Werken aan Geluk Inleiding Voor u ligt de nieuwe schoolgids van de St. Nicolaasschool. Deze gids is bestemd voor u als ouders/verzorgers van leerlingen van St. Nicolaasschool en voor alle anderen die geïnteresseerd zijn in onze school. We vinden het belangrijk dat ouders weten en begrijpen waar de St. Nicolaasschool voor staat en welke keuzes de school maakt. Onze school vindt het belangrijk dat iedereen zich welkom voelt. Door het bieden van rust en structuur streven wij binnen de school naar een veilige, warme sfeer waarin ieder kind tot zijn recht komt. Onze school onderscheidt zich door jarenlange ervaring te combineren met moderne lesmethoden. Onze ervaren leerkrachten hebben persoonlijk aandacht voor uw kind. De school heeft openheid en een goed contact met ouders hoog in het vaandel. Wij laten ouders actief meedenken over alles wat er zich op onze school afspeelt. Daarnaast besteden wij, mede door onze katholieke achtergrond en de Vreedzame school, veel aandacht aan het goed omgaan met elkaar en het goed oplossen van conflicten. Op deze wijze zijn wij een dynamische school voor kinderen, ouders en leerkrachten. Uiteraard vindt u in de schoolgids ook praktische informatie die bij het schoolse leven hoort. Dit varieert van adressen van belangrijke instanties tot pauzebegeleiding en van de schoolarts tot de verlofregeling. Hiernaast verschijnt een activiteitenkalender via ons ouderportal Digiduif. We beschouwen deze schoolgids ook als een uitnodiging om kennis te nemen van onze bedoelingen en om daarover met ons in gesprek te gaan. We wensen kinderen, ouders een goed schooljaar 2014-2015! Het team van de St. Nicolaasschool
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 1 van
54
Inhoudsopgave 1.
2.
3.
Karakteristiek van de school
5
1.1.
De naam van de school
5
1.2.
Grootte van de school
5
1.3.
De groepen
5
1.4.
Huisvesting
5
1.5.
De schoolbevolking
6
1.6.
Missie en visie
6
Ons onderwijs
8
2.1.
Werkwijze
8
2.2.
Het zelfstandig werken
8
2.3.
Technisch leesonderwijs
9
2.4.
Het schrijfonderwijs
10
2.5.
Creatief circuit
11
2.6.
Techniekonderwijs
11
2.7.
Burgerschapsonderwijs
11
2.8.
Relaties en seksualiteit
12
2.9.
Bewegingsonderwijs
12
2.10. Culturele evenementen
12
2.11. Sporttoernooien / Avondvierdaagse
12
2.12. Vervolgonderwijs
12
2.13. Methodes en methodieken
13
2.14. Groepsvieringen
15
2.15. ICT in school
15
2.16. Lesurenoverzicht
15
Vreedzame school
16
3.1.
Doelen en pijlers
16
3.2.
Mediatoren
17
3.3.
Lessen
17
3.4.
Resultaten
18
3.5.
Sociaal emotioneel volgsysteem
18
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 2 van
54
4.
5.
6.
7.
Leerlingenzorg
19
4.1.
Aannamebeleid en groepsindeling
19
4.2.
De zorg voor leerlingen met specifieke behoeften
19
4.3.
Samenwerking met ouders van een zorgleerling
20
4.4.
Doubleren
20
4.5.
Verwijzing naar het voortgezet onderwijs
22
4.6.
Grenzen aan de zorg en verwijzing naar het Speciaal (Basis)Onderwijs
22
4.7.
De zorg voor meerbegaafde kinderen
22
4.8.
Het overslaan van een groep
23
4.9.
Sociale Veiligheid
23
4.10. Schorsing en verwijdering van leerlingen
23
4.11. Passend Onderwijs
24
4.12. Logopedie
25
4.13. Centrum Jeugd en Gezin (CJG) en de GGD
26
4.14. School maatschappelijk werk
27
4.15. Verwijsindex
27
4.16. Meldcode huiselijk geweld
28
Kwaliteitszorg, ontwikkelingen en resultaten
29
5.1.
Van missie naar ontwikkelingsplan
29
5.2.
Kwaliteitscyclus
29
5.3.
Meting en verantwoording
30
5.4.
Ontwikkelingen in het schooljaar 2014-2015
31
5.5.
Uitstroompercentage
33
Geledingen
34
6.1.
Bestuur – KS Fectio en de school
34
6.2.
Medezeggenschapsraad
35
6.3.
De oudervereniging
36
6.4.
De activiteitencommissie
36
6.5.
Het ouderpanel
36
Communicatie met ouders
37
7.1.
Leerstofaanbod
37
7.2.
Leerproces en resultaten (rapportage)
37
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 3 van
54
8.
9.
7.3.
Oor voor wensen van ouders
38
7.4.
Informele contacten
39
7.5.
Informatievoorziening voor gescheiden ouders
39
7.6.
Groepsouders
39
7.7.
Betrokkenheid en hulp bij onderwijsactiviteiten
39
7.8.
Jaarbijeenkomst
39
Schooltijden en vakanties
40
8.1.
Schooltijden
40
8.2.
Schoolvakanties 2014-2015
40
Schoolorganisatie
41
9.1.
Buitengewoon verlof
41
9.2.
Gevonden voorwerpen
41
9.3.
Hoofdluis
41
9.4.
Klachtenregeling
42
9.5.
Ouderhulp
45
9.6.
Schoolreisje en schoolkamp
45
9.7.
Sponsoring
45
9.8.
Stagiaires
45
9.9.
Tienuurtje
45
9.10. Traktaties
46
9.11. Continurooster Lunchpauze
46
9.12. Vervanging van zieke leerkrachten
47
9.13. Verzekeringen
47
9.14. Ziekte
47
9.15. Zorg voor meegebrachte spullen
47
10.
Wie is wie?
48
11.
Contacten en adressen
52
12.
Bijlage(n)
54
12.1. Jaaroverzicht 2014 - 2015
54
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 4 van
54
1.
Karakteristiek van de school 1.1.
De naam van de school
Van oudsher is de Kromme Rijn-streek een 'katholiek gebied'. Het dorp Odijk was daarin een zelfstandige gemeente. De patroonheilige van deze gemeente was Sint Nicolaas. Zijn afbeelding komt dan ook voor in het 'Wapen van Odijk'. Niet verwonderlijk dus dat vele namen in Odijk herinneren aan deze persoon. Zo hebben we de St. Nicolaaslaan, de St. Nicolaasparochie en de St. Nicolaasschool. Het streven van de school is dan ook een uitstraling te zijn van St. Nicolaas als kindervriend.
1.2.
Grootte van de school
Onze school heeft in de afgelopen jaren een groei meegemaakt van een kleine dorpsschool met vier personeelsleden en vier groepen tot een grote school met ruim dertig personeelsleden en zestien groepen. Als gevolg van de daling van geboortes in het dorp Odijk, zullen we de komende jaren in leerlingenaantal achteruit gaan. De tellingen per 1 oktober: Jaar
Leerlingaantal
1988
92
2000
397
2002
401
2007
365
2010
358
2011
330
2012
324
2013
310
1.3.
De groepen
In het schooljaar 2014-2015 werken we in 12 groepen. Te weten groep 1-2 A, 1-2B, 1-2C, 3, 3-4, 4, 5, 5-6, 6, 7, 7-8 en 8. De grootste groep telt 30 leerlingen. De andere groepen zijn kleiner. De kleutergroepen starten met ca. 18 leerlingen en worden in de loop van het schooljaar groter.
1.4.
Huisvesting
Sinds 1 augustus 2004 beschikken we over een fantastisch gebouw. Op de begane grond, rondom de gemeenschapsruimte, beschikken we over 4 lokalen evenals een ruimte voor personeel, directie, intern begeleiders en bouwvoorzitters. Op de tweede verdieping zijn, rond een verwerkingsruimte, nog eens 6 lokalen gehuisvest. Ook een ruimte voor de remedial teacher staat tot onze beschikking. Bij de bouw van de scholen is uitgegaan van de beschikbare behoefte in Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 5 van
54
2010. Daardoor zijn nog een aantal lokalen gehuisvest in (toekomstige) appartementen; de zogenaamde schoolwoningen. Deze lokalen beschikken over een riante ruimte in klaslokaal en aanverwante verwerkingsruimte. In de toekomst heeft de gemeente het plan om de schoolwoningen te verkopen, waarmee het aantal beschikbare lokalen zal afnemen. Dit schooljaar zijn twee van onze schoolwoningen overgedragen aan de gemeente, waarmee wij nog drie van deze schoolwoningen gebruiken.
1.5.
De schoolbevolking
De leerlingen die onze school bevolken zijn leerlingen die doorgaans voldoende gemotiveerd worden tot leren vanuit de thuissituatie. Binnenkomende leerlingen vertonen veelal geen achterstanden door belemmerende gezinsinvloeden. Vrijwel alle leerlingen zijn al gewend aan een grotere groep kinderen doordat zij tevoren ofwel de peuterspeelzaal of de kinderdagopvang hebben bezocht.
1.6.
Missie en visie
Missie
De pedagogische missie van de St. Nicolaasschool is: Werken aan geluk. Werken aan het geluk van de kinderen die aan onze school zijn toevertrouwd, is het hogere pedagogische doel van onze schoolorganisatie. We vervullen daarmee ook een belangrijke maatschappelijke rol; in de eerste plaats in het verzorgingsgebied van onze school, Odijk en omgeving. Geluk is niet vanzelfsprekend en ook niet absoluut. Er is altijd ruimte voor groei. We begrijpen dat geluk niet voor iedereen vanzelfsprekend is, maar leggen ons daar niet bij neer. Wij werken aan geluk. We zijn een Vreedzame School. Dat betekent, dat wij de kinderen willen opvoeden tot verantwoordelijke en actieve leden van de gemeenschap. Daartoe beschouwen we de klas en de school als oefenplaats. Kinderen leren dat zij deel uitmaken van de gemeenschap die de klas en school vormt en leren daar een bijdrage aan te leveren. Ze leren oog en oor te hebben voor anderen, zich verantwoordelijk te voelen voor het algemeen belang: initiatiefrijk, zorgzaam en betrokken. Visie
Onze pedagogische visie geven wij weer in de manier waarop wij kijken naar geluk en hoe we daaraan willen werken. Daarbij sluiten wij aan bij het werk van de pedagoog Luc Stevens, dat ons daarbij inspireert. Het werken aan geluk betekent dat wij invulling geven aan de drie basisbehoeften van de kinderen van onze school:
Relatie: Wij willen dat leerlingen zich geaccepteerd weten, dat ze erbij horen, zich welkom en veilig voelen;
Competentie: Wij willen dat leerlingen zich uitgedaagd voelen met werk dat ze aankunnen;
Autonomie: Wij willen dat leerlingen beseffen dat ze de ruimte hebben zelfstandig keuzes te maken, hun leerpad kunnen uitstippelen en daar verantwoordelijkheid voor leren dragen.
De wijze waarop wij deze drie basisbehoeften invullen, bepaalt ons pedagogisch klimaat. In de praktijk wordt dit vormgegeven door het pedagogisch en didactisch handelen van de leerkrachten: Hoe ziet de interactie eruit, hoe is de instructie vormgegeven en hoe is onze klassenorganisatie.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 6 van
54
Wij streven daarbij het volgende na:
Onze kinderen halen de kerndoelen; Wij gebruiken daarvoor doorlopende leerlijnen; Dit doen wij met behulp van eigentijdse leermiddelen en gerichte observaties; Onze didactische aanpak is gebaseerd op het directe instructiemodel, coöperatief leren en werkvormen gericht op het bevorderen van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces; Wij vieren en werken met respect voor christelijke waarden en vinden ook dat onze leerlingen moeten leren over andere culturele normen en waarden.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 7 van
54
2.
Ons onderwijs 2.1.
Werkwijze
In de kleutergroepen staat de betrokkenheid van de kinderen centraal. Het is ons, na uitgebreide observaties, duidelijk geworden dat kinderen heel veel leren wanneer ze betrokken zijn bij de dingen die ze doen. Dat betekent dat de thema’s die aan de orde komen gekozen worden op grond van gesprekken in de groep. De thema’s worden vervolgens met de kinderen uitgewerkt en de hoeken worden door henzelf, samen met de leerkracht, aangepast. Het liefst met zelf verzamelde en meegenomen materialen. Het aanbod van de keuzeopdrachten sluit hierop aan. Er wordt goed gekeken naar de behoeften van de kinderen, waarbij we ervan uitgaan dat er tijdens spel minstens evenveel wordt geleerd als bij de aangeboden opdrachten. Vanaf groep 3 bieden we de leerstof op drie niveaus aan. Ook de verwerking kan op drie niveaus plaatsvinden. Tijdens de verwerking heeft de leerkracht extra aandacht voor de individuele leerling en wordt eventueel verlengde of aanvullende instructie gegeven. Het geheel blijft voor de groepsleerkracht op deze manier overzichtelijk en er blijft nog tijd en ruimte over voor observatie en extra begeleiding voor leerlingen die dat nodig hebben. Bij het geven van onderwijs gaan we uit van de basisstof, gedifferentieerd naar drie niveaus. Dat is de stof die elk kind dient te beheersen voor het naar een volgend leerstofblok gaat. Als de leerkracht merkt dat de kinderen tussentijds moeite hebben met deze basisstof, dan zal zij/hij extra maatregelen nemen (bijvoorbeeld extra instructie, aangepast programma of remedial teaching). De wijze waarop dit georganiseerd wordt, is vastgelegd in het leerlingbegeleidingsplan van de school. Veel kinderen zullen echter dieper op de zaken in kunnen gaan. Zij krijgen dan extra stof, de zogenaamde ‘verrijkingsstof’. Deze wordt veelal zelfstandig verwerkt.
2.2.
Het zelfstandig werken
Onderbouw Het zelfstandig werken krijgt een plaats vanaf groep 1. De week start in de onderbouw met een aftekenlijst, waarin de taken staan die de kinderen gedurende de week gaan maken. Kinderen die net op school starten krijgen één taak per week; kinderen in groep 1 krijgen twee taken per week; kinderen in groep 2 krijgen drie taken per week. Omdat we onderwijs op maat willen geven, kan dit echter per kind ook nog wel wat verschillen. De kinderen kiezen tijdens de (zelfstandig-) werklessen zelf welke taken ze wanneer maken en moeten er zelf voor zorgen dat alle taken aan het eind van de week gemaakt zijn. Uiteraard staat de leerkracht steeds klaar om ze bij het plannen van de taken te helpen, maar de doelstelling is dat de kinderen leren deze keuzes zelfstandig te maken. Wanneer de kinderen binnen de tijd de opdrachten klaar hebben, zijn er uitloopopdrachten die ervoor zorgen dat de kinderen steeds nuttig en waardevol aan het werk zijn. We willen hiermee de zelfstandigheid van de kinderen vergroten. En we merken ook dat het de intrinsieke motivatie van kinderen veel goed doet: de kinderen willen het werk dat ze doen graag goed doen. Middenbouw In de middenbouw (de groepen 3, 4 en 5) krijgen de kinderen een dagtaak waarin staat welke taken ze die dag moeten maken. In groep 3 werken de kinderen gedurende 30 tot 45 minuten per dag aan de dagtaak. In groep 4 wordt dit 45 tot 60 minuten per dag. De kinderen bepalen zelf welke taken ze eerst maken en welke taken ze voor later bewaren. Deze taken voeren ze zelfstandig en in eigen tempo uit. Een kind dat moeite heeft met bijvoorbeeld spelling, heeft Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 8 van
54
hierdoor alle vrijheid om langer over deze taak te doen. Hetzelfde kind is wellicht een sterke rekenaar en kan de tijd die het nodig heeft voor het spellen hiermee compenseren. Ook in de middenbouw geldt dat dagtaken op maat gemaakt worden, wat betekent dat kinderen die iets meer of minder aankunnen een aangepaste dagtaak krijgen. Naast de doelen die voor de onderbouw gelden, ontwikkelen de kinderen vanaf groep 3 ook hun tijdsbesef en planningsvaardigheden. Wanneer een bepaalde taak af is, registreert het kind dit zelf op de takenkaart. Bovenbouw Vanaf groep 5 wordt er gewerkt met een weektaak. Uiteraard worden ook deze taken aangepast aan de mogelijkheden van individuele kinderen. Hoewel in groep 5 de kinderen nog wel aangereikt krijgen welke taken ze op bepaalde dagen af moeten maken, wordt de kinderen in de bovenbouw geleerd hun planning van het maken van taken over een week uit te spreiden. Aan het eind van groep 8 zijn de meeste kinderen hier zo bedreven in, dat ze in principe in staat zijn hun hele weektaak zelf te plannen en zelfstandig uit te voeren. Differentiatie Tijdens het zelfstandig werken wordt de kinderen aangeleerd eerst zelf vragen die ze tegenkomen op te lossen. Wanneer het een kind niet lukt het probleem zelf op te lossen, wordt in eerste instantie hulp gevraagd aan een klasgenoot. De ervaring leert dat een klasgenoot deze hulp vaak adequaat kan bieden. Overigens is het geven van hulp een leerdoel op zich: wanneer kinderen iets aan een ander uitleggen worden ze gedwongen de leerstof systematisch te ordenen, waardoor ze de leerstof zelf ook beter gaan beheersen. Een groot voordeel is dat de leerkracht hierdoor in principe de handen vrij heeft om kinderen te helpen die daaraan behoefte hebben. Tijdens het zelfstandig werken zal de leerkracht dan ook individuele kinderen, of kleine groepjes kinderen, bij zich roepen om extra uitleg te geven waar dat nodig is. Veelal gebeurt dit aan een instructietafel. Doelstellingen Door deze manier van werken bereiken we doelstellingen, die wij als school belangrijk vinden voor de ontwikkeling van de kinderen. Zo leren de kinderen zelfstandig keuzes te maken, zelf verantwoordelijk te zijn voor het eigen handelen, plannen en tijdsbesef, omgaan met elkaar en samenwerken. Ook ontwikkelen ze hun eigenwaarde en zelfrespect, zelfvertrouwen en onafhankelijkheid.
2.3.
Technisch leesonderwijs
In groep 3 maken we gebruik van de taal-leesmethode Veilig Leren Lezen. Deze methode biedt veel mogelijkheden voor differentiatie; zowel aan kinderen die aan het begin van groep 3 al kunnen lezen als aan kinderen het nog moeten leren, wordt op maat leesonderwijs aangeboden. Ook bevat de methode veel uitdagende materialen waarmee kinderen zelfstandig aan de slag kunnen gaan. Veilig Leren Lezen werkt met thema’s. Hiermee sluiten we aan op de werkwijze die in de groepen 1 en 2 bestaat. Ten slotte bevat de methode geregeld toets-momenten zodat we de leesontwikkeling van de kinderen op de voet kunnen volgen en direct kunnen ingrijpen als dat nodig is. Vanaf 2009 heeft het technisch leesonderwijs verder vorm gekregen door de methode Estafette. Estafette lezen sluit helemaal aan op de methode Veilig Leren Lezen en is gebaseerd op de nieuwe AVI toetsen. Er wordt gewerkt met passende uitdagende teksten op ieder niveau. Binnen de methode wordt volop gedifferentieerd. Er wordt met verschillende aanpakken gewerkt op het gebied van instructie, begeleiding, herhaling en leestijd. Deze methode loopt door tot en met groep 8. Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 9 van
54
Bij de kinderen wordt eerst de CITO toets afgenomen. Deze toets schaalt de kinderen in op hun technisch leesniveau. Een goede score op technisch lezen wil niet zeggen dat een kind de tekst ook begrijpt. De leeslessen van Estafette zijn standaard opgebouwd uit vier lesfasen: introductie, instructie, begeleide verwerking & inoefening en afronding. Elke les begint met een introductie voor alle leerlingen; samen met de hele groep wordt de les ook afgesloten. Na de introductie krijgen de betere lezers een korte werkinstructie. Zij werken vervolgens zelfstandig verder. De methodevolgers en risicolezers krijgen een basisinstructie. Zij verwerken de opdrachten daarna zelfstandig of met ondersteuning. Zo geeft Estafette altijd begeleiding op maat: intensief als het nodig is, met veel zelfstandig werken als het kan. Met Estafette hebben we een methode met een doorgaande leerlijn voor leesontwikkeling. Van groep 1 tot en met 8 sluiten de methoden Schatkist (1-2), Veilig leren lezen (groep 3) en Estafette (groep 4 tot en met 8) helemaal op elkaar aan.
2.4.
Het schrijfonderwijs
Schrijfonderwijs in de onderbouw Het schrijfonderwijs op de St. Nicolaasschool start al in groep 1 en 2. In de onderbouw wordt voornamelijk aandacht besteed aan het ‘goed in je vel zitten’ als voorwaarde voor de ontwikkeling voor de grove motoriek. Dit is een continu proces in de onderbouw en komt terug in vele activiteiten die in een dag plaatsvinden. Er worden veel oefeningen gedaan met het hele lijf. Deze oefeningen vinden plaats in de klas, maar ook in het speellokaal of buiten op het speelplein. Ook schrijfpatronen worden al geoefend. In eerste instantie gebeurt dit op grote vellen papier, maar aan het eind van groep 2 werken de kinderen ook op kleine vellen en is de ontwikkeling naar de fijne motoriek duidelijk ingezet. Op dat moment staan een juiste pengreep (hoe houd ik mijn pen vast), pendruk (hoe hard druk ik met mijn pen op het papier) en schrijfhouding (hoe zit ik goed op mijn stoel) al centraal. Schrijfonderwijs in de middenbouw Ook in de groepen 3, 4 en 5 zijn ontspanningsoefeningen nog zeer belangrijk als voorwaarde voor een juiste motoriek en wordt er gewerkt van grote patronen naar kleine letters. Schrijfhouding, pengreep en de ligging van het schrift worden hier expliciet aangeleerd. De kinderen krijgen in groep 3 dagelijks schrijflessen, waarbij de link wordt gelegd met de letters die de kinderen in het leesonderwijs krijgen aangeboden. In groep 4 zijn er nog drie schrijflessen per week. Daarnaast krijgt de schrijftechniek aandacht tijdens het zelfstandig werken. Schrijfonderwijs in de bovenbouw Vanaf groep 5 hebben de meeste kinderen het handschrift goed onder de knie. Maar toch blijft het belangrijk te oefenen op een juiste pengreep, schrijfhouding en te werken aan de ontwikkeling van de (fijne) motoriek. Ook het schrijftempo krijgt meer aandacht. Daarom vinden de schrijflessen in groep 5 nog twee keer per week en in groep 6 nog één keer per week plaats.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 10 van
54
Methode Vanaf groep 3 is de methode “Pennenstreken” een leidraad voor het schrijfonderwijs, die bestaat uit werkboeken voor de kinderen en leshandreikingen voor de leerkracht. In de methode wordt een eenduidig aanbod van de letters gehanteerd; alle kinderen leren de letters op dezelfde manier te schrijven. Zowel voor rechtshandige als voor linkshandige kinderen. De kinderen werken allemaal volgens hetzelfde letterpatroon. Elke letter heeft een vastgestelde vorm en richting. In de groepen 7 en 8 wordt de ontwikkeling van een eigen handschrift ingezet. Hierbij is er duidelijke aandacht voor lettervorming, regelmaat en leesbaarheid van het handschrift. Ten slotte wordt ook het schrijftempo een centraal aandachtspunt in het leerproces. De ontwikkeling van het eigen handschrift vindt altijd plaats onder begeleiding of met ondersteuning van de leerkracht.
2.5.
Creatief circuit
Bij handvaardigheid is men snel geneigd te kijken naar het eindresultaat. Ziet het er wel mooi uit? Dan wordt vergeten dat er vooraf een heel traject is afgelegd om tot dat eindresultaat te komen. Een heleboel technieken komen daarbij om de hoek kijken. Deze technieken willen wij als St. Nicolaasschool aan bod laten komen in de handvaardigheidcircuits. Een veelvoud van technieken passeren de revue. Te denken valt aan boetseren, solderen, gutsen, figuurzagen etc. Vier jaar geleden is in alle groepen het circuitmodel van start gegaan. Deze circuits worden in 2 tot 3 blokken per jaar ingezet. Het eerste blok start in oktober. Mede dankzij de inzet van hulpouders kunnen we in kleinere groepen werken en is het gemakkelijker om de kinderen te wijzen op de te hanteren technieken. De kinderen komen in aanraking met een veelvoud van verschillende gereedschappen en materialen. Zodoende leren zij om te gaan met de verschillen in materialen en veilig te werken met de gehanteerde gereedschappen. In groep 8 werken de kinderen planmatig. Dat wil zeggen dat zij van te voren een ontwerp maken van hetgeen zij gaan maken. Het eindproduct verschuift daardoor meer naar de achtergrond, het proces dat vooraf en tijdens het maken heeft plaatsgevonden, vinden we als school belangrijker.
2.6.
Techniekonderwijs
Wij willen kinderen kennis laten maken met techniek en proefondervindelijk laten ontdekken en leren. Hiervoor gebruiken we de techniektorens. Dit zijn drie opvallende torens waarin alle materialen, leskisten en lesbeschrijvingen zitten voor tenminste 80 technieklessen voor groep 1 tot en met groep 8. In de torens zitten plastic kistjes met daarin een techniekles voor twee, drie of vier leerlingen. Op het leerling-blad wordt stap voor stap in woord en beeld uitgelegd wat de opdracht is. Er zit een doorlopende leerlijn in, wat wil zeggen dat dezelfde onderwerpen op verschillende niveaus terugkeren en worden behandeld naar het niveau van het kind op dat moment. Zo metselen kinderen in groep 1 een muurtje, in groep 3 een huis met een deur en raam en maken de kinderen in groep 7 een huis met een dragend dak met dakpannen. Het totale lesconcept dekt de kerndoelen techniek voor het basisonderwijs (constructie, transport, productie, communicatie). Bij het aanbieden van de lessen zijn vele werkvormen mogelijk; een groepje van drie à vier kinderen onder leiding van een ouder, werken in circuitvorm gekoppeld aan handvaardigheid, een les klassikaal aanbieden en daarna zelfstandige verwerking.
2.7.
Burgerschapsonderwijs
De wijze waarop wij burgerschap onderwijzen en beleven op de St. Nicolaasschool, is er op gericht om bij te dragen aan, of de randvoorwaarden te scheppen voor de groei van de leerlingen op de drie basisbehoeften. Motto van de St. Nicolaasschool op het gebied van burgerschap is daarom “Je doet mee!”. Om dit te bereiken werken wij actief aan de groei van participatie van onze leerlingen bij de school en al onze activiteiten, waarmee relatie, competentie én autonomie worden gestimuleerd. Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 11 van
54
In ons beleidsdocument “Burgerschapsvaardigheden: Je doet mee!”, beschrijven wij hoe wij met behulp van de methode Vreedzame School onze leerlingen vormen op het gebied van democratisch burgerschap, participatie en identiteit.
2.8.
Relaties en seksualiteit
Vanaf schooljaar 2014-2015 gebruikt de St. Nicolaasschool voor haar onderwijs op het gebied van relaties en seksualiteit de methode “Lentekriebels”. Deze methode voorziet in thema’s die bijvoorbeeld gaan over grenzen stellen, verschillen tussen jongens en meisjes en diversiteit. De methode is ondermeer ontwikkeld door de GGD. Ook doet de school mee met de landelijke week van de Lentekriebels die, zoals de naam al zegt, in het voorjaar plaatsvindt.
2.9.
Bewegingsonderwijs
In groep 1 en 2 vindt bewegingsonderwijs iedere dag plaats. Bij goed weer buiten, anders in het speellokaal. We werken in circuitvorm zodat de kinderen tijdens een gymles met verschillende bewegingsvormen te maken krijgt. Ieder onderdeel kan ook in moeilijkheid variëren. Er is voor de kinderen dus differentiatie in moeilijkheid en beweging. Hiernaast worden ook spellessen gegeven. De groepen 3 t/m 8 hebben twee maal per week bewegingsonderwijs. Binnen dienen alle kinderen (ook groep 1/2) schone gymschoenen te dragen. Dus geen gymschoenen waarmee men ook buiten loopt. Let u er wel op dat de gymschoenen niet voorzien zijn van een zwarte of donkerblauwe zool! Dit in verband met de vloer van de gymzaal. Ook balletschoentjes zijn niet geschikt, omdat die te glad zijn . Voor de kinderen van de groepen 3 t/m 8 is het bovendien wenselijk speciale gymkleding bij zich te hebben.
2.10. Culturele evenementen In samenwerking met directieoverleg, gemeente Bunnik en Kunst Centraal doet de school mee aan het kunst- en cultuurmenu. KC biedt de scholen jaarlijks een programma op cultureel gebied voor de scholen in de gemeente Bunnik. Door gemeentelijke subsidie en een bijdrage van de scholen krijgen de kinderen een aanbod op het gebied van muziek, dans en beeldende kunst. Op onze school wordt jaarlijks gebruik gemaakt van dit aanbod. We nemen deel aan zowel het kunst- als het cultuurmenu. Elk schooljaar moeten we ons bezinnen op de mogelijkheden om dit te kunnen blijven bieden, omdat de subsidie voor deze activiteiten naar verwachting afneemt.
2.11. Sporttoernooien / Avondvierdaagse Vanuit de commissie Schoolsport worden verschillende sporttoernooien georganiseerd. Ook nemen wij deel aan de Avondvierdaagse. De toernooien worden doorgaans gehouden onder schooltijd. Het komt ook weleens voor dat een toernooi buiten schooltijd wordt gehouden (zoals de avondvierdaagse). De school treedt dan op als “informatiebron” en neemt geen verantwoording voor de activiteiten die buiten schooltijd gehouden worden. We gaan ervan uit dat ouders dan optreden als begeleider.
2.12. Vervolgonderwijs De keuze voor vervolgonderwijs is een belangrijke stap in het leven. De keuze dient dan ook goed overwogen te worden. De leerkracht wil aan het begin van groep 8 graag weten hoe de zaken ervoor staan. Daarom wordt eind groep 7 de CITO Entreetoets afgenomen. In januari van het 8 e schooljaar krijgen de kinderen een schooladvies. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar de aanleg, maar ook schoolvorderingen en werkhouding worden hierin meegenomen. Dit advies wordt aan ouders en leerlingen meegedeeld tijdens een gesprek. De landelijke CITO Eindtoets wordt dit jaar voor het eerst afgenomen in april, waarmee de uitkomsten daarvan in eerste instantie niet meegenomen zullen worden in het schooladvies. Het voortgezet onderwijs zal haar toelatingsprocedure afstemmen op deze nieuwe situatie, waarbij het schooladvies naar verwachting zwaarder wordt meegewogen dan in het verleden. Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 12 van
54
2.13. Methodes en methodieken De door ons geformuleerde missie geeft aan dat het doel van ons onderwijs is de kinderen optimaal te ontwikkelen. Om dit te bereiken maken we gebruik van methodes en methodieken. Hieronder vindt u een lijst van de door ons gebruikte methodes of methodieken: Vakgebied
Methode
Gebruikt in groepen
Nederlandse Taal
Taal Actief (nieuw 2014)
4 t/m 8
Begrijpend lezen
Lezen in beeld
4 t/m 8
Aanvankelijk lezen
Veilig Leren Lezen
3
Technisch lezen
Estafette
4 t/m 8
Schrijven
Pennenstreken
3 t/m 8
Rekenen
Met sprongen vooruit
1 en 2
Pluspunt (nieuw 2013)
3 t/m 8
Engels
Take it easy / Hello world
5 t/m 8
Bewegingsonderwijs
Bewegingsonderwijs in het speellokaal
1 en 2
Bewegen samen regelen
3 t/m 8
Aardrijkskunde
Meander
5 t/m 8
Geschiedenis
Brandaan
5 t/m 8
Biologie / natuurkunde
Naut (nieuw 2013)
3 en 4
Argus Clou (nieuw 2013)
5 t/m 8
Democratisch burgerschap
Vreedzame school
1 t/m 8
Relaties en seksualiteit
Lentekriebels (nieuw 2014)
1 t/m 8
Verkeer
Lesmateriaal Veilig verkeer Nederland
1 t/m 8
Godsdienst
Trefwoord
1 t/m 8
Sociaal-emotionele ontwikkeling
De Vreedzame school
1 t/m 8
Techniek
Techniektorens
1 t/m 8
Muziek
Vier muziek met
1 t/m 8
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 13 van
54
Groepen 1 en 2 In de groepen 1 en 2 maken wij bovendien gebruik van de volgende bronnen/materialen: Schatkist Rekenwerk 1 en 2 Pluspunt Onderbouw Kopieersysteem rekenen Kopieersysteem taal Door onszelf verzameld en ontwikkeld op thema gerangschikte materialen Internet/software Groepen 3 t/m 5 In de groepen 3 t/m 5 maken wij bij de volgende vakken een aanpassing op de door de methode voorgeschreven werkwijze: Rekenen Aanvullend op de methode maken wij gebruik van software van Pluspunt en Ambrasoft en gebruiken wij het Tafelboek in groep 4. Biologie/natuurkunde Naast de methode maken wij gebruik van leskisten en -dozen van de Boswerf en excursies van de Boswerf. Godsdienst Project heilige communie (groep 4). Groepen 6 t/m 8 In de groepen 6 t/m 8 maken wij bij de volgende vakken een aanpassing op de door de methode voorgeschreven werkwijze: Rekenen Aanvullend op de methode maken wij gebruik van software van Ambrasoft. Ook gebruiken wij ‘Artis’ als remediërend materiaal en maken we gebruik van extra kopieermateriaal om het metriek stelsel vaker te oefenen. Taal We gebruiken aanvullende oefeningen op het gebied van ontleden en werkwoordspelling. In groep 6 wordt ‘woordspel’ gebruikt als aanvulling. Biologie/natuurkunde Naast de methode maken wij gebruik van leskisten en -dozen van de Boswerf en excursies van de Boswerf. Godsdienst Project Heilig Vormsel (groep 8)
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 14 van
54
2.14. Groepsvieringen Door de hele school worden groepsvieringen gehouden. Dit kan in wisselende settings uitgevoerd worden. Er kan bouwdoorbrekend opgetreden worden of in parallelgroepen; alles is mogelijk. In de viering laten kinderen aan elkaar zien wat zij in de klas gedaan hebben. Dit kan bijvoorbeeld te maken hebben met themawerk, de Vreedzame school, zaakvakken, creatieve vakken. Samen delen, anderen enthousiasmeren, trots zijn op wat je doet, leren presenteren zijn hierbij de doelen van de uitvoerende kinderen. En ook leren waarderen wat een ander doet, inspiratie opdoen en respect hebben voor een ander zijn doelen voor de toeschouwers.
2.15. ICT in school Binnen het onderwijs is de ICT niet meer weg te denken. Wij zetten ICT in bij aanbod, verwerking en presentatie. In alle groepen zijn er Smartborden in gebruik. Deze borden hebben een enorm scala aan mogelijkheden en toepassingen binnen het onderwijs. De meeste methoden bieden ondersteunende software.
2.16. Lesurenoverzicht Gebieden Lezen Taal Rekenen Schrijven Engels Zaakvakken Cultuureducatie Vreedzame School Catechese Gym Buitenspel Totaal uren
Schoolgids 2014 - 2015
1/2
3
4
5/6
7/8
3,0 4,0 3,0 1,0
4,5 3,75 4,0 2,5
4,75 4,0 4,0 1,5
3,0 3,5 0,5 0,5 1,5 3,0 23
2,0 2,5 0,5 0,5 1,5 1,25 23
2,5 2,5 0,5 0,5 1,5 1,25 23
4,5 4,75 4,5 1,0 1,0 4,0 2,5 0,5 0,5 1,5 1,25 26
4,25 5,0 5,0 0,5 1,0 4,0 2,5 0,5 0,5 1,5 1,25 26
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 15 van
54
3.
Vreedzame school
De Vreedzame School is een programma dat streeft naar een verandering in de cultuur. Een Vreedzame School is een gemeenschap, waarin iedereen (leerlingen, personeel, ouders, ondersteunend personeel) zich betrokken en verantwoordelijk voelt, en op een positieve manier met elkaar omgaat. Het is een school waar leerlingen een stem hebben, waar leerlingen invloed kunnen uitoefenen op en verantwoordelijk zijn voor het klimaat in de klas en school, op hun eigen leeromgeving en hun eigen ontwikkeling. In de methode De Vreedzame school is uitgebreid aandacht voor Democratisch Burgerschap. Hierbij wordt ingezet op het daadwerkelijk inzetten van de sociale vaardigheden zoals leerling-participatie, groepsvergaderingen, werkgroepen.
3.1.
Doelen en pijlers
Het centrale thema van De Vreedzame School is het oplossen van conflicten op een andere manier dan met geweld. De doelstelling van het programma is echter breder: de school ontwikkelt zich tot een democratische gemeenschap, waarin alle leden (leerlingen, leerkrachten en ouders) een stem hebben, zich gehoord en gezien voelen, zich positief gedragen tegenover elkaar, zelfstandig zijn, en zich verantwoordelijk voelen voor het geheel. Hierdoor ontstaat een beter leer- en werkklimaat. En we bereiden onze leerlingen voor op het leven in een democratische samenleving, en stimuleren actief burgerschap. Dit zijn de doelen van het programma Verandering van de schoolcultuur in de richting van de school als een democratische gemeenschap. De leerling krijgt een stem en iedereen heeft de kans om mee te denken en zich verantwoordelijk en betrokken te voelen. Vergroting van sociale competentie en met name van vaardigheden in conflictoplossing, bij leerlingen, personeel en ouders. Verantwoordelijkheid vergroten van kinderen voor het klimaat in school en klas. Verbetering van het groepsklimaat; betere relaties binnen de groep, respect en waardering voor verschillen.
De Vreedzame School rust op een aantal pijlers
Sociale verbondenheid en leerling-participatie Uit onderzoek blijkt dat problemen bij jongeren veel minder voorkomen indien er sprake is van sociale verbondenheid: als kinderen zich een betrokken lid van een gemeenschap voelen. Conflicten oplossen We willen een klimaat in de school en klas realiseren waarbij positief wordt omgegaan met conflicten; conflicten zijn er namelijk altijd en overal, ze horen bij het (samen)leven. Interactief onderwijzen De Vreedzame School maakt gebruik van een interactieve onderwijsleermethode. Sociaal-emotionele intelligentie We geven een handvat om te werken aan andere vormen van intelligentie, met name sociale en emotionele intelligentie.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 16 van
54
3.2.
Mediatoren
Een belangrijk onderdeel van De Vreedzame School is mediatie door leeftijdgenoten (in het Engels: peer mediation). Peer mediation is een vorm van mediatie waarin de bemiddeling niet door professionele krachten wordt gedaan, maar door mensen uit de eigen groep. Bij peer mediation op scholen bemiddelen leerlingen bij elkaars conflicten. Het is een van de meest concrete uitwerkingen van het principe dat kinderen zelf verantwoordelijkheid hebben voor het klimaat op school. Een aantal leerlingen uit de groepen 7 en 8 wordt getraind als mediator. Eenmaal opgeleid is er elke dag in een school een tweetal mediatoren die ‘dienst hebben’. Tijdens de pauzes lopen zij rond (herkenbaar aan het hesje) en letten op of ze ergens kunnen helpen bij een ruzie of conflict. Gedurende de hele dag zijn ze aanspreekbaar voor het helpen oplossen van conflicten. Leerkrachten kunnen ruziënde leerlingen doorsturen naar de mediatoren. We vinden het belangrijk dat tussen de middag tijdens het buitenspelen dezelfde aanpak gebruikt wordt. De pauzebegeleiders krijgen daarom tweemaal per jaar dezelfde training als de mediatoren.
3.3.
Lessen
De kern van De Vreedzame School is een lessenserie. Het is de bedoeling dat er (vrijwel) elke week een les gegeven wordt. De lessen duren 30 tot 45 minuten. Iedere les vanaf groep 3 heeft dezelfde structuur: Er wordt begonnen met een binnenkomer (een korte, speelse activiteit) die het signaal is dat er nu op een minder cognitieve manier gewerkt wordt dan meestal het geval is. Samen met de leerlingen wordt daarna de agenda (het overzicht van de les) en het doel van de les bekeken. Daarna volgen activiteiten rond het thema van de les in werkvormen die een workshopkarakter hebben. Na deze leskern wordt de leerlingen in de evaluatie gevraagd hun mening over de les te geven, en wordt teruggegrepen op het doel van de les. Er wordt afgesloten met een afsluiter (opnieuw een korte, speelse activiteit). Na de les volgen Suggesties voor Toepassing. Deze zijn bedoeld voor toepassing buiten de lessen om. Er is een aparte lessenreeks voor de groepen 1 en 2. In deze groepen wordt met ongeveer dezelfde zes thema's/blokken gewerkt als in groep 3 tot en met groep 7. Dit maakt het mogelijk om met de hele school met hetzelfde thema bezig te zijn. Voor groep 8 is een eigen programma gemaakt. Zo doen wij het op de St. Nicolaasschool
We werken en spelen samen. We sluiten niemand buiten. We letten op ons taalgebruik en gaan positief met elkaar om; niet slaan, schoppen, schelden of uitdagen.
We gaan goed met de materialen om. Zowel met materialen van onze school als van elkaar.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 17 van
54
We bewaren de rust in de school. We lopen in de school. Er wordt rustig gewerkt, ook buiten het lokaal. We gaan respectvol met elkaar om. We noemen elkaar bij de voornaam (leerkrachten noemen we juf of meester) en luisteren naar elkaar. We zijn beleefd en luisteren naar volwassenen. We geven een opsteker als iemand iets goed doet.
3.4.
Resultaten
De Vreedzame School werkt. Het programma is nu op ongeveer 200 scholen in Nederland ingevoerd en met veel succes. Niet alleen geven scholen zelf aan dat er daadwerkelijk iets verandert in het gedrag van leerlingen en in het klimaat op school, ook uit eenvoudige metingen blijkt dat De Vreedzame School werkt. Elk jaar wordt in oktober de “veiligheidsthermometer” aan de leerlingen (van groep 2-8) en een vragenlijst aan de leerkrachten voorgelegd. Hiermee brengt de school de beleving van de veiligheid in kaart. Op basis van de uitkomsten wordt het veiligheidsbeleid geëvalueerd en zonodig bijgesteld. Uit de cijfers van de afgelopen jaren blijkt dat scholen die werken met het programma van De Vreedzame School een beduidend gunstiger score behalen. Deze teksten zijn vrij overgenomen van de website van de vreedzame school: www.devreedzameschool.nl. Op deze website kunt u nog meer informatie vinden over dit unieke project.
3.5.
Sociaal emotioneel volgsysteem
Vanaf afgelopen schooljaar worden alle kinderen op sociaal emotioneel gebied gevolgd. Hiervoor gebruiken we het instrument SCOL. De Sociale Competentie ObservatieLijst (SCOL) is een leerlingvolgsysteem voor sociale competentie. Hierdoor krijgen we de ontwikkeling van sociale competenties op individueel-, klasse- en op schoolniveau helder in beeld. Leerlingen, die extra ondersteuning nodig hebben zijn we zo snel op het spoor. De SCOL bestaat uit 26 vragen die telkens concreet sociaal competent gedrag beschrijven. Er zijn vanzelfsprekend veel meer sociaal competente gedragingen dan in de SCOL zijn opgenomen. Daarom moet u de vragen beschouwen als voorbeelden van sociaal competent gedrag. Het blijkt namelijk dat veel sociaal competente gedragingen uiteindelijk te herleiden zijn tot deze 26 vragen. De 26 vragen zijn ondergebracht in acht categorieën van sociaal competent gedrag. De acht categorieën zijn: ervaringen delen aardig doen samen spelen en werken een taak uitvoeren jezelf presenteren een keuze maken opkomen voor jezelf omgaan met ruzie Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 18 van
54
4.
Leerlingenzorg
De St. Nicolaasschool wil zorgen voor alle kinderen. Wij willen kinderen bieden wat ze nodig hebben om zich in een doorgaande lijn te ontwikkelen. Dit willen we bereiken door samen te werken en gebruik te maken van elkaars kwaliteiten. Voor verdere informatie kunt u het Leerlingbegeleidingsplan op school inzien.
4.1.
Aannamebeleid en groepsindeling
Kinderen van alle levensbeschouwingen zijn welkom op onze school. We vragen de ouders/verzorgers als verantwoordelijke partij ons leer- en lesprogramma volledig te respecteren. Alle kinderen doen dus in beginsel altijd aan alle lessen mee. Vanaf schooljaar 14-15 zal het geen automatisme meer zijn dat een homogene groep óf een combinatiegroep in dezelfde samenstelling de schoolloopbaan zal doorlopen. De leerlingen zullen jaarlijks worden ingedeeld in de groepen, waarbij wij rekening houden met: Omvang van de homogene én de combinatiegroep; Zo mogelijk evenwichtige verdeling in de groepen tussen jongens en meisjes; Evenwichtige verdeling van de zorgvragen in de groepen; Beeld van de groepsdynamiek en pedagogisch klimaat in de groep. Deze aanpak zorgt er ook voor dat kinderen daarmee niet hun gehele schoolloopbaan alleen in homogene- óf alleen in combinatiegroepen zitten. Dit kan echter niet gegarandeerd worden: Wanneer uw kind nu in een combinatiegroep zit, betekent dit dus niet dat dat hij/zij het jaar erop vanzelfsprekend in een homogene groep zal zitten of andersom. Er wordt geen absolute bovengrens in aantal leerlingen per groep gehanteerd. De grens ligt daar waar de reguliere zorg in de groep niet langer meer voor alle kinderen kan worden gegarandeerd. Dit criterium kan op ieder moment worden gehanteerd door de directeur. Nieuwe kinderen kunnen, op basis van dit argument, te allen tijde een plek op de St. Nicolaasschool worden ontzegd. De school houdt het recht na aanmelding maar vóór toelating tot de school een onderzoek met betrekking tot de ontwikkeling van het kind te laten plaatsvinden. Dit gebeurt alleen met toestemming van de ouders vooraf. Wilt u meer informatie over dit onderwerp dan heeft u op school inzage in het protocol Aanname beleid leerlingen (inclusief schorsing en verwijdering).
4.2.
De zorg voor leerlingen met specifieke behoeften
Voor een uitgebreide beschrijving van de zorg op schoolniveau verwijzen wij naar het leerlingbegeleidingsplan van de St. Nicolaasschool. Veel aspecten in de zorglijn ten aanzien van leerlingen met specifieke behoeften zijn daar terug te vinden. In dit hoofdstuk zetten we deze zorg nog eens op een rij. We onderscheiden in de zorglijn vier fasen: signaleren diagnosticeren remediëren evalueren
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 19 van
54
Signaleren Alle leerlingen worden door de leerkracht intensief gevolgd via observaties, methodegebonden toetsen en de toetsen van het toetsrooster. Ook worden in het groepsoverleg, dat vier keer per jaar plaatsvindt met de intern begeleider, alle leerlingen besproken. Op het moment dat er zorgen zijn over een leerling, kunnen de intern begeleiders advies vragen over deze leerling bij de vaste orthopedagoog van onze schoolbegeleidingsdienst. Diagnosticeren Aan de hand van de uitkomsten van bovengenoemde besprekingen wordt bepaald of nader onderzoek gewenst of noodzakelijk is. Indien dit het geval is, wordt dit gedaan door de Intern Begeleider, of op diens verzoek door de Remedial Teacher of een externe deskundige. Naar aanleiding van de uitkomsten van de signalering of van de diagnosticering wordt gekeken of er speciale hulp nodig is. Remediëren Bij remediëring zal in alle gevallen gewerkt worden via het groeps- of handelingsplan. Middels het handelingsplan wordt gewerkt aan ambitieuze maar haalbare doelen, die binnen een van tevoren vastgestelde tijd een meetbaar resultaat moeten opleveren. Het handelingsplan zal in eerste instantie altijd in de klas en door de eigen leerkracht worden uitgevoerd. Wanneer, alleen na uitvoering en evaluatie van het handelingsplan dat in de klas is uitgevoerd, behoefte is aan remediëring buiten de groep, kan een beroep worden gedaan op de beschikbare uren hiervoor. De zorggroep, bestaande uit de Intern Begeleiders van de school en de directeur, bepaalt welke kinderen hiervoor in aanmerking komen. Dit zal gebeuren op basis van actualiteit over de school als geheel. Dit houdt in dat de zorggroep zal afwegen welke aangemelde leerlingen hiervoor in de komende periode zullen ontvangen. Bij elke toewijzing wordt deze afweging opnieuw gemaakt. Evalueren Een handelingsplan bestrijkt doorgaans een periode van ongeveer 6 tot 8 weken, in aansluiting op de zorgcyclus waarbij 4 maal per jaar wordt getoetst danwel tussenmetingen plaatsvinden. Na uitvoering van het handelingsplan, wordt gekeken of er vooruitgang is geboekt. Zo niet, dan wordt bekeken hoe het handelingsplan kan worden bijgesteld.
4.3.
Samenwerking met ouders van een zorgleerling
Ouders worden bij het opstellen van elk handelingsplan op de hoogte gebracht. Na afloop van het traject worden de ouders van de kinderen waarmee een plan is gemaakt door de leerkracht op de hoogte gebracht van de evaluatie. Eventueel kan er op verzoek van zowel ouders als leerkracht ook besloten worden om, achteraf of tijdens de uitvoering van het handelingsplan, al eerder met elkaar in overleg te treden.
4.4.
Doubleren
De Wet Primair Onderwijs gaat ervan uit dat een leerling in beginsel in 8 aaneensluitende jaren de basisschool doorloopt. Een verlenging in de kleutergroepen of een doublure leiden in beide gevallen tot een verlenging tot 9 jaar basisonderwijs. Wij gaan ervan uit dat een leerling in principe niet doubleert en in 8 aaneengesloten jaren de basisschool doorloopt. Dit beleid is mede gebaseerd op het uitgangspunt, dat een verlenging in groep 2 alleen tijdelijk effect heeft en in groep 8 geen verschillen zijn tussen de kinderen met en zonder een kleuterverlenging. Daarnaast heeft een doublure bijna altijd een grote impact op het
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 20 van
54
welzijn van het kind en de school zal derhalve zoveel mogelijk moeten aantonen dat de doublure toegevoegde waarde heeft voor de leerontwikkeling van het kind. In enkele gevallen kan de school echter in het belang van het welzijn van het kind redenen zien tot een doublure. De school zal haar keuze tijdig aan de ouders kenbaar maken en verantwoorden. Dat betekent dat een eerste gesprek hierover met ouders in februari plaatsvindt. De definitieve beslissing wordt met ouders gedeeld uiterlijk in mei. Het is niet mogelijk twee keer in eenzelfde jaar te doubleren. In dat geval zullen wij verwijzen naar een andere school. Een kleuterdoublure kan alleen nog worden gevolgd met één doublure in de groepen 3 tot en met 7, mits het kind bij de start in groep 1 na 31 december en voor augustus van dat schooljaar 4 jaar is geworden. Indien sprake is van een derde doublure, zullen wij verwijzen naar een andere school. Criteria doubleren kleutergroepen 1-2 Kinderen die in groep 1 starten en 4 jaar worden voor 31 december van dat schooljaar, gaan in principe het daaropvolgende schooljaar naar groep 2. Mocht een leerling een vertraging laten zien in zijn ontwikkeling op sociaal-emotioneel gebied en/of cognitief gebied, dan wordt bij twijfel begin groep 2 met een intensieve aanpak de leerling begeleid. In oktober wordt opnieuw bekeken of de leerling volledig mee kan werken aan het programma van groep 2. Bij twijfel zal opnieuw met behulp van een intensieve aanpak (vastgelegd in het groepsplan) de leerling begeleid worden om aan de criteria van groep 2 te kunnen voldoen. In januari wordt bekeken aan de hand van de citokleutertoetsen en KIJK (leerlingvolgsysteem onderbouw) of het kind een kleuterverlenging krijgt in groep 1 of volledig mee gaat werken met het programma van groep 2. Het kind dat een V of V- score op de kleutertoetsen taal in januari en juni heeft ondanks de inzet van extra instructie in de groep, waardoor het niet voldoet aan de voorwaarden het technisch lezen te starten in groep 3, kan in aanmerking komen voor een verlenging van groep 2; het kind dat een cognitieve achterstand van minimaal een IV op de cito kleutertoetsen taal en rekenen heeft én n.a.v. de observaties van KIJK een achterstand van minimaal 6 maanden laat zien op een of meerdere van de volgende ontwikkelingsgebieden: sociaal emotioneel, taakgerichtheid- en zelfstandigheid, zintuigelijke waarneming, mondelinge taalontwikkeling en beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid en logisch denken, kan in aanmerking komen voor een doublure in groep 2. Criteria Doubleren groepen 3-7 Indien het kind langdurig onderwijs heeft gemist door bijvoorbeeld ziekte en onvoldoende heeft kunnen profiteren van het leeraanbod buiten de school en een aantoonbare achterstand heeft opgelopen op leesgebied en rekengebied van minimaal 12 maanden, komt het kind in aanmerking voor doublure. Het kind dat een V of V- score op de taal, rekenen, begrijpend lezen en DMT in januari en/of juni heeft, ondanks de inzet van extra instructie in de groep, waardoor het niet voldoet aan de voorwaarden om naar de volgende groep te gaan, komt in aanmerking voor doublure. Indien vanaf midden 5 een verwachte ontwikkelingsachterstand m.b.t. de uitstroom van meer dan 24 maanden op het gebied van lezen, gemeten met AVI en de DMT, en een rekenachterstand van meer dan 24 maanden, gemeten met cito rekentoets, en dat aan beide prognoses geen capaciteitsbeperking of stoornis ten grondslag ligt, kan het kind in aanmerking komen voor doublure.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 21 van
54
Criteria Doubleren groep 8 Het kind doubleert in principe niet in groep 8; Indien het kind langdurig onderwijs heeft gemist door bijvoorbeeld ziekte en onvoldoende heeft kunnen profiteren van het leeraanbod buiten de school en een aantoonbare achterstand heeft opgelopen, waardoor het niet in aanmerking komt voor het verwachte uitstroomniveau, zoals vastgelegd vanaf groep 6, komt het kind in aanmerking voor doublure. De schoolleiding neemt in alle gevallen de uiteindelijke beslissing of doublure van toepassing is of niet.
4.5.
Verwijzing naar het voortgezet onderwijs
De leerkracht van groep 8 zal elk jaar aan de leerlingen die de school verlaten, een advies geven. Bij het geven van dit advies zal de leerkracht advies vragen aan de leerkracht van groep 7, tevens wordt gebruik gemaakt van de resultaten van het leerlingvolgsysteem van alle schooljaren eerder afgenomen toetsen.
4.6.
Grenzen aan de zorg en verwijzing naar het Speciaal (Basis)Onderwijs
Ook onze school heeft haar grenzen wat betreft de mogelijkheden tot het bieden van zorg. Kernvraag daarbij zal steeds zijn of wij als reguliere basisschool het kind die hulp kunnen bieden die het nodig heeft. Is het antwoord daarop positief dan zal een duidelijk handelingsplan de basis vormen voor de juiste zorg op maat voor dit kind. Indien wij als school vinden binnen redelijkheid en billijkheid niet in staat te zijn tot het geven van adequate hulp, of als het onderwijs aan andere leerlingen onder deze zorg gaat lijden, zullen wij de leerling altijd verwijzen naar het speciale (basis) onderwijs (S(Ba)O). Voor sommige kinderen is het beter als zij geplaatst worden in het speciaal (basis)onderwijs. De keuze voor een dergelijke school is een verantwoordelijkheid van de ouders/verzorgers. Speciaal onderwijs is alleen dan een optie als een beschikking van de Permanente Commissie Leerlingzorg (PCL) daartoe wordt afgegeven. In verband met de stelselwijziging op dit punt, kan het zijn dat de procedure vanaf schooljaar 2014-2015 daarvan afwijkt. Indien er, naar de mening van het bestuur, sprake is van verstoring van het kwalitatieve onderwijsaanbod op groepsniveau in onze school door een kind met een positieve beschikking door PCL voor het speciaal onderwijs, zal de schoolleiding op zorgvuldige wijze beleid voeren met de ouders/verzorgers, gericht op overplaatsing van het kind naar een andere school. In het uiterste geval kan het bestuur beslissen om het kind te verwijderen van school.
4.7.
De zorg voor meerbegaafde kinderen
We willen graag onderwijs op maat aanbieden. Daarom hebben we ook programma’s die zich richten op kinderen die meer aankunnen. We maken hierbij onderscheid tussen ‘pluskinderen’ en ‘begaafde kinderen’. We zijn ons er terdege van bewust dat verschillende instanties en zelfs verschillende scholen op verschillende manieren onderscheid maken tussen de gradaties van begaafdheid, meerbegaafdheid of hoogbegaafdheid. Daarom willen we hieronder graag helder omschrijven wat wij onder deze begrippen verstaan. Pluskinderen zijn leerlingen, waarvan we het vermoeden hebben dat ze over een hoge intelligentie beschikken. Begaafde kinderen zijn leerlingen die, naast hun (vermoede) hoge intelligentie, het vermogen hebben op creatieve wijze met vragen en antwoorden om te gaan. Vanaf schooljaar 2014-2015 gaat De St. Nicolaasschool zich, als onderdeel van haar leerlingbegeleidingsplan, verder bekwamen in signalering, begeleiding van en onderwijsaanbod aan, voor meer- en hoogbegaafde leerlingen. Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 22 van
54
Signalering Tijdens de lessen kan de leerkracht, bijvoorbeeld door observatie of toetsing, kinderen signaleren die meer uitdaging of extra aanbod nodig hebben. In overleg met de Intern Begeleider bepaalt de leerkracht welke kinderen in aanmerking komen voor het leerstofaanbod voor pluskinderen of begaafde kinderen. Hierbij worden niet alleen de cognitieve vaardigheden van een kind meegewogen, maar ook de sociale en emotionele vaardigheden en de werkhouding. Leerstofaanbod pluskinderen Voor zowel pluskinderen als begaafde kinderen wordt het aanbod van de leerstof en de instructie in de groep aangepast. Zij kregen een extra aanbod in hun dag- of weektaak met compacten en verrijken. Dit wordt nu volgens de methode pluspunt gedaan voor rekenen; hier aan zijn routeboekjes verbonden. Ook is er vanaf dit schooljaar een nieuwe taalmethode beschikbaar, Taal Actief, die aanvullend onderwijsaanbod kan leveren voor deze leerlingen. Het aanbod zal de komende jaren nog worden uitgebreid met zaakvakken.
4.8.
Het overslaan van een groep
In sommige gevallen kan besloten worden tot het overslaan van een groep. Dit is een zorgvuldige afweging, die samen met de ouders gemaakt wordt. Voorwaarde is altijd dat het kind de minimumdoelen van de leerstof, die normaal wordt aangeboden in de groep die zal worden overgeslagen, beheerst. Bij twijfel kan de Remedial Teacher dit, op verzoek van de Intern Begeleider, middels toetsing inzichtelijk maken. Ook sociaal-emotioneel moet een kind in staat zijn de groep over te slaan. Het besluit of een kind een klas overslaat, wordt uiteindelijk door de directie genomen.
4.9.
Sociale Veiligheid
Het schooljaar 2013-2014 heeft in het teken gestaan van de vernieuwing van ons beleid op het gebied van sociale veiligheid. Het beleid is vastgesteld in het document “Pedagogisch Klimaat en Sociale Veiligheid” dat in te zien is op de school. Het door ons uitgevoerde beleid kent de volgende elementen: De wijze waarop wij de methode Vreedzame School toepassen in de vorming van ons sociale klimaat en preventie tegen ongewenst gedrag; Het programma “Rust op School” waarmee we school- en klassenregels uitdragen; De wijze waarop de school omgaat met de registratie en behandeling van incidenten in en om de school; Het gedragsprotocol dat beschrijft hoe de school handelt bij ongewenst gedrag en de toepassing van het pestprotocol. Sociale veiligheid is één van de pijlers van onze school. Naast het beleid op dit punt en de eenduidige uitvoering daarvan, hebben wij daarom ook gekozen om ons eigen pedagogisch handelen continue onderwerp te laten zijn van intervisie en training. De resultaten daarvan mogen wij elke dag opnieuw ervaren, als wij werken aan geluk. Jaarlijks meten wij de veiligheidsbeleving bij de kinderen en de medewerkers van de school met behulp van de veiligheidsthermometer.
4.10. Schorsing en verwijdering van leerlingen Het zal duidelijk zijn dat in dit beleid de zwaarste maatregelen zijn opgenomen die een school kan nemen als het gedrag van een leerling daar aanleiding toe geeft. De beslissing wordt met de uiterste zorgvuldigheid door het bestuur genomen. Schorsing is aan de orde wanneer het schoolbestuur of de directie bij ernstig wangedrag onmiddellijk moet optreden en er tijd nodig is voor het zoeken naar een oplossing.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 23 van
54
Verwijdering is een maatregel bij zodanig ernstig wangedrag dat het bestuur concludeert dat de relatie tussen school en leerling en/of ouder(s) / verzorger(s) onherstelbaar is verstoord. Als de school van mening is dat er overgegaan moet worden tot schorsing, dan gelden daarvoor de volgende regels: Een schorsing zal nooit langer duren dan vijf dagen en wordt pas opgelegd na overleg met de leerling/ouder(s)/verzorger(s), de betrokken leerkracht en de directie. De school stelt de leerling in staat (bijv. door het opgeven van huiswerk) te voorkomen dat deze een achterstand oploopt. De mededeling tot schorsing wordt door het bestuur schriftelijk aan de ouders medegedeeld. Hierbij zal aangegeven worden: reden van de schorsing aanvang/tijdsduur evt. andere maatregelen Het bestuur zal de inspectie in kennis stellen. De leerplichtambtenaar zal tevens op de hoogte gebracht worden. Het verwijderen van een leerling beschouwen wij als de meest uiterste ordemaatregel. Er zal dan sprake moeten zijn van een onherstelbaar verstoorde relatie tussen de leerling en/of ouder(s)/verzorger(s) en de school. Voordat het besluit wordt genomen hoort het bestuur de betrokken ouders, de groepsleerkracht en de directie van de school. Nadat het bestuur een besluit tot verwijdering heeft genomen zal de volgende procedure worden doorlopen: Het besluit tot verwijdering wordt schriftelijk aan de ouders kenbaar gemaakt. Bij de in kennisstelling geeft het bestuur tevens aan dat tegen dit besluit, binnen zes weken na de bekendmaking, schriftelijk bezwaar kan worden aangetekend. Het bestuur zal dan binnen vier weken een beslissing nemen en deze kenbaar maken aan de ouders. Het besluit wordt terstond gemeld bij de leerplichtambtenaar en de inspectie wordt ingelicht. De school spant zich tot het uiterste toe in een andere school te vinden voor de leerling. Na maximaal 8 weken worden de pogingen daartoe gestopt. Meer informatie hierover vindt u in het beleidsplan Aanname beleid en schorsing.
4.11. Passend Onderwijs Wat is passend onderwijs? Passend onderwijs is de nieuwe manier waarop onderwijs aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, wordt georganiseerd. Het gaat om zowel lichte als zware ondersteuning. Bijvoorbeeld extra begeleiding op een reguliere school, aangepast lesmateriaal, hulpmiddelen of onderwijs op een speciale school. Scholen werken met elkaar samen in samenwerkingsverbanden. De scholen in het samenwerkingsverband maken onderling afspraken over hoe elke leerling onderwijs krijgt dat bij hem/haar past. Waarom wordt passend onderwijs ingevoerd? Passend onderwijs vervangt het oude systeem van de leerlinggebonden financiering, beter bekend als het rugzakje. Dat is nodig omdat het rugzakje een aantal problemen oplevert. Een van de problemen is dat steeds meer leerlingen een indicatie krijgen voor leerlinggebonden financiering. Hierdoor is het systeem steeds duurder geworden. Ook wordt de indicatiestelling als een ingewikkeld proces ervaren en zijn er nog te veel kinderen die thuis zitten. Het doel van passend onderwijs is om deze problemen op te lossen.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 24 van
54
Voor welke leerlingen is er passend onderwijs? Passend onderwijs is er voor alle leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs, speciaal (voortgezet) onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. In de praktijk gaat het vooral om leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Deze ondersteuning kan nodig zijn vanwege een verstandelijke beperking of een chronische ziekte. Maar ook voor leerlingen met een gedrags- of leerstoornis is passend onderwijs natuurlijk erg belangrijk. Soms is het bij de start op school al duidelijk dat er extra ondersteuning nodig is, soms blijkt dat pas later. Het onderwijs aan blinde en slechtziende leerlingen (cluster 1) en aan kinderen met gehoorproblemen of een taalontwikkelingsstoornis (cluster 2) blijft in een landelijk systeem georganiseerd worden. Voor alle andere leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, wordt het onderwijs georganiseerd in regionale samenwerkingsverbanden. Wanneer gaat passend onderwijs van start? De voorbereidingen zijn in volle gang en met ingang van 1 augustus 2014 gaat passend onderwijs van start. Schoolbesturen hebben dan zorgplicht en de samenwerkingsverbanden krijgen het geld en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van passend onderwijs. Vanaf dat moment wordt er niet meer gewerkt met het oude systeem voor indicatiestelling. Wat is een samenwerkingsverband? Het samenwerkingsverband is de nieuwe vorm waarin scholen gaan samenwerken op het terrein van passend onderwijs. De belangrijkste taak is het maken en uitvoeren van een plan (het ondersteuningsplan) waarin staat op welke manier alle leerlingen een passende plek op een school krijgen. Het samenwerkingsverband waar onze school toe behoort heet “Samenwerkingsverband Zuid-Oost Utrecht” ofwel kortweg “ZOUT”. Meer informatie over ons samenwerkingsverband is te vinden op www.swvzout.nl. Wat is de zorgplicht? Schoolbesturen krijgen vanaf 1 augustus 2014 zorgplicht. Dat betekent dat de scholen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling die bij hen inschreven staat of zich aanmeldt een passende onderwijsplek krijgt. De school moet zorgvuldig onderzoeken wat het kind nodig heeft en dit eerst proberen zelf te realiseren. Soms blijkt dat een andere school een meer passende plek kan bieden. Daarbij is het belangrijk dat de school goed met ouders overlegt welke school passend is voor het kind.
4.12. Logopedie Op onze school wordt het belangrijk gevonden dat de kinderen zich mondeling en schriftelijk goed kunnen uitdrukken. Om dit te kunnen bereiken werkt onze school samen met logopedisten uit de omgeving. Logopedisten zijn deskundigen op gebied van de mondelinge communicatie. Zij onderzoeken en behandelen hulpvragen op het gebied van stem, spraak, taal, gehoor en mondgedrag. Om problemen in de mondelinge communicatie te voorkomen vindt er een logopedische screening op school plaats (meestal zijn dit kinderen uit groep 2) De screening op onze school wordt uitgevoerd door een logopediste van Logopediepraktijk OdijkBunnik. De logopedische screening bestaat uit een onderzoekje van ongeveer 20/30 minuten. Het doel van de screening is: 1. Bepalen of er problemen zijn op gebied van stem, spraak, taal, gehoor of mondgedrag; 2. Bepalen of een kind risico loopt problemen te krijgen in het volgen van het onderwijs, doordat bepaalde spraak, taal, gehoor of luistervaardigheden nog onvoldoende zijn ontwikkeld.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 25 van
54
In overleg met de leerkracht wordt bepaald welke kinderen moeten worden gescreend. Alle kinderen van groep 2 worden gezien door de logopedist in kleine groepjes van 4/5 kinderen. Aan de hand van deze voorselectie wordt bepaald welke kinderen in aanmerking komen voor de individuele screening. Om te zorgen dat de voorselectie van de kinderen zo betrouwbaar mogelijk verloopt worden de leerkrachten van groep 1 en 2 en de intern begeleiders opgeleid om problemen in de mondeling communicatie zo effectief mogelijk te signaleren. De ouders zullen op de hoogte gehouden worden van de resultaten van de screening. De screening op school en de scholing van de leerkrachten wordt betaald door de gemeente Bunnik i.s.m. de scholen. De screening op onze school wordt uitgevoerd door Eliska Heukels. Zij is te bereiken via:
[email protected]. Haar werkdagen zijn dinsdag, donderdag en vrijdag (waarvan de donderochtend op de St. Nicolaasschool)
4.13. Centrum Jeugd en Gezin (CJG) en de GGD Vragen over school, vriendschappen, eten, gezondheid, opvoeding, pesten of geld? Het CJG wil meedenken met vragen rondom opgroeien en opvoeden. Zowel ouders als jongeren en kinderen kunnen een beroep doen op het CJG. In het CJG werken het Consultatiebureau, Jeugdgezondheidszorg 4-19 jaar van GGD Midden-Nederland en het maatschappelijk werk nauw met elkaar samen. Elke gemeente heeft een eigen CJG. Het CJG is bereikbaar via de mail of telefoon. U kunt ook binnenlopen op het inloopspreekuur. Adres, telefoonnummers en spreekuurtijden (zowel inloop als telefonisch) zijn te vinden op de website van het CJG van uw gemeente (www.cjgbunnik.nl) . Ook dit schooljaar voert het CJG ook spreekuur op de St. Nicolaasschool zelf. De spreekuurtijden worden gepubliceerd in de nieuwsbrief van de school. De GGD is kernpartner binnen het CJG. De GGD voor kinderen in het basisonderwijs De afdeling Jeugdgezondheidszorg van GGD Midden-Nederland werkt preventief aan een gezonde groei en ontwikkeling van jeugdigen van 4 tot 19 jaar. De GGD onderzoekt alle kinderen op verschillende leeftijden om zodoende mogelijke problemen in het opgroeien tijdig op te sporen. Mochten er problemen gesignaleerd zijn, dan helpt de GGD bij het bewandelen van de juiste weg. Aan elke school is een jeugdgezondheidszorgteam van de GGD verbonden. Dit team bestaat uit een jeugdarts, een jeugdverpleegkundige en een doktersassistente. Gezondheidsonderzoeken U krijgt van ons bericht als uw kind aan de beurt is voor een onderzoek. De standaard preventieve onderzoeken vinden plaats op het CJG en op school. In principe is het eerste onderzoek in groep 2 van het basisonderwijs (met ouders op het CJG), daarna in groep 7 (zonder ouders op school). Bij groep 2 krijgen ouders direct een terugkoppeling. Bij groep 7 worden de ouders schriftelijk geïnformeerd over de bevindingen. Hierbij staat ook vermeld of er nog een vervolgafspraak met een jeugdarts of jeugdverpleegkundige wordt geadviseerd. U krijgt dan een uitnodiging om samen met uw kind naar het spreekuur te komen. Extra afspraak voor vragen, een onderzoek of gesprek Alle ouders en kinderen kunnen gebruikmaken van de mogelijkheid om een extra afspraak te maken bij de GGD. U kunt er terecht met vragen over de ontwikkeling of lichamelijke en/of geestelijke gezondheid van uw kind of voor onderzoek of een gesprek. Deze afspraken vinden plaats op het CJG. U kunt gebruikmaken van de mogelijkheid voor een extra afspraak, als: - u zelf vragen hebt over de ontwikkeling of gezondheid van uw kind. - het consultatiebureau aangeeft dat onderzoek of een gesprek gewenst is. Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 26 van
54
-
de leerkracht zich zorgen maakt, in overleg met u een afspraak op het spreekuur voorstelt en dit doorgeeft aan de GGD. het onderzoek op school aanleiding geeft tot extra onderzoek of een gesprek In het eerste geval maakt u zelf een afspraak. In de overige drie gevallen ontvangt u een uitnodiging van de GGD.
Telefonisch spreekuur voor opvoed- en gezondheidsvragen Heeft u een vraag over de opvoeding of de ontwikkeling van uw kind, dan kunt u contact opnemen met de GGD Midden-Nederland. U wordt dan (zo mogelijk dezelfde dag nog) door een jeugdverpleegkundige teruggebeld. U kunt de GGD maandag t/m vrijdag tijdens kantoortijden bereiken op telefoonnummer (033) 460 00 46. De GGD biedt ook opvoedondersteuning via de email:
[email protected] en de mogelijkheid om te twitteren met de jeugdarts via @deschoolarts. Vaccinaties DTP en BMR In het jaar dat uw kind negen jaar wordt, krijgt u een oproep om uw kind te laten vaccineren. Kinderen krijgen twee vaccinaties. De DTP prik tegen difterie, tetanus en polio en de BMR-prik tegen bof, mazelen en rode hond. Meer informatie: www.ggdmn.nl of mail naar
[email protected]
4.14. School maatschappelijk werk De schoolmaatschappelijk werker heeft regelmatig overleg met de intern begeleiders van onze school. De intern begeleiders kunnen de schoolmaatschappelijk werker raadplegen wanneer de school zorgen heeft over een leerling of als er in de thuissituatie problemen zijn waardoor het niet goed gaat met een kind. Onze maatschappelijk werker, Marie-José de Zeeuw geeft in de eerste plaats advies, ze denkt mee met vragen waar de intern begeleider of de leerkrachten tegenaan lopen. De intern begeleiders kunnen ook ouders aanraden zelf rechtstreeks contact op te nemen met het schoolmaatschappelijk werk voor informatie en advies.
4.15. Verwijsindex De verwijsindex is een systeem waarin leerkrachten, hulpverleners en andere professionals de persoonsgegevens registreren van de jeugdigen (0 tot 23 jaar) over wie zij zich zorgen maken. Het is een hulpmiddel om u en de mensen die uw kind begeleiden snel met elkaar in contact te brengen. Hierdoor is het gemakkelijker om snel hulp te regelen voor jeugdigen met wie het niet goed gaat of niet goed dreigt te gaan. Uw kind kan bijvoorbeeld zijn ingeschreven omdat er zorgen zijn over het gedrag. Of vanwege een problematische gezinssituatie. Misschien is er nog iets heel anders aan de hand. Hoe dan ook: er is bezorgdheid over de ontwikkeling van uw kind. Het is bij wet geregeld dat organisaties vanaf 2011 met de Verwijsindex moeten werken. Degene die uw kind in de verwijsindex zet, informeert u als eerste hierover. Als uw kind in de verwijsindex is opgenomen, gebeurt er in eerste instantie nog niets. Degene die hem of haar heeft ingeschreven, gaat gewoon verder met het bieden van hulp, onderwijs of begeleiding zoals afgesproken. Pas als een tweede hulpverlener, beroepskracht of instelling uw kind registreert, ontstaat er een match. Met uw instemming, bespreken de partijen samen met u hoe de best passende hulp. Voor uw kind en eventueel het gezin, geregeld kan worden. U wordt daar natuurlijk bij betrokken, want het gaat over uw kind en gezin.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 27 van
54
Eén persoon coördineert alle hulp. Zo zorgt de Verwijsindex voor overzicht, samenwerking en goede afspraken tussen de verschillende hulpverleners en uw gezin. En dat betekent dat de hulp aan uw kind en/of uw gezin verbetert. De Verwijsindex zorgt ervoor dat uw kind zo snel mogelijk, zo eenvoudig mogelijk en zo goed mogelijk geholpen wordt. In de Verwijsindex staan alleen de naam van degene die registreert en de naam, adres en geboortedatum van uw kind. Dus géén inhoudelijke informatie. Na een bepaalde periode wordt het signaal inactief gemaakt en na maximaal 7 jaar is het signaal niet meer zichtbaar. Op de volgende websites kunt u meer lezen over de Verwijsindex: www.verwijsindexmiddennederland.nl
4.16. Meldcode huiselijk geweld Op 1 juli 2013 is de Wet Meldcode Huiselijk Geweld Kindermishandeling ingevoerd. Hiermee worden alle professionals die werken met gezinnen en kinderen verplicht om met een protocol te werken bij vermoedens van kindermishandeling en huiselijk geweld. Doel van de meldcode is dat instellingen vaker, sneller en adequater ingrijpen bij vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling en het voorkomen van handelingsverlegenheid bij professionals zodat er iets wordt gedaan met vermoedens van kindermishandeling en huiselijk geweld. De meldcode beschrijft in 5 stappen wat bijvoorbeeld een huisarts, leerkracht, verpleegkundige, begeleider in de kinderopvang of hulpverlener moet doen bij vermoedens van geweld. Organisaties en zelfstandige beroepsbeoefenaren stellen een eigen meldcode op, gebaseerd op de 5 stappen: · Stap 1: in kaart brengen van signalen. · Stap 2: overleggen met een collega en eventueel raadplegen van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) of het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG). · Stap 3: gesprek met de cliënt. · Stap 4: wegen van het geweld of de kindermishandeling. · Stap 5: beslissen: hulp organiseren of melden. Meer informatie over de meldcode kunt u vinden op www.utrecht.handelingsprotocol.nl
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 28 van
54
5.
Kwaliteitszorg, ontwikkelingen en resultaten 5.1.
Van missie naar ontwikkelingsplan
Kwaliteit start bij de visie van de school. De visie is een beschrijving van waar wij voor staan en hoe we dit vorm geven. De missie geeft onze opdracht aan, waar willen wij naar toe. Vanuit de visie en missie formuleren wij lange termijn doelen, waarmee we de beschreven missie kunnen benaderen. Deze doelen worden, in eerste instantie, in het schoolplan over 4 jaren verdeeld. De doelen worden gekozen op basis van het verschil tussen de huidige situatie en de streefsituatie. Door ontwikkeltrajecten SMART (specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdgebonden) te formuleren, wordt zowel de uitvoering als de beoordeling van resultaten veel gemakkelijker. We weten vooraf specifiek wat we willen bereiken. We formuleren onze doelen realistisch. Er is draagvlak voor deze doelen bij de betrokken personen. We kunnen achteraf nagaan of het doel bereikt is, binnen een vooraf vastgestelde tijd. Ook stellen we vooraf vast welke succescriteria we hanteren om achteraf te kunnen vaststellen of het doel bereikt is. Door deze laatste toevoeging wordt het ontwikkelingsplan niet alleen een instrument om kwaliteit te verbeteren, maar ook een instrument om kwaliteit te meten. Voor de exacte inhoud en evaluaties van de uitvoeringsplannen verwijzen wij naar de ontwikkelingsplannen, die in de komende jaren per jaar zullen worden opgesteld.
5.2.
Kwaliteitscyclus
In het ontwikkelingsplan werken we bij ieder onderdeel volgens de cyclus Plan-Do-Check-Act. In de eerste fase (Plan) bepalen we de kwaliteit die we willen bereiken, meten we de kwaliteiten die we nu hebben en maken we plannen hoe we van de huidige situatie naar de gewenste situatie kunnen komen. Deze plannen komen tot stand door de huidige situatie te vergelijken met de geformuleerde missie en visie van de school. Waar dagelijkse praktijk en visie op onderwijs nog niet met elkaar in overeenstemming zijn, worden beleidsvoornemens geformuleerd. Deze plannen worden in de jaarlijkse ontwikkelingsplannen SMART opgesteld, waarbij we er goed op letten ook tussentijdse evaluaties in te plannen en mogelijkheden tot eventuele bijstelling, mocht de tussentijdse evaluatie daar aanleiding toe geven. In de tweede fase (Do) voeren we de gemaakte planning uit. Tijdens dit uitvoeringsproces vindt voortdurend trajectbewaking plaats, veelal door de directie of het managementteam van de school. En ook de Medezeggenschapsraad speelt hier een belangrijke rol in. Trajectbewaking betekent dat er voortdurend bewaakt wordt dat de verschillende fases van de kwaliteitsbewaking continu en cyclisch uitgevoerd worden. In de derde fase (Check) controleren we, via een tussentijdse evaluatie, of we met onze planning nog wel op de goede weg zitten. De vierde fase (Act) volgt eventueel (afhankelijk van de uitkomst van de Check-fase) een bijstelling in de planning, de aanpak óf de doelen. Daarmee zijn we dus automatisch weer uitgekomen bij fase 1 (de Plan-fase) en wordt de cyclus opnieuw doorlopen.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 29 van
54
5.3.
Meting en verantwoording
In de hierboven beschreven Planfase, meten we de huidige kwaliteit. Hiervoor gebruiken wij verschillende instrumenten. Sommige van deze instrumenten gebruiken we ook tijdens de Dofase, als middel om tussentijds te evalueren. De Kwaliteitsmeter Primair Onderwijs is een meetinstrument, gebaseerd op het INK-model. Voor een volledige omschrijving van de Kwaliteitsmeter Primair Onderwijs verwijzen wij naar de website van de Kwaliteitsmeter: www.kwaliteitsmeter.nl. Eenmaal in de twee jaar vragen wij personeel, leerlingen en ouders anoniem de vragenlijst van de Kwaliteitsmeter Primair Onderwijs in te vullen. Zo ook afgelopen jaar. Dit geeft een goed beeld van hoe deze verschillende geledingen de kwaliteit van de school ervaren. Van de uitkomsten van de vragenlijsten voor ouders en leerlingen brengen we verslag uit aan het team, de ouders, de leerlingen, de Algemeen Directeur en de Medezeggenschapsraad. Van de resultaten van de vragenlijst voor personeel brengen we verslag uit aan het team, de Algemeen Directeur en de Medezeggenschapsraad. Met het leerlingvolgsysteem CITO-Lovs, waarin wij onze toetsgegevens invoeren, berekenen wij het leerrendement per getoetst vakgebied. Deze tussenresultaten gebruiken wij om een analyse van ons onderwijs op te stellen en interventies te plannen om ons onderwijs nog meer aan te scherpen. Vanaf schooljaren 2005-2006 hebben we meegedaan aan een jeugdgezondheids-monitor van de GGD, ’Schoolkracht’, waarmee middels enquêtes bij de leerlingen van de groepen 6 t/m 8 gegevens verzameld worden op het gebied van psychosociaal functioneren, leefgewoonten en sociale omgeving. Deze enquêtes worden nu iedere drie jaar herhaald. Om de veiligheidsbeleving bij leerlingen en teamleden in kaart te brengen gebruiken we vanaf schooljaar 2010-2011 hiervoor de vragenlijsten van de veiligheidsthermometer. Daarnaast volgen wij nauwgezet met onze incidentenregistratie de ontwikkeling van de sociale veiligheid op onze school. Op basis van veiligheidsthermometer én analyse van de registratie stellen wij eventueel ons veiligheidsbeleid bij. De St. Nicolaasschool kent vanuit de inspectie een “basisarrangement”, hetgeen betekent dat de inspectie geen tekortkomingen heeft gesignaleerd die aanvullend toezicht behoeven. Het laatste inspectiebezoek heeft plaatsgevonden in januari 2014. Dit betrof zowel een afronding van een specifiek onderzoek, als de uitvoering van het reguliere 4-jaarlijkse bezoek van de inspectie. Gemiddelde scores Cito eindtoets laatste 4 jaren: Jaar afname 2014 (*) 2013 2012 2011
Gemiddelde score Eindtoets Nicolaasschool 536.2 536.8 535.8 539.5
Gecorrigeerd op leerlinggewicht (LG) 534.3 534.8 534.3 537.3
Landelijk gemiddelde 534.4 534.7 535.1 535.1
Landelijk gemiddelde gecorrigeerd LG 534.6 534.8 535.3 535.3
(*) In 2014 is gekozen voor 100% deelname; De scores zijn gecorrigeerd conform administratieve in- of uitsluiting cf. rekenregels onderwijsinspectie.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 30 van
54
5.4.
Ontwikkelingen in het schooljaar 2014-2015
Inleiding: Elk jaar maakt de school een “ontwikkelingsplan” waarin de voorziene ontwikkelingen worden beschreven. De ontwikkelingen zijn organisatorisch, pedagogisch of onderwijskundig van aard. Het schooljaar 2014-2015 wordt daarnaast gebruikt om op Fectio niveau een Meer-jarenstrategisch beleidsplan (MJSBP) te formuleren voor de periode 2015-2018. Op basis van dit MJSBP zal ook de St. Nicolaasschool haar nieuwe Schoolplan gaan vaststellen voor diezelfde periode. Dit Schoolplan zal de basis vormen voor de ontwikkelingsplannen voor de jaren 2015-2018. Het ontwikkelingsplan voor het schooljaar 2014-2015 sluit aan op de ingezette richting, waarbij de behaalde doelen uit het ontwikkelingsplan voor 2013-2014 worden geborgd, en enkele nieuwe ontwikkelingen worden ingezet. Veiligheidsbeleid:
Het hernieuwde sociale veiligheidsbeleid op de school is staande praktijk geworden. Met de uitvoering van de beleidscyclus zal het beleid in het najaar van 2014 worden geëvalueerd en mogelijk bijgesteld. Het schooljaar 2014-2015 richt zich op de borging van: o
Eenduidige uitvoering van het sociale veiligheidsbeleid, inclusief gedrags- en pestprotocol;
o
Goede uitvoering van de incidentenregistratie en de veiligheidsthermometer;
o
Voortzetting van het programma “Rust op School”, gezien de goede resultaten hiermee;
o
Voortzetting van de samenwerking met het CJG en opleiders op het gebied van veiligheid en pedagogisch klimaat.
Leerlingenzorg:
Ten aanzien van de leerlingbegeleiding heeft de St. Nicolaasschool de volgende ambities voor het schooljaar 2014-2015: o
Eenduidige toepassing van het leerlingbegeleidingsplan en mogelijke bijstelling op onderdelen vanuit de praktijktoets;
o
Borging van de begeleidingscyclus met 4 groepsbesprekingen per jaar en de daarop aangepaste groepsplannen en rapportencyclus;
o
Implementatie van het nieuwe Leerlingadministratie/volgsysteem Parnassys. De technische migratie heeft plaatsgevonden kort voor de zomervakantie in 2014;
o
Uitbreiding van het onderwijsaanbod, geborgd in de zorgcyclus op het gebied van meer- en hoogbegaafde leerlingen (plusaanbod);
o
Afronding van het project “Weektaak.com” waarmee wij gedifferentieerd kunnen roosteren en zelfstandig werken bij leerlingen kunnen bevorderen.
Taal- en leesonderwijs:
De St. Nicolaasschool wil haar taal- en leesonderwijs verder verbeteren. Wij verwachten dat de leerresultaten kunnen worden verbeterd. Daartoe gaan wij: o
Samenwerken met de collega’s van ’t Schoolhuys in Houten, die ook voor het schooljaar 2014-2015 het taal- en leesonderwijs willen verbeteren. Binnen KS Fectio hebben wij onze school gekoppeld aan de collega’s van ’t Schoolhuys in het
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 31 van
54
kader van Fectio 2.0. Aan het begin van het schooljaar zal het projectteam worden samengesteld die vorm zal gaan geven aan de ontwikkeling van ons taal- en leesonderwijs. o
Het verder onderzoeken, en zo mogelijk ook realiseren van de Nicolaas-schoolbieb. Hiermee willen wij het lezen binnen én buiten schooltijd stimuleren door een leesaanbod dat motiveert en aansluit bij de niveaus van de kinderen.
o
Onze nieuwe taalmethode Taal Actief implementeren in de groepen 4 t/m 8.
Vreedzame school en burgerschap
De St. Nicolaasschool heeft in het schooljaar 13-14 haar visie op burgerschap geformuleerd, op basis van onze levensbeschouwelijke grondslag en de principes van de Vreedzame School. Op basis van onze visie op burgerschap zullen wij de wijze waarop dit in ons onderwijsaanbod wordt opgenomen, planmatig uitwerken en invoeren. De eerste stappen in de uitvoering in schooljaar 2014-2015 betreffen: o
Keuze voor een meetinstrument, waarmee de opbrengsten van ons burgerschapsonderwijs gevolgd kunnen worden;
o
De eerste stappen maken voor de inrichting van een leerlingenraad.
Communicatie
De volgende activiteiten op het gebied van communicatie- en communicatiemiddelen worden voorzien in schooljaar 2014-2015: o
Verder borging gebruik communicatiemiddelen die er zijn. Hiervoor wordt ondermeer een communicatie-protocol opgesteld dat het schoolteam kan ondersteunen hierbij;
o
Vernieuwing van de website, zodat deze beter aansluit op de behoefte van (toekomstige) ouders van de school en het schoolteam. Met name het toenemend aantal verhuizingen vanuit Utrecht naar Odijk, maakt een vernieuwing van dit middel zinvol. Ook voorzien wij een koppeling van de website met Digiduif, waardoor ouders 1 digitaal communicatieportaal kunnen gebruiken in de toekomst. Voor de bouw van de website wordt een klankbordgroep ingericht, die bestaat uit ouders en teamleden.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 32 van
54
5.5.
Uitstroompercentage
Aan het eind van het schooljaar 2013-2014 gingen de leerlingen van groep 8 naar de volgende scholen voor voortgezet Onderwijs: Type voortgezet onderwijs
2010-2011
2011-2012
2012-2013
2013-2014
VMBO LWOO
2,5 %
5%
6%
4%
VMBO Basis
2,5 %
2,5%
2%
4%
5%
5%
8%
15%
10 %
10%
6%
24%
VMBO Theoretisch / Havo
12,5 %
17,5%
19%
7%
Havo/VWO
32,5 %
30%
38%
22%
35 %
30%
21%
24%
Basis- Kader VMBO Theoretisch
VWO
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 33 van
54
6.
Geledingen 6.1.
Bestuur – KS Fectio en de school
Onze school valt onder het bestuur van de Katholieke Scholenstichting Fectio. Deze scholenstichting beheert dertien katholieke basisscholen in de gemeenten Houten en Bunnik. Welke scholen dit zijn, vindt u op www.ksfectio.nl. In totaal krijgen er binnen Fectio ongeveer 3500 leerlingen les van 325 leerkrachten. KS Fectio heeft als taak om erop toe te zien dat de aangesloten scholen goed functioneren, dat de kwaliteit van het onderwijs wordt geborgd en verbeterd en dat de beschikbare middelen doelmatig en efficiënt worden ingezet. De Stichting werkt met een Bestuursmodel waarin een Bestuurder - Directeur (BD) het bevoegd gezag is en waarop wordt toegezien door een Raad van Toezicht. Deze Bestuurder - Directeur is eindverantwoordelijk voor het functioneren van de Stichting en de daaraan verbonden scholen. Daarmee is Bestuur en toezicht effectief van elkaar gescheiden. De BD en de scholen worden ondersteund door een Bestuursbureau. De BD is tevens leidinggevende van het Bestuursbureau. Dit resulteert in de onderstaande organogram:
Raad van Toezicht (Raad van Toezicht) Bestuursbureau
Bestuurder - Directeur
GMR
Directie Team
Schooldirecteur
MR
Schoolteam hiërarchische lijnen adviserend en ondersteunend overleg met GMR en MR (advies en instemming) dienstverlening door Bestuursbureau aan schooldirecteur en Directieteam. Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 34 van
54
Voor vragen over of aan het bestuur kunt u terecht bij de Bestuurder - Directeur: Rob Boerman p/a Pelmolen 19 3994 XX Houten
[email protected] (e)
030-6381121 (t) 030-6381122 (f)
Op elke individuele school is een integraal directeur verantwoordelijk voor alle beleidsterreinen binnen zijn/haar organisatie. Daarom zal hij/zij vanuit een breed gedragen visie alle mensen (ouders en leerkrachten) en alle middelen inzetten om het onderwijs op de school zo optimaal mogelijk te laten verlopen. Het gaat tenslotte om kwalitatief goed onderwijs voor uw kinderen. De directeur voert het overleg met zijn teamleden en de medezeggenschapsraad. De Bestuurder Directeur voert namens het bestuur het overleg met de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. Binnen Katholieke Scholenstichting Fectio vinden wij mobiliteit van het personeel erg belangrijk. De uitgangspunten voor mobiliteitsbeleid zijn duidelijk. Mobiliteit is een middel om doelen te bereiken, niet een doel op zich. Door mobiliteit streven wij de volgende doelen na: a) de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren door een flexibele schoolorganisatie te creëren. De rol van mobiliteit hierbij is dat de instroom van nieuwe personeelsleden met hun eigen ervaring en deskundigheid vernieuwend kan werken op een school. Daarnaast kan op deze manier specifieke deskundigheid ingezet worden waar het nodig is. b) een evenwichtige samenstelling van personeelsleden op de scholen te krijgen en daarmee personeelsleden van alle leeftijden plezier in het werk te laten houden. Met een evenwichtige samenstelling van personeelsleden ten aanzien van de verhoudingen man/vrouw, leeftijd, vol- en deeltijders op een school wordt een gemêleerde personeelsbezetting per school gecreëerd. Dit heeft een positieve invloed op de cultuur binnen de school. En door het bieden van loopbaanperspectief kan de motivatie en het plezier in het werk vergroten. c) ziekteverzuim, arbeidsongeschiktheid en wachtgelders zoveel mogelijk terug te dringen In de huidige samenleving is kwaliteit van arbeid belangrijk geworden. Het bieden van afwisseling en het verhogen van loopbaanperspectief geeft een positieve impuls aan deze kwaliteit. Ziekteverzuim en arbeidsconflicten kunnen hiermee verminderen.
6.2.
Medezeggenschapsraad
De medezeggenschapsraad (MR) spreekt zowel voor de ouders als het personeel. Het is de taak van de MR ervoor te zorgen, dat in de school een ieder in staat wordt gesteld zijn belangen naar voren te brengen, toe te lichten en te verdedigen. Kortom, een klimaat van openheid en onderling overleg te scheppen en te behouden. De MR bestaat uit 6 leden: 3 ouders en 3 leerkrachten en heeft een adviserende en toetsende functie naar het bevoegd gezag van de St. Nicolaasschool. Daarnaast mag de MR op eigen initiatief advies geven over alle onderwerpen die de school betreffen. Dit betekent dat het voor de MR-leden van belang is te weten wat er onder de ouders leeft en welke suggesties tot verbetering u heeft. Uiteraard kunt u over vragen over uw eigen kind terecht bij de betreffende leerkracht. Maar mocht u punten hebben die met de organisatie van de school te maken hebben, dan hoort de MR dat graag van u:
[email protected] Een ouder en een leerkracht vertegenwoordigen hun achterban in de gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). De GMR vervult dezelfde functie als de MR maar dan op het niveau van het Algemeen Bestuur van de stichting. Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 35 van
54
6.3.
De oudervereniging
De ouders van de St. Nicolaasschool hebben zich verenigd in een Oudervereniging. Het doel van deze oudervereniging is de school te ondersteunen bij de onderwijstaak (zodat de leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen) en de band tussen leerlingen en hun ouders met de school (en MR) te versterken. Dit doel zal worden bereikt door: het verrichten van hand- en spandiensten (zoals het organiseren van de kerstviering, het schoolreisje, de avond-4-daagse etc.) de ouders te informeren en te raadplegen de Medezeggenschapsraad, de directie en het team te adviseren over zaken die ouders en leerlingen in het bijzonder aangaan. De oudervereniging zal deze taken uitvoeren in nauwe samenwerking met de directie, het team en de MR. De oudervereniging kan echter wel zelfstandig besluiten nemen over haar eigen beleid. De oudervereniging kent 3 geledingen. Dat zijn: de Ouderraad (het bestuur van de oudervereniging) de Activiteitencommissie het Ouderpanel (die vanaf het afgelopen schooljaar weer permanent is ingesteld) Alle ouders/verzorgers van kinderen bij ons op school kunnen lid worden van de oudervereniging. Als lid betaalt u per kind een vrijwillige contributie. In het schooljaar 2013-2014 bedroeg de contributie € 42,00 per kind. De hoogte is vastgesteld na instemming van de ALV van de OV. Vanuit deze contributie worden de extra activiteiten voor de kinderen betaald (schoolreisje, kamp, Sint, kerst en paasfeest etc.). Ook is een klein gedeelte van de contributie bestemd voor de dekking van de onkosten van het Ouderpanel (ouderinformatie-avonden, enquêtes, onderzoek etc.). Voor alle duidelijkheid: beide ouders/verzorgers kunnen lid worden, maar de rechten die zijn verbonden aan het lidmaatschap kunnen slechts door een van beide ouders worden uitgeoefend (dit betekent bijvoorbeeld dat er maar één ouder stemrecht heeft).
6.4.
De activiteitencommissie
De activiteitencommissie heeft als taak het organiseren en voorbereiden van activiteiten voor de kinderen, in samenwerking met het team. Zo levert de activiteitencommissie een belangrijke bijdrage bij activiteiten als het Sinterklaasfeest, Kerstmis, carnaval, avondvierdaagse, themadagen voor de kleuters, afscheid groep 8, het organiseren van een startdag etc. Bij de uitvoering van deze activiteiten is hulp van andere ouders natuurlijk onontbeerlijk. De coördinator(en) van de Activiteitencommissie wordt tijdens de jaarvergadering gekozen en benoemd voor een periode van 3 jaar.
6.5.
Het ouderpanel
Ter versterking van het contact tussen de schoolorganisatie en de ouders van onze school, is er vanaf het schooljaar 2012-2013 een permanent ouderpanel ingesteld. Dit panel bestaat uit 8 tot 10 vaste leden en is klankbord voor de school op de ontwikkeling van alle denkbare beleidsterreinen. Het ouderpanel richt zich per jaar op een aantal thema’s en kan zich ook per thema uitbreiden, indien het panel dat wenst. Het ouderpanel zal zich in schooljaar 2014-2015 richten op die thema’s die genoemd zijn in het jaarplan: Pedagogisch klimaat, Ouderparticipatie & Communicatie en leerlingenzorg. In het ouderpanel komt het partnerschap ouder-school duidelijk naar voren.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 36 van
54
7.
Communicatie met ouders
Zoals u in de missie en visie van de school kunt lezen, hechten wij groot belang aan een open communicatie met ouders. We vinden het belangrijk dat de school de ouders goed informeert over het leeraanbod en betrekt bij het leerproces van de kinderen. Ook willen we erg graag weten waar de verwachtingen en wensen van ouders liggen en hoe we hier een zo goed mogelijk antwoord op kunnen bieden.
7.1.
Leerstofaanbod
Informatie over het leerstofaanbod van de school naar de ouders wordt onder andere op de volgende wijzen aangeboden: via het vierjaarlijkse schoolplan via de jaarlijkse schoolgids via het “Vergeet-mij-nietje” via de groepsnieuwsbrief bij de jaarlijks georganiseerde informatieavond via de jaarlijkse inloopavond
7.2.
Leerproces en resultaten (rapportage)
Er zijn verschillende manieren om te rapporteren over de voortgang van de kinderen. De bekendste is misschien wel de schriftelijke rapportage in de vorm van ‘het rapport’. Maar ook oudergesprekken vormen een (mondelinge) rapportage. Om u zo goed mogelijk inzicht te geven in de ontwikkeling van uw kind, hebben we een rapportagecyclus ontwikkeld. Deze ziet er als volgt uit: In de 3e schoolweek wordt een klassikale informatieavond georganiseerd. In ieder geval zal de leerstof van het schooljaar hier onderdeel van uitmaken. In het najaar én het voorjaar is er een inloopavond, waarbij de kinderen hun ouders rondleiden en het werk in de klassen laten zien. In de week voor de herfstvakantie worden de ouders uitgenodigd voor een (omgekeerd) 10minutengesprek. Bij dit gesprek ligt de focus op de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind, waarbij ouders en leerkracht hun ervaringen kunnen delen over de eerste periode van het schooljaar en hun verwachtingen kunnen delen over het verdere verloop van dat jaar. In februari ontvangen alle kinderen van de groepen 3 t/m 8 het eerste rapport en worden alle ouders (ook van de groepen 1 en 2) uitgenodigd voor een oudergesprek (10 minuten). De leerkracht van groep 8 geeft bovendien een globaal advies voorafgaand aan de eindtoets (na overleg met de leerkracht van groep 7). Bij de groepen 1 en 2 ligt de nadruk op de sociaal-emotionele ontwikkeling. Ouders wordt gevraagd zich op deze avond voor te bereiden door een formulier in te vullen dat van tevoren zal worden uitgedeeld. In januari / februari zal de leerkracht van groep 8 in een gesprek met ouder en kind een schooladvies voor het voortgezet onderwijs geven. Wanneer de uitslag van Cito-eindtoets binnen is, zal (alleen wanneer de uitslag van de Cito-eindtoets afwijkt van het schooladvies of op aanvraag van de ouders) een vervolggesprek plaatsvinden. Gezien de nieuwe richtlijnen omtrent de eindtoets zal slechts in zeer uitzonderlijke gevallen het schooladvies worden aangepast aan de uitkomsten van de cito-eindtoets. Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 37 van
54
In juni of juli (2 weken voor de zomervakantie) ontvangen alle kinderen van de groepen 1 t/m 8 het tweede rapport. Van de groepen 1 tot en met 7 worden de ouders uitgenodigd voor een oudergesprek (10 min). Tijdens het gesprek van de groepen 7 kan de uitslag van de entreetoets besproken worden. Ouders kunnen zelf aangeven of zij behoefte hebben aan een oudergesprek. Ook leerkrachten kunnen u uitnodigen voor een gesprek indien zij dit noodzakelijk vinden. Bij deze gespreksronde verwachten we wel alle ouders van groep 2 leerlingen. De oudergesprekken vinden zoveel mogelijk binnen dezelfde week plaats. In ieder geval worden hiervoor twee tot drie momenten gepland. Ouders kunnen er, in overleg met de leerkracht, echter ook voor kiezen om het gesprek op een ander moment te laten plaatsvinden. In dat geval zal alleen de leerkracht aanwezig zijn, die op die dag les heeft gegeven. Voor de gesprekken geldt dat zowel leerkrachten als ouders het initiatief kunnen nemen voor extra gesprekken, om de gesprekken op een ander moment te houden, of om eventueel 2 x 10 minuten in te plannen, mits aan de hierboven gemelde minimale afspraken wordt voldaan. In schema ziet de rapportagecyclus er als volgt uit: September Oktober Januari Februari
Maart April Mei - Juni Juli
7.3.
3e schoolweek: Informatieavond (omgekeerd) 10-minutengesprek groepen 1 t/m 8 Inloopavond Schooladvies groepen 8 Eerste rapport groepen 3 t/m 8 10-minutengesprek groepen 1 t/m 7 Oudergesprek groepen 8 op aanvraag Het kan zijn dat groepen 8 door het tijdstip van advies gesprekken enkele weken later hun rapport meekrijgen, ook de op aanvraaggesprekken vallen dan later Inloopavond Eventueel vervolggesprek groep 8 uitslag cito-eindtoets 2 weken voor de zomervakantie: Tweede rapport groepen 1 t/m 8 Oudergesprek op aanvraag groepen 1 tot en met 7.
Oor voor wensen van ouders
De school wil graag horen waar de wensen van ouders liggen, zodat zij desgewenst het leerstofaanbod of haar activiteiten hierop kan aanpassen. Om deze wensen te horen, kent de school ten minste: Jaarvergadering waarin school haar plannen presenteert en terugblikt (minimaal eens per 2 jaar). De jaarlijks georganiseerde grote ouderavond. Het digitaal meetinstrument (de Kwaliteitsmeter PO) eens per twee jaar. Om de kwaliteit van ons onderwijs steeds weer te verbeteren, werken we op de St. Nicolaasschool hard aan onze kwaliteitszorg: het proces dat ervoor zorgt dat we onze werkwijzen systematisch en cyclisch evalueren, waar nodig aanpassen, vervolgens implementeren en ten slotte borgen. De kwaliteitsmeter PO is een instrument van kwaliteitszorg voor scholen en besturen die systematisch aan de slag willen met kwaliteitszorg. De kwaliteitsmeter bestaat uit verschillende onderdelen. Eén van de onderdelen is een vragenlijst, welke door ouders, leerlingen en leerkrachten ingevuld kan worden. Door de vragen te beantwoorden geven zij hun kijk op en mening over het onderwijs op de St. Nicolaasschool. De antwoorden worden gebundeld en monden uit in een samenvatting, welke een goed beeld geeft van deze meningen. De vragen worden digitaal gesteld, ingevuld en Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 38 van
54
verwerkt. Ook de oudervereniging (via het ouderpanel) heeft mogelijkheden om de wensen van ouders te horen en deze (eventueel via de Medezeggenschapsraad) aan de school kenbaar te maken.
7.4.
Informele contacten
Ook de informele contacten met ouders worden door school gezien als een belangrijke wijze van communiceren. Graag ontmoeten we ouders bij informele gelegenheden zoals de startdag, na de kerstviering, nieuwjaarsinloop, of bij een inloopmoment.
7.5.
Informatievoorziening voor gescheiden ouders
Na een echtscheiding houden in het algemeen beide ouders het gezag over het kind. Onze school hanteert de volgende 3 uitgangspunten: het belang van het kind staat voorop; de school gaat er vanuit dat de ouder waar het kind woont, alle informatie over het kind doorgeeft aan de andere ouder; de school mengt zich niet in conflicten tussen ouders. Deze uitgangspunten leiden tot de volgende praktische uitwerking: alle schoolinformatie gaat in principe naar de ouder bij wie het kind woont; op de ouderavonden is in principe één maal 10 minuten beschikbaar per kind. De school gaat er vanuit dat de ouders onderling afspreken wie van beide ouders (of beiden tegelijk) het 10-minutengesprek bezoekt. In overleg met de directeur of teamleider kan daarvan worden afgeweken. De school volgt de wettelijke regels met betrekking tot de informatieplicht jegens gescheiden ouders.
7.6.
Groepsouders
Iedere groep heeft een groepsouder waar de leerkracht mee samenwerkt. Deze ouder assisteert en/of regelt hulp of vervoer bij bijv. uitstapjes, Kunst Centraal activiteiten, verjaardag leerkracht. Een uitgebreide beschrijving is op school aanwezig.
7.7.
Betrokkenheid en hulp bij onderwijsactiviteiten
Ten slotte wil de school ouders graag betrekken bij het onderwijs en activiteiten binnen de school. De school zal daarom geregeld actief ouderhulp inzetten. Te denken valt aan onder andere: Hulp bij het leerproces van de kinderen (“leesmoeder”, hulp bij creatieve vorming ) Hulp bij activiteiten (themadag, sponsorloop, afscheid groep 8) Hulp bij andere schoolgerelateerde zaken (klusavonden, tuingroep, thema-avond, etc)
7.8.
Jaarbijeenkomst
De oudervereniging houdt een jaarbijeenkomst. Hiervoor worden alle ouders uitgenodigd. Tijdens deze bijeenkomst leggen de verschillende oudergeledingen binnen de school verantwoording af over het door hun gevoerde beleid.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 39 van
54
8.
Schooltijden en vakanties
De kinderen van groep 1 t/m 4 gaan per groep jaarlijks ruim 880 uur naar school. De kinderen van groep 5 t/m 8 gaan per groep ruim 1000 uur per jaar naar school. Hiermee voldoet de school aan de wettelijk verplichte schooltijd: groep 1 t/m 4 minimaal 3520 uur (in 4 schooljaren) groep 5 t/m 8 minimaal 4000 uur (in 4 schooljaren) De school beoogt effectief met de besteding van de onderwijstijd om te gaan.
8.1.
Schooltijden
Groep 1 t/m 4 Maandag, dinsdag en donderdag Woensdag Vrijdag
08.30 – 14.30 uur 08.30 – 11.45 uur 08.30 – 11.45 uur
Groep 5 t/m 8 Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag Woensdag
08.30 – 14.30 uur 08.30 – 12.30 uur
8.2.
Schoolvakanties 2014-2015
Herfstvakantie Kerstvakantie Krokusvakantie Goede vrijdag / Pasen Koningsdag Meivakantie Pinksteren Zomervakantie
Ma. 20 okt. 2014 t./m. vr. 24 okt. 2014 Ma. 22 dec. 2014 t./m. vr. 2 jan. 2015 Vr. 20 febr. 2015 t./m. vr. 27 febr. 2015 Vr. 3 apr. 2015 t./m. ma. 6 apr. 2015 Ma. 27 apr. 2015 Ma. 4 mei 2015 t./m. vr. 15 mei 2015 Ma. 25 mei 2015 Ma. 13 juli 2015 t./m. vr. 21 aug. 2015
Extra vrije vrijdagmiddagen Voor de kerstvakantie vrijdagmiddag 19 december 2014 Voor de zomervakantie vrijdagmiddag 10 juli 2015
Studiedagen Op de studiedagen zijn alle kinderen vrij. Maandag 29 september 2014 Donderdag 22 januari 2015
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 40 van
54
9.
Schoolorganisatie 9.1.
Buitengewoon verlof
Kinderen vanaf 5 jaar zijn wettelijk leerplichtig. Dat betekent dat ze vanaf die leeftijd verplicht zijn om de basisschool te bezoeken. Vrijwel alle kinderen in Nederland gaan vanaf hun vierde verjaardag naar school. De leerplichtwet geeft de ouders van een leerling die de leeftijd van zes jaar nog niet heeft bereikt de mogelijkheid om mededeling te doen aan de directeur van de basisschool dat ze gebruik willen maken van de mogelijkheid tot vrijstelling in verband met overbelasting van hun kind. Dit kan voor maximaal vijf uren per week. De directeur kan dit in overleg met de ouders uitbreiden tot maximaal tien uren per week. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling dat deze uren gebruikt worden om vakanties en / of weekeinden te verlengen. Vanaf 6 jaar zijn alle kinderen volledig leerplichtig. Slechts bij hoge uitzondering mag er dan door de school buiten de normale vakanties om verlof verleend worden. De leerplichtambtenaren moeten er op toezien dat de leerplichtwet goed uitgevoerd wordt. Er bestaan dan ook richtlijnen hiervoor, waar elke school zich aan te houden heeft. In het kort hieronder de belangrijkste punten: De directeur van de school beoordeelt de aanvragen voor extra verlof en verleent goedkeuring als er sprake is van bijzondere omstandigheden zoals bruiloft, begrafenis, ernstige ziekte ouders e.d. In andere gevallen mag alleen bij 'gewichtige omstandigheden' extra verlof verleend worden. Het op vakantie gaan buiten de schoolvakanties om een vakantieperiode te verlengen, dan wel eerder te laten beginnen of andere extra vrije dagen, is wettelijk niet toegestaan. Ook extra vrije dagen voor een lang weekend of midweek zijn dus niet toegestaan. Als ouders een eigen bedrijf hebben, waarvan het werk seizoensgebonden is en binnen een reguliere vakantie valt, en waarbij bovendien het grootste deel van het jaarinkomen in die periode wordt verdiend (denkt u hierbij aan een boerderij waarbij binnen een bepaalde periode geoogst moet worden), kan door de directeur van de school toestemming worden verleend voor het opnemen van een beperkte vakantie onder schooltijd. Roostertechnische problemen komen doorgaans niet in aanmerking. Deze verlofperiode mag nooit in de eerste twee weken van het schooljaar vallen. De directeur van de school kan in dat geval éénmaal per schooljaar verlof verlenen, voor maximaal 10 dagen, zodat er toch een gezinsvakantie kan plaatsvinden. Aanvragen op medische gronden dienen officieel vergezeld te gaan van een verklaring van de desbetreffende arts. U kunt een formulier ‘aanvraag geoorloofd schoolverzuim’ op school opvragen of downloaden via de schoolsite www.nicolaasschoolodijk.nl en deze ingevuld bij de directie in leveren. U krijgt dan zo spoedig mogelijk antwoord.
9.2.
Gevonden voorwerpen
Op school is in de conciërgeruimte een doos "gevonden voorwerpen" aanwezig. Bent u al geruime tijd iets kwijt, kijk dan eens in deze doos of vraag het na bij de conciërge. De gevonden artikelen worden na verloop van tijd verwijderd.
9.3.
Hoofdluis
Op de St. Nicolaasschool wordt bij alle kinderen in de eerste week na elke vakantie gekeken of hij/zij hoofdluizen heeft. Deze controle richt zich met name op de aanwezigheid van neten. De besmette kinderen zijn daarna dus niet luizenvrij: we constateren alleen dat het kind neten en/of luizen heeft. Indien het kind neten/luizen heeft, wordt dit alleen tegen de leerkracht verteld. Hij/zij Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 41 van
54
neemt dezelfde dag nog contact op met de ouders en adviseert hen het kind zo spoedig mogelijk te behandelen (volgens de richtlijnen van de GGD, zie ook www.luistelijf.nl en vele andere sites). Na één week wordt de gehele klas nogmaals gecontroleerd, net zolang tot de klas luizenvrij is. Ook heeft op onze school elke leerling een eigen luizencape waaronder de jassen worden opgehangen. Hierdoor kunnen de luizen niet van de ene op de andere jas overlopen. Als uw kind op school komt, krijgt het een luizencape. Indien deze cape vervangen moet worden voor een nieuwe, dan kunt u deze via school aanschaffen voor € 5,= per stuk. Indien iemand in uw omgeving luizen heeft is het van groot belang uw gezin regelmatig (bijvoorbeeld elke week) te controleren. Met een goede stofkam, boven een witte doek (of wastafel) en met goed licht kamt u door de gehele haarbos (wel krabben met de kam want de luizen zitten dicht bij de hoofdhuid). Als er luizen of neten vlakbij de haarwortel gevonden worden, is het van groot belang zo snel mogelijk met de behandeling te starten en de leerkracht in te lichten.
9.4.
Klachtenregeling
De scholenstichting KS Fectio wil ontevredenheid van iedereen die bij haar scholen hoort serieus nemen. Streven is om klachten op te lossen binnen de school. Meestal is dat voor iedereen het beste. De klachtenregelingen die er zijn worden hierna genoemd. De regelingen zijn op school en op de website in te zien. Wilt u meer weten? De interne contactpersonen voor klachten van de St. Nicolaasschool zijn Joeska Beemer en Coleta Vernooij. De externe vertrouwenspersonen van de stichting is Dorine Gerritsma tel. 0346-219777. Een “klacht” is elke uiting van ontevredenheid over woorden, gedrag, beslissingen, informeel of formeel. De weg voor informele klachten is niet op elke school hetzelfde. Wel zijn er minimum voorwaarden. Die vindt u in het stuk ‘Klachten? Daar doen we iets mee!’ dat u hieronder zult aantreffen. Bij de afhandeling van informele klachten is er een taak voor interne contactpersonen en voor externe vertrouwenspersonen. Voor wie niet tevreden is met de afhandeling op school en/of stichtingsniveau, is er een ‘Formele klachtenregeling Katholieke Scholenstichting Fectio’. Kort gezegd houdt die in dat u kunt klagen bij een onafhankelijke commissie. Die adviseert aan het bestuur van Fectio of de klacht gegrond is en wat er mee moet gebeuren. Deze klachtenregeling kunt u opvragen bij de directie van de school of bij de Algemeen Directeur van de Stichting. Bij vermoeden van een seksueel misdrijf tegen een leerling is er, anders dan bij klachten over ander gedrag, een meldplicht en aangifteplicht. Die geldt voor personeelsleden en voor het bevoegd gezag, maar bijvoorbeeld niet voor de externe vertrouwenspersoon of interne contactpersoon die geen personeelslid is. Dat is van belang als u over zoiets wilt klagen, maar geen aangifte wilt doen. Ten slotte: in het verleden is gebleken dat de interne contactpersonen en personeelsleden soms benaderd worden over misbruik, verwaarlozing, mishandeling van kinderen in de thuissituatie. Het bevoegd gezag heeft er voor gekozen om, in het belang van het kind, de interne contactpersonen die dergelijke informatie krijgen daarin een doorverwijzende taak te geven. Klachten? Daar doen we iets mee Het streven is om klachten zoveel mogelijk op te lossen binnen de schoolgemeenschap. Meestal biedt dat alle betrokkenen de meest positieve uitkomst. Scholen leren van de klacht en van het oplossen van het probleem. Klagers hebben baat bij een soepele oplossing. Een formele procedure kan de verhoudingen op scherp zetten.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 42 van
54
Heeft iemand die deel uitmaakt van de schoolgemeenschap (daarmee bedoelen we een (ex-) leerling, een ouder / voogd / verzorger, (een lid van) het personeel, van de directie of van het bevoegd gezag, of een vrijwilliger die werkzaamheden verricht voor de school en dergelijke) een klacht over woorden, gedrag of beslissingen van een ander die bij die gemeenschap hoort? Dan moet dat probleem liefst – als het kan - besproken en opgelost worden met degene die het betreft. De interne contactpersoon, leerkracht, intern begeleider, directie of andere leidinggevende kan daarbij informatie, hulp en/of bemiddeling bieden. Als het bovenstaande niet tot een bevredigend resultaat leidt en/of als de klager de klacht niet met de hiervoor genoemde personen kan of wil bespreken, kan hij/zij zich wenden tot de externe vertrouwenspersoon en/of een formele klacht indienen (dus: zoals beschreven in de Formele Klachtenregeling).
KLACHTROUTES
1
2
Klacht van Klacht van schoolonderwijskundige organisatorische aard aard o.a.: o.a.: Vakanties, vrije dagen Methode Schoolbijdrage Aanpassing Inzetten programma toetscapaciteit/RT Toetsing, beoordeling
3
4
Klacht over ongewenst gedrag
Klacht over ongewenst gedrag; seksueel misdrijf
o.a.
MELDPLICHT voor ieder personeelslid, bij vermoeden van seksueel misdrijf naar een kind/ minderjarige AANGIFTEPLICHT voor bevoegd gezag bij redelijk vermoeden
Agressie Geweld Racisme Discriminatie Pesten
↓
↓
↓ ↓ Gesprek met leerkracht
Gesprek leerkracht ↓
↓ Indien geen bevredigend resultaat: Gesprek met schoolleiding
Gesprek met schoolleiding
Indien geen bevredigend resultaat: Gesprek met de schoolleiding
↓
↓
↓ Indien geen bevredigend resultaat: Gesprek met / klacht bij algemeen directeur
Indien geen bevredigend resultaat:
Indien geen bevredigend resultaat:
Gesprek met / klacht bij algemeen directeur
Gesprek met / klacht bij algemeen directeur ↓
↓
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 43 van
54
↓ Indien geen bevredigend resultaat: Gesprek met interne contactpersoon
Indien geen bevredigend resultaat:
Indien geen bevredigend resultaat:
Klacht bij onderwijsinspecteur
Gesprek met interne contactpersoon
OF Gesprek met interne contactpersoon
↓ Indien geen bevredigend resultaat: Gesprek met externe vertr. persoon
Gesprek met interne contactpersoon (indien personeel: meldplicht) en/of vertrouwensinspecteur
↓ ↓
↓ Indien geen bevredigend resultaat:
Indien geen bevredigend resultaat:
Gesprek met externe vertrouwenspersoon
Gesprek met externe vertrouwenspersoon
Gesprek met externe vertr. persoon
en/of vertrouwensinspecteur
↓
↓
↓
Indien geen bevredigend resultaat:
Indien geen bevredigend resultaat:
Indien geen bevredigend resultaat:
Klacht indienen bij klachtencommissie.
Klacht indienen bij klachtencommissie
Klacht indienen bij klachtencommissie
↓ Indien geen bevredigend resultaat: Klacht indienen bij klachtencie.
Uitgangspunt is dat klachten volgens bovenstaande routes (en met een bevredigend resultaat) worden opgelost; klager moet zich wel realiseren dat er bij route 4 voor personeelsleden de meldplicht is en voor het bevoegd gezag de aangifteplicht. Overigens beslist de klager zelf of hij / zij zich aan bovenstaande route wil houden; hij / zij kan ervoor kiezen alle ‘stappen’ over te slaan en rechtstreeks een klacht in te dienen bij de Landelijke Klachtencommissie; Volledigheidshalve volgt hieronder het adres van de klachtencommissie waar de scholen van KS Fectio bij aangesloten zijn: Landelijke klachtencommissie Katholiek onderwijs Raamweg 2 Postbus 82324 2508 EH Den Haag Tel: (070) 392 55 08 Fax: (070) 302 08 36 E-mail:
[email protected] Internet: www.geschillencies-klachtencies.nl
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 44 van
54
9.5.
Ouderhulp
Goed onderwijs moet mede worden gedragen door de ouders. Dat is op onze school zeker het geval, gezien de inzet van vele ouders bij diverse activiteiten: leesgroepjes, handenarbeid, technische groep, hulp bij excursies, avondvierdaagse, computer, themadagen enzovoort. Bovendien bestaat de Medezeggenschapsraad en Ouderraad (deels) uit ouders. Ook bij activiteiten die in parochieverband worden georganiseerd, zoals gezinsvieringen, kindernevendienst en kinderkoor zijn veel ouders actief. Aan het begin van het schooljaar wordt er een enquêteformulier meegegeven, waarop u aan kunt geven waar u zich het komend schooljaar voor in wil zetten.
9.6.
Schoolreisje en schoolkamp
Het is goed eens een keer met de gehele groep op stap te gaan of een activiteit te houden. Daarom gaan we elk jaar met onze groep-8-leerlingen op kamp, ook ter afsluiting van hun tijd op onze school. Daarnaast kan de school, eventueel samen met de AC, een schoolreis organiseren.
9.7.
Sponsoring
Het bestuur stelt voor ieder kalenderjaar een taakstellende begroting vast waarmee de directie kan werken. Ten aanzien van sponsorbeleid volgt de school de richtlijnen van het afgesloten Convenant dat door de minister van O & W is afgesloten met meerdere organisaties. Het betreft de volgende richtlijnen:
Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige uitgangspunten van onze school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van de kinderen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen. Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid, de onafhankelijkheid en de continuïteit van ons onderwijs en daarbij betrokkenen in gevaar brengen De St. Nicolaasschool wordt niet gesponsord door bedrijven, waarbij de sponsoring een winstoogmerk heeft.
9.8.
Stagiaires
We willen nadrukkelijk een bijdrage leveren aan het vergroten van de kwaliteiten van onze toekomstige collega’s: de studenten aan de Pabo’s (leerkrachten) en van de ROC’s (onderwijs- en klassenassistenten). Daarom zult u deze studenten regelmatig bij ons op school aantreffen. Onder begeleiding van de groepsleerkrachten bekwamen zij zich bij ons op school in het lerarenvak. Ook Leerkrachten In Opleiding (4e jaars Pabo-studenten, die voor enkele dagen per week een klas zelfstandig overnemen) zijn bij ons welkom. De eindverantwoordelijkheid voor een groep zal steeds bij de groepsleerkracht blijven.
9.9.
Tienuurtje
Voordat de kinderen naar buiten gaan voor de ochtendpauze kunnen ze een tussendoortje nemen. Er wordt hier geen lestijd voor gebruikt. Leerlingen kunnen zelf onder hun werk een kleinigheidje eten en iets drinken. Men dient dus het zelf mee te brengen. Een pakje drinken en een stuk (klaargemaakt) fruit of een koek volstaan. Snoep is als Tienuurtje niet toegestaan.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 45 van
54
9.10. Traktaties De kinderen mogen, als ze jarig zijn, in de klas trakteren. Wilt u er ook rekening mee houden dat er kinderen in de klas kunnen zitten met een voedselallergie. U kunt dit navragen bij de leerkracht. Ook mogen ze de verschillende klassen afgaan om daar hun felicitaties te ontvangen. Het zal u bekend zijn dat er voortdurend een beroep op de scholen wordt gedaan, om mee te helpen aan de beperking van het snoepen, in verband met een goede tandverzorging en overgewicht. Wij verzoeken u dan ook hiermee rekening te houden en vooral te kiezen voor gezonde traktaties.
9.11. Continurooster Lunchpauze Bij ons continurooster is overblijven een samenwerking tussen teamleden en een aantal pauzebegeleiders. De directie en de teamleden dragen zorg voor de organisatie en praktische uitvoering van de lunchpauze: eten en spelen. Het eten gebeurt in de klassen onder toezicht van de leerkracht. Het spelen gebeurt op het schoolplein onder toezicht van pauzebegeleiders (pleinwachten) en twee leerkrachten, waarvan één de achterwachtfunctie heeft. Vanaf schooljaar 2013-2014 vormt de lunchtijd onderdeel van de pauzetijd en daarmee dus niet van de lestijd. De verdeling voor het schooljaar 2014-2015 is als volgt: Groep A: 5, 5/6, 6
Groep B: 3, 3/4, 4
Groep C:1/2 a-c, 7, 7/8, 8
Pauze: 11.50 – 12.20
Pauze: 12.00 – 12.30
Pauze: 12.20 – 12.50
Lunch
Spelen
Lunch
Spelen
Lunch
Spelen
Maandag
12.10-12.20
11.50-12.10
12.00–12.10
12.10–12.30
12.20-12.30
12.30–12.50
Dinsdag
12.10-12.20
11.50-12.10
12.00–12.10
12.10–12.30
12.20-12.30
12.30–12.50
Donderdag
12.10-12.20
11.50-12.10
12.00–12.10
12.10–12.30
12.20-12.30
12.30–12.50
Vrijdag
Groep 1 tot en met 4
Groep 5, 5/6, 6
Groep 7, 7/8, 8
Vrij vanaf 11.45 u
12.20–12.30
12.00-12.10
12.30–12.50
12.10–12.30
Op maandag, dinsdag en donderdag zijn alle kinderen om 14.30 uur uit. Op woensdag zijn de groepen 1 t/m 4 om 11.45 uur uit en groep 5 t/m 8 om 12.30 uur. Op vrijdag zijn de groepen 1 t/m 4 om 11.45 uur uit en de groepen 5 t/m 8 om 14.30 uur. Financiële bijdrage Wij vragen u als ouder een vrijwillige bijdrage van € 1,25 per week per kind. We hebben dit bedrag gebaseerd op een gemiddelde van 8 schooljaren, vier jaren onderbouw waarin hier drie maal per week gebruik van gemaakt wordt en vier jaren bovenbouw waarin hier vier maal per week gebruik van gemaakt wordt. Dit is op jaarbasis een bedrag van € 50 euro per kind. Ieder jaar vragen we u dit bedrag voor 1 november over te maken op Rabobankrekening nummer 1492.97.467 t.n.v. TSO St. Nicolaasschool o.v.v. naam van uw kind en groep. De financiële verwerking wordt door de school uitgevoerd en ligt niet bij de coördinatoren. Geld dat eventueel overblijft na uitbetaling van vrijwilligers wordt besteed aan spelmateriaal en afschrijving van de hiervoor aangeschafte koelkasten. De jaarlijks financiële verantwoording valt onder controle van KS Fectio. Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 46 van
54
9.12. Vervanging van zieke leerkrachten Als een leerkracht ziek is, wordt er in eerste instantie geprobeerd om intern dit op te lossen. Bijvoorbeeld een duocollega of een andere parttimer binnen de school. Mocht dit niet lukken of de ziekte is langdurig, dan kan de PIO personeelspool worden ingeschakeld. Onze school is hierbij aangesloten. De PIO werkt met bevoegde leerkrachten die door de hele regio inzetbaar zijn. De groep van de afwezige leerkracht verdelen over andere groepen is een optie voor een korte termijn. In uiterste noodgevallen kan de directie besluiten een groep een extra dag vrij te geven. Ouders worden in dit geval telefonisch op de hoogte gebracht en de Inspectie van het basisonderwijs wordt geïnformeerd.
9.13. Verzekeringen Voor alle kinderen, leerkrachten en hulpouders is een collectieve scholieren- ongevallenverzekering afgesloten. Deze verzekering geeft een beperkte dekking: gedurende schooltijd en één uur ervoor en erna. Nieuwe leerlingen zijn automatisch in de collectieve verzekering meeverzekerd. Ouders die voor een schoolactiviteit kinderen vervoeren in hun auto, doen er goed aan een inzittendenverzekering af te sluiten. Hierbij willen we aangeven dat we als school niet verzekerd zijn voor wat betreft de aansprakelijkheid met betrekking tot gevolgen van auto-ongevallen voor activiteiten in schoolverband zoals het rijden voor het schoolkamp en excursies. Als school hebben we geen inzittendenverzekering. De wetgever verplicht iedereen minimaal een eigen W.A.verzekering te regelen. De school gaat ervan uit dat, als u voor een bepaalde schoolactiviteit met de auto kinderen vervoert, u minimaal een W.A.-verzekering heeft afgesloten. Heeft u die niet, rijd dan niet voor de school! De scholierenongevallenverzekering is géén W.A.-verzekering. Het komt wel eens voor dat kinderen elkaar beschadigingen toebrengen, bijvoorbeeld aan kleding. Dit gebeurt meestal onopzettelijk. De schade aan kleding, brillen, fietsen en dergelijke kan behoorlijk oplopen. De school kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld. De ouders van de benadeelde kunnen in zo’n geval het best contact opnemen met de ouders van de schadeveroorzaker.
9.14. Ziekte Wij verzoeken u ons op de hoogte te brengen wanneer een kind ziek is. Wij verwachten in dat geval een telefoontje tussen 8.00 en 8.30 uur (tel 030-6563030). Krijgt u niet het juiste teamlid aan de lijn, dan wordt de boodschap doorgegeven. Wij stellen het bijzonder op prijs, wanneer u ons even bericht indien uw kind een besmettelijke ziekte heeft of hoofdluis. Indien nodig kunnen we dan maatregelen nemen.
9.15. Zorg voor meegebrachte spullen De school draagt wel zorg, maar geen verantwoording voor meegebrachte spullen.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 47 van
54
10. Wie is wie? Een basisschool kent tegenwoordig veel verschillende geledingen, taken en functies. Zo onderscheiden we binnen de St. Nicolaasschool bijvoorbeeld de MR, de OV, de TSO, de bouwvoorzitters, interne contactpersonen, de IB, de RT, de ICT. De eindverantwoordelijkheid ligt bij de directie. Deze bestaat uit de directeur en de adjunct-directeur. In het hart van de school vinden we uiteraard de groepsleerkrachten die het onderwijs daadwerkelijk vorm geven. Samen werken zij aan de kerntaak van de school: het geven van goed onderwijs aan de leerlingen. Met dit hoofdstuk willen wij bereiken dat iedereen meer en beter op de hoogte is van de verschillende taken en rollen die er binnen het schoolteam zijn. Ook willen we graag aangeven wie deze taken en rollen vervullen, zodat u met uw vragen en opmerkingen over het functioneren van de school bij de juiste persoon terecht kunt. Tevens vindt u een e-mailadres van deze functionarissen. U kunt natuurlijk ook altijd naar school bellen. Directie De directeur heeft de leiding van de school op zowel organisatorisch, onderwijskundig, financieel als personeelsgebied. De directeur is eindverantwoordelijk voor alles wat zich op school afspeelt. De adjunct-directeur ondersteunt de directeur in zijn taken.
Directeur: Gerhard Jacobs, E-mail:
[email protected]
Adjunct-directeur: Marlies Peek, E-mail:
[email protected]
Interne begeleiding (IB) De Intern Begeleider (IB-er) is belast met aansturing en ondersteuning van de groepsleerkrachten op het gebied van de leerlingenzorg. De IB-er bespreekt regelmatig met de groepsleerkracht het groepsplan en ondersteunt vervolgens in het geven van onderwijs op maat. Indien gewenst kan de IB-er een Remedial Teacher inschakelen om aan een individuele leerling of een klein groepje leerlingen extra aandacht te besteden. Intern begeleiders:
Marlies Peek, E-mail:
[email protected]
Caroline Boumans, E-mail:
[email protected]
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 48 van
54
Bouwvoorzitters Om de organisatie van de school in goede banen te leiden is de school georganiseerd in twee bouwen. De groepen 1 t/m 4 vormen de onderbouw, de groepen 5 t/m 8 vormen de bovenbouw. Elke bouw wordt gecoördineerd door een bouwvoorzitter. De bouwvoorzitters zijn belast met organisatorische aspecten (onderwijskundig en klassenmanagement) welke het functioneren van de bouw aangaan. Samen met de directie nemen zij deel aan het bouwdirectie-overleg. Hierin worden nieuwe ontwikkelingen vormgegeven en de kwaliteit van het onderwijs aangestuurd. Wanneer communicatie tussen ouders en de groepsleerkracht onverhoopt niet naar tevredenheid verloopt, zal de bouwvoorzitter het eerste aanspreekpunt zijn voor zowel de ouders als de leerkracht. Onderbouwvoorzitter(groepen 1-4):
Lizan Geesink, te bereiken via haar groepsmailadres;
Bovenbouwvoorzitter(groep 5-8):
Erik van Helsdingen, te bereiken via zijn groepsmailadres.
Remedial Teaching (RT):
Fia Oostrum (RT)
Mieke Seijfarth (RT)
Netty van Veldhuijzen (RT, naast leerkracht)
Nienke Rijsmus (onderwijsassistent)
De RT’ers van onze school zijn te bereiken via het algemene mailadres, danwel via de leerkracht of interne begeleider van de groep van uw kind.
Conciërge en administratie: Florine Ligtvoet (conciërge en administratieve ondersteuning) Email:
[email protected]
Groepsleerkrachten: Groep 1-2 A Maandag, dinsdag, woensdag: Joeska Beemer Donderdag, vrijdag: Tanja Pen E-mail:
[email protected]
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 49 van
54
Groep 1-2 B Maandag, dinsdag vrijdag: Renske Hanselaar Woensdag en donderdag: Ingrid Veenbrink Email:
[email protected] Groep 1-2 C Maandag en dinsdag Marijke Huisen Woensdag, donderdag en vrijdag: Myriam Mensink E-mail:
[email protected] Groep 3 Renske de Groot E-mail:
[email protected] Groep 3-4 Maandag, dinsdag: Gabrie Bosboom Woensdag, donderdag, vrijdag: Ilse Roode E-mail:
[email protected] Groep 4 Maandag, dinsdag en woensdag: Coleta Vernooij Donderdag en vrijdag: Sascha van Ettekoven E-mail:
[email protected] Groep 5 Maandag, dinsdag en woensdag: Margot Dekker Donderdag en vrijdag: Anja van Rossum E-mail:
[email protected] Groep 5-6 Maandag en dinsdag: Lizan Geesink Woensdag t/m vrijdag: Marion van Delft E-mail:
[email protected] Groep 6 Maandag t/m donderdagochtend: Kees Pieters Donderdagmiddag en vrijdag Netty van Veldhuijzen E-mail:
[email protected]
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 50 van
54
Groep 7 Anneke Beerepoot E-mail:
[email protected] Groep 7-8 Maandag, dinsdag: Jacqueline Schiphorst Woensdag t/m vrijdag: Margot Huitema E-mail:
[email protected] Groep 8 Maandag en dinsdag, donderdagmorgen: Yvette Italiaander- van der Lee Woensdag,donderdagmiddag en vrijdag: Erik van Helsdingen E-mail:
[email protected]
Pauzecoördinatoren Nicolle de Wit Irma David e-mail:
[email protected] of op het schooltelefoonnummer 030-6563030
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 51 van
54
11. Contacten en adressen St. Nicolaasschool Rijneiland 2 3984 MA Odijk T: 030-6563030 F: 030-6562784 E:
[email protected]
Bestuurder-Directeur KS Fectio Rob Boerman p/a Pelmolen 19 3994 XX Houten T : 030-6381121 F : 030-6381122 E :
[email protected]
Eduniek (schoolbegeleidingsdienst) Tolakkerweg 153 3738 JL Maartensdijk T: 0346-219777
GGD Midden Nederland Utrechtseweg 139 Postbus 51 3700 AB Zeist T: 030-6086086
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 52 van
54
Inspectie van het onderwijs www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 1400 (gratis)
Externe vertrouwenspersoon KS Fectio: Voor ouders en medewerkers met vragen, waarvoor zij buiten de schoolorganisatie terecht willen. (zie ook hoofdstuk 9.4) Dorine Gerritsma T: 0346-219777
Vertrouwenspersonen binnen school: Voor leerlingen en ouders met vragen, waarvoor zij niet bij de eigen leerkracht, IB’er of bouwvoorzitter terecht kunnen of willen. (zie ook hoofdstuk 9.4) Joeska Beemer Coleta Vernooij T: 030-6563030 (school) E:
[email protected]
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 53 van
54
12. Bijlage(n) 12.1. Jaaroverzicht 2014 - 2015 Voor belangrijke data verwijzen we u naar de agenda/kalender van ons ouderportal Digiduif. Deze wordt actueel gehouden. In het Vergeet-mij-nietje, onze nieuwsbrief die tweewekelijks verschijnt, worden evt. wijzigingen gepubliceerd.
Schoolgids 2014 - 2015
St. Nicolaasschool - Odijk
Pagina 54 van
54