WaterInternationaal INFORMATIE OVER INTERNATIONAAL WATERBELEID EN INTERNATIONALE KANSEN SAMENGESTELD DOOR RVO.NL EN HET NETHERLANDS WATER PARTNERSHIP, MOGELIJK GEMAAKT DOOR HET PROGRAMMA PARTNERS VOOR WATER
2
Ondertussen in Vietnam: vruchtbare samenwerking
2
Partners voor Water: water ‘oogsten’ in Ethiopië
Betere toegang tot financiering
5
Even voorstellen: William van Niekerk
6
8
Grote opdracht mijlpaal in relatie
Nederland voorop in Poolse strijd tegen overstromingen Arcadis en Grontmij behoren tot een consortium dat in Polen op grote schaal flood risk management plannen gaat ontwikkelen. De plannen omspannen het hele land en minstens 15.000 kilometer rivieren. In totaal is met de opdracht van de Poolse National Water Management Authority (NWMA) een bedrag gemoeid van tien miljoen euro. De opdracht is een nieuwe mijlpaal in de verder versterkte relatie tussen Polen en Nederland op het gebied van water.
UPDATE WATER MONDIAAL
David van Raalten, marktsectorleider Deltatechnologie bij Arcadis: ‘Enkele jaren geleden hebben we in de vorm van het Polen-platform bij NWP, de Polish Dutch Dialogues en verschillende handelsmissies als sector de handen ineen geslagen. Dat zorgt ervoor dat je elkaar goed kent, dat je weet wie waarmee bezig is. Bij een opdracht als deze heb je elkaar gewoon nodig. Om voldoende massa te krijgen maar ook om expertise en ervaringen met elkaar te delen. Het is natuurlijk best spannend om dat samen te doen. Maar als je dat niet doet, loop je het risico dat je allebei niets krijgt en een derde ermee aan de haal gaat.’
Strengere selectie De sterke positie van, en de waardering voor de Nederlandse sector heeft bijvoorbeeld geleid tot een strengere selectie bij aanbestedingen. ‘Bij projectreferenties moet je dan bijvoorbeeld aantonen dat je expertise hebt op het gebied van ‘ruimte voor de rivier’. Ze vragen de dingen waar wij goed in zijn. En tegelijkertijd hebben we een gezicht en een track record omdat we als Nederlandse bedrijven al actief zijn in Polen. ’ Maciej Chrzanowski, country managing director van Grontmij in Polen: ‘We zijn zeer verheugd dat we zijn gevraagd voor zo’n uitgebreid en belangrijk project dat in ons land uniek is in schaal en complexiteit. Dit is een bewijs van onze sterke marktpositie in Polen.’ De opdracht in Polen vloeit voort uit de implementatie van de Europese Flood Directive. De NWMA zal de beheerplannen gebruiken om het beschermingsniveau tegen overstromingen te verhogen. De nationale aanpak maakt het mogelijk om integrale oplossingen te vinden, die rekening houden met álle overstromingsrisico’s, inclusief de kustveiligheid. De twee andere partners in het consortium zijn het Poolse instituut voor Meteorologie en Water Management (leading partner) en het Deense adviesbureau DHI Group.
Koning Willem-Alexander en koningin Máxima op staatsbezoek in Polen Koning Willem-Alexander en koningin Maxima brachten op uitnodiging van president Bronislaw Komorowski op 24 en 25 juni een staatsbezoek aan Polen. Zij werden daarbij vergezeld door minister Timmermans van Buitenlandse Zaken. Minister Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking leidde gelijktijdig een economische missie met deelnemers op het terrein van energie, landbouw en voeding, logistiek en transport en watermanagement. Koning Willem-Alexander hield een toespraak bij het Nederlands-Poolse business-seminar, ‘Innovation, solutions for a common future’. In zijn speech zei hij onder meer: ‘Innovatie
is het gebaande pad verlaten en dingen anders aanpakken. Van potentiële zwaktes juist een kracht maken. In die zin is innovatie altijd een avontuur. In Nederland hebben we geleerd hoe interessant en lonend dat avontuur kan zijn. Als deltaland dat deels onder de zeespiegel ligt, is Nederland kwetsbaar voor overstromingen. Door nieuwe manieren van waterbeheer te ontwikkelen, is Nederland niet alleen veilig geworden, maar ook uitgegroeid tot een wereldspeler op dit gebied. Nederlandse waterkennis wordt ingezet van Sint Petersburg tot New Orleans en van New York tot Jakarta.’
Verderop in deze krant een update van de activiteiten in het kader van het Water Mondiaal-programma. De Nederlandse watersector is daarvoor actief in de deltalanden Indonesië, Vietnam, Mozambique, Egypte, Bangladesh en sinds kort ook Myanmar, vroeger bekend als Birma. De Nederlandse overheid wil met deze landen langjarige samenwerkingsrelaties ontwikkelen. Het doel hiervan is onder andere het uitwisselen van kennis tussen deltalanden op het gebied van klimaatadaptatie en watermanagement en het versterken van de positie van de Nederlandse watersector. Deze deltalanden functioneren zo als internationale voorbeelden van de kennis en expertise die de Nederlandse watersector te bieden heeft. Partners voor Water biedt ondersteuning, en begeleidt de openbare aanbestedingen aan de Nederlandse watersector.
Lancering Building Blocks voor delta approach De Nederlandse delta approach is wereldwijd bekend. Maar hoe pas je die approach wereldwijd toe? Binnen het programma Water Mondiaal wordt al enkele jaren gewerkt aan structurele partnerships met deltalanden in de hele wereld. Op basis van die samenwerking zijn de randvoorwaarden, de ‘building blocks’ voor een delta approach samengesteld. Ze worden in september gelanceerd tijdens de conferentie ‘Deltas in times of climate change’
Deze 12 building blocks brengen alle randvoorwaarden in kaart die nodig zijn om de waterissues en leefbaarheid in een deltagebied aan te pakken. Ze zijn zo opgesteld dat ze in alle gebieden toe te passen zijn, ontwikkeld of niet ontwikkeld, ruraal of urbaan. Op de conferentie ‘Deltas in times of climate change’ (eind september, Rotterdam) worden de building blocks voor het eerst gepresenteerd. Aan de hand van de situatie in verschillende deltalanden (Jakarta, Vietnam,
Mozambique, etc) wordt steeds de toepassing van een ‘building block’ besproken door lokale en internationale stakeholders. Wilt u bij deze deltasessies aanwezig zijn? Schrijf u dan in op: www.climatedeltaconference2014.org Informatie over de sessies vindt u onder ‘programme/delta-sessions’.
De Maeslantkering nabij Hoek van Holland.
2 Update Water Mondiaal
Ondertussen in Vietnam De Nederlandse overheid is een langdurige strategische samenwerking aangegaan met Vietnam, vastgelegd in het Strategic Partnership Arrangement (SPA). Binnen deze samenwerking is een aantal MoU’s opgenomen om de samenwerking inhoud te geven en te faciliteren. De samenwerking tussen Vietnam en Nederland nadert op verschillende fronten een volgende fase. Het gaat dan met name om twee grotere onderwerpen, het Deltaplan
voor de Mekong en de klimaatadaptatie van Ho Chi Min City, maar ook om ontwikkelingen die daarmee samenhangen. Twee voorbeelden komen op deze pagina aan de orde: kleinschalig baggeren en het enthousiasme van internationale financiers over de integrale visie achter het Mekong Delta Plan. Daarnaast aandacht voor de drinkwatersamenwerking tussen Nederland en Vietnam.
Over het Mekong Delta Plan
Financiers omarmen integrale visie
Minister Schultz van Haegen overhandigde op 16 december 2013 het Mekong Delta Plan aan vice-premier Vu~ Van ˇ Ninh van Vietnam. Het plan bevat een strategische visie voor de delta tot het jaar 2100: agro-business, industrialisering, verduurzaming van land- en watergebruik en planvorming vanuit een overkoepelend raamwerk.
De Mekongdelta staat voor grote uitdagingen, en daarvoor zijn ingrijpende oplossingen nodig die veel geld kosten. Dus heeft de financiering hoge prioriteit. Vietnam is nu een middeninkomen-land, maar het is nog wel deels afhankelijk van internationale donoren en van leningen, bijvoorbeeld van de Wereldbank en de Asian Development bank. Daarom was het uiterst waardevol dat Victoria Kwakwa, directeur Vietnam van de Wereldbank, zich afgelopen december bij
De Mekongdelta is met 39.000 vierkante kilometer iets groter dan Nederland en er wonen ongeveer zeventien miljoen mensen. Vanwege de massale rijstproductie is de delta van groot economisch belang. Het is een kwetsbaar gebied dat ook nog eens te maken krijgt met zeespiegelstijging, toename van rivierwateraanvoer, verzilting
en in droge periodes een verdere afname van zoetwater. In totaal is er bijna twee jaar gewerkt aan het Deltaplan en was er een bedrag van 1,3 miljoen euro mee gemoeid, gefinancierd vanuit het Partners voor Waterprogramma. Het Mekong Delta Plan kwam tot stand in nauwe samenwerking tussen de Nederlandse en Vietnamese overheid en werd opgesteld door een Nederlands consortium onder coördinatie van Cees Veerman, voormalig Nederlands minister van Landbouw, voorzitter van de Deltacommissie 2008 en speciaal adviseur van de Vietnamese premier Dung. Consortiumpartners waren Royal HaskoningDHV, Wageningen UR, Deltares en RebelGroup.
resultaat zijn dat ze in hoog tempo kunnen worden uitgevoerd, omdat ze prima in de visie van het Deltaplan passen. Maar er kan ook reden zijn om aan te dringen op het aanpassen of, in een uiterst geval, het schrappen van plannen. En minstens zo belangrijk: het Mekong Delta Plan, met haar integrale visie, zet de deur open voor oplossingen waar juist Nederland goed in is.
Klimaatadaptatie Ho Chi Minhstad: nu richting concrete plannen Een overkoepelende strategie is noodzakelijk, maar bewijst pas haar waarde in de praktijk zodra er concrete plannen en projecten op worden gebaseerd. Dat is wat er nu gebeurt in Ho Chi Minhstad. Het Vietnamese Climate Adaptation PartnerShip (VCAPS), een Nederlands consortium onder leiding van Grontmij, helpt daarbij.
Minister-president Rutte bracht op 16 en 17 juni 2014 een officieel bezoek aan Vietnam. Staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken en een handelsdelegatie van 22 Nederlandse bedrijven reisden met hem mee. Rutte woonde onder meer een bijeenkomst bij over het Mekong Delta Plan, met vicepremier Hai. Ook tekenden de Nederlandse premier en minister-president Dung een partnerschapsakkoord op het gebied van landbouw en voedselzekerheid.
de presentatie van het Mekong Delta Plan zeer positief toonde over het plan én over de integrale visie die eraan ten grondslag ligt. Ook andere internationale financiers hebben het Mekong Delta Plan omarmd. Daardoor is er een draagvlak ontstaan om bij grote infrastructurele werken in het gebied te beoordelen of ze passen binnen de bandbreedte van het Mekong Delta Plan. Wanneer financiers grote projecten op die manier tegen het licht houden, kan het
Ho Chi Minhstad, eerder bekend als Saigon, is met ruim 7,5 miljoen inwoners de grootste stad in Vietnam. Ho Chi Minhstad ligt in het zuidoosten van Vietnam, 1.760 km ten zuiden van de hoofdstad Hanoi. De stad kent nu al grote problemen door hevige regenval en de lage ligging. Door de klimaatverandering zullen die problemen in de toekomst verergeren. Vorig jaar stelde VCAPS de klimaatadaptatiestrategie voor Ho Chi Minhstad op. Voluit heet dat project ‘Ho Chi Minh City towards the sea with Climate Change Adaptation’.
Samen met Rotterdam De klimaatadapatiestrategie en het vervolg-
traject passen in een samenwerking die al jaren geleden op gang kwam. Rotterdam deelt op bestuurlijk niveau zijn maatregelen om een ‘climate proof ’ stad te worden met Ho Chi Minhstad. In het verlengde daarvan zijn de twee trajecten aanbesteed en gefinancierd vanuit Partners voor Water. Het bestuur van de stad, de People’s Committee of Ho Chi Minh City, wil de klimaatadaptatiestrategie gaan hanteren om Ho Chi Minhstad voor de toekomst klimaatbestendig te maken.
‘Vietnamese ownership, Dutch partnership’ Speciaal daarvoor is het Ho Chi Minh City Climate Change Bureau opgericht. VCAPS won de Europese aanbesteding voor het vervolgtraject en gaat dit bureau ondersteunen. Enrico Moens, teamleader van het project en programmamanager Klimaat & Duurzaamheid bij Grontmij, zei daarover: ‘Bij het opstellen van de klimaatadaptatiestrategie is onder het motto ‘Vietnamese ownership, Dutch partnership’ stevig ingezet op samenwerking en draagvlakvorming. Zaak
is nu om door te pakken op de ingeslagen weg en de klimaatadapatiestrategie te borgen in plannen, projecten en procedures binnen de verschillende afdelingen van Ho Chi Minhstad, alsmede de diverse districten die door overstromingen worden bedreigd.’ Het consortium maakt onder meer gebruik van de kennis en ervaring die de stad Rotterdam de afgelopen jaren heeft opgebouwd. Het resultaat van het project moet zijn dat klimaatadaptatie een vast onderdeel wordt in alle aspecten van stedelijke ontwikkelingen in Ho Chi Minhstad. Het VCAPS-consortium bestaat naast Grontmij uit Witteveen+Bos, Bosch Slabbers landschapsarchitecten, Ecorys, Urban Solutions en het Instituut voor Milieuvraagstukken (VU-Amsterdam). Het consortium wordt ondersteund door locale experts. Meer weten? Kijk op www.vcaps.org
Wijkfitter in Ho Chi Minhstad Vitens Evides International gaat in Ho Chi Minhstad twee jaar lang helpen om de drinkwatervoorziening te verbeteren. In april werd daarvoor het contract getekend met Sawaco, het waterbedrijf van de stad dat water levert aan ongeveer acht miljoen mensen. Het project is onderdeel van een reusachtig project voor de verbetering van de drinkwatervoorziening in veertig steden, gefinancierd met een lening van een miljard dollar van de Asian Development Bank. Voor Vitens Evides International gaat het om 2,5 miljoen dollar, voor een periode van twee jaar. Gerard Soppe, Regional Director Asia bij Vitens Evides International: ‘ Sawaco wil samen met VEI de aanpak van het nonrevenu water versterken. Dat is vooral water dat weglekt uit het netwerk. Hiervoor willen we het caretaker-concept invoeren, of
in gewoon Nederlands: de wijkfitter. Die staat dicht bij de klant en is onder meer het aanspreekpunt voor lekkages. De verantwoordelijkheid ligt dan op de werkvloer, bij één persoon. Dat is belangrijk, omdat het non-revenu aandeel tussen de 35 en
de 40 procent ligt. Dat percentage willen we samen met onze collega’s van Sawaco flink omlaag brengen; daarvoor leveren we technische assistentie. Dat dit project wordt gefinancierd door de Asian Development Bank, is een mijlpaal. De samenwerking in Vietnam startte zes jaar geleden met een ondersteuningsprogramma, gefinancierd door de Nederlandse ambassade. Vorig jaar sloot Vitens Evides International ook al een vierjarige samenwerkingsovereenkomst met Vietnamese waterbedrijven, de Universiteit van Can Tho
en Unesco-IHE voor een betere watervoorziening in Ho Chi Minhstad en twee andere steden. Dat project wordt mede mogelijk gemaakt door het Fonds Duurzaam Water en past binnen het Mekong Delta Plan. De partners gaan samen onder meer 20.000 drinkwateraansluitingen realiseren, twintig kilometer nieuwe waterleidingen aanleggen en een zuiveringsinstallatie bouwen voor het drinkwaterbedrijf van Soc Trang. Door klimaatverandering treedt verzilting van het drinkwater op. De nieuwe zuiveringsinstallatie zal kwalitatief goed water leveren aan de consumenten van Soc Trang.
De ondertekening van het contract in april door de heer Phu van Sawaco en Peter Vermaat van Vitens Evides International. Midden achter Simon van den Burg, Consul Generaal van Ho Chi Minhstad, rechtsachter Gerard Soppe, Regional Director Asia bij Vitens Evides International.
Update Water Mondiaal 3 ’No regret’-maatregel past binnen Mekong Delta Plan
Mozambique: vier Plan binnenlands baggeren opent deuren voor Nederland keer zo veel rijst per hectare
‘Als je een land echt vooruit wilt helpen, dan moet je aan de slag met duurzaam, structureel beheer en onderhoud. En dat begint met het beheren en onderhouden wat je hebt. Dat geldt ook voor binnenlands baggeren. Wil je dat bovendien naar een goed niveau tillen, zoals we dat in Nederland aanpakken, dan heb je meteen ook een aantrekkelijk verdienmodel, je opent deuren voor de Nederlandse watersector.’ Dat was de basisgedachte in het voorstel dat Dick Konijn van ID Consultancy in
“Til je het naar een goed niveau, zoals in Nederland, dan heb je meteen een aantrekkelijk verdienmodel” opdracht van de ambassade in Vietnam en de Wereldbank schreef over binnenlands baggeren in de Mekongdelta. Dat werk
behoort tot de ‘no regret’-maatregelen; binnenlands baggeren past goed binnen de bandbreedte van het Mekong Delta Plan en de overeenkomst ter verbetering van baggerwerkzaamheden en bescherming van het kustgebied. De Vietnamese vice-minister van landbouw en rurale ontwikkeling vroeg mede naar aanleiding van het voorstel om Nederlandse ondersteuning. Die kwam er allereerst in de vorm van een ‘study tour’ begin april, dertig man sterk, van zeven Mekong-provincies, onder leiding van een topambtenaar van het genoemde ministerie. Ook de Wereldbank was vertegenwoordigd. Het was een volle week met onder meer lezingen en bezoeken aan waterschappen, Rijkswaterstaat en grondbanken. Ook zijn enkele, voor de Vietnamese bezoekers nog onbekende baggertechnieken gedemostreerd. Het geheel gaf de bezoekers een goed beeld van lange termijn, integraal en structureel beheer en onderhoud in Nederland, de rol van waterschappen en Rijkswaterstaat, plus het principe van de grondbank.
Pilot met grondbank Volgende stap is een pilot voor binnenlands baggeren. Die zal na de zomer starten in een gebied met één watersysteem, waarbij twee of drie provincies betrokken zijn. Daarbij zal ook het principe van de grondbank betrokken worden, voor het verzamelen, opslaan en hergebruiken van baggerspecie. Dick Konijn: ‘Zeventig procent van de kosten voor binnenlands baggeren
wordt nu besteed aan het verwerven van dure landbouwgrond, om baggerspecie te bergen. Daarom gaan we onderzoeken hoe het principe van de grondbank daar kan worden toegepast.’ De financiering in dit stadium wordt gezamenlijk gedragen door Nederland en de Wereldbank. Ter voorbereiding op de pilot vond er van 9 tot en met 11 juni een workshop plaats in Can Tho, een grote stad in de Mekongdelta. Ambitie is om in Vietnam ook te komen tot een brancheorganisatie voor binnenlandse baggeraars, die vervolgens een hechte band kan opbouwen met de Nederlandse Vereniging van Waterbouwers.
Vijftien jaar Dick Konijn hoopt dat de langetermijnaanpak er komt. ‘Je moet dan denken aan een eerste planperiode van vijftien jaar. Er is voor deze benadering commitment van Vietnamese kant en van de Wereldbank. Volgende stap is hoe je de financiering daarbij kunt laten aansluiten, waarbij je ook de zekerheid hebt dat het geld daadwerkelijk voor dat doel wordt gebruikt. Er wordt nu wel gebaggerd, maar alleen als er problemen zijn, niet preventief. Daar wordt ook geen budget voor gereserveerd, waardoor de sector ook niet veel investeert. Zo kom je in een vicieuze cirkel. Wij zijn in Nederland geprogrammeerd om vooruit te denken en ons goed voor te bereiden. Dat is in Vietnam minder sterk ontwikkeld.’
Van één naar anderhalve oogst per jaar, plus een productiestijging van één naar vier ton rijst per hectare per jaar. En zesduizend kleine boeren die ervan profiteren. Dat zijn de doelstellingen van een groot voedselzekerheidsproject dat een consortium onder leiding van Royal HaskoningDHV gaat uitvoeren in Mozambique. Royal HaskoningDHV gaat nieuwe en gemoderniseerde irrigatiesystemen ontwerpen en implementeren en de bestaande irrigatie-infrastructuur verbeteren. ‘Met dit project willen we zelfstandig ondernemerschap, een hogere productie, een hogere productiviteit en de duurzaamheid van de rijstoogst bevorderen en garanderen’, zegt Eugenio Nhone, de PROIRRI-projectmanager bij het Mozambikaanse ministerie van Landbouw. Manuel Jossefa, landbouwsocioloog bij Royal HaskoningDHV, licht toe: ‘We passen bestaande irrigatietechnologieën toe, maar zullen waar mogelijk ook gebruikmaken van nieuwe technologieën.
Daarbij moeten we er wel rekening mee houden dat de begunstigden kleine producenten zijn die vooral handmatig werken. Dit beperkt de toepassing van mechanisatie. Het project kent vele uitdagingen, al was het maar door de grote afstanden tussen de projectlocaties. Bovendien moeten de verenigingen van kleine boeren nog landbouwvergunningen regelen. We zullen dus allerlei belanghebbenden bij het project betrekken.’ Het Mozambikaanse ministerie van Landbouw heeft het contract ter waarde van 5,4 miljoen dollar toegekend. Het Sustainable Irrigation Project (PROIRRI), gericht op de provincies Sofala en Zambezia, wordt door de Wereldbank gefinancierd en heeft een looptijd van zes jaar. Het consortium bestaat uit Royal HaskoningDHV, Wageningen University & Research centre, ingenieursbureaus Umhlaba uit Zuid-Afrika en Resiliência uit Mozambique en de Mozambikaanse NGO’s Kulima en Eco-Micaia.
De rijstproductie van zesduizend Mozambikaanse boeren kan verviervoudigd worden.
Watersamenwerking in Bangladesh
Grotere taart, naar Nederlands recept De watersamenwerking met Bangladesh wordt niet alleen intensiever, maar stijgt ook naar een hoger niveau. De ambassade en de sector zitten nu bijvoorbeeld voor het Deltaplan 2100 aan tafel met het planningsministerie, dat verantwoordelijk is voor de allesbepalende vijfjarenplannen. Het is werken aan een grotere taart, op basis van een zo Nederlands mogelijk recept. Zodat de uitgangspositie van de Nederlandse sector optimaal is. Ambassadeur Gerben de Jong en Carel de Groot, themadeskundige water op de Nederlandse ambassade in Dhaka, maken een tussenbalans op.
‘Met het Deltaplan zetten we ons niet alleen technisch maar ook planologisch en institutioneel op de kaart. Heel belangrijk is dat we op hoog niveau samenwerken, met het planningsministerie. Dat is eindverantwoordelijk voor de vijfjarenplannen. In het verleden werkten we wel goed samen met verschillende andere ministeries, en tekenden we verschillende overeenkomsten. Maar daarmee kwam je niet per definitie in een vijfjarenplan. Nu is onze positie sterker. Ons doel is het zevende vijfjarenplan, daar willen we goed in staan. De volledige samenstelling daarvan duurt nog meer dan twee jaar, maar medio 2015 wordt al bepaald wat de belangrijkste elementen zullen zijn.’
zodat er samenhang ontstaat. Dat gaat over verschillende aspecten. Ook sociale ontwikkeling, binnenvaart en rivierbeheer
Anderhalve meter
Meer samenhang Het is niet zo dat het Deltaplan straks vol staat met nieuwe plannen. Gerben de Jong: ‘Het gaat er meer om dat bestaande plannen geïntegreerd worden,
moet je er bijvoorbeeld in meenemen. Veel sectorale plannen zijn op zichzelf wel goed, maar te vaak komt het niet tot uitvoering. Het planningsministerie wil graag met ons samenwerken aan het Deltaplan, en onderkent ook het belang van een integrale, holistische benadering. Tegelijk met het aanbrengen van samenhang willen we in het Deltaplan ook meer aandacht vragen voor kwaliteit. Vaak heeft infrastructuur nu een kortere levensduur dan verwacht. Wil je duurzame oplossingen, dan zul je de kwaliteitseisen serieuzer moeten nemen. Dat besef wordt sterker, en daarmee de positie van Nederland.’
Ambassadeur Gerben de Jong
Het grootste project van de ambassade is sinds vorig jaar Blue Gold, gericht op watermanagement in de polders van drie districten, in totaal 160.00 hectare. Het programma loopt zes jaar, vanaf 2013. Ongeveer 150.000 huishoudens zullen ervan profiteren. Carel de Groot: ‘We richten ons niet alleen op het technische management en de veiligheid, maar ook op productieverhoging en de toegang tot markten, om zo de economische ontwikkeling te bevorderen. Met de beschikbare fondsen kunnen we op dit gebied
experimenten uitvoeren.’ Een project als Blue Gold kan straks meelopen in het Deltaplan, zeker ook in relatie tot klimaatverandering. ‘Die effecten lijken nog dramatischer te worden dan we eerder al vreesden. je hebt het dan over een stijging van de zeespiegel met één meter, terwijl nu bij een stevige regentijd de helft van het land al onder water staat. Door de voortdurende landwinning wordt het verhang steeds kleiner, zodat je problemen krijgt met de afvoer van regenwater richting zee.’
Goede businessplannen Een belangrijk aspect in het ontwikkelen van kansrijke projecten is de noodzaak van een goed businessplan, zodat pilots verder kunnen worden gebracht. Dat speelt volgens Carel de Groot bijvoorbeeld bij het Flood Early Warning System en bij initiatieven rond het watergebruik en de afvalwaterbehandeling van de immens belangrijke, maar tegelijk zwaar bekritiseerde textielindustrie.
BANGLADESH DELTA PLAN 2100 Een groot internationaal consortium, onder leiding van Twynstra Gudde, gaat de komende 2,5 jaar Bangladesh assisteren bij het opstellen van het Bangladesh Delta Plan 2100 (BDP2100). De ondertekening van het contract eerder dit jaar was een mijlpaal in de samenwerking met Bangladesh op watergebied. De andere consortiumpartners zijn Euroconsult Mott MacDonald, ECORYS, Witteveen+Bos, D.EFAC.TO, Deltares, Wageningen UR en UNESCO-IHE. De opdracht is verleend door het ministerie
van Buitenlandse Zaken in nauwe afstemming met het planningsministerie van Bangladesh en heeft een waarde van ongeveer 6.5 miljoen euro. Het Deltaplan 2100 valt binnen de kaders van het Water Mondiaal Programma. Dit programma, waarvan de ministeries van Economische Zaken (EZ), Infrastructuur en Milieu (I&M) en Buitenlandse Zaken de opdrachtgevers zijn, wordt uitgevoerd door Partners voor Water (RVO.nl in samenwerking met NWP).
4 Update Water Mondiaal Opgesteld door Nederlands consortium
Aanloop naar uitvoering Masterplan Beira 2035
Myanmar nieuwe Water Mondiaal-delta Myanmar, voorheen bekend als Birma, is dit jaar toegevoegd aan de Water Mondiaal Deltalanden. In mei van dit jaar bracht minister Schultz van Haegen een tweede werkbezoek aan het land. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) publiceerde in de week van 7 juli 2014 een aanbesteding voor een haalbaarheidsstudie naar het verbeteren van de bevaarbaarheid van de Ayeyarwady in Myanmar.
Ben Lamoree is procesmanager voor het masterplan. ‘Mijn belangrijkste taak is om alle relevante partijen zo veel mogelijk te betrekken. Dit betekent concreet dat ik ondersteuning verleen aan de burgemeester en de gemeente om de grote stakeholders in Beira, zoals de haven en de grote kolenbedrijven, maar ook de universiteiten, er bij te houden, en hen te raadplegen over belangrijke stappen en besluiten in het uitvoeren van het masterplan. Het betekent ook dat ik, samen met de ambassade, en namens de gemeente, contacten aanknoop met publieke en private financiers die mogelijk een rol kunnen spelen in het financieren van projecten die het masterplan uitvoeren, zoals kustverdediging of afvalwaterbehande-
ling. Ook probeer ik zo veel mogelijk en in een zo vroeg mogelijk stadium de economische kansen die zich voordoen bij het uitvoeren van het masterplan onder de aandacht van de Nederlandse watersector te brengen. Tenslotte vertegenwoordig ik in Mozambique het regieteam van de Nederlandse ministeries die verantwoordelijk zijn voor de inzet in Beira en coordineer ik de inzet van andere uitvoerders, bijvoorbeeld bij de voorbereiding van de investeringsconferentie.’ Deze donorconferentie wordt begin 2015 gehouden. De gemeente Beira en het Haven- en Spoorwegbedrijf CFM organiseren dan samen een internationale conferentie voor publieke en private investeerders waar zij hun masterplan voor de stad en voor de haven zullen presenteren, evenals hun investeringsportfolio’s. Het Masterplan is opgesteld door een consortium bestaande uit Deltares, Witteveen+Bos, Wissing stedenbouwkundigen, NIRAS Mozambique en VandenBroek Consulting opgesteld. Het plan is tot stand gekomen in opdracht van RVO.nl en in nauwe samenwerking met de gemeente Beira en lokale stake-
holders. In juni heeft het ‘landenteam’ van het ministerie van Buitenlandse Zaken, samen met mensen van de ambassade, in Beira uitgebreid gesproken met de gemeente en met stakeholders uit de stad. De bevindingen waren heel positief.
MYANMAR IN HET KORT
Visualisering zorgt voor impact Nelen & Schuurmans gaat het Masterplan voor Beira (Mozambique) ondersteunen tijdens de ontwerpfase, de donorconferentie en de verdere implementatie van het plan. Lizard en 3Di is het middel waarmee partijen bij elkaar gebracht worden en waarmee het effect van verschillende maatregelen in en rondom de stad kunnen worden gevisualiseerd en eenvoudig gedeeld. Het gaat daarbij in eerste instantie om waterhuishoudkundige maatregelen, zoals het effect van het aanleggen van drainage, ophogingen of grondverbetering. Ook geeft de visualisatie een doorkijk naar de impact van gebiedsontwikkeling of nieuwe infrastructuur op het verkeer. Het onderliggende model werkt extreem snel, waardoor het live te gebruiken is tijdens planprocessen. Daarnaast zijn meerdere visualisaties mogelijk van wateroverlast, zelfs in 3D.
Het consortium wordt gevormd door Royal HaskoningDHV, Arcadis, Rebel, UNESCO-IHE, Tygron en waterschap de Dommel. De TU Delft en Deltares verzamelen de data en verzorgen de modelling. UNESCO-IHE en de TU Delft leveren een bijdrage aan de ontwikkeling van kennis en vaardigheden. Op dinsdag 22 april organiseerde NWP in nauwe samenwerking met het ministerie van Infrastructuur & Milieu en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland een drukbezochte informatiebijeenkomst over Myanmar voor de brede watersector. Belangstellenden werden bijgepraat over de lopende activiteiten en de toekomstige kansen voor de sector in Myanmar.
Beira, de tweede stad van Mozambique, vanuit de lucht.
De Mozambikaanse havenstad Beira staat voor een aantal belangrijke uitdagingen: benutting van het economisch potentieel, verbetering van de leefomstandigheden en duurzame aanpassing aan klimatologische omstandigheden. Het Masterplan Beira 2035 legt een gedegen basis voor deze ambities. Het Masterplan is opgesteld door een Nederlands consortium.
en versterkt de banden tussen de overheden van beide landen. Hij vervulde een soortgelijke rol in Vietnam.
Het stroomgebied van de Ayeyarwady in Myanmar.
Een Nederlands consortium presenteerde tijdens het werkbezoek van de minister de eerste plannen om te komen tot een duurzaam watersysteem in Myanmar en concrete projecten met kansen voor Nederlandse bedrijven. Het consortium voert een onderzoek uit om te komen tot een integraal waterbeheerplan voor het stroomgebied van de rivier. Een High Level Expert Team onder leiding van Cees Veerman adviseert het consortium
Myanmar is achttien keer zo groot als Nederland en heeft ruim 55 miljoen inwoners. De centraal geleide economie maakt stap voor stap plaats voor een markteconomie. Myanmar is nu nog een van de armste landen van de wereld. De Ayeyarwady of Irrawaddy is de belangrijkste rivier van Myanmar. Met een lengte van ruim 2170 kilometer en een stroomgebied van ruim 400.000 vierkante kilometer is het ook een van de grootste rivieren van Zuidoost-Azië. De rivier stroomt van noord naar zuid door Myanmar, vanaf het gebergte van de Himalaya naar de Andamanse Zee, waar de rivier een 300 kilometer brede rivierdelta vormt.
Jakarta: sterk plan, nu verder! Het Indonesisch-Nederlands masterplan voor National Capital Integrated Coastal Development (NCICD) kan de waterveiligheid garanderen van miljoenen inwoners van Jakarta. De kosten voor het totaal: naar schatting 45 miljard dollar. De volgende opgave: zorgen dat het plan op een kwalitatief hoogwaardige wijze zal worden uitgevoerd en dat de BV Nederland ook bij de uitvoering een behoorlijk stuk van die enorme taart krijgt. Indonesische en Nederlandse deskundigen, zowel uit de publieke en private sector als van kennisinstellingen, hebben een kleine zes jaar naar het National Capital Integrated Coastal Development (NCICD) Masterplan toegewerkt. Minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu presenteerde het op 2 april van dit jaar in Jakarta. Haar bezoek was een vervolg op de missie naar Jakarta onder leiding van premier Rutte in november 2013. Hij presenteerde toen al de visie van de Nederlandse watersector voor de kustontwikkeling in Jakarta,
weergegeven in een film en een ‘bidboek’. Het masterplan werd in Indonesië goed ontvangen; vanuit verschillende nationale ministeries en de stadprovincie Jakarta is eenduidig aangegeven dat het plan het kader vormt voor de komende, noodzakelijke ontwikkeling. Het masterplan weerspiegelt niet alleen een samenhangende visie, het is ook doorgerekend op haalbaarheid, zowel technisch als financieel. Het plan wordt de komende maanden verder aangescherpt. Ivo van der Linden, coördinator van het
Indonesië Platform van het Netherlands Water Partnership (NWP): ‘De uitvoering kan een flinke zet in de rug krijgen wanneer het masterplan een aparte nationale ‘emergency’ status krijgt en wordt bekrachtigd met een presidentieel decreet. De Nederlandse overheid is gevraagd hieraan ondersteuning te geven en heeft met bijvoorbeeld de Nederlandse Deltawet een prima voorbeeld. Er was bij het verschijnen van deze krant nog onduidelijkheid over de uitkomst van de presidentsverkiezingen. Joko Widodo, de populaire gouverneur van Jakarta en leidsman van de oppositiepartij die in april al de parlementsverkiezingen won, kwam in juli als winnaar uit de bus, maar zijn opponent vecht de uitslag aan. Waterveiligheid is een van Widodo’s prioriteiten en met zijn decreet kan hij het megaproces op gang brengen zoals dat
in het masterplan wordt omschreven. Een beetje zoals het Deltaplan: grote werken die ver uitstijgen boven de waan van de dag.’ De concurrentie voor de uitvoering zal zeer hevig zijn. Tijdens de verdere aanscherping en de voorbereiding op de uitvoering zal Nederland het vizier blijven richten op duurzame kwaliteit. Ivo van der Linden: ‘Omdat de problemen daarom vragen én omdat daarin de kracht van de Nederlandse sector ligt. Hoe hoger de eisen in het plan wat dat betreft zijn, en hoe sterker de integrale aanpak die eruit spreekt, hoe groter de kansen om een mooi stuk van de taart te krijgen.’ Het masterplan is een gezamenlijk project van de Indonesische en Nederlandse regering en wordt opgesteld met Nederlandse
financiering. De Nederlandse expertise komt van Witteveen+Bos, Grontmij, Kuiper Compagnons, Ecorys, Triple-A en Deltares. Het masterplan combineert veiligheid en leefbaarheid met het creëren en benutten van economische kansen voor Jakarta. Voorwaarde, en hoogste prioriteit, is het afsluiten van de baai, het stoppen van de bodemdaling en het op orde krijgen van de kwaliteit van het oppervlaktewater. Om de waterveiligheid te kunnen financieren is in grootschalige landaanwinning voorzien, nu gepresenteerd in de vorm van de ‘Garuda’, de mythologische vogel die het nationale symbool van Indonesië is. De ambitieuze plannen beschermen Jakarta tegen het water en leggen een basis voor verdere economische groei.
Partners voor Water en DRR-Team 5
DRR-Team: in hoog tempo van hulp naar handel ‘Nederland houdt wereld droog’, kopte een landelijke ochtendkrant dit voorjaar. Het ging over het Dutch Risk Reduction team (DRR-team) dat Nederland beschikbaar stelt om in rampgebieden te helpen. Geen noodhulp, maar meedenken over duurzame oplossingen, als het even kan gecombineerd met opdrachten voor de Nederlandse sector: in hoog tempo van hulp naar handel. Klaas de Groot van Arcadis leidde een van de eerste missies van het DRR-team en was onder meer in Tabasco, Mexico. Hoe werkt het in de praktijk? ‘In de jaren zeventig zijn onder meer in Tabasco olievelden gevonden. Dat heeft geleid tot een snelle en soms ongecontroleerde ontwikkeling. Dat levert nu problemen op. Er zijn in dat deel van Mexico grote overstromingen geweest onder andere doordat er in die ontwikkeling onvoldoende rekening is gehouden met het watersysteem. Men was daar volledig ingesteld op het natuurlijke gedrag van water en de nieuwe ontwikkelingen zorgden voor een versterking van watergerelateerde problemen: te veel, te weinig, niet schoon. Met de aanstaande transitie van de energiesector wordt een tweede ‘boom’ voorzien. De staat anticipeert op de ontwikkelingen die dit met zich
het MoU. De focus ligt op de deelstaten Guerrero (Acapulco) en Tabasco. In die laatste deelstaat heeft de lokale overheid een budget van 13 miljoen dollar vrijgemaakt voor het opstellen van een concreet ontwikkelingsplan.
Meer dan intenties
Overstroming in de Mexicaanse stad Tabasco
mee brengt en wil borgen dat de inrichting van het watersysteem die nieuwe ontwikkelingen optimaal faciliteert.’ De samenwerking tussen Nederland en Mexico op het gebied van waterveiligheid is de afgelopen jaren geïntensiveerd. In 2013 heeft de federale overheid gekozen voor een integrale aanpak, gericht op het voorkomen van zowel overstromingen als
waterschaarste. De Mexicaanse overheid heeft hierbij ondersteuning gevraagd van de Nederlandse watersector. Het MoU dat in april door minister Ploumen is getekend, is daarvan het resultaat. Het DRR-team (met experts van Arcadis, Boskalis, Deltares en het ministerie van I&M) heeft in korte tijd de situatie en mogelijke oplossingen in kaart gebracht. Daarmee is input geleverd voor het werkplan dat deel uit maakt van
Meervoudig watergebruik in Ethiopië
Goedkope techniek voor ‘oogsten’ water op lokaal niveau Ethiopië kent problemen in de toegang tot én de kwaliteit van water. Conventionele systemen, zoals het boren van een put, voldoen vaak niet in de droge, afgelegen gebieden van Ethiopië. De oplossing kan liggen in het toepassen van goedkope technologie voor het ‘oogsten’ van regenwater op het niveau van de lokale gemeenschappen. Stichting IRC en RAIN rondden eind 2013 een mede door Partners voor Water gefinancierd haalbaarheidsonderzoek af in twee sterk verschillende gebieden. Ze werkten samen met het Ethiopische ministerie van Water, Irrigatie en Energie en een aantal NGO’s. Het ging steeds om meervoudig gebruik: in huis, maar ook voor irrigatie en voor het vee. John Butterworth van IRC: ‘In de droge gebieden, bij de zogenoemde ‘zandrivieren’ die een flink deel van het jaar droog staan, hebben we ons geconcentreerd op het ontwikkelen van gemeenschapsinitiatieven. Je bouwt een eenvoudige dam om water vast te houden, maar ook de lokale organisatie er omheen waardoor er op een verantwoorde en zinvolle manier met het beschikbare water wordt omgegaan. Onze conclusie is dat zo’n ‘community scheme’ een goede aanpak kan zijn, maar we durven niet te zeggen of het duurzaam is en nog steeds werkt als je een paar jaar later weer komt kijken. Waarschijnlijk is er voortgezette
ondersteuning nodig van een NGO of van de overheid.’ Volgens John Butterworth is watervoorziening voor meervoudig gebruik makkelijker in de hogere gebieden, waar het grondwater minder diep zit. ‘Families graven daar ook nu al regelmatig hun eigen bron voor meervoudig gebruik. Maar je kunt die vorm van zelfvoorziening stimuleren en ondersteunen met relatief eenvoudige aanpassingen. Zodat het wordt toegepast door veel meer families en op een veel hoger kwaliteitsniveau. Je hebt het dan over technische ondersteuning en kennisbevordering, maar bijvoorbeeld ook over het ondersteunen van de private sector en microfinanciering. Daarvoor spreken we met instanties die microfinanciering aanbieden. Dat doen ze namelijk nog te weinig voor dit soort initiatieven, dat zien ze als een soort luxe.
Ze hebben geen goed beeld van het belang van eenvoudig beschikbaar water. Als een boer bijvoorbeeld de hele tijd water ergens anders moet halen, heeft hij veel minder tijd om zijn bedrijf te runnen.’ De zelfvoorziening is uitgewerkt in twee – inmiddels in de praktijk geteste – richtlijnen die zijn opgenomen in een handleiding van het Ethiopische ministerie van Water, Irrigatie en Energie. De ontwikkelde aanpak is ook opgenomen in het Millennium Water Alliance Ethiopia programme, voor implementatie in drie regio’s. Dat gaat gepaard met een investering van ruim een miljoen euro. IRC en Aqua for All zullen ondersteuning leveren bij deze implementatie. Meer weten? Kijk op www.ircwash.org/projects/mustrain
Juist door het werkplan dat eronder ligt gaat het MoU duidelijk verder dan alleen maar goede intenties. Er zijn bovendien al goede relaties, de Nederlandse ambassade in Mexico had heel veel nuttig voorwerk verricht. Klaas de Groot: ‘We hebben een lijst met prioriteiten gemaakt: wat kan er gedaan worden en hoe kan Nederland daarbij helpen. Inmiddels hebben we een tweede missie achter de rug en zijn de projectvoorstellen verder uitgewerkt. Uitgangspunt voor de samenwerking is dat de federale en lokale overheid de financiële middelen leveren. Wij zien goede kansen voor Nederlandse partijen, omdat de Nederlandse gedachte van een integrale aanpak doorklinkt in het werkplan en ook mede aan de basis ligt van het ontwikkelingsplan voor Tabasco op het gebied van water. Leven met water, ruimte voor de rivier en building with nature zijn Nederlandse concepten die hierin een plek kunnen krijgen.’
Veel belangstelling Inmiddels heeft er ook een missie plaatsgevonden naar de Filippijnen en zijn er aanvragen voor het DRR-Team binnengekomen uit Senegal, Pakistan, Uruguay en Libanon.
OVER HET DRR-TEAM Het DRR-Team (Dutch Risk Reduction Team) staat voor de beste Nederlandse waterexpertise die snel ingezet kan worden op verzoek van buitenlandse overheden bij het voorkomen of het beperken van watergerelateerde rampen. Het betreft geen noodhulp, maar kennis en expertise op het gebied van waterbeheer, waterveiligheid en watervoorziening ter ondersteuning van wederopbouw en preventie. Het DRR-Team is een initiatief van het ministerie van Buitenlandse Zaken, het ministerie van Infrastructuur en Milieu en de watersector. De uitvoering is in handen van RVO.nl, in samenwerking met NWP. Meer over het werk van de DRRteams: www.drrteam.nl
Tien projecten in laatste subsidietender Partners voor Water In de laatste tender van het subsidieprogramma ‘Wereldwijd Werken met Water’ (Onderdeel van het programma Partners voor Water ) zijn tien projecten gehonoreerd, met een totaal subsidiebedrag van twee miljoen euro. Het huidige Partners voor Water-programma loopt tot eind 2015. Er is subsidie toegekend voor projecten in Roemenië, Indonesië, Turkije (2), Rusland, Zuid-Afrika, Ethiopië, India, Kenia en Mozambique. Het gaat steeds om de financiering van een deel van de projectkosten. De bijdrage kan per deelnemer uiteenlopen van 25 tot 80 procent. De projecten hebben onder meer betrekking op drinkwater en sanitatie, governance, afvalwaterzuivering, voedsel- en ecosystemen, klimaatverandering en veiligheid. Het programma ondersteunt de Nederlandse watersector met een subsidie om innovatieve projecten in het buitenland te realiseren. Partners voor Water ging in 2000 van start, als gezamenlijk initiatief van zes toenmalige ministeries. Het programma had tot doel de effectiviteit en de slagkracht van de sector te vergroten en zo de positie op de internationale watermarkt te versterken. In het kader van
Partners voor Water 1 stelde het kabinet van 2000 tot en met 2004 30 miljoen euro beschikbaar. De eerste jaren werd het programma door Verkeer en Waterstaat zelf uitgevoerd. Na een tussentijdse evaluatie in 2003 besloot Verkeer en Waterstaat de uitvoering van het programma Partners voor Water uit te besteden aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl, toentertijd EVD) en het Netherlands Water Partnership (NWP). Samen vormen zij sindsdien het uitvoeringsteam achter Partners voor Water, met uitzondering van het subsidieprogramma dat alleen door RVO.nl wordt uitgevoerd. Voor het tweede programma Partners voor Water (2005 – 2009) was 49 miljoen euro beschikbaar. In 2010 is de derde programmaperiode van Partners voor Water gestart (2010-2015) met een jaarlijks budget van 9,5 miljoen euro.
PvW Projecten online Alle projecten van Partners voor Water zijn nu online te bekijken. Via een kaart van Google Maps is ook makkelijk op te zoeken welke projecten in welk land worden uitgevoerd. Kijk op www.partnersvoorwater.nl.
6 Internationaal Nederlands consortium maakt plan om overstromingen terug te dringen
Colombia: ruimte voor de Rio Cauca Meer ruimte voor de Rio Cauca in het zuidwesten van Colombia, om daarmee het overstromingsgevaar terug te dringen. Daarvoor maakt een Nederlands consortium een masterplan. Het consortium bestaat uit ARCADIS, Deltares, Dienst Landelijk Gebied, Waterschap de Dommel en Daphnia ecologisch advies. De overstromingen vormen niet alleen een directe bedreiging voor de mensen in het gebied, maar veroorzaken ook veel economische schade.
Het project is in 2013 door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland aanbesteed en wordt betaald vanuit de Transitie Faciliteit Colombia, één van de strategische samenwerkingsprojecten binnen het Colombian Netherlands Water Partnership (CNWP). Het masterplan maakt gebruik van het gedachtegoed van Ruimte voor de Rivier. Een algemene norm in de Cauca vallei is dat dijken minstens zestig meter van de rivier moeten staan. Vaak is dat veel minder en er zijn ook dijken die pal aan de rivier staan. Een wezenlijk verschil met Nederland is dat Colombia geen Rijkswaterstaat kent en ook geen echt equivalent voor waterschappen. De zeggenschap over de grond is verdeeld over heel veel partijen, en er zijn veel belanghebbenden. Wat de landbouw betreft zijn de suikerrietboeren verreweg het belangrijkst. Het is denkbaar dat ze grond kwijtraken wanneer het noodzakelijk is om de rivier meer ruimte te geven, dus
moeten daarvoor dan oplossingen worden gevonden. Inmiddels zijn alle mogelijke maatregelen geïdentificeerd. Een selectie moet nu plaatsvinden tussen de meer dan 160 structurele en niet structurele ingrepen. Het betrekken van alle stakeholders bij dat proces is essentieel. Het masterplan heeft het jaar 2060 als horizon. Dat wil niet zeggen dat er alleen maar lange termijnmaatregelen in zullen staan of dat het nog erg lang duurt voor er iets gebeurt. De risico’s van humanitaire en economische schade zijn immers nu al groot. Daarom wordt op dit moment ook onderzoek gedaan naar het treffen van noregret maatregelen waarvan de planvorming op korte termijn kan starten. Die maatregelen lossen actuele problemen op zonder de noodzakelijke integrale aanpak in gevaar te brengen. No-regret maatregelen kunnen bijvoorbeeld gaan om het afvoerregime van
Overstroming van de Rio Cauca.
een stuwmeer in het bovenstroomse gebied. En in de gebieden waar dat mogelijk is zullen de dijken wel op de juiste afstand van de rivier gelegd worden.
Via de projecten binnen het CNWP probeert Nederland met kennis en expertise Colombia te ondersteunen en een bijdrage te leveren aan het oplossen van de waterproblematiek.
Tegelijkertijd bieden deze projecten kansen voor de Nederlandse sector om zich in Colombia te positioneren. Het masterplan is eind maart 2015 klaar.
Dutch Good Growth Fund van start, 750 miljoen beschikbaar
Betere toegang tot financiering De financiering van waterprojecten is overal ter wereld een uitdaging. Het ontwikkelen van een rendabele business case is vaak complex en vormt daarmee een drempel voor de kredietwaardigheid van waterprojecten. Vanuit het Partners voor Water programma is daarom een project opgezet dat de toegang tot publieke, private en internationale financiering voor de Nederlandse watersector verbetert. NWP voert het project uit.
Er komt bijvoorbeeld een toegankelijke toolbox met financieringsopties op basis van bestaande succesvolle cases. Ook zal er op allerlei manieren kennis worden verzameld en gedeeld met de Nederlandse sector. Dat speelt met name in periodes waarin bijvoorbeeld voorstellen kunnen worden ingediend voor het Fonds Duurzaam Water of het Dutch Good Growth Fund. De inventarisatie kan ook aan het licht brengen wat de lacunes zijn in het financieringsinstrumentarium, vooral voor het MKB. Op de internationale watermarkt is er steeds meer vraag naar integrale projecten. Ook komt het meer en meer voor dat een opdrachtgever het ontwerp, de bouw, de financiering en het beheer in één keer aanbesteedt. Dat zijn de zogenoemde PPS DBFM-constructies. Om voor zulke projecten in aanmerking te komen is goed zicht nodig op de manier waarop bijvoorbeeld internationale financieringsinstellingen werken, zoals de Wereldbank. Met name kleinere partijen uit het MKB hebben relatief weinig kennis en ervaring met donoren, het ontwikkelen van business cases en financial engineering. Het pro-
ject van NWP kan bedrijven juist daarin ondersteunen.
Dutch Good Growth Fund van start Op 1 juli is het Dutch Good Growth Fund van start gegaan, met een totale omvang van € 750 miljoen. Het doel van het fonds is het intensiveren van investeringen in, en handel met lage- en middeninkomenslanden. Het fonds biedt daarvoor financieringsmogelijkheden aan ondernemers in lage- en middeninkomenslanden en aan Nederlandse ondernemers. De nadruk van de financieringen ligt op het midden- en kleinbedrijf. Investeringen en export moeten maatschappelijk verantwoord zijn en bijdragen aan economische groei in het betreffende ontwikkelingsland en Nederland. Het Dutch Good Growth Fund is een fonds met een revolverend karakter. Dit betekent dat de ondernemer de financiering moet terugbetalen. Dit geld komt opnieuw in het fonds terecht. In 2014 en 2015 is € 100 miljoen beschikbaar, in 2016 € 250 miljoen en in 2017 € 300 miljoen. Het fonds geldt voor 66 landen in opkomende markten en ontwikkelingslanden
in Afrika, Azië, Latijns-Amerika en Midden- en Oost-Europa. Nederlandse MKB-bedrijven kunnen een aanvraag indienen tot € 10 miljoen als ze willen investeren in opkomende markten en ontwikkelingslanden, maar bij hun eigen bank geen financiering krijgen. Het Dutch Good Growth Fund vult private investeringen aan door garanties en directe financiering, zoals leningen en participaties in projecten. Financiering vindt plaats via bestaande en nieuw op te richten investeringsfondsen, die op hun beurt in lokale mkb-ers investeren. Ook exportkredietverzekering tot € 15 miljoen en exportfinanciering tot € 2 miljoen valt onder het fonds. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland voert het Fonds Duurzaam Water en het Dutch Good Growth Fund uit in opdracht van het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Fonds Duurzaam Water Het Fonds Duurzaam Water (FDW) stimuleert publiek-private samenwerking in de watersector. Doel is de verbetering van waterveiligheid en waterzekerheid in ontwikkelingslanden. Gezamenlijke initiatieven van overheidspartijen, bedrijfsleven en ngo’s of kennisinstellingen komen in aanmerking voor subsidie. De aanvragende partnerschappen bestaan uit minstens één publieke instelling, één bedrijf en één ngo. De deelname
van een kennisinstelling is gewenst (indien nodig) maar niet verplicht. Van de deelnemende partijen komt minstens één partij uit Nederland en één partij uit het land in kwestie. Deze initiatieven moeten zich richten op: • verbeterde toegang tot drinkwater en sanitatie; • efficiënt en duurzaam watergebruik, vooral in de landbouw; • veilige delta’s en verbeterd stroomgebied. In de eerste ronde van het Fonds Duurzaam Water (FDW) zijn in 2013 twaalf projectvoorstellen goedgekeurd, voor een totaal subsidiebedrag van € 42,7 miljoen. Daarvan gaat 57% naar zogenaamde WASHprojecten (water, sanitatie en hygiëne) en 43% naar projecten die zich richten op efficiënt watergebruik. Er zijn vijftien Nederlandse bedrijven betrokken bij de gehonoreerde projecten. Daarnaast spelen Nederlandse kennisinstellingen, ngo’s en waterschappen een belangrijke rol. Het fonds zorgt voor nieuwe relaties tussen bedrijfsleven, ngo’s, kennisinstellingen en overheden. De projectresultaten zullen de komende vijf tot zeven jaar (de projectperiode) zichtbaar worden. Het beschikbare budget voor 2014 is € 30 miljoen. De indieningstermijn voor de tender 2014 sloot op 30 juni 2014. Er werden 51 voorstellen ingediend, voor een totaal subsidiebedrag van bijna € 130 miljoen. De beoordeling neemt in principe acht weken in beslag. De subsidie is maximaal
zestig procent van de totale subsidiabele kosten, voor projecten voor de verbetering van stroomgebieden en veilige delta’s is dat zeventig procent. Een informatiebijeenkomst over deze tweede call trok meer dan tweehonderd belangstellenden. Meer weten? Gerbrand van Bork van NWP is adviseur op het gebied van financieringsinstrumenten voor Water OS en Water Mondiaal landen. Zijn e-mailadres is
[email protected]
SNEL HERSTEL De dertien projecten uit de eerste call van het Fonds Duurzaam Water zijn voortvarend van start gegaan. Bijvoorbeeld in Ghana, waar een project zich richt op sneller herstel van installaties voor drinkwater en sanitatie. De tijd waarbinnen reparatie plaatsvindt gaat terug van dertig naar vijf dagen. Daarvan zullen in eerste aanleg acht miljoen inwoners profiteren, en uiteindelijk het hele land. Er komt monitoring met sms-faciliteit, plus een effectief respons-systeem via internet en mobiele telefoons.
Internationaal 7
Nederland scoort met Rebuild by Design Begin juni werden in New York de zes winnaars bekendgemaakt van ‘Rebuild by Design’: een unieke prijsvraag die moet leiden tot concrete, stedenbouwkundige en architectonische oplossingen die de regio duurzaam weerbaar maken, als antwoord op de verwoestingen van de orkaan Sandy. In totaal werd een budget beschikbaar gesteld van 920 miljoen dollar, ruim 680 miljoen euro. Bij maar liefst vier van de zes winnende teams zijn Nederlandse partijen betrokken.
Hoboken • Een team onder aanvoering van architectenbureau OMA (Rem Koolhaas) en met Royal HaskoningDHV ontwikkelde een geïntegreerde strategie voor de duurzame bescherming van onder meer Hoboken, een stad vlakbij New York. Hiervoor is 230 miljoen dollar toegekend.
‘The Big U’ • Het BIG TEAM, waarvan Arcadis en One Architecture deel uitmaken, ontvangt 335 miljoen dollar voor ‘The Big U’, een systeem met een samenhangende reeks beschermende maatregelen rond Manhattan, in de vorm van een U, met een totale lengte van ongeveer zestien kilometer.
‘Living with the Bay’ • Het Team Interboro (met onder meer Deltares, Rebel Group, en de samenwerkende Nederlandse ontwerpbureaus H+N+S Landschapsarchitecten, Palmbout Urban Landscapes en Bosch Slabbers Landscape + Urban Design) maakte het plan ‘Living with the Bay’ voor de zuidkust van Nassau County. Het plan, waarvoor 125 miljoen dollar wordt uitgetrokken, zet in op veilige, schone en natuurlijke baaien aan de kust van Long Island. Het in Nederland bekende waterprincipe ‘vasthouden, bergen en afvoeren’ komt er nadrukkelijk in terug.
New Meadowlands • Een bedrag van 150 miljoen dollar is toegekend aan New Meadowlands,
dat zich richt op het herstel van een historisch moerassig gebied (wetlands) op maar vijf kilometer afstand van Manhattan. De wetlands worden een openbaar toegankelijk natuurreservaat dat tegelijkertijd bescherming biedt tegen overstromingen. De Nederlandse inbreng komt van ZUS, de Urbanisten, 75B, Deltares en Volker Infra Design. De prijsvraag is bedacht door Henk Ovink, waarnemend directeur-generaal Ruimte en Water van het ministerie van I&M. Hij maakt sinds maart 2013 deel uit van de Hurricane Sandy Rebuilding Taskforce. ‘Het is supergaaf om betrokken te zijn bij een project waarin je de Nederlandse integrale aanpak, met een langetermijnvisie en een regionale schaal, koppelt aan de Amerikaanse benadering. Rebuild by Design laat zien hoe we in de VS kunnen werken aan wederopbouw. Reparatie en herstel moeten plaats maken voor duurzame en robuuste ontwikkeling, innovatief ontwerp en samenwerking in de hele regio met alle overheden en belanghebbenden.’
Impressie van de nieuwe kustlijn van Hoboken, New Jersey, onderdeel van de door OMA en Royal HaskoningDHV ontwikkelde strategie.
Nederlandse web-portal geeft inzicht
Zuinig met water in Zuid-Afrika In de komende decennia wordt in ZuidAfrika de vraag naar water waarschijnlijk groter dan het aanbod. Alle reden dus om zo efficiënt mogelijk met het water om te gaan. Een mede door Partners voor Water gefinancierd demonstratieproject rond de ‘HydroNet Water Control Room’ kan daaraan bijdragen.
Doel is het via een web-portal verschaffen van integraal en samenhangend zicht op neerslaggegevens, waterbehoefte, feitelijk watergebruik en beleidsmatige afspraken. HydroLogic, Waterschap Groot Salland, KNMI, Waterwatch en Winejob zijn de betrokken Nederlandse partners. De start was dit voorjaar.
Dit voorjaar was een delegatie van HydroLogic en Waterschap Groot Salland in Zuid-Afrika en Swaziland. Eerste prioriteit was het toegankelijk maken van de best beschikbare neerslaginformatie: historisch, actueel en voorspeld. Daarvoor was de South African Weather Service (SAWS) een belangrijke gesprekspartner.
SAWS heeft alle weergegevens van de afgelopen zes maanden beschikbaar gemaakt, zodat die data kunnen worden ondergebracht in de Water Control Room. Volgende fase is het geven van een demonstratie van de Water Control Room voor drie verschillende groepen eindgebruikers: het beheer van het
stroomgebied van de Inkomati (een rivier in het grensgebied van Zuid-Afrika en Swaziland), water en sanitatie in het stedelijke gebied rond Durban (eThekwini) en de Western Cape Government Agriculture Department, waar bijvoorbeeld de wijnbouw van groot belang is.
Overdragen en verankeren De laatste fase, in 2015, is het overdragen van kennis en het verankeren van het gebruik van de Water Control Room in de dagelijkse werkzaamheden van de Zuid-Afrikaanse partners. De Inkomati Catchment Management Agency (ICMA) toonde zich bij het eerste werkbezoek alvast enthousiast over de mogelijkheden van de Water Control Room.
“Vraag naar water wordt komende decennia groter dan aanbod”
De start van het project werd feestelijk gevierd met het management van de ICMA (Inkomati Catchment Management Agency).
De Water Control Room kan bijvoorbeeld ook aan het licht brengen of er meer of minder water voor irrigatie wordt gebruikt dan in de vergunning is opgenomen. Zo kan er zo nodig sneller worden opgetreden. Hetzelfde geldt voor een ander knelpunt: water dat in het proces ‘weglekt’. Op dit moment verdwijnt meer dan dertig procent van het water onderweg.
8 Internationaal Even voorstellen: William van Niekerk William van Niekerk, directeur Corporate Social Responsibility van Koninklijke BAM Groep, is sinds begin dit jaar voorzitter van het kernteam export & promotie van Topsector Water. William van Niekerk, ook bestuurslid van NWP, nam het stokje over van Bertrand van Ee, tot 1 januari 2014 bestuursvoorzitter van Royal HaskoningDHV. Zijn ambitie in zes vragen en antwoorden.
Wat is de belangrijkste ambitie van het kernteam export en promotie? ‘Het kernteam wil de toegevoegde waarde van de watersector in het buitenland in 2020 hebben verdubbeld, door onder andere meer omzet en werkgelegenheid in het buitenland.’
Geef eens aan waar we over een of twee jaar staan? ‘Naar verwachting hebben we over twee jaar een aantal succesvolle trajecten achter de rug waarbij de watersector gezamenlijk in het buitenland concrete plannen heeft gepresenteerd vanuit de Nederlandse expertise. En we zijn die dan ook aan het uitvoeren natuurlijk!’
Wat is de belangrijkste voorwaarde om dat doel te bereiken? ‘Samen met de Nederlandse overheid zijn we selectief in de landenbenadering en
het nstrumentarium dat we daarbij inzetten. Door samenwerking van overheid, onderzoekers, bedrijfsleven en NGO’s kan Nederland werkelijk unieke oplossingen aanbieden. Met elkaar doen we een voorinvestering in tijd en geld om één oplossing te presenteren.’
Beter opgeleide waterprofessionals in Indonesië, die het land hard nodig heeft en die ook nog eens een stevige band met Nederland hebben: dat kan op termijn de kansen voor de Nederlandse sector alleen maar versterken. Dat is de gedachte achter ‘Young Water Professionals @Work in Indonesia’.
Welke bijdrage wil je daar zelf vooral aan leveren? ‘Het verbinden van de watersector is een uitdaging op zich. De watersector is zeer getalenteerd én zeer divers. Ik wil graag de creativiteit die we met elkaar hebben tot volle wasdom laten komen. En natuurlijk met de sector alle obstakels voor realisatie wegnemen.’
Welke karaktereigenschap gaat je daarbij helpen? ‘Het ligt in mijn aard om mensen bij elkaar te brengen, om vervolgens samen kansen te herkennen en te benutten. Dat geeft me veel voldoening en energie.’
Noem eens een voorbeeld van een initiatief in de sector dat je erg aanspreekt? ‘Het plan voor Integrated Coastal Development in Jakarta is een ongelooflijk goed plan. Afgelopen april heeft onze minister Schultz van Haegen dit aangeboden tijdens de meest recente missie naar Indonesië.
William van Niekerk
Als zakelijk missieleider was ik bijzonder gelukkig met de herhaalde uitspraken van de Indonesische gesprekspartners dat de rol van bedrijven en onderzoekers zal worden uitgebreid in de bestaande samenwerkingen. We hebben bevestigd gekregen dat men de Nederlanders graag wil inzetten in het managen van alle stakeholders voor de realisatie van de plannen die we daarvoor gemaakt hebben. Dit bewijst dat we op de goede weg zijn in het opbouwen van de relaties. Het hebben van concrete uitvoeringsplanningen, met de Indonesiërs voorbereid, is bovendien een duidelijke stap van hulp naar handel.’
Internationale website dutchwatersector.com vernieuwd De internationale website www.dutchwatersector.com gaat in aanvulling op de website ook maandelijks een internationale Nieuwsbrief versturen. Op deze manier wordt het bereik van de site, met meer dan 10.000 (internationale) bezoekers per maand, verder vergroot en kan ingezoomd worden op het belangrijkste nieuws, highlights, nieuwe projecten, landenupdates en events met als doel de Nederlandse watersector internationaal op de kaart te zetten. Daarnaast is de homepage van de website vernieuwd, met meer ruimte voor aan-
sprekende projecten en thema’s. Nog niet zichtbaar, maar wel in de maak, is de productendatabase op de site. Nu kun je wel projecten op de site plaatsen, maar dat is lang niet voor alle bedrijven relevant omdat ze wel producten verkopen in het buitenland, maar niet deelnemen aan projecten. Binnenkort kunnen dus ook pompen, x blocks, sensoren, etc op de site. Wilt u op de hoogte blijven van de internationale activiteiten van de Nederlandse watersector, meld u dan aan via de website. Meer weten over de mogelijkheden voor uw organisatie op
www.dutchwatersector.com? Stuur een mail naar
[email protected] of neem contact op met NWP, Bianca Dijkshoorn,
[email protected].
dutchwatersector.com
Over deze krant Deze krant belicht internationale projecten, programma’s en ontwikkelingen in de Nederlandse watersector. Centraal staan de internationale programma’s van de ministeries Infrastructuur en Milieu, Economische Zaken en Buitenlandse Zaken: oa Partners voor Water en Water Mondiaal, Water en Ontwikkelingssamenwerking (Water OS), Yep Water en het DRR team. Deze krant belicht de resultaten van deze programma’s. Daarnaast richt deze krant zich op de ontwikkelingen rond het kernteam export en promotie en op aansprekende
cases van partijen in de watersector. De krant wordt verstuurd aan 1500 abonnees en los verspreid in de watersector. Deze krant wordt gemaakt door het NWP in samenspraak met Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl), samen uitvoerders van het programma Partners voor Water dat de krant mogelijk maakt. Voor meer informatie over de programma’s, contactpersonen en voor abonnementen:
[email protected]
Nederland traint jonge waterprofessionals Indonesië
World Water Academy (Wateropleidingen Internationaal) , Deltares en MDF Training & Consultancy wonnen de aanbesteding voor deze opdracht, door RVO.nl, en gaan samen aan de slag om jonge waterprofessionals van het ministerie van Publieke werken in Indonesië te trainen. Indonesië staat voor complexe watervraagstukken, waarvoor onvoldoende gekwalificeerd personeel beschikbaar is. Over vijf jaar vindt er ook nog eens een grote uitstroom van ervaren medewerkers plaats. De instroom van nieuwe medewerkers is nog onvoldoende geregeld. De drie betrokken organisaties gaan een curriculum ontwikkelen, en een pilot opzetten voor twintig tot dertig deelnemers.
Die krijgen trainingen, maar gaan ook stage lopen bij Nederlandse consultancybureaus in Indonesië. De pilot start na de zomer; het project wordt mede gefinancierd door Partners voor Water. Het project vindt plaats in het kader van de meerjarige samenwerking tussen Nederland en Indonesië op het gebied van water, en heeft tot doel een bijdrage te leveren aan de professionalisering van het toekomstige midden- en hoger kader van het ministerie van Publieke Werken in Indonesië. Hein Pieper, voorzitter van het bestuur van Wateropleidingen, noemt de opdracht een prima voorbeeld van een integrale aanpak: ‘We moeten als Nederlandse sector meer de verbinding leggen tussen kennis en producten, en ze als integraal aanbod exporteren. Ontwerp, bouw en beheer vormen de gouden driehoek. Daarin ligt een enorme uitdaging.’ NWP organiseerde in het kader van de aanbesteding een informatiebijeenkomst over het project.
Netherlands Water Partnership viert vijftienjarig jubileum Dit jaar bestaat het Netherlands Water Partnership (NWP) vijftien jaar. In 1997 werd het eerste wereldwaterforum gehouden. Nederlandse partijen gingen daar allemaal apart op af en behaalden geen resultaat. Dat moest anders, besloot men. Dat was de aanleiding voor veel initiatieven om beter samen te werken. In 1999 werd het Netherlands Water Partnership opgericht, het eerste publiek private water partnership in de wereld. Nederlands sterke punt is het bieden van integrale oplossingen. Alle partijen die je nodig hebt om in het buitenland deze oplossingen te bieden, zijn aangesloten. Overheid, kennisinstellingen, bedrijven en maatschappelijke organisaties (NGO’s). Met een breed werkveld: van drinkwater tot dijken, van afvalwater tot sensoren. De overheid investeerde in de samenwerking van de sector door middel
van programma’s als Partners voor Water. Daarnaast groeide het aantal deelnemers aan het partnership gestaag naar 200. Zo kon de samenwerking zich ook ontwikkelen, van ‘dansvloer’ waar men elkaar kon ontmoeten, tot samenwerking in specifieke netwerken zoals landenplatforms, en tot consortia die samen opdrachten verzilveren. Het NWP bureau ondersteunt de samenwerking. De gezamenlijke inspanning van het partnership resulteerde in grote opdrachten in bijvoorbeeld New Orleans, Indonesië, Vietnam en Polen. Maar ook in gezamenlijke programma’s, gedeelde kennis, informatie, gezamenlijke profilering op beurzen en conferenties. De geschiedenis van 15 jaar publiek private samenwerking is vastgelegd in een tijdlijn en film. Kijk voor meer informatie op www.nwp.nl
Colofon RVO.nl, unit Partners voor Water Contact:
[email protected] Netherlands Water Partnership Contact:
[email protected] links: www.dutchwatersector.com www.partnersvoorwater.nl www.yepwater.nl www.rvo.nl www.nwp.nl
Teksten en coordinatie Bauke ter Braak Inhoud en eindredactie Christina Boomsma (NWP). In samenwerking met RVO.nl Opmaak Kris Kras Design Voor meer informatie
[email protected] Uitgave Augustus 2014