LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS
Vakken:
PV Praktijk huishoudkunde/ gezinstechnieken
6/6 lt/w
PV Praktijk huishoudkunde/voeding
6/6 lt/w
TV Huishoudkunde/gezinstechnieken
6/6 lt/w
TV Huishoudkunde/voeding
2/2 lt/w
Specifiek gedeelte
Studierichting:
Verzorging-voeding
Studiegebied:
Personenzorg
Onderwijsvorm:
BSO
Graad:
tweede graad
Leerjaar:
eerste en tweede leerjaar
Leerplannummer:
2007/032 (vervangt 2005/109)
Nummer inspectie:
2007 / 66 // 1 / O / SG / 1 / II / / D/ (vervangt: 2005 / 49 // 1 / O / SG / 1 / II / / D/)
Pedagogische begeleidingsdienst GO! Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Emile Jacqmainlaan 20 1000 Brussel
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
1
INHOUD Visie............................................................................................................................................................ 2 Beginsituatie............................................................................................................................................... 3 Algemene doelstellingen ............................................................................................................................ 4 Leerplandoelstellingen en leerinhouden .................................................................................................... 7 Pedagogisch-didactische wenken en timing ............................................................................................ 64 Minimale materiële vereisten ................................................................................................................... 72 Evaluatie .................................................................................................................................................. 75 Bibliografie ............................................................................................................................................... 76
2
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
VISIE Op het einde van de tweede graad van het beroepssecundair onderwijs, zijn de leerlingen van de studierichting ‘Verzorging-voeding’ in staat om zelfstandig een gewoon huishouden te runnen en mantelzorg te verlenen. Dit betekent dat de leerlingen op een vlotte manier voor volgende huishoudelijke taken kunnen zorgen: • de voeding; • de woon- en leefomgeving (inclusief het onderhoud van kleding); • het welzijn; • de omgang met en de onderlinge relaties tussen de gezinsleden en de sociale omgeving. Het leerplan is zo opgevat dat het leerlingen, binnen de context waarin zij elk leven, een vorming kan bieden op een aantal terreinen van het maatschappelijk leven. • Het wil hen ondersteunen om binnen een consumerende samenleving als een verantwoordelijk lid van deze samenleving een visie te ontwikkelen om verantwoord te consumeren; daarbij wordt o.m. aandacht geschonken aan criteria als duurzaamheid, burgerzin, respect voor diversiteit. • Het wil hen voorbereiden om een plaats in te nemen als professional in een beroepswereld waar zij de vaardigheden en de ingesteldheid voor hebben; meer bepaald houden wij daarom rekening met de gevraagde vereisten zoals die door de sector van de verzorging worden gevraagd. Het beroepsprofiel van de SERV van Verzorgende heeft hiervoor als leidraad gediend opdat leerlingen behoorlijk voorbereid worden op een derde graad BSO Verzorging. • Het wil leerlingen in volle persoonlijkheidsontwikkeling helpen hun identiteit op een leeftijd-, tijden cultuureigen manier te ontwikkelen en beleven. • Het heeft tot doel na te gaan hoe men op de juiste manier met zichzelf en anderen omgaat. In die zin wordt vooral aandacht besteed aan het handelen, aan het oefenen in het omgaan met elkaar. De nadruk wordt gelegd op het verwerven en vergroten van de sociale vaardigheden. Leerlingen die kozen voor de studierichting Verzorging-voeding zullen doelstellingen bereiken die dus te maken hebben met: • •
de zorg voor de mens in zijn leef- en woonsituatie, zijn gezondheid en zijn omgaan met zichzelf en anderen, de zorg voor gezonde voeding, met de focus op zelfzorg en zorg voor de directe omgeving, als voorbereiding op de beroepsgerichte zorg. De eigenlijke beroepszorg komt hier niet aan bod maar bereidt er wel op voor. De leerplanmakers keken er op toe dat een leerlijn kan uitgezet worden door de school/vakgroep naar de derde graad, studierichting Verzorging en Organisatiehulp.
Om deze doelstelling te bereiken, dienen we een zo groot mogelijke coördinatie en integratie van de technische en de praktische vakken na te streven. De relatie tussen deze vakken is er dan ook een van ondersteunende aard. De technische vakken worden functioneel gegeven, namelijk om het ‘hoe en waarom’ van een praktijkoefening te verklaren. Men werkt immers vanuit de praktijk naar de theorie. Specifiek gedeelte Verzorging-voeding
Leerjaar:
1
2
AV
Muzikale opvoeding
1
1
AV
Plastische opvoeding
2
2
PV
Praktijk huishoudkunde/voeding
6
6
PV
Praktijk huishoudkunde/gezinstechieken
6
6
TV
Huishoudkunde/gezinstechnieken
6
6
TV
Huishoudkunde/voeding
2
2
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
3
BEGINSITUATIE Tot het eerste leerjaar van de tweede graad worden toegelaten: • de regelmatige leerlingen die het tweede leerjaar van de eerste graad of het beroepsvoorbereidend leerjaar met vrucht hebben beëindigd of zij die houder zijn van een getuigschrift van de eerste graad van het secundair onderwijs, behaald via de examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap; • de leerlingen die uiterlijk op 31 december volgend op de aanvang van het schooljaar de leeftijd van 16 jaar bereiken, onder de volgende voorwaarde: gunstig advies van de toelatingsklassenraad. Bij de leerlingen die het beroepenveld ‘Verzorging-voeding’ of de basisoptie ‘Sociale en technische vorming’ in de eerste graad gevolgd hebben, is er al een elementaire basiskennis i.v.m. huishoudkunde aanwezig. Daarnaast dienen we rekening te houden met leerlingen die een andere vooropleiding genoten hebben. Toch vertonen de leerlingen binnen deze heterogene groep een gemeenschappelijk kenmerk, namelijk een sterke gerichtheid naar en interesse voor praktijkgericht onderwijs.
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
4
ALGEMENE DOELSTELLINGEN 1
Algemeen
De leerinhouden van dit leerplan beogen een volwaardige bijdrage tot de totale persoonlijkheidsontplooiing van de leerlingen. De drie componenten van de persoonlijkheidsvorming worden evenwichtig opgenomen en uitgewerkt, namelijk: - de psychomotorische component; - de dynamisch-affectieve component; - de cognitieve component. Zelfredzaamheid stimuleren, handelen, aanvoelen en denken worden afgestemd op het zelfstandig uitvoeren van het huishouden. Hiertoe streven we bij de leerlingen geleidelijk aan volgende algemene doelen na: • belangstelling opbrengen en bereidheid tonen om ‘huishoudelijke’ zorgsituaties aan te pakken, namelijk: - zelfzorg (het zorgen voor zichzelf, voor zijn eigen geluk en gezondheid), - zelfredzaamheid (het vermogen om te leven zonder professionele hulpverlening) en - mantelzorg (aanvullende, niet-beroepsmatige hulpverlening aan bejaarden, zieken en andere hulpbehoevenden); • bereidheid tonen en bekwaamheid bezitten om tijdens de zorgsituaties probleemoplossend te denken en te handelen; • voorrang verlenen aan preventieve en gezondheidsstimulerende keuzen; • aan de dag leggen van een gezonde nieuwsgierigheid zoals vakinformatie kunnen selecteren, ordenen en kritisch beoordelen en integreren; • leren omgaan met zichzelf en anderen om tot een evenwichtig functioneren te komen binnen zorgsituaties; • op een gemotiveerde wijze een studiekeuze voor de derde graad maken, met name Verzorging, Organisatiehulp …
2
Vakgebonden
De algemene doelen worden via volgende vakdoelstellingen nagestreefd, die systematisch en progressief in de opbouw van kennis, vaardigheden en attitudes worden omgezet: Kennis: • de behoefte aan elke voedingsstof motiveren; • door inzicht in de behoefte aan verschillende voedingsstoffen tot een gezondheidsbevorderende voeding komen; • inzien dat sociale vaardigheden fundamenteel zijn binnen de zorg voor het welzijn; • inzien dat ‘voedingsgewoonten’ een sociale en maatschappelijke dimensie hebben; • vakterminologie m.b.t. de zorgdomeinen welzijn, voeding, woon- en leefomgeving correct gebruiken; • begrippen in verband met grondstoffen en grondstofkeuze aanwenden in concrete situaties; • inzicht hebben in basistechnieken, bereidingen en praktische toepassingen; • eenvoudige informatie kunnen ordenen; • gebruiken en gewoonten m.b.t. het welzijn, de woon- en leefomgeving binnen de eigen cultuur herkennen en op hun waarde beoordelen. Vaardigheden: • • • •
veilig, hygiënisch, ergonomisch en planmatig werken; fouten voorkomen, opsporen en oplossingsvoorstellen kunnen formuleren; sociale vaardigheden toepassen; als consument verantwoord verbruiksartikelen kiezen, kopen, gebruiken en verbruiken;
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) • •
elementaire zorgtechnieken organiseren en verantwoord uitvoeren, rekening houdend met de gebruikte grondstoffen en hun afwerking; basistechnieken i.v.m. voedselbehandeling toepassen.
Attitudes: • • • • • • • • • •
rationeel omspringen met tijd, geld, water, grondstoffen en energie; milieubewust handelen; kwaliteitsbewust handelen; kwaliteitszorg nastreven; informatie raadplegen en kritisch interpreteren; spontaan het materieel onderhouden; consequent de juiste werkwijze toepassen; verantwoordelijkheid tot systematische zorg en verzorging opnemen; op een creatieve wijze omspringen met diverse vormen en toestanden van materiaal, materieel; empathisch inspelen op menselijke factoren.
5
7
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
LEERPLANDOELSTELLINGEN EN LEERINHOUDEN Uitbreidingsdoelstellingen worden aangeduid met een U en zijn cursief gedrukt. Deze zijn niet verplicht, maar bedoeld voor de meer gevorderde klassen en/of leerlingen. Deze doelstellingen zijn gekoppeld aan uitbreidingsleerinhouden. 1
Zorg voor de voeding
PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1ste leerjaar: 6 lt/w, 2de leerjaar: 6 lt/w) TV Huishoudkunde/voeding (1ste leerjaar: 2 lt/w, 2de leerjaar: 2 lt/w) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 1
VEILIGHEID, HYGIËNE, ERGONOMIE, EN MILIEU IN DE KEUKEN Veiligheid
1 kunnen door eigen handelen hun veiligheidsgevoel verhogen. geven in opgegeven situaties het belang aan van veiligheidsvoorschriften. formuleren in opgegeven, herkenbare situaties voorstellen voor veiligheidsmaatregelen. geven in hun eigen handelen aan hoe zij ongevallen kunnen helpen voorkomen m.b.t. brand, verbranding en elektrocutie. kunnen het gebruikte keukenmaterieel in het Nederlands benoemen.
•
Onthaal in de keuken: hoe veilig handelen?
•
Veiligheidsvoorschriften
•
Veiligheidsmaatregelen: -
•
kunnen aangeven hoe dit in hun thuissituatie wordt benoemd. respecteren de vaste plaats van het materieel en de apparaten.
gebruiken het gepaste materieel of apparaat In functie van de bewerking.
•
voorkomen van: verwondingen en verbranding, brand, elektrocutie
Toepassing in de keuken: materieel: -
juiste benaming
-
gebruik
-
schikking (inventaris)
Toepassing in de keuken: apparatuur: -
soorten
-
gebruik
8
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen -
plaats
Hygiëne 2
• zijn ingesteld om de dagelijkse persoonlijke hygiëne toe te passen. zijn vertrouwd met de hygiëne in de keuken. kunnen voedsel hygiënisch behandelen. kunnen het materiaal en materieel hygiënisch opbergen.
Uitgangspunten van HACCP m.b.t.: -
de persoonlijke hygiëne
-
keukenhygiëne
-
voedselhygiëne
Ergonomie 3
4
kunnen het begrip ergonomie verduidelijken met voorbeelden.
•
Begrip
kunnen de principes m.b.t. ‘ergonomisch handelen’ in concrete situaties verwoorden.
•
Principes
kunnen in opgegeven, concrete situaties verbetervoorstellen formuleren m.b.t. een ‘ergonomische manier’ van werken in de keuken.
•
Toepassingen in de keuken: -
houding
-
werkhoogte
-
bijsturing
kunnen de noodzaak verwoorden van milieubewust handelen en van het duurzaam omgaan met grondstoffen voor de gezondheid van iedereen en voor het voortbestaan van de aarde.
Milieu
kunnen in concrete situaties aangeven hoe het menselijk handelen een belasting kan zijn voor het milieu. kunnen in eigen handelen aangeven hoe zij verspilling van grondstoffen voorkomen.
•
Bronnen van afval
•
Milieubesparend handelen:
kunnen afval selectief sorteren in keukensituaties. zijn ingesteld om milieusparend te handelen.
•
-
zuinig omgaan met water, energie en verpakking
Afval sorteren -
soorten afval (huishoudelijk)
9
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 2
BEGRIPPENKADER EN INFORMATIEMIDDELEN I.V.M. VOEDSELBEHANDELING Technieken bij het verdelen en verkleinen van voedingsmiddelen
5 kunnen de basisvaardigheden m.b.t. verdelen en verkleinen van voedingsmiddelen in opgegeven situaties kiezen en uitvoeren.
•
Hakken
•
Kloppen
•
Knippen
•
Persen
•
Pureren
•
Raspen
•
versnijden
Bereidingentechnieken (basis en afgeleiden) 6
kunnen de bereidingstechnieken in een opgegeven situatie kiezen en • uitvoeren. •
Koken: blancheren, pocheren … Stoven
•
Bakken in de pan, bakken in de oven, fruiten in de pan, roerbakken (= wokken)
•
Frituren
•
Garen in de magnetron
•
Gratineren
•
Paneren
•
Stomen onder druk
Bewaartechnieken 7
kunnen de houdbaarheid van voedingsmiddelen verlengen door
•
Koelen
10
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen gebruik van de gepaste bewaartechniek uitvoeren.
kunnen criteria aanwenden om recepten te beoordelen. kunnen een basiskookboek gebruiken.
kunnen de basisbereidingen herkennen in mondeling verwoorde recepten. kunnen inschatten of een mondeling verwoord recept bruikbaar is voor een opgegeven gelegenheid. (U)
kunnen een nieuw, eenvoudig recept aan de hand van een audiovisuele bron bereiden.
3
•
Diepvriezen
•
Specifieke technieken, o.m.: steriliseren, konfijten, drogen, in het zuur bewaren … (U)
Informatiebronnen
8
9
LEERINHOUDEN
zijn er op gericht een verpakking te lezen en er de belangrijkste elementen uit te halen. kunnen bereidingswijzen op de verpakking volgen en interpreteren.
•
•
•
Schriftelijke bronnen: -
losse recepten
-
kookboeken
Auditieve bronnen: -
mond aan mond
-
radio
-
kooklessen
Audiovisuele bronnen: -
videorecepten
-
tv-programma’s
Etikettering •
Interpreteren m.b.t. milieu, gebruik van iconen, samenstelling, suggesties, houdbaarheid
TAFELZORG
10
Tafeldekken kunnen een verzorgde tafel voor een brood- en warme gezinsmaaltijd •
Benodigdheden
11
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr. De leerlingen dekken.
•
Richtlijnen
kunnen op een verantwoorde en hoffelijke manier de tafel op- en afdienen.
•
Op- en afdienen
kunnen op een efficiënte manier de eetruimte/keuken opruimen.
•
Opruimen
Tafelafwerking en -versiering
11 kunnen voor eenvoudige gelegenheden een tafel voor een brood- en warme maaltijd afwerken/versieren. 4
LEERINHOUDEN
•
Benodigdheden
•
Richtlijnen
ZORGOEFENINGEN I.V.M. VOEDING Voedingsmiddelen
12 kunnen het begrip voedingsmiddel met eigen woorden uitleggen en er voorbeelden van geven.
•
Begrip en indeling
•
Herkomst (plantaardig, dierlijk)
•
Voorkomen: onbewerkt, bewerkt, bereid (U)
kunnen de productgroepen benoemen en hun plaats binnen een actueel voedingsvoorlichtingsmodel verantwoord toelichten. kunnen opgegeven voedingsmiddelen indelen op basis van hun herkomst. kunnen het verschil tussen een onbewerkt voedingsmiddel en een bewerkt voedingsmiddel aangeven (U).
Voedingsstof
13 kunnen op etiketten van courante verpakkingen van voedingsmiddelen de voedingsstoffen aanduiden.
kunnen de voedingsstoffen indelen naar hun functie. 14
•
Indeling volgens de voedingswaarde: -
bouwstoffen: water, mineralen, eiwitten
-
brandstoffen: vetten, verteerbare koolhydraten
-
beschermende stoffen: vitaminen, mineralen, vezels
Voeding, beweging en gezondheid
12
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen in concrete situaties aangeven dat regelmatig bewegen en
LEERINHOUDEN •
een evenwichtige, gevarieerde voeding bijdraagt tot gezondheid en een goede fitheid.
Factoren die de gezondheid m.b.t. voeding bepalen: -
variatie
-
gematigdheid i.f.v. beweging en activiteit
-
evenwicht
zijn ingesteld om de voeding van andere culturen op basis van deze criteria te beoordelen. kunnen in opgegeven situaties aangeven waar een verkeerd
•
Voedingsfouten
voedingspatroon de gezondheid in het gedrang brengt. Hulpmiddelen m.b.t. het bepalen van gezonde voeding
15 kunnen aantonen dat een voedingsmodel een hulpmiddel is om een
•
Voedingsmodel
•
Voedingsmiddelentabel
gezonde voeding samen te stellen. kunnen de voedingsmiddelentabel gebruiken.
16
Voedingsmiddel: water Water • kunnen de noodzaak van een evenwichtige vochtbalans voor het goede functioneren van het lichaam aantonen. kunnen diverse soorten water, koffie, thee en bouillon, presenteren en aanbieden/schenken.
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
belang van vocht in de voeding (evenwicht tussen waterverlies en waterinname)
-
mogelijkheden voor wateropname: water, groentesoep, bouillon, koffie, thee
13
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen verfrissende en dorstlessende dranken en gerechten maken (U). hebben oog voor mooie kleur en smaakcombinaties van aperitieven (U). kunnen eigen drinkgewoonten verwoorden en verantwoorden. kunnen kritisch omgaan met de reclame en het gamma dranken onder diverse vormen. kunnen de informatie op het etiket gebruiken om een aankoop te verantwoorden.
•
•
-
alcoholvrije aperitieven
-
sorbets
-
…
Eigen gedrag en consumentengedrag: -
eigen drinkgedrag
-
gamma dranken
-
aankoop
De soepen
17
• kunnen de basistechnieken i.v.m. het gebruiksklaar maken van groenten uitvoeren.
kunnen de basisbereiding van de verschillende soorten soepen maken.
kunnen het aanbod aan kant-en-klare soepen kritisch beoordelen op basis van criteria.
18
Gebruik van water in specifieke bereidingen (U:)
•
•
Basistechnieken: -
reinigen
-
wassen
-
snijden van groenten
-
blancheren en invriezen
Basisbereiding van: -
doorgestoken soep
-
niet-doorgestoken soep
Eigen gedrag en consumentengedrag: -
het aanbod kant-en-klare soepen in de verkooppunten
Voedingsmiddel: graanproducten en aardappelen Brood • kunnen het belang van broodproducten in de voeding verwoorden. kunnen aan de hand van de voedingsmiddelentabel aantonen dat de
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
belang van brood in de voeding
14
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen voedende waarde van de soorten brood kan verschillen. kunnen voor diverse gelegenheden en op een gevarieerde manier een broodmaaltijd bereiden.
LEERINHOUDEN •
kunnen een lunchpakket voorbereiden rekening houden met aspecten milieuvriendelijkheid, eetwarenhygiëne, versheid. kunnen uit het assortiment van brood een verantwoorde keuze maken. kunnen brood op de goede manier bewaren. kunnen aantonen hoe broodproducten uit andere culturen in hun cultuur is geïntegreerd. kunnen uit het assortiment van brood een verantwoorde keuze maken. kunnen een houding verwoorden en verantwoorden tegenover het gebruik van bake-off producten.
•
soorten brood
Bereiden van o.m.: -
ontbijt
-
lunch/lunchpakket
-
picknick
-
oudbakken brood verwerken: croque’s, uitsmijter, wentelteefjes, broodpudding …
Eigen gedrag en consumentengedrag: -
brood in andere culturen (o.m. pizza, ongedesemd …)
-
het aanbod bake-off
Deegwaren
19 kunnen enkele veel gebruikte soorten deegwaren herkennen. kunnen het belang van deegwaren als energiebron toelichten.
hebben aandacht voor de kooktijd van de verschillende deegwaren.
•
Situering in de actieve voedingsdriehoek
•
Variëteiten:
•
•
-
volkoren, geraffineerd
-
handelsvormen
Basistechnieken: -
koken (al dente)
-
zoete en hartige bereidingen
Bereidingen van o.m.: -
deegwaren met ham en kaassaus
-
deegwaren met tomatensaus
15
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen een prijs/kwaliteitsvergelijking maken tussen het verschillend aanbod aan deegwaren op basis van de lectuur van de verpakking, prijs en smaak (U).
•
Eigen gedrag en consumentengedrag (U): -
vergelijking tussen het verschillend aanbod aan deegwaren (o.m. diepvries, gedroogd, kant en klaar)
Rijst
20 kunnen de voedende waarde afleiden uit de samenstelling.
•
Situering in de actieve voedingsdriehoek
kunnen soorten rijst kiezen in functie van de bereiding.
•
Soort i.f.v. de bereiding
•
Basistechniek: koken
•
Bereiden van o.m.:
kunnen eenvoudige rijstgerechten bereiden.
-
zoete gerechten: rijstpap ...
-
hartige gerechten: rijstkroketten, risotto …
Ontbijtgranen
21 kunnen de voedingsstoffen beoordelen op opgegeven ontbijtgranen op basis van de gegevens op de verpakking. kunnen een onderscheid maken tussen gesuikerde en ongesuikerde ontbijtgranen.
•
Situering in de actieve voedingsdriehoek
•
Eigen gedrag en consumentengedrag: -
marktaanbod
Andere graanproducten (U)
22 kunnen gerechten met opgegeven graanproducten bereiden. (U)
•
Bereiden van o.a. couscous, bulghur, tarweproducten …
Aardappelen
23
• kunnen bij het bereiden van aardappelen rekening houden met het behoud van de voedingswaarde. kunnen in functie van de bereiding de meest geschikte aardappelvariëteit kiezen. kunnen met eigen woorden het nut van bewaaraardappelen verklaren.
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
belang van de aardappel in de voeding i.f.v. de energetische behoeften
-
variëteit i.f.v. de bereiding
-
voorzorgen voor behoud van mineralen en vitaminen
16
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen • kunnen bij het schillen van aardappelen rekening houden met het behoud van de voedingswaarde. kunnen in functie van het gerecht een keuze maken uit de soort aardappel en met de basistechnieken en deze uitvoeren.
kunnen eenvoudige aardappelbereidingen zelfstandig maken.
•
•
24
Basistechnieken: -
schillen
-
borstelen, wassen, spoelen
-
koken
-
bakken
-
fruiten
Bereiden van o.m.: -
aardappelen in de pel
-
aardappelpuree
-
frieten
Eigen gedrag/waarden en consumentengedrag:
kunnen het aanbod van aardappelproducten kritisch bekijken op basis van criteria. kunnen het belang van bewaaraardappelen verwoorden. Voedingsmiddel: groenten en fruit Groenten kunnen de behoefte aan groenten motiveren. kunnen met eigen woorden het belang van bereide groenten in een gezond voedingspatroon verwoorden. kunnen een aantal groenten herkennen in functie van latere bereidingen. kunnen het verschil duidelijk maken tussen rauwkost en gekookte groenten i.v.m. voedingswaarde. kunnen het verschil in smaak tussen verse en gedroogde kruiden verwoorden. kunnen de culinaire waarde van kruiden aantonen.
•
aanbod aan aardappelproducten (verse, voorgebakken, diepvries, voorgeschilde, vlokken, in blik …)
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
belang van groenten in de voeding
-
mogelijkheden
-
tuinkruiden en specerijen
17
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen • kunnen het verschil in voedingswaarde tussen rauwkost en bereide groenten aanduiden. kunnen enkele soorten rauwkost opnoemen en het gebruik ervan aangeven. kunnen geschikte rauwkost als broodbeleg kiezen en verwerken. kunnen rauwkost en salades bereiden. kunnen eigen eetgewoonten m.b.t. groenten verwoorden en verantwoorden. kunnen in eigen eetgewoonten aangeven waar ze kruiden en specerijen kunnen gebruiken als vervanger van zout. kunnen groenten in een dagrantsoen verdelen. houden rekening met het marktaanbod bij het prijsbewust aankopen van groenten. kunnen hun houding motiveren tegenover bio-groenten en een vegetarische eetwijze.
•
Basistechnieken: -
rauwkost
-
bereide groenten
-
kruidenomelet, kruidendrank
Eigen gedrag en consumentengedrag: -
eigen eetgedrag analyseren
-
aankoop en bewaren
-
bio-groenten
-
vegetarische eetwijze
Fruit
25 kunnen de behoefte aan fruit motiveren. kunnen de verschillende handelsvormen van veelgebruikt fruit vergelijken. kunnen voornaamste fruitsoorten herkennen. kunnen fruit op basis van prijs en kwaliteit kopen.
•
kunnen i.f.v. het doel en het voorhanden zijnde fruit een aangepaste basistechniek uitvoeren.
•
kunnen fruitgerechten bereiden. kunnen gerechten voor dagelijkse menuplanning en diverse
•
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
belang van fruit in de voeding
-
mogelijkheden
Basistechnieken, o.m.: -
schillen en pellen
-
persen
-
snijden
-
leeghalen en vullen
Bereiden van o.m.:
18
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen gelegenheden inventariseren. kunnen verschillende gerechten bereiden met fruit: hapjes, bijgerecht, hoofdgerecht, nagerecht, tussendoortje, met aangepaste technieken en correct gehanteerde middelen. kunnen fruit volgens de tafeletiquette eten.
26
LEERINHOUDEN -
vruchtensap
-
vruchtensla
-
appelmoes
-
appelbeignets
• Eigen gedrag en consumentengedrag: kunnen eigen eetgewoonten m.b.t. fruit verwoorden en verantwoorden. - aankoopgedrag kunnen aan de hand van informatie en documentatie omtrent - gammaproducten fruitgerechten, factoren die het gebruik ervan (door jongeren) bepalen/beïnvloeden, omschrijven. kunnen criteria aangeven voor de aankoop van fruit. kunnen enkele verpakte fruitsoorten en enkele gamma's van deze producten onderling vergelijken, onder meer m.b.t. hun verpakking, herkenbaarheid, versheid, houdbaarheid, informatiewaarde en prijs. Voedingsmiddel: melkproducten en calciumverrijkte sojaproducten Melk kunnen veel gebruikte melksoorten en diverse afgeleide producten benoemen, herkennen, herkomst aangeven en beoordelen op kwaliteitseisen. kunnen de samenstelling van de verschillende melksoorten opzoeken en vergelijken (U). kunnen in functie van het gebruik de meest geschikte melksoort kiezen. kunnen verwoorden dat melk snel overkookt en de technieken kennen om hierop in te spelen.
kunnen eenvoudige melkbereidingen zelfstandig maken.
•
•
•
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
belang
-
soort i.f.v. het gebruik
Basistechnieken: -
koken van melk
-
yoghurtcultuur
-
shaken
Bereiden van o.m.:
19
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen yoghurt en afleidingen
-
milkshakes
-
puddingen
Gerechten met kaas
27 kunnen soorten kazen klasseren volgens het vetgehalte. kunnen in opgegeven situaties informatie op de verpakking aflezen en gebruiken. kunnen een variatie aan kaassoorten selecteren bij het samenstellen van een kaasplank. kunnen kazen op de juiste manier versnijden en interpreteren.
•
•
•
kunnen aantonen dat het aanbod van de verschillende kaassoorten tot ruime en gevarieerde gebruiksmogelijkheden leidt.
•
kunnen in het gamma kazen aantonen hoe kazen uit andere culturen in ons eetgedrag geïntegreerd zijn (U).
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
keuze i.f.v. het gebruik
-
soorten kaas
Basistechnieken: -
snijden (U)
-
gratineren
Bereiden van o.m.: -
kaasplank
-
gegratineerde schotel
Eigen gedrag en consumentengedrag: -
eigen eetgedrag
-
marktaanbod
-
cultureel bepaald aanbod (U)
Calciumverrijkte sojaproducten (U)
28
29
-
• Marktaanbod kunnen bij een opgegeven opdracht een keuze maken uit het marktaanbod aan calciumverrijkte sojaproducten (U). Voedingsmiddel: vlees, vis, eieren en vervangproducten Vlees kunnen vleeswaren situeren binnen de actieve voedingsdriehoek. kunnen aangeven dat de behoefte aan vlees afhankelijk is van de
•
Situering in de actieve voedingsdriehoek:
20
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen activiteitsgraad.
LEERINHOUDEN •
kunnen de gepaste basistechniek aanwenden naargelang de aard van het vleesstuk. kunnen verschillende vleesstukken op diverse manieren bereiden. kunnen zelfstandig een recept uitvoeren.
•
Basistechnieken: -
braden
-
bakken
-
stoven
-
roosteren
-
barbecue
Eigengedrag en consumentengedrag: -
kunnen aan de hand van verzamelde info en documentatie een beeld schetsen van het marktaanbod bij een zelfstandige slager en een grootwarenhuis wat betreft vers vlees en bereidingen.
hoeveelheid per persoon
gamma verse en bereide producten
kunnen uit het gamma vleesproducten een verantwoorde keuze maken i.f.v. criteria smaak, bereidingstijd en prijs. kunnen aan de hand van verzamelde info en documentatie over vleesproducten factoren aangeven die het gebruik ervan door jongeren beïnvloeden. Gevogelte
30 kunnen enkele soorten gevogelte opnoemen. kunnen verantwoorden dat gevogelte evenwaardig is aan vlees en veel variatie in het gebruik biedt.
•
Soorten
•
Samenstelling en voedende waarde
•
Aankoop en bewaren
•
Basistechnieken o.m.: -
versnijden
-
bouillon trekken
-
bakken/braden
21
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen de bereidingen voor huishoudelijk gebruik uitvoeren.
kunnen aan de hand van verzamelde info en documentatie over gevogelteproducten factoren aangeven die het gebruik ervan door jongeren beïnvloeden.
•
•
kunnen aan de hand van de analyse van het etiket van voorverpakt vlees de toepassing van de wet op 2003 interpreteren.(U)
Bereiden van o.m.: -
bakken/braden van gevogelte
-
waterzooi, kippenpasteitje
Eigen gedrag en consumentengedrag -
eigen eetgedrag
-
argumenten pro en contra vlees- en gevogelteverbruik
-
marktaanbod/traceerbaarheid
Vis
31 kunnen vis aangeven als belangrijke bron van eiwitten en mineralen en onverzadigde vetzuren.
•
Situering in de actieve voedingsdriehoek -
verband tussen kleur van het spierweefsel en het vetgehalte
-
versheidkenmerken
-
soort i.f.v. de bereidingen
kunnen de noodzaak van vis in een weekmenu verantwoorden. kunnen door observatie op basis van versheidkenmerken de versheid van de vis verantwoorden. kunnen enkele vette en magere vissoorten opnoemen. •
kunnen een vissoort kiezen in functie van een opgegeven gerecht, basistechniek en bereiding.
•
Basistechnieken o.m.: -
reinigen, wassen, verdelen
-
pocheren
-
paneren en bakken
-
roosteren
-
wokken
Bereiden van o.m.: -
magere vissoorten
-
vette vissoorten
22
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen •
kunnen enkele verpakte vissoorten onderling vergelijken, onder meer wat betreft verpakking, herkenbaarheid, versheid, houdbaarheid, informatiewaarde en prijs.
Eigen gedrag en consumentengedrag: -
eigen eetgedrag
-
argumenten pro en contra visverbruik
-
marktaanbod
Gerechten met schaal- en schelpdieren
32
• kunnen het belang van versheid van schaal- en schelpproducten voor de gezondheid illustreren. kunnen het onderscheid van schelp- en schaaldieren maken i.v.m. cholesterolgehalte en allergieën. •
kunnen schaal- en schelpdieren bereiden. 33
visschotels (met verse vis, gerookte vis, visconserven)
•
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
mossel, garnalen/scampi
-
versheidskenmerken
Basistechnieken: -
reinigen
-
koken
-
pellen
Bereiden van eenvoudige schaal- en schelpdieren
Eigerechten kunnen de delen van een kippenei benoemen. • kunnen aantonen dat eigerechten een goedkope bron van eiwitten zijn. kunnen verse eieren en hun kwaliteitsklassen herkennen en identificeren. kunnen rekening houden met bewaaromstandigheden en duurtijd van de bewaring van eieren. kunnen een variatie van eigerechten bereiden. •
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
delen van een ei
-
versheid
Bereiden van o.m.:
23
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen de basistechnieken toepassen bij de bereidingen. kunnen eierverpakkingen onderling vergelijken, wat betreft herkenbare kwaliteitsklassen, versheid, houdbaarheid, informatiewaarde en prijs.
LEERINHOUDEN •
• kunnen aantonen welke vervangproducten als alternatief kunnen dienen voor vleesproducten (U).
34
Eigen gedrag en consumentengedrag: -
eigen eetgedrag
-
aankoop en bewaren
-
marktaanbod/traceerbaarheid
Vervangproducten (U); keuze uit: -
peulvruchten
-
sojaproducten
Voedingsmiddel: smeer- en bereidingsvet Olie kunnen uitleggen waarom de oliën en de vetten zich bovenaan de actieve voedingsdriehoek bevinden. kunnen de oliën indelen volgens dierlijke/plantaardige afkomst en volgens hittebestendigheid. kunnen oliën kiezen i.f.v. het gebruik. kunnen het marktaanbod van vetstoffen kritisch beoordelen .
35
zacht en hard gekookte eieren (verwerken in gerechten)
kunnen de afkomst van de vetstoffen aangeven en het effect voor de gezondheid afleiden. kunnen door middel van de voedingsmiddelentabel de samenstelling van de verschillende vetstoffen benoemen en de gevolgen voor de gezondheid bespreken. kunnen bij de bereidingen de keuze van de vetstoffen bepalen.
•
•
Situering in de actieve voedingsdriehoek: -
indeling volgens afkomst (pitten, zaden, vruchten) en hittebestendigheid
-
keuze i.f.v. het gebruik
Bereidingen: -
fruiten
-
wokken
-
koude bereidingen (o.m. dipsausen, vinaigrette)
Zachte margarine/ minarine/ boter/ halfvolle boter •
Bereidingen; o.m.: -
roerdeeg
-
boterkoekjes
24
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen -
36
…
Voedingsmiddel: restgroep Suiker kunnen in opgegeven situaties verschillende handelsvormen van suiker herkennen. kunnen uit de samenstelling de voedende waarde afleiden. kunnen verantwoorden dat suiker beperkt moet gebruikt worden.
kunnen lekkere, originele en verzorgde versnaperingen bereiden.
•
Soort i.f.v. de bereiding
•
Basistechnieken:
•
-
oplossen
-
karameliseren
-
kneden; vormen
Bereiden van o.m.: -
marsepein/speculaas
-
gebak
25
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) 2 Zorg voor woon- en leefomgeving en Zorg voor welzijn PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e leerjaar 6 lt/w , 2e leerjaar 6 lt/w) Zorg voor de woon- en leefomgeving (4 – 4) Zorg voor welzijn (2 – 2) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e leerjaar 6 lt/w, 2e leerjaar 6 lt/w) Zorg voor de woon- en leefomgeving (2 – 2) Zorg voor welzijn (4 – 4)
2.1
Zorg voor woon- en leefomgeving
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 1
ALGEMENE BEGRIPPEN I.V.M. WOON- EN LEEFOMGEVING Wonen
37 kunnen in concrete situaties aangeven waarom ‘wonen’ een fundamenteel recht van iedere mens is. kunnen woonvormen bespreken i.f.v. de zorg.
•
Begrip
•
Woonmogelijkheden: -
kunnen de ruimtes in de woning indelen in elementaire en supplementaire ruimtes i.f.v. het gebruik. kunnen woonmogelijkheden kiezen in functie van gezinssituaties, financiële draagkracht en lifestyle.
•
soorten woonvormen m.b.t. veiligheid, persoonlijk comfort, zorgcomfort …
Indeling ruimtes: -
elementaire ruimtes
-
huishoudtechnische ruimtes
-
woon- en leefruimtes
-
sanitair
-
verkeersruimtes
26
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 2
supplementaire ruimtes
V.G.V.M. EN WERKORGANISATIE TOEGEPAST IN DE WOON- EN LEEFOMGEVING Veiligheid
38
39
• Veilig handelen kunnen in een opgegeven woon- en leefomgeving risicofactoren inventariseren, knelpunten aangeven en veiligheidsmaatregelen voorstellen. kunnen in voorbeeldsituaties het belang aangeven van voorschriften in functie van veiligheid, gezondheid, milieu en ergonomie. kunnen bij het uitvoeren van opdrachten aangeven waar zij rekening houden met voorschriften in functie van veiligheid, gezondheid, milieu en ergonomie. Gezondheid kunnen met voorbeelden aangeven dat algemene en persoonlijke hygiëne noodzakelijk zijn voor de gezondheid van zichzelf en van anderen.
•
Hygiënisch handelen
kunnen in opgegeven situaties aangeven waar wordt rekening gehouden met principes van ergonomie.
•
Ergonomisch handelen
Milieu 40
41
zijn ingesteld om bij het gebruik, verbruik en restverwerking rekening • te houden met principes van duurzaamheid en milieubesparend handelen. kunnen afval selectief sorteren. kunnen de principes van een goede werkorganisatie toepassen bij het onderhouden en verwerken van materialen.
Milieusparend handelen: -
keuze van grondstoffen en verpakking
-
omgaan met rest en afval
Werkorganisatie
27
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 3
KWALITEITSBEWUST HANDELEN IN DE WOON- EN LEEFOMGEVING Kwaliteit in zorgsituaties
42 kunnen in concrete situaties het verschil aantonen tussen producten proceskwaliteit.
•
Productkwaliteit
•
Proceskwaliteit
kunnen elementen van integrale kwaliteit in opgegeven zorgsituaties • aantonen.
Integrale kwaliteit: -
aandacht voor de 5 M's: mens, milieu, materiaal, middelen, methode
Kwaliteit en budgetbeheer
43
kunnen hun keuze voor grondstoffen en producten verantwoorden in • functie van criteria gezondheid, tijdbesteding en budget. •
Verhouding prijs-kwaliteit Keuze tussen niet-bewerkte en bewerkte grondstoffen in functie van kwaliteit en budget
Kwaliteitsvol handelen in zorgsituaties
44 kunnen in opgeheven situaties aantonen hoe kwaliteitsvol handelen ondersteund wordt door gebruik van een OVUR-stappenplan. kunnen een grondstof of een apparaat via een stappenplan onderhouden.
zijn gericht op het reflecteren over en het zelf evalueren van het bekomen product en het doorlopen proces.
•
Systematisch handelen in zorgsituaties: een stappenplan (OVUR): -
oriëntering op de zorgvraag
-
voorbereiding
-
uitvoering
-
reflecteren/evalueren
28
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 4
ANALYSE EN GEBRUIK VAN HULPMIDDELEN IN ZORGSITUATIES Producten Water
45 kunnen in concrete situaties het verschil tussen hard en zacht water bepalen.
•
kunnen oplossingen voorstellen m.b.t. de gevolgen van hard water in • concrete situaties. kunnen in concrete opdrachten huishoudelijke toestellen ontkalken door gebruik te maken van richtlijnen op de etiketten en toestelinformatie.
Indeling volgens hardheid Mogelijke oplossingen m.b.t. hardheid van water
•
Ontkalken van een huishoudelijk toestel
•
Energiebesparend en milieubewust handelen
Wasmiddelen
46 kunnen opgegeven wasmiddelen indelen volgens uitzicht en aard.
•
Soorten volgens uitzicht
kunnen wasmiddelen gebruiken in functie van het textiel en de vuilheidgraad.
•
Soorten volgens de aard van de was
•
Lezen van de verpakking: dosering en gebruik
Specifieke middelen voor reiniging en onderhoud
47 kunnen van opgegeven reinigings- en onderhoudsmiddelen de etiketten van de verpakking lezen en interpreteren bij het oplossen van een concrete zorgsituatie. kunnen opgegeven reinigings- en onderhoudsmiddelen m.b.t. concrete situaties/materialen onderscheiden.
kunnen in functie van de aard van de vlek het juiste ontvlekkingsmiddel correct gebruiken en het veilig opbergen.
•
Middelen en producten: -
reinigingsmiddelen
-
onderhoudsmiddelen
-
gecombineerde middelen
-
desinfecteermiddelen
-
ontvlekkingsmiddelen
29
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen in functie van het gebruikte product het meest geschikte oplosmiddel correct gebruiken en veilig opbergen.
-
oplosmiddelen
kunnen in een opgegeven opdracht specifieke afwerkingproducten gebruiken en veilig opbergen.
-
afwerkingproduct
nemen veiligheidsmaatregelen in acht bij het gebruik en het opslaan van schoonmaak- en desinfecteermiddelen. nemen milieuoverwegingen in acht bij de keuze en het gebruik van reinigings- en onderhoudsmiddelen en producten.
•
Veiligheids- en milieuaspecten
Materieel
48
Onderhoudsmaterieel kunnen in functie van de opdracht het juiste onderhoudsmaterieel bepalen. kunnen bij het uitvoeren van een opdracht het onderhoudsmaterieel correct en veilig gebruiken.
•
Soorten i.f.v. de onderhoudsopdracht o.m.: -
borstel, vloerwisser, emmer …
-
sponzen en zemen
-
schuurmateriaal en materieel
-
synthetische doeken
Apparaten
49 kunnen in functie van de te reinigen ondergrond de gepaste vloerreinigers gebruiken. zijn gericht op veilig en ergonomisch gebruik van reinigingsapparatuur.
•
Reinigingsapparatuur: -
stofzuiger, stoomreiniger, andere vloerreinigers
-
soorten i.f.v. het gebruik
-
veiligheid
-
ergonomie
30
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen zijn gericht op het veilig, ergonomisch en milieubewust gebruik van wasapparatuur. kunnen criteria aangeven waarop men zich kan baseren om een aankoop van een was- of strijkapparatuur aan te schaffen (U).
5
•
Apparaten m.b.t. wassen en strijken: -
de wasmachine (o.m. gebruik en criteria bij aankoop)
-
de droogtrommel
-
het strijkmaterieel
-
de naaimachine (U)
ZORGOEFENINGEN I.V.M. MATERIALEN, TECHNIEKEN EN HULPMIDDELEN Glas 50
•
Herkomst
•
Soorten
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Milieuraadgevingen
•
Reinigen (U)
•
Onderhoud van de vaat (manueel en machinaal) (U)
kunnen op basis van geformuleerde criteria aangepaste, milieuvriendelijke producten kiezen bij het onderhoud van glas (U). kunnen glazen voorwerpen onderhouden (U).
•
Grondig onderhoud van ramen, spiegels, siervoorwerpen in glas (U)
kunnen verschillende glassoorten sorteren en duurzaam omgaan met verpakkingsmaterialen (U).
•
Glasafval sorteren (U)
kunnen versieringen met en op glas uitvoeren (U).
•
Decoratieve werkvormen (o.m. schilderen op glas) (U)
kunnen de soorten glas met hun voornaamste eigenschappen in functie van het gebruik onderscheiden. kunnen het belang van selectief sorteren van glas verwoorden.
kunnen in concrete situaties de vaat reinigen zowel manueel als machinaal (U).
51
Hout
31
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen houtsoorten die in de woning gebruikt worden, herkennen kunnen de voornaamste eigenschappen van hout aantonen.
LEERINHOUDEN •
Herkomst
•
Soorten
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
kunnen aantonen waarom het nodig is om bedekt en onbedekt hout op de juiste manier en met de juiste producten grondig te reinigen. kunnen onbedekt en bedekt hout met gebruik van de juiste onderhoudsproducten en middelen onderhouden.
•
Onderhoud van o.a.:
kunnen de techniek van het boenen uitvoeren in concrete situaties.
•
Meubels boenen
kunnen houtbewerkingtechnieken op een veilige manier uitvoeren met aangepast materieel.
•
Decoratieve werkvormen o.a.: schuren, figuurzagen, zagen, verbinden, kleven, beitsen, verven, vernissen
-
houten speelgoed
-
bedekt hout (o.m. meubels, deuren, vensters)
Natuursteen
52 kunnen veelgebruikte natuurstenen herkennen en hun gebruik in en rond de woning verantwoorden.
•
Herkomst (U)
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Onderhoud
Metalen
53 kunnen in de klas- en schoolomgeving de gebruikte metalen onderscheiden i.f.v. hun voornaamste eigenschappen in functie tot het gebruik.
kunnen in functie van het te onderhouden materiaal het aangepaste onderhoudsproduct bepalen en gebruiken.
•
Herkomst
•
Soorten: -
niet edele
-
edele
-
zeldzame
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Onderhoud van metalen, metaalbedekkingen en legeringen (o.m. kookpotten en bakpannen, bakplaten en bakvormen, bestek, opdienschotels, wasbakken en kranen)
32
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen Onderhoud van edele metalen (U)
•
Decoratieve werkvormen
Papier
54 kunnen enkele veelgebruikte papiersoorten in functie van hun eigenschappen en gebruik kennen. kunnen het belang van selectief sorteren verantwoorden i.f.v. het duurzaam omgaan met de natuurlijke grondstoffen.
kunnen decoratieve werkvormen gebruiken voor zowel functionele als versierende producten.
•
Herkomst
•
Soorten
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Milieuraadgevingen
•
Decoratieve werkvormen (o.a. vouwen, knippen, inpakken, schilderen, sjabloneren, tamponeren, embossing, origami
Plastiek
55 kunnen in opgegeven voorwerpen plastiek herkennen en de specifieke eigenschappen aangeven in functie van gebruik. kunnen het belang van selectief sorteren verantwoorden.
kunnen plastieken voorwerpen onderhouden met aangepaste producten en krasvrij maken.
56
•
•
Herkomst
•
Soorten
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Milieuraadgevingen
•
Onderhoud van o.m. speelgoed, tuinmeubelen, keukenmaterieel, raambekleding
Katoen
33
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen het verband verklaren verwoorden tussen eigenschappen, gebruik en onderhoud. kunnen in opgegeven stoffen katoen herkennen aan het symbool en het etiket. kunnen aangeven waarom veredelingsprocessen worden toegepast op katoen. kunnen wit en gekleurd katoen wassen, opvouwen en strijken. kunnen opgegeven etiketten interpreteren i.f.v. het reinigen van de stof. kunnen was-, droog- en strijkapparatuur veilig, ergonomisch en energiebewust gebruiken volgens de gebruiksaanwijzing.
kunnen technieken op katoen toepassen met decoratieve doeleinden.
LEERINHOUDEN •
Herkomst
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Etikettering
•
Veredelen
•
Reinigen:
•
-
wassen van wit en gekleurd katoen met de wasmachine
-
opvouwen van spons, interlock …
-
kastklaar maken van wit en gekleurd katoen: onder- en bovenkleding
-
diensten voor kastklaar maken van tafellinnen en bedlinnen (U)
Decoratieve werkvormen o.a.: sjabloneren, appliceren, haken, knopen, vlechten, verven, borduren, doorstoppen
Linnen – Halflinnen (U) 57
kunnen het verband verklaren verwoorden tussen eigenschappen, gebruik en onderhoud (U). kunnen in opgegeven stoffen linnen en halflinnen herkennen aan de hand van het symbool en het etiket (U). kunnen aangeven waarom veredelingsprocessen worden toegepast op linnen en halflinnen (U). kunnen linnen en halflinnen op de juiste manier onderhoude.(U).
58
•
Herkomst
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Etikettering
•
Veredelen
•
Linnen en halflinnen wassen (o.m. handdoeken, tafelkleedjes, bovenkledij)
•
Linnen en halflinnen kastklaar maken
Wol/gemengde vezels
34
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen in opgegeven stoffen wol en gemengde wol herkennen aan de hand van het symbool, het etiket en de eigenschappen. kunnen verantwoorden waarom er veredelingsprocessen op wol worden toegepast.
LEERINHOUDEN •
Herkomst
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Etikettering
•
Symbool
•
Veredelen
kunnen een onderscheid maken tussen zuivere wol, gemengde wol en synthetische wol i.f.v. het gebruikscomfort. kunnen wol of gemengde wol reinigen rekening houdend met de specifieke eigenschappen.
•
Onderhouden:
kunnen verschillende technieken uitvoeren met wol.
•
-
handwas
-
machinewas
Decoratieve werkvormen, o.a.: -
breien
-
vervilten - werken met vilt
Zijde - kunstzijde (U) 59
60
kunnen in opgegeven stoffen zijde en kunstzijde kunnen herkennen aan het etiket (U). kunnen de eigenschappen van zijde/kunstzijde herkennen in functie van het gebruik (U).
•
Herkomst
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Bewerkingen
kunnen zijde en kunstzijde met de juiste techniek en wasmiddelen onderhouden (U).
•
Reinigen: -
wassen
-
strijken
Synthetische vezels
35
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen aan de hand van het etiket de soorten synthetische vezels benoemen.
•
Soorten
•
Algemene eigenschappen
•
Etikettering
kunnen synthetische stoffen van andere onderscheiden en de gevolgen ervan voor het gebruik verwoorden. kunnen op een professionele manier synthetische stoffen onderhouden.
•
Reinigen: wassen, vouwen, kastklaar maken
kunnen producten op een veilige manier gebruiken.
•
Afwerkingen: waterdicht maken, chemisch reinigen
Natuursteen
61 kunnen natuursteen onderhouden met de juiste onderhoudsproducten.
•
Onderhoud van o.m., marmer, graniet, leisteen …
Parket – laminaat
62 kunnen parket en laminaat onderscheiden.
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
kunnen parket en laminaat doeltreffend reinigen met geschikte producten.
•
Onderhouden van parket- en laminaatvloeren
Kurk (U)
63
64
LEERINHOUDEN
enkele doeltreffende eigenschappen van kurk verwoorden en het gebruik afleiden (U).
•
Herkomst
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
kunnen materiaal in kurk reinigen en verwerken (U).
•
Reinigen (onderhouden van kurk o.m.: vloeren, tafelsets, tafelbeschermer …)
•
Beschermen
•
Decoratieve werkvormen (o.m. stempels en kransen maken)
Keramiek
36
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen de soorten keramiek herkennen met hun voornaamste eigenschappen i.f.v. gebruik. kunnen richtlijnen geven voor de aankoop van een servies.
kunnen op de juiste manier keramiek reinigen en/of onderhouden met aangepaste producten.
LEERINHOUDEN •
Herkomst
•
Soorten
•
Eigenschappen i.f.v. gebruik
•
Reinigen:
kunnen verschillende technieken op keramiek uitvoeren en keramiek • bewerken tot een sfeervol werkstuk.
6
-
onderhoud van keukenbenodigdheden vervaardigd uit aardewerk, keramiek, porselein
-
onderhoud van vloeren
-
onderhoud van sanitair
Decoratieve werkvormen: -
keramiek beschilderen
-
boetseren
ZORG VOOR BLOEMEN EN PLANTEN Kamerplanten
65 kunnen kamerplanten, snijbloemen en kruiden verzorgen.
66
kunnen trendgericht decoratieve werkjes maken.
•
Soorten
•
Aankoop i.f.v. standplaats
•
Verzorgingsfactoren: water, licht, meststof
Snijbloemen • Schikken •
Verzorgen
•
Drogen (U)
37
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen Kruiden
67 kunnen de voornaamste kruiden herkennen.
7
•
Zaaien
•
Uitplanten
•
Verzorgen
•
Oogsten
•
Drogen (U)
DE ZORG VOOR DE WONING IN ZIJN GEHEEL Plannen en uitvoeren
68 kunnen de grondige onderhoudsbeurt in een jaarplanner onderbrengen. kunnen een onderhoudsbeurt in een stappenplan omzetten. kunnen het verschil aangeven tussen de verschillende onderhoudsbeurten. kunnen een eenvoudige en een grondige onderhoudsbeurt uitvoeren.
•
Jaarplanner en stappenplan
•
Eenvoudige onderhoudsbeurt van de verschillende woonruimten
•
Grondige onderhoudsbeurt van de verschillende woonruimten
Verlichting
69 kunnen de eisen gesteld aan verlichting, verwarming, verluchting, isolatie en afvalverwijdering weergeven en verantwoorden. kunnen een budget- en energiebewuste keuze maken i.v.m. verlichting, verwarming, verluchting, isolatie.
•
Begrip: -
natuurlijk licht
-
kunstlicht:
•
Soorten i.f.v. gebruik
•
Veiligheid gesteld aan een goede verlichting
Verwarming
70 kunnen het belang van een efficiënte verwarming verwoorden.
•
Begrip
38
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen •
Soorten volgens energiebron
•
Veiligheid gesteld aan een efficiënte verwarming
Verluchting
71 kunnen soorten verluchting aanduiden met hun voor- en nadelen. kunnen de noodzaak van spontaan en regelmatig verluchten met eigen woorden uitleggen.
•
Begrip
•
Soorten i.f.v. gebruik
•
Veiligheid gesteld aan een optimale verluchting
Isolatie
72
kunnen in een concrete situatie voorstellen voor een betere isolering • formuleren. • •
Soorten i.f.v. gebruik Eisen van een degelijke isolatie
Afvalverwijdering
73
74
Begrip
kunnen sfeervolle decoraties maken voor de seizoen- en jaargebonden feesten.
•
Begrip
•
Mogelijkheden: selectief afval sorteren in verschillende ruimten
Woonruimten decoreren
Tafelversiering • 8
Thematisch: seizoen in huis brengen
VEILIGHEID EN PREVENTIE
75
kunnen de begrippen veiligheid en preventie verklaren.
De begrippen veiligheid en preventie Ongevallenpreventie
39
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen in opgegeven concrete situaties aangeven waar de veiligheid in gevaar is. kunnen voorstellen voor preventie formuleren.
•
kunnen in een opgegeven situatie de ernst van een brand inschatten • en hierop reageren met de gepaste middelen.
9
Veiligheid in en rondom de woning: -
keuken
-
badkamer
-
toilet
-
berging/kelder
-
garage/tuin
-
slaapkamer
-
woonkamer
-
sport-, speel-, ontspanningsruimte
Brandpreventie: -
in huis
-
in de tuin (o.m. barbecue)
-
gebruik van een brandwerend deken
CONSUMEREN EN BUDGETTEREN
76
Inkomsten kunnen in opgegeven situaties voorbeelden geven van verschillende • soorten inkomsten. •
77
Vaste Toevallige
Budgetteren
40
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen in opgegeven situaties uitgaven binnen een leefsituatie rangschikken van levensnoodzakelijke tot onvoorziene omstandigheden. kunnen het belang van een kasboek verantwoorden.
•
Begrip
•
Noodzaak van evenwichtig huishoudbudget
•
Betaalmiddelen
Consument
78 kunnen aangeven welke rechten en plichten ze hebben als consument. kunnen tegenover reclameboodschappen een bewuste consumentenhouding aannemen.
•
Rechten
•
Plichten
•
Reclame
•
Bescherming
41
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) 2.2
Zorg voor welzijn
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 10
GEZONDHEID EN GEZONDHEIDSZORG Gezondheid
79 kunnen het begrip gezondheid met eigen woorden omschrijven. kunnen in opgegeven situaties aantonen dat de gezondheid bepaald wordt door een samengaan van biologische factoren, gedragsfactoren, milieufactoren en factoren gelegen in de maatschappelijke omgeving. zijn bereid te reflecteren over de factoren die invloed hebben op hun gezondheid
Begripsomschrijving
•
Factoren die de gezondheid beïnvloeden: -
biologische factoren
-
gedragsfactoren (leefstijl, leefwijze, (on)gezonde gewoonten)
-
milieufactoren: fysieke omgeving (milieu-, luchtvervuiling, geluidshinder, woningkwaliteit, klimaat)
-
maatschappelijke omgeving (sociale contacten, relaties, (on)veilig voelen, werkloosheid, discriminatie)
Lichamelijke zorg
80 kunnen in concrete situaties het belang aantonen van lichamelijke zorg voor de eigen gezondheid en die van anderen. kunnen aangeven waar je zowel inwendig als uitwendig lichamelijke zorg kan uitvoeren. zijn bereid hun eigen gedrag m.b.t. lichamelijke zorg in vraag te stellen. 81
•
•
Begripsomschrijving
•
Belang van de lichamelijke zorg voor de eigen gezondheid en die van anderen
•
Inwendige en uitwendige lichamelijke zorg
Geestelijke zorg
42
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen opgegeven situaties analyseren m.b.t. de begrippen draagkracht en draaglast van de persoon. kunnen in voorbeelden verantwoorden welke zorgaspecten kunnen bijdragen tot het verhogen of herstellen van het welbevinden van de persoon.
•
Begripsomschrijving: verhouding draagkracht-draaglast
•
Aspecten die bijdragen tot geestelijke zorg, o.m.: rust, slaap, ontspanning, veiligheid, goede sociale contacten …
Gezondheidszorg
82 kunnen het begrip gezondheidszorg illustreren door er zorgvormen en zorgdiensten uit de eigen regio van aan te geven. kunnen een onderscheid maken tussen preventieve zorg en curatieve zorg. kunnen het verband uitdrukken tussen zelfzorg en gezondheid. kunnen motieven aangeven waarom de zelfzorg bij zichzelf en anderen kan verantwoord worden. kunnen in concrete situaties het onderscheid aangeven tussen mantelzorg en professionele zorg.
•
Begripsomschrijving
•
Preventieve zorg tegenover curatieve zorg
•
Soorten zorg: -
zelfzorg
-
mantelzorg
-
professionele zorg
Beroepen in de zorgsector
83 kunnen binnen een opgegeven setting beroepen benoemen die binnen de gezondheids- en welzijnszorg actief zijn. kunnen het verschil in opleiding en werkgelegenheid aangeven tussen verzorgende en zorgkundige.
•
Onderscheid verzorgende/zorgkundige
•
Andere beroepen (U)
43
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 11
ALGEMENE WELZIJN Lichaamshouding
84 kunnen het belang verwoorden van een goede houding bij het uitvoeren van huishoudelijke taken en bij rustsituaties. kunnen in opgegeven situaties voor zichzelf een goede rugsparende houding aannemen. kunnen het verband verwoorden tussen een verkeerde lichaamshouding en lichamelijke klachten. kunnen hun verantwoordelijkheid als burger aangeven bij de aanpak van EHBO. reageren binnen deze verantwoordelijkheid correct. kunnen bij de besproken ongevallen bij zichzelf de nodige zorg toedienen.
•
Ergonomische houdingen bij staan, liggen, zitten en bij huishoudelijke taken;
•
Rugsparend werken
•
EHBO bij huishoudelijke activiteiten: -
ontwrichtingen en breuken
-
bloeduitstorting
-
verstuikingen
-
brandwonden, schaafwonden, snijwonden
Rust en slaap
85 kunnen met voorbeelden het begrip rust omschrijven. kunnen een verband leggen tussen de behoefte aan rust en slaap i.f.v. leeftijd, activiteitsgraad en fysieke en geestelijke toestand.
•
Begripsomschrijving
•
Behoefte aan rust en slaap
kunnen in opgegeven situaties slaapbevorderende en slaapremmende factoren herkennen en er oplossingen bij voorstellen.
•
Slaapbevorderende factoren
reflecteren over hun eigen slaapritueel en dat van anderen. kunnen veilige, gezonde en comfortabele slaapkamer inrichten, aangepast aan de verschillende leeftijdsgroepen.
•
Het slaapritueel voorbereiden bij baby’s, kinderen, adolescenten, volwassenen, bejaarden
•
Inrichting van de slaapkamer
44
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen voorbeelden opgeven van de gevolgen van onvoldoende slaap en een verstoorde nachtrust op de algemene gezondheidstoestand.
•
Slaapmoeilijkheden/stoornissen als gevolg van: -
ziekte/pijn
-
geneesmiddelengebruik en -misbruik
-
vermoeidheid
-
leefgewoonten (o.m. eetgewoonten, dagindeling, stress, …)
Bioritme
86 kunnen met eigen woorden het begrip bioritme omschrijven. kunnen voorbeelden geven van factoren die het biologisch ritme van de mens verstoren. kunnen i.f.v. hun zelf ervaren bioritme een studeer- en werkschema voorstellen.
•
Begripsomschrijving
•
Belang van het bioritme voor een optimaal functioneren;
•
Oorzaken van ontregeling (o.m. ploegenwerk, winter- en zomeruur)
Ontspanning
87 kunnen met eigen woorden en met aangeven van voorbeelden het begrip ontspanning en ontspanningsvormen omschrijven. kunnen het belang en de behoefte aan ontspanning verantwoorden i.f.v. de algemene gezondheidstoestand.
•
Begripsomschrijving
•
Behoefte aan ontspanning
•
Ontspanningsvormen, o.m. sport en spel, audiovisuele ontspanningsvormen
Sport en spel
88 kunnen het verband uitdrukken tussen een zittend en te weinig actief leefpatroon en beschavingsziektes.
•
Lichamelijke invloed van sport en spel, o.m. m.b.t.: -
de ademhaling
-
de bloedsomloop
-
de conditie en soepelheid
-
de weerstand
-
de spierkracht
45
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen voor- en nadelen van individuele, groeps- en competitiesport herkennen en kritisch beoordelen.
•
kunnen met eigen woorden de voor- en nadelen van tv- en computergebruik omschrijven. kunnen verbanden leggen tussen muziekkeuze, leeftijd en sociale achtergrond. zijn ingesteld om de muziekkeuze van anderen te respecteren. kunnen voorbeelden van creatieve ontspanningsvormen. kunnen opzoeken waar in hun omgeving vormen van creatieve ontspanningsvormen beoefend worden of leermogelijkheden bestaan.
•
kunnen eenvoudige ontspanningsmogelijkheden uitwerken, voorstellen en in groep beleven. leren omgaan met win- en verliessituaties.
•
Sociale aspecten van sport en spel: -
individuele sporten tegenover groepssporten
-
competitiesport tegenover sport om de ontspanning
-
sprotrages …
Invloed van audiovisuele ontspanningsvormen, o.m.: -
invloed van de multimedia
-
invloed van muziek en lectuur
-
invloed van creatieve ontspanningsvormen (o.m. ontwikkeling van de persoonlijkheid, sociaal, esthetisch)
Uitwerken van ontspanningsmogelijkheden -
een gezelschapsspel uitleggen voor en spelen in groep;
-
een wandeltocht organiseren;
-
een picknick organiseren;
-
een buitenspelactiviteit organiseren (U).
EHBO
89 kunnen de huisapotheek optimaliseren. kunnen een reisapotheek samenstellen.
•
Samenstellen van de huisapotheek
•
Inhoud controleren: ontsmettingsmiddelen, verbanden, materieel; inhoud optimaliseren: lijst opstellen
•
Onderhoud: reinigen van het kastje
46
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 90
91
12
kunnen een bijsluiter lezen en correct interpreteren.
kunnen in concrete situaties verbanden aanbrengen.
Geneesmiddelengebruik •
Ordenen van geneesmiddelen
•
Bijsluiters lezen
•
Verwijderen van vervallen geneesmiddelen
Aanbrengen van verbanden •
Materieel
•
Technieken
•
Toepassingen: -
snelverband
-
pleisterverband
-
doekverband
-
zwachtelverband
ALGEMENE PERSOONLIJKE LICHAAMSVERZORGING De huid
92 kunnen de delen van de huid aanduiden en benoemen. kunnen in concrete situaties de functies van de huid omschrijven. kunnen de verschillende huidtypes herkennen.
•
Bouw van de huid
•
Functies van de huid
•
Huidtypes
kunnen het eigen huidtype reinigen en verzorgen met aangepaste producten. kunnen een onderbouwde keuze maken uit het aanbod producten.
•
Huidreiniging: -
soorten baden
-
soorten producten
47
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen op een onderbouwde manier producten aankopen, rekening houdend met prijs/kwaliteit. kunnen op een verantwoorde manier producten gebruiken, hygiënisch opbergen en bewaren. kunnen de gunstige en de gevaarlijke invloeden van de zon op het lichaam omschrijven. kunnen het verband uitdrukken tussen de toename van huidkanker en onverantwoord zonnebaden. kunnen in opgegeven concrete situaties de principes van verantwoord en gezond zonnebaden aanduiden. kunnen een geschikte beschermingsfactor kiezen en gebruiken in functie van het eigen huidtype. kunnen in functie van het eigen huidtype een zonneschema lezen van de bijsluiter.
LEERINHOUDEN •
•
• kunnen hun eigen gelaat reinigen, verzorgen en opmaken. • • kunnen de oorzaken van acné aangeven. kunnen het verband uitdrukken tussen aangepaste gelaatsverzorging en het voorkomen van acné.
95
-
voeden
-
deodorants
Zonnebaden: -
gunstige invloed van de zon op het lichaam
-
gevaren: brandwonden, huidveroudering, verhoogd risico op huidkanker
-
veilig zonnebaden
-
verzorging en bescherming voor, tijdens en na het zonnebaden
-
duurtijd: kinderen – volwassenen
Gelaatsverzorging
93
94
Huidverzorging:
kunnen het verband uitdrukken tussen een aangepaste opmaak en een goed voorkomen in alle omstandigheden.
Reinigen: -
doel van reinigen en verzorgen
-
producten, materieel
Eenvoudige gelaatsverzorging: producten, materieel Acné: -
begripsomschrijving
-
extra verzorging
Opmaken (eenvoudige) maquillage: producten, materieel.
Mondhygiëne
48
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen de delen van de tand op een schema aanduiden. kunnen aangeven waar op een tand mogelijk tandbederf kan ontstaan. kunnen de functies van tandbederf omschrijven.
Het gebit: -
bouw van de tand
-
functies van de tanden
•
Oorzaken van tandbederf
kunnen de oorzaken van tandbederf omschrijven. kunnen het verband uitdrukken tussen het voorkomen van tandbederf en gezonde voeding. kunnen dagelijkse tandverzorging en regelmatig tandartsbezoek aangeven als preventieve acties tegen tandbederf. kunnen aangeven hoe de overheid regelmatig tandartsbezoek stimuleert.
•
Tandbederf voorkomen:
kunnen een verantwoorde keuze maken i.v.m. de soorten tandenborstels, tandpasta’s, hulpmiddelen.
•
kunnen hun tandenborstel en toiletzakje onderhouden met kalkoplossende middelen.
96
•
-
belang van gezonde voeding
-
tandverzorging
-
raadpleging van de tandarts
Mondverzorging: -
tanden poetsen: tandenborstel (manueel/elektrisch), tandpasta
-
tandzijde en flossen;
-
mondspoelingen
•
Gevolgen van slechte mondverzorging
•
Onderhoud van tandenborstel en toiletzakje
Handverzorging
49
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen het belang van geregeld reinigen en verzorgen van de handen aangeven. kunnen het verband aantonen van een verzorgd voorkomen en een discrete hand- en nagelverzorging.
•
Belang van hand- en nagelhygiëne
•
Belang van hand en nagelverzorging
kunnen hand- en nagelverzorging toepassen met aangepaste producten en geschikt materieel.
•
Reinigen: producten, materieel
•
Verzorgen: producten, materieel
•
Hygiëne (wassen, drogen)
kunnen het verband aantonen tussen hygiëne en voedsel.
Voetverzorging
97 kunnen het belang van geregeld reinigen en verzorgen van de voeten aangeven. kunnen het verband aantonen van een verzorgd voorkomen en een discrete voet- en nagelverzorging.
•
kunnen het verband uitdrukken tussen enerzijds niet-aangepaste voetverzorging en verkeerd schoeisel en anderzijds lichamelijke klachten.
•
Voorkomen van voetkwalen
•
Keuze van schoeisel in functie van:
kunnen eenvoudige voet- en nagelverzorging toepassen met specifieke producten en materieel.
Belang van: -
voet- en nagelhygiëne
-
belang van voet- en nagelverzorging
-
de persoon (juiste maat)
-
de gelegenheid
-
het seizoen
•
Reinigen: producten, materieel
•
Verzorgen:
•
-
courante producten (voetcrème, voettalk)
-
specifieke producten (voor schimmel, kloven, zweetvoeten)
-
keuze van schoeisel
Materieel
50
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 98
kunnen in voorbeelden aangeven door welke criteria men zich kan laten leiden bij het zich opmaken.
Zich opmaken: producten, materieel •
I.f.v. de gelegenheid, budget, persoonlijkheid, trends …
Haarverzorging
99 kunnen de delen van het haar aanduiden en benoemen. kunnen de verschillende haartypes herkennen.
•
Bouw, types
kunnen het belang verwoorden van het geregeld reinigen en verzorgen van de haren.
•
Belang van haarverzorging
kunnen een verantwoorde keuze maken uit producten en materieel. kunnen producten en materieel veilig gebruiken. kunnen de producten en het materieel hygiënisch opbergen en bewaren.
•
Wassen: reinigingsproducten
•
Verzorgen: verzorgingsproducten
•
Drogen: materieel;
•
Opmaken: producten (o.m. lak, gel …)
•
Onderhoud van kam en borstel
•
Voorkomen van haarkwalen:
kunnen de functie van beharing omschrijven.
•
-
schilfers
-
hoofdluizen
Ontharen van benen en oksels: -
waarom?
-
producten: voor- en nadelen
-
apparaten: voor- en nadelen
Zintuigen 100
De ogen
51
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen de delen van het oog benoemen bij het verklaren van het begrip beeldvorming. kunnen in opgegeven situaties voorstellen formuleren voor beschermingsmiddelen voor de ogen.
Bouw van het oog
•
Beeldvorming
•
Beschermingsmaatregelen: -
veiligheidsbril
-
zonnebril
kunnen in concrete situaties aantonen wanneer de verlichting niet optimaal is.
•
Belang van goede verlichting
kunnen de gevolgen van bijziendheid en verziendheid voor de persoon uitleggen.
•
Oogafwijkingen:
kunnen het verband uitdrukken tussen goed kunnen zien en een aangepaste verlichting. kunnen eenvoudige oogzorg bij zichzelf toepassen. kunnen op een juiste manier brillen en lenzen onderhouden.
101
•
•
De oren
-
bijziendheid
-
verziendheid
Oogzorg -
oogbad
-
een vuiltje verwijderen
-
onderhoud van bril, zonnebril, lenzen
52
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen de delen van het oor aanduiden op een schema en de benaming gebruiken bij het verklaren van de geluidsvorming. kunnen de begrippen geluidssterkte en geluidsoverlast met eigen woorden omschrijving i.f.v. het eigen luistergedrag. kunnen het verband aantonen tussen enerzijds een aangepaste geluidssterkte en extrabescherming en anderzijds het voorkomen van gehoorafwijkingen.
kunnen een correcte oorreiniging toepassen ter voorkoming van oorstoppen.
Bouw van het oor
•
Geluidsvorming
•
Geluidssterkte
•
Extra bescherming: -
oordoppen
-
oorkleppen
•
Oorstoppen
•
Oorreiniging
De neus
102 kunnen de delen van de neus aanduiden op een schema.
•
Bouw van de neus
kunnen de juiste techniek van het snuiten toepassen. kunnen eenvoudige neuszorg toepassen.
•
Neushygiëne:
kunnen oorzaken en symptomen van een verkoudheid aangeven. kunnen het verband aantonen tussen algemene hygiëne en het voorkomen van besmetting. kunnen eenvoudige middeltjes zoals inhaleren, gebruik van spray toepassen.
103
•
•
-
snuiten: de juiste methode aanleren
-
niezen
Verkoudheid: -
symptomen en oorzaken
-
algemene hygiëne en wellevendheid
-
eucalyptusdampen inhaleren
-
neusspoelingen met fysiologisch mater
Het ademhalingsstelsel
53
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen de noodzaak van zuurstof voor het menselijk lichaam met eigen woorden uitleggen. kunnen op een schema de weg van de in- en uitgeademde lucht aangeven.
•
Waarom is ademen noodzakelijk?
•
De weg van de in- en uitgeademde lucht: neus; keel; luchtpijp en -takken; longen
kunnen het gebruik van buikademhaling verantwoorden. kunnen buikademhaling toepassen. kunnen aangeven waarom borstademhaling niet aangewezen is en wanneer het wel wordt toegepast. kunnen in opgegeven situaties voorstellen formuleren om te een ruimte te verluchten, de lucht te zuiveren.
•
Welke ademhaling passen we toe?
•
Principes van verluchting en aanpassing van droge lucht
Het spijsverteringsstelsel
104 kunnen de rol van een goed functionerend spijsverteringsstelsel voor de gezondheid formuleren. kunnen op een schema de organen aanduiden die een rol spelen bij de spijsvertering.
•
Rol
•
organen
•
Werking
kunnen de belangrijkste symptomen van veel voorkomende spijsverteringsstoornissen met eigen woorden uitleggen. kunnen gerechten aanpassen bij de aanpak van een spijsverteringsstoornis of bij darm- en maagklachten.
•
Stoornissen: -
obstipatie, diarree
-
maag- en darmklachten
-
aanpak
Het uitscheidingsstelsel
105 kunnen de rol van een goed functionerend uitscheidingsstelsel voor de gezondheid en het welbevinden formuleren.
•
Rol
•
Organen
•
Werking
54
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen het verband aangeven tussen een goede persoonlijke hygiëne en het voorkomen van problemen met de urinewegen.
13
•
Problemen met urinewegen
•
Persoonlijke hygiëne
IK EN DE ANDEREN Wie ben ik?
106 zijn bereid om over eigen gedrag na te denken. zijn bereid te reflecteren over de invloeden van anderen, typische leeftijdsverschijnselen, het eigen zelfbeeld. zijn bereid anderen te aanvaarden. kunnen een gepaste houding aannemen tegenover pestgedrag van anderen/de groep. kunnen voorbeelden geven van beïnvloeding door anderen. zijn bereid te communiceren over houding en het gedrag van zichzelf en van anderen.
Ik binnen mijn gezinsvorm
•
Soorten gezinsvormen in deze tijd
•
Mijn rol binnen het gezin (o.m. verhouding van de gezinsleden t.o.v. elkaar, taken van de gezinsleden, verwachtingen …)
•
Omgaan met zichzelf (zelfkennis, zelfbeeld …)
Omgaan met zichzelf
107
108
•
kunnen zichzelf identificeren aan de hand van objectieve identificatiegegevens.
•
Zichzelf identificeren
•
Subjectieve aspecten als zelfwaardering, zelfpresentatie
kunnen hun zelfbeeld omschrijven als het antwoord op de vraag ‘Wie ben ik?’ kunnen zich omschrijven wat de verschillende soorten zelfbeeld betreft. kunnen in opgegeven situaties voorbeelden aangeven van uitingen van een positief zelfbeeld.
Zelfbeeld •
Zelfbeeld als het antwoord op de vraag: ‘Wie ben ik?’
•
Soorten zelfbeeld: het sociale zelfbeeld, het emotionele zelfbeeld, het cognitieve zelfbeeld, het fysieke zelfbeeld, het materiële zelfbeeld
55
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 109
110
kunnen persoonlijkheid omschrijven als het unieke en vrij stabiele geheel van gedragskenmerken waardoor we ons onderscheiden van anderen. kunnen in concrete situaties het onderscheid aangeven tussen temperament en karakter.
Persoonlijkheid
kunnen in concrete situaties gedrag verklaren als een reactie op een bepaalde prikkel. kunnen voorbeelden geven van waarneembaar en niet-waarneembaar gedrag. kunnen een concrete situatie analyseren wat betreft de persoonlijke factoren en de situationele factoren.
Menselijk gedrag
•
Onderscheid tussen persoonlijkheid, karakter en temperament
•
Gedrag als een reactie op een prikkel
•
Uiterlijk waarneembaar tegenover uiterlijk nietwaarneembaar gedrag
•
Factoren die het gedrag bepalen: -
persoonlijke factoren;
-
situationele factoren.
Omgaan met anderen
111
kunnen hun mening zeggen zonder de relatie met anderen te verbreken.
112
Belang van de anderen voor de eigen ontwikkeling; (o.m. kunnen in concrete situaties het belang van anderen voor onze eigen • Wilde van Aveyron) ontwikkeling beschrijven. kunnen in concrete situaties de rol van betekenisvolle anderen als • Betekenisvolle anderen als referentiegroep referentiekader voor ons eigen handelen aangeven en daarbij • Omgaan met positieve en negatieve invloeden van voorbeelden geven van negatieve en van positieve beïnvloeding. anderen (leeftijdsgenoten, ouderen, gezagsfiguren …) zijn ingesteld om anderen te aanvaarden met hun mogelijkheden en met hun beperkingen. • Jezelf blijven zijn vaardig in het tonen van respect voor anderen. • Aanvaarden van anderen kunnen in een concrete situatie de rol en houding van de • Respect voor anderen verschillende actoren bij pestgedrag aanwijzen. • Omgaan met vormen van pestgedrag zijn ingesteld om zichzelf te blijven tegen de druk van anderen bij pestgedrag. kunnen in concrete situaties de omgangsvaardigheden bewust Omgangsvaardigheden toepassen.
113
56
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen •
Jezelf voorstellen
•
Groeten van leeftijdsgenoten, ouderen, gezagsfiguren
•
Afscheid nemen
Lichaamstaal
114 kunnen in opgegeven concrete situaties de lichaamstaal bespreken. zijn bereid te reflecteren op eigen lichaamstaal (U).
•
Begripsomschrijving
•
Soorten lichaamstaal (o.m. embleemgebaren, omgaan met spanning
•
Non-verbaal gedrag dat kan wijzen op o.m. spanning, blijheid, vraag om hulp, twijfel, genegenheid, vriendschap, …
•
Gendergebonden gebaren
•
Gebaren die wijzen op nabijheid/afstand:
kunnen tederheid en warmte herkennen in zorgsituaties. kunnen de noodzaak aan tederheid illustreren. kunnen aangeven welke gevoelens zij makkelijk uiten en/of • formuleren. kunnen aangeven dat het uiten van gevoelens persoonsgebonden én situatiegebonden is.
-
van zichzelf
-
van anderen
Omgaan met tederheid binnen zorgsituaties
57
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen Sociale vaardigheden
115 kunnen een het communicatieproces met eigen woorden uitleggen. kunnen met voorbeelden de voor- en nadelen aantonen van éénzijdige en tweezijdige communicatie. kunnen voorbeelden binnen de zorg aangeven van éénzijdige en va, tweezijdige communicatie. kunnen in opgegeven situaties het belang aangeven van de indruk die je op iemand maakt. kunnen aantonen dat de eerste indruk over iemand een rol speelt in de verdere houding over en communicatie met een ander. zijn zich bewust van het hebben van mogelijke vooroordelen. kunnen hun eigen gedrag m.b.t. vooroordelen corrigeren.
•
Het communicatieproces
•
Soorten communicatie: -
éénzijdig/tweezijdig
-
verbaal/non-verbaal
•
Communicatievaardigheid
•
Communicatiestoornissen
Luisteren
116 kunnen in opgegeven situaties het belang aangeven van een goede luisterhouding. kunnen in concrete situaties de elementen binnenkant en buitenkant van de communicatie aangeven.
•
Belang van luisteren voor de communicatie
kunnen in opgegeven situaties de gevolgen van een foutieve luisterhouding voor de interactie tussen mensen.
•
Beschrijving van de gevolgen van een foutieve luisterhouding
zijn bereid na te denken over hun eigen luisterhouding. kunnen luistervaardigheden in concrete situaties toepassen.
•
Luistervaardigheden o.m. actief luisteren.
Assertiviteit
117 kunnen assertiviteit omschrijven als een opkomen voor jezelf zonder de relatie met de ander te verbreken. kunnen in opgegeven situaties het onderscheid aangeven tussen assertief en agressief gedrag.
•
De begrippen assertief gedrag en agressief gedrag.
•
Oefeningen op assertiviteit
58
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 118
119
kunnen de verschillende communicatietechnieken gepast gebruiken binnen opgegeven situaties.
kunnen in groepsverband een gesprek voeren.
Communicatietechnieken: schriftelijk •
Brieven en kaartjes schrijven
•
Persoonsgebonden gebeurtenissen o.a.: verjaardag, geboorte, huwelijk, ziekte, overlijden …: -
gebruik
-
gebruiksaanwijzingen
-
toepassing
•
Zakelijke informatie o.a. aanvraag van documentatie, subsidie, telefoonaansluiting …
•
Werken met een tekstverwerker
•
Elektronische communicatie: -
internetgebruik
-
e-mail
-
sms
-
chatten
Communicatietechnieken: mondeling •
Een kringgesprek voeren n.a.v. een actueel probleem binnen de zorg
•
Telefoneren
Op bezoek gaan
120 kunnen gepast handelen bij een bezoek in diverse omstandigheden.
•
Gelegenheden
59
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen gepast reageren op een uitnodiging waarop men wil/kan ingaan en een op een uitnodiging waarop men niet kan/wil ingaan.
•
kunnen een passend geschenk uitkiezen en aanbieden in functie van • de persoon, de gelegenheid en het budget.
-
schriftelijk
-
telefonisch
-
elektronisch
Geschenken -
wat aan wie aanbieden?
-
geven van het geschenk
-
ontvangen (ruilen)
-
bedanken.
Bezoek ontvangen
121
kunnen uitnodigingen opmaken voor diverse gelegenheden, verschillende soorten doelgroepen en via verschillende media.
kunnen gepast handelen bij het ontvangen van bezoek.
122
Ingaan op of afwijzen van een uitnodiging:
kunnen situaties opnoemen waar men zich sterk met de natuur verbonden voelt.
•
Gelegenheden
•
Uitnodigingen:
•
-
schriftelijk
-
telefonisch
-
elektronisch
Algemene omgangsvormen: -
genodigde/onverwachte gast
-
begroeten
-
voorstellen
-
afscheid nemen
Omgaan met het materiële en met de natuur
60
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen 14
VOORTPLANTING EN SEKSUALITEIT Cellen en weefsels
123 kunnen de rol van lichaamscellen verwoorden. kunnen schematisch weergeven hoe cellen zich splitsen. kunnen de hoofdbestanddelen van een cel opnoemen.
•
•
bouwstenen van het lichaam
-
levensduur en splitsing
-
anatomie van de cel
De weefsels
kunnen de ontwikkeling en de structuur van de inwendige en de uitwendige vrouwelijke en mannelijke geslachtsorganen schematisch situeren.
•
Vrouwelijke geslachtsorganen (inwendig, uitwendig)
•
Mannelijke geslachtsorganen (inwendig, uitwendig)
kunnen de werking van hormonen tijdens de seksuele ontwikkeling, de zwangerschap en bij borstvoeding met eigen woorden uitleggen.
Werking van de hormonen • Omschrijving en functies van klieren en hormonen Bevruchting
126 kunnen de bevruchting met eigen woorden omschrijven en op een schema de kernbegrippen situeren.
127
-
De geslachtsorganen
124
125
De cellen
•
Kernbegrippen -
innesteling
-
moederkoek/vruchtvliezen
-
navelstreng
Verloop van de zwangerschap
61
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen het verloop van de zwangerschap in grote lijnen weergeven. kunnen in opgegeven concrete situaties het belang inzien van een goede voorbereiding en nazorg. kunnen het belang verwoorden van een aangepaste begeleiding en een gezonde levenswijze tijdens de zwangerschap. kunnen het verband leggen tussen de maatregelen van de overheid en de bescherming van de vrucht/pasgeboren en de moeder.
Ontwikkeling van de vrucht
•
Gynaecologisch onderzoek (functie/doel)
•
Lichaamshygiëne van de zwangere vrouw -
prenatale oefeningen
-
verhouding arbeid/rust/ontspanning
-
kleding
•
Sociale tegemoetkomingen
•
De geboortepremie
•
Zwangerschapsverlof
De bevalling
128 kunnen het verloop van de bevalling schematisch weergeven. kunnen in opgegeven concrete situaties de voor- en nadelen van thuisbevalling en ziekenhuisbevalling onderscheiden. kunnen de nazorg aan de baby situeren.
129
•
•
Het verloop: -
ontsluitingsfase
-
geboorte
-
nageboorte
•
Thuisbevalling versus bevalling in het ziekenhuis
•
Epiduraal/keizersnede
•
Herstel na de bevalling
•
De APGAR-score
•
Miskraam
De baby
62
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen de voornaamste kenmerken van de pasgeborene omschrijven
kunnen in concrete situaties vaardigheden omschrijven om met baby’s om te gaan. kunnen het verband aantonen tussen een juiste verzorging en de gezondheid en ontwikkeling van de baby.
•
kunnen de stappen in het geven van een babybad in een demonstratie ervan herkennen (U). kunnen het inentingsschema respecteren (U).
•
De voornaamste kenmerken van de pasgeborene: -
algemeen uitzicht (hoofd, lengte, gewicht, huis, navel, reflexen …)
-
premature baby’s
Omgang met de baby: -
vasthouden van de baby
-
liggen en toedekken
Verzorging (U): -
het babybad
-
verluieren
-
melkvoeding bereiden
-
de babyuitzet
-
preventieve gezondheidszorg (inentingen)
Voorbehoedmiddelen
130 kunnen de menstruatiecyclus beschrijven.
•
De menstruatiecyclus
kunnen het gebruik van voorbehoedmiddelen in deze tijd verantwoorden.
•
Verantwoord gebruik van voorbehoedmiddelen
kunnen in opgegeven situaties de noodzaak verwoorden van het gebruik van het gepaste voorbehoedmiddel.
•
Soorten:
kunnen een genuanceerd standpunt verwoorden m.b.t. het gebruik van voorbehoedmiddelen ook in hun contacten met anderen. 131
•
•
-
barrière middelen
-
hormonale middelen
-
chirurgische middelen
Eigen houding in seksuele contacten met anderen
Seksueel overdraagbare aandoeningen
63
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN
Decr. nr.
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen het begrip SOA omschrijven.
•
Het begrip SOA
kunnen aangeven hoe ze in hun eigen leven preventief kunnen handelen om SOA te vermijden.
•
Soorten
•
Preventieve maatregelen
Sociale voorzieningen
132 kunnen aangeven hoe de besproken voorzieningen bijdragen tot zowel preventie als zorg voor alle leeftijdscategorieën.
•
Het ziekenfonds
kunnen in opgegeven concrete probleemsituaties aangeven welk soort voorziening kan aangesproken worden.
•
Het OCMW
•
Opvangcentra
•
Centra voor levens- en gezinsvragen
•
Teleonthaal
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
64
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN TIMING 1
Algemene pedagogisch-didactische wenken en timing
1.1
ICT
1.1.1
Wat?
Onder informatie- en communicatietechnologie (ICT) verstaan we het geheel van computers, netwerken, internetverbindingen, software, simulatoren, enz. Telefoon, video, televisie en overhead worden in deze context niet expliciet meegenomen. 1.1.2
Waarom?
De recente toevloed van informatie maakt levenslang leren een noodzaak voor iedereen die bij wil blijven. Maatschappelijke en onderwijskundige ontwikkelingen wijzen op het belang van het verwerven van ICT. Enerzijds speelt het in op de vertrouwdheid met de beeldcultuur en de leefwereld van jongeren. Anderzijds moeten jongeren niet alleen in staat zijn om nieuwe media efficiënt te gebruiken, maar is ICT ook een hulpmiddel bij uitstek om de nieuwe onderwijsdoelen te realiseren. Het nastreven van die competentie veronderstelt onderwijsvernieuwing en aangepaste onderwijsleersituaties. Er wordt immers meer en meer belang gehecht aan probleemoplossend denken, het zelfstandig of in groep leren werken, het kunnen omgaan met enorme hoeveelheden aan informatie... In bepaalde gevallen maakt ICT deel uit van de vakinhoud en is ze gericht op actieve beheersing van bijvoorbeeld een softwarepakket binnen de lessen informatica. In de meeste andere vakken of bij het nastreven van vakoverschrijdende eindtermen vervult ICT een ondersteunende rol. Door de integratie van ICT kunnen leerlingen immers: het leerproces in eigen handen nemen; zelfstandig en actief leren omgaan met les- en informatiemateriaal; op eigen tempo werken en een eigen parcours kiezen (differentiatie en individualisatie). 1.1.3
Hoe te realiseren?
In de eerste graad van het SO kunnen leerlingen onder begeleiding elektronische informatiebronnen raadplegen. In de tweede en nog meer in de derde graad kunnen de leerlingen “spontaan” gegevens opzoeken, ordenen, selecteren en raadplegen uit diverse informatiebronnen en –kanalen met het oog op de te bereiken doelen. Er bestaan verschillende mogelijkheden om ICT te integreren in het leerproces. Bepaalde programma’s kunnen het inzicht verhogen d.m.v. visualisatie, grafische voorstellingen, simulatie, het opbouwen van schema’s, stilstaande en bewegende beelden, demo... Sommige cd-roms bieden allerlei informatie interactief aan, echter niet op een lineaire manier. De leerling komt via bepaalde zoekopdrachten en verwerkingstaken zo tot zijn eigen “gestructureerde leerstof”. Databanken en het internet kunnen gebruikt worden om informatie op te zoeken. Wegens het grote aanbod aan informatie is het belangrijk dat de leerlingen op een efficiënte en een kritische wijze leren omgaan met deze informatie. Extra begeleiding in de vorm van studiewijzers of instructiekaarten is een must. Om tot een kwaliteitsvol eindresultaat te komen, kunnen leerlingen de auteur (persoon, organisatie...) toevoegen alsook de context, andere bronnen die de inhoud bevestigen en de onderzoeksmethode. Dit zal het voor de leraar gemakkelijker maken om het resultaat en het leerproces te beoordelen. De resultaten van individuele of groepsopdrachten kunnen gekoppeld worden aan een mondelinge presentatie. Een presentatieprogramma kan hier ondersteunend werken. Men kan resultaten en/of informatie uitwisselen via e-mail, blackboard, chatten, nieuwsgroepen, discussiefora... ICT maakt immers allerlei nieuwe vormen van directe en indirecte communicatie mogelijk. Dit is zeker een meerwaarde omdat ICT op die manier niet alleen de mogelijkheid biedt om interscolaire projecten op te zetten, maar ook om de communicatie tussen leraar en leerling (uitwisselen van cursusmateriaal, planningsdocumenten, toets- en examenvragen...) en leraren onderling (uitwisseling lesmateriaal …) te
65 BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) bevorderen. Sommige programma’s laten toe op graduele niveaus te werken. Ze geven de leerling de nodige feedback en remediëring gedurende het leerproces (= zelfreflectie en -evaluatie). 1.2
Vakoverschrijdende eindtermen
1.2.1
Wat?
Vakoverschrijdende eindtermen (VOET) zijn minimumdoelstellingen, die – in tegenstelling tot de vakgebonden eindtermen – niet gekoppeld zijn aan een specifiek vak, maar door meerdere vakken of onderwijsprojecten worden nagestreefd. De VOET worden volgens een aantal vakoverschrijdende thema's geordend: leren leren, sociale vaardigheden, opvoeden tot burgerzin, gezondheidseducatie, milieueducatie en muzisch-creatieve vorming. De school heeft de maatschappelijke opdracht om de VOET volgens een eigen visie en stappenplan bij de leerlingen na te streven (inspanningsverplichting). 1.2.2
Waarom?
Het nastreven van VOET vertrekt vanuit een bredere opvatting van leren op school en beoogt een accentverschuiving van een eerder vakgerichte ordening naar meer totaliteitsonderwijs. Door het aanbieden van realistische, levensnabije en concreet toepasbare aanknopingspunten, worden leerlingen sterker gemotiveerd en wordt een betere basis voor permanent leren gelegd. VOET vervullen een belangrijke rol bij het bereiken van een voldoende brede en harmonische vorming en behandelen waardevolle leerinhouden, die niet of onvoldoende in de vakken aan bod komen. Een belangrijk aspect is het realiseren van meer samenhang en evenwicht in het onderwijsaanbod. In dit opzicht stimuleren VOET scholen om als een organisatie samen te werken. De VOET verstevigen de band tussen onderwijs en samenleving, omdat ze tegemoetkomen aan belangrijk geachte maatschappelijke verwachtingen en een antwoord proberen te formuleren op actuele maatschappelijke vragen. 1.2.3
Hoe te realiseren?
Het nastreven van VOET is een opdracht voor de hele school, maar individuele leraren kunnen op verschillende wijzen een bijdrage leveren om de VOET te realiseren. Enerzijds door binnen hun eigen vakken verbanden te leggen tussen de vakgebonden doelstellingen en de VOET, anderzijds door thematisch onderwijs (teamgericht benaderen van vakoverschrijdende thema's), door projectmatig werken (klas- of schoolprojecten, intra- en extra-muros), door bijdragen van externen (voordrachten, uitstappen). Het is een opdracht van de school om via een planmatige en gediversifieerde aanpak de VOET na te streven. Ondersteuning kan gevonden worden in pedagogische studiedagen en nascholingsinitiatieven, in de vakgroepwerking, via voorbeelden van goede school- en klaspraktijk en binnen het aanbod van organisaties en educatieve instellingen. 1.3
Begeleid zelfgestuurd leren
1.3.1
Wat?
Met begeleid zelfgestuurd leren (BZL) bedoelen we het geleidelijk opbouwen van een competentie naar het einde van het secundair onderwijs, waarbij leerlingen meer en meer het leerproces zelf in handen gaan nemen. Zij zullen meer en meer zelfstandig beslissingen leren nemen in verband met leerdoelen, leeractiviteiten en zelfbeoordeling. Dit houdt onder meer in dat: −
de opdrachten meer open worden;
−
er meerdere antwoorden of oplossingen mogelijk zijn;
−
de leerlingen zelf keuzes leren maken en verantwoorden;
−
de leerlingen zelf leren plannen;
−
er feedback wordt voorzien op proces en product;
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) − er gereflecteerd wordt op leerproces en leerproduct.
66
De leraar is ook coach, begeleider. De impact van de leerlingen op de inhoud, de volgorde, de tijd en de aanpak wordt groter. 1.3.2
Waarom?
Begeleid zelfgestuurd leren sluit aan bij enkele pijlers van ons PPGO, o.m. −
leerlingen zelfstandig leren denken over hun handelen en hierbij verantwoorde keuzes leren maken;
−
leerlingen voorbereiden op levenslang leren;
−
het aanleren van onderzoeksmethodes en van technieken om de verworven kennis adequaat te kunnen toepassen.
Vanaf het kleuteronderwijs worden werkvormen gebruikt die de zelfstandigheid van kinderen stimuleren, zoals het gedifferentieerd werken in groepen en het contractwerk. Ook in het voortgezet onderwijs wordt meer en meer de nadruk gelegd op de zelfsturing van het leerproces in welke vorm dan ook. Binnen de vakoverschrijdende eindtermen, meer bepaald “Leren leren”, vinden we aanknopingspunten als: −
keuzebekwaamheid;
−
regulering van het leerproces;
−
attitudes, leerhoudingen, opvattingen over leren.
In onze huidige (informatie)maatschappij wint vaardigheid in het opzoeken en beheren van kennis voortdurend aan belang. 1.3.3
Hoe te realiseren?
Het is belangrijk dat bij het werken aan de competentie de verschillende actoren hun rol opnemen: −
de leerling wordt aangesproken op zijn motivatie en “leer”kracht;
−
de leraar krijgt de rol van coach, begeleider;
−
de school dient te ageren als stimulator van uitdagende en creatieve onderwijsleersituaties.
De eerste stappen in begeleid zelfgestuurd leren zullen afhangen van de doelgroep en van het moment in de leerlijn “Leren leren”, maar eerder dan begeleid zelfgestuurd leren op schoolniveau op te starten is “klein beginnen” aan te raden. Vanaf het ogenblik dat de leraar zijn leerlingen op min of meer zelfstandige manier laat −
doelen voorop stellen;
−
strategieën kiezen en ontwikkelen;
−
oplossingen voorstellen en uitwerken;
−
stappenplannen of tijdsplannen uitzetten;
−
resultaten bespreken en beoordelen;
−
reflecteren over contexten, over proces en product, over houdingen en handelingen;
−
verantwoorde conclusies trekken;
−
keuzes maken en verantwoorden
is hij al met een of ander aspect van begeleid zelfgestuurd leren bezig.
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
2
Specifieke pedagogisch-didactische wenken en timing
2.1
Uitgangspunten
2.1.1
De opbouw
67
De wijze waarop de leerinhouden en leerplandoelstellingen worden aangebracht in deze 2e graad BSO is een centraal gegeven binnen dit leerplan. 2.1.2 •
Leraren behouden hun ambtsbevoegdheden in functie van de vakbenamingen zoals vermeld in de goedgekeurde lessentabel.
Wat de leraren binnen het hen aangewezen pakket uren realiseren met de leerlingen wordt niet bepaald door vakonderdelen, want die staan als dusdanig niet vermeld in dit leerplan, maar wel door: -
de manier waarop de vakgroep/school de doelstellingen uit dit leerplan clustert tot zinvolle gehelen;
-
de manier waarop de vakgroep/school de doelstellingen spreidt over de 2 jaren van de 2e graad;
-
de visie die de vakgroep/school heeft over het onderwijzen door de leraren en het leren van de leerlingen; i.f.v. deze ontwikkelde visie (i.f.v. de aard van de leerlingen die de school aantrekt of wenst aan te trekken) zullen inhouden eerder theoretisch dan wel praktisch en geïntegreerd worden gegeven.
De leerplancommissie gaat er vanuit dat een geïntegreerde aanpak aangewezen is omwille van: -
de aard van de inhouden;
-
de doe-ingesteldheid van de doelgroep;
-
de leerstijl van deze leerlingen.
•
Dit leerplan biedt door zijn opbouw alle mogelijkheden om een geïntegreerde aanpak mogelijk te maken.
•
De vakgroep werkt de clustering over de 2 jaren van de graad uit in een gezamenlijke graadplanning.
•
Na de clustering en bepaling van de onderwijs-leervisie zal de vakgroep een vraag formuleren naar het schoolbeleid om aangepaste lokalen (theorie versus praktijklokalen) opdat de visie optimaal kan gerealiseerd worden.
2.1.3
Pedagogische aanpak
De doelgroepleerlingen vragen een specifieke pedagogische aanpak. •
Leerlinggericht werken i.p.v. leerstofgericht werken in herkenbare en leeftijdseigen situaties. De leerlingen moeten ‘positieve ervaringen’ kunnen opdoen opdat zij tot leren komen.
•
Stapsgewijs leren zorgen.
•
Nieuwe technieken en vaardigheden worden geleidelijk aangeleerd o.m. via demonstratie en geleide oefeningen. Daarnaast kunnen leermomenten ingeschakeld worden waarop leerlingen aangesproken worden op hun probleemoplossend vermogen. Deze leermomenten gaan uit van het aanbieden van herkenbare probleemsituaties die zij, individueel of in groep, stapsgewijs zelfstandig oplossen. Vormen van Begeleid Zelfgestuurd Leren zijn ook in praktijkmomenten mogelijk. De realisering van dit leerplan vereist een afstemming van de leerinhouden in zinvolle eenheden. De opsplitsing in cognitieve inhouden bij een leraar en anderzijds de praktisch-technische doelen bij een andere leraar, zijn dus uitgesloten. Bovendien is het noodzakelijk dat de weekopdrachten van de leraren uit blokken van meer uren bestaan. Verkaveling in afzonderlijke uren maakt een verantwoorde uitwerking van dit leerplan onmogelijk.
68 BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) • In de jaar/graadplanning plannen de leraren van de vakgroep de leerinhouden verdeeld over 2 x 28 lesweken. Het is geenszins de bedoeling om de volgorde van de leerinhouden zoals aangegeven in dit leerplan op een identieke manier in de planning op te nemen. De leerinhouden uit dit leerplan worden door de betrokken leraren tot een samenhangend geheel in elkaar gepast. •
Op geregelde tijdstippen en zeker bij het begin van het schooljaar, worden vakgroepvergaderingen georganiseerd. Tijdens deze vergaderingen kunnen o.m. volgende items aan bod komen: -
het opmaken van de jaar/graadplannen;
-
vastleggen van de prioriteiten bij het concretiseren van het leerplan;
-
organiseren van de binnenklas/graaddifferentiatie;
-
gebruikmaken van een uniforme vakterminologie;
-
vastleggen van een taalbeleid i.f.v. de leerlingkenmerken;
-
bepalen van de inhoud en de structuur van de leerlingencursus;
-
maken van afspraken m.b.t. de mapindeling;
-
integreren van de attitudinale doelstellingen;
-
organiseren van remediëring bij leerachterstanden;
-
bepalen van evaluatiecriteria en hun onderlinge verhouding;
-
inrichten en gebruiken van vaklokalen;
-
deelnemen aan vakoverschrijdende projecten, wedstrijden …
De gemaakte afspraken worden vastgelegd in een bondig verslag en door alle betrokkenen opgevolgd. 2.2
Opbouw van doelstellingen en leerinhouden
2.2.1
Zorg voor de voeding • In het eerste leerjaar worden eenvoudige gerechten en naar het einde van het schooljaar maaltijden op basis van elementaire basistechnieken bereid met producten die voor een voedingstof representatief zijn. De begrippen ‘veiligheid, hygiëne, ergonomie en milieu in de keuken’, en werkorganisatie worden geïntroduceerd en geïmplementeerd in praktijkoefeningen.
•
Daarnaast gaat de aandacht uit naar het algemeen begrippenkader en de instrumenten die in functie van het gebruik van gezonde voeding gehanteerd kunnen worden. In het tweede leerjaar ligt de klemtoon op de bereiding van eenvoudige feestmaaltijden en streekgerechten op basis van gekende en nieuwe basistechnieken met zowel inheemse als uitheemse voedingsmiddelen. Kwaliteitszorg op basis van product- en procesevaluatie zijn constant in de zorgoefeningen aanwezig. De voedingsstoffen en de voedingsmiddelen worden geanalyseerd enerzijds in functie van de praktijkoefeningen en anderzijds om een meer fundamenteel inzicht in gezondheid en gezonde voeding te verwerven.
2.2.2
Zorg voor de woon- en leefomgeving • In het eerste leerjaar brengen we een algemeen begrippenkader aan en gaan we in op de analyse van veelvoorkomende en –gebruikte materialen en hulpmiddelen.
•
Het geheel wordt in zorgoefeningen uitgewerkt en/of toegepast. Deze zorgoefeningen zijn zowel op het onderhoud in ruime betekenis als op decoratie gericht. In het tweede leerjaar adviseren wij de aspecten budgetteren, huren/kopen/verbouwen, met aandacht voor sociale premies. Minder frequent gebruikte en delicate materialen en hulpmiddelen worden naast algemene elementen uit de woon- en leefomgeving geanalyseerd.
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Deze zorgelementen worden eveneens in praktische zorgoefeningen omgezet. 2.2.3
69
Zorg voor het welzijn • In het eerste leerjaar adviseert de leerplancommissie het algemeen begrippenkader aan te brengen m.b.t. gezondheid en gezondheidszorg. De persoonlijke zorg – vanwaar de transfer naar zorg voor anderen wordt gemaakt – komt uitgebreid aan bod. Daarbij zijn de oefeningen enerzijds gericht op persoonlijke zorg en hygiëne, anderzijds op het concretiseren van sociale vaardigheden zoals tafeletiquette, gedrag tijdens uitstappen en bezoeken. •
In het tweede leerjaar adviseert de commissie dieper in te gaan op zelfkennis en communicatie. Ook de algemene en de specifieke hygiëne en gezondheid worden behandeld, steeds met aandacht voor de beschikbare sociale voorzieningen.
Het is aanbevolen om doorheen het schooljaar één of meer doorlopende werkstukken te voorzien die van leerling tot leerling kunnen verschillen. De bedoeling daarvan is o.m. de onderwijstijd maximaal te benutten. Zo kunnen de leerlingen tijdens ‘dode’ lesmomenten aan het doorlopend werkstuk verder werken ongeacht de zorgsituatie waaraan de rest van de klas werkt. 2.3
Rol van de leraar De voorbeeldfunctie van de leraar is een belangrijke didactische ondersteuning. Hij zal nauwkeurigheid nastreven, zin voor veiligheid en hygiëne tonen, een verzorgde taal gebruiken en correct optreden. De leraar is als het ware de vakman die zijn kennis en vaardigheden in optimale omstandigheden wil doorgeven aan de leerlingen. Wanneer hij vanuit een positieve houding met hen samenwerkt, zal zijn voorbeeldgedrag nog sterker op hen inwerken. Het werk van de leerlingen (individueel of in groep) vereist voldoende aandacht. Niet enkel het bekomen resultaat is belangrijk maar ook de inzet, het doorzettingsvermogen, de zin voor detail en samenwerking. De leraar zal zich bijgevolg niet vastpinnen op deelaspecten, maar een evaluatie uitvoeren die betrekking heeft op ‘het globale’. Afhankelijk van de situatie dienen fouten individueel of klassikaal besproken te worden, bij voorkeur onder de vorm van positieve feedback. Remediëringsopdrachten maken integraal deel uit van de opleiding en vorming.
2.4
Didactische werkvormen Het is van fundamenteel belang om vanuit de praktijk naar de theorie te werken. De praktijk is hoofdzakelijk gericht op het zich eigen maken van basistechnieken en het trainen ervan. Telkens wordt de nadruk gelegd op de verschillende werkwijzen, het gebruik van het juiste materiaal en materieel. Het onderhoud van het materieel, de apparatuur en de omgeving wordt systematisch aangepakt en via gedifferentieerde opdrachten herhaald en ingeoefend. De moeilijkheidsgraad van de zorgsituaties en de oefeningen wordt geleidelijk en stelselmatig verhoogd. In functie van de zorgsituatie wisselen volgende didactische werkvormen elkaar af: brainstorming; -
uitleg geven;
-
demonstratie;
-
proefondervindelijke studie;
-
vergelijkende studie;
-
observatie;
-
kringgesprek;
-
eenvoudige gevalsstudie;
-
rollenspel;
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) pedagogisch-didactische uitstappen; -
individuele en groepsopdrachten;
-
projectwerk;
-
thematisch werk;
-
…
70
Pedagogisch-didactische uitstappen dienen wat de organisatie betreft telkens grondig voorbereid te worden. De doelstellingen en de opdrachten moeten steeds duidelijk wisselen, zo niet gaat het effect verloren en biedt deze werkvorm geen meerwaarde. Dergelijke uitstappen lenen zich tenslotte uitstekend tot het oefenen van een aantal sociale vaardigheden. De leraar dient constant uit de vele soorten werkvormen de meest relevante keuze te maken. Hierbij kan hij zich door een aantal factoren laten leiden: de aard van de doelstellingen; -
het beoogde leerproces;
-
de vertrouwdheid van de leerlingen met een bepaalde werkvorm;
-
de bekwaamheid van de leraar m.b.t. een bepaalde werkvorm;
-
de materiële voorwaarden;
-
de financiële middelen;
-
de organisatorische voorwaarden;
-
…
De werkvormen kunnen op een continuüm geplaatst worden van sterk leraargestuurd naar sterk leerlinggestuurd. Beide accenten kunnen doorheen het schooljaar in eenzelfde klas aan bod komen. In het eerste geval gaat het om breed uitgewerkte opdrachten waarbij de leraar eveneens kansen biedt tot zelfwerkzaamheid van de leerlingen. Aan het andere uiterste liggen activiteiten waarbij de leerlingen verregaand zelf plannen, uitvoeren en evalueren. Omdat we een zo groot mogelijke zelfstandigheid bij de leerlingen beogen, verdient het laatste echter onze voorkeur. Met het oog op het leggen van verbanden, het formuleren van besluiten, het duiden van inzichten … worden deze werkvormen steeds door individuele of klassikale besprekingen gevolgd. 2.5
Media Het gebruik van media is noodzakelijk ter ondersteuning van het onderwijsleerproces. We denken hierbij o.m. aan: didactische wandplaten en posters; -
video’s;
-
afbeeldingen en foto’s;
-
cd-roms;
-
transparanten (o.m. met schema’s uit de vakliteratuur);
-
multimedia;
-
…
Een passende keuze en een goed gebruik van media maakt deel uit van de professionaliteit van leraren; de onderwijskwaliteit kan ermee vergroot worden. Ook bij de keuze van de media zal met een aantal factoren rekening worden gehouden: de aangepastheid aan de doelstellingen; -
de relevantie voor de leerinhoud;
-
de flexibiliteit bij voorbereiding en gebruik;
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) de organisatorische voorwaarden; -
71
…
Media worden niet zonder meer ingeschakeld in het onderwijsleerproces, maar wel met het oog op de mogelijkheid tot verwerkingsactiviteiten van de leerlingen. 2.6
Handelsactiviteiten Huishoudelijke routinetaken zoals wassen, strijken, koken … dienen veelvuldig te worden ingeoefend opdat de leerlingen voldoende vaardigheid en tempo zouden verwerven. Het geniet hierbij de voorkeur dat de leerlingen een beroep doen op of gebruikmaken van persoonlijk materiaal, materieel … Indien echter zou blijken dat de mogelijkheden van de leerlingen te gering zijn (zowel financieel als materieel), kan via handelsactiviteiten worden gewerkt (cf. SO 78 “Zorgvuldig bestuur in het SO”).
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
72
MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN1 1
Zorg voor de voeding
•
Basismaterieel per keukenblok
•
- snelkookpan - kookpannen (1 stel van 3 maten) - braadpan - sauspan - garde - mixer (revolvermodel) - spatel - broodmes - vleesmes - bestek (vork, mes, lepel) - deeglepel - pollepel - snijplank - keukenwekker - digitale weegschaal - bloemzeef - puntzeef - vergiet - vuurvaste schotels - rasp - maatbeker - deegkommen - onderlegger - nootmuskaatrasp - plat penseel - deegrol - platte borden - diepe borden - blikopener - schaar Basismaterieel per leerling -
• 1
aardappelmesje dunschiller roerlepel
1 1 1 2 2 1 2 1 1 6 1 1 1 1 1 1 1 2 2 1 1 2 2 1 1 1 6 6 1 1
1 1 1
Basismaterieel per klas
Inzake veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: Codex ARAB AREI Vlarem Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t.: de uitrusting en inrichting van de lokalen; de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat: duidelijke Nederlandstalige handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn; alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct kunnen toepassen; de collectieve veiligheidsvoorschriften nooit mogen gemanipuleerd worden; de persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig moeten zijn en gedragen worden, daar waar de wetgeving het vereist.
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) - olie-, azijn- en mosterdstel 1 - snij-, schaaf- en haktoestel 1 - koelkast 1 - pepermolen 4 - peper- en zoutvat 4 - gevogelteschaar 1 - fonduetoestel 1 - wok 1 - frituurketel 4 - krokettoestel 1 - frietsnijder 2 - koffiezetapparaat 1 - elektrisch mes 1 - keukenrobot 1 - slacentrifuge 2 - wafelijzers 2 - opdienschotels 4 - microgolfoven 1 - bergkasten: o eetgerief 1 o voorraad 2 - bakovens: o gas 2 o elektrisch 2 - kookplaat: o gas 2 o elektrisch 4 - taartvorm 2 - cakevorm 2 - springvorm 1 - spuitzak met hulzen 1 - kurkentrekker 1 - appelboor 1 - branddeken 1 - tafelkleed 3 - servetten 12 - molton 2
2
Zorg voor de woon- en leefomgeving -
wasautomaat centrifuge droogkast strijkrol mouwplank stoomstrijkijzer (per leerling) ergonomische strijkplank met stoel sprenkelbus droogrek wasknijpers wasmanden kleerborstel bergkast stofzuiger met onderdelen boenborstel handborstel schoenborstel tapijtborstel schuurborstel veegborstel
1 1 1 1 6 1 1 6 2 60 2 2 2 1 4 4 8 4 2 2
73
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) - zwabber 2 - vloerwisser 2 - ragebol 1 - stofdoeken 6 - dweilen 6 - poetsdoeken 6 - vaatdoeken 6 - spons: o natuurlijk 4 o kunstmatig 4 - zeemvel: o natuurlijk 4 o kunstmatig 4 - emmers 6 - plastiek bekkens 6 - verfkwast (verschillende diktes) 12 - verniskwast 6 - plamuurmes 1 - verfrol 2 - handschuurmachine 1 - figuurzaag 1 - houtzaag 1 - schuurblokjes 4 - schroevendraaiers 6 - naaimachines (per 2 leerlingen) 1 - kartelschaar 2 - schaar (per leerling) 1 - meetlat (per leerling) 1 - pen voor embossing (per leerling) 1 - graveerstiften 4 - lijmpistool 2 - hobbymes 4 - holpijptang 2 - leerschaar 2 - universele tang 2 - houten hamer 1 - harkje 2 - plantenstokje 2 - plantenschopje 2 - snoeischaar 2 - plantengieter 2
3
Zorg voor het welzijn -
4
babypop babybed babybedlinnen babybad spiegel groot spiegel klein mini-apotheek rekverband (diverse breedtes) per ll.
1 1 1 set 1 1 6 1 1
Algemeen
Het is aangewezen dat in de lokalen de leraar kan beschikken over: - computer, met internetaansluiting 1 - overheadprojector 1 - videorecorder/dvd-speler + scherm 1 Noot: de aantallen zijn richtinggevend.
74
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
75
EVALUATIE Met dit vak worden zowel inzichten als vaardigheden en attitudes beoogd. De school stelt zijn schooleigen evaluatiebeleid op rekening houdend met onderwijskundige aspecten (o.m. context van de school, de input van leerlingen) en aspecten die te maken hebben met een schooleigen visie op leren door leerlingen van een BSO die competenties moeten verwerven binnen een zorgcontext. Rekening houdend met deze beide aspecten zal de school vragen moeten beantwoorden als: -
hoe lezen wij de leerplandoelstellingen?
-
hoe zal deze lezing vertaald worden in ons didactisch handelen?
-
hoe integreren wij de inhouden tot zinvolle cognitieve en praktisch-technische gehelen?
-
hoe verhoudt zich het cognitieve en het praktisch-technische in het oordelen over de leerlingen, het nemen van beslissingen op basis van deze oordelen en het rapporteren van de beslissing? (o.m. verschillen vakonderdelen TV en PV of in een eenheid met een procentuele verdeling van TV en PV?)
Naast het beantwoorden van deze vragen zal de vakgroep/school nagaan of en hoe een onderscheid moet gemaakt wordt tussen de evaluatie van het leerproces en de evaluatie van het eindproduct. Bij de procesevaluatie wordt doorlopend gepeild naar de verwerking van het leerproces, met de bedoeling dit proces zo nodig bij te sturen, zodat elke leerling op de meest effectieve manier kan leren. Het toetsen van de vaardigheden en attitudes is een procesmatig gebeuren, dat via observatie van het veranderingsproces van leerlingen kan beoordeeld worden, zowel tijdens de lessen als de stages en praktijk. Hierbij zal zowel aandacht gaan naar de individuele evaluatie (van bijv. een logboek met zelfevaluatie, een spreekbeurt, een eindwerk) als naar het functioneren in groep (als deelnemer aan een vergadering. De klemtoon ligt hierbij duidelijk op het optimaal functioneren van de leerling. Het verloop van het proces wordt, vooraf, door de leraar uitgetekend. Zij/hij bepaalt •
welke de verschillende stappen zijn;
•
welke fouten op elk moment ontoelaatbaar zijn;
•
welke fouten kunnen gemaakt worden.
Afhankelijk van het resultaat van feedbackmomenten (kleine toetsen, gesprekken, volgsystemen …) wordt het proces verder gezet of zo nodig bijgestuurd. Om de leerling te motiveren, gebeurt dit in een constructieve, positieve sfeer. Productevaluatie gebeurt op het einde van het leerproces (bijvoorbeeld na een hoofdstuk, een opdrachtenreeks, een project, een trimester). Hierbij wordt nagegaan in hoeverre de leerling de basisdoelstellingen bereikt heeft. Iedere evaluatie gebeurt in 3 stappen. •
Registreren (veelvuldig afnemen van proeven, oefeningen, opdrachten, kleine toetsen …).
•
Interpreteren (de gegevens toetsten aan de criteria of normen die de vakwerkgroep vooraf duidelijk heeft bepaald).
•
Rapporteren (de leerling en de ouders krijgen op een duidelijke wijze een beeld van de vorderingen van de leerling door geregelde momenten van feedback voor de leerling en door een schriftelijke rapportering door middel van agenda, rapport ...).
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week)
BIBLIOGRAFIE 1
Boeken
Ons kookboek, KVLV Leuven, 1999. Ons bakboek, KVLV Leuven, 1990. Belgische voedingsmiddelentabel, Nubel Brussel, 1999. Aardappel … begraven schat, Vlam Brussel, SD. gezond aan tafel, Christelijke mutualiteit, 2001. Koud kunstje, KVLV Leuven, SD. Streekgerechten in de kijker, KVLV Leuven, SD. Licht … en zo lekker, Colruyt, SD. Smakelijk 1 2 3, Colruyt, SD. Lekker en snel, Colruyt, SD. Lekker soep, Colruyt, SD. Zoete lekkernijen, Colruyt, SD. Lekker wokken, Colruyt, SD. Stoof- en sudderpotjes, Colruyt, SD. Lekker pasta, Colruyt, SD. Zomerkeuken, Colruyt, SD. Lekker Zuiders, Colruyt, SD. Lekker Belgisch, Colruyt, SD. Toffe dingen in kleurig golfkarton met kinderen, KVLV Leuven, SD. Techniekencursus met de naaimachine, KVLV Leuven, SD. Koken en knutselen met rijst en deegwaren voor kinderen, KVLV Leuven, SD. Meer met papier, KVLV Leuven, SD. Geurige zeepcreaties/Oosterse en Westerse inpakkunst, KVLV Leuven, SD. Sfeer maken met theelichtjes, KVLV Leuven, SD. Creatieve vaardigheden 3 in &, KVLV Leuven, SD. Bloemen geschikt voor elk seizoen, KVLV Leuven, SD. Met natuur als buur, KVLV Leuven,1989. Het textiel ABC, Etitex Brussel, 2001. Rugpijn vóór zijn, Christelijke mutualiteit, 2002. Eerst water, de rest komt later, Christelijke mutualiteit, SD. Geneesmiddelen juist gebruiken, Christelijke mutualiteit, 1998. Jongeren hoeven niet alles te slikken!, Christelijke mutualiteit, 1997. Praktijkboek eerste hulp, Rode Kruis Vlaanderen, 2003. BAEKELANDT, S., Kookblaadjes Uitgeverij, De Boeck, 2004. BELMANS, F., Ik,Jan en alleman Omgangskunde 2e graad, 1e leerjaar, Wolters-Plantyn, 2004. BELMANS, F., Ik,Jan en alleman Omgangskunde 2e graad, 2e leerjaar, Wolters-Plantyn, 2004. DE WOUTERS, M., De regels van het spel; etiquette en omgangsvormen, Lannoo, 1999.
76
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) FANTON, P., Zorg voor leef- en woonsituatie, Wolters-Planteyn, 2004. GOOVAERTS, H., Omgangskunde 1, ik en mezelf, Acco, Leuven, 2003. GOOVAERTS, H., Omgangskunde 2, de anderen en ik, Acco, Leuven, 2003. GOOVAERTS, H., Omganskunde 3, mijn omgeving en ik, Acco, Leuven, 2003. GOOVAERTS, H., Zorg voor voeding 1, Acco, Leuven, 2002. GOOVAERTS, H., Zorg voor voeding 2, Acco, Leuven, 2002. HUYBRECHTS, L., Huishoudkunde 1, Uitgeverij De Boeck, 2005. HUYBRECHTS, L., Praktische gids voor het huishouden, Uitgeverij De Boeck, 2006. KIMPEN, S., Gezond eten, gemakkelijker dan je denkt, Standaard uitgeverij, 2006. MARTAZ, L., Van cake tot shake, Standaard uitgeverij, 2001. MEUS, M.J.,Voeding BSO 2e graad 1e leerjaar, Wolters-Plantyn, 2003. SCHILDERMANS, A., Voeding BSO 2e graad 2e leerjaar, Wolters Plantyn, 2003. SCHLOTJES-BELLE, H., Stof genoeg in de kraamtijd. Richtlijnen voor schoonmaakwerkzaamheden, textiel en maaltijdverzorging, Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn, Utrecht, 2002. SCHOLLAERT, A. Leren huishouden, Acco Leuven, 2002. VAN BLOMMENSTEIN, I., Kook ook, Het Nederlands Zuivelbureau, Antwerpen,2002. VAN DIJCK, Naslagwerk huishoudkunde voeding, WoltersPlantyn, 2006. VAN EDEN, J.G., Receptenleer, HB uitgevers, 1997.
2
Periodiek publicaties
Nutrinews, Nutrition Information Center, Leuvenseplein 4 1000 Brussel GVO folders, Christelijke mutualiteit GVO folders, Liberale mutualiteit GVO folders, Onafhankelijke ziekenfondsen GVO folders, Socialistische mutualiteit Testaankoop, Hollandstraat 13 1060 Brussel Test gezondheid, Hollandstraat 13 1060 Brussel De eetbrief, Biblio Kalmthout Feeling, Sanoma magazines Belgium Goed gevoel, Persgroep Publishing Libelle, Sanoma magazines Belgium Nest, Roularta Media Group TIP, Uitg. Mij. J., Blokxstraat 7 2000 Antwerpen
3
Softwarepakketten
Weet wat je eet, KU Leuven Maaltijdwijzer, Socialistische mutualiteit Eetmeter 99, Voedingscentrum Den Haag Eetflop, Socialistische mutualiteit Veilig en gezond de klok rond, Beeldtaal
77
BSO – 2e graad – Specifiek gedeelte Verzorging-voeding PV Praktijk huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) PV Praktijk huishoudkunde/voeding (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/gezinstechnieken (1e lj: 6 lestijden/week, 2e lj: 6 lestijden/week) TV Huishoudkunde/voeding (1e lj: 2 lestijden/week, 2e lj: 2 lestijden/week) Drugflop, Socialistische mutualiteit Omo, Lever Sexplorer, Socialistische mutualiteit (W)eet je alles?, VIG Brussel Niet roken, mijn vrijheid, VIG Brussel
4
Nuttige adressen
IPB, Jezusstraat 16 bus 23, Antwerpen
5
Websites
http://www.colruyt.be/ http://www.delhaize.be/ http://www.vig.be/ http://www.test-aankoop.be/ http://www.nubel.com/ http://www.kvlv.be/ http://www.mja.be/ http://www.solo.be/ http://www.kokkieblanda.nl/
78