PROGRAMMABEGROTING 2014
- 2 -
Inhoud Blz. Voorwoord ............................................................................................................................ 4 Inleiding ................................................................................................................................ 5 §1 Uitgangpunten ................................................................................................................. 5 §2 Leeswijzer ....................................................................................................................... 7 Samenvatting financiële aspecten .........................................................................................8 Voorstel ...............................................................................................................................14 I. Beleidsbegroting 1. Programma’s 01. Algemeen bestuur....................................................................................................15 Samenwerken ..........................................................................................................20 10. Openbare orde en veiligheid ....................................................................................22 20. Verkeer, vervoer en waterstaat ................................................................................27 30. Economische zaken .................................................................................................30 40. Onderwijs.................................................................................................................34 50. Cultuur en recreatie .................................................................................................37 60. Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening ....................................42 70. Volksgezondheid en milieu ......................................................................................49 80. Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting .................................................................53 90. Financiering en algemene dekkingsmiddelen ..........................................................57 2. Paragrafen 1. Weerstandsvermogen en risicobeheersing ..............................................................62 1. Weerstandscapaciteit .........................................................................................62 2. Risico’s ..............................................................................................................65 2. Onderhoud kapitaalgoederen...................................................................................69 3. Financiering .............................................................................................................75 4. Bedrijfsvoering .........................................................................................................79 5. Verbonden partijen ..................................................................................................84 6. Grondbeleid .............................................................................................................97 7. Lokale heffingen ....................................................................................................108 II. Financiële begroting 1. 2. 3. 4. 5.
Overzicht algemene dekkingsmiddelen ..................................................................111 Uiteenzetting van de financiële positie ...................................................................114 Toelichting op het overzicht van baten en lasten en de meerjarenraming ..............116 Overzicht incidentele lasten en baten ....................................................................118 Investeringsprogramma 2014, nieuw beleid en vervangingsinvesteringen .............123
III. Vaststellingsbesluit ....................................................................................................131
- 3 -
VOORWOORD Het college van burgemeester en wethouders biedt u de programmabegroting 2014 aan. Dit is de vierde begroting van de raadsperiode 2010 - 2014. Deze begroting is gebaseerd op het in het Collegewerkprogramm a 201312014 vastgelegd beleid. Aan de totstandkoming van deze begroting is de Kadernota 2014 voorafgegaan, die in de vergadering van 1 juli 2013 door uw Raad vastgesteld is.
Als uitvloeisel van het project "Sint Anthonis in control" is in de voorliggende programmabebegroting een begin gemaakt met het duidelijker voor het voetlicht brengen van wat uw raad in de komende jaren wil bereiken, wat daarvoor moet worden gedaan en wat dat dan mag kosten: de zogenoemde drie W-vragen. ln de komende tijd zal aan deze aanpak verder gestalte worden gegeven. Verder zullen in de komende jaren de inspanningen in het kader van onderhavig project nadrukkelijk worden gericht op het verbeteren van het projectmanagement en de projectcontrol De begroting 2014laat een overschot zien. Dit betekent echter niet dat daarmee een einde gekomen is aan een in financieel opzicht lastige periode. Het door ons gehuldigde uitgangspunt van een sluitende meerjarenraming zal in de komende jaren nog de nodige inspanningen vergen. Met de vaststelling van de Kadernota 2014 is besloten dat aanpassing van het areaal aan voorzieningen en privatisering van voorzieningen in de komende tijd nader worden onderzocht. Op een later tijdstip zullen wij de resultaten aan u voorleggen. Wijwensen u veel succes bij de voorbereiding en de behandeling van de begroting en de algemene beschouwingen. Sint Anthonis, 17 september 2013. Burgemeester en wethouders van S De
S
De secretaris,
lr. S. Middelkamp
4
INLEIDING §1 Uitgangspunten Voor de samenstelling van deze begroting zijn, evenals voor de kadernota over 2014, de navolgende algemene, beleidsmatige en technische uitgangspunten gehanteerd: •
Algemeen Uitgangspunt voor de samenstelling van deze begroting is het bestaande beleid en als zodanig een vervolg van de Programmabegroting 2013 en de Kadernota 2014.
•
Beleidsmatige uitgangspunten 1. Beleid dat voortvloeit uit het Collegewerkprogramma 2013/2014. In voorliggende kadernota is uitgegaan van het in het Collegewerkprogramma 2013/2014 vastgelegd beleid. Dit beleid spitst zich met name toe op de volgende vier thema’s: A. Decentralisaties B. Samenwerking met Boxmeer C. Versterken van de Agro-Food-keten D. Ontwikkelingsmogelijkheden en voorzieningen in de kernen Op elk van deze thema’s wordt hierna kort ingegaan. Ad A Decentralisaties De komende jaren zal onze gemeente als gevolg van overheveling van het rijk naar gemeenten van taken op het gebied van AWBZ, jeugdzorg en maatschappelijke zorg geconfronteerd worden met een uitbreiding van taken en verantwoordelijkheden, die zijn weerga niet kent. De gemeente krijgt hiermee inhoudelijk opgaven voorgelegd waarin ze geen of weinig ervaring heeft. Ze zal dan ook moeten samenwerken met instellingen en andere partijen met wie nog nooit in deze mate nauw werd samengewerkt. Voor zowel de voorbereiding als de uitvoering van onderhavige decentralisaties zal, hetgeen thans reeds deels praktijk is, partnership met andere gemeenten worden aangegaan. Ten aanzien van de uitvoering is het noodzakelijk dat alle verdere operationalisering van bestaand beleid verregaand geharmoniseerd wordt door: • alle beleidsregels en uitvoeringsrichtlijnen verregaand op elkaar af te stemmen, zoals de criteria die worden gehanteerd bij het bepalen van de toegang tot voorzieningen en dergelijke; • met dezelfde partners en instellingen die het beleid materieel uitvoeren samen te werken en de aansturing van die partners zoveel mogelijk in één hand te leggen; • netwerken met andere betrokkenen als werkgevers, onderzoeksinstituten en dergelijke volledig te delen. Ad B Samenwerking met Boxmeer In het kader van de samenwerking met Boxmeer worden taken op het gebied van personeelzaken, sociale zaken, ict en de bezwarencommissie gezamenlijk uitgevoerd. Voorts hebben de gemeentesecretarissen van Boxmeer en Sint Anthonis in opdracht van hun beide colleges een verkenning verricht naar de voor- en nadelen van een aantal varianten in de ambtelijke samenwerking dan wel herindeling tussen Boxmeer en Sint Anthonis en hieromtrent aan de colleges van beide gemeenten gerapporteerd. De in deze rapportage beschreven varianten van ambtelijke samenwerking dan wel herindeling zijn door beide colleges in gezamenlijkheid besproken. Vervolgens is onderhavige rapportage, zonder als colleges al een keuze voor te leggen, aan de raadsleden aangeboden om hen aldus optimaal in de gelegenheid te stellen om een open discussie met elkaar te voeren en vanuit hun kaderstellende rol sturing te geven. Deze discussie is in het najaar van 2013 voorzien. - 5 -
Ad C Versterken van de Agro-Food-keten Onze gemeente is samen met gemeente Boxmeer voor de gemeenten in het Land van Cuijk kartrekker op het beleidsveld Agrobusiness en Food. Voor dit programma is een uitvoeringsagenda vastgesteld. Daarnaast wordt er momenteel een structuurvisie voor het buitengebied opgesteld. Voorts zullen bedrijven uit de keten, die innovatief bezig zijn, met elkaar in contact worden gebracht en elkaars initiatieven leren kennen. Initiatieven met betrekking tot innovatie zullen maximaal worden gefaciliteerd (o.a. ruimte bieden in bestemmingsplan) en zullen als voorbeeldprojecten in de schijnwerpers worden gezet zowel door deze met elkaar te verbinden als door deze initiatieven aan derden te laten zien. Tot op het moment dat uw raad de hiervoor bedoelde structuurvisie heeft vastgesteld, zullen nieuwe initiatieven terughoudend worden benaderd. Ad D Ontwikkelingsmogelijkheden en voorzieningen in de kernen Onze gemeente heeft niet alleen te maken met een krimp van de bevolking maar ook met vergrijzing. De woningbouw stokt en de voorzieningen in met name de kleine kernen staan onder druk. Ambities van kernen om deze ontwikkelingen te keren door extra woningbouw zullen geen soelaas bieden, omdat dit het risico van leegstand in de nu bestaande woningvoorraad sterk vergroot. Om adequaat op onderhavige problematiek in te kunnen spelen, dient gekomen te worden tot een nieuwe structuurvisie op de rol van de kernen, hun toekomstmogelijkheden en de voorzieningenstructuur in de gemeente. In het verlengde hiervan zal het bestaande intensieve overleg met de dorpsraden en vertegenwoordigers van de kernen naar een meer op hoofdlijnen en toekomstgericht overlegstelsel worden omgebouwd. Voorts is er de noodzaak om het gesprek met de kernen over zelfsturing te intensiveren. De vraag welke verantwoordelijkheden de organisaties van burgers op zich willen nemen is een belangrijke vraag omdat de vitaliteit en initiatief van georganiseerde burgers belangrijk is voor de toekomst van de gemeente. Tot op het moment dat uw raad de hiervoor bedoelde structuurvisie heeft vastgesteld, zullen nieuwe investeringen in ruimtelijke en extra woningbouwontwikkelingen terughoudend worden benaderd. 2. Beleid dat voortvloeit uit de Samenwerking Noordoost Brabant/Land van Cuijk. Om in bovengemeentelijke kwesties niet alleen te staan maar gezamenlijk met gemeenten in de regio op te trekken, neemt onze gemeente deel aan samenwerkingsverbanden van zowel de gemeenten in Noordoost Brabant als van de gemeenten in het Land van Cuijk. Deze deelname houdt in dat onze gemeente gebonden is aan de binnen deze samenwerkingsverbanden genomen besluiten c.q. gemaakte afspraken. Het kunnen effectueren van deze besluiten/afspraken vereist dat het beleid van onze gemeente op deze besluiten/afspraken wordt afgestemd en met de nodige middelen gefaciliteerd wordt. Tot het verminderen van deze middelen in het kader van bezuinigingen/ombuigingen kan niet eenzijdig worden overgegaan, zonder dat dit voor de deelname in bedoelde samenwerking consequenties heeft.
De in tabel 1 van het volgende hoofdstuk vermelde beleidsvoornemens voor 2014 en volgende jaren vloeien deels uit voornoemde beleidsmatige uitgangspunten voort. • Technische uitgangspunten In de door uw raad vastgestelde Kadernota 2014 is uitgegaan van het prijsniveau 2013. Voor de begroting 2014 zullen de gebruikelijke technische uitgangspunten worden gehanteerd. De meest relevante zijn: - de begroting is in 2015 tot en met 2017 structureel sluitend;
- 6 -
-
de begroting 2014 hoeft niet sluitend te zijn met het oog op het opvangen van incidentele effecten als gevolg van de bezuinigingen; voor kostenstijgingen wordt uitgegaan van 0%, d.w.z. dat geen automatische stijging van de uitgaven (= inflatie) wordt opgenomen; de prijsstijging voor de inkomsten bedraagt 2% t.o.v. 2013, waarbij de jaren 2015 en volgende worden geraamd op het niveau 2014 (= constante prijzen); de rekenrente bedraagt 4% (was 5%), gebaseerd op de huidige en de op middellange termijn verwachte kapitaalmarktrente; voor de algemene uitkering wordt uitgegaan van de meicirculaire 2013; de decentralisaties vanuit het rijk verlopen voor onze gemeente budgettair neutraal.
§2 Leeswijzer De begroting begint met het voorwoord en deze inleiding, een samenvatting van de financiële aspecten en het voorstel tot vaststelling. In deel I vindt u de programma’s en de paragrafen. Nieuw hierbij is dat programma 01 een apart subprogramma “Samenwerken” kent. Verder vindt u in elk programma een overzicht van geldende verordeningen en beleidsregels terug. Deze overzichten geven de stand op 1 september 2013 weer. Besluiten die daarna door uw raad zijn genomen, zijn niet in de overzichten verwerkt. Bij het “Nieuw beleid” is een onderscheid gemaakt tussen de onderwerpen welke reeds in de Kadernota 2014 waren opgenomen en onderwerpen welke nieuw zijn. Deel II bestaat uit de overzichten algemene dekkingsmiddelen, incidentele lasten en baten en het Investeringsprogramma 2014, nieuw beleid en vervangingsinvesteringen. Tenslotte treft u in deel III het vaststellingsbesluit aan.
- 7 -
SAMENVATTING FINANCIëLE ASPECTEN Het economisch herstel komt maar moeilijk op gang, waardoor het financiële beeld nog steeds onzeker is. Het beleid (nationaal en europees) is er op gericht om het economisch herstel te bevorderen. Door de rijksoverheid wordt momenteel gewerkt aan de invulling van een bezuinigingsoperatie van € 6 miljard. Welke de gevolgen daarvan zijn is niet bekend. In de septembercirculaire 2013 wordt nadere informatie verstrekt, hoe de uitkering uit het gemeentefonds zich in de komende jaren zal ontwikkelen. Op voorhand houden wij in deze begroting rekening met een korting van € 225.000. De bestaande zorgen over de stijgende uitgaven op het gebied van bijstand en zorg en de achterblijvende inkomsten uit gronduitgifte, belastingen en heffingen blijven bestaan. Onduidelijkheid bestaat nog over decentralisatie van nieuwe taken. Gemeenten zullen de komende periode onder lastige omstandigheden hun klus moeten klaren. De Kadernota 2014 is aan u gepresenteerd met tekorten voor de jaren 2015 en 2017 en volgende jaren. Met de Kadernota als vertrekpunt en door de mutaties die zich sindsdien hebben voorgedaan, als gevolg van onontkoombare maatregelen en technische actualisaties, levert dat het volgende op: Tabel 1 (N = tekort of nadeel en V = overschot of voordeel) 2014 109.000 V
Concept Begroting 2014 t.o.v. Kadernota 2014
2015 2016 2017 136.000 N 26.000 V 75.000 N 60.000 V 60.000 V 60.000 V -------------- -------------- -------------- -------------109.000 V 76.000 N 86.000 V 15.000 N 281.000 V 130.000 N 80.000 V 19.000 N -------------- -------------- -------------- -------------172.000 V 54.000 N 6.000 N 4.000 N
Specificatie verschil (bedragen > € 10.000): Rente en afschrijving Salarissen Personeel derden MFA "Oelbroeck": Verhuur en overige ontvangsten Onderhoud gemeentehuis Veiligheidsregio Leerlingenvervoer Wmo Flankerend ouderenbeleid Jeugdgezondheidszorg, uniform deel Milieu handhaving en RUD Algemene uitkeringen (AU) OZB Toeristenbelasting Mutatie reserves
87.000 V 49.000 N 18.000 V 57.000 N 11.000 N 22.000 V 13.000 N 34.000 V 10.000 N 11.000 N 15.000 V 268.000 V 35.000 V 15.000 N 16.000 V
Stand Kadernota 2014 Verhoging toeristenbelasting
1)
Concept Begroting 2014
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
16 17 18 19
Investeringsplan en nieuw beleid: Wijzigingen t.o.v. Kadernota 2014: Advieskosten/werkbudget communicatie Plattelandsontwikkeling: Agro & Food (dekking uit reserve) AU: Aanvullende bezuinigingen (-/- 31 punten i.p.v. -/14 punten) Co-financiering kindcentra vervalt grotendeels
- 8 -
20.000 V
91.000 V 27.000 N
79.000 V 27.000 N
63.000 V 44.000 N
57.000 N
57.000 N
57.000 N
22.000 V 13.000 N 34.000 V 25.000 N 11.000 N 15.000 V 36.000 V 16.000 V 21.000 N 16.000 V
22.000 V 13.000 N 34.000 V 25.000 N 11.000 N 15.000 V 84.000 V 4.000 V 21.000 N 16.000 V
22.000 V 13.000 N 34.000 V 25.000 N 11.000 N 15.000 V 115.000 V 12.000 N 21.000 N 17.000 V
20.000 V
20.000 V
20.000 V
125.000 N 23.000 V
125.000 N 23.000 V
125.000 N 23.000 V
20.000 V 126.000 N 23.000 V
2014 20 21 22 23 24
Nieuw beleid: Verplicht hergebruik scootmobiel/rolstoel Compensatie OZB dorpshuizen, verenigingen, enz. Invoeringskosten transitie jeugdzorg Invoeringskosten transitie decentralisatie AWBZ Bezuiniging op subsidiëring peuterspeelzalen
25 Kleinere verschillen Totaal specificatie 1)
30.000 N 10.000 N 41.000 N 20.000 V
2015 30.000 N 20.000 V
2016
2017
15.000 V 30.000 N 20.000 V
30.000 V 30.000 N 20.000 V
33.000 N 38.000 N 29.000 N -------------- -------------- -------------172.000 V 54.000 N 6.000 N
25.000 N -------------4.000 N
De verhoging van de toeristenbelasting was cijfermatig niet opgenomen in de Kadernota 2014.
De in de tabel opgenomen verschillen kunnen als volgt worden toegelicht: 1. Rente en afschrijving 87.000 V 91.000 V 79.000 V 63.000 V Deze voordelige verschillen zijn het gevolg van de doorrekening van de Reserve huisvesting onderwijs met 4% in plaats van 5% (€ 139.000 voordeel). Voor het overige zijn er per saldo nadelige verschillen bij de kapitaallasten en de (bespaarde) rente. 2. Salarissen 49.000 N 27.000 N 27.000 N 44.000 N In verband met de overgang van personeel naar de Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) is het betreffende budget voor salarissen, overgeheveld naar het budget voor de ODBN. Dit voordeel is bij de ODBN opgevoerd (zie onder 11). Zodoende ontstaan bij deze post nadelige verschillen ten opzichte van de kadernota. 3. Personeel derden 18.000 V In de Kadernota 2014 is rekening gehouden met een eenmalige hogere raming voor inhuur van derden in 2014. Deze post is in de begroting verlaagd naar het reguliere budget van € 100.000 per jaar. 4. MFA "Oelbroeck": Verhuur en overige ontvangsten 57.000 N 57.000 N 57.000 N 57.000 N Naar verwachting zullen de opbrengsten wegens verhuur en overige ontvangsten op basis van de lopende contracten behoorlijk teruglopen. 5. Onderhoud gemeentehuis 11.000 N In 2014 wordt op grond van het beheerplan een hogere uitgave geraamd voor onderhoud, die ten laste komt van de exploitatie. 6. Veiligheidsregio 22.000 V 22.000 V 22.000 V 22.000 V Ten opzichte van het budget in de Kadernota 2014 wordt als gevolg van een hogere terugontvangst van compensabele BTW rekening gehouden met per saldo minder lasten.. 7. Leerlingenvervoer 13.000 N 13.000 N 13.000 N 13.000 N Op grond van recente ervaringscijfers is de raming van het leerlingenvervoer ten opzichte van de Kadernota 2014 verhoogd. 8. Wmo 34.000 V 34.000 V 34.000 V 34.000 V Onder meer een lagere raming voor hulp bij het huishouden levert een voordeel op ten opzichte van de betreffende raming in de Kadernota. 9. Flankerend ouderenbeleid 10.000 N 25.000 N 25.000 N 25.000 N De geraamde bezuiniging op de bijdrage aan Radius wordt niet gerealiseerd. - 9 -
10. Jeugdgezondheidszorg, uniform deel 11.000 N 11.000 N 11.000 N 11.000 N In de vastgestelde begroting 2014 van de GGD is een indexering opgenomen. Dit heeft tot gevolg dat gemeenten de financiële consequenties hiervan voor hun rekening moeten nemen. Bij de samenstelling van de Kadernota 2014 was dit niet bekend. . 11. Milieu handhaving en RUD 15.000 V 15.000 V 15.000 V 15.000 V Dit verschil betreft voornamelijk de RUD (Regionale uitvoeringsdienst ODBN), waarvoor een structureel bedrag van € 226.000 is opgenomen. Ten opzichte van de in de Kadernota opgenomen raming en met de overheveling van het betreffende personeelsbudget, levert dit een voordelig verschil op. 12. Algemene uitkeringen (AU) 268.000 V 36.000 V 84.000 V 115.000 V Op basis van de vastgestelde uitgangspunten voor de begroting 2014 is een meerjarige doorrekening gemaakt. Deze doorrekening leidt tot het weergegeven effect t.o.v. de Kadernota 2014. 13. OZB 35.000 V 16.000 V 4.000 V 12.000 N Voor de berekening van de opbrengst voor 2014 is uitgegaan van de laatst geraamde opbrengst 2013. Daarop is de verhoging van 2% toegepast. Daarbij is er rekening mee gehouden, dat de opbrengst 2013 lager uitvalt, dan in de Kadernota 2014 geraamd. 14. Toeristenbelasting 15.000 N 21.000 N 21.000 N 21.000 N Het aantal overnachtingen loopt in praktijk terug. Voor de raming wordt nu uitgegaan van ± 178.500 overnachtingen, ten opzichte van 200.000 overnachtingen in de Kadernota. De geraamde opbrengst toeristenbelasting is derhalve lager. 15. Mutatie reserves 16.000 V 16.000 V 16.000 V 17.000 V Bij een aantal stortingen in of onttrekkingen aan reserves treedt een afwijking op met de Kadernota. 16. Advieskosten/werkbudget communicatie 20.000 V 20.000 V 20.000 V 20.000 V De advieskosten/werkbudget communicatie betreffen kosten voor opleiding. Deze worden binnen het reguliere opleidingsbudget opgevangen. 17. Plattelandsontwikkeling: Agro & Food (dekking uit reserve) 20.000 V De geraamde kosten kunnen worden gedekt uit de Reserve reconstructie buitengebied. Dat levert een voordeel op ten opzichte van de Kadernota. 18. AU: Aanvullende bezuinigingen (-/- 31 punten i.p.v. -/- 14 punten) 126.000 N 125.000 N 125.000 N 125.000 N Het kabinet heeft aangegeven dat ze komend jaar € 6 miljard extra wil bezuinigen. Uit informatie, o.a. van de VNG, is gebleken dat we rekening moeten houden met een korting van € 360 miljoen ofwel 31 uitkeringspunten. Voor de gemeente Sint Anthonis is dat € 225.000 minder. In de Kadernota 2014 was al rekening gehouden met een lagere uitkering van € 100.000. 19. Deel co-financiering kindcentra vervalt 23.000 V 23.000 V 23.000 V 23.000 V De gemeente draagt bij in de co-financiering van de kindcentra en de inzet van combinatiefunctionarissen. Voor 2014 en volgende jaren is een budget van € 50.500 opgenomen. Daarvan is € 25.000 de geldelijke bijdrage, € 2.500 voor coördinatiekosten en € 23.000 voor personele inzet. In de Kadernota was hiervoor € 73.500 geraamd.
- 10 -
20. Verplicht hergebruik scootmobiel/rolstoel - 15.000 V 30.000 V In de meicirculaire 2013 (zie 12) is een verlaging van de Algemene uitkering opgenomen wegens de plicht tot hergebruik van hulpmiddelen, zoals rolstoelen en scootmobielen. De verlaging wordt een op een doorvertaald naar een lager budget voor de Wmo. 21. Compensatie OZB dorpshuizen, verenigingen, enz. 30.000 N 30.000 N 30.000 N 30.000 N In voorliggende programmabegroting is als nieuw beleid in de ontwikkeling van een “Beleidsregel compensatie onroerende zaakbelasting dorp-/gemeenschaphuizen, sportinstellingen en scouting” voorzien. In de Kadernota zijn hiervoor geen middelen opgenomen. 22. Invoeringskosten transitie jeugdzorg 10.000 N In de meicirculaire 2013 (zie 12) zijn extra middelen beschikbaar gesteld voor invoeringskosten transitie jeugdzorg. Deze extra middelen worden voor dat doel geoormerkt. Dit bedrag was ten tijde van de Kadernota 2014 niet bekend. 23. Invoeringskosten transitie decentralisatie AWBZ 41.000 N Ook voor invoeringskosten transitie decentralisatie AWBZ zijn in de meicirculaire 2013 (zie 12) extra middelen beschikbaar gesteld. Deze extra middelen worden voor dat doel geoormerkt. Ook dit bedrag was ten tijde van de Kadernota 2014 niet bekend. 24. Bezuiniging op subsidiëring peuterspeelzalen 20.000 V 20.000 V 20.000 V 20.000 V Er wordt conform een eerdere opdracht van uw raad een bezuiniging op subsidiëring peuterspeelzalen geraamd. Deze was niet in de Kadernota opgenomen. 25. Kleinere verschillen 33.000 N 38.000 N 29.000 N 25.000 N Dit betreft een groot aantal verschillen, die verder niet worden toegelicht. Wij zijn verheugd dat wij u een begroting 2014 kunnen presenteren met een positief saldo. Dat betekent echter niet, dat daarmee een einde gekomen is aan een financieel lastige periode. Immers het uitgangspunt van een sluitende meerjarenraming is nog niet gerealiseerd. Wij zullen de taakstellende bezuinigingen voor 2015 en 2017 en volgende jaren nog nader invullen, waarbij o.a. zal worden gezocht naar de mogelijkheden van areaalverkleining en privatisering. Verder hebt u besloten, dat mede gelet op de hoogte van de tarieven OZB in onze gemeente in vergelijking met de omliggende gemeenten, om de opbrengst van de OZB niet boven het inflatiepercentage, waarvoor 2% is aangehouden, te verhogen. Mede voor het verkrijgen van budgettaire ruimte om te investeren in het toeristisch karakter van onze gemeente, is besloten om vanaf 2015 het tarief voor de toeristenbelasting te verhogen en wel van € 0,70 naar € 1 per persoon per overnachting, hetgeen uitgaande van 200.000 overnachtingen per jaar een extra jaarlijkse opbrengst van € 60.000 betekent. Omdat het aantal overnachtingen terugloopt, zal die meeropbrengst niet worden gerealiseerd.
- 11 -
Tabel 2 (N = tekort of nadeel en V = overschot of voordeel) Stand begroting 2014 Beschikking reserves
1)
Saldo voor bestemming (functie 970) Beschikking dekkings- en overige reserves Saldo incidentele lasten / baten Structurele saldi 1)
2014
2015
2016
2017
281.000 V 377.000 N ---------------96.000 N 548.000 V 235.000 V ---------------687.000 V
130.000 N 225.000 N ---------------355.000 N 515.000 V 115.000 V ---------------275.000 V
80.000 V 203.000 N ---------------123.000 N 464.000 V 3.000 V ---------------344.000 V
19.000 N 121.000 N ---------------140.000 N 385.000 V ---------------245.000 V
Incl. incidentele lasten en baten.
Zoals eerder is aangegeven, hanteren wij als technisch uitgangspunt dat er sprake moet zijn van een structureel sluitende begroting. Dit is een eis die wij onszelf als gemeente opleggen. Ook voor G.S. is de beoordeling van het begrotingsevenwicht essentieel. Daarbij wordt het formeel evenwicht en het materieel evenwicht, ook wel een reëel sluitende begroting, beoordeeld. Het formele evenwicht is het saldo van alle lasten en baten (in bovenstaande tabel “Stand begroting 2014”). Kort geleden is de Gemeentewet hierop aangepast en zijn de begrippen structureel en reëel evenwicht nader gepreciseerd. Voor een reëel sluitende begroting is de belangrijkste eis van G.S., dat de structurele lasten worden gedekt door structurele baten. Incidentele lasten mogen worden gedekt door incidentele baten, waaronder onttrekkingen aan de reserves. In vorenstaande tabel zijn de reële saldi vermeld, omdat G.S. hebben gevraagd om die saldi expliciet te presenteren. Daaruit blijkt dat de begroting en meerjarenraming structureel in evenwicht zijn. Gezien het vorenstaande stellen wij voor om de thans geraamde overschotten in 2014 en 2016 toe te voegen aan de Algemene vrije reserve. Daarmee wordt een eerste stap gezet om deze reserve op het vereiste peil te brengen. In de Nota reserves en voorzieningen is de gewenste omvang van de Algemene vrije reserve voor onze gemeente gesteld op € 1.130.000. De stand per 1 januari 2014 wordt geraamd op € 54.000. Voor de jaren 2015 en 2017 en volgende worden vooralsnog taakstellende bezuinigingen geraamd, tot de bedragen die nodig zijn om een sluitende begroting te realiseren. Tabel 3 (N = tekort of nadeel en V = overschot of voordeel) Stand begroting 2014 Storting in Algemene vrije reserve Taakstellende bezuingingen Saldo
2014
2015
2016
2017
281.000 V 281.000 N
130.000 N
80.000 V 80.000 N
19.000 N
---------------0
- 12 -
130.000 V ---------------0
---------------0
19.000 V ---------------0
Recapitulatie programmabegroting 2014-2017 Nr. progr.
Omschrijving programma
LASTEN 01 Algemeen bestuur 10 Openbare orde en veiligheid 20 Verkeer, vervoer en waterstaat 30 Economische zaken 40 Onderwijs 50 Cultuur en recreatie 60 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 70 Volksgezondheid en milieu 80 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 90 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Totaal lasten BATEN 01 Algemeen bestuur 10 Openbare orde en veiligheid 20 Verkeer, vervoer en waterstaat 30 Economische zaken 40 Onderwijs 50 Cultuur en recreatie 60 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 70 Volksgezondheid en milieu 80 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 90 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Totaal baten Saldi
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
1.650.289 1.033.331 1.317.640 435.040 1.926.971 2.743.397
1.598.557 1.019.391 1.253.841 424.243 1.878.162 2.578.051
1.538.756 1.013.044 1.307.333 419.186 1.860.062 2.553.245
1.512.339 1.010.112 1.241.970 416.975 1.833.157 2.536.855
6.343.767 2.865.913
6.147.522 2.909.058
6.120.867 2.937.693
6.094.733 3.096.439
4.384.562
2.213.847
2.176.661
2.161.103
1.456.844 ---------------24.157.754
1.440.988 ---------------21.463.660
1.501.925 ---------------21.428.772
1.546.696 ---------------21.450.379
-190.732 -14.837 -103.978 -556.024 -199.788 -625.037
-195.759 -14.837 -103.978 -556.024 -152.459 -524.287
-190.732 -14.837 -103.978 -556.024 -135.081 -524.287
-191.732 -14.837 -103.978 -556.024 -108.491 -524.287
-2.763.004 -2.357.235
-2.626.852 -2.317.527
-2.626.852 -2.392.703
-2.626.852 -2.468.879
-2.547.160
-454.724
-455.903
-457.140
-15.080.516 ----------------24.438.311
-14.387.485 ----------------21.333.932
-14.508.669 ----------------21.509.066
-14.378.901 ----------------21.431.121
280.557 V
129.728 N
80.294 V
19.258 N
Het bovenstaande overzicht is inclusief de mutaties in de reserves. Voor een uitgebreider overzicht, alsmede voor de mutaties in de reserves, waardoor het resultaat voor en na bestemming zichtbaar is, verwijzen wij naar de uiteenzetting van de financiële positie. De hiervoor voorgestelde verwerking van de saldi wordt opgenomen in programma 90, zodat de uiteindelijke (cijfermatige) saldi nihil zijn.
- 13 -
VOORSTEL Resumerend stellen wij u voor: de begroting 2014 vast te stellen; op grond van a. een budget beschikbaar te stellen van € 24.438.311; het investeringsschema 2014, nieuw beleid en het overzicht vervangingsinvesteringen vast te stellen en de benodigde kredieten en budgetten beschikbaar te stellen; in2O14 geen winst te nemen op de bouwgrondexploitatie; de minimumuitgifteprijzen van de bouwgrond per 1 januari 2014 nietaan te passen.
a. b. c. d. e.
Sint Anthonis, 17 september 2013. Burgemeester en wethouders De secretaris,
lr. S. Middelkamp
n
P
-14
PROGRAMMA 01 ALGEMEEN BESTUUR Portefeuillehouder: Burgemeester Sijbers Portefeuillehouder: Wethouder Aben Portefeuillehouder: Wethouder Bollen Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Algemeen bestuur omvat enerzijds het inzetten op (meer) zelfsturing, door de verantwoordelijkheid meer neer te leggen bij onze burgers en ondernemers en anderzijds onze dienstverlening naar de burgers toe verder te optimaliseren. In verband met o.a. de nog op ons afkomende bezuinigingen zal voor een verantwoorde bedrijfsvoering meer (kunnen) worden samengewerkt met andere gemeenten. Op bestuurlijk niveau wil het college nadrukkelijk inzetten op een betere en hechtere samenwerking met onze partners.
Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling Invoering van zelfsturing, het optimaliseren van onze dienstverlening alsmede de bedrijfsvoering verder optimaliseren en professionaliseren. Bedrijfsmatig wordt uit hoofde van efficientievoordelen en ter verbetering van de kwaliteit, de samenwerking met andere gemeenten geïntensiveerd, terwijl bestuurlijk wordt ingezet op het versterken van de samenwerking met onze partners. Subdoelstellingen Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort: • Bevorderen van openheid, openbaarheid en toegankelijkheid van het bestuur richting inwoners, ondernemers en instellingen. • Het activeren en stimuleren van ieders verantwoordelijkheid in de vorm van ‘zelfsturing’, dat een duidelijke scheiding tussen de verantwoordelijkheid van de gemeente en die van de burgers en het bedrijfsleven veronderstelt, zodat ze elkaar daarop kunnen aanspreken. • Dualisering geeft meer ruimte voor inhoudelijk debat op hoofdlijnen en politieke profilering. • Het versterken en verder professionaliseren van de dienstverlening in de meest brede zin van het woord. • Een nieuwe, goede en interactieve website, waarbij het raadsinformatiesysteem (RIS) wordt doorontwikkeld. • Versterking van de externe gerichtheid van het dagelijks bestuur waarbij naast de bestuurlijke samenwerking binnen het Land van Cuijk en Noordoost Brabant tevens gekeken wordt naar samenwerkingsverbanden met onze buurgemeenten. Wettelijk kader De rol en positie van gemeenteraad en college is verankerd in de Gemeentewet. Ten aanzien van de organisatie van de ondersteuning (bijvoorbeeld communicatie en voorlichting), de invulling van de rechtspositie van raads- en commissieleden en van de vergaderstructuur bestaat beleidsvrijheid. Taken met betrekking tot verstrekking van persoonsdocumenten (rijbewijzen, paspoorten, etc.) en het voeren van de burgerlijke stand (geboorte, huwelijk, overlijden, registratie partnerschap) zijn wettelijk verplicht. Er bestaat (binnen randvoorwaarden) wel beleidsvrijheid ten aanzien van leges en tarieven. Ook ten aanzien van de levering van diensten (openings-
- 15 -
tijden, wijze van levering) bestaan keuzes. Bestuurlijke samenwerking (regionale samenwerking) en de instelling van dorpsraden zijn autonome taken van de gemeente. Wettelijke taken • Raad • College B&W • GBA • Paspoorten/Identiteitsbewijzen • Rijbewijzen • Huwelijken • Verkiezingen • Naturalisatie en geslachtsnaamwijziging • Straatnaamgeving/huisnummering Autonome taken • Bestuurlijke samenwerking • Regionale samenwerking • Dorpsraden en -verenigingen Overzicht verordeningen en beleidsregels Verordeningen en beleidsregels Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de Raad van Sint Anthonis Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van het college van b&w van Sint Anthonis Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning Verordening op de raadscommissies Instructie griffier Inspraakverordening Gemeente Sint Anthonis Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden Verordening commissie bezwaarschriften Sint Anthonis 2010 Gemeenschappelijke Raamregeling samenwerking Boxmeer en Sint Anthonis Interne klachtenregeling Gemeente Sint Anthonis Notitie Integriteit Bestuurders Verordening gemeentelijke basisregistratie personen gemeente Sint Anthonis 2012 Privacyreglement gemeentelijke basisregistratie personen gemeente Sint Anthonis 2012 Beheerregeling gemeentelijke basisregistratie personen gemeente Sint Anthonis 2012 Reglement burgerlijke stand Verordening naamgeving en nummering Gemeente Sint Anthonis 2009 Verordening op de Rekenkamercommissie gemeente Sint Anthonis 2008 Communicatiebeleidsnotitie gemeente Sint Anthonis Mandaatregeling
Vastgesteld door
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging
Expiratiedatum
Raad
4-11-2010
Open
B&W
31-01-1996
Open
Raad
21-03-2002
Open
Raad Raad Raad
21-03-2002 21-03-2002 18-12-2003
Open Open Open
Raad
18-04-1996
Open
Raad
28-12-2010
Open
B&W / B
1-1-2013
Open
Raad Raad
13-06-2002 07-07-2003
Open Open
Raad
26-4-2012
Open
B&W
14-6-2012
Open
B&W
14-6-2012
Open
B&W
12-04-1995
Open
Raad
16-3-2009
Open
Raad
12-06-2008
Open
B&W
24-01-2006
Open
B&W
28-03-2013
Open
- 16 -
B&W Raad Raad Raad
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 10-09-2009 12-04-1994 01-01-2008 05-07-2007
Raad
01-01-2002
Open
Raad
01-01-2009
Open
Raad
25-10-2010
Open
B&W Raad Raad B&W B&W
12-04-1995 16-10-2008 12-07-2007 01-01-1994 01-08-2005
Open Open Open Open Open
B&W
20-06-1994
Open
Raad
28-04-1994
Open
B&W
10-01-1995
Open
B&W
01-01-2010
Open
Raad B&W B&W
04-03-2002 10-01-1995 10-01-1995
Open Open Open
Raad
28-04-1994
Open
Raad
12-09-1995
Open
Raad B&W B&W
28-04-1994 01-03-1994 03-11-2008
Open Open Open
Vastgesteld door
Verordeningen en beleidsregels Algemeen mandaatbesluit Delegatieverordening Verordening op de auditcommissie 2010 Verordening op het burgerinitiatief Verordening op het correctief raadgevend referendum 2002 Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Reglement burgerlijke stand Nota inkoopbeleid Land van Cuijk Archiefverordening gemeente Sint Anthonis Variabele werktijdenregeling 1994 Vakantieverlofregeling Uitvoeringsregeling samenloop toelagen wegens bereikbaarheid en beschikbaarheid en overwerk Uitkerings- en pensioenverordening wethouders Regeling vergoeding voor het verplicht ter beschikking hebben van een eigen auto Attentieregeling gemeenten Boxmeer en Sint Anthonis Klokkenluidersregeling Regeling inconveniëntentoelage Koffiegeldtoelage (buitendienst) Hypotheekregeling ambtenaren gemeente Sint Anthonis 1994 Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en uitwerkingsovereenkomst Bezoldigingsverordening gemeente Sint Anthonis Beschikbaarheidstoelage Convenant dorpsraden/dorpsverenigingen
Nieuw beleid Onderwerp
Expiratiedatum Open Open Open Open
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Zelfsturing • Met de zeven kernen gezamenlijk • Het versterken van de leefkomen tot een concept visiedobaarheid in alle dorpen/wijken cument Zelfsturing in de gemeenin de gemeente Sint Anthonis te Sint Anthonis “Vertrouwen in en het versterken van onderop Burgers”, welk aan de raad ter van het zelfregisserend vermovaststelling zal worden aangebogen van burgers. den. • De gemeenschap gaat mede de verantwoordelijkheid nemen • Met dit visiedocument worden vooraf bij nieuwe initiatieven de voor de publieke zaak en kijken kaders aangegeven wie welke rol naar elkaars belangen. c.q. taken heeft, wie waarvoor • De bewustwording dat de overbevoegd is en wie verantwoordeheid niet alles oplost maar de lijk is. gemeenschap zelf verantwoordelijk is. • Het bestaande intensieve overleg met de dorpsraden en vertegen- 17 -
Onderwerp
Wat willen we bereiken
Zaakgericht werken
• Het verder implementeren van het zaakgericht werken met Decos.
Interactieve beleidsvorming / communicatie
• Het komen tot interactieve communicatie dicht bij de burger door een effectieve inzet van communicatie als beleidsinstrument.
Nieuw beleid begroting 2014 Vervanging dis• Een qua geluid en registratie cussie vergadergeschikte installatie, die inzetinstallatie baar is voor raads- en commissievergaderingen en andere bijeenkomsten in het gemeentehuis of daarbuiten. Verhoging ver• Een reële beloning voor de legoeding stembuden van de stembureaus. reauleden
Aanschaf documentfraudeherkenningssysteem
• Voorkomen van identiteits- en documentfraude.
- 18 -
Wat gaan we daarvoor doen woordigers van de kernen wordt omgebouwd naar een meer op hoofdlijnen en toekomstgericht overlegstelsel. • Voor de diverse in het kader van de Zelfsturing te organiseren activiteiten en het mogelijk zelf realiseren van kleinere projecten wordt voor 2014 vooralsnog een budget geraamd van € 10.000. • Voor de verdere implementatie is het noodzakelijk, de licenties uit te breiden en wordt gebruik gemaakt van externe deskundige ondersteuning. Hiervoor is een budget van € 22.000 benodigd. • De advieskosten/het werkbudget communicatie betreffen kosten voor opleiding. In tegenstelling tot de Kadernota 2014 is geen structureel budget nodig en kunnen de kosten binnen het reguliere opleidingsbudget worden opgevangen. • De huidige installatie vervangen, waarvoor een krediet van € 30.000 benodigd is.
• De vergoedingen zijn meer in lijn gebracht met de vergoedingen zoals die door andere gemeenten toegepast worden. Dit betekent een extra structurele last van € 2.580. • Ter voorkoming van fraude bij vermissing van identiteits- en reisdocumenten wordt een herkenningssysteem aangeschaft. Daarmee is € 1.750 gemoeid en jaarlijks € 1.200 voor onderhoud.
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen begroting 2014 Vervanging discussie vergaderinstallatie
30.000
7.080
6.840
6.600
6.360
Totaal investeringen
30.000
7.080
6.840
6.600
6.360
10.000 22.000
0 0
0 0
0 0
2.580
2.580
2.580
2.580
1.750
1.200
1.200
1.200
36.330
3.780
3.780
3.780
43.410
10.620
10.380
10.140
Exploitatie opgenomen in Kadernota 2014 Zelfsturing Zaakgericht werken Exploitatie begroting 2014 Verhoging vergoeding stembureau leden Aanschaf documentfraudeherkeningssysteem Totaal exploitatie Totaal
30.000
Lasten en Baten voor bestemming
Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
1.784.393 -194.161 1.590.232
1.750.038 -180.639 1.569.399
1.650.289 -190.732 1.459.557
1.598.557 -195.759 1.402.798
1.538.756 -190.732 1.348.024
1.512.339 -191.732 1.320.607
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
Mutaties in verband met reserves Rekening 2012 Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
0
-10.000 -10.000
0
0
0
0
Totale Lasten en Baten
Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
1.784.393 -194.161 1.590.232
1.750.038 -190.639 1.559.399
1.650.289 -190.732 1.459.557
1.598.557 -195.759 1.402.798
1.538.756 -190.732 1.348.024
1.512.339 -191.732 1.320.607
- 19 -
SUB-PROGRAMMA 01 Samenwerken Portefeuillehouder: Burgemeester Sijbers Portefeuillehouder: Wethouder Aben Portefeuillehouder: Wethouder Bollen Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Samen staan we sterk. Een goede onderlinge samenwerking met overheden, maatschappelijke organisaties en bedrijven in de regio is van groot belang voor het effectief uitvoeren van onze taken als eerste overheid. We kijken over onze grenzen heen en gaan allianties aan met bovenstaande partners in de regio. Deze allianties moeten bijdragen aan het bereiken van onze doelen en ambities. Daarbij blijven we openstaan voor nieuwe kansen en mogelijkheden in de regio. •
Land van Cuijk: Bestuurlijke samenwerking krijgt steeds meer vorm en inhoud, ook voor het Land van Cuijk. De strategische visie Land van Cuijk en de uitvoeringsagenda zijn concrete voorbeelden daarvan. De uitvoeringsagenda wordt in 2014 nader uitgewerkt en projecten worden opgestart.
•
Regio NO Brabant: Het ligt in de lijn der verwachtingen dat na ondertekening van het bestuursconvenant voor de Regio NO Brabant en de doorontwikkeling van de governance deze samenwerkingsvorm ook een grotere rol van betekenis zal gaan vervullen.
•
Euregio: de gemeenten uit het Land van Cuijk zijn lid van de Euregio Rijn Waal. Met het nieuwe Interreg IV zien wij mogelijkheden voor cofinanciering van projecten.
•
PNM: Het Platform Noordelijke Maasvallei is een samenwerkingsverband tussen ondernemers, onderwijs, zorg, volkshuisvesting en overheid. Er worden initiatieven ontwikkeld die ook raakvlakken hebben met de thema’s uit de strategische visie. Daarom is het wenselijk dat er inhoudelijke afstemming en borging gerealiseerd wordt.
Overzicht verordeningen en beleidsregels
Verordeningen en beleidsregels
Vastgesteld door
Strategische visie LvC Rapport Identiteit LvC
Raad B&W
Nieuw beleid Onderwerp
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 17-6-2013 01-07-2013
Expiratiedatum
Open 01-01-2020
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Regionale sa• Komen tot een sterker samen• Voor 2014 t/m 2016 een voorlomenwerking werkingsverband Noordoost pige algemene bijdrage voor het Brabant. samenwerkingsverband 5 Sterrenregio/Noordoost Brabant vast- 20 -
Onderwerp
Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen stellen van € 3 per inwoner hetgeen neerkomt op een bedrag van jaarlijks € 35.400. • Het inzetten van middelen c.q. het co-financieren van projecten. • Uitvoering geven aan de Strategische Visie.
• Samenwerking binnen Land
van Cuijk/Platform Noordelijke Maasvallei (PNMV).
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen Totaal investeringen
0
Exploitatie opgenomen in Kadernota 2014 Regionale samenwerking Totaal exploitatie 0
Totaal
0
0
0
0
35.400 35.400
35.400 35.400
35.400 35.400
10.000 10.000
35.400
35.400
35.400
10.000
Lasten en Baten Samenwerken Rekening 2012 Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
32.634 32.634
Begroting 2013
80.969 -10.000 70.969
Begroting 2014
34.397 0 34.397
Begroting 2015
34.178 0 34.178
Begroting 2016
34.070 0 34.070
Begroting 2017
34.023 0 34.023
Deze lasten en baten maken onderdeel uit van en zijn opgenomen in programma 01 Algemeen Bestuur.
- 21 -
PROGRAMMA 10 OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID Portefeuillehouder: Burgemeester Sijbers Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Openbare orde en veiligheid omvat de brandveiligheid, de sociale veiligheid, de fysieke veiligheid (incl. rampenbestrijding), preventieve maatregelen in en om het huis, bescherming van eigendommen, de bestrijding van criminaliteit en vandalisme en de handhaving van regelgeving op het terrein van openbare orde en veiligheid.
Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling De hoofddoelstelling is het bevorderen van zowel de fysieke als de sociale veiligheid van de inwoners en de bezoekers van onze gemeente. Subdoelstellingen Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort: • Mede door samenwerking op regionaal niveau zorgdragen voor een optimale veiligheid en bescherming van mensen, dieren, milieu en goederen door het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, ongevallen en andere buitengewone situaties. • Het goed voorbereid zijn op rampen, crises en grootschalige verstoringen van de openbare orde en het adequaat optreden tijdens en na incidenten. • Aandacht voor de vrijwilligers bij de brandweer hebben en houden. • Het correct uitvoeren van de (bijzondere) wetgeving met betrekking tot de openbare orde en het gebruik van de openbare ruimte bij onder andere festiviteiten en evenementen. • Het terugdringen van criminaliteit, het handhaven van de openbare orde en het streven naar een zo hoog mogelijke objectieve en subjectieve veiligheid. Wettelijk kader Veiligheid is verweven in veel verschillende organieke wetten. Openbare Orde en Veiligheid (OOV) is primair een verantwoordelijkheid van de burgemeester op basis van de Gemeentewet. Maar ook het college van B&W heeft op basis van de Gemeentewet en de Awb veel wettelijke bevoegdheden op het terrein van veiligheid. De bevoegdheden van het college en/of de burgemeester: • Bevoegdheden t.a.v. rampenbestrijding en crisisbeheersing ingevolge de Wet Veiligheidsregio's. • Bevoegdheden t.a.v. de OOV bij grootschalige evenementen/bijeenkomsten met mogelijke ordeverstoringen ingevolge de Gemeentewet, de Wet Veiligheidsregio's en de Wet Openbare Manifestaties. • Bevoegdheden t.a.v. (de handel in) drugs (Opiumwet) en de verstrekking alcoholhoudende drank (Drank- en Horecawet). • Bevoegdheid én verplichting om -indien noodzakelijk- tijdelijke opname te gelasten in een psychiatrische kliniek c.q. In Bewaring Stelling (IBS) o.g.v. de Wet Bijzondere Opneming in Psychiatrische Ziekenhuizen (Wet BOPZ). • Verantwoordelijk in de nieuwe Drank- en Horecawet voor de uitvoering en bevoegd om gemeentelijke toezichthouders aan te wijzen. • Bevoegdheid om plegers van huiselijk geweld tijdelijk de toegang tot de eigen woning te ontzeggen o.g.v. de Wet Huisverbod.
- 22 -
•
Het wetsvoorstel regierol gemeenten gaat gemeenteraden verplichten om ééns in de vier jaar een integraal veiligheidsplan vast te stellen. De burgemeester is verplicht om de inhoud van het veiligheidsplan af te stemmen met de politie en met het openbaar ministerie.
Voor de brandweer staan de wettelijke taken in de Wet Veiligheidsregio’s. De brandweer moet brand en ongevallen bij brand voorkomen, beperken en bestrijden. De brandweer heeft daarnaast de taak om gevaar voor mensen en dieren te bestrijden bij rampen en bij ongevallen die niet door brand zijn ontstaan. Deze wettelijke taken vallen onder hulpverlening. Wettelijke taken • Wet op de Veiligheidsregio’s • Wet bijzondere opnemingen psychiatrische ziekenhuizen • Wet tijdelijk huisverbod • Wet openbare manifestaties • Drank- en Horecawet • Horecabeleid • Opiumwet • Politiewet 2012 • Wet publieke gezondheid • Wet op de Lijkbezorging • Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur • Gemeentewet Niet-wettelijke taken • Criminaliteitspreventie Overzicht verordeningen en beleidsregels
B&W
26-02-2013
Open
Voorstel Raad 2309-2013
Naar verwachting omstreeks 01-10-2013
Open
B&W
01-01-2003
Open
Raad
06-05-2009
Open
Raad
02-07-1998
Open
B&W
Open
B&W B&W B&W
01-10-2000 Naar verwachting najaar 2013 16-11-1999 16-12-2002 01-06-2003
B&W
30-08-2007
Open
Vastgesteld door
Verordeningen en beleidsregels
Brandbeveiligingsverordening Beleidsvisie externe veiligheid gemeenten Land van Cuijk 2012-2015 Drank- en Horecaverordening (paracommercie) Aankondigingsbordenbeleid gemeente Sint Anthonis Algemene Plaatselijke Verordening 2009 Verordening recreatiegebied Radioplassen te Stevensbeek Beleidsregels Prostitutie Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid Sint Anthonis 2013-2018 Standplaats- en ventvergunningenbeleid Regeling hand- en spandiensten Aanwijzingsbesluit hinderlijk drankgebruik Beleid sanctionering overtreding sluitingstijden APV
Raad
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 14-06-2012
Voorstel Raad najaar 2013
- 23 -
Expiratiedatum
Open
01-01-2018 Open Open Open
Verordeningen en beleidsregels
Aanwijzingsbesluit inzake aanwijzing natuurgee bied plas 1 Stichting Destructieverordening Verordening binnentreden ter uitvoering van noodverordeningen Beleidsregel Damoclesbeleid Sint Anthonis
Vastgesteld door
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging
Expiratiedatum
B&W
29-07-2004
Open
Raad
22-06-1995
Open
Raad
26-12-1995
Open
Burgemeester
10-12-2012
Open
Nieuw beleid Onderwerp
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Integrale Veilig• Uitvoering geven aan en het uit• Creëren en onderhouden van heid rollen van de Wet Bevordering vitale, leefbare dorpen waarin Integriteit Beoordelingen door het alle generaties bewoners zich Openbaar Bestuur (Wet BIBOB). veilig voelen en zelf ook bereid zijn de veiligheid te bevorderen. • Gebleken is, willen wij in de sa• Bereiken van een duurzame menwerking in de veiligheidsregio als volwaardige partner kunsociale en fysieke veiligheid op nen opereren, dat het noodzakede terreinen van wonen, werlijk is dat wij deelnemen aan het ken en recreëren door effectieconvenant van het Regionaal Inve samenwerking van alle verformatie en Expertise Centrum antwoordelijke regionale en lo(RIEC). Dit vergt een jaarlijks kale partners. budget van € 7.500. • Een flexibele, alerte gemeen• Het deelnemen aan een Veiligschap die blijvend werk maakt heidsfonds binnen de Regionale van veiligheid en waarin puEenheid Oost-Brabant ten bebliek en private partijen elkaar hoeve van gemeenschappelijk bijstaan en versterken in het op projecten. Hiervoor is een strucpeil houden van subjectieve en tureel budget van € 0,25 per inobjectieve veiligheid. woner of wel een bedrag van • Het bevorderen van een breed € 3.000 nodig. besef van veiligheid met daarbij een reële verwachting onder al- • Het intensiveren van maatregelen ter voorkoming van inbraken. le burgers van onze gemeente. • Het intensiever betrekken van • Terugdringen van verschijnseburgers, dorpsraden en andere len als overlast en inbraken maatschappelijk organisaties, door zowel de negatieve asmede in het licht van de eigen pecten te bestrijden als de oorverantwoordelijkheid. zaken van deze verschijnselen De uitvoering van mogelijke ‘buraan te pakken. gerinitiatieven’ vergt een structu• Voorkomen dat wij (ongemerkt) reel budget van € 1 per inwoner de georganiseerde criminaliteit hetgeen neerkomt op een jaarfaciliteren. lijks bedrag van € 12.000. • Het stimuleren van deelname aan Burgernet en NL-Alert. Crisisbeheersing • De gemeente beschikt over • Het personeel scholen en oplei-
- 24 -
Onderwerp
Wat willen we bereiken een goed geoutilleerde en professionele crisisorganisatie.
•
•
•
•
Drank- en Horecawet
• Uitvoering geven aan de gewijzigde Drank- en Horecawet (DHW), in het bijzonder het toezicht op de naleving ervan.
•
Wat gaan we daarvoor doen den en scenario’s beoefenen. Het aanwijzen en blijvend borgen van (regionale) piket-/sleutelfunctionarissen. Hiervoor is structureel een bedrag van € 0,28 per inwoner ofwel een bedrag van € 3.300 benodigd. Een bijdrage leveren aan de uitwerking van het Regionaal Crisisplan, waaronder het Dekkingsplan en regionale draaiboeken. Het stimuleren, dat medewerkers van onze gemeente - op basis van vrijwilligheid - bereid zijn deel te nemen aan een regionaal piket. Het regelmatig testen van en het up to date houden van de alarmeringscomputer. Toezicht/handhaving van de DHW opnemen in het Handhavingsbeleidsplan en -uitvoeringsprogramma. Het (in te huren) toezicht DHW zal naar verwachting een structureel budget van € 3.000 vergen.
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen Totaal investeringen
0
Exploitatie opgenomen in Kadernota 2014 Convenant RIEC Veiligheidsfonds Burgerinitiatieven Piket-/sleutelfunctionarissen Toezicht en handhaving Dranken Horecawet Totaal exploitatie Totaal
0
0
0
0
0
7.500 3.000 12.000 3.300
7.500 3.000 12.000 3.300
7.500 3.000 12.000 3.300
7.500 3.000 12.000 3.300
3.000
3.000
3.000
3.000
28.800
28.800
28.800
28.800
28.800
28.800
28.800
28.800
- 25 -
Lasten en Baten voor bestemming
Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
1.136.833 -19.728 1.117.105
1.061.391 -14.837 1.046.554
1.033.331 -14.837 1.018.494
1.019.391 -14.837 1.004.554
1.013.044 -14.837 998.207
1.010.112 -14.837 995.275
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
Mutaties in verband met reserves Rekening 2012 Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Totale Lasten en Baten
Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
1.136.833 -19.728 1.117.105
1.061.391 -14.837 1.046.554
1.033.331 -14.837 1.018.494
1.019.391 -14.837 1.004.554
1.013.044 -14.837 998.207
1.010.112 -14.837 995.275
- 26 -
PROGRAMMA 20 VERKEER, VERVOER EN WATERSTAAT Portefeuillehouder: Wethouder Bollen Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Verkeer, vervoer en waterstaat omvat het aanleggen, beheren en in stand houden van wegen/straten/pleinen/parkeervoorzieningen/openbare verlichting/bermen/bruggen/af- en ontwateringswerken, de zorg voor bereikbaar openbaar vervoer alsmede het ter regulering van het verkeer treffen van maatregelen.
Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling Het waarborgen en zo mogelijk bevorderen van een goede bereikbaarheid van zowel in de zeven kernen als in het buitengebied van onze gemeente gelegen panden en percelen. Veiligheid staat hierbij voorop. Subdoelstellingen Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort: • Het doeltreffend ontsluiten van percelen alsmede het nuttig gebruik maken van de tot de openbare ruimte behorende verharde oppervlakten. • Het in het belang van verkeersveiligheid en sociale veiligheid aanleggen en in stand houden van een hierop afgestemd openbaar verlichtingsnetwerk. • Het op een adequate, verkeersveilige en eenduidige manier afwikkelen van verkeer. • Het inzetten op een effectief openbaar vervoerssysteem. • Het ten behoeve van wegen en gronden zorgdragen voor een hiervoor benodigde juiste waterhuishouding. Wettelijk kader Het landelijke wettelijk beleidskader wordt gevormd door het Nationaal Verkeers- en VervoersPlan (NVVP) dat is doorvertaald in de Nota Mobiliteit (NoMo, PKB april 2006). Dit is weer verder uitgewerkt in de Mobiliteitsaanpak (november 2008). De provincie NoordBrabant is volgens de Planwet Verkeer en Vervoer wettelijk verplicht de zogenaamde "essentiële kenmerken" uit de NoMo door te vertalen in haar Provinciaal Verkeers- en VervoersPlan (PVVP). Gemeenten hebben volgens bovengenoemde Planwet een 'zorgplicht' om hun verkeers- en vervoersbeleid zichtbaar te maken. Daaraan zijn geen nadere eisen gesteld. De gemeente is op grond van de Wegenwet bevoegd om wegen te onttrekken aan het openbaar verkeer. De gemeente is verplicht om te zorgen voor het onderhoud van binnen de gemeente gelegen wegen (voor zover niet in eigendom van rijk of provincie of particulieren); ook het onderhoud van de berm en de bermsloot hoort bij deze plicht indien van belang voor de weg en ingeval er geen onderhoudsverplichting bij derden bestaat. Op grond van de Wegenwet wordt bepaald dat de wegen in goede staat moeten verkeren. Een aantal naar provincies doorgedecentraliseerde rijkstaken is via de Brede DoelUitkering (BDU) van bijbehorende financiële middelen voorzien. De provincie verdeelt voor een deel deze en haar eigen middelen verkeer en vervoer via de GebiedsGerichte Aanpak (GGA's). Hiervoor wordt jaarlijks een regionaal uitvoeringspakket vastgesteld en een voortschrijdend meerjaren uitvoeringsprogramma bepaald.
- 27 -
Wettelijke taken • Onderhoud bruggen en wegen • Verkeersmaatregelen • Afwatering (beheersing) • Gladheidbeheersing • Wet Informatieuitwisseling Ondergrondse Netten (WION) Niet-wettelijke taken • Straatmeubilair • Openbare verlichting (wel relatie met veiligheid) • Onkruidbestrijding verhardingen • Straatreiniging • Gladheidsbestrijding • Verkeers- en vervoersbeleid (wel relatie met milieubeleid en veiligheid) • Parkeerbeheer Overzicht verordeningen en beleidsregels
Raad Raad Raad Raad B&W
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 11-03-2013 15-09-2003 13-04-2010 14-12-2009 05-02-2005
B&W
28-09-2004
Open
Raad
17-03-2008
2017
Raad
15-12-2003
Open
B&W
29-01-2013
Open
Raad
17-6-2013
Open
Vastgesteld door
Verordeningen en beleidsregels
Wegenbeheerplan 2013-2017 Bruggenbeheerplan 2003-2020 Beheerplan openbare verlichting 2010-2013 Gemeentelijk RioleringsPlan (V)GRP 2010-2014 Notitie bredere en/of tweede inritten Notitie verharden gemeentelijke onverharde, niet ingeplante bermen Gemeentelijk Verkeersveiligheidsplan (GVVP) 2008-2017 Collectief Vraagafhankelijk Vervoer in Sint Anthonis (CVV) Regeling Elektrische laadpalen 2012 Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Sint Anthonis
Nieuw beleid Onderwerp
Expiratiedatum
2017 2020 2013 2014 Open
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Verkeer op orde • Continuering van het project • Het gemiddeld voor 1 dag in de “verkeer op orde” zoals dat nu week inhuren van een verkeersuitgevoerd wordt. kundige. Dit vergt een aanvullend Onder andere inhoudende: budget van jaarlijks € 11.000. - samenwerking Verkeer Boxmeer; - samenwerking vanuit Gebiedsgerichte Aanpak; - samenwerking op provinciaal niveau, aanbesteding openbaar vervoer, Brabants
- 28 -
Onderwerp
Wat willen we bereiken breed model aanpak.
Wat gaan we daarvoor doen
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen Totaal investeringen
0
Exploitatie opgenomen in Kadernota 2014 Verkeer op orde (inhuur verkeerskundige) Totaal exploitatie
0
Totaal
0
0
0
0
11.000
11.000
11.000
11.000
11.000
11.000
11.000
11.000
11.000
11.000
11.000
11.000
Lasten en Baten voor bestemming
Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
2.282.099 -561.809 1.720.290
1.373.602 -145.392 1.228.210
1.317.640 -17.500 1.300.140
1.253.841 -17.500 1.236.341
1.307.333 -17.500 1.289.833
1.241.970 -17.500 1.224.470
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
Mutaties in verband met reserves Rekening 2012 Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
0 -11.668 -11.668
0 -86.748 -86.748
0 -86.478 -86.478
0 -86.478 -86.478
0 -86.478 -86.478
0 -86.478 -86.478
Totale Lasten en Baten
Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
2.282.099 -573.477 1.708.622
1.373.602 -232.140 1.141.462
1.317.640 -103.978 1.213.662
1.253.841 -103.978 1.149.863
1.307.333 -103.978 1.203.355
1.241.970 -103.978 1.137.992
- 29 -
PROGRAMMA 30 ECONOMISCHE ZAKEN Portefeuillehouder: Wethouder Aben Portefeuillehouder: Wethouder Bollen Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Economische zaken omvat het bevorderen van de lokale economie, het adviseren over economische ontwikkelingen alsmede het exploiteren van de in beheer van de gemeente zijnde eigendommen.
Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling De hoofddoelstelling is het ter stimulering van de werkgelegenheid in onze gemeente bevorderen van een gezonde, evenwichtige economische structuur. Subdoelstellingen Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort: • Het versterken van de samenwerking op economisch gebied in het Land van Cuijk en Brabant-Noordoost. • Het bevorderen van de samenwerking tussen de gemeente en bedrijven. • Het naar behoefte ontwikkelen van nieuwe bedrijventerreinen. • Detailhandel beschermen en stimuleren. • Het verder faciliteren van initiatieven uit onze gemeente op toeristisch/recreatief gebied. • Het met de exploitatie van de in beheer van de gemeente zijnde gronden en woningen bereiken van een optimaal resultaat binnen de geldende wettelijke kaders en het door de Raad vastgestelde beleid. Wettelijk kader Buiten deelnemingen zijn er geen wettelijke taken die worden uitgevoerd. Wel is er een algemeen maatschappelijke verantwoordelijkheid om te zorgen voor bijvoorbeeld een goede bereikbaarheid van bedrijventerreinen en winkels. Wettelijke taken • Onderhoud Vastgoed Niet-wettelijke taken • Straatmarkten • Sociaal economische zaken • Gronden en gebouwen • Agrarische zaken, jacht en visserij • Reconstructie
- 30 -
Overzicht verordeningen en beleidsregels
Verordeningen en beleidsregels
Strategische visie LvC Rapport Identiteit LvC Notitie Erfpacht Notitie Melkquotum Beleidsnota betreffende landbouwgronden vrij van (erf)pacht Beleidsnotitie Bed & Breakfast Voorwaarden en procedurevoorschriften voor uitgifte van grond Marktverordening Verordening winkeltijden Beheerplan Vastgoed 2011-2016
Raad B&W Raad Raad
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 17-6-2013 01-07-2013 19-12-1995 03-02-1997
Raad
17-12-2001
Open
Raad
06-02-2006
Open
Raad
24-10-1995
Open
Raad Raad Raad
23-12-2004 31-10-1996 25-10-2010
Open Open 2016
Vastgesteld door
Nieuw beleid Onderwerp
Expiratiedatum
Open 01-01-2020 Open Open
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Economische • Het stimuleren van onderne• Het houden van activiteiten voor activiteiten mersinitiatieven. ondernemers (bijeenkomsten, thema-avonden). • Het investeren in de relatie • Het bijdragen aan collectieve inigemeente - ondernemers. tiatieven van ondernemers. • Hiervoor een structureel budget beschikbaar stellen van € 2.000. Plattelandsont• De transitie naar een duurzame • Het ambtelijke ondersteunen van wikkeling (Agro & projecten en initiatieven en het veehouderij faciliteren. Food) onderhouden van netwerken. Daarnaast bezien of beleid voor onderhavige transitie aangepast dient te worden. • Het gezondheidsaspect hierbij uitdrukkelijk betrekken. • Uitvoering geven aan de uit• Het opstellen van een actieprowerking van het thema “Vergramma voor 2014 en volgende sterken keten van Agro & jaren met als doel: Food” van de strategische visie - versterken agribusinessketen; voor het Land van Cuijk. - verbinden kennisinstituten aan agrarische bedrijven en verwerkende industrie; - dialoog landbouw, bewoners en milieugroeperingen; - innovatie duurzame mestverwerking. • Zowel voor de gemeente zelf als voor het gebied Land van Cuijk wordt de focus op Agrofood ge-
- 31 -
Onderwerp
Verhoging pachten
Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen legd. Dit is ook in de regio Noordoost Brabant hét speerpunt. Uit het op te stellen programma zal blijken welke financiële middelen hiervoor nodig zullen zijn. Ook zal mogelijk een deel van het benodigde budget (indirect) via de bijdrage aan het Land van Cuijk voor de uitvoering van de strategische visie, beschikbaar komen. Mede gelet hierop is voor 2014 om uitvoering aan dit thema te kunnen geven een budget van € 20.000 opgevoerd. • Het verhogen van de reguliere pacht met 6%. • Ten aanzien van 32 ha. landbouwgrond, die opnieuw in geliberaliseerde pacht uitgegeven kan worden, een jaarlijkse pachtverhoging toepassen van € 300 per ha. Voorts ten aanzien van 7 ha. vrijkomende erfpachtgrond een jaarlijkse verhoging van de pachtprijs toepassen van € 900 per ha. • Vorenbedoelde pachtverhogingen resulteren in een jaarlijkse meeropbrengst van € 31.000.
• Het verhogen van het rendement van de in het bezit van de gemeente zijnde gronden.
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen Totaal investeringen Exploitatie opgenomen in Kadernota 2014 Plattelandsontwikkeling: Agro & Food Economische activiteiten Verhoging pachten Exploitatie begroting 2014 Plattelandsontwikkeling: Agro & Food (dekking uit reserve reconstructie) Totaal exploitatie
0
0
0
0
0
20.000
0
0
0
2.000 -31.000
2.000 -31.000
2.000 -31.000
2.000 -31.000
-20.000 -29.000
0 -29.000
0 -29.000
0 -29.000
- 32 -
Omschrijving
Krediet 0
Totaal
2014
2015
2016
2017
-29.000
-29.000
-29.000
-29.000
Lasten en Baten voor bestemming
Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
1.744.231 -1.962.758 -218.527
665.002 -1.118.670 -453.668
Begroting 2014
435.040 -556.024 -120.984
Begroting 2015
424.243 -556.024 -131.781
Begroting 2016
419.186 -556.024 -136.838
Begroting 2017
416.975 -556.024 -139.049
Mutaties in verband met reserves Rekening 2012 Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
441.219 -18.149 423.070
Begroting 2013
553.289 0 0
Begroting 2014
0 0 0
Begroting 2015
0 0 0
Begroting 2016
0 0 0
Begroting 2017
0 0 0
Totale Lasten en Baten
Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
2.185.450 -1.980.907 204.543
1.218.291 -1.118.670 99.621
- 33 -
Begroting 2014
435.040 -556.024 -120.984
Begroting 2015
424.243 -556.024 -131.781
Begroting 2016
419.186 -556.024 -136.838
Begroting 2017
416.975 -556.024 -139.049
PROGRAMMA 40 ONDERWIJS Portefeuillehouder: Wethouder Aben Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Onderwijs omvat de zorg voor onderwijshuisvesting, leerplicht, het ontwikkelen van lokaal onderwijsbeleid en leerlingenvervoer. Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling Te zorgen voor adequate en passende huisvesting voor de leerlingen in het primair en secundair onderwijs, het verhogen van het aantal jongeren met een startkwalificatie en een goed beheer en onderhoud van de scholen. Subdoelstellingen Beoogd wordt de navolgende subdoelstellingen te realiseren: • Kwantitatief en kwalitatief adequate onderwijshuisvesting. • Het terugdringen van onderwijsachterstanden. • Het terugdringen van het aantal vroegtijdige schoolverlaters van 12-23 jaar. • Het vervoeren van leerlingen op basis van de verordening leerlingenvervoer naar scholen voor basisonderwijs, voortgezet onderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs. • Het binnen de toebemeten taakstelling uitvoeren van de leerplichtwet. • Het aanbieden aan volwassenen van cursussen met integratie en volwaardige participatie in de samenleving als doel. • Tegengaan laaggeletterdheid. Wettelijk kader Er bestaat niet één (paraplu)wet die de wettelijke taken van gemeenten op het gebied van onderwijs en jeugd definieert. Er is eerder sprake van een reeks van taken die versplinterd zijn neergelegd in onder meer: • Wetten: Wet op de Jeugdzorg, Wet Publieke Gezondheidszorg, Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), Wet op het Primair Onderwijs, Wet op het Voortgezet Onderwijs, Wet Participatiebudget, Wet Onderwijsachterstandenbeleid, Leerplichtwet, Wet Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdige schoolverlater (VSV), Wet Ontwikkeling door Kwaliteit en Educatie, Wet op expertise centra, etc. • Op deze wetten geënte convenanten, regelgeving en (decentralisatie)uitkeringen, vaak gepaard gaand met prestatieafspraken. • Uit het geheel van bovengenoemde wet- en regelgeving valt een verzameling van al dan niet expliciet geformuleerde wettelijke taken te destilleren, waarvoor gemeenten ook rijksfinanciering ontvangen. De gemeente moet op grond daarvan zorgen voor: • Onderwijshuisvesting (accommodatiebeleid). • Leerplichthandhaving, voorkomen van voortijdig schooluitval en toeleiding van voortijdig schoolverlaters naar het onderwijs. • Het voorschoolse deel van vroeg- en voorschoolse educatie (VVE). • Schakelklassen voor leerlingen met een taalachterstand. • Leerlingenvervoer.
- 34 -
•
Formele volwasseneneducatie op grond van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB).
Wettelijke taken • Huisvestingsvoorzieningen bijzonder onderwijs • Huisvestingsvoorzieningen voortgezet onderwijs • Huisvestingsvoorzieningen voortgezet speciaal onderwijs • Leerlingenvervoer • Uitvoering leerplichtwet • Voorschoolse educatie (VVE) Niet-wettelijke taken • Algemene onderwijsaangelegenheden Overzicht verordeningen en beleidsregels
Verordeningen en beleidsregels
Verordening “Voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Sint Anthonis” 2009 Verordening leerlingenvervoer gemeente Sint Anthonis 2013 Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid Beleidsregels gymnastiekonderwijs Notitie peuterspeelzalen 2006
Vastgesteld door
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging
Expiratiedatum
Raad
15-12-2008
Open
Raad
22-4-2013
Open
Raad
01-04-1999
Open
Nieuw beleid Onderwerp
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Doordecentralisa- • Er is een wetswijziging in voor- • Voor 2014 blijft de huidige procetie groot onderdure van toepassing en worden bereiding om per 1 januari houd primair en de aanvragen met betrekking tot 2015 het groot buitenonderspeciaal onderonderhoud nog ingediend bij de houd over te hevelen naar wijs gemeente. schoolbesturen van primair onderwijs. • Wat dit voor financiële consequenties heeft is op dit moment nog niet duidelijk. Passend onder• Vanaf 1 augustus 2014 zijn • Er wordt, samen met de gewijs scholen verplicht, hebben hierin meenten uit het Land van Cuijk, een zorgplicht, een passende maar ook met het samenweronderwijsplek te bieden aan alkingsverband goed overleg gele leerlingen. Alle schoolbestuvoerd. ren in dezelfde regio gaan met • Scholen dienen een ondersteuelkaar afspraken maken om ningsplan op te stellen wat in het passend onderwijs mogelijk te op overeenstemming overleg met maken. Vanuit het rijk is hierde gemeente besproken dient te voor een regio indeling geworden. maakt en onze gemeente valt • Aangezien hierbij een directe revoor zowel het primair onder- 35 -
Onderwerp
Wat willen we bereiken wijs als het voortgezet onderwijs in de regio 2507 (Nijmegen en omstreken). • Het is duidelijk dat het leerlingenvervoer en de onderwijshuisvesting taken van de gemeente blijven.
Wat gaan we daarvoor doen latie met transitie jeugdzorg is, is goede afstemming in deze van groot belang.
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen Totaal investeringen
0
0
0
0
0
Totaal exploitatie Totaal
0
0 0
0 0
0 0
0 0
Exploitatie
Lasten en Baten voor bestemming
Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
2.033.347 -1.850 2.031.497
2.076.456 -923 2.075.533
1.926.971 -923 1.926.048
1.878.162 -923 1.877.239
1.860.062 -923 1.859.139
1.833.157 -923 1.832.234
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
Mutaties in verband met reserves Rekening 2012 Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
0 -223.699 -223.699
0 -223.599 -223.599
0 -198.865 -198.865
0 -151.536 -151.536
0 -134.158 -134.158
0 -107.568 -107.568
Totale Lasten en Baten
Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
2.033.347 -225.549 1.807.798
2.076.456 -224.522 1.851.934
1.926.971 -199.788 1.727.183
1.878.162 -152.459 1.725.703
1.860.062 -135.081 1.724.981
1.833.157 -108.491 1.724.666
- 36 -
PROGRAMMA 50 CULTUUR EN RECREATIE Portefeuillehouder: Wethouder Aben Portefeuillehouder: Wethouder Bollen Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Cultuur en recreatie omvat het in stand houden, initiëren en optimaliseren van voorzieningen op het gebied van kunst en cultuur, het in stand houden van cultuurhistorische gebouwen, het stimuleren van sportbeoefening, het realiseren en in stand houden van sportaccommodaties, het in stand houden van recreatieve voorzieningen, alsmede het aanleggen en onderhouden van het openbaar groen.
Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling Het door middel van sport, recreatie, cultuur en kunst creëren van een aantrekkelijk en gezond leefklimaat en verblijfsomgeving voor de bewoners en de bezoekers van onze gemeente. Subdoelstellingen Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort: • Het bereiken van de inwoners met informatie van educatieve, culturele of recreatieve aard. • Het scheppen van voorwaarden waardoor inwoners naar eigen keuze en overeenkomstig hun aanleg en mogelijkheden op verantwoorde wijze sport en recreatiesport kunnen bedrijven. • Het in stand houden van het cultureel erfgoed. • Het ontwikkelen, herstellen en in stand houden van natuur en landschapswaarden en openbaar groen met een hoge gebruiks- en belevingswaarde. Wettelijk kader Cultuur De Nederlandse regelgeving op het terrein van cultuur vindt haar basis in artikel 22 lid 3 van de Grondwet: ‘Zij [de overheid] schept voorwaarden voor maatschappelijke en culturele ontplooiing en voor vrijetijdsbesteding.’ Opmerkelijk is dat het artikel een aandachtsgebied formuleert, zonder daarbij concrete normen en gespecificeerde doeleinden te stellen. De bepaling behelst weliswaar een opdracht aan de rijksoverheid om zich actief bezig te houden met de culturele ontplooiing van de burger, maar geeft haar nagenoeg de vrije hand om te voldoen aan de opdracht van dit artikel. Voorwaarden scheppen impliceert een stimulerende rol, eerder dan een rol waarbij de overheid de uitvoering zelf ter hand neemt. Deze voorwaardenscheppende rol en de inhoudelijke beleidsvrijheid die daarmee gepaard gaat, zien we terug in de meeste regelgeving op het terrein van cultuur. Zelden wordt daarin aan gemeenten een opdracht gegeven om aan concrete normen of doeleinden te voldoen. Uitzonderingen zijn onder meer te vinden in de Monumentenwet (instelling monumentencommissie) en de Mediawet (m.b.t. zorgplicht lokale omroep) en hebben betrekking op archiveren (archiefvoorziening) en bibliotheekwezen (centrale post voor bibliotheek). Maar verplichte taken zijn er in de praktijk nauwelijks. Sport Er is geen wettelijke plicht voor het oprichten, in stand houden en verhuren van sportaccommodaties; wel zien gemeenten dit over het algemeen als een maatschappelijke verant-
- 37 -
woordelijkheid. Het Nederlandse sportbestel, met haar verenigingsstructuur, is hier volledig op ingericht en hiervan afhankelijk. De eisen die sportbonden stellen aan de accommodaties en richtlijnen voor maatvoering van sportvelden staan centraal bij het aanbieden van sportaccommodaties. Daarnaast is het onderwijs preferent gebruiker, die ook bijzondere eisen aan het gebruik stelt. Natuurbescherming De gemeente moet voldoen aan Natuurbeschermingswet en Flora- en faunawet bij uitvoering van gemeentelijke projecten en bij het opstellen van ruimtelijke plannen. Wettelijke taken • Gymlokalen (onderwijshuisvesting) • Streekarchief • Monumentenzorg (voor rijksmonumenten) • Landschappelijke beplanting • Bomen (inspectie) • Natuurterreinen (relatie met veiligheid) • Bosterreinen (relatie met veiligheid) • Ongedierte- en ziektenbeheersing (relatie met volksgezondheid) • Zwerfvuil (relatie met volksgezondheid) Niet-wettelijke taken • Openbaar bibliotheekwerk • Subsidie vormings- en ontwikkelingswerk • Sportvoorzieningen • Zwembad • Sportstimulering • Grasvelden • Kunststofvelden • Podiumkunst • Beeldende kunst • Cultuurcentra • Subsidies musea en cultuur- en oudheidkunde • Groenonderhoud • Onkruidbestrijding • Recreatie • Toerisme • Evenementen • Kinderboerderijen • Visvoorzieningen • Kermissen • Speellocaties • Lokale omroep (wel v.w.b. bekostiging) • Ongedierte en ziektebestrijding Overzicht verordeningen en beleidsregels
Verordeningen en beleidsregels
Nota vrijwilligersbeleid Algemene subsidieverordening en de diverse subsidiedeelverordeningen Sportnotitie 2000
Raad
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 16-12-2008
Raad
29-06-2009
Vastgesteld door
- 38 -
Expiratiedatum
Open Open
Raad
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 10-03-2005
Raad
10-02-2000
Open
Raad
09-11-2006
Open
Raad
22-04-2013
2017
Raad Raad
11-03-2013 20-9-2010
2018 2019
Raad
24-04-2008
Open
Raad
14-3-2011
2025
Raad
01-01-2008
Open
B&W
26-09-2005
Open
Raad
21-9-2009
2019
Raad
13-10-2005
Open
Vastgesteld door
Verordeningen en beleidsregels
Startnotitie privatisering sportaccommodaties Verordening regelende de verhuur, in gebruikgeving en het gebruik van buitensportaccommodaties in de gemeente Sint Anthonis Monumentenverordening Sint Anthonis 1994 Beheerplan landschappelijke beplanting en laanbomen buitengebied 2013 tot en met 2017 Bosbeheerplan 2013 tot en met 2018 Groenbeheerplan Dorpskommen 2010-2019 Verordening gunning groenonderhoudswerkzaamheden & schoonmaak en overige (facilitaire) diensten Beheerplan Sportvelden en Tennisbanen 20112025 Evenementennota Nota Toeristisch Recreatief Beleid Buitengebied gemeente Sint Anthonis Beheerplan ecologische verbindingszone Peelkanaal 2009-2019 Verordening Kleinschalige Activiteiten
Nieuw beleid Onderwerp
Expiratiedatum
Open
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Toerisme en Re• Intensivering van de samen• Het financieel bijdragen in projeccreatie werking met betrokken belanten en het verstrekken van subsigenorganisaties op de schaal dies aan belangenorganisaties van het Land van Cuijk. (lokaal en regionaal). Dit vergt vanaf 2014 een structureel bud• Het realiseren van meer voorget van € 20.000. zieningen. • Het jaarlijks voor een bedrag van • Kwaliteitstoename van het pro€ 1.500 bijdragen in de exploitaduct. tiekosten van het wandelroute• Het waarmaken van het speernetwerk. punt van beleid zoals vervat in de Strategische Visie LvC. Stika (Stimule• Stimuleren van particuliere ini• Het gezamenlijk met de andere ringkader Groen tiatieven tot behoud en verbetegemeenten in het Land van Cuijk Blauwe diensten) ring van het landschap. voortzetten van deze succesvolle regeling, waarvan de kosten jaarlijks een bedrag van € 63.000 belopen waarvan de helft door de provincie gesubsidieerd wordt. Voor de gemeente is hiermee derhalve een jaarlijks budget van € 31.500 gemoeid. Nieuw beleid begroting 2014 Compensatiere• Een compensatieregeling OZB • Een Beleidsregel compensatie geling OZB dorpshuizen, sportvereniginonroerende zaakbelasting dorps-
- 39 -
Onderwerp dorpshuizen, sportverenigingen, enz.
Wat willen we bereiken gen, enz.
Wat gaan we daarvoor doen /gemeenschapshuizen, sportinstellingen en scouting ontwikkelen. • Hiervoor middelen ter beschikking te stellen ten bedrage van € 30.000.
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen Totaal investeringen
0
Exploitatie opgenomen in Kadernota 2014 Toerisme en Recreatie Exploitatiekosten wandelroutenetwerk Stimuleringskader Groen Blauwe Diensten (Stika) Exploitatie begroting 2014 Budget combinatiefuncties, zie Co-financiering kindcentra (progr. 60) Compensatieregeling OZB dorpshuizen, sportverenigingen, enz. Totaal exploitatie 0
Totaal
0
0
0
0
20.000
20.000
20.000
20.000
1.500
1.500
1.500
1.500
31.500
31.500
31.500
31.500
-23.000
-23.000
-23.000
-23.000
30.000
30.000
30.000
30.000
60.000
60.000
60.000
60.000
60.000
60.000
60.000
60.000
Lasten en Baten voor bestemming
Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
3.769.897 -380.988 3.388.909
3.341.884 -867.537 2.474.347
2.728.995 -518.454 2.210.541
2.563.649 -517.704 2.045.945
2.538.843 -517.704 2.021.139
2.522.453 -517.704 2.004.749
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
Mutaties in verband met reserves Rekening 2012 Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
27.341 -73.659 -46.318
88.433 -269.770 -181.337
- 40 -
14.402 -106.583 -92.181
14.402 -6.583 7.819
14.402 -6.583 7.819
14.402 -6.583 7.819
Totale Lasten en Baten
Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
3.797.238 -454.647 3.342.591
3.430.317 -1.137.307 2.293.010
2.743.397 -625.037 2.118.360
2.578.051 -524.287 2.053.764
2.553.245 -524.287 2.028.958
2.536.855 -524.287 2.012.568
- 41 -
PROGRAMMA 60 SOCIALE VOORZIENINGEN EN MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING Portefeuillehouder: Wethouder Aben Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening omvat het verstrekken van bijstand en maatschappelijke diensten, het op weg helpen van inwoners naar werk, het bestrijden van armoede, de inburgering van nieuw- en oudkomers, het ontwikkelen c.q. uitvoeren van zowel lokaal seniorenbeleid als jeugd- en jongerenbeleid, de zorg voor kinderopvang alsmede het beheer en exploitatie van gemeenschapshuizen. Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling De hoofddoelstelling is het bevorderen om de inwoners van onze gemeente op een volwaardige wijze te laten deelnemen aan de samenleving. Subdoelstellingen Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort: • Optimaal en rechtmatig gebruik inkomensvoorzieningen. • Activeren uitkeringsgerechtigden en re-integratie naar arbeid. • Het bieden van een leer-werkaanbod aan jongeren (16 tot 27 jaar). • Het bieden van mogelijkheden aan nieuwkomers om te integreren. • Het bevorderen van de eigen verantwoordelijkheid en het vergroten van de zelfredzaamheid (kwetsbare groepen). • Het realiseren van onder andere adequate voorzieningen voor mensen met een beperking en het toenemend aantal senioren. • Het bieden van een aangename leefsituatie voor jeugd. • Het realiseren van een passend voorzieningenaanbod en preventieve zorg voor de jeugd. • Het stimuleren en in stand houden van het vrijwilligerswerk op lokaal niveau. • Het ondersteunen van mantelzorgers. • Het in stand houden en participeren in de verschillende (zorg)netwerken. • Het stimuleren van de maatschappelijke dienstverlening. • Het stimuleren en in stand houden van (buitenschoolse) kinderopvang en peuterspeelzaalwerk. Wettelijk kader Inburgering De gemeente is verplicht een antidiscriminatiebeleid uit te werken. Daartoe ontvangt de gemeente per inwoner een bedrag in het gemeentefonds. Op basis van de Wet Inburgering is de gemeente verplicht om inburgeringstrajecten te begeleiden. Inkomensvoorziening/Re-integratie/arbeidsmarktbeleid De gemeente is verplicht om de regelingen met betrekking tot inkomensvoorziening uit te voeren, zoals de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ). Ook de hoogte van de uitkeringen is wettelijk bepaald. Op het moment dat iemand van de WWB-doelgroep
- 42 -
of Nugger/Anw´er (Niet uitkeringsgerechtigde/Algemene nabestaandenwet) een beroep doet op de gemeente, dan heeft diegene recht om door de gemeente geholpen te worden bij de re-integratie. Daarvoor ontvangt de gemeente middelen (Participatiebudget). De gemeente heeft op het gebied van participatie en re-integratie vrijheid om zelf beleid te bepalen. Nietingezette middelen van het Participatiebudget (werkdeel) moeten worden terugbetaald. Ook de verstrekking van inkomensondersteunende voorzieningen in het kader van bijzondere bijstand (minimabeleid, armoedebestrijding) behoort tot de basisdienstverlening. Hierbij is er sprake van beleidsvrijheid. Wmo De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) kent negen prestatievelden. Op al deze negen prestatievelden dient de gemeente beleid te hebben en iets te doen. Over de omvang en kwaliteit hiervan worden echter geen normen gegeven. Op diverse prestatievelden zijn wel richtlijnen benoemd, soms door het ministerie, soms door brancheorganisaties. Dit zijn echter richtlijnen, geen wettelijk minimum. Ten aanzien van de uitvoering van het compensatiebeginsel (gemeente moet kijken hoe de beperking van een cliënt het beste gecompenseerd kan worden) gaat de gemeente uit van algemene regels die door de Centrale Raad getoetst kunnen worden. Bij het verstrekken van voorzieningen (w.o. vervoersvoorzieningen) is er gemeentelijke beleidsvrijheid om de hoogte van een eigen bijdrage te bepalen. Op grond van de Wet Kinderopvang is de gemeente verantwoordelijk voor het uitvoeren van toezicht en het handhaven van de kwaliteit van de Kinderopvang. Voor peuterspeelzalen, sportvoorzieningen, bibliotheek heeft de gemeente geen wettelijke taak maar wel een sterk gevoelde maatschappelijke verantwoordelijkheid. De gemeente moet zorgen voor het inrichten van een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) en het voeren van regie op de hele jeugdketen. Ingevolge de Jeugdwet (die de Tweede Kamer in september a.s. behandelt) behoren preventie, ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en ouders bij opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen eveneens tot de verantwoordelijkheid van de gemeente Wettelijke taken • WWB Inkomensdeel • WWB bijzondere bijstand • WWB: Besluit zelfstandigen • Sociale werkvoorziening • Wet educatie en beroepsonderwijs • WWB Werkdeel • IOAW • IOAZ • Bijzondere bijstand • Centrum voor Jeugd en Gezin • Wmo mantelzorg + vrijwilligerszorg • Wmo collectief vervoer ouderen • Wet inburgering • Wmo huishoudelijke hulp • Wmo vervoersvoorzieningen • Wmo rolstoelvoorzieningen • Wmo woonvoorzieningen • Algemeen maatschappelijk werk • Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen • Voorschoolse en vroegschoolse educatie (VVE)
- 43 -
Niet-wettelijke taken • Minimabeleid (in aanvulling op bijzondere bijstand) • Kwijtschelding • Subsidies welzijnswerk, opbouwwerk • Subsidies ouderenzorg • Subsidies gehandicaptenzorg • Club- en buurthuiswerk • Sociaal-culturele accommodaties • Vrijwilligerswerk • Jeugd- en jongerenwerk • Jeugdaccommodaties • Peuterspeelzalen (m.u.v. VVE) • Wijkgericht werken Overzicht verordeningen en beleidsregels
Raad Raad
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 04-03-2010 25-02-2010
Raad
04-03-2010
Open
Raad
04-03-2010
Open
Raad
04-03-2010
Open
Raad
01-01-1996
Open
Raad
01-01-2008
Open
B&W
20-11-2006
Open
Raad
27-08-2009
Open
Raad
17-12-2009
Open
Raad B&W
16-04-2009 20-9-2011
Open Open
Raad
26-04-2001
Open
Raad
17-05-2007
Open
Raad
20-01-2005
Open
Raad
16-04-2009
Open
Raad
12-12-2011
31-12-2015
B&W Raad
22-06-2004 18-12-2006
Open Open
Raad
24-10-1995
Open
Raad B&W
27-10-2003 26-07-2005
Open 2020
Vastgesteld door
Verordeningen en beleidsregels
Verordening re-integratie WWB, IOAW en IOAZ Verordening afstemming WWB 2011 Verordening handhaving WWB, WIJ, IOAW en IOAZ Verordening toeslagen en verlagingen WWB, IOAW en IOAZ Verordening toeslagen en verlagingen WWB 2011 Verordening voor de adviescommissie zelfstandigen Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Sint Anthonis Startnotitie Arbeidsmarktbeleid “Mensen actief laten deelnemen aan de samenleving Verordening op het Declaratiefonds gemeente Sint Anthonis Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen Verordening Wet maatschappelijke ondersteuning Besluit Wet maatschappelijke ondersteuning Verordening cliëntenparticipatie gehandicaptenbeleid gemeente Sint Anthonis Verordening Wet Inburgering gemeente Sint Anthonis Boeteverordening wet inburgering nieuwkomers Verordening Burgerparticipatie Wet maatschappelijke ondersteuning 2008 Regionaal beleidsplan Wet maatschappelijke ondersteuning 2012 – 2015 Land van Cuijk Lokaal jeugdbeleid (jeugdbeleidsplan op site) Notitie samenwerking peuterspeelzalen Algemene Subsidieverordening Gemeente Sint Anthonis en de diverse subsidiedeelverordeningen Notitie “Dorpshuizen in Sint Anthonis” Dorpsontwikkelingsplannen
- 44 -
Expiratiedatum
Open Open
Verordeningen en beleidsregels
Interne Controle Plan 2006 Sociale Zaken Regionaal gezondheidsbeleid Land van Cuijk2013-2016 Notitie kunstbeleid 2001 Programma van eisen aanbesteding reintegratiediensten Arbeidsmarktbeleid L.v.C. startnotitie 2006 Categoriale bijzondere bijstand voor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen Notitie minimabeleid Verordening Commissie Beeldende Kunst en Vormgeving Sint Anthonis Visiedocument Transitie Jeugdzorg
B&W
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 20-12-2005
Raad
17-6-2013
31-12-2016
13-10-2004
Open
B&W
20-11-2006
Open
B&W
01-12-2005
Open
B&W
01-01-2005
Open
Raad
01-01-2006
Open
Raad
17-6-2013
Open
Vastgesteld door
Nieuw beleid Onderwerp
Expiratiedatum
Open
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Decentralisaties • De decentralisatie van de Jeugd• Transitie Jeugdzorg zorg wordt in samenwerkingsverGemeenten worden verantwoorband Brabant Noordoost voorbedelijk voor alle vormen van reid. Zowel beleidsmatig als in jeugdzorg. Dit omvat het verzorde uitvoering, waarmee de gen van een positief opvoed- en jeugdzorg zoveel mogelijk uniopgroeiklimaat, preventie en form wordt aangestuurd en georvroegsignalering tot en met de ganiseerd. zware gespecialiseerde zorg en hulp in het gedwongen kader. • Vanaf 1 januari 2013 hebben de Het wordt de taak van de gegemeenten in Brabant Noordoost meente om een samenhangende enkelvoudig ambulante jeugdzorg (gespecialiseerde) zorgstructuur overgenomen van de provincie ( te organiseren waarbij de opvoeDe Versnelling). In 2014 wordt dit ding niet overgenomen wordt, initiatief voortgezet en bekeken maar zoveel mogelijk wordt verwelke ruimte benut kan worden sterkt. Deze gespecialiseerde om samenwerking tussen de 1e jeugdzorg moet naadloos aanen 2e lijnszorg te stimuleren. sluiten op de jeugdtaken waar de • De transitie jeugdzorg gaat gegemeente nu al verantwoordelijk paard met een bezuiniging vanuit voor is. het rijk van 15%. We formuleren nu met de twintig gemeenten in Brabant Noordoost een gezamenlijk beleid en stemmen dit af met de uitvoerders waardoor de financiële risico's zoveel mogelijk worden beperkt. Enerzijds door beleidsinhoudelijke voorwaarden, anderzijds door volumebewaking, contractafspraken en het solidariteitsprincipe. • Uitvoering van de WMO en - 45 -
Onderwerp
Wat willen we bereiken
• Transitie AWBZ Twaalf gemeenten uit de regio Brabant Noordoost leggen in een beleidsplan hun visie vast op de Kanteling van het sociaal domein in het algemeen en de Wmo in het bijzonder. Er zijn gesprekken gevoerd met Wmo-raden en cliënten die nu begeleiding krijgen in de AWBZ. In essentie gaat het om een gewenste verschuiving van de tweede naar de eerste en nulde lijn en van de eerste naar nulde lijn. Hiervoor is een breed gedragen ketensamenwerking noodzakelijk welke o.a. een bijdrage levert aan de participatie en zelfredzaamheid van onze inwoners.
Decentralisaties en Kanteling
• Het bereiken van een zelfredzame samenleving waarin alle burgers op hun eigen manier kunnen participeren.
- 46 -
Wat gaan we daarvoor doen Jeugdwet moet de gemeente op dezelfde leest schoeien. Het gaat dan in ieder geval om een gezamenlijke voorliggende sociale basisstructuur, de toegang tot gespecialiseerde zorg (voorzieningen), de definities van de in te zetten hulpvormen, de contractering, de monitoring en de verantwoording. • De Wet maatschappelijke ondersteuning gaat ervan uit dat iedereen kan meedoen en mee doet. Er wordt uitgegaan van de mogelijkheden van mensen. • De aanpak is de afgelopen jaren sterk gericht geweest op het “zorgen voor” de burgers (met een hulpvraag). Er is een omslag nodig in denken en doen van alle betrokken, de Kanteling: - mogelijkheden centraal; - kracht zit in de nulde lijn; - ondersteuning door eerste en tweede lijn. • De transitie is ook een bezuinigingsoperatie. Gemeenten krijgen er m.i.v. 2015 een nieuwe doelgroep erbij. Onduidelijk is hoe groot deze doelgroep is en welke financiële consequenties dit heeft. • Gemeenten gaan straks contracten afsluiten met een nieuw soort aanbieders. • Samen met o.a. de gemeente Boxmeer gaan wij in 2014 meedoen aan de pilot “Hulp bij het huishouden”. • Door de decentralisaties en de Kanteling zal er in toenemende mate een druk komen te liggen op het voorliggende veld en de collectieve voorzieningen. De mogelijkheden om gebruik te maken van “dure” voorzieningen worden verkleind. Hier tegenover staat dat er van de inwoners een grotere zelfredzaamheid wordt verwacht. Zoals bijvoorbeeld op het gebied van mantelzorg en vrijwilligers. Door
Onderwerp
Co-financiering kindcentra
Wat willen we bereiken
• Invulling geven aan de ambities uit intentieovereenkomst combinatiefunctionarissen.
Nieuw beleid begroting 2014 Invoeringskosten • In de meicirculaire 2013 zijn transitie jeugdextra middelen beschikbaar zorg gesteld voor invoeringskosten transitie jeugdzorg. Invoeringskosten • Ook voor invoeringskosten transitie decentratransitie dencentralisatie AWBZ lisatie AWBZ zijn in de meicirculaire 2013 extra middelen beschikbaar gesteld. Hergebruik rol• In de meicirculaire 2013 is een stoelen en verlaging van de Algemene uitscootmobielen kering opgenomen wegens de plicht tot hergebruik van hulpmiddelen, zoals rolstoelen en scootmobielen.
Afschaffing maatschappelijke stages Voortgezet onderwijs
Bezuiniging op subsidiëring peuterspeelzalen
• In de meicirculaire 2013 is een verlaging van de Algemene uitkering opgenomen wegens de afschaffing van de maatschappelijke stages in het Voortgezet onderwijs. • Een afbouw van subsidie realiseren met ingang van 2014.
- 47 -
Wat gaan we daarvoor doen o.a. hierin te (blijven) investeren en de aanpalende organisaties hierbij te betrekken ontstaat een breed gedragen ketensamenwerking welke onder meer een bijdrage levert aan de participatie en zelfredzaamheid van onze inwoners. • De gemeente draagt bij in de cofinanciering van de kindcentra en de inzet van combinatiefunctionarissen. De kindcentra hebben hun meerwaarde in het belang van het kind bewezen. Voor 2014 en volgende jaren is een budget van € 50.500 opgenomen. Daarvan is € 25.000 de geldelijke bijdrage, € 2.500 voor coördinatiekosten en € 23.000 voor personele inzet. In de Kadernota was hiervoor € 73.500 geraamd. • Deze extra middelen worden voor dit doel geoormerkt. • Het betreft een eenmalig bedrag voor 2014 van € 10.113. • Deze extra middelen worden voor dit doel geoormerkt. • Het betreft een eenmalig bedrag voor 2014 van € 41.014. • De verlaging wordt één op één doorvertaald naar een lager budget voor de Wmo met ingang van 2015. • De ingeboekte bedragen zijn voor 2015, € 9.224, voor 2016 € 15.276 en voor 2017 en volgende jaren € 30.252. • De verlaging van de Algemene uitkering wordt doorvertaald, door het budget voor de stagemakelaars te schrappen. • Hiervoor is een structurele bezuiniging van € 8.550 opgenomen. • Ingevolge opdracht van de raad wordt met ingang van 2014 op een afbouw van subsidie ingezet. • Daarvoor is een structurele bezuiniging van € 20.000 opgenomen.
Onderwerp
Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen Totaal investeringen
0
Exploitatie opgenomen in Kadernota 2014 Co-financiering kindcentra Exploitatie begroting 2014 Invoeringskosten transitie jeugdzorg Invoeringskosten transitie decentralisatie AWBZ Afschaffing maatschappelijke stages Voortgezet onderwijs Hergebruik rolstoelen en scootmobielen Bezuiniging op subsidiëring peuterspeelzalen Totaal exploitatie 0
Totaal
0
0
0
0
25.000
25.000
25.000
25.000
10.113
0
0
0
41.014
0
0
0
0
-8.550
-8.550
-8.550
0
-9.224
-15.276
-30.252
-20.000
-20.000
-20.000
-20.000
56.127
-12.774
-18.826
-33.802
56.127
-12.774
-18.826
-33.802
Lasten en Baten voor bestemming
Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
6.705.912 -3.123.217 3.582.695
6.906.264 -2.965.033 3.941.231
6.343.767 -2.762.480 3.581.287
6.147.522 -2.626.328 3.521.194
6.120.867 -2.626.328 3.494.539
6.094.733 -2.626.328 3.468.405
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
Mutaties in verband met reserves Rekening 2012 Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
0 -527 -527
0 -524 -524
0 -524 -524
0 -524 -524
0 -524 -524
0 -524 -524
Totale Lasten en Baten
Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
6.705.912 -3.123.744 3.582.168
6.906.264 -2.965.557 3.940.707
6.343.767 -2.763.004 3.580.763
6.147.522 -2.626.852 3.520.670
6.120.867 -2.626.852 3.494.015
6.094.733 -2.626.852 3.467.881
- 48 -
PROGRAMMA 70 VOLKSGEZONDHEID EN MILIEU Portefeuillehouder: Wethouder Aben Portefeuillehouder: Wethouder Bollen Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Volksgezondheid en milieu omvat het behoud en het verbeteren van de volksgezondheid alsmede de zorg voor milieu, afvalinzameling en -verwijdering, riolering en aanleg en beheer van begraafplaatsen.
Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling Zorgdragen voor bereikbare, met name op preventie gerichte voorzieningen op het gebied van volksgezondheid alsmede het waarborgen van een schone, hygiënische en duurzame leefomgeving. Subdoelstellingen Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort: • Het binnen de toebemeten (wettelijke) taakstelling met de daarbij gegeven bevoegdheden en middelen bijdragen aan de volksgezondheid. • Integraal waterbeheer, inclusief het aanleggen en beheren van het rioleringssysteem. • Het inzamelen en verwerken van huishoudelijk afval. • Het uitvoeren van de verplichte taak die onze gemeente ingevolge de Wet op de lijkbezorging heeft. • Het beheren van de begraafplaatsen in onze gemeente. • Het verminderen van de belasting van het milieu. Wettelijk kader Lokaal Gezondheidsbeleid De gemeentelijke taken op het terrein van de openbare gezondheidszorg zijn vastgelegd in de Wet publieke gezondheid (Wpg). Het gaat hierbij om taken in de openbare, ofwel collectieve gezondheidszorg. Dat zijn taken die gericht zijn op de bevordering van gezondheid bij de bevolking in het algemeen, om collectieve preventie, infectieziektebestrijding en Jeugdgezondheidszorg (0-19 jaar). Deze wettelijke taken worden uitgevoerd door de GGD. Bij ontwikkelingen rondom het thema Agro en Food zal het gezondheidsaspect nadrukkelijk aandacht krijgen. Milieu De gemeente heeft een wettelijke verplichting voor een aantal milieutaken in de ruimtelijke plannen, Wet geluidhinder, Wet bodembescherming en Wet milieubeheer. In het kader van de wet Milieubeheer bestaat de wettelijke verplichting om voorzieningen te treffen voor het inzamelen van afvalstoffen. De gemeente moet een Verbreed Gemeentelijke RioleringsPlan hebben (dit vormt de basis van de rioolheffing) waarin opgenomen moeten zijn de uitwerkingen van de zorgplicht van verzameling en transporteren van afvalwater (dit betreft een resultaatverplichting: alle vuilwater producerende locaties dienen aangesloten te zijn op de riolering of een voorziening die een vergelijkbaar resultaat haalt); de zorgplicht voor hemelwater; en de zorgplicht voor grondwater. De gemeente is verplicht om het watersysteem op orde te hebben, te brengen en te houden.
- 49 -
Met de komst van de Wet Verankering en Bekostiging Gemeentelijke Watertaken in januari 2008 heeft de gemeente op het gebied van de riolering extra taken gekregen. De nieuwe wetgeving verbreedt het ‘traditionele’ taakveld rioleringszorg naar gemeentelijke watertaken. Wettelijke taken • Wet collectieve preventie gezondheidszorg: basistaken GGD • Ambulancevervoer • Jeugdgezondheidszorg uniform deel • Jeugdgezondheidszorg maatwerkdeel • Afvalverwijdering • Riolering en waterzuivering • Milieubeleid • Milieubeheer en -vergunningen • Lijkbezorging Niet-wettelijke taken • Natuur- en milieueducatie Overzicht verordeningen en beleidsregels
Verordeningen en beleidsregels
Vastgesteld door
Gemeentelijk Riolerings Plan (V)GRP 2010-2014 Verordening rioolheffing 2013 Verordening eenmalig rioolrecht 2000
Raad Raad Raad
Beheerplan Begraafplaatsen (2010-2020) (20132016)
Raad
Nadere regels voor grafbedekkingen op gemeentelijke begraafplaatsen Lijkbezorgingsrechten Sint Anthonis 2010 Afvalstoffenverordening deelregio Land van Cuijk en Boekel Verordening reinigingsheffing 2013 Verordening verlening van inzamelingvergoedingen aan non-profit inzamelaars van oud papier Milieubeleidsplan Notitie Biologische Landbouw Notitie Bouwstoffenbesluit Klimaatbeleid/DUBO 2004 - 2008 Handhavingsprotocol Beleidsregels beoordeling aspect geur afkomstig van intensieve veehouderijen in ruimtelijke plannen Verordening geurhinder en veehouderij Rapportage klimaatscan Bodembeheerplan (concept) Beleidsregels akoestisch onderzoek wet milieubeheer Beleidsplan mestbassins i.h.k.v. verlenging referentieperiode Beleidsnota toezicht Milieu Beleidsnota handhaven Milieu Beleidsnota gedogen milieuhygiëneregelgeving
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 14-12-2009 01-01-2013 11-05-2000 20-09-2010 (21-102013)
Expiratiedatum
2014 Open Open 2020 (2016)
Raad
01-04-2004
Open
Raad
20-09-2010
Open
Raad
02-06-2005
Open
Raad
01-01-2013
Open
Raad
26-10-2005
Open
Raad Raad
10-01-2008 11-01-2005
2011 2008
B&W
07-05-2004
B&W
13-08-2009
Open
Raad B&W B&W
17-01-2008 14-12-2003 28-12-2005
Open Open Open
B&W
08-03-2005
Open
B&W
08-05-2008
Open
B&W B&W B&W
16-08-2005 01-01-2004 11-01-2005
Open Open Open
- 50 -
Nieuw beleid
Wat gaan we nog doen?
Onderwerp
Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Duurzaamheid • In RMB-verband uitvoering geven • Het leveren van een bijdrage aan de gemeentelijke samenweraan een duurzame ruimtelijke kingsprojecten duurzaamheid. ontwikkeling, duurzaam gebruik Per 14 maart 2013 is er door het van biomassa en afval en een AB van het RMB een besluit geduurzame energievoorziening. nomen omtrent voortzetting van het Regionaal Samenwerkingsprogramma 2012-2013. Voor wat betreft de kosten in 2014 en volgende jaren voor het vervolg van het Samenwerkingsprogramma kan worden uitgegaan van de bijdrage van onze gemeente aan het regionaal samenwerkingsbudget van 2013, hetgeen een bedrag beloopt van € 18.000. Deze bijdrage komt uit de reeds geraamde inwonerbijdrage aan het RMB. • Bij de realisatie van nieuwe woningbouwprojecten zal de duurzaamheid uitdrukkelijk worden betrokken, onder meer door dezeop te nemen als selectiecriterium. • Duurzaamheid zal worden bereikt door energiemaatregelen aan en in de gemeentelijke gebouwen te treffen. In eerste aanleg wordt dit betrokken bij de uitvoering van de beheerplannen.
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving Investeringen
Krediet
2014 0
2015
2016
2017
0
0
0
0
0
0
0
0
Totaal investeringen Exploitatie Totaal exploitatie
- 51 -
0
Totaal
0
0
0
0
Lasten en Baten voor bestemming
Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
2.862.950 -2.252.008 610.942
2.974.366 -2.508.909 465.457
2.865.913 -2.357.235 508.678
2.909.058 -2.317.527 591.531
2.937.693 -2.392.703 544.990
3.096.439 -2.468.879 627.560
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
Mutaties in verband met reserves Rekening 2012 Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
9.839 0 9.839
116.818 -94.334 22.484
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Totale Lasten en Baten
Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
2.872.789 -2.252.008 620.781
3.091.184 -2.603.243 487.941
2.865.913 -2.357.235 508.678
2.909.058 -2.317.527 591.531
2.937.693 -2.392.703 544.990
3.096.439 -2.468.879 627.560
- 52 -
PROGRAMMA 80 RUIMTELIJKE ORDENING EN VOLKSHUISVESTING Portefeuillehouder: Wethouder Aben Portefeuillehouder: Wethouder Bollen Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting omvat het ontwikkelen van beleid op het gebied van ruimtelijk ordening en volkshuisvesting, het realiseren van bouwlocaties en het zorgdragen voor een adequate woningvoorraad.
Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling In het kader van het waarborgen en zo mogelijk verhogen van de leefbaarheid is de hoofddoelstelling er voor te zorgen dat het voor oud, maar vooral ook voor jong goed wonen, leven en werken is in onze gemeente. Subdoelstellingen Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort: • Zorgdragen voor een evenwichtige ruimtelijke indeling van de gemeente ten behoeve van de functies wonen, werken, natuur, landschap, recreatie en verkeer; • Voorzien in voldoende woonruimte die voldoet aan de vraag uit de markt; • Zorgdragen voor een kwalitatief goede bebouwing en veilige en milieuverantwoorde sloop van gebouwen en bouwwerken. • Het ontwikkelen van woningbouw- en bedrijventerreinlocaties binnen een sluitende exploitatie. Wettelijk kader Inrichting en beheer openbare ruimte Historisch gezien behoren de grootste onderdelen van het programma, ruimtelijke ordening en beheer openbaar gebied tot de oudste kerntaken van gemeenten: ruimtelijke ordening sinds het begin van de twintigste eeuw en beheer openbaar gebied sinds het bestaan van gemeenten zo rond 1811. Deze taken worden ondersteund door uitgebreide wetgeving vooral op gebied van ruimtelijke ordening (Wet en Besluit ruimtelijke ordening, Woningwet, Bouwbesluit, bouwverordening). Dat geldt echter niet voor beheer openbaar gebied. Er is alleen afgeleide wetgeving (wegenverkeerswet, burgerlijk wetboek) die zegt dat de gemeente als wegbeheerder en/of eigenaar verantwoordelijk is voor inrichting en beheer. Een principiële gemeentelijke taak ten aanzien van openbaar gebied is nergens geregeld. Wel is bepaald dat de gemeente verantwoordelijk is voor de technische kwaliteit van de openbare ruimte. De gemeente is: a. wettelijk verplicht om de openbare ruimte gedurende langere termijn ‘schoon, heel en veilig’ te houden; b. wettelijk aansprakelijk voor ongevallen die ontstaan door gebreken of achterstallig onderhoud. Op grond van de wet ruimtelijke ordening dient de gemeente gebiedsdekkend te beschikken over een structuurvisie die de gewenste ruimtelijke ontwikkeling aangeeft en over bestemmingsplannen die het feitelijke gebruik van alle gronden juridisch regelen. De terugkeercyclus van deze producten is tien jaar. Het niet voldoen aan deze wettelijke verplichting is gesanctioneerd. In feite vormt dit de ondergrond, het fundament, van het speelveld.
- 53 -
Volkshuisvesting Eenduidige en concrete wettelijke verplichtingen op het terrein van wonen zijn beperkt. Er is sprake van een zorgplicht opgelegd door de hogere overheden met het beschikbaar stellen van een aantal faciliteiten (regelgeving, subsidies, ondersteuning) die de gemeente onder bepaalde voorwaarden kan gebruiken om corporaties en marktpartijen te verleiden de door de gemeente gewenste doelen te realiseren. Daarnaast gelden de Woningwet en Huisvestingswet die voorschrijven om voldoende en kwalitatief goede woningen bereikbaar te houden voor elke inwoner. Wettelijke taken • Bestemmingsplannen • Gebiedsvisies • Volkshuisvesting • Woonwagenzaken • Bouw- en woningtoezicht • Omgevingsvergunningen • Grondexploitatie Niet-wettelijke taken • Woningexploitatie gemeentelijke woningen Overzicht verordeningen en beleidsregels
Verordeningen en beleidsregels
Streekplan, Structuurvisie, Uitwerkingsplannen, Bestemmingsplannen en Reconstructieplan Notitie “Onderzoek toekomstige ontwikkelingen op inpandige en bijzondere locaties” Eerste locatieonderzoek Ruimte voor Ruimte Exploitatieverordening gemeente Sint Anthonis Procedureverordening Planschadevergoeding Sint Anthonis Procedureregeling Planschade vergoeding gemeente Sint Anthonis Monumentenverordening Notitie Huisvesting Buitenlandse Werknemers Notitie uitbreiding burgerwoningen in het buitengebied Woningmarktonderzoek Companen Volkshuisvestingsplan 2004-2014 Regionale woonvisie Bouwverordening Welstandsnota Nota Grondbeleid Notitie grondprijzenbeleid voor woningbouw en voor bedrijfsvestiging Sint Anthonis Bevolkings- en woningbehoeftenprognose Noord‑Brabant Nota “Beleid inbreiding en herstructurering “ Visie “Buitengebied in ontwikkeling” Dorpsontwikkelingsplannen Beleidsregels leegstandswet
Vastgesteld door
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging
Expiratiedatum
Raad
18-02-1999
Open
Raad
13-03-1997
Open
B&W
16-10-2005
Open
B&W
01-07-2008
Open
Raad B&W
09-11-2006
Open
B&W
11-11-2003
Open
B&W Raad
18-02-2003 27-09-2004
Open 2014
Raad Raad Raad
07-06-1994 27-05-2004 03-12-2002
open
Raad
28-02-2000
Open
Raad
29-01-2007
Open
B&W B&W
26-07-2005 01-04-2010
2020 Open
- 54 -
2010
Verordeningen en beleidsregels
Vastgesteld door
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging
Verordening Wijziging Wettelijk drempelbedrag verschuldigd bij het indienen van een planschadeclaim i.h.k.v. de wet op de Ruimtelijke Ordening
Raad
29-12-2005
Nieuw beleid Onderwerp
Expiratiedatum
Open
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Centrumplan Sint • Versterken van de leefbaar• Het overeenkomstig de voorAnthonis heid, levendigheid en de locale keursvariant realiseren van het economie. Centrumplan Sint Anthonis. • Naar aanleiding van de vaststelling van de exploitatieberekeningen voor de deelplannen Oelbroeck en Scholenlocaties in de raadsvergadering van 17 juni 2013, is een groot aantal lasten naar de grondexploitatie overgeheveld. Daarmee is het structurele voordeel in de begroting 2014 verwerkt. • Resteert de vorming van een verliesvoorziening ad € 880.000 voor het deelplan Oelbroeck, ten laste van de Algemene Dekkingsreserve. Dat betekent een structureel lagere bespaarde rente van € 35.200. Stimulering wo• Bevorderen van de verkoop • Onderzoek doen naar stimuleningbouw en wovan bouwgrond en (bestaande) ringsregelingen (bijvoorbeeld Colningverkoop woningen. lectief Particulier Opdrachtgeverschap, startersleningen) en indien nodig beleid ontwikkelen. • Afhankelijk van de uitkomst van het onderzoek is budget nodig om de stimuleringsregeling(en) te realiseren. • Binnen bestemmingsplannen waar mogelijk flexibele bestemmingen en regels voor woningbouw opnemen, zodat kan worden ingespeeld op de behoefte. Nieuw beleid begroting 2014 Kwaliteitscriteria • Door het Rijk zijn kwaliteitscri• Naar aanleiding van de ingevulde vergunningverleteria opgesteld waaraan gezelfevaluatie gaan we een verbening en handhameenten met betrekking tot terplan opstellen waarin aangeving Vergunningverlening en handgeven wordt hoe onze gemeente having in 2015 moeten volin 2015 aan de criteria zal kun-
- 55 -
Onderwerp
Wat willen we bereiken doen. Uit een zelfevaluatie is gebleken dat onze gemeente niet aan alle gestelde criteria voldoet.
Wat gaan we daarvoor doen nen voldoen. Op dit moment zijn de consequenties hiervan nog niet inzichtelijk.
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen Totaal investeringen
0
Exploitatie opgenomen in Kadernota 2014 Centrumplan Totaal exploitatie 0
Totaal
0
0
0
0
35.200
35.200
35.200
35.200
35.200
35.200
35.200
35.200
35.200
35.200
35.200
35.200
Lasten en Baten voor bestemming
Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
5.056.142 -2.450.211 2.605.931
5.167.970 -3.258.312 1.909.658
4.384.562 -2.547.160 1.837.402
2.213.847 -454.724 1.759.123
2.176.661 -455.903 1.720.758
2.161.103 -457.140 1.703.963
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
Mutaties in verband met reserves Rekening 2012 Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
481.097 -365.411 115.686
325.139 -194.927 130.212
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Totale Lasten en Baten
Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
5.537.239 -2.815.622 2.721.617
5.493.109 -3.453.239 2.039.870
4.384.562 -2.547.160 1.837.402
2.213.847 -454.724 1.759.123
2.176.661 -455.903 1.720.758
2.161.103 -457.140 1.703.963
- 56 -
PROGRAMMA 90 FINANCIERING EN ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN Portefeuillehouder: Wethouder Bollen Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma? Het programma Financiering en algemene dekkingsmiddelen omvat alle financierings- en dekkingsmiddelen, die nodig zijn voor exploitatie en investeringen, die niet rechtstreeks aan de andere programma’s gekoppeld zijn. Het betreft hier algemene middelen, mutaties eigen en vreemd vermogen en onvoorzien, waarbij van de algemene middelen zowel de algemene uitkering uit het gemeentefonds als de eigen belastinginkomsten (o.a. OZB) deel uitmaken. Onder onderhavig programma vallen ook de kosten voor het opleggen en innen van de gemeentelijke belastingen, waaronder het ten behoeve van de OZB bepalen van de waarde van de in onze gemeente gelegen WOZ-objecten.
Strategische doelstelling
Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling De hoofddoelstelling is het waarborgen van een optimale financiering van de gemeentelijke activiteiten en investeringen. Subdoelstellingen Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort: • Het in het kader van een gezond en evenwichtig financieel beleid zorgdragen voor voldoende ruimte voor onvoorziene uitgaven en (nog) niet functioneel ingedeelde posten. • Het als algemeen dekkingsmiddel verkrijgen van uitkeringen uit het gemeentefonds. • Het verwerven van eigen middelen o.a. bedoeld als algemeen dekkingsmiddel (OZB) ten behoeve van de voorzieningen van de gemeente Sint Anthonis. • Het volgens de eisen van de Wet WOZ bepalen van taxatiewaarden, die gebruikt worden als grondslag voor onder meer de OZB. Wettelijk kader - Artikel 212 Gemeentewet - Invorderingswet - Artikel 220 t/m 229 Gemeentewet, m.u.v. artikel 225 - Artikel 255 Gemeentewet (kwijtschelding) Overzicht verordeningen en beleidsregels
Vastgesteld door
Verordeningen en beleidsregels
Financiële verordening gemeente Sint Anthonis 2007 (=verordening artikel 212 GW); Controleverordening gemeente Sint Anthonis (=verordening artikel 213 GW); Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Sint Anthonis 2004 (=verordening artikel 213a GW);
Raad
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging Begrotingsjaar 2007
Expiratiedatum
Open
Raad
01-01-2011
Open
Raad
Begrotingsjaar 2007
Open
- 57 -
Raad Raad Raad Raad
Datum inwerkingtreding c.q. wijziging 01-01-2008 28-06-2010 01-01-2013 01-01-2013
B&W
30-08-2007
Open
B&W
28-05-2002
Open
B&W
28-05-2002
Open
B&W B&W
03-04-2008 03-04-2008
Open Open
B&W
17-12-2009
Open
B&W
31-12-2009
Open
B&W
17-12-2009
Open
B&W Raad Raad Raad Raad Raad Raad Raad Raad
15-12-2009 01-01-2006 01-01-2013 22-02-2006 22-08-2002 19-07-2001 24-07-1997 11-05-2000 17-12-2009
Open Open Open Open Open Open Open Open Open
Vastgesteld door
Verordeningen en beleidsregels
Treasurystatuut gemeente Sint Anthonis Nota reserves en voorzieningen Verordening toeristenbelasting, OZB Verordening OZB Regeling gemeentelijke belasting gemeente Sint Anthonis Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie Beleidsregels voor het aanwijzen van een WOZbelanghebbende in een keuzesituatie Aanwijzingsbesluit heffingsambtenaar Aanwijzingsbesluit invorderingsambtenaar Beleidsregels afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Beleidsregels wegingsfactoren kostenvergoeding in bezwaar- en beroepsprocedure Nadere regels heffingen invordering toeristenbelasting Leidraad invordering gemeentelijke belastingen Marktgeldverordening Legesverordening Baatbelasting riolering 19x buitengebied Baatbelasting riolering ‘t Buske Baatbelasting riolering Van Steenhuijsstraat Brandweerrechten Sint Anthonis Eenmalige rioolaansluiting Kwijtschelding gemeentelijke belastingen
Nieuw beleid Onderwerp
Expiratiedatum
Open 2013 Open Open
Wat gaan we nog doen? Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen
Reeds in de kadernota 2014 opgenomen nieuw beleid Vervangingsin• Vervangen als dat noodzakelijk • Het college draagt zorg voor vesteringen is. middelen ter vervanging van apparatuur en programmatuur en de hiervoor noodzakelijke uitgaven doen. • De voor vervanging van deze bedrijfsmiddelen geraamde investeringsbedragen worden meegenomen in het investeringsschema. • Bij vervanging van apparatuur en programmatuur wordt voor de bepaling van de afschrijvingstermijn uitgegaan van de economische levensduur. • Wanneer investeringen worden versneld of uitgesteld, dan zal dit
- 58 -
Onderwerp
Wat willen we bereiken •
Algemene uitkering
• Daling van de uitkeringsfactor in 2014 van structureel 31 punten.
•
•
Verhoging waterschapslasten
Verhoging toeristenbelasting
• De waterschapslasten zijn afgelopen jaar (jaren) met ongeveer 25% gestegen. In de Kadernota 2014 was daarvoor een verhoging van het budget opgenomen. • Genereren van extra inkomsten.
Nieuw beleid begroting 2014 Verhoging water- • Op grond van de Kostentoedeschapslasten lingsverordening watersysteembeheer waterschap Aa en Maas 2014 wordt voor verharde openbare wegen een maximale tariefdifferentiatie van 100% opgenomen. Verhoging toeris- • Een reële raming voor de optenbelasting brengst toeristenbelasting.
- 59 -
•
Wat gaan we daarvoor doen in de jaarrekening worden verantwoord. Nieuwe wensen of uitbreidingen zullen aan de raad worden voorgelegd in de begroting. Het kabinet heeft aangegeven dat ze komend jaar € 6 miljard extra wil bezuingingen. Uit informatie, o.a. van de VNG, is gebleken dat rekening moet worden gehouden met een korting van € 360 miljoen ofwel 31 uitkeringspunten. Voor de gemeente Sint Anthonis is dat € 225.000 minder. In de Kadernota 2014 was al rekening gehouden met een lagere uitkering van € 100.000. Hiervoor was in de Kadernota 2014 een verhoging van het budget met € 12.200 opgenomen.
• Op basis van 200.000 overnachtingen is in de kadernota uitgegaan van een verhoging van de opbrengst van de toeristenbelasting met € 60.000 met ingang van 2015. • Daarvoor wordt het tarief met ingang van 2015 verhoogd van € 0,70 naar € 1 per persoon, per overnachting. • Het percentage voor de ondernemers die opteren voor het afdragen van toeristenbelasting op basis van de bruto omzet dient te worden verhoogd van 6% naar 8,3%. • In verband met deze diffentiatie van de tarieven wordt een extra verhoging opgenomen van € 7.800. • Totaal verhoging € 20.000. • Het aantal overnachtingen loopt terug. Voor de raming wordt thans uitgegaan van ± 178.500 overnachtingen ten opzichte van 200.000 overnachtingen in de
Onderwerp
Wat willen we bereiken
Wat gaan we daarvoor doen Kadernota. • De geraamde opbrengst toeristenbelasting is derhalve € 6.435 lager.
Middelen
Wat mag het kosten?
Nieuw beleid Omschrijving
Krediet
2014
2015
2016
2017
Investeringen opgenomen in Kadernota 2014 Vervangingsinvesteringen 1.918.519 Totaal investeringen 1.918.519
157.967 157.967
288.499 288.499
213.771 213.771
273.813 273.813
Exploitatie opgenomen in Kadernota 2014 Bestaand beleid begroting 2011 235.675 Bestaand beleid begroting 2012 630.000 Bestaand beleid begroting 2013 259.442
11.978 203.505 29.378
20.143 264.702 29.218
18.258 197.695 35.280
16.372 192.866 42.653
225.000 12.200 0
225.000 12.200 -60.000
225.000 12.200 -60.000
225.000 12.200 -60.000
7.800 0
7.800 6.435
7.800 6.435
7.800 6.435
280.557
0
80.294
0
0
-129.728
0
-19.258
770.418
375.770
522.962
424.068
928.385
664.269
736.733
697.881
AU: Aanvullende bezuinigingen (-/- 31 punten) Verhoging waterschapslasten Verhoging toeristenbelasting Exploitatie begroting 2014 Verhoging waterschapslasten Verhoging toeristenbelasting Storting in Algemene vrije reserve Taakstellende bezuinigingen 2015, 2017 en volgende jaren Totaal exploitatie Totaal
3.043.636
Lasten en Baten voor bestemming Rekening 2012 Totaal Lasten voor bestemming Totaal Baten voor bestemming Saldo
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
494.690 1.210.767 1.518.959 1.092.818 1.363.777 1.308.996 -14.738.238 -15.366.401 -14.863.395 -14.174.808 -14.300.307 -14.226.284 -14.243.548 -14.155.634 -13.344.436 -13.081.990 -12.936.530 -12.917.288
Mutaties in verband met reserves
Totaal Lasten naar reserves Totaal Baten uit reserves Saldo
Rekening 2012
Begroting 2013
3.206.941 -5.670.965 -2.464.024
3.224.373 -3.531.415 -307.042
- 60 -
Begroting 2014
218.442 -217.121 1.321
Begroting 2015
218.442 -212.677 5.765
Begroting 2016
218.442 -208.362 10.080
Begroting 2017
218.442 -152.617 65.825
Totale Lasten en Baten Rekening 2012 Totaal Lasten Totaal Baten Saldo
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
3.701.631 4.435.140 1.737.401 1.311.260 1.582.219 1.527.438 -20.409.203 -18.897.816 -15.080.516 -14.387.485 -14.508.669 -14.378.901 -16.707.572 -14.462.676 -13.343.115 -13.076.225 -12.926.450 -12.851.463
- 61 -
Paragraaf 1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Inleiding Het weerstandsvermogen is gedefinieerd als “het vermogen van de gemeente Sint Anthonis om niet-structurele financiële risico’s op te kunnen vangen teneinde haar taken te kunnen voortzetten”. Het idee achter de paragraaf weerstandsvermogen is om inzicht te geven in het vermogen van de gemeente om substantiële tegenvallers op te vangen zonder dat het bestaande beleid daarvoor moet worden aangepast. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiele positie van de gemeente voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenraming. De behoefte aan weerstandsvermogen is afhankelijk van de risico’s die een organisatie loopt. Instrumenten die ertoe bijdragen dat risico’s beheersbaar worden zorgen voor een afnemende behoefte aan weerstandsvermogen. De risico’s worden van jaar tot jaar vermeld in de paragraaf weerstandsvermogen behorende bij de begroting en rekening. Wij hebben voor alle financiële risico’s die te voorzien en waarvan de omvang kan worden geschat, in het verleden toereikende voorzieningen gevormd. 1. Weerstandscapaciteit Adequate risicobeheersing betekent echter niet dat de gemeentelijke huishouding niet meer beïnvloed wordt door financiële risico’s. Net als iedere organisatie heeft ook onze gemeente op vele fronten te maken met onzekerheden die het risico van financiële nadelen met zich meebrengen. De weerstandscapaciteit van een gemeente bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente zonodig beschikt om de niet begrote kosten, die onverwachts en substantieel zijn, te dekken zonder het bestaande beleid aan te passen. Er zijn geen uniforme antwoorden te geven op de vraag hoe groot het weerstandsvermogen van een gemeente moet zijn. Dit is sterk afhankelijk van de eigenheid van de gemeente en het risicoprofiel dat zij heeft. Hoe ziet de sociale structuur eruit; zijn er nog groeipotenties, hoe is de bedrijfsvoering (worden risico’s geaccepteerd?); lopen er gerechtelijke procedures waarvan de uitkomst niet zeker is, maar die grote consequenties kunnen hebben; wat is de omvang van de grondexploitatie? Kenmerkend voor het risicoprofiel van Sint Anthonis is dat de gemeente een vrij sterke sociale structuur kent. Verder is van belang dat Sint Anthonis een vrij stabiele gemeente is qua bevolkingsomvang. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen: - De weerstandscapaciteit, zijnde de middelen waarover de gemeente kan beschikken om niet begrote kosten te dekken en; - De risico’s waarvoor nog geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen voor zijn afgesloten. De weerstandscapaciteit van onze gemeente is als volgt opgebouwd: - De in de begroting opgenomen ruimte in de stelpost voor onvoorziene uitgaven; - Het vrij aanwendbare gedeelte van de algemene reserve; - De onbenutte belastingcapaciteit; - De stille reserves (meerwaarden van activa waarvan de verkoopwaarde hoger ligt dan de boekwaarden).
- 62 -
Onvoorziene uitgaven In de begroting is voor 2014 een bedrag opgenomen van € 83.096 voor onvoorziene uitgaven. Gezien de criteria die binnen de gemeente worden gehanteerd voor het doen van onvoorziene uitgaven, is de post onvoorzien een onderdeel van het weerstandsvermogen. Vrij besteedbare algemene reserve In de Nota reserves en voorzieningen is de gewenste omvang van de algemene reserve voor onze gemeente gesteld op € 1.130.000. De gemeente Sint Anthonis voldoet per 1 januari 2014 niet aan de gestelde norm. Onderstaand volgt een samengevat overzicht van de reserves naar de stand per 1 januari en 31 december 2014. Daarmee ontstaat een indruk van de mogelijkheden om risico’s op te vangen. Omschrijving
Begroting
1 Algemene reserve Algemene Dienst - vrij besteedbaar - niet vrij besteedbaar 2 Bestemmingsreserves Algemene Dienst - egalisatie van tarieven - dekking van activa (bruto-activeren) - overige 3 Algemene reserve Grondbedrijf - vrij besteedbaar - niet vrij besteedbaar 4 Bestemmingsreserves Grondbedrijf Totaal
Begroting 1-1-2014
31-12-2014
54.454 13.116.330
59.476 13.116.330
47.479 2.738.868 3.989.065
47.479 2.456.789 3.879.073
0 126.184 258.061 20.330.443
0 126.184 268.384 19.953.716
5 Voorzieningen Algemene Dienst 6 Voorzieningen Grondbedrijf
7.798.344 6.972.287 321.000 321.000 Totaal 8.119.344 7.293.287 De voorzieningen zijn voor de volledigheid opgenomen, maar zijn in het overzicht buiten de telling gehouden, omdat daaraan verplichtingen ten grondslag liggen en derhalve sprake is van vreemd vermogen. Onbenutte belastingcapaciteit De limitering van de OZB-tarieven is per 1 januari 2008 afgeschaft. Het kabinet heeft wel het voorbehoud gemaakt dat de opbrengststijging voor de OZB landelijk beperkt moet blijven. Daartoe is een macronorm ingesteld die de maximale opbrengststijging voor een bepaald jaar aangeeft. De macronorm OZB voor het belastingjaar 2014 bedraagt 3,50% (2013 was 3,00%). Op deze ruimte brengt het Rijk de overschrijding van de macronorm 2012, ter grootte van € 37,8 miljoen, in mindering. De reële macronorm bedraagt daarom 2,45%. Nu de macronorm van het ministerie hoger is dan het gehanteerde inflatiepercentage van 2%, is er onbenutte belastingcapaciteit aanwezig. Deze bedraagt voor 2014 € 12.607. Stille reserves Stille reserves zijn de meerwaarden van activa waarvan de verkoopwaarde hoger ligt dan de boekwaarden. Stille reserves spelen dan ook een rol bij de bepaling van de weerstandscapaciteit. Het is wel een feit dat pas bij een daadwerkelijke verkoop van een object blijkt welk
- 63 -
overwaarde wordt gerealiseerd ten opzichte van de boekwaarde. De belangrijkste stille reserves zijn: - Gemeentelijke gebouwen; - Bossen en natuurterreinen; - Openbaar groen; - Verpachte gronden. Om een beeld te kunnen geven van de stille reserves is hiervan een schatting gemaakt. De stille reserves van de gemeentelijke gebouwen zijn berekend op basis van de WOZ-waarde 2013 (waardepeildatum 1 januari 2012) en de boekwaarde per 1 januari 2013. De stille reserves overige eigendommen bestaan uit de landbouwgronden en de gemeentelijke bossen/houtsingels. Samengevat is de weerstandscapaciteit van gemeente Sint Anthonis als volgt opgebouwd: 1. Post onvoorziene uitgaven 2. Algemene reserve vrij besteedbaar 3. Onbenutte belastingcapaciteit 4. Stille reserves gemeentelijke gebouwen 5. Stille reserves overige eigendommen Totaal : ad 1. ad 2. ad 3. ad 4.
83.096 54.454 12.607 9.331.000 2.450.000 11.931.157
Begroting 2014. Stand conform begroting per 1-1-2014. Zie hiervoor onder “Onbenutte belastingcapaciteit”. Betreft het verschil tussen de WOZ-waarde en de boekwaarde. Vervreemding van deze gebouwen is moeilijk en heeft nadelige gevolgen voor de exploitatie. Ze worden grotendeels gebruikt voor uitvoering van gemeentelijke taken, zijn vaak verhuurd en het betreft meest incourante objecten. De gehanteerde WOZ waarde van de gebouwen is de waarde 2012 (waardepeildatum 1 januari 2011). In verband met de genoemde belemmeringen voor vervreemding wordt 80% van de bepaalde waarde van de gemeentelijke gebouwen meegenomen. ad 5. De stille reserves overige eigendommen bestaan uit landbouwgronden en de gemeentelijke bossen/houtsingels. In eigendom is respectievelijk 848 ha en 284 ha. Bij de landbouwgronden is onderscheid gemaakt in vrije gronden, gronden in reguliere pacht, gronden in erfpacht bepaalde tijd, gronden in erfpacht onbepaalde tijd en in erfpacht uitgegeven recreatiegronden. De waarde kan volgens de beleidsnotitie Pachtgrondbeleid gesteld worden op circa € 24.500.000. Hiervan wordt 10% meegenomen in de berekening van de weerstandscapaciteit omdat het praktisch niet haalbaar is om het gehele areaal ineens te verkopen. Bovendien komt 10% ongeveer overeen met het areaal vrije gronden. Verder is vervreemding van deze grond moeilijk, ze zijn vaak verpacht (waardoor er inkomsten wegvallen). De bossen/houtsingels kunnen als moeilijk verkoopbaar worden beschouwd. De waarde hiervan kan dan ook op nihil gesteld worden.
- 64 -
Verdeling weerstandscapaciteit
Stille Reserves gemeentelijke gebouwen 78%
Onbenutte Belastingcapaci teit 0% Algemene Reserve vrij besteedbaar 0%
Stille Reserves overige eigendommen 21% Post Onvoorzien 1%
2. Risico’s De kans dat risico’s zich gelijktijdig voordoen is klein. Daarom geven wij bij elk risico zoveel mogelijk aan, over welk gevolg het kan gaan, hoe groot de kans wordt geschat dat het risico zich voordoet en maken wij daarmee een inschatting van de hoogte van het risico (risico = kans x gevolg). Met betrekking tot de inschatting dat risico’s zich voor doen, gaan wij uit van de volgende indeling: Inschatting bedrag Kleiner dan € 100.000 Tussen € 100.000 en € 250.000 Groter dan € 250.000
Gevolg € 50.000 € 175.000 € 500.000
Inschatting kans dat risico voordoet: Laag risico, 0 – 35% Gemiddeld risico, 36 – 65% Hoog risico, 66 – 100%
Kans 20% 50% 80%
Algemene uitkering (€ 200.000, risico 50%) Het kabinet heeft aangegeven dat ze het komend jaar € 6 miljard extra wil bezuinigen, die op grond van de normeringssystematiek zullen doorwerken naar het gemeentefonds. Er is onder “Nieuw beleid” al rekening gehouden met een korting van € 225.000. Daarnaast zou het zo kunnen zijn dat er in 2014 onderuitputting optreedt op de departementale uitgaven, die op grond van de normeringssystematiek (samen trap op en samen trap af) tot kortingen zullen leiden bovenop de genoemde bezuinigingen.
- 65 -
Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) (€ 500.000, risico 20%) Per 1 januari 2007 is de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) in werking getreden. De gemeente ontvangt jaarlijks een budget dat onafhankelijk is van de feitelijke behoefte waardoor de WMO een openeindregeling is. Bijstandsuitkeringen (€ 50.000, risico, 20%) Wegens het huisvesten van statushouders in onze gemeente is het te verwachten dat de door onze gemeente te verstrekken bijstanduitkeringen toe zullen nemen. In 2013 is jaarlijks een bedrag van € 60.000 opgenomen. Het is echter niet uit te sluiten dat dit bedrag in werkelijkheid niet toereikend zal blijken te zijn. Schuldhulpverlening en minimabeleid (€ 50.000, risico 20%) Vanwege de economisch onzekere tijden zullen naar verwachting de uit hoofde van schuldhulpverlening en minimabeleid te verstrekken uitkeringen toenemen. In de begroting is bedrag van € 10.000 geraamd. Het is echter niet uit te sluiten dat dit bedrag in de werkelijkheid niet toereikend zal blijken te zijn. Loon- en prijsontwikkelingen (€ 175.000, risico 20%) Het risico met betrekking tot loon- en prijsontwikkeling bestaat uit de volgende onderdelen: - de reële procentuele verhoging van lonen en prijzen voor zover deze uitgaan boven het ingecalculeerde percentage; - het gedeelte dat wordt doorberekend aan derden, in belastingen en tarieven; - de prijs- en loonrisico’s als gevolg van kostenstijgingen bij gesubsidieerde instellingen; - de compensatie voor loon- en prijsontwikkelingen in de algemene uitkering. Meerjarig wordt in onze begroting uitgegaan van constante prijzen. Werkkostenregeling (€ 50.000, risico 20%) Met ingang van 1 januari 2011 is het fiscale systeem van belastingvrije vergoedingen en verstrekkingen aan werknemers vervallen. Doel daarvan is vereenvoudiging. De wet is in werking getreden op 1 januari 2011, maar werkgevers kunnen kiezen om de overstap naar de werkkostenregeling uit te stellen tot 2015. Vanaf 2015 geldt de werkkostenregeling voor iedereen. De nieuwe werkkostenregeling leidt tot noodzakelijke wijzigingen van de administratieve systemen en enkele lokale rechtspositionele regelingen. Gemeenteraadsverkiezingen en beloningstransparantie (€ 50.000, risico 20%) De mutaties in het college, vertrekkende en komende wethouders kunnen aanzienlijke lasten voor de gemeente met zich meebrengen. Vertrekkende wethouders zonder nieuwe dienstbetrekking en sinds kort de burgemeester kunnen een beroep doen op de wachtgeldregeling. Daarnaast kunnen zij bij het aangaan van een nieuwe dienstbetrekking een verzoek doen tot waardeoverdracht van de bij de gemeente opgebouwde pensioenaanspraken naar de pensioenuitvoerder van de nieuwe werkgever. Dit kan voor de gemeente betekenen dat een groot bedrag ineens betaald moet worden. Nieuwe wethouders daarentegen zullen juist waardeoverdracht naar de gemeente ambiëren. Deze extra lasten kunnen aanzienlijk zijn als met de overdrachtswaarde een groot aantal extra deelnemingsjaren kan worden gefinancierd. Claims (€ 175.000, risico 20%) De gemeente is in april 2011 geconfronteerd met een forse schadeclaim van een taxibedrijf in verband met het intrekken door het college van een tijdelijke overeenkomst met het betreffende taxibedrijf inzake het leerlingenvervoer. Een en ander houdt verband met de aanbestedingsprocedure leerlingenvervoer gemeente Boxmeer – Sint Anthonis. Planschade (€ 50.000, risico 20%) De gemeente wordt steeds vaker geconfronteerd met planschadeclaims. Voor nieuwe plannen wordt deze schade zoveel mogelijk op derden afgewenteld middels “planschadeafwente-
- 66 -
lingsovereenkomsten”. Deze mogelijkheid bestaat niet in geval van claims tegen bestaande bouw. Op 1 juli 2013 zijn 3 claims in behandeling. Risico grondexploitatie (€ 500.000, risico 80%) De wereldwijde economische crisis leidt ook voor gemeente Sint Anthonis tot meer onzekerheden, vooral m.b.t. geraamde opbrengsten. Gedacht moet hier worden aan grondexploitaties, verkoop appartementen, bouwleges enz. Met betrekking tot de risico’s voor de grondexploitatie verwijzen wij verder naar de paragraaf Grondbeleid, onder “Ontwikkelingen”. Garanties (€ 50.000, risico 20%) Onze gemeente staat garant voor een aantal geldleningen. Veruit het grootste deel van de gewaarborgde geldleningen betreft leningen van de woningbouwstichting. De meeste garantstellingen zijn in het verleden overgedragen aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Hierbij is het risico aanzienlijk gereduceerd. Nieuwe leningen van de woningbouwstichting lopen allemaal via het waarborgfonds, waarbij nu het hele risico is afgedekt. Omtrent de oude leningen is het risico overigens nog beperkt, gezien de ontwikkelingen van de markt. Wet veiligheidsregio’s (€ 50.000, risico 50%) De wet bepaalt dat het college van B&W belast is met de organisatie van de brandweerzorg, de rampenbestrijding en crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening in de gemeente. Op grond van de Wet veiligheidsregio’s kan in de kosten die voor een gemeente voortvloeien uit de daadwerkelijke bestrijding en de gevolgen van die bestrijding een rijksbijdrage worden verleend. Hierbij geldt voor de gemeente Sint Anthonis een drempelbedrag van € 81.000 dat niet voor vergoeding in aanmerking komt. Nationale Hypotheek Garantie (NHG) (€ 500.000, risico 20%) Het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) heeft als doel het bevorderen van het eigenwoningbezit en is verantwoordelijk voor het beleid en de uitvoering van de Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Het WEW is een private instelling met achtervangovereenkomsten met rijk en gemeenten. In het geval een woning door gedwongen verkoop minder opbrengt dan de resterende schuld, betaalt het WEW dit bedrag aan de geldverstrekker. Op dit moment bedraagt het garantievermogen van het WEW € 700 miljoen. Het WEW verwacht een toename van het aantal gedwongen verkopen. Pas op het moment dat het vermogen van het WEW onder een bepaalde grens komt is het mogelijk dat de gemeente garant moet staan voor dit verlies. In dat geval kan het WEW aanspraak maken op de achtervangovereenkomst met het rijk en de gemeente, wat inhoudt dat een achtergestelde renteloze lening wordt verstrekt. Zowel gemeenten als rijk dragen in zo’n geval 50% van het verlies. Doordat het garantievermogen op het moment nog aanzienlijk is, is dit risico niet heel groot. Voor dit risico is tot nu toe geen voorziening getroffen. In de gemeente Sint Anthonis is voor een bedrag van € 9 miljoen aan leningen met een NHG verstrekt. In 2010 heeft het WEW voor de eerste maal in de gemeente Sint Anthonis een bedrag uitgekeerd van € 61.530. Per 1 januari 2011 wordt de achtervangfunctie volledig door het rijk vervuld. Dit houdt in dat voor garanties, afgegeven na 1 januari 2011, de gemeente niet langer de achtervangfunctie vervult. Voor die garanties loopt de gemeente dus ook geen risico’s meer. Bouwleges (€ 50.000, risico 20%) Door de stagnatie in de bouw is het lastig om de opbrengsten van bouwleges te ramen aan de hand van ervaringscijfers. Professionele uitvoering APPA (€ 500.000, risico 20% De begrotingsvoorschriften (BBV) vereisen geen voorziening voor risico’s met een onvoorzienbaar karakter. Daarom hoeft de gemeente in beginsel geen voorziening te treffen voor
- 67 -
het algemene arbeidsongeschiktheidsrisico van haar bestuurders. Echter op moment van feitelijk arbeidsongeschiktheid worden van een bestuurder zal de totale waarde van de te verwachten uikeringen volledig gedoteerd moeten worden. Op dat moment vervalt het onvoorziene karakter van het risico, maar is er slechts een onzekere uitkeringsduur. Verbonden partijen (€ 175.000, risico 50%) Voor de risico’s die wij lopen met betrekking tot de verbonden partijen wordt verwezen naar de paragraaf Verbonden partijen. De eventuele risico’s zijn daar vermeld. Jeugdzorg (€ 1.405.000, risico 20%) De transitie jeugdzorg gaat gepaard met een bezuiniging vanuit het rijk van 15%. We formuleren nu met de twintig gemeenten in Brabant Noordoost een gezamenlijk beleid en stemmen dit af met de uitvoerders waardoor de financiële risico's zoveel mogelijk worden beperkt. Enerzijds door beleidsinhoudelijke voorwaarden, anderzijds door volumebewaking, contractafspraken en het solidariteitsprincipe. In de meicirculaire 2013 is een overzicht opgenomen van de historische verdeling van het budget, zijnde € 1.405.235. In onderstaand overzicht staat, voor zover dit mogelijk is, de kwantificering van de genoemde risico’s. Overzicht risico's begroting 2013
1 Algemene uitkering 2 Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) 3 Bijstandsuitkeringen 4 Schuldhulpverlening en minimabeleid 5 Loon- en prijsontwikkelingen 6 Werkkostenregeling 7 Gemeenteraadsverkiezingen en beloningstransparantie 8 Claims 9 Planschade: 10 Risico grondexploitatie 11 Garanties 12 Wet veiligheidsregio’s 13 Nationale Hypotheek Garantie (NHG) 14 Bouwleges 15 Professionele uitvoering APPA 16 Verbonden partijen 17 Jeugdzorg
Bedrag Risico Uitgaven Inkomsten % 200.000 50%
Risico bedrag 100.000
500.000 50.000 50.000 175.000 50.000
20% 20% 20% 20% 20%
100.000 10.000 10.000 35.000 10.000
50.000 175.000 50.000 500.000 50.000 50.000 500.000 50.000 500.000 175.000 1.405.000
20% 20% 20% 80% 20% 50% 20% 20% 20% 50% 20%
10.000 35.000 10.000 400.000 10.000 25.000 100.000 10.000 100.000 87.500 281.000
Totaalbedrag reëel risico
1.333.500
Conclusie: Op basis van de beschikbare weerstandscapaciteit ten bedrage van € 11.931.157 beschikt de gemeente Sint Anthonis over voldoende ruimte om het totaalbedrag van de risico’s ten bedrage van € 1.333.500 op te vangen.
- 68 -
Paragraaf 2 Onderhoud kapitaalgoederen
De gemeente Sint Anthonis is een uitgestrekte gemeente ter grootte van ongeveer 10.000 ha. Een gedeelte hiervan is openbare ruimte en in eigendom van de gemeente. In deze openbare ruimte bevinden zich o.a. wegen, rioleringen, waterlossingen, de openbare gebouwen, de openbare verlichting, de groenvoorzieningen (plantsoenen, bomen, bossen, landschapselementen), de sport en recreatiecomplexen, de openbare begraafplaatsen en de scholen. Daarnaast beschikt de gemeente over materieel waarmee de buitendienst haar taken uitoefent. Alle bovengenoemde elementen zijn te beschouwen als kapitaalgoederen. Het woon-, werk-, leef- en verblijfklimaat in onze gemeente wordt beïnvloed door het onderhoudskwaliteitsniveau van deze voorzieningen. Dit niveau is een van de kostenbepalende factoren van het onderhoud aan de kapitaalgoederen. Een andere belangrijke kostenbepalende factor is de hoeveelheid goederen, het areaal. Het onvoldoende onderhouden van kapitaalgoederen kan leiden tot kapitaalvernietiging en kan het woon-, werk-, leef- en verblijfklimaat bedreigen. Het beleid van de gemeente Sint Anthonis met betrekking tot het beheer en onderhoud van genoemde kapitaalgoederen is onder meer vastgelegd in onderstaande beheerplannen: - Gemeentelijk Rioleringplan (V-GRP 2010/2014) - Wegenbeheerplan (2013-2017) - Bruggenbeheerplan (2003-2020) - Beheerplan Openbare Verlichting (2013-2017) - Beheerplan gemeentelijk vastgoed (2013-2018) - Bosbeheerplan (2013-2018) - Groenbeheerplan dorpskommen (2010-2019) - Beheerplan Landschappelijke beplantingen en Laanbomen buitengebied (2013 t/m 2017) - Beheerplan Sportvelden/Tennisbanen (2010-2025) - Beheerplan Begraafplaatsen (2010-2020) - Beheerplan Bebording en bebakening (opstellen 2013, vaststellen 2013/2014) - Beheerplan Materieel Openbare Werken (opstellen 2013, vaststellen 2013/2014) - Beheerplan ecologische verbindingszone Peelkanaal (2009-2019) - Beheerplan voorziening grootonderhoud scholen - Reserve onderwijs. Het beheerplan Materieel Openbare Werken en het beheerplan Bebording en bebakening worden in 2013 opgesteld, waarna het in het vierde kwartaal 2013 / eerste kwartaal 2014 ter vaststelling wordt aangeboden aan de raad. Met de vaststelling van de Kadernota 2014 is besloten dat aanpassing van het areaal aan voorzieningen en privatisering van voorzieningen in de komende tijd nader zullen worden onderzocht en uitgewerkt. Dit heeft uiteraard consequenties voor de beheers- en onderhoudskosten. Uw raad wordt daarover via separate voorstellen om besluitvorming gevraagd.
- 69 -
Algemeen Ten opzichte van de begroting 2013 is de systematiek van storting in de voorzieningen niet gewijzigd. De hieronder opgenomen standen van de reserves en voorzieningen zijn toereikend om de in de beheerplannen opgenomen maatregelen uit te voeren. Zonodig wordt hierop hieronder nog ingegaan. Totale storting. De totale storting op grond van de beheerplannen bedraagt voor 2014 € 965.185 (begroting 2013 was € 1.035.973). De daling van de stortingen wordt voornamelijk veroorzaakt door de bezuinigingen op de beheerplannen en de wijzigingen bij de uitvoering van het gemeentelijk rioleringsplan, waarbij thans een onttrekking aan de voorziening is geraamd van (€ 114.884) in plaats van (€ 168.200) in de begroting 2013. Dit laatste past overigens binnen het vastgestelde beheerplan. Voor verdere toelichting verwijzen wij naar het navolgende. Gemeentelijk Rioleringsplan Onttrekking aan de voorziening ten bate van de exploitatie € 114.884 in 2014 en stortingen in de voorziening ten laste van de exploitatie van € 92.283 in 2015, € 124.469 in 2016 en € 297.837 in 2017. Hierbij wordt opgemerkt dat de baten en lasten van de riolering budgettair neutraal in de exploitatie zijn verwerkt. Verder wordt rekening gehouden met een onttrekking ten laste van de voorziening voor kapitaallasten van geplande investeringen, ten bedrage van € 77.649 in 2014, € 55.831 in 2015, € 55.831 in 2016 en € 75.692 in 2017. Stand voorzieningen per 1 januari 2014 € 2.888.779 Stand voorzieningen per 31 december 2014 € 2.551.987. Het Gemeentelijk Rioleringsplan (V-GRP) is het resultaat van een planproces om inzicht te geven in tijdige vervanging en het beheer en onderhoud van de gemeentelijke rioolstelsels, om te voldoen aan de in het V-GRP opgenomen gestelde doelen en eisen. Tevens geeft het inzicht in de financiële exploitatie. Het V-GRP is tot stand gekomen in samenspraak met Waterschap Aa en Maas en de provincie Noord-Brabant. Het verbreed gemeentelijk rioleringsplan heeft als speerpunt het beheer op orde te krijgen en te houden. In het najaar van 2011 is het plan opnieuw financieel doorgerekend en aan de gemeenteraad voorgelegd. In het voorjaar van 2012 is het actualiseerde kostendekkingsplan van het V-GRP door de gemeenteraad vastgesteld. De uitvoering van het plan is een continu proces. Wegenbeheerplan Storting ten laste van de exploitatie € 409.312 in 2014 en € 416.312 in 2015 en volgende jaren. Stand voorziening per 1 januari 2014 € 2.405.004 Stand voorziening per 31 december 2014 € 2.071.891. Het wegenbeheerplan 2013-2018 is in het eerste kwartaal van 2013 vastgesteld. In 2014 wordt uitvoering gegeven aan het wegenbeheerplan. Bruggenbeheerplan Storting ten laste van de exploitatie € 10.900 Stand voorziening per 1 januari 2014 € 55.803 Stand voorziening per 31 december 2014 € 53.689. Het bruggenbeheerplan is in de raad van 15 september 2003 vastgesteld voor de periode 2003 t/m 2020. In 2014 wordt uitvoering gegeven aan het bruggenbeheerplan. Provinciale weg N602 Onttrekking ten bate van de exploitatie € 86.478
- 70 -
Stand reserve per 1 januari 2014 € 3.353.782 Stand reserve per 31 december 2014 € 3.401.455. De voormalige N602 is sinds 1 januari 2010 in beheer en onderhoud bij de gemeente Sint Anthonis. De raad is middels een mededeling herinrichting N602 met de datum van 1 juni 2012 geïnformeerd over de situatie, welk het uitgangspunt is betreffende de herinrichting. Beheerplan bebording en bebakening Storting ten laste van de exploitatie € 7.206 Stand voorziening per 1 januari 2014 € 68.536 Stand voorziening per 31 december 2014 € 63.047. Om de kosten voor aanschaf, vervanging, beheer en onderhoud van de in onze gemeente aanwezige grote hoeveelheden verkeers-/bewegwijzeringsborden en wegbebakening in de hand te kunnen houden is inzicht in aantallen, leeftijden, afschrijvingstermijnen, kosten per element e.d. noodzakelijk. In 2012 heeft de inventarisatie plaatsgevonden. Verdere uitwerking vindt plaats in 2013 om te komen tot vaststelling van het beheerplan met de daarbij behorende middelen. Beheerplan Openbare Verlichting Storting ten laste van de exploitatie € 95.056 Stand voorziening per 1 januari 2014 € 228.391 Stand voorziening per 31 december 2014 € 204.089. Voor de in onze gemeente te beheren en onderhouden lichtmasten is op 13 april 2010 door de raad het Beheerplan Openbare Verlichting (2010-2013) vastgesteld. In het laatste kwartaal van 2013 wordt het beheerplan geactualiseerd naar nieuwe inzichten terwijl dan tevens de in 2013 doorgevoerde bezuinigingen in dit plan verwerkt zullen worden. Dit plan wordt vervolgens in het laatste kwartaal van 2013 of in het eerste kwartaal van 2014 ter vaststelling aan de raad voorgelegd. In dit beheerplan zijn de uitgangspunten beschreven voor het jaarlijks en meerjarig structureel te onderhouden dan wel te vervangen onderdelen van de openbare verlichting en wordt inzicht gegeven in de daarbij bijbehorende kosten. In 2014 wordt uitvoering gegeven aan het geactualiseerde beheerplan. Beheerplan gemeentelijk vastgoed Storting ten laste van de exploitatie € 219.094 in 2014 en € 167.094 in 2015 en volgende jaren. Stand voorziening per 1 januari 2014 € 916.505 Stand voorziening per 31 december 2014 € 1.045.975. Voor de in onze gemeente te beheren en onderhouden openbare gebouwen en sportcomplexen is op 20 september 2010 door de raad het Beheerplan Gemeentelijk Vastgoed (20112016) vastgesteld. Doordat in 2013 zware bezuinigingen zijn doorgevoerd is het beheerplan gemeentelijk Vastgoed geactualiseerd en in het derde kwartaal van 2013 ter vaststelling aan de raad voorgelegd. Voor het beheer en onderhoud worden de hierin genoemde uitgangspunten met bijbehorende budgetten gehanteerd. In 2014 wordt uitvoering gegeven aan het beheerplan. Openbaar groen, bomen, bossen en natuur Bosbeheerplan De gemeentelijke bossen worden via de methode van geïntegreerd bosbeheer beheerd en deze werkwijze is nog steeds actueel. Het plan is in 2013 geactualiseerd. Een belangrijk on-
- 71 -
derdeel daarvan was een oplossing vinden voor het vervallen van een groot deel van de subsidiemogelijkheden, maar dit is gelukt. Het plan leidt tot een in verbeterde vorm voortzetten van geïntegreerd bosbeheer tegen een kostenneutraal tarief. Storting ten laste van de exploitatie € 2.610 Stand voorziening per 1 januari 2014 € 5.225 Stand voorziening per 31 december 2014 € 4.035. Groenbeheerplan Dorpskommen 2010-2019 In 2010 is het Groenbeheerplan Dorpskommen geactualiseerd en door de gemeenteraad vastgesteld op 20 september 2010 met een jaarlijkse storting in de voorziening van € 31.755. Vanaf 2011 vinden er geen stortingen meer plaats in de voorziening voor dit onderhoud in verband met bezuinigingen die zijn doorgevoerd. Leidraad in het beheerplan is behoud en verbetering van de groene inrichting van de openbare ruimte, door o.a. het integraal uitvoeren van renovaties. Daarbij worden de gebruikers meer centraal gesteld. Door de renovatie van de groenvoorzieningen te combineren met projecten is er vanaf 2011 ten opzichte van de situatie 2009 een jaarlijkse structurele bezuiniging gerealiseerd van € 37.845.Deze bezuiniging is in 2011 gevolgd door een structurele jaarlijkse bezuiniging van € 29.717 op de exploitatiekosten van het bestek groenonderhoud IBN – facilitair (B&W besluit 23 maart 2010), terwijl er in 2012 opnieuw een jaarlijkse bezuiniging van € 25.000 op de exploitatiekosten doorgevoerd is. Deze bezuinigingen hebben tot gevolg dat enkele beheercategorieën van het door de gemeenteraad vastgestelde CROW beeldkwaliteitsniveau B, naar C gegaan zijn. In 2013 hebben verdere bezuinigingen plaatsgevonden ten bedrage van € 62.316. Dit betekent dat er nog wel functioneel onderhoud van groenvoorzieningen plaatsvindt hetgeen een veilig gebruik van de groenvoorzieningen waarborgt, maar wel resulteren in een weinig esthetisch karakter van deze voorzieningen. Stand voorziening per 1 januari 2014 € 0 Stand voorziening per 31 december 2014 € 0. Beheerplan Landschappelijke beplantingen en Laanbomen buitengebied Op 22 april 2013 is het tussentijdse beheerplan Landschappelijke beplantingen en Laanbomen buitengebied door de raad vastgesteld voor de periode 2013 t/m 2017. In het plan is conform de Kadernota 2013 een structurele jaarlijkse bezuiniging op het areaal laanbomen opgenomen van € 100.000 voor de periode van 2013 t/m 2017. Het plan is in intensieve samenwerking met belangengroepen uitgewerkt. Storting ten laste van de exploitatie € 38.928 Stand voorziening per 1 januari 2014 € 153.164 Stand voorziening per 31 december 2014 € 144.592. Beheerplan Sportvelden 2011-2025 Dit plan is op 14 maart 2011 door de gemeenteraad vastgesteld. Leidraad in dit plan is het beschikbaar stellen van basisvoorzieningen op de sportparken via een optimale benutting en kostenefficiënt beheer daarvan. Het plan continueert voor de inwoners de huidige sportmogelijkheden. In het beheerplan zijn jaarlijkse exploitatiekosten en stortingen voor groot onderhoud plus reserveringen voor renovaties opgenomen. In 2014 wordt uitvoering gegeven aan het beheerplan sportvelden. Storting ten laste van de exploitatie (renovatie en onderhoud) € 50.559
- 72 -
Stand reserves en voorziening per 1 januari 2014 (renovatie en onderhoud) € 380.590 Stand reserves en voorziening per 31 december 2014 (renovatie en onderhoud) € 343.102. Beheerplan begraafplaatsen 2010-2020 Het beheerplan is op 20 september 2010 door de gemeenteraad vastgesteld en wordt in 2013 geactualiseerd voor de periode 2014 t/m 2018. Leidraad in dit plan blijft opgenomen de gelijkwaardigheid van keuzemogelijkheden voor de laatste rustplaats tegen kostendekkende tarieven voor de gemeente. In 2014 wordt uitvoering gegeven aan het beheerplan begraafplaatsen. Storting ten laste van de exploitatie € 14.713 Stand voorziening per 1 januari 2014 € 162.232 Stand voorziening per 31 december 2014 € 153.479. Beheerplan ecologische verbindingszone Peelkanaal De ecologische verbindingszone Peelkanaal is in 2007 gerealiseerd. In 2009 is het beheerplan, met jaarlijkse werkplannen vastgesteld. In 2014 wordt uitvoering gegeven aan het beheerplan. Beheerplan Spelen en Recreatie/Speelruimteplan In 2010 is in samenwerking met de dorpsraden en overige belanghebbenden een speelruimteplan opgesteld. In de kosten voor de jaarlijkse inspectie en onderhoud van speeltoestellen is in de reguliere begroting voorzien. Materieel Openbare werken Storting ten laste van de exploitatie voor vervanging en onderhoud € 80.424 Stand reserve en voorziening per 1 januari 2014 € 405.270 Stand reserve en voorziening per 31 december 2014 € 411.399. Uitgaande van de huidige situatie is er om de voorziening Materieel Openbare Werken op peil te houden, gelet op de kosten die de noodzakelijke vervanging van materieel ten behoeve van de buitendienst OW dan met zich meebrengt, een structurele stijging van de jaarlijkse storting in deze voorziening van € 15.000 nodig. Beheerplan voorziening groot onderhoud scholen Storting ten laste van de exploitatie € 64.789 Stand voorziening per 1 januari 2014 € 108.718 Stand voorziening per 31 december 2014 € 173.507. De gemeente Sint Anthonis heeft de verantwoordelijkheid voor het groot onderhoud van 7 basisscholen en 1 VSO-ZMOK-school. Tweejaarlijks wordt een meerjarig onderhoudsplan opgesteld, om een goed inzicht te kunnen krijgen in de onderhoudstoestand hiervan met bijbehorende benodigde investeringen. Op basis van dit plan worden onderhoudsaanvragen door de schoolbesturen al dan niet worden gehonoreerd. Reserve onderwijs Jaarlijks budget € 1.430.279 -/- € 140.000 = € 1.290.279 Stand reserve per 1 januari 2014 € 802.545 Stand reserve per 31 december 2014 € 618.285. De gemeente Sint Anthonis heeft de verantwoordelijkheid voor de bekostiging van de onderwijshuisvesting binnen de gemeente. Ter zake is een vast budget vastgelegd, dat jaarlijks wordt geïndexeerd en dat, indien nodig, wordt bijgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met toekomstige noodzakelijke investeringen en overige ontwikkelingen. In verband met verlaging van de rente van 5% naar 4% is het budget opnieuw doorgerekend, met als uitkomst dat een verlaging met € 140.000 mogelijk is. Dit vast budget strekt ter dekking van:
- 73 -
•
de jaarlijkse huisvestingslasten, zoals de kapitaallasten voor de nieuwbouw/uitbreiding/vervanging van de in onze gemeente gevestigde scholen. • de noodzakelijke stortingen in de voorziening groot onderhoud scholen. De verschillen tussen de werkelijke lasten en het budget worden toegevoegd of onttrokken aan de reserve zodat de jaarlijks lasten nagenoeg gelijk blijven.
- 74 -
Paragraaf 3 Financiering
Deze paragraaf heeft in hoofdzaak betrekking op de treasuryfunctie. Doelstellingen van het treasurybeleid. De doelstellingen van het treasurybeleid zijn: - het verkrijgen en behouden van een duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities; - het tegengaan van ongewenste financiële risico’s, zoals renterisico’s (van vaste schuld en vlottende schuld), kredietrisico’s, liquiditeitenrisico’s en koersrisico’s; - het optimaliseren van het rendement van de beschikbare liquiditeiten; - het verzekeren van duurzame toegang tot de financiële markten; - het minimaliseren van de rentekosten van de leningen. Het Treasurystatuut voor de gemeente Sint Anthonis is door de gemeenteraad op 17 december 2007 vastgesteld en is in werking getreden per 1 januari 2008. In het Treasurystatuut is opgenomen welke personen/organen bevoegd zijn tot het aantrekken en uitzetten van middelen. Het Treasurystatuut moet aangepast worden als gevolg van organisatorische wijzigingen en door de invoering van het zogenaamde “schatkistbankieren”. Met “schatkistbankieren” wordt de bij wijziging van de Wet financiering decentrale overheden (Fido) aan gemeenten, provincies, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen opgelegde verplichting bedoeld om overtollige financieringsmiddelen boven een bepaalde grens bij het Rijk onder te brengen. Het wetsvoorstel Fido ligt nu bij de Eerste Kamer. Ingangsdatum is naar verwachting 1 januari 2014. Risicobeheer Onder risico’s worden zowel renterisico’s (van vaste schuld en vlottende schuld) als kredietrisico’s, liquiditeitenrisico’s en koersrisico’s verstaan. De Wet financiering decentrale overheden (Wet FIDO) geeft een aantal verplichte elementen aan die het risico beperken. In het door de gemeenteraad vastgestelde Treasurystatuut wordt aangegeven hoe de gemeente Sint Anthonis deze wet in de praktijk toepast. Het doel van dit statuut is, naast het beperken van deze risico’s, het verhogen van een slagvaardig beleid bij het aantrekken respectievelijk uitzetten van gelden. Een belangrijke eis uit de Wet FIDO is dat de uitvoering van de treasuryfunctie uitsluitend de publieke taak dient en dat het beheer prudent (voorzichtig) dient te zijn. De gemeente Sint Anthonis heeft geen beleggingen die niet in het verlengde van de publieke taak liggen. Momenteel heeft de gemeente Sint Anthonis alleen nog aandelen van de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) en Brabant Water NV. Bij de toerekening van rente door middel van kapitaallasten wordt uitgegaan van een gemiddelde rekenrente, ook wel de omslagrente genoemd. De omslagrente wordt zowel bij de begroting als bij de jaarrekening berekend aan de hand van: de rente van langlopende geldleningen; de rente van kortlopende geldleningen; de rente van de eigen financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen); het totaal geïnvesteerde vermogen. Wanneer de omslagrente lager is dan de marktrente, kan op het moment dat een nieuwe lening moet worden aangetrokken, een dekkingsprobleem ontstaan. Voor onze gemeente
- 75 -
wordt geen renterisico verwacht voor 2014 omdat er naar verwachting geen lening zal worden aangetrokken. De rentegevoeligheid - het renterisico - kan worden gedefinieerd als de mate waarin het saldo van de rentelasten en rentebaten verandert door wijziging in het rentepercentage op leningen en uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer. Bij de inwerkingtreding van bovengenoemde wet is het begrip ‘renterisiconorm’ ingevoerd. Uitgangspunt hierbij is om zoveel mogelijk spreiding in de looptijden van leningen aan te brengen. De wettelijk vastgestelde renterisiconorm van 20% houdt in dat in enig jaar de aflossing van de lange schuld niet hoger mag zijn dan 20% van het begrotingstotaal. Modelstaat B (Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden) Berekening (bedragen x € 1.000) Variabelen Renterisico(norm) 1 Renteherzieningen 2 Aflossingen
2014
2015
2016
2017
267
267
267
267
Renterisico (1+2)
267
267
267
267
Renterisiconorm
4.888
4.267
4.302
4.286
Ruimte onder renterisiconorm Overschrijding renterisiconorm
4.621 0
4.000 0
4.035 0
4.019 0
Berekening renterisiconorm Begrotingstotaal Percentage regeling
24.438 20,00%
21.334 20,00%
21.509 20,00%
21.431 20,00%
4.888
4.267
4.302
4.286
Renterisiconorm
Uit de berekening van de huidige renterisiconorm in meerjarenperspectief blijkt dat de gemeente in de komende jaren geen renterisico loopt. Op basis van de samengestelde liquiditeitsbehoefte, gebaseerd op het (meerjaren)investeringsplan en de berekende kasgeldlimiet, behoeft er in de periode 2014-2017 geen geldlening te worden aangetrokken. Beheer beschikbare liquiditeiten Kasbeheer Saldo- en liquiditeitenbeheer Voor het liquiditeitenbeheer is een overeenkomst (geïntegreerde dienstverlening) met de BNG gesloten. Door middel van dit pakket worden tijdelijk overtollige middelen door de BNG belegd en kan een tekort aan middelen op een voordelige wijze worden geleend. Omdat de gemeente van deze dienstverlening gebruik maakt, kan tegen voordelige voorwaarden snel over voldoende middelen worden beschikt. Daarnaast is van belang dat het Rijk alle financiële transacties met de gemeente verrekent bij de BNG (dit geldt overigens voor alle gemeenten). Geldstromenbeheer Jaarlijks wordt er een liquiditeitsprognose opgesteld bij de samenstelling van de begroting. Het opgestelde meerjareninvesteringsplan, de investeringen ten behoeve van voorzieningen en de investeringen in het lopende jaar zijn hierbij de belangrijkste graadmeters. Het beheer-
- 76 -
sen van de risico’s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitenplanning en meerjareninvesteringsplanning waardoor de financieringskosten hoger kunnen uitvallen wordt hiermee voldoende ondervangen. Het kredietrisicobeheer vormt een belangrijk aandachtspunt. Een onderdeel hiervan is het beperken van het debiteurenrisico door middel van een actief debiteurenbeheer. Een belangrijk facet is dat bij het niet nakomen van de verplichtingen, snel invorderingsmaatregelen worden genomen. Kasgeldlimiet Bij de financiering van de gemeentelijke activiteiten wordt de gemeente als één geheel beschouwd. Dit houdt in dat bij het bepalen van de financieringsbehoefte alle inkomsten en uitgaven betrokken worden. De achterliggende gedachte daarbij is dat tijdelijke overschotten van de ene activiteit een andere activiteit kunnen financieren. Deze wijze van financieren wordt ook wel aangeduid als ‘totaalfinanciering’. Hierdoor worden de rentekosten beperkt. Projectfinanciering wordt dan ook in principe niet toegepast. Voor het bepalen van de liquiditeitspositie - dit is de mate waarin op korte termijn aan de opeisbare verplichtingen kan worden voldaan - is de zogenaamde kasgeldlimiet belangrijk. Hieronder wordt verstaan het bedrag dat maximaal als kasgeld mag worden opgenomen. Dit bedrag wordt berekend door middel van een door het Ministerie van Financiën vastgesteld percentage, van 8,5%, te vermenigvuldigen met het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar. Bij overschrijding van deze limiet moet er in langlopende financieringsmiddelen worden voorzien. Voor de berekening van de kasgeldlimiet is een modelstaat voorgeschreven. Hieronder is deze staat volgens de laatst bekende gegevens ingevuld. Volgens deze berekening mag tot ruim € 5.827.000 met kasgeld worden gefinancierd. Modelstaat A (Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden) Liquiditeitspositie over het 2e kwartaal van het jaar 2013. Berekening (bedragen x € 1.000) Stappen (1-4) (1) - (2) = (3) ultimo maand 1 ultimo maand 2 ultimo maand 3 (4) gemiddelde van (3) Stappen (5-9) (5) (6a) = (5>4) (6b) = (4>5) Berekening kasgeldlimiet (5) (7) (8) (5) = (7) x (8) / 100
(1) Vlottende schuld
0 0 140
(2) Vlottende middelen 2.783 3.082 3.897
Variabelen kasgeldlimiet (KGL) ruimte onder de KGL overschrijding van de KGL
(3) Netto vlottend (+) of Overschot middelen (-) -2.783 -3.082 -3.757 -3.207 Bedragen 2.620 5.827 0
Begrotingstotaal 2013 Percentage regeling
30.826 8,50%
Kasgeldlimiet
2.620
- 77 -
Mutaties in leningenportefeuille De gemeente Sint Anthonis heeft ten tijde van het samenstellen van de begroting één opgenomen geldlening. Voor zover de liquide gelden boven een bepaalde grens nog niet nodig zijn maken ze onderdeel uit van het schatkistbankieren. Zoals hiervoor vermeld zal er in de loop van 2014 naar verwachting geen geldbehoefte ontstaan die het aantrekken van een langlopende lening noodzakelijk maakt. Hoe hoog is het bezit belast met schuld? Met behulp van kengetallen, gepresenteerd in een grafiek kan hierin snel inzicht worden gekregen. Een goed kengetal voor het beoordelen van de hoogte van de schuld is de debt-ratio. De debt-ratio geeft aan welk aandeel van het gemeentebezit is belast met schuld. Tegenover de debt-ratio staat de solvabiliteitsratio. De solvabiliteitsratio geeft dan aan het gedeelte van de bezittingen van de gemeente dat is afbetaald. Uit onderstaande grafiek blijkt dat ruim 60% van de bezittingen van de gemeente afbetaald is. Dit is een hoog percentage en daarmee is er sprake van veel eigen vermogen. Het eigen vermogen is ook een belangrijk onderdeel voor het vaststellen van het weerstandsvermogen van de gemeente.
Bezittingen belast met schuld en afbetaald
39,20%
Debt-ratio Solvabiliteitsratio
60,70%
- 78 -
Paragraaf 4 Bedrijfsvoering
Inleiding De bedrijfsvoering betreft de middelenfuncties (personeel en organisatie, planning &control, informatievoorziening en automatisering, communicatie en facilitaire zaken) ter ondersteuning van het beheersen en het optimaliseren van de primaire processen. Dit om de doelstellingen van de gemeente te realiseren zoals die opgenomen zijn in de diverse programma’s. In de praktijk moet dit tot uiting komen in het goed bedienen van de klanten van onze gemeente, interne en externe processen efficiënt te laten verlopen en zorgvuldige besluitvorming te garanderen. Personeel en organisatie Taakstellende bezuiniging op het ambtelijk apparaat In 2014 is een bezuiniging op het ambtelijk apparaat ingeboekt van € 50.000. Deze bezuiniging loopt van € 196.232 in 2015 op tot € 280.610 in 2016 en volgende jaren. Door middel van natuurlijk verloop, herschikking/uitbesteding van taken, het efficiënter inrichten van de bedrijfsprocessen, samenwerken met andere gemeenten en het betrachten van terughoudendheid bij het invullen van vacatures is een proces op gang gebracht om de opgelegde bezuinigingstaakstelling te realiseren. Het volgende wordt opgemerkt. Ontgroening en vergrijzing zullen in de komende jaren tot een krimp onder de beroepsbevolking leiden. Deze krimp is voor onze gemeente extra relevant gezien de onevenwichtige personeelopbouw met veel oudere en weinig jonge medewerkers. Bovendien hebben de medewerkers een relatief hoog opleidingsniveau. In een krapper wordende arbeidsmarkt zullen zulke medewerkers straks moeilijk te vinden zijn. Met het oog hierop zullen we ons nu al op maatregel moeten bezinnen die het niet alleen mogelijk maken om de juiste medewerkers te werven, maar ook hen blijvend aan onze gemeente te binden. Ziekteverzuim De inspanningen om het ziekteverzuim verder terug te dringen, zullen in de komende jaren worden gecontinueerd. Opleiden Voor zowel een adequate uitvoering van taken als voor de ontwikkeling van de medewerkers wordt het opleiden van medewerkers steeds belangrijker. Zo zal door ombuigingen, samenwerking en decentralisaties een deel van de medewerkers met een veranderd takenpakket te maken krijgen. De mede daardoor noodzakelijke c.q. gewenste opleidingen en cursussen worden jaarlijks geïnventariseerd. Deze inventarisatie vormt de basis voor de besteding van het beschikbare opleidingsbudget. Stijging kosten pensioenen Als gevolg van de stijging van de levensverwachting alsmede door het achterblijven van de te behalen rendementen zal het pensioenfonds ABP wellicht niet aan de door de overheid vereiste dekkingsgraad kunnen voldoen. Dit kan leiden tot een stijging van de pensioenpremies en/of versobering van de pensioenregeling.
- 79 -
Mobiliteitsbevordering Als organisatie willen we flexibel zijn. Deze flexibiliteit wordt in hoge mate bepaald door de wendbaarheid en inzetbaarheid van het personeel. Hiervoor is het van groot belang dat de medewerkers ingaande 1 januari 2013 krachtens de CAO in algemene dienst aangesteld zijn. Dit nu neemt de formele drempel weg om medewerkers daar in te zetten waar ze nodig zijn en waar ze een maximale bijdrage kunnen leveren. In goed overleg met de leidinggevende kan een medewerker dan op verschillende passende functies worden ingezet. Organisatie Onze organisatie is als volgt ingericht:
Managementteam Algemeen directeur Adjunct directeur Managementondersteuning Controller MT-secretaris
Teamleider
Teamleider
Team Strategie & Beleid
Team Realisatie & Beheer
Teamleider
Teamleider
Teamleider
Teamleider
Teamleider
Team Buitendienst
Team Klantencontactcentrum
Team Financiën & WOZ
Team Jur. Zaken & Staf
Team Interne Dienstverlening
Een organisatiestructuur als bovenstaand resulteert in platte organisatie. Een platte organisatie betekent korte communicatielijnen, waardoor de informatie eenduidig en snel op de juiste plek is. Dit verkort het besluitvormingsproces en de reactietijd. Voorts komen door een platte organisatie de verantwoordelijkheden laag in de organisatie te liggen. Hierdoor zullen de medewerkers meer direct betrokken zijn bij besluitvormingsprocessen, hetgeen tot een hogere productiviteit van de medewerkers zal leiden. Commentaar en terugkoppeling bereiken de medewerkers die bij een besluit betrokken zijn veel sneller. Dit verhoogt op zijn beurt de snelheid waarmee de klant zijn verwachte respons krijgt. Intergemeentelijke samenwerking Op bestuurlijk vlak neemt onze gemeente deel aan het samenwerkingsverband 5 Sterrenregio/Noordoost-Brabant en aan de samenwerking binnen het Land van Cuijk en Platform Noordelijke Maasvallei. In het kader van de samenwerking met Boxmeer op ambtelijk niveau worden taken op het gebied van personeelzaken, sociale zaken, ict en de bezwarencommissie gezamenlijk uitgevoerd. De taken die door het rijk op het gebied van AWBZ, jeugdzorg en maatschappelijke zorg aan onze gemeente overgeheveld worden, zijn van een dusdanige omvang dat er samenwerking met andere gemeenten gezocht dient te worden. Planning en control Planning- en controlcyclus. De planning- en controlcyclus voor onze gemeente ziet er als volgt uit:
- 80 -
Beleid en fin. kaders t.b.v. ontwerp- begroting + investeringsvoorstellen
Begroting
Begroting komend jaar + meerjarenraming
2013
Kadernota
e
2014
1 bestuursrapportage
Tussentijdse evaluatie/bijstelling e
2015
2 bestuursrapportage
Jaarrekening
Eindverantwoording
De in voormeld schema genoemde documenten stellen de raad in staat zijn kaderstellende en controlerende taak uit te voeren. Via de kadernota en de programmabegroting kan de raad op hoofdlijnen beleidsinhoudelijke en financiële beleidsafwegingen maken. Van het college wordt via de bestuursrapportages en de jaarstukken verantwoording gevraagd over de uitvoering van het vastgestelde beleid. Sint Anthonis in control In het kader van het project “Sint Anthonis in control” is voor wat de producten van de planning- en controlcyclus betreft een belangrijke kwaliteitsslag gemaakt. Met name de bestuursrapportages hebben belangrijk aan kwaliteit gewonnen vooral daar waar het gaat om de samenhang en duidelijkheid waarmee de te maken keuzen worden onderbouwd. Voorts zal als uitvloeisel van onderhavig project aan het periodiek door de teamleiders uitbrengen van rapportages over het reilen en zeilen van hun teams vervolg gegeven worden. In voorliggende begroting is -eveneens overeenkomstig het voornoemde project- een begin gemaakt met in het duidelijker voor het voetlicht brengen van wat uw raad in de komende jaren wil bereiken, wat daarvoor dient te worden gedaan en wat dat dan mag kosten: de zogenoemde drie W-vragen. In de komende tijd zal aan deze aanpak verder gestalte worden gegeven. Voorts zullen in de komende jaren de inspanningen in het kader van onderhavig project nadrukkelijk worden gericht op het verbeteren van het projectmanagement en de projectcontrol. Accountantsdienstverlening In opdracht van de gemeenteraad voert de accountant de controle op de jaarrekening uit om een oordeel te kunnen vormen over zowel de getrouwheid als de rechtmatigheid van de in de jaarrekening opgenomen baten en lasten en balansmutaties. Vooruitlopend op de controle van de jaarrekening voert de accountant omstreeks november van het jaar daarvoor op de relevante gemeentelijke bedrijfsprocessen een interim-controle - 81 -
uit. Het belangrijkste doel hiervan is het vaststellen of er voor de accountantscontrole gesteund kan worden op de informatie die via deze processen wordt gegenereerd. Mede in het kader daarvan vindt interne controle plaats. Deze controle strekt zich, gelet op de substantiële omvang van de risico’s die er te dien aanzien gelopen worden, uit over de navolgende processen: a. uitkeringsadministratie sociale zaken; b. uitvoering Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO); c. salarissen/personeelskosten; d. pachten; e. secretarieleges; f. inkopen en aanbestedingen; g. subsidieverstrekkingen; h. bouwleges; i. verhuur; j. belastingen; k. grondexploitaties. Voor de periode 2014-2018 dient de accountantsdienstverlening opnieuw aanbesteed te worden. Evenals dat voor de voorgaande perioden het geval was, zal dit weer in gezamenlijkheid van de vijf gemeenten in het Land van Cuijk geschieden. Er is inmiddels een ambtelijke werkgroep gevormd die deze aanbesteding voorbereidt. In het voorjaar van 2014 kunnen de gemeenteraden van de vijf gemeenten voorstellen te dien aanzien tegemoet zien. Horizontaal toezicht Belastingdienst Onze gemeente neemt deel aan het horizontaal toezicht van de Belastingdienst. Met dit toezicht stelt de Belastingdienst in het toezicht samenwerking meer centraal. Dit komt erop neer dat er tussen de Belastingdienst en de gemeente daar waar nodig afstemming plaats vindt in plaats van controles achteraf. In de aanloop naar het horizontaal toezicht is onderzoek verricht naar de aanwezigheid en het gebruik van interne- beheer- en controlemaatregelen in de gemeente. Uit dit onderzoek bleek dat de gemeente voldoet aan de eisen die de Belastingdienst ter zake stelt. Informatievoorziening en automatisering ICT-samenwerking In april 2012 is er voor de samenwerking op het gebied van ICT van onze gemeente met de gemeente Boxmeer een businesscase opgesteld, waarin de vraag centraal stond of deze samenwerking voor beide gemeente meerwaarde oplevert. De voornaamste conclusie van deze businesscase is dat beide gemeenten op het gebied van ICT samen meer -en snellerkunnen bereiken. De gemeenten zijn beter in staat hun ambities te realiseren en dan niet alleen op het gebied van ICT maar ook op het gebied van bedrijfsvoering en dienstverlening. Voorts draagt de samenwerking bij aan de ontwikkeling van een meer professionele sturing op en beheer van informatievoorziening en informatiesystemen. In het kader van deze samenwerking is er in Boxmeer een gezamenlijke intergemeentelijke ICT-afdeling voor Sint Anthonis en Boxmeer tot stand gebracht. Een vereiste voor die samenwerking is ook het realiseren van een gezamenlijke ICT-infrastructuur. In het kader daarvan is het noodzakelijk een glasvezelverbinding tot stand te brengen tussen de twee gemeentehuizen. Voor het aanleggen van deze verbinding is inmiddels opdracht verstrekt. EGEM-i realisatieplan. Met het EGEM-i project wordt een overheid beoogd die een betere dienstverlening levert aan burgers en bedrijven, efficiënter werkt, minder regels nodig heeft en niet naar de bekende weg vraagt. Ter verwezenlijking hiervan, waarbij een andere manier van (samen)werken en een betere inzet van ICT de belangrijkste items vormen, is een realisatieplan opgesteld. De realisatie van dit plan zal de komende tijd verder ter hand genomen worden, waarbij de aan-
- 82 -
dacht met name zal uitgaan naar het implementeren van het zaakgericht werken, waarmee al enige tijd geleden een begin gemaakt is. Zaakgericht werken houdt onder meer in dat een verzoek om actie vanaf binnenkomst in de organisatie gevolgd kan worden door de aanvrager. Communicatie en facilitaire zaken Externe communicatie Mede door bevolkingskrimp en vergrijzing komen met name in de kleine kernen door vermindering van het draagvlak de van de gemeente afhankelijke voorzieningen onder druk te staan. Er zal een proces op gang gezet worden om in het kader van zelfsturing de verantwoordelijkheid van de voorzieningen in de kernen bij de inwoners of groepen van inwoners neer te leggen en waar dit niet anders kan tot een vermindering van het areaal aan voorzieningen te komen. Zo’n proces zal alleen succesvol zijn als daarvoor politiek en maatschappelijk draagvlak is. Voor het creëren van dit draagvlak dient communicatie een belangrijke bijdrage te leveren. Sociale media Voor communicatie hebben de sociale media belangrijke effecten. Door de sociale media behoort het brengen van nieuws en de interpretatie daarvan niet langer meer tot het domein van alleen de traditionele media, maar is van iedereen geworden. Ook is door de sociale media de snelheid van informatiedeling aanmerkelijk toegenomen. Onze gemeente is via verschillende sociale media te volgen waarvan Twitter en Facebook de bekendste zijn. De sociale media vormen een belangrijke aanvulling op de bestaande communicatiemiddelen vooral gelet op het snelle, directe en laagdrempelig contact dat deze media met name met de inwoners mogelijk maken. Archief Het archief participeert actief in de ontwikkeling van het zaakgericht werken met als doel de duurzaamheid van digitale opslag van documenten in het Document Managementsysteem (DMS) te waarborgen. Inkopen Sinds 1 april 2013 is de nieuwe aanbestedingswet van kracht. Het inkoop- en aanbestedingsbeleid van onze gemeente dient daarop nog aangepast te worden. Duurzaamheid, social return, lokale MKB en contractbeheer zijn hierbij belangrijke speerpunten.
- 83 -
Paragraaf 5 Verbonden partijen
Onderstaand is weergegeven in welke gemeenschappelijke regelingen, stichtingen, verenigingen en vennootschappen de gemeente Sint Anthonis in 2012 financieel en bestuurlijk zal participeren. De relevantie voor de raad ligt bij het feit dat verbonden partijen vaak beleid uitvoeren dat de gemeente in principe ook zelf kan doen. Een ander aspect is dat van de kosten (het budgettaire beslag) en de financiële risico’s die de gemeente met verbonden partijen kan lopen en de daaruit voortvloeiende budgettaire gevolgen. Er is dus voor de raad, naast een kaderstellende, ook een controlerende taak ten aanzien van de programma’s die eigenlijk door verbonden partijen worden uitgevoerd. Voor de beheersbaarheid van de gemeenschappelijke regelingen zijn afspraken gemaakt met de gemeenschappelijke regelingen. Die afspraken hebben betrekking op: • Het verbeteren van de budgetcyclus; • Het verbeteren van de informatiestroom aan de deelnemende gemeenten; • Onderlinge beleidsafstemming van gemeenten via een contactfunctie (adoptieregeling). De afspraken zijn aan de raad kenbaar gemaakt in een mededeling van 25 augustus 2005. Overzicht verbonden partijen: •
• •
•
Gemeenschappelijke regelingen (publiekrechtelijk verbonden partijen = GR) 1. Veiligheidsregio Brabant-Noord 2. Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden-West-Noord 3. GGD Hart voor Brabant 4. Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) 5. GR Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) (voorheen GR RMB) 6. Euregio Rijn-Waal 7. Werkvoorzieningschap Noordoost-Brabant 8. Kleinschalig Collectief Vervoer Brabant-Noordoost 9. Leerplicht en Regionale Meld- en Coördinatiefunctie 10. Ambtelijke Samenwerking Gemeenten Boxmeer en Sint Anthonis Privaatrechtelijke verbonden partijen (= Pvp) 11. Regionaal Veiligheidshuis Maas & Leijgraaf Deelnemingen (een participatie in een besloten of naamloze vennootschap, waarin de gemeente aandelen heeft = Deelneming) 12. Bank Nederlandse Gemeenten 13. Brabant Water NV Overige samenwerkingsverbanden (= SV) - gemeente heeft wel bestuurlijke bemoeienis maar is formeel niet bestuurlijk verantwoordelijk - gemeente heeft wel een financieel belang maar is niet aansprakelijk bij niet nakoming verplichtingen of in geval van faillissement 14. Basisbibliotheek Land van Cuijk Plus 15. Centrum voor de Kunsten De Meander 16. Regionaal Maatschappelijk Centrum Land van Cuijk 17. Hypotheekfonds Noordbrabantse Gemeenten (HNG)
- 84 -
Voor 2013 en volgende jaren zijn ten aanzien van verbonden partijen de volgende zaken te melden: 1. GR Veiligheidsregio Brabant-Noord a. Deelnemers De gemeente Bernheze, Boekel, Boxmeer, Boxtel, Cuijk, Grave, Haaren, Heusden, ’sHertogenbosch, Landerd, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Oss, Schijndel, Sint Anthonis, Sint-Michielsgestel, Sint-Oedenrode, Uden, Veghel en Vught en het korps van de politieregio Brabant-Noord. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst De Politiewet 1993, Wet Veiligheidsregio’s en de Wet ambulancevervoer/ Wet ambulancezorg. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen Aan de veiligheidsregio Brabant-Noord zijn door de (organen van ) de deelnemende rechtspersonen alle bevoegdheden tot regeling en bestuur toegekend die op enig moment nodig zijn voor de uitvoering van de aan de veiligheidsregio Brabant-Noord opgedragen taken. d. Adres en plaats van de vestiging Orthenseweg 2b, 5212 XA ’s-Hertogenbosch. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is een openbaar lichaam, genaamd: “Veiligheidsregio Brabant-Noord”. f. Opmerkingen Inwerking getreden op: 1 juli 2006 Laatstelijk gewijzigd op: 1 juli 2013 Website: www.brandweer.nl/brabant-noord g. Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurslid M.L.P. Sijbers, burgemeester en plaatsvervangend lid G.W. Bollen, wethouder/loco-burgemeester. h. Ontwikkelingen - Als gevolg van de nationalisering van de politie zijn de Politieregio’s Brabant-Noord en Brabant Zuidoost samengaan in een nieuwe Regionale Eenheid Oost-Brabant. Als enige in Nederland, neemt de politie in onze regio deel aan de gemeenschappelijke regeling voor wat betreft het gemeenschappelijk meldcentrum en het veiligheidsbureau. Op basis van de Wet op de veiligheidsregio’s dient de politie echter uit te treden en dient er een convenant te worden aangegaan tussen de veiligheidsregio en de politie. Uittreding door de politie heeft echter directe gevolgen voor de financiële verhouding tussen de politie en de veiligheidsregio. Een tweetal redenen zijn op dit moment aanleiding de uittreding van de politie aan te houden. Met de komst van een landelijke meldkamerorganisatie gaat de bevoegdheid voor de instandhouding van de meldkamer over van de veiligheidsregio's naar de Minister. Met als gevolg dat de huidige gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord op dit punt moet worden aangepast. Tweede aanleiding vormen de gaande besprekingen op landelijk niveau over het transitieakkoord, waarin de voorwaarden voor overheveling van de meldkamers naar 1 landelijke meldkamerorganisatie worden geregeld. Helderheid over deze voorwaarden bepalen mede het moment van uittreding van de politie. De politie kan, met instemming van het Ministerie, thans nog blijven deelnemen aan de gemeenschappelijke regeling. - De gemeenten zijn samen met de operationele diensten verantwoordelijk voor de crisisbeheersing en rampenbestrijding. Met de vaststelling van het Regionaal Crisisplan, het instellen van piketregelingen voor de crisiscommunicatie en de gemeentelijke coördinatie (sectie Bevolkingszorg), is een kwaliteitsverbetering bewerkstelligd. Het geheel van proces- en productbeschrijvingen van de operationele diensten en de gemeentelijke organisatie worden op dit moment uitgewerkt en moeten vervolgens door de individuele gemeenten worden ingevoerd.
- 85 -
i.
Financiële informatie De in de Begroting 2014 van de Veiligheidsregio opgenomen bijdrage van de gemeente Sint Anthonis bedraagt: • Brandweer € 663.446 • GHOR € 21.623 • GMC € 23.854 • Totaal € 708.923 Voornoemde bedragen zijn bruto. Naar schatting zal de gemeente € 49.000 terug ontvangen vanwege onder meer BTW-compensatie. Derhalve is de nettobijdrage € 659.923.
2. GR Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden-West-Noord (RAV) a. Deelnemers De gemeenten Aalburg, Alphen-Chaam, Baarle-Nassau, Bergen op Zoom, Bernheze, Boekel, Boxmeer, Boxtel, Breda, Cuijk, Dongen, Drimmelen, Etten-Leur, Geertruidenberg, Gilze en Rijen, Goirle, Grave, Haaren, Halderberge, ’s-Hertogenbosch, Heusden, Hilvarenbeek, Landerd, Loon op Zand, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Moerdijk, Oisterwijk, Oosterhout, Oss, Roosendaal, Rucphen, Schijndel, Sint Anthonis, SintMichielsgestel, Sint-Oedenrode, Steenbergen, Tilburg, Uden, Veghel, Vught, Waalwijk, Werkendam, Woensdrecht, Woudrichem, Zundert. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst De Wet ambulancevervoer, het voorstel van de Wet ambulancezorg, de Kwaliteitswet zorginstellingen, de Wet tarieven gezondheidszorg en de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen Het openbaar lichaam heeft alle bevoegdheden die nodig zijn voor de uitvoering van zijn taken. d. Adres en plaats van de vestiging Bezoekadres: Gruttostraat 14, 5212 VM ’s-Hertogenbosch Postadres: Postbus 3166, 5203 DD ’s-Hertogenbosch. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is een openbaar lichaam, genaamd: “Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden-West-Noord”. f. Opmerkingen Inwerking getreden op: 1 juli 2005 Laatst gewijzigd op: Website: www.brabantzorg.net/rav_brabant_midden_west_noord_hertogenbosch g. Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurslid R.A. Aben-Bellemakers, wethouder en plaatsvervangend lid M.L.P. Sijbers, burgemeester. h. Ontwikkelingen - De RAV is integraal verantwoordelijk voor het leveren van verantwoorde ambulancezorg, zowel in de dagelijkse routinematige situatie als bij rampen en zware ongevallen. - De RAV Brabant Midden-West-Noord heeft tot doel het verlenen of doen verlenen van ambulancezorg. Zij tracht dit doel te bereiken met alle wettelijke toegestane middelen die daaraan naar haar mening kunnen bijdragen. De GR RAV Brabant Midden-West-Noord heeft tot taak: • Het instellen en in stand houden van een Regionale Ambulancevoorziening ten behoeve van het werkgebied West- en Midden-Brabant en Brabant-Noord; • Het in stand houden van een meldkamer ambulancezorg ten behoeve van het werkgebied Midden- en West-Brabant en Brabant-Noord; • Het vaststellen en (doen) uitvoeren van het Regionaal Ambulance Plan van de
- 86 -
regio’s Midden- en West-Brabant en Brabant-Noord; Het (doen) leveren van een bijdrage aan de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen ten behoeve van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant en de Hulpverleningsdienst Brabant-Noord. Financiële informatie In 2014 bedraagt de bijdrage voor Sint Anthonis € 0. -
i.
3. GR GGD Hart voor Brabant a. Deelnemers De gemeenten Bernheze, Boekel, Boxmeer, Boxtel, Cuijk, Dongen, Gilze en Rijen, Goirle, Grave, Haaren,’s-Hertogenbosch, Heusden, Hilvarenbeek, Landerd, Loon op Zand, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Oisterwijk, Oss, Schijndel, Sint Anthonis, SintMichielsgestel, Sint-Oedenrode,Tilburg, Uden, Veghel, Vught en Waalwijk. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst Wet Collectieve preventie volksgezondheid. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen Geen bijzondere bevoegdheden. d. Adres en plaats van de vestiging Postadres: Postbus 3166, 5203 DD ’s-Hertogenbosch. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is een openbaar lichaam, genaamd: GGD Hart voor Brabant, gevestigd te Tilburg. f. Opmerkingen Inwerking getreden op: 1 januari 2001 Laatstelijk gewijzigd: september 2005 Website www.ggdhvb.nl g. Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurslid R.A. Aben-Bellemakers, wethouder en plaatsvervangend lid M.L.P. Sijbers, burgemeester. h. Ontwikkelingen - Het doel van de GGD is het bewaken, beschermen en bevorderen van de gezondheid van de inwoners van de gemeente. De kaders waarbinnen de GGD Hart voor Brabant functioneert, zijn enkele jaren geleden op verschillende punten herijkt waardoor er een scherpere afbakening is tussen het wettelijke basispakket (betaald via de inwonersbijdragen van de gemeenten) en de overige plustaken. - De GGD Hart voor Brabant is een Gemeenschappelijke Regeling van 28 gemeenten in de regio Midden Brabant, regio Den Bosch en regio Brabant Noordoost. De GGD voert taken uit op het gebied van de openbare gezondheidszorg in opdracht van de gemeente(n). Dit gebeurt op basis van de Wet publieke gezondheid (Wpg). - Vanaf 2012 is de Jeugdgezondheidszorg 0-4 jaar een onderdeel van de GR GGD Hart voor Brabant. M.b.t. de begroting 2014 is er inmiddels sprake van een integrale begroting waar ook Jeugdgezondheidszorg 0-4 jaar deel van uit maakt. - De GGD voert taken uit op het gebied van de openbare gezondheidszorg in opdracht van de gemeente(n). Dit gebeurt op basis van de Wet publieke gezondheid (Wpg). De openbare gezondheidszorg valt onder Programma 5 ‘Garantie van minimaal inkomen en bereikbare zorg voor inwoners’. De Voorjaarsnota 2014 GGD Hart voor Brabant baseert zich op drie speerpunten die al eerder tot vastgesteld beleid binnen de gemeenschappelijke regeling zijn benoemd: • Gelijke kansen: door het terugdringen van gezondheidsachterstanden; • Gezonde omgeving: het zorgen voor een gezonde omgeving • Vitale bevolking: door te investeren in preventie; - Inhoudelijk sluiten deze speerpunten ook aan bij de beleidsuitgangspunten van het lokaal gezondheidsbeleid. - Daarnaast zoekt de GGD actief de aansluiting met de ontwikkelingen betreffende de
- 87 -
i.
transitie AWBZ en de transitie jeugdzorg. Met de integratie van de JGZ 0-4 jaar en het traject van ‘GGD Dichtbij’ komt de GGD weer meer de gemeenten en de wijken in. De GGD komt letterlijk en figuurlijk weer ‘dichterbij’! Financiële informatie De bijdrage aan de GGD voor 2014 is als volgt opgebouwd: • Bijdrage GGD uniform pakket, lokale accenten en autonome kosten € 159.882 • Bijdrage GGD jeugdgezondheidszorg 0-4 jaar € 170.255 • Bijdrage GGD elektronisch kinddossier € 16.415 • Minus: Doorschuif BTW (eigen schatting) € 6.000 • Totaal € 340.552
4. GR Brabants Historisch Centrum a. Deelnemers De gemeenten Bernheze, Boekel, Boxmeer, Cuijk, Grave, Haaren Landerd, Maasdonk, Mill, Oss, Schijndel, Sint Anthonis, Sint-Michielsgestel, Sint-Oedenrode, Uden, Veghel en Vught en de waterschappen Aa en Maas en Dommel. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst Archiefwet 1995. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen Er zijn geen bijzondere bevoegdheden overgedragen. d. Adres en plaats van de vestiging Postadres: Postbus 81, 5201 AB ’s-Hertogenbosch Bezoekadressen: Zuid-Willemsvaart 2, ’s-Hertogenbosch Markt 1, Veghel Arnoud van Gelderweg 73, Grave. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is een openbaar lichaam, genaamd: Brabants Historisch Centrum, dat gevestigd is in ’s-Hertogenbosch. f. Opmerkingen Inwerking getreden op: 1 januari 2005 Laatstelijk gewijzigd op: Website: www.bhic.nl g. Bestuurlijke betrokkenheid Geen afvaardiging in het bestuur. De gemeenschappelijke regeling BHIC schrijft voor dat de aangesloten gemeenten en waterschappen gezamenlijk drie leden aanwijzen voor het algemeen bestuur. Vanuit onze gemeente zijn geen kandidaten voorgedragen. Naast het algemeen en dagelijks bestuur is er ook 2x per jaar een portefeuillehoudersoverleg, waarin alle deelnemende gemeenten en waterschappen zijn vertegenwoordigd. h. Ontwikkelingen Voor 2014 en volgende jaren zijn geen bijzondere ontwikkelingen te melden. i. Financiële informatie De bijdrage wordt geraamd op € 42.323. 5. GR Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) (voorheen GR RMB) a. Deelnemers De gemeenten Bernheze, Boekel, Boxmeer, Cuijk, Grave, Landerd, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Oss, Sint Anthonis, Sint-Oedenrode, Uden en Veghel. De provincie Noord Brabant en de gemeenten ’s-Hertogenbosch, Heusden, Boxtel, Sint Michielsgestel, Vught, Schijndel en Haaren. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst Wetgeving op het gebied van de fysieke leefomgeving. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen - 88 -
d.
e.
f.
g.
h.
i.
De uitvoering van het verplichte Landelijke Basispakket gemeenten en op verzoek van een of meerdere deelnemers ook andere adviserende, ondersteunende en uitvoerende werkzaamheden inzake de vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) op het gebied van de fysieke leefomgeving. Adres en plaats van de vestiging Bezoekadres: Gildekamp 8, Cuijk Postadres: Postbus 88, 5430 AB Cuijk. Bezoekadres: Victorialaan 1 B-G, 5213 JS ’s-Hertogenbosch. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is een openbaar lichaam, genaamd: Omgevingsdienst Brabant Noord, dat gevestigd is in Cuijk en in ’s-Hertogenbosch. Opmerkingen Inwerking getreden op: 1 april 2013 Website: http://www.ob-noord.nl Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurslid G.W.Bollen, wethouder en plaatsvervangend lid R.A. Aben-Bellemakers, wethouder. Ontwikkelingen De ODBN is een samenwerkingsverband op het gebied van leefomgeving tussen 20 gemeenten in Noordoost Noord-Brabant en de provincie Noord-Brabant. De belangrijkste ontwikkeling voor de ODBN voor 2014 en volgende jaren is de implementatie als uitvoeringsorganisatie van de lokale en provinciale taakstellingen in het kader van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO). Financiële informatie Bijdrage nihil (alleen voor diensten).
6. Euregio Rijn-Waal a. Deelnemers 50 Duitse en Nederlandse gemeenten, 3 regionale instanties en 2 Kamers van Koophandel. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst Het Duitse recht, in het bijzonder het Gesetz über kommunale Gemeinschaftsarbeit van het Land Noordrijn-Westfalen. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen Er zijn geen bijzondere bevoegdheden overgedragen. d. Adres en plaats van de vestiging Bezoek- en postadres: Emmericher Strasse 24, D-47533, Kleve (Duitsland). e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is een openbaar lichaam, genaamd: Euregio Rijn-Waal, dat gevestigd is in Kleve. f. Opmerkingen Inwerking getreden op: Laatstelijk gewijzigd op: 1-10-1999 Website: www.euregio.org g. Bestuurlijke betrokkenheid Bestuursleden: Bestuurslid namens het college: mevrouw M.L.P. Sijbers, burgemeester en plaatsvervangend lid G.W. Bollen, wethouder; Bestuurslid namens de gemeenteraad: J.H. Heckathorn, plaatsvervangend lid C.H. Jozephs. h. Ontwikkelingen In ontwikkeling is een Strategische Agenda 2020, als opvolger/vervanger van de strategische visie 2007-2013. Uitgangspunt bij de strategische agenda is hoe de kansen op grensoverschrijdende samenwerking benut kunnen worden (met de Euregio en het EUINTERREG V programma als belangrijke katalysators) en hoe de bij de Euregio aange-
- 89 -
i.
sloten leden hierbij kunnen worden “meegenomen”. Financiële informatie Bijdrage 2014 en volgende jaren € 3.350.
7. GR Integrale Bedrijven Noordoost-Noord Brabant (IBN) (Werkvoorzieningschap Noordoost Brabant) a. Deelnemers De gemeenten Bernheze, Boekel, Boxmeer, Cuijk, Grave, Landerd, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Oss, Sint Anthonis, Uden en Veghel. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst Wet sociale werkvoorziening. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen De behartiging van de belangen van de aangesloten gemeenten ten aanzien van sociale werkvoorziening. d. Adres en plaats van de vestiging Bezoekadres: Wethouder van Eschstraat 50, Oss Postadres: Postbus 163, 5340 AD Oss. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is een openbaar lichaam, genaamd: Werkvoorzieningschap Noordoost-Brabant, dat gevestigd is in Oss. f. Opmerkingen Inwerking getreden op: 1 januari 1998 Laatstelijk gewijzigd op: Website: www.wvs-nb.nl g. Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurslid G.W. Bollen, wethouder en plaatsvervangend lid R.A. Aben-Bellemakers, wethouder. h. Ontwikkelingen - Het kabinet introduceert ook de Participatiewet. Deze wet moet het mogelijk maken dat meer mensen aan de slag gaan. - Het uitgangspunt van de Participatiewet is dat iedereen die kan werken, ook gaat werken. De wet hervormt de bijstand, Wajong en Wet sociale werkvoorziening (Wsw). - De bedoeling is dat de wet per 1 januari 2014 in werking treedt. i. Financiële informatie Ook bij IBN is niet alles vanzelf gegaan. Ondanks dat is IBN er financieel in 2012 in geslaagd om een positief resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening te behalen. Een lagere netto omzet wordt gecompenseerd door lagere bedrijfslasten ten opzichte van 2011. Per saldo een positief resultaat van € 3,6 miljoen. De bijdrage in de bestuurskosten voor 2014 en volgende jaren wordt geraamd op € 3.716. Voor de uitvoering van de WSW wordt de rijksbijdrage in 2014 € 1.481.103 en in 2015 en volgende jaren € 1.344.967. 8. GR Kleinschalig collectief vervoer Brabant-Noordoost a. Deelnemers Provincie Noord-Brabant, de gemeenten Bernheze, Boekel, Boxmeer, Cuijk, Grave, Landerd, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Oss, Sint Anthonis, Sint-Oedenrode, Uden en Veghel. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst Wet maatschappelijke ondersteuning. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen De bevoegdheden ten aanzien van uitvoering van het kleinschalig collectief vervoer op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning. - 90 -
d. Adres en plaats van de vestiging Bezoekadres: Hockeyweg 5, Uden Postadres: Postbus 687, 5400 AR Uden. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is een openbaar lichaam, genaamd: Samenwerkingsverband kleinschalig collectief vervoer Brabant-Noordoost, dat gevestigd is in de gemeente Uden. f. Opmerkingen Inwerking getreden op: 1 januari 2004 Laatstelijk gewijzigd op: Website: www.regiotaxinoordoostbrabant.nl g. Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurslid R.A. Aben-Bellemakers, wethouder en plaatsvervangend lid G.W. Bollen, wethouder. h. Ontwikkelingen Geen. i. Financiële informatie Bijdrage 2014 en volgende jaren € 129.334. 9. GR Leerplicht en Regionale Meld- en Coördinatiefunctie a. Deelnemers De gemeenten Bernheze, Boekel, Boxmeer, Cuijk, Grave, Landerd, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Oss, Sint Anthonis, Sint-Oedenrode, Uden en Veghel. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst Leerplichtwet, Wet betreffende de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen De bevoegdheden in het kader van het toezicht op de naleving van de Leerplichtwet en tot het nemen van besluiten met betrekking tot de taakuitvoering van het Regionaal Bureau Leerlingzaken. d. Adres en plaats van de vestiging Centrumgemeente als bedoeld in de gemeenschappelijke regeling: gemeente Oss. Subregiogemeenten als bedoeld in de gemeenschappelijke regeling: gemeente Cuijk (subregio Land van Cuijk), gemeente Oss (subregio Maasland en subregio UdenVeghel). Regionaal Bureau Leerplicht Brabant Noordoost: Bezoekadres: Raadhuislaan 2, Oss Postadres: Postbus 5, 5340 BA Oss. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is géén openbaar lichaam ingesteld. f. Opmerkingen Inwerking getreden op: 1 augustus 2009, voor de duur van 4 jaren. g. Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurslid algemeen bestuur R.A. Aben-Bellemakers, wethouder en plaatsvervangend lid G.W. Bollen, wethouder. h. Ontwikkelingen Geen. i. Financiële informatie Kosten per jaar voor de gemeente Sint Anthonis: € 26.624. 10. GR Ambtelijke Samenwerking Gemeenten Boxmeer en Sint Anthonis a. Deelnemers De gemeenten Boxmeer en Sint Anthonis. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst Wet Gemeenschappelijke Regelingen, de Gemeentewet en de Algemene Wet Bestuurs-
- 91 -
recht. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen Geen bevoegdheden overgedragen. d. Adres en plaats van de vestiging Zowel de gemeente Sint Anthonis als de gemeente Boxmeer kunnen optreden als centrumgemeente per samenwerkingsverband (taakveld). e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is géén openbaar lichaam ingesteld. f. Opmerkingen Inwerking getreden op: 1 januari 2013. g. Bestuurlijke betrokkenheid Geen bestuurlijke betrokkenheid. h. Ontwikkelingen - Het doel van deze regeling is om te komen tot een raamovereenkomst, waarin heldere afspraken worden gemaakt omtrent de ambtelijke samenwerking tussen de beide gemeenten. - Deze regeling geeft uitvoering aan de ambtelijke samenwerking tussen beide gemeenten met als doel: • vermindering kwetsbaarheid; • professionalisering/kwaliteitsverbetering; • kostenbeheersing en waar mogelijk besparing; - De samenwerking zal beperkt blijven tot de reeds door de colleges van burgemeester en wethouders aangewezen samenwerkingsverbanden Personeel & Organisatie, Informatie- en Communicatie Technologie, Sociale Zaken en de Adviescommissie voor de Bezwaarschriften. - Voor elk van deze aangewezen samenwerkingsverbanden wordt een Service Level Agreement (SLA) opgesteld, waarin de te behalen resultaten worden vastgelegd. i. Financiële informatie Bijdrage 2014 en volgende jaren is nog niet vastgesteld. Vooralsnog wordt er van uitgegaan dat de samenwerking budgettair neutraal verloopt. 11. Pvp Regionaal Veiligheidshuis Maas en Leijgraaf a. Deelnemers Gemeenten Oss, Bernheze, Maasdonk, Uden, Veghel, Sint Anthonis, Grave, Landerd, Cuijk, Boxmeer, Mill en St.Hubert, Boekel. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst N.v.t. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen N.v.t. d. Adres en plaats van de vestiging Vestigingsplaats Oss. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is géén openbaar lichaam ingesteld. f. Opmerkingen N.v.t. g. Bestuurlijke betrokkenheid Geen afvaardiging in het bestuur. h. Ontwikkelingen - In de nieuw gevormde Politie Regionale Eenheid Oost-Brabant is een verkenning gestart van de samenwerking tussen de drie veiligheidshuizen in dit gebied. Dit omdat de regie op Veiligheidshuizen over is gegaan van het Riik naar de gemeente. Daarnaast in verband met de noodzaak tot bezuinigen, het verhoging van efficiëntie en effectiviteit. Beoogd wordt een samenwerking vanaf 2014. - Het bestuur van het veiligheidshuis voert vanaf 2013 tot 2015 een bezuiniging door - 92 -
-
tot 10% op de gemeentelijke bijdrage in de algemene kosten. Het aantal zaken uit in onze gemeente is toegenomen. Aantal casussen van onze gemeente bij/in het Veiligheidshuis en het aantal personen in het kader van ‘nazorg ex-gedetineerden’ over de periode 2009 t/m 2012. 2009
i.
2010
2011
2012
Jeugd, justitieel 5 6 4 5 Jeugd, schoolverzuim 1 0 2 1 Huiselijk geweld 7 2 7 7 Veelplegers minderjarig 0 0 0 0 Veelplegers meerderjarig 0 0 0 0 Nazorg ex-gedetineerden 0 1 2 4 Financiële informatie De gemeentelijke bijdrage bestaat uit twee componenten. Een vaste bijdrage van € 0,10 per inwoner (deze bijdrage kent geen berekeningsgrondslag maar dekt belangrijke initiële kosten) en een variabele bijdrage die gerelateerd wordt aan de mate waarin door het RVML aandacht wordt besteed aan inwoners van de betreffende gemeente (profijtbeginsel). De bijdrage voor 2014 is, vanwege een toename van het aantal zaken ‘nazorg ex-gedetineerden’ in het peiljaar 2012, geraamd op een totaalbedrag van € 4.394 (waarvan € 1.909 ‘nazorg ex-gedetineerden’.
12. Deelneming Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) a. Deelnemers Aandeelhouders zijn de Staat, provincies en gemeenten. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst N.v.t. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen N.v.t. d. Adres en plaats van de vestiging De vestigingsplaats ’s-Gravenhage. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is géén openbaar lichaam ingesteld. De juridische vorm is een naamloze vennootschap. f. Opmerkingen N.v.t. g. Bestuurlijke betrokkenheid Deelname aan Algemene Vergadering van Aandeelhouders door de burgemeester. De gemeente Sint Anthonis heeft zeggenschap in de BNG via het stemrecht op de 12.285 aandelen die zij bezit (een stem per aandeel van nominaal € 2,50) op het totaal van 31.715.432 geplaatste aandelen. h. Ontwikkelingen De onzekerheden zijn groot en de bank acht het niet mogelijk om een verantwoorde uitspraak te doen over het toekomstig resultaat. i. Financiële informatie Met betrekking tot het vermogen en het resultaat van de BNG zijn de volgende gegevens aan de jaarrekening 2012 (2011) ontleend: eigen vermogen per 31-12-2012 € 1.897 miljoen (€ 1.897); vreemd vermogen per 31-12-2012 € 139.476 miljoen (€ 134.563), waarvan achtergesteld vreemd vermogen per 31-12-2012 € 33 miljoen (€ 93). Het resultaat voor winstverdeling (nettowinst) 2012 (2011) € 332 miljoen (€ 256 miljoen). De uitkering 2012 voor onze gemeente bedraagt € 1,49 (€ 1,15) per aandeel en totaal € 18.304,65 (2011 was € 14.127,75).
- 93 -
Voor 2014 en volgende jaren wordt een dividenduitkering geraamd van € 1,30 per aandeel en totaal € 15.971. 13. Deelneming Brabant Water a. Deelnemers Aandeelhouders zijn gemeenten en provincie. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst N.v.t. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen N.v.t. d. Adres en plaats van de vestiging De vestigingsplaats ’s-Hertogenbosch. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is géén openbaar lichaam ingesteld. De juridische vorm is een naamloze vennootschap. f. Opmerkingen N.v.t. g. Bestuurlijke betrokkenheid De gemeente Sint Anthonis is aandeelhouder. Brabant Water kent als bestuursorganen de Vergadering van Aandeelhouders, een Raad van Commissarissen en een Directie. De burgemeester neemt deel aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. h. Ontwikkelingen Het doel van Brabant Water is: Zorg voor water, “Het beste water tegen de laagste prijs, altijd en overal”, door uitoefening van een bedrijf op het gebied van watervoorziening en het verrichten van alle werkzaamheden die verband houden met de waterketen in de ruimste zin van het woord. Er zijn geen relevante actuele ontwikkelingen. i. Financiële informatie De gemeente Sint Anthonis heeft 11.350 aandelen, met een nominale waarde van € 0,10 per aandeel. Deze aandelen zijn op de gemeentelijke balans gewaardeerd tegen een bedrag van € 1.135. Er is geen dividenduitkering geraamd. 14. SV Basisbibliotheek Land van Cuijk Plus a. Deelnemers N.v.t. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst N.v.t. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen N.v.t. d. Adres en plaats van de vestiging N.v.t. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is géén openbaar lichaam ingesteld. f. Opmerkingen N.v.t. g. Bestuurlijke betrokkenheid Geen afvaardiging in het bestuur h. Ontwikkelingen Voor de begrotingsjaren 2012-2015 wordt het bibliotheeklandschap herijkt. Vanaf 2012 is er sprake van een nieuwe beleidsvisie waarin de strategische overwegingen en plannen voor de komende periode worden beschreven. Ten opzichte van de vorige beleidsperiode zijn de omstandigheden veranderd. De wereld van media, onderwijs en cultuureducatie is sterk in beweging. Daarnaast hebben gemeenten, als belangrijkste op-
- 94 -
i.
drachtgever van de bibliotheek, minder middelen te besteden. Door diverse gemeenten zijn al in een vroegtijdig stadium bezuinigingen aangekondigd op het bibliotheekwerk. In 2014 zal de vestiging in Wanroij volledig getransformeerd zijn in een leespunt dat gerund wordt door vrijwilligers met ondersteuning door de professionals van BiblioPlus. Financiële informatie Huidige financiële informatie: Bijdrage 2014 aan BiblioPlus: € 291.368.
15. SV Centrum voor de kunsten de Meander Per 1 januari 2013 is de subsidiëring van Kunstencentrum de Meander te Boxmeer door onze gemeente stop gezet. 16. SV R.M.C. Land van Cuijk a. Deelnemers N.v.t. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst N.v.t. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen N.v.t. d. Adres en plaats van de vestiging N.v.t. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is géén openbaar lichaam ingesteld. f. Opmerkingen N.v.t. g. Bestuurlijke betrokkenheid Geen afvaardiging in het bestuur. h. Ontwikkelingen Het doel van het Algemeen Maatschappelijk Werk is hulp te bieden aan mensen die moeite hebben om als persoon goed te functioneren, daarnaast het bevorderen van het maatschappelijk welbevinden en de zelfredzaamheid van de inwoners van onze gemeente door het verlenen van immateriële en/of materiële hulp. Binnen het Regionaal Maatschappelijk Centrum wordt er met ingang van 2006 gewerkt met een productbegroting. Door het invoeren van een productbegroting is de gemeente uitsluitend nog financieel verantwoordelijk voor de door haar af te nemen producten. Deze productafname wordt jaarlijks tijdens een “klantgesprek” tussen gemeente en het RMC vastgelegd en, indien noodzakelijk, gedurende het jaar in onderling overleg bijgesteld. In voorkomende gevallen kan een naheffing het geval zijn. Dit blijkt dan echter gedurende dat jaar en wordt vooraf overlegd. Sinds het wegvallen van de provinciale middelen in 2009 subsidiëren de gemeenten in het Land van Cuijk tevens het schoolmaatschappelijk werk op de ROC’s De Maasvallei en De Leijgraaf. Dit gebeurt via een bijdrage aan het RMC. i. Financiële informatie: Bijdrage 2014: • RMC maatschappelijk werk inclusief SMW 12 + € 158.496 • RMC schoolmaatschappelijk werk basisonderwijs € 37.412 • Meldpunt discriminatie (alleen informatie) € 814 • Totaal € 196.722 17. SV Hypotheekfonds Noordbrabantse Gemeenten (HNG is in liquidatie) a. Deelnemers N.v.t. b. Wettelijke voorschriften waardoor de bevoegdheden van het samenwerkingsverband worden beheerst N.v.t. c. Bevoegdheden die bij of krachtens de regeling zijn overgedragen - 95 -
N.v.t. d. Adres en plaats van de vestiging N.v.t. e. Instelling openbaar lichaam of gemeenschappelijk orgaan Er is géén openbaar lichaam ingesteld. f. Opmerkingen N.v.t. g. Bestuurlijke betrokkenheid Geen afvaardiging in het bestuur. h. Ontwikkelingen - Ter bevordering van het eigenwoningbezit hebben 73 Noordbrabantse gemeenten het Hypotheekfonds Noordbrabantse Gemeenten ingesteld. Het doel van deze gemeenschappelijke regeling is, gelet op de op 16 december 1995 met de ABN-AMRO Bouwfonds Nederlandse Gemeenten NV gesloten overeenkomst, te blijven instaan voor de verplichtingen, die niet zijn overgegaan naar ABN-AMRO Bouwfonds Nederlandse Gemeenten NV, alsmede, voor geval genoemd Bouwfonds zijn verplichtingen ingevolge meer bedoelde overeenkomst niet, niet geheel, dan wel niet tijdig nakomt, het nodige te verrichten ter afwikkeling van de portefeuille onder hypothecair verband door het hypotheekfonds uitgeleende gelden; er op toe te zien dat de rechten en verplichtingen uit hoofde van de hier bedoelde overeenkomst correct worden nagekomen, met name ook waar het betreft de termijnbetalingen van de koopsom door NV Bouwfonds Nederlandse Gemeenten en aansluitend - naar rato - aan de deelnemende gemeenten. - Vanaf 1996 zijn door het HNG geen activiteiten meer verricht. i. Financiële informatie Op 26 oktober 1995 is door de in het H.N.G. deelnemende gemeenten besloten de hypotheekportefeuille van het H.N.G. te verkopen aan het Bouwfonds Nederlandse Gemeenten. Bij deze verkoop is bedongen dat met ingang van 1996 25 jaar lang een bedrag van € 10.890.725 door het Bouwfonds aan voormelde gemeenten uitgekeerd wordt. Dit bedrag wordt over deze gemeenten verdeeld naar rato van de niet afgeloste geldleningen per 31 december 1995. Voor onze gemeente komt dit neer op een bedrag van jaarlijks € 26.872 welk bedrag tot en met 2020 ontvangen wordt.
- 96 -
Paragraaf 6 Grondbeleid
Het grondbeleid heeft een grote invloed op en samenhang met de realisatie op het gebied van Ruimtelijke ordening en milieu, Verkeer en openbare ruimte, Cultuur, sport en recreatie en Economische structuur. Het grondbeleid heeft daarnaast een grote financiële impact. De grondexploitatie (inclusief de resultaten hieruit) is een onderdeel van de totale exploitatie van de gemeente. Gelet op de risico’s in relatie tot de omvang van de bedragen, waarover het op dit terrein gaat, is een afzonderlijke paragraaf over het grondbeleid verplicht gesteld. Het te voeren grondbeleid is afhankelijk van de doelen welke de gemeente daarmee wil bereiken. Kerndoelstellingen daarbij zijn: - het bevorderen van het gewenste ruimtegebruik en de ruimtelijke kwaliteit; - het bieden van bouwmogelijkheden, gebaseerd op de gemeentelijke, regionale woonvisie; - het bevorderen van een juiste en rechtvaardige verdeling van kosten en opbrengsten. Afhankelijk van de gestelde doelen volgt de keuze voor een actieve of passief grondbeleid of een combinatie daarvan. Deze keuze kan ook nog afhankelijk gesteld worden van de te ontwikkelen locatie. Voor eenvoudige projecten een actief grondbeleid en voor de grotere en complexe bouwprojecten een faciliterend/passief grondbeleid of publiek-private samenwerking. Instrumenten voor de uitvoering van het grondbeleid zijn: - Instrumenten voor grondverwering, van toepassing bij actief grondbeleid - Het voeren van een gemeentelijke grondexploitatie, van toepassing bij actief grondbeleid - Instrumenten voor gronduitgifte en grondprijsbeleid, van toepassing bij actief grondbeleid. - Instrumenten voor kostenverhaal, zoals de Grondexploitatiewet, met name van toepassing bij passief grondbeleid. Bestaand beleid. Om het inzicht in de grondexploitatie door de gemeente te verbeteren is een grondnota opgesteld. Deze grondnota is ook integraal verwerkt in de jaarrekening 2012. Het doel van de grondnota is om de financiële kansen en risico’s van de in exploitatie en de in ontwikkeling zijnde bestemmingsplannen duidelijk in beeld te brengen. De risico’s en financiële gevolgen die met het exploiteren van bouwgronden samenhangen, worden tot het einde van de looptijd in beeld gebracht. Verder wordt in de grondnota de beheersing van de grondexploitatie voor de komende jaren geoptimaliseerd, door inzicht te geven in het financieel meerjarenperspectief, de risico’s en het daarbij horende weerstandsvermogen. Bovendien wordt aandacht besteed aan de bedrijfsvoering en interne beheersing. Er zijn ook onderwerpen waaraan geen aandacht is geschonken. Die kunnen bij een volgende herziening van deze nota worden opgenomen. Gedacht wordt bijv. aan aanpassing aan Europese regelgeving, stimuleringsmaatregelen in crisistijd, de evaluatie van de nota Beleid inbreiding en herstructurering 2007. In de grondnota wordt niet ingegaan op de exploitatie van de overige gemeentelijke eigendommen en landbouwgronden. Voor het grondbeleid is in het collegewerkprogramma 2013 – 2014 aangegeven (blz.10), dat het zal worden geactualiseerd. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen grondbeleid voor de bouwgrondexploitatie en pachtgrondenbeleid.
- 97 -
Voor het grondbeleid bouwgrondexploitatie heeft de gemeenteraad de “Notitie grondprijzenbeleid voor woningbouw en voor bedrijfsvestiging gemeente Sint Anthonis” vastgesteld. Deze notitie dateert van 2000 en daarin zijn de kaders aangegeven voor de uitvoering van het grondbeleid. In het kort houdt dat in, dat een actief grondbeleid wordt gevoerd bij het realiseren van bestemmingsplannen voor zowel woningbouw als bedrijventerrein. Op verzoek van derden wordt medewerking verleend (passief grondbeleid) aan het ontwikkelen van veelal kleinschalige projecten. De exploitatie leidt uiteindelijk tot verkoop van bouwkavels, in eerste instantie op basis van loting en daarna op basis van het principe wie het eerst komt wie het eerst maalt. Het pachtgrondenbeleid behelst het beheer en de inzet van het agrarisch en overig grondbezit. Dit zal o.a. gaan over verpachting en erfpacht. Ook verkoop van (agrarische) grond zal daarbij aan de orde komen. Beleid in ontwikkeling Er zijn geen ontwikkelingen te melden. Financiën BOUWGRONDEN IN EXPLOITATIE (BIE) De exploitatieberekeningen behorende bij de diverse bestemmingsplannen worden jaarlijks herzien. Deze berekeningen hebben betrekking op de bestemmingsplannen die op 1 januari 2013 in exploitatie zijn, de zgn. “lopende complexen”. Deze actualisatie is opgenomen in de jaarrekening 2012. Die actualisatie is aangevuld met de complexen Scholenlocaties en Oelbroeck, die in de raadsvergadering van 17-6-2013 aan de orde zijn geweest. Overzicht lopende complexen. De volgende complexen zijn per 1 januari 2014 in exploitatie: Complex Landhorst/Oost (fase 1 tot en met 5), Landhorst Complex Beeksenhof III (fase 1 tot en met 11), Oploo Complex De Steeg (fase 1 tot en met 4), Wanroij Complex Westerbeek/Koehardstraat (fase 1 en 2), Westerbeek Complex Stevensbeek/Bethaniëstraat, Stevensbeek Complex Hanenspoor, Sint Anthonis Complex Den Dries, Ledeacker Complex De Roting, Wanroij Complex Scholenlocaties, Sint Anthonis Complex Oelbroeck, Sint Anthonis Complex Bedrijventerrein Molenveld 2e fase, Wanroij. In de planning is er van uitgegaan dat het complex 4 Seniorenwoningen Stevensbeek in 2013 wordt afgesloten. Uitgangspunten herberekeningen. Aan de gepresenteerde berekeningen liggen de uitgangspunten ten grondslag, die hierna worden besproken. Indien hiervan is of wordt afgeweken, wordt dit bij het betreffende complex toegelicht. 1. Grondverwerving. Op grond van regelgeving over de waardering van eigen gronden zonder boekwaarde, is het met ingang van jaarrekening 2010 niet toegestaan om aan die gronden een waarde
- 98 -
toe te kennen. Daarom is de inbreng van eigen grond niet meer in de berekeningen opgenomen. Dit wordt hierna bij de betreffende complexen toegelicht. Indien grond van derden moet worden verworven, wordt de geraamde aankoopprijs verwerkt. 2. Bouw- en woonrijp maken. De kosten voor bouw- en woonrijpmaken zijn bepaald aan de hand van berekeningen van eind 2012 of begin 2013. Ten opzichte van eerdere berekeningen zijn de loon- en materiaalprijzen aangepast aan het geraamde niveau 2013. Dit betekent in het algemeen dat rekening is gehouden met 2,2 % hogere prijzen dan in de berekeningen per 1 januari 2012. De uitvoering van de werkzaamheden is afgestemd op de geplande verkopen van de percelen. Het woonrijp maken is zo veel mogelijk gepland in het laatste exploitatiejaar. Het laatste exploitatiejaar is in principe het jaar nadat de laatste gronduitgifte heeft plaatsgevonden. Zodoende worden de renteverliezen zoveel mogelijk beperkt. Om de financiële risico’s zoveel mogelijk te beperken worden, indien mogelijk, geen investeringen gedaan welke niet nodig zijn voor de op korte termijn mogelijk te verkopen kavels. 3. Voorbereidings-, toezicht- en plankosten. Voor voorbereidings- en toezichtkosten wordt rekening gehouden met 15% van de nog te maken kosten van bouw- en woonrijp maken. De algemene plankosten (stedenbouwkundige enz.) worden bij de start van het complex geraamd op 8% van de nog te maken kosten voor bouw- en woonrijp maken. In de onderhavige berekeningen is geen rekening meer gehouden met algemene plankosten en zijn zonodig specifieke plankosten geraamd. 4. Apparaatskosten. De apparaatskosten worden berekend aan de hand van een verdeelsleutel over de nog te maken kosten per jaar. Op begrotingsbasis wordt in 2014 ± € 92.000,-- aan de lopende en de naar verwachting in exploitatie te nemen complexen doorberekend. In verband met de teruglopende gronduitgifte wordt er rekening mee gehouden, dat dit bedrag stapsgewijze zal afnemen tot nihil. 5. Fondsvorming. In de exploitatieberekeningen is geen rekening gehouden met bijdragen aan fondsen en/of reserves. Op grond van de voorschriften voor de jaarrekening is het niet toegestaan om stortingen in de reserves ten laste van de diverse grondopbrengsten te brengen. Indien een complex wordt afgesloten kan worden besloten om een gedeelte van het resultaat aan fondsen of reserves toe te voegen. 6. Financieringskosten. De financieringskosten bestaan uit rente over de boekwaarde per 1 januari van elk exploitatiejaar en rente over de uitgaven en inkomsten in de loop van elk jaar. De rente over de boekwaarde vanaf 1 januari 2012 is berekend tegen een percentage van 4% (was 5%). De rente over de uitgaven en inkomsten in de loop van het jaar (rente rekening-courant) is berekend tegen een percentage van 3,75% (was 3,75%) in geval van een debetsaldo en 0,00% (was 0,00%) ingeval van een creditsaldo. 7. Niet verrekenbare BTW. In verband met de invoering van het BTW-compensatiefonds (BCF) is ervoor gekozen om de regeling BTW-28 per 1 januari 2003 af te rekenen. Vanaf 1 januari 2003 kan alle BTW die betaald is voor de aanleg van gemeenschapsvoorzieningen, bijv. wegen, groenvoorziening, openbare verlichting enz., bij het BCF worden gedeclareerd. De BTW die is betaald en betrekking heeft op de bouwterreinen, kan in de BTW-aangifte worden
- 99 -
teruggevraagd. 8. Planning gronduitgifte. Door de veranderde economische situatie, de vastzittende woningmarkt en de aangescherpte financiële voorwaarden voor geldleningen is de vraag naar bouwkavels afgenomen. Hierdoor staan de geplande jaarlijkse inkomsten uit de verkoop van kavels voor woningbouw en bedrijventerrein onder druk. Als gevolg van de verminderde vraag heeft ook het loten een andere functie gekregen. Nu het aanbod van kavels de vraag overstijgt wordt door loting bepaald wie de meest courante kavel krijgt. Vervolgens kunnen belangstellenden direct een kavel naar keuze kopen op basis van het principe wie het eerst komt wie het eerst maalt. Voor de gronduitgifte en eventuele andere opbrengsten is uitgegaan van de volgende planning: Totaal per jaar: Landhorst/Oost, Landhorst - 2013: 1 kavel vrije sector 558 m² - 2014: 2 kavels vrije sector 802 m² - 2015: 5 kavels vrije sector 2.778 m² - 2016: 1 kavel vrije sector 596 m² - 2017: 2 kavels vrije sector 1.073 m² - 2018: 1 kavel vrije sector 595 m² Beeksenhof III, Oploo - 2014: 3 kavels vrije sector - 2015: 4 kavels vrije sector - 2016: 2 kavels vrije sector - 2017: 2 kavels vrije sector
1.469 m² 2.697 m² 1.266 m² 1.266 m²
De Steeg, Wanroij - 2013: 1 kavel vrije sector - 2014: 1 kavel vrije sector - 2015: 3 kavels vrije sector
638 m² 616 m² 1.751 m²
Westerbeek/Koehardstraat, Westerbeek - 2013: 2 kavels vrije sector - 2014: 2 kavels vrije sector - 2015: 4 kavels vrije sector - 2016: 2 kavels vrije sector - 2017: 2 kavels vrije sector - 2018: 3 kavels vrije sector
1.100 m² 1.100 m² 2.277 m² 588 m² 589 m² 1.177 m²
Stevensbeek/Bethaniëstraat, Stevensbeek - 2013: 2 kavels vrije sector - 2014: 1 kavel vrije sector - 2015: 2 kavels vrije sector
1.010 m² 601 m² 996 m²
Hanenspoor, Sint Anthonis - 2014: 4 kavels vrije sector - 2015: 8 kavels vrije sector - 2016: 4 kavels vrije sector - 2017: 4 kavels vrije sector
1.500 m² 2.882 m² 1.686 m² 1.500 m²
Den Dries, Ledeacker - 2013: 3 kavels vrije sector - 2014: 3 kavels vrije sector
1.000 m² 1.000 m²
- 100 -
- 2015: - 2016: - 2017: - 2018: - 2019:
4 kavels vrije sector 3 kavels vrije sector 2 kavels vrije sector 4 kavels vrije sector 4 kavels vrije sector
2.000 m² 1.500 m² 1.500 m² 1.362 m² 1.363 m²
De Roting, Wanroij - 2013: 1 kavel vrije sector - 2014: 2 kavels vrije sector - 2015: 2 kavels vrije sector
377 m² 554 m² 716 m²
4 Seniorenwoningen Stevensbeek - 2013: 4 kavels voor seniorenwoningen
1.110 m²
Scholenlocaties, Sint Anthonis - 2014: 4 kavels vrije sector - 2015: 5 kavels vrije sector - 2016: 4 kavels vrije sector - 2017: 5 kavels vrije sector - 2018: 4 kavels vrije sector - 2019: 5 kavels vrije sector - 2020: 4 kavels vrije sector - 2021: 5 kavels vrije sector - 2022: 4 kavels vrije sector
1.278 m² 1.278 m² 1.278 m² 1.278 m² 1.278 m² 1.278 m² 1.278 m² 1.278 m² 1.278 m²
Oelbroeck, Sint Anthonis - 2015: 6 kavels vrije sector - 2016: 5 kavels vrije sector - 2017: 5 kavels vrije sector - 2018: 5 kavels vrije sector - 2019: 5 kavels vrije sector - 2020: 5 kavels vrije sector - 2021: 5 kavels vrije sector - 2022: 5 kavels vrije sector
1.769 m² 939 m² 939 m² 939 m² 939 m² 939 m² 939 m² 939 m²
Bedr. terr. Molenveld 2e fase, Wanroij - 2013: 1 kavel - 2014: 2 kavels - 2015: 2 kavels - 2016: 1 kavel - 2017: 1 kavel
3.380 m² 3.000 m² 6.489 m² 3.000 m² 3.011 m²
9. Verkoopprijzen. In de berekeningen is voor de nog niet uitgegeven percelen uitgegaan van de verkoopprijzen (excl. BTW) per 1 januari 2013. De berekeningen voor de lopende complexen kunnen in een tweetal grafieken worden gepresenteerd:
- 101 -
Opbrengsten 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 2013
2014
2015
2016
Investeringen
2017
2018
Opbrengsten
2019
Rente
2020
2021
2022
Saldo (resultaat)
12.000.000 10.000.000 8.000.000 6.000.000 4.000.000 2.000.000 0 -2.000.000
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
-4.000.000
Samenvattend kan van de uitkomsten van de berekeningen het volgende overzicht worden gegeven:
Landhorst/Oost Beeksenhof III De Steeg Westerbeek/Koehardstraat Stevensbeek/Bethaniëstraat Hanenspoor Den Dries De Roting 4 Seniorenwon. Stevensbeek Scholenlocaties Oelbroeck Bedr. terr. Molenveld fase 2
Boekwaarde 1-1-2014
Eindwaarde resultaat
€ -
€ € € € € € € € € € € €
844.000 N 606.000 N 625.000 N 207.000 N 312.000 N 1.798.000 P 93.000 N 18.000 N 43.000 P 1.338.000 P 187.000 N
1.773.000 V 1.728.000 V 914.000 V 1.073.000 V 485.000 V 315.000 N 1.450.000 V 193.000 V 2.448.000 V 880.000 N 1.202.000 V
----------------------------- -----------------------------
Einddatum
31-12-2019 31-12-2018 31-12-2015 31-12-2019 31-12-2016 31-12-2018 31-12-2020 31-12-2015 31-12-2013 31-12-2022 31-12-2022 31-12-2017
Netto contante waarde resultaat
€ € € € € € € € € € € €
1.457.000 V 1.477.000 V 879.000 V 882.000 V 448.000 V 269.000 N 1.146.000 V 186.000 V 1.789.000 V 643.000 N 1.069.000 V
-----------------------------
€ 287.000 P € 10.071.000 V € V = voordelig en N = nadelig (m.u.v. kolom boekwaarde: N = negatief en P = positief).
8.421.000 V
Naar verwachting levert de totale exploitatie van de lopende complexen per saldo een batig resultaat op van € 10.071.000 en dat is ruimschoots kostendekkend. In dat verband is het ook niet nodig om wijzigingen in de exploitatie aan te brengen. Voor alle duidelijkheid betekent een negatieve boekwaarde per 1-1-2014, dat de per die datum gerealiseerde opbrengsten hoger zijn dan de gemaakte kosten. - 102 -
De bovenstaande uitkomsten zijn tot stand gekomen op grond van exploitatieberekeningen met constante prijzen (prijsniveau 2013). Als in de berekeningen vanaf 2014 een prijsstijging van 3% per jaar wordt verwerkt op de kosten en voor de opbrengsten de prijzen constant worden gehouden, dan daalt het vermoedelijk eindresultaat naar € 9.365.000, dus met € 706.000. Ook zijn de exploitaties nog doorgerekend, uitgaande van een halvering van het geplande uitgiftetempo. Daarbij zijn de nog uit te geven m2 gelijkmatig verdeeld over het dubbele aantal jaren.
Actualisatie begroting 2014
Landhorst/Oost Beeksenhof III De Steeg Westerbeek/Koehardstraat Stevensbeek/Bethaniëstraat Hanenspoor Den Dries De Roting 4 Seniorenwon. Stevensbeek Scholenlocaties Oelbroeck Bedr. terr. Molenveld fase 2
Actualisatie incl. Actualisatie incl. Actualisatie incl. 3% en halvering uitgifte halvering uitgifte 3% prijsstijging
€ 1.773.000 V € 1.912.000 V € 1.651.000 V € 1.781.000 V - 1.728.000 V - 1.794.000 V - 1.687.000 V - 1.748.000 V 914.000 V 988.000 V 905.000 V 977.000 V - 1.073.000 V - 1.108.000 V - 1.022.000 V - 1.046.000 V 485.000 V 490.000 V 472.000 V 476.000 V 315.000 N 546.000 N 339.000 N 573.000 N - 1.450.000 V - 1.463.000 V - 1.390.000 V - 1.386.000 V 193.000 V 193.000 V 187.000 V 185.000 V 4.000 N 4.000 N - 2.448.000 V - 2.600.000 V - 2.266.000 V - 2.377.000 V 880.000 N - 1.468.000 N - 1.063.000 N - 1.662.000 N - 1.202.000 V - 1.282.000 V - 1.187.000 V - 1.263.000 V ------------------------- ----------------------- ----------------------- ----------------------€ 10.071.000 V € 9.812.000 V € 9.365.000 V € 9.000.000 V
N = nadelig en V = voordelig.
Alle doorgerekende scenario’s leveren per saldo een positief resultaat op. Geconcludeerd kan worden dat de risico’s, die met de exploitatie van de lopende complexen gemoeid zijn, beperkt zijn. De grootste risico’s bestaan bij de complexen Hanenspoor en Oelbroeck, waarbij de gecalculeerde nadelige resultaten bijna verdubbelen. Daarbij moet wel in acht worden genomen dat de behoudende realisatie van de complexen, zoals tot heden toegepast, moet worden voortgezet. Dat wil zeggen dat het bouwrijp maken van een fase pas ter hand wordt genomen, als op korte termijn gronduitgifte wordt geraliseerd. Daarmee blijft de boekwaarde veelal negatief (zijn de opbrengsten hoger dan de kosten). NIET IN EXPLOITATIE GENOMEN GRONDEN (NIEGG) Beekstraat Westerbeek Aan de Beekstraat te Westerbeek ligt een perceel van ± 1.000 m². Op grond van het bestemmingsplan mag deze grond worden bebouwd. Bedrijventerrein Peelkant Oost Sint Anthonis Naar verwachting zal de bestemmingsplanprocedure in 2013 jaar worden afgerond en zal een exploitatieberekening zijn vastgesteld. Het complex wordt daarmee in exploitatie genomen, met een uitgeefbaar gebied van ± 8.400 m2.
- 103 -
Samenvatting
Beekstraat Westerbeek Bedrijventerrein Peelkant Oost Sint Anthonis
Uitgeefbaar in Boekwaarde m2 1-1-2014 1.000 74.000 P 8.400 498.000 P Totaal 9.400 572.000 P
N = negatief en P = positief De geraamde boekwaarde per m² bedraagt afgerond € 61 EXPLOITATIEGEBIEDEN IN VOORBEREIDING Naast de BIE en de NIEGG zijn er een aantal gebieden waarvoor voorbereidingen worden getroffen om die in exploitatie te nemen. Concrete besluitvorming door de raad heeft nog niet plaatsgevonden, waaronder wordt verstaan dat nog geen bestemmingsplan met bijbehorende exploitatieberekening is vastgesteld. Het gaat over de volgende ontwikkelingen: Voormalige Gerardus Majellaschool Wanroij Op de locatie van de voormalige Gerardus Majellaschool is woningbouw voorzien. Het betreft een uitgeefbaar gebied van ± 3.200 m². Het schoolgebouw is inmiddels gesloopt en de kosten zijn gedekt uit de dekkingsreserve, die is gevormd voor de realisatie van de gemeenschapsvoorzieningen in Wanroij. Het bestemmingsplan is in voorbereiding. Voormalige sportzaal De Wilgen Wanroij Ook op de locatie van de voormalige sportzaal De Wilgen is woningbouw voorzien. Het uitgeefbaar gebied is ± 3.200 m². Het gebouw is inmiddels gesloopt en de kosten zijn gedekt uit de dekkingsreserve, die is gevormd voor de realisatie van de gemeenschapsvoorzieningen in Wanroij. Het bestemmingsplan is in voorbereiding. Samenvatting
Voormalige Gerardus Majellaschool Wanroij Voormalige sportzaal De Wilgen Wanroij
Uitgeefbaar in Boekwaarde m2 1-1-2014 3.200 3.200 Totaal 6.400 0
RECAPITULATIE In het volgende overzicht zijn de voorraad en boekwaarde per 1-1-2014 vermeld. Uitgeefbaar in Boekwaarde m2 1-1-2014 Lopende complexen (BIE) 75.140 287.000 P Nog niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) 9.400 572.000 P Exploitatiegebieden in voorbereiding 6.400 0 Totaal 90.940 859.000 P N = negatief en P = positief WINSTNEMING Tussentijdse winstneming op het gerealiseerde deel van een complex vond plaats indien, op basis van een goed onderbouwde en actuele calculatie:
- 104 -
−
met een redelijke (niet noodzakelijkerwijs absolute!) mate van nauwkeurigheid reeds gemaakte en (geraamde) nog te maken kosten kunnen worden toegerekend aan resp. het gerealiseerde en het niet-gerealiseerde deel van het complex en − geen belangrijke onzekerheid bestaat ten aanzien van de nog te realiseren opbrengsten. De aldus gerealiseerde resultaten zijn per saldo verantwoord in een bestemmingsreserve “Voorlopige resultaten”, die als zodanig is geoormerkt en waarover niet vrij kan worden beschikt. Financieel administratief bleven de gerealiseerde resultaten deel uit maken van de exploitatie van de complexen. Voor complexen die verlies opleveren, worden voorzieningen getroffen. In verband met de stagnerende gronduitgifte stellen wij voor om, op grond van het voorzichtigheidsbeginsel, in 2014 geen winst te nemen. RESERVES EN VOORZIENINGEN De reserves en voorzieningen bedragen (afgerond) als volgt: 1 januari 2014 - Algemene reserve grondbedrijf € 126.000 - Reserve woonrijp maken complexen 258.000 - Voorziening verliesgevende complexen 321.000 ------------------€ 705.000 ===========
1 januari 2013 € 5.000 397.000 390.000 ------------------€ 793.000 ===========
Bespaarde rente naar exploitatie In verband met de verslechterde financiële situatie waarin onze gemeente terecht is gekomen, is besloten om (een gedeelte van) de rente van de Algemene reserve grondbedrijf en de Voorziening verliesgevende complexen als dekkingsmiddel voor de gewone exploitatie in te zetten. Het betreft rente over maximaal € 2.000.000. Bij 5% rente was de bespaarde rente voor de gewone exploitatie € 100.000. De aanvankelijk geraamde dekking ad € 100.000 wordt niet gehaald, omdat de betreffende reserves en voorzieningen op 1 januari 2014 € 447.000 bedragen. Voor 2014 wordt derhalve als dekkingsmiddel voor de exploitatie afgerond € 18.000 geraamd (2013 was € 79.000). Naast de daling van de beschikbare bedragen is dat ook een gevolg van de daling van het gehanteerde rentepercentage van 5% naar 4%. Algemene reserve grondbedrijf. De (vrije) algemene reserve is gevormd door de exploitatie-uitkomsten van afgewikkelde complexen en de daarop bijgeschreven rente. Naar verwachting zullen de in exploitatie zijnde complexen per saldo een batig resultaat opleveren, zodat thans op grond daarvan geen beschikkingen ten laste van de algemene reserve worden verwacht. De Algemene reserve grondbedrijf bedroeg per 1 januari 2013 Toevoeging: Vrijval Reserve woonrijp maken complexen € 121.000 -------------------
€
5.000
121.000 ------------------Beschikbaar per 1 januari 2014 € 126.000 =========== In 2014 of volgende jaren zijn geen verminderingen van de Algemene reserve grondbedrijf geraamd.
- 105 -
Reserve woonrijp maken complexen. De reserve woonrijp maken complexen dient ter dekking van de nog te maken kosten van de financieel afgewikkelde complexen en is gebaseerd op recente calculaties. Als de reserve onvoldoende is, wordt deze aangevuld uit de algemene reserve grondbedrijf. De reserve bedroeg per 1 januari 2013 Toevoeging: Rente 4%
€
397.000
€ 16.000 ------------------16.000 ------------------€ 413.000
Vermindering: Vrijval ten bate van Algemene reserve grondbedrijf € 121.000 Dekking lasten speelruimteplan 34.000 ------------------155.000 ------------------€ 258.000 ===========
Beschikbaar per 1 januari 2014
Voorziening verliesgevende complexen. Er is een voorziening gevormd voor de verwachte nadelige resultaten, gespecificeerd als volgt: De voorziening bedroeg per 1 januari 2013 € 390.000 Toevoeging: Rente gaat naar exploitatie € ------------------------------------€ 390.000 Vermindering: Nadelig resultaat 4 Seniorenwoningen Stevensbeek 69.000 ------------------Beschikbaar per 1 januari 2013 € 321.000 =========== Bij de berekening van de hierboven genoemde resultaten is uitgegaan van de thans geldende verkoopprijzen. Uitgifteprijzen bouwgrond Wij stellen voor om de minimumuitgifteprijzen (excl. BTW) per 1 januari 2014 niet aan te passen. De prijzen zijn en blijven als volgt: Huidige Prijzen m.i.v. prijzen: 1-1-2014: Vrije sector (per m²): - Sint Anthonis € 245,-€ 245,-- Wanroij € 222,-€ 222,-- Oploo en Ledeacker € 209,-€ 209,-- Landhorst € 167,-€ 167,-- Stevensbeek € 167,-€ 167,-- Westerbeek € 167,-€ 167,--
- 106 -
Starterswoningen (per m²): (90% van de vrije sector prijs) - Sint Anthonis € 221,-- Wanroij € 200,-- Oploo en Ledeacker € 188,-- Landhorst € 150,-- Stevensbeek € 150,-- Westerbeek € 150,--
€ € € € € €
221,-200,-188,-150,-150,-150,--
Sociale huurwoningen (per woning): - Sint Anthonis - Wanroij - Oploo - Ledeacker - Landhorst, Stevensbeek en Westerbeek
€ € € €
37.669,-34.133,-32.134,-25.676,--
€ € € €
37.669,-34.133,-32.134,-25.676,--
€
25.676,--
€
25.676,--
Bedrijventerreinen, zonder woning: - gunstige ligging - normale ligging
€ €
85,-73,--
€ €
85,-73,--
- 107 -
Paragraaf 7 Lokale heffingen
Waarom belasting heffen? De bevoegdheid tot het invoeren, wijzigen of afschaffen van een gemeentelijke belasting berust bij de Raad. Een dergelijk besluit wordt genomen door het vaststellen, wijzigen of intrekken van een daartoe bestemde verordening. Het belastinggebied van een gemeente is begrensd. De Gemeentewet bepaalt limitatief welke belastingen door een gemeente mogen worden geheven. Daarnaast kan bij wet, anders dan de Gemeentewet, aan de gemeente de bevoegdheid worden toegekend om een bepaalde belasting te heffen. Een voorbeeld hiervan vormt de afvalstoffenheffing welke zijn wettelijke grondslag vindt in de Wet Milieubeheer. De belastingen zijn in twee groepen te splitsen. De eerste groep zijn de belastingen die onafhankelijk van de kosten worden geheven en deze zijn vrij besteedbaar. Dit zijn voor onze gemeente de onroerende-zaakbelastingen en de toeristenbelasting. De tweede groep belastingen is gekoppeld aan de uitgaven die wij op een bepaald gebied hebben en zorgen voor een gehele of gedeeltelijke dekking van gemaakte kosten waarbij de opbrengsten de kosten niet mogen overstijgen. Dit zijn de afvalstoffenheffing, reinigingsheffing, rioolheffing en verschillende soorten leges. In deze paragraaf informeren wij u over de uitgangspunten, doel en voorlopige tarieven van de verschillende gemeentelijke belastingen en heffingen. Belastingtarieven De informatie met betrekking tot de tarieven, die hierna is opgenomen, is voorlopig. In de raadsvergadering van 9 december 2013 zullen de tarieven ter vaststelling aan de raad worden voorgelegd. De in deze begroting opgenomen opbrengsten vormen daarvoor het uitgangspunt c.q. het kader en is de berekening van de tarieven dan in feite een financieel-technische vertaling daarvan. Belastingen en heffingen De gemeente Sint Anthonis kent de volgende heffingen: a. onroerende-zaakbelastingen (OZB) b. toeristen-/verblijfsbelasting c. rechten (o.a. rioolheffing en leges) d. afvalstoffenheffing en reinigingsrecht. a. Onroerende-zaakbelastingen Onder de naam “onroerende-zaakbelastingen” wordt belasting geheven van de eigenaren van woningen en van de eigenaren en gebruikers van niet-woningen (bedrijfspanden, overige gebouwen en bouwgrond). Deze belastingen worden geheven over de waarde van de onroerende zaak. De tarieven voor de onroerende-zaakbelastingen (OZB) zijn mede afhankelijk van de op grond van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) getaxeerde waarden, die jaarlijks worden vastgesteld. Macronorm De macronorm OZB voor het belastingjaar 2014 bedraagt 2,45%. In 2013 bedroeg de macronorm 2,76%. Het streven van het Rijk is om in de septembercirculaire 2013 uitsluitsel te geven over de uitkomsten van de evaluatie macronorm als instrument om lokale lasten beheersbaar te houden.
- 108 -
Waardeontwikkeling De marktontwikkeling tussen 1 januari 2012 en 1 januari 2013 is nog niet bekend. Deze wordt bij woningen geschat op -/-5% en bij niet-woningen op -/-4%. Tarieven 2014 Voor de berekening van de opbrengst voor 2014 is uitgegaan van de laatst geraamde opbrengst in 2013. Daarop is een verhoging van 2% toegepast. De opbrengst, incl. areaalontwikkeling, zal de basis vormen voor de tarieven die in 2014 zullen gelden. b. Toeristen-/verblijfsbelasting Aanbieders van verblijf dragen toeristenbelasting af aan de gemeente. Op grond van de verordening is per overnachting en per persoon een bedrag verschuldigd. Met ingang van 2007 is het tarief € 0,70 per persoon, per overnachting. Met ingang van 2013 kunnen ondernemers opteren voor het afdragen van toeristenbelasting op basis van de bruto omzet. De af te dragen toeristenbelasting is 6% van de logiesopbrengsten. Tarief 2014 Bij de vaststelling van de Kadernota 2014 is besloten om het tarief voor de toeristenbelasting per 1 januari 2015 te verhogen tot € 1 per persoon, per overnachting. Het percentage voor de ondernemers die opteren voor het afdragen van toeristenbelasting op basis van de bruto omzet dient te worden verhoogd van 6% naar 8,3%. c. Rechten Hieronder vallen onder meer de leges (voor een rijbewijs, omgevingsvergunning of een ontheffing), de begraafplaatsrechten en marktgelden. De grootste inkomstenbron is echter de rioolheffing. Uitgangspunt is bij de rechten dat deze per soort maximaal kostendekkend mogen zijn. Rioolheffing Rioolheffing wordt geheven wanneer een belanghebbende belang heeft bij het nakomen van de gemeentelijke zorgplichten, waaronder de zorg voor het grondwater en het voorkomen van nadelige gevolgen van de grondwaterstand. Het is daarbij niet van belang of het pand (in)direct is aangesloten op de riolering, of (in)direct hemelwater afvoert op de riolering of sloten. Bij de vaststelling van de verordening Rioolheffing 2010 en het Gemeentelijk Rioleringsplan (V-GRP) 2010-2014 (raadsvergadering van 14 december 2009), is bepaald dat het tarief rioolheffing vanaf 2012 tot en met 2030 jaarlijks stijgt met € 17,80 per aansluiting. Er is bepaald dat zowel eigenaren als gebruikers rioolheffing betalen. Omdat de heffing voor de eigenaren nieuw was, is er gekozen voor een ingroeivariant, waarbij de tarieven voor de gebruiker geleidelijk zijn afgenomen. De tarieven voor de eigenaren waren: 2010 € 25,-2011 € 50,-2012 € 75,-2013 € 100,-2014 € 102,-Tarieven 2014 Bij de vaststelling van de Rioolheffing 2014 wordt uitgegaan van de in het V-GRP geraamde kosten.
- 109 -
Voor de berekening van de opbrengst rioolheffing gebruikers is het aantal m3 waterverbruik het uitgangspunt. Het waterverbruik in 2014 zal gebaseerd worden op het gemiddelde waterverbruik over 2009 t/m 2012. De jaarafrekeningen worden verstuurd in juli (Oploo) en september (Wanroij). Hierdoor kunnen de tarieven voor 2014 pas in oktober berekend worden. Voor de in de begroting opgenomen opbrengst is uitgegaan van 100% dekking van de kosten. Het tarief voor de eigenaren wordt verhoogd met 2% tot € 102. Overige rechten Voor de secretarieleges en rechten burgerlijke stand wordt in 2014 in zijn algemeenheid gestreefd naar kostendekkende tarieven. d. Afvalstoffenheffing Ook de afvalstoffenheffing en reinigingsrecht zijn rechten waarbij de baten de lasten niet mogen overstijgen. Men is belastingplichtig voor de afvalstoffenheffing als men gebruiker of bewoner is van een perceel waar de gemeente verplicht is om huisvuil op te halen. Het wel of niet gebruikmaken van de gemeentelijke ophaaldienst, is hiervoor niet relevant. Belastingcapaciteit en lastendruk Belastingcapaciteit De belastingcapaciteit geeft het bedrag aan dat de gemeente aan belastingen en rechten maximaal zou kunnen heffen. Voor de OZB wordt voor het berekenen van de onbenutte belastingcapaciteit uitgegaan van de macronorm. Voor de rechten is dit de ruimte tussen de wettelijk toegestane 100% dekking en de door de gemeente toe te passen dekking. Kwijtschelding Voor de inwoners van onze gemeente met de laagste inkomens bestaat de mogelijkheid van kwijtschelding van de afvalstoffenheffing en het gebruikersdeel rioolheffing, mits voldaan wordt aan de ministeriële regeling. Het normbedrag voor kwijtschelding is gerelateerd aan 100% van de bijstandsnorm. Met betrekking tot ons kwijtscheldingsbeleid kan daarom worden gesteld dat maximaal gebruik wordt gemaakt van de wettelijke vrijheden op dit gebied. Met ingang van 2009 wordt voor het opleggen van de belastingaanslag automatisch getoetst welke bestaande kwijtscheldingsgerechtigden het komende belastingjaar wederom in aanmerking komen voor kwijtschelding. Bestaande kwijtscheldingsgerechtigden ontvangen hierdoor een belastingaanslag van nihil, en hoeven ook geen kwijtschelding meer aan te vragen.
- 110 -
Overzicht algemene dekkingsmiddelen
Lokale heffingen De gemeente Sint Anthonis kent de volgende niet bestedingsgebonden lokale heffingen:
Werkelijk 2012 Begroting 2013 Begroting 2014
Onroerende-zaakbelastingen Toeristenbelasting
2.109.337 137.240
2.785.045 140.000
2.840.750 125.000
Totaal 2.246.577 2.925.045 Beide belastingen dienen tot het verkrijgen van algemene dekkingsmiddelen.
2.965.750
Algemene uitkering Werkelijk 2012 Begroting 2013 Begroting 2014
Algemene uitkering 10.705.577 10.360.810 10.578.981 Algemene uitkering 2014 op grond van de meicirculaire 2013. • Het kabinet heeft aangegeven dat ze komend jaar € 6 miljard extra wil bezuinigen. Uit informatie, o.a. van de VNG, is gebleken dat rekening moet worden gehouden met een korting van € 360 miljoen ofwel 31 uitkeringspunten. Voor de gemeente Sint Anthonis is dat € 225.000 minder. • In de Kadernota 2014 was al rekening gehouden met een lagere uitkering van € 100.000.
In de meicirculaire 2013 worden over de volgende, belangrijkste, zaken mededelingen gedaan. • Het accres 2012 komt € 192 miljoen (ongeveer 16 punten) lager uit dan volgens de septembercirculaire. Dit wordt veroorzaakt door onderuitputting bij departementen. Het uitkeringsjaar 2012 blijft ongewijzigd, de onderuitputting wordt dus verrekend met de uitkeringsfactor van 2013; • Met uitzondering van 2014, positief 4,28%, is er in de overige jaren sprake van een negatief reëel accres. In 2013 is dat -2,4%, voor de jaren na 2014 is dat gemiddeld zo’n -0,5%; • De maatstaven van het WMO-verdeelmodel over 2011 t/m 2013 zijn geactualiseerd. Hierdoor verschillen de bedragen per gemeente ten opzichte van september maar macro blijven de bedragen over die jaren gelijk; • De prijsindex van de WMO 2014 bedraagt 2,4%; • In tegenstelling tot hetgeen in het Regeerakkoord is opgenomen blijft het voor nieuwe WMOcliënten in 2014 mogelijk om een beroep te doen op huishoudelijke hulp. De ingeboekte korting van € 89 miljoen blijft echter wel bestaan. Gemeenten kunnen volgens deze circulaire besparingen realiseren door doelmatiger huishoudelijke hulp in te kopen en te organiseren, minder uren huishoudelijke hulp toe te kennen en de mogelijkheden binnen de eigen bijdragesystematiek maximaal te benutten;
- 111 -
• • • •
De voorgenomen korting per 2015 op het budget voor huishoudelijke hulp wordt verzacht. Gemeenten houden 60% van het budget in plaats van 25% om breed in te zetten voor ondersteuning van burgers; De ontwikkeling van de uitkeringsbasis over de jaren 2014 t/m 2018 bedraagt zo’n 8 punten positief ten opzichte van september, dit wordt met name veroorzaakt door een lagere raming van het aantal bijstandontvangers; Toevoeging van 2 nieuwe decentralisatie-uitkeringen, waarbij pas in de komende septembercirculaire bedragen worden verdeeld. Daarnaast worden in deze circulaire bedragen van bestaande decentralisatie-uitkeringen gewijzigd; De prijsontwikkeling BBP is in de meerjarenperiode verlaagd van 1,75% naar 0,9%.
Dividend Verantwoord zijn de volgende dividenden:
Werkelijk 2012 Begroting 2013 Begroting 2014
Bank Nederlandse Gemeenten Uitkering H.N.G.
14.128 26.872
18.305 26.872
15.971 26.872
Totaal 41.000 45.177 42.843 Dividend Bank Nederlandse Gemeenten Voor 2014 wordt uitgegaan van een geschat dividend van € 1,30 (2013 was € 1,49 en 2012 was € 1,15). Voor 12.285 aandelen is dat € 15.971. Gemeentelijke reserve bij de IBN-groep Bij de IBN-groep wordt voor onze gemeente een reserve geregistreerd die wordt gevormd uit de gerealiseerde voordelige resultaten van de IBN-groep. De gemeentelijke reserve (AGR) wordt per 1 januari 2014 geraamd op € 362.000. De AGR wordt ingezet voor participatie (re-integratie, inburgering, educatie), dekking gemeentelijke begroting (€ 50.000 per jaar) en de groenaanleg Kloostertuin (€ 190.000). Saldo financieringsfunctie Onder saldo financieringsfunctie is verantwoord het saldo van de kostenplaats kapitaallasten waarop onder meer rente uitgaven zijn verantwoord. Verder is het resultaat van functie 911 Geldleningen en uitzettingen korter dan 1 jaar in het overzicht opgenomen. Onder deze functie zijn diverse kortlopende renteopbrengsten verantwoord. In verband met het renteniveau op de depositomarkt op dit moment, hebben wij het rentepercentage voor de tijdelijk overtollige financieringsmiddelen geraamd op 2%.
Omschrijving
Lasten kostenplaats rente en afschrijving Baten kortlopende geldleningen < 1 jaar
Werkelijk 2012 Begroting 2013 Begroting 2014
61.816 61.018
34.926 70.262
3.872 3.872
798
-35.336
0
Saldo lasten
- 112 -
BTW-compensatiefonds In 2003 is een reserve BCF gevormd. De stand van de reserve is per 1 januari 2014 € 134.243. Met betrekking tot de beschikkingen over de reserve BCF is overleg gevoerd met onze accountant en de provincie. In de begroting 2014 tot en met 2016 wordt totaal € 150.000 opgenomen ten laste van de reserve en ten bate van de exploitatie. Daarna is de reserve nihil, zoals gepland. Overige algemene dekkingsmiddelen De gemeente rekent rentelasten aan de diverse programma’s toe, zodat die programma’s een integraal beeld geven van de kosten die met de uitvoering gemoeid zijn. Daarbij wordt ook rente gecalculeerd over het werkzame eigen vermogen van de gemeente. Aangezien de gecalculeerde rente over het eigen vermogen niet daadwerkelijk betaald hoeft te worden, vloeit deze terug in de gemeentelijke baten. De rente over de vrije componenten van het eigen vermogen wordt daarbij als algemeen dekkingsmiddel verantwoord. De totale bespaarde rente bedraagt € 1.140.676. Hiervan wordt een bedrag van € 169.123 toegevoegd aan reserves en voorzieningen, terwijl een bedrag van € 971.553 ten bate van de exploitatie blijft. Het percentage is verlaagd van 5% naar 4%.
- 113 -
Uiteenzetting van de financiële positie De uiteenzetting van de financiële positie en het overzicht van baten en lasten vormen samen de financiële begroting. Deze “uiteenzetting” is een voorgeschreven onderdeel van de financiële begroting. De uiteenzetting van de financiële positie behandelt minstens: • De financiële gevolgen van het bestaande en het nieuwe beleid; • De jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van gelijkblijvend volume; • De investeringen, • De financiering; • De stand en verloop van reserves en voorzieningen. De financiële gevolgen van het bestaande en het nieuwe beleid Voor de kaderstellende functie van de gemeenteraad is het van belang om inzicht te hebben in de ontwikkelingen op de langere termijn. Met de meerjarenramingen wordt getracht hierin, bij het huidige inzicht in de cijfers voor latere jaren, zo goed als mogelijk te voorzien. De begroting moet evenals de meerjarenbegroting in beginsel structureel sluitend zijn. Het gaat hierbij om beleid dat al is vastgesteld voor de begrotingsbehandeling (bestaand beleid) en het beleid dat met het vaststellen van de begroting wordt aanvaard (nieuw beleid). In het hoofdstuk “Financiële aspecten” is inzicht gegeven in het begrotingsbeeld voor het begrotingsjaar en de drie daarop volgende jaren. De consequenties van het nieuwe beleid worden afzonderlijk in de begroting vermeld, in de overzichten “Investeringsprogramma 2014, nieuw beleid en vervangingsinvesteringen”. De jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van gelijkblijvend volume Ingevolge het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) dient afzonderlijk aandacht te worden besteed aan jaarlijks terugkerende arbeidsgerelateerde verplichtingen. Hierbij moet worden gedacht aan arbeidskosten van niet meer actieve werknemers, zoals wachtgelden, wethouderspensioenen en afdracht ziektekostenpremie. In de BBV is opgenomen dat geen voorzieningen worden getroffen voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume. Deze verplichtingen dienen wel expliciet in de begroting en meerjarenraming te worden verwerkt. Bovendien dienen wel voorzieningen te worden getroffen voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen met een niet jaarlijks vergelijkbaar volume. Met andere woorden als het desbetreffende bedrag van de verplichting jaarlijks vermoedelijk fluctueert of oploopt dient wel een voorziening getroffen te worden. Voor wethouderspensioenen en de verplichtingen aan voormalig personeel zijn voorzieningen gevormd. Zie ook de paragraaf Weerstandsvermogen, onderdelen “Gemeenteraadsverkiezingen en beloningstransparantie” en “Professionele uitvoering APPA”. De investeringen Onderscheid wordt gemaakt tussen de investeringen die dienen voor het in stand houden van het huidige voorzieningenniveau, de vervangingsinvesteringen, (het bestaande beleid) en de investeringen die kunnen worden geschaard onder nieuw beleid waarover de raad nog een afweging moet maken. Tevens dient er ingevolge de BBV onderscheid te worden gemaakt tussen; − Investeringen met een economisch nut; − Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Van eerstgenoemde categorie komen de kapitaallasten (rente en afschrijvingen), conform de in de financiële verordening (art. 212) bepaalde afschrijvingstermijn, ten laste van de jaarbegrotingen. Investeringen van de tweede categorie komen in principe in één keer ten laste van de exploitatie, voor zover het resultaat dit toelaat. Indien het om aanzienlijke bedragen gaat, waardoor er tekorten
- 114 -
zouden ontstaan dan is resultaatafhankelijk afschrijven toegestaan. Hierbij is het uitgangspunt dat het actief op zo kort mogelijke termijn wordt afgeschreven. Kortheidshalve verwijzen wij naar de overzichten “Investeringsprogramma 2014, nieuw beleid en vervangingsinvesteringen”. Financiering Voor een toelichting verwijzen wij naar de paragraaf Financiering. Stand en verloop van de reserves en voorzieningen Voor het overzicht verwijzen wij naar de paragraaf Weerstandsvermogen en de paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen.
- 115 -
Toelichting op het overzicht van baten en lasten en de meerjarenraming Uitgangspunten voor de ramingen Hieronder worden de belangrijkste uitgangspunten genoemd die zijn gehanteerd bij de opstelling van de begroting 2014-2017. Algemeen De meerjarenbegroting 2014 - 2017 is opgesteld overeenkomstig het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). - In de begroting 2014 wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met autonome ontwikkelingen zoals het aantal inwoners, woonruimten, uitkeringsgerechtigden, bouwvergunningen, enz. Verder wordt er zoveel mogelijk rekening gehouden met opgelegd rijksbeleid. In principe worden autonome ontwikkelingen door het rijk financieel gecompenseerd door middel van een toevoeging aan het Gemeentefonds. Het kan echter zo zijn, dat het rijk uit bezuinigingsoverwegingen besluit tot geen of een gedeeltelijke compensatie. -
Toelichting baten en lasten In het overzicht van baten en lasten staat opgenomen wat het resultaat is voor bestemming (alleen exploitatie) en wat het resultaat is na bestemming (inclusief bijdragen en stortingen in reserves). De toelichting op de exploitatie staat in de programmabegroting. Daarvoor is per programma opgenomen, de inhoud van het programma, de strategische doelstellingen (hoofd- en subdoelstellingen, wettelijk kader en overzicht verordeningen en beleidsregels), nieuw beleid en de middelen. Gronden waarop de ramingen zijn gebaseerd De basis voor de begroting en de meerjarenraming is de Kadernota 2014 en is gebaseerd op het collegeprogramma “Samen verantwoordelijk, samen vooruit” en het Collegewerkprogramma 2013/2014. Bij het opstellen van de begroting is verder onder andere rekening gehouden met de onderstaande uitgangspunten. Indexering Voor kostenstijgingen wordt uitgegaan van 0%, d.w.z. dat geen automatische stijging van de uitgaven (= inflatie) wordt opgenomen. De prijsstijging voor de inkomsten bedraagt 2% t.o.v. 2013, waarbij de jaren 2015 en volgende worden geraamd op het niveau 2014 (= constante prijzen); Rente Voor 2014 is rekening gehouden met de volgende vier rentepercentages: - Uitzetten van overtollige financieringsmiddelen 1,00% - Aantrekken van gelden op de geldmarkt 4,00% - Bespaarde rente over reserves en voorzieningen 4% - Rente over investeringen 4,00%. Salarissen Voor de begrote personeelslasten is uitgegaan van de vastgestelde formatie, te weten 89,86 fte. In verband met de vorming van de Regionale Omgevingsdiensten (RUD) is die formatie met 1 fte verlaagd. Voor iedere functie wordt uitgegaan van de verwachte inschaling per 1 januari 2014. bovendien wordt rekening gehouden met bijzondere beloningen, wegens ambtsjubilea. Jaarlijks wordt bij de ramingen rekening gehouden met de gevolgen van CAO-stijgingen en aanpassing van de werkgeverslasten.
- 116 -
Kostenverdeling Voor de toerekening van de indirecte kosten naar de producten in de programma’s wordt de methode van integrale kostprijsberekening toegepast. De geraamde personeelslasten, huisvesting-, automatiserings-, tractie- en administratiekosten e.d. worden toegerekend aan de sectorproducten op basis van de gegevens van tijdschrijven van 2011, 2012 en de 1e helft van 2013. Daarbij wordt voor de Buitendienst Openbare Werken en voor de Binnendienst (apparaatskosten) een afzonderlijk verdeling gebruikt. Algemene uitkering Gemeentefonds De ramingen van de uitkeringen uit het Gemeentefonds zijn gebaseerd op de uitkomsten van de meicirculaire 2013. B ij de berekening van de algemene uitkering is rekening gehouden met de (verwachte) areaalontwikkeling van de WOZ capaciteit en verwachte aantallen eenheden zoals woonruimten, inwoners en bijstandsgerechtigden. Kortheidshalve verwijzen wij naar het overzicht algemene dekkingsmiddelen. Lokale heffingen Voor een toelichting omtrent de belastingen en retributies verwijzen wij u naar de paragraaf Lokale heffingen. Kapitaallasten, investeren, waarderen en afschrijven De activa worden geactiveerd en afgeschreven conform de Financiële verordening. Reserves en voorzieningen Het gehanteerde reserve- en voorzieningenbeleid is conform de Nota reserves en voorzieningen. De navolgende bestemmingsreserves geven een structurele dekking ten bate van de exploitatie: 2014 2015 2016 2017 Beschikking dekkingsreserves kapitaallasten: Aanschaf materiaal openbare werken Herinrichting publiekshal Brede school Wanroij Masterplan Sint Anthonis Huisvesting onderwijs Schadebeperkende maatregelen basisonderwijs Schadebeperkende maatregelen speciaal onderwijs Schadebeperkende maatregelen voortgezet onderwijs Renovatie sportparken Renovatie tennisaccommodaties Schadebeperkende maatregelen De Kleine Wigwam Beschikking overige reserves: Reserve BTW-compensatiefonds
43.006 4.825 45.770 46.227 336.417
41.410 4.825 43.225 46.227 307.150
39.642 4.825 40.678 46.227 260.344
36.561 4.825 38.132 46.227 237.926
7.804
7.804
7.804
7.804
5.343
5.343
5.343
5.343
1.458 2.120 4.463
1.458 2.120 4.463
1.458 2.120 4.463
1.458 2.120 4.463
524
524
524
524
50.421 -----------------548.378
50.118 -----------------514.667
50.118 -----------------463.546
0 ----------------385.383
Verklaring verschillen Kadernota 2014 - Begroting 2014 Er is een analyse gemaakt van de verschillen tussen de Kadernota 2014 en de Begroting 2014. Deze analyse is samengevat in het overzicht op blz. 8 en 9 van deze Programmabegroting.
- 117 -
Overzicht incidentele lasten en baten 2014 t/m 2017 Progr. 01
50 70
90
Omschrijving Kostenplaats Openbare werken: Incidentele salariskosten Kostenplaats Apparaat: Uitkeringen voormalig personeel Kostenplaats Apparaat: Uitvoering FPU gemeenten Kostenplaats Apparaat: Vorming en opleiding Raad: Cursussen nieuwe raadsleden Wethouders: Uitkeringen Representatie: Vijfjaarlijkse gewestelijke brandweerdagen Rijksvergoeding Audit bevolkingsadministratie (1 x per drie jaar) Realisatie natte EVZ Tovensche Beek Sport- en cultuurprijs GGD: Project 16 min goed begin 20132016
U/I
2014
2015
U
12.749+
U
2.000 +
U
9.867+
2.084+
U U U
20.000+ 3.000+ 47.939+
47.939+
U
2017
1.715+
U I U I
2016
4.000+ 1.750+
4.027− 100.000+ 750− 5.000+ 5.000+ 5.000+ -------------- -------------- -------------- -------------199.805+ 52.711+ 10.750+ -
Investeringplan en nieuw beleid: Personele capaciteit i.v.m. extra aan omgevingsvergunningen, onderdeel milieu Ambtelijke samenwerking met gemeente Boxmeer Zelfsturing Zaakgericht werken Onderuitputting kapitaallasten
U U U U U
70.000+
70.000+
12.200+ 10.000+ 22.000+ 79.300– 7.607– 7.752– -------------- -------------- -------------- -------------34.900+ 62.393+ 7.752– -
--------------- --------------- --------------- ---------------
234.705+ 115.104+
Totaal incidentele lasten en baten
2.998+
-
Reëel sluitende begroting
280.557+ 129.728− 80.294+ 19.258− 376.727+ 224.954+ 203.261+ 120.926+
Saldo begroting na bestemming Mutaties reserves
--------------- --------------- --------------- ---------------
96.170− 354.682− 122.967− 140.184−
Saldo voor bestemming Beschikking dekkingsreserves kapitaallasten:
90
Aanschaf materiaal openbare werken
I
Herinrichting publiekshal
I
Brede school Wanroij
I
- 118 -
43.006+ 4.825+ 45.770+
41.410+ 4.825+ 43.225+
39.642+ 4.825+ 40.678+
36.561+ 4.825+ 38.132+
Masterplan Sint Anthonis
I
Huisvesting onderwijs Schadebeperkende maatregelen basisonderwijs Schadebeperkende maatregelen speciaal onderwijs Schadebeperkende maatregelen voortgezet onderwijs
I
50
Renovatie sportparken
I
60
Renovatie tennisaccommodaties Schadebeperkende maatregelen De Kleine Wigwam
40
46.227+ 46.227+ 46.227+ 46.227+ 336.417+ 307.150+ 260.344+ 237.926+
I
7.804+
7.804+
7.804+
7.804+
I
5.343+
5.343+
5.343+
5.343+
I I
1.458+ 2.120+ 4.463+
1.458+ 2.120+ 4.463+
1.458+ 2.120+ 4.463+
1.458+ 2.120+ 4.463+
I
524+
524+
524+
524+
I
50.421+
50.118+
50.118+
-
Beschikking overige reserves:
90
Reserve BTW-compensatiefonds
--------------- --------------- --------------- --------------Saldo voor bestemming, incl. dekkingsreserves Incidentele lasten / baten (zie hiervoor)
452.208+ 159.985+ 340.579+ 245.199+ 234.705+ 115.104+ 2.998+ --------------- --------------- --------------- ---------------
686.913+ 275.089+ 343.577+ 245.199+
Overschot (+) of tekort (-)
- 119 -
Recapitulatie programmabegroting 2014-2017
Nr. progr.
Omschrijving programma
LASTEN VOOR BESTEMMING 01 Algemeen bestuur 10 Openbare orde en veiligheid 20 Verkeer, vervoer en waterstaat 30 Economische zaken 40 Onderwijs 50 Cultuur en recreatie 60 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 70 Volksgezondheid en milieu 80 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 90 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Totaal lasten voor bestemming
BATEN VOOR BESTEMMING 01 Algemeen bestuur 10 Openbare orde en veiligheid 20 Verkeer, vervoer en waterstaat 30 Economische zaken 40 Onderwijs 50 Cultuur en recreatie 60 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 70 Volksgezondheid en milieu 80 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 90 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Totaal baten voor bestemming Per saldo voor bestemming (baten -/- lasten, N = tekort en V = overschot)
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
1.650.289 1.033.331 1.317.640 435.040 1.926.971 2.728.995
1.598.557 1.019.391 1.253.841 424.243 1.878.162 2.563.649
1.538.756 1.013.044 1.307.333 419.186 1.860.062 2.538.843
1.512.339 1.010.112 1.241.970 416.975 1.833.157 2.522.453
6.343.767 2.865.913
6.147.522 2.909.058
6.120.867 2.937.693
6.094.733 3.096.439
4.384.562
2.213.847
2.176.661
2.161.103
1.238.402
1.222.546
1.283.483
1.328.254
23.924.910
21.230.816
21.195.928
21.217.535
-190.732 -14.837 -17.500 -556.024 -923 -518.454
-195.759 -14.837 -17.500 -556.024 -923 -517.704
-190.732 -14.837 -17.500 -556.024 -923 -517.704
-191.732 -14.837 -17.500 -556.024 -923 -517.704
-2.762.480 -2.357.235
-2.626.328 -2.317.527
-2.626.328 -2.392.703
-2.626.328 -2.468.879
-2.547.160
-454.724
-455.903
-457.140
-14.863.395
-14.174.808
-14.300.307
-14.226.284
-23.828.740
-20.876.134
-21.072.961
-21.077.351
96.170 N
354.682 N
122.967 N
140.184 N
- 120 -
Nr. progr.
Omschrijving programma
LASTEN NAAR RESERVES 01 Algemeen bestuur 10 Openbare orde en veiligheid 20 Verkeer, vervoer en waterstaat 30 Economische zaken 40 Onderwijs 50 Cultuur en recreatie 60 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 70 Volksgezondheid en milieu 80 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 90 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Totaal lasten naar reserves
BATEN VAN RESERVES 01 Algemeen bestuur 10 Openbare orde en veiligheid 20 Verkeer, vervoer en waterstaat 30 Economische zaken 40 Onderwijs 50 Cultuur en recreatie 60 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 70 Volksgezondheid en milieu 80 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 90 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Totaal baten van reserves Mutaties reserves per saldo (baten -/- lasten, N = tekort en V = overschot)
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
0 0 0 0 0 14.402
0 0 0 0 0 14.402
0 0 0 0 0 14.402
0 0 0 0 0 14.402
0 0
0 0
0 0
0 0
0
0
0
0
218.442
218.442
218.442
218.442
232.844
232.844
232.844
232.844
0 0 -86.478 0 -198.865 -106.583
0 0 -86.478 0 -151.536 -6.583
0 0 -86.478 0 -134.158 -6.583
0 0 -86.478 0 -107.568 -6.583
-524 0
-524 0
-524 0
-524 0
0
0
0
0
-217.121
-212.677
-208.362
-152.617
-609.571
-457.798
-436.105
-353.770
376.727 V
224.954 V
203.261 V
120.926 V
- 121 -
Nr. progr.
Omschrijving programma
LASTEN 01 Algemeen bestuur 10 Openbare orde en veiligheid 20 Verkeer, vervoer en waterstaat 30 Economische zaken 40 Onderwijs 50 Cultuur en recreatie 60 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 70 Volksgezondheid en milieu 80 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 90 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Totaal lasten
BATEN 01 Algemeen bestuur 10 Openbare orde en veiligheid 20 Verkeer, vervoer en waterstaat 30 Economische zaken 40 Onderwijs 50 Cultuur en recreatie 60 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening 70 Volksgezondheid en milieu 80 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 90 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Totaal baten
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Begroting 2017
1.650.289 1.033.331 1.317.640 435.040 1.926.971 2.743.397
1.598.557 1.019.391 1.253.841 424.243 1.878.162 2.578.051
1.538.756 1.013.044 1.307.333 419.186 1.860.062 2.553.245
1.512.339 1.010.112 1.241.970 416.975 1.833.157 2.536.855
6.343.767 2.865.913
6.147.522 2.909.058
6.120.867 2.937.693
6.094.733 3.096.439
4.384.562
2.213.847
2.176.661
2.161.103
1.456.844
1.440.988
1.501.925
1.546.696
24.157.754
21.463.660
21.428.772
21.450.379
-190.732 -14.837 -103.978 -556.024 -199.788 -625.037
-195.759 -14.837 -103.978 -556.024 -152.459 -524.287
-190.732 -14.837 -103.978 -556.024 -135.081 -524.287
-191.732 -14.837 -103.978 -556.024 -108.491 -524.287
-2.763.004 -2.357.235
-2.626.852 -2.317.527
-2.626.852 -2.392.703
-2.626.852 -2.468.879
-2.547.160
-454.724
-455.903
-457.140
-15.080.516
-14.387.485
-14.508.669
-14.378.901
-24.438.311
-21.333.932
-21.509.066
-21.431.121
In de tabellen zijn de lasten en baten per programma zichtbaar gemaakt. Het gaat daarbij om de lasten en baten voor bestemming, de beschikkingen en onttrekkingen aan de reserves en de lasten en baten na bestemming. Samengevat: N = tekort en V = overschot 2014 2015 2016 2017 Saldo lasten en baten voor bestemming Saldo mutatie reserves Saldo lasten en baten na bestemming
96.170 N 376.727 V 280.557 V
- 122 -
354.682 N 224.954 V 129.728 N
122.967 N 203.261 V 80.294 V
140.184 N 120.926 V 19.258 N
INVESTERINGSPROGRAMMA 2014, NIEUW BELEID EN VERVANGINGSINVESTERINGEN
- 123 -
Investeringsschema 2014 Omschrijving
Bron
Investeringsbedrag
Jaar
Afschrijvingsduur
2013
5 jaar
Programma 01 KN 2014
Zelfsturing
KN 2014
Zaakgericht werken
KN 2014
Regionale samenwerking
Nieuw 2014
Verhoging vergoeding stembureau leden
Nieuw 2014
Aanschaf documentfraudeherkeningssysteem
Nieuw 2014
Vervanging discussie vergaderinstallatie
30.000
Programma 10 KN 2014
Convenant RIEC
KN 2014
Veiligheidsfonds
KN 2014
Burgerinitiatieven
KN 2014
Piket-/sleutelfunctionarissen
KN 2014
Toezicht en handhaving Drank- en Horecawet
Programma 20 KN 2014
Verkeer op orde (inhuur verkeerskundige)
Programma 30 KN 2014 Nieuw 2014
Plattelandsontwikkeling: Agro & Food Plattelandsontwikkeling: Agro & Food (dekking uit reserve reconstructie)
KN 2014
Economische activiteiten
KN 2014
Verhoging pachten
Programma 40
Programma 50 Nieuw 2014
Budget combinatiefuncties, zie Co-financiering kindcentra (progr. 60)
KN 2014
Toerisme en Recreatie
KN 2014
Exploitatiekosten wandelroutenetwerk
KN 2014
Stimuleringskader Groen Blauwe Diensten (Stika)
Nieuw 2014
Compensatieregeling OZB dorpshuizen, verenigingen, enz.
Nieuw 2014
Invoeringskosten transitie jeugdzorg
Nieuw 2014
Invoeringskosten transitie decentralisatie AWBZ
Nieuw 2014
Afschaffing maatschappelijke stages Voortgezet onderwijs
Nieuw 2014
Hergebruik rolstoelen en scootmobielen
Programma 60
KN 2014 Nieuw 2014
Co-financiering kindcentra Bezuiniging op subsidiëring peuterspeelzalen
Programma 70 KN 2014
Begroting 2014 GGD
- 124 -
Nut: Economisch (E) of Maatschappelijk (M)
E
Lasten 2015
Lasten 2014
Lasten 2016
Lasten 2017
Toelichting
10.000
0
0
0
22.000
0
0
0
35.400
35.400
35.400
10.000
2.580
2.580
2.580
2.580
1.750
1.200
1.200
1.200
7.080
6.840
6.600
6.360
7.500
7.500
7.500
7.500
3.000
3.000
3.000
3.000
12.000
12.000
12.000
12.000
3.300
3.300
3.300
3.300
3.000
3.000
3.000
3.000
11.000
11.000
11.000
11.000
20.000
0
0
0
-20.000
0
0
0
2.000
2.000
2.000
2.000
-31.000
-31.000
-31.000
-31.000
-23.000
-23.000
-23.000
-23.000
20.000
20.000
20.000
20.000
1.500
1.500
1.500
1.500
31.500
31.500
31.500
31.500
30.000
30.000
30.000
30.000
10.113
0
0
0 Meicirculaire 2013
41.014
0
0
0 Meicirculaire 2013
0
-8.550
-8.550
-8.550 Meicirculaire 2013
0
-9.224
-15.276
-30.252 Meicirculaire 2013
25.000
25.000
25.000
25.000
-20.000
-20.000
-20.000
-20.000
0
0
0
0 Functioneel geraamd
- 125 -
Bron
Omschrijving
Investeringsbedrag
Jaar
Programma 80 KN 2014
Centrumplan
Programma 90 B 2011
Bestaand beleid begroting 2011
235.675
B 2012
Bestaand beleid begroting 2012
630.000
Investering of budget opgenomen in Kadernota 2013
259.442
KN 2013 Nieuw 2013
Nieuwe investering of budget in begroting 2013
KN 2014
Dekking rekeningresultaat 2012
KN 2014
AU: Aanvullende bezuinigingen (-/- 31 punten)
KN 2014
Verhoging waterschapslasten
KN 2014
Verhoging toeristenbelasting
0
Nieuw 2014
Storting in Algemene vrije reserve
Nieuw 2014
Taakstellende bezuingingen 2015 , 2017 en volgende jaren
1.155.117
TOTAAL
Betekenis brondocument: B 2011
Bestaand beleid begroting 2011
B 2012
Bestaand beleid begroting 2012
KN 2013
Investering of budget opgenomen in Kadernota 2013
KN 2014
Investering of budget opgenomen in Kadernota 2014
Nieuw 2013
Nieuwe investering of budget in begroting 2013
Nieuw 2014
Nieuwe investering of budget in begroting 2014
- 126 -
Afschrijvingsduur
Nut: Economisch (E) of Maatschappelijk (M)
Lasten 2014
Lasten 2015
Lasten 2016
Lasten 2017
Toelichting
35.200
35.200
35.200
35.200 Rentederving voorziening deelplan Oelbroeck
11.978
20.143
18.258
16.372
203.505
264.702
197.695
192.866
12.935
12.775
18.837
26.210
16.443
16.443
16.443
16.443
0
0
0
225.000
225.000
225.000
20.000
20.000
20.000
0
-53.565
-53.565
280.557
0
80.294
0
-129.728
0
1.011.355
515.016
655.916
0 36.632 rente loopt via renteomslag 225.000 Extra bezuingingen c.a. € 500 milj. (= 45 p.) -/- € 160 milj. ( = 14 p.) 20.000 -53.565 Verhoging van € 0,70 naar € 1 met 178.550 overnachtingen 0 Overschotten 2014 en 2016 -19.258 Tekorten 2015 , 2017 en volgende jaren
516.406
- 127 -
INVESTERINGSPROGRAMMA 2014 Prog.
Reserves & Voorzieningen
Omschrijving
Afschrijvingsduur
Investeringsbedrag
Jaar investering
Nut: Economisch (E)
Lasten 2014
Lasten 2015
Lasten 2016
Lasten 2017
of Maatschappelijk (M)
Aanschaf materieel Openbare werken
E
16.275
38.614
39.570
43.632
Voorziening groot onderhoud scholen
E
10.709
151.677
24.651
109.281
Beheerplan sportvelden en tennisbanen
E
31.996
35.570
36.934
39.125
Beheerplan begraafplaatsen
E
21.332
6.800
45.472
6.074
Gemeentelijk Rioleringsplan
E
77.649
55.831
67.135
75.692
157.961
288.492
213.763
273.804
Totaal Totaal bedrag aan investeringen per jaar voorzieningen 2014
1.918.519
2015
548.789
2016
378.301
2017
357.906
- 128 -
VASTSTELLINGSBESLUIT
- 129 -
- 130 -
De raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders; gelet op de beraadslagingen in de vergadering van 4 november 2013; gelet op de Gemeentewet; BESLUIT: a. b. c. d. e.
de begroting 2014 vast te stellen; op grond van a. een budget beschikbaar te stellen van € 24.438.311; het investeringsschema 2014, nieuw beleid en het overzicht vervangingsinvesteringen vast te stellen en de benodigde kredieten en budgetten beschikbaar te stellen; in 2014 geen winst te nemen op de bouwgrondexploitatie; de minimumuitgifteprijzen van de bouwgrond per 1 januari 2014 niet aan te passen.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Sint Anthonis van 4 november 2013. De raad voornoemd, de griffier, de voorzitter,
mr. A.P.J.L. Keijzers
M.L.P. Sijbers
- 131 -