Vlaamse Regering
.:~~~
= =
'~~ :n~ "
"~
AMV/000151415/1004
Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie van de provincie West-Vlaanderen met nummer 33040/72/3/A/1 van 25 oktober 2012 houdende het verlenen van vergunning aan Tryssesoone Kristof en Vanden Abeele Griet, leperstraat 2, 8920 Langemark-Poelkapelle I voor een varkens- en pluimveehouderij gelegen te leperstraat 2, 8290 Langemark.
De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur,
Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, zoals herhaaldelijk gewijzigd;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 2009 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011;
2-
AMV/151415/1004 Gelet op het beroep van de Vlaamse Milieumaatschappij, Frank Van Sevencoten, Administrateur-generaal, A. van de Maelestraat 96, 9320 Erembodegem, aangetekend tegen het besluit nr. 33040/72/3/A/1 van 25 oktober 2012 van de deputatie van de provincie West-Vlaanderen waarbij vergunning wordt verleend voor een vergunningstermijn verstrijkend op 25 oktober 2017 voor de diepe winning en 25 oktober 2032 voor de overige inrichtingen aan Tryssesoone Kristof en Vanden Abeele Griet, leperstraat 2, 8920 Langemark-Poelkapelle, voor het verder exploiteren en veranderen van een varkens- en pluimveehouderij gelegen te leperstraat 2, 8920 Langemark, op de kadastrale percelen, afdeling 1, sectie G, perceelnrs. 0315/8, 0316/, 0322/, 0324/E, 0325/E, met als voorwerp: -
verder exploiteren van 828 mestvarkens, 35.000 vleeskippen, 1130 m3 mest, stalplaats 15 voertuigen, 5000 I mazout + 1 verdeelslang, 300 I olie, 400 kg sproeistoffen, grondwaterwinning 150 m3 /d en 6000 m3 /j in het kwartair dek, grondwaterwinning 3,49 m3 /d en 630 m3 /j in het landeniaan zand; uitbreiden met 48.700 vleeskippen (via overname NER's en mits mestverwerking), 50 m3 mest, 9700 I propaangas, noodstroomgenerator 37,5 kW, verbrandingsinstallatie 585 kW;
Zodat deze voortaan zou omvatten: Een varkens- en pluimveehouderij met Stallen voor het houden van max. 83.700 vleeskippen en 828 mestvarkens; Opstallen van 15 voertuigen/aanhangwagens; Opslag van 9.700 I propaangas (2 x 4.8501); 5.000 I mazoutopslag; 300 I olieopslag; Een brandstofverdeelinstallatie met 1 verdeelslang; Opslag van 400 kg sproeistoffen; 1.180 m3 dierlijke mestopslag; Noodstroomgenerator met een vermogen van 75 kW ( waarvan 50% in gebruik = 37,5 kW); - Verbrandingsinrichtingen met een warmtevermogen van 9 x 65 kW; grondwaterwinning van max. 150 m3 /dag en 6.000 m3 /jaar ondiep grondwater uit het Kwartair dek (vijver) Kenmerken: aard van de winning: vijver aantal: 1 diepte van de winning: 5m Watervoerende laag: Quartair dek HCOV-code: 0100 Gebruik van het grondwater: drinkwater voor de dieren, reiniging van de stallen, beregeningsdoeleinden; grondwaterwinning 3,49 m3 /dag en 630 m3 /jaar diep grondwater uit het Landeniaan (boorput) Kenmerken: aard van de winning: verbuisde boorput aantal: 1
3-
AMV/151415/1004 diepte van de winning: 130m Watervoerende laag: Landeniaan zanden HCOV-code: 1010 Gebruik van het grondwater: uitsluitend voor drinkwater van het vee; De besluiten van de deputatie dd. 09/09/2010 en van het CBS dd. 27/08/2007 en 18/08/2008 worden opgeheven bij het definitief worden van deze vergunning.
Gelet op het attest vermeld in artikel 31, § 4 ,van titel I van het VLAREM waaruit blijkt dat het bestreden besluit op 31 oktober 2012 aan de adviesverleners werd verzonden;
Gelet op het feit dat het beroep werd ontvangen op 29 november 2012 en ontvankelijk werd verklaard op 30 november 2012;
Gelet op de volgende beroepsargumenten van de beroepsindiener:
-
-
de beroepsindiener dient beroep in tegen het verder exploiteren van een grondwaterwinning via een verbuisde boorput van 130 m diep in het Landeniaan Aquifersysteem met een debiet van maximaal 3,49 m 3 /dag en 630 m3 /jaar voor een termijn van 5 jaar; de exploitant vraagt een uitbreiding van de kippenhouderij met 48.700 vleeskippen; dit is een uitbreiding met meer dan 100 %; wat de grondwaterwinningen betreft, worden dezelfde debieten als voorheen vergund, aangevraagd; het diepe grondwater zou heden worden aangewend als drinkwater voor de kippen, na menging met leidingwater, omdat de kwaliteit van het landeniaanwater niet aan de kwaliteitseisen van drinkwater voor kippen voldoet en omdat ook de hoeveelheid niet toereikend is; de varkens zouden volledig zijn overgeschakeld op ondiep grondwater en regenwater; de afbouw van de diepe grondwaterwinning is noodzakelijk; de hydrogeologische situatie van de diepe watervoerende lagen van het Sokkelsysteem in Oost- en West-Vlaanderen is problematisch; de winning bevindt zich in het grondwaterlichaam SS_1000_GWL_1 en in de onmiddellijke omgeving van de kem van de depressie (zone van sterkverlaagde peilen); de huidige toestand wordt geïllustreerd door de verschillende peilputten van VMM-AOW in deze watervoerende laag in de onmiddellijke omgeving van de winning van de exploitant; de peilputten in de nabije omgeving, met name 3-0521 b ten noordwesten en 3-0010 ten zuidzuidwesten, van het primair meetnet te leper, tonen beiden sterkverlaagde peilen, bovendien zijn de peilen gemeten in 3_0521 b de laagste peilen opgemeten in het Landeniaan Aquifersysteem binnen het
4-
AMV/151415/1004
-
-
-
-
-
ganse Sokkelsysteem; dit wijst erop dat deze laag op regionaal niveau nog steeds overgeëxploiteerd wordt; de aanvulling van het grondwater is niet in evenwicht met de onttrokken hoeveelheden; dit leidt tot de totale uitputting van de laag; daarnaast vormt ook een mogelijke kwaliteitsverslechtering van het landeniaanwater als gevolg van de peildalingen, een reëel probleem; kwaliteitsveranderingen in diepe lagen moeten als onomkeerbaar beschouwd worden en moeten aldus uitgesloten worden; uit de uitgevoerde analyse op het bedrijf blijkt een overschrijding voor de parameters natrium, chloride, fluoride en boor, alsook voor nitriet en ijzer en in het verleden ook voor mangaan; voor huishoudelijke doeleinden, alsook als drinkwater voor het pluimvee is dit diepe grondwater alvast niet geschikt; om op lange termijn tot een duurzaam herstel van het Landeniaan Aquifersysteem te komen (stabilisatie van de peilen en stijging die gedurende minimum 50 jaar zal aanhouden), moet volgens de modelleringstudie inzake Sokkel, Krijt en Landeniaan van de Universiteit Gent het vergunde debiet met ongeveer 75 % tot een kwart van het niveau anno 2000 worden afgebouwd; deze visie werd ook opgenomen in de langetermijn- en plandoelstellingen van het MINA3+, en de strategische en operationele doelstellingen van de beleidsnota Leefmilieu en Natuur 2009-2014; het bedrijf beschikt over alternatieven voor diep grondwater; alternatieven voor het diep grondwater zijn ondiep grondwater, hemelwater en leidingwater; het bedrijf beschikt over alle drie deze bronnen; er is niet voldaan aan de motiveringsplicht om opnieuw een vergunning af te leveren voor het debiet zoals voorheen vergund, uit een grondwaterwinning in een watervoerende laag die conform de kaderrichtlijn Water als kwetsbaar en in ontoereikende kwantitatieve toestand is aangeduid; om in uiterste nood, wanneer de alternatieve waterbronnen ontoereikend zouden blijken te zijn, kan nog een volume van 315 m3 per jaar behouden blijven; de beroepsindiener verzoekt om het bestreden besluit te wijzigen door de grondwaterwinning via een boorput in het Landeniaan Aquifersysteem te vergunnen voor een maximaal debiet van 315 m3 per jaar en 3,49 m3 per dag voor een termijn van 5 jaar en te weigeren voor het debiet boven de 315 m3 per jaar;
Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen van Langemark-Poelkapelle van 27 augustus 2007 waarbij vergunning wordt verleend voor een termijn verstrijkend op 27 augustus 2027 voor het verder exploiteren van een grondwaterwinning 150 m3 /d en 6000 m3 Ij in het kwartair dek en een grondwaterwinning 3,49 m3 /d en 630 m3 /j in het landeniaan zand voor een termijn van 1 jaar op proef;
5-
AMV/151415/1004 Gelet op het besluit nr. 33040/72/2/A/2 van de deputatie van de provincieraad van West-Vlaanderen van 9 september 2010 waarbij vergunning wordt verleend voor een termijn verstrijkend op 9 september 2030 voor het verder exploiteren en veranderen van een varkens- en pluimveehouderij omvattende 828 mestvarkens, 35.000 vleeskippen, 1130 m3 mest, stalplaats 15 voertuigen, 5.000 I mazout + 1 verdeelslang, 300 I olie, 400 kg sproeistoffen en een grondwaterwinning kwartair dek 150 m3 /dag en 6000 m3 /jaar (vergunningstermijn verstrijkend op 27 augustus 2027);
Gelet op het besluit nr. 33040/72/3/M/1 van de deputatie van de provincieraad van West-Vlaanderen van 15 september 2011 waarbij akte wordt genomen van de overname;
Gelet op de ligging van de inrichting in een agrarisch gebied volgens het gewestplan "Ieper-Poperinge", vastgesteld bij het koninklijk besluit van 14 augustus 1979;
Gelet op het deels gunstige, deels ongunstige advies van 24 december 2012 van de afdeling Operationeel Waterbeheer van de Vlaamse Milieumaatschappij ;
Gelet op het deels gunstige, deels ongunstige advies van 22 januari 2013 van de afdeling Milieuvergunningen van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie;
Gelet op het gunstige advies van 23 januari 2013 van de afdeling Gebieden en Projecten van het departement Ruimte Vlaanderen;
Gelet op het deels gunstige, deels ongunstige advies van 29 januari 2013 van de gewestelijke milieuvergunningscommissie;
Overwegende dat het beroep ingediend door de Vlaamse Milieumaatschappij betrekking heeft op het verlenen van de vergunning voor het verder exploiteren van een diepe grondwaterwinning;
Overwegende dat de beroepsindiener beroep indient tegen het verder exploiteren van een grondwaterwinning via een verbuisde boorput van 130 m diep in het
6AMV/151415/1004 Landeniaan Aquifersysteem met een debiet van maximaal 3,49 m3 /dag en 630 m3 /jaar voor een termijn van 5 jaar;
Overwegende dat de milieuvergunningsaanvraag onder meer het verder exploiteren van de grondwaterwinning 150 m3 /d en 6000 m3 /j in het kwartair dek, en de grondwaterwinning 3,49 m3 /d en 630 m3 /j in het landeniaan zand betreft;
Overwegende dat de exploitant een uitbreiding van de kippenhouderij met 48.700 vleeskippen vraagt; dat dit een uitbreiding is met meer dan 100 %; dat wat de grondwaterwinningen betreft, dezelfde debieten als voorheen vergund, aangevraagd worden; dat het diepe grondwater heden zou aangewend worden als drinkwater voor de kippen, na menging met leidingwater, omdat de kwaliteit van het landeniaanwater niet aan de kwaliteitseisen van drinkwater voor kippen voldoet en omdat ook de hoeveelheid niet toereikend is;
Overwegende dat de beroepsindiener het volgende argumenteert: dat de afbouw van de diepe grondwaterwinning noodzakelijk is; dat de hydrogeologische situatie van de diepe watervoerende lagen van het Sokkelsysteem in Oost- en WestVlaanderen problematisch is; dat de winning zich bevindt in het grondwaterlichaam SS_1000_GWL_1 en in de onmiddellijke omgeving van de kern van de depressie (zone van sterkverlaagde peilen); dat de huidige toestand ge'illustreerd wordt door de verschillende peilputten van VMM-AOW in deze watervoerende laag in de onmiddellijke omgeving van de winning van de exploitant;
Overwegende dat de beroepsindiener verder argumenteert dat de peilputten in de nabije omgeving, met name 3-0521 b ten noordwesten en 3-0010 ten zuidzuidwesten, van het primair meetnet te leper, beiden sterkverlaagde peilen tonen; dat bovendien de peilen, gemeten in 3_0521 b, de laagste peilen zijn, opgemeten in het Landeniaan Aquifersysteem binnen het ganse Sokkelsysteem; dat dit erop wijst dat deze laag op regionaal niveau nog steeds overgeëxploiteerd wordt; dat de aanvulling van het grondwater niet in evenwicht is met de onttrokken hoeveelheden; dat dit tot de totale uitputting van de laag leidt;
Overwegende dat daarnaast ook een mogelijke kwaliteitsverslechtering van het landeniaanwater als gevolg van de peildalingen, een reëel probleem vormt; dat kwaliteitsveranderingen in diepe lagen als onomkeerbaar beschouwd worden en aldus moeten uitgesloten worden; dat uit de uitgevoerde analyse op het bedrijf een overschrijding voor de parameters natrium, chloride, fluoride en boor, alsook voor
7-
AMV/151415/1004 nitriet en ijzer en in het verleden ook voor mangaan blijkt; dat voor huishoudelijke doeleinden, alsook als drinkwater voor het pluimvee, dit diepe grondwater alvast niet geschikt is;
Overwegende dat om op lange termijn tot een duurzaam herstel van het Landeniaan Aquifersysteem te komen (stabilisatie van de peilen en stijging die gedurende minimum 50 jaar zal aanhouden), volgens de modelleringstudie inzake Sokkel, Krijt en Landeniaan van de Universiteit Gent het vergunde debiet met ongeveer 75 % tot een kwart van het niveau anno 2000 moet worden afgebouwd; dat deze visie ook opgenomen werd in de langetermijn- en plandoelstellingen van het MINA3+, en de strategische en operationele doelstellingen van de beleidsnota Leefmilieu en Natuur 2009-2014;
Overwegende dat volgens de beroepsindiener het bedrijf beschikt over alternatieven voor diep grondwater; dat alternatieven voor het diep grondwater ondiep grondwater, hemelwater en leidingwater zijn; dat het bedrijf over alle drie deze bronnen beschikt;
Overwegende dat het niet aangewezen is om opnieuw een vergunning af te leveren voor het debiet zoals voorheen vergund, uit een grondwaterwinning in een watervoerende laag die conform de kaderrichtlijn Water als kwetsbaar en in ontoereikende kwantitatieve toestand is aangeduid;
Overwegende dat om in uiterste nood, wanneer de alternatieve waterbronnen ontoereikend zouden blijken te zijn, nog een volume van 315 m3 in het Landeniaan Aquifersysteem per jaar behouden kan blijven;
Overwegende dat om bovenvermelde redenen alleen nog een vergunning kan worden verleend voor de grondwaterwinning via een boorput in het Landeniaan Aquifersysteem met een maximaal debiet van 315 m3 per jaar en 3,49 m3 per dag voor een termijn van 5 jaar;
Overwegende dat het agrarisch gebied, overeenkomstig artikel 11 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen, bestemd is voor de landbouw in de ruime zin en behoudens bijzondere bepalingen alleen de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen alsmede de woning van de exploitanten mag bevatten, benevens
8AMV/151415/1004 verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt en ook de para-agrarische bedrijven; dat gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt slechts mogen opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft; dat de afstand van 300 m en 100 m echter niet geldt in geval van de uitbreiding van bestaande bedrijven;
Overwegende dat de inplanting bestemmingsconform is; dat de grondwaterwinning zonder enige ruimtelijke impact is en dus gunstig kan worden geadviseerd;
Overwegende dat de inrichting verenigbaar is met de stedenbouwkundige voorschriften en de goede ruimtelijke ordening;
Overwegende dat de hinder voor mens en milieu en de risico's voor de externe veiligheid, veroorzaakt door de gevraagde inrichting mits naleving van de milieuvergunningsvoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen worden beperkt, behoudens wat het volgende onderdeel van de aanvraag betreft : het debiet van de grondwaterwinning het Landeniaan Aquifersysteem boven de 315 m3 per jaar;
Overwegende dat er bijgevolg aanleiding toe bestaat het beroep gegrond te verklaren en het bestreden besluit te wijzigen;
BESLUIT:
Artikel 1. Het ontvankelijk bevonden beroep van de Vlaamse Milieumaatschappij, Frank Van Sevencoten, Administrateur-generaal, A. van de Maelestraat 96, 9320 Erembodegem, aangetekend tegen het besluit nr. 33040/72/3/A/1 van 25 oktober 2012 van de deputatie van de provincie West-Vlaanderen waarbij vergunning wordt verleend voor een vergunningstermijn verstrijkend op 25 oktober 2017 voor de diepe winning en 25 oktober 2032 voor de overige inrichtingen aan Tryssesoone Kristof en Vanden Abeele Griet, leperstraat 2, 8920 Langemark-Poelkapelle, voor het verder exploiteren en veranderen van een varkens- en pluimveehouderij gelegen te leperstraat 2, 8920 Langemark, op de kadastrale percelen, afdeling 1, sectie G, perceelnrs. 0315/B, 0316/, 0322/, 0324/E, 0325/E, met als voorwerp:
9-
AMV/151415/1004
verder exploiteren van 828 mestvarkens, 35.000 vleeskippen, 1130 m 3 mest, stalplaats 15 voertuigen, 5000 I mazout + 1 verdeelslang, 300 I olie, 400 kg sproeistoffen, grondwaterwinning 150 m 3 /d en 6000 m 3 /j in het kwartair dek, grondwaterwinning 3,49 m 3 /d en 630 m 3 /j in het landeniaan zand; uitbreiden met 48.700 vleeskippen (via overname NER's en mits mestverwerking), 50 m3 mest, 9700 I propaangas, noodstroomgenerator 37,5 kW, verbrandingsinstallatie 585 kW; Zodat deze voortaan zou omvatten: Een varkens- en pluimveehouderij met Stallen voor het houden van max. 83.700 vleeskippen en 828 mestvarkens; Opstallen van 15 voertuigen/aanhangwagens; Opslag van 9.700 I propaangas (2 x 4.8501); 5.000 I mazoutopslag; 300 I olieopslag; Een brandstofverdeelinstallatie met 1 verdeelslang; Opslag van 400 kg sproeistoffen; 1.180 m 3 dierlijke mestopslag; Noodstroomgenerator met een vermogen van 75 kW ( waarvan 50% in gebruik = 37,5 kW); Verbrandingsinrichtingen met een warmtevermogen van 9 x 65 kW; grondwaterwinning van max. 150 m 3 /dag en 6.000 m3 /jaar ondiep grondwater uit het Kwartair dek (vijver) Kenmerken: aard van de winning: vijver aantal: 1 diepte van de winning: 5m Watervoerende laag: Quartair dek HCOV-code: 0100 Gebruik van het grondwater: drinkwater voor de dieren, reiniging van de stallen, beregeningsdoeleinden; grondwaterwinning 3,49 m 3 /dag en 630 m3 /jaar diep grondwater uit het Landeniaan (boorput) Kenmerken: aard van de winning: verbuisde boorput aantal: 1 diepte van de winning: 130m Watervoerende laag: Landeniaan zanden HCOV-code: 1010 Gebruik van het grondwater: uitsluitend voor drinkwater van het vee; De besluiten van de deputatie dd. 09/09/2010 en van het CBS dd. 27/08/2007 en 18/08/2008 worden opgeheven bij het definitief worden van deze vergunning,
wordt gegrond verklaard.
10-
AMV/151415/1004
Art. 2. Het bestreden besluit wordt gewijzigd als volgt: Artikel 1 wordt vervangen door: "Artikel 1 Aan Tryssesoone Kristof en Vanden Abeele Griet, leperstraat 2, 8920 Langemark-Poelkapelle, wordt, onder de voorwaarden bepaald in dit besluit, de gevraagde vergunning: 0
1 verleend voor het verder exploiteren van een varkens- en pluimveehouderij gelegen te leperstraat 2, 8920 Langemark, op de kadastrale percelen, afdeling 1, sectie G, perceelnrs. 0315/8, 0316/, 0322/, 0324/E, 0325/E, met als voorwerp: verder exploiteren van 828 mestvarkens, 35.000 vleeskippen, 1130 m 3 mest, stalplaats 15 voertuigen, 5000 I mazout + 1 verdeelslang, 300 I olie, 400 kg sproeistoffen, grondwaterwinning 150 m3 /d en 6000 m3 /j in het kwartair dek, grondwaterwinning 3,49 m 3 /d en 315 m 3 /j in het landeniaan zand; uitbreiden met 48.700 vleeskippen (via overname NER's en mits mestverwerking), 50 m3 mest, 9700 I propaangas, noodstroomgenerator 37,5 kW, verbrandingsinstallatie 585 kW; 0
2 geweigerd voor het volgende onderdeel: - grondwaterwinning boven de 315 m3/j in het landeniaan zand; Zodat deze voortaan zou omvatten: Een varkens- en pluimveehouderij met Stallen voor het houden van max. 83.700 vleeskippen en 828 mestvarkens; Opstallen van 15 voertuigen/aanhangwagens; Opslag van 9.700 I propaangas (2 x 4.8501); 5.000 I mazoutopslag; 300 I olieopslag; Een brandstofverdeelinstallatie met 1 verdeelslang; Opslag van 400 kg sproeistoffen; 1.180 m3 dierlijke mestopslag; Noodstroomgenerator met een vermogen van 75 kW ( waarvan 50% in gebruik = 37,5 kW); Verbrandingsinrichtingen met een warmtevermogen van 9 x 65 kW; grondwaterwinning van max. 150 m 3 /dag en 6.000 m 3 /jaar ondiep grondwater uit het Kwartair dek (vijver) Kenmerken: aard van de winning: vijver aantal: 1 diepte van de winning: 5m Watervoerende laag: Quartair dek
11 -
AMV/151415/1004 HCOV-code: 0100 Gebruik van het grondwater: drinkwater voor de dieren, reiniging van de stallen, beregeningsdoeleinden; grondwaterwinning 3,49 m3 /dag en 315 m3 /jaar diep grondwater uit het Landeniaan (boorput) Kenmerken: aard van de winning: verbuisde boorput aantal: 1 diepte van de winning: 130m Watervoerende laag: Landeniaan zanden HCOV-code: 1010 Gebruik van het grondwater: uitsluitend voor drinkwater van het vee; De besluiten van de deputatie dd. 09/09/2010 en van het CBS dd. 27/08/2007 en 18/08/2008 worden opgeheven bij het definitief worden van deze vergunning.
Art. 3. De overige bepalingen van het bestreden besluit worden bevestigd.
Art. 4. Dit besluit wordt genoteerd in de rand van het notulenboek van de deputatie tegenover de notulering van het bestreden besluit.
Brussel,
De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur,
Joke S