Wijzigingen in de structuurvisie Van voorontwerp naar ontwerp
Deel A Voorpagina Wat zegt Wikipedia over Valkenswaard? (november 2008) De naam Valkenswaard komt voor het eerst terug in de archieven in 1702, toen nog geschreven met "dt" op het einde. Voor deze periode was Valkenswaard bekend onder de naam Weerd. Ofschoon in de periode van 1600 tot 1700 in de archieven ook de naam Verckensweerde voorkomt is deze nooit een officiële benaming voor Valkenswaard geweest. Het voorvoegsel Vercken- is ten eerste ingevoerd om het verschil met de grotere Limburgse stad Weert aan te geven en ten tweede omdat in die tijd de varkensmarkt te Valkenswaard de belangrijkste in de regio was. Door de invloedrijke valkeniers in het dorp is het voorvoegsel Vercken- veranderd in Valken-. De naam Weerd komt voor het eerst voor in het archief in 1446. Voor deze periode werd het dorp vermeld onder de naam Wedert. De naam Wedert gaat in de archieven terug tot 1292. Alleen de eerste vage vermeldingen van het dorp begin 13e eeuw verwijzen naar Wederde. De naam Valkenswaard heeft in een periode van 400 jaar een ware "make-over" gemaakt van Wedert naar Weerd naar Valkenswaard. We kunnen dus stellen dat "waard" afkomstig is van Weerd dat op haar beurt afkomstig is van Wedert. De naam Wedert is een samenvoegsel van wedeme en aarde. Wedeme is een aan de kerk geschonken goed of heem, een donatie aan klooster of kerk. Aarde is een veel gebruikte term voor "gemyne grond" wat neer komt op grond van de gemeenschap. Wede-aarde zou dus betekenen geschonken goed.
2 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Hoofdstuk 1 1.1
Inleiding
Noodzaak structuurvisie
In het kader van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) is het voor iedere gemeente van belang een vastgestelde structuurvisie te hebben. In een structuurvisie worden afwegingen gemaakt voor het toekomstig ruimtelijk beleid voor het totale grondgebied op lokaal niveau. Er worden keuzes gemaakt over de gewenste ruimtelijke ontwikkeling op de lange termijn, en de daarvoor noodzakelijke maatregelen op korte termijn. Het is het richtinggevende document waarin voor overheden, maatschappelijke organisaties, private partijen en burgers duidelijk wordt welk ruimtelijk beleid de gemeente nastreeft. De gemeente Valkenswaard kent een ‘'Structuurvisie Plus' uit 2003. De hoofdlijnen van deze Structuurvisie Plus staan uiteraard nog overeind. Toch is om een aantal redenen een update van groot belang. In de loop van de tijd is een aantal van de zaken die in de Structuurvisie Plus zijn genoemd al ontwikkeld of uitgevoerd en zijn er nieuwe aandachtspunten op de agenda gekomen. Ook heeft de gemeente op diverse punten nieuw beleid geformuleerd en beleidslijnen herzien. Dit betekent dat de Structuurvisie Plus op een aantal punten achterhaald is. Daarnaast ontbreekt in de huidige Structuurvisie Plus ook een uitvoeringsprogramma. Mede hierdoor is de Structuurvisie Plus onvoldoende (compleet) om voor de nieuwe Wro als strategisch document te dienen. Tenslotte is het ook voor de nieuwe Grondexploitatiewet van groot belang dat een gemeente beschikt over een complete structuurvisie met ontwikkelingsprogramma. De noodzaak van de herziening van de Structuurvisie Plus komt op een moment dat binnen de gemeente hard wordt gewerkt aan de formulering van de gemeentelijke visie. Dit maakt het opstellen van een nieuwe Structuurvisie extra interessant, als visie vooral gericht op ruimtelijke aspecten en als instrument voor een gunstige ruimtelijke ontwikkeling. Een en ander loopt parallel.
1.2
Doel structuurvisie
Het doel van het opstellen van een structuurvisie is een samenhangend en integraal beeld ten aanzien van de toekomstige ontwikkelingen op het gebied van mogelijke woon- en werklocaties, hoofdinfrastructuur, hoofdstructuren ten aanzien van water, landschapsontwikkeling, recreatienetwerk en dergelijke. De structuurvisie geeft daarin een doorkijk voor de komende 10 tot 20 jaar en een concreet uitvoeringsprogramma voor de komende 5 jaar en verder. Hiermee beschikt de gemeente over een sterk beleidkader voor de komende jaren. Deze structuurvisie kan dienen als: integrale visievorming voor lange termijn; bijeenbrengen en afwegen van belangen (inhoudelijk en procesmatig); toetsing- en inspiratiekader voor ruimtelijke beslissingen: basis voor uitwerking: o1. in sectoraal beleid o2. juridisch-planologische kaders (zoals bestemmingsplannen en ruimtelijke onderbouwingen) basis voor uitvoering: o1. stellen locatie-eisen o2. verhalen bovenplanse kosten/ bovenplanse verevening o3. vestigen voorkeursrecht
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
3
De structuurvisie kent dan ook 2 doelen, namelijk enerzijds een ruimtelijke toetsingskader en visie op hoofdlijnen voor de lange termijn. Deze visie formuleert de ontwikkelingskoers voor de lange termijn en biedt het casco voor concrete projecten en plannen. Het is een toetsingskader, maar tegelijkertijd ook een inspiratiekader voor ruimtelijke ontwikkeling. Anderzijds bevat de structuurvisie een ruimtelijk- functioneel programma en uitvoeringsplan voor de (middellange en) korte termijn. Dat deel van de structuurvisie staat beschreven welke concrete projecten en plannen op korte termijn richting uitvoering worden gebracht en hoe deze gerealiseerd gaan worden. Het projectenplan zal periodiek worden geactualiseerd en geeft daarmee steeds voor een bepaalde periode weer op welke wijze de ontwikkelingskoers tot uitvoering wordt gebracht. Deze actualisatie is nodig om kostenverhaal van bovenplanse kosten zeker te stellen en locatie-eisen te kunnen stellen. Dit document bevat de visie. Het programma en uitvoeringsplan zal in een later stadium worden opgesteld.
1.3
Opbouw rapport
Hoofdstuk 2 is gewijd aan de Identiteit van Valkenswaard. In dit hoofdstuk staat een overzicht van de bestaande kwaliteiten en structuren van de gemeente, behandeld volgens de lagenbenadering. Het derde hoofdstuk, 'de Koers', is meer gericht op de toekomst, met een opsomming van het gemeentelijk beleid op allerlei terreinen. Centraal staan de gevolgen voor de ruimtelijke ontwikkeling. Een en ander leidt dan tot hoofdstuk 4: de Analyse. Dit is het beste duidelijk te maken door een analyse op te stellen van sterke en zwakke punten en kansen en bedreigingen. Verder wordt al aangegeven op welke manier de gemeente zich zou kunnen ontwikkelen, wetende wat haar potentie is. Hoofdstuk 5 bevat een uitwerking van deze laatste zaken in de vorm van de Visie. In de bijlage in dit rapport is een samenvatting gegeven van het rijks- provinciaal- en regionale beleid om de ontwikkeling van Valkenswaard in een breder geheel te plaatsen.
4 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Hoofdstuk 2
Identiteit
2.1 Inleiding Valkenswaard algemeen Valkenswaard wil graag de (beroeps)bevolking stabiliseren, kleinschaligheid koesteren en waar mogelijk kernkwaliteiten uit bouwen, investeren in sociale cohesie en binnengemeentelijke netwerken benutten. De ambitie van Valkenswaard is om een dorp te zijn met een (sub)regionale centrumfunctie, en waar mogelijk aan te haken bij de ontwikkelingen van Eindhoven - Brainport, voor zover deze de keuze om een dorp te zijn met een (sub)regionale centrumfunctie versterken. Om deze ambitie te verwezenlijken moet voldaan worden aan drie belangrijke voorwaarden;
Investeren in woonmilieus voor de groep mensen van 25 tot 35 jaar die in Valkenswaard een toekomst willen opbouwen. Dit betekent meer grondgebonden woningen voor gezinnen in allerlei prijsklassen. Investeren in mobiliteit door de aanleg van een nieuwe N69, een HOV-verbinding en fietsroutes. Hiermee wordt Valkenswaard in alle windrichtingen goed ontsloten naar economisch belangrijke centra en wordt Valkenswaard goed bereikbaar voor toeristen en recreanten. Investeren in voorzieningen als centrumfuncties, sport en cultuur, en welzijn. Hiermee wordt een aantrekkelijk woon- en recreatieniveau gecreëerd voor de eigen bevolking en bezoekers. Er wordt gestreefd naar behoud en versterken van de sociale cohesie en het verenigingsleven. Juist de combinatie van voorzieningen is een belangrijk pluspunt van de gemeente. Op het gebied van wonen zal meer aandacht besteedt moeten gaan worden aan het middenen hoger segment. Woningen dienen functioneel, ruim en grondgebonden te zijn. Diverse doelgroepen moeten worden bediend. Op het gebied van werken willen we de kleinschalige structuur van midden- en kleinbedrijf behouden. De diversiteit in bedrijvigheid moet worden verstevigd, we willen geen monocultuur van één bedrijfstak. De revitalisering van bestaande bedrijventerreinen heeft de voorkeur in plaats van de aanleg van nieuwe bedrijventerreinen. Op het gebied van voorzieningen willen we goed onderwijs kunnen bieden. De toekomst ligt in versterking van toerisme en recreatie op een hoog niveau. Hiervoor is het belangrijk dat Valkenswaard goed bereikbaar is.
2.2
lagenbenadering
In dit hoofdstuk staan de bestaande kwaliteiten en structuren centraal. Deze kwaliteiten en structuren worden zichtbaar gemaakt aan de hand van de lagenbenadering. Hierbij wordt bekeken welke kwaliteiten en structuren in en aan de oppervlakte te onderscheiden zijn. Toekomstige ontwikkelingen dienen ingevoegd te worden in deze kwaliteiten en structuren. De lagenbenadering behandelt drie lagen: het natuurlijke systeem (de eerste of onderste laag), de infrastructuur (de tweede laag) en de occupatie (de derde of bovenste laag). Met de lagenbenadering wordt de occupatie meer afgestemd op de onderste twee lagen. De twee onderste lagen worden meer sturend in het ruimtelijk ontwerp. De onderste laag vertegenwoordigt een hoge waarde waarvoor bescherming nodig is. De infrastructuurlaag laat zien waar met het oog op mobiliteit de grootste potenties liggen om locaties te ontwikkelen. De derde laag occupatie wordt toegepast voor de concentratie van verstedelijking.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
5
2.2 .1
Laag 1: Ondergrond
2.2.1.1 Bodem In de ondergrond van Valkenswaard zitten diverse geologische breuken die qua hydrologie doorwerken tot aan het aardoppervlak. De twee watermolens in de gemeente liggen precies op die breuken omdat op die plekken mede vanuit de ondergrond water toestroomt. De opbouw van de ondergrond werkt door naar de waterhuishouding, welke o.a. relevant is voor zowel de landbouw en de natuur. In de beekdalen komen voornamelijk eerdgronden voor. Het hele Dommeldal is een aardkundig waardevol gebied. De kernen Valkenswaard, Dommelen en Borkel en Schaft, liggen op de esdekken (bolle akkers) die zijn ingeklemd tussen de drie 1 beekdalen. In de beekdalen komen voornamelijk eerdgronden voor. In het Dommeldal ten zuiden van Valkenswaard komen venige beekdalgronden voor. Ten hoogte van Valkenswaard 2 worden in de beekdalen van Dommel, Keersop en Tongelreep ook lage enkeerdgronden aangetroffen.
Eerdgronden is een begrip uit de Nederlandse bodemclassificatie. Hieronder verstaat men alle moerige gronden en minerale gronden met een humusrijke bovengrond (minerale eerdlaag, een Ap of Ah horizont). Bovendien bevindt zich binnen 40 cm geen kalkhoudend vast gesteente.Eerdgronden waarin de verschillende bodemvormende processen nog weinig invloed hebben gehad. 1
2
Zandgronden met een meer dan 50 cm dikke humushoudende bovengrond die ontstaan is door opmesting met zandrijke potstalmest .
6 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
In de gebieden tussen de beekdalen is zand verstoven tot lage landduinen. Ook zijn in de 3 dekzanden laagten uitgewaaid waarin zich veen vormde (bijvoorbeeld Malpie, welke aardkundig waardevol is). Er ontstonden in het veen slecht doorlatende ijzeroerbanken waardoor vennen zijn ontstaan. Op deze hoger gelegen dekzanden komen voornamelijk 4 5 podzolgronden en lokaal vaaggronden voor. Als gevolg van eeuwenlange bemesting met potstalmest zijn in de zandgronden in de omgeving van oude dorpskernen, relatief 6 voedselrijke, hoge enkeerdgronden ontstaan (de esdekken). ). Op de dekzandruggen vindt van oudsher de bewoning plaats. Al in de 19e eeuw waren de dekzandruggen in gebruik als bouwland, ze zijn door de eeuwenlange bemesting opgehoogd. De bolle akkers, de linten en de oude bewoningsconcentraties herinneren aan deze historie. Grote delen van de esdekken (bolle akkers) zijn bebouwd. Met name rond Borkel en Schaft is dit landschap nog duidelijk herkenbaar.
Schematische weergave bodemkaart Valkenswaard 2.2.1.2 Water
3 Dekzand bestaat uit door de wind afgezette zanden gedurende het laatste deel van de laatste IJstijd (het Weichselien). 4
Bodem met een loodgrijze uitspoelingslaag A2 en een donkergekleurde inspoelingslaag B2. De uitspoelingslaag wordt loodzandlaag genoemd vanwege de grijze kleur, de inspoelingslaag wordt wel oerlaag of ijzeroerlaag genoemd vanwege de afzetting daarin van ijzerverbindingen. Een podzolbodem is meestal van zeer matige kwaliteit. 5
`Vaaggronden` is een begrip uit de Nederlandse bodemclassificatie. Hieronder verstaat men alle minerale gronden zonder duidelijke ontwikkeling van horizonten. Een vaaggrond heeft ook geen humusrijke bovengrond (minerale eerdlaag, een Ap of Ah horizont). Het zijn over het algemeen jonge, weinig ontwikkelde gronden waarin de verschillende bodemvormende processen nog weinig invloed hebben gehad. 6
Een door de mens gevormde bodem met een humusrijke bovenlaag van 50 cm of meer. De bovenlag is ontstaan door langdurige bemesting en/of opplagging.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
7
In de gemeente liggen drie hoofdwaterlopen; de Keersop/Beekloop, de Dommel en de Tongelreep. In de gebieden tussen de Keersop en de Beekloop enerzijds en tussen de Dommel en de Tongelreep anderzijds komen veel sloten voor. Dit duidt op van oorsprong relatief natte omstandigheden. Tussen de Beekloop en de Dommel ligt een hoge zandrug, hier worden van oudsher nauwelijks sloten aangetroffen. Daarnaast wordt Valkenswaard gekenmerkt door de diverse plassen in de gemeente. Belangrijke plassen zijn onder andere het Groot Malpieven, de Vaarvennen, de Visvijvers en het Galgenven. Infiltratie vindt plaats in de Malpie, De Plateaux en in het noordoostelijk deel van Valkenswaard. Aan de randen van het regionale grondwaterstromingsstelsel, de kwelgebieden, komt het geïnfiltreerde water aan de oppervlakte. Het (diepe) kwelwater heeft een lange afstand door de grond afgelegd (vanaf de infiltratiegebieden) en is van zeer hoge ouderdom. Het diepe kwelwater komt in geringe mate aan het oppervlak in de beekdalen van de Keersop, de Dommel en de Tongelreep. Boven dit regionale systeem komen lokale, ondiepe deelgrondwater-systemen voor, de zogenaamde intermediaire gebieden, waarbij afwisselend kwel en infiltratie optreedt. Hier is gebiedseigen water aanwezig dat via het ondiepe grondwater nabijgelegen lokale kwelgebieden bereikt.
Schematische weergave grondwatertrappen 2.2.1.3 Archeologische waarden
8 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Archeologische waarden bevinden zich voornamelijk op plaatsen waar recent weinig activiteiten in de grond hebben plaatsgevonden en de eventueel aanwezige waarden zijn beschermd. Dit is vooral het geval op plaatsen waar esdekken tot ontwikkeling zijn gekomen en het onderliggende grondpakket is beschermd. Uit de archeologische kaart blijkt dan ook dat gebieden met een 'hoge verwachtingswaarde' met name te vinden zijn in de restanten van de oude esdekken en het zuidelijk deel van het beekdal van de Dommel. In het overgrote deel van de gemeente is de archeologische indicatiewaarde 'laag'. 'middelhoog'. Dit zijn met name de voormalige heidegebieden op de vaaggronden en de podzolgronden. In enkele tussenliggende gebieden is de indicatieve archeologische waarde 'middelhoog'. Een hoge of middelhoge indicatieve waarde wil niet zeggen dat er geen (stedelijke) ontwikkelingen in het gebied mogelijk zijn, wel zal nader onderzocht moeten worden in hoeverre er daadwerkelijk kwaliteiten aanwezig zijn en zal hier eventueel in de ruimtelijke ontwikkeling op ingespeeld moeten worden.
2.3 Laag 2: Infrastructuur Typerend voor het landschap in de gemeente Valkenswaard is de invloed van allerlei infrastructurele lijnen die 'over' het cultuurhistorische landschap liggen. Enkele belangrijke infrastructurele lijnen zijn de Luikerweg, de Maastrichterweg, de Eindhovenseweg, de Leenderweg, Oude Spoorbaan Eindhoven-Hasselt en de oude spoorbaan naar Geldrop. Deze infrastructurele lijnen passen qua schaal en morfologie niet in het landschap, en zijn mede daardoor dominant in het landschap. Naast de visuele invloed zijn ze ook bepalend geweest voor de verstedelijking. Op het snijpunt van deze lijnen is Valkenswaard gegroeid. Daarnaast is bebouwing ontstaan langs deze linten. Momenteel wordt de gemeente nog doorsneden door de verlengde (voormalige) provinciale wegen de N69 (Eindhoven – Belgische grens), N397 (Eersel- Dommelen) en N396 (LeendeValkenswaard) en ligt tussen de A67 en A2. De N69 verbindt de regio Eindhoven, Valkenswaard en het Belgische 'achterland' met elkaar. De belangrijkste verkeerskundige problemen in de regio (en in de gemeente) hangen samen met de ligging ten opzichte van A67/ A2 en N69. 2.2.1.4 Laag 3: Occupatie
Natuur
Landschap Valkenswaard wordt gekenmerkt door haar groene kwaliteiten. Een groot deel van de gemeente bestaat uit aantrekkelijke natuurgebieden met hoge (potentiële) ecologische waarden. Het heidegebied van De Malpie en de drie beken in de gemeente zijn aangewezen als Natura-2000 gebied. De drie beekdalen (Keersop / Beekloop, Tongelreep en Dommel) liggen in noord-zuid richting en zijn structurerend in het landschap. In de tijd zijn de beken getransformeerd tot hun huidige ligging en vormgeving met een groen halfopen ruimte, temidden van bebouwing, bos, akkerlandcomplexen of heide. De dalen van de beken zijn doorgaans in gebruik voor agrarische doeleinden. Van oudsher komt er relatief weinig verstedelijking voor. In de tussenliggende gebieden liggen de hoger gelegen, droge dekzandruggen. Van oudsher is er een duidelijk verschil tussen de beekdalen en de dekzandruggen. De beekdalen hadden over de gehele lengte een kleinschalig half dichte structuur, terwijl de dekzandruggen een grootschalige open structuur kennen. In de loop van de tijd zijn deze verschillen genivelleerd, maar tot op de dag van vandaag zijn de verschillende landschappen nog herkenbaar.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
9
De dekzandvlaktes en -duinen zijn lange tijd onontgonnen gebleven. Tot aan het begin van de 19de eeuw bestonden ze uit woeste grond en heide. In de loop van de vorige eeuw zijn deze gronden in snel tempo in cultuur gebracht. De relatief drogere gronden zijn in de loop van de vorige eeuw opgebost. Vaak liggen in of nabij deze bossen vennen en restanten van heidegebieden. De belangrijkste natuurgebieden zijn De Plateaux, ’t't Leenderbos, de Groote Heide en de Malpie. Deze zijn onderling met elkaar verbonden door kleinere groenelementen in het landschap. Het natuurgebied de Malpie kent ook aangrenzende kleinere groenelementen in het landschap. De nattere delen zijn in de vorige eeuw ontgonnen ten behoeve van de landbouw. De belangrijkste delen zijn de Beekerheide, Schaftse heide en Brugsche Heide. Dit jonge ontginningenlandschap is zeer grootschalig, rationeel en open van karakter. Het wordt afgewisseld met de grootschalige bosgebieden. 2.2.2
Laag 2: Infrastructuur
Typerend voor het landschap in de gemeente Valkenswaard is de invloed van allerlei infrastructurele lijnen die 'over' het cultuurhistorische landschap liggen. Enkele belangrijke infrastructurele lijnen zijn de Luikerweg, de Maastrichterweg, de Eindhovenseweg, de Leenderweg, Oude Spoorbaan Eindhoven-Hasselt en de oude spoorbaan naar Geldrop. Deze infrastructurele lijnen passen qua schaal en morfologie niet in het landschap, en zijn mede daardoor dominant in het landschap. Naast de visuele invloed zijn ze ook bepalend geweest voor de verstedelijking. Op het snijpunt van deze lijnen is Valkenswaard gegroeid. Daarnaast is bebouwing ontstaan langs deze linten. Momenteel wordt de gemeente nog doorsneden door de verlengde (voormalige) provinciale wegen de N69 (Eindhoven - Belgische grens), N397 (Eersel- Dommelen) en N396 (LeendeValkenswaard) en ligt tussen de A67 en A2. De N69 verbindt de regio Eindhoven, Valkenswaard en het Belgische 'achterland' met elkaar. De belangrijkste verkeerskundige problemen in de regio (en in de gemeente) hangen samen met de ligging ten opzichte van A67/ A2 en N69. 2.2.3
laag 3: Occupatie
2.2.3.1 Landbouw De landbouw in de gemeente Valkenswaard is sterk gericht op de veehouderij, 70% van de bedrijven haalt zijn productie voornamelijk uit de veeteelt. Het merendeel van de veehouderijen zijn hokdierbedrijven, veelal. Het aantal varkensbedrijven is de laatste jaren minder geworden. De hoofdmoot is varkens, (melk)rundvee en in toenemende mate paardenhouderijen. Het aandeel van tuin- en akkerbouwbedrijven is in de gemeente niet zo groot. 2.2.3.2 Groenstructuur Over het algemeen is Valkenswaard, is vanwege de groene randen, aan te merken als groene gemeente. De kernen liggen ingeklemd tussen beekdalen, bos en hei. In Valkenswaard is in de diverse buurten op verschillende manieren omgegaan met het groen. De wat oudere buurt Geenhoven bijvoorbeeld kent relatief veel begeleidingsgroen en enkele straten met beeldbepalende bomen zoals de Haagstraat, de Willibrorduslaan en de Geenhovensedreef. Kerkakkers is een wijk uit de zeventiger jaren met voldoende groenvoorzieningen, met name in enkele ruime doorlopende groenstroken. Ook in de recentere uitbreidingen Hoge Akkers en Deelshurkse akkers is veel aandacht besteed aan de groenstructuur. Een aantal grotere straten kent laanbeplanting en op een aantal markante plekken liggen plantsoenen, enkele met speelgelegenheid. De buurten die grenzen aan het groen van het buitengebied kunnen daar uiteraard van profiteren, helaas is de inrichting daar niet overal voldoende op afgestemd. 10 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Valkenswaard heeft een aantal parken: Wilhelminapark, Kleine Meer, Groote Meer, Wandelpark (bij Eindhovenseweg) en het centrumpark aansluitend op de Oude Begraafplaats. Verder is een park met een dierentuintje aangelegd nabij Taxandria. Hier dient het groen mede als afscherming van de woningen van de bedrijvigheid. Tenslotte ligt in het bedrijventerrein Schaaploop het Schaaploopsven met daaromheen een wandelpark. InSchaapsloop het bedrijvenpark Den DriesSchaapsloopven. Het gebied kent nog steeds de oorspronkelijke stuifduinen, paden, de oude bedding van de vroegere verbinding tussen het ven en de Tongelreep en een veelheid aan gradiënten (o.a. hoog-laag, voedselarm-voedselrijk en natdroog). Wel is tijdens de nieuwbouw rekening gehouden met wonen/werken in een groene omgeving.het natuurgebied de Schaapsloop geïsoleerd geraakt door het verdwijnen van de natuurlijke corridors naar de buitengebieden o.a. het Tongelreepgebied vanwege de aanleg van het industrieterrein. Een ander effect van de aanleg van het industrieterrein om het natuurgebied heen is verdroging. De gemeente onderzoekt thans de mogelijkheid van het afkoppelen van het riool van het hemelwater van het industrieterrein en als onderdeel daarvan de mogelijkheid om verdere verdroging van het Schaapsloop(natuur)gebied tegen te gaan. Ook in Dommelen is de hoeveelheid groenvoorzieningen voldoende om een groene indruk te krijgen (Helenadal, kerkakkers en Brouwersbos). Er zijn echter geen grootschalige structuren in de vorm van parken aangelegd. Het openbaar groen in Dommelen Noord bestaat grotendeels uit relatief kleine trapveldjes en plantsoenen verspreid over de woonbuurten. De belangrijkste groenstructuren worden gevormd door de overblijfselen van vóór de uitbreiding. Aan de Tienendreef en bij het Gertrudisdal bijvoorbeeld zijn oude houtwallen behouden gebleven en ook in de omgeving van het oude kaarsenfabriekje op de hoek van de Dommelstraat en de Tienendreef is een zeer oude groenstructuur herkenbaar. Ook het groengebied en de aanwezige bomen aan het St. Martinuspark (en Kerkhof pastorietuin) hebben, mede door de waardevolle bomen, een belangrijke waarde. Enkele waardevolle eiken staan ook langs de Bergstraat, tussen de Groenstraat en de Watermolen. Deze vormen een belangrijke structuurdrager voor de stedenbouwkundige opzet van de wijk en hebben ervoor gezorgd dat ook in de prille beginstadia van de uitbreidingen van Dommelen er al volwassen groen aanwezig was. Ook de randen ten noorden van Dommelen zijn groen en kunnen door de inwoners worden benut als uitloopgebied. Zo ligt ten oosten van Dommelen het Dommeldal, dat als wandelgebied gebruikt wordt; de rivier de Keersop ligt westelijk, maar wordt minder voor recreatieve doeleinden gebruikt. In het noorden loopt een wandelpad in de buurt van de rivier de Keersop (tegen sportpark ‘'t Heike aan). De kern Borkel en Schaft is aan alle kanten omringd door natuurgebieden. Dit maakt het voor bewoners mogelijk om in verschillende richtingen op korte afstand van de natuur te genieten. Tuinen lopen vaak naadloos over in het omliggende buitengebied. 2.2.3.3 Verstedelijking De gemeente Valkenswaard bestaat uit de kernen Valkenswaard, Dommelen en Borkel en Schaft. Op historische kaarten is de eerste bebouwing te vinden op de dekzandruggen op de overgang naar de beekdalen. Vanuit deze concentraties zijn de kernen Valkenswaard en Dommelen gegroeid.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
11
Valkenswaard is gegroeid vanuit het centrum, waar vervoersstromen elkaar ontmoetten. Er werd gebouwd voor wonen en (agrarische) industrie, er ontstond detailhandel. De goede bereikbaarheid maakte Valkenswaard een aantrekkelijke vestigingsplaats. Valkenswaard als goed bereikbare kern is het meest gegroeid en kent de meeste voorzieningen. Tussen de beekdalen van de Dommel en de Tongelreep was voldoende 'breedte' aanwezig. De grenzen voor bebouwing werden uiteindelijk bepaald door natuurlijke barrières: de beken aan oost- en westzijde en de bossen en hei in het noorden en zuiden. Inmiddels kent Valkenswaard bijna geen uitbreidingsmogelijkheden meer. Wel bestaan binnen de grenzen van de kern nog diverse mogelijkheden voor inbreiding, op oude bedrijfspercelen of grotere kavels. Rondom het centrum van Valkenswaard liggen buurten met woningbouw uit diverse periodes. Hier domineren de oude lintstructuren en is het straatbeeld zeer gevarieerd. De buurten verder van het centrum zijn meer planmatig van opbouw. Globaal gezien is de kern in noordelijke richting gegroeid tot de jaren tachtig. Daarna zijn vooral de zuidelijke wijken verder ontwikkeld. De buurten worden doorsneden door de oude linten. Aan deze oude linten zijn de meeste karakteristieke en monumentale panden te vinden. Dommelen is als lintdorp gegroeid vanuit de Bergstraat. In de loop van de decennia heeft het een sterke noord-zuidelijke ontwikkelingsrichting gekend. De beekdalen van de Keersop en de Dommel zijn hierin sturend geweest. Hierin wijkt Dommelen sterk af van Valkenswaard, dat een bredere, meer concentrische opbouw heeft. In relatief korte tijd is Dommelen vanaf de jaren zestig tot nu uitgegroeid van een klein lintdorp rondom de Bergstraat tot een flinke kern met hoofdzakelijk grondgebonden woningen en relatief veel nieuwbouw. Er is een aantal nieuwe hoofdwegen gecreëerd, waaronder een nieuwe verbinding met Valkenswaard. Ook Dommelen heeft de grenzen van ontwikkeling bijna bereikt. De laatste mogelijkheid voor uitbreiding, aan de zuidzijde, is momenteel in voorbereiding. Dommelen heeft voldoende voorzieningen zoals scholen, een sporthal en winkels voor de dagelijkse boodschappen. Voor overige voorzieningen is men aangewezen op Valkenswaard. Borkel en Schaft zijn relatief kleine kernen gebleven, omgeven door een aantrekkelijk landschap. Het In Schaft is de oorspronkelijke wegenbeloop en de gebouwde structuren zijn in Schaft vrijwel onveranderdstructuur nog herkenbaar. In de loop van de tijd is de functie veelal gewijzigd van kleinschalig agrarisch bedrijf met huisvesting naar in hoofdzaak wonen. Hierbij is de oorspronkelijke schaal van de bebouwing grotendeels behouden. Het huidige beeld is nog steeds dat van een smal dorpslint met een gevarieerd en verspringend verloop, met clusters een concentratie van fraaie panden, veelal direct aan de doorgaande weg. Bijzonder is de laanbeplanting, vooral in het beekdal richting Borkel. De kern Borkel heeft een ruimtelijke ontwikkeling doorgemaakt die sterk afwijkt van de kern Schaft. Dit is vooral het gevolg van de keuze om in deze kern de groei van de woningvoorraad te realiseren. In de 19e eeuw week het beeld in Borkel nauwelijks af van dat in het nabijgelegen Schaft. Ook hier was sprake van een smal dorpslint met clusters een concentratie van bebouwing. Een belangrijk verschil was de aanwezigheid van de dorpskerk aan het lint en enkele bijzondere gebouwen (Raadhuis en Herberg). Het wegbeloop in de kern was ook wat meer gestrekt dan in Schaft waar vooral de hoekige opbouw opvalt. De nieuwe woonbebouwing in Borkel is met name geprojecteerd in een woonbuurt van wat grotere omvang ten westen en zuiden van de molen. De randkwaliteit van dit woongebied is fraai te noemen. Meer in het hart van deze woonbuurt is de typische kleinschaligheid van het dorp minder goed waarneembaar. Direct aan het dorpslint is op twee plaatsen een clusterconcentratie van woningen gerealiseerd op een manier die afwijkt van het oorspronkelijke patroon. De woonhuizen staan niet meer direct aan de doorgaande weg of aan een aftakking hiervan maar aan een doodlopende structuur zoals een pleintje of hofje.
12 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
2.5 2.4 Conclusie lagenbenadering Op basis van bovenstaande lagen is de samengestelde basiskaart gemaakt. De belangrijkste elementen uit de onderste laag, de infrastructuur en de occupatielaag vormen samen deze basiskaart.
Uit de samengestelde basiskaart blijkt dat voor de ontwikkeling van Valkenswaard drie zaken bepalend zijn geweest: De bodemsituatie: De kernen liggen op de hogere drogere enkeerdgronden. Het water: het water is, en met name de drie beekdalen, zijn sturend geweest waarbinnen de ontwikkeling van Valkenswaard mogelijk is gemaakt. De infrastructuur: de wegen en het oude spoor zijn bepalend geweest voor Valkenswaard. De provinciale weg, het oude spoor en de ligging nabij de A2- A67 zorgden voor een goede ontsluiting. Om de bebouwing heen bevindt zich landbouwgrond en natuurgrond. De opbouw van Valkenswaard is weergegeven in de volgende kaart. 'Identiteit'
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
13
Hoofdstuk 3 3.1
Koers naar 2020
Inleiding
Dit hoofdstuk richt zich op de toekomstige ontwikkeling van Valkenswaard. Hierbij staat het ruimtelijke gemeentelijk beleid centraal. Daarbij wordt er gekeken naar de verschillende belangrijke onderwerpen die aan bod komen in het gemeentelijk beleid van Valkenswaard. Per paragraaf wordt het gemeentelijke beleid behandeld en wordt er aangegeven wat de invloed is op de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van Valkenswaard.
3.2
Water en bodem
3.2.1
Water
In het gemeentelijk Binnen het nationaal waterbeleid wordt vanuit het "Waterbeheer 21e eeuw" (WB21) steeds meer uitvoering gegeven aan "water als (mede-) ordenend principe": het Het watersysteem is zodanig sturend in het grondgebruik dat een optimale afstemming tussen alle functies plaatsvindt. De constatering is dat we te maken krijgen met klimaatveranderingen, zeespiegelstijging, bodemdaling en verdere verstedelijking wat tot het besef kan leiden dat we anders moeten omgaan met water. Op deze manier wordt het watersysteem duurzamer ingericht. Schoon regenwater wordt geïnfiltreerd, kwelgebieden worden gedraineerd. Dit beleid draagt bij aan het voorkomen van verdroging van natuurgebieden.
Tevens wordt gekeken naar het laten meanderen van de waterlopen en het creëren van voldoende oppervlaktewaterberging. Het gemeentelijk rioleringsplan is er onder andere op gericht om ongewenste emissies naar oppervlaktewater, bodem en grondwater te voorkomen en geen (water) overlast voor de omgeving te veroorzaken. Hiertoe moeten speciale voorzieningen getroffen worden. Soms regent het zo hard, dat de rioleringVoor de gemeente Valkenswaard worden daarvoor in de toekomst de volgende watersystemen ingericht. a. waterstructuurplan gemeente Valkenswaard De gemeente is voor het stedelijk gebied een watervisie aan het opstellen waarbij het afkoppelen van regenwater in bestaande en te ontwikkelen stedelijke gebieden wordt opgenomen. In uitbreidingslocaties wordt hydrologisch neutraal gebouwd. Daarnaast wordt bij elke uitbreiding een watertoets gesteld. In een watertoets wordt het omgaan met regenwater en het beheer van het grondwater opgenomen. Daarnaast worden er ecologische waarden binnen de gemeente afgestemd op eventuele nadelige gevolgen van het te ontwikkelen ruimtelijk plan. b. waterhuishoudingsplan Schaapsloop Voor het industrieterrein Schaapsloop wordt een waterhuishoudingsplan opgesteld, waarbij de randvoorwaarden van wateroverlast en vuilemissie naar het oppervlakte water in de rapportage worden opgenomen. 1. Stedelijke omgeving (woonwijken en industrie) Hydrologisch neutraal ontwikkelen Hydrologisch neutraal bouwen is genoemd als één van de stedelijke wateropgave voor gemeenten. Dit besef leidt tot de bekende trits "Vasthouden, bergen, afvoeren".
14 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Het Nederlandse waterbeleid breekt met de traditie van zo veel mogelijk water zo snel mogelijk afvoeren en lozen. Alle waterbeheerders kiezen samen voor het principe dat een overschot aan water wordt opgevangen waar dit ontstaat. Dat betekent dat we het water niet meer zo snel mogelijk afvoeren, maar proberen het vast te houden. Daarmee voorkomen we problemen met wateroverlast in lager gelegen gebieden en tegelijkertijd met watertekort in het eigen gebied. Is vasthouden niet meer mogelijk, dan bergen we het water. Pas als het niet anders kan, voeren we het water af naar een ander gebied. Hydrologisch neutraal bouwen past in deze trits en voorkomt dat versnelde afvoer vanuit de bebouwde omgeving plaatsvindt. De notitie 'Ontwikkelen met duurzaam wateroogmerk' maakt inzichtelijk welke hydrologische consequentie(s) ruimtelijke ontwikkelingen kunnen hebben op het watersysteem. Het bevat beleidsuitgangspunten, voorwaarden en normen om achteruitgang van de waterhuishoudkundige situatie bij ontwikkelingen tegen te gaan. 1a. Gemeentelijk RioleringsPlan Het verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan (verbreed GRP), welke rapportage naar verwachting in het 1e kwartaal van 2011 door de gemeenteraad wordt vastgesteld, is er onder andere op gericht om ongewenste vuilemissies naar het oppervlaktewater, bodem en grondwater te voorkomen. Daarnaast wordt het rioleringsstelsel zodanig uitgevoerd dat water op straat zoveel mogelijk wordt voorkomen. Hierdoor dient het rioleringsstelsel te voldoen aan bepaalde eisen die door het Waterschap de Dommel worden opgesteld. Hiertoe moeten speciale voorzieningen getroffen worden. Soms is de regenintensiteit zo hevig, dat het rioleringsstelsel de grote hoeveelheden regenwater niet kan verwerken. Via een riooloverstort stroomt het teveel aan water dan in een slootwaterloop of open vijver. Omdat het regenwater in het riool vermengd is met afvalwater, is het water dat over de overstort geloosd wordt op oppervlaktewater vervuild. Om deze vervuiling van het oppervlaktewater en de waterbodem tegen te gaan wil de gemeente maatregelen nemen. Een daarvan is door het aanleggen van Bergbezinkbassins. De waterkwaliteitsbeheerder noemt het aanleggen van Bergbezinkbassins, het realiseren van de Basisinspanning 1b. realiseren Basisinspanning De oplossing voor het reduceren van de vuiluitworp na overstorten is het realiseren van een bergbezinkbassins. Een bergbezinkbassin is een grote ondergrondse kelder achter een overstort waar overtollig rioolwater tijdelijk wordt geborgen. Is er voldoende ruimteberging in het riool dan wordt het water met slib teruggepompt in de rioleringhet gemeentelijk rioleringstelsel. Vervolgens wordt het geheelafvalwater afgevoerd naar de afvalwaterzuiveringsinstallatievia het transportriool van het waterschap de Dommel naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI). Als het bassin leeg is zorgt een automatisch spoelsysteem ervoor dat bezonken slib wordt opgewoeld en het bassin wordt gereinigd. Door het bergbezinkbassin wordt het oppervlaktewater veel minder vaak en met een mindere vuilconcentratie met overtollig rioolwater en –- slib belast. In de plannen is voorzien in een zestalDe gemeente zal een aantal bergbezinkbassins. Twee in Valkenswaard, twee in Dommelen en twee in Borkel en Schaft. Achter alle bergbezinkbassins verlangt het waterschap 7 extra retentie . aanbrengen zoals die zijn aangegeven in het basisrioleringsplan (BRP 2010). Reden hiervoor is dat het waterschap De Dommel waarop alle overstorten lozen een belangrijke binnen de gemeente Valkenswaard een natuurfunctie heeft.
7
Retentie is het tijdelijk opvangen van water in een daarvoor bestemd gebied. Omdat hiermee water wordt onttrokken aan de rivier, vermindert de hoeveelheid door de rivier af te voeren water.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
15
In het landbouwgebied oostelijk van de Dommel ten zuiden van Valkenswaards is momenteel sprake van een sterk kunstmatige waterbeheersing. De wens is uitgesproken dit watersysteem weer te herstellen. Echter door dit herstel kan het gebied vervuild raken door kwelstromenDe gemeente voert een optimalisatie studie uit de Dommel. Dit toekomstige project behoeft dan ook een goede hydrologische effectrapportage met maatregelen die potentiële vervuiling tegengaanvoor de geprojecteerde bergbezinkbassins in het Dommelgebied. Naar aanleiding van de resultaten van deze studie worden de bergbezinkbassins in het Dommelgebied aangelegd. Tijdelijke waterberging op landbouwgronden wordt in verband met vervuiling, weinig perspectief vol gezien. Het vrijruilen van deze gronden biedt meer perspectief en zorgt ervoor dat er geen zware metalen in de voedselketen terecht komen.
Bodem De gemeente Valkenswaard heeft haar aandacht gevestigd op het saneren van bestaande verontreinigingen en het voorkomen van nieuwe verontreinigingen. Om inzicht te krijgen in de bestaande verontreinigingen heeft de gemeente een bodemkwaliteitskaart opgesteld. Deze bodemkwaliteitskaart wordt ook gebruikt voor het verlenen van vrijstelling van de verplichting van bodemonderzoek bij bouwvergunningen. Op de bodemkwaliteitskaart is Na het realiseren van de basisinspanning (het aanbrengen van bergbezinkbassins) wordt het waterkwaliteitspoor volgens de randvoorwaarden van de europese KRW ingezet om de kwaliteit van de bodem inzichtelijk gemaakt. Om voor vrijstelling van de verplichting van bodemonderzoek in aanmerking te komen dient op de desbetreffende locatie minimaal een historische toets te zijn uitgevoerd. De gemeente besluit vervolgens of de vrijstelling wordt verleend. Een belangrijke verontreiniging die zich in de Kempen, en dus ook in Valkenswaard, bevindt is de verontreiniging met cadmium en zink. Deze omvangrijke vervuiling is voornamelijk veroorzaakt door de zinkertsverwerkende industrie en kent het oppervlaktewater nog steeds aanwezige bronnen, bijvoorbeeld meer te optimaliseren. 2. Landelijke omgeving (buitengebied) In 2015 moet de regionale wateroverlast beheersbaar zijn. Dit betekent dat de kans op wateroverlast in zinkassenwegen en grondwater. Daar waar de verontreiniging dusdanig groot is bebouwingsgebied en de bronnen dusdanig omvangrijk dat het probleem niet op afzienbarebuitengebied acceptabel moet zijn overeenkomstig nationaal en regionaal beleid. Om wateroverlast tot een maatschappelijk niveau te brengen zijn gestuurde waterbergingsgebieden nodig. Deze en de bestaande overstromingsgebieden zijn voldoende om ook op langere termijn oplosbaar is, is het beleid om te beheren. Dit houdt in dat verspreiding van verontreiniging zoveel mogelijk wordt voorkomen, bijv. door slibvangen. Er wordt alleen gesaneerd op plaatsen waar nieuwe verontreiniging voorkomen kan worden of bij locaties waarbij (2050) droge voeten te houden. Daarnaast geldt voor de natte natuurparels dat de ontwikkeling dat vraagtvan natuurwaarden voorop staat. Het beleid is hierop gericht om verdroging tegen te gaan en het herstel van de verdroogde natuurgebieden binnen de EHS. Geprojecteerde regionale waterbergingsgebieden (overstromingsgebieden) zijn opgenomen in de structuurvisie van de Provincie. 3.Door het overtollige water wat hierbij kan ontstaat zijn er in de gemeente Valkenswaard door het Waterschap een viertal waterbergingsgebieden geprojecteerd. Tevens voert het waterschap onderzoek uit naar: Het meanderen waterlopen naar oorspronkelijk tracé. Hierdoor kan het oppervlaktewater langer in het gebied worden behouden, bovendien kan op die manier een ecologisch gezond watersysteem met voldoende variatie in de inrichting en stroming, een goede fysischchemische waterkwaliteit en een schone waterbodem worden ontwikkeld.
16 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Dit beleid zal verder uitgewerkt worden in een landschapbeleidsplan. Het uit te werken beleid voor het landschapbeleidsplan draagt tevens bij aan het voorkomen van verdroging van natuurgebieden en bestaande zandgronden. 3 .2.2
Bodem
De ondergrond vervult tal van maatschappelijke functies. Ze is bijvoorbeeld leverancier van grondstoffen, voedselproducent, buffer voor water en energie, locatie voor ondergronds ruimtegebruik en bron van aardkundige en archeologische waarden. Vanuit deze functies komt het gebruik van de ondergrond steeds meer in beeld bij het oplossen van maatschappelijke opgaven zoals de adaptatie aan klimaatverandering, duurzame energievoorziening, het verminderen van de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer en de ruimtelijke inrichting van Valkenswaard. Gevolg is wel dat het steeds drukker wordt in de ondergrond. Het gebruik van de ondergrond, dan wel de verschillende functies die de ondergrond vervult kent eigen ruimtebeslag. De drukte in de ondergrond kan tot gevolg hebben dat functies elkaar gaan beïnvloeden of elkaar gaan verstoren. Door de ondergrond te ordenen kunnen deze ongewenste effecten worden voorkomen. Daarnaast zorgt het ordenen van de ondergrond ook voor inzicht in de kansen die de ondergrond biedt door de combinaties van functies zoals bij voorbeeld de combinatie van aanpak of beheer van grondwaterverontreiniging en de realisatie Warmte Koude Opslag (WKO). Vanuit de kenmerken van de ondergrond is het ook wenselijk te komen tot een ordening van de ondergrond. De ondergrond kent een lange ontstaansgeschiedenis en is kwetsbaar. Veranderingen treden soms snel dan weer langzaam op. Herstel of nieuwvorming duurt veelal meer dan 100 jaar. Ordening draagt bij aan de balans tussen het beschermen van de kwetsbare ondergrond en het zorgvuldig gebruik van de ondergrond. Maar ook bezien vanuit de bovengrond is ordening van de ondergrond wenselijk. Zoals gezegd biedt het gebruik van de ondergrond kansen voor het oplossen van maatschappelijke opgaven. Maar de andere kant van de medaille is dat het gebruik van de ondergrond langdurig de bovengrondse leefomgeving kan beïnvloeden en zelfs beperkingen aan die leefomgeving kan opleggen. Denk bijvoorbeeld aan het aanleggen van buisleidingen voor transport van gassen waarbij bovengronds een externe veiligheidszone in acht dient te worden genomen. Ondergrondse ordening kan dus niet los worden gezien van bovengrondse ordening. Centrale vragen bij het afwegingskader voor de ondergrond zijn:
Hoe kan een afweging gemaakt worden tussen verschillende (gebruiks) functies van de ondergrond? Hoe kan een afweging worden gemaakt tussen ondergrondse en bovengrondse functies?
De rol van de bodem bij de ruimtelijke ontwikkeling verandert. Afgelopen decennia was "bodem" bij ruimtelijke ontwikkeling synoniem aan " verontreiniging" een concreet probleem met een concrete oplossing en meestal ook beschikbaar geld. Inmiddels zijn de meeste historische verontreinigingen gesaneerd of in kaart gebracht en is het bodemkwaliteitsbeleid en steeds meer gericht op (gebiedsgerichte) beheersing van risico's. De bijbehorende subsidieregelingen zijn gestopt, verkleind of lopen op korte termijn af (2014). Daarbij komt dat veel van de in het kader van de Wet bodembescherming aangewezen spoedlocaties vanuit humane en ecologische risico's als niet urgent worden gezien. Vanuit het perspectief van ruimtelijke ontwikkeling is het thema bodem veranderd van een concreet probleem met geld naar een vaag probleem (beheersing van de risico`s ) zonder geld en met een complex probleemhouderschap. Gebiedsgericht bodembeheer en plannen. Actief Bodembeheer de Kempen. De afgelopen jaren is door Actief Bodembeheer de Kempen bijgedragen aan de sanering van de vervuiling met slakken van de zinkindustrie en de zware metalen in de Kempen. Er wordt nog gericht onderzocht naar de zware metalen problematiek in het buitengebied om deze voor Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
17
onze omgeving kenmerkende vervuiling te beheersen en te saneren voor een duurzaam beheer van de bodem. Het gemeentelijke bodembeheersplan. Het bodembeheersplan bevat een visie van de gemeente met betrekking tot het beheer en de bescherming van de bodem. In relatie daarmee is ook de wisselwerking tussen bodembeheer en ruimtelijke ontwikkeling in het plan omschreven. Bodemkwaliteitskaart. Een bodemkwaliteitskaart waarin de actuele diffuse kwaliteit van de bodem is weergegeven. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de vrijstellingsregeling grondverzet ven het Bouwstoffenbesluit. De bodemkwaliteit kaart beoogt de verplaatsing van de grond bij werken te vereenvoudigen. Grond binnen gebieden met vergelijkbare diffuse verontreiniging zonder nadere onderzoeken te kunnen verplaatsen. Besluit Bodemkwaliteit. Het Bouwstoffen besluit is vervangen door het besluit Bodemkwaliteit hierdoor moet de gebiedsindeling van de bodemkwaliteitskaart worden aangepast. Een actuele bodem gebiedskaart moet het mogelijk maken bij ruimtelijke ontwikkeling grond te verplaatsen zonder extra onderzoeks kosten en een versnelde ontwikkeling van en locatie mogelijk te maken. Deze kaart is in ontwikkeling en zal in februari 2011 door de raad worden bekrachtigd. Duurzaam bodembeheer. Warmte Koude Opslag. Het rijk stuurt vanuit de functies in de ondergrond en bij het oplossen van maatschappelijke opgaven zoals de adaptatie aan klimaatverandering, duurzame energievoorziening, het verminderen van de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer en de ruimtelijke inrichting aan in het gebruikmaken van Koude Warmte Opslag. (WKO). Deze WKO installaties vragen naar ordening van de ondergrond ook voor inzicht in de kansen die de ondergrond biedt door de combinaties van functies zoals bij voorbeeld de combinatie van aanpak of beheer van grondwaterverontreiniging en de realisatie WKO. Aardkundige waarden. Binnen de gemeente Valkenswaard zijn er een aantal grotere gebieden die aardkundig als waardevol worden gezien vooral het Dommeldal en de Malpie samen met het Leenderbos vallen hier onder. Ook de andere beekdalen van de Tongelreep en de Keersop en andere gebieden zoals het Schaapsloopven, de diverse resten van stuifduinen. Ook zijn er oude akkers esdek gronden aanwezig die in de loop der eeuwen zijn opgebouwd die uit oogpunt van ruimtelijk ontwikkeling en bodem een meer beschermde status mogen krijgen. Archeologisch onderzoek. In veel ruimtelijke plannen zal binnen het beoogde plangebied een archeologisch onderzoek worden ingesteld. Voor deze onderzoeken wordt veelal grote oppervlaken en volume grond tot een diepte van waarop het archeologisch onderzoek moet plaatsvinden ontgraven. Op deze wijze wordt over een groot oppervlak de bodem opbouw verstoord zonder dat deze opbouw later weer wordt hersteld. Verwacht mag worden dat zoveel als mogelijk en noodzakelijk de bodemopbouw wordt hersteld zodat de bodem in zijn functies kan herstellen.
3.3
Natuur en landschap
18 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
De Vogel- en Habitatrichtlijnen zijn de twee Europese richtlijnen ter bescherming van Europese natuurwaarden. De Vogelrichtlijn is van 1979 en geeft beschermingsdoelstellingen ten aanzien van broedvogels en trekvogels. De Habitatrichtlijn is van 1992 en geeft 8 beschermingsdoelstellingen ten aanzien van habitats en individuele planten en dieren (uitgezonderd vogels). Het stelt bovendien een stelsel van Europese natuurgebieden in, het Natura 2000 netwerk, dat bestaat uit de gebieden die onder de Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn aangewezen zijn. Deze richtlijnen geven aan welke typen natuur en welke soorten moeten worden beschermd. De lidstaten wijzen daarvoor speciale beschermingszones aan en moeten instandhoudingsmaatregelen nemen om deze gebieden te beschermen. De Natura 2000 gebieden maken vrijwel volledig deel uit van de EHS (Ecologische Hoofdstructuur). Daarmee is er planologisch een goede relatie tussen de EHS en de Natura 2000 gebieden. Er is geen beleidsmatige koppeling tussen deze en de natuurdoelen van de EHS. Wel geven de onder de natuurdoelen liggende natuurdoeltypen aan welk habitattype ze omvatten. Met ecologische verbindingszones worden grote natuurgebieden met elkaar verbonden. Ecologie, landschap en recreatie rond de steden worden versterkt en cultuurhistorische en landschappelijke waardevolle gebieden worden in stand gehouden. In het reconstructieplan Boven-Dommel is een opgave voor ecologische verbindingszones geformuleerd. Op het grondgebied van Valkenswaard gaat het om de droge ecologische verbindingszones de Beekerheide en de Maastrichterweg. Voor bepaalde gebieden ligt de prioriteit op het herstel van natte natuurgebieden (natte natuurparels of Cork gebieden genaamd). Hierbij gaat het niet alleen om de verdrogingstoestand van het systeem vast te stellen en herstelmaatregelen te definiëren, maar juist ook om de uistralingseffectenuitstralingseffecten naar de omgeving in beeld te brengen. Een gebied in Valkenswaard is de natuurparel Malpiebeemden. Dit gebied is een afwisselend gebied met een meanderende Dommel met zandige oeverwallen en afgesneden meanders, natte beemden, rietlanden, elzenbroek, gagelstruwelen en natte heide met vennen. De Deze natuurparel ligt aan weerzijden van de Dommel ten zuiden van Valkenswaard. De natte natuurparel ligt tussen Venbergen met de Venbergsche watermolen in het noorden en de Schafterbrug bij Borkel en Schaft in het zuiden. Natuurwaarden zijn niet alleen te vinden in het buitengebied, maar ook in het openbaar groen. In het groenstructuurplan wordt duidelijk dat de gemeente met het openbaar groen het centrum in verbinding wil brengen met het buitengebied, zodat de groenstructuur in totaal wordt versterkt. Bij ruimtelijke ontwikkelingen zal hier rekening mee gehouden moeten worden. Naast natuur, is ook het landschap van belang. Landschapsontwikkeling kan op diverse manieren worden bereikt (bomen, hagen, poelen, ecologische verbindingszone's, zandpaden enz) en kan een bijdrage leveren aan de verbetering op gebied van natuur, cultuurhisotire, recreatie en beeldkwaliteit. Met andere woorden, via landschapsontwikkeling kan het buitengebied kwalitatief worden verbeterd waardoor het aantrekkelijker wordt voor recreanten, maar ook voor de ontwikkeling van flora en fauna. Uitgangspunt is dat bij ontwikkelingen in het landelijk gebied de ruimtelijke kwaliteit van het landschap wordt behouden en versterkt. Ontwikkelingen zijn toegestaan, mits de kwaliteit van het landschap verbetert of tenminste niet achteruit gaat. Het doel is om een mooi en bruikbaar landschap te behouden of ontwikkelen. Hiermee wordt gestreefd naar een functionele inrichting van het landschap voor de gebruiksfuncties in het landelijk gebied en het behoud en ontwikkeling van identiteit, verscheidenheid en beleving van het landschap. Hoe hieraan uitwerking wordt gegeven, wordt nader uitgewerkt in het landschapsontwikkelingsplan. In het kader van het bestemmingsplan buitengebied wordt bezien in hoeverre nieuwe ontwikkelingen gekoppeld kunnen worden aan landschapsontwikkeling.
8
Een habitat is de plaats waar een bepaald organisme leeft of groeit.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
19
3.4
Recreatie
De gemeente Valkenswaard heeft een hoge attractiewaarde en blinkt uit in gemoedelijkheid en gastvrijheid, in haar veelzijdigheid aan (sport)voorzieningen, de diversiteit daarin, het uitgaansen winkelcentrum, alsmede de geografische ligging ten opzichte van enerzijds België en anderzijds Eindhoven. Daarnaast heeft Valkenswaard grote bos- en natuurgebieden, zoals De Malpie. In deze gebieden vindt extensief recreatief medegebruik plaats, zoals het gebruik van de Dommel voor kanovaren. Ook wordt volop gebruik gemaakt van routegebonden recreatie (wandelen, fietsen, paardrijden, e.d.). Voor dagrecreatie heeft Valkenswaard de 'reguliere' voorzieningen met name bedoeld voor de plaatselijke bevolking en toeristen die in het gebied verblijven. Midgetgolfbanen, kinderboerderijen, visvijvers en een zwembad zijn hier typische voorbeelden van. Daarnaast komen in het gebied ook voorzieningen van bovenregionale betekenis voor: ruitersport, golf, kanovaren en het Eurocircuit. Ook is er een paintballterrein in de gemeente aanwezig. In dit uitgebreide aanbod zijn nog enkele gaten, zoals welness, die nog opgevuld kunnen worden in Valkenswaard. Andere vormen van recreatie kent Valkenswaard door haar kernwinkelgebied en de tal van horecagelegenheden en daarbij behorende activiteiten in het centrum op de Markt en de Statie (Frans van Beststraat). Voorbeelden van dergelijke evenementen zijn het Bloemencorso en de zomeravondfeesten. Cultuurcentrum De Hofnar draagt met name bij aan de grote hoeveelheid culturele evenementen. Op sportpark Den Dries, het Eurocircuit en het hippisch centrum aan de Maastrichterweg worden ook evenementen georganiseerd met een sportief karakter. Het zwembad ‘De Wedert’'De Wedert' heeft, naast haar sportieve functie, vanwege haar buitenbad in de zomer ook een recreatieve functie. Een belangrijke, ondersteunende factor voor de bovengenoemde voorzieningen is de aanwezigheid van het bungalowpark 'De Kempervennen' in Westerhoven in de gemeente Bergeijk op de grens met Valkenswaard. Vanuit dit verblijfspark maken veel recreanten en toeristen gebruik van de voorzieningen in de gemeente Valkenswaard. De verblijfsrecreatie in Valkenswaard omvat kleinschaligere elementen, zoals enkele hotels, campings, kampeerboerderijen en bed and breakfast. De verblijfsrecreatie is met name te vinden ten oosten en zuiden van de Malpie. Specifiek voor Borkel en Schaft streeft men naar acceptabele vormen van met name kleinschalige toeristische/ recreatieve activiteiten. Acceptabel wil zeggen: in belans met infrastructuur en fysieke mogelijkheden.
20 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Op diverse plaatsen is sprake van een recreatieve 'overdruk', waardoor de kwaliteiten van natuur en landschap onder druk komen te staan. Dit is met name het geval bij de de ingangen van de Malpie en het kanovaren op de Dommel. In het toeristisch recreatief beleid heeft de gemeente Valkenswaard zich tot doel gesteld recreatie en toerisme een zeer belangrijke rol te laten spelen in het toekomstig profiel. Het buitengebied heeft allerlei, groene kwaliteiten die een kwalitatief kader bieden voor een breed scala aan 'rustige en groene' vormen van recreatie en toerisme. Het uitgangspunt van de recreatieve zonering is rustig waar nodig en druk waar het kan. Hiertoe is het van belang dat inrichting van de wandel- en fietsroutes wordt verbeterd en dat de onverharde paden worden behouden. Maar er kan ook worden gedacht aan (nieuwe) ruiter- en skatepaden, paden voor nordic walking en dergelijke. GoedeOf aan de ontwikkeling van goede informatievoorzieningen en verwijzingen met overzichten van de diverse recreatieve routes. Hierbij is het uitdrukkelijk niet de bedoeling dat er recreatie met lawaaioverlast plaatsvindt in de stiltegebieden. Ook zal er geen sprake mogen zijn van een ongebreidelde toename van activiteiten in gebieden die al onder grote recreatieve druk staan, zoals nieuwe campings (met uitzondering van kamperen bij de boer als economisch alternatief) en grootschalige voorzieningen. WelAls er wel sprake is van een de vestiging van verblijfs- en dagrecreatie, dan is dat mogelijk, wanneer deze nieuwe ontwikkeling een positieve bijdrage levert aan de bescherming en ontwikkeling van de ecologische en landschappelijke waarden en kenmerken. Er moet sprake zijn van een zekere kwaliteitsverbetering. De gemeente Valkenswaard wil onder die voorwaarde graag meewerken om zo het toeristischrecreatieve aanbod substantieel te verhogen. Daarnaast kan de recreatieve betekenis verder worden vergroot door langs toeristische en recreatieve netwerkroutes kleinschalige horeca en rustpunten te creëren.
3.5
Landbouw
Vanuit milieu en duurzaamheidsoogpunt is een scheiding van de intensieve landbouw en (zeer) kwetsbare natuur- en landschapswaarden gewenst. Deze vertaling heeft plaatsgevonden in het Reconstructieplan Boven-Dommel, waar de gronden zijn onderverdeeld in ‘landbouwontwikkelingsgebieden’'landbouwontwikkelingsgebieden' (LOG), ‘verwevingsgebieden’ en ‘extensiveringsgebieden’'verwevingsgebieden' en 'extensiveringsgebieden'.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
21
In gebieden waar kwetsbare natuurwaarden voorkomen, dient de intensieve veehouderij te verhuizen naar de LOG’sLOG's. In de LOG’sLOG's ligt het primaat bij de landbouw, wat geheel of gedeeltelijk voorziet in de mogelijkheid tot uitbreiding, hervestiging of nieuwvestiging van intensieve veehouderij. De provincie Noord-Brabant heeft een aantal LOG’sLOG's. Deze LOG’sLOG's vallen buiten de gemeentegrens van Valkenswaard. Dit komt met name door de aanwezigheid van kwetsbare natuurgebieden. In de verwevingsgebieden is het beleid gericht op verweving van landbouw, wonen en natuur, waar hervestiging of uitbreiding van de intensieve veehouderij mogelijk is, mits de ruimtelijke kwaliteit of functies zich daar niet tegen verzetten. In extensiveringsgebieden ligt het primaat bij wonen of natuur. Uitbreiding, hervestiging of nieuwe vestiging van in ieder geval intensieve veehouderij is niet mogelijk. Enkel op zogenaamde ‘duurzame locaties’'duurzame locaties' is uitbreiding van intensieve veehouderijen tot 2,5 ha binnen de gemeente Valkenswaard mogelijk. Gelet op de natuurwaarden binnen de gemeente Valkenswaard, is de verwachting dat er slechts een zeer beperkt aantal duurzame locaties te vinden zijn. De gemeente werkt daarom ook aan het kavelruilproject. Het doel van dit project is gronden op de juiste plaats te krijgen voor zowel agrarische als natuur-, recreatieve en overige reconstructiedoelstellingen. Hiermee wordt getracht om voor de landbouw te werken aan levensvatbare bedrijven. Gezien de beperkte uitbreidingsmogelijkheden van de intensieve veehouderijbedrijven binnen de gemeente Valkenswaard komen veel van deze bedrijven in de problemen en zal er steeds meer gezocht moeten worden naar andere inkomsten. De gemeente Valkenswaard wil hier zoveel mogelijk in meedenken. Zo zal er ruimte worden geboden in de verbreding in bijvoorbeeld de recreatieve sector. Hierbij kan gedacht worden aan zowel dag- als verblijfsrecreatieve voorzieningen, zoals een kinderboerderij, theehuis, ambachtelijke ijs- of kaasmakerij, de verhuur van fietsen, bed & breakfastvoorzieningen, etc. Over het algemeen blijft het uitgangspunt dat de primaire bedrijfsvoering de agrarische bedrijvigheid blijft. Daarnaast wil de gemeente ook meedenken aan andere ondergeschikte nevenactiviteiten, zoals agrarisch verwante activiteiten, zorgverleningsactiviteiten of inpandige opslag. Bedrijven die gelegen zijn in de Groene Hoofdstructuur moeten op agrarisch-economisch verantwoorde wijze kunnen blijven voortbestaan, tenzij een geschikt alternatief wordt geboden. Vooral buiten de gebieden waar ontwikkelingskansen liggen voor de landbouw dient te worden gestreefd naar een verbrede bedrijfsvoering (agrarisch natuurbeheer). De kansrijke gebieden voor agrarische bedrijvigheid worden versterkt door een verbetering van de kavelstructuur met behulp van (vrijwillige) kavelruil. Dit kan strategisch gebeuren door dit integraal mee te nemen met grondaankopen ten bate van andere functies (recreatie en natuur). Hierdoor krijgen perspectief volle agrarische grondgebonden bedrijven de ruimte voor een optimaal landgebruik en eventuele schaalvergroting (voor de grondgebonden landbouw, niet voor de intensieve veehouderij). Van kavelruil is onder meer sprake bij Bruggerhuizen, waar gronden vrij geruild dienen te worden . Gronden met een groter bedrijfsperspectief kunnen geruild worden voor gronden ten bate van natuurontwikkeling, aangezien het bedrijfsperspectief in de beoogde omstandigheden minder groot zal zijn. Zo ontstaat een wederzijdse meerwaarde in grondmobiliteit voor maatschappelijke en economische doelen. Voor het gebied tussen de Dommel en de Kromstraat willen we het natuur ontwikkelen. Hiermee is er geen ruimte voor de stimulering van welke vorm van landbouw in dat gebied.
22 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Ten oosten van het beekdal van de Dommel liggen perspectiefvolle landbouwgebieden vermengd met bestaande recreatieve bedrijven. Sommige delen zijn aangewezen als intensief recreatief ontwikkelingsgebied. De intentie bestaat dit mozaïek te versterken. Ruimte te bieden aan de agrarische ondernemers, alsook de recreatieve ondernemers, mits de bestaande ruimtelijke kwaliteiten hierdoor versterkt worden. Zo ontstaat een samenspel tussen een gezonde economie en een sterk, beleefbaar landschap tussen de recreatieve en ecologische kernzones ‘'Beekdal van de Dommel’Dommel' en ‘'Groote heide-Leenderbos’Leenderbos'. Bestaande recreatieve bedrijven krijgen ruimte voor een kwaliteits- en kwantiteitsverbetering, geënt op de gebiedskarakteristieken, zodat zij economische gezonde bedrijven blijven. Een gezond bedrijf betekent ook dat er ruimte is voor kwalitatieve aandacht voor landschappelijke inpassing en beeldkwaliteit. Hiermee blijft een gebied een vitale en aantrekkelijke uitstraling behouden.
3.6
Verkeer
3.6.1
Infrastructuur
Het verkeerskundige vraagstuk bestaat hoofdzakelijk uit Valkenswaard heeft lange tijd te kampen gehad met twee deelproblemen die in verband met elkaar staan. Zo is op nationaal niveau de stonden. De doorstroming op de Poot van Metz (A2 // A67) was vaak slecht, waardoor veel gebruik wordtwerd gemaakt van de N396 (Leende-Valkenswaard) die aansluit op de Leenderweg. Nog duidelijker aanwezig is het regionale Valkenswaard). Dit verkeerskundige probleem is inmiddels opgelost na de reconstructie van de randweg Eindhoven. Een ander regionaal probleem is het noord-zuidgerichte verkeer tussen België en de regio Eindhoven datdie wordt afgewikkeld via de N69, via Valkenswaard. De druk op de N69 is zeer groot en levert vooral op de Eindhovenseweg, Markt, en Luikerweg congestie, leefbaarheids- en verkeersveiligheidsproblemen opverkeersveiligheidsproblemen op. Nu de provincie wegbeheerder is van de N69 wordt gewerkt aan een integrale oplossing voor de bereikbaarheids - leefbaarheidsknelpunten tussen de Belgische grens en Eindhoven. Voor de kern Valkenswaard betekent dit dat er veel doorgaand verkeer dwars door het centrum rijdt, waaronder ook veel vrachtverkeer. De maximale capaciteit van de wegen is bereikt, de doorstroming is vaak slecht en alternatieve routes zijn niet beschikbaar. Het gevolg is dat de luchtkwaliteit slecht is en er veel geluidsoverlast is. Dit maakt bijvoorbeeld het centrumgebied minder aantrekkelijk voor wonen en winkelen. Bovendien werken de verkeersaders als barrières tussen de buurten en doorsnijden zij zowel het winkel- als het uitgaanscentrum. Dit maakt schoolroutes onveilig en maakt is het lastig om veilige en prettige recreatieve fiets- en wandelroutes te vinden. Een ander gevolg is dat industrieterreinen Schaapsloop I en II slecht bereikbaar zijn. Ook binnen de Schaapsloop bestaan problemen met de verkeersafwikkeling. In 2006 is met de gemeente Waalre samen een Luchtkwaliteitsplan opgesteld. Dit toont aan dat maar één maatregel echt het gewenste effect geeft op de luchtkwaliteit, namelijk de aanleg van een zogenaamde Westparallel. Dit is een ‘kortsluiting’'kortsluiting' tussen de A67 en de N69. Als de Westparallel is aangelegd, wordt de huidige N69 minder druk. Dit betekent dat de N69 binnen onze kern anders kan worden ingericht en een andere functie kan krijgen. Een eerste stap in de richting van een Westparallel is de aanleg van Lage Heideweg, die de N69 verbindt met de N397. Met de komst van de Lage Heideweg zal het verkeer op de Luikerweg in westelijke richting worden afgebogen. In de toekomst kan de Lage Heideweg aansluiting vinden op de A67 via een nieuwhet nieuwe tracé.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
23
Eén van de andere maatregelen om het centrum te ontzien is de opwaardering van de Europalaan. Deze relatief nieuwe weg, aangelegd op het voormalige spoortracé naar Hasselt wordt opgewaardeerd om de rol van de Eindhovenseweg in het doorgaande verkeer over te nemen. Met de aanleg van de Lage Heideweg en een aantal andere verkeersmaatregelen in Valkenswaard zullen de noord-zuid gerichte verkeerstromen minder worden afgewikkeld door het centrum van Valkenswaard. De vele veranderingen die in Valkenswaard op stapel staan maken het nodig strategische keuzes te maken. Om deze reden wordt een Mobiliteitsplangeactualiseerd verkeersbeleid opgesteld. In ieder geval moet bij de tracékeuze van de nieuwe N69 en inrichting van wegen voorop staan dat de kwaliteit van de (groene) omgeving er niet onder te lijden heeft (leefbaarheid). De kern Dommelen kent minderook problemen met doorgaand verkeer. De hoofdaders zijn de Tienendreef en de Bergstraat. De Tienendreef is goed ingericht om redelijke hoeveelheden te verwerken. De Bergstraat echter is een oud lint dat veel minder is ingericht op het vele verkeer, wat met name voor fietsers, onveilige situaties oplevert. Bovendien belemmert dit de mogelijkheid om van de Bergstraat een prettig verblijfsgebied te maken. Het noorden van Dommelen wordt hoofdzakelijk ontsloten via de Damianusdreef. Er is vanuit Dommelen geen verbinding voor snelverkeer naar het noorden. Om naar omliggende kernen of verder in noordelijke richting te gaan moet jemen omrijden via Valkenswaard. Borkel en Schaft zijn beide gelegen aan en rond de Dorpsstraat, de hoofdontsluitingsweg in het gebied. De recreatieve verkeersdruk is hier soms groot, alsook de zorg voor wat betreft sluit (vracht)verkeer door beide kernen. Dit zorgt voor overlast inals gevolg van recreatief verkeer is soms erg groot. Daarnaast hebben de omgevingkernen steeds vaker te maken met sluitverkeer. Dit wordt voor een groot deel veroorzaakt door het doorgaande verkeer. 3.6.2
Fietsen
Het fietsnetwerk van Valkenswaard maakt onderdeel uit van het sternet, regionale netwerk en maakt zelfs onderdeel uit van het interregionaal knooppuntennet. Het fietsroutenetwerk biedt een hoogwaardige en veilige verbinding met Eindhoven en omliggende gemeenten. Een nieuwe mogelijkheid hiervoor is op de oude spoorbaan. Het doet niet alleen dienst als utilitair netwerk, maar heeft ook een sterk recreatief karakter. Veilige fietsroutes voor scholieren. Binnen de SRE-regio is een groot deel van de primaire fietsroutes van kwalitatief hoogstaand niveau. Zo ook in Valkenswaard. Het deel van het netwerk binnen Valkenswaard dat nog gerealiseerd dient te worden is uitvoering beschreven in het uitvoeringsprogramma behorend bij het fietsbeleidsplan van 2006. Het grootste gedeelte dat hiervan nog niet is gerealiseerd heeft te maken met de samenhang met de reconstructie van de Europalaan. 3.6.3
Parkeren
24 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Zoals bijna overal vormt ook in Valkenswaard het parkeren van auto’sauto's soms een probleem. Het aantal auto’sauto's groeit, de ruimte die hiervoor nodig is ook - en die ruimte is schaars. We willen parkeren bij onze woning, bij het werk, de diverse voorzieningen in het centrum, voor evenementen enzovoort. Dit zorgt soms voor pieken in de parkeerbehoefte op plekken die daar niet voor ingericht zijn. Ook de Markt wordt nu hoofdzakelijk voor parkeren gebruikt terwijl het plein duidelijk anders gebruikt zouUit onderzoek is gebleken dat sommige parkeerplaatsen een hogere bezettingsgraad kunnen worden. In het centrum zou bovendien een grote ruimtewinst kunnen worden gemaakt door (ondergronds) te parkeren, en/of in meerdere lagen. Ook de bewegwijzering van de parkeerroute kan hierbij een belangrijke rol spelen. Om het parkeren enigszins krijgen. Onlangs is daarom de parkeerbewegwijzering vernieuwd. Daarnaast is er om het parkeren verder te reguleren heeft de gemeente Valkenswaard in het centrumgebied betaald parkeren en vergunninghoudersparkerenvergunningshoudersparkeren ingevoerd. Ook bovenstaande zaken worden nader uitgewerkt in het Mobiliteitsplaneen geactualiseerd verkeersbeleid dat momenteel wordt opgesteld. In Borkel en Schaft is de situatie wat betreft parkeren ook problematisch. Dit is vooral het gevolg van de grote recreatieve druk die er op de kernen ligt. Het gebied wordt druk bezocht door wandelaars en fietsers die hun auto parkeren en vervolgens het gebied intrekken. Ook trekken er regelmatig grote groepen rond voor een georganiseerde rit op allerlei vervoermiddelen (steppen, solexen, enzovoort). Vooral op en rond het Mgr. Kuypersplein in Borkel is het ’s's zomers bijzonder druk met geparkeerde auto’sauto's. De omwonenden ondervinden hiervan overlast en kunnen zelf ook nauwelijks meer hun woningen bereiken met de auto. Om deze last te verlichten is een onderzoek gedaan naar een alternatieve parkeervoorziening. Een aantal locaties is de revue gepasseerd, de voorkeur is uitgesproken voor een terrein tegenover het Malpiepad en achter de kerk. Deze terreinen zijn gelegen in de GHS, de GHS-waardigheid wordt onderzocht. Als tijdelijke oplossing wordt is een parkeervoorziening aangelegd achter de bebouwing aan de Oude School. Ook is het Mgr. Kuijpersplein opnieuw ingericht en is er een blauwe zone ingesteld voor het plein. 3.6.4
Openbaar vervoer
Vanuit en door Valkenswaard en Dommelen lopen diverse buslijnen, in hoofdzaak in noord zuid-richting. De meest gebruikte verbinding is die met Eindhoven. De lijnen die Valkenswaard doorkruisen zijn Eindhoven –- Luijksgestel, Eindhoven –- Dommelen, en de buurtbus Valkenswaard –- Achel en Veldhoven –- Valkenswaard. Onderzocht wordt naar een HOV lijn naar Eindhoven. Door Borkel en Schaft rijdt alleen een buurtbus. In het einde van 2008 is een nieuwe concessie van kracht geworden en zijn de busverbindingen verbeterd, vooral richting Borkel en Schaft en Veldhoven. Er zal bovendien Onlangs is er een NS-station in Maarheeze gekomen, ook daar zullen nieuwe routes op worden gericht.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
25
3.7
Wonen
Het programma voor wonen is één van de onderdelen van de Woonvisie uit 2004. Deze integrale woonvisie is opgesteld in samenspraak met aanbieders van wonen, zorg en welzijn. Uiteindelijk ligt voor wonen de nadruk op (nieuwe) huisvesting voor starters en senioren. De huisvesting voor starters is belangrijk omdat door de huizenprijzen er slechts weinig huizen beschikbaar zijn voor starters. Door het beperkte aanbod betaalbare woningen kiezen de jong volwassenen/ jonge gezinnen vaak voor een woning buiten Valkenswaard. Dit is geen wenselijke ontwikkeling. Valkenswaard wil haar jongere bewoners ook goede woonmogelijkheden bieden. Het gaat daarbij niet alleen om jongeren met een familieband met de gemeente, maar ook om de medewerkers van Valkenswaardse bedrijven. Door deze ‘ontgroening’ het vertrek van de jongeren, ligt het aandeel senioren in de gemeente nóg hoger. Valkenswaard is de sterkst vergrijzende gemeente van de regio en er is steeds meer vraag naar passende huisvesting voor ouderen, eventueel gecombineerd met zorg. Ook voor deze groep (senioren en zorgbehoeftige) wil de gemeente voor passende huisvesting zorgen. Bijkomend voordeel is dat als senioren hun huizen verruilen voor een beter passende woning, de oude woningen beschikbaar komen voor bijvoorbeeld gezinnen, die vervolgens hun te krappe starterswoning kunnen verlaten. De markt komt hierdoor in beweging, wat zorgt voor een betere doorstroming. Uiteindelijk zullen hierdoor ook weer starterswoningen beschikbaar kunnen komen. De gemeentelijke visie op wonen is in hoofdzaak als volgt op te sommen: - Doorstroming in de woningmarkt is belangrijk; - Herstructurering biedt vaak kansen op aantrekkelijke locaties; - Door woningaanpassing zijn mensen blijvend thuis in eigen huis; - Levensloopbestendige wijken; - Nieuwbouw om de fricties weg te werken; - Per doelgroep geldt een specifieke behoefte; - Mits zorgvuldig overwogen kunnen huurwoningen worden verkocht.
Uit het 3.7.1 Woningbouwprogramma 2006-2010 blijkt dat er inderdaad veel behoefte is aan geschikte woningen voor senioren en starters De gemeenteraad van de gemeente Valkenswaard heeft op 23 juni 2009 het nieuwe woningbouwprogramma 2010 - 2020 vastgesteld. Het woningmarktonderzoek laat onder andere zien dat er een vestigingsoverschot is van ouderen (categorie 65+). Hierbij moet in de toekomst meer de nadruk komen op het toevoegen aan de voorraad van grondgebonden woningen, in tegenstelling tot gestapelde bouw. Appartementen zijn voldoende voor handen in Valkenswaard, in diverse typen en prijsklassen. Er is binnen gemeente verder een grote vraag naar bouwkavels. Veel mensen koesteren de wens een eigen woning te kunnen bouwen op een eigen stuk grond. Er staan op begin 2009 680 gegadigden voor een bouwkavel geregistreerd op een wachtlijst. De gemiddelde vraag ligtsamenhang tussen de 500 en 800 m². Helaas komen er momenteel slechts mondjesmaat kavels beschikbaar. In nieuwe ontwikkelingen zou ook bekekenhet aanbod van seniorenwoningen en instroom van 65+-ers te zien. In kwalitatief opzicht zal er, kijkend naar de resultaten van het woningmarktonderzoek, voor zover er gebouwd wordt voor deze doelgroep vooral ingezet moeten worden ofop zorgwoningen, nultredenwoningen en grondgebonden woningen in de patiosfeer.
26 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Valkenswaard kent een vergrijzing. Het behoud van jongeren is wezenlijk voor een evenwichtige bevolkingsopbouw van Valkenswaard. Uit de migratiegegevens blijkt dat er ruimteeen vertrekoverschot is voor dergelijke vrije sectorkavels ofvan jongeren in de categorie 15-24 jaar. Daar staat tegenover dat de categorie gezinnen met kinderen een vestigingsoverschot laat zien (categorie 25-49 in combinatie met de categorie 0-14 jaar). Jongeren trekken dus weg uit Valkenswaard, maar keren vaak terug naar Valkenswaard met hun gezin. Belangrijkste motief is hierbij de aanwezigheid van vrienden en familie. In het woningbouwprogramma is er daarom meer aandacht voor de doelgroep jongeren en de doelgroep gezinnen met kinderen. In het woningmarktonderzoek is de frictie tussen vraag (woonwensen) en aanbod (huidige woning) in beeld gebracht. En daarmee ook de potentiële kans- en risicomarkten wanneer verhuisbewegingen op gang komen. Uit deze frictiebalans worden de volgende kansen en risico's herkend:
Kansmarkten:
Er is grote behoefte aan meer nultredenwoningen, in zowel de huur- als de koopsector. Ook bij goedkope eengezinswoningen tot € 200.000,- en in de prijsklassen tussen de € 200.000,- en € 300.000,- zien we een sterke vraag. Risicomarkten:
Goedkope eengezinswoningen met een huur tot € 535,- vormen een potentieel risico. De één- en tweepersoonshuishoudens van 55 jaar en ouder willen graag de stap maken naar een nultredenwoning en bij de één- en tweepersoonshuishoudens zien we de sterke wens voor een koopwoning. Appartementen zonder lift vormen een risicomarkt. Deze appartementen zijn eigenlijk alleen nog maar in trek bij starters en dit komt voornamelijk vanwege de prijs. Appartementen zonder lift vormen een risico. Uit het onderzoek blijkt dat er de afgelopen jaren veel appartementen zijn gebouwd (in alle segmenten) en weinig grondgebonden woningen. Hiermee worden zowel eengezinswoningen als nultredenwoningen bedoeld. Er is dus een omslag nodig in de differentiatie van de woningtypologieën. Dit betekent dat er meer ingezet moet gaan worden op grondgebonden woningen en minder op appartementen. Er moet hierbij niet alleen gekeken worden naar nieuwe plannen, maar ook lopende plannen die nog stuurbaar zijn. Uit het onderzoek blijkt verder dat er een substantiële groep huishoudens is die aan heeft gegeven interesse te hebben in een bouwkavel. Ongeveer een derde van de respondenten heeft aangegeven interesse te hebben in een bouwkavel en ongeveer een even grote groep heeft aangegeven misschien interesse te hebben. Daarnaast geeft ongeveer een vijfde van de ondervraagden aan interesse te hebben in collectief particulier opdrachtgeverschap. (hierna afgekort als CPO). Dit biedt beleidsmatige mogelijkheden om bouwkavels op te nemen in het woningbouwprogramma. CPO is overigens geen geschikt instrument als het gaat om het duurzaam beschikbaar hebben van starterswoningen: de waarde van de woning stijgt, waardoor deze na een verhuizing onbereikbaar wordt voor een volgende starter. 3.7.2
Inbreiden en uitbreiden
De bijzondere ruimtelijke structuur van de gemeente Valkenswaard en de ligging van de woonkernen tussen waardevolle natuur heeft tot gevolg dat er maar beperkte mogelijkheden zijn tot uitbreiding. Daar staat tegenover dat er wel een behoefte bestaat aan de uitbreiding van het aantal woningen. Dit maakt het zeer aantrekkelijk om goed te kijken naar de mogelijkheden voor inbreiding. Bovendien wordt dit vanuit hogere overheden nadrukkelijk gestimuleerd.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
27
Er bestaan in Valkenswaard verschillende locaties die in aanmerking komen voor herontwikkeling en inbreiding. Zo zijn er nog steeds bedrijven in de woonkernen waarvan de wens is ze te verplaatsen naar buiten de woonkern. Verder is de afgelopen jaren de huisvesting van scholen onder de loep genomen. Door de verplaatsing en samenvoeging van scholen zijn er diverse locaties beschikbaar gekomen. Tenslotte zijn er soms nog restanten van oude structuren te vinden in buurten die op een andere manier ingericht zouden kunnen worden, zoals zeer grote kavels. Wat betreft de uitbreiding ligt de focus op het gebied Lage Heide, voorheen Valkenswaard Zuid. Dit gebied zal op korte termijn in ontwikkeling worden genomen. Overige mogelijkheden voor uitbreiding zijn gelegen aan de Kromstraat/Luikerweg en de Leenderweg. Deze locaties zijn aangeduid in het Regionaal Structuur Plande verordening Ruimte fase 1 van de provincie aangeduid als ‘transformatie afweegbaar’'zoekgebied voor stedelijke ontwikkeling'. Nieuwe ontwikkelingsmogelijkheden liggen bij de gebieden Hoppenbrouwers en Weegbree, in combinatie met de herinrichting van het Dommeldal. Valkenswaard ZuidDeze locatie is een gebied waarvoor al geruime tijd een herin de verordening Ruimte fase 2 van de provincie aangeduid als 'Gebied integratie stad-land'. Voor deze uitbreidingsmogelijkheden en de herinrichting van het Dommeldal wordt momenteel een bestemmingsplan opgesteld onder de naam 'Dommelkwartier'. Ten zuiden van de kern Dommelen is een nieuwe ontwikkeling in voorbereiding is. Globaal. Het gebied Lage Heide bestaat het uit drie hoofdvier onderdelen: woningbouw, herinrichting van het Dommeldal en een landgoed, bedrijventerrein. Voor elk onderdeel wordt en natuurontwikkeling in het Dommeldal. Voor de natuurontwikkeling, inclusief de ontwikkeling van een landgoed is een uitwerkingsplan opgesteld. Ontwikkeling van De basis voor dit plan is gelegd in het bestemmingsplan 'Valkenswaard-Zuid', zoals opgesteld in 2008. Voor de woningbouw en bedrijventerrein zijn afhankelijk van de aanleg van de Lage Heideweg. Het woongebied wordt ingevuld met hoofdzakelijkeen nieuw bestemmingsplan opgesteld. In het woningbouwgebied worden ongeveer 330 grondgebonden woningen met als uitzondering enkele appartementengebouwen als bakensin verschillende categorieën en typologieën. De daadwerkelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein Lage Heide is vooralsnog niet aan het Dommeldal. de orde, omdat primair wordt ingezet op de herstructurering van bedrijventerrein Schaapsloop 1. De inzet is om eerst de kwaliteit van bestaande bedrijventerreinen te verbeteren voor dat nieuwe terreinen ontwikkeld worden. De ontwikkeling van nieuwe terreinen kunnen namelijk de verslechtering van het vestigingsklimaat op verouderde bedrijventerreinen versnellen. Een eventuele ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein Lage Heide is pas aan de orde na herstructurering.
3.8
Cultuurhistorie
3.8.1
Algemeen
De culturele dimensie van de ruimtelijke ordening wordt voor een groot deel gedragen door het cultuurhistorisch bewustzijn. De eigen identiteit van een plaats en de gemeenschap die haar vormt, zijn de dingen die plaatsen van elkaar onderscheiden en samen in hun regionale omgeving en relatie het streekeigen gezicht en ruimtelijk karakter vormen.
28 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
In de kern van Valkenswaard was gedurende een tweetal eeuwen de valkerij de drijvende kracht terwijl in het laatste kwart van de 19e eeuw de productie van sigaren op dorpsniveau gestalte gaf aan de met enige vertraging doordringende industriële revolutie. Gedurende driekwart eeuw zou de economie door dit product worden beheerst. Na de Tweede Wereldoorlog verloor deze industrie langzaamaan haar glans en maakte steeds meer ruimte voor een brede industriële ontwikkeling naast een sterke ontwikkeling als forensenplaats voor de industriële pool Eindhoven. Door de ligging vlak bij de Belgische grens en de vele contacten op vooral intermenselijk vlak werd de Valkenswaardse samenleving beïnvloed. Voor de kern Dommelen is de aanwezigheid van de brouwerij manifest in een dorp dat oorspronkelijk agrarisch van karakter was. In het ruimtelijk beeld heeft deze ontwikkeling haar stempel nagelaten en Valkenswaard gemaakt tot wat het nu is. De aldus ontstane geheel eigen identiteit moet worden gekoesterd, maar daarnaast zal er ruimte moeten zijn voor dynamiek. Nieuwe ontwikkelingen die uitgaan van het behoud van het bestaande, maar ook nieuwe ontwikkelingen die de bestaande kwaliteiten en eigenschappen als inspiratiebron gebruiken en zodoende de toekomst te laten groeien op de wortels van het verleden. Valkenswaard heeft een monumentenverordening op basis waarvan de gemeentelijke monumentenlijst is samengesteld. Gemeentebreed zijn er thans 21 rijksmonumenten en 2223 gemeentelijke monumenten waarvan mag worden verwacht dat het aantal monumenten nog zeker zal toenemen. Deze aangewezen monumenten vormen vaste ankerpunten in het ruimtelijk cultuurhistorisch beleid. Gewaakt moet worden over de omgeving van deze monumenten omdat de relatie met de omgeving van cruciaal belang is in de waardering en de beleving van een monument. Voorts zijn er een aantal beeldbepalende objecten, straatwanden en ruimtelijke composities die op grond van cultuurhistorische en stedenbouwkundige waardering bescherming behoeven. Hiertoe behoren ook een aantal bomen en groenstructuren.
3.8.2 De nota Belvedère Balvedère De rijksoverheid bracht in 1999 de nota Belvedère uit; een beleidsnota over de relatie cultuurhistorie en ruimtelijke inrichting. Het Dommeldalbeekdal van de Dommel is een van de in die nota aangewezen gebieden met een specifieke cultuurhistorische identiteit. Het buitengebied ten oosten en ten zuiden van de kernen Valkenswaard-Dommelen vallen in dat gebied. Vanuit de Belvederegedachte, waarin behoud door ontwikkeling centraal staat, wordt gezocht naar innovatieve oplossingen om met cultuurhistorische waarden om te gaan. Het gedachtegoed van die nota is nog altijd opportuun en zal mede als referentiekader moeten dienen bij het voeren van de ruimtelijke regie. Er wordt dan ook gestreefd naar eigentijdse versterking van de plaatselijke identiteit geïnspireerd door het verleden.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
29
3.8.3
De Cultuurhistorische Waardenkaart
De provincie Noord-Brabant heeft in 2010 een uitgebreide inventarisatie gemaakt van cultuurhistorische waarden in de provincie en die verzameld op een kaart. Deze kaart is bestuurlijk bekrachtigd als beleidsinstrument. Ook voor het gemeentelijk beleid zal deze kaart als referentie en ruimtelijk beleidsinstrument worden gehanteerd. 3.8.4
Archeologie
Een aantal terreinen met bijzondere archeologische waarden waaronder één dat als rijksmonument is geklasseerd is reeds bekend en via bestemmingsplannen voorzien van een bescherming (het urnenveld nabij tennisvereniging Ginneven). In het kader van de invoering van de Wet op de archeologische monumentenzorghet voorstel tot wijziging van de Monumentenwet zal het gemeentelijk beleid nog nader worden geconcretiseerd. Hiervoor zal nog een monumentenbeleid worden opgesteld. Met de inwerkingtreding op 1 september 2007 van de Wet op de Archeologische Monumentenzorg heeft de aandacht en de zorg voor het 'bodemarchief' definitief een plaats gekregen binnen het scala van uitgangspunten en randvoorwaarden bij ruimtelijk beleid. Een van de kansen en uitdagingen daarbij is de mogelijkheid het verborgen archief zichtbaar, tastbaar en beleefbaar te maken bij ruimtelijke plannen. Daarbij kan zowel worden gedacht aan concrete verbeeldingen alsmede aan meer abstractie vormen van inspiratie. Op grond van al deze overwegingen zal de cultuurhistorie een vast onderdeel moeten gaan uitmaken van alle vormen van gemeentelijke ruimtelijke planvorming- en uitvoering.
3.9
Welzijn en leefbaarheid
3.9.1
Algemeen
Enkele veranderingen in de samenleving zijn van invloed op de 'welzijnssector' en de voorzieningen die hier mee samenhangen. Allereerst is er de toenemende welvaart die op allerlei niveaus doordringt. Zo neemt het gemiddelde opleidingsniveau van de Nederlandse samenleving toe. Deze groeiende groep, die vaak bestaat uit starters en tweeverdieners heeft over het algemeen hoge verwachtingen van het leven en levensstandaard. Zo richten hoger opgeleide stedelingen hun vrije tijd vaak op stedelijke milieus met culturele uitgaansmogelijkheden en zijn het in kleinere gemeenten vaak middenklasse gezinnen die hun vrije tijd "om de hoek" besteden en nemen hun kinderen in toenemende mate deel aan sport en culturele activiteiten. Tweeverdieners krijgen steeds minder en op latere leeftijd kinderen en combineren dan vaak de verschillende taken zoals verzorging/opvoeding van de kinderen en werken met elkaar. Daarbij komt dat het opleidingsniveau van ouders in sterke mate bepalend is voor de ontwikkeling van hun kind(eren). Tot slot is er nog een groep die de komende jaren in omvang sterk zal toenemen: de 50plussers. In Valkenswaard is sprake van zogenaamde 'dubbele vergrijzing'. Na de gemeente Waalre is Valkenswaard nu al de meest vergrijsde gemeente van de regio. Was er eerder nog sprake van een zorgbehoeftige groep ouderen, de huidige generatie "ouderen" is vitaal, ondernemend en mondig. Het overgrote deel van deze groep is niet zorgbehoevend, woont zelfstandig, voorziet in de eigen dagbehoefte en maakt tot op hoge leeftijd gebruik van algemene voorzieningen. Valkenswaard heeft bovendien te maken met het vertrek van jongeren uit de gemeente op het moment dat zij elders een opleiding gaan volgen. Slechts een deel van deze jeugd komt na het voltooien van de studie terug in de gemeente Valkenswaard. De keus voor terugkeer hangt onder andere af van de beschikbaarheid van geschikte woningen en werkmogelijkheden voor deze categorie.
30 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Ook voor gehandicapten wil de gemeente voorzieningen treffen. Denk daarbij aan aangepast wonen maar ook voorzieningen in de openbare ruimte zoals de toegankelijkheid van het openbaar gebied en de aanwezigheid van voldoende gehandicaptenparkeervoorzieningen bij (openbare) gebouwen. Zie ook hetgeen hierna onder Woonservicezones is vermeld. 3.9.2
Wijkontwikkelingsplannen
In de kleine kernen Borkel en Schaft en de verschillende buurten van Valkenswaard en Dommelen streeft de gemeente naar het verhogen of in stand houden van de leefbaarheid, onder meer voor ouderen. Met het begrip leefbaarheid wordt aangegeven hoe aantrekkelijk en/ of geschikt een gebied of gemeenschap is om er te wonen, of te werken. Het heeft betrekking op de woonsituatie en woonomgeving van mensen en is daarmee een bij uitstek buurtgebonden verschijnsel. Prettig in je eigen buurt of wijk wonen, is een noodzakelijke voorwaarde om mee te kunnen doen aan de maatschappij. Meer in het bijzonder gaat het bij leefbaarheid om het samenspel tussen de sociale kenmerken (sociale samenhang/ cohesie), de fysieke kwaliteit en de veiligheid van de woonomgeving. Sociale samenhang/ cohesie Sociale samenhang ontstaat wanneer mensen elkaar ontmoeten en er verbanden tussen mensen tot stand komen. Het gaat hierbij om aspecten als: de mate van integratie van verschillende groepen (sociaal economisch, etnisch); de betrokkenheid bij het grotere sociale geheel van de buurt en de samenleving; de onderlinge betrokkenheid en aanwezige netwerken en sociale contacten in de directe sociale omgeving; deelname aan vrijwilligerswerk, verenigingsleven, informele zorg.
De fysieke kwaliteit van de woonomgeving: Het gaat hierbij om aspecten als: de aanwezigheid van voldoende voorzieningen zoals scholen, sport- en culturele voorzieningen, zorgorganisaties, buurthuizen, winkels, parkeerfaciliteiten, openbare verlichting, groen en openbaar vervoer en de kwaliteit, functionaliteit en toegankelijkheid hiervan; de woningvoorraad; de algemene kwaliteit van de woonomgeving zodals zoals dat tot uiting komt in onder meer een al dan niet verloederd straatbeeld, de aanwezigheid van speeltoestellen, de onderhoudsstaat van parken en straten en zaken die te maken hebben met het milieu zoals vervuiling, bodemverontreiniging, luchtkwaliteit en geluidsoverlast.
Veiligheid Hier gaat het om aspecten als: de mate van overlast van inbraak, drugsgebruik, vandalisme en verkeer, maar ook het gevoel van veiligheid; de mate waarin de overheid de door haar gestelde regels op het gebied van leefbaarheid wel of niet handhaaft. Leefbaarheid heeft een relatie met vrijwel alle gemeentelijke beleidsterreinen en gaat daarmee beduidend verder dan de reikwijdte van de Wmo. Bovendien zijn ook in andere wetten dan de Wmo regels gesteld die gericht zijn op behoud en bevorderen van de leefbaarheid.
Soms zijn in bepaalde wijken gerichte acties of extra impulsen nodig om deze kwaliteit in stand
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
31
te houden. Uitgangspunt is dat de basisvoorzieningen als school, peuterspeelzaal, pinautomaat, TNT-servicepunt, kerk en sportpark in stand worden gehouden. Om dit te kunnen bereiken wordt in sommige gevallen gezocht naar het combineren van diverse noncommerciële en commerciële voorzieningen. Met het bovenstaande in gedachten zijn er onder leiding van de gemeentelijke wijkcoördinatoren Wijkontwikkelingsplannen opgesteld voor 't Gegraaf en Dommelen Noord. Andere buurten zullen dit voorbeeld volgen. Voor Borkel en Schaft is een Integraal DorpsOntwikkelingsPlan opgesteld. Vanuit deze plannen worden diverse gerichte maatregelen gepland. Een flink aantal van die maatregelen is al gerealiseerd. 3.9.3
Woonservicezones
In samenwerking met een aantal aanbieders van voorzieningen in de gebieden wonen, welzijn en zorg is gemeente gestart met een project dat er op is gericht een aantal zogenaamde Woonservicezones te creëren in de gemeente. Inmiddels is deze term vervangen door 'wijken met een accent'. Het doel van woonservicezones is om iedereen de zorg die hij of zij nodig heeft aan te bieden in de eigen zone of leefomgeving en zodanig te plaatsen dat iemand het gemakkelijk kan bereiken. Onderdeel van het concept woonservicezones is verder uitdrukkelijk dat de leefbaarheid in de zone wordt versterkt doordat er een zodanige spreiding van welzijn, zorg en vrijetijdsvoorziening is dat er vanzelf beweging in levendigheid in meerdere delen van de zone ontstaat. In het convenant dat naar aanleiding van de Woonvisie is gesloten in 2004 is de volgende definitie gegeven:
“"De woonservicezone wordt gekenmerkt door een zodanige combinatie van voorzieningen en woonmilieu, dat er een gelijkwaardig alternatief ontstaat voor groepen die nu merendeels intramuraal zijn gehuisvest: verzorgings- en verpleeghuisgeïndiceerde ouderen, verstandelijk en ernstig lichamelijk gehandicapten en kwetsbare chronische psychiatrische cliënten. De combinatie omvat een “"zorgkruispunt”" met enkele kleinere zorgsteunpunten, aanpasbare en aangepaste woningen en een barrièrevrij, sociaal veilig en verkeersveilig woonmilieu. Binnen de woonservicezone vormen genoemde doelgroepen niet de exclusieve populatie, maar een minderheid. De woonservicezone moet ook aantrekkelijk zijn en blijven voor de overige bevolking, in het bijzonder voor doelgroepen die baat hebben bij een verhoogd niveau van dienstverlening in combinatie met een wat beschutte woonomgeving, bijvoorbeeld gezinnen met kinderen en nog vitale ouderen.” ." In eerste instantie staan de pilotgebieden Geenhoven en Hoge Akkers centraal. In multidisciplinaire themagroepen wordt gewerkt aan de definitie van projecten en acties. 3.9.4
Ontmoetingscentra
De gemeente Valkenswaard kent diverse ontmoetingscentra, zoals buurtcentra, tienercentra en jongerencentra. Het streven is deze ontmoetingscentra bij voldoende bezoekers te behouden. Voorbeelden zijn buurthuis ‘D’n Turfberg’'D'n Turfberg', huiskamer ‘’t Pumpke’''t Pumpke', dorpshuis Borkel en Schaft, jongerenontmoetingscentrum Pulse, 10ercentrum Belleman en de Belleman. Voor de wat oudere jeugd (12-18 jaar) is er over het algemeen weinig. Het streven is om meer voorzieningen te treffen voor de oudere jeugd (12-18 jaar). Dergelijke voorzieningen kunnen bijdragen aan het zich thuis voelen in de wijk. De gemeente Valkenswaard acht het wenselijk om in de gemeente waar mogelijk structurele locaties aan te merken als ontmoetingsplaatsen. Dit kunnen zowel informele plekken zijn als formele ontmoetingsplaatsen in iedere doelgroep, voor jongeren ook wel bekend als JOP’sJOP's (jongerenontmoetingsplaatsen). Daarmee kunnen jongeren elkaar ongedwongen en ongeorganiseerd ontmoeten. Er is in Valkenswaard één overdekte JongerenOntmoetingsPlaatsDeze visie zal verder uitgewerkt worden in het accommodatiebeleid.
32 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Naast voorzieningen binnen, zijn er ook buitenspeelvoorzieningen voor de jeugd. Het streven is om de afstand tot de speelvoorzieningen, het soort speelvoorzieningen en de oppervlakte van de speelvoorzieningen aan te laten sluiten bij de richtlijnen van NUSO, de landelijke organisatie voor het speeltuinwerk en jeugdrecreatie.
3.10
Voorzieningen
3.10.1 Onderwijs Valkenswaard kent 3 soorten van onderwijs en opvang: - kinderopvang, buitenschoolse opvang, peuterspeelzaalwerk. - basisonderwijs (regulier en speciaal); - voortgezet onderwijs. Met het toenemen van de arbeidsparticipatie van vrouwen (3% per jaar), neemt ook de behoefte aan met name kinderopvang, en buitenschoolse opvang toe en in mindere mate aan peuterspeelzaalwerk toe. Dit laatste niet vanwege de inhoud, maar vanwege de beperkte tijden. Het streefbeeld van de gemeente is om kinderopvang in de directe woonomgeving van kinderen te situeren en dus ook in iedere kern. Dit geldt dus ook voor de kleinere kern Borkel en Schaft. Dit betekent dat er voldoende ruimte moet zijn voor dergelijke voorzieningen in de wijk(en). Gelet op de verkeersaantrekkende werking kunnen ze, indien aanwezig, goed geclusterd worden bij andere voorzieningen. Voor het basisonderwijs zijn er veel ontwikkelingen. De afgelopen jaren zijn er veel scholen verplaatst en samengevoegd. Daarnaast wil de gemeente meewerken aan opvang buiten de schooltijden. De gemeente wil een versterking van de samenwerking tussen het peuterspeelzaalwerk, kinderopvanginstellingen met daarbij aandacht voor voor- en vroegschoolse educatie en brede school ontwikkeling. Een brede school is een netwerk van onderwijs, welzijn (cultuur, sport, bibliotheek etc) en zorg voor kinderen en hun ouders. Een netwerk bestaande uit de school en andere voorzieningen (zorginstellingen, cultuur, sport en bijvoorbeeld politie), met als doel de actieve deelname van kinderen aan de samenleving te bevorderen, kinderen een goede ‘dagindeling’'dagindeling' te bieden, mogelijke achterstanden van kinderen weg te nemen en hun sociale competentie te vergroten. Brede scholen betreffen lokale ontwikkelingen met en rond scholen, onder regie van de gemeentelijke overheid. Kinderopvang, peuterspeelzaal, sport, cultuur, bibliotheek en andere instellingen kunnen onderdeel van de brede school zijn. Op de huidige schoollocaties zal voldoende ruimte geboden moeten worden voor eventuele uitbreiding van de voorzieningen. De voorzieningen kunnen door hun centrale ligging in de wijk ook prima functioneren voor andere activiteiten en doelgroepen. Door de ontgroening zullen er minder leerlingen toestromen en kunnen leegkomende leslokalen gebruikt gaan worden door andere (samenwerkende) instellingen. De scholengemeenschap Were Di is ontstaan uit een fusie van vijf scholen voor voortgezet onderwijs in Valkenswaard. Als erfenis van dit verleden was de scholengemeenschapHet voortgezet onderwijs is nu gevestigd op meerdere locaties verspreid over Valkenswaard. Inmiddels is deze op één locatie gevestigd aan de Merendreef. Door deze ontwikkeling zijn diverse inbreidingsmogelijkheden ontstaan op de achtergebleven locaties (Emmalaan; Waalreseweg; Stokerwei). Op planlocatie Taxandria, aan de Weteringstraat en de Vlasakker heeft de gemeente, in samenwerking met Valkenhof en Woonbedrijf,de ontwikkeling opgepakt van onderwijs- en nieuwbouw van de school en zorgvoorzieningen, met bijbehorende woonvormen.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
33
3.10.2 Sport De gemeente Valkenswaard wil verantwoorde sportdeelname van zoveel mogelijk inwoners van Valkenswaard. De georganiseerde sport zal gestimuleerd worden door onder andere de basisvoorzieningen te waarborgen. Voor de ongeorganiseerde sport wil de gemeente bijdragen aan voorzieningen en activiteiten. De meeste sportvoorzieningen zijn gelegen op Sportpark Den Dries: een zwembad, atletiekbaan, golftennisbanen, voetbal- en hockeyvelden enzovoort. Ook Dommelen en Borkel en Schaft hebben een sportpark, maar deze voorzieningen zijn minder compleet. De voorzieningen op sportpark Den Dries zijn bovenwijkse voorzieningen. Hierdoor kunnen de voorzieningen als velden en gymzalen in de wijk zich volledig richten op de doelgroep in de wijk. Deze wijkvoorzieningen kunnen nog intensiever worden gebruikt onder andere door de diverse scholen. Om een optimaal aanbod van accommodaties te kunnen blijven bieden wordt onderzocht hoe de voorzieningen op Sportpark Den Dries kunnen worden ingepast. Op de velden is er veelal al sprake van meervoudig ruimtegebruik. Gelet op de beperkte natuurwaarde aan de noordzijde van het sportpark, zouden er wellicht mogelijkheden gevonden kunnen worden in uitbreiding aan de noordzijde. Ook zijn er wellicht mogelijkheden om de voorzieningen aan Den Dries met de Were-di locatie aan de Merendreef meer te integreren. Vooralsnog wordt er echter uitgegaan van intensivering van het huidige gebruik. Er zal dus ruimte gezocht moeten worden door intensivering van het sportpark Den Dries. 3.10.3 Detailhandel De detailhandelsstructuur in de gemeente Valkenswaard bestaat uit vier winkelgebieden: het Kernwinkelgebied, Het Gegraaf, De Belleman (in Dommelen) en de Willibrorduslaan. Het winkelcentrum ‘Het Gegraaf’, ‘De Belleman’'Het Gegraaf', 'De Belleman' en ‘De Willibrorduslaan’'De Willibrorduslaan' kennen voornamelijk een functie voor de dagelijkse boodschappen. Het kernwinkelgebied van Valkenswaard kent naast zijn belangrijke boodschappenfunctie ook een recreatieve functie en is ook in de toekomst het belangrijkste winkelgebied in de gemeente. Ook regionaal speelt het kernwinkelgebied een grote rol. Nieuwe winkelontwikkelingen in het centrum dienen zoveel mogelijk bij te dragen aan de versterking van deze winkelstructuur. Uitbreiding van winkelmeters buiten het centrum moet zoveel mogelijk worden voorkomen. Uitzondering hierop vormen de winkels in de perifere detailhandelsvestiging-branches waarvan vestiging in het centrum vanwege de aard en omvang van de artikelen die worden verkocht, niet mogelijk is. Het in stand houden van deze vier winkelgebieden wordt als waardevol geacht. Naast deze vier winkelcentra heeft Valkenswaard op meerdere plekken zelfstandige winkelvoorzieningen. Voorbeelden hiervan zijn de Leenderweg en de Bergstraat. Dit zijn de oude linten waartij tot op zekere hoogte functiemenging gewenst is.
34 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
3.12 11
Economie
3.11.1 Industrie De industrie in Valkenswaard kent een lange historie. Een van de oudste bedrijven is de Dommelsche bierbrouwerij. Belangrijke producten waren verder sigaren en zijn metaalproducten (van beschuitbus tot autobus). De sigarenindustrie bleek naNa de tweede wereldoorlog erg gevoelig te zijn en verdwenen veel sigarenfabrieken verdwenenvanwege de dure grondstoffen en de toenemende mate van populariteit van de sigaret. Momenteel vinden nog op beperkte schaal activiteiten plaats op het gebied van de sigarenindustrie. Inmiddels hebben zich bedrijven uit alle mogelijkediverse sectoren in Valkenswaard gevestigd. Vakmanschap was lang belangrijk, de kenniseconomie heeft de laatste tijd een sterke opmars gemaakt en groeit nog steeds. Er is altijd een gezonde link geweest tussen onderwijs en werkgevers, wat voor beiden een stimulans betekende. Helaas voelt een aantal bedrijven zich ertoe gedwongen om hun productie en distributie te verplaatsen naar vooral Oost-Europa. Dit kan gebeuren om puur financiële redenen, vanwege de lagere lonen elders. Maar ook andere argumenten kunnen spelen, bijvoorbeeld bij de verhuizingen naar o.a. Lommel in België. België heeft meer beschikbare ruimte tegen een lagere grondprijs dan in Valkenswaard. Daarnaast speelt in Valkenswaard de beperkte uitbreidingsruimte en de bereikbaarheidsproblematiek. Bij bedrijventerreinen ligt de nadruk op intensief en zuinig ruimtegebruik. Zuinig ruimtegebruik betekent in de eerste plaatst dat de ruimte op bestaande bedrijventerreinen beter wordt benut, waarbij wij sterk inzettenwordt ingezet op herstructurering van (verouderde) bedrijventerreinen. Daarnaast is het van groot belang dat door intensivering en meervoudig ruimtegebruik de ruimteproductiviteit en de ruimtelijke kwaliteit worden verhoogd. Onder meervoudig ruimtegebruik wordt verstaan dat hetzelfde gebouw, meerdere functies kan hebben. Er is geen strakke scheiding tussen de diverse functies. Dat geldt zowel voor bestaande, te herstructureren als voor nieuwe bedrijventerreinen. Ook kan gedacht worden aan is het mogelijk om de ruimte beter te benutten door bijvoorbeeld een deel onder de grond te bouwen. Dit geldt ook voor binnenstedelijke gebieden die niet voor wonen geschikt zijn, maar waar wel bedrijvigheid gevestigd kan worden. De gemeente zal er op toezien dat deze aspecten van zuinig ruimtegebruik uitdrukkelijk aan bod komen in de plannen voor te (her)ontwikkelen bedrijventerreinen. Verhoging van de ruimteproductiviteit is onder meer mogelijk door ondergrondse of inpandige parkeervoorzieningen aan te leggen, hoger te bouwen en restruimte terug te dringen of te voorkomen. Invoering van parkmanagement biedt eveneens interessante mogelijkheden om het ruimtebeslag te beperken. Onder parkmanagement wordt verstaan het proces dat betrekking heeft op de inrichting en het beheer van zowel de bebouwde als de onbebouwde ruimte, en de ontwikkeling en exploitatie van zowel individuele als collectieve voorzieningen en diensten op bedrijfslocaties. Het uiteindelijke doel is een hoger kwaliteitsniveau van zowel de publieke als private ruimte. Binnen de gemeente ligt een aantal bedrijventerreinen: Schaapsloop 1 en 2, Den Dries, Van Linschotenstraat en Goudenrijderhof.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
35
De bedrijventerreinen Schaapsloop 1 en 2 zijn de grootste van de gemeente. Schaapsloop 1 en 2 vertegenwoordigen circa 41% van de werkgelegenheid in Valkenswaard. Ze zijn te karakteriseren als een gemengd terrein met een bovenlokaal karakter, waar de sectoren metaalproducten- en machine-industrie, transportmiddelen en bouwnijverheid domineren. Schaapsloop 1 is het oudste terrein. Middenin ligt een beschermd natuurgebied, het Schaapsloopven. Schaapsloop 2 is een uitbreiding van recenter datum, de laatste kavel is onlangs verkocht. Er zijn nog enkele braakliggende kavels in handen van projectontwikkelaars. Voor Schaapsloop 1 staat een revitalisering/herstructurering op stapel. De visie voor deze revitalisering wordt uitgewerkt in het Masterplan Schaapsloop I. De verkeersstructuur is verouderd, er zijn problemen met parkeren, de verkeersveiligheid laat te wensen over en er zijn geen voorzieningen voor vrachtwagens om te parkeren op het bedrijventerrein. De verkeerssituatie wordt als eerste aangepakt (zie ‘infrastructuur’'infrastructuur'). Bedrijventerrein Den Dries is een recent ontwikkeld en kleinschalig bedrijventerrein met een groene uitstraling. Het is met name ingevuld met kantoorachtige bedrijvigheid en bedrijven uit de (para-) medische sector. Diverse bedrijven hebben ook een bedrijfswoning op hun terrein. Bij de ontwikkeling stond een parkachtige uitstraling centraal, die nog steeds wordt gekoesterd. Bedrijventerrein Van Linschotenstraat is een klein bedrijventerrein in de zuidwesthoek van Valkenswaard waar uiteenlopende bedrijven zijn gevestigd, waaronder grootschalige detailhandel. Op bedrijventerrein Goudenrijderhof/Dommelen neemt de brouwerij het grootste deel van het oppervlak voor haar rekening. Ten noorden van de brouwerij aan de Goudenrijderhof zijn allerlei relatief kleine bedrijven gevestigd. Er is geregeld vraag naar een kavel op een bedrijventerrein. Voor de laatste kavel op Schaapsloop heeft de gemeente ongeveer 200 bedrijven aangeschreven. Hiervan hebben circa 60 bedrijven gereageerd die daadwerkelijk belangstelling hadden voor deze kavel. De gemeente beschikt over een bestand van bedrijven die geïnteresseerd zijn in bedrijfsgrond. Doorverwijzing naar de makelaars geeft vaak geen oplossing omdat de vraagprijs op de bestaande bedrijventerreinen dermate hoog is, zodat de investering voor een bedrijf als te hoog wordt ervaren. Kiezen voor werk in de gemeente is kiezen voor vestiging- en uitbreidingsmogelijkheden voor het bedrijfsleven. Hierbij moet rekening worden gehouden met het groeipotentieel van het reeds gevestigde bedrijfsleven, als belangrijke generator van mogelijke werkgelegenheid. Daarnaast leidt instroom van nieuwe bedrijven tot groei van het aantal arbeidsplaatsen. Dit impliceert dat naast het ontwikkelingsperspectief voor uitbreiding ook de kwaliteit van bestaande bedrijvenlocaties aandacht vraagt. De strategie van de gemeente kenmerkt zich dan ook door een combinatie van kwaliteitsverbetering van bestaande bedrijventerreinen en ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen. Hierbij wordt de bestaande opbouw van type bedrijvigheid gerespecteerd. Valkenswaard dient te zorgen voor een voldoende en gevarieerd aanbod aan bedrijventerreinen, bestemd voor het lokale bedrijfsleven. Een in de toekomst mogelijk geschikte locatie voor uitbreiding is de locatie in de ontwikkeling Valkenswaard-Zuid.Lage Heide. De daadwerkelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein Lage Heide is vooralsnog niet aan de orde, omdat primair wordt ingezet op de herstructurering van bedrijventerrein Schaapsloop 1. De inzet is om eerst de kwaliteit van bestaande bedrijventerreinen te verbeteren voor dat nieuwe terreinen ontwikkeld worden. De ontwikkeling van nieuwe terreinen kunnen namelijk de verslechtering van het vestigingsklimaat op verouderde bedrijventerreinen versnellen. Een eventuele ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein lage Heide is pas aan de orde na de herstructurering. 3.11.2 Ondernemerschap
36 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
De gemeente Valkenswaard kent veel startende ondernemers die in of bij hun eigen woning een bedrijf beginnen. De gemeente wil dit zoveel mogelijk stimuleren door binnen de woonbestemming voldoende ruimte te bieden voor een bedrijfberoep aan huis, mits dit niet een onevenredige hinder oplevert. Als de bedrijven te groot dreigen te worden, moeten ze uiteraard verhuizen naar een bedrijventerrein. Voor starters in Valkenswaard bestaan er, naast Bedrijfsverzamelgebouw Delta, eigenlijk geen mogelijkheden. Het nieuwe bedrijventerrein Valkenswaard-Zuid zouLage Heide kan een uitgelezen kans moeten zijn om een aantal bedrijfsverzamelgebouwen neer te zetten met een kantoorachtige uitstraling. 3.11.3 Land- en tuinbouw Ook de land- en tuinbouw vormt een belangrijke economische sector. Hierover staat een en ander beschreven in paragraaf 3.5. 3.11.4 Horeca en winkels Daarnaast blijft Valkenswaard aantrekkelijk voor ondernemers in de horeca, zoals op de Markt en de Statie (Frans van Beststraat). Deze concentratiegebieden van horeca hebben een belangrijke lokale maar zeker ook regionale functie. Valkenswaard is en blijft een toeristische en recreatieve trekker en de gemeente wil dit zoveel mogelijk stimuleren. De openbare ruimte in het kernwinkelgebied is recent volledig heringericht. Deze opknapbeurt was gekoppeld aan de realisatie van twee nieuwe winkelgebouwen aan de koppen van de Corridor. Het geheel heeft het centrum een nieuwe impuls gegeven: er zijn veel nieuwe winkels gekomen en bestaande panden zijn verbouwd. Het kernwinkelgebied is van goede kwaliteit, wordt goed onderhouden en is voorzien van sfeerverlichting en vlaggen en/of andere sfeerverhogende elementen. Het winkelcentrum kent in het streefbeeld een hoge kwaliteit en variatie van aanbod, waarin funshopping een uitdrukkelijke plaats heeft gekregen. Op de Eindhovenseweg is een ander proces gaande. Het zwaartepunt voor winkelpubliek ligt nu meer op de Corridor, wat niet in de laatste plaats wordt veroorzaakt door het slechte luchtkwaliteit op de Eindhovenseweg. Er rijdt teveel (vracht)verkeer door deze straat om er prettig te kunnen winkelen. Als gevolg hiervan is er leegstand. De vraag speelt of deze panden op termijn een andere functie zouden moeten krijgen. Het drukke verkeer vormt ook een barrière tussen de twee delen van het centrum. In het algemeen blijft de bereikbaarheid voor de winkeliers lastig in Valkenswaard. Om de economie in Valkenswaard te blijven stimuleren is het doel van de gemeente de infrastructuur te optimaliseren. Er zal aandacht besteed moeten worden aan een aantrekkelijker centrum. Als de Eindhovenseweg zijn functie voor het doorgaande verkeer verliest, kan de weg anders worden ingericht. Het kan dan een verkeersluwe zone worden, waarbij er bij de nadere uitwerking aandacht zal zijn voor de wijze waarop de Eindhovenseweg gebruikt zal worden door voetgangers en (brom)fietsers. 3.11.5 Brainport
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
37
Zuid-Nederlandoost Brabant wordt in de Nota Ruimte met de term Brainport aangemerkt als één van de belangrijkste economische kernzones van Nederland. Het brandpunt van Brainport ligt in Zuidoost-Brabant. Deze regio geldt als de meest toonaangevende kennis- en innovatieregio van Nederland. Kenmerkend is het hechte netwerk van onderzoeks- en kennisinstellingen, kennisintensieve bedrijven en hoogwaardige maakindustrie. Internationaal wordt samengewerkt aan een toptechnologieregio –- dit maakt de regio in Nederland de meest internationaal georiënteerde na de Randstad. Bedrijfsleven, onderwijs- en kennisinstellingen en de overheid werken nauw samen om deze concurrentiepositie verder te versterken. Daarbij is het ook belangrijk te werken aan een hoogwaardige woon- en werkomgeving en een goede bereikbaarheid. Een van de meest in het oog springende voorbeelden van de ontwikkeling van Brainport is de High Tech Campus in Eindhoven. Het voormalige Philips NatLab-terrein is compleet heringericht en toegankelijk gemaakt om diverse bedrijven met duizenden werkenden onder te brengen. Valkenswaard maakt deel uit van de regio Zuidoost Brabant en dus ook van Brainport. De ligging van Valkenswaard is daarin bijzonder, omdat het precies gelegen is in de driehoek Eindhoven, Aken en Leuven. Als Valkenswaard wil meeprofiteren van de ontwikkelingen rond Brainport, zijn de volgende aandachtspunten belangrijk: Zorg voor een goed woon- en leefklimaat, als factor voor het vestigingsklimaat. Speciale aandacht voor voorzieningen voor (internationale) kenniswerkers; Ruimte voor startende en groeiende (lokale) hoogwaardige bedrijven met een Brainportprofiel inclusief de benodigde randvoorwaarden, zoals bijv. ICT-structuur; het behoud en verbeteren van een kwalitatief goed vestigingsklimaat een aantrekkelijke vestigingslocatie is en blijft voor bedrijven die fungeren als toeleverancier van toptechnologische bedrijven; Bereikbaarheid verbeteren en behouden. Een aantrekkelijke woonomgeving wordt niet alleen bepaald door de inrichting van de (nieuwe) woonwijken zelf, maar ook door de aanwezigheid van voorzieningen, groen en recreatiemogelijkheden. De bedrijven die Valkenswaard in het kader van Brainport zou kunnen trekken zijn kleinere technologische (aanlever-)bedrijven, die relatief arbeidsintensief zijn. Om de bereikbaarheid te verbeteren moeten uiteraard de problemen rond de N69 worden aangepakt. Daarnaast moet ook worden gewerkt aan goede verbindingen met openbaar vervoer en fiets, bijvoorbeeld tussen Valkenswaard, de High Tech Campus en de snelwegen. Het punt van bereikbaarheid is niet alleen voor Valkenswaard een probleem. In Ruimtelijk Programma Brainport regio Eindhoven (RPB) wordt een goede bereikbaarheid als noodzakelijke randvoorwaarde beschouwd. Als er in de regio geen maatregelen worden genomen om de bereikbaarheid te verbeteren, zal de regio forse schade lijden en zal de leefbaarheid sterk afnemen.
3.13 12
Economische verhaalbaarheid
Op gemeentelijk grondgebied kunnen vele soorten (grond)ontwikkelingen plaatsvinden. Een private exploitant streeft per definitie een positief resultaat na; een gemeente hoeft dat niet per definitie. Dit kan bijvoorbeeld naar voren komen bij investeringen in maatschappelijke functies, sociale woningbouw, of simpelweg omdat de private sector niet (voldoende) voorziet in de vraag naar woningen, winkels, bedrijfsgebouwen of andere functies. Om verliesgevende (gemeentelijke) exploitaties toch tot ontwikkeling te kunnen brengen, streeft de gemeente Valkenswaard naar een bovenplanse verevening van de winstgevende ontwikkelingen met de verliesgevende ontwikkelingen. De nieuwe Wet ruimtelijke ordening biedt deze mogelijkheid. Zo staat er in artikel 6.24 Wro (afdeling 6.4 - Grondexploitatie) dat er in een overeenkomst bepalingen opgenomen kunnen worden inzake “"financiële bijdragen […] op basis van een vastgestelde structuurvisie, aan ruimtelijke ontwikkelingen”.".
38 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
In deel B van deze structuurvisie zal daarom een lijst van projecten opgenomen worden, waarbij de gemeente Valkenswaard bovenplanse verevening wenst toe te passen. Op basis van deze lijst kan overleg met de exploitanten van deze projecten plaatsvinden over hun bijdrage aan de verliesgevende (gemeentelijke) projecten uit deze lijst. Daarnaast bestaat de mogelijkheid dat de gemeente investeringen moet doen voor voorzieningen, die één bepaalde (grond)ontwikkeling overstijgen, bijvoorbeeld een wijkontsluitingsweg. Dat betekent dat de kosten voor de aanleg van een dergelijke bovenwijkse voorziening op meerdere projecten dienen te drukken. In de praktijk wordt voor dit soort investeringen vaak een ‘'fonds Bovenwijkse Voorzieningen’Voorzieningen' opgericht. Een bijdrage aan het fonds Bovenwijkse Voorzieningen kan zonder beperkingen worden opgenomen in overeenkomsten met private exploitanten. De wet biedt ook de mogelijkheid om een dergelijke fondsbijdrage op te nemen in een exploitatieplan. Hierbij stelt de Wet ruimtelijke ordening echter enkele aanvullende eisen. Zo is in artikel 6.13, lid b Wro (afdeling 6.4 –Grondexploitatie) te lezen dat “"Bovenplanse kosten […] voor meerdere locaties of gedeeltes daarvan in de exploitatieopzet [kunnen] worden opgenomen in de vorm van een fondsbijdrage, indien er voor deze locaties of gedeeltes daarvan een structuurvisie is vastgesteld welke aanwijzingen geeft over de bestedingen die ten laste van het fonds kunnen komen.”." In deel B van deze structuurvisie zullen bepalingen opgenomen worden over de bestedingen, die ten laste van het fonds Bovenwijkse Voorzieningen zullen komen. Met behulp van de basisbeginselen van profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit zal vervolgens worden aangegeven welke kostendrager (grond(ontwikkeling) of Algemene Dienst) in welke mate bij zal moeten dragen aan deze bestedingen/investeringen.
3.14 13
Conclusie
Hieronder worden schematisch de belangrijkste punten uit de koers weergegeven: Water en bodem -
schoon regenwater infiltreren en kwelgebieden draineren meanderen van waterlopen creëren van voldoende oppervlaktewaterberging realiseren van bergbezinkbassins het watersysteem oostelijk van de Dommel weer herstellen voorkomen van nieuwe bodemverontreinigingen saneren van bestaande verontreinigingen
Natuur - beschermen van bepaalde typen en soorten natuur het watersysteem duurzamer inrichten hydrologisch neutraal ontwikkelen realiseren van bergbezinkbassinswateroverlast tot een maatschappelijk niveau brengen voorkomen van verdroging van natuurgebieden en bestaande zandgronden actief bodembeheer als instrument om sanering en preventie mogelijk te maken bodembeheersplan en bodemkwaliteitskaart opgesteld Natuur en landschap
beschermen en/ of herstel van bepaalde typen en soorten natuur
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
39
verbinden van grote natuurgebieden door ecologische verbindingszones herstel van natte natuurparels het centrum in verbinding brengen met het buitengebied door het openbaar groen
kwaliteit van het landschap verbeteren
Recreatie recreatie en toerisme spelen een belangrijke rol in het toekomstige profiel recreatieve zonering rustige en groene vormen van recreatie en toerisme
Landbouw scheiding van intensieve landbouw en (zeer) kwetsbare natuur- en landschapswaarden; in verwevingsgebieden verweving van landbouw, wonen en natuur verbreding van activiteiten en ondergeschikte nevenactiviteiten
Verkeer aanleg Lage Heideweg en anders inrichten N69 opwaardering van de Europalaan veilige fietsroutes voor scholieren - fietsverbinding naar Eindhoven - mogelijkheden voor (ondergronds en/ of) in meerdere lagen parkeren - bewegwijzering van de parkeerroute fietsverbinding naar Eindhoven sommige parkeerplaatsen kunnen een hogere bezettingsgraad krijgen alternatieve parkeervoorziening in Borkel HOV richting Eindhoven
Wonen huisvesting voor startersdoelgroep jongeren en seniorengezinnen met kinderen toevoegen van grondgebonden woningen en vrije sectorkavels en minder appartementen interesse bouwkavel collectief particulier opdrachtgeverschap herontwikkeling en inbreiding uitbreiding in Valkenswaard ZuidLage Heide, Kromstraat/ Luikerweg, Leenderweg, Hoppenbrouwers en Weegbree
Cultuurhistorie toekomst laten groeien op wortels van het verleden aantal monumenten toenemen
40 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Welzijn en leefbaarheid voorzieningen voor gehandicapten woonservicezones met zorg in de eigen leefomgeving behouden van ontmoetingscentra bij voldoende bezoekers en meer voorzieningen voor oudere jeugd (12-18 jaar) afstand tot speelvoorzieningen conform de richtlijnen op peil houden basisvoorzieningen, bereikbaarheid, veilige woonomgeving en zorg.
Voorzieningen kinderopvang in de directe woonomgeving meewerken aan opvang buiten de schooltijden en eventuele uitbreiding van voorzieningen op de schoollocatie intensivering van sportpark Den Dries voor bovenwijkse voorzieningen gymzalen in de wijk volledig richten op doelgroep in de wijk detailhandel zoveel mogelijk in de vier winkelgebieden, verspreiding voorkomen
Economie revitalisering en herstructurering van bedrijventerrein en nieuwe bedrijventerreinen verkeerssituatie Schaapsloop groeipotentieel van gevestigde bedrijven en instroom van nieuwe bedrijven ruimte bieden aan startende ondernemers inzetten op toerisme en recreatie in het kader van brainport zorgen voor goed woon- en leefklimaat, ruimte voor hoogwaardige bedrijven en bereikbaarheid verbeteren
Economische verhaalbaarheid bovenplanse verevening van winstgevende ontwikkelingen met de verliesgevende ontwikkelingen het bijdragen aan bovenwijkse voorzieningen.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
41
Hoofdstuk 4.
Analyse
In de vorige hoofdstukken is een aantal kenmerken van Valkenswaard gesignaleerd, evenals beleidsvoornemens, ambities en wensen. In dit hoofdstuk nemen we een voorschot op de visie, door de meest beeldbepalende en belangrijke kenmerken te benoemen in een sterkte, zwakte, kansen en bedreigingen analyse.
4.1
Zwakte en bedreigingen
Het verkeer is een zwak punt voor de kern Valkenswaard. Het verkeer rijdt door het centrum. De maximale capaciteit van de wegen is bereikt. De doorstroming is vaak slecht en alternatieve routes zijn niet beschikbaar. De inwoners uit Dommelen en Borkel en Schaft moeten bovendien voor de meeste bestemmingen ten zuiden en oosten van Valkenswaard, door de kern van Valkenswaard rijden. Het vele verkeer in het centrum heeft een negatieve invloed op de omgeving, de winkels en bedrijven in het centrum en de daarbij behorende bereikbaarheid van deze voorzieningen. Daarnaast kent de gemeente beperkte parkeergelegenheden. Het vinden van een geschikte locatie voor parkeren is een lastig vraagstuk gezien de hoeveelheid plaatsen en het ruimtebeslag. Het winkelgebied van Valkenswaard kent steeds meer winkels die zijn aangesloten bij grotere ketens. Als enkele grotere ketens wegtrekken, dan daalt het voorzieningenniveua aanzienlijk. Dit is een landelijke trend die ook in Valkenswaard zichtbaar is. Het dorpse karakter kan hierdoor, in combinatie met de vele appartementen en de introverte woonbuurten, verloren gaan. Het ontwikkelen van nieuwe woningen om zo ook nieuwe kwaliteit aan de bestaande woningen toe te voegen, kan soms op gespannen voet staan met de omvang van het openbaar gebied. Het weinige nieuwe groen in nieuwe ontwikkelingen kan een bedreiging voor de gemeente zijn.
42 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Zwakte
Bedreigingen Voorzieningen - - laag voorzieningenniveau in Borkel en - recreatieve druk op het groen Schaft - balans grote ketens ipv Valkenswaardse winkels - leegstand winkels en bedrijventerrein grote ketens ipv Valkenswaardse winkels Wonen - weinig uitbreidingsmogelijkheden - - veel appartementen, hoogbouw - - dure woningen - verlies dorpse karakter - bebouwingstructuur centrum Valkenswaard - introverte woonbuurten - kwaliteit woningvoorraad - leefbaarheid - leefgebied kleine kernen
- beperkte uitbreidingsmogelijkheden - weinig betaalbare woningen (voor nieuwe werknemers)
-
- voorbereidingstijd nieuwbouw Werken - - huisvesting bedrijven naar Lommel
- ontwikkelingsmogelijkheden landbouw - beperkte ontwikkelingsmogelijkheden door regelgeving - geen industriegrond Verkeer - verkeersaansluiting N69 –- bereikbaarheid - - parkeren: hoeveelheid plaatsen en ruimtebeslag - beperkte bereikbaarheid Borkel - bereikbaarheid winkels en bedrijven in - ontsluiting Dommelen centrum en kernen
- beperkte parkeergelegenheden Groen - slipvervuiling in de Dommel - - weinig nieuw groen in nieuwe - verdroging van de waterafhankelijke natuur ontwikkelingen - aanwezigheid van oude vuilstorten in bos- en natuurgebieden - druk op omvang openbaar gebied
Bovengenoemde bevindingen zijn weergegeven op de volgende kaartenkaart 'SWOT analyse zwakte' en 'SWOT analyse 'bedreigingen'.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
43
4.2
Sterkte en kansen
Valkenswaard kent goede voorzieningen. Het centrum kent een sterke horeca met een goed uitgaansleven, goed geconcentreerde sportvoorzieningen, goede centrale gemeenteoverstijgende winkelvoorzieningen, veel natuur en veel mogelijkheden voor recreatie, waaronder het Eurocircuit. Het in stand houden van deze recreatieve activiteiten en voorzieningen is bovendien mogelijk door de nabijheid van de bungalowpark van Center Parks de Kempervennen en België. Naast deze gemeenteoverstijgende voorzieningen kent Valkenswaard ook nog specifieke voorzieningen voor de desbetreffende wijken zoals sterke schoolvoorzieningen en wijkvoorzieningen. Voor de gemeente bestaat de kans om deze voorzieningen, en dan in het bijzonder de voorzieningen op het gebied van de vrijetijdsindustrie, nader tot ontplooiing te brengen Dit kan in de vorm van uitbreiding van recreatieve voorzieningen of de herinrichtingdanwel het versterken van de functie van de markt. Daarnaast wordt Valkenswaard gekenmerkt door haar cultuurhistorie met oude linten en de groene omgeving. Het versterken van deze groene omgeving, mede door het beter benutten van de groene parken, is hierbij een goede kans. Samen met het in stand houden van de cultuurhistorisch waardevolle elementen kan het dorpse karakter versterkt worden. Een uitbreidingswijkDe uitbreidingswijken welke momenteel in ontwikkeling zijn is Valkenswaard ZuidLage Heide en Dommelkwartier waarbij ruimte is voor woningbouw en wellicht op de lange termijn een nieuw bedrijventerrein. Door revitalisering van bestaande bedrijventerreinen en de komst van dit bedrijventerrein bestaat de mogelijkheid om milieuhinderlijke bedrijven in de woonwijken te verplaatsen en deze op een goede manier te herontwikkelen. Deze woningen zijn met name gericht op de doelgroep starters en senioren. Ook heeft Valkenswaard de mogelijkheid om te kunnen voorzien in de woningbehoefte die er bestaat vanwege de Brainport. De korte afstanden, het hoogwaardig openbaar vervoer en de nabijheid van Eindhoven en België spelen hierbij een belangrijke rol. Deze mogelijkheden kunnen voor een gedeelte ingevuld worden in de inbreidingswijken, maar hiervoor zullen met name mogelijkheden gezocht worden in de uitbreidingswijken.
44 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Sterkte
-
-
Kansen Voorzieningen - sterke horeca en goed uitgaansleven - - groei vrijetijdsindustrie - goede, geconcentreerde - versterken centrum markt sportvoorzieningen - ontwikkeling - goede centrale gemeenteoverstijgende cultuurhistorischcultuurhistorische waardevolle winkelvoorzieningen en wijkvoorzieningen elementen
- nabijheid Kempervennen - Eurocircuit Veel - veel mogelijkheden voor recreatie - Sterke schoolvoorziening - Beschikt - sterke schoolvoorzieningen - beschikt over de meeste voorzieningen - Nabijheid - nabijheid Eindhoven –- relatie België Veel - veel natuur -
- dorps karakter
Wonen - - komst starters- en seniorenwoningen - uitbreidingsmogelijkheden - inbreidingsmogelijkheden
- jonge, innovatieve industrie
- vestigingsplaats voor forenzen in het kader van brainport Werken - - creatieve industrie
-
- diversiteit - oude en nieuwe structuren
- korte afstanden naar centrum en natuur
-
- dorpse, groene omgeving
- cultuurhistorie –- oude linten
- verplaatsen milieuhinderlijke bedrijven Verkeer - - nabijheid Lommel - nieuwe infrastructuur/ versterken bestaande infrastructuur - HOV Groen - - versterken groene omgeving beter - benter benutten groene parken - Natura 2000 - Landart
De bevindingen van bovenstaande analyse zijn weergegeven in de volgende twee afbeeldingen. kaart 'SWOT analyse sterkte' en de kaart 'SWOT analyse kansen'
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
45
Hoofdstuk 5
Visie
Hoe Valkenswaard er in de toekomst uit moet gaan zien is weergegeven in dit hoofdstuk. Dit is het kader waarbinnen alle ruimtelijke ontwikkelingen de komende jaren moeten passen. Deze visie is het resultaat van de analyses uit de vorige hoofdstukken. Op basis van die gegevens is een ruimtelijk-functionele toekomstvisie voor de hele gemeente opgezet. Deze visie wordt gezien als kader voor de ruimtelijke beslissingen op structuurniveau. De visie is duidelijk weergegeven op de kaart. De toelichting hiervan is opgedeeld in 4 paragrafen, namelijk de kernen, de uitbreiding, het verkeer en het buitengebied. Deze onderdelen kennen daar waar relevant nog een nadere uitwerking. De kaarten en dit hoofdstuk zijn nadrukkelijk aan elkaar gekoppeld. Dit hoofdstuk kan beschouwd worden als een uitgeschreven legenda, waarbij per legenda-eenheid staat beschreven waar het element betrekking op heeft en welke ruimtelijke strategie er bij hoort. De directe koppeling tussen kaart en toelichting is wenselijk om de structuurvisie in een later stadium op een eenvoudige manier digitaal raadpleegbaar te maken. De Wro stelt dit als eis bij de opstelling van de gemeentelijke structuurvisies.
5.1
De kernen
Voordat de drie kernen afzonderlijk worden besproken zal eerst een algemeen beeld gegeven worden van Valkenswaard. De belangrijkste bevindingen van deze paragraaf is weergegeven op de kaart ‘De Kernen’'De Kernen'. 5.1.1
Algemeen
Inbreiding Het algemene uitgangspunt bij eventuele nieuwe inbreidingsmogelijkheden is dat de ontwikkeling dient aan te sluiten bij de bestaande omgeving. De ‘gewone’'gewone' woongebieden zijn niet gebaat bij veel hoogbouw, omdat dit de leefbaarheid van de buurten niet bevordert. De anonimiteit, fysieke inbreuk op de leefomgeving en de parkeer- en verkeersoverlast die door hoogbouw kunnen worden veroorzaakt moeten zo veel mogelijk worden voorkomen. Kansen voor de ontwikkelingen worden wel aangegrepen, maar dan bij voorkeur met gebouwen niet hoger dan 3 lagen, omdat dit minder impact heeft en de afstand tussen woning en woonomgeving acceptabel houdt. Gestreefd wordt bij inbreiding in woonwijken naar ‘dorps’'dorps' bouwen. Dit betekent kan invulling krijgen door kleinschalig, diversiteit in de bebouwing en geleidelijke overgangen. Het afwijken van de bebouwingshoogtes in de woonomgeving is alleen mogelijk als dit wordt na een goede ruimtelijke afweging. De hoogte zou bijvoorbeeld gecompenseerd kunnen worden met een ruime groene (openbare) invulling rond het gebouw. Een goed voorbeeld hiervan is de ontwikkeling op het voormalige Willem II complex. Door hier hogere bebouwing toe te passen in de ruime ‘tuin’'tuin' ontstaat er op maaiveldniveau een open beeld. De diverse inbreidingslocaties worden beschreven bij de diverse kernen. Naast de reeds in ontwikkeling zijnde inbreidingslocaties zijn er nog mogelijkheden voor inbreiding op plekken waar nu nog bedrijvigheid is. Bedrijvigheid in de woonomgeving is over het algemeen niet gewenst en het verdient de voorkeur om deze uit te plaatsen. Deze locaties kunnen tot ontwikkeling komen op het moment dat het bedrijf zich elders vestigt of ophoudt te bestaan. Mogelijkheden voor verplaatsing zijn, op de lange termijn, aanwezig door bijvoorbeeld revitalisering van de bestaande bedrijventerreinen of ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein op Valkenswaard ZuidLage Heide. Voor zover deze bedrijven op de rand van een bedrijvencentrum liggen zoals aangegeven op de kaart, dan is het beleid juist bij voorkeur gericht op het behoud van deze bedrijfslocaties.
46 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Ook inbreiding Inbreiding op grotere woonpercelen is wordt over het algemeen een passende invulling mitsterughoudend mee omgegaan. De toevoeging van woningen op grotere percelen in woonwijken heeft over het karakter van algemeen geen toegevoegde waarde voor de straat niet wordt aangetastgemeente Valkenswaard. Gelet op het woningbouwprogramma, moet zorgvuldig de keuze worden gemaakt, waar de nieuwe woningen ingepast worden. De keuze voor inbreiding in woonwijken op grotere percelen ligt dan niet voor de hand. Het behoud van dit karakter verdient extra aandacht bij cultuurhistorisch waardevolle elementen. Het creërenIn zijn algemeenheid kan worden gesteld dat inbreiding door middel van binnenhofjes niet de voorkeur heeft. Mocht een binnenhof is enkel gewenst indienbepaalde ontwikkeling toch wenselijk zijn, dan gaat de voorkeur uit naar een ontwikkeling waarbij het perceel daartoe een voldoende groot oppervlakte heeft en er een open zicht is op het binnenterrein. Een goed voorbeeld hiervan is de ontwikkeling aan de Reisvennestraat 34 (De Rietvink). Uitbreiding aan de randen is, behalve de uitbreidingsgebieden die in deze visie expliciet genoemd staan, vooralsnog niet aan de orde. Dit betekent dat het beleid erop gericht is om de bestaande randen in stand te houden en hierin geen veranderingen aan te brengen. Inbreiding in woonwijken Gebiedsomschrijving Rustige woonwijken met een consequente stedebouwkundige structuur. Beleidslijn Conserveren, inbreiding door verplaatsen bedrijvigheid of intensivering grotere woonpercelen.. Met inbreiding op grotere woningbouwpercelen wordt zorgvuldig omgegaan. Ontwikkelingen in woonwijken liggen met name in projecten uit ‘leefomgevingsgericht werken’. 'leefomgevingsgericht werken'. Functies Primair woonfunctie. Kader bij nieuwbouw Aansluiten bij omliggende structuur, ‘dorps’'dorps' bouwen. Bebouwingswijze MetBij voorkeur met name grondgebonden woningbouwwoningen, gestapelde bouw mogelijk bij een gelijkluidende architectuur t.o.v. grondgebonden woningen. Hoogte In principe laagbouw, bij voorkeur maximaal 3 lagen. Prioriteit Neenee, geen meerwaarde op structureel niveau. Linten De gemeente Valkenswaard kent diverse kernen en de daarbij behorende wijken en voorzieningen. Kenmerkend element binnen deze kernen zijn over het algemeen de linten. De linten zijn belangrijke structuurdragers voor de kernen. Naast de linten welke een belangrijke ontsluitingsfunctie kennen, zijn er ook linten die het ‘gezicht’'gezicht' bepalen voor de gemeente. Juist aan deze linten is het van groot belang om geen ad hoc beslissingen over ontwikkeling te nemen, maar in een groter geheel te bekijken welke ontwikkeling wordt nagestreefd. De structuurvisie is hiervoor een goed instrument. Het welstandsbeleid in deze linten is erop gericht de oorspronkelijke diversiteit in de bebouwing te handhaven met de mogelijkheid om binnen de bestaande context (in relatie met de omgeving) gericht nieuwe elementen toe te voegen, rekening houdend met mogelijke accenten op stedenbouwkundig geëigende locaties. Een versnipperd beeld dient daarbij vermeden te worden door bijvoorbeeld: het versterken van de rooilijn, het vergroten van de samenhang door rustig en evenwichtig materiaal- en kleurgebruik en door vermijding van felle contrasten. Tevens dient zoveel mogelijk voorkomen te worden, dat door de nieuwbouw deze linten een aaneengesloten front worden en de lint een steeg wordt. Aandacht aan bijvoorbeeld de rooilijn en de hoogte is hierbij van groot belang.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
47
Centrumlint Gebiedsomschrijving Beleidslijn Functies Kader bij nieuwbouw
Bebouwingswijze Hoogte Prioriteit herontwikkeling Gemengd lint Gebiedsomschrijving Beleidslijn Functies Kader bij nieuwbouw Bebouwingswijze Hoogte Prioriteit herontwikkeling
Woonlint Gebiedsomschrijving Beleidslijn Functies Kader bij nieuwbouw Bebouwingswijze Hoogte Prioriteit herontwikkeling
Geïntensiveerde linten in het centrumgebied. Onderdeel van het centrum met een sterke functiemenging. Intensiveren. Centrumvoorzieningen met opopo de verdieping wonen. ClusteringConcentratie en stapeling zijn mogelijk. Nieuwenieuwe functies kunnen worden toegevoegd indien inpasbaar: ruimtelijk, parkeren. Hoeft niet grondgebonden te zijn. Aansluiten op de omgeving. Ja, als inbreiding vanvan het lint samengaat met herinvulling van het achterterrein of een aanmerkelijke verbetering in de lintstructuur.
Geïntensiveerde linten met lichte functiemenging. Conserveren, maar intensiveren waar mogelijk. Woonfuncties met mogelijkheden/ combinatie voor voorzieningen en in de woonomgeving passende bedrijvigheid op de begane grond. ClusteringConcentratie en stapeling zijn afweegbaar. Nieuwe functies kunnen worden toegevoegd indien inpasbaar: ruimtelijk, parkeren. In hoofdzaak grondgebonden, in enkele gevallen is gestapelde bouw afweegbaar. Aansluitend op omgeving;: grondgebonden eventueel in drie lagen. In gevallen waarbij inbreiding van het lint samengaat met herinrichting van het achterterrein, of een aanmerkelijke verbetering in de lintstructuur.
Herkenbare historische linten met hoofdzakelijk woonfunctie. Conserveren. Woonfuncties. Nieuwe invulling gelegen aan het lint en georiënteerd op het lint. Grondgebonden. Aansluitend op de omgeving. Als nieuwe invulling een aanmerkelijke verbetering in de lintstructuur betekent.
Cultuurhistorie Valkenswaard heeft zowel kenmerken van een dorp en door toenemende ontwikkelingen steeds meer stedelijke kenmerken gekregen. Het behoud van de cultuurhistorische verweving en kleinschaligheid wordt in principe gerespecteerd. Het is echter gewenst om in Valkenswaard ook ruimte te bieden voor toekomstige ontwikkelingen en Valkenswaard ‘dynamisch’'dynamisch' te houden. De cultuurhistorische waardenkaart, waarop de cultuurhistorische waarden van bovenlokaal belang zijn aangegeven, is daarbij een bruikbaar instrument. Als criteria voor opname van waarden op de cultuurhistorische waardenkaart zijn gebruikt de wetenschappelijke en/ of cultuurhistorische betekenis, schoonheid en ouderdom. De cultuurhistorische waardenkaart is opgebouwd uit verschillende kaartlagen die elk een thema in beeld brengen, te weten: historische bouwkunst, historische stedenbouw, historische geografie, historisch groen en, historische zichtrelaties, archeologische monumenten, indicatieve archeologische waarden. Ook groen speelt een belangrijke rol bij de beleving en herkenbaarheid van de historische onderdelen binnen de kern. Voor de plekken op de kaart aangewezen als cultuurhistorisch waardevolle gebieden wordt het instandin stand houden van de cultuurhistorisch waardevolle kwaliteiten echter belangrijker geacht dan de nieuwe 48 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
ontwikkelingen. Bij een ontwikkeling in deze gebieden zal dan ook overleg moeten zijn van de monumentencommissie. Hierdoor kan er vroeg in het proces worden bekeken of een ontwikkeling mogelijk is en zo ja op welke wijze. Cultuurhistorisch waardevol Gebiedsomschrijving Oude bebouwingsstructuur met individuele bebouwing. Vaak in de aanwezigheid met monumenten en cultuurhistorisch waardevolle elementen. Beleidslijn Conserveren, inbreiding van grotere woonpercelen enkel mitsmitst het karakter van de straat niet wordt aangetast. Functies Primair woonfunctie, met mogelijkheid voor voorzieningen en in de woonomgeving passende bedrijvigheid. Kader bij nieuwbouw Bouwen of vervangen mag als recht wordt gedaan aan de cultuurhistorisch waardevolle elementen en/ of deze worden versterkt. Bebouwingswijze In principe alleen grondgebonden; conform de bestaande structuur. Hoogte Aansluitend op de omgeving. Prioriteit Nee, enkel als het ten goede komt aan de cultuurhistorische waarde. n. Voorzieningen Voor de voorzieningen (winkels, sport etcetera) geldt dat per kern een verschillend niveau wordt vereist, afhankelijk van de grootte. In totaal wil Valkenswaard een complete gemeente zijn met alle voorzieningen die zijn vereist om niet alleen een aantrekkelijke woon- en werkgemeente te zijn maar ook een regionale functie uit te oefenen. Dit is nu al het geval op bijvoorbeeld het gebied van winkels, horeca en sport. Die regionale functie betekent een groter verzorgingsgebied en grootschaliger voorzieningen. De aanwezigheid van deze voorzieningen kan de komst van andere voorzieningen versnellen, bijvoorbeeld op het gebied van winkels, gezondheidszorg en recreatie. Centraal hierbij staat wel een uitstekende bereikbaarheid per auto (inclusief parkeren) en openbaar vervoer. Ook op kleinere schaal moeten er voldoende voorzieningen zijn. Denk hierbij bijvoorbeeld aan voldoende speel- en ontmoetingsvoorzieningen. Bij de grotere inbreidingslocaties en de uitbreidingslocaties moetzou hier ruimte voor gereserveerd moeten worden. Hetzelfde vraagpunt speelt voorEen ander voorbeeld: de bloemencorsowagenopbouwlocaties. Elke tweede zondag in de maand september wordt in Valkenswaard het traditionele bloemencorso gehouden. Aan de tocht van praalwagens door het centrum van het dorp gaat een opbouwfase vooraf. Het opbouwen van de corsowagens vindt gebruikelijk plaats in de buurt die zich verantwoordelijk stelt voor zijn creatie en deelname in de optocht. Gedurende een periode van 2 tot 3 maanden voorafgaande aan de tweede zondag van de maand september worden de wagens opgebouwd in tenten, die op de openbare weg, groenstrook of gebied staan. Gelet op het beleid van inbreiding, komen ook deze locaties vaak onder druk te staan. Het behoud van deze locaties is van groot belang. Voor bepaalde voorzieningen is het moeilijk een goede locatie te vinden binnen de bestaande structuren en bestemmingen. Voorbeelden daarvan zijn sportscholen, kinderopvang en kantoren. Voor de eerste twee geldt als voornaamste reden dat ze zo moeilijk een goede locatie kunnen vinden, omdat ze hinder opleveren voor de omgeving in de vorm van geluid en autobewegingen. Bij kantoren geldt voornamelijk dat er weinig locaties voor handen zijn met voldoende ruimte voor (eigen) parkeervoorzieningen. Om ook deze voorzieningen in de toekomst op een goede plek onder te kunnen brengen, is het van belang om hier in nieuwe bestemmingsplannen, zowel in het kader van de actualisering van bestemmingsplannen als bij inbreidingslocaties, rekening mee te houden. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door er ruimte voor aan te wijzen of door meer flexibiliteit aan te Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
49
brengen in de planregels. Groen Het groen in de bebouwde kom heeft een ecologische, functionele of sierwaarde in de buurt. Afhankelijk van de functie van het groen, is een meer of minder diverse invulling met kruiden, struiken en bomen mogelijk. Het behoud van structureel groen zoals in parken of in laanbeplanting en het behoud van waardevolle bomen is een minimale vereiste. Bij aanpassing in de verkeersstructuur of bij een ruimtelijke ontwikkeling moet dit structureel groen zoveel als mogelijk gehandhaafd blijven. Daarnaast bestaat er bijvoorbeeld de mogelijkheid om de groenstructuur te versterken, door het versterken van de boombeplanting. Hiertoe dienen tijdig de vereiste maatregelen te worden getroffen: aanvulling en verjonging. Hierbij wordt gestreefd naar eenheid. Op de kaart is aangegeven waar het versterken van de boombeplanting wordt nagestreefd. Bij ontwikkelingen in de kern is het niet altijd mogelijk al het bestaande groen te handhaven. Met name bij inbreidingslocaties kan bestaand groen verloren gaan. Een dergelijke ontwikkeling is in zo’nzo'n geval onvermijdelijk om ruimte te bieden aan de stedelijke ontwikkelingen. In twee gevallen zou het behoud van het groen echter waardevoller moeten zijn dan de stedelijke ontwikkeling. Zo wordt het behoud van waardevolle bomen met een lange levensduur zoveel als mogelijk voorgestaan. Ook streeft de gemeente het instandhouden van de bestaande groenstructuren (wiggen) na. Het behoud van deze groene wiggen is zeer waardevol omdat dit de woonkwaliteit van Valkenswaard ten goede komt. In de groene wiggen is een zekere verstening door woningbouw of infrastructuur alleenbijvoorbeeld mogelijk als hieraan een duidelijke kwaliteitsverbetering van het groen wordt gekoppeld en het totale beeld van de groene wig behouden blijft. Bedrijven De bedrijventerreinen van de gemeente zijn eigenlijk allemaal redelijk tot goed bezet. Er is in ieder geval niet veel ruimte over voor groeiende of nieuwe bedrijven. Gelet op het aspect zuinig ruimtegebruik zal er altijd gezocht worden naar ruimte voor inbreiding, herstructurering en intensief meervoudig gebruik van de ruimte. Er bestaat bij regionale ondernemers een behoorlijke vraag naar nieuwe, duurzame terreinen. Valkenswaard kan ondernemers nu geen adequate bedrijfsruimte bieden. Deze behoefte is voor een deel het gevolg van de grote economische potentie van de regio, waardoor bestaande bedrijven groeien en nieuwe bedrijven worden aangetrokken en de wens om hinderlijke bedrijven in bestaande (woon)kernen te kunnen verplaatsen. In de ontwikkeling van het gebied Valkenswaard ZuidLage Heide (zie ook “"De uitbreiding”)") is daarom, voor de langere termijn de mogelijkheid van een bedrijventerrein opgenomen. Daarnaast zullen de mogelijkheden voor revitalisering van bestaande bedrijventerreinen goed onderzocht moeten worden.Daaraan voorafgaand wordt echter eerst ingezet op de herstructurering van Schaapsloop 1. 5.1.2
Valkenswaard
Valkenswaard is opgebouwd uit 8 wijken, te weten het Centrum, Geenhoven, Turfberg noord en zuid, Hoge akkers, Kerkakkers, het Gegraaf en tot slot Schaapsloop waar met name bedrijvigheid is gevestigd. Valkenswaard is ten opzichte van Dommelen en Borkel en Schaft de meest stedelijke kern. Dit betekent dat er meer mogelijkheden zijn voor nieuwe ontwikkelingen, vooral in het centrum en aan de randen van het centrum. Dit uit zich ook in de ligging van de inbreidingslocaties die momenteel in ontwikkeling zijn. De invulling kanzou hier ook van een meer stedelijk karakter kunnen zijn ten opzichte van ontwikkelingen in Dommelen en Borkel en Schaft.
50 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Inbreiding In de kern Valkenswaard zijn diverse inbreidingsprojecten. Realisatie van deze inbreidingsprojecten heeft vanwege het aspect zuinig ruimtegebruik hoge prioriteit. De Zuidelijke randweg wordt gezien als de definitieve begrenzing van de bebouwde kom van de kern van Valkenswaard. Ook bedrijventerrein Schaapsloop heeft zijn zuidelijke grens bereikt. Van de vier uitbreidingslocaties liggen er drie aan de randen van de kern Valkenswaard (zie: De Uitbreiding). Linten De centrumlinten Eindhovenseweg, Luikerweg en Leenderweg/Waalreseweg hebben allen te lijden onder de grote verkeersdruk. Als deze druk verminderd wordt, kanzou de inrichting van deze linten kunnen worden aangepast en meer worden gericht op de verblijfskwaliteit van een centrum. Ook de gemengde linten kennen een grote verkeersdruk. Ook hier kan de verblijfskwaliteit verbeteren en moet duidelijk voelbaar zijn dat het een overgangsgebied is naar woonlinten. Dit betekent bijvoorbeeld dat de ontwikkelingsmogelijkheden kleiner zijn dan aan een centrumlint. Aan de woonlinten staat bescherming van de woonfunctie centraal in de context van de cultuurhistorie. Uiteindelijk mag hier de laagste druk worden gevoeld van verkeer en voorzieningen. Cultuurhistorie Het gebied Zeelberg, gelegen net buiten de kern Valkenswaard, vormt een cultuurhistorisch waardevol gebied dat bestaat uit een oud cluster van boerderijen geschikt aan een lintstructuur en rond een driehoekige (open) ruimte. De totale opbouw van het gebied is nog zeer authentiek landelijk. Het is gewenst dit karakter zoveel als mogelijk te behouden. Bij een toeristische ontwikkeling in dit gebied, zal er altijdzoveel als mogelijk aansluiting moeten zijn met deze cultuurhistorische waarden. Daarnaast bevat het centrum van Valkenswaard enkele cultuurhistorische panden, die zoveel als mogelijk behouden moeten blijven. Groen De parken in Valkenswaard moeten hoe dan ook zoveel als mogelijk behouden blijven. Verder is er een aantal groene wiggen dat in ieder gevalzoveel als mogelijk behouden en in sommige gevallen versterkt moetkunnen worden. Dit zijn bijvoorbeeld: Groene wig locatie Merendreef, waarbij de nadruk ligt op het behoud van de groene elementen; Groene wig locatie Waalreseweg. Deze groene wig kan versterkt worden in combinatie met woningbouw door het aansluiten van de begraafplaats op de parkstructuur, waardoor er een groene verbinding ontstaat van centrum tot Dommeldal; Groen parknatuurgebied en groene dooradering opnaar bedrijventerrein De Schaapsloop, hierbij. Voor de omgeving van het Schaapsloopven ligt de nadruk ook op het behoud van de groene elementen. Bij de groene dooradering is gelet op de huidige grootte het mogelijk om een zone tot industriegebied te bestemmen, waarbij het open houden van de groene verbinding in stand blijft. Het buitengebied staat hier in open contact met het centrum. Voorzieningen Valkenswaard heeft met het kernwinkelgebied niet alleen een functie voor de kernen van de gemeente maar ook voor de gehele regio. Hetzelfde geldt voor de horeca. Dit heeft tot gevolg dat er hoge eisen worden gesteld aan het aanbod en de inrichting. InAls voorbeeld: in het kernwinkelgebied en de Statie (Frans van Beststraat) is de openbare ruimte recent volledig up Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
51
tot date gemaakt, maar in de omgeving van de Markt en de Luikerweg moet deze slag nog worden gemaakt. De mogelijkheden en de kwaliteit die kan worden behaald is vervolgens weer sterk afhankelijk van de functie van de doorgaande wegen. Pas als de doorgaande functie vervalt, kan een goede verblijfskwaliteit worden bereikt. Ook de verplaatsing van (grotendeels) het parkeren kan bijdragen aan de verblijfskwaliteit. Eén van de zaken die in Valkenswaard altijd hoog op de agenda staan is sport. De concentratie van sportvoorzieningen ligt op het grootste sportpark van de gemeente, Den Dries. In de wijken blijven kleinschalige voorzieningen aanwezig vooral in de vorm van gymzalen. Een voorbeeld van sportvoorzieningen: sportpark Den Dries. Sportpark Den Dries is een groen opgezet park aan de bosrand met diverse sportvoorzieningen. Het terrein is onderwerp van studie: er zouden meer sporten een plek moeten kunnen krijgen en het ambitieniveau zou hoger kunnen. Mogelijkheden zijn er wellicht door de sportvoorzieningen aan den Dries te integreren met de voorzieningen aan de schoollocatie Were-di Merendreef. De oplossing hiervoor ligt vooralsnog in intensivering van het sportpark. Wanneer er ruimte gevonden kan worden voor deze voorzieningen, dan kunnen de vrijkomende locaties benut worden voor woningbouw. ‘Lawaaisporten’'Lawaaisporten' zoals motorcross vinden nu hun plek op het Eurocircuit, onderzocht wordt of ook dit naar een ander ambitieniveau kan worden getild, eventueel met de toevoeging van een overdekte hal. Bedrijven Het bedrijventerrein Schaapsloop is volledig uitgegeven. Nog enige ruimtewinst is te behalen met revitalisering/ herstructurering. Dit is onder andere mogelijk door een zone van de groene dooradering naar het Schaapsloopven tot industriegebied te bestemmen waarbij het open houden van de groene verbinding in stand blijft. Er is een gebiedsvisie Schaapsloop opgesteld, belangrijkste speerpunten en eerste actiepunt is verbetering van de verkeersstructuur en het parkeren. Aandachtspunt zijn de kruisende routes van het verkeer en de groene wandel- en fietsroutes: deze moeten met zorgvuldigheid op elkaar worden afgestemd. Bedrijventerrein Den Dries voldoet nog in haar oorspronkelijke idee van groen bedrijvenpark met wonen. Hierbij wordt ook gestreefd naar een hoge beeldkwaliteit. Toekomstige ontwikkelingen moeten zoveel als mogelijk passen in dit idee. Bedrijventerrein Van Linschotenstraat heeft steeds meer een gemengd karakter. De functie voor grootschalige detailhandel wordt hier steeds belangrijker. 5.1.3
Dommelen
Dommelen is opgebouwd uit 6 wijken, te weten Agnetendal, Schepelweijen, Brouwershof, Keersop, Keersopperbeemden en Dommelen. Een deel van deze wijken is ook duidelijk herkenbaar in de straatnamen eindigend op ‘dal’, ‘wei’, ‘hof’'dal', 'wei', 'hof' en ‘beemd’.'beemd'. Het winkelcentrum en sport- en ontmoetingscentrum De Belleman is een centrale voorziening in Dommelen.
De (nieuwe) infrastructuur verdeelt Dommelen in een aantal deelgebieden. Ieder deelgebied vormt één stedenbouwkundig geheel, vooral als gevolg van de fysieke barrières en omdat de functie wonen overheerst. Alleen in de omgeving van de oude dorpskern en bij het industrieterrein is de functionele opbouw gemengd. Zowel de rustige opbouw van de woonbuurten als de gemengde structuur van het oude deel moeten in ontwikkelingen behouden blijven. Inbreiding
52 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Dommelen is voornamelijk sterk gegroeid in de jaren ‘70, ‘'70, '80 en ‘'90. Dommelen kent slechts een beperkt aantal inbreidingslocaties. De bestaande woningvoorraad is vrij eenzijdig met hoofdzakelijk grondgebonden woningen. Een eventuele nieuwbouwontwikkeling zal bij voorkeur juist moeten inspelen op de kleinere huishoudens van 1 à 2 personen. De bouwhoogte is bij voorkeur maximaal 3 woonlagen, waarbij vooralsnog alleen bij de omgeving van de Belleman een hoogteaccent mogelijk is. Omdat Dommelen nog vrij jong is en de voornaamste functie wonen is, zijn mogelijkheden voor inbreiding vrij beperkt. De Als voorbeeld: de bedrijven in Dommelen zijn veelal geclusterdgeconcentreerd nabij de bierbrouwerij. Het behoud van deze bedrijfsvoorzieningen komt ten goede aan de leefbaarheid in Dommelen. Mocht er echter sprake zijn van een bedrijf dat hinder veroorzaakt voor de omwonenden of volledig tussen de woonbebouwing ligt, dan zal (bij bedrijfsbeëindiging) bekeken worden of een andere invulling wenselijk is. Linten In Dommelen is sprake van een woonlint en een gemengd lint. De Bergstraat is een gemengd lint. Naast de ontsluitingsfunctie heeft dit lint veel cultuurhistorisch waardevolle objecten en geeft het een levendige en dorpse indruk door de diverse voorzieningen. Het streven is om de voorzieningen op peil te houden en uit te breiden aan dit lint. Qua bebouwing kenmerkt het lint zich door verspringende bebouwing met grondgebonden woningen in een grote diversiteit. Deze diversiteit is zichtbaar door het type woningen (rijwoningen, twee onder een kapwoningen en vrijstaande woningen), verspringing in de rooilijn en goot- en nokhoogte en een verschil in architectuur. Bij eventuele nieuwe ontwikkelingen aan dit lint zal er aangesloten moeten worden aan deze diversiteit (dorps bouwen). In het verlengde van dit gemengde lint ligt het woonlint Bergstraat/Westerhovenseweg. Ook hier geldt dat zorgvuldig moet worden omgesprongen met de bestaande kwaliteit maar is functiemenging minder op zijn plaats. Cultuurhistorie Naast de linten kent Dommelen nog een aantal parels op het gebied van cultuurhistorie. Het Bijvoorbeeld het gebied Keersop. Dit gebied ligt inmiddels tegen de nieuwbouw van Dommelen aan maar heeft nog duidelijk de opbouw en inrichting van een landelijk gehucht. Het is van groot belang deze cultuurhistorische waarden te behouden. De Enkele andere voorbeelden: de Dommelstraat is eigenlijk een oud lint dat inmiddels is getransformeerd tot een ruime groene woonstraat met zeer gevarieerde en vaak bijzonder authentieke bebouwing. In de omgeving van de kerk en de watermolen en de omgeving van de Mgr. Smetsstraat zijn in het verleden nauwelijks aanpassingen gedaan waardoor dit bijzondere cultuurhistorische gebieden zijn gebleven. Nieuwe ontwikkelingen moeten met grote zorg worden behandeld en zullen duidelijk zoveel als mogelijk een dorps en groen karakter moeten hebben.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
53
Groen De belangrijkste groenstructuren in Dommelen zijn overblijfselen van oude bos- en boomstructuren. Ze zijn een belangrijk onderdeel van de totale stedebouwkundige opbouw van Dommelen en zullen altijdzoveel als mogelijk moeten worden beschermd. Op deze wijze bestaat een netwerk van groene ruimten die als een groene draad de diverse deelgebieden aaneenrijgt. VerderHoewel Dommelen wel groengebieden kent, kent Dommelen geen (wandel)park; bij een eventuele herontwikkeling van het terrein aan de Norbertusdreef en. Bij de herinrichting van het Dommeldal liggen kansen dit te realiseren. Dit betekent dat de bouwmogelijkheden op het terrein aan de Norbertusdreef ondergeschikt zullen zijn aan de groene ontwikkeling. Het Dommeldal zal steeds meer een ‘Dommelpark’'Dommelpark' moeten worden. Voorzieningen De centrale detailhandelvoorzieningen liggen in De Belleman. Het is wenselijk de primaire functie detailhandel te houden en hierbij dusvooralsnog geen wijziging mogelijk te maken naar dienstverlening of kantoren. Aan het gemengd lint Bergstraat zijn diverse voorzieningen, variërend van horeca, detailhandel tot dienstverlening. Het instandhouden en verder uitbreiden van deze voorzieningen is gewenst mits ruimtelijk inpasbaar. Centraal in Dommelen gelegen is het sportparkje aan de Norbertusdreef. Het beleid is momenteel gericht op het behoud van deze tennisvereniging en jeu de boulesvereniging met binnen en buitenaccommodaties op deze locatie. Het is echter niet ondenkbaar dat de tennisvereniging op termijn verplaatst kan worden. Voordat het gebied een andere functie krijgt, zal echter bekeken moeten worden of de locatie ingevuld kan worden met een andere sportfunctie. Indien deze behoefte er niet is, dan is het mogelijk deze locatie in te vullen met voorzieningen die aansluiten op de voorzieningen in De Belleman, eventueel in combinatie met woningbouw. Als ook aan dergelijke voorzieningen geen behoefte is, kan de locatie worden ingevuld met alleen woningbouw. Bij de ruimtelijke invulling zal er aandacht besteed moeten worden aan het behoud van het groene karakter. Daarbij kan meteen worden onderzocht op welke wijze dit groene element beter bereikbaar, toegankelijk en zichtbaar kan worden gemaakt. Voor de sportvoorzieningen ten noorden van Dommelen waar momenteel de voetbalvereniging is gevestigd is het beleid gericht op het instandhouden van deze voorziening. Bedrijven Het huidige bedrijventerrein in Dommelen aan de Goudenrijderhof voldoet. Het streven blijft de bedrijvigheid hier te concentreren. Behoeften kunnen uiteraard veranderen, er moet dus regelmatig worden nagegaan of dit terrein inderdaad nog aan de behoefte kan voldoen, wat betreft de inrichting en de bebouwingsmogelijkheden.
54 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
5.1.4
Borkel en Schaft
Zoals de naam al doet vermoeden bestaat Borkel en Schaft uit twee kernen. Het grootste deel van de bebouwing is gelegen aan het lint de Dorpsstraat. In Borkel is aan deze lintstructuur nog een woonbuurtje toegevoegd. In 2006 is voor Borkel en Schaft een Integraal Dorps OntwikkelingsPlan (IDOP) vastgesteld. Daarin is als missie geformuleerd, van Borkel en Schaft een authentiek en leefbaar plattelandsdorp te maken. Speerpunten zijn: het realiseren van woningen voor starters en senioren op inbreidingslocaties; woningsplitsen voor starters en mantelzorg; communicatie gemeente en ondernemers; uitbreiding activiteiten dorpshuis; ontwikkeling nieuwe economie; slimme combinaties in voorzieningen en verenigingen; behoud beeldkwaliteit.
Inbreiding In Borkel en Schaft zijn de mogelijkheden voor inbreiding zeer beperkt. Enkele voorbeelden zijn er wel. Recent is in Borkel een bescheiden appartementencomplex gebouwd aan de Dorpsstraat. Verder staat de nadere invulling van het hofje aan het Biestven op korte termijn op het programma, in te vullen met vooral woningen voor starters. Kansen zijn gelegen in de verplaatsing van grote bedrijven zoals de houtfabrieken Baken en Smolders. Probleem daarbij is het vinden van een alternatieve huisvesting en het verplaatsen van Hierbij is het wel van belang om een geschikte invulling te vinden voor deze percelen, vanwege het uitgangspunt 'migratiesaldo nul'. Daarnaast is het een probleem om alternatieve huisvesting te vinden. Bovendien kan het een probleem zijn dat de werkgelegenheid wordt verplaatst, die nu juist jonge mensen binnen de kern kan houden. Jonge mensen zorgen veelal voor activiteit in het dorp en voor het in stand houden van de diverse voorzieningen, zeker wanneer deze jonge mensen al van jongs af aan betrokken zijn aan het dorp. Zoals vermeld is in Borkel inmiddels voor het eerst een klein complex met appartementen gebouwd. Om het inwonerbestand op orde te houden zal misschien vaker gekozen moeten worden voor deze wat stedelijke oplossing. Dit is zeker niet op alle plaatsen mogelijk en zal altijd zeer zorgvuldig moeten worden afgewogen. De typische dorpse sfeer mag niet worden aangetast. Daarbij is vaak sprake van een spanningsveld vanuit de economische uitvoerbaarheid. Er zal ook aandacht moeten blijven voor de openbare ruimte, zo dat deze niet verschraalt. Zeker omdat de openbare ruimte juist de bindende factor vormt. Aandacht aan gebiedseigen kenmerken kan verschraling voorkomen. In ieder geval zal is het uitgangspunt dat in Borkel en Schaft niet hoger kunnen zal worden gebouwd dan in twee lagen met een kap. Zoals ook aangegeven in het IDOP is het behoud van het dorpse karakter zeer belangrijk. Linten De Dorpsstraat is een woonlint dat zich door de beide kernen slingert, slechts onderbroken door de Dommel. De invulling in Borkel is duidelijk anders dan in Schaft. In Borkel is het lint stenig van karakter, in Schaft zijn nog vele doorzichten die het karakter veel opener en groener maken. Bij nieuwe ontwikkelingen moet dit verschil zoveel als mogelijk behouden blijven. Cultuurhistorie Borkel en Schaft zijn van oudsher agrarische dorpen tete midden van het buitengebied. De afgelopen decennia zijn de dorpen meer en meer doorontwikkeld tot woondorpen. Schaft heeft nog duidelijk het cultuurhistorische karakter van een lint met doorkijken naar het achtergelegen buitengebied weten te behouden. Borkel is sterker gegroeid en kent ook een kleine inbreidingswijk op het voormalig sportpark. Het is wenselijk de doorkijk naar het buitengebied Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
55
in stand te houden. Dit betekent bij een eventuele verdichting dat hierbij bijvoorbeeld rekening gehouden moet kan worden met deze zichtlijnen. De vrije ligging in het waardevolle buitengebied met hoge ecologische, landschappelijke en cultuurhistorische elementen, is het uitgangspunt. Daarnaast hebben twee bebouwingsconcentraties, namelijk De Hoef en De achterste Brug, cultuurhistorisch waardevolle elementen. De hoefvorm van De Hoef moet zoveel mogelijk gerespecteerd worden. De situering van de bebouwing van de Achterste Brug rond het kruispunt van wegen is bijzonder. Dit beeld dient zorgvuldig bewaard te worden. Groen Borkel en Schaft is aan alle kanten omringd door natuurgebieden. Dit maakt het voor bewoners mogelijk om in verschillende richtingen op korte afstand van de natuur te genieten. Tuinen lopen vaak naadloos over in het omliggende buitengebied. De straten horen een zeer dorps profiel te hebben, zonder trottoirs. Daarbij hoort eigenlijk een grasberm maar uit praktische overwegingen wordt deze in dichter bebouwde delen een kleine loopstrook met bestrating aangebracht.. Bij de (her)inrichting van de wegen moet er aandacht zijn voor deze dorpse kwaliteiten waarbij de inrichting wel dient te voldoen aan de landelijke richtlijnen vna 'Duurzaam Veilig'. Voorzieningen Een groot probleem in Borkel en Schaft is dat er een te klein verzorgingsgebied is voor winkels. Als iemand toch een initiatief wil ontplooien om een winkel te beginnen, moet dat worden gestimuleerd. Borkel en Schaft heeft wel een eigen sportpark in Borkel. Om het sterke sociale leven in stand te houden, ligt de nadruk zoals geformuleerd in het IDOP op het faciliteren van initiatieven, ondersteunen van vrijwilligerswerk en zorgen voor voldoende zorgvoorzieningen. Het Dorpshuis en de basisschool spelen hierin een belangrijke rol. Het Dorpshuis kan plaats bieden aan nieuwe initiatieven. Momenteel loopt een onderzoek naar het uitbreiden van de gymzaal (met een podium en opslagruimte) waar diverse verenigingen baat bij kunnen hebben. Bedrijven In Borkel en Schaft is vooral plaats voor kleinschalige bedrijvigheid, grootschalige bedrijven passen eigenlijk niet in de structuur. Vanuit ruimtelijk oogpunt zouden grotere bedrijven uitgeplaatst moeten worden, voor de werkgelegenheid in de directe omgeving van de kernen is dit niet gewenst. Agrariërs die hun bedrijfsvoering niet meer rond kunnen krijgen bijvoorbeeld door knellende regelgeving kunnen bijvoorbeeld een switch maken naar recreatieve of andere functies. Volgens het IDOP moet Borkel en Schaft zich profileren als een ‘actief plattelandsdorp’.'actief plattelandsdorp'. Werkgelegenheid is van groot belang, om verschillende redenen. Kansen liggen vooral in verbrede en multifunctionele landbouw en recreatie. Kernpunten zijn het aanjagen van initiatieven, verbreden agrarische sector, uitbreiden recreatie binnen grenzen natuur en invulling van nieuwe economische dragers in het kader van provinciaal beleid ‘'buitengebied in ontwikkeling’ontwikkeling'.
56 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
5.2
De uitbreiding
Op de kaart van Valkenswaard zijn nog vier grotere woningbouwontwikkelingen aan te wijzen. Bij alle vier staat in combinatie met woningbouw, natuurontwikkeling en –-bescherming voorop. Voor alle locaties geldt bovendien dat er hoofdzakelijk plaats is voor grondgebonden woningen, gestapelde bouw vormt een uitzondering. Mede met het oog op de ontwikkeling van Brainport is het belangrijk bij de keuze van woningtypes, verkavelingen en de inrichting van de openbare ruimte een hoog ambitieniveau aan te houden. Daarbij hoort ook een goed voorzieningenniveau (recreatie, onderwijs etc.).
Valkenswaard Zuid 5.2.1
Lage Heide
Het gebied ten zuiden van Dommelen 'Lage heide' vormt een belangrijke woningbouw uitbreidingsmogelijkheid voor de gemeente Valkenswaard. In het gebied is een integrale ontwikkeling van natuur, waterberging, woningbouw en mogelijk op termijn een bedrijventerrein voorzien. Zo wordt het plangebied getransformeerd tot een nieuw natuurgebied met mogelijkheden voor verstedelijking (wonen, werken (aan huis)recreatiemogelijkheden en recreëren)een woongebied met een dorps karakter. Uitgangspunt is de herinrichting van het Dommelbeekdal, waar het accent ligt op het versterken van de natuurfunctie en het verhogen van de ecologische kwaliteit. Tevens is in deze zone waterberging mogelijk., met behoud van de waterbergingsfunctie. Uitgangspunt bij de ontwikkeling is dat als onderdeel van het natuurgebied een landgoed wordt ontwikkelen, met 5 riante woonkavels. Het woninggebied ligtwordt direct aan de zuidkant van Dommelen ontwikkeld tegen de bestaande bloemenwijk. Het woongebied krijgt een gevarieerde invulling passend bij de schaal van Valkenswaard.In het woongebied zullen ongeveer 330 woningen worden ontwikkeld. De wijk krijgt een dorps en groen karakter, waardoor het natuur als het ware door de wijk stroomt en een verbinding vormt tussen het Dommeldal en het ten westen gelegen gebiedKeersopdal.
Als onderdeel van het natuurgebied is er ruimte om een landgoed te ontwikkelen, gerelateerd aan het woongebied. HetHet mogelijk toekomstige bedrijvengebied ligt ten zuiden van het woongebied en krijgt bij voorkeur een compacte opzet waarbij ook hier bijzondere aandacht is voor het groen in verband met de overgang naar de Dommelzone. In de zone tussen het bedrijventerrein en het woninggebied is ruimte voor deMogelijke ontwikkeling van woon-werkkavels. Ontwikkeling hiervan ligt op de langere termijn. 5.2.2
Dommelkwartier
De locatie Dommelkwartier bestaat uit drie onlosmakelijk verbonden onderdelen: Hoppenbrouwers, Weegbree en het Dommeldal. Het Dommeldal tussen de kernen Valkenswaard en Dommelen wordt gekarakteriseerd door licht glooiend landschap. Centraal in het dal stroomt de Dommel vanuit België richting Eindhoven. In het verleden was dit een kleinschalig beeklandschap met kleine weiden, hooilanden en houtwallen. De kleinschaligheid is in het landschap nog steeds herkenbaar. Het deelgebied Hoppenbrouwers is een open groene zone tussen het Gegraaf en Kerkakkers. De weg ‘Hoppenbrouwers’'Hoppenbrouwers' loopt door het gebied, een oude landweg waaraan nog enkele voormalige boerderijen staan. Ook ligt er een grote speeltuin, speeltuin Geenhoven, met bijbehorende zaalruimte. Het gebied vormt onderdeel van een groene wig die vanuit het Dommeldal via het park en het kerkhof tot ver in Valkenswaard loopt. Het deelgebied Weegbree is gelegen ten noorden van de wijk ‘'t Gegraaf en heeft momenteel een overwegend agrarisch gebruik. Er ligt een bijzonder gebouw, een bunker uit de Tweede Wereldoorlog, momenteel in gebruik als galerie.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
57
Centraal voor de ontwikkeling van het Dommelkwartier staat de versterking van de aanwezige natuurwaarden en waterberging in het Dommeldal, doorgezet in groene wiggen in de nieuwe woongebieden Hoppenbrouwers en Weegbree. Het Dommeldal kan ruimte bieden voor compenserende maatregelen die nodig zijn als gevolg van de ontwikkelingen binnen de GHS in het gebied Hoppenbrouwers. De nieuwe natuur kan vorm krijgen krijgt vorm door nieuwe bossages, bosranden, heggen, hagen en singels, poelen, natuurvriendelijke oevers en fauna passages e.d. Daarnaast zal er aandacht zijn voor recreatie, zodat de padenstructuur in de natuurgedeeltes beter wordt gestuurd en de natuur beter beschermd wordt. Een belangrijk element voor de recreatieve mogelijkheden van het gebied vormt het realiseren van een fiets- en wandelroute in noord-zuidrichting.In de Verordening Ruimte van de provincie is dit gebied aangeduid als 'Integratie stad-land'. Tegelijkertijd ondergaat het Dommeldal een kwaliteitsslag waardoor het gebied een grotere natuurkwaliteit krijgt die bovendien meer kan worden ervaren door verbeterde (extensieve) recreatieve mogelijkheden. Deze locatie is niet afgewogen in het kader van het RSP (regionaal structuurplan).
5.2.3
Mozaïek
De locatie Mozaïek ligt aan de zuidzijde van de kern Valkenswaard (omgeving Kromstraat). De locatie is gelegen in een gebied dat ingevolge de Interim StructuurvisieVerordening Ruimte 1e fase van de provincie is gelegen in de AHS-landbouw (overig) (Agrarische hoofdstructuur). In het RSP is deze locatie opgenomenaangeduid als ‘'zoekgebied voor verstedelijking, transformatie afweegbaar’.stedelijke ontwikkeling'. Ook hier liggen mogelijkheden voor een ontwikkeling van woningbouw in combinatie met groen en natuur. In het gebied zijn nu diverse niet passende elementen, zoals bedrijfsbebouwing. Door het gebied in herontwikkeling te nemen kan deze bebouwing plaats maken voor woningbouw en natuur. Het uitgangspunt is dat het gebied zal in een relatief lage dichtheid zal worden bebouwd met grondgebonden woningen. Het gebied zou als volgt ingericht kunnen worden: De hoofdstructuur die nu wordt gevormd door de linten Luikerweg, Kromstraat en Goorkes zal grotendeelskan behouden blijven. In de tussengelegen gebieden zullen kunnen nieuwe groene woonmilieus worden gecreëerd. De Kromstraat zalkan een belangrijke functie krijgen als groene recreatieve route van het buitengebied/Dommeldal naar het centrum. 5.2.4
Locatie Leenderweg
De locatie Leenderweg ligt aan de noordoostrand van de kern Valkenswaard en bestaat uit de huiskavel en gronden van één agrarisch bedrijf in de AHS-landbouw (overig). Net als de vorige locatie is de locatie Leenderweg in het RSP aangeduid als ‘zoekgebied voor verstedelijking, transformatie afweegbaar’.de verordening Ruimte 1e fase van de provincie aangeduid als 'zoekgebied voor stedelijke ontwikkeling'. De locatie ligt tegen het natuurgebied de ‘Valkenswaardse Visvijvers’ (GHS)'Valkenswaardse Visvijvers' aan, in een gevoelig gebied. De bebouwing zal bestaan uitDe wijze waarop dit gebied ontwikkeld kan worden, dient nog onderzocht te worden. Een mogelijke invulling is met grondgebonden woningen en in aflopende dichtheid worden gebouwd: dichter tegen de kern aan, dunner richting bij de Visvijvers. Het gebied biedt bijvoorbeeld veel kansen om er Ruimte voor Ruimte-woningen te bouwen. In totaal geldt dat het hele gebied, inclusief de bestaande rand van de kern, zoveel als mogelijk in contact moet staan met het natuurgebied rond de Visvijvers. Op de volgende pagina zijn de uitbreidingenkaart 'uitbreidingen' zijn de belangrijkste uitbreidingswijken weergegeven op de kaart.
58 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
5.3
Het verkeer
5.3.1
Infrastructuur
Auto Uitgaande van de wensen op het gebied van het creëren van een aantrekkelijke woonomgeving –- mede voor Brainport –,-, een aantrekkelijke omgeving voor bedrijven en mogelijkheden voor recreatie is het van zeer groot belang dat Valkenswaard beter bereikbaar is. Voorwaarde hiervoor is dat de N69 die Valkenswaard nu doorsnijdt haar functie overdraagt aan een andere verbindingsweg. De Eindhovenseweg, de Markt en de Luikerweg krijgen dan een geheel andere functie die meer gericht is op de verblijfskwaliteit. Een andere voorwaarde voor een betere afhandeling van het autoverkeer is de aanleg van de Lage Heideweg. Met aanpassingen bij Schaapsloop zal de afwikkeling van vooral vrachtverkeer hierdoor niet meer dwars door de kernen hoeven lopen. Dit heeft een functieverandering tot gevolg voor delen van de Leenderweg en de Dommelseweg/Bergstraat. en op termijn de aanleg van de Westparallel. De Westparallel is, in overleg met 25 betrokkenen, gekozen als beoogde oplossing voor de N69 tussen de Belgische grens en Eindhoven. Daarmee loopt de nieuwe weg straks dwars door het natuurgebied bij rivier De Keersop tussen Dommelen en Riethoven. Indien de Westparallel wordt aangelegd, dan zou het ontsluiten van Dommelen Noord via de Westparallel zeker mogelijkheden bieden. Hiervoor zou er een inprikker naar Dommelen-Noord gewenst kunnen zijn. Op het moment dat er meer duidelijkheid is over het tracé en vormgeving van de Westparallel, kunnen ook de mogelijkheden voor een inprikker naar Dommelen-Noord worden onderzocht. In de autoverkeersstromen kunnen drie niveaus worden onderscheiden: (inter)nationaal, regionaal (hoofdroute extern verkeer) en lokaal verkeer (route intern verkeer). Als deze stromen op de goede plek door en langs de dorpskernen worden geleid, zoals is weergegeven op bijgevoegde kaart, betekent dit een grote verbetering van het leef- en verblijfsklimaat. Streven is om het centrum van Valkenswaard als één geheel te gaan ontwikkelen, dus zonder de barrière werking van de Eindhovenseweg. Hiervoor is het noodzakelijk om al het doorgaande verkeer een goed alternatief te bieden. Voor een deel van het doorgaande verkeer (België naar Eindhoven) zal dit de Europalaan zijn. Op de langere termijn zal hiervoor de Lage Heideweg gerealiseerd gaan worden en uiteindelijk de Westparallel. In de toekomst kan bijvoorbeeld de voetgangerszone (winkelgebied) worden uitgebreid en het overige deel van de Eindhovenseweg als een 30 km/u-zone worden ingericht. Dit komt ten goede van de leefbaarheid van de Eindhovenseweg, met name het kernwinkelgebied.
Fiets De fietser vraagt om logische en veilige routes, zowel voor woon-werk/schoolverkeer als voor recreatieve tochten. Dit geldt als uitgangspunt bij het creëren en aanvullen van het fietsroutenetwerk. De oude spoorlijn zou als voorbeeld aanknopingspunt kunnen zijn voor een fietsverbinding naar de High Tech Campus in Eindhoven. Verder zijn er aanknopingspunten voor bijzondere recreatieve fietsroutes, zoals de oude spoorlijn naar Hasselt en een route van de kern Schaft naar de Belgische grens.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
59
Nu de middelbare scholen in de gemeente allen zijn ondergebracht aan de Merendreef, wordt de stroom fietsers meer geconcentreerd. Er zijn oversteekpunten in de route die voor en na schooltijd een grote hoeveelheid schoolgaand verkeer moeten verwerken. Hoewel er op dit moment objectief gezien geen sprake is van onveilige situaties, zullen de fietsroutes zijn er wel fietsverbindingen die een aandachtspunt zijn in de nieuwe wegenstructuur zoals die wordt vastgesteld in het Mobiliteitsplan. Voorbeelden hiervan zijn de Eindhovenseweg, Leenderweg, Dommelseweg en de Luikerweg. Deze wegen zullen, vanuit het aspect fietsen, een aandachtspunt zijn in de actualisatie van het verkeersbeleid. 5.3.2
Openbaar vervoer
Valkenswaard moet uiteraard ook met het openbaar vervoer goed bereikbaar zijn. Belangrijke bestemmingen zijn Eindhoven CS, Maxima Medisch Centrum in Veldhoven en uiteraard de omliggende kernen. Binnenkort komt Onlangs is daar het NS- station Maarheeze bijgekomen. Nu zijn niet alle bestemmingen goed genoeg bereikbaar. Aandachtspunt is de bestaande lijnen te behouden en aan te vullen. Het is van groot belang aansluiting te krijgen op het netwerk van Hoogwaardig Openbaar Vervoer dat in de regio Eindhoven in opbouw is. Vrije doorstroming moet gegarandeerd kunnen worden, waar mogelijk (functioneel en ruimtelijk) bijvoorbeeld op een gescheiden baan. De gemeente Valkenswaard ziet zeker mogelijkheden om het Hoogwaardig Openbaar Vervoer verder te ontwikkelen richting België. De wijze waarop zal nog om nadere bestudering vragen. 5.3.3
Parkeren
Er bestaan nu diverse parkeerterreinen in en rond het centrum. Er bestaat de wens om enkele van deze terreinen een andere invulling te geven, bijvoorbeeld met woningbouw. Dit kan alleen als de aan de totale parkeerbehoefte kan blijven worden voldaan. In de MobiliteitsplanActualisatie verkeersbeleid 2009 wordt hiervoor een richting bepaald. Ook de recreatieve parkeerdruk in Borkel en Schaft zorgen voor overlast. Elders in de gemeente geeft het parkeren geen grote problemen. Wel moet bij nieuwbouw als randvoorwaarde gelden dat de parkeervoorziening op eigen terrein wordt gerealiseerd volgens de gemeentelijke normen. Dit voorkomt dat de nieuwe parkeerdruk wordt afgewenteld op de omgeving. Veel parkeerplaatsen hebben naast hun functie voor parkeren ook een functie als opbouwlocatie voor het bloemencorso. Vanwege het maatschappelijke belang en het in stand houden van dit evenement voor Valkenswaard is het van belang dat deze locaties zoveel als mogelijk gewaarborgd blijven. Als dit niet mogelijk is, zullen andere locaties gezocht moeten worden. Hierbij is het echter niet gewenst dat dit ten koste gaat van groen. Het kernwinkelgebied trekt veel fietsers. Je moet je fiets kunnen stallen binnen loopafstand van de bestemming, zonder dat dit een belemmering oplevert in het straatbeeld. Dit betekent bijvoorbeeld dat de grootschaliger fietsenstallingen aan de rand van het centrum plaats moeten maken voor goed bereikbare kleinschalige parkeervoorzieningen in het kernwinkelgebied. In de toekomst zal het openbaar vervoer met een betrouwbare reistijd nog belangrijker worden. Door op een aantal strategische plekken fietsparkeervoorzieningen te plaatsen, of uit te breiden, wordt het wordt het voor de reiziger aantrekkelijker om te kiezen voor een combinatie van fiets en OV, ook wel ketenmobiliteit genoemd. Zo is recent in Valkenswaard de Loch ‘n’ Go fietsparkeervoorziening op 3 locaties gerealiseerd, waarvan 2 bij bushaltes. Op de volgende paginakaart 'Verkeer' zijn de belangrijkste verkeerskundige aspecten weergegeven. 60 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
5.4
Het buitengebied
Natuurontwikkeling In het buitengebied spelen diverse ontwikkelingen. De belangrijkste ruimtevragers zijn natuur, recreatie en landbouw. In deze paragraaf worden deze aspecten toegelicht. Bij de ontwikkeling van deze aspecten in het buitengebied is het van belang om de mogelijkheden op regionaal niveau te bezien en dus over de gemeentegrenzen en landsgrenzen heen te kijken. 5.4.1
Natuur- en landschap
De hoofdstructuur van het buitengebied wordt bepaald door een aantal sterke dragers. Dit zijn de drie beekdalen, de natuurgebieden de Malpie, de Plateaux, het Leenderbos en de bosrijke stedelijke uitloopgebieden aan de noordrand. Voor de bossen ligt de nadruk op het versterken van de bossen tot een gemengd, structuurrijk bos van eiken, beuken en berken. Specifiek voor de Malpie wordt gestreefd naar een groootschalig heide en vennengebied. Hiervoor zullen bossen worden omgevord naar heide en voor een deel naar structuurrijk bos met grotere afwisseling van soorten en ouderdom. Hierdoor is een groter deel van de Malpie interessant en ontstaat er een spreiding van recreanten. Desondanks blijven er voldoende plekken over waar nauwelijks recreaten komen en waar de natuur permanente rust vindt. Specifiek voor de Plateaux wordt gestreefd naar een structuurrijk bos met stukken heide, vennen en moeras, doorkruist met zandpaden en een fietspad richting België. Bovendien is er een aantal ecologische verbindingszones gedefinieerd, deels gerealiseerd en deels nog aan te leggen. De ecologische verbindingszones hebben als doel om de uitwisseling van flora en fauna tussen natuurgebieden te verbeteren en het versterken van de ecologische verbanden. Met verbindingszones worden natuurgebieden (in de EHS) verbonden, zodat een ecologisch netwerk gerealiseerd wordt. De ecologische verbindingen liggen onder andere over de Maastrichterweg, namelijk tussen het Brugven en de Malpie en een ter hoogte van de Meeuwbergsven naar het Opperbos. Bij het realiseren van deze verbindingszone is het van belang dat de structuur voldoende dekking biedt voor de faunapassage aan de Maastrichterweg. Deze ecologische verbindingszones zijn op de kaart weergegeven. Andere belangrijke gebieden zijn de Visvijvers, ’tbijvoorbeeld de Valkenswaardse kweekvijvers, 't Heike, de Drie Bruggen en het natuurleerpad van het Brugven. 't Heike is een kleinschalig afwisselend gebied met extensief beheerd moeras, landschap, singels en bos. De Drie Bruggen wordt vaak als tussenstop gebruikt tussen de recreatieve poort de Venbergse Molen en de recreatieve poort Leenderbos.Het Brugven ligt in het bos met open kamers. De beekdalen van de Keersop/Beekloop, Dommel en Tongelreep en Dommel blijven dienen als duurzame structuren. Hier is geen ruimte voor nieuwe verstedelijking. Het creëren van ruimte voor water en natte natuur en het verhogen van de waterkwaliteit staan hier centraal. Er zijn hier wel mogelijkheden aanwezig voor recreatief en agrarisch medegebruik. Specifiek voor het Kersopdal wordt gestreefd naar een open gebied met vooal bloemrijk grasland. In het Tongelreepdal wordt gestreefd naar een afwisseling van bos en weilanden met op perceelsgrenzen houtwallen. Meer zuidelijk ligt de nadruk meer op het meanderen van de beek in een open landschap. Vooral in het Dommeldal geldt dat in het gebied tussen de kernen Dommelen en Valkenswaard, globaal tussen de gemeentegrens met Waalre en de Luikerweg (Dommelpark), tegelijkertijd de natuurwaarden worden verhoogd en het gebied beter toegankelijk wordt gemaakt voor recreatief medegebruik en als stedelijk uitloopgebied. Een noord-zuidgerichte fiets- en wandelroute zou een mooie aanvulling kunnen zijn. Het gebied moet kan zich gaan ontwikkelen tot een ‘Dommelpark’.'Dommelpark'. De herinrichting van het gebied moet kan tevens worden aangewend om te voldoen aan de wensen op het gebied van waterberging. Hierbij staat de beek centraal en de kleinschaligheid van het landschap. De verrommeling, vooral als gevolg van hobbyweilandjes, moet worden aangepakt.Dit kan onder andere door de volkstuingen met hagen te omgeven en de weilandjes met houtwallen.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
61
De bossen en heidegebieden worden eveneens gezien als duurzame structuren. Nieuwe bebouwing of infrastructuur is hier evenmin gewenst. Gestreefd wordt naar verhoging van de ecologische waarde van de bossen, bijvoorbeeld door omvorming van de vaak schrale naaldbossen. Om deze natuurontwikkeling verder uit te werken zal een landschapontwikkelingsplan worden opgesteld, waarin al deze elementen kunnen worden opgenomen. In het kader van het nieuw op te stellen bestemmingsplan buitengebied zal bezien worden in hoeverre nieuwe ontwikkelingen gekoppeld kunnen worden aan landschapsontwikkelingen. 5.4.2
Recreatie
Valkenswaard wil zich profileren met de diverse recreatieve voorzieningen die zij heeft. Naast de voorzieningen in de bebouwde kom (winkels, horeca, sportgelegenheden) zijn er ook in het buitengebied volop recreatieve mogelijkheden, onder andere door de diverse natuurgebieden. Doel is om deze recreatieve activiteiten in de bebouwde kom te verweven met de recreatieve activiteiten in het buitengebied. Korte en soepel te overbruggen afstanden tussen deze activiteiten zijn dan ook van groot belang: recreatie van kern tot buitengebied. Hiertoe heeft de gemeente Valkenswaard een aantal ontwikkelingsmogelijkheden. In de volgende alinea's worden een aantal voorbeelden aangehaald om deze visie te kunnen realiseren. De ontwikkeling van nieuwe verblijfs- en dagrecreatie in het buitengebied wordt gestimuleerd. Deze nieuwe ontwikkeling moet wel een positieve bijdrage leveren aan de bescherming en ontwikkeling van de ecologische en landschappelijke waarden en kenmerken. Er moet sprake zijn van een zekere kwaliteitsverbetering. De gemeente Valkenswaard wil onder die voorwaarde graag meewerken om zo het toeristisch-recreatieve aanbod substantieel te verhogen. Daarnaast kan de recreatieve betekenis verder worden vergroot door langs toeristische en recreatieve netwerkroutes kleinschalige horeca en rustpunten te creëren. Het creëren van een Dommelpark: een natuurgebied met recreatief medegebruik bij de Dommel, tussen Dommelen en Valkenswaard in. Hierbij ligt de nadruk op het vergroten van de natuurwaarden in combinatie met het recreatieve medegebruik. DoorBijvoorbeeld door het aanleggen van fiets- en wandelpaden, qua inrichting passend bij de belangrijke natuurwaarden, kan dit gebied zich ontwikkelen tot een toegankelijk natuurgebied op korte afstand van de woonwijk. ZoBovendien kan de recreatiestroom worden gestuurd, zonder dat dit ten koste gaat van de belangrijke natuurwaarden. De gemeente wil de mogelijkheid bieden om korte wandelingen te maken aan de randen van de bebouwde kom. Het creëren van een korte afstand, in combinatie met een groene omlijsting van de route van het centrum naar het buitengebied is de ontwikkeling op de locatie Mozaïek. Deze mogelijkheden staan verder uitgewerkt in de paragraaf ‘uitbreiding’. 'uitbreiding'. Ten zuiden van Valkenswaard is een gebied met een grote diversiteit: hoge landschappelijke kwaliteiten worden afgewisseld met verrommelde gebieden, gebieden met een beperkt gebruiksperspectief liggen naast enkele (goed florerende) agrarische bedrijven. Het perspectief voor de landbouw komt op de (middel)lange termijn onder druk te staan. Dit gebied isis bijvoorbeeld kansrijk voor diverse recreatieve mogelijkheden. Vanuit Valkenswaard is het de toegang tot het recreatieve buitengebied. Door geleidelijke transformatie zal het gebied een belangrijk recreatief profiel kunnen krijgen.
62 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
DragerEen van de dragers van de recreatiezone is het voormalige spoor ten zuiden van de kern. Hier is bijvoorbeeld ruimte voor de ontwikkeling van recreatieve routes voor langzaam verkeer (wandelaars en fietsers). Vanuit deze as kunnen bestaande en nieuwe recreatieve elementen worden ontsloten. Hierbij kan aangesloten worden bij de aanwezige structuren in België. Dit betekent dat de as verder doorloopt tot de Belgische grens. Er zijn recreatieve poorten, zoals aangewezen in het kader Reconstructieplan Boven-Dommel. Dit zijnEen recreatieve poort vormt de ingang van een bos- of natuurgebied waar de bezoeker de auto kan parkeren en vervolgens te voet, per fiets of te paard het gebied kan gaan verkennen. In Valkenswaard is dit de Venbergse Watermolen en. Nabijgelegen recreatieve poorten zijn de Achelse kluis. en de recreatieve poort bij de Leenderweg. Voor de Venbergse Watermolen is de intentie om voor deze poort een aparte ontwikkelingsvisie op te stellen met als doel om deze naar een hoger niveau te tillen. Er bestaan daarnaast nog verschillende punten die toegang geven tot het buitengebied. De toegang tot een recreatief gebied wordt vaak gevormd door een parkeer- en /of horecavoorziening. Voor de verschillende toegangspunten in het Valkenswaardse buitengebied zijn drie gradaties het uitgangspunt: 1. alleen een parkeer- en stallingsvoorziening (minste impact); 2. parkeren en stallen met een voorziening voor een ijsje, drankje, kleine snack; 3. parkeren en stallen met een café of restaurant. Afhankelijk van de gewenste recreatiedruk is een bepaalde vorm van een parkeer- en/of horecavoorziening gewenst. Wat betreft de verschillende vormen van recreatie en de vele natuurwaarden is het van belang de recreatieve voorzieningen te zoneren. Zo moeten bijvoorbeeld de Plateaux het minst worden gebruikt voor recreatie en kunnen de bosgebieden de meeste druk verdragen. Dorpsraad B&S zou graag zien dat een De realisatie van een recreatief fietspad wordt aangelegd van de Achterste Brug naar Plateaux alweaar danalwaar men kan aantakken op een fietsroutenetwerk in België is gewenst. Voor de Malpie ligt de concentratie van recreanten bij de Venbergse Watermolen. De toegang tot het Leenderbos wordt verplaatst, hiervoor kan . Op de plek waar momenteel de ingang tot het Leenderbos is aan de Leenderweg is een ecoduct gepland. Hierdoor komt de toegang naar het Leenderbos vanuit Valkenswaard verder weg te liggen. Om dichterbij een toegang tot het Leenderbos te bieden, kan bijvoorbeeld een zoekgebied worden aangewezen bij de Drie Bruggen. Voor de omgeving Venbergse Watermolen is een ontwikkelingsvisie opgesteld. Een andere intensieve vorm van recreatie betreft het Eurocircuit, daar vinden de ‘lawaaisporten’'lawaaisporten' zoals motorcross plaats. Onderzocht wordt of dit terrein naar een hoger ambitieniveau kan worden getild, eventueel met de toevoeging van een overdekte hal.
Bebouwingsclusters De gemeente Valkenswaard kent5.4.3
Specifieke zones
Bepaalde bebouwingsconcentraties/ zones in het buitengebied een 7-tal bebouwingsclusters. Bij alle mogelijke te ontwikkelen locaties staat de landschappelijke inrichting centraal, met herstel en behoud als hoofddoel. Een aantal lijnen en locaties verdient hier extraValkenswaard verdienen speciale aandacht. Over deze bebouwingsclustersbebouwingsconcentraties/ zones kan het volgende worden opgemerkt. Maastrichterweg
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
63
De ontwikkeling van de Maastrichterweg is vastgelegd in de “Gebiedsvisie Maastrichterweg”.een recreatie- en landschapszone. De Maastrichterweg tussen Zuidelijke Randweg tot aan de grens met België vormt een centrale ‘rode’'rode' as, voorzien van een doorlopende laanbeplanting. Er zijn mogelijkheden voor verdere ontwikkeling van de bedrijvigheid langs deze as. Dit dient gepaard te gaan met een landschappelijke inpassing dat de karakteristieke en plaatsgebonden kwaliteiten van de dekzandruk wordt versterkt. In het noordelijk deel vormt een zelfstandige as waaraan met name aan de agrarische sector verwante bedrijvigheid zich (verder) kan ontwikkelen. Vooral paardenhouderijen vormen een goed passende functie. Uiteraard gelden hiervoor strenge randvoorwaarden, om verdichting te voorkomen en de openheid en andere karakteristieken van het landschap te behouden. Het omzetten van burgerwoningen naar bedrijfswoningen in genoemde sectoren past uitstekend in deze lijn.Inpassing in het landschap in een structuur van bos en houtwallen is van belang. Aan het zuidelijk deel van de Maastrichterweg, ter hoogte van Klein Schaft en Schaft, dienen geen nieuwe ontwikkelingen plaats te vinden. Het tracé van de voormalige spoorlijn vormt de centrale ‘groene’'groene' as. LaanbeplantingBijvoorbeeld laanbeplanting en de aanleg van een pad voor extensieve dagrecreatie versterken het karakter van de as. Een derde lineaire structuur wordt gevormd door de Dommel. Haaks op deze lijnen dienen ecologische verbindingszones aangebracht te worden. Het gebied aan de noordzijde, tegen bedrijventerrein SchaaploopSchaapsloop, moet worden omgevormd tot één bosgebied met alleen de bestaande bebouwing. In het kernrandgebied zijn nieuwe ontwikkelingen slechts mogelijk als ze een bijdrage leveren aan de ruimtelijke kwaliteit. Zeelberg De locatie Zeelberg ligt aan de zuidrand van Valkenswaard in een gebied met een rijke cultuurhistorie dat nog te zien is in de landschappelijke structuren en bebouwing. Direct ten oosten van het gebied ligt het beekdal van de Tongelreep. Het gebied ligt ingevolgeop de grens van het Streekplan in'stedelijk gebied' en kent een GHS-landbouwgebied (Groene Hoofd Structuur). In het Regionaal Structuurplan is de locatie deels opgenomen als beperkte aanduiding 'zoekgebied voor verstedelijking waar transformatie afweegbaar is.stedelijke ontwikkeling'. Op de Zeelberg zijn er naast woonfuncties ook nog enkele agrarische (aanverwante) activiteiten. Een ontwikkeling in dit gebied zou gepaard moeten gaan met een ontwikkeling die de ruimtelijke karakteristiek van het landschap niet aantast. Een taakstelling die vrijwel onmogelijk is. Gelet daarop is het beleid er niet op gericht om deze locatie actief tot ontwikkeling te brengen voor woningbouw. Juist het behoud van de lintbebouwing en de open zichtlijnen naar het buitengebied dienen behouden te blijven. EnkeleVoor verduidelijking van het bovenstaande betekent dit dat er enkel mogelijkheden zijn om aan de zijde van het industrieterrein is mogelijk iets te ontwikkelen wanneer er andere bebouwing voor wordt gesloopt. Daarnaast is er wellicht ruimte voor het ontwikkelen van een toegang van recreatie naar het achterliggende gebied.
Overige bebouwingsclusters. Voor de overige te onderscheiden bebouwingsclusters worden afzonderlijke ontwikkelingsvisies opgesteld. Dit zijn de bebouwingsclustersKleine bebouwingsconcentraties
Daarnaast kent Valkenswaard een aantal bebouwingsconcentraties: Voorste en Achterse Brug, Hoeve(rdijk), Dorpsstraat, Schafterdijk en Molenstraat. Grotendeels vallen de clusters volgens het provinciaal ruimtelijk beleid in RNLE landschapsdeel (AHS Landschap): nieuwe initiatieven moeten de waarden in deze gebieden als geheel ondersteunen. Mogelijkheden voor deze bebouwingsconcentraties zijn beperkt, maar met nieuwe economische dragers kunnen gewenste transformaties op gang worden gebracht. Deze bebouwingsconcentraties zijn onderling met elkaar verbonden door beplante wegen.
64 Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
Rond de Schafterdijk zijn grootschalige recreatieve functies mogelijk. Inpassing moet zeer zorgvuldig gebeuren. De bestaande paardenhouderijen hebben Borkel en Schaft al op de kaart gezet, hier liggen kansen voor uitbreiding, vooral rond de Maastrichterweg, de Schafterdijk en beperkt ten westen van Borkel in de Dorpsstraat. Niet-De voorkeur gaat uit naar agrarische (verwante) bedrijven. Bedrijven die thuishoren op het bedrijventerrein, passen in principe niet, met uitzonderling van kleinschalige bedrijfjes. Agrarisch verwante bedrijven kunnen een plek vinden aan de Schafterdijk rond Schaft. Tenslotte zijn er mogelijkheden voor ‘rood voor groen’ landgoederen. De provincie biedt die mogelijkheid op basis van de verordening. Via de regeling opgenomen in de verordening, is het bijvoorbeeld mogelijk om een aantal landhuizen te realiseren in het buitengebied, op voorwaarde dat een aanzienlijke oppervlakte aan nieuwe natuur (de gewenste ontwikkeling) wordt gerealiseerd. Wij zien hiertoe mogelijkheden rond de Schafterdijk en de kernrandzone Hoeverdijk. Ook zou de toevoeging van één of meer woningen in deze bebouwingsconcentraties tot de mogelijkheden behoren, mits de beoogde landschappelijke kwaliteit verbeterd wordt en hiervoor een goede verantwoording is opgenomen. Landbouw Volgens het Reconstructieplan Boven-Dommelde structuurvisie van de provincie zijn in het buitengebied van de gemeentegemeente ten aanzien van de agrarische structuur gemengd agrarisch gebied en zoekruimte primair agrarisch gebied. In de agrarische structuur is ruimte voor een breed georiënteerde plattelandseconomie, waar landbouw een belangrijke drager is en waar de landbouwfunctie goed is afgestemd op de omgeving. In de structuurvisie worden ook verwevingsgebieden en extensiveringsgebieden te onderscheiden. Verwevingsgebieden lenen zich voor landbouwfuncties en kunnen ‘duurzame locaties’'duurzame locaties' bevatten. De extensiveringsgebieden moeten zich meer focussen op natuur en wonen. Mede hierdoor zijn in het buitengebied van de gemeente Valkenswaard nagenoeg geenweinig uitbreidings,-, danwel nieuwvestingsmogelijkheden meer voor intensieve veehouderijbedrijven. De grondgebonden bedrijven krijgen nog een zekere ruimte hun bedrijven uit te breiden, voor intensieve bedrijven zit het gebied als het ware op slot. Wellicht zouden er nog mogelijkheden kunnen zijn op zogenaamde duurzame locaties. Dit dient per geval beoordeeld te worden. Het moet voor agrarische bedrijven mogelijk zijn nevenactiviteiten te ontplooien ter ondersteuning van de bedrijfsvoering. Dit zijn bijvoorbeeld activiteiten op het gebied van verblijfsrecreatie, dagrecreatie, kleinschalige bedrijvigheid, zorg, kunst en cultuur. De belangrijkste bevindingen zijn weergegeven op de volgende pagina ‘Kaart buitengebied’'Kaart buitengebied'. 5.5
Conclusie
In voorgaande hoofdstukken zijn de gewenste ontwikkelingen weergegeven. De belangrijkste ontwikkelingen zijn weergegeven op de kaarten. Door deze kaarten op elkaar te leggen, ontstaatonstaat er één totaal beeld van de gemeente, de samengestelde kaart. Deze kaart is toegevoegd op de volgende bladzijde.
Structuurvisie Valkenswaard, ontwerp
65