Wat is intervisie?
1
1.1 1.2
14 15 15 15 15 16 16 17 18 19 19 19 20 20 21
1.3 1.4 1.5 1.6
1.1
14 Inleiding Deelnemers aan het woord 15 Het effect van intervisie 15 De samenstelling van de groep 15 Het doel van intervisie 15 De werkwijze 16 Intervisie: een definitie 16 Aanleidingen om voor intervisie te kiezen 17 Verschillende uitgangssituaties van intervisiegroepen 18 Voorwaarden voor effectieve intervisiegroepen 19 Deelnemers aan een intervisiegroep 19 Samenstelling van de groep 19 De grootte van de groep 20 Voorwaarden tot rolvervulling 20 Samenvatting 21
Inleiding
Dit hoofdstuk gaat over het begrip intervisie. Uitspraken van deelnemers over hun beleving van intervisie schetsen de contouren van wat intervisie is. Zij vertellen over het effect van intervisie, hoe zij de samenstelling van hun groep ervaren, over wat zij als doel van intervisie geformuleerd hebben en over hun werkwijze (§ 1.2). De definitie van intervisie staat in paragraaf 1.3, aangevuld met wat in intervisie aan bod kan komen en termen die ook voor intervisie worden gebruikt. Wat zoal aanleiding kan zijn om voor intervisie te kiezen staat in paragraaf 1.4. We benoemen verschillende uitgangssituaties van intervisiegroepen (§ 1.5) en voorwaarden waaronder een intervisiegroep kan gedijen (§ 1.6).
1
Wat is intervisie?
1.2
Deelnemers aan het woord
Deelnemers van een goedlopende intervisiegroep komen hier aan het woord over effect, groepssamenstelling, doel en werkwijze. het effect van intervisie Intervisie voelt als een plezierige biechtstoel. Ik kan bespreken waar ik twijfels over heb en toetsen of mijn aanpak van bepaalde situaties wel zo goed is, zonder dat ik een etiket van onvermogen krijg opgeplakt, intervisie prikkelt me om anders naar mijn situatie te kijken. Ik kan praten over wat me beweegt en krijg een beter beeld van mijn kunnen en valkuilen. Intervisie is een leuk en belangrijk onderdeel van mijn werk, vaak een feest van herkenning en het is goed om met vakgenoten stil te staan bij dilemma’s en keuzes. Het houdt mij ‘scherp’. Een professional die autonoom werkt moet zich blijvend onderwerpen aan toetsing, vind ik. In intervisie leer ik wat ik me niet via boeken en cursussen eigen kan maken. Door het doorlichten van mijn werkervaringen en vragen ontdek ik wat ik te leren heb en ik word bevestigd in wat ik goed doe of deed. Ik leer er beter mijn eigen grenzen te bewaken. Ik ben me bewust geworden van mijn soms te grote betrokkenheid bij mijn werk: de anderen spreken mij erop aan en ik merk zelf ook sneller op dat het weer gebeurt. Ik krijg ook nieuwe inspiratie. Intervisie is voor mij een doorgaand leren. de samenstelling van de groep We zijn gewaagd aan elkaar. Er is een diversiteit aan personen en kwaliteiten; we vullen elkaar aan en we dagen elkaar uit. Het gaat goed omdat we elkaars werk kennen, respect hebben voor ieders eigenheid en omdat iedereen zich inzet voor een goed verloop van de intervisiebijeenkomsten. het doel van intervisie Samengevat komen de bovenstaande uitspraken van de deelnemers neer op: elkaar uitnodigen tot zelfreflectie, ondersteuning krijgen van elkaar, deskundigheden vergroten of op peil houden, doorgaand leren van praktijkervaringen van en met elkaar (ondersteunen, leren, adviseren).
15
16
Intervisie
de werkwijze Omdat we allemaal uit hetzelfde werkveld komen herkennen we veel van de ingebrachte situaties. Een vaste vraag is dan ook of en hoe ieder van de groep met soortgelijke kwesties te maken heeft. Soms zoeken we literatuur bij hetgeen aan de orde komt. Uitwisselen van nieuwigheidjes op ons vakgebied doen we toch al. Elke bijeenkomst wordt afgesloten met een afspraak over wie de volgende bijeenkomst voor een inbreng zorgt. Wie aan de beurt is om de bijeenkomst te leiden staat vast. Degene die de volgende keer de bijeenkomst leidt maakt een verslag van de hoofdpunten uit de intervisie en zorgt voor het versturen van dat verslag plus de agenda. Tot zover uitspraken van deelnemers aan eenzelfde intervisiegroep. Deze uitspraken zijn niet te generaliseren, maar er zijn wel voor intervisie geldende kenmerken uit te halen. 1.3
Intervisie: een definitie
Intervisie is een regelmatig gestructureerd overleg van een kleine groep hiërarchisch gelijkwaardige professionals waarin vragen over het eigen functioneren centraal staan. Het doel is: op peil houden van de beroepsdeskundigheid en/of verbeteren van het functioneren van de beroepsbeoefenaar. Voor het vinden van een antwoord op vragen en het bewust worden van vanzelfsprekendheden, kunnen deelnemers elkaar bevragen, confronteren, aanvullen, adviseren en ondersteunen; zij kunnen gebruikmaken van elkaars kwaliteiten. Belangrijke voorwaarden zijn dat de deelnemers: – hetzelfde of een voor hen herkenbaar beroep uitoefenen zodat zij zich in elkaars werkvragen herkennen; – gelijkwaardig en respectvol met elkaar omgaan; – verantwoording nemen voor het functioneren van de intervisiegroep. Bij het werken met mensen en het functioneren in (veranderende) organisaties loopt iedereen tegen problemen, dilemma’s en vragen aan. Deze kunnen te maken hebben met twijfel of vragen over uitgangspunten, houding of handelen in diverse werksituaties (bijvoorbeeld in hulp- en dienstverlening, onderwijs, management). Ze kunnen betrekking hebben op het omgaan met conflicten, lastige situaties met cliënten, omgaan met veranderingen in de functie in
1
Wat is intervisie?
een organisatie, moeite met doseren van tijd en energie, samenwerken met collega’s. Kortom: het omgaan met veeleisende opgaven in het beroepsmatig werk komt in intervisie aan bod. Altijd gaat het om concrete werkervaringen. In intervisie staat de werker zelf die de ervaringen opdoet centraal. Daarin verschilt intervisie van andere werk- en overlegvormen waarin de voortgang van het werk (werkbegeleiding), het samenwerken (teambegeleiding), de leerling of de cliënt (leerlingbespreking, cliëntbespreking) of de organisatie, het beleid (beleidsvergadering) centraal staan. In bovengenoemde werk- en overlegvormen wordt er over het algemeen van uitgegaan dat de professional in staat is te bieden wat nodig is. Binnen intervisie stelt de werker aan zichzelf de vraag: wat is nodig om met deze situatie, dit dilemma, deze vraag, dit probleem, deze verandering professioneel om te gaan? Intervisiegenoten vragen hierop door en bieden weerklank. Hoe concreter de werker zijn vraag inbrengt, hoe beter het resultaat van de intervisiebespreking. Deze paragraaf startte met de definitie van intervisie. Is intervisie nu hetzelfde als collegiale consultatie? In de praktijk lijkt het daar wel op, als je let op het gebruik van de termen. Bij sommige organisaties valt de keuze op de term intercollegiale consultatie, omdat dat begrip misschien minder bedreigend is dan intervisie. Bij intercollegiale consultatie ligt de focus veel meer op de ingebrachte casuïstiek. Het kan bijvoorbeeld gaan over de correcte uitvoering van alle denk- en handelingsstappen in een complexe casus, of er iets over het hoofd is gezien. Bij intervisie is essentieel dat het gaat om het eigen functioneren, de professional als persoon, vraagstukken waarop niet één juist antwoord bestaat, de eigen visie en persoonlijke betekenissen en keuzen die een belangrijke rol spelen bij het professioneel handelen. 1.4
Aanleidingen om voor intervisie te kiezen
Werkers kunnen om verschillende redenen voor intervisie kiezen, bijvoorbeeld: – aanvullend op werkbegeleiding of coaching om hun professionaliteit als werker samen met collega’s op peil te houden of verder te ontwikkelen; – aansluitend op een opleiding of cursus om het effect daarvan vast te houden; het ‘nieuw’ geleerde aan methodieken of theorieën te integreren in het werk;
17
18
Intervisie
– omdat er behoefte is om te reflecteren op eigen functioneren en eigen functioneren te ontwikkelen dan wel te toetsen; – vanuit een behoefte aan uitwisseling met werkers in gelijksoortige posities en functies (vooral in eenpersoonswerksituaties) wanneer door veranderingen binnen de organisatie een andere functie vervuld moet worden of de functie op een andere manier gestalte moet krijgen; – om door het bewerken van eigen praktijkvragen werkmodellen te ontwikkelen voor een nieuwe functie; – om te kunnen voldoen aan – eventueel gewijzigde – eisen op het vlak van de werkuitvoering (werken aan het persoonlijk competentieprofiel); – om wat te doen tegen dreigende overbelasting of te veel of te weinig betrokkenheid op het werk; – om te voldoen aan (registratie)eisen van een beroepsvereniging. De keuze voor intervisie kan van individuele professionals uitgaan, maar ook van de organisatie. Een organisatie kan er kwaliteitsonderhoud of deskundigheidsbevordering mee beogen en de intervisie al dan niet verplicht stellen. Al deze aanleidingen leiden tot verschillende uitgangspunten. 1.5
Verschillende uitgangssituaties van intervisiegroepen
Intervisiegroepen kunnen op verschillende manieren totstandkomen, bijvoorbeeld: – gestimuleerd of verplicht gesteld door de organisatie waar intervisie in het beleid ‘deskundigheidsbevordering’ en ‘kwaliteit’ is opgenomen; – verplicht gesteld tijdens de eindfase van een hbo- of post-hbo-opleiding; – op eigen initiatief door werkers binnen een organisatie waar intervisie geen deel uitmaakt van het beleid; – op eigen initiatief van professionals die buiten organisatieverband contact met elkaar zoeken (bijvoorbeeld managers, supervisoren, artsen, docenten); – gestimuleerd door een beroepsvereniging als verplicht of alternatief onderdeel van een traject voor beroepsregistratie en/of herregistratie. Voor groepen die starten binnen de context van een organisatie is het noodzakelijk een contract met het management of de werkgever te maken. Het verdient voorkeur die afspraken op het niveau van de
1
Wat is intervisie?
organisatie vast te leggen in een intervisiecontract. Op het niveau van de intervisiegroep geldt ook: duidelijke afspraken vastleggen in een contract. Over de soort afspraken en over (dubbele) contracten gaat hoofdstuk 3. 1.6
Voorwaarden voor effectieve intervisiegroepen
We sluiten dit inleidend hoofdstuk af met voorwaarden die aan de individuele deelnemers van intervisiegroepen gesteld worden, aan de samenstelling van een intervisiegroep en de groepsgrootte. Tot slot noemen we enkele voorwaarden voor de rolvervulling in de intervisiegroep. deelnemers aan een intervisiegroep Om goed als intervisiegroep te kunnen werken is het belangrijk dat die deelnemers: – een gemeenschappelijke werkcultuur hebben of beschikken over een gezamenlijk referentiekader (bijvoorbeeld na het volgen van eenzelfde opleiding of in eenzelfde of verwante werksoort werkzaam zijn); – zelfstandig handelen en verantwoordelijk zijn voor het professionele deel van hun werk. ‘Zelfsturing als basis van het functioneren is een kernelement van intervisie’ (Siegers, 1998). Het gaat om werk wat op basis van zelfsturing wordt uitgevoerd, om de wijze waarop deelnemers met hun inbreng omgaan en het functioneren in de intervisiegroep. Een intervisiegroep kan slechts als intervisiegroep blijven functioneren als elk groepslid ‘alle daarvoor vereiste taken in afwisseling met andere groepsleden op zich neemt’ (Siegers, 1998, 7). samenstelling van de groep Om ten volle te kunnen gebruikmaken van intervisie is verder van belang dat posities en relaties van deelnemers zo zijn dat ieder zich vrij genoeg voelt om kwesties in te brengen en op de anderen te reageren. Het is niet goed wanneer deelnemers in de praktijk direct met elkaar samenwerken of een hiërarchische gezagsverhouding met elkaar hebben. In beide gevallen wordt de vrijheid van inbreng en bespreking belemmerd. Bij een nauw samenwerkingsverband is het riskant om kwesties over gezamenlijke collega’s in te brengen. In nauwe samenwerkingsverbanden ontstaan vaak vaste rollen, patronen en beeldvorming, zodat het binnen het intervisieproces lastig kan zijn als men problemen heeft met dezelfde onvrijheid of belemmering. In zo’n geval kunnen niet alle vraagstukken betref-
19
20
Intervisie
fende het professioneel functioneren vrijuit worden ingebracht. Intervisie kan dan niet de plek zijn van vrijheid en ontmoeting; een plek waar ieder dilemma’s en onvolkomenheden met vakgenoten kan bespreken. Een hiërarchische gezagsverhouding kan zowel de werker als de leidinggevende belemmeren bij het bevragen van elkaar, bij het geven van feedback, bij het open zijn over samenwerkings- en werkervaringen. In een gezagsverhouding speelt altijd macht en dat is in tegenspraak met de gelijkwaardigheid in intervisie. de grootte van de groep De groep moet bij voorkeur uit niet minder dan vier en niet meer dan vijf deelnemers bestaan. Bij minder dan vier is de groep erg kwetsbaar voor de, soms onvermijdelijke, afwezigheid van deelnemers. Interactie en uitwisseling zijn dan snel te gering en de continuïteit loopt gevaar. Een groep die uit meer dan vijf personen bestaat maakt het moeilijker voor deelnemers om overzicht te houden. Bij vier tot vijf personen kunnen alle rollen worden vervuld en is het mogelijk om tot een diversiteit aan inzichten, vragen, opvattingen en signalen te komen. Bij uitzondering zijn ook groepen van zes deelnemers mogelijk, bijvoorbeeld als alle deelnemers bekend zijn met supervisie of aan intervisie verwante begeleidingsvormen en als er ruime ervaring is in het functioneren in een groep. voorwaarden tot rolvervulling Elke deelnemer is in de intervisiegroep verantwoordelijk voor het goed functioneren van de groep. Dat betekent dat deelnemers, behalve dat ze gemotiveerd zijn voor intervisie en deelname aan de groep, bereid moeten zijn de rollen van gespreksleider, inbrenger, gesprekspartner en verslaglegger op zich te nemen. Om die verschillende rollen te kunnen vervullen zijn vaardigheden nodig (zie hoofdstuk 4). Hoewel werkers voor wie intervisie een geschikt middel is over het algemeen vanuit hun opleiding, beroep of functie over de noodzakelijke kennis en vaardigheden (competenties) zullen beschikken, mag niet automatisch worden aangenomen dat ze die ook effectief kunnen inzetten voor intervisie. Wanneer geen van de deelnemers ervaring heeft met intervisie is een intervisietraining nuttig en nodig. Nuttig om snel als intervisiegroep te kunnen functioneren, nodig om ontbrekende vaardigheden op te sporen en te trainen. In het hoofdstuk 9 komen we op intervisietraining terug.
1
Wat is intervisie?
Samenvatting » In dit hoofdstuk over intervisie bespraken we een definitie van intervisie en verkenden we condities voor effectieve intervisiegroepen. In het volgende hoofdstuk gaan we in op intervisie in organisaties.
21