J A A R G A N G 4, N R. 2 (VOLGNR. 14)
Š
JUNI
AVÉ
2004
Š
Nieuwsbrief over Actuele VErschijningen INHOUD
Beste Lezers,
Beste Lezers.............................................................
25
Onder de Loep Chèvremont ................................................ Zuster Faustina...........................................
26 31
Kerkelijke documenten Brief van de paus aan Mgr. J.M. Punt.......................
33
Medjugorje: Toespraak van Mgr. Ratko Perić ..............................
34
Kort Nieuws .............................................................. 40
Erkende verschijningen Lourdes (deel 2) ......................................... 41
Bemerkenswaard Hoe heilzaam is magnetiseren ................... 42
Lezers aan het woord ............................................... 46
Tot besluit ................................................................. 47
Colofon ..................................................................... 48
Is de gedachte wel eens bij u opgekomen dat u tussen de bomen het bos niet meer ziet? Onlangs kreeg ik een telefoontje van een pas katholiek geworden jongeman die op zoek is naar de volle waarheid, onderscheid probeert te maken tussen authentiek en niet-authentiek, ook wat betreft verschijningen en boodschappen, en vervolgens ook deze geloofsschat aan anderen wil doorgeven. Het aanbod in verschijningen en boodschappen is zo ongelooflijk groot, dat je inderdaad het spoor bijster kunt worden. Toch kun je met een paar simpele pennestreken al gauw wat meer helderheid krijgen. Als de ‘verschijning’ vele en lange boodschappen geeft, publiekelijk intiem wordt met de ziener(es) en de verspreiding van deze boodschappen belangrijker wordt geacht dan de verspreiding van het evangelie, weet u dat deze weg niet naar de waarheid leidt. Verschillende dwaalwegen hebben wij reeds belicht in de voorafgaande nummers van deze AVÉnieuwsbrief. In deze uitgave komen de “Kleine zielen” van …. 60 ‘Marguerite’ (Chèvremont - België) aan het licht. Ook hier zijn aanwijzingen voor het ontstaan van een alternatieve kerk met een alternatieve voorgangster en alternatieve boodschappen, ogenschijnlijk ook nog met goedkeuring van de plaatselijke bisschop. De “Barmhartige Liefde” heeft ‘Marguerite’ mijns inziens geleend van Theresia van Lisieux en/of van zr. Faustina, beiden reeds heilig verklaard. Het is een bekend gegeven dat men in niet-erkende bedevaartplaatsen graag leunt op erkende bedevaartplaatsen of heilig verklaarde personen om de ‘boodschap’ aldus betrouwbaar te doen overkomen. e In de brief van onze paus aan Mgr. Punt b.g.v. de 500 verjaardag van de openbare verering van het wonder van Amsterdam lezen we prachtige gedachten over de Eucharistie. In deze brief wordt evenwel geen melding gemaakt van de goedkeuring van de ‘Vrouwe van alle volkeren’, door Mgr. Punt verricht op 31-5-2002, terwijl in een bijzin wel gesproken wordt over Maria, de 'Eucharistische Vrouwe'. Of hiermee een toespeling gemaakt wordt op de ‘Vrouwe van alle volkeren’ is onduidelijk. Sommigen zullen het erin lezen, anderen niet. In elk geval bevestigt de paus de goedkeuring van Mgr. Punt niet, terwijl daar nu een uitgesproken kans voor was. Mgr. Perić daarentegen laat - als bevoegde bisschop inzake Medjugorje - aan duidelijkheid niets te wensen over. Op 17 februari 2004 hield hij in Ierland een toespraak betreffende Medjugorje. Het is werkelijk ongelooflijk hoe een bisschop die zich de moeite getroost van nauwkeurig en diepgaand onderzoek betreffende de authenticiteit niet gehoord wordt door vele medegelovigen, ja zelfs door collega-bisschoppen. (lees verder op pagina 26)
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
25
Vervolg van Beste Lezers, Kareltje Het gaat hier niet om bijkomstige zaken, maar om een beginnend schisma. Wie heeft er dan gewonnen? Is het niet de plicht van een bisschop om duidelijk te zijn?! Zijn zij niet de herders?! Ik prijs Mgr. Perić om zijn moed, zijn geloof en zijn liefde voor de Kerk. Nu, in het tweede deel over de verschijningen te Lourdes, lezen we uit een persoonlijke brief van Bernadette aan paus Pius IX, we lezen over de echtheidsverklaring, het sterven, de zalig- en heiligverklaring van Bernadette en de royale wijze waarop gevolg is gegeven aan het verzoek van de witte Dame om een kapel. In de bijdrage ‘Hoe heilzaam is magnetiseren’ (deel IV) kunt u lezen hoe een onschuldig bezoekje aan een paragnost uiteindelijk kan uitpakken. Ook hier is de gave des onderscheids meer dan gewenst. Wanneer komen paranormale gaven van God, wanneer behoren zij tot het gebied van de duisternis? Wil een paragnost of profeet met zijn uitspraak iemand tot wanhoop brengen of wil hij iemand helpen de juiste weg te vinden? Het is goed en zinvol om vooral uit het Evangelie te leven. Het Evangelie komt niet zomaar uit de lucht gevallen. Het wordt ons geschonken door de Kerk, vooral in de liturgie. We zijn uitgenodigd om de Blijde Boodschap in ons leven de plaats te geven die haar toekomt. Dan zullen wij daarin ook het antwoord vinden op veel van onze vragen. Moge het Pinksterfeest ons inspireren om het Evangelie te (her)ontdekken. Rudo Franken, pastoor
ONDER DE LOEP DE BARMHARTIGE LIEFDE AAN DE KLEINE ZIELEN door RUDO FRANKEN
INLEIDING n dit hoofdartikel gaan we aandacht besteden aan "De Barmhartige Liefde aan de kleine zielen". Velen leven wellicht in de veronderstelling dat een vrouw onder de schuilnaam Marguerite in Chèvremont (België) openbaringen en inspraken ontvangt van vooral Jezus Christus als ‘de Barmhartige Liefde aan de kleine zielen’. Het boek (Boodschap van de Barmhartige Liefde aan de kleine zielen) verhaalt hiervan vanaf 1965. Dit werk dat in 1971 het Nihil Obstat en het Imprimatur heeft verkregen van de toenmalige bisschop van Luik, Mgr. Van Zuylen, en in 1978 ook van de bisschop van Gent, Mgr. Van Peteghem, is vertaald in een dertigtal talen en talrijke dialecten. Inmiddels heeft het 'Legioen van de Kleine Zielen' in 119 landen in vijf continenten wortel geschoten. Het blijkt echter dat iemand Marguerite is vóór geweest met de boodschap van de Barmhartige Liefde, iemand die in de e 20 eeuw geschiedenis heeft geschreven, al bereikte zij slechts de leeftijd van 24 jaar. We spreken hier van de H. Theresia van Lisieux. Haar geestelijke testament is enorm. Zij spreekt uitvoerig over de Barmhartige Liefde. Zij spreekt ook over kleine zielen die geroepen zijn om die liefde te beleven. Toch doet zij dat op een geheel andere wijze dan Marguerite. Ook heeft Theresia geen uitvoerige 'Boodschappen van Jezus' nodig. Zij leeft van de geopenbaarde Blijde Boodschap, het Evangelie, en verwijst daar ook met regelmaat naar. Onder haar geleide - een gecanoni-
I
26
seerde heilige en zelfs kerkleraar sinds 1997 - zullen wij het licht laten schijnen over de Barmhartige Liefde en de 'Boodschappen' aan Marguerite. DE BOODSCHAPSTER In de inleiding van de 'Boodschap van de Barmhartige Liefde aan de kleine zielen' schrijft 'Marguerite' in een 22-tal bladzijden iets over haar persoonlijke leven, haar achtergrond en haar 'roee ping'. Marguerite leefde tot haar 13 jaar zonder geloof. Zij groeide op in een anti-godsdienstig milieu. Op 17 maart 1927 werd zij buiten medeweten van haar ouders gedoopt, maar wist nog steeds niets van de godsdienst. Ze noemt zichzelf behaagziek en vreselijk verwend door haar ouders. De genezing van haar moeder, waar ze maandenlang voor gebeden heeft, is het begin van haar innerlijk leven. Ze is dan inmiddels 32 jaar (in 1946), getrouwd en moeder van twee kinderen. Ze gaat met Kerstmis naar de nachtmis. Tot dan toe was ze nog nooit naar de Mis geweest, zo schrijft ze. In die Mis heeft ze een intense ervaring: "Toen ik het Kind Jezus in zijn kribbe zag, was ik onuitsprekelijk ontroerd. De hele mis door moest ik wenen... Van dan af ging ik trouw elke zondag naar de mis... Ik had geen flauw begrip van de godsdienst... Steeds onder het wakend oog van pater Y en met zijn raadgevingen kwam ik heel gauw in contact met het bovennatuurlijke...Dit beginnend mystiek leven keerde mijn ziel ondersteboven." (blz. 16-17)
Op niet minder dan twee bladzijden voltrekt zich deze verandering: van het absolute nulpunt direct naar de mystiek. Getuigt het echter van nederigheid om jezelf een mystiek leven toe te dichten? Op zekere dag voelt ze een schok in haar hart. Pater Y kon haar direct vertellen dat dit betekende dat Jezus nu bezit had genomen van haar ziel (blz. 18). Marguerite heeft een droom die een verwarrende en vreemde indruk op haar maakt. Volgens pater Y is het zeker de Heilige Maagd met haar goddelijke Zoon. Een hevig licht dat Marguerite ziet, wordt door pater Y als een visioen betiteld (blz. 20-21). Marguerite neemt de suggesties van pater Y voor waar aan. Pater Y heeft blijkbaar een grote invloed op haar. Allengs begint Marguerite te groeien in haar rol van boodschapster. Voor Marguerite zijn gevoelens erg belangrijk. Gevoelens zijn voor haar een houvast en ook een maatstaf. Onmiddellijke troost zegt ze van Jezus te ontvangen (blz. 19). In een nieuw visioen wordt ze door een kind op de schoot van zijn moeder overladen met liefkozingen (blz. 22). In een droom bevindt ze zich in de kerk voor een beeld van het Kind Jezus. Onderaan het beeld is de letter P. Marguerite begrijpt dat dit de eerste letter is van het woord Petitesse (kleinheid). Nog steeds in de droom wordt op haar tong een rode hostie gelegd. Het smaakt naar bloed in haar mond (blz. 24). In een andere droom, weer aan de communiebank, voelt zij een brandende pijn alsof ze met een
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
gloeiend ijzer gebrandmerkt wordt. 'Jezus heeft zijn stempel op haar gedrukt', is de verklaring van pater Y. Op voorschrift van de dokter neemt ze rust. 'Diepe ingetogenheid' overkomt haar en een gevoel van zijn Tegenwoordigheid, totdat... Hij lang wegbleef en zij er vreselijk onder lijdt. "Ik schreide bittere tranen en smeekte Hem toch terug te komen. Hij kon niet weerstaan en daar was Hij, nam me weer op en omhulde me met zijn goddelijke Tegenwoordigheid". En even later voegt ze eraan toe: "Hij moet wel naar liefde gesmacht hebben om af te dalen tot bij een arme sloor zoals ik". Na een lang ziekbed overlijdt pater Y. Marguerite is wanhopig en woont de uitvaart niet bij. Ze heeft er de kracht niet toe. Drie jaar lang heeft ze geen geestelijk leidsman. Ze voelt zich vreselijk eenzaam. Op zekere dag hoort ze in zichzelf de woorden: "Ik verlang een universele dag van gebed en aanbidding tot eerherstel voor de zonden en voor de vrede in de wereld". Op aanraden van de pastoor, aan wie ze dit vertelt, bespreekt ze deze zaak met de vicaris-generaal van het bisdom. Het onderhoud ervaart ze als een vreselijke vernedering. Ze voelt zich afgescheept met een paar woorden. Maar eindelijk vindt ze dan een nieuwe geestelijke leidsman. Op zijn verzoek verleent de bisschop aan Marguerite een audiëntie. Hij behandelde haar met de grootste voorkomendheid. Na het onderhoud heeft zij de indruk dat hij de boodschap die zij hem namens Jezus overbracht, wel in overweging wilde nemen. Haar persoonlijke inleiding besluit Marguerite met de woorden: "Werken tot meerdere eer en glorie van God en onze geliefde Heiland behagen, ziedaar het doel dat ons beiden, de pater en mij, verenigt. We laten ons door de moeilijkheden verwonderen noch ontmoedigen. De ondervinding heeft ons geleerd, dat deze moeilijkheden het waarmerk van echtheid vormen waardoor alle goddelijke werken getekend zijn. En in mijn hart blijft gegrift wat Jezus eens zei: 'Die vandaag tegen u zijn, zullen morgen voor u zijn'. (31.5.66)" TOESPRAAK VAN MARGUERITE IN 2003 De universele dag van gebed en aanbidding tot eerherstel voor de zonden en voor de vrede in de wereld is er gekomen. Sinds 1972 stromen op de laatste zondag van augustus mensen van alle kanten samen in Chèvremont (B). Op zo'n dag voert Marguerite zelf ook het woord. Zelf heb ik zo'n dag (en ook de toespraak van Marguerite) eind ze-
ventiger / begin tachtiger jaren meegemaakt. Vanuit de kerk in Eindhoven waar ik wekelijks naar toe ging, werd er op die laatste zondag van augustus ook een bedevaart georganiseerd naar Chèvremont. Men zei dat het bijzonder was om Marguerite te zien en te horen. Op mij heeft het echter geen indruk gemaakt. Wel vond ik de dag op zich een hele belevenis. De massale eucharistieviering en aanbidding in de grote tent vond ik heel waardevol. Op zondag 31 augustus 2003 heeft Marguerite de mensen als volgt toegesproken: "Dierbare Kleine Zielen, ik wil u zeggen hoezeer het mij verheugt u hier opnieuw terug te zien, te Chèvremont, het genadeoord van Jezus en Maria. Ik kijk nu naar u en mijn hart is ontroerd, de tederheid en de genegenheid die geheel doordrongen zijn van de goddelijke Aanwezigheid, die uitgaat van deze mooie vergadering, te ontmoeten. Vandaag wil ik u herinneren aan wat Jezus van zijn Kleine Zielen verwacht. Wat vraagt Jezus? Hij vraagt nederige zielen om te strijden tegen de hoogmoed. De hoogmoed is een gesel die onvermijdelijk leidt tot de ontkenning van het Heilige, zo niet van God zelf; de nederigheid is zijn tegengestelde. Jezus dringt dan ook bijzonder aan op dit basispunt, de Nederigheid. Hij vraagt liefdevolle kleine zielen om te strijden tegen het gebrek aan liefde. De liefde, zoals die op onze dagen begrepen wordt is slechts een surrogaat van de ware liefde, die op God moet gericht zijn: zelfgave, edelmoedigheid, zuiverheid in elke levensstaat waarin God ons plaatst; huwelijk of celibaat, eerbied voor de andere. Elke liefde dient op te vliegen uit het Hart van Hem die zei: "Ik ben de liefde." Hij vraagt edelmoedige kleine zielen om tegen de zelfzucht te strijden, ongelukkigerwijs is er steeds, in elk van ons min of meer, een vorm van zelfzucht die ons onveranderlijk leidt naar de liefde van eigen gemak, naar de onmacht van een menselijke natuur die halsstarrig de hulp weigert van de genade die zich aanbiedt; hulp om het eigen "ik" te overstijgen. Hij vraagt biddende kleine zielen om te verhelpen aan het gebrek aan gebed. Eigenlijk, dierbare kleine zielen, welk gebed wordt door God het meest op prijs gesteld? Is het een woordenvloed die vurig gebed wil zijn? Of is het eerder zelfgave, offergave van elke dag, steeds hernieuwd, in vreugde als in lijden dat het ons doet uitschreeuwen van pijn, maar pijn die verzacht wordt door de vreugde van de gave aan de Liefde?
Jezus vraagt vertrouwvolle kleine zielen om tegen het pessimisme te strijden. Geloof mij, het vertrouwen is de basis van de Kleinheid. Het is als een klein vogeltje in Gods Hand, dat alles, ik zeg wel alles... van zijn goedheid verwacht. Jezus laat zich altijd overwinnen door ons vertrouwen; hoevele mensen van deze tijd laten zich wegzinken in pessimisme, omdat zij hun hart niet vertrouwvol willen openen ? Jezus vraagt reine kleine zielen om te strijden tegen de onreinheid. Het is levensnoodzakelijk voor de toekomst van de wereld op te komen tegen het kwaad dat steeds verergert. Geheel bewust dat God met ons is, dienen wij krachtdadig de onreinheid onder al haar vormen aan te klagen, het gebrek aan verantwoordelijkheidszin doen kennen van hen die laten begaan zonder de stem te verheffen om de kanker te stoppen die aan de ziel van onze kinderen knaagt, ook aan volwassenen die te laf zijn om tussen te komen. De massamedia, de sensatiebladen - zo durf ik hier te zeggen - raken in extase voor wat de schande is van onze eeuw. Wat slecht is wordt de hemel in geprezen, wat goed is wordt afgeremd, gestopt, door precies diegenen die tot opdracht hebben het aan te moedigen, te spreken, luid hun verontwaardiging, onze verontwaardiging, te verkondigen. De verdorvenheid der zeden tast zelfs de kinderen aan. Er staat nochtans in het Evangelie: Als gij niet wordt als kleine kinderen zult gij het Rijk der Hemelen zeker niet binnengaan. Arme kleine jeugd. Wat betekent het toch... die enkele jaren hier beneden. De dag zal komen waarop gij zult staan tegenover diegene die Liefde tot het uiterste wil zijn. Jezus vraagt ook: ware kleine zielen om te strijden tegen de Leugen en de Schijnheiligheid: God is Waarheid. Telkens wij over dit punt struikelen, brengen wij hulde aan de Duivel. En zoals Jezus het ons in de Boodschap herinnert: "Een kleine leugen blijft steeds een leugen." Het gebod voor Kleine Zielen moet zijn en blijven: "Nooit liegen." Jezus vraagt onderworpen kleine zielen om tegen de ongehoorzaamheid te strijden. Wie kent nog het sleutelwoord Gehoorzaamheid? Nemen wij Jezus Christus tot voorbeeld, die zijn hele aardse leven lang, gehoorzaamd heeft aan zijn schepsels Jozef en Maria. Wij zullen het aanschijn van de aarde niet veranderen. Alleen God, Bron van alle goed, heeft die Macht. Daarom raad ik u aan, aan de grondwaarheden van het Geloof te gehoorzamen: aan de eeuwige Waarheden, aan Gods Geboden die op onze dagen zo vergeten zijn.
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
27
Onze Moeder de Heilige Kerk lijdt... Laten wij haar wonden verzorgen. Hoe? Door ons voorbeeld van kleinheid en nederigheid, maar vooral door ons "neen" aan de afwijkingen van sommigen van haar leden. Laat ons bidden en beminnen. Jezus, haar Goddelijke Stichter zal de rest doen... Het weze ons voldoende, te beminnen. Hij vraagt: Offerzielen om tegen de Ketterij te strijden. Aan elk van hen vraagt Jezus een onmetelijke eerbied voor zijn Liefdesacrament. "Vrezen wij niet." Het zijn de eigen woorden van onze Heilige Vader de Paus. Trotseren wij spot, beledigingen, onbegrip. God die ons ziet, weet, en is gelukkig. Dat is het essentiële. De rest heeft weinig belang. Want, zo wij al lijden, Hij heeft meer geleden dan wij... Onze vreugde is te schenken, onszelf te schenken, te vergeven, te beminnen... Dragen wij onze broosheid op aan de Barmhartige Liefde. Kinderen, laten wij nooit zijn lijden zijn door onze vrijwillige zonden en onze weigering Hem te beminnen. Iedereen dient te begrijpen dat indien onze zo tedere Hemelmoeder bij elk van ons is, zij het kanaal is langswaar de Hemelse Genaden naar de kinderen van deze aarde vloeien. De Heer ontvangt ons gebed graag uit haar maagdelijke handen. Nemen wij onze toevlucht tot Maria, onze zo dierbare Gezant bij God. Door Haar zal de geest van het Kwaad overwonnen worden. Laten wij er van overtuigd zijn dat de wereld gered zal worden door haar Bemiddeling op het Hart van haar Zoon. Zij zal optreden en zijn immanente Gerechtigheid stoppen, indien er nog tijd is. Ik dring er op aan dat gij in praktijk zoudt brengen wat Jezus ons leert in de "Boodschap van de Barmhartige Liefde". Wat zegt Hij ons? Hij zegt ons dat wij allen zondaars zijn en dat de bekering van de zielen bij onze eigen ziel moet beginnen. "Kleine ziel" zijn betekent: beminnen, schenken, vergeven. Het is eendracht met de naaste betrachten. Jezus zegt ons: "Dat niemand zich boven de andere verheven voele." Wie heeft het recht te oordelen? Oordelen wij niet maar betreuren wij het kwaad dat aan de mensheid knaagt. Dat ons dierbare Legioen zich verenige met het Legioen der Engelen. Zij zijn er om ons bij te staan. Jezus zegt ook in de Boodschap: "Mijn kleine zielen kunnen de wereld redden." Er dient onder ons een diepe eenheid te zijn, geput uit Gods Hart, want zonder Hem en buiten zijn Onderrichtingen, zal er niets zinvols mogen verhoopt worden. Kleine ziel zijn is meer dan een 28
naam, het is een leven leiden in overeenstemming met het Evangelie en met de Boodschap. In deze droevige tijden richt ik mij in het bijzonder tot u, dierbare gehandicapten, want gij zijt de goede gist van onze hoop voor het leven op deze totaal ontredderde wereld. Geloof in de waarde van uw opgedragen lijden. Ja, valoriseer wat gij verdraagt door het op te dragen aan de Liefde. Wat u betreft, jongeren, die de toekomst van de wereld zijt, weest u ervan bewust dat de Heer naar u kijkt, en van u veel edelmoedigheid verwacht, in zijn Dienst. Slechts aan die prijs en mits om u heen geschonken Liefde, zal Jezus u als zijn ware kinderen kunnen erkennen. Dan zal Gods Vergiffenis ons niet ontbreken. Moge de Heer de hedendaagse mensen helpen de zin en het doel van het leven terug te vinden, en hen zo bevrijden van de onrust en de droefheid die onze wereld overweldigen. En dat wij allen zouden mogen leven in de vreugde van de Heer." (red: deze soms wat houterige vertaling heb ik op een paar plaatsen verbeterd) COMMENTAAR OP TOESPRAAK Marguerite noemt Chèvremont het genadeoord van Jezus en Maria. Loopt zij hiermee niet te hard van stapel? De toelating immers van de bisschoppen van Luik en van Gent tot het drukken van het boek "Boodschap van de Barmhartige Liefde aan de kleine zielen" betekent niet dat zij een oordeel uitspreken over de bovennatuurlijke oorsprong van de feiten die in dit boek vermeld worden. Chèvremont is niet méér genadeoord dan de eigen parochiekerk waar de Eucharistieviering plaatsvindt. Bovendien noemt Marguerite Chèvremont niet slechts genadeoord van Jezus en Maria, maar HET genadeoord van Jezus en Maria. Blijkbaar staat Chèvremont boven aan de lijst van de genadeoorden van Jezus en Maria, inclusief de genadeoorden die wél reeds door de Kerk zijn erkend. Het getuigt dus niet van nederigheid en waarachtigheid van Marguerite om dergelijke woorden in de mond te nemen. Marguerite houdt vervolgens een zeer algemene preek. Waarom zij een preek moet houden, is mij niet duidelijk. Voor een boodschapster of zieneres zou het moeten volstaan om de doorgekregen boodschap eenmaal door te geven. Verder reikt haar taak niet. En het is aan de Kerk om deze boodschap te toetsen en, zo deze authentiek is, bekend te maken aan allen die tot de Kerk behoren.
In haar preek dringt Marguerite er op aan dat wij in praktijk brengen wat Jezus ons leert in de "Boodschap van de Barmhartige Liefde". Hiermee zegt zij wederom méér dan de Kerk zegt. De bovengenoemde bisschoppen hebben zich niet uitgesproken over de bovennatuurlijke oorsprong van de feiten in deze 'Boodschap'. Men mag er dus niet van uitgaan, dat het Jezus is die in deze 'Boodschap' spreekt. Waarom zou er eigenlijk een nieuwe boodschap van Jezus moeten komen? Hebben wij niet voldoende aan het Evangelie? Is dat niet de Blijde Boodschap? Waarom verwijst Marguerite zo weinig naar het Evangelie en beklemtoont ze zo sterk de 'Boodschap' alsof dit een nieuwe openbaring is uit de hemel? Is het niet zo dat authentieke zieners doorgaans zeer kort zijn in hun boodschappen en daarin ook nog het Evangelie beklemtonen? In zijn brief aan de Galaten (1, 8-12) schrijft de apostel Paulus: "Al zouden wijzelf of een engel uit de hemel een ander evangelie verkondigen dan wij u verkondigd hebben: hij zij vervloekt! Wat ik vroeger heb gezegd zeg ik nu opnieuw: als iemand u een ander evangelie verkondigt dan gij ontvangen hebt: hij zij vervloekt! Tracht ik nu de mensen te winnen of God? Zoek ik soms de gunst van de mensen? Als ik nog de gunst van mensen zocht, zou ik geen dienaar van Christus zijn. Ik verzeker u, broeders; het evangelie dat door mij is verkondigd is geen product van mensen. Want ook ik heb het niet van een mens ontvangen of geleerd, maar door een openbaring van Jezus Christus." DE 'BOODSCHAP' VAN MEER NABIJ De 'boodschappen' aan Marguerite staan in de "Boodschap van de Barmhartige Liefde aan de kleine zielen". De eerste 'boodschappen' die vermeld worden, staan onder het jaar 1965, evenwel pas vanaf 7 augustus met datum. De laatste 'boodschap' die in het boek is opgetekend, is die van 4 juli 1975. In totaal omvatten deze 'boodschappen' 500 bladzijden. Dhr. Gerard De Winter, Internationale Voorzitter, citeerde op de Internationale Samenkomst van de Kleine Zielen te Chèvremont op zondag 31 augustus 2003 ook nog meer recente 'boodschappen' die wellicht als latere aanvulling zijn uitgegeven, b.v. een 'boodschap' van 18 juni 1977: Alles komt van Mij en niemand is heilig uit zichzelf; inspanningen waaraan de Liefde kracht schenkt, ziedaar wat de heiligheid van een ziel uitmaakt, een 'boodschap' van 28 augustus 1982: ledere dag is een eeuwig herbeginnen, een gevecht zonder einde tegen de
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
gebreken van de menselijke natuur, zelfs als men meent zich helemaal aan de genade van die dag te hebben weggeschonken. Het is de strijd voor de volmaaktheid. Deze strijd gebeurt, hier en nu op aarde. De volmaaktheid is in de Hemel, en een 'boodschap' van 2 april 1995: Kind, ge zijt geschapen om heilig te worden, maar de heiligheid moet veroverd worden. Er zijn dus blijkbaar veel meer 'boodschappen dan die welke in de "Boodschap" (druk 1980) zijn opgetekend. Ik beperk me tot de "Boodschap", aangezien ik de andere 'boodschappen' niet in mijn bezit heb. Alvorens in te gaan op afzonderlijke 'boodschappen' probeer ik eerst een wat algemenere omschrijving te geven van de verhouding tussen 'Jezus' en Marguerite. Wat mij opvalt, is dat Marguerite een persoonlijk gebedsleven beschrijft en daarbij erg gevoelig is voor haar eigen nietigheid en voor de afwezigheid dan wel de aanwezigheid van de Heer. Ik meen dat de beschrijving van haar persoonlijke gebedservaringen iets is voor een persoonlijk geestelijk dagboek en niet bestemd voor publicatie. De woorden die zij in haar beleving Jezus in de mond legt, hebben meestal een strelende strekking. Ik heb de indruk dat ze lichtelijk overdreven de aandacht naar zich toetrekt en zich laat vertroetelen met allerlei koosnaampjes en vleiende opmerkingen en toespelingen op eenwording tussen Jezus en haar. Een paar voorbeelden: 'Jezus' zegt tegen Marguerite: "Kindlief, ge zegt Mij niet genoeg dat ge Mij liefhebt. Ik snak zo naar liefde" (17-9-1965), "Laat Mij op mijn beurt rusten aan uw hart. Ik ben zo moe" (12-11-1965), "Blijf in voeling door sterke liefdeverlangens"(2212-1965), "Gij en Ik. Allebei voor eeuwig bij elkaar. Twee blikken die elkaar kruisen. Twee harten die zich verenigen" (15-3-1966), "Met welk genot neem Ik elke morgen uw ziel in bezit. Ik ben! Gij zijt! Wij zijn!" (17-3-1966), "Is ons liefdeduo niet geheel en al harmonie?" (183-1966), "De sentimentaliteit is bij u alleen maar voedingsbodem voor uw liefde" (27-4-1966), "Reeds lang vóór gij geboren werdt, beminde Ik u. Nu is alles tussen ons gemeenschappelijk" (4-81966), "Bedenk kind, wat Ik voor u gedaan heb, kan Ik ook voor anderen doen. Vergeet dat nooit"(24-8-1966), "Heerlijke ogenblikken waarin onze twee zielen zich in deze onuitsprekelijke ontmoeting verenigen" (28-8-1966). Marguerite zelf beschrijft: "Toen ik mijn ogen opende, voelde ik Jezus dichtbij mij en ik kreeg een kus van Hem" (2212-1965). Marguerite zou zelfs het voorbeeld zijn van een kleine ziel. Jezus tegen Margu-
erite: "Mijn lief kind, ge zijt de kleinheid zelf" (24-11-1965). GEEN TAAL VOOR JEZUS In het Evangelie komt Jezus vaker met parabels en gelijkenissen om iets duidelijk te maken. In de 'Boodschap' aan Marguerite doet 'Jezus' meestal alleen maar uitspraken en geeft antwoord op vragen van Marguerite Een aantal merkwaardige uitspraken: "Het overdreven modernisme verwoest zelfs het genadeleven in talrijke zielen" (5-1-1966) [R.F.: Deze uitspraak wekt de suggestie dat het modernisme goed zou kunnen zijn, als het maar niet overdreven is], "Wanneer het kwaad eenmaal gebeurd is, kan het nog moeilijk uitgeroeid worden" (18-1-1966) [R.F.: Is Jezus niet juist voor de zondaars gekomen?], "Heilig wordt men overal, kind, en meer nog in een vijandig midden dan binnen de muren van een klooster" (24-2-1966) [R.F.: Is het iets voor Jezus om levensstaten tegen elkaar uit te spelen?], "Gezonde ontspanning is soms nodig om evenwichtig te blijven" (20-3-1966) [R.F.: Zegt Jezus niet in het Evangelie: Zoek eerst het Koninkrijk van God en al het andere zal u erbij gegeven worden?], "De mens is egoïstisch en wreed, hij houdt van genot en van een aangenaam en lichtzinnig leven" (25-51966) [R.F.: Zal Jezus ooit een dergelijke algemene uitspraak doen?], "Mijn Boodschap moet bekend raken" (2-91966) [R.F.: Is het Evangelie niet DE Boodschap van Jezus?], "Een groot aantal zielen zal door de vrome lezing van mijn Woord (in de Boodschap) gered worden... Men moet de Boodschap intens beleven" (7-7-1967) [R.F.: Is volgens 'Jezus' deze 'Boodschap' inderdaad belangrijker dan het Evangelie?], "Allen zijn niet volmaakt. Ik moet hun fouten wel uitwissen door de hernieuwing van mijn Offer" (6-10-1966) [R.F.: Bestaan er dan mensen die op aarde reeds volmaakt zijn? En is vergeving van Godswege uit noodzaak of uit liefde?] Op 17 september 1965 zegt 'Jezus' tegen haar: "Het Concilie zal niet al de verhoopte vruchten opleveren... Wanneer alles hopeloos lijkt, ontwaart men eindelijk de enige reddingsplank". Deze enige reddingsplank maakt 'Jezus' op 19 oktober 1965 bekend: "Alleen de liefde van de kleine zielen weerhoudt Mij". 'Jezus' doet hier merkwaardige uitspraken. Als het Concilie niet al de verhoopte vruchten oplevert, kunnen het er toch nog heel veel zijn. Waarom spreekt 'Jezus' dan direct daarna over de totale hopeloosheid en de enige reddingsplank? Is dat niet erg kort door de bocht?
In A.13 zegt 'Jezus' tegen Marguerite: "Mijn liefde is verschrikkelijk ernstig... (maar ook) Ik stem mijn verlangens af op de menselijke zwakheid ... (en) Ik ben minder boos dan bedroefd". 'JEZUS' SPREEKT ZICH TEGEN Het ene moment zegt 'Jezus' van Marguerite: "Kindlief, uw ziel is ongerept" (21-3-1966). Twee dagen later: "Ge zijt niet volmaakt, ver vandaar". DRIEËENHEID "En steeds zullen wij gedrieën één zijn" (28-4-1966). Deze uitspraak van 'Jezus' mist elke verwijzing naar de Vader en de heilige Geest. Welke drie hier dan bedoeld zijn, is de vraag. Is het 'Jezus' en Marguerite en haar biechtvader? GELEEND VAN THERESIA Bij het lezen van de 'Boodschap' krijg ik wel eens de indruk dat er teksten geleend zijn van de H. Theresia van Lisieux. Zo las ik onder 2-3-1966 een vraag van Marguerite: "Lieve Heiland, welke plaats is mij toebedacht in uw Kerk?" En 'Jezus' geeft haar daarop ten antwoord: "Gij zult de nederige en hartstochtelijke liefde zijn. Gij zult de liefde zijn die verborgen leeft in de kleine zielen". Bij Theresia, die is heilig verklaard en zelfs tot kerkleraar is uitgeroepen, is het niet Jezus die haar een antwoord geeft. Theresia zelf ontdekt haar roeping bij het lezen van de eerste brief van Paulus aan de Korintiërs (1 Kor. 12-13). Zij wil priester zijn, apostel, lerares, martelares, missionaris in de vijf werelddelen. Al die roepingen zullen tenslotte gebundeld worden in één enkele: "De Liefde zijn in het hart van de Kerk". En onze lege handen zijn een open ruimte voor de Liefde. Onze wonden: diepten waar God zijn gaven in kan neerleggen. Op een andere plek moet 'Jezus' zeggen: "De Boodschap is inderdaad de voortzetting van de teresiaanse werking in de zielen" (22-6-1971). Waarom wordt er met zijn autoriteit gespeeld? Waarom wordt er aansluiting gezocht bij Theresia van Lisieux, meer nog: wordt er gesteld dat deze 'Boodschap' DE voortzetting is - en wellicht dan ook een verbetering - van de teresiaanse werking in de zielen?! Door deze 'Boodschap' wordt Theresia zogezegd dus eigenlijk 'opgelost'. Hier is dan toch zeker het moment gekomen om de schijnwerper op Theresia zelf te richten. Wie was zij? Wat was haar charisma? Wat is haar bijdrage geweest aan de Kerk?
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
29
KERKLERAAR THERESIA Op 19 oktober 1997, missiezondag, is Theresia door Johannes Paulus II uitgeroepen tot kerkleraar. Kerkleraar word je niet zomaar. Daarvoor moet je allereerst heiligverklaard zijn; je moet ook een geschreven werk achtergelaten hebben dat ook na de dood z'n kracht behoudt; het moet een leer bevatten waarvan de uitstraling al redelijk groot is in de universele Kerk; en tot slot is een officiële verklaring van het hoogste gezag nodig. De kern van de boodschap van Theresia ligt in de vernieuwende en doordringende nadruk op het primaat van de heiligende Barmhartigheid van God, met liefde beleefd in de gewone omstandigheden van ons leven. Haar onderricht is niet het resultaat van een academische vorming, al mogen we haar intieme en lang gerijpte kennis van het Nieuwe Testament niet onderschatten, noch de gave van een uitmuntende intelligentie die in staat is het wezenlijke te vatten, noch haar onbetwistbare genie, ten dienste gesteld aan een spirituele ervaring en communicatie. Het doctoraat van Theresia heeft vooral een mystieke oorsprong, is vrucht van haar innerlijke vlam, van het vuur van de Geest dat Jezus op aarde is komen ontsteken en waaraan Theresia zich aangeboden heeft om er volkomen door verteerd en bewoond te worden. Haar eenheid met Jezus geeft haar het beslissende inzicht en het verhelderende woord. Vanuit een diepere zone dan die van het loutere verstand, vanuit de intelligente smeltkroes namelijk van haar met God verenigd hart, onthult Theresia de plannen die ze gelezen heeft in het hart van de Welbeminde die haar een profetische zending schenkt (zie: Theresia van Lisieux. Mijn levensverhaal, door Dr. Koen de Meester, Gent: Carmelitana 2001, blz 287). Theresia laat zich hierbij ook inspireren door woorden van de H. Teresa van Avila: "De ijver van een karmelietes moet de hele wereld in brand zetten" (idem, 264) en Theresia bidt: "U weet het, Heer, ik bezit geen andere schatten dan de zielen die U met de mijne hebt willen verenigen. U hebt me die schatten toevertrouwd en ik durf dan ook de woorden te gebruiken waarmee U zich tot uw hemelse Vader richtte op de laatste avond dat U op aarde leefde als reiziger en sterveling"(idem, 265). Theresia werd bijna 28 jaar na haar dood heilig verklaard door de Kerk. Marguerite wordt in de 'Boodschap' al tijdens haar leven heilig verklaard door 'Jezus'. Als zoiets gebeurt, kun je daar al de grootste vraagtekens achter zetten. Verder ontvangt Marguerite aan de 30
lopende band 'boodschappen van Jezus'. Theresia zit op een heel ander niveau.
staan? Als 'Jezus' geen duidelijker teken heeft, bewijst dit juist het tegendeel, nl. de valsheid van deze 'Boodschap'.
ECHTHEID VAN DE 'BOODSCHAP' Marguerite voelt op 24 maart 1966 een zekere onbehaaglijkheid wat betreft de bovennatuurlijke echtheid van de woorden die zij in zich hoort. 'Jezus' geeft haar daarop ten antwoord: "Ik ben de Auteur van deze geschriften, Ik ben degene die ze ingeeft. Twijfel daar niet aan. Wie zou u nu op dit ogenblik durven bedriegen?" Alsof Marguerite zo belangrijk is dat niemand haar zou durven bedriegen! Deze vraag trekt dus sowieso het voorafgaande in twijfel. De vraag is wel of Marguerite in de gaten heeft dat ze hier hoogstwaarschijnlijk om de tuin wordt geleid door de aartsleugenaar. Op 25-5-1966 moet 'Jezus' Marguerite alweer geruststellen: "Ik heb u voldoende zekerheid geschonken om op te treden in de door Mij geïnspireerde geest. De twijfel die u soms kwelt is een bekoring". Op 12-6-1966 zegt 'Jezus': "Daar elke zin die ge schrijft van zeer grote betekenis is, dienen uw teksten aan theologen voorgelegd en door hen zeer aandachtig onderzocht en goedgekeurd, vooraleer ze de kleine zielen als geestelijk voedsel aangeboden worden". Wat een kromme redenering van 'Jezus'! Geeft Jezus hier aan theologen meer gezag dan aan de plaatselijk verantwoordelijke bisschop? Gaat Jezus hier in tegen zijn eigen Kerk? Natuurlijk niet! Dus kan het niet Jezus zijn die hier spreekt. Kan het zijn dat hier degene spreekt die verwarring wil zaaien onder gelovigen? Over dwaling spreekt 'Jezus' op 26-61966. Maar... is er een geluk, want door u (R.F.: de kleine zielen met Marguerite voorop) verhef Ik mijn stem om de wereld mijn licht, mijn liefde kenbaar te maken. En de Kerk dan? Is het niet juist de Kerk waardoor Jezus spreekt? Als Marguerite door het zwijgen van een priester onzeker wordt aangaande de echtheid van de 'Boodschap', zegt 'Jezus' tegen Marguerite: "Zelfs indien de Boodschap vals was, dan nog zou Ik er niets op aan te merken hebben. Bezingt ge niet de liefde en de goedheid van uw Schepper?" (23-8-1966) Aan authenticiteit is deze 'Jezus' blijkbaar niets gelegen. Op 7-6-1967 meent 'Jezus' het belangrijkste teken voor de echtheid van de 'Boodschap' te hebben gegeven: de dringende noodzaak dat de volkeren zich beteren. Is dit 'teken' niet iets van alle tijden? Mag een dergelijk algemeen gegeven ooit als een teken worden ver-
'JEZUS' SPREEKT WARTAAL Uitgerekend op 6-6-1966 spreekt 'Jezus' echte wartaal: "Wat schoon, edel en zuiver is kan geen inbeelding zijn. Een schone en goede vrucht kan geen inbeelding zijn. Een vrucht kan schoon zijn, maar aangetast. Bij een eerste beet ontdekt men het bedrog. Daar was er inbeelding. Men heeft reeds gebeten in de vrucht die Ik in u heb verwekt. Het bewijs is geleverd, Ik heb er mijn zegel op gedrukt. Alleen de blinden zien niet". Is hier niet de grote verleider aan het woord die mensen wil verleiden met ogenschijnlijk goede vruchten? En als je dan even het bedrog hebt ingezien, sluit je daarvoor dan toch je ogen omwille van de ogenschijnlijk goede vruchten? LEGIOEN KLEINE ZIELEN "Vormt het Legioen Kleine Zielen tegen het legioen van Satan" (10-10-1967). "De beweging van de kleine zielen moet men structureren en aan het hoofd ervan moeten door Mij uitverkoren priesters en zielen geplaatst worden. Een internationaal centrum moet spoedig opgericht worden. Dit zal de verzamelplaats worden van de groepen kleine zielen... De richtlijnen moeten hun toekomen vanuit het moederhuis" (8-61970). "Kleine zielen, Ik maak u tot lichtbakens in de wereld. Laat uw heldere schijn door niets dempen" (2-101970). Marguerite vraagt op 12-6-1972 aan 'Jezus' waar Hij het internationaal centrum van de kleine zielen tot stand wil zien komen. 'Jezus' antwoordt: "De Boodschap is in België medegedeeld, het centrum zal in België zijn". 'Jezus' heeft ook een boodschap aan de kleine zielen die van 8 tot 13 juni 1972 te Banneux deelnemen aan de eerste retraite die onder auspiciën van het Legioen gehouden wordt: "Ik wens dat mijn kleine zielen de wereld het getuigenis brengen van mijn liefde voor deze wereld". Op 17-4-1973 vindt de eerste Mis plaats in het LKZ-centrum. "Neemt het embleem van het Legioen mee naar Paray-le-Monial. Wijdt het toe aan mijn Heilig Hart en aan het Onbevlekt Hart van Maria... Onder deze standaard met het merkteken van de oneindige Barmhartigheid zult ge strijden en Ik zal u naar de zege voeren... Het Legioen Kleine Zielen kan vergeleken worden met de eerste getuigen van Christus" (21-4-1974). "Kind,... de stichting van de Geestelijke Orde van de Kleine Zielen is uw taak. Zet maar flink door, met de volle instemming van uw bisschop" (12-8-1974).
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
25-8-1974: Marguerite vertelt: op deze voor het Legioen zo gedenkwaardige dag, die aan het Heilig Hart van Jezus en aan het Onbevlekt Hart van Maria zal worden toegewijd, heb ik Jezus een schetsontwerp van programma gevraagd voor het Centrum. Dat werd haar vervolgens door 'Jezus' nauwkeurig ingegeven, blz. 523 en 524. Op 612-1974 vat 'Jezus' het heel kort samen: "Het Werk vereist van allen een grote beschikbaarheid naar ziel en geest, een totale overgave aan mijn wil. Die maak Ik bekend door mijn boodschapster". Zij van haar kant moet zich nederig onderwerpen aan haar geestelijke leidsman (boodschap van 'Jezus' op 5-1-1975). De boodschapster en de geestelijke leidsman vertolken de wil van 'Jezus'. Kleine zielen moeten daaraan volledig gehoorzamen. Ter geruststelling van de kleine zielen wordt de instemming van de bisschop vermeld en als belangrijk naar voren geschoven. In feite wordt aldus de bisschop - die het imprimatur heeft gegeven - voor hun kar gespannen. 'Jezus' is vrij om te zeggen wat hij wil en staat natuurlijk boven de bisschop. 'Jezus' lijkt hier een nieuwe kerk te (kunnen) beginnen met een nieuwe boodschap, en ogenschijnlijk met goedkeuring van de bisschop.
IMPRIMATUR Het is werkelijk ongelooflijk dat aan deze 'Boodschap' zelfs meermaals een imprimatur is gegeven door een bisschop, zelfs door de plaatselijk bevoegde bisschop (Luik), gelukkig wel met het voorbehoud dat dit geen erkenning inhoudt van de bovennatuurlijke oorsprong van feiten die in deze 'Boodschap' staan vermeld. De vraag is of deze bisschoppen deze 'Boodschap' wel diepgaand hebben bestudeerd. Dat durf ik te betwijfelen. De vraag is ook of zij de beschikking hadden over goede adviseurs in dezen. Mijns inziens verdient deze zaak een grondige studie van de kant van de bisschop van Luik. Hij is de eerstverantwoordelijke in dezen. Evangelie of 'Boodschap'? Voor Marguerite is de 'Boodschap' het belangrijkste; kerkleraar Theresia echter leeft van het Evangelie. De geniale kleine weg van Theresia is in de grond een radicale terugkeer naar het hart van de evangelische Blijde Boodschap. Hij geldt voor alle christenen. Maar hoe kun je overvloedig profiteren van zijn hulp, als je geen voeling houdt? Theresia: "Bovenal voedt mij het evangelie tijdens mijn gebedstijden. Daar vind ik alles wat mijn arme kleine ziel nodig heeft. Ik ontdek er altijd nieuw licht, geheime en verborgen betekenissen... Ik begrijp en weet uit ervaring dat het Koninkrijk
Gods in ons binnenste is. Jezus heeft geen boeken of leraars nodig om te onderrichten. Hij die de Leraar der leraars is, onderricht zonder gedruis van woorden. Ik heb Hem nooit horen spreken, maar ik voel dat Hij in Mij is. Elk ogenblik leidt Hij mij en geeft mij in wat ik moet zeggen of doen... Ik hoef maar even het evangelie open te doen en onmiddellijk adem ik de geur van Jezus' leven in en weet ik welke kant ik uit moet". Waarom moet Marguerite de 'Boodschap' zo promoten in plaats van het Evangelie?!
heilig Sacrament'. De naam Faustina betekent 'begunstigde'. In verschillende kloosters vervulde zij de taken van keukenhulp, hovenierster en portierster. Uiterlijk onderscheidde zij zich in niets van haar medezusters, behalve door een intens religieus leven, dat op velen een diepe indruk maakte.
Ze bad veel voor de zielen in het vagevuur, vaak stond God de zielen toe haar hulp en verlichting te vragen en later haar bevrijding aan te kondigen. Nog meer ging haar echter het lot der stervenden ter harte. "Vandaag", schrijft ze, "zag ik Jezus in doodstrijd en Hij fluisterde mij toe: Mijn dochter, help Mij de zielen van de zondaars te winnen. Ik begreep hoe ik hen redden moest en bereidde mij voor op groter smarten. Mijn lijden nam toe en ik gevoelde de wonden in mijn handen en voeten en zijde. Ik voelde de haat van de zielevijand, maar hij kon mij geen kwaad berokkenen." "Dikwijls", schrijft ze, "had ik contact met de stervenden, soms met hen die op verre afstand waren en door het gebed ontving ik voor hen de genade van het geloof in Gods Barmhartigheid. Vaak trof Gods Barmhartigheid de zondaar op het laatste ogenblik op een bijzondere en geheimzinnige wijze. O, hoe
SLOT De barmhartige Liefde aan de kleine zielen is een waarheid waarover wij ons mogen verheugen. In één adem dienen we dan echter ook te zeggen dat deze ons bekend is gemaakt door Theresia en niet door Marguerite. Marguerite maakt gebruik van Theresia en is bovendien oorzaak van een grote ontsporing: we worden afgeleid van het Evangelie om vooral oog te hebben voor haar eigen boodschap. In deze zelfde uitgave van AVÉ kunt u tevens lezen over een andere apostel van de goddelijke barmhartigheid, zr. Faustina. In 2000 is zij heilig verklaard. En daarop aansluitend heeft Paus Johannes Paulus II de eerste zondag na Pasen uitgeroepen tot Zondag van de Goddelijke Barmhartigheid.
ZUSTER FAUSTINA door N.H. ALLES
Z
uster Maria Faustina Kowalska is geboren op 25 augustus 1905 in het Poolse dorpje Glocowice. Ze ontving de doopnaam Helena. Haar ouders, arme landbouwers, hadden tien kinderen. In 1921 ging zij op zestienjarige leeftijd als dienstbode werken om haar ouders financieel bij te staan. Toen zij 18 jaar oud was wilde ze naar het klooster, maar haar ouders hadden weinig geld en daardoor kon ze slechts met grote moeite haar uitzet bijeenkrijgen. Op 1 augustus 1925 werd Helena Kowalska kloosterlinge in de Congregatie van O.L. Vrouw van Barmhartigheid, ook Magdalenazusters genoemd. Deze orde werd in 1862 in Polen gesticht door Teresa Potocka. Zij zetten zich in voor de opvoeding van arme meisjes die gevaar lopen op straat terecht te komen. In 1928 legde zij de tijdelijke gelofte af en vijf jaar later, in 1933, de eeuwige gelofte. Ze ontving de kloosternaam Zuster Maria Faustina, waaraan later wordt toegevoegd: 'van het
Op het feest van de Onbevlekte Ontvangenis verscheen haar de H. Maagd, die haar mededeelde dat zij op verlangen van God op een geheel andere wijze haar Moeder zou zijn en leerde haar de weg naar volmaaktheid. Zij muntte vooral uit in de nederigheid, want Maria had haar gezegd: "Nederigheid, nederigheid en nogmaals nederigheid." Dikwijls genoot zij het gezelschap van engelen en verscheen haar het Goddelijk Kind. Zij doorleefde het lijden van Christus alsof zij er zelf bij tegenwoordig was en ontving verheven openbaringen omtrent het geheim der Drie-eenheid.
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
31
onbegrijpelijk zijn de wegen van Gods Barmhartigheid." ONBEGRENSD VERTROUWEN Zuster Faustina had een onbegrensd vertrouwen op Gods Barmhartigheid en een heilige durf, die de stoutste zielen versteld doet staan. We lezen in haar leven het volgende feit, dat velen wellicht niet zullen aannemen, wat hun natuurlijk wel vrij staat. Toch heeft God het wellicht laten gebeuren, omdat Hij Zuster Faustina tot een uitverkorene van zijn Barmhartigheid wilde maken, en laat Hij het publiceren met toestemming van de hoogste kerkelijke autoriteiten om een begrip te geven van Zijn onbegrensde Barmhartigheid. Op vrijdag 8 december 1937 voelde Zuster Faustina sterk de nabijheid van God gedurende de H. Mis. Na de H. Communie zag zij met een groot vertrouwen tot Hem op en vroeg Hem: "Jezus, ik smeek U om uw oneindige Barmhartigheid, laat alle zielen die vandaag zullen sterven voor het vuur van de hel gespaard blijven, zelfs al waren zij de grootste zondaars. Het is vandaag vrijdag, de dag van uw bitter lijden op het kruis. Omdat uw Barmhartigheid oneindig is, zullen de engelen zich er niet over verbazen." En de goddelijke Meester drukte haar inniger aan zijn Goddelijk Hart en zei: "Beminde dochter, gij begrijpt goed de afgrond van mijn Barmhartigheid. Weet, dat wat gij vraagt een grote gunst is, maar Ik zal doen wat gij vraagt."
ZENDING God wil de wereld redden. Daarom gaf Hij aan Zuster Faustina de zending, de mensen op te wekken tot een onbegrensd vertrouwen in de Barmhartigheid van Zijn Goddelijk Hart. Zo sprak Jezus onder meer tot haar: "Weet, mijn dochter, dat mijn Hart de Barmhartigheid zelf is. Vanuit deze zee van Barmhartigheid vloeien stromen van genaden over de hele wereld. Geen ziel die tot Mij komt, gaat van Mij heen zonder gesterkt te zijn. Alle ellende verdwijnt in mijn Barmhartigheid en elke genade, die verlost of heiligt, stroomt uit deze bron. Ik wil dat de priesters tot de zondige zielen over mijn grote Barmhartigheid zullen preken". En: "Gelijk een moeder die haar kind beschermt, zo bescherm Ik de zielen, die gedurende hun leven het vertrouwen op mijn Barmhartigheid zullen bevorderen en in het uur van hun dood zal Ik niet hun rechter maar hun zaligmaker zijn."
In opdracht van haar geestelijke leider schreef zij een dagboek in zes delen. Zuster Faustina overleed in geur van heiligheid op 5 oktober 1938 aan tuberculose in het moederhuis te Lagiewniki bij Krakau. Ze was toen 33 jaar oud. Het informatief proces dat duurde van 1965 tot 1967 over haar leven en deugden werd ingezet en plechtig afgesloten door kardinaal Karol Woytila. Tijdens dit proces werd op 25 november 1966 haar stoffelijk overschot overgebracht naar de kapel van de Zusters van de Moeder van de Goddelijke Barmhartigheid te Lagiewniki. Het zaligverklaringproces van de Dienares van God werd ingezet in januari 1968. Op 18 april 1993, op Beloken Pasen, de dag waarop het feest gevierd wordt van de Goddelijke Barmhartigheid van het H. Hart, werd zij te Rome zalig verklaard. De heiligverklaring voltrok zich op 30 april 2000. Paus Johannes Paulus II heeft de eerste zondag na Pasen uitgeroepen tot Zondag van de Goddelijke Barmhartigheid. 32
Zuster Faustina 1905-1938 VIER MIDDELEN Jezus heeft vooral vier middelen willen aangeven om de mensen er toe te bewegen hun toevlucht te nemen tot zijn eindeloze Barmhartigheid en hen tot een onbegrensd vertrouwen in Hem op te voeren. I. Nieuwe voorstelling van het H. Hart De eerste verschijning die Zuster Faustina van Jezus mocht ontvangen was te Plock op 22 februari 1931. Zij vertelt als volgt: "Toen ik 's avonds in mijn cel was, aanschouwde ik Jezus, gekleed in een wit gewaad. De rechterhand had Hij opgeheven om de Zegen te geven, met de andere raakte hij zijn kleed aan ter hoogte van zijn Hart. Uit het kleed, dat
bij het Hart een weinig was geopend, schitterden twee stralenbundels: de ene was rood, de andere wit. Stil schouwde ik op naar de Heer. Mijn ziel was beangst, doch tevens opgetogen van vreugde. Na enkele ogenblikken zei de Verlosser mij: "Vervaardig een beeld van mij, gelijk gij Mij nu aanschouwt met het onderschrift: Jezus, ik vertrouw op U! Ik wil dat dit beeld vereerd wordt, eerst in uw kapel en daarna in geheel de wereld." Daarop deed de goddelijke Verlosser twee beloften: "Ik beloof, dat hij die Mij in dit beeld vereert, niet verloren zal gaan. Ik beloof hem reeds op aarde de zege over mijn vijanden en vooral in het stervensuur. Ik, de Heer, zal hem beschutten gelijk mijn eigen eer." II. Het feest om eer te brengen aan de goddelijke Barmhartigheid Daar Jezus door zijn oneindige Barmhartigheid de wereld redden wil en daarom het vertrouwen in zijn Barmhartigheid over geheel de wereld wil verspreiden, gaf Hij aan Zuster Faustina de opdracht te zorgen voor de instelling van een Feest om de goddelijke Barmhartigheid te eren. "Ik wil, dat op de eerste Zondag na Pasen het feest van de goddelijke Barmhartigheid gevierd zal worden." Voorts zei Hij: "Mijn dochter, spreek tot heel de wereld over mijn grondeloze Barmhartigheid. Ik wil dat dit feest de toevlucht wordt van alle zielen, vooral van alle zondaars. Wie biecht en op die dag communiceert krijgt èn vergiffenis van zijn zonden èn kwijtschelding van de opgelopen straffen." III. De rozenkrans ter ere van Gods Barmhartigheid Het krachtige gebed, dat wij kunnen uitdenken om genade te verwerven en de wereld te redden, is het lijden en het bloed van Jezus de Hemelse Vader aan te bieden. Dit was de bede die de engel aan de drie kinderen van Fatima leerde en die Jezus ons thans aanbeveelt in de openbaringen aan Maria Faustina. Hij vraagt dat wij die opdracht dikwijls zullen herhalen en om ons daartoe te brengen en een gemakkelijk middel te geven, raadt Hij aan ze op de rozenkrans te bidden. IV. Noveen om Gods Barmhartigheid af te smeken Het vierde middel dat Jezus aanbeval om zijn Barmhartigheid over ons af te trekken, was het houden van een noveen. "Gedurende negen dagen, zei Jezus tot zijn uitverkorene, wil Ik, dat gij de zielen naar de bron van mijn… (Lees verder op pagina 47)
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
KERKELIJKE DOCUMENTEN
Aan mijn geëerde Broeder Joseph Maria Punt Bisschop van Haarlem
1. De Kerk in het bisdom Haarlem maakt zich op om op plechtige wijze de vijfhonderd jaar te gedenken vanaf het begin van de openbare verering van wat in de geschiedenis bekend staat als "het wonder van Amsterdam". Sinds 1504, het jaar waarin de openbare verering werd goedgekeurd, viert het gelovige volk de gedachtenis met bijzondere vroomheid. Nu, in het jaar van het vijfde eeuwfeest, voel ik het levendige verlangen om geestelijk met deze diocesane gemeenschap verbonden te zijn om een intens moment van geloof en gebed te delen, welke zij met de gehele Kerk in Nederland beleeft, en om het geheim van het Allerheiligst Sacrament te beschouwen. Met deze gevoelens richt ik mij tot u en tot de andere bisschoppen, en ook tot de priesters en alle gelovigen van uw land, waarbij ik aan ieder met genegenheid een speciale groet zend. 2. Ecclesia de Eucharistia: ik heb deze titel willen geven aan de recente encycliek, waarin ik de gelovigen heb aangespoord om met hernieuwde verwondering de blik en het hart te richten naar het eucharistische Gelaat van Christus, die in het Sacrament van Zijn Lichaam en Bloed ons het levend gedenkteken van Zijn Paasmysterie heeft nagelaten. De bron van het leven van de Kerk is Christus in de Eucharistie; door Hem wordt zij gevoed en door Hem wordt zij verlicht" (Ecclesia de Eucharistia, 6). Deze eeuwige waarheid moet voortdurend worden bevestigd, in gebed overdacht worden, en in het pastorale handelen worden vertaald, in het licht van de leer van het Tweede Vaticaans Concilie. De Eucharistie is de bron van authentiek christelijk leven en vurige naastenliefde. Het is het Brood des Levens dat niet ophoudt om het Volk Gods op haar weg in de wereld te voeden. Het is de steun van de pelgrims op weg naar de hemel, het geheim van de heiligen die uit de Eucharistie de noodzakelijke kracht putten voor hun dagelijkse dienst aan de Kerk. In het hart van hun leven is Christus aanwezig, die onophoudelijk in het eucharistische geheim wordt aanbeden. 3. De Eucharistie, mysterium fidei! Ook heden ten dage is het nodig het geloof in het eucharistisch geheim te vernieuwen, zoals het geopenbaard is in de Heilige Schrift en ontvangen door de Traditie van de Kerk: de Eucharistie is het ware offer en het ware feestmaal, waarin het Lam Gods, geofferd en verrezen, Zijn verlossend offer tegenwoordig stelt, het is tegelijkertijd de hemelse spijze dat de intieme vereniging van de gelovigen met Christus, en van de gelovigen onder elkaar, versterkt. Het is op deze manier dat de Eucharistie de Kerk opbouwt, en bron en hoogtepunt van haar evangeliserende zending wordt. Het bijzondere eucharistische wonder van Amsterdam helpt om de verwondering voor de gave van deze werkelijke en blijvende aanwezigheid van Christus in de Eucharistie opnieuw te wekken. Het geloof in deze aanwezigheid komt ook tot uitdrukking in de aanbidding buiten de Mis. "Nauw verbonden met de viering van het Eucharistisch Offer" (Ecclesia de Eucharistia, 25). Deze vrome praktijk moet "geestelijk contact, stille aanbidding, in oprechte liefde voor Christus" worden, opdat de christenen en hun geloofsgemeenschappen zich werkelijk kunnen onderscheiden door de "kunst van het bidden" (ibidem). In deze geest worden ook de eucharistische processies authentieke getuigenissen van het geloof van het volk dat Christus volgt als herder en gids. Bovendien bidden de christenen voortdurend en met aandrang, overtuigd als zij zijn van de noodzaak zich te voeden met het Brood des Levens, opdat het nooit ontbreekt aan heilige dienaren van het altaar die bereid zijn om aan allen het voorbeeld te geven van een leven dat geheel en al met vreugde wordt geschonken aan God en de naaste. 4. "De Eucharistie schept gemeenschap en doet gemeenschap groeien" (ibidem, 40). De volledige en volmaakte eenheid van alle leerlingen kan alleen maar komen van de Eucharistie, echter niet door middel van gemakkelijke en kortzichtige sluipwegen, maar door het brandende verlangen, gevoed door het gebed en
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
33
het geestdriftig zoeken naar de eenheid, waarbij men in nederigheid de bede van Christus aan het Laatste Avondmaal aanhoort: "opdat zij één mogen zijn" (ibidem, 44). Op deze inspannende weg moge Maria ons leiden en begeleiden, de "Eucharistische Vrouwe", in wier school wij ons nederig scharen. Ik roep haar voorspraak in, opdat de viering van dit vijfde eeuwfeest een authentieke ervaring van geloof en liefde moge zijn, die de gehele kerkgemeenschap, zoals de Maagd Maria, steeds meer beschikbaar maakt, om het eigen fiat voor Gods aanschijn te herhalen, en het Magnificat aan te heffen om God te loven en dank te zeggen, lof dat vertaald wordt in concrete daden van naastenliefde. Ik verenig mij graag met het vurige gebed van de diocesane geloofsgemeenschap, terwijl ik mij een pelgrim van hoop en vrede voel in de straten van uw stad, in nederige beschouwing van Christus, die aanwezig is in het Allerheiligst Sacrament. Ik bid Hem om licht en kracht voor de weg die de Kerk in Haarlem, in Nederland en in de gehele wereld moet gaan, en van harte verleen ik aan u, geëerde Broeder, en aan de gelovigen die aan uw pastorale zorgen zijn toevertrouwd, een speciale Apostolische Zegen. Vaticaanstad, 10 maart 2004
(Bron: http://www.bisdomhaarlem.nl/main_nieuws.php?art=2004/stilleomgang4)
KERKELIJKE DOCUMENTEN: MEDJUGORJE Op 22 maart 2004 ontving onze hoofdredacteur een e-mail van † Ratko Perić, bishop, waarin de bisschop zijn dank uitbracht voor de aan hem toegezonden boeken. Als bijlage zond de bisschop de tekst van een toespraak welke hij op 17 februari 2004 hield in Ierland. Onderstaand de volledige tekst van deze toespraak.
TEKST VAN DE TOESPRAAK VAN MGR. RATKO PERIĆ, BISSCHOP VAN MOSTAR-DUVNO, BIH, gehouden in Maynooth/Dublin op 17 februari 2004 MEDJUGORJE: GEHEIMEN, BOODSCHAPPEN, ROEPINGEN, GEBEDEN, BEKENTENIS-
SEN, COMMISSIES
M
edjugorje is een parochie in het bisdom Mostar-Duvno in BosniëHerzegovina met ongeveer 4000 zielen, toevertrouwd aan de herderlijke zorg van de Franciscaanse paters OFM. Vanaf 24 juni 1981 zijn daar dingen gebeurd die vele mensen, enkele Franciscanen inbegrepen, toegeschreven hebben aan de zogenaamde verschijningen van de Heilige Maagd Maria, die zich voorstelde als de "Koningin van de Vrede". I . HOEVEEL ZOGENAAMDE ZIENERS EN VERSCHIJNINGEN ZIJN ER? 1. Vicka Ivanković, geboren 3 september 1964 in Medjugorje, heeft 'verschijningen' sedert 24 juni 1981. Elke dag. Er waren onderbrekingen, maar er waren ook dagen met tot tien 'visioenen'. Vicka trouwde in 2002 met Mario Mijatovi. Zij heeft nu een kind en woont in de naburige parochie van Gradina. 34
Hoeveel 'visioenen' heeft zij tot nu toe gehad? - Volgens een simpele berekening van de dagen zouden het, die van gisteren inbegrepen, 8.270 zijn. In het eerste jaar gebeurden deze 'verschijningen' samen met de andere 'zieners', maar sedert vele jaren heeft zij ze als ze alleen is, 's avonds, ongeacht haar verblijfplaats. Alsof ze geprogrammeerd zijn. 2. Marija Pavlović, geboren 1 april 1965 in Medjugorje, is 'zieneres' vanaf de tweede dag van de 'verschijningen', 25 juni 1981, en wel dagelijks tot de dag van vandaag. In 1993 trouwde zij de Italiaan Paolo Lunetti. Zij heeft drie kinderen en woont nu in Monza, in de buurt van Milaan, Italië. Hoeveel 'visioenen' heeft zij tot nu toe gehad? - Rond 8.270, die van gisteren inbegrepen, plus enkele andere 'geprivilegieerde' of separate. De 'verschijningen' zijn niet zo zeer gebonden aan de plaats Medjugorje maar meer aan per-
sonen: waar deze personen zich ook in de wereld begeven, de 'verschijningen' trekken met hen mee. 3. Ivan Dragićević, geboren 25 mei 1965 in Mostar heeft vanaf 24 juni 1981 dagelijks 'verschijningen' tot op de dag van vandaag. Hij trouwde in 1994 met de vroegere Miss Massachusetts, Loreen Murphy, en heeft vier kinderen. Hij woont met zijn familie in Boston en dan weer tijdelijk in Medjugorje. Hoeveel 'visioenen' heeft hij tot nu toe gehad? Rond 8.270, die van gisteren avond inbegrepen, samen met de andere 'zieners' of afzonderlijk. 4. Mirjana Dragićević, geboren in Sarajevo 18 maart 1965, heeft 'visioenen' vanaf 24 juni 1981. Haar laatste regelmatige 'ontmoeting' was met Kerstmis 1982. Vanaf toen kreeg zij één keer per jaar een 'verschijning' - op haar verjaardag - 18 maart. Vanaf 2 augustus 1987, op iedere tweede dag van de maand,
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
hoort zij de stem van de 'Madonna' en soms ziet zij haar. Dat zijn 17 jaren maal 12 maanden dat zij de 'Madonna' hoort of ziet. Mirjana is in 1989 getrouwd met Marko Soldo. Zij heeft twee kinderen. Zij woont nu in Medjugorje. Hoeveel 'visioenen' heeft zij tot nu toe gehad? Allen samengenomen ongeveer 770. 5. Ivanka Ivanković is geboren op 21 juni 1966 in Medjugorje. De fenomenen speelden bij haar vanaf 25 juni 1981 tot 7 mei 1985. Zij heeft nu één keer per jaar een 'visioen' en wel op 25 juni, het jaarfeest van de 'verschijningen'. Zij is getrouwd met Rajko Elez, heeft drie kinderen en woont thans in Medjugorje. Hoeveel 'visioenen' heeft Ivanka tot nu toe gehad? Alles bij elkaar rond 1.450. 6. Jakov Čolo is geboren op 6 maart 1971 in Medjugorje. Vanaf 25 juni 1981 had hij dagelijks 'verschijningen' tot 12 september 1998. Vanaf deze datum heeft hij er slechts één per jaar gehad en wel met Kerstmis. In 1993 trouwde hij met de Italiaanse Anna-Liza Barozzi. Zij hebben drie kinderen en wonen in Medjugorje. Hoeveel 'visioenen' heeft hij tot nu toe gehad? Samen met de anderen en afzonderlijk rond 6.290. De 'Madonna' is vermoedelijk zeer regelmatig 'verschenen' op dezelfde tijd, zelfs als één van de 'zieners' in Amerika was, een andere 'ziener' in Herzegovina en een derde in Italië of een vierde in Maynooth. Dit alles samengeteld komt op 33.320 'verschijningen' tot nu toe. Stelt u mij a.u.b. geen vragen over de nauwkeurigheid van deze statistieken, want duizend 'verschijningen' meer of minder spelen hier geen rol! De hiërarchische Kerk heeft op al haar verschillende niveaus zoals diocesaan, nationaal of Heilige Stoel geen enkele 'verschijning' als authentiek erkend. Laten wij nu Medjugorje vergelijken met twee erkende Mariale heiligdommen: In Lourdes, 1958, verscheen de Madonna als de "Onbevlekte Ontvangenis", 18 keer aan Bernadette. De Kerk erkende deze verschijningen vier jaar later als authentiek. In Fatima, 1917, verscheen de Madonna als "Onze Lieve Vrouw van de Rozen", zes keer aan de tien jaar oude herdertjes Lucia, Francisco en Jacinta. Dertien jaar later, in 1930, erkende de Kerk deze verschijningen als authentiek. Drie van de Medjugorje 'zieners', die pretenderen dagelijkse 'verschijningen' te hebben, wonen buiten Medjugorje, terwijl de andere drie, die in Medjugorje wonen, zogenaamd alleen één jaarlijkse 'verschijning' hebben.
II. HOEVEEL GEHEIMEN HEEFT DE ZOGENAAMDE MADONNA AAN DE 'ZIENERS' GEGEVEN? Degenen met dagelijkse 'verschijningen' hebben negen geheimen en degenen met één jaarlijkse 'verschijning' hebben tien geheimen ontvangen. Het is niet duidelijk of negen of tien geheimen gegeven werden en of deze aan alle 'zieners' bekend zijn, of dat iedere 'ziener' zijn/haar eigen aantal geheimen heeft die van de overigen verschillen. Als wij dit vergelijken met authentieke verschijningen dan ziet men dat er in Lourdes geen geheimen voor de wereld waren, terwijl in Fatima een geheim onderverdeeld was in drie delen. Daartegen zijn het in Medjugorje tot nu toe negen of tien, of zelfs 57 mogelijke geheimen, die verdeeld zijn over drie 'zieners', elk met tien geheimen en over de drie andere 'zieners' elk met negen geheimen. Tot op de dag van vandaag werd geen van deze geheimen onthuld. In de eerste jaren was er apocalyptisch praten over een 'groot teken' dat zou komen, maar tot heden is er nog geen sprake geweest van een 'groot teken' terwijl de verwachting van een teken is afgenomen. III. HOEVEEL VERONDERSTELDE BOODSCHAPPEN ZIJN ER GEWEEST? Alle 'boodschappen' van Medjugorje kan men samenvatten in vijf fundamentele boodschappen, maar deze 'vijf' zijn in feite de volgende 'veertien': vrede, bekering, gebed, vasten, waakzaamheid, boete, aanbidding, getuigenis, geloof, oproep tot heiligheid, Eucharistie, het Woord van God, maandelijkse biecht, de rozenkrans. Vele schrijvers hebben van elkaar sterk afwijkende opvattingen over welke daarvan de vijf wezenlijke zijn. Italiaanse, Franse en Kroatische schrijvers... allen hebben hun eigen interpretatie. Het is belangrijk om er hier op te wijzen dat naast deze dagelijkse 'boodschappen' er ook nog de speciale maandelijkse 'boodschappen' op de 25de van elke maand zijn, die aan Marija in Italië gegeven worden, welke zij ter verificatie doorgeeft aan de leiding van de parochie in Medjugorje waarna ze door de wereld verspreid worden. Al deze 'boodschappen' van de diverse vertalers van Medjugorje worden iedere zondag in kerken gehoord. Voor ons zou de nieuwigheid van Medjugorje zijn dat de "Koningin van de Vrede" op de 25de van elke maand een speciale mededeling doet met de boodschap: "Dank kinderen, dat jullie mijn oproep aanvaarden". De 'Madonna' dankt derhalve de 'zieners' voor de tijd die ze voor haar hebben en dat zij wensen en zich ver-
waardigen om haar te ontmoeten en met haar te praten. Volgens deze woorden is de 'Madonna' verwonderd en de 'zieners' dankbaar dat zij haar uitnodiging beantwoord hebben! Dit komt neer op ouders die hun kinderen danken dat zij geboren zijn, of doctoren die de zieken danken dat zij herstel zoeken! (O.P. = Ogledalo Pravde = Mirror of Justice, Mostar 2001, p. 249-250). IV. HOEVEEL ROEPINGEN ZIJN UIT DE 'VERSCHIJNINGEN' VOORTGEKOMEN? Geen van de zes 'zieners' van Medjugorje heeft een religieuze roeping volbracht. Drie van hen vermeldden dat zij zouden intreden en twee volgden zelfs deze onverklaarbare stem, maar toch na enige tijd vervaagde het. Ivan Dragićević, meldde zich aan bij de Franciscaanse Provincie van Herzegovina en ging in 1981 naar het kleinseminarie van Visoko, alwaar hij doorging met de 'verschijningen'. Omdat hij zijn examen voor de tweede keer niet haalde vond men dat hij waarschijnlijk beter af zou zijn af als hij naar het kleinseminarie in Dubrovnik zou gaan. In Dubrovnik lukte het hem wél voor dit examen te slagen en over te gaan naar het tweede jaar, maar hij had totaal geen aanleg voor school, terwijl hij dit wel had voor de 'verschijningen' en daarom ging hij in januari 1983 maar naar huis. Na afscheid te hebben genomen van het seminarie ging Ivan niet alleen door met dagelijkse 'verschijningen', maar begon hij op een gegeven moment de lokale bisschop Pavao Žanić de harde eis te stellen dat die zijn fenomeen, namelijk de 'boodschappen' van Medjugorje, zou aanvaarden. In 1994 trouwde hij met een Amerikaanse vrouw uit Boston en zette daarmede onherroepelijk zijn religieuze roeping om in een huwelijk. (O.P. p. 34). Vicka Ivanković toonde vanaf het begin enthousiasme voor het religieuze leven. In september 1981 vertrouwde zij aan een Italiaanse journalist het volgende toe: Ik zou graag in een klooster intreden en non worden. Ofschoon zij 'ingeschreven' stond als non is zij nooit naar een klooster gegaan. Twintig jaar later vond zij een man uit de buurtparochie Gradina en de twee trouwden in Medjugorje. Meer dan tweeduizend uitgenodigde en nieuwsgierige gasten woonden de trouwpartij bij. Tijdens de huwelijksfestiviteiten ging de 'zieneres' naar haar nieuwe huis op enkele kilometers afstand van het feestgedruis en begeleid door haar echtgenoot, kreeg zij een 'visioen'. Dit alles volgens routine en het reguliere programma. Daarna gingen zij weer terug naar het huwelijksfeest.
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
35
De 'zieneres' had in het begin Urbi et Orbi - "aan Rome en de wereld" - bekend gemaakt dat zij een 'ingeschreven non' is, maar twintig jaar later reisde zij naar Rome om haar bruidsjurk te kopen. De 'zieneres' verduidelijkte dit aan een journalist: De 'Madonna' gaf aan ieder van ons de vrijheid van keuze. Iedereen mag de roeping van zijn verlangens volgen. Ongeacht het feit dat ik nu getrouwd ben zal ik doorgaan met het verspreiden van de boodschappen van de 'Madonna', omdat men ook in het huwelijk voor het Christelijke geloof kan getuigen. Wat haar religieuze roeping betreft, is zij vrij, maar betreffend haar "verspreiden van de boodschappen van de 'Madonna'" is zij verplicht?! Marija Pavlović. Reagerend op de vraag van een Italiaanse journalist: waarom heeft niemand van jullie besloten om priester of non te worden?, antwoordde Marija in 2001: Vele jaren lang dacht ik dat ik een non zou worden. Ik ging een klooster bezoeken en ik had een zeer sterk verlangen daar heen te gaan. Maar een keer zei de moeder Overste tegen mij: "Marija als jij intreden wilt, dan ben je welkom; maar als de bisschop bepaalt dat je niet over Medjugorje mag praten, dan moet jij gehoorzamen." Op dat moment begon ik na te denken dat mijn roeping mogelijk daarin bestond om te getuigen van wat ik zag en hoorde en dat ik de weg naar heiligheid buiten het klooster zou kunnen vinden. (O.P. p. 28). Aldus kon Marija de eisen van het religieuze leven, waarbij zij de bisschop zou moeten gehoorzamen als hij zou besluiten dat zij zou moeten afzien van het verspreiden van de 'verschijningen', die de Kerk tot de dag van vandaag niet authentiek verklaard heeft, niet aanvaarden. Zij besloot toen de weg naar heiliging 'buiten het klooster' te vinden. Niet het werk van God. Maar, de zaken lagen toch iets anders. Marija trachtte op een gegeven moment in een gemengde godsdienstige communiteit in te treden, waar zij enige maanden verbleef. Maar toen verliet zij die gemeenschap met een schriftelijke verklaring, die veel opzien baarde. Eerst zou er geschreven zijn dat de 'Madonna', via Marija, op 8 mei 1987 had gezegd dat de communiteit Gods plan, Gods werk was. Maar later, toen zij de communiteit verliet met haar vriend Paolo Lunetti, die haar hielp weg te gaan en de brief te schrijven, ontkende zij alles in haar eigen handschrift op 11 juli 1988: voor God, de Madonna en de Kerk van Jezus Christus herriep zij vastberaden dat zij ooit 'boodschappen' had ontvangen voor deze communiteit en voor dit werk van God, waarin zij enkele maanden geleefd had.( O.P. p. 30-31). 36
Rond deze tijd, in 1983, schreef pater Tomislav Vlašić OFM, de geestelijke leidsman van de 'zieners' van Medjugorje, aan de Zwitserse theoloog Hans Urs van Balthasar: De kinderen hebben besloten het religieuze leven binnen te treden, maar zij wachten het juiste moment af, dat zij alleen weten. (O.P. p. 55). Thans weet de hele wereld dat dit alleen maar onnozele verhaaltjes of kindersprookjes waren. Niet alle 'bevoorrechte' kinderen van Medjugorje traden het religieuze leven in, en degenen die het wel probeerden, gaven snel weer op. Alleen de meer ontwikkelden zullen zich niet laten misleiden door irrationale 'boodschappen' en sprookjes van kinderen! Is dit een of ander 'teken', 'geheim' of 'boodschap' van Medjugorje? Alhoewel ik van mening ben dat het niet geheel gepast is, wil ik toch deze 'roepingen' vergelijken met twee van de meest bekende moderne Mariale Heiligdommen. In Lourdes, zei de 14 jaar oude Bernadette eens: Ik moet een non worden, maar ik weet niet in welke Orde. Dat heeft de Heilige Maagd mij verteld en ik wacht af. Zij kreeg haar habijt in juli 1866. Hoewel ze ziekelijk was hield zij vol tot haar dood op 16 april 1879. Paus Pius XI sprak haar heilig op het feest van de Onbevlekte Ontvangenis in 1933. In Fatima, werd Lucia een non in 1921 en een ongeschoeide karmelietes in 1948. De kleine Francisco en Jacinta stierven als kinderen en werden beiden in het jaar 2000 in Fatima zalig gesproken door Paus Johannes Paulus II. - Er is er iets eigenaardigs in dit geheel: drie 'zieners' die een poging deden om 'in te treden' in het religieuze leven en die later zelf weer 'uittraden' en een gelukkig huwelijk aangingen, krijgen nog dagelijks 'verschijningen'. Maar de andere 'zieners', die het religieuze leven niet zochten, krijgen slechts één keer per jaar een verschijning. Kan men hier spreken van een beloning van diegenen die niet intraden in het religieuze leven? Een genade van God. Als men bedenkt, dat de vele jongemannen in Herzegovina, die naar het seminarie gingen en later priester werden en de vele jonge meisjes die non werden (in de parochie Medjugorje wonen alleen al meer dan 30 priesters en nonnen), die,voor zover ik weet, nooit enige verschijning, boodschap of ontmoeting met welk bovennatuurlijk fenomeen dan ook hebben gehad, dan is het werkelijk opmerkelijk dat gedurende deze 23 jaar niet één van de 'zieners', die tussen de 770 en 8.270 'verschijningen' hadden, geen serieuze religieuze roeping kregen. En dit zelfde fenomeen eist op harde wijze dat bisschop Žanić de 'boodschappen' van
Medjugorje onvoorwaardelijk als authentiek erkent. Iedere echte religieuze roeping is een genade van God en een serieuze zaak. Met de manier waarop de 'zieners' omgingen met religieuze roepingen, bewijzen zij hun onverantwoordelijkheid. Is dit soms een spel zonder grenzen, betreffende aantallen, 'visioenen', 'boodschappen', 'openbaringen', 'geheimen' en 'tekenen'? V. WAT BEWIJZEN GEBEDEN EN BIECHTEN? 1. Gebed als schakel. Gebed is een belangrijke factor in de 'verschijningen' van Medjugorje. Zo is er doorgaans een samenhang tussen het bidden van het Onze Vader en het begin van de 'verschijningen' van de 'zieners'. Zij houden zelfs op met bidden opdat de 'verschijningen' een poosje gevolgd kunnen worden. 2. Een boodschap om niet te bidden. Op 16 september 1981: "Ook vertelde zij hen, dat zij niet voor zichzelf hoeven te bidden, omdat zij hen al op de best mogelijke manier beloond heeft. In plaats daarvan zouden zij voor anderen moeten bidden. (O.P. p.111). - De Bijbelse Madonna zal nooit zeggen dat mensen niet voor zichzelf hoeven te bidden en dat de 'beloning van de verschijningen' het persoonlijke gebed vervangt. Dit is een valse leer. Zelfs Jezus bad eerst voor zichzelf, dan voor de apostelen en dan voor de gehele wereld 'opdat allen één mogen zijn'. (Jn 17). 3. Een boodschap om voor bisschop Žanić te bidden. Wat één van de gebedsgroepen in Medjugorje betreft: "de 'Madonna' heeft gevraagd om twee keer per week te vasten op water en brood. Drie maanden later vasten wij drie dagen per week op water en brood. De groep offert de meeste van haar gebeden op voor hem (bisschop Žanić). Vaak offeren wij aanbidding, rozenkransgebeden en bezoeken aan de plaatsen van de 'verschijningen' op, waar wij tot diep in de nacht voor hem bidden. God zal onze gebeden en ons vasten gunstig gezind zijn." (O.P. p. 126). Dit schreef pater Tomislav Vlašić OFM op 8 januari 1984. Het fenomeen heeft een gebedsgroep opgericht rond pater Tomislav Vlašić OFM, die zich in een brief aan de paus voorstelde als "degene die door Goddelijke voorzienigheid de 'zieners' van Medjugorje begeleidt." (O.P. p. 56). Deze groep heeft gebeden en gevast opdat de bisschop zou instemmen met hun hallucinaties. Zij hebben ook een klooster in Medjugorje gebouwd met ongeveer 100 bedden en hebben de bisschop niet eens om toestemming gevraagd. Recentelijk werd de 'mystieke' pater Vlašić verwijderd uit zijn leidinggevende positie
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
in de gebedsgroep, nadat hij tijdens een retraite in Medjugorje het spirituele vermengd had met het spiritisme! 4. Hij kon maar wilde hij niet? In 1993 tijdens het hoogtepunt van de oorlog zei 'ziener' Jakov in een interview: "De 'Madonna' heeft mij vandaag, zoals elke dag gedurende de laatste twaalf jaar, gevraagd om te bidden voor vrede in het vroegere Joegoslavië. De Heilige Maagd heeft mij er van overtuigd dat ik de oorlog zou kunnen stoppen met mijn gebeden... (O.P. p. 37). - Als dit niet zo naïef was, dan zou een normale gelovige zich afvragen: "als de 'ziener' capabel was om de oorlog in exJoegoslavië te stoppen, waarom ging hij dan niet in gebed en bracht de oorlog tot een eind? Helaas werden tijdens de oorlog 2 miljoen mensen ontheemd, meer dan 200.000 werden gedood, duizenden religieuze plaatsen en tienduizenden woningen werden vernield en aansluitend daaraan werd ons het onrechtvaardige Dayton akkoord opgedrongen! 5. Kan gebed beschouwd worden als bewijs? Er zijn personen binnen de Kerk die zeggen: Als de mensen tot God bidden, laat ze naar Medjugorje gaan, laat ze hun bedevaarten maken en bidden. Het is beter voor hen om te bidden dan om niet te bidden, beter de 'Madonna' van Medjugorje te vereren, dan helemaal geen Madonna te vereren! Al 2000 jaar lang leert en beveelt de Kerk de gelovigen aan om te bidden, te vasten, boete te doen, te biechten en zich te bekeren. Zij verbiedt niemand waar dan ook tot God te bidden. Maar, zij staat niet toe dat in kerken vanaf het altaar aangemoedigd wordt 'naar plaatsen van verschijningen' te pelgrimeren, die niet als authentiek erkend zijn. Zij doet dit opdat de waarheid gescheiden moge zijn van de onwaarheid en de ware leer gescheiden van de valse leer. Alsof het werkelijk noodzakelijk voor iemand zou zijn om duizenden kilometers van Korea of Ierland naar Medjugorje te reizen om alleen maar de rozenkrans te bidden of te gaan biechten. Jezus heeft ons geleerd: ga naar je binnenkamer en bid tot je Vader in de hemel! (Mt 6:6). Kunnen zij die zeggen dat zij meer dan dertig keer naar Medjugorje gereisd zijn, werkelijk bewijzen dat zij 'bekeerd' zijn door dit te zeggen? Het zou eerder een teken zijn dat zij niet bekeerd zijn. (O.P. p. 229-230). Een echt bekeerd mens zou nooit daarmee opscheppen maar zou in plaats daarvan zijn bekering aantonen door zijn manier van leven! Als de gelovigen van de parochie St. Jacobus in Medjugorje oprecht hun zonden belijden en bidden, ongeacht de sprookjes over de 'verschijningen', dan ontvangen zij zeker dezelfde Goddelijke
genaden als andere gelovigen, die in Katholieke kerken waar dan ook ter wereld bidden en geldig de sacramenten ontvangen. De lokale Kerk heeft altijd aan dit geloof vastgehouden. (O.P. p. 268-269). VI. HOEVEEL KERKELIJKE COMMISSIES EN INTERVENTIES WAREN ER? Tegen eind 1981 begonnen de massamedia sensationele berichten over de 'verschijningen van de 'Madonna'' aan kinderen in Medjugorje te verspreiden. In augustus van hetzelfde jaar, nadat hij op 21 juli met de zogenaamde 'zieners' in Medjugorje had gesproken, benadrukte de bisschop van Mostar-Duvno, Mgr. Pavao Žanić, dat de meest moeilijke vraag is of het hier om 'subjectieve belevenissen van de kinderen gaat of om iets bovennatuurlijks?" (O.P. p. 192). Ondanks het feit dat hij de Paus en de Heilige Stoel bij verschillende gelegenheden over de diverse opinies betreffende Medjugorje geïnformeerd had, vond de bisschop het noodzakelijk om een diocesane commissie te installeren om de gebeurtenissen te bestuderen. A - De Kanselarij van het bisdom Mostar De Eerste Kerkelijke Commissie (1982 - 1984) Bisschop Žanić richtte op 11 januari 1982 de eerste Commissie op, die tot 1984 in werking was. (O.P. p. 43). Deze commissie was samengesteld uit vier theologen, twee diocesane priesters, en twee religieuzen. De nieuwe ontdekkingen van de bisschop. De Commissie was nog niet samengekomen toen er op 14 januari 1982 iets gebeurde, dat de positie van de bisschop voor eens en altijd kenmerkte. Op die dag kwamen twee of drie 'zieners' naar Mostar met de boodschap van de 'Madonna' dat de bisschop aangaande de beroemde Herzegovina Affaire te voorbarig had gehandeld toen hij twee Franciscaanse pastoors, die in Mostar problemen veroorzaakten, uit hun functie onthief. Toen de bisschop, die zijn hele leven de Madonna met talrijke devoties en pelgrimages vereerd had, hoorde dat het fenomeen in Medjugorje hem van ongodsdienstige wanorde in zijn parochies betichtte, dat het hem niet erkende als de toegewijde zoon van de Kerk en de Madonna, de Moeder van de Kerk, aan wie een jaar eerder in september 1980 de Kathedraal van Mostar toegewijd was, dat het fenomeen ongehoorzame religieuze broeders verdedigde die het normale functioneren van de Kathedraal belemmerden, begon hij de 'bood-
schappen' en 'verschijningen' in Medjugorje met argwaan te aanschouwen. Desondanks begon de Commissie haar werk. Het Grote Teken. De Commissie had drie gesprekken met de 'zieners'. De derde zitting in 1982 bracht enig resultaat. Op verzoek van de bisschop vroeg de Commissie de 'zieners' om in duplicaat schriftelijk neer te leggen wat er zou gebeuren als het 'grote teken' verschijnt. Daarop zouden zij hun reacties in twee enveloppen doen en verzegelen. Een van de enveloppen zou door hen bewaard worden en de andere op het bureau van de Kanselarij. Als dan het 'grote teken' plaatsvindt, zouden de enveloppen worden geopend en de inhoud worden vergeleken. Edoch, vijf van de 'zieners' weigerden de vragen te beantwoorden omdat de 'Madonna' het hen zou hebben verboden. Slechts de seminarist Ivan gaf gehoor en reageerde schriftelijk op de vragen. Hij zei zelfs dat de 'Madonna' hem niet verboden had om de vragen te beantwoorden. Zijn antwoord was meer dan onbehoorlijk. Een groot aantal leugens en bedrog kleven aan dit 'grote teken' dat tot op heden niet plaats gevonden heeft. (O.P. p. 102108). De Mededeling aan de Heilige Stoel. In november 1983 vroeg de Congregatie voor de Geloofsleer de bisschop of de Commissie tot een beslissing gekomen was. Bisschop Žanić schreef een rapport over Medjugorje en de Herzegovina Affaire en stuurde dit aan Kardinaal Ratzinger. In zijn verklaring legt de bisschop nadruk op vragen over de 'verschijningen': - Zijn zij van God? De 'Madonna' van Medjugorje heeft meer onrust en wanorde gebracht dan ooit tevoren! Daarom ziet hij niet in, dat hij deze moet accepteren als komend van God. - Zijn zij van de duivel? Hij vindt het moeilijk om ook deze hypothese aan te nemen, ondanks het feit dat deze gedachte door zijn hoofd ging. - Is het allemaal bedrog? Vanaf het begin kon men vaststellen dat de kinderen soms leugens vertelden. Op bepaalde momenten is het duidelijk dat wat zij vertellen zij van de Franciscanen gehoord hebben, in het bijzonder betreffende de Herzegovina Affaire. De bisschop vervolgt met de mededeling, dat hij het oordeel van de Commissie en het ophouden van de 'verschijningen' afwacht. De bisschop wachtte 17 jaar en hij zag de Madonna in de hemel op 11 januari 2000 (de dag van zijn overlijden) nog voor de 'visioenen' van Medjugorje ophielden.
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
37
De Tweede uitgebreide Commissie (1984 - 1986) In 1984 besloot bisschop Žanić om de eerste commissie uit te breiden. Hij schreef aan alle theologische faculteiten in Joegoslavië en vroeg aan bepaalde religieuze superieuren toestemming om hun deskundigen toe te staan om in de Commissie zitting te nemen. Er waren 15 leden in de Tweede Commissie: 12 priesters en drie medische experts. Er waren alles bij elkaar zeven besprekingen. De eerste werd gehouden in Mostar in maart 1984 en de zevende in dezelfde stad in mei 1986, waarbij de Commissie haar werk afsloot. De leden van de commissie kwamen tot de volgende conclusie: Non constat de supernaturalitate (11 stemden voor, twee tegen, 1 accepteerde 'in nucleo' en 1 nam afstand). De Commissie bereidde een concept 'Verklaring' voor waarin de 'onacceptabele beweringen' en 'bizarre verklaringen', toegeschreven aan het curieuze fenomeen, opgenomen werden. De Commissie vermeldde ook dat verder onderzoek niet nodig was noch uitstel van het officiële oordeel van de Kerk. De bisschop informeerde naar behoren de Bisschoppen Conferentie en de Heilige Stoel en daarop informeerde hij de gemeenschap tijdens een preek in Medjugorje in 1987. (O.P. pag. 47 - 50). Het alom bekende negatieve standpunt van de bisschop, dat hij in 1990 samenvatte in 28 punten, is van zeer groot belang omdat hij spreekt over het niet authentiek zijn van deze bovennatuurlijke verschijningen. (O.P. p. 196) In augustus 1993 gaf de bisschop de administratie van het diocees over aan zijn opvolger, die zijn werk in vlot tempo voortzette. B. De Bisschoppenconferentie Joegoslavië
in
De Bisschoppen van Joegoslavië intervenieerden twee keer, en wel in 1984 en in 1985. Zij vroegen zowel priesters als gelovigen om het oordeel van de Kerk omtrent de gebeurtenissen in Medjugorje, dat onderwerp is van een diepgaand onderzoek, af te wachten. Derhalve kunnen bedevaarten niet worden georganiseerd onder het motto dat 'de Kerk al een positief oordeel heeft uitgesproken'. (O.P. p. 193). De Derde Commissie (1987 - 1990) In januari 1987 gaven, op voorstel van de Congregatie voor de Geloofsleer, Kardinaal Franjo Kuharić, president van de Bisschoppenconferentie en bisschop Žanić een gezamenlijke verklaring uit, 38
waarin zij de samenstelling van een derde Commissie bekend maakten en waarin zij de gelovigen verzochten om geen bedevaarten te organiseren die aangemoedigd worden op 'van boven' toegeschreven gebeurtenissen in Medjugorje. (O.P. p. 196). De Commissie bestond uit 11 priesters (6 religieuzen en 5 uit het diocees), 4 artsen en psychologen en een religieuze zuster als secretaresse. De commissie hield 23 bijeenkomsten in Zagreb op het Secretariaat van de Bisschoppenconferentie. De eerste samenkomst was in april 1987 en de drieëntwintigste samenkomst in september 1990. Kenmerkend voor de derde Commissie was om de bevindingen en resultaten van de voorgaande Commissies door te spitten en ex novo. Alles werd onder eed van geheimhouding gedaan en aan het publiek werden geen verklaringen afgegeven. Het resultaat van hun vier jaar durend onderzoek werd in 1990 aan de leden van de Bisschoppenconferentie in Zagreb voorgelegd. Er waren op de Bisschoppenconferentie vier besprekingen over de 'verschijningen': op 25 april, 9 oktober en 27 november 1990. Op 10 april 1991 werd in Zadar De Verklaring over Medjugorje door stemming aangenomen: 19 bisschoppen stemden vóór de Verklaring met 1 onthouding. In de Verklaring wordt vastgesteld: "dat tijdens de vaste zittingen van de Bisschoppenconferentie van Joegoslavië, gehouden in Zagreb van 9-11 april 1991, het volgende is overeengekomen: VERKLARING Vanaf het begin hebben de bisschoppen de gebeurtenissen in Medjugorje gevolgd, zowel de lokale bisschop, als de Commissies van de Bisschoppen en de Commissie van de Bisschoppenconferentie van Joegoslavië voor Medjugorje. Aan de hand van tot nu toe gedane onderzoeken kan niet worden bevestigd dat het hier gaat om bovennatuurlijke verschijningen of openbaringen. Maar toch vereist het bijeenkomen van gelovigen uit diverse delen van de wereld aan Medjugorje, die door redenen van geloof of andere motieven worden geïnspireerd, de pastorale aandacht en de zorg en wel op de eerste plaats van de lokale bisschop en vervolgens van de andere bisschoppen in vereniging met hem, opdat in Medjugorje en alles wat daar mee te maken heeft een gezonde verering tot de Maagd Maria volgens de leer van de Kerk nagestreefd wordt. De bisschoppen zullen voor dit doel speciale liturgische en pastorale richtlijnen verstrekken.
Tezelfdertijd zullen zij alle gebeurtenissen blijven bestuderen door middel van commissies. Zadar, 10 april 1991 Was getekend: De Bisschoppen van Joegoslavië" De Agressie. In het jaar daarop werden Kroatië en Bosnië-Herzegovina slachtoffers van afschuwelijke agressie. Door het formeren van nieuwe staten werden ook nieuwe Bisschoppenconferenties opgericht. Ondanks de Verklaring van de Bisschoppenconferentie: Non constat de supernaturalitate, te weten: het kan niet bevestigd worden dat deze gebeurtenissen bovennatuurlijke 'verschijningen of openbaringen' betreffen, beweren de aanhangers van dit fenomeen pertinent dat de 'Madonna verschijnt'. Als onze Bisschoppenconferentie, ondanks de talloze nieuwsgierige bezoekers aan Medjugorje en niettegenstaande massieve publiciteit die van charismatische inspiratie vergezeld gaat, de moed had om op basis van serieuze, grondige en deskundige onderzoeken te verklaren dat in Medjugorje geen bewijzen van enige bovennatuurlijke verschijningen zijn, dan is dat een teken dat de Kerk e ook in het 20 eeuw nog steeds "de pilaar en het bolwerk van de waarheid is". (1 Tim 3, 15) - (O.P. p. 151). C. - De inmengingen van de Heilige Stoel De Congregatie voor de Geloofsleer heeft vier keer geïntervenieerd door twee van haar Secretarissen, terwijl de Prefect, Kardinaal Ratzinger, zelf ook één belangrijke interventie deed. In 1985 deelde Mgr. Alberto Bovone aan de Bisschoppenconferentie van Italië mee om geen officiële pelgrimages naar Medjugorje te organiseren. In 1995 schreef Mgr. Tarcisio Bertone hetzelfde aan de bisschop van Langres, Mgr. Leon Taverdet, en herhaalde dit aan Mgr. Lucien Daloz van Besançon in Frankrijk, toen zij om informatie over de positie van de Heilige Stoel inzake Medjugorje vroegen. Ten slotte schreef in 1998 dezelfde Secretaris aan Mgr. Gilbert Aubry, bisschop van Reunion. Al deze brieven benadrukten dat zowel private als openbare bedevaarten niet geoorloofd zijn als zij de authenticiteit van de verschijningen veronderstellen, omdat dit in tegenspraak zou zijn met de Verklaring van de Bisschoppenconferentie van Joegoslavië. Ratzinger's frei erfunden. In 1998, toen iemand in Duitsland een aantal uitspraken verzamelde, die de Heilige Vader en Kardinaal Ratzinger zogenaamd gedaan zouden hebben, en deze in de
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
vorm van een memorandum aan het Vaticaan voorlegde, reageerde de Kardinaal schriftelijk op 22 juni 1998 als volgt: "Wat deze uitspraken over Medjugorje betreft, die toegeschreven worden aan de Heilige Vader en aan mij, is het enige dat ik daartoe kan zeggen dat zij complete verzinsels zijn "- frei erfunden - (O. P. p. 283). CONCLUSIE Niet alleen zijn deze aan de Heilige Vader en Kardinaal Ratzinger toegeschreven uitspraken 'totale verzinsels', maar ook de vele boodschappen van Medjugorje, die aan de Madonna toegeschreven worden, zijn volstrekte verzinsels. Als ons geloof gezien wordt als obsequium rationabile - rationele dienst aan God, eerlijke en gezonde spirituele aanbidding, zoals het behoort (Rm 12:1), dan kan dat niet de privé fantasie of illusie zijn van wie dan ook. (O.P. p.84). De Kerk is bevoegd om dit te zeggen. In haar naam hebben 30 gekozen priesters en artsen, in drie Commissies tien jaar lang in meer dan 30 vergaderingen plichtsgetrouw en deskundig de gebeurtenissen van Medjugorje onderzocht en de resultaten van hun onderzoeken voorgelegd. En niet één, maar twintig bisschoppen hebben gewetensvol verklaard, dat er geen bewijs bestaat dat de gebeurtenissen van Medjugorje bovennatuurlijke 'verschijningen of openbaringen' zijn. De gelovige, die de beide principes ratio et fides respecteert, blijft trouw aan deze maatstaf, in de overtuiging dat de Kerk niet misleidt.
Wat Medjugorje betreft bestaat het reële gevaar dat de 'Madonna' en de Kerk geprivatiseerd kunnen worden. Mensen zouden erin kunnen slagen een Madonna en een Kerk naar eigen smaak, opvatting en misvatting op te zetten en te combineren: door hun beweeggronden niet als gelovigen aan het officiële Magisterium van de Kerk voor te leggen, maar om de Kerk te dwingen hun fantasie te volgen en te erkennen. Naïeve gelovigen zouden dan makkelijk de levende bron van genade in hun eigen parochies kunnen verlaten om met Medjugorje voort te drentelen of met de 'zieners' de wereld rond te gaan, die overigens, dank de 'verschijningen', allen mooie woningen hebben en een comfortabel bestaan leiden, - althans dat is wat de massamedia ons vertellen. Er zijn tenminste 6 of 7 godsdienstige of quasi-godsdienstige communiteiten, die net begonnen zijn of al langer bestaan, sommigen met diocesane goedkeuring, anderen niet, die zonder de toestemming van de Diocesane autoriteiten willekeurig opgericht zijn in Medjugorje. Deze communiteiten zijn eerder een teken van ongehoorzaamheid dan een werkelijke uitstraling van gehoorzaamheid aan deze Kerk! Er is een probleem in dit diocees van Mostar-Duvno dat de laatste jaren praktisch in een schisma is gestort. Ten minste acht Franciscaanse priesters, die rebelleerden tegen het besluit van de Heilige Stoel om een aantal door de Franciscanen beheerde parochies af te staan aan de diocesane priesters, zijn uit de Orde van de Franciscanen gezet en
gesuspendeerd á divinis. Desondanks hebben zij tenminste vijf parochies met geweld bezet en gaan door met het toedienen van sacramenten. Zij sluiten ongeldig huwelijken, horen biecht zonder canonieke opdracht en dienen ongeldig het sacrament van het vormsel toe. Drie jaar geleden hebben zij zelfs een geestelijke van de Oud-Katholieke Kerk uitgenodigd, die zich ten onrechte uitgaf als bisschop, om in een vormsel voor te gaan; hij vormde 800 jonge mensen in drie verschillende parochies. Twee van deze uitgestoten priesters hebben geprobeerd een bisschopswijding van de Zwitserse bisschop Hans Gerny van de Oud-Katholieke Kerk te ontvangen, maar dit ging niet door. Zo vele ongeldige sacramenten, zo veel ongehoorzaamheid, geweld, heiligschennis, wanorde, onregelmatigheden en geen enkele 'boodschap' uit de tienduizenden 'verschijningen' die erop gericht is om dit schandaal te elimineren. Een uiterst merkwaardige zaak! De Kerk, van het plaatselijke tot aan het hoogste niveau, heeft vanaf het begin tot de dag van vandaag altijd weer herhaald: Non constat de supernaturalitate! Neen tegen bedevaarten die de 'verschijningen' een bovennatuurlijk karakter toeschrijven. Geen heiligdom van de 'Madonna', geen authentieke boodschappen noch openbaringen, geen echte visioenen! Dit is de stand van zaken tot de dag van vandaag. Hoe zal het morgen zijn? Wij laten het in Gods hand en aan de voorspraak van Onze Lieve Vrouw.
Noot: De Engelse versie van deze toespraak van bisschop Ratko Perić kunt u vinden op: http://www.cbismo.hr/ Noot van de redactie: In 1965 zei paus Paulus VI reeds: "Het grootste gevaar vandaag voor de Kerk is het fideïsme": een geloof dat louter of vooral gebaseerd is op gevoel of vroomheid. Een sterke filosofische basis, met het realisme als grondslag, is onmisbaar voor iedere gezonde vorm van theologie. Deze uitspraak laat aan duidelijkheid niets te wensen over. In het bijzonder die mensen die zeggen: "Ik voel dat het goed is", zouden deze uitspraak ter harte moeten nemen. Verder is het merkwaardig dat vele Katholieke bladen nog steeds advertenties opnemen die reclame maken voor bedevaarten naar o.a. Medjugorje. Dit gaat rechtstreeks in tegen het bevoegde kerkelijke gezag!
KORT NIEUWS ALLE AVÉ NIEUWSBRIEVEN ÉN EEN INDEX OP WEBSITE Velen wisten ons al op internet te vinden en hebben de AVÉ Nieuwsbrieven op onze website gelezen en/of van de website overgenomen en afgedrukt. Niets is makkelijker dan dat. Mocht u een uitgave van onze Nieuwsbrief niet meer kunnen vinden of bent u pas later lezer geworden, dan kunt u alle nieuwsbrieven vinden op www.stichtingvaak.nl De Index
maakt zoeken naar bepaalde onderwerpen erg eenvoudig. Wilt u iets weten over een bepaald onderwerp, dan laat de index zien in welke uitgave(n) hierover geschreven is.
RADIO MARIA IN DERTIG LANDEN BRUSSEL (KerkNet/AICA 10-02-04) De katholieke radiozender Radio Maria is momenteel actief in dertig landen
wereldwijd. Radio Maria werd in 1983 opgericht in een kleine parochie in Milaan. Wat toen een droom leek, groeide al snel uit tot een heuse keten van samenwerkende katholieke radiozenders, die momenteel in dertien talen uitzendt. Op de laatste bijeenkomst in Rome werd aangekondigd, dat in zestien landen extra zal worden uitgezonden. De katholieke radiostations van Radio Maria draaien bijna volledig op vrijwilligers.
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
39
Ze willen de evangelische boodschap verspreiden in gemeenschap met de katholieke Kerk en een woord van troost bieden voor al wie lijdt.
40.000 BEDEVAARDERS IN NIEUWE HEILIGDOM VAN KRAKAU-LAGIEWNIKI BRUSSEL (KerkNet/BisdomWenen/ KathPress 19-04-04) - Meer dan 40.000 bedevaarders uit heel de wereld namen zondag deel aan de plechtige viering ter gelegenheid van de ‘Zondag der Barmhartigheid’, in het Poolse "Heiligdom van de Goddelijke Barmhartigheid" in Krakau-Lagiewniki. In de monumentale kathedraal op weg naar Krakau worden de relikwieën bewaard van de populaire Poolse volksheilige Faustina Kowalska, die door Paus Joannes Paulus II werd heiligverklaard. Het voorbije weekend verzamelden er zich in het heiligdom liefst 120.000 bedevaarders, waaronder verschillende groepen uit Oostenrijk, Slovakije, Hongarije, Frankrijk, Italië, de Verenigde Staten, Japan, India en de Filippijnen. Volgens het Oostenrijkse KathPress verdrongen zich lange rijen gelovigen om hulde te brengen aan de relikwieën van de Heilige Faustina. Rondom stonden 70 biechtstoelen opgesteld. Zondag ging ook kardinaal Christoph Schönborn, de aartsbisschop ven Wenen, mee voor tijdens de plechtige eucharistieviering. Hij zei dat hij naar Lagiewniki gereisd was om er in het teken van de Midden-Europese Katholikentag met de gelovigen van de nieuwe EUlidstaten te bidden.
PAUS WELLICHT NAAR LOURDES PARIJS (AFP/RKnieuws 25-04-04) Paus Johannes Paulus II zal wellicht de Franse bedevaartsplaats Lourdes bezoeken, ergens in de zomer. Een delegatie van het Vaticaan is vorige week al afgereisd naar het zuid Franse plaatsje om "de condities te bestuderen waaronder de bedevaart plaats zou vinden." 150 jaar dogma De uitnodiging van de Franse bisschoppen valt samen met de 150ste
verjaardag van de afkondiging van het ´Lourdes´-dogma Maria Onbevlekt Ontvangen. Vanwege de zwakke gezondheid van de paus zal het nog lange tijd onzeker blijven of de bedevaart kan doorgaan.
BOEK OVER LOURDESWONDEREN ROME (KerkNet/Zenit 09-02-04) – Zopas is een boek verschenen over miraculeuze genezingen in Lourdes. Sinds de officiële erkenning van het Franse bedevaartsoord zijn er al 67 wonderbaarlijke genezingen officieel erkend. Dat is een fractie van de naar schatting zevenduizend genezingen die er sinds de eerste verschijning van Maria in Lourdes zouden hebben plaats gehad. Het boek verscheen in het Italiaans onder de titel ‘Il Medico di Fronte ai Miracoli’. Het werd samengesteld door de Italiaanse artsenvereniging in samenwerking met Patrick Thiellier, de directeur van het Medisch Bureau in Lourdes. Het bevat ook een wetenschappelijke ontleding van verschillende authentieke genezingen. Ook de normen die onder paus Joannes Paulus II zijn vastgelegd voor de erkenning van wonderen bij heiligen en de instructie uit 2000 over gebeden voor genezing van de Congregatie voor de Geloofsleer zijn erin opgenomen.
DE WONDEREN VAN MARIA IN WEERT Op 16 oktober 1949 zou Maria zich in Weert - op de hoek MaaseikerwegDijkerstraat - enkele keren hebben vertoond aan de toen 18-jarige Mathieu Jacobs uit Weert. Op 25 oktober van dat jaar verzamelden zich 25.000 mensen uit binnen- en buitenland op de Maaseikerweg om de verschijning met eigen ogen waar te nemen. Pastoor Boonen van Weert reageerde echter furieus en rukte eigenhandig het door Jacobs gefabriceerde kapelletje uit de boom. De belangstelling was hevig, maar kort. Een aantal ouderen in Weert weet dit nog als de dag van gisteren.
De katholieke kerk verwees de verschijningen als onzin naar de prullenmand.
PAUS WELLICHT NAAR LORETO ROME (KerkNet/CWN/Zenit 05-03-04) – Paus Joannes Paulus II brengt in september wellicht een bezoek aan het populaire Italiaanse bedevaartsoord Loreto. Bij die gelegenheid zal hij er Alberto Marvelli zaligverklaren. Dat meldt het persagentschap CWN. Leden van de Italiaanse Katholieke Actie besloten vorig jaar tijdens hun jaarlijkse samenkomst om een bedevaart te maken naar Loreto, een heiligdom dat is toegewijd aan de Heilige Familie. Paola Bignardi, de voorzitter van de Katholieke Actie had daarop de paus uitgenodigd. Volgens CWN maakte de organisatie deze week bekend dat de paus uiteindelijk besloten heeft om op die uitnodiging in te gaan. Volgens de Italiaanse krant Avenire reist de paus op 5 september voor een bliksembezoek naar Loreto. Daar gaat hij voor tijdens de zaligspreking van de Italiaanse ingenieur en politicus Alberto Marvelli, die een leider was van de Katholieke Actie. Alberto Marvelli (1918-1946) werd geboren in het bisdom Rimini. Hij werd opgeleid bij de salesianen en door de Katholieke Actie en raakte vooral bekend door zijn inzet voor de alleramsten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij overleed toen hij nauwelijks 29 was, nadat hij door een vrachtwagen was aangereden. Zijn zaligverklaring is te danken aan de wonderbaarlijke herniagenezing in 1991 bij een arts uit Bologna. De bedevaart zelf van de Katholieke Actie is vooral bedoeld om die organisatie, die vertakkingen heeft in gans Italië, een nieuwe impuls te geven. Voor de bedevaart verwacht men ruim 100.000 deelnemers. Het bedevaartsoord ligt vlakbij de Italiaanse kustplaats Ancona, aan de Adriatische Zee. Ze dankt haar populariteit vooral aan het huis van Maria dat er - volgens de overlevering - in 1294 vanuit Nazareth werd overgebracht en heropgebouwd.
ERKENDE VERSCHIJNINGEN DE VERSCHIJNINGEN TE LOURDES (deel 2) door RUDO FRANKEN
T
oen zij twee jaar later in het noviciaat kon komen, greep haar het afscheid van haar ouders zo aan, dat zij in onmacht viel. Vooral aan haar moeder was zij zich steeds meer gaan hech40
ten. Ze bracht een laatste bezoek aan de grot, de plaats waar ze de verschijningen had gezien, die haar diep gelukkig hadden gemaakt. "De grot was mijn paradijs", zei ze, toen ze terugkeerde.
TWAALF JAREN VOL LIJDEN De twaalf jaren, die Bernadette in het klooster doorbracht, waren vol lichamelijk lijden. Haar astma werd steeds heviger, ze kreeg pijnlijke gezwellen, leed
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
aan reuma en beenderziekten en had herhaaldelijk bloedspuwingen. Maar vanaf het ogenblik waarop zij intrad, op 7 juli 1866 om tien uur 's-avonds, heeft ze getracht, zich nog zo nuttig mogelijk te maken en wilde zij "bidden en lijden voor de zondaars", zoals zij het uitdrukte. Haar verblijf in het klooster werd een voorbeeld van getrouwheid aan de regel, van gehoorzaamheid aan de overste, van werkzaamheid en toewijding genoemd. Als zuster Marie-Bernard sprak Bernadette op 30 oktober 1867 haar tijdelijke en op 22 september 1868 haar eeuwige gelofte uit.
gekomen is om de woorden van onze Heilige Vader te bekrachtigen." Driemaal werd zuster Marie-Bernard, toen haar toestand zeer kritiek was, het Heilig Oliesel toegediend. Zij stierf op 16 april 1879 om drie uur in de middag. Zij, die haar op dat ogenblik omringden, zeiden later, dat haar heengaan deed denken aan de dood van Christus aan het kruis.
Het bericht van de plotselinge dood van haar moeder op 8 december 1866 trof haar diep. Ook betreurde ze haar vader, die 4 maart 1871 stierf.
ONDERZOEK EN BEVESTIGING DOOR DE KERK Op 18 januari 1862 legde de bisschop van Tarbes na een diepgaand onderzoek de volgende officiële verklaring af: "Wij oordelen dat de Onbevlekte Maagd, Moeder van God, werkelijk verschenen is aan Bernadette Soubirous...dat deze verschijning alle trekken draagt van echtheid en dat de gelovigen haar voor echt mogen houden".
Op 17 september 1876 schreef zuster Marie-Bernard op haar ziekbed een brief aan Paus Pius IX. Daarin stond o.a. "wat zou ik kunnen doen, Heilige Vader, om U mijn kinderliefde te betuigen? Slechts wat ik tot hiertoe steeds heb gedaan, lijden en bidden...Wanneer ik bid voor de intenties van zijne Heiligheid, dan schijnt het mij, dat de Heilige Maagd haar moederlijke blik op U vestigt, Heilige Vader, omdat U haar Onbevlekt Ontvangen hebt uitgeroepen. Graag geloof ik, dat U persoonlijk wordt bemind door deze goede Moeder, daar Zij, vier jaar later, zelf kwam herhalen wat U uitgevaardigd had: Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis. Ik begreep toen de zin van deze woorden niet. Sindsdien heb ik veel nagedacht en ik zei tot mezelf: Wat is de Heilige Maagd toch goed. Men zou zeggen dat Zij op aarde
Op 4 april 1864 vond de inwijding plaats van het beeld in de grot. Hierbij waren 20.000 pelgrims aanwezig. Op 21 mei 1866 werd de crypte ingewijd. 40.000 pelgrims woonden deze plechtigheid bij. Na deze eerste kerk volgden er nog vele: de basiliek van de Onbevlekte Ontvangenis staat op de rots boven de grot, 20 m. boven het niveau van de Gave. Ze is gebouwd van 1866 tot 1872 en werd in 1874 tot basiliek verheven. In 1876 werd zij ingewijd. Deze kerk biedt plaats aan 600 mensen. In de ramen van de zijkapellen is de geschiedenis van de verschijning uitgebeeld. De rozenkransbasiliek, gebouwd van 1883 tot 1889, gewijd in 1901 en in 1926 tot basilica minor verheven, biedt plaats aan slechts 2000 mensen. In de 15 kapellen zijn de mysteries van de rozenkrans uitgebeeld.
Voor de zeer vele pelgrims was een zeer grote basiliek nodig. Deze werd voltooid 100 jaar na de verschijningen, in 1958. 100 meter lang in gewapend beton. Op 25 maart 1958 heeft kardinaal Roncalli dit heiligdom - de Pius Xbasiliek - plechtig ingewijd. Een half jaar later werd hij tot paus gekozen, Johannes XXIII. De kerk heeft een ovale vorm, de vorm van een graankorrel, en ligt net onder de grond. Als de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft hij alleen, maar als hij sterft, brengt hij veel vrucht voort. Deze basiliek biedt plaats aan 20.000 tot 30.000 mensen. De Bernadettekerk ligt tegenover de dubbele bruggen over de Gave en is op 25 maart 1988 ingewijd. Deze kan in twee gescheiden ruimtes gesplitst worden, waarin elk meer dan 2000 mensen kunnen plaatsnemen. In totaal is er plaats voor 5000 mensen, waaronder 300 zieken met rolstoel of brancard. Zo is er wel zeer ruimschoots gehoor gegeven aan het verzoek van de witte Dame om een kapel. Het lichaam van Bernadette is tot drie keer toe opgegraven: de eerste keer op 22 september 1909, de tweede keer op 3 april 1919, de derde keer op 18 april 1925. Ook deze laatste keer was haar lichaam gaaf en ongeschonden. Op 14 juni 1925 is Bernadette zalig verklaard door Paus Pius XI en op 8 december 1933 heilig verklaard door deze zelfde paus, een wel heel bijzondere dag, n.l. het hoogfeest van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria in het Heilig Jaar bij e gelegenheid van het 19 eeuwfeest van de verlossing.
(Noot: Voor het eerste deel van dit artikel zie AVÉ 13 van maart 2004)
BEMERKENSWAARD HOE HEILZAAM IS MAGNETISEREN? (PARANORMALE GAVEN) door JAN VAN LIER
T
ot nu toe hebben wij ons in hoofdzaak bezig gehouden met het occulte fenomeen van het magnetisch genezen, dat zonder meer tot de magie gerekend moet worden. Daarnaast kwam aan de orde de dodenbezwering, als logisch gevolg van het magnetisme; hieruit is de valse religie van het Spiritisme ontstaan. Veel magnetiseurs komen als vanzelf in dit uiterst gevaarlijke gebied terecht, wat helaas ook geldt voor sommige van hun
cliënten. Zoals de magnetiseur pretendeert ziekten te kunnen genezen met behulp van het mysterieuze fluïdum, zo beweert de spiritist betrouwbare kennis over het verborgene te verkrijgen middels informatie uit het dodenrijk. Het ondervragen van geesten van gestorvenen was al in de oudheid de meest gangbare vorm van waarzeggerij. Het zijn deze drie gebieden, magie, necromantie en waarzeggerij, die sinds de
oudste tijden het domein vormen waarbinnen occultisten opereren. Bij de Egyptenaren en de Perzen waren dit de magiërs of tovenaars; de Indiërs hadden hun yogi’s, de Eskimo’s en Indianen hun sjamanen, de Afrikanen hun Voodoo-priesters en medicijnmannen, de Kelten hun druïden, de Saksen hun wicca’s en in onze dagen zijn het de paragnosten, die hun paranormale vermogens aanbieden tot "heil" van anderen.
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
41
Maar wat is nu eigenlijk dat paranormale vermogen? Mogen wij dit als een gave beschouwen, zoals vrij algemeen wordt aangenomen? Of is het eerder het gevolg van een 'defect' zoals in de Parapsychologie door sommige onderzoekers wel wordt geopperd? GAVE OF DEFECT? De Theologie onderscheidt vanouds met betrekking tot de gaven (goederen) drie categorieën: (natuur) Bona Naturae - schoonheid, kracht, jeugd, verstand… (toeval) Bona Fortunae - rijkdom, eer, hoog ambt… (genade) Bona Gratiae - wijsheid, inzicht, raad, sterkte, kennis, ontzag en liefde voor God. De Bona Gratiae zijn niet toevallig of natuurlijk; zij zijn niet door de mens uit zichzelf te verwerven. Het is de heilige Geest die deze gaven schenkt aan wie Hij wil. Maar vanuit de Traditie, door de Apostelen ingezet, zullen zeker gedoopten, die het sacrament van het Vormsel ontvangen, met een of meer van deze genadegaven worden toegerust. Maar over 'wondermacht om ziekten te genezen' of over 'het vermogen om de toekomst te voorspellen' is in géén van deze categorieën ook maar iets te vinden. Dat God - zoals in de apostolische tijd – aan enkele uitverkorenen buitengewone tekengaven heeft geschonken, aanvankelijk nodig bij de vestiging van Gods rijk op aarde en ter bekrachtiging van Jezus’ messiaanse zending, verandert niets aan het gegeven, dat het voor de mens onmogelijk is zich goddelijke eigenschappen toe te eigenen. Toch zijn er heel wat mensen die menen over deze goddelijke eigenschappen te beschikken op grond van zekere paranormale aanleg. We hebben al opgemerkt dat sommige onderzoekers het paranormale vermogen of het mediumschap willen verklaren als gevolg van een of ander "defect". Op het eerste gezicht lijkt deze veronderstelling nogal curieus. Wat voor defect zou dit dan moeten zijn? Een psychische stoornis of een ernstige geestelijke afwijking? In deze optie zouden dan alle mensen met een paranormale attitude binnen een of ander psychiatrisch ziektebeeld moeten passen, wat natuurlijk onzin is. Wat echter niet wegneemt, dat een bepaald 'defect' wel degelijk oorzaak van paranormaliteit kan zijn. Alleen moet dit defect dan niet gezocht worden in de fysieke of psychische, maar in de morele constitutie van de paranormaal georienteerde persoonlijkheid. Hier echter 42
houdt de zoektocht van de Parapsychologie meestal halt. Willen wij tóch verder komen dan is wederom de hulp van de Theologie onontbeerlijk. Pas wanneer we met de ogen van de Theologie naar magie, dodenbezwering en waarzeggerij kijken, valt onmiddellijk op, dat juist dit terrein, waarop de paranormaal begaafden zo uitblinken, al door Mozes, in niet mis te verstane bewoordingen, tot verboden gebied verklaard is. Om duidelijk te maken wat moet worden verstaan onder afgoderij en bijgeloof, zonden tegen het Eerste Gebod dus, houdt Mozes de Israëlieten voor: "Het mag bij u niet voorkomen dat iemand zijn zoon of dochter door het vuur laat gaan, zich afgeeft met waarzeggerij, met geestenbezwering, mantiek of toverij, geesten en orakels ondervraagt of de doden oproept. Want van iedereen die dergelijke dingen doet heeft Jaweh uw God een afschuw; en om dergelijke gruweldaden drijft Hij die volken voor u weg." (Deut.18; 10-12) VLOEK Wat ook opvalt is, dat God alleen bij het Eerste Gebod spreekt over de wijze van bestraffing. Hij zegt een jaloerse God te zijn, die de schuld van de vaders wreekt op hun kinderen. God spreekt dus een 'vloek' uit over de overtreders van dit gebod, die als een erfelijke ziekte zal voortwoekeren tot in het derde en vierde geslacht. De schuld drukt weliswaar op de vaderen, maar de gevolgen zullen ook door de kinderen worden gedragen. Een vloek betekent eigenlijk dat God tot op zekere hoogte Zijn handen van de mens aftrekt, waardoor deze direct onder de invloed van demonische machten komt. Evenzo heeft de Kerk sinds de vroegste tijden het recht van de banvloek uitgeoefend. In I.Kor.5;5 lezen wij dat Paulus macht had om in de naam van Jezus zondaars over te leveren aan de satan, waardoor dezen 'gemeenschap kregen met de boze geesten'. Gemeenschap hebben met demonen mogen wij hier opvatten als gedwongen dienstbaarheid aan de werken van de Duisternis, waarbij het mediumschap een cruciale rol vervult; het medium is voor demonen immers onontbeerlijk om zich als wonderdoeners, genezers en profeten te kunnen manifesteren. Hier vinden de zogenaamde paranormale vermogens hun oorsprong; een door de zonde verworven 'defect' dat op zeer gespannen voet staat met het Eerste Gebod. Het is dan ook misplaatst - al helemaal voor christenen - om hier van
een begaafdheid te spreken. Occulte vermogens, of een sterke gedisponeerdheid hiervoor, worden ontvangen door: Overerving; in een familie van spiritisten bijvoorbeeld kan zich bij de kinderen - ook in de tweede en derde generatie de aanleg tot telepathie, magnetiseren of waarzeggen openbaren. Overdracht; door handoplegging kan een occultist paranormale vermogens overdragen op anderen. Deze handoplegging is de demonische pendant van de bijbelse handoplegging, zoals toegepast door de magnetiseur met het doel om te genezen of om het spiritistische medium te conditioneren, evenals dit het geval is bij allerhande genezingsen bevrijdingsbedieningen in charismatische- en pinksterkringen. Verder ook bij dubieuze inwijdingsrituelen als Reiki, hekserij en sommige vrijmetselaarsgraden. Bloedpakt; occulte vermogens als beloning voor een overeenkomst met demonen. Occulte experimenten; magie uitproberen, ouia-bord, PSI-cursussen etc. Onchristelijke meditatievormen; yoga volgens de Indische filosofie, Autogene training e.d. In de zielzorg blijkt steeds weer, dat mensen die over occulte gaven beschikken, praktisch onveranderlijk in een van bovenstaande categorieën kunnen worden gerangschikt. Zij blijken in nauwe aanraking te zijn geweest met spiritistische mediums, waarzeggers, paragnosten of magnetiseurs; zij hebben valse meditatietechnieken beoefend of telden occultisten onder hun directe voorgeslacht. CROISET Dat de occulte nalatenschap door overerving dikwijls het gehele scala van paranormale eigenschappen binnen één persoon omvat, zoals dat het geval was bij de roemruchte paragnost Gerard Croiset, wordt uitvoerig door hemzelf uit de doeken gedaan in zijn autobiografie uit 1977. In dit boek vertelt hij dat hij zijn paranormale vermogens geërfd heeft van Hijman Croiset, zijn vader. Vanaf zijn vroegste jeugd kende Gerard al "uittredingen" en ontdekte hij zijn magnetische gaven, maar ook – wat vreemd is bij een jong kind - een hartgrondige afkeer van het evangelie! Al heel jong had hij visioenen waarin hij nevelachtige figuren waarnam, mensengestalten, die ook met hem spraken. Op een kwade dag kreeg hij een visioen van zijn vader, die op het moment dat hij op een trap stond, aan een hartaanval stierf en daardoor naar beneden stortte. Kort
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
daarna kreeg Gerard te horen dat dit inderdaad zo gebeurd was. Na die tragische gebeurtenis heeft Hijman Croiset zich bij Gerards 'geestelijke droomvrienden' gevoegd en vanaf die tijd had hij tijdens spiritistische séances ook voortdurend contact met 'zijn vader'. De visionaire figuren die hem steeds omringden, beschouwde Croiset dus kennelijk als de geesten van gestorvenen. In zijn boek legt hij geregeld de nadruk op het belang van deze geesten voor zijn occulte experimenten, magnetische behandelingen en paragnostische consulten. Hoe de uitwerking van dit alles was op zijn klanten, daarover schrijft Croiset zelf hoegenaamd niets. Daarover moeten we bijvoorbeeld lezen in het boek Okkultes ABC van Dr.Koch, die in de zielzorg vele malen met slachtoffers van Croiset te maken heeft gehad. Dat Croiset tóch verslag doet van een genezingsgeschiedenis, die vanwege de rampzalige afloop alleen maar patienten zou moeten afschrikken, mag wel als een 'verspreking' worden opgevat. Hij beschrijft het geval van een landarbeider die leed aan de ziekte van Bechterev, waardoor het kraakbeen tussen de rugwervels versteent, zodat de patient totaal kromgebogen loopt en daarbij vergaat van de pijn. Croiset magnetiseerde de man dagelijks gedurende een lange periode, waardoor deze zover genas dat hij weer aan het werk kon gaan. Gezeten in de laadbak van de kar die hem naar het land zou brengen, liet plotseling op onverklaarbare wijze de achterklep los, waar de man tegen aangeleund zat, zodat hij achterover sloeg op de weg en op slag dood was. Zijn vrouw was door de gebeurtenis zó volledig van streek, dat zij zich de dag na de begrafenis verdronk. Croisets enige reactie op het akelige levenseinde van deze mensen was: "Noch Kiefte (zo heette de man) noch zijn vrouw heb ik later als "intelligenties" ooit weergezien."
geestverwant van Croiset, wier talloze publiekelijke genezingsaanspraken na gedegen wetenschappelijke recherche, stuk voor stuk bakzeil moesten halen. En wat het tweede betreft, dat het dodelijk verongelukken van Kiefte en zijn vrouw, puur toevallig was en niet in verband gebracht hoeft te worden met Croi sets behandeling, ook daarover kan met zekerheid niets gezegd worden. Waarover wel zekerheid bestaat, is dat Croiset 'gemeenschap met demonen' had; daarvoor levert hij zelf in zijn boek voldoende argumenten aan. Dit gegeven wettigt zonder meer de veronderstelling, dat het veelvuldig en langdurig magnetiseren zóveel occulte belasting op Kiefte heeft overgedragen, dat deze object kan zijn geworden van rechtstreekse demonische interventie, met alle afschuwelijke gevolgen van dien. Jezus zelf heeft de duivel 'een moordenaar vanaf het begin' genoemd (Joh.8,44). De Kerk leert dat demonen in de wereld werkzaam zijn uit haat jegens God, en hun handelen zware schade toebrengt - van geestelijke en fysieke aard - aan iedere mens afzonderlijk en aan de maatschappij in haar geheel (KKK § 395). Er bestaan dus buitengewoon grote risico’s voor mensen als Croiset, maar evenzeer voor de hulpzoekenden, die roekeloos een domein betreden waarvoor de waarschuwing geldt, dat het beheerst wordt door 'goden waarvan wij de macht niet kennen' (vergl.Deut.13,24). Wie toch de gevaren die aan occulte praktijken verbonden zijn, wenst af te doen als primitief bijgeloof uit vervlogen tijden, zal ervan opkijken, dat vorig jaar in het Indonesische parlement een wetsontwerp behandeld is om het gevaar van Occultisme in te dammen, dat in toenemende mate voor maatschappelijke onrust zorgt. Er werd o.m. voorgesteld, dat wie iemand ombrengt door middel van Magie met vijf jaar hechtenis zal worden bestraft.
Nu zullen sympathisanten van Croiset natuurlijk inbrengen, dat hij Kiefte toch in elk geval genezen heeft en dat het ongeval daar absoluut niets mee te maken heeft gehad; dat kon puur toeval zijn geweest. Wat het eerste betreft: dat Kiefte werkelijk van de ziekte van Bechterev was genezen, daarover bestaat geen enkele zekerheid. We hebben niets meer dan een bewering. Een verwijzing naar bijvoorbeeld een medisch getuigenis, dat de feiten bevestigt, wordt niet gegeven. Hoe bedrieglijk het kan zijn om op louter beweringen blind te varen, hebben wij gezien bij dat andere 'genezend medium', Jomanda,
WAARZEGGERIJ Op grond van betrouwbare Bijbelse gegevens hangen wij dus de overtuiging aan, dat het paranormale vermogen moet worden beschouwd als een effect van ernstige occulte belasting, als gevolg van zonden tegen - met name het Eerste Gebod. In de mozaïsche Wet wordt, naast de andere afgodische vergrijpen, de waarzeggerij steevast met nadruk genoemd. Waarzeggers of paragnosten zijn mensen, die pretenderen op buitenzintuiglijke wijze kennis te hebben van de diepste zieleroerselen van anderen; zij zouden weet hebben van allerlei verborgen
zaken uit het vroegere en huidige leven van die anderen, en zij zouden bovendien op de hoogte zijn van hetgeen die anderen in de toekomst overkomen zal. Dit betekent zonder meer het claimen van eigenschappen, die alleen aan God toekomen. Een menselijke aanmatiging dus, die - zoals de Bijbel leert - een gruwel is in Gods ogen en bestraft zal worden tot in het derde en vierde geslacht. Gods geboden zijn niet gegeven om ons iets goeds te onthouden, maar juist bedoeld om ons voor groot gevaar te behoeden; en omdat het waarzeggen een praktijk is, die zich bij uitstek leent voor demonische inmenging, is het nuttig om ook bij dit fenomeen nog even stil te staan. Om enig inzicht te krijgen in het wezen van de mantiek (waaronder alle vormen van waarzeggerij moeten worden verstaan), is het van belang eens te kijken hoe de katholieke Theologie van alle eeuwen, in volle eenstemmigheid, hierover denkt. Altijd en unaniem heeft men de stelling onderschreven, dat 'toekomstschouw en vrije wil elkaar uitsluiten'. Wanneer de uitkomst op voorhand vaststaat, is een keuze zinloos. Toen God bij de Schepping engelen en mensen de vrije wil gaf, vergrendelde Hij als het ware tegelijk en consequent voor hen de toekomst. Nóch zal enig individu, zonder Gods wil, inzicht hebben in zijn eigen toekomst, nóch zal hij de mogelijkheid hebben zich te vergewissen van de vrije wilsbeschikking van een ander, die diens toekomst zou kunnen onthullen. Door de vrije wil neemt de mens in zekere zin deel aan Gods scheppingswil, althans dit is zijn bestemming, en dit is slechts mogelijk wanneer de wil zich vrij ontplooien kan en niet door kennis van het toekomstige belemmerd of verlamd is. Daarom is zelfs voor engelwezens de toekomst volledig verborgen, ofschoon hen al bij de Schepping alle begrippen, die zij voor hun bestaan nodig hebben, ingegoten werden; het gebruik van die begrippen echter, die op toekomstige dingen betrekking hebben, wordt pas mogelijk, wanneer de toekomst in tegenwoordige tijd is overgegaan. Slechts God, de Alwetende alleen, kent de toekomst. Hij alleen kan het toekomstige en het van de vrije wil afhankelijke onthullen, zoals Hij het bij de profeten van het Oude en Nieuwe Testament en in uitzonderingsgevallen bij enkele uitverkorenen gedaan heeft en doet. Engelwezens en mensen kunnen over het vrij-toekomstige slechts vermoedens koesteren (conjecturae), nooit echter zonder goddelijke openbaring zekerheid
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
43
verwerven. Engelen en demonen kunnen weliswaar beter gegronde vermoedens over de toekomst hebben dan mensen, omdat zij grotere inzichten in de natuur der dingen alsook in de betrachtingen der mensen bezitten. Zij zijn immers in hun kennis niet aan zintuiglijke waarneming gebonden zoals mensen en nemen wellicht gebeurtenissen en samenhangen waar, die buiten onze voorstellingskracht liggen en tot een hogere dan onze drie-dimensionaliteit behoren. Ondanks de absolute onmogelijkheid om over het toekomstige met zekerheid te spreken, hebben boze geesten toch immer gepoogd de mensen 'waar'zeggerijen voor te spiegelen en vermoedens voor zekerheden uit te geven. Veelzeggend voor het demonische karakter van de mantiek, die men daarom ook Demonomantie noemt, is het prijsgeven van de vrije wil in een meer of minder volkomen 'trance', die in alle vormen van mantiek voorkomt en bij vele zelfs uitdrukkelijk als voorwaarde vereist is. De trance-toestand, met zijn sterk toegenomen gevoeligheid voor suggestieve beïnvloeding, is de ideale geestesgesteldheid voor demonische interventie. Het sluimerend verstand, dat nog nauwelijks controleert, en vooral de kunstmatig uitgeschakelde wil, geven de demonen vrijwel onbelemmerd toegang tot de geest van de paragnost om zo diens uitspraken en adviezen met eigen suggesties te vermengen. Het is bekend dat veel paragnosten, naar eigen zeggen, het meest succesvol zijn wanneer zij geheel of gedeeltelijk in trance-toestand werken. Gerard Croiset, die wij al eerder bespraken, omschrijft het als een proces, waarin hij zichzelf op een verlaagd bewustzijnsniveau brengt, waardoor hij dan op 'hallucinatorische' wijze dingen te horen of te zien krijgt, die hij anders nooit had kunnen weten. Buitengewoon triest is het, dat door het gevaar van demonische inbreng bij de uitspraken van waarzeggers, vele argeloze hulpzoekenden, in plaats van de oplossing te krijgen voor hun problemen, juist extra veel narigheid hun leven kunnen binnenhalen, meestal zonder ook maar te bevroeden wat de eigenlijke oorzaak hiervan is. Van alle vormen van mantiek is daarom het waarzeggen, vanaf het vroegste begin, ten heftigste bestreden en verboden. Al in het Oude Testament is hier het nodige over gezegd, maar ook de Kerkvaders schreven de waarzegkunst eenstemmig toe aan de demonen, hierin 44
nagevolgd door alle Leraren en theologen van naam. Talrijk zijn de Pauselijke decreten en Concilie-besluiten, die de waarzeggerij verbieden en met straf bedreigen, meestal excommunicatie. Dat de bestraffende toon, vooral in de afgelopen eeuwen, steeds meer is gemilderd en thans bijna onhoorbaar lijkt te zijn geworden, neemt niet weg, dat ook na Vaticanum II de gelovigen wordt voorgehouden, dat zij 'alle vormen van waarzeggerij moeten verwerpen' (KKK § 2116). Het is de moeite waard om onze beoordeling van de waarzeggerij, die op bijbelse en theologische standpunten steunt, eens te vergelijken met het resultaat van het empirisch onderzoek van de Parapsychologie, die mogelijke demonische betrokkenheid geheel buiten beschouwing laat. Beide benaderingen leiden - men kan dit vreemd vinden of niet - tot nagenoeg dezelfde conclusie. HELDERZIENDHEID BEKEKEN Onder deze titel publiceerde Dr. H.C. Boerenkamp, verbonden aan het Parapsychologisch Laboratorium van de Rijksuniversiteit van Utrecht, een boek (1988), waarin hij voor een breder publiek verslag doet van een onder zijn leiding uitgevoerd systematisch onderzoek naar de vraag of uitspraken van paragnosten al dan niet helderziend genoemd mogen worden. Voor dit onderzoek waren twaalf professionele paragnosten geselecteerd, die op dat moment in Nederland de grootste bekendheid hadden en - voor zover dat natuurlijk mogelijk is - als integer werden beschouwd. Drie van hen werden zelfs door professor Tenhaeff, voormalig hoogleraar in de Parapsychologie, beschreven als de beste paragnosten waarmee hij ooit had gewerkt. Het experiment was zó georganiseerd, dat de twaalf paragnosten konden werken onder condities, die zij in hun praktijk gewend waren. Zo konden zij zich instellen op een hen onbekende persoon, om vervolgens uitspraken te doen over gebeurtenissen in het leven van die persoon, waarbij zij hun voordeel konden doen met diens bevestigende of ontkennende antwoorden op hun uitspraken. Een andere conditie was, dat de paragnosten gebruik maakten van een inductor, meestal een foto of een voorwerp van degene over wie zij uitspraken moesten doen. Zo zijn er 150 consulten gehouden, waarbij ongeveer 10.000 uitspraken werden geregistreerd.
De vraag was dus in hoeverre de uitspraken van de paragnosten verwezen naar een helderziende gave. Het uitvoerig onderzoek naar deze uitspraken leverde geen enkel positief resultaat op. 90% van alle uitspraken was te algemeen en te vanzelfsprekend om hoe dan ook te kunnen verwijzen naar een helderziend proces. Van de 10% uitspraken die overbleef als bijzonder en voldoende specifiek om eventueel te verwijzen naar een helderziende gave, viel wederom 90% af omdat zij niet in overeenstemming waren met de werkelijkheid. Dus slechts 1% van alle uitspraken van de beroeps-paragnosten voldeed aan de vereiste criteria, t.w. voldoende specifiek en voldoende juist. Zou echter het beoordelingscriterium nog wat zijn aangescherpt, naar volledig of letterlijk juist, dan was dit percentage naar nul gedaald. Frappant is overigens, dat hetzelfde onderzoek óók werd uitgevoerd met twaalf nietparagnosten, gewone mannen en vrouwen dus van dezelfde leeftijd en met dezelfde opleiding als de paragnosten, wat precies hetzelfde resultaat opleverde. Ook bij de niet-paragnosten voldeed 1% van hun uitspraken aan de criteria, zoals die bij de beoordeling van de paragnosten was gehanteerd. De conclusie van dit onderzoek luidde dan ook dat het bewust oproepen van helderziende ervaringen niet mogelijk is en dat uitspraken van paragnosten voor 90% zijn gebaseerd op redenering, voor 10% op fantasie en voor 0% op een helderziende gave. Wat zou een cliënt te horen krijgen, wanneer hij voor zijn specifieke probleem nu eens twaalf verschillende paragnosten zou raadplegen? Door toeval gaf het onderzoek ook op deze vraag het antwoord. Er deed zich namelijk ten tijde van het experiment in Nederland een vermissingsgeval voor. Het ging om een 35-jarige man die al een week zoek was. Aan alle twaalf paragnosten werd verzocht over deze zaak een uitspraak te doen aan de hand van een foto van de vermiste man. A. kreeg door dat de man vermoord was in Amsterdam door een nachtwaker; B. dacht aan zelfmoord, waarbij de vermiste onder een schip lag, in Rotterdam; C. betwijfelde of de man nog in leven was; D. wist niet zeker of het om moord dan wel zelfmoord ging; E. vermoedde een zelfmoordgeval; F. hield het op liefdesverdriet en zag de vermiste nog wel opduiken;
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
G. zag de vermiste man in het buitenland rondzwerven; H. kreeg door dat de man over tien dagen telefonisch contact zou opnemen; I. adviseerde om te gaan zoeken in de plaatsen Austerlitz of Bloemendaal; J. schetste heel gedetailleerd een kanaal met een brug, waar de man te vinden zou zijn; hij wist alleen niet te zeggen waar dat kanaal was; K. zag als oorzaak van de vermissing een mislukte liefdesrelatie met een andere man; L. noemde als oorzaak geestelijke gestoordheid in de familie van de man. Het stoffelijk overschot van de man werd twee maanden na de vermissing, in de regio Den Haag, uit zee gehaald. Er was dus niet één relevante en specifieke uitspraak bij, die juist was. Hieruit blijkt, dat met betrekking tot een en dezelfde zaak, paragnosten elkaar vaak volledig tegenspreken. Een van de betrokken paragnosten, met een grote reputatie juist op het gebied van vermissingen en behorend tot het drietal, waar professor Tenhaeff zo lovend over sprak, deed na afloop van de sessies misschien wel de meest opmerkelijke en tevens juiste uitspraak. Tijdens het evaluatiegesprek vertelde hij Dr. Boerenkamp dat hij niet verbaasd was dat over de vermiste man helemaal geen helderziende uitspraken waren gedaan, noch door hemzelf, noch door de overige paragnosten; ook niet door Croiset (die ten tijde van het vermissingsgeval nog leefde en ook geconsulteerd was). Hij was ook helemaal niet verrast over het negatieve resultaat van het hele onderzoek; hij had in zijn lange loopbaan aldoor twijfels gehad over het 'zomaar gaan zitten zien' en 'het vertellen van verhaaltjes' over problemen van onbekende mensen. Kunnen wij, afgaande op de onthutsende conclusie van dit onderzoek, de hele waarzeggerij nu aan de kant doen als zijnde humbug of oplichterij, als iets dat feitelijk niets om het lijf heeft? Als wij dat zouden doen, gaan wij voorbij aan het gegeven, dat dag in dag uit, talloze mensen, niet zelden ten einde raad vanwege hun uitzichtloze problemen, bij de paragnost aankloppen in de hoop daar alsnog iets van een oplossing te vinden. De helderziende heeft immers de gave, zo wordt door velen gedacht, om bepaalde dingen te zien of aan de weet te komen, waardoor het probleem waaronder zij gebukt gaan, misschien toch kan worden opgelost, of dat hetgeen waarvoor zij vrezen, door hem kan worden weggenomen. Dit is te
ernstig om als humbug te worden afgedaan; tenslotte gelooft meer dan de helft van onze bevolking dat iets dergelijks "op een of andere manier" bestaat. Maar weinigen die weten, dat de uitspraken en adviezen van de paragnost grotendeels op schijnkennis berusten, pure fantasie zijn en bijgevolg onbetrouwbaar. Wanneer dan ook nog, zoals wij hebben gezien, bij sommige paragnosten de trance een rol speelt, waarbij mogelijk kennis beschikbaar komt, geïnspireerd vanuit de geestenwereld, dan mogen wij terecht spreken van een gevaarlijke mix van ongewisse elementen, waardoor de hulpzoekende groot risico loopt om - bewust of onbewust - misleid te worden. Slechts af en toe komen voorbeelden hiervan in de openbaarheid; meestal als de paranormale hulpverlening catastrofaal afloopt en er bekende personen bij betrokken zijn. Het meeste speelt zich af in de anonimiteit. Zoals het geval van het meisje, dat in verwachting raakte en, zoals gewoonlijk, te horen kreeg wat de vermoedelijke datum van de bevalling zou zijn. Uit nieuwsgierigheid of deze dag voor haar gunstig uit zou vallen, vroeg zij een kennis, die zich met astrologie bezighield, een horoscoop te trekken, dan zou zij zich wellicht geruster voelen. Maar dat viel tegen. De constellatie van haar sterrenbeeld zou op die bewuste dag juist erg ongunstig zijn, zo bleek uit de berekeningen van de bevriende astroloog, zelfs héél ongunstig, zoals hij haar met nadruk verzekerde. Het effect van deze schokkende boodschap nam al gauw haar hele denken in beslag en begon haar meer en meer met angst te vervullen. Toen dit omsloeg in paniek besloot zij tot abortus. De rampzalige gebeurtenis, die aan de horoscoop kon worden ontleend, vond echter niet plaats op de dag die de vriend had berekend, maar zeven maanden eerder, op de dag van de ingreep, uitgevoerd in het illegale circuit, en die beiden - moeder en kind - niet overleefden. Of het geval van de man die de dupe dreigde te worden van een arbeidsconflict, en in grote onzekerheid over de afloop ervan, een paragnost in de arm nam. Tijdens het consult werd de man diep getroffen door het feit, dat de paragnost al direct - zonder informatie zijnerzijds - de naam noemde van het bedrijf waar hij werkte en hem waarschuwde voor een collega, van wie hij een omschrijving gaf die volledig klopte. Verder deed de paragnost enkele suggesties, die de man een goed gevoel gaven over de afloop van het arbeids-
conflict. Totdat hij plotseling van onderwerp veranderde. "Hoe gaat u eigenlijk om met uw handicap?" vroeg hij onverwachts. "Handicap?", zei de man, niet begrijpend. "Ja, ik krijg door dat u onvruchtbaar bent." "Onvruchtbaar, ik?", zei de man ongelovig en wat lacherig, "ik heb drie kinderen!" "Dan zijn die niet van u", was het snelle antwoord van de paragnost. De man was perplex en zocht naar woorden, maar de paragnost keek op zijn horloge en stond op. Van die dag af zou de man niet meer de oude zijn. Hoewel hij zijn best deed de afschuwelijke uitspraak als onmogelijk en absurd uit zijn gedachten te bannen, raakte hij met de dag meer van streek, want ononderbroken bleven de woorden van de paragnost in zijn hoofd rondspoken. Geleidelijk aan raakte de man volledig in de greep van de achterdocht en begon zich te gedragen als een vreemde in zijn eigen huis. De houding naar zijn gezin verkilde en om zijn vrouw te ontlopen zocht hij voortdurend de afzondering. Dagen achtereen sloot hij zich op in de logeerkamer, om zich over te geven aan heilloze fantasieën; eindeloos liet hij daar het verleden de revue passeren, koortsachtig op zoek naar aanwijzingen die misschien het gelijk van de paragnost konden bevestigen. Zo ging het steeds verder bergafwaarts met de man. En met het gezin. Nog geen jaar na het fatale bezoek aan de paragnost was door het paranoïde gedrag van de man de leefsituatie zo onhoudbaar geworden, dat het gezin uiteenviel. Dit zijn slechts twee voorbeelden uit een lange reeks van obscure voorvallen uit de wereld van de paranormale hulpverlening. Het mag dan interessant en nuttig zijn, dat wetenschappelijk onderzoek wellicht tot de conclusie komt, dat "helderziende uitspraken van paragnosten niet in overeenstemming zijn met de werkelijkheid", maar het zegt niets over de grote risico’s die mensen lopen, wanneer zij desondanks bij paranormaal begaafden hun toevlucht zoeken. In dit opzicht is de heilige Schrift het enige vaste baken en de kerkelijke Traditie de betrouwbare raadgeefster. Herhaaldelijk en op niet mis te verstane wijze houden zij ons voor, ons met de wereld van het occulte niet in te laten. Want dit is een gruwel in Gods ogen. Want ook de waarzeggerij is een van de loten aan de door Hem vervloekte boom van de afgoderij, en het is een misrekening om van een dergelijke boom goede vruchten te verwachten. Het is wijs zich er niet mee in te laten.
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
45
LEZERS AAN HET WOORD Beste pastoor Franken, Van een studiegenoot kreeg ik uw boek 'Een reis naar Medjugorje' te lezen en na het lezen ervan zijn er toch een paar punten mij niet duidelijk. Deze vragen kan ik eigenlijk samenvatten in een vraag, namelijk: Hoe kan een verschijning in Medjugorje de satan zijn als zij pleit voor de Eucharistie? De eucharistie is toch juist het moment van de ontmoeting of tegenwoordigheid van Jezus Christus (hij heeft de satan overwonnen). Door hem komen wij tot de Vader. Christus heeft Zijn gelovigen, Zijn lichaam nagelaten in de gestalte van Zijn eucharistisch lichaam en bloed, zodat de gelovigen Hem tot zich nemen en zo steeds meer opgebouwd worden tot het lichaam van Christus dat de Kerk is. De eucharistie als het sacrament van de werkelijke eenheid. Als ik deze theorie goed begrijp vermomt de satan zich als Maria om de gelovigen op te roepen, door het nuttigen van deze gaven, deel te krijgen aan het ene lichaam van Christus. Naar mijn idee is dit het tegenovergestelde van wat de satan wil, die wil ons voor eeuwig van God verwijderen en de gelovigen uit elkaar trekken. (Maar u schrijft in uw boek dat hij bereid is om concessies te doen als hem dat uiteindelijk meer oplevert. Wat levert hem dat dan op?) Ik hoop op een antwoord van uw kant op mijn vraag. P.s. alvast een Zalig Pasen. Vriendelijke groeten, Maurice (naam en adres bij redactie bekend) 8-04-2004 Beste Maurice, Hartelijk dank voor je brief d.d. 8-04-2004. Jouw vraag is: HOE KAN DE VERSCHIJNING IN MEDJUGORJE DE SATAN ZIJN ALS ZIJ PLEIT VOOR DE EUCHARISTIE? De eucharistie is toch juist het moment van de ontmoeting of tegenwoordigheid van Jezus Christus (Hij heeft de satan overwonnen). Door Hem komen wij tot de Vader. Christus heeft zijn gelovigen zijn lichaam nagelaten in de gestalte van zijn eucharistisch lichaam en bloed, zodat de gelovigen Hem tot zich nemen en zo steeds meer opgebouwd worden tot het lichaam van Christus dat de kerk is. De eucharistie als het sacrament van de kerkelijke eenheid. Als ik deze theorie goed begrijp, vermomt de satan zich als Maria om de gelovigen op te roepen, door het nuttigen van deze gaven, deel te krijgen aan het ene lichaam van Christus. Naar mijn idee is dit het tegenovergestelde van wat de satan wil. Die wil ons voor eeuwig van God verwijderen en de gelovigen uit elkaar trekken. Maar u schrijft in uw boek dat hij bereid is om concessies te doen als hem dat uiteindelijk meer oplevert. Wat levert hem dat dan op? Aangezien deze vraag zeker bij meer mensen leeft, zou ik je brief met deze vraag graag in de AVÉnieuwsbrief willen opnemen, vergezeld van mijn antwoord, met of zonder jouw naam erbij, afhankelijk van je wens. Natuurlijk is de Eucharistie de ontmoeting met de levende Heer en het hart van de Kerk, het sacrament van de kerkelijke eenheid. Daarin heb je volkomen gelijk en dat onderschrijf ik van harte als christengelovige en als priester. Overigens zou het ook mogelijk kunnen zijn dat deze 'boodschappen' o.a. over de Eucharistie de verschijning in Medjugorje in de mond gelegd worden door één of meerdere van de zieners en/of paters franciscanen aldaar. Maar het kan ook zijn dat de satan hier op meer directe wijze in het spel is en dat hij misbruik maakt van het heilige om zijn doel te bereiken. Het is de satan eigen om verdeeldheid en verwarring te zaaien. En dan zal hij het, mijns inziens, zelfs niet schuwen mensen op te roepen zich tot God te bekeren en te naderen tot het sacrament van de Eucharistie, als hem dat op langere termijn meer voordeel zal opleveren, b.v. als het hem lukt om gelovigen langzaam maar zeker van de katholieke Kerk los te weken. Inzake Medjugorje zien we dat dit aan het lukken is. Mgr. Perić, bisschop van Mostar (waartoe Medjugorje behoort), dus het bevoegde kerkelijke leergezag inzake het vaststellen van de authenticiteit van de beweerde verschijningen in Medjugorje, spreekt in zijn toespraak van februari 2004 (zie elders in deze uitgave) al van een SCHISMA dat aan het ontstaan is door de hardnekkige ongehoorzaamheid van een aantal franciscanen in dit bisdom. En een schisma is natuurlijk juist datgene wat de satan wil: nog meer gelovigen weg46
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
rukken van Jezus Christus, van de Kerk en van de Eucharistie. Dat doel staat de satan voor ogen. Hem maakt het niet uit hoe hij dat doel moet bereiken. Als hij het maar bereikt! Desnoods door een tijdje wat heilig te doen. Hoe kun je hem dan herkennen? Wel, hij verkondigt halve en hele onwaarheden, b.v. dat alle godsdiensten gelijk zijn. Die halve en hele onwaarheden probeert hij op een heilige manier binnen te loodsen in de geloofsschat van de Kerk. Daarbij maakt hij ook gebruik van overdrijving, b.v. dat je elke woensdag en vrijdag moet vasten op water en brood. Uiteraard zou het voor een christen nooit om een dergelijke verplichting kunnen gaan: het gaat immers om de geest waarin je het vasten - en je hele geloof - beleeft. Heeft de satan niet ook Jezus proberen te verleiden? O.a. uitgerekend met een tekst uit de bijbel, een heilige tekst dus, stelt hij Jezus in de woestijn op de proeft De satan maakt dus gebruik (lees: misbruik) van het heilige. Maar Jezus heeft hem ontmaskerd. Vanuit de Geest van God. Zonder de Geest van God versta je de bijbel niet, ook al zou je de hele bijbel hebben gelezen of zelfs uit je hoofd kennen. De satan mist de Geest van God en dus ook de diepere kennis. Maar ondertussen kan hij met zijn oppervlakkige kennis en zijn halve en hele onwaarheden velen infecteren. Het is dus belangrijk om te leven in de Geest van God, d.w.z. in gehoorzaamheid aan het kerkelijk leergezag. Heeft Jezus niet tegen zijn apostelen gezegd: "Wie u hoort, hoort Mij"? Hun woord is dus belangrijker dan je eigen gevoel. Je eigen gevoel kan je bedriegen, ook in heilige zaken. De bisschop is in zekere zin de Kerk. Dit is mijn antwoord dat ik samen met jouw vraag in de AVÉ-nieuwsbrief zou willen opnemen. Graag jouw reactie op mijn antwoord en mijn vraag. Met vriendelijke groet, Pastoor Rudo Franken 20-04-2004
ZUSTER FAUSTINA (vervolg van pagina 32) …Barmhartigheid voert, opdat zij daar kracht, opbeuring en alle genaden mogen ontvangen, die zij nodig hebben in de beproevingen van dit leven en vooral in het uur van de dood. Iedere dag zult gij een afzonderlijke groep zielen geleiden en ze dompelen in de zee van mijn Barmhartigheid." Op de eerste dag vragen we Barmhartigheid voor geheel de mensheid, in het bijzonder voor de zondaars. Op de tweede dag bidden we voor de priesters en de kloosterlingen, door wie de goddelijke Barmhartigheid neerkomt over de wereld. Op de derde dag bidden we voor alle gelovige christenen. Op de vierde dag bidden we voor de heidenen en de ongelovigen, die de
goddelijke Barmhartigheid nog niet kennen. Op de vijfde dag bidden we voor hen, die dwalen in het geloof. Op de zesde dag bidden we voor de kinderen en voor de zielen, die op hen gelijken. Op de zevende dag bidden we voor hen die de goddelijke Barmhartigheid vereren en die ijveren voor het vertrouwen in de goddelijke Barmhartigheid, opdat zij levende afbeeldingen worden van het Barmhartig Hart van Jezus. Op de achtste dag bidden we voor de arme zielen in het vagevuur opdat de stromen van Jezus' bloed hun lijden verzachten en verkorten. Op de negende dag bidden we voor alle zielen, die in staat van lauwheid verkeren en die onze Heer zo smartelijk deden lijden in de Hof van Getsemane.
En elke dag bidden we de Litanie ter ere van de Goddelijke Barmhartigheid. Aanbevolen wordt een speciale noveen, te houden van Goede Vrijdag tot zondag na Pasen om Gods' Barmhartigheid af te smeken. BESLUIT - De voorstelling van het Heilig Hart vereren zoals Jezus ze openbaarde aan Zuster Faustina en een onbeperkt vertrouwen stellen in het Heilig Hart, dat is de boodschap die de Heilige Zuster Faustina ons wil doorgeven. God is eindeloos barmhartig. Hij bedelt als het ware om een klein beetje openheid van onze kant, zodat hij zijn liefde bij ons kwijt kan.
TOT BESLUIT NABESTELLEN EERDER VERSCHENEN NUMMERS
Nr.7 sep '02: Amsterdam, San Damiano en Communie- en Vormselproject Nr.8 dec '02: Kirche aller Nationen en Trio Indien u toezending wenst van eerder valse zieners: 1 Little Pebble verschenen nummers dan kunt u dat Nr.9 mrt '03: Akita, Beauraing en Trio valse altijd doen door middel van een telezieners: 2 Domanski en J.v.d. Velden foontje of per brief of briefkaart aan het Nr.10 jun '03: Amsterdam, Mortsel/Bohan en secretariaat. Rue du Bac De belangrijkste artikelen in eerder verNr.11 sep '03: El Palmar de Troya en Zoete schenen nummers: Moeder van Den Bosch 47 ________________________________________________________________________ Nr.1 mrt '01: Medjugorje en Lourdes Nr.2 jun '01: Amsterdam 'De Vrouwe' en De Stille Omgang Nr.3 sep '01: Garabandal en Banneux Nr.4 dec '01: Vassula Ryden, La Salette Nr.5 mrt '02: Fatima, Don Gobbi en Valkenswaard Nr.6 jun '02: Berlicum, Debora, Harry Potter
AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004
Nr.12 dec '03: Bayside, De Opname en Paray-le-Monial Nr. 13 mrt '04: Maria Valtorta, Volendam en Lourdes
VOORUITBLIK NAAR HET VOLGENDE NUMMER In de september 2004 uitgave zal het hoofdartikel gewijd zijn aan Pater Pio.
WAAR KOMT HET GELD VAN DAAN VOOR DEZE NIEUWSBRIEF? Deze driemaandelijkse nieuwsbrief wordt gratis verspreid. De kosten voor ons blad zijn vrijwel uitsluitend de uitgaven voor het drukken en verzenden. Gelukkig wordt er ook veel pro Deo gedaan. Maar per jaargang (4 nummers) per adres kost ons dit toch nog ruim € 5,-. Stichting Vaak heeft op geen enkele andere wijze inkomsten dan die welke u als lezer ons doet toekomen. We zouden het zeer op prijs stellen, indien u als lezer ons door uw bijdrage in staat zou willen stellen om deze nieuwsbrief te blijven uitgeven.
Onze Stichting is aangemerkt als een instelling in de zin van artikel 24 lid 4 Successiewet 1956. Uw gift is derhalve onder bepaalde voorwaarden fiscaal aftrekbaar. U kunt Stichting VAAK ook ondersteunen door het doen van een schenking in de vorm van een eenmalige schenking dan wel een periodieke schenking. Ook is het mogelijk onze Stichting financieel te ondersteunen door in het testament een legaat of erfstelling toe te kennen. Een legaat betreft een bepaald omschreven geldbedrag. U kunt zich uiteraard laten adviseren door een terzake deskundige.
MEDEDELING VAN DE PENNINGMEESTER Het jaar 2003 sloten we af met een klein verlies en ook wij merken dat velen van u het met minder moeten doen. Gezien de steeds stijgende kosten verzoeken wij u om in dit jaar ietsje meer over te maken om het voortbestaan van deze Nieuwsbrief te verzekeren. In het bijzonder onze lezers in België zouden wij gaarne willen verzoeken een
kleine gift te overwegen. Onze Nieuwsbrief geniet toenemende belangstelling en voorziet duidelijk in een behoefte.
VERANTWOORDING Stichting Vaak staat niet noodzakelijkerwijs achter met bron vermelde berichten onder 'KORT NIEUWS'. Dergelijke berichten worden geplaatst omdat de redactie van mening is dat zij voor onze lezers interessant kunnen zijn.
TOEZENDING VAN ONZE NIEUWSBRIEF Indien u op toezending van deze nieuwsbrief geen prijs stelt, zouden wij u willen vragen om dit even aan de administratie door te geven. Dan wordt uw adres uit ons adressenbestand gehaald. Bij voorbaat dank voor de moeite. Voorts zouden wij het ten zeerste op prijs stellen, indien u aan de administratie adressen door zou willen geven van mensen die mogelijk geïnteresseerd zouden zijn in onze nieuwsbrief. Ook zij ontvangen dan gratis deze nieuwsbrief.
STICHTING VAAK
GIFTEN
VERSCHIJNINGEN / VERSCHIJNSELEN: ACTUALITEIT, AUTHENTICITEIT EN KEERZIJDE
TER ONDERSTEUNING
Hoofdredactie: Administratie: Homepage:
Pastoor Rudo Franken De Hove 1 6585 AN Mook tel. 024-6961390 e-mail:
[email protected] Kapittelweg 11 1216 HR Hilversum tel. 035-6214830 fax 084-2229575 e-mail:
[email protected] http://www.stichtingvaak.nl
Op 6 februari 2001 is deze Stichting notarieel opgericht. De Stichting stelt zich ten doel informatie te geven rond actuele buitennatuurlijke verschijningen en verschijnselen tegen de achtergrond van uitspraken van het ter zake bevoegde kerkelijke gezag. Deze informatie wordt verstrekt middels de uitgave van deze driemaandelijkse nieuwsbrief AVÉ met een oplage van ruim 2000 exemplaren en middels de uitgave of sponsoring van brochures en boeken, zo nodig ook buiten het eigen taalgebied. Het bisdom Roermond heeft op 26-8-1999 verklaard dat 'imprimatur' of 'nihil obstat' niet van toepassing zijn op publicaties over niet erkende verschijningen. "Totdat deze erkend zijn òf definitief verworpen, blijven zij een punt van meningsverschil, waar mensen vrijelijk over kunnen discussiëren, ook in de Kerk". (meer info: zie homepage) De stichting neemt als leidraad voor haar informatie de uitspraken van het terzake bevoegde kerkelijk gezag.
Uiterste datum voor inzending kopij: 1 feb., 1 mei, 1 aug., 1 nov., Deze nieuwsbrief mag gekopieerd en verder verspreid worden. Graag zelfs!
48
Deze Nieuwsbrief wordt u gratis toegezonden. Uw giften, donaties en schenkingen ter ondersteuning van ons werk zijn zeer welkom. Ze vormen de enige financiële basis van onze stichting. Lezers in Nederland en België kunnen daarvoor de bijgesloten acceptgirokaart gebruiken. Uw gift is fiscaal aftrekbaar. Voor Nederland: bankrekening nr. 11.86.11.828 t.n.v. Stichting VAAK Hilversum Voor België: bankrekening nr. 235-0148272-68 t.n.v. Stichting VAAK Hilversum Stichting Vaak is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nr. 32084368 en gerangschikt als een instelling zoals bedoeld in artikel 24 lid 4 Successiewet 1956 ISSN 1568-9735
________________________________________________________________________ AVÉ Nieuwsbrief over Actuele Verschijningen juni 2004