1 2 3 4 5 6 7
Inleiding Mijn onderwerp: Gerrit Schulte Wielrennen De racefiets Gerrit Schulte Overwinningen Stamboom
3 4 5 7 8 9 11
Tot slot.
12
Gerrit Schulte in de krant
2
Ik hou mijn werkstuk over Gerrit Schulte. Omdat dit een van de grootste wielrenners op de wereld was. En ik hou erg van sporten. Wat ik extra leuk vind is dat hij ook nog eens familie van mij is. Ik weet al van hem dat hij familie is (van mijn vaders kant), en dat hij een wereld beroemde wielrenner was. Wat mij leuk lijkt om te leren is bijv. hoeveel overwinningen hij heeft gewonnen en hoe oud hij is geworden en hoe hij precies familie van me is. Ik haal de informatie van deze websites: www.wikipedia.nl www.spreekbeurten.nl/info www.brabantswielrennercafe.nl/GerritSchulte.htm www.startpagina.nl/wielrennen www.dewielersite.net www.tour2009.nos.nl www.tourdefrance.nl/achtergronden/nederlandsehelden Verder heb ik het boek ‘Gerrit Schulte - zesdaagsekoning en wielerlegende’ van Martin Ros gelezen en de artikelen ‘De dag dat grote Gerrit klein werd’ van Peet Kappen in het blad Helden en ‘Gekke, snelle Gerrit kon het fietsen maar niet laten’ in de Volkskrant van 28 juni 1996.
3
Gerrit Schulte was de broer van de vader van mijn opa. Hij was een hele beroemde en goede wielrenner. Over Gerrit en over wielrennen ga ik in mijn werkstuk meer vertellen. Eerst ga ik vertellen wat wielrennen is (hoofdstuk 3) en wat een racefiets is (hoofdtuk 4). In hoofdstuk 5 gaat het over Gerrit Schulte en zijn overwinningen komen in hoofdstuk 6. Hoofdstuk 7 gaat over de stamboom. Dat is het laatste hoofdstuk.
4
Wielrennen is een sport waarbij mensen tegen elkaar fietsen. Wie het snelste is, is de winnaar. Wielersport zijn alle sporten waarbij gebruik gemaakt wordt van een fiets. Als het om snelheid gaat, heet het wielrennen. Het bestaat al zolang er fietsen zijn, en dat is ongeveer 150 jaar. Je hebt veel verschillende wedstrijden: er zijn wedstrijden op de weg, maar ook op de baan (dit vond Gerrit Schulte het leukste); je hebt wedstrijden van 1 dag, of van meerdere dagen. Er zijn ook kortere wedstrijden waarbij de wielrenners meerder rondjes rijden op een bepaalde plek. Deze wedstrijden noemen ze criteriums. Er is ook nog verschil in hoeveel renners er met een wedstrijd meedoen: sommige wedstrijden zijn met een groep, maar soms gaat het alleen om de snelheid en dan gaan ze 1 voor 1 fietsen.
Een wielrenbaan
De belangrijkste wegwedstrijden zijn: de ronde van Frankijk (Tour de France) de ronde van Italie (Giro d’Italia) de ronde van Spanje (Vuelta Ciclista a España) wereldkampioenschap op de weg Bij wielrennen draag je speciale kleding: een wielrenshirt, een wielrenners broek en ook wielrenschoenen. Ook dragen wielrenners een speciale helm voor de bescherming en wielrenhandschoenen. Deze hebben geen vingertoppen.
5
Bij wielrenwedstrijden zijn er ook speciale truien: -
de gele trui: die is voor de wielrenner die eerste is in het algemeen klassement van de ronde van Frankrijk
-
de regenboogtrui: voor de winnaar van het wereldkampioenschap
-
de rood-wit-blauwe trui: deze is voor de Nederlands kampioen
Bij de sport wielrennen is het niet de bedoeling om een normale fiets te gebruiken, maar een speciale race fiets. Hierover gaat het volgende hoofdstuk.
6
Banden Een racefiets heeft hele dunne banden, hierdoor remt hij niet zo snel af (met dikkere banden heb je meer grip op de weg en ga je minder snel). Versnellingen Met een versnelling kun je bepalen hoe hard je moet trappen: hoe hogere de versnelling, hoe harder je moet trappen en hoe lager de versnelling, hoe lichter je trapt. Je zet de versnelling hoger of lager door knopjes op het stuur op een hoger of lager cijfer te zetten. Stuur Het stuur is ook heel handig: omdat het stuur laag zit moet de wielrenner voorover gebogen zitten op de fiets en daardoor heeft hij minder last van de wind. Licht materiaal Een racefiets is gemaakt van lichte materialen en daardoor kan een racefiets sneller dan een gewone fiets. Een gewone fiets is twee keer zo zwaar. De racefiets heeft geen bel en spartbord zo blijft hij minder zwaar.
7
Gerrit Schulte werd geboren in Amsterdam op 7 januari in 1916. Hij overleed aan een hartstilstand in 1992, in Den Bosch waar hij toen woonde. Gerrit is dus 76 jaar geworden. Het was een sterke en grote man, hij was 1,89 meter lang. Zijn hobby’s waren vissen, jagen en duiven melken. Maar hij hield ook van voetbal. Hij beheerde het restaurant van het voetbal stadion De Vliert van FC Den Bosch. En hij bracht vlees rond op de fiets, voor zijn oom die slager was. Hij vond het heel leuk om met de bakfiets door Amsterdam te racen. Het viel ook op dat hij heel snel kon fietsen. Toen hij 12 jaar was ging hij op een wielrenclub en zo ging hij op de sport wielrennen. Als wielrenner was Gerrit Schulte heel populair. Hij was groot en zag eruit als een filmster. Hij kreeg drie bijnamen en die waren: - Le Fou Pedalant: dat is in het Frans de fietsende gek, omdat hij met zijn krachten heel hard werkte, ook als het niet nodig was, en dat hij altijd gekke geintjes uithaalde. Hij ging bijvoorbeeld een keer wachten op een bankje totdat de nummer 2 aankwam. Toen ging hij weer heel hard fietsen…. - De Bossche Reus omdat hij in Den Bosch woonden en hij zo groot was. - De Lange vanwege ze lengte.
8
Gerrit had in totaal wel 341 overwinningen! Wereldkampioen In 1948 werd hij wereldkampioen op de achtervolging. Hij won de finale van de beroemde Fausto Coppi en in 1949 werd hij wereldkampioen op de weg! Nederlands kampioen. Gerrit werd maar liefs 4x Nederlands kampioen. In 1944,1948,1950 en 1953. Tour de France Hij deed 1 keer mee met de Tour de France en won meteen een etappe, met lekke band! Maar hij wilde daar nooit meer aan mee doen.
9
Sportman van het jaar. Naast deze fietsoverwinningen werd hij ook nog eens uitgeroepen tot sportman van het jaar (in 1958). Net als bijvoorbeeld Johan Cruyff en Marco van Basten in andere jaren. Gerrit Schulte trofee En sinds 1955 wordt ieder jaar aan de beste wielrenner van Nederland de Gerrit Schulte trofee uitgereikt. Joop Zoetemelk won deze trofee het vaakst: 10 keer. Michael Boogerd won de trofee ook wel 5 keer. Hieronder is een foto van Lars Boom die de Gerrit Schulte trofee won in 1997. Toen Gerrit Schulte 43 jaar was, werd hij sportman van het jaar en wielrenner van het jaar! Hij ontving toen zelf de Gerrit Schulte trofee! Thuis hebben wij de gouden ring van de natte jongens. De natte jongens waren Gerrit Schulte,Wim van Est en Fausto Coppi. Alle drie Wereldkampioenen wielrennen. Zijn gingen na een wedstrijd altijd met z’n drieën een biertje drinken. Daarom werden ze de natte jongens genoemd. Ze hebben toen alle drie dezelfde ring gekocht en daar de natte jongens in laten zetten. Mijn vader kreeg deze ring van zijn opa. Die had hem van zijn broer Gerrit gekregen. Als ik 18 word krijg ik hem misschien….
10
Een stamboom is een overzicht waar al je namen van je familie in staan bijv. je oma of opa. Je kunt hier zien hoe ik via mijn vader familie ben van Gerrit Schulte. Roos (zus) 1995
Antoni 2000
Henk (papa) 1961
Henk (opa) 1940
Benjamin (broer) 2002
Stefanie (mama) 1972
Antonia (oma) 1939
Henk (papa van Opa) 1911
Gerrit (broer) 1916
Piet (broer) 1913
Ben (broer) 1918
11
Joke (oma) 1948
Henk (opa) 1946
Het was niet moeilijk om informatie te vinden want mijn vader weet heel veel over hem. De plaatjes waren makkelijk te halen van google. Maar ook informatie over Gerrit Schulte en wielrennen was er heel veel op internet. Ik heb er elke week steeds even aan gezeten. En omdat mijn spreekbeurt ook over Gerrit Schulte ging, heb ik er wel veel aan gewerkt. Ik heb er zelf altijd aan gewerkt, maar soms kreeg ik wat hulp van mijn moeder, vader of mijn zus. Bijvoorbeeld bij het zoeken van de informatie en het maken van de stamboom. Ik vind het wel een goed werkstuk, ik ben er trots op omdat ik er veel tijd aan heb besteed en het er mooi uitziet. Ik wist al veel over Gerrit Schulte, maar nu wel veel meer. Nu weet ik bijv. dat hij een restaurant beheerde in het voetbal stadion De Vliert. Ik wist niet bijv. dat hij wel 341 overwiningen had. Ik vond het ook heel grappig dat hij soms van die geintjes uithaalde.
12