l.lnleiding
lOLelystad B.V. (Instituut voor Dierhouderij en Diergezondheid) maakt onderdeel uit van de Animal Sciences Group van Wageningen Uniwersity Research Centre (WUR). Het onderzoek in Lelystad richt zich op landbouwhuisdieren en in toenemende mate op gezelschapsdieren en biomedisch onderzoek en wel op de volgende gebieden: Diergezondheid Humane gezondheid genetica en reproductie dierenwelzijn diervoeding kwaliteit en voedselveiligheid 1.1 Vergunninghouders waaraan advies werd uitgebracht De DEC van ID-Lelystad treedt op ten behoeve van:
Alle dierproeven van bovenstaande organisaties worden getoetst in de dierexperimentencommissie van ASG IDlelystad. De andere vergunninghouders waaraan advies wordt uitgebracht
Het merendeel van de proeven heeft i.v.m. de aard van het op deze instituten verrichte onderzoek geen of gering ongerief. De proefdierdeskundige van ID-Lelystad B.V. treedt ook op als proefdierdeskundige van onderstaande organisaties.
• ^^_^_|mH|^^_M«mMm|^^^^^^^^^^^__i^^^Mp
De contactpersoon bij ^B stuurt ruim voor de DEC vergadering de proefplannen in. Deze worden eerst door de Art. 14 functionaris en/of de secretaris van de DEC gescreend en zonodig ingebracht in de plenaire vergadering van de DEC. In het algemeen betreft het voedingsproeven met gering ongerief, hoewel er een verschuiving lijkt op te treden naar voedingsgerelateerde infectieproeven en canulaties, die een hoger ongerief tot gevolg hebben. Hetflllheeft o.a. tot wettelijke taak de milieubezwaarlijkheid van afvalwater, dat door diverse industrieën geloosd wordt, te onderzoeken of te controleren. Vanaf 2002 is overgegaan om de milieubezwaarlijkheid aan te tonen met behulp van watervlooien en werden geen proeven meer met vissen gedaan voor toxiciteitsonderzoek. |is een onafhankelijk onderzoeks- en adviesbureau op het f De focus ligt | Het ongerief bestaat meestal uit het inplanteren van zenders. |Dit is een dochterbedrijf vanHHHHBIHiH gericht op onderzoeks- en analyse-activiteiten in de totale productieketen van voedingsmiddelen AB^BVs het proefbedrijf vanflBJBwaar de dierproeven ten behoeve van de onderzoeksactiviteiten worden verricht
i Is producent van diervoeders, waarvan het voedingsonderzoek in Nederland wordt uitgevoerd binnen deflHHHHB Het onderzoek is gericht op het ontwikkelen van speciale additieven, het optimaliseren van het eindproduct en de regulering van de voerinname.
l .2. Plaats van de DEC binnen de instelling en taakstelling De DEC is ingesteld door de vergunninghouder en heeft tot taak aan die vergunninghouder te adviseren over de ethische toelaatbaarheid (maatschappelijke en wetenschappelijke relevantie, uitvoering van de 3 V's) van voorgenomen dierproeven c.q, dierexperimenten. Het gevraagd of ongevraagd advies geven aan de vergunninghouder over ontwikkelingen op het gebied van het dierproevenbeleid en over vragen aangaande dierexperimenteel onderzoek behoren tot de taak van de DEC. De DEC fungeert tevens als klankbord voor onderzoekers en andere direct betrokkenen ten aanzien van de ethiek van dierproeven. De Wet op de Dierproeven (Wod) geeft aan dat een proef moet worden getoetst door een erkende DEC, maar geeft niet aan welke DEC. De vergunninghouder ID-Lelystad stelt, dat elke proef die binnen de eigen faciliteiten wordt uitgevoerd ook bij de DEC van het ID-Lelystad dient te worden gemeld. Indien het proefplan van een externe opdrachtgever al elders door een DEC is getoetst, dan wordt dit proefplan besproken. De DEC is erkend door Min v. VWS dd. 11 augustus 1997 onder nr. GZB/WB 974700. 2. Werkwijze DEC
De omvang van het instituut en de veelheid en diversiteit van onderzoeksrichtingen wordt weerspiegeld in een groot aantal proefplannen dat ter beoordeling wordt aangeboden. Het afwegen van het ongerief door de proefdieren te ondergaan, in relatie tot het wetenschappelijk en maatschappelijk belang dat met de voorgestelde proef wordt beoogd, wordt gedaan op het niveau van een proefplan. De DEC is van mening dat toetsing op projectniveau onuitvoerbaar is, omdat vaak gedetailleerde informatie ontbreekt. Dit in tegenstelling tot de Commissie van Advies voor Dierproeven en de NVDEC die van mening zijn dat toetsen op projectniveau wel degelijk mogelijk is. ID-Lelystad en CIDC maken gebruik van DRS, een elektronische aanvraagprocedure voor het uitvoeren van dierproeven, analoog aan het programma binnen Wageningen Universiteit. Binnen dit programma worden een aantal autorisatieniveaus gehanteerd waardoor alleen een erkend Artikel 9 functionaris een proef kan aanmelden bij de DEC. Pas als de secretaris van de DEC of de Proefdierdeskundige elektronisch een door de DEC goedgekeurd proefplan ook administratief heeft goedgekeurd mag een dierproef van start gaan. Een punt van aandacht binnen DRS is nog de borging dat de wetenschappelijke toetsing heeft plaatsgevonden. Om de toetsing door de DEC optimaal (o.a. geen herhalingen van eerder beoordeelde procedures) te laten verlopen hanteert de DEC ID-Lelystad de volgende procedure. Door de Art. 14 functionaris wordt, samen met de secretaris van de DEC, een selectie gemaakt van proefplannen, die ter beoordeling aan de DEC worden voorgelegd. Hierbij worden zes categorieën onderscheiden: 1. 2.
experimenten met een gering (II tot gering/matig ongerief (2); Herhalingen van experimenten, die eerder door de DEC van een positief advies zijn voorzien (bijv. voedingsproef met varianten van stof) 3. Experimenten, die worden verricht volgens een standaard proefopzet (bijv. vaccinproeven en wettelijke taken) 4. Overige experimenten of experimenten uit de eerste drie categorieën, die naar het oordeel van de proefdierdeskundige en de secretaris nader moeten worden getoetst; 5. Experimenten met ongerief matig (3) of hoger; 6. Experimenten inzake het besluit Biotechnologie bij dieren
Experimenten van categorie 4-6 worden altijd in de voltallige DEC besproken. De overige experimenten worden bij de eerstvolgende DEC-vergadering gemeld. Hierbij worden de leden van de DEC in de gelegenheid gesteld om aanvullende vragen te stellen en eventueel een plenaire toetsing uit te voeren. Bij uitzondering kunnen experimenten onder tijdsdruk in de zgn. Kleine Commissie besproken worden en van een advies worden voorzien. Ook een in de plenaire vergadering aangehouden experiment kan, na opnieuw indienen, in de Kleine Commissie worden beoordeeld. Het advies van de Kleine Commissie dient unaniem te zijn. Indien dit niet het geval is wordt het te toetsen onderzoeksplan doorgeschoven naar de plenaire vergadering. Het advies van de Kleine Commissie wordt bij de eerstvolgende plenaire vergadering aan de orde gesteld/toegelicht, De DEC streeft ernaar om de toetsing te structureren. Hiertoe wordt een formulier gebruikt, waarbij allereerst de rechtvaardiging van het wetenschappelijke en maatschappelijke doel wordt beoordeeld. Daarnaast wordt veel nadruk gelegd op de 3 Vs {Vervanging, Vermindering, Verfijning), zie bijlage 1: structurele toetsing proefplannen. Het oordeel van de DEC wordt op basis van consensus verkregen. Bij onduidelijkheden in een proefplan wordt de verantwoordelijke onderzoeker uitgenodigd een toelichting te geven op het betreffende proefplan tijdens de volgende plenaire DEC-vergadering. Ook wordt met enige regelmaat een projectleider uitgenodigd om de context van proeven in het gehele project te verduidelijken.
3. Samenstelling van de Commissie Vanaf januari 2007 was de DEC ASG ICM.ELYSTAD als volgt samengesteld: voorzitter plaatsvervangend voorz. lidl lid 2 lid 3 lid 4 lid 5 adviseur secretaris
deskundigheid '" 3.4 1,3 3 1,4 1,2 2,3 1,2 1,2,3,4 n.v.t
arbeidsverhouding nee nee
nee ja ia ia ia ia ia
betrokken bij dierproeven nee nee nee ia ia ia ia
ia ia
[1] deskundigheden: 1. op het gebied van dierproeven 2. op het gebied van proefdieren en hun bescherming 3. op het gebied van ethische toetsing 4. op het gebied van alternatieven Eind februari 2007 heeft lid 5 opgezegd vanwege het aanvaarden van een dienstverband elders. In 2007 is er geen vervanger aangesteld. In 2008 zal de DEC uitgebreid worden.
Samenstelling en werkwijze van de Kleine Commissie
De Kleine Commissie werd tijdens iedere plenaire vergadering samengesteld voor de periode tot de volgende plenaire vergadering en geraadpleegd indien er door de onderzoeker aangegeven redenen niet kon worden gewacht op de plenaire vergadering en de Art. 14 functionaris niet gemandateerd was om hierover zelf te beslissen. Verder beoordeelde de Kleine Commissie onderzoeksplannen die tijdens de plenaire vergadering voorwaardelijk goedgekeurd of aangehouden (categorie b en c, zie bijlage 1) werden en door de onderzoeker aangepast moesten worden. De Kleine Commissie bestaat uit de voorzitter en twee leden van de DEC. Deze werden zodanig gekozen dat er geen binding was met het te toetsen proefplan. De Kleine Commissie kan slechts een positief advies geven als de beslissing unaniem is. Met advies heeft een voorwaardelijke status en wordt in de eerstvolgende plenaire vergadering van de DEC besproken. De
proefdierdeskundige trad hierbij ook op als adviseur. In totaal werd over 10 nieuwe en 20 aangepaste proefplannen het advies gevraagd van de Kleine Commissie. 4, Aantal vergaderingen De DEC vergaderde in 200711 keer, meestal op de laatste vrijdag van de maand. In juli is geen vergadering gehouden i.v.m. de zomervakantie. De proefdierdeskundige neemt als adviserend lid deel aan de vergaderingen van de DEC. Om goede redenen was het niet altijd mogelijk dat alle leden present waren; gemiddeld waren er 5,4 leden aanwezig. De DEC vergaderingen vinden alleen doorgang wanneer minimaal 5 leden aanwezig zijn, waarvan minimaal 2 externe leden. 5. Overzicht van Dierproeven waarover advies is uitgebracht Een positief advies wordt gegeven voor de duur van een jaar vanaf de datum van het advies. De proef moet dus binnen een jaar na het advies starten. Het positieve advies geldt voor de in het proefplan aangegeven periode. Bij (meestal kortlopende) proeven die volgens een vast protocol worden uitgevoerd geldt het advies voor een cluster van deze proeven die binnen een jaar worden uitgevoerd. Eens per jaar moet een nieuw proefplan worden ingediend. Een overzicht van de beoordeelde dierproeven is te vinden in bijlage 4. In totaal werden 275 proefplannen behandeld: 116 hiervan werden namens de DEC door de proefdierdeskundige afgehandeld. 79 proefplannen werden door de plenaire DEC voorzien van een positief advies. 36 proefplannen werden voorwaardelijk goedgekeurd en van een positief advies voorzien nadat de vragen die de DEC stelde op bevredigende wijze beantwoord waren 23 proefplannen werden aangehouden en na het verstrekken van essentiële aanvullende informatie door de kleine DEC of de proefdierdeskundige beoordeeld en alsnog van een positief advies voorzien. 9 proefplannen die besproken werden waren reeds door een andere DEC voorzien van een positief advies. De DEC heeft l proefplan niet in behandeling genomen en l proef is deels goedgekeurd en deels
aangehouden. 6. Signalering, reflectie en evaluatie De DEC voert de ethische toetsing uit aan de hand van het formulier 'Structurele toetsing proefplannen' (zie bijlage 1). 6.1. Problemen Anelpunten
•
•
•
Registratiestudies en studies waarop een politieke druk/wens ligt (bijv. verdoofd castreren): Registratiestudies dienen in het algemeen uitgevoerd te worden conform de Europese Farmacopee. Doordat regelgeving vaak star en traag is, is het niet mogelijk om al bekende alternatieven toe te passen. Ook bij studies met een politieke druk/wens kan de DEC bijna niet anders dan goedkeuring verlenen ook al heeft de DEC vraagtekens bij het doel of de methodieken die getest worden. Life-style related onderzoek: De DEC zag een toename van dit soort proeven. De ethische toetsing van dit type onderzoek wordt door de DEC als problematisch ervaren. De DEC is van mening, dat aanvullend op haar ethische toetsing, een ethische toetsing op een hoger abstractieniveau, namelijk op het niveau van de vergunninghouder en de maatschappij, wenselijk is. Proeven die door een andere DEC getoetst zijn, maar die bij de vergunninghouder uitgevoerd worden: De DEC kan deze proeven niet nogmaals toetsen maar heeft van de vergunninghouder opdracht gekregen om deze proeven wel te bekijken in het kader van de missie/doelstellingen van de vergunninghouder. Dit geeft soms problemen wanneer de DEC extra adviezen wil toevoegen. Ook heeft één van de externe DEC's er problemen mee dat DEC-ASG de proeven bespreekt en soms met vragen komt.
De DEC heeft ervaren dat inhoudelijke expertise belangrijk is om een goede invulling te geven aan het verbeteren van de 3 Vs. De DEC geeft dan inhoudelijk advies aan de onderzoeker die dit vervolgens verwerkt in zijn onderzoeksplan. Voorbeelden hiervan zijn: het schrappen van een in de ogen van de DEC onlogische challengeroute, aanpassen van dierverblijven (hoogte van kooien voor kippen en biggen), extra aanvullende dataverzameling bij sectie). Bijlagen: bijlage 1: Formulier structurele toetsing proef plannen bijlage 2: Vergunninghouders bijlage 3: Organisatorische werkeenheden bijlage 4: Overzicht dierproeven 2007
Bijlage 1: Toetsingsformulier
STRUCTURELE TOETSING PROEFPLANNEN '~2QS&
proefnr: A. Formeel juridische criteria - herkomst dieren - verzorging dieren en uitvoering dierproeven door daartoe bevoegden - bevoegde onderzoekers - vereisten zoals vastgelegd in Art 2a dierproevenbesluit Beslissing Art 14 functionaris: indien niet correct: niet accepteren voor behandeling, terugsturen met argumentatie. B. Proefdierkundige criteria l Is vraagstelling duidelijk? 2. Vervanging. Zijn er alternatieven in vitro of anderszins Zijn overwegingen om daar niet voor te kiezen valide? 3. Is diersoort juist gekozen? a. geschiktheid voor beantwoording van de vraag b. zou "lager" dier ook kunnen? 4. Zijn er op- of aanmerkingen ten aanzien van de wetenschappelijke kwaliteit? 5. Vermindering, Lijkt de statistische opzet correct, kan het aantal dieren worden verminderd, is er door b.v. samenwerking sprake van optimalisatie van proefdiergebruik. - Is proef noodzakelijk? (maatschappelijk cq wetenschappelijk belang) - Keuze van de dieren 6 Verfijning: is waar mogelijk gebruik gemaakt van - diervriendelijke huisvesting/ proefopstelling (verrijking, sociale huisvesting) (j-n-nvt) • anaesthesie. anateesie (j-rmvt) • euthanasje (Kvnvt) • humane enpoints (j-rnivt) l. 3. 4.
- Is het maatschappelijk belang acceptabel d-nl • Is het wetenschappelijk belang acceptabel (j-n) -Onderschrijft de DEC de mate en specificatie van ongerief, zoals aangegeven? (j-n) - Weegt het belang op tegen het ongerief? (i-n)
D. Beslissing van de DEC: (OP basis van bovenstaande punten l t/m 61
c. d. p.
POSITIEF ADVIES (eventueel met opmerkingen/ voorwaarden) duur l jaar VOORWAARDELIJK POSITIEF ADVIES (De proef mag starten nadat de aanvrager de vragen naar het oordeel van de DEC op bevredigende wijze beantwoord heeft.) AANHOUDEN (eerst moet aanvrager essentiële aanvullende informatie verstrekken om de oorspronkelijke aanvraag goed te kunnen beoordelen) ___ NEGATIEF ADVIES (proef mag niet worden uitgevoerd) proefplan goedgekeurd door proefdierdeskundige
AANVULLENDE OPMERKINGEN
dat.
Bijlage 2: Vergunninghouders DEC - ASGielystad VERGUNNINGHOUDER
DEELVERGUNNING
ADRES
Bijlage 4: Overzicht beoordeelde proefplannen codering kolom advies:
nummer 2006181-a 2006182.3 2006183.3 20061B4.a 2006185-a 2007001. a 2007002.3 2007003.a 2007004,3 2007005.3
2007006.3
2007007.a 2007008 2007009.3
2007010.a
200701 La
2007012.3 2007013.8 2007014.a 2007015.3 2007016.a 2007017.3 2007018-a 2007019-a 2007020.3
bespreking geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen pijnbestrijding anders omschrijven geen opmerkingen Hoe worden human endpoints bewaakt maximum aantal dieren aangeven Vraagstelling en proefopzet niet duidelijk. Wat is de nieuwswaarde t.o.v. eerdere proeven. Wat wordt met potency bedoeld. Het aantal dieren is njeUinderbouwd. Het adjuvant is onbekend^B^)Toestand dier aan het eind van de proef is 1. geen opmerkingen geen opmerkingen waarom is er aleen een s.c. controlegroep en geen i.v. controlegroep. Kan de huidige controlegroep gesplitst worden voor beide toedieningsmethoden. Wie voert histotogisch onderzoek e.d. Hoeveel vissterfte is er. Wanneer er bloedmonsters genomen worden van adutte dieren dan moeten die ook opgevoerd worden als proefdier. Wat zijn algemeen/gangbare Moedtesten Bij ongerief dient ook transport en dódingsmethode opgevoerd te worden. Informatieve vraag: Is 5 dagen voedsel onümuden niet Lang. Wit vlees met veel energiedragers en die zijn na 5 dagen uitgeput geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen Tong staat niet opgevoerd bij de beschrijving van de gebruikte diersoort. MvO [mate van ongerief) voor btoedtappen = 3, Ook hvh bloed aangeven geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen
A = positief advies in de plenaire DEC AIKC) - positief advies in de kleine commissie B = voorwaardelijk positief advies in de plenaire DEC C - aanhouden in de plenaire DEC D = afgewezen in de plenaire DEC E = positief advies door de proefdierdeskundige namens de DEC F - positief advies door een externe DEC voorwaarden
advies E E E E E
E A
antwoorden op de vragen, proefplan aanpassen. Aangepaste proefplan wordt in KC behandeld.
E A(KC) A C,A(KC)
vraag beantwoorden
E E A
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen.
B
Proefplan aanpassen en informatieve vraag beantwoorden
A
Proefplan aanpassen
E A E A(KC) A
A E E E
2007021.b 2007022.3 2007023.3
geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen
2007024.a
E E E Indien dieren A eerder geïmmuniseerd zijn en er was gering ongerief dan kunnen de dieren nogmaals ingezet worden
A
2007025.3
geen opmerkingen
A
2007026.a
geen opmerkingen
2007027.3
geen opmerkingen
2007028.3
geen opmerkingen
E E E
2007029.3
geen opmerkingen
A
2007030.3
geen opmerkingen
E
2007031.3
geen opmerkingen
E
2007032.3
geen opmerkingen
2007033.3
MvO te laag ingeschat
2007034.3
geen opmerkingen
2007035.3
geen opmerkingen
2007036.3
geen opmerkingen
2007037.a
geen opmerkingen
2007038.3
geen opmerkingen
2007039.b
geen opmerkingen
2007040.3
geen opmerkingen
2007041, b
geen opmerkingen
2007042.3
geen opmerkingen
2007043.3
geen opmerkingen
2007044.3
geen opmerkingen
2007045.3
geen opmerkingen
2007046,3
geen opmerkingen
2007047.a
geen opmerkingen
2007048.3
maatschappelijke relevantie: wat wordt er met de uitkomsten gedaan. Welke uitteesparameters worden bepaald en zijn die voldoende discriminerend.
E MvO aanpassen
A
A A A A A A A E E A A E A E vragen beantwoorden
A
E
2007201
geen opmerkingen aanvullende informatie beoordelen in KC
C, A [KO
2007202
De DEC vraagt zich af of het mogelijk is om taurine direct aan mensen te verstrekken zodat een inefficiënte tussenstap via vis niet nodig is. IS verdoven voor bloedafname mogelijk. Moet 40 1 niet 400 1 zijn
Antwoord geven op de vragen
B
2007049.3
Is het ongerief niet te laag. Welk mechanisme zit er achter dat de dieren na 10 minuten niet vanzelf omdraaien: doodsstrijd, bewustzijnsvernauwing, iets anders? Er is onduidelijkheid over het tijdstip van bloedafname na toediening van de stressor. geen opmerkingen
2007050.a
geen opmerkingen
2007051. b
geen opmerkingen
2007052.3
geen opmerkingen
2007053.3
Beschrijven hoe huisvesting is
E A
2007054.a
geen opmerkingen
E
2007203
E A A
Antwoord geven op de vragen en proefplan aanpassen
B
2007055.b
Slordig en snel opgeschreven.^ Achtergrondinformatie ovedBontbreekt. Ongerief dient duidelijker omschreven te worden, kans erop en waar het uit bestaat. Kunnen belastende neusbrushes verfijnd worden door bijv. conditioneren, minder belastende methode. Is rieusslijmvtes niet aangedaan bij deze frequentie van brushen.
Antwoord geven op de wagen en proefplan aanpassen
B
2007056,9
Slordig en snel opgeschreven^^ Achtergrondinformatie over^^Bontbreekt. Waarom hier swabs en geen brushes en kan dit verfijnd worden (zie boven)
Antwoord geven op de wagen en voor leder eiwit een apart proefplan schrijven
C, A (KC)
2007057.a
Argumentatie aantal dieren ontbreekt Analoog aan vorig jaar: eerst toestemming voor 1 eiwit en na evaluatie advies uitbrengen over andere e iwi (peptiden.
2007058.a
geen opmerkingen
2007059.a
geen opmerkingen
2007050.3
geen opmerkingen
2007061-a
geen opmerkingen
2007062-a
2007063.3
2007064.a
Kftiische verschijnselen en human endpoints beter omschrijven Hoe weetje zeker datje de goede dosis gebruikt (afgaande op data van de challenge proet). Is er bij MvO uitgegaan van worst case scenario geen opmerkingen
E E E E A(KC) antwoord geven op de vragen
B
E
2007066.3
Waarom wordt er een a.b.-groep meegenomen. Waarom worden de dieren individueel gehuisvest. Proefplan is slordig opitesteld. geen opmerkingen
2007067.a
geen opmerkingen
2007068.3
geen opmerkingen
2007069.b
Hvh bloed die afgenomen wordt is niet vermeld. Moeten de gevaccineerde koeien ook als proefdier opgenomen worden. Waarom zowel uit jugularis als carotis bloed, verwacht je verschillen tussen veneus en arterieel.
2007070.3
geen opmerkingen
2007071.3
geen opmerkingen
E
2007072.3
geen opmerkingen
E
2007065.a/2007074.a
2007073.8
2007075.b
In welk kader van onderzoek wordt deze proef uitgevoerd. Om welke antüichamen/antigenen gaat het. Onderbouwing van het aantal dieren ontbreekt Opdrachtgever dient vermeld te worden. Max. 4 1 per keer, rnax. 4 x per jaar. Is in het verleden bindweefselvorming opgetreden. Verdovende spray werkt naar mening van de DEC^jienjpdikke koeienhuid en wordt ook in ^^••Btiet gebruikt.
Antwoord geven op de vragen en proefplan aanpassen. Wordt daarna in de KC behandeld
C.A(KC)
E A Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen.
E B
A
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen.
B
Proefplan aanpassen
A
2007076.8
geen opmerkingen
2007077.3
geen opmerkingen
E E
2007078.»
geen opmerkingen
E
2007204
geen opmerkingen
E
10
2007079.3
2007080.3
2007081.»
2007082.a
2007083.a
2007084.3 2007085.3 2007086.a 2007087-a
2007088.a
2007089,3 2007090.a 2007091. a 2007092.a 2007093.8
Is het te nemen biopt niet erg groot in verhouding met de spier waaruit het genomen wordt, Hoe wordt pijn na het biopteren gemonitord en welke pijnbestrijding wordt toegepast. Indien er geen ervaring is met 2 of meer keer biopteren dan ook bijhouden of het ongerief nog ir verhouding staat tot de proef. Zonodig stoppen met biopteren. Doel proef is niet correct. geen opmerkingen Verfijning; kan laatste bloedtap gecombineerd worden met euthanasie en kan euthanasie in stal plaatsvinden (minder stress). Methode bloedafname en euthanasie ontbreken. Codetabel niet juist ingevuld geen opmerkingen Doseringen fase 1 niet vermeld, Is 10 dieren wel voldoende om een betrouwbaar resultaat te geven. Groep 1.5 en 2,5 moeten hetzelfde ongerief hebben. Aaangeven of kooiverrpng Is toegepast Zo niet dan aangeven waarom riet geen opmerkingen Wat houdt externe reviewprocedure in. Waaruit bestaat ongerief. Wat betekenen de scores. Referenties eerdere resultaten vermelden. geen opmerkingen geen opmerkingen Z|jn er al indicaties dat het werkt en wat is dan de reden dat het werkt (mechanisme) Ale groepen hebben hetzelfde ongerief. Statitische onderbouwing (o.b.v. Resultaatverwachting) ontbreekt. Hok is de herhaling, niet kip. Waarom wordt dit model gebruikt. geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen mate van ongerief is niet correct geen opmerkingen geen opmerkingen
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen. De DEC wil een narapportage over het verloop en de gevolgen van meermalen biopteren.
B
A A
Antwoord geven op de vragen en proefplan aanpassen
E B
A Antwoord geven op de vragen en proefplan aanpassen
A
A(KC)
E Vragen beantwoorden. Aangepaste proefplan wordt in KC behandeld.
C, A (KC)
E E E E A
2007097.3
geen opmerkingen
A E E A
2007098.3
geen opmerkingen
A
2007099-a
geen opmerkingen
2007094.a 2007095.3 2007096.3
mate van ongerief aanpassen
E A
2007101.3
Is er vorig jaar een gelijksoortige proef geweest. Zo ja wat waren de resultaten daarvan. geen opmerkingen
2007102.3
geen opmerkingen
2007103.3
MvO is 5. Nagaan wanneer de piek in i/irusuftscheiding is en op dat moment euthanaseren. Als dit mogelijk voor het optreden van ernstige ziekteverschijnselen is kan ongerief zo verminderen.
2007104.3
geen opmerkingen
AuXCI
2007105.3
geen opmerkingen
2007106.3
geen opmerkingen
E E
2007107.3
Welzijnskooi dient beschreven te worden. Codering pijnbestrpng en anesthesie is niet correct
2007100-a
vraag beantwoorden
E A vraag beantwoorden en ongerief aanpassen
proefplan aanpassen
B
A
11
2007118-a
geen opmerkingen geen opmerkingen Eerste deel (Vm week 51 } wordt goedgekeurd. Voor 2e deel eerst vragen beantwoorden. Wat is het beoogde doel van de IB-chalenge, temeer daar de dieren 2x gevaccineerd zijn met dezelfde stam. Verwacht je dan toch nog effect. Waarom B, dat is geen darmaandoening. Mate van ongerief voor groep 1 en 2 klopt niet Aantal dieren groep 5 klopt niet. Kooiverrijking van perspex of evt, Motenljes moet volgens DEC wel mogelijk zijn. geen opmerkingen Wat wordt bedoeld met 'gremia'. Kooiverrijking wel toepasbaar volgens DEC, Waarom geen toediening via aerosol? Dat i$ ook uiteindelijke doel en is minder belastend (geen anesthesie nodig), om een goede afweging te maken over het belang van de proef en de ethische toelaatbaarheid is het belangrijk de resultaten van eerder onderzoek te weten. Waarom is dit niet verder onderzocht bij de dieren die deze symptomen vertoonden. Wat is er bekend in andere landen die standaard verdoofd castreren. geen opmerkingen Waarom is herhaling van eerdere proef nodig? Vrulentie en spreidend vermogen worden door elkaar gebruikt: onduidelijk. Is het eruit halen van de meest zieke dieren terecht, krijg je dan geen vertekend beeld? In maihvisseling was aangegeven dat 1 Paxgene buis volstaat De DEC wï hieraan vasthouden. Ongerief groep 1 en 2 te laag. geen opmerkingen
2007119.3
geen opmerkingen
2007120.b
Opbouw experiment ontbreekt. Ook met aanvullende info is onderbouwing aantal dieren niet duidelijk. MvO niet voor alle groepen hetzelfde en komt niet overeen met tekst. T.b.v. Beeldvorming/leerproces: Na afloop wl DEC graag terugrapportage met foto's/film van de misvormingen en de consequenties ervan voor de vissen
2007108-a 2007109.3
2007110.a
2007111.3 2007112.3 2007113.a
2007114.3
2007115-a
20071 16.a
2007117.3
2007121.8
2007122-a
2007123,3
E A aanvullende informatie beoordelen in KC
A*C,A(KC)
mate van ongerief aanpassen Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
A A
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
E B
De DEC besluit deze proef niette beoordelen en eerst de gevraagde informatie met resultaat van eerder onderzoek af te wachten alvorens de proef in behandeling te nemen.
E Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen. Aangepaste proefplan wordt door KC beoordeeld,
E Proefplan aanpassen en narapportage.
E B
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen.
E A
vraag beantwoorden
A
geen opmerkingen Is het ongerief wel mild zoals omschreven, gezien de huidige praktijk en resultaten in eerdere proeven. Alle ongerief veroorzakende handelingen dienen vermeld te worden, evenals frequentie, hoeveelheid en methode van bloedafname. Toestand dier einde proef is onjuist. Waarom wordt er i.m. Gechalenged. Dit is een onlogische entreeroute die in de praktijk niet voor komt
2007124.a
geen opmerkingen
2007125-a
geen opmerkingen
2007126.3
Soort eend en herkomst ervan is niet omschreven. Groot verschil tussen Algevoeligheid tussen eendensoorten.
C,A(KC)
E E Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
A
12
2007127.3
2007128-a 2007129.3 2007130.3
die diarree kan veroorzaken, Hier is sprake van het tegenovergestelde effect? ZfnjB l^BwweiM? Herkomst dieren niet juist Is het toegestaan om 1 dag oude kalveren te vervoeren Is er overleg met de Afroep. Info over wat er al bekend is over infectieproeven met HSN1 ontbreekt.
2007133.3 2007134.3
geen opmerkingen
2007135.3
geen opmerkingen
20070136.3
geen opmerkingen
2007132.3
2007137.3
2Q07138.a
A
aanvullende informatie beoordelen in KC
C,A(KC)
A
geen opmerkingen Waarom was er de eerste keer onvoldoende opbrengst Waarom wordt onder la H7N7 genoemd? Motivatie voor keuze praefgroepen niet duidelijk. IS controle 1 en II niet te combineren? Wat wordt bedoeld met 'natief , Anesthesie groep 6 niet Juist. geen opmerkingen
2007131.3
proefdierdeskundige zal nazoeken
MvO te laag, Bij beschrjjvmgoriEeiïef ontbreken indiuiduelettlHBen gevolgen van diabetes. Aantal varkens onder Sa is onjuist Waarom moet combinatie getest worden. Waarom worden in deze (risicovollere) proef meer dieren gebruikt dan in de analoge proef (2007139.3) met positieve dieren.
2007139.3
Waarom moet combinatie getest worden. Waarom worden in deze (minder risicovolle) proef meer dieren gebruikt dan in de analoge proef <2007138.a) met negatieve dieren. Omschrijving accommodatie niet juist
2007140.a
geen opmerkingen
2007141.3
geen opmerkingen
2007142.3
MvO is 5 bij Freunds complete volgens CoP
2007143.3
geen opmerkingen
2007144.3
Vraag beantwoorden
A
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen. Aangepaste proefplan wordt door KC beoordeeld.
C.AIKC)
E A
proefplan aanpassen
E E A
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
A E MvO aanpassen
A A
HE ontbreken: bij ziekteverschijnselen eerder euthanaseren en 2x p.d. Klinisch beoordelen. MvO groep 1 te laag.
Proefplan aanpassen
B
Vraag beantwoorden
B
2007146.3
Is narcose nodig voor intranasale challenge (bij andere proeven gebeurt het ook zonder) geen opmerkingen
2007147.b
geen opmerkingen
2007148.3
Hoeveel muizen per peptide en voor welke peptde. Welke verdoving wordt toegepast. Is dit nog ontwikkeling of al toepassing. Wetenschappelijk en maatschappelijk doel niet goed te beoordelen omdat niet duidelijk is waarvoor peptiden gebruikt gaan worden
2007149.3
geen opmerkingen
2007150.3
geen opmerkingen
2007145.3
2007151.3
Is het nodig om rnet levende Mycobacteriën te infecteren, is het niet met alleen immuniseren te onderzoeken. Hoe bloedafname uitgevoerd. DEC wil graag na afloop proef sectie zodat info verkregen wordt over hoe infectie is aangeslagen en hoe het verloop van infectie
A(KC)
E Verduidelijkte en aangepaste proefplan in KC beoordelen
C,A(KC)
E E Aangepast proefplan in KC beoordelen
C,A(KC)
W3S
2007152.3
geen opmerkingen
A(KC)
2007153.3
geen opmerkingen
A
13
2007157-a
geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen
2007158.3
geen opmerkingen
2007154-a 2007155.3 2007156.3
2007159.a
2007160.a
20071 61. a
E E A A A E
geen opmerkingen Verwacht je de omschreven symptomen ook daadwerkelijk? Rekening ermee houden bij MvO. Waarom is pünbestrijding onverenigbaar. Anesthesie groep 5 niet Juist. Methode bedwelmen niet omschreven. Agonie is laat stadium voor euthanasie. Kan dat eerder, zo niet: waarom niet MvO te laag (operatie, individuele huisvesting). Waarom cellulose aleen niet als proeft etiandeïng
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B E A
2007162.3
geen opmerkingen Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
20071 63.b
Beschrijving wetenschappeükc toetsing aanpassen. Watbetekent(H| Info-vraag DEC: Wanneer is deze studie geslaagd, hoevele positieve dieren, wat is je optimum. Beschrijving wetenschappelijke toetsing aanpassen. Aangeven dat dubbele aantal dieren gebruikt wordt. geen opmerkingen
DEC gaat pas tot goedkeuring van deze proef over wanneer 20071 63. a een bruikbaar model oplevert. De verstrekte speeltjes dienen vervormbaar te ziin (emmertjes)
In titel staat "virus1 waar 'vaccin' bedoeld wordt. Op welke dagen bloedafname, welke methode en hoeveelheid. Vaccinatie en chalenge ontbreken in proefschema
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
20071 64,a 2007165.3
2007166.a
C A B
geen opmerkingen
A
2007168.a
geen opmerkingen
A
2007169.3
geen opmerkingen
2007170.a
geen opmerkingen
E E
2007171.3
geen opmerkingen
E
2007172.a
geen opmerkingen
2007173.a
geen opmerkingen
A A A A
2007167.3
2007174.3
geen opmerkingen
2007175.a
geen opmerkingen
2007176.a
geen opmerkingen Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
A B
2007177.a
Waarom geïnactiveerd M. Avium en in 20071 78.3 levend M. Bovis? Wat is effect Marcd? MvO is conform CoP 5. Volgens CoP is man. Volume 0,1 ml, hier doe je 0,5 ml.
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
2007178.a
Waarom levend M, Bovis en in 2007177.3 geïnactiveerd M. Avium? Geeft levend M. Bovis ziekteverschijnselen? Wat is effect Marcol? MvO is conform CoP 5. Volgens CoP is max. Volume 0,1 ml, hier doe je 0,5 ml. Wat is verschil tussen immuniseren en sensibiliseren. Onder 6a staat 'immuniseren' terwijl 'inoculeren' bedoeld wordt Kan deze proef gecombineerd worden met 20071980,3
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
2007179.3
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
2007180.3
Wat is verschil lussen immuniseren en sensibiliseren. In 20071 79.a wordt geïmmuniseerd, waarom is het nog nodig om in 20071 SO.a te sensibiliseren. Onder 6a staat 'immuniseren' terwijl "ïnoculeren" bedoeld wordt. Kan deze proef gecombineerd worden met20071980.a
14
2007181.a
2007182-a
2007183.a
2007184.a
2007185.a
20071B6.a
2007187.a
Waarom wordt in deze proef gewerkt met geïnactiveerd M. Mum en m 2007182.8 met levend M. Bovis (immuniseren resp. Infecteren) Waarom wordt in deze proef gewerkt met levend M. Bovis en in 2007181.3 met geïnactiveerd M. Avium. (infecteren resp. inmüriiseren) De proef wordt voor een groot deel uitgevoerd onder maatschappelijke en politieke druk. Het proefplan lijkt Heen bedoeld om de (diepte van de) verdoving uit te testen, er wordt niet gesproken over castratie. Waarom wordt niet meteen gecastreerd, dan heb je toch meer gegevens over al of geen pijnervaringen. De proef lijkt een herhaling van een eerdere proef waarover gerapporteerd is in de proceedings 19th IPVS Congress 2006. Waarom zijn groepen zo groot. Hoe zijn de resultaten van vorige proef (2007048). Hoe wordt anesthesiediepte gemeten. In hoeverre is sprake van pijnloosheidof is er alleen uitschakeling vanbewustzijn. Is er contact/samenwerking met anesthesioloog. Is bekend in welke mate C02 spierverzuring geeft (meer ongerief). Waarom wordt proef in Utrecht uitgeveord, zijn geen medewerkers uit Utecht genoemd. Waarom begonnen met verblijftijd van 1,5 minuut terwijl aangegeven is dat er kans op sterfte is. Naar oordeel DEC beginnen met kortere tijd en dan verlengen bij onvoldoende anesthesie (hoe meet [e dat?). Herkomst dieren niet correct. Contraledieren valen ook onder wod. Berekening aantal proefdieren onduidelijk. Betere omschrijving hè: wanneer is ongerief onnodig en welke symptomen worden verwacht HE ontbreken. Niet alleen tijdens handelingen adequate pijnbestrjding toepassen, maar gedurende hele proef. Overwegen om te sederen met Domosedan/antisedan omdat dieren dan sneller op de been zijn. Methode euthanaseren niet goed omschreven. DEC wil welzynsevaluatie van soortgelijke proeven uit het verleden. HE ontbreken. Niet alleen tijdens handelingen adequate pijnbestrijding toepassen, maar gedurende hele proef. Overwegen om te sederen met Domosedan/antisedan omdat dieren dan sneller op de been zijn. Methode euthanaseren niet goed omschreven.Waaom op dag 4 vaccinatie? Wordt met immuniseren inoculeren bedoeld? IS MKZ-antigeervpool hetzelfde als MKZ-vaccin. DEC w) welzijnsevaluatie van soortgelijke proeven uit het verleden. HE ontbreken. Niet alleen tijdens handelingen adequate pijnbestrijding toepassen, maar gedurende hele proef. Overwegen om te sederen met Domosedan/antisedan omdat dieren dan sneller op de been zijn. Methode euthanaseren niet goed omschreven. Laatse regel omschrijving ongerief niet juist. DEC wil welzijnsevaluatie van soortgelijke proeven uit het verleden.
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
aangepaste proefplan wordt PLENAIR behandeld
C, A
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
15
2007188.3
20071B9.b
2007190-a 2007191.8 BF11 -BF15 ST06-112 DT-06/D7 -
2007-01
2007-02 2007-05
2007-04
|^B>2-04-O04 CT-07-01 2007-01 2007-09
2007-11
2007-13 2007-14 FMD07.70.001
HE ontbreken. Niet alleen tijdens handelingen adequate pijnbestrijding toepassen, maar gedurende hele proef. Overwegen om te sederen met Domosedan/antisedan omdat dieren dan sneler op de been zijn. Methode euthanaseren niet goed omschreven. DEC wil welzijnsevaluatie van soortgelijke proeven uit het verleden. Toestand dieren einde proef niet juist. Huisvestuigsdichtheid nog niet ingevuld, Slechts 1 van de 2 virussen wordt beschreven. Is dosis 10A6 niet erg hoog of is virus niet erg virutent Opwelke termijn overlijden dieren en als dat heel snel is: is er dan nog wel tijd voor transmissie. Omschrijving ongerief te summier. Minimaal 3 x p.d. klinsiche controle. Huisvestingsdichtiieid niet ingevuld. Aantal dieren {m.n. Contactdieren) niet onderbouwd. Omschrijving ongerief niet juist. H, E. Ontbreken. Toestand dier einde proef niet iuist geen opmerkingen Resultaten van vorig jaar moeten in nieuwe proefplan verwerkt worden. Waarom 24 uur licht gedurende eerste 4 dagen. gwn opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen Omschrijving metabole kooien ontbreekt. Is er audiovisueel contact mogelijk. Wordt kootverrijking toegepast? Zo niet dan aangeven waarom en Mvo ophogen naar 4. Info over pathogene stam en ziekteverschijnselen ontbreekt. Werkt dit model op deze leeftijd. H.E.: er staat enable, dit moet unable zijn? Is de verwachting dat de dieren zo ziek worden geen opmerkingen geen opmerkingen Wat is er in literatuur als toxische dosis bekend. Waarom deze doseringen. Uftleesparameters te summier, is veel meer uit dit unieke materiaal te halen. DEC heeft zorg over maatschappelijke verantwoording. Hoe viability biggen binnen 30 sec. meten. Wat in Moed bepaald geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen Er ontbreekt info over aard teststoffen en verwachte aangrijpingspunt. Er wordt te laat overgegaan op euthanasie Zijn kuikens van 20 en 35 weken even geboelig als jonge kuikens uit het bestaande vteeskuikenmodel. Waarom deze leeftijden. Overwegen om eerst bij spf-groep te testen. Hoe wordt daling tot 10 oC bereikt en is overwogen de stressor d.m.v. corfo'co's op te wekken. Nadere onderbouwing aantallen proefdieren Krijgen zeugen enig ruwvezel. Hoe moet individuele huisvesting met beperkte uitloop eezien worden geen opmerkingen
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
Aangepaste proefplan in KC beoordeeld en terugverwezen naar oz omdat wagen nog niet voldoende beantwoord zijn en om de taalfouten eruit te halen
C,C(KC),A|KC)
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
Volgend jaar aangepast proefplan indienen waarin resultaten van voorgaande jaren in zijn verwerkt.
antwoorden op de vragen, proefplan aanpassen. Aangepaste proefplan wordt in KC behandeld.
E E E E E A C, A(KC)
E proefplan aanpassen en in KC behandelen
Ë C, A{KC)
aanvullende informatie beoordelen in KC
A E E C, A(KC|
aanvulende informatie beoordelen in KC
C, AIKCI
waag beantwoorden Vragen beantwoorden
A A F
16
DT 07-04
geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen
2007-07
geen opmerkingen
E
2007-08
geen opmerkingen
E E E
FMD07.70.002 ••00.19,0.00 2007-06
2007-10
geen opmerkingen
2007-12
geen opmerkingen
2007-16
Motivatie waarom er geen alternatieven zijn ontbreekt De bijgeleverde foto's laten een op het oog dieronvriendelijke huisvesting zien.
•007_14
geen opmerkingen
PT 07 101
Is de gebruikte Salmonela een mens- of kippenpathogeen en wat doet het bij de kip. Onduidelijk wat A, B en C inhoudt, proefopzet niet duidelijk. Wanneer dit doseringen zijn dan vraagt de DEC zich af waarom er gekozen is voor deze opzet. Niet alle combinaties zijn opgenomen. Voorstel is om alleen de neest waarschijnlijke behandelingen eerst te testen. Wordt de controlegroep apart gehuisvest.
07.13.003
geen opmerkingen
07.12.183
geen opmerkingen
2007-15
Waarom geen pijnbestrijding tijdens oprekken
080.83.D.OO
geen opmerkingen
2007-17
geen opmerkingen
FMD07. 70.003
geen opmerkingen
SVI07-12-576
geen opmerkingen
F E E E
PDK gaat de huisvesting bekijken en onderneemt 20 nodig verdere actie indien huisvesting niet aan de norm voldoet
B
A aanvullende informatie beoordelen in KC
C, AIKC]
F f Indien gewenst pijnbestrijding tijdens oprekken gebruiken
A E A
geen opmerkingen
F F E
geen opmerkingen
E
2007-18
geen opmerkingen
E
2007-22
[Werking) extracten nader omschreven
B
2007-020
geen opmerkingen
E
2007-021
geen opmerkingen
E
geen opmerkingen
E
•080.89.D.OO •-685.07V.OO
2007-191RM07-17) 7655600
2007-26
Wat is het wetenschappelijke argument waarom dit product zou werken. Waarom is dir specifieke effect gekozen uit een hele range van mogelijke factoren. Sluit het gebruikte model aan bij het probleem in de praktijk geen opmerkingen
FT 07 103
geen opmerkingen
20120D02
Proefopzet onduidelijk: welke 6 behandelingen getest? Naar het oordeel van de DEC moet het wel mogelijk zijn om kooiverrijking toe te passen waaraan niet geknaagd kan worden
CT/ST 07
geen opmerkingen
2007-24
685.07.V.OO
E
geen opmerkingen vragen beantwoorden
C, E
A A Vragen beantwoorden
C. E
A(KC)
geen opmerkingen
E
geen opmerkingen
E E
2007-23
geen opmerkingen
2007-25
geen opmerkingen
2007-27
geen opmerkingen
E E
BTV 07.12.823
geen opmerkingen
E
17
30982103N
Naar de nieuwste inzichten voldoet een bal niet als kooiverrijking voor varkens, Kooiveirijking dient vervormbaar te zijn. De DEC verzoekt plastic 1-iter emmertjes zonder handvat te gebruiken. HE laat gedefinieerd: is het mogelijk om dieren eerder te offeren (bijv. uiterlijk l dag) Wanneer Ie pilot niet succesvol was dan ligt het voor de hand om 2e piot rnetl of 2 behandelingen uit te voeren waar gekeken wordt naar hoofdparameters om uit ze zoeken of model werkt. DEC kan pas oordelen over het belang als resultaten van PT07 103 bekend zijn. Is het zinvol om aantal kiemen in mestte bepalen om gestandariseerd model te kunnen ontwikkelen? Naar de nieuwste inzichten voldoet een bal niet als kooiverrijking voor varkens. Kooiverrpng dient vervormbaar te zijn. De DEC verzoekt plastic 1 -liter emmertjes zonder handvat te gebruiken geen opmerkingen
^•30&03AMX>
geen opmerkingen
2007-28
PT 07-103b
•P38.06.V.OO
CT07-OZ/03
•-202.04.D.05
?
2007-30
Vraag beantwoorden en kooiverrijking aanpassen.
A
Resultaten van PT07 103 afwachten. Voorbereiden van proef is toegestaan, proef mag pas gestart worden als PT07 103 positieve resultaten geeft naar het oordeel van de KC
C,A(KC)
Kooiverrijking aanpassen.
A
F E E
geen opmerkingen Uitgaande van 10-mRxiizen: hoeveel bloedafname is te veel en frequentie is te hoog (kan s op haemodynamische chock). Is aanbrengen tijdelijke katheter een optie. Kunnen citrulline en I-FABP gecombineerd worden Mogen de dieren hergebruikt worden (gezien het ongerief in de voorgaande proef). MvO is te laag. Statistische onderbouwing ontbreekt. Hoeveel dieren worden er uiteindelijk geopereerd. Hoe wordt bewerkstelligd dat de diabetesvarkens zo optimaal mogelijk functioneren. geen opmerkingen
Vragen beantwoorden
C, E
Vragen beantwoorden
B
A E
geen opmerkingen
E E F
geen opmerkingen 2007-29
geen opmerkingen
PPV 07-1 2-1 31
geen opmerkingen
^007-56
geen opmerkingen
De DEC wil graag een narapportage zien
A(KC)
Methode en hvh bloedafname ontbreekt. Aantal keren bloedafname is onduidelijk, bij 16 keer MvO aanpassen. Bij 'alternatieven' staat 'n.v.t.' Dat is niet acceptabel. Dij MvO wordt stress door spenen niet meegenomen: MvO met 1 ophogen geen opmerkingen
Vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
vragen beantwoorden en proefplan aanpassen
B
2007-32
Wat betekent voor A en B. Klopt groep 7 in de tabel, kolom 5. Is de genoemde grondstof niet hetzelfde als een additief. Op welk moment wordt gestart met toevoeging additief.
Vragen beantwoorden en in KC beoordelen.
C, A IKC)
2007-35
Metafyfactische toediening: dus pas gemedicineerd wanneer er klinische verschijnselen zijn of wanneer uit secties Wjkt dat darm is aangedaan. Moment van toediening niet duidelijk omschreven. Naar oordeel DEC pas vanaf dag 20 omdat er bij eerder toediening profylactisch gegeven wordt.
2007-31
•
F
18
^^99-84-T-OS
2007-33 2007-34 DT-07-01
Omschrijving ongerief ontbreekt.. B| uleesvarkenseen biggen kooiverrijking. Waarom nog balanskool als aangegeven is dat je ook individueel in groepshok kunt huisvesten. Waarom in balanskooi voerbak niet afstoten zodat fixeren overbodig wordt. Waarop is aantal dieren in kippenproeven gebaseerd? geen opmerkingen geen opmerkingen geen opmerkingen
Vragen beantwoorden en in KC beoordelen,
C, A (KW
E E E
19