1
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
Gebr. Beentjes GWW B.V. Scope 3 analyses 2013
Gebr. Beentjes GWW, 20 mei 2014
2
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
Inhoudsopgave Inleiding ................................................................................................................................................... 3 1. Scope 3 emissies – upstream .............................................................................................................. 4 1.1 Ingekochte goederen en diensten ................................................................................................ 4 1.1.1 Ingekochte beton ................................................................................................................... 4 1.1.2 Ingekochte betonijzer ............................................................................................................ 5 1.1.3 Ketenanalyse.......................................................................................................................... 5 1.2 Inventaris (kapitaal goederen) ...................................................................................................... 5 1.3 Energie gerelateerde activiteiten.................................................................................................. 6 1.4 Transport en distributie ................................................................................................................ 6 1.5 Afval .............................................................................................................................................. 6 1.6 Zakelijk vliegverkeer ...................................................................................................................... 7 1.7 Woon-werk verkeer ...................................................................................................................... 7 1.8 Gelease en/of gehuurde zaken ..................................................................................................... 7 2. Scope 3 emissies – downstream ......................................................................................................... 7 2.1 Transport en distributie ................................................................................................................ 7 2.2 Verwerking van geproduceerde goederen ................................................................................... 7 2.3 Gebruik van geproduceerde goederen ......................................................................................... 7 2.3 Einde levenscyclus......................................................................................................................... 7 2.4 Geleasde en/of gehuurde zaken ................................................................................................... 8 2.5 Franchises...................................................................................................................................... 8 2.6 Investeringen ................................................................................................................................ 8 3. Weging scope 3 emissies ..................................................................................................................... 8 3. 1 Scope 3 ......................................................................................................................................... 8 3.2 Weging .......................................................................................................................................... 9 4. Uitwerking scope 3 emissies ............................................................................................................... 9 4.1 Ketenanalyse van inkoop beton .................................................................................................... 9 4.1.1 Conclusie .............................................................................................................................. 10 4.3 Becommentariëren scope 3 analyse ........................................................................................... 10 5. Bepalen reductiedoelstellingen ......................................................................................................... 10 5.1 Reductiedoelstellingen inkoop beton ......................................................................................... 10 5.3 Conclusie ..................................................................................................................................... 10 6. Plan van aanpak................................................................................................................................. 10 7.1
Stappenplan........................................................................................................................... 10
7.2
Fasering stappenplan ............................................................................................................ 11
BIJLAGEN: BIJLAGE 1, Weging ............................................................................................................... 13
3
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
Inleiding De CO2 prestatieladder is een methode om de CO2 emissie in kaart te brengen en deze te reduceren. Ze werken hierbij met 3 scopes die staan voor verschillende soorten CO2 uitstoot. Scope 1 zijn alle directe emissies, scope 2 zijn indirecte emissies als gevolg van het verbruik van energie en gemaakte vliegreizen. Alle overige indirecte emissies vallen onder scope 3. Gebr. Beentjes wilt verder klimmen op de CO2 prestatieladder en moet daarvoor de emissies van scope 3 in kaar brengen. De emissies van scope 1 en scope 2 worden al jaarlijks vastgesteld en gepubliceerd. De bepaling van de verschillende scopes conform de nieuwe versie van CO2 prestatieladder (2013) is middels onderstaand schema weergegeven:
4
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
De emissies van scope 3 zijn te verdelen naar ‘upstream’ en ‘downstream’. Upstream zijn alle emissies ten behoeve van de productie. Downstream betreft de emissies als gevolg van transport / distributie naar de klant en emissies als gevolg van gebruik. Upstream 1. Ingekochte goederen en diensten (b. inkoop beton) 2. inventaris (kapitaal goederen) 3. brandstof/energie gerelateerde activiteiten 4. transport/distributie 5. afval 6. zakelijk vliegverkeer (bij scope 2 tellen) 7. woon-werk verkeer 8. geleasde/gehuurde zaken
Downstream 1. transport/distributie (a. uitbesteed transport) 2. verwerking geproduceerde goederen 3. gebruik van geproduceerde goederen 4. einde levenscycles 5. geleasde/gehuurde zaken 6. franchises 7. investeringen
Inzicht in de scope 3 emissies moet leiden tot het opstellen van realiseerbare reductiedoelstellingen. De nadruk ligt bij Gebr. Beentjes op de scope 3 emissies waar ze invloed op kunnen uitoefenen. Daarnaast probeert Gebr. Beentjes andere bedrijven te betrekken bij haar CO2 beleid om zo samen te komen tot CO2 reductie. De verschillende scope 3 emissies van Gebr. Beentjes worden in dit document nader uitgewerkt. Eén onderdeel van de scope 3 analyse worden daarnaast verder uitgewerkt in een ketenanalyse en voorgelegd aan een erkende verifiërende instelling.
1. Scope 3 emissies – upstream 1.1 Ingekochte goederen en diensten Gebr. Beentjes is een bedrijf in de grond,- weg en waterbouw en heeft daarvoor twee belangrijke producten nodig; beton en betonstaal/betonijzer. Voor het jaar 2013 is er gekeken naar de leveranciers van deze producten en naar de hoeveelheid die is ingekocht. Er zijn verder in 2013 weinig tot geen overige zaken geweest die grootschalig zijn ingekocht.
1.1.1 Ingekochte beton Gebr. Beentjes heeft in 2013 voor een totaal van 4.408 m3 ingekocht aan betonmortel bij vijf verschillende leveranciers. Hieronder staat per leverancier aangegeven welk percentage zij geleverd hebben. In 2013 is er beton ingekocht bij: - ABC Mortel (39%) - Van der Kamp (35%) - Cementbouw (24%) - Holcim (1%) - Dyckerhoff Basal (1%) De emissie die hiermee gepaard is gegaan is berekend op 842.103 kg CO2. Dit is voor Gebr. Beentjes gelijk aan 40% van de scope 3 emissies.
5
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013 1.1.2 Ingekochte betonijzer In 2013 heeft Gebr. Beentjes voor 672.029 kg betonstaal ingekocht bij vijf leveranciers. Hieronder staat per leverancier aangegeven elk percentage zij hebben geleverd. Voor de betonijzer is in 2013 ingekocht bij de volgende leveranciers: - Spanberg (73%) - NOTA (18%) - Balvert (7%) - Veenstra (2%) - HMG (0%) De emissie dier hiermee gepaard is gegaan is 863.558 kg CO2. Dit is voor Gebr. Beentjes gelijk aan 41% van de scope 3 emissies.
1.1.3 Ketenanalyse Bij het in kaart brengen van de scope3 emissies van Gebr. Beentjes is gebleken dat ongeveer 81% van alle scope 3 uitstoot te wijten is aan de inkoop van beton en betonijzer. Mede hierdoor hebben wij ervoor gekozen om minimaal één van deze emissiebronnen verder te analyseren in een ketenanalyse. We hebben hier de keuze gemaakt om de inkoop van beton nader te bekijken. De resultaten van dit onderzoek zijn terug te vinden in hoofdstuk 4.
1.2 Inventaris (kapitaal goederen) Onder de inventaris vallen de kapitaal goederen die gebruikt worden om goederen en diensten mee te produceren. Hierbij moet gedacht worden aan vrachtauto’s voor het leveren van diensten, machines die gebruikt worden tijdens constructie werkzaamheden en dergelijke. Voor Gebr. Beentjes zijn dat de volgende grote investeringen: Toshiba kopieermachine Autobar Fresh Brew Apparaat JCB Graafmachine Schaftwagen Klinkerwissel Aggregaat ES8000 Protec Boxer Hydr. Snelwissel Troffelmachine En de volgende kleine investeringen: Ontstoffingsventilator Containers (4x) Laptops (5x) Hilti Stofwater Gebr. Beentjes houdt bij elke nieuwe aankoop rekening met de mogelijkheden voor zuinigere modellen. Dit is de laatste jaren een bepalende factor geworden bij de overweging die vooraf gaat aan een aankoop van een nieuw kapitaal goed.
6
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
Voor de berekening van de CO2 emissie bij investeringen is er gebruik gemaakt van de conversiefactoren van Defra en DECC uit Engeland, die wij via CO2seminar.nl hebben gekregen. Aan de hand van deze gegevens zijn de investeringen onder verdeeld in: Machinery and equipment Office machinery and computers Motor vehicles Furniture, other manufactured goods, recycling services Containers De totale scope 3 emissie op het gebied van investeringen komt daardoor uit op 205.428 kg CO2, dat is voor Gebr. Beentjes zo’n 10% van de totale emissie in scope 3.
1.3 Energie gerelateerde activiteiten Alle energie gerelateerde activiteiten zijn al meegenomen bij de vaststelling van scope 1 en scope 2. Dit onderdeel is daarom verder niet van toepassing.
1.4 Transport en distributie Gebr. Beentjes heeft weinig van doen met upstream transport. Dit heeft twee oorzaken: ten eerste is het transport van de leverancier, producent of handelaar aan Gebr. Beentjes buiten beschouwing gelaten. Het gaat hier in ons optiek namelijk om downstream transport van de leverancier/handelaar/producent en deze wordt nooit door Gebr. Beentje verzorgd. En ten tweede is Gebr. Beentjes niet een bedrijf die amper goederen produceert. Er is bijvoorbeeld geen sprake van het produceren van halffabricaten die vanuit Gebr. Beentjes naar een extern bedrijf moeten worden gebracht voor het verkocht kan worden. En mocht er wel eens sprake zijn van een situatie waarin een extern bedrijf gevraagd wordt, dan zal dat gebeuren via eigen vervoer van Gebr. Beentjes. Ze beschikken over een uitgebreid wagenpark en materieel. De emissie hiervan zal dan vallen onder de scope 1 uitstoot.
1.5 Afval Gebr. Beentjes werkt in de grond-, weg en waterbouw en heeft hierdoor te maken met meerdere soorten afval. Voor de scope 3 analyse is er een onderscheid gemaakt in: Soort afval Bouw- & sloopafval Puin Tuinvuil Hout Papier & karton Bedrijfsafval TOTAAL
Afval in tonnen 54,4 231,1 288,3 59,7 1,2 3,6
CO2 emissie in kg 40,77 820,48 8360,70 614,70 978,19 4104,00 14.919 kg CO2
Hierbij wordt papier & karton actief gescheiden van de rest van het afval, zodat het gerecycled kan worden.
7
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
1.6 Zakelijk vliegverkeer Dit onderdeel is niet van toepassing voor Gebr. Beentjes. Er is geen sprake geweest van zakelijke vluchten tevens worden deze gerekend tot scope 2 voor de CO2 prestatieladder.
1.7 Woon-werk verkeer Er is bij de kantoormedewerkers van Gebr. Beentjes gekeken naar het woon-werk verkeer. De meeste werknemers maken hiervoor gebruik van een bedrijfswagen. Deze is al meegenomen in de analyse van de scope 1 emissies. Daarnaast zijn er nog medewerkers die op de fiets gaan of met de eigen auto. Het gaat hier om klein aantal waardoor deze emissie te verwaarlozen is als er gekeken wordt naar de totale scope 3 emissies.
1.8 Gelease en/of gehuurde zaken Dit onderdeel is niet van toepassing voor Gebr. Beentjes.
2. Scope 3 emissies – downstream 2.1 Transport en distributie Voor transport naar de verschillende locaties wordt regelmatig gebruik gemaakt van een extern bedrijf. Dit noemen we uitbesteed transport. Bij Gebr. Beentjes wordt dit uitbesteed transport verzorgd door Jan Brandjes. In 2013 is er voor €128.144 vervoerd. Voor de berekening van de CO2 emissie die hiermee gepaard ging is er een gemiddelde aangehouden van 0,825 cent per kilometer. Dit maakt dat het totaal uitbesteedde downstream transport in 2013 neerkomt op 155.326 km. Dit transport wordt voornamelijk gedaan door een vrachtwagen met een capaciteit van minstens 16 ton. De EcoInvent geeft voor dit soort voertuigen een emissie van 1,03 kg CO2/km. De emissie van het uitbesteed transport komt daarom neer op: 155.326 kg CO2 = 160 ton CO2.
2.2 Verwerking van geproduceerde goederen Het verwerken van goederen gebeurd bij Gebr. Beentjes op de locatie van het project. Deze werkzaamheden worden bijna altijd verricht met materieel van Gebr. Beentjes zelf en via aansluitingen die via Gebr. Beentjes lopen. Hierdoor vallen deze emissies al in de scope 1 en scope 2. De inzet van materieel van derden is hierbij te verwaarlozen.
2.3 Gebruik van geproduceerde goederen Dit onderdeel is niet van toepassing voor Gebr. Beentjes.
2.3 Einde levenscyclus Gebr. Beentjes werkt veel met producten die een langere levensduur hebben, hierbij kan gedacht worden aan beton en betonijzer, maar zelfs aan producten met een langere levensduur komt er een moment dat het einde van de levenscyclus wordt bereikt.
8
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
Gebr. Beentjes probeert op dit gebied opdrachtgevers te adviseren met betrekking tot de mogelijkheden op het gebied van levensduur en duurzaamheid van het product. Voorbeelden hiervan zijn het gebruik van gerecyclede grondstoffen en advisering op het gebied van levensduur verlenging.
2.4 Geleasde en/of gehuurde zaken Dit onderdeel is niet van toepassing voor Gebr. Beentjes.
2.5 Franchises Dit onderdeel is niet van toepassing voor Gebr. Beentjes.
2.6 Investeringen Dit onderdeel is niet van toepassing voor Gebr. Beentjes.
3. Weging scope 3 emissies 3. 1 Scope 3 De scope 3 van Gebr. Beentjes bestaat uit de inkoop beton, inkoop betonijzer, woon-werk verkeer, investeringen, transport en afval. Deze zijn samen goed voor een CO2 emissie van 2.086 ton CO2 in 2013. In de cirkeldiagram hieronder is duidelijk te zien wat de verhoudingen zijn m.b.t. de scope 3 emissies.
Gebr. Beentjes CO2 emissies scope 3 1% 8%
0%
10% Beton 40%
Betonijzer Woon-werk Investering Transport Afval
41%
9
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
3.2 Weging In bijlage 1 is de weging van de scope 3 analyse weergegeven. Op basis van deze weging zijn de meest materiële scope 3 emissies voor Gebr. Beentjes bepaald. Dit zijn: 1) 2) 3) 3) 5)
ingekochte goederen en diensten - beton ingekochte goederen en diensten - betonijzer transport / distributie downstream - uitbesteed transport inventaris (kapitaal goederen) afval
De weging is uitgevoerd op basis van de onderstaande aspecten,aan ieder aspect is een score van 0 tot 5 toegekend: Criteria Size Influence Risk
Stakeholders Outsourcing
Sector guidance Other
Omschrijving They contribute significantly to the company’s total anticipated scope 3 emissions There are potential emissions reductions that could be undertaken or influenced by the company They contribute to the company’s risk exposure (e.g., climate change related risks such as financial, regulatory, supply chain, product and technology, compliance/litigation, reputational and physical risks) They are deemed critical by key stakeholders (e.g., customers, suppliers, investors or civil society) They are outsourced activities previously performed in-house or activities outsourced by the reporting company that are typically performed inhouse by other companies in the reporting company’s sector Unique sustainability issues They meet additional criteria developed by the company or industry sector
4. Uitwerking scope 3 emissies Op basis van de weging van de scope 3 analyses en relevantie en bruikbaarheid van de verdere uitwerkingen is er een keuze gemaakt voor de ketenanalyse. Gebr. Beentjes valt onder wat ze in de CO2 prestatieladder, een klein bedrijf noemen en hoeft daarom maar één ketenanalyse te maken. Gebr. Beentjes heeft gekozen voor:
ketenanalyse van inkoop beton
Er is gekozen voor de inkoop beton, omdat deze verantwoordelijk is voor de meeste scope 3 emissie.
4.1 Ketenanalyse van inkoop beton De ketenanalyse is uitgewerkt in een apart document (4.A.1. Ketenanalyses inkoop beton.docx). Dit is gedaan om het overzicht te behouden, de belangrijkste resultaten staan hier benoemd en in het volgende hoofdstuk.
10
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013 4.1.1 Conclusie Voor Gebr. Beentjes is de inkoop van beton verantwoordelijk voor de grootste scope 3 CO2 emissie. Wanneer er gekeken wordt naar de keten van beton komt al snel naar voren dat de meeste CO2 emissie optreedt bij de productie van beton, voornamelijk bij het cement dat gebruikt wordt. Om de CO2 uitstoot binnen de keten te reduceren zijn er meerdere mogelijkheden. Zo kan er gerecycled beton toegepast worden, het aantal transporten verminderd worden door leveringen te combineren en door een ander cementsoort te gebruiken. Het gebruiken van een ander soort cementtype zal de meeste CO2 reductie opleveren, maar is niet altijd toe te passen. Dit vanwege de specifieke eisen die in het bestek staan met betrekking tot het aankopen van betonmortel. Gebr. Beentjes zal in de gevallen dat er sprake is van een kwalitatief gelijk optie, pleiten voor het gebruik van de duurzame optie bij de toeleverancier en de afnemer.
4.3 Becommentariëren scope 3 analyse Ten behoeve van de CO2 prestatieladder niveau 4 is het noodzakelijk om de ketenanalyse voor te leggen aan een erkende verificatie instelling. Gebr. Beentjes heeft ervoor gekozen om dat te laten doen door co2seminar.nl.
5. Bepalen reductiedoelstellingen Aan de hand van de ketenanalyses is de reductiedoelstelling opgesteld om in 2019 een besparing te realiseren van 5%. De komende jaren zal blijken of dit een realistische doelstelling is, het is daarom niet uitgesloten dat we deze de komende jaren nog bijstellen.
5.1 Reductiedoelstellingen inkoop beton Er zijn verschillende mogelijkheden om de CO2 emissie te reduceren. Ik zal hieronder ingaan op de mogelijkheden die haalbaar zijn voor Gebr. Beentjes. Reduceren van de CO2 door toepassen van ander cementsoort Reduceren van de CO2 door het aantal ritten te verminderen Reduceren van de CO2 door gerecyclede beton toe te passen
5.3 Conclusie Voor Gebr. Beentjes zullen vooral de reductiedoelstellingen bij de inkoop van beton belangrijk zijn, vanwege het aandeel van deze uitstoot in de totale scope 3 emissies. Het nadeel hiervan is dat Gebr. Beentjes voor het halen van de reductiedoelstellingen afhankelijk is van anderen. Toch denken we dat het mogelijk is om te reduceren in de betonketen, omdat duurzaamheid een belangrijk agendapunt is voor de meeste bedrijven.
6. Plan van aanpak 7.1
Stappenplan
Om deze doelstelling te realiseren is er een stappenplan opgesteld. Het stappenplan voor deze reductie ziet er als volgt uit:
11
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
1.
Informeren bij leveranciers Het is wenselijk om zoveel mogelijk informatie omtrent CO2 te krijgen van leveranciers. Zodoende kan Gebr. Beentjes inzicht krijgen in de uitstoot van CO2 van het ingekochte beton. Op basis van deze informatie zal worden gekeken of de CO2 uitstoot per m3 beton kan worden bepaald voor de vaste leveranciers van Gebr. Beentjes.
2.
Vergelijken van leveranciers Op basis van de informatie omtrent CO2 zal er een vergelijking worden gemaakt in de huidige aanbieders van beton. Indien deze informatie te weinig duidelijkheid geeft dan kan worden gekeken naar aanvullende zaken in de keten van de betonproductie. Zoals de transporten naar betoncentrale (via het water, per as,…). Indien bekend zal er worden gekeken naar de CO2 uitstoot per m3 beton per leverancier. Daarnaast zal er gekeken worden naar andere relevante factoren zoals de afstand van betoncentrales tot de werken van Gebr. Beentjes.
3.
Inventariseren van eisen van opdrachtgevers De eisen van de opdrachtgevers kunnen van grote invloed zijn op de CO2 uitstoot. De keuze van de in te kopen beton is afhankelijk van de aard van het werk en de eisen van de opdrachtgever. Wanneer er een keuzemogelijkheid is voor een duurzamere variant beton dan zal Gebr. Beentjes nagaan of dit toegepast kan worden in het werk en of de opdrachtgever ook voor deze optie wil kiezen. Dit hoeft niet specifiek de keuze voor beton te zijn maar het kan ook de betonsamenstelling betreffen: welk cement is / kan worden gebruikt voor het beton. Om opdrachtgevers duidelijk te maken welke keuzemogelijkheden er zijn kan overwogen worden om een beslisdiagram op te stellen. Welke keuzes zijn er voor welke betonproducten?
4.
Informeren van werkvoorbereiders en uitvoerders De personen die binnen Gebr. Beentjes verantwoordelijk zijn voor de inkoop van beton moeten goed op de hoogte zijn van de duurzaamheidaspecten van beton en de keuzemogelijkheden (indien deze er zijn) voor Gebr. Beentjes. Zo kunnen zij de voor Gebr. Beentjes meest duurzame beton inkopen. Binnen Gebr. Beentjes zal tenminste één persoon worden aangewezen als ‘kerndeskundige duurzaam beton’.
5.
Volgen van de ontwikkelingen in de keten Er wordt in de GWW sector veel aandacht besteed aan het verduurzamen van de betonketen. Zo is er een initiatief om de gehele keten voor 100% te verduurzamen in 2050. Dit betreft de ‘Green Deal: Verduurzaming betonketen’ van MVO Nederland en samenwerkende instanties. Bedrijven kunnen zich aansluiten als koploper. Op dit moment is dit initiatief nog in een verkennende fase. De verwerkende bedrijven hebben in deze fase naar verwachting nog weinig invloed. Gebr. Beentjes wil dit initiatief blijven volgen. Mogelijk zal Gebr. Beentjes ook actief deelnemen om zodoende ook als een van de koploper bedrijven op te treden in de keten. In dat geval zal Gebr. Beentjes ook deelnemen aan de bijeenkomsten van dit initiatief.
7.2
Fasering stappenplan
Om het stappenplan ten uitvoer te brengen is de onderstaande planning uitgewerkt:
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
12
Stap
Omschrijving
Actie door FK / MV
Streef datum Q2 2014
Status
1
Informeren bij leveranciers - Van der Kamp - ABC mortel - Bruil beton & mix - Dyckerhoff Basal
Toelichting
Er is inmiddels contact geweest met Van der Kamp. Zij leveren 2/3 van de totale hoeveelheid beton. Van der Kamp is gecertificeerd voor niveau 3 CO2 ladder. De aanvoer wordt over water gedaan en de toevoer tot projecten .
2
Vergelijken van leveranciers - Wat is samenstelling beton en welk cement is grondstof voor het beton ? - CO2 uitstoot per m3 bekend ? - Afstand tot (project van) Gebr. Beentjes - Andere relevante aspecten m.b.t. CO2
FK / MV
Q2 2014
Nog doen
3
Inventariseren van eisen van opdrachtgevers - Welke eisen worden aan beton gesteld - Zijn er duurzamere alternatieven mogelijk - Is de opdrachtgever bekend met deze alternatieven ?
FK / MV
Q4 2014
Nog doen
4
Informeren van werkvoorbereiders en uitvoerders
FK / MV
Q4 2014
Deels gedaan
Toelichting
In het laatste algemene KAM overleg is er gesproken over de CO2 prestatieladder en de ketenanalyse voor beton. Hierbij waren alle werkvoorbereiders en uitvoerders bij aanwezig. Nadat de bovenstaande stappen verder zijn geïnventariseerd zullen zij opnieuw worden geïnformeerd.
5
Volgen van de ontwikkelingen in de keten - Aanmelden voor nieuwsbrief - Nagaan eisen bij EMVI aanbestedingen: kan deelnemen aan initiatief duurzaam beton van toegevoegde waarde zijn - Overwegen aanmelden bij initiatief Duurzaam Beton
Toelichting
Het initiatief is vooralsnog in een verkennende fase. Gebr. Beentjes verwacht dat de kleinere verwerkende bedrijven in deze fase nog weinig invloed hebben. Gebr. Beentjes wil dit initiatief blijven volgen. Mogelijk zal Gebr. Beentjes ook actief deelnemen om zodoende ook als een van de koploper bedrijven op te treden in de keten. In dat geval zal Gebr. Beentjes ook deelnemen aan de bijeenkomsten van dit initiatief.
FK / MV
2015-2018
Deels gedaan
Nieuwsbrief gedaan, overige niet.
Gebr. Beentjes scope 3 analyses 2013
BIJLAGEN: BIJLAGE 1, Weging Omvang
Invloed
Risico
Stake holders
5
3
2
3
5
2
2
4
2
3 brandstof / energie gerelateerde activiteiten
-
4 transport / distributie 5 afval
Upstream
Weging scope 3
Downstream
13
1 Ingekochte goederen en diensten (inkoop beton) b Ingekochte goederen en diensten (inkoop betonijzer) 2 inventaris (kapitaal goederen)
Out Sector sourcing guidence
Overige
Totaal
Rang
0
0
13
1
3
0
0
12
2
1
4
0
0
-
-
-
-
-
2
4
1
2
2
0
3
2
2
3
0
0
11 0 11 10 0 7 0 0 11 0 0 9 0 0 0
3 9 3 6 9 8 9 9 3 9 9 7 9 9 9
6 zakelijk vliegverkeer (bij scope 2 tellen)
-
-
-
-
-
-
7 woon-werk verkeer
1
4
1
1
0
0
8 geleasde / gehuurde zaken
-
-
-
-
-
-
1a transport / distributie (uitbesteed transport)
3
3
1
2
2
2 verwerking geproduceerde goederen
3 -
2 -
1 -
2 -
1 -
0 0 -
3 gebruik van geproduceerde goederen 4 einde levenscycles ? 5 geleasde / gehuurde zaken 6 franchises 7 investeringen