1 aug. GODSVRUCHT IN EEN GODDELOZE TIJD Het is een interessant feit, dat de woorden "goddelijk" en "Godsvrucht" niet eerder in de geschriften van Paulus worden gevonden, dan in de Pastorale Brieven, de brieven die ons zoveel te zeggen hebben over zware tijden en boze toestanden. In de brieven aan Timotheus lezen we over de "zware tijden" waarmee de huidige bedeling der genade tot een einde zal komen, terwijl we in de brief aan Titus lezen, over "ongeregelden en ijdelsprekers en verleiders", van "leugenaars...kwade beesten... luie buiken", die Satan gebruikt om het werk en het getuigenis van Gods dienstknechten krachteloos te maken. Aan Timotheus en Titus, deze jonge Godsmannen, had Paulus veel te zeggen over godsvrucht, en wij moeten niet vergeten dat Paulus' woorden tot hen, tevens Gods Woord is voor ons, gelovigen in Christus, die inderdaad blijken te leven in de slotdagen van de bedeling van genade, omringd door een gestadig opkomend getij van boosheid en steeds groeiend aantal van slechte, goddeloze mensen. Wij willen het niet doen voorkomen alsof de Apostel niet de verschillende andere fasen van het Christelijk leven in zijn overige epistels behandelt, maar wel, dat hij hier in de Pastorale Brieven een soort strijd voert voor individeel godvruchtig leven, temidden van toenemende afval en goddeloosheid. Moge God ons helpen om in ons karakter en gedrag, "de kracht van godsvrucht" te tonen, de geestelijke kracht die er is, wanneer Christus in alle dingen, op de eerste plaats komt.
2 aug. BESTEED GEEN AANDACHT AAN VERHALEN "Noch zich te begeven tot fabels..."(1 Tim.1:4).
Als de lezer stuit op het woord "fabels" in de Statenvertaling, dan is het oorspronkelijke woord muthois [mythen] dat betekent, eenvoudige verhalen, vertellingen over gefantaseerde zaken of gebeurtenissen. Er zijn twee typen verhalen die een verbazende invloed uitgeoefend hebben op het christendom van de twintigste eeuw. De ene is de roman, de andere het “verkoop bevorderend” boek. Bij het overdenken van bovenstaande passage, keek deze schrijver naar de inhoud van de populaire Christelijke tijdschriften die op zijn bureau terecht komen, en was verbaasd te ontdekken, hoeveel van deze voor een groot deel gevuld zijn met fantasiën en met verhalen die geschreven worden om gezichtspunten bekend te maken. De Apostel zegt over zulke verhalen, dat zij vragen oproepen, maar deze niet beantwoorden, want verhalen bewijzen werkelijk niets. Dit is ook zo met veel christelijke films. Veel christelijke romans hebben inderdaad een gunstige indruk nagelaten op hun lezers - als zij gegrond waren op Schriftuurlijke waarheden en beginselen. Blijkbaar kan een auteur zijn roman zo maken, dat zij precies "bewijst", wat hij wenst te bewijzen, want de roman brengt ons in een belevingswereld . Op die manier kan een roman gevaarlijk zijn voor Christelijk geloof en voor de praktijk. De verhalen bedoeld als “verkoop bevorderend” hebben wellicht een nog voornamere plaats in onze populaire christelijke tijdschriften. Niemand kan bezwaar maken tegen feitelijke verslagen van wat God heeft gewrocht, maar veel van deze verhalen zijn niets anders dan inspanning tot promotie van de verhalen. Veel van deze "succes verhalen" zijn zo succesvol, dat nadenkende lezers hun waarde betwijfelen en geneigd zijn deze terzijde te leggen, zonder ze ten einde toe te lezen. Minder kritische lezers echter, worden er dikwijls diep door geraakt. Wij zijn ons ervan bewust, dat onze bezwaren niet leuk overkomen, maar wij trachten niet om populair te zijn, wij trachten ernstige christenen te helpen om, stap voor stap, hun weg terug te vinden naar vernieuwde geestelijke kracht. Deze kracht is reeds te lang verflauwd door de wensen van de mens boven het Woord van God te stellen.
3 aug. ONDERWIJS GEEN ANDERE LEER Met strenge woorden vermaant de Apostel Timotheus om "sommigen te bevelen geen andere leer te leren"; geen andere leer dan die hij hen geleerd had. In 1 Tim.6:3-5 besluit hij zijn brief met te zeggen: "Indien iemand een andere leer leert, en niet overeenkomt met de gezonde woorden van onze Heere Jezus Christus,...Wijk af van dezulken". In deze passages legt de Apostel de nadruk op trouw aan die uit de hemel gegeven boodschap, hem door openbaring toevertrouwd; de boodschap waarvan hij zegt in Tit.1:1,2,3, die: "…..God, Die niet liegen kan, beloofd heeft, vóór de tijden der eeuwen", maar geopenbaard heeft te Zijner tijd…....door de prediking, die mij toebetrouwd is...". Sinds de dagen van Paulus hebben religieuze leiders de boodschappen, welke door de verheerlijkte Heere aan Paulus waren toevertrouwd, vervangen door andere boodschappen. De wet van Mozes, de Bergrede, de "grote opdracht", en Pinksteren, zijn allemaal vermengd met Gods boodschap en programma voor de bedeling van genade. Dit heeft de Kerk vervaagd en verdeeld, en haar rijp gemaakt voor de afval. Met al het verwarde denken over de Tien Geboden en de Bergrede, zo’n vijftig jaar geleden, was het geen wonder dat het modernisme zovelen met haar leer over Jezus van Nazareth, de Man van Galilea, het volgen van Zijn voetstappen, sociale verbetering, politieke hervorming, etc., van streek heeft gemaakt. Massa's werden zo meegevoerd door een sociaal evangelie, verlangend om mee te helpen van de wereld een betere woonplaats te maken, zodat zij zelfs niet opmerkten of geloofden, dat de modernisten zelfs de grondslagen van het Christelijk geloof ontkenden. Maar het nieuwe evangelisme van onze dagen is nog gevaarlijker. Het is massief. Het wordt goed gefinancierd. Het
is populair. Het is geraffineerd. Misschien ligt het grootste gevaar in het feit, dat terwijl zij zeggen "conservatief" te zijn, de belangrijkheid van de grondbeginselen en het gevaar daar vanaf te vallen, gering wordt geacht. Daarom zijn de geïnspireerde woorden van de Apostel Paulus "te bevelen geen andere leer te leren", van veel meer gewicht in onze dagen, dan zij dit waren in de zijne.
4 aug. WEES NIET VERZOT OP PERSOONLIJKHEDEN Als Paulus Timotheus instrueert om zijn volgelingen te waarschuwen voor "eindeloze geslachtsregisters" (1 Tim.1:4), bedoelt hij het statussymbool bij verering van de mens in zijn dagen. Onlangs werd deze schrijver ingelicht door een correspondent uit een van de oostelijke staten van Amerika, dat hij een nazaat zou kunnen zijn van een generaal uit de revolutie, genaamd Stam - en of wij wensten dat dit verder zou worden onderzocht! Wij antwoordden dat wij veel enthousiaster zijn over waar wij naar toe gaan, dan waar we vandaan komen! Omdat er in onze dagen sommigen zijn die zeer trots zijn op hun afstamming, en familiewapens in hun huizen laten prijken, heeft de doorsnee christen blijkbaar nooit zijn stamboom nagezocht. Maar in de dagen van Paulus waren stambomen zeer belangrijk, zelfs onder gelovigen. Iemands familierelaties betekenden veel. Als men een neef in de tweede graad is van Christus, of zelfs een derde graads neef van Petrus, dan "had je het gemaakt". Al zou je ook ruw, dom, of zelfs slecht zijn, dit wordt allemaal door de vingers gezien: je bent in een nauwere relatie met Christus Zelf, of tot de Apostel Petrus, en iedereen staat klaar om je gehoor te schenken. In werkelijkheid heerst de persoonlijke cultus nog steeds bij ons in de Kerk van vandaag, hoewel het op verschillende manieren naar buiten komt. We leven in de dagen van massacommunicatie, waarbij de gezichten van prominente mannen en vrouwen telkens weer getoond worden in kranten en tijdschriften en hun persoonlijkheden tot ons komen door radio en televisie.
Zo eisen de prominente "christelijke" politicus, atleet, acteur, schoonheidskoningin, zelfs voormalige gangsters, vandaag de aandacht op. Zij die evangelisatie campagnes organiseren, zoeken vaak zulke personen deel te nemen, om mensen te trekken. Zulke prominente figuren, hoewel misschien in feite wel gered, kunnen heel goed "van de wereld" zijn, en hun christelijke roeping dagelijks onteren, maar hun aanwezigheid trekt mensen, en hun weinig diepgaande getuigenissen worden gebruikt om hun openbare deelname aan het werk van de Heere te rechtvaardigen. Moderne evangelisatieorganisaties hebben dikwijls prominente persoonlijkheden van de wereld geleend, om te helpen als trekpleister voor hun publiek, terwijl de vroegere bede dat de getuige achter het kruis verborgen zou blijven, in alle opzichten als voorbij wordt beschouwd.
5 aug. EEN JALOERSE GOD Wij danken God van harte voor iedere politicus, atleet, acteur of zelfs een misdadiger, die Christus als zijn Redder leert kennen. Maar bekering alleen maakt iemand niet bekwaam voor een voorname plaats in christelijke dienst. Dit is speciaal gereserveerd, vooral in de brieven van Paulus, voor volwassen gelovigen, geheel apart geplaatst voor God, en bevestigd in de waarheid Zie speciaal 2 Tim.2:2 en21: “En hetgeen gij van mij gehoord hebt onder vele getuigen, betrouw dat aan getrouwe mensen, welke bekwaam zullen zijn om ook anderen te leren. “Indien dan iemand zichzelven van deze reinigt, die zal een vat zijn ter ere, geheiligd en bekwaam tot gebruik des Heeren, tot alle goed werk toebereid”. Als harten sneller gaan kloppen vanwege de aanwezigheid van de één of andere prestigieuze persoonlijkheid op het christelijk platform, en wanneer zulke persoonlijkheden bewondering ontvangen die eerder toebehoort aan
Christus Die voor hen stierf, wordt God onteerd en mishaagd. Het motief om zulke "massatrekkers" te presenteren, zal wel geweest zijn, om grotere aantallen voor Christus te bereiken. Of enige van onze geestelijke leidsmannen spannen samen met afvallige gelovigen in pogingen om in evangelische inspanningen zielen voor Christus te winnen, maar het doel heiligt niet de middelen. Het is nooit goed om verkeerd te doen teneinde een goed einddoel te bereiken. Zijn we vergeten, dat Gods Woord zegt: "Ik, de HEERE uw God, ben een naijverig God" (Ex.20:5) En: "Ik zal Mijn eer aan geen ander geven" (Jes.48:11) Het is waar, dat we hier uit de Tien Geboden citeren, maar herinner u, dat Paulus in zijn brieven alle Tien geboden aanhaalt, met uitzondering van één namelijk het Sabbatgebod. Het verbond van de ceremoniële Wet is weggedaan, maar niet de zedelijke wet zelf, en God is de Enige, Die gerechte en dringende reden had jaloers te zijn vanwege Zijn eer. Christelijke leidslieden spelen een gevaarlijk spel, als zij de aan God verschuldigde eer uitsluitend geven aan prominente personen voor het aantrekken van hun publiek. Het is tijd voor de Kerk om te realiseren dat redding het werk van God is, en dat ware en blijvende resultaten alleen zullen volgen, wanneer we Zijn werk ook op Zijn wijze uitvoeren.
6 aug. VERTRAAGDE GROEI Wat een vreugde en gemeenschap is er in de samenkomsten waarbij de pasgeredden aanwezig zijn! In geestelijke, zowel als in lichamelijke zin, heeft iedereen een baby lief! Maar de vreugde die de harten vervult van
liefhebbende ouders, wordt in bittere smart en teleurstelling veranderd, als de baby niet groeit. De laatste toestand is net zo onuitsprekelijk treurig en pijnlijk als de eerste verheugend was. Zo is het ook in het gebeuren van de geest. De "vleselijke" Christen heeft nagelaten te groeien. Hij gaat door in een staat van langdurige kindsheid. Hij moet uitsluitend op melkdieet gehouden worden, hoewel jaren geleden gered, is hij niet in staat vast voedsel te "verdragen" of te “verteren”, en nog "onervaren in het woord der gerechtigheid", en nog van node, dat hem de eerste beginselen worden bijgebracht. Vertraagde geestelijke groei komt op vele manieren voor, maar deze kunnen allemaal onder één noemer gebracht worden van zinnelijke vleselijkheid. Van de Corinthiërs, die zo ernstig door de Apostel Paulus werden berispt voor hun vleselijkheid, wordt gezegd dat zij zedelijk gezien, onverschillig waren geweest (1 Cor.5:1), opgeblazen (1 Cor.4:18; 5:2), onachtzaam op elkander (1 Cor.6:1-7; 8:1,9,12), gierig (2 Cor.8:6-11; 11:7-9). De Geest bezittende, wandelden zij naar het vlees. Een van de duidelijkste tekenen van vertraagde groei is eigenbelang en partijschap, zoals te zien is bij de Korinthische gelovigen. Zij waren geestelijk klein en bekrompen, zo dat de Apostel hen moest schrijven: "Want gij zijt nog vleselijk; want omdat onder u nijd is, en twist, en tweedracht, zijt gij niet vleselijk, en wandelt gij niet naar de mens? Want als de een zegt: Ik ben van Paulus; en een ander: Ik ben van Apollos; zijt gij niet vleselijk?" (1 Cor.3:3,4). Zo zijn dan Petrus zijn vermaningen tot "pasgeboren babies", om "te verlangen naar de onvervalste melk van het Woord", dat zij "daardoor mogen groeien" (2Petr.2:1), voorafgegaan door de woorden: "Zo legt dan af alle kwaadheid, en alle bedrog, en geveinsdheid, en nijdigheid, en alle kwaadsprekerijen" (1 Petr.2:1). De vleselijke natuur is geen geschikte grond voor geestelijke groei.
7 aug. DE OORZAAK VAN VERTRAAGDE GROEI In de fysieke sfeer kan de vertraagde groei te wijten zijn aan een ongeluk, of ook wel één van de resultaten van de vloek, zonder direct verband met het gedrag van de ouders, en zeker niet van het kind zelf. In de geestelijke sfeer is dit niet zo. God heeft overvloedig middelen voor elk kind van God, om op te groeien tot geestelijke volwassenheid, en Paulus berispt de Korinthische gelovigen omdat ze niet groeien. De moeilijkheid met de Korinthiërs was, dat zij niet veel trek hadden in het Woord; zij hadden geen verlangen om de waarheid te kennen en te gehoorzamen, want de baby in Christus, die naar de pure melk van het Woord verlangt, zal zeker "daardoor groeien". Dit was ook de moeilijkheid met de Hebreeuwse gelovigen, want toen de Apostel met hen verder wilde gaan in het grote onderwerp van Christus als "een Hogepriester voor eeuwig naar de ordening van Melchizedek", werd hij gedrongen te schrijven: "Van Wie wij hebben vele dingen hebben te zeggen, die zwaar zijn om te verklaren, te zeggen, daar gij traag om te horen geworden zijt" (Hebr.5:11). Dit is nu juist de oorzaak van de vleselijkheid onder de gelovigen van vandaag. Gedurende de tweede wereldoorlog waren er gevallen, waarin ouders naar de schrijver kwamen, met brieven van hun zonen, die dienden in de krijgsmacht, waarin stond dat er in de brief een verborgenheid was waardoor "Johnny" hen kon laten weten naar welk oorlogsgebied hij gezonden was. Nu was het moeilijk om zijn brief te begrijpen. Samen gingen wij dan zitten om de brief in details te onderzoeken, proberend om precies te ontdekken wat het was, wat "Johnny" aan zijn ouders wilde bekendmaken. Wat een belangstelling en betrokkenheid bij een brief van "Johnny"! En toont nu de meerderheid van de gelovigen ook zo'n belangstelling in het Woord van God tot hen? Dat doen zij niet. Zij zijn tevreden met "de eenvoudige dingen", en weten slechts enkele passages die "hun harten verwarmen". Dit is de oorzaak van de geestelijke onvolwassenheid in de Kerk van vandaag.
8 aug. GEDEELDE SMART IS HALVE SMART We hebben allemaal weleens de uitdrukking gehoord: "Gedeelde smart is halve smart". Het is waar, dat wanneer iemand ziek is, of in moeite, hij minder met zichzelf begaan is, wanneer hij ontdekt dat anderen net zo ongelukkig, en misschien nog wel meer zijn, dan hijzelf. Sommigen hebben echter deze zegswijze: "Gedeelde smart is halve smart" gebruikt, als zij lichtvaardig over de hel spraken. U hebt misschien weleens iemand horen zeggen: "Wel, als ik naar de hel ga, heb ik tenminste genoeg gezelschap". Dit is waar, maar het gezelschap dat de verlorenen zullen hebben wanneer zij uit Gods tegenwoordigheid worden geworpen, zal hen weinig troost schenken. De Bijbelse geschiedenis van de rijke man en Lazarus brengt dit feit sterk naar voren. De rijke man, zult u herinneren, "leefde elke dag prachtig", terwijl Lazarus: "…die voor zijn poort lag, vol zweren. En begeerde verzadigd te worden met de kruimpjes, die van de tafel van de rijke vielen…." (Lukas 16:20 en 21). Na verloop van tijd stierven beiden, en de rijke man, die geen noodzaak gevoelde om te worden gered, ervoer plotseling Gods toorn over de zonde, want het Woord zegt: "En toen hij in de hel zijn ogen ophief, zijnde in de pijn…” (Luk.16:23). Vanuit zijn plaats van pijniging zag de rijke man Lazarus en Abraham "van verre", maar dit verschafte hem zeer zeker weinig troost, terwijl we lezen dat "Lazarus vertroost werd". De rijke man, nog steeds met hooghartige superioriteit, vroeg toen Abraham om Lazarus terug te zenden naar de aarde om zijn vijf broers te waarschuwen, "….opdat ook zij niet komen in deze plaats der pijniging"
(Lukas 16:28). Hij wenste niet dat zijn broeders zich bij hem in de hel zouden voegen. Dan is "leed" onder diegenen die uit Gods tegenwoordigheid zijn gebannen, geen gedeeld leed. Het verhaal eindigt als Abraham geen gehoor geeft aan het verzoek van de rijke man en hem verteld dat, als zijn broeders niet willen horen naar het Woord van God: “…zo zullen zij ook, al ware het, dat er iemand uit de doden opstond, zich niet laten gezeggen” (Lukas 16:31). Het lot van de rijke man kan vermeden worden door het Woord van God te geloven, en wel in het bijzonder dat gedeelte van het Woord dat ons vertelt dat Christus stierf voor onze zonden, zodat wij gerechtvaardigd konden worden, uit genade en door geloof. Laat u niet verleiden door het spreekwoord: “Gedeelde smart is halve smart”. Ontvang vandaag nog Christus als uw Verlosser. “…Geloof in den Heere Jezus Christus, en gij zult zalig worden” (Hand.16:31).
9 aug. NIET STERVEN BIJ GEBREK AAN LIEFDE Er wordt gezegd, dat "de wereld sterft wegens gebrek aan een klein beetje liefde". Wanneer we deze uitspraak echter beschouwen in het licht van de Schrift, ontdekken we juist, dat dit het tegenovergestelde van de waarheid is. Luister naar wat Gods Woord hierover zegt: "Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe (Joh.3:16).
"Maar God bevestigt Zijn liefde jegens ons, dat Christus voor ons gestorven is, toen wij nog zondaars waren” (Rom.5:8). "Hierin is de liefde Gods jegens ons geopenbaard, dat God Zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft in de wereld, opdat wij zouden leven door Hem. Hierin is de liefde, niet dat wij God liefgehad hebben, maar dat Hij ons lief heeft gehad, en Zijn Zoon gezonden heeft tot een verzoening voor onze zonden" (1 Joh.4:9,10). Velen onder ons sterven in hun zonden, maar niet "wegens gebrek aan een beetje liefde". Het is eerder omdat zij de grote liefde afwijzen, die God ons verklaard heeft in Zijn Zoon. Ons wordt verteld in Joh.1:10,11 dat: "Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem gemaakt; en de wereld heeft Hem niet gekend. Hij is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen." Dit is het probleem: mensen verwerpen Zijn liefde. "En dit is het oordeel, dat het licht in de wereld gekomen is, en de mensen hebben de duisternis liever gehad dan het licht….." (Joh.3:19). Maar omdat anderen Hem afwezen, mag u Hem aannemen als uw Redder, en de vreugde kennen van vergeving der zonden en van eeuwig leven: "Maar zovelen Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven" (Joh.1:12). "De Vader heeft de Zoon lief, en heeft alle dingen in Zijn hand gegeven. Die in de Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven; maar die de Zoon ongehoorzaam is, die zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem" (Joh.3:35,36). "Geloof in de Heere Jezus Christus, en gij zult zalig worden" (Hand.16:31).
10 aug. DE CHRISTELIJKE PLICHT Driemaal gebruikt de Apostel Paulus in Rom.1:14-16 de uitdrukking "Ik ben", en elke keer draagt zij een belangrijke boodschap uit voor iedere oprechte gelovige in Christus. Ten eerste zegt hij in vers 14; "ben Ik een schuldenaar" - schuldenaar van alle mensen, om hen te vertellen over het reddingswerk van Christus. Maar waarom was hij mensen verschuldigd die hij zelfs nooit gezien had? Om verschillende redenen. Ten eerste, had hij al wat zij nodig hadden om gered te worden van de straf en de kracht van de zonde, in handen. Als ik een dronkaard zie, liggende op de spoorbaan, en ik doe er niets aan, ben ik dan niet een moordenaar als hij door de trein wordt gedood? Als ik een man zie verdrinken, en ik heb een reddingsboei in mijn hand, maar ik werp hem die niet toe, ben ik dan niet een moordenaar als hij voor de laatste maal onder gaat? Als ik millioenen verloren zielen rondom mij heb en, hoewel ik de boodschap van redding weet, hen deze niet vertel, ben ik dan schuldig als zij zonder Christus sterven? Verder voelde Paulus zichzelf een schuldenaar van allen, omdat Christus, Die gestorven was voor zijn zonden, ook stierf voor de zonden van anderen. Zoals hij ook zegt in 2 Cor.5:14,15: “Want de liefde van Christus dringt ons; Als die dit oordelen, dat, indien Een voor allen gestorven is, zij dan allen gestorven zijn. En Hij is voor allen gestorven, opdat degenen, die leven, niet meer zichzelven zouden leven, maar Dien, Die voor hen gestorven en opgewekt is. Tenslotte had Christus, Die gestorven was voor Paulus zijn zonden, hem opgedragen om anderen over Zijn reddende genade te vertellen. Zo zegt hij dus in 1 Cor.9:16,17:
“Want indien ik het Evangelie verkondige, het is mij geen roem; want de nood is mij opgelegd. En wee mij, indien ik het Evangelie niet verkondig! Want indien ik dat gewillig doe, zo heb ik loon, maar indien onwillig, de uitdeling is mij evenwel toebetrouwd”. Paulus kon verder zeggen wat iedere ware gelovige zou moeten zeggen: Niet, "ik ben schuldenaar, maar", doch liever, "ik ben schuldenaar...DUS, is al wat in mij is BEREID", Rom.1:15: “Alzo hetgeen in mij is, dat is volvaardig, om u ook, die te Rome zijt, het Evangelie te verkondigen”. Hij was bereid zijn schulden af te doen, omdat hij datgene had waarmee hij ze kon inlossen - het wonderbaar "evangelie van Gods genade". En hij maakte ook inderdaad deze boodschap bekend aan anderen met alles wat in hem was. En dan nu het derde "ik ben": "Ik ben schuldenaar...dus ik ben bereid... “want ik schaam mij het evangelie van Christus niet, want het is een kracht Gods tot zaligheid een ieder, die gelooft ..." (Rom.1:16). Paulus was altijd trots Christus als de machtige Redder van zonden toe te behoren. Kent u Christus als uw Redder? Vertelt u anderen van Hem? 11 aug. OM JEZUS' WIL "...in de dood overgegeven om Jezus' wil……." (2 Cor.4:11). Er is veel dat wij allen doen ten eigen baat, ten bate van onze kinderen, onze geliefden, of anderen, maar de echte toets van de liefde van de gelovige voor de Here is, wat hij doet "om Jezus wil". Onder de bedeling van de Wet, vertelde onze Heere aan Zijn discipelen, dat om vergeving te ontvangen, zij zelf moeten vergeven:
“Want indien gij den mensen hun misdaden vergeeft, zo zal uw hemelse Vader ook u vergeven.Maar indien gij den mensen hun misdaden niet vergeeft, zo zal ook uw Vader uw misdaden niet vergeven” (Matt.6:14 en 15). Maar nu, onder de bedeling van genade, vermaant Hij ons om elkander te vergeven: “Maar zijt jegens elkander goedertieren, barmhartig, vergevende elkander, gelijkerwijs ook God in Christus ulieden vergeven heeft. (Eph.4:32). Het verschil is treffend. Vóór het kruis: Als je vergeven wilt worden, vergeef. Nu, in het licht van het kruis: U werd genadig vergiffenis geschonken aan het kruis om Christus' wil. In het licht hiervan, weest ook gij teerhartig en vergevend ten opzichte van anderen. En wij dienen verder te gaan dan dit: Niet alleen zullen wij onze broeders in Christus vergeven, maar wij worden toebereid om deze houding evengoed tegenover de gehele wereld te tonen. Paulus zei: "Want daar ik van allen vrij was, heb ik mijzelven allen dienstbaar gemaakt, opdat ik er meer zou winnen" (1 Cor.9:19), en wijzend naar zijn vervolgingen door ongelovigen, zei hij: "….wij.....worden altijd in de dood overgegeven om Jezus' wil" (2 Cor.4:11). Hoeveel ongelovigen zouden voor Christus gewonnen worden; hoeveel van onze christelijke vrienden zouden gesterkt en geholpen zijn, als we deze houding ten opzichte van anderen zouden innemen! Wat betreft het lijden zelf, droeg de Apostel dit met blijdschap, "om Jezus' wil". In zijn schrijven aan de Corinthiërs, zei hij: "Daarom heb ik een welbehagen in zwakheden, in smaadheden, in noden, in vervolgingen, in benauwdheden, om Christus' wil, want als ik zwak ben, dan ben ik machtig" (2 Cor.12:10).
Hij had geleerd dat hij in zwakheid des te zwaarder leunde, temeer bad, en dichter bij Zijn Heere werd gebracht. En hierin lag zijn geestelijke kracht.
12 aug. HET WONDERLIJKE GENEESMIDDEL De meesten van ons herinneren zich het product van de drogist, dat jaren geleden als lopend vuur door het land ging en iemand meer dan $ 3.000.000 in één jaar opbracht. Het heette Hadacol. Wat er ook verkeerd was met je, Hadacol kon het genezen! Commerciële radios en advertenties in de kranten verbreidden de genezende krachten. Sommige kleine drogisterijen toonden plakkaten op hun deuren waarop stond, "INGANG VOOR HADACOL". Een grappige geschiedenis kwam in omloop in die tijd over een vrouw, die voor de radio had getuigd: "Voordat ik begon met het innemen van Hadacol kon ik niet lezen en niet schrijven; nu leer ik op de hogeschool"! Sommige mensen denken dat christendom net is als wat van Hadacol werd gedacht. Feitelijk geven sommige evangelisten de verkeerde indruk, dat als iemand Christus aanneemt, alles plotseling in orde zal komen. Niets is minder waar. Het leven van een christen is een strijd, en we kunnen deze strijd niet winnen, zonder zeer ijverige, ernstige Bijbelstudie en gebed. In feite is het deze strijd die het Christenleven lonend maakt. God voorziet ons van een volledige wapenrusting, met inbegrip van: "het zwaard des Geestes" en "het schild des geloofs" (Eph.6:16,17) en zegt: "Sta vast". Inderdaad zegt Jak. 4:7: "Weerstaat de duivel, en hij zal van u vlieden". God heeft iedere ware gelovige als het ware ingedeeld in Zijn "krijgsmacht", en Hij bemoedigt een ieder van ons om te zijn: "……..een goed krijgsknecht van Jezus Christus" (2 Tim.2:3).
Inderdaad verwacht Hij dit evengoed van elke samenwerkende gemeenschap van gelovigen, want Paulus schreef aan de heiligen te Filippi, door goddelijke inspiratie: "Alleen wandelt waardig het Evangelie van Christus, opdat, hetzij ik kom en u zie, hetzij ik afwezig ben, ik van uw zaken moge horen, dat gij staat in één geest, met één gemoed gezamenlijk strijdende door het geloof van het Evangelie" (Phil.1:27).
13 aug. HET GEHEIM VAN HET EVANGELIE Het was van betekenis dat aan Paulus, niet aan Petrus, het eerst "het geheim van het evangelie" werd geopenbaard. (Zie Eph. 3:1-3; 6:19). Hij was het, die het eerst werd uitgezonden om de leer van redding te verkondigen, en alles te openbaren wat op Golgotha was volbracht. De Oud Testamentische Geschriften hadden voorspeld, dat de zonden van anderen gelegd zouden worden op Christus, maar zij hadden niet uitgelegd hoe Christus' dood de basis zou zijn voor de rechtvaardiging van de zondaar. Veel misdadigers zijn vrijgesproken omdat hun misdaden op iemand anders "werden geschoven", maar dit heeft in geen enkel geval de misdadiger gerechtvaardigd! Sommige oprechte christenen schijnen te denken dat vervanging het toppunt van Bijbelse waarheid is, terwijl het in feite slechts het begin is, want vervanging op zichzelf sluit niet de rechtvaardiging van de zondaar in. Het is ook waar, dat redding reeds vóór Paulus werd aangeboden. Aan de mensen was verteld, wat te doen om gered te worden - hoewel de voorwaarden van tijd tot tijd veranderden – en bij komst van Christus werd ook onderwezen, in Hem te geloven tot redding. In die tijd waren offers, besnijdenis, waterdoop, etc. nog vereist ter vergeving van zonden - en elke gelovige moest God op Zijn wijze benaderen. Dit is het, waarom deze religieuze handelingen werden
onderhouden gedurende de aardse bediening van onze Heere, en zelfs tot voorbij Pinksteren. De Apostel Paulus echter werd later opgewekt om "het geheimenis van het evangelie" bekend te maken, en de glorieuze volbrenging van Christus op Golgotha te verkondigen. Al de rijke zegeningen die zo pakkend naar voren gebracht worden in Paulus' brieven, komen op ons af vanaf Golgotha. Aan ons is "de hoop der glorie", omdat Hij leed wegens onze schande. Voor ons is de zegen van "vrede bij God" omdat Hij Gods toorn over de zonde droeg. Voor ons is de bevrijding van de last der zonde, omdat Hij die last op zich nam. Elke van "alle geestelijke zegeningen", aan ons gegeven, komt naar ons toe vanaf Golgotha. Paulus' "geheimenis van het evangelie" draait om Golgotha. Geen wonder dat Paulus zijn prediking noemt, "de prediking van het kruis".
14 aug. DE HEILIGE GEEST EN DE PINKSTERGELOVIGEN Het geprofeteerde werk van de Heilige Geest in verband met Zijn volk Israël dient helder te worden begrepen, willen we Zijn werk vandaag verstaan in verband met de leden van het Lichaam van Christus. In Joël 2:28,29 beloofde God hen dat zij op bovennatuurlijke wijze zullen profeteren, etc., maar in Ezech.36:26,27, Hij beloofde ook dat ze op bovennatuurlijke wijze Zijn wil zouden doen: “En Ik zal u een nieuw hart geven, en zal een nieuwen geest geven in het binnenste van u; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen, en zal u een vlesen hart geven. En Ik zal Mijn Geest geven in het binnenste van u; en Ik zal maken, dat gij in Mijn inzettingen zult wandelen, en Mijn rechten zult bewaren en doen”. Zo wilde God tonen, dat de enige weg waarin Zijn eigen volk Hem volkomen kan gehoorzamen is, indien Hij bezit neemt van hen en er voor zorgt dat ze Zijn wil gaan doen.
Hoewel we vandaag alle voordelen en zegeningen van de bedeling der genade hebben, en hoewel we zeer ernstig verlangen om te gehoorzamen en God te dienen zoals het behoort, schieten wij voortdurend tekort. Dit, omdat in tegenstelling met de algemene gedachte, niemand van ons gedoopt is met de Geest, zie: “Want Johannes doopte wel met water, maar gij zult met den Heiligen Geest gedoopt worden, niet lang na deze dagen (Hand.1:5). “Want ook wij allen zijn door één Geest tot een lichaam gedoopt….”. (1 Cor.12:13). Wij moeten opletten om de onmiddellijke verandering vast te stellen, die plaats vond in het gedrag van de Pinkstergelovigen, toen de Heilige Geest gekomen was om bezit van hen te nemen. Niet alleen spraken zij in tongen en profeteerden en deden wonderen, maar zij allen begonnen voor elkander te leven. "En de menigte van hen, die geloofden, was één hart en één ziel; en niemand zeide, dat iets van wat hij had, zijn eigen ware, maar alle dingen waren hun gemeen” (Hand.4:32). We hebben deze manier van leven niet waargenomen onder diegenen die zichzelf Pinkstermensen noemen. 15 aug. DE HEILIGE GEEST EN DE GELOVIGE VANDAAG Genade en geloof zijn de karakteristieke kenmerken van de huidige bedeling. Niet alleen wordt redding nu verklaard uit genade te zijn, door geloof, maar de Geest werkt ook in de gelovige door genade, door geloof. Hij neemt geen bezit van ons en is oorzaak van ons doen wat goed is, maar verblijft binnenin ieder gelovige, 1 Cor.6:19: “Of weet gij niet, dat ulieder lichaam een tempel is van den Heiligen Geest, Die in u is, Dien gij van God hebt, en dat gij uws zelfs niet
zijt? om ons te voorzien van de nodige leiding en de kracht, om verzoekingen te wederstaan. Wij mogen, door geloof, gebruik maken van deze voorziening,. De Geest, Die ons het eerst leven toedeelde, zal ook kracht geven om verzoekingen te weerstaan en zonde te overwinnen. In onze onmacht om zelfs te bidden zoals het behoort, "…..komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp……. de Geest Zelf bidt voor ons….” (Rom.8:26). In onze zwakheid worden we: "met kracht gesterkt te worden door Zijn Geest in de inwendige mens" (Eph.3:16) en God buigt zelfs neer om: “…..ook uw sterfelijke lichamen levend maken, door Zijn Geest Die in u woont. Zo dan, broeders, wij zijn schuldenaars niet aan het vlees, om naar het vlees te leven. (Rom.8:11 en 12).). De gevolgtrekking uit de bovenstaande passage is, dat, hoewel pijnlijk beproefd, we toch schuldenaars zijn ten opzichte van de Geest, die binnen in ons woont en zorgt voor overwinnende kracht. De vraag is gewoonlijk in tijden van beproeving, of wij waarlijk verlangen om te overwinnen, want wij kunnen overwinnen in elk gegeven geval, uit genade, door geloof. In de tegenwoordige bedeling is het niet waar, dat het niet mogelijk is voor de gelovige om te zondigen, maar het is waar dat het in elke situatie voor hem mogelijk is, niet te zondigen, want de Geest is altijd aanwezig om te helpen.
16 aug. DE BIJBEL OP DE VLOER "...Gij hebt vanwege Uw ganse Naam Uw Woord groot gemaakt" (Ps.138:2). Toen mijn Bijbelstudie onlangs op een avond was afgelopen, bemerkte ik dat ik een Bijbel naast een stoel op de grond had laten liggen. Bij het bespreken had ik deze een moment daar neergelegd om een concordantie te raadplegen, en was vergeten haar weer op te rapen. Nu bezwaarde het mij, toen de gedachte bij mij opkwam dat het gezegende Boek daar lag; in feite hield het mij zo bezig, dat ik terugging om het te halen en op zijn vaste plaats te leggen. Toen dacht ik er over na, hoe zo'n onbeduidende zaak mij zo bezig kon houden. Was het omdat ik mij herinnerde hoe mijn vader nooit toeliet dat er ooit iets op de Bijbel werd gelegd? Had uitsluitend mijn gevoel mijn denken verward? Zeer zeker is het Woord van God voor altoos in de hemel gezeteld, en het boek dat op de grond lag, was slechts papier, inkt, en een leren band. Of wat was het? Was het ook niet het Woord van God, zoals het aan ons gegeven is? En is God niet Zelf daarin, als zodanig, vertegenwoordigd? Als onze landsvlag met zekere eer en respect moet behandeld worden; en het heiligschennis is om het als gewoon doek te behandelen, hoeveel temeer is dit het geval wanneer het de Heilige Schrift betreft! Nee, het was niet alleen het voorbeeld van mijn vader dat in mijn gedachten kwam toen ik de Bijbel daar zag liggen, zeker was het dat niet alleen. Eerder was het een Schriftgedeelte waaraan hij ons dikwijls herinnerde; de geïnspireerde woorden van David, boven aangehaald: "Gij hebt vanwege Uw ganse Naam, Uw Woord grootgemaakt." Het is wel zeker, dat God wil dat wij Zijn Woord gebruiken als een tekstboek, waaruit wij Zijn wil mogen leren kennen. Het is geen teken van eerbied voor dit grote Boek om het onaangeroerd op de boekenplank te laten liggen. Hij wil, dat wij het gebruiken en bestuderen, misschien wel om
belangrijke passages te onderstrepen en betekenisvolle overeenstemmingen te markeren. Maar bij dit alles moeten wij niet vergeten, het met die eerbied te behandelen, welke verschuldigd is aan het geschreven Woord van God. 17 aug. GODS WOORD TOT ONS Als hij Timotheus opdraagt, "Predik het Woord", bedoelt de Apostel niet, zoals sommigen veronderstellen, dat de predikant de stof voor zijn preek gelijktijdig uit alle delen van de Bijbel dient te halen. Het is waar, dat "alle Schrift" gegeven is, opdat de "man Gods" ten volle toegerust zal zijn voor zijn dienst. Maar in deze zelfde brief geeft Paulus aan, dat de Schriften "recht gesneden" dienen te worden (2 Tim.2:15), en dat zijn eigen, door God geschonken boodschap, het Woord van God is, en wel speciaal voor de tegenwoordige bedeling van Gods genade (Zie 2 Tim.1:7-14; 2:7-9). Zo verklaart de Apostel, door inspiratie, dat gelovigen bevestigd worden, door: "mijn Evangelie en de prediking van Jezus Christus, naar de openbaring der verborgenheid…." (Rom.16:25). Hoe dikwijls dringt de Apostel er niet op aan dat zijn boodschap het Woord van God is! Aan de Korinthische gelovigen schrijft hij met blijdschap: "Daarom danken wij ook God zonder ophouden, dat, toen gij het Woord der prediking van God van ons ontvangen hebt, gij dat aangenomen hebt, niet als der mensen woord, maar (gelijk het waarlijk is) als Gods Woord,..." (1 Thess.2:13). Zo ook schrijft de Apostel in zijn laatste brief: "Houd het voorbeeld der gezonde woorden, die gij van mij gehoord hebt,..." (2 Tim.1:13). "en hetgeen gij van mij gehoord hebt onder vele getuigen, betrouw dat aan getrouwe mensen..." (2Tim.2:2).
"Houd in gedachtenis, dat Jezus Christus, uit de doden opgewekt, Welke is uit het zaad van David, naar mijn Evangelie" (2Tim.2:8). De opdracht "Predik het Woord" slaat daarom in het algemeen op "alle Schrift", maar op Paulus zijn door God gegeven boodschap in het bijzonder. Dit is duidelijk, want het is bij het aansporen van Timotheüs, om getrouw door te gaan in zijn plaats, dat de Apostel hem opdraagt: "Predik het Woord".
18 aug. EVOLUTIE EN ZONDE "Want wij weten, dat het ganse schepsel te zamen zucht, en te zamen als in barensnood is tot nu toe. (Rom.8:22). De moderne evolutieleer ontkent natuurlijk de Bijbelse weergave van de zondeval, en heeft veel te zeggen over "de opkomst van de mens", maar evolutie laat na, en tracht dat uiteraard steeds ijverig te ontwijken, om rekenschap af te leggen van datgene wat echt aan de wortel van alle menselijke ellende ligt: zonde. Zij laten na om uit te leggen waarom hij zo volstrekt hulpeloos is om zichzelf uit deze staat te verheffen. Zij kunnen zijn onlosmakelijke zin tot schuldgevoel niet uitleggen; zij besluiten, dat hij geen reden heeft tot een "schuldcomplex". Ieder mens voelt in zichzelf een zekere wanorde, een onherroepelijke dislokatie van zaken, die wetenschap - en zeer zeker de evolutietheorie niet in staat is te verklaren. Alleen de Bijbelse weergave van de zondeval verklaart dit en laat zien hoe alle menselijke moeite en smart voortkomt uit zijn eigen natuur, die gevallen is en corrupt. "Daarom, gelijk door een mens de zonde in de wereld ingekomen is, en door de zonde de dood; en alzo de dood tot alle mensen doorgegaan is, in welken allen gezondigd hebben. (Rom.5:12).
Het is van het grootste belang voor de ongeredden om deze les te leren; te
leren dat het niet alleen onze zonden zijn, maar onze zonde die ons ongeschikt maakt voor Gods tegenwoordigheid; niet alleen onze daden maar onze natuur; niet slechts wat wij gedaan hebben, maar wat we zouden willen doen, omdat wij, als kinderen van Adam, van nature zondig zijn. Hoe oneindig dankbaar zouden wij dan moeten zijn, dat God ons liefheeft, ondanks onze zonden en onze zondige natuur, en dat... "...God bevestigt Zijn liefde jegens ons, dat Christus voor ons gestorven is, toen wij nog zondaars waren" (Rom.5:8). "In Wie wij hebben de verlossing door Zijn bloed, namelijk de vergeving der misdaden, naar de rijkdom van Zijn genade (Eph.1:7).
19 aug. DE WIJSHEID DEZER WERELD "Waar is de wijze? Waar is de schriftgeleerde? Waar is de onderzoeker dezer eeuw? Heeft God de wijsheid van deze wereld niet dwaas gemaakt? (1 Cor.1:20). Deze uitdaging werd, in de intellectuele wereld van negentien honderd jaren geleden, die zo beroemd is om haar filosofie, literatuur en kunst, voorgelegd. Dit waren niet de woorden van iemand aan wie zelf de gunsten van hogere opleiding ontbrak. Eerder vloeiden zij uit de pen van één van de meest geleerde mannen, een van de grootste denkers van alle tijden: de Apostel Paulus. Meer dan dit, zij staan in dat Boek der boeken, de Bijbel, dat niet nauwelijks, maar ten volle de aanvallen van duizenden critici, de eeuwen door, heeft doorstaan. Dit Boek zegt: "Want de wijsheid van deze wereld is dwaasheid bij God" (1 Cor.3:19). "De vreze des HEEREN is het beginsel der wijsheid,……." (Spr.9:10).
In werkelijkheid zijn de "intellectuelen" in elke eeuw diegenen, die instemmen met de theoriën van degenen die het onder elkaar eens zijn, dat zij intellectueel zijn! Neem afstand van hen en ge zult uzelf automatisch gebrandmerkt hebben als ongeletterd! "Maar het dwaze der wereld heeft God uitverkoren, opdat Hij de wijzen beschamen zou; en het zwakke der wereld heeft God uitverkoren, opdat Hij het sterke zou beschamen; En het onedele der wereld, en het verachte heeft God uitverkoren, en hetgeen niets is, opdat Hij hetgeen iets is, te niet zou maken; Opdat geen vlees zou roemen voor Hem” (Cor.1:27-29).
20 aug. ZIEKTE EN ZONDE Een ding dat deze schrijver werkelijk bezig houdt over het moderne leven, is hoe zonde steeds ziekte genoemd wordt. Een mens begaat een onzedelijke aanranding, en ze zeggen dat hij ziek is - zij vertellen hem dat zelfs. Ik ging onlangs een man opzoeken, die in een onuitsprekelijke immoraliteit was gevallen. Het had hem zeer aangegrepen. Voor jaren was zijn schijnheilig leven een schande geweest; nu was het masker afgetrokken, en was hij in grote, diepe narigheid. Ik had hem verteld dat nu zijn beste besluit zou zijn, een eerlijke belijdenis te doen - voor het gerecht en voor God. Maar iemand anders had hem eerst bezocht. Terwijl hij erbij stond en het hoorde, had deze man tot zijn vrouw gezegd: "Je moet hem zover zien te krijgen, dat hij inziet dat hij ziek is en hulp nodig heeft. Ik praat niet goed wat hij gedaan heeft, maar ik hoop dat hij de juiste hulp krijgt die hem geneest". Wat een manier om de kwestie van de zonde te ontwijken! Natuurlijk was deze man ziek - ik veronderstel dat u en ik ook ziek zouden zijn als we geleefd hadden zoals hij geleefd had! Maar laten we dit recht zetten: Zijn ziekte kwam vanuit zijn zonde, niet zijn zonde vanuit een ziekte. Hij zou veel beter af geweest zijn, als hij zijn hart, in berouw voor zijn zonde, voor God zou hebben uitgestort, dan zijn gedrag te verontschuldigen op grond van ziekte. Rom.5:12 zegt:
"Door een mens kwam de zonde in de wereld, en door de zonde de dood", en Rom 6:23 zegt: "Want de bezoldiging van de zonde is de dood”. Het nuchtere feit is, dat, aangezien er verschillen kunnen zijn in de soorten zonden die wij doen, of in de graad van onze zonde, Rom.3:23 verklaart, dat er hierin geen onderscheid is, dat: "Want zij hebben allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods". Daarom zijn wij zo blij en dankbaar om "het evangelie van Gods genade" te verkondigen, hoe Christus de prijs betaalde voor onze zonden, opdat wij een volmaakte plaats zouden mogen innemen voor een heilig God: "…..om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is" (Rom.3:24). "Gode zij dank voor Zijn onuitsprekelijke gave" (2 Cor.9:15).
21 aug. DE OUDE NATUUR IN DE GELOVIGE De gelovige die waarlijk geestelijk wil zijn, moet de aanwezigheid van de oude natuur binnen in hem erkennen. Het zou gevaarlijk zijn, een zo nabije vijand niet te herkennen. De oude natuur in de gelovige is dat wat "geworden is in het vlees". Zij wordt genoemd, "het vlees", "de natuurlijke mens", "het vleselijk verstand". Zoals: ".. die in het vlees zijn, kunnen Gode niet behagen" (Rom.8:8) Zo kan dat, wat van het vlees is in de gelovige, God niet behagen. "Het vlees" is, zoals we reeds gezien hebben, totaal verdorven. God noemt het "zondig vlees" (Rom.8:3), en waarschuwt, dat het "gelegenheid" zoekt om
verkeerd te doen (Gal. 5:13), en verklaart dat "de werken van het vlees" allen geheel boos zijn (Gal.5:19-21). Ook wordt de oude natuur in de gelovige niet beter door haar contact met de nieuwe. Het is met het oog op "het vlees" in de gelovige, dat de Apostel verklaart, dat daarin "geen goed woont" (Rom.7:18), dat het: "………vleselijk is, verkocht onder de zonde" (Rom.7:14) dat het: "die verdorven wordt door de begeerlijkheden der verleiding" (Eph.4:22) Dat het in "vijandschap tegen God" is, en: "Daarom dat het bedenken des vleses vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich der wet Gods niet; want het kan ook niet. (Rom.8:7). "Het vlees", dat blijft in de gelovige na zijn redding, is dat wat werd gewrocht door een gevallen verwekker. Het is de oude Adamitische natuur. Het is zondig op zich. Het kan niet worden veranderd. "Wat uit het vlees geboren is, dat is vlees;………" (Joh.3:6). zei onze Heere, het is onmogelijk om de "oude mens" in de gelovige te verbeteren. De "oude mens" werd verdoemd en juridisch afgedaan aan het Kruis. Nimmer werd de gelovige aangeraden te proberen iets met hem te doen, of iets van hem te maken, maar om hem altijd "voor dood" te "houden" (Rom.6:11), en "af te leggen" (Col.3:8-10).
22 aug. BARMHARTIGHEID VOOR ALLEN
Jaren geleden, gedurende de invasie van Mussolini in Ethiopië, vroeg ik aan een klas jongens: "Wie is de meest gerespecteerde, meest geëerde, meest geliefde mens in de historie?" Onmiddellijk schoten handen omhoog en de een zei dit, de ander dat. Een jongen zei dat Mussolini de meest geliefde en geëerde man was, maar de anderen lachten bij het idee. Tenslotte zei een ernstig uitziende jongen: "Jezus". Maar hij was er net zo ver vanaf, als degene die Mussolini had voorgesteld. Wij wensen dat onze Heere zo grotelijks zou worden geëerd, gerespecteerd en geliefd, als Hij zou moeten worden, maar dat wordt Hij niet. Eerder wordt Hij totaal afgewezen en gelasterd, terwijl velen hypocritisch zijn door te doen alsof zij Hem aanbidden. Zonder twijfel is de meest geëerde, meest gerespecteerde, meest geliefde man van de hele geschiedenis, Abraham, fier beschouwd als "vader" voor millioenen Joden, millioenen Mohammedanen, en millioenen belijdende Christenen. Het is duidelijk, dat God deze man gebruikte om aan de gehele mensheid te tonen hoe wij rechtvaardig verklaard kunnen worden voor een rechtvaardig en heilig God. Merk op wat Rom.4:2,3 hierover zegt: "Want indien Abraham uit de werken gerechtvaardigd is, zo heeft hij roem, maar niet bij God. Want wat zegt de Schrift? En Abraham geloofde God, en het is hem gerekend tot rechtvaardigheid". Zo gebruikte God de meest geliefde, gerespecteerde man uit de geschiedenis om het feit aan te tonen, dat redding wordt ontvangen door geloof alleen. En Paulus besluit dan ook: "Doch hem, die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die de goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid" (Rom.4:5). In iedere eeuw zijn mensen gered geworden door te doen wat God hun
beval toen te doen. Nu vertelt Hij ons niets te doen, maar eenvoudig te vertrouwen in Christus, die stierf voor onze zonden. Dit is Gods plan tot redding.
23 aug. ECHTE EVANGELISATIE In de machtige brief aan de Romeinen, verklaart Paulus "….het evangelie van God...met betrekking tot Zijn Zoon,….. Jezus Christus onze Heere" (Rom.1:1-3). Het goede nieuws dat Paulus verkondigde was hoofdzakelijk Christus. Hij sprak altijd over Christus. Zijn brieven waren vervuld met Christus. In zijn boodschap was Christus alles. Dit is in scherp contrast met veel moderne evangelisatie, die niet op Christus gericht is, maar mensgericht. Iemand schreef, kort voor zijn dood: "De fout in het evangeliseren van vandaag ligt in haar humanistische benadering... Het wordt openlijk boeiend gemaakt door de grote, lawaaierige wereld met haar grote namen, haar heldenverering, haar rijkdom en praal... Deze grote misvatting van de waarheid is de ondergrond van veel...van onze tegenwoordige evangelische activiteit.... Dit concept van christelijkheid is een volstrekte vergissing, en omdat het de ziel van de mens raakt, is het een gevaarlijke, zelfs dodelijke vergissing... Het is weinig meer dan een zwak humanisme, verbonden met een zwakke christelijkheid om het een kerkelijke waardigheid te geven... Onveranderlijk begint het met de mens en zijn behoeften en het dan om zich heenzien voor God, terwijl ware christelijkheid God openbaart als zoekende naar de mens om hem van zijn eerzucht te bevrijden. Gods goede nieuws voor de wereld gaat over Christus en Zijn kracht en liefde in het verslaan van Satan, het overwinnen van de dood, het nagelen van de Wet aan het kruis, en het boeten van de gerechte straf voor de zonde van de mens, zodat allen die geloven gerechtvaardigd mogen worden. Dit is
waarom Paulus' evangelie in de Schrift genoemd wordt: "………..het Evangelie der genade Gods" (Hand.20:24) En: "……het evangelie der heerlijkheid van Christus….." (2 Cor.4:4). Het ingaan op de waarheid van dit goede nieuws, is de grootste zegen die iemand kan genieten.
24 aug. ONVERGEEFLIJK Het tweede hoofdstuk van Paulus' brief aan de Romeinen is een donkere, trieste passage, maar het opent de deur naar de rijkste zegeningen die het menselijk hart kan bevatten: redding door genade. De openingswoorden: "Daarom zijt gij niet te verontschuldigen,……" (Rom.2:1). zijn inderdaad hard, maar God laat slechts onze zondige staat zien, om ons er uit te redden. Dit is waar de meeste filosofieën en de Bijbel regelrecht botsen. De meeste filosofieën sluiten de ogen voor de zondige natuur van de mens. Zij redeneren over het algemeen dat de mens van oorsprong goed is, terwijl overweldigend bewijs ervan getuigt, dat hij in wezen slecht is. Daardoor biedt de menselijke filosofie geen redding van zonde en haar gerechte straf. Alleen de Bijbel doet dit met zijn "evangelie van Gods genade". In Paulus' dagen veroordeelden de Griekse filosofen de ongeciviliseerde heidenen vanwege hun openlijke immoraliteit en slechtheid. Maar terwijl deze zedeleraren deugd predikten, beoefenden zijzelf ondeugd, en God zei: "Daarom zijt gij niet te verontschuldigen, o mens, wie gij ook zijt, die
anderen oordeelt; want waarin gij een ander oordeelt, verooordeelt gij uzelf; want gij die anderen oordeelt, doet dezelfde dingen" (Rom.2:1). Vandaag is het hetzelfde. Menigten van zelfgerechtigde mensen zijn aan de buitenkant gecultiveerd en zedelijk, maar zij vergeten dat God naar het hart ziet, en haat ziet als moord, jaloersheid als diefstal, en de begerige blik als overspel. Hij beschouwt niet wat wij uiterlijk doen, maar wat wij wensen te doen, of we durven te doen. Hij ziet de verlangens en de motieven van het hart. Maar God zij dank, "Christus stierf voor zondaars" - schuldige zondaars, en allen die tot God komen door geloof in Christus zijn: "En worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is” (Rom.3:24). "Onvergeeflijk", of " om niet gerechtvaardigd uit Zijn genade", door het geloof in de Christus, Die stierf voor onze zonden. Welke van de twee zal het zijn?
25 aug. GOD: EEN RECHTVAARDIG RECHTER Hoe juist zijn de oordelen van God! In Rom.2:16 zegt Paulus: "In den dag wanneer God de verborgene dingen der mensen zal oordelen door Jezus Christus, naar mijn Evangelie. Let wel op wat dit inhoudt: 1. Hij zal "de verborgene dingen der mensen" oordelen. Bij de menselijke gerechtshoven gebeuren dikwijls gerechtelijke onjuistheden, omdat niet alle feiten aan het licht gebracht worden. Maar voor de "Grote Witte Troon" zal daar een Rechter zijn met "ogen...als een vuurvlam" (Openb.19:12), voor Wie geen geheim verborgen kan blijven. (Zie ook Hebr.4:13).
2. Hij zal de verborgenheden van de mensen oordelen "door Jezus Christus". Niet de Vader, maar de Zoon zal presideren bij het oordeel over de verlorenen. Joh.5:22 verklaart: “Want ook de Vader oordeelt niemand, maar heeft al het oordeel de Zoon gegeven". en Joh.5:27 voegt daaraan: “En heeft Hem macht gegeven, ook gericht te houden, omdat Hij des mensen Zoon is”. Dit verzekert een juist oordeel, want, mensen zullen op die dag geoordeeld worden door Diegene die hen voldoende liefhad om mens te worden, opdat Hij de mensen zou begrijpen en helpen, en zelfs voor hun zonden sterven. 3. Hij zal de verborgenheden van de mensen oordelen door Jezus Christus "naar mijn evangelie", zegt Paulus. Hoe uitzonderlijk zuiver en juist is dit. Als Hij de mens zou oordelen naar de wet van Mozes, zou niemand ooit gered worden, want ieder van ons heeft de Wet verbroken. Bovendien kunnen de kinderen van de gevallen Adam, vanwege hun verdorven natuur, de Wet niet blijvend onderhouden. Zij zullen dus niet beoordeeld worden op grond van dat wat zij niet in staat waren na te leven. Dit is waarom Hij de mens zal oordelen naar het goede nieuws wat door Paulus is verkondigd, de grote waarheid, dat redding nimmer aan iemand wordt onthouden, die God neemt op Zijn Woord, en Hem op Zijn wijze benadert. Gods wijze voor vandaag? "Geloof in de Heere Jezus Christus en gij zult zalig worden." (Hand.16:31). "Doch dengene, die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die den goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid. (Rom.4:5).
26 aug.
HOE GERING ZIJN WIJ! Vlak achter mij in de supermarkt, bij de kassa, waren twee kleine knapen. Ik merkte dat de oudste van de twee naar mij bleef kijken en daarna weer naar zijn kleinere broertje, en zo meerdere malen achtereen. Tenslotte zei hij, knikkend naar zijn kleinere broer en dan naar mij: "Hé, Jopie, kijk toch hoe klein jij bent". Zij die mij in het vlees ooit hebben gezien, weten dat ik nu niet direct klein van postuur ben, en ik kan goed begrijpen dat ik, staande naast deze kleine kereltjes, hen inderdaad nog kleiner deed lijken! Maar dit alles had alleen betrekking op het lichamelijke, en toen ik uit de supermarkt stapte, begon ik me af te vragen: "Hoe groot ben je werkelijk in de ogen van God?" Ik dacht aan Psalm 8:4,5, waar David over dezelfde vraag peinsde: "Als ik Uw hemel aanzie, het werk van Uw vingers, de maan en de sterren, die Gij bereid hebt; Wat is de mens, dat Gij aan hem gedenkt...?" Toch zijn wij zo belangrijk voor het hart van God, dat Hij als het ware “de stroom der menselijkheid” inging, en één van ons werd, in Christus, Zoon van God en Zoon des Mensen. Waarom? Hebr.2:14,15 geeft ons een belangrijke reden daarvoor: "...opdat Hij door de dood te niet doen zou degene, die het geweld des doods had, dat is, de duivel; en verlossen zou al degenen, die met vreze des doods, gedurende heel hun leven, aan de dienstbaarheid onderworpen waren." Bovendien wilde Hij, onbetekenend als wij zijn in onszelf, ons machtig gebruiken tot Zijn glorie want, naar 1 Cor.1:27,28, heeft Hij de "dwazen", de "zwakken", de "onedele", de "verachte", en zij die "niets zijn" "uitverkoren" om Zijn voornemen te volbrengen: “………….opdat Hij het sterke zou beschamen” (1Kor.1:27).
27 aug. EEN MOOI STUK WERK Toen Alex, samen met zijn vader, naar het prachtige meer van Minnesota keek, vroeg de kleine vierjarige: "Paps, wie heeft dit meer gemaakt?" "Dat deed God" antwoordde zijn vader, "en God maakte deze bomen en heel dit schone landschap." Er was een moment van stilte. Toen, terwijl hij zijn handen in zijn zij deed, zei de kleine Alex: "Hij heeft zeer zeker een mooi stuk werk gemaakt!" Ja, dat deed Hij, en toch was dit landschap niets vergeleken bij de glorie welke deze aarde zal kennen, wanneer Christus terugkomt om te regeren. Als de rivieren, meren, bergen en dalen, landschappen, en zeegezichten van de aarde nu reeds zo adembenemend, zo ontzagwekkend kunnen zijn, wat zal haar schoonheid zijn, wanneer profetie vervuld, en de vloek ongedaan is! "De woestijn en de dorre plaatsen zullen hierover vrolijk zijn, en de wildernis zal zich verheugen, en zal bloeien als een roos. "Zij zal lustig bloeien, en zich verheugen, ja, met verheuging, en juichen; de heerlijkheid van Libanon is haar gegeven, het sieraad van Karmel en Saron; zij zullen zien de heerlijkheid des Heren, het sieraad onzes Gods." "...want in de woestijn zullen wateren uitbarsten, en beken in de wildernis. "En het dorre land zal tot staand water worden, en het dorstige land tot springaders der wateren..." "En de vrijgekochten des HEEREN zullen weeerkeren, en tot Sion komen met gejuich, en een eeuwige blijdschap zal op hun hoofd wezen; vrolijkheid en blijdschap zullen zij verkrijgen, maar droefenis en zuchting zullen wegvlieden (Jes.35:1,2,6,7,10).
28 aug. EEN LOSPRIJS VOOR ALLEN "Want er is één God, er is ook één Middelaar Gods en der mensen, de Mens Jezus Christus; Die Zichzelf gegeven heeft tot een losprijs voor allen, zijnde de getuigenis te zijner tijd (1 Tim.2:5,6). De mens in zijn huidige conditie, is niet in staat om in de tegenwoordigheid van een heilig God te staan. Als we eerlijk zijn tegenover onszelf, zullen wij de behoefte voelen naar een middelaar - een tussenpersoon - die ons kan vertegenwoordigen in Gods nabijheid. Job gevoelde dit, toen hij zich deze behoefte realiseerde, en riep: "Er is geen scheidsman tussen ons, die zijn hand op ons beiden leggen mocht" (Job.9:33). God zij dank, in een "scheidsman" of "middelaar" is voor zondige mensen voorzien - een bemiddelaar, die kan handelen als intermediair tussen zondige mensen en een heilig God. Deze tussenpersoon is Christus, Zoon van God en Zoon des mensen. Wat een zegen te mogen weten, dat de Zoon van God, de Zoon des mensen werd, opdat de zonen der mensen, zonen van God zouden worden! Hoewel vlekkeloos en zondeloos, stierf Hij aan Golgotha's kruis, onteert als een misdadiger, zodat Zijn betaling voor de zonde zou kunnen worden bijgeschreven op onze rekening, en wij voor God zouden mogen staan, zonder een enkele zonde ten onze laste gelegd. Hoewel Christus' dood voor de zonde ten gunste was voor alle gelovigen, zelfs die van de voorbije eeuwen, werd dit niet eerder geproclameerd, dan enige tijd na het kruis, toen God in genade Saulus van Tarsen, de voormaamste zondaar, redde (1 Tim.1:15). Dit is waarom de Apostel verklaart, dat Christus: "Die Zichzelf gegeven heeft tot een losgeld voor allen, zijnde de getuigenis te zijner tijd." (1Tim.2:6).
Het was toen Paulus, de voornaamste zondaar, gered werd op weg naar Damaskus, dat God hem begon te tonen, dat Christus was gestorven als "een losgeld voor allen", en God hem uitzond om deze glorieuze boodschap te verkondigen. Dit is waarom de brieven van Paulus zo vervuld zijn met verwijzingen naar redding door het kruis, de dood, en het bloed van Christus. En het is op deze grond, dat de Apostel aan allen redding aanbiedt uit genade, door geloof in het volbrachte werk van Christus, en aan allen het eenvoudig aanbod van redding verkondigt: "Geloof in de Heere Jezus Christus, en gij zult zalig worden" (Hand.16:31).
29 aug.
EEN BETROUWBAAR WOORD "Dit is een getrouw woord, en alle aanneming waardig, dat Christus Jezus in de wereld gekomen is om de zondaren zalig te maken, van wie ik de voornaamste ben" (1 Tim.1:15). Van alle "betrouwbare woorden" van Paulus, is dit wellicht het meest wonderbare, en het ene waardoor de meeste mensen de vreugde van de zondevergeving gevonden hebben. Het onderwerp is, dat "Christus Jezus in de wereld kwam om zondaren zalig te maken". Waarvoor anders zou Christus Zijn heerlijkheid in de hemel hebben verlaten als het niet was, zoals de Bijbel zegt, om in menselijke gestalte op de aarde te komen om ons te vertegenwoordigen in het betalen voor de zonde? En, dank zij God, Hij betaalde de volle prijs voor de zonde van alle mensen, want het was niet een gewoon mens die stierf aan het kruis op Golgotha. Zo volkomen was Zijn betaling, dat Paulus kon verklaren: "Hij kwam in de wereld om zondaars te redden, van wie ik de voornaamste ben". Paulus zelf, hoewel eens Christus zijn voornaamste vijand op aarde, was nu door Hem gered en had de vreugde van de vergeving van zonde leren
kennen. De grote tragedie is, dat zoveel mensen niet hun toestand beseffen, hopeloos van Christus gescheiden te zijn. Zij hebben nog niet gezien, hoe ver zij weg zijn van de glorie en heiligheid van God. Zij weten dat zij zondaars zijn, maar zij beseffen nog niet, dat hun toestand zo hopeloos is, dat zij een redder nodig hebben. Dus blijven zij proberen, proberen en proberen - en falen, falen en falen! Hoeveel wijzer zijn wij om onze zonde te bekennen voor God - om de plaats van zondaren in te nemen, zodat Hij ons kan redden. Dit is de eerste stap naar de hemel. Wanneer we dat gedaan hebben, zijn we in een positie om Gods aanbod, van volle vergeving en rechtvaardiging door Christus, Die stierf ter afdoening van de straf voor onze zonden, te accepteren. Omdat niemand volmaakt is en allen gezondigd hebben, "is dit" inderdaad: "……een betrouwbaar woord en alle aanneming waard, dat Christus in de wereld is gekomen om zondaren zalig te maken". Waarom niet Gods Woord geloven, Christus accepteren als uw Redder, en vandaag gered worden?
30 aug. WIJSHEID OF DWAASHEID? Dat eerste schot naar de maan, was werkelijk wat! We raakten de maan, recht op het doel af, namen 4.319 foto’s onderweg tot op 300 m. afstand, en alles buitengewoon gedetailleerd, zodat we nu beelden van de maan hebben 1000 keer scherper dan ooit tevoren genomen. Hoe trots voelden velen van ons zich na de landing op de maan. Hoe knap en groot zijn wij Amerikanen! Maar laten we na deze gebeurtenis er eens naar terugzien in het licht van het gehele beeld van het Amerikaanse leven. Laat ons eens onder ogen zien; Amerika is wellicht het geweldigste van de "geciviliseerde" volkeren - en we schijnen de snelle groei van criminaliteit niet te kunnen bedwingen.
Onze vrouwen durven niet bij avond op de straten van veel van onze grote steden te lopen - en niemand van ons waagt het door sommige buurten te lopen. Van winkeldiefstallen tot roofovervallen, van drugsgebruik tot doping, van aanranding tot moord, de misdaad is in Amerika tot ongekende hoogte gestegen - en stijgt nog steeds sneller. Wat goeds zullen landingen op de maankorst ons brengen, als we in de tussentijd onze zedelijke kracht verliezen in oneerlijkheid, immoraliteit, ondeugd en misdaad? Het is in dit verband, dat Paulus schreef door Gods inspiratie: "Want het woord des kruises is wel voor hen, die verloren gaan, dwaasheid; maar voor ons, die behouden worden, is het een kracht Gods. Want er is geschreven: Ik zal de wijsheid der wijzen doen vergaan, en het verstand der verstandigen zal ik te niet maken" (1 Cor.1:18,19). De wereld, met al haar wijsheid kan zichzelf niet redden. Alleen de dood van Christus, aan het kruis, kan redden, want daar werd voor onze zonde betaald, opdat wij zouden zijn: "En worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is" (Rom.3:24).
31 aug. DE HEMEL IS BETER DAN DIT Een groot percentage van de mensen van deze wereld ontwaken iedere morgen met een of andere soort van leed of pijn. Als u één van de vele slachtoffers bent, met één of andere zwakte in het vlees, zou u misschien wel kunnen instemmen met het liedje dat zegt: "De hemel is beter dan dit". De Schriften vertellen ons, dat: "Want wij weten, dat het ganse schepsel te zamen zucht, en te zamen als in barensnood is tot nu toe. (Rom.8:22).
Let op de uitdrukking: "het ganse schepsel". Dit betreft de hele wereld; niemand uitgezonderd. Inderdaad gaat de volgende tekst verder met te zeggen tot Christengelovigen: "En niet alleen dit, maar ook wijzelf,... zuchten in onszelf,...verwachtende... de verlossing van ons lichaam". (Rom.8:23). Zonder twijfel gevoelen velen van ons als degenen, die uitroepen met de Psalmist David: "Zie mijn ellende aan, en mijn moeite,……" (Ps.25:18). Ondanks alle verdriet, moeite en pijn die het kind van God moet verduren, kan hij, samen met Paulus, verzekerd zijn, dat: "….onze lichte verdrukking, die zeer haast voorbijgaat, werkt ons een gans zeer uitnemend eeuwig gewicht der heerlijkheid" (2 Cor.4:17). Wanneer we met de Heere zullen zijn, zullen we niet langer in deze "aardse tabernakel" leven, maar we zullen: "een gebouw van God hebben, een huis niet met handen gemaakt, maar eeuwig in de hemelen" (2 Cor.5:1). Paulus voegt er zelfs aan toe, dat we als christenen ernstig verlangen: "……met onze woonstede, die uit de hemel is, overkleed te worden" (2 Cor.5:2). Tenslotte verklaarde Paulus, dat: "ontbonden te worden en met Christus te zijn...want dat is zeer verre het beste" (Phil.1:23) “is zeer verre het beste”, dan niet alleen zonder alle aardse leed, moeite en pijn, maar heel veel beter zelfs dan de grootste aardse blijdschap en haar
kostbaarste schatten. Hoe wonderbaar is het te weten, dat "Christus stierf voor onze zonden", om licht te hebben na de begrafenis, een hoop na het graf. Zeer zeker, "de hemel is beter dan dit!"