Ontwerp Raadsbesluit *BR1400016* *BR1400016*
Datum Raad
n.t.b. Registratienummer
BR1400016
Onderwerp
Vaststelling bestemmingsplan "Rottebandreef 2"
De raad van de gemeente Lansingerland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. […] 2014 Overwegende dat -
in het kader van artikel 3.8 Wet ruimtelijke ordening thans het ontwerp van het bestemmingsplan “Rottebandreef 2” dient te worden vastgesteld;
-
de gevolgde procedure is doorlopen conform de Wet ruimtelijke ordening (Wro);
-
de voorbereiding van het plan is aangekondigd overeenkomstig artikel 1.3.1 van het Besluit ruimtelijke ordening(Bro);
-
vooroverleg als bedoeld in artikel 3.1.1. van het Bro heeft plaatsgevonden en is afgerond;
-
het ontwerpbestemmingsplan “Rottebandreef 2” met de daarbij behorende verbeelding, regels, toelichting, bijlagen en ontwerp van het vaststellingsbesluit met ingang x februari 2014 gedurende zes weken voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage heeft gelegen en langs elektronische weg beschikbaar is gesteld;
-
voorafgaand aan deze terinzagelegging een kennisgeving hiervan heeft plaatsgevonden in De Heraut, de Staatscourant en op de gemeentelijke website;
-
in de periode van de terinzagelegging van voornoemd bestemmingsplan “Rottebandreef 2” schriftelijke zienswijze[n] en […] mondelinge zienswijze[n] zijn ingediend, waarvan een verslag is gemaakt, zijn ingediend;
-
de zienswijze[n] tijdig zijn ingediend/ontvangen en dus ontvankelijk zijn;
-
de zienswijze[n] en de overwegingen hierover in de als bijlage opgenomen ‘Nota zienswijzen, ambthalve aanpassingen en staat van wijziging bestemmingsplan “Rottebandreef 2”’ zijn weergegeven;
-
bij de overwegingen van de zienswijze[n] een zorgvuldige weging heeft plaatsgevonden tussen het algemeen en individueel belang;
-
de conclusie uit de zienswijze[n] op het ontwerpbestemmingsplan “Rottebandreef 2” en de overwegingen hierover [niet] leidt tot wijziging van het ontwerpbestemmingsplan “Rottebandreef 2” zoals verwoord in de ‘Nota zienswijzen, ambthalve aanpassingen en staat van wijziging bestemmingsplan “Rottebandreef 2” ’;
-
een ambtshalve beoordeling van het ontwerpbestemmingsplan “Rottebandreef 2” en de overwegingen hierover in de als bijlage opgenomen ‘Nota zienswijzen, ambthalve aanpassingen en staat van wijziging bestemmingsplan “Rottebandreef 2”’zijn weergegeven;
-
de conclusie uit de ambtshalve beoordeling van het ontwerpbestemmingsplan “Rottebandreef 2” en de overweging hierover [niet] leidt tot ambtshalve wijziging van het ontwerpbestemmingsplan “Rottebandreef 2”, zoals verwoord in de ‘Nota zienswijzen, ambthalve aanpassingen en staat van wijziging bestemmingsplan “Rottebandreef 2”’;
-
op grond van de afdeling 6.4 van de Wro onderzocht moet worden of gelijktijdig met het bestemmingsplan een exploitatieplan moet worden vastgesteld;
-
een anterieure overeenkomst is gesloten met de aanvrager;
-
door het sluiten van de anterieure overeenkomst het kostenverhaal verzekerd is;
-
geen exploitatieplan vastgesteld hoeft te worden omdat wordt voldaan aan de in artikel 6.12 lid 2 van de Wro gestelde voorwaarden;
-
het bestemmingsplan “Rottebandreef 2” conform de artikelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 Bro in digitale vorm is vastgelegd en wordt vastgesteld.
Gelet op artikel 3.8 en artikel 6.12 lid 1 Wet ruimtelijke ordening. Besluit(en) 1. 2. 3.
4.
De zienswijze[n] van reclamant[en] […] ontvankelijk te verklaren. De zienswijze[n] van reclamant[en] […] ongegrond te verklaren. Het bestemmingsplan “Rottebandreef 2”, met identificatiecode: NL.IMRO.1621.BP0142-VAST, [on]gewijzigd vast te stellen [conform de [ambtshalve] wijziging[en] genoemd in de ‘Nota zienswijzen, ambthalve aanpassingen en staat van wijziging bestemmingsplan “Rottebandreef 2” ’. Geen exploitatieplan vast te stellen.
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Lansingerland in zijn openbare vergadering Van .. 2014, de plaatsvervangend griffier,
de voorzitter,
drs. Marijke Walhout
Coos Rijsdijk
*U14.01745* *U14.01745*
CONCEPT OMGEVINGSVERGUNNING W-2013-0239 Beschikking op de aanvraag van Gevestigd
P.A. Hoogerbrugge Rottebandreef 2 2661 JK BERGSCHENHOEK
Aanvraag Burgemeester en wethouders hebben op 11 juli 2013 een aanvraag ontvangen voor een omgevingsvergunning als bedoeld in de zin van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor het project: het bouwen van een ligboxenstal en de aanleg van een tijdelijke bouwinrit op de locatie Rottebandreef 2, 2661 JK Bergschenhoek, kadastraal bekend gemeente Bergschenhoek, sectie A, nummer 3110. De volgende activiteiten zijn aangevraagd: Bouwen van een bouwwerk (artikel 2.1, lid 1, onder a, van de Wabo); Een uitweg te maken, te hebben of te veranderen of het gebruik daarvan te veranderen (artikel 2.2, lid 1, onder e, van de Wabo); Omdat het project in strijd is met het bestemmingsplan “Hoekse Park”, gelet op het bepaalde in artikel 2.10, lid 2 van de Wabo, is de aanvraag van rechtswege aangemerkt als een aanvraag voor de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening (2.1, lid 1, onder c, van de Wabo). Mandaat De afdeling Vergunningverlening & Handhaving neemt namens het college van burgemeester en wethouders een besluit op deze aanvraag. Zij heeft deze bevoegdheid gekregen door de Mandaatregeling Lansingerland 2011 zoals vastgesteld op 11 januari 2011, laatstelijk gewijzigd 1 januari 2013 en het Ondermandaatbesluit Wabo-coördinatoren van 4 juni 2013. Wettelijk kader Om tot deze beschikking te komen heb ik, namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lansingerland, op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de Woningwet (Ww), de Wet ruimtelijke ordening (Wro), de Coördinatieverordening Wet ruimtelijke ordening gemeente Lansingerland 2011 (CvWro), het in voorbereiding zijde bestemmingsplan, het Bouwbesluit 2012 en de Bouwverordening gemeente Lansingerland 2011, het volgende overwogen: Algemene overwegingen Overwogen is dat: het college het bevoegd gezag is als bedoeld in de zin van de Wabo voor de behandeling van deze aanvraag; de gemeenteraad op basis van artikel 3.30, eerste lid, van de Wro gevallen kan aanwijzen die het wenselijk maken dat besluiten met betrekking tot het gemeentelijk ruimtelijk beleid worden gecoördineerd; de raad op 29 september 2011 de ‘Coördinatieverordening Wet ruimtelijke ordening gemeente Lansingerland 2011’ heeft vastgesteld en daarmee de bevoegdheid voor het toepassen van de coördinatieregeling heeft overgedragen aan het college; het college op 27 november 2012 besloten heeft om deze bevoegdheid te mandateren aan zowel het afdelingshoofd en de teamleider ruimtelijke ontwikkelingen als het afdelingshoofd en de teamleider vergunningverlening;
pagina 1/9
Ons kenmerk W-2013-0239 / U14.01745 Pagina 2/9
op 21 juni 2013 het afdelingshoofd Ruimtelijke Ontwikkelingen namens het college besloten heeft om op verzoek van de aanvrager de besluiten omtrent het bestemmingsplan en de omgevingsvergunning voor de Rottebandreef 2 te coördineren op basis van de Wro; door dit besluit het bouwplan getoetst moet worden aan het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan “Rottebandreef 2”, zoals bepaald in artikel 3.30, derde lid, van de Wro; door dit besluit tevens de procedure (op basis afdeling 3.4 Awb) gevolgd moet worden die in de CvWro bepaald is, en hierdoor procedures op basis van de Wabo niet van toepassing zijn; de gemeente geen verordening heeft waarin geregeld is dat een tijdelijke bouwinrit vergunning- of ontheffingsplichtig is, waardoor deze activiteit niet vergunningplichtig is en buiten de aanvraag is gelaten; op 24 juli 2013 kennis is gegeven van ontvangst van de aanvraag in het huis-aan-huisblad ‘De Heraut’; er op 25 juli 2013 aanvullende gegevens zijn gevraagd onder opschorting van de beslistermijn; op 22 januari 2014 de aanvullingen laatstelijk zijn ontvangen en de beslistermijn is opgeschort met de maximale termijn van 28 dagen; de ontwerpbesluiten met bijbehorende stukken op 27 februari 2014 gedurende een periode van 6 weken voor het naar voren brengen van zienswijzen ter inzage heeft gelegen; ten aanzien van het ontwerpbesluit wel/geen geen zienswijzen naar voren zijn gebracht; voor de samenvatting van deze zienswijze(n) en de reactie van het bevoegd gezag verwezen wordt naar bijlage 1, onder nummer T14.xxxxx d.d.
; op 23 januari 2014 een melding is ingediend op grond van het Activiteitenbesluit. Overwegingen ten aanzien van de activiteit bouwen Overwogen is dat: Welstand op 31 juli 2013 de welstandscommissie een positief advies heeft uitgebracht over het bouwplan; wij van mening zijn dat het advies op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen; wij, gelet op de inhoud van het advies, eveneens van mening zijn dat het bouwplan voldoet aan de redelijke eisen van welstand, beoordeeld aan de hand van de criteria uit de Welstandsnota; Bouwbesluit 2012 aannemelijk is gemaakt dat het bouwplan (met inachtneming van de genoemde voorwaarden) gaat voldoen aan het Bouwbesluit 2012; Bouwverordening gemeente Lansingerland 2011 indien de omvang of de bestemming van een gebouw daartoe aanleiding geeft, dient op grond van artikel 2.5.30, eerste lid, van de bouwverordening ten behoeve van het parkeren of stallen van auto’s in voldoende mate ruimte zijn aangebracht in, op of onder het gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort; wij van mening zijn dat gelet op de omvang of de bestemming er geen aanleiding is voor het stellen van eisen aan parkeren; voor de locatie van het bouwplan, met betrekking tot bodem, reeds bruikbare onderzoeksresultaten beschikbaar zijn; inzake de bodem geen bezwaar is tegen het toekomstige gebruik van de locatie en dat er geen belemmering is voor de geplande werkzaamheden; aannemelijk is gemaakt dat het bouwplan gaat voldoen aan de Bouwverordening gemeente Lansingerland 2011;
pagina 2/9
Ons kenmerk W-2013-0239 / U14.01745 Pagina 3/9
Planologisch toetsingskader ter plaatse het bestemmingsplan “Rottebandreef 2” in voorbereiding is (hierna: het bestemmingsplan) en het perceel de bestemmingen “Agrarisch” heeft; voor deze bestemming in artikel 3 bouw- en gebruiksregels zijn opgenomen; het bouwplan strekt tot het bouwen van een ligboxenstal; het voorgenomen bouwplan voldoet aan de bouw- en gebruiksbepalingen als bedoeld in voornoemd artikel en voldoet aan de overige bestemmingsplanregels; gelet op het bovenstaande het bouwplan in overeenstemming is met het planologisch toetsingskader;
Besluit Op basis hiervan heb ik besloten: I.
II.
op grond van artikel 2.1.5, lid 3 van de Bouwverordening gemeente Lansingerland 2011 ontheffing wordt verleend van de plicht tot het indienen van een bodemonderzoekrapport daar er reeds bruikbare onderzoeksresultaten beschikbaar zijn; omgevingsvergunning te verlenen op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo voor de bouw van het aangevraagde bouwplan volgens de tekeningen die bij de aanvraag horen en als zodanig gewaarmerkt zijn (zie bijlage 1), onder de voorwaarden zoals die bijgevoegd zijn;
Lansingerland, .. 2014
Hoogachtend, namens burgemeester en wethouders van Lansingerland
Beppie Hagenaars Teamleider Vergunningverlening Afdeling Vergunningverlening & Handhaving
Dit besluit is verzonden op:
Inwerkingtreding beschikking Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na afloop van de termijn voor het indienen van een beroepschrift. Wanneer gedurende deze termijn bij de bevoegde rechter een verzoek om voorlopige voorziening is gedaan, treedt het besluit niet in werking voordat op dat verzoek is beslist. In het laatstgenoemde geval kan de vergunninghouder de voorzieningenrechter van de rechtbank verzoeken de opschorting op te heffen.
pagina 3/9
Ons kenmerk W-2013-0239 / U14.01745 Pagina 4/9
Beroepsmogelijkheid Belanghebbenden kunnen beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA in Den Haag. U dient: tijdig bij het college een zienswijze naar voren te hebben gebracht óf het moet u redelijkerwijs niet te verwijten zijn dat u dat niet heeft gedaan óf door een wijziging ten opzichte van het ontwerpplan in een ongunstiger positie te zijn gebracht; het beroepschrift te voorzien van naam, adres en datum; het bestreden besluit te omschrijven en daarvan een kopie mee te sturen; de redenen van uw beroep te geven; het beroepschrift te ondertekenen. Voor de behandeling van een beroepschrift is griffierecht verschuldigd. De beroepstermijn bedraagt zes weken en begint op donderdag 11 juni 2013. Het plan treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beroepstermijn afloopt, dus vanaf donderdag 22 augustus 2013. Indien gedurende de bovenstaande beroepstermijn bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak een verzoek om voorlopige voorziening is gedaan, treedt de beschikking niet eerder in werking dan het moment waarop op dit verzoek om voorlopige voorziening is beslist.
pagina 4/9
Ons kenmerk W-2013-0239 / U14.01745 Pagina 5/9
Voorwaarden behorend bij Omgevingsvergunning W-2013-0239 Voorwaarden voor de activiteit bouwen Bouwbesluit 2012 De aanvrager is gehouden te bouwen overeenkomstig de bepalingen van de het Bouwbesluit 2012. Het bouwen dient te geschieden overeenkomstig de bij deze vergunning behorende en als zodanig gewaarmerkte tekening(en) en overige bescheiden (zie bijlage 1). Intrekken Ingevolge artikel 2.33 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) kan de omgevingsvergunning worden ingetrokken, indien: De bouwwerkzaamheden langer dan een aaneengesloten periode van 26 weken stilliggen; Op verzoek van de aanvrager. Documenten op de bouwplaats Ingevolge artikel 1.23 van het Bouwbesluit 2012 dienen de volgende bescheiden op de bouwplaats aanwezig te zijn en op verzoek van de inspecteur van de afdeling Vergunningverlening & Handhaving te worden getoond: de omgevingsvergunning voor het bouwen; het bouwveiligheidsplan als bedoeld in artikel 8.3 van het Bouwbesluit 2012; een afschrift van een besluit ingevolge artikel 13, 13a en 14 van de Woningwet, dan wel een besluit tot toepassing van een last onder bestuursdwang of oplegging van een last onder dwangsom; overige voor het bouwen van belang zijnde vergunningen en documenten met nadere voorwaarden en ontheffingen. Constructieve gegevens Op grond van het bepaalde in artikel 2.1 van het Bouwbesluit 2012 mag een bouwconstructie niet bezwijken gedurende de in NEN-EN 1990 bedoelde ontwerplevensduur bij de fundamentele belastingscombinaties als bedoeld in NEN-EN 1990. De aanvrager moet dit, tenminste 3 weken voor de aanvang van de werkzaamheden, doormiddel van berekeningen en tekeningen aantonen. Als de ingediende stukken voor de afdeling Vergunningverlening & Handhaving, geen aanleiding geven tot het maken van opmerkingen mag met de uitvoering van de bedoelde werkzaamheden begonnen worden. Uitzetten Ingevolge artikel 1.24 van het Bouwbesluit 2012 mag niet met de bouw worden begonnen alvorens door of namens het bevoegd gezag het straatpeil en de rooilijn en/of de bebouwingsgrenzen zijn uitgezet. In kennis stellen Ingevolge artikel 1.25 van het Bouwbesluit 2012 moet de afdeling Vergunningverlening & Handhaving ten minste twee werkdagen voor de feitelijke aanvang van de bouwwerkzaamheden daarvan in kennis te worden gesteld, met inbegrip van de ontgravingswerkzaamheden (zie ook de mededelingen): De afdeling Vergunningverlening & Handhaving wordt ten minste op de dag van beëindiging van de bouwwerkzaamheden waarvoor een vergunning voor het bouwen is verleend, door de houder van die vergunning schriftelijk van de beëindiging van die werkzaamheden in kennis gesteld; Een bouwwerk voor het bouwen waarvan een vergunning voor het bouwen is verleend, wordt niet in gebruik gegeven of genomen indien niet voldaan is aan het voorgaande punt.
pagina 5/9
Ons kenmerk W-2013-0239 / U14.01745 Pagina 6/9
Bouwterrein De afscheiding, inrichting en veiligheid van en op het bouwterrein dient te voldoen aan het bepaalde in afdeling 8.1 van het Bouwbesluit 2012. Elektriciteitsvoorziening Ingevolge artikel 6.8 van het Bouwbesluit 2012 dienen de elektriciteitsvoorzieningen te voldoen aan: NEN 1010 bij lage spanning, en NEN-EN-IEC 61936-1 en NEN-EN 50522, bij hoge spanning; Bij een bestaand bouwwerk moet de voorziening voor elektriciteit, bij hoge spanning, voldoen aan V 1041. Gasvoorziening Ingevolge artikel 6.9 van het Bouwbesluit 2012 dient de gasvoorziening te voldoen aan: NEN 1078 bij een nominale werkdruk van ten hoogste 0,5 bar, en aan NEN-EN 15001-1 bij een nominale werkdruk hoger dan 0,5 bar en lager dan 40 bar; Een bestaande voorziening voor gas moet voldoen aan NEN 8078 bij een nominale werkdruk van ten hoogste 0,5 bar, en aan NEN 2078 bij een nominale werkdruk hoger dan 0,5 bar en lager dan 40 bar. Drinkwatervoorziening Ingevolge artikel 6.12 van het Bouwbesluit 2012 dient een voorziening van drinkwater te voldoen aan NEN 1006. Huishoudelijk afvalwater- en hemelwaterafvoer Ingevolge afdeling 6.4 van het Bouwbesluit 2012 heeft een bouwwerk een zodanige voorziening voor de afvoer van huishoudelijk afvalwater of hemelwater dat het water zonder nadelige gevolgen voor de gezondheid kan worden afgevoerd (zie ook de mededelingen). Afvoervoorziening huishoudelijk afvalwater Ingevolge artikel 6.16 van het Bouwbesluit 2012 moet bij een te bouwen bouwwerk: een capaciteit, een lucht- en waterdichtheid en een uitmonding en capaciteit van de ontspanningsleiding die voldoen aan NEN 3215. Bij een bestaand bouwwerk moet deze leiding een zodanige capaciteit hebben dat elk daarop aangesloten lozingstoestel binnen 5 minuten kan worden geleegd en een lucht- en waterdichtheid hebben die voldoet aan NEN 3215. Tenminste 3 weken voor aanvang van de werkzaamheden dienen uitgewerkte tekeningen met daarop tevens de maten van de leidingen en dimensioneringsberekeningen ter beoordeling worden ingediend bij de afdeling Vergunningverlening & Handhaving.
pagina 6/9
Ons kenmerk W-2013-0239 / U14.01745 Pagina 7/9
Mededelingen Slaan funderingspalen Van de aanvang van het inbrengen van de funderingspalen, het slaan van proefpalen daaronder begrepen, dient de afdeling Vergunningverlening & Handhaving tenminste 2 werkdagen van tevoren in kennis te worden gesteld. Storten beton De afdeling Vergunningverlening & Handhaving dient ten minste twee werkdagen van tevoren in kennis te worden gesteld van het storten van beton. Wegwerken voorzieningen Onderdelen van het bouwwerk, zoals doorvoeren in brandwerende scheidingen en de aanwezigheid van de thermische isolatie, mogen niet zonder toestemming van de afdeling Vergunningverlening & Handhaving aan het oog worden onttrokken. Aansluiting gemeenteriool Voor iedere woning geldt: één vuilwateraansluiting per woning, (bruin) minimaal 125 mm PVC; één hemelwateraansluiting per maximaal 2 woningen (grijs) minimaal 125 mm PVC; eventueel een drainage-aansluitleiding (groen), minimaal 125 mm PVC. Afvoer op eigen terrein Uitgangspunt bij de hemelwaterafvoer en de drainagewaterafvoer is dat ze op eigen terrein liggen en zoveel mogelijk naar het oppervlaktewater gaan. Eisen aansluitleiding Iedere aansluitleiding moet voorzien worden van een overnamepunt en een ontstoppingsstuk. Ontstoppingsstuk Het ontstoppingsstuk wordt aangebracht op: Op eigen terrein, op maximaal 50 cm vanuit de perceelgrens; Staat de voorgevel van het gebouw op of nabij de perceelgrens, dan moet het ontstoppingsstuk op maximaal 50 cm van de gevel van het gebouw worden aangebracht. Stijfheidsklasse De stijfheidsklasse van de rioolleidingen is minimaal SN 8. Buizen en hulpstukken dienen te zijn voorzien van een KOMO-keur. Verzoek rioolaansluiting Een verzoek voor een rioolaansluiting van een woning/bedrijf op het gemeentelijk rioolstelsel, moet tenminste 3 maanden voor de gewenste aansluitdatum worden ingediend. Bij de aanvraag moet ook een rioolaansluitplan van het ontwerp worden aangeleverd (dit aanvraagformulier is te downloaden op de website van de gemeente onder formulieren). In gebruik nemen gemeente gronden Indien er behoefte ontstaat om tijdelijk gemeente gronden in gebruik te nemen voor het stallen van een keten en containers dan dient hiervoor een vergunning aangevraagd te worden bij de afdeling Beheer & pagina 7/9
Ons kenmerk W-2013-0239 / U14.01745 Pagina 8/9
Onderhoud. Bij beschadiging van bestratingen, trottoirs of openbaar groen, zijn de kosten van herstel voor rekening van de aanvrager. Derden De vergunning wordt verleend behoudens rechten van en verplichtingen jegens derden Andere regelgeving Het verlenen van deze vergunning niet inhoudt, dat hiermee is voldaan aan de bepalingen die in andere wetten, verordeningen etc. zijn gesteld dan wel op grond hiervan kunnen worden voorgeschreven
pagina 8/9
Ons kenmerk W-2013-0239 / U14.01745 Pagina 9/9
BIJLAGE 1: Stukken behorend bij besluit van: W-2013-0239 / U14.01745 Kenmerk I13.32495
Datum 11-07-2013
Documentnaam Geveltekening
Omschrijving Geveltekeningen en plattegrond blad B10
I13.32496
11-07-2013
Constructietekening fundering
Palenplan blad B20
I13.32497
11-07-2013
Constructietekening fundering
Wapeningsplan blad B21
I13.32498
11-07-2013
Constructietekening overig
Kelderplan blad B22
I13.32499
11-07-2013
Plattegrond
Afdekkingsplan blad B23
I13.32500
11-07-2013
Constructietekening staal
Kapplan, schema spant blad B24
I13.32501
11-07-2013
Doorsnedentekening
Doorsnede en detail blad B30
I13.32502
11-07-2013
Detailtekening
Detailtekening blad B31
I13.32503
11-07-2013
Rapport
Rapport geotechnisch onderzoek funderingsadvies
I13.32504
11-07-2013
Berekening
Statische berekening
I13.32505
11-07-2013
Foto
Foto's
I13.32507
11-07-2013
Aanvraag omgevingsvergunning
Ingediende aanvraag voor het realiseren van een nieuwbouw ligboxenstal en de aanleg van een tijdelijke bouwinrit
I14.05143
05-02-2014
Tekening
Brandwerende scheiding
pagina 9/9
Gegevens bevoegd gezag Referentienummer
Datum ontvangst
Aanvraaggegevens Ingediende aanvraag/melding Aanvraagnummer
918889
Aanvraagnaam
Hoogerbrugge - Bergschenhoek
Uw referentiecode
B120441-11
Ingediend op
11-07-2013
Soort procedure
Reguliere procedure
Projectomschrijving
nieuwbouw ligboxenstal en de aanleg van een tijdelijke bouwinrit
Opmerking
-
Gefaseerd
Nee
Blokkerende onderdelen weglaten
Nee
Persoonsgegevens openbaar maken
Ja
Kosten openbaar maken
Ja
Bijlagen die later komen
-
Bijlagen n.v.t. of al bekend
-
Bevoegd gezag
Datum aanvraag: 11 juli 2013
Naam:
Gemeente Lansingerland
Bezoekadres:
Tobias Asserlaan 1, 2662 S B Bergschenhoek.
Postadres:
Postbus 1, 2650 A A Berkel en Rodenrijs
Telefoonnummer:
010 - 800 40 00
Faxnummer:
010 - 800 40 01
E-mailadres algemeen:
[email protected]
Website:
www.lansingerland.nl
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
Pagina 1 van 2
Overzicht bijgevoegde modulebladen Aanvraaggegevens Aanvragergegevens Locatie van de werkzaamheden Werkzaamheden en onderdelen Overig bouwwerk bouwen - Bouwen Uitrit aanleggen of veranderen - Uitrit aanleggen of veranderen Bijlagen Kosten
Datum aanvraag: 11 juli 2 0 1 3
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
Pagina 2 van 2
Formulierversie
A
2013.01 1
2
a
n
v
r
a
g
e
r
bUvUl e d r i
İ IJl f
Bedrijf KvK-vestigingsnummer
273688890000
Statutaire naam
P.A. Hoogerbrugge
Handelsnaam
-
Contactpersoon Geslacht
\J Man O Vrouw
3
4
Voorletters
P.
Voorvoegsels
-
Achternaam
Hoogerbrugge
Functie
-
Vestigingsadres bedrijf Postcode
2661JK
Huisnummer
2
Huisletter
-
Huisnummertoevoeging
-
Straatnaam
Rottebandreef
Woonplaats
Bergschenhoek
Correspondentieadres Adres
Rottebandreef 2 2661JK Bergschenhoek
5
Datum aanvraag: 11 juli 2 0 1 3
Contactgegevens Telefoonnummer
010-5216178
Faxnummer
-
E-mailadres
[email protected]
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
Pagina 1 van 1
Formulierversie VJl W1
2013.01 1
2
r
e lldVs llllgj UdC
b v e U d rl i İ IJlf U
Bedrijf KvK-vestigingsnummer
090904260000
Statutaire naam
DLV Bouw Milieu en Techniek B V
Handelsnaam
-
Contactpersoon Geslacht
Man O Vrouw
3
4
5
Datum aanvraag: 11 juli 2 0 1 3
Voorletters
T.
Voorvoegsels
van
Achternaam
Mourik
Functie
Projectleider
Vestigingsadres bedrijf Postcode
5406XT
Huisnummer
5
Huisletter
-
Huisnummertoevoeging
-
Straatnaam
Oostwijk
Woonplaats
UDEN
Correspondentieadres Postcode
8440AJ
Huisnummer
354
Huisletter
-
Huisnummertoevoeging
-
Straatnaam
Postbus
Woonplaats
HEERENVEEN
Contactgegevens Telefoonnummer
0513-653596
Faxnummer
0513-653185
E-mailadres
[email protected]
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
Pagina 1 van 1
Locatie
Formulierversie
2013.01 1
2
Adres Postcode
2661JK
Huisnummer
2
Huisletter
-
Huisnummertoevoeging
-
Straatnaam
Rottebandreef
Plaatsnaam
Bergschenhoek
Gelden de werkzaamheden in deze aanvraag/melding voor meerdere adressen of percelen?
\J g
Ja Nee
Eigendomssituatie Eigendomssituatie van het perceel
F U bent eigenaar van het perceel n U bent erfpachter van het perceel n U bent huurder van het perceel O Anders
Datum aanvraag: 11 juli 2013
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
Pagina 1 van 1
Bouwen
v e r s i e 2 Ä
Overig bouwwerk bouwen 1
De bouwwerkzaamheden Wat is er op het bouwwerk van
0
Het wordt geheel vervangen
toepassing?
Q
Het wordt gedeeltelijk vervangen
0 Het wordt nieuw geplaatst
2
Eventuele toelichting
-
Hebt u voor deze bouwwerkzaamheden al eerder een vergunning aangevraagd?
0 g
Plaats van het bouwwerk Waar gaat u bouwen?
3
4
5
Hoofdgebouw
Bruto vloeroppervlakte bouwwerk Verandert de bruto vloeroppervlakte van het bouwwerk door de bouwwerkzaamheden?
0 Q
Wat is de bruto vloeroppervlakte van het bouwwerk in m2 voor uitvoering van de bouwwerkzaamheden?
0
Wat is de bruto vloeroppervlakte van het bouwwerk in m2 na uitvoering van de bouwwerkzaamheden?
1051
Ja Nee
Bruto inhoud bouwwerk Verandert de bruto inhoud van het bouwwerk door de bouwwerkzaamheden?
0 Ja ţ j Nee
Wat is de bruto inhoud van het bouwwerk in m3 voor uitvoering van de bouwwerkzaamheden?
0
Wat is de bruto inhoud van het bouwwerk in m3 na uitvoering van de bouwwerkzaamheden?
6731
Oppervlakte bebouwd terrein Verandert de bebouwde oppervlakte van het terrein na uitvoering van de bouwwerkzaamheden?
Datum aanvraag: 11 juli 2013
Ja Nee
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
0 O
Ja Nee
Bevoegd gezag: Gemeente Lansingerland
Pagina 1 van 3
6
Wat is de bebouwde oppervlakte van het terrein in m2 voor uitvoering van de bouwwerkzaamheden?
1332
Wat is de bebouwde oppervlakte van het terrein in m2 na uitvoering van de bouwwerkzaamheden?
2383
Seizoensgebonden en tijdelijke bouwwerken Gaat het om een seizoensgebonden bouwwerk? Gaat het om een tijdelijk bouwwerk?
7
0
n Q
Ja Nee Ja Nee
Gebruik Waar gebruikt u het bouwwerk en/ of terrein momenteel voor? Geef aan waar u het bouwwerk en/ of terrein momenteel voor gebruikt. Waar gaat u het bouwwerk voor gebruiken? Geef aan waar u het bouwwerk voor gaat gebruiken.
8
n
Wonen 0 Overige gebruiksfuncties erf, agrarisch Wonen Overige gebruiksfuncties ligboxenstal
Gebruiksfuncties In onderstaande tabel staan in de eerste kolom mogelijke gebruiksfuncties die in een bouwwerk kunnen voorkomen. Vul voor alle gebruiksfuncties die voor u van toepassing zijn het aantal personen, de totale gebruiksoppervlakte en de totale vloeroppervlakte van het verblijfsgebied in m2 in hele getallen in. Gebruiksfunctie
Aantal personen
Gebruiksoppervlakte (m2)
Verblijfsoppervlakte (m2)
Bijeenkomst Cel Gezondheidszorg Industrie
1039
Kantoor Logies Onderwijs Sport Winkel Overige gebruiksfuncties
9
Uiterlijk bouwwerk/welstand Beschrijf van de onderstaande onderdelen de materialen en kleuren die u voor het bouwwerk gebruikt. U mag het veld leeg laten als u materialen en kleuren in de bijlagen vermeldt
Datum aanvraag: 11 juli 2013
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
Bevoegd gezag: Gemeente Lansingerland
Pagina 2 van 3
Onderdelen
Materiaal
Kleur
Gevels - Plint gebouw - Gevelbekleding - Borstweringen - Voegwerk Kozijnen - Ramen - Deuren - Luiken Dakgoten en boeidelen Dakbedekking
Vul hier overige onderdelen en bijbehorende materialen en kleuren in.
zie renvooi tekening B10
10 Mondeling toelichten Ik wil mijn bouwplan mondeling toelichten voor de welstandscommissie/ stadsbouwmeester.
Datum aanvraag: 11 juli 2013
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
Q g
Ja |\|
e e
Bevoegd gezag: Gemeente Lansingerland
Pagina 3 van 3
Uitrit aanleggen of veranderen
Formulierversie
2013.01 1
Uitrit op provinciale weg Betreft het een in- of uitrit op een provinciale weg?
2
0 g
Ja Nee
0
Een nieuwe in- of uitrit aanleggen
Uitrit aanleggen of veranderen Wat wilt u precies gaan doen?
0 Een bestaande in- of uitrit veranderen 0 Anders
3
Omschrijf wat u wilt gaan doen.
Aanleg van een tijdelijke bouwinrit.
Geef eventueel een toelichting op wat u gaat doen.
tijdelijke inrit is noodzakelijke vanwege nieuwbouw van een ligboxenstal. Er is overleg geweest met Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard. Er wordt een melding ingediend.
Vul de straatnaam in waar de in- of uitrit op uitkomt.
Rottebandreef
Details uitrit Welk materiaal wordt gebruikt? Zijn er obstakels aanwezig die het aanleggen of het gebruiken van de in- of uitrit in de weg staan?
Datum aanvraag: 11 juli 2013
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
betonklinkers 0 g
Ja Nee
Bevoegd gezag: Gemeente Lansingerland
Pagina 1 van 1
Formulierversie
2013.01
R ĩ i
l a g e
i1
Formele bijlagen Naam bijlage
Bestandsnaam
Type
Datum ingediend
Status document
B120441-11-B1CLpdf
B120441-11-B10-.pdf
Plattegronden, doorsneden en detailtekeningen bouwen complexere bouwwerken Situatietekening uitrit
11-07-2013
In behandeling
B120441-11-B2CLpdf
B120441-11-B20-.pdf
Plattegronden, doorsneden en detailtekeningen bouwen complexere bouwwerken
11-07-2013
In behandeling
B120441-11-B21,pdf
B120441-11-B21-.pdf
Plattegronden, doorsneden en detailtekeningen bouwen complexere bouwwerken
11-07-2013
In behandeling
B120441-11-B22 pdf
B120441-11-B22-.pdf
Plattegronden, doorsneden en detailtekeningen bouwen complexere bouwwerken
11-07-2013
In behandeling
B120441-11-B23 pdf
B120441-11-B23-.pdf
Plattegronden, doorsneden en detailtekeningen bouwen complexere bouwwerken
11-07-2013
In behandeling
B120441-11-B24 pdf
B120441-11-B24-.pdf
Plattegronden, doorsneden en detailtekeningen bouwen complexere bouwwerken
11-07-2013
In behandeling
B120441-11-B30 pdf
B120441-11-B30-.pdf
Plattegronden, doorsneden en detailtekeningen bouwen complexere bouwwerken
11-07-2013
In behandeling
B120441-11-B31 pdf
B120441-11-B31-.pdf
Plattegronden, doorsneden en detailtekeningen bouwen complexere bouwwerken
11-07-2013
In behandeling
B120441-EXF-027 pdf
B120441-EXF-027.pdf
Constructieve veilig heid complexere bouwwerken
11-07-2013
In behandeling
B120441-STB-028 pdf
B120441-STB-028.pdf
Constructieve veilig heid complexere bouwwerken
11-07-2013
In behandeling
Fotos pdf
Fotos.pdf
Welstand
11-07-2013
In behandeling
-
-
-
-
-
-
-
-
Datum aanvraag : 11 juli 2 0 1 3
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
Pagina 1 van 1
Formulierversie
2013.01
Kosten Bouwen Overig bouwwerk bouwen Wat zijn de geschatte kosten in euro's (exclusief BTW)?
246500
Projectkosten Wat zijn de geschatte kosten voor het totale project in euro's (exclusief BTW)?
Datum aanvraag: 11 juli 2013
Aanvraagnummer: 9 1 8 8 8 9
246500
Pagina 1 van 1
FUGRO GEOSERVICES B.V. Geo-Advies Zuid-Oost Nederland
GEOTECHNISCH ONDERZOEK EN FUNDERINGSADVIES betreffende
NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK Opdrachtnummer: 7213-0143-000 Opdrachtnummer DLV: B120441
Opdrachtgever
:
DLV Bouw, Milieu en Techniek B.V. Postbus 511 5400 AM Uden
Datum grondonderzoek
:
29 april 2013
Projectleider
:
ing. H. Heersema Senior Adviseur Geotechniek
Opgesteld door
:
ing. A.W.J. van Hoof Adviseur Geotechniek
VERSIE
1
DATUM
22 mei 2013
OMSCHRIJVING WIJZIGING
Eerste versie
PARAAF PROJECTLEIDER HH
FILE: 7213-0143-000.R01 Op deze rapportage zijn de algemene leveringsvoorwaarden ALV 2012 van toepassing die een aansprakelijkheidsbeperking bevatten. Kantoor: Schatbeurderlaan 13, 6002 ED Weert, Tel.: 0495-513 560, www.fugro.nl Handelsreg. 27114147. BTW-nr NL005621409B08. Fugro GeoServices maakt deel uit van Fugro N.V.
INHOUDSOPGAVE
Blz.
1. ALGEMENE TOELICHTING 1.1. Inleiding 1.2. Projectomschrijving
1 1 1
2. GRONDONDERZOEK 2.1. Uitzetten en waterpassen 2.2. Sonderen en handboren
2 2 2
3. TERREIN- EN BODEMGESTELDHEID
3
4. FUNDERINGSADVIES 4.1. Uitgangspunten 4.2. Fundering op palen
4 4 5
5. UITVOERING
7
BIJLAGEN Grondonderzoek - Situatietekening - "Legenda Terreinproeven en Grondsoorten" - "Continu Elektrisch Sonderen" - Sondeergrafieken - Handboorstaat Funderingsadvies - Berekening negatieve kleef - Berekening en toetsing rekenwaarde netto draagkracht Uitvoering - "Uitvoering Heiwerk"
Nr.
1
DKM 1 t/m DKM 6 HB 1
2 3.1 t/m 3.3
1.
ALGEMENE TOELICHTING
1.1. Inleiding Op 19 april 2013 ontving Fugro GeoServices B.V. te Weert van DLV Bouw, Milieu en Techniek B.V. te Uden de opdracht voor het uitvoeren van een geotechnisch onderzoek alsmede het uitbrengen van een funderingsadvies voor het project “Nieuwbouw ligboxenstal aan de Rottebandreef 2 te Bergschenhoek”. De resultaten van dit onderzoek zijn gebaseerd op de opdracht en de in het rapport beschreven uitgangspunten. Fugro neemt geen verantwoordelijkheid voor de juistheid van andere dan door ons gerapporteerde conclusies en interpretaties. De gerapporteerde resultaten van het (grond)onderzoek mogen slechts worden gehanteerd voor het doel zoals in de opdracht is beschreven. Dit rapport bevat: - Een korte projectomschrijving. - Een beschrijving van het uitgevoerde grondonderzoek (Hoofdstuk 2). - Een omschrijving van de terrein- en bodemgesteldheid (Hoofdstuk 3). - Het funderingsadvies en berekening van de draagkracht (Hoofdstuk 4). - Aanbevelingen met betrekking tot de uitvoering (Hoofdstuk 5). 1.2. Projectomschrijving De bouwlocatie is gelegen aan de Rottebandreef 2 te Bergschenhoek. Het plan betreft de nieuwbouw van een ligboxenstal. De nieuwbouw zal grotendeels worden onderkelderd. Het niet onderkelderde gedeelte betreft de tussenbouw (regelruimte) tussen de nieuwe en oude stal. Bovenstaande gegevens zijn door de opdrachtgever verstrekt. Voor nadere gegevens omtrent de constructie verwijzen wij u naar de berekeningen en tekeningen van de constructeur.
7213-0143-000.R01
Opdr. : Blz. :
7213-0143-000 1
2.
GRONDONDERZOEK
2.1. Uitzetten en waterpassen Het grondonderzoek voor dit project heeft bestaan uit 6 diepsonderingen met meting van de plaatselijke wrijvingsweerstand (code DKM) en 1 handboring (code HB). De onderzoekslocaties zijn door Fugro GeoServices B.V. uitgezet en gewaterpast (ten opzichte van Vast Punt). Voor de waterpassing is de bovenkant voergang van de naastgelegen stal als Vast Punt (VP) gehanteerd. De onderzoeklocatie en dit Vaste Punt zijn weergegeven op de situatietekening in bijlage 1. De hoogtebepaling van de onderzoekslocaties in het terrein is uitgevoerd met als doel de bodemopbouw te refereren aan een vaste referentiehoogte. De gerapporteerde hoogtes zijn niet geschikt voor andere doeleinden dan dit onderzoek. Voor een verklaring van de op de situatietekening gebruikte tekens en symbolen wordt verwezen naar de bijlage "Legenda Terreinproeven en Grondsoorten". 2.2. Sonderen en handboren De sonderingen zijn uitgevoerd met de elektrische Fugro-kleefmantelconus conform norm NEN 5140, klasse 2. Een beschrijving van de gevolgde meet- en registratiemethode is gegeven in de bijlage "Continu Elektrisch Sonderen". De conus is voorzien van een hellingmeter. In de sondeergrafieken is de diepte gecorrigeerd voor de gemeten afwijking van de verticaal. De resultaten van de sonderingen zijn getekend op de grafieken DKM 1 t/m DKM 6 waarop de diepte is uitgezet in meters ten opzichte van Vast Punt. Op de grafieken van de sonderingen is het wrijvingsgetal weergegeven. Dit is de verhouding tussen de plaatselijke wrijvingsweerstand en de conusweerstand. Empirisch is vastgesteld dat het wrijvingsgetal een nauwe relatie heeft met de grondsoort, zodat een goede indicatie van de laagopbouw is verkregen. De sonderingen zijn uitgewerkt met een interpretatie van het wrijvingsgetal voor identificatie van de bodemlagen. De identificatie van de bodemlagen is uitgevoerd volgens Robertson (1990), die door Fugro is aangepast aan de Nederlandse omstandigheden. Voor achtergronden en beperkingen wordt verwezen naar de bijlage "Continu Elektrisch Sonderen”. De identificatie is indicatief en alleen geldig voor lagen onder de grondwaterstand. De resultaten dienen te worden geverifieerd met boringen of geologische informatie. Ter verkenning van de toplagen en de actuele grondwaterstand is 1 handboring uitgevoerd, waarbij het opgeboorde materiaal is geclassificeerd volgens NEN 5104. Het resultaat van de uitgevoerde handboring is gegeven op boorstaat HB 1, waarop de diepte is uitgezet in meters ten opzichte van Vast Punt.
7213-0143-000.R01
Opdr. : Blz. :
7213-0143-000 2
3. TERREIN- EN BODEMGESTELDHEID De maaiveldniveaus ter plaatse van de sondeerlocaties varieerden ten tijde van het onderzoek van Vast Punt -0,65 m tot Vast Punt -0,81 m. Op basis van het grondonderzoek kan de bodemgesteldheid globaal worden geschematiseerd zoals in tabel 3-1 is weergegeven. Tabel 3-1: Globale bodemgesteldheid Diepte bovenkant laag [m t.o.v. Vast Punt] -0,7
à
-0,8
-8,5
à
-11,0
-24,0
Bodembeschrijving
KLEI
In de toplaag humeus
ZAND
Matig vast gepakt, plaatselijk doorsneden met een kleiig en/of siltig laagje
Maximaal verkende diepte
Het peil van een nabijgelegen open water is op 29 april 2013 aangetroffen op ca. Vast Punt -1,6 m. De grondwaterstand is tijdens de uitvoering van het grondonderzoek aangetroffen op ca. 1,2 m beneden maaiveld, hetgeen overeenkomt met ca. Vast Punt -1,9 m. Deze opnames zijn éénmalig en slechts bedoeld als een oriënterend gegeven. De (grond)waterstand kan in de tijd fluctueren onder invloed van de weersgesteldheid en de seizoenen.
7213-0143-000.R01
Opdr. : Blz. :
7213-0143-000 3
4. FUNDERINGSADVIES 4.1. Uitgangspunten Gezien de aangetroffen bodemgesteldheid en de aard van de bebouwing komt voor dit project een fundering op palen in aanmerking. Op verzoek van de opdrachtgever is uitgegaan van de toepassing van prefab betonpalen. Deze funderingsoplossing is in paragraaf 4.2 nader uitgewerkt. Bij het opstellen van het advies was niet bekend hoe trillingsgevoelig de bebouwing in de nabije omgeving aanwezig is. Indien enige trillingen niet acceptabel blijken, dient te worden overwogen een trillingsvrij paalsysteem toe te passen teneinde gevolgschade tijdens het heien te voorkomen. Het funderingsadvies voor dit project is opgesteld conform de norm geotechniek NEN 9997-1. Het mede op basis van dit advies gemaakte funderingsontwerp dient achteraf te worden getoetst aan de geldende geotechnische normen. In dit stadium van het project wordt volstaan met de toetsing van de uiterste grenstoestand (UGT) type B op sterkte. Indien hieraan wordt voldaan, dan bezwijkt de grond rondom de paal niet. De vervormingen van de paalkop zullen beperkt blijven, zodat hiermee ook de andere grenstoestanden worden ondervangen. Voor de paalfundering is uitgegaan van verticaal, centrisch en op druk belaste palen. Momenten, trekbelastingen en horizontale belastingen zijn niet beschouwd. Voor de uitwerking van het funderingsadvies voor dit project zijn de volgende mede door de opdrachtgever verstrekte uitgangspunten gehanteerd: - Het PEIL van de nieuwbouw bedraagt ca. Vast Punt +0,0 m. - De nieuwbouw zal grotendeels worden onderkelderd tot ca. PEIL -2,4 m, hetgeen overeenkomt met ca. Vast Punt -2,4 m. Het niet onderkelderde gedeelte betreft de tussenbouw (regelruimte) tussen de nieuwe en oude stal nabij sondering DKM 4. - De rekenwaarden (UGT) voor de paalbelastingen vanuit de constructie (Fc;d) variëren van ca. 300 kN tot 350 kN. Voor de berekening van de rekenwaarde van de maximale draagkracht en toetsing van de UGT type B volgens 7.6 van NEN 9997-1 zijn de volgende uitgangspunten aangehouden: - Het project is geplaatst in geotechnische categorie 2. - Omdat in dit stadium van het ontwerp de stijfheid van de constructie nog niet exact bekend is, is de stijfheid van de constructie niet in rekening gebracht. Volgens tabel A.10a van NEN 9997-1 is voor de factoren ξ3 en ξ4 een waarde van 1,39 gehanteerd. - Bij de draagkrachtberekeningen is rekening gehouden met het optreden van negatieve kleef langs de paalschacht van de randpalen en van de palen ter plaatse van het niet onderkelderde gedeelte. Deze kan ontstaan door het optreden van zettingen in de samendrukbare lagen tot een diepte van ca. Vast Punt -10,2 m. Tevens is bij de berekening van de negatieve kleef rekening gehouden met een ophoging van het maaiveld tot ca. Vast Punt +0,0 m. - In verband met de uitvoering van ontgravingen tot een niveau van ca. Vast -2,4 m zijn de gemeten conusweerstanden gereduceerd conform 7.6.2.3(k) van NEN 9997-1.
7213-0143-000.R01
Opdr. : Blz. :
7213-0143-000 4
4.2. Fundering op palen Voor het funderingsadvies is voor diverse schachtafmetingen van prefab betonpalen op gekozen paalpuntniveaus de rekenwaarde van de draagkracht van de palen bepaald. De resultaten van deze berekeningen zijn weergegeven in tabel 4-1. Tabel 4-1: Paalpuntniveaus en rekenwaarden van de paaldraagkracht Sondering nr.
Maaiveldhoogte [m Vast Punt]
Paalpuntniveau [m Vast Punt]
Rc;net;d [kN] Prefab betonpalen / 220 mm
/ 250 mm
/ 290 mm
DKM 1
-0,81
-13,0 à -14,0 -15,0 od
235 (175) 290 (230)
290 (220) 350 (280)
360 (285) 440 (370)
DKM 2
-0,70
-14,0 -15,0 od
280 (220) 370 (310)
340 (270) 450 (380)
420 (350) 570 (500)
DKM 3
-0,65
-13,0 -14,0 à -15,0 od
320 (260) 400 (340)
390 (320) 480 (410)
490 (420) 610 (540)
DKM 4
-0,71
-13,0 -14,0 -15,0 od
320 (260) 340 (280) 420 (360)
380 (310) 420 (350) 510 (440)
480 (410) 530 (460) 650 (580)
DKM 5
-0,78
-14,0 -15,0 -16,0
280 (220) 320 (260) 360 (300)
340 (270) 380 (310) 440 (370)
430 (360) 470 (400) 560 (490)
DKM 6
-0,75
-14,0 -15,0 -16,0
260 (200) 300 (240) 360 (300)
320 (250) 370 (300) 440 (370)
400 (330) 450 (380) 550 (480)
Opmerkingen bij de tabel 4-1: Rc;net;d = Rekenwaarde van de netto draagkracht van de palen midden onder de kelder. (…) = Rekenwaarde van de netto draagkracht van de randpalen onder de kelder, rekening houdend met negatieve kleef ( = Rc;d - Fnk;d / 2). … à … = Traject van mogelijke paalpuntniveaus. od = Of dieper.
De in de tabel gepresenteerde waarden voor de paaldraagkracht zijn grondmechanische waarden. Door de constructeur dient te worden gecontroleerd of de bijbehorende paalschachtspanningen toelaatbaar zijn. Hierbij kan als bijdrage voor de rekenwaarde van de negatieve kleef (Fnk;d) ca. 142 kN per m1 paalomtrek worden gehanteerd. Bij heiafwijkingen kunnen de schachtspanningen in de paal maatgevend worden. Voorbeeldberekeningen van de rekenwaarde van de negatieve kleef, netto draagkracht van een paal en de toetsing van UGT type B zijn gegeven in de bijlagen 2 en 3.
7213-0143-000.R01
Opdr. : Blz. :
7213-0143-000 5
Om beïnvloeding van de draagkracht van een bestaande paalfundering te voorkomen adviseren wij, bij toepassing van prefab betonpalen met een gelijk of een hoger installatieniveau een minimale h.o.h. afstand van 2 x de nominale voetdiameter van de bestaande palen vermeerderd met 2 x de nominale voetdiameter van de nieuwe palen te hanteren. Indien de nieuwe palen dieper worden geïnstalleerd, adviseren wij een minimale h.o.h afstand van 3 x de nominale voetdiameter bestaande paal vermeerderd met 3 x de nominale voetdiameter nieuwe paal aan te houden. Bij kleinere h.o.h. afstanden kan het draagvermogen van de bestaande palen in negatieve zin worden beïnvloed en kunnen ontoelaatbare vervormingen van de bestaande funderingen optreden ten gevolge van zakkingen van de bestaande palen.
7213-0143-000.R01
Opdr. : Blz. :
7213-0143-000 6
5. UITVOERING Het heiwerk van de prefab betonpalen dient te worden uitgevoerd door een gerenommeerd en op dit terrein gespecialiseerd bedrijf, bij voorkeur conform de KIWA beoordelingsrichtlijn BRL 2357 2002-03-14 (''Heien van geprefabriceerde betonpalen''). Toezicht dient plaats te vinden op basis van CUR Aanbeveling 114 "Toezicht op de realisatie van paalfunderingen". Voor verdere informatie en aanbevelingen met betrekking tot de wijze van uitvoering van de heiwerkzaamheden wordt verwezen naar de bijlage “Uitvoering Heiwerk”. Geadviseerd wordt de definitieve keuze van het heiblok te maken op basis van een concreet palenplan en in overleg met het heibedrijf. Door het heien zullen trillingen worden opgewekt. De invloed van deze trillingen op de belendingen is afhankelijk van onder meer de staat en funderingswijze van deze belendingen. Desgewenst kunnen door Fugro tijdens het heien de trillingen gemeten en op basis van de richtlijnen van de Stichting Bouw Research (SBR) geïnterpreteerd worden. Tijdens het realiseren van de benodigde ontgravingen voor de fundering dient ruim aandacht besteed te worden aan de stabiliteit van de belendende en op een hoger niveau gelegen funderingen. Desgewenst kunnen wij u hieromtrent nader adviseren. Gezien de tijdens het grondonderzoek waargenomen grondwaterstand zal het noodzakelijk zijn om tijdens de uitvoering een bemaling te installeren. Omtrent de inrichting van deze bemaling kunnen wij u desgewenst nader adviseren. Geadviseerd wordt de kelder waterdicht uit te voeren en een eventuele bemaling pas stop te zetten, nadat voldoende belasting is aangebracht om eventueel opdrijven te voorkomen.
7213-0143-000.R01
Opdr. : Blz. :
7213-0143-000 7
Referentie-punt Locatie
: VP = 0,00 m : B.K. VOERGANG
DKM6
DKM1
DKM4
2
DKM3
Datum: 02-05-2013
Versie :
Revisie Datum:
DKM2
pad
am rzw idde
R
Get. : NB/YFN
P:\72\7213-0143-000\21_Uitvoering_terreinonderzoek\10_Basisgegevens\7213-0143-000_01.dwg
DKM5 HB1
0
5.0
10.0
15.0
20.0
25.0 m
Schaal 1 : 500 SITUATIE NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK
Opdr. : Bijl. :
7213-0143-000 1
CONTINU ELEKTRISCH SONDEREN Meettechniek De standaard bij Fugro toegepaste conus is de “elektrische kleefmantelconus”, waarmee zowel de conusweerstand als de plaatselijke wrijvingsweerstand gelijktijdig wordt gemeten. Bij het uitvoeren van een sondering conform NEN 5140 wordt de puntweerstand gemeten, die moet worden overwonnen om een conus met een tophoek van 600 en een basisoppervlak van 1000 mm2 met een constante snelheid van ca 20 mm/s in de bodem te drukken. Voor de meting van de wrijvingsweerstand is een mantel met een oppervlak van 15000 mm2 boven de punt aangebracht. De druk op de conuspunt (conusweerstand in MPa) en de wrijving langs de kleefmantel (plaatselijke wrijvingsweerstand in MPa) worden door rekstroken in de conus continu gemeten. Volgens NEN 5140 mag het basisoppervlak van de conus tussen 500 en 2000 mm2 variëren zonder dat correctiefactoren op de meetresultaten behoeven te worden toegepast. Fugro sonderingen worden standaard uitgevoerd met een sondeerconus met een basisoppervlak van 1500 mm2 en een manteloppervlak van 20000 mm2. Veelal wordt gebruik gemaakt van een kortere conus waarbij in afwijking van NEN 5140 het cilindrische deel vanaf de conuspunt een lengte heeft van 230 mm in plaats van de genormeerde lengte van 400 mm. Onderzoek (1) heeft aangetoond, dat de invloed van de lengte van de conus op het sondeerresultaat verwaarloosbaar is, terwijl met een kortere conus met minder risico een grotere sondeerdiepte kan worden bereikt. De meetsignalen worden digitaal via een kabel of draadloos naar een elektrische meeteenheid gestuurd en tezamen met de diepte en de tijd in een computer opgeslagen. Definitieve verwerking vindt daarna op kantoor plaats, waarbij de gemeten parameters tegen de diepte in grafiekvorm wordt uitgewerkt. Door continue registratie van de gemeten conus- en wrijvingsweerstand wordt een nauwkeurig beeld van de gelaagdheid en de vastheid van de bodem verkregen. In de elektrische conus is standaard een hellingmeter ingebouwd waarmee tijdens het sonderen de afwijking van de conus met de verticaal wordt geregistreerd. Onjuiste diepteaanduiding als gevolg van “krom sonderen” wordt hiermee voorkomen. Afhankelijk van de sondeerklasse wordt de diepte hiervoor gecorrigeerd. Interpretatie van de sonderingen met plaatselijke wrijvingsweerstand Meting van zowel de conusweerstand qc als de plaatselijke wrijvingsweerstand fs maakt het mogelijk het wrijvingsgetal Rf te berekenen. Het wrijvingsgetal wordt gedefinieerd als het quotiënt van de plaatselijke wrijving en de op gelijke diepte gemeten conusweerstand, vermenigvuldigd met een factor 100. Hierbij wordt rekening gehouden met laagscheidingen ter hoogte van de mantel. Het wrijvingsgetal geeft samen met de conusweerstand over het algemeen een goed beeld van de bodemopbouw beneden de grondwaterspiegel. In de onderstaande tabel zijn enige kenmerkende waarden van het wrijvingsgetal aangegeven. Met nadruk dient te worden gesteld dat deze waarden slechts indicatief zijn en getoetst dienen te worden aan boringen of lokale ervaring en uitsluitend gelden voor de cilindrische elektrische conus. grondsoort wrijvingsgetal
grondsoort wrijvingsgetal
Grind, grof zand 0,2 – 0,6 Zand 0,6 – 1,2
Klei 3,0 – 5,0 Potklei 5,0 – 7,0
Silt, leem, löss 1,2 – 4,0
Veen 5,0 – 10,0
In geroerde grond en in grond boven de grondwaterspiegel kunnen grote afwijkingen ten opzichte van de genoemde waarden voorkomen. Presentatie sondeergegevens De sonderingen zijn uitgewerkt met een interpretatie van het wrijvingsgetal voor identificatie van de bodemlagen. De identificatie van de bodemlagen is uitgevoerd volgens Robertson [1990] (2), die door Fugro is aangepast aan de Nederlandse omstandigheden. Bij deze interpretatie wordt uitgegaan van de genormaliseerde waarden van de conusweerstand nQc en wrijvingsgetal nRf als ingangsparameters. 1
) Lunne en Powell, A comparison of different sized piezocones in UK clays. ) Robertson, P.K. [1990] “Soil Classification using the cone penetration test”. Canadian Geotechnical Journal, 27(1), 151-8
2
MB01
datum: 01-04-2012
1-4
CONTINU ELEKTRISCH SONDEREN De genormaliseerde waarden van de conusweerstand nQc en wrijvingsgetal nRf worden als volgt berekend: Genormaliseerde conusweerstand:
nQc =
qt − σ v 0 σ 'v 0
Genormaliseerd wrijvingsgetal:
nR f =
100 ⋅ f s qt − σ vo
Waarin: σ’v0
=
σv0
=
qt
=
β
=
α
=
u1 u2 u0 fs
= = = =
de effectieve verticale korrelspanning uitgaande van het effectieve volumiek gewicht dat per bodemlaag wordt bepaald. de verticale grondspanning uitgaande van het volumiek gewicht dat per bodemlaag wordt bepaald. gemeten conusweerstand (qc) gecorrigeerd voor de waterspanning: qc + (1-α){β(u1 - u0) + u0 } of qc + (1-α)u2 (respectievelijk voor een filter in de punt (u1) en een filter direct achter de conuspunt (u2)); factor voor de verschillende grondsoorten voor omrekening van u1 naar u2; meestal wordt hiervoor aangehouden 0,8; netto oppervlakteverhouding coëfficiënt van de conus i.v.m. spleet achter de conuspunt; de gemeten waterdruk bij een filterplaatsing in de punt; de gemeten waterdruk bij een filterplaatsing achter de punt; de hydrostatische stijghoogte gemeten plaatselijke wrijvingsweerstand.
In geval er geen waterspanning is gemeten, wordt voor qt de waarde van qc gebruikt. Voor de grondsoorten, die specifiek zijn voor de Nederlandse ondergrond condities, zijn in de Bodem Classificatiegrafiek van Robertson [1990] twee aanpassingen gedaan om de Nederlandse situatie beter te beschrijven: • Gebieden 4 en 5 zijn anders ingedeeld, zodat losgepakte zanden en ondiepe kleilagen beter worden geïnterpreteerd. Deze aanpassingen zijn in de figuur op de volgende pagina weergegeven. • Bovendien is een extra voorwaarde ingebracht om Holocene veenlagen goed te kunnen classificeren. Voor qc < 1,5 MPa en Rf > 5 % wordt de grond als veen geclassificeerd.
MB01
datum: 01-04-2012
2-4
CONTINU ELEKTRISCH SONDEREN
Voor een aantal specifieke grondtypen, zoals bijvoorbeeld potklei, Boomse klei, overgeconsolideerd veen en glauconiethoudend zand is tevens het classificatie gebied aangegeven. Deze stemmen niet direct overeen met de benamingen van gebieden een tot en met negen. De identificatie is indicatief en alleen geldig voor lagen onder de grondwaterstand. De resultaten dienen te worden geverifieerd met boringen of geologische informatie. Uitgedroogde cohesieve toplagen geven een te hoge waarde geven voor het wrijvingsgetal, daardoor worden bijvoorbeeld uitgedroogde kleilagen mogelijk onterecht geïnterpreteerd als veenlagen. Ook is de correlatie voor de toplagen minder betrouwbaar vanwege het lage effectieve spanningsniveau in deze lagen. Andere conustypen Naast de meting van conusweerstand en plaatselijke wrijving is het mogelijk extra (combinaties van) metingen uit te voeren. In onderstaand schema zijn enkele mogelijkheden aangegeven. Indien gewenst kan nadere informatie over metingen en toepassingsmogelijkheden worden verschaft.
MB01
datum: 01-04-2012
3-4
CONTINU ELEKTRISCH SONDEREN type meting
Meetresultaten
toepassingsmogelijkheden
waterspanning
waterspanning ter plaatse van de punt
magnetometer
Magnetische veldsterkte in 3 orthogonale richtingen (X,Y,Z)
geleidbaarheid
elektrische geleiding grond en grondwater
temperatuur
temperatuurmeting op verschillende diepten
schuifgolfsnelheid (seismisch) versnelling
dynamische bodemparameters op verschillende diepten versnellingen op verschillende diepten
registreren waterremmende lagen indicatie stijghoogte grondwater classificatie / gelaagdheid bodem Blindganger onderzoek, onderzoek ligging obstakels ( (stalen leidingen), grondankers), onderzoek paalpunt niveau / schoorstand funderingspalen, onderzoek ligging onderzijde stalen damwanden indicatie waterkwaliteit / zoet - zout water grens onderzoek verspreiding verontreiniging warmteoverdracht in de bodem bepaling temperatuurgradiënt machinefunderingen, windturbinefunderingen
CPM (conuspressiometer) MIP (membrane interface probe)
spannings-rek-gedrag en sterkte in situ verticale verspreiding van vluchtige (gechloreerde) koolwaterstoffen
bepaling grondstijfheid, horizontale korrelspanning, ongedraineerde schuifweerstand en relatieve dichtheid bestudering zak/drijflagen en/of verontreinigingen met vluchtige (gechloreerde) koolwaterstoffen
ROST (rapid optical screening tool) video
verticale verspreiding van (aromatische) koolwaterstoffen videobeeld van de grond bij het passeren van de conus
bestudering zak/drijflagen en/of verontreinigingen met (aromatische) koolwaterstoffen nadere geotechnische classificatie / structuur informatie over bodemverontreiniging (verkleuring)
heitrillingen / verkeerstrillingen
Klassenindeling NEN 5140 De Nederlandse norm gaat uit van vier kwaliteitsklassen. Voorafgaand aan de uitvoering dient een keuze te worden gemaakt binnen welke kwaliteitsklasse het werk minimaal uitgevoerd moet worden. De klassenindeling heeft voornamelijk betrekking op de nauwkeurigheid van de gemeten conusweerstand, plaatselijke wrijvingsweerstand en diepte, zoals blijkt uit de onderstaande tabel. klasse 1
2
3
4
meetgrootheid Conusweerstand
toelaatbare meetonzekerheid 0,05 MPa of 3%
Plaatselijke wrijvingsweerstand Helling Sondeerdiepte Conusweerstand Plaatselijke wrijvingsweerstand Helling Sondeerdiepte
0,01 MPa of 10% o 2 0,2 m of 1 % 0,25 MPa of 5% 0,05 MPa of 15% o 2 0,2 m of 2 %
Conusweerstand Plaatselijke wrijvingsweerstand Helling Sondeerdiepte Conusweerstand Plaatselijke wrijvingsweerstand
0,5 MPa of 5% 0,05 MPa of 20% o 5 0,2 m of 2 % 0,5 MPa of 5% 0,05 MPa of 20%
meetinterval 20 mm
50 mm
100 mm
100 mm
Sondeerlengte 0,1 m of 1% Opmerking: De toelaatbare meetonzekerheid is de grotere waarde van de absolute meetonzekerheid en de relatieve meetonzekerheid. De relatieve meetonzekerheid geldt voor de meetwaarde en niet voor het meetbereik.
Voor projecten, waarbij parameters op basis van Tabel 2.b NEN 9997-1 worden afgeleid, is een hoge nauwkeurigheidsklasse gewenst. Het is in slappe grondlagen met lage conusweerstand extra moeilijk om aan de eisen van klassen 1 en 2 te voldoen. Dit in tegenstelling tot grondsoorten met hoge conusweerstand. Het bij Fugro gehanteerde meetsysteem voor sonderen is bijzonder nauwkeurig door strikte kwaliteitscontroles en calibraties. Fugro sonderingen vallen dan ook standaard in klasse 2. Klasse 1 sonderingen dienen alleen voor calibratiedoeleinden en wetenschappelijk onderzoek. Bij routinematige sonderingen kunnen de specificaties van klasse 1 sonderingen alleen door aanvullende maatregelen worden benaderd.
MB01
datum: 01-04-2012
4-4
Wrijvingsweerstand,fs [MPa] .0 .1
8
.3 10
12
.4 14
16
.5 18
10
20
22
24
8
6
26
28
Indicatieve bodembeschrijving
Wrijvingsgetal,Rf [%] 4 2 0 30
Hellingshoek
-1
Diepte t.o.v. VP [m]
UNIPLOT 05.21.nl / QcFsClass-V3.cmd / 2013-05-02 12:11:14
0
0 2 4 6 Conusweerstand,qc [MPa]
.2
Automatisch gegenereerd uit data van de sondering, geldig onder grondwaterpeil (Robertson 1990, NL corr.)
1
-2
(4) KLEI, siltig / LEEM
-3
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-4
(4) KLEI, siltig / LEEM (4) KLEI, siltig / LEEM
-5 2
(4) KLEI, siltig / LEEM
-6
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig -7
(4) KLEI, siltig / LEEM
-8
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-9 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig -10 2 3
-11
-12
-13
-14 4 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-15
-16 5 -17
-18 6 -19 7213-0143-000
-20
-21 7 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-22
-23
8 8
-24
-25
-26
-27
-28
-29
-30
-31
-32
-33 -34 DKM1 - 1
Opg. : DVB/JBL Get. : LEEUWEST
d.d. 29-Apr-2013 d.d. 2013-05-02
MV = VP
-0.81 m
RD: X = 97111.0 Y = 444118.1
Sondering volgens norm NEN-EN-ISO 22476-1, klasse 2. Conustype: F7.5CKE2HA/B 1701-2424 1500 mm.2 Specificaties conform bijl. Elektrisch sonderen.
SONDERING MET PLAATSELIJKE KLEEFMETING NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK
Opdr. Sond.
7213-0143-000 DKM1
Wrijvingsweerstand,fs [MPa] .0 .1
8
.3 10
12
.4 14
16
.5 18
10
20
22
24
8
6
26
28
Indicatieve bodembeschrijving
Wrijvingsgetal,Rf [%] 4 2 0 30
Hellingshoek
-1
1
Automatisch gegenereerd uit data van de sondering, geldig onder grondwaterpeil (Robertson 1990, NL corr.)
(8) ZAND, vast / ZAND, kleiig (10) VEEN
0
-2 Diepte t.o.v. VP [m]
UNIPLOT 05.21.nl / QcFsClass-V3.cmd / 2013-05-02 12:11:13
0
0 2 4 6 Conusweerstand,qc [MPa]
.2
1
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-3 (3) KLEI, zwak siltig tot siltig -4
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig (3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-5 (4) KLEI, siltig / LEEM -6 (3) KLEI, zwak siltig tot siltig -7
2
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig (3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-8
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig (5) ZAND, siltig tot LEEM
-9
(5) ZAND, siltig tot LEEM
-10
(5) ZAND, siltig tot LEEM (4) KLEI, siltig / LEEM
-11
3 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-12
-13
4
-14
-15 5 -16
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-17 6 -18
-19 7213-0143-000
-20 7
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-21 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-22
8
-23
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig (5) ZAND, siltig tot LEEM (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
8 -24
-25
-26
-27
-28
-29
-30
-31
-32
-33 -34 DKM2 - 1
Opg. : DVB/JBL Get. : LEEUWEST
d.d. 29-Apr-2013 d.d. 2013-05-02
MV = VP
-0.70 m
RD: X = 97129.7 Y = 444103.1
Sondering volgens norm NEN-EN-ISO 22476-1, klasse 2. Conustype: F7.5CKE2HA/B 1701-2424 1500 mm.2 Specificaties conform bijl. Elektrisch sonderen.
SONDERING MET PLAATSELIJKE KLEEFMETING NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK
Opdr. Sond.
7213-0143-000 DKM2
Wrijvingsweerstand,fs [MPa] .0 .1
8
.3 10
12
.4 14
16
.5 18
10
20
22
24
8
6
26
28
Indicatieve bodembeschrijving
Wrijvingsgetal,Rf [%] 4 2 0 30
Hellingshoek
-1
1
Automatisch gegenereerd uit data van de sondering, geldig onder grondwaterpeil (Robertson 1990, NL corr.)
(8) ZAND, vast / ZAND, kleiig (3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-2 Diepte t.o.v. VP [m]
UNIPLOT 05.21.nl / QcFsClass-V3.cmd / 2013-05-02 12:11:13
0
0 2 4 6 Conusweerstand,qc [MPa]
.2
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig -3 (3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-4
-5 2
(4) KLEI, siltig / LEEM
-6 (4) KLEI, siltig / LEEM -7 (4) KLEI, siltig / LEEM (4) KLEI, siltig / LEEM (4) KLEI, siltig / LEEM (4) KLEI, siltig / LEEM
-8
-9 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig 3
-10
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig (5) ZAND, siltig tot LEEM
-11 4
-12
-13
-14
5
-15 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-16 6 -17
-18
7
-19 7213-0143-000
8 -20
-21
9
(5) ZAND, siltig tot LEEM
10
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-22
-23 10 -24
-25
-26
-27
-28
-29
-30
-31
-32
-33 -34 DKM3 - 1
Opg. : DVB/JBL Get. : LEEUWEST
d.d. 29-Apr-2013 d.d. 2013-05-02
MV = VP
-0.65 m
RD: X = 97146.2 Y = 444088.7
Sondering volgens norm NEN-EN-ISO 22476-1, klasse 2. Conustype: F7.5CKE2HA/B 1701-2424 1500 mm.2 Specificaties conform bijl. Elektrisch sonderen.
SONDERING MET PLAATSELIJKE KLEEFMETING NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK
Opdr. Sond.
7213-0143-000 DKM3
Wrijvingsweerstand,fs [MPa] .0 .1
8
.3 10
12
.4 14
16
.5 18
10
20
22
24
8
6
26
28
Indicatieve bodembeschrijving
Wrijvingsgetal,Rf [%] 4 2 0 30
Hellingshoek
-1
1
-2 Diepte t.o.v. VP [m]
UNIPLOT 05.21.nl / QcFsClass-V3.cmd / 2013-05-02 12:11:12
0
0 2 4 6 Conusweerstand,qc [MPa]
.2
Automatisch gegenereerd uit data van de sondering, geldig onder grondwaterpeil (Robertson 1990, NL corr.)
(8) ZAND, vast / ZAND, kleiig (4) KLEI, siltig / LEEM (2) VEEN, organisch materiaal
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-3
-4
(4) KLEI, siltig / LEEM 2
-5
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig -6
-7
-8
(5) ZAND, siltig tot LEEM
-9
(5) ZAND, siltig tot LEEM 3
-10
-11 4
-12
-13
-14 5 -15
-16
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig 6
-17
-18 7 -19 7213-0143-000
8
-20
-21 9 -22 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig (5) ZAND, siltig tot LEEM -23 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig 9 -24
-25
-26
-27
-28
-29
-30
-31
-32
-33 -34 DKM4 - 1
Opg. : DVB/JBL Get. : LEEUWEST
d.d. 29-Apr-2013 d.d. 2013-05-02
MV = VP
-0.71 m
RD: X = 97156.9 Y = 444102.7
Sondering volgens norm NEN-EN-ISO 22476-1, klasse 2. Conustype: F7.5CKE2HA/B 1701-2424 1500 mm.2 Specificaties conform bijl. Elektrisch sonderen.
SONDERING MET PLAATSELIJKE KLEEFMETING NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK
Opdr. Sond.
7213-0143-000 DKM4
Wrijvingsweerstand,fs [MPa] .0 .1
8
.3 10
12
.4 14
16
.5 18
10
20
22
24
8
6
26
28
Indicatieve bodembeschrijving
Wrijvingsgetal,Rf [%] 4 2 0 30
Hellingshoek
-1
1
Automatisch gegenereerd uit data van de sondering, geldig onder grondwaterpeil (Robertson 1990, NL corr.)
(8) ZAND, vast / ZAND, kleiig (2) VEEN, organisch materiaal
-2 Diepte t.o.v. VP [m]
UNIPLOT 05.21.nl / QcFsClass-V3.cmd / 2013-05-02 12:11:12
0
0 2 4 6 Conusweerstand,qc [MPa]
.2
-3
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-4
(4) KLEI, siltig / LEEM
-5
2 (4) KLEI, siltig / LEEM
-6
(4) KLEI, siltig / LEEM (4) KLEI, siltig / LEEM
-7
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-8
-9 3 -10 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig -11 4
-12
-13
-14
5
-15 (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-16 6
-17
-18
-19
7
(5) ZAND, siltig tot LEEM
7213-0143-000
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-20
(5) ZAND, siltig tot LEEM -21
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig 8
-22
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig -23 9 9 -24
-25
-26
-27
-28
-29
-30
-31
-32
-33 -34 DKM5 - 1
Opg. : DVB/JBL Get. : LEEUWEST
d.d. 29-Apr-2013 d.d. 2013-05-02
MV = VP
-0.78 m
RD: X = 97141.3 Y = 444116.2
Sondering volgens norm NEN-EN-ISO 22476-1, klasse 2. Conustype: F7.5CKE2HA/B 1701-2424 1500 mm.2 Specificaties conform bijl. Elektrisch sonderen.
SONDERING MET PLAATSELIJKE KLEEFMETING NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK
Opdr. Sond.
7213-0143-000 DKM5
Wrijvingsweerstand,fs [MPa] .0 .1
8
.3 10
12
.4 14
16
.5 18
10
20
22
24
8
6
26
28
Indicatieve bodembeschrijving
Wrijvingsgetal,Rf [%] 4 2 0 30
Hellingshoek
-1
1
Automatisch gegenereerd uit data van de sondering, geldig onder grondwaterpeil (Robertson 1990, NL corr.)
(8) ZAND, vast / ZAND, kleiig (5) ZAND, siltig tot LEEM (4) KLEI, siltig / LEEM
-2 Diepte t.o.v. VP [m]
UNIPLOT 05.21.nl / QcFsClass-V3.cmd / 2013-05-02 12:11:11
0
0 2 4 6 Conusweerstand,qc [MPa]
.2
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-3
-4
2
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-5
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig (3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-6
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-7
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig
-8
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-9
2 3
-10
(3) KLEI, zwak siltig tot siltig (5) ZAND, siltig tot LEEM (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-11
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig -12 4 -13
-14 5 -15
-16
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-17
6
-18 7
-19 7213-0143-000
-20
(6) ZAND, zwak siltig tot siltig
-21
(5) ZAND, siltig tot LEEM 8
-22
-23
9 9
-24
-25
-26
-27
-28
-29
-30
-31
-32
-33 -34 DKM6 - 1
Opg. : DVB/JBL Get. : LEEUWEST
d.d. 29-Apr-2013 d.d. 2013-05-02
MV = VP
-0.75 m
RD: X = 97123.4 Y = 444132.7
Sondering volgens norm NEN-EN-ISO 22476-1, klasse 2. Conustype: F7.5CKE2HA/B 1701-2424 1500 mm.2 Specificaties conform bijl. Elektrisch sonderen.
SONDERING MET PLAATSELIJKE KLEEFMETING NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK
Opdr. Sond.
7213-0143-000 DKM6
(5) ZAND, siltig tot LEEM (5) ZAND, siltig tot LEEM (5) ZAND, siltig tot LEEM (6) ZAND, zwak siltig tot siltig
Veldclassificatie
Boring: HB1 bij DKM5 Monsternr.
Referentie (m tov VP)
Pagina 1 van 1
Bodembeschrijving volgens NEN 5104 -0.71 tot -1.31 Veen, zandig, humeus
-1.00
-1.31 tot -2.91 Klei, siltig grijs -2.00
Versie 2013-03-04
Algemene opmerking: -5.588
X: 97141.2
Datum uitvoering: 29-04-2013
Y: 444114.1
GWS (m tov VP): -1.93
GHG (m tov VP):
Coördinatenstelsel: RD
MV (m tov VP): -0.71
GLG (m tov VP):
Boormeester: dmb Boorvloeistof:
Geclassificeerd door: dmb
BORING VOLGENS NEN-EN-ISO 22475-1
Fugro GeoServices B.V.
Nieuwbouw ligboxenstal aan de Rottebandreef 2 te Bergschenhoek
7213-0143-000
Uitgangspunten Gehanteerde sondering Paaltype Schachtafmeting
: DKM 6 : Prefab betonpaal : / 250 mm
Berekening negatieve kleef De representatieve waarde van de maximale negatieve kleefbelasting op een alleenstaande paal volgens 7.3.2.2 NEN 9997-1 bedraagt: Fnk;rep = ∑(di ⋅ Ko;1⋅ tanδi ⋅ σ'v;gem;i).Os;gem = 129 kN Waarin: di Ko;i.tan δi
= =
σ'v;gem;i
=
Os;gem
=
In dit geval: (zie tabel)
Dikte van de betreffende laag. Product van de karakteristieke waarde van de neutrale gronddruk factor en de tangens van de wrijvingshoek tussen paal en grond voor de betreffende laag. Karakteristieke waarde van de gemiddelde effectieve verticale spanning in de betreffende laag i. Omtrek van de paalschacht.
0,25 (zie tabel) (zie tabel)
Laag
Van / tot [m Vast Punt]
Dikte d [m]
γ′i;rep [kN/m3]
σ'v;i;gem [kN/m2]
1
0,0 / -2,4
2,4
18
21,6
2
-2,4 / -3,5
1,1
5
45,95
0,25
1,0
12,6
3
-3,5 / -8,5
5,0
6
63,7
0,25
1,0
79,6
4
-8,5 / -9,0
0,5
10
81,2
0,25
1,0
10,2
5
-9,0 / -10,2
1,2
8
88,5
0,25
1,0
26,6
Totaal
129,0
Ko;i.tan δi [-]
Os;gem [m]
Fnk;rep,i [kN]
Kelder
De rekenwaarde van de maximale negatieve kleefbelasting op een alleenstaande paal bedraagt: Fnk;d = Fnk;rep . γf;nk = 129 kN Æ Voor de randpalen 129 kN / 2 ≈ 65 kN. Waarin: γf;nk
In dit geval: =
Partiële factor voor de negatieve kleef (7.3.2.2(b) van NEN 9997-1).
BEREKENING NEGATIEVE KLEEF NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK
1,0
Opdr. : Bijl. :
-
7213-0143-000 2
Uitgangspunten Gehanteerde sondering Paaltype Paalpuntniveau Schachtafmeting
: DKM 6 : Prefab betonpaal : Vast Punt -16,0 m : / 250 mm
Reductie conusweerstand In verband met de voorziene ontgraving tot ca. Vast Punt -2,4 m zijn de conusweerstanden in overeenstemming met 7.6.2.3(k) van NEN 9997-1 gereduceerd: - voor de puntweerstand traject I tot 79 %, - voor de puntweerstand traject II tot 79 %, - voor de puntweerstand traject III tot 78 % en - voor de schachtwrijving tot 74 %, van de oorspronkelijke waarde, uitgaande van niet trillingsarme paalinstallatie.
Maximale draagkracht van de paalpunt De maximale puntweerstand volgens 7.6.2.3(e) van NEN 9997-1 bedraagt: qb;max = ½ . αp . β . s . ((qc;I;gem + qc;II;gem)/2 + qc;III;gem) = 6,4 MPa. (≤15 MPa, limietwaarde conform NEN 9997-1) Waarin: qc;I;gem
=
qc;II;gem
=
qc;III;gem
=
αp β s
In dit geval:
= = =
De gemiddelde waarde van de conusweerstanden over traject I (0,7 à 4 x Deq onder de punt). De gemiddelde minimale waarde van de conusweerstanden over traject II (0,7 à 4 x Deq onder de punt). De gemiddelde minimale waarde van de conusweerstanden over traject III (8 x Deq boven de punt). Paalklassefactor (tabel 7.c, NEN 9997-1). Factor voor de paalvoetvorm. Factor voor de vorm van de dwarsdoorsnede van de paalvoet.
7,5
MPa
7,4
MPa
5,3 1,0 1,0
MPa -
1,0
-
De maximale draagkracht van de paalpunt volgens 7.6.2.3(c) van NEN 9997-1 bedraagt: Rb;cal;max;i = Apunt . qb;max;i . 1000 = 401 kN Waarin: Apunt
=
Oppervlak van de paalvoet.
In dit geval: 0,0625 m²
BEREKENING EN TOETSING REKENWAARDE NETTO DRAAGKRACHT NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL Opdr. : 7213-0143-000 AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK Bijl. : 3.1
Maximale paalschachtwrijving De maximale paalschachtwrijving volgens 7.6.2.3(c) van NEN 9997-1 bedraagt: qs;max = αs . qc;z;a = 0,06 MPa Waarin: αs
=
qc;z;a
=
In dit geval: Factor voor de invloed van de uitvoering en het paaltype (tabel 7.c, NEN 9997-1). De gemiddelde waarde van de conusweerstanden over het traject waarover schachtwrijving wordt berekend.
0,010
6,0
-
MPa
De maximale schachtwrijvingskracht volgens 7.6.2.3(c) van NEN 9997-1 bedraagt: Rs;cal;max;i = Os;ΔL;gem . ΔL . qs;max . 1000 = 331 kN Waarin: Os;ΔL;gem ΔL
= =
Gemiddelde omtrek van de paalschacht. Traject voor berekening schachtwrijving.
In dit geval: 1,0 m 5,5 m
Maximale draagkracht De maximale draagkracht van de paal volgens 7.6.2.3(c) van NEN 9997-1 bedraagt: Rc;cal = Rb;cal;max;i + Rs;cal;max;i = 732 kN De karakteristieke waarde van de maximale draagkracht van de paal volgens 7.6.2.3(5) van NEN 9997-1 bedraagt: Rc;k
Waarin: ξ3 ξ4
(
=
⎧ R c;cal ⎪ Min ⎨ ξ3 ⎪ ⎩
=
526 kN
= =
)gem (R c;cal )min ⎫⎪ ; ξ4
⎬ ⎪ ⎭
Correlatiefactor volgens tabel A.10a van NEN 9997-1. Correlatiefactor volgens tabel A.10a van NEN 9997-1.
In dit geval: 1,39 1,39 -
Voor de rekenwaarde van de maximale draagkracht van de paal kan volgens 7.6.2.3(3) en (4) van NEN 9997-1 worden aangehouden: Rc;d = Rc;k / γR = 439 kN Waarin: γR
γb = γs Partiële factor volgens tabel A.6 t/m A.8 van NEN 9997-1. 1,20
In dit geval:
= =
-
BEREKENING EN TOETSING REKENWAARDE NETTO DRAAGKRACHT NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL Opdr. : 7213-0143-000 AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK Bijl. : 3.2
Toetsing van UGT type B: Voor de UGT geldt volgens 7.6.2.1(1) van NEN 9997-1: Fc;d < Rc;d Voor de UGT type B kan het zakkingscriterium dat in 2.4.9(b) van NEN 9997-1 is gegeven, worden vervangen door: Fc;d + Fnk;d < Rc;d Waarin: Fc;d Fnk;d Rc;d
In dit geval: = = =
Rekenwaarde van de belasting in kN. Rekenwaarde van de negatieve kleefbelasting. Rekenwaarde van de maximale draagkracht van de paal.
65 439
kN kN
Bovenstaande formule kan worden bewerkt tot de volgende voorwaarde: Fc;d < Rc;net;d Waarin: Rc;net;d
In dit geval: = =
Rc;d - Fnk;d De rekenwaarde van de netto draagkracht van de randpaal, rekening houdend met de negatieve kleefbelasting.
374
kN
Indien aan de bovenstaande voorwaarde wordt voldaan, dan bezwijkt de grond rondom de paal niet. De vervormingen van de paalkop zullen beperkt blijven, zodat hiermee ook de andere grenstoestanden worden ondervangen. In tabel 4-1 zijn de waarden gepresenteerd van Rc;net;d.
BEREKENING EN TOETSING REKENWAARDE NETTO DRAAGKRACHT NIEUWBOUW LIGBOXENSTAL Opdr. : 7213-0143-000 AAN DE ROTTEBANDREEF 2 TE BERGSCHENHOEK Bijl. : 3.3
! ! "#$% &'()*+,-)-- !"#$% &'()*--. /
+,. --.
0 /1'% ,
# 2 2 3 2 -.* 22 42 56 2 . 2 .2 2 2 2 & 33 . 2 3% 7 8 2 3 & 7
3 8 2 .2
2 !!!!! " 3 2 2 2 *9* -.* 6 2 3 3 : ; . 2 2 3 22 2 3 < 2 2 . 22 . 2 #$ !$!! 2 2 2 2 3 32 =2 23
2 . 2 2 2. ! > 6
3 3 3
2
2 ? ! 23! 22 2
@ @
" ( @ @ @
@ @ @ @
3 2 2 2 &3 2 2 2 2 & 2 2 2 2& 2 2 33 3# 2 AA !
. -.* -.-* 22 ?2
2 3 . 2 2 32 2 3 32 3 B C 2 2 2
1 3 3 .B 2 3 . 2 2 D 223
E . 23 2 3 2 3.22 B 2. 2. . . 32 3 3 3 . . 3 . 2 3. 3 2
"WWW:
Voorgevel
Rechter
Linker
zijgevel
zijgevel
Achtergevel
5894
4840
4840
4840
4840
4840
4840
4840
4840
4840
2707
4840
48845 5090
3000 5430
4000
150
2850
ff
6000
29900
200+ h—betonrand dik 2 0 0 m m ttii HÒOmm
JJLLbetonwand Tm dik 2 0 0 m m
afkalfhok
tot
800mm
200+
prefap beton'trand 120mm tot 1 5 0 0 m m a f s c nu m e n
26 hcbcbxen 1l150x2730mrln
50+
50+
UNP 8 0
WELSTANDSCOMMISSIE dorp, stad en land
3110
Stationsplein 45 Postbus 129 3301 GC ROTTERDAM Tel.: 010 - 280 94 45
co HE140A
zolder boyenkc op 3 2 5 0 m n r H - ľ sandwionpanee
II III
mm
robotruimte
uNPisqíj
150+
VOLDOET 4076
150+
prefap betoir rand 120mnti tot 1 5 0 0 m m a f s c nu inen 10
irefab b îtonwa tot 1 ĩ OOmmM-
lie boxen 1150x2 500mrln
2 0mm a f s c r uine n
irefab b tonwani tot 1E 0 0 m m - l -
boxen 500mrln
3
2718
UNP 8 0
UOmm a f s c r uine n
dik 150ţäm
tīìtļTlMWHĮtĪH
HE180A
200+ zolder ópISoOOm strobelasting
200+ onwand 50mm ' 500mmf-P
ligboxen 2500mm etonwand dik 1 5 0 m m
tòlillHtļ!™WWiW 1330 2 0 3
3000
3000
200+
boxen 150x2500mm
Situatie
boxen BOOmrln - — p r e f a p beton rand 120mm afsciuinen tot 1 5 0 0 m m
50+
Gemeente Sectie
50+
Nummer Schaal
50+
^
10001 53
PE220
HE160A
tierenhok
nieuw te 1 M u w e n liqboxe^stal
betonwand 00+
' ï Ì iffūÍTiït tot 800mmH-
100+
UNP18Q
1004
UNP 8 0
tijdelijk b met ^nfşphnt
120+
1204
UNP180
Aanduiding voorgevel
Materialen
separat
j rubber op rooste r
Bergschenhoek A 3110 1:2000
nfşphnt^
Bouwdeel
Materiaal
Kleur
Gevels Voorgevel Gevelbeplating tussenlid Ventilatie doek Schuifdeur Deuren Raamkozijnen Ramen Dakbedekking Lichtplaat Windveer Boeiboord Goot H.w.a.
Betonpaneel v.z.v. steenmotief Baksteen (w.f.) Sandwichpaneel Potdekselwerk Kunststof Systeemdeur Kunststof Kunststof Kunststof Sandwichpaneel Polycarbonaat Stalen zetwerk W.B.P. Aluminium bakgoot P.V.C.
Als bestaand Als bestaand Antraciet Antraciet Antraciet/transparant Antraciet Antraciet Wit Wit Antraciet Opaal Wit Antraciet Wit Wit
Bouwbesluitgegevens
UNP180 1004-
Indeling g e b o u w
Omschrijving
2 5 0 2 0 0 0 15
Ţ
2440
UNP140
43110
Ţ
Gebruiksfunctie
Ligboxenstal
Lichte
Gebouwgegevens
Gebruiksoppervlakte
industrie
1038,8 m
Verblijfsgebied oppervlakte
2
1038,8 m
Oppervlakte
2
1051 m
2
6731 m
3
UNP140
Overzicht regelruimte
B10 B20 B21 B22
1004-
siloplaat 9 0 0 0 x 3 0 0 0 m m ,
Plattegrond, gevelaanzichten en situatie Palenplan Wapeningsplan en details Kelderplan
tekeningen B23 B24 B30 B31
Afdekkingsplan Kapplan, s p a n t s c h e m a ' s en zolder Doorsnede A—A en details Detailblad
b.k. P eil
A l l e m a t e n in h e t w e r k
controleren
204-
NP140
UNP 4 0 Q
•DĽV Benaming:
Schaal:
Nieuwbouw
ligboxenstal
1:100
Omgevingsvergunning: activiteit bouw Plattegrond, gevelaanzich ten en situatie
Datum:
Opdrachtgever:
Wijzigingen:
A0
11-06-2013 Dhr. P. Hoogerbrugge Rottebandreef 2 2661 JK Bergsch enh oek Telefoon: 010-5216178 Mobiel:
Plattegrond
Regio Noord e n W e s t 5400 A M Uden Telefoon:
pieterhoogerbrugge27Qhotmail.com
E-mail:
Telefoon: E-mail:
UIT D E Z E TEKENING
A.B. D A.B. E
Werknummer:
[email protected]
B120441 - 11 Projectleider:
NIETS
27-06-2013 03-07-2013
0413-336800 0317-491475
06-25282331
Fax:
idem
A B
P o s t b u s 511
A.B.
MAG G E H E E L O F GEDEELTELIJK WO RDEN O V E R G E N O M E N
Dhr. T. v a n Mourik 06-26518685 [email protected]
Klantnummer:
292338
E N VERMENIGVULDIGD' Z O N D E R V O O R A F G A A N D E S C H R I F T E L I J K E TO ESTEMMING © CO PYRIGHT 201 1 DLV BO UW,
B10 MILIEU EN TECHNIEK BV