1 vzw ’T PENSIONAAT Abeleplein 8A 8978 ABELE – Watou E-mail:
[email protected]
Jaargang 6 – nr. 2 Zomer – herfst 2011
Populus Alba Nieuwsbrief met nieuwtjes en weetjes over Abele en omgeving
Beste Populuslezer Het schitterende voorjaar met niets dan warm en zonnig weer, deed me mijmeren over dè zomer van ons leven: die van 1976. Tenminste, voor de mensen van mijn generatie zal die altijd in ons geheugen gegrift staan. Ik was toen een jonge deerne van amper 17 jaar. In dat jaar begon de zomer heel vroeg. Mijn vader, die metser was (correctie: werfleider voor de firma Declerck van Moeskroen) mocht (moest) reeds in ’t begin van juni iedere dag om 6u aan de slag, dit om de grootste hitte te vermijden. Hij was dan iedere dag veel vroeger thuis dan gewoonlijk. Net op tijd om een wandelingetje te maken over “de platse”. Ik herinner het me heel goed, want ’t was net in de periode vóór de examens. ’t Was ook de zomer waarin ik me bewust werd dat er iemand in Abele rond liep (rond fietste) die Luc Deprez heette. Liever gezegd: hij had mij opgemerkt en van ’t ene kwam ’t andere. Laten we zeggen dat 1976 ook op dat gebied een beslissend jaar is geweest. Ach, zomer, verliefd worden, losjes gekleed en nonchalant slenteren, naar Poperinge kermis, naar De Panne, ijsjes eten in de Cornet d’Amour, terwijl er een oude Tarzanfilm geprojecteerd werd, naar de ondergaande zon staren en nadien bewonderend naar ’t vuurwerk op ’t strand kijken, handjes vasthouden en kussen. Hoe romantisch kan een lange, hete zomer zijn? Alleen was het dit jaar echt een kwakkelzomer. In deze Populus mag u nog wat teksten verwachten uit het “Memoriael van Reninghelst” van Koster Cuvelier. Ook vindt u er een oude tekst terug over de brouwerij in Abele, mij bezorgd door Guido Vandermarliere, waarvoor hartelijk dank. Verder wordt u op de hoogte gehouden van onze komende activiteiten. Ik wens u allen een rustige herfst toe, met veel tijd om te delen met uw gezin, uw familie, uw vrienden en kennissen. Tijd om te genieten van de uitstapjes. Tijd om te genieten van elkaars aanwezigheid. Tijd om de batterijen weer op te laden en zo paraat te zijn voor de lange winter die onvermijdelijk ook zal volgen. En waar wij reeds heel wat activiteiten voor gepland hebben. Veel leesplezier Annick Clabau Namens vzw ’t Pensionaat.
2
Voorbije activiteiten Het moet gezegd worden dat de maandelijkse zondagse verzamelaarsbeurs van Poperingana Numismatica in ons gebouw een schot in de roos is. De standhouders, de bestuursleden en de kuierende geïnteresseerde bezoekers maken die zondagvoormiddagen tot een aangename bedoening. De formule waarbij af en toe geopteerd wordt voor een kleine expo van een collecties, slaat aan. Toppers waren de Vlaamse Haardtegels en de Knikkende Spaarpotjes. De jaarlijkse Kaas- en Wijnavond was een succes: 270 deelnemers proefden er van een heerlijk kaasbuffet en dronken een wijntje of een biertje of een combinatie van de twee… We wensen van harte alle deelnemers te bedanken voor hun aanwezigheid en we hopen hen volgend jaar opnieuw te kunnen begroeten. De Populus Albawandeling “Van oude dingen en mensen die voorbij gaan…” was een voltreffer. Op Pinkstermaandag mochten we samen met Pasar Poperinge en KWB Poperinge een 50-tal wandelaars meenemen op ontdekkingstocht door ons geliefde dorp. Ondanks het feit dat Guy en Annick geen gediplomeerde vertellers zijn, konden ze toch op een boeiende manier vertellen over het dorp een de grens, dat zich binnenkort “La Belle Abele” zal mogen noemen. De ontmoeting in het Helleketelbos was onverwacht, maar boeiend. Het drankje halfweg en het koekestuutje achteraf smaakten heerlijk. Voor herhaling vatbaar… De beeldhouwers “taille directe @pensionaat” blijven trouw op post. Het zijn leuke donder- en zaterdagen. Er wordt ernstig gekapt, gehouwen, gewreven en ook gebabbeld, gelachen, gegeten en gedronken. Naast het kunstzinnige speelt de gezelligheid zeker een rol. We blijven onze “kappers” verwelkomen, ook voor het volgend seizoen. Het bijwonen van de hanenkamp op 15 mei was eveneens succesvol. Met een groepje van een 20-tal geïnteresseerden, gingen we kijken naar het bij wijlen gruwelijke maar steeds geanimeerde en boeiende spektakel. De uitleg vooraf en de folder die ter beschikking werd gesteld, waren welkom. Jammer dat er nog steeds geen foto’s mogen genomen worden…
3
Het ongeval in Het Pensionaat in Abele. In de vorige Populus Alba kon u lezen over de verongelukte molenaar Emiel Deprez. Dit keer gaat het over een ongeval dat gebeurde in ons Pensionaat op dinsdag 9 juni 1931. Het krantenartikel komt uit De Poperinghenaar van 14 juni 1931.
Droevig ongeluk te Abeele Kindje doodgepletterd. Dinsdag laatst gebeurde hier in de Zusterschool een doodelijk ongeluk. Men is daar aan ’t bouwen en van de brijkerij Schabaillie werd een kar brijken toegevoerd. De poorten werden wijd opengesteld en eenige banken die in de poort stonden, er langs, tegen den muur geplaatst. De zwaar geladen kar rolde binnen, de voerman was zijn gerij geen meester en het hoofd der kar sloeg tegen de banken. ’t Ongeluk wilde dat een kind zich onbedacht achter die banken hield en juist achter het kind stond een radiateur van het verwar-
mingsstelsel. Het kindje werd de borst en de ruggegraat ingedrukt tusschen de bank en de radiateur. De ontsteltenis was algemeen en de beste zorgen konden niet meer baten: na enkele uren is het arm meisje bezweken. Het slachtoffertje was Anna Vandenberghe, 9 jaren oud, dochtertje der Weduwe Vandenberghe – Verclytte, wier man over twee jaar overleden is. Het was het oudste van vier kindjes. Het parket van Veurne is voor onderzoek ter plaatse geweest. De treurige begrafenis had Vrijdag onder een grooten toeloop eener meelijdende menigte te Poperinghe in de O.L.V. kerk, plaats.
4
Het Memoriael van Reninghelst – door Koster P.L. Cuvelier. In de vorige Populus Alba maakten we kennis met Koster Cuvelier uit Reningelst. Ik beloofde om de passages uit zijn kroniek die over Abele gaan, hier over te nemen. En vermits belofte schuld maakt, kunt u, beste Populuslezer, hieronder deze passages terug vinden. Ze zijn niet altijd even duidelijk, althans niet voor mij, en het is moeilijk om ze te plaatsen als ze zomaar uit de tekst gerukt worden. Maar ik probeer hier en daar wat te verduidelijken. Periode: Terugkeer van de Oostenrijkers – 1793 … Den 16den juni. Elke burger van alhier was verplicht Hollandsche soldaten in logement te aanvaarden, zij beloofden daarvoor te betalen drie stuivers voor ieder man voor levering van zout, peper, azijn en strooi en hout. Elk wierter toegezonden volgens de plaats die men wist aldaar te wezen. (= die men ter beschikking had, volgens de overheid) Men zond er mij 25 omdat ik de schole ten mijnen gerieve hadde. Zij mieken vier, zelfs bij goed weer, opdat ze konden warmen liggende in ’t hemde op banken zeer verre van daar. En om te koken zij mieken vier in ’t midden en in elken hoek van de schouwe. Zij hebben mijn schoon hout gebrand, potten en keukenwerk versleten en gebroken. Het geld is nochtans afgekomen en verspeelt geweest, eenige lieve kinders hebben voldaen geweest. Zij waren nauwelijks aangekomen, alle dagen kwamen de nations (= Fransen) hun ontrusten. In de maand juli hebben ze ter plaatse van den Abeele twee, drij sterke schermutselingen bijgewoond, in welke een luitenant van de huzaren door zijn arm wiert geschoten en den kogel gevlogen zijnde in zijne zijde, is uit zijn rugge gesneden geweest. De Fransen verloosen aldaer enige mannen ... Koster Cuvelier heeft het niet begrepen op de Fransen die de streek onveilig maken. … Onze soldaten keerden weder met hunne klederen doorboort van de kogels. De haar van hunne mutsen afgeschoupert, de burgers en landslieden door hunne hoeden geschoten. Zekere Pieter du Rie, kleermaker tot den Ouderdom, wiert ook door zijnen hoed geschoten. De Fransche voerden twee à drij wagens gekwetste weg, en ’s anderendaags vond
5
men nog drij Franse naakt ontkleed liggen, en ene degen van eenen kapitein. Op den 3den augst begon den aanval langs drij kanten, Locre, den Abeele en Rousbrugge, en deze grote beweging gebeurde omdat door hunne espions gerapporteert was dat alle onze huzaren met meest alle de andere troepen van de prochie waren vertrokken, met de gonne van Poperinge, Meessen en Vlamertinghe, hetwelke inderdaad dan 1ste augst gebeurd hadde. Want deze verenigde troepen hadden zich op den weg begeven om den camp van Gyvelde bij Duinkerke te gaan scheuren, die zij meenden maar 5000 man te wezen. Maar tot Poperinge aengekomen zijnde, hoorden zij van hunne espions dat den camp vermeerdert was tot 15000 en zich te onsterk bevindende, keerden weder in den nacht, ’t welke de Fransche niet geweten hadden en wierden alzo met verlies verdreven … … Den 10de augst hoorde men het Fransch kanon ronken aan alle kanten van de frontieren. (hierbij is bewezen dat “de frontieren” een zeer oude streekgebonden benaming is voor “de grens”) Men hadde theater gemaakt op de markten om de nieuwe constitutie te doen aanveyrden van het volk en den inhouden daarvan te besweyren. Men schoot zonder ophouden; men dronk op het welvaren van de republique. Elk begon te voorseggen watter ’s anderendaags iets zoude gebeurt hebben. Inderdaad, ’s morgens ten vier uren, begonde men een schrikkelijk geschot te hooren naar den kant van den Abeele, den Fransche menende langs daar een inbreuke te doen, waren gekomen met 600 mannen, latende tot Steenvoorde 2000 met kanon. Wij hadden een piquet van 20 mannen ten Abeele, ’t welke de Fransche trachtten te overmeesteren met hunne patrouillen; maar de onze daar af verwittigt zijnde, hebben op verscheyde uren van den nacht zich begeven door differente wegen boven de plaetse van den Abeele; de huzaren zijn daar naar toe gereden langs den weg van Watou, makende te samen en getal van 7 à 800 mannen met een canon … … In den nacht van den 24ste tot 25ste augst is afgebrand geweest den Abeele molen; men zeyde dat de Fransche dien gebrand hebben omdat hij maalde voor onze troepen; daar waren nog omtrent 60 zakken graan in… … Eenige dagen te vooren twee officieren van het garnizoen van Poperinge wandelende buyten stad aan den kant van den Abeele, wiert één
6
van beide geschoten in zijne schouder door een boonstuk (= schelf om bonen te drogen) , men liep er seffens in, en aldaar gevonden hebbende eenen carmagnol, wiert hij in stucken gekapt. (= ze vonden een vest van een Franse soldaat en hakten daarop de schelf in stukken) Periode: Tweede Franse Inval (1793 – 1794) 1794 Den 6den januari 1794 is gebrand den Swarten Molen (in Dranouter) bijkans heel de platse van Loker, met de kerke, de pachthoven van Catherine Bouwet en van Ryckebusch. Den Lokermolen is geblust geweest. Vijf à zes huizen gebrand tot Dranouter. De 10den dito kregen wij veel kwade tijdinge, wij vluchteden in den nacht naar Ieper met een voer meubels. ’t Was zodanig koud en wit gebrimmelt dat wij langs den weg schier vervroozen. De Fransche branden ten Abeele eenige huizen. Den 20ste dito Ste Sebastiaan, veel geschot omtrent Poperinge en op den zelven tijd langs de frontieren, Loker, Dranouter, Nieuwkerke, Meenen, etc… De Fransche waren met 5000. Hebben gebrand den Lokermolen, het klokhuis te Dranouter, twee huizen in den Monteberg, een pachthof omtrent den Abeele. En tot Watou en den Abele sterk geplunderd. Van d’ hofstede Pieter Bril op Dranouter alles meegevoerd, de altaren der kerke gebroken, den orgel ten dele gedestrueerd. … … Den 12den maarte, de Fransche hebben geattaqueert al den Abeele. De Hessische liepen weg. De volantairen van Poperinge, Vlamertinge en Elverdinge hebben ze alleen verjaagd en hunne gestolen koeyen afgenomen… … Den 17den maarte de maren waren zo kwaad, dat niemand durfde in zijn bedde gaan. Daar naar wij hadden gehoord datter tot Belle passage geweest hadde van 7000, die al aan de frontieren bleven. Den 21ste dito hebben de patrouillen aan den Abeele op malkander gekomen. De Fransche in overmacht zijnde, hebben onze patrouille met de boerewachte omringelt, die gelopen zijn in eenen bosch en hebben zich aldaar gedefendeert. Aanstonds zijn toegelopen de volantairen van Poperinge, Reninghe en Vlamertinge met slaanden trommen en waren met 2700, verlosteden hun gesloten volk, verjaagden de Fransche die hunne
7
doode met wagens meevoerden, want men overal beken van bloed vond… … Den 29ste maarte aan den kant van den Abeele deurde het geschot van den 6 uren ’s morgens tot den noen. Den Keyzerlicke (= Oostenrijkers) moesten wijken tot binnen Poperinge. De Fransche zijn binnen gekomen met 400 mannen, latende 2000 buiten, hebben het huis van den commandant Savaete geheel gedestrueerd en zijn daar mede vertrokken, hebbende eerst Poperinge doorlopen tot aan Middelburg aan d’ander kant van de stad … … Den 18den en 19den april waren wij redelijk stil gelaten, de wegen droogden en wij werden onderricht dat de Franschen dikten (= samentroepten) aan de frontieren. Tot Boeschepe waren 1000 mannen, tot Belle 7000, Sint-Jans Cappel 800, Steenvoorde 800, met twee stukken canon. Wij hadden weinig troepen daar tegen te zetten, en zo kwalijk van hun ondersteunt; want zij waren d’eerste om weg te lopen, zij doken zich in de tranchéen, en zij moesten met den zwaard daar uit gejagen worden; zij lieten alle den last en het gevaar op de volontairen, zo dat wij in ene uiterste consternatie waren. Den 21ste april, Paasmaandag, schoot men vreselijk tot Poperinge, aan den kant van den Abeele, men dopte twee drij maal het canon af op hun, zonder kwetsen nochtans; want men hun niet en zag, zij bleven die dag stil. Den 22, 23 en 24 dito men hoorde dat de frontieren vol kwamen. Men rekende alreede hun macht op 24000 mannen, te weinig om ene belegeringe op Ieper te doen maar nog te groot om alle de grenzen te branden en te ruïneren, gelijk zij gedaan hebben. Ik nam wederom mijne slaapmutse en verhuisde naar Dikkebus… Het is duidelijk dat die periode voor de streek heel woelig was. Om de haverklap staken Franse “revolutionairen” de grens over. Onze mensen lieten zich niet doen. Vrijwilligers (noem ze burgerwachten) deden wat ze konden om hun gezin en hun familie en zo hun dorp te beschermen, daarbij geholpen door Oostenrijkse soldaten, vermits wij hier tot Oostenrijk behoorden. Maar uiteindelijk mocht het niet baten. Wij werden ingenomen door de Fransen. De vele schermutselingen in de streek hadden aan alle bewoners heel wat schade toegebracht. Koster Cuvelier vertelt o.a. hoe het rijpe graan op de velden vertrappeld werd door de rond trekkende soldaten van beide zijden. Huizen, molens, hofsteden, werden in brand gestoken. Plunderingen waren schering en inslag.
8
Eenmaal onze streek bij Frankrijk ingelijfd, werd het er weer relatief rustig. Er volgden een rits nieuwe wetten, waar de mensen alhier niet anders konden dan zich er aan te houden. Zo moesten ook onze jonge mannen dienst nemen in het Franse leger. Dat gebeurde via loting: wij hadden het over “Lotelingen”, de Fransen spraken over “conscrits”. In realiteit bracht het dikwijls veel miserie mee. De Loteling, die zijn dienstplicht moest vervullen, was voor een hele periode, jaren zelfs, weg van huis. Soms, waar hij de enige kostwinner was, werd het gezin in diepe armoede gedompeld. De soldaat, die met de legers van Napoleon op verovering trok, kwam in het beste geval na een hele tijd heelhuids naar huis terug. Dikwijls was hij ziek, invalide. En soms sneuvelde hij en hoorde zijn familie niets meer van hem. Daar werd na enkele jaren onder Napoleons bewind tegen gereageerd. Lotelingen of “conscrits” gingen niet in dienst. Ze leidden een leven in de marginaliteit. Ze mochten niet thuis blijven, want daar werden ze opgepakt en weggevoerd. Ze sloegen op de vlucht en hadden niets: geen voedsel, geen woning, geen werk. Mensen die hen wilden helpen, werden ook gestraft. De opgejaagde en totaal verarmde conscrits gingen zelf op rooftocht om te overleven. Koster Cuvelier heeft het nog over een schermutseling in Abele, waarbij conscrits werden opgepakt. Het speelt zich af begin december 1813: … In ’t eerste van Xbre, enige gendarmen en champetters zijn gegaan naar den Abeele, een uurken boven Poperinge, al gekleed als de consryn en gewapend met stokken gelijk het in deze tijd de gewoonte was te gaan in benden. Hebben hun wijs gemaakt dat ze ook van die jaren wezende, met hun zouden gegaan hebben om zich vrij te vechten; hebben hun aangelokt naar ene herberge om te gaan drinken; binnen die tijd enen hoop soldaten van Cassel die daar op verwittigd waren, hebben ’t huis omzet en men heeft er 20 in beslag genomen. Drie van Watou zijn gevlucht onder eenen pershoop (= een hoop persen of houten palen, hoppepersen?) en niet willende te voorschijn komen, men heeft op hen geschoten. Den enen was geschoten in zijne schouder, den anderen kreeg een sabelslag; men bond ze aan de peerden en men leidde ze naar Cassel. Tot zover Koster Pieter Lodewijk Cuvelier over ons geliefde dorp Abele, in zijn memoriaal. Ik vond er nog heel wat interessante stukken in terug, die niet over Abele gaan maar die veel vertellen over hoe de mensen in onze streek leefden in die tijd. In een volgende Populus Alba kom ik daar zeker nog eens op terug.
9
La carmagnole In zijn Memoriael heeft Koster Cuvelier het dikwijls over “de Carmagnolen”. Ik zocht en vond wat hij daarmee bedoelt. Toen de revolutionaire Fransen de grens overstaken en ons kwamen plunderen, gingen ze gekleed in een speciaal soort jas waarvan je hierbij een afbeelding vindt. Net zoals de Franse soldaten met een witte, spannende broek die veel leek op een onderbroek algauw “les sans-culottes” genoemd werden, gaven onze mensen de plunderende Fransen de naam “de carmagnolen”, naar de jas die ze droegen. Het is een eerder korte jas, met dubbele rij knopen, een kraag, een dubbele slip en omgeplooide polsboorden.
Maar er is nog meer. Mijn opzoekingen leerden me dat “La Carmagnole” een Franse dans is, die in die tijd in zwang was. Het was ook de titel van het meest populaire lied van de Franse Revolutie en dateert uit 1792. Het verhaalt tegen Lodewijk XVI en Marie-Antoinette. Het lied kwam later in de 19de eeuw meerdere keren terug en werd aangevuld met strofen die betrekking hadden op eveneens bewogen periodes van de Franse geschiedenis: in 1869 werden de eerste en enige parlementsverkiezingen gehouden onder de regering van Napoleon III. In 1871 waren er de Parijse Communes. Dit waren (nogmaals) revolutionairen die in Parijs van maart tot mei een eigen bewind voerden, als protest tegen de rege-
10
ring onder Napoleon III en als protest tegen de extreme armoede die de stad overspoelde. Zelfs over de Russische Revolutie werd er aan “La Carmagnole” nog een strofe en bijpassend refrein toegevoegd. Het was (is) duidelijk een lied om alle revoluties te eren en te overleven. La Carmagnole, 1792 Madam’ Véto = Marie-Antoinette Monsieur Véto = Louis XVI Madam' Veto avait promis (Bis) De faire égorger tout Paris (Bis) Mais son coup a manqué Grâce à nos canonniers Refr. : Dansons la carmagnole Vive le son, vive le son Dansons la carmagnole Vive le son du canon ! Monsieur Veto avait promis D'être fidèle à son pays Mais il y a manqué Ne faisons plus quartier Amis restons toujours unis Ne craignons pas nos ennemis S'ils vienn'nt nous attaquer Nous les ferons sauter. Antoinette avait résolu De nous faire tomber sur le cul Mais son coup a manqué Elle a le nez cassé Son mari se croyant vainqueur Connaissait peu notre valeur Va, Louis, gros pour Du temple dans la tour Les Suisses avaient promis Qu'ils feraient feu sur nos amis
Mais comme ils ont sauté Comme ils ont tous dansé ! Quand Antoinette vit la tour Ell' voulut faire demi-tour Elle avait mal au coeur De se voir sans honneur. Lorsque Louis vit fossoyer A ceux qu'il voyait travailler Il disait que pour peu Il était dans ce lieu. Le patriote a pour amis Tous les bonnes gens du pays Mais ils se soutiendront Tous au son du canon. L'aristocrate a pour amis Tous les royalist's de Paris Ils vous le soutiendront Tout comm' de vrais poltrons ! La gendarm'rie avait promis Qu'elle soutiendrait la patrie. Mais ils n'ont pas manqué Au son du canonnier Oui je suis sans-culotte, moi En dépit des amis du roi Vivent les Marseillois Les bretons et nos lois ! Oui nous nous souviendrons toujours Des sans-culottes des faubourgs A leur santé buvons Vive ces francs lurons !
11
Hierbij vind je ook de toegevoegde strofe en refrein die handelen over de Franse Communes, dus bijna 100 jaar na het begin van de Franse revolutie en nadat voor het eerst het lied gezongen werd. (1871) Vive la Commune de Paris (bis) Ses barricades et ses fusils (bis) La Commune battue Ne s’avoue pas vaincue. Refrain Elle aura sa revanche Vive le son (bis) Elle aura sa revanche Vive le son du canon ! Elle aura sa revanche Vive le son (bis) Elle aura sa revanche Vive le son du canon ! En dan nog deze die handelen over de Russische Revolutie in 1917 Vive la Commune de Russie (bis) Ses mitrailleuses et ses fusils (bis) Après s’être battue La Commune a vaincu. Refrain Elle a eu sa revanche Vive le son (bis) Elle a eu sa revanche Vive le son du canon ! Elle a eu sa revanche Vive le son (bis) Elle a eu sa revanche Vive le son du canon ! Volgens mijn bescheiden mening (ik ben geen historicus) heeft onze streek slechts jaren na het uitbreken van de Franse revolutie de voordelen die ze teweeg heeft gebracht ondervonden. (bv het rechtssysteem, het verplicht registreren van iedere burger in de bevolkingsregisters). De zeer katholieke streek mocht echter zijn godsdienst niet beoefenen. Kerken werden geplunderd en gesloten. Soms werden ze met de grond gelijk gemaakt. Ofwel werden ze openbaar verkocht om als gewoon burgerhuis verder gebruikt te worden. Ook zijn er veel
12
kerken en kapellen aangekocht geweest door particulieren die ze nadien, toen godsdienstbeleving weer mocht, opnieuw ter beschikking stelden om als gebedshuis dienst te doen. Op die manier is de Oude Kapel in Abele ook bewaard gebleven. En heel veel goede burgers, gewone mensen die het goed meenden, zijn in naam van de Republiek een kopje kleiner gemaakt (letterlijk). Er vielen veel onschuldige doden omdat ze niet trouw wilden zweren aan de revolutie of aan de republiek. In elke oorlog is elk argument en elke manier goed om je medemens uit te schakelen, als je daar de gelegenheid toe krijgt. In alle geval, het waren niet alleen woelige tijden, het leven onder dergelijk bewind was voor de gewone mensen heel hard. Door de talloze gevechten, werden oogsten vernield. Koeien, paarden, hout, voedselvoorraden … alles werd in beslag genomen om de soldaten te voorzien. Intussen moesten de gewone mensen maar zien hoe ze rond kwamen. De invloed van de Franse Revolutie was immens in heel het Westelijk Halfrond. Andere volkeren vonden dat ook zij konden opstaan tegen hun overheersers en ze verslaan. Historici vinden dat de Franse Revolutie de ideeën van de verlichting verspreidde, de macht van de adel en de geestelijkheid aan banden legde en een eind stelde aan de absolute monarchie. Maar menigeen die in het begin de Franse Revolutie steunde, was verbijsterd over waar deze toe leidde: talloze executies en een schrikbewind. Sommigen zeggen dat Frankrijk daar nooit geheel van hersteld is want het bracht een onverdraagzaamheid teweeg tegen het Christendom, (bij uitbreiding godsdienst) die in Frankrijk volgens sommigen nog niet voorbij is.
13
Brouwerij in Abele – 1702 Mijn goede vriend Guido Vandermarliere kwam tijdens zijn vele opzoekingen in het Poperings Archief volgende tekst tegen, die hij mij een tijdje geleden toestuurde. Ik ben niet zo’n specialist in het lezen van oude teksten. Guido, daarentegen, leest oude teksten zoals wij de krant (of de “Dag Allemaal” of de “Story”) lezen. Ik neem de tekst hier over zoals ik ze van hem kreeg.
20 februari 1702 - Douvi in Watou – brouwer te Abele – processen 1702 Compareerde voor schepenen der herlichede vander Douvi in Watou in persoonen Ferdinande Devoos filius Daniel, inwoner deser herlichede welcken exhibeert d’acte verbande ende opignoratie bij hem gepasseert voor den notairis Penneman ende getuighen den welcken ut crachte van de selve acte ghetabellioneert voor ons herlick verbant, soo hij doet bij desen, de voornoemde acte opignoratie ende verbande bij de welcke hij tot versekerthede van sijn drij kinderen die hij gewonnen heeft bij Jacquemine De Rycke, sijne overleden huisvrouwe vande somme van een hondert viftich ponden groten vlams hemlieden aenghekomen bij der doot van hemlieden voorseide moeder bij acte van den xxij° desember 1691 ende gonne van aducum ende aprobatie van mijn heeren burghmeesters ende schepenen der stede van Poperinghe in dacten den xiij april 1692 dies den comparant bij de voornoemde acte verobligiert was de voornoemde weeschpenninghen te verschreven naer coustume omme waeranne te voldoen hij heeft tot versecherthede van de selve somme verbonden ende geopignoirt soo hij doet bij desen, boven sijn persoone eerst vijf vierendeele garslant met het huisbrauwerie, appendentien ende dependentiën gestaen ende gheleghen onder dese heerelichede ten Abeele, jeghenwoordich ghebruyckt bij de comparant; streckende oost ende west van suyden de straete, van westen d’herve Jan van Goesteene, noorden Pieter Vanhouve en van oosten mijn heere van Coerthouve toedien elf vierendeelen lants onder de vierschaere van Steenvoorde, prochie van Godewareschvelde met de groene catheilen daerop staende, dies de canten ende abouten voor de selve Weth sullen ghespecifieert woorden ghebruickt bij den comparant toedien tsynnen huisse op de vautecamer, een poffet (buffet) ende ront taffelken, ses stoelen, twee pluimen bedden met een maltrasse, met hunne thoebehoorten,
14
inde keucken een dresse, een lae ende ander cleyn minuteyten, int slapcamerken noch een pluimen bedde met sijn thoebehoorten, toedien veerthien paer slaplakens, drye dosijnen servieten, neghen entwintigh teenen (tinnen) tallioren en derthien teenen pattelen onder cleene ende groote, eenen grooten compt met twee cleene teenen compen, vijf metaelen candelaers, twee rick coissoiren, een spitorlogie, toedien een roode coe ende een verse ende generalelick alle synne meubelen, geene ghereserveert, toedien thoy, stroy, alsnoch inde schuere, omme bij faute van betaelynghe ende voldoeninghe daerop gheprosedeert te woorde als naer coustume, hebbe den comparant onder eedt verclaert ende ten passeren deser dien ghereiteert (herhaald) dat desen verbanden ende oppugnoratie is ghedaen ter goeder trauwe ende niet omte commen in dooder handt nochte tot prejudice van iemandt Oogmitterende (augmenterende of verhogende) deser verbanden met noch vijf rasieren succrioen onder belofte ende verbanden als naer rechte welcken opugnoratie bij den nottares Penneman over de selve weesen is geactcepteert gewoorden Actum den twyntichsten february 1702 L. Penneman Ghedaen de publicatye den ses en twintichsten february 1702- clerck van den griffier Penneman H.J. Reguaert 1702
Alles goed gelezen en begrepen ? Zo ja, proficiat. Gelukkig heeft Guido de tekst al uitgetikt. Als toemaatje nog een foto van de stempel op het bewuste document. Het is de stempel van de heerlijkheid Douvie. Dit is de korte inhoud van de tekst:
15
Op 20 februari 1702 verscheen voor de schepenen van de heerlijkheid “Douvie” in Watou (omdat dit stuk van Abele ook onder die heerlijkheid viel) Ferdinand Devos, zoon van Daniël. Hij is weduwnaar van Jacquemine Derycke en heeft van haar drie kinderen, die niet nader genoemd worden. Men stelt dat hij 150 ponden groten vlaams (de munteenheid van die tijd) kreeg als erfdeel van zijn moeder, dit werd vastgelegd in een akte op 21 december 1691. Hij geeft die som, die hem toekwam, aan zijn drie kinderen, om te voldoen aan “de weespenning” Maar er is wel: vijf vierendeel weiland met een huisbrouwerij met afhankelijkheden, gelegen in de heerlijkheid van de Douvie te Abele. Die brouwerij wordt gebruikt en bewoont door Ferdinand. Ze grenst ten oosten en ten zuidwesten aan de straat, ten westen aan het erf van Jan van Goesteene, ten noorden aan Pieter Vanhove en ten oosten aan Mijnheer van Coerthove. Volgens mij kan het perfect dat het gaat over de brouwerij die wij later zullen kennen als de brouwerij “Petyt”, nu het stuk braakliggende grond op het Abeleplein. De ligging kan alleszins kloppen. Er is ook nog 11 vierendeels land behorende tot de vierschaar van Steenvoorde, grondgebied Godewaersvelde, (dus in Frankrijk gelegen) met daarop “groene catheilen”. Dit is hout, bomen, als kaphout bedoeld. Dan volgt er een beschrijving van de inboedel van zijn huis: Op de vautekamer (= de opkamer) staat er een buffet, een rond tafeltje, zes stoelen, twee pluimen bedden (: dekbedden met veren), matrassen en hun toebehoren. In de keuken staat een dresse, een ladenkast en andere klein huishoudgerief. In een slaapkamertje is nog een bed te vinden met toebehoren. Verder zijn er nog 14 paar lakens, 3 dozijn servetten, 29 tinnen borden, 13 tinnen schalen, zowel grote als kleine, een grote kom en 2 kleine tinnen kommen, 5 metalen kandelaars, 2 “rick coissoiren” en 1 spithorloge. Er is ook nog een rode koe en een vaars En dan nog al zijn meubels, geen enkele is “gereserveerd” ofwel in veel te slechte staat om opgenomen te worden in deze lijst. Verder is er ook nog hooi en stro in de schuur. Alles kan als waarborg gebruikt worden mocht hij niet betalen. Ferdinand verklaart dat hij handelt ter goeder trouw, dat hij de goederen niet zal overdragen aan iemand anders. Hij zegt ook dat er nog 5 “rasieren” succrioen (= een soort zomergerst) moet bijgevoegd worden. De betekenis van “rasieren” ontgaat me: is het een opper-
16
vlaktemaat of een inhoudsmaat, in alle geval ’t moet belangrijk genoeg zijn om deel uit te maken van deze akte. Mocht er mij iemand nog meer uitleg kunnen geven over het hoe en het waarom van deze akte, graag. Maar niet allemaal tegelijk hé!!!
De Leukste Thuis … Mijn vader ging graag op café, dat was algemeen geweten. Ook tapte hij af en toe moppen. En niet altijd de fijnste… Deze herinner ik me nog: Een Hollander zit op restaurant in zijn soep te lepelen en vraagt aan de serveuse: “Mevrouw, hebt u soms een droog sneetje?” Waarop de dienster antwoordt: “Neink, Menere, ’t zyn me schoen’n die piep’n…” Tja … Op een dag stond mijn vader aan de toog in De Tahiti, toen uitgebaat door Angèle. Hij dronk er een (zoveelste) pint met André Pinceel en Henri Truyman, beiden overleden. Mijn vader ook trouwens. Ze hadden het over de lekkere kost die Moeder de vrouw kon klaarmaken. - Ja’k, Dré, ik eet’n geirn zo’n lekker kippetje, zelf gekweekt, niet van die opgefokte kiekens, Henri: - Awel , Frans, als je wil, ik kan er je een paar bezorgen… André: - Henri, gvd, je kan zien dat je van mijn kiekens blijft!!! Henri en André waren buren en Henri had de kwalijke reputatie om alles wat niet te heet of te zwaar was als zijn eigendom te beschouwen. André zag het al aankomen… en mijn vader snikte van ’t lachen toen hij die conversatie in geuren en kleuren achteraf vertelde.
17
Toekomstige activiteiten
Op zondag 11 september van 8u tot 12u is er de start van het nieuwe seizoen van de verzamelaarsbeurs die Poperingana Numismatica Historia inricht in Het Pensionaat. We verwelkomen er graag de standhouders en het bestuur van deze vereniging. Iedere verzamelaar van munten, boeken, postkaarten en diverse collectoritems kunnen er terecht. Het is een kleine, maar gezellige beurs die steeds meer bekendheid krijgt. Wijzelf, als verzamelaars van alles en nog wat, werken graag samen met deze vereniging. Op deze eerste beurs van het nieuwe seizoen, blijven de standhouders meteen tot in de namiddag, omwille van de plukdag van de hop. Andere data voor deze beurs zijn: zondag 9 oktober, zondag 13 november, zondag 11 december en zondag 8 januari 2012, alvast te noteren in uw (verzamelaars)agenda. Standhouders zijn nog steeds welkom maar nemen best eerst contact op met Jan Cleenewerck op 0494 54 88 35 of via
[email protected]. De toegang is gratis Op zondag 11 september vanaf 14u is er in Het Pensionaat een hoppepluknamiddag. Op de binnenkoer van ons gebouw, staat het kleinste hopveldje van de streek. De hoppe is rijp om geplukt te worden, dus hoog tijd om de handen uit de mouwen te steken. Enkele plukkers demonstreren er de hoppepluk, zoals die indertijd op het veld gebeurde. Een orgelman, Eddy Deprince, komt lustige deuntjes spelen om de moed erin te houden. Ons cafetaria is open voor alle bezoekers. U kan er terecht voor lekkere
18
streekbier en een paar hoppespecialiteiten. We kan er genieten van een plukkersbordje, indien gewenst. Hommeljenever is voor de liefhebbers van sterke(re) drank. Het wordt vooral een namiddagje samen babbelen, lachen, genieten… Wie het wil, kan zelf de handen uit de mouwen steken. We voorzien een plokstoel en de kledij van de plokker zodat u uw zondagse plunje niet hoeft te besmeuren. De toegang is gratis.
Op zondag 9 oktober is er van 8u tot 12u de tweede verzamelaarsbeurs van het seizoen. Iedereen is welkom in Het Pensionaat op deze beurs die Poperingana Numismatica Historia inricht. Munten, postkaarten, documenten en allerlei kleine items vinden er hun weg naar de verzamelaar. Standhouders zijn nog steeds welkom maar nemen best eerst contact op met Jan Cleenewerck op 0494 54 88 35 of via
[email protected] . De toegang is gratis Dit winterseizoen willen we eveneens enkele kleine tentoonstellingen inrichten naar aanleiding van de maandelijkse verzamelaarsbeurs. Daarmee is het de bedoeling dat we iedere maand een verzamelaar en zijn verzameling in de kijker zetten.
19
Op zondag 9 oktober starten we met “De Pot Op”. Patrick Alleweireldt, lid van vzw ’t Pensionaat, verzamelt al enkele jaren kleine WCpotjes, die hij her en der op rommelmarkten en beurzen op de kop kan tikken. Meestal doen die kleine potjes dienst als mosterdpotje en maken ze deel uit van een peper- en zoutstelletje. Soms zijn het asbakjes of ook nog spaarpotjes. Allemaal stellen ze echter een toiletpot voor. Ze zijn gemaakt uit faience, maar heel dikwijls uit porselein en zijn ze mooi en kleurrijk versierd. Het is een merkwaardige maar fijne verzameling. Vzw ’t Pensionaat nodigt u dan ook graag uit op deze expo. Het is de eerste keer dat Patrick zijn verzameling toont en bij mijn weten is hij de enige die dergelijke potjes verzamelt. Tenzij er bij deze gelegenheid een andere verzamelaar zich kenbaar maakt? De toegang is gratis Op vrijdag 14, zaterdag 15 en zondag 16 oktober 2011 heeft voor de derde keer in Het Pensionaat “Buren bij Kunstenaars” plaats. Ook nog op zaterdag 22 en zondag 23 oktober stellen 26 kunstenaars in diverse disciplines hun werken tentoon in Het Pensionaat. Verdeeld over het gebouw, zijn niet alleen hun werken te zien, maar zijn de kunstenaars ook zelf aanwezig en/of aan het werk. Deelnemers die jaar zijn: -
Pol Debaene, landschappen in aquarel Norbert Demeester, schilderijen met acrylverf Patrick Denys, schilderijen Magda Fieu, handgemaakte keramiek, glasexperimenten en decoraties Anny Gesquière, schilderen met acryl- en olieverf, keramiek Frie Hardeman, schilderijen, schalen in papier Gilbert Hauspie, schilderijen en tekeningen van figuratief tot abstract Roselinde Kino, materiekunst, abstracte schilderkunst Monique Logie, modiste, ontwerp en maken van hoeden Charles Meuleman, beelden, ijzerassemblage Jenny Pittillioen, olieverfschilderijen en acryl Josiane Platteeuw, pergamanokunst Roger Pover, schilderijen in olieverf, aquarel en pastel Vaast (Gaston Pauwels), boetseerwerk, beeldjes e.d. Mieke Vandenaweele, aarde en stof
20
- Patrick Vanhamme, olieverfschilderijen. - Taille directe @pensionaat, collectief beeldhouwers met Pierre Delputte, Ivan Detrez, Herlinde Geerardyn, Mia Goeman, Mieke Latré, Leen Lermytte, Luc F, Lieve Vandewalle, Barbara Vandewynckel en Bart Schotte. Iedereen is hartelijk welkom tijdens deze twee weekends op vrijdag van 16u tot 18u. Op zaterdag en zondag telkens van 10u tot 12u en van 13u30 tot 18u. De toegang is, zoals steeds, gratis. Op zondag 13 november van 8u tot 12u is er de derde maandelijkse verzamelaarsbeurs van het seizoen, ingericht door Poperingana Numismatica Historia. Dit gaat door in Het Pensionaat, Abeleplein 8A in Abele. Iedereen is er welkom en de toegang is gratis. Op zondag 11 december van 8u tot 12u is er de vierde maandelijkse verzamelaarsbeurs van het seizoen, ingericht door Poperingana Numismatica Historia. Deze gaat door in Het Pensionaat, Abeleplein 8A in Abele. Zoals steeds is iedereen er welkom en de toegang is gratis. Op zaterdag 17 en zondag 18 december gaat in Het Pensionaat ons derde Winters Weekend door. De details van het programma zijn nog niet gekend, maar wie er drie jaar geleden bij was, herinnert zich ongetwijfeld de reuzenkerstboom op de binnenkoer en de pakken (echte) sneeuw die er tijdens dat weekend uit de hemel vielen. Het werd een echt winters weekend dat verliep in een gezellige sfeer. Beslist voor herhaling vatbaar, dachten we. Noteer alvast de data in uw agenda. En wees welkom.
21
Oproep U ontvangt ongetwijfeld al enige tijd deze Populus Alba via mail. Wist u dat u eveneens op onze kleine maar fijne website terecht kan, waar de nummers steeds online staan? U kan ze vlot als een PDF-document downloaden. Alle ooit verschenen nummers zijn er te consulteren: www.abele.be/pensionaat Als u mensen kent die deze nieuwsbrief nog niet ontvangen maar dat voortaan graag zouden willen, laat het me weten. Ik stuur ze de Populus door en voeg hun adres toe aan mijn bestand:
[email protected] Mocht u mensen kennen die tot voor kort wel deze nieuwsbrief ontvingen maar nu niet meer, laat het me ook weten. Ik veranderde van pc en van mailprogramma, gedwongen door een virusinfectie (van mijn pc-ke hoor!!). Daardoor raakte ik mijn adresboek kwijt en daarmee ook wat adressen van abonnees. Vandaar deze oproep:
[email protected] In alle geval: heel veel leesplezier gewenst. En mocht u een bijdrage willen schrijven voor deze nieuwsbrief: graag.
In Memoriam Ik meld het overlijden melden op 18 augustus 2011 van Henri Verhille uit Reningelst. Henri is de broer van Gery Verhille en was iedere tweede zondag van de maand trouw op post op de verzamelaarsbeurs in Het Pensionaat. Om 11u trok hij die dag steevast naar de mis in Abele. Menige Abelenaars zullen hem kennen. Henri zou in november 72 geworden zijn. Aan de familie Verhille – Verbrugge bied ik ook, in naam van de vzw en van de Populuslezers onze oprechte deelneming aan.