JAARVERSLAG2014
JAARVERSLAG2014
2
Voorwoord ____________________________________________________________
ALAIN ANDRÉ | voorzitter DIRK VAN DER MAELEN | erevoorzitter ANNUSCHKA VANDEWALLE |algemeen secretaris
Nog steeds werken te veel huishoudwerkers verdoken, in onmenselijke situaties, met een veel te laag loon, weinig of geen verlof en meestal geen ziekteverzekering of andere vorm van sociale zekerheid. Daarom voerde FOS voor het tweede jaar op rij campagne voor waardig huishoudwerk. We deden dat niet alleen en kregen de steun van het ABVV, de socialistische mutualiteiten en de sp.a. De noordwerking kreeg een nieuwe naam: Beweging & Beleid. We organiseerden naast de sensibiliseringscampagne talloze activiteiten samen met de verschillende organisaties van de socialistische beweging. We verzorgden eigen publicaties en publiceerden ook zelf artikels in ledenbladen van die organisaties. De cel voor belangenverdediging en beleidsbeïnvloeding werd opgericht, zodat we onze werkthema’s een betere plaats kunnen geven op de politieke agenda’s. De Zuidwerking heet voortaan Zuidcoördinatie. Het bevat, daarin is weinig veranderd, een samenwerking met meer dan 70 organisaties van mensen die strijden voor hun rechten, voor sociale bescherming, waardig werk en gezondheid. We steunden hen om sociale beschermingssystemen uit te bouwen en te versterken. We schonken veel aandacht aan mensen uit de agro- en de huishoudsector. FOS kiest resoluut voor een rechtenbenadering. In de gezondheidswerking krijgen seksuele en reproductieve rechten daarom een prominente plaats. Wij danken alle partners en alle medewerkers voor hun inzet voor sociale bescherming, waardig werk en gezondheid, voor iedereen, maar vooral voor de mensen die in het Zuiden in zeer precaire omstandigheden leven. In dit jaarverslag geven we een overzicht van alle acties die FOS in 2014 ondernam, aangevuld met een financieel verslag.
JAARVERSLAG2014
3
Inhoudstafel ____________________________________________________________ VOORWOORD……………………....……………………………………………………………………..……..........3 FOS IN HET ZUIDEN…………………………………………………............…………………………………………..5 Centraal-Amerika ………….……………………………………………………………………………………….....7 Cuba.………………………….………………………………………………………………………………………..18 Zuid-Amerika.……………………………………………………..…………………………………………….……..22 Zuidelijk Afrika.…………………………....……………………………………………………………………..…….36 Ghana.…………………………………………....…………………………………………………………….……...47 Palestina.………………………………………..…………………………………………………………….…..……52 Ondersteuning door sectorfondsen.……….….………………………………………………………………….56 FOS IN VLAANDEREN …………………….……….………………………………………………………….….......60 Campagne.....................................................................................................................................................62 Partnerschappen...........................................................................................................................................64 Publicaties.......................................................................................................................................................68 Netwerken………………………………………….............................................................................................71 Beleidsbeïnvloedend werk............................................................................................................................73
FINANCIEEL VERSLAG………………………..……………………………………………………………………….83 Organogram.……………………………………...…………………………………………………………………..89 Wie doet wat?.…………………………………...…………………………………………………………………...90 Afkortingen.…………………………………...………………………………………………………………............91
JAARVERSLAG2014
4
FOS IN HET ZUIDEN
JAARVERSLAG2014
5
Inleiding Zuidwerking ____________________________________________________________ 2014 was het eerste jaar waarin het huidige driejarenprogramma, gefinancierd door DGD, werd uitgevoerd. Het koepelthema was sociale bescherming en legde de nadruk op waardig werk en gezondheid. Het leveren van een bijdrage aan sociale zekerheids- en gezondheidssystemen stond centraal. Binnen het thema waardig werk werd er veel aandacht geschonken aan de agrosector en aan arbeidersorganisaties van huishoudwerkers. Het thema toegang tot reproductieve gezondheid was ook prominent aanwezig in het nieuwe programma. Voor de eerste keer was het Zuidprogramma grotendeels opgesteld op landelijk niveau, enkel in Zuidelijk Afrika werd het regionale programma behouden. In die regio focuste we ons vooral op drie gemeenschappelijke uitdagingen; de nieuwe vormen om werknemersorganisaties te organiseren, toegang tot basisgezondheid voor rurale bevolking, de focus op gender en het versterken van vrouwenparticipatie binnen de ledenorganisaties en in hun programma’s. Drie Learning Networks, gegroepeerd volgens uitdagingen, werden opgericht om voor meer diepgang te zorgen. Uitwisseling en inleefreizen werden georganiseerd en in november 2014 kwamen alle partners bijeen in Kaapstad voor uitwisselingen en het stimuleren van regionale samenwerking. Bij de landelijke programma’s lag de nadruk op het versterken van de organisatorische capaciteiten van de partnerorganisaties. Hierbij werd hun visie, missie, planning, financieel beheer, ledenwervingen, interne democratie, enzovoort belicht. Een andere aspect dat onder handen werd genomen was de institutionele capaciteiten van de partners. Daarbij werd vooral lobbywerk en beleidsbeïnvloeding belicht. FOS behandelde ook thema’s als klimaat, milieu en toegang tot duurzame energie en integreerde die thema’s in het werk van de partners. Zo is een klimaat- en milieuvisienota opgesteld. Verder werden partners gevraagd om hun input te geven, om zo een strategische nota met bijhorende handleiding voor klimaat en milieu in FOS-programma te ontwikkelen. Dat gebeurde naar analogie met de gendernota voor de mainstreaming van gender in de werking van FOS. FOS boekte heel wat belangrijke resultaten. Op de volgende pagina’s worden per land en per partner de realisaties beschreven.
JAARVERSLAG2014
6
Strategische lijnen
Type activiteiten
Actie zones
Coördinatie
Landen
OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN IN CENTRAAL-AMERIKA
El Salvador
Honduras
Vanuit regionaal coördinatiebureau Managua, Nicaragua
Vanuit regionaal coördinatiebureau Managua, Nicaragua
Nationaal, Achuapan, San Miguel, Usulutan, La Nationaal, Copan, Cortes, Libertad, Santa Ana, San Valle, Francisco Morazan, Salvador, San Vicente, Santa Barbara, Ocotepeque Sonsonate - Strategische en operationele planning - Organisatieversterking (participatie, beheer enz.) - Syndicalisering - Vormingen met leiders en leden - Juridische assistentie - Sociale verkoop van geneesmiddelen - Sociale dialoog en collectief overleg - Sociale controle op gezondheidszorg - Politieke beleidsbeïnvloeding - Sensibiliseringscampagnes - Arbeidsomstandigheden - Arbeidsomstandigheden rietkappers rietkappers - Werkomstandigheden - Duurzame energie - Syndicale repressie en en discriminatie van discriminatie van vrouvrouwen in de maquiwen in de maquilasector lasector - Rechten voor personen - Rechten voor personen in informaliteit in informaliteit - Hervorming van gezond- - Beleidswerk over sociale heidssysteem met burzekerheid gerparticipatie - Sociale controle op ge- Seksuele en reproduczondheidszorg tieve rechten - Seksuele en reproduc- Toegang tot geneesmidtieve rechten delen - Gender - Gender
JAARVERSLAG2014
Nicaragua
Regionaal coördinatiebureau Managua
Nationaal, Managua, Masaya, Chinandega, Esteli, Matagalpa, Rivas, Jinotega
-
-
Arbeidsomstandigheden rietkappers Werkomstandigheden en discriminatie van vrouwen in de maquilasector Sectorale onderhandelingen Rechten voor personen in informaliteit Toegang tot geneesmiddelen Seksuele en reproductieve rechten Gender
7
SOCIALE BESCHERMING IN CENTRAAL-AMERIKA El Salvador
Coördinatie van Suikervakbonden van El Salvador CTA-ES
Partners
Platform voor lobbywerk voor waardig werk in de Maquila PIM Syndicale Coördinatie van Arbeiders voor Eigen Rekening in El Salvador COSICP Burgeralliantie tegen de Privatisering van de Gezondheid ACCPS
Nicaragua Vereniging van Landarbeiders ATC
Vakbond van de Arbeiders in de Suiker-, Honing-, Alcoholen Gelijkaardige Industrieën van Honduras SISTIAMASH Netwerk van Vakbonden van de Maquila in Honduras RSMH Platform voor Arbeiders voor Eigen Rekening in Honduras PTCPH Nationaal Intersyndicaal Comité van Honduras CONAIH
Vakbondsconfederatie van Arbeiders van de Vrijhandelszone CST-ZF Nationaal Werknemersfront FNT Confederatie van Arbeiders voor Eigen Rekening CTCP Mutualiteit van Nicaragua AMUN Vereniging ter bevordering van de Gezondheid PROSALUD
Arbeiders in de maquila- en agro-industrie, arbeiders voor eigen rekening in de informele economie, rurale vrouwen en vrouwennetwerken? Transparantie- en gemeentelijke gezondheidscomités
Arbeiders in de maquilaen agro-industrie, arbeiders voor eigen rekening in de informele economie, rurale bevolking en in stedelijke marginale en volkswijken
286.832,46 euro
260.312,76 euro
476.947,07 euro
DGD, 11.11.11, Petroleumsector Sociaal Fonds, FOS Kapellen, Multipharma
DGD, 11.11.11, Provincie Vlaams-Brabant, P&V
DGD, 11.11.11, ABVV WestVlaanderen, Multipharma, P&V, NVSM,
Doel-groepen
Arbeiders in de maquila- en agro-industrie, arbeiders voor eigen rekening in de informele economie, rurale vrouwen en jongeren en hun families
Budget
Burgeralliantie voor de Gezondheid in West-Honduras ALCISAOH
Federatie van Arbeiders in de Suikerindustrie en Afgeleiden CONFRETAYD
Donoren
Vereniging van Vrouwen in de Landbouwproductie AMSATI
Honduras
JAARVERSLAG2014
8
Centraal Amerika ____________________________________________________________ EL SALVADOR Context: De landelijke verkiezingen in maart 2014 hebben geleid tot een nipte overwinning van het linkse FMLN. De opdeling van het land in twee grote politiek-ideologische machtsblokken blijft echter een feit. Als gevolg blijft het moeilijk voor het FMLN om een progressief beleid te voeren en een meerderheid te vinden in het parlement voor nieuwe wetsvoorstellen. Rond de arbeidsthema’s heeft de regering daardoor nog bijzonder weinig beleidsveranderingen doorgevoerd. Zo is de procedure rond de legalisering van vakbonden wel iets vergemakkelijkt, maar het syndicaal klimaat blijft zeer repressief. Het aantal vakbonden is nauwelijks toegenomen en de cao-onderhandelingen blijven belemmerd door wettelijke bepalingen. Het ministerie van Gezondheid heeft de voorbije vijf jaar de beleidslijnen uitgetekend voor het algemeen gezondheidsbeleid, de geneesmiddelen, seksuele en reproductieve gezondheid, participatie van de civiele maatschappij, de geestelijke gezondheidszorg, borstvoeding, enzovoort. Ook tekende het ministerie richtlijnen uit voor de specifieke doelgroepen, zoals slachtoffers van geweld en LGTB’s (moet ook in lijst afkortingen: Lesbian, Gay, Bisexual, Transgender – Lesbienne, homoseksueel, biseksueel, transgender). Dat beleid resulteerde in een uitbreiding van het gezondheidsnetwerk. Het aantal gemeenschapsgezondheidsposten steeg in de periode 2009-2014 van 377 naar 708. Het aantal medische basisploegen, namelijk artsen, verpleegkundigen en gynaecologen, steeg tot 520 eenheden in 164 gemeentes. De voorraad geneesmiddelen in de openbare gezondheidsposten en klinieken beantwoordt nu aan 75% van de noden. In 2009 was dat maar 50%.
JAARVERSLAG2014
9
Belangrijkste verwezenlijkingen 2014: De partner CSTA-ES is erin geslaagd om 420 rietkappers te organiseren in een nieuwe vakbond. Een strategische stap voor het opeisen van betere werkomstandigheden voor de doelgroep die in zeer precaire werkomstandigheden werkt. Vakbond STEIA, die erin slaagt een CSTA-ES te trekken, plaatste samen met ingenio El Angel zonnepanelen voor de gemeenschappen waar ook rietkappers wonen. Dat zorgde voor indirecte versterking van de syndicale organisatie van rietkappers en aan de waardering van de vakbond STEIA binnen de woongemeenschappen. Tenslotte zorgde het ook voor een goede band tussen de ingenio El Angel en de vakbond. Mede dankzij de inspanningen van PIM is in de nieuwe wet op de vrijhandelszones/maquilasector, een reglement aangenomen rond de werking van de tripartiete controlecommissie. Met dit reglement kan de commissie druk uitoefenen op de naleving van afspraken in de wetgeving rond onder andere de arbeidsrechten. Het platform COSICP van zelfstandige arbeiders heeft op een publiek forum een wetsvoorstel voorgesteld voor de arbeidsrechten van die doelgroep. Het idee van een kaderwetsvoorstel voor de erkenning van arbeidsrechten voor zelfstandige arbeiders, is ontstaan in Honduras vanuit het platform van de drie vakbondsfederaties. De partnerorganisatie in El Salvador toonde veel interesse en vroeg FOS om ondersteuning om een wetsvoorstel op te maken, aangepast aan de Salvadoraanse context. Daarom lobbyen de partnerorganisaties in de twee landen in de regio voor die voorstellen. Binnen de werklijn gezondheid hebben ACCPS en ledenorganisaties zoals AMSATI het voorbije jaar het Nationaal Gezondheidsforum verder uitgebouwd tot het inspraakorgaan voor het ministerie van Gezondheid, met meer dan 400 lokale comités, drie departementale afdelingen en twee thematische overlegplatforms. Burgerparticipatie en -controle vormen één van de pijlers van de hervorming van het gezondheidsbeleid. Het gezondheidsministerie heeft aan ACCPS de opdracht gegeven om die pijler te concretiseren. Zo is het forum ontstaan als een onafhankelijk orgaan aangestuurd door ACCPS. Belangrijk is dat het ministerie het forum ook als dusdanig erkend, zoals blijkt uit de afsprakennota die op 29 juli in aanwezigheid van 150 lokale leiders werd ondertekend. Een opmerkelijk succes bij de ondersteunde acties vanuit het Nationaal Gezondheidsforum, is dat de lokale gezondheidscomités een plaats hebben verworven in de bestuursorganen van de lokale gezondheidscentra. Het Nationaal Gezondheidsforum heeft binnen dat kader de eerste ervaringen van sociale controle door lokale gezondheidscomités geanalyseerd. Een nationale commissie heeft een vragenlijst, een soort tevredenheidsenquête, opgesteld en uitgetest. In vijf gemeenten werd deze enquête afgenomen bij gebruikers van de openbare gezondheidsdiensten. De comités krijgen hierbij de ondersteuning van één van de ledenorganisaties van ACCPS. De resultaten van die enquêtes werden achteraf besproken met de directie van de onderzochte gezondheidscentra en verder bekend gemaakt op twee fora met in totaal 131 aanwezigen. Het Nationaal Gezondheidsforum bracht de resultaten ook ter discussie op de maandelijkse vergadering met de viceminister van gezondheid. Belangrijkste uitdagingen: De belangrijkste uitdaging voor CSTA-ES in de suikersector is om een functionele tripartiete overlegstructuur op te bouwen met de overheid en de werkgeversorganisatie AAS. Aangezien de rietkappers werken voor verschillende rietproducenten, en dus in een zwakkere positie staan qua aantal, zal het alleen op deze wijze effectieve onderhandeling over hun arbeidssituatie mogelijk zijn. In de maquilasector is het belangrijk om naast de acties rond beleidsbeïnvloeding tussen ngo’s en vakbonden binnen PIM, een hernieuwde organisatie van de vakbeweging in de sector op te zetten. De vakbondsorganisaties zijn nog steeds enorm versplinterd en hebben weinig onderhandelingscapaciteit.
JAARVERSLAG2014
10
Eén van de uitdagingen van het ACCPS, AMSATI en het Nationaal Gezondheidsforum is, om haar capaciteit uit te bouwen en om de nodige opvolging te bieden aan de groei van de lokale comités, de werkgroepen en de overlegmomenten. Het forum is zeker nog niet uitgebouwd in heel het land. Daarbovenop zijn er veel klachten op lokaal vlak over het gezondheidssysteem, misbruik en het gebrek aan kwaliteit en een menselijke benadering. Uitbreiding van dat sociale controlemechanisme is daarom van groot belang. Daarnaast is het belangrijk dat ACCPS in de toekomst blijft ijveren voor een integrale hervorming van het fiscaal stelsel. Zaken als de aankoop van meer geneesmiddelen en de verhoging van de geografische dekkingsgraad van de gezondheidscentra, zullen pas mogelijk worden als de overheid meer inkomsten genereert. Hierbij is het ook noodzakelijk om het aandeel van het gezondheidsbudget binnen het BNP te verhogen van 4,5 naar 5%. Gender: De partnerorganisaties namen de genderthematiek op in de vormingsprocessen en bij de collectieve onderhandelingen.
Ze bekijken het thema wel elk door een erg verschillende bril. Bij de partners die gedomineerd worden door mannen is extra steun noodzakelijk. Denk maar aan de partners die actief zijn in de suikersector en partners die zelfstandige arbeiders verenigen. Voor de gezondheidspartners organiseerde FOS in februari 2014 een regionale workshop, om gender in hun programma op te nemen. Dat resulteerde in El Salvador in specifieke acties in verband met seksuele en reproductieve gezondheid. De opmerkelijkste actie is dat het Nationaal Gezondheidsforum een platform voor seksuele en reproductieve gezondheid oprichtte. Dat platform is samengesteld uit verschillende organisaties van de civiele maatschappij. Zij hebben een werkagenda opgesteld en voerden enkele opmerkelijke acties om enkele schrijnende cases aan te klagen.
JAARVERSLAG2014
11
HONDURAS Context: Na de verkiezingen van eind 2013, heeft de conservatieve Nationale Partij, onder leiding van Juan Orlando Hernández, een coalitieregering met de sterk verzwakte Liberale Partij gevormd. De nieuwe regering volgt in grote lijnen het beleid van de afgelopen jaren, met een versterkte rol van het leger binnen de samenleving. Die maatregel kwam er na het uitblijven van een daling in de torenhoge criminaliteitscijfers. Daarnaast trekt de president steeds meer directe macht naar zich toe, gecombineerd met sociale campagnes zoals het werkgelegenheidsprogramma met een job is het leven beter. Met het Nationaal Plan en Visie voor het Land heeft de overheid een kader gecreëerd voor de verhoopte verbeteringen. In dat kader heeft Honduras haar gezondheidsdiensten gedecentraliseerd. Slechts 11% van de bevolking kan bij het IHSS terecht voor gezondheidszorgen. De openbare gezondheidsdiensten bedienen daarentegen ruim 60% van de bevolking. Maar de dienstverlening is ondermaats, wat tot uiting komt in alarmerende cijfers van hiv, TBC, dengue en malaria. Om verdere uitbreiding van die laatste twee ziektes te voorkomen, heeft het staatsecretariaat van Gezondheid de strijd opgevoerd via opkuis- en sproeiacties tegen de muggenlarven. Ook een enquête geeft aan dat het gebrek aan geneesmiddelen en de afwezigheid van een arts de belangrijkste uitdagingen zijn voor het gezondheidssysteem in Honduras. Officieel heeft het ministerie een beleid voor de garantie van seksuele en reproductieve gezondheid uitgetekend, maar dat is nooit vertaald in een werkplan. Nochtans is er een probleem: 26% van de vrouwen tussen 21 en 24 jaar zegt voor hun 18de zwanger geweest te zijn en de hoge cijfers voor huiselijk geweld treft voornamelijk de vrouwen. Belangrijkste verwezenlijkingen 2014: In de maquilas onderhandelde RSMH een tweede raamakkoord dat omvangrijker is dan het vorige. Het omvat nieuwe sociale verworvenheden en is een belangrijke maatschappelijke erkenning. Voor de kaderwet voor zelfstandige arbeiders dat eind 2013 bij het parlement is ingediend, heeft PTCPH de steun verkregen van het ministerie van Arbeid. Die zette het voorstel op de agenda van de Sociaaleconomische Raad heeft gezet. In de suikersector heeft SITIAMASH een eerste belangrijke cao voor de nieuwe gevormde vakbondsafdeling binnen de fabriek Chumbagua onderhandeld.
JAARVERSLAG2014
12
De drie vakbondskoepels in Honduras, verenigd in CONAIH, hebben in 2014 beleidsvoorstellen ontwikkeld over twee sleutelthema´s: de hervorming van de wetgeving voor sociale bescherming en de hervorming van de juridische code voor de behandeling van arbeidsconflicten. De twee beleidsvoorstellen zijn intensief bediscussieerd met de betreffende overheidsinstanties en zorgde voor een positief resultaat. In het geval van de juridische code voor de behandeling van de arbeidsconflicten heeft de betrokken commissie namelijk binnen het hooggerechtshof de suggesties vanuit de vakbeweging voor het merendeel overgenomen in haar eigen voorstel. Daarnaast is er met steun van de IAO een voorlopig wetsvoorstel bedongen dat meer solidariteitsmechanismen in het huidige gefragmenteerde stelsel inbouwt. Verder gaat het voorstel in op uitbreidingsverplichtingen van sociale zekerheid, die de Hondurese regering aanging, nadat zij in 2013 de IAO-conventie 102 ondertekende. Het pas gevormde platform ALCISAOH heeft een goede start genomen. De drie deelnemende organisaties hebben de beoogde achterban, namelijk vrouwennetwerken en gemeentelijke commissies van transparantie en van gezondheid, gemobiliseerd en een eerste vorming gegeven over lokaal beleidswerk. Hierbij lag de nadruk op beleidswerk met betrekking tot de verbetering van de gezondheidszorg. De nodige aandacht is gegaan naar het leggen van contacten met de gemeentebesturen en met de gezondheidscentra. Het platform ALCISAOH heeft zich ook op de kaart gezet als gesprekspartner van de gezondheidsinstanties in de westelijke departementen van Honduras. Door de organisatie van een tweetal fora hebben zij de eerste contacten gelegd met de gemeentebesturen en de directies van de openbare gezondheidscentra. Om het eigen technisch kader en de leden van de basisgroepen voor te bereiden op hun taak als begeleider en uitvoerder van politieke acties, hebben de drie deelnemende organisaties hun krachten gebundeld. Ze vertrouwde de taak toe aan ASONOG om een school voor politieke beleidsbeinvloeding uit te bouwen. Het voorbije jaar werd een curriculum opgesteld rond relevante thema`s zoals het gezondheidssysteem in Honduras, sociale determinanten van gezondheid, seksuele en reproductieve gezondheid, beleidswerk en sociale controle enzovoort. Belangrijkste uitdagingen: In de suikersector is dit jaar geen vooruitgang geboekt om de sectordialoog opnieuw op gang te trekken. Met het aantreden van de nieuwe regering, is de steun van het ministerie van Arbeid weggevallen en de druk op de werkgeversorganisatie van suikerproducenten APAH om aan het overleg mee te werken verminderd. Eind 2014 heeft SITIAMASH, met steun van de vakbondskoepels, aan de IAO gevraagd om druk uit te oefenen om zo de regering en de werkgeversorganisatie opnieuw aan tafel te krijgen. Met betrekking tot de toegang tot gezondheidszorg is de belangrijkste uitdaging voor de lokale vrouwengroepen en commissies de opbouw van een constructieve dialoog met de gemeentebesturen en met de gezondheidscentra. Dat vraagt dat de lokale groepen voldoende expertise en autoriteit opbouwen, zodat die laatste hen ernstig nemen als gesprekspartner. De eerste ervaringen met een tevredenheidsenquête over de gezondheidscentra bracht onder meer aan het licht dat de gebruikers bang zijn om kritiek te uiten op de centra. Dat betekent dat ook met de centra zal moeten gewerkt worden om hen te doen beseffen dat gezondheid samen wordt opgebouwd tussen zorgverstrekkers en bevolking.
JAARVERSLAG2014
13
Gender: In het nieuwe raamakkoord voor de maquilas hebben de werkgevers en de vakbonden de uitbreiding van kinderopvang in de vrijhandelszones opgenomen en de verbetering van de medische diensten voor de vrouwen. Daarnaast heeft de partner RSMH het afgelopen jaar opnieuw een forum met 400 deelnemers georganiseerd rond ‘vrouwen en gezondheid op het werk in de maquilas. Ook het platform van zelfstandige arbeiders werkte een genderstrategie uit. Omdat de vrouw traditioneel de zorg voor de familie opneemt, is het niet verwonderlijk dat het gezondheidsprogramma gedragen wordt door voornamelijk vrouwennetwerken en dat ook in de gezondheidscommissies de vrouwen de meerderheid uitmaken. Als belangrijkste probleemgebieden geven de basisgroepen gebrek aan geneesmiddelen, afwezigheid van medisch personeel en slechte behandelingen aan. De begeleidende organisaties trekken de problematiek open naar de sociale determinanten van gezondheid, met specifieke aandacht voor onder andere tienerzwangerschappen en partnergeweld tegen vrouwen.
JAARVERSLAG2014
14
NICARAGUA Context: Het afgelopen jaar zetten de goede economische groeicijfers van Nicaragua zich door. Met de officiële start van de bouw van het Nicaragua-kanaal en de hydro-elektrische centrale Tumarin, zal Nicaragua de komende jaren een waarschijnlijk erg interessant voor ondernemers worden. Maar de grootscheepse financiële ondersteuning vanuit Venezuela, geschat op 500 miljoen dollar per jaar, zal hoogstwaarschijnlijk snel opdrogen door de Venezolaanse economische crisis. Dat zou de groeicijfers negatief kunnen beïnvloeden. Vanuit de vakbeweging werd het afgelopen jaar ook steeds vaker gesignaleerd dat het ministerie van Arbeid zich minder aantrekt van de belangen en agenda’s van de vakbonden. Zo worden er voortdurend problemen gesignaleerd bij de erkenning van cao-akkoorden en bij de aanklachten rond de schendingen hiervan. Voor de overheid is de verbetering van de gezondheidszorg een aandachtspunt waarmee het kan scoren. 80% van de bevolking is op deze diensten aangewezen. Het model van gemeenschapsgezondheidszorg MOSAFC krijgt goede punten van OPS, de Latijnse afdeling van de Wereldgezondheidsorganisatie. Een van de pijnpunten was het gebrek aan geneesmiddelen. het beschikbare budget hiervoor is tussen 2005 en 2014 gestegen van US$24.2 tot US$102.7 miljoen. De structurele financiering van de gezondheidszorg blijft echter onveranderd. De toenemende gezondheidsbudgetten blijven achter op de groei van het BBP zodat het aandeel van gezondheid in het BBP in 2014 zelfs 0,5% lager ligt dan de 3,8% in 2005. De belangrijkste noden worden gefinancierd met leningen. De uitbreiding van het model van gemeenschapsgezondheidszorg werd gedekt door een lening van 36 miljoen dollar bij de ontwikkelingsbank BID. De behoefte aan geneesmiddelen wordt slechts voor 60% gedekt. Belangrijkste verwezenlijkingen 2014: CONFETRAYD had een opmerkelijk succesvol jaar op vlak van de groei van haar representativiteit binnen de suikersector en haar ledenaantal. Zo heeft een nieuwe vakbond van de suikerfabriek NAVINIC zich bij CONFETRAYD aangesloten en is de vakbond van suikerfabriek Monte Rosa gegroeid van 477 naar 1025 leden. ATC heeft eveneens een belangrijke groei doorgemaakt, van 3476 begin 2014 naar 3808 leden eind 2014, dankzij de vakbonden in de bananen-, koffie-, tabak- en rijstsector. Er werden onder andere vijf nieuwe vakbonden in de koffie- en één in de bananensector opgericht. Daarnaast organiseert
JAARVERSLAG2014
15
ATC een nationaal platform voor de syndicale actoren in de agro-industrie om gecoördineerd stellingen in te nemen over belangrijke strategische thema´s. CST-ZF heeft in twee nieuwe bedrijven in de maquilas een nieuwe cao onderhandeld die de werkgever salarisbehoud garandeert bij noodzakelijke pré- en postnatale medische bezoeken. In dezelfde bedrijven is eveneens afgedwongen dat de werkgever gedurende het zwangerschapsverlof verantwoordelijkheid draagt voor 100% van het basisloon, dat terwijl de wet slechts een behoud van 60% voorschrijft. Met de publicatie van de uitvoeringsbesluiten op de sociale verkoop van geneesmiddelen is er eindelijk, vijf jaar na de goedkeuring van de wet, een doorbraak. De partnerorganisaties hebben voortdurend aangedrongen, voornamelijk via partner FNT, op die stap. Nu richten zij hun aandacht op de aanpassing van de werking aan een aantal voorwaarden. Daarvan is de bijscholing van de verantwoordelijken van de gemeenschapsapotheekjes of dispensadoras door een erkend opleidingsinstituut de belangrijkste. In de gemeente Masaya heeft FNT in samenwerking met het ministerie van Gezondheid twee fora georganiseerd om het openbaar gezondheidscentrum voor te stellen en te evalueren. Aan gemeenschapsleiders werd de werking van het gezondheidsmodel MOSAFC toegelicht. Daarna volgenden twee workshops over de controle op de kwaliteit van de diensten en de relatie tussen de MOSAFC en de burgerparticipatie. Een ander deel van de voorbereiding richtte zich tot het medisch personeel, verenigd in de vakbond FETSALUD/FNT, met wie de principes van Salud con Cariño y Calidad werden doorgenomen. Op de twee fora waren ruim 120 personen aanwezig die het gebrek aan geneesmiddelen en de lange wachttijden als voornaamste gebreken aanduidden. De gezondheidspartners FNT, AMUN en Prosalud, hebben een sterke gemeenschapswerking en ondernemen tientallen acties voor gezondheidspromotie en ziektepreventies zoals gezondheidsmarkten en gezondheidsdagen. Op die dagen stelt een ploeg promotoren en gezondheidswerkers zich op in het centrum, of trekken ze naar de buitenwijken om daar personen te behandelen. De partnerorganisaties coördineren deze acties met de lokale publieke gezondheidsdienst die artsen voor consultaties ter beschikking stelt.
Belangrijkste uitdagingen: Om uiteenlopende redenen is het dit jaar, zowel in de maquilas als in de agroindustrie, niet eenvoudig gebleken om vooruitgang te boeken bij de onderhandeling en uitvoering van raamakkoorden. In de maquilas had dit te maken met de verslechterde economische context waardoor de prioriteiten van de werkgevers en de overheid veranderden en het overleg rond de uitvoering van het raamakkoord tijdelijk stilviel. In het geval van de agro-industrie is het een uitdaging om het ministerie van Arbeid weer bij het overleg te betrekken. De vakbonden hebben steeds meer de indruk dat het ministerie in de eerste plaats een alliantie vormt met de werkgevers. Het coördinatieplatform van de vakbondsactoren van de agro-industrie is daarom een belangrijke ontwikkeling, om met vereende krachten een duidelijk signaal te geven. In de gezondheidssector is de belangrijkste uitdaging het behoud en het verwerven van de goede verstandhouding met de openbare gezondheidsdiensten. De openbare centra kennen en erkennen de werking van de partners, schakelen de partners in bij de eigen campagnes en zetten zelfs eigen
JAARVERSLAG2014
16
medisch personeel in bij de gemeenschapsacties die de partnerorganisaties organiseren. De vraag blijft of de partners die verstandhouding ook kunnen gebruiken om in dialoog te treden met de openbare centra over een verbetering van de punctuele aspecten van de werking. Gender: Enerzijds zijn er de algemene inspanningen van vakbondspartners om genderthematiek op te nemen in vormingsprocessen en binnen collectieve onderhandelingen. Anderzijds coördineert CNMSN ook met ATC en CST-ZF. Zij ontwikkelden samen twee handleidingen over genderclausules die in verschillende sectoren worden onderhandeld en over gezondheid op het werk en seksuele en reproductieve rechten voor vrouwen. In februari 2014 namen de partnerorganisaties deel aan de regionale workshop van FOS over gendermainstreaming. Eind 2013 hadden die organisaties hun genderbeleid reeds laten doorlichten. In hun vormingen schenken de organisaties aandacht aan seksuele en reproductieve gezondheid, partnergeweld en seksuele opvoeding.
JAARVERSLAG2014
17
OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN IN CUBA Landen Coördinatie Actiezones Type Activiteiten
Strategische lijnen
Partners
Doelgroepen Budget Donoren
JAARVERSLAG2014
Cuba Landenkantoor La Habana Nationaal - Vormingen met leiders en leden - Sensibiliseringscampagnes - Sociale dialoog en collectief overleg - Overleg met beleidsmakers - Alliantievorming en institutionele samenwerking met andere actoren en netwerken - Preventiecampagnes voor gezondheid - Ondersteuning syndicale fincas - Nieuwe arbeidswetgeving (verplichte cao’s, resultaatsgerichte loonsystemen) - Veiligheid en gezondheid op het werk - Preventie van kankers en HIV-aids - Seksuele voorlichting en actie rond seksuele diversiteit - Gender SOCIALE BESCHERMING IN CUBA Centrale van Arbeiders van Cuba CTC Nationale Vakbond van de Industrie – tak van de Lichte Industrie SNTI RIL Nationale Vakbond van de Bouw SNTC Nationale Vakbond van Arbeiders in de Voedselverwerkende- en Visindustrie SNTIAP Nationale Vakbond van de Arbeiders in de Suikerindustrie SNTA Federatie van Cubaanse Vrouwen FMC Nationaal Centrum voor Seksuele Opvoeding CENESEX Nationaal Centrum voor Preventie van Aids CNP SIDA Vakbondsleiders, gezondheidspromotoren, activisten rond seksuele diversiteit 476.719,10 euro DGD, ABVV West-Vlaanderen, Algemene Centrale, Provincie Limburg, Vrienden van Cuba Kempen, Sociaal Fonds Voedselnijverheid (HORVAL)
18
Cuba ____________________________________________________________ CUBA Context: Cuba startte in 2011 met een grondige aanpassing van haar economische en sociale model. Het land wou zo enerzijds het socialistische maatschappijmodel, inclusief haar sociale verworvenheden, handhaven en anderzijds het welvaartsniveau van de bevolking verhogen. Het merendeel van de maatregelen zijn van economische aard. In de staatssector wordt de planning verder verstrakt, maar krijgen de bedrijven meer autonomie tegenover de ministeries. Buitenlandse bedrijven werden aangetrokken door een vernieuwde investeringswet en door de oprichting van een nieuwe vrijhandelszone met een moderne haven. De overheidsadministratie wordt intussen verder afgeslankt en geoptimaliseerd. Lokale overheden kregen meer bevoegdheden in economische ontwikkeling. De staat is nu niet langer de enige werkgever in Cuba. Buiten de overheidssector werkt één op drie werknemers bij een privéondernemer. In 2014 werden de eerste coöperatieven buiten de landbouwsector opgericht. Eind 2014 bestaan er al 320. Naast die specifieke economische en administratieve maatregelen, nam de regering ook een aanzienlijk aantal maatregelen die de bevolking in het algemeen ten goede komen. Vrije koop en verkoop van wagens en huizen, van voedselproducten, gas en bouwmaterialen, kredieten een soepelere migratiewet en subsidies voor nieuwbouw en verbouwingen zijn daar voorbeelden van. Op sociaal vlak keerde Cuba zich af van het extreme staatspaternalisme. Geleidelijk aan bouwt men er het systeem van universele subsidies voor de bevolking af. Subsidies komen zijn voortaan toegespitst op de meest behoeftige en kwetsbare bevolkingsroepen. De verantwoordelijkheid voor het voorzien van hulp aan mindervaliden, langdurige zieken, alleenstaande moeders zonder inkomen komt in eerste plaats bij de familie te liggen. Enkel indien die optie onbestaande is, kan de staat sociale bijstand verlenen. Het onderwijs en de gezondheidszorg blijven gratis voor iedereen en kunnen niet geprivatiseerd worden. Het aanbod voor het beroeps- en technisch onderwijs werd uitgebreid en de instroom verzekerd om het nijpende gebrek aan geschoolde arbeiders en technici weg te werken. Het aanbod in het hoger onderwijs werd afgestemd op de effectieve noden van de bedrijven en de overheidsadministratie.
JAARVERSLAG2014
19
Belangrijkste verwezenlijkingen 2014: De 5 vakbondspartners, SNTA, SNTC, SNTIAP en SNTI RIL, hebben allen de vooropgestelde resultaten voor 2014 op gebied van vorming gehaald. Het aantal bijgeschoolde vakbondsleiders en arbeiders ligt zelfs 12% hoger dan verwacht. De stijging van het aantal gevormde vakbondsleiders van 5.650 naar 8.700, een stijging met 54%, is enorm positief. De vormingen hadden voornamelijk betrekking op de nieuwe arbeidswet en de veranderingen die de bedrijven zullen ondergaan. In die verandering spelen de vakbonden een centrale rol. In elk bedrijf moeten de werkgever en de vakbond een cao onderhandelen en zich buigen over meer resultaatgerichte loonsystemen. Ook de bereikte resultaten op gebied van veiligheid en gezondheid op het werk zijn positief. Gemiddeld steeg het aantal betrokken bedrijven die de totaliteit van hun beschikbare budget voor veiligheid en gezondheid hebben besteed van 65% tot 76%. De sensibiliseringscampagnes van FMC en CNP SIDA waren de nationale Cubaanse campagnes ter voorkoming van borst- en cervixkanker en hiv/aids. Door hun lokale inplanting kunnen de organisaties de bevolking tot op wijkniveau gemakkelijk bereiken. De aanhoudende campagnes zijn de enige manier om het risicobesef bij de doelgroepen te verhogen en de vroegtijdige opsporing te verbeteren. Het einddoel is het stabiliseren van de groeicurve van het aantal kankers met dodelijke afloop en het onder controle houden van de hiv/aids epidemie. FMC schoolde in totaal 550 gezondheidsbrigadisten in 27 gemeenten bij tot promotoren voor de preventie van kankers en niet-overdraagbare en chronische ziekten. Die promotoren ondersteunden 282 promotieactiviteiten in de gemeenschappen en 67 activiteiten in de bedrijven, de opleidingscentra en de gevangenissen. Hierbij waren in totaal ongeveer 13.000 vrouwen betrokken. Bovendien vormden zij 48 zelfhulpgroepen voor vrouwen met kanker. Bij de partners CNP SIDA en CENESEX liep de goedkeuring van het programma door het MINCEX een aanzienlijke vertraging op. De vorming van promotoren haalde niet het voorziene aantal. CENESEX vormde driekwart van het geplande aantal en CNP SIDA de helft. In het kader van de facilitering van FOS van de uitwisselingen tussen Noord en Zuid- en Zuid-Zuid nam een genderexperte van de partnerorganisatie CENESEX in november 2014 deel aan het regionale congres in San Salvador van de Asociación Latina-Américana de Médicina Social-ALAMES. Dat is het Latijns-Amerikaanse netwerk voor sociale geneeskunde. Bestuursleden van de partners SNTC, SNTI RIL en CTC werden door hun homologe Belgische vakbonden naar België uitgenodigd om deel te nemen aan congressen en om bedrijfsbezoeken af te leggen. Wat ze leerden tijdens deze uitwisselingen koppelden ze terug aan hun respectievelijke organisaties. De twee fincas, een soort van plantageboerderijen, van het CTC staan in voor de productie van voedsel voor de werknemers van het CTC en de leerlingen van de vakbondsschool. Ze dragen ook bij aan de sociale instellingen in de gemeenschappen waar ze zijn gevestigd. Dankzij ondersteuning steeg in 2014 de productie in beide fincas. Belangrijkste uitdagingen: Cuba heeft een zeer hoog niveau van eigenaarschap over haar ontwikkelingspolitiek en de eraan verbonden ontwikkelingssamenwerking. Het is het ministerie van Buitenlandse handel en samenwerking MINCEX die de krijtlijnen uitzet. De strakkere planning van het staatsbudget treft ook de samenwerkingssector. Alle Cubaanse partners moeten de budgeten in kader van de samenwerking in hun economisch jaarplan opnemen. De goedkeuring van dit plan door het ministerie van Economie en Planning is een voorwaarde tot de uiteindelijke goedkeuring door MINCEX. Tijdens de implementatie wordt de correcte uitgave van het budget steeds nauwlettender opgevolgd omdat MINCEX het niveau van haar totale budgetuitgave aan het ministerie moet verantwoorden. Het gevolg is een
JAARVERSLAG2014
20
toenemende bureaucratisering van de goedkeuringsprocedure. Wegens het nationale decentralisatiebeleid moeten de acties met een interventiegebied die een aantal provincies of gemeenten omvatten, de goedkeuring van elke lokale administratie krijgen. De partners van FOS zijn er desondanks in geslaagd de goedkeuring van het programma in 2014 te verkrijgen. Weliswaar met een aanzienlijke vertraging binnen het gezondheidsluik. Zo kreeg CNP SIDA pas in september goedkeuring en CENESEX in december. Gender: Cuba kent een positieve situatie op vlak van de deelname van de vrouw aan het economische, sociale, culturele en politieke leven. Millenniumdoelstelling nummer 3, dat handelt over gendergelijkheid, werd ongetwijfeld bereikt. De uitdaging ligt in het wijzigen van de gewoonten, de cultuur, de waarden, die zowel in de publieke als binnen de familiale sfeer bijdragen aan de ongelijkheid. De traditionele en stereotiepe taakverdeling binnen de familie, blijft de regel. De socio-economische veranderingen (vb. vermindering sociale bijstand) hebben momenteel een licht negatieve impact op de gendergelijkheid en waakzaamheid is daarom geboden.
JAARVERSLAG2014
21
Colombia
Ecuador
Peru
Landenkantoor La Paz
Vanuit regionaal coördinatiebureau Quito, Ecuador
Regionaal coördinatiebureau Quito
Landenkantoor Lima
Actiezones
Bolivia
Nationaal, Santa Cruz, La Paz, Tarija, Beni, Cochabamba
Nationaal, Cesar, Costa Caribe, Cauca, Valle del Cauca, Meta, Santander, Cundinamarca, Bolivar
Nationaal, Esmeraldas, Sucumbios, Pichincha, Loja, Quito, Cuenca, Riobamba, Guayas, Manabi, Los Rios, El Oro
Nationaal, Lima, Callao, Arequipa, Ica, La Libertad, Piura, San Martin
Tye activiteiten
Cöordinatie
Landen
OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN IN ZUID-AMERIKA
-
Strategische werklijnen
-
-
-
-
Strategische en operationele planning Organisatieversterking (participatie, beheer enz.) Syndicalisering Vormingen met leiders en leden Onderzoek inzake recht op sociale bescherming Juridische assistentie Sociale dialoog en collectief overleg Sociale controle op gezondheidszorg Politieke beleidsbeïnvloeding Sensibiliseringscampagnes - Werkomstandigh eden in de Werkomstandigh bloemensector - Ondersteuning en in de eden voor intersyndicale bananensector huishoudwerkster s versterking - Werkomstandigh Duurzame - Regionale eden voor energie toepassing en huishoudwerkster s Werkomstandigh opmaak van eden van arbeidsregelgevi - Privatisering landarbeiders ng gezondheidszorg met focus op - Werkomstandigh - Burgerparticipati e in vrouwen eden voor Gezondheidssitu huishoudwerkster gezondheidsbele id atie van s koffieboeren - Gender - Seksuele en Gender reproductieve rechten - Gender
JAARVERSLAG2014
-
-
-
-
-
-
Werkomstandig heden van landarbeiders Werkomstandig heden van huishoudwerkst ers Ondersteuning van syndicale federaties Burgerparticipat ie in gezondheidsbel eid Seksuele en reproductieve rechten Gender
22
Ecuador
Peru
Partners
Nationale Federatie van Huishoudwerk(st)ers van Bolivia FENATRAHOB ALTERNATIVA Centrum voor het Onderzoek en de Promotie van de Landbouwsector CIPCA
Nationale Eenheidsvakbondsfederatie van de Landbouw FENSUAGRO Nationale Vakbond van Arbeiders in de industrie van vetrijke en voedingsproducten SINTRAIMAGRA Vereniging van Arbeidsadvocaten ASOLABORALES
Vereniging van Betaald Huishoudpersoneel ATRH Nationale Federatie van Arbeiders in de Agro-industrie, Boeren en Inheemse Volkeren van Ecuador FENACLE Syndicale Vereniging van Landbouwarbeiders Clementina Luna Creciente DONUM
Nationale Federatie van Arbeiders in de Agro-industrie en gelijkaardigen FENTAGRO Nationale Federatie van Huishoudwerksters in Peru FENTTRAHOP Vereniging Forum van de Civiele Maatschappij rond Gezondheid Foro Salud Centrum voor de Promotie en de Verdediging van de Seksuele en Reproductieve Rechten Promsex
Doel-groepen
Landarbeiders in de agro-industrie, kleine koffieboeren, inheemse gemeenschappen, huishoudpersoneel
Landarbeiders in de voedings- en agroindustrie, huishoudwerksters en arbeidsadvocaten
Landarbeiders in de agro-industrie, huishoudwerksters, rurale en inheemse vrouwen, activisten rond recht op gezondheid en sociale bescherming
Landarbeiders in de agro-industrie, huishoudwerksters, vrouwen, adolescenten, activisten voor het recht op gezondheid
Budget
305.070 euro
149.500 euro
481.487,23 euro
303.709,66 euro
Donoren
SOCIALE BESCHERMING IN DE ANDESREGIO Bolivia
DGD, 11.11.11, Sociaal Fonds Voedingsnijverheid (HORVAL), NVSM, Gemeente Schoten
DGD, 11.11.11, Algemene Centrale Antwerpen-Waasland
DGD, 11.11.11, NVSM, provincie Limburg, FNV, Nationale Loterij
DGD, 11.11.11, ABVV West-Vlaanderen, NVSM, DVZA
JAARVERSLAG2014
Colombia
23
Zuid-Amerika ____________________________________________________________ BOLIVIA Context: Het jaar 2014 stond in het teken van de presidentsverkiezingen van oktober. Evo Morales werd voor de derde keer herkozen met een absolute meerderheid. Zijn partij MAS behaalde eveneens twee derde van de meerderheid in het parlement. Die klinkende overwinning is ook te danken aan de sociale programma’s die de extreme armoede hebben verlaagd van 37% in 2005 tot 18% in 2014, het uitbreiden van drinkbare watervoorziening tot 85% van de bevolking. De sociale programma’s droegen ook bij tot de bijna 100% inschrijving van kinderen in het basisonderwijs en de vermindering van het aantal schoolverlaters dankzij een subsidie voor schoolgaande kinderen. Alle ouderen boven de 65 jaar hebben recht op een subsidie van 35 USD per maand, wat hen meteen ook uit de extreme armoedecijfers weghaalt. In totaal heeft bijna 65% van de bevolking recht op een of andere vorm van subsidie, wat de enorme steun voor Evo Morales verklaart. Niettegenstaande het progressieve regeringsdiscours, is de realiteit dat de regering akkoorden heeft gesloten met de belangrijkste economische belangengroepen in La Paz en Santa Cruz. Zij bieden voordelen en privileges aan hen zoals het niet vervolgen van de illegale ontbossing, het behoud van grootgrondbezit, het toelaten van uitbreiding van de coca teelt, en fiscale voordelen, en dit alles in het nadeel van de inheemse gemeenschappen, de arbeiders van de agro-industrie of andere bedrijven. Ook in de gezondheidszorg blijven de structurele veranderingen uit. Daardoor heeft de gezondheidszorg nog steeds een enorm tekort aan infrastructuur, goed opgeleid gezondheidspersoneel en ontbreekt een interculturele aanpak. Het sociale zekerheidssysteem blijft versplinterd. Eerst en vooral
JAARVERSLAG2014
24
door de geprivatiseerde pensioenkassen en anderzijds door een twintigtal sectorale sociale zekerheidsvoorzieningen. De president belooft nieuwe ziekenhuizen, maar de toegang tot gezondheid blijft beperkt tot bepaalde bevolkingsgroepen zoals zwangere vrouwen en kleine kinderen, bejaarden en gehandicapten. Het deel van de bevolking dat geen sociale zekerheid heeft, maar liefst 80%, moet uit eigen zak voor de diensten, de medicijnen of operaties betalen. De koffieboeren hebben herhaaldelijk lokale, departementale en nationale autoriteiten geïnterpelleerd, maar de veranderingen zijn niet op korte termijn zichtbaar, al zijn er ondertussen al heel wat beloftes gemaakt. Belangrijkste verwezenlijkingen 2014: De 6 vakbonden van landarbeiders richtten met de hulp van partnerorganisatie CIPCA, eind oktober 2014 de nieuwe nationale confederatie van landarbeiders van Bolivia op onder de naam CNTACB. De komende 2 jaren zal de partnerorganisatie veel energie moeten investeren in de interne democratische processen, de vorming van de leiders en de genderaanpak om de nieuwe organisatie te consolideren. De agro-industrie geniet tot nu toe geen wettelijke bescherming in de arbeidswetgeving. De koepelvakbond COB heeft de eisen van de sector opgenomen in het voorstel voor de nieuwe arbeidswet. De vakbonden hebben ook 3 cao’s afgesloten: twee voor de suikersector en één voor de brazilnotensector. In de agro-industrie werken de landarbeiders in erg precaire omstandigheden. In februari 2014 werd door de organisatie van arbeidsadvocaten van Latijns-Amerika, CIPCA en de 6 vakbonden van landarbeiders, het Ethisch Tribunaal over de arbeidsrechten en vooral de extreme uitbuiting van vrouwen in de agro-industrie georganiseerd. Hierbij werden zowel de Boliviaanse autoriteiten als de private ondernemingen veroordeeld voor het niet opvolgen van de elementaire basisrechten die in de IAO-conventies zijn opgenomen. Het tribunaal heeft een enorme weerklank gekregen in de Boliviaanse pers en daarbuiten, zoals in de IAO in Genève. FENATRAHOB maakte afspraken met het ministerie van Arbeid in verband met de reglementering van het arbeidscontract en werkte aan een voorstel voor de aansluiting van het huishoudpersoneel bij de sociale zekerheid. Ook in 2015 zal FENATRAHOB die problematiek hoog op de agenda zetten. Bovendien kon FENATRAHOB met steun van een brede alliantie van ngo’s, UNWOMEN en de IAO een reglement voor de conventie 189 voor huishoudwerksters overeenkomen met het ministerie van Arbeid. Na hun beleidsbeïnvloeding schreef de regering een ministerieel besluit uit voor een eengemaakt arbeidscontract en voor een loonboekje. FECAFEB, de federatie van kleine koffieboeren, werkte met de steun van de ngo ALTERNATIVA, verder aan een voorstel voor sociale bescherming, toegang tot gezondheid en pensioenen. Hun eisen voor sociale bescherming werden voorgelegd op een nationale top van de koffiesector en tijdens een bijeenkomst met 150 burgemeesters. Bovendien werkten de gezondheidssecretarissen van de federatie, met het vrouwencomité, aan de promotie van gezonde voeding en duurzaamheid door het gebruik van energie-
JAARVERSLAG2014
25
zuinige kookkachels. FECAFEB heeft steun gekregen van de regering en autoriteiten voor het verbeteren van de productie van de koffie, de verbetering van de toegang tot sociale bescherming blijft op de tweede plaats komen. In het afgelegen gebied van Santiago de Velasco heeft CIPCA gewerkt met vrouwen- en jongerengroepen aan de diversificatie en verwerking van de voedselproductie. De nadruk lag hierbij op het gebruik van duurzame en alternatieve technologieën, zoals diepvriezers op zonne-energie voor de vrouwengroepen en bevloeiingssystemen met windenergie voor de gemeenschappelijke groentetuinen. De partnerorganisatie werkte dankzij het fonds voor bestaanszekerheid van de petroleumsector samen met het lokale bestuur aan de verbetering van de productiemethodes. CIPCA verwerkte zo sociale eisen in de lokale publieke planning, zoals betere gezondheidsdiensten in de afgelegen gemeenschappen. Belangrijkste uitdagingen: De visie van de Boliviaanse regering op sociale bescherming is weinig structureel. Bepaalde bevolkingsgroepen, zoals zwangere vrouwen en bejaarden, krijgen subsidies, specifieke gezondheidsdiensten of een overlevingspensioen van 35 USD per maand. Maar de doelgroepen van onze partnerorganisaties vallen uit de boot. Noch landarbeiders, noch huishoudpersoneel of koffieboeren hebben toegang tot de sociale zekerheid omdat de Boliviaanse wetgeving verouderd is. De verantwoordelijkheid ligt volledig bij de werknemer die zelf alle bijdragen moet betalen, zonder dat de werkgever hiertoe wordt verplicht. Gender: Bij de federatie van huishoudwerksters FENATRAHOB, die voor 100% uit vrouwen bestaat, en de vrouwenafdeling van FECAFEB staat gender centraal in hun werking. In het gezondheidsprogramma van CIPCA wordt eveneens veel aandacht besteed aan de versterking van de vrouwengroepen binnen de gemeenschappen. Door de economische positie van vrouwen te versterken, wordt hun positie binnen de gemeenschappen collectief en individueel versterkt. Bovendien organiseert de partnerorganisatie vorming rond gendergeweld, vrouwenrechten en andere thema’s. Door met gemengde jongerengroepen te werken aan economische initiatieven wordt eveneens de gendergelijkheid bevorderd. De agro-industrie is dan weer een sector met vooral veel mannen. Daar blijft het een moeizame opdracht om genderbewustzijn te promoten. Tijdens een Ethisch Tribunaal in Santa Cruz in februari, werd extra aandacht besteed aan de situatie van vrouwen binnen die sector en aanbevelingen geformuleerd door de internationale rechters voor meer rechtvaardigheid voor vrouwen.
JAARVERSLAG2014
26
COLOMBIA Context: 2014 was een belangrijk verkiezingsjaar in Colombia maar beleidsmatig is er weinig of niets veranderd na de verkiezingen. Links schaarde zich achter kandidaat Santos omdat die in zijn campagne beloofde de vredesdialoog verder te zetten, terwijl Zuluaga en Uribe er komaf mee wilden maken. Daardoor kon Santos de overwinning op zijn naam schrijven. Ondanks deze onderhandelingen gaat de criminalisering en de afstraffing van sociale leiders en volksleiders die oppositie voeren onverminderd voort. Gemiddeld wordt er om de zes dagen een verdediger van de mensenrechten in Colombia om het leven gebracht. Bijna de helft had één of meerdere bedreigingen ontvangen vanwege groepen zoals Águilas Negras of de Rastrojos die opgedoken zijn na de demobilisatie van de paramilitaire groeperingen in 2006. Die groeperingen zijn prominent aanwezig in de gebieden waar de FOS-partners syndicaal werk verrichten. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de leiders van FENSUAGRO en SINTRAIMAGRA en arbeidsadvocaat Arturo Portilla van ASOLABORALES dergelijke doodsbedreigingen hebben ontvangen. In 2014 voerde de neoliberale regering een belastinghervorming door die vooral de lage en middenklasse treft. Een wet op de gezondheid, die de privatisering nog meer versterkt, werd gewijzigd door het grondwettelijk hof om in overeenstemming te zijn met de grondwet. President Santos weigerde echter de wet in zijn nieuwe vorm te ondertekenen binnen de wettelijke termijn. Een pensioenhervorming ligt ook op tafel, met discussies over het verhogen van de pensioenleeftijd, het gelijkschakelen van de pensioenleeftijd voor mannen en vrouwen naar 50 jaar en het heffen van belastingen op de pensioenen. Dat laatste terwijl in Colombia 62% van de actieve bevolking niet eens op pensioen kan rekenen omdat ze in de informaliteit werken. Twee miljoen mensen zijn werkloos. 13 miljoen mensen werken in de informaliteit. De collectieve onderhandelingsprocessen worden onderuit gehaald door opgelegde regelingen en syndicale contracten. Om het verbod op onderaanneming via valse coöperatieven te omzeilen, zijn er vele Coo-
JAARVERSLAG2014
27
perativas de Trabajo Asociado, of valse coöperatieven, omgevormd tot valse vakbonden. Het bedrijft onderhandelt dan een syndicaal contract met die vakbonden voor dienstverlening. Op die manier wordt de uitbuiting verdergezet. Onderraanneming is ook prominent aanwezig in de palm-, suiker- en bananenindustrie. Mede door aanklachten vanuit het intersyndicaal platform van de agro- en voedingsindustrie, onder leiding van FENSUAGRO, heeft het ministerie van Arbeid in 2014 115 sancties opgelegd in verband met het voortbestaan van de valse coöperatieven. Voornamelijk palmbedrijven uit het departement Santander werden op de vingers getikt. De te betalen boetes worden echter verhaald op de werknemers waardoor die financiële sancties hun doel voorbij schieten. Belangrijkste verwezenlijkingen 2014: Ondanks de sterk verdeelde en versplinterde vakbondsbeweging en een syndicalisatiegraad van amper 4%, slaagden de FOS-partnerorganisaties FENSUAGRO en de vakbonden van het intersyndicaal platform van de agro-industrie en de voeding, SINTRAIMAGRA en ASOLABORALES erin hun organisaties te versterken en in ledenaantal te groeien. Er is sterk ingezet op de vorming van leden en leiders, zowel mannen als vrouwen. SINTRAIMAGRA en FENSUAGRO werkten aan het formaliseren en institutionaliseren van de vormingsprocessen met de opmaak van een educatief plan. Bovendien implementeert FENSUAGRO ook een communicatieplan en een genderplan. SINTRAIMAGRA heeft de vrouwen uit de huishoudsector zelfvertrouwen gegeven, uitgelegd wat een vakbond is, waarom het belangrijk is zich te organiseren en wat hun minimale rechten zijn. Een aantal vrouwen heeft daardoor nu sociale zekerheid, recht op vakantie en een beter loon. Anderen werden ontslagen omwille van het opeisen van hun rechten maar kunnen rekenen op syndicale en juridische bijstand. Zowel het werk van SINTRAIMAGRA als het werk van ASOLABORALES heeft goede resultaten opgeleverd. ASOLABORALES slaagde erin vanuit Colombia, zowel in Bolivia als in Peru, een vereniging van arbeidsadvocaten op te richten en in Ecuador de eerste contacten te leggen. De organisatie draagt zo bij aan de uitbouw van de Latijns-Amerikaanse Vereniging van Arbeidsadvocaten. Met hun voorstel voor een algemene arbeidswet in de regio en met hun interventies op veelvuldige evenementen in de regio en ver daarbuiten, droegen ze bij aan het toepassen van de internationale arbeidsconventies. De organisatie heeft aan erkenning gewonnen door het organiseren van een internationaal congres in Bolivia en een Ethisch Tribunaal over de schending van arbeidsrechten in de agro-industrie in Colombia en Bolivia. De organisatie draagt bij tot respect voor, versterking en implementatie van de arbeidsregelgeving in de 4 respectievelijke Andes-landen. Belangrijkste uitdagingen: Toch blijven de uitdagingen talrijk. Om het intersyndicaal platform te kunnen consolideren, moet FENSUAGRO samen met de vakbonden werken aan meer eenheid en het verantwoordelijkheidsgevoel van de vakbonden, aan de financiële duurzaamheid en aan het betrekken van vrouwen bij het vakbondswerk en moet er vooruitgang geboekt worden in de strijd tegen de onderaanneming. De grootste uitdagingen voor SINTRAIMAGRA zijn het optimaal benutten van het zeer beperkte tijdsbestek van de leden uit de huishoudsector, het bekomen van de nodige erkenning door en steun van vakbondskoepel CUT, steun zoeken van het ministerie van Arbeid om te kunnen werken aan de toepassing van conventie 189
JAARVERSLAG2014
28
van de Internationale Arbeidsorganisatie en het aansluiten bij de Internationale Federatie van Betaald Huishoudpersoneel. Het afronden van de vredesdialoog tussen de FARC en de regering, en de deelname in Colombia aan overlegmomenten om vrede te sluiten met sociale rechtvaardigheid is een uitdaging voor al onze partners in Colombia. Dat gaat o.a. over de teruggave van grond aan de kleine boeren, de restitutie van rechten voor familieleden van vermoorde vakbondsleiders en mensenrechtenactivisten, de sociale wetgeving, het terugschroeven van de privatisering van de sociale zekerheid en vele andere gevoelige thema´s voor de Colombiaanse bevolking. Gender: ASOLABORALES is een gemengde organisatie. Vrouwen maken ook deel uit van de leiding. Aan de activiteiten van het project namen minstens 50% vrouwen deel. SINTRAIMAGRA is een gemengde organisatie maar het project is gericht op de uitsluitend vrouwelijke doelgroep van huishoudwerksters. SINTRAIMAGRA vormde haar leidsters en organiseerde vormingen over gender en vrouwenrechten. De huishoudwerksters wonnen aan zelfvertrouwen. De partnerorganisatie sensibiliseerde eveneens de overige leden van SINTRAIMAGRA en de koepel CUT met betrekking tot de problematiek van het huishoudpersoneel. In de eerder mannelijke sector van de agroindustrie is met FENSUAGRO als eerste stap gewerkt aan een genderactieplan.
JAARVERSLAG2014
29
ECUADOR Context: De Ecuadoraanse economie is acht jaar na het aantreden van president Correa nog altijd zeer afhankelijk van petroleum. Die maakt 60 procent van de export uit en 11 procent van het BNP. Naar verwachtingen is de olievoorraad van Ecuador uitgeput binnen 20 jaar. Maar niet alleen de economie is afhankelijk van de olie, ook de financiering van de burgerrevolutie gebeurt met oliegeld. De sociale programma’s, de energietransitie, de productieomschakeling, onderwijs en ontwikkeling en het staatsapparaat zelf, dat is aangegroeid tot 600.000 ambtenaren, kosten hopen geld. Eind 2014 liggen de kaarten anders: de olieprijs is gedaald en het petroleumfonds is leeg. Correa, die bij zijn aantreden een einde wilde maken aan de lange nacht van het neoliberalisme, brak met de Wereldbank en het IMF en ging lenen bij China. Die leningen hebben echter een rente van meer dan 7 procent, tegenover 4 procent bij de Wereldbank. De maximale kredietlijn bij China is inmiddels bereikt. In augustus 2014 heeft Ecuador aan het IMF toestemming gevraagd om staatsobligaties op de markt te brengen voor 2 miljard dollar. In ruil daarvoor heeft het de helft van zijn goudvoorraad in pand moeten geven bij Goldman Sachs. Correa is ook opnieuw bij de Wereldbank gaan aankloppen voor een lening van een miljard dollar. Wat het recht op gezondheid betreft heeft Ecuador belangrijke resultaten behaald op het vlak van betere en gratis toegang tot gezondheidsinfrastructuur. Dokters en verplegend personeel worden beter betaald en werken nu 8-urendagen i.p.v. 4 uur. Anderzijds is uit verschillende studies gebleken dat veel van de overheidsmiddelen toch worden geïnvesteerd in de privésector. Intussen ontstaat in de farmaceutische industrie een nieuw monopoly door de gigantische winsten. Eind 2014 kregen de gezondheidsorganisaties een koude douche. Het nationale plan tegen tienerzwangerschappen en seksuele rechten werd afgevoerd, wegens te hedonistisch. Er werd een nieuw programma, Familieplan, opgezet ‘onder leiding van een extreemconservatieve raadgeefster van president Correa, nauw verwant met Opus Dei. Het plan legt de nadruk op de onthouding. Intussen mogen scholen geen voorlichting meer geven over seksuele diversiteit. Bovendien zitten ongeveer 60 vrouwen in de gevangenis wegens abortus, dat sinds vorig jaar bestraft wordt. Voor onze partner Luna Creciente betekent het een moeilijke context om aan politieke beleidsbeïnvloeding te doen. JAARVERSLAG2014
30
Belangrijkste verwezenlijkingen 2014: In 2013 slaagde ATRH erin, na veel lobbywerk, om de unanieme ratificering door het parlement van de IAO-conventie 189 over waardig huishoudelijk werk binnenhaalde te bedingen. Vervolgens werkte de organisatie in 2014 vol overtuiging aan de toepassing van die conventie door toenadering te zoeken bij het ministerie van Arbeid, dat bezig is met de hervorming van de arbeidswet. De nationale pers vond zijn weg naar de organisatie, wat wijst op een bekendheid en erkenning op nationaal niveau. Ook op organisatorisch vlak boekte de organisatie in 2014 grote vooruitgang met de oprichting van één provinciale vakbond in Esmeraldas en het werven van 31 leden in vier andere provincies. In de moeilijke context voor de sociale bewegingen in Ecuador kon enkel de vereniging van huishoudpersoneel ATRH zich echt versterken. ASTAC worstelt in de agro-industrie met de legalisatie van haar vakbonden die niet worden toegelaten door het ministerie van Arbeid. ASOTFLORPI worstelt met de interne politieke verdeeldheid binnen de koepelorganisatie FENACLE, wat beleidsbeïnvloedende acties zo goed als onmogelijk maakt. Bovendien heerst er angst bij de arbeiders in de agroindustrie om hun baan te verliezen als ze zich aansluiten bij de vakbond. Dat maakt het moeilijk om leden te werven. Toch hebben zowel ASTAC als ASOTFLORPI stappen in de goede richting gezet door het formaliseren van hun werking en hebben ze aan erkenning gewonnen door de vormingssessies die zij organiseerden. Ook de partnerorganisaties Luna Creciente en DONUM hadden te lijden onder de polarisering, doordat een aantal belangrijke inheemse leidsters van Luna Creciente zich aansloten bij de regeringspolitiek. Hierdoor zijn hun lokale kernen verzwakt zijn. DONUM kon in het begin van het werkjaar moeilijk organisaties en mensen samenbrengen om een kritische analyse te formuleren op het gezondheidsbeleid. Naar het einde van 2014 toe is de situatie omgeslagen en kon een belangrijke studie over de geldstromen in de gezondheidszorg en een reeks lezingen veel interesse opwekken bij de media en het brede publiek. Met Mujeres por la Vida in Ecuador werkte FOS samen voor het bewustmaken van jongeren en adolescenten over seksuele en reproductieve rechten. Ook de preventie van tienerzwangerschappen door middel van artistiek-culturele activiteiten met acht jongerengroepen in marginale wijken van de hoofdstad Quito behoort tot de bewustmakingscampagne. Het project wordt uitgevoerd in samenwerking met het BTC programma LIEGSA, dat samenwerkte met het stadsbestuur. Spijtig genoeg is die samenwerking tussen LIEGSA en het stadsbestuur eind december 2014 afgesloten. Verder voert FOS in Ecuador ook nog een klein project uit met de fondsen van de Nationale Loterij waarmee de organisatie van inheemse vroedvrouwen in de gemeente Cotacachi wordt ondersteund en hun rol in de preventie van moeder- en kindersterfte op de voorgrond wordt gebracht. Belangrijkste uitdagingen: Ecuador valt binnen de Andesregio op omwille van de progressieve sociale programma´s, zoals de publieke investeringen in het onderwijs en de gezondheidszorg, de verplichte sociale zekerheid voor werknemers, beurzenprogramma’s voor studenten, enz... Maar het land lijdt de laatste jaren onder de regering van Rafael Correa onder sterke interne polarisering, de concentratie van macht bij de president, de extreme vorm van controle op de civiele maatschappij, de beknotting van de vrije meningsuiting, de criminalisering van het sociaal protest, de inmenging in de rechtspraak, enz. FOS werkt samen met organisaties van verschillende politieke strekkingen, waardoor beleidsbeïnvloedende acties, zeker van kritische organisaties, moeilijk worden.
JAARVERSLAG2014
31
Gender: De vereniging voor huishoudpersoneel ATRH is een organisatie van vrouwen die voor de erkenning van hun waardigheid als arbeidsters opkomen. ASOTFORPI, de partnerorganisatie die de bloemensector vertegenwoordigt, bestaat voor 60% uit vrouwen en wordt geleid door een vrouw. ASTAC is dan weer hoofdzakelijk een mannenbastion, omdat maar weinig vrouwen actief zijn in de bananensector en er veel vervolging is voor aansluiting bij een vakbond. Vele vrouwen zijn alleenstaande moeders, en kunnen zich niet permitteren het werk te verliezen. ASTAC stelde wel een genderactieplan op. DONUM is een platformorganisatie die andere organisaties samenbrengt, onder andere over thema’s als seksuele en reproductieve rechten. Ook Luna Creciente werkt hoofdzakelijk met inheemse vrouwen rond dit thema. Samengevat kunnen we stellen dat het programma van FOS in Ecuador en de Andes-regio door de keuze van de soort doelgroepen, de participatieve aanpak en de thematiek waarrond gewerkt wordt, zich volledig richt op de waardering van de socio-economische rol van de vrouw. Zowel in het huishoudwerk als in de agro-industrie.
JAARVERSLAG2014
32
PERU Context: Tijdens 2014 was er een zorgwekkende flexibilisering en privatisering op vlak van arbeid en gezondheid, zonder veel kans op inspraak en participatie. Het bemoeilijkte de mogelijkheden van onze partners op het vlak van beleidsbeïnvloeding en stootte op groeiend verzet van de brede civiele maatschappij. De dramatische terugval van de economische groei, van gemiddeld 6% de voorbije jaren tot nauwelijks 2,35% in 2014, was het argument van de regering om diverse pakketten noodmaatregelen door het parlement te sluizen. Die kwamen er grotendeels op aandringen van de werkgevers en hun federaties. Die maatregelen, lagere belastingen, minder strenge milieuwetten en overheidscontrole en een verdere flexibilisering van de arbeidswetgeving, moesten investeringen aanlokken en de groei stimuleren. De pas in 2011 ingevoerde wet inzake veiligheid en gezondheid op het werk, werd weer grotendeels teruggeschroefd op vlak van controles en sancties. Verder werden de voorwaarden vereenvoudigd voor collectieve ontslagen en werd de mogelijkheid gecreëerd om 20% van het loon te vervangen door een bonus zonder sociale zekerheid. Bovenop alle andere speciale arbeidsregimes kwam er een wet die de arbeidsrechten van jongeren tussen 18 en 24 jaar sterk inperkte. Die laatste wet leidde tot vijf ongeziene massabetogingen van jongeren in Lima en andere regio’s eind december en in januari 2015, met steun van de vakbondskoepel CGTP en haar federaties, waardoor het parlement eind januari de wet moest intrekken. Het ministerie van Gezondheid voerde intussen in 2014 verder een hervorming van de gezondheidssector door. Die hervorming werd door brede kringen van politieke partijen, personeel uit de sector, media en de civiele maatschappij afgewezen. De onderlinge consensus was dat de hervorming een technisch-administratieve bijsturingen is die leidt tot een verdere fragmentering en commercialisering van de gezondheidszorg. De overheid kiest steeds explicieter voor publiek-private partnerschappen, waarbij de bouw, de uitrusting en de niet-medische diensten van ziekenhuizen aan de privésector worden uitbesteed. Maar ook de gezondheidszorg zelf komt steeds meer in private handen. Dat terwijl allerlei onderzoeken en media-schandalen uitwijzen dat de gebrekkige overheidscontrole de effectieve en kwaliteitsvolle toegang van ruime bevolkingslagen tot gezondheidszorg ernstig beperkt. Op het vlak van seksuele en reproductieve rechten, zal 2014 de annalen ingaan als het jaar waarin er eindelijk een protocol kwam voor de toepassing van therapeutische abortus bij levensgevaar van
JAARVERSLAG2014
33
de vrouw. Iets wat nochtans al 85 jaar lang bij wet toegelaten was. Het protocol is in belangrijke mate te danken aan de strijd en beleidsbeïnvloeding van Promsex, samen met andere feministische ngo’s. Dezelfde ngo’s verzamelden ook meer dan 60.000 handtekeningen die het parlement verplichten om een burgerinitiatief te bespreken voor de legalisatie van abortus in geval van verkrachting. Abortus is nog altijd verboden in alle omstandigheden, hoewel diverse VN-instellingen aandringen om deze vorm van foltering van onschuldige vrouwen, vaak jonge tieners, af te schaffen. Belangrijkste verwezenlijkingen 2014: Bij FENTAGRO, de nationale vakbondsfederatie van de agro-industrie, was het belangrijkste resultaat op vlak van organisatorische versterking dat de bestuursorganen regelmatig samenkwamen en het pad effenden voor het congres in mei 2015. De vorming en juridische bijstand in de vier regio’s en bij negen vakbonden verliep intensief en succesvol. FENTAGRO liet bovendien binnen de CGTP en in de media duidelijk zijn stem horen tegen het discriminerende arbeidsregime voor de sector. FENTTRAHOP, de jonge nationale federatie van huishoudwerksters, slaagde erin de aangesloten vakbonden uit te breiden van vier tot zeven en hield met hen een succesvolle algemene vergadering eind oktober. De talrijke bezoeken en vorming door de nationale leiding en de technische ploeg in alle regio’s leidden tot bijna 300 nieuwe leden. Ook FENTTRAHOP liet binnen de CGTP, de media en bij de IAO haar protest weerklinken tegen het discriminerende arbeidsregime voor de sector. Foro Salud, brede koepel van organisaties binnen de gezondheidssector, was in 2014 meer dan ooit de breed gedragen stem van de kritische burgers bij de overheid, in de Nationale Gezondheidsraad. Bovendien had Foro Salud ook enorm veel toegang tot de media. In 2014 kwam Foro Salud nog meer dan vroeger op voor gemarginaliseerde groepen zoals bejaarden, gehandicapten, HIV-patiënten, transseksuelen, enzovoort. Ze werkten ook diverse concrete voorstellen uit voor een universele, integrale en solidaire gezondheidszorg. Promsex, feministische ngo voor seksueel-reproductieve rechten, lanceerde zijn strategisch plan 2014-2018, bereikte met zijn vorming in Piura en Arequipa heel wat adolescenten en medisch personeel, zette de preventie van tienerzwangerschappen op de politieke agenda en hield heel wat geslaagde campagnes van beleidsbeïnvloeding, waardoor de regering eindelijk een protocol goedkeurde voor therapeutische abortus bij levensgevaar voor de vrouw en waardoor het parlement een wetsvoorstel zal bespreken over abortus in geval van verkrachting. Belangrijkste uitdagingen: Het is een enorme uitdaging voor onze partners om binnen de huidige moeilijke politieke context klinkende resultaten voor te leggen op vlak van beleidsbeïnvloeding. De regering laat geen ruimte voor participatie en inspraak van de civiele maatschappij. Intussen schroeft ze de arbeidsrechten nog verder terug en fragmenteert en commercialiseert ze de gezondheidszorg nog meer. Beleidsbeïnvloeding is evenwel nodig omdat er een brede consensus over de nood aan een algemene arbeidswet die de speciale regimes voor huishoudwerksters en agro-industrie afschaft. Uiteraard zullen onze partners FENTAGRO en FENTTRAHOP hierop inspelen met hun beleidsbeïnvloeding, die zich vanaf 2015 zal uitbreiden tot de presidents- en parlementskandidaten voor de verkiezingen in april 2016. De organisatorische versterking van FENTAGRO en FENTTRAHOP, nieuwe en nog steeds zwakke federaties, blijft echter een andere grote uitdaging. In beide sectoren bemoeilijkt de vrees voor ontslag
JAARVERSLAG2014
34
bij aansluiting bij een vakbond en deelname aan openlijke ledenwervings- of andere campagnes. FOS zal daarom vooral de huidige leiders vormen en juridisch bijstaan. Bij Foro Salud en Promsex staat de beleidsbeïnvloeding rond gezondheid al op punt, maar opent de electorale context ook veel perspectieven. Bij hen zal de uitdaging er vooral uit bestaan om nog beter te plannen en te coördineren in de regio’s Piura en Arequipa en ook de coördinatie tussen beide partners te optimaliseren. Gender: Bij de federatie van huishoudwerksters FENTTRAHOP, die volledig uit vrouwen bestaat, en de feministische ngo Promsex is al een sterk gender-bewustzijn aanwezig. Ook bij Foro Salud is er onder het huidige bestuur een veel grotere aanwezigheid van vrouwen en zijn er meer publieke verklaringen rond seksueel-reproductieve rechten. Bij FENTAGRO ligt de syndicalisatiegraad van vrouwen laag en heerst nog veel machismo. Daarom probeert FOS bij elke activiteit sterk aan te dringen op de actieve deelname van vrouwen.
JAARVERSLAG2014
35
Namibië
Zimbabwe
Coördinatie
Mozambique
Regionaal coördinatiekantoor Johannesburg
Actiezones
Landen
OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN IN ZUIDELIJK AFRIKA
- Nationaal - Windhoek
Type activiteiten
- Nationaal - Maputo - Manica
-
Strategische en operationele planning Organisatieversterking (participatie, beheer enz.) Syndicalisatie Vormingen met leiders en leden Onderzoek inzake recht op sociale bescherming Juridische assistentie Sociale dialoog en collectief overleg Sociale controle op gezondheidszorg Politieke beleidsbeïnvloeding Sensibiliseringscampagnes
-
Capaciteitsopbouw van vakbonden, boerenorganisaties en gezondheidsorganisaties Vorming nationale vakbondsfederaties Terugdringen van voedselonzekerheid Duurzame energie
Strategische lijnen
- Nationaal - Harare
-
-
JAARVERSLAG2014
- Capaciteitsopbouw van vakbonden - Onderzoek en beleidswerk over minimumlonen
-
-
Capaciteitsopbouw van vakbonden Vorming van vakbondsfederaties Onderzoek en beleidswerk over arbeidsflexibilisering, minimumlonen
Zuid-Afrika
- Nationaal - Provincie WestKaap - Johannesburg
-
-
Capaciteitsopbouw van vakbonden, gezondheidsorganisaties en sociale bewegingen Onderzoek en beleidswerk over arbeidsflexibilisering, minimumlonen, nieuwe organisatievormen, gender, toegang tot en sociale determinanten van gezondheid
36
Partners Doelgroepen Budget Donoren
Mozambique
SOCIALE BESCHERMING IN ZUIDELIJK AFRIKA Namibië Zimbabwe Zuid-Afrika
UCAMA, SINTAF, UNAC, IESE
LaRRI, NDAWU (via LaRRI)
Algemeen: werknemers in precaire werkomstandigheden, mensen met beperkte toegang tot kwalitatieve gezondheidsdiensten, Specifiek: landarbeiders en kleinschalige boeren; vakbonden; middenveld; overheid
€ 528.304,34
DGD, NVSM, Provincie Limburg, Herk de stad, Petroleumsector Sociaal Fonds, 11.11.11 DGDBFVZ, Fonds voor Vorming in de Scheikundige Nijverheid (Covalent)
JAARVERSLAG2014
ZCTU, LEDRIZ, ANSA, GAPWUZ, ALRN
ILRIG, CWAO, SADSAWU, Sikhula Sonke, WFP, PHM-S
Algemeen: werknemers in precaire werkomstandigheden, Specifiek: landarbeiders en kleinschalige boeren; huishoudwerkers; vakbonden; middenveld; overheid
Algemeen: werknemers in precaire werkomstandigheden, mensen met beperkte toegang tot kwalitatieve gezondheidsdiensten Specifiek: landarbeiders en kleinschalige boeren; huishoudwerkers; vakbonden; middenveld; overheid
Algemeen: werknemers in precaire werkomstandigheden, mensen met beperkte toegang tot kwalitatieve gezondheidsdiensten, Specifiek: landarbeiders en kleinschalige boeren; huishoudwerkers; basisbewegingen; gezondheidsactivisten; vakbonden; middenveld; overheid
€ 33.860
€ 221.890
€ 530.543,84
DGD, Destelbergen, 11.11.11
DGD, FNV Mondiaal
DGD, NVSM, Provincie Limburg, Provincie Vlaams-Brabant, Provincie West-Vlaanderen, Meise, Bond Moyson Wvl, 11.11.11
37
Zuidelijk Afrika ____________________________________________________________ MOZAMBIQUE Context De presidentsverkiezingen in oktober 2014 kwamen er na een periode van onrust en instabiliteit. Dat maakte het moeilijk voor onze partners om hun activiteiten uit te voeren zoals gepland. Oud-president Gebusa is nog steeds aan de macht als voorzitter van Frelimo, de regerende partij. Maar met de nieuw verkozen president Nyusi is er toch hoop op meer ruimte voor oppositie en het aan banden leggen van corruptie. Verzetsgroep RENAMO erkent de nieuwe president niet en wil een aantal provincies uitroepen tot onafhankelijke regio’s. Interessant is de opkomst van een derde partij, MDM, die een belangrijke oppositiepartij is en vooral jongeren en kiezers in de steden kon overtuigen. Het nieuwe kabinet is reeds opgestart, en telt een beperkt aantal ministers. De komende maanden zullen er belangrijke departementen zoals Sociale Zekerheid en Arbeid worden uitgebouwd. De civiele maatschappij is zich tijdens de woelige verkiezingsperiode vooral blijven focussen op de interne werking. Ook al waren er verschillende protestacties, onder meer tegen de uitverkoop van land aan Chinese bedrijven. Het uiten van kritiek op de regering blijft niet onbestraft. Zo werd FOSpartner IESE uit haar kantoren gezet omdat ze te kritisch zou zijn. Toch is er hoop dat de civiele maatschappij onder president Nyusi een meer actieve rol zal spelen. Zo nodigde hij bij zijn aantreden de algemeen secretarissen van alle sectorale vakbonden uit om hun vragen en bedenkingen te bespreken. Maar de moord op Gilles Ressav, een grondwetspecialist die zich uitsprak tegen de verklaring van de regering over de zogenoemde illegaliteit van de onafhankelijke regio’s, doet twijfelen aan de mogelijkheid van de president om op korte termijn echte verandering en openheid te kunnen bewerkstelligen. Belangrijkste verwezenlijkingen 2014 IESE organiseerde twee voorbereidende missies in het kader van haar onderzoek naar de arbeidsmarktomstandigheden in de agro-industriële sector van Mozambique(theesector in Zambezia en de bosbouwsector in Niassa). SINTAF was betrokken bij de voorbereiding van beide fasen van het onderzoek. SINTAF werkt met brigades om haar programma uit te voeren. Kleine delegaties van SINTAF-délégués, met telkens minstens één vrouw, trokken naar een bepaalde regio waar ze bedrijven identificeerden om nieuwe leden te bereiken. Ze werkten er ook rond specifieke problemen zoals veiligheid en gezondheid op het werk en de naleving van het minimumloon. Er werden twee seminaries georganiseerd in Maputo en Niassa over veiligheid en gezondheid op het werk en sociale zekerheid, met
JAARVERSLAG2014
38
deelname van vertegenwoordigers van het nationale instituut van Sociale Zekerheid en het ministerie van Arbeid. Het doel van de seminaries was het in kaart brengen van overheidsinstellingen en het juridisch kader om te komen tot een SINTAF strategie voor sociale zekerheid en gezondheidszorg voor landarbeiders. Met de hulp van COMUTRA, het vrouwendepartement binnen SINTAF, werd een genderbeleid opgesteld en goedgekeurd. 30 vrouwen namen deel aan een leiderschapstraining. SINTAF was in staat om een verbetering van 30% in het sectorale minimumloon te bedingen. De SINTAFbrigades bleken een zeer effectieve manier om de situatie van werknemers op het terrein op te volgen en nieuwe bedrijven en werknemers te bereiken. UCAMA heeft een baselinestudie uitgevoerd voor de uitwerking van haar gemeenschapsgezondheidsprogramma. Voedingsproblemen en hiv/aids vormen de belangrijkste uitdagingen. Resultaten van de studie benadrukken de noodzaak om de problemen van vrouwen en de genderdimensie van familierelaties op te nemen binnen de strategieën en activiteiten van het programma. Er werden 10 boerenverenigingen in verschillende gemeenschappen geselecteerd waarbij binnen elke vereniging telkens één vrouw als gezondheidsactiviste werd aangesteld. De gezondheidsactivisten kregen vorming over thema's zoals voeding en hiv/aids en de activisten organiseerden op hun beurt trainingen en vorming voor hun gemeenschappen. Hierbij bereikten ze 6000 lokale families bereikten. UCAMA nam ook deel aan de regionale partneruitwisseling in Zuid-Afrika, waar ze haar vormingsmethoden over voeding en aandacht voor gender binnen haar werking in de verf zette. Uitdagingen De politieke instabiliteit heeft ervoor gezorgd dat de partnerorganisaties bepaalde activiteiten moesten uitstellen, zoals het onderzoek van IESE naar de theesector in Zambezia. De verkiezingen en het uittekenen van nieuw beleid inzake sociale zekerheid heeft bij de partners ook tot vertragingen geleid in de uitvoering van activiteiten en de formulering van strategieën met betrekking tot de sociale zekerheid. Het voorbereidend onderzoek van IESE in Niassa en Zambezia, heeft SINTAF's vermoedens bevestigd dat de officiële gegevens over de arbeidsmarkt niet up-to-date zijn. De autoriteiten zijn echter zeer terughoudend om betere gegevens te verstrekken. Voor het gezondheidsprogramma vormt het gebrek aan ziekenhuizen in landelijke gebieden een probleem, alsook het ontbreken van een breder kader voor eerstelijnsgezondheidszorg. Gender SINTAF heeft een genderbeleid uitgewerkt dat op alle niveaus van de organisatie zal worden toegepast. Dankzij COMUTRA en het oprichten van ontmoetingsruimtes exclusief voor vrouwen, worden vrouwen aangemoedigd om leiderschapsposities op te nemen binnen de vakbond. Op elk niveau van de organisatie moet één op de drie vertegenwoordigers vrouw zijn. Het gezondheidsprogramma van UCAMA heeft specifieke aandacht voor de problemen van vrouwen en mannen, bijvoorbeeld voeding voor zwangere vrouwen en sensibilisering over huiselijk geweld. Hoewel de verenigingen steeds meer vrouwen bereiken, blijft het leiderschap nog voornamelijk in handen van mannen. Duurzame energie In Niassa is de installatie van een zonnepaneelinstallatie volledig afgerond, waardoor vanaf januari 2015 alfabeteringscursussen worden gegeven aan werknemers en hun families.
JAARVERSLAG2014
39
NAMIBIA Context In 2014 werden in Namibië nationale verkiezingen georganiseerd waarbij de regerende partij SWAPO opnieuw won met 80% van de stemmen. In 2014 heeft het Namibische parlement het zebra principe ingevoerd, wat betekent dat het parlement vanaf 2015 moet worden samengesteld uit 50% mannen en 50% vrouwen. Het werkloosheidscijfer in Namibië wordt geschat op 29,6%. Meer vrouwen dan mannen vinden het moeilijk om een job te vinden. Het armoedecijfer wordt momenteel geschat op 28,7%. Ook armoede treft meer vrouwen, maar liefst 32%, dan mannen, slechts 26%. Met een Gini-coëfficiënt van 0,597 blijft Namibië nog steeds één van de naties met de hoogste inkomensongelijkheid. De vakbonden blijven verdeeld volgens partijkleur. Momenteel zijn er in Namibië drie vakbondsfederaties. De NUNW is verbonden met SWAPO.
Belangrijkste verwezenlijkingen 2014 Het onderzoeksinstituut LARRI is in 2014 gestart met een bevraging over basisbehoeftes in Namibië. De eerste onderzoeksresultaten worden pas verwacht tegen april 2015, omdat men de installatie van de nieuwe regering afwacht. De organisatie is er verder in geslaagd om nieuwe banden te smeden met ALREI, onderdeel van ITUC–Afrika in Togo. Ook de samenwerking met de Universiteit van KwaZulu Natal is opnieuw versterkt, dankzij het Werknemers-College in Durban. Met de steun van FOS is LARRI er ook in geslaagd om NDAWU nieuw leven in te blazen. Zo deed LARRI onderzoek naar de moeilijke situatie van huishoudwerkers in Namibië. Nadat de onderzoeksresultaten gepubliceerd waren, heeft de regering een looncommissie in het leven geroepen om de situatie van huishoudwerkers verder te onderzoeken. LARRI maakte deel uit van die commissie. Nadat de vakbond NDAWU in 2013 opnieuw geregistreerd werd, bleef ze in contact met het ministerie van Arbeid. In 2014 kondigde de Namibische regering daarop, voor de eerste keer in de geschiedenis, de invoering van het minimumloon voor huishoudwerkers aan. Die wet zal vanaf april 2015 in werking treden. LARRI heeft met haar deelname aan die looncommissie dus actief bijgedragen aan het uitwerken van een wettelijk minimumloon voor huishoudwerkers. In 2014 heeft het interim-bestuur van NDAWU ingezet op het mobiliseren en het werven van nieuwe leden, wat hen tegen het eind van het jaar ongeveer 700 leden heeft opgeleverd. LARRI heeft de vakbond ondersteund door het geven van leiderschapstraining, vormingssessies over arbeidsrechten, informatie over hoe een congres georganiseerd wordt en hoe genderaspecten op te nemen binnen de werking. In februari 2015 kon NDAWU, met de steun van FOS, NUNW, IDWF en SADSAWU, met succes haar congres organiseren.
JAARVERSLAG2014
40
Uitdagingen Nu Namibië een MIC-land is, heeft het maatschappelijk middenveld sterk te lijden onder minder financiële middelen omdat donoren zich terugtrekken. Daardoor ontstaan leemtes die de overheid niet zomaar kan opvullen. Voor LARRI blijft het moeilijk om gekwalificeerd personeel te vinden voor haar onderzoeksafdeling, wat de organisatie dwingt om externe bronnen aan te boren voor haar dataverzameling. Het blijft een uitdaging om huishoudwerkers te samen te brengen en te organiseren. Het wettelijk minimumloon voor huishoudwerkers is een grote stap vooruit, maar blijft te laag. Bepaalde werkgevers die meer dan het aangekondigde minimumloon betaalden, hebben hun lonen alvast verlaagd tot op het niveau van het wettelijk minimumloon. Anderzijds zijn er veel werkgevers die hebben aangegeven dat het minimumloon te hoog is. Zij weigeren de verhoging toe te passen. Het zal er dus op aan komen voldoende controlemechanismen in te voeren. Maar net omdat controle in deze sector zo moeilijk is, blijft het een enorme uitdaging om deze wet effectief in praktijk te brengen, zodat huishoudwerkers niet langer afhankelijk zijn van de willekeur van hun werkgevers. Gender Larri maakt deel uit van het Gender Learning Network dat FOS heeft opgezet voor haar partners en wil sterk inzetten op training van personeel rond genderthema’s. De nieuwe stagiair binnen de organisatie heeft een passie voor gender en de empowerment van vrouwen en zal het proces met betrekking tot over genderthema’s binnen de organisatie coördineren.
ZIMBABWE Context Door de hoge leeftijd en zwakke gezondheid van Mugabe, is dé dominante politieke vraag in Zimbabwe al jaren wie hem zal opvolgen. In 2014 was die vraag pas echt aan de orde door interne spanningen tussen verschillende facties, de Mnangagwa en Mujuru Factions, binnen ZANU PF. Eind 2014 heeft Mugabe zijn plaatsvervangend president en 15 minister ontslagen, met inbegrip van de minister van Arbeid en Sociale Zaken. De arbeidersbeweging verweet ZANUPF dat het meer tijd besteedde aan partijconflicten dan aan de werkelijke problemen van werknemers, zoals niet-betaling van de lonen, een tekort aan elektriciteit, slechte gezondheidsdiensten en andere sociale dienstverlening. Het ontslag van de minister van Arbeid en Sociale Zaken heeft ook de programma's van de partners beïnvloed, in het bijzonder GAPWUZ en ZCTU, vooral dan met betrekking tot de onderhandelingen over het harmoniseren van de verschillende arbeidsrechten. Op economisch vlak heeft Zimbabwe zwak gescoord, door corruptie op alle niveaus, slecht bestuur en inconsistent beleid. Toch is Zimbabwe gestart met een programma ZIMASSET, de agenda voor een duurzame sociaaleconomische transformatie, gericht op de heropleving van de economie. In de ogen van de arbeiders verschilt ZIMASSET niet erg van de vorige economische structurele aanpassingsprogramma's van de jaren ‘90. In plaats van het creëren van meer jobs leidden de programma’s toen tot enorme bezuinigingen en
JAARVERSLAG2014
41
banenverlies. Met dat programma wordt hoofdzakelijk het lokale karakter van de economie benadrukt. Dat heeft ertoe geleid dat veel werknemers hun vaste job verloren en als tijdelijke arbeidskrachten werden tewerkgesteld. In 2014 verloren meer dan 7 000 werknemers hun job, waarvan 5 465 in de agrarische sector, wat dan weer leidt tot een daling van het aantal vakbondsleden, wat het duurzame karakter van de vakbond in het gedrang kan brengen. Belangrijkste verwezenlijkingen 2014 GAPWUZ heeft met succes geijverd voor betere arbeidsvoorwaarden voor landarbeiders. GAPWUZ en LEDRIZ hebben samen onderzoek gevoerd naar arbeidsflexibiliteit in de agrarische sector in Zimbabwe. De onderzoeksresultaten bevestigen de toenemende arbeidsflexibiliteit. Een belangrijk gevolg van die tendens is de moeilijkheid om werknemers die tijdelijk tewerkgesteld zijn te organiseren en hen te informeren over hun rechten. Door het organiseren van congressen kon GAPWUZ haar interne democratie versterken en de betrokkenheid van de leden bij de besluitvorming verhogen. Er werden vijf vrouwen verkozen binnen het Nationale Directiecomité en allen hebben resoluties aangenomen om de dienstverlening voor seizoenarbeiders, tijdelijke werknemers en arbeidsmigranten binnen de vakbondsstructuur te verbeteren. GAPWUZ heeft met succes gelobbyd voor de hervorming van arbeidswetgeving uit 1993 die ongunstig was voor landarbeiders. Zo moet een vergoeding worden betaald bij ontslag. Op regionaal niveau heeft ALRN onderzoek gedaan, met inbreng van verschillende vakbonden en onderzoeksinstituten, naar flexibiliteit van de arbeidsmarkt in Afrika. Vanuit de resultaten hebben vakbonden strategieën kunnen ontwikkelen om die tendens aan te pakken. Om een model voor de toegang tot gezondheidszorg voor landarbeiders te kunnen ontwikkelen, hebben GAPWUZ en LEDRIZ een bevraging georganiseerd op boerderijen in Zimbabwe. Volgens de resultaten van de enquête zijn de hoge cijfers van arbeidsongevallen deels te wijten aan het ontbreken van beschermende kleding, maar werknemers hebben ook onvoldoende informatie over goede praktijken van gezondheid en veiligheid en er zijn geen fora om essentiële vraagstukken over veiligheid en gezondheid te bespreken. ANSA organiseerde een regionale SATUCC leiderschapsworkshop om de rol van SATUCC met betrekking tot arbeidsmigratie in de SADC-regio te herbekijken. Ook om het bewustzijn over arbeidsflexibiliseringstrends in de regio te verhogen. Daarnaast ondersteunde ANSA het vrouwencomité binnen SATUCC bij de ontwikkeling van campagnemateriaal over leiderschap. In augustus 2014 werd de SADC-Protocol inzake Tewerkstelling en Arbeid ondertekend door de SADC staatshoofden.
JAARVERSLAG2014
42
Uitdagingen Er is in Zimbabwe steeds minder ruimte voor het middenveld en er is een toename van mensenrechtenschendingen door de staatsveiligheid. Kleine pogingen tot verzet die het voorbije jaar de kop op staken, werden onderuit gehaald door het repressieve staatsapparaat. Politici blijven land opkopen, wat ervoor zorgt dat landarbeiders hun jobs verliezen. De vakbonden vinden moeilijk toegang tot boerderijen in handen van de politici. Hoewel GAPWUZ vooruitgang heeft geboekt in de onderhandelingen over loonsverhogingen voor landarbeiders, blijven die onder de armoedegrens. De slechte economie in Zimbabwe heeft er ook toe geleid dat werknemers soms maanden zonder loon zitten. Verschillende donoren hebben zich teruggetrokken door slecht beleid, wat een aantal organisaties heeft gedwongen om hun activiteiten te verminderen. Gender Vakbonden en onderzoeksinstituten hebben enerzijds gewerkt rond bestaande drempels binnen vakbondsstructuren waardoor vrouwen moeilijk kunnen doorstromen. Anderzijds was er ook aandacht voor gendergelijkheid en empowerment van vrouwen in het algemeen. Concreet gebeurde dat aan de hand van bevragingen, de oprichting van ruimtes exclusief voor vrouwen, het versterken van vrouwenactivisme en door ervoor te zorgen dat de stem van vouwen wordt gehoord tot op het hoogste niveau van de vakbond. GAPWUZ ontwikkelde, met de steun van de ZCTU, een genderbeleid dat op het congres werd goedgekeurd. Tijdens dat congres is ook beslist dat de vijf vrouwen die in het nationale vrouwencomité zetelen, deel zullen uitmaken van de Nationale Uitvoerende Raad. Op regionaal niveau heeft ANSA ook technische ondersteuning geboden aan het vrouwencomité van SATUCC, door middel van training van vrouwelijke leiders in vakbonden. ANSA was ook coördinator van het Gender Learning Network dat door FOS werd opgericht voor FOS-partners in de regio zuidelijk Afrika.
ZUID-AFRIKA Context In 2014 vonden presidentsverkiezingen plaats in Zuid-Afrika. ANC als SACP blijven als coalitie aan de macht, maar ook het links-populistische Economic Freedom Fighters deed het verrassend goed en vormt nu een sterke oppositie voor de machtspartijen. De breuk binnen de belangrijkste vakbondsfederatie COSATU en de afsplitsing van hun belangrijkste vakbond NUMSA, de metaalwerkersvakbond, was zeer bepalend in 2014. NUMSA, uitte zich kritisch over belangenvermenging binnen COSATU en de banden met de politieke partijen ANC en SACP. Na de splitsing werd het United Front of Joint Struggles opgericht met gemeenschapsactivisten en nieuwe werknemersbewegingen. Er waait duidelijk een nieuwe wind door Zuid-Afrika. Het aantal protesten neemt voortdurend toe, wat Zuid-Afrika de bijnaam protesthoofdstad van de wereld heeft opgeleverd. De overheid reageert repressiever en de beweegruimte voor organisaties die kritisch zijn ten aanzien van de regering, zoals de Treatment Action Campaign, wordt kleiner. De sterke economische verschillen binnen de regio leiden tot arbeidsmigratie. Zuid-Afrika trekt de meeste migranten uit de regio aan, voornamelijk uit Zimbabwe en Mozambique. Velen komen terecht in precaire jobs in de huishoud- en landbouwsector. De toestroom van kwetsbare migrantenarbeiders heeft er toe geleid dat werkgevers lonen en arbeidsvoorwaarden laten dalen.
JAARVERSLAG2014
43
Uit recente officiële statistieken blijkt dat, hoewel Zuid-Afrika een middeninkomensland is, 45,5% van de bevolking nog steeds in armoede leeft en 20,2% in extreme armoede. Ook de ongelijkheid blijft enorm hoog. 75% van de rijkdom van het land is in handen van 10% van de bevolking. Ook de werkloosheidcijfers blijven met 40% hoog. 30% van alle werknemers werkt met tijdelijke contracten. Met ingang van 1 januari 2015 zijn belangrijke nieuwe arbeidsrechten in werking getreden die betere bescherming moeten bieden aan werknemers met tijdelijke contracten. De levensverwachting in Zuid-Afrika is gedaald in de afgelopen tien jaar en de uitgaven voor gezondheidszorg bedroegen in 2014 slechts 8% van het BBP. 43% van het budget ging naar de private sector, waar slechts 16% van de bevolking gebruik van maakt. 44% van de middelen vloeide naar de openbare gezondheidszorg, waar 84% van de bevolking op rekent. De beleidsnota voor de nationale gezondheidsverzekering, National Health Insurance, zit reeds geblokkeerd sinds 2013, maar zal vermoedelijk worden uitgebracht in 2015. Belangrijkste verwezenlijkingen 2014 ILRIG gaf vorming aan GIWUSA, CSAAWU en organisaties van landarbeiders en huishoudwerkers, over nieuwe organisatievormen aangepast aan de veranderende en de steeds flexibelere arbeidsmarkt. Zo heeft CSAAWU een resolutie aangenomen tijdens haar congres om een betere dienstverlening uit te bouwen voor landarbeiders, tijdelijke werknemers en arbeidsmigranten. In oktober 2014 organiseerde ILRIG de globaliseringsschool, waarbij 200 activisten uit alle hoeken van het land waren uitgenodigd om de uitbouw van een nieuwe beweging te bespreken die strijdpunten verenigt over gemeenschapskwesties, publieke dienstverlening, gender, milieu en arbeid. CWAO gebruikt innovatieve en creatieve manieren om informele werknemers te informeren over hun arbeidsrechten. Ze lanceerden een bel-me–campagne, waarbij 4,1 miljoen mobiele telefoonadvertenties werden uitgestuurd tussen juni en november, wat leidde tot 13 688 reacties en 545 nieuwe cases. Ze gebruiken ook video, sociale media, gemeenschapsradio enzovoort om tijdelijke arbeidskrachten te bereiken. Hierdoor konden ze een oproep formuleren aan zij die over het algemeen niet verenigd zijn binnen een vakbond of onvoldoende geïnformeerd zijn over hun arbeidsrechten. In 2014 startten ze de voorbereiding van een nationale sensibiliseringscampagne over de nieuwe rechten van werknemers die op 1 januari 2015 in werking is getreden. De nieuwe rechten moeten de situatie van de contractuele en deeltijdse werknemers drastisch verbeteren. CWAO ver-
JAARVERSLAG2014
44
leent ook steun aan nieuwe organisaties zoals lokale advieskantoren, nieuwe vakbonden voor tijdelijke werknemers of onderhoudspersoneel zonder contract aan de universiteit van Pretoria dat zich wil organiseren. SADSAWU gebruikt creatieve, nieuwe methoden om huishoudwerkers te organiseren. Om hen te bereiken richten ze zich tot de werkomgeving: zo werken ze met een koor om werknemers te bereiken in winkelcentra, organiseren ze deur-tot-deurcampagnes, gaan ze naar parken, bushaltes en taxistandplaatsen. Daarnaast trekken ze ook naar de woonplaatsen van de huishoudwerkers, vaak in informele nederzettingen. SADSAWU kon in december 2014 deelnemen aan het AC-congres, waardoor ze haar internationale relaties verder kon versterken. Verschillende partners konden hun interne democratie versterken en de betrokkenheid van de leden bij de besluitvorming vergroten. In 2014 organiseerden SISO en CSAAWU succesvolle congressen waarbij een nieuw bestuur werd verkozen. Omdat het witboek van de overheid voor een nationale gezondheidsverzekering geblokkeerd zat, heeft PHM-SA beslist meer te willen inzetten op capaciteitsopbouw van gemeenschappen zodat ze hun recht op een toegankelijke gezondheidszorg kunnen opeisen. Betrokkenheid van de gemeenschappen is een belangrijk element van de NHI. Daarom is het sensibiliseren van gemeenschappen essentieel om de uitvoering van het NHI tot een succes te maken. WFP maakt gebruik van een soortgelijke aanpak en heeft de eerste stappen gezet om de politieke bewustwording onder landarbeidsters te vergroten. WFP en PHM-SA hebben in 2014 dan ook sterk samengewerkt. PHM-SA organiseerde samen met WFP een training over de politieke economie van gezondheid en WFP nam deel aan PHM-SA's People's Health University, een workshop voor de gezondheidsactivisten uit het hele land. WFP heeft actief gelobbyd voor de oprichting van gespecialiseerde rechtbanken voor seksuele misdrijven. Verder heeft WFP met haar gezondheidsprogramma 9 nieuwe boerderijen kunnen bereiken. Ze organiseerde er trainingen over eerste hulp, gendergerelateerd geweld, alcohol- en drugsmisbruik, recht op gezondheid en seksuele en reproductieve rechten. Daarnaast was er ook de campagne over gendergerelateerd geweld tijdens de 16 days of activism.
JAARVERSLAG2014
45
Uitdagingen Het blijft een enorme uitdaging voor de landarbeidersvakbonden om toegang te krijgen tot de boerderijen. Werkgevers zetten werknemers onder druk en benadelen hen als ze zich lid maken van een vakbond. De minimumlonen zijn in 2014 gestegen. Toch is er nog steeds geen sprake van een leefbaar loon. Bovendien is er vaak sprake van een verhoogde aftrek voor huisvesting, water, elektriciteit waardoor reële lonen gelijk blijven of zelfs dalen. SADSAWU heeft sterk ingezet op onderhandelingen met de minister van arbeid over het nieuwe minimumloon voor huishoudwerkers, maar de vakbond was zeer ontevreden met het eindresultaat. SADSAWU had, op vraag van de minister, werknemers bevraagd over hun inkomsten en uitgaven. Hieruit bleek dat dat de meerderheid van de huishoudwerkers in geen geval kan rondkomen en vaak moet lenen. De minister heeft echter geen rekening gehouden met deze resultaten. Het nieuwe minimumloon blijft veel te laag. SISO ging door een moeilijk jaar als gevolg van een interne crisis. Aan het einde van het jaar zijn ze er echter in geslaagd om een succesvol congres te organiseren. In 2015 zal SISO zich focussen op de wederopbouw van de vakbond, de empowerment van vrouwen en een betere betrokkenheid van de landarbeidsters bij de vakbondswerking. Gender ILRIG ondersteunde landarbeidersvakbond CSAAWU bij trainingen over empowerment van vrouwen, activisme en een betere toegang tot leidinggevende posities in de vakbond. Tijdens het CSAAWU congres, werden vijf vrouwen verkozen op verschillende topfuncties binnen de vakbond, wat een focus op gender en empowerment van vrouwen op alle niveaus moet garanderen. ILRIG organiseerde ook maandelijkse fora voor vrouwelijke activisten. WFP organiseerde een regionale vorming voor vrouwen in leidinggevende posities in de landarbeiders- en huishoudwerkersvakbonden. Zowel SADSAWU en CSAAWU namen deel aan de training, waarbij specifiek aandacht werd besteed aan drempels voor vrouwen om door te stromen binnen de vakbond. Ook de mannelijke leiders werden betrokken, zodat ook zij aandacht hebben voor gender binnen de werking van hun vakbond. CWAO organiseerde workshops met vrouwengroepen met het oog op een betere dienstverlening voor vrouwen.
JAARVERSLAG2014
46
OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN IN GHANA Land Coördinatie Actiezones
Type actie
Strategische lijn
Ghana Vanuit Brussel - Nandom in Lawra District en Samou in Lambussie-Karni District in noordwestelijke regio - Akim Ayirebi en Akim Kotokuom in Ofoasi en Ayirebi District in oostelijke regio - Tano Odumase in Kwabere District in Ashanti regio - Drinkwater en sanitaire voorzieningen: boren en mechanisatie van waterputten, constructie van publieke toiletten, vormingen in beheer (water, publieke toiletten, afval) sensibilisering en gemeenschapsontwikkeling Toegang tot water en sanitaire voorzieningen, bijdrage tot betere gezondheid, gemeenschapsontwikkeling
DRINKWATER & SANITAIRE VOORZIENING Partners International Centre for Enterprise and Sustainable Development (ICED) en Community Livelihood Support Organisation (COLISO) Doelgroepen Landelijke bevolking van Akim Ayirebi en Akim Kotokuom in oostelijke regio, de bevolking in Tano Odumase in Ashanti regio, studenten, leraren en gemeenschapsbevolking in het internaat Nandom Middelbare School en Samou gemeenschap. Sleutelelementen Watervoorziening via gemechaniseerde waterputten, installatie van waterleidingen voor de distributie, constructie en beheer van publieke toiletten, opleiding waterbeheer, opleiding in sanitaire verbeteringen, afvalinzameling en -verwerking Budget € 153.017,60 Donoren Vlaamse Overheid, Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, AC Antwerpen-Waasland met fondsen van Deme4life, Stad Antwerpen, TMVW-Water link, Ghana Council en Fuji Oil Gent.
JAARVERSLAG2014
47
Ghana ____________________________________________________________ GHANA Context: Ghana kent al meerder jaren politieke stabiliteit. De betwiste presidentsverkiezingen van 2013 werden beslecht door het hooggerechtshof, in het voordeel van de regerende partij NDC, na 8 maanden van spanningen in het land. De oppositie legde zich neer bij de beslissing en probeerde via de politieke dialoog verandering teweeg te brengen in het kiessysteem dat aanleiding had gegeven voor de betwisting. Op economisch vlak was 2014 een moeilijkjaar voor Ghana. Ondanks de nieuwe inkomsten van olie, stapelde de staatsschulden zich op. De waarde van de lokale munt daalde met meer dan 30% ten opzichte van de dollar en de euro. De ergste problemen bevinden zich nog steeds in de energiesector. Tot op heden heeft het land te kampen met een zware energiecrisis. Voormiddagen mét elektriciteit wisselen zich af met stroompannes die tot 24 uur lang kunnen duren. Bedrijven sluiten hierdoor hun deuren en veel werknemers worden ontslagen. Zelfs ziekenhuizen en scholen kampen met het probleem. Water & Sanitaire voorzieningen: De toegang tot proper drinkwater en goede sanitaire voorzieningen in Ghana is ontoereikend, vooral in de landelijke gebieden. Het tekort aan drinkbaar water en sanitaire voorzieningen is een groot probleem voor de publieke gezondheid. Ongeveer 70% van de ziektes in het land worden erdoor veroorzaakt. Bijgevolg worden gezinnen die geen toegang hebben tot proper water gedwongen om minder hygiënische en onveilige waterbronnen te gebruiken. Afhankelijkheid van onveilige waterbronnen is hoger in landelijke gebieden. Door het gebrek aan proper water staat diarree op de derde plaats van de meest gerapporteerde ziektes in de gezondheidscentra verspreid over het land. 25% van de kindersterfte onder vijf jaar is te wijten aan diarree, cholera en tyfus. Hoewel er inspanningen gedaan werden door de Ghanese overheid, blijft het een grote uitdaging. Volgens cijfers van de Wereldbank uit 2010 scoort de Ghanese infrastructuur op vlak
JAARVERSLAG2014
48
van de toelevering van water en sanitaire voorzieningen laag in vergelijking met andere Afrikaanse landen met een gemiddeld inkomen. Terwijl de toegang tot leidingwater, in het midden van de jaren 2000, gemiddeld 56.4% bedroeg voor Afrikaanse landen met een gemiddeld inkomen, had slechts 13.1% van de Ghanese bevolking toegang tot leidingwater. Ongeveer 20% van de totale bevolking ontlast zich buiten. Dat gebruik komt veel meer voor in de drie regio's in Noord Ghana; Northern Region, Upper East en Upper West Regions. In totaal ontlast meer dan 70% van de bevolking er zich buiten. In de oostelijke regio en de Ashanti regio van het land, waar de drie gemeenschappen woonachtig zijn, is de situatie niet beter. Door het vervuilde water en de slechte sanitaire situatie in Ghana, illustreert WSSDP de inzet van de Ghanese regering en legt ze een kader vast voor het bereiken van de visie voor de watersector in Ghana namelijk; namelijk duurzaam water en basis sanitair voor iedereen tegen 2025. De Ghanese regering erkende sanitaire voorzieningen en water als essentiële diensten. Ze heeft de belofte gedaan samen te zullen werken met ontwikkelingspartners en de private sector om te verzekeren dat bijdragen aan de watersector $350 zal bedragen. Ze wil zo een verbetering van water en sanitaire voorzieningen verwezenlijken die tot 0.5% van het BNP zal kosten. De capaciteitsontwikkeling met betrekking tot educatie over hygiëne bestaat onder andere uit sensibilisering omtrent het wassen van handen en het programma Countrywide outreach of Community Led Total Sanitation. Met dat programma worden gemeenschappen aangemoedigd om het voortouw te nemen op vlak van sanitaire voorzieningen en hygiëne. Belangrijke realisaties in 2014: Twee projecten voor water en sanitaire voorzienig werden uitgevoerd in 2014: het project Drinkwatervoorziening en verbetering van de Hygiëne, afvalverwerking en sanitair in Nandom en Samuo in Upper West region en Akim Ayirebi in de oostelijke regio in Ghana. De implementatie van het onderdeel drinkwater en sanitaire voorzieningen in Nandom en Samuo werd uitgevoerd door ICED, het International Centre for Enterprise and Sustainable Development. Het onderdeel installatie van toiletten in Akim Ayirebi werd uitgevoerd door COLISO. In 2014 concentreerde ICED zich op de uitbouw van de capaciteiten van de water en sanitaire comités. Coliso op haar beurt, maakte de twee andere sanitair faciliteiten af en organiseerde een inhuldiging. De capaciteit van het sanitair comité in Akim Ayirebi werd ook opgebouwd. Een externe evaluatie van het project vond plaats in juli 2014 en er werd een bezoek georganiseerd aan de drie begunstigde gemeenschappen. In het rapport schreef de evaluator het volgende. “….Het project komt tegemoet aan de noden van de begunstigde gemeenschappen ivm de verbeterde toegang tot drinkwater (Upper West regio) en tot de openbare toiletten (Oostelijke regio). Tijdens de veldbezoeken drukten deze gemeenschappen hun dank uit naar de uitvoerende NGO’s en de donors toe. Ook de watervoorziening voor de mannelijke studenten van de Nandom Senior High School (NSHS) (Upper West regio) en de toiletten voor de vrouwelijke studenten van de Amanfron (ASHS) (Oostelijke regio) zijn heel relevant…
JAARVERSLAG2014
49
….de lokale participatie van de gemeenschappen (aanbreng van zand, water, hout, graafwerk…) en de fysieke inzet van de studenten was interessant om de mensen te mobiliseren en zich de infrastructuur toe te laten eigenen. Het project en de lokale NGO’s zijn sterk in het mobiliseren van de lokale gemeenschappen en COLISO betrekt in sterke mate de traditionele lokale autoriteiten. De mediatiseren en de ceremonie bij de opstart en bij het opleveren van de infrastructuur laten toe de gemeenschappen en de lokale autoriteiten en de administratie op Districtsniveau te betrekken. “ Voor het project Drinkwatervoorziening en verbetering van de hygiëne en sanitair in vier plattelandsgemeenschappen in Ghana was 2014 het eerste jaar van het driejarig project. Het project werd gefinancierd met middelen van Vlaamse Gemeenschap en DEME 4Life foundation via AC-Antwerpen. Twee watersystemen zijn geïnstalleerd die al operationeel zijn in de twee gemeenschappen. In Akim Kotokuom in de oostelijke regio werden twee waterputten gemechaniseerd met Grundfos ondergrondsewaterpompen en aangesloten op twee verschillende waterreservoirs in de gemeenschap. Zes publieke waterkranen met elk drie kranen werden geïnstalleerd op strategische plaatsen in de gemeenschap. Het watersysteem is operationeel en de mensen drinken nu veilig water. De officiële inhuldiging van het watersysteem te Akim Kotokuom vond plaats op 25 juli 2014. Er werd een grote ceremoniële bijeenkomst georganiseerd op het dorpsplein samen met de District Chief Executive van de Districtsraad, de lokale chiefs , gemeenschapsleiders en lokale inwoners om deze gelegenheid te vieren. Gezondheidsambtenaren van de Akyemansa District Gezondheidsdienst waren aanwezig om de leden van de gemeenschap te sensibiliseren over gezondheids- en hygiënethema’s. Er werden ook gratis gezondheidstesten uitgevoerd bij leden van de gemeenschap zoals oogtesten, diabetestesten, bloeddruktesten. In Tano Odumase werden ook twee manuele boorputten succesvol gemechaniseerd met ondergrondsewaterpompen. Dertien publieke waterkranen werden volledig aangesloten bestaande standpijpen werden hersteld en drie nieuwe standpijpen werden gebouwd. Twee elektriciteitsmeters werden geïnstalleerd om de installatie te laten draaien. Er werd een bergplaats gebouwd om de gemechaniseerde boorgaten, de geïnstalleerde pompen en het elektrificatiesysteem te beschermen. De officiële inhuldiging vond plaats op 24 januari 2015, met de aanwezigheid van vertegenwoordigers van FOS en AC-Antwerpen. In elk van de twee gemeenschappen werd een comité voor waterbeheer opgericht voor het beheer van de installatie. Het comité werd opgericht in overeenstemming met de bestaande regelgeving. De richtlijn bepaalt dat het comité moet bestaan uit elf leden, verkozen uit het Unit Comité binnen de gemeenschap. De comités hebben het mandaat gekregen om voor een periode van twee jaar te werken, waarna een nieuw comité zal worden verkozen. Maandelijkse controles en supervisie zullen worden uitgevoerd door de Community Water Development Agency van de twee District autoriteiten om een efficiënt beheer van de installatie te verzekeren. Er werd voorgesteld om een systeemmanager en een aantal stafmedewerkers zoals adviseurs, veiligheidsbeambte, in dienst te nemen om de operationele activiteiten van de installaties te controleren en te reguleren. Hun kleine commissies zullen betaald worden vanuit de gegenereerde middelen. De om extra medewerkers in dienst te nemen zal genomen worden door de bestuursleden en de District Assembly nadat de installatie voor een bepaalde periode succesvol heeft gewerkt. Uitdagingen: Wat het project in Nandom, Samou en Akim Ayirebi betreft kan het volgende hierover geschreven worden: de toiletten genereren inkomsten, maar het blijkt moeilijk om uitbaters te vinden om voor 25% van de inkomsten van ongeveer vijf uur s’ morgens tot acht uur s’ avonds beschikbaar te zijn. De watervoorziening van de toiletten en het drinkwater hangen af van de elektriciteitsvoorziening van het publieke distributienet. De maandelijkse rekening betekent een belangrijke kost voor de systemen. De elektriciteitsvoorziening is echter niet altijd betrouwbaar. Daarom heeft FOS gekozen om in de toekomst te werken met pompen die kunnen werken via zone-energie. JAARVERSLAG2014
50
Gender: De projecten schenken genoeg aandacht aan gender. De voorziening van water dichtbij de woonplaatsen hielp de vrouwen om meer tijd te hebben voor hun eigen activiteiten. Het bouwen van toiletten voor de Amanfrom SHS zullen maar liefst 300 studentes ten goede komen.
JAARVERSLAG2014
51
OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN IN PALESTINA Land Coördinatie Actiezones Type activiteiten
Strategische lijnen
Partners
Palestina Geen landenkantoor of lokaal steunpunt Rechtstreekse partneropvolging vanuit Brussel Westelijke Jordaanoever - Strategische en operationele planning - Organisatieversterking (participatie, beheer enz.) - Syndicalisering - Vormingen met leiders en leden - Onderzoek naar recht op sociale bescherming - Juridische assistentie - Sociale dialoog en collectief overleg - Politieke beleidsbeïnvloeding - Sensibiliseringscampagnes Democratisering vakbonden Organisatieversterking vakbonden Betrekken van werkende vrouwen in syndicaal werk WAARDIG WERK IN PALESTINA De petrochemische sector – PUPW - binnen de PGFTU
Doelgroep
Palestijnse arbeiders die werken in Palestina en in Israël, en hun vertegenwoordigers in arbeiderscomités en vakbonden. Binnen de doelgroep wordt specifieke aandacht gegeven aan vorming en syndicalisatie van vrouwen
Budget Donoren
€ 80.478 DGD, Algemene Centrale (AC)
JAARVERSLAG2014
52
Palestina ____________________________________________________________ PALESTINA
Context: De kolonisatie, de Israëlische wurggreep op de Palestijnse economie, de machtsovername door Hamas in de Gazastrook en militaire confrontaties hebben geleid tot het voorlopige einde van het onderhandelingsproces in 2014. De financiële schaarste bemoeilijkt de uitbouw van een degelijk sociaal beschermingssysteem en sociale voorzieningen in de Palestijnse gebieden. Ook de werkloosheid is de laatste jaren fors toegenomen. De moeilijke economische omstandigheden zetten de arbeidsrechten zwaar onder druk en de Palestijnse arbeidswetgeving staat nog in de kinderschoenen. Schendingen van de arbeidersrechten door Palestijnse werkgevers zijn: lage lonen, ontslag zonder vergoeding, discriminatie van vrouwen, gebrek aan veiligheid en gezondheid op de werkvloer en het niet betalen van de wettelijke lonen en verzekeringen. De ruimte voor economische bedrijvigheid en werkgelegenheid voor de Palestijnen is door de verreikende beperkingen van Israël ernstig aan banden gelegd. De slechte economische situatie, armoede en werkloosheid, en het gebrek aan alternatieven zetten Palestijnse werknemers aan om werk te zoeken in Israël of in de nederzettingen. Volgens de Centrale Bank van Israël is het aantal Palestijnse werknemers uit de bezette gebieden dat in Israël gaat werken in 2014 bijna verdubbeld in vergelijking met 2010. In 2014 werden 59.000 arbeidsvergunningen uitgereikt en waren er nog eens 33.000 werknemers zonder vergunning. Voor Palestijnse werknemers actief in de nederzettingen werden 24.986 arbeidsvergunningen uitgereikt. Ongeveer de helft vindt tewerkstelling in de bouw, de landbouw en de industrie. Zo werken er minstens 9.500 Palestijnen op boerderijen in de nederzettingen. Sommigen onder hen werken nu eigenlijk als pachtwerkers op land dat vroeger hun eigendom was. Belangrijkste verwezenlijkingen 2014: Het gebrek aan sociale bescherming is voor de Palestijnen reëel en onlosmakelijk verbonden met de bezetting, die zich laat voelen op alle maatschappelijke domeinen. Toch proberen vakbonden en de Palestijnse Autoriteit werknemers te organiseren en maatregelen te nemen in functie van een
JAARVERSLAG2014
53
betere sociale bescherming. Het FOS-programma richt zich daarom in de eerste plaats op capaciteitsopbouw van de vakbond PUPW en op sociale dialoog met werkgevers en de Palestijnse Autoriteit. In 2014 zette PUPW/PGFTU met de nationale campagne sociale bescherming sterk in op sensibilisering van werknemers over het wettelijk minimumloon, sociale zekerheid en het belang van veiligheid en gezondheid op het werk. Met de campagne rond minimumlonen konden PUPW en andere PGFTU-vakbonden rekenen op veel enthousiasme van de vakbondsmilitanten. Ook bedrijven in Nablus, Hebron en Ramallah reageerden positief. Zo heeft de vakbond in de loop van het voorbije jaar verschillende acties opgezet over het wettelijk minimumloon en onderhandeld met bedrijven binnen de petrochemische sector. Als reactie op de vakbondscampagne hebben verschillende werkgevers de lonen opgetrokken tot op niveau van het wettelijk minimumloon. Daarnaast vonden acties plaats rond veiligheid en gezondheid op het werk. PUPW/PGFTU heeft toegezien op de naleving van minimumlonen en de veiligheidsinspecties en bespraken de resultaten met het departement arbeidsinspectie van het Ministerie van Arbeid, haar belangrijkste gesprekspartner binnen de Palestijnse Autoriteit. Eind 2012 bereikte de Palestijnse Autoriteit een akkoord met vakbonden en werkgevers over de invoering van een minimumloon en afspraken over de inspectie van veiligheid en gezondheid op het werk. Het vastgelegde minimumloon ligt echter nog steeds onder de armoededrempel. Het protocol dat toelaat meer inspecties over veiligheid en gezondheid op het werk uit te voeren heeft PUPW een kader gegeven om de uitvoering van dat protocol voor de eigen sector te bepleiten. Toch zijn er volgens de ILO te weinig inspecteurs om de situatie te kunnen opvolgen. Daarom is de vakbond blijven lobbyen bij de Palestijnse Autoriteiten om de beloofde sociale inspecties effectief uit te voeren. Daarnaast focuste PUPW/PGFTU in haar lobbywerk op de verbetering van de wetgeving rond sociale bescherming. In de loop van 2014 hebben PUPW/PGFTU en de Palestijnse Autoriteit zich geëngageerd om op een meer gestructureerde manier samen te werken. Zo werden er in de trainingscentra van het ministerie vormingssessies georganiseerd voor vakbondsleden over arbeidswetgeving en de rechten van werknemers. Daarnaast is in 2014 geïnvesteerd in de interne versterking van de vakbond. Via training en vorming over arbeidsthema’s en gender binnen de verschillende vakbondsgeledingen, ook op het niveau van het management. De vakbond is er ook in geslaagd om een betere dienstverlening voor haar leden te garanderen. De veldwerkers van PUPW brachten op regelmatige basis bezoeken aan bedrijven, waarbij ze pamfletten en andere publicaties uitdeelden. Tijdens die bezoeken werden 1550 werknemers rechtstreeks bereikt. Daarnaast vormden de veldwerkers een direct aanspreekpunt bij concrete problemen. Er werden 115 nieuwe leden aangeworven en 1800 werknemers bereikt dankzij 75 activiteiten. Uitdagingen: Momenteel heeft de Palestijnse staat te weinig macht om een eigen economisch beleid uit te tekenen, waardoor afhankelijkheid van buitenlandse donoren een structureel probleem blijft. Die financiële schaarste legt een zware druk op de uitbouw van sociale bescherming en sociale voorzieningen. Daarnaast is het duidelijk dat de Palestijnse Autoriteit onvoldoende ingaat op de eisen van vakbonden en middenveld om de wetgeving over sociale bescherming te verbeteren. Integendeel, de overheid heeft een sociaal zekerheidssysteem uitgebouwd dat diensten verleent aan middenen hoge inkomensgroepen. Dat systeem wordt beheerst door winstgevende bedrijven uit de private sector. In de loop van 2014 werd ook een wetsontwerp voorgesteld over vakbondsorganisatie. In het ontwerp staan clausules die het recht om te protesteren aan banden leggen. Zo is staken enkel mogelijk mits toestemming van werkgevers en overheidsinstanties.
JAARVERSLAG2014
54
Het aantal arbeidsongevallen blijft zorgwekkend hoog. In 2014 waren 2966 werknemers betrokken bij een arbeidsongeval. In de bezette gebieden en Israël lieten 36 Palestijnse werknemers het leven. In de petrochemische sector alleen al raakten 336 mensen gewond, 3 mensen stierven, en 45 waren tijdelijk werkonbekwaam. Veiligheid en gezondheid op het werk blijft een belangrijke uitdaging voor het tripartite overleg in Palestina. Voor Palestijnse werknemers in de nederzettingen is het verkrijgen van een werkvergunning een omslachtige procedure en afhankelijk van quota's. De Palestijnse Autoriteit speelt een faciliterende rol, maar dat blijkt onvoldoende. Palestijnse vakbonden zullen zich in de toekomst meer moeten richten tot die werknemers die in Israël en de illegale kolonies onder precaire arbeidsomstandigheden tewerkgesteld zijn. Door interne spanningen binnen de vakbond is het moeilijk om volop in te zetten op ledenwerving. Een goede samenwerking tussen de afdelingen is noodzakelijk om nieuwe veldwerkers te kunnen aanwerven en voldoende te begeleiden. Verschillende vakbondsafdelingen hebben meer ondersteuning nodig. Gender: FOS maakt gebruik van een regio-overschrijdende handleiding om het transversale thema gender samen met elke partnerorganisatie te implementeren. Dat komt tot uiting in de indicatoren en activiteiten van het operatief jaarplan. Het vrouwendepartement binnen de vakbonden richt zich met haar vormingsaanbod specifiek tot vrouwelijke werknemers en hun families. Ook binnen het management van de vakbonden is er meer aandacht voor de positie en doorstroming van vrouwen binnen vakbondsstructuren. Dat blijft echter een belangrijk aandachtspunt.
JAARVERSLAG2014
55
Ondersteuning door sectorfondsen ____________________________________________________________ FONDS VOOR BESTAANSZEKERHEID VAN DE PETROLEUMSECTOR (Petroleumfonds)
BOLIVIA Sinds 2009 steunt het petroleumfonds, samen met onze partner CIPCA, de invoering van alternatieve energiebronnen in verafgelegen gemeenschappen van de beweging Movimiento sin Tierra in Bolivia. Die beweging ontstond oorspronkelijk in Brazilië en verenigt rurale families die geen grond bezitten en dus landloze boeren zijn. De politiek van Evo Morales heeft ervoor gezorgd dat vele landloze boeren, via MST en andere organisaties in Bolivia, stukken grond toegewezen kregen. Die stukken grond werden afgenomen van de illegale grootgrondbezitters, eigenaars die geen belastingen betaalden of van grootgrondbezitters die nog met slavenarbeid hun land bewerkten. De landerijen bevinden zich in verafgelegen gebieden op de grens met Brazilië, Paraguay en Argentinië, waar de Boliviaanse overheid maar beperkt intervenieert en er weinig wegen, elektriciteit, drinkwater of andere voorzieningen voorhanden zijn. Zo kreeg de beweging MST van de regering Morales onder meer stukken land in San Ignacio de Velasco, departement Santa Cruz aan de grens met Brazilië. De boeren van de nieuw gevormde gemeenschappen in San Ignacio de Velasco konden hun producten verwerken en verkopen dankzij de invoering van nieuwe technologieën op basis van duurzame energiebronnen. Ze drogen groenten en fruit in zonnekokers, vriezen vleeswaren in en bevloeien de gemeenschappelijke groentetuinen met windenergie. Vooral de vrouwenorganisaties trekken die activiteiten. CIPCA organiseerde in het kader van haar gezondheidsprogramma, een vorming over gezonde voeding en organisatieversterking. De vrouwenorganisaties namen deel aan bijeenkomsten met het gemeentebestuur die handelden over hun ontwikkelingsplan. Ze namen ook deel aan een ecologische agromarkt met hun producten. De federatie van koffieboeren promoot organische landbouw door de opleiding voor jongeren in een koffieschool. Ze doet dat in samenwerking met andere donororganisaties. De federatie introduceerde bovendien energiezuinige kachels om de ontbossing te verminderen en om de gezondheid van de families, vooral de vrouwen, te verbeteren door de vermindering van rookontwikkeling. In totaal bouwde de federatie 117 kachels uit leem voor evenveel families, gecombineerd met een vorming over het gebruik ervan die ook het belang van het behoud van de bestaande bossen accentueerde.
EL SALVADOR Vakbond STEIA werkte samen met de directie van de suikerfabriek El Ángel aan het programma duurzame energie met focus op twee componenten. Op de eerste plaats de facilitering van toegang tot zonne-energie voor families van suikerrietkappers zonder elektriciteitsaansluiting. Op de tweede plaats richtte de samenwerking zich op beroepsvorming voor rietkappers en hun kinderen, om hen te helpen bij het vinden van alternatieve arbeidsmogelijkheden en inkomstenbronnen. Zowel ter vervanging van de suikerrietkap als tijdens de periodes buiten de suikerrietoogst. Met de hulp van vrijwilligers van de vakbond werden de nieuwe zonnepanelen geplaatst en de begunstigde families gevormd over onderhoud van de zonnepanelen. Bovendien organiseerde de vakbond ook een discussieforum voor de begunstigde rietkappers over hun werk- en leefsituatie en hun lokale milieuproblemen. Men organiseerde ook een vorming over de effecten van chemische bestrijdingsmiddelen op milieu en gezondheid. FOS heeft met deelname van alle partners en verschillende regeringsfunctionarissen, een nationaal forum over klimaatsverandering georganiseerd. Daardoor werd voor het eerst in het land de milieuproblematiek gekoppeld aan tewerkstelling en gezondheid. Het forum was een eerste initiatief om met partners en publieke functionarissen een gezamenlijke discussie te voeren over de nationale
JAARVERSLAG2014
56
ontwikkelingen en de integrale raakvlakken tussen het milieuthema en waardig werk en de toegang tot gezondheid.
MOZAMBIQUE Na een marktonderzoek in Chimoio bleek dat er op de lokale markt een tekort was aan kippenvlees en tijdens sommige maanden ook aan groenten. Om hier een antwoord op te bieden en tegelijk de financiële duurzaamheid van UCAMA te verbeteren, werd ervoor geopteerd om te investeren in zonnepanelen. Via het gebruik van duurzame energie kan de dienstverlening voor de leden en de financiële onafhankelijkheid van UCAMA verbeterd worden. De zonnepanelen voor de kippenkwekerij in Chimoio, aangekocht en geïnstalleerd in 2012-2013, zorgen voor vaste inkomsten, namelijk de verkoop van 4000 kippen. De organisatie gebruikt die middelen om vormingsactiviteiten te financieren en zo de organisatie en haar ledenorganisaties te versterken. In 2014 werd een volledige irrigatie-installatie op zonne-energie aangekocht en geïnstalleerd bij de vereniging in Nhtasungo in het district Chimoio. De 20 leden, dertien vrouwen en zeven mannen, kunnen rekenen op een verbeterde productiviteit voor de collectief verbouwde groenten en fruit, omdat ze niet langer manueel moeten irrigeren. Hiermee is de opbrengst groter en kunnen ze beter instaan voor een regelmatiger inkomen voor hun gezinnen. In de vereniging is ook een gezondheidsactiviste actief. De verbeterde productie wordt dus ook gebruikt om woord bij daad te zetten bij vormingen over evenwichtige voeding voor een goede gezondheid. Landoverschrijdend organiseerde FOS een onderzoek naar de integratie van de thema's milieu en klimaat en duurzame energie bij de partnerorganisaties. FOS bevroeg de partnerorganisaties naar hun visie op klimaat en milieu, hun huidige activiteiten en wat ze in de toekomst graag zouden doen en wat de mogelijke steun van FOS zou kunnen zijn. Dat proces moet uitmonden in een concrete handleiding voor de transversale implementatie in het FOS-programma.
SOCIAAL FONDS VOOR VOEDSELNIJVERHEID (VIA FONDS-HORVAL)
BOLIVIA Het programma in Bolivia werd ook in 2014 integraal gesteund door HORVAL. De doelstelling is om organisaties te ondersteunen die te maken hebben met voedselproductie of -verwerking en om de thematiek van voedselveiligheid in het syndicale en gezondheidsprogramma aan te brengen. Een HORVAL-delegatie bezocht ook Bolivia in 2014 om het programma te evalueren. Onze partner CIPCA die de zes vakbonden in de agro-industrie ondersteunt, waaronder vakbonden actief in de suiker-, pluimvee en soja-industrie, legde zich toe op het organisatorisch versterken van de zes zwakke en verdeelde organisaties. Tijdens drie coördinatiebijeenkomsten van de zes federaties werd gewerkt aan een voorstel voor eenmaking in een nationale confederatie. In een stichtingscongres in oktober met aanwezigheid van 140 deelnemers van de zes federaties, waaronder 24 vrouwen, en met deelname van de Central Obrera Boliviana, werd de nationale confederatie van landarbeiders van Bolivia opgericht. Dat was een belangrijke stap voorwaarts in de eenmaking van deze moeilijke en versplinterde sector. Daarnaast werd door de leiding van de zes federaties een dertigtal bezoeken afgelegd aan de afgelegen kampen waar seizoenarbeiders leven tijdens de suikerrietoogst of tijdens de verzameling van brazilnoten, tijdens soja verwerking, enzovoort. Zo heeft men vooral de noden in kaart gebracht en de cao die werd onderhandeld uitgelegd aan de arbeiders. De federaties organiseerden ook vormingen over arbeidsrechten voor de landarbeiders. FENATRAHOB, vakbond van de huishoudwerksters, maakte afspraken met het ministerie van Arbeid in verband met de reglementering van het arbeidscontract en werkte samen met de IAO aan een
JAARVERSLAG2014
57
voorstel voor de aansluiting van het huishoudpersoneel bij de sociale zekerheid. Bovendien kon FENATRAHOB met steun van een brede alliantie van ngo’s, UNWOMEN en de IAO een reglement voor de conventie 189 voor huishoudwerksters overeenkomen met het ministerie van Arbeid. Na hun beleidsbeïnvloeding schreef de regering een ministerieel besluit uit voor een ééngemaakt arbeidscontract en voor een loonboekje. FENATRAHOB organiseerde binnen haar educatief programma meer dan 20 cursussen over syndicale vorming, arbeidsrechten, conventie 189, enzovoort. Daaraan namen in totaal 712 deelnemers, allen vrouwen, aan deelnamen. Ze organiseerde bovendien juridische assistentie aan meer dan 400 personen. FECAFEB werkte met de kleine koffieboeren hoofdzakelijk rond voedselveiligheid en het recht op gezondheid. Begin 2011 toonde een baselinestudie aan dat er belangrijke ondervoeding is bij die bevolkingsgroep door eenzijdige voeding en weinig toegang tot gezondheidszorg en tot de sociale regeringsprogramma’s voor kinderen onder de 5 jaar. In mei en juni werkte de organisatie in een participatief proces een voorstel voor sociale bescherming, sociale zekerheid, gezondheid en pensioenen en toegang tot sociale regeringsprogramma´s uit. Dat werd door de FECAFEB voorgesteld op de nationale bijeenkomst van koffieboeren in september en kon rekenen op deelname van de gouverneur, vertegenwoordigers van het ministerie van Rurale Ontwikkeling en lokale besturen. Het voorstel werd met veel interesse ontvangen. FECAFEB organiseerde bovendien vormingscursussen over recht op gezondheid, gezonde voeding, gendergeweld, enzovoort. Die vonden plaats in zes gemeenten, met een deelname van 177 vrouwen en 83 mannen. De cursussen werden georganiseerd samen met de lokale dienst voor mensenrechten. 19 gezondheidssecretarissen werden opgeleid om het miniprogramma van verbetering van de voeding via het invoeren van energiezuinige houtkacheltjes. Hiervoor werd met de Duitse ontwikkelingssamenwerking een bijkomend akkoord afgesloten, zodat tot 300 families van het programma kunnen genieten.
CUBA In Cuba ondersteunt CTC met de steun van HORVAL de productie van de syndicale boerderijen en de vorming van vakbondsleiders en werknemers bij de vakbonden SNTA en SNTIAP. De voedselproductie op de syndicale boerderijen dient voor de werknemers van CTC, de studenten in de vakbondsscholen en ook voor sociale instellingen in de gemeenschappen waar boerderijen zijn. De vakbondsorganisaties hebben de vooropgestelde resultaten voor 2014 op gebied van vorming gehaald. Zij schoolden hun leiders en leden bij over de nieuwe arbeidswetgeving. Meer specifiek over de onderhandeling van cao’s en resultaatgerichte loonsystemen die sinds 2014 van toepassing zijn in Cuba. Ook veiligheid en gezondheid op het werk was een belangrijk thema. Gemiddeld steeg het aantal betrokken bedrijven die de zo goed als totale hoeveelheid van hun beschikbare budget voor veiligheid en gezondheid hebben besteed van 65% tot 76%.
COVALENT – FONDS VOOR VORMING IN DE SCHEIKUNDIGE NIJVERHEID FOS voert met de steun van het Fonds voor Vorming in de Scheikundige Nijverheid een programma uit ter verbetering van de voedselzekerheid van kleine boeren, landarbeiders en hun families in Mozambique. Het project maakt deel uit van een programma dat medegefinancierd wordt door het Belgisch Fonds voor Voedselzekerheid en wordt uitgevoerd door vijf partners en donoren; FAO, WFP, UNCDF, DISOP en FOS. Elk hebben ze hun eigen specialisatie en verantwoordelijkheid. FOS richt zich op capaciteitsversterking van organisaties van kleine boeren en landarbeiders, zowel op districts- als op provinciaal niveau.
JAARVERSLAG2014
58
In 2014 heeft FOS een projectcoördinator aangeworven die de partners ondersteunt. Hij is de spilfiguur tussen de projectpartners en de andere partners op het niveau van het consortium om maximale afstemming mogelijk te maken. In het eerste projectjaar werden noodzakelijke investeringen gedaan voor de uitvoering van het project: auto’s en moto’s werden aangekocht om de districten in de provincie Gaza te kunnen bereiken, computers, bureau- en vormingsmaterialen werden aangeschaft. Bij UNAC zijn vijf medewerkers aangeworven die de organisatieontwikkeling op het niveau van Gaza moeten ondersteunen. UNAC heeft daarnaast een provinciale kern opgestart. Ook is in de twee districten waar UNAC werkt, een districtskern opgericht met vertegenwoordigers uit de verschillende ledenorganisaties. In totaal heeft UNAC nu 1514 leden bij 39 lokale organisaties in twee van de zes doeldistricten in Gaza. Het merendeel van de leden zijn vrouwen, want mannen werken vaak in loondienst in buurland Zuid-Afrika. UNAC en FOS organiseerden samen vormings- en uitwisselingsactiviteiten in de districten Guijá en Chicualacuala. Er was duidelijk interesse vanuit lokale boerenorganisaties om deel uit te maken van een ruimere beweging. De bezochte organisaties sloten zich aan bij UNAC. Zo werd samen bepaald welke dienstverlening nodig is om een grotere inkomenszekerheid en gezonde voeding voor de boeren en hun families te garanderen. In de verschillende organisaties werden mensen opgeleid die als contactpersoon optreden en worden ingezet in sensibiliseringswerk. Specifieke aandacht ging naar het verhogen van de lobbycapaciteiten van de boerenorganisaties en het vergroten van hun impact. De problematiek van landroof bij kleine boeren gaf aanleiding tot een sensibiliseringscampagne rond landrechten. Er werd een flyer gemaakt over landrechten en men nam deel aan een protestmars in Xai-Xai. Daarnaast namen UNAC-leden deel aan een seminarie over de landrechtenwet in Maputo. UNAC was ook vertegenwoordigd op de grote landbouwbeurs in Marracuena, waar ze het belang van kleine boeren verdedigde. In 2014 bezochten de vakbondsbrigades van SINTAF werknemers in twee districten. Omdat de officiële gegevens over tewerkstelling en de arbeidsmarkt achterhaald zijn was eigen veldbezoek noodzakelijk. Werknemers van 2 bedrijven richtten daarop een werknemerscomité op en sloten zich aan bij SINTAF. De vertegenwoordigers kregen vorming over sociaal overleg, arbeidswetgeving en voedselzekerheid. In 2014 kon SINTAF 516 nieuwe leden werven, 207 in Massingir en 309 in Guijá. Binnen SINTAF is ook nagedacht over de manier waarop thema’s zoals voedselzekerheid en voeding een plaats kunnen krijgen binnen het sociaal overleg. Zo is de plaats waar lunchpauzes gehouden worden vaak een oorzaak van ongezonde voeding, bijvoorbeeld door de nabijheid van pesticiden of een gebrek aan hygiëne. Een belangrijke uitdaging voor de vakbondswerking en het sociaal overleg op langere termijn is de weinig stabiele structuur van bedrijven in Gaza. Zo zijn er voortdurend wijzigingen in de eigenaarschapsstructuren en worden de meeste landarbeiders tijdelijk tewerkgesteld, vaak zonder contract. Eind juli 2014 organiseerden UNAC en SINTAF, samen met FOS, een gezamenlijke workshop om te evalueren en te plannen. De deelname van UN Women en FAO bracht interessante nieuwe pistes naar voren, zoals gender en eventuele deelname aan FAO-programma’s.
JAARVERSLAG2014
59
FOS IN VLAANDEREN
JAARVERSLAG2014
60
VLAANDEREN
_____________________________________________________ Totaal Budget Budget Educatie Donoren Budget Beleidsbeïnvloeding Donoren
FOS in Vlaanderen 474.623 euro 321.125,80 euro DGD, NVSM, Provincie West-Vlaanderen, Provincie Vlaams-Brabant, 11.11.11 153.497,20 euro DGD, 11.11.11
In 2014 heeft de noordwerking van FOS een nieuwe naam gekregen; Beweging en Beleid. Dat is het gevolg van een herstructurering. Sinds 2014 is ook het werkveld verruimd: naast vorming en educatie krijgt ook beleidsbeïnvloeding een structurele plaats binnen de Noordwerking. Daar waar FOS steeds aan netwerking heeft gedaan, heeft dit nu een vaste vorm gekregen in de taakverdeling van de diensten: beweging en beleid slaat op al het bewegingswerk dat we doen samen met de socialistische beweging en beleid slaat op het beleidsbeïnvloedend werk dat we trachten te realiseren. De sensibiliseringscampagne die FOS traditioneel elk voorjaar organiseert, ging voor het tweede jaar over waardig huishoudwerk. Deze keer konden we uitpakken met het gezicht van Roos Van Acker die opriep om de handschoen op te nemen voor meer waardering van het huishoudwerk.
Veel te veel mannen en vrouwen werken nog verdoken, in onmenselijke situaties, met een veel te laag loon, weinig of geen verlof en meestal helemaal geen ziekteverzekering of andere vorm van sociale zekerheid. Ook in 2014 hebben we actief samengewerkt met ABVV, mutualiteit en sp.a, en hebben we nieuwe doelgroepen kunnen aanspreken door een specifieke en unieke samenwerking met de Algemene Centrale en de vzw Thuiszorg. Als actiemodel hanteerden we een originele kraskaart, waar iedereen die opkomt voor waardig huishoudwerk zijn naam kon krassen, of online in het zand kon schrijven. Binnen de partnerschappen die FOS heeft met verschillende organisaties van de socialistische beweging, viel in 2014 vooral op dat verschillende partners vanuit de vakbond hun Zuidpartners bezochten of daar plannen voor hadden voor de volgende jaren. Het ondersteunen van politieke acties en solidariteitsmaaltijden was in 2014 ook een gegeven. Wat onze publicaties betreft, is het aantal abonnees, zowel op FOSFOR als op onze elektronische nieuwsbrief, gestegen. Door die publicaties blijven we in contact met onze storters en sympathisanten en kunnen we hen blijvend warm maken voor onze zaak. Zij vormen een belangrijk doelpubliek, maar niet het grootste. Het ruimere doelpubliek zijn alle leden van de socialistische beweging. Daarom proberen we te communiceren via de kanalen die hen reeds bereiken, namelijk de ledenbladen en websites van de organisaties waarbij ze zijn aangesloten. In 2014 zijn we erin geslaagd om heel wat meer publicaties via de ledenbladen te realiseren, hetgeen ons bereik enorm heeft vergroot. Ook willen we verder en beter inzetten op de sociale media. Daarom lieten we een externe evaluatie realiseren die ons een hoop tips geeft voor de toekomst. Naast educatief werk, nam FOS sinds 2014 ook formeel het beleidsbeïnvloedend werk op, ook binnen ons DGD-programma. Onze doelstelling hier is tweedelig: enerzijds willen we door middel van allianties en netwerken de sociale bescherming meer aan bod laten komen in het beleid, anderzijds willen we ook dat die netwerken die strijden voor sociale bescherming, op meer steun van de socialistische beweging kunnen rekenen. Op de volgende bladzijden kan u uitgebreid lezen wat FOS in Vlaanderen heeft gerealiseerd in 2014.
JAARVERSLAG2014
61
Campagne 2014
_____________________________________________________ Recht op Waardig Huishoudwerk: ‘Neem mee de handschoen op’ Onder het motto “Neem mee de handschoen op” luidde FOS in 2014 het tweede jaar in van de sensibiliseringscampagne voor het Recht op Waardig Huishoudwerk, samen met het Vlaams ABVV, Socialistische Mutualiteiten, sp.a, de Algemene Centrale-ABVV en vzw Thuiszorg. Onze campagne-eisen waren: •
•
•
•
Ratificatie en implementatie van Conventie 189 van de IAO, door België en door zoveel mogelijk andere landen, zodat huishoudwerk in de praktijk en bij wet erkend wordt en huishoudwerkers dezelfde rechten hebben als andere werknemers. Wereldwijde erkenning van sociale organisaties en vakbonden die huishoudwerkers organiseren, en een plaats voor deze organisaties in het sociaal overleg. Sensibilisering door de overheid om werkgevers ertoe aan te zetten huishoudwerk correct te regelen en waardering voor de sector te stimuleren. Bestrijden van illegaal huishoudwerk en de uitbuiting van illegaal huishoudpersoneel in ons land.
Ratificatie van conventie 189 door brussel Samen met de coalitie 12 by 12, bestaande uit de vakbonden ABVV, ACV en ACLVB, de ngo’s FOS en Wereldsolidariteit en OR.C.A, richtte het politieke werk zich vooral op de ratificatie van Conventie 189 betreffende waardig werk voor huishoudpersoneel in eigen land. Wereldwijd hebben slechts 15 landen de conventie geratificeerd. Ook België kwam nog steeds niet toe tot de ratificatie van deze conventie. De reden hiervoor was het uitblijven van ratificatie door het Brusselse parlement. Gezien de voorbeeldrol van België schakelde de coalitie in 2014 een versnelling hoger om druk uit te oefenen voor de ratificatie van de conventie door België. In overleg met OR.C.A. ging FOS te rade bij enkele Brusselse parlementairen om de druk wat op te voeren. Verschillende initiatieven werden genomen zowel naar de beleidsmakers van het Brussels parlement als naar het kabinet van toenmalig minister van Werk Monica De Coninck. Dat politieke traject wierp zijn vruchten af. Op 23 januari 2015 heeft het Brusselse parlement de Conventie 189 geratificeerd, wat een ratificatie op Belgische niveau mogelijk maakt.
JAARVERSLAG2014
62
Bezoek van Myrtle Witbooi uit Zuid-Afrika Myrtle Witbooi, algemeen secretaris van SADSAWU, de Zuid-Afrikaanse vakbond voor huishoudwerkers en voorzitster van IDWF, de internationale federatie van huishoudwerkers, was de tweede helft van maart in ons land voor een sprekerstoer. Ze gaf mee de aftrap van het tweede jaar van de FOS-campagne. Opnieuw werd de campagne officieel gelanceerd in aanwezigheid van de kopstukken van de verschillende campagnepartners. Caroline Copers (Vlaams ABVV), Bruno Tuybens (sp.a), Paul Callewaert (NVSM) en Annuschka Vandewalle (FOS) namen allemaal de handschoen op en veegden de spons over de vooroordelen rond huishoudwerk. In 2014 werd er zoals elk jaar, in elke provincie een Café Solidarité georganiseerd met de provinciale partners en de lokale afdelingen. Myrtle getuigde over haar eigen ervaring als huishoudhulp en ging in gesprek met lokale specialisten en het publiek over het thema huishoudwerk. Er ontstond een mooie uitwisseling aan ervaringen. Zo kwamen we echt tot een Noord-Zuid-campagne. Onze affiche met Roos Vanacker die de handschoen opneemt sierde heel wat kantoren en gebouwen van de socialistische beweging. We verspreidden ook opnieuw de fototentoonstelling van 2013 met tien foto’s van Boliviaanse huishoudwerksters, een informatieve folder, actiekaarten, een partnerbrochure en een uitgebreid dossier over Huishoudwerk. We werkten in 2014 ook een interactief spel uit voor op de stand waarbij mensen de handschoen konden opnemen om blikken waarop een aantal vooroordelen in verband met huishoudwerk stonden, om te gooien. Heel wat mensen konden op deze manier hun solidariteit met huishoudwerkers wereldwijd tonen! Om lokale afdelingen aan de slag te doen gaan met het campagnethema, werkten we een draaiboek voor een filmactiviteit en een heus inleefspel uit. Mede dankzij jullie werd deze campagne een succes! Een welgemeende dankjewel!
JAARVERSLAG2014
63
Partnerschappen _____________________________________________________ In de kaders hieronder geven we een overzicht van de partnerschappen tussen de socialistische beweging en de FOS-partners in het Zuiden. Links wordt toegelicht met welke Zuidpartner er een partnerschapsband bestaat, en rechts welke activiteiten of acties hierrond in 2014 werden georganiseerd in Vlaanderen. Partnerschap tussen FOS en HORVAL (Centrale Voeding Horeca Diensten ABVV) Acties / activiteiten in 2014
Zuidpartners CUBA – partner: • CTC Fincas (Central de Trabajadores de Cuba - Centrale van Arbeiders van Cuba) • SNTIAP/SNTA (Sindicato Nacional de Trabajadores de la Industria Alimentaria y la Pesca / Sindicato Nacional de Trabajadores Azucareros - Nationale Vakbond van Arbeiders in de Voedselverwerkende- en Visindustrie / Nationale Vakbond van de Arbeiders in de Suikerindustrie BOLIVIA: FECAFEB (Federación de Caficultores Exportadores de Bolivia Federatie van Exporterende Koffieboeren van Bolivia • CIPCA (Centro para la Investigación y Promoción del Campesinado - Centrum voor het Onderzoek en de Promotie van de Plattelandsbevolking) • FENATRAHOB (Federación Nacional de Trabajadores del Hogar Nationale Federatie van Huishoudwerkers)
•
•
• •
Bijeenkomsten en infomomenten Stand op Manifiesta september 2014 Reis naar Bolivia juli 2014 Bezoek suikerrafinaderij Tienen met FOSploeg oktober 2014
Partnerschap tussen FOS en ABVV West-Vlaanderen Zuidpartner(s) PERU: • FENTAGRO (Federación Nacional de Trabajadores de Agroindustria y Afines - ) ECUADOR • ASTAC (Asociación Sindical de Trabajadoras y trabajadores Agrícola Clementina – Syndicale Vereniging van Landbouwarbeiders Clementina) NICARAGUA • CST – ZF (Confederación Sindical de Trabajadores/as de la Zona franca Vakbondsconfederatie
JAARVERSLAG2014
Acties / activiteiten in 2014 • • • • • • • • • • • • •
Tweemaandelijkse vergadering van de CIS (Commissie Internationale Samenwerking) Halfjaarlijkse info over partnerwerkingen op de vergaderingen van de CIS 1 mei Kortrijk: aanwezigheid met FOS-campagne – interactieve campagnestand 1 mei Brugge: aanwezigheid met FOS-campagne – interactieve campagnestand 1 mei Laarne-Rekkem: aanwezigheid met FOS-campagne – interactieve campagnestand Voorbereiding + interactieve bijeenkomsten Nicaragua-reis FOS-campagnepresentatie op CIS-vergaderingen Actie op Manifiesta Deelname aan voorbereidende werkgroep voor de Dag van de Internationale Solidariteit Dag van de Internationale Solidariteit Partner uit het Zuiden op DIS: Pedro Ortega uit Nicaragua (CST-ZF) Schone Kleren-quiz (FOS-vorming) op DIS Voorbereiding en deelname internationale
64
van Arbeiders van de Vrijhandelszone) CUBA • SNTI – RIL (Sindicato Nacional de Trabajadores de la Industria - Rama de la Industria Ligera Nationale Vakbond van de Industrie – tak van de Lichte Industrie)
• • • • • • •
Vormingsweek Campagnespel ’t is proper op internationale vormingsweek Voorbereiding en deelname aan Café Solidarité te Kortrijk Basisvorming FOS (verschillende groepen délégués) Vorming Recht op waardig huishoudwerk (verschillende groepen délégués) Aanwezigheid op congressen en events met FOS-stand Informatievergadering met provinciaal secretaris over de projecten met de regioverantwoordelijken van Cuba, Centraal-Amerika en Andes.
Partnerschap tussen FOS en Algemene Centrale - ABVV Zuidpartner(s)
Acties / activiteiten in 2014
PALESTINA • PGFTU (Palestinian General Federation of Trade Unions – Palestijnse Algemene Federatie van Vakbonden)
PALESTINA • Gezamenlijke stand + fototentoonstelling op Yalla Palestina met AC-ABVV- solsoc- FOS • Verschillende bijeenkomsten in kader van Noord-werk rond Palestina – afstemming binnen de beweging • Gezamenlijk uitnodiging van sp.a-parlementairen voor missie naar Palestina en ontmoeting PGFTU in Ramallah • PGFTU/PUPW projectcoördinator Atef Saad komt op uitnodiging van AC spreken op studiemiddag Made in Illegality in parlement. CUBA • Bijeenkomsten en infomomenten met Cubawerkgroep • 1 mei reis naar Cuba • Opsturen van computers naar Cuba • Lunchdebat Cuba met SNTC in september 2014 • Bezoek van Cuba partners aan Algemene Centrale en deelname aan Congres in december 2014
CUBA • SNTC (Sindicato Nacional de Trabajadores de la Construcción Nationale Vakbond van de Bouw)
Partnerschap tussen FOS en Algemene Centrale – ABVV – Gewest Antwerpen - Waasland
Zuidpartner(s) Colombia: • FENSUAGRO (Federación Nacional Sindical Unitaria Agropecuaria - Nationale Eenheidsvakbondsfederatie van de Landbouw)
Acties / activiteiten in 2014 • • • • • •
•
JAARVERSLAG2014
Bijeenkomsten en infomomenten Stand Manifiesta september 2014 Kaartjesactie voor vrijlating Hubert Ballesteros Skype-ondersteuning met Ethisch Tribunaal in Colombia september 2014 Briefschrijfacties tegen bedreidingen van partnerorganisaties in Colombia Colombia-avond over reis van AC-délégués naar Colombia en debat met Kathleen Van Brempt over vrijhandel Debat over de productie van biobrandstoffen in Colombia, ism Vila Cabral -11.11.11
65
Partnerschap tussen FOS en het Nationaal Verbond der Socialistische Mutualiteiten (NVSM)
Zuidpartner(s)
Acties / activiteiten in 2014
Gezondheidspartners in Bolivia, Nicaragua, Cuba, Zuid-Afrika en Mozambique
• Het organiseren van de nationale solidariteitsmaaltijd van FOS tijdens de camapgne-periode
Partnerschap tussen FOS en De VoorZorg provincie Antwerpen Zuidpartner(s)
Acties / activiteiten in 2014
Gezondheidspartners in Peru: • ForoSalud (Asociación Foro de la Sociedad Civil en Salud Vereniging Forum van de Civiele Maatschappij rond Gezondheid) • PROMSEX (Centro de Promoción y Defensa de los Derechos Sexuales y Productivos - Centrum voor de Promotie en de Verdediging van de Seksuele en Reproductieve Rechten)
• •
• •
• •
Infomomenten/verslaggeving kerngroep Communicatie: publicaties over partnerschap en aankondigingen van activiteiten op de website, op intranet, in het personeelsblad en in S-magazine Deelname aan voorbereidende vergaderingen en organisatie van Café Solidarité in Bornem Uitwisseling met Susana Chávez, directrice van partner Promsex, en de vrijwilligers van VIVA-SVV provincie Antwerpen op hun jaarlijkse vergadering. Infosessie over uitwisselingsreis naar Peru Voorbereiding fondsenwervende actie 2015
Partnerschap tussen FOS en De Voorzorg Limburg Zuidpartner UCAMA (União Provincial dos Camponeses de Manica Boerenbond van de Provincie Manica) uit Mozambique
JAARVERSLAG2014
Acties / activiteiten in 2014 • • • • • • • •
Interactieve stand op de Ladies Night van Viva-SVV te Hasselt Interactieve stand op Have Fun-festival te Bokrijk Campagnepresentatie tijdens vergaderingen met verantwoordelijken van de socio-culturele organisaties van DeVoorzorg Voorbereidende werkgroep Café Solidarité Organisatie van Café Solidarité in Sint-Truiden Aanwezig op 1 mei met interactieve campagnestand Solidariteitsmaaltijd Vergadering met verantwoordelijken parternschap De Voorzorg Limburg over vooruitgang bij partners
66
Partnerschap tussen FOS en Federatie van Socialistische Mutualiteiten van Brabant (FSMB) Zuidpartner(s) Gezonheidspartners Ecuador: • DONUM • LUNA CRECIENTE (Rijzende Maan)
Acties / activiteiten in 2014 uit
• • •
•
Bijeenkomsten en infomomenten FSMB organiseerde op eigen initiatief een geldinzamelactie voor hun partners in Ecuador. Activiteiten in het kader van de campagne voor Recht op Waardig Huishoudwerk: Café Solidarité in Leuven, FSMB bemande een stand op 1 meiviering in Brussel, FSMB organiseerde met VIVA-SVV Halle een filmactiviteit. Nieuwsbrieven van partnerorganisaties voor FSMB
Partnerschap tussen FOS en Bond Moyson Oost-Vlaanderen Zuidpartner(s)
Acties / activiteiten in 2014
De gezondheidspartners in Bolivia: CIPCA (Centro para la Investigación y Promoción del Campesinado - Centrum voor het Onderzoek en de Promotie van de Landbouwsector) ALTERNATIVA (Asociación de Servicios para el Desarrollo -
• Bijeenkomsten en infomomenten • Activiteiten in het kader van de campagne voor Recht op Waardig Huishoudwerk: Café Solidarité in Zottegem, stand tijdens de 1 meiviering in Gent en Aalst
Partnerschap tussen FOS en Bond Moyson West-Vlaanderen Zuidpartner WFP (Women on Farms Project – Project van Vrouwen op de Boerderijen) uit Zuid-Afrika
Acties / activiteiten in 2014 • • • • • • • • • • • • • • •
JAARVERSLAG2014
Solidariteitsmaaltijd ten voordele van Women on Farms Project in Kortrijk Solidariteitsontbijt in Brugg Vorming Recht op Waardig Huishoudwerk (verschillende groepen) Zuid-Afrikaanse “eerlijke” wijnbar op tal van evenementen Voorbereidende vergadering Zuid-Afrika uitwisseling 2016 Zuid-Afrikaanse vertelavonden in talrijke gemeenten Interactieve stands op activiteiten (Dag van de Zorg enz.) Werkgroep Café Solidarité Organisatie Café Solidarité in Kortrijk Voorstellen campagnematerialen op vergadering met educatieve medewerkers en personeelsleden Filmvoorstelling The Help Campagnespel ’t Is proper Interactieve campagnestand op de 1 meiviering in Kortrijk Interactieve campagnestand op de 1 meiviering in Brugge Interactieve campagnestand op de 1 meiviering in Laarne-Rekkem
67
Publicaties ________________________________________________________________________________ Regelmatig met onze thema’s en standpunten naar buiten komen, is een must. Zo blijft ons doelpubliek op de hoogte van wat we doen en van de problemen waar onze partners in het Zuiden dagelijks mee geconfronteerd worden. We hebben onze eigen kanalen waarmee we nieuws over ondere andere onze acties, campagnes, partners en standpunten verspreiden. Ons tijdschrift FOSFOR, onze e-nieuwsbrief, onze website en facebookpagina zijn bedoeld voor onze sympathisanten en storters. Zo blijven we met hen in contact en kunnen we hen blijvend warm maken voor onze zaak. Zij vormen een belangrijk doelpubliek, maar niet het grootste. Het ruimere doelpubliek zijn alle leden van de socialistische beweging. Daarom proberen we te communiceren via de kanalen die deze mensen reeds bereiken. Namelijk de ledenbladen en websites van de organisaties waarbij ze zijn aangesloten. Hier hebben we in 2014 opnieuw op ingezet. Ook via de kanalen van de NoordZuidbeweging proberen we een groter publiek te bereiken. Eigen publicaties In 2014 telde ons kwartaalblad FOSFOR gemiddeld 5700 abonnees. Uit een evaluatie van 2009 weten we dat er gemiddeld 1,8 lezers per adres zijn. Ons eigen tijdschrift wordt dus gemiddeld gelezen door 10260 mensen. Daarmee hebben we het enkel over zij die FOSFOR per post ontvangen. Daarnaast delen we FOSFOR ook steeds uit op informatieve stands en wordt het campagnenummer breed verspreid. We besteden blijvend aandacht aan de kwaliteit van ons blad. Het is ons gezicht naar de buitenwereld toe, onze communicatie naar onze eigen vaste achterban. We zorgen voor een goede mix van interviews, standpunten en nieuws uit het Zuiden door de bril van onze partners en nieuws van bij ons. Door het bevestigen van hun interesse in ons tijdschrift, tonen mensen hun betrokkenheid. In 2014 verhoogde opnieuw het aantal abonnees op onze elektronische nieuwsbrief. We sloten het jaar af met 8082 nieuwsbriefabonnees, ten opzichte van 6036 eind 2013. Dit betekent dus een stijging van 2046 abonnees. Heel wat mensen kwamen dit jaar in contact met FOS en de campagne en gaven aan dat ze op de hoogte wensten te blijven. De abonnees krijgen een maandelijkse update over relevante Noord-Zuidthema’s en worden via dat kanaal ook opgeroepen om deel te nemen aan acties. Informatie is een belangrijke component van vorming en educatie. We willen dus ook in de toekomst in de elektronische nieuwsbrief blijven investeren. Na een externe evaluatie van onze online communicatie eind 2014, waarbij ook de nieuwsbrief geëvalueerd werd, besloten we om vanaf 2015 regelmatiger nieuwsbrieven te versturen (twee-wekelijks in plaats van maandelijks). Samen met de vernieuwing van de website, zullen we ook de vormgeving van de nieuwsbrief vernieuwen. Op onze facebookpagina plaatsen we eigen artikels, foto-albums van activiteiten en filmpjes. We roepen er ook op tot deelname aan acties van FOS of van onze partners. Op die manier houden we onze fans op de hoogte van onze acties en informeren we over Noord-Zuidthema’s. Eind 2014 telde onze facebookpagina 1367 fans. Uit de externe evaluatie van onze online communicatie eind 2014, bleek dat FOS nog veel harder kan inzetten op het gebruik van sociale media. Naast informatie, bieden de sociale media ook de mogelijkheid om in interactie te gaan met onze doelgroepen. Tot nog toe was FOS vooral actief op facebook, uitbreiding naar andere sociale media als Twitter kan ons online bereik aanzienlijk verbreden. In 2015 gaan we aan de slag met de concrete aanbevelingen die uit deze externe evaluatie zijn voortgevloeid en zullen we vorming volgen over het thema. We zullen het gebruik van sociale media professionaliseren en hiervoor een strategie uitwerken.
JAARVERSLAG2014
68
Ledenbladen In 2014 verschenen 65 gedrukte artikels of advertenties in de tijdschriften van de socialistische beweging en de Noord-Zuidbeweging of in enkele andere media. Daarmee bereikten we naar schatting 123.603 lezers. We baseerden ons voor deze bereking op de abonneeaantallen van de tijdschriften in kwestie, en rekenen dat 10% van de lezers de bijdragen van FOS gezien en gelezen hebben. We hebben geen toegang tot lezersonderzoeken van alle betreffende tijdschriften en maken daarom de schatting op deze manier. Daarnaast publiceren we ook veel artikels of aankondigingen via de online kanalen zoals websites en nieuwsbrieven van de socialistische en de Noord-Zuidbeweging. FOS zorgde voor 175 online artikels of aankondigingen op andere websites en in nieuwsbrieven. We proberen zoveel mogelijk artikels en aankondigingen van FOS te laten opnemen in de online en offline communicatie van de socialistische beweging en de Noord-Zuidbeweging. Op die manier vergroten we ons bereik. Bladen van grote organisaties, zoals bijvoorbeeld S-magazine van de Socialistische Mutualiteiten, verschijnen op honderdduizenden exemplaren. Door in die bladen bijdragen van FOS te publiceren, bereiken we steeds meer leden, brengen we hen op de hoogte en maken we hen meer bereid tot actie. De komende jaren gaan we op dit elan verder en zullen we hier verder op inzetten door gerichte afspraken te maken met de verschillende organisaties. Op het web De website geeft een actueel beeld van onze acties en activiteiten in Zuid en Noord. De items van de nieuwsbrief zijn meestal gelinkt naar artikels op onze eigen website. Ook ons kwartaalblad FOSFOR is er te vinden. De meest recente informatie over de campagne staat op de campagnepagina en ook de activiteitenkalender is steeds up to date. Eén keer per jaar worden alle teksten op de website geactualiseerd. Om ons online-bereik te vermeningvuldigen plaatsen we relevante artikels ook op de website www.11.be en op www.dewereldmorgen.be. Dit vermenigvuldigt ons online bereik aanzienlijk. De beheerders van de websites zetten onze artikels ook regelmatig in de kijker, waardoor we nog meer mensen bereiken. Tijdens een externe evaluatie van onze online communicatie eind 2014 werd ook onze website grondig geëvalueerd. De evaluatie bevestigde onze eigen analyse, dat FOS toe is aan een nieuwe moderne website. We pasten reeds in 2014 enkele concrete aanbevelingen toe op onze huidige website, maar de meeste aanbevelingen nemen we mee in het proces van vernieuwing van onze website, dat in 2015 zal opgestart worden.
Publicatie FOSFOR
e-nieuwsbrief
Website
Cijfers Telde in 2014 gemiddeld 5700 abonnees. Verschijnt 4 keer per jaar. Telde eind 2014 8082 abonnees. Verschijnt 10 keer per jaar. Bij belangrijke activiteiten wordt een extra nieuwsbrief verstuurd. 24.770 bezoeken in 2014
JAARVERSLAG2014
Nieuw in 2014 • We maakten een speciaal extra nummer van FOSFOR ism Solidarité Socialiste, in het kader van het AC-congres. • •
2046 nieuwe abonnees in 2014 We lieten onze nieuwsbrief extern evalueren. In 2015 gaan we aan de slag met de aanbevelingen.
• •
Een voortdurende actualisering van de inhoud. Een inhoudelijke verbetering van de inhoud, o.a. door enkele nieuwe pagina’s in te voegen
69
Publicatie
Cijfers
Facebook
Eind 2014 telde de Facebookpagina 1367 fans.
Publicaties in ledenbladen
Er zijn 65 artikels en advertenties gepubliceerd in tal van ledenbladen en op websites van de socialistische en de Noord-Zuidbeweging. Hiermee bereikten we naar schatting 123.603 lezers.
Nieuw in 2014 • We lieten onze website extern evalueren. FOS is toe aan een nieuwe website. In 2015 starten we met dit proces. • In 2014 probeerden we onze aanwezigheid op facebook te verhogen. • We lieten onze online communicatie extern evalueren en gaan in 2015 aan de slag met de aanbevelingen. • We vroegen de oplages van alle ledenbladen op en maakten op basis daarvan een schatting van het aantal mensen dat we bereiken met FOS-bijdragen in magazines van andere organisaties.
175 online artikels of aankondigingen op andere websites en in nieuwsbrieven
JAARVERSLAG2014
70
FOS netwerkt
_____________________________________________________ Als bewegings-ngo maakt FOS deel uit van verschillende netwerken en coalities, zowel binnen de socialistische beweging als binnen de Noord-Zuidbeweging. We nemen gezamenlijke standpunten in, voeren samen actie en zetten bepaalde punten hoger op de agenda. Binnen de Noord-Zuidbeweging spelen we een actieve rol in de ngofederatie en in 11.11.11. dat is de koepel van de Vlaamse NoordZuidbeweging. In 2014 bleef FOS actief aanwezig in het bestuur van de koepel alsook in verschillende adviesorganen en werkgroepen, bijvoorbeeld in het Ledenoverleg beleid van 11.11.11. Het beleid en de werking van een koepelorganisatie komt pas tot stand door de actieve samenwerking van de leden. We trachten daarom permanent mee te werken aan de uitbouw van een stevige koepel. Onze jarenlange ervaring in het Zuiden, onze structurele visie op ontwikkelingssamenwerking en onze campagnes en educatie in het Noorden, vormen een stevige basis om samen met andere ngo’s een daadkrachtige Noord-Zuidbeweging te vormen. Onze eigen vrijwilligers in de verschillende provincies namen bovendien in 2014 ook actief deel aan het vrijwilligersforum van 11.11.11. In de verschillende provincies maken we ook deel uit van het Provinciaal Noord-Zuidoverleg en nemen we deel aan provinciale info-avonden of –beurzen van 11.11.11. Deze coalitie is een samenwerking tussen verschillende ngo’s en kadert binnen de Millenniumdoelstellingen. FOS ondersteunt de coalitie financieel en schakelt zich ook in in het beleidswerk van de coalitie. In 2014 betrof dat onder meer politiek werk over de SDG’s. Naar aanleiding van de onderhandelingen over de SDGs werd er door de coalitie bepaalde prioriteiten naar voren geschoven. Rond die prioritaire thema’s werden argumentatiefiches uitgewerkt waarmee we naar de Belgische delegatie zijn gestapt in de hoop dat zij deze thema’s gingen verdedigen tijdens de onderhandelingen. De coalitiekoos ervoor, mede dankzij de inspanningen van FOS, argumentatiefiches uit te werken over waardig werk, sociale bescherming, ongelijkheid en gezondheid. FOS schreef actief mee aan beide lobbyfiches. Daarnaast nam FOS structureel deel aan de vergaderingen van het platform, zowel van de politieke werkgroep als van de campagne werkgroep. FOS zette zo mee de lijnen uit. FOS is een lid van MO*, het mondiale nieuwsmedium van Vlaanderen. FOS reflecteert mee en brengt thema’s aan in het jaarlijkse MO*-forum. Eén FOSmedewerker is ook vertegenwoordigd in de redactieraad van de MO*-papers. We vinden het heel belangrijk om te kunnen bijdragen tot een ruimere berichtgeving over de wereld en zijn problemen. DeWereldMorgen is de alternatieve nieuwssite van Vlaanderen. Zij houden de vinger aan de pols van de sociale bewegingen uit het middenveld. FOS maakt deel uit van die groep. We wonen de partnerbijeenkomsten bij om input te leveren over de evaluatie en planning. Het merendeel van de artikels die FOS op de eigen website plaatst, komen ook op www.dewereldmorgen.be te staan. De redactie van De Wereld Morgen selecteert af en toe een artikel van FOS voor in de dagelijkse nieuwsbrief. Dit verhoogt het bereik van onze artikels aanzienlijk. Binnen de socialistische beweging, vormen ABVV-vrouwen, VIVA-SVV, Zij-kant en FOS het samenwerkingsverband ‘Ladies in Red’. De leden zijn organisaties binnen de socialistische beweging die opkomen voor de rechten van vrouwen. In 2014 deden we samen mee aan de internationale vrouwendag op 8 maart en aan de nationale vrouwendag op 11 november. Telkens was er een grote gemeenschappelijke stand en een actie. Zo werd er op 11 november een regeringsmenu opgemaakt met daarin alle ongunstige maatregelen voor vrouwen die genomen heeft. JAARVERSLAG2014
71
Op internationaal vlak is FOS lid van Solidar. Dat netwerk omvat een resem Europese en niet-Europese organisaties en netwerken, actief rond sociale bescherming. FOS werd in 2014 deel van de European Working Group on Social Protection in Development Cooperation en werkte in kader daarvan mee aan de lobbytour georganiseerd in het najaar van 2014. Doel van de vergaderingen en bijeenkomsten van SOLIDAR, bijgewoond door tal van organisaties, ook uit het Zuiden, was om de aandacht voor sociale bescherming binnen de post-2015 agenda levendig te houden. Indien mogelijk moest die aandacht vertaald worden binnen een specifiek doel van de Sustainable Development Goals. FOS was in dat proces een belangrijke bruggenbouwer tussen de netwerken SOLIDAR en De Tijd Loopt
JAARVERSLAG2014
72
Beleidsbeïnvloedend werk
_____________________________________________________ Om druk te kunnen uitoefenen op het beleid, telt de redenering ‘samen sterk’. Daarom werken organisaties zo vaak samen. Op die manier kunnen we niet alleen onze kennis en expertise delen, maar beschikken we ook over een grotere hefboom om het beleid te beïnvloeden. Aangezien onze thematische expertise in het Zuiden ligt bij het recht op waardig werk, gezondheid en sociale bescherming, zijn ook dit onze beleidsbeïnvloedingsthema’s in het Noorden. We doen dat door deel te nemen aan deze thematische netwerken:
De Schone Kleren Campagne
Doel van het netwerk Activiteiten van samenwerking in 2014
JAARVERSLAG2014
Het platform van de Schone Kleren Campagne bestaat uit vakbonden en Noord-Zuid-, socio-culturele organisaties, jeugd- en consumentenorganisaties en ijvert voor betere arbeidsomstandigheden in de kledingindustrie. De campagne richt zich op consumenten, producenten, bedrijven en politici. FOS neemt actief deel aan dit platform. FOS was gedurende 2014 een actief lid van de SKC. FOS leverde organisatorische en communicatieve ondersteuning tijdens acties van de campagne. In april 2014 mobiliseerde FOS mee voor de de herdenkingsactie van Rana Plaza op de Meir te Antwerpen. Daarvoor ontwikkelde FOS onder meer een flyer, specifiek gericht aan de achterban van de socialistische beweging. We hebben ook breed gecommuniceerd over de actie, via onze website, facebook, enzovoort. De resultaten van de actie bleven niet uit. Ze kreeg ruime media-aandacht en stelde daarmee de textielproblematiek opnieuw nationaal aan de kaak. Daarnaast nam FOS ook deel aan het globale congres van de Clean Clothes Campaign dat plaatsvond in Hong Kong in het najaar van 2014. FOS faciliteerde het contact van de SKC met de textielvakbonden uit Centraal-Amerika, die ook aanwezig waren op het forum te Hong Kong. FOS tracht op die manier de thematiek van de textielsector te verbreden. De SKC, als internationale koepel, is heel hard gefocust op de problematiek in Azië. FOS tracht zowel binnen de SKC, als daar buiten via vormingen in Vlaanderen, de aandacht te vestigen op de Centraal-Amerikaanse textielproblematiek. Ook voor andere acties van de Schone Kleren Campagne leverde FOS communicatieve ondersteuning, onder meer bij de lancering van het Leefbaar Loonrapport. De SKC lanceerde op 30 juni 2014 zijn derde merkenrapport genaamd ‘Wij willen schone kleren, gemaakt aan een leefbaar loon!’. In dit rapport worden 18 Belgische en 37 internationale kledingbedrijven bevraagd over hun leefbaar loonbeleid. FOS gaf gevolg aan deze actie door massaal de folder ‘Wij willen schone kleren’ te verspreiden via zijn vaste kanalen (website, facebook, …). FOS drukte meer dan 5000 exemplaren van de folder en verdeelde die via zijn 3 maandelijkse blad FOSFOR. De massale verspreiding van deze actie miste zijn doel niet. Nationale media brachten de actie in beeld.
73
Belgische Coalitie Waardig Werk
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2014
De Campagne Waardig Werk zette twee jaar lang (2008-2010) de strijd voor waardig werk in het Zuiden in de kijker. De coalitie wou aantonen hoe mensen in Azië, Afrika en Latijns-Amerika zich organiseren om dag na dag de moedige en soms gevaarlijke strijd voor een waardige job aan te gaan. Er was ook aandacht voor de linken tussen de werknemers en organisaties hier en in het Zuiden. De Coalitie Waardig Werk is voortgevloeid uit de campagne Waardig Werk en is samengesteld uit de ngo-koepels 11.11.11 en CNCD, de vakbonden ABVV, ACLVB en ACV, en de ngo’s FOS en Wereldsolidariteit. FOS zit reeds enige tijd in deze coalitie, maar nam in 2014 een actievere rol op. Dankzij de inzet van de beleidsmedewerkers, kon FOS in 2014 een structurelere rol gaan spelen binnen de Coalitie Waardig Werk. Dat uitte zich in het geven van input op de vergaderingen en bij het ontwerpen van brieven en dossiers over verschillende thema’s en acties. Zo werkte FOS onder meer mee aan de brief en het politieke werk over de verwerping van de ratificatie van het vrijhandelsakkoord met Peru en Colombia. De coalitie slaagde erin de ratificatie van het akkoord de voorbije jaren tegen te houden. In het regeerakkoord van 2014 werd echter duidelijk melding gemaakt van het plan om het akkoord te ratificeren. In een brief pleitten we voor een niet-ratificatie van het akkoord. FOS leverde hiervoor de nodige inhoudelijke input. FOS werkte ook mee aan een brief gericht aan de minister van Buitenlandse Zaken betreffende de arbeidsomstandigheden in Qatar, een communiqué over de Europese richtlijn inzake transparantie van bedrijven en de ketenproductie, de perstekst in kader van de Dag van Waardig Werk, enzovoort. Op vraag van MO* gaf FOS ook een presentatie over waardig werk, waarbij de link werd gemaakt met de Belgische verkiezingen in 2014.
Belgische Werkgroep ’12 by 12’
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2014
JAARVERSLAG2014
De Campagne ’12 by 12’ is een internationale campagne van het Internationaal Vakverbond, dat 175 miljoen werknemers vertegenwoordigt in 156 landen en gebieden, en dat beschikt over 315 nationale filialen. 12 by 12 is een campagne die oproept voor de rechten en bescherming van het huishoudpersoneel. Het doel van de 12 by 12 campagne was om tegen eind 2012 twaalf landen Conventie 189 voor waardig huishoudwerk te doen ratificeren. In 2013 en 2014 heeft de coalitie samen actie gevoerd voor de ratificatie van Conventie 189 betreffende waardig werk voor huishoudpersoneel en voor aanbeveling 201. Wereldwijd hebben slechts 15 landen de conventie geratificeerd. Ook België heeft de conventie nog niet geratificeerd. De reden hiervoor was het uitblijven van ratificatie door het Brusselse parlement. Gezien de voorbeeldrol van België schakelde de coalitie in 2014 een versnelling hoger voor de ratificatie van de conventie door België. In overleg met OR.C.A. ging FOS te rade bij enkele Brusselse parlementairen om de druk wat te verhogen. Vanuit de coalitie werd een gemeenschappelijke brief opgesteld. Als deel van het politieke traject gingen we ook langs 74
bij het kabinet van toenmalig minister van Werk Monica De Coninck, samen met de beleidsmedewerkers van OR.C.A, Wereldsolidariteit en de Vrouwenraad. Daar hebben we onder meer gepleit voor de ratificatie van C189. Daarnaast coördineerde FOS ook binnen de socialistische beweging een lobbyactie jegens de Brusselse fractie van de sp.a en PS ter ratificatie van C189. Dat politieke traject wierp zijn vruchten af. Op 23 januari 2015 heeft het Brusselse parlement de Conventie 189 geratificeerd, wat een ratificatie op Belgische niveau mogelijk maakt.
Actieplatform Gezondheid & Solidariteit
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2014
Het actieplatform is een initiatief van de twee grote vakbonden en mutualiteiten, verschillende verenigingen en netwerken, ngo’s en academici. De krachten worden er gebundeld om te waarschuwen voor de gevolgen van de neoliberale politiek op sociaal en gezondheidsvlak. We komen samen op voor een solidair gezondheids- en welzijnsbeleid en gezondheid als recht voor iedereen. Lobbywerk en sensibiliseringsactiviteiten over de impact van het Europees handelsbeleid, privatisering, enzovoort. het recht op gezondheid en de sociale determinanten van gezondheid staan hierbij centraal. In 2014 nam FOS deel aan verschillende vergaderingen van de werkgroep Noord-Zuid. In het voorjaar van 2014 werd een atelier georganiseerd over het thema vrijhandel,werk en gezondheid. FOS zorgde niet alleen voor de spreekster die over haar praktijkervaringen praatte en ook het theoretisch kader schetste. Maar ook faciliteerden we de bijdragen van parlementairen om bij de discussie te betrekken. Daarnaast onderschreef FOS mee het opiniestuk over TISA uitgaande van het platform.
BE-CAUSE HEALTH Belgian Platform for International Health
Doel van het netwerk Activiteiten van samenwerking in 2014
JAARVERSLAG2014
Be-cause health is een informeel en pluralistisch platform, dat openstaat voor institutionele en individuele leden, die zich inzetten voor het recht op gezondheid voor iedereen. Via 9 werkgroepen worden verschillende thema’s verder uitgediept. Zoals elk jaar organiseerde het platform Be-Cause Health een seminarie over gezondheid. Dat vond plaats in de gebouwen van de BTC op 28 november. In 2014 bogen de leden van de academische en ontwikkelingssector zich over de thematiek van de Seksuele en Reproductieve Rechten in het post2015 tijdperk. Het seminarie had als doelstelling om lessen te trekken, opportuniteiten te identificeren voor de duurzame en effectieve integratie van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten in de Belgische ontwikkelingssamenwerking en te verkennen welke plaats deze kunnen innemen binnen de globale gezondheid. FOS was één van de mede-organisatoren van het event. FOS nam deel aan de vergaderingen van de taskforce ter voorbereiding van het seminarie. FOS verleende ook logistieke ondersteuning, door onder meer vier medewerkers ter beschikking te stellen tijdens het eigenlijke seminarie. FOS schreef over het seminarie twee artikels. FOS zorgde ook voor 75
inhoudelijke input. Eén van de FOS gezondheidspartners uit het Zuiden, Susana Chávez, algemene directeur van de Peruaanse organisatie Promsex, nam deel aan het event en gaf er een presentatie over het thema. FOS organiseerde hun bezoek aan België en bereidde met hen de presentatie voor het seminarie voor.
MASMUT Belgisch Platform Microziektenverzekering en Mutualiteiten
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2014
JAARVERSLAG2014
Het Belgisch Platform Microziekteverzekering en Mutualiteiten heeft als doel de relevantie en de doeltreffendheid van microziekteverzekering en mutualiteiten in het Zuiden te versterken. Het platform verenigt Belgische actoren werkzaam op toegankelijkheid van gezondheidszorg in ontwikkelingslanden en bouwt op hun specifieke en complementaire ervaring en expertise. Het platform van MASMUT is in 2014 vooral bezig geweest met het organiseren van een eigen financiering voor het mutualistisch werk van de mutualiteiten en ngo’s in het Zuiden. De nieuwe budgetlijn, gecreëerd door DGD, slorpte veel energie op van het platform. FOS is niet betrokken bij de realisatie van het project, omdat we het niet als onze prioritaire taak zien om mutualiteiten in het Zuiden op te richten of financiëel te ondersteunen. We vinden het wel belangrijk om initiatieven van de bevolking zelf te ondersteunen, die kunnen dan ook een andere vorm aannnemen en hoeven niet de vorm van een mutualiteit aan te nemen. FOS neemt nog steeds deel aan de vergadering van MASMUT, maar onze inbreng vermindert omdat het grootste deel van de agenda wordt opgeslorpt door besprekingen in verband met het project in het Zuiden.
76
Beleidsbeïnvloedend werk via landen- of regio-netwerken: kiezen voor onze partnerlanden
_____________________________________________________ In alle landen waar FOS werkt, zijn waardig werk en toegang tot gezondheid een uitdaging. Er zijn echter een aantal landen die door hun specifieke politieke, sociale en economische context complexer zijn. Daarom is het noodzakelijk om voor hen een bredere werking op poten te zetten die integraal wil inspelen op ruime problemen die belangrijk struikelblok zijn voor het realiseren van een waardig werk of een gezondheidsagenda. Denk hierbij aan het intern gewapend conflict in Colombia en de flagrante mensenrechtenschendingen waarbij vakbondsactivisten doelwit zijn. Ook is er het conflict tussen Palestina en Israël en de slechte situatie van de Zimbabwanen na zoveel jaar van Mugabe’s dictatuur. Ten slotte is er Cuba, dat erop probeert vooruit te gaan ondanks de jarenlange embargo’s en zich nu volop in socio-economische transitie bevindt. Daarom heeft FOS ervoor gekozen om aan die vier landen extra aandacht te geven. Dat vertaalt zich in intensere deelname aan netwerken,campagnes en evenementen. Het vertaalt zich ook in meer gemeenschappelijke acties in het Noorden die geharmoniseerd zijn met het politiek werk van de partners in het Zuiden.
De Belgische Coördinatie Colombia (BCC) La Coordinación Belga por Colombia (CBC)
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2014
JAARVERSLAG2014
De Belgische Coördinatie Colombia werd in 1991 opgericht in Brussel door ngo’s, mensenrechtenorganisaties en solidariteitsorganisaties. BCC is bezorgd over de ernstige verslechtering van de mensenrechtensituatie in Colombia en het permanente karakter van een oorlog waarin burgers de belangrijkste slachtoffers zijn. De BCC wil de publieke opinie sensibiliseren, alsook de Belgische en Europese autoriteiten over de werkelijke oorzaken van het conflict en de economische belangen die zijn verborgen achter de schendingen van de mensenrechten. CBC voerde in 2014 vooral actief over landbouw en grondproblematiek gelinkt aan het vrijhandelsakkoord, maar onze thema’s van waardig werk en het recht op gezondheid kwamen niet echt aan bod. FOS zorgde voor informatie over de werking van CBC en gaf die door aan de socialistische beweging.
77
OIDHACO (Oficina Internacional para los Derechos Humanos – Acción Colombia) (Internationaal Bureau voor de mensenrechten – Actie Colombia)
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2013
OIDHACO werd opgericht in 1995. Het is een netwerk van meer dan 30 organisaties in Europa. Vanuit het hoofdkantoor in Brussel worden initiatieven van de Colombiaanse civiele maatschappij begeleid. OIDHACO wil een volledige eerbiediging van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht en pleit voor een, op onderhandelingen gebaseerde, oplossing voor het gewapend conflict. OIDHACO heeft een speciale consultatieve status bij de Economische en Sociale Raad van de Verenigde Naties sinds 2012. In 2014 heeft OIDHACO lobbyfiches aangemaakt over verschillende thema’s gelinkt aan het vrijhandelsakkoord met Colombia. Hiermee wil ze, zowel in het Europees parlement als op nationaal niveau en binnen verschillende netwerken, het draagvlak voor het thema van het vrijhandelsakkoord vergroten. FOS leverde input voor de fiche over syndicalisering en schendingen van arbeidsrechten. Onze partnerorganisatie FENSUAGRO werd hierbij aangehaald als case. Bedoeling is de fiches vanaf 2015 te verspreiden en te gebruiken bij beleidsbeïnvloedend werk en sensibilisering binnen de netwerken en socialistische beweging. In 2014 verkregen we ondersteuning van geledingen van de socialistische beweging voor de briefschrijfactie van FOS en OIDHACO i.k.v. de moord op enkele Colombiaanse jongeren deel van een afdeling van FOS-parnter FENSUAGRO. Die ondersteuning voor de actie is tekenend voor de steun die we vanuit de socialistische beweging ontvangen voor de politieke acties van OIDHACO.
Stop the Killings
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2014
JAARVERSLAG2014
Stop the Killings is een platform dat bestaat uit 73 Belgische organisaties waaronder vakbonden, solidariteitsbewegingen en ngo’s. Het richt de aandacht op de schending van de mensenrechten en repressie van sociale actoren in het Zuiden, meer specifiek in Colombia, Guatemala en de Filippijnen. Daarvoor organiseert het jaarlijks een mensenrechtencampagne. In 2013 organiseerde het netwerk “Human Rights Awards”. Het Belgische actieplatform Stop the Killings reikte op 9 december 2014, op de Internationale Dag van de Mensenrechten, de Human Rights Awards uit. Zowel de jury als het publiek gaven de prijs aan de Colombiaanse vakbondsleider Huber Ballesteros. Hij is vicevoorzitter van Fensuagro, een partner van FOS in Colombia. FOS was medeorganisator van het evenement. FOS participeerde aan de voorbereidende vergaderingen, de financiering van de zaal, sensibiliseerde, enzovoort. FOS was actief in het platform en droeg samen met Algemene Centrale onze Colombiaanse partner Huber Ballesteros van FENSUAGRO voor als kandidaat voor de mensenrechtenaward.
78
Overleggroep Midden-Oosten van 11.11.11
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2014
FOS maakt ook deel uit van de Midden-Oosten-overleggroep van 11.11.11. Samen met andere ngo’s, vakbonden en middenveldorganisaties die rond Palestina en in het Midden-Oosten en Noord-Afrika (MENA) werken, organiseren we activiteiten in Vlaanderen. Door onze acties informeren we een breed publiek en vragen we de aandacht van politici voor het conflict in Palestina en in de MENA. FOS nam in 2014 deel aan verschillende activiteiten van het Midden-Oosten Overleg. • In het kader van de campagne Made in Illegality werd een rapport besteld over de invoer van producten uit de illegale Israëlische nederzettingen door Belgische bedrijven. Met het rapport wil het Midden-Oostenoverleg een lobbytour opzetten langs bedrijven, consumentenorganisaties en Belgische beleidsmakers. FOS zorgde voor de lay-out en tekstverbetering van het rapport, maar ook voor een samenvatting. • FOS maakte mee promotie voor de studiemiddag Israëlische nederzettingen, een struikelblok voor vrede. • FOS lanceerde mee de briefschrijfactie Stop de economische relaties van België met de Israëlische nederzettingen!, en verspreidde de oproep zowel in- als extern. • FOS speelde een faciliterende rol naar aanleiding van de parlementaire missie naar Palestina. Vanuit het Midden-Oostenoverleg, in samenwerking met CNCD, werd een missie georganiseerd in kader van de Made in Illegality-campagne. FOS was hierbij een brugfiguur tussen het middenveld en de sp.a. Vanuit sp.a nam Tine Soens deel aan de parlementaire missie.
ZEN Zimbabwe Europe Network
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2014
JAARVERSLAG2014
Het Zimbabwe Europe Network (ZEN) werd in oktober 2008 gelanceerd. ZEN is een netwerk van Europese vakbonden en maatschappelijke organisaties, ngo’s en diasporagroepen, die actief zijn rond of in Zimbabwe. Het netwerk heeft tot doel de eisen, standpunten en wensen van Zimbabwaanse civiele maatschappij bekend te maken binnen de EU. ZEN informeert en beïnvloedt de EU en haar lidstaten om steun te verkrijgen voor een postcrisis transformatie en herstelproces dat geleid wordt door Zimbabwanen. ZEN organiseerde op 3 april 2014 samen met de Zimbabwe Human Rights NGO Forum een expert meeting met verschillende stakeholders. Na de verkiezingsoverwinning van Mugabe en zijn partij ZANU PF in 2013 kwam er een charme-offensief vanuit Zimbabwe en de EU jegens elkaar. Een normalisering van de Europese relaties met Zimbabwe leidde onder meer tot de beschikbaarheid van gelden vanuit de European Development Fund voor Zimbabwe. Die heropstarting van het Europese engagement heeft een impact op de rol van Europese donors en de relaties tussen het Europese en Zimbabwaanse middenveld. De expert meeting had als doel om de context te bespreken met de verschillende stakeholders, waaronder het middenveld. FOS gaf inhoudelijk input voor die vergadering en ging daarvoor onder meer te rade bij partnerorganisatie ZCTU. FOS gaf ook logistieke ondersteuning voor dat overleg.
79
CIFCA Het Kopenhagen-initiatief voor Centraal-Amerika en Mexico
Doel van het netwerk
Activiteiten van samenwerking in 2014
CIFCA ontstond in 1991 om het EU-beleid t.a.v. Centraal-Amerika op te volgen en te beïnvloeden. De algemene doelstelling van CIFCA is om het Europese beleid met betrekking tot Centraal-Amerika en Mexico op zodanig te beïnvloeden en om te vormen, dat de mensenrechten gerespecteerd, beschermd en gewaarborgd worden door politieke dialoog, ontwikkelingssamenwerking, handel en investeringen te bevorderen. CIFCA groepeert Europese ngo’s die in Centraal-Amerika actief zijn en focust zich op Europese politiek t.a.v. deze regio. In 2014 ondersteunde FOS CIFCA financieel en nam deel aan de Algemene Vergadering van het netwerk. Eind 2014 was FOS in nauw overleg met CIFCA naar aanleiding van. de voorbereidingen van de Europees-Latijns-Amerikaanse top in Brussel in juni 2015. FOS liet het thema waardig werk en sociale bescherming meer aan bod komen in het politieke werk van het netwerk.
Vrienden van CUBA
Doel van het netwerk Activiteiten van samenwerking in 2014
De Belgisch-Cubaanse vriendschapsvereniging werd in 1969 opgericht en probeert intussen al meer dan 40 jaar objectieve informatie over Cuba te brengen. Dat doet ze door middel van een trimestrieel ledenblad Cuba Sí, door het organiseren van allerhande activeiten en informatieve momenten en uiteraard ook via de website. In 2014 werd in samenwerking met de Vrienden Van Cuba een dossier uitgewerkt over de Cubaanse gezondheidszorg. De brochure behandelt verschillende thema’s, gaande van zwangerschap tot de productie van medicijnen. Het bevat tal van analysestukken over het Cubaanse gezondheidssysteem en persoonlijke getuigenissen. Waarom een brochure over de Cubaanse gezondheidszorg? • De Cubaanse gezondheidszorg behoort tot de beste gezondheidssystemen van de wereld. Ondanks de moeilijke economische omstandigheden slaagde men erin een universeel, toegankelijk en gratis systeem op poten te zetten met zichtbare resultaten. De Cubaanse regering vertrok vanuit het principe dat iedereen recht heeft op een kwaliteitsvolle gezondheidszorg. Dat recht op gezondheid is dé hoeksteen van het Cubaanse gezondheidssysteem. • Cuba bewijst dat het recht op gezondheid realiseerbaar is. Meer zelfs, Cuba bewijst dat het mogelijk is in moeilijke economische omstandigheden. Het eiland had en heeft nog steeds te lijden onder een slecht economisch klimaat, met beperkte financiële mogelijkheden
JAARVERSLAG2014
80
•
•
JAARVERSLAG2014
tot gevolg. Maar ondanks dat alles beschikt men over een alom geprezen gezondheidssysteem. Westerse beleidsmakers verstoppen zich achter krimpende overheidsfinanciën om te snijden in de gezondheidszorg. De alomtegenwoordige besparingslogica en –ideologie is voor vele politici een vrijgeleide om de gezondheidssystemen in Europa af te bouwen. FOS wil met het dossier over gezondheidszorg in Cuba het volgende duidelijk stellen: het recht op gezondheid kan alleen gerealiseerd worden met voldoende politieke wil. Een universele, toegankelijke gezondheidszorg uitbouwen is een politieke keuze. Net zoals het uithollen en afbouwen van een gezondheidssysteem, ook dát is een politieke keuze. De brochure kan online bekeken en gedownload worden via de FOS-website en je kan de papieren versie gratis bestellen op kantoor.
81
Beleidsbeïnvloeding via solidariteitsacties
_____________________________________________________ Als je politieke eisen stelt aan je overheid, moet je die soms kracht bijzetten door een actie. Enkele voorbeelden: •
In april 2014 mobiliseerde FOS mee voor de herdenkingsactie van de Schone Kleren Campagne van Rana Plaza op de Meir te Antwerpen. Daarvoor ontwikkelde FOS onder meer een flyer, specifiek gericht aan de achterban van de socialistische beweging. In het najaar van 2014 nam FOS deel aan de Cambodja-actie van de SKC.
•
De Coalitie Waardig Werk schreef een brief aan Minister Didier Reynders over de arbeidsomstandigheden in Qatar en ook een communiqué betreffende de Europese richtlijn inzake transparantie van bedrijven (ketenproductie). Verder werd ook een perstekst in kader van de Dag van Waardig Werk geschreven. FOS onderschreef deze acties.
•
FOS mobiliseerde voor de actie van het Belgische actieplatform Stop The Killings op 9 december 2014. Op de Internationale Dag van de Mensenrechten reikte het platform de Human Rights Awards uit. Zowel de jury als het publiek gaven de prijs aan de Colombiaanse vakbondsleider Huber Ballesteros. Hij is vicevoorzitter van Fensuagro, een partner van FOS in Colombia.
•
FOS organiseerde in 2014 samen met OIDHACO een briefschrijfactie betreffende de moord op enkele Colombiaanse jongeren deel van een afdeling van FOS-partner FENSUAGRO.
JAARVERSLAG2014
82
Financieel verslag
JAARVERSLAG2014
83
FINANCIËLE INFO FOS 2014 ____________________________________________________________ Financiële info FOS 2014 FOS geeft jullie graag de financiële info voor het jaar 2014. ACTIVA Vaste Activa
PASSIVA 496.420
Eigen Vermogen
1.237.433
Vlottende Activa
2.144.469
Schulden en voorzieningen
1.403.456
Totaal van de activa
2.640.889
Totaal van de passiva
2.640.889
KOSTEN 2014
OPBRENGSTEN 2014
Huisvestingskosten
24.666
Diversen
Computermaterialen
22.242
Gemeenschappelijke Actie
O&H burelen
10.349
Giften
Werkingskosten
67.751
Subsidies
Personeelskosten Afschrijvingen / waardeverminderingen Belastingen Financiële kosten
732.969
Andere bedrijfsopbrengsten
116.408
Financiële opbrengsten
117.687 89.695 5.055.606 13.770 800
1.105 17.603
Subsidies voor FOS werking N &Z
4.318.020
Totaal
5.311.113
Saldo van het boekjaar
35.000
Totaal
5.312.558
1.445
FOS sluit het boekjaar 2014 af met een positief resultaat van 1.445 euro.
FOS heeft een gemiddeld jaarinkomen van 5,3 miljoen euro. Gemiddeld 79,78% van de middelen gaan naar het Zuiden. Hiermee steunen we partnerorganisaties op basis van gemaakte afspraken en plannen. We besteden 8% van de middelen aan noordwerking. Zo'n 0,01% besteden we aan fondsenwerving. Gemiddeld 12,21% van onze middelen worden gespendeerd aan algemeen beheer.
JAARVERSLAG2014
84
Uitgaven ____________________________________________________________
JAARVERSLAG2014
85
Wie steunt FOS? ____________________________________________________________ Om toegang te krijgen tot subsidies (EU, DGD) voor projecten in Noord en Zuid, moet FOS zelf instaan voor een deel van de middelen. FOS kon in 2014 rekenen op steun van :
Particulieren Provinciebestuur van :
Limburg Vlaams-Brabant West-Vlaanderen
Stads-en Gemeentebesturen :
Meise Schoten Herk De Stad Kapellen Destelbergen Antwerpen
Diverse organisaties en bedrijven :
11.11.11 P&V Multipharma Deme Voedingssector Sociaal Fonds Petroleumsector Sociaal Fonds Chemiesector Sociaal Fonds FNV Nationale Loterij Vrienden van Cuba
Socialistische beweging :
NVSM SP.A Algemene Centrale Algemene Centrale Antwerpen ABVV West-Vlaanderen Werkerswelzijn Brugge Bond Moyson West-Vlaanderen Bond Moyson Oost-Vlaanderen De Voorzorg Limburg De Voorzorg Antwerpen FSMB
JAARVERSLAG2014
86
Voor de financiering van de projecten en partnerwerking in Noord en Zuid, kon FOS rekenen op steun van : Federale Overheid, Directie-Generaal voor Ontwikkelingssamenwerking - DGD Vlaamse Overheid
JAARVERSLAG2014
87
Uitgaven per regio ____________________________________________________________ Voor elke 100 euro die naar het Zuiden gaat, gaat : naar Afrika : naar Midden-Oosten :
32,00 € 2,00 €
naar Centraal-Amerika & Cuba :
36,00 €
naar Zuid-Amerika :
30,00 €
Verslag 2014 De rekeningen van FOS boekjaar 2014 werden nagezien door Ernst & Young. De jaarrekening en het revisoraal verslag werden neergelegd op de algemene vergadering van 18 juni 2015 en kunnen geraadpleegd worden op de website van FOS www.fos-socsol.be. De jaarrekening werd ook neergelegd bij de Nationale Bank van België, waar alle cijfers vrijblijvend kunnen opgevraagd worden.
JAARVERSLAG2014
88
JAARVERSLAG2014
89
Wie doet wat bij FOS? ________________________________________________________ ALGEMENE VERGADERING Per december 2014 : 42 leden
RAAD VAN BESTUUR Voorzitter : Alain André (De Haan) Erevoorzitter : Dirk Van der Maelen (Geraardsbergen) Algemeen Secretaris : Annuschka Vandewalle (Oostende) Leden : Frieda Ardies (Muizen), Eric De Broyer (Oostende), Mil Kooyman (Gent), Marnic Speltdoorn (Brakel), Rik Thys (Brugge), Koen Van Brabandt (Zwijnaarde), Dirk Van de Poel (Antwerpen), Anne Van Swieten (Kontich), Christian Vancoppenolle (Ninove), Patrick Verertbruggen (Ternat)
KANTOOR TE BRUSSEL Algemeen Secretaris : Annuschka Vandewalle Dienst Beweging & Beleid : Machteld Dhondt, Stiene Billen (LBO), Ann Verbeke, Dries Merre, Caroline Bal, Ali Selvi, David Verstockt, Liesbet Vangeel Dienst Zuidcoördinatie : Kwaku Acheampong, Anke Leflere, Lien Bauwens (verlof zonder wedde), Karolien Debel Dienst Interne Zaken : Petra Decraemer, Rosa Trejo
REGIONALE KANTOREN Centraal Amerika Nicaragua : Frank Lensink, Wim Leysens, Ivania Garcia, Roger Cruz, Meyling Medina Garcia Honduras : Dina Rosales El Salvador : Angel Dagoberto Cuellar, Luis Orellana Cuba Yves Van Gijsel Zuid-Amerika Ecuador : Rita Cloet, Jo Vervecken, Diana Montalvo, Erica Arteaga Peru : Felix De Witte Bolivia : Susana Terrazas Lazarte Zuidelijk Afrika Zuid-Afrika : Françoise Vermeersch, Lien Bauwens, Anna Ushamba, Odney Matsi, Gladys Manokore
JAARVERSLAG2014
90
Afkortingen Latijns-Amerika AAS ACCPS ALAMES ALCISAOH AMSATI AMUN APAH ASOLABORALES ASONOG ASOTFLORPI
ASTAC ATC ATRH BBP BNP BID BTC cao CENESEX CGTP CIPCA CNMSN CNP SIDA CNTACB
COB CONAIH CONFRETAYD
Asociacion Azucarera de El Salvador Suikervereniging van El Salvador Alianza Ciudadana Contra la Privatizacion de la Salud Burgeralliantie tegen de Privatisering van de Gezondheid Asociación Latino-Americana de Medicina Social Latijns-Amerikaanse vereniging voor sociale gezondheidszorg Alianza ciudadana para la Salud en Occidente Honduras Burgeralliantie voor de Gezondheid in West-Honduras Asociación Agropecuaria Mujeres Produciendo en la Tierra Vereniging van Vrouwen in de Landbouwproductie Asociación Mutualista de Nicaragua Mutualiteit van Nicaragua Asociación de Productores de Azúcar de Honduras Vereniging van Suikerproducenten van Honduras Asociación de Abogados Laboralistas de Trabajadores Vereniging van Arbeidsadvocaten Asociación de Organismos no-gobernementales Vereniging van niet-gouvernementele organisaties Asociación de Trabajadores Florícolas de la Provincia de Pichincha Vereniging van Arbeiders in de Bloemenindustrie in de provincie Pichincha Asociacion Sindical de Trabajadores Agricola Clementina Syndicale Vereniging van Landbouwarbeiders Clementina Asociación de Trabajadores de Campo Vereniging van Landarbeiders Asociación de Trabajadoras Remuneradas del Hogar Vereniging van Betaald Huishoudpersoneel Bruto Binnenlandsproduct Bruto Nationaal Product Banco Interamericano de Desarrollo Interamerikaanse Ontwikkelingsbank Belgisch Agentschap voor Ontwikkelingssamenwerking Collectieve arbeidsovereenkomst Centro Nacional de Eduacción Sexual Nationaal Centrum voor Seksuele Opvoeding Confederación Nacional de Trabajadores del Perú Nationale Federatie van Werknemers in Peru Centro de Investigación y Promoción para el Campesinado Centrum voor het Onderzoek en de Promotie van de Landbouwsector Comité Nacional de Mujeres Sindicalistas de Nicaragua Nationaal Comité voor Syndicale vrouwen van Nicaragua Centro Nacional de Prevención de SIDA Nationaal Centrum voor Preventie van Aids Confederación Nacional de Trabajadores Asalariados del Campo de Bolivia Nationale Confederatie van Landarbeiders van Bolivia Central Obrera Boliviana Centrale voor Arbeiders van Bolivia Comite Nacional Intersindical de Honduras Nationaal Intersyndicaal Comité van Honduras Confederación de Trabajadores de Azúcar y Derivados Federatie van Arbeiders in de Suikerindustrie en Afgeleiden
JAARVERSLAG2014
91
COSICP
CST-ZF CTA-ES CTC CUT FARC FENACLE
FECAFEB FENATRAHOB FENSUAGRO FENTAGRO FENTTRAHOP FETSALUD FMC FMLN FNT Foro Salud HORVAL IAO IHSS LGTB LIEGSA IMF MAS MEC MINCEX MOSAFC MINSA MST
Coordinadora Sindical de Trabajadores/as por Cuenta Propia de El Salvador Syndicale Coördinatie van Arbeiders voor Eigen Rekening in El Salvador Confederación Sindical de Trabajadores de la Zona Franca Vakbondsconfederatie van Arbeiders van de Vrijhandelszone Coordinadora Sindical de Trabajadores/as del Azúcar de El Salvador Coördinatie van Suikervakbonden van El Salvador Central de Trabajadores de Cuba Centrale van Arbeiders van Cuba Central Unitaria de Trabajadores Eenheidscentrale van de arbeiders Fuerzas Armadas Revolucionarias de Colombia Revolutionaire strijdkrachten van Colombia Federación Nacional de Trabajadores Agroindustriales, Campesinos e Indígenas libres del Ecuador Nationale Federatie van Arbeiders in de Agro-industrie, Boeren en Inheemse Volkeren van Ecuador Federación de Caficultores Exportadores de Bolivia Federatie van Kleine Koffieboeren Federación Nacional de Trabajadoras Asalariadas del Hogar de Bolivia Nationale Federatie van Huishoudwerksters van Bolivia Federación Nacional Sindical Unitaria Agropecuaria Nationale Eenheidsvakbondsfederatie van de Landbouw Federación Nacional de Trabajadores de Agroindustria y Afines Nationale Federatie van Arbeiders in de Agro-industrie en gelijkaardigen Federación Nacional de Trabajadoras y Trabajadores del Hogar del Perú Nationale Federatie van Huishoudwerk(st)ers in Peru Federación de Trabajadores de Salud Federatie voor gezondheidswerkers Federación de Mujeres Cubanas Federatie van Cubaanse Vrouwen Frente Farabundo Marti para la Liberación Nacional Frente Nacional de Trabajadores Nationaal Werknemersfront Asociación Foro de la Sociedad Civil en Salud Vereniging Forum van de Civiele Maatschappij rond Gezondheid Centrale Horeca Voeding Internationale Arbeidsorganisatie Instituto Hondureño de Seguridad Social Hondurees Instituut voor de Sociale Zekerheid Lesbian, Gay, Bisexual, Transgender Líneas Estratégicas de la Gestión en Salud Strategische werklijnen voor het Beheer van de Gezondheidszorg Internationaal Monetair Fonds Movimiento al Socialismo Beweging voor Socialisme Ministerio de Economia y Planificación Ministerie van Economie en Planning Ministerio del Comercio Exterior Ministerie van Buitenlandse Handel Modelo de Salud Familiar y Comunitario Model voor gezondheid van de familie en van de gemeenschap Ministerio de Salud Ministerie van Gezondheid Movimiento Sin Tierra
JAARVERSLAG2014
92
NAVINIC OPS PIM PROMSEX
PROSALUD PTCPH RSMH SINTRAIMAGRA
SISTIAMASH
SNTA SNTC SNTIAP
SNTI RIL
STEIA SVG TBC UCAMA
Beweging van landloze boeren Consorcio Naviero Nicaraguense Organización Panamericana de Salud Panamerikaanse gezondheidsorganisatie Plataforma de Incidencia por empleo digno en la Maquila Platform voor lobbywerk voor waardig werk in de Maquila Centro de Promoción y Defensa de los Derechos Sexuales y Productivos Centrum voor de Promotie en de Verdediging van de Seksuele en Reproductieve Rechten Asociación en Pro de la Salud Vereniging ter bevordering van de Gezondheid Plataforma de Trabajadores por Cuenta Propia de Honduras Platform voor Arbeiders voor Eigen Rekening in Honduras Red de Sindicatos de la Maquila de Honduras Netwerk van Vakbonden van de Maquila in Honduras Sindicato Nacional de trabajadores de la industria de productos grasos y alimenticios Nationale Vakbond van Arbeiders in de industrie van vetrijke en voedingsproducten Sindicato de Trabajadores de la industria de Azucar, Mieles, Alcoholes y Similares Vakbond van de Arbeiders in de Suiker-, Honing-, Alcohol- en Gelijkaardige Industrieën van Honduras Sindicato nacional de Trabajadores Azucareros Nationale Vakbond van de Arbeiders in de Suikerindustrie Sindicato nacional de los Trabajadores de la Construcción Nationale Vakbond van de Bouw Sindicato Nacional de Trabajadores de la Industria Alimentaria y la Pesca Nationale Vakbond van Arbeiders in de Voedselverwerkende- en Visindustrie Sindicato Nacional de Trabajadores de la Industria – Rama de la Industria Ligera Nationale Vakbond van de Industrie – tak van de Lichte Industrie Sindicato de Trabajadores de Empresa Ingenio el Ángel Vakbond van de Werknemers van de Ingenio el Ángel Sociale Verkoop van Geneesmiddelen Tuberculose União Provincial dos Camponeses de Manica Boerenbond van de Provincie Manica
Afkortingen Zuidelijk Afrika AGS ALRN ANC ANC-YL ANSA APF ARV ASGISA BBP CCA CCMA CCT
JAARVERSLAG2014
Africa Groups of Sweden African Labour Research Network African National Congress African National Congress Youth League Alternative to Neo-liberalism in Southern Africa Anti Privatisation Forum Anti retroviale behandeling voor AIDS patiënten Accelerated Shared Growth Initiative of South Africa Bruto Binnenlandse Product Common Contextual Analysis Commission for Conciliation, Mediation and Arbitration Arbeids Adviescommissie
93
CHW CSAAWU COMESA COMUT COSATU CWAO DA DDS EU FNV FRELIMO GAPWUZ GDP GLN HLN IAC IAO IDWF IESE ILO ILRIG ITUC LaRRI LEDRIZ LOKA MDM MSF NAFWU NANLO NDAWU NEC NSSA NUNW NUMSA OLN OTM PCM PDL PHM-SA RENAMO RFWN SADC SADSAWU SAFWN SAMWU SACP SATUCC SINTAF SINTIA SiSo SOA SWAPO
JAARVERSLAG2014
Community Health Workers Commercial Stevedoring Agricultural Allied Workers Union (SA) Common Market for Eastern and Southern Africa Comité Nacional da Mulher Congress of South African Trade Unions Casual Workers Advice Office (SA) Democratic Alliance Distritos de Servicos Saude European Union Federatie Nederlandse Vakbeweging Frente de Libertaçao de Moçambique General Agricultural and Plantation Workers Union of Zimbabwe Gross Domestic Product Gender Learning Network Health Learning Network Instituto de agricultura de Chimoio = landbouwschool Chimoio Internationale Arbeids Organisatie International Domestic Workers Federation Instituut voor Sociaal-Economisch Onderzoek International Labour Organisation International Labour Resource and Information Group (SA) International Trade Union Congress Labour Resource and Research Institute Labour and Economic Development Research Institute of Zimbabwe Logisch Kader Movimento Democratico de Moçambique Médecins sans Frontières National Farm Workers Union ¨Namibië Namibia National Labour Organisation Namibia Domestic and Allied Workers Union National Economic Council National Social Security Agency National Union of Namibian Workers National Union of Metalworkers of South Africa Organizing Learning Network Organizaçao dos trabalhadores Moçambicanas = organisatie van Mozambikaanse arbeiders Project Cycle Management Poverty Datum Line People’s Health Movement –South Africa Resistencia Nacional Moçambicana Regional Farmworkers Network Southern African Development Community South African Domestic Service and Allied Workers Union Southern African Farm Workers Network South African Municipal Workers Union South African Communist Party Southern African Trade Union Co-ordination Council Sindicato Nacional dos Trabalhadores Agro-Pecuarios e Florestais = Nationaal Syndicaat van arbeiders in landbouw, veeteelt en bosbouw (OTM) Sindicato Nacional dos Trabalhadores da Industria do Açucar Sikhula Sonke Sexueel overdraagbare aandoening South West Africa People’s Organisation
94
TAC TLC TOR TUCNA UCAMA UCTEU UNAC UPCT VVOB
Treatment Action Campaign Thimo Lachitukuku = organisatie ontstaan uit het project Chitima Terms of Reference Trade Union Congress of Namibia União Provincial dos Camponeses de Manica University of Cape Town Employees Union Uniao Nacional dos Camponeses Uniao Provincial dos Camponeses de Tete Vlaamse Vereniging voor Ontwikkelingssamenwerking en Technische Bijstand Women Health and Empowerment Programme Women on Farm Project World Trade Organisation Zimbabwe African National Union – Patriotic Front Zimbabwe Congress of Informal Economy Associations Zimbabwe Congress of Trade Unions Zimbabwe Federation of Trade Unions
WHEP WFP WTO ZANU-PF ZCIEA ZCTU ZFTU
Afkortingen Zuidelijk Afrika ICED COLISO NDCP WSSDP SHS AC WERPEN
ANT-
International Centre for Enterprise and Sustainable Development Community Livelihood Support Organization National Democratic Congress Water Sector Strategic Development Plan Senior High School ABVV-Algemene Centrale Antwerpen
Afkortingen Palestina ABVV AWRAD cao CDA FGTB ACCG FPCCIA IAO/ILO ISVI-ABVV Solsoc PA PGFTU PUPW
Algemeen Belgisch Vakverbond Arab World for Research and Development Collectieve arbeidsovereenkomst Civil Defense Authority Algemene Centrale ABVV Namur Federatie van Palestijnse Kamers van Handel, Industrie en Landbouw Internationale Arbeidsorganisatie Internationaal Syndicaal Vormingsinstituut Solidarité Socialiste Palestijnse Autoriteit Palestinian General Federation of trade Unions Public Union of Petrochemical Workers
Afkortingen Noord ABVV AC ACOD
JAARVERSLAG2014
Algemeen Belgisch Vakverbond Algemene Centrale-ABVV Algemene Centrale der Openbare Diensten
95
AGS BBL BBTK BM CCC CETA CIS CNCD CWW DGD DIS DVZ EC EVV FSMB G3W HIVA HORVAL IAO ILO IMF IVV JOETZ MIC MOO NGO NVSM OIDHACO ORCA PCM PEP SKC sp.a S-Plus STK TTIP VFG VIVA-SVV VVC vzw WB ZEN Zij-kant
JAARVERSLAG2014
Actieplatform Gezondheid en Solidariteit Bond Beter Leefmilieu Bond der Bedienden, Technici en Kaders van België Bond Moyson (bestaat in Oost- en in West-Vlaanderen) Clean Clothes Campaign Comprehensive Trade and Economic Agreement Commissie voor Internationale Solidariteit Centre National de Coopération au Développement Coalitie Waardig Werk Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp Dag voor Internationale Solidariteit De Voorzorg; federatie van Socialistische Mutualiteit (bestaat in de Provincie Antwerpen en in de Provincie Limburg) Europese Commissie Europees Vakverbond Federatie van Socialistische Mutualiteiten van Brabant Geneeskunde Derde Wereld Hoger Instituut Voor de Arbeid Centrale Voeding-Horeca-Diensten ABVV Internationale ArbeidsOrganisatie International Labour Organization Internationaal Monetair Fonds Internationaal VakVerbond Jongerenorganisatie van NVSM, vroeger MJA Middle Income Countries Midden-Oosten Overleg Niet Gouvernementele Organisatie Nationaal Verbond van Socialistische Mutualiteiten Oficina Internacional de los Derechos Humanos - Acción Colombia Organisatie voor Clandestiene Arbeidsmigranten Project Cycle Managment Plataforma Europa Perú Schone Kleren Campagne Socialistische Partij Anders Socio culturele vereniging van senioren gelinkt aan het NVSM Stop The Killings Transatlantic Trade and Investment Partnership Vlaamse Federatie voor Gehandicapten, gelinkt aan NVSM Socialistische Vooruitziende Vrouwen, gelinkt aan NVSM Vrienden Van Cuba vereniging zonder winstoogmerk Wereldbank Zimbabwe Europe Network Vrouwenorganisatie van de sp.a
96