Vrijdag 19 oktober | Wereldomroep.nl is de website voor Nederlandstaligen in het buitenland. Programma's
Hilversum , Nederland
Nederlandse expertise bij Colombiaanse dijk Gepubliceerd op : 19 oktober 2012 - 1:14 pm | door Benno de Jongh (Foto: Hans Leenen / RoyalHaskoningDHV) We zijn omringd door water en overal om ons heen staan stevige dijken om ons tegen dat water te beschermen. Nederlandser kan het bijna niet. Toch lijkt er de laatste tijd steeds meer te doen over de staat van de dijken in ons land. Begin oktober waren het nog de waterschappen die zeiden dat er miljarden nodig zijn om de rivierdijken aan te pakken. En ook de zeedijken lopen gevaar, aldus de waterschappen, zeker als de geplande bezuinigingen op het Deltafonds doorgaan. Klachten over de dijken zijn van alle tijden, en blijven niet beperkt tot Nederland. Sterker nog, onze dijken staan er zeer florissant bij in vergelijking met die in veel andere landen. Wereldwijd zijn er veel rivier- en zeedijken die in slechte conditie verkeren, en een acuut gevaar vormen voor mens en natuur. Van Bangladesh tot New Orleans, van Vietnam tot Zuid-Amerika signaleren lokale autoriteiten allerlei problemen met het watermanagement. En wie worden dan vaak gevraagd de problemen in kaart te brengen? Juist, de Nederlanders, want die beschikken over expertise op het gebied van waterveiligheid. La Niña Zo geschiedde het ook in Colombia, dat eind 2010 als gevolg van hevige overstromingen door La Niña hard getroffen werd. Rivieren overstroomden, honderden Colombianen stierven als gevolg van het natuurgeweld, en meer dan twee miljoen mensen verloren hun huis of leden andere materiële schade. La Niña is het verschijnsel dat leidt tot afkoeling van het zeewater in de Pacific waardoor weerpatronen veranderen dat weer leidt tot overvloedige neerslag. Het verschijnsel doet zich eens in de zoveel jaar tijd voor, de laatste keer dus in 2010. President Juan Manuel Santos besloot niet machteloos te wachten tot de volgende keer en belde de toenmalig Nederlandse ambassadeur Marion Kappeyne van de Coppello met de vraag of Nederland kan helpen de waterproblemen te lijf te gaan. Royal HaskoningDHV heeft opdracht gekregen van Agentschap NL om de problemen van de waterveiligheid bij Cali in kaart te brengen. Cali, een stad in het westen van Colombia, was in 2010 een van de zwaarst getroffen gebieden in Colombia. De dijk werd eind jaren ‘50 gebouwd om de omringende landbouwgronden te beschermen. Door urbanisatie is Cali sindsdien uitgegroeid tot een miljoenenstad. Zo’n 700.000 inwoners wonen achter de dijk van de Cauca Rivier in het Aguablanca-district, en lopen dus een risico van overstroming van de Cauca bij extreem hoog water hoog. Hans Leenen van Royal HaskoningDHV verbleef in september en oktober zo’n vier weken lang in het gebied. Samen met zijn team, bestaande uit vier Nederlanders, bracht hij de problemen van de dijk bij
Cali in kaart. Het belangrijkste probleem is dat het noodzakelijke beschermingsniveau tegenwoordig anders is dan toen de dijk werd aangelegd. Zo vertelt projectleider Leenen vanuit Colombia: ‘De dijk was prima voor de standaard van eind jaren ’50, toen het stedelijke gebied een stuk verder van de dijk af lag en er landbouwgrond tussen lag. Door de bevolkingsgroei leven mensen nu pal achter de dijk, en soms zelfs erop of ervoor. Ook is er sinds de aanleg nauwelijks iets aan onderhoud gedaan.’ Ongeveer 15.000 families wonen op en om de dijk. Voor hen is bij overstromingen het gevaar het grootst. De Colombiaanse overheid heeft geld vrijgemaakt om hen elders te huisvesten. De andere honderdduizenden bewoners van het gebied zijn gebaat bij een stevige dijk, voordat La Niña weer toeslaat. Leenen, van huis uit hydroloog, zegt dat het ook ontbreekt aan bewustzijn onder de plaatselijke bevolking dat een stevige dijk onmisbaar is. ‘Er zijn stukken wat afgegraven zodat auto’s er makkelijker overheen kunnen. Ook zijn er pijpleidingen dwars door de dijk gegraven. ‘ Blauwdruk Wat is de norm die wordt gehanteerd als het gaat om de dijken? Leenen: ‘Door de urbanisatie is het beschermingsniveau veranderd. In andere woorden: de dijk is veel belangrijker geworden voor de bescherming van mensen. We gebruiken de Nederlandse standaard om te kijken waaraan een dijk moet voldoen. In Nederland zit veruit de meeste kennis, die gebruiken we als blauwdruk, en dat transformeren we naar het buitenland.’ Daarnaast is er nog de Atta-mier, een grote mierensoort die de dijk structureel schade toebrengt. Hoewel de beesten niet voorkomen in Nederland, is ook hier de Nederlandse expertise nuttig. Leenen: ‘Ze zijn vergelijkbaar met wat de muskusrat aan schade aanbrengt aan Nederlandse dijken. Daar hebben we speciale mensen die muskusratten vangen. Ook in Cali moet er aandacht zijn voor een dergelijke aantasting van de dijk en zou dat in het onderhoud moeten worden meegenomen. Andere problemen met de dijk liggen in de organisatiestructuren: ‘Het is onduidelijk wie de dijkbeheerder is. In Nederland heb je de waterschappen die de dijken beheren, en de landelijke overheid die toezicht houdt op de deltawerken. In Colombia zijn geen waterschappen. Er zijn teveel partijen die op de een of andere manier bij de dijk betrokken zijn. De lokale overheid, het milieuschap en diverse nutsbedrijven werken onvoldoende met elkaar samen en nemen te weinig verantwoordelijkheid. Dat maakt het managen van de pijnpunten erg lastig.’ Vanaf de jaren ’70 zijn de Nederlandse overheid en Nederlandse bedrijven betrokken bij advieswerk in Colombia. Zo vreemd is het dus niet dat een bedrijf als Royal HaskoningDHV in Cali terecht komt. Toch ging er een heel traject aan vooraf voordat het adviesbedrijf daadwerkelijk aan de diagnose kon beginnen. Het project in het Aguablanca-district is een van de strategische samenwerkingsprojecten die voortvloeien uit het Colombian Netherlands Water Partnership. Dit is een samenwerkingsverband tussen de Colombiaanse en Nederlandse regering waarbij aan Nederlandse zijde, naast de Nederlandse ambassade in Bogotá, de ministeries van Buitenlandse Zaken, Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en Infrastructuur en Milieu, ook Agentschap NL betrokken is. Waterbeleid Agentschap NL voert voor meerdere ministeries beleid uit waaronder het beleid op internationaal ondernemen en samenwerken. Claudia Schutte van Agentschap NL, coördinator Water bij de Transitiefaciliteit Colombia, vertelt waarom de Nederlandse overheid actief bedrijven ondersteunt: ‘Colombia is al lang niet meer het derdewereldland waarvoor het soms nog wordt gehouden. Colombia is een van de snelst groeiende economieën van Zuid-Amerika en maakt een transitie door van ontwikkelingsland naar een stabiel middeninkomenland.' 'Dat maakt Colombia tot een interessante groeimarkt met kansen op veel sectoren, ook voor de Nederlandse watersector. Dit betekent ook dat we van ontwikkelingssamenwerking naar een volwaardige en duurzame handelspartnerrelatie gaan, van’ aid naar trade’ zo gezegd. Daarom hebben het ministerie van Landbouw en Buitenlandse Zaken de Transitiefaciliteit gecreëerd, die met kennis en financiële middelen individuele en groepen bedrijven ondersteunt in Colombia. De hulpkreet van president Santos was er dus ook niet één voor ontwikkelingshulp, maar een voor Hollandse expertise. Via strategische projecten, zoals die in Cali, probeert Nederland met kennis en expertise Colombia te ondersteunen in het verbeteren van het ondernemingsklimaat. Tegelijkertijd biedt dit kansen voor de Nederlandse sector om zich op de Colombiaanse markt te positioneren. Via de door Agentschap NL georganiseerde openbare aanbesteding heeft Royal HaskoningDHV, die de aanbesteding won, nu die mogelijkheid. HollandWaterHouse Een samenhangend initiatief vanuit de Transitiefaciliteit is het Holland Water House. Schutte: ‘Het Holland Water House adviseert geïnteresseerde bedrijven om de weg te vinden in Colombia, geeft informatie over marktkansen, Colombiaanse aanbestedingen en bijvoorbeeld wet- en regelgeving maar
bedrijven kunnen ook terecht voor vragen over ook MVO, mensenrechtenkwesties en duurzaamheid. Ook kan ze assisteren bij het vinden van betrouwbare Colombiaanse partners, essentieel wil je in Colombia echt commercieel succes boeken.’ Holland Water House geeft niet alleen adviezen over waterveiligheid. Eigenlijk zijn alle sectoren in beeld waar op een of andere wijze water bij komt kijken, zegt Schutte. ‘Naast waterveiligheid zijn dat bijvoorbeeld integraal watermanagement, havenontwikkeling, expertise op water & climate services en drink- en afvalwaterzuivering. De Transitiefaciliteit richt zich niet alleen op Colombia. ‘Ook in andere snel groeiende economieën zoals Zuid-Afrika en Vietnam helpen we Nederlandse bedrijven hun ambities te realiseren. De aanpak is in elk land verschillend. Hoe ontwikkelt een land zich? Waar heeft het precies behoefte aan? En hoe kunnen we dat koppelen aan kennis, expertise en technologieën waar Nederland goed in is. Maatwerk dus.’ Advies Met het ondersteunen van de Nederlandse belangen in het buitenland zit het dus wel goed. Maar hoe zit het met de dijk bij Cali? Volgende maand presenteert Royal HaskoningDHV zijn bevindingen aan president Santos. Het is een diagnose met aanbevelingen voor de korte en lange termijn. Leenen wil niet vooruit lopen op het eindadvies, maar licht alvast een tipje van sluier op: ‘Van belang is dat de dijk eerst weer in de staat is van het oorspronkelijk ontwerp, zorg vervolgens voor een aanpassing aan veiligheidseisen van de huidige situatie, en maak het mogelijk dat er één kapitein (autoriteit) is die verantwoordelijk is voor het beheer van de dijk. Wij geven de ingrediënten, wat er vervolgens aan verbeteringen wordt gedaan is uiteindelijk aan de Colombiaanse overheid.’
Woningen op de dijk bij de Cuaca-rivier © Foto: Michel Tonneijk / RoyalHaskoningDHV - www.royalhaskoning.com
Veldbezoek van ambassadeur Marion Kappeyne aan de dijk © Nederlandse Ambassade te Bogotá
Bron: WereldOmroep, http://www.rnw.nl/nederlands/article/nederlandse-expertise-bij-colombiaanse-dijk Dd 191012
De dijk bij Cali © Foto: Michel Tonneijk / RoyalHaskoningDHV - www.royalhaskoning.com