Vragenlijst geefgedrag allochtonen A. In welk land is uw vader geboren? !
"
#$
!
"
#$
%
%
B. In welk land is uw moeder geboren? %
%
C. Leeftijd _________ D. In welke gemeente woont u? _____________________ & '! ( )*+, -. % / 0 % 1 / 0 ( % / ! 2 0 13 0 % % 40 2 ) % ( % 0 & &/ & % 5'! 5 / % & / 0, 5( % %5 & 0 & % & % ( % 2 % ( % 5 0 & &5'!/ 5 5 0 6 & 70 5 %! % ! 1 6 % 7 % (& % 5 6&'! / & 7' 6 % / % &0 5 &'! 11 7&1 % &' &'! 11 % 6 % / ( 7 .
/ 0 % % !
%
%
8
" ) 9 % & 0 % ; 90 % ""# !
% 02 0 0/ 0 % %
/ :: / % / 0 % 8
&/ & % 2 0 %% 86! 2% ( % /& 0 0 % ; 90 % 0 9 ! 5 9% % 7 2. Een vaste bijdrage aan de moskee, kerk of ander gebedshuis 3. Een vaste inhouding op het loon 4. Een lijfrenteschenking vastgelegd bij de notaris 5. Andere manieren om vaste bedragen te geven 6. Een huis-aan-huis collecte 7. Een collecte op straat 8. Iemand te sponsoren in een actie voor een goed doel (bijv. sponsorloop) 9. Een collecte in de moskee, kerk of ander gebedshuis 10. Een collecte via een vereniging waarvan u lid bent (bijv. sportvereniging)
0
-
!%
11. Een collecte in de winkel, busje voor wisselgeld 12. Een collecte op het werk 13. Een televisieactie (tv-actie Pakistan, Doekoe voor Suriname) 14. Een persoonlijke brief met acceptgiro 15. Via internet 16. Een collecte tijdens een manifestatie of op een bijeenkomst 17. Geven n.a.v. een oproep via advertenties in krant of weekblad 18. Goederen te verkopen voor een goed doel 19. Meespelen in een loterij (Nationale Postcode Loterij, Lotto e.d.) 20. Iets kopen in een wereld- of milieuwinkel 21. Naar liefdadigheidsbijeenkomst gaan 22. Iets kopen op een liefdadigheidsbazaar 23. Iets aan de deur kopen voor een goed doel 24. Kleren inleveren bij een inzamelpunt % / 0 6 % &'! 05 &% < %78 " 0 &1 5 % / % 9 & / 0 %% % 8 $ *1 % =
-
3. Kunt u aangeven of u heeft gegeven aan de volgende soorten doelen en zo ja welk bedrag aan geld en/of goederen dit ongeveer is geweest? - 2% 0 > 1. Levensbeschouwing (bijvoorbeeld kerk, moskee, tempel, andere gebedshuizen) 5 %! %62 / 2 %.? @. 2& % 0% % %& ) & '! 0 09 / % %&'! & 0 7 ! 162 / 2 % & ' 9 %% / ( @ % *A9 /2 + ' 97 2 ! %62 / 2 % 0 0 1 '7 , 2 &'! 062 / 2 %? @ 1 '7 6. Onderwijs en onderzoek (bijvoorbeeld scholen, wetenschappelijke instituten, maar geen ouderbijdrage) $ 62 / 2 % 5 B % &0 5 &'! 11 % /' 9 %& 7 C 1 ; ' 6 % ' 2 & 92 % 0 / 0 0 ( &1 % 5 9 %/ &7 D &'! 11 &' % 62 / 2 %/ ( 2 ( 0 0 0 % &) & ' ' &/ 1 7 E % & = De volgende vragen gaan over geld overmaken naar het buitenland. Bijvoorbeeld geld overmaken door middel van een bank of money transfer, via belwinkels, reisbureaus en andere winkels, via de moskee of kerk, per post, geld meegeven aan een familielid of vriend, zelf het geld meenemen tijdens de vakantie, of uw bankpas met pincode aan iemand in het buitenland geven. ) 9 %
&
%
0
00 % ; 90 %
0&
%
! 2
%8
- & 0 % ; 90 % 2. Nee ( ga door naar vraag 8) ( $
% &
%! 9 %
& ( 9
% 0 % ; 90 % 0& ! " # =F F F F F F F F F F F F F F F F F F F F
%8
6. U geeft aan dat u geld en/of goederen naar het buitenland heeft verstuurd. Kunt u aangeven voor wie dit was bestemd en wat de waarde ongeveer hiervan was? (enq. niet alle mogelijkheden doornemen) ( % 0% > ( % 0 % > @ % 9&/ ( , 1&B;& %&0 5. Clan/stam G ' ' " % = $ %
&
'
7. Waarvoor wordt dit geld en/of deze goederen meestal gebruikt? Basis behoeften (voedsel, onderdak, onderwijs, medische zorg e.d.) Sociale behoeften (kleding, luxeartikelen, mobiele telefoon, trouwfeest e.d.) Geldgenererende activiteiten (om te verkopen, om een bedrijf op te zetten e.d.) Infrastructuur (wegennet, brug e.d.) Anders, namelijk:
1.Ja
2.Nee
Deze laatste vraag gaat over vrijwilligerswerk. Hieronder wordt verstaan de hulp die u biedt aan een organisatie en/of persoon zonder dat u daar een vergoeding voor ontvangt. C?
&/ ( 0 2 ""#
0 &
1 ! 0 2 %/ F F F F 8
!
1 5 %! %&5 0 ' ! 1/ 0 '! &! 1 ' && 0 & '! 99 ! 1 '! 9 % (&& 0 . & ' " H ! &( ;( / % ( $ 2! %% 2 &'! CI D 2 % 2 1& 0 &
0
-
FF FF FF
1 1 1
% % %
-
FF FF FF FF FF FF
1 1 1 1 1 1
% % % % % %
E
'! 0 ( ( 0&! 1 '! 0 / &2 &'! ( 0 G 9 0 & 62/ & ! % ' / 0 0 9& '! 0 %7 ' ! 22J ? 5 !% / % 2 ( 0 &'! 169 / % 0 9&/ ( 7
-
FF
1
%
-
FF FF
1 1
% %
-
FF
1
%
&
16.
-
0 & % & = Doet geen vrijwilligerswerk.
D ) / bij………..?
1
%2 & % !
0 &1
FF
1
%
FF
1
%
/ ( 0 &(
%$DEMOGRAFISCHE VRAGEN Ik wil u tot slot enkele vragen stellen over uw achtergrond: opleiding, werk, huishouden, enz. 10. Wat is uw etniciteit? (Dus: wat voelt u zich?) 1. Turks 2. Marokkaans 3. Surinaams 4. Antilliaans 5. Arubaans 6. Ghanees 7. Somalisch 8. Nederlands 9. Anders 11. Wat is uw geboortedatum? Dag _ _ maand _ _ jaar _ _ 12. In welk land bent u geboren? 1. Turkije 2. Marokko 3. Suriname 4. Antillen 5. Ghana 6. Somalië 7. Nederland 8. Anders, namelijk: ………………………………………………………………… 13. Hoe lang woont u in Nederland? _ _ jaar (Aantal jaar invullen) 14. Hoe lang woont u vader in Nederland? _ _ jaar (Aantal jaar invullen, 99 = woont niet in Nederland) 15. Hoe lang woont u moeder in Nederland? _ _ jaar (Aantal jaar invullen, 99= woont niet in Nederland) 16. Wat is uw hoogst, al dan niet voltooide, opleiding? 1. Lager Onderwijs 2. LBO / VMBO (Universiteit) 3. MAVO doctoraal/master 4. MBO (middelbaar Beroeps Onderwijs)
5. HAVO - VWO 6. HBO (Hogeschool), 7.
eerstejaars WO (Universiteit)
8. Geen opleiding
17. Wat is uw religie / geloofsovertuiging? (één antwoord mogelijk) 1. Humanistisch 2. Rooms-katholiek 3. Christelijk, anders
WO -
4. Moslim – soennitisch
5. Moslim – sjiitisch
6. Molsim, anders
7. Hindoe namelijk………………… 10. Wil niet zeggen
8. Boeddhist
9.
Anders,
18. Hoeveel personen inclusief uzelf wonen in uw huis? …………………… personen 19. Hoeveel ervan zijn kinderen? kinderen
……………………
20. Wat is uw belangrijkste bron van inkomsten? 1. Betaald werk (Parttime telt ook mee) 6. Pensioen, AOW of VUT/FPU 2. Huishouden 3. Bijstandsuitkering 4. Werkloosheidsuitkering (WW/wachtgeld) 5. Arbeidsongeschiktheidsuitkering (WIA/IVA/WGA/WAZ/Wajong/WAO)
7. Studiefinanciering 8. Alimentatie 9. Andere uitkering 10. Anders 11. Wil niet zeggen