Zwanenzang in stroomdal
Aa:
een
van
weidevogels
van
de Drentsche
reconstructie Willem
Eens
een
weidevogelrijke
vrijwel
hieraan debet, verdwenen de beekdal
In
van
vergelijken
beeld
voorjaar heide, en te
SOVON in
gekarteerd
met
van
oude
en
en
1964
wel
om
op
opdracht
van
broedvogels.
nieuwe
het
momenteel
het boerenland is
zijn geconserveerd,
het
beschrijft
Staatsbosbeheer
Dit
was een
karteringen
een eeuw
schrijft hij
dat de Tureluur
algemeen
van
in zekere zin
een
leeglopen
van
het
om
dat
de
plaatselijk
te noemen.
Wel
Roodborsttapuit (1 waarneming)
In
lijkt.
Wulp weinig
voorkwam.
was
en
oud
het
het hele stroomdal
bijna
de
goede gelegenheid om
zodoende
een
historisch
van
gegevens
beeld
van
de
natuurgebied te krijgen.
inventarisaties uit het Drentsche
dat inmiddels
van
Dit artikel
broedvogelaantallen in
Veldbeschrijvingen een
intensivering
gebieden die
weidevogels.
1998 werd door
ontwikkeling
ook in
Drenthe
de Drentsche Aa.
de Drentsche Aa te
maar
moet
provincie,
zonder doen. Niet alleen de
Manen
van
De
Paapje
ontbrak de
Aa-gebied
een
verslag
voorkwam
uit de
van
de
in
jaren zestig
Sjoerd
beekdalen,
overige weidevogels
allesbehalve
Grauwe
schetsen
Braaksma in het
waren
meer
algemeen (6 plekken),
Klauwier
Foto
van
van
op
de
vermoedelijk
wellicht, want
evenals
wordt niet
1: Geïnundeerd beekdal
de Drentsche Aa ter
Schipborg:
(Willem
van
Inundated
22
hoogte
januari 2008
Manen).
valley of the
Drentsche Aa at
Schipborg.
genoemd.Indrukwekkender zijn maar er
wellicht
het
uit het
afkomstig de
boven
jagend
en
nestelde
Nijeboer (1965) Grote
beekdal, en
Taarlo
tussen
het
de
een
noemde
Veen,
vrij algemeen in
Kuifleeuwerik
het
De
het beekdal
van
Kampsheide,
paren
laatste
ikzelf
waar
op
Gele Kwikstaart
Voorste
ook de eerste kwantitatieve
vogels
3 in
in
en
voorkwamen,
ven
bij Zeegse
ongetwijfeld
waren
vond nog nesten
Ballooërveld,
de
broedvogel Spotvogel
het eind
aan
van
het Voorste Veen
wat
betreft
in
vrij
aantal,
groot
het
gebied uit,
weidevogels is
er een
die
bij
als
voerde
beginpunt
verschil
van
een
het hele
Nijeboer
geldt
wereld
hoorde in
Patrijs algemeen
en
de Drentsche Aa.
dorpen langs
weidevogelinventarisatie in
de reeksen in dit verhaal. Voor
van
nog
(4
Loon).
en
Loon,
en
zaten
de randen
langs
Sterns
Roerdomp.
van een
noemt
Zwarte
Taarlo
bij
Korhoenders
in
Karekiet
beekdal
ven
jaren zeventig.
Gasteren
de soorten die
foerageerden, zoals
tussen
toen en nu.
Gebied
Het stroomdal Het
de Drentsche
van
zuid
water stroomt van
hoogte van Hooghalen
naar
Aa
Meer. Het verval
Het
1998 werd
dat
gebied
grasland, met een
relatief
houtwallen van
riet
Rond
en
in
van
3399
ha
en
karakter
daar
jaar
Kwelstromen
Met de
werd
gehooid.
te
of
bosje
het hele
is in de
gevoedmet intact,
omdat de
was
maar al
van
de beekdalen
als
de
rond
delen
(Figuur 1b)
voor
de
de
Amen-Assen
deel
en
een
deel
van
landbouw, maar
Drentse
1965-95
het
is
Grote
delen
Vogels
21 (2007
van
de
de hel van
bij Ekehaar,
hier
de
rond
identiek
landschap
door opslag
hoger gelegen
nog
bij
ervoor
aan
Het is
en
hebben
en de meest arme
gegraven
dat door
was
weiland, veranderde
plaatsgevonden
het
een
en
bij
vanaf
stroomgebied van
groot
deel
om
ook natte
van
het
De
De Punt. Met
door delen
te
gevoed,
verrijking Het
niet
het
de
met
gebruik
wezenlijk.
begin
van
Drentsche
eigenlijke
alles daaromheen werd
Anderen).
huidige.
landbouwgebied.Dit proces
aannemelijk
daar als
wegslepen, maar
en
het
dat kwelstromen minder werden
de beek zelf verbeterd
Rolde
Assen
kweldruk
nauwelijks
het de moeite de
1900,loonde
afwateringsysteem
1960 werd
gebied dus oppervlakkig
systeem
het
ongeveer
van
afwatering
het
vrijwel
te zettenin
om
een
In 1964 kon Staatsbosbeheer
het Noordwillemskanaal
Van
afwatering zorgde
vanaf
poorten
Bovendien werd
was
De
van
Drenthe
van
1950waren de meesteheidevelden ontgonnen
vergelijkbare ingrepen
pas
ingrijpend veranderd.
een
typen
gelardeerd met
en
decennia verminderd
1900 al
vankunstmest
voedselrijkere
hooiland, en mogelijk
maar
heeft
heeft het
besloten
landbouw,het aflopende water geleidelijk voedselrijker werd.
of
Ruilverkavelingen de 20ste eeuw,
de
algemeen
meer
delen
hogere
rond
dat versterkte wellicht de winterinundatie.
voedingsstoffen uit
uitstroomt in
m.
De beekdalen bestonden uit grasland,datvermoedelijkeenmaal
betaalbaar worden
productiefte maken.
maar
15
het beekdal
voedselarm water, dat afwaterde
grondenaangeplant met bos.Tegelijkertijd werd delen
afgelopen
van
bovenloop ter
en
bestaat uit verschillende
In het
is het
en
ongeveer
uitmaakt
gebied
moerasje.
breed is
verlaat
provincie
bedraagt
onderdeel
en
slootjespatroon
ontginnenen
ging eerst langzaam,
een
openheid
waren
Het
uitvinding en het
heidevelden
eind
in Noord-Drenthe.
25 km af vanaf de
de dwarssloten.
oppervlakte-afwatering kenden. per
de beek de
begin tot
het beekdal
waar
1900 werd het beekdal
heidevelden.
hemelsbreed
van
gekarteerd
het smal is. De
waar
wilgen langs
omvangrijk beekdalsysteem
legt
(Figuur la). Vrijwel
slechts hier
open
een
en
Glimmen,waar
tot aan
het Paterswoldsche
oppervlakte
is
noord
diep
Aa
stroomdal ontwaterd.
kanaliseren
(traject
afwateringen werd aangesloten op de
beschermd
aankoop
tegen
de
door
Staatsbosbeheer
intensiveringsgolf
in
de
dat allerminst.
verder
afgenomen
en
komen
gebied zijn dientengevolge verdroogd
winterinundaties
en
verzuurd.
In het
minder
voor.
reservaat van
25
Staatsbosbeheer desondanks de
van
Rond
werd het traditionele
werd
het
systeem
verdrogende laagveenbodem 1985 kwam de
aspectbepalend
in
uitbreiding
vrijwel
Als reactie werd vanaf
afgegraven.
alle
dit
kwel
De
worden
en voor
in
de
gebracht.
dit artikel
periode is
Het is
ontwikkeling
Figuur 1 (a)(links).
liggingvan enkele
afname
nog
van
de
Ligging
van
in de tekst
(zwart). Het grootste
deel
van
het
pitrus,
het beekdal
uit de lucht.
waren
lang
1960s.
26
(b)
areas
van een
dit
van
op
weidevogels
nat, voedselarm
het onderzochte deel
en
hele
rus
reservaat).
gemineraliseerde toplaag
termijn
en
daar
soms
zelfs
tot
de waterstand
effect heeft
voor
van
beslaat de
gebied
that have been
Staatsbosbeheer,
het stroomdal
aan
van de
nature
kwel
en
op
some
jaar.
de
In die
bloemrijke
Drentsche Aa
van
of the
en
de
Staatsbosbeheer
de ruilverkavelingen,
preserved during
a
laatste 42
met veel
(b) percelen in eigendom
deze percelen is ontsnapt
in black
presently managed by
de
niet overal
aangekocht, kon
Situation of the studied part of the valley of the Drentsche Aa with
in the text and
ruigtevormende
toegevoegd (het
reservaat
maar
onduidelijk wat
gehouden, maar
door mineralisatie
vegetatie.
genoemdeplaatsen
van
in stand
momenteel is deze
en
geen mest wordt
van
gepresenteerde meetreeks
het beekdal veranderd
op gang
waar
(hooien)
voedselarm, vermoedelijk
stikstofdepositie
pitrus
van
afvoeren
en
minder
1995 in delen
tot
toename. Nadat grotere eenheden
omhoog
en
van
percelen
ongeveer
Lokaal leidde
maaien
ook hier
(a)
villages mentioned
land reform projects in the late
conservation
organisation.
Drentse Vogels
21 (2007)
Figuur de
2.
Stroomdal
van
Drentsche
Aa
bij
kavelstructuur
vrijwel ongewijzigde
in
Loon in het
1896
(links)
geconserveerde
rond
en
deel
1986 het
van
(rechts).
Let op
beekdal
(Bron:
Topografische Dienst, Emmen). Valley
of the Drensche Aa of ditches in the
structure
graslanden in door
mate
Loon in 1896
(left)
werd
het
and in
Notice
1986.
the
largely unchanged
part.
verdroogd gebied met weinig
pitrus. Destijds
toenemende het
een
near
preserved
gebied
door wandelaars
op
kwel
vooral ’s
de
en een
zomers
onlangs,
vegetatie die
gebruikt
in het kader
door
van
wordt lokale
gedomineerd boeren,
het Nationaal
en
Park,
in
door
gebied aangelegdewandelpaden.
Werkwijze De
inventarisatie in
(Rolderdiep), Arjen en
Willem
Van
en
van
1998
door
juni uitgevoerd
Manen
materiaal Vooral
en
in
weergegeven
Drentse Vogels
21
karteringen
in
de
is
Hans
met
vijf
bezoeken
Hasper (midden), deel
Ben
in
april-
van
Os
Amerdiep (KNNV Assen)
Figuur
in het verleden
erg
was
de
divers. Hieronder
werkwijze
volgt
een
vaak
minder uniform
beknopte
weergave
van
gebruikte bronnen.
beginperiode zijn
(2007)
karteringsmethode
(Andersche diep), Geelbroek
het materiaal
opgegeven in
de
(overige zuidelijk deel).Waarnemingen werden geïnterpreteerd volgens de
werkwijze
de
betreffen de
van
volgens
Jager (noordelijk deel),
de Vroome
Dijk (2004). Bij
de kwaliteit
werd
Klaas
aantallen
doorgaans weinig
minima. Het
bezoeken
aantal hectares dat
gebracht per
jaar
en
vermoedelijk
werd onderzocht is
3.
27
Figuur Annual
3.
Jaarlijkse steekproefgrootte van
sample
1965
1965).
(Nijeboer
sommige (Bosch
8c
april
en
(Hoekstra
en
20 mei
werden
deel
telling tussen van
16
Rolderdiep
bijna
hele
8c Lammerts in: Hendrikse et al.
Diep (ongeveer 300 ha). basis
van
Territoria werden
(Geert
de
werd
ha)
(eigendommen terreinen
meeste
lx,
de
Andersche
Diep
gebied.
Twee
bezoeken
tussen
1979). Rolderdiep
op
tenminste 3-4
basis
van
(ongeveer
450
ha).
noordelijk
en
deel
Zes bezoeken eind maart-half mei. Territoria
waarnemingen op
tenminste
Vries, ongepubliceerd). Gebied
Oudemolen
hele
en
22 mei.
en
(Hendrikse et al. 1979). Rolderdiep en noordelijkdeel ha).
2000
(ongeveer
begin juni.
gehonoreerd op
1982
april
Kampf 1973). Zuidelijk 400 ha. Eén
Andersche
1978
22
(Provincie Drenthe). Kartering eind
stroomgebied
2x bezocht.
(ongeveer
1977
Aa.
de delen die later niet werden verkaveld
Staatsbosbeheer).Tussen
1975-76
in de Drentsche
karteringen
hele
Vrijwel
geïnventariseerd,vooral
1973
de
size of mapping in the Drentsche Aa.
twee
plek.
Diep (ongeveer
300
waarnemingen gehonoreerd.
tussen oude
Er werden
dezelfde
Andersche
spoorlijn
Assen-Rolde
30 bezoeken
gebracht.
hele
elk
en
1982,1985, 1988,1989
(Provincie Drenthe). Kartering van vrijwel bezoeken
1968-78
van
half maart-half
(Gezienus Vos, Staatsbosbeheer, ongepubliceerd).Jaarlijks Geelbroek
deelgebiedjes bij onbekende 1984-heden
methode.
(aanvankelijk (c.
150
Ernst
ha) volgens
(KNNV). Amerbrugje,
(Arjen
1992-97-
2002-2007
(Willem
Manen).
van
werkwijze
(Bert Dijkstra,
een
deel,
3-4
wisselend
later KNNV
en
werden verschillende
ongeveer
200
ha) volgens
onduidelijk.
Assen).
Proefvlak
bij
Geelbroek
volgens BMP.
Geelbroek Gebied
,
180 ha
150ha tussen
volgens BMP.
volgens BMP. Deurze
en
Taarloo
(450
ha),
1998.
Hans
Steendam, Berry Willen
bij
jaar
(SOVON)-werkwijze.
55 ha
Veld
Alblas,
zijn
Vroome, Staatsbosbeheer).
(KNNV). Lage
zie
8c
Oik, Els
Simon
Olk,
hele
Yzaak
de
Vries,
Heijman, Sjoerd Boonstra,
Laning, Vogelwerkgroep
Drewes). Vrijwel 28
Oosterveld,
BMP
1986-
de
geïnventariseerd (samen
De resultaten
1987-
1988-
gebied,
juli.
KNNV
Assen,
gebied, exclusief Rolderdiep,
zie
Bertus
Reinier Peter
Klomp
werkwijze
Harold
Bats,
Heijs,
Wilfred
en
Remco
1998.
Drentse
Vogels
21 (2007)
trend
Berekening Van
alle
alle
van
dat in
jaren
verder
hij
reële
van
het
jaar
opgeteld 100
op
berekend.
Het
trendgrafieken is uitgegaan
In de
aantal
de
is
steekproef
vogelparen
klein.
erg
betrouwbaar
meer
voor
voor
aantal
het hele
bij Watersnip, Wulp
naarmate
om een
gebied.
verwijderd
Tureluur
en
de
voor
indexwaarden
het referentieaantal
jaar plus
1998.
voor
telkens
maar
aantal
aantallen
die,
1998. De
uit de reeksen
Jaren zijn
de
uitgaande trend
een
wordt,
telling in
de
aantallen
naar
daarvan
om
ook het
jaar zijn
corresponderende
dus niet
van
het betreffende
voor
Dit komt
bedroeg.
Voor ieder
wanneer
1998
van
dan
bij
Kievit
Grutto.
reeks
sterk
Scholekster
(oplopend zelfs van
de
hier
gaat
Steeds is
bekend.
vervolgens
is
en
startpunt verwijderd raakt, minder
inzichten
Telmethode, telinspanning en persoonlijke de
ook het
en
gesteld,
jaren zijn vervolgens omgerekend
15
aantal
een
gebiedje is aangetroffen.
elkaar
1998
van
sommige jaren
opgetelde
minder dan en
in hetzelfde
indexwaarde
een
de andere
Voor het
aantal
vergelijking.
voor
elk beschikbaar
voor
1998
getelde gebiedjes bij
Telkens is het andere
is
gebiedjes
berekend
hebben
heeft
in die
dit
beïnvloed.
volgorde)
de invloed
kan
en
De
Wulp.
invloed
van
telbare
deze
van
soorten
de
waarnemer
als
kan
en
de
van
de telfout
de
warrige beelden
soorten
zijn
vooral
ter
dan
ook
kunnen
Grutto
Kievit,
gehad. Bij Tureluur, Wulp
groot zijn
dit de oorzaak
trends
of kwaliteiten
makkelijker
vermoedelijk weinig
overvleugelen. Vermoedelijk is
Watersnip
de
Bij
en
Watersnip
en
aantalsverandering
in het
aantalsverloop
onbetrouwbaar, ongeacht
steekproefgrootte.
De
in
de
figuren
de meest
voor
trendlijnen zijn
weergegeven
simpele lijn, tenzij
een
Steeds
verduidelijking.
substantieel informatie
complexere lijn
gekozen
is
toevoegde.
Resultaten
Scholekster
Aanvankelijk eeuw
een
een
in Drenthe
hoogtepunt in
neergang
de
te maken
Meer
omgeving.
snel
de
pijlsnelle
Anderzijds
van
de
ook
reservaatgedeeltevan
meeste, reeds
piektijd zijn
Drentse
een
Vogels 21 (2007)
dat het
binnenland
van
de
een
viel
er
meer over
aan
de
zijn toegenomen. Voeg daarbij van
Manen
van
op
en
dat de
de
naaste
de
voor
Waddenzee binnen de
lopen
de kust
vorige
plotselinge
vormde
in te
de
bereikten
die in de
met
mosselbanken
weinig
6c
of
overloopgebied
natuurlijke
(Piersma 2006)
decennia
aannemelijk
gebied zelf
binnenlandpopulatie overwintert
verpitrussing in
het
korte
een
delen
paren
factor
jaar begint
vegetaties
het beekdal. Dit is
nog ongeveer
Het is niet het
eerste
liepen geleidelijk
en
ook
onder
geringe reproductie
van
1995, Dijkstra 2005),
en
onbegrijpelijk.
voorkeur
350
aantallen
onderzoeksgebied (Ottens
vroeg
verruigde,
ongeveer
dat er
het
de
dat
De
jaren tachtig.
wegvagen
De
jaren negentig
de Scholekster
is
sterfte
afname is niet
kan
de
1990
en
zal de
en om
lang groeiseizoen, loop
het
populatie.
broedvogels
Scholeksters in
van
1982).
gehad met veranderingen in
Na
1989
van
Os
van
waarschijnlijk
afnemende
“onze”
6c
loop
heeft
scholeksterpopulatie. in de winters
de Scholekster zich in de
kustvogel, vestigde (van Dijk
aan
van
de
te
in het
reservaat
belang zijn
laat
eindigt.
voor
onbezet
Scholeksters territorium
zijn
schaarser
verspreiding in het
Pitrus
geweest.
Daardoor
voorjaar steeds
zien in de
dag legde
het
van
en
1998
kent
vooral
geworden in
Vermoedelijk
gehouden in
de het
(Figuur 4), waarbij
regulier agrarische landschap waren.
een
in
hebben
het onderzochte
en
er
in
de de
gebied. Nu
30.
29
Figuur
4.
Verspreiding
aantalsverloop Drentsche
in 1998
(N=79)
Scholekster
van
in
reservaat is
grijs,
en
van
de
stroomdal
het
Aa.
Distribution in
Drentsche Aa
1998
(grey
(N=79) nature
=
and
trend of
Oystercatcher
in
rserve).
Kievit
Mogelijk maakten nog niet
mogelijk
het beekdal
niet
nog
Vermoedelijk
riet
en
nu
in het
Figuur
5.
en
was
zo
Verspreiding
Kievit in het stroomdal
study
30
area
1998
(grey
-
na
natte
er
de
In de
het er
achteruitgang
verdwijnen
is,
in
gebied
was
In de
hebben
(N=206)
en
het
werden.
droger
beheer
heeft
de
aantalsverloop
nu
er
als
van
soort.
recente
en
hun
2002).
400-450
nog ongeveer
lot
het reservaat
6c Dijkstra
ongeveer
verder
verruiging met
waarschijnlijk
(van Dijk
zullen
Kievit, net
landbouw
agrarisch gebruikte percelen
gebroed, waarvan er
and trend of
dat de
De
opener
gebleven delen
was voor
moment
piekperiode
=
de intact
waren
in Zuidwest-Drenthe
de Drentsche Aa (grijs
(N=206)
nature
geval
op
kleinschalig
verschil tussen
is niet bekend.
1998
van
van
en
landschap
de landbouwmethodes
onder leden. Bovendien is de
gebied geschikt
in
die het
jaren zeventig waren
ernstig
waardoor het hele
weinig
ruilverkavelingen,
situaties. Daarnaast
natuurreservatenschraler
zoals wel het
nog
toe
geschikter.
dat Kieviten
verruigd,
onderzochte
Distribution in
daar
structurele
de
1998
beekdal,
dat laatste
niet
wilg
en
In
bezegeld.
Kievit
en
afhankelijk van
zette
intensiveerde
in het
licht in aantal
hier
dusdanig intensief
Scholekster,
pitrus,
de Kievit
nam
en
Of
paren
75 resteren.
van
reservaat).
Lapwing
in the
reserve). Drentse Vogels
21 (2007)
Kemphaan Voor
1965
Nijeboer
noemt
Westerlanden
bij
Glimmen.
Vos meldt in Geelbroek in niet
De
meer.
soort om
te
1968
zeven en
houdt
Kemphaan
baltsplaats
een
nog
verdwijnen toen de
van
70
met
hetzelfde
Hij geeft voor
1970 acht
in
ingrijpende
mannetjes
gebied
80
en
vrouwtjes
broedgevallen, maar
winterinundaties
daarna
(1971-78)
daarmee
en was
de
in
Gezinus
broedgevallen op.
twee
de
eerste
waterafvoer werd verbeterd.
Watersnip de
Bij
Watersnip zijn
teller-invloeden Een
deel
is,
maar
de
jaarlijks gevonden
werkwijze
de trend
van
zichtbaar
en
lijkt vrij
ook dat is
(34) Watersnippen geteld hetzelfde
in
werden hoe in
gebied niet
Figuur
gemiddeld zeer lage
de waarden uit die
in
Watersnip
1998
paar
de dataset is, die
blijkt
moeten tot een
dat
op
vastgesteld, ten
de
kartering
noorden
4-6. In het
van
het
aan
omdat in
te
er een
het
aan
en
Dit
enigszins
in
namelijk
In 2003-06
2003-06.
nog
onderhevig
aan
Figuur
4.
vrij duidelijk patroon
1998 werden
Tynaarlo.
21-32 in
tegen
sterk
aantalsverloop
gebied tussen Oudemolen
grondslag ligt
intensiteit van de bezoeken tot het
langere termijn
de soort
zeer
kwam
Taarlo
veel
men
in
daarentegen
geeft enigszins stabiel
ogende
aan
beeld
is
uitsluitend
niet ondenkbaar
kan
maken hebben met de
begin van de jaren tachtig zijn
dan de later verzamelde. Het is daarom
afgenomen. voorkwam
aanzienlijke areaalinkrimping
overigens
van
ten
tijd vrijwel zeker lager
Het is te
deel
waarschijnlijk
(1988-2006)
schijn. Tijdens
in het
aantallen
geloof te hechten
6.
Gezien de
dat de
3
veel
betrouwbaar
verder dan
1998 slechts
instabiel
om
voor
dat de afname
in
de
van
vemattingen uiteraard
Dit
temeer
reservaatgebied. soort
de
waarschijnlijk
omdat uit de
hebben
De
verspreiding
ruilverkavelingen
geleid.
Watersnip recentelijk stagneerde.
met de tolerantie
van
Dit
de soort ten aanzien
vermiging.
Figuur
6.
Verspreiding in
in het stroomdal Distribution in the
study
Drentse Vogels
van
in
area
21 (2007)
1998
(N=97) en aantalsverloopvan Watersnip
de Drentsche Aa
1998
(grey
(N=97), =
nature
and
(reservaat numbers
is of
grijs). Common
Snipe
resen/e).
31
Tureluur De Tureluur
hoe
is
waarschijnlijk
een toename
suggereert
en waarom van
overeenkomst
Beide
vinden
voorkwamen, die
van
de
toe-
Nederland
in
jaren zeventig
en
zijn onduidelijk,
zonder
Kievit,
in het
beekdal. Het
tachtig, gevolgd
maar
hun
in
optimum
door
aantalsverloop afname. Het
een
de trend vertoont
duideüjke voorkeur.
een
waarmee
de
1998
Tureluur in het stroomdal
In zekere
een
verrassende
(N=43)
en
de
in het
De
reservaat
verspreiding overeen
met
vormt.
aantalsverloop van
de Drentsche
van
zin komt
milieus.
zoute
agrarisch gebied als
broedassociatie
soort soms een
begroeide
spaarzaam
1998 laat zien dat Tureluurs toen zowel in
Figuur 7. Verspreiding in
is
afname
en
algemeen geweest
erg de
de Scholekster.
met
verspreiding in
de
nooit
gedurende
Aa
(reservaat
grijs).
Distribution in 1998
study
(grey
area
(N=43)
nature
=
and numbers of Redshank in the
reserve).
Grutto In 1965 alleen
was
paren per in
1965,
100 ha
zoals de
nauwelijks
voor
trend toont te
de Grutto
ontbrekend
geven
een
in
en
met
lokaal werd 25
in
de
open
in
afname
32
delen.
paar/100 7
afname
vertraagde
beginperiode
1998 laat
reservaatdelen.
huidige ontwikkelingen
paren
op
de
meest
ha
in
en
van exact
klein is
is
niet
6%
per
om
korte
2006 is
de
de
achteruitgang
aannemelijk,
j aar, waarbij
dit
het beekdal,
gebied bedroeg al
omdat
toen
er
wel
met
moet
er
geen
worden
nog
zekerheid
te
periodes zijn
niet
groter
dan
25
aan
aangetekend dat
zeggen).
regulier agrarisch gebied zien
populatie
17
gaande was
gebied hadden plaatsgevonden. De
(waarbij
enkele concentraties in
Anno
erg
rond het
het hele
over
gehaald. Dat
ofversnelde te
talrijke weidevogelsoort in
De dichtheid
suggereert,
nadelige ingrepen
rekenkundige
waarin de
verspreiding
600
trendlijn in Figuur
Grutto’s
het aantal waarden in de
De
ongeveer
de meest besloten
paren
en
en
zal
enkele
bij
de
termijn verdwijnen.
Drentse
Vogels 21 (2007)
8.
Figuur
in
Verspreiding
Grutto in het stroomdal Distribution
in
Godwitin the
van
1998
study
1998
and
(N=98)
area
(N=98)
aantalsverloop
en
de Drentsche Aa (reservaat
(grey
=
nature
numbers
is
of
van
grijs). Black-tailed
reserve).
Wulp Vermoedelijk hebben Wulpen in
toenemende
de
heideontginning
veranderingen 8
Figuur
lijkt sprake
Het
gestaakt,
resterende van een
te
zijn.
worden
waardoor deze
oud,
1998 is
beekdal
zodat
goed
en
dat
van
Distribution in
(grey
=
Drentse Vogels
de
trek
aanpalende van
waardoor
heide
deze
als
lichte toename tot ongeveer
grote sprongen
moeilijk zijn
jaar
van
te tellen.
en
tot
naar
beekdal
te
zien dat
vrijwel
alle
nauwelijks
Wulpen in
de Drentsche 1998
(N=61)
wordt
het
en
gebroed
reservaat
is de stand
heeft
zelf
in
verdwenen. zich
voort
broedplaats ongeschikt
1990, maar
jaar,
Wulpen
foerageergebied en zijn
heidevelden
zijn
ze er
Nadat
vanwege werd. In
het materiaal is te divers
mogelijk
te maken
trouw
stabiel.
met
aan
plotselinge aantalsveranderingenonwaarschijnlijk zijn.
Figuur 9. Verspreiding in 1998 (N=61, stroomdal
zette
heide,
als
altijd gebruikt
naarmate de
In feite is het beeld diffuus
onduidelijke beeld, met
Wulpen,
de beekdalen
broeden
gaan
was
de
in
hiervan zeker
om
in
mate
de
het
Aan de
agrarisch gebruikte
gedragvan
broedplaats
en
verspreiding
delen
van
het
zitten.
aantalsverloop
van
Wulp in het
Aa) (reservaat is grijs). and numbers of Curlew in the
study
area
nature reserve).
21 (2007)
33
Discussie
afgelopen
In de in het
beekdal de
in
voor
werd
Zolang
hebben
dus uit bos,
dat
de
zodra de
en
iets
op
werd
men
en
is
nog
voordat
werden
ontginning, die
konden
de
door
worden. Korte
niet
de
dynamiek
van
het
water
gebied waren verdwenen, was of verdwenen:
van
dat die
te
Drenthe
leidde
leefgebied
verwijderen.
durven stellen
Het
is
het
er
hun
wil
met
oppervlaktewater mogelijk hoegenaamd verleden tijd hoger gelegengronden
dus
logisch dat,
bijzondere vegetaties
en
zich in dit stabiliserende
de
ondanks
weidevogels verdrogende
en
tussen natuur en
Drentsche
Aa-gebied
Drenthe
weer te
tot
lijkt
de
voor
de
cultuur
Tureluur
meeste
beekdalen
waar
Watersnip
uit het
Wulp.
en
een
De
weidevogelsoorten
worden beheerd
toont
in het
laatste
decennium
vernatten.Daardoor
is
er
maakt het
nu
wel
terugkeer van bloemrijke graslanden
erop
Het
populaties
weidevogels. Achtereenvolgens namen
de
met
ooit levensvatbare
soorten
te
op
dynamiek. Pas
minder
met
een
negatief beeld
geval is.
kennelijk
dat alleen
spanningsveld
wellicht de
de
spanningsveld
gebeurd
niet
af te
dat iedere
gewilde kwetsbare gradiënten oplevert,
het
het
en
gebieden in
omringend terrein
het beekdal
overigens
dit
van
Achteraf is het
beide laatste
van
het snel
is in het
dan in andere
van
mogelijk om
van
heerste
omdat het water van de
hebben
doelstelling (van Dijk 2003). Alleen
rest van
Aankopen
afvoer
habitat in de
gaan.
Kemphaan, Grutto, Watersnip, Kievit, Scholekster,
weidevogels
gegaan
dan in de
tijd
dat zich
aannemelijk
Toen
botanische
kweldruk,
Staatsbosbeheer,
gebied hebben opgehouden.
sneller
snelle
de
van
omvormden tot
de beekdalen
om
machines),
ook wel
loop
oorspronkelijke
kan
de situatie. Winterinundaties werden
in het
afname
gang
de
in
pas
weidevogels gehandhaafd en zelfs gevestigd (Scholekster, mogelijk Tureluur).
overigens
af,
zijn
jaar weidevogels
de beekdalen
mensen
begrensd
van zware
inzijging kon plaatsvinden.
conservering
niet behouden
milieu
en
op
langere termijn verdween
afgevoerd
aankoop
greep
natuur
500
waarschijnlijk
dat
oerbos,
bestaat het
weidevogels.Eigenlijk
mogelijkheden
bebossing, ruilverkaveling
dat
laatste
kwam
Watersnip
zeiknat
met
leggen (door geldgebrek en bij afwezigheid
maakten, kreeg
De
gebroed.
volstonden
terugkeert
in hun
de boeren
alleen in de
waarschijnlijk
Aa
gekapt (Waterbolk 1986).Met
zich andere
grasland vestigden beekdalen
jaar
de Drentsche
dat beekdalen
tijd
middeleeuwen
10.000
van
als het heel
tussennatuur en
dwingen
vorm
maar
lang
van
door
controle
integendeel leidt
economisch
heel
cultuur kan omkeren
en
met
ten
voor
weer meer
weidevogels. Herscheppen
zwaar
materieel
of beheer tot
erg
Staatsbosbeheer
dynamiek, zonder
per
bouwvoren
definitie
éénvormigheid. Ik slecht
gunste
gaat
van
met
niet de
zou
zelfs
Nederland,
natuur. En
daarmee
weidevogels.
Foto 2.
Drie-legsel
grote pot pitrus.
bij
Taarlo,
van
Wulp in
Drentsche Aa
14 mei 2004. Bert
Dijkstra.
Clutch with three eggs of Curlew in soft rush.
Summary: Lamenting the of the Drentsche
Aa:
meadow birds in
introduced several thousands of in Drenthe
were
the
valley
farming
was
primeval
forests
into heaths. In river
valleys
years ago,
quickly converted
the river
After
reconstruction.
a
Literatuur
Bosch J.G. & KampfH. De consequenties
place
as
late
as
betekenis
the 20th century', meadows must have been
species
of meadow of
introduction
birds.
arable land and forests. for
the
that
species
some
and
breeding habitat.
beginning ofthe about
complained
hay production the
During
or
last
surrounding
Early
artificial
this
experienced However,
end.
paradise
for many
20th century, with turned
were
have been
may
same
the into
profitable
in food
increase
an
the
a
heaths
fertilisers,
Initially,
supply
also heralded
process
for
farmland
ofthe Drentsche Aa
toowet
for
reforms, mainly during 1960-75,
the
was
Diep.
en
Cultuurtechnische School, Arnhem.
Dijk A.J. 2003. Trends
van
met
weidevogels
in
steekproefgebieden in
gebied
van
van
behulp
agrarisch
Drenthe 1970-2001.
Rapport Provincie Drenthe.
until 1970 farmers still
Nevertheless,
grazing
land
het Andersche
van
Rapport Hogere Bosbouw-
van
parts
de natuurwetenschappelijke
times. Till well into
medieval
in the
1973. de
ruilverkavelingswerkzaamheden voor
deforestation took
van
being
Dijk A.J. & Dijkstra B. 2000.
Heeft de Grutto Limosa limosa in Drenthe toekomst? Drentse Vogels
cattle.
converted
into
the
large
present
13: 10-26.
DijkA.J. & Dijkstra B. 2002. De
van
Kievit Vanellus vanellus in Drenthe:
fields with
draining systems
of
up
the river
valley could
in these
parts the structure of the
untouched not
be
(Fig. 2).
preserved
avifaunal
diversity
be saved
The
and was
to two
by the
State
meters
Part of
deep.
Forestry (Fig. 1), and
landscape largely remained could
hydrological system, however,
consequendy
the
botanical
high
and
in
landschap.
Drentse vogels 16:
reconstruct
available back
to
24-41.
van
deKievit Vanellus vanellus en
Scholekster Haematopus
lost.
decades
the meadow bird trends for the past 40 years,
quantitative data
were
used,
1965. Sample size fluctuated
the oldest
and
source
considerably over
(Fig. 3), only recendy covering
Also, methodology
area.
intensity
more
all'
dating
the
past
than half of the
of fieldwork
showed
perhaps
Black-tailed
towards
drainage, or
of
formerly
wet
Others
Godwit). at
first
grasslands,
even
like
were
profited
1965
tolerant
more
from
(Ruff,
desiccation
Waring G.
top
Oystercatcher. layer
with
Continued
Lapwing, Curlew, drainage
Redshank
heavy machinery
led
to
and removal
1985.
adjoining even
Presently,
farmland
disappeared.
meadow bird
have declined
to
op
van
de weidevogel-
het Rolderdiep.
Rapport
Rijksuniversiteit Groningen, Haren. Nijeboer B.G.
1965
Weidevogelinventarisatie in het Landschapsreservaat
of the
Drentsche Aa’. Rapport
Staatsbosbeheer, Assen.
invasion of bull
species
Oosterveld E. &
bodemfaunastand in het beekdal
rush Ottens H.J. &
since
gebied
1979. De invloed
ruilverkaveling
'De
and
ostralegus
sub-urbaan
26-37.
Hendrikse K.,
van
species probably were already in declining by
en
bij Assen. Drentse Vogels 19:
en
wide variations. Some
een
Dijkstra B. 2005. Het broedsucces
in agrarisch
To
veranderend
Buitelingen
in both
historically
reserve
van
Manen W.
and 1995.
low
levels,
or
Uitkomstsucces
Vanellus
vanellus
en
van
Haematopus ostralegus West.
Kievit
Scholekster in Loon-
Drentse Vogels 8; 21-25.
Piersma samen
T. 2006. Waarom Nonnetjes klaarkomen
en
andere
wonderen van het Wad. KNNV
Uitgeverij, Utrecht.
WaterbolkH.T.
Heringa
et
1986.
Archeologie. In:
al. (red.) Geschiedenis
van
Drenthe. Provinciaal
van
Drenthe. Assen.
bestuur
Adres:
Talmastraat 112, 9406 KN Assen.
[email protected]
Drentse
Vogels 21 (2007)
35