Juni 2006
VRIJWILLIGERSBELEID CRISISOPVANG STICHTING NOODOPVANGCENTRUM VLAARDINGEN. 1. Inleiding Stichting Noodopvangcentrum (NOC) is 25 jaar gelden begonnen als een vrijwilligersorganisatie en werd in de loop van de tijd van een traditionele vrijwilligersorganisatie een professionele beroepsorganisatie. Er bestaat binnen de Crisisopvang toenemend behoefte om weer meer samen te gaan werken met vrijwilligers op zowel individueel als groepsniveau. Iedereen die binnen de Crisisopvang komt werken dient deskundig te zijn. De beroepskrachten hebben eindverantwoordelijkheid in, organiseren coördineren en begeleiden. De vrijwilligers zullen ingezet worden bij uitvoerend werk dat past bij hun motivatie. Binnen de Crisisopvang is in toenemende mate behoefte vrijwilligers in te zetten omdat; *het inzetten van een van een vrijwilliger een bijdrage kan leveren aan het welzijn van de cliënt (geen hulpverleningrelatie). *het contact tussen cliënt en maatschappij makkelijker tot stand kan komen. *de maatschappij meer betrokken blijft bij de problematiek van crisisopvang. *de vrijwilliger een belangrijk rolmodel voor cliënten kan zijn. *de vrijwilliger samen met de cliënt praktische werkzaamheden uit kan voeren. 2. Visie van Nood OpvangCentrum op Vrijwilligerswerk Cliënten binnen de Crisisopvang hebben recht op tijdelijke opvang, begeleiding en ondersteuning. Deze begeleiding en ondersteuning richt zich altijd op het verhogen van de zelfredzaamheid van de cliënt. Op methodische wijze wordt door de hulpverlener samen met de cliënt een hulpverleningsplan vastgesteld.. In dit plan worden doelstellingen, termijnen en verantwoordelijkheden geformuleerd. Het hulpverleningstraject richt zich niet alleen op het oplossen van huidige problematiek maar richt zich ook op secundaire preventie. Het team binnen de Crisisopvang houdt rekening met het feit dat: -bij de cliënt een existentiële bestaansonzekerheid aanwezig is -de reguliere (zorg)systemen toegankelijker worden als een goede probleeminventarisatie in de Crisisopvang heeft plaatsgevonden. -adequate voorlichting en informatievoorziening de verwachtingen van de cliënt t.a.v. realiseerbare doelen tijdig bijstelt. -een cliënt onderworpen kan zijn aan een traumatisatieproces -zelfredzaamheid van de cliënt ten allen tijde centraal moet blijven staan. juni 2006
1
Juni 2006
De koppeling van kennis en kunde van de binnen de Crisisopvang werkzame Sociaal Pedagogisch werkers en Maatschappelijk Werkenden, aan de kennis kunde en ervaring van vrijwilligers, kan een belangrijke kwaliteitsverbetering en continuïteit van zorg bewerkstelligen. De vrijwilliger wordt binnen de Crisisopvang niet gezien als een extra vrijwillige hulpverlener maar als een ondersteunende functionaris. Stichting NOC kiest voor een samenhangend vrijwilligersbeleid dat periodiek zal worden geëvalueerd .De eindverantwoordelijkheid voor het behalen van de resultaten van het hulpverleningsplan, ligt ten allen tijde in de 1e plaats bij de cliënt en in 2e plaats bij de professioneel opgeleide hulpverlener. Ook zal de inzet van de vrijwilliger gericht zijn om zijn/haar hulp overbodig te maken. Binnen de Crisisopvang zal de inzet van de vrijwilliger zich richten op; *de cliënt en niet in de eerste plaats op diens probleem *continuïteit in zorgverlening *voorkomen slachtofferpositionering en verhoging zelfsturing cliënt *hulp overbodig maken *geïntegreerde benadering 3. De positie van de vrijwilligers in de Crisisopvang. Vrijwilligers moeten een vaste relatie met de Crisisopvang hebben. De vrijwilligers bevinden zich zowel binnen als buiten de Crisisopvang Per vrijwilliger worden werkafspraken gemaakt Deze afspraken richten zich niet op “greep krijgen op” maar nadrukkelijk op zicht houden op de motivatie van de vrijwilliger . Het welzijn van de cliënt/doelgroep zal altijd centraal staan bij de inzet van vrijwilligers. In overleg met de Sociaal Pedagogisch Werker /Maatschappelijk werker kan gekozen worden voor koppeling van de vrijwilliger aan de cliënt of koppeling van vrijwilliger aan hulpverlener of koppeling van de vrijwilliger aan de cliëntengroep (ondersteuning in groepsprocessen). De vrijwilliger binnen de Crisisopvang heeft recht op erkenning, overleg, informatie. Afspraken omtrent beschikbaarheid, materiele en immateriële zaken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden rechten en plichten worden per vrijwilliger schriftelijk vastgelegd. Het sectorhoofd is samen met een medewerker van de Crisisopvang verantwoordelijk voor de coördinatie van de vrijwilligers. In samenspraak zullen gewenste overlegvormen geformuleerd worden. Begeleiding van de vrijwilligers zal door de verschillende beroepskrachten plaatsvinden. Bij het inwerken van de vrijwilliger wordt gewerkt met een checklist.
juni 2006
2
Juni 2006
4. De rechten en plichten van vrijwilligers in de Crisisopvang. De rechten en plichten van de vrijwilliger worden vastgelegd in een vrijwilligerscontract In dit contract staan de werkafspraken, reiskostenregeling, verzekeringen en rechten en plichten t.a.v. begeleiding en training beschreven.
Werkafspraken Contractering *Voor het vrijwilligerscontract geldt een proeftijd van 2 maanden. *Verklaring van goed gedrag wordt door de vrijwilliger overlegd. *Stichting N.O.C. vergoedt de voor deze verklaring gemaakte kosten. *Vrijwilligers kunnen bij goed functioneren aanspraak maken op een getuigschrift/referenties t.a.v.het functioneren. Werkinhoud *De werkafspraken zijn afhankelijk of vrijwilligerswerk binnen of buiten de Crisisopvang plaatsvindt. *De vrijwilliger wordt ingewerkt door een ervaren vrijwilliger of beroepskracht. *Per vrijwilliger worden werkafspraken vastgelegd. *Van iedere vrijwilliger wordt verwacht dat hij/zij op de hoogte is van visie en missie en huisregels binnen de Crisisopvang (instellingsdocument) *Van iedere vrijwilliger wordt geheimhouding verwacht. Alle informatie over de cliënten de locatie en de organisatie moet als strikt vertrouwelijk beschouwd worden. De vrijwilliger tekent hiervoor een verklaring. *De vrijwilliger doorkruist nooit het vastgestelde begeleiding/hulpverleningsplan. *De Vrijwilliger kent het Calamiteiten/ontruimingsplan van de Crisisopvang.. Roostering *Werktijden/aanwezigheid wordt per maand ingeroosterd. *Minimale inzet is 4-8 uur per week. *Inzet van vrijwilligers kan binnen en buiten de Crisisopvang en in alle diensten behalve nachtdiensten. *Vrijwilligers ontvangen geen sleutels van het Opvanghuis. *Vrijwilligers stemmen hun roosters onderling af en dragen zelf zorg voor vervanging. Overleg en afstemming *Er vindt structureel overleg plaats tussen vrijwilligers en beroepskracht. *Vrijwilligers kunnen z.n. in een geautomatiseerd vrijwilligerslogboek rapporteren. *Bij klachten kunnen vrijwilligers rechtstreeks contact met het sectorhoofd opnemen. *De vrijwilligers kunnen gebruik maken van de bestaande klachtencommissie/vertrouwenspersoon van Stichting Noodopvangcentrum Vlaardingen. juni 2006
3
Juni 2006
*Vrijwilligers hebben recht op maandelijkse begeleiding in groepsverband. Dit 2 uur durend overleg wordt gesplitst in vrijwilligers teamoverleg en deskundigheidsbevordering. Aan dit overleg neemt het sectorhoofd en 1 beroepskracht deel. *Als er bij vrijwilligers behoefte bestaat aan persoonlijke begeleiding door het sectorhoofd kan hij/zij dat aangeven. *Er worden jaarlijks functioneringsgesprekken gehouden.
Reiskosten. Per vrijwilliger worden afspraken gemaakt over reiskostenvergoedingen. Vrijwilligers ontvangen in principe een vergoeding voor gemaakte reiskosten voor uitvoering diensten, bijwonen training en groepsbijeenkomsten. Deze onkostenvergoeding is conform CAO Welzijn en wordt maandelijks bij het sectorhoofd gedeclareerd. De vrijwilliger mag maximaal 19 euro per week ontvangen voor verrichten van vrijwilligerswerk met een maximum van 668.18 euro per jaar zonder dat dit opgegeven moet worden aan de belastingdienst. Verzekeringen. De vrijwilligers worden geacht individueel verzekerd te zijn tegen ongevallen, ziekte en schade aan/van hun persoonlijke bezittingen. De stichting sluit voor vrijwilligers ,net als voor de vaste medewerkers een WA verzekering af. Bij schade of verlies van goederen wordt in eerste instantie de verzekering van de vrijwilliger aangesproken. (zie bijlage 3) Begeleiding en training van vrijwilligers Vrijwilligers nemen deel aan training agressie en conflict deëscalatie. Als er behoefte is aan voorlichting of training op maat kunnen vrijwilligers dit aangeven. Het sectorhoofd beoordeelt de relevantie en mogelijkheid van de training. Bij onvoldoende functioneren van de vrijwilliger worden extra evaluatiemomenten vastgesteld en kan in overleg met het sectorhoofd tijdelijk extra begeleiding geboden worden. Ontslag *Bij herhaald niet nakomen van gemaakte afspraken kan de Stichting Noodopvangcentrum Vlaardingen besluiten niet langer gebruik te maken van de diensten van de vrijwilliger. *Het vrijwilligerscontract kan door de Stichting Noodopvangcentrum Vlaardingen per direct beëindigd worden bij overtreding van artikel 7.652 en 676 BW. *Het vrijwilligerscontract kan door beide partijen worden beëindigd met in acht name van de opzegtermijn van 4 weken. *Bij vrijwillig vertrek van de vrijwilliger wordt een exitgesprek gehouden (bijlage 5.)
juni 2006
4
Juni 2006
Arbo en Agressiebeleid Het binnen de Stichting Noodopvangcentrum Vlaardingen beschreven Arbo en Agressiebeleid is geldend voor de vrijwilliger. Sollicitatieprocedure Na de ontvangst van de sollicitatiebrief ontvangt sollicitant binnen 1 week van het Centraal Bureau een schriftelijke ontvangstbevestiging of afwijzing. *Bij afwijzing wordt de reden van afwijzing vermeld en worden sollicitatiebescheiden geretourneerd. *Op basis van brieven wordt de verdere selectie gemaakt. *indien wordt besloten de sollicitatie in portefeuille te houden (6 maanden) wordt de sollicitant door het Centraal Bureau hiervoor toestemming gevraagd. Hierna worden bescheiden vernietigd. *Kandidaten die de 1e selectie hebben doorstaan worden door het Centraal Bureau schriftelijk uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek. *In de brief wordt gemeld met wie de kandidaat een gesprek heeft, plaats en tijdstip. *Bij dit schrijven wordt het NOC vrijwilligersbeleidsplan+ N.O.C folder toegevoegd. *Bij het gesprek zal altijd het sectorhoofd en (een) medewerkers van de Crisisopvang aanwezig zijn. *Na het voeren van het gesprek wordt het gesprek geëvalueerd. *Een afgewezen kandidaat krijgt de afwijzing schriftelijk via het Centraal Bureau bevestigt met opgaaf van reden. Tevens worden de sollicitatiebescheiden geretourneerd. *De kandidaat op wie de keuze is gevallen wordt schriftelijk een vrijwilligersaanstelling aangeboden. *De vrijwilliger wordt binnen 14 dagen uitgenodigd voor bespreking en ondertekening van het vrijwilligerscontract en het maken van concrete werkafspraken. *Dit contract kan pas ingaan na overleggen van verklaring goed gedr 5. Profiel van vrijwilliger in de Crisisopvang Algemene kenmerken De vrijwilliger is verantwoordelijk voor het bieden van ondersteuning aan cliënten van de Crisisopvang. Deze ondersteuning mag het ingezette begeleidingsplan van de beroepskracht niet negatief beïnvloeden. Doel van de functie Zelfredzaamheid van de cliënten verhogen om hen zo goed mogelijk zelfstandig te laten deelnemen aan/in de maatschappij.
Resultaatgebieden Ondersteunt cliënt(en) in overleg met beroepskracht . Activiteiten *Ondernemen van activiteiten met ouders en kinderen *Begeleiden cliënten naar externe organisaties juni 2006
5
Juni 2006
*Initiëren van groepsactiviteiten *Boodschappen doen met cliënten *Koken met cliënten *Sociale activiteiten (binnen of buiten) de Crisisopvang met cliënten ondernemen (koffiedrinken/spelletjes doen, TV kijken) *Ophalen nieuwe cliënten bij station *Aandacht geven aan feestdagen Specifieke functiekenmerken/vaardigheden • Sociale vaardigheden voor het onderhouden van intensieve contacten met de cliënt(en) • Informele communicatiestijl • Dienstverlenende houding • Persoonlijk zicht hebben op afstand-betrokkenheid intermenselijke relaties • In teamverband kunnen werken • Probleemoplossend vermogen • Improvisatievermogen • Geheimhouding kunnen respecteren
juni 2006
6