NV Medezeggenschap OR & Pensioen 21 juni 2013
1
1. Even voorstellen 2. Even opwarmen 3. Verhoging pensioenleeftijd 2014 4. Pensioenlasten
5. Pensioenuitvoerder PPI 6. Wijziging Pensioenregeling en de rol van de OR 7. Vragen?
2
1. Even voorstellen Pensioen Perspectief
• consultant voor actuariële, fiscaal- en civielrechtelijke
pensioenvraagstukken • geen belangen in verzekeraars, pensioenfondsen of PPI’s en v.v.
• geen tussenpersoon • adviseur van OR’en en Werkgevers
Mr. Corry van Herpen CPL www.pensioenperspectief.nl
3
2. Even opwarmen
Wat bedoelen we met pensioen ? • zorgen voor de “oude” dag • zorgen voor de nabestaande • zorgen voor de arbeidsongeschikte
4
2. 3 pijlers
Pijler 3
Regel je zelf
Pijler 2
Regelt de werkgever
Pijler 1
Regelt de overheid
Hoogte inkomen
5
2. 2e pijler > pensioen werkgever
Onderdelen • Oude dag : ouderdomspensioen (OP) • Partner : partnerpensioen (PP)
• Kind(eren) : wezenpensioen (WzP) • Arbeidsongeschiktheid : • arbeidsongeschiktheidspensioen (AOP)
• premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid (PVI)
6
2. Pensioensystemen
De 3 meest voorkomende systemen • eindloonstelsel Uitkeringsovereenkomst • middelloonstelsel • beschikbare premie stelsel
Premieovereenkomst
7
datum in dienst
65 8
9
2. Pensioenwetgeving
1. Pensioenwet (PW) Doel : regels voor het veilig stellen van pensioen
2. Wet op de loonbelasting 1964 (Wet LB) Doel : regelt de belastingaftrek en de hoogte van het pensioen
3. Wet bedrijfstakpensioenfondsen 2000 (Wet BPF)
Doel : verplichtstelling deelname en regels waaraan het BPF moet voldoen.
4. Extra
Een hele reeks van speciale (pensioen)wetten en regels
10
2 Pensioenwetgeving verandert 01-01-1998
Verbod op medische keuringen
01-06-1999
Wet fiscale behandeling pensioenen (WFBP)
01-01-2000
Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000
01-01-2000
Verbod op uitstelfinanciering
04-11-2000
Staffelbesluit
01-01-2002
Gelijke behandeling naar burgerlijke staat
01-01-2002
Uitruil van NP in extra OP
01-07-2002
Pensioen en overname aanpassing art. 7:663 BW e.v.
07-11-2002
Gelijke behandeling arb.overeenkomst bepaalde tijd
01-05-2004
Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd
01-06-2004
Einde overgangsregeling WFBP
28-04-2003
Herzien staffelbesluit
24-03-2004
Verbod korting nabestaandenpensioen
01-01-2005
Sexe neutrale tarieven
01-01-2006
Invoering Wet VPL
01-01-2007
Pensioenwet
23-10-2007
Staffelbesluit nummer 3
01-01-2008
Einde 1e overgangsregeling Pensioenwet
01-01-2009
Einde 2e overgangsregeling Pensioenwet
21-12-2009
Stafelbesluit nummer 4
01-04-2012
AOW ingang op 65e verjaardag
12-02-2013
Herzien staffelbesluit nummer 4
01-01-2014
Verhoging pensioenleeftijd naar 67 jaar en verlaging pensioenopbouw
01-01-2015
Overstap van bruto naar netto beschikbare premies
01-01-2015
Wetsvoorstel verlaging pensioenopbouw en pensioengevend loon / versterking bestuur pensioenfondsen
11
2. Pensioenwet Artikel 23 PW: Veiligstelling Pensioen moet verzekerd worden bij : • Bedrijfstakpensioenfonds:
• Verplicht: Metaal, Bouw, Grafische Bedrijven etc. • Vrijwillig: Kunststof en Rubberindustrie (KRI) • Ondernemingspensioenfonds (Shell)
• Verzekeringsmaatschappij (Nationale Nederlanden, Aegon, Achmea) • Premie Pensioen Instelling (PPI, Brand New Day, Be Frank)
12
werkgever Uitvoeringsovereenkomst
Pensioen overeenkomst PW
werknemer
Pensioenreglement
uitvoerder
Startbrief
13
3. Verhoging pensioenleeftijd Commissie Goudswaard (Januari 2010) Conclusies
• “Rek uit de pensioenpremie” • Door lage rentestand, lage aandelenkoersen en toenemende levensverwachting forse stijging lasten bij handhaving huidige pensioenambitie.
• Negatieve gevolgen voor arbeidsmarkt en concurrentiepositie
Oplossingen • Beperken van de ambitie (hoogte en leeftijd)
• Vergroten van de onzekerheid in de pensioenopbouw
14
2012
2011
2010
2009
2008
2007
2006
2005
2004
2003
2002
2001
2000
1999
1998
1997
1996
1995
u-rendement
8,00%
7,00%
6,00%
5,00%
4,00%
3,00%
2,00%
1,00%
0,00%
15
Persoonlijke berekening! 16
3. Verhoging pensioenleeftijd
Pensioenakkoord • handhaving huidige premielast • toekomstige premielast niet onderhavig aan sterfte- en renteontwikkeling
17
3. Verhoging pensioenleeftijd Wet Verhoging AOW-Leeftijd en pensioenrichtleeftijd Aangenomen 10 juli 2012 1. Verhoging AOW Leeftijd - Vanaf 2013 stapsgewijs tot 67 jaar in 2023 - NB: deelakkoord 2013! 2. Verhoging fiscale pensioenrichtleeftijd
- In 2014 ineens naar 67 jaar 3. Verlaging fiscaal maximale pensioenopbouw - In 2014 ineens lagere maxima
18
3. Verhoging pensioenleeftijd 2012
65 jaar
2013 t/m 2015
jaarlijks + 1 maand
2016 t/m 2018
jaarlijks + 2 maand
2019
+ 3 maand => 66 jaar (2018?)
2020 t/m 2022
jaarlijks + 3 maand
2023
+ 3 maand => 67 jaar (2022?)
Vanaf 2024
stijging met de levensverwachting
Stijging met de Levensverwachting Formule
V = (L -/- 18,26) -/- (P -/- 65)
V = verhoging L = gemiddelde levensduur vanaf 65 jaar P = AOW-leeftijd in vorige jaar Jaarlijkse toetsing V > 0,25 (3 maand)
Indien ja, verhoging AOW-leeftijd over 5 jaar met 3 maand 19
3. Verhoging pensioenleeftijd Verhoging fiscale pensioenrichtleeftijd 2013
65 jaar
2014
+ 2 jaar => 67 jaar
Vanaf 2015
stijging met de levensverwachting
Stijging met de Levensverwachting
Formule
V = (L -/- 18,26) -/- (P -/- 65)
V = verhoging L = gemiddelde levensduur vanaf 65 jaar
P = AOW-leeftijd in vorige jaar Jaarlijkse toetsing V > 1,00 (1 jaar) Indien ja, verhoging pensioenrichtleeftijd over 1 jaar met 1 jaar
NB • AOW- en pensioendatum niet/nooit gelijk • AOW-datum vóór/na pensioendatum? 20
3. Verhoging pensioenleeftijd
Verlaging fiscaal maximale pensioenopbouw Systeem
Huidige maximale
Maximale opbouw vanaf 2014
opbouw Eindloon
2,00 %
1,90 %
Middelloon
2,25 %
2,15 %
Beschikbare premie
Afgeleid van middelloonsysteem > Nieuwe premiestaffels
NB Vanaf 1-1-2015: verlaging naar 1,75% / tot € 100.000 salaris?
Netto pensioensparen 0,1% (1,85% boven € 100.000)
21
3. Verhoging pensioenleeftijd Voorontwerp nota van wijziging (behandeling 24 juni) Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001, de Wet op de loonbelasting 1964, de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet in verband met de aanpassing van het fiscale kader voor oudedagsvoorzieningen (Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen) 3. Pensioenexcedentregelingen zijn: a. ouderdomspensioenexcedentregelingen (artikel 5.16a); b. optoppingsouderdomspensioenexcedentregelingen (artikel 5.16b); c. partnerpensioenexcedentregelingen (artikel 5.16c); d. optoppingspartnerpensioenexcedentregelingen (artikel 5.16d); e. wezenpensioenexcedentregelingen (artikel 5.16e); f. optoppingswezenpensioenexcedentregelingen (artikel 5.16 f).
Artikel 5.16a Ouderdomspensioenexcedentregelingen 1. Een op een eindloonstelsel gebaseerd ouderdomspensioenexcedent bedraagt per dienstjaar niet meer dan 0,050% van het pensioengevend loon. 2. Een op een middelloonstelsel gebaseerd ouderdomspensioenexcedent bedraagt per dienstjaar niet meer dan 0,056% van het pensioengevend loon.
22
3. Verhoging pensioenleeftijd Aanpassing fiscaal noodzakelijk? Pensioenleeftijd
Eindloon
Middelloon
67
1,90 %
2,15 %
66
1,76 %
1,99 %
65
1,63 %
1,84 %
Nee, indien huidige opbouwpercentage < nieuwe maximum Ja, indien huidige opbouwpercentage > nieuwe maximum
Voorbeeld: (nu pensioenleeftijd 65) 1,75% middelloon => aanpassing niet noodzakelijk 2,10% middelloon => aanpassing wel noodzakelijk
Let op bij afwijkingen: • AOW franchise < of > € 13.227,-- (2013) • Andere pensioencombinaties dan OP/70% PP
23
3. Verhoging pensioenleeftijd
Verhoging pensioenleeftijd niet nodig maar tóch verstandig?
Argumenten • Werknemers willen doorwerken en dan ook blijven opbouwen • Voortzetting risicodekking tijdens doorwerken gewenst
• “Vervroegen” pensioen is altijd mogelijk • “Uitstellen” is alleen mogelijk bij doorwerken. • Soms korting op een uitkering (WW, ANW, “pensioen”)
24
Beschikbare premie: van bruto > netto Beschikbare premie regeling: 01-01-2015 Overstap van bruto naar netto premiestaffel Bruto staffel = kosten en opslag premievrijstelling uit de premie betaald Netto staffel = kosten en opslag premievrijstelling separaat betaald Vereenvoudigd voorbeeld Uitgangspunt fiscus
Praktijk 1
Praktijk 2
Bruto premie
1.000
1.000
1.000
Administratiekosten
- 100
- 50
- 200
Premievrijstelling a.o.
- 80
- 40
- 100
820
910
700
Netto premie
25
Van bruto naar netto methode
Diverse methodes • praktische methode • neutrale methode
• alternatieve methodes
Praktische methode
• de huidige premiestaffel is X % van de fiscale (bruto) premiestaffel • de nieuwe premiestaffel is ook X % van de nieuwe netto fiscale staffel
Neutrale methode • de netto opbouw in de huidige bruto staffel wordt exact berekend • die netto opbouw is de basis voor aansluiting bij de nieuwe netto fiscale staffel
Pas op: elke methode resulteert in ander pensioen! 26
3. Pensioenontslagbeding
Formulering pensioenontslag bij bereiken
Strijdig met WGBLA ?
65-jarige leeftijd + 1 maand (2013) 1e dag van de maand waarin
Ja
1e dag van de maand waarna
Neen
op de 65e + 1 maand (2013)
Neen
• Voorkom strijdigheid met Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid (WGBLA) • Verwijs niet naar “pensioen” maar naar AOW
• Let op CAO bepaling
27
4. Pensioenlasten
28
4. Pensioenlasten Lage rentestand, langere levensverwachting => forse lastenstijging Nu
Bij verlenging
Inschatting Tariefstijging
Rekenrente
2,50% of
15%
3,00%
3,00% plus opslagen
Levensverwachting
Collectief 2003
Generatietafel
10%
Administratiekosten
10%
7%
-3%
Premievrijstelling
6%
4%
-2%
Premiestijging totaal
20%
29
4. Pensioenlasten Liquidatie pensioenfondsen • de bijstortverplichtingen vanwege (dreigende) onderdekkingen • accountancy-eisen • groeiende premiedruk bij werkgevers en werknemers • toenemende governance-eisen en de daarmee samenhangende moeite met de adequate bemensing van het bestuur en andere organen van het pensioenfonds; • de toenemende deskundigheidseisen voor bestuurders; • (te) hoge uitvoeringskosten
Liquidatie = bestuursbesluit van PF ≠ OR Wél goed monitoren of de OR in het proces niet tóch een rol heeft!
[
30
4. Pensioenlasten Soorten pensioencontracten Nominale pensioencontract • conform de huidige pensioenregelingen • een (lager) “ zeker” pensioen • grotere kans op premieaanpassing
• afstempeling ineens Reële pensioencontract • sluit aan bij de afspraken in het pensioenakkoord
• een (hoger) “minder zeker” pensioen • kleinere kans op premieaanpassingen • aftstempeling spreiden in 10 jaren
31
5. PPI Premie pensioen instelling (PPI) Een greep uit het aanbod PPI’s •
Be Frank (Delta Lloyd)
•
TKP (Aegon)
•
Aegon PPI (Aegon)
•
Goudse PPI (Goudse)
•
Brand New Day
•
PPI Robeco (Robeco)
32
5. PPI Kenmerken • Mag grensoverschrijdend werken • Voert alleen een beschikbare premieregeling uit
• Mag geen “biometrische” risico’s dragen Dus ….. Tót pensioendatum
• Overlijden (PP, WzP): alsnog naar verzekeraar • Arbeidsongeschiktheid (pva, aop): idem Óp de pensioendatum
Lang leven (OP): alsnog naar verzekeraar Dus …. • Keuze voor PPI gaat altijd samen met keuze voor verzekeraar
33
5. PPI Beleggen bij PPI anno 2013 • lage kosten (verschillen per PPI)
• “schone” administratie • duidelijke communicatie • geen garanties tot pensioendatum • geen “risicodemping” op pensioendatum • minder keuzemogelijkheden
34
5. PPI Sterftewinst • verzekeraar
: naar de deelnemer
• PPI
: “voor de PPI”
• resultaat van sterftewinst
: maximaal 7 % extra pensioen
Sterftewinst bij verzekeraar
• toebedeling aan de deelnemer • vaste bijschrijving op waarde (bonus bij leven) Sterftewinst bij PPI
• anno 2013 in ontwikkeling/discussie • wordt deels uitgekeerd aan deelnemers • geen vaste bijschrijving
• minder gunstig voor oudere deelnemers
35
5. PPI Verzekering van het partnerpensioen
PPI (de combi verzekeraar)
• onbepaalde partner
Verzekeraar Keuze • onbepaalde partner • bepaalde partner
36
5. PPI Onderzoek Pensioen Perspectief • PPI of verzekeraar beter? • Uitgangspunt: premievolume van € 200.000
37
5. PPI WERKGEVERSLASTEN
Risicopremie PP Risicopremie WzP Totaal risicopremie PP/WzP Positie risicopremie PP/WzP (3) Positie incl. PPI
PVI-opslag Totaal risicopremie PVI Positie risicopremie PVI (4) Positie incl. PPI
100,0% CBA 2.182,80 678,00 2.860,80 2 4
3,75% 4.450,44 2 4
93,1% 97,9% Avero ZwitserLeven 2.152,56 669,30 2.821,86 1 3
3,75% 4.399,20 1 3
2.337,05 ? 2.337,05 3 5
4,10% 4.459,00 4 5
109,0% 92,3% OHRA Delta Lloyd 2.489,28 608,80 3.098,08 5 8
eenjarige risicopremie 4.037,64 3 1
2.205,25 749,18 2.954,43 4 6
3,95% BS 3,2% aanv. premie 4.471,18 5 6
84,7% AEGON
97,5% 101,9% DL PVI: 0% 0% *excl. PVI over risicopremie PP/WzP. BeFrank BrandNewDay
2.965,31
4.344,29 250,17 4.594,46
7
2
*PVI over lagere investeringen dan bij de concurrenten door leeftijdsbepaling 1x per jaar op 1 januari.
4.704,00 DL PP/WzP:
1 incl. risicopremie PVI Ohra NP/WzP: incl. risicopremie PVI
4.749,00
4.246,16
7
2
4.860,00
Ohra PVI: excl. PVI over risicopremie PP/WzP Ohra AK:
8 incl. 2% korting ivm adviseur.
Administratiekosten Kosten jaarlijks Kosten eenmalig Kosten inactieven Totaal administratiekosten Positie administratiekosten (2) Positie incl. PPI Totale wg-lasten Positie totale wg-lasten (5) Positie incl. PPI
3.424,44
2.772,00
3.405,00 1.524,00
4.566,36
2.185,00 1.500,00
1.380,00
1.380,00
1.380,00
1.380,00 1.250,00 30,00 1.630,00
3.424,44 3 6
2.772,00 2 5
3.709,80 4 7
4.566,36 5 8
2.485,00 1 4
1
3
1
10.735,68 3 6
9.993,06 2 5
10.505,85 4 7
11.702,08 5 8
9.910,61 1 3
9.094,31
10.470,62
10.944,00
4
2
1
1.380,00
ZL PVI: excl. PVI over risicopremie PP/WzP ZL totaal: excl. risicopremie WzP ZL PP/WzP: *exclusief risicopremie WzP, want WzP staat op nul in de offerte. *incl. risicopremie PVI
Naam Geboortedatum gemiddeld FRP CBA WWP Excl P ZL IP Ohra PPPc DL PPI PPI PPI PPI PPI TKP werknemer werknemer kapitaal Avéro Aegon BeFrank BND Robeco A 01-12-1991 89377 0 0 134874 141233,1 0 129731 130426 0 B 01-12-1991 89377 0 0 134874 141233,1 0 129731 130426 0 C 01-12-1986 181249 176318,3 176318,3 182437 192910,4 184061 175800 180901 179935 D 01-12-1986 181249 176318,3 176318,3 182437 192910,4 184060 175800 180901 179935 E 01-12-1986 181249 176318,3 176318,3 182437 192910,4 184060 175800 180901 179935 F 01-12-1981 214981 209888,3 209888,3 216034 228783,4 217575 208597 214101 212609 G 01-12-1981 214981 209888,3 209888,3 216034 228783,4 217575 208597 214101 212609 H 01-12-1981 214981 209888,3 209888,3 216034 228783,4 217575 208597 214101 212609 I 01-12-1981 214981 209888,3 209888,3 216034 228783,4 217575 208597 214101 212609 J 01-12-1976 257267 252503,1 252503,1 258527 270949,7 259919 250221 256246 253952 K 01-12-1976 257267 252503,1 252503,1 258527 270949,7 259919 250221 256246 253952 L 01-12-1976 257267 252503,1 252503,1 258527 270949,7 259919 250221 256246 253952 M 01-12-1976 257267 252503,1 252503,1 258527 270949,7 259919 250221 256246 253952 N 01-12-1971 277531 273341,6 273341,6 278361 291863 279383 270194 276233 273043 O 01-12-1971 277531 273341,6 273341,6 278361 291863 279384 270194 276233 273043 P 01-12-1971 277531 273341,6 273341,6 278361 291863 279383 270194 276233 273043 Q 01-12-1971 277531 273341,6 273341,6 278361 291863 279384 270194 276233 273043 R 01-12-1966 274466 271197,3 271197,3 274702 287982,1 275251 267582 273350 269220 S 01-12-1966 274466 271197,3 271197,3 274702 287982,1 275250 267582 273350 269220 T 01-12-1966 274466 271197,3 271197,3 274702 287982,1 275251 267582 273350 269220 U 01-12-1966 274466 271197,3 271197,3 274702 287982,1 275250 267582 273350 269220 V 01-12-1961 246371 244477 244477 246347 255392,2 246445 240987 246469 241370 W 01-12-1961 246371 244477 244477 246347 255392,2 246445 240987 246469 241370 X 01-12-1961 246371 244477 244477 246347 255392,2 246445 240987 246469 241370 Y 01-12-1961 246371 244477 244477 246347 255392,2 246445 240987 246469 241370
39
5. PPI Conclusies
• PPI is een goed alternatief • PPI is niet altijd het beste alternatief • Met de komst van de PPI wordt het niet duidelijker
• Raadpleeg een deskundige (ahum)
40
6. Wijziging pensioenregeling Instemmingsrecht OR Wet op de ondernemingsraden (WOR): pensioen bij verzekeraar
• instemmingsrecht vaststellen, wijzigen en intrekken “pensioenverzekering” (art. 27 lid 1 a WOR) Pensioenwet (PW): pensioen bij PPI • “onderbrengen pensioenovereenkomst” WOR van toepassing (art. 23 lid 4 PW)
NB OR treedt terug als pensioen per cao is geregeld (art. 27 lid 3 WOR)
41
6. Wijziging pensioenregeling Instemmingsrecht over pensioenovereenkomst en/of uitvoeringsovereenkomst? • Minister Kamp 7 april 2012 : beide • Staatssecretaris Klijnsma 2 mei 2013: alleen pensioenovereenkomst
Instemmingsrecht PPI ook over wijziging en intrekking?
Staatssecretaris Klijnsma 2 mei 2013: ja hoor!
Wetsvoorstel: 2 nieuwe instemmingsrechten OR • Invoeren en intrekken pensioen bij OPF • Invoeren en intrekken vrijwillige aansluiting of pensioenregeling bij BPF
Conclusie: geen duidelijkheid vóór uitspraak rechter ->
OR zélf goed regelen! -> tips instemmingsrecht 42
Tips instemmingsrecht Verzekeraar
• beding ook instemmingsrecht m.b.t. uitvoeringsovereenkomst • incidenteel in instemmingsaanvraag • structureel in ondernemingsovereenkomst (art. 32 lid 2 WOR)
Premie pensioeninstelling (PPI) • beding ook instemmingsrecht m.b.t. uitvoeringsovereenkomst • ingeval van instellen, wijzigen of intrekken pensioenregeling
Pensioenfonds • beding ook instemmingsrecht ingeval van wijziging pensioenovereenkomst • beding ook instemmingsrecht m.b.t. uitvoeringsovereenkomst
• NB: betreft bijzondere gevallen
43
6. Wijziging pensioenregeling Wettelijk kader instemming OR
Artikel 27 lid 4 WOR: vervangende instemming kantonrechter: • Onthouden instemming OR is onredelijk
• Zwaarwegende bedrijforganisatorische, -economische of –sociale redenen
44
Proces
Wie neemt initiatief? • werkgever • OR ! Workshop OR & Pensioen • pensioen algemeen • eigen regeling
• inzicht in effecten: • hogere pensioenleeftijd • lagere pensioenopbouw
• netto premiestaffels • etc. http://www.pensioenperspectief.nl/ondernemingsraden/11111139/pensioeneducatie.html
6. Wijziging pensioenregeling
OR heeft instemming verleend…
Wijzigingsmethoden I
Eenzijdig
II Tweezijdig
Eenzijdig wijzigingsbeding
Aanbod en aanvaarding
46
I
Eenzijdig wijzigingsbeding
Waar vastgelegd ? • Pensioenovereenkomst (art. 19 PW) Voorwaarde ?
• Zwaarwichtig belang! Niet vanzelfsprekend een zwaarwichtig belang is o.a. :
• Nieuwe fiscale wetgeving (zoals verhoging pensioenleeftijd!) • Instemming OR (is wel een aanwijzing!)
47
Zwaarwichtig belang niet aangetoond? • Werkgever kan niet wijzigen ook al heeft de OR toch ingestemd • Instemming werknemer alsnog nodig Wat helpt werkgever bij toetsing door rechter? • Compensatiemaatregelen die schade werknemer minimaliseren
48
II Tweezijdige wijziging Wettelijke basis • art. 6:217 BW Voorwaarde • aanbod door werkgever en aanvaarding door werknemer Let op • instemming OR is meestal geen vervangende instemming • lat voor werkgever ligt hoog • aanbod werkgever moet van goed niveau zijn …. A moet werknemers tot instemming (“aanvaarding”) bewegen B moet toets rechter doorstaan als werknemers niet instemmen ….
49
Toets rechter
Wettelijke basis Art. 6:248 BW (redelijkheid en billijkheid) Voorwaarde • Onaanvaardbaarheidtoets (instemming OR is onvoldoende reden!)
Kan onaanvaardbaarheid niet worden aangetoond?
• Werkgever moet oude regeling voortzetten voor werknemers die niet instemmen.
50
Instemming werknemers • Positieve optie (handtekening voor akkoord) • Negatieve optie (wie zwijgt stemt toe) • Duidelijke schriftelijke informatie over wijziging/gevolgen • Noemen concrete mogelijkheid om bezwaar te maken / bezwaar eenvoudig • Redelijke bedenktermijn (6 weken?)
51
7. Vragen?
52