Welkom in groep 4!
schooljaar 20152016
De volgende juffen werken in de groepen 4: Groep 4a: juf Annemarie (madi) en juf Esther (wodovrij). Groep 4b: juf Linda (madiwo) en juf Sandra (dovrij). Zwemtijden: Groep 4a zwemt op woensdag van 11.30 uur tot 12.15 uur. Groep 4b zwemt op maandag van 14.30 uur tot 15.15 uur. Gymtijden: Groep 4a gymt op dinsdag van 14.30 uur tot 15.15 uur. Groep 4b gymt op donderdag van 14.30 uur tot 15.15 uur. Voor beide groepen geldt dat de kinderen bij het zwembad of de gymzaal mogen worden opgehaald of zelf naar huis lopen. Kinderen die naar de BSO moeten, lopen met de juf terug. Denkt u deze dag aan makkelijke kleding voor de kinderen? Let op: Voor de gymles zijn (schone) schoenen noodzakelijk! Belangrijke punten Op maandag kiezen we in de klas twee kinderen die voor de nieuwe week klassendienst zijn. Dat houdt in dat ze tijdens schooltijd de juf helpen met uitdelen, maar ook dat ze na schooltijd even het bord schoonmaken, vegen en soms nog wat klusjes doen. We spreken met de kinderen altijd af dat ze maandag even thuis moeten zeggen dat ze wat later thuis zijn, omdat ze klassendienst zijn. Dus als het goed is, bent u op tijd op de hoogte. Aan het begin van de week zamelen we geld in voor kinderen in ontwikkelingslanden. We doen dat in de vorm van sparen voor de zending en voor ons adoptiekind, die wij als groep hebben geadopteerd. Geeft u daar ook iets voor mee? Dank u wel! Wilt u even controleren of wij alle belangrijke telefoonnummers van u hebben? (mobiel, oppas, werk) Voorin het lokaal vindt u de noodnummerlijst. We willen er met z’n allen een fijn schooljaar van maken voor de kinderen! Dit kunnen we echter niet zonder jullie hulp. Als er iets is, kom dan gewoon even langs… of bel of mail ons. Wij hebben al een gezellige start gemaakt en hebben er veel zin in! Met vriendelijke groet, Sandra Boekee, Linda Velgersdijk, Annemarie Snaayer en Esther Jager.
Uitleg per vak Godsdienst We gebruiken de methode “Kind op Maandag” en daarnaast de Bijbel. Per maand leren we 2 liederen aan (liederen van de maand). Verder hebben we nog een lied van de maand die door de hele school wordt aangeleerd. In samenspraak met de kerken wordt ook een lied aangeleerd. Rekenen We werken elke dag met de vernieuwde versie methode “Pluspunt”. In deze groep komen zowel het optellen en aftrekken als vermenigvuldigen en delen aan de orde. De kinderen maken alle typen optellingen en aftrekkingen tot en met 100 en noteren hun antwoord in pijlentaal of met de getallenlijn. Ze maken op de getallenlijn sprongen van 10 en (grote) huppen van 2 tot en met 9 vanaf een getal op de getallenlijn. We werken met verschillende typen sommen, zoals de verliefde hartsommen, de tweelingsommen (dubbelsom) en de splitsbloemen. Ze leren de betekenis van het keerteken (verkorte notatie van het herhaald optellen) en de tafels van 1 t/m 5 en 10. Ook wordt er een begin gemaakt met het delen. Kinderen leren maten te gebruiken zoals kilogram en gram, meter en centimeter en temperatuur in graden Celcius. Ze oefenen in het aflezen van maatbekers, weegschalen en thermometers. Bij het klokkijken gebruiken ze de hele en de halve uren, het kwartier en tijden als vijf of 10 voor/over. De digitale tijden worden geïntroduceerd. Er wordt met de kalender gewerkt waarin termen als datum, eerder en later aan bod komen. Ze leren geldbedragen vaststellen tot en met € 100, Kinderen oriënteren zich in de ruimte met behulp van plattegronden en kaarten en gebruiken daar ook de windroos. Belangrijk: uit ervaring is gebleken dat als de kinderen thuis de tafels en het klokkijken oefenen, zij het sneller hebben geautomatiseerd. Taal Hebben de kinderen in groep 3 leren lezen en schrijven uit de methode “Veilig leren lezen”, in groep 4 tot en met 8 werken we bij taal uit de methode “Taal actief”. Eind 2014 zijn we gestart met de nieuwste versie van deze methode. Inhoudelijk is deze methode helemaal uptodate. Vanaf de eerste dag dat kinderen met deze methode gaan werken, werken ze op hun eigen niveau. Er wordt namelijk gedifferentieerd op drie niveaus. De methode bestaat uit een leerlijn spelling en een leerlijn taal. Binnen de leerlijn taal worden de volgende vier domeinen in aparte lessen behandeld: woordenschat, taal verkennen, spreken en luisteren en schrijven. “Taal actief” besteedt in het basisprogramma veel aandacht aan woordenschat. Zo komen alle themawoorden meerdere keren aan de orde. Ook is er nog een aanvullend programma: woordenschat extra. Het spellingprogramma is overzichtelijk. Per week wordt er één nieuwe spellingcategorie aangeboden en worden er categorieën herhaald.
Lezen Lezen wordt verdeeld in begrijpend en studerend lezen en voortgezet technisch lezen. Elke week behandelen we met technisch lezen en begrijpend lezen hetzelfde verhaal. Technisch lezen ondersteunt de instructie van de les begrijpend lezen. Technisch lezen is een voorwaarde om te komen tot lezen. We gebruiken de methode “Goed gelezen!”. Deze methode legt steeds het accent op het leren lezen met begrip. Eén keer per week werken we met een leesboek en één keer per week maken we opdrachten in een werkboek. Begrijpend en studerend lezen doen we met behulp van de methode “Goed gelezen!”. Onder begrijpend lezen wordt in “Goed gelezen!” verstaan: het achterhalen van de betekenis of bedoeling van een tekst. Veelal wordt begrijpend lezen lastig gevonden. Dat komt omdat er veel bij komt kijken. Het is namelijk niet alleen kunnen technisch lezen, maar ook onder andere kennis hebben van de wereld, kennis hebben van taal en van soorten teksten. Eigen ervaringen en creatief denken van zowel de kinderen als de leerkracht spelen ook een rol. De bedoeling van studerend lezen is, dat de informatie verwerkt wordt om deze te onthouden en mondeling of schriftelijk te kunnen reproduceren. Twee keer per week werken we uit “Goed gelezen!”. We hebben een boek met leesteksten en vragen. Door middel van pictogrammen en een octopus die aan zijn tentakels allerlei hulpvragen heeft hangen, proberen we na te denken over een tekst. Zo leren we een tekst te begrijpen door het uitvoeren van een vaste strategie. Na een blok te hebben doorgewerkt krijgen de kinderen een toets. Daarna volgt differentiatie. Kinderen werken met bakkaarten. Dit doen ze met hulp van de leerkracht of zelfstandig. Ook hier proberen we elk kind werk te geven op maat. Belangrijk : wilt u thuis ook elke week een aantal keer samen met uw kind lezen? Dit bevordert de leesontwikkeling. Tip: Kinderen kunnen gratis lid worden van de bibliotheek en dan ook zelf leuke boeken kiezen. Schrijven In groep 4 leren we de hoofdletters aan. Verder besteden we aandacht aan het ontwikkelen van het handschrift. Nadat de hoofdletters uit de methode aangeleerd zijn, gaan de kinderen schrijven met vulpen. Tot die tijd wordt er met potlood geschreven. Wereldoriëntatie De methode “Naut” gaat in op veel aspecten, zoals dieren, planten, het eigen lichaam, milieu enz. Af en toe wordt er aan de kinderen gevraagd materiaal mee te nemen. We zullen ook wel eens naar buiten gaan om het een en ander te bekijken. Twee keer per jaar hebben we natuurpad. Dinsdag 8 september 2015 hebben de kinderen genoten van de herfststertocht. Op dinsdag 14 juni 2016 staat de zomerstertocht gepland.
Verkeer We gebruiken voor verkeer “Klaar…Over!.” Hierin komen allerlei situaties voor, die de kinderen ook in het dagelijks leven in het verkeer kunnen meemaken. Zoals bijv. oversteken en verschillende fietssituaties. Sociaal Emotionele Ontwikkeling: Het is voor ons heel belangrijk dat alle kinderen in de klas goed met elkaar omgaan en lekker in hun vel zitten. Dit is namelijk voorwaarde voor het kunnen leren. Daarom besteden we veel aandacht aan de sociaal emotionele ontwikkeling. Vorig jaar zijn we gestart met het invoeren van de regel van de maand. Hierin stellen we één omgangsregel per maand centraal, tegelijk in de hele school. De kinderen helpen de regels te bedenken en vorm te geven op een poster . Ze worden ook actief betrokken bij het naleven van de regels. Ook zijn we vorig schooljaar begonnen met het programma ZIEN. Het programma helpt ons sociaalemotionele problemen vroeg te signaleren en geeft veel hulpsuggesties om de kinderen verder te helpen. U kunt denken aan kinderen die een laag zelfvertrouwen hebben, lage motivatie, kinderen die sociaal niet zo flexibel zijn, geen initiatief durven nemen of juist kinderen die hun impulsen niet goed kunnen beheersen of zich moeilijk kunnen verplaatsen in een ander. Zien helpt ons letterlijk de kinderen te ZIEN en hen hulp te bieden waar ze dat nodig hebben. Komend jaar zullen we ons verder oriënteren op methodes die ook preventief en structureel hiermee aan de slag gaan. Muziek We gebruiken voor muziek de methodes “Muziek moet je doen” en “Vier muziek met” We zingen ook regelmatig liedjes uit eigen archief. Ook maken we gebruik van 123zing op de computer. Handvaardigheid en tekenen Van beide vakken hebben de kinderen 1 les in de week. De ideeën voor deze lessen komen uit de methode “Tekenen moet je doen” en “Handvaardigheid moet je doen”. Daarnaast zullen ook andere boeken en eigen archief gebruikt worden. Gymnastiek en zwemmen De gymlessen worden gegeven uit de methode’”Basislessen bewegingsonderwijs”. Hierbij hebben we steeds 1 toestelles, 1 spelles en 1 vrije les. Zelfstandig werken In groep 4 wordt na de herfstvakantie gestart met het werken met weektaken en blokuren zelfstandig werken. In deze blokuren krijgen de kinderen de gewone verwerkingsopdrachten van taal, rekenen en spelling tegelijk aangeboden. De kinderen krijgen een deel van de ochtend/middag om aan deze opdrachten te werken. Ze mogen zelf kiezen in welke volgorde ze de opdrachten maken, zo leren ze te plannen. Vervolgens zijn er verschillende klaaropdrachten waar de kinderen aan kunnen werken. Door deze manier van werken kan de leerkracht meer aandacht besteden aan de kinderen die extra hulp nodig hebben.
Iedere week krijgen de kinderen vanaf groep 4 per week een aantal moetopdrachten en een aantal magopdrachten, genaamd weektaak. De opdrachten worden op het bord geschreven. De opdrachten bestaan uit extra bladen rekenen, spelling en taal. Ook biologie, verkeer en schrijven komen aan bod. De kinderen kijken de opdrachten zelf na en registreren hun gemaakte werk. Op deze manier leren ze plannen en wordt de eigen verantwoordelijkheid en zelfstandigheid bevorderd. Zelfstandig nakijken Zelfstandig werken neemt een eigen plaats in binnen onze gekozen visie en missie en is geïntegreerd in de dag en weektaken. Naast zelfstandig werken en omgaan met uitgestelde aandacht vinden we het belangrijk dat kinderen zelf hun werk kunnen nakijken. “Corrigeren moet je leren”: zelf nakijken vraagt een bepaalde houding van kinderen. De kinderen moeten zich realiseren dat je je werk nakijkt om er iets van te leren en niet om zoveel mogelijk “krulletjes” in je schrift te hebben. De leerkrachten begeleiden dit. De leerkracht schat in welk werk in haar groep geschikt is om zelf na te kijken. De leerkracht controleert het nagekeken werk steeds steekproefsgewijs om te kijken of het nakijken goed gebeurt. Het kan dus voorkomen dat er in het gecorrigeerde werk van de kinderen af en toe nog fouten voorkomen. Bij bepaalde vakken, zoals spelling, is het nodig dat de leerkracht het door de kinderen gecorrigeerde werk zelf ook nakijkt. Er wordt “op maat “ gewerkt; het ene kind heeft zelf meer moeite met zelfcorrectie dan de andere en zal hierbij meer begeleiding of controle nodig hebben. Ook andere correctievormen kunnen voorkomen zoals het nakijken in tweetallen, het corrigeren van elkaars werk en klassikale correctie.