Gemeente Vlissingen
WOONVISIE
DEEL 1 VLISSINGEN STAD AAN ZEE... EEN ZEE AAN WOONKWALITEIT!
COLOFON
Auteur(s) : Erwin van Egmond Afdeling : Strategie, Beleid en Projecten Kenmerk : Woonvisie Vlissingen 2020 Vastgesteld : in gemeenteraad op 17 december 2009 Datum : 7 januari 2010 Bestandsnaam: Woonvisie_2010-2020_20091118_def.doc Versie : Na vaststelling in gemeenteraad 17 december 2009 Lay-out : Buro MA.AN Opgesteld door : Gemeente Vlissingen Adres : Paul Krugerstraat 1 Plaats : 4382 MA Vlissingen Telefoon : 0118 - 48 70 00 Email :
[email protected] Zonder voorafgaande, schriftelijke toestemming van de Gemeente Vlissingen is het niet toegestaan deze uitgave of delen ervan te vermenigvuldigen of op enigerlei wijze openbaar te maken.
stedenbouw beeldende kunst architectuur landschap
WOONVISIE VLISSINGEN
2
Vlissingen stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit!
WOONVISIE VLISSINGEN
2
Inhoudsopgave Samenvatting
5
1. Inleiding 2. Wat speelt er? 2.1. Beleidskaders 2.2. Vlissingen in feiten en cijfers 2.3. Buurten en Vlissingen 2.4. Ontwikkelingen en trends
9 11
3. Wat willen we bereiken?
23
4. Uitwerking van ambities 4.1. Kwaliteit boven kwantiteit 4.2. Integrale wijkaanpak 4.3. Doelgroepen aan bod 4.4. De woningvoorraad van morgen 4.5. Samenwerking Middelburg-Vlissingen
25
5. Hoe voeren we het uit? 5.1. Verantwoordelijkheden en samenwerking 5.2. Financiën 5.3. Monitoring en evaluatie 5.4. Uitvoeringsprogramma 2010-2015
35
Bijlage 1: Meerjarenprogrammering woningbouw
40
Bijlage 2: Bronnenoverzicht
41
Bijlage 3: Begrippenlijst
42
Bijlage 4: Inspraakreacties
43
13
7
8
9
12 10 11 6
3 4 5 2 1
3
15
16
14 17
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit!
WOONVISIE VLISSINGEN
4
Samenvatting Het doel van onderliggende woonvisie is het formuleren van het beleidskader voor de toekomstige ontwikkelingen op het gebied van wonen. Het document is daarbij enerzijds toetsingskader voor de initiatieven van derden, anderzijds is het de leidraad voor ons eigen handelen. De woonvisie is tot stand gekomen in een onzekere tijd. Echter de crisis heeft ons des te meer bewust gemaakt van het feit dat de toekomst verzekerd is van onzekerheden. Dit geeft ons het besef dat bij een visie over wat we willen, over wat onze ambities zijn, wij bij de operationalisering van de uitvoering veel meer dan in het verleden gebeurde flexibiliteit moeten inbouwen om in te spelen op (onverwachte) veranderingen, teneinde onze ambities toch zoveel mogelijk waar te maken. De nieuwe woonvisie is dan ook de start van een proces om die visie in de loop van de tijd te realiseren. Om voorbereid te zijn op de toekomst bevat de woonvisie een uitgebreide analyse van wat we hebben (bevolking, woningvoorraad, sociaal en fysieke woonomgeving) en de ontwikkelingen die op ons afkomen (prognoses en trends). Zo worden we in de analyse geconfronteerd met een stagnerende bevolkingsgroei en een toenemende vergrijzing. De woningvoorraad is tamelijk verouderd en relatief weinig waardevol. Verschillende buurten scoren slecht op fysieke en sociale woonomgeving in de beleving van de bewoners. De analyse staat verder stil bij de huisvesting van de aandachtsgroep. Geconstateerd wordt dat de omvang van de bereikbare voorraad voldoende is om de aandachtsgroep te huisvesten. Daarnaast wordt in de analyse een zekere mate van beperkte kwalitatieve mismatch geconstateerd tussen woningaanbod en -vraag in de bestaande voorraad. Trends die van invloed zijn op het wonen in Vlissingen1 zijn de toenemende vraag naar meer comfort en gemak, de opkomst van het deeltijdwonen, de opkomst van de belevingsmaatschappij en het transnationaal wonen en werken. In een aparte analyse geeft de woonvisie een uitgebreid beeld van de fysieke en sociale aspecten van alle buurten in Vlissingen. Wat willen we bereiken? • Kwaliteit boven kwantiteit: kwaliteitsverbetering van woning voorraad en woonomgeving door te herstructureren met verdun ning en vergroening. Nieuwbouw wordt ingezet voor het vergroten van de kwalitatieve differentiatie in de woningvoor raad en van de woonmilieus; • Integrale wijkaanpak: kwaliteiten benutten en kansen creëren van en voor de buurt en haar (toekomstige) bewoners, vanuit een gecombineerd fysiek en sociaal perspectief; • Doelgroepen aan bod: voldoende kwalitatief goede huisvesting beschikbaar hebben voor de doelgroepen en zoveel mogelijk 1 waar in de tekst staat Vlissingen wordt hiermee bedoeld Vlissingen, Souburg en Ritthem
5
•
Vlissingers, Souburgers en Ritthemers in staat stellen wooncarrière te maken; Complementariteit en samenwerking: regionale afstemming van de gemeentelijke kwantitatieve en kwalitatieve woningbouwprogrammeringen.
Herstructurering en nieuwbouw De focus van de woonvisie ligt op de bestaande voorraad, hierin is een aanzienlijke kwaliteitslag te behalen. Tot 2020 heeft de gemeente zich een herstructureringsopgave gesteld van 1.450 woningen. Om ook kwaliteitsverbetering in woonomgeving te bereiken gaat dit gepaard met een verdunningsopgave van 320 woningen. Waar en wanneer herstructureringslocaties worden opgepakt wordt voorgelegd aan de gemeenteraad. Op welke wijze de kwaliteitsverbetering van de woningvoorraad en de woonomgeving in de buurt wordt verwezenlijkt is afhankelijk van de locatie, de behoefte vanuit de stad en de wensen vanuit de buurt. Op basis van de analyse uit “Buurten in Vlissingen” zijn, binnen de looptijd van deze woonvisie, de onderstaande buurten het meest gebaat bij een integrale wijkaanpak ten behoeve van kwaliteitsverbetering: 1. 2. 3. 4.
Bonedijkestraat e.o. (Spaans kwartier, Engelse wijk); Oude Binnenstad (Groote Markt); Hercules Segherslaan; Bossenburgh.
De nieuwbouwplannen voor de aankomende 10 jaar zijn voor 90% benoemd in vastgesteld beleid. De programma’s en planningen hebben echter de flexibiliteit om te sturen in de definitieve invulling. Speerpunt van het nieuwbouwbeleid is het Scheldekwartier, dat met 1.450 woningen tot 2020 kansen biedt voor de bestaande voorraad en bevolking. Door het realiseren van een waterstedelijk woonmilieu met een diversiteit aan woningtypen en woonvormen biedt het perspectief op een wooncarrière voor mensen van binnen én buiten de gemeente. Aanvullende groene woonmilieus worden gerealiseerd op de locaties Souburg-Noord en Tuindorp. In totaal heeft de gemeente tussen 2010 en 2020 een netto plancapaciteit van circa 1.650 woningen. Doelgroepen aan bod De volgende doelgroepen krijgen specifiek aandacht in ons beleid: Aandachtsgroep volkshuisvestingsbeleid: de bereikbare voorraad is op peil voor de aandachtsgroep; in samenwerking met corporaties aansluiting van bereikbare voorraad op ontwikkeling van aandachtsgroep monitoren.
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! Wonen-welzijn-zorg: op basis van het nog vast te stellen integraal beleid voor wonen-welzijn-zorg afspraken maken met de corporaties en andere maatschappelijke partners over de uitvoering. Starters: inzetten op gerichte doorstroming uit sociale huur en goedkope koopsector ten einde meer woningen voor starters beschikbaar te krijgen. De gemeente continueert het instrument Starterslening. Gezinnen: tegemoet komen aan de woonbehoeften (wooncarrières) van deze gedifferentieerde groep door het aanbieden een diversiteit aan woonmilieus en woningtypologieën. Deeltijdwonen: liberalisering van het beleid op tweede woningen. Studenten: onderzoek naar potentie en omvang van studentenhuisvesting op de campus op Kenniswerf en afspraken maken met corporaties over huisvesting in bestaande voorraad. CPO/PO/Kluswoningen: faciliteren van CPO en PO initiatieven en onderzoek uitvoeren naar de potentie van kluswoningen in Vlissingen. Arbeidsmigranten: afspraken maken met Zeeuwse gemeenten over huisvesting van arbeidsmigranten, daarbinnen is het Vlissingse beleid om arbeidsmigranten te huisvesten in pensionvoorzieningen aan de rand van woongebieden. Complementariteit en samenwerking De algehele visie op de samenwerking tussen Middelburg en Vlissingen gaat uit van ieders identiteit en sterke punten. De eerste aanzet voor het beleidsveld wonen resulteert in een complementariteit op woonmilieus: Middelburg - groenstedelijk wonen en Vlissingen maritiem stedelijk wonen. Verder overleg moet leiden tot concrete afspraken over onder andere complementariteit op woningbouwprogrammering en -planning van beide gemeenten. Uitvoering De vaststelling van de woonvisie is de start van een proces waarin de gemeente samen met de maatschappelijke partners en marktpartijen uitvoering geeft aan het woonbeleid. Op onderdelen kan de uitvoering worden gedelegeerd, maar uiteindelijk heeft de gemeente de eindregie over de uitvoering van de woonvisie. De meerjarenprogrammering woningbouw en het belevingsonderzoek zijn instrumenten om de voortgang van de uitvoering van de woonvisie te monitoren. De resultaten van deze monitoring worden besproken tijdens de reguliere overleggen tussen gemeente en corporaties. De gemeenteraad / raadscommissie wordt halfjaarlijks geïnformeerd over de voortgang van de uitvoering, gelijktijdig met de herzieningen van de grondexploitaties. Als ontwikkelingen of veranderende omstandigheden daar aanleiding toe geven, vindt tussentijdse bijsturing van de visie op onderdelen plaats. Uiterlijk 2015 wordt de woonvisie volledig geactualiseerd. WOONVISIE VLISSINGEN
6
een zee aan woonkwaliteit!
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit!
WOONVISIE VLISSINGEN
8
Inleiding Een andere tijd, een passende aanpak We kunnen ons allereerst de vraag stellen of het wel zinvol is om nu een nieuwe woonvisie op te stellen, in deze onzekere tijd. Moeten we niet wachten tot we wat meer zicht hebben op het woningmarktperspectief na de huidige crisis? Misschien wel begrijpelijke vragen. Wij moeten ons echter realiseren dat wij ook na verloop van tijd onzekerheden blijven houden over de invulling van een goed woonperspectief voor onze inwoners. Die onzekerheden hebben we namelijk altijd als we vooruit kijken, hoewel we ons dat in het verleden misschien lang niet altijd goed realiseerden. Op zijn minst wordt één ding in deze tijd wel duidelijker: bij een visie over wat we willen, over wat onze ambities zijn, moeten wij bij de operationalisering van de uitvoering veel meer dan in het verleden gebeurde flexibiliteit inbouwen om in te spelen op (onverwachte) veranderingen, teneinde onze ambities toch zoveel mogelijk waar te maken. Wanneer wij eenmaal beschikken over een nieuwe woonvisie staan wij pas aan de start van een proces om die visie in de loop van de tijd te realiseren. Dàt proces en de bijbehorende procesaanpak moeten samen met de genoemde flexibiliteit om op de zich zeker voordoende veranderingen te kunnen inspelen een veel centraler plaats in de visie krijgen. Om daarmee uit de voeten te kunnen is goede achtergrondinformatie nu al erg welkom, evenals goede analyses. Maar vooral ook informatie in een later stadium, namelijk over hoe de uitvoering van het proces verloopt. Het is hoog tijd voor zo’n nieuwe visie! Ontwikkelingen met vertrouwen tegemoet Deze woonvisie is tot stand gekomen binnen het collegeprogramma “Bouwen met vertrouwen” en geeft antwoord op hoe Vlissingen zich in de komende 10 jaar wil ontwikkelen als woonstad. Daarbij wordt nadrukkelijk rekening gehouden met de huidige inzichten in de verwachte demografische en maatschappelijke ontwikkelingen in Vlissingen. Deze kennis wil de gemeente aangrijpen om de kwaliteit van de leefbaarheid in de woonomgeving nu en in de toekomst te waarborgen. Meer formele redenen voor het opstellen van de woonvisie zijn: • De rijksbeleidskaders die uitgaan van een actuele woonvisie als noodzakelijke basis voor afspraken met woningcorporaties over hun investeringsplannen; • Het aflopen van de huidige woonvisie als kader voor de uitvoe ring van het woningbouwprogramma. De doelstelling Het doel van onderliggende visie is het formuleren van het beleidskader voor de toekomstige ontwikkelingen op het gebied van wonen. Het document is daarbij enerzijds toetsingskader voor de initiatieven van derden, anderzijds is het de leidraad voor ons eigen handelen.
9
Het proces Om tot deze woonvisie te komen heeft de gemeente de volgende stappen gezet: • Inventarisatie en analysefase: waarin op basis van statisch cijfer materiaal, onderzoek en inventarisatie van het huidige woon beleid, de verwachte ontwikkelingen en trends in Vlissingen op het gebied van wonen zijn beschreven; • Raadsconferentie: een moment om de gemeenteraad te infor meren en te laten reageren op de uitkomsten van de inventari satie en analysefase en de op basis hiervan gekozen richting voor het uitwerken van het woonbeleid; • Visievorming: waarin de uitkomsten van de inventarisatie en analysefase samen met de kanttekeningen en suggesties uit de Raadsconferentie worden verwerkt tot een conceptvisie op een consistent maar flexibel woonbeleid in Vlissingen tot 2020. • Inspraakprocedure concept woonvisie: waarin de bewoners en maatschappelijke partners hun zienswijze op de concept visie kunnen geven; • Bestuurlijke besluitvorming: de uitkomsten van de inspraak worden waar nodig verwerkt in de definitieve woonvisie, waarna deze ter besluitvorming wordt voorgelegd aan de gemeente raad. Inspraakprocedure Vanaf 1 oktober 2009 is gedurende 6 weken inspraak verleend op de woonvisie. Doel van deze inspraakronde is het toetsen van het maatschappelijk draagvlak voor de geformuleerde uitgangspunten in de visie. In deze periode is tevens een informatieavond over de woonvisie georganiseerd en zijn er diverse gesprekken met belanghebbenden gevoerd. Binnen de gestelde termijn zijn bij het college van burgemeester en wethouders in totaal 3 inspraakreacties ingediend. Een overzicht van de inspraakreacties en de wijze waarop ze verwerkt zijn, vindt u in de bijlage. De concept-woonvisie is zowel in de inspraakreacties alsook in de gesprekken met belanghebbenden zeer positief ontvangen. Met name de buurtgerichte aanpak, de ambitie en durf werden met instemming ontvangen. Dubbele aanvliegroute Bij het opstellen van de woonvisie kiest de gemeente Vlissingen voor een dubbele aanvliegroute. Enerzijds is een strategische visie geformuleerd op de woonstad Vlissingen als antwoord op de verwachte demografische, maatschappelijke en fysieke ontwikkelingen. Tegelijkertijd is echter ook ingezoomd op de buurten van de stad, de plekken waar echt gewoond wordt. Wat zich in deze buurten afspeelt, bepaalt hoe Vlissingers, Souburgers en Ritthemers het wonen in de gemeente Vlissingen ervaren. Hierbij gaat het verder dan de “stenen” omgeving, er wordt gekeken naar woonomgeving in de breedste zin. WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit!
Leeswijzer De tweeledige benadering wordt ten behoeve van de leesbaarheid uitgewerkt in een tweedelige woonvisie. Deel 1 “Een zee aan kwaliteit” heeft betrekking op de strategische visie. Deel 2 “Buurten in Vlissingen” schetst de analyse, het toekomstperspectief en de opgaven in de buurten. De twee delen zijn afzonderlijk van elkaar te lezen. Deel 1 dat nu voor u ligt, is opgebouwd uit 4 hoofdstukken. Eerst treft u een uitvoerige analyse aan van wat er speelt op het vlak van wonen (hoofdstuk 2). Vervolgens wordt een kort en bondig hoofdstuk gewijd aan dat wat de gemeente Vlissingen wil bereiken op het gebied van wonen: de daadwerkelijke visie (hoofdstuk 3). Om dit vervolgens in hoofdstuk 4 uit te werken in de ambities en concrete maatregelen en acties. Het laatste hoofdstuk gaat tenslotte in op de operationalisering: hoe voeren we het uit?
WOONVISIE VLISSINGEN
10
Wat speelt er? 2.1 Beleidskaders
Hiermee tracht de provincie zo min mogelijk belemmeringen voor woningbouwontwikkeling op te werpen maar zonder dit ten koste te laten gaan van de Zeeuwse omgevingskwaliteit.
2.1.1 Rijk Wonen Meer, betere en betaalbare woningen, geen wirwar van moeilijk uitvoerbare regels, meer keuzevrijheid voor woonconsumenten en een schone, hele en veilige woonomgeving. In een notendop zijn dat de zaken waar het thema wonen om draait. De portefeuille Wonen, Wijken en Integratie van het ministerie van VROM maakt zich sterk voor deze zaken. In het beleid staat voorop dat mensen zoveel mogelijk in hun eigen huisvesting voorzien. Corporaties zijn daarbij van groot belang voor de huisvesting van mensen met lage inkomens. De rijksoverheid stelt doelen, schept randvoorwaarden, helpt waar nodig met subsidies en laat zoveel mogelijk ruimte voor de individuele keuzevrijheid van bewoners. Daarnaast stimuleert de rijksoverheid dat meer tempo gemaakt wordt bij het bouwen van meer woningen op de goede plaatsen en ziet zij erop toe dat de woningen voldoende kwaliteit hebben. Betaalbaarheid en beschikbaarheid staan centraal. Wijken In Nederland zijn er wijken met ernstige problemen rond wonen, werken, leren, integreren en veiligheid. Wijken met bijvoorbeeld verouderde huizen, hoge werkloosheid, gevoelens van onveiligheid. Het kabinet wil deze aandachtswijken samen met de gemeenten omvormen tot wijken waar mensen kansen hebben, waar zij zich prettig en veilig kunnen voelen, waar de infrastructuur in orde is en waar voldoende voorzieningen zijn, bijvoorbeeld winkels en sportaccommodaties. olgens het kabinet is focus nodig in de wijkverbetering. Daarom heeft het gekozen voor 40 wijken waar de problemen het grootst zijn. In deze wijken moeten bijvoorbeeld schooluitval en (jeugd)werkloosheid drastisch verminderen. Ook moet de kwaliteit van de woningen aanzienlijk worden verbeterd. De kaders vanuit de rijksoverheid en de daarop gebaseerde facilitering ondersteunen de inrichting en uitvoering van het woonbeleid in onze gemeente. 2.1.2 Provincie en regio Provinciale woonvisie 2004 en Omgevingsplan Zeeland 2006-2012 Met de Provinciale Woonvisie 2004 en het Omgevingsplan Zeeland 2006-2012 is een beleid voor woningbouw ingezet waarbij gemeenten meer vrijheid en verantwoordelijkheid is gegeven voor kwantiteit, kwaliteit en spreiding van de woningbouw. De provincie stuurt hierbij enkel nog op de ruimtelijke beleidsdoelen bundeling en zorgvuldig ruimtegebruik: de grootste groei moet plaatsvinden rond de steden, waarbij minimaal 50% gerealiseerd dient te worden binnen de grenzen van het bestaand bebouwd gebied.
11
Mede als gevolg van gewijzigde omstandigheden op het gebied van demografie1 (Onverkende paden), maatschappelijke ontwikkelingen (regionalisering) en wetgeving (Nieuwe Wet ruimtelijke ordening) vindt op dit moment een heroverweging plaats van de tot nu toe gehanteerde werkwijze. De verfijning van de systematiek moet leiden tot meer regionale afstemming, het woningbouwprogramma moet meer wortelen in de demografische realiteit, er moet meer aandacht zijn voor de bestaande woningvoorraad en meer sturing, òòk door gemeenten. Stedennetwerk Zeeland Goes, Middelburg, Terneuzen en Vlissingen hebben zich verenigd in het Stedennetwerk Zeeland en willen gezamenlijk functioneren als sociaal-culturele en economische motor van de provincie. Sinds de opening van de Westerscheldetunnel in 2003 zijn deze vier Zeeuwse steden beter en sneller met elkaar verbonden en vormen ze samen steeds meer één regionale woning- en arbeidsmarkt met zo’n 184.000 inwoners en 91.000 arbeidsplaatsen. Verstedelijkingsafspraken In het kader van de Verstedelijkingsafspraken met het Rijk heeft het Stedennetwerk in samenwerking met de provincie het Gebiedsdocument “Kiezen en delen”2 opgesteld. Hierin wordt de verstedelijkingsopgave voor Zeeland voor de periode 2010-2020 beschreven en de projecten benoemd die deze gaan realiseren. 2010-2020: 6.000 extra woningen binnen Stedennetwerk Binnen Zeeland is sprake van een afnemende groei van het aantal inwoners. Echter, ingegeven vanuit de demografische ontwikkelingen - minder jongeren, meer ouderen, minder traditionele gezinnen en meer eenpersoonshuishoudens - wordt voor het Stedennetwerk tot 2020 een toename van het aantal huishoudens met circa 4.500 voorzien. Om deze nieuwe huishoudens van huisvesting te voorzien is binnen het Stedennetwerk een netto woningbouwproductie van ± 6.000 woningen afgesproken. Hierin zit 30% zogenaamde schuifruimte om zowel de continuïteit van de woningbouw, de ambitie voor extra nieuwe inwoners en nieuwe woonvormen zoals deeltijdwonen te kunnen faciliteren.
1 Provincie Zeeland, Onverkende paden, 2008 2 Provincie Zeeland, Stedennetwerk Zeeland 1010-2020: Kiezen & delen, Concept juni 2009.
WOONVISIE VLISSINGEN
2010-2020: 6.000 extra woningen binnen Stedennetwerk Binnen Zeeland is sprake van een afnemende groei van het aantal inwoners. Echter, ingegeven vanuit de demografische ontwikkelingen - minder jongeren, meer ouderen, minder traditionele gezinnen en meer eenpersoonshuishoudens Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! - wordt voor het Stedennetwerk tot 2020 een toename van het aantal huishoudens met circa 4.500 voorzien. Om deze nieuwe huishoudens van huisvesting te voorzien is binnen het Stedennetwerk een netto woningbouwproductie van ± 6.000 woningen afgesproken. Hierin zit 30% zogenaamde woningen. De woningvoorraad van Vlissingen bevat een aanzienlijk Op basis van de bevolkings- en woningbouwprognose van IPB 2007 schuifruimte om zowel de continuïteit van de woningbouw, de ambitie voor extra nieuwe aandeel woningen van voor 1970 gesitueerd in stedelijke woonmi(interprovinciaal bevolkingsprognosemodel 2007) en PRIMOS (proginwoners en nieuwe woonvormen zoals deeltijdwonen te kunnen faciliteren.
lieus. Hiermee heeft Vlissingen in potentie een forse herstructurenose model voor bevolking, huishoudens en woningbehoefte, Minisringsopgave in het vooruitzicht. terie VROM) is een indicatieve verdeling van de woningproductie Op basis de bevolkingsen woningbouwprognose van IPB 2007 (interprovinciaal over de viervan steden tot stand gekomen. In de periode 2010-2020 bevolkingsprognosemodel en PRIMOS (prognose model voor Samenwerking bevolking, huishoudens Middelburg – Vlissingen resulteert dit voor de gemeente2007) Vlissingen in een netto woningproen woningbehoefte, Ministerie VROM) is een indicatieve verdeling van de woningproductie Vanuit het inzicht dat de Zeeuwse steden deels steeds meer één regiductie van 1.000 tot 1.400 woningen. over de vier steden tot stand gekomen. In de periode 2010-2020 resulteert dit voor onale woningende arbeidsmarkt vormen en een groeiende mobiliteit Figuur 1. Stedennetwerk, Indicatieve verdeling netto woningproductie 2010-2020 gemeente Vlissingen in een netto woningproductie van 1.000 tot 1.400 woningen. zichtbaar is, kan de opgave voor woningbouw ook als één geheel Bron: Provincie Zeeland, Stedennetwerk Zeeland 1010-2020: Kiezen & delen, Concept worden gezien. Bij de realisatie van de kwantitatieve en kwalitatieve juni 2009. Figuur 1. Stedennetwerk, Indicatieve verdeling netto woningproductie 2010-2020 opgaven wordt ingezet op samenwerking en complementariteit. Indicatie netto woningbouwproductie Gemeente Met name voor Vlissingen en Middelburg liggen hier kansen. In het Stedennetwerk verlengde hiervan werken Middelburg en Vlissingen aan een visie op 1.850 Goes samenwerking. De paragraaf Samenwerking Middelburg- Vlissingen 2.000 à 2.400 Middelburg beschrijft deze visie voor het beleidsthema Wonen. 750 Terneuzen Vlissingen
1.000 à 1.400
Sociaal stedenbeleid
Circa 6.000 Totaal De portefeuillehouders sociaal beleid van Goes, Middelburg, Bron: Provincie Zeeland, Stedennetwerk Zeeland 1010-2020: Kiezen & delen, Concept juni 2009. Terneuzen en Vlissingen (de Z4), alsmede de gedeputeerde Sociale
In de preambule van het overleg zijn afspraken gemaakt tussen vraagstukken en Jeugdzorg participeren in het bestuurlijk platform Middelburg en Vlissingen omoverleg de verdeling van de netto woningIn de preambule van het zijn afspraken gemaakt tussen Middelburg en Vlissingen Sociaal stedenbeleid. Dit platform nam het initiatief om voor de Z4 bouwproductie voor het stedelijk gebied op Walcheren (circa 3.800 komen tot Zeeuwse variant op de zogenaamde prachtwijken om de verdeling van de netto woningbouwproductie voor het stedelijktegebied opeen Walcheren woningen) in afstemming te brengen van de ambities van beide (‘Vogelaarwijken’). Dit betekent dat in elk van de vier steden een wijk (circa 3.800 woningen) in afstemming te brengen van de ambities van beide gemeenten. gemeenten. Deze afspraken resulteren in een netto woningbouwaangewezen waarvoor een integrale projectaanpak wordt Deze afspraken resulteren in een netto woningbouwprogramma voorwordt Vlissingen van circa programma voor Vlissingen van circa 1.650 woningen, Middelburg opgesteld aan de hand van de methodiek Communities That Care streeft naar een netto productie van circa 2.200 woningen tot 2020. (CtC). Deze CtC-methodiek kent een wetenschappelijk (bewezen) 2
Provincie Zeeland, Stedennetwerk Zeeland 1010-2020: Kiezen & delen, Concept juni 2009. Daarbij leidt een sociale diagnose tot een integraal plan fundament.
In hoofdstuk 4 geven wij middels de systematiek van het Stedennetwerk aan hoe Vlissingen invulling geeft aan haar deel van de netto woningproductie.
van aanpak en een uitvoeringsstructuur. Kern van de aanpak is een gebiedsgericht sturingsprogramma om probleemgedrag te voorkomen. De integrale aanpak kent een scope van fysiek tot sociaal. 10 van Vanuitpagina de stelling dat46 het Middengebied veel kenmerken heeft op basis waarvan landelijk de zogenaamde Vogelaarwijken zijn benoemd, is dit de eerste Vlissingse wijk die voor deze aanpak naar voren is geschoven.
Woonvisie Vlissingen
Herstructurering Naast de nieuwbouwopgave heeft het Stedennetwerk nadrukkelijk oog voor herstructureringsopgave in de steden. Een deel van de woningvoorraad veroudert snel en voldoet niet meer aan de huidige eisen van comfort en energie (met name woningen van voor 1970). Analyse3 laat een vervangingsopgave zien van 2.500 woningen in Zeeland in de sociale sector en 700 woningen in de particuliere sector. Niet-levensloopbestendige woningen zullen moeten worden aangepast, soms is sloop en herbouw nodig om te kunnen voorzien in de veranderende vraag. Doordat – variërend naar plaats - meer woningen aan de woningvoorraad zullen worden onttrokken dan er ter plaatse zullen worden teruggebouwd, zullen voornamelijk ‘stedelijke’ woonmilieus daardoor (deels) getransformeerd kunnen worden naar ‘groene’ woonmilieus. Een eerste inventarisatie in het Stedennetwerk leert dat dit nog een extra sloopopgave oplevert van ± 1.000
2.1.3 Gemeente Stadskoers Binnen de gemeente zijn strategische keuzen over de ontwikkeling van de stad in de Stadskoers gemaakt. Deze is recent geactualiseerd en besproken met diverse betrokkenen binnen en buiten Vlissingen. De gemeente zet blijvend in op het maritieme karakter van de stad en wil dat de stad een plek is waar iedereen graag woont en op bezoek komt. De Stadskoers is in 6 thema’s uitgewerkt, waaronder wonen: Vlissingen: een stad waar je kan wonen in diversiteit Voor Vlissingers en van Vlissingers. Vlissingen is een stad waar iedereen moet kunnen wonen en waar iedereen zijn bijdrage levert aan een beter
3 De Zeeuwse opgave, Ecorys, 19 maart 2009, Onderzoek in opdracht van de provincie Zeeland
WOONVISIE VLISSINGEN
12
Wonen-welzijn-zorg Een samenhangend gemeentelijk beleid op het terrein van wonenwelzijn-zorg vormt een belangrijk aanknopingspunt bij de ontwikkeling van een integraal woonbeleid. In Vlissingen is het beleidskader met betrekking tot wonen-welzijn-zorg nog in voorbereiding en wordt in de toekomst meegenomen.
Bron: CBS.
Figuur 2. Bevolkingsgroei Vlissingen, Zeeland en Nederland 2000-2008 104% 103% 102%
Nederland
101%
Zeeland
100%
Vlissingen
2008
2007
2006
2005
98%
2004
99% 2003
Als basis voor het toekomstig ruimtelijk beleid geldt de opvatting dat wij ontwikkelingen, zoals vergrijzing en krimp, als kansen zien om van daaruit aan de gemeente toe te voegen kwaliteiten te ontwikkelen. Voor het wonen betekent dit onder andere: waar verouderde huizen staan, gericht opknappen of anders slopen plus selectief bijbouwen, passend bij de bevolkingssamenstelling van de buurt en de verwachte ontwikkeling in de vraag. Waar nodig worden vrijkomende ruimtes gebruikt voor bijvoorbeeld parken en speelplaatsen of andere voorzieningen. Nieuwe ontwikkelingen zoals het Scheldekwartier worden gefaseerd ontwikkeld op basis van nieuwe inzichten. De woonvisie werkt de gekozen ruimtelijke ontwikkelingsrichting verder uit in relatie tot andere aspecten van het wonen (zoals woningvoorraadontwikkeling, kwaliteit, beleving). De ruimtelijke consequenties die voortkomen uit keuzes die in de woonvisie worden gemaakt, krijgen vervolgens een plek in de structuurvisie.
bijna de helft plaats binnen de provincie Zeeland en dan met name met de gemeenten Middelburg en Veere (bron WoOnZeeland 2006). en Nederland 2000-2008. Figuur 2. Bevolkingsgroei Vlissingen,
2002
Structuurvisie Tegelijkertijd met de woonvisie werkt de gemeente aan de structuurvisie. Het maken van een nieuwe structuurvisie is verplicht vanuit de nieuwe Wet ruimtelijke ordening die per 1 juli 2008 in werking is getreden. De Wet op de ruimtelijke ordening stelt dat de structuurvisie de hoofdlijnen bevat van de voorgenomen ontwikkelingen van de gemeente, evenals de hoofdzaken van het door de gemeente te voeren ruimtelijke beleid.
Achterblijvende bevolkingsontwikkeling Vlissingen is met ruim 44.600 inwoners een kleine stad. De bevolkingsontwikkeling van de gemeente vertoont de afgelopen 10 jaar een grillig beeld en blijft achter bij die van Nederland en Walcheren. De laatste 5 jaar vindt er nauwelijks groei plaats. De natuurlijke Achterblijvende bevolkingsontwikkeling Vlissingen is met ruimminus 44.600sterfte) inwoners een stad. De bevolkingsontwikkeling van aanwas (geboorte was inkleine deze periode nihil; het migragemeente vertoont de afgelopen 10 jaar een grillig beeld en blijft achter bij die van Nede tiesaldo bepaalde de groei. De migratierelatie - vestiging en vertrek – en Walcheren. De laatste 5 jaar vindt er nauwelijks groei plaats. vannatuurlijke Vlissingen met andere gemeenten vindt voor bijnaperiode de helft plaats De aanwas (geboorte minus sterfte) was in deze nihil; het migratiesa binnen de provincie Zeeland en dan met name met de gemeenten bepaalde de groei. De migratierelatie - vestiging enWoOn vertrek2006). – van Vlissingen met andere gemeenten vindt v Middelburg en Veere (bron
2001
De uitkomsten uit de actualisatie van de Stadskoers worden mede gebruikt als leidraad voor de totstandkoming van de woonvisie.
2.2 Vlissingen in feiten en cijfers
2000
woonklimaat. Van de boulevards, via het centrum tot en met de geledingszone; de omgevingsfactoren voor een breed scala aan woonomgevingen is voorhanden in Vlissingen. Wat lijkt te ontbreken, is de match van de woningvoorraad met de woningvraag. In Vlissingen moeten zoveel mogelijk mensen in staat gesteld worden een wooncarrière te kunnen maken. Diversiteit aan woningen en het toevoegen van meer kwaliteit is hiervoor een vereiste.
Bron: CBS.
Figuur 3. Leeftijdsopbouw van de bevolking in Vlissingen, Zeeland per 1-4-2009 Minder kinderen en meer jongeren dan in Zeeland Bron: Stadsmonitor Ten opzichte van Zeeland heeft Bevolkingssamenstelling Vlissingen een relatief groteVlissingen groep jongeren (20-35 jarig gemeente maar naar verhouding beduidend minder tot 20(stippellijn) jaar. In de vergelijking met (staaf) enkinderen Provincie Zeeland 1 april 2009 / 2008 te maken met vergrijzing. Nederland hebben zowel Zeeland als Vlissingen al meer leeftijd Figuur 95+ 3. Leeftijdsopbouw van de bevolking in Vlissingen, Zeeland per 1-4-2009 90-94
vrouwen
mannen
85-89 80-84 75-79 70-74 65-69 60-64 55-59 50-54 45-49 40-44 35-39 30-34 25-29 20-24 15-19 10-14 5-9 0-4 14
13
12
10
8
Bron: Stadsmonitor Woonvisie Vlissingen
6
4
2
0 aandeel in procenten
Huishoudenssamenstelling: stedelijk karakter
2
4
6
8
10
12
14
pagina… 13 van WOONVISIE VLISSINGEN
55-59 50-54 45-49 40-44
Vlissingen, stad aan 35-39 zee... een zee aan woonkwaliteit! 30-34 25-29 20-24
Minder kinderen en meer jongeren dan in Zeeland 15-19 Ten opzichte van Zeeland heeft Vlissingen een relatief grote groep 10-14 jongeren (20-35 jarigen), maar naar verhouding beduidend minder 5-9 kinderen tot 20 jaar. 0-4 In de vergelijking met Nederland hebben zowel Zeeland als Vlissingen 14 al meer te10 maken met vergrijzing. 12 8 6 4 2 0 2 4 6
uit de periode 1945-1970. Bossenburg en Westerzicht zijn typische woonerfbuurten uit de periode 1970-1990. De meest recente grootschalige woningbouw heeft plaatsgevonden in Rosenburg en Lammerenburg B.P. (zie figuur 5) 8
10
12
14
Vlissingen heeft naar verhouding veel eengezinswoningen. Die Huishoudenssamenstelling: stedelijk karakter Bron: Stadsmonitor … komen doorgaans minder voor in steden van deze of grotere omvang. De huishoudenssamenstelling heeft in Vlissingen duidelijk stedelijke Daarnaast valt binnen de Vlissingse woningvoorraad het grote kenmerken: relatief weinig gezinnen (parenkarakter met kinderen), meer aandeel woningen op met een woz-waarde tussen de € 100.000,- en Huishoudenssamenstelling: stedelijk paren zonder kinderen en meer alleenstaanden. Hiermee wijkt Vlis€ 150.000,-:39% in de gemeente ten opzichte van 26% in Zeeland. De huishoudenssamenstelling heeft in Vlissingen duidelijk stedelijke kenmerken: relatief singengezinnen af van het (paren gemiddelde Nederland en van Walcheren, waar weinig metvan kinderen), meer paren zonder kinderen en(figuur meer 6) alleenstaanden. met name de gezinnen met kinderen sterker vertegenwoordigd zijn. Hiermee wijkt Vlissingen af van het gemiddelde van Nederland en van Walcheren, waar met Een verklaring voor deze verschillen kan gevonden worden in de De Vlissingse bestaat voor 45% uit huurwoningen. name de gezinnen met kinderen sterker vertegenwoordigd zijn. Een verklaring voorwoningvoorraad deze huisvesting van studenten, in de omvang van de groep sociaal-maatVan deze ruim 9.700 woningen behoren er circa 7.200 tot de sociale verschillen kan gevonden worden in de huisvesting van studenten, in de omvang van de schappelijke opvang en in de vergrijzing. huursector. De corporaties hebben 8.452 woningen in hun bezit. groep sociaal-maatschappelijke opvang en in de vergrijzing. aandeel in procenten
Figuur 4. Gemeente Vlissingen, Huishoudenssamenstelling per 1-1-2009
Figuur 7. Gemeente Vlissingen, Samenstelling sociale huurwoningvoorraad per medio 2009. Bron: l’escaut en Woonburg
Figuur Gemeente Vlissingen, Huishoudenssamenstelling per 1-1-2009 Bron:4. Stadsmonitor 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
< € 357 (goedkope huur) € 357 – 512/548 (betaalbare huur) € 512/548 – 648 (bereikbare huur)
GZK – gezinnen zonder kinderen GMK – gezinnen met kinderen Eog – Eenoudergezinnen Alst - Alleenstaanden
l'escaut 2.368 3.169 881
Woonburg 284 478 24
Totaal 2.652 3.647 905 7.204
Bron: l’escaut en Woonburg
Aandachtsgroep en bereikbare voorraad
Niet actieven
Hoog
Middel
Laag
Alst
Eog
GMK
GZK
Aandachtsgroep enhetbereikbare voorraadomvat de huishoudens die op basis van De aandachtsgroep in volkshuisvestingsbeleid hunaandachtsgroep inkomen recht hebbeninop huurtoeslag. Zij zijn gezien de hoogte van hun inkomen De het volkshuisvestingsbeleid omvat de in beginsel niet in staat om zonder die financiële ondersteuning in hun huisvesting te voorzien. huishoudens die op basis van hun inkomen recht hebben op huurHet is een eerste verantwoordelijkheid van de woningcorporaties om in die huisvesting te Bron: toeslag. gezien de hoogte vanis hun inkomen inaandachtsgroep beginsel nietbepaald voorzien.Zij Opzijn basis van inkomensgegevens de omvang van de GZKStadsmonitor – gezinnen zonder kinderen 7.100om huishoudens (WoOn 2006). Een deel van deze huishoudens woont evenwel in een GMK – gezinnen met kinderen inopstaat zonder die financiële ondersteuning in hun huisvesting eigen woning: 18% van de aandachtsgroep is huiseigenaar. Daarnaast woont 16% procent Eog –inkomens Eenoudergezinnen Lage teniet voorzien. Het is een eerste verantwoordelijkheid van de zelfstandig in een woning (studenten, jongeren en mensen met een woningzorgvraag). In 2006 Alst - Alleenstaanden is inis Vlissingen door huishoudens gebruik gemaakt van corporaties om in3.637 die huisvesting te voorzien. Op huurtoeslag basis van(Stadsmonitor). inkoHet gemiddeld besteedbaar inkomen op jaarbasis per inkomensontvanger in Vlissingen Het deel van de aandachtsgroep dat van op zelfstandige woonruimte in de sociale huursector is mensgegevens is de omvang de aandachtsgroep bepaald op met € 17.000,- lager dan gemiddeld in Nederland (€ 18.000,-). Het verschil wordt groter als aangewezen, moet in beginsel onder dak kunnen worden gebracht in de zogenaamde Lage inkomens 7.100 huishoudens (WoOn 2006). Een deel van deze huishoudens we naar huishoudens kijken: Vlissingen gemiddeld € 27.100,-, Nederlandbereikbare gemiddeld voorraad (tot € 647,53 voor de periode 1 juli 2009-1 juli 2010). Het betreft op Het gemiddeld besteedbaar inkomen op jaarbasis per inkomensontgrond van bovenstaande ca 4.700 huishoudens. Daarvoor zijn in totaal 7.200 woont evenwel in eencijfers eigen woning: 18% van de aandachtsgroep € 31.300,-. Bij nadere beschouwing blijkt dat in Vlissingen met name het aantal inkomens vanger is in Vlissingen met € 17.000,- lager dan gemiddeld in Nederwoningen in de bereikbare voorraad beschikbaar. Een deel van deze woningen wordt is huiseigenaar. Daarnaast woont 16% procent niet zelfstandig boven € 25.200,(16%) lager is dan hetalslandelijk CBS,bewoond 2006).door mensen die vanwege hun inkomen op zich wel duurderinzouden overigens land (€ 18.000,-). Het verschil wordt groter we naar gemiddelde huishoudens (20%) (bron: een woning (studenten, en mensen een zorgvraag). In te kunnen wonen, maar dat omjongeren diverse redenen niet doenmet (geen behoefte om duurder kijken: Vlissingen gemiddeld € 27.100,-, Nederland gemiddeld wonen, geen passende woonruimte beschikbaar). Maargebruik de bereikbare voorraad sociale 2006 is in Vlissingen door 3.637 huishoudens gemaakt van Veel oudere eengezinswoningen en woningen WOZ-waarde huurwoningen moet in beginsel toereikend zijn om de aandachtsgroep onder dak te brengen. € 31.300,-. Bijwoningen, nadere beschouwing blijkt dat in Vlissingen met name met lagehuurtoeslag (Stadsmonitor). Van beleidsmatig grotere betekenis dan de omvang van de bereikbare voorraad is de het aantal inkomens boven € 25.200,- (16%) lager is dan het landelijk beschikbaarheid van woningen uit die voorraad voor mensen uit de aandachtsgroep: gemiddelde (20%) (bron: CBS, 2006). Hoeveel woningen uit die bereikbare voorraad per jaar beschikbaar voor mensen Het deel van de aandachtsgroep dat op komen zelfstandige woonruimte
Woonvisie Vlissingen
pagina 14 van 46 uit de aandachtsgroep;
in deEn sociale is aandachtsgroep aangewezen,willen moetjaarlijks in beginsel onder dakde hoeveelhuursector mensen uit de een woning binnen bereikbare voorraad? kunnen worden gebracht in de zogenaamde bereikbare voorraad benadering focust ook sterker de vraagjuli welke maatregelen tot meer (tot €Deze 647,53 voor de periode 1 juliop2009-1 2010). Het betreft op beschikbare woningen leiden, zoals doorstroming naar te ontwikkelen andere huur- en grond van bovenstaande cijfers ca 4.700 huishoudens. Daarvoor zijn koopwoningen. De effecten van dergelijke maatregelen op de beschikbaarheid zijn weer goed7.200 te meten. in totaal woningen in de bereikbare voorraad beschikbaar. Een Twee aandachtspunten om doorstroming in beginsel effectief te laten zijn: deel van deze woningen wordt overigens bewoond door mensen die De feitelijke doorstromingsbehoefte is vaak gericht op een ‘behapbare’ opschuiving. vanwege hun inkomen op duurder zouden Vanuit de sociale huursectorzich gaatwel het gewoonlijk vooral om kunnen aanbod inwonen, de goedkope en
Veel oudere woningen, eengezinswoningen en woningen met lage WOZ-waarde Vlissingen telt op 1 juni 2009 21.683 woonruimten. Bijna de helft hiervan dateert van voor 1970. De buurten Scheldestraat e.o. en Bonedijkstraat e.o. hebben met name veel vooroorlogse woningen, Bloemenlaan e.o. en Hercules Segherslaan e.o. met name woningen
WOONVISIE VLISSINGEN
14
betaalbare (of middeldure) koop of naar andere bereikbare huur. Er moet voor velen dus een goede aansluiting zijn op wat men achter laat, zodat de stap is te overbruggen. Om effect met doorstroming te bereiken is het wel nodig om nieuwe woningen ook in behoorlijke mate door doorstromers uit de gemeente zelf te laten betrekken. Immers bij huisvesting door vestigers uit een andere gemeente komt er geen woning voor een eigen woningzoekende beschikbaar.
Vlissingen telt op 1 juni 2009 21.683 woonruimten. Bijna de helft hiervan dateert van voor Veelhebben oudere woningen, en woningen met 1970. De buurten Scheldestraat e.o. en Bonedijkstraat e.o. met nameeengezinswoningen veel lage WOZ-waarde. vooroorlogse woningen, Bloemenlaan e.o. en Hercules Segherslaan e.o. met name woningen uit de periode 1945-1970. Bossenburg en Westerzicht zijn typische woonerfbuurten uit de periode 1970-1990. De meest recente grootschalige woningbouw Vlissingen telt op 1injuni 2009 21.683 woonruimten. Bijna heeft plaatsgevonden Rosenburg en Lammerenburg B.P. de helft hiervan dateert van voor 1970. De buurten Scheldestraat e.o. en Bonedijkstraat e.o. hebben met name veel vooroorlogse woningen, Bloemenlaanpere.o. ennaar Hercules Segherslaan e.o. met name Figuur 5. Gemeente Vlissingen, Woningvoorraad buurt bouwjaarperiode, per 1-4-2009 Bouwjaar woningen uit de periode 1945-1970. Bossenburg en Westerzicht zijn typische woonerfbuurten uit de periode 1970-1990. De meest recente grootschalige woningbouw absoluut Onbekend Buurt < 1900 1900-1945 1945-1970 1970-1990 > 1990 Totaal Oudeheeft Binnenstad 9,7% 10,6% 32,6% 26,8% 7,8% 100% 2.253 plaatsgevonden in Rosenburg en Lammerenburg B.P. 12,6%
Scheldestraat e.o. & Stadhuisplein e.o. 1,0% 53,8% 12,8% 18,8% 3,3% 10,3% 100% 2.213 Boulevard, Spuikom en Vredehof 0,3% 12,3% 23,9% 23,1% 36,5% 3,8% 100% 1.535 Figuur 5.e.o. Gemeente Vlissingen, Woningvoorraad per 1,5% 1-4-2009 100% Bonedijkestraat & Het Fort e.o. 42,8% per buurt 25,5% naar bouwjaarperiode, 20,4% 9,8% 1.445 Bouwjaar 5,6% Bloemenlaan e.o. & Baskenburg Zuid 15,5% 67,0% 10,5% 1,4% 100% 1.886 H. Segherslaan e.o. 80,2% 14,5% 5,2% 100% 881 absoluut Onbekend Buurt <- 1900 1900-1945 1945-1970 33,6% 1970-199010,0% > 1990 Totaal Paauwenburg-Oost 6,5% 49,3% 0,6% 100% 1.775 Oude Binnenstad Paauwenburg-West 0,1% 9,7% -10,6% 36,5%32,6% 55,8%26,8% 6,7%12,6% 0,8% 7,8% 100%100% 892 2.253 Scheldestraat e.o. & Stadhuisplein e.o. Rosenburg, Lammerenburg B.P. - 1,0% 0,1%53,8% -12,8% 13,9%18,8%81,6% 3,3% 4,5%10,3% 100%100%1.030 2.213 Boulevard, Spuikom en Vredehof Bossenburgh-Weyevliet - 0,3% -12,3% -23,9% 99,6%23,1% 0,3%36,5% 0,1% 3,8% 100%100% 977 1.535 Bonedijkestraat e.o. & Het Fort e.o. Westerzicht -42,8% -25,5% 99,6%20,4% - 9,8% 0,4% 1,5% 100%100% 753 1.445 Bloemenlaan e.o. & Baskenburg Zuid Papegaaienburg-Hofwijk -15,5% 0,2%67,0% 70,3%10,5%20,5% 5,6% 9,0% 1,4% 100%100% 522 1.886 H. Segherslaan e.o. - 15,3% - 25,6%80,2% 33,7% 14,5% West-Souburg & Vrijburg 1,0% 18,2% 6,1% 5,2% 100%100% 718 881 Paauwenburg-Oost - 30,0% 6,5% 37,8%49,3% 22,1%33,6% 4,5%10,0% Kern Oost-Souburg, Zeewijksingel 1,1% 4,5% 0,6% 100%100%2.463 1.775 Paauwenburg-West - 1,2%36,5% 82,9%55,8% 9,8% 6,7% Schoonenburg-Groot Abeele 1,3% 0,1% 2,9% 1,9% 0,8% 100%100%1.312 892 Rosenburg, Lammerenburg B.P. - 2,9% 0,1% 37,4% - 49,0%13,9% 2,7%81,6% Molenweg & Landbouwgeb O-Soub 8,0% 4,5% 100%100% 853 1.030 Bossenburgh-Weyevliet - 12,0% - 25,7% - 23,4%99,6%16,6% 0,3% 20,0% 0,1% 100%100% 175 977 Ritthem & Binnen- en Buitenhavens 2,3% Westerzicht - 16,5% - 29,6% - 34,7%99,6%13,4% 753 1,4% 4,4% 0,4% 100%100% - 3.580 - 6.420 0,2% 7.52870,3%2.90220,5% 100% TotaalPapegaaienburg-Hofwijk 300 953 9,0% 21.683 522 & Vrijburg 1,0% 15,3% 25,6% 33,7% 18,2% 6,1% 100% 718 Bron:West-Souburg Stadsmonitor Kern Oost-Souburg, Zeewijksingel 1,1% 30,0% 37,8% 22,1% 4,5% 4,5% 100% 2.463 Schoonenburg-Groot Abeele 1,3% 2,9% 1,2% 82,9% 9,8% 1,9% 100% 1.312 Molenweg & Landbouwgeb O-Soub 2,9% 37,4% 49,0%komen 2,7%doorgaans 8,0% minder 100% 853 Vlissingen heeft naar verhouding veel- eengezinswoningen. Die Ritthem & Binnen- en Buitenhavens 2,3% 12,0% 25,7% 23,4% 16,6% 20,0% 100% 175 voor in steden van deze of grotere1,4% omvang. Daarnaast de Vlissingse 16,5% 29,6% valt binnen 34,7% 13,4% 4,4% 100% Totaal 3.580 7.528 2.902 953€ 100.000,- 21.683 woningvoorraad het grote aandeel 300 woningen op met6.420 een woz-waarde tussen de
Bron: Stadsmonitor in de gemeente ten opzichte van 26% in Zeeland. en €Figuur 150.000,-:39% 5. Gemeente Vlissingen, Woningvoorraad per buurt naar bouwjaarperiode, per 1-4-2009 100% Bron: Stadsmonitor 90%
Waarde (woz)
De Vlissingse woningvoorraad bestaat voor 45% uit huurwoningen. Van deze ruim 9.700 woningen behoren er circa 7.200 totOppervlak de sociale huursector. De corporaties hebben 8.452 Bouwjaar (m²) Typologie Eigendom Waarde woningen in hun bezit. Bron: StadsMonitor /gemeente.
> 250.000
150.000 - 200.000 200.000 - 250.000 > 250.000 200.000 - 250.000
Eigendom
100.000 - 150.000 150.000 - 200.000
< 100.000 Koop
Huur
Overig
Huur
Overig
Flats
Flats
Bov.ben
Eg.rij
Eg.rij
Bov.ben
Typologie
Bron: StadsMonitor Figuur 6. Gemeente/gemeente. Vlissingen, Kenmerken woningvoorraad per medio 2009 Bron: StadsMonitor/gemeente.
1/2-vrijstaand
1/2-vrijstaand
Onbekend
Onbekend
Oppervlak (m²)
> 150
> 150
120-150
120-150
90-120
70-90
90-120
70-90
< 70
< 70
Onbekend
> 1990
Onbekend
> 1990
Bouwjaar
1970-1990
1970-1990
1945-1970
1945-1970
1900-1945
< 1900
< 1900
1900-1945
40% 100% 30%90% Figuur 6. Gemeente Vlissingen, Kenmerken woningvoorraad per medio 2009 20% 80% 10%70% 0%60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
< 100.000 100.000 - 150.000
komen doorgaans minder voor in steden van deze of grotere omvang. Daarnaast valt binnen de Vlissingse 70% woningvoorraad het grote aandeel woningen op met een woz-waarde tussen de € 100.000,60% 50% en € 150.000,-:39% in de gemeente ten opzichte van 26% in Zeeland.
Koop
Vlissingen heeft naar verhouding veel eengezinswoningen. Figuur 6. Gemeente Vlissingen, Kenmerken woningvoorraad per medio 2009 Die 80%
(woz)
Figuur 7. Gemeente Vlissingen, Samenstelling sociale huurwoningvoorraad per medio 2009
De Vlissingse woningvoorraad bestaat voor 45% uit huurwoningen. Van deze ruim 9.700 woningen behoren er circa 7.200 tot de sociale huursector. De corporaties hebben 8.452 woningen in hun bezit.
15
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! maar dat om diverse redenen niet doen (geen behoefte om duurder te wonen, geen passende woonruimte beschikbaar). Maar de bereikbare voorraad sociale huurwoningen moet in beginsel toereikend zijn om de aandachtsgroep onder dak te brengen. Van beleidsmatig grotere betekenis dan de omvang van de bereikbare voorraad is de beschikbaarheid van woningen uit die voorraad voor mensen uit de aandachtsgroep: • Hoeveel woningen uit die bereikbare voorraad komen per jaar beschikbaar voor mensen uit de aandachtsgroep; • En hoeveel mensen uit de aandachtsgroep willen jaarlijks een woning binnen de bereikbare voorraad? Deze benadering focust ook sterker op de vraag welke maatregelen tot meer beschikbare woningen leiden, zoals doorstroming naar te ontwikkelen andere huur- en koopwoningen. De effecten van dergelijke maatregelen op de beschikbaarheid zijn weer goed te meten.
de belangrijkste conclusies voor de gemeente als geheel uit Lemon Vlissingen 2009. Hierbij wordt opgemerkt dat bij de beoordeling van de aspecten hoge scores “goed” zijn en lage scores “slecht”. Fysieke woonomgeving De aspecten van de fysieke woonomgeving worden in Vlissingen wisselend beoordeeld. De kwaliteit van de woningen, de woonomgeving, de openbare verlichting, de aanwezigheid van groenvoorzieningen en de algemene voorzieningen scoren ruim voldoende. Het cijfer voor de kwaliteit van de woningen is ten opzichte van de vorige meting echter wel gedaald. De aanwezigheid van straatmeubilair is het enige aspect binnen dit thema dat gemiddeld een onvoldoende krijgt. Het onderhoud van het straatmeubilair en de aanwezigheid van speelvoorzieningen scoren echter maar net een voldoende. Op de vraag welke voorzieningen bewoners nog missen in hun buurt werd vooral geantwoord dat winkels in de nabije omgeving ontbreken.
Twee aandachtspunten om doorstroming in beginsel effectief te laten zijn: • De feitelijke doorstromingsbehoefte is vaak gericht op een ‘behap bare’ opschuiving. Vanuit de sociale huursector gaat het gewoon lijk vooral om aanbod in de goedkope en betaalbare (of middel dure) koop of naar andere bereikbare huur. Er moet voor velen dus een goede aansluiting zijn op wat men achter laat, zodat de stap is te overbruggen; • Om effect met doorstroming te bereiken is het wel nodig om nieuwe woningen ook in behoorlijke mate door doorstromers uit de gemeente zelf te laten betrekken. Immers bij huisvesting door vestigers uit een andere gemeente komt er geen woning voor een eigen woningzoekende beschikbaar.
Sociale woonomgeving Het best beoordeelde aspect binnen dit thema van de sociale woonomgeving is het thuis voelen in de buurt. De omgang van bewoners wordt met een 6,8 als redelijk beoordeeld. De andere twee aspecten, ‘bewoners kennen elkaar’ en de betrokkenheid van de bewoners, scoren beide een 6,2. De score voor ‘bewoners kennen elkaar’ is ten opzichte van de vorige meting gedaald. Ongenoegens Een aantal aspecten van overlast scoren gemiddeld hoog in de beleving, dit is een positief signaal omdat de bewoners daarmee aangeven weinig overlast te ervaren. Dit geldt voor de overlast van het geluid van huisdieren, de overlast van vuilnis, de overlast van het stallen van caravans e.d., de overlast van uitgaansgelegenheden en van drugs- of alcoholgebruik. De overlast van uitwerpselen van (huis) dieren scoort het laagst en krijgt maar net een voldoende.
Het voorgaande wijst in de richting van het belang van een goede sturing van het uitvoeringsproces: goed volgen hoeveel woningen er uit de bereikbare voorraad beschikbaar komen en hoeveel van die woningen er worden gevraagd. Dat is eenvoudig aan te geven (en wordt verderop uitgewerkt). Op die wijze zijn gemeente en corporaties samen bezig om op goede wijze invulling aan processturing te geven. Dan zal tijdig blijken wanneer zal moeten worden bijgestuurd.
Veiligheid Hierover zijn veel vragen gesteld. De inwoners van de gemeente geven met gemiddeld 7,8 aan dat zij zich behoorlijk veilig voelen in hun buurt. Er lijkt over het algemeen niet veel sprake van geweld te zijn en weinig respondenten geven aan zelf ooit te zijn lastiggevallen of betrokken te zijn geraakt bij geweld4. Overlast van graffiti en diefstal of inbraak worden tevens met hoge cijfers beoordeeld. Toezicht in de buurt en verkeersoverlast worden met een onvoldoende beoordeeld.
Inwoners over leefbaarheid In Vlissingen is in 2009 een onderzoek uitgevoerd naar de leefbaarheid in de buurten. Het is na 2005 en 2007 de derde keer dat de Leefbaarheidsmonitor Lemon is toegepast. Dit instrument meet de beleving van leefbaarheid op basis van een schriftelijke vragenlijst onder bewoners. Lemon geeft de bevindingen van bewoners weer. Er dient hierbij benadrukt te worden dat beleving en feitelijke situatie niet altijd overeenkomen. De resultaten van Lemon geven de gevoelens van bewoners weer en niet in hoeverre deze gevoelens in overeenstemming zijn met de feitelijke cijfers. Hieronder volgen WOONVISIE VLISSINGEN
4 Volgens Lemon voelt men zich in de buurten over het algemeen veilig. Het zijn echter vaak binnen een gemeente enkele specifieke plekken waar gevoelens van onveiligheid worden ervaren. Wanneer deze worden gesignaleerd, treed de gemeente daar specifiek tegen op.
16
In deel 2 van de woonvisie analyseren wij de uitkomsten van Lemon per buurt. Vraag en aanbod In het Woon Onderzoek Nederland 2006 (WoON 2006) van het Ministerie van VROM is een analyse uitgevoerd van vraag en aanbod op de Vlissingse woningmarkt. Hierbij is een inschatting gemaakt van het potentiële aanbod op basis van huishoudens die aangeven binnen 2 jaar te willen verhuizen. De potentiële vraag naar een woning in Vlissingen bestaat uit de lokale vraag, de externe vraag Vraag en aanbod Vraag en omliggende aanbod (vanuit gemeenten) en de vraag zonder voorkeur In het Woon Onderzoek Nederland 2006 (WoON 2006) van het Ministerie van voor VROM is een In het Woon Onderzoek Nederland 2006 (WoON 2006) vanwoningmarkt. het MinisterieHierbij van VROM analyse uitgevoerd van vraag en15%). aanbod op de Vlissingse is een is een een gemeente (aanname Onderstaande grafieken geven een analyse uitgevoerd en aanbod op de op Vlissingse woningmarkt. is een inschatting gemaaktvan vanvraag het potentiële aanbod basis van huishoudensHierbij die aangeven overzicht hoe de vraag zichDe verhoudt hetnaar aanbod naar typologie inschatting gemaakt het potentiële aanbodtot op basis van huishoudens die aangeven binnen 2 jaar te willenvan verhuizen. potentiële vraag een woning in Vlissingen bestaat binnen 2 jaarvraag, te willen De potentiële vraag naar een woningeninde Vlissingen bestaat endeprijsklasse. uit lokale de verhuizen. externe vraag (vanuit omliggende gemeenten) vraag zonder
uit de lokale de externe(aanname vraag (vanuit omliggende gemeenten) engeven de vraag voorkeur voorvraag, een gemeente 15%). Onderstaande grafieken eenzonder overzicht voorkeur voorzich een verhoudt gemeentetot(aanname 15%). grafieken geven een overzicht hoe de 8, vraag het aanbod naarOnderstaande typologie en prijsklasse. Figuur Gemeente Vlissingen, vraag en aanbod in huursector 2006 hoe de vraag zich verhoudt tot het aanbod naar typologie en prijsklasse. Bron: WoOn2006.
Figuur 8, Gemeente Vlissingen, vraag en aanbod in huursector 2006 Figuur 8, Gemeente Vlissingen, vraag en aanbod in huursector 2006
Potentieel aanbod in de markt Potentieel aanbod in de markt
HUURWONINGEN HUURWONINGEN waarvan: waarvan: eengezins eengezins meergezins meergezins
Lokale vraag: geen voorkeur of andere gemeente Lokale vraag: geen voorkeur of andere gemeente Externe vraag: Vlissingen Externe vraag: Vlissingen Lokale vraag: Vlissingen Lokale vraag: Vlissingen
liberalisatiegrens >liberalisatiegrens 0 0
1.000 1.000
2.000 2.000
3.000 3.000
4.000 4.000
Bron: WoOn2006. Bron: WoOn2006.
Figuur 9 Gemeente Vlissingen, vraag en aanbod in koopsector 2006
Bron:9WoON 2006. Figuur Gemeente Vlissingen, vraag en aanbod in koopsector 2006 Figuur 9 Gemeente Vlissingen, vraag en aanbod in koopsector 2006 KOOPWONINGEN KOOPWONINGEN waarvan: waarvan: eengezins eengezins meergezins meergezins
Potentieel aanbod in de markt Potentieel aanbod in de markt Lokale vraag: geen voorkeur of andere gemeente Lokale vraag: geen voorkeur of andere gemeente Externe vraag: Vlissingen Externe vraag: Vlissingen Lokale vraag: Vlissingen Lokale vraag: Vlissingen
<170.000 <170.000 170-240 170-240 240-400 240-400 >400.000 >400.000 0 0
1.000 1.000
2.000 2.000
3.000 3.000
• • • •
De totale vraag naar huurwoningen is veel groter dan het potentiële aanbod. Een deel van de potentiële huurders spreekt echter geen voorkeur uit voor Vlissingen of voor een andere gemeente. Dat betekent dat zij zich in de praktijk vaak laten leiden door de beschikbaarheid van een woning. Binnen de huursector zou echter sprake zijn van een kwalitatieve mismatch: meer aanbod dan vraag bij eengezinshuurwoningen en meer vraag dan aanbod bij meergezinshuurwoningen. Vraag en aanbod zijn in evenwicht in de categorie woningen die vanaf juli 2009 in de maandhuur klasse € 357-548 vallen. In de categorie goedkope huurwoningen daaronder is sprake van een tekort. In wat mindere mate is dat ook het geval in de maandhuurklasse € 548-648, dus bij de duurdere sociale huurwoningen; Ook in de koopsector is de vraag groter dan het aanbod. Het potentiële aanbod van koopappartementen blijft volgens dit onderzoek uit 2006 duidelijk achter bij de vraag. In de koopsector concentreert het tekort zich in het prijssegment van € 240.000400.000. Het potentiële tekort bij de appartementen in de koopsector manifesteert zich met name bij de appartementen tot 3 kamers. Bij eengezinswoningen lijkt juist sprake van een potentieel overschot bij woningen met 4 of meer kamers; Potentiële gemeenteverlaters zoeken in de huursector relatief vaak goedkope woningen en meergezinswoningen. In de koopsector richten zij zich vooral op eengezinswoningen, gelijkelijk verdeeld over de drie onderscheiden prijsklassen tot € 400.000; Nadere beschouwing van de analyse geeft dat de starters in Vlissingen relatief vaak in het ongewisse laten waar ze willen gaan wonen, waarbij ze relatief vaak op zoek zijn naar een meergezinswoning en/of een huurwoning.
Andere actualiteit en verschillen per buurt De onderzoek uit 2006 geeft een richting aan van mogelijke spanningen op de woningmarkt. Wij plaatsen twee kanttekeningen bij de uitkomsten van dit onderzoek: • Na 2006 is er veel gebeurd op de woningmarkt, vooral ook onder invloed van de economische crisis. Wij beschikken niet over zodanige gegevens daarvan dat wij een gespecificeerd overzicht van actuele tekorten en overschotten kunnen presenteren. Wel is duidelijk dat er grote haperingen zijn op de koopwoningmarkt en dat mede als gevolg daarvan de doorstroming stagneert. Dat leidt onmiskenbaar tot een grotere marktdruk in de sociale huur sector;
4.000 4.000
Bron: WoON 2006. Bron: WoON 2006.
De totale vraag naar huurwoningen is veel groter dan het potentiële aanbod. Een deel De totale vraag naar huurwoningen is veelgeen grotervoorkeur dan het uit potentiële aanbod.of Een deel van de potentiële huurders spreekt echter voor Vlissingen voor een van de potentiële spreekt uit voor Vlissingen of voor andere gemeente.huurders Dat betekent datechter zij zichgeen in devoorkeur praktijk vaak laten leiden door de een andere gemeente. Dat betekent dat zij zich in de praktijk vaak laten leiden door de beschikbaarheid van een woning. beschikbaarheid van een woning. Woonvisie Vlissingen Woonvisie Vlissingen
17
pagina 18 van 46 pagina 18 van 46
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! •
Indicatoren voor kwaliteitsverbetering De teksten en grafieken van de foto’s van de buurten zijn vertaald naar zes indicatoren voor kwaliteitsverbetering. Hiermee woningen: wordt aangesloten bij systematiek van van de selectie van de 403. Aantal goedkope criterium > 50% de woningen prachtwijken (‘Vogelaar-wijken’), waarbij wijken met behulp van indicatoren worden beoordeeld goedkoper dan € 150.000,dan signaleren; waarde ingegeven als op hun fysieke en sociale situatie. Indicatoren moetenom worden gezien als eente hulpmiddel een beleidsproces om tot waarde een richtgetal onderscheid makeninnaar lage en hoge gezamenlijke perceptie en een gezamenlijk actieplan voor de buurt te komen en niet als een van woningen; schijnbaar objectieve norm om in dit geval de buurt de maat te nemen. Uitgangspunt in dezebeleving woonvisie is van dat dede mate waarin een buurt op één of meer van de 4. Negatieve fysieke woonomgeving: criterium indicatoren ondergemiddeld scoort, dit een zekere potentie aan kwaliteitsverbetering 5 = significante negatieve afwijking van het gemiddelde van de signaleert.
Het onderzoek verschaft geen informatie over de match van vraag en aanbod naar locaties/buurten binnen Vlissingen. Uiteraard liggen er wat dat betreft de nodige verschillen, ook na 2006. Actueel onderzoek in samenwerking met de corporaties moet meer inzicht geven in bijvoorbeeld de wachttijden in de sociale huursector.
gemeente Vlissingen;
gens: criterium = significante negatieve afwijking van het gemid-
1. Gebouwd < 1971: criterium > 50% van woningen voor 1971 dan signaleren; jaartal ingegeven delde van dedegemeente Vlissingen;scheiding in bouwjaren vanuit de vanuit algemeen geaccepteerde 6. volkshuisvesting; Negatieve beleving van de veiligheid: criterium = significante 2. Oppervlak < 90 m²: criterium > 30% van woningen kleiner dan 90 m² dan signaleren, oppervlak negatieve afwijking van het gemiddelde van de gemeente Vlisingegeven vanuit het gegeven dat circa 95 m² het minimaal gewenste is; woonoppervlak singen. 3. Aantal goedkope woningen: criterium > 50% van de woningen goedkoper dan € 150.000,- dan signaleren; waarde ingegeven als richtgetal om onderscheid te maken naarelke lage en hoge waarde woningen; Voor buurt zijn devanscores in een overzicht gezet en gekoppeld 4. Negatieve beleving van de fysieke woonomgeving: criterium = significante5 negatieve aanafwijking een kleurcodering: in negatieve zin van het gemiddelde(significante) van de gemeente overschrijding Vlissingen; 5. Negatieve beleving van de sociale criterium == geel, = rood, score (ongeveer) gelijkwoonomgeving/ongenoegens: aan het Vlissingse gemiddelde significante negatieve afwijking van het gemiddelde van de gemeente Vlissingen; (significant) beterevan score dan gemiddelde = groen. De scores opvande 6. Negatieve beleving de veiligheid: criterium = significante negatieve afwijking het gemiddelde van de gemeente Vlissingen. beleving van woonomgeving en veiligheid worden aangegeven met
2.3 Buurten van Vlissingen Foto’s van de buurten In deel 2 van de woonvisie “Buurten in Vlissingen” is per buurt een ‘foto’ genomen van de huidige stand van zaken van de fysieke en sociale woonomgeving. Deze foto bevat gegevens over de woningvoorraad, de bevolkingssamenstelling, de beleving van de buurt en de aanwezigheid van voorzieningen. De buurten worden hierbij gekarakteriseerd in tekst, tabellen, grafieken en beelden. De gegevens zijn afkomstig uit de doorlopende onderzoeken van het CBS, de Stadsmonitor en Lemon.
“-“ =elke significante negatieve afwijking, een “+” = significant positieve Voor buurt zijn de scores in een overzicht gezet en gekoppeld aan een kleurcodering: (significante) overschrijding negatieve zin = rood, score (ongeveer) gelijk aan het afwijking en een “0” =ingeen afwijking. Vlissingse gemiddelde = geel, (significant) betere score dan gemiddelde = groen. De scores op de beleving van woonomgeving en veiligheid worden aangegeven met “-“ = significante negatieve afwijking, eenop “+”indicatoren = significantvan positieve afwijking en een “0” = geen Figuur 10. Voorbeeld van scores kwaliteitsverbetering afwijking. Bron: Buurten in Vlissingen, deel 2 van de Woonvisie Vlissingen. Figuur 10. Voorbeeld van scores op indicatoren van kwaliteitsverbetering Leeftijd Oppervlak Woz-waarde Fysieke Sociale % < 1971 % < 90 m² % < €150.000,woonomgeving woonomgeving 69% 10% 44% 0 0 Bron: Buurten in Vlissingen, deel 2 van de Woonvisie Vlissingen.
Indicatoren voor kwaliteitsverbetering De teksten en grafieken van de foto’s van de buurten zijn vertaald naar zes indicatoren voor kwaliteitsverbetering. Hiermee wordt aangesloten bij systematiek van de selectie van de 40-prachtwijken (‘Vogelaar-wijken’), waarbij wijken met behulp van indicatoren worden beoordeeld op hun fysieke en sociale situatie. Indicatoren moeten worden gezien als een hulpmiddel in een beleidsproces om tot een gezamenlijke perceptie en een gezamenlijk actieplan voor de buurt te komen en niet als een schijnbaar objectieve norm om in dit geval de buurt de maat te nemen. Uitgangspunt in deze woonvisie is dat de mate waarin een buurt op één of meer van de indicatoren ondergemiddeld scoort, dit een zekere potentie aan kwaliteitsverbetering signaleert.
Veiligheid 0
Uitkomsten
Uitkomsten De samengestelde buurt Rosenburg, Lammerenburg B.P scoort op 5 Men spreekt van een significante uitkomst als deze uitkomst in sterke mate de veronderstelling alle criteria significant beter gemiddeld. Het betreft hier de meest ondersteunt dat het verschil niet door toevaldan is ontstaan, maar door iets anders. Hier gaat het dus om een afwijking ten opzichte van het recente nieuwbouwlocaties van Vlissingen, met een monocultuur gemiddelde van de gemeente Vlissingen of veranderingen ten opzichte van de meting 2007. (Lemon 2009) eengezinskoopwoningen en een homogene van ingrondgebonden bevolkingsamenstelling. Ook Pauwenburg-west scoort goed. Hierbij is eveneens sprake van een buurt met een eenzijdigepagina woningtypoWoonvisie Vlissingen 20 van 46 logie en een homogene bevolkingsamenstelling.
Voor de buurten van Vlissingen zijn de onderstaande indicatoren gehanteerd. Tevens is bij elk van de indicatoren aangegeven wat het criterium is voor ondergemiddeld scoren. 1. Gebouwd < 1971: criterium > 50% van woningen voor 1971 dan signaleren; jaartal ingegeven vanuit de algemeen geaccepteerde scheiding in bouwjaren vanuit de volkshuisvesting; 2. Oppervlak < 90 m²: criterium > 30% van woningen kleiner dan 90 m² dan signaleren, oppervlak ingegeven vanuit het gegeven dat circa 95 m² het minimaal gewenste woonoppervlak is; WOONVISIE VLISSINGEN
Voor de buurten van Vlissingen zijn de onderstaande indicatoren gehanteerd. Tevens is bij 5. van Negatieve beleving van socialeis woonomgeving/ongenoeelk de indicatoren aangegeven wat de het criterium voor ondergemiddeld scoren.
De thans beschikbare inzichten in het functioneren van de woningmarkt zullen met beschikbare aanvullingen van actuele gegevens een rol spelen bij de verdere uitwerking van de buurtbenadering, teneinde mede richting te geven aan de zich daar voordoende opgaven op het vlak van vernieuwing en nieuwbouw.
5 Men spreekt van een significante uitkomst als deze uitkomst in sterke mate de veronderstelling ondersteunt dat het verschil niet door toeval is ontstaan, maar door iets anders. Hier gaat het dus om een afwijking ten opzichte van het gemiddelde van de gemeente Vlissingen of veranderingen ten opzichte van de meting in 2007. (Lemon 2009)
18
Buurten die significant minder scoren dan Vlissingen gemiddeld zijn: • Oude Binnenstad: de leeftijd van de buurt brengt met zich mee dat de Oude Binnenstad een groot aandeel oude en kleine woningen kent. De sociale woonomgeving wordt negatief beoordeld. Een nadere beschouwing geeft aan dat deze scores vaak een buurtspecifieke oorzaak hebben. In de uitwerking is verdere duiding van de betekenis van de minder dan gemiddelde scores een vereiste; • Scheldestraat e.o. & Stadhuisplein: met name door de scores met betrekking tot de woningvoorraad. De buurtbeleving scoort gemiddeld. Als we inzoomen op delen van de buurt is er een duidelijk onderscheid tussen de Rooie Buurt (posi tieve beleving) en het deel tussen de Scheldestraat en Badhuis straat (meer overlast);
Bonedijkestraat e.o. & Het Fort e.o., Bloemenlaan e.o. & Basken burg Zuid en Hercules Segherslaan e.o: al deze buurten kampen met minder dan gemiddelde scores op de woning voorraad en de beleving van de buurt. Een nadere beschouwing geeft aan dat deze scores vaak een buurtspecifieke oorzaak hebben. In de uitwerking is verdere duiding van de betekenis van de minder dan gemiddelde scores een vereiste; Bossenburgh: hier is met name aandacht nodig vanwege de scores op het gebied van de fysieke, sociale en veiligheidsbeleving in de buurt. De specifieke stedenbouwkundige opzet van de buurt vraagt om een nadere analyse voor de invloed hiervan op de beleving van de bewoners.
• •
Figuur 11. Scores op indicatoren van kwaliteitsverbetering per buurt Bron: Buurten in Vlissingen, deel 2 van de Woonvisie Vlissingen.
Figuur 11. Scores op indicatoren van kwaliteitsverbetering per buurt 1. Oude Binnenstad (10) 2. Scheldestraat e.o. & Stadhuisplein (11,12) 3. Boulevard, Spuikom, Vredehof-zuid & -noord (20,24) 4. Bonedijkestraat e.o. & Het Fort e.o. (21,25) 5. Bloemenlaan e.o. & Baskenburg Zuid (22,23) 6. Hercules Segherslaan e.o. (26) 7. Paauwenburg-oost (30) 8. Paauwenburg-west (31) 9. Rosenburg, Lammerenburg B.P. (40,43) 10. Bossenburgh-Weyevliet (41) 11. Westerzicht (42) 12. Papegaaienburg-Hofwijk (45) 13. West-Souburg & Vrijburg (46,48) 14. Kern Oost-Souburg, Zeewijksingel (50,51) 15. Schoonenburg-Groot Abeele (52) 16. Molenweg e.o. & O-Soub & O-Soub Noord (53, 54,55) 17. Ritthem & Landbouwgeb. Ritthem & Havens (60, 61,70) 18. Scheldekwartier (…) Vlissingen
Leeftijd % < 1971 53% 68% 37% 68% 83% 80% 56% 37% 0% 0% 0% 0% 42% 69% 5% 40% 40% 0%
Oppervlak % < 90 m² 44% 37% 24% 31% 33% 55% 25% 0% 2% 9% 12% 5% 5% 10% 4% 5% 1% 0%
Woz-waarde % < €150.000,49% 69% 21% 77% 88% 77% 42% 2% 0% 75% 48% 40% 13% 44% 28% 47% 18% 0%
48%
22%
48%
Bron: Buurten in Vlissingen, deel 2 van de Woonvisie Vlissingen.
Fysieke Sociale woonomgeving woonomgeving 0 0 0 0 0 0 0 + 0 + + + + 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 + + 0 0 0
0
Veiligheid 0 0 0 0 0 + + 0 0 0 0 0 0 + 0 0
De samengestelde buurt Rosenburg, Lammerenburg B.P scoort op alle criteria significant beter dan gemiddeld. Het betreft hier de meest recente nieuwbouwlocaties van Vlissingen, met een monocultuur van grondgebonden eengezinskoopwoningen en een eensgezinde bevolkingsamenstelling. Ook Pauwenburg-west scoort goed. Hierbij is eveneens sprake van een buurt met een eenzijdige woningtypologie en een eensgezinde bevolkingsamenstelling.
19
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! 2.4 Ontwikkelingen en trends
• •
In het advies van de Vromraad “Wonen in ruimte en tijd” (2009) wordt op basis van een analyse van de sociaal-culturele ontwikkelingen een zoektocht gestart naar trends in het wonen. In een notendop signaleert de raad de onderstaande sociaal-culturele ontwikkelingen in Nederland: • Toenemende individualisering; • Dalend geboortecijfer; • Toenemend aantal echtscheidingen; • Toenemende vergrijzing (meer mensen blijven langer leven); • Internationalisering van maatschappij en arbeidsmarkt; • Toenemende aandacht voor klimaatverandering; • Omslag van behoeftemaatschappij naar belevingsmaatschappij: consumptie niet alleen maar gericht op het bevredigen van menselijke behoeften (honger, dorst, beschutting) maar vooral ook om het innerlijk gevoel dat het gedrag bij ons oproept; • Het vervagen van grenzen tussen wonen - werken - recreëren, tussen stad en land en tussen tijdelijk en permanent.
In meer of mindere mate manifesteren voornoemde ontwikkelingen zich op onderstaande wijze in Vlissingen: • Krimp: Vlissingen heeft op dit moment een stabiele bevolkings omvang waarin geboorte, sterfte en migratie elkaar in evenwicht houden. De prognose is dat binnen afzienbare tijd het sterfte cijfer het geboortecijfer zover overstijgt dat het migratiesaldo dit bij ongewijzigd beleid niet kan opvangen. In huishoudensont wikkeling is tot 2020 geen afname gesignaleerd. Verdergaande vergrijzing en meer alleenstaanden leiden volgens de prognoses van het IPB en Primos tot een toename van het aantal huishou dens en daarmee tot een toename van de woningbehoefte; • Toenemende behoefte aan verschillende combinaties van wonen-welzijn-zorg: Als gevolg van de dubbele vergrijzing, waarbij meer mensen langer leven, neemt ook de zorgvraag toe. Er is een toenemende behoefte aan een grotere differentiatie van geschikte woningen in een passende omgeving voor mensen met beperkingen en/of een zorgvraag al dan niet in combinatie met verschillende vormen van zorg en welzijn: invulling van de ‘verdienstelijking van het wonen’; • Toenemende aanwezigheid van arbeidsmigranten: De inter nationaal opererende bedrijven in Vlissingen-Oost zetten in toenemende mate goedkope tijdelijke arbeidskrachten in vanuit Oost-Europese en Aziatische landen. De arbeidskrachten leveren een waardevolle bijdrage aan de economie. In een aantal situa ties levert de wijze waarop deze tijdelijke arbeidskrachten gehuis vest worden overlastsituaties op. Daarbij wordt deze groep vaak op onveilige wijze gehuisvest;
De Vromraad leidt een aantal trends af van de voornoemde ontwikkelingen met betrekking tot het wonen: • Een toenemende behoefte om te wonen met gelijkgestemden; • De opkomst van transnationaal wonen (permanent of tijdelijk in het buitenland wonen) en verschillende vormen van ‘meerhuizig heid’ (het beschikken over meer dan één woning); • Een toenemende vraag naar comfort en gemak, waarbij wonen samen gaat met zorg- en dienstverlening. De raad duidt deze trend aan met de term ‘verdienstelijking van het wonen’. Ook vanuit de opgaven in de woningmarkt benoemt de Vromraad een aantal ontwikkelingen die noodzaken tot herbezinning op de huidige aanpak van de woningmarkt: • De kwantitatieve bouwopgave blijft, mede doordat de huishou dens gemiddeld genomen steeds kleiner worden, maar wijzigt van karakter door toenemende regionale verschillen; • De bevolkingsgroei zal vooral plaatsvinden in de grotere steden en de rondom deze steden gelegen gemeenten (vooral in de Randstad), terwijl meer perifeer gelegen gemeenten in veel gevallen te maken zullen krijgen met bevolkingskrimp en soms zelfs ook met huishoudenskrimp;
WOONVISIE VLISSINGEN
In stedelijke gebieden is de ruimte voor uitbreidingslocaties beperkt en zullen veel van de woningen in bestaand gebied moeten worden gerealiseerd. Dit vraagt om een verstedelijkingsstrategie met aandacht voor verdichting, transformatie van bestaande woonmilieus en het hergebruik van bestaande terreinen en gebouwen (bedrijventerreinen, kantoorgebouwen en vrijkomend cultureel erfgoed). Daarnaast kennen deze gebieden ook een herstructureringsopgave om de mismatch in de bestaande voorraad aan te pakken; Ook in krimpgebieden komt het accent gaandeweg meer te liggen op herstructurering en transformatie (en beheer) dan op alleen het vergroten van de voorraad. De beleidsopgave is hiermee vooral een kwalitatieve opgave geworden.
20
800
700
600
500
Geboorte en sterfte Vlissingen
400
Figuur 12. Gemeente Vlissingen, Prognose ontwikkeling geboorte- en sterftecijfer maandag 29 juni 2009 Bron: Provincie Zeeland, Onverkende paden (2008) 300
200 800
30
26
24
22
20
18
16
14
12
10
08
06
04
02
00
98
96
94
92
90
88
86
84
82
80
78
74
72
28
20
20
20
20
20
20
20
20
20
20
20
20
20
20
20
20
19
19
19
19
19
19
19
19
19
19
19
19
19
19
0 600
76
100 700
Bron: Provincie Zeeland, Onverkende paden (2008)
Presentatie onderwerp, copyright (c) 2007 500
realisatie geboorte prognose geboorte realisatie sterfte prognose sterfte
400
300
200
100
30
20
28
26
20
24
20
20
22
20
20
18
20
20
16
14
20
12
20
20
10
08
20
06
20
20
04
02
20
00
20
20
98
96
19
94
19
19
92
90
19
88
19
19
86
84
19
82
19
19
80
78
19
19
76
74
19
19
72
0 19
Aanwezigheid van (buitenlandse) studenten: de (inter)nationalisering strekt zich uit tot in het hoger onderwijs. Als onderwijs stad van Zeeland is deze ontwikkeling voor Vlissingen een kans die zij graag uitbuit; Gelijkgestemden: Dat kan tot uitdrukking komen in de behoefte aan privaat beheerde woondomeinen, zoals de Vromraad aangeeft. In Vlissingen manifesteert zich dat op ’t ogenblik wellicht meer in zaken als wensen tot collectief opdrachtgeverschap, groepswonen, en experimenten met welstandsvrij bouwen op vrije kavels in uitbreidingslocaties (Souburg Noord); ‘Meerhuizigheid’: het beschikken over meer dan één woning en van beide woningen veelvuldig gebruik maken wordt in de woonvisie vertaald naar deeltijdwonen. Bij deeltijdwonen spelen vaak de specifieke kwaliteiten van een plek een rol bij de beslissing om in deeltijd een huis te bewonen. De maritiem stedelijke kwaliteiten van Vlissingen komen hier bij uitstek voor in aanmerking; De behoefte om de aanwezige kwaliteiten in Vlissingen meer uit te buiten: wat geldt voor deeltijdwonen, geldt natuurlijk zeker voor de reguliere bewoning. In Vlissingen heb je de kans om fietsafstand bij de zee en het strand te wonen, in een stedelijk maritieme setting of aan het Nationaal landschap. Het zijn deze kwaliteiten die Vlissingen verder wil uitbuiten bij het ontwikkelen van aantrekkelijke woonmilieus; Inbreiding boven uitbreiding: Op geheel eigen wijze, namelijk gelegen tussen zee en Nationaal Landschap en met een verouderde voorraad, is deze problematiek van toepassing op Vlissingen, waarbij echter in plaats van verdichting ingezet kan worden op verdunning in de stad.
Jaarlijkse huishoudengroei 1996-2030 Vlissingen Bron: Provincie Zeeland, Onverkende paden (2008)
Presentatie onderwerp, copyright (c) 2007
Figuur 13. Gemeente Vlissingen, Prognose huishoudensontwikkeling maandag 29 juni 2009 Bron: Provincie Zeeland, Onverkende paden (2008)
Figuur 13. Gemeente Vlissingen, Prognose huishoudensontwikkeling 450
400
350
300
250
Jaarlijkse huishoudengroei 1996-2030 Vlissingen
realisatie prognose
200
150
maandag 29 juni 2009
Figuur 13. Gemeente Vlissingen, Prognose huishoudensontwikkeling 100
450
50 400
30
29
20
20
28
20
27
26
20
25
20
20
24
23
20
20
22
21
20
20
20
20
19
20
18
17
20
20
16
20
15
14
20
20
13
20
12
20
11
10
20
20
09
20
08
07
20
06
20
20
05
04
20
20
03
02
20
01
20
20
00
20
99
98
19
97
19
19
19
96
0 350
-50
Bron: Provincie Zeeland, Onverkende paden (2008)
300 Presentatie onderwerp, copyright (c) 2007
250
Figuur 14. Gemeente Vlissingen, Prognose bevolkingsontwikkeling Bron: Provincie Zeeland, Onverkende paden (2008) realisatie prognose
200
Figuur 14. Gemeente Vlissingen, Prognose bevolkingsontwikkeling 47000 150
100
46000
50
45000
30
29
20
20
28
20
27
26
20
20
25
20
24
23
20
22
20
20
21
20
20
20
19
18
20
17
20
20
16
20
15
14
20
20
13
20
12
20
11
10
20
20
09
20
08
07
20
06
20
20
05
04
20
20
03
02
20
01
20
20
00
20
99
98
19
97
19
19
19
96
0
44000 -50
Bron: Provincie Zeeland, Onverkende paden (2008)
Presentatie onderwerp, copyright (c) 2007 43000
42000
Figuur 14. Gemeente Vlissingen, Prognose bevolkingsontwikkeling 41000
40000
21
30
26
24
28
20
20
20
20
22
18
20
20
20
20
16
20
14
20
12
20
10
20
08
20
06
20
04
20
02
00
20
20
98
96
19
19
94
19
92
19
90
19
88
19
86
19
84
19
82
19
80
78
19
19
76
19
74
19
72
39000 19
• • • • •
realisatie geboorte prognose geboorte realisatie sterfte prognose sterfte
Bron: Provincie Zeeland, Onverkende paden (2008)
Woonvisie Vlissingen WOONVISIE VLISSINGEN Toenemende behoefte aan verschillende combinaties van won
CORN LONCKE-. STR.
ABR. CRIJNSSE NSTR.
REI CLA NIER ESZ STR. -
MAR INESTR.
EG W
L IE
TU
BA
B IL
R J O OB HN ST SO R.
RD
D AR
EG W EN
LE
U
EV
O
UL
BO
RE
RT O
TU
BA W
EG
M
MO
IE
RT
TR N O
EV
AR
D
PA
C
VA
EG W
EB IE R
AB
AS
W
EG
TO RE NW EG PA D
UL BO RE
G E W N
NS
E
RA
R O
NT
T
IE RT O
AR
TS
WE G
M
EG SEW
HA SC
B OS
W E L Z I NG HT S
EC BR M LA
DOR P S S
EG SW EN EK M AM
G
G
WE
WE
GE
ND
WE VE R S TR .
G R OE NE L ANDWE G
E N-
R
6
.
TR .
S TR
BLE EK STR .
L IN
EG
H AV E NW
WE R S E ’ S L OU
s wa terga ng
’S
WE G R SE
HAVE NWE G
S C HOT T E WE
0
Sportveld Ritthem
250
G
EL
IN G
GR OE N
AN E L
DW
7
EG
L OU W E
500 meter
B
NT AR E
SW
EG
Schaal 1 : 12.500
(1 cm is in werkelijkheid 125 meter)
ZE E DIJ
Ve erd ie ( n
SCH
O NE
WA AR
DIN WE
K WE
G
G
Spuikom
vo
FOR T
DE
Fort De Ruijter
R UIJ T E R -
8
WE G
Natuurmonument
J
UK
K
OU DH
S TA
B AL
WE G ER E NK
ZA
Ritthem
Z uide rs lui
E AV
RE TO
EG WW OU
DB L AN
GLA
G
H VE E R
DE
R
JU
M AG J AC NU SS
W AT EE E R TO LT ORE R N EN
O
SP
T LF BE
EL EL D D
E IV
IV LT S PA
T
R IJ NS
AN
DO
AL E LEM WI L
T
AA ST R
OR
AN
R AN S E NT
T OR
AA N
E R HA
S TA T E NL
WE
B
EL
DD
S
MI
. P. J .D
OR ANJ E P L E IN AN TR . XA ND
S TR
ERS
AAT
R AAT
EST
SI
I
VL
RE-
NGS
DE DE CKE
W
JU
N M R WE DE S TR .
ME
OOSTE RSCH ELDESTRAA T
HON T E S T R A
AT
LEK S TR A AT
D
E-
R E GG
S TR .
G E UL S TR .
WA TE R LN . -
NW IJ KS TR .
S TE E
AA T
PLEIN
TR SS
C IU
BE
O
SP
PA
A R OL ING
R.
v. T E IJ L ING E NS T
W E G E S ING E L
G
EL
AD
C IT .
S TR
AAT
DIE ZE
S TR
DINTELSTR.
AAT S TR
TE L AM S
O U DE .
R GE SBE
HA AK
R.
T R AAT
VAN V IS V L IE T S T
HU D
.
K
.
EG EW GS ISSI N VL OUD E
LE
EE E A B
GR OT
T AA
L E KSTR
N IO ST
BA
T IN VE S PAD KOO PMA NSVOET
NS TR
E TP
AD
S ON S
doo
SAC HT
S VO
AM B
AN
R AA T
MS T
B R AA
EG
W
AD
L O P IE TE R UWE R S E ST R
.
TR
ES ZE
N
G WE IJ FS
1
B E DR
N 66
n ere lch r W a
GS EW EG
aal
R AA T
RST
Kan
S P OO
.
TR
ES DW
PA
S TO
EG
B E R MW
E
E NH
K AD
B INN
E R IJ VIS S
1e Bin ne
nhave
n
AVE NW
EG
ven K AD E E R IJ VIS S
TE EERS
S TR
S B OS
NI EU VLISSI WE NGS JAA GPA VL D IS VLISSI S NGS I N VO
ETPAD
EG NW AV E E NH
enha
2e B inn
ER
G
M WE BER G WE BE RM E LIJK S TE WE
EG AW
EG
VO LT G IW E
EN W G
VEE RH AV
R C ON
S E WE
MA
UR G
S O UB
E DI
OUDE
OOS T
G WE S ON
HE
B INN E DE
T WE
O
AN
P AR
HT T E R ZIC
WE S
1
N 66 EG
S TR
G IL
D
OO
MW
G S E WE G EW
VL IS S IN
N I R ME S WE G EU WE
G
WE
IU S
UR
RC ME
GS WE G K O NI N
DIS HOE
VAN
PRINSE STR. N-
NI EU K E R K L AAN WE VL IS S IN
AN
HT S
S TR .
R AC
LE
NG
SE
EE
RS
ST
v. B O
LA
IX
B AAN
HT PAD
ZIC
ER-
WE S T
EG
G DE WE G IL
G IE WE
S TR
IN DU
CKST
M AR N
VAN DE R VE E R L AAN
N.
PASTOOR v.d. AAL N.
B AAN
T WE G
ER-
Z UID
E VL IE
PAPEGAA IENBURG
WE Y
IJ E R L
L INDE
WE YEV LIE TW EG
LIETPAD
SBURGP AD
BASKEN
AA N
LEIN
E NL
SBURGP
ERT C UY P L N. T R IXL AA N
BEA
N
L N.
M R AAT
VERSLUIJSSTR.
BASKEN
AL B
B E AT
R IX-
L AA
-
J AN
IR IS
VA N
J AN
B R E ITNE LA AN R -
T OOR O L A AN P -
L A AN
N
B AA
L ING
HE L
KE VR OU WE S t. S TR J AC . OB SS TR W WE T E . OU R IN D S T GR. E-
ADRIATISCHE ZEESTR.
L N.
v. OOR S C HOT
PAP E G AAIE N B U R
PA P E G A A IE N B U R G PA D
BOSSEN-
E LL E LN . -
N
C AP
L AA
v.d .
EM
IR IS -
T E N-
CR
G OY
v.d .
VE LD E LN . -
VL IE
R . VR
DE
HE ND
ON
WI LL
S IM
J AC OB MAR IS L N.
M E S DAG L N.
IE
R O Z E NG R AC HT
KO ST MR.
IJ K
ED
S
R
R E S E DAL N.
EN
RO
G
HT
AC
GR
RT
U I T VAA
SCH
E IN
PL
U
v. DIS HO E S T R . CK-
LA
EG
B OSW
HO
ML N.
OO
GE R LN . -
.
RT
IN DE
HEN AVERCADRICKMPL N.
ME
IJ S
GR
H. DE K E
D S TA r.
EL
SING
U IS
PA
L AA N
G
TR O WEG MP-
DE
AB E
ng ga ter Wa se V lis s ing GWE G
B UR G
BU R G
S T E R K E N-
K ENB U R G
S TE R
L RO P éL K GA LO M
R OSENB U
-
ER
AC HT
JACOB v. CAMPENSTR.
DH
S TA
G
IN
.
A NA JULI
WEYEV
B OS SE NB UR GW E G
N AA
LAA N L ST HO A ND
ZE SU
ZUIDB E E K S E WE G
NDW A
RA ST
UG
KREEKR
HOUTWALPAD
WAL
O
GR
VAN NIE NK E
M AR
AAT
HOU T
RO
AN
ROSA MANUSLN.
AAN ANNA B L AMA NL
L AA N
EL
W
G
WI
MA
DE
G ER B R AN D Y S T R AAT
E R E R L A AN
S TR
VR E D E H O F
C
O TR
ST
S C HAE P M ANS T R AAT
L
N L AA
PA A U W E NB U R G W E G
DE
v.d. L INDE NLN.
C OR T
GS EW EG
G E WE E LS
EG W NE OE
M e lis k e Wa terg rks e ang
G
T E WE OR O
N
W IL D
B AA
.
D
OU
G
G
AT
WE
B
W
GR
R OD E
HOF
L ANG E
.
DAHLIASTR.
L E L IE S T R
NIS S E NS TR
AN T HO
E IK E N-
AAR D B OOMG
B ANC K E R T
EG W D
AN
UL PAD
ME
IKE
LS
DA
RU
DE
HAY DN
L AAN
v. B E E T HOVE NL N.
N
AAT
G B AA
ND
EG
HAVE NWE G
R I TT HE MS ES TR A AT
INDUSTRIETERREIN VLISSINGEN-OOST
V
17
AT
SEBA St ST .
WE G
2
RA
W STR.IAANES TR .
AND S E
N 66
L OODWE G
ST
R.
5
HE MS ES TR AA T
ING
OU
R IT T
G
NIE UWL
IE T W E
ATER Z U I DW
ST
Oost-Souburg/Ritthem
PS WE G
VR
Brandweer
DO R
BS
EG
WE G
S TR
GSE
CO
ZIN
EW
WE L
Afrit 40
RI
CU
E K WE G
JA
EG
IN G
EG
WW
S t.
ID W
Begr.pl.
OM
OU
KR
G
DB
TE R
3 Gemeente Vlissingen
WE
WE
EG
EG
S T HO
DE S T R IJ R. -
SW
4
OostSouburg
Algemene
WE
AN
I
EK
BR
RT
ZUID WE
HO
Waterpolitie CORN. LAMPSINSSTR.
AA
.
WEST
E-
TR
EG
N
ES
DW
L L IN
TT
B E R MW E G
E
S
.
Z AN
HE
S TR
G AL G E WE I
PU
VIS ODE WE G
.
BO
H SC
L AN
S T AA P R IN R IK S TR HE ND
R.
2
E 31
A 58
.
EG
OOS T E L IJ K E
K AD
Middelburg
ZU
RD
TR
EW
ST
L ME
2
Afrit 39
T
HE IN-
EG
R.
VL IE
M
NS
EG
KO
GE
EST
I XTR . STR
HE MS
W
D
GW
L I ER
GE
EG
RS
PA
R IN
EG
S IN
R IT T
TE
EN
W IL
G
OL
OE
NW
T
AN
R AA
LA
ST
E
LE
LE
M O UTS-. ENHOSSTR U TS . F. LEDWAR H O TR S N
IN G
d. . v.
Ritthem E AR I
OOS T E R HAVE NWE
K
U
A AT F.
N T-
TR
NW
G
EG
Sluizen
ns s ke Bre en- ers ) i ng iets i s s s /f Vl ger st tgan e
OW
P IE T
1
E NR.
LE
WE
E
EG
ST
R ENST
MO
RM
LEN
BE
R HO
M
NA
P OP
DU
ES
RK
Marinekazerne
dienst)
C OM M A N D
EIJK SP STR.
EG
EW
AAT
.
EN
BE
U ID
VE
KE
IJ
W
G
L IJ
ZO
R
ETA NJ K AS S TR . E NB E UK S TR .
RI .
KR
S TE
ED
WE
ZA
NW
EW
GOES
OE
OD
OO
Milieustraat
N
GOES
HR
VI S
OR EG
BO
O
ST
EG
IEPEN . STR
P OOR T E R S PAD
NW
TERREIN
MORTIERE
R
N
W
HE
SC
P OOR T E R S WE G
M AA
D
N
SC
R.
A
NIE UWE
VA R
EG
G
ontwikkeling
EN E IK . R ST
TR
EN
IR
L
DE INS VL
EG NW
O ULE
SW
WE
NLINDE . STR
BEDR.TERR. SOUBURG
H
REB
AR
16 ERS
.
NS T
S TR
H
S TR
SE-
B
E L ZE
LS ELNK R. v. GI . ST DW
M.A
S TE urg .
AT
T R AA
KE
-
EM
GE
SENTES R. ST
RA
EG
G IN
TH
R IK
R IT
ND
S IN
T AA
ST
NW
v.
HE
GE
.
R.
RN
NS T
ST
IT
IET-
REGE
TR
AS
Gebied in ontwikkeling
OR
O AH
E S DO
T
G-
K R OM W E
AS
AB
TI E
S
in
EN
M
EMARIJK . STR
T AA BEA
J U L I AN
P
M OR
Woon- P boulevard TR
M
S TR
AA
LE
S
TR .
N
KE
E
B UR
R C HT S T R
N HOU T S
OM
RN
R ST
MARGR. STR
S T R AAT
Gebied
AN
IN
PR
TR
O
SM
SO
W
R. GS
AT
RD H A TR . S
ES
P P
C
TR.
N-
BU
EN
EG
M
U
E
N
SD
T
E
UR
IJSSELS
LE IR
BA
M
LB
MO
RN
S
SE
RG
GE
EN
LK VA OF H
L
PL
U
KANTEEL
STEUNR BEER
AT
NA
TR .
AAT
P UT
BE
P r.
Karolingische Burg
K
EE
AT
NG
O
E S D OO Sporthal Van Duyvenvoorde
RA
T ES
W
ET
Gemeente Middelburg
LT
DE
TR .
RD
TS
PO
SJ
EL
AR
EL
RONDEEL
PA
U
H
RA
DE S
ME
-
K S TR .
O
EP
IN
AK
O
L
JO
zie plattegrond achterzijde
EG
M
P IN
L OOP OM
TR
B
RT
ST
H
O
DE BEIAARD
G AL M G AT
MLO O P
NS
AA
BE
4
SW
KO
RA
RO
EG
25
ER
NT
TW
N
IJ
EN
RE
O
BEDRIJVEN-
G
OR
TO
RE
PA
T
LE EL
B u r g . S TE
O- H
OR
AAT Verl KANAAL .
WIJ
O
NT
EN
G
ER
G R OT E A B E E
R EH B OT ST
v. T UR
IEU W S TR .
GA
SEI
T OR
CH
EG
N
HT
IS
W
AC
HU
SE
RE
AN
IN
SS
FA
E WE OE EG H R R TS W
EN
BO
SC
UR T OR
SP
E T- Z E IN N E A R AN M
VU
EN
ontwikkeling
M
MIDDELBURG
IJ
T
R SC
M AA T
N
TO R
REIJERSHOVE
TO
HA
W
S TR .
OO S
T S T R AAT
V L IS S I N G S E S TR.
S TR
KE
ER
RE
TR AP
L
RE
WE G
NL US ZEE LAN DIA-
STR.
S
WE
E W WE G E N NK E R
N.S. STATION Vlissingen
We s t e r s c h e l d e G H
22
S TR
ID
Razzmatazz
TE
E LS TR .
R.
KWEG
v.
NS R. T
F
TE A R ZE E
en-Dar
Vestzak99
ZW
ES
M
M AA STR S .
SCHOONENBURG
ESTRAAT
K R OMME N
L
BEDRIJVENTERREIN BUITENHAVEN
R ANJ E DIJ K
Oranjemolen
TE R
DOM M
en-Sheerness (Vracht
O
AV
P
WIJNBERGSEKADE
E VI
GE
n B u i t e n h a v etford (Vrachtdienst)
ST
W
O
KR
.
Watertoren
Veerdienst Vlissing
N
S IN
Veerdienst Vlissing
O
IJ K
E- . IERS TR ES ZE
T
SI
T
EW
D
S E S T R AAT ER
R.
-
ORA
ST
DIJK
ING E NS TR .
S TR .
D OOR
A AL
K L OK
K TO
T KEURHOVE
EG
STATIONSPLEIN
LANDINGSTR. KOGELPARKSTR.
WJU . B ALS TR
.
NJE-
AN
S
MA
JE AN OR STR.
EM
T
AAT
AAT
R OE R -
NIEUW AMSTE ERSTR L.
B UT E UXS T R
C
T
IN
LE
LP
NAA
SE
KA DE G R E L RO E
-
VLIS S ING E S
OOST E R
P
TR .
ZE IL -
Michiel Ruyter
S TR
S TR
VE L
AT
S T R AAT
G
G
NDRI
Schelde
HUDS DW. O NS TR . EVERASTR.
AA
S HE
DE NS
AT
AR R UIJ
FARADA WEG Y-
K AN
IS
PRIN
PAA R
RA
K D IJ de
M
EN
MAR K
TR D DE
-
W
S T R AAT
KALKHOKG R AVE S T R AA STR.
S TR .
RS L E VAR
EU
TR .
A
NI
S TR .
ST
UW
W
TR A
EE
ER
IS S
BR
NIE
PAL ING -
K OR E N-
T AA
T HU
BELLAMYPARK
L M INAS
S TR
R.
HEN DRIK
W AL
T AA
R IJ T DE U
G AS
D
ST
WIL HE
TR
AR
EE
AT E
P
NIE UWS TR .
E NHO E K
FL E S S E NS TR .
S
K O UD
ROND E S TR .
.
NS
LEV
BR
EG
.
EER TE NE NB
L
Gebied in Ontwikkeling
RA
G
TR
GE
PARK
G
Het D ok
A AT
DY NAM OWE G
S O N WE
AT
B
S WE
ZE
ST
SL OE WE G
EDI
AR NE
ZA AN S T R AAT -
E-
G E UL -
HO F S IN G E L
Bibliotheek
CO JA
ME
E-
ZUIDE R Z EE
A AT
Gebied in Ontwikkeling
L
WIT T E ZE
EG
NZ E
DIE ZE GR E
G OUW
E E MS TR .
MIDD E N
STR A
PK
ERST IE S TR .
S TR
AA L
P
KE ST RSR.
IK WE NS HE NDR
NS
A AT
LE
L AN
S TR
ZE
GE
HE R
GE R
T R AA
AK
B E R M WE
EDISON-
T ZW
ST
K-
HU
L ING
M O P P O ORTUGAALSTR.
PR
IN
BURG
TM
VE L D
WADD E NZE E S TR .
G
HE R
PJ . v. . D E
KS
AL
S TR
WIJ
LA AN
RN
CKVAN ENIN R. STEV ST
DI J
S T UAR
PR I
IJ
DE WE
CO ZE E
G IL
S PA
14
K AN
EG WE G VE E R HAVE N
ER
RE
TR
MO
B OU
R A AT
E
C HT
AD ETP
NSVO
MA B AS KOOP PA TI O N D -
B u rg. S T E M E R DI NG L A A N
P
KO
N.S. STATION VlissingenSouburg
G
RCS
WE S T E R HAVE N W
TT
N.
LTC Souburg
KER
UIS W
LEK -
15
Sporthal De Belt Tennispark Souburg
Sportcomplex Souburg
DR BRUGAAIPAD
AD
W
HU
R.
AT
ST
GS TR A
SE
B UR
SC
P
B US
V R IJ
AT
KL
K AB E LWE G
RA
R NL A A N
E NE R G IE WE G
.
S TR .
BUITENH A V E N P
ST
-
TR
DB E EKS EW E
VOO R
IN PLE NI X L E IN M AR NI XP M AR
EL
© Cito-plan B.V. Den Haag
D
R ZI
T
EN
SS
P
BETJE WOLFFPLEIN
U IS
UI
LD SCHE PLEIN
DOO
VAN
G
WINK E L MANS TR .
L AM M E NS S TR .
v. d . S WAL M E S T R .
A S TR . RA ST
C AL L E NFE L S S TR .
NIC . HONIG H-
E LD HE SC
BECKER-
HURGRONJESTRAAT BECKERSTR.
L A ND R E G T STR .
S TR .
D E S T OP P E L A AR S T R .
AAT
VAN NISPENPLEIN
STR. v. HOOR N v. B UR G HS T R .
KRU S ING
VE R K UIJ L QUAK K E L AAR S T R AAT
.
L
EL
R.
S ING
E LS TR
ESST
PA U
RG
WE S T S T R AAT
O R D B E E K S E WE
R B AAN
EG
BASKENS-
OUD INDUSTRI E EWEG
.
DWAR S S T R .
DE L A N N O YSTR.
-
S TR
CER
R BR IB E S
AL DE G ONDER . ST
S T E E NG R AC HT S T R AAT
HT
TERREIN
begraafplaats .
E LO
ZUI
BEDR.
Noorder-
J OZ
N
TE
S TE
EW
Sporthal
LAAN
NO
OOS T E
WESTERZICHT
PR E Baskensburg S ID E NT R O OS EV EL T
WITSEN LN. -
N
MA
E-
Aë L SL N.
AN
BO
VA N D E S P IE G
S Tv.d. M ANDE R E -
TO
SK
TH
T
C
WE S T E R ZIC
Zeeland Sport ADV Dynamica
SL
MNIU R A L N.
T
TAD ELN.
WILLEM
TR .
R AAT
Sportcomplex Baskensburg
ëL
GE
C IA A C A L N.
N
A RA
TS OU
B OU
B
LA
. v. OS
A E F IS R
N.
ADR
L N.
MA UV
N
NL
U WE
Atletiekbaan
N
GH LN
ME IDO O R NL N .
NIALN.
BEGO
L AA
L AA
C I N TH E
ON
L AA
N.
S L N.
L AA
. WILLEM THOLEN LN. -
E F IS R
IR IS -
AN LA EN N A EM B L O E NLA EM
BLO
JES-
.
BU
KST
WLJU BA STR.
Voor details zie centrumkaart
AN T
J OZ
HYAC I N T H E N L
P R IM U L A L N .
B OS
HY A
ED GJ A A PK
S L IJ
S GA
CU
EG
G E R AR D DOUL AAN
N
O
G K IND
U EW RK N VE A AT WE TR K AS T E E L S T R AAT HO OU RS BE B T IJ VE IN R AA CL IN ST ST ST RA G L AC IS S T R AAT EL EE TE G K AS T TR AA . P TR S A S TRSMEDERIJIS AT E N E- BAAN AC EK GL
S
N-
JE
MONDRIAANPLANTS.
VINC E N T v. GO
WILLEM ROELOFSZ-
J OZE F IS R AëL S L N.LN.
LST
BREUGELPLANTS.
SINGEL
ER
SP
O LE M Z A A GP AD M M KO
N
v. G OG HL N.
W
B L OE M E NL AAN
J AN VE R M E E R L N.
AA
QU
P
B
S L AA
ANJ E L IE R E N-
LDESCHE STR.
IS
Cinecity
HE R
HE
J ON
AN
IJ L
BE
SEG
R
LA
G
EG
F E R D. B OL L AAN
AW
JACOB v. RUIJSDAELLN.
E LT
HO
U
EG
ES
R-
AT
AA T
NL
USCH . RO NSTR SE
S TR
E
-
W
EM
M
LO
TR
O
E NB
H
TW
UL
AS T E R L N. DE MA E NL IE V L N.
N.
OR
P IOE NL
PO
L Ië
Dr. EN FRIESSTR.
L
RC
VINC E NT
Stad- R U G AR S TR LA KE huis K . AK TR
P
BA D
IN
J AN S T E E NL N.
RS
IK
LE
SINGEL
TE r. OT Dr. Cent Cult. van rum Soc. Theo g-cent AR - . sbur E NA S T R Doe B R O UW
AA
S T R AAT
T
EL
PU
S
ER
P
HT
Dr. ON LS NO R. ST
NK
SS
IE R E
R I D D E R S P O O R L N. AN LA EN LP TU
K OR
ID R HE . S TR . S TR
BA
HA
G R AC
NR MA VE S T R .
DU
U
A R T G R AC HT
NIJ VE
NA
N
-
NH UISR . ST R E C HTVE ND TR . S
S TE E
DU IJ
E E DE
D
ARBEID. STR
AC H T
JKE
R-
AR
UIT VA
E DI
M OO
B
EV
NPLEI
B ON
T DE
AN DA S TR T.
RUIJTERPLEIN
Michiel De Ruijter
DE
MARIA v. BOURGONDIë - KAREL STR. DE STOUTEKAREL PAD DE STOUTESTR.
A
WEST SOUBURG ZUI DE
SL O
VC Vlissingen GPC
VA N
RB
SE
.
TE
T T UIN S
KEIZER KARELHOF
AN
ES
EK
EG
BBE MA LN
N L AAN
VIOL E NL N. PAPAVE R L N.
NG R
OS
Dr GA . LL
Watertoren
KE
UL
SCH
TEY
JO
AT
R O ZE
RAVES
A AT
RA
HAL S L N.
S TR
ST
L AAN
O PABL SO PICASEIN PL
E
ANJ E L
T R A AT
AR T
PAULUS POTTERLN.
HO G E W E G
FR ANS
TR .
T T R AA
UIS
E B O R OE N S C HWE G
AN DS
LIS R DA
P
IT VA
SINGEL
DW S TR AN
O
S TR .
GE MS
S C HU
DH
G
GE WE
HE
W
DB E
PS EDEFILI GO AN DE BA
HW
NS-
R B A AN
NO OR
WE
OO S E VE LT PR E S IDE NT R LAA N
R E M B R ANDTJ
VA DO
HO
S OT T E
P r. E K R IJ . LN
BA
TONI AN IGAUDRK PA
EG
P
MAR GR IE TL N.
NAEREBOUTPLEIN
.
TR
ROZENHOF
EW
D
UR G
RUBENSPAD
S E NB
R UB E
LN
CK
E L AAN ADR IAE N C OOR T
ADRIAEN BROUWERLN.
S AL
Badstrand Vlissingen
WEG K SE K ER UDE K O
N
P r.
S LY LE
.
N
Walcheren
R DP r. H A N . L N BER
P r. IR E NE L N.
EN
R-
AA
LLENO EG W
TS
AT E
WEG
F R . H P R INS L N E NDR IK
L EN
ER
G
D
Sportcomplex Irislaan
Paardoes
ADR. v.d. VENNESTR. AMBR. BOSS C H A E R TSTR. HENDRICK BERCKMANSTR. ADRIAEN VERDOELSTR.
R N-
A LA
I ON K AN T PAR DI GAU
G HW
.
OM
.
S TR
Ziekenhuis
S LN
IJ D
HO
ORL R. DEU ST
AN
EN
VR
S IN S P R UR IT A L N. M
EV
LA
YG
ER
AA T
EN
HU
D
RD
T R.
REMBRANDTLN.
.
LEE
C AL
DE
JN
E VA
R
M in
N L L AA
N TI
UL
ST
G HPA
WEYEVLIET
WE G
B OS
IN R T FL
.
S C H U I TVA A R T S T R .
IJ K E
E
EG
WEYEVLIETPLEIN
P
B O S S E N B UR
PRATTENBURG
AN
R BA
OR
LLEN RG BU
HE
ITL N.
LN LS T .
Gebied in ontwikkeling
NO O R DE
NO
NB
HO
v. C OE HOO
B ONE D
P
B UR G
B UR G MERKENBURG
LUNENBURG
PK
TWE G L IE
S AND
K LE IW
NIE
RIJSENBURG
Gebied in ontwikkeling
EV
SS E
BU
G IE
SM
E G S L AAN H W J A C OB RG
EN
BOS S E N-
WIB A U TL AAN
B UR G
EN
U
SS
J OKE
RG
T OU T E NB UR G
EY
WIC K E N B UR G
S LAN GE NB UR G
BO
NE
E NLK VA UR G B G UR E NB IK K G B L WEG UR RG NB
OR
G
L A AN
M E NNO
KKROONWER GRACHT
NGD E
FL AMINGOWE G
N B UR G
KIEVIETSPRENK
W
KOLIBRIESPRENK
G
B UR
-
P
G O VE
LT VE SE R OO
TA
AU HAS S E L A A R S T R
L
De Nolle BO
VO N
HERMAN SHEIJERMAN LN.
E
l hie ter n M Mice Ruya v e N IE d s h EIN T Zeeuws e r ALPL Maritiem A ss MuZEEum V i ARSEN ArsenaalJ K J E DI DE O R AN
WAL E
L E N-
ZUI-
L ANS E N PA D
L ANG E L E E N-
G E RR IT R IE T VE L DS
R.
DE LBAZE . STR
B A K K ER S D O R PL N .
AD
F L AM ING OWE G
SE L
-
ER
W
AG
VE R L E
O
ZEILMARKT
B OE T
UM
CK
U R EEN-DO NB NGEL LA
AS S
DR U
B EN SS B O
NE
RL
BE
T ES
G WE SE
St. MAARTENLN.
L AAN
. MASTKRAANSTR. E
U
Koninklijke Marechaussee
P IE T E R P OS TS TR
NS
AS T R
K
ASTK
B UR G
S LOE WE G
C OO
BALL
BU R
N.
G WE OE SL
CO
L M IN
D IJ
KE
H.
E
LA
OE
R OS
GL
UR
E NB
D
S T R AAT
Beeldenhuis
B L IK
WI L
HE N R IëT T
E NB UR G
L AND
WIJ E N-
BOSSENBURGH
AN LA RG AL E T TA
N.
NE NBO
G
OLY M P IA WE G
BREDEROLN.
K L N.
e
WI L HE
EN
GR
R DIJ
R
.
RA
-
UW
T UL ILTA N . L
S TR
P
RO
N
AN
PR E S IDE NT
B IL DE
U
MU
RK
-
ze
AN
LA
AN
T I U S L N. S TA
TS TE GE NE LN .
E EK
UW
R
UM
KALKOENSPRENK
-
WOONVISIE VLISSINGEN
AT
A
-
RD BA M . LO STR
N IE
NB E E
NR I ëT T E
s an m en op av Ko h
TER
EW
PLEIN VIERWINDEN
ST
UW
EN
S T E NE
D OU
RA
O
-
JAN MAN ALLE R. ST
ST
E
R UI J
O GR
L WA
AR K
NO
DE
.
AM YP
P
R. BEURSDZ E E S TR PLEIN A AT
E
NAZ IJ . S TR
B E LL
S AR
SS T
TR
SCHUITVLOTSTR.
UG
.
K AD
T AA
RD
BR
GR
N IE
LL E
TR
L E VA
HOFJE DE PAUW OR
B E UR
RS
ee
Gem. Archief
L
PROVOOSTSTR. S TR
S MA
E AT
IS -
rdz
B AR
EH E LLS T R . R D IE
K LE IN
R-
AA EN R. WAG ST
RTSDO ANSM R. ST
OLSCHO STR.
M ANST M
THU
R
JMEI NDR. ST
AATLA
BELLAMY-
Rept.Zoo PARK Iguana De Piek
PE
ST
TR
B OU
oo
LE
- D ACH R K E KERTER K K ES T R .
WE
KL MAREINE KT
R.
AT
EES
W EE B ROSSEL- R.
G AS
R UI J T E
S
ANWB
A AT
R OU
GS
T
AT
DE
WESTDIJKIM HOF L U R . P T
E
OUDE MARKT
RA
AA G
LK
Bibliotheek
BR
-
GE
Politie
GROTE MARKT
R S TE WE . S TR
ST
TR AN
N LA
ZE
M IN
.
NS SG
WAAIG
D
ER
R TE
TR
AR
B AK K
KO
V LA
NS
BOTERPLEIN
S TR
N
P
LE
S T R A AT
LEV
R.
E NVE R L OR R . ST L AND
Gevangen- WE S TP OOR T-. S TR toren
8
MO
IJ K
EST
B OU
KO
SAMARITAAN-. STR
ZEEMANSE ERVE ZE LK
.
DAM
ASKA DEKA R. ST
S TR
R.
RE
ST
U I-
IS
SL
HU
TO
C
ST
D
EM
HOF VR E DE E T S L N. NIC . B E
DE
M
7 Westbeer
Het D ok
in
ontwikkeling
OF
HT
E R E U L ING L A
ZAAIHOE K WE G
EU
JACOB . CATSLN
.A.
M
RSCHEKELMIN R.
WA VR S C HUTST IJ G TE L AN G R IJ K OLV E -R - STRA . S T NIE S T R . AT TR ES P Corn.R . SS Quackshofje BU
P
SP
KO
E
SK
Windorgel
E HO
S IN
K ER E K OS N.
N
B
ZA A G
Gebied
LL
HI C
K LO
AA
BU
DOR NO STR.
B
R
S t.
SL
I K O MWE G
Cinecity
T NS
WILL
L L AAN E E S T E VON DE R VA P. C . N F TOO W H L N.
KEN
NO
HE
F L AM ING OWE G
4 3 5 2 1 L AA N
LTC De Schelde
Nollestrand
N
KANARIESPRENK
UR G
A E R S B UR G
SV Walcheren
St. KRUISLN.
OO
SPU
P
BETJE WOLFFPLEIN
M
MIN KRU A SEMANLN .
AA
KLEIWEGPAD
KOLIBRIEPAD
Sportcomplex Bonedijke
B AG OL AAN
KL
-
E
HA
JO
Tennispark De Nolle
Centrumkaart Vlissingen P
TO
EM
G
P
SL
T R AA
AR T E N L N . S t. M A
P
D
VO
UD
- L AAN
W IL L
E PA
JE
E K M A N N L N . E GL N DI AA
KO
BA
LL
13
VR IJ
EG
PAPEGAAIENBURG
Brandweer MHC Vlissingen
K L OO S
SA
EM IL L
P
OS
N.
N
rd
Nollebos
N.
E NW
N
ET
S TR
AAT
S TR B UR G
12 10 11 6
Vlissingen
WE ZUIDBEE NIE U K SE WE G N B ATE B GL
UR NB SE
IE R
HOFWIJK
ZU I D B E E K S E W E G
ROSENBURG
PLEIN
EG
D
IJ N
WE G
L AAN E IN
R OM
NIE
NIC O
CK FA L TR . S
N
AA ER L
6
S E WE G
P LTC DOS NO
T AA
E P E YN K AP P E LLO C OP S TR .
v.d .
TE R
L AA
NI US HE . UC S TR
T
P R I NS
KE
T R AA
SE B OS N VA v. HOUTEN-
HEEMSKERCKFRANSEN PLEIN v.d. PUTTEEW PLEIN
ST
KSE-
E NE WE GL
RO
SEN G R E LIN G WE
GEERTSEMASTR.
R.
STR
NS T
G HE
DR E E S
S TR AAT
VAN
HAL L S
GR OE N
VAN
B R UG
Tennispark Zwanenburg
oo
De uitgever stelt zich niet aansprakelijk voor schade, tengevolge van eventuele onjuistheden en/of omissies in deze uitgave. Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. DL-CU-CL
UR G
E
KALFFSTR.
B E AUFOR T-
v.d .
BETSY PERKPAD
H MAN L
C IR K
P
E NB
EL
O SL
WESTDUINPAD
RG
K IR
VONDELINGPLEIN
R E E NE NS T R .
N
P L AA T
HO OF
VL OE DL
RO S
IN
PR
IN PA
AG
R IE T K R A A G
OUDSTR. ROMMESTR.
RG
DB E E
S UZE
v.
G
VL IE DB E
E NG E L SC
N
T V L IE Tv. P O O R S TR . TAK
OE
L WE
FS L
S T R A ND WA L
GE
DU
ZA ND
HOUTWAL -
GO
ER
EG
D
HOU T WAL
ZUI
L S T R AW E G
ND
PW
9 L AN
PAD
OR
GO L
VA N BE
R AS
LD
PA AL
Sportcomplex Lammerenburg
v. R A A LT E STR.
ND
T R OE
H
N
E OG
TINCKLIEF STR.
T T R AA
AN
RS
R UG
J AC OB A
L
LAMMERENBURG
Scheldestad
ELTISS R. M v. STR. R S T E v. DA MP KE . J .M ER NK DO S. TR C UR T I U
EG
A.
PE
STR.
CKS E-
Mr. v. NEN MAA . STR
T R AA
R.
N-
AN
D
K UY
VAN
T HOR B E C K
TA L M A-
DE MEY v. STREEFKERKLN.
LA
PA
N-
R OU
IUS ST R .
EN
O LD
E XA
GR
ST
DO
L IJ
VA
AL
-
8
AR N
CO
B OR G E S
ER
AP
ST
ON
RS
WI L DB A
B UR G P A D
RTIN MA ER TH LU GKIN STR.
DE ERMEESTSTR.
M AN
E LD
P IE
AT R A ST DY AN BR R B GE
UWE N
G OE R S T R AAT
WE G RA
VE STE OBIK . STR
ERVIS S . S TR
E N AE
KAW UEBEE TR LO RN STR. LS OE SE TR ER . LB S TR
P IN-
L AAN
WO
AA
N
PK
MP
ST
R E NB
R.
L AA
DA B A R TR . S AL
v. KA
DE
EL
HA AG
WE G
R AV E L IJ
L UN
NS
VRIJBURG
S P INH
R E IJ
GROOT ABEELE
SCHA
HANDE L S WE G
AAN
K
WE G
EG NW R E TO
B AS T ION
BEDR. TERR.
B E DR IJ F S WE G
VR IJ B U R G PA D
EG
EIW
KL
BEE
G
N.
TE R V AN
Z WAN
N
EEK
MG
E VE
UR G
Z R T WE G
OC T R OOIWE G
PRODUCTWEG
SW
KR
HE ID
E NB
S TE R
WE S T
Vrijburgbad
ontwikkeling SPO
G
ZE E A
EG
-
SE
L UZAC S T
YS
N
AD
DE S AVOR NIN L OHM ANL AAN
B UR G E M E E S
NB U
UM NG
N ISSI VA VL
GL
LN.
KE
L N.
ANE
LA
PA A
RT
G R IE
T L N.
M AN N L OH
ZW
EN
GWE
N
AR T L N.
Recreatiegebied Westduin
P
LS
UR
L AA
M OZ
L AA
C HO
AR
CKE SWEELIN LAANTJ
E NL A AN
L DE R
S INI
OP I NP CH
MO Z
AAN
O R NI
B A C H LAAN
B IZ E T L A AN
OE . v. W
RE
AN
WE N B
PAD
R OS
L IS ZT-
B ur g
Uitgave : B.V. Uitgeverij Rijnland
ME R
P
E WE G
G
P
B E R G WE
L AM
G
PAAUWENBURG
L N.
-
RG
5
AN
I-
AV DE S
BU
R-
N
AN
A
EN
PAD
OFFENB
L E HA
S C HU NN MA . LN
LA
ZW
N
BA
N
AA
N
G
P
EN
CH
LA
S S IN
DI L
L AA
R
R DI
P INL
CA
F IE
N
7
VE R N
R-
R DI
L AA
VE
BU
VE
C HO
AA
ACH
L AA
N
G NE
R T-
EN
SAU S . LN
IL IN
F OF
S S INI
AA
RO
DI L
-
CC
N
WA
N
UB E
L AA
AN
S TR
HN
PA AU
T L AA
S YDE B US L N.
SCH
UIN
SO
BE AL
BER
CKFR AN LN .
S C HU
B AC H
D WEST
ZW
4
WE G
LS
PU
VE R
G AL G E
DE
RO
G
EN
N 660
WE
B OK
EG
WE
T R ANS P OR T W E G
G
EW
AN
LG
N
LA
H OE K
G AL
P
G E WE
L AA
in
L OG IS T IE K WE G
E K WE
EG
GA
HM S
ZI
Gebied
DIS T R IB UT IE WE G
R HO
FW
GE
HE L
BRA
R N DE
HOVE
NE S T Y L
L AGE
Middelburg
LSE
DE
HO G AL
VLISSINGSE KLEIWEG
B OS
AB E E L S
EG
EG
ND
EG
D IS
E NA
EW
WE G
B R OE
EW
De Lange Pacht
M VE B
N
BERG
P
NW
Vebenahoek
D
ERPA
BUNK
Gemeente Vlissingen
P
R
TE
E
AA
OE
AM
OOS TE R S E
EE
G
LG
G A N D H I-
zie plattegrond Middelburg
AB
E WE
ZW
GR
Verpleeghuis De Poort / De Vliedberg
Gemeente Veere
3
ST R O ME NW EG Brandweer
VE R K OR T E G R OE NE WE G
2
J
MIDDELBURG
KL
S TR .
G
WE
S-
C AR IL L ON
KS
B IE
N
S T R AAT VLIS S INGS E
EKS
KO
G
L AA
H
Gemeente Veere
E N E WE
TE
YN
G
WEG
VOO R HUOT
HOR S T
D IS HO
RA
JE NRI
RD
-
-
RB
BRAAMHOF
Koudekerke
GA
VE
ST
T
-
LE
B
De Zwaanshoek
D R A K E NS
v.
T R AA
ME UL
W IE
VELD NE
A
RK
B OO M G AA
S-
PAD
.
R AAT
T D JK L AAN I
GR O
TR
ES
F
TE T E R P OOR
NS
SO
B INNE N-
SE
WAL E S T
E
zie plattegrond Veere
DOM M E L -
DE
.
DR E G MANS S T R AAT
KE
MID DE LBU R G S E S R A AT T
D
TR .
P R INS E S B E AT R I XL AAN
E G WEG
E R IJ S
N
ER
G
Z
KSEW
R.
AM TR AN TH ON IS
NS S
AK
NWE
ELL N O A AT . PL LN
G
OLS C HO TR . S
ST
OUW
T ULP S TR
AA
M
B
PK
DIS HOE
BR
DORPSPLEIN
T IO
LE
ZWAA
.
WE
P
P
AAT
S TR
1
STR
R
FL
IE
EG
R
-
HO
W
W
ST
Kerkgebouw Church Église Kirche Manege Manege Manège Manege Monument Monument E WE G S Monument OE K SH Denkmal DI Moskee Mosque Mosquée Moschee Parkeergarage Multistorey car park Garage de stationnement Parkhaus Parkeerplaats Parking Parking Parkplatz Postkantoor/agentschap Post office/branch Bureau de poste/agence Postamt/Postfiliale VVV kantoor Travel Association Syndicat d'initiative Fremdenverkehrsverein Windmolen K OK S WE G Windmill Moulin à vent Windmühle Windturbine Windturbine Aéromoteur Windturbine Zwembad Swimming pool Piscine Schwimmbad
HE
ST
WE
S TA
Autosnelweg Motorway Autoroute Autobahn Hoofdverkeersweg Main road Route principale Hauptverkehrsstraße Andere wegen en straten Other roads and streets N AA secondaires et rues BRoutes Sonstige Straße und Wege Gesloten voor auto’s Closed for motorvehicles Interdite aux auto’s Gesperrt für Kraftfahrzeuge Fietspad Cycle-track N Piste cyclable AA SB Radweg ER M AK Voetpad Footpath Sentier Fußweg Spoorweg met station Railway with station Chemin de fer avec gare Eisenbahn mit Bahnhof Autoveer Ferry Bac Autofähre Bioscoop Cinema Cinéma Kino Bungalowpark Holiday park Village de vacances EG EW Bungalowpark KS OE Jachthaven SH DI Marina Port de plaisance Jachthafen
AAT
NAEREBOUTSTR.
Bebouwing Built-up area Terrain bâti Bebauung ZW Bedrijventerrein A Industrial area Terrain industriel SIndustriegelände Belangrijk gebouw Important building Edifice important Wichtiges Gebäude T R A N D W E G Sportterrein Sportsground Terrain de sport Sportplatz Begraafplaats Cemetery Duinzicht Cimetière Friedhof Volkstuin Allotment-garden WIE L PAD R I JJardin familial R D U I NS BE Schrebergarten OB L S Kassen Glasshouses Serres Treibhäuser Water Water Eau Wasser Bos/park/plantsoen Wood/park/public garden Bois/parc/jardin public Wald/Park/Parkanlage Zand Sand Sable Sand Overig land EG Other area SEW Kterritoire Autre S H OE DE D IÜbriges Gebiet V E R L E NG AN
D WE G
S TR
S ING E L
EG
C IT
C
E N-
R.
NW
R TS
L-
AA
E VE
LEGEND / LÉGENDE / LEGENDE
S HIL
88
VERKLARING /
R A ST
IN DU
N2 ZW
GR E V
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit!
K
L
M
3. Wat willen we bereiken? In dit hoofdstuk komt de visie van de gemeente Vlissingen met het woonbeleid naar voren; de uitwerking van deze ambities vindt in het volgende hoofdstuk plaats. De ingrediënten daarvoor droegen wij aan in zowel het vorige hoofdstuk als in deel 2 van deze woonvisie: daar is immers stil gestaan bij wat er zoal speelt op het vlak van het wonen in de gemeente en in de buurten en wat daaraan ten grondslag ligt. De visie op het woonbeleid valt binnen de gemaakte (ruimtelijke) keuzes voor de toekomstige ontwikkeling van de gemeente zoals staat beschreven in de structuurvisie 2020. De vijf pijlers van onze visie De kwaliteit van de buurten staat in onze visie voorop. Wij zetten in op kwaliteit boven kwantiteit. Daarmee komt de focus van het beleid op de bestaande woningvoorraad en woonomgeving. En daarbij zetten wij in op integrale wijkaanpak. Dat moet Vlissingers, Souburgers en Ritthemers perspectief bieden op een situatie waarin voldoende keuzemogelijkheden zijn wat betreft kwaliteit en differentiatie van woningen en woonmilieus, opdat men daadwerkelijk stappen kan zetten in een passende wooncarrière. Wij willen daarbij de diverse doelgroepen aan bod laten komen en rekening houden met hun veranderende samenstelling. Vanuit onze nieuwe focus vormt de nieuwbouw in Vlissingen een aanvulling op wat wij tekort komen binnen onze bestaande en deels aan veranderende omstandigheden aan te passen woningtypen en woonmilieus. Dit samenhangend geheel moet er aan bijdragen dat de woningvoorraad van morgen goed past bij de huidige en veranderende woonbehoeften. Daarbij beseffen wij dat de woningmarkt niet ophoudt bij onze gemeentegrens. Opdat onze plaatselijke markt zich optimaal kan ontwikkelen zoekt Vlissingen binnen de regio actief naar samenwerking, in samenhang met de zich elders voordoende en gewenste ontwikkeling. Kwaliteit boven kwantiteit Het aantal huishoudens zal in Vlissingen de aankomende 10 jaar matig groeien. De woningbouwplannen die de gemeente op dit moment in planvorming en uitvoering heeft, hebben voldoende capaciteit om deze groei te verwerken. De huidige ontspannen woningmarkt binnen Vlissingen in combinatie met een bestaande woningvoorraad die deels onvoldoende perspectief biedt voor de veranderende behoefte, levert kansen voor een kwaliteitslag.
23
Vlissingen zet in op een op de behoeften afgestemde kwaliteitsverbetering van woningvoorraad en woonomgeving. Dat zal leiden tot gewenste, maar lokaal verschillende aanpassingen en/of vernieuwingen. Waar dit mogelijk tot vrijkomende locaties in de stad leidt richt het beleid zich op een zorgvuldige aanpak daarvan en zal het zeker niet zomaar gehoor geven aan een reflex tot volbouwen. In elk geval moet nieuwbouw bijdragen aan een perspectief met voldoende keuzemogelijkheden wat betreft kwaliteit en differentiatie van woningen en woonmilieus. De kwaliteiten van het omliggende Nationaal Landschap worden hierbij gewaarborgd door in te zetten op bouwen binnen bestaand stedelijk gebied. Integrale wijkaanpak Zoals uit de analyse van de buurten van Vlissingen blijkt, zijn er binnen de gemeente buurten waar zich gecombineerd fysieke en sociale problemen voordoen. De leefbaarheid en veiligheid staat in deze buurten onder druk. De gemeente zet daartoe sterk in op de integrale wijkaanpak. Samen met haar maatschappelijke partners wordt vanuit fysiek en sociaal perspectief gewerkt aan de versterking van de leefbaarheid van de buurten. Met de integrale wijkaanpak zet de gemeente in op het benutten van kwaliteiten en het creëren van kansen van en voor de bewoners en de buurt. De rol en inbreng van de bewoners van de buurten is vanzelfsprekend van groot belang bij de onderbouwing van de te maken keuzes. Doelgroepen aan bod Wij onderscheiden diverse doelgroepen met hun eigen specifieke woonbehoeften, met een verschillende positie op de woningmarkt en met een verschillend perspectief. De sociaal maatschappelijke functie van centrumgemeente voor Zeeland heeft er toe bijgedragen dat de gemeente Vlissingen het overgrote deel van de maatschappelijke opvang van Zeeland huisvest; daarbij kent de gemeente een ruime vertegenwoordiging van lage inkomens. De gemeente heeft niet de ambitie om de doelgroepen in omvang te laten groeien of om meer mensen in de doelgroep aan te trekken. De inzet van het beleid is niet méér sociale huurwoningen, maar sociale huurwoningen met méér kwaliteit. Daarbij is het beleid van Vlissingen er op gericht de onderscheiden doelgroepen een goed perspectief te bieden op een woonsituatie met keuzemogelijkheden in kwaliteit en differentiatie; een passende wooncarrière moet mogelijk zijn. De gemeente ziet voor de groep huishoudens die op zoek is naar een deeltijdwoning in toenemende mate kansen voor huisvesting in Vlissingen.
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! De woningvoorraad van morgen De gemeente wil dat de samenstelling van de woningvoorraad en de woonmilieus zo goed mogelijk spoort met de huidige en veranderende samenstelling en daarop te baseren woonbehoeften en mogelijkheden van de bevolking. Daar moet allereerst de gewenste aanpassing en vernieuwing van de bestaande woningvoorraad en woonmilieus in de buurten aan bijdragen. En in de tweede plaats, in nauwe samenhang daarmee, ook de nieuwbouwplannen. Samenwerking De gemeenten op Walcheren fungeren als één woningmarkt, waarbij elke gemeente op geheel eigen wijze een aantrekkelijke woonomgeving heeft te bieden. De gemeenten hebben elk hun ambities op het gebied van wonen, maar vissen daarbij voor een deel in dezelfde (krimpende) vijver. Afstemming van de gemeentelijke kwantitatieve en kwalitatieve woningbouwprogrammeringen is hierbij noodzakelijk. De gemeente zet in op samenwerking, waarbij uitwerking van het idee van complementariteit een belangrijke invalshoek is. De gemeente Middelburg deelt deze ambitie en op dit moment wordt deze in gezamenlijkheid uitgewerkt.
WOONVISIE VLISSINGEN
24
4. Uitwerking van ambities 4.1 Kwaliteit boven kwaliteit De inzet op kwaliteit is vertaald in de onderstaande speerpunten: 1. Kwaliteitsverbetering woningvoorraad en woonomgeving; 2. Gericht opknappen en selectief bijbouwen; 3. Vergroting diversiteit woningvoorraad en woonomgeving. 4.1.1 Kwaliteitsverbetering woningvoorraad en woonomgeving Aanpassing en vernieuwing in buurten kan ertoe leiden dat het daar wenselijk is om woningen uit de markt te nemen. De ontspannen woningmarkt biedt ons ook meer mogelijkheden om bij herstructurering niet elke gesloopte woning te vervangen door één ander of zelfs twee andere woningen. Een dergelijke zogenaamde verdunning schept de mogelijkheid om in de buurten bijvoorbeeld andere woonmilieus te creëren en meer groen, speelvoorzieningen of parkeerplaatsen aan te leggen. Aanpassing en vernieuwing van de woningvoorraad in buurten draagt zodoende ook bij aan de kwaliteitsverbetering van de woonomgeving. Binnen de context en kaders van de Verstedelijkingsafspraken – zie de tabel in § 4.4 - streeft de gemeente naar een verdunningsopgave middels herstructureringen van circa 320 woningen tot 2020. Hierbij wordt opgemerkt dat de afspraken geen doel op zich zijn, maar een middel om tot kwaliteitsverbetering te komen. Wij denken dat we met de herstructureringsopgaven waar we voor staan in de Bonedijkestraat e.o., de Oude Binnenstad (Groote Markt) en op nader te bepalen locaties, deze indicatieve opgave kunnen gaan realiseren. Welke kwaliteiten in de woningvoorraad en woonomgeving worden toegevoegd als gevolg van de verdunning wordt bepaald na analyse van de buurt en in overleg met de bewoners.
Maatregelen en acties tot 2015: 1. Het vaststellen en realiseren van een verdunningsopgave van circa 160 woningen in het kader van herstructurering; 2. Het maken van een analyse van buurten met een her structureringsopgave (zie ook integrale wijkaanpak); 3. In overleg treden met buurtbewoners van herstructure ringsgebieden over gewenste kwaliteitsverbeteringen in woningvoorraad en woonomgeving;
schalige opzet en met oog voor de omgeving. Vanuit een totaalvisie op een gebied wordt de herstructureringsopgave opgeknipt in deelontwikkelingen en gerealiseerd met een programma waar op dat moment vraag naar is. De doorlooptijden worden beperkt gehouden en veranderingen in de vraag worden direct verwerkt in de volgende deelontwikkeling. Vrijkomende binnenstedelijke locaties worden weloverwogen opgevuld met woningen, waarbij per locatie wordt bekeken waar de buurt het meeste baat bij heeft. Dit kan bijvoorbeeld resulteren in een verbreding van het woningaanbod in de buurt, in een andere bestemming van bestaande bebouwing of in een park met speelvoorzieningen. Binnen de kaders en context van de Verstedelijkingsafspraken is een kwantitatief programma voor kleine binnenstedelijke projecten voor Vlissingen opgenomen van 200 woningen tot 2020. Deze capaciteit wordt ingezet om volgens de hiervoor genoemde strategie projecten te ontwikkelen op binnenstedelijke locaties. Ook de reeds in gang gezette woningbouwprojecten worden binnen deze ontwikkelstrategie gerealiseerd, zij het wellicht in een aangepast tempo of met een gewijzigd programma. De uitvoering van de uitbreidingslocaties Tuindorp en Souburg-Noord is in dit kader getemporiseerd. Maatregelen en acties tot 2015: 4. Het benoemen van herstructureringsgebieden waar de kleinschalige ontwikkelstrategie wordt toegepast; 5. Het getemporiseerd realiseren van Tuindorp en Souburg Noord.
4.1.3 Vergroting diversiteit woningvoorraad en woonomgeving
4.1.2 Gericht opknappen en selectief bijbouwen Een toekomstbestendig woonperspectief voor de gemeente en de buurten vraagt om een ontwikkelstrategie van selectief bijbouwen en gericht opknappen. Deze strategie kenmerkt zich door een klein-
25
In hoofdstuk 2 zagen we onder andere dat er in Vlissingen relatief veel oudere woningen zijn, veel goedkope woningen (lage WOZ-waarde) en veel eengezinswoningen. Ook bleek uit het WoON-onderzoek van het Ministerie van VROM dat vraag en aanbod in huur- en koopsector onvoldoende op elkaar waren afgestemd. Ook in het licht van de huidige economische situatie geldt dat volop. In een samenleving met steeds meer ouderen en een verder veranderende huishoudenssamenstelling zal ook de woonbehoefte verder veranderen. Dit vraagt een breed palet aan woningen, breder dan waarover we nu in de gemeente beschikken. Het beschikbare aanbod moet in elk geval zodanig zijn dat het een goed perspectief biedt voor de WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! De woonvisie deel 2 “Buurten in Vlissingen” geeft een analyse van de huidige stand van zaken van de fysieke en sociale woonomgeving van de buurten. Aan de hand van indicatoren is aangeven welke buurten het meeste rendement ondervinden van een integrale kwaliteitsverbetering. Daarnaast is in het kader van het sociaal stedenbeleid de wijk Middengebied reeds aangewezen als de eerste wijk voor een CtC-aanpak (zie § 2.1.2 onder Sociaal stedenbeleid). Wij stellen voor een prioritering aan te brengen bij het uitvoeren van de integrale wijkaanpak van de Vlissingse buurten. Binnen de looptijd van het uitvoeringsprogramma van deze woonvisie (2010-2015) willen wij daarbij de ontwikkeling en uitvoering van de integrale wijkaanpak voor de volgende buurten ter hand te nemen: 1. Bonedijkestraat e.o. (Spaans kwartier, Engelse wijk) 2. Oude Binnenstad (Groote Markt) 3. Hercules Segherslaan 4. Bossenburgh
veranderende woningbehoefte in de buurten en voor de diverse doelgroepen. Dat betekent dat er keuzemogelijkheden moeten zijn, voldoende differentiatie en op de behoeften afgestemde kwaliteit. Bij herstructureringsopgaven en nieuwbouwontwikkelingen worden de programma’s afgestemd op de vraag die zich vanuit de gemeente en de buurten voordoet. Aansluitend op een grotere diversiteit in het woningaanbod is dat ook geboden met betrekking tot de beschikbare woonmilieus, teneinde de eigen inwoners voldoende perspectief te kunnen bieden en een wooncarrière te kunnen laten maken, maar ook om nieuwe huishoudens van buiten de gemeente aan te trekken. In het bijzonder worden ook de Vlissingse kwaliteiten6 maritiem, ruimte en groen ingezet bij het ontwikkelen van specifieke woonmilieus met aantrekkingskracht. Scheldekwartier geeft daarbij invulling aan het woonmilieu maritiem wonen, de uitbreidingslocaties Tuindorp en Souburg-Noord ontwikkelen het wonen aan het groen.
Maatregelen en acties tot 2015: 6. Realisatie van een maritiem stedelijk woonmilieu in het Scheldekwartier (700 woningen tot 2015); 7. Realisatie van groenstedelijke woonmilieus in Tuindorp en Souburg-Noord;
Maatregelen en acties tot 2015: 8. Het middels overleggen expliciet betrekken van bewoners(-organisaties) en maatschappelijke organisaties bij de planvorming, uitvoering en evaluatie van de inte grale wijkaanpak; 9. Het opstellen en starten van de uitvoering van integrale buurtplannen voor de buurten Bonedijkestraat e.o., Oude Binnenstad, Hercules Segherslaan en Bossenburgh;
4.2 Integrale wijkaanpak
4.3 Doelgroepen aan bod
De integrale wijkaanpak is er op gericht om een wijk in sociale en fysieke zin tot verdere ontwikkeling te laten komen. De benadering gaat uit van een afstemming van de sociale en fysieke kwaliteiten van de buurt of wijk op de behoeften en mogelijkheden van de bestaande of nieuwe bewoners. Als prominente partijen in de buurten worden woningbouwcorporaties en andere maatschappelijke partners nauw betrokken bij deze werkwijze. De gemeente gaat samen met deze partners in gesprek met de bewoners van de buurten: wat willen zij met hun buurt en niet minder belangrijk, wat kunnen ze zelf bijdragen in de ontwikkeling van hun buurt. Dit moet resulteren in breed gedragen integrale buurtplannen met maatregelen en acties ter verbetering van de kwaliteit van de woningvoorraad en de woonomgeving.
4.3.1 Doelgroepen en het verloop in de woningvoorraad De gemeente zet zich in voor het in voldoende mate beschikbaar hebben van kwalitatief goede en passende huisvesting voor de diverse onderscheiden doelgroepen door: • gebruik te maken van de bestaande woningvoorraad en het ‘natuurlijk verloop’ ervan; • het stimuleren van nieuwe initiatieven. Met natuurlijk verloop wordt bedoeld de wijze waarop een woning met toenemende ouderdom kwalitatief minder aansluit bij de zich voordoende behoefte. Onderstaand schema geeft aan hoe het natuurlijk verloop van een woning zich verhoudt tot de huisvesting voor de onderscheiden doelgroepen.
6 Actualisatie Stadskoers 2009: intern proces met als doel het herijken van de positie van Vlissingen, verder uitgewerkt in Structuurvisie 2009
WOONVISIE VLISSINGEN
26
4.3.2
Aandachtsgroep van het volkshuisvestingsbeleid
Het beleid is erop gericht voldoende aanbod en voldoende keuzevrijheid van kwalitatief goede woningen voor mensen met een zwakke positie op de woningmarkt beschikbaar te hebben. Dat geldt dus ook voor de aandachtsgroep (mensen met lage inkomens). Uit de cijfers in § 2.2 blijkt dat de bereikbare voorraad toereikend is voor de aandachtsgroep in Vlissingen7. Dit strookt niet met de uitkomsten voor Vlissingen uit het WoON-onderzoek van VROM: De totale vraag naar huurwoningen zou veel groter zijn dan het potentiële aanbod. Een deel van de potentiële huurders spreekt daarbij echter geen voorkeur uit voor een woning in Vlissingen of een andere gemeente. Dat betekent dat zij zich in de praktijk vaak laten leiden door de beschikbaarheid van een woning. Ook zou er een groot tekort zijn in de categorie goedkope huurwoningen en in mindere mate in de categorie duurdere sociale huurwoningen. Bovendien zou er binnen de huursector sprake zijn van meer aanbod dan vraag bij eengezinsToelichting We illustreren de inzet van het natuurlijk verloop voor het huisvesten van de doelgroepen Toelichting huurwoningen en meer vraag dan aanbod bij meergezinshuurwoaan de hand van bereikbare is bedoeld de aandachtsgroep van de We illustreren dede inzet van het voorraad. natuurlijkDeze verloop voor hetom huisvesten ningen. volkshuisvesting van een woning te voorzien. Het ouder worden van woningen in deze van de doelgroepen aan de hand van de bereikbare voorraad. Deze voorraad leidt tot ingrepen om aansluiting te houden bij de behoeften. In opeenvolgende is bedoeld om deverbeteren aandachtsgroep van de volkshuisvesting van een tot aan sloop De toe gemeente wil in overleg met de woningcorporaties bezien hoe fasen zijn kwaliteit (renoveren), herstructureren/samenvoegen woning te voorzien. Het ouder worden in kansen deze voorop een praktische manier over een voortschrijdend inzicht kan de ingrepen die worden gepleegd. Elk vanvan dezewoningen fasen biedt voor een bepaalde raad leidt tot ingrepen om aansluiting te houden bijbiedt de behoeften. In worden beschikt in de vraag naar en het aanbod van woonruimte doelgroep. Waarbij de laatste ingreep mogelijkheden voor het toevoegen van nieuwe woningen en daarmee groeiende doelgroepen kan bedienen. voor de aandachtsgroep voor zover het de sociale huurwoningvooropeenvolgende fasenandere zijn kwaliteit verbeteren (renoveren), herstrucraad betreft. Het ligt voor de hand daar een eenvoudige monitoring tureren/samenvoegen tot aan sloop toe de ingrepen die worden Binnen de woningvoorraad van biedt Vlissingen zijnvoor alle fasen van het natuurlijk bij de te gebruiken. Dit wordt verderop uitgewerkt. Periodiek van elders gepleegd. Elk van deze fasen kansen een bepaalde doel- verloop van woningen voorhanden. De gemeente zet zich in overleg met de corporaties in om deze beschikbaar komende gegevens, zoals uit het WoON-onderzoek, groep. Waarbij de laatste ingreep mogelijkheden biedt voor het differentiatie te benutten en beschikbaar te houden voor de specifieke doelgroepen. kunnen daarop een bruikbare aanvulling vormen. Waar op grond toevoegen van nieuwe woningen en daarmee andere groeiende van gegevens blijkt dat een mismatch tussen vraag en aanbod moet doelgroepen kan bedienen. Maatregelen en acties tot 2015: 10. De gemeente gaat met de corporaties na hoe de woningvoorraad en het worden bijgestuurd, biedt herstructurering hierbij houvast om op Binnen deverloop woningvoorraad zijn alle fasen van het van de vrijgekomen locaties nieuwe keuzemogelijkheden, meer differentinatuurlijk daarbinnen van moetVlissingen worden gebruikt voor de huisvesting onderscheiden doelgroepen. atie en andere kwaliteit te bieden, in meer of mindere mate ook in de natuurlijk verloop van de woningen voorhanden. De gemeente zet sociale huursector. zich in overleg met de corporaties in om deze differentiatie te benutten en beschikbaar te houden voor de specifieke doelgroepen. 4.3.2 Aandachtsgroep van het volkshuisvestingsbeleid Met het inzetten op een wooncarrière voor haar inwoners stimuHet beleid is erop gericht voldoende aanbod en voldoende keuzevrijheid van kwalitatief leert de gemeente de doorstroming vanuit de sociale huursector. Dit goede woningen voor mensen met een zwakke positie op de woningmarkt beschikbaar te bij om meer woningen in deze sector beschikbaar te krijgen, draagt Maatregelen en acties tot 2015: hebben. Dat geldt dus ook voor de aandachtsgroep (mensen met lage inkomens). wat ten goede komt aan de keuzevrijheid van de aandachtsgroep. 10. De gemeente gaat met de corporaties na hoe de
Uit de cijfers in § 2.2 blijkt dat de bereikbare voorraad toereikend is voor de aandachtsgroep 7 woningvoorraad en het verloop in Vlissingen . Dit staat haaks op natuurlijk de uitkomsten voordaarbinnen Vlissingen uit het WoON-onderzoek van VROM: totale vraag naarvoor huurwoningen zou veel zijn dan het potentiële moetDeworden gebruikt de huisvesting van groter de onder aanbod. Een deel doelgroepen; van de potentiële huurders spreekt daarbij echter geen voorkeur uit voor scheiden 7
Binnen de bereikbare voorraad behoort 37% tot het zogenaamde goedkope segment en 51% tot het daarboven liggende betaalbare segment.
Woonvisie Vlissingen
7 Binnen pagina 30 van 46 de bereikbare voorraad behoort 37% tot het zogenaamde goedkope segment en 51% tot het daarboven liggende betaalbare segment.
27
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! stroming vanuit de sociale huursector draagt in beginsel dan ook bij om meer woningen voor starters beschikbaar te krijgen. De relatief weinig waardevolle woningvoorraad biedt starters ten opzichte van elders in de gemeente Vlissingen eerder de kans om een eigen woning te bezitten. De gemeente stimuleert het eigen woningbezit onder starters middels het instrument Starterslening. Als men ziet dat de positie van de starters om aan passende woonruimte te komen onevenredig achterblijft bij die van andere groepen, bestaat altijd de mogelijkheid om in overleg met de woningcorporaties maatregelen te treffen voor toedeling van woningen.
Maatregelen en acties tot 2015: 11. In overleg met de woningcorporaties bezien hoe met betrekking tot de aandachtsgroep tot een voortschrij dend inzicht te komen over vraag en aanbod in en door stroming uit de sociale huursector; 12. Het zo nodig in overleg met de woningcorporaties tref fen van maatregelen die aansluiten bij de uitkomsten van het voorgaande;
4.3.3 Wonen en zorg
Maatregelen en acties tot 2015: 15. In overleg met de woningcorporaties bezien hoe met betrekking tot de starters tot een voortschrijdend inzicht te komen over vraag en aanbod in en doorstroming uit de sociale huursector; 16. Het zo nodig in overleg met de woningcorporaties treffen van maatregelen die aansluiten bij de uitkomsten van het voorgaande;
De gemeente onderkent de toenemende vraag naar welzijn en zorg in de woonomgeving. In dit kader werkt de gemeente aan een integraal beleid voor wonen-welzijn-zorg. De gemeente wil samen met de in het netwerk van zorg en welzijn participerende partijen afspraken maken over de uitwerking van een samenhangende wonen-welzijnzorg aanpak in relatie tot het woonbeleid. Aanvullend zijn op dit vlak afspraken nodig met de corporaties over de wijze waarop zij bijdragen aan de woonopgave met betrekking tot wonen-welzijn-zorg, met inbegrip van de ontwikkeling van voldoende levensloopbestendige woningen (zowel nieuw als ook binnen de voorraad) en de wijze waarop zij in deze context werk maken van hun maatschappelijk ondernemerschap binnen de gemeente Vlissingen.
4.3.5 Gezinnen Verhoudingsgewijs krijgt de huisvesting van gezinnen die niet tot een van de andere hier genoemde categorieën behoren weinig aandacht in de woonvisie, omdat relatief het best aan de woonbehoeften van deze gedifferentieerde groep tegemoet kan worden gekomen. Uitgangspunt is om met het creëren van nieuw aanbod in aanvulling op de al bestaande woningen en woonmilieus voldoende mogelijkheden te scheppen voor een wooncarrière binnen de gemeente en zoveel mogelijk ook binnen de buurten. Daarvoor is een gedifferentieerd aanbod nodig dat recht doet aan de diversiteit van de groep en de door hen gewenste woonmilieus. Het gaat dan om woningen die met name rechtstreeks de doorstroming uit de sociale huursector bevorderen (vooral goedkope en middeldure koopwoningen) en dure koopwoningen die vooral voor doorstroming uit het middensegment zorgen (vrijstaande woningen, bouwkavels, mede ten behoeve van particulier opdrachtgeverschap). Een aanzienlijk deel van het woningprogramma wordt hierop gericht (zie ook paragraaf 4.4).
Maatregelen en acties tot 2015: 13. Samen met betreffende partijen afspraken maken over de uitwerking van een samenhangende wonen-welzijn zorg aanpak in relatie tot het woonbeleid; 14. Aanvullend afspraken maken met de corporaties over de wijze waarop zij (gaan) bijdragen aan de woonopgave met betrekking tot wonen-welzijn-zorg;
4.3.4 Starters Relatief veel starters spreken geen voorkeur uit voor een gemeente als ze gevraagd wordt naar hun toekomstige plaats van vestiging. De gemeente hecht er veel belang aan dat deze groep kiest voor huisvesting in de gemeente Vlissingen. Starters zoeken vaak huisvesting in de sociale huursector of de goedkope koopsector. Gerichte door-
WOONVISIE VLISSINGEN
28
4.3.6 Deeltijdwonen Met zijn ligging aan zee, de boulevard en de relatief goedkope woningmarkt heeft Vlissingen goede kaarten om de opkomende trend van deeltijdwonen te faciliteren. De gemeente ziet deeltijdwonen als een kans voor de ontwikkeling van de stad. Bijvoorbeeld voor mensen die doordeweeks elders in het land werken en hun vrije tijd en inkomen in Vlissingen en omgeving besteden. Nu al ontvangt de gemeente regelmatig informatieverzoeken over de mogelijkheden van tweede woningbezit in Vlissingen. De gemeente zet in op het faciliteren van deze trend door het liberaliseren van het beleid op het tweede woningbezit. Daarnaast wordt het deeltijdwonen in Vlissingen nadrukkelijk meegenomen als unique sellingpoint in de citymarketing van de gemeente. Bij de concrete invulling van de vraag naar deeltijdwoningen wordt onder ander de ontwikkeling van het Scheldekwartier ingezet.
De gemeente wil met de corporaties afspraken maken over deze vorm van huisvesting, mede in relatie tot de doelstelling voor een volledige ontwikkeling van een campus op de Kenniswerf.
Maatregelen en acties tot 2015: 18. Onderzoek naar de mogelijkheden van studentenhuis vesting in het Kenniswerfgebied; 19. Afspraken maken met de woningcorporaties over de huisvesting van studenten;
4.3.8 CPO / PO / Kluswoningen Bij CPO (Collectief Particulier Opdrachtgeverschap) verwerven particulieren in groepsverband een bouwkavel met woonbestemming. Hiervoor organiseren zij zich meestal in een vroeg stadium in een stichting of vereniging zonder winstoogmerk, die hierbij als opdrachtgever optreedt naar architect en aannemer van het project. Uiteindelijk worden de woningen dus in groepsverband gerealiseerd. Vlissingen wil bijdragen aan het voorzien in deze behoefte. Twee schoollocaties in het Middengebied, die vrijkomen bij de oplevering van de Open Wijkschool, worden in het kader van een pilotproject CPO vrij gehouden voor een dergelijk initiatief. Hiertoe wordt met de stichting CPOZ (Collectief Particulier Opdrachtgeverschap Zeeland) samengewerkt.
Maatregelen en acties tot 2015: 17. Verdere uitwerking van het deeltijdwonen binnen het woonbeleid;
4.3.7 Studenten Vlissingen staat van oudsher bekend als de studentenstad van Zeeland. Deze rol wil de gemeente graag blijven vervullen en verder ontwikkelen. De ontwikkeling van de campus op Kenniswerf geeft invulling aan dit streven. Het goed en tijdig huisvesten van het toenemende aantal (inter-)nationale studenten is hierbij van groot belang. De potentie en eventuele omvang van studentenhuisvesting op een campus in het Kenniswerfgebied is onderwerp van nader onderzoek. Daarnaast wordt de bestaande woningvoorraad ingezet bij het huisvesten van studenten. Er zijn woningen die bij andere doelgroepen niet in trek zijn, maar mogelijk bij uitstek geschikt voor het (tijdelijk) huisvesten van studenten. Dat kunnen kleine of verouderde woningen zijn of woningen in herstructureringsgebieden. Studentenhuisvesting kan op deze wijze een bijdrage leveren aan het tegengaan van de achteruitgang of leegstand in buurten of anderszins levendigheid aan het straatbeeld toevoegen.
29
Onder PO (Particulier Opdrachtgeverschap) wordt verstaan het in eigen beheer bouwen van een woning op een bouwkavel. Beleid is om voldoende aanbod beschikbaar te hebben in de Gemeente Vlissingen om in deze behoefte te voorzien. Momenteel zijn deze kavels beschikbaar in Souburg-Noord (welstandsvrij), Beatrixlaan en aan de Schans (Souburg), dus zowel in stedelijk gebied als in een uitbreidingslocatie. Kluswoningen zijn woningen die zeer voordelig worden aangeboden, maar wel met de verplichting om ze grondig op te knappen, dat binnen een jaar af te ronden en ze vervolgens zelf te gaan bewonen. In delen van Rotterdam is deze woonvorm uitermate populair. De gemeente ziet met het toepassen van kluswoningen kansen voor kwaliteitsverbetering en meer betrokkenheid bij de buurt, met name in of aan de rand van herstructureringsgebieden. De potentie van kluswoningen in de buurten van Vlissingen zal in dit kader nader onderzocht worden.
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit!
Maatregelen en acties tot 2015: 20. Stimuleren en faciliteren van Collectief Particulier Op drachtgeverschap; 21. Voldoende aanbod voor Particulier Opdrachtgeverschap; 22. Onderzoek naar de potentie van kluswoningen;
Maatregelen en acties tot 2015: 23. Tenminste één pensionvoorziening voor arbeidsmigrant en ontwikkelen en monitoren;
4.3.9 Arbeidsmigranten
4.4 De woningvoorraad van morgen
Het verschijnsel arbeidsmigrant is van alle tijden, maar lange tijd ontbrak de noodzaak de huisvesting van arbeidsmigranten te reguleren. De mate waarin het verschijnsel zich echter de laatste jaren manifesteert en de gevolgen die dit met zich meebrengt, zoals overlast in woonstraten en onveilige huisvestingssituaties, vragen om specifiek beleid. Vlissingen werkt samen met de 13 Zeeuwse gemeenten aan een overkoepelend Zeeuws beleid voor de huisvesting van arbeidsmigranten.
Herstructurering en nieuwbouw in samenhang De samenstelling van de woningvoorraad en de woonmilieus moet zo goed mogelijk sporen met de huidige en veranderende samenstelling en daarop te baseren woonbehoeften en mogelijkheden van de bevolking. De opgave om dat te bereiken en zo te houden ligt op twee met elkaar samenhangende terreinen: • In de eerste plaats in de bestaande buurten, waar de bijdrage moet komen van gewenste aanpassingen en vernieuwingen van de bestaande woningvoorraad en woonmilieus; zo men wil: bij de herstructurering; • In de tweede plaats bij de nieuwbouwprojecten.
De gemeente Vlissingen zet voor de huisvesting van tijdelijke arbeidsmigranten in op pensionvoorzieningen in of aan de rand van de woongebieden. Deze vorm van huisvesting biedt in beginsel goede leefomstandigheden voor de arbeidsmigrant (zoals een centrale keuken en recreatiemogelijkheden), schaalvoordelen voor de aanbieder van huisvesting, en goede beheerbaarheid voor werkgever en gemeente. Het huisvesten in drijvende pensionvoorzieningen wordt door de gemeente als interessante mogelijkheid gezien. Voor de totstandkoming van deze vorm van huisvesting wil de gemeente intensief samenwerken met de aanbieder van deze huisvesting en de werkgever. De gemeente streeft ernaar om tijdens de uitvoeringsperiode van de woonvisie minstens één pensionvoorziening voor arbeidsmigranten te ontwikkelen en te monitoren. Op basis van de uitkomsten van deze pilot worden vervolgstappen gezet.
WOONVISIE VLISSINGEN
Dit zal betekenen dat Vlissingen zich inzet voor: • Aanpassingen en vernieuwingen in bestaande woongebieden, waar dat nodig is; • Het ontwikkelen van de transformatielocatie Scheldekwartier; • De reservering van een beperkte capaciteit in de woningbouw planning voor kleinschalige inbreidingslocaties, niet zijnde herstructureringopgaven; • De realisatie van de reeds in ontwikkeling zijnde locaties Bunker terrein, Souburg-Noord en Tuindorp, weliswaar getemporiseerd, maar voor 2020 opgeleverd. Netto woningproductie Om het groeiend aantal huishoudens in voldoende mate te kunnen bedienen en met de ambitie om ook huishoudens van buiten de gemeente aan te trekken met attractieve woonmilieus wil de gemeente tot 2020 een gemiddelde netto woningproductie van 150 woningen per jaar realiseren. Het betreft een samenhangende opgave met betrekking tot zowel herstructurering als nieuwbouw.
30
Herstructureringsopgave De herstructureringsopgave wordt ingezet om buurten te creëren met meer kwaliteit, meer woningdifferentiatie, meer groen en meer mogelijkheden voor een wooncarrière. Het ingrijpen in een buurt zal ten koste gaan van woningen met het minste perspectief om te voorzien in de huidige en veranderende woonbehoefte: doorgaans oude, weinig courante woningen van slechte kwaliteit. Wat er voor terugkomt is afhankelijk van de behoefte vanuit de buurt en de stad als geheel en moet ook bijdragen aan een toekomstbestendige voorraad. • Op grond van de huidige inzichten gaat de gemeente ervan uit dat er in de periode 2010-2020 1.450 woningen bij herstructu rering zijn betrokken, waaronder een gedeelte in de particuliere sector. • Het verbeteren van de kwaliteit van de woonomgeving wordt in een aantal situaties bereikt door verdunning van de woning voorraad. Binnen de kaders van de Verstedelijkingsafspraken denkt de gemeente een verdunningsopgave van 320 woningen te kunnen bereiken in de periode tot 2020. Nieuwbouwopgave • De plannen voor de aankomende 10 jaar zijn voor 90% reeds kwantitatief benoemd in vastgesteld beleid. De programma’s en planningen hebben echter tot op zekere hoogte ruimte om bijge stuurd te worden naar een definitieve invulling. Binnen de lopen de programma’s kunnen wij op de volgende wijze verder aan sluiten bij de ambities naar meer woningdifferentiatie en aanvullende woonmilieus: • Souburg-Noord: welstandsvrij bouwen en particulier opdrachtgeverschap in een groenstedelijk woonmilieu; • Tuindorp: grondgebonden woningen in een groenstede lijk woonmilieu; • Bunkerterrein: appartementen in de koop en huursector; • Scheldeterrein: waterstedelijk wonen in het centrum van de stad, met een gedifferentieerde samenstelling, zowel grondgebonden als appartementen, minimaal 330 sociale huurwoningen maar ook woningen in luxe huur en koop; • Kleine binnenstedelijke projecten: variërend in aantal, geven invulling aan particuliere initiatieven tot kwali teitsverbetering en bedienen verschillende doel groepen. Bij veranderende omstandigheden moet de nog bestaande flexibiliteit worden benut om gewenste aanpassingen in programma en planning uit te voeren.
• •
In de periode 2010-2020 zet de gemeente Vlissingen in op de realisatie van 1.450 woningen op het Scheldekwartier. Het restant van de totale capaciteit van 1.950 woningen op het Scheldekwartier wordt aansluitend gerealiseerd. Voor de kleinschalige inbreidingslocaties is de capaciteit tot 2020 geraamd op 200 woningen, 100 woningen wordt hierbij ingezet voor de inbreidingslocatie Bunkerterrein. Reeds in ontwikkeling genomen projecten hebben tot 2020 een plancapaciteit van 641 woningen. Van de totale nieuwbouwcapaciteit wordt 79% binnen bestaand stedelijk gebied gerealiseerd. Vlissingen voldoet hiermee ruimschoots aan de provinciale doelstellingen voor zorgvuldig ruimtegebruik en bundeling.
Nieuwbouw ondersteunt herstructurering In de optiek van Vlissingen ondersteunt de nieuwbouwopgave de herstructurering. Met het realiseren van woningen in de bereikbare klasse op delen van de nieuwbouwlocaties, wordt uitverhuizers uit de herstructureringsgebieden de mogelijkheid geboden tot een passend woonperspectief in termen van keuzemogelijkheden, differentiatie en kwaliteit, waarmee zij desgewenst een stap in hun wooncarrière kunnen zetten. De gemeente zet zich in voor het creëren van een voorkeurspositie bij toedeling van bereikbare woningen op nieuwbouwlocaties aan bewoners uit herstructureringsbuurten. In het kader van de herstructurering biedt de kleinschalige ontwikkelstrategie in de buurt zelf de bewoners tevens de mogelijkheid om die stap in hun wooncarrière kunnen zetten. Daarnaast bestaat is er voor de bewoners de mogelijkheid om binnen de buurt te verhuizen naar een reeds bestaande woning. Nieuwbouw (n) voor herstructurering (h) Stad Buurt
uitverhuizen
b
h
n wooncarrière
n wooncarrière
31
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! Netto woningtoevoegingen De systematiek van woningbouwprogrammering binnen het Stedennetwerk gaat uit van de netto woningtoevoegingen binnen een gemeente. Hiervoor worden alle nieuwbouwwoningen inclusief nieuwe woningen als gevolg van herstructurering opgeteld (bruto toevoeging). Vervolgens worden hiervan de gesloopte woningen afgetrokken. Aangezien het de planning voor periode 2010-2020 betreft, wordt in de gebruikte systematiek van de bruto toevoeging een aandeel woningen in mindering gebracht, dat als gevolg van marktwerking of langere doorlooptijd opgeleverd wordt na 2020 (de aanname binnen Stedennetwerk is 12%). Tevens wordt bij de netto woningtoevoeging het aandeel autonome woningonttrekkingen in mindering gebracht. Volgens deze systematiek heeft Vlissingen een netto plancapaciteit van 1.685 woningen in de periode 2010-2020 (zie onderstaande tabel). VLISSINGEN PLANCAPACITEIT 2010-2020 naam Scheldekwartier Bunkerterrein Overig Inbreiding Tuindorp (indicatief) Souburg Noord (indicatief) Overig Uitbreiding Saldo herstructureringsopgave incl. verdunning
Acties: 24. Woningbouwprogrammering halfjaarlijks actualiseren;
4.5 Samenwerking Middelburg-Vlissingen Om uiting te geven aan de intentie tot samenwerking is deze paragraaf opgesteld door Middelburg en Vlissingen gezamenlijk en wordt hij in de woonvisies van beide gemeenten opgenomen.
planning 1.450 285 100 1.835
79%
250 245 0 495
21%
4.5.1 Gezamenlijke visie
-320
De colleges van Middelburg en Vlissingen hebben besloten een gezamenlijke visie op de samenwerking tussen de twee gemeenten op te stellen. De doelstellingen van de beoogde samenwerking zijn: • Een betere afstemming in beleid en uitvoering; • Een grotere efficiency bij de voorbereiding en uitvoering van beleid door gebruik te maken van wederzijdse kennis en kunde; • Meer draagvlak en acceptatie voor keuzes in beleid in de gemeenten én in de regio.
Voor het uitwerken van de visie op samenwerking vormen de identiteit en het karakter van beide gemeenten een belangrijk uitgangsTOTAAL NETTO PLANCAPACITEIT 2010-2020 1.685 punt. Middelburg en Vlissingen liggen dan wel met de bebouwde kommen nagenoeg tegen elkaar, door de verschillen in ligging, In bijlage 1 is de plancapaciteit verder uitgewerkt naar de woningbouwprogrammering historie voor en ontwikkeling zijn het zowel fysiek als sociaal-maatschapde periode 2010-2020. De herstructureringsopgave is hierin maar ten dele ingevuld, In bijlage 1 is de plancapaciteit verder uitgewerkt naar de woningpelijk twee duidelijk verschillende gemeenten. aangezien deze medevoor bepaald wordt door de uitkomsten van de buurtanalyses. maal is de stad van havens, industrie en boulevards. Het bouwprogrammering de periode 2010-2020. De herstructure• Twee Vlissingen per jaar wordt de woningbouwprogrammering bijgewerkt met de voortgang van bestaande ringsopgave is hierin maar ten dele ingevuld, aangezien deze mede heeft een stedelijk karakter en een stedelijke dynamiek. Het is een projecten en aangevuld met nieuwe ontwikkelingen. Deze bijstelling valt gelijk met de bepaald wordt door de uitkomsten van de buurtanalyses. Twee stad voor strandtoeristen en om uit te waaien. Daarnaast is het halfjaarlijkse herzieningen van de grondexploitaties. maal per jaar wordt de woningbouwprogrammering bijgewerkt met ook studentenstad voor middelbaar en hoger onderwijs; de voortgang van bestaande projecten en aangevuld met nieuwe • Middelburg is de stad van de overheidsdiensten en van de zake Acties: ontwikkelingen. Deze bijstelling valt gelijk met de halfjaarlijkse lijke dienstverlening. Een stad met een monumentaal karakter. 24. Woningbouwprogrammering halfjaarlijks actualiseren. herzieningen van de grondexploitaties. Het is ook het koopcentrum, een universiteitsstad en een toeris tenstad met een accent op folklore en cultuur. Marktwerking, doorlooptijd en onttrekkingen
4.5
-325
Samenwerking Middelburg-Vlissingen
Om uiting te geven aan de intentie tot samenwerking is deze paragraaf opgesteld door Middelburg en Vlissingen gezamenlijk en wordt hij in de woonvisies van beide gemeenten opgenomen. WOONVISIE VLISSINGEN
4.5.1
Gezamenlijke visie
32
De typering: “op zaterdag ga je winkelen in Middelburg en op zondag maak je een rondje over de boulevards in Vlissingen” is er een voorbeeld van hoe Middelburg en Vlissingen elkaar aan (kunnen) vullen. De visie op de samenwerking is dan ook gericht op het erkennen en benutten van elkaars sterke punten en het versterken van de complementariteit van beide steden. 4.5.2 Uitwerking in woonbeleid Op het gebied van wonen is de complementariteit te vinden in de woonmilieus die beide gemeenten te bieden hebben. Naast een aantal elkaar overlappende woonmilieus is Middelburg meer dan Vlissingen de gemeente van het groenstedelijk wonen en Vlissingen meer dan Middelburg de gemeente van het waterstedelijk wonen. Daarnaast onderscheiden beide steden zich in het aanbod van huisvesting voor senioren. Vlissingen heeft een aantal grote verzorgingshuizen met intramurale zorg, terwijl in Middelburg het scheiden van wonen en zorg en het aanbieden van verpleeghuiszorg in kleine settingen verspreid over de gemeente uitgangspunt van beleid is. Ook zijn de identiteiten van de twee steden onderscheidend: Middelburg – monumentaal, Vlissingen – maritiem. • De beide gemeenten hebben de intentie om deze sterke punten als een uitgangspunt te nemen voor de uitwerking van hun samenwerking in het woonbeleid. Daarmee wordt uiteraard niet bedoeld dat Vlissingen enkel appartementen bouwt en Middel burg enkel grondgebonden woningen. Maar het uitgangspunt vormt wel een richtinggevende aanwijzing voor de verdere uitwer king van die samenwerking, zodat beide gemeenten zich sterker op de kaart kunnen zetten. Doel is dat met de inzet op comple mentariteit zo goed mogelijk wordt ingespeeld op de woon wensen in termen van diversiteit en kwaliteit en dat ongewenste concurrentie op woonmilieus wordt voorkomen.
Tijdens de actualisatie van de woonvisies van beide gemeenten in 2009 vindt regelmatig intergemeentelijk overleg plaats over verdere ontwikkeling en te maken keuzes. • Om zicht te krijgen op de regionale woningmarkt zal gezamenlijk onderzoek worden gedaan en zullen beschikbare gegevens worden uitgewisseld; • De afstemming van de gemeentelijke woonvisies kan de eerste aanzet zijn tot het maken van een regionale woonvisie.
Acties: 25. Nagaan op welke wijze de samenwerking kan bijdragen aan de realisatie en het vergroten van het draagvlak van beide woonvisies; 26. Het uitwerken van de intentie om tot een Walcherse won ingbouwprogrammering te komen; 27. Periodiek overleg voeren over het woonbeleid en de woningbouwprogrammering van beide gemeenten.
De samenwerking moet ook een ondersteuning zijn voor een evenwichtige, continue en gelijkmatige woningproductie op Walcheren. Beide gemeenten hebben nieuwbouw- en herstructureringsplannen op de plank liggen. • De intentie is om de woningbouwplanning en -programmering tussen de gemeenten zodanig af te stemmen dat er naar aantal en typologie op Walcheren een continue en gelijkmatige productie plaatsvindt. Het samenwerken van de twee gemeenten maakt het beter mogelijk om schommelingen in de afzonderlijke planning en programmering op te vangen.
33
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit!
WOONVISIE VLISSINGEN
34
5. Hoe voeren we het uit? De woonvisie is een onderbouwd ijkpunt voor het te voeren woonbeleid in de komende jaren. Om dit beleid goed gestalte te geven moet een uitvoeringsproces worden gevolgd. Het vaststellen van de woonvisie is het begin van dit proces. Bij het uitwerken van de ambities zijn concrete maatregelen en acties benoemd die moeten bewerkstelligen dat wat we willen bereiken ook daadwerkelijk wordt opgepakt, in samenspraak met betrokken, en dat er zicht is op de voortgang. Alvorens in dit hoofdstuk in te gaan op de concretisering van uitvoeringsaspecten staan we eerst nog stil bij de rolverdeling. 5.1 Verantwoordelijkheden en samenwerking De gemeente is eindverantwoordelijk voor het uitvoeren van het woonbeleid. Dit beleid wordt gebaseerd op deze woonvisie, dat op zijn beurt ook weer rekening houdt met andere beleidskaders, zoals de structuurvisie en het nog verder te ontwikkelen beleid voor wonenwelzijn-zorg. Bij de totstandkoming van de woonvisie zijn met name de corporaties l’escaut en Woonburg betrokken voor de inbreng van hun expertise. De concept woonvisie wordt ter inzage gelegd en toegelicht aan bewoners tijdens een informatieavond. Daarnaast worden onze maatschappelijke partners persoonlijk benaderd voor een reactie. De inbreng van al deze betrokkenen wordt voor zover mogelijk verwerkt in de definitieve versie van de woonvisie. De corporaties hebben een specifieke maatschappelijke opdracht en hebben binnen hun werkdomein – werkzaam zijn op het gebied van wonen, woondiensten en woonmilieus – twee kerntaken: de zorg voor huisvesting van mensen in kwetsbare posities; en in relatie daarmee het bijdragen aan de duurzaamheid en leefbaarheid van woongebieden. De corporaties moeten bij het formuleren van hun beleids- en activiteitenplan rekening houden met het gemeentelijk woonbeleid, dus met deze woonvisie. Op basis van deze woonvisie wil de gemeente samen met de corporaties prestatieafspraken ontwikkelen en vastleggen. Bij het uitvoeren van projecten werkt de gemeente samen met de maatschappelijke partners en de marktpartijen. Onderdelen van een ontwikkeling kunnen gedelegeerd worden naar deze partijen. Maar uiteindelijk heeft de gemeente de eindregie over de uitvoering van de woonvisie in de projecten.
35
5.2 Financiën De expliciete keuze van de gemeente Vlissingen om in te zetten op de kwaliteitsverbetering van de bestaande woningvoorraad en de woonomgeving door herstructurering en plaatselijke verdunning, vraagt om een grote financiële inspanning. Deze inspanning wordt gevraagd van de gemeente maar ook van onze partners op het gebied van wonen. De inspanning is tweeledig, want de kwaliteit van de voorraad en woonomgeving wordt naast goede inrichting voor groot deel bepaald door het beheer en onderhoud ervan. Inzetten op kwaliteitsverbetering vraagt dan ook om zowel eenmalige investeringskosten voor de ontwikkeling als om structurele (extra) financiële inspanningen op het gebied van beheer en onderhoud. Om de ambities uit de woonvisie in zijn volle omvang te laten slagen is ook (extra) financiële inzet van landelijke en regionale middelen noodzakelijk. In de structuurvisie is de ruimtelijke vertaling van de woonvisie op hoofdlijnen opgenomen, evenals de bijbehorende financiële inspanningen. In het uitvoeringsprogramma van de structuurvisie wordt in dit kader ingezet op: 1. De ISV-cofinanciering in de gemeentelijke begroting te continu eren na 2013; 2. De continuering van de Rijksbijdrage in de vorm van ISV 4; 3. Draagkrachtige partners die de vastgoedopgave kunnen finan cieren. Alleen op die manier kan er echt werk gemaakt worden van de oplossing voor de ‘Grote-steden’-problematiek in Vlissingen. Het uitvoeringsprogramma van de structuurvisie laat zien dat de visie en de ambities grotendeels verankerd zijn in de huidige projecten en meerjarenbegroting. Een aantal ambities zijn nog niet in de meerjarenbegroting opgenomen. Deze ambities zullen worden meegenomen in de komende begrotingbehandeling(en), waarmee er voor een nieuw College en Raad een afwegingskader voorligt. Dit kan alsdan tot een bijstelling van de structuurvisie en deze woonvisie leiden (in bijvoorbeeld ambitie en/of fasering). Hieromtrent zal alsdan specifieke besluitvorming plaatsvinden. Daar waar voor specifieke maatregelen en acties uit de woonvisie financiële middelen nodig zijn, wordt te zijner tijd middels aparte besluitvorming budget aangevraagd.
WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit! 5.3 Monitoring en evaluatie
Evaluatie De looptijd van de maatregelen en acties is 5 jaar. Dit impliceert een actualisatie van de woonvisie op zijn laatst in 2015. Halverwege de looptijd zal een gerichte evaluatie van de uitvoering van het woonbeleid plaatsvinden. Deze evaluatie wordt in de tweede helft van 2012 opgeleverd. Omdat deze woonvisie in samenwerking met de corporaties tot stand is gekomen, ligt het voor de hand dat er in elk geval met de corporaties periodiek overleg is over de uitvoering. Hiervoor zal het huidige regulier overleg tussen de gemeente en corporaties worden ingezet. De gemeente meldt de voortgang van de uitvoering halfjaarlijks terug aan de gemeenteraad / raadscommissie, gelijktijdig met de herzieningen van de grondexploitaties.
De uitvoering van de woonvisie moet blijven inspelen op de doelen die we willen bereiken. Wat daarvoor nu nodig is kan over een tijdje anders liggen. Dat vraagt inzicht in de ontwikkelingen om ons heen en inzicht in de feitelijke uitvoering van de maatregelen. Het vraagt ook om een periodieke evaluatie en om een zekere dosis flexibiliteit bij de uitvoering om bij te sturen als dat nodig is. Voortschrijdende meerjarenprogrammering woningbouw De meerjarenprogrammering woningbouw zoals genoemd in paragraaf 4.4, geeft inzicht in de voortgang van de ingezette maatregelen op het gebied van woningproductie en woningdifferentiatie. Het instrument bevat de gerealiseerde en geplande producties van zowel de nieuwbouwplannen als de herstructureringsprojecten tot 2020. Daarnaast wordt ook de verdunningsopgave in dit instrument bijgehouden. De programmering wordt halfjaarlijks bijgesteld naar de meest recente inzichten. Deze bijstelling is gekoppeld aan de herzieningen van de grondexploitaties.
Bijsturing Als dat nodig is vindt tussentijdse bijsturing van de visie op onderdelen plaats. De monitoring kan daarvoor aanleiding zijn, mogelijk ook het periodiek overleg met de corporaties. Als daar aanleiding toe is vindt een actualisering van de Woonvisie plaats, echter uiterlijk in 2015.
Monitoring De kwantitatieve en kwalitatieve monitoring van de woningvoorraad vindt plaats middels de hiervoor genoemde meerjarenprogrammering woningbouw. Samen met de corporaties wordt 2-jaarlijks de match tussen de bereikbare voorraad en de aandachtsgroep onderzocht. De monitoring van de beleving van de woonomgeving door bewoners wordt uitgevoerd middels het tweejaarlijkse Lemon onderzoek. De resultaten van deze monitoring leveren een belangrijke bijdrage aan een onderbouwde evaluatie.
WOONVISIE VLISSINGEN
5.4 Uitvoeringsprogramma 2010-2015 Uit de woonvisie volgen een aantal maatregelen of actiepunten die we in het volgende overzicht rubriceren.
36
G=gemeente, C=corporaties, WZ=instellingen voor zorg en/of welzijn, B=buurt (-organisaties), M=overige marktpartijen
Kwaliteit boven kwantiteit 1. Het vaststellen en realiseren van een verdunningsopgave van circa 160 woningen in het kader van herstructurering. 2. Het maken van een analyse van buurten met een herstructureringsopgave (zie ook integrale wijkaanpak). 3. In overleg treden met buurtbewoners van herstructureringsgebieden over gewenste kwaliteitsverbeteringen in woningvoorraad en woonomgeving. 4. Het benoemen van herstructureringsgebieden ten behoeve van het toepassen van de kleinschalige ontwikkelstrategie. 5. Het getemporiseerd realiseren van Tuindorp en Souburg-Noord. 6. Realisatie van een maritiem stedelijk woonmilieu in het Scheldekwartier (700 woningen tot 2015). 7. Realisatie van groenstedelijke woonmilieus in Tuindorp en Souburg-Noord. Integrale wijkaanpak 8. Het middels overleggen expliciet betrekken van bewoners(-organisaties) en maatschappelijke organisaties bij de planvorming, uitvoering en evaluatie van de integrale wijkaanpak.
Trekker, betrokkenen G, C G, C, WZ, B G, C, WZ, B G, C G, M G, C, M G, M G, C, WZ, B
9. Het opstellen en starten van de uitvoering van integrale buurtplannen voor de buurten G, C, WZ, B Bonedijkestraat e.o., Oude Binnenstad, Hercules Segherslaan en Bossenburgh. Doelgroepen aan bod 10. De gemeente gaat met de corporaties na hoe de woningvoorraad en het natuurlijk verloop G, C daarbinnen moet worden gebruikt voor de huisvesting van de onderscheiden doelgroepen. 11. In overleg met de woningcorporaties bezien hoe met betrekking tot de aandachtsgroep tot G, C een voortschrijdend inzicht te komen over vraag en aanbod in en doorstroming uit de sociale huursector. 12. Het zo nodig in overleg met de woningcorporaties treffen van maatregelen die aansluiten bij G, C de uitkomsten van het voorgaande. 13. Samen met betreffende partijen afspraken maken over de uitwerking van een G, C, WZ samenhangende wonen-welzijn-zorg aanpak in relatie tot het woonbeleid. 14. Aanvullend afspraken maken met de corporaties over de wijze waarop zij (gaan) bijdragen G, C aan de woonopgave met betrekking tot wonen-welzijn-zorg. 15. In overleg met de woningcorporaties bezien hoe met betrekking tot de starters tot een G, C voortschrijdend inzicht te komen over vraag en aanbod in en doorstroming uit de sociale huursector. 16. Het zo nodig in overleg met de woningcorporaties treffen van maatregelen die aansluiten bij G, C de uitkomsten van het voorgaande. 17. Verdere uitwerking van het deeltijdwonen binnen het woonbeleid. G 18. Onderzoek naar mogelijkheden studentenhuisvesting in het Kenniswerfgebied. G, C, M 19. Afspraken maken met de woningcorporaties over de huisvesting van studenten. G, C 20. Stimuleren en faciliteren van Collectief Particulier Opdrachtgeverschap. G, M 21. Voldoende aanbod voor Particulier Opdrachtgeverschap. G 22. Onderzoek naar de potentie van kluswoningen. G, C 23. Tenminste één pensionvoorziening voor arbeidsmigranten ontwikkelen en monitoren. G, M De woningvoorraad van morgen 24. Woningbouwprogrammering halfjaarlijks actualiseren. G Samenwerking Middelburg Vlissingen 25. Nagaan op welke wijze de samenwerking kan bijdragen aan de realisatie en het vergroten G, M van het draagvlak van beide woonvisies. 26. Het uitwerken van de intentie om tot een Walcherse woningbouwprogrammering te komen. G, M 27. Periodiek overleg voeren over het woonbeleid en de woningbouwprogrammering van beide G, M gemeenten. De uitvoering facilitereren 28. Gemeente en corporaties afspraken over ontwikkelingen basis van de woonvisie. G, C 29. Tweejaarlijks onderzoekt de gemeente met de corporaties de verhouding bereikbare voorraad- G, C aandachtsgroep 30. Bestaand regulier overleg gemeente-corporaties gebruiken voor periodiek overleg uitvoering G, C woonvisie. 31. Halfjaarlijkse terugmelding aan de Raad / raadscie over voortgang uitvoering woonvisie. G 32. Tweede halfjaar 2012: evaluatie uitvoering woonvisie. G, C, WZ, M 33. Actualisatie woonvisie in 2015. G, C, WZ, M, B
G=gemeente, C=corporaties, WZ=instellingen voor zorg en/of welzijn, B=buurt(-organisaties), M=overige marktpartijen
Woonvisie Vlissingen
37
pagina 43 van 48 WOONVISIE VLISSINGEN
Vlissingen, stad aan zee... een zee aan woonkwaliteit!
WOONVISIE VLISSINGEN
38
Bijlagen
Centrum Scheldekwartier Groote Markt
I I
1CS 1CS
1.950 x
x
I
2BC 2BC
285 x
x
West-Souburg Tuindorp fase 2
U
3GS
250
Souburg Souburg-Noord: fase 2+3
U
3GS
245
I 1CS/2BC
100
Middengebied Bunkerterrein Engelse wijk
Diversen Totaal gemeente
2.830
0
-
8
-
9 b
c
-
-
36
179
-
-
-
-
-
-
-
-
0
0
36
179
330
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016
-
-
100
150
150
150
150
33
182
52
50
50
50
83
-
-
-
62
63
-
-
-
330
33
182
150
150
2018
150
63
62
2019
150
60
60
60
65
10
10
10
10
10
10
10
10
10
10
162
270
270
272
306
220
225
223
222
160
pagina 44 van 46 WOONVISIE VLISSINGEN
150
2017
40
sloop/onttrekkingen
a
2010-2020 Herstructurering
d
2010-2020 In/uitbreiding+Transformatie
c
2010 t/m 2019
b
duur
meergezins huur
a
middel duur
eengezins huur
10
goedkoop
sloop/onttrekkingen
7
meergezins koop
(rest)cap. v/h plan, per 1-1-2009 Totaal
6
eengezins koop
woonmilieu
5
1.450 0
1450 x
x
0 x
285
285 x
x
0 x
250 0 0 245 0 100 0
250
0
245
0
100
x 0
2.330
2.330
0
0
BIJLAGE 1: MEERJARENPROGRAMMERING WONINGBOUW
Woonvisie Vlissingen
1
soort locatie
Bijlage 1: Meerjarenprogrammering Woningbouw
Bijlage 2: Bronnenoverzicht ABF research (2007), Kernpublicatie WoOn 2006 Gemeente Vlissingen Dopheide, E. & Martínez, J. (2007), “Hoe scoort mijn wijk?”, Rooilijn nr. 5, 2007, p. 6 Ecorys rapportage (19 maart 2009), ‘De Zeeuwse opgave’ Gemeente Vlissingen (2009), Structuurvisie Vlissingen Ministerie van VROM, Woon Onderzoek Nederland 2006 (WoON 2006) Provincie Zeeland (2004), Provinciale Woonvisie Provincie Zeeland (2006), Omgevingsplan Zeeland 2006-2012 Provincie Zeeland (2008), Onverkende paden Provincie Zeeland (2009) Gebiedsdocument “Kiezen en delen” concept juni 2009 RIGO (2009), Leefbaarheid in Vlissingen (3e Lemon meting) Vromraad (2009), Wonen in ruimte en tijd Foto’s: Gemeente Vlissingen, Rijkswaterstaat en Ruben Oreel
Internet sites: www.cbs.nl www.kei-centrum.nl www.vlissingen.nl www.vng.nl www.vrom.nl
41
WOONVISIE VLISSINGEN
Bijlage 3: Begrippenlijst BIJLAGE 3: BEGRIPPENLIJST
Aandachtsgroep van het volkshuisvestingsbeleid
De ‘formele’ doelgroep van beleid, zoals het Ministerie van VROM die definieert. 1 en 2 personen < 65 jaar: tot € 20.975 Meer dan 2 personen < 65 jaar: tot € 28.475. 1 en 2 personen > 65 jaar: tot € 19.800 Meer dan 2 personen > 65 jaar: tot € 27.075, peil 2009.
Arbeidsmigranten
Personen die niet zijn opgenomen in de GBA, enige tijd als werknemer in Nederland werken, en afkomstig zijn uit Oost-Europa of Azië.
Autonome woningonttrekkingen
Het onttrekken van woningen aan de woningvoorraad door wijziging van bestemming (naar kantoor, winkel of recreatiewoning) of sloop zonder nieuwbouw.
Bereikbare voorraad huurwoningen
Alle huurwoningen binnen de voorraad waarvoor men in aanmerking kan komen voor huurtoeslag, maximaal liberalisatiegrens
Collectief particulier opdrachtgeverschap
Particulieren verwerven in groepsverband een bouwkavel met woonbestemming. Hiervoor organiseren zij zich in een vroeg stadium in een stichting of vereniging zonder winstoogmerk, die als opdrachtgever naar architect en aannemer van het project optreedt. Uiteindelijk worden de woningen dus in groepsverband gerealiseerd.
Huurprijsgrenzen (prijspeil juli 2009-juli 2010)
Kwaliteitskortingsgrens € 357 Aftoppingsgrens 1 en 2 personen € 512
Intramuraal wonen
Het traditionele verzorgings- en verpleeghuis waar wonen en zorg niet gescheiden zijn en waar zorg, toezicht, welzijn, dienstverlening, maar ook behandeling en (intensieve) verpleging in een integraal pakket worden aangeboden tezamen met verblijf.
Aftoppingsgrens 3 personen of meer € 548 Maximale huurprijsgrens huurtoeslag € 648 (liberalisatiegrens)
IPB
Interprovinciaal bevolkingsprognosemodel
Netto woningbouwproductie
De gerealiseerde woningbouwprductie in nieuwbouw en herstructureringsprojecten minus het aantal gesloopte woningen
Particulier Opdrachtgeverschap (WoON)
De rijksoverheid wil de zeggenschap van de burger vergroten, en particulier opdrachtgever-schap is hier een instrument voor. Bij particulier opdrachtgeverschap is de burger zelf opdrachtgever van de bouw van zijn eigen huis, dat wil zeggen dat de toekomstige bewoner zelf bouwgrond verwerft en zelf bepaalt met welke partijen (aannemer, architect) en op welke wijze de woning wordt gerealiseerd. Dat kan individueel of met een groep toekomstige bewoners.
Plancapaciteit
Bekende locaties voor woningbouw en het aantal woningen dat naar verwachting daar gebouwd kan worden, ongeacht de procedurele status. Plancapaciteit leidt niet altijd tot realisatie.
Primos
prognose model voor bevolking, huishoudens en woningbehoefte, Ministerie VROM
Sociale huurvoorraad
alle woningen tot de huurprijsgrens volgens de normen van VROM. Dat wil zeggen: tot € 648,= peil tot 1 juli 2010.
Starter
Huishouden dat voor verhuizing niet zelfstandig woonde en daarna hoofdbewoner van een woning is.
Starterslening
De Starterslening overbrugt het verschil tussen de aankoopkosten van de woning en het bedrag dat de starter maximaal kan lenen volgens de normen van de Nationale Hypotheek Garantie (NHG). De Starterslening wordt ingezet door gemeenten. Gemeenten stellen zelf de voorwaarden vast waaraan de koopstarter moet voldoen om in aanmerking te komen voor een Starterslening.
Woonvisie Vlissingen
WOONVISIE VLISSINGEN
pagina 46 van 46
42
Bijlage 4: Inspraakreacties
Belanghebbende
Opmerking belanghebbende
Commentaar gemeente
Provincie Zeeland
Het aantal geplande woningen tot 2020 ligt hoger dan het aantal dat in het kader van het Stedennetwerk voor Vlissingen is opgenomen, doch de afspraken bieden ruimte om maatwerk te leveren. Uitgangspunt hierbij is dat het totaal aantal geprogrammeerde woningen in Vlissingen en Middelburg binnen de afspraken in het kader van het Stedennetwerk blijft. De provincie heeft met instemming kennis genomen van de gezamenlijke visie op wonen die Middelburg en Vlissingen hebben ontwikkeld en gaan ervan uit dat deze zich vertaald in één regionaal woningbouwprogramma voor Walcheren. Verzoekt opname gronden langs Zuidbeekseweg als woonbestemming, ten einde een groen-stedelijk woonmilieu en deeltijdwonen te realiseren in aanvulling op de voorgenomen woningbouwprogrammering.
De gemeente Middelburg en Vlissingen willen in gezamenlijkheid de woningbouwopgave voor het stedelijk gebied op Walcheren realiseren binnen de kaders van het Stedennetwerk.
Provincie Zeeland
Buitenplaats Zuidbeek BV
Dorpscomité Ritthem
Dorpscomité Ritthem
Dorpscomité Ritthem
Het dorp Ritthem en de bijbehorende buitengebieden worden in de betreffende Woonvisie onderbelicht. Het in deel II pag. 78 beschreven "Bestaand beleid/ontwikkelingen" en "toekomstperspectief verdienen ons inziens nadere uitwerking. Het Dorpscomité Ritthem is gestart met de voorbereiding voor het opstellen van een nieuw Dorpsplan. In dit kader wordt een enquête uitgevoerd. Het Dorpscomité verwacht dat de resultaten hiervan in het uitvoeringstraject Woonvisie, kunnen worden meegenomen. Een belangrijk aspect is woningbouw in al zijn facetten. Gaarne treden wij met U in overleg m.b.t. specifieke vraagstelling teneinde kwalitatief en kwantitatief de behoefte te kunnen peilen
43
Het streven van de gemeente Vlissingen is om samen met Middelburg en Veere de gemeentelijke woningbouwprogrammeringen af te stemmen tot één Walcherse woningbouwprogrammering. Wordt niet gehonoreerd vanwege de woningbouwafspraken in het kader van het Stedennetwerk. Een door Buitenplaats Zuidbeek B.V. gewenst gesprek over dit onderwerp wordt om bovengenoemde reden niet aangegaan. Deel II van de woonvisie is een eerste aanzet tot het toepassen van de buurtbenadering in de gemeente Vlissingen. In het vervolg van het proces van de woonvisie (uitvoering) worden de buurten verder uitgewerkt, in overleg met de bewoners en betrokken organisaties. In het kader van het vervolgproces van de woonvisie (de uitvoering) worden gesprekken gevoerd met bewoners. De uitkomsten van een enquête onder bewoners kan daar zeer zeker onderdeel van uitmaken. In het kader van het opstellen van een buurtplan voor Ritthem zullen er gesprekken met de bewoners worden gevoerd over de kwalitatieve en kwantitatieve behoeften.
WOONVISIE VLISSINGEN