Wijk Noord, 's-Hertogenbosch van
naar
wijkvisie door bewoners en gebruikers deel 2: toelichting versie april 2014
naar inhoudsopgave
Wijk Noord, 's-Hertogenbosch MOTTO VOOR NOORD
Transitie van een bloemkoolwijk naar een vitale stadswijk !
versie april 2014
naar inhoudsopgave
VOORWOORD In 2011 won de architect/stedenbouwkundige Joan Busquets de Erasmusprijs voor zijn bijdrage aan de ontwikkeling van de Europese stedenbouw. !n 2013 won de filosoof/socioloog Jürgen Habermas de Erasmusprijs voor zijn bijdrage aan de ontwikkeling van de democratie in Europa. De boodschap van beide Erasmus-laureaten is van directe toepassing op de wijk Noord in 's-Hertogenbosch waarvoor dit rapport is opgesteld. Het is een zogenaamde bloemkoolwijk waar veel hedendaagse stedenbouwkundige problemen samenkomen en een oplossing vragen. Inhoud rapport Het rapport omvat drie delen: Deel 1 AGENDA VOOR NOORD Deel 2 TOELICHTING Kaart
VISIEKAART NOORD
Leeswijzer Deel 1 kan afzonderlijk worden gelezen. Het vormt een samenvatting van de concrete voorstellen die in deel 2 worden toegelicht als oplossing voor de bestaande problemen en zorgpunten in de wijk. Open source Het is de bedoeling er een open source werkstuk voor onbepaalde tijd van te maken, zodat eenieder een bijdrage eraan kan leveren. De werkgroep vervult de rol van redactie. Het rapport staat op de site: http://www.buurbook.nl/plan/wijkvisie-noord_8208/
naar inhoudsopgave
Werkgroep Het rapport Wijkvisie Noord is opgesteld door een werkgroep die professional in de ruimtelijke ordening zijn. Henk Bekker, civiel ingenieur Ronald Goderie, ecoloog Jeroen Naaijkens, landschapsarchitect Arjo Storm, architect Jan Verkuylen, architect/stedenbouwkundige(coördinator) Rob Visser, verkeersingenieur Frank Zuylen, architect/stedenbouwkundige Allen wonen op Noord behalve ecoloog Ronald Goderie. Het rapport is kosteloos geschreven en gevisualiseerd door Bureau Verkuylen adviesbureau voor ruimtelijke ordening in samenwerking met bureau Goderie Ecologisch Advies. De aanleiding voor de werkgroep vormde het nationale congres Bloemkoolwijken op 3 april 2012 in Almere waar Jan Verkuylen en Frank Zuylen beroepshalve aan deelnamen. Zij besloten toen spontaan een werkgroep voor hun eigen wijk in het leven te roepen. De werkgroepleden zijn onafhankelijk en zijn ook niet gevraagd door het gemeentebestuur, de wijkraad of anderszins, en werken als vrijwilliger zonder financiële vergoeding. De drijfveer van de werkgroepleden is om als professionals een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de eigen woonomgeving. Dit opensource werkstuk houdt ook twee maatschappelijke testcases in: 1. zullen de inwoners van Noord op het opensource project inhaken; 2. hoe zal het gemeentebestuur van Den Bosch op de visie reageren.
naar inhoudsopgave
1
INHOUD blz DEEL 1 AGENDA VOOR NOORD
DEEL 2 TOELICHTING 1 2
3
4
Inleiding........................................................................................................ 3 Bestaande situatie ........................................................................................ 5 2.1 Inleiding ............................................................................................... 5 2.2 Wijdere omgeving ................................................................................ 7 2.3 Ondergrond ........................................................................................ 11 2.4 Infrastructuur ...................................................................................... 15 2.5 Gebieden ........................................................................................... 23 2.6 Beeldkwaliteiten ................................................................................. 35 2.7 Milieubelasting ................................................................................... 39 2.8 Conclusies bestaande situatie ............................................................ 43 Kansen en bedreigingen............................................................................. 45 3.1 Inleiding ............................................................................................. 45 3.2 Sociale kijk op de wijk Noord .............................................................. 45 3.3 SWOT-analyse ................................................................................... 49 3.4 Nieuwe opgaven in de stedenbouw .................................................... 51 3.5 Naar een vitale stadswijk.................................................................... 55 3.6 Hedendaagse democratie in de wijk ................................................... 56 3.7 Conclusies kansen en bedreigingen ................................................... 57 Visie ontwikkeling ....................................................................................... 59 4.1 Inleiding ............................................................................................. 59 4.2 Infrastructuur bovenwijks.................................................................... 59 4.3 Ontwikkeling van de wijk als geheel ................................................... 85 4.4 Visie groen en stadsecologie ........................................................... 115 4.5 Ontwikkelingen in de buurten ........................................................... 125
VISIEKAART NOORD
naar inhoudsopgave
2
afbeelding 1.1: topografische ligging
3
1
INLEIDING 's-Hertogenbosch is een mooie stad….. Wie dat zegt bedoelt de binnenstad met de historische stadswallen, in samenhang met de ligging aan het Bossche Broek. Dit rapport gaat over de ontwikkeling van de Bossche wijk Noord. Die is minder mooi. Wie denkt aan Noord ziet lange rechte wegen, monotone bebouwing, rommelige achterkanten van woonbuurten, verspreid gelegen bedrijven en kantoren en dat alles opgesloten in een vierkant van auto- en spoorwegen met het steeds aanwezige lawaai van de auto's en treinen. Vergelijk dat eens met de mooie delen van Zuid, met de majestueuze Pettelaarseweg, de afwisselende mooie bebouwing, het grote Zuiderpark, het unieke Bossche Broek, de Zuiderplas, de nabijheid tot de historische binnenstad en dat alles op loopafstand. Een woonwijk als Zuid verheft, met de positieve prikkels van de vele mooie indrukken, de schaduwrijke bomen, de plantsoenen, de beelden, de mooie gevels. Dit Zuid, aansluitend op de binnenstad, is een stadswijk om van te houden. Een woonwijk als Noord deprimeert met de vele negatieve prikkels van de schrale leegte, de doorsnijding door grote ontsluitingswegen naar de achterliggende wijken, de dominantie van het asfalt en de auto’s, en de altijd aanwezige geluidhinder van auto's en treinen. Het eenvoudige Noord is een nog relatief jonge uitbreidingswijk. Functioneel klopt het redelijk, maar het is nog verre van een stadswijk met een eigen ziel/identiteit/ambiance; Noord is nog geen wijk om van te houden. Noord verkeert in een voortgaande stedelijke ontwikkeling. Noord is een tweede generatie wijk en zit in de overgang van de pioniersfase' naar een meer stabiele fase. Na de eerste fase is er verrommeling en zijn tekortkomingen duidelijk geworden.. Wat zal het worden? Wordt het een probleemwijk (Vogelaarwijk) overvleugeld door de grootschalige infrastructuur, of wordt het als Zuid, een aangename woonwijk om van te houden? Noord zit in de knel Helaas staat de wijk er niet goed voor. Dat is de reden dat een aantal bewoners en gebruikers van de wijk voorliggende studie zijn begonnen. Aanleiding voor het rapport is tweeërlei: de zorg over de voortgaande verschraling van de kwaliteit van de wijk, ruimtelijk en functioneel; én de maatschappelijke ontwikkeling naar een participatiemaatschappij, inhoudende dat bewoners en gebruikers zelf mede verantwoordelijk zijn voor hun leef- en woonmilieu. Noord Quo Vadis? Stedenbouw is een kwestie van lange adem. Nieuwe ontwikkelingen vragen jaren. Verkeerde beslissingen werken langdurig door. Alles van waarde is kwetsbaar.
naar inhoudsopgave
4
Het rapport is bedoeld om maatregelen en activiteiten te stimuleren van gemeente, bewoners, gebruikers, kunstenaars, natuurwerkgroepen etc. die gericht zijn op een maatschappelijke en stedenbouwkundige opwaardering van de wijk Noord. Het is een open source project waaraan alle betrokkenen worden uitgenodigd een bijdrage te leveren. De hoofddoelstelling van dit open source rapport is een jarenlange bijdrage te gaan leveren aan de transformatie van Noord van een bloemkoolwijk naar een stabiele en vitale stadswijk. Ook een wijk om van te gaan houden!
Wijk Noord In dit rapport wordt onder de wijk Noord begrepen, het gehele gebied tussen de spoorlijnen naar Amsterdam en Nijmegen en de autosnelwegen A2 en A59. Onderstaande afbeelding geeft dit weer. Aanvullend erop zijn ook in de studie betrokken het oude Orthen ten westen van de spoorlijn en de A2-zone tussen de A2 en het nieuwe kanaal.
afbeelding 1.2: de wijken in Noord
In de volgende hoofdstukken worden achtereenvolgens beschreven: hoofdstuk 2. Bestaande situatie hoofdstuk 3. Kansen en bedreigingen hoofdstuk 4. Ontwikkelingsvisie
5
2
BESTAANDE SITUATIE
2.1
Inleiding In dit hoofdstuk worden de ruimtelijke kenmerken van de wijk Noord geanalyseerd. Deze analyse is gebaseerd op de zogenaamde lagenbenadering, zoals te zien is op onderstaande afbeelding.
afbeelding 2.1: methode lagenbenadering
Achtereenvolgens worden toegelicht: de wijdere omgeving de onderlaag de infrastructuur de gebieden de beeldkwaliteiten de milieuaspecten
naar inhoudsopgave
6
afbeelding 2.2: A2-zone Amsterdam - Eindhoven met knooppunt Avenue A2
afbeelding 2.2a: uitsnede structuurvisie Noord Brabant
7
2.2
Wijdere omgeving Nationale A2-zone Amsterdam - Eindhoven Den Bosch is een relatief kleine stad gelegen aan de nationale A2-avenue Amsterdam – Utrecht – Eindhoven – Maastricht. De A2-avenue is een van de nationale ontwikkelingszones (Kennisas) in Nederland met een voortgaande economische groei waar het Rijk zelf in investeert. Dit is een nationaal project van voortgaande ontwikkeling. In 2014 vervolgt Rijkswaterstaat de plannen met een studie voor een capaciteitsvergroting van de A2 tussen 's-Hertogenbosch en Deil. Er komt een MIRT-verkenning naar de A2 tussen het knooppunt Deil en 'sHertogenbosch. Om de economische ontwikkeling van dit gebied in balans te houden met capaciteitsvergroting van de A2 en de spoorlijn tussen Amsterdam en Eindhoven start het Rijk begin 2014 een MIRT-onderzoek, met de focus op het traject Deil - Den Bosch (het deel van de kennisas, waar de capaciteit de afgelopen jaren niet is vergroot). Naast een grondige probleemanalyse zal daarin gekeken worden naar de oplossingsmogelijkheden van alle vijf I's: Innoveren, Informeren, Inrichten, Investeren en Instandhouden, zoals betere benutting van bestaande infrastructuur, het versterken van de relatie tussen de snelweg en het spoor zodat meer interactie en ruimtelijke ontwikkeling kan ontstaan en betere informatievoorziening over beschikbare capaciteit en goederenstromen. Met dit nieuwe type MIRT-onderzoek wordt in 2014 gestart. De regio zal participeren in dit onderzoek door inbreng van kennis en capaciteit. (bron: internet Rijkswaterstaat)
naar inhoudsopgave
8
In de Structuurvisie van de provincie is ook de as Eindhoven – Den Bosch – Utrecht als hoofdas voor de ontwikkeling van economie en verkeer aangewezen. Het is de centrale ontwikkelingsas voor Brabant en Limburg. Inspelend op het ontwikkelingsperspectief van de A2, heeft Den Bosch gekozen voor het concept van een nieuwe concentratie voor hoogwaardige stedelijke activiteiten, ”Avenue A2” genoemd. Door de actuele economische crisis staat dit initiatief op een laag pitje, maar opleving van de economie zal het A2-concept opnieuw leven inblazen. De doorwerking van het nationale en provinciale ontwikkelingsbeleid met betrekking tot de ontwikkelingsas Amsterdam – Eindhoven zullen voor de knoop Den Bosch tot grote ruimtelijke consequenties leiden, in het bijzonder voor de zone tussen de wijk Noord en Rosmalen. Daar zal in de komende generatie de omvang van de infrastructuur worden uitgebreid, waarvoor extra ruimte nodig is.
afbeelding 2.3: ontwikkelingen oostvleugel stadsregio Den Bosch
9
Oostvleugel stadsregio Den Bosch Naast de dynamiek vanwege de A2 hebben de stedelijke ontwikkelingen in de oostvleugel van de stadsregio Den Bosch grote invloed op Noord. Zie afbeelding 2.3. Na het gereedkomen van het Paleiskwartier – Willemskwartier zullen de stedelijke ontwikkelingen / uitbreidingen in de komende generatie vooral gaan plaatsvinden in de oostvleugel van de stadsregio. Dit zijn met name: de doorontwikkeling van de nieuwe woonwijk de Groote Wielen met naar planning ca. 8.700 woningen en ca. 15.000 inwoners; de omleiding van de Zuid-Willemsvaart; de uitbouw van de weginfrastructuur in de oostvleugel; bedrijventerrein De Brand II; bedrijventerrein Empel 3e fase; bedrijventerrein Heesch-west; Nuland bij Den Bosch; verdubbeling van de weg N279 langs Zuid-Willemsvaart. Conclusies voor Noord De wijk Noord ligt in de directe invloedssfeer van de A2-zone. De wijk Noord vormt een schakel tussen de oostvleugel en de rest van de stad. De nationale/provinciale ontwikkelingen in de A2-zone plus de gemeentelijke ontwikkelingen in de oostvleugel zullen leiden tot een sterke vergroting van de al aanwezige stedelijke druk op Noord.
naar inhoudsopgave
10
afbeelding 2.4: Noord - ca 1900
11
2.3
Ondergrond
2.3.1
Bodem en water De ondergrond van de wijk bestaat overwegend uit de in de zestiger jaren van de vorige eeuw opgespoten voormalige polders. Het zand kwam uit de Ploossche Plas en de Ertveldplas. Binnen de wijk liggen nog restanten van historische bewoningsgronden, met name het dorp Orthen en de Heinisdijk. Het water binnen de wijk valt onder het polderbeheer van het waterschap Aa en Maas. Conclusie Bodem en water op Noord zijn in hoge mate cultuurlijk bepaald.
2.3.2
Cultuurhistorie
afbeelding 2.5: De Heinis in mei
De Heinisdijk is aangelegd tegen de overstromingen van de Maas en was er al toen de Romeinen kwamen, zo staat geschreven … (nog opnemen foto info aan boom) . En zoals iedere Bosschenaar moet weten is Orthen het oudste stukje stad. Orthen was een hoge donk in een omgeving met bossen, waar de hertogen van Brabant kwamen jagen. In 1196 stichtten zij de stad ’s-Hertogenbosch. Orthen bleef lang een aparte gemeente en heeft nog steeds speciale rechten, zoals vastgelegd in het Koninklijk Besluit door koning Willem III op 1 juni 1866.
naar inhoudsopgave
12
13
Conclusie De Heinis en Orthen zijn de dragers van de cultuurhistorie van Noord. Uiteraard moeten deze waarden behouden blijven en versterkt worden met een eigen functie binnen de wijk..
naar inhoudsopgave
14
afbeelding 2.6: infrastructuur wijk Noord
15
2.4
Infrastructuur De infrastructuur is het belangrijkste onderdeel van de ruimtelijke inrichting. Het bepaalt de ruimtelijke organisatie. Hierna worden onderscheiden: wegen spoorwegen knopen daily urban system Afbeelding 2.6 toont de hiërarchische opbouw van de wegen, straten en knopen, tezamen het ruimtelijk systeem genoemd.
2.4.1
Wegen De wegen/routes zijn op afbeelding 2.6 weergegeven: bovenregionaal; Noord ligt in de oksel van de autosnelwegen A2 en A59; verkeersas stadsregionaal; dit zijn de gebiedsontsluitingswegen van en naar het externe wegennet. Hiertoe worden gerekend de Zandzuigerstraat, Bruistensingel en Balkweg. stadsas; de Orthenseweg en de Rompertsebaan zijn stads-assen van en naar het stadscentrum met een menging van functies en openbaar vervoer. Het zijn de moderne vormen van de traditionele hoofdstraten die voor een directe, continue relatie met het centrum zorgen; buurtwegen; deze koppelen de buurten aan de assen; erfstraten; deze ontsluiten de percelen. hoofdfietsroutes; routes stedelijk openbaar vervoer. Voor het dagelijks functioneren van de wijk zijn in het bijzonder de routes openbaar busvervoer en de hoofdfietsroutes van belang, N.B. Uit overleg met de buurtbewoners is gebleken dat de dubbelzijdige fietspaden veel bezwaren oproepen vanwege de onveiligheid, en vooral de in twee richtingen bereden rotondes. Mede door het drukke fietsverkeer doen zich bij de rotondes opstoppingen voor, hetgeen tot autosluipverkeer door de buurten leidt.
2.4.2
Spoorwegen De wijk Noord ligt in de oksel van de spoorweg naar Amsterdam en de spoorweg naar Nijmegen. Op beide spoorlijnen is sprake van een uitbreiding van het aantal goederen- en personentreinen. Richting Nijmegen door de autonome groei, en richting Amsterdam in aanzienlijke mate ten gevolge van het project hoog frequent spoor (PHS). Conclusie De wijk Noord ligt ingeklemd door grootschalige infrastructuur, en wordt doorsneden door stedelijke verkeersassen. De verdere ontwikkeling ervan is zeer bepalend voor de toekomst van de wijk. De ontwikkeling van de infrastructuur in en rond Noord vraagt de grootste aandacht. De grootschaligheid en de ermee samenhangende drukte vormen een grote en permanente bedreiging van de leef- en woonkwaliteit van de wijk. In hoofdstuk 4 wordt daar nader op ingegaan.
naar inhoudsopgave
16
afbeelding 2.7: poorten naar Noord
17
2.4.3
Knopen Knopen zijn concentratiepunten (verdichtingen) van activiteiten. Ze bepalen tevens mede de herkenbaarheid van de ruimtelijke organisatie. Noord kent een grote variatie aan knopen. Deze zijn hiërarchisch als volgt te onderscheiden: (boven)wijkniveau winkelcentrum De Rompert grootschalige winkels De Herven diensten en onderwijs Station Oost buurtniveau Orthen Hambaken Haren - Donk - Reit openbaar vervoer NS-station Oost stedenbouwkundige entrees / poorten Bijzondere punten zijn de entrees van een stads- of dorpsgebied, ook wel stedenbouwkundige poorten genoemd. Voor de ruimtelijke beleving is de kwaliteit van de entrees belangrijk. De entrees naar Noord zijn heel herkenbaar, omdat het allemaal vormen van bruggen en viaducten zijn. Op alle plekken ervaar je dat je een ander gebied in gaat. De term stedenbouwkundige poort veronderstelt een doelbewust stedenbouwkundig vormgeving. In dit opzicht zijn drie kwaliteiten te onderscheiden. Toegangen naar Noord met een positieve kwaliteit van poortwerking zijn: de entree via de Orthenseweg de entree via de Rompertsebaan de entree via de Bruistensingel bij station Oost de fietstunnel onder de A59 naar de Klokkenlaan Toegangen met een negatieve kwaliteit die de entree tot de wijk ontkennen en afbreuk doen aan de stedenbouwkundige kwaliteit zijn: de Bruistensingel over de A2 de Hambakenweg over de A59 de Zandzuigerstraat.
N.B Vergelijk overigens de genoemde poorten van Noord met de historische stadspoorten van de binnenstad op de volgende bladzijde. (Afbeelding 2.8)
naar inhoudsopgave
18
afbeelding 2.8: Orthenpoort - Vughterpoort – Hinthamerpoort
19
naar inhoudsopgave
20
afbeelding 2.9: daily urban system - dagelijks ruimtelijk leefsysteem
21
2.4.4
Daily urban system Met deze Engelse term wordt het samenstel van de infrastructuur en de voorzieningen dat voor het dagelijks functioneren, het dagelijkse leefpatroon, beschikbaar is. Het daily urban system voor Noord is op afbeelding 2.9 weergegeven, en bestaat uit de elementen die hiervoor beschreven zijn.
naar inhoudsopgave
22
afbeelding 2.10: woongebieden (bron: gemeente ’s-Hertogenbosch)
afbeelding 2.11: huurwoningen eigendom Zayaz
23
2.5
Gebieden 'Noord' is ca. 640 ha groot. Daarbinnen zijn verschillende ruimtelijk-functionele deelgebieden gelegen.
2.5.1
Woongebieden Op Noord wonen ca. 19.000 mensen in ca. 8.000 woningen zoals in bijlagen 1 is weergegeven. De buurten liggen als eilanden in het netwerk van de ontsluitingswegen (bloemkoolpatroon) genoemd. Wel is sprake van een zekere bundeling van buurten. Daardoor is op structuurniveau sprake van grotere woongebieden. Het meest duidelijk geldt dat voor De Donk - De Haren - De Reit en De Hambaken - De Edelstenenbuurt - De Muziekinstrumentenbuurt - De Sprookjesbuurt. Onderstaand schema bevat een nadere specificatie van aantal en soort van de aanwezige woningen. soort woning vrijstaand halfvrijstaand rijwoningen gestapeld totaal
aantal 379 2.132 3.940 1.983 8.434
percentage 4,5 25,3 46,7 23,5 100
koop
huur
40 %
60 %
Wijken groeien met hun inwoners mee. Noord is gestart met veel jonge gezinnen, onder meer door verhuizing uit andere Bossche buurten. Noord heeft last (gehad) van het hopgedrag van de bewoners in de stad door de jaren heen, met trek naar de nieuwe buurten, zonder veel aandacht voor de bestaande buurten. Ook heden ten dage zijn er veel verhuizingen uit Noord naar betere buurten. Een stabiele buurt is gebaat bij veel koopwoningen. Een levendige en sociaal veilige buurt/wijk is gebaat bij gezinnen. Een bepalende toets voor de leefkwaliteit van een buurt/wijk is of gezinnen in de wijk willen blijven wonen. Woononderzoeken resulteren steevast in een voorkeur voor grondgebonden, vrijstaande en halfvrijstaande woningen. Wil Noord een echte stadswijk worden dan is het nodig dat gezinnen in de wijk blijven wonen. Om gezinnen vast te houden is een verschuiving van gestapelde en rijwoningen naar meer halfvrijstaande woningen wenselijk. Eveneens is een verschuiving naar meer koopwoningen is aan te bevelen. Noord kent een hoog percentage huurwoningen. Bijna alle huurwoningen zijn eigendom van Zayaz. Dit zijn ca. 4000 woningen. Daarom speelt Zayaz een essentiële rol in de ontwikkeling van Noord naar een stabiele, vitale stadswijk. De buurtvernieuwing in de afgelopen jaren in De Donk, De Haren en De Reit toont aan dat positieve ontwikkelingen mogelijk zijn.
naar inhoudsopgave
24
buurt Orthen-west
aantal inwoners, ca. 750
Orthen
1.500
Muziekinstrumentenbuurt
1.325
De Edelstenenbuurt
1.200
De Sprookjesbuurt
1.650
De Hambaken
1.400
De Rompert
2.500
De Slagen
1.525
De Buitenpepers
2.200
De Donk
2.100
De Haren
1.100
De Reit
1.650
De Herven totaal
2.250
5.575
6.625
4.850
600
600
19.500
19.500
25
Voor Orthen-Links is vanaf 2013 een concreet vernieuwingsplan in uitvoering. Andere buurten met problemen zijn De Hambaken, De Reit, alsmede kleinere verspreide situaties. N.B. Anno 2013 is vanwege de crisis een wijkvernieuwing als in De Donk c.s. voorlopig wishfull thinking vanwege het ontbreken van geld voor dergelijke kostbare ingrepen. Stedenbouw is evenwel een kwestie van lange adem. Vroeg of laat zal de vernieuwing van het woningenbestand en de buurten weer opgepakt worden. Seniorenwoningen Uiteraard is ook de veroudering van de inwoners een belangrijk punt. Woningen voor ouderen met zorgvoorzieningen zijn aanwezig in de complexen : De Hooghe Clock De Herven De Noorderkroon Dit zijn vormen van de naoorlogse, grootschalige verzorgingscomplexen. Nieuwe concepten voor ouderenwoningen zijn in ontwikkeling; meer kleinschalig met zo lang mogelijk zelfstandig wonen. De gemeente en de zorginstanties hebben in 2013 de "Coalitie Zorgzaam Den Bosch" gesloten. Een programma voor levensloop bestendig wonen voor senioren. De Van Neynselgroep geeft daaraan invulling met een ontwikkelingsprogramma bestaande uit, zie ook bijlage 2: in iedere wijk een woonpark zorgeloos wonen met brasserie en sociëteit; kleinschalige residenties met gastvrouw en huiskamer; kleinschalig wonen voor intensive zorg. Stedenbouwkundig goede locaties voor de ouderenwoningen zijn het wijkcentrum en de buurtcentra vanwege de nabijheid van voorzieningen en levendigheid. Conclusies 1. Met ruim 8.000 woningen en ca. 19.000 inwoners is Noord de op één na grootste woonwijk van de stad. 2. Door het grote aantal huurwoningen is een voortgaande, buurtgerichte vernieuwing nodig ten behoeve van de ontwikkeling naar een vitale stadswijk. Met name Orthen-Links, De Hambaken en De Reit vragen aan dacht. 3. In het bijzonder is op Noord ook het voorzien in ouderenwoningen voor de eigen senioren aan de orde.
naar inhoudsopgave
26
afbeelding 2.12: werken op Noord
27
2.5.2
Werken op Noord Noord kent relatief veel werkgelegenheid.
aantal vestigingen aantal arbeidsplaatsen
Noord ca. 1.200 ca.. 20.000
‘s-Hertogenbosch ca.. 10.000 ca.. 100.000
Binnen de wijk liggen de volgende concentraties bedrijven; bedrijventerrein De Herven: een menging van kantoren, garages, grootschalige detailhandel; bedrijventerrein Hambakenwetering High Tech park; Hervensebaan - station Oost: kantoren en scholen; Orthenseweg: gemengde bedrijvigheid; blok Zevenhontseweg - Rompertsebaan - Sint Teunislaan: diensten en scholen. Voorts bieden verspreid gelegen detailhandel, kantoren en de overige voorzieningen de nodige werkgelegenheid. De vele arbeidsplaatsen op fietsafstand van de woningen op Noord bieden in principe werkgelegenheid dichtbij huis. Dit is gunstig voor de ontwikkeling van een vitale stadswijk. In hoofdstuk 3 wordt daar nader op ingegaan. Meer algemeen resulteert de combinatie van de gevarieerde samenstelling van de bestaande bedrijvigheid en de goede ontsluiting voor trein, auto en fiets in een aantrekkelijk vestigingsmilieu voor (nieuwe) bedrijven op Noord. Zoals uit het sociale rapport voor Noord blijkt, lijken de bewoners van Noord echter niet van de bedrijvigheid dichtbij huis te profiteren. Noord heeft het hoogste aandeel niet-werkende werkzoekenden van alle wijken. Het bedrijventerrein De Herven is toe aan een vernieuwing en herverkaveling, zoals in hoofdstuk 4 nader wordt toegelicht Conclusies 1. Noord bezit relatief veel en gevarieerde werkgelegenheid, hetgeen gunstig is voor de ontwikkeling van een stabiele en vitale stadswijk. 2. Een belangrijke opgave is de aanwezige werkgelegenheid meer te benut ten voor de beroepsbevolking in de wijk. 3. Bedrijventerrein De Herven vraagt renovatie.
naar inhoudsopgave
28
afbeelding 2.13: voorzieningen op Noord
29
2.5.3
Voorzieningen op Noord De voorzieningen op Noord zijn op afbeelding 2.13 aangegeven en betreffen: het hoofdwinkelcentrum De Rompert; drie buurtcentra: De Hambaken, De Ploosche Hof en Orthen; twee Brede Bossche Scholen (BBS): De Hambaken en Haren-Donk-Reit; één VO-school: het Jeroen Bosch College; twee VMBO-scholen: het Hervioncollege en de Groenschool; Fontys Hogeschool: lerarenopleiding Pabo; Avans Hogeschool (sociale studies en rechten); twee kleine sportparken: Hambaken en De Donk; begraafplaats Orthen: kerk San Salvator; Molukse kerk; twee vrijliggende café-restaurants met terrassen: D’n Boerderij op de Heinisdijk en Schutterswelvaren in Orthen. Specifieke voorzieningen die de mate van stedelijkheid bepalen, maar op Noord ontbreken zijn onder meer: een bibliotheek een cultuurzaal een bioscoop een hotel Ook ontbreekt een sociaal-cultureel centrum zoals SSC De Helftheuvel in de Kruiskamp, of SCC De Schans in Maaspoort. en dat in de grootste wijk van de Den Bosch. Voorzieningen zijn essentieel voor het openbare stedelijk leven in de wijk. Daarbij is tevens een clustering / concentratie vereist voor de ambiance / verblijfssfeer. Noord heeft de nodige voorzieningen voor het dagelijkse leven. Een stedelijke ambiance ontbreekt echter. In het bijzonder (winkelcentrum) De Rompert faalt tot nu toe als stedelijke ontmoetingsplek. Orthen met de historie van het oude dorp, het café Schutterswelvaren, het fort en de begraafplaats heeft potenties, maar is “geruïneerd” door de Orthenseweg. Café-restaurant D’n Boerderij op de Heinisdijk is uitgegroeid van een kleinschalig café op de dijk tot een bovenwijkse horecafunctie. Als recreatief rustpunt ligt het mooi, maar door de toenemende parkeerbehoefte dreigt het te groot te worden voor de plek.(Eerst was er parkeren op de dijk. De gemeente wees dit af en voorzag in nieuwe parkeerplaatsen langs de entreeweg naar De Herven. Nu wordt op beide plaatsen geparkeerd. Een voorbeeld van stedelijke verschraling.) Conclusies 1. Noord heeft de benodigde dagelijkse voorzieningen. 2. Sociaal-culturele voorzieningen op wijkniveau ontbreken. 3. Voor de ontwikkeling van Noord tot een vitale en stabiele stadswijk is meer variatie en versterking van de voorzieningen essentieel.
naar inhoudsopgave
30
afbeelding 2.14: bestaande groenstructuur wijk Noord
afbeelding 2.15: vergelijking groenstructuur wijken Noord en Zuid
31
2.5.4
Groen en natuur Noord behoort tot de zogenaamde generatie tuinwijken van na de Tweede Wereldoorlog. Het groen is bepalend voor de ruimtelijke kwaliteit van de wijk. In de zomermaanden oogt Noord niet slecht. Als de bladeren vallen wordt Noord echter een beetje deprimerend. Noord is door de vele infrastructuur en de omgevende stedelijke gebieden afgesloten van het landschappelijke buitengebied. Ook binnen de wijk is de omvang van de groengebieden relatief klein. Noord verdient het begrip "tuinwijk" nu eigenlijk nog niet. Zuid is een echte tuinwijk. Van wijkniveau is: natuurgebied De Heinis Van buurtniveau zijn: Rompertpark Ploossche Plas plantsoen Orthen Langs wegen liggen: brede bermen brede waterlopen Bijzonder is: begraafplaats Orthen. De groenstructuur is op 2.14 weergegeven en gewaardeerd. Het weinige structurele groen op Noord kan worden geïllustreerd door een vergelijking met de wijk Zuid, zoals op afbeelding 2.14 aangeduid. verschil in omvang groen in directe relatie met het wonen; verschil in uitloop mogelijkheden naar het landschap van het buitengebied. Een mooi park met verblijfswaarde, zoals het Zuiderpark, ontbreekt. De kwaliteit van het bestaande groen op Noord is overwegend mager. In het bijzonder het groen langs de wegen mist de lommerrijke uitstraling die je na 40 jaar groeien mag verwachten. Dit is vooral een gevolg van het feit dat bij het aanplanten van de bomen te weinig rekening is gehouden met de opgespoten ondergrond. Te kleine boomkuilen en daarom te weinig goede grond waarin bomen en struiken voluit kunnen groeien. Het stemt weemoedig te zien hoe schriel veel bomen na 40 jaar er thans bij staan. Uitgesproken onder de maat is het bomenbestand op Orthen, delen van De Hambaken en met als dieptepunt de Balkweg en de Zandzuigerstraat. Noord heeft veel waterlopen, die echter weinig zichtbaar zijn, maar wel potenties hebben. Ook potentieel interessant voor het groen zijn de onbebouwde stroken grond onder de hoogspanningsleidingen. Beide situaties bieden mogelijkheden voor versterking van de groenstructuur.
naar inhoudsopgave
32
afbeelding 2.16: uitsnede Groene Delta
afbeelding 2.17: ecologische structuur Noord
33
Kwaliteit natuur Natuur en groen zijn natuurlijk sterk verbonden, maar niet onderling uitwisselbaar. Elke stad en elke woonwijk heeft zijn eigen karakteristieke natuurwaarden, die kunnen bijdragen aan de identiteit van een woonwijk of stad. Natuur in de stad is vaak gebonden aan grotere groengebieden, waterpartijen en oevers. In sommige gevallen aan restanten van oude cultuurlandschappen. In Noord vormt het oude cultuurlandschap van De Heinis de basis voor de natuurwaarden. Door de variatie aan landschapselementen als dijken, bosjes, struwelen en houtwallen en (acht) wielen heeft het gebied een hoge natuurwaarde. Dit uit zich onder andere in het voorkomen van bijzondere en zeldzame plantensoorten als grote pimpernel en blauwe knoop. Voor het overige zijn er weinig gegevens beschikbaar over het voorkomen van planten- en diersoorten in Noord. De structuur van de natuurgebieden in Noord is erg versnipperd. Wat er met name aan mankeert zijn robuuste verbindingen met de groene lobben ten oosten en westen van Noord, die deel uitmaken van de Groene Delta: de Henriëttewaard, Dieskant/Ertveldpolder (aan de westzijde) en de Groene geledingszone Rosmalense Aa (aan de oostzijde). Op de kaart van de Groene Delta is de zone van De Heinis en Orthen als een groene verbinding aangegeven, in de praktijk is dit echter een versnipperde situatie. Op wijkniveau zijn het vooral de waterlopen/-partijen, oevers en wegbermen die de haarvaten van de ecologische structuur vormen. Om diverse redenen zijn de natuurwaarden van dit haarvatensysteem nu beperkt. Voor het watersysteem bijvoorbeeld hangt dit samen met de matige waterkwaliteit doordat er in veel situaties nog riooloverstorten plaatsvinden op het oppervlaktewater. Versnippering en een niet op natuur afgestemd beheer zijn de belangrijkste redenen dat de potenties niet overal gehaald worden. Hierdoor is de identiteitsbepalende bijdrage van natuur in Noord ook beperkt.
Conclusies 1. Noord heeft relatief weinig groen binnen de wijk. 2. Noord is door barrières gescheiden van het landschap buitengebied, dat op grotere afstand ligt. 3. De actuele natuurwaarden binnen Noord zijn beperkt tot natuurgebied De Heinis. 4. Verbetering van natuur en groen is des te meer gewenst, omdat de ruimtelijke kwaliteit van de tuinwijk Noord bepaald wordt door het groen. Voor de ruimtelijke kwaliteit moet groen het doen!
naar inhoudsopgave
34
afbeelding 2.18: openbare ruimte Noord
afbeelding 2.19: openbare ruimte met groengebieden Noord
35
2.6
Beeldkwaliteiten Met Kevin Lynch stellen wij de vraag "What time is this place?" Noord begon 40 jaar geleden als een 'tabula rasa' met een pakket geel zand op de polderweiden. Monotonie De wijk bezit een goede ruimtelijke basisorganisatie en ligt er overwegend netjes bij. Maar de wijk is niet spannend. Vervelend is de rechtlijnigheid, de vaak te brede verharding en de leegheid van de wegen. Vervelend is de monotonie en de sobere architectuur van de woningen. Aantrekkelijke publieke ruimten ontbreken. Bijna nergens een mooie oude boom. Nergens een mooie intieme plek. Nergens een kunstwerk. Noord heeft geen stedelijk midden. Het stedenbouwkundige plan dateert uit eind zestiger jaren. De eerste woningen in De Slagen zijn pas in 1970 opgeleverd. De leidende architectuurstroming was toen het schrale modernisme van de functionaliteit. Ook het provinciehuis werd in die tijd gebouwd in de stijl van het Amerikaanse monumentale modernisme, toen sterk bekritiseerd (fascistisch), thans erkend als een van de architectonisch beste gebouwen in Nederland na 1950. Noord is een product van het fantasieloze functionalisme van een generatie geleden. Alleen het Cementrum is een gebouw waar je twee keer naar kijkt. De voortgaande ontwikkeling van de wijk met de daaraan gekoppelde vernieuwing van bebouwing biedt kansen de monotonie op te heffen en een gevarieerder bebouwingsbeeld met een eigen identiteit per plek te laten ontstaan. Geslaagd is al de renovatie ca. 2010 van De Donk-De Haren –De Reit. Vele andere plekken wachten op een vergelijkbare kwaliteitsverbetering. Negatief in het oog springend zijn: de dominantie van de ruimte voor de auto; anonieme wegen zonder erfontsluitingen; naar de weg gekeerde achterkanten van tuinen (schuttingen); hekken rond de kantoren, scholen en bedrijven.
Openbare en publieke ruimten De openbare ruimte bestaat uit het openbare gebied van een straat, plein en plantsoen. Publieke verblijfsruimten zijn voorts de openbaar toegankelijke gebouwen en terreinen. Zie afbeeldingen 2.18 en 2.19. De openbare ruimte op Noord blijft beperkt tot de wegen en straten. Behoudens het kerkplein in Orthen heeft Noord geen pleinen en plantsoenen omringd met mooie bebouwing. De wijk als geheel mist verblijfskwaliteiten. Iedereen lijkt onderweg. Wandelaars en pratende mensen zie je sporadisch. Kunst in de openbare ruimte ontbreekt, behoudens een sculptuur in het roestkleurige cortenstaal op de aansluiting Bruistensingel - Balkweg. De wijk mist openbaar leven en een thuisgevoel. De wijk als geheel is nog saai. De basis voor het stedenbouwkundige plan was een functioneel raster. Niet de stedelijke verblijfsruimte stond voorop, maar de ruimte voor de auto. Publieke ver-
naar inhoudsopgave
36
blijfsruimten ontbreken. Op afbeelding 2.19 is de bestaande kwaliteit van de openbare ruimte van de wijkwegen en de buurtontsluitingswegen aangeduid. Voor wat betreft de wegen en straten zijn daarbij in beschouwing genomen het wegprofiel en het zicht op de aangrenzende percelen c.q. de eerder genoemde achterkanten. In geval dat dit zicht niet goed is, is dat apart aangeduid. goede kwaliteit positief worden beoordeeld de wegvakken: Schaarmeesterstraat Rompertsebaan De Harendonkweg vernieuwde Sint Teunislaan matige kwaliteit De Hambakenweg Het Wielsem oostelijk deel Bruistensingel Hervensebaan Het Wielsem - noordelijk deel slechte kwaliteit Balkweg middendeel Bruistensingel; Orthenseweg Zandzuigerstraat; Zevenhontseweg. N.B. De binnenstad had lange tijd een autoprobleem omdat de binnenstad niet voor de auto gebouwd is. Nu de binnenstad steeds autoluwer wordt, wint de stedelijke verblijfsruimte sterk aan kwaliteit. Met de historische stedenbouwkundige structuur en architectuur heeft de openbare ruimte van de binnenstad een relatieve volkomenheidsgraad. Deze ontwikkeling is algemeen. De stadscentra worden verkeersluw. De buitenwijken moeten het verkeer verwerken. Wegenraster en woonerven. Het wegenraster dat voor de wijk Noord is gekozen, is historisch veel gebruikt voor de uitleg van nieuw stedelijk gebied. Door Grieken, Romeinen. In Amerikaanse steden. Het voordeel van een raster is de flexibiliteit voor veranderingen en de opname van een geleidelijke verdichting. Dit voordeel heeft Noord ook. Historisch waren de voorkanten van de gebouwen naar de straat gericht. Op Noord zijn op veel plaatsen de achterkanten naar de hoofdstraat gericht en veroorzaken ze de monotonie en anonimiteit. Binnen het raster liggen de woonbuurten rondom woonerven. De oriëntatie van de woningen op het woonerf leidt tot het probleem van de achterkanten naar de hoofdwegen. Het doorbreken van aaneensluitende achterwanden langs de Harendonkweg is een goed voorbeeld van verbetering. Maar De Rompert, De Haren, De Reit en Hambaken vertonen nog nadrukkelijk de introverte, van de hoofdweg afgekeerde kenmerken. Met de doorontwikkeling van Noord van een pionierswijk naar een tweede generatiewijk zal het beeld gevarieerder worden.
37
De eerste aanpassingen - De Donk, De Haren en de Sint Teunislaan - zijn reeds geschied. Het toekomstige beeld van Noord vraagt wel sturing en vooral een visie op het na te streven beeld. In hoofdstuk 4 wordt daar nog nader op ingegaan.
Conclusies 1. Stedenbouwkundig gezien heeft Noord een monotoon ruimtelijk beeld als gevolg van het oorspronkelijke verkeersraster. Aanpassing hiervan is een primaire eis voor het realiseren van goede openbare ruimten op Noord. 2. Aantrekkelijke publieke verblijfsruimten ontbreken geheel, maar zijn essentieel voor stadsvorming. 3. Voor de doorontwikkeling van Noord moet gekozen worden voor een duidelijke visie op het na te streven stedelijke beeld.
naar inhoudsopgave
38
afbeelding 2.20: geluidbelasting wegverkeer etmaalgemiddelde
afbeelding 2.21: geluidbelasting railverkeer etmaalgemiddelde
afbeelding 2.22: geluidbelasting weg- en railverkeer etmaalgemiddelde
39
2.7
Milieubelasting De milieubelasting in de steden is wereldwijd Noord heeft er van te lijden.
een zeer groot probleem. Ook
Hoe de wind ook staat, er waait altijd verkeerslawaai en fijnstof over Noord. Over Noord liggen: milieuzone A2 milieuzone A59 milieuzone spoorlijn naar Amsterdam milieuzone spoorlijn naar Nijmegen milieuzone Bruistensingel milieuzone Zandzuigerstraat milieuzone Orthenseweg / Hambakenweg Dan zijn er ook nog twee 150 KV-hoogspanningsleidingen, waarvan de risico’s voor de gezondheid steeds meer aandacht krijgen. De grote milieubelasting is erg hinderlijk voor het dagelijkse leefcomfort en de gezondheid. De wijk Noord is milieuhygiënisch het zwaarst belast, en dientengevolge het meest ongezond van alle wijken in Den Bosch. Op Noord leef je korter. De slechte milieukwaliteit vormt een hoofdprobleem van de wijk en wordt veroorzaakt door de bovenregionale wegen en spoorwegen die de wijk aan alle zijden opsluiten. Van alle kanten waait met de wind geluid en stof over de wijk. De afbeeldingen 2.20 t/m 2.22 illustreren de ernstige vervuiling. Deze afbeeldingen tonen de vervuiling door de wegen en spoorwegen apart. De cumulatie (optelsom) van de vervuiling is niet getekend. De situatie is dus nog ernstiger dan getekend. De toename van het autoverkeer op alle wegen en het hoogfrequente spoorwegverkeer zullen de milieusituatie verder verslechteren. De ontwikkelingen in de afgelopen jaren hebben de situatie aanmerkelijk verslechterd. De uitbouw van de A2 heeft geleid tot meer verkeer en hogere snelheden tot 130 km/uur. Door de nieuwe, hoge geluidschermen golft het geluid veel verder de wijk in dan voorheen. Aan de noordzijde langs de A59 ontbreken zelfs over grote delen geluidschermen. De spoorlijn naar Nijmegen ligt op een dijk, hetgeen sowieso ongunstig is. De toename van het treinverkeer leidt tot veel meer spoorweglawaai, in het bijzonder de nachtgoederentreinen verstoren de nachtrust. Onbevredigend is ook dat met de uitbouw van het spoor, ter hoogte van Orthen en de Buitenpepers wel geluidschermen worden geplaatst en ter hoogte van de woonbuurt De Herven niet. Het antwoord van Prorail en de gemeente dat er normen zijn met bovengrenzen heeft betrekkelijke waarde. Erg onduidelijk is wie meet en bijstuurt in geval van overschrijding van de normen. Bovendien heeft de overheid, in geval van dreigende overschrijding, de bevoegdheid om de toegestane belasting te verhogen. De burger staat machteloos tegenover de gemeente, Rijkswaterstaat en Prorail/NS.
naar inhoudsopgave
40
Ter hoogte van woonbuurt De Herven zijn geen geluidsvoorzieningen, omdat de toename van het geluid onder de 2 dB (ca. 1,5 dB) is berekend en daar geen werk wordt uitgevoerd. Deze toename heeft volgens de geldende regels geen prioriteit. Wij zijn van mening dat de cumulatie van de aparte geluidsbronnen uitgangspunt moet zijn voor de maatregelen tegen de geluidhinder, en wensen dat de geluidsschermen worden door getrokken tot voorbij de buurten Carolushof en De Herven.. Onderstaand zijn kwaliteitsindicaties van het geluid weergegeven. 1. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. 2. Gemeente Den Bosch.
kwaliteitsindicatie geluid Lden in dB geluidkwaliteit < 45 46-50 51-55 56-60 61-65 >65
zeer goed goed redelijk matig slecht zeer slecht
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
kwaliteitsindicatie geluid Lden in dB geluidkwaliteit
< =54 55-59 60-64 65-69 70-74 >= 75
rustig levendig !!! luid erg luid lawaaiig zeer lawaaiig
Gemeente ‘s-Hertogenbosch
Tabel 1: kwaliteitsindicaties geluid
De gemeente voert een weinig actief beleid in de bestrijding van het verkeerslawaai. De weinig serieuze aanpak van het geluid door de gemeente op basis van de normen wordt geïllustreerd met een vergelijking van de rijksnormen met de gemeentelijke waardering. Sprekend is de vergelijking van de categorie 56 - 60 dB. De Bossche milieudienst noemt dat levendig. Bij deze geluidbelasting zijn, nota bene, zogenaamde dove gevels vereist om het geluid buiten te houden. De kwalificatie “levendig” grenst aan misleiding! De toename van het geluid schrijdt voort. Algemeen geldt dat een toename van de verkeersintensiteit van 10000 mvt per dag naar 15000 mvt per dag leidt tot een toename van ca 1 dB. Een toename van 3 dB betekent een verdubbeling van het geluid. Een recente duidelijk waarneembare toename van het spoorweglawaai vanaf de lijn naar Nijmegen is er na het gereedkomen van de fly-over in Orthen en de hoge brug over het nieuwe kanaal. Ter hoogte van Orthen-Links dreigt een dramatische toename van het geluid door de goederentreinen vooral in de nacht als gevolg van het programma hoogfrequent passagiersvervoer (PHS). Zie ook paragraaf 4.2.3.
41
Genoegzaam is bekend dat een hoge geluidbelasting de woon- en leefkwaliteit en de gezondheid aantast. Mensen die het betalen kunnen verkiezen de rustige woonplaatsen. Mede omwille van de woonkwaliteit wordt de binnenstad autoluw gemaakt. Noord is qua milieuaspecten de meest belaste wijk in de stad. De toekomst van Noord hangt mede af van de vermindering van de geluidbelasting. Voorkomen moet worden dat nog meer delen van de wijk Noord gaan horen bij de gebieden die gekenmerkt worden met “nooit meer (goed) slapen”. N.B. Met betrekking tot het goederenvervoer is het overigens onbegrijpelijk dat: nachtgoederentreinen zijn toegestaan. Nachtvluchten zijn toch ook verboden; de Betuwelijn niet ten volle gebruikt wordt, omdat een vervoerder vrij is in de routekeuze en vaak kiest over regulier spoor te rijden omdat dat goedkoper is. Luchtkwaliteit De luchtkwaliteit op Noord wordt bepaald door het autoverkeer. Er liggen geen vervuilende bedrijven in de omgeving. Langs de drukkere wegen op Noord is sprake van overschrijding van de normen voor fijnstof en stikstofoxiden. In 2010 werd langs de Bruistensingel een belasting gemeten van 38 microgram fijnstof per kubieke meter. De Europese norm bedraagt 25 microgram per m³. Elke toename van 5 mg/m³ stijgt de kans op vervroegd overlijden met 7%. (Bron NRC dd 131209). De conclusie is dat je op Noord slechte lucht inademt en korter leeft. Hoogspanningsleidingen Door Noord lopen twee hoogspanningsleidingen. Dat de stralingen ervan de gezondheid bedreigen wordt geleidelijk aan breder onderkend. Er wordt op nationaal niveau gesproken over het ondergronds leggen van hoogspanningsleidingen in woongebieden. Op Noord is dat goed mogelijk omdat onder de hoogspanningsleidingen bebouwingsvrije zones liggen. Conclusie De wijk Noord kent een zeer zware milieubelasting. Het is de meest ongezonde wijk om in te wonen. Verbetering van het milieu is urgent. Op korte termijn met name doortrekken geluidschermen op spoordijk naar Nijmegen. N.B. Tijdens het schrijven van deze paragraaf over het milieu is gebleken dat het moeilijk is te doorzien welke milieuregels van toepassing zijn en wie voor de regels c.q. het handhaven van de regels verantwoordelijk zijn. De uitdrukking “van het kastje naar de muur” dringt zich op. In het bijzonder blijkt dat geen enkele overheidsinstantie verantwoordelijk is voor het totaal. Cumulatie van hinder wordt niet geteld, zo lijkt het. In een overleg met de wijk werd de regelgeving met betrekking tot het geluid akelig genoemd. Berichten als "Rijkswaterstaat goochelt met meetresultaten A13" maken het milieubeleid er niet geloofwaardiger op. Bovendien is op 10 september 2013 besloten een snelheid van 130 km/uur op de gehele A2 toe te staan, dus ook in het stedelijke gebied Den Bosch – Rosmalen - Vught. Een artikel in de NRC van 15 oktober 2013 beschrijft een studie waaruit blijkt dat de luchtvervuiling het leven met een paar jaar verkort en wordt het toestaan van 130 km/uur "onbegrijpelijk" genoemd.
naar inhoudsopgave
42
afbeelding 2.23: knelpunten “de rode kaart voor Noord”
43
2.8
Conclusies bestaande situatie De wijk Noord verkeert in een fase van doorontwikkeling. Thans is sprake van het einde van de eerste generatie pioniersfase en wordt de wijk geconfronteerd met verrommeling en tekortkomingen. De algemene conclusie is dat de wijk Noord in de knel zit. Dit rapport is gericht op een visie van de stedenbouwkundige doorontwikkeling van Noord. Daarbij is het allereerst noodzaak de in de vorige paragrafen genoemde zorgpunten en knelpunten op te heffen. Deze zijn op afbeelding 2.23 getekend. Het betreft ruimtelijke punten op wijkniveau. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
De wijk ligt aan alle zijden ingeklemd door grootschalige infrastructuur. De relatief grote afstand tot het buitengebied. De doorsnijding van de wijk door de verkeersas Bruistensingel. De grote milieubelasting van geluidhinder en fijnstof. De lage kwaliteiten openbare ruimten. De matige kwaliteit van de groenvoorzieningen. Het matige niveau en variatie van de voorzieningen; De woonbuurten Orthen-Links, De Hambaken en de Reit. Het bedrijventerrein De Herven. Verspreide verrommelde plekken.
Tezamen “de rode kaart” voor Noord !
naar inhoudsopgave
44
afbeelding 3.1: rapport Sociale kijk op de wijk Noord
45
3
KANSEN EN BEDREIGINGEN
3.1
Inleiding Het boeiende van de wijk Noord is dat het een jong stedelijk gebied is, dat in een ontwikkeling verkeert van een “pioniersfase” naar een meer gesettelde situatie. Niet anders dan bij mensen in de puberfase is het opletten dat de juiste stappen worden gezet. Bij de ontwikkelingen van een menselijke nederzetting is het van belang onderscheid te maken tussen: het karkas van de nederzetting: de ruimtelijke opbouw, en het leven: wonen, werken, voorzieningen, recreëren in dat karkas. Het karkas en het leven hebben een wisselwerking op elkaar. Beide aspecten veranderen in de tijd. Daarbij geldt: wat er is, is de gids voor wat er moet komen (Joseph Spencer).
3.2
Sociale kijk op de wijk Noord De afdeling Welzijn van de gemeente heeft in 2009 het rapport “Sociale kijk op de wijk Noord” uitgebracht. In het rapport worden onder meer de volgende kenmerken genoemd. Algemeen met 19.000 inwoners één van de grotere wijken in Den Bosch; de opgesloten ligging; een typische 70-tiger jaren bloemkoolwijk; buurt ontworpen voor de auto; buurten als eilanden omsloten door wegen; drie ‘GSB’ aandachtsgebieden (grotestedenbeleid); groot aandeel niet-westerse allochtonen; evenwichtige bevolkingsopbouw qua leeftijd; lichte krimp aantal inwoners. Wonen 8.000 woningen; slechts 1/3 is koopwoning; gemiddelde WOZ-waarde ligt € 50.000,- onder gemeentelijk gemiddelde. Sociaal waardering leefklimaat lager dan gemeentelijk gemiddelde; sociale aandachtsgebieden: Orthen-Links, De Hambaken, delen van De Haren, en De Slagen; meer dan gemiddelde tevredenheid inzake de voorzieningen. Activiteiten minste medeverantwoordelijkheid voor buurt van hele gemeente; minder dan gemiddelde deelname aan sport; minder dan gemiddelde deelname aan cultuur.
naar inhoudsopgave
46
STEDENBOUWKUNDIGE ESSENTIES VAN NOORD • 19.000 inwoners • Verhouding huur – koopwoningen: 70 – 30 % • 20.000 arbeidsplaatsen, maar weinig relatie met de wijk • Relatief grote werkloosheid • Relatief lage bewoners participatie • Opgesloten in grootschalige infrastructuur • Overmatige milieubelasting • Bloemkoolwijk – doorontwikkeling naar stadswijk afbeelding 3.2: stedenbouwkundige essenties van Noord
47
Werkgelegenheid veel werkgelegenheid in de wijk; weinig deelname vanuit de wijk zelf; relatief hoge werkloosheid; hoogste aandeel van niet-werkende werkzoekenden binnen gemeente. Uitdaging De opgave is om van de pionierswijk Noord een stabiele, vitale stadswijk te maken. Hoe dat kan, kun je leren uit de ervaringen elders, zoals bijvoorbeeld de stedelijke vernieuwing in Rotterdam, publicatie Vitale Stad. Een en ander zoals verder in dit hoofdstuk wordt beschreven. Een uitdaging moet zijn om meer balans te krijgen in enerzijds het grote aantal werkzoekenden en anderzijds het grote aantal arbeidsplaatsen in de wijk.
Conclusie Uit bovenstaande blijkt dat Noord geen bevoorrechte wijk is. De sociaaleconomische situatie is zwak. Daardoor is de wijk kwetsbaar. Door de grote omvang heeft de wijk veel impact op de stad als geheel. Het versterken van de sociaal-economische en culturele omstandigheden is van belang voor de gehele stad. Het vraagt permanente aandacht en begeleiding, van de stedelijke overheid, maar ook van de gebruikers (bewoners, corporaties, ondernemers).
naar inhoudsopgave
48
afbeelding 3.3: SWOT-analyse
49
3.3
SWOT-analyse Afbeelding 3.3 bevat een overzicht van de sterke en zwakke punten, alsmede de kansen en bedreigingen. Sterke punten De sterke punten zijn vooral van functionele aard: de ontsluiting voor de auto, de aanwezige voorzieningen, het grote aantal inwoners (19.000) en de gevarieerde werkgelegenheid (20.000). Bijzondere kwaliteiten ontbreken. Zwakke punten Zwak is de monotonie, het saaie van de wijk, de oververtegenwoordiging van de lagere middenklasse, de lage investeringskracht, de grote werkloosheid, de dominante zware infrastructuur met de negatieve aspecten van permanente hinder van geluid. Kansen De ruime stedenbouwkundige structuur, het grote aantal inwoners. en de vele arbeidsplaatsen bieden interessante doorgroeimogelijkheden op basis van de eigentijdse thema's: van duurzaamheid, en eigen inbreng in het beheer van een stadswijk. Daarbij vasthouden aan het oorspronkelijke tuinwijkidee. Wat er is, is de gids voor wat er moet komen. Het saaie functionele opheffen door invoeging van meer ecologie en romantiek. Een bijzondere uitdaging is het meer in balans brengen van de werkgelegenheid en het grote aantal werkzoekenden. De vertragingen door de huidige crisis geven even tijd en rust voor het goed (her)overwegen van de ruimtelijke plannen voor de hoofdinfrastructuur in en rond de wijk. Bedreigingen De bedreigingen zijn groot en acuut. De wijk is ingesloten door grootschalige infrastructuur en ingeklemd tussen het centrale stadsgebied en de grotere stadsvleugel Oost, In het bijzonder zijn actueel de intensivering van het treinverkeer en de oost-west wegverbindingen ten behoeve van de verder groeiende wijken Groote Wielen en Rosmalen-Noord, de toenemende drukte op de hoofdwegen in de wijk. De huidige sociaal-economische crisis kan de maatschappelijke positie verder verzwakken. De toekomst met de doorontwikkeling van de A2-zone en de oostvleugel zal de druk op de wijk verder vergroten.
naar inhoudsopgave
50
afbeelding 3.4: lessen van Joan Busquets
51
3.4
Nieuwe opgaven in de stedenbouw De doorontwikkeling van Noord van pionierswijk naar stadswijk biedt kansen voor de doorwerking van de nieuwe opgaven in de stedenbouw. In 2011 hield Joan Busquets, winnaar van de Erasmusprijs 2011, op de Avans Hogeschool in Den Bosch een inspirerend betoog over de nieuwe opgaven in de stedenbouw, gevat in tien punten/lessen. Zie bijlage 3. Een aantal daarvan zijn rechtstreeks van toepassing op de ontwikkeling van Noord. Les 1 Hij noemde als een van de hoofdopgaven het goed integreren van de grootschalige infrastructuur in de stedelijke omgeving. In de voorbije generatie is in de steden een onevenwichtigheid ontstaan tussen het ruimtebeslag door de grootschalige voorzieningen voor de auto’s en treinen en de leefruimte voor de bewoners in de steden. Wereldwijd zijn de steden gefragmenteerd geraakt door de doorsnijdingen van de grootschalige infrastructuur. Tegenover de kwantitatieve overwegingen van de verkeersingenieurs, stond een zwakke kwalitatieve inbreng van de stedenbouwkundigen, aldus Busquets. Met als gevolg: schrale woonwijken als eilanden zonder stedelijke context en steriele openbare ruimte. Een 'Umwertung' van waarden is noodzakelijk. Niet de infrastructuur voor het verkeer moet uitgangspunt zijn, maar stedenbouw gericht op goed leefbare, vitale stedelijke gebieden. Dit houdt een principiële nieuwe ontwerpbenadering van de infrastructuur in. Niet de verkeersingenieurs moeten de leiding krijgen, maar de stedenbouwkundige en landschappelijke ontwerpers. De infrastructurele doorsnijdingen moeten worden weggewerkt. Nieuwe technieken maken het mogelijk infrastructuur op te nemen in ondertunnelingen en overkluizingen. Dit punt is van primair belang voor Noord. Wordt de wijk verder ingeklemd, of wordt de grootschalige infrastructuur gebundeld en ingekapseld. Les 2 Het stedenbouwkundig ontwerp voor Noord is sterk gebaseerd op de CIAMprincipes, de stedenbouwkundige stroming uit het midden van de vorige eeuw (Le Corbusier c.s.). In CIAM lag het accent op het uiteenleggen van de functies wonen, werken en recreëren in een netwerk van infrastructuur. Stedelijkheid vereist echter multifunctionele openbare ruimten waar stadsleven kan ontstaan en gedijen, zoals door Jane Jacobs als reactie op CIAM bepleit. Net als gebouwen kunnen openbare ruimten ontworpen worden, zowel straten en pleinen als groengebieden. In steden is veel openbare ruimte verloren gegaan om de auto te accommoderen. Noord is een wijk waar het ontwerpen van publieke ruimten vergeten is. Er is nu een kentering gaande, het (dure) herstel van de publieke openbare ruimte is begonnen.
naar inhoudsopgave
52
afbeelding 3.5: Piazza Navona Rome - Markt ’s-Hertogenbosch - centrum wijk Noord (omvang gelijk)
53
Onderkend wordt dat de kwaliteit en eigenheid van de Europese stedenbouw is bepaald door de openbare ruimten waar het dagelijkse stadsleven zich afspeelt. Hoogtepunt daarin was de periode 18e - 19e eeuw, vóór de komst van de machine. Thans is sprake van een renaissance van de openbare ruimte op basis van de eigentijdse omstandigheden. De Bossche binnenstad is hiervan een voorbeeld. Een aantrekkelijke openbare ruimte vereist een vorm van beslotenheid / beschutting bestaande uit bebouwing en/of groen. Vergelijk Noord met toppers qua openbare ruimten. Noord is een uitbreidingswijk waar de openbare ruimte vergeten is. Correctie van deze stedenbouwkundige omissie is essentieel voor de transformatie naar een echte stadswijk. Les 3 Voor stedelijk gebied met karakter heb je “sleutelgebouwen” nodig. Dit zijn gebouwen met een aansprekende architectuur, die ook een knooppunt vormen als midden van stedelijk leven. Gebouwen die aanspreken en waar mensen graag verblijven. Gebouwen met synergie. Op buurtniveau vervult de nieuwe Brede Bossche School Haren-Donk-Reit deze functie. Op wijkniveau mist Noord zo’n gebouw. Voor de stimulans van het stedelijk leven is de realisering van een sleutelgebouw op wijkniveau een must. Les 4 Deze les van Busquets is voor Noord in het bijzonder van toepassing. In gebieden waar weinig investeringen te verwachten zijn moeten de stedelijke verbeteringen bereikt worden door ”kleine projecten”. Er zijn altijd punten ter verbetering,en onderhoud, zoals het stratenpatroon, locaties nieuwbouw, toevoeging voorzieningen. Het is geen stedenbouw van spectaculaire acties. De eenvoud ervan is de beste garantie dat het wordt begrepen en uitgevoerd. Grote investeringen zijn op Noord niet te verwachten. De ontwikkeling zal verder gaan met kleine stappen. Door de gemeente kan dit gedaan worden in het kader van groot onderhoud, door de bewoners en de gebruikers bij de vernieuwing renovatie van de gebouwen. De verdere ontwikkeling van Noord zal geschieden in kleine stappen. Het concept van de “kleine projecten” is van belang voor het geleidelijke proces van vernieuwing dat op Noord aan de orde is. VIER LESSEN VAN JOAN BUSQUETS VOOR ACTUELE STEDENBOUW -
Grootschalige infrastructuur opnemen in stedelijk weefsel
-
Renaissance openbare ruimte
-
Sleutelgebouwen met stedenbouwkundige synergie
-
Ontwikkeling in kleine stappen
naar inhoudsopgave
54
afbeelding 3.6: omslag tijdschrift ‘Vitale stad’ no. 6 - 2012
55
3.5
Naar een vitale stadswijk Op vele plaatsen in Nederland is en wordt gewerkt aan een vernieuwing en revitalisering van stadswijken. De positieve ervaringen in Rotterdamse wijken zijn onder meer beschreven in het tijdschrift ‘Vitale stad’, uitgave no. 6, 2012, Rotterdam. De conclusies zijn samengevat in onderstaande 10 lessen van Pendrecht en Katendrecht. Zie bijlage 4. Als basisvoorwaarde voor een vitale wijk geldt dat gezinnen er kunnen en willen blijven wonen. Voorwaarden daarbij zijn: goede voorzieningen voor onderwijs en spelen; werk op fietsafstand voor (een van) de ouders. Aan deze voorwaarden kan op Noord voldaan worden. Wat er verder moet gebeuren is te leren uit de onderstaande 10 lessen. Noord en de 10 lessen van Pendrecht en Katendrecht 1. De wijk als werkeenheid. Kies een duidelijke afbakening. Noord kent een heldere afbakening door de auto- en spoorwegen. 2. Creëer commitment. Zorg voor meerjarige betrokkenheid van bewoners en gebruikers. Dit moet nog ontwikkeld worden op Noord. De wijk kent thans weinig maatschappelijke betrokkenheid. 3. Het DNA van een wijk. Wat zijn de sociale, fysieke, economische, maatschappelijke, culturele kenmerken. Deze zijn voor Noord beschreven in het rapport Sociale kijk op de wijk Noord. Deze zijn helaas zwak en moeten versterkt worden. 4. Waardenmakers. Investeren in voorzieningen die meerwaarde opleveren. Deze zijn beperkt op Noord. Op Noord wordt weinig geïnvesteerd. De onderwijsinstellingen vormen een basis. Een belangrijke opgave, met de gemeente als regisseur. 5. Visie voorkomt zwalken. Een gedragen visie als stip aan de horizon. Dit is een gemeenschappelijke taak van gemeente en bewoners en gebruikers. Voorliggend rapport bedoelt hieraan een bijdrage te leveren. 6. Programma. Duidelijk en gefaseerd uitvoeringsprogramma opstellen. Taak voor gemeente in samenspraak met wijk. Voorliggend rapport bevat een voorstel in de vorm van de Agenda voor Noord. 7. Branding. Kies een voor de buitenwereld aansprekend motto. Voor Noord: de CIAM-wijk Noord ge-ecologiseerd en geromantiseerd (new urbanism). 8. Gebiedsafspraken. Verdeling verantwoordelijkheden en kosten. Op Noord gezamenlijke taak, gemeente, woningbouwcorporaties, parkmanagement bedrijventerreinen, met de gemeente als regisseur. 9. Sturing. Nodig is management met gezag. Op Noord ontbreekt een overkoepelende wijkraad. Sterke wijkraad en/of platform van buurtverenigingen nodig voor heldere sturing. In ieder geval “Noord get organised”. 10. Meten is weten. Monitoren van vastgoedwaarden, sociale veiligheid, speciale doelen. Dit is deels gedaan in het rapport “Sociale kijk op de wijk Noord". Continuering ervan is een taak voor de gemeente (als regisseur), in samenspraak met de wijkraad. (Mogelijk ook een langjarig studieobject voor de hoge scholen AVANS/HAS?).
naar inhoudsopgave
56
3.6
Hedendaagse democratie in de wijk De wijk Noord is vanaf 1965 gebouwd door de overheid. Nu, na ca. 50 jaar, wonen er 19.000 inwoners en zijn er bedrijven en voorzieningen met ca. 20.000 werkplaatsen. De wijk is niet alleen meer een overheidszaak. De betrokkenheid van de inwoners en gebruikers bij de ontwikkeling van de wijk lijkt vanzelfsprekend, maar blijkt in de praktijk weerbarstig. Dit aspect vormt een hoofdthema in het werk van filosoof-socioloog Jürgen Habermas, die in 2013 de Erasmusprijs ontving.
anp
afbeelding 3.7: Jürgen Habermas, winnaar Erasmusprijs 2013 (bron anp)
Voor Habermas is een belangrijke voorwaarde om tot een echte rationele discussie te komen, die van de "machtsvrije communicatie" die stelt dat geen enkele deelnemer een overheersende rol mag spelen in de discussie, gebaseerd op iets anders dan de macht van het betere argument. Verdere voorwaarden zijn ook dat alle gesprekspartners argumenten en problemen kunnen aandragen, ze niet op voorhand worden uitgesloten van de discussie en ze ook werkelijk een discussie willen voeren. Dit lijken op zich redelijk ideale voorwaarden, die echter nooit in de praktijk gerealiseerd kunnen worden. Habermas erkent dit, maar stelt dat desondanks door de gesprekspartners bij elke discussie wordt uitgegaan van deze vooronderstellingen. Maar als het uitkomt dat deze voorwaarden worden geschonden dan zullen de gesprekspartners zich inderdaad teleurgesteld uit het overleg terugtrekken. In een bijeenkomst in het kader van de uitreiking van de Erasmusprijs 2013 gaf Commissaris Van de Donk daar voor de burgerparticipatie nog een relevante aanvulling op. De bureaucratische c.q. technische systemen zijn zo machtig geworden dat de hedendaagse vormen van democratie moeilijk vat krijgen op het automatisme van de systemen. De politiek worstelt ermee. Het geldt in versterkte mate voor participerende burgers. Kars Veling, directeur “Prodemos – Huis voor democratie en rechtstaat”, voegt daar nog het volgende aan toe.
57
Onze staatsinstellingen stammen van heel lang geleden. De veranderingen in de samenleving geven alle reden om te overwegen of ze niet aan vernieuwing toe zijn. Een belangrijk thema van deze tijd is de mondigheid van de burgers, die vraagt om een overheid, die niet betuttelt, maar ruimte geeft. Democratie houdt ook in dat mensen zelf direct betrokken zijn op hun leefomgeving. Dit rapport is een product van burgerparticipatie en een testcase in hoeverre burgerparticipatie thans reikt.
3.7
Conclusies kansen en bedreigingen Voorgaande SWOT-analyse leidt tot de volgende algemene conclusies. Noord is een kwetsbare wijk. De bedreigingen zijn groot. Toepassing van de lessen van Busquets en Pendrecht-Katendrecht leveren kansen op een goede doorontwikkeling van pionierswijk naar stabiele vitale stadswijk. In het volgende hoofdstuk worden de kansen en bedreigingen nader beschreven.
naar inhoudsopgave
58
afbeelding 4.1: ontwikkeling oostvleugel
59
4
VISIE ONTWIKKELING
4.1
Inleiding Na voorgaande inventarisatie en analyse volgt in dit hoofdstuk de visie op de gewenste ontwikkelingen Op Noord wonen ca. 19.000 mensen. Deze willen uiteraard een fijne wijk om in te wonen. Dit rapport is niet gericht op de bestaande “dagelijkse” problemen van parkeertekort, achterstallig onderhoud, groen e.d. Dit rapport gaat over het Noord van morgen. Noord Quo Vadis. De centrale doelstelling voor Noord is de doorontwikkeling van de bloemkoolwijk naar een vitale, stabiele stadswijk. Gezien de omstandigheden binnen de wijk en in de omgeving is dat een zware opgave die veel uithoudingsvermogen zal vergen. Noord zit stedenbouwkundig/planologisch in de klem van de ontwikkelingen buiten de wijk. De wijk is kwetsbaar, maar heeft uiteraard ook kansen . Hierna worden achtereenvolgens beschreven: infrastructuur bovenwijks ontwikkeling van de wijk als geheel ontwikkelingen in de buurten
4.2
Infrastructuur bovenwijks Noord ligt opgesloten in een net van bovenwijkse wegen. De ontwikkeling daarvan is allesbepalend voor Noord. Daarom wordt de bovenwijkse infrastructuur als eerste behandeld. Het betreft de ontwikkeling van de hoofdinfrastructuur aan alle zijden, maar in het bijzonder aan de oostkant met de A2 en de kanaalzone. Daarbij is sprake van een dubbelontwikkeling. De nationale/provinciale ontwikkelingsas A2 en de ontwikkeling van Maaspoort en de stedelijke oostvleugel met Empel, Rosmalen-Noord, Groote Wielen, met recentelijk ook Nuland en Heesch-West. Een en ander zoals beschreven in paragraaf 2.2. De relaties van deze ontwikkelingen met de rest van de stad gaan verlopen door en langs de wijk Noord. Deze voor de wijk externe ontwikkelingen vormen de structurele bedreiging voor de woon- en leefkwaliteit van Noord. Helaas zijn er geen voordelen aan verbonden. Zie ook afbeelding 4.1. Hierna wordt nader ingegaan op de ontwikkeling van de wegen.
naar inhoudsopgave
60
afbeelding 4.2: oostwestverbindingen tot 2015
afbeelding 4.3: oostwestverbindingen na 2015
61
4.2.1
Oostwestverbindingen Het gemeentelijke rapport Oostwestverbindingen 2011 biedt een beeld van de uitbouw van het wegenpatroon. Zie afbeeldingen 4.2 en 4.3. Kenmerken ervan tot 2015 zijn: een vermindering van het autoverkeer in Rosmalen; een koppeling Stadionlaan – Tivoliweg, waartoe sinds begin 2014 de bestemmingsplanprocedure loopt; De Bruistensingel wordt uitgebouwd als verkeersader met de volgende functies: verbindingsweg tussen Rosmalen-Noord en de Groote Wielen en het centraal stedelijk gebied; ontsluitingsweg van Noord zelf; aansluiting op de A2 voor een deel van het centraal stedelijk gebied, de wijk Noord, Maaspoort, Rosmalen-Noord en de Groote Wielen. Volgens genoemd rapport krijgt de Bruistensingel na 2015 een nog zwaardere verkeersfunctie. Een en ander is nog onafhankelijk van de ontwikkeling van het project Avenue A2 in de toekomst. Het is inmiddels wel duidelijk dat deze concentratie van het verkeer op de Bruistensingel tot een zeer complex en overbelast verkeerssysteem leidt. Stedenbouwkundig gezien is deze oplossing voor de wijk Noord funest, met name vanwege: het opsplitsen van de wijk als gevolg van de zware verkeerslijn; de grote toename van het autoverkeer met de erbij behorende toename van de geluidhinder en verslechtering van de luchtkwaliteit. onveiligheid door de vermenging met het eigen wijkverkeer. De oplossing van genoemd probleem moet gevonden worden in een structurele heroverweging van het wegenpatroon in de gehele oostvleugel. Het ontwerpen daaraan is de nieuwe stedelijke opgave bij uitstek, zoals bedoeld door Joan Busquets. De basisuitgangspunten daarbij moeten zijn: stedenbouw voorop; bundeling van de nieuwe infrastructuur met de bestaande infrastructuur; harmonische integratie van de infrastructuur in het omgevende stedelijk gebied; ruimte reserveren voor het toekomstige project Avenue A2. N.B. In dit verband is ook van betekenis dat, zoals in paragraaf 2.2 vermeld, Rijkswaterstaat in 2014 een MIRT-studie start 'voor een capaciteitsverbetering tussen 'sHertogenbosch en Deil'. De A2 groeit door als onderdeel van de hoofdontwikkelingsas van Nederland.
naar inhoudsopgave
62
Een stukje geschiedenis… In het stadsgewestelijke structuurplan uit 1973 was de A59 doorgetrokken gedacht richting Oss. Toen werd er onder meer rekening mee gehouden dat Nuland, gelegen aan de spoorlijn, een functie voor Den Bosch zou kunnen vervullen. Het plan voor deze potentiële doortrekking naar Oss is pas eind negentiger jaren verlaten.
afbeelding 4.4: uitsnede stadsgewestelijk Structuurplan 1973
In de daaropvolgende plannen voor de Groote Wielen en Rosmalen-Noord was aanvankelijk aan de oostzijde van knooppunt Empel een aansluiting op de A59 voorzien. Rijkswaterstaat wilde rond 2000 de oostelijke aansluiting niet aanleggen. In de Bossche structuurplannen werd daarna nog wel steeds rekening gehouden met een mogelijke aansluiting op termijn. Stedenbouw is tenslotte een kwestie van lange adem. Rond 2010 heeft Den Bosch echter de mogelijkheid tot aansluiting verlaten, en anno 2012 het bestemmingsplan Bedrijventerrein Empel 3e fase vastgesteld. Dit plan blokkeert een structurele oplossing van een verkeersvraagstuk dat al sinds 1970 bekend is.
63
afbeelding 4.5: bestemmingsplan Bedrijventerrein Empel 3e fase 2012
Het gevolg is dat al het verkeer vanuit de Groote Wielen en Rosmalen-Noord gebruik moet gaan maken van de aansluiting Bruistensingel om op het hoofdwegennet te komen, met de anno 2014 actuele grote verkeersproblematiek in het gebied Groote Wielen, Rosmalen-Noord, Empel en Maaspoort tot gevolg. Hier lijkt echt sprake van een planogische tekortkoming.
"What went wrong"? Is dit een voorbeeld van besluitvorming bepaald door de bureaucratische systemen waar geen ruimte was voor inbreng van lokale kennis van de burgers? Hebben de burgers in het gebied niet goed opgelet? Zijn de burgers goed geïnformeerd? Een probleem in de hedendaagse democratie zoals vervat in het denken van Habermas? Conclusie Dat stedenbouw een kwestie is van lange adem met consistente plannen die stap voor stap uitgevoerd worden, lijkt hier vergeten. Maar beter ten halve gekeerd, dan ten hele gedwaald. Op dit ogenblik zijn correcties nog mogelijk.
naar inhoudsopgave
64
afbeelding 4.6a: Bruistensingel 2x3 rijstroken, schrikbeeld voor Noord
afbeelding 4.6b: het bestaande viaduct A2 met 2x4 rijstroken
afbeelding 4.6c: het bestaande viaduct A2 met 2x4 rijstroken
65
naar inhoudsopgave
66
afbeelding 4.8: zoekgebied uitbouw hoofdinfrastructuur
67
Duurzame structurele oplossing Voor de oplossing moeten de lessen van Busquets leidend zijn, in dit verband met name het wegnemen van de dominantie van de hoofdinfrastructuur. Voorkomen moet worden dat de hoofdwegen het stedelijk weefsel fragmenteren. Planologische herkansing Soms zit het leven mee. Bijkans een planologisch geschenk om Busquets' les waar te maken vormt de zone tussen de A2 en het nieuwe Máximakanaal. Deze thans nog lege zone biedt een unieke kans om de benodigde uitbreiding van de infrastructuur te bundelen zonder de bestaande woonbuurten te belasten. Op afbeeldingen 4.8 en 4.9 is dat getekend. Uitgangspunten Nodig is een aanpak die gericht is op de toekomst. Een aanpak met als uitgangspunten: het openhouden van mogelijkheden voor de uitbouw van de hoofdinfrastructuur in de gehele A2-zone; openhouden mogelijkheid oostelijke aansluiting op de A59 onder of over de A2 via knooppunt Empel; het terugdringen van de bestaande dominantie van de hoofdwegen in Rosmalen-Noord en de wijk Noord. Een vorm van aansluiting op de A59 onder of over de A2 via knooppunt Empel is ruimtelijk nog steeds mogelijk en dringend gewenst. Op de afbeeldingen zijn twee varianten ingetekend. Een variant met tunnels door het hart van het knooppunt en een variant met viaducten aan de randen. In beide varianten worden weefvakken langs de noord- en zuidzijde van de A59 tot de Harendonkweg/Maaspoortweg gebruikt. Dit aansluitpunt op de A59 wordt van structureel belang in de verkeersafwikkeling, zeker als de doorgetrokken Parallelweg ook hier aangesloten wordt. Het voordeel van deze verkeersknoop is dat het verkeer buiten de woonbuurten kan blijven. Het bestemmingsplan Bedrijventerrein Empel 3e fase 2012, is nog maar kort in uitvoering. Er is per begin 2014 pas één kavel (sloopbedrijf) in gebruik. Wij adviseren dringend de uitgifte te heroverwegen, zodanig dat een oostelijke aansluiting mogelijk wordt. Een eventuele aanpassing van dit bestemmingsplan biedt naar de toekomst enorme voordelen. Teveel om zo’n aanpassing niet te willen bestuderen.
naar inhoudsopgave
68
afbeelding 4.9: oplossing duurzaam verkeerssysteem in A2-zone
69
Oplossingen Voor een duurzame oplossing in groter verband bestaan een aantal mogelijkheden. Zie ook afbeelding 4.9. Zone A2 - Máximakanaal Deze zone is essentieel voor de structurele ontwikkelingen op nationaal en stadsregionaal niveau, en in het bijzonder van de toekomst van de oostvleugel van de stadsregio. Deze zone biedt nog veel ruimte om een bijdrage te leveren aan een goede oplossing voor: het Bossche oost-west verkeer, én het nationale noord-zuid verkeer. Daarbij moet er rekening mee worden gehouden dat de A2-structuur ook ruimte moet bieden voor extra verkeer, omdat de verbinding Veghel - ’s-Hertogenbosch N279- uitgebouwd wordt tot auto(snel)weg (2x2 rijstroken) als koppeling tussen de A50 en de A2. Dit heeft consequenties voor de parallelbanen langs de A2. De voortgaande ontwikkeling van de A2 met de parallelbanen en de knooppunten zal leiden tot een nog veel grotere “verkeersmachine” dan in de huidige situatie. Wat nu gaande is langs de A2 ter hoogte van Utrecht en Eindhoven is het toekomstperspectief voor de A2 ter hoogte van Den Bosch met het Bossche project Avenue A2. (N.B. In het overleg over voorliggend rapport is zelfs aandacht gevraagd voor het reserveren van ruimte voor een toekomstige nieuwe spoorlijn, in het licht van het toekomstperspectief A2 als nationale hoofdontwikkelingsas.)
Verdeelweg langs Máximakanaal (Máximaboulevard) Op termijn is een nieuwe weg aan de westzijde van het Máximakanaal te verwachten voor de toekomstige bedrijvenzone. Deze weg kan echter ook een betekenis krijgen in de oplossing van de structurele verkeersproblematiek. Door de bedoelde nieuwe weg te verlengen en te leggen tussen knooppunt Empel en knooppunt Hintham kan deze een dubbelfunctie vervullen, en wel als ontsluiting van een nieuwe bedrijvenzone en als stedelijke verdeelweg tussen de Graafsebaan, de Stadionlaan, de Bruistensingel en de Hooghemaal. Een en ander te vergelijken met de structuurweg Zandzuigerstraat. (In dit rapport als werknaam Máximaboulevard genoemd). Hooghemaal De in 2013 geopende Hooghemaal vervult een hoofdfunctie in de verbinding, Groote Wielen met Rosmalen, Empel, en Maaspoort. Deze oostwestverbinding is ook onderdeel van het totale systeem van de infrastructuur aan weerszijden van de zone A2 – Máximakanaal. Uit de verderop genoemde verkeersberekeningen 2014 blijkt dat een doorverbinding van de Hooghemaal naar het aansluitpunt Hambakenweg op de A59 verkeerstechnisch zeer efficiënt is. De wijkraad Groote Wielen heeft in haar reactie op de gemeentelijke Structuurvisie ten aanzien van de Hooghemaal opgemerkt dat:
naar inhoudsopgave
70
-
deze weg een harde scheiding tussen de Groote Wielen en Rosmalen vormt; en ter voorkoming van een nog grotere fysieke scheiding mag de Oostelijke Landweg niet op de Hooghemaal worden aangesloten, maar moet als rondweg ten noorden van de Groote Wielen worden doorgetrokken.
N.B. Sinds de opening van de Hooghemaal hebben Empel en Maaspoort last van sluipverkeer. Bij het ontbreken van een adequate oostwestverbinding zullen de wijkwegen Diepteweg en Burg. Godschalxstraat meer “vreemd” verkeer te verwerken krijgen. Reden dat vanuit Empel en Maaspoort gepleit wordt voor een koppeling met de A59. Oostelijke Landweg (oosttangent Rosmalen) De geplande oosttangent Rosmalen, Oostelijke Landweg geheten, vormt onderdeel van de gemeentelijke studie Oostwestverbindingen. Deze weg met een aansluiting op de A59, wordt de belangrijke gebiedsontsluitingsweg aan de oostzijde van de wijken Groote Wielen en Rosmalen. Deze verbinding is direct doelmatig voor Rosmalen en de Groote Wielen, en zal ook de verkeersdruk op de Bruistensingel verlichten. De wijkraad Groote Wielen bepleit een doortrekking van de Oostelijke Landweg naar de noordzijde van de woonwijk Groote Wielen. N.B. Per 2014 is in het kader van de gemeentelijke herindeling een nieuwe variant in overweging gekomen, met name een oostelijke verlegging met een aansluiting op de A59 tussen Nuland en Geffen.
afbeelding 4.9a: variant Oostelijke Landweg, oostelijk van de Groote Wielen
71
afbeelding 4.10: stedenbouwkundig plan Empel met oostwestverbinding
afbeelding 4.11: knooppunt Empel
naar inhoudsopgave
72
Afbeeldingen 4.10 en 4.11 illustreren op welke manier een vorm van doorverbinding onder of over de A2 via de knoop Empel denkbaar is. Dit kan bijvoorbeeld door ondertunneling, een steeds vaker toegepaste oplossing.
afbeelding 4.12: aanpassing oostwestverbinding na 2015
Voorgaande oplossingen leiden tot een aanpassing van de gemeentelijke studie Oostwestverbindingen na 2015, zoals op afbeelding 4.12 is getekend. Het voorstel tot aanpassing behelst de weg Hooghemaal door te trekken over of onder de A2 en via weefstroken aan te sluiten op de A59 ter plaatse van de aansluiting Hambakenweg. Het dubbeldeks viaduct in de Bruistensingel kan vervallen.
73
afbeelding 4.12a: verkeersberekening februari 2014
Verkeersberekeningen Op verzoek van de werkgroep Noord heeft de gemeente ingestemd met het uitvoeren van verkeersberekeningen door Goudappel Coffeng. Vanuit de werkgroep werd dit begeleid door de verkeerskundige Rob Visser. Een aantal varianten zijn doorgerekend. Per februari 2014 is variant 4 actueel. Deze variant is in overeenstemming met het voorstel voor de wegenstructuur zoals getekend op afbeelding 4.9 duurzaam verkeerssysteem. Ten opzichte van de bestaande situatie treden veranderingen in de verkeersstromen op zoals aangegeven: groen is vermindering verkeer; rood is vermeerdering verkeer.
naar inhoudsopgave
74
afbeelding 4.12b: denkbeeldige wijkruiten voor Noord en Rosmalen
Uit de verkeersberekeningen blijkt dat het vormen van een soort wijkruit om Rosmalen met aansluitingen van zowel de oosttangent (Oostelijke landweg) als de noordtangent (Hooghemaal) op de A59 leidt tot een zeer efficiënt verkeerssysteem. Ruimtelijk kan het verkeer worden gebundeld. De woonbuurten - met tezamen ca 50.000 Bosschenaren ! - worden ontlast van verkeer. Een duurzaam goede oplossing .
75
Stadionlaan – verdeelweg langs Máximakanaal In het gemeentelijke rapport Oostwestverbindingen is op langere termijn de doortrekking van de Stadionlaan over het kanaal met een aansluiting op de Burgemeester Mazairaclaan in Rosmalen voorzien. Zie afbeelding 4.13.
afbeelding 4.13: verbinding Tivoliweg - Stadionlaan
Begin 2014 is het bestemmingsplan voor de aansluiting Stadionlaan op de Tivoliweg in procedure gebracht. Het ontwerp hiervoor dient wel zodanig te zijn, dat het doorgaande verkeer logisch de doorgaande verbinding Tivoliweg-Stadionlaan kiest en niet de afslag naar de Balkweg gebruikt. In de studie Oostwestverbindingen is een doorverbinding met de Burgemeester Mazairaclaan voorzien. Daarvoor is ruimte gereserveerd in de bocht van deze weg. Inmiddels wordt daar vanuit Rosmalen ernstig bezwaar tegen gemaakt. In dit rapport wordt gepleit om de voorziene ontsluitingsweg voor de bedrijvenzone tussen de A2 en het Máximakanaal tevens de functie te geven van een structuurverdeelweg tussen de Hooghemaal en de Graafsebaan, en de Stadionlaan op deze verdeelweg te laten eindigen. Het grote voordeel van de aanleg van deze structuurverdeelweg is een vermindering van de verkeersdruk op zowel het centrale gebied van Rosmalen als op de Bruistensingel in de wijk Noord. Het verkeer krijgt een keuzemogelijkheid uit de verschillende oostwestverbindingen. Bovendien leidt deze verdeelweg tot een vorm van verkeersruit om Rosmalen (met Hooghemaal en Oostelijke landweg) en de wijk Noord (met Parallelweg, Zandzuigerstraat, Stadionlaan). Infrastructuur en verkeer worden gebundeld aan de randen van de woonwijken/buurten. De wijken Noord, Rosmalen en Maaspoort worden bevrijd van doorgaand verkeer. In de hiervoor beschreven oplossing zijn het dure dubbeldeksviaduct in de Bruistensingel over de A2 en de eerder gedachte extra brug in de Stadionlaan over het Máximakanaal niet meer nodig. De kosten voor de koppeling van de Hooghemaal aan de A59 worden lager ingeschat. Actie Een plan voor de aanleg van een aansluiting van de Hooghemaal op de A59 ter hoogte van de Hambakenweg in combinatie met een structuurverdeelweg aan de westzijde van het Máximakanaal heeft de hoogste prioriteit.
naar inhoudsopgave
76
Bruistensingel Oorspronkelijk is de Bruistensingel gepland als een interne stedelijke parkweg tussen 's-Hertogenbosch en Rosmalen. Nu, 50 jaar later, is - als gevolg van de groei van het autoverkeer, de uitbouw van de A2 en de bouw van de nieuwe wijk Groote Wielen - de Bruistensingel verworden tot een autoweg, een verkeersas voor bovenwijks en regionaal verkeer. Dit gaat ten koste van het leefklimaat in de wijk Noord. Dat was nooit de bedoeling. De Bruistensingel vormt thans binnen de wijk Noord al een ruimtelijke barrière en een bron van geluidhinder. Voor de toekomst van Noord is de keuze van de functie van de Bruistensingel wezenlijk. De verkeersintensiteit is nu al te hoog, terwijl de trend een verdere toename is. De intensiteiten zullen nog verhoogd worden door de groei van de Meubelboulevard annex Mediamarkt etc. Zoals hiervoor beschreven is de zone A2-kanaal bij uitstek de zone voor bundeling van infrastructuur. Bundeling van het bovenwijkse verkeer in de A2-kanaalzone, in combinatie met de doorgetrokken Stadionlaan, heeft als positief effect dat de functie van de Bruistensingel terug kan naar de oorspronkelijke functie van interwijkse verbinding. Een doorontwikkeling van de Bruistensingel als bovenwijkse autoweg en uitvalsweg van de A2 zal tot een definitieve stedelijke verbrokkeling van Noord leiden. In het bijzonder een “degeneratie” van de woonbuurten langs deze weg, met name De Reit, De Haren, De Slagen, De Buitenpepers, De Herven en Carolus. Terwijl De Herven bedoeld was als een rustige, groene buurt om de trek van Bosschenaren naar de dorpen en Vught af te remmen. Hoe betrouwbaar is de stedenbouw. Als geen gebruik gemaakt wordt van de hiervoor beschreven mogelijkheden in de A2-zone en aansluitingen bij knooppunt Empel, is volgens de gemeente een extra dek op het viaduct van de Bruistensingel over de A2 nodig, zoals hierna afgebeeld.
afbeelding 4.14: geen extra dek op het viaduct Bruistensingel
Deze “super” verkeersoplossing zou funest zijn voor de Bruistensingel en een duurzame "verminking" van de wijk Noord tot gevolg hebben.. Beter de stedenbouwkundige lessen van Busquets volgen: stedenbouw met verblijfskwaliteit in de wijken voorop en de verkeersinfrastructuur bundelen buiten de wijken.
77
Conclusies oostwestverbindingen Het zit begin 2014 niet goed. Een integrale heroverweging is nodig met de volgende uitgangspunten: 1. Het totaal van de A2-zone en de oostwestverbindingen moet als een integraal samenhangend verkeerscomplex van Rijk, provincie en gemeente worden ontwikkeld. Graag aanhaken bij de in 2014 te starten MIRT-studie door Rijkswaterstaat. 2. Voor de wijk Noord is het essentieel dat de verkeersfunctie van de Bruistensingel wordt verminderd. 3. Een vorm van aansluiting vanuit de Groote Wielen en Rosmalen-Noord op de A59 via het knooppunt Empel is onvermijdelijk. 4. De uitgifte van het bedrijventerrein Empel 3e fase moet deels herzien worden, teneinde ruimte te behouden voor de uitbouw van de nationale en regionale weginfrastructuur. 5. De aanleg van een stedelijke verdeelweg langs de westzijde van het Máximakanaal tussen de Hooghemaal en de Graafseweg, waarop de Stadionlaan aansluit, verdient de hoogste prioriteit. 6. De geplande doortrekking van de Stadionlaan naar de Burgemeester Mazairaclaan in Rosmalen moet vervallen. 7. Een spoedige aanleg van de oosttangent Rosmalen in aansluiting op Hooghemaal is wenselijk, waardoor een vorm van ruit om Rosmalen wordt gevormd en de verkeersdruk op de Bruistensingel en in Rosmalen verlicht kan worden.
De problematiek van de gemeentelijke oostwestverbindingen in combinatie met de voortgaande ontwikkeling van de nationale Avenue A2 is dusdanig complex en van structureel stedenbouwkundig belang voor Den Bosch, dat inschakeling van het College van Rijksadviseurs (CRA) te overwegen is (temeer daar de huidige rijksbouwmeester Frits van Dongen een Bosschenaar is). Het zou ook recht doen aan één van de lessen van Busquets inzake de verweving van de grootschalige infrastructuur en de continuïteit van het stedelijk weefsel. N.B. Eric Luijten zei in een interview dat het CRA er reeds over gesproken heeft.
naar inhoudsopgave
78
79
4.2.2
Spoorlijn naar Nijmegen Op wat 25 jaar geleden nog een rustige spoorlijn was, is thans een frequentie voorzien van 2x8=16 personentreinen per uur (toetsen). Dit hooggelegen spoor gaat in toenemende mate een negatieve invloed op de omgeving uitoefenen. Op zich genomen is het onhandig dat in stedelijk gebied een spoorweg op een dijk ligt. De fly-over bij Orthen is grootstedelijk geworden. Ter hoogte van Orthen en de Buitenpepers zijn (bescheiden) geluidsvoorzieningen gepland. Ter hoogte van de buurten Carolus - De Herven niet, omdat de toename onder de 2 dB bleef. (Is de hoge ligging wel in de berekeningen meegenomen?). Rijkswaterstaat heeft Noord “opgescheept” met onvoldoende geluidwering van de A2 en de A59. Prorail dreigt hetzelfde te doen met onvoldoende afscherming van het spoorweglawaai. De toename van het treinverkeer en in het bijzonder de nachtelijke goederentreinen gaan een toenemende geluidsoverlast veroorzaken. Het doortrekken van het geplande geluidscherm tot voorbij de woonbuurten De Herven/Carolus is dringend gewenst. Zie ook paragraaf 2.7. Overigens is het onbegrijpelijk dat in het dichtbevolkte Nederland nog nachttreinen zijn toegestaan. Nachtvluchten zijn al lang verboden.
4.2.3
Spoorlijn naar Amsterdam De toename van de vervoersfrequenties op de spoorlijn ‘s-Hertogenbosch-Utrecht staan beschreven in het rapport: Notitie Reikwijdte en Detailniveau van de Milieueffectrapportage Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) van september 2012. Aantal treinen in beide richtingen samen, per etmaal. Prognoses voor 2020 en 2030 verschillen niet veel. jaar zonder PHS met PHS met en zonder PHS
goederentreinen goederentreinen reizigerstreinen
2020 10-16 42-114 256-288
2030 10-16 38-124 256-288
De enorme toename van het goederenvervoer komt doordat de goederentreinen zonder PHS via Tilburg blijven rijden. Met PHS wordt in Meteren een afslag van de Betuwelijn richting Boxtel aangelegd en gaat het goederenvervoer van en naar Rotterdam die route volgen. Daardoor komt ruimte vrij op de lijn bij Tilburg om daar PHS (meer reizigerstreinen) te kunnen uitvoeren. De toename van het (goederen- en personen-)treinverkeer zal leiden tot veel overlast bij Orthen. Als maatregelen tegen de overlast zijn voorzien … N.B. De gemeente Vught is in t 'geweer gekomen tegen de plannen van Prorail. In Den Bosch zijn deze plannen bijna ongemerkt door de gemeenteraad geaccepteerd. Ook dit is een voorbeeld van besluitvorming bepaald door bureaucratische systemen waar burgers geen noemenswaardige invloed op hebben.
naar inhoudsopgave
80
afbeelding 4.15 - Zandzuigerstraat met spoorlijn naar Nijmegen
81
4.2.4
Zandzuigerstraat Het is een lelijke naam voor het lelijkste wegvak in heel Den Bosch. Tezamen met de spoorweg - op een dijk gelegen op de hoogte van de verdiepingen van de (nabijgelegen) woningen - ontkent deze weg stedenbouwkundig de aanwezigheid van een woonwijk. Deze hooggelegen weg veroorzaakt veel hinder in de zuidrand van Orthen en de Buitenpepers. De begraafplaats Orthen vormt allerminst een laatste rustplaats. Het snoeien van de houtsingel in het voorjaar 2013 heeft geleid tot kaalslag en heeft duidelijk gemaakt dat er bij de aanleg van de weg weinig respect is getoond voor de aangrenzende woonbuurten en het kerkhof. De stad ’s-Hertogenbosch geeft hoog op over haar stedenbouwkundige kwaliteiten. Dat gaat helaas niet op voor Noord. Bij integrale planning zou in plaats van de geplande geluidschermen langs het spoor gezocht kunnen zijn naar een voorziening die zowel het spoorweglawaai als het verkeerslawaai aan de noordrand van de Zandzuigerstraat afschermt. De Zandzuigerstraat is een belangrijke schakel tussen de stadsdelen Noord en West. Het is een stedelijke hoofdweg die aansluiting geeft op het complex van de Brabanthallen en op station-oost, en zodoende van groot belang voor de bezoekers van de stad. Een representatief wegbeeld past daarbij. Het gedeelte dat valt binnen de wijk Noord heeft vrijwel uitsluitend een verkeersfunctie voor het autoverkeer. De fietser trapt wat verloren langs de weg voort. Een integrale verbetering is noodzakelijk. De herinrichting van dit spoor in combinatie met de Zandzuigerstraat is een bijzonder stedenbouwkundig project. De oplossing moet gezocht worden in een combinatie van herprofilering van de weg en een transparant geluidscherm met een groene dooradering. De aanpak ervan kan beginnen met een ontwerpopgave voor de opleidingen voor stedenbouwkundigen en landschapsarchitecten. Op langere termijn, na het doortrekken van de Parallelweg naar de Hambakenweg, zou een versmalling van 2x2 naar 2x1 rijstroken tussen de Orthenseweg en de Bruistensingel mogelijk kunnen worden.
naar inhoudsopgave
82
afbeelding 4.16: Orthenseweg
83
4.2.5
Orthenseweg De Orthenseweg onderging in het verleden het lot dat nu voor de Bruistensingel dreigt. De oorspronkelijke stedelijke ontsluitingsweg kreeg een functie als autoweg voor het (boven)regionale verkeer. Het dorp Orthen werd in tweeën gesplitst. De weg zelf veroorzaakt veel verkeerslawaai en het wegbeeld werd zeer armoedig. De historische eenheid van het dorp heeft het niet overleefd. De in overweging zijnde doortrekking van de Parallelweg over De Dieze naar de Zandzuigerstraat en verder door naar de Hambakenweg zou een structurele verbetering zijn, met twee grote winstpunten: een heldere verkeersstructuur aan de westzijde van het station en de spoorzone, met aansluiting op de A59; herstel van het dorp Orthen. N.B. De Parallelweg zal in twee fasen worden doorgetrokken. Fase 1: tot aan de Zandzuigerstraat, die een wijziging van de verkeersstromen tot gevolg zal hebben. Op de Zandzuigerstraat, Orthenseweg en Bruistensingel zal het verkeer van en naar het gebied ten westen van het spoor toenemen. Fase 2: na het doortrekken van de Parallelweg tot aan de Hambakenweg zal het verkeer op de genoemde wegen kunnen afnemen. Daarom is het voor Noord van belang, dat de Parallelweg zo spoedig mogelijk doorgetrokken wordt tot aan de Hambakenweg. De Hambakenweg kan een deel van de functie van de Bruistensingel overnemen.
naar inhoudsopgave
84
85
4.3
Ontwikkeling van de wijk als geheel Na de bovenwijkse infrastructuur wordt in deze paragraaf ingegaan op de stedenbouwkundige ontwikkelingen in de wijk.
4.3.1
Algemeen Stedenbouw is een kwestie van lange adem en een continu veranderingsproces. Wil de algehele verbetering van Noord slagen dan is permanente aandacht vereist van alle partijen die Noord maken. De gemeentelijke overheid is en blijft de regisseur. De fragmentarische aandacht van de gemeente in de voorbije decennia moet vervangen worden door een samenhangende aanpak. Niet alleen aandacht voor de succesdelen van de stad, maar ook voor (het eenvoudige) Noord. De bewoners en gebruikers moeten zich ook actief gaan inzetten, door meepraten en zelf werken aan een goed beheer van de eigen plek en omgeving. Niet alleen klagen maar ook zelf dingen doen en afdwingen. Een stedenbouwkundige ruimte bestaat uit een fysiek karkas en het leven in dat karkas. Dit rapport gaat vooral over het ruimtelijke karkas. Op dit moment varieert de ruimtelijke kwaliteit van het karkas, maar als geheel is deze matig, en behoeft op veel plekken verbetering. Noord wordt geen Zuid, maar beter dan nu moet mogelijk zijn. De renovatie van De Haren – De Donk – De Reit (ca. 2010) is een geslaagde kwaliteitsverbetering. Vele andere plekken wachten op een vergelijkbare vernieuwing. Wil Noord als geheel als een samenhangende stabiele en vitale wijk ontwikkeld kunnen worden dan moeten primair de externe omstandigheden goed zijn. Met name: de grootschalige externe ontwikkelingen aan de randen van de wijk moeten worden aangepakt in de geest van Busquets, zoals in de vorige paragrafen bepleit; de dominantie van de wegen in de wijk moet worden teruggedrongen; de verkeersfunctie van de Bruistensingel moet worden teruggedraaid, om te vermijden dat de weg de wijk in tweeën snijdt; de verkeersfunctie van de Orthenseweg vervalt na de doortrekking van de Parallelweg naar de Hambakenweg.
Meer algemeen wordt de kwaliteit van een wijk bepaald door de kwaliteit van de openbare ruimte op wijkniveau, bestaande uit straten, pleinen en plantsoenen. Hierna volgen enkele belangrijke aspecten voor een goede stedenbouwkundige ontwikkeling van Noord. Achtereenvolgens: routes wijkcentrum; buurtcentra; openbare ruimten; groen en natuur.
naar inhoudsopgave
86
afbeelding 4.17: modern centrumgebied / voetgangersgebied (foto: Imoss.nl)
87
4.3.2
Routes wijkniveau Het sterke punt van Noord is het uitgebreide wegennet. Sprake is van goede interne en externe ontsluitingen. Het netwerk van routes bepaalt de ruimtelijke organisatie c.q. het dagelijks functioneren van de wijk. Daarbinnen liggen de deelgebieden, de woonbuurten, de werkgebieden, de groengebieden. Van groot belang is dat ook de relatie met de binnenstad relatief goed is. De Rompertsebaan en de Orthenseweg zijn de eigentijdse hoofdstraten, de lange stadsstraten, met menging van functies en de routes voor het openbaar vervoer en langzaam verkeer. Ze brengen ruimtelijke continuïteit en levendigheid vanuit de binnenstad naar Noord. De Orthenseweg behoeft wel herstructurering, zoals elders in het rapport toegelicht. De Bruistensingel vraagt een terugdringen van de functie voor de auto ten gunste van een stadsparkweg met een verzamelverkeersfunctie voor de wijk.
naar inhoudsopgave
88
afbeelding 4.18: winkelcentrum De Rompert
afbeelding 4.19: entree winkelcentrum De Rompert
89
afbeelding 4.20: Cementrum, het mooiste gebouw (icoon) op Noord
afbeelding 4.21: inkijk vanaf Sint Teunislaan langs Cementrum naar sportveld
naar inhoudsopgave
90
afbeelding 4.22: centrumgebied Noord
91
4.3.3
Wijkcentrum Zullen we voor de gezelligheid even naar het centrum gaan?…. Helaas, Noord heeft geen centrum. Essentieel voor een vitale stadswijk is de aanwezigheid van een mooi wijkcentrum cq wijkhart. Het winkelcentrum De Rompert is thans de belangrijkste ontmoetingsplek voor de wijk. Het winkelcentrum is een groot bouwblok met een interne passage, overwegend saaie buitengevels, omringd door anonieme parkeerterreinen, bereikbaar vanaf de Sint Teunislaan en de Klokkenlaan. De Rompertpassage is het eerste overdekte winkelcentrum in Zuid-Nederland en heeft tot nu toe als koopcentrum goed gefunctioneerd. Naar de huidige maatstaven biedt het evenwel onvoldoende ontwikkelingsruimte voor kwalitatief goede en grotere winkels. Het winkelcentrum dreigt af te glijden en achter te blijven ten opzichte van bijvoorbeeld De Helftheuvel, hetgeen het voorzieningenniveau in de wijk Noord aantast. Stedenbouwkundig mist de buitenruimte van De Rompert verblijfskwaliteit. Er is geen openbare ruimte, die kan fungeren als een ontmoetingsplek voor de wijk. Het feit dat de benzinepomp op de meest markante plek van het centrum ligt en gezichtsbepalend is, illustreert het feit dat de wijk ontworpen is "voor de auto en niet voor de voetganger". Wil Noord een echte vitale wijk worden dan is de vorming van een duidelijk multifunctioneel, levendig centrum met aantrekkelijke publieke binnen- en buitenruimten nodig. Een stedelijk centrum moet de creativiteit stimuleren. Een levendig stedelijk hart vereist een concentratie van gevarieerde functies in een setting van mooie gebouwen en aantrekkelijke openbare ruimten die als geheel duidelijk als het midden van de wijk wordt ervaren. Kansen Kansen voor het creëren van een echt wijkcentrum zijn er thans - begin 2014 volop. Juist nu moet er begonnen worden met de ontwikkeling van een lange termijn visie, al is het maar om daarmee beslissingen die op korte termijn genomen moeten worden in een perspectief te kunnen plaatsen. Bovendien zal het op de agenda plaatsen van het wijkcentrum als ontwikkellocatie vanzelf bij alle betrokken partijen (gemeente, ondernemers, bewoners) de discussie losmaken over de bestaande tekortkomingen, de bestaande en te verwachten behoeften, de randvoorwaarden, uitgangspunten en strategie, die aan het proces en het project ten grondslag zullen moeten liggen. Op dit moment zijn in en rond het wijkcentrum de volgende ruimtelijke vraagstukken actueel: braakliggend terrein hoek Sint Teunislaan – Eekbrouwersweg (eigendom Zayaz); leegstand /te koop staande gebouwen; ontwikkeling winkels in samenhang met parkeren; eventuele verplaatsing benzineverkooppunt; integratie van maatschappelijke en buurt- en wijkvoorzieningen; sprong over de Sint Teunislaan;
naar inhoudsopgave
92
-
ontwikkeling van de onderwijscluster Jeroen Boschcollege – De Bossche Vakschool (VMBO); parkeerproblematiek van de woonbuurten Rompertcentrum en Rompertpark; bouwen voor senioren.
93
Oplossingen De actuele situatie biedt thans bijzondere mogelijkheden. door de ontwikkelingen in samenhang te bezien Die mogelijkheden kunnen benut worden door een ruimtelijke en functionele integratie van de stedenbouwkundige blokken ten noorden en ten zuiden van de Sint Teunislaan. In het zuidelijke blok liggen gevarieerde functies, met onder meer het Jeroen Bosch College, de belangrijkste onderwijsinstelling op Noord, de komst van de Bossche Vakschool (VMBO), en gevarieerde zakelijke dienstverlening, met inbegrip van het gebied aan de westkant van de Rompertsebaan. Dit zuidelijke blok is stedenbouwkundig gezien relatief leeg. Zie luchtfoto. Door zijn structuur en de ligging in de wijk biedt het blok veel potenties voor een doorontwikkeling met een verbreding van functies en ruimte voor meer bebouwing. Nieuw sleutelgebouw Meer aantrekkelijke gebouwen zijn dringend nodig. Op dit ogenblik heeft alleen het Cementrum karakter. Het is het enige gebouw waar je twee keer naar kijkt. Dit gebouw is een icoon voor Noord en daarom het behouden waard. Daarnaast biedt het braakliggende terrein van Zayaz kansen voor een nieuw sleutelgebouw van allure. Een multifunctioneel complex ( wonen, zorg, horeca), dat stedelijke levendigheid brengt. Een gebouw met maatschappelijke synergie, zoals Busquets het noemt. Scholen Campus De aanstaande ontwikkeling van de scholen kan de trekker worden van de doorontwikkeling van het wijkcentrum. De geplande verhuizing van het Jeroen Boschcollege naar het Cementrum en de geplande komst van De Bossche Vakschool (VMBO) zal sterk bijdragen aan vergroting van de levendigheid. De scholen zouden van meerwaarde voor de wijk moeten worden op het gebied van educatie, sport en cultuur. Bijvoorbeeld kan een multifunctionele gymzaal buiten de schooluren mede gebruikt worden voor sport en culturele activiteiten, eventueel cultuurhuis, ten behoeve van de wijk. Het sportveld kan dienen voor wijkevenementen. Een nieuw modern parkpaviljoen (horeca) kan functioneren voor de scholen en overige bezoekers aan het centrum. Uit overleg is gebleken dat OMO openstaat voor zo'n integrale aanpak. Afbeelding 4.22a geeft een inspirerend sfeerbeeld (Denemarken) van een Scholencampus, die tevens als wijkcentrumpark kan functioneren. Meervoudig ruimtegebruik.
naar inhoudsopgave
94
afbeelding 4.22a: voorbeeld integratie scholencampus - wijkpark
(Leegstaande) kantoren In Nederland staat formeel 7.000.000 m2 en verborgen 6.000.000 m2 leeg (Volkskrant 26/8/2013). In Den Bosch 120.000 m2 (Brabants Dagblad 22/1/2013). Gezien de kantorenmarkt is een overweging om leegstaande en/of /vrijkomende kantoorgebouwen nieuwe functies te geven. Een mogelijkheid is de kantoorgebouwen aan de westkant van de Rompertsebaan te benutten als locatie voor hervestiging van bestaande kleinschalige diensten, die nu verspreid gevestigd zijn in het winkelcentrum en in het blok ten zuiden van de Sint Teunislaan. Een meer theoretische mogelijkheid is, de kantoorgebouwen bij de schoolvoorzieningen te betrekken. Zelfs te denken aan de drie kantoorgebouwen aan de westkant van de Rompertsebaan. Een koppeling met een glazenpassage over of brede tunnel/ondergronds bouwwerk onder de Rompertsebaan is in de hedendaagse stedenbouw niet ongewoon. Daarmee komt ruimte voor een herverkaveling van functies met als resultaat een optimalisering van het winkelcentrum en de ruimtelijke inrichting van de onderwijscampus. Seniorenwoningen. De in 2013 gesloten Coalitie Zorgzaam Den Bosch is ook van belang voor de doorontwikkeling van het wijkcentrum. De behoefte aan woningen voor de eigen senioren op Noord is groot. Wonen nabij voorzieningen betekent gemak en levendigheid. Onder het motto "zeker in eigen wijk" werkt Reinier van Arkel aan een programma voor de exploitatie van nieuwe vormen van woonzorgvoorzieningen, zoals: een "woonpark" zorgeloos wonen met een eigen brasserie;
95
een complex “residentieel wonen” met gemeenschappelijke huiskamer; kleinschalig wonen voor intensieve zorg gedurende korte periode. In het bijzonder het braakliggende Zayazperceel, dat aan de woonbuurt Slagen grenst, is zeer geschikt voor de bouw van vormen van zorgwonen. Winkelcentrum Het winkelcentrum De Rompert vraagt ook voortdurend aandacht voor wat betreft het onderhoud en het verbeteren van het functioneren van het centrum. Volgens de winkeliersvereniging zou er meer flexibiliteit moeten zijn om in te spelen op veranderingen. De winkeliersvereniging denkt daarbij onder meer aan enige uitbreiding van het winkelvloeroppervlak binnen de bestaande bebouwing door nietwinkelfuncties te verplaatsen naar bijvoorbeeld de westzijde van de Rompertsebaan. De vrije ruimte voor de winkeliers wordt thans bepaald door de gemeentelijke detailhandelsnota, die als te beperkend wordt ervaren. Niet ter discussie staat het uitgangspunt dat het centrum Noord primair bedoeld is voor de wijk zelf. Bovenwijkse functies in concurrentie met de binnenstad en/of Rosmalen worden niet nagestreefd. Wel wensen de winkeliers meer flexibiliteit om minder geremd op de huidige structurele verandering in de detailhandel, inclusief het internet winkelen, te kunnen inspelen. De woonbuurt Rompertpark, die direct aansluit op de noordzijde van het winkelcentrum, heeft last van verrommeling. Verbetering hiervan kan onderdeel vormen van de algehele doorontwikkeling van het wijkcentrumgebied, met wellicht kleinschalige sanering / reconstructie van de woonbuurt Rompertcentrum. Kwaliteit bebouwing De nieuwbouw in het gebied van het wijkcentrum Noord moet het stedenbouwkundige beeld van de hele wijk kwalitatief ophalen. Noord is niet kapitaalkrachtig. Mede vanwege de financiële crisis is er het gevaar van de 'uitgeklede' architectuur, zoals ook aan het begin van Noord in 1965 het geval was . Dat zou een averechts effect op de centrumontwikkeling hebben. Daarom liever geleidelijk met kwaliteit, dan een snelle kwantitatieve slag.
naar inhoudsopgave
96
afbeelding 4.23: doorontwikkeling hoofdcentrum
97
Masterplan wijkcentrum Voor het benutten van de kansen is een stedenbouwkundig masterplan vereist. met als uitgangspunten: blokken ten noorden en ten zuiden van de Sint Teunislaan en ten westen Rompertsebaan in samenhang ontwikkelen; een knip in de Sint Teunislaan opnemen voor het doorgaande verkeer; een continue openbare verblijfsruimte creëren aan weerszijden van de Sint Teunislaan (campusachtig van karakter); ten zuiden van de Sint Teunislaan intensivering bebouwing in 3 à 4 lagen met levendige plinten; de ontwikkeling van de OMO-scholen Jeroen Bosch College en De Bossche Vakschool (VMBO-scholen) als dragers van onderwijs en cultuur zien als meerwaarde voor de wijk; de groene campus en de nieuwe schoolvoorzieningen voor het Jeroen Bosch College en het VMBO een medegebruik voor de wijk te geven; de multifunctionele zaal als 'cultuurhuis' en het sportveld als evenemententerrein; de kantoren aan de westzijde Rompertsebaan inzetten voor optimalisatie winkelcentrum en onderwijscampus; herverkaveling van voorzieningen in het gehele centrumgebied; de potenties van het braakliggende Zayaz-perceel benutten voor een hoogwaardig multifunctioneel complex, maatschappelijk sleutelgebouw; met een woonzorgvoorzieningen voor senioren in de wijk; het vestigen van een groot open horecapaviljoen in een parksetting met terrassen als een centraal ontmoetingspunt voor de scholieren, de senioren en alle andere inwoners van Noord; het betrekken van de kantoorgebouwen aan de overzijde van de Rompertse baan bij de herverkaveling van functies; inspelen op de eventuele verplaatsing van het benzinestation (toekomstige doortrekking Parallelweg?); en als 'tussentijds gebruik': op de locatie Zayaz een eenvoudig ontmoetingsplaats creëren in de vorm van bijvoorbeeld een tijdelijk horecapaviljoen (pannenkoekenhuis) en speeltuin. Bovengenoemde voorstellen zijn gevisualiseerd op afbeelding 4.23 doorontwikkeling wijkcentrum. Openbare ruimte van allure Een dergelijke structurele aanpak zou een belangrijke stap zijn in de ontwikkeling van Noord naar een vitale stadswijk. Passend bij de tuinwijk Noord moet de sfeer en vorm van het door te ontwikkelen centrum meer parkachtig/campusachtig dan stenig van verschijningsvorm worden. Het sportveld van het Jeroen Bosch College ligt uit het zicht en is bij bewoners nauwelijks bekend. De fraaie tuin van het Cementrum tezamen met het sportveld van het Jeroen Bosch College bieden unieke aanknopingspunten voor een parkachtig binnengebied, de scholencampus. In samenhang met een knip in de Sint Teunislaan en meer pleinvorming voor de Rompertpassage kan een royale stedelijke openbare ruimte van allure ontstaan met betekenis voor de gehele wijk. N.B. Een alternatieve locatie voor het sportveld van het Jeroen Bosch College zou het groene gebied in Orthen-Noord in het verlengde van de Zevenhontseweg kunnen zijn. Voor de ontsluiting is alleen een voetgangersbrug over de waterloop nodig.
naar inhoudsopgave
98
99
Ontwikkelingsplatform De Rompert Het daadwerkelijk benutten van de hiervoor genoemde kansen vraagt een professionele aanpak. Daarbij te denken aan bijvoorbeeld een breed ontwikkelingsplatform, bestaande uit grondeigenaren en gebruikers, zoals: de gemeente OMO vereniging eigenaren De Rompert Zayaz professionele ontwikkelaar e.d.
naar inhoudsopgave
100
afbeelding 4.24: drie buurtcentra
101
4.3.4
Buurtcentra Op Noord zijn drie buurtcentra. Zie afbeelding 4.24 -
De Hambaken voor een buurt met ruim ca. 5.500 inwoners; De Ploossche Hof (Haren-Donk-Reit) voor een buurt met ca. 4.800 inwoners; Orthen voor een buurt met 2.250 inwoners.
De buurten Buitenpepers, De Herven, De Rompert en De Slagen met een totaal van ca 7.000 inwoners hebben geen eigen buurtcentrum, en zijn georiënteerd op het hoofdcentrum. Buurtvorming Zoals de "tien lessen van Pendrecht – Katendrecht" leren, is een basisvoorwaarde voor de ontwikkeling van een stabiele stadswijk, dat gezinnen er kunnen en willen blijven wonen. Verdere voorwaarden zijn dat er op loop of fietsafstand goede voorzieningen zijn voor onderwijs en spelen. Dit kun je plannen. Stedenbouwkundig-ruimtelijke buurtvorming is daarbij van groot belang. Voorzieningen op loop- of fietsafstand van de woningen. Dit bereik je met buurtvorming. De buurten zijn de kleinste eenheden in de ruimtelijke organisatie van de menselijke nederzettingen, met van oudsher een omvang van maximaal ca. 5.000 mensen. Bij groei van een plaats vormde zich een nieuwe buurt. Dit verschijnsel is vanaf het begin in de stedelijke ontwikkeling aanwezig. In onze Brabantse cultuur zijn de parochies daar een voorbeeld van. Ook heden ten dage blijkt het buurtbegrip nog steeds een goed uitgangspunt voor de stedenbouw. Veel mensen brengen heel veel tijd van hun leven in dezelfde buurt door. Het is hun midden van de wereld. Wil een buurt aanspreken c.q. herkenbaar zijn, dan moet er ook een aantrekkelijk buurtmidden / plein / brink aanwezig zijn. Zo'n situatie zorgt voor de identiteit en het thuisgevoel van de plek. Tot voor kort vormden de kerk, de school, het café en het patronaatsgebouw rond de dorpsbrink of het buurtplein de vaste voorzieningen van de buurt. In onze tijd is de brede school de centrale voorziening voor een buurt geworden. Onderwijs, buitenschoolse activiteiten en ontmoetingsruimte ineen. Het buurtidee wint aan sterkte als daarbij ook winkels, een cafetaria en andere voorzieningen aanwezig zijn. Een pleinachtige buitenruimte met bomen, banken en een speelvoorziening maken het eigentijdse buurtmidden stedenbouwkundig weer compleet. In het bijzonder zou ook gedacht kunnen worden aan een kleine functionele kiosk /overkapping voor droog zitten, dagmarkt, informatie, wachtruimte bus e.d. Een gezellig, speels, open bouwwerk. In het overleg van de werkgroep met Divers kwam nog een heel belangrijk maatschappelijk aspect aan de orde waarom buurtvorming nog steeds belangrijk is. De terugtredende overheid heeft grote effecten op de organisatie van de zorg. Bovendien speelt tegelijkertijd het bieden van werk voor mensen die werkloos dreigen te worden of zijn. De organisatie van de zorg en de organisatie van werk moeten bij elkaar gebracht worden, inclusief de daarbij behorende geldstromen. De zorg kan verbreed worden tot de zorg voor de gehele leefomgeving. Wil het bij elkaar brengen van zorg en werk functioneren dan moet dit voor betrokkenen herkenbaar zijn. Dit vraagt kleinere maatschappelijke verbanden. De buurt leent zich
naar inhoudsopgave
102
daar bij uitstek voor. Het is echter wel zo dat een deel van zorg onbetaald
verricht zal moeten worden. De verzorgingsstaat wordt kleiner. Bewoners dienen zich meer om elkaar te bekommeren.
afbeelding 4.25: voorbeeld buurtkiosk
103
Van de buurten op Noord kan op dit moment het volgende worden gezegd. Buurtcentrum Orthen Door de autotraverse heeft Orthen haar centrum verloren. Het dorpsmidden is aanwezig in de vorm van het plein met de kerk. Een nieuwe winkelstrip is ontstaan aan de Schanswetering. Zoals in deze visie bepleit kan na de doortrekking van de Parallelweg de verkeersfunctie van de Orthenseweg vervallen en de dorpsstructuur hersteld worden. In het dorpsherstel Orthen past ook het terugbrengen van de voorzieningen rond het bestaande dorpsplein met het kerkgebouw, dat de functie van multifunctionele ruimte kan krijgen. Speelvoorzieningen zijn op meerdere plaatsen aanwezig. Het ensemble Fort Orthen en de plas met plantsoen geven Orthen een sterke eigen identiteit. Conclusie Het buurtcentrum voor Orthen vraagt herstel als onderdeel van het IDOP, zoals in paragraaf 4.4.1 is opgenomen. Buurtcentrum De Hambaken Het buurtcentrum bestaat thans uit de brede school, een supermarkt met parkeerterrein met daaraan ook het buurtcentrum De Noorderpoort. Deze voorzieningen liggen langs de buurtontsluitingsweg Het Wielsem. Er is geen sprake van een herkenbaar buurtmidden. De buurt mist identiteit en roept geen thuisgevoel op. Conclusie Het buurtcentrum De Hambaken vraagt verbetering in de vorm van: pleinvorming met verblijfswaarde; meer variatie voorzieningen. Deze verbeteringen vormen onderdeel van het IBOB voor De Hambaken, zoals in paragraaf 4.4.2 beschreven. Buurtcentrum Ploossche Hof Dit buurtcentrum is gerealiseerd als onderdeel van de grote buurtvernieuwing Haren - Donk - Reit in de jaren 2005 tot 2010, en een voorbeeld van een geslaagde eigentijdse buurtvorming. Alle elementen zijn aanwezig: een centraal plein; een brede school; een cafetaria; overige voorzieningen; een speelveld; uitloop naar het park rond de Ploossche Plas. Conclusie De Ploossche Hof is een goed voorbeeld van een eigentijds buurtcentrum.
naar inhoudsopgave
104
afbeelding 4.26: Vughterweg, voorbeeld Bossche stadsweg
105
4.3.5
Openbare ruimten - straten Op Noord zie je geen pleinen met spuitende fonteinen…... Algemeen De essentie van stedenbouw is de openbare ruimte, Een van de hoofdlessen van Busquets. Volgens "Vers une ville ……" zou stedenbouw zelfs een 'totaalkunstwerk' moeten zijn.. Daar is Noord nog ver vandaan. In hoofdstuk 2 is de kwaliteit van de openbare ruimte van de hoofdstraten/wegen gewaardeerd. De monotonie van Noord als geheel is een gevolg van het gelijkvormige verkeersraster dat het basispatroon van de wijk vormt. Noord mist een stedenbouwkundig basisconcept met een "midden" zoals Zuid, Maaspoort en de Groote Wielen wel hebben. Het rasterpatroon van Noord biedt functioneel veel flexibiliteit. Maar ten behoeve van een meer stedelijke inrichting met verblijfswaarde is het nodig het functionele verkeerskarakter te verminderen en meer "idee". Hieraan is de afgelopen jaren ook gewerkt. De gelijkvormigheid van het oorspronkelijke raster van 40 jaar geleden is reeds geëvolueerd in duidelijke verschillen. 's-Hertogenbosch heeft/had een traditie van het aanleggen van zeer mooie stadswegen omzoomd met platanen die het Brabantse karakter van de stad ondersteunen. De iconen hiervan zijn de Vughterweg, de Pettelaarseweg en de Aartshertogenlaan ter hoogte van De Vliert. Zie afbeelding 4.26. Een zelfde inrichting van stadsstraten op Noord zou tot een kwaliteitsslag van de openbare ruimte leiden. De Rompertsebaan is een geslaagde nieuwe lange stadsstraat vanuit de binnenstad naar het wijkcentrum Noord. Deze route heeft een aantrekkelijk stedelijk straatbeeld. Ook de Hambakenweg en de Harendonkweg hebben een goede inrichting. De grote opgave voor de komende jaren is de herinrichting van de Balkweg, Bruistensingel, Orthenseweg en de Zandzuigerstraat.
naar inhoudsopgave
106
De Sint Teunislaan is recentelijk heringericht en illustreert welke verbeteringen mogelijk zijn. Meer groen, minder asfalt.
afbeelding 4.27: Sint Teunislaan 2013
Voor een kleinschaliger herinrichting komen in aanmerking Schaarmeesterstraat, Het Wielsem, Sint Teunislaan en Ploossche Hof, omdat deze de verbinding tussen de buurtcentra en het wijkcentrum vormen. Zo ontstaat een “mooie groene dwarsstraat” tussen de hoofdstraten. De Sint Teunislaan is de belangrijkste interne straat naar het wijkcentrum, en daarmee een "hartstraat" van Noord. De verbetering van de straten / wegen kan geleidelijk gebeuren als onderdeel van het periodieke groot onderhoud. Daarbij ook graag op de details letten.
afbeelding 4.28: verfijning straatprofiel
vergroving straatprofiel
Speciale aandacht voor verbetering verdienen de lange rechtstand van Het Wielsem en de langgerekte leegte van de Zevenhontseweg.
107
Voor de straten binnen de buurten kan een erfachtige inrichting het uitgangspunt blijven, zoals vanaf de oorsprong van de wijk de bedoeling was. Zoals in de volgende paragraaf wordt gesteld vormen de woonerven het DNA van de woonwijken op Noord. Door het rationele rasterpatroon van wegen liggen de woonerven als eilanden terzijde van de wijkwegen. De wijkwegen roepen het beeld op van scheiding en leegte. De inrichtingsopgave is deze beleving van scheiding en leegte om te zetten in een ruimte van volte met eigen kwaliteiten. Door de ruime profielen ligt er een kans om dit te doen in combinatie met een uitbouw van de ecologische structuur in de wijk. Aldus zal meer sprake kunnen zijn van aaneengesloten stedelijk weefsel. Zie ook de paragrafen over natuur en ecologie. Singels Op Noord liggen verrassend veel waterlopen. Ze vallen echter weinig op. Vergelijk dat eens met de veel meer in het oog springende singel langs de Gestelseweg bij het provinciehuis en de singel bij de bolwoningen op Maaspoort. De waterlopen op Noord liggen overwegend parallel aan de wegen, zijn functioneel vormgegeven en hebben een laag waterpeil. Dat zou je beter willen. Water is en blijft een element van grote betekenis voor de belevingswaarde van de openbare ruimte. Mensen houden van water. De potentie van het water op Noord moet beter benut worden. In het bijzonder dient bezien te worden in hoeverre een betere zichtbaarheid (plaatselijke verbredingen) van het water en een meer ecologische inrichting een gevarieerder ruimtelijk beeld kunnen opleveren. Achterkanten Een "knullig" probleem vormen de achterkanten van de buurten langs de openbare ruimte van de hoofdwegen. De oorspronkelijke stedenbouwkundige opzet voor Noord voorzag in stevige stroken bosplantsoen tussen de verkeersruimten en de achterkanten van de aangrenzende woonbuurten.
afbeelding 4.29: achterkanten, een "knullig" probleem
naar inhoudsopgave
108
afbeelding 4.30: suggestie verbetering achterkanten met beukenhaag (boven) of met vuurdoorn (onder)
109
In de praktijk van het onderhoudsprogramma voor het openbaar groen heeft men het stedenbouwkundige aspect uit het oog verloren. Het gevolg is dat de kwaliteit van het straatbeeld vanaf de belangrijkste hoofdwegen momenteel sterk negatief wordt beïnvloed door de zichtbaarheid van de "zelfkant" van de woningen: achteraanbouwen, schuttingen in verschillende materialen en uitvoeringen, schuurtjes, tuinhuisjes en partytenten. Vooral langs de drukke Sint Teunislaan en in iets mindere mate langs De Harendonklaan en de Hambakenweg geeft dat een uiterst onverzorgd, rommelig beeld. Minder opvallend maar schraal zijn de nodige achterkantsituaties binnen in de buurten. De lelijkheid van de achterkanten wordt vrijwel uitsluitend veroorzaakt door de bouwsels van particuliere eigenaren. Dat maakt het probleem moeilijk aan te pakken, vooral ook omdat de wetgever de vrijheid van de particulier om te bouwen wat hij wil sterk heeft verruimd. Hagenplan Omwille van het algemeen belang blijft de opgave om als onderdeel van de inrichting van de openbare ruimten het achterkantenprobleem van de typische stedenbouwkundige structuur van Noord opnieuw te lijf te gaan. Mogelijkheden zijn: terugbrengen oorspronkelijke houtsingels; uniformering van het materiaalgebruik van de afscheidingen; opgaande hagen. Vooral hagen worden kansrijk geacht, omdat deze weinig ruimte vragen en met hedendaags materieel praktisch goed te onderhouden zijn. In aanmerking komen beukenhagen (groen in de zomer, bruin in de winter), vuurdoorn (witte bloesem in de lente, oranje vruchten in de herfst, gehele jaar groen). Daar waar waterlopen liggen kan dit gebeuren in combinatie met een versterking van de zichtbaarheid van het water.
Kunst in de openbare ruimte Het enige kunstwerk in de openbare ruimte is de sculptuur in cortenstaal op de kruising Bruistensingel-Zandzuigerstraat-Hervensebaan. Ook dit gegeven toont de eenvoud van Noord Bij de doorontwikkeling naar een vitale stadswijk hoort het invoegen van kunst in de openbare ruimten. In het bijzonder komen daarvoor in aanmerking de ruimten waar dagelijks veel mensen komen. Dit zijn in het bijzonder: de lange stadsstraten Orthenseweg - Het Wielsem en de Rompertsebaan; de (nieuwe) pleinen in het hoofdcentrum en de buurtcentra. Kunst in de openbare ruimte van jonge stedelijke gebieden is des te belangrijker omdat andere objecten van reflectie (oude gebouwen, oude bomen) ontbreken.
Sleutelgebouwen Gebouwen met hoge architectonische waarden zijn onmisbaar voor een aantrekkelijke stedelijke omgeving. Noord heeft weinig aansprekende gebouwen. Het meest markante gebouw op Noord is het Cementrum, dat bij iedereen bekend is. De Bossche School kerk in Orthen is een erkend monument. Fort Orthen is ook een interessant ensemble.
naar inhoudsopgave
110
De nieuwe Brede Bossche Scholen zijn op buurtniveau aansprekende gebouwen, met een lichte vorm van sleutelgebouw. Verdichting bebouwing Bij de beschrijving van de doorontwikkeling van het hoofdcentrum is opgemerkt dat verdichting van de bebouwing bij zal dragen aan de gewenste versterking van het stedelijke karakter van Noord. Ook op andere locaties kan meer bebouwing de ruimtelijke kwaliteit verbeteren. Te noemen zijn: locatie station Oost; buurtcentrum De Hambaken; westelijke noordrand van Noord; verspreide 'postzegellocaties'. Eerdere ideeën voor hoogbouw langs de Bruistensingel, naar voorbeeld van de Kennedylaan in Eindhoven worden echter afgewezen. Op het Carolusterrein is echter al wel een aanzet met appartementengebouwen tot 8 lagen gepland.
111
afbeelding 4.31: woonerf
afbeelding 4.32: Radburn Cellular Street Pattern - 1928
afbeelding 4.33: Bloemkoolwijken – Niek de Boer
Het woonerf in ere hersteld.
naar inhoudsopgave
112
afbeelding 4.34: straat uit wederopbouwperiode (bijv. Aa-wijk, Kruiskamp)
afbeelding 4.35: voorbeeld woonerf
afbeelding 4.36: voorbeeld woonerf Woonerven, het DNA van de woonbuurten op Noord.
113
4.3.6
Woonbuurten/woonerven In dit rapport ligt het accent op de hoofdstructuur van de wijk. Daarom wordt niet ingegaan op de inrichting van de afzonderlijke woonbuurten. Behalve in Orthen met de woonhoven, geldt in algemene zin voor Noord dat de woonbuurten gebaseerd zijn op het woonerf-idee. Dit houdt in een woonbuurt zonder doorgaande wegen voor auto's, maar met een erfgebied met parkeren en collectief groen en aparte paden voor het langzame verkeer. Het idee woonerf is begin 20ste eeuw in Amerika ontwikkeld met als prototype de woonwijk Radburn in New Jersey (een synthese van de "Garden City Movement" en " A town for the motor age"). Het woonerf-idee wordt nog steeds gewaardeerd vanwege de kindvriendelijkheid, het collectieve groen en autoluwte. Het woonerf kan worden beschouwd als een archetype in de stedenbouw. Het is gerelateerd aan het rurale boerenerf, en de brink en plaatse in de dorpen. Als een reactie op de wederopbouwperiode met de eentonige lange straten met woningen, kwamen vanaf 1970 de woonerven in zwang in de nieuwbouwwijken. In deze wijken zijn de erven echter vaak te klein en te besloten van structuur, met weinig groen en een dominantie van de auto's op de parkeerplaatsen. Deze tekortkomingen in combinatie met de naar binnen gekeerde woonerven met de schuttingen naar de openbare weg zijn de aanleiding voor de benaming 'bloemkoolwijken'. Zie ook afbeelding 4.33. Het woonerf vormt het DNA van de woonbuurten op Noord. Gezien de functionele en ruimtelijke kwaliteiten moet de woonervenstructuur op Noord positief beoordeeld worden. Zoals in alle bloemkoolwijken vragen ook op Noord de woonerven een correctie vanwege: teveel naar binnen gekeerde structuur; parkeerproblemen als gevolg van toename van het autobezit; behoud en beheer openbaar groen; schuttingen langs de openbare weg. Aanpassing van de bebouwingstructuur op de woonerven is daarbij op sommige plaatsen onvermijdelijk. Zoals eerder opgemerkt is de vernieuwing in het gebied Haren-Donk-Reit een geslaagd voorbeeld van wijkvernieuwing op Noord. Zoals beschreven in de vorige paragraaf over de openbare ruimte is het wenselijk de wijkwegen die de woonerven scheiden, in te richten met meer volte (meer natuur), waardoor tin combinatie met de woonerven sprake zal zijn van een aaneengesloten stedelijk weefsel c.q. een groenere structuur.
naar inhoudsopgave
114
afbeelding 4.37: beheerplan Brabants Landschap 2011
115
4.4
Visie groen en stadsecologie Wat betekent het groen op Noord?
4.4.1
Algemeen In het voorgaande is reeds benadrukt dat Noord een uitbreidingswijk is uit de jaren zestig-zeventig van de vorige eeuw. Toen moest de stadsecologie nog uitgevonden worden. Wel was Le Roy in Heerenveen bezig de rozenstruikjes in de stadsplantsoenen te vervangen door streekeigen landschapsgroen. De auto was de heilige koe. Die kreeg ruim baan door een uitgebreid wegennet, waarin eilanden van woningbouw in hoge dichtheid zijn gelegen. Wij proberen het groen op Noord zowel architectonische als ecologische meerwaarde te geven. In paragraaf 2.5.4 - Groen en natuur - is al beschreven dat Noord arm is aan groen, zowel kwantitatief als kwalitatief. Authentiek met landschappelijke kwaliteit op Noord is het natuurpark De Heinis, met daarop aansluitend de Hervensedijk, Fort Orthen en het vervolg naar de Engelsedijk. Vanuit het aspect openbare ruimte is dit het landschappelijke thuis van Noord. Een generatie geleden werd nog gedacht aan hoge gebouwen in het gebied De Heinis als stedenbouwkundige landmerken langs de Bruistensingel. Deze dreiging is geweken, met dank aan wijlen Wim van Heumen (bondscoach vrouwenhockey en CDA-politicus gemeenteraad), die in 1982 stelling nam tegen een voorgenomen bouwplan langs de Bruistensingel in De Heinis. De Heinis wordt intensief voor recreatie gebruikt - fietsen, wandelen, vissen en als hangplek. Door Brabants Landschap is in 2011 een beheerplan opgesteld met als visie: “Het faciliteren van natuurbeleving in een haalbare setting, die recht doet aan de abiotische en cultuurhistorische uitgangssituatie”. Stedenbouwkundig-landschappelijk moeten De Heinis en de parkweg Bruistensingel als één samenhangende groene ruimte worden gezien. Als Bossche parkweg wordt een inrichting van de Bruistensingel met een dubbele laanstructuur wenselijk geacht. Het bomenpatroon van de weg zou meer moeten samengaan met het veldenpatroon van De Heinis langs de Bruistensingel. Een en ander met de Zuiderparkweg en het Zuiderpark als voorbeeld.
naar inhoudsopgave
116
afbeelding 4.38: Parkweg Bruistensingel - De Heinis
Het gebruik van De Heinis als openbare ruimte kan verruimd worden door meer koppeling van de paden in de buurten met de paden op De Heinis. Een en ander zoals weergegeven op afbeelding 4.38. Tussen de Bruistensingel en de Orthenseweg is de historische Hervensedijk gefragmenteerd, maar ook dit deel bezit nog authentieke landschappelijke kwaliteit, met als hoogtepunt fort Orthen. Behoud, herstel en ontwikkeling gelden daarom als uitgangspunt voor dit deel. Een paar banken en een infobord passen daarin. Café D’n Boerderij vormt een aantrekkelijke uitspanning op de dijk. Door het succes is dit bedrijf de kleinschaligheid ontgroeid en te groot geworden voor de dijksituatie en de buurt De Herven. Het verkeer en parkeren hebben de dijk verschraald. Een vergroting van dit horeca-etablissement is niet gewenst. Café Schutterswelvaren in Orthen verdient daarentegen een meer prominente positie langs de oude cultuurhistorische dijk. De Orthenseweg en de spoorlijn doorbreken de oude lintstructuur van de dijk. Een opgave voor de langere termijn is herstel van het historische verloop van de Hervensedijk vanaf Fort Orthen via de Ketsheuvel naar de Engelsedijk. Rompertpark Het Rompertpark is in 2012 heringericht, ligt er mooi bij en fungeert thans goed als buurtpark.
117
Ploossche Plas De Ploossche Plas fungeert als buurtpark voor de buurten De Donk en De Reit. In het bijzonder het samengaan met het nieuwe buurtcentrum en het verzorgingshuis De Noorderpoort vormt een aantrekkelijke stedenbouwkundige situatie. Het Rompertpark en De Ploossche Plas liggen terzijde van de dagelijkse routes van beweging, waardoor het groen weinig spontaan ervaren wordt. Vergelijk hiermee de zichtbaarheid van de IJzeren Vrouw aan de drukke fietsroute Rompertsebaan - Mgr. Diepenstraat - binnenstad. Groene aders De hoogspanningsleidingen vereisen dat bebouwing op enige afstand blijft. Dit heeft als gevolg gehad, dat er in de wijk onbebouwde zones liggen. Deze groene zones dragen bij aan de openbare groenstructuur van de wijk als geheel en zijn daarom het behouden waard. Deze aders lenen zich goed voor doorgaande wijkpaden, fietsen en lopen. Als in de (verdere) toekomst de hoogspanningsleidingen ondergronds gaan of vervallen betekent dat uiteraard een belangrijke versterking van de groenstructuur.
naar inhoudsopgave
118
afbeelding 4.39: ecologische structuur Noord
119
4.4.2
Stadsecologie op Noord Design with nature, (Ian L McHarg), de gids voor ecologie op Noord. Naarmate het omringende landelijk gebied door allerlei oorzaken decennialang aan natuurwaarde heeft ingeboet, krijgt de stad een steeds belangrijker positie voor de natuur. Door veranderend groenbeheer krijgen wilde kruiden weer een plek in stedelijke bermen. Parken en plantsoenen zijn niet overal netjes aangeharkt, zodat ze ook steeds meer plek bieden aan vlinders, broedvogels en zoogdieren als vleermuizen. Dit is een internationaal verschijnsel. Steden worden steeds belangrijker refugia (toevluchtsoorden) voor wilde fauna en flora. In Londen zijn vossen en dassen alledaagse verschijningen in de stadsranden, maar ook tot diep in het centrum (t/m een vos voor Downing Street 10).
afbeelding 4.40: vos in Downing Street
In Berlijn struinen wilde zwijnen door de buitenwijken, in sommige Scandinavische steden is het zover dat er een stadsjager wordt ingezet om de 'overlast' door wilde zwijnen te voorkomen. Maar ook dichter bij huis zien we deze patronen. Damherten in de achtertuinen in Zandvoort en Aerdenhout, steenmarters in de buitenwijken van Nijmegen, kleine mantelmeeuwen op de Rotterdamse Maasvlakte die de Febo verkiezen boven een moeizaam gevangen visje op de Noordzee. Steeds meer wilde faunasoorten weten de weg naar de stad te vinden. Dat heeft niet alleen te maken met het steeds verder verschralende landelijk gebied, maar ook met het feit dat in steden geen jagers maar eerder dierenbeschermers wonen. Een dier voelt zich niet langer bedreigd in de stad. Tegelijkertijd vallen er in de stad natuurlijk veel slachtoffers onder wilde dieren doordat de infrastructuur er niet op is aangepast.
naar inhoudsopgave
120
In het ruimtelijk beleid van grote steden is steeds meer ruimte voor wilde flora en fauna, deels afgedwongen door wet- en regelgeving, maar vooral ook omdat bewoners er om vragen. Voor ouderen betekent een simpel roodborstje dat rondscharrelt in de struiken en vanuit de kamer bekeken kan worden levensvreugde. Kinderen hebben modderslootjes en boomhutten nodig ter compensatie van overmatig I-pad-gebruik. En een wijkbewoner 's ochtends op de fiets op weg naar zijn werk, zal een bloemrijke berm onderweg kunnen waarderen. Natuur in de stad levert een bijdrage aan een herkenbare identiteit. Ineens is niet elke berm hetzelfde, maar is - voor de liefhebber - de geschiedenis van een plek afleesbaar aan wat er groeit. Noord, met overgangen tussen uiterwaarden en zandiger plekken, biedt daarvoor kansen. Natuur ter versterking van de identiteit van Noord Stadsnatuur kan bijdragen aan de identiteit van een stad. Het versterken van identiteit en herkenbaarheid is in Den Bosch-Noord hard nodig. Daarnaast kan stadsnatuur ook nog een bijdrage leveren aan de leefbaarheid. Voorwaarde is wel dat die stadsnatuur niet overkomt als sluitpost van de begroting en synoniem is voor bezuiniging en verwaarlozing. De ontwikkeling van een functionerende ecologische structuur die bijdraagt aan de leefbaarheid en identiteit van Noord is echter niet een-twee-drie gezet. Daar zijn verschillende stappen voor nodig. Ten eerste moeten de barrières van de grote infrastructuur overbrugd worden om de structuur van Noord te laten aantakken op die van de omgeving. Er is een nieuw beheerplan voor De Heinis in ontwikkeling (door Brabants Landschap), maar zonder een goede aansluiting op het achterland blijft ook De Heinis een eilandje te midden van een stedelijke omgeving. Daarnaast moet de interne ecologische structuur van Noord versterkt worden en zijn aanpassingen in het water- en groenbeheer nodig. Maar er liggen mogelijkheden. Het centrale idee is een stevig netwerk te ontwikkelen waardoor de risico's door uitval van een lokale verbinding gespreid worden en andere verbindingen een ecologische functie kunnen overnemen. Om een robuust netwerk op te leveren is nadere detailstudie over de potenties en ontwikkelingsmogelijkheden van elke verbinding nodig. Er zal in alle gevallen - zoals bijna altijd wanneer ecologie een belangrijkere rol krijgt in een bestaande stad - maatwerk nodig zijn. De meest kansrijke delen van de ecologische structuur zijn de volgende. Groene lob westzijde (Henriëttewaard, Dieskant/Ertveldpolder): Via de groene lob van de Henriëttewaard, Dieskant/Ertveldpolder kan riviergebonden natuur tot aan de poort van Noord doordringen. In het programma De Groene Delta is voorzien in verschillende projecten voor de verdere groene en recreatieve ontwikkeling van deze lob (Landschapspark Waterpoort, de EVZ Dieze, vispassage Crèvecoeur); De westelijke lob mondt uit in de Ertveldplas aan de westzijde van Den Bosch: oevervegetaties, rietmoeras, moeras- en watervogels, libellen, vleermuizen, misschien zelfs een toekomstige bever. Vanuit deze plas kunnen de waterpartijen van Noord ‘bevolkt’ worden met water- en oevergebonden soorten, die bijdragen aan beleefbare stadsnatuur. Aan de oostzijde moet de Groene geledingszone Rosmalense Aa de nieuwe groene slagader worden, waarmee ook Noord een verbinding kan krijgen. Via deze route kunnen - naast riviergebonden soorten - ook andere bijzondere plantensoorten het stadsdeel bereiken. Deze natuurrelatie hoeft niet per se ononderbro-
121
ken te zijn, Een continue verbinding is ook niet realistisch, gezien de zeer zware infrastructuur van de A2 en de verlegde Zuid-Willemsvaart. De groene zone De Heinis - Fort Orthen vormt met de brede groenzones in de omgeving de interne groene ruggengraat c.q. ecologische verbindingszone van Noord. Hier bevinden zich nu al belangrijke natuurwaarden, maar door de schaal van het gebied heeft het ook meer potenties. De kunst is om hier te komen tot een gebied dat in de toekomst niet verder versnipperd raakt, maar juist meer als een eenheid beheerd en beleefd kan worden. Doordat De Heinis al een zeer lang als natuurgebied beheerde zone is, liggen hier kansen voor de verdere ontwikkeling van hooilandvegetaties, ruigtezones, struweel en bos. Op langere termijn is een integraal begrazingsbeheer een optie. Waterlopen Een bijzonder gegeven op Noord vormen de vele waterlopen. Door aanpassing van oevers, maar bovenal door de frequentie van riooloverstorten te verminderen c.q. geheel te voorkomen en de erfenis uit het verleden (fosfaat opgehoopt in de bagger) te verwijderen kan aan de waterlopen ecologische betekenis gegeven worden. Aanpassing van het watersysteem is een dure opgave en daarmee een lange termijn doel. Aanpassing van oevers op plekken met voldoende ruimte is eenvoudiger. De opgave is te bezien hoe de ecologische verrijking tevens een gevarieerder ruimtelijk beeld kan opleveren. Een belangrijke toevoeging aan de interne ecologische structuur vormt de lijn van de Harendonkweg. Aan de westzijde ligt een brede waterloop. Aan de oostzijde een brede groenstrook.
afbeelding 4.41: ecologische potenties Harendonkweg, respectievelijk west- en oostzijde
Het hiervoor geschetste ecologische raamwerk dient verder ontwikkeld en ontsnipperd te worden en meer integraal en ecologisch beheerd. Daarvoor zijn uitwerkingsplannen nodig, in samenspraak met de bewoners op te stellen. Daarbij komen ook andere groene zones van secundair belang in beeld: de groenzone ten zuiden van de spoorlijn Den Bosch-Oss, bijzondere plekken als volkstuincomplexen en de oude begraafplaats Orthen, netwerkstructuren van waterpartijen, oevers en brede wegbermen. Vanuit het oogpunt van stadsecologie is het ook raadzaam te kijken naar kansen voor een meer integraal en duurzamer beheer van “stromen” in Den Bosch Noord: water, energie, verkeer en groen. Dit kan alleen met een langetermijnvisie op het niveau van de hele stad (of zelfs regio) op een goede manier worden uitgewerkt.
naar inhoudsopgave
122
Dat het een kwetsbare doelstelling is blijkt wel uit de verschralingen langs de Hervensedijk ter hoogte van restaurant D’n Boerderij en de stille uitbreiding van de achtertuinen op de Buitenpepers. Opgave De potenties voor de ecologie op Noord vereisen een versterking van het netwerk: parallelle structuren, verbeteren continuïteit, vergroten en beter beheren van de natuurkernen. De versterking van de ecologie en natuur op Noord kan samenvallen met de gewenste verbetering van de openbare ruimte van de wijkwegen. Het DNA van het wonen op Noord zijn de woonerven. Dit is een specifieke kwaliteit die het behouden waard is. Zoals eerder beschreven vraagt de interne structuur van de hoven op veel plaatsen verbetering. Door het rationele patroon van wijkwegen zijn de woonerven als eilanden gescheiden. De scheidende werking en leegte van de wijkwegen vraagt een inrichting met meer volte en eigen kwaliteit. Deze verbetering van de openbare ruimte van de wijkwegen kan samengaan met de gewenste versterking van de structuur van de ecologie en natuur. Het wensbeeld is om de lijnen van de wegen tevens groene lopers in de ecologische structuur te laten worden. Aldus kan een aaneengesloten stedelijk weefsel groeien bestaande uit groene en rode lijnen en vlakken. N.B. In het overleg met het Buurtcomité Orthen is benadrukt dat er, in verband met de herstructurering van Orthen-Links, nu bijzondere kansen liggen om de gewenste ecologische verbindingszone tussen Fort Orthen en de Ertveldplas te realiseren.
123
4.4.3
Stadsboerderij Voeding is 'hot' in 2014. Een belangrijk deel van moderne consumenten wil weten waar hun voedsel vandaan komt, dat het ecologisch is en dat de footprint zo klein mogelijk is. Initiatieven voor stadslandbouw schieten dan ook als paddenstoelen uit de grond. Niet alleen in Nederland, het is een wereldwijde trend, nog eens versterkt door de crisis: het is goedkoper eigen groenten te verbouwen dan naar de supermarkt te gaan. Daarnaast kan stadslandbouw de sociale cohesie in een wijk versterken. Dat gebeurt al in volkstuincomplexen, waar de Turkse buurman de Nederlandse volkstuinder van nuttige adviezen voorziet over hoe je nu eigenlijk artisjokken kweekt. Samenwerken in een volkstuin of op een stadsboerderij slecht grenzen. In Den Bosch lopen al verschillende initiatieven rondom stadslandbouw. Maar nog niet in Noord. Er is al wel een groot complex van volkstuinen in De Heinis. Vandaar uit kunnen initiatieven ontwikkeld worden om de stap naar een volwaardige stadsboerderij - in welke vorm dan ook - te zetten. Het vergt een of enkele plekken, een bevlogen initiator en een netwerk van enthousiaste mensen uit de wijk eromheen. En uiteindelijk natuurlijk ook afnemers. Een stadsboerderij op Noord kan geen volledige vervanging voor supermarkten worden, dat is ook niet de bedoeling. Het kan er wel aan bijdragen de footprint van Noord te verkleinen en de sociale cohesie te versterken. Tenslotte kan - door een goede invulling van een stadsboerderij, ingebed in een robuuste ecologische structuur - ook een bijdrage geleverd worden aan het versterken van de biodiversiteit. Kruidentuinen - als onderdeel van een stadsboerderij - kunnen belangrijke voedselplanten bevatten voor bijen. De stad Den Bosch heeft de bedreigde honingbij de komende jaren als mascottesoort gekozen. Noord kan daar op deze wijze een bijdrage aan leveren. Potentiële plekken moeten nader onderzocht worden, de eerste stap is inmiddels gezet: het in het leven roepen van een initiatiefgroep. Een van de te onderzoeken mogelijkheden bevindt zich ter hoogte van Orthen-Links.
naar inhoudsopgave
124
afbeelding 4.42: nieuwe speelplekken
afbeelding 4.43: activiteiten in de buurt
125
4.5
Ontwikkelingen in de buurten Dit rapport biedt primair een visie op de wijk als geheel. Er is geen samenhangende studie verricht naar de ontwikkeling binnen de afzonderlijke buurten. Bij het overleg tussen de opstellers van dit rapport met bewoners en gebruikers zijn evenwel opmerkingen voor de ontwikkelingen op buurtniveau gemaakt die in relatie met dit rapport het vermelden waard zijn. Achtereenvolgens: Orthen De Hambaken bedrijventerrein De Herven p.m.
4.5.1
Orthen Orthen een dijk van een dorp. Al 1200 jaar geleden vermeld in de annalen …..
afbeelding 4.44: het wapen van Orthen
Orthen is de oudste bewoningsplek in de stad en op Noord. Herstel van de historische structuur van het dorp Orthen als onderdeel van Noord is de dierbaarste stedenbouwkundige opgave voor de komende generatie. Het kleinschalige van het oude dorp terugbrengen, inclusief de directe relatie/uitloop naar het landschap van de Ertveldplas. Dit zou vergelijkbaar zijn met het herstel van de historische Uilenburg. De Uilenburg urbaan van karakter. Dorp Orthen meer ruraal van karakter. Tezamen een verrijking voor de stad. Eilandjes geschiedenis te midden van het vele naoorlogse nieuwe. What time is this place. De (verborgen) dorpsstructuur en de kleinschalige bebouwing vragen om een ontwikkeling waarbij: de gemeente zorgdraagt voor het herstel van de openbare ruimte, straten, pleinen en plantsoenen; en de particulieren en ondernemers (bottom up) “organisch”, kavel voor kavel ontwikkelen. Vanwege de gewenste kleinschaligheid is er geen rol weggelegd voor professionele ontwikkelaars. CPO-projecten (Collectief Particulier Opdrachtgeverschap) daarentegen zouden interessant kunnen zijn.
naar inhoudsopgave
126
afbeelding 4.45: dijkdorp Orthen circa 1900
afbeelding 4.46: dijkdorp Orthen circa 1950
127
Het oude dijkdorp De dijk vormt historisch de hartlijn van het dorp. De oude kerk stond aan de andere kant van de spoorlijn. Rond 1850 werd de Rijksstraatweg aangelegd. Rond 1900 volgde de spoorlijn. Het oude dijkdorp werd opgedeeld in drie stukken. Vanaf 1935 vindt woningbouw plaats in het oostelijke deel, aan weerszijden van de Rijksweg. Na de oorlog wordt hier ook een nieuwe kerk gebouwd en vervalt de parochiekerk aan de overzijde van de spoorlijn. De voorgenomen doortrekking van de Parallelweg naar de Hambakenweg kan een keerpunt vormen in de ontwikkeling van Orthen. Na de doortrekking van de Parallelweg kan de stroomfunctie van de traversefunctie vervallen, en de ruimte van de Orthenseweg getransformeerd worden tot onderdeel van de dorpsstructuur. Daarbij zijn er twee opties: 1. De twee bestaande rijbanen terugbrengen naar één rijbaan, begeleid door platanen en aan weerszijden parallelwegen. Er ontstaat het profiel van de Bossche parkweg, met de Vughterweg als voorbeeld. 2. Ook kan Empel als voorbeeld dienen waar de voormalige provinciale weg werd omgebouwd tot een langgerekt straatplein. Een bijzondere opgave vormt daarbij het herstel van de historische relatie tussen de Hervensedijk en de Engelsedijk, over de oude dijkweg. Deze verliep via de huidige Ketsheuvel. Als eigentijds thema komt daarbij als nieuwe functies het realiseren van ecologische verbindingszone -stepping stones- tussen de Hervensedijk en de Engelsedijk. De dijkweg vormt een belangrijke (recreatieve) hoofdfietsroute. Een en ander kan, in combinatie met Fort Orthen, leiden tot een kwalitatief zeer aantrekkelijk Orthen, en bijdragen aan de verbetering van de wijk Noord als geheel. De kerk in Bossche School architectuur is een gemeentelijk monument en vormt, samen met het plein, een markant stedenbouwkundig ensemble. Het plein met omgeving ligt er thans wat stil bij. Hier ligt een opgave voor verlevendiging van deze dorpsruimte. Het kerkgebouw is uitermate geschikt voor functies in de culturele, religieuze en sociale sfeer, zoals een multifunctionele accommodatie (MFA) zoals die thans op veel plaatsen worden gerealiseerd. (N.B: Brabant Wonen heeft voor Orthen-Links een paar jaar geleden een excursie gehouden naar een vrijgekomen kerk die als MFA in gebruik is genomen. Het hergebruik van de Petruskerk in Vught krijgt een vergelijkbare invulling.) De oude begraafplaats Orthen dateert van 1857 en bestaat dus meer dan 150 jaar. De begraafplaats ligt in de oksel en het lawaai van de grote (spoor)wegen. De bereikbaarheid is omslachtig via dorpsstraten. Naar buiten heeft het de uitstraling van een gesloten bos. De begraafplaats zelf heeft het karakter van een waardevol park. De plek heeft grote culturele / religieuze betekenis. De parkeerplaats heeft een schrale inrichting, maar biedt ruimte voor een inrichting met een opener en 'organischer' relatie met het kerkhof en de omgeving. De begraafplaats, het fort en de kerk hebben alle drie veel symbolische waarde. Een vorm van integratie van het gebruik zou een nieuwe stedenbouwkundige en maatschappelijke betekenis aan deze elementen kunnen geven. In het bijzonder het betrekken van de kerk bij de begraafplaats als ruimte voor de afscheidsviering en het creëren van een "processieweg" tus-
naar inhoudsopgave
128
sen de kerk en de begraafplaats zou aan het begraven op Orthen bijzondere kwaliteit en waardigheid kunnen geven. N.B. In het overleg met het Buurtcomité Orthen is benadrukt dat er in verband met de herstructurering van Orthen-Links nu bijzondere kansen zijn de gewenste ecologische verbindingszone tussen Fort Orthen en de Ertveldplas te realiseren. Als onderdeel van het doortrekken van de Parallelweg naar de Hambakenweg zou een ecoduct gerealiseerd moeten worden ter plaatse van de kruising Parallelweg en spoorlijn. Actuele knelpunten Thans worden in het dorp als actuele knelpunten ervaren: de tweerichtingenfietspaden langs de Rompertsebaan; het sluipverkeer via de Eigenweg, Orthense Hoven en de parallelweg naar en van het viaduct Zandzuigerstraat; terugval voorzieningen en woonfuncties plein Schanswetering.
afbeelding 4.47: vernieuwingsplan Orthen-Links 2012
129
Orthen-Links Orthen-Links is de meest geïsoleerde woonplek op Noord. De uitvoering van het vernieuwingsplan is in 2013 gestart. De bestaande structuur blijft in principe behouden. Centraal komt er een groot plantsoen; de Orthense Donk met een huiskamergebouw. Na doortrekking van de Parallelweg en de herinrichting van de Orthenseweg tot een stadsstraat kan ook de relatie van Orthen-Links inclusief het dijklint over het spoor met de kern van het dorp hersteld worden. Het realiseren van een voetgangersrelatie tussen Orthen-Links en het kerkplein is daarvoor een van de hoofduitgangspunten. In het vernieuwingsplan is niet de bebouwing langs de Orthenseweg opgenomen. In het vernieuwingsplan is ook weinig aandacht besteed aan de enorme toename van het aantal goederentreinen sinds de aanleg van de bocht bij Meteren.
Dorpsontwikkelingsplan Met de hiervoor genoemde mogelijkheden voor ogen kan nu reeds begonnen worden aan het herstel van Orthen. Daartoe is wel een leidraad nodig. Voorgesteld wordt hiertoe te kiezen voor een zogenaamd integraal dorpsontwikkelingsplan (IDOP), en hiermee in 2014 spoedig te starten, in samenspraak met de bewoners en de dorpsraad. Zie ook hoofdstuk 8 van deel 1.
naar inhoudsopgave
130
afbeelding 4.48: Het Wielsem in De Hambaken ( stedelijke armoede ten top)
afbeelding 4.49: Het Wielsem in De Hambaken
131
4.5.2
De Hambaken
afbeelding 4.50: artikel in het Brabants Dagblad van 13 april 2013
De Hambaken is op dit moment de minst wervende buurt op Noord. Er wonen ca. 5.400 inwoners, een kwart van de gehele wijk. Dit is de omvang van een flink dorp. Het voorzieningenniveau in de buurt is laag. Er is een brede school. De buurt mist node een multifunctionele accommodatie. De wijkraad beijvert zich ervoor De Noorderpoort als MFA te ontwikkelen. De buurt mist een “buurtmidden” / hart met gezellige sfeer. De kwaliteit van de openbare ruimte is laag. Het Wielsem als hoofdstraat heeft een saaie lange rechtstand. De vernieuwing van het 40 jaar oude woningenbestand moet nog op gang komen. En zoals in geheel Noord is sprake van vergrijzing van de inwoners, met een behoefte aan seniorenwoningen tot gevolg. Het is aan te bevelen, dat naar het voorbeeld van een IDOP (integraal dorpsontwikkelingsplan) een IBOP integraal buurtontwikkelingsplan wordt opgesteld in samenspraak met de bewoners, gemeente, woningcorporatie en overige bij de ontwikkeling van de buurt betrokken partijen. In voorliggende visie zijn voorlopig voor De Hambaken de volgende voorstellen opgenomen met betrekking tot een verbetering van de buurt in de wijkstructuur. -
Ontwikkeling van een duidelijk hart voor de buurt in de vorm van een echt buurtplein en park, vergelijkbaar met Ploossche Hof, inclusief een knip in het Wielsem.
naar inhoudsopgave
132
133
-
-
-
Doortrekken van de lange stadsstraat Orthenseweg via de Schaarmeesterstraat tot aan het buurtcentrum. Daarmee wordt gestimuleerd dat zich tussen de buurt en de binnenstad een levendige hoofdstraat ontwikkelt. De stadsstraat Orthenseweg - Het Wielsem kan dezelfde positieve werking krijgen als de levendige Rompertsebaan. N.B. Dit is niet in strijd met de herinrichting aansluitpunt Het Wielsem op de Sint Teunislaan in 2013, waarmee het autoverkeer van Het Wielsem afgeleid wordt. Herinrichting van Het Wielsem naar het voorbeeld van de mooie buurtstraat Ploossche Hof, met een knip in de weg ter hoogte van het buurtplein. Verbetering van de inrichting van de groenzone onder de hoogspanningsleiding-noord en de aanleg van een doorgaand (fiets)pad met een doorkoppeling richting Engelsedijk. Landschappelijke koppeling van de groenelementen sportpark Hambaken en de groenzone onder de hoogspanningsleiding-zuid met het gebied Engelsedijk – Ertveldplas, ter versterking van ecologie en recreatief uitloopgebied.
Voorts bevat deze visie het idee om een mooie 'hartstraat' aan te leggen die het buurtcentrum De Hambaken, het hoofdcentrum De Rompert en het buurtcentrum Ploossche Hof verbindt. Een structurele opgave is de voortgaande vernieuwing van het woningenbestand. Tot nu toe is die overwegend verzorgd door de woningbouwcorporaties. Het is een onderzoek waard in hoeverre bouwen in CPO kan bijdragen aan de doorontwikkeling van de buurt met een eigen identiteit.
naar inhoudsopgave
134
afbeelding 4.51: zonering bedrijventerrein De Herven
afbeelding 4.52: zonering bedrijventerrein De Herven
135
4.5.3
Bedrijventerrein De Herven Bedrijventerrein De Herven heeft te maken met structurele leegstand en een verslechtering van de kwaliteit van de openbare ruimte. De bestaande verkaveling is versnipperd en inefficiënt voor de eigentijdse vestigingseisen. Een probleempunt is ook de negatieve uitstraling van dit bedrijventerrein naar de ernaast gelegen woonbuurt De Herven. Het bedrijventerrein is toe aan groot onderhoud inclusief een vorm van herverkaveling. De ondernemersvereniging wil met de gemeente een herontwikkelingsplan opstellen. Ook met de provincie is er reeds over gesproken in het kader van het renovatiebeleid bedrijventerreinen. Woonbuurt De Herven grenst aan het bedrijventerrein en ondervindt een negatieve uitstraling, in de vorm van verkeersdrukte, geluid- en lichthinder en de schrale verschijningsvorm van de openbare ruimte en gebouwen. Op dit ogenblik bestaat reeds een ruimtelijk conflict tussen het oostelijke deel van woonbuurt De Herven en het bedrijventerrein De Herven. Rond de aansluiting Hervensebaan - Balkweg en de entree van de woonbuurt is sprake van een rommelige, schrale en harde situatie van asfalt met verkeer en parkeerplaatsen voor garage Van Udenhout. Ook de entree vanaf de Bruistensingel is schraal. De voorgenomen uitbreiding van de Woonboulevard zal de ruimtelijke wrijving tussen de woonbuurt en het bedrijventerrein extra vergroten. De relatief kleine woonbuurt De Herven wordt gedomineerd door het relatief grote bedrijventerrein De Herven. Een bezoeker van buiten de stad typeerde De Herven als dat woonbuurtje op het bedrijventerrein…. Structureel gezien ligt de woonbuurt De Herven als een klein eiland klem tussen de drukke wegen Bruistensingel en Hervensebaan, spoorlijn en het bedrijventerrein De Herven. Een duurzame versterking van de wooncondities is gewenst. Reden waarom ook de positie van de woonbuurt aandacht vraagt. Integrale aanpak Gezien de samenhangende problematiek van het bedrijventerrein De Herven en de gelijknamige woonbuurt , is het de moeite waard te zoeken naar een oplossing waarin het functioneren van zowel het bedrijventerrein als de woonbuurt versterkt wordt. De kunst in het leven is “én - én”. De bestaande leegstand en de behoefte aan herverkaveling op het bedrijventerrein bieden mogelijkheden om de ruimtelijke druk op de woonbuurt te verminderen. Hoekkavel Balkweg / Hervensebaan Centraal ligt het grote, logistieke bedrijf op een perceel van ca. 8 ha op de hoek Balkweg / Hervensebaan. De logistieke functie is stedenbouwkundig niet optimaal. Functieverandering kan bijdragen aan een optimalisering van de functies die stedenbouwkundig beter op het bedrijventerrein passen. Opties zijn: langs de Balkweg: grootschalige detailhandel, voor zover niet elders gevestigd (autoboulevard?); en/of nieuwsoortige, hoogwaardige bedrijvigheid; langs de Hervensebaan: een zone met gemengde functies.
naar inhoudsopgave
136
Met deze gevarieerde mogelijkheden vormt deze hoekkavel de hoeksteen voor de ontwikkeling. De genoemde integrale aanpak kan gepaard gaan met een aanpassing van de verkeersstructuur. In paragraaf 4.2.1 is reeds de wenselijkheid beschreven om de Stadionlaan ten zuiden van de spoorlijn door te trekken tot in Rosmalen en de functie van de Tivoliweg te beperken. De aantrekkingskracht van de Hervensebaan voor het doorgaande verkeer kan beperkt worden door een inrichting als erfstraat en/of door een vorm van knip in de route aan te brengen, bijvoorbeeld in de bocht met de aansluitingen Speldenmakerstraat. Een en ander leidt tot het voorstel om het bedrijventerrein als volgt te zoneren, zie afbeelding 4.51 / 4.52. 1. 2.
3.
4.
5.
6.
De A2-zone blijft uiteraard gewilde zichtlocaties bieden. De zones ten noorden en ten zuiden van de Balkweg komen logischerwijze in aanmerking voor een efficiënter gebruik en herverkaveling voor bedrijven. De hoekkavel Balkweg - Hervensebaan vormt hoeksteen voor de ontwikkeling. De spoorzone biedt interessante mogelijkheden om het bestaande gemengde gebruik te versterken. In de zone langs de Hervensebaan liggen reeds kleinere bedrijven met bedrijfswoningen. Een doorontwikkeling van de zone langs de Hervensebaan met een vrije menging van wonen en kleinschalige bedrijven is een optie, De oostkant van de Hervensebaan, de huidige locatie van het distributiecentrum. biedt ruimte voor gemengde activiteiten: wonen en lichte bedrijvigheid. Zo’n aanpassing zal het wonen op De Herven duurzaam versterken. Het deel van de zone nabij station Oost kan de bestaande functies van kantoor en onderwijs behouden. Aandacht verdient ook vergroting van de ambiance rondom het station Oost. Hier zou de bouw van een sleutelgebouw / landmark op zijn plaats zijn. Een en ander moet gepaard gaan met behoud en versterking van het landschapspark c.q. natuurgebied De Heinis.