist dat ook de notarissen, de bedrijfsrevisoren, de accountants, de belastingconsulenten, de erkende boekhouders alsook de erkende boekhouders-fiscalisten, genieten van de vrijstelling om te melden aan de CFI wanneer zij juridisch advies verschaffen binnen het kader van hun beroepsuitoefening. Voor de toepassing van deze vrijstelling gelden dezelfde grenzen als deze vermeld in fine van voorgaande alinea ; • wanneer een aan de wet onderworpen instelling een antiwitwasverantwoordelijke heeft, komt het in beginsel deze laatste toe om tot een melding aan de CFI over te gaan. Voor de in het nieuwe artikel 3 bedoelde niet-financiële beroepen die geen antiwitwasverantwoordelijke hebben aangesteld, is het aan de beroepsbeoefenaar (gerechtsdeurwaarder, notaris, bedrijfsrevisor, accountant, belastingconsulent of advocaat, via zijn stafhouder) om zelf die melding te verrichten ; • afwijkingen op het verbod om de cliënt of derden in kennis te stellen van het feit dat inlichtingen werden verstrekt aan de CFI, of dat een onderzoek naar het witwassen van geld of de financiering van terrorisme loopt dan wel zou kunnen worden ingesteld, worden onder strikte voorwaarden toegelaten ; • bescherming van de melders tegen bedreiging, daden van agressie of intimidatie wordt uitdrukkelijk voorzien in de wet ; • kennisgevingplicht van de controleoverheden geldt niet langer enkel en alleen bij een bewijs van witwassen of financiering van terrorisme, maar nu ook bij een vermoeden ; • de CFI kan voortaan ook haar bevoegdheden uitoefenen om bijkomende informatie te verzamelen wanneer het federaal parket haar inlichtingen verschaft in het kader van een gerechtelijk onderzoek of een vooronderzoek in verband met de financiering van terrorisme, alsook wanneer het Europees Bureau voor Fraudebestrijding van de Europese Commissie (OLAF) haar informatie verschaft in het kader van een onderzoek 12
inzake fraude ten nadele van de financiële belangen van de Europese Unie ; • naar aanleiding van de beperkende maatregelen ten aanzien van Iran wordt, in uitvoering van verordening (EG) nr. 423/2007 zoals gewijzigd door de verordening (EG) nr. 1110/2008, de doormeldingsbevoegdheid van de CFI naar het parket uitgebreid tot ernstige aanwijzingen van financiering van proliferatie van gevoelige nucleaire activiteiten of van ontwikkeling van overbrengingssystemen voor nucleaire wapens ; • de uitzonderingen op het versterkt beroepsgeheim van de CFI worden beter afgelijnd en uitgebreid. Wanneer de CFI een dossier doormeldt aan het parket met informatie inzake het witwassen van geld voortkomend uit een misdrijf in verband met de handel in clandestiene werkkrachten of mensenhandel, zal de CFI voortaan ook stelselmatig de arbeidsauditeur op de hoogte stellen in het licht van zijn specifieke bevoegdheid inzake sociaal strafrecht. Bovendien licht de CFI de sociale inlichtingen - en opsporingsdienst (SIOD) in over alle doormeldingen aan de gerechtelijke overheden van witwasdossiers in verband met overtredingen die een weerslag kunnen hebben inzake sociale fraude ; • de adviesbevoegdheden van de CFI worden uitgebreid ; • de bevoegdheid om bij reglement de toepassingsmodaliteiten te bepalen van de verplichtingen bepaald bij hoofdstuk II van de wet wordt uitgebreid tot alle controleoverheden ; • Vroeger verleende de wet van 11 januari 1993 aan de bevoegde controle- of toezichthoudende overheden of de bevoegde tuchtoverheden enkel een uitdrukkelijke bestraffingbevoegdheid- in geval inbreuk werd gepleegd op het preventieve stelsel ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Overeenkomstig voornoemde Europese en internationale bepalingen gelast de wet deze overheden thans ook uitdrukkelijk met de daadwerkelijke controle van de bedoelde verplichtingen.
13
III. STATISTIEKEN 1. KERNCIJFERS
1.1. Van 1 december 1993 tot 31 december 2009 Aantal meldingen
160.022
Aantal doormeldingen
77.837
Verhouding doormeldingen / aantal meldingen
48,64%
Aantal dossiers
39.665
Aantal doorgemelde dossiers
11.169
Verhouding doorgemelde dossiers / aantal dossiers
28,15%
Totaal van de bedragen in de door de Cel doorgemelde dossiers*
16.659,62
Aantal verzetten
371
* Bedragen in miljoen EUR
Sommige meldingen slaan op afzonderlijke verrichtingen die verband houden met één zaak. Daarnaast kunnen meerdere meldingen die uitgaan van een meldende instelling betrekking hebben op één en dezelfde zaak. Overigens bevat eenzelfde zaak veelal meldingen vanwege verschillende instellingen. Dergelijke meldingen worden door de Cel gebundeld in één dossier. De statistieken van 2009 worden beïnvloed door een omvangrijk dossier waarmee een totaalbedrag van meer dan 1,7 miljard EUR is gemoeid en dat werd doorgemeld omwille van ernstige aanwijzingen van witwassen van geld uit georganiseerde misdaad. Dit dossier wordt nader toegelicht in deel IV. "Trends op vlak van witwassen en financiering van terrorisme".
1.2. Evolutie over de 5 laatste jaren 2005
2006
2007
2008
2009
Aantal meldingen
10.148
9.938
12.830
15.554
17.170
Aantal nieuwe dossiers
3.051
3.367
4.927
4.875
4.925
686
912
1.166
937
1.020
636,2
799,5
623,7
711,3
2.141,42
29
41
39
21
38
Aantal doorgemelde dossiers Bedragen aangegeven in de doorgemelde dossiers* Aantal verzetten * Bedragen in miljoen EUR
20000 15554
15000 10000
12830 10148
9938
17170 2005 2006 2007
5000
2008 2009
0 Aantal meldingen
15
1.3. Evolutie van het aantal doormeldingen in vergelijking met het aantal ontvangen meldingen 2005
2006
2007
2008
2009
Aantal gecumuleerde meldingen
104.525
114.463
127.293
142.847
160.022
Aantal gecumuleerde doormeldingen
58.755
63.304
68.033
73.087
77.837
Verhouding doormeldingen / aantal meldingen
56,21%
55,30 %
53,45 %
51,16%
48,64%
58
56,21
56
55,3 53,45
54
2005
52
51,16
50
2006 48,64
48
2007 2008
46
2009
44 Verhouding doormeldingen / aantal meldingen
1.4. Evolutie van het gemiddeld aantal meldingen per maand Tussen 1 januari 2009 en 31 december 2009 ontving de Cel 17.170 meldingen. Het gemiddeld aantal meldingen per maand is zodoende gestegen van 1.296 in 2008 naar 1.431 in 2009 (1.069 in 2007) of een stijging van 10,41% (33,8% sinds 2007). 2000 1431
1500
1296 1069
1000
846
2006
828
2007
500
2008 2009
0 Gemiddeld aantal meldingen
16
2005
1.5. Evolutie van het aantal nieuwe dossiers per referentieperiode Na een eerste ontleding van de meldingen werden in 2009 4.925 nieuwe dossiers geopend. 6000 4927
5000 4000 3000
3051
4875
4925
2005
3367
2006
2000
2007
1000
2008
0
2009
Aantal nieuwe dossiers
1.6. Evolutie van het aantal doorgemelde dossiers In 2009 werden 1.020 dossiers doorgemeld aan de parketten, nadat het onderzoek door de Cel ernstige aanwijzingen van witwassen van geld of financiering van terrorisme in de zin van de wet van 11 januari 1993 aan het licht had gebracht. De doormeldingen betreffen dossiers die zowel in 2009 als in voorafgaande jaren gemeld werden. 1500 1166 912
1000
937
1020 2005
686
2006
500
2007 2008 2009
0 Aantal aan de parketten doorgemelde dossiers
1.7. Verzet tegen de uitvoering van een verrichting In 2009 maakte de Cel in 38 gevallen gebruik van haar bevoegdheid om zich te verzetten tegen de uitvoering van een verrichting. De Cel bevroor tijdelijk activa voor een waarde van 5,7 miljoen EUR. Dit bedrag mag niet verward worden met de inbeslagnemingen en verbeurdverklaringen waartoe de gerechtelijke overheden overgaan ingevolge inlichtingen verstrekt door de Cel en waarbij het om beduidend hogere bedragen gaat.
17
2. ONTVANGEN MELDINGEN
2.1 Onderverdeling per jaar van het aantal meldende ondernemingen en personen / totaal aantal meldende ondernemingen en personen 2.1.1. Onderverdeling van de financiële ondernemingen en beroepen 2005
2006
2007
2008
2009
meld. ond / pers.
Kredietinstellingen
57
57
56
54
59
108
Wisselkantoren
14
13
13
13
12
20
Levensverzekeringsondernemingen
16
14
10
11
9
51
Beursvennootschappen
12
11
6
6
7
23
Hypothecaire ondernemingen
2
4
5
1
4
128
Verzekeringsmakelaars
3
3
6
4
4
8.856
Ondernemingen voor consumentenkrediet
3
0
3
1
2
98
Uitgevers of beheerders van kredietkaarten
1
0
1
2
2
2
Beleggingsondernemingen
0
0
1
2
0
24
Andere
3
3
3
9
8
384
Totaal
111
105
104
103
107
2.1.2. Onderverdeling van de niet-financiële ondernemingen en beroepen 2005
2006
2007
2008
2009
meld. ond / pers.
Notarissen
136
119
130
119
121
1.412
Boekhoudkundige en fiscale beroepen
13
19
27
15
31
9.971
Bedrijfsrevisoren
8
12
13
11
11
1.062
Casino’s
8
9
9
9
9
9
Gerechtsdeurwaarders
2
3
1
2
2
537
Advocaten
0
2
2
2
2
15.937
Vastgoedmakelaars
0
1
2
1
2
8.920
Handelaren in diamant
1
0
0
1
1
1.723
Bewakingsondernemingen
0
0
0
0
0
11
168
165
184
160
179
Totaal
19
2.1.3. Andere instellingen 2005
2006
2007
2008
2009
meld. ond / pers.
Douane
-
-
1
1
1
1
Totaal
-
-
1
1
1
1
2.2. Verdeling van het aantal meldingen per sector 2.2.1. Cijfers voor 2009 Onderstaande tabel geeft de verdeling weer van de meldingen naargelang de herkomst. van 01/01/09 tot 31/12/09
%
Wisselkantoren
9.973
58,08
Kredietinstellingen
3.628
21,14
Casino’s
1.055
6,14
Douane
957
5,57
De Post
584
3,4
Buitenlandse meldpunten
402
2,34
Notarissen
251
1,46
Andere
320
1,87
Totaal
17.170
100
58% Wisselkantoren 58% Wisselkantoren
21% Kredietinstellingen 21% Kredietinstellingen 6% Casino’s
6% Casino’s
6% Douane
6% Douane
3% De Post
2% Buitenlandse meldpunten 3% De Post 2% Notarissen
2% Buitenlandse meldpunten
2% Andere
2% Notarissen 2% Andere
20
2.2.2. Vergelijking 2008-2009 Onderstaande tabel vergelijkt de meldingen 2008-2009 naargelang de herkomst. 2008
2009
Evolutie in %
Wisselkantoren
8.576
9.973
+16,29
Kredietinstellingen
4.034
3.628
-10,06
Casino’s
1.047
1.055
+0,80
Douane
619
957
+54,60
De Post
382
584
+52,88
Buitenlandse meldpunten
358
402
+12,29
Notarissen
320
251
-21,56
Andere
218
320
+46,78
Totaal
15.554
17.170
+10,39
Hoewel het aantal meldingen vanwege notarissen in 2009 daalde in vergelijking met 2008, wordt in punt 4.2. vastgesteld dat het aantal meldingen dat aan de gerechtelijke overheden wordt doorgemeld daarentegen stijgt. Dit wijst erop dat de kwaliteit van de meldingen aan de Cel verbetert.
21
2.3. Verdeling van het aantal meldingen per jaar en per sector – evolutie per jaar 2005
2006
2007
2008
2009
Wisselkantoren
4.015
4.105
6.005
8.576
9.973
Kredietinstellingen
4.427
3.675
4.207
4.034
3.628
576
969
1.160
1.047
1.055
Douane
-
-
196
619
957
De Post
46
215
211
382
584
Buitenlandse meldpunten*
567
435
469
358
402
Notarissen
215
244
334
320
251
Levensverzekeringsondernemingen
151
121
82
85
82
Bedrijfsrevisoren
13
20
26
21
76
Externe accountants, externe belastingsconsulenten, erkende boekhouders, erkende boekhouders-fiscalisten
18
33
39
26
44
Beursvennootschappen
89
40
22
21
33
Hypothecaire ondernemingen
5
7
12
7
30
Verzekeringsbemiddelaars
3
26
47
27
11
Consumentenkrediet
4
0
4
7
9
Nationale Bank van België
7
35
2
5
9
Vastgoedmakelaars
0
2
2
1
9
Uitgevers van kredietkaarten
1
0
2
5
5
Controleoverheden
1
0
3
2
4
Advocaten
0
3
3
3
3
Gerechtsdeurwaarders
2
5
1
2
2
Handelaren in diamant
1
0
0
1
1
Beheersvennootschappen van instellingen voor collectieve belegging
-
0
0
0
1
Makelaars in bank-en beleggingsdiensten
-
-
0
2
1
Vennootschappen voor makelarij in financiële instrumenten
0
0
0
0
0
Deposito- en Consignatiekas
0
0
0
0
0
Vermogensbeheerders
1
0
1
3
0
Vennootschappen voor beleggingsadvies
0
0
0
0
0
Leasingondernemingen
0
0
2
0
0
Bijkantoren van EG-beleggingsondernemingen
0
0
0
0
0
Bijkantoren van niet-EG-beleggingsondernemingen
0
0
0
0
0
Casino-uitbaters
22
Bewakingsondernemingen
0
0
0
0
0
Plaatsing van orders in financiële instrumenten
6
3
0
0
0
Marktondernemingen
0
0
0
0
0
Derivatenspecialisten
0
0
0
0
0
10.148
9.938
12.830
15.554
17.170
Totaal * Overeenkomstig artikel 22 § 2 van de wet van 11 januari 1993.
2.4. Overzicht van de verzoeken om inlichtingen ontvangen van buitenlandse meldpunten – evolutie per jaar MOU*
2005
2006
2007
2008
2009
Luxemburg
22/04/99
94
151
125
99
177
Nederland
29/06/95
123
18
76
51
112
Frankrijk
01/02/94
201
137
110
78
103
Finland
29/10/98
3
5
7
2
88
Roemenië
27/11/00
4
3
8
4
10
Guernsey
27/09/00
9
5
2
3
9
Ierland
17/10/00
2
3
1
3
9
Verenigd Koninkrijk
24/05/96
2
7
34
9
7
Bulgarije
02/03/99
5
5
7
6
7
Jersey
14/07/00
5
2
4
2
7
Spanje
16/12/96
6
13
7
23
6
Zwitserland
16/07/99
8
4
9
2
6
Slovakije
06/06/00
4
2
1
3
5
3
3
0
2
5
Eiland Man Italië
15/05/98
4
3
3
0
5
Monaco
20/10/00
3
2
2
4
4
Rusland
12/12/02
6
10
4
4
4
Duitsland
19/12/00
4
12
2
3
4
Verenigde Staten
08/07/94
12
2
4
3
4
Denemarken
30/03/98
0
0
1
1
4
Israël
28/06/02
2
3
5
1
4
Turkije
16/05/03
2
1
2
0
4
Oekraïne
19/09/03
1
1
4
3
3
23
Cyprus
09/10/98
2
0
1
2
3
Servië
20/02/04
2
0
2
2
3
0
0
0
1
3
Albanië Kroatië
25/01/99
2
1
3
1
3
Liechtenstein
15/03/02
0
0
0
1
3
Nederlandse Antillen
07/06/02
2
0
0
1
3
Tsjechië
17/11/97
1
1
1
1
3
Venezuela
29/07/03
6
2
2
1
3
0
0
0
2
2
Nigeria Polen
20/03/02
3
0
5
2
2
Portugal
05/03/99
5
4
2
2
2
Bosnië-Herzegovina
0
2
0
1
2
Costa Rica
0
0
0
0
2
Hongkong
0
0
0
0
2
Sri Lanka
0
0
0
0
2
5
0
1
3
1
0
0
0
3
1
Hongarije
18/01/00
Taiwan Letland
27/07/99
0
1
5
2
1
Macedonië
21/10/08
1
0
1
2
1
Singapore
07/09/01
0
1
1
1
1
1
0
1
0
1
Algerije Bahama’s
30/11/01
1
0
0
0
1
Estland
20/11/00
0
3
0
0
1
Gibraltar
17/10/00
2
0
1
0
1
Malta
23/01/03
0
0
1
0
1
Moldavië
07/12/07
3
2
0
0
1
Thailand
24/04/02
0
0
1
0
1
Zuid-Afrika
29/07/03
2
0
0
0
1
Kazachstan
0
0
0
0
1
Qatar
0
0
0
4
0
Armenië
0
0
0
2
0
4
0
1
2
0
0
0
0
1
0
Libanon
10/09/02
Anguilla Australië
23/06/97
0
1
3
1
0
Brazilië
23/07/99
0
0
0
1
0
Canada
02/01/03
0
2
1
1
0
0
1
0
1
0
Egypte 24
Georgië
08/08/05
1
1
1
1
0
Griekenland
08/10/99
0
0
0
1
0
Guatemala
03/02/03
0
0
1
1
0
IJsland
0
1
1
1
0
India
0
0
0
1
0
Japan
27/06/03
0
0
0
1
0
Mexico
27/01/00
0
0
0
1
0
Peru
07/10/05
5
0
0
1
0
0
1
0
1
0
Saint Vincent en de Grenadines Senegal
21/11/05
0
1
1
1
0
Zweden
22/03/96
0
0
0
1
0
Andorra
09/07/02
0
0
0
0
0
0
1
0
0
0
3
0
1
0
0
1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
2
4
6
0
0
Antigua en Barbuda Argentinië
24/06/04
Belize Bermuda
30/06/05
Bolivia Chili
12/07/07
0
2
0
0
0
Colombia
06/06/02
0
1
0
0
0
Dominicaanse Republiek
1
1
0
0
0
Filippijnen
1
0
3
0
0
Grenada
1
0
0
0
0
Indonesië
01/02/05
0
1
0
0
0
Litouwen
18/10/99
3
3
0
0
0
Maleisië
0
0
1
0
0
Montenegro
2
0
0
0
0
Nieuw-Zeeland
0
1
0
0
0
Noorwegen
07/06/95
0
1
0
0
0
Oostenrijk
17/10/00
0
0
0
0
0
Panama
03/05/01
0
0
1
0
0
Paraguay
0
2
0
0
0
Saint Kitts en Nevis
0
0
1
0
0
1
1
1
0
0
1
0
0
0
0
567
435
469
358
639
Slovenië Verenigde Arabische Emiraten Totaal
23/06/97
* De Cel werkt in de regel op grond van een MOU samen met buitenlandse meldpunten, maar kan zo nodig op grond van wederkerigheid eveneens ad hoc gegevens uitwisselen. – Zie deel V. punt 4. “Internationale samenwerking”.
25
2.5. Overzicht van de verzoeken om inlichtingen gericht aan buitenlandse meldpunten in 2008 en 2009 2008
2009
Nederland
930
857
Frankrijk
557
657
Luxemburg
188
194
Spanje
86
158
Duitsland
150
188
Italië
116
115
Verenigd Koninkrijk
127
92
Verenigde Staten
34
78
Rusland
47
41
Zwitserland
42
41
Bulgarije
22
28
Israël
15
27
Turkije
24
23
Roemenië
28
19
Portugal
19
16
Britse Maagdeneilanden
18
15
Brazilië
13
15
Hongkong
10
13
Nederlandse Antillen
6
13
Monaco
12
12
Canada
14
11
Cyprus
17
10
Polen
10
9
Australië
5
9
Panama
10
8
Zweden
7
8
Griekenland
11
7
Oekraïne
11
7
Oostenrijk
8
7
Denemarken
6
7
Tsjechië
11
6
26
Libanon
5
6
Litouwen
5
6
Eiland Man
5
5
Gibraltar
5
5
Liechtenstein
5
5
Egypte
3
5
Albanië
2
5
Hongarije
2
5
Montenegro
0
5
Zuid-Afrika
8
4
Jersey
6
4
Bahama’s
4
4
Noorwegen
3
4
Slovenië
3
4
China
0
4
Finland
6
3
Mauritius
6
3
Estland
3
3
Kroatië
2
3
Japan
0
3
Taiwan
6
2
Guernsey
5
2
Singapore
5
2
Thailand
5
2
Colombia
2
2
Macedonië
1
2
Malta
0
2
Letland
7
1
Moldavië
6
1
Belize
3
1
Mexico
2
1
27
Venezuela
2
1
Anguilla
1
1
Nieuw-Zeeland
1
1
Saint Vincent en de Grenadines
1
1
Senegal
1
1
Belarus
0
1
Costa Rica
0
1
India
0
1
Nigeria
0
1
Ierland
18
0
Verenigde Arabische Emiraten
7
0
Slovakije
5
0
Andorra
3
0
Argentinië
2
0
Aruba
2
0
Kaaimaneilanden
2
0
Bahrein
1
0
Filippijnen
1
0
Guatemala
1
0
Honduras
1
0
Indonesië
1
0
Zuid-Korea
1
0
2.720
2.808
Totaal
28
2.6. Meldingen van de casino’s In 2009 ontving de Cel 1.055 meldingen van de casino’s die slaan op 1.206 verrichtingen. In onderstaande tabel is hiervan een overzicht opgenomen.
Criterium*
Verrichtingen
Bedragen in EUR
1
Aan- of verkoop van speelpenningen door een cliënt gepaard gaande met of voorafgegaan door het gebruik van valse identiteitsstukken, van een alias of van eender welk middel waardoor zijn identificatie bemoeilijkt wordt
3
25.000
2
Verkoop of omruiling van speelpenningen afkomstig van andere casino’s
3
17.250
3
Aankoop van speelpenningen door een cliënt voor een bedrag van 10.000 EUR of méér tegen betaling in speciën of door middel van bank- of kredietkaart
1.144
23.022.335
4
Aankoop van speelpenningen door een cliënt voor een bedrag van 2.500 EUR of méér tegen buitenlandse deviezen
40
440.483
5
Verkoop van speelpenningen door een cliënt voor een bedrag van 2.500 EUR of méér tegen één of méér cheques of overschrijvingen
13
86.610
6
Aankoop van speelpenningen door een cliënt voor een bedrag dat buiten verhouding staat met zijn gekende financiële toestand
0
0
7
Verkoop van speelpenningen door een cliënt, wanneer het spelgedrag van deze cliënt niet in overeenstemming te brengen is met een normaal spelpatroon en het winstoogmerk afwezig of ondergeschikt is
1
15.000
8
Deposito cliënt
0
0
9
Uitbetaling speelpenningen aan een derde
0
0
10
Uitbetaling van speelpenningen waarbij de cliënt om een betalingsbewijs verzoekt
0
0
11
Regelmatige aan- en verkoop van speelpenningen onder de bedragen om melding te voorkomen
0
0
1.204
23.606.678
Subtotaal objectieve criteria
29
12
Aan de Cel gemelde verrichtingen op basis van subjectieve criteria Algemeen totaal
* Zie koninklijk besluit van 6 mei 1999.
30
2
28.000
1.206
23.634.678
2.7. Verdeling van het aantal meldingen per gerechtelijk arrondissement 2.7.1. Cijfers voor 2009 Onderstaande tabel* geeft de verdeling weer van het aantal meldingen per gerechtelijk arrondissement in functie van de plaats waar de gemelde verrichting zich voordeed. Gerechtelijk arrondissement
van 01/01/09 tot 31/12/09
%
Brussel
8.543
50,96
Antwerpen
2.839
16,93
Gent
782
4,66
Brugge
683
4,07
Luik
660
3,93
Tongeren
464
2,76
Charleroi
415
2,47
Namen
330
1,97
Bergen
317
1,89
Kortrijk
297
1,77
Leuven
233
1,39
Hasselt
222
1,32
Dendermonde
158
0,94
Verviers
155
0,92
Doornik
118
0,70
Turnhout
113
0,67
Mechelen
112
0,67
Nijvel
108
0,64
Oudenaarde
46
0,27
Eupen
41
0,24
Dinant
34
0,20
Aarlen
23
0,14
Veurne
21
0,12
Hoei
18
0,11
Ieper
17
0,11
Neufchâteau
11
0,08
Marche-en-Famenne
8
0,07
16.768
100
Totaal *In deze tabel zijn de verzoeken van de buitenlandse meldpunten niet vervat.
31
2.7.2. Evolutie over de 5 laatste jaren Onderstaande tabel* geeft de evolutie van de verdeling weer van het aantal meldingen per gerechtelijk arrondissement in functie van de plaats waar de hoofdverrichting zich voordeed. Gerechtelijk arrondissement
2005
2006
2007
2008
2009
Brussel
4.431
4.422
5.994
7.701
8.543
Antwerpen
1.250
1.236
1.932
2.494
2.839
Gent
1.422
882
880
900
782
Brugge
485
543
611
801
683
Luik
243
316
461
531
660
Tongeren
169
200
349
399
464
Charleroi
187
293
300
267
415
Namen
188
226
253
300
330
Bergen
77
79
159
305
317
Kortrijk
194
177
166
248
297
Leuven
74
194
221
214
233
Hasselt
159
138
159
140
222
Dendermonde
78
96
109
154
158
Verviers
79
139
175
151
155
Doornik
52
58
65
84
118
Turnhout
113
87
102
106
113
Mechelen
64
51
57
98
112
Nijvel
111
112
112
107
108
Oudenaarde
16
32
34
27
46
Eupen
21
21
48
30
41
Dinant
83
71
54
19
34
Aarlen
18
27
26
23
23
Veurne
21
22
35
29
21
Hoei
12
30
18
19
18
Ieper
19
30
18
21
17
Neufchâteau
8
12
8
18
11
Marche-en-Famenne
7
9
15
10
8
9.581
9.503
12.361
15.196
16.768
Totaal
*In deze tabel zijn de verzoeken vanwege de buitenlandse meldpunten niet vervat.
32
3. DOSSIERS
3.1. Indeling van de dossiers volgens de aard van de belangrijkste verrichtingen
Verrichtingen*
2007
2008
2009
% 2009
Geldverzending**
1.187
1.152
984
21,05
Opnames
426
463
655
14,01
Grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen***
173
426
636
13,61
Stortingen op rekening
895
644
490
10,48
Internationale overschrijvingen
462
490
477
10,21
Binnenlandse overschrijvingen
240
336
320
6,85
Casinoverrichtingen
219
213
217
4,64
Onroerende goederen
280
255
197
4,21
Kredieten
65
90
77
1,65
Roerende goederen
94
74
69
1,48
Aanbieding van cheques
69
74
60
1,28
Andere
519
457
492
10,53
Totaal
4.629
4.674
4.674
100
*I n deze tabel zijn de verzoeken vanwege de buitenlandse meldpunten niet vervat. ** Hieronder wordt verstaan de dienstverlening waarbij een bemiddelaar in opdracht van zijn cliënt een geldsom overmaakt aan een door deze cliënt aangewezen begunstigde. *** Zie verordening (EG) nr. 1889/2005 van 26 oktober 2005 en KB van 5 oktober 2006.
2009
21% Money remittance
5% Opération
21% Geldverzending 14% Retraits
5% Casinoverrichtingen
14% Opname van rekening
4% Onroerende goederen
14% Grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen
2% Kredieten
4% Biens imm
14% Transports transfrontaliers d’espèces
2% Opération
10% Versements en compte 1% Roerende goederen
1% Valeurs m
10% Storting op rekening
1% Aanbieding van cheques 10%overschrijvingen Transferts internationaux 10% Internationale 11% Andere 7% Binnenlandse overschrijvingen
7% Transferts nationaux
33
1% Remises d 11% Autres
3.2. Geseponeerde dossiers Tussen 1 januari 2009 en 31 december 2009 seponeerde de Cel 3.844 dossiers wegens het ontbreken van ernstige aanwijzingen van witwassen van geld of financiering van terrorisme in de zin van de wet van 11 januari 1993. Aantal geseponeerde dossiers
2005
2.254
2006
2.412
2007
3.360
2008
2.972
2009
3.844
5000 3844
4000 3360
3000 2254
2412
2972
2005 2006
2000
2007
1000
2008
0
2009
Aantal geseponeerde dossiers
Sinds het begin van haar activiteiten in 1993 seponeerde de Cel 25.866 dossiers op een totaal van 39.665. Deze geseponeerde dossiers vertegenwoordigen 70.213 meldingen, hetzij 43,88% van het totaal (160.022)8. In het kader van de terugkoppeling van informatie lichtte de Cel de betrokken instellingen hiervan in met de verduidelijking dat deze seponeringen voorlopig zijn (dossiers kunnen door de Cel worden heropend) en hen niet vrijstellen van bijkomende meldingen zo zich nieuwe verdachte verrichtingen voordoen.
8. De Cel seponeert niet om opportuniteitsredenen. Alle meldingen worden gebundeld en behandeld in afzonderlijke dossiers. De beslissingen tot seponering worden door de Cel genomen na een volledige ontleding van elk dossier en enkel wanneer geen ernstige aanwijzingen van witwassen of 34 financiering van terrorisme voorhanden zijn in de zin van de wet.
3.3. Openstaande dossiers Op 31 december 2009 waren nog 2.631 dossiers in behandeling, geopend in 2009 en de voorgaande jaren.
Aantal openstaande dossiers
op 31/12/05
1.157
op 31/12/06
1.248
op 31/12/07
1.685
op 31/12/08
2.651
op 31/12/09
2.631
3000
2651
2631
2500 2000 1500
1685 1157
2005 2006
1248
1000
2007
500
2008
0
2009
Aantal openstaande dossiers
35
4. DOORMELDINGEN
4.1. Aantal doorgemelde dossiers per meldende instelling Evolutie van het aantal aan de parketten doorgemelde dossiers per categorie van meldende instellingen over de 3 laatste jaren 2007
2008
2009
% 2009
Kredietinstellingen
754
606
599
58,73
Wisselkantoren
263
186
256
25,10
De Post
61
88
104
10,20
Buitenlandse meldpunten
13
15
18
1,76
Douane
2
9
11
1,08
Notarissen
11
9
10
0,98
Casino’s
35
13
9
0,88
Andere
27
11
13
1,27
Totaal
1.166
937
1.020
100
2009
59% Etablissements de crédit
59% Kredietinstellingen 25% Bureaux
de change
25% Wisselkantoren 10% De Post
10% La Poste
2% Buitenlandse 2%meldpunten Cellules
étrangères
1% Notarissen 1% Casino’s 1% Douane 1% Andere
1% Notaires 1% Casinos 1% Douanes 1% Autres
37
4.2. Door de Cel aangegeven bedragen in de doorgemelde dossiers Evolutie van de bedragen in de doorgemelde dossiers over de 3 laatste jaren Bedragen in miljoen EUR
2007
2008
2009
% 2009
Kredietinstellingen
506,2
564,2
2.082,21
97,23
Wisselkantoren
36,0
20,9
16,13
0,75
Beursvennootschappen
0,58
0,20
13,75
0,64
Bedrijfsrevisoren
5,45
0,46
11,18
0,52
De Post
2,56
2,23
6,73
0,32
Boekhouders en fiscalisten
2,81
0,62
4,64
0,23
Buitenlandse meldpunten
36,0
85,8
2,04
0,10
Douanes
0,18
4,25
1,85
0,09
Notarissen
5,8
13,9
1,39
0,06
Andere
28,12
18,74
1,50
0,06
Totaal
623,7
711,3
2.141,42
100
Verdeling van de 4.711 aan de gerechtelijke overheden doorgemelde meldingen Bedragen in miljoen EUR
Aantal
Bedrag
1.285
2.265,32
34
30,85
2.911
22,95
Buitenlandse meldpunten
78
21,45
Beursvennootschappen
14
13,90
Bedrijfsrevisoren
5
11,18
De Post
189
8,79
Boekhouders en fiscalisten
12
5,61
Casino’s
139
3,87
Douanes
31
2,68
Levensverzekeringsmaatschappijen
4
1,61
Andere
9
0,53
Totaal
4.711
2.388,74
Kredietinstellingen Notaris Wisselkantoren
38
4.3. Verdeling per gerechtelijk arrondissement van de tussen 01/12/93 en 31/12/09 doorgemelde dossiers en het door de gerechtelijke overheden gegeven gevolg Gerechtelijk arrondissement
Totaal
%
VO
GO
VCR
ZG
BV
BO
Ver*
Vr.
Brussel
3.989
35,72
524
201
121
2735
48
19
317
24
Antwerpen
2.524
22,6
272
42
37
1805
59
8
285
16
Luik
511
4,58
101
38
10
278
18
18
48
Turnhout
466
4,17
55
5
14
221
4
6
144
17
Gent
405
3,63
85
21
15
202
14
3
63
2
Tongeren
328
2,94
72
19
9
140
10
3
63
12
Brugge
323
2,89
60
26
14
138
22
13
47
3
Federaal parket**
310
2,78
161
21
3
95
1
29
Charleroi
309
2,77
94
22
27
137
5
4
20
Dendermonde
279
2,5
102
11
17
100
11
Hasselt
269
2,41
38
4
18
155
5
2
44
Bergen
182
1,63
78
25
1
60
4
3
11
Kortrijk
180
1,61
25
7
7
107
8
12
14
Leuven
152
1,36
46
14
8
62
8
Doornik
151
1,35
47
21
3
39
1
27
13
Mechelen
126
1,13
37
14
6
45
2
1
20
Namen
119
1,07
23
20
8
54
2
1
11
Nijvel
111
0,99
34
12
7
40
2
2
14
Veurne
77
0,69
7
6
33
8
Oudenaarde
66
0,59
25
2
4
25
3
Verviers
64
0,57
8
6
6
32
1
Eupen
52
0,47
17
4
Ieper
47
0,42
11
5
1
11
Dinant
32
0,29
4
4
3
Hoei
27
0,24
7
3
1
23
38
13
1
1
7 3
8
7
1
8
2
8
13
3
1
4
8
2
1
5
23
3
1
39
Aarlen
26
0,23
4
2
1
15
2
2
Marcheen-Famenne
22
0,2
7
5
2
1
1
6
Neufchâteau
22
0,2
2
8
2
3
1
1
5
11.169
100
1.946
568
345
6.567
241
174
1.248
80
17,41
5,09
3,09
58,8
2,16
1,56
11,17
0,72
Totaal %
100
* Tegen bepaalde vonnissen werd hoger beroep aangetekend. ** Het federaal parket is operationeel sinds 21 mei 2002.
Legende: VO GO VCR ZG BV BO Ver Vr
40
: Vooronderzoek : Gerechtelijk onderzoek : Verwijzing naar correctionele rechtbank : Zonder gevolg na vooronderzoek door het parket : Buitenvervolgingstelling : Dossiers door de Belgische gerechtelijke overheden overgemaakt aan een buitenlandse gerechtelijke overheid : Veroordeling : Vrijspraak
4.4. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de aard van de verrichting Evolutie over de 3 laatste jaren* Aard van de verrichtingen
2007
2008
2009
% 2009
Geldverzending**
243
179
301
30,04
Opnames
178
151
204
20,36
Internationale overschrijvingen
152
96
103
10,28
Stortingen op rekening
179
124
97
9,78
Binnenlandse overschrijvingen
89
87
83
8,28
Aanbieding van cheques
22
28
23
2,3
Kredieten
30
26
16
1,6
Effecten
37
15
16
1,6
Onroerende goederen
16
11
12
1,2
Grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen
2
10
11
1,0
Casinoverrichtingen
35
13
9
0,9
Manuele wissel
39
11
7
0,7
Andere
149
192
120
11,96
Totaal
1.153
922
1.002
100
* In deze tabel zijn de verzoeken vanwege de buitenlandse meldpunten niet vervat. ** Hieronder wordt verstaan de dienstverlening waarbij een bemiddelaar in opdracht van zijn cliënt een geldsom overmaakt aan een door deze cliënt aangewezen begunstigde.
2009
30% Geldverzending
2% Effecten
30% Geldverzending
2% Effecten
20% Opnames
1% Onroerende goederen
10% Internationale overschrijvingen
1% Casinoverrichtingen
20% Opnames
10% Internationale overschrijvingen
10% Storting op rekening 10% Storting
1% Casinoverrichtingen
1% Grensoverschrijdend verkeer van middelen op rekening 1%liquide Grensoverschrijden
8% Binnenlandse overschrijvingen
1% Manuele wissel
2% Aanbieding van cheques
12% Andere
8% Binnenlandse overschrijvingen
2% Kredieten 2%
1% Onroerende goeder
Aanbieding van cheques
1% Manuele wissel 12% Andere
2% Kredieten
41
Verdeling van de meldingen doorgemeld in 2009 aan de gerechtelijke overheden* In miljoen EUR
Aantal
Bedrag
Internationale overschrijvingen
236
1.890,48
Opnames
218
65,22
Binnenlandse overschrijvingen
152
56,70
Stortingen op rekening
185
50,50
Effecten
23
45,81
2.914
27,23
Onroerende goederen
34
23,18
Kredieten
14
11,01
Aanbieding van cheques
41
7,88
Casinoverrichtingen
139
3,88
Grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen
30
2,66
Manuele wissel
25
1,03
Andere
622
181,71
Totaal
4.633
2.367,29
Geldverzending
* In deze tabel zijn de verzoeken vanwege de buitenlandse meldpunten niet vervat.
42
4.5. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens witwasstadium 2007
2008
2009
% 2009
Inbreng
231
154
116
11,37
Circulatie
827
707
830
81,37
Investering
108
76
74
7,26
1.166
937
1.020
100
Totaal Voor de definities, zie CFI webstek (www.ctif-cfi.be)
1200 1000
108
543
231
800
541
74
116
76 154
600 400
827
707
830
Inbreng
200 0
Investering
Circulatie 2007
2009
2009
2008
82% Empilage
2009
11% Injection 7% Intégration
82% Circulatie 11% Inbreng
7% Investering
43
4.6. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens het belangrijkste onderliggend misdrijf 4.6.1. Evolutie over de 3 laatste jaren Onderliggend misdrijf
2007
2008
2009
% 2009
Oplichting
172
146
283
27,75
Illegale drughandel
142
130
134
13,14
Handel in clandestiene werkkrachten
60
30
111
10,88
Illegale handel in goederen en koopwaren
166
135
90
8,82
Misdrijf i.v.m. staat faillissement
95
117
78
7,65
Mensenhandel
106
67
60
5,88
Exploitatie van de prostitutie
61
49
56
5,49
Ernstige en georganiseerde fiscale fraude
103
62
55
5,39
Misbruik van vennootschapsgoederen
69
57
48
4,71
Georganiseerde misdaad
61
53
38
3,73
Misbruik van vertrouwen
43
26
23
2,25
Terrorisme en financiering van terrorisme
33
21
13
1,27
Beursmisdrijf
0
6
5
0,49
Andere
55
44
26
2,55
Totaal
1.166
937
1.020
100
2009
28% Oplichting
5% E
28% Oplichting
5% Ernstige en georganiseerde fiscale fraude
13% Illegale drughandel
5% Misbruik van vennootschapsgoederen
13% Illegale drughandel
9% Illegalenhandel in 9% Illegal handel in goederen koopwaren
5% M
goederen en koopwaren 4% Georganiseerde misdaad
11% Handel in clandestiene werkkrachten
2% Misbruik van vertrouwen
8% Misdrijf i.v.m. staat faillissement
1% Terrorisme financiering van terrorisme
11% Handel in clandestiene werkkrachten
8% 6% Mensenhandel
Misdrijf i.v.m. staat faillissement 0% Beursmisdrijf 3% Andere
5% Exploitatie van prostitutie
44
6% Mensenhandel
28% Oplichting
5% Ernstige en georganiseerde fiscale fraude
13% Illegale drughandel
5% Misbruik van vennootschapsgoederen 5% Exploitatie van
9% Illegal handel in goederen en koopwaren
4% Georganiseerde misdaad
11% Handel in clandestiene werkkrachten
2% Misbruik van vertrouwen
8% Misdrijf i.v.m. staat faillissement
1% Terrorisme financiering van terrorisme
6% Mensenhandel
0% Beursmisdrijf
5% Exploitatie van prostitutie
3% Andere
prostitutie
4% G
2% M
1% Te
0% B
3% A
4.6.2. Verdeling van de in 2009 doorgemelde dossiers volgens de soort illegale handel in goederen en koopwaren van 01/01/09 tot 31/12/09
%
Auto’s en auto-onderdelen
46
51,11
Gestolen goederen
12
13,33
Telefonie, informatica, hifi en video
5
5,55
Mineralen, goud, edelstenen en juwelen
4
4,45
Wapens
3
3,34
Tabak, sigaretten en alcohol
3
3,34
Andere*
17
18,88
Totaal
90
100
Soort handel
* Deze rubriek beslaat alle gevallen waarvan de aard van de illegale handel niet met zekerheid kon worden bepaald.
45
4.6.3. Verdeling van de dossiers doorgemeld in 2009 in verband met ernstige en georganiseerde fiscale fraude volgens het type Evolutie in de loop van de 3 laatste jaren 2007
2008
2009
% 2009
Btw-carrouselfraude
59
33
25
45,45
Andere fiscale fraude*
44
29
30
54,55
Totaal
103
62
55
100
* De andere gevallen van ernstige en georganiseerde fiscale fraude betreffen dossiers met internationale dimensie waarin ingewikkelde constructies met gebruik van schermvennootschappen voorkomen en waar aanzienlijke bedragen mee gemoeid zijn. Ze betreffen zowel Belgen als buitenlanders.
Verdeling van de in 2009 inzake btw-carrousels doorgemelde dossiers volgens de aard van de goederen Aantal
Auto’s en auto-onderdelen
8
Telefonie, informatica, hifi en video
7
Goud, diamant
2
CO2-uitstootrechten
1
Dranken
1
Petroleumproducten
1
Andere
5
Totaal
25
46
4.7. Door de Cel aangegeven bedragen in de doorgemelde dossiers volgens het belangrijkste onderliggend misdrijf Evolutie over de 3 laatste jaren Bedragen in miljoen EUR
Onderliggend misdrijf
2007
2008
2009
% 2009
Georganiseerde misdaad
28,6
36,2
1.848,60
86,33
Ernstige en georganiseerde fiscale fraude
228,9
168,5
107,47
5,02
Misdrijf i.v.m. staat faillissement
37,2
105,7
31,06
1,45
Exploitatie van clandestiene werkkrachten
35,0
17,5
30,01
1,40
Illegale handel in goederen en koopwaren
91,2
142,0
26,71
1,25
-
1,36
22,84
1,07
Oplichting
39,7
32,7
18,44
0,86
Misbruik van vennootschapsgoederen
44,4
107,6
12,62
0,59
Misbruik van vertrouwen
10,0
9,8
12,59
0,59
Illegale drughandel
32,1
37,3
11,79
0,55
Exploitatie van prostitutie
18,95
3,57
5,14
0,24
Mensenhandel
19,8
10,3
4,61
0,22
Terrorisme en financiering van terrorisme
13,3
6,6
0,42
0,02
Andere
24,55
32,17
9,12
0,41
Totaal
623,7
711,3
2.141,42
100
Beursmisdrijf
Verdeling volgens onderliggend misdrijf van de 4.711 doormeldingen in 2009 Bedragen in miljoen EUR
Onderliggend misdrijf
Aantal
Bedrag
Oplichting
939
31,05
Exploitatie van prostitutie
669
6,23
Illegale handel in goederen
582
75,27
Exploitatie van clandestiene werkkrachten
466
49,69
Illegale drughandel
426
15,86
Mensenhandel
336
8,37
Georganiseerde misdaad
285
1.853,97
Ernstige en georganiseerde fiscale fraude
250
188,03
Misdrijf i.v.m. staat faillissement
221
41,19
Terrorisme en financiering van terrorisme
219
7,34
47
Misbruik van vennootschapsgoederen
159
34,49
Misbruik van vertrouwen
56
18,43
Beursmisdrijf
12
43,05
Andere
91
15,77
Totaal
4.711
2.388,74
4.8. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de nationaliteit van de belangrijkste betrokkene Evolutie over de 3 laatste jaren Nationaliteit
2007
2008
2009
% 2009
Belgische
584
509
446
43,72
Nederlandse
67
44
69
6,80
Braziliaanse
8
5
68
6,66
Franse
47
59
47
4,60
Portugese
12
9
27
2,65
Nigeriaanse
30
17
26
2,54
Bulgaarse
21
10
25
2,45
Congolese (DRC)
11
17
22
2,15
Roemeense
14
11
21
2,05
Italiaanse
36
25
20
1,96
Marokkaanse
32
34
18
1,76
Russische
9
6
18
1,76
Chinese
24
17
16
1,56
Kameroense
11
5
14
1,37
Turkse
28
21
12
1,17
Duitse
16
7
10
1,00
Albanese
14
9
9
0,88
Pakistaanse
14
9
9
0,88
9
0,88
Ghanese Britse
20
8
8
0,78
Ivoriaanse
2
3
8
0,78
Spaanse
7
3
7
0,68
Libanese
4
9
5
0,49
Griekse
9
9
4
0,40
48
Tsjechische
0
4
4
0,40
Iraanse
4
3
4
0,40
Angolese
4
0,40
Senegalese
4
0,40
Algerijnse
3
5
0
0
Guinese
2
4
0
0
Israëlische
7
4
0
0
Moldavische
0
3
0
0
Rwandese
2
3
0
0
Andere
128
65
86
8,43
Totaal
1.166
937
1.020
100
49
4.9. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens verblijfplaats van de belangrijkste betrokkene Onderstaande tabellen geven de onderverdeling weer volgens verblijfplaats van de belangrijkste betrokkene in de 1.020 dossiers doorgemeld in 2009.
4.9.1. Verblijfplaats in België Onderstaande tabel geeft de onderverdeling weer van de 783 doorgemelde dossiers waarvan de belangrijkste betrokkene zijn verblijfplaats had in België. Aantal dossiers
%
Brussel
262
33,46
Antwerpen
158
20,18
Oost-Vlaanderen
81
10,34
Luik
66
8,43
Henegouwen
64
8,17
West-Vlaanderen
57
7,28
Limburg
40
5,11
Waals-Brabant
22
2,81
Vlaams-Brabant
16
2,04
Namen
13
1,66
Luxemburg
4
0,52
783
100
Totaal
50
4.9.2. Verblijfplaats in het buitenland Onderstaande tabel geeft de onderverdeling weer van de 237 doorgemelde dossiers waarvan de belangrijkste betrokkene zijn verblijfplaats had in het buitenland. Land van verblijf
van 01/01/09 tot 31/12/09
%
Nederland
43
18,14
Frankrijk
31
13,08
Nigeria
18
7,59
Bulgarije
17
7,17
Roemenië
14
5,91
Brazilië
13
5,49
Spanje
9
3,79
Duitsland
8
3,38
Ivoorkust
5
2,11
Ghana
5
2,11
Verenigd Koninkrijk
4
1,69
Democratische Republiek Congo
4
1,69
Verenigde Staten
4
1,69
Italië
3
1,27
Tsjechië
3
1,27
Rusland
3
1,27
China
3
1,27
Albanië
2
0,84
Oostenrijk
2
0,84
Andere
46
19,40
Totaal
237
100
51
IV. TRENDS OP VLAK VAN WITWASSEN EN FINANCIERING VAN TERRORISME
Al van bij het ontstaan van de Cel werden de doorgemelde dossiers geanalyseerd en werden er bepaalde typologieën uit gedistilleerd. De typologische ontleding van de doorgemelde dossiers is bedoeld de belangrijkste trends in 2009 op het vlak van witwassen en financiering van terrorisme vast te stellen. Door deze ontwikkelingen te bestuderen kunnen de huidige dreigingen inzake witwassen en financiering van terrorisme beter worden aangepakt. Deze typologische analyse wordt sinds begin 2009 aangevuld met strategische analyse. Toegepast op de financiële omgeving en de organisatie van de Cel kan strategische analyse omschreven worden als proactief onderzoek naar trends in witwassen en de financiering van terrorisme. Dit proactief onderzoek heeft als doel het afstemmen van de operationele werking van de Cel op de verwachte evolutie inzake witwassen en financiering van terrorisme, en gepaste aanbevelingen te doen wat betreft algemeen beleid en wetgevend kader om die evolutie tegen te gaan. De strategische analyse gebruikt de typologieën als basis en vult deze aan met zowel kwantitatieve als kwalitatieve informatie uit diverse bronnen en vanwege verschillende partners, om op die manier te pogen bepaalde trends te gaan voorspellen en ze in de mate van het mogelijke te bestrijden. De hieronder beschreven typologische en strategische analyses geven een beeld van de huidige en nieuwe trends op het vlak van witwassen en financiering van terrorisme. Zij laten toe deze fenomenen beter te begrijpen en al diegenen die betrokken zijn bij de bestrijding van deze misdaden te helpen daarop gepast te reageren.
1. Huidige trends 1.1. Dossiers in verband met economische en financiële misdrijven 1.1.1. Inleiding De statistieken van de Cel tonen aan dat bijna 46 % van de dossiers die in 2009 werden doorgemeld verband houden met witteboordencriminaliteit. Deze trend doet zich al een aantal jaren voor en toont aan dat deze ernstige vorm van financiële criminaliteit een steeds belangrijkere plaats innemen. Het gaat hierbij om oplichting, ernstige en georganiseerde fiscale fraude, misdrijven met betrekking tot de staat van het faillissement, misbruik van vennootschapsgoederen en beursmisdrijven. Het valt op dat criminele organisaties er steeds vaker in slagen hun criminele activiteiten een normale en sociaal aanvaardbare schijn te verlenen. Dit is ook het geval wanneer ze hun activiteiten via de geregelde economie laten verlopen. Onderverdeling financiële misdrijven - andere misdrijven - volgens het aantal doorgemelde dossiers 100%
80% 713
543
551
460
399
469
2007
2008
2009
60%
40%
20%
0%
andere misdrijven
financiële misdrijven
53
Bij deze fraudesystemen worden onder andere schermvennootschappen gebruikt. De vennootschappen kunnen volstrekt fictief zijn, en indien ze werkelijk actief zijn worden legale en illegale activiteiten met elkaar vermengd. Soms maken ze deel uit van ingewikkelde frauduleuze constructies waarbij verschillende vennootschappen betrokken zijn: ze zijn onderling met elkaar verbonden en worden geleid door andere vennootschappen, zijn in verschillende landen gevestigd (meer bepaald in offshorecentra) en de hoofdzetel bestaat enkel uit een postadres. Deze constructies getuigen van een zekere vindingrijkheid op juridisch en financieel gebied en maken gebruik van juridische, boekhoudkundige en fiscale deskundigen. Bij het opsporen van verdachte verrichtingen en rekening houdende met het risicoprofiel van de cliënt en de risicobenadering moeten de meldingsplichtigen vooral waakzaam zijn bij het oprichten, de aan- en verkoop en het gebruik van vennootschappen.
Misbruik van vennootschapstructuren : oprichting van “lege” vennootschappen
Misbruik van vennootschapsstructuren : gebruik van slapende vennootschappen
Bepaalde boekhoudkantoren hebben zich gespecialiseerd in deze activiteit en bieden vaak “sleutel op de deur”–vennootschappen aan. Zulke vennootschappen die onmiddellijk kunnen worden gebruikt zijn onder meer vennootschappen die fictief in het buitenland gevestigd zijn9.
Een slapende vennootschap heeft nog wel een ondernemingsnummer maar oefent geen activiteiten meer uit en kan, wanneer ze opnieuw actief wordt, gebruikt worden om een fraudeschema op te zetten. Vaak is dit een lege vennootschap waarbij het kapitaal niet volstort is, activa niet echt bestaan of verborgen zijn, of de boekhouding ontbreekt.
Deze filières wakkeren criminele netwerken aan die fiscale en sociale fraude plegen en brengen de Belgische overheden per jaar tientallen miljoenen EUR schade toe 10. De al dan niet bewuste tussenkomst van bepaalde niet-financiële beroepen bij verrichtingen (een rekening openen of vennootschappen oprichten) is bedoeld om de verrichtingen voor het witwassen van geld of de financiering van terrorisme te vergemakkelijken. Dit werd reeds meermaals aangehaald door de FAG en in verscheidene jaarverslagen van de Cel vermeld.
54
9. Bij misbruik van vennootschappen worden bijvoorbeeld Limited Companies in het Verenigd Koninkrijk opgericht voor zelfstandigen die in België actief zijn, om zo bepaalde wettelijke voorschriften zoals het minimum basiskapitaal te ontwijken. Vervolgens worden er bijkantoren in België opgericht, van waaruit de vennootschap dan werkelijk wordt uitgebaat. Door Limited Companies te misbruiken, die louter uit postbusadressen bestaan, worden de belastingen, BTW en sociale wetgeving ontdoken. Hierdoor ontstaat ook oneerlijke concurrentie (zie het Actieplan 2008 - 2009 van het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude). 10. Zie het Actieplan 2008 – 2009 van het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude.
Ze hebben een zeer breed en vaag maatschappelijk doel en veranderen herhaaldelijk van benaming. Zulke vennootschappen gebruiken ook vaak fictieve adressen, betalen geen bijdrage voor sociale zekerheid en benoemen opeenvolgend nieuwe bestuurders die als stromannen optreden. Het misbruik van vennootschapsstructuren, in het bijzonder slapende vennootschappen, wordt bestudeerd door het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude. Ook de Cel is betrokken bij de activiteiten van dit project, wat onder meer leidde tot het opstellen van een lijst met indicatoren om fraude gemakkelijker te kunnen opsporen. Het project wil ook systemen opzetten om slapende vennootschappen op te sporen en aan het licht te brengen. Zo kan misbruik worden voorkomen.
Casus 1 : Oprichting van “lege” vennootschappen – tussenkomst van niet-financiële beroepen Misdrijf
Witwassen Misbruik van vennootschapsgoederen Georganiseerde misdaad
Betrokkenen
Vennootschappen Accountant Notaris
Betrokken sectoren
Financiële instellingen en Cijferberoepen Niet-financiële beroepen
Gebruikte middelen
Oprichting van vennootschappen
Betrokken jurisdicties
België
Melders
Banken
Waarschuwingssignalen
Oprichting van talrijke vennootschappen op korte tijd Tussenkomst van dezelfde accountants / notarissen Hetzelfde / breed maatschappelijk doel Gelijkaardige benamingen Minimum maatschappelijk kapitaal Het maatschappelijk kapitaal wordt kort na de oprichting bijna volledig opgenomen en het geld wordt gebruikt om nieuwe vennootschappen op te richten.
In meerdere dossiers ingevolge meldingen van banken kwamen verschillende vennootschappen voor die dezelfde modus operandi gebruikten om witwasverrichtingen te vergemakkelijken. Een boekhoudkantoor en verschillende notarissen kwamen jarenlang tussen om een groot aantal vennootschappen op te zetten waarbij slechts het wettelijke minimum van het maatschappelijk kapitaal was volstort. Het maatschappelijk kapitaal werd vervolgens bijna volledig opgenomen in contanten en opnieuw gebruikt om nieuwe vennootschappen op te richten. De maatschappelijke zetel van sommige vennootschappen was bovendien gevestigd op het adres van het boekhoudkantoor en deze werden geleid door stromannen. In meerdere gevallen bleek overigens dat de verantwoordelijke van het boekhoudkantoor zelf geld had ingebracht voor het maatschappelijk kapitaal. De opgerichte vennootschappen worden vervolgens verkocht aan derden en veelvuldig gebruikt in het kader van illegale activiteiten. De ontleding van deze dossiers toonde aan dat dit “lege” vennootschappen waren die in verschillende dossiers voorkwamen die de Cel had doorgemeld in verband met de handel in clandestiene werkkrachten, mensenhandel, illegale handel in goederen en koopwaren en ernstige en georganiseerde fiscale fraude. Sommige vennootschappen werden soms ook op korte tijd meermaals gebruikt om allerhande frauduleuze verrichtingen uit te voeren. In deze vennootschappen volgden bestuurders of zaakvoerders elkaar op.
55
1.1.2. Specifieke trends Dossiers in verband met oplichting 283
300 250 200
172 146
150 100 50
39,7
32,7 18,44
0 2007
2008
Aantal dossiers Totaalbedrag (miljoen EUR)
2009
Zogenaamde “Nigeriaanse” oplichtingen en varianten Een “Nigeriaanse” oplichting bestaat uit een verzoek per brief, fax of e-mail van personen die meestal in het buitenland wonen om geld te ontvangen van personen die in andere landen verblijven. Deze werkwijze bestaat reeds lang en wordt tegenwoordig in verschillende varianten toegepast om slachtoffers aan te trekken (valse loterij, valse erfenis, date scam11). Het doel blijft echter steeds hetzelfde: de slachtoffers aanzetten om zogenaamde kosten voor te schieten die ze overigens nooit terugzien. Het voorschot vormt de opbrengst van de oplichting. Het geld wordt vervolgens witgewassen door dit vanuit Westerse landen via money remittance hoofdzakelijk naar Afrika te verzenden. In sommige dossiers voert het slachtoffer van de oplichting rechtstreeks verzendingen uit naar de organisator van de fraude in Afrika. Het aantal verrichtingen en de omvang ervan is beperkt en ze worden in enkele maanden tijd uitgevoerd.
56
11. Date scam is een vorm van emotionele oplichting waarbij aan de hand van foto’s van aantrekkelijke jonge vrouwen en mannen via internet contact gezocht wordt met mogelijke slachtoffers. Aan deze slachtoffers wordt na verloop van tijd gevraagd om geld over te maken zogezegd voor het dekken van medische kosten, het kopen van vliegtuigtickets om naar het land van het slachtoffer te gaan… Van zodra het slachtoffer niet meer betaalt wordt het contact verbroken.
In méér ingewikkelde dossiers komen tussenpersonen voor als bijkomende schakel tussen het slachtoffer en de organisator van de fraude. Deze tussenpersonen ontvangen via systemen voor geldverzending in België geld van andere slachtoffers in verschillende westerse landen. Vervolgens versturen ze dit geld voornamelijk naar Afrika. In deze dossiers komen er meer verrichtingen voor en de periode waarin ze worden uitgevoerd kan meerdere jaren beslaan. In de twee gevallen werd het geld dat in het buitenland werd ontvangen in contanten opgenomen, waardoor het moeilijk kan worden opgespoord. Eind 2009 publiceerde de Cel een waarschuwing over de “Nigeriaanse” oplichting. Deze waarschuwing staat op de webstek van de Cel en werd door Febelfin verder verspreid.
Casus 2 : Zogenaamde “Nigeriaanse” oplichting Misdrijf
Witwassen Oplichting
Betrokkenen
Natuurlijke personen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen
Gebruikte middelen
Geldverzending
Betrokken jurisdicties
Verenigde Staten, West-Europa, Midden-Oosten, West-Afrika
Melders
Wisselkantoren
Waarschuwingssignalen
Geld wordt onmiddellijk na ontvangst verzonden naar een derde Landen met een reputatie op vlak van “Nigeriaanse” oplichting Ongewone verrichtingen gezien het socio-economische profiel van de betrokkenen Geen economische verantwoording
In 2009 meldde de Cel 63 dossiers gezamenlijk door aan de gerechtelijke overheden voor het witwassen van geld voortkomend uit “Nigeriaanse” oplichting met gelijkaardige kenmerken. In deze dossiers werd er geld via money remittance verzonden vanuit de Verenigde Staten, West-Europa en het MiddenOosten naar tegenpartijen in verschillende West-Afrikaanse landen (Nigeria, Ivoorkust, Senegal, Togo, Ghana en Benin). In sommige dossiers voerden de slachtoffers van de oplichting rechtstreeks verzendingen uit naar de organisatoren van de fraude. Afzonderlijk bekeken ging het in deze dossiers om een betrekkelijk klein aantal verrichtingen. Ze waren gespreid over een periode van enkele maanden en het totaalbedrag per dossier lag zelden hoger dan 10.000 EUR. In andere dossiers verzonden de slachtoffers geld naar tussenpersonen, die dit vervolgens naar de organisatoren van de fraude in West-Afrika stuurden. Over deze organisatoren was weinig gekend. De tussenpersonen waren meestal van Afrikaanse afkomst of Belg en waren officieel in België ingeschreven. In deze gevallen werden er meerdere verrichtingen uitgevoerd die over verschillende maanden gespreid waren en soms tot 45.000 EUR konden oplopen. De betrokkenen oefenden zelden handels- of beroepsactiviteiten uit in België, waren niet onderworpen aan btw en oefenden geen mandaten uit als bestuurder of zaakvoerder in vennootschappen gevestigd in België.
57
Money mules en witwassen Sinds 2008 worden ook money mules als tussenpersonen gebruikt bij dossiers hoofdzakelijk in verband met phishing12. Criminele organisaties werven deze geldkoeriers met werkaanbiedingen die op het internet worden verspreid. Werklozen of jongeren horen bij de favoriete doelgroepen. De arbeidsovereenkomsten zien er professioneel uit, zodat de indruk wordt gewekt dat het om vennootschappen gaat die te vertrouwen zijn. Vaak is de zogenaamde werkgever een Russische vennootschap. De taak van de money mule bestaat erin hun (meestal buitenlandse) rekeningnummer door te geven waarop het geld zal worden overgeschreven. Na ontvangst van de fondsen moet de rekeninghouder deze in contanten afhalen en via een systeem voor geldverzending versturen om zo mogelijke sporen uit te wissen. Als commissie mag de geïnteresseerde tot 10% van het bedrag voor zich houden.
58
12. Zie hierover het Activiteitenverslag 2008 van de Cel, blz. 65.
Het geld is meestal bestemd voor begunstigden in Oekraïne (Kiev) of Rusland (SintPetersburg). De bedragen die ermee gepaard gaan overstijgen meestal de 10.000 EUR niet. Het gebruik van money mules vergemakkelijkt het witwassen door de misdadigers, die zo de risico’s vermijden die ze zouden lopen indien ze rechtstreeks gebruik zouden maken van hun eigen bankrekeningen. Door de geldstroom te onderbreken wissen ze hun sporen uit. De Cel publiceerde een waarschuwing over money mules. Deze waarschuwing staat op de webstek van de Cel en werd door Febelfin verder verspreid.
Casus 3 : Phishing met money mules Misdrijf
Witwassen Oplichting
Betrokkenen
Natuurlijke personen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen
Gebruikte middelen
Geldverzending
Betrokken jurisdicties
België, Duitsland, Rusland
Melders
Banken Wisselkantoren
Waarschuwingssignalen
Internationale creditverrichtingen gevolgd door opnames in contanten Instructies ontvangen van derden Geldverzending via money remittance naar derden zonder duidelijke band met de betrokkene Ongewone verrichtingen gezien het socio-economische profiel van de betrokkenen Geen economische verantwoording
De rekeningen van acht betrokkenen van Belgische of Russische afkomst die in België verblijven werden gecrediteerd door overschrijvingen, hoofdzakelijk van opdrachtgevers in Duitsland. Nadat ze hiertoe van derden de opdracht hadden gekregen haalden de rekeninghouders ongeveer 95% van het ontvangen bedrag af in contanten. Vervolgens werd het geld via money remittance naar Rusland verzonden. Kort na deze verrichtingen werd de bank van de begunstigden op de hoogte gebracht door de bank van de opdrachtgevers dat het om frauduleuze overschrijvingen ging. De rekeningen van de opdrachtgevers werden voordien telkens gebruikt voor oplichting na phishing. Dit is een kraaktechniek om op frauduleuze wijze en voor onwettige doeleinden vertrouwelijke informatie te verkrijgen door valse e-mails naar internetgebruikers te sturen die van een betrouwbaar bedrijf schijnen te komen, zoals een financiële instelling. De begunstigden deden dienst als money mules en als plaatselijk tussenpersoon die het geld op hun persoonlijke bankrekening ontvingen, dit geld opnamen in contanten, een commissie ontvingen en het saldo via money remittance verstuurden naar een begunstigde in Rusland. Het geld van deze oplichting werd nadien door de begunstigde witgewassen. Aangezien het meestal om een opname in contanten ging was het niet meer mogelijk de oorspronkelijke bankrekening te achterhalen of te weten te komen wat de bestemming van het geld was.
59
Piramidefraude en ponzischema Deze oplichting is gebaseerd op een reeks van leningen met een sneeuwbaleffect. Hierdoor wordt een economische zeepbel gecreëerd die exponentieel toeneemt. De eerste beleggers worden niet vergoed door opbrengsten van beleggingen maar met het geld van nieuwe beleggers die aangetrokken worden door mogelijke winst. Bij piramidefraude moeten beleggers zelf nieuwe leden zoeken om het systeem gaande te houden en worden er commissies betaald bij het werven van nieuwe leden. Het ponzischema werd voor het eerst op grote schaal gebruikt door Charles Ponzi in 1920 in Boston. De beleggers worden aangetrokken door de hoge winsten die beloofd worden. Het aantal beleggers neemt exponentieel toe om te kunnen voldoen aan kapitaalvereisten van de eerste beleggers. Het systeem is zodanig opgezet dat de beleggers hun geld niet terugeisen. Dit zou trouwens instorten omdat het geïnvesteerde geld onmogelijk kan worden terugbetaald.
Hoewel de werkwijzen op een trend duiden die in het verleden werd ontwikkeld toonde de financiële crisis aan dat deze praktijken nog steeds actueel zijn. Het financiële schandaal rond Bernard Madoff is een voorbeeld van een ponzischema op grote schaal. Zolang het aantal beleggers dat om terugbetaling vroeg beperkt bleef, werkte het systeem maar de financiële crisis bespoedigde de ondergang ervan. Dit geval toont duidelijk aan dat alle meldende sectoren bij de risicobenadering waakzaam moeten blijven als er andere financiële of niet-financiële beroepen tussenkomen.
Casus 4 : Oplichting met ponzischema Misdrijf
Witwassen Oplichting (ponzischema)
Betrokkenen
Natuurlijke persoon Vennootschappen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen
Gebruikte middelen
Effecten
Betrokken jurisdicties
Verenigde Staten, Verenigd Koninkrijk, België, Luxemburg
Melders
Buitenlands meldpunt
In het kader van internationale samenwerking ontving de Cel in januari 2009 een verzoek om bijstand van haar Amerikaanse tegenhanger inzake één natuurlijke en verschillende rechtspersonen die betrokken waren in een ponzischema. Op basis van haar bevoegdheden verstuurde de Cel een mailing naar verschillende Belgische banken. Zo werden een reeks verrichtingen teruggevonden die een Britse vennootschap, toebehorende aan de natuurlijke persoon, uitvoerde bij een Belgische bank. In ongeveer tien maanden tijd kocht en verkocht de vennootschap van deze persoon effecten via deze Belgische bank. De cliënten van deze Belgische bank belegden ook in Luxemburgse effecten die veilig geacht werden. Dit geld werd echter belegd in risicovolle effecten die toebehoorden aan de organisator van het ponzischema. De verrichtingen van de betrokkene en zijn vennootschap werden klaarblijkelijk uitgevoerd in België met geld van bedrogen cliënten en maakten vermoedelijk deel uit van het ponzischema dat vanuit de Verenigde Staten was opgezet.
60
Beursmisdrijven 30 22,84
20
10 6
5
Aantal dossiers Totaalbedrag (miljoen EUR)
1,36
0 2007
2008
2009
Gebruik van de effectensector Geld dat via de effectensector wordt witgewassen kan voortkomen uit illegale activiteiten uit de sector of daarbuiten (voorkennis, koersmanipulatie). De sector is zeer verscheiden, verrichtingen worden snel uitgevoerd zonder echt rekening te houden met landsgrenzen, er worden omvangrijke verrichtingen uitgevoerd op verschillende markten. Dit maakt de sector aantrekkelijk voor criminele activiteiten. In verhouding met de grootte van de sector blijft het aantal meldingen van deze sector beperkt. Ook de FAG deed deze vaststelling13. De sector is zich mogelijk te weinig bewust maar daarnaast zijn sommige producten ook zeer ingewikkeld. Ook bepaalde financiële instrumenten (o.a. hedge funds) of werkwijzen (o.a. het beheren en verkopen van effecten voor rekening van derden zoals sommige banken aan beleggers aanbieden) kunnen een verhoogd risico op het witwassen van geld met zich meebrengen. De zaak Madoff is hier een goed voorbeeld van, evenals de verschillende dossiers die voor beursmisdrijven werden doorgemeld en tijdens de financiële crisis werden gepleegd.
13. FAG, Money laundering and terrorist financing in the securities sector, 2009 (enkel in het Engels).
61
Ernstige en georganiseerde fiscale fraude 300 228,9
200
100
168,5 107,47
103 62
55
Aantal dossiers Totaalbedrag (miljoen EUR)
0 2007
2008
2009
Volgens het gebruikelijke schema van de verrichtingen verloopt geld in deze dossiers via doorsluisrekeningen. Dit verschijnsel duidt op een méér algemene trend: in België worden voornamelijk witwasverrichtingen in het tweede stadium (circulatie) preventief opgespoord en het Belgische financiële stelsel wordt enkel gebruikt om het geld door te sluizen. De verrichtingen zijn vaak bancaire verrichtingen met een opeenvolging van nationale en internationale overschrijvingen. Een andere trend bestaat erin dat veel contanten worden gebruikt bij de verrichtingen, zowel voor stortingen als voor opnames. Dit bevestigt het belang van baar geld in de criminele economie. Nog een trend die zich sinds 2008 voordoet is de afname van het aantal dossiers dat wordt doorgemeld in verband met btwcarrouselfraude. Volgens cijfers van de Ondersteuningscel btw-carrouselfraude (OCS) neemt georganiseerde btw-fraude af doordat deze snel opgespoord wordt en zo het verlies voor de Belgische staat kan worden beperkt. Men mag echter op basis van cijfers in één enkel land niet besluiten dat carrousels aan het verdwijnen zijn. Hier wordt dan geen rekening gehouden met de verplaatsing van hun activiteiten naar andere landen.
Daarnaast worden er andere sectoren gebruikt en btw-carrousels opgezet met diensten in plaats van met goederen. Dit is onder meer het geval voor het ruilhandelsysteem voor CO2-quota14. De bedragen van de criminele geldstromen zijn aanzienlijk. Eind 2009 publiceerde de Cel een waarschuwing over btw-fraude met CO2-quota. Deze waarschuwing staat op de webstek van de Cel en werd door Febelfin verder verspreid. Weze opgemerkt dat de regering eind 2009 besliste de btw op CO2-quota op te heffen15. De dossiers van fiscale aard waarin geen btw-carrousels voorkomen nemen toe. De ontleding van de financiële stromen in de andere dossiers toont aan dat er bij de verrichtingen hoge bedragen gemoeid zijn en deze de jongste jaren toenemen. Deze dossiers houden verband met ernstige en georganiseerde fiscale fraude waarbij ingewikkelde constructies worden opgezet en schermvennootschappen worden gebruikt. Hierbij zijn vaak belastingparadijzen, stromannen en niet-financiële beroepen zoals advocaten en boekhouders betrokken.
14. Deze m 15.
62
14. Deze markt ontstond na het invoeren van het Kyotoprotocol en de verbintenissen van de Europese Unie om de CO2-uitstoot te verminderen. De markt werkt als volgt: elk jaar hebben bedrijven recht op een aantal CO2uitstootrechten in functie van een aantal criteria. Sommigen krijgen onvoldoende rechten voor hun activiteiten en andere krijgen er te veel. Deze uitstootrechten, onder de vorm van “EUA” certificaten zijn dus heel veel waard en er ontstond een grote markt (meerdere miljarden euro per jaar) om ze tegen betaling te ruilen. Deze ruilhandel is onderworpen aan de btw en kan op verschillende manieren gebeuren: ofwel via ad hoc beurzen die enkel toegankelijk zijn voor institutionele klanten of bij sommige banken die deze handel voor hun cliënteel hebben ontwikkeld.
15. Cf. het koninklijk besluit van 10 januari 2010 tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 1 van 29 december 1992 met betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde.
Casus 5 : btw-carrousel met CO2-uitstootrechten Misdrijf
Witwassen Ernstige en georganiseerde fiscale fraude
Betrokkenen
Natuurlijke personen Vennootschappen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen
Gebruikte middelen
Internationale overschrijvingen Binnenlandse overschrijvingen
Betrokken jurisdicties
België, Denemarken, Zweden
Melders
Bank
Waarschuwingssignalen
Gevoelige sector Doorsluisrekening Grote bedragen
Sinds het begin van de activiteiten als bemiddelaar in de handel in CO2-uitstootrechten (EUA) verkocht de Belgische vennootschap RED verschillende uitstootkredieten via haar bank in België voor een bedrag van meerdere miljoenen EUR. Aan de debetzijde van de rekening vonden er overschrijvingen plaats tussen rekeningen van de vennootschap RED. De overgrote meerderheid van het geld werd echter overgeschreven naar Denemarken op de rekening van een vennootschap in Zweden. Na controle van de rekening van de vennootschap RED bleek dat deze als doorsluisrekening werd gebruikt. Volgens Europol loopt de btw-fraude bij de handel in CO2-uitstootrechten in de Europese Unie sinds midden 2008 op tot 5 miljard euro. De fraude werkt als volgt: vermits er geen overeenstemming bestaat op het gebied van fiscaliteit in de Europese Unie kopen fraudeurs uitstootquota’s in landen waar ze vrijgesteld zijn van btw (met name in Groot-Brittannië) en verkopen ze die onmiddellijk aan vennootschappen in landen waar btw wordt geïnd. Zo worden de uitstootrechten opnieuw verkocht vermeerderd met 21 % btw die de fraudeurs opstrijken maar nooit terugbetalen aan de belastingdiensten. De vennootschappen die bij deze fraude betrokken zijn worden vaak ingeschreven in het register van CO2-quota’s in Denemarken omdat de inschrijving hier sneller gebeurt. Sommige vennootschappen gebruiken valse adressen of failliete vennootschappen in Denemarken die echter nog niet geschrapt zijn uit het nationale Deense register. Deze btw-carrousels zijn gemakkelijk toe te passen op de koolstofmarkt aangezien deze gassen virtuele activa zijn die moeilijk op te sporen zijn. Uit politionele bron bleek dat de vennootschap RED gekend was voor btw-fraude in verband met CO2-uitstootrechten. Deze vennootschap was ingeschreven in het register van CO2-quota’s in Denemarken en een van de zaakvoerders kwam voor in dossiers die in het verleden doorgemeld werden in verband met ernstige en georganiseerde fiscale fraude in de petroleumsector.
63
Misbruik van vennootschapsgoederen en misdrijven in verband met de staat van faillissement De Cel meldde ook in 2009 een beduidend aantal dossiers door in verband met deze twee onderliggende misdrijven (126 dossiers voor een totaalbedrag van 43,68 miljoen EUR). Dit is wel een vermindering ten opzichte van 2008. 250 213,3
200
174
164
150 100
126 81,6 43,68
50
Aantal dossiers Totaalbedrag (miljoen EUR)
0 2007
64
2008
2009
Casus 6 : Witwassen, misbruik van vennootschappen en misdrijf in verband met de staat van faillissement Misdrijf
Witwassen Misbruik van vennootschappen Misdrijf in verband met de staat van faillissement
Betrokkenen
Natuurlijke personen Vennootschappen naar Frans recht
Betrokken sectoren
Financiële instellingen
Gebruikte middelen
Internationale overschrijvingen Contanten
Betrokken jurisdicties
Frankrijk, België
Melders
Bank
Waarschuwingssignalen
Opening van een rekening, snel gevolgd door debet- en creditverrichtingen Overschrijving van een vennootschap naar een persoonlijke rekening De aangekondigde verrichtingen komen niet overeen met de uitgevoerde verrichtingen Aanzienlijke opnames in contanten Geen band met België
Enkele dagen nadat de vennootschap ONE, een bvba naar Frans recht, een rekening opende in België werd deze gecrediteerd door een omvangrijke internationale overschrijving van de vennootschap TWO, een andere Franse bvba. Uit opzoekingen bleek dat de vennootschap TWO korte tijd voordien door de vennootschap ONE werd gekocht. De volmachthouder Dhr. ABC, met Franse nationaliteit, wenste dit geld snel over te schrijven naar een rekening op zijn naam bij dezelfde bank in België en vroeg een deel van dit geld in contanten af te halen. Toen hij de rekening opende legde de betrokkene uit dat de rekening van ONE werd geopend om handelsactiviteiten in België op te starten. De bank vond het verdacht dat hij als vennoot kort daarna het gecrediteerde geld wenste over te schrijven naar zijn rekening om een voorschot terug te krijgen. Het feit dat hij geld wou opnemen in contanten riep ook vragen op. Dhr. ABC en zijn vennootschapen hadden geen enkele gekende band met België. De betrokkene was niet officieel ingeschreven in België, oefende geen mandaten uit als bestuurder of zaakvoerder en was ook niet btw-plichtig. Men kon dan ook niet onmidddelijk een officiële economische verantwoording zien om rekeningen te openen in België. De afstand tussen de maatschappelijke zetel in Frankrijk en het agentschap in België waar de rekening geopend werd was een bijkomend element. Bovendien verleende de zaakvoerder van de vennootschap ONE algemene volmacht aan Dhr. ABC - die geen officieel mandaat uitoefende binnen de vennootschap - zonder dit voor zichzelf aan te vragen. Bijkomende inlichtingen toonden aan dat het eigen vermogen van de vennootschap ONE negatief was en er in een buitenland een onderzoek liep naar TWO op verdenking van het organiseren van bedrieglijk onvermogen. In dit geval trad Dhr. ABC klaarblijkelijk als stroman op voor rekening van de zaakvoerder van de vennootschap ONE. Het openen van de rekening van de vennootschap ONE in België en de verrichtingen die hierop volgden waren denkelijk bedoeld om geld van de vennootschap TWO te verduisteren of dit veilig te stellen in geval van faillissement. Dit gebeurde via België als bijkomende stap in het fraudecircuit om sporen uit te wissen.
65
Witwassen en de internationale financiële crisis Tijdens de crisis werden er pieken van meer dan 1.700 meldingen per maand vastgesteld. Dit aantal overstijgt ruimschoots het gebruikelijke aantal meldingen per maand.
die verkregen werden na het afsluiten van rekeningen werd ook geld overgeschreven naar het buitenland, in het bijzonder naar belastingparadijzen.
De Cel stelde meerdere trends vast die mogelijk verband houden met de crisis. Het bleek dat misdadigers voordeel konden halen uit de instabiliteit van de financiële crisis om het financiële stelsel te gebruiken voor het verplaatsen of beleggen van hun crimineel geld.
Ook via beleggingen kon geld worden witgewassen, zoals door aankoop van vastgoed, aandelen in ondernemingen, toekennen van leningen aan vennootschappen in moeilijkheden of het gebrek aan bankliquiditeit (kredietbeperking). Ook het aantal dossiers in verband met beursmisdrijven nam toe.
Een van de werkwijzen is het uitvoeren van verrichtingen in contanten. Hoewel doorgaans de opnames in contanten te maken hebben met de vertrouwenscrisis in hoofde van sommige beleggers konden andere opnames in verband worden gebracht met witwasverrichtingen. Cashverrichtingen bemoeilijken steeds de opsporing van witwasstromen. Volgens dezelfde logica nam het aantal stortingen in contanten opnieuw toe eens het vertrouwen hersteld was, waarbij geld van illegale oorsprong vermengd werd. Ook bij het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen werd vermoedelijk geld van illegale oorsprong gebruikt. Naast contanten
66
De FAG wees eveneens op het belang van deze problematiek en besliste de weerslag te onderzoeken van de financiële crisis op de maatregelen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Deze studie werd in februari 2009 aangevat en onderzoekt zo de crisis sommige financiële stelsels kwetsbaarder heeft gemaakt voor de bedreigingen van deze verschijnselen.
1.2. Dossiers in verband met illegale handel 1.2.1. Inleiding Na de witteboorddossiers vormen dossiers in verband met illegale handel de tweede grootste categorie van doormeldingen. De illegale handel betreft overwegend verdovende middelen, mensenhandel, illegale werkkrachten, goederen en koopwaren. Bij het witwassen vertegenwoordigen de verschillende verrichtingen in contanten (manuele wissel, elektronische overschrijvingen, stortingen, opnames, vervoer, casinoverrichtingen) meer dan 50% van de doorgemelde verrichtingen in 2009. Het veelvuldig gebruik van contanten bij het witwassen bevestigt dat alle meldende sectoren waakzaam moeten blijven bij dergelijke verrichtingen. Een deel van deze verrichtingen wordt opgespoord in het inbrengstadium wanneer geld van illegale oorsprong voor het eerst in het reguliere financiële stelsel wordt gebracht. Dergelijke verrichtingen worden evenwel méér en méér opgespoord in het circulatiestadium. In deze fase worden verrichtingen in contanten uitgevoerd om een criminele financiële constructie moeilijker opspoorbaar te maken en om het geld in de wettige economie te brengen. Zoals voorheen is het aanpassingvermogen van misdadigers niet te onderschatten. De strategieën die worden toegepast zijn voornamelijk bedoeld om de werkelijke economische begunstigden te verbergen, de verrichtingen ondoorzichtig te maken en de witwaskanalen te diversifiëren. De criminologische kenmerken van bepaalde dossiers duiden bovendien op criminele organisatie. Er komen gesofistikeerde criminele netwerken tussen met een waaier van betrokkenen en toepassingen. Hierbij wordt veelvuldig gebruikgemaakt van frauduleuze handelingen, corruptie, vennootschapsstructuren en dergelijke om misdrijven te verhullen en te vergemakkelijken en de opbrengst ervan wit te wassen. De omvang van deze dossiers en de bedragen duiden op een wereldomvattende criminaliteit die verder reikt dan de vastgestelde verbanden met een welbepaald onderliggend misdrijf. In bepaalde constructies worden werkwijzen toegepast waarmee geld van een brede waaier van misdrijven kan worden witgewassen. De Cel stelde onder meer vast dat buitenlandse instellingen werden gebruikt die actief betrokken waren bij de witwasverrichtingen voor tal van misdadigers. Dit verschijnsel wijst er eens te meer op hoe belangrijk het is dat de meldingsplichtigen waakzaam blijven en het risico gepast inschatten, ook als er andere tussenpersonen, financiële of andere, bij betrokken zijn.
67
1.2.2. Specifieke trends Handel in verdovende middelen 150 142 130
134
100
50 32,1
37,3 11,79
0 2007
2008
Aantal dossiers Totaalbedrag (miljoen EUR)
2009
Bij de dossiers in verband met illegale handel stelde de Cel vast dat handel in verdovende middelen in 2009 het belangrijkste onderliggend misdrijf bleef. In vergelijking met voorgaande jaren blijft het aantal dossiers stabiel maar nemen de betrokken bedragen sterk af. Hoewel de strijd tegen drughandel terrein wint, wijst het wereldrapport 2009 over drugs van de Verenigde Naties op een stijging van het drugaanbod. De Europese markt werd aantrekkelijker voor illegale drugs na het verdwijnen van de meeste interne grenscontroles. België wordt vermeld als een van de grootste producenten van synthetische drugs ter wereld, hoewel haar rol hierin afneemt16. De daling van de bedragen in dossiers die de Cel doormeldde voor handel in verdovende middelen kan deels verklaard worden door verplaatsing van witwasactiviteiten naar andere landen. Dit kan ook het gevolg zijn van de strategieën die misdadigers bewust gebruiken om hun verrichtingen moeilijker opspoorbaar te maken, door hun verrichtingen op te splitsen of gebruik te maken van nichesectoren17.
68
16. United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC), World Drug Report 2009, blz. 124 17. Zie 2.2. Witwassen in nichesectoren.
Casus 7 : Handel in verdovende middelen en geldverzending Misdrijf
Witwassen Handel in verdovende middelen
Betrokkenen
Natuurlijke personen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen (wisselkantoren) De Post
Gebruikte middelen
Geldverzending
Betrokken jurisdicties
België, Spanje, Marokko
Melders
Wisselkantoren De Post
Waarschuwingssignalen
Geldverzendingen naar dezelfde begunstigden in Marokko. De personen gebruiken hetzelfde wisselkantoor. Ze oefenen geen officieel gekende activiteiten uit. Politioneel gekend voor verdovende middelen.
In dit dossier verstuurden 18 personen geld via geldverzending, voornamelijk naar Marokko en in mindere mate naar Spanje. De personen die deze verrichtingen uitvoerden konden met elkaar in verband worden gebracht omdat het om dezelfde begunstigden ging. De verrichtingen werden ook uitgevoerd in hetzelfde kantoor. Uit politionele informatie kon worden afgeleid dat het verzonden geld mogelijk voortkwam uit illegale handel in verdovende middelen tussen België en Marokko.
69
Casus 8 : Gebruik van bankrekeningen in België om geld voortkomend uit handel in verdovende middelen over te schrijven naar Noord-Afrika Misdrijf
Witwassen Handel in verdovende middelen
Betrokkenen
Natuurlijke personen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen
Gebruikte middelen
Stortingen in contanten Internationale overschrijvingen
Betrokken jurisdicties
België
Melders
Banken
Waarschuwingssignalen
Stortingen in contanten Geen band met België Geen economische verantwoording Kleine coupures Geld werd onmiddellijk overgeschreven naar het buitenland
Verschillende personen met dezelfde nationaliteit of dezelfde Noord-Afrikaanse afkomst voerden herhaaldelijk en voor aanzienlijke bedragen, veelal in kleine coupures, stortingen in contanten uit in een kantoor van een Noord-Afrikaanse bank in Antwerpen en Brussel. Deze personen woonden in dezelfde streek in Nederland (Amsterdam, Rotterdam) en hadden geen enkele band met België. Het geld werd vervolgens overgeschreven naar hun land van herkomst. Ze konden geen enkel document voorleggen om hun stortingen in contanten te motiveren. De verrichtingen stemden niet overeen met het profiel van de cliënten. Over het algemeen ging het om werklozen. De verplaatsing vanuit een Nederlandse streek die vrij ver van de Belgische grens ligt was klaarblijkelijk bedoeld om de antiwitwasmaatregelen in Nederland te vermijden vermits dezelfde dienstverlening ten overvloede voorhanden is in Nederlandse banken. De betrokkenen hadden geen strafregister. De meesten waren afkomstig van dezelfde streek in Noord-Afrika. Opzoekingen in open bronnen toonden aan dat deze streek in Noord-Afrika vroeger een zeer arme streek was die nu echter een grote bloei kent en ook gekend staat voor het kweken van cannabis. Havens en luchthavens spelen over het algemeen een belangrijke rol bij het vervoer van de drugs. De meeste betrokkenen woonden in de buurt van grote havens. Bovendien voerden ze hun verrichtingen uit in Antwerpen, een metropool met een grote haveninfrastructuur. Het geld dat in contanten werd gestort kwam vermoedelijk voort uit de handel in verdovende middelen, hetgeen ook een rol kan hebben gespeeld in de economische groei die deze streek de afgelopen jaren kende. Na ontleding bundelde de Cel verschillende dossiers met dezelfde kenmerken en meldde ze deze dossiers gezamenlijk door aan de gerechtelijke overheden.
70
Mensenhandel en handel in clandestiene werkkrachten 200 171
166
150 97
100 50
54,8 27,8
34,62
Aantal dossiers Totaalbedrag (miljoen EUR)
0 2007
2008
2009
In deze dossiers is sprake van georganiseerde handel waarbij België een rol heeft als doorvoerland of eindbestemming van de slachtoffers. Filières konden worden opgespoord aan de hand van gezamenlijke kenmerken. Sommige economische sectoren zoals de horeca, bouw- en renovatiesector en de schoonmaaksector, zijn bijzonder gevoelig voor illegale praktijken. Uit de dossiers blijkt dat er ook nauwe banden bestaan tussen deze sectoren en sociale fraude18. Eind 2009 publiceerde de Cel een waarschuwing over zogenaamde “Braziliaanse” netwerken van clandestiene werkkrachten Deze waarschuwing vindt men terug op de webstek van de Cel. 18. Zie het Activiteitenverslag van de Cel, blz. 61-63.
Zogenaamde “Braziliaanse” netwerken “Braziliaanse” netwerken van clandestiene werkkrachten gebruiken voornamelijk valse documenten en maken frauduleus gebruik van vennootschappen. Braziliaanse illegalen die in België verblijven worden hier geronseld door Braziliaanse bazen om te worden ingezet op werven in heel Europa. De illegalen worden naar Portugal gehaald waar zij zich, op basis van een huurcontract voor woningen in kleine Portugese steden, met de hulp van hun baas inschrijven bij het Portugese Ministerie van Financiën. Zodra zij zijn ingeschreven krijgen de Braziliaanse illegalen een “fiscale kaart” (CPFkaart) op naam van hun echte identiteit. Met deze “fiscale kaart” worden de Braziliaanse illegalen dan teruggebracht naar België vóór zij naar een werf worden gestuurd. In België staan één of meerdere vervalsers, in samenwerking met de baas, in voor het vervaardigen van valse Portugese verblijfsvergunningen voor de arbeiders op basis van hun echte Braziliaanse identiteit. Dit valse document is een “autorização de residência permanente”, een permanente ver-
blijfsvergunning voor een buitenlander die de echte identiteit en nationaliteit bevat van de persoon die ervan gebruik zal maken (zelfde gegevens als op het Braziliaanse paspoort). Voor iedere illegale Braziliaan wordt een arbeidscontract opgesteld door een Portugese firma (alleen een voor deze gelegenheid gebruikte firma) en soms wordt ook voor detacheringdocumenten gezorgd (echte documenten verkregen bij de Portugese sociale zekerheid of valse documenten). Voorzien van deze documenten worden de illegale arbeiders in heel Europa uitgestuurd om te werken op werven (Portugese firma die in onderaanneming werkt voor een Belgische firma die op haar beurt werkt in onderaanneming voor een andere firma…). Er worden constructies opgezet om Braziliaanse illegalen tewerk te stellen. Om sporen uit te wissen en de autoriteiten op een dwaalspoor te brengen tijdens controles, worden vervalste documenten gebruikt met echte identiteiten, gekoppeld aan het gebruik van een echte Portugese fiscale kaart en detacheringdocumenten19. 19.
18. Zie het Activiteitenverslag 2008 van de Cel, blz. 61-63. 19. Braziliaans netwerk’, Centrale Dienst Mensenhandel, Nieuwsbrief februari 2009.
71
In het kader van dit georganiseerde fraudeen witwasstelsel wordt misbruik gemaakt van vennootschappen. Brazilianen met valse papieren en een valse Portugese nationaliteit nemen vaak bestaande vennootschappen over. Onder een actief btw-nummer voeren ze werken uit in de bouw- en reinigingssector maar betalen geen vennootschapsbelasting noch sociale bijdragen. De werknemers zijn meestal buitenlandse clandestiene werkkrachten die illegaal in ons land verblijven. Deze fraude leidt tot oneerlijke concurrentie en sociale dumping (lage lonen, misbruik, uitbuiting van werknemers, gevaarlijke arbeidsomstandigheden). Wanneer de schuldeisers toenemen en het net zich sluit rond deze vennootschappen worden ze leeggehaald.
De bestuurders of zaakvoerders nemen andere bestaande vennootschappen over met een nieuwe Portugese identiteit zodat het hele proces opnieuw kan beginnen. De rekeningen van deze vennootschappen worden voornamelijk gecrediteerd door betalingen van facturen voor geleverde diensten. Dit geld wordt opgenomen in contanten waardoor de eindbestemming niet kan worden achterhaald en de illegale werkkrachten kunnen worden betaald. Zij maken meestal gebruik van geldverzending via money remittance om het verkregen geld naar Brazilië te versturen.
Casus 9 : Frauduleus gebruik van “lege” vennootschappen – zogenaamd “Braziliaans” netwerk Misdrijf
Witwassen Handel in clandestiene werkkrachten
Betrokkenen
Vennootschappen Natuurlijke personen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen (banken en wisselkantoren)
Gebruikte middelen
Internationale overschrijvingen Contanten Geldverzending via money remittance
Betrokken jurisdicties
België, Portugal, Brazilië
Melders
Banken Wisselkantoren
Waarschuwingssignalen
Overname van een bestaande vennootschap Soms gaat het om een recent opgerichte vennootschap Minimum maatschappelijk kapitaal Breed maatschappelijk doel Binnenlandse overschrijvingen van vennootschappen actief in gevoelige sectoren inzake sociale fraude (bouw, schoonmaak), waarna het geld onmiddellijk wordt opgenomen in contanten.
De Cel meldde verschillende dossiers door aan de gerechtelijke overheden in verband met 33 vennootschappen actief in industriële schoonmaak of de bouwsector en Brazilianen of Portugezen. Deze personen namen een reeds bestaande bvba over en openden een rekening bij een of meerdere banken in België. Sommige vennootschappen werden opgericht door betrokkenen uit dossiers die door de Cel werden doorgemeld nadat ze lege vennootschappen hadden opgericht (zie casus 1). Op deze rekeningen vonden enkel overschrijvingen plaats in opdracht van vennootschappen in de bouwsector of de industriële schoonmaaksector (de zaakvoerders van deze vennootschappen waren meestal ook Portugezen of Brazilianen). Het geld werd vervolgens stelselmatig in contanten opgenomen. Verschillende opdrachtgevende bedrijven kwamen in meerdere dossiers voor. Onderzoek van de Cel toonde aan dat de hiervoor beschreven modus operandi in deze dossiers voorkwam. Een mailing werd verstuurd naar de wisselkantoren. Hieruit bleek dat meerdere betrokkenen vooral geld verzonden naar Brazilië (wat erop zou kunnen wijzen dat het in feite om Brazilianen ging) maar ook naar Portugal. Meerdere betrokkenen waren bovendien politioneel gekend in België voor feiten die verband hielden met de uitbuiting van clandestiene werkkrachten. 72
Exploitatie van prostitutie 80 60
61
56 49
40 20
18,95 3,57
5,14
0 2007
2008
Aantal dossiers Totaalbedrag (miljoen EUR)
2009
De Cel meldde in 2009 ook een reeks dossiers door met gelijkaardige kenmerken die verband hielden met het witwassen van geld voortkomend uit exploitatie van prostitutie. Zogenaamde “Bulgaarse” netwerken De verrichtingen bestaan uit geldverzendingen via money remittance in verschillende wisselkantoren. De opdrachtgevers – vrouwen tussen 20 en 35 jaar – sturen gemiddeld 40.000 EUR over een periode van niet langer dan één jaar naar verschillende begunstigden in het noordwesten van Bulgarije. Er wordt ook geld verstuurd naar Roemenië, Albanië en Italië. In de meeste gevallen stemt de bestemming van het geld overeen met de plaats van herkomst, geboorteplaats of nationaliteit van de betrokkenen en wordt er als reden “familiesteun” opgegeven. De verzonden bedragen liggen echter te hoog om familiesteun te kunnen zijn. Deze vrouwen zijn niet officieel in België ingeschreven en oefenen geen officiële beroepsactiviteit uit. De meesten zijn politioneel gekend voor prostitutie in Brussel of Antwerpen of omdat ze contact hebben met personen die gekend zijn voor prostitutie. Een deel van het verstuurde geld voortkomend uit prostitutie keert vermoedelijk zo terug naar diegenen die deze netwerken in het buitenland opzetten en leiden. Aangezien deze bedragen relatief beperkt zijn in vergelijking met de totale geschatte opbrengsten, kan vermoed worden dat het slechts om een deel gaat van de fondsen voortkomend uit exploitatie.
Het is bijgevolg niet uit te sluiten dat een deel van de fondsen voortkomend uit deze misdrijven niet via money remittance naar Bulgarije wordt verzonden maar in contanten over de weg wordt vervoerd. Bij intracommunautair vervoer van contanten van meer dan 10.000 EUR moet de persoon die het geld vervoert enkel op verzoek een verklaring afleggen (in geval van controle). De bevindingen in deze financiële dossiers inzake prostitutie bevestigen enigszins de algemene informatie van andere diensten zoals het Centrum voor gelijkheid van kansen en racismebestrijding over de aard van de prostitutiesector in België20. De vrouwen zijn in toenemende mate afkomstig uit landen als Bulgarije en Roemenië, waardoor ze legaal in het land kunnen verblijven. De pooiers blijven in het land van oorsprong en voeren onrechtstreeks druk uit op de familie van de slachtoffers. Ook het feit dat de vastgestelde periode waarin de verrichtingen gebeurden meestal beperkt blijft tot één jaar, komt overeen met de vaststelling dat de vrouwen na een bepaalde periode hun activiteiten verleggen naar een ander Europees land. Deze elementen bevestigen de stelling dat de organisatie van exploitatie van prostitutie minder zichtbaar is en een meer subtiel karakter gekregen heeft, maar daarom niet minder aanwezig is. 20. Centrum voor gelijkheid van kansen en racismebestrijding, Jaarverslag mensenhandel 2008
voor
73
1.3. Dossiers in verband met financiering van terrorisme 40 33
30 21
20 13,3
10
13 6,6 0,42
0 2007
2008
Aantal dossiers Totaalbedrag (miljoen EUR)
2009
In 2009 werden in totaal 219 meldingen doorgemeld aan de gerechtelijke overheden in verband met terrorisme en financiering van terrorisme voor een totaalbedrag van 7,34 miljoen EUR. Financiering van terrorisme bestrijkt twee gebieden: de financiering van terroristische daden en van organisaties. De kostprijs om een aanslag te plegen kan betrekkelijk laag zijn, er is echter wel veel geld nodig om netwerken op te zetten. Volgens het verslag van 2009 van Europol over de situatie en trends inzake terrorisme in Europa is zonder geld geen terroristische activiteit mogelijk. Alle terroristische organisaties moeten geld bijeenbrengen, wat ook het bedrag is21. Geld afwenden dat bestemd is voor liefdadigheidsinstellingen blijft een veelgebruikte werkwijze. Hoewel deze thans minder vaak voorkomt dient men er toch nog de nodige aandacht aan te besteden. Het geld is steeds vaker afkomstig van andere financieringsbronnen zoals handelsactiviteiten die contanten voortbrengen, onder meer nacht- en belwinkels. Een andere techniek bestaat erin illegale financieringsbronnen te gebruiken, waaronder verschillende soorten illegale handel (drughandel, mensenhandel, namaakgoederen) maar ook afpersing en diefstal. De gebruikte middelen voor verrichtingen in verband met de financiering van terrorisme evolueren in deze gevallen grotendeels op dezelfde manier als die voor het witwassen van geld. Het verkregen geld, vaak contanten, moet worden verplaatst of belegd om te kunnen worden gebruikt. Om het formele bankstelsel te vermijden wordt het geld vaak fysiek de grens overgebracht of verzonden via informele systemen voor geldverzending zoals hawala. Andere strategieën zijn bedoeld om verrichtingen ingewikkelder te maken en zijn allesbehalve doorzichtig. Hierbij worden bankverrichtingen uitgevoerd met schermvennootschappen en doorsluisrekeningen. Beleggingen in de vastgoedsector komen eveneens voor. Verdachte verrichtingen opsporen die verband houden met de financiering van terrorisme blijft evenwel moeilijk omdat de bedragen van deze verrichtingen meestal vrij klein zijn en het soms slechts om onrechtstreekse terroristische verbanden gaat die verschillende vormen kunnen aannemen. Ondanks deze moeilijkheden werden tot op heden 199 dossiers doorgemeld aan de gerechtelijke overheden. Net zoals bij witwasdossiers is internationale samenwerking hier van essentieel belang. Wat de vervolging en veroordelingen betreft, maakt 25 % van de dossiers momenteel het voorwerp uit van een onderzoek en werd er in 16 % een veroordeling uitgesproken.
74
21. Europol, RE-SAT 2009, EU terrorism situation and trend report, blz. 13
Casus 10 : Financiering van terrorisme en handelsactiviteiten Misdrijf
Financiering van terrorisme
Betrokkenen
Natuurlijke personen Rechtspersonen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen, douane
Gebruikte middelen
Fysiek vervoer van contanten Money remittance Contanten
Betrokken jurisdicties
België, Midden-Oosten
Melders
Buitenlands meldpunt
Waarschuwingssignalen
Vervoer contanten Gevoelige sector Gevoelig land
De Cel ontving een verzoek om inlichtingen van het Europese meldpunt in land P inzake Dhr. FOUR, die in België verblijft. Hij werd door de douane van land P tegengehouden en had meer dan 30.000 EUR in contanten bij zich. Hij legde een document voor waarin werd verklaard dat deze deels voortkwamen uit de verkoop van een snackbar in België van zijn broer, Dhr. FIVE, en zouden worden gebruikt om een snackbar te openen in land P. Onderzoek van de Cel toonde aan dat Dhr. FOUR de uitbater was van een snackbar in België, maar volgens commerciële gegevensbanken had hij de zaak niet overgelaten. De maanden ervoor verzond Dhr. FIVE overigens verscheidene malen geld via money remittance naar het Midden-Oosten en het land P voor een totaalbedrag van 30.000 EUR. Dhr. FIVE was gekend voor financiering van een organisatie die voorkwam als terroristisch orgaan op onder meer de lijsten van de Raad van de Europese Unie en het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij was gekend omdat hij actief fondsen wierf voor deze organisatie. Waarschijnlijk werd het document dat Dhr. FOUR voorlegde aan de douane enkel opgesteld als bewijs voor de herkomst van het geld dat de betrokkene vervoerde. Het geld dat Dhr. FOUR bij zich had en het geld dat Dhr. FIVE verstuurde kon worden gebruikt om de terroristische organisatie te financieren. Bijkomende informatie toonde aan dat de snackbar die Dhr. FIVE uitbaatte mogelijk diende als kassa voor de terroristische organisatie.
75
2. ANDERE WERKWIJZEN
2.1. Gebruik van belastingparadijzen In belastingparadijzen komen de legale en criminele economie samen, worden ze met elkaar vermengd of aan elkaar gekoppeld. Uit onderzoek van de dossiers blijkt dat het gebruik van belastingparadijzen een klassieker blijft, zowel voor verrichtingen van of naar deze gebieden. Criminele organisaties maken gebruik van de hulpmiddelen die belastingparadijzen ter beschikking stellen om frauduleuze financiële constructies op te zetten, in het bijzonder voor het witwassen van geld. In deze dossiers worden vaak rekeningen geopend bij financiële instellingen in België op naam van schermvennootschappen, die dikwijls in offshorecentra gevestigd zijn. De vennoten van deze vennootschappen zijn vaak andere vennootschappen die in deze gebieden gevestigd zijn. Hun rekeningen worden hoofdzakelijk of zelfs uitsluitend gebruikt om geld door te sluizen van en/of naar offshorecentra. Men vindt geen enkele wettige economische verantwoording om het Belgische financiële stelsel te gebruiken. Het gebrek aan transparantie en een beperkte samenwerking zijn de grootste struikelblokken. De crisis wees onlangs nog op de noodzaak belastingparadijzen in te tomen. Vermits werd vastgesteld dat deze gebieden witwassen vergemakkelijken is het bestuderen van dit onderwerp een van de topprioriteiten van de G20. Het misbruik en frauduleus gebruik van belastingparadijzen maakt ook het voorwerp uit van een project van het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude. Dit project heeft als doel de internationale samenwerking te beoordelen met landen die het vaakst betrokken zijn bij werkwijzen voor fiscale en sociale fraude, in het bijzonder belastingparadijzen. Het is de bedoeling hinderpalen voor deze internationale samenwerking op te sporen en oplossingen te vinden om de internationale samenwerking te verbeteren met landen waar dit een probleem vormt.
Casus 11 : Georganiseerde misdaad en belastingparadijzen Misdrijf
Witwassen Georganiseerde misdaad
Betrokkenen
Buitenlandse bank Offshorevennootschappen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen
Gebruikte middelen
Internationale overschrijvingen
Betrokken jurisdicties
Belastingparadijzen Over de hele wereld
Melders
Bank
Waarschuwingssignalen
Gebruik van vennootschappen in belastingparadijzen Talrijke overschrijvingen van en naar belastingparadijzen Talrijke rekeningen van klanten die er niet verblijven Gebruik van een doorsluisrekening Grote bedragen Vele gegroepeerde verrichtingen Correspondent banking Ondanks het omvangrijke bedrag van de verrichtingen was er geen financiële correspondent om deze verrichtingen in USD uit te voeren
77
Casus 11 : vervolg Een buitenlandse bank gevestigd in een Oost-Europees land opende in het kader van correspondent banking twee rekeningen is België. Deze werden gebruikt om geld over te schrijven van verschillende offshorevennootschappen die klant waren bij deze bank naar verschillende tegenpartijen over de hele wereld. De verrichtingen op deze rekeningen toonden aan dat ze als doorsluisrekeningen werden gebruikt: - Creditverrichtingen: overschrijvingen van de buitenlandse bank (geld van rekeningen die hoofdzakelijk door offshorevennootschappen geopend werden). - Debetverrichtingen: betalingen van klanten van de buitenlandse bank naar verschillende landen, in het bijzonder belastingparadijzen. Een groot deel van de verrichtingen was uitgedrukt in USD en de bedragen liepen op tot meer dan een miljard EUR. Uit ingewonnen inlichtingen bleek dat 75% van de klanten van de buitenlandse bank vennootschappen waren met hoofdzetel in belastingparadijzen. Er was weinig tot geen informatie beschikbaar over de statuten of de activiteiten van deze vennootschappen. Onderzoek van de Cel toonde aan dat meerdere vennootschappen onder meer gekend waren voor ernstige en georganiseerde fiscale fraude, verduistering, oplichting en georganiseerde misdaad. De bank koos er waarschijnlijk voor om een beroep te doen op een andere bank, in dit geval een Belgische bank, in de veronderstelling dat het weinig waarschijnlijk was dat een bank de activiteiten van een andere bank zou melden. De bank zorgde ervoor dat ze de oorsprong van het geld kon verhullen. Er kwam geld op de rekeningen van de buitenlandse bank en een deel van dit geld werd gegroepeerd overgeschreven naar twee rekeningen bij een bank in België om betalingen uit te voeren naar derden. Elke afzonderlijke creditverrichting in het land van oorsprong van de buitenlandse bank werd vervolgens gegroepeerd met andere creditverrichtingen en overgeschreven naar de bank in België zodat het voor de Belgische bank moeilijk was om de oorsprong van dit geld te kennen.
+/- 460 OFFSHOREVENNOOTSCHAPPEN (via domiciliëringsbureaus)
Vennootschappen/ particulierdeverblijven Buitenlandse bank rekening in land van herkomst
703.198.046,00 EUR* 1.313.415.883,00 USD** +
Belgische bank rekening in EUR/USD op naam van de buitenlandse bank 704.087.559,00 EUR* 1.311.463.389,00 USD **
91.927.064 EUR (2009) 132.719.607 USD (2009) * In 2008, voor de rekening in EUR - ** In 2008, voor de rekening in USD
78
• Europa • Azië • Verenigde Staten • Afrika • Oceanië • Andere offshorevennootschappen
2.2. Witwassen in nichesectoren Naarmate strijd tegen het witwassen van geld wordt opgedreven willen misdadigers hun verrichtingen moeilijker opspoorbaar maken door gebruik te maken van nichesectoren, waar de sensibilisering laag is. Voetbal De voetbalsector is kwetsbaar voor het witwassen van geld, wat bevestigd wordt in het verslag hierover van de FAG22. Dit hangt grotendeels samen met de omvang van de financiële stromen die plaatsvinden, in het bijzonder wat betreft de middelen van voetbalclubs of spelers, de transfermarkt, weddenschappen of portretrecht, sponsoring of reclameovereenkomsten. De doorgemelde dossiers van de Cel tonen aan dat deze sector zowel gebruikt wordt om onderliggende misdrijven te plegen (handel in dopingproducten (gelijkgesteld met verdovende middelen), corruptie, handel in spelers, enz.) als voor witwasverrichtingen. De gebruikte technieken variëren van heel eenvoudig tot bijzonder ingewikkeld waarbij gebruikt wordt gemaakt van contanten, internationale overschrijvingen, belastingparadijzen, schermvennootschappen en niet-financiële beroepen. 22.
Casus 12 : Witwassen en voetbal Misdrijf
Witwassen Corruptie
Betrokkenen
Natuurlijke personen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen Casino’s
Gebruikte middelen
Casinoverrichtingen Contanten
Betrokken jurisdicties
België
Melders
Casino
Waarschuwingssignalen
Grote bedragen Gevoelige sector Geen economische verantwoording
Verschillende betrokkenen bezochten regelmatig casino’s in België en kochten er speelpenningen voor een aanzienlijk totaalbedrag. Een van de betrokkenen was een buitenlander, zonder enige band met België. De andere betrokkenen hielden rechtstreeks (voetbalspelers of trainer) of onrechtstreeks (familieleden van spelers of trainers) verband met het voetbalmilieu. De betrokkenen waren politioneel gekend in het kader van een onderzoek over vervalste wedstrijden. De buitenlander werd ervan verdacht spelers vóór bepaalde wedstrijden te hebben omgekocht. Het was zijn bedoeling geld te investeren in verschillende clubs om de controle over deze clubs te krijgen, ze aan te tasten en aan te zetten vervalste wedstrijden te spelen. Het ging om clubs in financiële moeilijkheden die op zoek waren naar onverwachte sponsors. De buitengewone omvang van de weddenschappen en het ongewone resultaat van bepaalde wedstrijden wezen op frauduleuze verrichtingen. Daarenboven noteerde een buitenlands gokkantoor op het internet voor deze wedstrijden buitensporig hoge inzetten. Het geld dat gebruikt werd om speelpenningen aan te kopen kwam mogelijk voort uit de criminele activiteiten waarvoor de betrokkenen gekend waren.
22. FAG, Money laundering through the football sector, 2009 (enkel in het Engels).
79
Onroerende goederen en goederen van grote waarde Uit de meldingen die in 2009 werden doorgemeld blijkt dat investeringen in de vastgoedsector een hoog risico op witwassen blijven inhouden. Deze werkwijze is aantrekkelijk omdat zo grote sommen geld ineens kunnen worden witgewassen. Bovendien zijn bij investeringen in goederen van grote waarde (antiek, juwelen, kunstwerken, enz.) vaak verrichtingen in contanten betrokken waardoor witwassers grote bedragen in het financiële stelsel kunnen brengen. De trends tonen aan alle betrokkenen uit deze sectoren waakzaam dienen te blijven. Indien deze sectoren zich niet beter bewust worden en uiterst waakzaam blijven zullen misdadigers deze sectoren en beroepen blijven uitkiezen om geld wit te wassen.
Casus 13 : Witwassen en onroerende goederen Misdrijf
Witwassen Georganiseerde misdaad
Betrokkenen
Natuurlijke personen Vennootschappen
Betrokken sectoren
Financiële instellingen Niet-financiële beroepen
Gebruikte middelen
Internationale overschrijvingen Onroerende goederen
Betrokken jurisdicties
België, Singapore, Britse Maagdeneilanden
Melders
Banken, notaris
Waarschuwingssignalen
Belastingparadijzen Offshorevennootschappen Doorsluisrekeningen Aanzienlijke beleggingen in onroerende goederen Onroerende goederen worden betaald via overschrijvingen uit offshorecentra
Een Russisch echtpaar, met verblijf in België, bestuurde de vennootschap OIL gevestigd in Singapore actief in de olie- en gassector. Een vennootschap gevestigd op de Britse Maagdeneilanden was de enige aandeelhouder van de vennootschap OIL. Op hun rekeningen in België vonden aanzienlijke overschrijvingen plaats van de vennootschap OIL. Het geld werd vervolgens opnieuw overgeschreven naar rekeningen op hun naam in Singapore of opgenomen in contanten. Het gebruik van deze rekeningen als doorsluisrekeningen, het gebruik van belastingparadijzen en de tussenkomst van offshorevennootschappen trokken de aandacht van de banken. Daarnaast voerde het echtpaar talrijke investeringen in onroerende goederen in België uit voor een totaalbedrag van meerdere miljoenen EUR. De notaris vond het verdacht dat het hier om zulke aanzienlijke investeringen ging en dat er betaald werd via overschrijvingen uit Singapore. Uit politionele bron bleek dat deze betrokkenen aan het hoofd stonden van een Russische misdaadorganisatie. Ze oefenden geen enkele gekende handelsactiviteit uit in België dat de verrichtingen op hun rekeningen konden verantwoorden. Het Belgische financiële stelsel werd klaarblijkelijk enkel gebruikt om geld wit te wassen.
80
2.3. Witwassen en fraude met notionele intrest De Cel vestigt sinds 2008 de aandacht op verschillende kenmerken die veelvuldig voorkomen bij witwasverrichtingen die verband houden met kapitaalverhogingen. Deze elementen duiken vaak op bij financiële manipulatie en constructies die worden opgezet om het systeem van notionele interest te misbruiken. Het dient te worden opgemerkt dat, op zichzelf genomen, het voorkomen van deze kenmerken niet noodzakelijkerwijs wijst op enige fraude. Bovendien zijn die elementen niet eenduidig, maar komen ze vaak voor met andere verdachte elementen, wat dan argwaan kan wekken en versterken.
• Het gebruik van ingewikkelde en grensoverschrijdende vennootschapsconstructies is bedoeld om verrichtingen ondoorzichtig te maken, in het bijzonder wanneer hun hoofdzetel gevestigd is in een belastingparadijs of een offshorecentrum. Zonder economische verantwoording kan het gebruik van vennootschapsstructuren wijzen op een kunstmatige constructie en een frauduleuze operatie. Door de ondoorzichtige verrichtingen die via deze constructies verlopen is het moeilijk deze mechanismen te vatten, de logica van de structuur van de vennootschappen te begrijpen en de inbreng of waarde na te gaan
• Het gebruik van doorsluisrekeningen en een opeenvolging van talrijke verrichtingen van internationale omvang, vooral wanneer geld doorstroomt via buitenlandse vennootschappen die rechtstreeks of onrechtstreeks afhangen van dezelfde natuurlijke of rechtspersonen. • Vermenging van activa waarvan de prijs niet overeenstemt met de marktprijs en/of waarbij de betalingsvoorwaarden niet overeenstemmen met de marktvoorwaarden. Dit systeem wordt gebruikt om kunstmatig eigen vermogen te scheppen.
• Het gebruik van juridische, financiële en fiscale beroepen om de constructie meer ingewikkeld te maken met ondoorzichtige juridische en financiële constructies waardoor het beheer en bestuur onduidelijk wordt. Hierbij worden vaak technieken gebruikt om de oorsprong, het bestaan of de waarde van de inbreng te verbergen. • Er worden ook contanten gebruikt, in het bijzonder wanneer een kapitaalverhoging voorafgegaan wordt door verrichtingen in contanten, klaarblijkelijk met de bedoeling sporen uit te wissen. • Financiële manipulatie, verhogingen van de belastbare grondslag en schijnhandelingen zoals louter boekhoudkundige verrichtingen of valsheid. De inbreng van activa waarvan de oorsprong, het bestaan of de waarde moeilijk controleerbaar is kan ook in verband worden gebracht met de geveinsde of frauduleuze aard van inbreng om twijfelachtige verrichtingen in te dekken.
81
3. Financiële stromen
Bij het onderzoek naar nieuwe trends inzake witwassen en financiering van terrorisme is het internationale aspect van de financiële verrichtingen een zeer belangrijk gegeven. Om daar een beter beeld van te krijgen werd een analyse gemaakt van de financiële stromen van en naar het buitenland in de dossiers die in 2009 aan het parket werden overgemaakt. Het betreft een overzicht van het aantal dossiers waarin een bepaald land voorkomt, dit geeft bijgevolg geen beeld weer van de grootte van de verrichtingen (totaalbedrag) die uit of naar dit land gaan en van de frequentie waarmede een bepaald land voorkomt per dossier. Voor onderstaande analyse werden de onderliggende criminaliteitsvormen hernomen die een sterk internationaal karakter hebben. Bij niet-grensoverschrijdende verrichtingen, zoals stortingen en opnames in contanten of binnenlandse betalingen, werd België beschouwd als land van herkomst of bestemming van de fondsen. In onderstaande grafieken en schema’s komt België eveneens naar voor als centraal punt van vertrek en aankomst van internationale transfers van en naar het buitenland. Hoewel ook de georganiseerde misdaad een sterk internationaal karakter heeft, werd deze criminaliteitsvorm niet weerhouden omdat een aantal deelaspecten van het fenomeen, zoals illegale drughandel, handel in clandestiene werkkrachten en exploitatie van prostitutie reeds afzonderlijk besproken werden. Ook werd eerder een casus inzake georganiseerde misdaad uitgewerkt waarin de financiële stromen besproken werden (zie casus 11).
83
3.1. Oplichting Oplichting lag in 2009 aan de basis van 283 dossiers die doorgemeld werden aan de parketten voor een totaalbedrag van 18,44 miljoen EUR. Het is hiermee de belangrijkste onderliggende criminaliteitsvorm in de doorgemelde dossiers. Twee belangrijke fenomenen kunnen onderscheiden worden in deze dossiers. Enerzijds zijn er de zogenaamde money mules, waarbij de bankrekeningen van tussenpersonen in België gebruikt worden om de inkomsten uit voornamelijk phishing-aanvallen in Duitsland wit te wassen. Anderzijds werden in 2009 ook een groot aantal dossiers in groep doorgemeld die betrekking hadden op zogenaamde “Nigeriaanse” oplichting of advance fee scams. Bij de “Nigeriaanse” oplichting wordt in toenemende mate gebruikgemaakt van handlangers in België en andere Europese landen om fondsen van de slachtoffers te ontvangen en op hun beurt door te sturen naar de oplichters in West-Afrikaanse landen. In verschillende andere dossiers echter gaat het om slachtoffers in België die rechtstreeks geld sturen naar de organisatoren van de oplichting in West-Afrika. Het is dan ook niet verwonderlijk dat België zowel wat betreft de bestemming als de herkomst van fondsen als belangrijkste land voorkomt in de dossiers doorgemeld voor oplichting. De tweede plaats van Duitsland is een gevolg van de specifieke aanval op het Duitse systeem van onlinebankieren, zoals bleek uit de doorgemelde money mule-dossiers. Na België komt Nigeria het meest voor als land van bestemming van fondsen uit oplichting. Ivoorkust treedt echter steeds meer op de voorgrond als land waar op grote schaal oplichtingschema’s ontwikkeld worden. De slachtoffers sturen de fondsen via geldverzending vanuit West-Europa, de Verenigde Staten en Saudi-Arabië, ofwel naar handlangers in andere West-Europese landen, ofwel rechtstreeks naar de oplichters in West-Afrikaanse landen.
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Oplichting - Herkomst van fondsen 300
283
250 200 159
150
92
100
58
50
40
39
37
36
Land van herkomst
84
Saudi-Arabië
Italië
Verenigd Koninkrijk
Verenigde Staten
Frankrijk
Duitsland
België
Totaal aantal dossiers
0
300
283
250 200 152
150 100
63
50
45
45
41 35
33
Land van bestemming Congo (RDC)
Verenigde Staten
Frankrijk
Verenigd Koninkrijk
Ivoorkust
Nigeria
België
0 Totaal aantal dossiers
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Oplichting - Bestemming van fondsen
Schematish overzicht - Oplichting
Duitsland
Nigeria
Frankrijk
Ivoorkust
Verenigde Staten
Verenigd Koninkrijk
Verenigd Koninkrijk
België
Frankrijk
Italië
Verenigde Staten
Saudi-Arabië
Congo (RDC)
Andere (Zwitserland, Egypte, Slovenië,...)
Andere (Zambia, Egypte, Ghana...)
85
3.2. Illegale drughandel In 2009 werden 134 dossiers doorgemeld wegens aanwijzingen van het witwassen van inkomsten uit illegale drughandel voor een totaalbedrag van 11,79 miljoen EUR. Verrichtingen in contanten, stortingen op rekening en geldverzendingen naar het buitenland, zijn typerend voor deze criminaliteitsvorm. Het is dan ook niet verwonderlijk dat België de eerste plaats bezet als herkomstland en land van bestemming van fondsen in deze dossiers. Daarnaast komen ook buurlanden Frankrijk en Nederland voor als herkomstlanden van fondsen uit illegale drughandel. De landen van bestemming zijn naast België ook Marokko, Spanje, Nederland, Italië en Albanië. Hasj uit Marokko komt vaak via Spanje Europa binnen23. Albanië is gekend voor de smokkel van heroïne24.
160 140
134 122
120 100 80 60 40
4
3
Land van herkomst
Verenigd Koninkrijk
Frankrijk
België
6 Nederland
7
0
Spanje
20 Totaal aantal dossiers
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Illegale drughandel - Herkomst van fondsen
86
160 140
134
120 100 69
80 60
10
7
6
5
Italië
Albanië
Marokko
België
0
Nederland
20
Spanje
36
40
Totaal aantal dossiers
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Illegale drughandel - Bestemming van fondsen
23. United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC), World Drug Report 2009, blz. 99 24. United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC), World Drug Report 2009, blz. 44
Land van bestemming
Schematish overzicht - Illegale drughandel
Frankrijk
Marokko
Nederland
Spanje
Spanje
Nederland
Albanië
België
Andere (Verenigd Koninkrijk, Italië, Afghanistan,...)
Andere (Italië, Dominicaanse Republiek, Colombia,...)
3.3. Handel in clandestiene werkkrachten In totaal werden 111 dossiers doorgemeld in 2009 met aanwijzingen van handel in clandestiene werkkrachten als onderliggend misdrijf van witwassen voor een totaalbedrag van 30,01 miljoen EUR. De illegale arbeid in deze dossiers wordt hoofdzakelijk in België verricht, reden van de dominante plaats van België als land van herkomst van de fondsen. Het gaat dan zowel om het opsturen via geldverzending van de inkomsten uit de arbeid door de illegale arbeiders, als om de binnenlandse betalingen die gebeuren aan of door de vennootschappen die de arbeiders tewerkstellen, vandaar dat België ook als land van bestemming de eerste plaats inneemt. Verschillende dossiers hebben ook betrekking op illegaal in het land verblijvende Brazilianen die over valse Portugese documenten beschikken. Zij sturen een deel van de opbrengsten uit de clandestiene arbeid naar hun thuisland of naar Portugal, vandaar dat ook deze beide landen voorkomen als bestemming van fondsen. Tenslotte werden ook dossiers doorgemeld waarin sprake was van de exploitatie van clandestiene werkkrachten uit Turkije in de bouwsector en uit China in de horeca.
120 111
110
100 80 60 40
1
1
1
1
Egypte
Spanje
Polen
België
0
Brazilië
20
Totaal aantal dossiers
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Handel in clandestiene werkkrachten - Herkomst van fondsen
Land van herkomst
87
120 111
100 80 61
60
55
40
3
2
2 Portugal
Brazilië
België
Totaal aantal dossiers
0
Turkije
20
China
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Handel in clandestiene werkkrachten - Bestemming van fondsen
Land van bestemming
Schematish overzicht - Handel in clandestiene werkkrachten
Brazilië
Diverse (Brazilië, Egypte, Spanje, Polen,...)
België
Andere (China, Turkije, Portugal,...)
88
3.4. Exploitatie van prostitutie In 2009 werden 56 dossiers doorgemeld in verband met de exploitatie van prostitutie voor een totaalbedrag van 5,14 miljoen EUR. In deze dossiers komt België het vaakst voor als land van herkomst van de fondsen, gevolgd door Bulgarije, Griekenland en Albanië. De prostitutie vindt in ons land plaats, vandaar dat België in bijna alle dossiers voorkomt als land van oorsprong van de fondsen. Bij de bestemming van de fondsen neemt Bulgarije een belangrijke plaats in. De Bulgaarse – en in mindere mate de Roemeense – prostitutienetwerken zouden volgens de politie de voorbije jaren de Albanese netwerken verdrongen hebben, althans wat de raamprostitutie betreft. Dit verduidelijkt zich eveneens in onderstaande grafiek waaruit blijkt dat Albanië slechts in 9 dossiers voorkomt als één van de landen van bestemming van de fondsen afkomstig uit de exploitatie van prostitutie.
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Exploitatie van prostitutie - Herkomst van fondsen 60
56
55
50 40 30 20 10 2
2
2
Land van herkomst
Albanië
Griekenland
Bulgarije
België
Totaal aantal dossiers
0
60
56
50 40 30 20
20
19
17
9
10
Land van bestemming Albanië
Roemenië
Bulgarije
België
0 Totaal aantal dossiers
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Exploitatie van prostitutie - Bestemming van fondsen
89
Schematisch overzicht - Exploitatie van prostitutie
Bulgarije
Roemenïe Diverse (Albanië, Bulgarije, Griekenland, ...)
Albanië
België
Andere (Italië, Griekenland, Moldavië,...)
3.5. Ernstige en georganiseerde fiscale fraude In de 55 dossiers en voor een totaalbedrag van 107,47 miljoen EUR waarin aanwijzingen gevonden werden van het witwassen van fondsen afkomstig uit ernstige en georganiseerde fiscale fraude en die in 2009 doorgemeld werden, speelden België en de omringende landen de belangrijkste rol. In een aanzienlijk deel van deze dossiers gaat het om btw-fraude, waarbij de goederen - soms enkel op papier - tussen nabijgelegen landen verhandeld worden. Het onderscheid tussen transacties in het kader van de btw-fraude zelf en de transacties die gebeuren om de inkomsten uit de fraude wit te wassen is soms moeilijk te maken. Uit de bestemmingslanden in de doorgemelde dossiers blijkt dat niet enkel de fraude zelf maar ook het witwassen van de opbrengsten ervan voornamelijk in België en in de ons omringende landen gebeurt.
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Ernstige en georganiseerde fiscale fraude - Herkomst van fondsen 60
55
50 36
40 30 20
10
10
7
6 5
Land van herkomst
90
Nederland
Duitsland
Verenigd Koninkrijk
Frankrijk
België
Totaal aantal dossiers
0
60
55
50 40 34
30 20 7
10
6
6 5
4
Land van bestemming Spanje
Duitsland
Nederland
Verenigd Koninkrijk
Frankrijk
België
0 Totaal aantal dossiers
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Ernstige en georganiseerde fiscale fraude - Bestemming van fondsen
Schematisch overzicht - Ernstige en georganiseerde fiscale fraude
Frankrijk
Frankrijk
Verenigd Koninkrijk
Verenigd Koninkrijk
Nederland
Duitsland
België
Duitsland
Nederland
Spanje
Andere (Italië, Luxemburg, Spanje,...)
Andere (Hongkong, Turkije, Luxemburg,...)
91
In het kader van de werkzaamheden van het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude over het misbruik en het frauduleuze gebruik van belastingparadijzen maakte de Cel een studie over de financiële stromen in de dossiers die aan de gerechtelijke overheden werden doorgemeld in verband ernstige en georganiseerde fiscale fraude, waarbij ingewikkelde mechanismen of procedés van internationale omvang worden aangewend. In deze studie werden meer bepaald de verdachte financiële verrichtingen bestudeerd in de meldingen die de Cel in 2008 en 2009 ontving en de Cel vervolgens doormeldde aan de gerechtelijke overheden. Opmerkelijk was dat in de doormeldingen België en de Belgische buurlanden het vaakst voorkomen als land van oorsprong en bestemming van het geld. Dit vloeit voort uit het feit dat meer dan 50% van de doorgemelde meldingen verband houden met btw-carrousels en deze gewoonlijk georganiseerd worden met buurlanden. Er dient op gewezen dat de verrichtingen die de Cel vaststelde in de dossiers in verband met btw-carrousels zowel verrichtingen zijn die verband houden met btw-fraude zelf, al dan niet met goederenbeweging, alsook het witwassen van geld voortkomend uit deze illegale activiteiten. Het is voor de Cel bijgevolg moeilijk uit te maken welke verrichtingen betrekking hebben op frauduleuze activiteiten en welke betrekking hebben op het witwassen van geld voortkomende uit deze frauduleuze activiteiten. In dit soort dossiers bestaat het witwassen uit de herinvestering van de opbrengst van de btw-fraude door opnieuw frauduleuze activiteiten op te zetten. Hoewel er minder meldingen voorkomen in verband met ernstige en georganiseerde fiscale fraude waarin geen btw-carroussels voorkomen, liggen de bedragen in deze dossiers hoger en gaat het om meer ingewikkelde dossiers. Dit wordt duidelijk door het gebruik van meer ingewikkelde vennootschapsstructuren waarbij vaak belastingparadijzen, schermvennootschappen, stromannen en niet-financiële tussenpersonen en beroepen zoals advocaten, boekhouders of boekhoudkantoren betrokken zijn.
92
• Oceanië • Andere offshorevennootschappen
704.087.559,00 EUR* 1.311.463.389,00 USD **
703.198.046,00 EUR* 1.313.415.883,00 USD** +
91.927.064 EUR (2009) 132.719.607 USD (2009) * In 2008, voor de rekening in EUR - ** In 2008, voor de rekening in USD
Ernstige en georganiseerde fiscale fraude
Belgische banken Kredietkaart 2.199.959 €
Cheques Contanten 1.140.757 € 20.696.931 €
Transfer 62.181.541
Effecten 2.952.847 €
Contanten 41.815.894 €
Kapitaalsverhoging 3.106.082 €
Effecten 5.188.572 € West-Europa 52.584.976 € 15.727.567 €
Banken Verrichtingen voor rekening van de betrokkenen
Afrika 12.673.680 €
Zuid-Amerika 1.750.743 € Andere 4.534.053 €
Zuid-Amerika 11.538.917 €
Cheques 2.385.673 €
Midden-Oosten 2.392.829 €
Noord-Amerika 1.824.562 €
West-Europa 19.899.572 €
Transfers 55.327.146 €
Transfers Effecten
Andere 5.649.849 € Transfers
Andere*
Andere**
Transfer 23.071.732 €
Transfer 11.146.520 €
* = Midden-Oosten, Afrika ** = Europese Unie, Midden-Oosten (geen verdeling per land van bestemming beschikbaar)
Binnenkomende stroom Uitgaande stroom
93
3.6. Financiering van terrorisme In 2009 werden slechts 13 dossiers doorgemeld waarin aanwijzingen van de financiering van terrorisme gevonden werden. België blijkt in deze dossiers het belangrijkste land van oorsprong en herkomst. Hoewel dit aantal te beperkt is om algemene trends uit af te leiden, blijkt uit analyse van de dossiers zelf dat het in de meeste gevallen gaat om stortingen op een rekening of opname van een rekening, verband houdend met de ontvangst van giften door vzw’s of de aankoop van onroerende goederen.
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Financiering van terrorisme - Herkomst van fondsen 14
13
12
11
10 8 6 4 2
2
1
1
1
1
1
Land van herkomst
94
Griekenland
Bahreïn
Spanje
Verenigd Koninkrijk
Italië
Rusland
België
Totaal aantal dossiers
0
Aantal dossiers waarin een land voorkomt
Financiering van terrorisme - Bestemming van fondsen 14
13
12 10
9
8 6 4 2
2
1
1
1
1
1
1
Land van bestemming Turkije
Pakistan
Marokko
Albanië
India
Tunesië
Verenigd Koninkrijk
België
Totaal aantal dossiers
0
Schematisch overzicht - Financiering van terrorisme
Diverse (Italië, Bahrein, Rusland, Spanje, Polen, ...)
België
Diverse (Tunesië, Albanië, Verenigd Koninkrijk, Pakistan, Turkije, Portugal,...)
95
V. ANDERE ACTIVITEITEN 1. De Financiële Actiegroep (FAG)
Nieuwe typologieverslagen In 2009 nam de Cel actief deel aan verschillende typologieprojecten onder leiding van de werkgroep typologieën van de FAG25 inzake de risico’s op witwassen en financiering van terrorisme in de volgende sectoren: • casino’s en kansspelen ; • sportwereld en voetbal in het bijzonder ; • effectensector ; • vrijhandelszones (Free Trade Zones) Openbare verklaring In 2009 legde de FAG eveneens verschillende openbare verklaringen af waarin het haar leden vroeg hun financiële instellingen op te roepen bijzonder waakzaam te zijn voor verrichtingen met de volgende landen/gebieden: Iran, Oezbekistan, Pakistan, Turkmenistan en Sao Tomé en Principe. Naast deze verscherpte waakzaamheid verzocht de FAG haar leden en alle landen met aandrang doeltreffende tegenmaatregelen te nemen om hun financiële sector te beschermen tegen de risico’s op het witwassen van geld en de financiering van terrorisme die uitgaan van Iran. De FAG riep de landen ook op zich te beschermen tegen correspondentrelaties die gebruikt worden om de tegenmaatregelen te omzeilen of te vermijden en tegen praktijken ter vermindering van risico’s. Zij moeten rekening houden met de risico’s op het witwassen van geld en de financiering van terrorisme wanneer ze verzoeken van Iraanse financiële instellingen in overweging nemen om bijkantoren en dochterondernemingen in hun rechtsgebied te openen. De verklaringen van de FAG zijn beschikbaar op de webstek van de Cel: www.ctif-cfi.be. Documenten gepubliceerd door de FAG De FAG publiceerde in 2009 verschillende documenten: twee nieuwe leidraden over de risicobenadering en verschillende studies over de kwetsbaarheden en de risico’s op het witwassen van geld en de financiering van terrorisme in bepaalde sectoren. • Leidraad voor de risicobenadering bestemd voor de levensverzekeringssector (oktober 2009) • Leidraad voor de risicobenadering bestemd voor wisselkantoren (03/07/2009) • Kwetsbaarheden van casino’s en de goksector (30/03/2009) • Witwassen van geld via de voetbalsector (01/07/2009) • Witwassen van geld en de financiering van terrorisme in de effectensector (26/10/2009) Deze verslagen zijn beschikbaar in het Engels op de webstek van de FAG: www.fatf-gafi.org.
25. De Financiële Actiegroep is een intergouvernementeel orgaan met als doel zowel nationale als internationale beleidslijnen te ontwikkelen en aan te moedigen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Het secretariaat van de FAG is gevestigd bij de hoofdzetel van de OESO. De 35 leden van de FAG zijn: Argentinië, Australië, België, Brazilië, Canada, Denemarken, Duitsland, de Europese Commissie, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongkong (China), Ierland, IJsland, Italië, Japan, Luxemburg, Mexico, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, de Republiek Korea, de Russische Federatie, de Samenwerkingsraad van de Golfstaten, Singapore, Spanje, Turkije, de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, de Volksrepubliek China, Zuid-Afrika, Zweden en Zwitserland. De verslagen van de FAG kunnen (in het Engels en het Frans) op het internet worden geraadpleegd (www.fatf-gafi.org). De Belgische afvaardiging bij deze instelling wordt geleid door de Voorzitter van de Cel.
97
De FAG en de financiële crisis In februari 2009 startte de FAG een project om de invloed van de wereldwijde economische crisis op de stelsels ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme in te schatten. In april 2009 vroeg de G20 aan de FAG in dit kader de procedures te herzien die gebruikt worden om de overeenstemming van staten en jurisdicties met de internationale standaarden van de FAG te beoordelen. In september 2009 bracht de FAG verslag uit aan de G20 over de vorderingen van deze werkzaamheden. De staatshoofden die de G20 bijwoonden vroegen de FAG tegen februari 2010 een lijst met gebieden op te stellen die gebreken vertonen wat betreft de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. In februari 2010 werden er door de FAG vier landen benoemd: Angola, de Democratische Volksrepubliek Korea, Ecuador en Ethiopië. Er werden geen tegenmaatregelen aanbevolen door de FAG. De FAG vroeg haar leden enkel rekening te houden met de risico’s die voortvloeien uit de vastgestelde gebreken. Deze landen hebben zich er niet toe verbonden de internationale normen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme na te leven, noch gehoor gegeven aan de oproep van de FAG om zich op dit vlak te engageren. Het ontbreken van een allesomvattend stelsel ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme vormt een bedreiging voor het internationale financiële stelsel. Als onderdeel van haar lopende herziening van de naleving van de normen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, benoemde de FAG tot op heden verschillende landen die strategische tekortkomingen vertonen op het gebied van de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, waarvoor ze ook met de FAG een actieplan ontwikkelden. Hoewel de situatie voor elk land verschilt, heeft elk land zich schriftelijk politiek geëngageerd om de genoemde tekortkomingen aan te pakken. De FAG zal bijkomende landen blijven benoemen die een risico vormen voor het internationale financiële stelsel.
98
2. Het Comité van deskundigen van de Raad van Europa inzake de evaluatie van maatregelen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (MONEYVAL) Openbare verklaring Sinds 2008 roept het Comité van deskundigen van de Raad van Europa inzake de evaluatie van maatregelen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (MONEYVAL)26 haar lidstaten en andere landen op om hun financiële instellingen aan te bevelen bijzondere aandacht te besteden aan en uitgebreide klantenonderzoeksmaatregelen toe te passen bij verrichtingen met natuurlijke personen en financiële instellingen uit of in Azerbeidzjan. In december 2009 nam het Comité kennis van het feit dat Azerbeidzjan de wettelijke basis heeft gelegd en toepast voor de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Er werd een meldpunt opgezet dat nu meldingen ontvangt en verwerkt. MONEVAL besliste bijgevolg de eerdere openbare verklaringen en het advies dat aan financiële instellingen werd gegeven in de openbare verklaring van 12 december 2008 in te trekken. MONEYVAL zal de vooruitgang van de kwesties die nog moeten worden aangepakt zoals vermeld in het verslag van de derde evaluatieronde, opvolgen volgens de procedure eigen aan MONEYVAL.
3. De Egmont Groep In 2009 bestudeerde de Egmont Groep27 operationele kwesties zoals statistische analyse en werkwijzen om geld wit te wassen via casino’s, onroerende goederen en geldkoeriers. Er werd ook aandacht besteed aan werkwijzen om geld wit te wassen via elektronisch geld en handelstransacties, alsook mogelijke tegenmaatregelen. De Egmont Groep besprak in 2009 tevens beste praktijken en struikelblokken bij de terugkoppeling van meldpunten naar meldende instellingen en de bescherming van gegevens bij deze feedback. Ook projecten rond dreigingsanalyse en risicobenadering kwamen aan bod.
26. Comité van deskundigen van de Raad van Europa inzake de evaluatie van maatregelen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (MONEYVAL) telt 28 vaste leden en twee tijdelijke leden: Albanië, Andorra, Armenië, Azerbeidzjan, Bosnië-Herzegovina, Bulgarije, Cyprus, Estland, Georgië, Hongarije, Kroatië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Malta, Moldavië, Monaco, Montenegro, Oekraïne, Polen, Roemenië, Russische Federatie (ook lid van de FAG), San Marino, Servië, Slovakije, Slovenië, Tsjechië, Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. Er worden ook voor een periode van twee jaar twee leden aangeduid door het Voorzitterschap van de FAG. Momenteel zijn dit Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk. Israël is een actieve waarnemer sinds januari 2006. (www.coe.int/moneyval) 27. De meldpunten van de Fiji-eilanden (Fiji-FIU), de Kirgizische Republiek (FIS), de Speciale Administratieve Regio Macau van de Volksrepubliek China (GIF), Malawi (FIU-Malawi), Mongolië (FIU-Mongolia), Senegal (CENTIF), Sri Lanka (FIU-Sri Lanka) en Saint Lucia (FIA Saint Lucia) werden als nieuwe leden aanvaard. De lijst met alle 116 leden van de Egmont Groep is beschikbaar op de webstek van de Egmont Groep http://www.egmontgroup.org/.
99
4. Internationale samenwerking Operationele samenwerking Het plaatsen van een grens tussen de criminele feiten en de aanwending of manipulatie van de opbrengsten is een manier bij uitstek om latere opzoekingen naar de oorsprong te bemoeilijken. Het internationale karakter van de witwasbestrijding is bijgevolg uiterst belangrijk. De Cel raadpleegt buitenlandse meldpunten wanneer uit de melding aan de Cel, via de betrokken personen of via de verrichtingen, banden met een ander land blijken. Ook dit jaar bevroeg de Cel stelselmatig het buitenland en ontving ze heel wat verzoeken van buitenlandse meldpunten. De statistieken over de internationale samenwerking vindt men terug onder punt 2 van deel III. De operationele samenwerking met het buitenland geschiedt in de regel op grond van geschreven overeenkomsten tussen de verschillende meldpunten (MOU of Memorandum Of Understanding). Soms worden meldpunten, waarmee geen MOU bestaat, toch bevraagd wanneer dit operationeel nuttig is en voor zover de uitgewisselde inlichtingen beschermd zijn door een strikte vertrouwelijkheid. Het is belangrijk te benadrukken dat de uitwisseling van gegevens steeds beveiligd gebeurt. De meegedeelde informatie mag nooit zonder voorafgaande toestemming van het verstrekkende meldpunt verder worden gebruikt en de toestemming wordt enkel verleend op grond van wederkerigheid. Technische bijstand De Cel bood eveneens haar diensten aan om in België en in het buitenland vormingen te organiseren voor magistraten, vertegenwoordigers van financiële en niet-financiële beroepen en vertegenwoordigers van andere buitenlandse meldpunten. Zo werkte de Cel mee aan vormingen en ontving ze in 2009 niet minder dan tien delegaties uit Montenegro, Benin, Burkina Faso, Mali, Macedonië, Rusland, Albanië, Madagaskar, Suriname en Irak.
5. Wederzijdse evaluaties Het toetsen van de toepassing van de FAG-aanbevelingen draagt in grote mate bij tot het versterken van de stelsels ter bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. De FAG, FSRB’s28, het Internationaal Muntfonds (IMF) en Wereldbank voeren wederzijdse evaluaties uit volgens dezelfde methodologie en procedure. Een lid van de Cel en een personeelslid namen in 2009 deel aan de evaluatie van Burkina Faso, Suriname, Nieuw-Zeeland, India en het Groothertogdom Luxemburg.
6. Vorming van magistraten De Cel werkte ook mee aan de vorming van magistraten van de financiële parketten van ons land. Ze ontving verschillende gerechtelijke stagiairs in het kader van hun externe stages.
28. De FATF Style Regional Bodies (FSRB’s) zijn: de Asia/Pacific Group on Money Laundering (APG), de Council of Europe Committee of Experts on the evaluation of Anti-Money Laundering Measures (MONEYVAL), de Grupo de Acción Financiera de Sudamérica (GAFISUD), de Middle East and North Africa Financial Action Task Force (MENAFATF), de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF), de Eurasian Group (EAG), de Groupe intergouvernemental d’action contre le blanchiment en Afrique de l’Ouest 100 (GIABA) en de Eastern and Southern Africa Anti Money Laundering Group (ESAAMLG).
7. Diverse activiteiten
Datum
Locatie
Doelgroep
Initiatiefnemer/partners Onderwerp
28/01/2009
Luik
Notarissen
Cercle d’Etude des Notaires de la Province de Liège
30/01/2009
09/02/2009
09/02/2009 11/02/2009
11/02/2009
Brussel
Een delegatie van de “UN –Counter Terrorism Executive Directorate”
Brussel
Brussel
Brussel
Delegatie van CENTIF Burkina Faso (Cellule Nationale de renseignement Financier), het meldpunt van Burkina Faso en van CENTIF Mali (Cellule Nationale de renseignement Financier), het meldpunt van Mali
De dienst ‘Strijd tegen het Terrorisme’ van de FOD Buitenlandse Zaken UN – Counter Terrorism Executive Directorate (CTED
Uiteenzetting over de werkzaamheden van de CFI en haar manier van werken Uiteenzetting over “De CFI en de strijd tegen de financiering van het terrorisme in het kader van de resolutie UNSCR 1373” tijdens de ontmoeting met de delegatie van het UN - Counter-Terrorism Committee Executive Directorate (CTED)
CFI FIU Nederland : MOT (Meldpunt Ongebruikelijke transacties)
Bezoek van het Hoofd van het MOT
GIABA (Groupe intergouvernemental d’action contre le blanchiment et le financement du terrorisme en Afrique de l’Ouest)
Studiebezoek : verschillende uiteenzettingen over: de wet van 11 januari 1993, de werking van de Cel, de praktische behandeling van een dossier en doormelding aan de gerechtelijke overheden, de rol van de verbindingsofficieren van de Federale Politie bij de CFI, de sensibilisering van de melders en de controle van de melders die nietonderworpen zijn aan een prudentieel toezicht
Ambassade van Moldavië
Bezoek van de Heer Anatol SEBUK, Ambassadeur van Moldavië inzake de internationale samenwerking
101
Datum
12/02/2009
02/03/2009 04/03/2009
06/03/2009
19/03/2009
27/03/2009
02/04/2009
102
Locatie
Brussel
Cotonou, Benin
Doelgroep
Overkoepelende nonprofit organisaties, vertegenwoordigers van de lidstaten en andere belanghebbenden
De beroepen onderworpen aan de antiwitwaswet van Benin en de overheidsagentschappen belast met toepassing ervan
Brussel
Londen, Verenigd Koninkrijk
Brussel
Brussel
Overheidsdiensten, inlichtingendiensten, ...
Initiatiefnemer/partners Onderwerp
Europese Commissie, Directoraat-generaal Justitie, Vrijheid en Veiligheid
Meeting on non-profit sector transparency: presentation by the European Center for Not-for-Profit Law (ECNL) of the Study on “Recent public and self-regulatory initiatives improving transparency and accountability of nonprofit organisations in the European Union”
FIU van Benin : CENTIF Bénin (Cellule Nationale de renseignement Financier)
Moderator voor het thema: « Algemene voorstelling van een FIU» tijdens het seminarie georganiseerd ter gelegenheid van de aanvang van de activiteiten van de FIU van Benin
CFI FIU van Frankrijk: TRACFIN (Traitement du Renseignement et Action contre des Circuits Financiers clandestins)
Bezoek van een vertegenwoordiger van TRACFIN
FIU van het Verenigd Koninkrijk : SOCA (Serious Organised Crime Agency)
Concept Mapping of Money Laundering: working session to elaborate a Concept Map for the criminal business of Money Laundering
Europese Unie
EU Workshop : New Lines for Action by the EU in Combating the Proliferation of Weapons of Mass Destruction and their Delivery Systems : How to best implement it and achieve its objectives through targeted actions” it and achieve its objectives through targeted actions”
FOD Financiën – Administratie van de BBI (Bijzondere Belastingsinspectie)
Academische zitting : Fraudebestrijding vanuit multifunctioneel perspectief
Datum
20/04/2009
21/04/2009
25/04/2009
28/04/2009
29/04/2009
Locatie
Doelgroep
KUL (Katholieke Universiteit Leuven) Federale Overheidsdienst Justitie Kansspelcommissie
Leuven
Charleroi
Brussel
Personeelsleden van de Société Wallonne de Crédit Social (SWCS)
Hogere kaderleden van Defensie, topambtenaren van overheidsdepartementen, bedrijfsleiders en opiniemakers
Brussel
Brussel
Initiatiefnemer/partners Onderwerp
Vertegenwoordigers van de douane en politieautoriteiten
SWCS (Société Wallonne de Crédit Social) CFI
Vier seminaries over kansspelen: “Grof Geld ? Financiële en fiscale aspecten van kansspelen” Presentatie over de CFI en de typologieën inzake witwassen van geld en de financiering van terrorisme op het gebied van hypothecair krediet (vastgoedsector) in het kader van de opleidingssessies van de Société Wallonne de Crédit Social
Koninklijk Hoger Instituut voor Defensie (KHID)
Uiteenzetting over : “De CFI en de strijd tegen de financiering van terrorisme – Overzicht van de dossiers en typologieën” tijdens een sessie van de Hoge Studies Veiligheid en Defensie georganiseerd door het Koninklijk Hoger Instituut voor Defensie
European Commission, Directorate-General “Justice, Freedom and Security” Unit F2 “Fight against Organised Crime”
Expert Meeting on “Feedback” Practices in Money Laundering and Terrorist Financing : Voorstelling van de studie: “Study on Best practices in vertical relations between the Financial Intelligence Unit and (1) law enforcement services and (2) Money Laundering and Terrorist Financing Reporting entities with a view to indicating effective models for feedback on follow-up to and effectiveness of suspicious transaction reports”
WCO (World Customs Organization) Interpol
Uiteenzetting over : “The Use of Financial Intelligence Units in Cash Courier Investigations” tijdens het seminarie 2nd Cash Courrier Conference and Training Seminar
103
Datum
05/05/2009
Locatie
Doelgroep
Brussel
Fiscalisten van CDGEFID (Centrale dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie) van de Federale Gerechtelijke Politie
05/05/2009
Luik
06/05/2009
Brussel
07/05/2009
Brussel
14/05/2009
Antwerpen
18/05/2009 20/05/2009
Brussel
28/05/2009
Ermatingen, Zwitserland
02/06/2009
104
Brussel
Personeelsleden van de Société Wallonne de Crédit Social (SWCS)
Initiatiefnemer/partners Onderwerp CDGEFID (Centrale dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie) CFI
SWCS (Société Wallonne de Crédit Social) CFI
De Post CFI
TUNZ.COM CFI
Studiebezoek van de nieuwe fiscalisten van CDGEFID. Presentatie over de verschillende opdrachten en de werkmethodes van de CFI
Presentatie over de CFI en de typologieën inzake witwassen van geld en de financiering van terrorisme op het gebied van hypothecair krediet (vastgoedsector) in het kader van de opleidingssessies van de Société Wallonne de Crédit Social Identificatieplicht van De Post Onderhoud over de toepassing van de wet van 11 januari 1993 en de risico’s van witwassen van geld en de financiering van terrorisme door betalingen via mobiele telefonie
Deelnemers aan het programma Master Class Internal Auditing
UAMS (Universiteit Antwerpen Management School)
Interne audit en het witwassen van geld
FIU van Macedonië
Spaans-Macedonisch Twinning project (Europese Commissie)
Studiebezoek in het kader van het Twinning Project « Development of capacity to Combat Money Laundering – Phase II »
Wolfsberg Group
Presentatie over het FATF typologieproject over Global Threat Assessments tijdens het Wolfsbergforum 2009
Schuman Associates – AME (Anti Money Laundering Europe)
Uiteenzetting over de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme tijdens de AMEmeeting
AME leden : vertegenwoordigers van de privésector zoals The British Bankers Association, SWIFT, ECSA (European Corporate Security Association), VISA,...
Datum
08/06/2009 09/06/2009
11/06/2009
11/06/2009
16/06/2009
25/06/2009
25/06/2009 26/06/2009
14/07/2009
Locatie
Doelgroep
Brussel
Douane
Doornik
CFI CDGEFID (Centrale dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie) van de Federale Gerechtelijke Politie Federaal Parket
Brussel
Compliance Officers van financiële instellingen gevestigd in België
Initiatiefnemer/partners Onderwerp
Douane CFI
CCPD (Commissariat Commun Police et Douane) CFI
Forum Compliance.be Febelfin Assuralia
Brussel
Iraakse politiemensen en magistraten
EUJUST LEX – Irak-project in samenwerking met Nederland en Luxemburg
Brussel
Ambtenaren en diplomaten uit Montenegro
Directie-generaal voor Europese Zaken en Coördinatie van de FOD Buitenlandse Zaken
Brussel
Brussel
Douane
FIU Rusland : Federal Service For Financial Monitoring (FSFM)
Douane CFI
MOLI - RU (Project tegen witwassen en financiering van terrorisme in Rusland), Raad van Europa
Vorming “Sensibilisatie van de douaniers op de luchthavens en opsporing van grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen”
Bezoek aan het CCPD in Doornik en overleg over de samenwerking tussen CCPD, politie, Federaal parket, CFI en FIU van Frankrijk
Voorstelling van het jaarverslag 2008 van de CFI, de strategische en typologische analyses inzake witwassen tijdens de “4th Compliance Day” Uiteenzetting over de strijd tegen de financiering van terrorisme in het kader van het studiebezoek van een Iraakse delegatie
Uiteenzetting over de strijd tegen de corruptie
Vorming “Sensibilisatie van de douaniers op de luchthavens en opsporing van grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen” Uiteenzetting over de aanbevelingen 5,7 en 11 van de FATF, de Europese Richtlijn en de supervisie van de casino’s op het vlak van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme in het kader van het studiebezoek van een aantal vertegenwoordigers van de FIU van Rusland
105
Datum
01/09/2009
08/09/2009 09/09/2009
11/09/2009
Locatie
Cambridge, Verenigd Koninkrijk
Brussel
Wenen, Oostenrijk
29/09/2009
Brussel
19/10/2009 23/10/2009
Ouagadougou, Burkina Faso
10/11/2009 12/11/2009
106
Brussel
Doelgroep
Ministers, senior legislators, officials, judges, diplomats, regulators, those involved in law enforcement, intelligence and security, academics, practitioners and the banking and financial world
FIU van Albanië
Experts from governments, international organizations and civil society
Initiatiefnemer/ partners
Onderwerp
Jesus College, University of Cambridge in samenwerking met verschillende internationale organisaties en universiteiten
Uiteenzetting over “The threats that terrorist and subversive organizations (as opposed to traditional organized crime) pose, particularly by penetration, to the stability and integrity of financial institutions and markets” tijdens het “27th International Symposium on Economic Crime : Session III : The Threat of Terrorist Organisations”
Duits CARDS Twinning Project (Europese Commissie) uitgevoerd door het Bundeskriminalamt ten voordele van het Albanese Ministerie van Financiën
Verschillende uiteenzettingen over het Belgische anti-witwassysteem en de strijd tegen de financiering van terrorisme, de Belgische FIU, en de analyse van informatie door de CFI tijdens het studiebezoek van een aantal experten van het Albanese Ministerie van Financiën
OSCE (Organization for Security and Co-operation in Europe) Basel Institute on Governance
Uiteenzetting over “The abuse of non-profit organizations for terrorism financing – the FATF approach- The Belgian regulation and oversight of the non-profit sector” tijdens de Public-Private Expert Workshop on Preventing the Abuse of Non-Profit Organizations for Terrorist Financing
Stagiaire uit Madagaskar
WCO (World Customs Organization)
Voorstelling van het stelsel ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme in het kader van het studiebezoek van een stagiaire van het Ministerie van Financiën van Madagaskar
Financiële analisten van de FIU’s van West-Afrika (Benin, Mali, Togo en Burkina Faso)
UNODC (United Nations Office on Drugs and Crime)
Deelname van een expert van de CFI aan het vormingsseminarie voor financiële analisten van West-Afrikaanse FIU’s
Vertegenwoordigers van de FIU Suriname
FIU van Suriname : MOTSUR (Meldpunt Ongebruikelijke Transacties Suriname)
Studiebezoek van een delegatie van het meldpunt van Suriname (MOTSUR)
Datum
16/11/2009
18/11/2009
20/11/2009
24/11/2009
26/11/2009
27/11/2009
Locatie
Doelgroep
Leuven
Studenten Master in het Notariaat
Brussel
Compliance Officers en anti-witwasverantwoordelijken van banken en verzekeraars, auditors, revisoren en accountants, bedrijfsleiders, verantwoordelijken juridische - en auditafdelingen, verantwoordelijken commerciële afdelingen, directeurs van bankfilialen, verantwoordelijken voor internationale verrichtingen, bankiers, verzekeraars, advocaten en vermogensbeheerders
Iraakse politiemensen en magistraten
Brussel
Mechelen
Magistraten van het parket Mechelen, onderzoeksrechters en correctionele rechters van de rechtbank van eerste aanleg, vertegenwoordigers van de (financiële) recherchediensten van de Federale Gerechtelijke Politie en de verschillende lokale politiediensten van het arrondissement Mechelen
Onderwerp
KUL (Katholieke Universiteit Leuven)
Gastcollege over “De wet van 11 januari 1993 en het notariaat”
IFE Benelux(International Faculty for Executives)
Uiteenzetting over: “De verplichting tot samenwerking met de CFI” en “De controle op het naleven van de verplichtingen op het vlak van de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme” in het kader van het seminarie: “Fiscale fraude fiscale en witwassen”
ASSURALIA (Beroepsvereniging van verzekeringsondernemingen) CFI
Brussel
Brussel
Initiatiefnemer/ partners
Voorstelling van de resultaten met betrekking tot de dossiers in verband met witwassen van geld in de levensverzekeringssector
EUJUST LEX – Irak project in samenwerking met Nederland en Luxemburg
Uiteenzetting over “ De CFI en de strijd tegen de financiering van terrorisme” in het kader van het studiebezoek van een Iraakse delegatie
FOD Justitie - Dienst Strafrechtelijk Beleid
Bezoek van een aantal evaluatoren in het kader van de 5e evaluatieronde van de evaluatoren van de MDG (Multidisciplinaire groep van de Europese Unie over georganiseerde misdaad) over de financiële misdaden en financiële onderzoeken
Parket van de Procureur des Konings te Mechelen
Toelichting met betrekking tot de werking van het CFI
107
Datum 02/12/2009
Locatie Brussel
11/12/2009
Elewijt
11/12/2009
Brussel
12/12/2009 14/12/2009
15/12/2009 17/12/2009
108
Warschau, Polen
Luzern, Zwitserland
Doelgroep Strategische analisten CFI
Bedrijfsrevisoren
Initiatiefnemer/partners CFI
Bezoek aan het departement strategische analyse van OLAF
Instituut der bedrijfsrevisoren
Voorkomen van witwassen van geld en financiering van terrorisme: rol en verantwoordelijkheden van de bedrijfsrevisoren
OCAM CFI
Rechters, Procureurs en ambtenaren
Compliance Officers van financiële instellingen, verzekeringsmaatschappijen en veiligheidsfirma’s, FIU’s, toezichthouders, vertegenwoordigers van internationale organisaties, …
Onderwerp
Ecole nationale de la magistrature (ENM) Antiterrorisme coördinator van de Europese Unie
Basel Institute on Governance
Overleg tussen de strategische analisten van OCAM en CFI Seminarie over de financiering van terrorisme en het toezicht op de financiële verrichtingen in het kader van het programma JPEN 2008
Spreker voor de workshop “Terrorist Financing Typologies” tijdens het seminarie “Countering Terrorist Financing – Giesbach III”