Zeeuwse Risicobedrijven Beleidsdocumentatie De BALANS
Versie 1.0, Definitief Februari 2013
Risicobedrijven in Zeeland, de Balans, februari 2013
Colofon: Dit document is tot stand gekomen onder regie van het Team Risicobeheersing Veiligheidsregio Zeeland (Industriële Veiligheid).
Adres: Veiligheidsregio Zeeland Team Risicobeheersing Postbus 8016 4330 EA Middelburg www.vrzeeland.nl
Auteur en eindredactie: Ing. J.M. van Dixhoorn, specialist industriële veiligheid Ing. J.W. Vermeulen, specialist risico en veiligheid - proactie Ing. R.A. Maljaars, tactisch manager risicobeheersing
Risicobedrijven in Zeeland, de Balans, februari 2013
Een eigen, moderne Nederlandse kijk op externe veiligheid tekent het ministerie van VROM (thans: I&M) voor het eerst op in de nota Omgaan met risico’s (1989). Hierin worden de begrippen ‘plaatsgebonden risico’ en ‘groepsrisico’ geïntroduceerd. De overheid wil er in de eerste plaats mee laten zien dat zij het beleid baseert op wetenschappelijke kennis en risico’s objectief wil benaderen. Uit de wijze waarop het nationale beleid externe veiligheid benadert, blijkt echter ook dat de opstellers ervan vinden dat risico’s nu eenmaal bestaan en dat we die voor een deel gewoon moeten accepteren. We bevinden ons daarmee in het gezelschap van Engeland, België (Vlaanderen) en Zwitserland. Zulks in tegenstelling tot Frankrijk, Finland, Portugal en België (Wallonië), landen die juist veel meer op de effecten letten en op grond daarvan vastgestelde veiligheidsafstanden aanhouden. In ons dichtbevolkte land hebben wij echter weinig ruimte en dus ook weinig keus. Wij moeten proberen de kans op ongevallen zo klein mogelijk te maken en overigens het risico gewoon ondergaan. De technisch wetenschappelijke invalshoek van het overheidsbeleid roept echter wel de illusie op van absolute veiligheid. Een illusie die regelmatig wreed verstoord wordt (uit Essay Risico’s in de polder, Cornet en Helsloot 2012)).
Figuur 1: Sloehaven Vlissingen
Risicobedrijven in Zeeland, de Balans De aanleiding voor dit document is de aandacht die met name als gevolg van het incident bij Chemie-Pack Moerdijk in Nederland is ontstaan voor opslagbedrijven met gevaarlijke stoffen en complexe inrichtingen die werken met gevaarlijke stoffen. Woensdag 5 januari 2011 brak brand uit tijdens pompwerkzaamheden bij Chemie-Pack in Moerdijk. De brand veroorzaakte een grote rookpluim, zorgde voor onrust onder de bevolking en beheerste dagenlang het nieuws. Er zijn echter geen doden of gewonden gevallen. De milieuschade was groot (75 miljoen) ten opzichte van schade aan installaties en gebouwen (15 miljoen), maar vormde uiteindelijk geen gevaar voor de voedsel- en watervoorziening. Achteraf kan gesteld worden dat de brand niet de eigenschappen had van een nationale ramp of crisis. De grootste risico’s in Zeeland worden echter niet door dit soort inrichtingen veroorzaakt, transport van vaak grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen (met name watertransport) en de grote procesinstallaties en opslagvoorzieningen bij Besluit risico’s zware ongevallen (BRZO) inrichtingen zijn verantwoordelijk voor de grootste risico’s. Voor een overzicht van de risico’s verwijzen we gemakshalve naar het Regionaal Risicoprofiel Zeeland.
Risicobedrijven in Zeeland, de Balans, februari 2013
De Zeeuwse ontwikkeling in het algemeen en de specifieke acties van de Veiligheidsregio Zeeland (VRZ) op deze onderzoeksgebieden worden in hoofdzaak benoemd. De feitelijke situatie, de status quo, bij de Zeeuwse risico bedrijven wordt in relatie tot deze onderzoeken en ontwikkelingen beschreven. Vervolgens wordt de interne situatie bij de VRZ geanalyseerd en in hoofdzaak per onderwerp gepresenteerd. De uitgevoerde acties, de verbeterpunten en de noodzakelijke besluitvorming op deze problematiek worden in afzonderlijke notities behandeld die eveneens als bijlage zijn opgenomen. Dit document is daarnaast gericht op het beschrijven van de acties die bij de opslagen van gevaarlijke stoffen zijn geëntameerd vaak als gevolg van het incident bij Chemie-Pack (januari 2011). In Zeeland is een beperkt aantal van dit soort bedrijven aanwezig. De beschreven acties zijn daarom ook vaak mede gericht op de procesinstallaties en de daarbij behorende regelgeving, voorbeelden daarvan zijn tankparken (Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen nr. 29 richtlijn voor de opslag in tanks van met name koolwaterstoffen, afgekort de PGS 29) en ammoniakopslag (Richtlijn voor de opslag van meer dan 6000 liter ammoniak in stalen opslagtanks, de PGS 12). De aandacht voor ‘compliance aan regelgeving’ is toegenomen en wordt in brede zin bij de inspecties van de betreffende bedrijven meegenomen. De inspectiediensten van de ministeries van Veiligheid & Justitie en Inspectie en Milieu zien hier ook strikt op toe.
Ontwikkelingen algemeen en specifieke acties VRZ tot heden In 2010 is een onderzoek door de VROM inspectie uitgevoerd bij de PGS 15 (Publicatiereeks ‘gevaarlijke stoffen gericht op de opslag van grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen in verpakkingen variërend van 1 tot ca 100 kilo) opslagbedrijven met name gericht op de stationaire Hi Ex blusinstallaties bij PGS 15 opslagvoorzieningen. Naar aanleiding van de onderzoeksresultaten zijn in Zeeland de volgende acties uitgevoerd door bevoegd gezag Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en Veiligheidsregio. Inspectie bij de inrichtingen met stationaire blusvoorzieningen (2010); Bij bedrijfsbrandweer en BRZO controles specifiek inspectie op PGS 15 voorzieningen; Aanpassingen bij de opslagbedrijven naar aanleiding van deze inspectie (2010 tot heden); Aanpassen van milieuvergunningen (2011); Advisering en begeleiding in 2011 en 2012 bij de brandweervertegenwoordiging voor de actualisatie van de betreffende richtlijn (PGS 15). Medio 2011 zijn naar aanleiding van het incident bij Chemie-Pack Moerdijk diverse onderzoeken uitgevoerd. Naar aanleiding van deze resultaten zijn in Zeeland weer acties uitgevoerd door bevoegd gezag Wabo en de Veiligheidsregio. Gap analyse rapporten met aanbevelingen brand Chemie-Pack intern VRZ en extern de bedrijven (2011); Aandacht voor de kleinere opslagen met gevaarlijke stoffen (2011/12); Stringentere controle voor PGS 15 opslag bij de BRZO inrichtingen; Actualisatie voorschriften Wabo vergunningen met name gericht op de PGS 15 (2011). Eind 2011 is door de VROM inspectie (nu Inspectie Leefmilieu en Transport, ILT) en Inspectie openbare orde en Veiligheid (IOOV) bij de PGS 15 inrichtingen die ook over een bedrijfsbrandweer beschikken een onderzoek uitgevoerd. In feite zijn alleen in Rijnmond en in Zeeland deze aanwijzingen daadwerkelijk gedaan. De e rapportage daarvan is in maart 2012 aangeboden aan de 2 kamer. Ook naar aanleiding van dit rapport zijn weer diverse acties uitgevoerd. Analyses op het voldoen aan de PGS 15 bij de betrokken BRZO bedrijven; Aanpassingen die als gevolg daarvan bij de bedrijven in gang gezet zijn (uitgevoerd en gepland); Notitie gemaakt voor de NBVR betreffende kritiekpunten op de PGS 15, de notitie is aangeboden aan de IOOV;
Risicobedrijven in Zeeland, de Balans, februari 2013
Vergunningtechnisch (Wabo) vastleggen van acties t.b.v. de opslagvoorzieningen (Wabo bevoegd gezag en VRZ als adviseur).
Als laatste is eind 2011 nog een onderzoek door de IOOV uitgevoerd. Dit betrof een meer algemeen onderzoek betreffende de taken van de VRZ die samenhangen met de zorg voor complexe inrichtingen (de rapportage is in e maart aangeboden aan de 2 kamer). Op basis van dit onderzoek zijn de volgende acties ondernomen. Discussie over de PGS 15 aangegaan met IOOV, idem voor de systematiek voor de aanwijzing bedrijfsbrandweer (PGS 6), dat heeft inmiddels geresulteerd in een aanpassing van de PGS 15 conform de Zeeuwse wens; Bureaustudie inrichtingen die op basis van artikel 31 Wet veiligheidsregio’s (Wvr) in aanmerking komen voor het opstellen van een rapportage inzake de bedrijfsbrandweer. Aandachtsbedrijven bedrijfsbrandweer geïdentificeerd; Aanpassen beleidsnotities voor de actualisatie van de algemene bepalingen voor het aanwijzen van bedrijfsbrandweren, het opstellen van een handhavingsbeleid enz; Thema inspectie opvang verontreinigd blus/koelwater bij de BRZO inspecties (2012). In Zeeland al sinds 2009 meegenomen bij inspecties; Bij de ontwikkeling van een Zeeuwse schuimpool ook aandacht voor de opslagbedrijven. De bovenstaande acties, het naar aanleiding hiervan geactualiseerde beleid en de noodzakelijke besluitvorming hiervoor worden in beleidsnotities verder behandeld. Deze zijn in de bijlagen opgenomen en hieronder kort samengevat. Alle beleidstukken zijn tot stand gekomen in onderling overleg en afstemming met de overige BRZO regio’s in Nederland en het landelijke expertisecentrum Brandweer BRZO, zij zijn dan ook afspiegeling van het landelijk beleid. Waar noodzakelijk is het beleid afgestemd op de ophanden zijnde vorming van de BRZO-RUD regio’s.
Figuur 2: brand Chemie-Pack Moerdijk
Aanbevelingen uit onderzoeksrapporten voor Veiligheidsregio Zeeland In augustus 2011 zijn twee rapporten verschenen van verschillende instanties over de grote brand op 5 januari 2011 bij Chemie-Pack in Moerdijk. In februari 2012 is het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid openbaar gemaakt. Het gaat om de volgende onderzoeken:
het onderzoek van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV); het rapport van de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid (IOOV); het rapport van de Arbeidsinspectie.
Risicobedrijven in Zeeland, de Balans, februari 2013
Uit deze rapporten zijn de aanbevelingen overgenomen en vertaald naar verbeteringen die bij de VRZ kunnen worden toegepast. Daarnaast is ook een zogenaamde Leerarena Moerdijk verschenen. Deze arena heeft als doel om in een veilige omgeving gezamenlijk te reflecteren op het eigen optreden van de brandweer. Centraal staat de vraag: ‘Wat zou jij aan je collega vertellen, als je weet dat hij/zij morgen wordt ingezet bij dezelfde brand?' Bij de brand in Moerdijk is de leerarena voor de eerste keer gebruikt. Samen met een groep experts van de brandweer zijn tijdens de Leerarena Moerdijk lessen getrokken die betekenis hebben voor zowel het eigen optreden als voor collega's in het land. De relevante leermomenten van Moerdijk zijn verwerkt in een borgingsmatrix landelijke incidenten zodat onze organisatie en met name de beoogd Tactisch- en Operationeel managers de consequenties voor hun cluster terug kunnen vinden en hier uitvoering en prioritering aan kunnen geven bij het opstellen van hun jaarplannen. De leermomenten uit de onderzoeksrapporten en de borgingsmatrix voor de aanbevelingen en acties voortvloeiend uit deze rapporten zijn weergegeven in de bijlagen
Inventarisatie bedrijven artikel 31 Wet veiligheidsregio’s Door de IOOV is in 2011 onderzocht op welke wijze de veiligheidsregio’s in Nederland uitvoering geven aan de mogelijkheden die artikel 31 Wvr biedt: het aanwijzen van een bedrijfsbrandweer bij een inrichting. Door de IOOV is gesteld dat bestuurlijk moet zijn vastgelegd of een bedrijf na beoordeling wel of niet kan worden aangewezen. In het voorstel zijn deze bedrijven benoemd en verdeeld in drie categorieën. Aangewezen, niet aangewezen en aandachtsbedrijven. De resultaten van het onderzoek voor de veiligheidsregio Zeeland zijn weergegeven in bijlagen.
Aanwijsbeleid bedrijfsbrandweer artikel 31 Wet veiligheidsregio’s Het vaststellen van nieuw beleid aanwijzing bedrijfsbrandweer. Het beleid vervangt en actualiseert het in de periode 2002-2005 vastgestelde aanwijsbeleid bedrijfsbrandweren van de Veiligheidsregio Zeeland en de gemeenten Borsele, Middelburg, Terneuzen en Vlissingen. Het herziene en geactualiseerde aanwijsbeleid is vastgelegd in de nota Aanwijsbeleid bedrijfsbrandweren Veiligheidsregio Zeeland, februari 2013.
Toezicht en handhavingsbeleid industriële veiligheid De Veiligheidsregio Zeeland heeft wettelijke verantwoordelijkheden op het gebied van industriële veiligheid. Deze verantwoordelijkheden betreffen onder andere het uitvoeren van toezicht en handhaving van de Wet veiligheidsregio's (Wvr) en het Besluit risico's zware ongevallen 1999 (BRZO). Het geactualiseerde beleid hiervoor is vastgelegd in de nota Toezicht- en handhavingsbeleid Industriële veiligheid Veiligheidsregio Zeeland, februari 2013. Bij de uitvoering van het toezicht en de handhaving van de regels op het gebied van industriële veiligheid zal de VRZ per heden handelen conform deze nota. Deze nota bestaat kort gezegd uit een toezicht- en een nalevingstrategie. De toezichtstrategie geeft aan hoe de VRZ invulling geeft aan zijn toezichthoudende taak en welke prioriteiten hij daarbij heeft gesteld. Deze prioriteiten zijn gebaseerd op een risicoanalyse. Uit de nalevingstrategie volgt welke sanctie het bestuur van de VRZ oplegt naar aanleiding van een geconstateerde overtreding. Daarbij wordt uitgegaan van een overzicht met kernbepalingen. Ook de ernst van de begane overtreding bepaalt op welke wijze de veiligheidsregio intervenieert.
Risicobedrijven in Zeeland, de Balans, februari 2013
Het uitvoeren van deze nota heeft gevolgen voor de organisatie van de VRZ. Deze worden besproken aan het slot van deze nota. In de bijlagen zijn onder andere een beschrijving van het wettelijke kader opgenomen en modellen voor handhavingbrieven en -beschikkingen.
Aanwijzen toezichthoudende ambtenaren inzake Wet veiligheidsregio’s Vanuit de landelijke en regionale samenwerking op met name het gebied van de Brzo gerelateerde regelgeving is door de betrokken actoren (IPO, Min. SZW, Min I &M, NVBR, Veiligheidsberaad) ingestemd met de opdeling van Nederland in circa 6 landsdelige regio’s voor wat betreft de uitvoerende taken van het Brzo. De RUD vorming maar ook de samenwerking tussen de veiligheidsregio’s is hier een exponent van. De samenwerking is op uitvoerend niveau zodanig vormgegeven dat indien zulks noodzakelijk is, vanwege bv. een gebrek aan personele capaciteit, medewerkers van andere veiligheidsregio’s ingezet kunnen worden bij de toezichthoudende taken. Een aanwijsbesluit regelt de aanwijzing van de toezichthouders binnen het werkgebied van de Veiligheidsregio Zeeland en sluit aan op eensluitende voorstellen van de andere veiligheidsregio’s binnen de Delta Regio. In het aanwijsbeslsuit is rekening gehouden met de verwachte samenwerking met de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond en de Deltaregio. Een aanwijsbesluit toezichthoudende ambtenaren op basis van het landelijk model is bijgevoegd.
Aanbevelingen Om aansluiting te krijgen bij de kwaliteitsverbetering die gezien de ontwikkelingen bij andere regio’s en ook op basis van het ingezette rijksbeleid (jaarlijkse monitoren door de rijksinspectiediensten) zijn de volgende aanbevelingen geformuleerd.
Een SWOT analyse uitvoeren die primair is gericht op de noodorganisatie en de aanwezige risico’s bij de risicobedrijven die beschouwd zijn in het kader van de bedrijfsbrandweeraanwijzing. Het binnen Zeeland beter beschikbaar maken van de aanwezige middelen (bijvoorbeeld blussysteem Terneuzen en schuimpool), voorzien in relevante procedures en het aanpassen van de opleiding en training situatie daarvoor. Dit op basis van de beschreven scenario’s in de veiligheidsrapporten. Maak hiervoor dan o.a. gebruik van het materieel bestrijdingsplan. Het oefenen en trainen van de beheersplannen (rampenbestrijding, grootschalige incidenten oefenen) zowel als Veiligheidsregio als in combinatie met de betrokken organisaties en bedrijven. De keuze voor uitbrandscenario’s moet nadrukkelijker onder de aandacht gebracht worden daarbij dient aandacht te zijn voor de milieueffecten en de fysieke effecten die kunnen optreden bij (beheersing van) een incident. Onderzoek de repressieve organisatie rond de belangrijkste industriezones binnen Zeeland, stel daarbij vast wat de minimale organisatie en slagkracht moet zijn en optimaliseer de aanwezige voorzieningen, zoek hiertoe de dialoog met het bedrijfsleven en de andere overheidspartners. Behoudt bij de ophanden zijnde RUD vorming en de consequenties als gevolg daarvan voor de VRZ de bereikte inspectiekwaliteit en uitvoeringspraktijk, zoek aansluiting bij de expertregio Rotterdam Rijnmond op organisatorisch gebied.
Conclusies: De VRZ heeft tijdig ingezet op de verplichtingen ten aanzien van onder andere het uitvoeren van specifieke inspecties, de aanpassing van de Wabo vergunningen, het uitvoeren van technische aanpassingen bij de bedrijven en het aanwijzen van bedrijfsbrandweren bij de risicobedrijven.
Risicobedrijven in Zeeland, de Balans, februari 2013
Actualisatie van de aanwijzingen dient evenwel te worden ingezet in de periode 2013-2015. Hiertoe dient het bijgevoegde nieuwe beleid en het bijbehorende handhavingbeleid met bijbehorende stukken te worden vastgesteld. Op basis de evaluatie van de Moerdijk rapporten zijn daarnaast een aantal speerpunten benoemd die in de jaarplanning van de VRZ opgenomen dienen te worden. Met het uitvoeren van bovenstaande acties wordt voldaan aan de uit de evaluatie Moerdijk voortvloeiende verplichtingen. De VRZ kan daarmee haar positie op dit gebied behouden. Het ten uitvoer brengen van de geformuleerde aanbevelingen is op termijn noodzakelijk om aansluiting te krijgen bij de kwaliteitsverbetering die gezien de ontwikkelingen bij andere regio’s en ook op basis van het ingezette rijksbeleid (jaarlijkse monitoring door de rijksinspectiediensten) als aanwezig verondersteld wordt.
Besluitvorming Om uitvoering te kunnen geven aan de beleidskaders op het gebied van industriële veiligheid wordt besluitvorming gevraagd op de volgende beleidsnota’s en onderzoeksresultaten: 1. 2. 3. 4. 5.
Aanbevelingen onderzoeksrapporten brand Chemie-Pack Moerdijk Inventarisatie bedrijven artikel 31 Wet veiligheidsregio’s Aanwijsbeleid bedrijfsbrandweer artikel 31 Wet veiligheidsregio’s Toezicht en handhavingsbeleid industriële veiligheid Aanwijzen toezichthoudende ambtenaren inzake Wet veiligheidsregio’s
Referentiekaders: De beschreven acties en verbeterpunten zijn beïnvloed door diverse beleidskaders. Dit zijn o.a.:
Regionaal Risicoprofiel VRZ (2011) Beleidsplan VRZ 2012-2015 Het VRZ Beleid industriële Veiligheid (2010 en 2011) Het Regionaal Zeeuws Crisisplan VRZ Rampenbestrijdingsplannen Essay Risico’s in de polder Groepsrisico in een verdichte samenleving, Cornet en Helsloot, 2012 NVBR notities, de Brandweer Brzo visie Landelijke thema inspecties vanuit Brw Brzo op onder andere opvangcapaciteit verontreinigd blus/koelwater (2011/12)
Risicobedrijven in Zeeland, de Balans, februari 2013