Toeristische Trendrapportage Limburg 2007/08
Toeristische Trendrapportage Limburg 2007/08 Opdrachtgever: Opdracht:
Jaarlijks rapport over het Limburgse aanbod van verblijfsaccommodaties, de vakanties van Nederlanders en buitenlandse gasten in Limburg en de werkgelegenheid in de Limburgse toeristisch-recreatieve sector.
Uitgevoerd door:
Kenniscentrum Toerisme & Recreatie Diana Korteweg Maris Telefoon: (013) 465 67 18 E-mail:
[email protected]
Uitgave:
juni 2008
Bij het samenstellen van deze rapportage is de grootste zorgvuldigheid betracht, het Kenniscentrum Toerisme & Recreatie is echter niet aansprakelijk voor enige directe of indirecte schade als gevolg van de aangeboden informatie.
Inhoudsopgave INLEIDING............................................................................................................................ 1 SAMENVATTING.................................................................................................................... 2 TOERISME: TRENDS EN ONTWIKKELINGEN ........................................................................ 3 TOERISTISCH AANBOD LIMBURG ........................................................................................ 7 VAKANTIEGEDRAG VAN NEDERLANDERS .......................................................................... 11 LIMBURG OP DE BINNENLANDSE VAKANTIEMARKT ......................................................... 13 BINNENLANDSE VAKANTIES IN LIMBURG: PER SECTOR .................................................. 18 INKOMEND TOERISME NAAR NEDERLAND ........................................................................ 33 BUITENLANDSE GASTEN IN LIMBURG ............................................................................... 35 VRIJETIJDSGEDRAG VAN NEDERLANDERS........................................................................ 37 WERKGELEGENHEID........................................................................................................... 45
BRONNENOVERZICHT ........................................................................................................ 47 BIJLAGE 1: BINNENLANDS TOERISME - NADER UITGEWERKT ......................................... 48 BIJLAGE 2: VERBLIJFSTOERISME IN MAASTRICHT........................................................... 52 BIJLAGE 3: CLUSTERS VRIJETIJDSACTIVITEITEN............................................................. 54 BIJLAGE 4: INSTROOM EN UITSTROOM VRIJETIJDSGEDRAG........................................... 56 BIJLAGE 5: AFBAKENING TOERISTISCH-RECREATIEVE SECTOR ...................................... 57 BIJLAGE 6: IMAGO-ONDERZOEK LIMBURG ....................................................................... 59
Inleiding Dames en heren, De tijd is weer aangebroken om de jaarlijkse balans op te maken in de toeristische sector met het verschijnen van deze Trendrapportage. Vorig jaar heb ik u geïnformeerd over de flinke groei die de toeristische sector in Limburg had gemaakt. Dit jaar ben ik wederom verheugd uit de cijfers te kunnen constateren dat toeristisch Limburg blijft doorgroeien! Limburg stond er in 2007 nog sterker voor dan in 2006, met een stijging van 4% in zowel de binnenlandse vakantieovernachtingen (11,3 miljoen) als de vakanties (2,2 miljoen). Hiermee verstevigt Limburg haar tweede plaats, net na Gelderland, op de Nederlandse vakantiemarkt. Dat Limburg geliefd is als bestemming komt ook goed naar voren uit een imago-onderzoek dat onlangs is uitgevoerd. Hieruit bleek onder andere dat vakantiegangers die naar Limburg kwamen, deze provincie met een 8,1 als rapportcijfer waardeerden. Daarnaast blijkt dat men vooral voor de mooie natuur en cultuur komt, waarin we ons sterk onderscheiden van de rest van Nederland. Door onze heuvels en dialect worden we vaak gezien als ‘buitenbeentje’ in Nederland in positieve zin. De toeristische sector weet dit sterke imago ruimschoots te verzilveren, waarbij kwaliteit en gastvrijheid sleutelwoorden zijn. Dit zijn sterke troeven van Limburg die we ook voor de toekomst vast moeten houden en dit vergt continu aandacht van ondernemers en overheden in een sterk dynamische sector. Kijkend naar de toekomst willen we onze voorsprong als toeristisch aantrekkelijke provincie verder uit- bouwen. De totale vrijetijdseconomie (vakanties en vrijetijdsactiviteiten) vertegenwoordigt in Limburg een economische waarde van ruim 3,5 miljard Euro. Ruim 37.000 Limburgers zijn werkzaam zijn in de vrijetijdssector, een sector met een sterk economisch belang voor Limburg. Als Provincie leveren we een bijdrage aan het versterken van de vrijetijdseconomie binnen het programma Innoveren in Limburg. Daarbij kijk ik bijvoorbeeld naar een trend in de wereldeconomie die ook bij ons zichtbaar is: globalisering. Doordat we als consument steeds meer mogelijkheden hebben om voor een klein budget verder weg op vakantie te gaan, worden we ook een stuk kritischer. Met name de toeristische sector in Limburg krijgt het daardoor moeilijker en zal beter moeten samenwerken, maar ook steeds weer een vernieuwend en interessant product presenteren. Alleen door te innoveren en door de gast te verrassen met positieve ervaringen, kunnen we in de toekomst blijven profiteren van onze sterke positie. Om hier succesvol mee aan de slag te gaan hebben we focus nodig, die ik graag aanbreng in drie zogenoemde ‘totempalen’ die we willen slaan in de vrijetijdseconomie in Limburg. Deze totempalen kunt u zien als drie gebieden waaromheen we de vrijetijdseconomie kunnen uitbouwen: dit zijn de Floriade in 2012 in Noord-Limburg en de Maasplassen in Midden-Limburg. Daarnaast willen we onze Euregionale ligging in Zuid-Limburg toeristisch verder uitbuiten. We zullen binnen het programma ‘Innoveren in Limburg’ sterk gaan inzetten op deze thema’s zodat we op langere termijn kunnen profiteren van onze sterke vrijetijdseconomie. Ook zullen we onze imagocampagne ‘Limburg, Liefde voor het Leven’ verder voortzetten tot 2012. Hierin gaan wij nog sterker dan voorheen Limburg samen met u op de kaart zetten als aantrekkelijke vakantiebestemming onder het motto ‘Samen verkopen wij Limburg’. Ik wens u wederom een zeer succesvol vakantieseizoen toe. Herman Vrehen Gedeputeerde voor Economische Zaken Provincie Limburg
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
1
Samenvatting Toeristisch aanbod Het aantal slaapplaatsen in hotels, vakantiewoningen en groepsaccommodaties stijgt in Limburg. Het aantal bedden in groepsaccommodaties loopt wat terug. Op de campings neemt het aantal toeristische standplaatsen af.
Binnenlandse vakantiemarkt Limburg handhaaft haar tweede plaats op de binnenlandse vakantiemarkt: 4% meer vakanties en eveneens 4% meer vakantieovernachtingen. De groei is vooral zichtbaar in Zuid-Limburg, in Noord- & Midden-Limburg neemt de vakantieduur af wat resulteert in minder overnachtingen. Ook de bestedingen stijgen mee: de gemiddelde bestedingen per vakantiedag stegen van € 29 in 2006 naar € 32 in 2007. De ontwikkeling, de vakantiekenmerken en het profiel van de gast verschilt sterk per accommodatietype. LIMBURG
vakantiewoningen
toeristisch kamperen
hotels
overige toer. accommodaties
vaste gasten
ontwikkeling 2002-2006 bestedingen herkomst
lichte groei
licht dalende trend € 21 p.p.p.d. Brabant, Zuid-Holland empty nesters, gezinnen wandelen, tochtjes auto gemiddeld 55% in ZuidLimburg
groei
wisselend door variatie acco’s € 25 p.p.p.d. Noord-Holland, Zuid-Holland dinkies, empty nesters wandelen, tochtjes auto bovengemiddeld 52% in N&M-Limburg
wisselend, groei in 2006 € 13 p.p.p.d. Brabant, Zuid-Holland gezinnen
profiel gast1 activiteiten waardering regio?
€ 30 p.p.p.d. Zuid-Holland, Noord-Holland jonge gezinnen uit eten gaan, wandelen gemiddeld 75% in N&M-Limburg
€ 55 p.p.p.d. Zuid-Holland, Noord-Holland dinkies, empty nesters uit eten gaan, wandelen gemiddeld 83% in Zuid-Limburg
onbekend onbekend 53% in N&M-Limburg
Inkomend toerisme Het aantal buitenlandse gasten is in 2007 iets gedaald, maar over een periode van 5 jaar bezien is het aantal gasten uit het buitenland en hun overnachtingen met 15% toegenomen. Limburg heeft haar positie op de inkomende reismarkt in Nederland verder vergroot.
Vrijetijdsgedrag In Limburg werden in de periode april 2006 t/m maart 2007 maar liefst 280 miljoen vrijetijdsactiviteiten ondernomen, met een totale economische waarde van € 3,1 miljard. Meest ondernomen zijn activiteiten in het kader van het cluster buitenrecreatie, zoals wandelen en fietsen. De clusters recreatief winkelen en zelf sporten zijn nummer 2 en 3.
Werkgelegenheid Het aantal banen in de toeristisch-recreatieve sector is met 3% gestegen, deze stijging is groter dan de groei van de totale werkgelegenheid in Limburg. Het aantal banen bij Logiesaccommodaties, Sport, Cultuur, recreatie & amusement en bij Overig neemt toe. In de horeca is de trend van payroll- en uitzendbanen nog steeds zichtbaar.
1
‘empty nesters’ ‘dinkie’
: huishoudens waarbij de kinderen het huis uit zijn en ouders samen overblijven : double income, no kids: de tweeverdieners zonder kinderen
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
2
Toerisme: trends en ontwikkelingen Alvorens de cijfers van de toeristisch-recreatieve sector van Limburg aan bod komen, wordt in dit hoofdstuk kort teruggekeken naar het afgelopen jaar. Eerst worden de ontwikkelingen in het internationaal toerisme en inkomend toerisme naar Nederland besproken. Vervolgens wordt het binnenlands toerisme van Nederland bekeken. Daarna wordt een blik in de toekomst geworpen door enkele trends aan te halen. Ten slotte wordt één van de belangrijkste trends van dit moment, de vergrijzing, nader onder de loep genomen. Internationaal toerisme en inkomend toerisme Nederland2 De World Tourism Organization (UNWTO) stelt dat het internationaal wereldtoerisme een forse groei heeft laten zien in 2007, namelijk 5,7%. Voor Europa is deze groei wat minder sterk (4%). De grootste groei, deed zich net als in 2006, voor in Azië. De sterk groeiende economieën in Azië zorgen ervoor dat de Aziaten in toenemende mate gaan reizen, waarbij vooralsnog de eigen regio in trek is. De groei naar Noordwest-Europa is in 2007 iets afgezwakt ten opzichte van het voorgaande jaar, maar hierbij dient men rekening te houden met het gegeven dat Duitsland goed geprofiteerd heeft van het WK voetbal in 2006. Nederland heeft het als bestemming voor buitenlandse gasten zeer zeker niet slecht gedaan. Het aantal aankomsten is met 2,5% gestegen ten opzichte van het voorgaande jaar. Deze groei kan deels verklaard worden door het toegenomen aantal low cost-vliegverbindingen, de vraag vanuit opkomende reismarkten (Brazilië, Rusland, China en India) en de aantrekkende economieën van diverse herkomstlanden. Dat de Nederlandse markt beïnvloed wordt door externe factoren, zoals wisselkoersen en weeromstandigheden, blijkt uit het volgende: De verslechterde wisselkoers Euro-Yen en Euro-Dollar heeft ervoor gezorgd dat het aantal Japanse en Amerikaanse gasten gedaald is. De tegenvallende zomer heeft er verder toe geleid dat de groei vanuit Duitsland getemperd werd. Het veranderende vakantiegedrag van onze zuiderburen heeft daarentegen bijgedragen aan de groei van het inkomend toerisme. Het aantal buitenlandse korte vakanties van Belgen is in de afgelopen jaren gegroeid en Nederland plukt hier de vruchten van. Het aantal Belgen dat ons land in 2007 bezocht heeft voor een (korte) vakantie is maar liefst met 11% gestegen. Een laatste ontwikkeling die de nodige impact zal hebben is de invoering van de vliegtax. In 2007 heeft het kabinet besloten dat er een milieuheffing wordt gelegd op het reizen per vliegtuig, de zogenaamde vliegtax. Deze beslissing zal gevolgen hebben voor toekomstig inkomend toerisme. Zo zijn er in 2007 al 9.000 minder slots (het recht om op een bepaald tijdstip op een luchthaven te mogen starten of landen) aangevraagd door luchtvaartmaatschappijen. De invoering van de vliegtax zal naar verwachting leiden tot een daling van 8 tot 10% passagiers in Nederland. Volgens NBTC loopt Nederland hierdoor tot en met 2010 750.000 buitenlandse toeristen mis. Binnenlands toerisme Nederland Uit het ContinuVakantieOnderzoek (CVO) blijkt dat in 2007 in totaal zo’n 17,6 miljoen vakanties door Nederlanders in eigen land zijn doorgebracht. Dit is 1% minder dan het voorgaande jaar (deze daling geldt echter niet voor Limburg). De landelijke daling is geheel toe te schrijven aan een lager aantal kampeervakanties en vakanties op vaste standplaatsen. Dit is deels te verklaren door de natte zomer van 2007 en door de trend die zich reeds verscheidene jaren voordoet: een dalende populariteit van kamperen. De binnenlandse vakantiemarkt is sterk afhankelijk van kampeer- en bungalowvakanties. Verwacht wordt dat 2
Informatie ontleend aan Toerisme in perspectief 2008 - Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
3
de kampeervakanties de komende jaren licht blijven dalen en dat de bungalowvakanties licht zullen stijgen. Desondanks is de omzet voor een deel van de verblijfsrecreatie (Deze groep omvat: jeugdherbergen, kamphuizen en dergelijke, kampeerterreinen, vakantiehuisjes, bungalowparken en overige voorzieningen voor recreatief verblijf) gestegen, zo blijkt uit cijfers van het CBS3. Trends Het kunnen anticiperen op trends of zelfs maar kunnen bijbenen van trends is van groot belang voor de toeristische sector in Nederland. Een goed begrip van de hedendaagse en toekomstige trends is een belangrijke vereiste wil men een competitief product behouden of ontwikkelen. En de concurrentie is groot… Low cost carriers hebben er ondermeer voor gezorgd dat concurrentie plaatsvindt in een internationale context. Waarom in eigen land blijven als je voor hetzelfde geld naar het buitenland kan gaan? Daarbij worden er jaarlijks nieuwe regio’s ontwikkeld en neemt de variëteit aan toeristische producten toe. Trends zijn echter niet eenvoudig om te signaleren. Er dient een onderscheid gemaakt te worden tussen trends, hypes en rages. Bij rages gaat het om producten die, soms zelfs zonder veel ondersteuning, ineens ontzettend populair zijn en hypes zijn incidenten en gebeurtenissen die door de media enorm onder de aandacht worden gebracht. In beide gevallen betreft het een eerder kortstondige verandering in consumentengedrag. Interessant zijn de ontwikkelingen die voor langere termijn van invloed zijn. Trends gaan veelal gepaard met een zogenaamde countertrend. Een countertrend is een tegenreactie. Een voorbeeld hiervan is hoe globalisering (het wegvallen van landgrenzen, het ontstaan van een “global village”) tezelfdertijd heeft geleid tot een interesse voor het regionale en lokale. Voorheen dicteerde het aanbod de vraag, tegenwoordig is het omgekeerde waar. Een toenemende verzadiging van de markt en de steeds meer assertieve consument, die daarbij een groter inkomen geniet, bepalen het aanbod in de toeristische markt. Deze paragraaf haalt enkele consumententrends aan en in paragraaf 4 wordt er dieper ingegaan op de trend vergrijzing.
3 4
Jong blijven van lichaam en geest wordt als belangrijk waarde geacht. Bij de consument is steeds meer aandacht voor de lichamelijke gezondheid. Meer en meer worden producten op de markt gebracht die hier aan zouden bijdragen, denk bijvoorbeeld aan de introductie van salades bij McDonalds en drankjes waarin de dagelijkse behoefte aan groente en fruit zit verwerkt (Knorr Vie). In de toeristische sector ziet men een stijgende vraag naar wellness en naar vakantiegedrag waarbij zelfontplooiing centraal staat. Denk bij dit laatste bijvoorbeeld aan onthaastingsweekenden in kloosters, maar ook aan schilder- en taalcursussen die men tijdens de vakantie onderneemt. De consument vindt het niet nodig om te besparen op zijn vakantie. Men wil meer luxe en gemak tijdens de vakantie en is bereid hiervoor te betalen. Hierdoor krijgt de vakantie soms een decadent tintje. Kamperen is niet meer wat het geweest is, tegenwoordig kan men volledige ingerichte tenten krijgen waarin men van alle gemakken voorzien is (er zijn zelfs extreme gevallen waarbij men kan beschikken over een campingbutler…). Opvallend is wel dat de consument beknibbelt op de reis zelf. De low cost carriers (vliegtuigmaatschappijen, rederijen en spoorwegen) stunten al sinds enige jaren met de prijzen en hebben hierdoor een bepaalde standaard gezet. De consument weet dat het goedkoop kan en wil dus ook het minimale betalen voor het vervoer4.
Voor meer omzetgegevens zie statline.cbs.nl Bron: Artikel “Verder, chiquer én goedkoper” in Weekend Knack, 02 januari 2008
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
4
5 6 7
8
De consument wil het goed doen. Groen, duurzaam, eco, biologisch… allemaal termen die vandaag de dag de consument weten te ‘triggeren’. De Life Earth concertenreeks en de documentaire An Inconvenient Truth van Al Gore hebben in 2007 de consument weer met de neus op de feiten gedrukt. Het duurzaam reizen is niet meer alleen iets van de ‘rugzaktoerist’. Uit onderzoek van TravelEssence komt naar voren dat meer dan 70% van de hogeropgeleide Nederlanders het milieubeleid van touroperators in overweging neemt bij het maken van een boeking.5 Wat betreft de verdeling van vrije tijd is er een tweedeling in de samenleving waar te nemen. Aan de ene kant is er de groep voor wie de vrije tijd fors is toegenomen (de senioren) en aan de andere kant is er dat deel van de bevolking dat juist moet schipperen met zijn tijd. Dit is terug te zien in het vrijetijdsgedrag. Enerzijds zijn er vakanties waar men ‘alle tijd van de wereld heeft’, waar men weken achtereen op reis is en de tijd kan nemen om zichzelf te ontwikkelen. Anderzijds zijn er de vakanties waar zoveel mogelijk in zo min mogelijk tijd gedaan moet worden; op zoek naar de optimale beleving. In dit laatste geval worden tijdrovende activiteiten uit handen gegeven (door bijvoorbeeld te kamperen in kant-en-klaar tenten) en worden activiteiten uitgezocht waar in een zo’n kort mogelijke tijd zoveel mogelijk wordt beleefd. Een voorbeeld hiervan is De Verhalenfluisteraar; een combinatie van GPS, audio- én videogids, die de recreant tijdens het fietsen voorziet van informatie over de streek via geluid én beeld6. De vraag naar verre bestemmingen en naar nieuwe vreemde locaties is stijgende. De bestemmingen die tot voor enkele jaren nog relatief onbekend waren, zoals Vietnam, Laos, China en Thailand, zijn al sinds enige tijd geen vreemd terrein meer voor het grote publiek. De Golfstaten (Oman, Dubai) manifesteren zich volop, pakken uit met luxeproducten (onderwaterhotel, resort op wereldkaart, skipiste, enz.) en weten zich mooi te nestelen in het toeristische palet. Vakantiehuizen.nl7 signaleert verder een stijgende vraag naar particuliere accommodaties in de nieuwe EU staten, zoals de Baltische staten, Hongarije en Roemenie. De veranderende huishoudenssamenstelling in de samenleving heeft invloed op de vraag binnen het toerisme. Het toegenomen aantal alleenstaanden zal binnen het toerisme leiden tot meer activiteiten voor deze doelgroep, zoals solovakanties, aangepaste accommodaties en meeting & dating diensten. Belangrijke (nieuwe) doelgroepen zijn: Singles, éénoudergezinnen en vitale senioren. Ook is het van belang dat toeristische organisaties en aanbieders zich realiseren dat de Nederlandse samenleving steeds meer groepen met verschillende etnische achtergronden omvat, wat wellicht andere behoeften met zich meebrengt. Consumenten zoeken elkaar steeds meer op in zogenaamde digitale (vrienden) netwerken, denk aan het succes van Hyves. De impact en het belang van deze digitale netwerken, moeten door de toeristische sector niet onderschat worden. Op deze websites kunnen ‘users’ informatie achterlaten die ook alleen door andere ‘users’ bekeken kan worden. Bekend in de toeristische sector zijn de verschillende waarderingssites, waar consumenten hun oordeel kunnen vellen over accommodaties. Eén van de trends van de laatste jaren is dat mensen vijf procent loonsverhoging minder belangrijk vinden dan dingen die hen werkelijk gelukkig maken. Trendwatchers omschrijven dit als ‘happynomics’. Marketeers en productontwikkelaars zouden zich meer bezig moeten houden met wat hun klanten wezenlijk gelukkig maakt. Dan zouden zij wellicht tot andere producten en diensten komen dan ze nu aanbieden. Wat mensen gelukkig maakt is bijvoorbeeld ‘tijd voor jezelf’ en ‘tijd voor een ander’8. Bron: Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd 2005-2006 - NRIT, 2007 Voor meer informatie over De Verhalenfluisteraar: http://www.toerismelimburg.be/exec/108625/7408 Bron: Persbericht “Vakantietrends 2007, meer buitenland, luxere arrangementen binnenland en meer online boekingen” Aldus trendwatcher van het jaar 2007 Reinier Evers. www.trendwatching.com ; www.springwise.com
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
5
Vergrijzing; een belangrijke trend Dat de samenleving vergrijst is geen nieuws en dat de 50-plusser een interessante consument is, is alom bekend. De vooroordelen dat we hier te maken hebben met een groep die ouder is en daarom achter de geraniums zou zitten, moeten aan de kant geschoven worden. Slechts 7% van de 65-plussers is afhankelijk van hulp9. De feiten: 50-plussers vormen de snelst groeiende en meest vermogende groep consumenten; ze groeien in aantal van 5,3 miljoen naar 7,2 miljoen in 2025 en staan garant voor meer dan de helft van het nationaal inkomen.10 Voor Limburg zijn de medioren/senioren een belangrijke groep. In Limburg worden jaarlijks 280 miljoen vrijetijdsactiviteiten11 ondernomen. 17% van deze activiteiten wordt ondernomen door 45 t/m 54 jarigen (landelijk is dat 14%), 25% wordt ondernomen door 55-plussers (landelijk 24%). Bij de vakanties die door Nederlanders in Limburg worden ondernomen, gaat het in 23% van de vakanties om een 55-plusser. Landelijk ligt dat aandeel op 26%. Desondanks zijn veel bedrijven er nog niet op gericht aan de wensen en behoeftes van deze kapitaalkrachtige groep te voldoen. Belangrijke aandachtspunten zijn o.a.: De 50-plussers voelen zich jonger dan hun biologische leeftijd en willen dan ook niet geconfronteerd worden met het label 50+, daarentegen spreken te jeugdige beelden (bijvoorbeeld een advertentie van een afgetraind model) hen ook niet aan. Er moet een compromis worden gevonden, waar de vitale senior zich tot aangetrokken voelt. De 50-plusser heeft al heel wat jaren koopervaring achter zich en is dus een zeer kritische consument. Deze consument weet wat hij wil en heeft hoge verwachtingen. Ze zijn gevoeliger voor de beleving van de geboden service dan jongere generaties. Deze groep heeft ook weinig op met superlatieven, presenteer feiten en laat hen zelf de conclusies trekken, luidt het advies. Tussen de 50 en de 70 jaar vinden meer levensfases (denk aan pensionering, ‘empty nesting’, verlies van familieleden etc) plaats dan op andere leeftijden. Elke verandering biedt nieuwe kansen. Ondanks dat de 50-plusser jong van geest is, heeft hij te kampen met lichamelijke beperkingen. Zicht, gehoor en motorische vaardigheden gaan er op achteruit. Hiermee dient rekening te worden gehouden. Zeker bij communicatiemiddelen is dit van belang: het lettertype moet groot genoeg zijn, teksten dienen overzichtelijk te zijn en het gebruik van pop-ups bij websites moet vermeden worden bij deze doelgroep. De 50-plussers zijn geen makkelijke doelgroep. Men heeft het allemaal al gezien en wil het onderste uit de kan halen. Verder hebben de niet-werkende 50-plussers veel meer vrijheid wat betreft de indeling van hun tijd, doordat men niet afhankelijk is van vakantiedagen. Ondanks dat de 50-plussers geen homogene groep vormen, is de behoefte aan comfort en luxe een algemeen kenmerk. Men heeft meer te besteden, onder andere doordat de kinderen niet meer meegaan, en daarbij heeft men het gevoel ‘dat men het verdiend’ heeft. Accommodaties moeten hierop berekend zijn door hoogstaande voorzieningen en service te leveren. Accommodaties moeten ook mogelijkheden bieden om binnenshuis tijd door te brengen, omdat men ’s avonds minder vaak de deur uitgaat dan voorheen. Hoe ouder men wordt, hoe meer behoefte aan zekerheid. Men wil niet voor verrassingen komen te staan. (Korte) vakanties in eigen land nemen een deel van de onzekere gevoelens weg. Zo is men in geval van nood snel weer thuis en men is bekend met de Nederlandse standaarden. Hoewel de 50-plussers geen makkelijke doelgroep zijn, is het een groep die veel kansen biedt voor de toeristische sector én voor Limburg. 9 10 11
Bron: 50-plussers spreken voor zich - Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen, 2004 Bron: NRIT magazine, editie maart 2008 Zie voor een verdere omschrijving pagina 33 en verder.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
6
Toeristisch aanbod Limburg Ruimtegebruik Limburg is qua oppervlakte één van de kleinste provincies van Nederland: 220.922 hectare. Alleen de provincie Utrecht is nog kleiner. In 2003 had 2,9% van de oppervlakte van Limburg een puur recreatieve bestemming. Landelijk ligt dit aandeel lager, namelijk op 2,3%. De ruimte die beschikbaar is voor recreatie in Limburg is in de periode 1996-2003 toegenomen met 7% (landelijk +9%). De stijging in Limburg is vooral toe te schrijven aan de forse toename van de ruimte voor dagrecreatieterreinen (+19%) en voor parken & plantsoenen (+14%). De ruimte voor verblijfsrecreatieterreinen groeide met 10%. Sportterreinen en volkstuinen kregen beiden minder ruimte, respectievelijk -2% en -3%. Bebouwd en semibebouwd terrein 14% Verkeersterrein 4%
Binnenwater 3% Bos en open natuurlijk terrein 16%
Recreatief terrein 3% Park en plantsoen
Sportterrein Volkstuin Dagrecreatief terrein Verblijfsaccommodatie
Agrarisch terrein 60%
Bron: CBS
Een groot deel (77%) van de provincie Limburg bestaat uit agrarische gebieden en bos- & natuurgebieden, waar vaak recreatief medegebruik mogelijk is. Deze gebieden zijn ook steeds vaker toegankelijk voor de toerist en recreant. Van het binnenwater is 19% in gebruik als recreatief binnenwater, zoals water in jachthavens, recreatieplassen, roeibanen, golfterreinen en parken.
Camping te midden van agrarisch terrein en bosterrein. (Camping De Watertoren in Landgraaf)
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
7
Verblijfsaccommodaties Het CBS registreert het aantal toeristische accommodaties in Nederland. Inbegrepen zijn hotels, pensions en jeugdaccommodaties (≥ 5 slaapplaatsen), kampeerterreinen met toeristische verhuur, huisjescomplexen met toeristische verhuur en groepsaccommodaties (allen ≥ 20 slaapplaatsen). Bedrijven die meerdere accommodatievormen bieden, worden meerdere malen geteld. Vaste standplaatsen op campings, tweede woningen, jachthavens en overige accommodatievormen worden niet in de CBS-registratie meegenomen. Hoewel de CBS-registratie niet volledig is, is het de enige gegevensbron waarbij het accommodatieaanbod binnen Nederland kan worden vergeleken. Daarom hier een overzicht van het aantal toeristische accommodaties en slaapplaatsen per provincie.
Friesland 706 accommodaties 95.844 slaapplaatsen
Groningen 224 accommodaties 28.672 slaapplaatsen
Drenthe 526 accommodaties 104.101 slaapplaatsen
Noord-Holland 1.051 accommodaties 166.609 slaapplaatsen
Zuid-Holland 574 accommodaties 87.140 slaapplaatsen
Zeeland 642 accommodaties 126.916 slaapplaatsen
Flevoland 84 accommodaties 25.159 slaapplaatsen Overijssel 673 accommodaties 112.375 slaapplaatsen
Utrecht 208 accommodaties 35.290 Gelderland slaapplaatsen 1.026 accommodaties 173.995 slaapplaatsen
Brabant 783 accommodaties 133.668 slaapplaatsen 418 hotels 20.019 kamers Limburg 773 accommodaties 123.445 slaapplaatsen
176 campings 13.346 toeristische kampeerplaatsen 110 huisjesterreinen 31.829 bedden 69 groepsaccommodaties 4.867 bedden
Bron: CBS
Limburg telt volgens de CBS-registratie 773 toeristische accommodaties met in totaal 123.445 slaapplaatsen. Hiermee is Limburg na Noord-Holland, Gelderland en Brabant de provincie met de meeste accommodaties. Voor wat betreft het aantal slaapplaatsen neemt Limburg een vijfde positie in; na Gelderland, Noord-Holland, Zeeland en Brabant.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
8
Onderstaande grafiek toont de ontwikkeling van het toeristische accommodatieaanbod in Limburg. Ontwikkeling accommodaties in Limburg 2000-2007 50% 38%
40% 30% 20%
14% 8%
7%
10%
2% 0% -10%
-4%
-2% -10%
-20% Hotels, pensions en jeugdaccommodaties
Toeristische kampeerterreinen
Huisjesterreinen aantal accommodaties
Groepsaccommodaties aantal slaapplaatsen
Bron: CBS
Het aantal hotels, pensions en jeugdaccommodaties daalde in de periode 2000-2007 met 4%, het aantal slaapplaatsen nam daarentegen toe (7%). Er is dus sprake van schaalvergroting in de Limburgse hotelsector. Sinds 2005 is het gemiddeld aantal bedden per accommodatie in 2007 gestabiliseerd op 48 stuks. Dit is lager dan het landelijke gemiddelde aantal bedden van 63. Overigens steeg het aantal hotels landelijk met 13%, in tegenstelling tot de afname in Limburg. N.B. Accommodaties met minder dan 5 slaapplaatsen zijn niet opgenomen in de cijfers van het CBS. Hierdoor wordt een deel van de Bed & Breakfast accommodaties over het hoofd gezien. Over het aantal B&B’s zijn geen eenduidige cijfers bekend, dit komt mede doordat B&B’ s met minder dan 5 slaapplaatsen niet verplicht zijn zich te registreren. Kijkend naar de kampeerterreinen is er in Limburg een andere ontwikkeling gaande: het aantal terreinen is in een periode van 7 jaar licht gedaald en het aantal standplaatsen is met 10% gedaald. Landelijk steeg het aantal kampeerterreinen met 15% en het aantal standplaatsen met 1%. Zowel in Limburg als landelijk neemt het gemiddelde aantal standplaatsen per camping verder af. In de periode 2000-2007 daalde het gemiddelde aantal standplaatsen per camping in Limburg van 83 naar 76; landelijk van 68 naar 60. Deze ontwikkeling is deels te verklaren door de verdere opkomst van kleinschalige campings zoals het kamperen bij de boer. Een andere verklaring ligt in de strengere regelgeving enerzijds en kwaliteits-verbetering anderzijds. Om aan de regels te voldoen en om aan de wensen van de consument tegemoet te komen, is er meer ruimte per kampeerplaats nodig. De totale oppervlakte van de camping neemt echter niet toe. Hierdoor gaan standplaatsen verloren, hetgeen ten koste gaat van de toeristische kampeercapaciteit in een regio. Het aantal huisjesterreinen groeit door, zowel in Limburg als landelijk. Het aantal bedden in vakantiewoningen op parken in Limburg is in de periode 2000-2007 gestegen met 14%, landelijk was de groei 21%. Aannemelijk is dat Limburg al eerder een relatief groot aanbod van vakantiewoningen had, waardoor de provinciale groei minder sterk is dan landelijk.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
9
De groepsaccommodaties nemen in aantal toe, het aantal bedden in Limburg steeg met 2% en het landelijke aantal daalde met 2%. De groepsaccommodaties in Limburg profiteren van de trend ‘het nieuwe groepsgevoel’ waarbij mensen meer gezamenlijk - in grotere groepen van familie of vrienden - uitstapjes en vakanties ondernemen. Voor Limburg - en ook voor andere provincies - geldt dat een deel van de campings, vakantiewoningen en groepsaccommodaties langdurig wordt bewoond door veelal OostEuropese seizoensarbeiders. Over de precieze aantallen zijn geen gegevens bekend, maar vanuit de sector komt naar voren dat het hier om een aanzienlijk groot aantal gaat. Deze cijfers worden niet geregistreerd door het CBS, omdat CBS alleen toeristische verblijven telt (een verblijf van maximaal 2 maanden in toeristische accommodaties). Hoewel de verhuur aan seizoensarbeiders op korte termijn goed is voor het rendement van de ondernemer, wordt de beleving van andere gasten hierdoor negatief beïnvloed en kan het imago van het bedrijf worden geschaad, hetgeen op lange termijn een negatief effect kan hebben op het bedrijfsresultaat.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
10
Vakantiegedrag van Nederlanders In 2007 ging 80,7% van de Nederlandse bevolking minstens één keer op vakantie, in 2006 was dat nog 80,5%. Diegenen die in 2007 een vakantie ondernamen, gingen gemiddeld iets vaker dan in 2006: gemiddeld 2,8 keer per vakantieganger. Het totaal aantal vakanties kwam daarmee uit op 35 miljoen; zo’n 500.000 meer dan in 2006. In eigen land of naar buitenland? Nederland
Buitenland
52% van Nederlanders
60% van Nederlanders
gaat minimaal 1x in eigen land op vakantie
gaat minimaal 1x naar buitenland op vakantie
17,5 miljoen
17,5 miljoen vakanties
vakanties
62% van alle
71% van alle
lange vakanties (≥ 8 nachten) vindt plaats in het buitenland
korte vakanties (≤ 3 nachten) vindt plaats in eigen land
bestedingen
bestedingen
€ 11,1 miljard
€ 2,7 miljard
Bron: CVO
Vakanties in het buitenland In 2007 zijn in totaal zo’n 17,5 miljoen buitenlandse vakanties ondernomen; een stijging van ruim 700.000 vakanties ten opzichte van 2006. Voorheen bleek Frankrijk de meest bezochte vakantiebestemming voor de Nederlanders. Maar in 2007 heeft Duitsland de eerste plaats van Frankrijk overgenomen met 2,9 miljoen vakanties. Top-10 buitenlandse bestemmingen 1. Duitsland 2.951.000 2. Frankrijk 2.645.000 3. België 2.096.000 4. Spanje 1.622.000 5. Oostenrijk 1.150.000 6. Italië 932.000 7. Griekenland 736.000 8. Groot-Brittannië 679.000 9. Turkije 649.000 10. Zwitserland 390.000
17% 15% 12% 9% 7% 5% 4% 4% 4% 2%
Overige bestemmingen - binnen Europa - buiten Europa
2.030.000 1.676.000
11% 10%
Totaal
17.556.000
100%
Duitsland noteerde de grootste stijging ten opzichte van 2006 381.000 vakanties werden er meer ondernomen. Hiermee heeft Duitsland de eerste plek van Frankrijk overgenomen. Opmerkelijk was verder de groei van het aantal intercontinentale vakanties. In totaal werden bijna 1,7 miljoen vakanties buiten Europa doorgebracht, wat een record is. Bron: CVO
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
11
Vakanties in eigen land In 2007 brachten Nederlanders 17,6 miljoen vakanties door in eigen land, 1% minder dan in 2006. Hierbij werden 95,8 miljoen overnachtingen gemaakt, 3% minder dan in 2006. jaar
aantal vakanties
aantal vakantie-overnachtingen
2003 2004 2005 2006
18.091.000 17.979.000 17.314.000 17.794.000
100.788.000 101.660.000 95.906.000 98.595.000
2007
17.594.000
95.817.000 Bron: CVO
Onderstaande kaart toont het aantal vakanties en overnachtingen per provincie.
Groningen 349.000 vakanties 2.053.000 overnachtingen
Friesland 1.277.000 vakanties 7.724.000 overnachtingen
Drenthe 1.581.000 vakanties 8.833.000 overnachtingen
Flevoland 394.000 vakanties Noord-Holland 1.858.000 1.967.000 vakanties overnachtingen Overijssel 10.093.000 overnachtingen 1.550.000 vakanties 8.572.000 overnachtingen Utrecht 490.000 vakanties 2.838.000 Gelderland overnachtingen 3.090.000 vakanties Zuid-Holland 16.320.000 overnachtingen 1.246.000 vakanties 7.089.000 overnachtingen
Zeeland 1.321.000 vakanties 8.055.000 overnachtingen
Brabant 2.085.000 vakanties 10.793.000 overnachtingen
Limburg 2.244.000 vakanties 11.301.000 overnachtingen
Bron: CVO
Gelderland is - evenals in voorgaande jaren - de populairste binnenlandse bestemming. Limburg heeft de tweede plaats op de binnenlandse vakantiemarkt gehandhaafd. Het aantal vakanties steeg in Limburg met 4% en het aantal vakantie-overnachtingen ook met 4%.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
12
Limburg op de binnenlandse vakantiemarkt Sinds 1990 is het binnenlands toerisme in Nederland vrij gelijkmatig gegroeid naar een maximum van 18,7 miljoen vakanties in 2002. Tussen 2002 en 2005 is het aantal binnenlandse vakanties licht teruggelopen. In 2006 was er een lichte stijging en in 2007 weer een lichte daling. Limburg kende in de periode 1997-2002 een periode van continue groei voor het binnenlands toerisme. Vanaf 2002 verloopt de ontwikkeling van het binnenlands toerisme grillig: een sterke afname in 2003, herstel in 2004, wederom een terugval in 2005 en een sterke groei in 2006 en 2007. Hiermee zit het aantal binnenlandse vakanties in 2007 op het hoogste punt sinds 1990. Al met al kwamen in 2007 40% meer Nederlandse gasten naar Limburg dan in basisjaar 1990, daarmee doet Limburg het beter dan de landelijke trend (1990-2007: +21%). Aantal vakanties
Aantal vakantie-overnachtingen
Limburg
Aandeel Limburg in NL Limburg
Aandeel Limburg in NL
2003 2004 2005 2006
1.974.000 2.171.000 2.020.000 2.164.000
10,9% 12,1% 11,7% 12,2%
9.832.000 11.321.000 10.473.000 10.858.000
9,8% 11,2% 10,9% 11,0%
2007
2.244.000
12,7%
11.301.000
11,8% Bron: CVO
Van de 2,24 miljoen vakanties die door Nederlanders in Limburg worden doorgebracht, waren 111.000 vakanties van vaste gasten, mensen met een eigen accommodatie in Limburg. De overige 2,13 miljoen vakanties werden door Nederlandse toeristen ondernomen. 49% van hen ging voor het eerst op vakantie in Limburg, het herhalingsbezoek in Limburg is derhalve 51%. Dit is hoger dan het landelijk gemiddelde van 49%. Het herhalingsbezoek is in Zuid-Limburg (55%) hoger dan in Noord- en Midden-Limburg (48%).
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
13
Binnenlands toerisme in de Limburgse regio’s
2003 2004 2005 2006
Noord- en Midden-Limburg vakanties overnachtingen 1.061.000 5.873.000 1.265.000 7.178.000 1.154.000 6.309.000 1.214.000 6.432.000
2007
1.242.000
6.349.000
Zuid-Limburg vakanties overnachtingen 913.000 3.943.000 906.000 4.143.000 867.000 4.165.000 950.000 4.425.000 1.002.000
4.952.000 Bron: CVO
Binnen Limburg vond 55% van de vakanties van Nederlanders plaats in Noord- & MiddenLimburg en 45% in Zuid-Limburg. In Zuid-Limburg steeg het aantal vakanties met ruim 6% en het aantal vakantieovernachtingen nam toe met 12%. In Noord- en Midden-Limburg nam het aantal vakanties met 3% toe, maar het aantal overnachtingen daalde met 2%.
Vakantieduur In 2006 telde Limburg ten opzichte van het Nederlands gemiddelde iets meer korte vakanties, maar in 2007 scoorde Limburg minder conform het landelijke beeld. In Limburg worden gemiddeld wat minder korte vakanties ondernomen en relatief meer middellange vakanties. Zo is in Zuid-Limburg het aandeel korte vakanties t.o.v. 2006 afgenomen en in Noord- en Midden-Limburg is het aandeel korte vakanties gegroeid van 42% naar 47%. Verdeling naar vakantieduur per regio
N&M Limburg
47%
Zuid-Limburg
43%
53%
Limburg gem.
32%
49%
NL gem.
10%
20%
40%
2-4 dagen (=korte vakantie)
50% 5-8 dagen
60% 9-15 dagen
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
70% 16+ dagen
4%
3%
9%
33%
30%
3%
11%
38%
52%
0%
8%
10%
80%
5%
90%
100%
Bron: CVO
14
Accommodatiekeuze van Nederlandse toeristen in Limburg Ontwikkeling aantal overnachtingen per accommodatievorm in Limburg 6.000.000
5.000.000
4.000.000 2003 2004 2005 2006 2007
3.000.000
2.000.000
1.000.000
0 Vakantiewoningen
Toeristisch kamperen
Hotel/pension
Overige toeristische vakanties
Vaste gasten
Bron: CVO
Nederlanders die op vakantie gaan in Limburg kiezen vooral voor een verblijf in een vakantiewoning: 49% van alle overnachtingen in Limburg in 2007 vond plaats in een vakantiewoning. De markt voor bungalowvakanties staat al enkele jaren onder druk, maar de overnachtingcijfers in de Limburgse vakantiewoningen hebben zich hersteld tot het niveau van topjaar 2004. Het toeristisch kamperen is samen met de overnachtingen in hotels, pensions en bed & breakfastadressen de op een na belangrijkste accommodatievorm in Limburg: 17% van alle overnachtingen in de provincie vindt plaats op een toeristische kampeerplaats of in een hotel, pension en bed & breakfast. Bezien over een periode van 5 jaar liep het aantal toeristische kampeerovernachtingen in Limburg met zo’n 4% terug; landelijk was dat -7%. Zoals hierboven vermeld wordt 17% van alle vakantieovernachtingen van Nederlanders in Limburg doorgebracht in hotels, pensions en bed & breakfastadressen. Deze sector ziet haar belang in het binnenlands toerisme al enkele jaren gestaag toenemen. In de periode 20032007 was er sprake van een continu toenemend aantal toeristische overnachtingen in hotels en pensions, al met al een groeicijfer van 44% in 5 jaar. Landelijk was de groei lager: +22%. De groep overige toeristische vakanties is goed voor 9% van alle overnachtingen. Binnen deze groep vallen de volgende accommodatievormen: woning van een particulier, groepsaccommodatie, appartementen, riviercruise, zeil- of motorboot, trekkershut et cetera. Het aantal toeristische overnachtingen in deze overige accommodaties heeft zich nagenoeg gestabiliseerd in de periode 2003-2007. Het gebruik van appartementen en woningen van een particulier is in die periode toegenomen. Vaste gasten, gasten met een eigen accommodatie in Limburg, spelen slechts een kleine rol van betekenis. Waar landelijk gezien een kwart van de overnachtingen wordt gerealiseerd door vaste gasten, is dit in Limburg slechts 8%. Overigens heeft Limburg natuurlijk volop accommodaties voor vaste gasten (zoals vaste standplaatsen op campings en vaste ligplaatsen in jachthavens), maar deze worden met name gebruikt door buitenlandse gasten. Bovenstaand beeld geldt voor geheel Limburg, natuurlijk kan het beeld per regio afwijken. Later in dit rapport wordt per sector ingegaan op het gastenprofiel en vakantiekenmerken.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
15
Bestedingen van Nederlandse vakantiegangers In 2007 werd in Limburg zo’n € 427 miljoen uitgegeven door Nederlandse vakantiegangers, zo’n 12% meer dan in 2006. Onderstaand diagram toont de gemiddelde bestedingen per persoon per vakantiedag. Deze bestedingen zijn in de afgelopen 10 jaar steeds gegroeid, waarbij de bestedingen in Limburg steeds hoger waren dan gemiddeld in Nederland. De gemiddelde bestedingen per vakantiedag bedroegen in Limburg in 2007 € 32, in 2006 was dat nog € 29. Dit is een groei van bijna 8%, gelijk aan de landelijke groei. Ontwikkeling van gem. bestedingen per vakantiedag € 35 € 30 € 25 € 20 € 15 € 10 €5 €0 1997
1998
1999
2000
2001
2002
NL gem.
2003
2004
2005
2006
2007
Limburg
Bron: CVO
In 2007 besteedde de gemiddelde vakantieganger in Limburg € 32 per dag. Dit bedrag omvat alle uitgaven tijdens de vakantie, dus is inclusief de kosten van hun accommodatie, kosten van boodschappen, dagjes uit en alle andere activiteiten die tijdens een vakantie worden ondernomen. Helaas is de verdeling van de bestedingen over de verschillende kostenposten niet bekend. Let wel: het bedrag is per persoon, dus de kosten van bijvoorbeeld de accommodatie worden verdeeld over het reisgezelschap. Limburg heeft de hoogste gemiddelde bestedingen per persoon per dag in Nederland: € 32. Dit hoge gemiddelde wordt deels verklaard door de accommodatiekeuze in Limburg. Het aandeel bungalowovernachtingen is nergens zo hoog als in Limburg en bij een verblijf in vakantiewoningen bedragen de gemiddelde bestedingen p.p.p.d. € 30. Dit brengt het provinciale gemiddelde al op een hoog niveau. Daarnaast kent Limburg - vergeleken met de rest van Nederland - een hoog aandeel hotelovernachtingen. De gemiddelde bestedingen per dag tijdens een hotelverblijf bedragen € 55, dit stuwt het Limburgse gemiddelde verder op. In andere provincies is het aandeel van toeristisch en vast kamperen groter dan in Limburg, dit zijn typen accommodaties waar de bestedingen lager zijn.
Friesland € 25
Groningen € 25 Drenthe € 23
N-Holland € 25
Z-Holland € 22 Zeeland € 22
Flevoland € 23 Overijssel € 23
Utrecht Gelderland € 16 € 23 Brabant € 21 Limburg € 32
Bron: CVO
N&M-Limburg Zuid-Limburg
2003
2004
2005
2006
2007
€ 23
€ 24
€ 26
€ 24
€ 27
€ 37
€ 36
€ 36
€ 37
€ 38
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
16
Nederlandse vakantiegangers in Limburg naar doelgroep Kijkend naar de ontwikkeling van het aantal vakanties in Limburg per doelgroep in de periode 2000 - 2007 valt op dat de gezinnen met kinderen ouder dan 6 jaar in belang zijn toegenomen. Ditzelfde geldt voor de tweepersoonshuishoudens ouder 35 jaar. De twintigers en dertigers (eenpersoonshuishoudens en tweepersoonshuishoudens) kwamen relatief minder vaak naar Limburg, evenals de gezinnen met jonge kinderen.
Ontwikkeling vakanties in Limburg per doelgroep 2000 - 2007 indexcijfers, 2000 = 100 300
250
200
150
100
50
0 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
Eenpersoons huishoudens (t/m 34 jaar)
Eenpersoons huishoudens (35+ jaar)
Gezinnen met kinderen (0 - 5 jaar)
Gezinnen met kinderen (6 - 12 jaar)
Gezinnen met kinderen (13 - 17 jaar) 2+ persoons huishoudens (35+ jaar)
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
2007
2+ persoons huishoudens (t/m 34 jaar) Totaalgemiddelde Limburg
17
Binnenlandse vakanties in Limburg: per sector Vakantiewoningen Limburg heeft bijna 32.000 slaapplaatsen in toeristisch verhuurde vakantiewoningen, verspreid over 110 terreinen. Nergens in Nederland wordt tijdens binnenlandse vakanties zoveel overnacht in vakantiewoningen als in Limburg. De provincie heeft dan ook het grootste aanbod van vakantiewoningen in Nederland.
Aantal vakanties in vakantiewoningen In 2007 werden 1.072.000 toeristische vakanties in Limburgse vakantiewoningen doorgebracht, 2% meer dan in het voorgaande jaar. De lange bungalowvakanties zijn gegroeid met 6% en de kortere bungalowvakanties zijn gedaald met 6%. Limburg doet het hiermee beter dan de landelijke trend, landelijk namen korte bungalowvakanties af met 7% en groeiden de lange bungalowvakanties met slechts 1%.
aantal vakanties x 1.000
Toeristische bungalowvakanties in Limburg - naar vakantieduur 1200
1000 346 411 800
390
355 310 kort (2-4 dagen)
600
lang (5+ dagen) 400
727 614
647
682
2005
2006
2007
523 200
0 2003
2004
Bron: CVO
Spreiding over het jaar Kijkend naar de spreiding van de toeristische bungalowvakanties over het jaar, valt op dat deze jaarrond worden ondernomen. Piekmomenten zijn er in mei (meivakantie, Hemelvaart), en december (feestdagen). Korte bungalowvakanties worden vooral ondernomen in het (vroege) voorjaar - maart t/m juni - en in de winter - december. Langere bungalowvakanties concentreren zich in de periode mei t/m augustus.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
18
Gebruikte informatiebron en boekingsgedrag Nederlanders die een toeristische bungalowvakantie ondernemen in eigen land, zoeken in 52% van de gevallen vooraf informatie. Voor bungalowvakanties in Limburg is dat 55%. Bij het inwinnen van informatie speelt internet een belangrijke rol: 74% gebruikt internet. 11% van de vakanties in een Nederlandse vakantiewoning worden op de bonnefooi ondernomen, dus zonder boeking of reservering vooraf. In Limburg is het percentage bungalowvakanties op de bonnefooi lager: 10%. In alle overige gevallen wordt de vakantiewoning vooraf gereserveerd. 81% doet dat bij een boekingsinstantie, zoals de reserveringscentrale van een bungalowketen; 19% boekt rechtstreeks bij de accommodatie.
Vakantiebestedingen In Limburg wordt tijdens toeristische vakanties in een vakantiewoning in totaal bijna € 199 miljoen uitgegeven. Dit bedrag omvat alle bestedingen van Nederlanders tijdens hun toeristische bungalowvakantie in Limburg, dus inclusief de kosten van de vakantiewoning, kosten van boodschappen, dagjes uit en alle andere activiteiten die tijdens de vakantie worden ondernomen. Helaas is de verdeling van de bestedingen over de verschillende kostenposten niet bekend. De totale kosten van een bungalowvakantie kunnen worden omgerekend naar kosten per persoon per vakantiedag: gemiddeld is dat in Limburg € 30. Dit is iets hoger dan het landelijk gemiddelde van € 29.
Persoonskenmerken Om een profiel te schetsen van de Nederlander die op vakantie gaat in de Limburgse vakantiewoningen, wordt in onderstaande tabel een aantal persoonskenmerken genoemd. HERKOMSTPROVINCIE
Zuid-Holland (29%) Noord-Holland (16%) Brabant (15%)
LEEFTIJD 0- 5 jr 10%
65+ jr 9%
50-64 jr 17%
6-14 jr 16%
15-18 jr 3% 19-24 jr 7%
40-49 jr 16%
30-39 jr 16%
25-29 jr 6%
Bron: CVO
GEZINSSAMENSTELLING
gezinnen met kinderen < 5 jaar (37%) 2-persoonshuishoudens > 35 jaar (28%) gezinnen met kinderen 6-12 jaar (20%)
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
19
Ondernomen activiteiten Tijdens een toeristisch verblijf in een Limburgse vakantiewoning worden de volgende activiteiten het meest ondernomen. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Uit eten gaan (in restaurant) Wandelingen maken Zwemmen Tochtjes met de auto Funshopping (winkelen voor plezier) Bezoek aan bezienswaardige gebouwen Bezoek aan natuurreservaat, natuurgebied Uitgaan (café / discotheek) Tochtjes met de fiets Bezoek aan pretpark, attractiepark
75% 68% 67% 66% 46% 21%. 19% 16% 13% 10%
Opvallend is het hoge aandeel gasten dat gaat zwemmen: het gemiddelde aandeel bij alle toeristen in Limburg is 43% tegen 67% bij bungalowgasten, waarschijnlijk te verklaren door zwemparadijzen op de bungalowparken. Ook wandelen en uit eten gaan worden door bungalowgasten meer ondernomen dan door de gemiddelde toerist in Limburg.
Waardering voor de vakantie % toeristen dat de kwaliteit uitstekend of goed noemt
Kwaliteit van de vakantiewoning
79%
Kwaliteit van de dienstverlening
88% 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
Bron: CVO
De waardering voor de kwaliteit van de vakantiewoningen in Limburg lager dat het landelijk gemiddelde (82%). Daartegenover is de dienstverlening in Limburg hoger dan het landelijk gemiddelde (84%)
Regionaal
Noord- & Midden-Limburg 75% van overnachtingen in vakantiewoningen
Zuid-Limburg 25% van overnachtingen in vakantiewoningen
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
20
Toeristisch kamperen Het kampeerproduct is belangrijk voor Limburg; de provincie telt volgens het CBS 176 kampeerterreinen met ruim 13.346 toeristische standplaatsen. Binnen Nederland staat Limburg zevende op de ranglijst van het aanbod van toeristische kampeerplaatsen. Kijkend naar het aantal toeristische kampeerovernachtingen in de provincie, neemt Limburg de zesde positie op de binnenlandse kampeermarkt in.
Aantal toeristische kampeervakanties In 2007 werden 248.000 toeristische kampeervakanties in Limburg doorgebracht, weer minder dan in het voorgaande jaar. Het aantal toeristische kampeervakanties in Limburg staat onder druk. Dit komt overeen met de landelijke trend, in heel Nederland loopt het aantal kampeervakanties terug. In Limburg is het aantal langere kampeervakanties (5 dagen of meer) min of meer stabiel.
aantal vakanties x 1.000
Toeristische kampeervakanties in Limburg - naar vakantieduur 300
250 101
87 76
70 89
200
kort (2-4 dagen)
150
lang (5+ dagen) 100
177
193
174
183
2005
2006
159
50
0 2003
2004
2007
Bron: CVO
Spreiding over het jaar Kijkend naar de spreiding van de toeristische kampeervakanties over het jaar, is het kampeerseizoen duidelijk zichtbaar: in de maanden oktober t/m maart wordt nauwelijks gekampeerd. Korte kampeervakanties worden vooral in het voor- en naseizoen ondernomen, met een grote piek in juni en een kleinere piek in september. Lange kampeervakanties concentreren zich in de periode april t/m augustus, waarbij ruim 62% van de vakanties plaatsvindt in juli en augustus.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
21
Gebruikte informatiebron en boekingsgedrag Nederlanders die een toeristische kampeervakantie ondernemen in eigen land, zoeken in 38% van de gevallen vooraf informatie. Voor kampeervakanties in Limburg ligt dat ook op 38%. Bij het inwinnen van informatie speelt internet een belangrijke rol: 68% gebruikt internet. 30% van de toeristische kampeervakanties in Nederland worden op de bonnefooi ondernomen, dus zonder boeking of reservering vooraf. In Limburg is het percentage kampeervakanties op de bonnefooi iets hoger: 32%. In alle overige gevallen wordt de kampeerplaats vooraf gereserveerd.
Vakantiebestedingen In Limburg wordt tijdens toeristische kampeervakanties in totaal ruim € 45 miljoen uitgegeven. Dit bedrag omvat alle bestedingen van Nederlanders tijdens hun toeristische kampeervakantie in Limburg, dus inclusief de kosten van de camping, kosten van boodschappen, dagjes uit en alle andere activiteiten die tijdens de vakantie worden ondernomen. Helaas is de verdeling van de bestedingen over de verschillende kostenposten niet bekend. De kosten van een gezinsvakantie kunnen worden omgerekend naar kosten per persoon per vakantiedag: gemiddeld is dat in Limburg € 21. Landelijk is het gemiddelde lager: € 17.
Persoonskenmerken Om een profiel te schetsen van de Nederlander die een toeristische kampeervakantie onderneemt in Limburg, wordt in onderstaande tabel een aantal persoonskenmerken genoemd. HERKOMSTPROVINCIE
Brabant (21%) Zuid-Holland (19%) Noord-Holland (14%)
LEEFTIJD 65+ jr 9%
0- 5 jr 6%
6-14 jr 21%
50-64 jr 16%
15-18 jr 6%
40-49 jr 12%
30-39 jr 21%
19-24 jr 6% 25-29 jr 3%
Bron: CVO
GEZINSSAMENSTELLING
2-persoonshuishoudens > 35 jaar (41%) gezinnen met kinderen 6-12 jaar (19%) gezinnen met kinderen < 6 jaar (19%)
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
22
Ondernomen activiteiten Tijdens een toeristische kampeervakantie in Limburg worden de volgende activiteiten het meest ondernomen. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Wandelingen maken Tochtjes met de auto Uit eten gaan (in restaurant) Zwemmen Funshopping (winkelen voor plezier) Tochtjes met de fiets Bezoek aan bezienswaardige gebouwen Bezoek aan natuurreservaat, natuurgebied Bezoek aan pretpark, attractiepark Uitgaan (café / discotheek)
66% 60% 56% 42% 36% 28% 25% 23% 18% 16%
Opvallend is het aantal fietsers bij de toeristische kampeerders: 28% tegen 16% bij de gemiddelde toerist in Limburg. Ook het bezoek aan pretparken wordt meer door toeristische kampeerders ondernomen dan door de gemiddelde toerist in Limburg. Uit eten gaan scoort daarentegen lager, evenals funshoppen.
Waardering voor de vakantie % toeristen dat de kwaliteit uitstekend of goed noemt
Kwaliteit van de camping
72%
Kwaliteit van de dienstverlening
73% 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
Bron: CVO
De waardering voor de kwaliteit van de camping en de dienstverlening is in Limburg vrijwel gelijk aan het landelijk gemiddelde (resp. 74% en 74%).
Regionaal
Noord- & Midden-Limburg 45% van toeristische kampeerovernachtingen
Zuid-Limburg 55% van toeristische kampeerovernachtingen
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
23
Hotels Het Limburgse hotelproduct komt qua omvang op de tweede plaats in Nederland; de provincie telt volgens het CBS ruim 418 hotels, pensions en bed & breakfastaccommodaties met bijna 10.000 kamers. Het hotelproduct wordt vaak zakelijk gebruikt, maar zoals eerder in dit rapport bleek neemt het toeristisch gebruik van hotels toe. Kijkend naar het aantal hotelovernachtingen in de provincie, neemt Limburg de eerste positie op de binnenlandse markt in.
Aantal hotelvakanties In 2007 werden 592.000 hotelvakanties in Limburg doorgebracht, 5% meer dan in het voorgaande jaar. Het aantal hotelvakanties in Limburg neemt gestaag toe, de groei geldt met name voor de lange vakanties (5 dagen of meer). Landelijk is het aantal korte hotelvakanties gestabiliseerd, lange hotelvakanties namen toe met 23%.
aantal vakanties x 1.000
Hotelvakanties in Limburg - naar vakantieduur 700
600
500
400 451 300
383
401
113
112
2003
2004
362
450
kort (2-4 dagen) lang (5+ dagen)
200
100
148
115
141
2006
2007
0 2005
Bron: CVO
Spreiding over het jaar De hotelvakanties zijn redelijk goed gespreid over het jaar. Oktober t/m december zijn het meest geliefd. Januari t/m maart zijn het minst populair voor een toeristisch hotelverblijf.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
24
Gebruikte informatiebron en boekingsgedrag Nederlanders die een hotelvakantie ondernemen in eigen land, zoeken in 46% van de gevallen vooraf informatie. Voor hotelvakanties in Limburg is dat hetzelfde. Bij het inwinnen van informatie speelt internet een belangrijke rol: 63% gebruikt internet. 5% van de hotelvakanties in Nederland worden op de bonnefooi ondernomen, dus zonder boeking of reservering vooraf. In Limburg is het percentage hotelvakanties op de bonnefooi iets hoger: 6%. In alle overige gevallen wordt de hotelkamer vooraf gereserveerd.
Vakantiebestedingen In Limburg wordt tijdens hotelvakanties in totaal bijna € 139 miljoen uitgegeven. Dit bedrag omvat alle bestedingen van Nederlanders tijdens hun hotelvakantie in Limburg, dus inclusief de kosten van de hotelkamer, kosten van boodschappen, dagjes uit en alle andere activiteiten die tijdens de vakantie worden ondernomen. Helaas is de verdeling van de bestedingen over de verschillende kostenposten niet bekend. De totale kosten van een hotelvakantie kunnen worden omgerekend naar kosten per persoon per vakantiedag: gemiddeld is dat in Limburg € 55. Het landelijk gemiddelde is € 54.
Persoonskenmerken Om een profiel te schetsen van de Nederlander die op vakantie gaat in de Limburgse hotels, wordt in onderstaande tabel een aantal persoonskenmerken genoemd. HERKOMSTPROVINCIE
Zuid-Holland (27%) Noord-Holland (21%) Brabant (13%)
LEEFTIJD 65+ jr 21%
0- 5 jr6-14 jr 15-18 jr 2% 2% 2% 19-24 jr 5% 25-29 jr 5%
30-39 jr 13%
50-64 jr 36%
40-49 jr 14%
Bron: CVO
GEZINSSAMENSTELLING
2-persoonshuishoudens > 35 jaar (62%) gezinnen met kinderen 13-17 jaar (8%) 2-persoonshuishoudens < 35 jaar (5%)
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
25
Ondernomen activiteiten Tijdens een hotelvakantie in Limburg worden de volgende activiteiten het meest ondernomen. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Uit eten gaan (in restaurant) Wandelingen maken Tochtjes met de auto Funshopping (winkelen voor plezier) Bezoek aan bezienswaardige gebouwen Bezoek aan natuurreservaat, natuurgebied Tochtjes met de bus of trein Uitgaan (café / discotheek) Zwemmen Tochtjes met de fiets
76% 56% 53% 48% 37% 21% 15% 15% 15% 11%
Wandelen, zwemmen en fietsen zijn activiteiten die veel minder door hotelgasten worden ondernomen dan door andere toeristen in Limburg. Musea en bezienswaardigheden worden daarentegen door meer hotelgasten bezocht dan door de gemiddelde toerist in Limburg en ook uit eten gaan scoort hoger bij hotelgasten.
Waardering voor de vakantie % toeristen dat de kwaliteit uitstekend of goed noemt
Kwaliteit van het hotel
89%
Kwaliteit van de dienstverlening
96% 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
Bron: CVO
De waardering voor de kwaliteit van het hotel is in Limburg is bijna gelijk aan het landelijk gemiddelde (90%). De waardering voor de dienstverlening ligt landelijk iets lager (93%).
Regionaal Noord- & Midden-Limburg 17% van toeristische hotelovernachtingen
Zuid-Limburg 83% van toeristische hotelovernachtingen
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
26
Overige toeristische vakanties De groep overige toeristische vakanties omvat de volgende accommodatievormen: woning van een particulier, groepsaccommodatie, riviercruise, zeil- of motorboot, trekkershut et cetera. Kijkend naar het aantal overige toeristische vakanties in de provincie, neemt Limburg de vijfde positie op de binnenlandse markt in.
Aantal overige toeristische vakanties In 2007 werden 222.000 overige toeristische vakanties in Limburg doorgebracht, 18% meer dan in het voorgaande jaar. Het aantal varieert sterk, de groep accommodatievormen is immers ook zeer divers van aard. Kijkend naar de verschillende types accommodatie blijkt het aantal vakanties in een groepsaccommodatie min of meer stabiel, daarentegen varieert het aantal vakanties in een woning van een particulier per jaar sterk, evenals het aantal vakanties op de boot (passanten).
aantal vakanties x 1.000
Overige toeristische vakanties in Limburg - naar vakantieduur 250
200 124 122 150
94
109
94 kort (2-4 dagen) lang (5+ dagen)
100
50
100
111 87
95
100
2006
2007
0 2003
2004
2005
Bron: CVO
Spreiding over het jaar De spreiding van de overige toeristische vakanties over het jaar is vrij goed. De lange vakanties vinden jaarrond plaats, de kortere vakanties concentreren zich in de periode mei, juni en oktober t/m december.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
27
Gebruikte informatiebron en boekingsgedrag Nederlanders die een vakantie ondernemen in een overige toeristische accommodatie in eigen land, zoeken in 26% van de gevallen vooraf informatie. Voor vakanties in Limburg ligt dat iets hoger, 27% gebruikt informatie vooraf. Een ruime meerderheid wint dus geen informatie in! Bij het inwinnen van informatie speelt internet een belangrijke rol: 51% gebruikt internet. Dit is echter lager dan bij andere accommodatievormen. 48% van de overige toeristische vakanties in Nederland worden op de bonnefooi ondernomen, dus zonder boeking of reservering vooraf. In Limburg is het percentage vakanties op de bonnefooi iets lager: 47%. In alle overige gevallen wordt de accommodatie vooraf gereserveerd.
Vakantiebestedingen In Limburg wordt tijdens overige toeristische vakanties in totaal bijna € 30 miljoen uitgegeven. Dit bedrag omvat alle bestedingen van Nederlanders tijdens hun verblijf in Limburg, dus inclusief de kosten van de accommodatie, kosten van boodschappen, dagjes uit en alle andere activiteiten die tijdens de vakantie worden ondernomen. Helaas is de verdeling van de bestedingen over de verschillende kostenposten niet bekend. De totale kosten van een vakantie kunnen worden omgerekend naar kosten per persoon per vakantiedag: gemiddeld is dat in Limburg € 25. Het landelijk gemiddelde is hoger: € 22.
Persoonskenmerken Om een profiel te schetsen van de Nederlander die op vakantie gaat in de overige toeristische accommodaties in Limburg, hieronder een aantal persoonskenmerken genoemd. HERKOMSTPROVINCIE
Noord-Holland(25%) Zuid-Holland (16%) Gelderland (14%)
LEEFTIJD 65+ jr 8%
0- 5 jr 8% 6-14 jr 15%
50-64 jr 20%
15-18 jr 4%
40-49 jr 11% 30-39 jr 7%
19-24 jr 24%
25-29 jr 3%
GEZINSSAMENSTELLING
Bron: CVO
2-persoonshuishoudens > 35 jaar (31%) 1-persoonshuishouden < 35 jaar (21%) gezinnen met kinderen 6-12 jaar (18%)
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
28
Ondernomen activiteiten Tijdens een overige toeristische vakantie in Limburg worden de volgende activiteiten het meest ondernomen. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Wandelingen maken Tochtjes met de auto Uit eten gaan (in restaurant) Funshopping (winkelen voor plezier) Tochtjes met de fiets Bezoek aan bezienswaardige gebouwen Zwemmen Bezoek aan natuurreservaat, natuurgebied Tochtjes met de bus of trein Bezoek aan pretpark, attractiepark
72% 47% 46% 39% 35% 22% 22% 20% 13% 8%
Opvallend is dat wandelen en fietsen bij deze toeristen veel populairder zijn dan bij de gemiddelde toerist in Limburg.
Waardering voor de vakantie % toeristen dat de kwaliteit uitstekend of goed noemt
Kwaliteit van de accommodatie
91%
Kwaliteit van de dienstverlening
82% 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
Bron: CVO
De waardering voor de kwaliteit van de accommodatie is in Limburg hoger dan het landelijk gemiddelde (85%) en ook de dienstverlening in Limburg wordt beter gewaardeerd (landelijk 67%).
Regionaal
Noord- & Midden-Limburg 52% van overige toeristische overnachtingen
Zuid-Limburg 48% van overige toeristische overnachtingen
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
29
Vaste gasten Vaste gasten uit eigen land zijn van beperkt belang voor Limburg, de provincie telt een schare van 25.000 gasten met een eigen accommodatie in de provincie.
stacaravan 28%
tweede woning 42%
Kijkend naar het type accommodatie dat vaste gasten bezitten in Limburg blijkt dat de tweede woning het meest voorkomt, gevolgd door een seizoensplaats op een camping.
seizoensplaats op camping 30%
Aantal vakanties van vaste gasten In 2007 brachten vaste gasten 110.000 vakanties door in Limburg, 8% meer dan in het voorgaande jaar, maar wel na enkele jaren van forse dalingen. Landelijk nam het aantal vakanties van vaste gasten juist af met 10%. Gemiddeld ondernamen vaste gasten 4,3 vakanties naar hun accommodatie in Limburg, landelijk was dat in 2007 gemiddeld 4,8 keer.
aantal vakanties x 1.000
Vakanties van vaste gasten in Limburg - naar vakantieduur 200 180 160 140 120
106 kort (2-4 dagen)
100 80
68
55
59
lang (5+ dagen)
60 40
22 67 41
20
32
47
51
2006
2007
0 2003
2004
2005
Bron: CVO
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
30
Spreiding over het jaar De lange vakanties van vaste gasten in Limburg zijn redelijk gespreid over het jaar; korte vakanties concentreren zich in de vakantieperioden.
Vakantiebestedingen Vaste gasten besteden tijdens de vakanties in hun accommodatie bijna € 13,5 miljoen in Limburg. Dit bedrag omvat alle bestedingen tijdens hun verblijf in Limburg, exclusief de kosten van hun accommodatie. Kosten van boodschappen, dagjes uit en alle andere activiteiten die tijdens de vakantie worden ondernomen zijn wel inbegrepen. Helaas is de verdeling van de bestedingen over de verschillende kostenposten niet bekend. De totale kosten van een vakantie kunnen worden omgerekend naar kosten per persoon per vakantiedag: gemiddeld is dat in Limburg € 13, hoger dan het landelijk gemiddelde (€ 10).
Persoonskenmerken Om een profiel te schetsen van de Nederlandse vaste gasten in Limburg, hieronder een aantal persoonskenmerken genoemd. HERKOMSTPROVINCIE
Brabant (40%) Zuid-Holland (27%) Limburg (27%) Utrecht (6%)
LEEFTIJD 65+ jr 10%
0- 5 jr 0%
6-14 jr 20%
19-24 jr 0% 30-39 jr 9% 50-64 jr 38%
40-49 jr 22%
Bron: CVO
GEZINSSAMENSTELLING
gezinnen met kinderen 6-12 jaar (25%) 2-persoonshuishoudens > 35 jaar (60%) gezinnen met kinderen < 6 jaar (15%)
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
31
Ondernomen activiteiten Van vaste gasten is niet bekend welke activiteiten zij tijdens het verblijf in hun accommodaties ondernemen. Veelal wordt aangenomen dat het activiteitenpatroon van vaste gasten tijdens het verblijf in hun accommodatie beperkt is. Uit het themarapport “Markt voor tweede woningen” van het ContinuVakantieOnderzoek (2007) blijkt overigens dat bezitters van tweede verblijven de mogelijkheden voor wandelen en fietsen het belangrijkst vinden bij de keuze voor de locatie van hun tweede verblijf.
Waardering voor de vakantie Vaste gasten worden niet gevraagd naar de waardering voor hun verblijf in Limburg.
Regionaal
Noord- & Midden-Limburg 53% van overnachtingen van vaste gasten
Zuid-Limburg 47% van overnachtingen van vaste gasten
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
32
Inkomend toerisme naar Nederland Het aantal buitenlandse gasten in Nederland neemt de laatste jaren sterk toe. In 2007 kwamen ruim 11 miljoen buitenlandse gasten voor minimaal één overnachting naar Nederland. Samen waren zij goed voor bijna 28 miljoen overnachtingen. Bij deze gasten is overigens geen onderscheid gemaakt tussen gasten met een zakelijk of toeristisch motief. jaar
aantal gasten
2003 2004 2005 2006 2007
aantal overnachtingen
9.180.600 9.646.200 10.011.800 10.738.600 11.008.000
25.341.500 25.374.600 25.210.000 26.886.000 27.952.200 Bron: CBS
Onderstaande kaart toont het aantal buitenlandse gasten en hun overnachtingen per provincie.
Friesland 240.300 gasten 953.900 overnachtingen
Noord-Holland 5.771.400 gasten 12.112.300 overnachtingen
Flevoland 111.500 gasten 449.700 overnachtingen
Utrecht 328.100 gasten 601.900 overnachtingen
Zuid-Holland 1.487.700 gasten 3.853.900 overnachtingen
Zeeland 702.300 gasten 3.529.300 overnachtingen
Groningen 106.300 gasten 273.500 overnachtingen
Drenthe 129.200 gasten 458.900 overnachtingen
Overijssel 231.700 gasten 523.400 overnachtingen
Gelderland 369.900 gasten 1.046.300 overnachtingen
Brabant 762.100 gasten 1.893.100 overnachtingen
Limburg 767.400 gasten 2.256.000 overnachtingen
Bron: CBS
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
33
Herkomstlanden Belangrijkste herkomstlanden voor Nederland zijn Duitsland en Groot-Brittannië. Kijkend naar de periode 2003-2007 blijken België, Frankrijk en Spanje de belangrijkste groeimarkten te zijn, maar ook Groot-Brittannië neemt in belang toe. Intercontinentaal gezien neemt het aantal gasten uit Noord- & Latijns-Amerika fors toe. Ook groei, maar in mindere mate, is er voor het aantal gasten uit Azië.
Duitsland Groot-Brittannië België Frankrijk Spanje Italië Overig Europa Noord- & Latijns-Amerika Azië Overig wereld
2003 2.803.000 1.646.000 779.000 465.000 275.000 339.000 1.125.000 996.000 531.000 222.000
2004 2.649.000 1.760.000 811.000 510.000 298.000 369.000 1.247.000 1.132.000 636.000 235.000
2005 2.570.000 1.853.000 917.000 527.000 322.000 374.000 1.377.000 1.222.000 644.000 206.000
2006 2.812.000 1.913.000 991.000 608.000 392.000 398.000 1.486.000 1.325.000 602.000 213.000
2007 2.833.000 1.903.000 1.101.000 613.000 436.000 398.000 1.622.000 1.274.000 617.000 213.000 Bron: CBS
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
34
Buitenlandse gasten in Limburg In de afgelopen vijf jaar steeg het aantal buitenlandse gasten in Limburg met 15%. Ook het aantal overnachtingen nam met 15% toe. Al met al is het marktaandeel van Limburg in het inkomend toerisme naar Nederland verstevigd. Aantal gasten
Limburg
Aantal overnachtingen
Aandeel Limburg in NL Limburg
Aandeel Limburg in NL
2003 2004 2005 2006
669.000 648.000 662.000 770.000
7,3% 6,7% 6,6% 7,2%
1.971.000 1.872.000 1.949.000 2.053.000
7,8% 7,4% 7,7% 7,6%
2007
767.400
7,0%
2.256.000
8,1% Bron: CBS
Aantal gasten
N&M-Limburg
Zuid-Limburg
Aantal overnachtingen
N&M-Limburg
Zuid-Limburg
2003 2004 2005 2006
386.000 366.000 368.000 413.000
284.000 283.000 294.000 357.000
1.349.000 1.292.000 1.368.000 1.427.000
624.000 581.000 582.000 626.000
2007
425.000
342.000
1.591.000
665.000 Bron: CBS
Het aantal buitenlandse gasten is in Noord- en Midden-Limburg licht gegroeid, hun verblijfsduur is flink toegenomen. Het aantal buitenlandse gasten in Zuid-Limburg liep iets terug, hun overnachtingen namen wel flink in aantal toe. Let wel: dit betreft alleen de overnachtingen in toeristische accommodaties, vaste gasten met een stacaravan, tweede woning of vaste ligplaats in Limburg zijn hierbij niet meegeteld.
N&M-Limburg: 55% van buitenlandse gasten
Zuid-Limburg: 45% van buitenlandse gasten
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
35
Herkomstlanden Onderstaand overzicht toont dat Duitsland verreweg het belangrijkste herkomstland is voor Limburg en het aantal gasten uit dit buurland is weer wat gegroeid. Ook buurland België leverde in 2007 meer gasten aan Limburg: een toename van 20% ten opzichte van 2006. De meeste andere herkomstlanden laten stabilisatie of een lichte terugloop zien ten aanzien van hun reizen naar Limburg. Gasten uit: Duitsland België Groot-Brittannië Frankrijk Italië Spanje Overig Europa Noord- & Latijns-Amerika Azië Overig wereld
2003 323.000 105.000 79.000 26.000 13.000 8.000 71.000 27.000 13.000 4.000
2004 284.000 126.000 77.000 29.000 11.000 7.000 65.000 31.000 14.000 5.000
2005 277.000 139.000 81.000 34.000 11.000 7.000 60.000 36.000 13.000 4.000
2006 302.000 162.000 89.000 49.000 14.000 10.000 83.000 36.000 17.000 8.000
2007 313.000 196.000 84.000 36.000 12.000 8.000 83.000 33.000 15.000 5.000 Bron: CBS
Accommodatiekeuze 45% van de buitenlandse gasten in Limburg kiest voor een verblijf in een hotel. Het hotel is favoriet bij gasten uit de meeste herkomstlanden, alleen gasten uit Duitsland en België kiezen vaker voor een andere accommodatie. Doordat het hotelverblijf gemiddeld kort is, vindt slechts 34% van alle buitenlandse overnachtingen in Limburg plaats in een hotel. 40% van de buitenlandse gasten kiest voor een verblijf in een Limburgse vakantiewoning; dit gaat met name om gasten uit Duitsland en België. Aangezien het verblijf in een vakantiewoning gemiddeld veel langer is dan een hotelverblijf, vindt uiteindelijk 60% van alle buitenlandse overnachtingen in een vakantiewoning plaats. De campings en groepsaccommodaties spelen slechts een beperkte rol.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
Buitenlandse overnachtingen naar accommodatietype camping / groepsacc 7% hotel 34%
vakantiewoningen 59%
Bron: CBS
36
Vrijetijdsgedrag van Nederlanders In de periode van april 2006 tot en met maart 2007 is het ContinuVrijeTijdsOnderzoek (CVTO) uitgevoerd. Dit onderzoek beschrijft het vrijetijdsgedrag van de Nederlander. Hierbij gaat het om uithuizig vrijetijdsgedrag, dat wil zeggen vrijetijdsactiviteiten die men buitenshuis heeft ondernomen en waarbij men minimaal een uur van huis is geweest. Dit betekent dat vrijetijdsactiviteiten binnenshuis, zoals tv-kijken, lezen, internetten en gamen buiten beschouwing zijn gelaten. De activiteiten die men tijdens de vakantie onderneemt, maken ook geen onderdeel uit van dit onderzoek. Qua vrijetijdsactiviteiten worden er 11 hoofdclusters van activiteiten onderscheiden: - buitenrecreatie - bezoek evenement - waterrecreatie en -sport - recreatief winkelen - zelf sporten - cultuur - sportwedstrijden bezoeken - uitgaan - wellness, beauty, ontspanning - hobby’s / verenigingsleven - bezoek attracties Voor een gedetailleerd overzicht van de verschillende activiteiten die tot de clusters behoren, zie bijlage 3. In dit hoofdstuk wordt eerst het vrijetijdsgedrag van de Nederlander belicht, vervolgens komt het vrijetijdsgedrag van de Limburger specifiek en de vrijetijdsbesteding in de provincie Limburg aan bod. Vrijetijdsbesteding van Nederlanders Onderstaand diagram toont het aantal activiteiten dat Nederlanders binnen de verschillende clusters hebben ondernomen. In totaal gaat het om 3,8 miljard vrijetijdsactiviteiten. Binnen het cluster buitenrecreatie werden de meeste activiteiten ondernomen: ruim 980 miljoen buitenrecreatieve activiteiten oftewel 24% van het totaal. Aantal vrijetijdsactiviteiten naar cluster 980
Buitenrecreatie 710
Recreatief winkelen 631
Zelf sporten 451
Uitgaan (o.a. eten/drinken)
436
Overige hobby-, verenigingsactiviteiten en cursussen 268
Attracties bezocht 192
Waterrecreatie -en sport
124
Cultuur Evenementen bezocht
108
Sportwedstrijden bezocht
76
Wellness / beauty / ontspanning
70 0
200
400
600
800
1000
1200
aantal activiteiten x 1 miljoen
Bron: CVTO 2006-2007
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
37
De participatie (het percentage van de Nederlandse bevolking dat in een bepaald jaar tenminste eenmaal een bepaalde activiteit ondernomen heeft) is het hoogst voor het cluster ‘recreatief winkelen’ (90%), gevolgd door ‘uitgaan’ (90%) en op de derde plaats staat ‘buitenrecreatie’ (88%). De frequentie (het gemiddeld aantal keren dat men de activiteit in één jaar heeft ondernomen) is het grootst voor ‘zelf sporten’ (115,1 keer), ‘buitenrecreatie’ (95,9 keer) en ‘overige hobby-, verenigingsactiviteiten en cursussen’ (75,1 keer).
Uitgaven aan vrijetijdsgedrag van Nederlanders Bij de bestedingen die samenhangen met vrijetijdsactiviteiten buitenshuis, wordt in het CVTO een driedeling gemaakt: directe kosten, vervoerskosten en vaste kosten. Directe kosten (bestedingen die direct zijn te herleiden naar een bepaalde activiteit omdat deze gedaan zijn gedurende desbetreffende activiteit): Bijna de helft van de activiteiten brengen geen directe kosten met zich mee. Bij ruim een kwart van de activiteiten wordt meer dan 10 euro per activiteit uitgegeven. De clusters waaraan in verhouding het vaakst geld wordt uitgegeven zijn: ‘uitgaan’ (in 93% procent van de gevallen), ‘recreatief winkelen’ (80%) en ‘cultuur’ (78%). Het meeste geld wordt besteed binnen het cluster ‘recreatief winkelen’, gevolgd door het cluster ‘wellness/beauty/ontspanning en ‘uitgaan’. Gemiddeld wordt 12,0 euro per activiteit uitgegeven (inclusief de activiteiten waarbij de beurs gesloten blijft). Van deze 12,0 gaat het grootste deel, te weten 6,1 euro, op aan de bestedingen die in winkels worden gedaan tijdens de ondernomen activiteit. Nog eens 3,3 euro wordt uitgegeven aan consumpties, en 1,7 euro aan toegangsprijzen, deelnamekosten et cetera. De laatste 85 cent is toe te rekenen aan de overige kosten die de activiteit met zich meebrengt. Vervoerskosten (deze worden berekend door te kijken naar het aantal afgelegde kilometers en het gebruikte vervoermiddel; auto of motor 36 cent per km, trein 12 cent per km en overig openbaar vervoer 22 cent per km): In totaal hebben Nederlands tijdens de onderzoeksperiode ruim 7,9 miljard euro uitgegeven aan vervoerskosten voor vrijetijdsactiviteiten; gemiddeld € 1,96 per activiteit. De helft van de ondernomen activiteiten brengen vervoerskosten met zich mee. Bij 81% van de gevallen bedragen de kosten minder dan 5 euro. De grootste dragers van vervoerskosten zijn de activiteiten die behoren tot de clusters ‘recreatief winkelen’, ‘bezoek evenementen’ en ‘cultuur’. Vaste kosten (abonnementen, lidmaatschappen, kortingskaarten, passe-partouts voor attractieparken, dierentuinen et cetera): In totaal bestaan deze vaste kosten uit bijna 2,7 miljard euro op jaarbasis. De meeste lidmaatschappen en abonnementen worden aangetroffen binnen de activiteitencluster ‘zelf sporten’ en ‘overige hobby- verenigingsactiviteiten en cursussen.’ De gemiddelde bestedingen aan abonnementen en lidmaatschappen zijn het hoogst in de clusters ‘zelf sporten’ en ‘wellness/beauty/ontspanning.’ De hoogste economische betekenis heeft de activiteit ‘fitness/aerobic/steps/spinning/etc’. Deze activiteit heeft vanwege het grote aantal personen (75%) met vaste kosten (circa 2,2 miljoen) in combinatie met relatief hoge gemiddelde vaste kosten (bijna 240 euro) de grootste economische waarde qua lidmaatschappen en abonnementen (ruim 525 miljoen euro). In totaal is door alle Nederlanders in de periode 2006 tot en met maart 2007 een bedrag van ruim 59 miljard euro uitgegeven ten behoeve van het ondernemen van vrijetijdsactiviteiten. Dit bedrag komt neer op gemiddeld € 14,60 per persoon per activiteit.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
38
Locatie van vrijetijdsactiviteiten Nederlanders Onderstaand diagram toont het aantal activiteiten naar provincie. Deze verdeling hangt sterk samen met het aantal inwoners per provincie. Bijna de helft van de activiteiten (42%) vindt namelijk plaats binnen de eigen gemeentegrenzen, 56% van de activiteiten wordt elders in Nederland ondernomen, en 2% van de activiteiten vindt in het buitenland plaats (met name Duitsland en België). De gemiddelde afstand voor een enkele reis tot de vrijetijdsactiviteit bedraagt 15,7 kilometer. Limburg huisvest 6,9% van de Nederlandse bevolking, 7,3% van alle vrijetijdsactiviteiten wordt ondernomen in Limburg.
Groningen 138 mln vrijetijdsactiviteiten => 3,6%; 3,5% van inwoners
Friesland 146 mln vrijetijdsactiviteiten => 3,8%; 3,9% van inwoners
Drenthe 126 mln vrijetijdsactiviteiten => 3,3%; 3,0% van inwoners
Flevoland 84 mln vrijetijdsactiviteiten => 2,2%; 2,3% van inwoners Noord-Holland 597 mln vrijetijdsactiviteiten => 15,6%; 16,0% van inwoners
Overijssel 263 mln vrijetijdsactiviteiten => 6,9%; 6,8% van inwoners
Utrecht 252 mln vrijetijdsactiviteiten => 3,8%; Gelderland 7,3% van inwoners 464 mln vrijetijdsactiviteiten Zuid-Holland => 12,1%; 12,1% van inwoners 746 mln vrijetijdsactiviteiten => 19,5%; 21,1% van inwoners
Zeeland 98 mln vrijetijdsactiviteiten => 2,6%; 2,3% van inwoners
Brabant 553 mln vrijetijdsactiviteiten => 14,5%; 14,8% van inwoners
Buitenland 79 mln vrijetijdsactiviteiten => 2,1%
Limburg 280 mln vrijetijdsactiviteiten => 7,3%; 6,9% van inwoners
Bron: CVTO
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
39
Vrijetijdsgedrag van Limburgers In deze paragraaf wordt het vrijetijdsgedrag van de Limburgse bevolking besproken. Over het algemeen kan gesteld worden dat de Limburger in zijn vrije tijd niet veel andere activiteiten onderneemt dan de gemiddelde Nederlander. Toch zijn er enkele opmerkelijke verschillen die interessant zijn om te vermelden: Limburgers wandelen meer dan de rest van Nederland; zij scoren zowel op ‘wandelen voor het plezier’ als ‘wandelsport’ significant hoger. Wat watersport betreft, zijn Limburgers minder actief. ‘Varen met de motorboot/jacht’ en ‘zeilen’ scoren beduidend lager ten opzichte van de rest van de Nederlanders. Hoogstwaarschijnlijk is de afstand tot de grote vaarwateren hiervan de oorzaak. Participatie aan de verschillende sporten, die tot het cluster ‘zelf sporten’ behoren, is over het algemeen vergelijkbaar met de gemiddelde Nederlander. Opvallend is wel dat Limburgers meer amateur sportwedstrijden bezoeken dan de gemiddelde Nederlander. Ook het bezoeken van kuurbaden is meer dan gemiddeld populair bij de Limburger. Limburg heeft dan in verhouding ook veel kuuroorden in de omgeving. Limburgers gaan - meer dan de gemiddelde Nederlander - naar laagdrempelige lokale evenementen, zoals beurzen, kermissen, jaarmarkten, corso’s en kerstmarkten,. Limburgers houden van winkelen. Binnen het cluster ‘recreatief winkelen’, scoren zij op 4 activiteiten significant hoger dan de gemiddelde Nederlander (‘bezoek factory outlet centre’, ‘winkelen in de binnenstad’, ‘bezoek woonboulevard’ en ‘winkelen in wijkcentrum’). De Limburger gaat minder vaak naar het museum dan de gemiddelde Nederlander en hij neemt in verhouding minder vaak deel aan creatieve activiteiten, zoals beeldhouwen, schilderen en tekenen. Cursussen als wijnproeven en koken doen het daarentegen juist erg goed bij de Limburgers. Ook naar ‘het café/bar gaan’ en ‘op het terras zitten’ zijn twee activiteiten waarop de Limburger significant hoger scoort dan de gemiddelde Nederland (wellicht de bourgondische achtergrond..?). Participatie aan vrijetijdsactiviteiten per cluster, Limburg vs. Nederland Uitgaan (o.a. eten/drinken) Recreatief winkelen Buitenrecreatie Attracties bezocht Evenementen bezocht Cultuur Zelf sporten Hobby's / verenigingen Waterrecreatie en - sport Wellness / beauty / ontspanning Sportwedstrijden bezocht 0%
10%
20%
30% Limburg
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
Nederland
Bron: CVTO
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
40
Onderstaand diagram laat per cluster het aantal activiteiten zien wat door Limburgers is ondernomen (totaal aan activiteiten is 321,5 miljoen). De top 7 komt overeen met het landelijke beeld. Aantal vrijetijdsactiviteiten per cluster, ondernomen door Limburgers Buitenrecreatie
81
Recreatief winkelen
55
Zelf sporten
50
Uitgaan (o.a. eten/drinken)
43
Hobby's / verenigingen
28
Attracties bezocht
20 15
Waterrecreatie en - sport Evenementen bezocht
9
Cultuur
8 7
Wellness / beauty / ontspanning Sportwedstrijden bezocht
6 0
10
20
30
40
50
60 70 80 90 aantal activiteiten x 1 miljoen
Bron: CVTO
De Limburger de provinciegrens over Zoals reeds vermeld wordt het merendeel van de vrijetijdsactiviteiten dat in dit onderzoek gemeten is (=vrijetijdsactiviteiten waarbij men minimaal één uur van huis is geweest) in de eigen provincie ondernomen, waarvan 42% zelfs binnen de eigen gemeentegrenzen. Een deel van de activiteiten dat door Limburgers wordt ondernomen, wordt echter in andere provincies ondernomen. Wat zijn de activiteiten waarvoor Limburgers hun provincie verlaten? De onderstaande tabel geeft het percentage uitgaande Limburgers per cluster weer. Tevens staat de voornaamste ontvangende provincie vermeld. Activiteitencluster Evenementen bezocht Cultuur Attracties bezocht Uitgaan Waterrecreatie en -sport Buitenrecreatie Sportwedstrijden bezocht Recreatief winkelen Wellness Zelf sporten Hobby / verenigingsleven
12
% uitgaande Limburgers 29% 26% 20% 19% 19% 14% 14% 13% 9% 5% 5%
Belangrijkste bestemming12 België (22%) België (46%) Brabant (32%) Duitsland (35%) Brabant (19%) België (26%) Brabant (19%), Duitsland (19%) Brabant (27%) België (25%) België (21%) Gelderland (25%), Brabant (25%)
Voorbeeld ter verduidelijking: 14% van de activiteiten uit het cluster “buitenrecreatie” worden door Limburgers buiten de provincie ondernomen, 26% daarvan (de activiteiten buiten Limburg) vindt plaats in België.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
41
Vrijetijdsbesteding in Limburg In Limburg werden 280 miljoen activiteiten ondernomen. Het diagram hieronder laat het aantal activiteiten per cluster zien. Aantal vrijetijdsactiviteiten naar cluster, ondernomen in Limburg Buitenrecreatie
71
Recreatief winkelen
49
Zelf sporten
44
Uitgaan (o.a. eten/drinken)
37
Hobby's / verenigingsleven
26
Attracties bezocht
16 13
Waterrecreatie -en sport Evenementen bezocht
7
Wellness / beauty / ontspanning
6
Cultuur
5
Sportwedstrijden bezocht
5 0
10
20
30
40
50
60 70 80 aantal activiteiten x 1 miljoen
Bron: CVTO
Een aantal clusters doen het bijzonder goed in Limburg, te weten ‘wellness/beauty/ ontspanning’, ‘uitgaan’ en ‘buitenrecreatie’. Deze clusters hebben een groter dan gemiddeld aandeel van activiteiten in Limburg. Gegevens van deelnemers (incl. Limburgers) aan de activiteiten in de provincie Limburg: Het betreft evenveel mannen als vrouwen. De grootste deel bevindt zich in de leeftijdsgroep 45-54 jaar (17%), gevolgd door 55-65 jaar (14%) en 35-44 jaar (13%). Wanneer we kijken naar de levensfase waarin men zich bevindt, zien we dat het merendeel behoort tot de levensfase ‘gezin zonder kinderen, gezinshoofd ouder dan 55 jaar’ (21%), gevolgd door ‘gezin met kinderen van 13 jaar of ouder, gezinshoofd jonger dan 55 jaar’ (20%) en ‘gezin met kinderen 6 tot 13 jaar’ (11%). Het zijn dus met name “oudere” gezinnen die in Limburg hun vrijetijdsactiviteiten ondernemen.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
42
Bezoekers aan Limburg Uit het CVTO wordt ook duidelijk hoeveel vrijetijdsactiviteiten worden ondernomen door bezoekers aan Limburg, inwoners van de rest van Nederland die naar Limburg reizen voor het ondernemen van een vrijetijdsactiviteit. Let op: vrijetijdsactiviteiten van buitenlandse bezoekers maken geen deel uit van het onderzoek. Aangenomen wordt dat er grote aantallen dagbezoekers uit het buitenland naar Limburg komen. De onbetwiste nummer 1 is buurprovincie Brabant; bij alle clusters geldt dat Brabant beduidend meer bezoekers levert dan de overige provincies. Andere provincies die veel bezoekers voor Limburg genereren zijn Gelderland, Zuid-Holland en Noord-Holland. Deze provincies leveren elk bij alle activiteitenclusters de meeste participanten. Enkele uitzonderingen: Activiteiten binnen het cluster ‘waterrecreatie’ zijn met name populair bij inwoners van de provincie Overijssel. Drenthe scoort goed bij de clusters ‘zelf sporten’ en ‘attracties bezocht’. Het enige cluster waarbij Utrecht in de top-3 van herkomstprovincies voorkomt, is het cluster ‘cultuur’. Herkomstprovincies per cluster Limburg (excl. eigen inwoners) Buitenrecreatie Recreatief winkelen Zelf sporten Uitgaan Overige hobby-, verenigingsactiviteiten Attracties bezocht Waterrecrreatie en sport Evenementen bezocht Wellness / beauty /ontspanning Cultuur Sportwedstrijden bezocht 0 Noord-Brabant
500
1000
Gelderland
1500
2000
Noord-Holland
2500
3000
Zuid-Holland
3500
4000
4500
5000
aantal activiteiten x 1.000 Overijssel Drenthe Utrecht
Bron: CVTO
De meeste activiteiten vinden plaats in het weekend (zaterdag en zondag), met pieken in de ochtenden en middagen.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
43
Conclusie Dit hoofdstuk toont cijfers over het vrijetijdsgedrag en de daarbij behorende bestedingen van Nederlanders in het algemeen en Limburgers specifiek. Tevens zijn de activiteiten die in Limburg zijn ondernomen en kenmerken van de deelnemers aan bod gekomen. Wanneer we deze cijfers naast elkaar leggen, kan het volgende geconcludeerd worden: Er zijn weinig verschillen te bemerken in het vrijetijdsgedrag van Limburgers en Nederlanders in het algemeen. Limburg heeft meer uitgaande activiteiten dan inkomende activiteiten en bestedingen (zie onderstaande illustratie). Limburgers geven in eigen provincie gemiddeld € 10 uit per activiteit. Nederlanders die niet in Limburg wonen geven € 19 uit per ondernomen activiteit in Limburg. Instroom (Nederlanders van buiten Limburg exclusief buitenlandse bezoekers) 23,8 miljoen activiteiten € 459 miljoen Limburgers in Limburg 256,2 miljoen activiteiten € 2,6 miljard
Uitstroom (Limburgers buiten Limburg) 39,1 miljoen activiteiten € 886 miljoen
In Limburg wordt 92% van de ondernomen activiteiten door Limburgers zelf ondernomen. Van het totaal aan bestedingen in de provincie Limburg wordt 85% door de Limburgers zelf gegenereerd. Wanneer we de cijfers bekijken van de activiteiten en de bestedingen van nietLimburgers in Limburgs zijn er aantal opvallendheden: Slechts 8% van het totaal aan activiteiten behorende tot het cluster ‘buitenrecreatie’ wordt gedaan door niet-Limburgers, maar zij zijn wel verantwoordelijk voor 24% van de bestedingen binnen deze cluster. Een soortgelijke verhouding geldt ook voor het cluster ‘recreatief winkelen’ (7% aan activiteiten t.o.v. 15% aan bestedingen), voor het cluster ‘waterrecreatie en -sport’ (16% t.o.v. 39%), voor het cluster ‘evenementen’ (13% t.o.v. 37%) en de grootste verhouding is terug te vinden bij ‘sportwedstrijden bezocht’ (5% t.o.v. 20%). Een tegengestelde beeld geldt voor bij het cluster ‘cultuur’:”hier wordt 12% van de activiteiten ondernomen door niet-Limburgers, maar dit genereert slechts 7% van de bestedingen. Belangrijk is om te realiseren dat het hier alleen om Nederlanders gaat. De buitenlanders die voor hun vrijetijdsactiviteiten naar Limburg komen, staan hier niet geregistreerd. Zeker voor een provincie die aan twee landen grenst, heeft het aantal buitenlandse bezoekers een grote impact op het totaal van activiteiten en bestedingen. In bijlage 4 staat een volledig overzicht van instroom en uitstroom van vrijetijdsactiviteiten en de daarmee samenhangende bestedingen.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
44
Werkgelegenheid Doordat de toeristisch-recreatieve sector vertakt is door allerlei bedrijfstakken en sectoren, is de werkgelegenheidsomvang van deze sector moeilijk vast te stellen. Door een selectie te maken van SBI-codes13 kan de toeristisch-recreatieve sector worden afgebakend (zie bijlage 5). In deze afbakening worden alleen díe bedrijven meegenomen die direct tot de toeristisch-recreatieve sector behoren. Toeleveranciers worden buiten beschouwing gelaten, evenals bedrijven die niet toeristisch van aard zijn, maar die wel bestedingen van toeristen ontvangen (bijvoorbeeld reguliere detailhandel als een bakker of supermarkt). Ook payrollmedewerkers en uitzendkrachten die in de toeristische sector werkzaam zijn, worden niet meegeteld omdat zij worden meegerekend in de bedrijfstak “uitzendbureaus etc”. Met behulp van het LISA Vestigingenregister is nagegaan hoeveel volgens deze definitie de werkgelegenheid in de sector bedroeg. De peildatum voor het LISA-bestand is in Limburg steeds 1 april, hetgeen betekent dat seizoenswerkgelegenheid, zoals die met name in de toeristisch-recreatieve sector aan de orde is, nauwelijks is inbegrepen. Toeristisch-recreatieve werkgelegenheid - totaal In 2007 waren er 37.030 personen werkzaam in de Limburgse toeristisch-recreatieve sector. 40.000 35.000
13.050
35.470 13.060
37.030 13.830
22.420
22.790
23.200
2006
2007
35.840
35.900
35.990
13.070
13.260
22.830
22.730
2003
2004
30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 2005 Fulltime
Parttime
Bron: LISA
In bovenstaand diagram wordt de ontwikkeling van de werkgelegenheid in de periode 2003 2007 weergegeven 14. In de periode 2003-2006 was er sprake van een stabilisering in de directe werkgelegenheid in de toeristisch-recreatieve sector nagenoeg gestabiliseerd, in 2007 is het aantal banen echter weer toegenomen met 3%. Deze groei geldt zowel het aantal parttimers als het aantal fulltimers15. Op een totale werkgelegenheid van 508.590 personen scoort de sector een aandeel van 7,3%. Het aandeel van toerisme & recreatie is in de afgelopen vijf jaar licht gegroeid, van 7,1% in 2003 naar 7,3% in 2007. Dit betekent dat de toeristisch-recreatieve sector zich iets beter ontwikkelt dan de totale werkgelegenheid in de provincie. Hiermee is toerisme & recreatie belangrijker voor de Limburgse werkgelegenheid dan sectoren als de landbouw (4,2%), de bouw (5,3%) en het onderwijs (5,8%)16. 13 14 15 16
Standaard BedrijfsIndeling, zoals deze wordt toegepast door het Centraal Bureau voor de Statistiek: op basis van hun activiteiten worden bedrijven ingedeeld in een bepaalde bedrijfstak of sector. Het LISA Vestigingenregister wordt jaarlijks aangevuld en waar nodig met terugwerkende kracht gecorrigeerd. Daardoor kunnen in het diagram kleine verschillen zichtbaar zijn ten opzichte van voorgaande edities. De grens tussen fulltime en parttime werk is vastgesteld op 15 uur. Bron: Limburg aan het werk 2007.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
45
Toeristisch-recreatieve werkgelegenheid - naar sectoren
Horeca (excl. logies) Verblijfsaccommodaties Cultuur, recreatie & amusement Vervoer Detail- & groothandel in recreatiegoederen e.d. Sport Overig
2003 19.510 7.740
2004 19.370 7.750
2005 19.060 7.710
2006 18.790 7.850
2007 19.390 8.310
2.530
2.560
2.570
2.670
2.620
2.210
2.190
2.020
2.170
2.120
1.040
1.070
1.060
1.040
1.020
710 2.150
690 2.370
700 2.350
730 2.600
770 2.800
Bron: LISA
In een periode van vijf jaar is er sprake van groei voor een viertal sectoren: Logiesverstrekking (+7%), Sport (+8%), Cultuur, recreatie & amusement (+4%) en Overig. De groep Overig kent de grootste groei in aantal banen: +30%. De toename komt deels voort uit een fors stijgende werkgelegenheid bij ‘fitnesscentra, sauna's, zonnebanken, massagesalons, bronnenbaden e.d.’. De wellnesstrend toont zich dus ook in een toenemende werkgelegenheid. Een andere oorzaak ligt bij meer banen in ‘overige recreatie’, een verzamelgroep voor o.a. loterijen en kansspelen, de exploitatie van speelautomaten, de organisatie van evenementen en groepsdagtochten, schutterijen en de hengelsport. Over 5 jaar bezien is er sprake van een dalende werkgelegenheid voor de Horeca (-1%), Vervoer (-4%) en Detail- & groothandel in recreatiegoederen e.d. (-3%). Bij de horeca kan de daling worden verklaard door de trend waarbij personeel steeds vaker wordt ingehuurd via payroll- en uitzend-organisaties. Leden van Koninklijk Horeca Nederland geven aan dat zij inmiddels 10% van hun medewerkers op deze wijze inhuren. Deze omslag heeft in een tijdsbestek van vijf jaar plaatsgevonden. Al met al is de de werkgelegenheid in de horeca dus toegenomen, het aantal banen wordt echter niet meer volledig geregistreerd in de horecasector, maar ook deels in de uitzendbranche.
Toeristisch-recreatieve werkgelegenheid - regionaal
Noord- & Midden-Limburg Zuid-Limburg
2003 16.320 19.570
2004 16.570 19.420
2005 16.290 19.180
2006 16.440 19.410
2007 17.250 19.780
Regionaal bezien heeft de toeristisch-recreatieve werkgelegenheid in ZuidLimburg het hoogste punt ooit bereikt. In Noord- en Midden-Limburg is het aantal toeristisch-recreatieve banen eveneens hoger dan ooit. In beide regio’s wordt de groei vooral veroorzaakt door de groepen Logiesaccommodaties, Sport en Overig. In Noord- en Midden-Limburg is er daarnaast ook sprake van groei in de groep Cultuur, recreatie & amusement.
Aandeel t&r in totaal: 7,2%
Aandeel t&r in totaal: 7,4%
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
46
Bronnenoverzicht Bij het samenstellen van deze rapportage is o.a. gebruik gemaakt van de volgende bronnen: Bestand bodemgebruik (via Statline) Centraal Bureau voor de Statistiek, 2004 ContinuVakantieOnderzoek - Holiday Tracker NBTC - NIPO Research, 2008 ContinuVakantieOnderzoek - maatwerkrapportage provincies NBTC - NIPO Research, 2008 ContinuVrijeTijdsOnderzoek NBTC - NIPO Research, 2008 Limburg aan het werk 2007 Provincie Limburg, Afdeling Strategie en Innovatie, 2008 LISA Vestigingenregister LISA Projectorganisatie (= I&O Research), 2008 Statistiek Logiesaccommodaties (via Statline) Centraal Bureau voor de Statistiek, 2008 Een toelichting op onderzoeksmethoden, definities en gebruiksmogelijkheden van de bovengenoemde bronnen is opgenomen in het “Handboek toeristisch-recreatieve gegevensbronnen”, opgesteld door de partners van het Kenniscentrum Toerisme & Recreatie in 2003.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
47
Bijlage 1: Binnenlands toerisme - nader uitgewerkt Vakantieduur van Nederlandse vakantiegangers
2 - 4 dagen (kort) 5 - 8 dagen 9 - 15 dagen 16+ dagen Gemiddeld
N&M Limburg 47% 43% 8% 3% 6,1 dagen
Zuid-Limburg 53% 32% 11% 4% 5,9 dagen
Limburg totaal 49% 38% 9% 3% 6,0 dagen
Nederland totaal 52% 33% 10% 5% 6,4 dagen
Accommodatiekeuze van Nederlandse vakantiegangers Verdeling van overnachtingen naar accommodatievorm, 2007
N&M Limburg
14%
7%
18%
23%
12%
0%
10%
20%
Hotels/pensions
2%
40%
22%
20%
NL gem.
72%
38%
Zuid-Limburg
Limburg gem.
7%
4%
58%
15%
30%
40%
Toeristisch kamperen
44%
50%
60%
Vast kamperen
70%
7%
80%
90%
Vakantiewoningen
100%
Overig
Bron: CVO
Vakantiespreiding van Nederlanders N&M Limburg
Zuid-Limburg
Limburg totaal
Nederland totaal
26%
28%
27%
19%
20%
16%
18%
15%
28%
26%
27%
32%
25%
30%
27%
35%
e
4 kwartaal 2006
(okt, nov, dec) 1e kwartaal 2007
(jan, feb, mrt) 2e kwartaal 2007
(april, mei, juni) 3e kwartaal 2007
(juli, aug, sep)
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
48
Herhalingsbezoek van Nederlandse vakantiegangers
Eerste vakantie Afgelopen 5 jaar nog Langer dan 5 jaar geleden
N&M Limburg
Zuid-Limburg
Limburg totaal
52% 35% 13%
45% 38% 17%
49% 36% 15%
Nederland totaal 51% 38% 11%
Vakantiebestedingen van Nederlanders Gem. bestedingen per vakantiedag € 39
€ 40
€ 33 € 30
€ 28
€ 28 toerist vaste gast
€ 20 € 20 € 13
€ 10
€8
€ 10 €0
N&M-Limburg
Zuid-Limburg
Limburg gem.
Nederland gem.
Bron: CVO
Herkomst van Nederlandse vakantiegangers
Groningen Friesland Drente Overijssel Flevoland Gelderland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Brabant Limburg
N&M Limburg 1% 3% 1% 4% 1% 11% 7% 18% 23% 1% 20% 9%
Zuid-Limburg 3% 4% 3% 4% 2% 10% 8% 17% 27% 3% 15% 3%
Limburg totaal 2% 4% 2% 4% 1% 11% 8% 17% 25% 2% 18% 7%
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
Nederland totaal 4% 5% 3% 6% 2% 12% 8% 18% 24% 2% 13% 4%
49
Leeftijd van Nederlandse vakantiegangers 30% 25%
N&M Limburg
20%
Zuid-Limburg
15%
NL vakantiegangers in Limburg
10% Gem. Nederlander op vakantie in eigen land
5% 0% 0-12 jaar
13-17 jaar 18-24 jaar 25-34 jaar 35-44 jaar 45-54 jaar 55-64 jaar 65 of ouder
Bron: CVO
Gezinssamenstelling van Nederlandse vakantiegangers Eenpersoons huishoudens Gezinnen met kinderen (0-5 jaar) Gezinnen met kinderen (6-12 jaar) Gezinnen met kinderen (13-17 jaar) 2 persoons huishoudens (t/m 34 jr) 2 persoons huishoudens (35+ jaar)
N&M Limburg
Zuid-Limburg
Limburg totaal
Nederland totaal
7%
11%
9%
6%
25%
11%
19%
21%
19%
11%
16%
16%
7%
8%
8%
7%
3%
5%
4%
4%
38%
53%
45%
45%
Sociale klasse van Nederlandse vakantiegangers
N&M-Limburg
Zuid-Limburg
14%
30%
27%
Limburg gem.
20%
NL gem.
20%
0%
23%
10%
32%
29%
18%
30%
21%
34%
20% A
30%
26%
30%
18%
40%
50% Bb
29%
60%
70% Bo
80%
90%
100%
CD
Bron: CVO
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
50
Reisgezelschap van Nederlandse vakantiegangers 1 persoon 2 personen 3-4 personen 5-7 personen 8+ personen Gemiddelde groepsgrootte
N&M Limburg 8% 24% 34% 22% 13%
Zuid-Limburg 7% 54% 24% 8% 7%
Limburg totaal 7% 37% 29% 15% 10%
Nederland totaal 5% 39% 28% 15% 13%
4,1 personen
3,1 personen
3,6 personen
3,8 personen
Activiteiten tijdens de vakantie van Nederlandse vakantiegangers
Uit eten gaan (in restaurant) Wandelingen maken Tochtjes met de auto Funshopping (winkelen voor plezier) Zwemmen Bezoek aan bezienswaardige gebouwen Bezoek aan natuurreservaat, natuurgebied Tochtjes met de fiets Uitgaan (café / discotheek) Bezoek aan pretpark Tochtjes met de bus of trein Bezoek aan museum Zonnebaden Bezoek aan bloemenpark, bloementuin, botanische tuin Tochtjes met rondvaartboot Bezoek aan theater, schouwburg, concertgebouw, bioscoop Bezoek aan dierenpark, safaripark, dolfinarium Bezoek aan folkoristisch evenement Bezoek aan sportevenement Golf
N&M Limburg
Zuid-Limburg
Limburg totaal
Nederland totaal
69% 67% 58%
71% 62% 62%
70% 65% 60%
63% 63% 55%
42%
48%
45%
36%
61%
25%
45%
40%
15%
40%
26%
20%
18%
23%
20%
28%
21% 15% 10% 3% 6% 5%
12% 14% 7% 15% 9% 6%
17% 14% 9% 8% 7% 5%
28% 11% 10% 6% 11% 9%
6%
4%
5%
3%
2%
6%
4%
4%
2%
5%
3%
4%
3%
3%
3%
9%
3%
3%
3%
4%
3% 3%
4% 1%
3% 2%
3% 1%
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
51
Bijlage 2: Verblijfstoerisme in Maastricht Het CBS registreert het aantal overnachtingen in de Maastrichtse accommodaties17: hotels, pensions en jeugdaccommodaties met ten minste 5 slaapplaatsen. Het CBS maakt hierbij geen onderscheid tussen verblijf met een zakelijk of een toeristisch motief. De hier getoonde cijfers zijn niet vergelijkbaar met de gegevens over binnenlands toerisme in dit rapport (waarbij vermeld Bron: CVO = ContinuVakantieOnderzoek).
x 1.000
Aantal hotelgasten in Maastricht 600 500 400 300 200 100 0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2005
2006
2007
x 1.000
Aantal hotelovernachtingen in Maastricht 800 700 600 500 400 300 200 100 0 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
Bron: CBS
Het bezoek van hotelgasten aan Maastricht is na enkele jaren van groei nu gedaald. Ten opzichte van 2006 daalde het aantal gasten met 6% naar 508.000 gasten. Het aantal hotelovernachtingen groeide wel door, naar een record van 766.000 overnachtingen.
17
Het Centraal Bureau voor de Statistiek corrigeert de cijfers over toerisme waar nodig met terugwerkende kracht. Daardoor kunnen in deze gegevens verschillen zichtbaar zijn ten opzichte van voorgaande edities.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
52
Maastricht vs. Limburg In onderstaand schema wordt weergegeven welk deel van de hotelgasten in Limburg verblijft in Maastricht. Bovendien wordt de gemiddelde vakantieduur in Maastricht afgezet tegen de gemiddelde verblijfsduur in Limburg. Herkomstland
Nederland Buitenland Totaal
Aantal Gemiddelde Aantal Gemiddelde Aandeel hotelgasten in verblijfsduur in hotelgasten in verblijfsduur in Maastricht in Maastricht Maastricht Limburg Limburg Limburg 377.000 1,6 1.330.000 1,7 28,4% 31,1% 131.000 1,5 420.000 1,8 508.000 1,6 1.750.000 1,7 29,0% Bron: CBS
Het aandeel van Maastricht in de Limburgse hotelgasten stijgt naar 29%, de stijging geldt zowel hotelgasten uit eigen land als buitenlandse hotelgasten.
Herkomst gasten Driekwart van alle hotelgasten in Maastricht komt uit Nederland. Het aandeel van gasten uit het buitenland is teruggelopen, van 31% in 2005 naar 26% in 2007. Van de buitenlandse gasten komt de helft uit de buurlanden Duitsland, België en GrootBrittannië. Herkomst gasten Maastricht, 2007
Nederland 74%
Buitenland 26% Duitsland 5% België 4% GrootBrittannië 6% Frankrijk 3% Overig Europa 4% Overig wereld 6%
Bron: CBS
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
53
Bijlage 3: Clusters vrijetijdsactiviteiten Buitenrecreatie recreëren aan water (zee, meer, rivier, plas e.d.) recreëren niet aan het water (park, bos e.d.) wandeling voor plezier fietstocht voor plezier
toertochtjes met de auto toertochtjes met de motor tocht met rondvaartboot naar de volkstuin
Waterrecreatie en -sport kanoën roeien surfen varen met motorboot/jacht
vissen zeilen zwemmen in binnenbad zwemmen in buitenbad
Zelf sporten Atletiek aquajoggen badminton basketbal biljarten, snooker, poolen darten denksport (bridge, schaken, dammen etc.) fitness/aerobic/ steps/ spinning etc. golf gymnastiek handbal hockey honkbal/ softbal jeu de boules joggen/ hardlopen/ trimmen
korfbal mountainbiken paardensport schaatsen schietsport/ handboog schieten skaten/ skeeleren skiën/ langlaufen/ snowboarden squash tafeltennis tennis vecht- en verdedigingsport voetbal volleybal wandelsport wielrennen
Sportwedstrijden bezoeken betaald voetbal (o.a. ere- en eerste divisie) professionele wedstrijd andere sport
amateur voetbalwedstrijd amateur wedstrijd andere sport
Wellness/ beauty/ ontspanning schoonheids- en beauty behandeling kuurbaden sauna bezoek Attracties bezocht attractiepark/ pretpark ballonvaart ondernomen dierentuin/ vogelpark/ zeeaquarium etc. kermis Evenementen bezocht beurs/ tentoonstelling/ show cultureel evenement/ festival jaarmarkt/ braderie/ corso
yoga/tai chi/ meditatie e.d. zonnebanken
speeltuin sier –en heemtuin kinderboerderij boerderij (agro-toerisme)
kerstmarkt muziekevenement/ festival
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
54
Winkelen voor plezier factory outlet center gewinkeld in de binnenstad markt bezocht
meubelboulevard, woonmall bezocht tuincentrum winkelen voor plezier in stadsdeelcentrum of wijkcentrum
Cultuur bezoek aan oudheidkundige objecten bioscoop of filmhuis bezocht concert (pop/jazz/blues/ rock) bezocht klassiek concert/opera/operette bezocht musical bezocht monument/ bezienswaardigheid bezocht (zoals kastelen, kerken, dorpen of stadsdelen) Uitgaan bar / café bezoek bowlen/ kegelen casino/ speelhal e.d. dance-/ houseparty
ballet/ dansvoorstelling cabaretvoorstelling bezocht galerie of atelier bezocht museum bezocht toneelvoorstelling bezocht
discobezoek op terras zitten uit eten in restaurant/ eetcafé uit eten (fastfood/ snackbar)
Overige culturele-, hobby- verenigingsactiviteiten en cursussen bespelen van muziekinstrument fotografie, film, video (niet vakantie) jeugdvereniging, clubhuis, padvinderij maatschappelijke vereniging (bv. actiegroep, buurtvereniging, zorg) natuur/ milieu activiteiten/ vereniging sportvereniging (bv kantinedienst of vergadering) zang, toneel, dans (jazz) ballet onderwijs/ schoolvereniging politieke partij/ vereniging talen tekenen, schilderen, beeldhouwen sieraden maken, weven etc. religieuze/ kerkelijke vereniging wijnproeven, kook cursus e.d.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
55
Bijlage 4: Instroom en uitstroom vrijetijdsgedrag Activiteiten x 1.000 INPUT % input (Nederlanders van totaal niet wonend in Limburg in Limburg) Buitenrecreatie Winkelen voor plezier Zelf sporten Uitgaan Overige hobby-, verenigingsactiviteiten Attracties bezocht Waterrecreatie- en sport Evenementen bezocht Wellness/beauty/ ontspanning Cultuur Sportwedstrijd bezoeken TOTAAL
5.824 3.666 1.817 4.620
8% 7% 4% 12%
65.057 45.362 41.943 32.476
70.881 49.028 43.760 37.096
10.363 6.513 2.133 7.448
% output van totaal activiteiten van Limburgers 14% 13% 5% 19%
1.204
5%
25.220
26.424
1.192
5%
2.399
15%
13.712
16.111
3.348
20%
2.026
16%
10.905
12.931
2.559
19%
925
13%
5.990
6.915
2.393
29%
376
6%
5.724
6.100
599
9%
664
12%
5.099
5.763
1.798
26%
258
5%
4.746
5.004
745
14%
23.779
8%
256.234
280.013
39.091
13%
Limburgers in Limburg
Totaal in Limburg
OUTPUT (Limburgers buiten Limburg)
Bestedingen x 1.000
% input
INPUT Winkelen voor plezier Uitgaan Zelf sporten Buitenrecreatie Attracties bezocht Wellness/beauty/ ontspanning Overige hobby-, verenigingsactiviteiten Evenementen bezocht Cultuur Waterrecreatie- en sport Sportwedstrijd bezoeken TOTAAL
Limburgers in Limburg
Totaal in Limburg
OUTPUT
% output
€ 225.933 € 72.933 € 5.643 € 49.149 € 38.513
15% 12% 3% 24% 20%
€ 1.262.319 € 546.946 € 176.239 € 155.562 € 154.186
€ 1.488.252 € 619.879 € 181.882 € 204.711 € 192.699
€ 272.804 € 133.110 € 53.823 € 111.337 € 64.293
18% 20% 23% 42% 29%
€ 7.104
8%
€ 84.340
€ 91.444
€ 24.617
23%
€ 1.750
3%
€ 62.038
€ 63.788
€ 68.685
53%
€ 22.844 € 3.139
27% 7%
€ 60.846 € 44.946
€ 83.690 € 48.085
€ 87.198 € 31.870
59% 41%
€ 27.942
39%
€ 44.002
€ 71.944
€ 21.346
33%
€ 3.564
20%
€ 14.319
€ 17.883
€ 16.720
54%
€ 458.514
15%
€ 2.605.743 € 3.064.257
€ 885.803
25%
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
56
Bijlage 5: Afbakening toeristisch-recreatieve sector Met behulp van de activiteitencodering (SBI ’93) van het CBS is een afbakening gemaakt van de toeristisch-recreatieve sector. Hierbinnen wordt onderscheid gemaakt in zeven activiteitengroepen. Per activiteit is aangegeven in welke mate de werkgelegenheid wordt meegeteld voor de toeristisch-recreatieve sector (zie kolom ‘weging’). Voorbeeld: de werkgelegenheid in de branche ‘vervoer per spoor’ kan niet volledig aan de toeristisch-recreatieve sector worden toegerekend, maar een deel ervan komt zeker voort uit toerisme en recreatie. SBI-CODE OMSCHRIJVING WEGING Detail- en groothandel 50500 benzineservicestations 10% 51472 groothandel in watersportartikelen 100% 51473 groothandel in kampeerartikelen 100% 52432 detailhandel in lederwaren en reisartikelen 30% 52481 detailhandel in fotografische artikelen 30% 52486 detailhandel in watersportartikelen 100% 52487 detailhandel in sportartikelen 100% 52488 detailhandel in kampeerartikelen 100% 52489 detailhandel in caravans 100% Logiesverstrekking 55101 hotel-restaurants 100% 55102 hotels, pensions en conferentieoorden 100% 55210 jeugdherbergen, -hotels , kamphuizen e.d. 100% 55220 kampeerterreinen 100% 55230 vakantiehuisjes, -bungalowparken en overig 100% Horeca 55301 restaurants, cafetaria’s, snackbars e.d. 100% 55400 cafés e.d. 100% Vervoer 60100 vervoer per spoor 10% 60220 ongeregeld personenvervoer per taxi 10% 60230 ongeregeld personenvervoer per autobus 100% 61204 passagiersvaart en veerdiensten 10% 62000 vervoer door de lucht 10% 63230 luchthavens en diensten n.e.g. 10% 63300 reisorganisatie en -bemiddeling; informatieverstrekking op het 100% gebied van toerisme Cultuur, recreatie en amusement 92130 vertoning van films 100% 92321 theaters, schouwburgen en concertgebouwen 100% 92322 evenementenhallen 100% 92331 kermisattracties 100% 92332 recreatiecentra 100% 92343 overig amusement n.e.g. 100% 92521 kunstgalerijen en expositieruimten 100% 92522 musea 100% 92531 dieren- en plantentuinen, kinderboerderijen 100% 92532 beheer van natuurgebieden 100% vervolg op volgende pagina
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
57
Sport 92610 92620 92630 92640 92650 Overig 35120 71101 71210 71220 71402 92700 93040
exploitatie van sportaccommodaties buitensport binnensport watersport overige sport
30% 30% 30% 30% 30%
nieuwbouw en reparatie van sport- en recreatievaartuigen verhuur van personenauto's verhuur van overige transportmiddelen over land verhuur van schepen verhuur van sport en recreatieartikelen overige recreatie fitnesscentra, sauna's, zonnebanken, massagesalons, bronnenbaden e.d.
100% 10% 30% 30% 100% 100% 100%
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
58
Bijlage 6: Imago-onderzoek Limburg De Samenwerkende VVV’s Limburg hebben recent een imago-onderzoek uitgevoerd. Hierin is gekeken naar het imago als vakantiebestemming bij bezoekers, ex-bezoekers en nietbezoekers. In 2006 was Zuid-Limburg de meest favoriete Nederlandse bestemming van bezoekers die een bezoek aan Limburg hebben gebracht, Noord- en Midden-Limburg haalde plek 5. Limburg wordt met name geassocieerd met gezelligheid en Heuvels. De belangrijkste reden voor een bezoek zijn de schoonheid van de natuur en het landschap. Ook het wandelen en de rust en de ruimte zijn veelgenoemde redenen om Limburg te bezoeken. Een eerder bezoek werkt stimulerend om weer terug te komen naar Limburg. Voor veel bezoekers geldt dat wanneer men eenmaal in Limburg is geweest men zeker terug wil komen. Maar ook informatie van familie/bekenden speelt hierin een belangrijke rol. Ook bij ex-bezoekers die langer dan vijf jaar geleden een bezoek aan Limburg hebben gebracht, staat Zuid-Limburg nog op de derde plek als favoriete vakantiebestemming. Sinds 2004 voert de Provincie Limburg samen met de Samenwerkende VVV’s Limburg een toeristische imagocampagne uit ‘Limburg, Liefde voor het Leven’. Meer dan de helft van de bezoekers die iets gehoord of gelezen heeft over Limburg is door de campagne positief beïnvloed en geeft aan sneller geneigd te zijn om een weekendje weg of vakantie in Limburg door te brengen. Aspecten van Limburg die het beste gewaardeerd worden (met meer dan een 7) zijn het aanbod van overnachtingsmogelijkheden, fiets- en wandelroutes, dorpen en steden en het winkelaanbod. Het aanbod van evenementen, attracties en slechtweer voorzieningen wordt slechts met een 6 beoordeeld. Limburg is bij de niet-bezoekers geen ‘top-of-mind’ bestemming en staat niet in de top 3 van favoriete bestemmingen in Nederland. Velen geven aan dat het er gewoon nog niet van gekomen is om Limburg te bezoeken. Indien men in de toekomst een vakantie in Limburg onderneemt, dan zou men komen voor het natuur en het landschap. Men denkt bij Limburg met name aan heuvels, de natuur en Maastricht.
- TOERISTISCHE TRENDRAPPORTAGE LIMBURG 2007/08
59