Versie 1 – Gen. 41: 1 t/m 45 – nr.48
[Uitzending 48 – Genesis 41: 1 t/m 45]
In de vorige uitzending lieten we Jozef achter in de gevangenis. Eenzaam, vergeten en in de steek gelaten. Toch gebeurde dit alles met Jozef omdat de Here God er een bedoeling mee had. Soms is het een hele worsteling om Gods hand in ons leven te zien maar als we Gods hand mogen ontdekken dan geeft dat een andere kijk op het leven. Genesis 41 is een heel ander hoofdstuk dan het hoofdstuk ervoor.
In Gen. 41 zien we dat Jozef uit de gevangenis komt. Dat komt omdat hij de dromen van de farao uitlegt. Hij wordt aangesteld tot opzichter over heel Egypte en trouwt met Asnat, de dochter van de priester van On. Jozef en Asnat krijgen twee zonen, Manasse en Efraïm.
Het levensverhaal van Jozef is een geschiedenis van armoede naar rijkdom. Ik ken geen ander verhaal dat zo aangrijpend is als deze episode in Jozefs leven. In dit hoofdstuk zien we duidelijk de hand van God in zijn leven. Jozef was zich bewust van Gods zorg voor hem, ook in de tijden dat het heel moeilijk was. Het heeft zijn karakter gevormd en hem eigenschappen geleerd die we in het Bijbelboek Galaten tegenkomen als de vrucht van de Geest. Eén van die eigenschappen is: geduld. De waarheid die in Romeinen 5:3 staat: Wij zijn ook nog blij als wij het moeilijk hebben, want wij weten dat wij daardoor leren vol te houden. wordt bij uitstek geïllustreerd in het leven van Jozef.
Jozef wordt in Gen.41 bij de farao gebracht. Een heidense koning die hem vraagt zijn droom uit te leggen. Later zien we hetzelfde bij Daniël die bij Nebukadnezar wordt gebracht. Allebei moeten ze dromen uitleggen. Aan het eind van Gen.41 gaan we in op de hongersnood. Welke bedoeling heeft de Here ermee? De Here gebruikt het als een middel om het gezin van Jacob tijdelijk uit Kanaän weg te halen. Weg van de zonden en perversiteiten van de Kanaänieten.
TTB – NL – TWR – CW
1
Versie 1 – Gen. 41: 1 t/m 45 – nr.48
De Here brengt hen naar Egypte om zich te vestigen op een afgezonderde plaats: het land Gosen. Dat was één van Zijn bedoelingen. Ik ben ervan overtuigd dat God meer redenen had, maar deze is duidelijk. Luisteraar, als we verder gaan, hoop ik dat u blijft letten op de overeenkomsten tussen Jozef en de Here Jezus Christus. Het is belangrijk voor ons om deze niet te missen.
In Gen.40 werden de schenker en de bakker van de farao in dezelfde gevangenis gezet. De gevangenis waar ook Jozef gedetineerd was. Jozef legde hun dromen uit. En alles kwam precies zo uit zoals hij had gezegd – de bakker werd opgehangen en de schenker kreeg zijn functie terug. Jozef had de schenker gevraagd of hij Jozef niet wilde vergeten. Of hij bij de farao een goed woordje voor hem wilde doen maar dat had hij niet gedaan. Nu geeft de Here God farao een droom. Genesis 41 vers 1: Op een nacht, twee jaar later, droomde de farao dat hij aan de oever van de rivier de Nijl stond. Wanneer er twee volle jaren zijn verlopen – sinds de hofschenker is vrijgelaten – krijgt de farao een droom, waar hij behoorlijk onrustig van is. Dit droomt hij: Plotseling zag hij zeven mooie, vette koeien uit de rivier komen, die op de oever begonnen te grazen. Daarna kwamen nog zeven koeien uit de rivier, maar die waren zo mager dat je hun ribben kon tellen. [Gen. 41:2 en 3] Farao ziet zichzelf aan de oever van de rivier de Nijl staan. Hij zag zeven koeien, die goed doorvoed waren en er mooi uitzagen, vette koeien. Daarna zag hij zeven koeien die heel mager waren. Genesis 41 vers 4:
De magere koeien naderden de vette koeien en aten die op! Op dat moment werd farao wakker. Farao wordt behoorlijk onrustig van de droom. Waarom? Hij ziet zeven lelijke magere koeien uit de rivier komen en dan gebeurt het onmogelijke: de magere koeien eten de vette op. Koeien waren in Egypte staatssymbool. En het getal zeven was over de hele antieke wereld een heilig getal. Farao wist niet wat de uitleg was en er was niemand in de buurt die hem kon helpen. Genesis 41 vers 5 t/m 8: TTB – NL – TWR – CW
2
Versie 1 – Gen. 41: 1 t/m 45 – nr.48
Hij viel al snel weer in slaap en kreeg een tweede droom. Nu zag hij een korenhalm met zeven mooie, dikke aren eraan. Maar opeens kwamen er zeven schrale, door de hete oostenwind verschroeide aren bij. En deze schrale aren slokten de zeven dikke aren op! Toen werd farao wakker en realiseerde zich dat hij had gedroomd. De volgende morgen dacht hij echter na over de dromen, maar kon niet bedenken wat zij mochten betekenen. Hij ontbood alle geleerden en wijzen uit het land en vertelde hun zijn dromen, maar geen van hen kon vertellen wat de dromen betekenden.
Terwijl al deze geleerden en wijzen mannen erbij geroepen werden en farao hen zijn droom vertelde, luisterde de schenker gespannen toe. Het was zijn taak om bij farao te staan en hem alles te geven wat hij wilde. Toen niemand de farao een uitleg kon geven, doet het hoofd van alle wijnproevers zijn mond open. Genesis 41 vers 9: Toen kwam de wijnproever bij farao en zei: Nu herinner ik me mijn zonde! Hij herinnert de farao aan zijn eigen vroegere overtreding d.w.z. aan de zaak waarom hij gevangen was gezet. Opvallend is het, dat het woord ‘zonden’ wordt gebruikt en ook nog in het meervoud staat. Wat er toen gebeurd is kon maar niet ‘een foutje’ worden genoemd. Het meervoud kan er op wijzen dat de schenker ook denkt aan het feit dat hij Jozef is vergeten.
Wij zouden het een toevallige samenloop van omstandigheden noemen maar dat was het niet. Alles past in het plan van de Here God. Toen, bij de schenker en de bakker in de gevangenis, waren de moeilijke omstandigheden van Jozef niet te begrijpen. Maar nu blijkt dat de Here God het toe liet omdat Hij er een bedoeling mee heeft. De schenker herinnert zich Jozef en hij vertelt de farao zijn eigen ervaring. Genesis 41 vers 10 t/m 13:
Een tijd geleden vielen enkelen van ons in ongenade en u liet het hoofd van de bakkerij en mij opsluiten in de gevangenis van het hoofd van de lijfwacht. Op een nacht hadden wij allebei een droom, maar allebei met een andere betekenis. TTB – NL – TWR – CW
3
Versie 1 – Gen. 41: 1 t/m 45 – nr.48
Wij vertelden die aan een jonge Hebreeuwse man, een slaaf van het hoofd van de lijfwacht, die daar werkte en hij heeft deze voor ons uitgelegd. Alles wat hij zei, kwam uit: ik werd in mijn functie hersteld en de bakker werd ter dood gebracht en op een paal gespietst. Bij de schenker ligt de nadruk op het feit, dat wat Jozef had voorspeld, was uitgekomen. De uitdrukking: ‘een jonge Hebreeuwse man, een slaaf van het hoofd van de lijfwacht’ is kleinerend.
Wil de schenker zich indekken tegen mogelijke kritiek van de farao? Want hij wil met de gekozen woorden suggereren dat Jozef een onbetekenend figuur was (en het dus niet zo vreemd is dat de schenker hem niet eerder bij de farao heeft geïntroduceerd). Aan de andere kant drukt het ook de enorme verandering uit van Jozefs positie. Het ene moment een gedetineerde en vergeten slaaf, het volgende moment op weg naar één van de hoogste posities in het land Egypte. Genesis 41 vers 14: Farao stuurde direct iemand naar de gevangenis om Jozef te halen. Jozef werd uit de kerker gelaten en mocht zich scheren en behoorlijke kleren aantrekken. Zo verscheen hij voor farao.
Jozef… mocht zich scheren De Egyptenaren stonden bekend om hun gladgeschoren gezichten in tegenstelling tot de baarddragende Semieten – waar Jozef bij hoorde. Als u mogelijk een keer in de gelegenheid bent moet maar eens op afbeeldingen of schilderijen van Egyptenaren letten. Ze laten meestal goed geschoren mensen zien. Veel heersers lieten een klein sikje staan om er waardiger uit te zien. Als ze zelf weinig baardgroei hadden droegen ze een vals baardje. In het algemeen hadden de Egyptenaren geen haar op hun gezicht.
Wat een ommekeer. Jozef wordt uit de gevangenis gehaald. Hij scheert zich en verwisselt zijn gevangeniskleding voor fatsoenlijke kleren waarmee hij aan het hof kan verschijnen. Hij gaat – bij wijze van spreken – niet in zijn spijkerbroek. Er ligt een heel nieuw leven voor hem.
TTB – NL – TWR – CW
4
Versie 1 – Gen. 41: 1 t/m 45 – nr.48
Het is net een opstanding. Hij is opgewekt en mag weer leven!. Nu gaat hij naar de farao. Wat een mooi beeld van Christus! Genesis 41 vers 15: Ik heb de afgelopen nacht een droom gehad, zei farao, en geen van deze mensen kan mij vertellen wat hij betekent. Ik heb gehoord dat jij dromen kunt uitleggen en daarom heb ik je hier laten komen. Met dezelfde haast als waarmee Jozef werd gehaald, valt farao direct met de deur in huis: ik heb een droom gehad en er is niemand die hem kan uitleggen. Wat gaat Jozef zeggen? Jozef geeft God alle eer! Genesis 41 vers 16: Ik kan geen dromen uitleggen, antwoordde Jozef. Maar God zal u de betekenis vertellen!
Vanuit Jozefs oogpunt moet God de eer krijgen. Hij geeft direct een corrigerend antwoord: Dat is niet aan mij, ik kan geen dromen uitleggen. Maar God zal u de betekenis vertellen! Ook voor ons is het belangrijk dat we er op letten dat God de eer krijgt van alles wat Hij doet. Jozef wijst de farao niet alleen op de Here God als de enige bron voor de uitleg van de droom, maar zegt ook dat het alleen de Here is die aan de farao kan bekendmaken wat goed voor hem is. Farao herhaalt de droom voor Jozef. Zijn weergave verschilt op een paar punten van de eerdere weergave in de verzen 1 t/m 7.
Farao benadrukt het afschuwelijke lelijke van de koeien (in vers 19) en de dorheid van de aren (in vers 23). Verder zegt hij ook nog dat nadat de magere koeien de vetten hadden opgegeten, niemand dit merkte – vers 21: Maar toch bleven zij net zo mager als daarvoor! De weergave in de verzen 17 t/m 24 geeft aan hoe bedreigend de farao de dromen vindt. Maar de climax in vers 24 is voor farao het grootste probleem: Dit heb ik ook aan de geleerden verteld, maar zij konden mij de betekenis van de dromen niet uitleggen. In de vertaling wordt gesproken over ‘dromen’ maar eigenlijk is het één droom. Eén droom die uit twee delen bestaat. Genesis 41 vers 25:
Beide dromen hebben dezelfde betekenis, vertelde Jozef aan farao. God heeft u verteld wat Hij gaat doen in het land Egypte.
TTB – NL – TWR – CW
5
Versie 1 – Gen. 41: 1 t/m 45 – nr.48
Jozef zegt dat het om één droom gaat, beide delen gaan over hetzelfde. Het feit dat het wordt herhaald en dat farao het twee keer hoort, geeft aan dat het belangrijk is. De reden voor de droom is dat de Here God farao laat weten wat Hij op het punt staat te gaan doen. Bij de grondtekst valt het op dat, als Jozef tot de farao spreekt over God hij spreekt over ‘dé God’ – Ha ‘Elohiem – die éne God. Maar, farao heeft het over ‘elohiem’, ‘god’ in het algemeen, zonder bepalend lidwoord. Genesis 41 vers 26 t/m 31:
De zeven vette koeien (en ook de zeven dikke aren) geven aan dat er zeven voorspoedige jaren komen. De zeven magere koeien (en ook de zeven schrale aren) betekenen dat de zeven voorspoedige jaren zullen worden gevolgd door zeven jaren hongersnood. Zo heeft God u laten zien wat Hij van plan is. De komende zeven jaren zullen grote voorspoed brengen in heel Egypte. Maar de zeven jaren hongersnood, die daarop volgen, zullen zo vreselijk zijn dat alle voorspoed wordt vergeten. De honger zal het land uitmergelen. De hongersnood zal zo erg zijn, dat zelfs de herinnering aan de voorspoedige jaren zal vervagen.
Dit is de uitleg: er komen 7 jaren van overvloed en vervolgens 7 jaren van hongersnood. Jozef spreekt veel uitvoeriger over de magere koeien en de schrale aren. Hij besteed één zin aan de overvloed, maar wel vijf aan de hongersnood. Het geeft aan waar Jozef de aandacht van de farao op wil vestigen. Genesis 41 vers 32: Dat u tweemaal hetzelfde hebt gedroomd, wil zeggen dat het zeker gaat gebeuren en al snel ook, want God heeft het zo beslist.
De hongersnood is door God vastgesteld. Hij wil dat farao het weet. Wat moet er nu gebeuren? Jozef geeft advies aan de farao. Het advies is net zo duidelijk als de zojuist uitgesproken uitleg en aankondiging. Genesis 41 vers 33 t/m 37:
TTB – NL – TWR – CW
6
Versie 1 – Gen. 41: 1 t/m 45 – nr.48
Welnu, ik denk dat het goed is als u een wijs man uitzoekt aan wie u de leiding geeft over een programma voor de voedselvoorziening van het hele land. Laat farao opzichters aanstellen, die gedurende de komende zeven jaar elk jaar een vijfde van de voedselopbrengst van heel Egypte opslaan in magazijnen. Zo krijgt u een voedselvoorraad voor de zeven jaren hongersnood, die daarop volgen. Dan zal het land niet aan de hongersnood ten gronde gaan. Farao en zijn adviseurs zagen wel wat in Jozefs voorstellen. Zij bespraken wie de leiding moest krijgen over die enorme onderneming. Jozef adviseert farao om alles wat teveel is – in de jaren van overvloed – te verzamelen en dat op te slaan voor de zeven magere jaren. Genesis 41 vers 38 t/m 41
Toen zei farao: Wie kan dat beter doen dan Jozef? Hij is een man die duidelijk vervuld is met de Geest van God. Toen wendde farao zich tot Jozef en zei: Aangezien God u de betekenis van de dromen heeft ingegeven, bent u de meest wijze man in het land! Ik benoem u daarom tot leider van de voedselverzameling. Ik geef u een blanco volmacht in het hele land. U zult alleen aan mij verantwoording schuldig zijn.
Let op wat hier gebeurt. Het begint met het feit dat Jozef in de gevangenis zit. Eenzaam, vergeten en in de steek gelaten. Nu – precies op het goede juiste moment – wordt Jozef uit de gevangenis gehaald, omdat niemand de droom van farao uit kan leggen. Jozef mag de droom van farao uitleggen maar dat niet alleen, in zijn enthousiasme – en ook omdat hij een bekwaam man is – adviseert hij de farao wat hij zou moeten doen. Zeker, wij weten dat het alles Gods plan en leiding was, maar wij staan achter de geschiedenis.
God laat farao weten dat er een wereldwijde hongersnood zal komen, zo groot dat zelfs Egypte erdoor getroffen zal worden. Egypte is niet afhankelijk van regenwater, omdat er irrigatie plaatsvindt. De Nijl – in al haar geledingen – stroomt vanuit Midden Afrika en voorziet Egypte van het nodige water. In Egypte valt maar een paar centimeter regenwater per jaar. TTB – NL – TWR – CW
7
Versie 1 – Gen. 41: 1 t/m 45 – nr.48
Als Egypte het daarvan moest hebben, zou er altijd hongersnood zijn. Maar, elk jaar overstroomt de Nijl het land, en neemt dan niet alleen water mee, maar ook sedimenten die de bodem vruchtbaar maken. Nu waarschuwt de Here God de farao en laat zien wat Hij van plan is. Er komen 7 jaren van hongersnood en deze hongersnood komt ook over Egypte. Toen zei farao: Wie kan dat beter doen dan Jozef? Hij is een man die duidelijk vervuld is met de Geest van God.
Farao luistert naar Jozef. Iemand vroeg eens aan een regerende minister president wat is het kenmerk van een goede minister president. Hij zei: dat is een man die weet welke richting God op wil gaan in de komende vijftig jaar. Hier in Genesis wordt tegen farao gezegd wat er de komende veertien jaar gaat gebeuren. Welk land zou zo’n man niet kunnen gebruiken?
Wie kan dat beter doen dan Jozef? Farao zag dat Jozef een man was met capaciteiten. Ziet u hoe de Here God hem al had opgeleid in het huis van Potifar? In het huis van Potifar heeft Jozef al geleerd om de leiding te hebben over alle bezittingen. Nu krijgt hij de leiding over alles in het land Egypte. Dit is een enorme verandering in zijn leven. Hij is een lange weg gegaan, van de diepte van de gevangenis tot aan de hoogste troon, naast die van farao. Genesis 41 vers 42: Na die woorden schoof farao zijn zegelring aan Jozefs vinger als teken van zijn koninklijke volmacht. Hij gaf hem prachtige kleren, hing een gouden keten om zijn hals en verklaarde plechtig: Ik stel u aan als leider over het hele land Egypte.
Na de proclamatie geeft de farao zijn zegelring aan Jozef. Het geven van de ring, waarmee staatsbesluiten kunnen worden uitgevaardigd, symboliseert het overdragen van het gezag. Vervolgens krijgt Jozef prachtig Egyptisch linnen als kleding, zoals dat door Egyptische topambtenaren werd gedragen. Jozef wordt voor zijn droomuitleg en advies beloond met een gouden ketting om zijn hals. En tot slot doet de farao hem plaatsnemen op de strijdwagen voor de tweede man in Egypte. Dan laat farao Jozef rondrijden om het volk met hem te laten kennismaken. Een heraut die vooropgaat roept: Breng hulde! TTB – NL – TWR – CW
8
Versie 1 – Gen. 41: 1 t/m 45 – nr.48
Gen.41 vers 43 t/m 45: De farao gaf Jozef zijn tweede rijtuig en overal waar hij verscheen, werd voor hem uit geroepen: Kniel! En de farao verklaarde tegenover Jozef: Ik, de koning van Egypte, zweer dat mijn land u zal gehoorzamen. Voortaan noemde farao Jozef ‘Safenat-Paneach’ (Uitlegger van geheimen) en gaf hem Asnat, de dochter van Potifera, de priester van On (Heliopolis), tot vrouw. Zo werd Jozef van gevangene in één keer tot de machtigste man in het land. Ik vind de naam Jozef een mooiere naam dan ‘Safenat-Paneach’, maar die naam gaf de farao hem. Het is een Koptische naam en het betekent: ‘uitlegger van geheimen’. Asnat is de dochter van de priester Potifera, de priester van On. On is beter bekend onder de latere naam Heliopolis (zonnestad). Een stad 15 km ten Noordoosten van Caïro. Het geven van Egyptische namen aan Semieten was heel gebruikelijk en het huwelijk met een vrouw uit één van de beste families in Egypte bezegelde de promotie van Jozef. Door naamgeving en huwelijk treedt de farao hier op als Jozefs vader en zo krijgt Jozef volmacht over heel Egypte. De vermelding dat Jozef 30 jaar is wanneer hij bij de farao in dienst komt is meer dan een chronologische vermelding van het feit dat hij 13 jaar lang een slaaf en een gevangene was. Toen hij 17 jaar was droomde Jozef thuis bij zijn vader van een glorieuze toekomst. Die dromen staan op het punt vervuld te worden.
Zo werd Jozef van gevangene in één keer tot de machtigste man in het land. Hoe zal het verder gaan met Jozef? Daarover meer in de volgende uitzending.
TTB – NL – TWR – CW
9