ZELFSTANDIG ACADEMISCH PERSONEEL ZAP-TRACK REGLEMENT
Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van de UHasselt op 08.10.2013 (doc. 134/10/03) Wijzigingen goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 01.07.2014 (doc. 134/10/20)
2. 1.
Juridisch kader U
De Raad van Bestuur keurde – conform art. 85 van het integratiedecreet d.d. 13.07.2012 - op 11.03.2013 het inschalingsreglement voor ZAP voor docenten van de integratie goed (doc. 123/10/08). Binnen dit reglement werd een ZAP-track (naar analogie met de tenure track) gecreëerd. Dit ZAP-track is volledig gebaseerd op de goedgekeurde inschalingsprocedure. Deze wordt middels dit reglement verder geconcretiseerd met een aantal academische criteria.
2. Omschrijving U
Het ZAP track (ZT) stelsel voorziet in een traject dat leidt tot een inschaling binnen het ZAP kader indien het traject gunstig wordt doorlopen voor leden van het onderwijzend personeel groep 3 (OP) uit het integratiekader van de UHasselt. Tijdens het traject, dat over een periode van maximum vijf jaar loopt, wordt door de ZAP trackcommissie, aan de hand van vooraf vastgelegde en overeengekomen criteria, zorgvuldig opgevolgd of de ZAP trackmedewerker zal voldoen aan de vereisten voor een inschaling binnen het ZAP kader. Tijdens het traject moet voldoende aandacht worden besteed aan de begeleiding en coaching van de ZAP trackmedewerker.
3. Selectieprocedure ZAP track In aanloop naar de integratie werden de OP leden van groep 3 ingedeeld in drie categorieën. Voor die leden waarvoor de SCvA oordeelt dat ze nog niet kunnen worden ingeschaald in het ZAP kader maar dat ze wel degelijk beschikken over een dossier met potentieel, wordt het ZAP track stelsel voorgesteld (zoals opgenomen in artikel 2.4 van het inschalingsreglement). Onder potentieel verwijzen we naar de criteria die ook gevraagd worden voor Tenure track kandidaten: U
U
- Diploma : in het bezit zijn van een doctoraatsdiploma in het vakgebied 1; - Onderzoek 2: reeds beschikken over een behoorlijk onderzoeksdossier, bij voorkeur ook ervaring in het buitenland); - Onderwijs: onderwijservaring bezitten of affiniteit met onderwijs; - Competenties: beschikken over o.m. goede organisatorische kwaliteiten en communicatieve eigenschappen. P0F
P1F
P
P
Elk jaar, parallel met het proces van de evaluaties, kan de faculteit aan de SCvA voorstellen om voor een OP lid van groep 3 een ZAP track op te starten. Dit gebeurt op vraag van het OP lid zelf.
4. ZAP track commissie Voor de opvolging van het hele traject wordt – op voorstel van de betrokken vakgroepvoorzitter3 een ZAP track commissie vastgelegd door de SCvA. Volgende leden maken deel uit van de ZAP track commissie: - de vice-rector onderzoek, voorzitter van de commissie; - de vice-rector onderwijs; - de decaan van de betrokken faculteit; - de voorzitter van de betrokken vakgroep 3; - één of meerdere inhoudelijke expert(s), intern of extern. U
P2F
P
Aan de ZAP track commissie kan een secretaris toegevoegd worden (waarnemend) voor de verslaggeving. 1
In uitzonderlijke gevallen kan het universiteitsbestuur, na advies van het orgaan waartoe de opdracht behoort en op grond van een omstandige motivering, personen die blijk hebben gegeven van een buitengewone wetenschappelijke verdienste of een specifieke deskundigheid, tot deeltijds lid van het zelfstandig academisch personeel benoemen of aanstellen met vrijstelling van het onder lid één bedoelde diploma (artikel 83 universiteitendecreet 1991)à 2 Onderzoek wordt ruim gedefinieerd voor de opleidingen Architectuur en Kunsten en omvat ook ontwerp met reflecterende component. 3 Voor de faculteit Architectuur en Kunst en Industriële ingenieurswetenschappen valt de vakgroep samen met de faculteit, de decaan neemt dan tevens de functie van vakgroepvoorzitter op.
3. 5. Evaluatievorm U
De ZAP track commissie volgt - op basis van het academisch dossier dat door de ZAP track medewerker wordt vervolledigd - jaarlijks de evolutie van het dossier op. Het verslag van deze opvolgingsvergaderingen wordt door één van beide vice-rectoren besproken met de ZAP track medewerker en opgenomen in het elektronisch academisch dossier van betrokkene. Dit verslag geeft de evolutie weer t.a.v. de overeengekomen evaluatiecriteria en of en welke bijsturing er nodig is. Op het einde van de ZAP track periode evalueert de ZAP track commissie het betrokken personeelslid, op basis van de vooraf overeengekomen evaluatiecriteria (cfr. infra).
6. Evaluatiecriteria U
De ZAP track commissie formuleert, in nauwe samenwerking met de ZAP track medewerker, een voorstel voor de evaluatiecriteria (ZAP track genaamd). De Statutaire Commissie keurt de ZAP track goed. De evaluatiecriteria betreffen minimale eisen die aan het einde van de ZAP track periode moeten behaald zijn, tenzij anders aangegeven. De ZAP track commissie kan een ZAP track medewerker aan het einde van de ZAP track periode vrijstellen van het behalen van een criterium. Dit moet uitvoerig en overtuigend beargumenteerd worden door de ZAP track commissie. Evaluatiecriteria ZAP track U
*
Onderwijs
Activiteiten De ZAP track commissie legt in overleg met betrokkene – verplicht - een aantal van activiteiten vast, waarvoor bepaalde doelen behaald dienen te worden. Als richtlijn worden hieronder een aantal activiteiten weergegeven die mogelijks aan bod kunnen komen, andere kunnen toegevoegd worden.
De ZAP track medewerker wordt belast met volgende onderwijsopdrachten: [x] Deze opdrachten kunnen in de loop van de ZAP track periode worden aangepast aan de noodwendigheden die zich binnen de faculteit voordoen. De ZAP track medewerker begeleidt xx masterproeven die aansluiten bij de opleidingsonderdelen die hij/zij doceert. De ZAP track medewerker neemt een (gast)professoraat op aan andere universiteiten indien dit relevant is voor zijn/haar onderzoeksactiviteiten. De ZAP track medewerker publiceert over onderzoek van onderwijs in xxx tijdschriften. De ZAP track medewerker presenteert xx papers/posters over onderwijs op internationale congressen. De ZAP track medewerker is auteur van boeken (hoofdstukken van boeken) over onderwijs. De ZAP track medewerker coördineert (extern gefinancierde) onderzoeksprojecten over onderwijs. De ZAP track medewerker geeft dienstverlening naar secundaire scholen of hoger onderwijs (bv. excellente studenten, overgang secundair-hoger onderwijs, ondersteunen van het onderwijs in secundaire scholen, informatiesessies in secundaire scholen …). De ZAP track medewerker neemt managementtaken op in het kader van onderwijs en/of onderwijsorganisatie (voorzitter examencommissie, voorzitter onderwijsmanagementteam, facultair coördinator ZER, coördinator van studiedagen/congressen over onderwijs). De ZAP track medewerker speelt een rol in de coördinatie van een internationale master. De ZAP track medewerker speelt een rol in de coördinatie van een postgraduaatopleiding. De ZAP track medewerker speelt een rol in de coördinatie van projecten in het kader van Europese of andere internationale onderwijsprogramma’s.
4. Evaluatie:
Het onderwijs van de ZAP track medewerker wordt op regelmatige tijdstippen geëvalueerd, cf. het evaluatiesysteem dat van kracht is aan de UHasselt (beoordeling van de docentenevaluatiecommissie, o.a. op basis van resultaten studentenbevragingen): de beoordeling van dit onderwijs dient minimaal ”goed” te zijn of afdoende geremedieerd te zijn bij minder gunstige evaluaties. Bij evaluatie gunstig kan ze zeer kort zijn. Zoniet is de beoordeling goed onderbouwd met gegevens o.a. uit studentenbevragingen en de opvolging van remediëring n.a.v. vergaderingen met de studenten inzake kwaliteitsbewaking. De betrokken docent kan commentaar op de evaluatiegegevens toevoegen, alsook bijkomende informatie relevant voor het onderwijsdossier (bv. zelfevaluatie onderwijs, onderwijsprofessionaliseringsactiviteiten).
*
De ZAP track medewerker maakt gebruik van het opleidingsaanbod inzake docententraining dat de UHasselt biedt en neemt wanneer relevant aanvullende initiatieven terzake.
Onderzoek, ontwerp en valorisatie (de ZAP track commissie legt in overleg met betrokkene verplicht, afhankelijk van het onderzoeksdomein, één of meerdere van volgende criteria vast) De ZAP track medewerker ontwikkelt een duidelijke onderzoekslijn binnen het vakgebied [x]. De ZAP track commissie waakt erover dat betrokkene voldoende ruimte heeft om het onderzoek uit te bouwen.
Publicaties:
De ZAP track medewerker heeft een substantiële bijdrage geleverd (bijv. zichtbaar in volgorde co-auteurs) aan minstens [x] A1 publicaties i.e. tijdschriften die bijdragen tot de BOF financiering. Een artikel dat geaccepteerd is en/of een publicatiedatum heeft gekregen telt ten volle mee; U
U
of Het onderzoek resulteert in ten minste [x] substantiële publicaties in gezaghebbende tijdschriften of in boeken, publicatie van boeken dan wel van onderzoeksrapporten gepubliceerd of verspreid binnen het eigen vakgebied.
Een portfolio-strategie is wenselijk: de ZAP track medewerker dient minstens [x] artikels in bij een toptijdschrift. Onder toptijdschrift wordt verstaan: een tijdschrift opgenomen in het VABB of een tijdschrift dat in de respectieve discipline binnen het eerste kwartiel gerangschikt is in de JCR-databank (Journal Citation Reports). Dit wil zeggen dat de medewerker wordt aangemoedigd om te opteren voor kwaliteit (en niet enkel voor kwantiteit) en een balans te vinden in de keuze tussen toptijdschriften en andere tijdschriften.
(Interne en externe) co-auteurschappen worden aangemoedigd. Artikels met een co-auteur van buiten de instelling, waarin een substantiële bijdrage is geleverd door de ZAP track medewerker, worden gezien als een belangrijke stap naar externe netwerking. Ook interne co-auteurschappen dragen bij aan het versterken van het interne onderzoeksnetwerk en worden daarom aangemoedigd.
U
U
U
U
Netwerking / internationale congressen en verblijven in het buitenland:
De ZAP track medewerker heeft een actieve bijdrage/paperpresentatie op minstens [x] internationale congressen/conferenties/seminaries en minstens [x] nationale congressen (of seminaries aan een Nederlandse of Belgische universiteit) per jaar; U
U
U
U
5.
De ZAP track medewerker toont ook aan dat hij/zij actief lid is van verschillende intra- of interuniversitaire, nationale en internationale netwerken.
Een verblijf aan een buitenlandse universiteit met onderzoeksexpertise in het domein van de ZAP track medewerker wordt sterk aanbevolen. Dit geldt eveneens voor intersectoriële mobiliteit.
De ZAP track medewerker geeft uitstraling aan het eigen onderzoek door de organisatie van minimaal [x] studiedagen waaraan eveneens publicaties worden gekoppeld.
De ZAP track medewerker werkt, naast het eigen onderzoek, samen met collega’s binnen en buiten de UHasselt, en neemt hierbij deel aan/vormt een ruimer onderzoeksnetwerk. Deze samenwerking wordt zichtbaar door bv. een gezamenlijk ingediend onderzoeksproject, een gezamenlijke publicatie, een gezamenlijk georganiseerde studiedag.
De onderzoeksprestaties van de ZAP track medewerker worden door collega’s uit het vakgebied erkend: dit kan bv. blijken uit uitnodigingen tot deelname aan jury’s en wetenschappelijke commissies.
Begeleiden van doctorandi: De ZAP track medewerker wordt actief betrokken bij doctoraatsvoorbereidingen: hij/zij begeleidt [x] doctoraten als (co)promotor en/of hij/zij is lid van de doctoraatscommissie bij [x] doctoraatsvoorbereidingen. P3F
Succesvolle applicatie en/of verwerving van externe financiering (2de, 3de en 4de geldstroom): P
P
P
P
P
P
Jaarlijks dient de ZAP track medewerker minstens [x] aanvragen voor onderzoeksfinanciering (2de, 3de en 4de geldstroom) in. Jaarlijks realiseert de ZAP track medewerker minimaal een volume van [x] euro contractonderzoek.
Valorisatie-activiteiten: Valorisatie-activiteiten zoals licenties, octrooien en deelname aan spin-off creatie kunnen een bijkomend criterium zijn in de evaluatie van de ZAP track medewerker Portfolio met ontwerpactiviteiten: Het academisch artistiek ontwerpportfolio bestaat uit volgende elementen: Een chronologisch cv Overzicht van ontwerpprojecten Toelichting bij de belangrijkste werken Kritische reflectie over didactische benadering en methodiek 0T
in
de
studio/atelier Toelichting bij het ontwerpend/artistiek onderzoek
Voor de weging van het portfolio wint de ZAP track commissie en de SCvA het advies in van het gezaghebbend panel architectuur en interieurarchitectuur. 0T
*
0T
Dienstverlening Dienstverlening kan een bijkomend criterium zijn in de evaluatie van de ZAP track medewerker. Hieronder kan mogelijks worden verstaan:
Interne en externe functies Bijdrage tot de strategische positionering van de UHasselt Wetenschappelijke prijzen en onderscheidingen
6.
Wetenschapscommunicatie, waaronder activiteiten in kader van UHasselt@school, voordrachten/posters naar het ruimere publiek,…
Deze elementen kunnen opgenomen worden in het academisch dossier.
7. Duurtijd U
De periode van de ZAP-track wordt overeengekomen tussen kandidaat OP en de ZAP track commissie, ingesteld door de SCvA. Een ZAP track duurt maximum 5 jaar. Het betrokken OP-lid dat de ZAP track volgt, kan op eender welk ogenblik gedurende het ZAP track besluiten dit traject stop te zetten, en dus verder te functioneren in het integratiekader. In dat geval wordt de opdracht van betrokkene herzien met het oog op het verder zetten van de loopbaan binnen het integratiekader.
8. Begeleiding U
Gedurende de ZAP track periode kan het betrokken OP lid beroep doen op een ZAP coach, een mentor vanuit het professorenkorps van de UHasselt. Bedoeling is dat betrokkene bij deze coach terecht kan voor informele aftoetsing, advies bij het uitbouwen van netwerken, aanpak van het onderzoek,… Een OP lid met een ZAP-track kan uiteraard ook inschrijven voor de opleidingen die binnen de UHasselt voorzien worden voor ondersteuning naar onderzoek, onderwijs, leidinggevende capaciteiten, coaching skills, …
9. Beoordeling Indien de ZAP track commissie vaststelt dat de vooropgestelde criteria werden behaald aan het einde van de ZAP track periode, zal een gemotiveerd voorstel overgemaakt worden aan de SCvA voor de definitieve inschaling van betrokkene in het ZAP kader van de UHasselt. De SCvA geeft daarbij ook een advies over de graad waarin betrokkene wordt benoemd. De rector deelt dit advies mee aan de ZAP track docent voordat dit voorstel ingeleid wordt bij de Raad van Bestuur. Wanneer betrokkene na kennisname van het advies alsnog de keuze maakt om op het integratiekader te blijven deelt deze dit binnen de zeven kalenderdagen mee. In dat geval wordt er geen dossier voorgelegd aan de Raad van Bestuur. Indien de ZAP track commissie op het einde van de ZAP track periode vaststelt dat de vooropgestelde evaluatiecriteria niet behaald zijn, geeft zij hierover een gemotiveerd ongunstig advies. i. Een ZAP-track kan definitief afgesloten worden indien de evaluatie aan het einde van de periode geen uitzicht geeft op het behalen van de criteria bij een verlenging. In dat geval wordt de opdracht van betrokkene herzien met het oog op het verder zetten van de loopbaan binnen het integratiekader. ii. De commissie kan ook adviseren om het traject met één jaar te verlengen. Dit advies wordt voorgelegd aan de Statutaire Commissie van Advies.
7. De betrokken ZAP track docent kan intern bezwaar indienen tegen het ongunstig advies van de ZAP track commissie en de Statutaire Commissie van Advies. Dergelijk beroep wordt binnen de zeven kalenderdagen na kennisname van het ongunstige advies van de SCvA schriftelijk ingediend bij de rector als voorzitter van het College van Decanen. Het College van Decanen doet een uitspraak over het advies binnen een redelijke termijn, maar uiterlijk binnen een termijn van 30 kalenderdagen. Het College van Decanen kan geen beslissing nemen zonder de betrokkene de gelegenheid te hebben gegeven om gehoord te worden, na hem daartoe tenminste zeven kalenderdagen vooraf schriftelijk bij aangetekende of tegen ontvangstbewijs afgeleverde brief te hebben opgeroepen. De brief vermeldt dag, plaats en uur van de hoorzitting. De decaan van de faculteit waartoe de ZAP track kandidaat behoort, neemt geen deel aan de beroepsprocedure bij het College van Decanen. Het College van Decanen hoort in ieder geval achtereenvolgens een gemandateerd vertegenwoordiger van de ZAP track commissie en het personeelslid, dat zich kan laten bijstaan door een raadgever naar keuze. Het College van Decanen kan beslissen ook andere personen te horen. Het College van Decanen bevestigt of wijzigt het advies. De rector deelt de gemotiveerde beslissing van het College schriftelijk tegen ontvangstbewijs mee aan de ZAP track kandidaat. Indien het eindadvies na intern beroep GUNSTIG is, wordt het dossier doorverwezen naar de SCvA en de Raad van Bestuur voor inschaling in het ZAP kader. Indien het advies van de ZAP track commissie of van het College van Decanen na intern beroep ONGUNSTIG is, heeft de ZAP track kandidaat nog de mogelijkheid om zijn aanvraag terug te trekken. Indien betrokkene daarop ingaat, wordt het advies niet aan de Raad van Bestuur voorgelegd. Indien betrokkene zijn aanvraag tot inschaling toch wenst te handhaven, wordt het dossier verwezen naar de Raad van Bestuur.