1
Toelichting Dit is een basisopzet van de vragenlijst. De vraagstelling is deels afhankelijk van de onderzoeksmethode (schriftelijk, face-to-face, telefonisch, internet). Wijzigingen t.o.v. vorig jaar zijn in het rood weergegeven. 1.
Uit hoeveel personen bestaat uw huishouden, u zelf meegerekend? Interviewer instructie: Particuliere huishoudens bestaan uit één of meer personen die alleen of samen wonen en een gezamenlijk huishouden voeren.
Aantal personen: Vraag 2, 3 en 4 opeenvolgend vragen voor alle personen in het huishouden 2.
Wat is de geboortemaand en -jaar van deze persoon? Invullen in schema.
3.
Wat is het geslacht van deze persoon? Invullen in schema.
4.
Is deze persoon bij de gemeente ingeschreven op dit adres? Invullen in schema.
SELECTIE: HUISHOUDEN BESTAAT UIT 2+ PERSONEN 15+
6.
Wie levert de grootste bijdrage in de inkomsten van het huishouden? Invullen in schema. Interviewer instructie: De hoofdkostwinner (m/v) is degene in het huishouden die de grootste bijdrage levert in het huishoudinkomen. Ieder huishouden kan slechts 1 hoofdkostwinner hebben. Een hoofdkostwinner is 15 jaar of ouder en behoort tot de huishoudenskern (een thuiswonend kind is GEEN hoofdkostwinner). Als binnen de huishoudenskern twee personen hetzelfde inkomen hebben, wordt diegene die het meeste aantal uren werkzaam is als hoofdkostwinner gezien.
7.
Wat is de positie van iedereen in het huishouden ten opzichte van de hoofdkostwinner? Invullen in schema. Interviewer instructie: Het gaat om de positie van de persoon ten opzichte van de hoofdkostwinner.
Vraag 2
Vraag 3
Vraag 4
Geboortemaand / jaar
Geslacht
Ingeschreven op adres?
Het bijv. maart huishouden 1970 = bestaat uit: 03/1970
Man
Vrouw
Vraag 6
Vraag 7
Partner Hoofdkosthoofdkostwinner winner
Kind
Overige personen
Meerdere personen mogelijk
Slechts 1 persoon aankruisen
Slechts 1 persoon aankruisen
Meerdere personen mogelijk
Meerdere personen mogelijk
Persoon 1
......- .......
-1
-2
-01
-01
-01
-01
-01
Persoon 2
......- .......
-1
-2
-02
-02
-02
-02
-02
Persoon 3
......- .......
-1
-2
-03
-03
-03
-03
-03
Persoon 4
......- .......
-1
-2
-04
-04
-04
-04
-04
Persoon 5
......- .......
-1
-2
-05
-05
-05
-05
-05
Persoon 6
......- .......
-1
-2
-06
-06
-06
-06
-06
Persoon 7
......- .......
-1
-2
-07
-07
-07
-07
-07
Persoon 8
......- .......
-1
-2
-08
-08
-08
-08
-08
Persoon 9
......- .......
-1
-2
-09
-09
-09
-09
-09
Persoon 10 ......- .......
-1
-2
-10
-10
-10
-10
-10
EINDE SELECTIE: HUISHOUDEN BESTAAT UIT 2+ PERSONEN 15+
(1-10-2014)
2
8. 9. 10.
Wat is het geboorteland van de hoofdkostwinner? Wat is het geboorteland van de vader van de hoofdkostwinner? En wat is het geboorteland van de moeder van de hoofdkostwinner? Indien partner van hoofdkostwinner in huishouden aanwezig is kan er voor worden gekozen om deze vragen ook aan deze persoon stellen. Hoofdkostwinner
Partner van de hoofdkostwinner
Geboorteland
Geboorteland vader
Geboorteland moeder
Geboorteland
Geboorteland vader
Geboorteland moeder
Nederland
-01
-01
-01
-01
-01
-01
Turkije
-02
-02
-02
-02
-02
-02
Marokko
-03
-03
-03
-03
-03
-03
Suriname
-04
-04
-04
-04
-04
-04
Antillen/Aruba
-05
-05
-05
-05
-05
-05
Indonesië
-06
-06
-06
-06
-06
-06
Duitsland
-07
-07
-07
-07
-07
-07
België
-08
-08
-08
-08
-08
-08
Noord Amerikaans land
-09
-09
-09
-09
-09
-09
Zuid- of Midden Amerikaans land
-10
-10
-10
-10
-10
-10
Ander Europees land
-11
-11
-11
-11
-11
-11
Ander Afrikaans land
-12
-12
-12
-12
-12
-12
Ander Aziatisch land
-13
-13
-13
-13
-13
-13
Australië of Nieuw Zeeland
-14
-14
-14
-14
-14
-14
Ander land
-96
-96
-96
-96
-96
-96
11.
Wat is van elke persoon de hoogst gevolgde opleiding?
Interviewer instructie: Per respondent slechts 1 antwoord mogelijk Persoon 1
Persoon 2
Persoon 3
Persoon 4
Persoon 5
Persoon 6
1. Geen onderwijs / basisonderwijs / cursus inburgering / cursus Nederlandse taal
-1
-1
-1
-1
-1
-1
2. LBO / VBO / VMBO (kader- of beroepsgerichte leerweg) / MBO 1 (assistentenopleiding)
-2
-2
-2
-2
-2
-2
3. MAVO / HAVO of VWO (eerste drie jaar) / ULO / MULO / VMBO (theoretische of gemengde leerweg) / voortgezet speciaal onderwijs
-3
-3
-3
-3
-3
-3
4. MBO 2, 3, 4 (basisberoeps-, vak-, middenkader- of specialistenopleiding) of MBO oude structuur (vóór 1998)
-4
-4
-4
-4
-4
-4
5. HAVO of VWO (overgegaan naar de 4e klas) / HBS / MMS
-5
-5
-5
-5
-5
-5
6. HBO propedeuse of WO propedeuse / HBO (behalve HBO-master) / WO-kandidaats of WObachelor
-6
-6
-6
-6
-6
-6
7. WO-doctoraal of WO-master of HBO-master / postdoctoraal onderwijs
-7
-7
-7
-7
-7
-7
(1-10-2014)
3
12.
Wat is van elke persoon de hoogst voltooide opleiding? Interviewer instructie: Per respondent slechts 1 antwoord mogelijk Persoon 1
Persoon 2
Persoon 3
Persoon 4
Persoon 5
Persoon 6
1. Geen onderwijs / basisonderwijs / cursus inburgering / cursus Nederlandse taal
-1
-1
-1
-1
-1
-1
2. LBO / VBO / VMBO (kader- of beroepsgerichte leerweg) / MBO 1 (assistentenopleiding)
-2
-2
-2
-2
-2
-2
3. MAVO / HAVO of VWO (eerste drie jaar) / ULO / MULO / VMBO (theoretische of gemengde leerweg) / voortgezet speciaal onderwijs
-3
-3
-3
-3
-3
-3
4. MBO 2, 3, 4 (basisberoeps-, vak-, middenkader- of specialistenopleiding) of MBO oude structuur (vóór 1998)
-4
-4
-4
-4
-4
-4
5. HAVO of VWO (overgegaan naar de 4e klas) / HBS / MMS / HBO propedeuse of WO propedeuse
-5
-5
-5
-5
-5
-5
6. HBO (behalve HBO-master) / WO-kandidaats of WO-bachelor
-6
-6
-6
-6
-6
-6
7. WO-doctoraal of WO-master of HBO-master / postdoctoraal onderwijs
-7
-7
-7
-7
-7
-7
SELECTIE: PERSONEN 12+
13.
Kunt u per persoon aangeven of deze momenteel een opleiding of beroepsgerichte cursus volgt op een school, bij een ander opleidingsinstituut of in het bedrijf? Interviewer instructie: Per respondent slechts 1 antwoord mogelijk Interviewer instructie: Een cursus of training is een opleiding die korter dan 6 maanden duurt. Persoon 1
Persoon 2
Persoon 3
Persoon 4
Persoon 5
Persoon 6
Persoon 7
Persoon 8
1. Ja, een voltijds opleiding
-1
-1
-1
-1
-1
-1
-1
-1
2. Ja, een deeltijd opleiding
-2
-2
-2
-2
-2
-2
-2
-2
3. Ja, een beroepsgerichte cursus of training
-3
-3
-3
-3
-3
-3
-3
-3
4. Nee
-4
-4
-4
-4
-4
-4
-4
-4
EINDE SELECTIE: PERSONEN 12+
(1-10-2014)
4 SELECTIE: PERSONEN 15+
14.
Welke situatie is op dit moment op elke persoon het meest van toepassing? Interviewer instructie: Per respondent slechts 1 antwoord mogelijk De routing naar vraag 16 toepassen in alle varianten behalve schriftelijke vragenlijst Persoon 1
Persoon 2
Persoon 3
Persoon 4
Persoon 5
Persoon 6
Persoon 7
Persoon 8
1. Zelfstandig ondernemer à ga naar vraag 16
-1
-1
-1
-1
-1
-1
-1
-1
2. Werkzaam in loondienst à ga naar vraag 16
-2
-2
-2
-2
-2
-2
-2
-2
3. Werkzaam bij de overheid à ga naar vraag 16
-3
-3
-3
-3
-3
-3
-3
-3
4. Arbeidsongeschikt
-4
-4
-4
-4
-4
-4
-4
-4
5. Werkloos / werkzoekend / bijstand
-5
-5
-5
-5
-5
-5
-5
-5
6. Gepensioneerd of VUT
-6
-6
-6
-6
-6
-6
-6
-6
-7
-7
-7
-7
-7
-7
-7
-7
-8
-8
-8
-8
-8
-8
-8
-8
7. Studerend / schoolgaand 8. Huisvrouw / huisman /anders 15.
Kunt u per persoon aangeven of deze betaald werk heeft of heeft gehad? Interviewer instructie: Hiertoe behoren alle personen die op enige wijze arbeid verrichten, ook al is het maar voor één of enkele uren per week, tijdelijk geen arbeid verrichten maar wel doorbetaald krijgen (bijvoorbeeld bij ziekte of vorstverlet) of tijdelijk onbetaald verlof hebben opgenomen. Persoon 1
Persoon 2
Persoon 3
Persoon 4
Persoon 5
Persoon 6
Persoon 7
Persoon 8
1. Ja, op dit moment betaald beroep
-1
-1
-1
-1
-1
-1
-1
-1
2. Ja, maar niet op dit moment
-2
-2
-2
-2
-2
-2
-2
-2
3. Nee à ga naar vraag 19
-3
-3
-3
-3
-3
-3
-3
-3
16.
Hoeveel uur werkt elke persoon officieel (doorgaans) per week? Interviewer instructie: Het aantal uren dat een persoon in een normale of gemiddelde werkweek werkt. Bij meerdere banen de som hiervan. Het gaat om contracturen. Als de betreffende persoon op dit moment niet werkt, vraag betrekken op laatst uitgeoefende beroep. Persoon 1
Aantal uur per week invullen
(1-10-2014)
Persoon 2
Persoon 3
Persoon 4
Persoon 5
Persoon 6
Persoon 7
Persoon 8
5
17.
Onder welke categorie valt het beroep dat elke persoon uitoefent/uitoefende? Als de betreffende persoon op dit moment niet werkt, vraag betrekken op laatst uitgeoefende beroep. Persoon 1
Persoon 2
Etc.
1. Agrariërs, bosbouwers of vissers (incl. hoveniers)
-1
-1
-1
2. Militaire beroepen
-2
-2
-2
3. Hoger management (incl. beleidsvoerende functies)
-3
-3
-3
4. Docenten, onderzoekers, ingenieurs
-4
-4
-4
5. Hoger opgeleide specialisten (incl. accountants, advocaten, notarissen, medici, adviseurs, informatici, journalisten, kunstenaars)
-5
-5
-5
-6
-6
-6
-7
-7
-7
-8
-8
-8
-9
-9
-9
-10
-10
-10
-11
-11
-11
6. Gespecialiseerde beroepen (incl. verpleegkundigen, sociaal werkers, boekhouders, commercieel medewerkers, makelaars, technici) 7. Administratief personeel (incl. postbodes, magazijnbeheerders, telefonisten) 8. Ambachtslieden (incl. medewerkers bouw- en installatie, (auto)monteurs, slagers, bakkers, meubelmakers) 9. Dienstverlenend personeel en verkopers (incl. winkelpersoneel, horecapersoneel, verzorgend personeel, kappers, conciërges, politie, rij-instructeurs) 10. Chauffeurs, machinebedieners en assemblagemedewerkers (incl. heftruckchauffeurs, treinmachinisten) 11. Overige beroepen (zoals schoonmakers, keukenhulpen, vakkenvullers, inpakkers, laders, lossers, koeriers, vuilnisophalers) Zie bijlage 1 ‘Specificatie beroepen’. 18.
Aan hoeveel werknemers geeft elke persoon direct en/of indirect leiding? Interviewer instructie: Dit is het aantal personen aan wie (direct of indirect) leiding wordt gegeven. Als de betreffende persoon op dit moment niet werkt, vraag betrekken op laatst uitgeoefende beroep. Persoon 1
Persoon 2
Persoon 3
Persoon 4
Persoon 5
Persoon 6
Persoon 7
Persoon 8
1. Geeft geen leiding
-1
-1
-1
-1
-1
-1
-1
-1
2. 1 t/m 4 personen
-2
-2
-2
-2
-2
-2
-2
-2
3. 5 t/m 9 personen
-3
-3
-3
-3
-3
-3
-3
-3
4. 10 t/m 14 personen
-4
-4
-4
-4
-4
-4
-4
-4
5. 15 t/m 19 personen
-5
-5
-5
-5
-5
-5
-5
-5
6. 20 t/m 49 personen
-6
-6
-6
-6
-6
-6
-6
-6
7. 50 t/m 99 personen
-7
-7
-7
-7
-7
-7
-7
-7
8. 100 personen of meer
-8
-8
-8
-8
-8
-8
-8
-8
(1-10-2014)
6
19.
Wat is het netto maandinkomen van iedere persoon uit het huishouden? Interviewer instructie: Het netto maandinkomen is het bedrag dat een respondent maandelijks op de bankrekening krijgt overgemaakt. Persoon 1
Persoon 2
Persoon 3
Persoon 4
Persoon 5
Persoon 6
Persoon 7
Persoon 8
1. € 1.000 of minder
-01
-01
-01
-01
-01
-01
-01
-01
2. € 1.001 - € 1.500
-02
-02
-02
-02
-02
-02
-02
-02
3. € 1.501 - € 2.000
-03
-03
-03
-03
-03
-03
-03
-03
4. € 2.001 - € 2.500
-04
-04
-04
-04
-04
-04
-04
-04
5. € 2.501 - € 3.000
-05
-05
-05
-05
-05
-05
-05
-05
6. € 3.001 - € 3.500
-06
-06
-06
-06
-06
-06
-06
-06
7. € 3.501 - € 4.000
-07
-07
-07
-07
-07
-07
-07
-07
8. € 4.001 - € 4.500
-08
-08
-08
-08
-08
-08
-08
-08
9. € 4.501 - € 5.000
-09
-09
-09
-09
-09
-09
-09
-09
10. Meer dan € 5.000
-10
-10
-10
-10
-10
-10
-10
-10
11. Weet niet
-11
-11
-11
-11
-11
-11
-11
-11
Per maand
EINDE SELECTIE: PERSONEN 15+
20.
Wat is het totale bruto jaarinkomen van het huishouden? Interviewer instructie: Bruto jaarinkomen is de som van het fiscale inkomen + winst van alle betaalde banen, uitkeringen en pensioenen die personen in het huishouden hadden in het jaar.
Uitgebreid: Minder dan € 12.500 ............................................. -01 € 12.500 -< € 17.500 ............................................. -02 € 17.500 -< € 23.500 ............................................. -03 € 23.500 -< € 26.500 ............................................. -04 € 26.500 -< € 33.000 ............................................. -05 € 33.000 -< € 39.500 (modaal) .............................. -06 € 39.500 -< € 52.000 ............................................. -07 € 52.000 -< € 66.000 ............................................. -08 € 66.000 -< € 78.500 ............................................. -09 € 78.500 of meer ................................................... -10 Weet niet ............................................................... -11 Beperkt: Minimum (minder dan € 12.500) ............................. -1 Beneden modaal (€ 12.500 -< € 26.500) ................ -2 Bijna modaal (€ 26.500 -< € 33.000) ....................... -3 Modaal (€ 33.000 -< € 39.500) ................................ -4 Tussen 1 en 2 keer modaal (€ 39.500 -< € 66.000) -5 Twee keer modaal (€ 66.000 -< € 78.500) .............. -6 Meer dan twee keer modaal (€ 78.500 of meer) ..... -7 Weet niet ................................................................. -8
21.
Bent u of één van de andere leden van het huishouden eigenaar van de woning? Ja, eigenaar ............................................................ -1 Nee, huurder ........................................................... -2
(1-10-2014)
7
22.
Is voor het beroep dat u uitoefent een bijzondere vakopleiding nodig? Interviewer instructie: Als de betreffende persoon op dit moment niet werkt, vraag betrekken op laatst uitgeoefende beroep. NB: Deze vraag behoort niet tot nieuwe normvraagstelling. Als ter wille van vergelijking de oude VMO beroepsindeling (sociale klasse) gebouwd moet worden, dan moet onderstaande vraag gesteld worden.
Ja ............................................................................ -1 Nee .......................................................................... -2
EINDE VRAGENLIJST
(1-10-2014)
8
Bijlage 1: Specificatie beroepen 1. Agrariërs, bosbouwers of vissers 611 Tuinders en akkerbouwers 612 Veetelers 613 Producenten met een gemengd bedrijf 621 Bosbouwers 622 Vissers en jagers 631 Landbouwers, voor zelfvoorziening 632 Veetelers, voor zelfvoorziening 633 Producenten met een gemengd bedrijf, voor zelfvoorziening 634 Vissers, jagers, vallenzetters en verzamelaars, voor zelfvoorziening 2. Militaire beroepen 011 Officieren 021 Onderofficieren 031 Andere militaire rangen 3. Hoger management 111 Leden wetgevende instanties, beleidvoerende functies 112 Topbestuurders en algemeen directeuren van grote ondernemingen 121 Managers zakelijke en administratieve dienstverlening 122 Managers verkoop, marketing en ontwikkeling 131 Managers landbouw, bosbouw en visserij 132 Managers industrie, mijnbouw, bouwnijverheid en logistiek 133 Managers informatie- en communicatietechnologie 134 Managers gespecialiseerde dienstverlening 141 Managers horeca 142 Managers detail- en groothandel 143 Managers overige diensten 4. Docenten, onderzoekers, ingenieurs 211 Natuur- en aardwetenschappers 212 Wiskundigen, actuarissen en statistici 213 Biologen, agrarisch en milieudeskundigen 214 Ingenieurs (m.u.v. elektrotechnisch ingenieurs) 215 Ingenieurs elektrotechniek, elektronica en telecommunicatie 216 Architecten, planologen, landmeetkundigen en vormgevers 231 Hoogleraren en andere docenten hoger onderwijs 232 Docenten beroepsgerichte vakken secundair onderwijs 233 Docenten algemene vakken secundair onderwijs 234 Docenten basisonderwijs en voorschoolse onderwijs 235 Overige docenten en onderwijskundigen 5. Hoger opgeleide specialisten 221 Artsen 222 Gespecialiseerd verpleegkundigen en verloskundigen 223 Alternatief genezers 224 Physician assistents 225 Dierenartsen 226 Overige specialisten in de gezondheidszorg 241 Financieel specialisten 242 Specialisten personeel, organisatie en beleidsadvies 243 Specialisten marketing, sales en public relations 251 Software- en applicatieontwikkelaars en -analisten 252 Databank- en netwerkspecialisten 261 Juristen 262 Bibliothecarissen, archivarissen en conservators 263 Sociaal wetenschappers, specialisten sociale hulpverlening 264 Auteurs, journalisten en taalkundigen 265 Scheppende en uitvoerende kunstenaars (1-10-2014)
9
6. Gespecialiseerde beroepen 311 Vakspecialisten natuur- en technische wetenschappen 312 Toezichthoudend personeel in de mijnbouw, de industrie en de bouwnijverheid 313 Procesoperators 314 Vakspecialisten levenswetenschappen, landbouw en natuurbeheer 315 Bestuurders en vakspecialisten schepen en vliegtuigen 321 Medisch en farmaceutisch vakspecialisten 322 Verpleegkundigen en kraamverpleegkundigen 323 Vakspecialisten alternatieve geneeskunde 324 Veterinaire assistenten en dierenartsassistenten 325 Overige vakspecialisten in de gezondheidszorg 331 Financieel en wiskundig vakspecialisten 332 In- en verkopers en commissionairs 333 Zakelijke dienstverleners 334 Office managers en gespecialiseerde secretaressen 335 Vakspecialisten overheid 341 Juridisch medewerkers, sociaal en pastoraal werkers 342 Sportbeoefenaren, -trainers en fitnessinstructeurs 343 Vakspecialisten op artistiek, cultureel en culinair gebied 351 Vakspecialisten informatie- en communicatietechnologie en gebruikersondersteuning 352 Telecommunicatie-, radio- en televisietechnici 7. Administratief personeel 411 Administratief medewerkers, algemeen 412 Secretarieel medewerkers, algemeen 413 Typisten en medewerkers data-invoer 421 Kassiers, incassomedewerkers 422 Klantvoorlichters 431 Boekhoudkundig medewerkers 432 Magazijnbeheerders en administratief productie- en transportpersoneel 441 Overig administratief personeel 8. Ambachtslieden 711 Bouwarbeiders ruwbouw 712 Bouwarbeiders afbouw 713 Schilders, schoonmakers bouwwerken 721 Plaat- en constructiewerkers, metaalgieters en lassers 722 Metaalbewerkers, gereedschapsmakers 723 Machinemonteurs, montage en reparatie 731 Medewerkers kunstnijverheid 732 Drukkerijmedewerkers 741 Installateurs en reparateurs van elektrische apparatuur 742 Installateurs en reparateurs van elektronische en telecommunicatieapparatuur 751 Slagers, bakkers en overige voedselverwerkende beroepen 752 Houtbehandelaars, meubelmakers 753 Kleermakers, stoffeerders, schoenmakers 754 Overige ambachtslieden
(1-10-2014)
10
9. Dienstverlenend personeel en verkopers 511 Reisbegeleiders, conducteurs, reisleiders en gidsen 512 Koks 513 Kelners en barpersoneel 514 Kappers, schoonheidsspecialisten 515 Teamleiders huishoudelijke diensten, conciÙrges 516 Overige verleners van persoonlijke diensten 521 Straat- en marktverkopers 522 Verkopers in winkels 523 Kassamedewerkers en kaartverkopers 524 Overige verkopers 531 Kinderverzorgers en onderwijsassistenten 532 Verzorgend personeel in de gezondheidszorg 541 Beveiligingswerkers 10. Chauffeurs, machinebedieners en assemblagemedewerkers 811 Bedieners mijninstallaties en installaties voor de verwerking van mineralen 812 Machinebedieners metaalbewerking, -verwerking en -oppervlaktebehandeling 813 Machinebedieners vervaardiging van chemische en fotografische producten 814 Machinebedieners vervaardiging rubber-, kunststof- of papierproducten 815 Machinebedieners vervaardiging textiel-, bont- en leerproducten 816 Machinebedieners vervaardiging voedingsmiddelen 817 Machinebedieners houtbewerking en papiervervaardiging 818 Bedieners overige vaste machines en installaties 821 Assemblagemedewerkers 831 Treinmachinisten 832 Auto-, bestelwagenchauffeurs en bestuurders van motorrijwielen 833 Vrachtwagen- en buschauffeurs 834 Bedieners mobiele installaties 835 Dekpersoneel op schepen 11. Overige beroepen 911 Schoonmakers in huishoudens, hotels en kantoren 912 Autowassers, glazenwassers en overige schoonmakers 921 Hulparbeiders in de land- en bosbouw en de visserij 931 Hulparbeiders in de mijnbouw en de bouwnijverheid 932 Inpakkers en overige hulparbeiders in de industrie 933 Laders en lossers, vakkenvullers, fietskoeriers en koetsiers 941 Keukenhulpen en fastfoodbereiders 951 Op straat uitgeoefende dienstverlenende beroepen 952 Straatverkopers (m.u.v. voedsel) 961 Vuilnisophalers en -verwerkers 962 Andere elementaire beroepen
(1-10-2014)