Waterstaat
Adviesdienst
Verkeer en Vervoer
sw;rtet staat
Fisc ale maatregelen in het personenvervoer: een Europese vergelijki Eindrapportage
T4867 SRfCB 24-12-1998
EUROFISC Vergelijking fiscale maatregelen personenvervoer
in het
Eindrapport
In opdracht van de Adviesdienst Verkeer en Vervoer van het Ministerie en Waterstaat Contactpersonen: mw. L. Hemmen en mw. R. Powell, tel. 010-2825705
van Verkeer
NE1 Transport Drs. E.H. Bückmann Dr. S.A. Rienstra Rotterdam,
december 1998
Postbus 4175 3006 AD Rotterdam K P van der Mandelelaan 3062 MB Rotterdam
Telefoon Telefax 11
010 - 453 88 00 010-2420120
Het NEI neemt deel in ERECO European Economlc Research and Adwsory Consortium (EESV)
Stlchtlng Het Nederlands Economisch Instituut IS Ingeschreven in het HandelsregIster Rotterdam onder nr 24064313
Inhoudsopgave Blz. 1
Inleiding 1.l Achtergrond 1.2 Doel 1.3 Opzet en rapportage
2
Vergelijking van de maatregelen 2.1 Aanschaf van auto’s 2.2 Gebruik van wegen & autoverzekeringen 2.3 Auto’s van de zaak, zakelijke kilometers 2.4 Fiscale behandeling reiskosten woon-werk en zakelijk 2.5 Accijnzen en heffingen op motorbrandstoffen 2.6 Effecten 2.7 Conclusies
4 4 6 7 8 10 14 16
3
België 3.1 Maatregelen 3.2 Effecten en vooruitzichten
19 19 23
4
Denemarken 4.1 Maatregelen 4.2 Effecten
24 24 25
5
Duitsland 5.1 Maatregelen 5.2 Effecten
27 27 28
6
Frankrijk 6.1 Maatregelen 6.2 Effecten
30 30 32
7
Groot-Brittannië 7.1 Maatregelen 7.2 Effecten
33 33 34
8
Italië
35 35 36
8.2 8.1
Effecten Maat*, ;:en -
Luxemburg 9.1 Maatregelen
37 37
10 Noorwegen 10.1 Maatregelen 10.2 Effecten
39 39 40
11 Oostenrijk 11 .l Maatregelen
41 41
12
43 43 45
9
Zweden 12.1 Maatregelen 12.2 Effecten
CB/T4867rQ5
13 Zwitserland 13.1 Maatregelen 13.2 Effecten Bijlage 1 Gehanteerde wisselkoersen Bijlage 2 E-mail vragenlijst Bijlage 3 Geraadpleegde literatuur
CB/T4867rO5
47 47 48
1
Inleiding
1.1
Achtergrond
De fiscale wetgeving wordt in toenemende mate be’ïnvloed door de Europese Unie, mede om fiscale concurrentie te voorkomen. Naar verwachting zal dit de komende jaren - mede door invoering van de Euro - nog sterker worden. Nederland zal daarom zijn beleid steeds beter dienen af te stemmen op Europese wetgeving, die op zijn beurt weer gebaseerd wordt op maatregelen die in de lidstaten genomen worden. De aandacht voor het prijsbeleid blijkt ook uit het recente White Paper Fair Puymentfor Use dat door de EU gepresenteerd is. Daarnaast is fiscaal beleid een interessante optie om het verkeers- en vervoerssysteem te beïnvloeden. Bekende voorbeelden zijn de lagere accijnzen op ongelode benzine en de lagere belastingen op auto’s met een katalysator. Een derde mogelijke reden om fiscaal beleid te voeren is om inkomsten voor de financiering van infrastructuur.
te genereren
Dit alles maakt het belangrijk goed inzicht te hebben in de fiscale maatregelen die in verschillende Europese landen zijn ingevoerd, alsmede de effecten hiervan. De Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AW) heeft NE1 Transport gevraagd een dergelijk overzicht te maken.
1.2
Doel
I
Doel van EUROFISC Een inventarisatie van de fiscale maatregelen en haar gevolgen op het gebied van het personenverkeer in België, Duitsland, Groot-Brittannië, Frankrijk, Italië, Zwitserland, Oostenrijk,
Denemarken,
Zweden, Noorwegen
en Luxemburg.
De fiscale maatregelen voor het personenverkeer zijn in drie hoofdgroepen en typen onder te verdelen: 1 Eenmalige uunschu~eZustingen, vaste belastingen die eenmalig betaald worden bij de aanschaf en/of registratie van de auto; in Nederland betreft dit de BPM; 2 Jaarlijkse vaste belastingen; dit zijn periodieke belastingen die onafhankelijk zijn van het aantal gereden kilometers. Hieronder vallen onder andere de motorrijtuigenbelasting en assurantiebelasting. 3 Variabele belastingen, dit zijn belastingen die afhankelijk zijn van het aantal gereden kilometers. Hieronder vallen heffingen op motorbrandstoffen. De eerste twee belastingen zijn beide vaste belastingen, maar omdat de aanschafbelasting eenmalig is en de motorrijtuigenbelasting periodiek, hebben we dit onderscheid gemaakt. Verder bestaan er diverse fiscale regimes met betrekking tot reiskosten, auto’s van de zaak, et cetera. CB/T4867r05
2
In dit onderzoek worden systemen van Rekening Rijden of tolheffing maatregelen gerekend; vignetten vallen hier wel onder.
1.3
niet tot de fiscale
Opzet en rapportage
De 1. 2. 3.
fiscale maatregelen zijn als volgt in kaart gebracht: Er is een literatuurstudie verricht. Er zijn diverse telefonische interviews gehouden. Er is een e-mail enquête uitgezet bij NE1 contacten bij twee experts in drie onderzochte landen - Denemarken, Noorwegen en Zweden. De overige landen waarin al in een ander onderzoek geënquêteerd’, behalve Luxemburg waar geen relevante bureaus gevonden zijn. 4. Voor elk van de landen is een (betaald) essay geschreven door een bureau uit dit land. Het Luxemburgse essay is geschreven door een Belgisch bureau. Van de e-mail enquête zijn er 4 terug ontvangen. Deze enquête heeft zinvolle extra informatie opgeleverd over het fiscale regime in de drie landen. De informatie is verwerkt in zowel de landenstudies als het vergelijkend overzicht. Dit rapport is de eindrapportage van het project. De essays zijn gepresenteerd in een apart bijlagenrapport EUROFISC - Compurison of Fiscd Meusures in Pussenger Transport - Country Essays. De rapportage is opgesplitst in twee delen. Deel 1 geeft een vergelijkend overzicht van het fiscale regime ten aanzien van het personenvervoer in de elf landen. Deel 2 bevat de specifieke landenstudies; elk land is in een apart hoofdstuk besproken. De bijlagen presenteren vervolgens de gebruikte wisselkoersen, de gebruikte literatuur en de email enquête.
’ NEI, 1998, Auto’s en Prijsbeleid; Een EuropeseVergelijkrng, i.o.v. AVV, Rotterdam. CB/T4%7r05
3
Deel 1
CB/T4867105
Vergelijking
fiscale regimes personenvervoer
4
Vergelijking
2 In A A A A A
van de maatregelen
het onderzoek is een onderscheid gemaakt naar belastingen op: aanschaf van auto’s; gebruik van wegen & belastingen op verzekeringen; auto’s van de zaak; reiskosten woon-werk en zakelijk; accijnzen en heffingen op motorbrandstoffen (accijnzen, milieuheffingen
en BTW).
Deze belastingen worden nu in afzonderlijke paragrafen besproken, gevolgd door een overzicht van de gevonden effecten en enkele conclusies. De hier gepresenteerde informatie is zo volledig mogelijk, het kan echter zijn dat niet alle fiscale maatregelen geïdentificeerd zijn (met name uitzonderingsregels).
2.1
Aanschaf van auto’s
De meeste landen kennen een belasting op de aanschaf van auto’s, de hoogte hiervan verschilt echter sterk, zoals blijkt uit de onderstaande tabel*.
Tabel 2.1 Elelashngen op de aanschaf van auto’s
motonnhoud.
l
Luxemburg
l
Noorwegen
l
0osterui)k
l
Muumum
flO,30 per PK
Registratre tweede hands-auto’s: fl468,- - f13 472,- afh van motonnhoud F127,- ref+ratiebelasting Genuddeld 50% van verkooppri)s (mcl BTW), afhankelqk van gewicht, rnhoud en vermogen van de motor Max. 16% pqs auto, afhankehjk van benzmegebnuk en pqs van de auto.
2 Voor meer speafieke
mformahe
. 15% . 23% . 20%
wordt verwezen naar de landenshrdles in Deel 2 en de essays in het van wisselkoersen1s gebruik gemaakt van de koers op 2 december 1998, deze zijn gegeven m bijlage 1; de genoemde bedragen zijn afgerond. De bedragen hebben bebekkmg op 1998, tenzij anders vermeld.
brjlagerapport. Voor de omrekening
CB/T4867r05
NE/ A sar c
5
l RegEtraheheffmg fl154 (auto) + f127 (kenteken) . Schone of lage enusslevoerhugen vrilgesteld
Zweden
l Geen aanschafbelashng . Sloopstahegeld. fl300,-
Zwitserland
. Importheffing
4% verkoopprijs
l
Leges kenteken: fl llO,-
l
Sloopgeld
. 25% voor auto’s buiten EU
l
65%
fl82,-
Uit de tabel blijkt dat er grote verschillen zijn in de belastingen bij de aanschaf van auto’s. Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Luxemburg en Zweden kennen geen hoge aanschafbelastingen. In de meeste landen is er wel een kleine registratieheffing, bijvoorbeeld bij de aanvraag van het kenteken. Van de landen die wel een aanschafbelasting kennen heeft Denemarken verreweg de hoogste heffing (105-X30% van de verkoopprijs). Ook Noorwegen (gemiddeld 50%) en die afhankelijk is van de Oostenrijk (max. 16%) kennen een aanschafbelasting verkoopprijs. België en Frankrijk hebben een heffing die afhankelijk is van het vermogen van de gekochte auto. Zweden en Zwitserland heffen verder een soort statiegeld voor de sloop van een auto. Er worden in sommige landen kortingen gegeven op de aanschafbelasting: A In België geldt voor auto’s van 10 jaar of ouder een registratiebelasting tegen het laagste tarief. Sommige gehandicapten zijn in hun geheel vrijgesteld van deze belasting. A In Denemarken geldt voor auto’s met een airbag een korting. A In Frankrijk is er een verkorte afschrijving toegestaan op auto’s op niet-benzine auto’s om zo de aanschaf hiervan te stimuleren. Bovendien is er enige tijd een subsidie geweest op de aanschaf van nieuwe auto’s als daarbij een auto ouder dan 10 jaar werd ingeleverd, deze subsidie is weer afgeschaft. A In Oostenrijk is het belastingpercentage afhankelijk van het benzineverbruik en de prijs van de auto (maximum heffing is 16%). ‘Schone’ of lage-emissievoertuigen zijn vrijgesteld. Daarnaast wordt in elk land BTW geheven op de aanschaf van de auto. In alle landen geldt het BTW percentage dat ook voor andere goederen geldt. Van de onderzochte landen heeft Zwitserland verreweg de laagste BTW (6,5%). Bij de andere landen varieert de BTW tussen de 15 en 25%, waarbij met name de Scandinavische landen een hoog tarief hebben. Italië geeft een korting op de BTW bij verkoop aan een invalide (BTW: 4%). Op 2e hands auto’s alleen in België, Denemarken, Frankrijk en Italië registratiebelasting geheven; in de andere landen gebeurt dit niet. Hierbij is het opvallend dat in Italië deze belastingen hoger zijn dan die op een nieuwe auto.
CB/T4867r05
6
2.2
Gebruik
Een overzicht gegeven.
van wegen & autoverzekeringen
van de belastingen
Tabel 2 2 Belastingen
voor het gebruik van wegen is in de volgende
tabel
op het gebnuk van wegen
. Fll24 - f13 247 afhankehlk
van vermogen
l
LPG en diesel addlhonele
belastmg
l
Auto’s > 25 laar kortmg
l
Vrqstellmg
l
Rilbewi@elashng
l
Auto’s van bedrijven
l
Hoe ouder hoe lager belastmg (> 20 laar vnjstelling)
l
Korting voor invahden
l
beselauto’s
l
Dunbevolkte
l
Auto’s > 30 laar vnjstehng
. All risk. 26,75%
gehandlcapten
hogere heffing
en klassieke voerhugen
van voor 1994 korhng gebleden korting.
In elk land wordt een soort motorrijtuigenbelasting geheven. Ln vrijwel alle landen is deze afhankelijk van het vermogen en/of het gewicht van de auto, in Denemarken is deze afhankelijk van de brandstofconsumptie. De belangrijkste uitzonderingen zijn Groot-Brittannië en Noorwegen, waar een vast bedrag per auto geheven wordt.
CB/T4867r05
NE/ A wt
7
In Frankrijk, Zwitserland en deels Italië wordt het tarief door regionale en lokale overheden vastgesteld. In deze landen is hierdoor een fiscale concurrentie ontstaan is recent regelgeving ge’ïntroduceerd om deze tussen de regio’s; in Frankrijk concurrentie te verminderen. In Italië geldt een landelijk en een regionaal tarief, dit laatste verschilt per regio Verschillende landen geven kortingen of kennen uitzonderingen: A In België betalen auto’s ouder dan 25 jaar een gereduceerd tarief en zijn auto’s van sommige gehandicapten vrijgesteld. LPG en dieselauto’s betalen een opslag. Tevens is er een belasting op autoradio’s. A In Duitsland gelden voor auto’s die niet aan bepaalde emissiecriteria voldoen extra toeslagen, auto’s met zeer lage emissies krijgen vrijstelling. A In Frankrijk neemt het tarief af, naarmate de auto ouder is. A In Groot-Brittannië geldt een korting voor voertuigen van invaliden en klassieke voertuigen. A In Italië geldt een toeslag voor auto’s met een autoradio, tevens is er een jaarlijkse belasting op rijbewijsbezit. A In Oostenrijk hebben invaliden vrijstelling. A In Zweden geldt een korting voor diegenen die wonen in dunbevolkte gebieden met slechte of geen OV-voorzieningen. Auto’s ouder dan 30 jaar zijn vrijgesteld van belastingen, hetzelfde geldt de eerste vijf jaar voor auto’s in de meest milieuvriendelijke klasse. In vrijwel alle landen bestaat er een assurantiebelasting, die geldt voor autoverzekeringen. In Noorwegen en Zweden wordt een dergelijke belasting niet geheven. De percentages hiervan verschillen sterk en variëren tussen de 4 en 50%. In België komen de opbrengsten van deze belasting deels ten goede aan het Rode Kruis en fondsen voor gehandicapten, in Denemarken aan de gezondheidszorg en in Frankrijk aan de sociale zekerheid en de kosten van niet door de verzekering gedekte ongevallen. In Groot-Brittannië worden verzekeringen die door autodealers aangeboden worden extra belast. In Zwitserland bestaat de premie uit een vast percentage van 5,75% en een variabel bedrag afhankelijk van het type auto; 0,75% is geoormerkt voor verkeersveiligheidsmaatregelen.
2.3
Auto’s van de zaak, zakelijke
kilometers
Het gebruik van lease-auto’s, auto’s en de vergoeding van zakelijke kilometers is in de meeste landen - net als in Nederland - vrij complex. De volgende tabel bevat de informatie die achterhaald is.
CB/T48671U5
NE/ A wr
8
Tabel 2.3 Belashngregune
bg auto’s van de zaak
privé-gebruik (incl woon-werk), eventuele Lease auto mrrum. 5000 km bijtelbng voor verdere kilometers ziJn ook belast, kosten per kilometer zqn afhankelijk van het vermogen (fl
Be1g1e
l
Denemarken
. De aanschafbetastmgen
031l
flO,86).
De gezondheidszorg,
voor bedriJven zqn hetzelfde als bq pnve-auto’s de culturele
en de staatssector
zijn vqgesteld
van aanschafbelastrng,
taxi’s krijgen hoge korting l
Brjtelhng prive-gebnuk
23% van de waarde van de auto (max waarde Bl16 280)
Duitsland
l
Brjtellmg daadwerkelyk
privé-gebnuk
Frankri)k
l
Jaarhjkse belasbng. Bl.975 < 7 PK, f14.333 > 7 PK
l
BTW niet aftrekbaar
l
Bqtellmg 35% cataloguspnjs
l
Brjtelhng benzmevoordeel
Itahë
l
Geen specifieke maatregelen
Luxemburg
l
Groot-Bnttanrue
of 1% van de rueuwwaarde
per maand
minus factor o b.v. leeftyd en gereden kilometers pnve-gebnuk
Fiscale bqtelbng pnve-kilometers
(hoogte afhankelqk
van autotype)
of 1,5% meuwwaarde
per
maand Noorwegen
l
Bqtelling mmuna al 10.000 km privé-kilometers,
l
Gebruik voor woon-werkverkeer.
Oostennjk
l
BTW voor bednjf met aftrekbaar
Zweden
l
Frscale bqtelling,
l
In sommige gevallen beperkmg BTW aftrek
l
Versclult
Zwrtserland
afh. van pqs auto. flO,64 - BI,45 per km
> 4.000 km wordt belast met flO,49 per km.
deels vast, deels afhankehjk
van de prqs en deels van pnv&krlometers
sterk per kanton (Bern. vaste bqtelhng fJ 5.492)
In verschillende landen vindt een fiscale bijtelling plaats bij het inkomen, meestal op basis van de nieuwwaarde of het vermogen van de auto. Ook dient in de meeste landen een bepaald bedrag voor privé-kilometers bij het inkomen opgeteld te worden; in België en Noorwegen is er een minimum hoeveelheid kilometers vastgesteld, in andere landen dienen de kilometers opgegeven te worden. In Duitsland en Luxemburg kan men ook kiezen voor een bijtelling op basis van de nieuwwaarde van de auto in plaats van op de gereden privé-kilometers. Uitzonderingen zijn: A In Denemarken zijn de belastingen voor bedrijven gelijk aan die voor privé-auto’s; enkele sectoren zijn vrijgesteld van belastingen. voor auto’s van de zaak, bovendien A In Frankrijk gelden aparte belastingtarieven mogen bedrijven de BTW niet aftrekken; dit laatste geldt ook voor Oostenrijk en in sommige gevallen voor Zweden. zijn de vaciJ,
2.4
Fiscale behandeling
De vergoedingen voor reiskosten staan in de volgende tabel.
CB/T4867105
reiskosten
woon-werk
en zakelijk
met de eigen auto (zowel zakelijk als woon-werk)
Tabel 2.4 Belashngmaatregelen
bij reEkosten
Belglè l l
Werknemers
m
aftrekbaar
verwervingskosten,
kosten
75% aftrekbaar
voor
loondlenst
vast (max
Reiskostenvergoedmg
wordt beschouwd
als
bedrag 24 000
Denemarken Dutsland Frankqk
Groot-Brittanme Italie Luxemburg
Vast bedrag per kdometer
Fl 213,- per afstandseenheld
(max. Fl 6.388,-)
Noorwegen Oostennjk Zweden
ZwItserland
Voor gereden zakelijke kilometers bestaat in Noorwegen en Oostenrijk een vergoeding per kilometer die belastingvrij gegeven mag worden door de werkgever. In België en Zweden mag een bepaald percentage van de daadwerkelijke kosten afgetrokken worden van de belasting, in België mag dit pas nadat de ‘drempel’ van de vaste aftrekpost voor verwervingskosten is overschreden. De behandeling van de woon-werk vergoedingen verschilt zeer sterk per land: A In België, Denemarken en Duitsland zijn de reiskosten aftrekbaar tegen een vast tarief per kilometer; in Luxemburg zijn er afstandsklassen gedefinieerd, in Denemarken, Noorwegen en Zweden is er een drempelafstand vastgesteld waarna de reiskosten afgetrokken mogen worden. A In Groot-Brittannië, Italië en Oostenrijk zijn de kosten niet aftrekbaar. A In Frankrijk vallen de reiskosten onder verwervingskosten: pas als de vaste aftrekpost is overschreden zijn de extra kosten aftrekbaar. A In Zwitserland worden alleen OV kosten vergoed (ook bij het gebruik van de auto), tenzij er geen goede OV verbindingen aanwezig zijn.
CB/T4867rO5
10
2.5
Accijnzen
en heffingen
op motorbrandstoffen
De hoogte van de benzine- en dieselprijzen gepresenteerd in de volgende figuur.
CB/T4867105
in
de onderzochte
landen
zijn
Rguur 2.1 Benzme- en &eselprijzen
(le kwartaal
1998/Hfl)
UI de onderzochte
Prijs van diesel
landen
in guldens
_- ---
- .Jzfzzr I
0 Duitsland q Frankrijk l Groot-Britannie
-
Land
Prijs van gelode 3,000 ,
. . ---
benzine -.-.-~
in guldens -
r
0 Belgie n Denemarken q Duitsland
2,000
j-
0 Frankrijk l Groot-Britannie
1,500 +
q Italie n Luxemburg
1,000 + 0,500 L 0,000
L Land
ilr
0 Noorwegen n Oostenrijk 8 Zweden
q Zwitserland l
CB/T4867rOS
12
Prijs van ongelood 3,000
-
-
-
-
(98 RON) in guldens _
-
-
-.
-1 0 Belgie . Denemarken
2,500
q Duitsland 2,000
0 Frankrijk t
.Groot-Britannie
1,500
q Italie n Luxemburg
1,000
1
0,500
0 Noorwegen
1
w Oostenrijk . Zweden
0,000 -
OZwitserland
Land
I
Prijs van ongelood 3,000
-
I
2,500 2,000
(95 RON)
.
in guldens
--
-1 q
Belgie
n Denemarken 0 Duitsland -
0 Frankrijk
ï-
1,500
-
1,000
-
. Groot-Britannie m Italie n Luxemburg 0 Noorwegen
-
0,500
w Oostenrijk -
0,000 Land
n Zweden 0 Zwitserland I
Bron:
NE1 berekemngen
Noot.
in Denemarken. wordt
met verkocht
weergegeven Zweden
(1998).
en Oostennjk
in Duitsland,
wordt geen gelode benzine verkocht,
Itahe, Luxemburg
m plaats van de 98 RON pnjs
is de prijs afhankelijk
tieuvnendelqke
CB/T4867rO5
o.b.v. IFA/OECD Duitsland
In Denemarken
van de milieuklasse
klasse weergegeven.
en Oostennjk;
ongelode benzme van 98 RON van Groot-Brittannie IS de 97 RON pnjs
wordt
geen 95 RON benzine verkocht.
van de brandstof.
hier IS de prqs voor
In
de meest
NE/ 1 -
13
De prijs van diesel is met een prijs boven de f2,-- het hoogste in Noorwegen en GrootBrittannië, dat samen met Zwitserland het enige land is waar de dieselaccijns even hoog is als die van ongelode benzine3. Enkele landen hebben een specifieke CO2 heffing op benzine; in praktijk werkt deze hetzelfde als een normale accijns. De prijs is het laagst in Luxemburg (f 1,17), in de overige landen liggen de dieselprijzen rond de fl,SO. De pompprijzen van benzine liggen meestal dichter bij elkaar, in de meeste landen ligt dit rond de f2,--; ongelode benzine is in alle landen iets goedkoper dan gelode benzine (met uitzondering van 98 RON benzine in Groot-Brittannië). De benzine is het duurst in Groot-Brittannië en Noorwegen, en het goedkoopst in Luxemburg en Zwitserland. Ln de volgende tabellen is de absolute hoogte belastingen en heffingen in de pompprijs gegeven.
Tabel 2 6 Belastutgen, heffutgen
en het percentage
en accynzen als percentage van de verkooppnls
(le kwartaal
1998)
3 Zie ook: NEI, 1998, Auto’s en Prijsbeleid; Een Europese Vergeli)king, i.o.v. AVV, Rotterdam. CB/T4867rQ5
van
diverse
14
Tabel 2 6 Belashngen, heffingen
Bron.
NE1 berekenmgen
Noot:
In Zweden
en accqnzen als percentage van de verkoopprqs
o.b.v. IEA/OECD
1s de energlebelastmg
de meest nuheuvnendelqke
(le kwartaal
1998)
(1998) afhankelijk
van de nuheuklasse
van de brandstof.
Hier zqn de percentages
klasse weergegeven
Het is opvallend dat over het algemeen de percentages vrij dicht tegen elkaar aanliggen, al zijn er verschillende uitzonderingen. Er lijkt weinig relatie te zijn tussen de pompprijs en het aandeel van de belastingen hierin: zo heeft Frankrijk hogere belastingpercentages, maar een gemiddelde pompprijs; Noorwegen heeft gemiddelde belastingpercentages, maar een hoge pompprijs. Bij de heffingen op de benzine en diesel zijn de volgende opvallende regelingen: A Duitsland kent ook een (lage) voorraadheffing (fO,Ol per liter). Een deel van de inkomsten is geoormerkt voor infrastructuurinvesteringen. Dit laatste geldt ook voor Zwitserland. A In Luxemburg geldt voor ongelode benzine een BTW tarief van 12% in plaats van de normale 15%. A Zweden heft zowel een energie- als CO2 belasting op benzine en diesel, Noorwegen alleen een CO2 belasting. Deze is proportioneel aan de hoeveelheid koolstof die de brandstof bevat. In Zweden wordt een sterk onderscheid gemaakt naar diverse typen brandstoffen, hierdoor zijn er verschillende klassen voor zowel diesel als benzine. De hoogte van de accijnzen verschilt hierdoor sterker dan in de andere landen.
2.6
Effecten
Het is niet eenvoudig algemene maatregelen. Dergelijke effecten maatregelen veelal samenvallen effecten in te schatten daar overige rol spelen. Het is hierdoor moeilijk
uitspraken te doen over de effecten van fiscale worden nauwelijks onderzocht, terwijl specifieke met andere maatregelen. Verder is het moeilijk factoren zoals de economische groei een belangrijke een specifiek effect van een maatregel te isoleren.
In theorie hebben vaste heffingen op de aanschaf of het bezit van een auto minder effect op bijvoorbeeld het aantal te rijden kilometers dan variabele heffingen die CB/T4867105
15
afhangen van het aantal gereden kilometers. Wel be’ïnvloeden dergelijke vaste heffingen bijvoorbeeld de aanschaf van de auto - dit betreft het al dan niet aanschaffen, dan wel het type auto dat aangeschaft wordt4. Berekeningen met het CARTAX model van NE1 Transport geven aan dat een afschaffing van de BPM en een compensatie via de accijnzen of MRB in Nederland leidt tot5: A een lichte stijging van de verkopen van nieuwe auto’s doordat de prijzen dalen; A een daling van de omzet van autodealers, maar een stijging van de marges; A een lichte prijsdaling voor gebruikte auto’s, waardoor ook de export licht toeneemt; A per saldo een geringe toename van de milieubelasting. Het effect van veranderingen van variabele heffingen wordt in de economie uitgedrukt in zogeheten elasticiteiten: deze geven bijvoorbeeld aan met hoeveel procent het aantal gereden kilometers daalt als de prijs met 1% stijgt. Het maakt hierbij niet uit of het een belastingverhoging of bijvoorbeeld een stijging van de olieprijs betreft. Dergelijke elasticiteiten zijn anders bij verschillen in inkomen, per tijdstip, per reisdoel Er kunnen elasticiteiten berekend worden voor bijvoorbeeld de enzovoorts. brandstofconsumptie, het aantal gereden kilometers, het effect op het OV-gebruik. TRACE (1998) beschrijft een serie studies en modellen die het autogebruik schatten in vijf Europese landen. De gemiddelde elasticiteiten voor brandstofprijzen - die zowel door belastingen als door de algemene prijsontwikkeling bepaald worden - staan gepresenteerd in de volgende tabel.
Tabel 2.6 Genuddelde
eiashclteiten
brandstofpnjzen,
lange termijn, alle motieven,
alle dagdelen
Effect op:
Nederland
Rest Europa
AIIe studies
Autoverplaatsingen
-0,3
-02
42
Autolulometers OV-verplaatsmgen
-0,3
-0,3
-0,3
OJ
OJ
OJ
OV-kilometers
02
OJ
02
Bron
De Jong (1998)
Noot
De cijfers m de tabel dienen als volgt geinterpreteerd stijgt, daalt het aantal autoverplaatsmgen m Nederland
te worden met 0,3%
(voorbeeld)
als de brandstofpri]s
met 1%
Voor het woon-werk- en zakelijk verkeer zijn de elasticiteiten lager dan gemiddeld, voor het overige verkeer is de prijsgevoeligheid hoger. Verder is de prijsgevoeligheid op korte termijn lager dan op de lange termijn6. In de essays worden soms hogere elasticiteiten genoemd: in Zweden is deze -0,71, in Zwitserland tussen de -0,5 en 4,77. Fiscale maatregelen die in alle landen effectief zijn geweest, zijn het fiscaal bevoordelen van ongelode benzine en het fiscaal stimuleren van katalysatoren. Doordat beide 4 SEO, 1991. 5 Bron: NEI, 1995, Effecten van BPM ~lternatmen,
i.o.v. BOVAG/RAl;
ToepassingVI.VIhet modelCARTAX, i.o.v. BOVAG/RAI. 6 Bron: De Jong (1998) en TRACE (1998). ’ Bron: de essays uit het bijlage-rapport. CB/T4867105
en: NEI, 1996, Afichfing
BPM; Een
16
goedkoper werden ‘standaard’.
dan gelode benzine
of auto’s zonder
katalysator,
zijn deze nu
Voor sommige landen zijn verder specifieke effecten gevonden: De aanschafbelastingen in Denemarken zijn zeer hoog, mede hierdoor is het de gemiddelde leeftijd van de auto’s hoog en worden er relatief autobezit laag, veel kilometers per auto gereden. De fiscale bevoordeling van airbags heeft geleid tot een duidelijke stijging in de verkoop hiervan, hetzelfde geldt voor het fiscaal bevoordelen van taxi’s en het doorverkopen hiervan. Anderzijds heeft de fiscale stimulering van elektrische auto’s geen effect gehad. In Duitsland werden dieselauto’s tijdelijk fiscaal bevoordeeld waardoor hun aantal relatief snel toenam. Verder worden milieuvriendelijke auto’s gestimuleerd, waardoor de verkoop hiervan stijgt’. Er zijn relatief weinig lease- en bedrijfsauto’s in Frankrijk: dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door het fiscale regime met verschillende extra belastingen voor deze auto’s. In Groot-Brittannië is het opvallend dat gereden privé kilometers bij zakenauto’s vaak dichtbij de ‘drempels’ liggen voor hogere tarieven. Dit is een aanwijzing dat het gedrag be’ïnvloed wordt door de drempels. In Italië werd de aanschaf van nieuwe auto’s gestimuleerd met sloopsubsidies, waardoor de verkopen stegen. In juli 1998 is deze regeling afgeschaft, waarna de autoverkopen instortten. De hoge aanschafbelasting in Noorwegen lijkt ook hier de oorzaak te zijn van een relatief oud voertuigpark. In Zweden is het fiscaal voordelig om in een oudere dieselauto te rijden, dit leidt ertoe dat de import van deze auto’s vrij hoog is. In Zwitserland heeft de invoering van parkeerheffingen geleid tot eens sterke afname van het verkeer in steden.
Conclusies
2.7
Uit het bovenstaande verschilt.
Alle
overzicht
belastingtypen
blijkt dat het fiscale regime in de diverse landen sterk
hebben
per land
vaak
een geheel
andere
grondslag
(zoals
vermogen, milieubelasting of een vast tarief) en tarieven. Ook zijn er in de meeste landen specifieke uitzonderingen gemaakt. De fiscale benanaeling van reiskostenvergoedingen en auto’s van de zaak verschilt eveneens sterk in de onderzochte landen. In de Scandinavische landen en in mindere mate in Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland wordt nadrukkelijk geprobeerd het autopark milieuvriendelijker te maken met behulp van fiscale voordelen of het zwaarder belasten van auto’s met hoge emissies. Met name Zweden valt hierbij op: hier is een onderscheid naar milieuklasses van diverse typen brandstoffen gemaakt, de tarieven verschillen hierbij sterk. In de meeste andere landen wordt hier veel minder aandacht aan geschonken, al bestaan er soms kortingen voor invaliden of alternatieve brandstoffen.
* DIW
(1997).
CB/T4867105
17
De effecten van dergelijke maatregelen zijn niet altijd eenduidig. In de literatuur zijn diverse elasticiteiten bekend, die aangeven in hoeverre er gereageerd wordt op prijsveranderingen. Daarnaast zijn er diverse indicaties dat er gereageerd wordt op de fiscale maatregelen ten aanzien van het autoverkeer. Het is derhalve belangrijk bij de invoering van fiscale maatregelen hier rekening mee te houden. Specifieke maatregelen kunnen met name een grote invloed hebben op het stimuleren van de invoering van nieuwe technologieën en het type auto (vermogen, milieuvervuiling) dat aangeschaft wordt.
CB/T4867rO5
18
Deel 2:
CB/T4867105
Landenstudies
19
NEI A wt
3 In dit hoofdstuk behandelen we de fiscale maatregelen in België. De volgende paragraaf geeft een overzicht van de maatregelen in België. In de tweede paragraaf worden de effecten van de maatregelen in België weergegeven. Deze opzet geldt voor alle landen in dit rapport.
3.1
Maatregelen
Generiek fiscaal beleid (motorrijtuigenbelasting, accijns, Eurovignet) is een federale De belastingen worden geheven om het aangelegenheid in Vlaanderen en Wallonië’. budget aan te vullen, er wordt bijvoorbeeld niet rechtstreeks infrastructuur mee gefinancierd. Veel belastingen berekend:
zijn afhankelijk
van het belastbaar voertuigvermogen; dit wordt als volgt
TP=C*4+B” Waarbij: TP het belastbaar vermogen is, afgerond op de dichtstbijzijnde eenheid; C is de motorinhoud in dm3 afgerond op één decimaal; B is een additionele eenheid, de waarde hiervan hangt af van de motorinhoud en loopt op van 1,5 tot 5 (inhoud > 6 dm3). Aanschaf van auto’s Bij elke registratie (bij verandering van eigenaar) dient in België een registratiebelasting betaald te worden, ook wel inschrijvingstaks of Taxe de Mise en Circulation (TMC) genoemd. Deze is afhankelijk van de inhoud van de motor en de leeftijd van de auto en ligt tussen de BF 2.500 en BF 200.000. Voor auto’s die tien jaar of meer geregistreerd zijn geldt het laagste tarief. Voertuigen van sommige gehandicapten zijn vrijgesteld van deze belasting. Daarbovenop dient voor het kenteken nog eens BF 2.500 betaald te worden. Het BTW-tarief op de aanschaf van een nieuwe auto is het normale percentage van 21% van de verkoopprijs, exclusief registratiebelasting (er wordt geen BTW op de registratiebelasting geheven). Bij de aankoop van een tweedehands auto van een particulier wordt geen BTW afgedragen.
9Ministerie van Verkeeren Waterstaat(1998a). ” Voorbeeld: bij een voertuig afgerond tot 10 CV CB/T4867rO5
met een motormhoud
van 1.830 cm3, TP = 1,8 dm3 x 4 + 25 = 9,70; dit wordt
20
Gebruik wegen De jaarlijkse motorrijtuigenbelasting voor personenauto’s is afhankelijk van het motorvermogen (uitgedrukt in continentale paardenkracht: CV). Voor meer dan 25 jaar oude auto’s geldt een vast gereduceerd tarief, auto’s van sommige gehandicapten zijn vrijgesteld. De tarieven worden jaarlijks op 1 juli aangepast aan de hand van de index van consumentenprijzen. De huidige tarieven variëren van BF 2.270 bij minder dan 4 CV, via BF 9.148 bij 10 CV tot meer dan BF 60.000 bij meer dan 20 CV”. Bezitters van auto’s met LPG motoren hebben te maken met een additionele als substituut voor de afwezigheid van accijns op LPG: A BF 3.600 bij een belastbaar vermogen tot en met 7 CV; A BF 6.000 bij een belastbaar vermogen van 8 tot 13 CV; A BF 3.600 bij een belastbaar vermogen vanaf 14 CV.
belasting
op Deze bedragen zijn niet ge’ïndexeerd. Recent is de motorrijtuigenbelasting dieselpersonenauto’s verhoogd boven het benzineautotarief met: A 50% van de belasting bij voertuigen met belastbaar vermogen tot 14 CV; A 75% van de belasting bij voertuigen met belastbaar vermogen vanaf 14 CV; A 50% van de belasting bij voertuigen met belastbaar vermogen vanaf 14 CV en die langer dan 5 jaar geregistreerd zijn. Het doel is de fiscale bevoordeling beëindigen’*.
(door
een veel lagere accijns op diesel)
België heeft een belasting op autoradio’s
van BEF 1.068 per jaar13.
te
Autoverzekeringen Op premies voor autoverzekeringen wordt 9,25% assurantiebelasting geheven14, daar bovenop komt bij de verplicht WA-verzekering nog 17,75% belasting, de opbrengsten daarvan zijn bestemd voor fondsen voor gehandicapten en het Rode Kruis. Bij een allrisk verzekering wordt 17,5% extra geheven. De totale belastingpercentages komen daarmee op 27% (WA) en 26,75% (all-risk) van de betaalde premies. Auto’s van de zaak Als een bedrijfs-/leaseauto voor privé doeleinden gebruikt wordt, dient minimaal 5.000 kilometer per jaar bij het inkomen worden g&1;1. Indien het privé gebruik hoger ligt, moet het gerealiseerde gebruik opgegeven worden. Onder privé gebruik wordt ook het woon-werk verkeer verstaan. De huidige berekening van de fiscale bijtelling staat in tabel 3.1.
” Zie ook het essay over België van Stratec in het bljlagenrapport. ” Europese CoITuTussie, DG XXI (1997). l3 ACEA (1998). l4 Idem. CB/T4867105
21
Tabel 3.1 Berekening van de fxale
bipehng
Belastbaar motorvermogen
Fiscale bijtelling
4cv
5.71 BF
per privé-kilometer
hhARF 7cv
8.16 BF
8cv
8.93 BF
9cv
969BF
1ocv
10 71 BF
11 cv
ll.73 BF
12cv
1244BF
13 CV
13 21 BF
14 CV
1372 BF
15cv
1 14.28 BF
1hCV
114.69 RF
I17cv 18 CV Meer dan 18 CV
11499BF
I
1 15.35 BF 15.66 BF
Bron: essay over Belgle, Stratec (1998).
Reiskosten woon-werk en zakelijk Bij het fiscale beleid ten aanzien van auto’s van de zaak wordt er onderscheid naar twee categorieën werknemers.
gemaakt
Freelancers of zelfstandige ondernemers: Kosten gerelateerd aan woon-werk verkeer zijn aftrekbaar met een vast bedrag van BF 6 per kilometer. Financieringskosten en kosten voor een mobilofoon zijn niet in dit bedrag inbegrepen. Van de uitgaven met betrekking tot zakelijke ritten is 75% aftrekbaar voor voertuigen die in België of alleen in het buitenland gebruikt worden15. Het woon-werk verkeer valt niet onder zakelijke ritten. Er wordt geen onderscheid gemaakt naar huur-, lease- en privé-auto’s of brandstofsoort. Onder deze aftrekbare uitgaven vallen onder andere motorrijtuigenen registratiebelasting, onderhoud en reparatie16, verzekeringen, parkeerheffingen en tolgelden.17 Brandstof, financieringsvergoedingen en de aankoop en installatie van een mobilofoon zijn volledig aftrekbaar. Boetes wegens verkeersovertredingen zijn niet aftrekbaar van de belastingen.
l5 Als een voertuig in Belg% wordt gebruikt en soms in het buitenland, zgn de buitenlandse zakelijke kosten volledig aftrekbaar. l6 Voor deze drie posten geldt dat ze aftrekbaar zijn naar verhouding van het zakelijk gebruik. Ook al wordt een auto volledig gebruikt voor zakelijke ritten, ten mmste 5000 kilometer wordt als pnvégebruik bestempeld. r7 Voor taxr’s zijn deze uitgaven volledig aftrekbaar. CB/T4867KIS
22
Werknemers in loondienst Kosten gerelateerd aan woon-werk verkeer zijn aftrekbaar met een vast 6 per kilometer. Voor deze aftrekpost geldt niet dat maximaal 75% van worden afgetrokken, zoals bij zakelijke autokosten. Financieringskosten een mobilofoon zijn niet in dit bedrag inbegrepen. Bedragen die door zijn vergoed voor woon-werk verkeer worden als inkomen beschouwd. Werknemers berekend op de eigenlijke afgetrokken; meegenomen meegerekend
in loondienst mogen een vast basis van het inkomen van het zakelijke kosten hoger zijn in dit laatste geval mogen worden. Bedragen die door worden.
bedrag van BF de kosten mag en kosten voor de werkgever
bedrag aftrekken voor zakelijke kosten, huishouden (verwervingskosten). Indien dan dit bedrag, mogen deze worden de volgende zakelijke autokosten ook de werkgever zijn vergoed mogen niet
zijn de uitgaven die 75% aftrekbaar zijn gelijk aan die Van de zakelijke autokosten’ van de freelancers en zelfstandige ondernemers. Bovendien is de afschrijving van de aanschafprijs” en het gemaakte verlies ten opzichte van de huidige prijs bij verkoop van de auto ook voor 75% aftrekbaar. Ook hier zijn brandstof, financierinpvergoedingen en de aankoop en installatie van een mobilofoon volledig aftrekbaa? en boetes wegens verkeersovertredingen niet aftrekbaar. Accijnzen en heffïngen op motorbrandstoflen Een overzicht van de heffingen en accijnzen is te vinden motorbrandstoffen geldt het standaard BTW tarief (21%). Tabel 3.2
Acci)ns en BTW III Belgie (Hfllliter),
in de volgende
tabel. Voor
lste kwartaal 1998
Accijns
Diesel
0,527
0,642
0,245
0,887
Gelood
0508
1,251
0,370
1,621
2,129
76
Ongelood (98 RON)
0553
1,122
0,352
1,474
2,027
73
Ongelood (95 RON)
0,499
1,122
0340
1,463
1,962
75
Bron
BTW
Totaalprijs
Totaal belasting (%) 1,415 63
Basis
Totaal belasting
IEA/OECD, Energy pnces and taxes; fust quarter 1998
De laatste accijnsverhoging (enkele jaren geleden) werd gebracht als milieuargument, maar was bedoeld om het budget aan te vullen. Om de fiscale bevoordeling van dieselpersonenauto’s door de lage accijns op diesel ongedaan te maken, is een verhoging van de dieselaccijns voorgesteld, maar deze is onder druk van de transportlobby weer van tafel gehaald*l.
l8 Meer dan 24 000 kilometer per jaar voor zakelijk gebruik wordt als abnormaal beschouwd. l9 Ook hier geldt: aftrekbaar naar verhouding van het zakelijk gebruik. 2o Brandstofkosten (volledig aftrekbaar als zakelqke kosten) worden 0.b.v. schattingen aangenomen van de autokosten te zijn. 21NE1 (1998), op.cit. CB/T4867105
30%
23
3.2
Effecten en vooruitzichten
Voor België zijn geen effecten van maatregelen gevonden. Wel is er recent een mobiliteitsplan gepresenteerd met onder andere de volgende voorstellen: A Het verlagen van de reiskostenvergoeding van 6 BF per kilometer voor woonwerkverkeer. A Het aantal te belasten privé-kilometers bij zakenauto’s wordt verhoogd van 5.000 naar 8.000 kilometer. A De aanschaf- en wegengebruiksbelastg worden geïntegreerd en afhankelijk gemaakt van milieucriteria en het motorvermogen. A De benzineaccijnzen worden verhoogd.
CB/T4867105
24
4
Denemarken
4.1
Maatregelen
Aanschaf van auto‘s Het standaard BTW-tarief (25%) geldt voor alle voertuigen. Voor personenauto’s geldt in Denemarken verder een registratiebelasting. De belasting wordt geheven over de verkoopprijs (inclusief invoerrechten, BTW en winstmarge) en bedraagt 105% over de eerste Dkr 48.800 en 180% over de resterende waarde”. Bovendien zijn er leges voor het kenteken van Dkr 800. Voor tweedehands auto’s gelden dezelfde regels met uitzondering van de drempel van Dkr 48.800; die wordt verlaagd met de leeftijd van de auto. De verkoopprijs wordt geschat met behulp van een waarderingsprocedure. Elektrische auto’s zijn vrijgesteld, auto’s met airbags krijgen een korting. Doel van de registratiebelasting is het genereren van opbrengsten, maar de hoogte van de belasting heeft waarschijnlijk ook effect op de grootte van het wagenpark. Neveneffecten hiervan zijn de reductie van C02-emmissies, een lager niveau van vervuiling in het algemeen en tot op zekere hoogte gereduceerde infrastructuurkosten. is bedoeld om meer milieuvriendelijke De relatief hoge registratiebelasting transportwijzen te stimuleren. De belastingen in Denemarken zijn niet geoormerkt en zijn derhalve bestemd voor het algemene overheidsbudget. Gebruik wegen De jaarlijkse wegenbelasting wordt geheven op alle geregistreerde auto’s. Tot 1 juli 1997 was deze belasting afhankelijk van het gewicht van de auto, vanaf deze datum is de brandstofconsumptie van de auto de maatstaf. De verandering is ingevoerd in het kader van het stimuleren van milieuvriendelijke transportwijzen. Voor voertuigen die een andere brandstof dan benzine gebruiken geldt een toeslag. Een benzineauto die één liter op 20 kilometer verbruikt betaalt per halfjaar Dkr 210, bij één op tien betaalt men Dkr 2.300. Voor een dieselauto zijn deze tarieven Dkr 1.360, respectievelijk Dkr 4.600z3. Autoverzekeringen De assurantiebelasting bedraagt 50% van de premie voor de verzekering van motorvoertuigen. Voor sommige bussen geldt een percentage van 40%. De reden voor invoering van deze belasting zijn de hoge kosten van verkeersongevallen in de gezondheidszorg, door deze belasting betalen automobilisten mee aan deze kosten. Het doel is bovendien automobilisten te stimuleren veiliger te gaan rijden (om zo een lagere verzekeringspremie te krijgen).
22Europese Commissie, DGXXI (1997). 23Informatie van het Damsh Road Directorate. CB/T4867rU5
NE/ A wt
25
Auto’s van de zaak Verschillende bedrijfsauto’s zijn vrijgesteld van de registratiebelasting, onder andere in de gezondheidszorg, de culturele en de overheidssector; taxi’s krijgen een hoge korting. Voor de rest zijn bedrijfsauto’s aan dezelfde belastingen onderhevig als privé auto’s. Voor het privé-gebruik van een bedrijfs-/lease-auto (tot drie jaar oud) geldt een fiscale bijtelling van 23% van de nieuwwaarde van de auto. Dit percentage neemt de komende twee jaar met een procent per jaar toe. De belasting wordt berekend tot een maximum prijs van de auto van Dkr 400.000 (Dkr 450.000 in 1999). Reiskosten woon-werk en zakelijk gerelateerd aan woon-werk verkee?4 zijn aftrekbaar voor de Kosten inkomstenbelasting met uitzondering van de eerste 24 kilometer per dag. Zakelijke kilometers mogen vergoed worden met een bedrag van Dkr 1,3 per kilometer. Accijnzen en heffingen op motorbrandstoflen Op benzine en diesel wordt BTW (25%) en accijns geheven. Naast het genereren van opbrengsten hebben deze maatregelen tot doel de brandstofconsumptie te reduceren. Een overzicht van de verschillende brandstofsoorten is te zien in onderstaande tabel.
Accijns en BTW op brandstof
Tabel 4 1
Basis
UI Denemarken
Accgns
(Hil/liter),
lste kwartaal
BTW
1998 Totaalprqs
Totaal belashng
nesel
Totaal
belasting
Vd
0,569
0,678
0,312
0,989
1,558
63
Ongelood
(98 RON)
0,578
0,997
0,394
1391
1,968
71
Ongelood
(92 RON)
0525
0,997
0,381
1,778
1,903
72
Bron:
IEA/OECD
(1998)
4.2
Effecten
Denerrarken l---ft een relatief hoge registratiebelasting ten opzichtc van de overige onderzochte landen, waardoor de aanschafprijs van auto’s hoog is. Uit onderzoek naar het autopark in Europese landen2’ blijkt dat er een negatief verband bestaat tussen de aanschafprijs en de autodichtheid. Een hoge aanschafprijs gaat bovendien samen met een hoge gemiddelde leeftijd van het autopark en met een hoog jaarkilometrage. Deze effecten zijn in Denemarken duidelijk zichtbaar: A Het aantal auto’s per 1000 inwoners (en ten opzichte van het BBP) is relatief laag; A Er zijn relatief weinig auto’s jonger dan twee jaar en veel ouder dan tien jaar; A Het gemiddelde jaarkilometrage ligt hoog.
24Inclusief transport zs SE0 (1991). CB/T4867105
tussen twee werkgevers
en werkadressen
van dezelfde werkgever.
Vanaf 1983 geldt voor elektrische auto’s een vrijstelling voor registratiebelasting. Het effect van deze maatregel is marginaal, in 1997 waren slechts 26 auto’s geregistreerd. Een fiscale maatregel om de veiligheid van inzittenden te verhogen heeft meer effect gesorteerd; een korting op de registratiebelasting voor auto’s met één of meer airbags heeft tot gevolg gehad dat steeds meer auto’s met twee of zelfs vier airbags op de markt zijn gekomen. Een laatste opvallend effect is op de taxi-vloot - op nieuwe taxi’s wordt een relatief lage registratiebelasting van 20% geheven. Deze mogen na enige tijd doorverkocht worden zonder extra belasting te betalen. Hierdoor is de taxi-vloot relatief nieuw.
CB/T4867rO5
NE/ A wt
27
Duitsland 5.1
Maatregelen
Het doel van fiscale maatregelen in het personenautovervoer is drieledig: het financieren van weginfrastructuur, het binnenhalen van algemene overheidsinkomsten en het verhalen van de milieuschade veroorzaakt door auto’s. Aanschaf van auto’s Bij aankoop van een auto wordt alleen BTW geheven (16%, standaard tarief). Er is geen andere belasting op de aanschaf of registratie van voertuigen in Duitsland. Wel dienen er leges betaald te worden voor de registratie van de auto (DM 50,-)26. Gebruik wegen De jaarlijkse motorrijtuigenbelasting is afhankelijk van de motorinhoud en de emissieklasse van de auto. Er bestaan zes verschillende klassen op basis van de emissies (o.a. Euro 1, 2, 3/4) en er wordt onderscheid gemaakt tussen benzine- en dieselauto’s. Voor auto’s uit de ‘schoonste’ klasse bedraagt de belasting DM 10,OOper 100 cc voor benzineauto’s (diesel DM 27,00 per 100 cc). De tarieven worden tot het jaar 2005 in twee stappen verhoogd27. Voertuigen die aan strenge emissiecriteria voldoen krijgen belastingvrijstelling28. Voor vrachtauto’s en bussen is de hoogte van de belasting afhankelijk van het gewicht van het voertuig. Net als bij particuliere auto’s gelden er hogere tarieven voor commerciële voertuigen die niet aan bepaalde geluidsen emissiecriteria voldoen. Voor de hoogte van de motorrijtuigenbelasting komt de federale regering met een voorstel. Na goedkeuring van de Bondsdag wordt dit besproken in de Bundesländerraad. Als men het niet eens wordt komt er arbitrage. De opbrengst van de motorrijtuigenbelasting gaat naar de Bundesländer. Naast het financieren van infrastructuur en als algemene bron van inkomsten, wordt een deel van deze belastingopbrengsten aangewend om de verbetering van de Oost-Duitse infrastructuur te financieren. Autoverzekeringen Op premies voor autoverzekeringen
wordt 15% belasting geheven.
Auto’s van de zaak Het privé-gebruik van een auto van de zaak wordt belast. Er zijn twee mogelijkheden om dit op te geven. In het eerste geval dient de werknemer een compleet overzicht van alle ritten, inclusief doel, route, etc. te overleggen en wordt het privé-gebruik aan de hand hiervan bepaald. De andere mogelijkheid is dat 1% per maand van de nieuwprijs van de auto bij het inkomen wordt opgeteld.
26Europese Commissie, DGXXI (1997). 27Een volledig overzicht staat m het essay over Duitsland *’ Deutsches Institut fi.ir Wmxhaftsforschung (1997). CB/T4867rU5
van DIW, zie het bqlagenrapport.
Reiskosten woon-werk en zakelijk De autokosten voor woon-werk verkeer zijn aftrekbaar van de inkomstenbelasting met een bedrag van DM 0,70 per kilometer. Reizigers die gebruik maken van het openbaar vervoer mogen alleen werkelijk gemaakte kosten aftrekken. Accijnzen en hefingen op motorbrandstoflen De hoogte van de accijns wordt door de nationale overheid vastgesteld en komt ten goede aan de nationale overheid. Op benzine en diesel wordt BTW (16%) en accijns geheven. Een overzicht voor de verschillende brandstofsoorten is te zien in onderstaande tabel.
Accqns en BTW op brandstof
Tabel 5 1
Baw
m Dmtsland
(Hfl/hter),
Accqns
lste kwartaal BTW
1998 Totaal
TotaalpriJs
belasting hese1
Totaal belasting (%)
0,444
0,699
0,171
0,870
1314
66
Ongelood
(95 RON)
0,465
1,104
0,236
1340
1605
74
Ongelood
(91 RON)
0,417
1,ll-M
0,229
WPJ
1,750
76
Bron
lEA/OECD
(1998)
Naast de accijnzen wordt ook een voorraadheffing betaald, deze bedraagt DM 0,0089 per liter voor benzmeauto’s (DM 0,0075 voor diesel). Deze heffing is in de tabel niet als belasting weergegeven. Van de accijnzen is DM 0,06 per liter bestemd voor investeringen in stedelijke infrastructuur, DM 0,Ol voor investeringen in federale (snel)wegen, van de rest is 50% geoormerkt voor (onderhoud van) federale wegen.
5.2
Effecten
Op 1 juli 1985 werd de nieuwe motorrijtuigenbelasting van kracht, waarbij de hoogte van deze belasting ook afhankelijk werd van emissies uitgestoten door het voertuig. Doel van deze maatregel was de afzet van nieuwe auto’s met gereduceerde emissies en de uitrusting met katalysator van bestaande auto’s f0 Amuleren. Door de onzekerheid van gebruikers aangaande de toekomstige fiscale behandeling van benzineauto’s zonder katalysator, die door een hogere NOx-emissie minder aantrekkelijk zijn dan dieselauto’s, zijn veel mensen overgestapt op een dieselauto. Bovendien kregen in 1985 en 1986 meer diesel- dan benzineauto’s het etiket minder-vervuilend opgeplakt. Hierdoor is vanaf 1985 het aandeel dieselauto’s in het wagenpark flink gestegen. Na 1986 is de motorrijtuigenbelasting voor dieselauto’s weer fors verhoogd in vergelijking met benzineauto’s. Hierdoor neemt de groei van het aantal nieuwe dieselauto’s weer af29 (zie ook figuur 5.1).
29Deutsches Institut für Wmchaftsforschung CB/T4867rU5
(1997).
29
Figuur 5 1 Nieuwe
personenauto’s
1980
l
naar brandstofsoort
1985
Dit is ook zichtbaar in tabel 5.2, waarin de samenstelling van het wagenpark naar brandstoftype te zien is. Hieruit blijkt o.a. dat het aandeel van de dieselpersonenauto’s in het totaal aantal personenauto’s is toegenomen van 5% naar 13% tussen 1980 en 1994.
Tabel 5.2
Personenauto’s
naar brandstoftype
Personenauto’s
(x1000) 1980
1985
1990
1991
1992
1993
1994
Benzine
22.043
23.483
26.555
27.066
31.312
33.686
34.402
Aandeel
95%
91%
87%
86%
87%
87%
87%
1.138
2.341
4.122
4250
4.723
5.080
5358
5%
9%
13%
14%
13%
13%
13%
Diesel Aandeel Bron.
ECMT (1998)
Sinds 1 juli 1997 is er nieuwe wetgeving van kracht. Voor de motorrijtuigenbelasting wordt er nu nog strenger onderscheid gemaakt tussen vervuilende en niet-vervuilende auto’s dan voorheen. Tevens worden de tarieven tot het jaar 2005 in twee stappen verhoogd. Voertuigen die aan strenge emissiecriteria voldoen kunnen belastingvrijstelling krijgen. Er is mede hierdoor een toename van de verkoop van minder vervuilende auto’s te signaleren30.
3o Deutsches
CB/T4867rO5
Insbtut
fur Wirschaftsforschung
(1997).
30
6
Frankrijk
6.1
Maatregelen
Aanschaf van auto’s Bij de aanschaf van voertuigen geldt het normale BTW-tarief (20,6%). Verder is er een regionale registratiebelasting waarvan de hoogte afhangt van de motorinhoud (in 1996 tussen FF 97 en FF 195 per fiscale pk3’). Vrachtauto’s en bussen met een gewicht hoger dan 3,5 ton betalen de helft van dit tarief. Bovendien is er een extra fiscale heffing bij de registratie van nieuwe bussen. Deze heffing (FF 1.368 in 1997) komt ten goede aan de uitbreiding van beroepsopleidingen in de transportsector. In het verleden werden onder de regering Balladur subsidies verstrekt op de aanschaf van een nieuwe Franse auto om de Franse nationale auto-industrie te steunen. Dit beleid werd voortgezet onder de regering Juppé (de zogenaamde “Balladurette” en de “Jupette”). Een lump sum bedrag van FF 5.000 werd verstrekt als een auto van meer dan 10 jaar oud uit de roulatie werd genomen. De achterliggende reden hiervoor was de werkgelegenheid in de Franse auto-industrie te stimuleren. De huidige regering Jospin heeft de maatregel afgeschaft vanwege de hoge kosten (FF 4,5 miljard per jaar)32. Voor relatief schone vormen van transport als LPG, natuurlijk gas of elektriciteit wordt belastingvrijstelling verleend. Voor elektrische auto’s tenslotte geldt een verkorte fiscale afschrijvingsperiode3. Er bestaat tevens een belasting op de registratie van een nieuw rijbewijs, deze wordt in 1999 afgeschaft. Gebruik wegen Bezitters van alle motorvoertuigen dienen jaarlijks motorrijtuigenbelasting te betalen (vignette automobile). De hoogte wordt door de individuele departementen vastgesteld en is afhankelijk van de inhoud van de motor en de leeftijd van de auto. De belastingtarieven zijn progressief. Voor dieselauto’s gelden lagere tarieven. De nationale overheid probeert de vrijheid van de departementen bij de vaststelling van de tarieven te beperken om fiscale concurrentie te voorkomen. In 1998 is daarom een nieuwe wet ingevoerd, die voorkomt dat de hoogte tussen de diverse departementen te sterk varieert. Opmerkelijk is dat bezitters van oude auto’s een Zuger tarief betalen, terwijl deze relatief meer milieuvervuilend zijr?. Auto’s ouder dan vijf jaar betalen de helft van het tarief, auto’s ouder dan twintig jaar zijn vrijgesteld. Naast motorrijtuigenbelasting kent Frankrijk ook een andere belasting op het gebruik van wegen. Een gedeelte van de tol op de tolsnelwegen kan namelijk ook als belasting
31ACEA (1998). 32Mmlstene van Verkeer en Waterstaat (1998b). 33Ministene van Verkeer en Waterstaat (1998b), op.cit. 34Idem. CB/T4867r05
31
worden beschouwd, dit geld wordt in het FITTVN fonds gestort dat bijdraagt financiering van spoorwegen, waterwegen en snelwegen zonder tol.
aan de
Autoverzekeringen De belasting op de premies voor wettelijke aansprakelijkheid is 18%%, een gedeelte hiervan (8,5%) gaat naar de nationale overheid, de rest (9,5%) naar het systeem van sociale zekerheid om de kosten van ongevallen die niet door verzekeringen vergoed worden te bekostigen. Auto’s van de zaak Bedrijven kunnen de BTW op bedrijfs-/leasewagens niet aftrekken van de belasting. Bovendien betalen zij voor hun wagenpark naast de gewone motorrijtuigenbelasting nog een additionele belasting. Uitzonderingen gelden voor o.a. auto’s van meer dan tien jaar oud. Het tarief is afhankelijk van het motorvermogen: FF 5.880 bij minder dan 7 PK en FF 12.900 daarboven. Reiskosten woon-werk en zakelijk De kosten van woon-werk verkeer vallen onder de verwervingskosten. Hiervoor is een standaardpost van 10% van het inkomen aftrekbaar, indien kan worden aangetoond dat de werkelijk gemaakte kosten boven dit bedrag liggen dan zijn deze aftrekbaar. Zelfstandigen kunnen alleen werkelijke kosten aftrekken. De reiskosten bij een woonwerk afstand van minder dan 40 kilometer zijn altijd aftrekbaar, bij een afstand hoger dan 40 kilometer mag dit echter alleen na overeenstemming met de belastingdienst. Vergoedingen voor zakelijke reiskosten vallen niet onder de inkomstenbelastingen. In het geval dat de kosten niet vergoed worden, mag een vast bedrag per kilometer afgetrokken worden, afhankelijk van het (fiscale) motorvermogen van de auto. Accijnzen en hefingen op motorbrandstoflen Dankzij de lobby van de Franse auto-industrie en de transportondernemers, wordt accijns op brandstof niet gebruikt om de automobiliteit te beïnvloeden. De transportondernemers hebben er in 1996 met een actie voor gezorgd, dat de overheid de dieselaccijns jaarlijks niet meer verhoogt dan met het inflatiepercentage. Echter, onder druk van de Franse Minister voor Milieu is er onlangs een compromis gesloten: de accijns op benzine en diesel is in september 1997 en januari 1998 verhoogd met hetzelfde absolute bedrag voor beide brandstofsoorten36. Ln overzicht voor de verschillende brandstofsoorten is te vinden in tabel 6.1.
35Europese Commisae, DG XXI (1997). 36Ministerie van Verkeer en Waterstaat (1998b), op.&. CB/T4867r05
32
Tabel 6 1
Accgns en B’IUT op brandstof Bam
m Frankrijk Accijns
(Hfl/liter),
2de kwartaal BTW
1998 Totaal
Totaalprqs
0,818
Totaal belasting (%)
IXldShllg
74
hese1
0380
Gelood
0,378
1,392
0364
1,756
2,134
82
03%
1,656
2,083
79
0350
1,650
2,049
81
Ongelood
(98 RON)
0,427
1300
Ongelood
(95 RON)
0,398
130
Bron
IEA/OECD
0,247
1,065
1,444
(1998).
In Frankrijk zijn de accijnzen op diesel relatief laag ten opzichte van die op benzine. Vanaf 1999 wil de Franse overheid dit verschil in 5-7 jaar naar het gemiddelde Europese verschil brengen. De accijns op diesel stijgt daarom in 1999 met FF 0,07 per liter. Overigens wordt de accijns in Frankrijk niet gezien als een prijsinstrument om het milieu te verbeteren, maar meer als instrument om inkomsten te genereren37.
6.2
Effecten
De vloot van bedrijfs-/leaseauto’s in Frankrijk is relatief laag. Waarschijnlijk heeft dit te maken met de additionele belasting op deze auto’s en de uitzondering voor BTWteruggave. Door de hoge additionele belasting op auto’s met een groot vermogen is het aandeel van deze auto’s in het bedrijfsautopark beperkt tot 33%.
37 INFETS (1998), opat. CB/T4867rO5
33
Groot-Brittannië Maatregelen
7.1
Aanschaf van auto’s De belasting op aanschaf van een auto is afgeschaft in 1992. De BTW op nieuwe auto’s bedraagt 17,5%. Gebruik wegen De motorrijtuigenbelasting bedraagt £82 per 6 maanden of £150 per 12 maanden voor personenauto’s38, dit is een vast tarief onafhankelijk van het soort motor of gewicht. Op het moment is er een voorstel in de maak om voor de motorrijtuigenbelasting bij nieuwe auto’s onderscheid te maken naar C02-emmissies en de EU-standaarden voor emissies. Voor oudere auto’s wil men motorinhoud en eventueel leeftijd en brandstofsoort als variabelen gebruiken39. Twee- en driewielers worden al belast naar de motorinhoud, terwijl bussen belast worden naar het aantal zitplaatsen. Voor o.a. voertuigen van invaliden en klassieke auto’s gelden uitzonderingen. Autoverzekeringen Er bestaat een belasting op verzekeringspremies. Deze bedraagt 4% op de premie voor zowel privé- als bedrijfsvoertuigen. Verzekeringen, die door autodealers aangeboden worden, worden belast met 17,5%. Auto’s van de zaak Persoonlijk voordeel van een auto van de zaak met eventueel benzine voor privégebruik is onderhevig aan inkomstenbelasting. In 1991 is een systeem geïntroduceerd, waarbij 35% van de catalogusprijs, minus een korting als gevolg van de leeftijd van het voertuig en het aantal afgelegde kilometers, belast wordt”. Indien meer dan 2.500 zakelijke mijlen per jaar worden afgelegd, krijgt de werknemer een korting van één derde van de belasting. Bij meer dan 18.000 mijlen bedraagt deze korting twee derde van de belasting. Benzinevoordeel wordt belast op basis van de motorinhoud. Het
A A
doel van deze maatregel is fiscale neutraliteit te bewerkstelligen tussen: personen d’le een inkomen hebben dat geheel uit salaris bestaat en: personen waarvan een deel van het inkomen bestaat uit het privé-voordeel auto en/of benzine van de zaak (tankkaart).
van een
Reiskosten woon-werk en zakelijk Reiskosten voor het woon-werkverkeer zijn niet aftrekbaar. De kosten van zakelijke kilometers, gereden met een privé-auto zijn wel aftrekbaar met een bedrag van ongeveer 40 pence per mijl (£ 0,25 per km.).
38OECD, 1995, update mondeling door Department of Environment, Transport and the Regons, Swansea. 3gEssay over Groot-Brlttannië, Bartlett school of Planning, zie het bijlagenrapport. 40OECD (1995). CB/T4867rO5
34
Accijnzen en hefingen op motorbrandstoflen Op benzine en diesel wordt BTW (17,5%) en accijns geheven. Een overzicht voor de verschillende brandstofsoorten is te vinden in de volgende tabel. Naast Zwitserland is Groot-Brittannië het enige van de onderzochte landen waar de accijnzen op diesel (ongeveer) even hoog zijn als de benzineaccijnzen.
Accqns en BTW in Groot-Bnttannië
Tabel 7.1
BasE
(Hfl./liter), Accgns
lste kwartaal BTW
1998 Totaal
Totaalprqs
belastmg
Totaal belashng (%)
0,449
1371
0920
1,690
2,139
79
0,452
1534
Of347
1,881
2,333
81
Ongelood
(97 RON)
0,653
1,483
0,374
1,857
2210
74
Ongelood
(95 RON)
0,442
1371
0,316
1,687
2,129
79
Bron.
IEA/OECD
(1998).
Het overheidsbeleid was erop gericht om wegens milieuredenen in de jaren ‘90 het reële niveau van de brandstofaccijnzen met 5% per jaar te verhogen. Op het moment zijn deze met 6% per jaar gestegen, waardoor Groot-Brittannië in absolute bedragen de hoogste belastingen op brandstof binnen de EU heeft. De heffing op ongelode benzine is afhankelijk van het octaangetal.
7.2
Effecten
Het systeem van belasten van auto’s van de zaak heeft ongewenste neveneffecten, omdat het een stimulans geeft om meer te rijden om gunstigere tarieven te verkrijgen, doordat het systeem werkt met drempelwaarden van 2.500 en 18.000 mijl (4.023 en 28.967 km.), waarboven een gunstiger tarief geldt. Uit onderzoek41 blijkt dat de gemiddelde kilometrage van deze auto’s pieken vertoont juist boven deze drempelwaarden. Het aantal zakelijke kilometers neemt aan het eind van het financiële jaar ook toe”. Aangezien bovendien het aantal privé-kilometers van personen met een auto van de z ,,L groter is dan voor andere automobilisten, is de ove heid van plan de huidige belastingvoordelen voor zakelijke kilometers te vervangen door belastingvoordelen voor minder gereden privé-kilometers. Volgens berekeningen zou dit een reductie van 2,4% van het totale autoverkeer opleveren. Door het onderscheid in accijns tussen gelode en loodvrije benzine in 1989, nam de omzet van ongelode benzine in een jaar (1989-1990) toe van 2% tot 30%43. Momenteel is het niveau gestabiliseerd op 70% van de brandstofomzet.
41Flavm (1998).
42Transport 2000(1998). 43 Banister
CB/T4867rO5
(1993).
NE/ A wt
35
8
Italië
8.1
Maatregelen
Aanschaf van auto’s De aankoop van voertuigen is onderhevig aan BTW (20%), voor invaliden geldt een gereduceerd tarief (4%). Daarnaast wordt op zowel nationaal als regionaal niveau een belasting op de registratie van auto’s geheven bij verandering van eigendom. Voor personenauto’s is de hoogte bij nieuwe auto’s vast (ITL 380.000, nationaal) en bij gebruikte auto’s afhankelijk van de motorinhoud (tussen ITL 411.000 en ITL 3.051.000). De belasting op gebruikte auto’s is dus hoger dan die op nieuwe auto’s. Een additionele provinciale belasting wordt geheven van minimaal 20% tot maximaal 80% van de staatsbelastingdA. Tevens dient men leges te betalen voor de registratie van ITL 250.000 per kenteken. Gebruik wegen Voor het gebruik van een voertuig dient motorrijtuigenbelasting betaald te worden op basis van de motorvermogenklasse. Deze bestaat uit een nationale en een regionale component, waarbij de regio’s vrij zijn hun heffing te verhogen. De nationale tarieven zijn ITL 5.000 per kW motorvermogen. Voor voertuigen met een autoradio geldt een toeslag op bovenstaande belasting. Jaarlijks dient er tevens een belasting betaald te worden voor het rijbewijs van ITL 70.000. Au toverzekeringen Op verzekeringspremies
wordt 12,5% belasting geheven45.
Auto’s van de zaak In Italië wordt geen belasting geheven op het persoonlijk voordeel van een auto van de zaak. Wel hebben werknemers vaak een regeling met de werkgever over het privégebruik van de auto, waarbij zij een vast bedrag per privé-kilometer betalen aan de werkgever van rond de ITL 500. Reiskosten woon-werk en zakelijk Reiskosten voor woon-werk verkeer 7iin niet aftrekbaar voor de belasting&. Ook zijn er geen fiscale maatregelen met betrekking tot zakelijke reiskosten. Accijnzen en hefingen op motorbrandstoffen Op benzine en diesel wordt BTW (20%) en accijns geheven. Een overzicht in de volgende tabel.
44Europese Commissie, M= XXI (1997). 45Idem. 46 Alleen zelfstandigen kunnen onder zeer stringente van reiskosten i.v.m. woon-werk verkeer. CB/T48671Q5
voorwaarden
aanspraak
is te vinden
maken op belastingaftrek
36
Tabel 8 1
Accgns en BTW in Itahe (Hfl/hter), Basis
2de kwartaal Accqns
1998 BTW
Totaal
Totaalpnjs
belasting
Totaal belasting (%)
Diesel
0,468
0355
0,264
1,119
1,587
Gelood
0,503
1,271
0,355
1,626
2,129
76
1,506
2,016
75
Ongelood
0,510
(95 RON)
Bron:
IEA/OECD
8.2
Effecten
1,169
0,336
71
(1998)
In juli 1998 eindigde een maatregel die de vervanging van oude auto’s door nieuwe auto’s met katalysator stimuleerde. Het effect van deze maatregel was een gemiddelde maandelijkse stijging van autoverkopen met 13%. Het einde van deze maatregel leidde tot een stevige daling van de verkopen van liefst 23,5%47 en heeft er toe geleid dat Fiat om overheidssteun heeft gevraagd.
47 Volkskrant
CB/T4867rO5
(14 november
1998).
9
Luxemburg
9.1
Maatregelen
Aanschaf van auto’s In Luxemburg bestaat een registratielege van LUF 500. Op de aanschaf van voertuigen wordt het standaardtarief BTW (15%) geheven. Gebruik wegen Motorrijtuigenbelasting wordt geheven op alle motorvoertuigen die geregistreerd zijn. Bij personenauto’s is de hoogte van de belasting afhankelijk van de motorinhoud (LUF 150 per 100 cc), bij bussen van het ledig gewicht van het voertuig, waarbij de belasting regressief is. Autoverzekeringen Er is een assurantiebelasting
op (auto)verzekeringspremies
van 4%.
Auto’s van de zaak De fiscale bijtelling voor privé-gebruik van een bedrijfs-/leaseauto is gebaseerd op het werkelijk gereden aantal privé-kilometers. Dit aantal wordt vermenigvuldigd met een vast bedrag per kilometer, afhankelijk van het type auto. Een andere mogelijkheid is een maandelijkse bijtelling van 1,5% van de zo-goed-als-nieuw-waarde van de auto, inclusief extra’s en BTW. Reiskosten woon-werk en zakelijk De kosten van woon-werk verkeer zijn aftrekbaar tegen een vast bedrag van LUF 3.900 per afstandseenheid per jaar tot een maximum van LUF 117.000 per jaar (30 eenheden). Voor de afstanden tussen alle woonplaatsen zijn deze eenheden officieel bepaald. Zakelijke autokosten mogen door de werkgever vergoed worden aan de hand van de officiële vergoedingen voor rijksambtenaren48, indien dit niet gebeurt zijn ze voor de werknemer aftrekbaar met hetzelfde bedrag per kilometer. Accijnzen en heflngen op motorbrandstoflen Op benzine en diesel wordt BTW en accijns geheven. Voor gelode benzine en diesel geldt het standaard BTW-tarief van 15%, voor ongelode benzine geldt een verlaagd tarief van 12%. Een overzicht is te vinden in de volgende tabel.
* Zie ook het essay over Luxemburg, CB/T48671Q5
Stratec, m het bijlagenrapport.
38
Tabel 9 1
Accips en BTW in Luxemburg
Bron:
IEA/OECD
CB/T4867rU5
(1998)
(Hfl/hter),
lste kwartaal
1998
39
10
Noorwegen
10.1
Maatregelen
Aanschaf van auto’s Op de aanschaf van voertuigen wordt het standaardtarief BTW (23%) geheven. De hoogte van de registratiebelasting is in Noorwegen afhankelijk van drie elementen: 1. Gewicht: NOK 23,16 per kg voor de eerste 1.150 kg, NOK 46,32 voor de volgende 250 kg en NOK 9264 per kg voor de rest van het gewicht. 2. Cilinder inhoud: NOK 7,05 per cm3 voor de eerste 1200 cm3, NOK 18,46 per cm3 voor de volgende 600 cm , NOK 43,41 per cm3 voor de volgende 400 cm3 en NOK 54,24 per cm3 voor de overige inhoud. Motorvermogen: NOK 92,23 per KW voor de eerste 65 KW, NOK 336,40 voor de 3. volgende 25 KW, NOK 673,Ol per KW voor de volgende 25 KW en NOK 1.139,07 per KW voor het overige vermogen. Afhankelijk van de grootte van de auto komt de belasting uit op ongeveer 50% van de aanschafprijs, dit is de laatste 30 jaar nauwelijks veranderd. Gebruik wegen Er geldt een vast tarief van NOK 1.900 voor bestelwagens, campers en kleine bussen.
auto’s.
Dit tarief
geldt
ook voor
Autoverzekeringen Noorwegen heft geen belasting op premies van autoverzekeringen. Auto’s van de zaak Voor het privé gebruik van een bedrijfs-/leaseauto geldt een fiscale bijtelhng bij het inkomen. Er wordt ervan uitgegaan dat er 10.000 kilometer privé gereden wordt. De bijtelling is afhankelijk van de nieuwwaarde van de auto (zie de volgende tabel). Tabel 10 1
Bqtehng
Prijs (rueuwwaarde)
NOK
0-75 000
bq bedrijfsauto’s
voor privé-kdometers Bqtehng
(NOK per km)
255
75 001-100 000
3,05
100 001 - 150.000
3,65
150 001 - 200.000 200.001- 250 000
4,25
250000-350000
580 Totale bJtelhg
Boven de 350 000
5,00
Als deze auto ook gebruikt wordt voor het woon-werk NOK 1,95 na de eerste 4.000 kilometer.
CB/T48671Q5
10% van de extra nieuwwaarde
verkeer bedraagt de bijtelling
--NE/ A wv
40
Reiskosten woon-werk en zakelijk De vergoeding van de werkgever onderhevig aan inkomstenbelasting, kilometer bedraagt.
voor zakelijke reiskosten met de privé-auto is voor zover de vergoeding meer dan NOK 3,05 per
Indien de woon-werkkosten meer dan NOK 7.000 bedragen kunnen deze afgetrokken worden van de inkomstenbelasting. Het bedrag wordt als volgt berekend: NOK 1,40 per kilometer (één richting) voor een maximum van 230 werkdagen. Accijnzen en hefingen op motorbrandstoffen Op benzine en diesel wordt BTW (23%) en accijns geheven. Een overzicht in de volgende tabel.
Tabel 10.2 Acqns
en BTW m Noorwegen Bas=
(Hfl/hter), Acqns
4de kwartaal
is te vinden
1997
BTW
Totaal
Totaalprijs
belashng 0,714
hese1 Gelood
1,000
0394
1,394
Totaal belashng (%)
2,108
66
0,730
1,292
0,465
1,757
2,487
71
Ongelood
(98 RON)
0,667
1,292
0,450
1,742
2AlO
72
Ongelood
(95 RON)
0,601
1,292
0,435
1,727
2,328
74
Bron.
IEA/OECD
Onderdeel
10.2
(1998).
van het accijnsbedrag is een C02-belasting
van NOK 0,87 per liter.
Effecten
Het autopark is relatief oud, Noorwegen heeft het grootste aandeel auto’s ouder dan 10 jaar van Europa. Dit lijkt een direct effect te zijn van de hoge registratiebelasting, waardoor het aanschaffen van een nieuwe auto niet erg aantrekkelijk is. Een onbedoeld neveneffect hiervan is dat het autopark relatief milieuonvriendelijk (want oud) wordt. Om vernieuwing in het autopark te stimuleren is er voor één jaar een speciale slooppremie geïntroduceerd boven op de normale regeling. De effecten hiervan waren zeer beperkt.
CB/T4867rO5
11
Oostenrijk
11.1
Maatregelen
Aanschaf van auto’s Bij registratie van een auto moet een belasting betaald worden, waarvan de hoogte afhankelijk is van het (gestandaardiseerde) benzineverbruik en de prijs van de auto (excl. BTW)50. Het maximum tarief is 16%. Het normale BTW-tarief (20%) wordt geheven over de verkoopprijs van de auto, inclusief registratiebelasting. Er gelden verder leges voor de registratie van ATS 960 en voor het kenteken van ATS 17051. Gebruik wegen De hoogte van de motorrijtuigenbelasting voor personenauto’s is afhankelijk van het vermogen (ATS 5 per kW boven de 24 kW). Er gelden uitzonderingen voor o.a. bussen en voertuigen van invaliden. Begin 1997 is er een snelwegvignet geïntroduceerd voor personenvoertuigen. De kosten zijn afhankelijk van de lengte van de periode, voor personenauto’s bedragen de kosten ATS 550 per jaar, voor bussen ATS 6.000 per jaar. Autoverzekeringen De belasting op de verzekeringspremie
bedraagt 11%.
Auto’s van de zaak De betaalde BTW bij aanschaf van een auto van de zaak zijn voor de werkgever aftrekbaar.
niet
Reiskosten woon-werk en zakelijk Zakelijke reiskosten zijn aftrekbaar tegen ATS 4,90 per kilometer, onafhankelijk van de grootte of het type auto. Reiskosten voor woon-werk verkeer zijn niet aftrekbaar. Accijnzen en hefingen op motorbrandstoffen Voor alle motorbrandstoffen geldt het standaard BTW-tarief (20%), de hoogte van BTW en accijns is te zien in de volgende tabel. Tabel 11.1 Accgns en BTW op brandstof
in OostenriJk (Hflhiter),
Baso
Accijns
lste kwartaal BTW
1998 Totaal
Totaalprils
belastmg Diesel
Totaal belashng (%)
0573
0,639
0,242
0,881
1,454
61
Ongelood
(95 RON)
0,619
0,913
0306
1,220
1838
66
Ongelood
(91 RON)
0573
0,913
0,297
1,211
1,784
68
Bron.
IEA/OECD
49 Benzineauto’s: Dleselauto’s: M Europese 51 ACEA
belastmgpercentage belastingpercentage
Comssie,
(1998).
CB/T48671Q5
(1998).
= 2% x (standaard
brandstofverbrulk
= 2% x (standaard brandstofverbruik
DG XXI (1997).
(EU richtlijn)
(EU nchtlip)
- 3 liter);
- 2 liter).
Sinds 1 november kopen5’.
52IEA (1998), op.cit. CB/T4867105
1993 is het overigens in Oostenrijk
verboden
gelode benzine te ver-
43
12
Zweden
12.1
Maatregelen
Het Zweedse transportbeleid is erop gericht de marginale sociale kosten van het wegverkeer te dekken uit variabele heffingen. In de praktijk worden deze kosten in landelijke gebieden gedekt uit belastingen op brandstof, terwijl in stedelijke gebieden ‘road pricing’ de extemaliteiten van stedelijk verkeer mede zouden moeten dekken. Gezien de inelastische vraag naar brandstof gebruikt de overheid fiscale maatregelen op brandstof echter ook als middel om inkomsten te genereren. Aanschaf van auto’s De registratiebelasting voor motorvoertuigen was afhankelijk van de milieuclassificatie van het voertuig. In 1996 is deze belasting voor personenvoertuigen echter afgeschaft. Bij registratie wordt wel sloopgeld (SEK 700) betaald. Deze gelden worden gebruikt om de slooppremie te financieren, die wordt betaald aan eigenaren die hun voertuig bij een goedgekeurde sloper brengen%. Op auto’s met een nieuwe loodaccu wordt een milieubelasting (SEK 40) geheven%. BTW (25%) wordt geheven op de verkoopprijs, inclusief registratiebelasting. Gebruik wegen De motorrijtuigenbelasting is een vaste jaarlijkse belasting. Het belastingpercentage is afhankelijk van het gewicht van het voertuig, de leeftijd en de soort brandstof, voor dieselauto’s geldt een hoger tarief. Tabel 12.1 Motomjtuigenbelasting
voor personenvcwhugen.
Bron: TFK, 1998.
Voor motorvoertuigen ouder dan 30 jaar wordt geen belasting betaald. In oktober 1996 is de motorrijtuigenbelasting met 50% verhoogd ter compensatie van de afgeschafte registratiebelasting. Voertuigen met lage emissies (milieuklasse 1) zijn de eerste vijf jaar vrijgesteld van belasting. Voor auto’s uit dunbevolkte gebieden geldt een korting op de belasting van SEK 384 als compensatie voor de hogere gemiddelde kilometrage en voor het ontbreken van openbaar vervoer.
53 Europese 54 ACEA
Comnussle,
(1998).
CB/T4867r05
DG XXI (1997).
44
Autoverzekeringen Een dergelijke belasting bestaat niet in Zweden. Auto’s van de zaak Voor het privé-gebruik van een bedrijfs-/leaseauto bijtelling wordt als volgt berekend55: Jaarlijkse bijtelling waarbij
geldt een fiscale bijtelling.
Deze
= 0,3*BA + 0,75*GOIR + PP*O,O9+ 0,2O*(PI’ - 7,5*BA)
BA een officiële waarde is (SEK 36.300 in 1997); GOIR het officiële overheidsinterestpercentage is (7,02 % in 1997); PP de aankoopprijs inclusief alle extra’s is (tabelwaarde); de laatste term (0,2O+(PP - 7,5*BA)) niet negatief kan zijn.
Bovendien geldt sinds 1996 een bijtelling op basis van kilometrage. Door het bedrijf betaalde belasting wordt vermenigvuldigd met een factor 1,2. Met het aantal privé kilometers kan vervolgens de fiscale bijtelling berekend worden. Indien het woon-werk verkeer betreft en er is aan de hieronder genoemde voorwaarden voldaan, wordt SEK 0,50 of SEK 0,80 per kilometer voor diesel-, respectievelijk benzineauto’s als aftrekpost toegestaan. Belastingplichtige (rechts)personen die op een commerciële basis personen vervoeren of personenauto’s leasen (of verkopen) zijn gerechtigd de betaalde BTW bij de aanschaf van een auto of motor als aftrekpost op te voeren. Deze personen mogen ook de BTW op huur- of leasekosten volledig aftrekken, voor andere rechtspersonen is deze laatste aftrekpost beperkt tot 50% van de kosten. Bij bedrijfskosten zijn er geen beperkingen op het recht BTW terug te vragen en wordt er geen onderscheid gemaakt naar het zakelijk of privé-gebruik van het voertuig.
Reiskosten woon-werk
en zakelijk Autokosten voor woon-werk verkeer mogen afgetrokken worden van de inkomstenbelasting als aan enkele voorwaarden wordt voldaan. Ten eerste moet de tijdsbesparing ten opzichte van reizen per openbaar vervoer tenminste twee uur per dag
zijn.
Deze
tijdschatting
moet
gebaseerd
zijn
op een
directe
rit
tussen
woon-
en
werkplaats, waarbij de afgelegde afstand groter dan vijf kilometer is%. Is aan deze voorwaarden voldaan, dan zqn kosten boven SEK 6.000 aftrekbaar. Het bedrag om cie kosten te berekenen is vastgesteld op SEK 1,30 (1997) per kilometer, onafhankelijk van de brandstofsoort. Accijnzen en hejfingen op motorbrandstoflen Voor alle motorbrandstoffen geldt het standaard BTW-tarief (25%), de hoogte van BTW, C02-belasting en energiebelasting is te zien in de volgende tabel.
55Zie ook de essay over Zweden, TFK, In het bijlagenrapport. 56Deze voorwaarden gelden zowel voor privé- als lease-auto’s. CB/T4867105
Tabel 12 2 Accijns (C02-belastq
en energlebelastmg)
Basis
IBTW
Accijns 0,608 0,428
Diesel
en BTW op brandstof
0,680
0322
1,002
134
1,737 l,s69 1,549
(98 RON)
0,608
1,134
Ongelood (95 RON)
0,514
1,136
0,413
Ongelood
Bron
IEA/OECD
Ilotaalprijs
ITotaal belasting 0,433 0,435
Gelood
m Zweden (Hfl/lrter),
lste kwartaal
1998
1 ITotaal belasting (%) 62 1,610 80 2,165 72 2,177 2,063 75
(1998).
De accijnzen bestaan uit twee onderdelen: C02-belasting en energiebelasting. De CO2belasting is proportioneel aan de hoeveelheid koolstof die iedere brandstof bevat. De energiebelasting op diesel en ongelode benzine hangt af van de milieuklasse van de brandstof. Deze classificatie is afhankelijk van de precieze technische eigenschappen, zoals de hoeveelheid zwavel en aromaten in de brandstof. Voor diesel.bestaan drie categorieën (klasse 1,2,3), voor benzine twee voor ongelode (klasse 2 en 3) en één voor gelode benzine. De accijnzen in tabel 12.2 zijn gebaseerd op de laagste klassen. In de volgende tabel zijn de verschillende tarieven vermeld. Tabel 12.3 CO2-belashng
Bron
IEA/OECD
Nul-emissie
12.2
en energlebelashng
op brandstof
per miheuklasse
(SEK/hter),
lste kwartaal
1998
(1998).
voertuigen
betalen geen CO2- en energiebelasting.
Effecten
Gezien de geringe kermis over effecten van fiscale maatregelen op wegtransport, is de Zweedse overheid in 1996 een onderzoek gestart. Doel is de kennis te vergroten en het belastingsysteem op basis hiervan aan te passen om milieuvriendelijkere en veiligere transportalternatieven te stimuleren. Het eindrapport wordt in maart 1999 verwacht. Op basis van Zweedse tijdreeksen zijn wel bij verschillende (benzine)prijselasticiteiten geschat voor autobezit, brandstofconsumptie, kilometrage en het totaal aantal voertuigen.
CB/T4867rO5
tijdshorizons gemiddeld
46
Tabel 12.4 benzme pqselashciteiten
Benzine prijselasticiteit EO, 1
voor Zweden bq versclullende
Zeer korte termijn
tildshorizons
Korte termijn
Lange termijn
0
4,05
-0,lO
EAKC~2
-0,lO
-0,15
-0,20
Ebu p1
-0,ll
-0,ll
-0,41
-0,lO -0,21
-0,20 -031
430 4,71
ENK~
4
EPp5 Bron. essay over Zweden, TF’K (1998), zie bqlagenrapport. 1. autobezit per voerhugkdometers,
capita; 2. gem. lulometrage 5 tot. vraag naar benzine.
per auto,
3: autospectieke
brandstofconsumphe;
4. tot.
aantal
Een huidige trend is het in grote getale importeren van oude dieselauto’s uit Europa. Alhoewel er geen bewijs voor is, lijkt dit sterk samen te hangen met het huidige belastingsysteem, waarbij oudere dieselauto’s bevoordeeld worden ten opzichte van nieuwe.
CB/T4867rO5
47
13
Zwitserland
13.1
Maatregelen
Fiscale maatregelen op het gebied van (personen)verkeer verschillende niveaus plaats: A Importheffingen op federaal niveau; A Motorrijtuigenbelasting op kantonniveau; A Parkeerheffingen op locaal niveau.
vinden
in Zwitserland
op
Het hoofddoel van de maatregelen is het financieren van investeringen in, en Van de brandstofheffingen gaat 70% naar onderhoud van weginfrastructuur. financiering van infrastructuur, opbrengsten van andere heffingen worden hier geheel aan besteed. Aanschaf van auto’s Er is geen speciale belasting op de verkoo van auto’s, maar er is wel een importbelasting van 4% van de aanschafprijs. 8 Bovendien zijn er importheffingen, deze variëren van CHF 12 tot CHF 15 per 100 kilogram (afhankelijk van het totale gewicht en/of de motorinhoud). Voor auto’s uit EU-landen wordt geen importheffing betaald. Verder is er een heffing op geïmporteerde auto’s (CHF 60) ter financiering van milieuvriendelijke sloop van auto’s. BTW (6,5%58) wordt geheven op de verkoopprijs van een auto. De leges op het kenteken bedragen CHF 80. Gebruik wegen Om gebruik te mogen maken van de Zwitserse auto(snel)wegen is een vignet nodig. Het vignet is een jaar geldig en kost momenteel CHF 40. De kantons in Zwitserland heffen jaarlijks motorrijtuigenbelasting. De hoogte verschilt per kanton en is afhankelijk van het gewicht van het voertuig, de inhoud van de motor of het motorvermogen. Enkele kantons geven auto’s met een katalysator korting. Een differentiatie van de motorrijtuigenbelasting naar de consumptie en/of uitstoot van schadelijke stoffen is in discussie. Au toverzekeringen De belasting op de premies van autoverzekeringen bedraagt ongeveer 6,3% en bestaat uit een vast bedrag afhankelijk van het type auto en een procentueel gedeelte 5,75%. Hiervan is 0,75% bestemd voor preventieve maatregelen met betrekking tot verkeersongevallen. Auto’s van de zaak Doordat de motorrijtuigenbelasting per kanton verschilt, is er concurrentie tussen de kantons. Sommige bedrijven ‘vlaggen’ hun autopark ‘uit’ naar een ander kanton vanwege de belastingverschillen. In de meeste kantons geldt een fiscale bijtelling voor
57 Voor electrische auto’s en voertuigen importheffingen betaald. 58Wordt per 1 /1/99 verhoogd naar 7,5%. CB/T48671Q5
voor
gehandicapten
worden
noch
importbelasting
noch
48
het privé-gebruik van auto’s van de zaak. In het kanton van Bern, bijvoorbeeld, een vaste bijtelling van CHF 4.000 boven op het inkomen.
is er
Reiskosten woon-werk en zakelijk Maatregelen betreffende reiskosten voor woon-werk verkeer verschillen eveneens per kanton. Over het algemeen zijn alleen kosten voor openbaar vervoer aftrekbaar. Soms mogen autogebruikers de corresponderende kosten van het OV aftrekken. Personen die geen gebruik van het OV kunnen maken (in afgelegen gebieden of door nachtwerk) mogen meestal rond de CHF 0,60 per kilometer aftrekken van de inkomstenbelasting. Accijnzen en hefingen op motorbrandstoflen De accijns en BTW (6,5%) op brandstof is te zien in onderstaande tabel. Naast GrootBrittannië is Zwitserland het enige van de onderzochte landen waar de accijnzen op diesel (ongeveer) even hoog zijn als de benzineaccijnzen.
Tabel 13 1
Accijns en BTW op brandstof BasE
m Zwitserland
(Hfl /hter), lste kwartaal
Accijns
BTW
1998
Totaal
Totaalpnjs
Totaal belasting po)
b&Shl-lg
nesel
0,543
1,031
0,102
1,133
1,676
68
Gelood
0,509
1,102
0,105
1,207
1,716
70
0,532
0,995
0,099
1,094
1,626
67
0,495
0,995
0,097
1,091
136
69
Ongelood Ongelood
(98 RON) (95 RON)
Bron.
IEA/OECD
13.2
Effecten
(1998)
De prijselasticiteit van de vraag naar brandstof in Zwitserland wordt geschat tussen de -0,5 en -0,7 te liggen, bij een prijsverandering van minimaal 20%59.
59 Zie essay over Zwitserland,
CB/T4867ffl5
Ecoplan,
in het bijlagenrapport.
Bijlagen
CB/T4867d5
Bijlage 1 Gehanteerde wisselkoersen
CB/T4867r05
b.l.1
In deel één van deze studie zijn alle tarieven van fiscale maatregelen omgerekend Nederlandse guldens. Voor deze omrekening zijn de volgende koersen gehanteerd:
Bron de Volkskrant,
CB/T48671u5
2 december 1998
in
---
NE/ A wY
Bijlage 2 De e-mail vragenlijst
CB/T4867105
----
b.2.1
This brief survey concerns an inventory of fiscal measures aimed at passenger road transport implemented by the national govemment in your country.
1. Can you indicate which, if any, of the tax-policy implemented: . . . . . . . . . . . . .
Taxes on motor fuels Motor velucle reglstratlon
Yes/No Yes/No
tax
Motor vehlcle (annual) clrculatlon Parkmg fees Faal
measures listed below are
tax
charges and mcentlves for commutmg
expenses and company cars
Yes/No Yes/No Yes/No
Road-pncmg/Tolls
Yes/No
Euro/Motorway-vlgnette Subsldles for tradmg m (very old) cars
Yes/No
Tax-exemption Accelerated
Yes/No Yes/No
for less poUutmg cars hscal wnte off for less pollutmg
cars
Yes/No
Taxes on car msurance
Yes/No
Other
Yes/No
Other
Yes/No
2. Can you indicate the reasons behind the implementation of the tax policy measures, for example reducing congestion, financing infrastructure, raising revenues, reducmg environmental impacts (if possible, separately for each positively indicated measure)
3. Do you have any information (both genera1 and specific)?
regarding
the effects of the above fiscal measures
--I
b.2.2
4. Do you have any suggestions regarding literature that we should consider for our project?
on fiscal measures or their effects
5. Do you have any other relevant remarks for our project?
Do you want to receive a copy of our paper?
CB/T4867&5
yes/no
Bijlage 3 Geraadpleegde
CB/T4867105
literatuur
--,
NEI A
b.3.1
w
ACEA, Motor vehzcle taxafion in Europe, Brussel, mei 1998. Banister, D., Policy Responses in fhe UK, in Banister, D & Button, K (eds) Transporf, Environmenf and Susfainable Developmenf, Londen: E& F N Spon, 1993. Bundesminiterium
fhe
fur Verkehr, So planf der Bund Seine Verkehrswege, Bonn, 1992.
Department of the Environment, Transport and the Regions (DETR), A new deal for fransport, better for everyone. The government’s white paper on the juture of transport, Londen, 1998. DETR, Transport; the way forward, Londen, 1996. Der Bundesminister Deutsches Institut
für Verkehr teilt mit, nr. 202/95, Bonn, 1995. für Wirschaftsforschung,
Wochenberichf 35/97, Berlijn, 1997.
ECMT, Statistical frends in transport 19652994, Parijs, 1998. Europese Commissie DG XXI, Vehrcle taxution m the Europeun Union 2997, Brussel, 1997. Europese Commissie DG VII, Fair puymenl for infrusfrucfure charging in the EU, Brussel, 1998.
use: a phased approach to
transport
Flavin, S., Company Cur Taxation: A Contribufion fo the Debate, paper presented af Uniuersities Transport Study Group annual conference, Dublin, 1998. Gruppo CLAS, Euro-Tenassess, Workpuckage 6, Country report Ztaly, 1997. HCG, TRACE, Dl: Reviw of existing evidente on time and tost elasticities of fravel demand and on the value of fravel time, 1998. ICCR, Euro-Tenassess, Workpackage 6, Counfry report Ausfria, Wenen, 1997. ICCR, Euro-TENASSESS, workpuckace 6, Country report Greuf Britain, Londen, 1997. INRETS, SORT-ZT EU research project, Deliverable 3, 1998. INRETS, Euro-Tenasses, Workpackge 6, Country Report France, 1997. International Energy Agency (IEA)/OECD, Parijs, 1998, International ITS, University
CB/T4867rO5
Energy prices and faxes; firsf quarter 1998,
Road Federation, World Roud Statistics 1998, Genève. of Leeds, PETS research project, workpackage 1, Leeds, 1997.
r
b.3.2
Jong, G. de, Elusficiteiten en reistijdwaarderrngen: Nederland versus de rest van Europa: bijdrage aan Colloquium Vervoersplanologisch Speurwerk 1998, HCG, 1998. Kraftfahrt-Bundesamt, 9/1997, Flensburg.
Statistische Mitteilungen
Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Vlaanderen, Brussel, 1997.
des Kraftfahrt-Bundesamtes Reihe 1, Heft
Ontwerp doelstellingenrapport
toegankelijk
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Verkenning ontwikkelingen In het verkeersbeleid in Duitsland, concept, 1996. Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Internatzonale vervoerplannen, onderdeel Belgie, concept, 1998a.
vergelijking
verkeers- en
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Internationale vervoerplannen, onderdeel Frankrijk, concept, mei 199813.
vergelijking
verkeers-
en
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, A themntic comparison of transport policy approaches in Europe - main report, 1998~. Ministre du Logement, de l’equipement trunsporfs - Résultats 2996, Parijs, 1997. Nederlands Economisch Instituut, versie 2.0, Rotterdam, 1995. Nederlands Economisch Instituut, CARTAX, Rotterdam, 1996. Nederlands
Economisch Instituut,
Eficten
et de transports,
Mémenfo de statistiques des
van BPM-alternafieven,
Afichafing
het model CARTAX
BPM, een toepassing van het model
Auto’s en Prijsbeleid, Rotterdam, i.o.v. AVV, 1998.
OECD, Environmenfal taxes in OECD counfries, Parijs, 1995. Pal, P. van der, Aufobefusfingen: Amsterdam, 1993.
een infernationale
vergelrjking,
Vrije
Universiteit
Planco, Euro-TENASSESS, workpackage 6, Country report Germany, 1997. SEO, De auto in zes landen, bezit en gebruik van personeneauto’s in Nederland, GroofBrittannië, Luxemburg, Denemarken, Frankrijk en Italië, 1991. TNO Policy Research, Cur ownership and cur use, the European dimension,
Delft, 1992.
Transport 1998.
2000, Winners and Lasers: Compuny cur tux refirm, L,onden: Transport
Volkskant,
Autoverkopen stagneren in maand oktober, Amsterdam,
CB/T4867rO5
2000,
14 november 1998.
I .&:
, ,: I *.:,q u_ “$3 ‘is ’ *,.. ., y- i i / ‘,Cj% f,S<. :,, *..
L_-----
_.__. L--;-----;----. ._ .-----~~---l
---_-_-_
__ _._._ &;L
_.
-___-.._-__--~~-~-._
-~.-~
___
_=__l--~.~_r_
=-5
_
_ _-
_
-; _. _
:
_
1 .