CEATL survey 2011 1. Inleiding In 2008 heeft de Europese Raad voor Verenigingen van Literair Vertalers (CEATL) de eerste editie uitgebracht van een rapport over de beroepsomstandigheden van boekvertalers in Europa*. Het rapport heeft veel losgemaakt, zowel op nationaal als op Europees niveau. Voor de tweede editie, die eind 2011 moet verschijnen, wil de CEATL minder afhankelijk zijn van schattingen. In zo veel mogelijk landen worden daarom enquêtes onder boekvertalers gehouden. Voor de Nederlandse en Vlaamse situatie hopen wij voor het eerst ook inzicht te krijgen in de situatie van boekvertalers buiten het strikt literaire circuit, wat uiteraard van groot belang is voor de versterking van deze groep. een dan ook dat deze uitgebreide vragenlijst door zo veel mogelijk vertalers zal worden ingevuld. We wijzen er Wij hopen volledigheidshalve op dat we ‘letterkunde’, ‘literatuur’ en de bijbehorende adjectieven niet in de enge betekenis van ‘schone letteren’ opvatten, maar in de brede zin van ‘werken van de dichters en prozaschrijvers in enig land’. Het gaat ons dus om boeken van uiteenlopend genre, literatuur in enge zin, non-fictie, maar ook thrillers, kinderboeken, strips, chicklit, enzovoort. De vragenlijst telt in totaal 34 vragen, verdeeld over vier hoofdstukken. In hoofdstuk twee stellen we een aantal algemene vragen. Hoofdstuk drie is gewijd aan het auteursrecht, hoofdstuk vier aan geld en hoofdstuk vijf aan sociale zekerheid. In het afsluitende hoofdstukje kun je vragen en/of opmerkingen over de enquête kwijt. Hier en daar zijn koppelingen opgenomen naar websites met meer informatie over het betreffende onderwerp. Die pagina's openen in een nieuw scherm of tabblad, waardoor de vragenlijst geopend blijft. De met een asterisk aangegeven vragen zijn verplicht. De enquête loopt tot en met 31 maart. Deelname is anoniem, de verbinding is beveiligd. Omdat je de enquête niet kunt onderbreken en je na afronding geen aanpassingen meer kunt doen, hebben we de hele enquête ook als pdf beschikbaar gesteld. Zo kun je van tevoren zien welke informatie je nodig hebt om de vragen te kunnen beantwoorden. We beseffen dat sommige vragen bewerkelijk zijn en dat het invullen van de enquête een tijdrovend karwei is, maar we willen jullie toch op het hart drukken zo nauwgezet mogelijk alle vragen te beantwoorden. Het is in ons aller belang. Neem voor eventuele vragen contact op met de samenstellers. *) Het rapport is als pdf van de site van de CEATL te downloaden in het Engels, het Frans en het Italiaans.
2. Algemene vragen Op deze pagina stellen we aantal algemene vragen over geslacht en leeftijd, inkomen en het aantal uren dat je werkt.
* 1. Geslacht j k l m n
vrouw
j k l m n
man
Page 1
CEATL survey 2011
* 2. Leeftijd j k l m n
Jonger dan 25
j k l m n
25 - 34
j k l m n
35 - 44
j k l m n
45 - 54
j k l m n
55 - 64
j k l m n
65 of ouder
* 3. Hoeveel tijd besteed je per jaar aan je letterkundige vertaalactiviteiten? We wijzen er volledigheidshalve op dat we 'letterkunde' en 'literatuur' niet in de enge betekenis van 'schone letteren' opvatten, maar in de brede zin van 'de werken van de dichters en prozaschrijvers in enig land'. Het gaat ons dus om boeken van uiteenlopend genre, literatuur in enge zin, non-fictie, maar ook thrillers, kinderboeken, strips, chicklit, enzovoort. j k l m n
voltijds (>85% van het totaal aantal werkuren/jaar)
j k l m n
± driekwart van mijn totale werktijd
j k l m n
± tweederde
j k l m n
± de helft
j k l m n
± een derde
j k l m n
incidenteel (>25%)
j k l m n
anders, namelijk:
* 4. Uit welke brontalen vertaal je (als je boeken vertaalt)? * 5. Hoeveel woorden vertaal je gemiddeld per jaar? Kies zelf voor brontaal of doeltaal — allebei mag natuurlijk ook — en beperk je ook hier tot boeken. aantal woorden brontaal per jaar aantal woorden doeltaal per jaar
* 6. Welke beroepsmatige activiteiten oefen je naast je letterkundige vertaalwerk uit (bijvoorbeeld: docent, tolk, vertaler in loondienst, technisch of commercieel vertaler, ondertitelaar, kok, arts, buschauffeur, ...)? Zet een streepje als je alleen boeken vertaalt.
Page 2
CEATL survey 2011 een
* 7. Ontvang je pensioen of enige andere uitkering? j k l m n
nee
j k l m n
ja, pensioen
j k l m n
ja, anders, namelijk:
* 8. Welk deel van je jaarinkomen (in procenten) is afkomstig van het vertalen van boeken? Neem ook leenrechtvergoedingen, werk-, reis- en verblijfsbeurzen mee in de berekening.
* 9. Wat is je vestigingsland? j k l m n
Nederland
j k l m n
België
j k l m n
een ander land, namelijk:
* 10. Ben je lid van een belangenorganisatie? Je kunt meerdere vakjes aankruisen. c d e f g
nee
c d e f g
zodra de VvL-werkgroep Algemeen Boekvertalers zijn beslag krijgt, meld ik mij aan als lid
c d e f g
de Werkgroep Vertalers van de Vereniging van Letterkundigen
c d e f g
het Nederlands Genootschap van Tolken en Vertalers
c d e f g
de Vlaamse Auteursvereniging
c d e f g
Boek & Zaken
c d e f g
het CNV
c d e f g
de FNV
c d e f g
een andere organisatie, namelijk:
Page 3
CEATL survey 2011
* 11. Welke genres vertaal je meestal? Je kunt meerdere hokjes aankruisen. Gebruik het commentaarveld voor genres die niet in de lijst zijn opgenomen en eventuele opmerkingen. In de opsomming hieronder wordt 'literair' wel opgevat als 'schone letteren'. Het onderscheid tussen literaire, of 'kwalitatief hoogwaardige' non-fictie en andersoortige non-fictie is soms moeilijk aan te geven: non-fictie die je tegen de voorwaarden van het Modelcontract hebt vertaald, kun je tot de literaire non-fictie rekenen. (Tussen haakjes ter inspiratie de NUR-codes.) c d e f g
jeugd- en kinderboeken (200-294)
c d e f g
literaire fictie (300-309)
c d e f g
literaire of 'kwalitatief hoogwaardige' non-fictie (320-325)
c d e f g
spannende boeken (330-338)
anders c fantasy (334) d e f g
c d e f g
populaire fictie, waaronder romantiek, chicklit (340-350)
c d e f g
strips (360-366)
c d e f g
andere non-fictie (400...)
c d e f g
een ander genre, namelijk
5
6
3. Vragen over auteursrecht In dit deel van de enquête stellen we vragen over aspecten van het auteursrecht: naamsvermelding, licentie of overdracht en persoonlijkheidsrechten.
* 12. Geef zo nauwkeurig mogelijk aan hoeveel contracten voor boekvertalingen je in de periode van 1 januari 2008 tot en met 31 december 2010 sloot. Maak daarbij onderscheid tussen Modelcontracten en andersoortige overeenkomsten. Noem eerst het totaal aantal contracten in de genoemde periode en tussen haakjes erachter het aantal Modelcontracten, ook als dat er 0 waren. Voorbeelden: Als je van begin 2008 tot eind 2010 in totaal 12 contracten sloot, waarvan 6 Modelcontracten, vul je in: 12 (6). Tekende je 6 overeenkomsten, maar was daar geen enkel Modelcontract bij, vul je ik in: 6(0). Als je alleen maar Modelcontracten sloot, 8 in getal, vul je in: 8(8).
Page 4
CEATL survey 2011
* 13. Waar in het boek wordt doorgaans je naam vermeld? Je kunt meerdere mogelijkheden aankruisen. Gebruik het commentaarveld onder de vraag voor eventuele opmerkingen, of een toelichting op je keuze. c d e f g
geen naamsvermelding
c d e f g
omslag
c d e f g
achterplat
c d e f g
titelpagina
c d e f g
colofon
Ruimte voor opmerkingen
5
6
* 14. Wordt je naam doorgaans ook vermeld op de pagina's die je uitgever op zijn website inruimt voor het werk dat je hebt vertaald? j k l m n
altijd
j k l m n
meestal
j k l m n
soms
j k l m n
incidenteel
j k l m n
nooit
j k l m n
weet niet
Ruimte voor opmerkingen ja,
5
6
Page 5
CEATL survey 2011
* 15. Volgens artikel 25 van de Auteurswet behoudt zelfs de maker die zijn auteursrecht — of: de exploitatierechten — overdraagt zijn of haar persoonlijkheidsrechten. Dit betekent dat je bezwaar kunt maken tegen ‘elke misvorming, verminking of andere aantasting van het werk’ (tenzij dat verzet indruist tegen de redelijkheid) en ‘tegen openbaarmaking van het werk zonder vermelding van [je] naam of andere aanduiding als maker’. Geef hieronder aan of je wel eens contracten sluit met een bepaling waarin de uitgever zich het recht voorbehoudt de vertaling zonder voorafgaand overleg te (laten) wijzigen of bekorten. Gebruik het commentaarveld voor een eventuele toelichting. j k l m n
nee
j k l m n
ja, soms
j k l m n
ja, meestal
j k l m n
ja, altijd
Ruimte voor opmerkingen
5
6
* 16. Welke exploitatierechten geef je normaal gesproken in licentie, of draag je over? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk (voor het Modelcontract de laatste drie vakjes aankruisen). Als je exploitatierechten nooit in licentie geeft maar altijd overdraagt, kun je verder met vraag 19. Gebruik het commentaarveld voor opmerkingen of een toelichting op je keuze(s). c d e f g
overdracht van alle rechten voor onbepaalde tijd (ga door met vraag 19)
c d e f g
licentie van primaire rechten (= exploitatie door uitgever zelf)
c d e f g
licentie van nevenrechten (= doorverkoop exploitatierechten aan derde partij)
c d e f g
licentie van digitale rechten
Ruimte voor opmerkingen
5
6
Page 6
CEATL survey 2011 17. Voor welke termijn geef je exploitatierechten doorgaans in licentie? Gebruik het commentaarveld om een andere termijn te specificeren of een opmerking te maken. j k l m n
altijd voor onbepaalde termijn
j k l m n
soms voor onbepaalde termijn, soms voor een periode gekoppeld aan de leverbaarheid van het boek
j k l m n
tot 4 jaar na het moment dat het boek niet meer leverbaar is (conform artikel 14 van het Modelcontract)
j k l m n
een andere termijn/ opmerking:
5
6
18. Voor welke termijn geef je digitale rechten doorgaans in licentie? j k l m n
altijd voor onbepaalde tijd
j k l m n
soms voor onbepaalde tijd, soms voor een termijn gekoppeld aan de leverbaarheid van het papieren boek
j k l m n
gekoppeld aan de leverbaarheid van het papieren boek (conform het Addendum bij het Modelcontract)
j k l m n
een vaste termijn, namelijk:
5
6
4. Vragen over geld Op deze pagina komen het honorarium, royalty's, uiteenlopende soorten beurzen en andere vergoedingen aan de orde.
* 19. Wat was in de periode van 1 januari 2008 tot en met 31 december 2010 de laagste, de gangbaarste en de hoogste prijs die je kreeg per woord in de brontaal? Het gaat bij deze vraag alleen om boekvertalingen. Geef de prijs aan in eurocenten, bijvoorbeeld: 6,2. (Geef een andere basis voor berekening, bijvoorbeeld een prijs per regel bij poëzie, op bij 'ruimte voor opmerkingen'.) laagste woordprijs in eurocenten gangbaarste woordprijs in eurocenten hoogste woordprijs in eurocenten ruimte voor opmerkingen
Page 7
CEATL survey 2011
* 20. Geef een zo nauwkeurig mogelijke schatting van je basishonorarium, dus zonder beurzen, royalty's, leenrechtvergoedingen of andere tegemoetkomingen en toelages. Vermenigvuldig bijvoorbeeld het aantal woorden per jaar met de gemiddelde woordprijs die je in dat jaar kreeg, of tel de honoraria genoemd in je contracten uit de periode 2007-2010 (in het Modelcontract artikel 10 lid 1) bij elkaar op. 2008 2009 2010
* 21. Als het om primaire exploitatierechten gaat, wat is doorgaans je aandeel in de verkoop van je werk? Het gaat hierbij niet om het honorarium of het bedrag ineens dat je krijgt voor een vertaling, maar vergoedingen (zoals royalty’s op basis van een bepaald pecentage) voor de verkoop van exemplaren van je werk. j k l m n
geen aandeel (ga door met vraag 25)
j k l m n
een bedrag ineens (ga door met vraag 22)
j k l m n
een percentage (ga door met vraag 23)
22. Hoe groot is doorgaans het bedrag ineens dat je krijgt? 23. Om welke percentages gaat het doorgaans? Noem het percentage van de netto verkoopprijs en specificeer de staffels. Voorbeelden: 1% vanaf 5.000 exemplaren; of: 1% vanaf 10.000 exemplaren (tot 25.000 exemplaren, daarboven 2%). Voor percentages en staffels conform de royaltyclausule in het Modelcontract (1% vanaf 2.501 t/m 5.000 exemplaren, daarboven 2%) kun je volstaan met de opmerking ‘model’. ... % vanaf ... ex (tot ... ex, daarboven ... %) ... % vanaf ... ex (tot ... ex, daarboven ... %) ... % vanaf ... ex (tot ... ex, daarboven ... %) ... % vanaf ... ex (tot ... ex, daarboven ... %)
24. Hoe groot waren je inkomsten uit royalty's in de periode 2008-2010? Vul de bedragen in die in de jaren 2008, 2009 en 2010 op je rekening werden bijgeschreven. Ontving je in een van die jaren geen royalty's, vul dan in: 0. 2008 2009 2010
Page 8
CEATL survey 2011
* 25. De uitgever kan (delen van) de vertaling in licentie geven aan een derde partij (bloemlezing, audioboek, toneelbewerking, enzovoort). Wat voor vergoeding krijg je doorgaans voor deze nevenrechten? Gebruik het commentaarveld oom een andere vergoeding te specificeren of een opmerking te plaatsen. j k l m n
niets over afgesproken
j k l m n
geen extra vergoeding
j k l m n
een eenmalig bedrag (lumpsum) voor alle nevenrechten
j k l m n
50% van het bedrag dat de uitgever zelf overhoudt na aftrek van alle kosten (Modelcontract)
j k l m n
een andere vergoeding/ opmerking
5
6
* 26. Hoeveel bedroegen je inkomsten uit nevenrechten in de periode 2008-2010? 2008 2009 2010
* 27. Welke subsidies en beurzen heb je in de periode 2008-2010 ontvangen? Noem het type toelage (werkbeurs, reisbeurs, verblijfsbeurs, of een andere toelage), hoe hoog die was en van welke instelling of van welk land je die kreeg. Geef alleen bedragen op die je rechtstreeks ontving, niet toelages die je via de uitgever kreeg. Bijvoorbeeld: werkbeurs/ EUR 3.000/ NLF, of: verblijfsbeurs/ EUR 1.000/ Spanje. Zet een streepje als je geen toelage(n) onving. 2008 . . . 2009 . . . 2010 . . .
Page 9
CEATL survey 2011
* 28. Welke bedragen maakten collectieve beheersorganisaties als de Stichting Lira in de periode 2008-2010 over? Als je geen leenrechten of iets dergelijks ontving, vul dan in: 0. 2008 2009 2010
5. Vragen over sociale zekerheid In dit laatste deel van de enquête komen zaken als pensioen en zorgverzekering aan de orde.
* 29. Kruis aan welke beweringen over de zorgverzekering op jouw situatie van toepassing zijn. Je kunt meerdere vakjes aankruisen. c d e f g
ik heb alleen een basispakket
c d e f g
ik heb het basispakket uitgebreid met een aanvullende zorgverzekering
c d e f g
ik heb een eigen risico
c d e f g
ik krijg een tegemoetkoming op grond van de Wet op de zorgtoeslag
c d e f g
anders (met name voor niet in Nederland gevestigde vertalers)
5
6
Page 10
CEATL survey 2011
* 30. In België en Nederland bestaat het pensioenstelsel uit drie pijlers. De eerste pijler is in België het (wettelijk) pensioen en in Nederland de AOW. De tweede pijler bestaat uit pensioenfondsen en wordt in Nederland in de volksmond 'het pensioen' en in België 'toelage' of 'pensioensparen' genoemd. De derde pijler bestaat uit vrijwiliige pensioenvoorzieningen. Het gaat bij deze vraag om de tweede en de derde pijler. Kruis aan welke beweringen over pensioen op jouw situatie van toepassing zijn. Je kunt weer meerdere vakjes aankruisen. c d e f g
ik heb geen aanvullende pensioenvoorziening
c d e f g
ik heb nu/ krijg later een pensioen op grond van een (voormalige) betrekking in loondienst
c d e f g
ik ontvang nu/ krijg later een partnerpensioen
c d e f g
ik ontvang nu/ krijg later een aanvullend pensioen via een particuliere pensioenverzekering
c d e f g
ik heb een lijfrentepolis via de Stichting P.C. Boutensfonds
c d e f g
ik heb een lijfrentepolis via een particuliere verzekeraar of bank
c d e f g
ik heb een VAPZ, een Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen
c d e f g
ik heb een andere pensioenvoorziening, namelijk:
5
6
* 31. Hoe hoog verwacht je dat later, naast de AOW, of voor de Vlamingen: het wettelijk pensioen, je aanvullende pensioen per maand zal zijn? Als je naast je letterkundige werk als zelfstandige (deels) in loondienst werkt, kun je hier een streepje zetten.
* 32. Heb je een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen of een verzekering gewaarborgd inkomen afgesloten? j k l m n
ja
j k l m n
nee
* 33. Welke bedragen betaalde je in 2010 voor onderstaande verzekeringen en aanslagen (voor zover van toepassing)? zorgverzekering aanslag Inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet (2009) aanvullende zorgverzekering pensioenvoorziening arbeidsongeschiktheidsvezekering of verzekering gewaarborgd inkomen
6. Ruimte voor vragen en opmerkingen
Page 11
CEATL survey 2011 34. Heb je naar aanleiding van de CEATL-enquête 2011 nog vragen en/of opmerkingen? j k l m n
nee, de vragenlijst was glashelder, een genot om in te vullen; wanneer mag ik weer?
j k l m n
ja, en wel het volgende:
5
6
Page 12